Les 17: Oefen voor het juiste moment
teun de nooijer: ‘de coach van een tegenstander vergeleek mij met een jaguar’ Geboortedatum: 22 maart 1976 Activiteiten: Hockey en coach voor teams uit het bedrijfsleven
Liever een programma of een traject dan een lezing. Natuurlijk kan Teun de Nooijer tijdens een toespraak zijn toehoorders inspireren met zijn vele successen, maar het blijft een eenmalige gebeurtenis. ‘Ik ben geïnteresseerd in de dynamiek en verbetering van topteams,’ zegt de veelvoudig hockeyinternational op zijn kantoor in het Noord-Hollandse Overveen. ‘En dan draait het om inzicht, herhaling en training.’ Dus begint hij in 2008 de Teun de Nooijer Academy, waarmee hij samen met zijn collega’s bedrijven helpt de interne samenwerking, afstemming en communicatie te optimaliseren, zodat betere prestaties geleverd kunnen worden. De Nooijer geldt als een van de grootste talenten 181
die het Nederlandse hockey ooit heeft voortgebracht. In zijn carrière wint hij vier olympische medailles, de gouden in 1996 en in 2000, de zilveren in 2004 en in 2012. In 1998 wordt hij met het nationale team wereldkampioen en in 2003, 2005 en 2006 wordt hij door de Wereldhockeybond uitgeroepen tot de beste speler ter wereld. Daarnaast verovert hij met hc Bloemendaal talloze keren het kampioenschap van Nederland. Techniek, snelheid, behendigheid en overzicht zijn de belangrijkste wapens van De Nooijer. ‘De coach van een tegenstander vergeleek mij een keer met een jaguar. In die vergelijking kan ik me wel vinden. Het is een prachtig beest, de hele dag in rust, maar op het juiste moment zo scherp als een mes. Liggend op zijn tak houdt hij de hele tijd de omgeving in de gaten en bereidt hij zich voor op dat ene ogenblik.’ Ook De Nooijer loert continu op zijn kansen. Wanneer hij de aanval van een opponent bijvoorbeeld niet kansrijk acht, loopt hij niet mee met zijn directe tegenstander. Met als gevolg dat zijn team bij de counter vaak een mannetje extra heeft aan het front. En als dat mannetje al niet zelfstandig het doel weet te vinden, dan geeft hij wel een beslissende pass. Niet voor niets wordt De Nooijer acht keer uitgeroepen tot beste speler van de hoofdklasse, speelt hij 453 officiële interlands en maakt hij 214 doelpunten voor de nationale ploeg.
182
Vrije rol
De vrije rol heeft De Nooijer al sinds zijn jeugd. Hij groeit op in Egmond aan den Hoef en speelt hockey bij eersteklasser Alkmaar. Al snel staat hij bekend als een groot talent en mag hij meedoen met het team van zijn ruim twee jaar oudere broer Jeroen. ‘Ik was verreweg de kleinste van het veld en moest het niet hebben van mijn fysieke kracht. De anderen lieten me mijn gang gaan, ze wisten dat ik verdedigend niet veel kon betekenen. Maar ook wisten ze dat ik aanvallend altijd wel iets creëerde.’ Toch ontstaat af en toe enige wrijving over de rolverdeling in het team. Als de jaren klimmen, stijgt niet alleen het niveau van De Nooijer, maar ook dat van zijn medespelers. Sommigen willen zelf een vrijere rol en vinden dat De Nooijer zijn verdedigende taken verwaarloost en te veel publiciteit krijgt. Maar uiteindelijk komt het altijd goed. Na de evaluaties met videobeelden kent iedereen weer het hoge rendement van De Nooijer en ziet iedereen weer dat het resultaat het meest gebaat is bij de afgesproken taakverdeling en veldbezetting. ‘Op die manier droegen de discussies bij aan de ontwikkeling van het team. Dat neemt niet weg dat de media-aandacht iets oneerlijks heeft. Mijn goede vriend Erik Jazet is bijvoorbeeld de beste laatste man die ik ooit heb gezien, maar stond vrijwel nooit in de schijnwerpers. En voorafgaand aan het wereldkampi183
oenschap in 1998 wist de pers mij altijd te vinden, terwijl keeper Ronald Jansen toen een veel centralere rol had in het team. Hij had meer ervaring dan ik en werd door de coach ook betrokken bij de strategiebesprekingen. Gelukkig weten deze mannen hoe de publiciteit werkt.’ De Nooijer wordt geboren als jongste in een gezin met drie zonen. Zijn vader is tekenleraar en kunstenaar, zijn moeder zorgt voor de huishouding. Op de hockeyclub zijn de De Nooijers een beetje een vreemde eend in de bijt; weliswaar is thuis geen sprake van armoede, maar qua inkomen blijven zij ver achter bij de advocaten, notarissen en ondernemers. Toch is de familie binnen noch buiten het veld een buitenstaander, misschien ook dankzij de talenten die alle gezinsleden hebben voor hockey. Later wordt Teun de Nooijer regelmatig opgevoerd als bewijs voor het meer volkse karakter dat deze sport in de loop van de jaren krijgt. De jonge Teun gebruikt elk vrij moment om buiten te spelen en te sporten. Eerst knikkeren, later fietsen, voetbal, tennis, maar het liefst hockey. ‘Dat lag niet voor de hand in Egmond aan den Hoef, het dorp had niet eens een eigen club. Maar mijn vader en moeder beoefenden die sport en gaven ons een stick. In het weekend was ik op de club, doordeweeks stond ik zo veel mogelijk op het pleintje bij ons in de buurt. De garagedeuren waren de goals; wanneer we een doelpunt maakten, gaf dat een hels kabaal.’ Met een grijns: ‘Vol184
gens mij zijn de deuken nog steeds niet gerepareerd.’ Druk van zijn ouders heeft De Nooijer nooit gevoeld. Tijdens de wedstrijden staat zijn moeder meestal achter de bar en ook zijn vader heeft dan vaak zijn eigen bezigheden. ‘Dat vond ik wel eens jammer,’ zegt De Nooijer. ‘Dan vroeg ik achteraf wat papa van mijn spel vond. Maar over het algemeen was het wel goed dat ik mijn eigen gang kon gaan. Mijn teamgenoten keken af en toe een beetje schichtig naar de zijlijn, terwijl ik me volledig kon concentreren op de wedstrijd.’ Samen met zijn broer haalt De Nooijer het districtsteam van spelers jonger dan zestien, maar de stap naar de nationale jeugdselectie neemt Teun alleen. Daarmee beginnen voor hem nieuwe avonturen. Hij mag naar toernooien in het buitenland en reist als dertienjarige als eerste van zijn gezin per vliegtuig. Zijn broers zijn eerder trots dan jaloers, al wordt hem met een sinterklaassurprise wel duidelijk gemaakt dat het niet goed is naast zijn schoenen te gaan lopen. ‘Die surprise was vooral bedoeld als grap, een waarschuwing was ook niet nodig. Wanneer ik terugkwam van een buitenlandse reis, was ik altijd een beetje terughoudend. Vooral ten opzichte van mijn broers. Natuurlijk waren die uitstapjes erg leuk, maar ik vond het niet verstandig mijn plezier thuis al te breed uit te meten. Op die manier werd de glans van het avontuur wat minder, al heb ik vanbinnen wel erg genoten. Niet zo vreemd, ik was pas dertien, mocht al hockeyend de 185
wereld over en zag dingen die ik nog nooit had gezien.’ Zijn succes levert De Nooijer een grote populariteit op bij de meisjes. Maar dat heeft hij vooral van horen zeggen. ‘Ik moet erg mijn best doen,’ zegt zijn broer op een gegeven moment met gespeelde verontwaardiging, ‘maar jij doet niks en ze komen naar je toe.’ De Nooijer zelf heeft dat niet door, hij is nog niet bezig met het andere geslacht. Liever probeert hij op het pleintje urenlang de bal in de kruising van het doel te leggen of oefent hij zijn passeerbewegingen. In 1992 is De Nooijer uitgeleerd in Alkmaar en maakt hij de overstap naar hoofdklasser Bloemendaal. Nauwelijks twee jaar later maakt hij zijn debuut in het Nederlands elftal, waar hij rugnummer 14 krijgt toebedeeld. Sinds die tijd wordt hij vaak vergeleken met Johan Cruijff, die dat nummer ook altijd op zijn shirt had. De Nooijer is direct een vaste waarde en speelt regelmatig een beslissende rol. Zo maakt hij in 1998 het winnende doelpunt tijdens de finale van het wereldkampioenschap in Utrecht. Tot twaalf minuten voor het einde heeft Spanje een 2-0 voorsprong, maar uiteindelijk sleept Nederland de wedstrijd en de titel met een 3-2 winst toch nog in de wacht. Ook de Olympische Spelen van 1996 in Atlanta zijn een groot succes voor De Nooijer. Niet alleen wint hij daar met Oranje de gouden medaille, ook krijgt zijn relatie met de Duitse hockeyster Philippa Suxdorf serieuze vormen. ‘Het verblijf van de Nederlandse ploeg 186
lag naast dat van de Duitse. Dat gaf ons de gelegenheid veel tijd samen door te brengen. We hadden al een aantal keer gesproken tijdens diverse toernooien, maar nu sloeg de vonk echt over. Het was alsof ik twee keer goud won; inmiddels zijn we al jaren getrouwd en hebben we drie dochters.’
Tweede leven
Net als de meesten van zijn teamgenoten bereidt De Nooijer zich tijdens zijn sportcarrière voor op een maatschappelijke loopbaan. Al verdient hij met hockey voldoende geld om zijn actieve jaren gerieflijk door te komen, sparen behoort niet tot de mogelijkheden. In eerste instantie gaat hij geschiedenis studeren, maar die studie geeft hij op wanneer hij in 1998 een halfjaar speelt bij Harvestehuder in het Duitse Hamburg. Zijn vriendin woont al geruime tijd in Nederland, nu vindt hij het tijd haar cultuur beter te leren kennen. Na terugkomst in Nederland is het juiste moment wel aangebroken en kiest De Nooijer voor commerciële economie aan de Randstad Topsport Academie. Om de combinatie van topsport en een bacheloropleiding mogelijk te maken, kent deze academie een aangepast studieprogramma, zodat voldoende tijd overblijft voor de trainings‑ en wedstrijdschema’s. De Nooijer wordt voorbereid op een functie in marketing, sales, commu187
nicatie of productmanagement en doet kennis op waar hij ook in zijn huidige carrière dankbaar gebruik van maakt. In januari 2012 wordt De Nooijer geconfronteerd met een serieuze tegenvaller. Een halfjaar voor het begin van de Olympische Spelen krijgen hij en strafcornerspecialist Taeke Taekema van bondscoach Paul van Ass te horen niet meer in de selectie te worden opgenomen. Van Ass motiveert deze verwijdering met een botanische vergelijking: ‘Als je twee grote bomen uit het bos haalt, gaat het struikgewas daaronder sneller groeien.’ Twee maanden later komt de bondscoach terug op zijn beslissing en mag De Nooijer alsnog mee naar Londen. ‘Geen gemakkelijke periode,’ blikt De Nooijer terug. ‘In die periode verschenen ook voor het eerst vervelende verhalen over mij in de pers. Ik nam de tijd even rustig na te denken, ik wilde niet impulsief reageren.’ De Nooijer omschrijft zichzelf als ‘emotioneel stabiel’. ‘Na overwinningen blijf ik met beide voeten op de grond, na nederlagen zak ik niet in het moeras. Natuurlijk vloeiden een paar tranen toen we bij de Olympische Spelen in Londen de finale van Duitsland verloren, maar ik kon weer vrij snel relativeren.’ Op 22 maart 2013 kondigde De Nooijer op zijn 37e verjaardag zijn afscheid aan bij Bloemendaal. Na afloop voelt hij leegte, maar eigenlijk ook wel opluchting. Zowel met het Nederlands elftal als met zijn club 188
behoorde hij tot de top van de wereld, en altijd werd gerekend op een overwinning. Die druk is hij nu kwijt en De Nooijer is vast van plan voorlopig geen wedstrijden te spelen, ook niet in een veteranenteam. Aftrainen doet hij wel op zijn racefiets of joggend in de bossen. Tegenwoordig steekt De Nooijer al zijn energie in de ontwikkeling van zijn Teun de Nooijer Academy, een adviesbureau waar zijn ervaringen uit de topsport goed van pas komen. Want net als in de teamsport is een goede samenwerking in het bedrijfsleven essentieel en moet iedereen weten wat hij wanneer moet doen. Anders ontstaat een chaos waarin de medewerkers met de beste bedoelingen hun eigen pad kiezen en het overzicht verloren gaat. ‘In mijn huidige werk merk ik tot mijn verbazing dat in veel organisaties en bedrijven allerlei onduidelijkheden bestaan. Bijvoorbeeld over de taakverdeling: wie heeft welke verantwoordelijkheden? Met dat soort vraagtekens in het team hadden wij de Olympische Spelen nooit gehaald. Vanuit mijn verleden als topsporter weet ik dat een lezing in dergelijke situaties niet voldoende is, het komt aan op een heldere strategie en trainen en herhalen. Alleen dan kan iedereen klaarstaan om nu en in de toekomst op het juiste moment toe te slaan.’
189