Depressie
Ergotherapie draagt bij aan activering en begeleiding naar werk
Terugkeer naar werk bij depressie Tekst: Gabe de Vries, Hiske Hees, Ada Frans, Sylvia Teunissen, Lea Stor
Een depressie is een veelvoorkomende ziekte; 18,7% van de Nederlandse bevolking (18-65 jaar)
In het AMC, op de afdeling
heeft ooit een depressieve periode gehad. Het hebben van een depressie heeft een grote impact
Stemmingsstoornissen van de
op het functioneren op het werk en leidt in ongeveer 50% van de gevallen tot verzuim.2 In Neder
afdeling psychiatrie, komt men
land wordt verzuim voor ongeveer 30-50% veroorzaakt door psychische klachten en een derde
veel van deze cliënten tegen.
hiervan door depressie. In vergelijking met ander psychische stoornissen, leidt een depressie
De ergotherapie heeft hierin tot
vooral tot het langdurend verzuim. Depressie is dan ook de meest voorkomende diagnose in
taak om een bijdrage te leve-
Nederland (10%) die leidt tot instroom in de WIA (UWV, 2012). Ook in de landen om ons heen
ren in activering en begeleiding
leidt depressie tot veel uitval, de verwachting is dat in 2030 depressie de meest voorkomende
naar werk. Hiervoor hebben de
reden van uitval is in alle geïndustrialiseerde landen.4,14
auteurs van dit artikel in 2000
1
3
een
interventie
ontwikkeld,
gericht op werkhervatting. In een gerandomiseerde studie bleek deze interventie effectief in het verkorten van de verzuimduur en was er een trend voor meer verbetering van depressieve symptomen op langere termijn, namelijk tussen de 12-42 maanden na de start van de studie.5 De ergotherapeutische interventie was eveneens kosteneffectief; dat betekent dat wanneer de extra kosten van de zorg en de extra gewerkte uren in het eerste jaar van de onderzoeksperiode tegen elkaar worden weggestreept, er een gunstig resultaat was van meer dan 3.000 euro per cliënt. Opgedane ervaringen uit deze studie en de maatschappelijke trend om begeleidingstrajecten te verkorten, gaven aanleiding tot het ontwikkelen van een verbeterde versie. Belangrijkste wijzigingen voor deze nieuwe interventie waren: a. het verkorten van de interventie (18 in plaats van 36 sessies), b. het verbeteren van de samenwerking met behandelaren, bedrijfsarts en werkgever, c. een sterkere focus op concrete werkproblemen d. de eis dat de cliënt bij aanvang van de interventie het werk voor minimaal 2 uur per week moet hervatten. In dit artikel zullen we de belangrijkste resultaten van het onderzoek presenteren. Een meer uitvoerige beschrijving
- 22 -
Ergotherapie Magazine 3 • 2014
van het onderzoek en de resultaten zijn eerder elders gepu-
stressoren. Dit wordt gedaan aan de hand van het door de
bliceerd.8,9
auteurs ontwikkelde werkmodel.7 Dit bestaat uit een schema
waarmee de cliënt zijn ervaren werkdruk kan beschrijven aan
Vraagstelling
de hand van de items werkdruk, regelruimte, sociale steun,
De vraag die met dit onderzoek werd onderzocht is:
perspectief en werk-thuis samenhang. Veel voorkomende
Wat is de meerwaarde van de verkorte ergotherapeutische
stressoren van cliënten met een depressie op het werk, zijn
interventie als toevoeging aan de reguliere behandeling voor
in dit model verwerkt.10,11,12,13 De individuele contacten zijn
depressie in termen van:
bedoeld om wat dieper op de individuele problematiek in te
a. snellere en meer persisterende re-integratie,
kunnen gaan en te ondersteunen in het anders omgaan met
b. versneld herstel van depressie,
stressvolle situaties. Het werkbezoek, een driegesprek tus-
c. het na de re-integratie beter functioneren op de werkplek.
sen cliënt, leidinggevende en ergotherapeut en de contacten met de bedrijfsarts hebben tot doel om tot overeenstem-
Populatie
ming te komen over de te volgen strategie. Het werkbezoek
Voor deelname aan de studie moesten cliënten aan de vol-
aan de werkgever heeft daarnaast tot doel om voorlichting
gende inclusiecriteria voldoen:
te geven aan de leidinggevende over depressie, de gevolgen
- 18-65 jaar,
van depressie voor het functioneren op het werk en over de
- in het bezit van een arbeidscontract,
ergotherapeutische interventie. Daarnaast is het werkbezoek
- depressieve stoornis volgens de DSM-IV,
door de ergotherapie ook bedoeld om een indruk te krijgen
- tenminste 25% verzuim van het aantal contracturen
van de werkomgeving.
- tenminste 8 weken verzuim of ten minste 3 maanden depressief - er is een relatie tussen de depressie en het niet kunnen werken, dat wil zeggen:
Design Cliënten werden in een verhouding van 1:2 gerandomiseerd toegewezen aan de controle conditie (TAU, treatment as
- arbeidssituatie is (mede)oorzakelijk aan de depressie,
usual) of de experimentele conditie (TAU+OT, treatment as
- de depressie belemmert de werkhervatting.
usual + ergotherapie). Deze groepen zijn met elkaar verge-
Cliënten met een bipolaire stoornis, psychotische stoornis,
leken op baseline (T0), na 6 maanden (T1), na 12 maanden
ernstige suïcidaliteit, ECT behandeling en ernstig alcohol- of
(T2) en na 18 maanden (T3). Ze zijn met elkaar vergeleken
drugsmisbruik werden geëxcludeerd voor dit onderzoek.
op ernst van de depressie (HDRS, klinisch interview), verzuim (verzuim en contracturen werden per week door de cli-
Interventie
ënt bijgehouden), productiviteit (dagboek) en coping (UCL).
De reguliere behandeling, die poliklinisch plaatsvond, bestond uit gesprekken met een psychiater in opleiding, op
Resultaten
indicatie aangevuld met psychofarmaca. Deze behandeling
Baseline gegevens zijn vermeld in Tabel 1. Van de 224 aan-
vond geprotocolleerd plaats volgens recente klinische richt-
gemelde cliënten voor dit onderzoek zijn 117 geïncludeerd
lijnen. De ergotherapie interventie, geboden door ergothe-
en at random verdeeld in TAU (n=39) en TAU+OT (n=78)
rapeuten verbonden aan de afdeling Stemmingsstoornissen
De geïncludeerde cliënten (49% mannen en 51% vrouwen,
van het AMC, bestond uit een analyse fase van 4 contacten
gemiddelde leeftijd 43 jaar) hadden gemiddeld een milde tot
(intake, arbeidsanamnese en video sessie) en een interven-
ernstige depressie, deze duurde voor 68% van de cliënten
tiefase van 8 groepsbijeenkomsten en 4 individuele contac-
al langer dan 6 maanden en 50% van de cliënten had een
ten, een werkbezoek en een follow-up contact. Tijdens de
eerdere depressieve episode meegemaakt. De gemiddelde
interventie vond tevens afstemming met de bedrijfsarts en
verzuimperiode voor start van de behandeling was eveneens
behandelend psychiater plaats.
lang; de meesten (67% in TAU+OT;56% in TAU) verzuimden al langer dan 3 maanden bij de start van het onderzoek.
In de 8 groepscontacten wordt met de cliënten onderzocht
Een groot deel van de cliënten (55%) die deelnamen aan dit
wat de belangrijkste stressoren voor de cliënt zijn op het
onderzoek werkten in de financiële dienstverlening en 65%
werk en besproken wat de meest effectieve actie is op deze
werkte fulltime. De oververtegenwoordiging van werkne-
- 23 -
Tabel 1. Baseline gegevens, treatment as usual (TAU) en care as usual + ergotherapie (TAU+ET)
in remissie, die is in TAU+OT
Kenmerken
(77%) significant hoger dan in
TAU (sd)
TAU + ET (sd)
41,5 (9,6)
43,8 (9,0)
Demografische kenmerken
TAU (52%).
leeftijd man (%) jaren opleiding
42%
53%
Tot slot is een maat ‘Return to
13,9 (3,7)
13,5 (3,1)
work in good health’ (werkher-
32,7 (5,8)
35 (5,0)
toegevoegd, als gecombineerde
Werkkenmerken
vatting in goede gezondheid)
contracturen verzuimuren verzuim periode in maanden werksector (%)
27,1 (8,8)
27,6 (10,0)
maat van herstel en functione-
3,8 (2,0-6,5)
5,0 (2,8-5,0)
ren. Dit houdt in dat de depres-
financiën
54%
58%
sie in remissie is en er mini-
zorg
18%
9%
maal vier weken het volledige
anders
28%
33%
aantal contracturen is gewerkt.
Depressie
Deze was in TAU+OT (52%)
ernst (HDRS ) *
meer dan 1 episode (%) duur in maanden
20,1 (5,0)
18,0 (5,1)
significant hoger dan in TAU
54%
53%
(28%). Toevoeging van de ergo-
8,0 (4,0-14,0)
7,5 (4,0-12,0)
therapiemodule leidde dus tot
* HDRS= Hamilton Rating Scale for Depression; (Een score van <7 is geen depressie, 8-13 is mild,
meer mensen die hersteld van
19-22 is ernstig en en v23 is zeer ernstig.
hun depressie volledig aan het werk waren.
mers uit de financiële dienstverlening is ontstaan doordat, voorafgaand aan dit onderzoek, een samenwerkingsverband
Coping en functioneren op het werk (Tabel 2); De verwach-
was afgesloten met enkele arbodiensten die verbonden
ting was dat door aandacht te besteden aan stressvolle
waren aan de financiële dienstverlening.
situaties op het werk, dit ook invloed zou hebben op de copingstijl en productiviteit. Dit kwam niet terug in de resul-
Verzuim (Tabel 2); In beide groepen was sprake van een
taten. In beide groepen nam de stijl van actief aanpakken
sterke daling van het verzuim. Na één jaar (T2) was het
enigszins toe, en vermijden en een passief reactiepatroon
gemiddeld aantal uren verzuim in TAU+OT lager dan in
als copingstijl nam af. Wat wel opvalt is dat, vergeleken
TAU, dit verschil was echter niet significant. Op T3 was er
met de normscore, een passief reactiepatroon in de gehele
vrijwel geen verschil meer in het gemiddeld aantal uren
onderzoekgroep meer voorkwam, in vergelijking met de
verzuim. Uit nadere analyses (niet verwerkt in de resulta-
normpopulatie. De productiviteit in beide groepen nam toe
ten) blijkt dat vooral de groep met kortdurend verzuim (u 3
gedurende de studieperiode, echter ook hier is geen signifi-
maanden bij aanvang van de studie) baat had bij toevoeging
cant verschil tussen de groepen.
van de ergotherapie interventie. In deze groep nam het aantal uren verzuim in TAU+OT sterker af dan in TAU. Bij de
Conclusie
groep die langer dan 3 maanden verzuimde, was er minder
De onderzochte populatie kenmerkte zich door relatief
verschil tussen de twee condities. Omdat deze sub-groep
lang verzuim en door de ernst van de depressie. Hoewel
analyses maar met weinig mensen uitgevoerd werden, was
er geen verschil was wat betreft het aantal uren verzuim of
er te weinig power om significante effecten aan te tonen.
de snelheid van de werkhervatting, leidde toevoeging van de ergotherapie wel tot een hogere kans op een volledige
- 24 -
Ernst van de depressie (Tabel 2): In beide groepen nam
werkhervatting in goede gezondheid. Daarnaast leidde toe-
de ernst van de depressie sterk af, waarbij de ernst van de
voeging van de ergotherapie tot een grotere kans op herstel
depressie sterker afnam in TAU+OT. Op T3 was de gemid-
van depressie en een kleinere kans op recidivering van de
delde Hamilton score in TAU+OT 4,7 wat overeenkomt
depressie. Deze bevindingen zijn van belang gezien de ernst
met een depressie in remissie (score u 7). Dat beeld wordt
van de klachten van de onderzoekspopulatie. Verder werden
bevestigd bij het aantal participanten met een depressie
uit exploratieve analyses (niet gepresenteerd in dit artikel)
Ergotherapie Magazine 3 • 2014
Tabel 2. Resultaten, treatment as usual (TAU) en treatment as usual + ergotherapie (TAU+ET) Uitkomstmaat
T1 (6 maanden)
T2 (12 maanden)
T3 (18 maanden)
p T3 1p T3 1
TAU+ET
22,7
14,1
10,4
0,64
TAU
23,3
17
11,9
Verzuim
2Verzuim 2
Coping, UCL 3Coping, UCL 3 TAU+ET
actief aanpakken
16,8
17,2
17,9
0,82
vermijden
17,2
16,7
16,9
0,19 0,68
passive reactie patroon
15,8
13,4
13,1
actief aanpakken
15,4
16,3
16,8
vermijden
18,3
16,4
17,1
passive reactie patroon
16,5
14,6
14,1
TAU+ET
5,6
6,7
7,2
TAU
5,4
6,4
7,2
TAU
Productiviteit
4Productiviteit4
0,47
Depressie, HRSD5 Depressie, HRSD 5 TAU+ET
11,2
7,1
4,7
TAU
12,4
9,6
8,8
TAU+ET
32%
57%
77%
TAU
31%
47%
52%
0,03
HRSD in remissie (<7 %) 0,05
RTW in good health 6 TAU+ET
6%
34%
52%
TAU
10%
23%
28%
0,02
1. p waarde is interactie effect van conditie x tijd 2. gemiddeld verzuim in uren per week over afgelopen 6 maanden 3. UCL = Utrechtse Coping List, normwaarden zijn 18,6 voor actief aanpakken, 14,9 voor vermijden en 10,8 voor passief reactie patroon. 4. De efficientie van het aantal gewerkte uren werd wekelijks in een dagboek bijgehouden op een schaal van 1 (helemaal niet efficient) tot 10 (heel erg efficient) 5. HRSD = Hamilton Rating Scale for Depression; (Een score van >7 is geen depressie, 8-13 is mild, 19-22 is ernstig en v23 is zeer ernstig) 6. RTW in good health = werkhervatting van contracturen voor minimaal 4 weken en depressie in remissie aanwijzingen gevonden dat cliënten met relatief kort ver-
2002 is de Wet Verbetering Poortwachter tot stand gekomen
zuim (u 3 maanden) de meeste baat hadden bij toevoeging
en werd de werkgever verantwoordelijk voor de doorbeta-
van de ergotherapie. Dit pleit voor het vroegtijdig starten
ling van het salaris in de eerste twee ziektejaren (eerste jaar
met de ergotherapie.
100% en tweede jaar 70%). Daarnaast is de visie op verzuimbegeleiding veranderd. Er zijn betere richtlijnen voor
In de vorige studie was het belangrijkste effect van de toe-
professionals en deze zijn gericht op een snellere werkher-
gevoegde ergotherapiemodule gelegen in de toename van
vatting. Dit betekent adviseren van werkhervatting vóór het
het aantal uren werkhervatting. In de huidige studie is de
herstel van klachten, op basis van de overtuiging dat bij psy-
meerwaarde vooral het herstel van de depressie en vergro-
chische klachten, het herstel van klachten mede wordt gefa-
ten van de kans op een gezonde werkhervatting. Dit verschil
ciliteerd door herstel van functioneren (en niet andersom)
in resultaten heeft waarschijnlijk te maken met een aantal
en daarmee na-ijlt op participatie. Men zou kunnen conclu-
maatschappelijke veranderingen ten aanzien van verzuim-
deren dat deze wijzigingen tot een verbetering van de ver-
begeleiding die in de tussentijd hebben plaatsgevonden. In
zuimbegeleiding hebben geleid en daarmee het contrast
- 25 -
tussen de twee condities heeft verminderd ten aanzien van
De toevoeging van een ergotherapie interventie aan TAU is
de vorige studie.
effectief bij cliënten die al langere tijd verzuimen door een depressie. Mogelijk is deze interventie ook effectief voor cli-
Wat kan nu het effect van de ergotherapie interventie ver-
ënten met minder ernstige psychische klachten en een kor-
klaren? In tegenstelling tot wat aanvankelijk werd verwacht,
tere verzuimperiode. Gezien de toename van verzuim door
kan het werkingsmechanisme van de ergotherapie niet toe-
psychisch klachten, de maatschappelijke kosten die dit tot
geschreven worden aan het verbeteren van de algemene
gevolg heeft en persoonlijk leed wat hiermee is gemoeid,
copingstrategieën. Het veranderen van algemene coping
is deze interventie een belangrijke aanvulling om cliënten
strategieën is mogelijk ook niet iets wat na enkele sessies
te ondersteunen in het hervatten van het werk in goede
verkregen kan worden. Waarschijnlijk ligt het effect meer in
gezondheid.
het effectiever omgaan met specifieke situaties op het werk. Hiermee wijzigt niet de strategie als zodanig, maar vindt
Casus 1 Mevrouw Jansen* is een 40 jarige,
men een efficiëntere oplossing voor enkele voorliggende
alleenstaande vrouw zonder kinde-
problemen wat leidt tot een gunstig effect op klachten en
ren, werkzaam als verpleeg-
functioneren. Het werkmodel, waaraan de interventie is
kundige in een verpleeg-
opgehangen, ondersteunt cliënten in het herkennen van de
huis.
kernproblemen op het werk waardoor zij meer concreet aan al
kunnen geven wat ze nodig hebben of verwachten van hun leidinggevende. Daarnaast kan het effect van de ergothera-
Mevrouw heeft
meerdere
malen
langere periodes verzuimd
pie interventie mogelijk ook deels verklaard worden doordat
van werk als gevolg van depressieve
elementen van depressie behandeling ook onderdeel zijn
klachten. Omdat er een vermoeden
in de begeleiding die ergotherapeuten bieden. Dit zijn o.a.
was dat werk een rol kon spelen in
een activerende benadering, faciliteren dat cliënten steun
het recidiverende karakter van de
ervaren tijdens de groepsmomenten en het focussen op het
depressie, is zij doorverwezen naar de
nemen van kleine stappen in plaats van het denken in grote
ergotherapie.
veranderingen. Uit de analyse van de werksituatie kwam Een belangrijk element van de interventie is het driegesprek
naar voren dat mevrouw Jansen niet aan kon
met de werkgever. Onze ervaring is dat het voor een lei-
geven wat ze zwaar of juist prettig vond op haar werk.
dinggevende niet eenvoudig is om een werknemer met een
Wel gaf ze aan het zeer belangrijk
depressie te begeleiden op de werkvloer. Het was belangrijk
te vinden dat de sfeer op het werk
dat de leidinggevende de ruimte kreeg om te vertellen waar
goed was. Bij samenwerkingspro-
hij/zij tegenaan loopt in deze begeleiding. Een vaak gehoord
blemen of een hoge werkdruk
probleem was dat zij de werknemer niet willen overvragen
werd er dan ook altijd een beroep
maar ook niet ondervragen. Verder bleek dat er in veel situ-
op mevrouw gedaan. Zij nam
aties geen open communicatie was tussen leidinggevende
dan deze extra taken op zich, maar
en werknemer. De werkgever wist vaak niet precies waar de
ervoer dit niet alsof er over haar grens
werknemer tegenaan liep en vroeg ook niet door. De werkne-
werd gegaan. Uit de analyse bleek ook
mer vermeed om concreet zijn problemen aan te geven uit
dat er voor een periode van verzuim meestal
angst dat de werkgever zou denken dat er sprake was van
een sluimerend conflict was. Voor mevrouw was het behouden
een matig functionerende werknemer. Tijdens het werkbe-
van een prettige samenwerking erg belangrijk, dit behartigt zij
zoek werden deze punten bespreekbaar gemaakt. Alleen al
door dreigende conflicten te elimineren. Zij herkent dit gedrag
het delen van deze ervaringen bleek een belangrijke inter-
als een voor haar kenmerkend handelingspatroon.
ventie wat leidde tot een betere verhouding en is daarmee ondersteunend in het werkhervattingsproces.
Tijdens het verloop van het programma herkent mevrouw steeds beter dat zij tijdens haar werk over haar grens ging; dat
- 26 -
Ergotherapie Magazine 3 • 2014
ze te veel werk op zich nam, dat ze niet duidelijk zei wat ze
gemaakt dat hij zich erg onzeker is gaan voelen over zijn functi-
van situaties vond en dat ze meningsverschillen of conflicten uit
oneren waardoor hij zich niet ziet terugkeren op het werk.
de weg ging. Mevrouw vond veel herkenning bij de medecliënten in de groep. Dit stimuleerde haar in het ervaren en onder
De inzet van de ergotherapiemodule heeft hem op verschillende
woorden brengen hoe zij haar werksituatie ervaart, zowel in de
manieren geholpen. In de groepsbijeenkomsten heeft meneer
therapiesituatie als in de werkomgeving. Het maakte haar duide-
ervaren dat hij niet de enige is met dit soort problemen. Het
lijk dat de relatie met anderen niet noodzakelijkerwijs verslechtert
heeft hem ook geholpen om weer wat actiever te worden in zijn
als een conflict wordt uitgespro-
vrije tijd. Het bezoek aan de werkgever heeft hem geholpen om
ken. Een gesprek met haar lei-
toch het werk te hervatten ondanks tegenwerking van een col-
dinggevende over haar functio-
lega. Tijdens dit gesprek heeft de heer Bakker zijn twijfel kunnen
neren en de belemmeringen die
bespreken en de leidinggevende heeft aan kunnen geven hoe hij
zij ervaart, heeft er toe geleid dat
het functioneren van meneer heeft ervaren. Dit was er in het
er meer begrip is gekomen voor de
verleden niet van gekomen omdat de werkgever zich zorgen
werkwijze van mevrouw. De
maakte om meneer en geen negatieve feedback durfde te uiten.
conclusie van mevrouw
Het gevolg was dat de heer Bakker geen enkele feedback kreeg
over het programma
over zijn functioneren vanuit de leidinggevende. Op de werkplek
was dat zij inzicht heeft
heeft hij hard moeten oefenen om dichter bij zijn gevoel te blij-
gekregen in situaties die haar belas-
ven en een andere manier te vinden voor zijn behoefte om het
ten en handvaten aangereikt heeft
anderen naar de zin te maken. Deze acties hebben ertoe geleid
gekregen voor hoe ze op het
dat hij nu zijn werk heeft hervat op een meer bij hem passende
werk, naast haar cliënten, ook
afdeling.
voor zichzelf kan zorgen door eerder aan te geven wat zij wel en niet kan. Mevrouw
heeft
*De namen en de verhalen van deze casussen zijn gebaseerd op gefingeerde gegevens.
Over de auteurs: Gabe de Vries MA; - Manager inhoud, innovatie en trajectteams, Roads/ Arkin. haar werk weer volledig hervat.
- Onderzoeker, afdeling Stemmingsstoornissen, Academisch Medisch Centrum (AMC), Amsterdam. Dr. Hiske L. Hees;
Casus 2
- Onderzoeker, afdeling Stemmingsstoornissen, AMC,
De heer Bakker , 50 jaar, is *
werkzaam als leidinggevende in de financiële dienstverlening. Hij is getrouwd en
Amsterdam. - Psycholoog in opleiding tot gezondheidszorgpsycholoog (PIOG), Afdeling Stemmingsstoornissen, Pro Persona,
heeft drie kinderen van 9, 13 en 15 jaar en is in
Arnhem.
zijn vrije tijd scheidsrechter bij een voetbalclub. Zeven maanden
Ada Frans;
geleden heeft meneer zich ziek gemeld met depressieve klach-
- Trajectcoach, ergotherapeut, Roads / Arkin, Amsterdam.
ten. Omdat het niet gelukt is het werk te hervatten, is hij door
Sylvia E Teunissen;
de bedrijfsarts doorverwezen naar het AMC.
- Ergotherapeut, afdeling Stemmingsstoornissen, AMC,
Uit de analyse van het werkverleden blijkt dat de heer Bakker
Lea Stor;
te veel zijn best doet om te voldoen aan verwachtingen van
- Trajectcoach, Roads /Arkin, Amsterdam.
Amsterdam
anderen. Dit heeft bijgedragen tot zijn succes maar lijkt zich nu tegen hem te keren. Druk in de financiële sector, weerstand van een collega en de omgang met zijn puberende dochter hebben
- 27 -
P
R
A
K
T
I
J
K
B
E
R
I
C
H
T
Referenties 1. de Graaf R, Ten Have M, van Dorsselaer S (2010). De psychische gezondheid van de Nederlandse bevolking. Trimbos Instituut, Utrecht. 2. Rytsälä HJ, Melartin TK, Leskelä US, Sokero TP, Lestelä-Mielonen PS, Isometsä ET (2005) Functional and work disability in major depressive disorder. J Nerv Ment Dis. 193(3):189-95 3. Plaisier, I., Beekman, A.T.F., de Graaf, R., Smit, J.H., van Dyck, R., & Pen-
“Dankzij Intramed loopt onze praktijk als een trein”. Toen we hadden vastgesteld dat we steeds meer tijd verloren aan onze administratie, was de stap naar de praktijksoftware van Intramed snel genomen. Het was wat je noemt een echte managementbeslissing want al heel snel konden we meer patiënten behandelen dan we ooit voor mogelijk hadden gehouden. Jullie meedenken en steun van de helpdesk was hierbij werkelijk geweldig! Via de website van Intramed hebben we gebruik kunnen maken van een gratis proefperiode van 3 maanden. Hierdoor zijn we aan de slag gegaan zonder kosten of verplichtingen. Al snel bleek dat dit pakket prima aansloot bij onze wensen en zijn we na 3 maanden overgegaan tot een contract.
ninx, B.W.J.H. (2010). Work functioning in persons with depressive and anxiety disorders: The role of specific psychopathological characteristics. Journal of Affective Disorders, 125, 198-206 4. Mathers CD, Loncar D (2006). Projections of global mortality and burden of disease from 2002 to 2030. PLoS Med 3(11):e442. 5. Schene, AH, Koeter, MWJ, Kikkert, MJ, Swinkels, JA, McCrone, P (2007). Adjuvant occupational therapy for work-related major depression works: Randomized trial including economic evaluation. Psychol Med. 37: 351-362 6. de Vries G, Kikkert MJ, Schene AH, Swinkels J (2002). Helpt arbeidshulpverlening bij patiënten met een depressie? Nederlands Tijdschrift voor Ergotherapie, 103–106.
Intramed praktijksoftware, compleet gebruiksgemak voor de ergotherapeut
7. De Vries G (2008) Module ergotherapie Werkhervatting bij depressie. AMC
= Patiëntendossier volgens richtlijnen Ergotherapie Nederland of uw eigen richtlijnen
8. Hees HL, Koeter MW, de Vries G, Ooteman W, Schene AH. (2010). Effecti-
= Aparte richtlijn kinderergotherapie (ontwikkeld i.s.m. de Ketp Nederland) = Module ‘Verkopen’ voor het eenvoudig registreren en factureren van artikelen = Mogelijkheid om indirect-cliëntgebonden tijd te registreren en een overzicht te genereren = Registreren van niet-cliëntgebonden werkzaamheden = Briefontwerpen op basis van de NHG-richtlijn (Nederlands Huisartsen Genootschap). Gestructureerde informatie-uitwisseling tussen huisarts en ergotherapeut = Geschikt voor Directe Toegankelijkheid Ergotherapie (DTE) = Een Service Centrum waar u deskundig en vriendelijk geholpen wordt, ook ‘s avonds!
de Meren, Amsterdam.
veness of adjuvant occupational therapy in employees with depression: design of a randomized controlled trial. BMC Public Health, 10:558. 9. Hees H.L., de Vries G, Koeter M.W., Schene A.H., (2013). Adjuvant occupational therapy improves long-term depression recovery and return-to-work in good health in sick-listed employees with major depression: results of a randomised controlled trial. Occup Environ Med. 70(4):252-60 10. Wang J, Schmitz N, Smailes E, Sareen J and Patten S (2010). Workplace characteristics, depression and health-related presenteeism in a general population sample. J Occup Environ Med. 52:836-842 11. Netterstrøm B., Conrad N., Bech P., Fink P., Olsen O., Rugulies R., Stansfeld S., (2008). The relation between work-related psychosocial factors and the development of depression. Epidemiol Rev. 30: 118-132 12. Bonde JP (2008). Psychosocial factors at work and risk of depression: a systematic review of the epidemiological evidence. Occup Environ Med. 65(7): 438-45 13. Wang JL, (2006). Perceived work stress, imbalance between work and family/personal lives, and mental disorders. Soc Psychiatry Psychiatr Epide-
Noordkade 94 - 2741 GA Waddinxveen T 0182 62 11 07 F 0182 62 11 99
[email protected]
Al meer dan 19.000 gebruikers werken dagelijks met de Intramed software
Op de website treft u tevens uitgebreide productinformatie voor uw praktijk: w w w. i n t ra m e d . n l
miol. 41: 541-548. 14. Websites, www.uwv.nl; UWV Kennisverslag 2012-I, www.wfmh.org; Depression: What You Know Can Help You. International. Perspectives on Depression for People Living with Depression and Their Families.