Tentoonstelling
atopolis
13 juni > 18 okt.
manège de sury
PERSDOSSIER
CINÉTISATION D’APRÈS POL BURY © BENOIT PLATÉUS
mons
Mons 2015 PERSDOSSIER
2
3
VIJF PARTNERS BETROKKEN BIJ DE STICHTING MONS 2015 Deze unieke tentoonstelling gewijd aan hedendaagse kunst kon voor de realisatie van het project Atopolis rekenen op belangrijke financiële bijdragen van vijf partners betrokken bij de Stichting Bergen 2015: de intercommunale voor economische ontwikkeling en ruimtelijke ordening (IDEA-Intercommunale de Développement Economique et d’Aménagement du territoire) actief in het hart van Henegouwen, de financierings- en ondersteuningsinstrumenten van de bedrijven IMBC en SOWALFIN, de Waalse Watervoorzieningsmaatschappij (SWDE-Société Wallonne de Distribution d’Eau) en de beheerder van de electriciteits- en aardgasnetten ORES. Die verschillende instanties, die door hun werk dicht bij de lokale overheden en het bedrijfsleven staan, konden een evenement met internationale uitstraling als «Mons 2015 - Culturele hoofdstad van Europa» vanzelfsprekend niet aan zich laten voorbijgaan.
De vijf partners werden benaderd door verschillende operatoren, maar gaven er de voorkeur aan om alle middelen samen te voegen en te concentreren op een eminente tentoonstelling als Atopolis. Het is bovendien een unieke kans voor de betrokken partners om bij te dragen aan de uitstraling van een nieuwe ruimte in het stadscentrum van Bergen waar vanaf volgend jaar en onder auspiciën van IDEA, zijn eigenaar, jonge en innovatieve bedrijven zullen worden ondergebracht. De vijf bedrijven werden onmiddellijk aangetrokken door de kwaliteit en de originaliteit van het kunstproject dat door de commissarissen van het Wiels op touw werd gezet, en waarbij drieëntwintig kunstenaars werden gevraagd om via hun creaties hun visie te geven over wat een «ideale stad» zou kunnen of moeten zijn.
Mons 2015 PERSDOSSIER
4
Benoit Platéus, Cinétisation d’après Pol Bury, 2014. © Benoit Platéus
5
ZAT.
13 06 2015
ZON.
18 10 2015
atopolis
TENTOONSTELLING Curator Dirk Snauwaert Co-curator Charlotte Friling WIELS, Brussel Persconferentie 11 juni 2015 - 10:30 Publieke opening 13 juni 2015 - 12:00 > 18:00 Adres Manège de Sury Rue des Droits de l’Homme, 2 7000 Bergen, België Openingsuren DI. > ZON. - 12:00 > 18:00 Maandag gesloten Tarieven 8/5 € Gratis voor kinderen jonger dan 6 jaar Geleide bezoeken in het Frans, Engels, Duits en Nederlands Reservaties www.mons2015.eu
Atopolis is een door WIELS samengestelde tentoonstelling met werk van hedendaagse kunstenaars, wier belangstelling uitgaat naar vormen van uitwisseling en overdracht tussen culturen en artistieke praktijken. De titel verwijst naar de teksten van Edouard Glissant, die baanbrekend denkwerk verrichtte op het gebied van hybriditeit en globalisering, met de ‘Relatie’ als sleutelbegrip: de verbondenheid-in-gelijkheid tussen mensen onderling, tussen de gemeenschap en de natuur, tussen levende wezens en onbezielde materie, tussen het imaginaire, het symbolische en het reële. Bergen, als een van de eerste centra op het vasteland betrokken in de industrialisering en de ongebreidelde modernisering die ermee samenhing, vormde het kruispunt van belangrijke migratiestromen in de zoektocht naar een ‘beter leven’, en was bijgevolg het toneel van een drukke culturele en sociale uitwisseling. De problematiek van meervoudige identiteit en andere met de globalisering verbonden, actuele vraagstukken hebben in deze streek hun voorboden gekend, getuige de talrijke sociaal-utopische modellen die er het licht zagen. De tentoonstelling gaat over de omgang met het ‘andere’ en het ‘verschil’ in een globaliserende wereld, maar besteedt evengoed aandacht aan de eigenheid en geschiedenis van de specifieke plek waar zij plaatsvindt: de Manège de Sury en een tot school omgebouwd voormalig klooster, stukken erfgoed die de gedachte van een ‘microstad’ of ideale gemeenschap weerspiegelen. Het gebouwencomplex krijgt in 2016 na restauratie een nieuwe bestemming als incubator voor innoverende bedrijven: een stedelijke hub voor creatieve technologieën en vrije informatie-uitwisseling.
Drieëntwintig kunstenaars tonen er in de vorm van tijdelijke installaties hun visie op de atopolis of ideale stad. Naast nieuwe producties van Saâdane Afif, Nevin Aladağ, Danai Anesiadou, El Anatsui, David Medalla, Walter Swennen en Jack Whitten zijn monografische, onuitgegeven presentaties te zien van Yto Barrada, Vincen Beeckman, Benoit Platéus en Thomas Hirschhorn. Daarnaast omvat de tentoonstelling werk van Francis Alÿs, Walead Beshty, Huma Bhabha, Vlassis Caniaris, Abraham Cruzvillegas, Meschac Gaba, Jef Geys, Adrian Melis en Diego Tonus, en speciale bijdragen van Lawrence Weiner, Kapwani Kiwanga en Vincent Meessen. Performances zullen geregeld worden opgevoerd van juni tot oktober, zowel in de straten van Bergen, met de De Luidspreker van de Grote Markt van Saâdane Afif, als in de tentoonstellingsruimte, met de Music Room van Nevin Aladağ, de performance van David Medalla en de installatie van Thomas Hirschhorn. De randprogrammatie omvat gesprekken met kunstenaars, rondleidingen door de curators, workshops voor kinderen en filmvoorstellingen.
Een door (SIC) samengestelde en uitgegeven publicatie vergezelt de tentoonstelling. Ontwerp door Joël Vermot-Harrisson. Een coproductie van Fondation Mons 2015, Pôle muséal de la Ville de Mons en WIELS. Met de gewaardeerde steun van IDEA, Groupe IMBC, Sowalfin, Ores en Société Wallonne des eaux. Met de steun van Pro Helvetia en de Mexicaanse Ambassade in België
Mons 2015 PERSDOSSIER
6
SAÂDANE AFIF Saâdane Afif werd in 1970 geboren in Vendôme (Frankrijk). Hij woont en werkt in Berlijn. Afif hanteert een veelheid van vormen en media, in een voortdurende interactie met de context waarnaar zij verwijzen. De kunstenaar treedt op als katalysator van concepten die telkens opnieuw worden ‘vertaald’. Zowel de readymade en de erfenis van Duchamp als elementen uit de wereld van de popmuziek spelen een rol in zijn werk. Sinds de tentoonstelling Melancholic Beat te Essen (2004) verzamelt hij poëtische teksten die vrienden, kunstenaars en tentoonstellingsmakers aan zijn - doorgaans als postconceptueel omschreven oeuvre hebben gewijd. De kunstenaar maakt vaak meerdere versies van eenzelfde werk, dat in verschillende vormen wordt uitgevoerd: als object, als performance of als songtekst. Op die manier kan het werk voortdurend worden hernomen, getransponeerd of aan anderen overgedragen, terwijl de opnamen van de Lyrics en het door de kunstenaar bedachte label gestalte geven aan een open archief, waarin de vele transformaties van het werk hun neerslag vinden. Werk in de tentoonstelling Een tiental door de curators gekozen Lyrics, in vinyl letters aangebracht in de tentoonstellingsruimte, leveren de grondstof voor de acteur die nabij de Grote Markt van Bergen, van donderdag tot zondag een optreden van een halfuur zal verzorgen. Staande op een bronzen ‘soap box’ – die de rest van de dag toevallig op die plek lijkt rond te slingeren – brengt de performer zijn teksten, als een begeesterd predikant die zijn dromen verkondigt. De De Luidspreker van de Grote Markt herinnert aan het evenement dat op de biënnale van Venetië 2015 werd georganiseerd. De performance, die eerder reeds plaatsvond in Beiroet, Villeurbanne, Brussel en Zürich, wordt ook aangekondigd met behulp van een poster. Door de regelmaat van de opvoering en de ruimtelijke opstelling wil Saâdane Afif met zijn performance de herinnering bevorderen en de werkelijkheid transformeren, door de neergeschreven woorden tot leven te brengen. Recente tentoonstellingen: Ici, Leopold-Hoesch-Museum & Papiermuseum, Düren (2014); Blue Time, Blue Time, Blue Time…, Institut d’Art Contemporain, Villeurbanne (2013); Anthologie de l’humour noir, MMK, Frankfurt (2012). Saâdane Afif was laureaat van de Prix Marcel Duchamp (2009) en stelde tentoon in het Centre Pompidou in 2010. In 2007 nam hij deel aan Documenta 12 te Kassel. Hij wordt vertegenwoordigd door Xavier Hufkens, Brussel; Michel Rein, Brussel; Galerie Mehdi Chouakri, Berlijn; RaebervonStenglin, Zürich.
NEVIN ALADAĞ Nevin Aladağ werd geboren in 1972 in Van (Turkije). Zij woont en werkt in Berlijn en volgde een opleiding beeldhouwkunst aan de Kunstakademie van München. In haar werk tast Aladağ de mogelijkheden en grenzen af van de ruimte en het object. Haar installaties, performances en videofilms gaan ook over de identiteit van migrantengemeenschappen en sociale klassen, en de wijze waarop die in hun culturele praktijken tot uiting komt. Muziek en dans als manieren om deze dynamieken en vraagstukken tot uitdrukking te brengen, vormen een hoofdthema in haar werk, dat zowel een poëtische als een lichamelijke dimensie heeft en een reflectie aanreikt over de wijze waarop wij ons tot de wereld verhouden. Werk in de tentoonstelling De installatie Music Room, die in het kader van Atopolis speciaal wordt hermaakt, bestaat uit een reeks oude en hedendaagse gebruiksvoorwerpen, die de kunstenares in Bergen en Brussel verzamelde en met de hulp van plaatselijke ambachtslui ombouwde tot muziekinstrumenten. De tot muziekzaal omgevormde tentoonstellingsruimte herinnert aan de muzieksalons in privéwoningen en paleizen in de 16de en 17de eeuw. Music Room verwijst ook naar de geschiedenis van de kamermuziek en de militaire parades in de streek van Henegouwen. Leaning Wall (2012) is samengesteld uit een dertigtal gekleurde porseleinen objecten, zoals afdrukken van mannen- en vrouwenlichamen. Ze zijn opgehangen in de vorm van een soort ‘klimmuur, waar toeschouwers tegen kunnen leunen en nagaan hoe hun lichamen zich verhouden tot deze assemblage, die mogelijk een tendens of norm suggereert. De fragmenten zitten ergens tussen een individuele en een universele dimensie in, ze reiken een model aan – en de vrijheid om daaraan te ontsnappen.’ Nevin Aladağ stelde tentoon in Kunsthalle Basel (2014-2015); Pinakothek der Moderne, München (2012); MOT, Tokyo (2011); TBA 21, Wenen (2010) en nam deel aan diverse internationale tentoonstellingen, zoals de biënnales van Sharjah (2013), Istanbul (2009) en Taipei (2008). De Berlijnse galeries Wentrup en Tanas, en Rampa Gallery, Istanbul presenteren geregeld haar werk.
7
Saâdane Afif Soapbox Speaker of the Rue Antoine Dansaert, performed by Muhammad Gurkan, Brussels, 2011. Courtesy the artist.
Nevin Aladağ Music Room, Rampa, Istanbul, 2014. Courtesy the artist and Rampa, Istanbul.
Mons 2015 PERSDOSSIER
8
FRANCIS ALŸS Francis Alÿs werd geboren te Antwerpen in 1959; hij woont en werkt in Mexico City. Na een opleiding tot architect en stedenbouwkundige in Doornik en Venetië ontwikkelde Alÿs vanuit Mexico City een poëtisch maar ook politiek geïnspireerd oeuvre aan de hand van diverse technieken: teken- en schilderkunst, fotografie, video en performance. Thema’s die verband houden met de globalisering – grensconflicten, economische en humanitaire crisissen – worden door hem benaderd aan de hand van situaties uit het dagelijks leven. Door de verschillende productieschalen en een inventieve, allegorische benadering van de werkelijkheid, bieden Alÿs’ projecten ruimte voor interpretatie en bespelen ze de denkbeelden die door ideeën, symbolen en daden worden gegenereerd. In zijn kunst vloeien ethiek en poëzie, creativiteit en weerstand in elkaar over. Werk in de tentoonstelling Een reeks elementen – tekeningen, schilderkunstig werk, videofilms, een installatie – van het project Don’t Cross the Bridge Before You Get to the River (2008) wordt gepresenteerd in een van de monumentale ruimtes van de Manège. Op 12 augustus 2008 verlaat een rij kinderen, van wie elk een bootje draagt gemaakt van een schoen, Europa richting Marokko, terwijl een tweede rij kinderen vanuit Afrika naar Spanje trekt. Beide rijen zullen aan de horizon samenkomen om een denkbeeldige brug te vormen tussen beide continenten ter hoogte van de Straat van Gibraltar, die een politieke, economische, psychologische en culturele grens markeert, en waar zich het drama afspeelt van de migratie naar Europa. De deelname van Francis Alÿs aan Atopolis vormt de pendant van de tentoonstelling in Museo Tamayo Arte Contemporáneo, Mexico (2015). Belangrijke monografische tentoonstellingen werden eerder aan hem gewijd, met als belangrijkste: MoMA PS1, New York (2011); Tate Modern, Londen en WIELS, Brussel (2010); Musée Picasso, Antibes (2001); Whitechapel, Londen (1997). Zijn werk was te zien in het kader van Documenta 13 (2012) en van vele internationale biënnales waaronder Sharjah (2013), Venetië (2007, 2001 en 1999), São Paulo (2005 en 1998) en Istanbul (2001 en 1991).
EL ANATSUI El Anatsui werd in 1944 geboren te Anyako (Ghana); hij woont en werkt in Nsukka (Nigeria). Anatsui, sinds 1975 als hoogleraar verbonden aan de universiteit van Nsukka, is vooral bekend als beeldhouwer. Met behulp van eenvoudige, gevonden en gebruikte consumptiegoederen – flesdoppen, stukken metaaldraad, elektrisch materiaal enzovoort –, maakt hij complexe, monumentale composities met een sterke visuele en picturale impact. Het verzadigde en kleurrijke oppervlak van het schilderij, dat op een weefsel gelijkt, verschijnt als een topologie waarop sporen zijn aangebracht, aanwijzingen, tekens, incidenten of gebeurtenissen. De kunstenaar ontwikkelt een vormentaal die de koloniale geschiedenis bevraagt maar eveneens verbanden legt tussen consumptie, verspilling en het milieu. Zijn werk vormt een mengeling tussen beeldhouw- en schilderkunst, abstractie en traditionele esthetiek, waardoor een reflectie ontstaat over het statuut van het object en zijn materiële geschiedenis. Werk in de tentoonstelling El Anatsui zal ter gelegenheid van Atopolis twee nieuwe werken presenteren. Werk van hem was reeds te zien in CCA, Lagos (2014); Brooklyn Museum (2013); Royal Academy, Londen (2013); Musée Galliera, Parijs (2012); High Line, New York (2012); Kiasma, Helsinki (2011); National Museum of African Art, Smithsonian Institution, Washington (2008); biënnale van Venetië (2007). Zijn werk is tevens opgenomen in de collecties van het MoMA in New York, het British Museum in Londen en het Centre Pompidou in Parijs. Hij ontving in 2015 de Gouden Leeuw op de biënnale van Venetië voor zijn gehele oeuvre.
9
Francis Alÿs Don’t Cross the Bridge Before You Get to the River, detail of an action filmed in the Strait of Gibraltar, 2008. © Roberto Rubalcava
El Anatsui Intimation, 2014, aluminium and copper wire, 261 x 332 cm. Courtesy the artist and Axel Vervoordt Gallery, Antwerp.
Mons 2015 PERSDOSSIER
10
DANAI ANESIADOU
YTO BARRADA
Danai Anesiadou werd geboren in 1976; zij woont en werkt in Brussel en Athene. De kunstenares is van Griekse origine, werd in Duitsland geboren en groeide op in België. Vanuit deze meervoudige achtergrond put zij voor haar werk uit een veelheid van motieven: populaire cultuur en klassieke referenties, B-feuilletons en nouvelle vague, kitsch en architecturaal decorum. In haar performances en spookachtige scenografieën, een mengvorm van video, theater en dans, ontwikkelt de kunstenares een theatrale vorm van autobiografische en intieme vertelling, waarin niet alleen haar roots aan bod komen, maar ook haar voorliefde voor magie, duisternis en sporen. De ensceneringen resulteren vaak in een soort van abstracte collage, die verband houdt met ruimte en tijd, met clichés en het gevoelsleven. Het hybridische karakter van Anesiadous werk roept vragen op met betrekking tot de rol en het statuut van de kunstenaar, en dompelt de toeschouwer onder in een quasi droomachtige sfeer.
Yto Barrada werd in 1971 geboren in Parijs; zij woont en werkt in New York. Na haar studies politieke wetenschappen (Parijs) en fotografie (New York) keert ze terug naar Tanger (Marokko), de stad waar ze haar kinderjaren doorbracht en die een inspiratiebron blijft voor haar visueel werk, waarin ze bewegende en stilstaande beelden met elkaar combineert. De fotografie, die aanvankelijk vooral een onderzoeksinstrument was, wordt vanaf 1999 met Le Projet du Détroit de Gibraltar haar uitverkoren medium. Stedelijke landschappen zonder menselijke activiteit, figuren die, met de rug naar de toeschouwer, de toekomst tegemoet zien en de verwilderde natuur zijn hoofdthema’s in haar werk. Achter het metaforische gehalte - tussen rauwe werkelijkheid en allegorie in – gaat een doorgedreven reflectie schuil over fotografie en leefmilieu. De montage in reeksen en de associaties die worden opgeroepen, versterken de betekenis van deze beelden, getuigenissen van momenten in de geschiedenis.
Werk in de tentoonstelling Voor Atopolis zal Danai Anesiadou een nieuwe installatie creëren in een van de zalen van de Manège de Sury.
Werk in de tentoonstelling De afdrukken, geselecteerd uit diverse reeksen en opgehangen in verscheidene kamers van het schoolgebouw, vormen een omvangrijk, onuitgegeven monografisch geheel. La ferme pédagogique de Darna (de leerboerderij van Darna), gesticht door de moeder van de kunstenares, is een educatief experiment, ondernomen in een buitenwijk van Tanger vanaf 2003. De onder druk van vastgoedprojecten krimpende landbouwgrond verschraalt en verandert. Le jardin exotique de Marcel François is een tuin nabij de Marokkaanse hoofdstad Rabat, die Yto Barrada als kind bezocht en waar tuinbouwingenieur Marcel François planten uit vijf werelddelen kweekt. De reeksen worden aangevuld met andere beelden van serres met kamerplanten. Yto Barrada stelde tentoon in het Walker Art Center, Minneapolis (2013-2014); Fotomuseum, Winterthur (2012); WIELS, Brussel (2011); Haus der Kunst, München (2010); Centre Pompidou, Parijs (2010 en 2005); Fowler Museum, Los Angeles (2009); MoMA, San Francisco (2009). Yto Barrada wordt vertegenwoordigd door: Galerie Polaris, Parijs; Sfeir-Semler, Beiroet- Hamburg Pace Gallery, Londen.
Haar werk was eerder te zien in Notthingam Contemporary (2015); Palais de Tokyo, Parijs (2013); Kunsthalle Basel, David Roberts Art Foundation, Londen en WIELS, Brussel (2011); Witte de With, Rotterdam en The Banff Center, Canada (2010); Kiosk, Gent (2009); 5de Biënnale van Berlijn (2008).
11
Danai Anesiadou Installation views at Elisa Platteau Gallery, Brussels, 2011.
Yto Barrada Ferme Pédagogique – Tomates, Tangiers 2011, C-Print. 150 x 150 cm. Courtesy the artist and Galerie Polaris, Paris. Le jardin exotique de Marcel François, fig. 4, Bouknadel 2012, C-Print.80x80cm. Courtesy the artist.
Mons 2015 PERSDOSSIER
12
VINCEN BEECKMAN Vincen Beeckman werd in 1973 geboren te Brussel, waar hij woont en werkt. Nadat hij tijdens zijn studies journalistiek de fotografie had ontdekt, begon hij projecten te ontwikkelen over het alledaagse leven, waarin de in beeld gebrachte personen een actieve inbreng hebben. Met zijn interventies in de publieke ruimte, zoals zijn project met een mobiele pasfoto-automaat of de distributie van fototoestellen, treedt Beeckman niet alleen op als auteur van zijn kleurenbeelden: hij ijvert tevens voor de ontwikkeling van een fotografische praktijk bij anderen, als een middel tot ontvoogding. Zijn werk, dat schatplichtig is aan de subjectieve en amateurfotografie, getuigt van de crisis van de reportagefotografie. Via zijn documentair onderzoek naar het dagelijks leven in België en elders, maakt Beeckman van het fotografische medium een instrument om in dialoog te gaan met de eigen omgeving. Werk in de tentoonstelling Vincen Beeckman presenteert een nieuw, onuitgegeven fotoproject, tot stand gekomen in de streek rond Bergen. Via een jeugdhuis leerde de fotograaf een gezin kennen uit Pâturages, een dorp in de Borinage. Sedert enkele maanden werkt de fotograaf aan de beschrijving van een sociaal milieu en van zijn eigen relatie tot de leden van het gezin. Hij documenteert verscheidene momenten in hun dagelijks bestaan en uitstapjes die hij voor hen organiseert (naar dierentuin Pairi Daiza, naar de kust, naar Brussel) en dringt als een soort ‘huisdokter’ in hun privéleven door. Zijn beelden balanceren tussen sociaal-objectieve fotografie en het persoonlijke standpunt van de fotograaf, en getuigen van een levensverhaal maar ook van een onvoorwaardelijke onderdompeling in een intieme sfeer. Vincen Beeckman is lid van het collectief Blow Up en ontwikkelt projecten voor het stedelijk initiatief Recyclart (Brussel). Onlangs startte hij met het project om België visueel in kaart te brengen, met het oog op de viering van ’s lands tweehonderdjarig bestaan (2030). Beeckmans fotowerk was te zien in Berlijn, Brussel, Basel en Napels. Sinds 2002 neemt hij deel aan tal van groepstentoonstellingen en -projecten.
WALEAD BESHTY Walead Beshty werd in 1976 geboren in Londen; hij woont en werkt in Los Angeles. Zijn werk handelt over de relaties tussen opnametechnieken, de toeschouwer en de politiek-economische context. Toen enkele van zijn onbelichte filmstroken na de gebeurtenissen van 11 september 2001 in een luchthaven per ongeluk aan de röntgenstralen van een metaaldetector werden blootgesteld, ging hij experimenteren met nieuwe technieken en fysisch-chemische beeldvormingsprocedés, die naar abstractie neigen. Met zijn projecten voert hij een onderzoek naar het veranderende statuut en de betekenis van een neutrale drager in een context die wordt bepaald door het industrieel-technologisch verkeer. Het werk mondde uit in sculpturale vormen – de FedEx sculptures, 2005 – die nog sterker getuigen van de belangstelling van de kunstenaar voor de indexicaliteit en de omgang met het tijdsverloop die in elk van deze media aan de orde is. Met de reeks Unmaskings begon Beshty aan een nieuwe reeks experimenten, waarbij hij aan de hand van gevonden beelden zijn onderzoek voortzet naar de populaire beeldcultuur: hij knipt en herkadreert details uit stripverhalen over de koude oorlog, met voorstellingen van bio-nucleaire nachtmerries en dystopische rampen in een postapocalyptische, paranoïde sfeer. Werk in de tentoonstelling Unmaskings (2012) bestaat uit 44 panelen met beelden uit strips, waarin personages, al of niet onder dwang, hun masker afnemen. In deze fragmenten komt van achter de vermomming de ‘ander’ te voorschijn. Het werk verwijst naar de dreiging die uitgaat van het andere, de immigratie, veranderingen en transformaties in een complexe wereld zonder bakens. Twee machinale sculpturen vervolledigen de installatie. Sinds 2003 werd Beshty’s werk gepresenteerd in tal van internationale instituten: Barbican Centre, Londen en Regen Projects, Los Angeles (2014); Kunsthal Charlottenborg, Kopenhagen en Power Station, Dallas (2013); Art Basel 43, Galeria Raquel Arnaud, São Paulo (2012); Galerie Rodolphe Janssen, Brussel en UCCA, Beijing (2011).
13
Vincen Beeckman Intime, photographic series produced for Atopolis, 2014-2015. Courtesy the artist.
Walead Beshty Detail of Unmaskings. Photo Sid Hoeltzell. Courtesy the artist and Regen Projects, Los Angeles. Epson Stylus NX420, 2014. Courtesy Capitain Petzel, Berlin.
Mons 2015 PERSDOSSIER
14
HUMA BHABHA Huma Bhabha werd geboren in 1962 in Karachi (Pakistan); ze woont en werkt in Poughkeepsie (New York). Ze studeerde aan de Rhode Island School of Design en de universiteit van Columbia (New York) en beoefent zowel de beeldhouw- als de tekenkunst, fotografie en fotogravure. Biomorfische en/of figuratieve vormen die aan maskers of totems doen denken, komen tot stand door het assembleren van diverse objecten, in combinatie met klei, plastische materialen en metaal. De kunstenares beroept zich op de invloed van de film en van andere kunstenaars-beeldhouwers als Rauschenberg en Beuys. Deze referenties confronteert ze met tribale en archaïsche dierenfiguren alsook met afvalmateriaal. De recyclage-esthetiek die zo ontstaat, zorgt voor een onaffe aanblik maar ook voor een performatieve dimensie, in de wijze waarop deze sculpturen zich verhouden tot voorouderlijke tradities en gebruiken. Werk in de tentoonstelling Untitled (2013) is het tweede werk dat de kunstenares maakte met flarden en restanten van rubberbanden, afkomstig van tractoren, vrachtwagens, auto’s en fietsen. Het getuigt van de belangstelling van de kunstenares voor de integratie van nieuwe materialen in haar sculpturale beeldtaal. Het begrip landschap staat centraal in dit werk, waarvan de als slangen getorste en onderling verstrengelde banden herinneren aan de Laocoöngroep, aldus de kunstenares. Huma Bhaba stelde onder meer tentoon in MoMA PS1, New York (2013). Ze nam sinds het begin van de jaren 1990 deel aan talrijke groepstentoonstellingen zoals La Triennale: Intense Proximity, Palais de Tokyo, Parijs (2012); Figures from the New World, Centre for Contemporary Art Ujazdowski Castle, Warschau (2012). Haar werk was tevens te zien in belangrijke biënnales (Whitney Biennial, New York in 2010) en bij VeneKlasen/Werner, Berlijn (2014).
VLASSIS CANIARIS 1928-2011, Athene (Griekenland). De Griekse politieke context ten tijde van het kolonelsregime bracht Vlassis Caniaris naar Rome, Parijs en Berlijn, tot hij in 1976 naar Griekenland terugkeerde en benoemd werd als docent schilderkunst aan de architectuurschool van de technische universiteit van Athene. Tijdens zijn verblijf in het buitenland ontwikkelde Caniaris een analytische blik en een kritisch discours over de conditie van de immigranten in Europa. Zijn schilderijen en later zijn assemblages-sculpturen en installaties getuigen hiervan. Zijn onder de noemer ‘concreet realisme’ gevatte oeuvre wil de kunst laten zien als een onderdeel van de werkelijkheid en de toeschouwer bewust maken van de ware aard van het object, waardoor zijn waarneming een potentieel emancipatorische en creatieve dimensie verkrijgt. Werk in de tentoonstelling De ‘environment’-installatie Arrivederci - Willkommen maakt deel uit van een groep werken getiteld Immigrants (1971-76), die handelt over kwesties als emigratie en immigratie, fysieke en psychologische verplaatsing, nationale identiteit en sociale ongelijkheid. De installatie zal vergezeld gaan van een zeefdruk over de buitenlandse arbeiders in Duitsland. Caniaris’ oeuvre werd de voorbije jaren het voorwerp van een hernieuwde belangstelling, onder meer in de biënnales van Gwangju (2014) en Venetië (2012, 2002, 1988 en 1964). Zijn voornaamste tentoonstellingen vonden plaats in het kader van Documenta 6, Kassel (1977), in Moderna Museet, Stockholm (1972) en in het Musée d’Art Moderne de la Ville de Paris (1970). Er worden nog steeds monografische tentoonstellingen aan Caniaris’ werk gewijd, met name in GAK, Bremen; Henri Institute, Leeds en Kalfayan Galleries, Athene - Thessaloniki (2012).
15
Huma Bhabha What is love, 2013. © Roman Maerz Courtesy VeneKlasen / Werner, Berlin
Vlassis Caniaris Arrivederci – Willkommen, Kunstverein Hannover, 1976. Collection privée. Courtesy Kalfayan Galleries Athens - Thessaloniki
Mons 2015 PERSDOSSIER
16
ABRAHAM CRUZVILLEGAS Abraham Cruzvillegas werd geboren in 1968 te Ajusco (Mexico); hij woont en werkt in Mexico. Mede onder invloed van kunstenaars die hij tijdens seminaries leerde kennen op het einde van de jaren 1980, sloot Cruzvillegas zich aan bij de nieuwe Mexicaanse conceptuele kunststroming die in de jaren 1990 ontstond. Sedert 2007 vervaardigt hij werk volgens de principes van de zelfbouw: voorlopige bouwsels, opgetrokken zonder plan en met behulp van recuperatiemateriaal. Deze assemblage-esthetiek, gebaseerd op hybridische combinaties van technieken en gevonden elementen, getuigt van een actieve inventiviteit, confronteert verschillende economische systemen met elkaar en stelt kwesties aan de orde zoals de politiek-sociale verhoudingen in Mexico, de betekenis van collectieve producties en van menselijke interventies in de publieke ruimte. Cruzvillegas’ sculpturen gaan vaak vergezeld van verschillende soorten documenten – foto’s en tekeningen die verband houden met het levensverhaal van de kunstenaar, bijvoorbeeld met de liedjes die in zijn kinderjaren op de radio werden gespeeld – als een verwijzing naar de problematiek van identiteitsconstructie, die aan zijn hele werk ten grondslag ligt. Werk in de tentoonstelling The Simultaneous Promise, een installatie bestaande uit een van verscheidene achteruitkijkspiegels en luidsprekers voorziene driewieler, maakt deel uit van zijn grote project Autoconstrucción, gebaseerd op een economie van hergebruik en assemblage als middel tot individuele en gemeenschappelijke identiteitsvorming. Deze mobiele sculptuur nodigt tegelijk uit om terug te gaan in de autobiografie van de kunstenaar – die je populaire deuntjes uit zijn jeugd hoort fluiten – en een imaginaire wandeling te maken door een stedelijke omgeving bij wijze van psycho-geografische ervaring. Cruzvillegas’ werk was te zien in de Turbine Hall van Tate Modern, Londen (2015-2016); Haus der Kunst, München (2014); Walker Art Center (2013); Tate Modern, Londen (2012). Abraham Cruzvillegas nam tevens deel aan internationale evenementen als Documenta 13, Kassel (2012); de biënnale van Venetië (2003); de biënnale van São Paulo (2002). Hij was laureaat van de Yanghyun Prize, Korea (2012).
MESCHAC GABA Meschac Gaba werd geboren in 1961 in Cotonou (Benin); hij woont en werkt in Rotterdam en Cotonou. Na zijn studies aan de Rijksakademie Amsterdam ontwikkelde Gaba een artistieke praktijk aan de hand van diverse media – schilderkunst, sculptuur, installaties, gerecycleerde objecten, performance – met aandacht voor de postkoloniale verhoudingen, de relaties tussen Afrika en het westen en het verband tussen kunst en het dagelijks leven. Doorheen een ludieke aanpak die een soms ironische kijk verraadt op de sociaal-politieke inzet van de globalisering, geeft de kunstenaar uitdrukking aan een voortdurende zoektocht naar een globale geschiedschrijving, waarbij de artistieke contexten en de waarde van artefacten onder de loep worden genomen. Werk in de tentoonstelling Glo-Balloon, een onleesbare verdichting van vlaggen in de vorm van een grote (wereld)bol, stelt het probleem van de representatie aan de orde in het tijdperk van de globalisering, waarin het nationale wordt geabsorbeerd door het internationale. Het werk gaat over de teloorgang van individualiteit, specificiteit en leefbaarheid in ons op de natiestaat gebaseerde, mondiale systeem. Het symboliseert tevens de breekbare onderlinge afhankelijkheid van de politieke actoren. Gaba kwam in 1997 in de belangstelling met The Museum of Contemporary African Art, een van zijn voornaamste projecten, in het Rijksmuseum te Leiden. Sommige van de twaalf zalen waaruit dit reizende museum bestond, waren naderhand te zien in Tate Modern, Londen, Kunsthalle, Berlijn en Documenta 11, Kassel. Hij was tevens vertegenwoordigd in verscheidene biënnales (Benin in 2012, Liverpool in 2010), musea en galeries (In Situ/Fabienne Leclerc, Michael Stevenson). In 2010 richtte hij, ter bevordering van de kunst en kunsteducatie in Benin, het MAVA (Musée de l’Art de la Vie Active) op, met het doel om tot dan toe onbestaande museale structuren in het leven te roepen op Afrikaanse bodem.
17
Abraham Cruzvillegas The Simultaneous Promise, 2011. Installation view, Modern Art Oxford, 2011. Courtesy the artist and Thomas Dane Gallery, London.
Meschac Gaba Glo-Balloon, 2013. Installation view at the Manège de Sury, Mons. © Philippe De Gobert. Courtesy the artist and Stevenson Gallery.
Mons 2015 PERSDOSSIER
18
JEF GEYS
THOMAS HIRSCHHORN
Jef Geys werd geboren in 1934 te Leopoldsburg (België); hij woont en werkt in Balen. Centraal in zijn oeuvre staat het bevragen van de hedendaagse, academische en gesofisticeerde artistieke praktijken. Zijn werk verwijst naar een lokale context, het doordeweekse plaatselijke leven en de kunstwereld zoals deze door hem op diverse manieren wordt beleefd, onder andere als lesgever. Geys zet tal van verschillende media in alsmede het archief dat hij sinds 1958 nauwgezet bijhoudt, en waarin een veelheid van documenten, foto’s, krantenknipsels, tekeningen zorgvuldig zijn geïnventariseerd, om het bestaande waardenstelsel onderuit te halen, wars van enige esthetische contemplatie. Ook het voortdurend reactiveren van het eigen werk – ter gelegenheid van elke tentoonstelling verschijnt een nummer van zijn Kempens Informatieblad – is een wezenlijk kenmerk van Geys’ aanpak.
Thomas Hirschhorn werd in 1957 geboren in Bern (Zwitserland); hij woont en werkt in Parijs. Zijn werken getuigen van een sterk sociaal en politiek bewustzijn, en bespelen de grens tussen sculptuur en broze installatie, tussen vorm en inhoud. Ze kunnen de gedaante aannemen van precaire assemblages of van laboratoria voor experimenteel onderzoek. Erkend sinds de jaren 1990, ontwikkelde Hirschhorn een eigen esthetica van fragiele assemblages, gemaakt met behulp van eenvoudige materialen als karton, knipsels uit tijdschriften of ingezamelde objecten, die de sporen dragen van de globalisering. Zijn ogenschijnlijk rommelige displays krijgen vaak een plaats in de publieke ruimte. Gecreëerd in de marge van de museale instituten, nodigen deze environments de toeschouwer uit tot reflectie, in de confrontatie met of betrokkenheid bij de activering en feitelijkheid van het werk.
Werk in de tentoonstelling Het Kempens Informatieblad zal vóór de opening in bijna 50.000 brievenbussen in en om Bergen worden verspreid. In de kapel van de tentoonstellingsplek toont Geys Plexirelief (2013), een reliëf in plexiglas waarin motieven werden uitgesneden, alsook ingekaderde fotogrammen van enkele van deze motieven, en !Vrouwenvragen? (1965heden). Dit laatste werk is ontstaan in de jaren 1960, toen Geys vragen uit kranten en tijdschriften begon op te lijsten op een stuk pakpapier dat tegen de achterwand van zijn klaslokaal hing. Vertaald in dertien verschillende talen, blijken ze in de huidige sociaal-politieke context nog steeds even scherp en pertinent, meer bepaald met betrekking tot het debat over de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen. Zijn lijst met ‘vrouwelijke’ vragen is bedoeld om de toeschouwer aan te zetten tot reflectie en reactie.
Werk in de tentoonstelling Globalization Reversed werd speciaal voor Bergen bedacht als een alternatief voorstel om inzicht te krijgen in de globalisering. Met deze monumentale installatie, opgebouwd uit hout, plastic, beeldschermen, projectoren, kopieerapparaten en neons, wil de kunstenaar plastisch vorm geven aan de ideeën van Edouard Glissant over het onderscheid tussen de begrippen ‘mondialisation’ en ‘mondialité’. Het publiek zal worden uitgenodigd deze concepten visueel te verkennen door deel te nemen aan een workshop in de tentoonstelling, die is opgevat als een work in progress.
Het werk van Jef Geys was te zien in diverse solotentoonstellingen in België en daarbuiten: SMAK, Gent (2015); CNAEI, Chatou (2014, 2012); WIELS, Brussel, samen met Monir Shahroudy Farmanfarmaian (2013); Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Brussel (2012); Museum of Contemporary Art, Detroit (2010); Van Abbemuseum, Eindhoven (2004); Documenta 11, Kassel (2002). Hij vertegenwoordigde België in diverse biënnales (Venetië, 2009 ; São Paulo, 1991).
Thomas Hirschhorn is sinds 2002 betrokken bij Les Laboratoires d’Aubervilliers, waar hij zijn Musée Précaire Albinet (2004) ontwikkelde. Hij nam deel aan vele biënnales (Venetië, Istanbul, São Paulo) en internationale initiatieven, zoals Manifesta 10. In 2000 ontving hij de Prix Marcel Duchamp. Recente grote overzichtstentoonstellingen: Flamme éternelle in Palais de Tokyo, Parijs (2014); Höhere Gewalt in het Schinkel Pavillon, Berlijn (2014); Gramsci Monument in Dia Art Foundation, New York (2013).
19
Manège de Sury, Rue des Droits de l’Homme 4, 7000 Mons. 13/6/15 jusqu’au 18/10/15
JEF GEYS
SPECIAL EDITION MONS 2015 - EDITION SPECIALE MONS 2015
Jef Geys Kempens Informatieblad, Edition Mons 2015. Courtesy of the artist.
Thomas Hirschhorn Sketch for Globalization Reversed, 2014. Courtesy the artist.
Mons 2015 PERSDOSSIER
20
KAPWANI KIWANGA Kapwani Kiwanga werd geboren in 1978 in Hamilton (Canada); ze woont en werkt in Parijs. Na haar studies antropologie en vergelijkende godsdienstwetenschap in Canada, volgde Kiwanga opleidingen aan de Ecole nationale supérieure des BeauxArts de Paris en Le Fresnoy (Tourcoing). In haar performances, videofilms en installaties gewijd aan afro-futurisme, antikoloniale bewegingen, religieuze systemen, populaire en lokale cultuur ontwikkelt de kunstenares quasi wetenschappelijke experimentele protocollen, waarbij ze methodologieën uit diverse disciplines toe-eigent en naar haar hand zet. Antropologisch onderzoek, archiefmateriaal en literatuur leveren de grondstof voor een oeuvre waarin verscheidene materiële bronnen en objectieve zowel als subjectieve getuigenissen worden ingezet, in een onderzoek naar (de evolutie van) culturele fenomenen. In het kader van haar jongste project over de Maji-Maji-opstand in 1905 in Tanzania, haar land van oorsprong, brengt Kiwanga de grote en kleine verhalen van de Afrikaanse weerstand in herinnering, met aandacht voor de inzet van magie tegen de Duitse koloniale bezetters. Werk in de tentoonstelling In het kader van haar bijdrage aan Atopolis, een installatie bestaande uit documenten en geluidselementen, buigt Kapwani Kiwanga zich over het Mundaneum-archief en de Universele Decimale Classificatie, ontwikkeld door Paul Otlet en Henri La Fontaine. De kunstenares is met name geïnteresseerd in het nomadische karakter van het archief, dat met verscheidene plekken en tijdperken verbonden is, en in de mogelijkheid om dit systeem in dialoog te laten treden met andere classificatieschema’s uit andere culturele systemen. Het werk van Kapwani Kiwanga was te zien in internationale kunstinstellingen: Jeu de Paume, Parijs (2014); Glasgow Center of Contemporary Art (2008); Centre Pompidou, Parijs (2006). Haar films worden geregeld op festivals vertoond: International Short Film Festival Winterthur (2014); Kassel Documentary Film Festival (2008); Interfilm Berlin (2006).
DAVID MEDALLA David Medalla werd geboren in 1942 in Manilla (Filipijnen); hij woont en werkt afwisselend in Londen, New York en Berlijn. Medalla mag dan een even discreet als toonaangevend figuur zijn, hij behoort tot die kunstenaars die de relatie tussen kunst en leven grondig hebben veranderd. Als pionier van de happening en voornamelijk gekend als voorloper van de kinetische kunst in de vroege jaren 1960, ontwikkelde hij een procesmatige en open artistieke praktijk in de vorm van performances, zonder evenwel de schilderkunst en fotocollage op te geven. Zijn performatieve acties geven vaak aanleiding tot nauwe samenwerking met andere kunstenaars, zoals reeds tientallen jaren met Adam Nankervis. Aan de hand van verschillende werkelijkheidsniveaus en vormen van interactie tussen kunst en maatschappij, wil hij zich niet alleen bevrijden uit de greep van de kunstinstituten, maar ook een wederzijdse relatie aangaan met de toeschouwer, om diens poëtisch gevoel en perceptie aan te scherpen. Met zijn Mondrian Fan Club (1994) en vele performances brengt Medalla steeds weer kunst en leven samen, in een eigen poëtica van permanente transformatie. Werk in de tentoonstelling David Medalla brengt een nieuwe versie van zijn historische werk A Stitch in Time. De installatie, door de kunstenaar omschreven als ‘participatie-productie-aandrijving’, bestaat in een lange katoenen doek waarop bezoekers worden uitgenodigd iets te naaien, met aandacht voor de dubbele context van arbeid en ontspanning die eigen is aan dit proces. Medalla zal in Bergen ook, bij wijze van performance in de tentoonstellingsruimte, een schilderij afwerken op het thema van Whitman and Rimbaud. David Medalla nam sinds de late jaren 1960 deel aan internationale tentoonstellingen als Documenta 5 (1972) en When Attitudes Become Form (1969). Zijn werk was meermaals te zien in Galerie Kai Hilgemann, Berlijn, Aicon Gallery, Londen en Galerie Baro, São Paulo, en hij was tevens te gast in het Singapore Art Museum (2015); Jewish Museum, New York (2014); Mori Art Museum, Tokyo (2003); biënnale van Johannesburg (1998); Musée d’Art Moderne de la Ville de Paris (1996).
21
Kapwani Kiwanga Selon les directives de Paul Otlet, Esquisse de Bibliothèque mondiale Circa 1928-1929, Crayon sur papier et fiche , 15,1 x 47,5 cm Courtesy Mundaneum, Centre d’Archives de la Fédération Wallonie-Bruxelles, Mons
David Medalla Whitman and Rimbaud, 2015. Courtesy Another Vacant Space, Berlin.
Mons 2015 PERSDOSSIER
22
VINCENT MEESSEN Vincent Meessen werd geboren in 1971 in Baltimore (VS); hij woont en werkt in Brussel. In zijn werk als beeldend kunstenaar staan het begrip territorium als politieke kwestie en de geschiedenis van kolonisatie en migratie centraal. Met zijn installaties, opgebouwd uit fictieve elementen, archiefstukken en documenten, schept hij performatieve scenario’s met een curatoriële dimensie, waarbij verafgelegen gebieden en geschiedenissen onder de loep worden genomen. Over historische en geografische afstanden heen schept Meessen nieuwe constellaties van beelden en documenten, die een reflectie schragen over de tentoonstelling als medium. Vincent Meessens postkoloniale benadering stelt ook ons vermogen in vraag om met het verleden om te gaan: de kunstenaar onderzoekt de puinhopen van de moderniteit en de weerslag van de utopieën uit de koloniale tijd. In de samenwerkingen die hij aangaat, toont hij een voorkeur voor vormen van collectieve actie, die hem meer interesseren dan de autoriteit van de auteur. Werk in de tentoonstelling Words from the sons of Caïn, 2015: verspreid doorheen de tentoonstelling verschijnen Franse slang-woorden, geselecteerd op hun Romani herkomst. De termen getuigen inderdaad van de beslissende en nog steeds weinig gekende invloed van de Roma op het Bargoens dat het zogeheten gemene volk hanteerde. In het voorwoord van haar boek Princes du Jargon vermeldt Alice Becker-Ho de stad Bergen en de datum van 1421 in verband met de allereerste historische getuigenis over de aanwezigheid van Roma in België. Slechts twee jaar eerder werd voor het eerst melding gemaakt van hun aanwezigheid in Europa. Vincent Meessen is mede-oprichter van het collectief Potential Estate en van de groep voor artistiek onderzoek en productie Jubilee. In 2015 vertegenwoordigt hij België op de biënnale van Venetië. Zijn werk was te zien in Kunsthalle Basel (2014-2015); Kiosk, Gent (2014); Netwerk, Aalst (2011-2012); Palais de Tokyo, Parijs (2011); Stedelijk Museum Bureau Amsterdam (2009). Zijn films werden onder meer vertoond in Jeu de Paume en Cinémathèque française in Parijs en in het Museo Reina Sofía, Madrid.
ADRIAN MELIS Adrian Melis werd in 1985 geboren te Havana (Cuba); hij woont en werkt in Barcelona en Amsterdam. Hij is afgestudeerd aan de kunstuniversiteit ISA in Havana en verblijft als resident aan de Rijksakademie Amsterdam. Sinds 2004 werkt deze jonge kunstenaar aan een oeuvre dat, aan de hand van video’s, documenten, foto’s en installaties getuigt van een scherp bewustzijn van de politieke en sociale verhoudingen in de Cubaanse postcommunistische samenleving en van de excessen van het financiële kapitalisme in Europa. Melis’ projecten ontstaan vanuit eigen ervaringen en ontmoetingen met arbeiders, wier bekommernissen, bestaansvoorwaarden, productiviteit en werkomstandigheden hij tot onderwerp maakt van zijn werk, dat zich beweegt op de grens tussen kunst en sociologie. Werk in de tentoonstelling The making of fourty rectangular pieces for a floor construction, (2008). Vanwege een schaarste aan materiaal zitten de arbeiders van een Cubaans bedrijf te wachten op het einde van hun werkdag. Gebruik makend van dit moment van rust en werkloosheid tracht Adrian Melis de fabriek nieuw leven in te blazen en nieuwe vormen van beweging te genereren. In de videofilm zien we hoe de arbeiders samen de geluiden imiteren die de fabriek voortbrengt tijdens een normale werkdag. The Value of Absence (2009-2011) is een video-installatie, opgesteld op een schrijftafel samen met documentatie. Dreams Production Plan (2011-2014), houten dozen, papier, foto’s. In deze installatie gaat de aandacht van de kunstenaar naar de bedrijven die volgens hem ‘het kwetsbaarst zijn op het gebied van lage productiviteit’. De arbeiders kregen van Melis notitieboekjes met het verzoek op te schrijven wat ze droomden wanneer ze op hun werk in slaap vielen. In tegenstelling tot hun onvolbracht gebleven officiële werk, wordt de droom een psychische productie, een werktijd in dienst van een andere bediende: de kunstenaar zelf. De teksten worden tentoongesteld in houten doosjes, als een afgewerkt product dat klaar is voor commercialisering. De beelden documenteren het project en de deelnemers. Adrian Melis stelt tentoon sinds 2006. Zijn werk was reeds te zien in Kunsthalle Basel en Muzeum Sztuki Nowoczesnej, Warschau (2013); MAS, Santander, Spanje (2012); de 10de biënnale van Havana (2009). In 2012 vond zijn eerste solotentoonstelling plaats in ADN Galeria te Barcelona.
23
Vincent Meessen Stencil for Wordsfrom the sons of Caïn, 2015. 10 x 20 cm. Courtesy the artist
Adrian Melis Dreams Production Plan, 2011-2014.
Mons 2015 PERSDOSSIER
24
BENOIT PLATEUS Benoit Platéus werd in 1972 geboren te Chênée; hij woont en werkt in Brussel. De kunstenaar werd opgeleid aan de ERG en beoefent zowel fotografie als video, sculptuur, schilder- en tekenkunst. Zijn werk handelt over de ambiguïteit van het zichtbare en bevraagt de principes van de reproductie. Voor zijn fotografisch werk manipuleert hij gevonden beelden, die hij vervolgens aan de hand van diverse procedés opnieuw onthult. De beelden fungeren in zijn werk dus niet alleen als thema maar evengoed als instrument. Terwijl zijn experimenten met licht, uitvergroting en kopie het beeld van zijn context ontdoen, verlenen ze het een nieuwe materialiteit en scheppen ze ruimte voor nieuwe interpretaties. Werk in de tentoonstelling Ghostburn, een onuitgegeven fotografische reeks, tot stand gekomen op basis van een selectie van gekende beelden, die werden geherfotografeerd bij zonlicht, verschijnt als een monografisch project in de groepstentoonstelling. Naar gelang van het opnamestandpunt lijkt het beeld te ‘branden’ onder invloed van de weerkaatsing van het licht op de afdruk. Het procedé laat nieuwe vormen te voorschijn komen en roept een nieuwe perceptuele context in het leven. De kunstenaar laat de beelden toe ‘uit hun eigen ruimte te breken om in gesprek te gaan’, door in te spelen op de bewustwording en perceptie van de toeschouwer. De figuren, gezien op reclameborden in de openbare ruimte en door Platéus geherfotografeerd, verschijnen als geesten of spookachtige wezens, verbannen uit hun vertrouwde publicitaire kader en veroordeeld tot een zwervend bestaan. Benoit Platéus was laureaat van de Prijs Jonge Belgische Schilderkunst in 2003. Sinds 1999 was zijn werk te zien in Karma, New York; SMAK, Gent; Galerie Baronian en Etablissement d’en face, Brussel; Galerie Aline Vidal, Parijs. Hij nam deel aan talrijke internationale groepstentoonstellingen waaronder Richard Parker, Los-Angeles; Trailer for the future, Liège (2014); Celluloid Brushes, Berlijn, Parijs en New York (2011-2012).
WALTER SWENNEN Walter Swennen werd geboren in 1946 in Vorst (België); hij woont en werkt in Brussel. Na zijn debuut als dichter halverwege de jaren 1960, een opleiding in de psychoanalyse en een loopbaan als docent, gaat Walter Swennen, in het spoor van de visuele reductie in de conceptuele kunst, op zoek naar de poëtische mogelijkheden van de schilderkunst. Aan de hand van banale, populaire thema’s uit het dagelijks leven, ontleend aan strips of literatuur, onderzoekt hij het verband tussen beeld en taal, figuratie en abstractie. Swennens werk gaat niet zozeer over het onderwerp als wel over de condities van zijn uitwerking. Zijn schilderijen en tekeningen, die aan elke categorisering ontsnappen, getuigen van een voorliefde voor het marginale, het absurde, het eufemisme en het tragikomische. Werk in de tentoonstelling Swennen zal ter gelegenheid van Atopolis een nieuw schilderij presenteren, geïnspireerd op de transistorradio’s uit de jaren vijftig, door hem omschreven als zijn ‘eerste Europese herinnering’. Walter Swennen is te gast in Kunstverein Düsseldorf in 2015. De tentoonstelling So Far So Good te WIELS, Brussel (2013) was de voornaamste presentatie van zijn werk tot nog toe, sinds zijn eerste tentoonstelling in de galerie van de ERG (1980) en de tentoonstellingen in het Palais des Beaux-Arts, Charleroi (1991); M HKA, Antwerpen (1996); MAC’S, Grand Hornu (2004). Zijn werk is te zien bij galerie Gladstone, New York (2015); Xavier Hufkens, Brussel (2014); Culturgest, Lissabon (2013).
25
Benoit Platéus Selection of photographs from the series Ghostburn, 2014. Courtesy the artist.
Walter Swennen New painting for Atopolis, 2015. Courtesy the artist.
Mons 2015 PERSDOSSIER
26
DIEGO TONUS Diego Tonus werd geboren in 1984 in Italië; hij woont en werkt in Amsterdam. Hij is afgestudeerd aan het Sandberg Instituut (Amsterdam). In zijn interventies, performances en videofilms worden ensceneringssystemen ontsluierd en de goedgelovigheid van de kijker op de korrel genomen. In zijn omgang met documenten, archieven en collecties zoekt hij de grenzen op tussen authenticiteit, fictie en geloof. In een van zijn jongste werken buigt Diego Tonus zich meer bepaald over de representatie van de rechtspraak, zijn systemen en rituelen, teneinde de toeschouwer bewust te maken van de verschillende conventies en associaties waarop het juridisch principe gestoeld is. Werk in de tentoonstelling Processing Authorities (2013-heden), installatie met kopieën van een verzameling houten hamers, gemengde techniek. Het project is opgebouwd rond een bijzondere verzameling niet nader geïdentificeerde hamers uit de collectie van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) te Amsterdam. Deze houten hamers behoorden toe aan de voorzitters en leiders van revolutionaire commissies en emancipatiebewegingen binnen de Nederlandse vakbeweging – arbeidersverenigingen, propaganda-acties, landbouwersverenigingen, religieuze groeperingen, de commissies tegen alcoholisme, Esperanto-voorvechters, sportverenigingen, de vrouwenbeweging enzovoort. Ze werden eerder toevallig door het instituut samengebracht, zonder aandacht voor hun geschiedenis en gebruik. Na een onderzoek naar de vorm, geschiedenis en functie van deze hamers uit de periode van de 19de eeuw tot heden, heeft de kunstenaar er identieke reproducties van gemaakt. Op die manier vormt Diego Tonus ze om tot voorwerpen van observatie en discussie in antropologisch, psychoanalytisch, sociaal en politiek perspectief, waarbij hun betekenis en hun verhouding tot het heden worden geherdefinieerd. Als voormalig resident in WIELS toonde hij in 2014 het eerste deel van Processing Authorities in Stedelijk Museum Bureau Amsterdam. Zijn werk is te zien in het Van Gogh Museum, Amsterdam (2015-2016). Hij presenteerde Residenti in de Villa e Collezione Panza te Varese (2013) en leverde bijdragen aan verscheidene tentoonstellingen: We Have Never Been Modern, Song Eun Art Space, Seoul (2014); The Real Thing, Palais de Tokyo, Parijs (2013); Out-of-___ , galerie Michael Benevento, Los Angeles (2012).
LAWRENCE WEINER Lawrence Weiner werd in 1942 geboren in de Bronx (VS); hij woont en werkt in New York. Sinds het einde van de jaren 1960 hanteert hij, als een van de grondleggers van de conceptkunst, taal als voornaamste medium en als grondstof voor zijn sculpturen. De statements die hij afdrukt op verschillende papieren dragers of aanbrengt op muren, hun plaatsing in de ruimte, kleur en typografie nodigen de toeschouwer uit een nieuw soort verhouding aan te gaan met het werk, dat zich niet alleen als een beeld, maar ook als gedachte aandient. Werk in de tentoonstelling Voor Atopolis zal Lawrence Weiner een adaptatie voorstellen van We are Ships at Sea not Ducks on a Pond, over de architectuur van het Manège de Sury. Lawrence Weiner stelde tentoon in tal van internationale instituten: Tate Gallery, Londen (2006); Museo Tamayo Arte Contemporáneo, Mexico (2004); Deutsche Guggenheim, Berlijn (2000); Walker Art Center, Minneapolis (1994); San Francisco Museum of Modern Art (1992); Institute of Contemporary Arts, Londen (1991). In 2007-2008 werd een grote retrospectieve aan zijn werk gewijd onder de titel As Far As The Eye Can See, in het Whitney Museum of American Art, New York, het Museum of Contemporary Art, Los Angeles en K21, Düsseldorf. Weiner nam deel aan de tentoonstelling Magiciens de la Terre, Centre Pompidou, Parijs (1989).
27
INSTALLATION INSTRUCTIONS FOR PARTICIPATION IN ATOPOLIS MANÈGE DE SURY, MONS 13 JUNE - 18 OCTOBER 2015 TO BE PAINTED USING THE FOLLOWING COLORS: GLOSS BLACK: PANTONE PROCESS BLACK C GLOSS BLUE: PANTONE 299 C REFLECTIVE SILVER
Diego Tonus Processing Authorities (ACT II), view of his studio at WIELS, Brussels, 2014. Courtesy the artist.
Lawrence Weiner We are Ships at Sea not Ducks on a Pond, sketch for Atopolis, 2015. Courtesy the artist.
Mons 2015 PERSDOSSIER
28
JACK WHITTEN Jack Whitten werd geboren in 1939 te Bessemer (VS); hij woont en werkt in New York. Afkomstig uit Alabama, debuteert hij in de jaren 1960 als schilder. De burgerrechtenbeweging tegen de disciminatie van Afro-Amerikanen en de Vietnamoorlog hebben een diepe indruk op hem gemaakt. Voor Whitten fungeert het picturale vlak als een zone om te experimenteren met de intensiteit van het gebaar en de gekleurde materie. Hij maakt een soort van topologische cartografieën die vaak verwijzen naar ‘tropen’ uit de afrosfeer. Aanvankelijk beïnvloed door het abstract expressionisme komt hij in de jaren 1970 tot de ontwikkeling van een eigen stijl, waarbij hij in zijn composities de plastische en materiële mogelijkheden onderzoekt van het werken met acrylverf. Zijn kleurenpalet versobert tot zwart en wit, waarna hij in de jaren 1990 gaat experimenteren met geometrische mozaïekpatronen. Werk in de tentoonstelling Speciaal voor Bergen en de specifieke context maakte de kunstenaar een monumentaal schilderij Atopolis: For Edouard Glissant, dat hulde brengt aan de theoreticus van de esthétique relationnelle doorheen de metafoor van de archipel, ingezet als beeld en als principe. Bij de realisatie van dit acrylschilderij liet de kunstenaar het toeval spelen, door het doek te bekogelen met in verf gedrenkte proppen. Via de ontwerptekeningen ontstaat een vorm van dynamische topografie. Na zijn eerste belangrijke tentoonstellingen in het Whitney Museum of American Art (1974) en Studio Museum, Harlem (1983) werden in de Verenigde Staten en daarbuiten talrijke exposities aan Jack Whittens oeuvre gewijd, met name in Walker Arts Centre, Minneapolis; The Museum of Contemporary Art, San Diego; Brooklyn Museum (2014); de biënnale van Venetië (2013); MoMA PS1, New York (2007). Zijn werk is tevens geregeld te zien in de galeries Zeno X, Antwerpen en Alexander Gray Associates, New York.
29
Jack Whitten Atopolis : For Edouard Glissant, 2014, acrylic on canvas, 8 panels, 316x 613 cm
Jack Whitten Preparatory drawing Courtesy the artist and Zeno X Gallery, Antwerp.
Mons 2015 PERSDOSSIER
30
La Manège de Sury © Jean-François Berhin
31
de MANèGE DE SURY
De Manège de Sury, die vroeger dienst deed als kazerne voor de Civiele Bescherming (maar tevens onderdak bood aan een theater en de archieven van het justitiepaleis) is een monumentaal, open gebouw met veel licht. Het andere, 18de eeuwse pand, voormalige refuge van de abdij van Olive, heeft dienstgedaan als kloosterschool met bijbehorende kapel, en is opgedeeld in achttien klaslokalen met een meer huiselijk karakter, die uitgeven op smalle gangen. De site, die steeds in het teken heeft gestaan van de verbetering van de levensomstandigheden van de bevolking, onderwijs en eredienst, omvat ook een tuin. De intercommunale IDEA heeft voor beide stedelijke locaties en met de steun van de stedelijke overheid en de Waalse Regering, een project ontwikkeld voor de renovatie, verbouwing en uitbreiding van het geheel, met de bedoeling er een microzone van stedelijke economische activiteit te vestigen. Dit nieuwe complex van bijna 3000 m2 wordt een stedelijke incubator, bestaande uit ideaal gelegen relaishallen en kantoren, bedoeld voor jonge bedrijven, actief in de culturele en creatieve sector.
Mons 2015 PERSDOSSIER
32
PUBLICATIE
De catalogus is opgebouwd volgens twee onderling verbonden krachtlijnen.
Uitgeverij (SIC) Editions Sébastien Biset & Raphaël Pirenne Avenue Van Volxem 54 1190 Vorst, België www.sicsic.be
[email protected] Visuele identiteit van de tentoonstelling en de publicatie Joël Vermot-Harrisson
[email protected]
Enerzijds werden vier auteurs uit verschillende vakgebieden (Jan Baetens, Yves Citton, Yoann Van Parys, Elvan Zabunyan) uitgenodigd een tekst bijdrage te leveren, niet in de vorm van een theoretisch of geschiedkundig essay over de problematiek die in de tentoonstelling wordt aangekaart, maar wel van aantekeningen over alle deelnemende kunstenaars met betrekking tot de tentoongestelde werken, dit wil zeggen een twintigtal notities in totaal, die de aanwezige werken beschrijven vanuit een eigen, specifiek standpunt (gaande van literatuur over ideeëngeschiedenis tot kunst- en cultuurgeschiedenis). Op die manier kan de lezer eenzelfde werk vanuit verschillende standpunten beschouwen, in een meervoudige lectuur van de kwesties die deze werken aan de orde stellen. De tweede krachtlijn werd opgevat als een soort ‘windroos’ die het mogelijk maakt om, vanuit verschillende historische ijkpunten, alweer gedefinieerd vanuit verschillende vakgebieden, de tentoongestelde werken te duiden, in functie van enerzijds het vraagstuk van de utopieën, en anderzijds dat van de technologie en de technieken voor informatieverspreiding. De catalogus omvat beeld- en tekstmateriaal uit het archief van Jean-Baptiste André Godin; een selectie teksten van Raoul Vaneigem, Edouard Glissant, Edward Saïd, Paul Lafargue; onuitgegeven materiaal van Allan Sekula naar aanleiding van zijn bezoek aan de Borinage; een fragment uit het manifest
van Emile Chapelier en Gassy Marin uit 1907 over anarchisme en Esperanto; plannen, foto’s, notities en brieffragmenten over de Cité mondiale (Wereldstad), afkomstig van verschillende figuren: Andersen, Otlet, Le Corbusier en Heymans; een onuitgegeven novelle van sciencefictionauteur John Murphy uit de jaren 1950; een fragment uit een gesprek met Noam Chomsky uit 1984 over het principe van de universele grammatica; een interventie van Kapwani Kiwanga en een interventie van Vincent Meessen, met name de reproductie van een dubbele pagina uit een tekst van Alice Becker-Ho, de echtgenote van Guy Debord, over slang.
33
Mons 2015 PERSDOSSIER
34
partners
IDEA IDEA is een Intercommunale van de regio Bergen-Borinage, en van het multisectorieel centrum actief in domeinen van algemeen belang, zoals: • regionale ontwikkeling (informeren en begeleiden van investeerders, hulp bij de vestiging van bedrijven, enz.); • ruimtelijke ordening (ontsluiting van gebieden voor bedrijfsruimten, strijd tegen stedelijke verloedering, stadsvernieuwing, enz.); • waterproductie en -distributie; • de zuivering van huishoudelijk afvalwater en het afvoeren van overstromingswater; • geothermie; • studies en diverse realisaties in opdracht van de aangesloten gemeenten (hulp bij projectbeheer, initiatiefnemer van projecten, enz.). IDEA bezit een mooie collectie hedendaagse kunst, een initiatief van Jean-François Escarmelle, oud directeur-generaal van IDEA en gepassioneerd kunstliefhebber. De kunstcollecties van IDEA dragen bij aan de verfraaiing van de werkplekken die op die manier een ruimte van creativiteit worden en vragen stellen over het verleden en de toekomst van de regio in het Hart van Henegouwen waarvan de intercommunale de motor van de economische herstructurering wil zijn. De richtlijnen en thema’s van de collectie houden rechtstreeks verband met de activiteiten van de intercommunale (sanering van verlaten bedrijventerreinen, milieubescherming, enz.). Via de collectie en de werken die op het hoofdkantoor zijn tentoongesteld plaatst de intercommunale zijn dynamiek op de voorgrond. IDEA toont ook zijn creativiteit via uitgesproken moderne architecturale realisaties. Dit komt met name tot uiting in de renovatie van deze ruimte in het hart van de culturele kilometer van Bergen, waar vandaag de unieke tentoonstelling over hedendaagse kunst in samenwerking met Bergen 2015 is ondergebracht. Ook de oude manège, de zogenaamde Manège de Sury, en de oude refugie van de Abbaye de l’Olive werden beide gerenoveerd en opgewaardeerd in het kader van een alomvattend en coherent project om de stad een nieuwe dynamiek te geven. De metalen constructies en de kapel werden behouden, en het geheel werd ontworpen om de binnenplaats met haar monumentale trap op te waarderen, waarbij de puntgevel van de Manège en de achtergevel van het gebouw Damoiseaux zichtbaar bleven.
Dit nieuwe complex van bijna 3.000 m² is voortaan een stadsincubator. De “doorgangsruimtes” en kantoren zijn ideaal gelegen en in de eerste plaats, maar niet uitsluitend, bestemd voor jonge, actieve ondernemingen in de sector van de culturele en creatieve industrieën, en voor zover er een product of dienst wordt geproduceerd en verkocht. Door de opening van dit micro-bedrijventerrein in de stad wil de Intercommunale onderdak verlenen aan bedrijven die niet over de mogelijkheden beschikken om zich op de “klassieke” bedrijventerreinen te vestigen en die kunnen bijdragen aan de dynamiek van het stadscentrum. Op termijn moet het project 50 banen creëren. Het aanbieden van ruimte bij de incubator “Manège de Sury” is een perfecte aanvulling van de activiteiten van La Maison de l’Entreprise (LME), een filiaal van IDEA, dat infrastructuur aanbiedt aan startende ondernemingen op het wetenschapspark Initialis te Bergen. Met deze schitterende realisatie zorgt Idea in het stadscentrum van Bergen voor een sterke schakel die resoluut zal bijdragen aan het herindustrialiseringsbeleid in het Hart van Henegouwen.
SOWALFIN Het SOWALFIN Groep geeft een antwoord op de financiële behoeften van de Waalse ondernemingen en dit, op de sleutelmomenten van hun bestaan: oprichting, ontwikkeling, innovatie, internationalisatie, overname en overdracht. Ons doel is de ondernemers toe te laten om hun project te verwezenlijken door financieringsoplossingen voor te stellen die aan hun behoeften worden aangepast: • Waarborgen in dekking van bankfinancieringen; • Cofinanciering via de toekenning van achtergestelde leningen; • Risicokapitaal en mezzaninefinanciering door bemiddeling van Waalse Investen. Wij stellen de ondernemers eveneens specifieke producten voor, via onze dochtermaatschappijen, om zo goed mogelijk op hun financieringsbehoeften te antwoorden. SOWALFIN – 13, Avenue Maurice Destenay 4000 Liège - Tél : +32 (0)42 37 07 70 www.sowalfin.be
35
partners
OFFICIËLE PARTNERS
PROJECT PARTNERS
OFFICIËLE LEVERANCIERS
PROJECT LEVERANCIER
MEDIA PARTNERS
PROJECT MEDIAPARTNERS
TOP FERMENTED GOLDEN ALE
STICHTENDE INSTITUTIONELE PARTNERS
INSTITUTIONELE PARTNERS
CONTACT - WIELS
MICHA PYCKE +32 (0)2 340 00 51 +32 (0)486 68 00 70
[email protected]
CONTACT - STICHTING MONS 2015
JOHAN VREYS Persattaché (NL) +32 (0)474 63 66 41
[email protected] CHARLINE CAUCHIE Persattaché (FR) +32 (0)479 77 42 23
[email protected]
BE CULTURE (SPCC) Lore Lambrechts & Charlotte Materne, Project Coordinators Séverine Provost, General Manager + 32 (0)2 644 61 91 + 32 (0)478 43 66 67
[email protected]
STICHTING MONS 2015
WIELS, CENTRUM VOOR HEDENDAAGSE KUNST
106 Rue de Nimy 7000 Mons (België) www.mons2015.eu
Van Volxemlaan 354 1190 Brussel www.wiels.org
Verantwoordelijke uitgever: Yves Vasseur