TECHNISCHE HBO BEDRIJFSKUNDE Technische Bedrijfskunde en Duurzame Ontwikkeling
drs. Tom N.M. Severijn Hogeschool Brabant / Faculteit Techniek en Natuur (FTN) Opleiding Technische Bedrijfskunde
Inhoudsopgave
1
2
3
4
5
drs. Tom N.M. Severijn Hogeschool Brabant Faculteit Techniek en Natuur (FTN) Opleiding Technische Bedrijfskunde drs. Irene Dankelman (red.) Universitair Centrum Milieuwetenschappen Katholieke Universiteit Nijmegen Voorjaar 2003
6
Summary
Pagina
1
Voorwoord
Pagina
3
Technisch bedrijfskundigen over duurzaamheid 1.1 Opzet
Pagina
7 10
Duurzame Ontwikkeling 2.1 Het concept duurzaamheid 2.2 De uitdaging 2.3 Enige voorbeelden van het terugdringen van de milieudruk
Pagina
Technische Bedrijfskunde en Duurzaamheid 3.1 Technische Bedrijfskunde 3.2 Duurzaam Ondernemen 3.3 Technische Bedrijfskunde en duurzaamheid
Pagina
Onderwijs en opleidingen 4.1 Duurzaamheidsonderwijs 4.2 Duurzaamheid in de technisch bedrijfskundige opleidingen 4.3 Bouwstenen voor een duurzaam curriculum: een aantal voorbeelden
Pagina
De uitdaging: zelf aan de slag 5.1 Integratie 5.2 Bottom-up of top-down 5.3 Onderwijs ondersteunen
Pagina
Tot slot
Pagina
43
Nuttige websites
Pagina
47
Pagina
11 11 Pagina 13 Pagina 15 Pagina
17 17 Pagina 18 Pagina 19 Pagina
29 29 Pagina 31 Pagina 33 Pagina
37 37 Pagina 39 Pagina 40 Pagina
Literatuurlijst
Pagina
51
Werkgroep Disciplinaire Verdieping Duurzame Ontwikkeling Netwerk Duurzaam Hoger Onderwijs
Bijlage 1: Vragenlijst Review Technische Bedrijfskunde
Pagina
53
Deze uitgave kwam tot stand met financiële steun van het ministerie van VROM
Bijlage 2: Lijst geïnterviewden en geënquêteerden
Pagina
54
TITEL
Technische Bedrijfskunde en Duurzame ontwikkeling
Auteur
Drs. Tom N.M. Severijn
Redactie Drs. Irene Dankelman, programma Duurzame Ontwikkeling, Universitair Centrum Milieuwetenschappen (UCM), KUN Lay-out
Lidwien van der Horst / Jolanda Hiddink / Afd. Grafische Vormgeving, KUN
Drukkerij SSN, Nijmegen Papier
Cover: Biotop 250g/m2, binnenwerk: Biotop 120g/m2,
Uitgave
UCM/KUN
Summary Education is crucial for reaching a sustainable society. The realization of sustainable development in society requires a new attitude and a new set of values and standards. Education is essential to impart this and to improve the capacity of people to deal with environmental and developmental problems. This is of major importance, because the students of today will be the policy makers, company managers, technicians, scientists, teachers and entrepreneurs of the 21st century.
Bestellen UCM/DO, Toernooiveld 1, A-2044, 6525 ED Nijmegen / e-mail:
[email protected] €7
ISBN
90-77004-11-4
Dit is het elfde deel in de serie Vakreviews Duurzame Ontwikkeling.
DE SERIE VAKREVEWIS DUURZAME ONTWIKKELING OMVAT DE VOLGENDE PUBLICATIES (2001, 2002 en 2003): 1
Dr. Jan Jonker & Rutger Grollers: Bedrijfskunde en Duurzame Ontwikkeling
2
Prof. dr. Jeroen van den Bergh en prof. dr. Cees Withagen: Economie en Duurzame Ontwikkeling
3
Dr. Remke Bras-Klapwijk: Natuurkunde en Duurzame Ontwikkeling
4
Drs. Gijs van Hengstum: Biologie en Duurzame Ontwikkeling
5
Dr. Henk van Zon: Geschiedenis en Duurzame Ontwikkeling
6
Dr. Gerard Alberts: Wiskunde en Duurzame Ontwikkeling
7
Dr. Remke Bras Klapwijk: Civiele Techniek en Duurzame Ontwikkeling
8
Dr. Françoise Barten en dr. Joost van den Gulden: Health and Sustainable Development
9
Ir. Arjan Kirkels: Werktuigbouwkunde en Duurzame Ontwikkeling
10
This review is an exploration of the common grounds of sustainability, Industrial Engineering and Management (IEM) and education. The content is based on interviews with heads and teachers of the IEM departments, and a literature study. The network 'Duurzaam Hoger Onderwijs' (Sustainable Higher Education) proposes a twofold approach for dealing with sustainability in Industrial Engineering and Management education: first an introduction course in sustainable development, followed by integration of sustainability aspects in the specialized, professional courses; secondly multidisciplinary education, for example in project work. Many institutions for higher education deal more or less with sustainability in their Industrial Engineering and Management programs. These institutions do so because of the sensed social need and requests of industries and companies. But although sustainability has acquired a place in the educational programs, it is still not daily practice to think and act in a sustainable way. Some good and appealing forms of education are described. Chapter five is focusing on persons who are willing to take up these challenges. Some experiences in integrating sustainability in education are described, with a focus on approaches followed and lessons learned. Hereby a practical and inspiring view is shown, with which the challenge can be taken up in a practical way. The final chapter summarises in some conclusions and recommendations the author's experiences within the Cirrus1 project with the introduction of sustainable development in curricula.
Ir. Andreas Vlasman en drs. Irene Dankelman: Denkraam voor Duurzame Ontwikkeling 1
11 Drs. Tom Severijn: Technische Bedrijfskunde (HBO) en Duurzame Ontwikkeling 12 Dr. Anja de Groene: Economie (HBO) en Duurzame Ontwikkeling
The Cirrus project is the result of a cooperation of the Brabant University of Professional Education (UPE), the Dutch interdepartmental program Sustainable Technological Development and the Dutch Council of UPE’s. The goal is to develop and demonstrate an approach that in a practical way integrates sustainable development into higher education, in all technical and engineering studies and on all levels. The project is executed within the Faculty of Technology and Natural Sciences (former Polytechnic) of the Brabant University of Professional Education.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Kosten
1
Voorwoord
"Civilization has arrived at an extraordinary threshold: all living systems upon which life depends are in decline, and the rate of decline is accelerating as material prosperity increases. The business philosophies, strategies, and assumptions that have guided commercial conduct for the last century or more are only making matters worse. Corporations routinely ignore the biophysical laws and principles that describe how life sustains itself on the planet. Yet enterprise is wholly and hugely dependent on natural forces and living systems. Are there any systems it can do without? The atmosphere? The hydrologic circle? Oceans? What will business do if its customers are malnourished, if the topsoil required to produce commodities has a forty-year half-life, if pure water required for manufacturing and consumption diminishes, if the weather becomes so erratic and unstable that it jeopardizes production, investments, and planning? What does business do if it cannot get insurance because climaterelated losses have depleted capital reserves, if it cannot longer get coverage for product liability because of public health issues, or if the North Atlantic current that maintains the warmth for European agriculture dissipates because of the melting of the Greenland icecap? Then what? Yet these are all real possibilities."
2
Voor velen hangt rond het woord toekomst een zweem van 'de glazen bol' en 'koffiedik kijken'. Toekomst is veelal verbonden met begrippen als: voorspelling, onzekerheid, twijfel. Werken aan de toekomst is hoe dan ook werken met een toekomstbeeld.
"Over de toekomst denken zonder iets te doen, is zinloos. Maar wanneer wij iets doen zonder daarbij een toekomstbeeld te hebben, weten wij niet welke kant wij op moeten of waarom wij een bepaalde kant op moeten. Een toekomstbeeld is absoluut nodig om ons te leiden en te motiveren bij wat wij doen. Sterker nog, een toekomstbeeld zal, wanneer het wijd verbreid is en alle ogen er op gericht zijn, nieuwe systemen laten ontstaan." (Meadows et al 1991, pag.240)
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
(Paul Hawken in zijn voorwoord in: Carl Frankel 1998: In Earth's Company).
3
In de FTN is sinds 1999 de projectgroep 'Cirrus' actief, die tot doel heeft duurzam ontwikkeling in alle technische opleidingen van de FTN te integreren en de resultaten daarvan beschikbaar te stellen aan alle HBO instellingen; zie: www.projectcirrus.net.
Het bedrijfsleven wordt zich van deze verantwoordelijkheid bewust. Dat het daarbij niet alleen om kleine, 'alternatieve' bedrijfjes gaat, blijkt bijvoorbeeld uit het Environmental Report 2001 van Royal Philips Electronics. Het bedrijf erkent daarin zijn verantwoordelijkheid ten aanzien van het milieu en de samenleving en heeft deze verantwoordelijkheid ook vastgelegd in het beleid.2 Philips staat daarin niet alleen. Het bedrijf bevindt zich in het gezelschap van veel andere bedrijven: KLM, Heineken, van Melle, Nokia, Electrolux, IBM, etc.3 (Kirkels 2002) Technische Bedrijfkunde kan bij het inhoud geven aan duurzaamheid in bedrijven en het bereiken van een duurzame samenleving een belangrijke rol spelen. Het realiseren van duurzame ontwikkeling vereist een nieuwe houding en een uitgesproken besef van normen en waarden. Onderwijs is essentieel voor het ontwikkelen hiervan. Maar ook een andere, holistische manier van benadering van processen binnen én buiten een bedrijf. Een manier van werken die karakteristiek is voor Technische Bedrijfskunde. Verbreding van die manier van werken met duurzame ontwikkeling is ook daar van groot belang. Immers, de studenten van nu zijn de beleidsmakers van de toekomst.
De vakreviews duurzame ontwikkeling zijn een middel om de relatie tussen duurzame ontwikkeling en de beroeps- en universitaire opleidingen in beeld te brengen. Daarbij gaat het om de uitdaging waar duurzame ontwikkeling studenten en docenten voor plaatst te expliciteren en hen te stimuleren deze uitdaging op te pakken. Docenten en opleidingscoördinatoren hoeven niet langer de kat uit de boom te kijken. Wij hopen dat de voorbeelden die in dit boekje behandeld worden, evenals de literatuurverwijzingen en de links hen de weg wijzen naar de integratie van duurzame ontwikkeling in hun opleidingen.
De afgelopen jaren zijn er veel initiatieven genomen om duurzame ontwikkeling te integreren in het onderwijs van universiteiten en hogescholen. In 1998 is een netwerk ingesteld voor Duurzame Ontwikkeling in het Hoger Onderwijs. Alle initiatieven, die zijn opgezet om duurzame ontwikkeling te integreren in het hoger onderwijs zijn hierin vertegenwoordigd. Er wordt samengewerkt om informatie uit te wisselen, om dubbel werk te voorkomen en om samen nieuwe kennis te ontwikkelen voor duurzaam hoger onderwijs. In enkele jaren tijd is het onderwerp een hot issue geworden, hetgeen o.a. mag blijken uit een groot aantal aanvragen (14) bij hogescholen voor lectoraten op het gebied van duurzame ontwikkeling. De auteur van deze vakreview, drs. Tom Severijn, is lid van de werkgroep Disciplinaire Verdieping Duurzame Ontwikkeling4 en is werkzaam aan de Hogeschool Brabant, faculteit Techniek en Natuur (FTN), opleiding Technische Bedrijfskunde.
2
3
4
Via de URL http://www.philips.com/InformationCenter/Global/FHomepage.asp?lNodeId=13&lArticleId= ius is het vermelde Environmental Report opvraagbaar. Internationale informatie over bedrijven en hun duurzame activiteiten is o.a. te vinden bij World Business Council for Sustainable Development, http://www.wbcsd.com/ De werkgroep Disciplinaire Verdieping Duurzame Ontwikkeling richt zich op het stimuleren, toerusten en activeren van docenten om duurzame ontwikkeling in het hoger onderwijs te integreren, ondermeer door de samenstelling van de serie Vakreviews Duurzame Ontwikkeling.
drs. Tom Severijn Hogeschool Brabant Faculteit Techniek en Natuur (FTN) Opleiding Technische Bedrijfskunde Najaar 2002
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
4
Duurzame ontwikkeling is werken aan de toekomst. Een werken, dat gebaseerd is op het toekomstbeeld 'gelijkheid en rechtvaardigheid voor huidige en toekomstige generaties, waar ook ter wereld', en de uitgesproken wens om de dreiging, verscholen in Hawken's citaat, op te heffen.
5
Technisch bedrijfskundigen over duurzaamheid
1
Deze vakreview is bedoeld voor mensen die zelf actief aan de slag willen met duurzaamheid in technische bedrijfskunde opleidingen. Het schetst de raakvlakken tussen beide gebieden en eventuele knelpunten ertussen. De vakreview is het resultaat van literatuurstudie, een speurtocht op het internet en de uitkomsten van een enquête onder vertegenwoordigers (coördinatoren, docenten, hoofden) van de opleidingen in den lande. Hieronder een korte introductie van het 'duurzame' gezicht van de technische bedrijfskunde, gebaseerd op die enquête.
Over duurzaamheid "Onder duurzaamheid versta ik: op een zodanige manier omgaan met grondstoffen en eindproducten, dat er zo weinig mogelijk verspilling optreedt; dat eindproducten over een langere periode gebruikt kunnen worden. Na afloop van de levensduur van het product dient er zoveel mogelijk gerecycled cq. hergebruikt te worden. Voor het productieproces betekent dit, dat er geen overmatige verspilling plaatsvindt
6
minder belast zal worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan poedercoating in plaats van. lakken. Met duurzaamheid moet al tijdens de ontwerpfase rekening worden gehouden, vervolgens bij de materiaalkeuze en de inrichting van het productieproces. Ook met de hergebruikfase moet met duurzaamheid rekening worden gehouden." Drs. J. Th. A. Verhagen, Docent Technische Bedrijfskunde, Den Bosch
"Verantwoord omgaan met natuurlijke hulpbronnen o.a. door het beperken van milieuschade door ketendenken, levensduurverlenging van producten, beperking energiegebruik van producten en productieapparatuur, beperking van milieuschadelijke stoffen en bevordering hergebruik van materialen." Mw.Ir. H.C. de Keyser, Opleidingscoördinator Technische Bedrijfskunde, Hogeschool Rotterdam
VAKREVIEW Geschiedenis & Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
van grondstoffen, energie, water e.d. Dit leidt ertoe dat het milieu op deze wijze ook
7
"Bij duurzaamheid denk ik aan productiemethoden waarbij een lange levensduur
Over het belang van duurzaamheid in de opleiding
van het product belangrijk is, waarbij de omgeving niet duurzaam belast wordt." Drs. P. Santema, Hoofd afdeling Technische Bedrijfskunde, Hogeschool Alkmaar
"Een technisch bedrijfskundige moet de duurzaamheid van bedrijven kunnen bevorderen. Uiteindelijk denk ik dat "duurzaamheid" een gedragskenmerk is, "Bij duurzaamheid denk ik aan: het gaat lang mee; duurzame energie (windenergie, zonne-energie, biomassa etc.)." Ir. R. Poyck, Docent Technische Bedrijfskunde, Saxion Hogeschool, Enschede
dat in de beroepsattitude, onderdeel van de competenties van technische bedrijfskundigen, terug te vinden is, en dus ook in het onderwijs. Tenminste als wij ons huiswerk goed doen." Ing. A.J. Boogert, Opleidingsmanager Technische Bedrijfskunde, Haagse Hogeschool
"Belangrijk. De student moet van deze dingen op de hoogte zijn en er rekening Bij 'duurzaamheid' denk ik aan het streven naar een gesloten keten,
mee houden (bijvoorbeeld bij het ontwerpen van producten denken aan
integraal ketenbeheer, milieu(beleid), 'equity', ethisch denken en handelen,
onderhoud, afbraak, service, milieu, ARBO, RSI)."
en de mens in organisatie en samenleving."
Mw. Ir. M.A.F. Vroemen, Adjunct directeur Fontys, Eindhoven
Drs. T. Severijn, Docent Technische Bedrijfskunde, Hogeschool Brabant, Tilburg
"Ik vind het belangrijk dat een Technisch Bedrijfskundige denkt in termen van duurzaamheid bij het oplossen van problemen en maatschappelijk bewuste keuzes maakt."
8
"Een technisch bedrijfskundige moet in staat worden geacht om de samenhang van de diverse processen in de bedrijfsvoering te kunnen analyseren en daarbij speelt duurzame ontwikkeling een belangrijke rol." Mw. Drs. M.H. Holman, Hoofd Studierichting Technische Bedrijfskunde, Hogeschool Rijswijk
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
J. Leen, Opleidingcoördinator Technische Bedrijfskunde, Hogeschool Amsterdam
9
Opzet
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Deze vakreview richt zich op de vakinhoudelijke, de praktische en de organisatorische mogelijkheden van duurzame ontwikkeling in technisch-bedrijfskundig onderwijs. Het is derhalve geen inleiding in duurzame ontwikkeling. Die is te vinden in de vakreview ‘Denkraam voor duurzame ontwikkeling’ (Vlasman & Dankelman, 2002). Lezers die zich afvragen wat integraal ketenbeheer of duurzame productie nu precies is, of hoe je een levenscyclusanalyse maakt, verwijs ik naar de toenemende stroom boeken, die over deze en andere onderwerpen wordt geschreven. Achterin de review treft u een korte lijst met aanbevolen literatuur en relevante websites aan. Ook de inleidende basismodules, beschreven in hoofdstuk vier, kunnen u op weg helpen.
10
Het begrip duurzame ontwikkeling wordt belicht in hoofdstuk twee. Er wordt gekeken naar de concrete uitdagingen ten aanzien van welvaart(sverdeling), de rol van mens daarin (als producent, consument, burger), de milieudruk, wat de oorzaken van deze milieudruk zijn en er worden enkele voorbeelden gegeven om die druk te verlagen. In hoofdstuk drie wordt gekeken naar het raakvlak van duurzame ontwikkeling en technische bedrijfskunde en de bijdrage die een technisch bedrijfskundige kan leveren aan een duurzamere samenleving. Dit wordt toegespitst op duurzaam ondernemen. Aan bod komen het strategisch niveau, het operationeel/tactisch niveau, het primaire proces en de ondersteunende processen 'logistiek' en 'kwaliteit'. Hoofdstuk vier richt zich op het onderwijs. Waarom is het zinvol om aandacht te besteden aan duurzame ontwikkeling in de technisch bedrijfskundige opleidingen? En hoe wordt dat in verschillende opleidingen vorm gegeven? Hoofdstuk vijf gaat in op het daadwerkelijk integreren van duurzaamheid in het technisch bedrijfskundig onderwijs: een eerste aanzet om er zelf mee aan de slag te gaan. Het laatste hoofdstuk bevat de conclusies en aanbevelingen die van nut kunnen zijn bij het aangaan van de uitdagingen en het omzeilen van de valkuilen, inherent aan een ingrijpend veranderproces, zoals de integratie van duurzame ontwikkeling in leerplannen nu eenmaal is.
Duurzame Ontwikkeling
2
Duurzame ontwikkeling is een term die steeds vaker en in heel verschillende kringen valt. Op alle politieke niveaus - lokaal, nationaal en internationaal - komt het begrip regelmatig terug en wordt het genoemd als rode draad in of basis voor beleid. Allerlei maatregelen, zoals het vergroenen van het belastingstelsel worden voorgesteld in het kader van duurzaamheid. Ook steeds meer bedrijven roeren zich en geven aan 'duurzaam' te willen gaan ondernemen. Maar wat houdt het concept 'duurzame ontwikkeling' eigenlijk in? Wat bedoelt men met duurzaamheid? Paragraaf 2.1 verkent het antwoord op die vraag. Welke concrete uitdagingen volgen hieruit ten aanzien van het verminderen van de milieudruk (paragraaf 2.2)? Tot slot staan in paragraaf 2.3 enkele voorbeelden van verlaging van de milieudruk.
Het concept duurzaamheid
2.1
Milieuproblemen
Sinds de jaren zeventig zijn milieuproblemen onder de aandacht van het grote publiek gekomen. De term milieuproblemen staat daarbij voor een breed scala aan problemen die aan het milieu zijn gerelateerd. Denk bijvoorbeeld aan het gat in de ozonlaag, het broeikaseffect, verzuring en smogvorming. Maar ook (drink)waterverontreiniging, afvalproblematiek, verdroging, aantasting van het planten- en dierenrijk en uitputting van grondstoffen, waaronder fossiele brandstoffen
Duurzame Ontwikkeling Duurzame ontwikkeling richt zich op een breder kader. Duurzame ontwikkeling kan gedefinieerd worden als: "development that meets the needs of the present without compromising the ability of future generations to meet their own needs" (WCED 1987). Aan deze definitie ligt de idee ten grondslag dat maatschappelijke, economische en milieukundige ontwikkelingen niet los van elkaar staan, maar elkaar beïnvloeden op vele niveaus. In het Engels worden deze pijlers vaak aangeduid met het triple p-principe, wat staat voor people, planet, profit (of: prosperity). Deze 'triple bottom line' wordt ook wel vertaald in een economische, sociale en ecologische dimensie. De indelingen bedoelen hetzelfde en lijken veel op elkaar.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
1.1
11
‘Bij duurzame ontwikkeling gaat het er niet om dat uitsluitend winst wordt geboekt
Brundtland
in één dimensie zonder dat er rekening wordt gehouden met de andere dimensies - of een evenwicht tussen en integratie van die verschillende dimensies. Pas waar die elkaar overlappen, kan worden gesproken van echte 'duurzame ontwikkeling'. Voor een duurzame sociale en economische ontwikkeling is het absoluut noodzakelijk rekening te houden met de ecologische dimensie: het instandhouden van kwaliteit van natuur en milieu, van ecologische functies, diversiteit en productiviteit.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Aan de andere kant is het voor ecologische duurzaamheid op langere termijn noodzakelijk dat processen sociaal rechtvaardig en economisch haalbaar zijn. Economische duurzaamheid vereist dat de sociale dimensie tot zijn recht komt, en de ecologische wordt gehandhaafd. Ook politiek-institutionele aspecten zijn belangrijke voorwaarden voor duurzame ontwikkeling. Voor de grote veranderingen die duurzame ontwikkeling vereist, is goede politiek-institutionele capaciteit evenals 'good governance' nodig. In feite gaat het er bij duurzame ontwikkeling om in géén van de bovengenoemde dimensies negatieve gevolgen te veroorzaken, en juist elk der dimensies zoveel mogelijk te optimaliseren en te integreren. Kortom, het gaat om een voort-durend streven vanuit een dynamisch proces van veranderende variabelen: aangezien de bepalende dimensies vrijwel constant veranderen, zal een actief zoeken naar evenwicht tussen de verschillende dimensies steeds nodig zijn. Duurzame ontwikkeling vormt een doelstelling in de toekomst, waarnaar in het heden - dat wordt bepaald door de 'erfenissen van het verleden' - wordt gestreefd. Het vormt als het ware een brandpunt voor ons huidig handelen gelegen in de toekomst (zie figuur 1). (Vlasman en Dankelman 2002, pag.8-9)
12
Figuur 1. Duurzame ontwikkeling als concept (Hengstum 2001).
Deze aspecten van een duurzame ontwikkeling zijn zeer inzichtelijk en basaal, en ook beslist niet nieuw. Maar het concept van een duurzame ontwikkeling is pas populair geworden na publicatie van het rapport 'Our Common Future' van de Commissie-Brundtland (WCED 1987). De commissie schetst een tussenweg in het oude verlammende dualisme tussen vervuilende markteconomie en eco-dictatuur. Prof. Daey Ouwens is al sinds het eind van de jaren zestig actief op het gebied van duurzame energie, en heeft gezien dat deze omslag zich voltrok.
"Een grote verandering voor mij, en voor veel mensen, is het Brundtland-rapport geweest in 1987. Tot die tijd was een veel geuite visie dat duurzaamheid alleen samen kon gaan met achteruitgang, minder welvaart, kleinschalige productie. Brundtland pleit niet voor achteruitgang, maar voor ontkoppeling: economische groei die samengaat met minder milieubelasting. Dit pleit voor geavanceerde technologische oplossingen."
De uitdaging Om de duurzaamheidsproblematiek zoals die zich mondiaal voordoet te concretiseren, maken Weterings en Opschoor (1992) gebruik van een denkmodel dat - hoewel zeer algemeen en indicatief - bijzonder duidelijk de spanning illustreert die ten gevolge van maatschappelijke ontwikkelingen kan ontstaan. In dit denkmodel wordt de totale milieudruk opgesplitst in drie afzonderlijke factoren, te weten de omvang van de wereldbevolking, de welvaart per hoofd van de bevolking en de milieudruk per eenheid welvaart, zie tabel 1.
De factoren worden geïndexeerd op 1 voor het jaar 2000. Hierdoor kunnen we de toekomstige groei vergelijken met de situatie in 2000. Zo wordt geschat dat de wereldbevolking tot 2050 zal toenemen tot 2 à 2,5 maal de huidige omvang. Bij een jaarlijkse economische groei in geïndustrialiseerde landen van 2,5% en in ontwikkelingslanden van 3,5% komt de totale groei tot 2050 ergens tussen de 3 en 6 maal het huidige niveau te liggen.
2.2
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
er zelfs afbreuk aan wordt gedaan. Het gaat juist om een voortdurend zoeken naar
13
14
Het model legt de nadruk op de problematiek rond de materiaalstromen en de energiestromen. Historisch gegroeide problemen vanuit het 'people' aspect van duurzame ontwikkeling, zoals de rijk-arm verhouding op internationaal niveau en de verhouding autochtoon-allochtoon op nationaal niveau, komen er niet in voor. Deze aspecten vormen voor technisch bedrijfskundigen echter zeker net zo'n grote uitdaging als de uitdaging om inhoud te geven aan het realiseren van integrale, gesloten stofketens. Het realiseren van welvaart en welzijn voor iedereen, waar ter wereld en waar in de tijd, vergt naast kennis van zaken ook een attitude, een ethisch en historisch besef, waardoor de problemen in de juiste context en het juiste perspectief gezien kunnen worden. De uitdaging is hier gelegen in het realiseren van een participatieve ethiek van duurzaam handelen.
Enige voorbeelden van het terugdringen van de milieudruk Talloze boeken geven voorbeelden waaruit duidelijk wordt dat het reduceren van de milieudruk mogelijk is. Een duidelijk beeld van de mogelijkheden op dit gebied is te vinden in 'Factor Four' (Ernst von Weizsäcker et al. 1998). De voorbeelden hebben o.a. betrekking op het verhogen van de energie productiviteit, van de materiaal productiviteit en van de transport productiviteit. Daarnaast wordt uitgebreid stil gestaan bij de argumentatie om verbeteringen te realiseren. Het verhogen van de winst is een vanzelfsprekend argument, het moeten voldoen aan wettelijke voorschriften en de aanwezigheid van 'groene' belastingen eveneens, evenals het behalen van een concurrentievoordeel door het slim toepassen van het lease concept, zoals in het geval van de kopieermachines van Xerox.5 Dit 'product-dienst' concept, het overgaan van het produceren en verkopen van een product naar het produceren van een product en het verkopen van een dienst, wordt steeds vaker toegepast. Electrolux past dit toe door geen wasmachines meer te verkopen, maar wasbeurten, de automobielindustrie door geen auto's meer te verkopen maar kilometers. De tapijtindustrie (Interface) verkoopt geen tapijten meer, maar comfort, warmte en kleur. En dat kan zeer winstgevend zijn.
Hun doel is 'een fabriek zonder afval' en een drastische besparing op grondstoffen, maar zich er op laten voorstaan willen ze niet. Niettemin timmeren de directieleden Ed van Went en Jan Schilham van de tapijtenmultinational Interface in het stille Scherpenzeel (Gld) stevig aan de weg. Hun fabriek, onderdeel van de Amerikaanse multinational Interface maakt (de uit de jaren zestig bekende Heuga-) tapijttegels, kamerbreed tapijt en bekledingsstoffen voor kantoren. 'Factor vier', zo luidt het credo van Interface. "Een consument doet zijn tapijt namelijk zelden weg omdat het is versleten", weten Van Went en Schilham. "Men is de kleur zat, en daarom willen we een lease-concept ontwikkelen. Daarbij blijven wij eigenaar van het tapijt, en bezorgen de klant desgevraagd een nieuwe bovenlaag. Ook kunnen oude tegels die jarenlang onder een kast hebben gelegen nog makkelijk op een versleten plek worden teruggelegd. "En, by the way", zegt Van Went, "wereldwijd besparen we met afvalbesparing en hergebruik in onze veertig fabrieken zestig miljoen dollar."
"Het is (...) niet meer dan redelijk dat dié participatieve arrangementen die een reële bijdrage leveren aan de behartiging van het algemeen belang, als een collectieve verantwoordelijkheid rusten op alle deelnemers aan het maatschappelijk verkeer. Zeker, een collectieve verantwoordelijkheid is niet individueel afdwingbaar, een individu of onderneming kan niet worden aangesproken op elk project waaraan hij
(Ontleend aan: http://www.milieudefensie.nl/blad/1999/feb99/interfac.htm).
of zij een bijdrage zou kunnen leveren. Maar als een individu of onderneming zich in geen enkel geval laat aanspreken, zich stelselmatig onttrekt aan elke participatie, maakt hij /zij zich schuldig aan maatschappelijk verzuim". (Van Luijk, 1993. pp.53)
2.3
5
Xerox verkoopt derhalve geen producten (kopieermachines), maar diensten (kopieën). De kopieermachine is zo een productiemiddel geworden, dat van ontwerp tot retourzending in eigen beheer blijft. Op deze wijze wordt de basis gelegd voor een duurzaam ketenbeheer.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
De groei van de wereldbevolking en economie is moeilijk te beïnvloeden. Beperking van de economische groei lijkt vooralsnog politiek en maatschappelijk niet acceptabel. Als we de groei van bevolking en economie als gegeven beschouwen, kunnen we het denkmodel verder doorlopen. Om te komen tot een duurzame samenleving mag naar het huidige inzicht de totale milieudruk niet veel meer toenemen, en moet je misschien zelfs eerder denken aan afname. Op basis hiervan kunnen we een doelstelling afleiden voor de komende vijftig jaar. We zullen ervoor Tabel 1 Illustratief denkmodel moeten zorgen dat de milieudruk per eenheid van welvaart opbouw milieudruk. afneemt om te komen tot een duurzame samenleving. (Weterings & Opschoor 1992) De noodzakelijke toename van de voortbrengingsefficiëntie (het minder gebruiken van grondstoffen en energie) wordt ingeschat op een factor 4 tot 20. De uitdaging van duurzame ontwikkeling dient hier gevonden te worden in het tot stand komen van gesloten stofketens: integraal ketenbeheer.
15
Technische Bedrijfskunde en Duurzaamheid Technische Bedrijfskunde
3 3.1
De technisch bedrijfskundige opleidingen in Nederland vertonen een grote diversiteit. De laatste jaren is geprobeerd hierin meer 'eenheid' te brengen door het invoeren van competentiegericht6 onderwijs. Op basis van het door CLUB7 geformuleerde rapport is het mogelijk een beeld te schetsen van de 'doorsnee' technisch bedrijfskundige opleiding, en daarbij aan te geven waar allerlei varianten mogelijk zijn. CLUB heeft drie rollen gedefinieerd: de ondernemer, de adviseur (intern of extern) en de manager. Als context wordt 'een industriële omgeving' gehanteerd. Concretisering van de context, bijvoorbeeld een productiebedrijf, en van een rol, bijvoorbeeld manager van de productieafdeling, levert een competentie op.
16
De technisch bedrijfskundige opleidingen in Nederland hebben een geschiedenis, die voor sommige meer dan dertig jaar terug gaat. Die historie, evenals de plaats van een opleiding in een hogeschool zal tot gevolg hebben, dat concretisering van de context en het benoemen van rollen leiden tot een rijke schakering aan opleidingen. Zo zal de context variëren van een niet nader benoemd productiebedrijf, tot een grafisch bedrijf, een bedrijf in de procesindustrie, een textiel bedrijf etc.. En vervolgens kunnen binnen de gekozen context subsystemen, zoals inkoop/ verkoop of productie, en aspectsystemen, zoals financiën, personeel, logistiek of kwaliteit, geaccentueerd worden, waardoor er uiteindelijk een rijk geschakeerd palet aan technisch bedrijfskundige opleidingen zal ontstaan.
De overeenkomsten Het speelveld voor de technisch bedrijfskundige is zeer ruim. Het bevat een groot aantal disciplines, zoals techniek en economie, psychologie en wiskunde. De technisch bedrijfskundige is gewend om met gereedschappen uit die verschillende disciplines te werken. Hij/zij kent de terminologie en kan zich erin uitdrukken. Hij/zij communiceert gemakkelijk met allerlei specialisten.
6
7
Kernachtig geformuleerd is een competentie het vermogen van een persoon een bepaalde rol in een bepaalde context te kunnen vervullen. CLUB is het landelijk cluster van 15 samenwerkende technisch bedrijfskundige opleidingen.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
De verschillen
17
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
3.2
18
Duurzaam Ondernemen
totale vervuiling = wereldbevolking
1 1 2
= = =
1 2 3
*
* * *
welvaart hoofd van de bevolking
1 3 4
*
* * *
vervuiling eenheid van welvaart
1 1 6 1 6
Figuur 2. A Company's Ripple Effect
Anders gezegd: Stakeholders zijn partijen wiens belangen kunnen worden beïnvloed door de activiteiten van de onderneming of die zelf invloed op de belangen van de onderneming uitoefenen. Bewustwording van de belangrijkste stakeholders en hun belangen geeft inzicht in risico's en kansen waarmee het bedrijf te maken krijgt. Door daaruit voortvloeiende risico's te beheersen en kansen te benutten stelt het bedrijf haar continuïteit voor de lange termijn veilig.” (Wat is duurzaam ondernemen? Bron: http://www.duurzaamondernemen.nl/wat.html)
Wat wordt hier onder verstaan? In de woorden van de BECO groep8: “Een gezonde financiële situatie, investeren in mensen, afvalpreventie, energiebesparing, milieuvriendelijk productontwerp, vervoersmanagement, gedragscode, afwijzen van kinderarbeid en corruptie, respecteren van mensenrechten, samenwerken met toeleveranciers en afnemers, ondersteunen van maatschappelijke activiteiten, lange termijn visie, etc. Dit zijn aspecten die te maken hebben met duurzaam ondernemen. Bedrijven die duurzaam ondernemen stellen zich kwetsbaar op naar hun omgeving en combineren het zakelijke met zorg voor mens en milieu. Vaak wordt gesproken over de drie dimensies: People, Planet en Profit. Een onderneming zoekt dus in haar streven naar duurzaam ondernemen een evenwicht tussen financieel economische resultaten, sociale belangen en reductie van de milieubelasting.
Zoals reeds vastgesteld, worden er in de literatuur drie dimensies van duurzame ontwikkeling onderscheiden, namelijk de sociale, de economische en de ecologische. Bovenstaand figuur 2 "A Company's Ripple Effect" (J. Andriof, M. McIntosh) geeft in een oogopslag zowel overzicht als inzicht ten aanzien van de voor duurzaam ondernemen belangrijke aandachtsgebieden en stakeholders.9
Winstmaximalisatie is niet (meer) het enige doel, het creëren van waarde staat centraal. Waarde voor de klanten, de werknemers, de aandeelhouders en de maatschappij. Dit wordt ook wel een stakeholder-benadering genoemd. Stakeholders zijn allerlei groepen mensen die de belangen van zichzelf, andere groepen mensen of de natuur vertegenwoordigen in relatie tot de activiteiten van de onderneming in de hele keten.
Duurzaam ondernemen is geen hype. In de mission statements van (grote) ondernemingen is in vele gevallen te lezen dat het duurzaam denken en handelen in de 'normale' bedrijfsvoering moet doordringen. Daarvan enkele voorbeelden.
Technische Bedrijfskunde en duurzaamheid Waarom aandacht voor duurzaam ondernemen?
9
8
De Beco groep is een adviesbureau gericht op het zoeken naar "duurzame oplossingen voor vraagstukken waar ondernemers, overheden en andere organisaties mee worden geconfronteerd". Zie http://www.beco.nl/
3.3
In het Global Reporting Initiative 2002 , richtlijnen op het gebied van het afleggen van verantwoording over alle aspecten van duurzaam ondernemen door bedrijven, http://www.globalreporting.org/GRIGuidelines/2002/gri_2002 _guidelines.pdf, wordt bovenstaande gedetailleerd uitgewerkt in een groot aantal prestatie-indicatoren. Hierdoor wordt ‘duurzaam ondernemen’ meetbaar en bespreekbaar en kan het als basis dienen om ‘duurzaam ondernemen’ in een curriculum op te nemen.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO
De benadering van de vraagstukken, waarvoor de bedrijfskundige in zijn/haar functie gesteld wordt, is holistisch. Door middel van een systematische benadering en het toepassen van een 'helicopter view' ontstaan er antwoorden en oplossingen, die op waarde geschat worden door ze in het totaal (van het relevante systeem) terug te plaatsen: het gaat om een integrale optimalisatie van het geheel. Bij het maken van keuzes is de technisch bedrijfskundige verplicht het financiële en het menselijke aspect mee te wegen. Of in andere woorden, rekening te houden met 'wat loont', 'wat moet' en 'wat hoort'. Hij/zij is derhalve gewend te werken met soms conflicterende doelen, en een keuze te maken, waarbij met die tegenstellingen op een creatieve wijze rekening is gehouden. Als omschrijving van het beroepsprofiel van de technisch bedrijfskundige wordt in het vervolg uitgegaan van een manager of verbeteraar van de bedrijfsvoering van industriële ondernemingen. De taken van de technisch bedrijfskundige zullen aanvankelijk op operationeel en tactisch niveau liggen, maar zich allengs uitstrekken tot het strategisch niveau van de onderneming. Wordt het beroepsprofiel gekoppeld aan 'duurzame ontwikkeling' dan betekent dit, dat de technisch bedrijfskundige zich gaat bezig houden met het ontwikkelen en uitvoeren van 'duurzaam ondernemen'.
19
Mission statement Electrolux “We want our products, services and production to be part of a sustainable society. We are committed to: - Designing products to reduce their adverse environmental impact in production, use and disposal. - Reducing resource consumption, waste and pollution in our operations. - Taking a proactive approach regarding environmental legislation that affects our business. - Encouraging suppliers, subcontractors, retailers and recyclers of our products to adopt the same environmental principles as Electrolux. - Giving appropriate weight to this environmental policy when making future planning and investment decisions. - Setting targets and objectives, within the scope of the environmental management system, to achieve continual improvement and a sustainable development." Electrolux Group Management stelde dit milieubeleid vast in september 2001. Elke business sector manager is verantwoordelijk voor het uitvoeren van het beleid. Het milieubeleid van Electrolux werd voor het eerst opgesteld in 1993 en werd bijgesteld in 1995 and 2001. Zie: http://www.corporate.electrolux.com/node338.asp
Midden- en Kleinbedrijf In het midden- en kleinbedrijf (MKB) liggen opvattingen omtrent duurzaam ondernemen genuanceerder. Onderzoek van DHV levert op: 'Het midden- en kleinbedrijf heeft meer oog voor de sociaal-ethische kant van het verantwoord ondernemen dan voor de milieuaspecten of voor het verbeteren van de kwaliteit van zijn winst. Dat blijkt uit een onderzoek van ingenieurs- en adviesbureau DHV in opdracht van de Rotary district 1600. DHV Milieu en Infrastructuur onderzocht 100 kleine en middelgrote ondernemingen verdeeld over negen sectoren. Volgens de onderzoekers is het 'logisch' dat de sociale kant een belangrijke rol speelt. 'MKB-ondernemers zitten vaak verweven in hun lokale gemeenschap en hebben oog voor de sociale omgeving.' Rekening houden met de mensen in de omgeving is, zo zeggen de onderzoekers, een economische noodzaak en een voorwaarde voor het plezier dat de ondernemers aan hun werk beleven. Daarnaast is het door de krapte van de arbeidsmarkt belangrijk geworden een duurzaam personeelsbeleid te voeren. Milieu is een zorgenkindje van het MKB als het gaat om verantwoord ondernemen.10 De onderzochte bedrijven volgen de wetgeving, maar nemen zelf nauwelijks initiatieven voor eigen verbeteringen. Voor de onderzoekers is dat een gemiste kans. Veel milieuontlastende activiteiten leveren kostenbesparingen voor de onderneming op. Daarbij is het MKB een belangrijke motor van de Nederlandse economie en zouden besparingen bij het MKB substantiële verbeteringen in Nederland opleveren, zo concluderen zij'. (uit: De Standaard 24 mei 2002).
20
"Philips is at the forefront of new technologies, offering an exciting range of products that enhance people's lives. Philips anticipates people's needs and develops new products to meet those needs. The Company is dedicated to innovation that is environmentally sound - both in terms of the products it makes and how it makes them. With a sharp focus on environmental improvement for 30 years, Philips works continually to enhance the environmental performance of products, processes and services. In fact, taking care of the environment is an essential part of Philips' company strategy. Philips is committed to becoming the world's leading eco-efficient company in the electronics and lighting industries. To realize this vision, the Company initiated a pragmatic approach in 1994 and defined measurable targets, laid down in four-year action programs. EcoVision, the present program, has two main components - one product-related and the other production. As a member of the World Business Council for Sustainable Development, Philips knows sustainable development is one of the key challenges facing the world, and its action programs are designed to meet this challenge." Zie website: http://www.philips.com/InformationCenter/Global/FArticleSummary. asp?lNodeId=661&channel=661&channelId=N661A1900
Een beeld van toekomstige ontwikkelingen geeft de stichting Stimular. "Stichting Stimular, opgericht door het bedrijfsleven en de overheden in de Rotterdamse regio, is in 1990 gestart. De eerste tien jaar hebben wij het midden- en kleinbedrijf (MKB) succesvol gestimuleerd op het gebied van afval- en emissiepreventie, energiebesparing en milieuzorg. Vanaf 2000 hebben wij ons werkterrein uitgebreid met Duurzaam Ondernemen bij het MKB. De missie van Stichting Stimular is het stimuleren van Duurzaam Ondernemen in het MKB. De essentie van Duurzaam Ondernemen is het verbeteren van de bedrijfsvoering in drie dimensies: het economisch rendement, de invloed op de leefomgeving en de gevolgen voor mensen, binnen en buiten de onderneming. Voor MKB-ers betekent Duurzaam Ondernemen: bewust kiezen voor bedrijfsactiviteiten die goed zijn voor alle drie de dimensies. Stimular werkt altijd samen met MKB-ondernemers bij het ontwikkelen van nieuwe instrumenten om duurzaam te ondernemen." (Zie http://www.stimular.nl/) 10
In deze review worden de begrippen ‘duurzaam ondernemen’ en ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’ als synoniemen gebruikt.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Mission statement Philips
21
De raakvlakken tussen technische bedrijfskunde en duurzaam ondernemen Om voor het gehele spectrum aan technisch bedrijfskundige opleidingen de relatie te beschrijven tussen duurzaam ondernemen en de technisch bedrijfskundige beroepspraktijk is ondoenlijk. Het aantal mogelijke varianten is eenvoudigweg te groot. Daarom beperkt deze paragraaf zich tot een bespreking van twee relaties, te weten de relatie tussen onderneming en omgeving (strategisch niveau) en de relatie tussen duurzaamheid en de subsystemen in het primaire proces, inkoop-productieverkoop, en de ondersteunende systemen logistiek en kwaliteit (operationeel, tactisch niveau). Waar mogelijk zal de tekst ondersteund worden met voorbeelden uit de praktijk. Tevens worden voorbeelden besproken waarin duidelijk wordt hoe het financiële en het personeelsaspect bij kunnen dragen aan 'duurzaam ondernemen'.
eigen hand houden van de retourstroom. Een belangrijke stap in het organiseren van hergebruik en/of recycling. Op de site http://www.wbcsd.com/casestud/indexlist.htm zijn meer voorbeelden van dergelijke strategische projecten te vinden.
Operationeel en tactisch niveau De rol van inkoop in duurzaam ondernemen Inkoop kan op een aantal manieren inhoud geven aan 'duurzaam ondernemen'. Zo zal de inkoper inhoud geven aan het 'people' aspect door te letten op het 'duurzame gedrag' van de leverancier: hoe brengt deze zijn producten voort, waar koopt hij in (al dan niet aanwezigheid van kinderarbeid, corruptie, dictatuur). Het planet en profit aspect kan van een inhoud worden voorzien door te kijken naar de geografische afstand in verband met transport en overige noodzakelijke communicatie en de mogelijke transportmodaliteiten. Op strategisch niveau moeten de potentiële schaarste van de grondstoffen en technologische ontwikkelingen op het gebied van materialen, in de vorm van substituten of recyclebaarheid, de aandacht van de inkoop hebben. Ook ontwikkelingen in het denken van overheden (lokaal, regionaal, nationaal en internationaal) moeten gevolgd worden: de overheid is vaak een grote klant en kan eisen stellen aan haar leveranciers. VOORBEELDEN 1
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Strategisch niveau
22
In het kader van duurzaam ondernemen zijn op strategisch niveau enkele veel belovende tendensen waar te nemen. Verschillende vormen van samenwerking tussen bedrijven, zowel verticaal (in een logistieke keten), als horizontaal (de ontwikkeling van duurzame bedrijventerreinenen) en het ontstaan van het product-dienst concept zijn er voorbeelden van.
Product-dienst systemen Op de site van Electrolux, www.electrolux.com en met name op http://www.corporate.electrolux.com/node338.asp is te vinden, dat Electrolux in 1999 het 'pay-perwash' project heeft geïntroduceerd. In dit project zijn in een groot aantal huishoudens gratis wasmachines geplaatst, die via het internet met Electrolux verbonden waren. De huishoudens betaalden per wasbeurt en kregen na 1000 wasbeurten een nieuwe machine. Hierdoor verkocht Electrolux geen wasmachines meer, maar wasbeurten. Van een product naar een dienst. Het duurzame karakter van deze strategie moet gezocht worden in het (proberen te) beheersen van het gebruik (wassen is een niet milieuvriendelijke activiteit) en het beheersen van de keten door het in
2
Informatie over bovengenoemde aspecten is te vinden op de website: http://www.inkopers.net/. Er staan voorbeelden, bijvoorbeeld een uitgewerkte, fictieve gemeentelijke inkoopnota, en de invulling van een toolbox 'duurzaam inkopen'. De site is sterk op de overheid en de bouw gericht. Nieuwe Structuren voor Chemicaliën beheer bij General Motors. Volgens een meer traditionele benadering van chemicaliën beheer kan een enkele fabriek verschillende toeleveranviers hebben - wel meer dan een dozijn, Dat kan ertoe leiden dat in de fabriek meer chemicaliën worden gebruikt dan dat feitelijk nodig zijn. Daardoor is er geen stimulans voor de toeleveraar om de fabriek te assisteren in afname van gebruik van chemicaliën. General Motors, die deze problemen ook zag heeft een nieuwe chemisch management systeem aangenomen. Daarbij wordt ervan uitgegaan dat er slechts een toeleveraar per fabriek aanwezig is. Natuurlijk kan die niet zelf in alle noodzakelijke chemicaliën voorzien. Daarom is de hoofd-leverancier verantwoordelijk voor het verkrijgen van ontbrekende chemicaliën via andere leveranciers. Daarmee is de toeleverancier chemisch manager voor de fabriek. Binnen dit nieuwe systeem koopt de fabriek geen chemicaliën meer in. Naast de toelevering van chemicaliën, zorgt de toeleverancier voor management, analyse en controle. De leverancier wordt niet betaald voor productie of hoeveelheid van
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Bovenstaand beeld wordt nog versterkt door ontwikkelingen bij de overheid. De overheid wil meer verantwoordelijkheid leggen bij burgers, bedrijven en belangengroepen. Daarnaast dient bij het verlenen van vergunningen aan meer aspecten aandacht te worden besteed (de verruimde reikwijdte van de vergunning). Beide ontwikkelingen zijn van belang voor het MKB. En gezien de aandacht van gemeentelijke en provinciale overheden voor duurzame bedrijventerreinen kan het MKB zich niet uitsluitend meer reactief gedragen. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen is het proactieve antwoord op deze dynamiek in de maatschappij.
23
24
De rol van productie in duurzaam ondernemen Ook hier een relatie met vele aanknopingspunten. Zo kan er gekeken worden naar de routing en lay-out in de productieafdeling in verband met het minimaliseren van het intern transport. Of er kan gekeken worden naar het productontwerp, waarbij aandacht besteed wordt aan: ● minimaal gebruik aan (niet vervangbaar) materiaal ● zo weinig mogelijk energiegebruik in de gebruiksfase van het product ● eenvoudige herbruikbaarheid (recycling of remanufacturing) ● technologische ontwikkeling ● milieuvriendelijke productiemethoden. Zie voor voorbeelden en cases: http://www.wbcsd.com/casestud/index-list.htm
VOORBEELDEN 1
11
12
Reductie watergebruik bij Lever Met een investering van enkele duizenden guldens zijn enkele tonnen aan kosten bespaard. Zie: http://www.logisticcases.com/cases_index/sc_index.htm
Integendeel, het wordt voor de chemisch manager aantrekkelijk om het gebruik van chemicalieën bij gelijk blijvende produktie te reduceren: de leverancier krijgt evenveel betaald, maar hoeft minder te leveren. VOC = Vluchtige Organische Verbindingen.
2
3
4
Waste Minimisation and Energy Efficiency - NSW Sugar Milling NSW Sugar heeft uitstekende resultaten bereikt in het verminderen van afval en het vergroten van energie efficiëntie. Daarbij komt praktisch geen productieafval vrij en wordt er aanzienlijk op CO2 uitstoot bespaard. Door energiebezuiniging heeft het bedrijf in zijn Harwood fabriek alleen al bijna 1 miljoen dollar bespaard. Zie: http://www.ea.gov.au/industry/eecp/case-studies/nswsugar.html Schonere productie - Hogedruk waterjet system - Ford Ford Motor Company of Australia Ltd. verving een bestaand verf-afname proces door branden, dat wordt gebruikt om autoremmen te reinigingen, met een hogedruk water jet systeem. Het project heeft geresulteerd in jaarlijkse besparingen van $300.000 door reductie van chemische, energie- en afvalkosten. Belangrijke verbeteringen in verfkwaliteit werden ook bewerkstelligd door de remmen op meer regelmatige basis te reinigen dan tevoren het geval was. Dit success betekende voor Ford een stimulans om ook naar andere mogelijkheden te kijken om de milieuresultaten te verbeteren en te besparen. Zie: http://www.ea.gov.au/industry/eecp/case-studies/ford.html Sony: Innovaties in de Product-Gebruiksfase Door levenscyclus analyse wordt duidelijk dat de grootste milieubelasting van electrische producten gelegen is in het energieverbruik tijdens de gebruiksfase van het product. Europese huishoudelijke apparatuur verbruikt 36 TWh (Terawatt-uur) aan energie, en naar verwachting zal dat toenemen tot 62 TWh in 2010. Sony's SDM-N50 LCD scherm (liquid crystal display) omvat een unieke set aan eigenschappen waardoor direct energie wordt bespaard. Het scherm van 12mm, 3kg heeft een energiebesparende infrarood 'gebruikers sensor' en een omringende licht sensor. De gebruikers sensor zet het scherm meteen op de slaapstand (met een verbuik van minder dan 3 watts) als er niemand voor het scherm zit. De licht sensor past de helderheid van het scherm aan (en daarme de energie consumptie) op basis van 'omringende' lichtcondities van de kamer. Zie: http://www.wbcsd.com/casestud/sony/index.htm.
De rol van verkoop in duurzaam ondernemen De behoefte van klanten staat centraal. Het kunnen denken in product-dienst combinaties om aan die behoefte te voldoen wordt een strategische vaardigheid. Hieraan gekoppeld het bedenken van slimme financieringswijzen om niet alleen de klant aan de onderneming 'te binden', maar om ook greep te krijgen op de keten, dus ook het afdanken na de gebruiksfase. De verkoop kan als antenne van de maatschappelijke ontwikkeling functioneren en zo zicht krijgen op de ontwikkeling van het denken van klanten en overheid met betrekking tot gewenst gedrag.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
geleverde chemicaliën, en daarmee is het niet aantrekkelijk voor de leverancier om grote hoeveelheden te leveren.11 De assemblage fabriek van GM's in Detroit/ Hamtramck laat het succes van een dergelijke benadering duidelijk zijn. Een reductieprogramma met duidelijke doelstellingen heeft met positief resultaat gebruik gemaakt van een aantal nieuwe technologieën, procesveranderingen en recycling alternatieven. Bijvoorbeeld door een nieuw monitoring systeem zijn eenvoudige programma-wijzigingen aangebracht die resulteerden in een reductie van tevoren verspilde verf. De fabriek slaagde erin een capwash operatie te schrappen en VOC12 emissies te reduceren zonder de kwaliteit van de verf aan te tasten. Daarnaast werden wegwerp drums voor verfafval vervangen door hergebruik tassen en vacuum boxen, werd een totalisator op een hydraulische deur geïnstalleerd om het oliegebruik in de gaten te houden, en het gebruik van een off-site verfafval recycler, in plaats van het storten van afval. Met investeringskosten van $19.000 wist de Detroit/Hamtrack fabriek $1.6 miljoen te besparen, en een reductie van 11,8 miljoen liter water, 115.000 liter topcoat verf, en 8.200 liter hydraulische vloeistof te bewerkstelligen. Ook emissies van VOC namen met 40 kubieke ton af, en verfresten met 750 kubieke ton. Zie: http://www.wbcsd.com/casestud/gm1/index.htm
25
De rol van de logistiek in duurzaam ondernemen Het op een duurzame wijze beheersen van de goederenstroom zal o.a. betekenen, dat het 'supply chain' denken in de praktijk gebracht wordt. Dit kan worden gestimuleerd door transporten te minimaliseren (denk hierbij aan retourstromen, aan slimme distributiekanalen naar de klant en gecombineerde transporten in aan- en afvoer) en door het op efficiënte wijze communiceren (denk aan gebruik van Internet, de virtuele winkel).
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VOORBEELD De virtuele winkel Logistiek is de kunst van het leveren van producten volgens de afgesproken service tegen minimale kosten. Logistiek Nederland is massaal bezig met het verbeteren van de customer service, waarbij kostenreductie vaak op de tweede plaats komt. Internetaanbieders als ECI (www.ECI.nl) en Wehkamp (www.Wehkamp.nl) leveren tegenwoordig binnen 24 uur. Kantoorleverancier Viking Direct (www.VikingDirect.nl) levert in een groot deel van het land dezelfde dag nog. Max Foodmarkt (www.MaxFoodmarket.nl), de nieuwe websuper, gaat verder en levert zelfs binnen 2 uur. Zie: http://www.logisticcases.com/cases_index/sc_index.htm
26
Kwaliteit Kwaliteitsdenken en duurzame ontwikkeling liggen dicht bij elkaar. Kwaliteitsdenken houdt immers in dat standaardisatie (van procedures) vanzelfsprekend is, dat afval- en uitvalbeheersing geregeld is, dat de (behoefte van) de klant centraal staat en dat het menselijk aspect gewaarborgd is. Het betekent een integratie van de zorgsystemen op het gebied van kwaliteit, arbo en milieu. En uiteindelijk een doorgroeien in de richting van een rapportage, die voldoet aan de richtlijnen van de 'Global Reporting Guidelines'. VOORBEELD De Novo Groep: Milieurapporten. De Novo Groep is een van de bedrijven die zich realiseerden dat de relatie tussen bedrijfsvoering en maatschappij, die zo bepalend is voor het bedrijfsresultaat op lange termijn, niet alleen beïnvloed wordt door de aandeelhouders, maar door alle stakeholders. Vanuit de erkenning van het belang van communicatie met de stakeholders, heeft
de Novo Groep vanaf 1993 jaarlijks milieurapporten gepubliceerd, en is in 1999 het eerste sociale verslag uitgekomen. In 2000 werden beide rapporten gecombineerd. Zie: http://www.wbcsd.com/casestud/novogroup/index.htm Het financiële aspect Het financiële aspect heeft een kosten- en een prijscomponent. Het ondersteunt of bevordert mogelijkheden om tot duurzaam ondernemen te komen. In het voorbeeld van General Motors (GM) blijft de kostenstructuur voor GM ongewijzigd (een vast bedrag per eenheid productie) en wordt er duurzamer gewerkt als gevolg van het belang van de leverancier om bij een gegeven productieomvang zo weinig mogelijk chemicaliën te leveren aan GM. Het leaseconcept in het geval van Xerox is een voorbeeld van de wijze waarop financiering van de verkoop een bijdrage kan leveren aan het vergroten van de greep van een onderneming op de goederenstroom. Nog verder gaat het project van Electrolux (het gratis plaatsen van wasmachines bij huishoudingen en via het internet bijhouden van het gebruik: het verkopen van wasbeurten). Allerlei belasting- en subsidieregelingen van de kant van de overheid kunnen vooral stimulerend werken via de kostenstructuur. Het personele aspect Duurzaam ondernemen zorgt er voor, dat er een integraal (maatschappelijk verantwoord) personeelsbeleid voor het proces werven-behouden-afstoten van personeel ontwikkeld wordt. Dit beleid dient zo te zijn, dat interne én externe activiteiten binnen het personeelsplan er op gericht zijn om het totale proces voor bedrijf en personeel nu en in de toekomst soepel te laten verlopen. VOORBEELD BC Hydro: Inheemse Relaties Programma’s BC Hydro, is een van de grootste electriciteitsbedrijven in Canada en is eigendom van de provincie Brits Columbia, dat het thuisland is van 197 Eerste Natie groepen (inheemse bevolkingsgroepen). BC Hydro heeft faciliteiten in de reservaten van tenminste 168 van deze groepen. Daarom is het van groot belang dat er duurzaam en met wederzijds voordeel door BC Hydro wordt gebouwd. In 1993, ontwikkelde BC Hydro een veelomvattende strategie om met inheemse vraagstukken om te gaan. De belangrijkste elementen van de strategie van BC Hydro betreffen aandacht voor het verleden, bouwen voor de toekomst, en een efficiënt beheer van de inheemse relaties. Belangrijke elementen daarvan zijn het faciliteren van participatie in hulpbronnen-beheer en besluitvorming, het bevorderen van economische ontwikkeling, het steunen van educatie aan inheemse groepen, bijdragen aan community projecten, en de ontwikkeling van werkvoorzieningsprogramma's. Zie: http://www.wbcsd.com/casestud/bc-hydro-aboriginal/index.htm
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VOORBEELD Een onderneming vervult behoeften van klanten. In een dergelijke opvatting verkoopt een bedrijf geen producten, maar stelt de klant in staat zijn behoeften te bevredigen. Xerox verkoopt daarom geen kopieerapparaten, maar verkoopt kopieën. Door de apparaten te leasen, blijft Xerox in het bezit ervan, waardoor de beheersing van de goederenstroom, inclusief de retourstroom, in één hand blijft. Het gevolg is dat hergebruik door middel van 'remanufacturing' mogelijk is en een optimalisering van de levensduur van het kopieerapparaat wordt gerealiseerd.
27
Onderwijs en opleidingen
4
Hoofdstuk 4 richt zich op het technisch bedrijfskundig onderwijs. Waarom is het zinvol om binnen technisch bedrijfskundige opleidingen aandacht te besteden aan duurzame ontwikkeling en hoe zou dat vorm kunnen krijgen? (Paragraaf 4.1). Op welke wijze gebeurt het nu en wat zijn de plannen voor de nabije toekomst? (Paragraaf 4.2) Dit wordt verder uitgewerkt in de vorm van een aantal voorbeelden in paragraaf 4.3.
Duurzaamheidsonderwijs
4.1
28
Duurzame ontwikkeling is een belangrijk maatschappelijk streven. Onderwijs op dit terrein is essentieel voor het opvatten en ontwikkelen van nieuwe normen en waarden door studenten. Het versterkt en verbetert de capaciteit van studenten om in hun latere beroepspraktijk met milieu- en ontwikkelingsproblemen om te gaan. Met de ondertekening van het Handvest Duurzaamheid HBO verklaren de hogescholen hun verantwoordelijkheid hierin en geven aan dat ze duurzame ontwikkeling willen integreren in hun onderwijs. (Duurzaam Hoger Onderwijs 2002). Voor technisch bedrijfskundige opleidingen ligt hier een kans. Het multidisciplinaire karakter van de studie (aandacht voor de processen rondom de materiaalstroom en de rol en de positie van de mens daarin), en de bedrijfskundige denkwijze, - systematisch, holistisch, 'helicopter view' -, maakt afgestudeerden bij uitstek geschikt mogelijkheden van duurzame ontwikkeling in de bedrijfsvoering te onderkennen en specialisten op verschillende terreinen te laten samenwerken: kortom concrete projecten op het gebied van duurzame ontwikkeling in het bedrijfsleven op te zetten en te managen.
Competenties In het landelijk overleg van alle technisch bedrijfskundige opleidingen is men gekomen tot een voor alle opleidingen geldende formulering van de opleidingseisen. Hierin13 zijn beschreven: ● de beroepskwalificaties ● de beroepscontext en de beroepsrollen, samen vormend de competenties van de technisch bedrijfskundig ingenieur ● de beroepsvaardigheden, gesplitst in HBO kritieke vaardigheden en kritieke beroepsvaardigheden. 13
Gebaseerd op een concept van het eindverslag over competentie gericht onderwijs binnen de technisch bedrijfskundige opleidingen in Nederland.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Waarom duurzaamheidsonderwijs?
29
Duurzaamheid in de technisch bedrijfskundige opleidingen
4.2
Wat wordt gedaan? Om te inventariseren wat op dit moment aan duurzaamheid wordt gedaan, en tevens wat men verwacht in de toekomst te gaan doen, is in april 2002 een enquête (zie bijlage 1) gehouden onder de vijftien hoofden van opleiding /coördinatoren van de technisch bedrijfskundige opleidingen in Nederland. De respondenten staan vermeld in bijlage 2. De resultaten worden in deze paragraaf weergegeven.
Wat is er reeds? Uit de enquête komen de volgende onderwerpen naar voren: ● ● ●
Duurzaamheid in het Hoger Onderwijs “Competenties zijn te formuleren als de integratie van kennis, vaardigheden en attitude en kunnen in een matrix worden weergegeven. Het hoofdproces is bepalend voor de competenties. De competenties kunnen als vectoren in een matrix worden voorgesteld.” (Opleidingseisen Technische Bedrijfskunde voor Hogescholen in Nederland) Uit de omschrijving van de kritieke beroepsvaardigheden en de beroepskwalificaties blijkt dat een technisch bedrijfskundige zich bij uitstek leent voor werkzaamheden in een complexe omgeving, die een integrale benadering vereist. En dat is juist het terrein van duurzaam ondernemen. Immers, duurzaamheidsproblemen zijn doorgaans zo complex dat ze alleen opgelost kunnen worden door samenwerking tussen verschillende disciplines. De multidisciplinaire aanpak moet leiden tot echte oplossingen en optimalisaties, en moet sub-optimalisaties vanuit individuele vakgebieden voorkomen.
30
Ook worden genoemd: Arbo en ethiek ● Milieuzorg en milieurecht ●
Kwaliteit, Arbo en Milieu (KAM) behoren tot het traditionele terrein van de technisch bedrijfskundige. Niet iedere opleiding noemt ze, terwijl er toch aandacht aan wordt besteed. Ethiek en duurzame ontwikkeling horen wezenlijk bij elkaar en expliciete aandacht voor ethiek behoort niet tot het traditionele technisch bedrijfskundig curriculum. Daarom is in tabel 2 aandacht voor ethiek wel en aandacht voor KAM niet opgenomen. Bovengenoemde onderwerpen blijken bij 5 van de 10 geënquêteerde opleidingen expliciet in het onderwijs opgenomen te zijn. Uit de antwoorden blijkt ook, dat er nog twee opleidingen zijn die impliciet het aspect duurzaamheid in het onderwijs meenemen. De overige drie doen nu nog niets expliciet aan het onderwerp.
Wat zijn de plannen? Uit de enquête komen de volgende onderwerpen naar voren: ●
●
Het multidisciplinaire karakter is niet alleen interessant vanuit duurzaamheidsoogpunt. Het is eveneens een uitstekende voorbereiding voor de student op zijn latere beroepspraktijk. Helaas komt het begrip duurzaamheid, duurzaam of maatschappelijk verantwoord ondernemen in de opleidingseisen nog niet terug. Hier is dus sprake van een gemiste kans.
Duurzame energie en energiemanagement Duurzame bedrijfsvoering Duurzaam ontwerpen
● ●
Bij de beoordeling van oplossingsrichtingen zal duurzaamheid worden meegenomen Duurzaam ontwerpen Duurzaam ondernemen Duurzame productie
● ● ●
Integraal ketenbeheer Duurzame technologie Retour logistiek (reverse logistics)
Bovenstaande onderwerpen zijn deels een aanvulling op reeds aangebrachte kennis, deels een introductie van het aspect duurzaamheid.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Figuur 3. Competenties
31
Onderwerp
Didactische werkvormen
Hogeschool Windesheim
X
X
Ethiek
X
X
Duurzaam ontwerpen
X
Duurzame energie
X
Rotterdam
Eindhoven
Enschede
X X X X Keuzerichting
Tabel 2: Expliciet in het onderwijs opgenomen onderwerpen
Onderwerp
Hogeschool
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Tilburg
32
Reverse logistics/ integraal ketenbeheer
X
Duurzame productie
X
14
Haagse Hogeschool
Rotterdam
X
Duurzaam ondernemen
X
Duurzame technologie
Slechts twee opleidingen doen nu en naar verwachting in de toekomst niets aan het expliciteren van duurzame ontwikkeling in hun onderwijs. Maar de ingevulde enquêtes moeten met enige voorzichtigheid geïnterpreteerd worden. Aandacht besteden aan een onderwerp zegt op zich niet alles. Hoeveel tijd er aan wordt besteed is zeker zo belangrijk. Uit de enquête blijkt, dat de bestede tijd per onderwerp sterk uiteenloopt. Ze varieert van 'er wordt aandacht aan besteed binnen de uitvoering van een project of PGO-opdracht', via 1 à 3 studiepunten per onderwerp, tot een geïntegreerd onderdeel van een keuzerichting van 21 studiepunten. Daarnaast valt op dat ook het spectrum van aan duurzame ontwikkeling gerelateerde onderwerpen voor iedere hogeschool voor uitbreiding vatbaar is.
Bouwstenen voor een duurzaam curriculum: een aantal voorbeelden X
Integraal ketenbeheer
Conclusie
X
Duurzaam ontwerpen
Duurzaam personeelsbeleid
Rijswijk
Uit de enquête blijkt, dat er van een gevarieerd aantal didactische werkvormen om duurzaamheid bij studenten te introduceren of te verdiepen gebruik gemaakt wordt. Van colleges tot PGO (probleem-gestuurd onderwijs), van projectonderwijs tot excursies. De keuzes lijken bewust gemaakt te worden, bijvoorbeeld op grond van de relatie werkvorm-leerdoel of op grond van een gekozen onderwijsfilosofie. De meest voorkomende werkvormen zijn projecten en opdrachten.
X 15
X
X
Om aan te geven hoe duurzaamheid in het onderwijs ingebracht kan worden, wordt hieronder stil gestaan bij verschillende praktijkvoorbeelden. Achtereenvolgens worden behandeld een tweetal basismodules, Probleem Gestuurd Onderwijs (PGO) voorbeelden, multidisciplinaire projecten en de mogelijkheid voor studenten om zich te specialiseren.
Basismodules
Tabel 3: Plannen voor de nabije toekomst
14
15
De Hogeschool van Amsterdam heeft wel plannen om duurzaamheid als aspect in het kiezen van oplossingen mee te gaan nemen. Deze plannen zijn echter nog niet zo ver, dat er onderwerpen aan gekoppeld kunnen worden. De overige niet vermelde hogescholen hebben t.a.v. duurzaamheid binnen de technische bedrijfskunde (nu nog) geen plannen. Dit aspect komt impliciet aan de orde binnen de differentiatie 'supply chain management'.
4.3
Een op het onderwijs aan HBO studenten van technische opleidingen gerichte introductie van duurzame technologie is de basismodule, die in het kader van het Cirrus project is ontwikkeld door een docententeam van de Hogeschool Brabant. De module is te lezen op en te downloaden van de Cirrus website: http://www.projectcirrus. net/index.html.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO
Tilburg Duurzaam ondernemen
33
Een tweede basismodule is ontwikkeld op initiatief van de Open Universiteit (OU) door een vijftal instellingen voor (technische ) hoger onderwijs.16 Over deze module 'Factor 5 / Oriëntatiemodule Duurzame Ontwikkeling' is informatie in te winnen bij Wilfried Ivens (
[email protected]).
Groep 1: Welke mogelijkheden heeft een wasmachinefabrikant om duurzaam, winstgevend en ‘competitive’ op langere termijn aan de klantenbehoefte aan schone kleding te voldoen ? Groep 2: Welke mogelijkheden heeft een slimme HBO’er om met het idee ‘wasserette’ op duurzame en winstgevende wijze en ‘competitive’ op langere termijn aan de klantenbehoefte aan schone kleding te voldoen ?
Voorbeelden Probleem Gestuurd Onderwijs (PGO) Op de Cirrus website is ook informatie te vinden over de wijze waarop het aspect duurzaamheid in de technisch bedrijfskundige opleiding in Tilburg is vorm gegeven. Een tweetal voorbeelden van deze site. Het eerste voorbeeld is een taak17 binnen Probleem Gestuurd Onderwijs in de propedeuse fase, eerste tien weken, en laat zien hoe kennis aanbrengen en duurzaam leren kijken in een PGO taak verenigd kunnen worden.
Groep 3: Welke mogelijkheden heeft een stedenbouwkundige om in het ontwerp van een nieuwe wijk op duurzame en winstgevende wijze en ‘competitive’ op langere termijn aan de klantenbehoefte aan schone kleding te voldoen ?
De drie opdrachten worden binnen de workshop uitgewerkt, waarna de 'oplossingen' gepresenteerd worden en een discussie ontstaat rondom iedere oplossing, maar tevens over de onderlinge samenhang.
De omschrijving van taak 5
●
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
●
34
● ● ●
wat het bedrijf doet wat het bedrijf aan duurzaamheid doet waarom er aandacht is voor duurzaamheid hoe die aandacht ontstaan is welke plannen er voor de toekomst op dat terrein zijn.
Er wordt een organisatiecomité opgezet. Omdat je een enthousiast lid van die vereniging bent en je het een uitdaging vindt om een bedrijf te interviewen heb je je opgegeven. De taken worden verdeeld. Vol goede moed begin je aan je taak.
Een tweede voorbeeld is ontleend aan een workshop in het Cirrusproject met als titel 'Duurzaamheid en Economie' en bevat de opdrachtomschrijvingen voor een drietal groepen. Aan de workshop namen zowel docenten van het Cirrusproject als vierdejaars studenten Technische Bedrijfskunde deel. 16 17
Aan deze basismodule is meegewerkt door TU Eindhoven, TU Twente, TU Delft, Open Universiteit, Hogeschool Brabant. De leerdoelen van deze taak zijn: het voorbereiden van een interview, het verwerken hierin van gedachten over wat een duurzaam bedrijf is, het uitvoeren van het interview, rapportage in de vorm van ‘voorlichting’ aan een technisch bedrijfskundig student over een vernieuwend (duurzaam) bedrijf.
Multidisciplinaire projecten bieden onderwijs in een bijzondere vorm. Duurzaamheidsproblemen zijn meestal zo complex, dat een multidisciplinaire aanpak vereist is. De multidisciplinaire aanpak moet leiden tot echte oplossingen en optimalisaties; door multidisciplinair te werken kunnen suboptimalisaties vanuit individuele vakgebieden worden voorkomen. Het multidisciplinaire karakter is niet alleen interessant vanuit duurzaamheidsoogpunt, het geeft het projectwerk een geheel nieuw karakter en is een essentiële voorbereiding op de latere beroepspraktijk. Daarnaast geeft de onderwijsvorm goede resultaten. Er wordt geleerd samen te werken aan multidisciplinaire problemen, een vaardigheid die vanuit duurzaamheidsoogpunt essentieel is. Men leert elkaars taal te verstaan en te spreken. En, studenten staan vaak versteld van hun eigen enthousiasme. In het kader van het Cirrus project is sinds 1999 een aantal multidisciplinaire projecten uitgevoerd. Een voorbeeld ervan staat beschreven in de paper "Multidisciplinaire projecten", gepresenteerd op het duurzaamheidssymposium te Delft, oktober 2002. Onderwerp: Deelnemers:
Energiehuishouding nieuw te bouwen seniorencomplex. 3 afstudeerstudenten (Bouwkunde, Bouwtechnische Bedrijfskunde, Werktuigbouwkunde) Projectresultaat: De vormgeving van de serre is uit energietechnische overwegingen aangepast; het betrof een herontwerp, een ingreep in de oorspronkelijke architectonische vormgeving. Daarnaast zijn ook andere energie besparende maatregelen de revue gepasseerd. Het project is in praktijk gerealiseerd.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Multidisciplinaire projecten Om de bekendheid van de opleiding Technische Bedrijfskunde bij het bedrijfsleven in de regio Tilburg te vergroten en eveneens om studenten in staat te stellen contacten te leggen ten behoeve van stage en afstudeerplaatsen, wil de studievereniging Connect 2000 samen met de studievereniging Corps 87 op de Hogeschool een bedrijvendag organiseren. De studieverenigingen zijn vooral geïnteresseerd in bedrijven die op de een of andere manier vernieuwend bezig zijn. Met name omdat ze gelezen hebben (A. de Ron 1999), dat dit de eeuw van de duurzaamheid gaat worden, vernieuwend op het gebied van ‘duurzaamheid’. Voor de bezoekers van de bedrijvendag wordt een boekje samengesteld. Hierin komt een interview met een bedrijf over de achtergronden van het bedrijf, waarbij duidelijk wordt:
35
De keuzerichting 'Duurzame Energie' De Saxion Hogescholen hebben, samen met het bedrijfsleven, een speciaal studieprogramma ontwikkeld waarmee een student zich binnen twee jaar tijd kan specialiseren op een nieuw terrein van technologietoepassing: energie-efficiency en duurzame energie, oftewel 'Duurzame Energie'. Bij deze nieuwe studie gaat het om de techniek en kennis van een zeer veelzijdig onderwerp met een hoge menselijke en maatschappelijke waarde. De specialisatie vindt plaats na het afronden van het tweede studiejaar van een technische of technisch-commerciële studie. De student start vervolgens in het derde jaar met een brede introductie in verschillende onderwerpen die met duurzame energie te maken hebben. Hierbij beperkt hij/zij zich niet tot zijn/haar eigen vakgebied, maar maakt hij/zij kennis met de vele, verschillende kanten van deze specialisatie. De student besteedt niet alleen aandacht aan de techniek, maar ook aan bedrijfskundige, communicatieve en managementvaardigheden. Hij/zij volgt bepaalde kernvakken waarbij de verwerving van theoretische kennis, de uitvoering van practica en individuele of groepsopdrachten belangrijk zijn. Deze kernvakken zijn: ●
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
●
36
● ● ●
Basiskennis. Inleiding duurzame energie (onder andere: zonnecellen, duurzaam bouwen, warmtekrachtkoppeling, wind/water, biomassa, geothermie/ bodemopslag, energieopslag, ruimtelijke ordening). Bedrijfskunde (onder andere: marketing, duurzame bedrijfsvoering, ondernemingsplan, financiering, overheidsbeleid/wetgeving). Energiemanagement (energiebesparing, energiemarkt/-kosten). Communicatie en voorlichting.
Op de site http://www.saxion-it.nl/opleidingen/Duurzame_energie.asp#6 is uitgebreide informatie te vinden.
De uitdaging: zelf aan de slag
5
Het hoger beroepsonderwijs is sterk in beweging. Het op competenties gerichte onderwijs vergt een andere aanpak dan de traditionele werkvorm: college/klassikaal onderwijs. Ook de noodzaak om te woekeren met beperkt beschikbare tijd vereist een steeds grotere creativiteit van de leerplanmakers. Hoofdstuk vier handelde over het nut en de noodzaak van duurzaamheid in het technisch bedrijfskundig onderwijs. Hoofdstuk vijf richt zich op de lessen van betrokkenen bij het opzetten van dergelijk onderwijs. Want de ultieme uitdaging, niet alleen voor studenten, maar ook voor docenten, is om zelf met duurzame ontwikkeling aan de slag te gaan. Om zelf creatief vorm te geven aan het uiteindelijke doel: het realiseren van een in duurzame ontwikkeling opgeleide technisch bedrijfskundige. De integratie van duurzaamheid in het technisch bedrijfskundig onderwijs (Paragraaf 5.1) kan langs twee routes gerealiseerd worden: bottom-up of top-down (Paragraaf 5.2). Tenslotte wordt aandacht geschonken aan ondersteunende activiteiten, zoals een docententraining en een kenniscentrum (Paragraaf 5.3). De totstandkoming van een duurzaam curriculum in Tilburg zal als voorbeeld worden genomen.
Integratie
5.1
Keuzes maken In ieder curriculum moeten keuzes gemaakt worden; er is eenvoudig niet genoeg tijd, docententijd én studententijd, om alle bagage in het leerplan te stoppen die een student eigenlijk nodig zou hebben. De student zal derhalve over de vaardigheid moeten beschikken om zichzelf te blijven scholen. En wat er in het leerplan komt, moet voor de student herkenbaar noodzakelijk zijn en aansluiten bij zijn beleving. Inhoud en werkvormen moeten daarom boeien, uitdagen, afwisselend en (leer)procesmatig zijn. Duurzaamheid kan hier op twee manieren bijdragen aan het vinden van uitdagende voorbeelden in het leerproces van de student. Ten eerste is duurzaamheid zowel 'breed' als 'diep' uit te werken, waardoor de scope van de technisch bedrijfskundige wordt vergroot. Ten tweede: "people, planet and profit" en de 'gesloten keten'-gedachte openen nieuwe aandachtspunten en verbanden, waardoor er 'anders' naar hetzelfde gekeken kan worden. De keuzes hebben te maken met de vragen 'wat doe je?', 'waarom doe je dat?' en 'hoe doe je het?'. Antwoorden op die vragen hangen samen. Immers, zoals de technisch bedrijfskundige 'spelenderwijs' geleerd wordt om in zijn/haar beschouwingen steeds het financiële en organisatorische aspect te betrekken, steeds van het geheel uit te gaan en in te zoomen naar het relevante subsysteem, oplossingen weer terug te
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Er zijn echter ook 'valkuilen' aan multidisciplinaire projecten, - zoals projectmoeheid bij studenten, onbekendheid met groepsprocessen en de samenstelling van de groep studenten en docenten. Daarover wordt uitgebreid gerapporteerd in bovengenoemde paper en oplossingen worden aangedragen. De paper is te downloaden van de website van het Cirrus project, www.projectcirrus.net.
37
Stap
Actor
Draagvlak bij:
In 1995 ontstond de idee om een nieuw product het levenslicht te laten zien. Achteraf lijkt het allemaal zo vanzelfsprekend, maar je moet er maar opkomen: Automobielfabrikant Mercedes als grote vriend van de Groenen. Er gaat dan ook een heleboel aan vooraf, voordat het ontwerp er lag. Weken, maanden van praten en uitgebreide onderzoeken gingen aan het uiteindelijke programma van eisen vooraf. Tekenen was daarna een fluitje van een cent. We dienen ons bij het behandelen van deze taak te beperken tot de eerste fase van het ontwikkelproces.
Mission statement Hogeschool of faculteit
Management hogeschool of faculteit
Hogeschoolraad of faculteitsraad
Beleidsplan hogeschool of faculteit
Management hogeschool of faculteit
Docenten
Beroepsprofiel Beroepskwalificaties
Hoofd opleiding Docenten
Beroepenveld
Eindtermen en leerplan
Hoofd opleiding Docenten
Studenten
Leerdoelformulering Uitwerking in vakken Modulen/projecten etc.
Docenten
Studenten
Evaluatie en zelfevaluatie
Hoofd opleiding
Docenten / Beroepenveld
plaatsen in het geheel en dit weer 'breed' te beschouwen, zo kan hem/haar ook het duurzaam kijken, denken en handelen bijgebracht worden. En dit hoeft niet duur te zijn, niet veel extra te kosten en niet ten koste te gaan van andere 'vakken'. Een voorbeeld uit het Cirrus project. In het eerste jaar Technische Bedrijfskunde in Tilburg wordt PGO (probleemgestuurd onderwijs) gebruikt. In het tweede blok van 10 weken komt in het eerste jaar de volgende weektaak aan bod:
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
In vergelijking met de taak, zoals die voor integratie van duurzaamheid uitgevoerd werd, is er niet veel veranderd. De verplichting tot duurzaam kijken zit in de cursief toegevoegde zin. Het gevolg is een anders uitgevoerde taak: niet "hoe ontwikkel je een auto?", maar "hoe ontwikkel je een duurzame auto?" staat nu in de uitwerking centraal.
38
Actoren en acties Integratie van duurzame ontwikkeling gaat vaak stapsgewijs. Het vergt een veranderingsproces waarbij naast het draagvlak onder de docenten en hun inzet, ook de stimulerende rol van het management en de op duurzaamheid georiënteerde omgeving waarin de opleidingen zich bevinden, van groot belang zijn. Onderstaande tabel geeft een aantal stappen die in zo'n proces te onderscheiden zijn. Vaak zal in de praktijk het integreren van duurzaamheid een combinatie zijn van twee aanpakken. De ene aanpak is top-down, waarbij het initiatief in eerste instantie ligt bij het management, wat tot uitdrukking komt in het mission statement, de plannen en de eindtermen. Het draagvlak aan de top is van belang om het veranderingsproces te kunnen inzetten en hier ook de middelen voor te krijgen. De andere aanpak is bottom-up. Vroeger of later zullen toch de docenten duurzaamheid moeten oppakken, want anders is er van duurzaamheid geen sprake. In onderstaande paragrafen worden beide aanpakken nader toegelicht.
Bottom-up of Top-down Een bottom-up benadering heeft een olievlek werking. Een bevlogen docent of groep van docenten start ermee, maakt studenten enthousiast, toont resultaten aan collega's en blijft dit doen, tegen de verdrukking in, zonder speciale voorzieningen. Langzaam maar zeker gaat er iets werken; meer collega's doen mee, raken van het nut overtuigd, worden door de gehanteerde werkvormen enthousiast en de ideeën bereiken het management. En na vele discussies in de opleiding wordt duurzaamheid in het leerplan opgenomen. Eindtermen worden opgesteld, leerdoelen van vakken aangepast, evenals de leerinhouden. En omdat het nieuw is, worden er als gevolg van de opleidingsbrede discussies prachtige projecten gedefinieerd. Het uiteindelijk resultaat spreekt tot ieders verbeelding, niet in de laatste plaats bij studenten. Het Cirrus project is een voorbeeld van deze aanpak. Het kan ook anders: top-down. Het management van de hogeschool of directie van de faculteit omarmt het gedachtengoed en vertaalt het in een 'mission statement'. Vervolgens gaan de hoofden van opleiding ermee aan de slag en destilleren er de voor hun opleiding relevante eindtermen uit. Deze nieuwe eindtermen worden, al of niet besproken met het beroepenveld, door gegeven aan de docenten, die er op hun beurt nieuwe leerdoelen aan ontlenen. En na aanpassing van de vakinhouden is er een nieuw curriculum geboren. Het zijn uitersten.
5.2
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Taak 1: Moeders wil is wet.....!
39
5.3
Onderwijs ondersteunen Docententraining
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Het creëren van commitment en enthousiasme in een vroegtijdig stadium is belangrijk. Een hulpmiddel hierbij kan een gezamenlijke scholing van het docententeam van een opleiding zijn, waarbij in de scholing ruimte is gepland voor discussie over de wijze waarop duurzaamheidsonderwerpen in het onderwijs ingevoerd zouden kunnen worden. Het bijkomend voordeel van een dergelijke aanpak is dat er vaak op creatieve wijze een gezamenlijk beeld van de mogelijkheden tot leerplanwijziging ontstaat. Deze aanpak18 is zeer succesvol gebleken in het Cirrus project. Ludi Dejong daarover:
40
Expertisegroep Hoe je ook te werk gaat, er dient kennis van duurzame ontwikkeling in huis te zijn. Het vormen van een expertisegroep was dan ook de eerste stap in het Cirrus project. Vanuit die expertise groep is de scholing van docenten verzorgd en is de integratie van duurzaamheid in de opleidingen opgestart met een basisprogramma voor alle opleidingen in het eerste studiejaar. Verdere integratie wordt veel meer vanuit de docenten van de opleidingen gerealiseerd, waarbij vanuit de expertisegroep mogelijkheden aangedragen worden in de vorm van 'toolboxes' 19 (zie voor voorbeelden: www.projectcirrus.net). De meerwaarde van een expertisegroep is gelegen in de constatering, dat het met behulp van een dergelijke groep gemakkelijker is in één keer een grote stap voorwaarts te maken over een breed aantal opleidingen. Het is ook de uitvalbasis voor verdere ontwikkelingen, zoals een lectoraat. De valkuil? Een expertisegroep wordt een gemakkelijke afschuifbak (voor docenten maar zeker ook voor het management): heeft het iets met duurzame ontwikkeling of milieu te maken? Laat het dan de expertisegroep maar doen! Cultuur en mogelijkheden van de eigen opleiding zijn maatgevend voor de keuze van de te bewandelen weg. Ieder pad kent zijn eigen 'beren op de weg'. Succes dwing je af: concentreer je daarom op het pad en niet op de beren.
“Maar duurzaamheid is pas echt van de grond gekomen vanaf de docententraining. Alle docenten van de FTN hebben deelgenomen aan een tweedaagse training. Dit heeft geleid tot intrinsieke motivatie van veel docenten voor duurzaamheid.“
18
In deze training is expliciet een dagdeel opgenomen om als docententeam te brainstormen over mogelijkheden het geleerde (over duurzaamheid) feitelijk in het onderwijs in te voeren.
19
Toolboxes bevatten lesstof over een bepaald thema en verwijzingen naar duurzaamheid. Ze zijn een handreiking naar docenten die gespecialiseerde duurzaamheidsvakken gaan geven of duurzame ontwikkeling in hun vak willen integreren.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Ze komen vermoedelijk niet echt in deze vorm voor. Immers, leerplan veranderingen vergen de inspanningen van docenten en management, en die zijn onderling afhankelijk. Aan de basis van het veranderingsproces ligt betrokkenheid en enthousiasme van alle betrokkenen. Daarbij is het niet meer van belang wie het initiatief heeft genomen; dat kan soms de docent zijn, soms het management. Dit geldt zeker voor een integratieproces van duurzaamheid in de opleiding. Duurzaamheid is zo veel omvattend, dat het alle kennisdomeinen van een technisch bedrijfskundige opleiding in meer of mindere mate beïnvloedt. Niemand kan en mag zich er derhalve aan onttrekken. Ook het management niet; immers een dergelijk ingrijpend veranderproces moet gefaciliteerd worden. Daarnaast kan het creëren van betrokkenheid en enthousiasme slechts het resultaat zijn van een gezamenlijke inspanning van initiatiefnemer(s) en management.
41
Tot slot
6
Conclusies De belangrijkste conclusie is, dat duurzame ontwikkeling en technische bedrijfskunde veel gemeen hebben. Beide vergen een systematische manier van werken, een multidisciplinaire werk- en denkhouding en hebben een integrale denkwijze gemeen. Een tweede belangrijke conclusie is, dat er nog veel kan en moet gebeuren, wil duurzame ontwikkeling de juiste plaats in de technischbedrijfskundige opleidingen innemen. Tot slot: de ontwikkeling naar competentiegericht onderwijs is een kans bij uitstek. Het roer in de opleidingen moet om en curricula gaan 'op de schop'. Er is derhalve geen beter tijdstip om de voor de 'duurzame blik' benodigde verandering in het onderwijs te realiseren dan nu. Duurzame ontwikkeling vereist van docenten en studenten een kijk op de wereld, die vakoverstijgend is, gericht op de relaties tussen bedrijf en maatschappij en op de toekomst. De daarin aanwezige dynamiek kan voor een blijvend actueel curriculum zorgen!
42
De technisch bedrijfskundige opleidingen zijn erg divers. Zowel wat de exacte invulling van de competenties betreft als qua didactische werkvormen. Het is daarom lastig om een concreet voorstel te formuleren voor de introductie van duurzame ontwikkeling in het curriculum, dat voor iedere opleiding toepasbaar is. Daarom een aantal aanbevelingen, die zijn gebaseerd op de ervaringen met het introduceren van duurzame ontwikkeling in technische opleidingen binnen het project Cirrus.
Een introductiecursus voor docenten Allereerst dient er voldoende draagvlak te zijn om tot introductie van duurzame ontwikkeling in het onderwijs te komen. En omdat de technisch bedrijfskundige blik een integrale visie vereist, dient er bij alle docenten een min of meer gelijk beeld over de inhoud van het begrip duurzaamheid te bestaan. Beide aspecten kunnen uitstekend gerealiseerd worden door een introductiecursus voor alle docenten te geven, waarbij naast discussie over duurzaamheid ook ruimte is voor discussie over de wijze waarop duurzame ontwikkeling in het onderwijs vorm gegeven kan worden.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Aanbevelingen
43
Onderwijsontwikkeling Belangrijk is om aansluitend op de introductiecursus te beginnen met het opzetten en faciliteren van projectgroepen van docenten, die het onderwijs daadwerkelijk gaan maken, qua inhoud en qua lesvorm. De groepen kunnen zo mogelijk bijgestaan worden door leden van een expertise groep.
geselecteerd op toepasbaarheid voor een technisch bedrijfskundige opleiding. De lezer vindt er alle voor een technisch bedrijfskundige opleiding relevante aspecten in. Maar of er voldoende diepgang in wordt aangetroffen is afhankelijk van erg veel variabelen en kan derhalve additionele literatuur(studie) vereisen. Het is van groot belang dat de docent beschikt of de beschikking krijgt over voldoende ontwikkeltijd. De kwaliteit van het onderwijs in duurzame ontwikkeling dient zodoende te worden gewaarborgd.
Een introductiecursus voor studenten Duurzame ontwikkeling is een veelomvattend begrip. Het voor de opleiding relevante kader moet voor de student bekend zijn, evenals de plaats van dat deel in het geheel van duurzaamheid. Het docententeam moet in staat zijn om na de introductiecursus voor docenten het relevante stuk af te bakenen. Dit deel moet als introductiecursus aan de studenten gegeven worden. Het is een efficiënte manier om iedereen dezelfde taal te laten spreken. Een dergelijke introductie kan op verschillende manieren plaats vinden. Binnen het Cirrus project zijn allerlei combinaties van introducties voor de technische opleidingen ontwikkeld, geënt op de binnen de betreffende opleiding gebruikelijke werkvormen.
44
Ontwikkeling van deze onderwijsvormen is teamwerk. Indien de teamleden dezelfde taal spreken (op basis van de introductiecursus) is het aanbrengen en beoordelen van duurzaamheid in deze onderwijsvormen niet moeilijk. Het betekent dat in de formulering van de PGO (probleemgestuurde) taak of de projectopdracht de noodzaak tot 'duurzaam kijken' ingebakken wordt. Voorbeelden zijn in hoofdstuk 4 en 5 te vinden. Inhoudelijke sturing van een langlopende taak/opdracht kan op grond van de beoordeling van het projectplan. Het leren om 'duurzaam te kijken' kan worden gerealiseerd in de beoordeling van de uitvoering, met name in de terugkoppeling naar het leerproces van de student door het docententeam.
Vakgebied Het goed introduceren van het aspect duurzaamheid in een vakgebied betekent vakontwikkeling; het vergt tijd. Afhankelijk van het vakgebied, de plaats van het vak in het curriculum en de geldende competenties vergt het weinig, veel of heel veel tijd. Er is veel geschreven en er komt steeds meer bij. Het vinden van de juiste literatuur kan daarom veel tijd vergen. De in de vakreview opgenomen literatuurlijst is
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Projectonderwijs en PGO
45
Nuttige websites Algemeen http://www.dho21.nl/ http://www.dho21.nl/interdisciplinair/index.html (beide sites geven informatie over onderwijs op het terrein van duurzame ontwikkeling) http://www.dto-kov.nl/ (praktijk voorbeelden van duurzame technologische ontwikkeling) http://www.minvrom.nl/pagina.html?id=1&ref= http://www.ez.nl/beleid/ext_frame.asp?site=/beleid/home_ond/bedrterrein/index.htm (de overheidssites geven informatie over beschikbare brochures op uiteenlopende duurzaamheidsaspecten, bijvoorbeeld bedrijventerreinen, parkmanagement, subsidies etc.)
Duurzaam ondernemen
46
http://www.factor10.be/ (geen startpagina, maar wel een Belgische duurzaamheidspagina op het gebied van 'ecodesign', waar erg veel onderwerpen aan bod komen en veel links naar andere sites te vinden zijn) http://www.wbcsd.com/casestud/index-list.htm http://www.kbs-frb.be/do-net/start.html (uitstekende site, met veel doorverwijzingen, cases, adviezen, tools) http://www.dhv.nl/frameset.asp?mainpage=http://www.dhv.nl/xenakis/websites/ Application.PerformanceManagerServlet/Nederlands/Groepssite/Werkvelden/Ruimtelijke_ Ordening_en_Milieu/_Advisering_industrie/Parkmanagement/Parkmanagement.asp (vooral gericht op duurzame bedrijfsterreinen) http://recycling.pagina.nl/ (startpagina voor informatie over recycling en bedrijven/instanties die erbij betrokken zijn.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
http://duurzaamondernemen.pagina.nl/ (de startpagina van waaruit een groot aantal sites te bereiken zijn). Omdat duurzaamheid heel breed is, ethiek, innovatie, filosofie, leefbaarheid, etcetera, etcetera, is een kijkje op deze site een 'must'.
47
Duurzaam inkopen
Duurzame consumptie http://consumenten.pagina.nl/
(de startpagina)
http://www.pz.nl/akb/index.html
(alternatieve consumptie0
http://www.ecomarkt.nl/keurmerk/
(over keurmerken)
http://www.duurzaam-beleggen.nl/
(over beleggen)
http://www.inkopers.net/
(een aardige site, vooral gericht op de overheid en de bouw)
Personeel http://www.kroonophetwerk.nl/kow/index.shtml http://www.animalfreedom.org/trendbreukenquete.htm (enquete over duurzame consumptie) http://www.pz.nl/eceat/
(over ecologisch toerisme)
Mogelijke cases http://www.bewustverbruiken.org/ http://www.milieucentraal.nl/data/mc_campagnes/mc_campagnes_apparaten_set.html (duurzaamheid en electrische apparaten)
Duurzame productie
http://cgi.jamnewmedia.nl/echtewelvaart/eget.cgi?page=catalogus (een site waar een zeer groot aantal zeer diverse projecten wordt vernoemd en waar via klikken meer informatie in te winnen is. Soms lenen projecten zich uitstekend tot het maken van cases, wat te denken van dit idee: "Om autodelen te stimuleren kwam in 1995 de Stichting Gedeeld Autogebruik tot stand. Verschillende autoverhuurders spelen hierop in en de trend slaat in steeds meer steden aan. Sommige bedrijven richten zich alleen op autodating, zoals Greenwheels, AutoDelen Amsterdam en BAS. Greenwheels werkt ook samen met NS voor date-auto's bij stations."
http://www.ea.gov.au/industry/eecp/ http: //www.projectcirrus.net
48
Duurzame energie Onderwijs
http://duurzame-energie.pagina.nl/
(de startpagina)
http://biomassa.pagina.nl/
(de startpagina over biomassa)
http://wind-energie.pagina.nl/
(de startpagina over windenergie)
http://www.saxion-it.nl/opleidingen/Duurzame_energie.asp
http://zonne-energie.pagina.nl/
(de startpagina voor zonne-energie)
http://www.hz.nl/opleidingen/hbo/ae/index.html
http://www.subsidies.nl/index.cfm
(over subsidie regelingen)
http://www.projectcirrus.net
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
http://www.wbcsd.com/
49
Literatuurlijst
50
Duurzaam ondernemen Andriof, J. en M. McIntosh, 2001. Perspectives on Corporate Citizenship. Greenleaf publishing, Sheffield. Bennet, M, P. James en L. Klinkers, 1999. Sustainable Measures. Greenleaf publishing, Sheffield. Broek, J.H.G. van den en J.M Verschuren, 2001. Duurzaam Ondernemen en Regelgeving. Boom juridische uitgevers, Amsterdam. Fussler, C., 1996. Driving Eco-Innovation. Pitman Publishing, London. Muguti, E. en S. Everts, 1999. Energy efficiency for small and medium scale enterprises. Intermediate Technology, London. Ron, A.de, 1999, Duurzame Productie. Lemma, Utrecht. Ron, A.de, 2002. Duurzaam Ondernemen, een inleiding. Kluwer, Dordrecht. Wolters, T.J.J.B., P. James, M.J. Bouman,1996. Integraal Ketenbeheer: een verkenning van actuele ontwikkelingen in bedrijven. Samsom Bedrijfsinformatie, Alphen aan de Rijn.
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Andriof, J. & M. McIntoch, 2001. Perspectives on Corporate Citizenship. Greenleaf publishing, Sheffield. Bendell, J.E.M., 2000. Terms for Endearment. Greenleaf publishing, Sheffield. Duurzaam Hoger Onderwijs (DHO), 04-08-2002. In: www.dho21.nl DVDO, 2002. Projectaanvraag Docenten Verdiepen Duurzame Ontwikkeling: Nieuwe uitdagingen in de 21ste eeuw. Nijmegen, 20-08-2002 Franken, C., 1998. In Earth's Company. New Society Publishers, Gabriola Island, BC. Heideveld, A., R. Wemmenhove, H. v. Zonneveld, 2001. Duurzaam Hoger Onderwijs 2001, Universiteit van Amsterdam, Amsterdam. Hengstum, G. Van, 2001. Biologie en duurzame ontwikkeling; vakreview duurzame ontwikkeling. Netwerk Duurzaam Hoger Onderwijs en UCM/KUN, Nijmegen. Kirkels, A., 2002. Werktuigbouwkunde en Duurzame Ontwikkeling. Vakreview Duurzame Ontwikkeling. DHO en UCM/KUN, Nijmegen. Opleidingseisen Technische Bedrijfskunde voor Hogescholen in Nederland Veld, J. In 't, 1981. Analyse van organisatie problemen. Elsevier, Amsterdam. Vlasman, A. en I. Dankelman, 2002. Denkraam voor Duurzame Ontwikkeling. DHO en UCM/KUN, Nijmegen. Weizsäcker, E. von, A. Lovins, and H. Lovins, 1998. Factor Four. Earthscan, London. Weterings, R.A.P.M., J.B. Opschoor, 1992. De Milieugebruiksruimte als Uitdaging voor Technologie Ontwikkeling. RMNO, Den Haag. WCED (World Commission on Environment and Development), 1997. Our Common Future. Oxford University Press, Oxford.
51
Bijlage
Strategie Keijzers, G., F. Boons, en R. van Daal, 2002, Duurzaam Ondernemen; strategie van bedrijven, Kluwer, Dordrecht. Wever, G., 1996. Strategic Environmental Management, John Wiley and sons, London.
People Andriof J. en M. McIntosh, 2001, Perspectives on Corporate Citizenship. Greenleaf publishing, Sheffield. Birkinshaw J. en P. Hagström, 2000. The Flexible Firm. Oxford University Press, Oxford.
Vragenlijst Review Technische Bedrijfskunde
1
1 Naam opleiding Naam beantwoorder vragenlijst
Functie binnen Technische Bedrijfskunde
Telefoonnummer
@Mail-adres
2 Personalia Aantal jaren werkzaam in Technische Bedrijfskunde
3 Waaraan denkt u bij het begrip 'duurzaamheid'? 4 Hoe belangrijk vindt u duurzaamheid voor een (pas afgestudeerde) technisch bedrijfskundige?
Ethiek
5 Wordt in het curriculum aandacht besteed aan duurzaamheid? Zo nee, gaat u verder met vraag 8
Andriof J. en M. McIntosh, 2001. Perspectives on Corporate Citizenship. Greenleaf publishing, Sheffield. Jeurissen R.J.M. (red.), Bedrijfsethiek, een goede zaak. Van Gorcum, Assen. Keijzers G. en R. Jeurissen, 2002, Duurzaam Ondernemen; toekomst ethiek in dialoog. Kluwer, Dordrecht. Luijck, H. van, 1993. Om Redelijk Gewin; oefeningen in bedrijfsetthiek. Boom, Amsterdam. McIntosh, M. en J. Jonker (red), 2000. Visies op Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Van Gorcum, Assen.
6 Vult u onderstaande tabel in: Onderwerpen
Studiejaar
Aantal studiepunten
Werkvorm(en)
Gebruikte literatuur
Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4
7 Kunt u hier motiveren waarom voor een bepaalde werkvorm is gekozen?
8 Welke problemen hebt u gehad bij de invoering van duurzaamheid in het curriculum?
52
9 Welke plannen zijn er om duurzaamheid (alsnog) in het curriculum op te nemen? 10 Indien er plannen zijn, vult u dan voor zover mogelijk onderstaande tabel in: Onderwerpen
Studiejaar
Aantal studiepunten
Werkvorm(en) Gebruikte literatuur met korte motivatie
Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4
11 Welke problemen verwacht u bij het uitvoeren van deze plannen?
12 Kunt u bij het oplossen van eventuele problemen ondersteuning van buiten gebruiken?
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Te denken is aan de noodzaak 'weerstand' te overwinnen, bijvoorbeeld als gevolg van het verliezen van 'uren' van andere vakken, ontwikkeling van lesmateriaal e.d..
53
Bijlage
2 Lijst geïnterviewden en geënquêteerden
Geïnterviewden
(door ir. Arjan Kirkels)
Ing. Ludi Dejong, Hogeschool Brabant, Docent en Projectgroeplid Cirrusproject Prof. Ir. Kees Daey Ouwens, Technische Universiteit Eindhoven en Energieonderzoek Centrum Nederland, Emeritus hoogleraar duurzame energie, faculteit Werktuigbouwkunde
Geënquêteerden
(door drs. Tom Severijn)
Mw. ir. H.C. de Keyser, Hogeschool Rotterdam, Opleidingscoördinator Technische Bedrijfskunde Drs. J. Th. A. Verhagen, Hogeschool Den Bosch, Docent
VAKREVIEW TECHNISCHE BEDRIJFSKUNDE HBO en Duurzame Ontwikkeling
Drs. P. Santema, Hogeschool Alkmaar, Hoofd afdeling
54
Ir. R. Poyck, Saxion Hogeschool Enschede, Docent Ing. A.J. Boogert, Haagse Hogeschool, Opleidingsmanager Technische Bedrijfskunde Mw. Ir. M.A.F. Vroemen, Fontys Eindhoven, Adjunct directeur J.F. Leen, Hogeschool Amsterdam, Opleidingcoördinator Technische Bedrijfskunde Mw. drs. M.H. Holman, Hogeschool Rijswijk, Hoofd Studierichting Technische Bedrijfskunde Drs. A.M. Rompelman, Chr. Hogeschool Windesheim, Docent Drs. M.H.L.Rubrech, Hogeschool Utrecht, Opleidingscoördinator Technische Bedrijfskunde