Nummer 48, november 2012, Jaargang 15
Subsidies in bedrijf Nieuwsbrief voor een helder beeld van subsidieregelingen
Prinsjesdag 2012: het Nederlandse subsidielandschap is in beweging Het is duidelijk dat het Nederlandse subsidielandschap sinds enige tijd in beweging is. Vorig jaar zijn op initiatief van Minister Verhagen negen topsectoren gedefinieerd die elk hun eigen kansrijke gebieden voor innoverend Nederland in kaart hebben gebracht. Door deze
In 2013 wordt ingezet op het: 1. inzetten op de gedefinieerde topsectoren en Nederland internationaal sterk positioneren; 2. ruimte bieden aan innovatief ondernemerschap; 3. bevorderen van duurzame welvaart met oog voor mens en natuur; 4. werken aan duurzame productie en ketens in land- en tuinbouw en visserij; 5. werken aan een toekomstbestendige energievoorziening.
nieuwe aanpak zijn er in het afgelopen jaar slechts weinig subsidieregelingen opengesteld. Inmiddels hebben de verschillende topsectoren hun programmalijnen bekend gemaakt en staan zij in de startblokken om Nederland weer een innovatie-impuls te geven. Of wij dat ook direct terug kunnen zien in het Belastingplan en de begrotingen die op Prinsjesdag 2012 zijn gepresenteerd? Wij hebben een aantal interessante zaken betreffende subsidies voor u op een rijtje gezet.
Topsectorenbeleid Als resultaat van de Topsectoren die begin 2012 hun speerpunten hebben gepresenteerd, starten in 2013 verschillende Topconsortia voor Kennis en Innovatie (ook wel TKI’s genoemd). Binnen deze TKI’s gaan de overheid en bedrijfsleven samen zorgdragen voor
Inhoudsopgave 4. Overijssel: een nieuwe energieregeling 6. Particuliere investeerders geven boost aan innovatieplannen in het MKB 8. Finance for International Business: helpt bij het realiseren van uw plannen in het buitenland
meer uitgaven aan R&D. Zo willen zij de Nederlandse positie in de negen topsectoren stimuleren. Om deze privaat-publieke samenwerking verder te bevorderen, introduceert de overheid volgend jaar een generiek vormgegeven TKI-toeslag. Deze manifesteert zich in twee vormen: Inzet van TKI-toeslag en de Grondslag voor TKI-toeslag. Enkel TKI’s kunnen deze toeslagen aanvragen om zo consortia te stimuleren. Ieder TKI geeft zelf in haar eigen programma aan hoe dit gerealiseerd gaat worden. De meeste van deze programma’s zijn momenteel nog in ontwikkeling. Het is de bedoeling dat deze TKI’s, tevens overlegorganen tussen kennisinstellingen en bedrijfsleven, zelf programma’s en projecten definiëren. Projecten bestaan uit samenwerkingen tussen bedrijven en kennisinstellingen, waarbij de crux zit in dat kennisinstellingen een financiële bijdrage ontvangen van de bedrijven, die daarvoor deels uit de TKI-toeslag worden gecompenseerd. Een beperkt aantal TKI’s organiseert tevens open calls, waarbij ook bedrijven voor een overheidsbijdrage in aanmerking komen. Uiteraard houdt Berenschot u ervan op de hoogte wanneer een call wordt opengesteld die voor u interessant kan zijn. Om te zorgen dat ook het MKB maximaal kan meedoen aan het onderzoek van de TKI’s heeft iedere TKI een MKB-loket ingericht. Dit loket moet kennis over de TKI’s verspreiden binnen de topsectoren en de positie van het MKB in EU-programma’s zoals Horizon 2020 en Eureka/Eurostars versterken. Nummer 48 | November 2012 | 1
Innovatieprestatiecontracten Aan een IPC-project werken 10-20 MKB-ers die niet met elkaar verbonden zijn in een groep (over een periode van maximaal twee jaar) aan collectieve- en aan ‘eigen’ innovaties. Zij worden hierbij begeleid door een penvoerder.
In 2013 zullen de Innovatieprestatiecontracten (IPC) nauwer op het Topsectorenbeleid worden aangesloten. In de volgende tenderbeoordelingen voor IPC-projecten is het tendercriterium ‘topsectoren’ toegevoegd. Dit houdt in dat MKB-ers samen met partijen uit de topsectoren invulling kunnen gaan geven aan de ambities en de agenda’s van de topsectoren. De subsidie voor u als deelnemer aan een IPC-project bedraagt 40% van de subsidiabele kosten voor de uitvoering van de innovatieplannen met een maximum van 25.000 euro. Minimaal 20% van deze kosten moeten aan collectieve activiteiten worden besteed. Een innovatieplan van een MKB-deelnemer dat in aanmerking komt voor de maximale subsidie, bedraagt minimaal 62.500 euro. De minimale projectomvang van een projectplan bedraagt 30.000 euro. Naar verwachting wordt in het voorjaar van 2013 een volgende tender opengesteld. Heeft u ideeën voor een project? En wilt u weten of uw project in aanmerking komt voor dit programma? Neemt u dan vrijblijvend contact met ons op en informeer naar de mogelijkheden. John Eisses, kantoor ’s-Hertogenbosch, telefoon (073) 521 95 62
•• De bovengrens van de eerste schijf waarover het hoge subsidiepercentage wordt toegekend, wordt verhoogd van € 110.000 naar € 200.000.
•• Het S&O-uurloon wordt naar boven afgerond op hele euro’s in plaats van op een veelvoud van € 5. De melding van de realisatie van de WBSO-uren verandert ook. Eerder gold dat wanneer men meer dan 90% van de uren had gerealiseerd, men geen melding hoefde te maken. Vanaf 2013 geldt dat er altijd een melding moet worden gedaan. Dit sluit aan op de verplichtingen voor de RDA, waarbij ook altijd een melding van de realisatie moet worden gedaan.
Binnen de RDA (Research- en Development Aftrek) kunnen kosten en uitgaven (de niet-loonkosten) worden gesubsidieerd die direct gekoppeld zijn aan WBSO-activiteiten.
In 2012 was het nettovoordeel 10%: 40% van de goedgekeurde RDA-kosten/uitgaven of 40% van het forfaitaire bedrag op basis van de goedgekeurde S&O-uren kan opgevoerd worden als aftrekpost in aangifte winstbelasting (VpB/IB). In 2013 wordt het voordeel naar verwachting iets groter: waarschijnlijk wordt het aftrekpercentage verhoogd naar 54%. Wilt u weten wat dit concreet voor uw onderneming betekent? Neemt u voor een goed en helder advies vrijblijvend contact met ons op en informeer naar uw mogelijkheden. John Eisses, kantoor ’s-Hertogenbosch, telefoon (073) 521 95 62
WBSO & RDA Met de WBSO (Wet Bevordering Speuren Ontwikkelingswerk) kunt u voor bepaalde R&D-projecten een korting aanvragen op uw loonkosten.
Deze regeling wijzigt op enkele vlakken:
•• Het subsidiepercentage in de eerste schijf wordt verlaagd van 42% naar 38% en het starterstarief wordt verlaagd van 60% naar 50%. Het percentage van de tweede schijf blijft 14%. 2 | Nummer 48 | November 2012
Green Deals Green Deals: afspraken tussen overheid en initiatiefnemers van duurzame projecten om zich gezamenlijk in te zetten voor het succes van die projecten, bijvoorbeeld door wettelijke barrières te verlagen.
Ook in 2013 kunnen burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en andere overheden die oplossingen hebben om
efficiënter en duurzamer te leven en te werken, hun initiatief aanmelden bij de Rijksoverheid. Zo wil de overheid knelpunten wegnemen door praktische afspraken te maken om een groene economie te bevorderen én een betere afstemming tussen economie en ecologie te realiseren. Daarnaast is onlangs een subsidieregeling gepubliceerd die voortkomt uit een Green Deal die minister Verhagen een half jaar geleden heeft gesloten met het Platform Biodiversiteit, Ecosystemen en Economie. Dit jaar was het voor u als ondernemer mogelijk om subsidie aanvragen voor uw plannen om de druk van uw bedrijf op de natuur te verminderen. Hiervoor moet uw bedrijf afkomstig zijn uit één van de volgende sectoren: agrofood, energie, chemie, tuinbouw en uitgangsmaterialen, water, logistiek, life sciences and health of toerisme. Met behulp van de subsidie kan uw bedrijf pilotprojecten uitvoeren waarvan de overheid de helft betaalt. Per project wordt niet meer dan een half miljoen euro uitgekeerd. Voor een periode van vijf jaar is hiervoor in totaal € 10 miljoen beschikbaar. Naar verwachting zal volgend jaar weer een nieuwe tender worden opengesteld. Bertus Postma, kantoor ’s-Hertogenbosch, telefoon (073) 521 95 62
SDE+ De SDE+ betreft een subsidie op de hoeveelheid duurzaam opgewekte energie gedurende de looptijd van de beschikking (afhankelijk van het type installatie is die 5 tot 15 jaar).
EL&I blijft de opwekking van duurzame energie stimuleren. Hiervoor is volgend jaar € 1,4 miljard beschikbaar via het SDE+. Deze regeling is bedoeld om het verschil tussen kostprijs en marktprijs van duurzame energie op te vangen. De investeerder ontvangt een bepaald subsidiebedrag per geleverde eenheid duurzame energie. De nieuwe subsidieronde is bestemd voor alle installaties die volgend jaar een beschikking ontvangen en waarvan de toegekende subsidie gedurende maximaal 15 jaar wordt uitgekeerd. In 2012 was een budget van 1,7 miljard beschikbaar. Heeft u inspirerende ideeën voor een duurzaam project? En wilt u weten wat de eventuele subsidiemogelijkheden zijn? Neemt u dan vrijblijvend contact met ons op en informeer naar de mogelijkheden. Bertus Postma, kantoor ’s-Hertogenbosch, telefoon (073) 521 95 62
Sociaal-economisch beleid: ESF in de toekomst De Subsidieregeling ESF 2007-2013 (Europees Sociaal Fonds) is gericht op de ondersteuning van projecten voor mensen die moeilijk zelfstandig een baan kunnen vinden, evenals op de scholing van werknemers om ze beter toe te rusten op veranderingen op de arbeidsmarkt.
Wij verwachten dat vanaf januari 2014 hiervoor weer aanvragen kunnen worden ingediend. Wilt u meer informatie over de ESF 20142020? Neemt u dan vrijblijvend contact met ons op. Kim Vereijken, kantoor ’s-Hertogenbosch, telefoon (073) 521 95 62
In de begroting van het ministerie van SZW wordt aandacht besteed aan de ESF. Deze interessante regeling loopt volgend jaar officieel af. U kunt momenteel dan ook geen aanvragen meer indienen. Er zijn wel al plannen voor een vervolgperiode: 2014-2020. De verwachting is dat het beschikbare budget voor deze periode wel flink zal dalen ten opzichte van de huidige periode. Daarnaast wordt zeer waarschijnlijk ingezet op twee thema’s: 1. (re-)integratie van mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt; 2. bevordering van duurzame arbeidsinzet van werkenden.
Nummer 48 | November 2012 | 3
Overijssel: een nieuwe energieregeling In 2020 moet 20% van de voorziene energiebehoefte in de provincie worden bespaard en verduurzaamd. Om dit te bewerkstelligen geeft de provincie Overijssel een extra impuls aan het opwekken van nieuwe energie en aan het realiseren van energiebesparing door haar inwoners. Dit gebeurt door investeringen in onder meer nieuwe energiebronnen zoals biomassa, zonne-energie en aardwarmte.
Met dit nieuwe financieringsprogramma wil de Provincie Overijssel bijdragen aan het slimmer en zuiniger gebruik van energie, aan lastenverlichting voor de burgers, een grotere onafhankelijkheid van fossiele brandstof en meer werkgelegenheid. Het programma biedt een brede waaier aan subsidieregelingen waarbij de kans groot is dat er één op uw situatie van toepassing is indien u ondernemer bent in Overijssel.
Energiefonds De focus van dit fonds ligt op het creëren van werkgelegenheid bij bedrijven binnen de provincie. Daarnaast richt het zich op het stimuleren van innovaties bij bedrijven, woningcorporaties en particulieren bij investeringen in nieuwe energiebronnen. Voor dit fonds is een bedrag van € 250 miljoen beschikbaar. Duurzame Energieopwekking en –Besparing Deze subsidiemogelijkheid geldt voor alle inwoners, ondernemingen en gemeenten in Overijssel voor investeringen op het gebied van (gebouw-gebonden) energiebesparing, energieopwekking, optimalisatie van bedrijfsprocessen of zonne-energie. De subsidie bedraagt ten hoogste 50% van de netto-investering en maximaal € 199.000 per aanvrager. Haalbaarheidsstudies Nieuwe Energie & Energiescans Bedrijven of gemeenten komen in aanmerking voor een subsidie voor de uitvoering van een haalbaarheidsstudie naar
4 | Nummer 48 | November 2012
energieopwekking of -besparing en voor stimuleringsprojecten voor energiescans. De subsidie bedraagt ten hoogste 50% van de totale subsidiabele kosten met een maximum van € 15.000. Gemeentelijk Energieloket 2.0 Gemeenten kunnen subsidie krijgen voor de realisatie van een gemeentelijk energieloket 2.0. Dit is een informatiepunt gericht op het informeren van particuliere woningeigenaren over energiebesparende maatregelen in bestaande woningen. De subsidie bedraagt per gemeente € 60.000 tot € 80.000. Logistieke Biomassa Bedrijven kunnen subsidie krijgen voor logistieke biomassaprojecten. Dit zijn projecten waarbij organiseren, plannen, besturen en uitvoeren van het oogsten/ transport van biomassa en bio-energie centraal staat. De subsidie bedraagt ten hoogste 50% van de subsidiabele kosten en maximaal € 20.000 per aanvraag. Rijden op Groengas en Elektriciteit Subsidie wordt verstrekt voor de aanschaf of lease van een nieuw elektrisch-, aardgas- of ‘dual fuel’-voertuig. Afhankelijk van de voertuigcategorie bedraagt de subsidie per aan te schaffen voertuig € 1.000 tot € 10.000. Deze subsidiemogelijkheid geldt voor alle inwoners, ondernemingen en gemeenten van de provincie Overijssel. Energiebesparing MKB-Bedrijven Deze subsidie wordt verleend voor de kosten van uitgevoerde energiebesparende
maatregelen die voortkomen uit het energieonderzoek dat een onderneming heeft laten uitvoeren (Geld-terug-actie). De subsidie bedraagt ten hoogste 25% van de subsidiabele kosten tot maximaal € 2.500 per vestigingsadres.
MKB-Lening voor Energiebesparing MKB-bedrijven kunnen subsidie krijgen voor investeringen in energiemaatregelen ten behoeve van bedrijfsgebouwen of processen. Dit gebeurt in de vorm van een rentekorting van ten hoogste 3% op een energielening van het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting. Duurzaamheidpremie Particulier Deze premie wordt verstrekt aan particulieren voor gerealiseerde isolatiemaatregelen aan een bestaande woning of een bonuspremie voor twee gerealiseerde isolatiemaatregelen en een gezamenlijke aanvraag. Deze bedraagt voor de duurzaamheidspremie € 300 tot € 600 en voor de bonuspremie per woning per aanvrager € 300. Duurzaamheidslening Particulier De subsidie wordt hier in de vorm van een rentekorting op een duurzaamheidslening verstrekt voor isolatie en duurzaam opwekken van energie in de eigen woning.
De rentekorting bedraagt ten minste 0,5% en ten hoogste 3%.
De belangrijkste voorwaarden bij al deze regelingen zijn: • De onderneming moet fysiek in Overijssel gevestigd zijn; een particulier moet minimaal een jaar in Overijssel wonen; • Projecten moeten energie besparende maatregelen of duurzame energie opwekkingsvoorzieningen betreffen; • De energiemaatregelen moeten zijn aangebracht of uitgevoerd na 1 juli 2012.
tigd zijn in Overijssel. Bij sommige regelingen kunnen alleen MKB-ondernemingen subsidie krijgen.
Ziet u aanknopingspunten? Heeft u een bedrijf gevestigd in Overijssel, werkt u bij een gemeente of woningcorporatie in Overijssel of woont u in Overijssel en bent u geprikkeld door het bovenstaande? Wilt u meer informatie over één van de regelingen of aanvullende voorwaarden? Neem dan vrijblijvend contact op met onze adviseurs bij Berenschot. Claudi van der Vegt Kantoor Deventer Telefoon (0570) 500 950
Voor wie is dit nieuwe energieprogramma interessant? Afhankelijk van de regeling komen zowel bedrijven, gemeenten, woningcorporaties en particulieren in aanmerking die geves-
Nummer 48 | November 2012 | 5
Risicokapitalisten geven boost aan innovatieplannen in het MKB ‘We moeten ons uit de recessie innoveren’ is een veelgehoorde uitspraak. Uiteindelijk zal de oplossing van de economische tegenspoed toch weer moeten komen uit groei en vernieuwing. Daarbij richten de ogen zich vooral op het MKB als banenmotor van de economie. Maar om als bedrijf te kunnen innoveren en groeien, heb je naast een duidelijke visie en strategie ook de financiële middelen nodig.
En laat daar nu juist de bottleneck zitten voor het innovatieve MKB dat zich geconfronteerd ziet met een zeer krappe kredietmarkt en een afkalvend subsidieinstrumentarium. Van een op de drie MKB-ers wordt momenteel de lening afgewezen. Bedrijven zouden voor hun financiering minder naar banken moeten kijken en meer naar investeerders van risicokapitaal. Risicokapitaal biedt namelijk een goede oplossing om innovatie en groei te financieren.
Nadenken over nieuwe financieringsbronnen De steeds strengere regelgeving en het toezicht op de banken en verzekeraars noopt het innovatieve MKB om na te denken over de vermogensbronnen waarmee zij de ontwikkeling van hun bedrijf de komende 5 tot 10 jaar gaan financieren. De banken zijn terughoudend en in tegenstelling tot grote (beursgenoteerde) ondernemingen is het MKB over het algemeen niet in staat om financiering op de kapitaalmarkt aan te trekken door middel van een emissie van aandelen of obligaties. Daarnaast deed de heer Boele Staal (voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Banken) eerder dit jaar al publiekelijk de uitspraak dat het bedrijfsleven –voornamelijk MKB- minder afhankelijk moet zijn van bancaire financiering en dat er behoefte is aan alternatieve aanbieders van (risicodragende) financiering. De betrokkenheid van deze risicodragende investeerders kan bovendien ook de hefboom zijn voor het verkrijgen van bankfinanciering. De overheid staat overigens niet helemaal 6 | Nummer 48 | November 2012
buitenspel; zij verschaft wel leningen en garanties, maar slechts onder bepaalde voorwaarden en nooit voor 100% van de kosten. Wij zien dat door deze ontwikkelingen de behoefte aan extern eigen vermogen in de vorm van risicokapitaal toeneemt. En niet alleen bij innovatieve start ups. Ook stabiele groeibedrijven bij wie het niet is gelukt om bankfinanciering te verkrijgen of die de risico-opslagen te hoog vinden, komen steeds vaker terecht bij verstekkers van risicokapitaal.
Vormen van risicokapitaal Er zijn verschillende vormen van risicokapitaal, onder andere: • • • • •
crowd funding; informal investors (business angels); venture capital; private equity; publieke fondsen.
Wat deze vormen van elkaar onderscheidt, zijn de bron (de aard van de verstrekkers), de omvang van de investering en de levensfase waarin de onderneming zich bevindt.
Crowd funding Dit is een beetje een vreemde eend in de bijt, maar wel een interessante vorm van seed capital. Crowd funding is namelijk booming. Dat was het al in de VS, maar ook in Nederland wordt dit steeds meer een factor van belang. Via online platforms kan een breed publiek geld investeren in een project, product of bedrijf.
Vooralsnog betreft het veel creatieve of culture initiatieven waar reguliere geldschieters door de beperkte omvang geen brood in zien. In de media echter verschijnen steeds vaker berichten over bedrijven die met succes projecten via crowd funding gefinancierd hebben. Zo is het de Nederlandse onderneming ‘GreenGraffiti’ eerder dit jaar gelukt om haar financiering van € 30.000 op te halen via het ABN AMRO crowdfundingplatform ‘Seeds’. Via het Amerikaanse platform Kickstarter wist een bedrijf onlangs zelfs meer dan $ 10 miljoen op te halen voor de ontwikkeling van een horlogemerk. Informal investors Informal investors (ook wel business angels genoemd) zijn meestal vermogende (ex-)ondernemers die vooral investeren in innovatieve starters en jonge, snelgroeiende bedrijven. Meestal gebeurt dit in de vorm van een minderheidsaandeel. De informal investor is graag nauw betrokken bij het bedrijf en helpt het succes te verhogen door de inzet van eigen kennis en netwerk. Investeringen hebben bij voorkeur betrekking op de (pre-)startfase en de eerste groei en kunnen oplopen tot 1 miljoen euro. Soms zelfs tot een veelvoud daarvan als men samenwerkt met andere informal investors in een speciaal opgericht ‘investeringsverhikel’. Het is niet ongebruikelijk dat de informal investor kapitaal verstrekt om een aanvullende bankfinanciering voor de doelonderneming los te krijgen ter grootte
van een factor 2 of 3 op het door de informal investor beschikbaar gestelde bedrag.
marktfalen en de steun de private fondsen niet verdringt.
Venture Capital Venture capital is de ‘early stage’ vorm van private equity. Venture capitalisten investeren in veelbelovende bedrijven die middelen nodig hebben voor bijvoorbeeld groei, reorganisatie, verzelfstandiging of een overname. Deze bedrijven kennen een hoog risicoprofiel, maar ook een hoge verwachte return on investment (ROI). Het gaat om aandelenbelangen – minderheids- en meerderheidsbelangen – van tussen de € 250.000 en € 50 miljoen in verschillende financieringsronden na het behalen van mijlpalen. Het doel van venture capital is om zijn return te halen uit de verkoop van het bedrijf of door het bedrijf naar de beurs te brengen.
In de regel treedt dit kapitaalmarktfalen op in de ‘valley of death’ waar een bedrijf in haar ‘early development stage’ doorheen moet trekken en waar private financiers niet voor warm lopen of vanwege het hoge risico ook zeer hoge returns eisen. Hier vult een publiek investeringsfonds dus een kapitaalgat.
Private equity Dit is hetzelfde als venture capital maar dan voor meer volwassen (later stage, mature) bedrijven. Verschillende onderzoeken wijzen uit dat de private equity een belangrijke bijdrage levert aan de werking van financiële markten en innovatie en daarmee aan de economische groei en werkgelegenheid. In Nederland zijn participatiemaatschappijen de belangrijkste aanbieders van private equity kapitaal. Zij nemen vooral een belang in niet-beursgenoteerde bedrijven en kopen daarmee zeggenschap. De meeste participatiemaatschappijen in Nederland zijn actief in het MKB. Participatiemaatschappijen investeren bedragen van enkele tot vele tientallen en soms honderden miljoenen in situaties van (snelle) groei, reorganisatie en verzelfstandiging (buy outs). Met de stimuleringsmaatregel ‘Groeifaciliteit’ probeert de overheid de kapitaalverstrekking van private equity fondsen aan het MKB te bevorderen, door de investeringsrisico’s voor de private equity’s deels af te dekken. Publieke fondsen: een mix van publiek en privaat Regionale ontwikkelingsmaatschappen hebben tot doel de regionale economie te versterken. Een instrument daartoe is een investeringsfonds waarmee ze veelbelovende bedrijven risicodragend kunnen ondersteunen. Deze investeringsfondsen mogen doorgaans tot 1,5 miljoen euro per onderneming investeren per 12 maanden. Dergelijke steun is alleen toegestaan als er sprake is van een aantoonbaar kapitaal-
Daarnaast zetten regionale overheden steeds vaker zogeheten revolverende fondsen op waarmee zij middels kredieten, garanties of (achtergestelde) leningen risicodragend willen investeren in bedrijven. Veel van de ‘oude’ subsidieregelingen van deze overheden wordt omgezet naar deze revolverende fondsen. Tenslotte kunt u voor technische innovatie als ondernemer nog steeds een beroep doen op stimuleringsmaatregelen als het Innovatiefonds MKB+, de WBSO, de RDA en de IPC. Hierbij is het voor u belangrijk om te weten dat de Rijksoverheid meer geld wil gaan steken in fondsen zoals het MKB+ en Garantiefonds en het Borgstellingskrediet. Voor een succesvol beroep op deze fondsen is het noodzakelijk dat er ook sprake is van private investeringen. Deze private investeringen werken zodoende als hefboom om publieke fondsen aan te kunnen spreken.
De voordelen van de particuliere investeerder Wat het gros van de verschillende vormen van risicokapitaal verbindt, is dat de verstrekkers mede-eigenaar worden in de onderneming. Zij lopen risico: is de onderneming waarin ze investeren succesvol dan maken ze winst, gaat het mis dan verliezen ze hun geld. Hoewel er bij veel mkb-ers veel weerstand bestaat tegen het inleveren van zeggenschap en zelfstandigheid, zijn er ook veel voordelen te benoemen die gepaard gaan met het aantrekken van risicokapitaal, zeker wanneer het venture capital of private equity betreft:
•• ze bieden een lange termijn financiering met eigen vermogen dat een solide basis vormt voor groei van het bedrijf;
•• ze brengen kennis over van strategische,
•• ze zetten hun netwerk in om groeidoelstellingen te helpen realiseren, zoals het creëren van een doorbraak in een bepaalde markt. Met venture capital en private equity haalt u als onderneming zodoende een strategische partner in huis. Dit pleit ervoor om de mogelijkheden van een participatiemaatschappij of venture capitalist serieus in overweging te nemen. Bijvoorbeeld voor de ontwikkeling van nieuwe technologieën, producten en diensten, voor de versterking van werkkapitaal of voor groeiplannen en uitbreidingsinvesteringen. Maar waar te beginnen?
Ondersteuning Berenschot Berenschot biedt een unieke mix van expertise op het gebied van strategie & organisatieadvies, corporate finance, innovatiesubsidies en risicokapitaal. Bovendien beschikken wij over een goed netwerk van publieke en private investeerders.
Onze kennis en netwerken zetten wij graag voor u in door u te ondersteunen bij: • het vaststellen van de financieringsbehoefte in relatie tot de visie en strategie van uw bedrijf; • het vormgeven de propositie (business) van uw bedrijf; • het matchen van de propositie van uw bedrijf met de criteria van investeerders; • het adviseren van uw bedrijf over de impact van private equity voor uw bedrijf; • het opstellen van een kwalitatief goede propositie/ investeringsvoorstel; • het begeleiden van uw bedrijf bij de dealmaking met de risicokapitalist.
Bel ons voor een goed gesprek over deze nieuwe vormen van financiering van uw ambities. Martijn Röfekamp of Johan Stuiver kantoor Groningen Telefoon (050) 5248397
financiële, commerciële en operationele gebieden; Nummer 48 | November 2012 | 7
Finance for International Business: helpt bij het realiseren van uw plannen in het buitenland
Colofon
Bent u MKB-ondernemer en ziet u kansen voor uw bedrijf in China, Colombia, India, Vietnam of Zuid-Afrika? Met de regeling Finance for International Business (FIB) maakt de overheid het mogelijk uw plannen financieel te realiseren.
Wij zijn gevestigd in: Deventer, de heer ir. Peter van Rijsbergen, telefoon (0570) 500 950 Groningen, de heer drs. Martijn Röfekamp, telefoon (050) 524 83 97 Utrecht, de heer Fons de Zeeuw MSc, telefoon (030) 291 68 88 ‘s-Hertogenbosch, de heer ir. John Eisses, telefoon (073) 521 95 62 Diepenbeek (B), mevrouw Sophie Hayen, telefoon +32 (0) 11 26 89 89
Wat houd de regeling in? Met de FIB-regeling investeert de overheid op deal-by-deal basis mee met een financier. Hierbij geldt dat de overheid maximaal 35% van het financieringsbedrag zal verstrekken (tot maximaal € 875.000 euro) en de overige 65% wordt door een professionele financier verstrekt. Doordat de overheid daadwerkelijk voor een deel meefinanciert, zijn financiers eerder bereid uw plannen te financieren. Enkele belangrijke voorwaarden zijn:
•• u investeert in bedrijfsgoederen, opstart/uitbouw van productiefaciliteiten en verkoopkantoren en/of werkkapitaal;
•• uw onderneming en de nieuw op te zetten activiteit hebben voldoende rentabiliteits- en continuïteitsperspectief;
•• de afgelopen 12 maanden zijn er niet meer middelen voor derden aan de onderneming onttrokken dan noodzakelijk is voor een redelijk te verwachten bedrijfsvoering, zoals dividenduitkeringen;
•• de financiering wordt niet gebruikt om eerder aan de onderneming verstrekte financiering te vervangen;
•• u zorgt ervoor dat noch de eerste wezenlijke toeleverancier, noch de onderneming waarin de nieuwe activiteiten worden verricht, gebruik maken van kinder- of dwangarbeid.
Deadline U kunt uw aanvraag indienen tot en met 31 december 2012. De overheid verdeelt het subsidieplafond (bedraagt € 6 miljoen voor 2012) op volgorde van binnenkomst van de aanvragen. Dus wees er snel bij… Neem contact met ons op om vrijblijvend uw mogelijkheden te bespreken. Ingrid van Straten Kantoor ‘s-Hertogenbosch Telefoon (073) 521 95 62
88 | | Nummer Nummer 48 48 | | November Oktober 2012 2012
Deze uitgave van Berenschot bv verschijnt tweemaal per jaar en is kosteloos voor relaties. Bent u geïnteresseerd in een abonnement, neem dan contact op met Berenschot bv, ‘s-Hertogenbosch (073) 521 95 62
Eindredactie: Berenschot ‘s-Hertogenbosch, mevrouw drs. Suzanne Aslander, telefoon (073) 521 95 62, fax (073) 521 91 42 e-mail
[email protected] Internetadres: www.berenschot.nl/subsidies Hoewel bij het samenstellen van dit document met grote zorgvuldigheid wordt gehandeld, bestaat de mogelijkheid dat informatie na verloop van tijd is verouderd of onjuist/onvolledig is. Wij zijn dan ook niet aansprakelijk voor de gevolgen van activiteiten die worden ondernomen of nagelaten op basis van deze uitgave. Gehele of gedeeltelijke overname uit deze uitgave is toegestaan, mits daarbij de bron wordt vermeld.