RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN BACHELOR GESCHIEDENIS
STUDIEHANDLEIDING NEDERLANDSE GESCHIEDENIS II Nederlandse identiteit Thema: Nederlandse politiek na 1900 in biografieën
STUDIEJAAR 2013-2014 – SEMESTER 2
docent: Prof.dr. J.W. (Hans) Renders (Leerstoelgroep Geschiedenis en Theorie van de Biografie) http://www.rug.nl/research/biografie-instituut/courses
1. Titel: Vakcode: Opleiding: Studiefase:
Nederlandse Geschiedenis II GX38P05.2013.2014.2A Geschiedenis Bachelor (propedeuse)
2. Aantal ECTS-studiepunten: Werkcollege; 5 ECTS. 3. Ingangseisen: Geen. 4. Inhoudsbeschrijving Bij Nederlandse Geschiedenis II schrijf je een historiografisch essay over een onderwerp dat is gerelateerd aan het overkoepelende thema van dit werkcollege. Het thema is Nederlandse politiek in biografieën na 1900. Suggesties voor deelonderwerpen zijn als bijlage aan deze studiehandleiding toegevoegd. In dit college worden onder de overkoepelende noemer Nederlandse Identiteit verschillende benaderingen van de biografie als een academisch verantwoorde methode met elkaar vergeleken. Nauw gerelateerd aan deze verkenning zal de huidige stand van zaken centraal staan voor wat betreft de theorie van de biografie aan de hand van het thema: Nederlandse politiek in de twintigste eeuw. Diverse definities, categoriseringen en publicatievormen van biografisch onderzoek passeren de revue, evenals voorbeelden van biografische genres zoals biografische essays, biografische lemma’s en biografische woordenboeken. Deelnemers aan dit college schrijven een paper op basis van de aangeboden literatuur, het gekozen onderwerp en de bronnen die daarbij zijn achterhaald. Je kiest in deze collegereeks een onderwerp uit een door de docent samengestelde lijst van onderwerpen (na overleg met de docent kan eventueel ook voor een ander onderwerp gekozen worden). Vervolgens zoek je zelfstandig naar relevante literatuur over het onderwerp: dit is de bibliografische opdracht. De bibliografische opdracht houdt in dat je een literatuurlijst over het onderwerp samenstelt van minimaal 15, liefst recente, belangrijke en spraakmakende titels. De lijst omvat ten minste 5 artikelen. Maak ook gebruik van de beschikbare recensies van de gekozen monografieën om er achter te komen welke waarde deze hebben. Omdat het een historiografisch essay betreft, is het noodzakelijk dat je de opvattingen van verschillende auteurs vergelijkt. In de bibliografische opdracht dien je ook het zoekpad per titel aan te geven; dus je omschrijft kort hoe en waar je de titel gevonden hebt, bijvoorbeeld in encyclopedieën, handboeken, bibliografieën en andere bibliografische naslagwerken. Ook vermeld je welke zoekacties niets opleverden.
1
Algemene eisen essays/werkstukken Het werkstuk moet een aantal hoofdpunten bevatten zoals die ook in de studiehandleiding/reader van Historische Vaardigheden zijn aangegeven (de vorm): • een inleiding, met een oriëntatie, probleemstelling, vraagstelling en de verantwoording voor de aanpak, • een voldragen betoog, ingedeeld in relevante paragrafen dan wel hoofdstukken • een conclusie. De vormgeving dient in overeenstemming te zijn met de volgende eisen: o opgemaakt in Word met lettertype Times New Roman; o duidelijk leesbaar: lettergrootte 12 pts en regelafstand 1.5; o beginnend met een aparte titelpagina; o met een inhoudsopgave; o met annotatie (voetnoten) volgens Turabian style en aanwijzingen uit de reader Historische Vaardigheden; o met een literatuurlijst volgens Turabian style en aanwijzingen uit de reader Historische Vaardigheden; o met paginanummering; o inspringen bij een nieuwe alinea, tenzij het een eerste alinea van een paragraaf of hoofdstuk betreft. Het werkstuk dient te zijn gesteld in correct Nederlands (zie Renkema). De mogelijkheid van spellingcorrectie in Word maakt spelfouten ontoelaatbaar en daarmee onacceptabel voor een voldoende beoordeling. Het dient bovendien te zijn geschreven in eigen woorden. Het overschrijven van stukken tekst (behoudens een enkel citaat) is ook met bronvermelding niet toegestaan. Bij de beoordeling wordt uiteraard op de inhoud van het werkstuk gelet, maar het moet ook aan alle bovenstaande eisen voldoen. Wanneer hieraan niet is voldaan, zal het werkstuk moeten worden overgemaakt. Dit werkstuk lever je in week 10 van het semester (= kalenderweek 15) in, zowel in een papieren versie in het postvak van je werkcollegedocent, als in een digitale versie via de ephorusfunctie van Nestor. In enkele colleges wordt verder het overkoepelende thema geïntroduceerd aan de hand van een aantal artikelen dat op de nestorsite te vinden is. Alle groepsleden lezen deze artikelen en elk artikel wordt door een groepje studenten mondeling geïntroduceerd: waarover gaat het betreffende artikel. Het verdient aanbeveling om enkele stellingen te poneren waarover gediscussieerd kan worden. 5. Literatuur (verplicht): (als PDF op Nestor te vinden behalve de met een * gemerkte literatuur) - Piet de Rooy: ’Een zoekende tijd. De ongemakkelijke democratie, 1913 – 1949’, in: Remieg 2
Aerts, Herman de Liagre Böhl, Piet de Rooy, Henk te Velde, Land van kleine gebaren. Een politieke geschiedenis van Nederland 1780 – 2012, Boom, Amsterdam 1999, achtste herziene druk 2013, p. 195-223.* - Hans Renders, ‘The Limits of Representativeness. Biography, Life Writing and Microhistory’, in: Hans Renders and Binne de Haan, Theoretical Discussions of Biography. Approches from History, Microhistory, and Life Writing, New York 2013, p. 195-210.* - Hans Renders, De zeven hoofdzonden van de biografie. Over biografen, historici en journalisten (Amsterdam: Bert Bakker, 2008) p. 1-63. - Gerrit Voerman, ‘De onstuitbare opmars van het private in de politiek’, in: Privé in de politieke biografie (Amsterdam: Uitgeverij Boom 2007), p. 15-23. Ter Oriëntatie: - Nigel Hamilton, Biography. A Brief History (Cambridge, Mass. en Londen: Harvard University Press, 2007), p. ix-xvii en p. 1-31. - Stacy Schiff, ‘The dual lives of the biographer’, in: The New York Times 26-11-2012. - David Novarr, The Lines of Life: Theories of Biography, 1880-1970 (West Lafayette, Indiana: Purdue University Press, 1986), p. ix-xvii en p. 1-31. - Stephen Turner, ‘What Are Disciplines? And How is Interdisciplinarity Different?’, in: P. Weingart en N. Shehr ed., Practising Interdisciplinarity (Toronto: University of Toronto Press, 2000), p. 46-65. - Catherine N. Parke, ‘Scholarship, Academia, and Biography’, in: Margaretta Jolly ed., Encyclopedia of life writing: autobiographical and biographical forms (Londen: Fitzroy Dearborn, 2001), p. 787-789. - Michael Rustin, ‘Reflections on the biographical turn in social science’, in: Rus Prue Chamberlayne, Joanna Bornat en Tom Wengraf ed., The turn to biographical methods in social sciences. Comparative issues and examples (Amsterdam: Routledge, 2000), p. 33-51. 6. Te ontwikkelen competenties: Zie algemene documenten studierichting Geschiedenis. 7. Leerdoelen van het studieonderdeel Zie algemene documenten studierichting Geschiedenis. 8. Plaats van het studieonderdeel in het programma Inhoudelijk gezien is het werkcollege Nederlandse Geschiedenis II een verdieping van het parallel lopende hoorcollege Nederlandse Geschiedenis I. De vaardighedenelementen van het werkcollege Nederlandse Geschiedenis II sluiten aan op het college Historische Vaardigheden, gegeven in semester 1. Dat wil zeggen dat het eindniveau van Historische Vaardigheden het beginniveau van Nederlandse Geschiedenis II vormt (voor de behandelde onderwerpen, zie Nestorsite cursus Historische Vaardigheden). Werden bij historische vaardigheden elementaire zoek- en schrijfvaardigheden aangeleerd, zo worden hier gevorderde zoek- en schrijfvaardigheden aangeleerd. Verder wordt een eerste, korte mondelinge presentatie gehouden.
3
9. Weekprogramma Weekprogramma 6 feb Week 1: inleiding, uitleg: wat is een historiografisch essay en welke weg bewandelen we om dit te schrijven. Lezen: door docent opgegeven literatuur handboek. 13 februari Week 2: thema/ daarnaast UB-instructie op een apart tijdstip 20 februari Week 3: thema/ bibliografische opdracht 27 februari Week 4: thema/pilotstudy 6 maart Week 5: thema/ bespreken schrijfproces 13 maart Week 6: inleiding/ recapitulatie schrijven van een essay 20 maart Week 7: zelfwerkzaamheid schrijven van het essay Week 8: tentamenweek Week 9: tentamenweek 10 april Week 10: inleveren essay 24 april Week 12-13: bespreking essays 1 mei 22 mei Week 16: inleveren eventuele herkansing essay
10.
Berekening studielast 140 uren: • 20 uren college • 20 uren voorbereiding colleges • 2 uren bibliotheekinstructie • 92 uren werkstuk (incl. voorbereidende werkzaamheden) • 6 uren voorbereiding presentatie
11. Opbouw van de module en beoordelingseisen Het belangrijkste toetselement van dit werkcollege is een historiografisch essay; dit in aansluiting op het college Historische Vaardigheden van het eerste semester, waarbij een historisch essay is geschreven. In het werkcollege zullen de stappen worden begeleid die gezet moeten worden om dit historiografisch essay te maken. Een van die stappen is het zoeken naar gespecialiseerde literatuur, waarvoor in het college Historische Vaardigheden de basis is gelegd met twee bibliotheekinstructies en colleges over de typologie van literatuur. Kennis hiervan en van de werking van de UB en de LB wordt dan ook bekend verondersteld. In week 3 zal naast het werkcollege ook een aparte gespecialiseerde bibliotheekinstructie Nederlandse Geschiedenis worden gegeven door de medewerkers van de UB en/of LB (zie rooster). Deze instructie is verplicht. Zij is buiten de gewone colleges om geroosterd in een aantal identieke parallelgroepen. Studenten kiezen uit één van deze groepen en schrijven zich daarvoor tijdig in (roosters worden opgehangen bij het secretariaat). Beide bibliotheken werken hiervoor samen. De LB heeft een digitale zogeheten OZON-module voor Nederlandse geschiedenis ontwikkeld. Bij de instructie wordt een schriftelijke oefening gemaakt, die ook bij de bibliotheek wordt ingeleverd en door bibliotheekmedewerkers wordt nagekeken of van een antwoordmodel wordt voorzien. Wanneer niet aan de opdracht is voldaan, wordt dit gezien als één keer afwezigheid. Aan de bibliotheekinstructie is verder de bibliografische zoekopdracht verbonden die gericht is op het 4
verzamelen van literatuur voor het historiografisch essay. Deze bibliografische zoekopdracht wordt ingeleverd bij de werkcollegedocent. Nederlandse politiek na 1900 in biografieën zal dus naast de bibliotheekinstructie bestaan uit een serie van tien werkcolleges, waarvan enkele een inhoudelijke inleiding op het specifieke thema zullen bevatten en de meeste andere besteed zullen worden aan begeleiding van het essay. Daarnaast zal er persoonlijke begeleiding van de essays plaatsvinden en zal aan het einde tijdens enkele sessies een serie groepspresentaties gegeven worden over de ingeleverde essays. Daarvoor is het nodig de essays inhoudelijk in subgroepjes te clusteren. Dit zorgt er tevens voor dat studenten elkaar commentaar kunnen geven en van elkaar krijgen op hun werkstukken. In het begin van de werkcollegereeks zullen in principe elke week colleges plaatsvinden. Later kunnen die af en toe vervangen worden door persoonlijke werkzaamheid van de student met begeleiding. De essays zullen worden ingeleverd in week 10. Daarna vinden de groepspresentaties plaats. Beoordelingseisen: De door de studenten te verrichten werkzaamheden zullen, naast actieve deelname aan de werkcolleges, bestaan uit een pilotstudie voor het essay, het historiografische essay zelf en deelname aan de groepspresentatie. Het essay zal worden besproken en wordt, indien onvoldoende, één maal herkanst, in te leveren in week 16. Aanwezigheid bij 80% van de colleges is een verplichting. De opdrachten moeten alle op tijd worden ingeleverd en moeten met een voldoende zijn beoordeeld. Zij moeten aan de bovenvermelde eisen voldoen en voor het historiografisch essay gelden tevens de algemene eisen voor een historisch essay, zoals gesteld in de cursus Historische Vaardigheden.
12.
Toetsingsprocedure (deadlines)
Toetsvorm(en) en Toetsingsprocedure Week 1 Lezen: Piet de Rooy: ’Een zoekende tijd. De ongemakkelijke democratie, 1913 –
1949’, in: Remieg Aerts, Herman de Liagre Böhl, Piet de Rooy, Henk te Velde, Land van kleine gebaren. Een politieke geschiedenis van Nederland 1780 – 2012, Boom, Amsterdam 1999, achtste herziene druk 2013, p. 195-223. Week 2: Bibliotheekinstructie met verplichte oefening op Nestor Lezen: Renders, De zeven hoofdzonden en Voerman, Gerrit, ‘De onstuitbare opmars
van het private in de politiek’ Week 2/3: Deadline bibliografische opdracht Lezen: Bespreking werkplannen en bibliografische opdrachten. Lezen: Hans
Renders, ‘The Limits of Representativeness. Biography, Life Writing and Microhistory’. Week 4: Deadline pilotstudy en eventuele herkansing bibliografische opdracht Week 5: Deadline eventuele herkansing pilotstudy Week 6: Deadline inleiding Week 10: Vrijdag 11 april deadline historiografisch essay. 5
13.
Bereikbaarheid docent Prof.dr. J.W. Renders,
[email protected], 050-3635816, spreekuur: Vrijdags van 11:00 tot 13:00 en volgens afspraak, kamer 1312.132.
14.
Overige informatie Roostertijd en plaats: Donderdag 12:00-15:00 uur in zaal A weg 30zl 324
6
BIJLAGE LIJST VAN ONDERWERPEN VOOR HET HISTORIOGRAFISCH ESSAY Essayonderwerpen Nederlandse identiteit: Nederlandse politiek na 1900 in biografieën Een onderwerp kan pas onderwerp voor het essay zijn na goedkeuring van de docent. 1. Necrologieën van sociaaldemocraten in vergelijking met necrologieën van liberalen 2. Vergelijking premiersbiografieën op het punt van geloof 3. BMGN en de besprekingen van biografieën van politici in bepaald tijdvak 4. Memoires van politici 5. Biografische woordenboeken 6. Biografie en de sociaal-democratie 7. Biografie en nationaal-socialisme 8. Memoires van Willem Oltmans en Soekarno 9. De Indonesische kwestie in biografieën 10. Drie biografieën van Domela Nieuwenhuys op Friese connectie vergelijken 11. Nieuw-Guinea volgens Luns en Oltmans 12. P.J. Oud en de vie romancée 13. Biografieën van hoofdredacteuren 14. Religie in biografieën van politici 15. Burgemeesters van Nederland 16. Eerste Wereldoorlog en Biografie 17. Tweede Wereldoorlog en Biografie 18. De ondernemersbiografie 19. Premiersbiografieën 20. De Geer tweemaal gebiografeerd
7