2
Sterk in de markt
4
Pilot met veiligheids rondes
7
Hersentumor onderzoek op VUmc én Harvard
29 januari 2009 Tracer is het tweewekelijkse medewerkersblad van VU medisch centrum – uitgave: dienst communicatie
De medewerkers van het Alzheimercentrum reageerden enthousiast op het goede nieuws
nummer 3
Strijd tegen Alzheimer krijgt stevige impuls
Foto: Mark van den Brink
Maar liefst 4,5 miljoen euro heeft het Innovatiefonds Zorgverzekeraars toegezegd aan het Alzheimercentrum VUmc. Hiermee zien Philip Scheltens en zijn medewerkers hun droom verwezenlijkt: er kan een gespecialiseerde poli voor Alzheimerpatiënten worden ingericht en het onderzoek naar deze ziekte krijgt een extra impuls. De dementerende patiënt staat in deze nieuwe setting letterlijk en figuurlijk centraal door toepassing van de principes van ‘healing environment’. Bij de bouw wordt rekening gehouden met de toenemende groei van de vraag naar optimale diagnostiek en behandeling van deze groep patiënten. De medewerkers van het Alzheimercentrum reageerden enthousiast op het goede nieuws. Philip Scheltens, hoofd van het Alzheimercentrum: “Als we niets doen is over twintig jaar de ziekte van Alzheimer volksziekte nummer één. Het is onze ambitie om binnen vijftien jaar een afdoende behandeling te hebben voor deze ziekte. De schenking van het Innovatiefonds Zorgverzekeraars brengt het realiseren van deze ambitie een stuk dichterbij.” Op pagina 8 leest u meer over deze ontwikkelingen.
> Interactieve
Samenwerking GGZ inGeest-VUmc
Bipolaire stoornissen centraal tijdens Valeriussymposium
plattegrond polikliniek
n Monique Krinkels
Zo’n honderd belangstellenden waren op vrijdag 23 januari aanwezig bij het vierde Valeriussymposium dat in de Amstelzaal plaatsvond. Het was de eerste keer dat GGZ inGeest deze dag samen met VUmc organiseerde. Het thema was bipolaire stoornissen: over topzorg en basale wetenschap. Een bipolaire, of manisch-depressieve, stoornis is een ernstige psychiatrische aandoening waarbij perioden van depressie en van overmatige activiteit (manie) elkaar afwisselen. Nationale en internationale sprekers gaven tijdens dit symposium de laatste stand van zaken weer over zowel de praktijk van de behandeling als wetenschappelijk onderzoek. Het symposium werd geopend door Wouter van Ewijk, lid van de raad van bestuur van VUmc, terwijl Witte Hoogendijk als dagvoorzitter optrad. Aartjan Beekman gaf een korte uitleg over de keuze voor het onderwerp bipolaire stoornissen. VU medisch centrum en ggz inGeest starten dit jaar met een academische werkplaats voor deze aandoening. Vervolgens belichtten
zeven sprekers verschillende facetten van de bipolaire stoornis.
Comorbiditeit De Amerikaanse hoogleraar Amy Kilbourne ging in op de positieve resultaten van het onderzoek wat zij deed naar het door haar ontwikkelde behandelprogramma voor patiënten die aan een bipolaire stoornis lijden. Somatische comorbiditeit, vooral hart- en vaatziekten, komt vaker voor bij patiënten die aan een bipolaire stoornis lijden. Zij ontwikkelde het behandelprogramma ‘Life Goals Collaborative Care’, waarin door middel van psychosociale interventies beoogd wordt de totale zorg aan patiënten die lijden aan een bipolaire stoornis zowel op psychisch als somatisch gebied te verbeteren. Willem Nolen deed verslag van, het weinige, onderzoek dat gedaan is naar de invloed van het gebruik van anti-depressiva op de bipolaire depressie. Daaruit bleek dat het medicijngebruik niets lijkt toe te voegen. In de praktijk zien zorgverleners echter wel een (positief) effect. Jan van Zaane liet het publiek weten dat excessief alcoholgebruik veel minder invloed had op het verloop van een manisch-
depressieve aandoening dan verwacht. Mogelijk is deze uitkomst beïnvloed omdat de patiënten die hieraan deelnamen zich bewuster aan hun therapie hielden.
Contract De dag werd onderbroken voor een forumdiscussie geleid door Ursula Klumpers over het zelfbindingscontract. Het forum bestond onder andere uit een jurist, psychiaters en een lid van de cliëntenraad. Het zelfbindingscontract is vorig jaar ingevoerd als een nieuw dwangmiddel bij de behandeling van psychiatrische patiënten. Er is nog nauwelijks ervaring mee. Tijdens een stabiele fase in hun ziekte kunnen de patiënten aangeven hoe zij behandeld en bejegend wensen te worden als de symptomen verergeren en een opname noodzakelijk wordt. Daarmee houden ze meer grip op hun leven, ook al zijn ze een tijdlang niet in staat voor zichzelf op te komen. Er ontstond een levendige discussie, want het nadeel van het zelfbindingscontract is dat lang niet alle patiënten dit kunnen en willen en dat het bovendien veel papierwerk oplevert. Toch werd gepleit, juist vanwege die afspraken over de behandeling
tijdens een opname, zelfbindingscontracten op te stellen. Na de pauze volgde een lezing van Nick Craddock over de genetische achtergronden van bipolaire stoornissen. Er wordt steeds meer bekend over de genen die betrokken zijn bij deze en aanverwante aandoeningen als schizofrenie. Ralph Kupka deed verslag van zijn onderzoek naar de switchmomenten tussen de manische en depressieve fases. Dat lijkt een kernfenomeen te zijn, maar er is tot dusver weinig onderzoek naar gedaan. Zijn hypothese is dat het gebruik van antidepressiva het patroon van de ziekte versnelt. De laatste spreker, Mary Phillips, sprak de zaal toe vanuit de Verenigde Staten met behulp van een video. Zij zoekt met behulp van neuro-imagingtechnieken naar biomarkers voor bijvoorbeeld emotieregulatie en -verwerking bij patiënten die aan een major psychiatrische stoornis lijden. Het was een goed gevuld en interessant programma, een goede start van de samenwerking van ggz inGeest en VUmc, dat komend jaar zal resulteren in de oprichting van de academische werkplaats bipolaire stoornissen.
Informatie
Ingang Polikiniek Brasserie
VU medisch centrum heeft een patiëntvriendelijke interactieve plattegrond ontwikkeld met de route naar de locaties van alle specialismen en recepties van de polikliniek. Hiermee kunnen patiënten die voor de eerste keer naar de polikliniek gaan van tevoren opzoeken waar ze precies moeten zijn. De plattegrond is te vinden op de website www.VUmc.nl/ plattegrond. Een bewegend pijltje wijst de bezoeker de kortste route naar zijn bestemming. Wanneer de route wordt uitgeprint verschijnt er, naast de plattegrond van de poli, ook een overzicht hoe naar VUmc te reizen. Daarop is vermeld welke tram, bus of metro langs of vlakbij de polkliniek rijdt, op welke halte men uit moet stappen en wat de looproute is naar het polikliniekgebouw. Ook de route met de auto naar het parkeerterrein staat duidelijk aangegeven. n MK
Website GGZ inGeest snel te vinden
8e jaargang, nummer 3 29 januari 2009
Tracer is het tweewekelijkse medewerkersblad van VU medisch centrum. Oplage: 4.000. Tracer wordt gemaakt onder verantwoor delijkheid van de dienst communicatie. Het redactiestatuut vindt u op de intranetpagina’s van Tracer. Eindredactie Monique Krinkels Redactie Caroline Arps, Dyske Beelen, Mariet Bolluijt, Bernie Hermes, Edith Krab, Marcia Sanderse, Jan Spee Redactieraad Henk Groenewegen, Lies Pelger, Tom Stoof, Riekie de Vet Redactie-adviesgroep Erik van Aalst, Lys Bouma, Ronald Gabel, Marcel van der Haagen, Peter de Haan, Maybritt Stal en, Esther van ’t Riet Vaste bijdragen Rick Dros, Armand Girbes, Piet Hoogland Redactiesecretariaat
dienst communicatie VU medisch centrum kamer PK4x190 telefoon (020) 44 43 444, fax (020) 44 43 450 email:
[email protected] Vormgeving De Ontwerperij, Amsterdam Druk RotoSmeets, Utrecht Advertenties Adverteren in Tracer is mogelijk. Neem voor meer informatie contact op met het redactiesecretariaat of kijk op de website. Abonnement Het eerste half jaar is een abon nement op Tracer gratis. Daarna bedraagt de abonnementsprijs voor ex-medewerkers en andere geïnteresseerden 30,00 euro per jaar. Gepensioneerden betalen 20,00 euro per jaar.
V is s e r
Ze werken nu nog bij verschillende organisaties, op verschillende locaties en in verschillende functies, maar Jitske Visser van VUmc en Hans Visser van GGZ inGeest delen alvast hun achternaam. Met de fusie tussen beide organisaties in zicht, alvast een kennismaking tussen twee aanstaande collega’s. Naam en functie Jitske Visser, trainer/adviseur bij de Amstel Academie Geboorteplaats en -datum Tilburg, 1 maart 1955 Aan de slag bij huidige werkgever sinds 2000 freelance, in 2002 vast dienstverband Wat doe je precies? “Ik ontwikkel en geef trainingen in allerlei computertoepassingen. Voor Word en Excel, maar ook voor door VUmc aangeschafte systemen zoals lift, PeopleSoft en Morello. De ene keer geef ik zelf de training, de andere keer coördineer ik trainingen en trainers. Ook schrijf ik vaak handleidingen.” Waarom deze baan? “Ik heb heel lang gedacht dat ik geen les wilde geven en een aantal jaren geleden bleek dat ik dat het leukste vind om te doen. Het is leuk je te verdiepen in iets om dat daarna goed over te dragen, met goede handleidingen en een logische opbouw van de training.” Wat is het leukste onderdeel van je werk? “De trainingen zelf: het ontwikkelen en medewerkers wegwijs maken in een systeem. Vooral vind ik het leuk mensen die eigenlijk niets van een computer willen weten, toch zover te krijgen.” Wat weet je van GGZ inGeest? “Ik heb al contact met collega’s bij ggz inGeest. We gaan intensief met ze samenwerken, dat zag je ook aan de zomerworkshops. En ik heb al een aantal medewerkers van ggz inGeest bij trainingen gehad.”
Sterk in de markt – Patiënten moeten voor VUmc wíllen kiezen Marktwerking, een term die steeds vaker valt binnen de gezondheidszorg en ook binnen VUmc. Maar waar hebben we het eigenlijk over bij deze term, hoe belangrijk is het en wat merken we er in VUmc van? In Tracer de komende weken een serie artikelen waarin we steeds een ander aspect van marktwerking binnen VUmc bespreken. Deze week het programma Sterk in de markt. Wat is het en voor wie is het belangrijk? n Edith Krab
“We kunnen niet meer om marktwerking heen in de gezondheidszorg. Patiënten komen niet meer automatisch naar VUmc, maar maken zelf een keuze voor een ziekenhuis. Ziekenhuizen zijn elkaars concurrenten geworden. En dus zullen we ons steeds meer moeten onderscheiden en de patiënt als klant zien. Want die patiënten hebben
Opgave en vragen over abonnementen
Abonnementenland Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Tel. 0251-313939, fax 0251-310405 email:
[email protected], www.aboland.nl Beëindigen abonnement: Opzeggingen (uitslui tend schriftelijk) dienen 8 weken voor afloop van de abonnementsperiode in ons bezit te zijn. Prijswijzigingen voorbehouden. Volgende Tracer
D e volgende Tracer verschijnt op donderdag 12 februari. Deadline voor kopij is 4 februari om 12.00 uur.
natuurlijk al heel veel verbeteringen in de zorg doorgevoerd, denk maar aan de vele zorgpaden.”
we nodig om onze drie kerntaken patiëntenzorg, onderwijs/opleiding en onderzoek - goed uit te kunnen voeren.” Aan het woord is Marco van der Noordaa, senior adviseur
(advertentie)
Alleen voor onderzoekers en docenten! Univertaal Het wetenschappelijk vertaalbureau voor onderwijs en onderzoek. Vertalingen, correcties en redactie - voor specialisten door specialisten. Uniek www.univertaal.nl
2
Naam en functie Hans Visser, facilitair locatiemanager Hoofddorp Geboorteplaats en -datum Rotterdam, 8 maart 1957 Aan de slag bij huidige werkgever sinds 1982 Wat doe je precies? “Ik zorg voor de dagelijkse gang van zaken in de kliniek, de polikliniek en het behandelcentrum in vier locaties in Hoofddorp. Samen met veertien medewerkers regel ik allerlei praktische zaken, van het onderhoud en de schoonmaak van de gebouwen tot de maaltijden en de bewegwijzering.” Waarom deze baan? “Oorspronkelijk ben ik verpleegkundige. Zo’n jaar of twaalf geleden had ik op ad interim basis een aantal projecten afgerond. Toen moest ik kiezen: of als zorgmanager terug de zorg in of iets heel anders. Het werd facilitair manager, want dat zag ik als een grotere uitdaging.” Wat is het leukste onderdeel van je werk? Het is vooral de breedte van het vak dat het zo uitdagend maakt. Je hebt met zoveel facetten van de zorg te maken. Daarnaast ben ik trouwens ook voorzitter van de ondernemingsraad van ggz inGeest. Ook dat is een uitdaging.” Wat weet je van VU medisch centrum? “Als voorzitter van de or ben ik direct betrokken bij de samenwerking. Wat ik van VU medisch centrum zie is dat het een grote organisatie is, die veel hiërarchischer is dan ggz inGeest. Tegelijkertijd valt op dat VUmc een enorme uitstraling heeft; het is echt een universitair centrum. En wat opvallend is, is het mooie personeelsrestaurant. Daar kun je jaloers op worden!”
Illustratie: Rick Dros
De kans dat een brancard over het hoofd wordt gezien, is niet erg groot. Toch kunnen de medewerkers van de poli heelkunde nergens hun brancard terugvinden, sinds die, mét patiënt, richting seh vertrok. “Er staat duidelijk op dat het om een brancard van de poli heelkunde gaat. We hebben er zelfs een sticker met het tracernummer van onze leidinggevende opgeplakt”, vertelt een van de medewerkers. “We hebben ondertussen overal gezocht. Ook bij de beddencentrale is de brancard niet opgedoken.” Wie de brancard heeft gevonden kan contact opnemen met Yvette Agard, verpleegkundig teamleider poli heelkunde, tst. 40271, tracer *98 6586,
[email protected]
& Foto’s Paul le clercq
Brancard spoorloos
Visse r
De website van onze samenwerkingspartner ggz inGeest (voorheen StichtingBuitenamstel Geestgronden) is eenvoudig aan te klikken via de internet pagina van VUmc. Rechtsboven op elke pagina van de website van VUmc (www.VUmc.nl) staat een directe link naar onze nieuwe partner. De verwachting is dat dit in korte tijd ook voor de intranetsite van ggz inGeest is gerealiseerd. Daardoor wordt het gemakkelijk om bijvoorbeeld in elkaars interne telefoonboek te kijken. n EK
strategie en beleid en trekker van het programma Sterk in de markt. Sterk in de markt is de overkoepelende naam van allerlei activiteiten binnen VUmc om patiëntengroepen vast te houden en aan te trekken. “Als VUmc willen we ons niet alleen onderscheiden met de beste zorg maar ook met beste service en een aangename omgeving. Eerdere projecten zoals reputatiemanagement, de formulering van missie, visie en waarden en het kwaliteitsproject hebben de basis gelegd voor Sterk in de markt. Onderzoek naar onze reputatie bij onze (toekomstige) klanten heeft bijvoorbeeld laten zien, dat we als een heel deskundig ziekenhuis worden herkend, maar dat betrokkenheid, een van onze waarden, minder herkenbaar is. En in het kader van kwaliteit zijn er
Tr a c e r – 29 ja n u a r i 20 0 9 – N i e u w s – O n d e r w i j s – O n d e r z o e k – P a t i ë n t e n z o r g – O r g a n i s a t i e – M e d e d e l i n g e n – Va c a t u r e s –
Topkwaliteit Sterk in de markt heeft drie pijlers: kwaliteit, marktgerichte cultuur & omgeving en merk & marketing. Binnen de pijler kwaliteit heeft telefonische bereikbaarheid van de poliklinieken en de doorlooptijd van ontslagbrieven prioriteit. Ook de cultuur in VUmc zal moeten veranderen, aldus Van der Noordaa. “Een marktgerichte of klantgerichte cultuur is een voorwaarde om sterk in de markt te staan. Dus topkwaliteit medische zorg, maar óók topkwaliteit service én een gastvrije, aangename omgeving waar patiënten zich prettig voelen. Daarom kijken we in het programma bijvoorbeeld naar de invoering van avondspreekuren op een paar poliklinieken. Wachtruimtes voorzien van steeds actuele en aantrekkelijke lectuur is een voorbeeld van gastvrijheid.” Bij de pijler merk & marketing is de vraag: hoe ziet de markt ons en wat brengen we op de markt? Hierin past het opzetten van een marketingfunctie en het professionaliseren van de verkoop. Maar ook: hoe willen we als VUmc echt onderscheidend zijn in een concurrerende markt? We noemen dit merkpositionering, anders gezegd: waar staat het merk VUmc voor? Dat doen we met marktteams met mensen van de werkvloer.” De resultaten van het eerste marktteam liggen er. Daarover meer in de volgende Tracer.
‘Je verliest elkaar snel uit het oog’
Relatie met nachtdienst onduidelijk
Geneeskunde krijgt eigen alumnikring Bedrijfsarts beantwoordt vragen over borstkanker
n Jeroen Kleijne
De berichten in de pers over een mo gelijke relatie tussen nachtdiensten en borstkanker hebben tot onrust onder verpleegkundigen geleid. De dienst arbo en milieu biedt daarom medewerksters die vragen hebben of zich zorgen maken over deze kwestie, de mogelijkheid een af spraak te maken met de bedrijfsarts.
Hulp aan Georgië uitgebreid
Richard Lazeron, Ed van der Veen, Pier Woudstra, Johan Groeneveld, Youri Versloot, Charlotte Bruins Slot, Marly Appelman
Afgestudeerden geneeskunde kunnen zich sinds kort aanmelden voor hun eigen alumnikring. Activiteiten organiseren voor alumni door alumni, is het uitgangspunt. Op 18 maart houdt de alumnikring een eerste ledenbijeenkomst. “De faculteit geneeskunde heeft behoefte aan contact met zijn oud-studenten. En wij denken dat het ook leuk is voor alumni om regelmatig iets van hun universiteit te horen”, zo verklaart Ed van der Veen de oprichting van de alumnikring. De voormalig decaan van de medische faculteit is voorzitter van de nieuwe vereniging van afgestudeerden. “De band tussen universiteit en alumni willen we graag versterken. Voor afgestudeerden kan het aardig zijn om de ontwikkelingen op de faculteit te volgen en hoe die bijdragen aan de vooruitgang van de wetenschap. Voor de univer-
siteit is het prettig om mensen in hun netwerk te hebben op wie ze eventueel een beroep kunnen doen, bijvoorbeeld bij het zoeken van stageplekken voor de studenten.”
Eerste bijeenkomst Leden van de alumnikring krijgen in ieder geval een abonnement op de Synaps, het wetenschappelijk tijdschrift van VUmc, en een uitnodiging voor een concert van het VU-orkest. Op 18 maart houdt de alumnikring een eerste ledenbijeenkomst. “Alumni kunnen onder meer kennismaken met onderdelen van VU medisch centrum, die er voorheen misschien nog niet waren. We richten ons dit keer wat meer op de oudere alumni. We nodigen hun oude hoogleraren uit – voor zover die nog leven – en de alumni kunnen meedoen aan een quiz met oude foto’s en uitspraken van hoogleraren. Voor mij zeker ook een dag om naar uit te kijken; er komen
ongetwijfeld mensen die ik al tientallen jaren niet meer gezien heb.” Ook Youri Versloot verheugt zich op de bijeenkomst van 18 maart. Met zijn 27 jaar is de arts-assistent kindergeneeskunde het jongste bestuurslid van de nieuwe alumnikring. “Het lijkt me leuk om oud-studiegenoten te ontmoeten. De medische wereld is vrij klein, maar je verliest elkaar snel uit het oog, omdat je allemaal in ander ziekenhuizen gaat werken. Ik hoop uiteraard ook te horen hoe mensen op een bepaalde plek terecht zijn gekomen. In de geneeskunde is het belangrijk dat je mensen kent en dat je de weg weet binnen je vakgebied. Wellicht kunnen andere afgestudeerden nog iets voor je betekenen.” Zelf lid worden? Als je zelf lid wilt worden van de alumnikring geneeskunde kun je je aanmelden via de website www.VUmc.nl/alumni
Foto: Mark van den Brink
Foto: Mark van den Brink
Een paar weken geleden riep de fnv leden met borstkanker op zich te melden wanneer ze langer dan tien jaar in nachtdiensten hadden gewerkt. De vakbond startte deze actie omdat tien Deense verpleegkundigen een schadevergoeding hebben ontvangen, nadat bij hen borstkanker was geconstateerd. Het is echter nog niet onderzocht of er een relatie is tussen nachtdiensten en borstkanker. De
gedachte is dat nachtdiensten de aanmaak van het slaaphormoon melatonine, dat het slaap-waakritme reguleert, verstoren. Tijdens nachtdiensten zou het lichaam minder melatonine aanmaken. Bij proefdieren is aangetoond dat een lager melatonine-gehalte bijdraagt aan het ontstaan van kanker. Het is echter niet duidelijk of vrouwen gemakkelijker nachtdiensten doen als zij van nature minder melatonine aanmaken. Nederlandse deskundigen vinden het daarom voorbarig om te stellen dat nachtdiensten kunnen bijdragen aan het ontstaan van borstkanker. VUmc medewerkster die vragen hebben kunnen voor een afspraak met de bedrijfsarts bellen met de receptie van de dienst arbo en milieu, tst. 89008. n MK
Neonatologie, gynaecologie en kindergeneeskunde gaan de gezondheidszorg in de republiek Georgië ondersteunen. Sandra Roelofs, first lady van Georgië, bracht op 23 januari een bezoek aan VUmc om de couveuses te bekijken die aan haar land worden geschonken. Al jaren vindt er een intensieve samenwerking plaats tussen de afdeling pathologie en Georgië, gericht op nascholing, kennisopbouw en het opzetten van een screeningsprogramma voor baarmoederhalskanker. VUmc-patholoog Alexi Baidoshvili is afkomstig uit Georgië. “Medische apparatuur wordt in Nederland vaak snel afgeschreven en vervangen terwijl het nog uitstekend te gebruiken is. Wij brengen deze apparatuur naar Georgië en bieden cursussen aan hoe deze apparatuur te gebruiken.” Sandra Roelofs steunt de samenwerking van harte. Met name activiteiten op het gebied van moeder- en kindzorg hebben haar belangstelling. Zij hoopt met dit bezoek tot nadere afspraken te komen om zo haar programma in Georgië verder te ontwikkelen. n MK
Column
Reactie
Back in the DDR n Armand Girbes
Voor mensen die vroeger graag op vakantie gingen naar de DDR omdat daar alles zo mensonvriendelijk, traag en antimodern verliep is er goed nieuws. In VUmc is een stukje DDR ingericht. Ik geef toe, het past niet bij alle moderne en mooie ontwikkelingen en prestaties die we de afgelopen tijd juist zagen, zoals de beste overlevingsgetallen en na Rotterdam het beste wetenschapsziekenhuis. Ook past het niet bij onze identiteit van ambitieus, zorgvuldig en betrokken. Maar het geeft zoveel nostalgie en DDR-gevoel met een flink vleugje Trabant. Ik bedoel natuurlijk het prachtigste stukje DDR in VUmc, de prikpoli, receptie 1P. Prachtige DDR-nostalgie. Er staan ongeveer tien in plastic folie gewikkelde en heerlijk amateuristisch opgeplakte A4tjes, sommigen zelfs met een gekleurd pijltje. Zeg maar flut-bordjes. Er hangt als uithangbord van uitmuntendheid een scheve elektronische display en je ziet vooral vertwijfelde patiënten, die er niets van begrijpen. Je moet namelijk als patiënt, nadat je je door alle teksten van de flut-bordjes hebt geworsteld, naar het enige moderne apparaat dat wat verdekt staat opgesteld. Dat apparaat vraagt of je wat wilt brengen of dat je voor bloedprikken komt. Daarna moet je kiezen voor bloedprikken,
cito of supercito. Gelukkig weet iedere patiënt gelijk wat hij/zij moet kiezen, tenminste daar gaan de briljante bedenkers van dit geheel natuurlijk van uit. Je krijgt dan uiteindelijk gelijk twee tickets en dan moet je wachten. Na een tijdje hoor je een belletje gaan en dan zie je op de scheve display je nummer verschijnen. Dat is de eerste oproep en dan moet je naar het loket. O nee, dat was doorgestreept op het flut-bordje, je moet naar de balie. Daar zit iemand achter een balie met glaswand, als ware er een kluis met een paar miljoen euro. Dus goed afgeschermd: echt DDRpersoonlijk. Daar moet je wat papieren inleveren en dan krijg je via een luidsprekertje met blikgeluid te horen dat je wéér moet wachten. Als je nummer even later weer verschijnt op de display moet je door een deur die slecht wordt aangegeven. De lokale Ossies hebben na één week van deze succesformule al wel gezien, dat het niet helemaal werkt zoals ze gehoopt hadden, dus staat er een heel vriendelijke jonge dame die er sinds enkele dagen werkt als flex-werker. Zij legt alles uit. Ik heb nog even wat patiënten die er zaten geïnterviewd, om te vragen wat ze er van vonden. Ook zij vonden het fantastische DDR-nostalgie. In ieder geval niet ambitieus, zorgvuldig en zeker niet erg warm overkomend. ‘Een koude bedoeling’, zei één van hen. ‘Erg onpersoonlijk.’ Vervelend dat maar zo weinig patiënten vroeger graag op vakantie naar de DDR gingen. Iets waarmee met deze innovatie helaas onvoldoende rekening is gehouden.
Tr a c e r – 29 ja n u a r i 20 0 9 – N i e u w s – O n d e r w i j s – O n d e r z o e k – P a t i ë n t e n z o r g – O r g a n i s a t i e – M e d e d e l i n g e n – Va c a t u r e s –
‘Not amused’, dat is kort maar krachtig de reactie van hoofd klinische chemie Rien Blankenstein op de kritiek die Armand Girbes in zijn column spuit over het priklab. “Wij zijn al jaren bezig om de situatie rond de wachtruimte en de bloedafname te verbeteren, maar stuiten daarbij op allerlei problemen en verzet. Het zou elegant zijn geweest als Girbes zich van te voren van de feitelijke situatie op de hoogte had gesteld. Desondanks stellen onze medewerkers alles in het werk om de bloedafname voor de patiënten zo comfortabel en efficiënt mogelijk te laten verlopen en geeft de vergelijking met ‘Ossies’ geen pas. Wellicht draagt deze column er toe bij dat onze verbeterplannen eindelijk worden gerealiseerd.” In Tracer 4, 12 februari zal Rien Blankenstein uitgebreid ingaan op de kritiek. 3
VUmc start met veiligheidsrondes n Ursula Wopereis
In het kader van de continue verbetering van de veiligheid van patiënten en medewerkers en het uitrollen van het veiligheids managementsysteem start VUmc in februari een pilot met veiligheidsrondes.
n Liesbeth Blijenberg
Onlangs vond binnen VUmc een evaluatie plaats van het elektronische feedbacksysteem Patientervaring.nl. Welke resultaten zijn bereikt met dit instrument en hoe gaan de zorgafdelingen hier in de toekomst mee aan de slag? Vivianne Tolen, adviseur van divisiebureau III, licht de ontwikkelingen toe.
Foto Mark van den Brink
Tijdens de veiligheidsrondes bezoeken teams van leidinggevenden – van een lid van de raad van bestuur tot teamleiders – alle patiëntgebonden afdelingen om inzicht te krijgen in actuele veiligheidsaspecten. Het doel is te komen tot ondersteuning van één of twee concrete verbetermaatregelen en het verbeteren van de veiligheidscultuur. “Veiligheidsmanagement is een hot item en de aandacht voor dit onderwerp zal alleen maar toenemen”, vertelt Benno van Tol van het instituut ondersteuning patiëntenzorg (iop). Van Tol organiseert en begeleidt de veiligheidsrondes in VUmc. “Landelijk onderzoek toont aan dat veel incidenten op het gebied van patiëntveiligheid zijn te wijten aan vermijdbare onbedoelde schade door fouten. De nvz, Orde, v&vn en levv – verenigd in vms Zorg –, hebben daarom een veiligheidsprogramma opgesteld met als doel de patiëntveiligheid in de Nederlandse ziekenhuizen in vijf jaar tijd met 50% te verbeteren.” Het programma, ‘Voorkom schade, werk veilig’, is aangeboden aan minister Klink. De igz is toezichthouder. Het programma rust op twee pijlers: het reduceren van vermijdbare onbedoelde schade en het invoeren van een veiligheidsmanagementsysteem. Voor het reduceren van vermijdbare onbedoelde schade heeft emgo/nivel tien actuele thema’s benoemd. Voor 2009 staan ziekenhuisinfecties na een operatie (powi), sepsis, vroegtijdige herkenning van patiënten met vitaal bedreigde functies en medicatiegerelateerde fouten, met name bij overdrachtsmomenten op de agenda. De overige thema’s starten later. “Met een veiligheidsmanagementsysteem kunnen ziekenhuizen continu
Benno van Tol (rechts) organiseert veiligheidrondes in VUmc
risico’s signaleren en verbeteringen doorvoeren. Aan de hand van zes basiselementen kunnen we het veiligheidsbeleid vastleggen, evalueren en aanpassen. Met dit totaalprogramma krijgt patiëntveiligheid een structurele plaats binnen VUmc.”
Centrale en lokale rondes In februari en maart doet VUmc ervaring op met centrale en lokale veiligheidsrondes. Tijdens de centrale rondes bezoekt een team, bestaande uit een lid van de raad van bestuur en het divisiebestuur, een stafdirecteur en een patient safety officer, tien patiëntgebonden afdelingen. In een groepsbijeenkomst wisselen management en medewerkers informatie uit over patiëntveiligheid in de breedste zin van het woord. Eén of twee actiepunten, die in het gesprek naar voren komen, worden door het iop verder uitgewerkt. Onderwerpen van gesprek zijn bijvoorbeeld medicatie,
Amerikaanse auteur propageert werkelijke betrokkenheid n Jeroen Kleijne
Een ziekenhuis zou je met dezelfde compassie moeten runnen als een Disneypark. Dat is de boodschap van de Amerikaan Fred Lee. Op 23 maart houdt de bevlogen auteur voor de tweede keer een lezing in VUmc. “Volgens Fred Lee rekent een patiënt in het ziekenhuis er niet alleen op dat hij beter wordt”, legt Marco van der Noordaa, strategie en beleid, uit. “Hij verwacht van het personeel ook compassie. De patiënt is ziek, voelt zich onveilig en ongerust en heeft echte betrokkenheid nodig. Warmte, liefde aandacht. Ik geef een voorbeeld. Als dokters en verpleegkundigen gehaast over de gang lopen, kunnen ze gewoon voorbij een patiënt of bezoeker lopen. Ze kunnen ook even stoppen en vragen wat hij zoekt. Ze kunnen zelfs met hem meelopen en de patiënt afleveren waar hij moet zijn. Dat 4
Patientervaring.nl meet kwaliteit en serviceniveau
laatste is compassie. Werkelijke betrokkenheid bij de patiënt.”
Inspirerend Samen met enkele collega’s ontdekte Van der Noordaa vorig jaar Fred Lee’s boek ‘If Disney ran your hospital; 9 1/2 things you would do differently’. Samen met het kwaliteitsinstituut cbo haalde hij Lee toen voor de eerste keer naar Amsterdam. “Het is erg inspirerend om hem te horen spreken. Hij weet zich heel goed te verplaatsen in de patiënt en heeft het vaak bij het rechte eind. Binnen VUmc heeft zijn eerste bezoek zelfs geleid tot de oprichting van het Hospitality Netwerk, waarmee we het gedachtengoed van Fred Lee in de praktijk willen brengen. Het eerste idee dat we uitvoeren, is het ontwikkelen van een mooie en goed leesbare naambadge. Het facilitair bedrijf heeft dat nu opgepakt. Het is heel fijn voor patiënten als ze in het ziekenhuis kunnen zien met wie ze te maken hebben.”
Tr a c e r – 29 ja n u a r i 20 0 9 – Kw a l i t e i t
communicatie, incidenten melden, omgevingsfactoren of het stimuleren van een blame free cultuur. De centrale rondes duren veertig minuten en vinden in de toekomst één á twee keer per jaar plaats. De pilot voor de lokale rondes wordt uitgevoerd op vier (poli)klinische afdelingen. Deze veiligheidsrondes worden georganiseerd door het werkplekmanagement en het veiligheidsteam en vinden eens per maand of vaker plaats, al naar gelang de behoefte. In een klein half uur bespreekt het afdelingsteam de patiëntveiligheid ter plekke. De uitkomsten worden gerapporteerd aan het iop, die de pilot vervolgens evalueert. In mei wordt bepaald hoe de rondes definitief worden ingevuld en geïmplementeerd.
Aandacht voor cultuur “De veiligheidsrondes hebben een laagdrempelig karakter en geven leidinggevenden én medewerkers
Inschrijving De inschrijving voor de lezing van Fred Lee verloopt via de website van het Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO, www.cbo.nl. Voor medewerkers van VUmc is de toegang gratis. Alle bezoekers krijgen gratis de Nederlandse vertaling van Lee’s boek, dat op 23 maart wordt gepresenteerd.
op een informele manier inzicht in veiligheidsaspecten. Het is geen verkapte audit”, benadrukt Van Tol. “We controleren niet of medewerkers hun werk goed doen, maar willen weten wat er leeft en wat we als organisatie kunnen verbeteren op het gebied van veiligheid, voor patiënt én medewerker. Alle reacties worden anoniem verwerkt en teruggekoppeld naar de afdelingen. Het programma heeft veel aandacht voor cultuur en communicatie.” Parallel aan de pilot doet het iop de komende maanden ook zelf onderzoek naar de veiligheidscultuur binnen VUmc. Van Tol ziet de veiligheidsrondes als een kans om snel kleine, concrete verbeteringen te realiseren. “Wanneer krijg je de gelegenheid om met de raad van bestuur te praten over veiligheid? Ik zou die mogelijkheid met beide handen aanpakken.” Surf voor meer informatie naar www.vmszorg.nl
“Feedback van patiënten is heel belangrijk voor ons”, benadrukt Vivianne Tolen direct. “Door vanuit de optiek van de patiënt naar de geboden zorg en dienstverlening te kijken, kun je de kwaliteit en het serviceniveau enorm verbeteren. Dat past goed bij het speerpunt ‘service’, dat we als organisatie gedefinieerd hebben.” Om structureel patiëntervaringen te kunnen meten, is VUmc anderhalf jaar geleden op de kinderafdelingen, de afdeling kort verblijf en de afdeling hematologie gestart met het elektronische feedbacksysteem Patientervaring. nl. Patiënten krijgen hierbij een inlogcode, waarmee ze op de website een vragenlijst over de ervaringen met de betreffende afdeling kunnen invullen. Het meetinstrument bleek succesvol, waarop de zorgmanagers besloten hebben om Patientervaring.nl dit jaar VUmc breed in te voeren.
Meer ondersteuning Een aantal deelnemende zorgafdelingen heeft Patientervaring. nl onlangs geëvalueerd. “Als we straks in het hele ziekenhuis met deze techniek werken, moet het instrument stevig staan”, stelt Tolen als projectleider van Patiëntervaring.nl. “Daarom hebben we geïnventariseerd welke knelpunten afdelingen ondervinden bij het werken met dit systeem en waar ze behoefte aan hebben.” Meer ondersteuning bleek een grote behoefte. Tolen expliceert: ”Men wil graag meer ondersteuning bij het opstellen van vragenlijsten, het analyseren van de binnengekregen gegevens en het formuleren van interventies naar aanleiding van de resultaten. Om die reden hebben we een kernteam geformeerd, waarin vanuit de divisies I tot en met IV een adviseur zit die de afdelingen begeleidt. In het kernteam bespreken we inhoudelijke ervaringen met het meetinstrument en kijken we welke issues gezamenlijk opgepakt kunnen worden.” Multidisciplinaire aanpak Ander leerpunt is dat het beter is om kortere vragenlijsten te maken. Tolen heeft ondervonden, dat je beter kunt prioriteren als je periodiek een aantal service-aspecten onderzoekt. Door bijvoorbeeld eerst te focussen op ontvangst en bejegening, kun je daarvan na een bepaalde periode de resultaten bestuderen en interventies uitzetten. Als die interventies blijken te werken, kan de vragenlijst aangepast worden met andere aspecten. Om patiëntenfeedback succesvol te kunnen verwerken, is een multidisciplinaire aanpak nodig volgens Tolen. “Iedereen moet beseffen, dat service-aspecten steeds belangrijker worden om de kwaliteit van dienstverlening te verbeteren. Door Patientervaring.nl kunnen we de zorg voor én met de patiënt op een hoger niveau brengen. Hier moeten we met z’n allen aan werken.”
Servicepagina’s Vacatures VU medisch centrum
Vacatures van 13 jan. t/m 20 jan. Uiterlijke reactiedatum 2 feb. 2009
Secretaresse D6.2009.00003 afdeling/dienst huisartsgeneeskunde, divisie VI werktijd 16-24 uur per week salarisschaal 6 inlichtingen mw. L. Haan, e-mail:
[email protected], tst. 48199
Podotherapeut D2.2009.00005 afdeling/dienst revalidatiegeneeskunde, divisie II werktijd 16 uur per week salarisschaal 8 inlichtingen mw. M. Deckers, e-mail:
[email protected], tst. 42539
Onderzoeker D2.2009.00003 afdeling/dienst keel-, neus- en oorheelkunde, divisie II werktijd 36 uur per week salarisschaal 10 inlichtingen dr. I.M. Verdonck-de Leeuw, tst. 40931
Personeel en organisatie adviseur D6.2009.00004 afdeling/dienst divisiebureau, divisie VI werktijd 24 uur per week salarisschaal 10 inlichtingen mw. drs. I. Alkema, e-mail:
[email protected], tst. 48017
Vacatures van 20 jan. t/m 27 jan. Uiterlijke reactiedatum 9 feb. 2009
Onderzoeker in opleiding D2.2009.00004 afdeling/dienst revalidatiegeneeskunde, divisie II werktijd 36 uur per week salarisschaal OIO inlichtingen dr. A.J. Dallmeijer, e-mail:
[email protected], tst. 43063
Wetenschappelijk docent a D6.2009.00005 afdeling/dienst metamedica, divisie VI werktijd 10,8 uur per week salarisschaal 10 inlichtingen dr. A.K. Oderwald, onderwijscoördinator, e-mail:
[email protected], tst. 48215
De volledige vacatures zijn te lezen op intranet onder ‘P&O, direct naar, vacatures VUmc’, en af te halen bij het loopbaancentrum in de polikliniek.
Apothekersassistent inkoop D5.2009.00001 afdeling/dienst klinische farmacologie en apotheek, divisie V werktijd 36 uur per week salarisschaal 7 inlichtingen mw. N. Swart, hoofd apotheek, tst. 43524 Post-doc researcher D6.2009.00001 afdeling/dienst epidemiologie en biostatistiek, divisie VI werktijd 18 uur per week salarisschaal 11 inlichtingen mw. dr. M. Chin A Paw, e-mail:
[email protected], tst. 48203 Wetenschappelijk onderzoeker a D6.2009.00002 afdeling/dienst epidemiologie en biostatistiek, divisie VI werktijd 21,6 uur per week salarisschaal 10 inlichtingen dr. D. Frijters, e-mail:
[email protected], tst. 48320
Onderzoeker in opleiding D5.2009.00003 afdeling/dienst moleculaire celbiologie en immunologie, divisie V werktijd 36 uur per week salarisschaal OIO inlichtingen Prof. dr. A.J.G. Horrevoets, e-mail:
[email protected], tst. 48161 Projectleider D6.2009.00006 afdeling/dienst huisartsgeneeskunde, sectie huisartsopleiding, divisie VI werktijd 7,2 uur per week salarisschaal 10 inlichtingen drs. P.L. Schoonheim, e-mail:
[email protected], tst. 48235 Post doc researcher D6.2009.00007 afdeling/dienst epidemiologie en biostatistiek, divisie VI werktijd 36 uur per week salarisschaal 10 inlichtingen mw. dr. M. Chin A Paw, e-mail:
[email protected]
In de rubriek ‘oproepen en advertenties’ kunnen medewerkers en vrijwilligers van VU medisch centrum gratis een advertentie plaatsen. De tekst mag niet meer dan 25 woorden bevatten en moet voorzien zijn van een achternaam en toestelnummer. De prijs van de te koop aangeboden goederen mag niet meer dan 2250 euro bedragen. Advertenties bij voorkeur aanleveren via e-mail:
[email protected]
hun extra persoonlijk budget hebben gemaakt is een bevestigingsbrief verstuurd. Vanaf januari 2009 zal op uw salarisstrook het saldo van het tot dan toe opgebouwde (extra) persoonlijk budget te zien zijn. Dit kunt u rechtsonderaan op uw salarisstrook vinden, het budget is verdeeld in - persoonlijk budget ‘Saldo PB’ en indien van toepassing - extra persoonlijk budget ‘Saldo EPB’
Reserveren vergaderruimtes (in beheer servicepunt) gaat weer van start Vanaf 1 maart 2009 kunt u uw wensen kenbaar maken aan het servicepunt wat betreft het reserveren van ruimtes voor de periode september 2009 t/m augustus 2010. Vanaf 1 maart zullen op volgorde van binnenkomst de aanvragen worden gearchiveerd. Pas vanaf 19 mei kunnen ze daadwerkelijk ingeboekt worden en zult u een bevestiging van ons ontvangen. Wij kunnen helaas niet eerder van start gaan omdat wij wachten totdat het nieuwe collegejaar is ingeboekt door Onderwijs. Graag willen wij uw aanvraag per mail ontvangen. Met vriendelijke groet, Medewerkers Servicepunt FB
Wanneer het budget wordt gebruikt zal dit ook zichtbaar zijn op uw salarisstrook. Dit betekent dat voor medewerkers die hun (extra) persoonlijk budget hebben ingezet dit met het saldo PB en EPB wordt verrekend.
Persoonlijk budget op salarisstrook Sinds januari 2008 is in de CAO UMC 2008 – 2011 opgenomen dat medewerkers van de Universitair medische centra recht hebben op een (extra) persoonlijk budget. Dit budget groeit in de loop der jaren. In de CAO UMC is afgesproken dat vanaf 1 januari 2010 het budget kan worden gebruikt voor persoonlijke ontwikkeling. Dit geldt niet voor medewerkers die geboren zijn vóór 1963. Zij kunnen hun opgebouwde (extra) persoonlijk budget al in 2009 gebruiken. Aan medewerkers die in deze groep vallen en die een keuze voor besteding van
Assistent zorgeenheid D4.2009.00001 afdeling/dienst verpleegeenheid heelkunde oncologie, divisie IV werktijd 24-30 uur per week salarisschaal 4 inlichtingen mw M. Ouwens, e-mail:
[email protected], tst. 40821 Assistent manager D5.2009.00004 afdeling/dienst klinische chemie, divisie V werktijd 36 uur per week salarisschaal 10 inlichtingen Prof.dr. M.A. Blankenstein, hoofd afdeling klinische chemie, e-mail:
[email protected], tst. 43872 Kwaliteitscoördinator D5.2009.00005 afdeling/dienst medische microbiologie en infectiepreventie (MMI), divisie V werktijd 32-36 uur per week salarisschaal 9 inlichtingen dr. R. Roosendaal, tst. 40481 Datamanager D5.2009.00006 afdeling/dienst hematologie, divisie V werktijd 24-36 uur per week salarisschaal 7 inlichtingen mw. M. Leidekker, coördinator trialbureau hematologie, tst. 49265
(Kern)analist D5.2009.00007 afdeling/dienst klinische chemie, divisie V werktijd 32-36 uur per week salarisschaal 6 inlichtingen mw. I.G. Metgod, senior hoofdanalist, endocrinologisch Laboratorium, e-mail:
[email protected], tst. 42617 Echotechnicus D4.2009.00004 afdeling/dienst cardiologie, divisie IV werktijd 32-36 uur per week salarisschaal 8 inlichtingen mw M. Berkhout, leidinggevende, e-mail:
[email protected], tst. 45331 *986794 Datamanager D1.2009.00002 afdeling/dienst geneeskundige oncologie, divisie I werktijd 24-36 uur per week inlichtingen mw. R. Ruijter, coördinator research unit, tst. 44300 Oogarts D2.2009.00006 afdeling/dienst oogheelkunde, divisie II werktijd 28-32 uur per week salarisschaal UMS inlichtingen prof. dr. P.J. Ringens, tst. 44795 Vrijwilliger gastvrouw/gastheer D3.2009.00001 afdeling/dienst VUmc, divisie III inlichtingen mw. drs. E. van der Putten-Bierman, e-mail:
[email protected], tst.41316 Hoogleraar-afdelingshoofd revalidatiegeneeskunde D2.2009.00007 afdeling/dienst revalidatiegeneeskunde, divisie II inlichtingen Prof. dr. J.J. Heimans, e-mail:
[email protected], tst. 42821
Amstel Academie
Oproepen en advertenties
Radio VU zoekt versterking! Passie voor radio? Voor onze programma’s op de dinsdagavond zijn wij op zoek naar enthousiaste vrijwilligers voor presentatie en techniek. Mail je motivatie t.a.v. De Denderende Dinsdag naar
[email protected].
Leerling radiodiagnostisch laborant D5.2009.00002 afdeling/dienst radiologie, divisie V werktijd 36 uur per week salarisschaal leerling a inlichtingen mw. M. Vrede, hoofd werkeenheid/ opleidingen, tst. 42863
Junior medewerker kwaliteitszorg onderwijs D6.2009.00008 afdeling/dienst instituut voor onderwijs en opleiden, divisie VI werktijd 24-32 uur per week salarisschaal 9 inlichtingen mw. J. Jansen, medewerker kwaliteitszorg, e-mail:
[email protected], tst. 48027
Voor vragen over uw salarisstrook, kunt u contact opnemen met de medewerkers van de personeelsadministratie van uw divisie. Meer informatie over het persoonlijk budget kunt u vinden op de themasite persoonlijk budget: http://intranet/afdelingen/thema/ persoonlijk-budget. Lareb start campagne: Melden moet! Artsen moeten ernstige bijwerkingen melden! Volgens de Geneesmiddelenwet zijn artsen en apothekers verplicht ernstige bijwerkingen te melden bij Lareb. Het aantal meldingen afkomstig uit ziekenhuizen is echter erg laag. Vandaar de campagne ‘Melden moet!’ van het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb, waarmee vooral medisch specialisten worden opgeroepen om meer bijwerkingen te melden. Twee nieuwe instrumenten maken het melden gemakkelijker: een meldmodule die in elk automatiseringssysteem ingebouwd kan worden en de mogelijkheid voor specialisten om te melden door eenvoudigweg de ontslagbrief op te sturen. Tijdens de campagne wordt het praktijkadvies ‘Omgaan met bijwerkingen’ aan alle artsen en apothekers toegestuurd. Hierin wordt zowel het belang als het gemak van melden nog eens duidelijk toegelicht. Meer informatie is te vinden op www.lareb.nl.
Weet u nog niet welke training u wilt volgen? Kijk snel hieronder en schrijf nu in! Computertrainingen Extra ingelaste training Excel 2003 basis op 10- en 24 februari 2009 (ochtenden) U leert de mogelijkheden van dit programma door veel zelf te oefenen. PowerPoint 2003, 26 februari 2009 (hele dag) U krijgt de tijd om aan uw eigen presentatie(s) te werken, uw informatie te structureren en illustreren, met daarbij alle mogelijke ondersteuning en aanwijzingen. Rondgang door de computer op 17- 31 maart en 7 april (3 ochtenden) In deze training leert u door veel te oefenen een aantal mogelijkheden van de computer (Windows XP en Word 2003) kennen. Functionele ontwikkeling Adviseren, op 24- en 25 februari en 10 maart (hele dagen) Na de training beschikt u over (zelf)kennis en vaardigheden om vanuit uw specialisme effectieve adviesgesprekken te kunnen voeren en flexibel om te gaan met verschillende adviesmodellen en uiteenlopende typen adviesvragers.
Amstel Academie De Boelelaan 1109, 1081 HV Amsterdam telefoon (020) 444 4229 Bedrijfsopleidingen M. van Nieuwenhoven telefoon (020) 444 4253 Bij- en nascholingen M. van Nieuwenhoven telefoon (020) 444 4253 Verpleegkundige vervolgopleidingen telefoon (020) 444 2020 Paramedische opleidingen telefoon (020) 444 4569 www.VUmc.nl/amstelacademie
Taal- en schrijftrainingen Hoe schrijf je dat ook alweer? Op 18 maart (middag) Iedereen kan goed leren spellen, dus u ook! En veel tijd hoeft het niet te kosten: in één middag leert u de belangrijkste spellingsregels. Inhoudelijke informatie over deze workshop en trainingen kunt u vinden op www.AmstelAcademie. nl (en dan doorklikken naar ‘Ontwikkelingsgerichte trainingen’. Daar treft u ook het inschrijfformulier.
Patientveiligheid in VUmc De Patient Safety Officers Leo de Haan en Toon van Galen presenteren de stand van zaken met betrekking tot patiëntveiligheid Woensdag 11 februari om 15.00 uur in De IJssel (ZH 2E14) Donderdag 12 februari om 15.00 uur De Waver (ZH 1C11) Programma 15.00 uur ontvangst met koffie en thee 15.15 uur presentatie door Leo de Haan en Toon van Galen 15.35 uur vragen en discussie 15.50 uur informeel napraten 16.00 uur afsluiting
5 a c e r Tr Tr –a 29c ejarn–u 30 a r i ja 20n0u9a ri 20 0 9 – N i e u w s – O n d e r w i j s – O n d e r z o e k – P a t i ë n t e n z o r g – O r g a n i s a t i e – M e d e d e l i n g e n – Va c a t u r e s –
Iedereen is welkom Samenwerken werken wij aan een veilig VUmc! Opgave van deelname op tel. 020-4443436/ of email:
[email protected]
5
Menu Informatie over het Menu vindt u ook op de startpagina van intranet donderdag 29 januari gebakken vis, plakje citroen, witlof a la crème, gekookte aardappelen, geb. kippensoep, held. aspergesoep, veg. geb. crèmesoep, veg. held. aspergesoep vrijdag 30 januari gegratineerde zuurkoolschotel met spek, veg. gegratineerde zuurkoolschotel, tomaten salade, geb. tomatensoep, held. Chinese kippensoep, veg. geb. tomatensoep, veg. held. Chinese soep zaterdag 31 januari kip Marrakesh, quorn Marrakesh, komkommersalade, cous cous, geb.aspergesoep, held. groentesoep, veg. geb. aspergesoep, veg. held. groentesoep zondag 1 februari wienerschnitzel, veg. schnitzel, speciaalsaus, tyriliënne, frituur aardappel, geb. kip-kerriesoep, held.tomaat-vermicelli, veg. geb. kerriesoep, veg. held. tomaat-vermicellisoep maandag 2 februari goulash, veg. goulash, doperwten, witte rijst, geb. champignonsoep, held. Madrileense soep, geb. veg. champignonsoep, held. veg. Madrileense soep dinsdag 3 februari Picata Romana, Milanaisesaus, komkommersalade, spaghetti, geb. kippensoep, Held. aspergesoep, geb. veg. edel preisoep, held. veg. aspergesoep woensdag 4 februari rookworst, veg. worst, erwtensoep, veg. erwtensoep, roggebrood + katenspek, mosterd, geb. tomatensoep, held. Chinese kippensoep, geb. veg. tomatensoep, held. veg. Chinese soep donderdag 5 februari kipsaté, omelet naturel, satésaus, nasi, veg. nasi, atjar + kroepoek, geb. aspergesoep, held. groentesoep, geb. veg. aspergesoep, held. veg. groentesoep vrijdag 6 februari gebakken vis, remouladesaus, tomaat-komkommersalade, rösti aardappelen, geb. kip-kerriesoep, held. tomaat-vermicellisoep, geb. veg. kerriesoep, held. veg. tomaat-vermicellisoep zaterdag 7 februari Italiaanse varkensfilet, gevulde paprika, pestosaus, ratatouille, gekookte aardappelen, geb. goulashsoep, held. vermicellisoep, geb. veg. paprikasoep, held. veg. vermicellisoep zondag 8 februari cordon bleu, omelet tomaat-kaas, tomatensaus + jus, haricots verts, frituur aardappel, geb. tomatensoep, held. kippensoep, geb. veg. tomatensoep, held.veg. groentesoep maandag 9 februari rookworst, veg. worst, jus + veg. jus, stamppot boerenkool, veg. boerenkool, bruine bonensoep, held. kerriesoep, veg. bruine bonensoep, veg. held. Kerriesoep dinsdag 10 februari gestoofde zalm, Hollandaisesaus, wortelen, gekookte aardappelen, geb. champignonsoep, held. Madrileense soep, veg. geb. champignonsoep, veg. held. Madrileense soep woensdag 11 februari babi pangang, omelet naturel, pangangsaus, pangang groenten, witte rijst, geb. kippensoep, held. aspergesoep, geb. veg. kaassoep, veg. held. aspergesoep
Wijzigingen voorbehouden. Maaltijden zijn verkrijgbaar van 11.30 tot 14.30 uur en van 16.30 tot 19.00 uur. In weekenden en op feestdagen van 16.30 tot 19.00 uur.
Tr a c e r – 29 ja n u a r i 20 0 9
Praktische informatie Burger Service Nummer in de zorg Met ingang van 1 juni 2009 is het gebruik van het Burger Service Nummer (BSN) in de zorg verplicht. Zorgaanbieders, zorgverzekeraars en indicatieorganen moeten het BSN opnemen in de eigen administratie en gebruiken bij onderlinge uitwisseling van gegevens over hun patiënten (persoonsgegevens, medisch-inhoudelijke en/of administratieve gegevens); dit geldt voor zowel elektronische als papieren gegevens uitwisseling. Gebruik van het BSN in de zorg vermindert het aantal fouten bij het uitwisselen van financiële en medische gegevens. Daarnaast draagt het bij tot het voorkomen van persoonsverwisseling en geeft het betere bescherming tegen identiteitsfraude. Ook maakt het gebruik van het BSN het declareren eenvoudiger. Het BSN is een voorwaarde voor het kunnen invoeren van het landelijk Elektronisch Patiënten Dossier (EPD). Hoe wordt het BSN in de zorg gebruikt? – de identiteit van de patiënt wordt vastgesteld (identificatie); – het BSN van de patiënt wordt opgevraagd of geverifieerd; – gecontroleerd wordt of de persoon, het BSN, en de gegevens bij elkaar horen. In VUmc is een projectgroep opgestart waarin BIZA en ICT zijn vertegenwoordigd. Projectleider is Albert Pater (Zorg administratie); Michiel Kraakman is project manager ICT. Deze projectgroep gaat ervoor zorgen dat VUmc per 1-6-2009 aan de eisen van de Wet Burger Service Nummer in de zorg voldoet. Hiertoe zijn de volgende activiteiten in gang gezet: – Alle hiervoor in aanmerking komende systeemdelen van het centrale ZIS van iSOFT zullen zodanig worden aangepast dat het BSN geregistreerd kan worden. – Het patiëntenregistratiesysteem PATREG krijgt de mogelijkheid een BSN en een Wettelijk Identiteits Bewijs te registreren. – PATREG krijgt de mogelijkheid online het BSN op te vragen en te verifiëren bij de Sectorale Berichten Voorziening in de Zorg (SBV-Z). – Alle afdelingen die patiënten ontvangen en waarbij patiëntregistratie en identificatie plaatsvindt, krijgen dit voorjaar instructies over de aangepaste werkwijze binnen PATREG. – Bij alle afdelingen en specialismen zal onderzocht worden of er eigen applicaties zijn waarin medische gegevens worden geregistreerd en of deze applicaties direct elektronische of papieren correspondentie voert met externe zorgverleners zoals huisartsen, verloskundigen, fysiotherapeuten en medische centra. Alhoewel alles in het werk wordt gesteld om alle applicaties te onderzoeken of deze gebruik moeten gaan maken van het BSN, kan het zijn dat er een applicatie over het hoofd is gezien. Bij deze de oproep aan alle afdelingen en specialismen, om na te gaan of er binnen uw afdeling specifieke applicaties zijn waarin medische gegevens worden geregistreerd en of er vanuit deze applicaties directe medische correspondentie, hetzij elektronisch dan wel op papier, plaatsvindt met externe instanties. U kunt hierover contact opnemen met René Hilhorst (Zorgadministratie) tel.nr 43405 of
[email protected] Op termijn zullen overigens alle zorgverleners en secretariaten binnen VUmc de voorziening krijgen om met behulp van een UZI-pas (Unieke Zorgverlener Identificatie) medische gegevens online uit te wisselen. Meer informatie hierover volgt op een later tijdstip.
Bibliotheek Bezoek de medische en verpleegkundige bibliotheek in VUmc op locatie ZH 0 B 100 (nabij personeelsrestaurant). Open van maandag t/m donderdag van 9 tot 21 uur, vrijdags van 9 tot 17 uur. Tel: (020-44) 41237. Web: www.ubvu. vu.nl/geneeskunde Medische bibliotheek óók open op zondag! Tot in ieder geval 29 maart 2009 zijn wij ook op zondag geopend. Tussen 11 en 16 uur kunt u dan gebruik maken van onze studieplekken en raadpleeg-pc’s. Deze zondagopenstelling betreft nog een proef. Toxnet ‘Dosis sola facit venenum’. Volgens Paracels-
us maakt slechts de dosis het gif. U kunt het precies weten met Toxnet, een zoekinterface voor een serie Amerikaanse bestanden over één onderwerp: toxicologie. Deze databases kunt u samen of apart doorzoeken. U vindt dan info over allerlei soorten stoffen, giftige doseringen, gevolgen van inname, preventieve maatregelen en behandelingen. Zo bevat ‘LactMed’ info over stoffen met gevolgen voor kinderen tijdens borstvoeding. Toxnet staat hier: http://toxnet.nlm.nih.gov e-Nieuwsbrief medische bibliotheek Blijf op de hoogte van de nieuwste medische informatiebronnen. En van de service die de medische bibliotheek u biedt. Neem daarom een gratis abonnement op onze e-nieuws-
brief: een zesjaarlijkse uitgave boordevol informatie óver medische informatie. Speciaal voor artsen, onderzoekers, verpleegkundigen en paramedici in VUmc. Lees het laatste nummer online en word abonnee! www.ubvu.vu.nl/nieuwsbriefmedisch/laatstenummer.html Voor inhoudelijke vragen en adviezen kunt u contact opnemen met onze medisch informatiespecialisten: René Otten: (020-44) 42027,
[email protected]; Hans Ket: (020-44) 42523,
[email protected]; Ilse Jansma: (02044) 42523,
[email protected]. U kunt ze ook oppiepen: *97 337.
Ondernemingsraad Informatie over de OR vindt u ook op intranet onder http://intranet/OR Aan de ORde 29 januari 2009 OR viert verjaardag Zoals u in een voorgaande Tracer heeft kunnen lezen overhandigde de voorzitter van de ondernemingsraad Mw. Inge SchadeeEestermans tijdens de nieuwjaarsreceptie een schilderij aan dhr. Mulder, voorzitter van de raad van bestuur VUmc. Dit wegens het feit dat de OR in 2009 haar dertigjarig bestaan viert. De OR heeft het jaar 2008 afgesloten met een zeer succesvol symposium: Symposium Marktwerking in de zorg Wat wilde de ondernemingsraad met het symposium bereiken? Informatieverstrekking over de belangrijkste aspecten van marktwerking in de zorg voor universitaire medische centra waardoor de raad in staat is rationele strategische afwegingen te maken over de voorstellen die hem van de zijde van de raad van bestuur bereiken. En om de positieve uitstraling die uitgaat zowel intern binnen het eigen medisch centrum als naar externe partijen die met dezelfde problemen te maken hebben dan wel erin geïnteresseerd zijn. In de eerste plaats natuurlijk voor de leden van de ondernemingsraad die de afwegingen moeten gaan maken. In de tweede plaats voor andere in de materie geïnteresseerden dan wel erop betrokkenen binnen het eigen universitair medisch centrum. In de derde plaats voor externe geïnteresseerden. De sprekers waren o.a. Arnold Moerkerk (directeur curatieve zorg VWS), Misja Mikkers (Nederlandse Zorg Autoriteit) en Sweder van Wijnbergen (hoogleraar internationale economie verbonden aan de UvA). Stand van zaken: Tijdens de vergadering van 13 januari jl. is er een positief besluit genomen over: Adviesaanvraag diëtetiek Aanpassing klachtenregeling ongewenste omgangsvormen. In behandeling: Samenwerking dienst communicatie SBG en VUmc. Imaging center VUmc Specifieke bedrijfsnoodplannen SEH afdeling; OK’s; IC-volwassenen; kinder- en neonatologie. Wijziging besturing van samenwerking per 2009 tussen raden van bestuur SBG en VUmc. Samenwerking RCA. Functie zorgmanager Dienst communicatie SBG en VUmc: Tussen de dienst communicatie SBG en VUmc wordt getracht om zoveel mogelijk samen te werken terwijl beide diensten daarnaast ook hun eigen verantwoordelijkheden houden. De onderlinge “cultuurverschillen” lijken mee te vallen. Door de samenwerking zullen geen banen verloren gaan. Het is wel mogelijk dat functies zullen veranderen. In de toekomst komt hier meer duidelijkheid over. Het belangrijkste is om elkaar goed op de hoogte te houden van de verdere ontwikkelingen. Wordt vervolgd.
Imaging Center: Dhr. C. van der Meulen, managerbedrijfsvoering divisie V heeft tijdens een OR vergadering een toelichting gegeven op het Imaging Center. Het is een ambitieus plan. De komende maanden heeft men tijd om onderzoek te doen naar de haalbaarheid van dit plan. RCA: Onlangs heeft er een overleg plaatsgevonden met drie OR delegaties van RCA, JBI en VUmc over het besturingsmodel en het medezeggenschapsmodel. Zorgmanager: Tijdens de overlegvergaderingen tussen de OR en de verschillende Divisies is gesproken over de functie van de zorgmanager. Er is nog geen duidelijkheid over hoe deze functie ingevuld gaat worden. De ondernemingsraad wil het voortgaan van de reorganisatie niet ophouden en geeft daarom advies het plan uit te gaan voeren. Daarbij wil de raad nog wel het volgende opmerken: Schuifplan Reorganisatie ivm de samenvoeging van zorgeenheden In december jl. heeft de ondernemingsraad, na uitgebreid overleg met de betrokkenen, een besluit genomen over het Schuifplan. In besluit zijn de volgende punten genoemd: De raad gaat niet akkoord met gedwongen ontslagen en gaat er vanuit dat de medewerkers van afdeling oogheelkunde, waarvoor nog geen vaste plek is gevonden, volgens het sociaal beleidskader met voorrang bij vacatures behandeld zullen worden per directe ingang. In dit plan wordt gesproken over de mogelijkheid om bij een piek afdeling 1B open te houden tot zaterdagochtend 10.30 uur, hiervoor is voor gedurende half jaar een extra FTE aan de afdeling kort verblijf toegewezen. Na evaluatie moet bekeken worden of dit gecontinueerd moet worden. Er is toegezegd dat de werknemer die op deze plek komt, na half jaar dezelfde rechten heeft, als het ander personeel dat nu herplaatst moeten worden. Het observatorium op afdeling heelkunde 6B start met 3 bedden, i.p.v. de benodigde 6. Niemand van het personeel van de afdeling oogheelkunde gaat naar deze afdeling. Een gemis aan ervaring en vaardigheid voor de opvang en verzorging van deze patiëntengroep. Een rode loper uitleggen bij de poort, maar vervolgens geen adequate opvang kunnen garanderen, kan volgens de raad tot teleurstelling leiden bij de verwijzers. Voor het vervoer van deze patiëntengroep van de SEH moet ook nog een passende oplossing gevonden worden. De raad vraagt zich af of en hoe snel het observatorium naar de huidige 6 bedden terug kan gaan. Dit zal komend half jaar moeten blijken. Er wordt gesproken over een kwaliteitsslag door goede afstemming, betere bevoorrading en ondersteuning in patiëntenvervoer, met daarbij de faciliteit tot reiniging van instrumentaria op afdeling KNO. Bij navraag blijkt dat door vermeerdering van fte. bij 1C extra afdelingsassistenten worden ingezet, echter, dan worden op termijn wel de weekendhulpen afgebouwd. Voor de patiënten van de pijnpolikliniek moet nog een oplossing gevonden worden. Er is inmiddels een plan om dit bij de neu-
rologie onder te brengen. Voor de logistiek van de patiëntenstroom wordt nog nadere invulling gezocht. Dit betreft slechts 0.2 fte. Door verschuiving van klinische naar poliklinische zorg voor oogheelkunde patiënten wordt op den duur een vermindering van fte’s beoogd. De raad wil benadrukken dat door grotere piekbelasting op de afdelingen 1B en 1C er juist behoefte kan zijn voor uitbreiding van fte’s. Goede evaluatie over de werkdruk van de teams van beide afdelingen en eventueel aanpassing van de zilvernormering lijken hiervoor noodzakelijk. In dit plan wordt de transferafdeling buiten beschouwing gelaten. De raad vraagt zich af of het haalbaar is om een locatie voor de transferafdeling in de tuin binnen de gewenste tijdsplanning te realiseren. Zal dit plaatsvinden na de verhuizing van de OK in de tuinlocatie naar de nieuwe OK op de 6e verdieping? Dit was tijdens de Overlegvergadering van 25-11-2008 nog niet duidelijk De raad wil graag op de hoogte blijven van de evaluaties van de diverse divisies/afdelingen, die gevolgen ondervinden van dit reorganisatieplan. OER: De ondernemingsraad en de studentenraad hebben op 18 december 2008 hun instemming bevestigd met de OER-wijzigingen van Master 2, zoals deze besproken was in het Facultair Overleg. Verwacht: Samenwerking SBG-VUmc, LTHP Lange Termijn Huisvesting Plannen, Shared Services, Klokkenluidersregeling LTHP: Met betrekking tot het LHTP verwacht men binnenkort een adviesaanvraag. Tijdens het laatste overleg zijn o.a. de flexwerkplekken en het benuttingsonderzoek besproken. De OR wil graag nog wat verder geïnformeerd worden over: Rookabri’s, Centrale keuken, Centrale werkplek P&O medewerkers VUmc en SBG, Fietsenstallingen voor het personeel RI&E’s: De OR heeft RI&E’s, die door de AMD gemaakt zijn. Deze RI&E’s zijn van diverse afdelingen binnen de divisies en het facilitair bedrijf en stafdiensten en de OR verwacht de daarbij behorende ingevulde Plannen van Aanpak, samen met een verslag van het werkoverleg, waaruit blijkt dat deze voorstellen met de medewerkers besproken zijn. Financiën In overleg met het Facilitair bedrijf wordt de OR nu geïnformeerd over grote Europese aanbestedingen van VUmc. In behandeling: Meerjarenbegroting voor IOO - Instituut voor Onderwijs en Opleiden VUmc.
Personalia Afscheid Marion Harting Na 33 jaar werkzaam te zijn in VUmc gaat Marion Harting op 5 februari 2009 met pensioen. U bent van harte welkom op haar afscheidsreceptie in zaal de Waver van 16.00 tot 18.00uur!
Intensive care simulatieruimte
Hagen Biermann: ‘Het fijne van simulatie is natuurlijk ook dat fouten geen kwaad kunnen’
Soft skills in crisissituaties getraind Sinds kort beschikt VU Medisch Centrum over een hightech ‘intensive care simulatieruimte’. Artsen, verpleegkundigen en studenten kunnen er praktische, medische vaardigheden oefenen. Het gaat volgens initiatiefnemer dokter Hagen Biermann echter vooral om het trainen van ‘soft skills’ in crisissituaties.
behulp van ic simulatie uitstekend gewerkt worden. Maar dat vergt wel het lef om het eigen (team) handelen onder de loep te nemen. Hagen: “De gedachte dat artsen geen fouten maken of dat we als ziekenhuis geen fouten maken, moet overboord. We moeten realistisch zijn: fouten gebeuren. Dat is menselijk, maar we proberen ervan te leren. Alleen in zo’n cultuur kun je patiënten écht maximale veiligheid bieden. Het fijne van simulatie is natuurlijk ook dat fouten geen kwaad kunnen.”
n Laura Jansma
“In crisissituaties is het in veel gevallen de menselijke factor die tot het ontstaan van medische fouten leidt”, zegt Hagen Biermann, hoofd simulatietraining ic. “Het gaat dan dus niet om een gebrek aan kennis, maar om gebrekkige overdracht van kennis; het schort aan communicatie en teamwork.” Juist aan deze vaardigheden kan met
Patiënt Icarus De simulatieruimte is niet te onderscheiden van een gewone kamer op de ic. Alleen is de patiënt die hier in bed ligt een levensgrote pop, genaamd Icarus (naar intensive care unit simulator). Icarus is computergestuurd en kan alle fysiologische
reacties nabootsen. Ook kun je op hem alle medische verrichtingen uitvoeren. “Via de computer kunnen we allerlei parameters instellen”, legt Hagen uit. Zo kan Icarus dus zomaar in een uiterst kritieke toestand geraken. Het behandelend team moet, onder het oog van de camera, adequaat ingrijpen. Hagen: “Meestal moet het team wel even stoom afblazen voor we
de beelden kunnen terugkijken. Zo realistisch voelt de setting aan. De overige mensen die aan de training deelnemen, hebben de simulatie live gevolgd via de computer. Na afloop wordt er in het bredere team geëvalueerd. Wat ging er goed? Wat ging minder goed? Door deze zelfreflectie vallen vaak kleine dingen op, die grote consequenties kunnen hebben en die anders onopgemerkt
blijven. Waarom staan we eigenlijk met z’n allen in een hoekje? Waarom hebben we de taken niet efficiënter verdeeld? Vaak valt op hoe belangrijk het is om in een kritieke situatie hardop te benoemen wat je doet, zodat de andere teamgenoten hierop kunnen inspelen. Ook zie je hoe belangrijk het is om te adresseren. ‘Laura, geef me de tube’ is veel effectiever dan gewoon roepen dat je de tube nodig hebt.” De bedoeling is dat alle verpleegkundigen, artsen en arts-assistenten van de ic twee tot drie keer per jaar een simulatietraining doen. Verder wordt de ruimte nu benut voor een bronchoscopiecursus samen met de afdeling longziekten en voor onderwijs aan leerlingen verpleegkunde van de Hogeschool Holland. Na de verbouwing van de intensive care zal de simulatieruimte verder worden uitgebreid.
Stafadviseur gaat communicatie met patiënt verbeteren In november 2008 startte Daniëlle van der Peet bij het instituut ondersteuning patiëntenzorg, als stafadviseur patiëntenzorgcommunicatie. Dit is een nieuwe functie binnen VUmc . Tijd voor een introductie van Van der Peet en haar plannen.
Wat is het doel van je functie? “Doel is om patiëntenzorgcommunicatie beter in te richten binnen VUmc en dit op een eenduidige manier te integreren binnen de zorgverlening. Simpel gezegd: wie vertelt wat aan de patiënt, wanneer en in welke mate? Uit een aantal tevredenheidsonderzoeken bleek, dat het ziekenhuis minder goed scoorde op aspecten als bejegening, informatievoorziening en nazorg. In eerste instantie heeft de werkgroep ‘gps beter’,
n Liesbeth Blijenberg
Waar kom je vandaan? “Ik heb communicatie- en informatiewetenschappen gestudeerd aan de VU. Tijdens mijn stage bij de dienst communicatie in VUmc deed ik een onderzoek naar patiëntenparticipatie. Mijn leidinggevende vertelde toen, dat de functie van stafadviseur patiëntenzorgcommunicatie eraan zat te komen en nodigde me uit om te solliciteren. Zo ben ik gelijk na mijn afstuderen gestart met deze baan.”
Wat zijn je plannen voor patiëntenzorgcommunicatie? “Ik ben eerst veel gaan praten met mensen binnen de organisatie en mensen uit verschillende ziekenhuizen. Om die visie neer te kunnen zetten, inventariseer ik welke ideeën leven over patiëntencommunicatie. Daarnaast ben ik ook met een aantal concrete zaken aan de slag gegaan. Zo bestudeer ik nu met een werk-
Foto Mark van den Brink
Wat houdt je functie precies in? “Ik hou me bezig met de ziekenhuisbrede communicatie tussen zorgverlener en patiënt. Ik adviseer afdelingen en ondersteun ze bij de ontwikkeling van zorggerelateerde communicatie-activiteiten. Omdat dit een nieuwe functie is en ik nog maar net begonnen ben, is alles heel pril. Veel mensen moeten nog kennismaken met de functie en met mij, maar uiteindelijk krijgt dat wel zijn vorm.”
initiatief van de coördinatiegroep patiëntervaring, bestudeerd hoe de patiëntenzorgcommunicatie verbeterd kon worden. Al snel kwamen de leden tot de conclusie, dat dit een omvangrijk traject is en dat er iemand moest worden aangenomen om een visie te ontwikkelen.”
groep alle wensen ten aanzien van een nieuwe balie patiëntenvoorlichting. De toekomstige balie moet een prominentere plek en bredere opzet krijgen, waarbij patiënten onder andere zelf achter de computer informatie kunnen opzoeken en in een vroeg stadium extra zorg kunnen regelen. Ander voorbeeld, waar ik momenteel mee bezig ben, is het integreren van patiëntencommunicatie in zorgpaden. Bij de ontwikkeling van zorgpaden wordt heel duidelijk in kaart gebracht welk zorgproces de patiënt doorloopt. De communicatie met de patiënt kan aan de hand van een zorgpad transparant gemaakt worden.” Wat wil je dit jaar bereikt hebben? “Ik zou het al heel mooi vinden als we met z’n allen een start maken met het vormen van een visie over patiëntencommunicatie. Tegelijkertijd wil ik op een aantal afdelingen pilots opzetten, waarbij onderzocht wordt hoe patiëntencommunicatie opgenomen kan worden in het totale zorgproces.” En… wat is je eerste indruk? “Heel positief! Natuurlijk ben ik nog wat zoekende, want het is een nieuwe functie. Maar mijn collega’s zijn ontzettend behulpzaam en iedereen staat open voor vragen en ideeën. Daar krijg ik veel energie van.”
Kleine moeite, groot gebaar
Nazorgtelefoontje zeer gewaardeerd Vier maanden geleden begonnen vijf klinische afdelingen met nabellen. Nu deze pilot succesvol is verlopen, zal het nabellen in het hele ziekenhuis navolging krijgen. n Laura Jansma
Benno van der Tol, stafadviseur van het instituut ondersteuning patiëntenzorg, is blij verrast door de uitkomsten van de evaluatie. “Nabellen is een relatief simpele interventie, bedoeld om voor de patiënt een brug te slaan tussen het ziekenhuis en thuis, en de patiënttevredenheid te verhogen. Toch weet je voor je aan een project als dit begint niet wat het je zal brengen. Wat je wel weet, is dat het inspanning zal Tr a c e r – 29 ja n u a r i 20 0 9 – Kw a l i t e i t
vragen van de medewerkers. Het leuke is echter dat het nabellen héél positief ervaren blijkt te worden; niet alleen door de patiënten, óók door de medewerkers. De patiënt waardeert het enorm dat er ook als hij al thuis is nog naar hem wordt omgekeken. En voor de medewerker blijkt het bevredigend om patiënten deze nazorg te verlenen. Je krijgt dan ook vaak positieve feedback op de koop toe.” Eén pilotafdeling slaagde er nog niet in het nabellen te implementeren. De afdeling kortverbijf moest logischerwijs meer telefoontjes plegen en kampte bovendien met personeelsgebrek.
Spontane reacties Ans de Kruijf, baliemedewerkster
Evaluatie nabellen Bij de 293 patiënten die na ontslag een nazorgtelefoontje kregen: n duurde het nabellen gemiddeld 3 tot 4 minuten per telefoontje; n had 77% van de patiënten geen vragen; n kon 67% van de vragen direct worden afgehandeld, in een enkel geval werd verwezen naar de huisarts, specialist of eerste hulp; n gingen de meeste vragen over pijn (29%), medicatie (13%) en wondverzorging (13%); n gaf 61% van de patiënten spontaan (en ongevraagd) aan het gesprek op prijs te stellen; n uitte geen van de patiënten bezwaren tegen het telefoontje.
van de afdeling gynaecologie en verloskunde: “‘Leuk dat je belt!’, zeggen de meeste mensen als je ze een dag na ontslag opbelt om te vragen hoe het nu met ze is en of ze nog vragen hebben. Op onze afdeling is pakweg negentig procent tevreden en heeft geen vragen. De overige tien procent wil nog iets weten, bijvoorbeeld over de kraamcontroles of wondverzorging. Als wij de vraag niet zelf kunnen afhandelen, doen we navraag bij de verpleegkundige of we verbinden door met de zaalarts. Gemiddeld duren de telefoontjes twee tot drie minuten. Overigens hebben we wel afgesproken dat de arts of verpleegkundige zelf nabelt als een situatie gecompliceerd was. Soms, als er bijvoorbeeld
veel mensen ontslagen worden, is het bellen wat lastig te combineren met andere taken. We proberen het wel praktisch te houden: als het opgegeven nummer niet klopt of als we na drie keer bellen iemand nog niet bereikt hebben, houden we het voor gezien. Door het nabellen houd je nog even vinger aan de pols en sluit je de zorg mooi af. En wat horen we nou liever dan: ‘Doe iedereen de groeten van me, we zijn zo blij hoe we behandeld zijn!’” Waar moeten afdelingen op letten als ze gaan nabellen? Benno: “Houd het eenvoudig, zodat het een dagelijkse routine kan worden. Hoe het nabellen het beste georganiseerd kan worden, kan iedere afdeling het best voor zich bepalen.” 7
Promoties vrijdag 30 januari - aula, 10.45 uur, S.M. Wilting, ‘Improved understanding of cervical carcinogenesis by molecular profiling’ promotoren: prof.dr. P.J.F. Snijders, prof.dr. C.J.L.M. Meijer; copromotor: dr. R.D.M. Steenbergen vrijdag 6 februari - aula, 13.45 uur, W.H.M. Verbeek, ‘Refractory coeliac disease: diagnosis, pathogenesis and treatment’ (werktitel) promotor: prof.dr. C.J.J. Mulder; copromotoren: dr. M.W.J. Schreurs, dr. A. Al-Toma vrijdag 13 februari - aula, 13.45 uur, P.W. Teunissen, ‘Unravelling learning by doing’ promotoren: prof.dr. F. Scheele, prof.dr. C.P.M. van der Vleuten, prof.dr. A.J.J.A. Scherpbier vrijdag 20 februari - aula, 13.45 uur, M.M. Vellinga, ‘Imaging patterns of inflammation in Multiple Sclerosis: a multifocal approach’ promotoren: prof.dr. C.H. Polman, prof. dr. F. Barkhof; copromotoren: dr. J.J.G. Geurts, dr. H. Vrenken vrijdag 27 februari - aula, 10.45 uur, M.M.J. Nielen, ‘Preclinical rheumatoid arthritis’ promotor: prof.dr. B.A.C. Dijkmans; copromotoren: dr. D. van Schaardenburg, dr. I.E. van der HorstBruinsma Symposia donderdag 29 en vrijdag 30 januari - Teach the teacher 3 Meer informatie: PAOG cursus- en congresorganisatie, Liesbeth Ligtvoet, tst. 48444 Dinsdag 3 februari – Top 100 a jojo? De zin en onzin van ziekenhuisranglijsten Amstelzaal, 15.00-17.00 uur. Medewerkers hoeven zich niet aan te melden donderdag 12 en vrijdag 13 februari - Teach the teacher 1 Meer informatie: PAOG cursus- en congresorganisatie, Liesbeth Ligtvoet, tst. 48444 zaterdag 28 februari - Bewustzijn voorbij de grenzen Met Pim van Lommel en onder andere Jeroen Geurts en Wouter Zuurmond. De bijeenkomst bestaat uit voordrachten, interviews, een documentaire, muziek en workshops Aanmelden vóór 24 februari: www.vupodium.nl *woensdag 18 maart - De andere patiënt Symposium ter gelegenheid van de presentatie van het boek ‘De mondige patiënt, een historische kijk op een mythe’, van Stephen Snelders en Frans J. Meijman Auditorium VU, 13.15 uur. Medewerkers hoeven zich niet aan te melden donderdag 26 en vrijdag 27 maart - Teach the teacher 1 Meer informatie: PAOG cursus- en congresorganisatie, Liesbeth Ligtvoet, tst. 48444 zaterdag 28 tot dinsdag 31 maart - Pediatric Nephrology Spring Meeting Meer informatie: PAOG cursus- en congresorganisatie, Ingrid van de Vegte, tst. 48444 donderdag 2 en vrijdag 3 april - Teach the teacher 2 Meer informatie: PAOG cursus- en congresorganisatie, Liesbeth Ligtvoet, tst. 48444 *zaterdag 9 en zondag 10 mei - Van kennis tot kunde Movir & CO congres voor coassistenten uit heel Nederland! Workshops en lezingen om extra vaardigheden en kennis bij te brengen die tijdens en na je co-schappen onmisbaar zijn Inschrijven kan vanaf 12 februari, 20.00 uur via www.movirenco.nl
n Ursula Wopereis
Een schenking van 4,5 miljoen euro van het Innovatiefonds Zorg verzekeraars stelt het Alzheimer centrum in de gelegenheid een nieuwe polikliniek met een landelijke functie te realiseren. In het nieuwe expertisecentrum krijgen de vroegdiagnostiek en de innovatie van de zorg voor (jonge) patiënten met de ziekte van Alzheimer een nieuwe impuls. Het is snel gegaan. In januari 2008 ging Philip Scheltens, hoofd van het Alzheimercentrum van VUmc, voor een persoonlijke kennismaking op bezoek bij het Innovatiefonds Zorgverzekeraars. “Het geld, dat in 1999 bij de overgang van ziekenfondsen naar particuliere verzekeraars vrijkwam, werd ondergebracht in een fonds voor innovatief onderzoek en het verbeteren van de zorg. Het Innovatiefonds Zorgverzekeraars steunt een aantal projecten, waaronder onderzoek naar dementie in VUmc. Tijdens het gesprek vertelde ik over de ontwikkeling van het Alzheimercentrum, dat ik in 2000 heb opgericht. De afgelopen tien jaar hebben we een aantal concepten ontwikkeld, zoals onderzoek naar dementie bij mensen jonger dan 65 jaar, zorgcoördinatie en het ‘one stop model’. Dat laatste houdt in dat een patiënt in één dag volledig wordt gescreend, zodat we snel tot een diagnose kunnen komen. Het Alzheimercentrum is een virtueel expertisecentrum, maar het is altijd mijn droom geweest om er een tastbaar en reëel centrum van te maken, waar we onze ambities op het gebied van onderzoek en behandeling verder zouden kunnen verwezenlijken.” Die droom wordt nu realiteit. Het Innovatiefonds zag in de plannen van Scheltens een uitgelezen moge-
Philip Scheltens: ‘In het nieuwe Alzheimercentrum worden patiënten in één dag volledig gescreend, zodat de diagnose snel kan worden gesteld’
lijkheid om het tienjarig jubileum in 2009 met een tastbaar project te vieren en deed een schenking van 4,5 miljoen euro voor een nieuw Alzheimer expertisecentrum in VUmc.
Alzheimerlounge “Met dit bedrag kunnen we de bestaande faciliteiten in de poli neurologie verbouwen en innovatieve projecten financieren, waarvoor binnen de reguliere middelen geen budget is. We zien
patiënten uit het hele land en willen bijvoorbeeld graag investeren in het bereiken van patiënten op afstand door middel van e-consulting of andere moderne hulpmiddelen.” Leeuwenkamp Architecten tekent voor het ontwerp. “Het zijn goede bekenden binnen VUmc”, vertelt Scheltens enthousiast. “De poli op de begane grond wordt volgens de principes van een healing environment ingericht als ontvangstlounge voor patiënten. Staf en onderzoe-
kers krijgen een onderkomen op z‑1. Daarmee krijgt de koppeling tussen patiëntenzorg en wetenschappelijk onderzoek eindelijk fysiek gestalte. Het nieuwe Alzheimercentrum biedt bovendien de mogelijkheid om het aantal screeningsdagen uit te breiden en patiënten en hun naasten uitgebreider te informeren over zorg, voeding, beweging en wetenschappelijk onderzoek.” In 2010 wordt het nieuwe Alzheimercentrum feestelijk geopend.
Grote veranderingen op SEH
Triageverpleegkundige gaat zorg stroomlijnen n Ellen Kleverlaan
Er gaat veel veranderen op de spoedeisende hulp (SEH) van VUmc. Dat is noodzakelijk om patiënten sneller de juiste zorg te kunnen verlenen. Daarom reorganiseert de spoedeisende hulp en start VUmc met de opleiding tot SEH-arts, legt internist Prabath Nanayakkara uit. Prabath Nanayakkara is interim werkplekmanager van de spoedeisende hulp. Tot juni zal hij de veranderingen, samen met Joost van Galen, het verpleegkundig hoofd van de seh in goede banen leiden. Nanayakkara legt uit dat binnen VUmc een ingewikkelde populatie op de seh belandt. “Naast huis-, tuin- en keukenongelukken hebben wij hier een traumacentrum. We zijn één van de grootste seh-afdelingen in Nederland. Het levert een heel divers beeld aan patiënten op.” De patiënten met ernstig letsel of ziekten worden onmiddellijk van de juiste zorg voorzien, daar ligt geen probleem. Maar de ‘overige’ patiënten worden via het ‘first come, first served’ principe geholpen, waardoor de situatie kan ontstaan dat iemand met een ingewikkeld probleem te lang moet wachten.
Geldende criteria Dat moet verbeteren, is de heersende mening op de seh. De 8
Foto: paul le clercq
De rubriek agenda staat ook op de start pagina van intranet. De eerste plaatsing in Tracer wordt gemarkeerd met een *.
4,5 miljoen voor nieuw Alzheimercentrum
volgtraject. De wachttijd in de seh mag niet langer zijn dan vier uur.
Foto Mark van den Brink
Agenda
Triageverpleegkundige Larissa Stegeman zorgt dat patiënten snel de juiste zorg krijgen
patiënt dient zo snel mogelijk de juiste diagnose en eventueel zorg te krijgen. Nanayakkara: “Vanaf 2 februari wordt iedere patiënt door een speciaal getrainde triageverpleegkundige beoordeeld op de ernst van de aandoening.” Deze verpleegkundigen zijn getraind in het hanteren van de daarvoor geldende criteria volgens het Boston triagesysteem. Daaruit volgt een patiëntenindeling van 1 tot en met 5. Categorie 1 is de ernstigste, maar voor hen gold ook in de oude situatie al perfect geregelde zorg.
“Waar het in de nieuwe situatie om gaat zijn de categorieën 2 tot en met 5. Patiënten in categorie 4 en 5 hebben niet veel zorg nodig. Het is zaak hen snel huiswaarts te laten keren; een seh-arts gaat beoordelen welke behandeling nodig is of dat zij meteen naar huis kunnen. Categorie 2 en 3 worden nu onder leiding van de seh-arts door een assessmentteam gezien. Het assessmentteam bestaat standaard uit een neuroloog, een internist en een chirurg. Binnen een half uur kan er duidelijkheid zijn over het ver-
Tr a c e r – 29 ja n u a r i 20 0 9 – N i e u w s – O n d e r w i j s – O n d e r z o e k – P a t i ë n t e n z o r g – O r g a n i s a t i e – M e d e d e l i n g e n – Va c a t u r e s –
Vroeg stadium Groot voordeel is natuurlijk dat patiënten die snelle diagnostiek en zorg nodig hebben, ook snel door een arts of een team van artsen gezien worden. Patiënten die wat minder zorg nodig hebben, worden via een sneller traject door een aparte arts en verpleegkundigen geholpen. In februari start bij VUmc de opleiding van twee seh-artsen. De opleiding van deze basisarts duurt drie jaar. Door ieder jaar twee artsen op te leiden, zijn er na drie jaar zes seh-artsen, zo is het plan. Ook de rol van de triageverpleegkundige is nieuw. Nanayakkara: “Wat blijkt uit verschillende onderzoeken is, dat getrainde verpleegkundigen met de juiste criteria uitstekend in staat zijn om de ernst van de aandoening van een patiënt in te schatten.” De seh is het voorportaal van het ziekenhuis, benadrukt Nanayakkara. Hij vindt het dan ook van wezenlijk belang dat heel VUmc goed op de hoogte is van de veranderingen. Alle afdelingen krijgen een introductie over de nieuwe werkwijze. Nanayakkara: “Uiteindelijk komt iedere arts wel op de seh.” Meer informatie: p.nanayakkara@ VUmc.nl, joost.vangalen@ VUmc.nl, tst. 40596
‘Als het hier om vijf uur wat rustiger wordt, begint daar de dag’
VUmc-ers in het nieuws
‘Iedereen ligt wel eens wakker, als je dat snel kunt inhalen is er niet zoveel aan de hand. Maar als je echt chronisch te weinig slaapt, kun je allerlei problemen krijgen.’ Eus van Someren, slaaponderzoeker, over de oorzaken van slapeloosheid. De Volkskrant, 10 januari
n Annemarie van den Hoven
Vorig jaar deze tijd pendelde hij nog elke drie weken op en neer tussen Boston en Amsterdam. Sinds afgelopen april jaar zit hij ‘echt hier’ en steekt hij minder frequent, maar nog steeds regelmatig de oceaan over. Een portret van Tom Wurdinger, projectleider van de neuro-oncology research group (NRG) en een van de best publicerende onderzoekers van VUmc.
‘Van het klassieke beeld van pijn op de borst, is bij vrouwen niet altijd sprake. Dan kunnen de verkeerde conclusies getrokken worden. Het begint al bij de huisarts. Die is bij vrouwen minder gespitst op hart- en vaatziekten.’ Interventiecardioloog Yolande Appelman over dat de zorg aan vrouwen achter loopt en er te weinig onderzoek wordt gedaan naar genderspecifieke aandoeningen. Zorgvisie, 16 januari
Therapieën ontwikkelen De neuro-oncology research group brengt de verschillen tussen hersentumoren en normaal hersenweefsel in kaart. “We vragen ons af waarom hersentumorcellen niet dood gaan door de huidige therapieën. Op basis van de kennis die we opdoen, proberen we nieuwe therapieën te ontwikkelen. Als bijvoorbeeld blijkt dat in een tumor veel eiwit A aanwezig is, proberen we een remmer tegen dat eiwit te maken. Vervolgens kun je gaan experimenteren: helpt het ook?” Bloedvaten en vetblaasjes Hij publiceert veel. Recent nog een baanbrekend artikel in Cancer Cell over de oorzaak van de goede doorbloeding van hersentumoren. “De tumoren bevatten veel meer bloedvaten dan gezond hersenweefsel. Hoe komt dat? Met behulp van geavanceerde technieken om micro rnas te detecteren op Harvard ben ik erachter gekomen dat het micro rna dat het tumorbloedvat in stand houdt, is ont-
Foto Mark van den Brink
Eind 2007, toen hij drie jaar als postdoc op Harvard University zat, kwam Winald Gerritsen, directeur van het cca, op bezoek. “Hij zocht iemand die het onderzoek naar hersentumoren wilde leiden.” De unieke setting – in de onderzoeksgroep trekken neurologie, neurochirurgie en kinderoncologie samen op – en de wetenschap dat hij de groep samen zou leiden met neurochirurg David Noske, maakten dat Wurdinger ‘ja’ zei. Ondertussen loopt zijn aanstelling in Boston door. Zo combineert hij het beste van twee werelden: “Het mooie van VUmc is, dat je tegenover het ziekenhuis zit. Is er een tumor verwijderd, dan kun je hem bij wijze van spreken direct ophalen. Op Harvard worden de nieuwste technieken ontwikkeld. En moleculaire biologie loopt daar op bijna alle fronten voor op de rest van de wereld.”
Tom Wurdinger combineert hersentumoronderzoek op VUmc én Harvard Tom Wurdinger Geboren Duitsland (1978). Kwam op vierjarige leeftijd naar Nederland Studie medische biologie aan de VU Promotie Universiteit Utrecht op experimenteel onderzoek naar anti-kankervirussen Postdoc Harvard University, Boston, Massachusets, VS Huidige functie projectleider neurooncology research group, VUmc
regeld. Nu we dit weten, kunnen we beginnen met de ontwikkeling van een anti-bloedvattherapie.” In het prestigieuze tijdschrift Nature Cell Biology presenteerde hij onlangs een nieuwe diagnos-
tiek. “Tumoren scheiden vetblaasjes uit, die in het bloed van de patiënt belanden. Deze zitten vol genetische informatie over de tumor. Als er in de tumor een grote hoeveelheid van een bepaald micro rna aanwezig is, dan zit dat ook in het blaasje. Zelfs de mutaties in de tumor zijn er terug te vinden.” In zijn verhaal benadrukt Wurdinger dat de vindingen niet alleen zijn verdienste zijn. “Het is altijd teamwerk. We zitten hier nog steeds met een relatief klein groepje van zo’n twaalf tot vijftien man, inclusief de studenten, allemaal werkpaarden.” Hij investeert ook in de studenten. “Aan mensen die we na hun stage nooit meer zien, hebben we zelf misschien niet veel. Het liefst bieden we studenten een traject aan: een stage in VUmc,
een stage op Harvard en daarna een promotietraject. Dan leg je ook wat meer druk op de selectie.”
Chatsessies Elke twee à drie maanden vertrekt hij voor een week of twee naar Boston. Ondertussen houdt hij dagelijks – via skype en chatsessies – contact met zijn Amerikaanse collega’s. “Als het hier om vijf uur wat rustiger wordt, begint daar de dag. Tot een uur of acht heb ik dan volop contact.” Het is vaak moeilijk om te stoppen. Om te voorkomen dat hij altijd werkt, heeft hij de emailfunctie op zijn mobiele telefoon bewust niet geactiveerd. “Maar”, voegt hij daaraan toe, “ik heb altijd mijn laptop bij me, voor als ik het echt niet meer houd.”
‘Met preventie is grote gezondheidswinst te behalen. Het probleem is vaak dat men maar wat doet, zonder dat er onderzoek naar de effectiviteit is gedaan. Daar kan je de bevolking niet mee lastig vallen.’ Hoogleraar epidemiologie Hans Brug, over het initiatief van zorgverzekeraar Achmea om een coachingsprogramma aan te bieden aan hartpatiënten, waarbij gelet wordt op therapietrouw en leefstijl. Algemeen Dagblad, 21 januari ‘Dit is enorm goed nieuws. Alzheimer is maatschappelijk gezien een urgent probleem. Als we niets doen, is het over twintig jaar volksziekte nummer 1.’ Philip Scheltens, hoogleraar neurologie, over de schenking van 4.5 miljoen euro aan het Alzheimercentrum VUmc door het Innovatiefonds Zorgverzekeraars. rtv Noord Holland, 22 januari ‘De algemene overweging bij het starten van een behandeling met onduidelijke uitkomsten, namelijk ‘niet behandelen’, is geen neutrale optie. In dit geval kan niet behandelen ook serieuze effecten hebben op het psychisch of sociaal functioneren.’ Peggy Cohen, hoogleraar medische psychologie over het internationaal op een lijn krijgen van de diagnostiek en behandeling van genderidentiteitsstoornissen. Mednet, 22 januari
Cursus ‘Begeleiden promovendi’ geeft inzicht
n Ellen Kleverlaan
Bij de Vrije Universiteit ontstond op een gegeven moment de behoefte om ondersteuning te krijgen bij het begeleiden van promovendi. De promovendus is werknemer en leerling tegelijkertijd, de begeleider is beoordelaar en coach. Tussen deze vier rollen verenigd in twee personen zit een spanningsveld,
legt Kock uit. “Want aan de ene kant moet een promovendus worden gestimuleerd in zijn creativiteit en ontwikkeling om zoveel mogelijk uit het onderzoek te halen, aan de andere kant is er maar beperkte tijd waarbinnen het onderzoek dient te worden afgerond.” Het aanleren van coachingsvaardigheden, die de begeleider in staat stellen om zowel op de inhoud van het onderzoek te sturen als op het begeleiden van de promovendus als mens, is dan ook het doel van de cursus. Kock: “Aan het einde van de training hebben deelnemers zicht op hun eigen sterktes en zwaktes als begeleider en is de begeleider in staat om een strategie toe te passen, die past bij de behoeftes van de promovendus.” De cursus bestaat uit een module
van twee dagen, waarna een module van één dag volgt en na een half jaar is er nog een terugkomdag. De eerste twee modules worden gevuld met situationeel leidinggeven en stijlen van beïnvloeding, onderhandelen en conflicthantering, presentatie en feedback geven, supervisie en planning, coachen en counselen van het schrijfproces en als laatste kwaliteit van samenwerking. Vooral feedback geven bleek voor velen een eye-opener. Kock: “Dat vergt aardig wat inzicht in het eigen gedrag en het effect daarvan bij de ander.” Op de terugkomdag worden de onderwerpen verder geïntegreerd in de manier van werken van de deelnemers. Belangrijk is echter dat naast de theorie veel ruimte is om te oefenen, benadrukt Kock. “De theorie vormt de basis, daarna
Centrum voor Loopbaan en Ontwikkeling
19 6 6 4
De Vrije Universiteit geeft een cursus ‘Begeleiden van promovendi’, die ook interessant is voor begeleiders van promovendi bij VUmc. Arlette Kock is senior opleidingsadviseur bij het centrum voor loopbaan en ontwikkeling van de VU. Zij vertelt wat de cursus behelst.
Centrum voor Loopbaan en Ontwikkeling
gaan cursisten met praktijkvoorbeelden oefenen. Begeleiders nemen die praktijkvoorbeelden zelf mee. De cursus is dan ook voor
Tr a c e r – 29 ja n u a r i 20 0 9 – N i e u w s – O n d e r w i j s – O n d e r z o e k – P a t i ë n t e n z o r g – O r g a n i s a t i e – M e d e d e l i n g e n – Va c a t u r e s –
begeleiders met minimaal één jaar ervaring en maximaal vijf jaar.” Is de cursus ook interessant voor begeleiders van promovendi binnen VUmc? Kock: “Nou en of! Voor elke universiteit geldt dat er veel nadruk is op de inhoud. Maar hoe je die inhoud overbrengt, daar zijn verschillende manieren voor. Heel mooi is als je de zelfredzaamheid van een promovendus weet te verstevigen. Bovendien leer je veel, door te reflecteren op je eigen vaardigheden als begeleider.” Voor de cursus die begin maart start is de inschrijving inmiddels vol. Bij voldoende animo vindt er in september/oktober opnieuw een cursus plaats. Meer informatie:
[email protected] 9
Gevraagd: Een Lowe Alpine fleecetrui
er inmiddels wat slijtageplekken te zien. Ik ben dus al een tijdje op zoek naar een nieuwe. Ik begon mijn zoektocht bij het merk zelf: Lowe Alpine. Dat is een echt outdoormerk. Helaas hebben ze deze fleecetrui niet meer, maar verkopen ze tegenwoordig vooral rugzakken en bergsportartikelen. Daarna heb ik op marktplaats en E-bay gezocht, maar ook daar had ik geen geluk. Nu is mijn hoop gevestigd op de collega die de fleecetrui misschien niet prettig vindt zitten. Ligt er ergens achter in een kledingkast nog een vergeten Lowe Alpine fleecetrui? Inmiddels hebben twee collega’s contact met me opgenomen. Nee, niet om me hun trui aan te bieden. Ook zij zijn helemaal verslingerd aan deze fleece.”
Foto Paul le clercq
Het prikbord op intranet biedt medewerkers de mogelijkheid om oproepen te plaatsen. Dagelijks zijn er nieuwe vraag- en aanbodadvertenties te vinden. Sommige berichten vallen op.
“Het zal een jaar of tien geleden zijn, dat ik als eindejaarsgeschenk voor deze fleecetrui koos. Sindsdien draag ik deze trui vrijwel dagelijks”, vertelt Stef Jager, support & beheerspecialist telecommunicatie. “Eerlijk gezegd: je kunt wel zeggen dat ik hem dag en nacht draag. ’s Morgens, als ik om 5.15 uur vanuit Middenmeer naar VU medisch centrum rijd, trek ik hem over mijn overhemd aan. Pas als ik in Amsterdam aankom verwissel ik de trui voor mijn colbertjasje. En omgekeerd, als ik naar huis ga, doe ik onmiddellijk mijn fleece weer aan. Natuurlijk krijg ik commentaar: mijn vrouw zegt er regelmatig iets van, maar de trui zit echt heerlijk. Het voelt aan als een tweede huid: niet te warm, niet te koud, perfect dus. Helaas zijn
Stef Jager: dag en nacht
Koffiepauze, een overleg, een afscheidsborrel of een verjaardags feestje. Er zijn veel momenten om als collega’s ff bij elkaar te komen. Tracer legt ze vast.
Foto Paul le clercq
wie zo’n 100 VUmc-ers wanneer 22 januari, 16.00 uur waar Het Plein waarom afscheid Ahmed Akaoui opvallend ze kwamen vanuit de hele organisatie
Foto Paul le clercq
proosten
“Het was een afscheid van een horecaman in hart en nieren”, vertelt Henk Grevelt, leidinggevende restaurant. “Ahmed Akaoui had het gewoon in zich. Hij wist overal wel wat van te maken. Een voorbeeld: als een gerecht ’s avonds is uitverkocht, willen de meeste medewerkers nog wel eens mopperen. Bij Ahmed niet. Hij legde uit waarom zoiets kan gebeuren en bedacht een goed alternatief. Bovendien was hij altijd vrolijk en nam hij de tijd voor persoonlijk contact. Zoiets kun je niet leren, dat heb je bij je geboorte meegekregen.” Toch is Ahmed pas in VU medisch centrum met het horecawezen in contact gekomen. “Hij
werkte tot ruim 26 jaar geleden in de Smiths Chips fabriek en kwam destijds hier in de spoelkeuken werken. Al snel bracht hij ook de karretjes voor recepties rond. Dat paste wel bij hem, omdat hij zo goed met mensen overweg kan. Na de reorganisatie van 2003 koos hij fulltime voor het restaurant en nu is hij dus met pensioen.” Dat het Ahmed goed beviel in VUmc kun je niet alleen afleiden aan de tijd die hij hier werkte. Hij heeft ook zijn broer Lahcen binnengehaald. Er is op gepaste wijze afscheid van Ahmed genomen. Na de receptie kregen honderd gasten een Marokkaans buffet aangeboden. “En dat werd door iedereen gewaardeerd.” n MK
Lorenzo
Soms komen nieuwe medewerkers ‘via via’ binnen. Ze worden getipt door een buurvrouw, vriend(in) of ontmoeten een VUmc-er in de kroeg die vertelt hoe leuk het werken hier is. Zo worden medewerkers ambassadeurs voor VUmc en halen mensen over de streep om hier te komen werken. Nieuwe medewerkers waarop met de huidige krapte op veel afdelingen vaak met smart wordt gewacht. Komende maanden in Tracer een serie met nieuwe medewerkers die ‘via via’ bij ons terecht kwamen.
Marjo Nietveld, P&O adviseur en Danielle Oomkens, unithoofd vastgoedbeheer Hoe kennen jullie elkaar? Danielle (links): “Jaren geleden werkte Marjo bij de personeelsdienst van het Gemeentelijk Havenbedrijf. Ik kwam daar als assistent-accountant om de boeken te controleren. Het klikte meteen. Sinds die tijd zijn we vriendinnen.” Hoe kwam je op het idee om Danielle te vragen? Marjo: “Ik ben in 1999 als p&o adviseur in VU medisch centrum gestart en het beviel me hier prima. Danielle had ondertussen al verschillende andere banen gehad en ze was toe aan een nieuwe uitdaging. Toen ik een vacature zag bij het facilitair bedrijf heb ik de leidinggevende getipt dat ik een uitstekende kandidaat wist.” Hoe vond je het dat Marjo contact met je opnam? Danielle: “Ik was direct enthousiast, want ik had al eerder van Marjo gehoord wat voor een werkgever VU medisch centrum is. Ik had op dat moment een eigen bedrijf, een eetcafé, maar ik wilde weer in een grotere organisatie werken.” En bevalt het? Danielle: “De combinatie van een indrukwekkend instituut dat medewerkers veel mogelijkheden biedt en een warme, menselijke sfeer, is natuurlijk heel bijzonder. Bovendien geeft een baan in de gezondheidszorg, ook al werk je niet direct met patiënten, je toch het gevoel dat je werk er toe doet. En je krijgt hier alle kansen. Ik ben redelijk snel doorgestroomd naar functies die nóg uitdagender zijn. Dus ja, ik voel me hier prima op mijn plaats.”
10
Tr a c e r – 29 ja n u a r i 20 0 9 – N i e u w s – O n d e r w i j s – O n d e r z o e k – P a t i ë n t e n z o r g – O r g a n i s a t i e – M e d e d e l i n g e n – Va c a t u r e s –