faculteit recht, economie, bestuur en organisatie Departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap (USBO) Executive & Masterprogramma’s
tweejarige masteropleiding in de bestuurs- en organisatiewetenschap
StrategiSch management in de non-profit Sector
Bright minds, better future
Waarom is een gevestigde organisatiecultuur soms zo moeilijk te doorbreken? Hoe kunnen managers zinvol omgaan met steeds meer en vaak tegenstrijdige eisen waarmee zij worden geconfronteerd? Waarom bereikt beleid dat er op papier zo mooi uitziet, in de praktijk vaak niet het beoogde effect? Misschien zijn dit vragen die u zelf wel eens hebt gesteld. In elk geval zijn het vragen die in ons onderzoek centraal staan en in onze masterprogramma’s ruim aan bod komen. Wie aan een masteropleiding begint, weet dat het niet eenvoudig zal zijn alle ballen tegelijk in de lucht te houden. Boeken lezen, studeren, reflecteren, discussiëren en opdrachten maken, maar ook voor het slapen gaan de kinderen voorlezen, in het weekend uitgebreid koken, naar de film of het theater gaan en met vrienden en familie afspreken. Om over het gewone werk met zijn eigen uitdagingen en deadlines nog maar te zwijgen. Het levert gedurende twee jaar de nodige stress op en soms de verzuchting “waar ben ik aan begonnen”. Maar vooral staan er veel mooie ervaringen tegenover, eindigend met de feestelijke dag dat het diploma wordt uitgereikt. Het Departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap (USBO) heeft voor professionals die in en rond het publieke domein actief zijn al meer dan twintig jaar een sterk en gevarieerd aanbod. De drie programma’s ‘Bestuur en Beleid’, ‘Organisatie, Cultuur en Management’ en ‘Strategisch Management’ hebben hun eigen karakter, werkwijze en thema’s. Tegelijk delen zij de fascinatie voor theorie en praktijk op het vakgebied van de bestuurs- en organisatiewetenschap, een multidisciplinaire aanpak, de filosofie van “werkend leren” en het gezamenlijk optrekken in een academische gemeenschap van studenten en docenten. U wordt aan het denken gezet, op een ander spoor gezet, in verwarring gebracht, maar krijgt ook nieuwe handvatten aangereikt. De opleiding versterkt uw theoretisch inzicht en verdiept uw praktisch handelen. Na afronding van de opleiding mag u de academische titel Master of Science (MSc) voeren. Graag heten wij u welkom als student van dit masterprogramma.
Prof. dr. Maarten van Bottenburg, hoofd departement en directeur masteronderwijs
Vraagstukken en ontwikkelingen
Huidige maatschappelijke vraagstukken in het publieke domein betreffen onder andere zorg, onderwijs, veiligheid, integratie, verduurzaming en vergrijzing. Veel van deze vraagstukken zijn complex, dynamisch en meervoudig, om niet te zeggen ‘taai’, van aard en vragen om keuzes en oplossingen. Doelen dienen met beperkte middelen te worden bereikt en integraal te worden aangepakt. Dit gaat gepaard met andere ideeën over de rol van de overheid: van ‘government’ naar ‘governance’. Deze ideeën over de rol van de overheid worden beïnvloed door economische en politieke ontwikkelingen en door ontwikkelingen op het gebied van informatie- en communicatietechnologie. En uiten zich onder andere in concepten als New Public Management, waarbij het gaat om een meer bedrijfsmatige aanpak van organisaties in het publieke domein. De invoering van marktwerking in bijvoorbeeld de zorg is hier een voorbeeld van. Tegelijkertijd is er – in de vorm van een tegenbeweging tegen de als weinig zinvol ervaren administratie- en registratiedruk die hier mee gepaard gaat. Dit leidt tot groeiende aandacht voor de vraag hoe in professionele praktijken publieke waarde – denk aan gezondheid, veiligheid of leren – gecreëerd kan worden. Organiseren en managen
De aanpak van de huidige maatschappelijke vraagstukken vraagt om andere vormen van organiseren, zoals netwerken, ketenbenadering en publiek/ private samenwerking. Dit leidt tot hybridisering van organisaties met een publieke taak. Het kunnen inleven in de wensen en belangen van belangrijke stakeholders om interorganisationele samenwerking te versterken, wordt hierdoor steeds belangrijker. Maar het organiseren verandert ook onder invloed van bijvoorbeeld ‘Het Nieuwe Werken’ en het denken over (zelf)sturing van professionals. Vraagstukken van zingeving en macht treden hiermee nog meer op de voorgrond. Dit vraagt om andere kwaliteiten van het bestuur en management van deze organisaties: visie en verbeeldingskracht, denken in dualiteiten, (coachend) leiderschap, integraal management, maatschappelijk ondernemerschap. Maar ook om het afleggen van (publieke) verantwoording en het sturen op prestaties en maatschappelijke verwachtingen vastgelegd in strategische ‘targets’. Veranderen en leren
Ontwikkelingen in het publieke domein staan niet stil. Dat betekent dat veranderen een constante factor is en zal blijven. Dit vraagt om bewegelijkheid van organisaties met een publieke taak en om aanpassingsvermogen. Dit vraagt ook meer dan ooit om te leren van ervaringen en het herkennen van mogelijkheden en hindernissen om daar strategisch op in te kunnen spelen. Reflecteren op wat gaande is en daar betekenis aan geven. Ruimte maken binnen beperkende omstandigheden. Anticiperen en bijsturen.
Voor wie is de opleiding bedoeld? De opleiding is bedoeld voor ervaren leidinggevenden (bestuurders, directeuren en managers), (senior)beleidsmedewerkers en adviseurs die: werkzaam zijn in een organisatie met een publieke taak of in een onderneming die daar nauwe connecties mee onderhoudt; (mede)verantwoordelijk zijn voor ingrijpende en complexe strategische vraagstukken; betrokken zijn bij of leiding geven aan ontwikkelingstrajecten in de organisatie; veranderingen die zich in de samenleving en in de eigen organisatie voordoen willen begrijpen en in perspectief plaatsen om op deze ontwikkelingen te kunnen inspelen; een reflexieve houding hebben ten aanzien van eigen denken en handelen en hun ervaringen kunnen verbinden met de aangeboden theoretische concepten; ten minste vier jaar relevante werkervaring hebben; beschikken over een HBO–diploma en minimaal op HBO werk- en denkniveau functioneren.
˚ ˚ ˚ ˚ ˚ ˚˚
‘
Woord vooraf
Strategische uitdagingen in het publieke domein: theorie en praktijk
De praktijk wijst uit dat de opleiding goed aansluit bij leerbehoeften van leidinggevenden die hun managementfunctie willen verdiepen en verbreden, op het punt staan een overstap te maken naar een positie op leidinggevend strategisch niveau of de balans van hun loopbaan willen opmaken.
‘
“Geweldig met de groep de 2 jaar ingaan en afsluiten, je trekt elkaar over de streep”
Doel van de opleiding, werkwijze en leerconcept De opleiding beoogt kennis, inzicht, visie, kunde en reflectie te versterken. U leert deze domeinen integreren in de persoonlijke en professionele ontwikkeling en ze te transformeren naar de praktijkcontext van de organisatie. U gaat denken en handelen vanuit de invalshoek van dualiteit en ontwikkelt het vermogen om te gaan met onzekerheid, verandering, ambiguïteit en diversiteit. Na afloop van de opleiding heeft u: kennis van de belangrijkste theoretische inzichten uit de bestuurs-en organisatiewetenschappen; een bredere kijk ontwikkeld op de spanningsvelden waarin de organisatie zich bevindt en op de maat- schappelijke en bestuurlijke beïnvloedingsfactoren; kennis van actuele vraagstukken op het terrein van strategievorming; een visie op de toekomst gevormd die de synthese maakt tussen eigen doelen en de doelstellingen van uw organisatie; uw inzicht in de complexiteit van verander management verdiept; kennis van en vaardigheid in het opzetten, uitvoeren en afronden van een wetenschappelijk gefundeerd onderzoek op het terrein van bestuur, organisatie en management; meer inzicht in uw eigen sturingsstijl en interpersoon- lijke vaardigheden.
˚ ˚ ˚ ˚ ˚ ˚ ˚
Om de leerdoelstellingen te realiseren streven we in de opleiding naar een permanente wisselwerking tussen theoretische inbreng, verdieping, toepassing en persoonlijke reflectie. We gaan uit van het principe dat leren een proces is dat individuen raakt en beïnvloedt op cognitief, sociaal, emotioneel en gedragsniveau. Hierbij spelen persoonlijke achtergronden, referenties, bekwaamheden en (actuele) leerbehoeften een grote rol. Dynamiek en interactiewijzen van de groep (studenten, programmacoördinator en docenten) bepalen de kwaliteit van de leeromgeving. We werken vanuit een basis waarin vertrouwen, openheid en veiligheid voorop staan en leren daarbij met en van elkaar in de studiegroep. De groep zelf fungeert als het ware als een krachtige ‘denktank’.
De programmacoördinator heeft een belangrijke rol. Deze is verantwoordelijk voor het inhoudelijke en didactische concept en de voortgang van de opleiding en geeft sturing aan het leerproces waarin praktijkkennis en academische competenties worden verbonden. De programmacoördinator is altijd actief aanwezig bij de seminars en zorgt voor de inhoudelijke verbinding tussen de diverse onderdelen. De programmacoördinator bewaakt en begeleidt daarnaast zowel het individuele leerproces als het groepsproces. Gedurende de hele opleiding is de programmacoördinator aanspreekpunt voor inhoudelijke en organisatorische kwesties. Werkvormen
De opleiding kenmerkt zich door een grote verscheidenheid in gehanteerde werkvormen: hoor- en werkcolleges, literatuurbespreking, presentaties, co-referaten, discussies en debatten, casusbehandelingen, simulatie, overleg, intervisie en consultatie op intercollegiaal niveau. Afwisselend wordt plenair, in subgroepen, individueel of bilateraal gewerkt. Literatuur
Voor elk seminar selecteren we gemiddeld 100 tot 150 pagina’s wetenschappelijke literatuur, afhankelijk van de omvang van het blok en de gehanteerde werkvormen. Deze literatuur bestaat uit een combinatie van artikelen en (delen van) boeken. Een deel van deze literatuur is Engelstalig.
Multidisciplinariteit
De multidisciplinaire benadering van de bestuurs- en organisatiewetenschap is een belangrijk uitgangspunt van de opleiding. Steeds weer zullen verschillende perspectieven op de werkelijkheid naast elkaar worden geplaatst. Multidisciplinariteit vindt u terug in inhoud, samenstelling van het docententeam en werkwijze. Werkend leren
Het onderkennen en leren omgaan met inherent in uw functie aanwezige spanningsvelden is een steeds terugkerend thema in de opleiding Strategisch Management. Enerzijds wordt in een persoonlijk ontwikkeltraject gewerkt aan het versterken van reflectievermogen en het vergroten en verdiepen van de kennis over uzelf in de rol van strategisch manager. Anderzijds is er veel aandacht voor uw organisatie en haar context. Met deze aanpak dragen we zorg voor een vertaling van theoretische inzichten naar organisatiepraktijk en persoonlijke situatie.
Afstudeeronderzoek
In het afstudeeronderzoek kiest u een thema waarop u dieper in wilt gaan en dat vanuit de werksituatie onderzocht kan worden. In het afstudeeronderzoek worden empirisch onderzoek, literatuurstudie, theoretische reflectie en kritische analyse gecombineerd. U kiest of ontwerpt een passend theoretisch kader om het vraagstuk empirisch te onderzoeken. Vervolgens doet u daar op een wetenschappelijk verantwoorde manier verslag van, voorzien van conclusies en aanbevelingen. Intervisie
Gedurende de opleiding maakt u onderdeel uit van een intervisiegroep waarin intercollegiale consultatie plaats vindt rondom uw persoonlijk functioneren in de rol van strategisch manager. Deze intervisiebijeenkomsten vallen buiten de seminars. Een reflectie op het intervisietraject maakt onderdeel uit van de toetsing.
Programma op hoofdlijnen De opleiding, bestaande uit 20 maandelijkse seminars, start elk jaar in september en wordt twee jaar later in juni afgerond. De seminars omvatten twee aaneengesloten opleidingsdagen (donderdag en vrijdag). De donderdag heeft een ochtend-, middag- en avondprogramma; de vrijdag een ochtend- en middagprogramma. Het eerste jaar van de opleiding (seminar 1 t/m 10) wordt het concept strategisch management nader verkend, wordt het organiseren als proces vanuit verschillend perspectieven geanalyseerd en komen (actuele) maatschappelijke en bestuurlijke omgevingsontwikkelingen aan bod die betekenis hebben voor organisaties en bestuur in het publieke domein. Strategisch management wordt daarna als concept verder ingevuld vanuit verschillende perspectieven op sturing van organisaties en leiderschap. Centraal thema is organiseren in het publieke domein. Het tweede jaar van de opleiding (seminar 11 t/m 20) heeft als centraal thema ‘verandering in het publiek domein’. Uitgangspunt vormt de aanpak van complexe publieke vraagstukken. Vanuit een gekozen strategisch profiel voor de eigen organisatie gebaseerd op verandering in uw eigen kijk op de organisatie en haar omgeving en uw eigen rol hierin, worden verschillende aspecten van veranderen nader belicht.
‘
‘
‘
Ik heb genoten van de opleiding en de gelaagdheid van kennis, inzicht en ervaring als zeer waardevol ervaren. Dank!
Programmacoördinator
‘
“Goed opgebouwd programma. Het niet hebben van een vaste theorie maar het aanbieden van allerlei brillen geeft je in de dagelijkse praktijk veel handvatten om situationeel te kunnen handelen”
Seminar 1 Introductie concept strategisch management
Seminar 5 Schuivend bestuur en strategische spanningen
Het thema ‘organiseren en sturen in het publiek domein’ vormt de rode draad in het eerste jaar van de opleiding. In dit eerste seminar wordt een basis gelegd voor de theorie en praktijk van strategisch management in organisaties met een publieke taak. Daartoe starten we met een verkenning van de twee sleutelbegrippen “strategie” en “management” en een bespreking van de voornaamste perspectieven op strategisch management, hun wetenschappelijke achtergrond en toepasbaarheid.
Het publieke domein in Nederland is voor organisaties een turbulente omgeving geworden. Leidinggevenden moeten enerzijds omgaan met de snel veranderende externe verwachtingen en anderzijds sturen op de primaire taak van de organisatie. Dit vraag leiderschap in het laveren aan de grens van deze vaak botsende (externe en interne) vereisten die toenemende druk, onrust en frustraties binnen de instellingen veroorzaken. Dit alles roept sterke spanningen op, met name tussen proces en inhoud, tussen politiek en bestuur, en tussen publiek en privaat. Deze spanningen – en hoe daar strategisch op in te spelen – worden in dit seminar door u verkent en kritisch bevraagt.
Seminar 2 Organiseren vanuit cultureel- en machtsperspectief
De invloed van culturele aspecten in organisatieprocessen en managementinterventies in het formuleren en implementeren van beleids- en managementstrategieën is veel groter dan veelal wordt aangenomen. Dit vraagt om een gedifferentieerde benadering van organisatieculturen. Niet het onverkort aansturen op één perspectief (‘alle neuzen dezelfde kant op’) staat daarbij voorop, maar het leren waarderen van verscheidenheid en zelfs van weerstand als kansen voor innovatie. U moet als manager steeds opnieuw de keuze maken hoe u zich tot deze verschillen verhoudt. Seminar 3 Organiseren vanuit doelrationeel perspectief
Vanuit doelrationeel perspectief worden organisaties opgevat als samenwerkingsverbanden die door een gerichte inzet van mensen, geld, tijd en ruimte zo efficiënt mogelijk doelen nastreven. Inzet van het seminar is inzicht te verkrijgen in de werking van doelrationele principes en de wijze waarop deze principes worden vormgegeven in de primaire en besturingsprocessen en in de organisatiestructuur. Seminar 4 Maatschappelijke en bestuurlijke ontwikkelingen in Nederland en Europa
Het beeld van ‘de nationale overheid’ die verantwoordelijk is voor alles dat wij van gemeenschappelijk belang vinden en het vermogen heeft om te besturen, is sterk
Seminar 6 Sturen op financiën en prestaties
Managers en bestuurders van publieke organisaties hebben ook te maken met financiële vraagstukken die deels binnen de organisatie spelen (bijvoorbeeld budgetverdelingsvraagstukken) maar ook tussen organisatie en externe stakeholders (zoals financiers of subsidiegevers). Soms bestaat de neiging om financiële vraagstukken over te laten aan de financiële professional (“die heeft er immers voor doorgeleerd”). In dit seminar krijgt u kennis om op financieel vlak de juiste vragen te stellen en u op te stellen als volwaardig gesprekspartner voor interne en externe stakeholders. Seminar 7 Sturen op organisatieleren en kennisontwikkeling
Als gevolg van macro-ontwikkelingen als digitalisering, globalisering en individualisering wordt het voor managers, bestuurders en professionals van publieke organisaties steeds lastiger om informatie te selecteren en te interpreteren. Daarnaast blijken overtuigingen, belangen en waarden in toenemende mate strijdig te zijn in onze maatschappij. Publieke organisaties worden als gevolg van deze ontwikkelingen geconfronteerd met ingewikkelde problemen. In dit seminar ligt de focus op de strategische inzet van communicatie om kennis delen in organisaties te bevorderen, de (talige) rol die u hier
als manager in kunt nemen en de verkenning van de paradox sturen en loslaten bij het coachen en begeleiden van professionals in hun leerontwikkeling. Seminar 8 Sturen op markt
Het neoliberale gedachtegoed heeft in Nederland de afgelopen twintig jaar steeds meer terrein gewonnen in het maatschappelijk domein. Marktwerking en concurrentie zorgen volgens beleidsvoornemens voor grotere efficiency en lagere kosten/prijzen. Voormalige publieke taken zijn – met wisselende ervaringen – in private handen gelegd. En sectoren als zorg, cultuur, onderwijs, gevangeniswezen hebben op verschillende manieren met concurrentie en marktwerking te maken gekregen. In het seminar verdiept u zich in het begrip ‘markt’ en dan vooral in hoe organisaties zich tot die markt kunnen verhouden.
‘
JAAR I
veranderd. De invloed van Europese integratie en de EU is daarin sterk voelbaar. Ons denken over hoe we zaken van publiek belang kunnen en moeten organiseren en realiseren verandert hiermee. In dit seminar verkent u de kenmerken van enkele van deze ontwikkelingen.
Programma op onderdelen
‘
“Het gevoel te geven deel uit te maken van een groep die samen studeert en presteert. Je bent geen individu/nummer, er is aandacht voor mij als persoon”
Seminar 9 Sturen in de rol van strategisch manager: de praktijk
Sociaal-communicatieve competenties zijn bij het begeleiden van werknemers, het motiveren van anderen en het aanpakken van conflicten van doorslaggevend belang. Het optreden in de rol van manager appelleert aan het eigen handelingsrepertoire. Voor de ene manager is effectief presenteren in een grote groep lastig en voor de andere valt het actief kunnen luisteren en niet gelijk advies willen geven niet mee. In dit seminar oefent u interpersoonlijke vaardigheden met behulp van rollenspelen en actuele casuïstiek uit de eigen praktijk. Seminar 10 Balans en integratie 1: Persoonlijk leiderschap in context
Het laatste seminar van het eerste opleidingsjaar leent zich uitstekend voor het opmaken van een tussenbalans ten aanzien van ieders individuele leerroute en ontwikkeling, waarbij medestudenten, docenten en cursusleiding fungeren als kritisch klankbord. Hierbij staat uw persoonlijk leiderschap centraal. Door ruimte voor reflectie kan een beter begrip ontstaan, wat uiteindelijk een stevige basis vormt voor het vinden, maken en nemen van de leiderschapsrol.
JAAR 2 Seminar 11 Beelden van veranderen
Het thema ‘organisatieverandering in het publiek domein’ vormt de rode draad in het tweede jaar van de opleiding, met steeds als uitgangspunt de aanpak van complexe publieke vraagstukken. Organisatieverandering start met het analyseren van uw eigen referentiekaders en beeldvorming. Met het ter discussie stellen van deze beelden wordt inzicht verkregen in de authenticiteit van uw eigen handelen en de consequenties die dat voor de organisatiemissie en visie kan hebben. Inzicht in deze beeldvorming geeft daarnaast handvatten waarmee uw organisatie kan worden vormgegeven. Seminar 12 Het Nieuwe Werken
Informatie- en communicatietechnologieën hebben een centrale plek ingenomen in alle organisaties. Deze technologieën maken nieuwe manieren van werken mogelijk maar dwingen ook bepaalde werkwijzen af. De voorgestelde nieuwe werkwijzen passen daarnaast ook bij een samenleving waarin het eerder gaat om onderlinge afstemming dan om opdrachten van bovenaf (horizontalisering), een samenleving waarin mensen niet als leden van een groep of gemeenschap maar als individuen worden benaderd (individualisering) en een samenleving waarin mannen en vrouwen een gelijk-
waardige positie hebben en dus ook werk- en zorgtaken verdelen (emancipatie). Het seminar zal worden ingevuld op basis van het idee van ‘coproductie van onderwijs’: u bent als student gedeeltelijk eigenaar van het programma. Op basis van wat studenten willen leren wordt besloten welke thema’s zullen worden uitgediept. Seminar 13 Samenwerken in en tussen organisaties
Samenwerkingsvraagstukken en het formuleren van een samenwerkingsstrategie bepalen bij veel organisaties met een publieke taak de strategische agenda. Zij zijn op zoek naar vormen om beter samen te werken met (semi) publieke instanties, private organisaties en burgers met het oog op het organiseren van maatschappelijke processen in het (semi)publieke en private domein. In het seminar onderzoekt u vanuit interpretatief perspectief hoe actoren binnen verschillende verbanden de samenwerking zo kunnen organiseren dat recht wordt gedaan aan wederzijdse belangen en publieke waarden worden gecreëerd. Seminar 14 Politiek-bestuurlijke sensitiviteit
In dit seminar verkennen we het belang van politieke sensitiviteit, zowel in de publieke als de private sector. Het begrip wordt vaak toegepast op de rol van ambtenaren in relatie tot politieke bestuurders (wethouders, ministers, etc.) maar is net zo goed van belang in de verhouding tussen adviseurs, projectleiders of middenmanagers enerzijds en een raad van bestuur of directie anderzijds. Bij politiek-bestuurlijke sensitiviteit gaat het erom dat u kennis van de inhoud en gevoel voor de omgeving met elkaar combineert: in wat voor krachtenveld bevind ik mij en wat heeft dat voor gevolgen voor beleids- of strategische keuzes? Seminar 15 Verhalen aan het werk
In dit seminar gaan we in op de complexiteit van processen van betekenisgeving. U kijkt daartoe met een narratieve bril naar organisaties. We maken gebruik van inzichten uit de semiotiek (tekenleer) om te begrijpen hoe mensen in organisaties met tekens (zoals als afbeeldingen, teksten en objecten) verhalen vertellen om anderen al dan niet bewust te beïnvloeden. En gaan in het kader van strategische positionering in op de (de) constructie van organisatie “verhalen”. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan het vertellen van verhalen als interactieve methodiek bij organisatieverandering.
Seminar 16 Veranderingen in gedrag: transitiemanagement
Organisatieverandering vraagt gedragsverandering. De aandacht gaat daarbij veelal uitsluitend uit naar de vormgeving en uitvoering van nieuw gedrag. Als dit niet wordt voorafgegaan door een proces van transitiemanagement, een proces waarin aandacht en ruimte wordt gegeven aan de betekenis van het oude gedrag en waarin mensen worden aangemoedigd om alternatieve arbeidsidentiteiten en handelingsmotivatie te verkennen en daarmee te experimenteren, dan kan het nieuwe gedrag niet worden verankerd en is er geen sprake van duurzame verandering. Dit seminar gaat in op de achtergronden en fasen van transitiemanagement. Seminar 17 Homogeniteit en diversiteit in organisaties: wens en praktijk
Er is groeiende aandacht voor het managen van diversiteit in organisaties. Diversiteit is een algemene organisatiewaarde geworden, maar wat betekent dat in de praktijk? Soms betekent managen van diversiteit dat er aandacht is voor categorische verschillen en soms voor individuele verschillen. In dit seminar kijken we niet naar verschillen op zich maar naar betekenissen die aan individuen gegeven worden vanwege aannames over de categorische groep waar toe ze lijken te behoren (vaak op basis van lichamelijkheid) en hoe die aannames systematisch onderscheid en dus homogeniteit kunnen produceren. We kijken met andere woorden naar de heersende en alternatieve ideologieën over gender en etniciteit, hoe die gecreëerd en geïnstitutionaliseerd worden in organisaties en in management en de resultaten/effecten daarvan.
rend op de oorspronkelijke leerbehoeften, de opgedane cognitieve kennis, de ervaringen met de groepsdynamiek en het trainingsdeel van de opleiding, maakt u daarnaast de balans op ten aanzien van het eigen leertraject en verdere werk- en loopbaanontwikkeling. Seminar 20 Presentatie van scripties en afronding
In dit laatste seminar presenteert u het afstudeeronderzoek dat u hebt uitgevoerd en dat door de begeleidende docent is beoordeeld op de kwaliteit van theoretische verwerking en praktische toepassing van (delen van) het strategisch managementconcept. En tot slot maakt u de balans op van de achterliggende opleidingsperiode en worden ideeën ontwikkeld en aangereikt voor continuering van opgebouwde relaties. Lintmodule ‘Wetenschapsfilosofie en Methoden en Technieken van sociaalwetenschappelijk onderzoek’
Eén van de zwaartepunten van de opleiding is de ontwikkeling van kennis en vaardigheden over doen van onderzoek en wetenschapsfilosofie. Dit is georganiseerd in de vorm van een zogenaamde lintmodule, welke door beide opleidingsjaren heen loopt. In het eerste deel van deze module worden de wetenschapsfilosofie en haar beginselen geïntroduceerd en aansluitend worden de mogelijke betekenissen daarvan voor het onderzoeken van organisatieprocessen verkend. In het tweede deel gaan we in op methoden en technieken van het doen van onderzoek. Doel hiervan is om u toe te rusten voor het zelfstandig uitvoeren van het afstudeeronderzoek, dat als afsluitende proeve van bekwaamheid een belangrijk onderdeel van de opleiding vormt.
Seminar 18 Capita selecta
Lintmodule ‘Persoonlijk leertraject’
Dit seminar heeft een open karakter en biedt u de kans om samen met kerndocenten en gastsprekers uit de praktijk vraagstukken te bespreken die beschouwd worden als belangrijke thema’s voor de toekomst van uw organisatie en/of uw eigen functioneren als strategisch manager.
In het persoonlijk leertraject werken we aan het versterken van reflectievermogen en het vergroten en verdiepen van de kennis over uzelf in de rol van strategisch manager. Ook dit onderdeel is geprogrammeerd in de vorm van een lintmodule. Uw persoonlijk leerproces wordt gemonitord middels drie coaching-gesprekken met de programmacoördinator en ondersteund middels intercollegiale feedback en een intervisietraject met medestudenten.
Seminar 19 Balans en integratie 2: persoonlijke zingeving in de rol van strategisch manager
Dit seminar zal in het teken staan van zicht krijgen op uw unieke talent en uw meest favoriete manier om uzelf in de weg te zitten bij het realiseren daarvan. Reflecte-
‘
‘
“Breed en gevarieerd programma, dat echt recht doet aan de toezegging om de verschillende ‘vakjes’ in de grijze cellen eens goed door elkaar te schudden. Kortom: wat beloofd wordt, wordt geleverd!”
Organisatorische informatie Toelatingseisen
Het masterprogramma richt zich op afgestudeerden met een HBO- of universitair diploma of een diploma dat daarmee kan worden gelijkgesteld. Beschikt u naast uw VWO-diploma over een combinatie van vooropleidingen die gelijkwaardig is aan HBO – dit ter beoordeling aan de programmacoördinator – en beschikt u over voldoende relevante werkervaring (minimaal 4 jaar), dan kunt u zich aanmelden voor een oriënterend gesprek. De programmaleiding zal vervolgens het opleidingsniveau toetsen op basis van een dossier dat u samenstelt. Voldoende kennis van de Engelse taal om teksten te kunnen lezen en verwerken is noodzakelijk. Daarnaast is een goede schrijfvaardigheid van groot belang met het oog op de toetsing.
Strategisch Management in de non-profit sector is een masteropleiding. Het wetenschappelijk niveau wordt gegarandeerd door het opleidingsbestuur en de examenen opleidingscommissie van het Departement Bestuursen Organisatiewetenschap van de Universiteit Utrecht. Het programma is geaccrediteerd door de NederlandsVlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO). De verantwoordelijkheid voor opzet, inhoud en organisatie ligt bij de onderwijsdirecteur, de programmacoördinator en de docenten. Studiebelasting
Het masterprogramma Strategisch Management in de non-profit sector heeft een studielast van 1600 studieuren (60 EC), verspreid over twee jaren. De feitelijke studielast is afhankelijk van uw individuele kwaliteiten en de wijze waarop u in staat bent de praktijkonderdelen in uw werk te integreren. U dient rekening te houden met een belasting van circa 20 uur per week, inclusief de dagen waarop het onderwijs plaatsvindt.
Tot slot moet worden voldaan aan de aanwezigheidseis van 80% gedurende de tweejarige opleiding. Bij het voltooien van dit masterprogramma in de bestuurs- en organisatiewetenschap ontvangt u de graad Master of Science (MSc) van de Universiteit Utrecht. Docenten
De seminars worden verzorgd door ervaren docenten, actief in onderzoek en onderwijs. Aan het programma Strategisch management in de non-profit sector zijn onder meer de volgende hoogleraren verbonden: prof. dr. Maarten Bottenburg, prof. dr. Paul ’t Hart, prof. dr. Eugène Loos, prof. dr. Albert Meijer, prof. dr. Mirko Noordegraaf, prof. dr. Sebastiaan Princen, prof. dr. Paul Schnabel en mw. prof. dr. Sandra Schruijer. Onderwijsdagen
De opleiding start 1 maal per jaar in september en bestaat uit 20 seminars van twee aaneengesloten dagen. Elk seminar start op donderdag om 10.00 uur en wordt op vrijdag rond 16.30 uur afgesloten. Het merendeel van de deelnemers blijft overnachten op de onderwijslocatie.
Toetsing en diploma
De seminars worden in clusters getoetst; de lintmodules worden afzonderlijk getoetst. De wijze van toetsing varieert per onderdeel en bestaat afwisselend uit papers, (essay)opdrachten, uitwerking van eigen casuïstiek en mondeling tentamen. Voor het afstudeeronderzoek dient een onderzoeksverslag in combinatie met een literatuurstudie geschreven te worden. Voor elk van de toetsen van de opleiding afzonderlijk dient u een voldoende te halen. Daarnaast wordt van u verwacht dat u individuele en/ of groepsopdrachten die tijdens seminars zijn gegeven uitvoert, dat u een actieve inzet bij het persoonlijke leertraject toont en dat u constructief bijdraagt aan seminaractiviteiten en het versterken van het groepsproces.
Locatie
De seminars vinden plaats in conferentieoord Kaap Doorn, Postweg 9, 3941 KA, Doorn, tel: 0343-414241 Aanmelding en selectie
U kunt zich aanmelden voor een wederzijds oriënterend intakegesprek met de programmacoördinator door het aanmeldingsformulier volledig ingevuld aan ons te retourneren, samen met een motivatiebrief en uitgebreid CV. In dit gesprek kan de programmacoördinator vaststellen of u beschikt over de vereiste kennis en ervaring en kunt u nader kennismaken met de opleiding. Indien u naar het oordeel van de programmacoördinator in aanmerking
voor deelname, krijgt u spoedig na het gesprek de wordt gewaarborgd dat alle deelnemers met een voldoende kennis- en ervaringsniveau aan de opleiding beginnen. Het maximum aantal deelnemers is 22 en plaatsing geschiedt op volgorde van aanmelding voor de eerste tien plaatsen. De overige 12 plaatsen worden daarom toegewezen op basis van de gewenste variatie in de samenstelling van de groep. Inschrijving is in principe mogelijk tot twee weken voor de start van de opleiding. De aanmelding en het oriënterende gesprek moeten dan al hebben plaatsgevonden. Kosten
De kosten van de opleiding Strategisch management in de non-profit sector bestaan uit het onderwijs, de begeleiding, catering, accommodatie en studiemateriaal. Verschuldigde kosten kunnen indien gewenst in termijnen worden voldaan. De actuele prijs van de opleiding is op onze website te vinden: www.uu.nl/usbo/emp Meer weten?
‘
Kwaliteitszorg
Voor vragen over de opleiding kunt u contact opnemen met projectondersteuner mw. Gemma Pfaff. Zij is te bereiken via telefoonnummer 030 253 8101 (receptie) of via e-mail:
[email protected] U kunt ons ook vinden op www.uu.nl/usbo/emp.
‘
“Erg leuke & betekenisvolle opleiding. Prettige locatie. Fijne groep; ik heb ook veel geleerd van mijn medecursisten”
Het Departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap (USBO) is een academisch kenniscentrum van de Universiteit Utrecht. In het onderwijs, onderzoek en advies staan dienstverlenende organisaties centraal. Speciale aandachtsgebieden zijn politiek, bestuur, organisatie, cultuur, HRM en communicatie.
Bijlhouwerstraat 6 | 3511 ZC Utrecht Telefoon (030) 253 81 01 | Fax (030) 253 72 00 uitnodiging u formeel in te schrijven. Op deze wijze komt E-mail
[email protected] | www.uu.nl/usbo/emp
www.uu.nl/masters