,IXXSIHMIRIRZERQIHMGMNRIR¦EPKIQIIR
– – – –
-RPIMHMRK
Als verzorgende krijg je veel te maken met zorgvragers die op één of andere manier medicijnen gebruiken. De mate van zelfzorg hierin kan enorm variëren: zo zul je zorgvragers aantreffen die zelf hun medicijngebruik regelen en zorgvragers die hier in meer of mindere mate hulp bij nodig hebben. Er komt nogal wat kijken bij het toedienen van medicijnen: Hoe moet het middel worden toegediend? Wat is de werking van het middel? Zijn er eventuele bijwerkingen te verwachten? Zijn er bepaalde voorschriften met betrekking tot de houdbaarheid of het bewaren van het middel? In het verpleeghuis of verzorgingshuis worden de medicijnen tegenwoordig vaak aangeleverd door een centrale apotheek van het huis. Het kan ook zijn dat de medicijnen op de afdeling voor één of meerdere dagen worden uitgezet en door de dienstdoende verzorgende worden gegeven aan de zorgvrager. In de thuiszorg hebben zorgvragers vaak een dosette waarin de medicijnen voor een week worden uitgezet. In dit hoofdstuk leer je de algemene punten die van belang zijn bij het toedienen van medicijnen; in de inhoudelijke analyse wordt het oraal toedienen van medicijnen behandeld. Een aantal punten zijn van toepassing op alle toedieningswijzen van medicijnen. De inhoudelijke analyses verderop in dit cahier zullen steeds verwijzen naar deze punten.
– – – –
&IKMRZIVIMWXIRIRZSSVOIRRMWXSIXW
#FHJOWFSFJTUFO Voor het goed kunnen begrijpen en juist kunnen uitvoeren van de vaardigheden die in dit cahier centraal staan, is het van belang dat je enige voorkennis hebt betreffende: stofwisseling; de wijze waarop (voedings)stoffen worden opgenomen in de bloedbaan; hoe afvalstoffen worden uitgescheiden; infectiepreventie.
19
Maak de voorkennistoets om te controleren of je over de vereiste voorkennis beschikt. 7PPSLFOOJTUPFUT Deze toets bevat 10 waar/niet waar-vragen. Kruis aan of de uitspraak waar of niet waar is.
&);)6-2+
1
Het desinfecteren van de huid is een aseptische handeling.
2
Bacteriën zijn schadelijke micro-organismen.
3
Pepsine is een enzym dat in de dunne darm wordt aange-
;% %6
2-)8 ;% %6
maakt. 4
In de twaalfvingerige darm vindt het grootste deel van de vertering plaats.
5
In de lever worden giftige stoffen afgebroken.
6
Insuline is een hormoon met uitwendige afscheiding.
7
De appendix is het wormvormig aanhangsel aan de blinde darm.
8
De nieren hebben onder andere tot taak het bloed te filteren.
9
De bijnieren zorgen voor de afvoer van water en zouten uit het lichaam.
10
Urine bestaat voor 50% uit water.
In hoofdstuk 11 staan de antwoorden. Ga na welke vragen je goed of fout hebt beantwoord. Lees van de foutief gegeven antwoorden de betreffende leerstof nog eens door.
20
:SSVOIRRMWXSIXW
Medicijnen
'EWYW
'EWYW
Mevrouw Scholte verblijft sinds een jaar op een begeleidingsafdeling in een psychogeriatrisch verpleeghuis; zij lijdt aan dementie. Zij is altijd druk bezig met het verzamelen van alles wat ze tegenkomt: theelepeltjes, kopjes, brillen. Alles verdwijnt in haar uitpuilende handtas. Het is twaalf uur, tijd voor de medicijnronde. Een druk moment, want het eten wordt dan ook uitgedeeld en er zijn nogal wat zorgvragers die daar begeleiding bij nodig hebben. Alle zorgvragers zitten aan tafeltjes in de eetzaal. Er zijn twee verzorgenden die de begeleiding geven bij de maaltijd. Verzorgende Janny heeft tot taak de medicijnen rond te delen. Elke zorgvrager heeft een eigen doosje waarin de medicijnen door de apotheek van het verpleeghuis zijn uitgezet. Mevrouw Scholte krijgt eenmaal daags een tablet Lasix en vijf druppels Haldol. Voordat Janny de medicijnen aan een zorgvrager geeft, noemt ze de naam van de desbetreffende zorgvrager en controleert ze of ze het juiste medicijn geeft. Daarna zet ze de medicijnen in een bakje neer naast het bord en vraagt of de twee verzorgenden erop willen toezien dat de medicijnen worden ingenomen. Mevrouw Scholte is intussen klaar met de maaltijd; de leuke gekleurde medicijnbakjes hebben haar aandacht getrokken. Ze stopt er een paar van in haar tasje, ze is dolgelukkig met haar vondst.
21
7XYHMISTHVEGLXIR
Maak de in dit hoofdstuk geformuleerde studieopdrachten. Je kunt hierbij gebruik maken van de cd-rom Medicijnen. Raadpleeg ook boeken voor verpleegkunde/verzorging. Sommige opdrachten kun je het beste met medeleerlingen maken. Noteer je antwoorden in het cahier en neem ze mee naar de plenaire bespreking.
1 a
;MIHSIX[EX In de casus hiervoor heb je kunnen lezen dat er meerdere hulpverleners betrokken zijn bij het uitdelen van medicijnen. Welke beroepskrachten zijn er in de casus betrokken bij het uitzetten en uitdelen van de medicijnen?
b
Welke taken en verantwoordelijkheden hebben zij?
c
Kun je voor- en nadelen noemen van een dergelijk systeem? voordelen
nadelen
22
7XYHMISTHVEGLXIR
Medicijnen
d
Wat zijn de taken en verantwoordelijkheden van de arts in verband met medicijnverstrekking?
,SI[SVHXLIXQIHMGMNRXSIKIHMIRH#
2
Er zijn verschillende manieren waarop medicijnen worden toegediend. De meest bekende vorm is het toedienen van medicijnen per os: via de mond.
a
Hieronder worden een aantal andere vormen genoemd. Zoek de omschrijving op en zet deze achter de begrippen. Gebruik ook de cd-rom (via: medicijnkennis: onderverdelingen). oraal
sublinguaal
rectaal
vaginaal
transdermaal
enteraal
parenteraal
per inhalatie
23
b
Stel dat mevrouw Scholte last heeft van misselijkheid en de arts heeft een middel voorgeschreven hiertegen. Welke toedieningsvorm zou je voorkeur hebben? Waarom?
&IKVMTTIROEHIV
3
Als verzorgende wordt van je verwacht dat je een aantal begrippen die bij medicatie vaak gebruikt worden, kent en begrijpt. Geef een omschrijving van onderstaande begrippen. (Cd-rom: index A/Z, medicijnkennis.) appliceren
instilleren
irrigeren
placebo
lokaal effect
systemisch effect
gewenning
verslaving
antagonistische werking
allergische reactie
24
7XYHMISTHVEGLXIR
Medicijnen
bijwerking
stapeling
,SI^MIXLIXQIHMGMNRIVYMX#
4
Medicijnen die via de mond worden ingenomen kunnen er heel verschillend uitzien: een tablet ziet er anders uit dan een capsule of een drankje. Ga na of er nog andere soorten ‘pillen’ zijn en wat de reden daarvan is. Maak hierbij gebruik van de cd-rom: kijk onder ‘Materialen’.
-RHIPMRKIR[IVOMRK
5
Medicijnen kun je op basis van hun werking in verschillende groepen indelen. Sedativa zijn bijvoorbeeld medicijnen die een kalmerende werking hebben. Een aantal veel voorkomende medicijngroepen noemen we hieronder. De omschrijving van de begrippen staan in willekeurige volgorde onder de rij met medicijngroepen. Zet de juiste omschrijving achter de desbetreffende medicijngroep. (Cd-rom: Materialen).
a
medicijngroep analgetica
anticoagulantia
antihistaminica
antihypertensiva
antibiotica
chemotherapeutica
diuretica
25
cytostatica
sedativa
spasmolitica
corticosteroïden
antipsychotica
antidepressiva
anti-epileptica
antiparkinson-middelen
anti-emetica
– – – – – – – – – – – – – – – –
b
26
7XYHMISTHVEGLXIR
verklaringen: medicijnen die de verschijnselen van de ziekte van Parkinson of Parkinsonisme remmen medicijnen die spierkrampen opheffen kalmerende middelen medicijnen die de urineproductie doen toenemen medicijnen tegen misselijkheid medicijnen die de celgroei remmen medicijnen tegen epileptische aanvallen medicijnen die de stemming verbeteren medicijnen die de groei van bacteriën belemmeren antistollingsmiddelen medicijnen tegen allergische ziektes bloeddrukverlagende middelen pijnstillende medicijnen chemische medicijnen die pathogene micro-organismen en tumorcellen doden medicijnen tegen psychosen bijnierschorshormonen.
In de casus worden twee medicijnen genoemd. Tot welke groepen behoren deze geneesmiddelen?
Medicijnen
'SRXVSPITYRXIR
6
Bij het toedienen van medicijnen moet je vaste hoofdpunten ter controle hanteren. Lees de inhoudelijke analyse ‘Het toedienen van medicijnen – oraal’ door.
a
Ga na welke vaste controlepunten dat zijn, ook wel genoemd ‘De regel van vijf’.
b
Welke van deze punten zie je terug in het handelen van verzorgende Janny uit de casus? Welke niet?
,SI[SVHXLIXQMHHIPKIRSIQH
7
Een medicijn kan bij verschillende namen genoemd worden. Je kunt een medicijn noemen bij zijn merknaam en bij zijn soortnaam. De soortnaam zegt iets over de werkzame stoffen in het middel. Onder de merknaam wordt een bepaald middel door de fabrikant in de handel gebracht. Valium® en Stesolid® zijn bijvoorbeeld merknamen van diazepam. Diazepam is de soortnaam.
a
Waarom is het nuttig om het verschil goed te weten?
b
Kun je enkele merknamen noemen van de soortnaam paracetamol?
,IXVIGITX
8 a
Maak weer gebruik van de cd-rom, zoek bij ‘Medicijnkennis’ onder ‘Geneesmiddelenleer’. Aan welke eisen moet een recept voldoen en welke gegevens moeten vermeld staan? eisen
27
gegevens
b
Wat is er mis met onderstaand recept? Geef aan wat je de arts moet vragen aan te vullen of te verbeteren. J.P. Derksen, huisarts Ziekerstraat 12 3133 JD Leeuwarden telefoon 060-5643210 R/
datum,
R/ Paracetamol 50 S/ bij pijn z.n. 4-6 x dd R/ Codeïne à 10 mgr Hr./ mevr./ kind Karchec Adres: Prof. Teyemastraat, Drachten
;IXKIZMRK
28
9
Er zijn geneesmiddelen die onder de Opiumwet vallen. Op de cd-rom onder ‘Geneesmiddelenleer’ kun je hier meer informatie over vinden.
a
Wat houdt deze wet in?
7XYHMISTHVEGLXIR
Medicijnen
b
Kun je een voorbeeld opschrijven van een opiaat?
:SSVPMGLXMRKEERHI^SVKZVEKIV
10
Voorlichting geven over verantwoord medicijngebruik gebeurt gelukkig steeds vaker en ook steeds beter. Het is zelfs wettelijk verplicht om bij elk medicijn dat verstrekt wordt een bijsluiter te voegen.
a
Welke informatie moet volgens jou altijd bekend zijn voordat je een medicijn gebruikt? Raadpleeg de cd-rom (medicijnkennis, zorgvrager en medicijn).
b
Bestudeer een bijsluiter over een willekeurig medicijn en ga na of je na het lezen hiervan voldoende informatie hebt gekregen.
c
Welke taken zie jij als verzorgende ten aanzien van de voorlichting aan zorgvragers over medicijnen en medicijngebruik?
29
+IZEVIR
11
Het gevaar van langdurig medicijngebruik is de kans op gewenning en verslaving.
a
Wanneer is er sprake van gewenning?
b
Waardoor kun je merken dat iemand verslaafd is? (Zie ook cd-rom: medicijnkennis, zorgvrager en medicijn.)
c
Wat is het verschil tussen gewenning en verslaving?
;IMKIVIRZERQIHMGMNRIR
12
30
7XYHMISTHVEGLXIR
Onderstaande situatie speelt zich af in een somatisch verpleeghuis. Je bent bezig met het uitdelen van de medicijnen. Je gaat zo meteen naar meneer Vonk. Meneer Vonk heeft een blaasontsteking en wordt daarvoor met een antibioticum behandeld. De kuur moet afgemaakt worden, meneer Vonk moet nog drie dagen de medicijnen innemen. Als je bij hem komt zegt hij dat hij niet van plan is de medicijnen in te nemen, omdat volgens hem de klachten weg zijn. Hoe ga je hiermee om? Bespreek dit onderling en vergeet niet je antwoorden te motiveren!
Medicijnen
,SITEOMOLIXEER#
<JOMFWJOHTUBBL>
13
– – – – –
Stel je de volgende situatie voor. Tijdens de eerste twee weken van je stage in het verpleeghuis zie je een collega bezig met de orale medicijntoediening bij de zorgvragers. Ze volgt de volgende werkwijze: ze geeft de medicijnen aan de zorgvrager; ze zegt de zorgvrager de medicijnen in de mond te nemen; ze geeft een glas water aan de zorgvrager; ze vraagt de zorgvrager of alle medicijnen zijn doorgeslikt; ze controleert vervolgens door het kijken in de mond of daadwerkelijk alle medicijnen zijn doorgeslikt. Hoewel de zorgvragers aangeven: ‘ik neem ze straks in’, of ‘ je hoeft me niet te controleren’, gaat ze resoluut door met deze werkwijze. Als je aan deze verzorgende vraagt waarom ze op deze manier handelt, zegt ze dat ze te vaak heeft meegemaakt dat zorgvragers medicijnen vergeten in te nemen of zelfs medicijnen ‘opsparen’. Discussieer met medeleerlingen over deze aanpak en formuleer de positieve en negatieve kanten van deze werkwijze. positieve kanten
negatieve kanten
(INYMWXIOIY^I
14
Tijdens het voorbereiden en uitdelen van de medicijnen aan jouw zorgvragers doen zich de volgende incidenten voor: Incident 1 Je komt tegelijkertijd met de voedingsassistente bij mevrouw Van Straaten. Mevrouw Van Straaten moet om twaalf uur haar medicijnen innemen. Dit medicijn heb je bij je. De voedingsassistente brengt de warme maaltijd voor mevrouw. Het medicijn moet echter een uur voor de maaltijd zijn ingenomen. Hoe los je dit probleem op? Motiveer je antwoord.
31
Incident 2 Wanneer je meneer De Haas zijn medicijnen (een capsule Clamoxyl®) overhandigt, zegt hij: ‘O, nee, deze pillen krijg ik bijna niet weg, ze zijn zo groot. Gisteren dacht ik dat ik erin bleef. Kun je ze niet fijnmalen?’ Wat zou je doen? Motiveer je antwoord.
Incident 3 Je overhandigt mevrouw Hazmin haar pillen. Terwijl ze de pillen in ontvangst neemt, zegt ze: ‘Wat raar, dit zijn heel andere pillen dan gisteren. Hoe kan dat nu?’ Wat is jouw reactie? Welke acties onderneem je en waarom?
Incident 4 Je hebt net meneer Habbing zijn medicijn gegeven. Bij het aftekenen op de medicijnverantwoordingskaart ontdek je dat hij het verkeerde medicijn heeft gekregen. Welke acties onderneem je en waarom?
32
7XYHMISTHVEGLXIR
Medicijnen
-RLSYHIPMNOIEREP]WI
,IXXSIHMIRIRZERQIHMGMNRIR¦SVEEP Deze analyse bevat de punten die van belang zijn bij het oraal toedienen van medicijnen. Een aantal punten zijn ook van toepassing op andere analyses in dit cahier. In de desbetreffende analyses zal hiernaar verwezen worden.
463')(96)
;)6/;-.>)
83)0-',8-2+
% %2(%',874928)2 /6-8-)/) 4928)2 3&7)6:%8-)7
Informeer je vooraf over:
In verband met zorgvul-
Het is ook mogelijk dat
digheid van handelen en
je het recept van de arts
Algemeen:
om als verzorgende verant-
moet raadplegen.
–
woord medicijnen toe te
WPPS Zorgvrager Raadpleeg het
1
zorgdossier. de volledige medicatie
van de betreffende zorgvra-
kunnen dienen.
ger op de medicijnverantwoordingskaart (deze dient de naam en geboortedatum van de zorgvrager te vermelden; alle toe te dienen medicijnen en het feit of de zorgvrager voor bepaalde medicijnen overgevoelig is); het anamneseformulier en of de arts wijzigingen in medicatie heeft aangebracht. Per geneesmiddel:
Ter voorkoming van fouten
Hanteer steeds de regel
–
en om ongewenste werkin-
van vijf:
diening, de verwachte duur
gen en neveneffecten te
–
juiste zorgvrager;
en eventuele einddatum;
kunnen signaleren.
–
juiste medicijn;
–
juiste dosering;
ning;
–
juiste tijdstip;
–
–
juiste toedienings-
–
de begindatum van toe-
de dosering per toediede wijze van toediening/
toedieningsvorm; –
de tijd van toediening;
–
de vervaldatum (houd-
wijze.
baarheid). Reacties medicatie: –
reacties van zorgvrager
op medicatie.
Voorbeelden van bijwerkingen zijn o.a.: misselijkheid, haaruitval, maagklachten, overgevoeligheid, uitslag.
.
33
463')(96)
;)6/;-.>)
83)0-',8-2+
% %2(%',874928)2 /6-8-)/) 4928)2 3&7)6:%8-)7
Informatie geneesmiddel:
Om het effect van de
Alcoholgebruik kan de
–
medicatie na te gaan en de
werking van het medicijn
benodigde observaties goed
negatief beïnvloeden.
werking van het genees-
middel en bijwerkingen.
te kunnen uitvoeren. Specifiek: –
gewenste observaties in
relatie tot medicijngebruik; –
de reden van de toe-
Om het effect van de medicatie na te gaan en de
Bewaarvoorschriften:
benodigde observaties goed
–
te kunnen uitvoeren.
bevinden zich in de opia-
opiumpreparaten
diening in relatie met het
tenkast;
gezondheidsprobleem van
–
de zorgvrager, doel en the-
bewaard moeten worden
rapeutisch effect;
bevinden zich in de koel-
–
gebruikelijke dosering;
–
factoren die de werking
medicijnen die koel
kast.
van het medicijn beïnvloeden –
veiligheidsvoorschrif-
ten ten aanzien van het gebruiksklaar maken van medicijnen; –
bewaarvoorschriften van
de medicijnen. 2
Bereid zorgvrager
voor op medicatie.
Informeer de zorgvrager.
Dit stimuleert de betrok-
Beperkingen ten aanzien
Vertel het doel, de werking
kenheid en verantwoorde-
van het in eigen beheer
en het beoogde effect, de
lijkheid van de zorgvrager
houden zijn er wanneer:
wijze van toedienen, de
voor een juiste en optimale
–
dosering, de tijden van toe-
medicatie.
aan inzicht heeft in medi-
de zorgvrager gebrek
diening en bijwerkingen.
cijntoediening;
Bespreek of de zorgvrager
–
de medicijnen zelf kan inne-
is;
men en in eigen beheer kan
–
houden.
complex is; –
de zorgvrager te ziek de toedieningswijze te de instellingsafspraken
anders voorschrijven.
Omgeving 3
Creëer werkomge-
ving.
Creëer goede en rustige werkomstandigheden. Help/vraag de zorgvrager in een gemakkelijke houding.
34
%REP]WI
Medicijnen
463')(96)
;)6/;-.>)
83)0-',8-2+
Volgens standaardproce-
Ter voorkoming van het
dure.
overdragen van micro-orga-
% %2(%',874928)2 /6-8-)/) 4928)2 3&7)6:%8-)7
Techniek 4
Was en/of desinfec-
teer de handen.
nismen. 5
Maak medicijnen
Neem het voorgeschreven
geschikt voor toedie-
medicijn zoals beschreven
ning.
op medicatieverantwoor-
Ter vermijding van fouten.
dingsformulier. Controleer de naam van de zorgvrager, handelsnaam, soortnaam, dosering en houdbaarheid van het medicijn, de toedieningswijze en het tijdstip van toediening. Controleer nogmaals of je
Om fouten bij het klaarzet-
per zorgvrager alle medicij-
ten/ klaarmaken van het
nen hebt klaargezet aan de
medicijn te herstellen.
hand van bovengenoemde punten. Zorg dat er een glas met vers water klaarstaat.
UJKEFOT Zorgvrager 6
Overtuig je ervan of de
In verband met het stimu-
ning met de zorgvra-
Bespreek toedie-
zorgvrager het medicijn zelf-
leren van de zelfredzaam-
ger.
standig kan innemen of dat
heid van de zorgvrager ten
je hierbij hulp moet bieden.
aanzien van het toegediend krijgen van het medicijn.
Omgeving Geen bijzonderheden.
35
463')(96)
;)6/;-.>)
83)0-',8-2+
% %2(%',874928)2 /6-8-)/) 4928)2 3&7)6:%8-)7
Noem de naam van de zorg-
Als extra veiligheidsaspect
Geboortedatum vragen bij
vrager (eventueel aangevuld
en om de zorgvrager mede-
veelvoorkomende namen.
met geboortedatum).
verantwoordelijk te kunnen
Techniek 7
Dien het medicijn
toe.
laten zijn voor de toediening. Vraag de zorgvrager of hij
Bij dragees en capsules is
bekend is met zowel het
het van belang om deze
medicijn als de toedienings-
in zijn geheel door te slik-
wijze.
ken. De regel van vijf nogmaals
Laat de zorgvrager het
nalopen.
medicijn innemen of dien het medicijn toe.
OB Zorgvrager 8
Evalueer de zorg.
Controleer door middel van
I.v.m. continuïteit van zorg
navraag bij de zorgvrager en
en signaleren van werking
eigen observaties of de toe-
en bijwerkingen.
diening het gewenste werkingseffect heeft maar ook of er ongewenste bijwerkingen waar te nemen zijn. 9
Rapporteer.
Rapporteer gewenste observaties, tijd en wijze van toediening en parafeer de medicijnkaart. Rapporteer naar aanleiding van controle de gewenste en ongewenste reacties op medicijngebruik.
36
%REP]WI
Medicijnen
463')(96)
;)6/;-.>)
83)0-',8-2+
10 Breng de omge-
Help zorgvrager in gewens-
I.v.m. welbevinden van
ving in orde.
te houding en breng alles
zorgvrager.
% %2(%',874928)2 /6-8-)/) 4928)2 3&7)6:%8-)7
Omgeving
rondom het bed weer in orde. 11 Ruim alles op.
Ruim alle materialen op.
12 Was en/of desinfec-
Volgens standaardproce-
Ter voorkoming van het
teer de handen.
dure.
overdragen van micro-organismen.
37
0IIVVIWYPXEXIR
Controleer en vul onderstaande leerresultaten aan met eigen, meer specifieke leerresultaten. -/ / % 2 1
veel gebruikte begrippen in verband met medicatie, werking van medicatie en medicijntoedie-
2
de verschillende toedieningswijzen van medicijnen noemen;
3
vertellen wat de taken en verantwoordelijkheden zijn van de verzorgende, de arts en de apo-
4
de vijf vaste controlepunten noemen;
ning omschrijven;
theek met betrekking tot medicijntoediening; 5
de procedure vertellen, die gevolgd moet worden bij verantwoorde medicijntoediening.
6
een recept beoordelen op volledigheid van gegevens;
7
vertellen hoe je informatie kunt verkrijgen over de werking en de bijwerkingen van genees-
8
vertellen wat de gevaren zijn van langdurig medicijngebruik;
9
uitleggen hoe je de zorgvrager informeert en instrueert met betrekking tot medicijnen en
middelen;
medicijntoediening; 10
de werkwijze volgen bij het oraal toedienen van medicijnen;
11
vertellen hoe de registratie (medicijnverantwoordingskaart) van geneesmiddelentoediening
12
verantwoorden hoe de observatie en de rapportage rondom geneesmiddelentoediening plaats
13
vertellen hoe medicijnen bewaard, opgeruimd en vernietigd moeten worden;
14
vertellen en motiveren hoe je zou willen handelen in een aantal voorkomende incidentele situ-
15
...
moet gebeuren; dient te vinden;
aties als weigering en fouten bij de toediening;
38
16
...
17
...
0IIVVIWYPXEXIR
Medicijnen