STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
Actuariële en Bedrijfstechnische Nota
Per 1-1-2013
VERSIE: 12 FEBRUARI 2013
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
INHOUDSOPGAVE 1 WIE IS SPA? 1.1 Introductie SPA 1.2 Doel en missie van Stichting Pensioenfonds Achmea (SPA) 1.3 Doel van de nota
4 4 4 4
2 DE ORGANISATIE VAN HET FONDS 2.1 Inleiding 2.2 Bestuur 2.3 Bestuursbureau 2.4 Raad van Toezicht 2.5 Verantwoordingsorgaan 2.6 Deelnemersraad 2.7 Accountant 2.8 Actuaris 2.9 Compliance Officer 2.10 Verzekeraar, beleggingen en administratie 2.11 Commissie van Beroep en Klachtenmanagement
5 5 6 7 8 8 9 9 10 10 10 10
3 AANSLUITING WERKGEVERS EN VERKRIJGING DEELNEMERSCHAP 3.1 Aansluiting werkgever 3.2 Deelnemerschap werknemers 3.3 Eigen bijdrage werknemers 3.4 Uitvoeringsovereenkomst 3.5 Beleid waardeoverdrachten 3.5.1 Individuele waardeoverdrachten 3.5.2 Collectieve waardeoverdrachten
12 12 12 13 13 14 14 14
4 DE PENSIOENREGELING 4.1 Korte omschrijving van de pensioenregeling 4.1.1 Pensioenreglement 1 4.1.2 Pensioenreglement 2 4.1.3 Pensioenreglement 2006 B 4.2 Toeslagen 4.2.1 Actieve deelnemers en arbeidsongeschikten 4.2.2 Pensioengerechtigden, arbeidsongeschikten en gewezen deelnemers 4.2.3 Voorwaardelijkheidsverklaringen 4.3 Overgangsregelingen 4.4 Arbeidsongeschiktheid 4.4.1 Verzekering arbeidsongeschiktheidspensioen 4.4.2 Premievrijstelling
16 16 16 18 19 19 19 20 20 21 22 22 22
5 HERVERZEKERING EN UITBESTEDING 5.1 Herverzekeringsbeleid 5.2 Herverzekering 5.3 Keuze voor uitbesteding 5.3.1 Uitgangspunten uitbestedingsbeleid 5.3.2 Verantwoordelijkheid
23 23 23 24 24 25
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
2
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
6 FINANCIEEL KADER 6.1 Inleiding 6.2 Grondslagen van het fonds 6.2.1 Vaststelling Technische Voorzieningen 6.2.2 Actuariële grondslagen van het fonds 6.2.3 Vermogen 6.3 Premiebeleid 6.3.1 Kostendekkende premie 6.3.2 Bij de aangesloten ondernemingen in rekening te brengen bijdragen 6.4 Omvang van het eigen vermogen 6.4.1 Vereist eigen vermogen en minimaal vereist eigen vermogen 6.4.2 Beoogde omvang van het eigen vermogen 6.5 Waardering vordering inzake pensioenverplichtingen 6.5.1 Wettelijk kader 6.5.2 Waardering door SPA 6.6 Toeslagenbeleid 6.7 Beleggingsbeleid 6.7.1 Inleiding 6.7.2 Fiduciair beheer 6.7.3 Strategisch beleggingsbeleid 6.7.4 Beleggingsbeleid eigen middelen 6.7.5 Beleggingsbeleid gesepareerd beleggingsdepot 6.8 Financiële sturingsmiddelen 6.8.1 Premiebeleid 6.8.2 Beleggingsbeleid 6.8.3 Toeslagenbeleid 6.8.1 Aansprakenbeleid
26 26 26 26 27 28 28 28 29 31 31 31 31 31 32 32 33 33 33 34 34 34 35 35 35 35 35
7 COMMUNICATIE 7.1 Beleidsplan 7.2 Actieplan
36 36 36
8
RISICOMANAGEMENT
37
9
VASTSTELLING ACTUARIËLE EN BEDRIJFSTECHNISCHE NOTA
38
BIJLAGE I: V
ERKLARING BELEGGINGSBEGINSELEN
39
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
3
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
1
WIE IS SPA?
1.1
Introductie SPA
Stichting Pensioenfonds Achmea is per 1 januari 2005 opgericht onder de naam Stichting Pensioenfonds Achmea Personeel (SPAP). Per 1 juni 2009 fuseerde SPAP (als verkrijgende stichting) met Stichting Pensioenfonds Interpolis (SPI). De naam van de stichting wijzigde daarbij in Stichting Pensioenfonds Achmea (SPA). De economische ingangsdatum van de fusie was 1 januari 2009. De huidige pensioenregeling is van kracht sinds 1 januari 2008.
1.2
Doel en missie van Stichting Pensioenfonds Achmea (SPA)
Stichting Pensioenfonds Achmea wil: · het beste pensioenfonds zijn; · zichtbaar bijdragen aan het verbeteren van het imago van het pensioen. Daarbij is SPA onafhankelijk, daadkrachtig en deskundig. De missie van SPA luidt: Stichting Pensioenfonds Achmea is als ondernemingspensioenfonds opgericht om te zorgen voor de uitvoering van de pensioentoezegging van de werknemers die bij het fonds zijn ondergebracht door de aangesloten ondernemingen. Het pensioenfonds verzekert de aanspraken en zorgt ervoor dat de deelnemers tijdig hun juiste uitkering ontvangen.
1.3
Doel van de nota 1
SPA werkt volgens een actuariële en bedrijfstechnische nota (ABTN) . De ABTN: · geeft inzicht in het functioneren van SPA. De ABTN beschrijft daartoe de hoofdlijnen van het interne beheersingssysteem en de opzet van de administratieve organisatie en interne controle; · beschrijft het door SPA te voeren beleid, inclusief een gemotiveerde omschrijving van de financiële opzet en de grondslagen van het beleid.
1
Zoals bedoeld in artikel 145 van de Pensioenwet en het daarop gebaseerde Besluit Financieel Toetsingskader.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
4
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
2
DE ORGANISATIE VAN HET FONDS
2.1
Inleiding
De organisatie van SPA is als volgt schematisch weer te geven:
Het bestuur van SPA is statutair eindverantwoordelijk voor de uitvoering van de pensioenregeling van Achmea. Het dagelijks bestuur (bestaande uit voorzitter en secretaris) neemt hierin de leiding. Om de (onder 1.2. omschreven) doelen te kunnen realiseren, voorstellen te doen en activiteiten te (doen) ontplooien gericht op de doelstellingen, heeft het bestuur vier vaste commissies ingericht: Beleggingen, Financiën, Communicatie en Wet- en regelgeving. Elke commissie heeft een omschreven taakstelling en aandachtsgebied. De doelstellingen, taken en mandaten van de commissies zijn vastgesteld in de mandaatregeling. In de volgende paragrafen wordt de relatie tussen bestuur en bestuursbureau, de organen en externe partijen (zoals weergeven in het organogram) weergegeven. Het bestuur van SPA heeft (op grond van artikel 34 van de Pensioenwet en het Besluit uitvoering Pensioenwet) een groot aantal activiteiten uitbesteed. Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
5
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
Zo heeft het bestuur een bestuursbureau ingesteld (zie paragraaf 2.3). Het Bestuursbureau bewaakt en coördineert namens het bestuur de uitvoering van de verschillende uitbestede werkzaamheden. De pensioenadministratie ligt in handen van verzekeraar Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. (hierna AP&L of verzekeraar). In samenspraak met SPA heeft AP&L een fiduciair manager aangesteld voor het vermogensbeheer. Dit wordt verder uitgewerkt in paragraaf 6.7.
2.2
Bestuur
Samenstelling De tien leden van het bestuur bepalen het beleid van SPA. Vijf bestuursleden worden voorgedragen door de aangesloten ondernemingen; de andere vijf bestuursleden worden voorgedragen door de Centrale Ondernemingsraad en de pensioengerechtigden.Op basis van de onderlinge getalsverhoudingen bepaalt het bestuur hoeveel bestuursleden worden voorgedragen door de Centrale Ondernemingsraad en hoeveel bestuursleden door de pensioengerechtigden. De wijze van benoemen van bestuursleden is vastgelegd in een reglement voordrachtscommissie werknemers- en pensioengerechtigdenbestuursleden en een reglement voodrachtscommissie werkgeversbestuursleden. De Centrale Ondernemingsraad en de pensioengerechtigden enerzijds en de aangesloten ondernemingen anderzijds dragen ieder twee plaatsvervangende bestuursleden voor. Bestuursleden worden benoemd voor een periode van vier jaar. Herbenoeming is één keer mogelijk (tenzij het gaat om een interimperiode als plaatsvervanger). Eindigt het lidmaatschap van een bestuurslid anders dan door periodiek aftreden, dan wordt het eerste plaatsvervangende bestuurslid uit de betreffende geleding aangewezen als bestuurslid. De bestuursleden die zijn voorgedragen door de aangesloten ondernemingen, benoemen uit hun midden de voorzitter en de plaatsvervangend werkgeverssecretaris. De bestuursleden die zijn voorgedragen door de Centrale Ondernemingsraad en pensioengerechtigden, benoemen uit hun midden de plaatsvervangend werknemerssecretaris en de plaatsvervangend voorzitter. De plaatsvervangend voorzitter vervult de rol van secretaris als hij of zij niet optreedt als plaatsvervangend voorzitter. Treedt hij of zij wel op als plaatsvervangend voorzitter, dan vervult de plaatsvervangend werkgeverssecretaris de rol van secretaris. Is de secretaris afwezig, dan neemt de plaatsvervangend werknemerssecretaris diens rol waar. Bevoegdheden Het bestuur is (met inachtneming van de bepalingen van de statuten en reglementen) bevoegd tot alle daden, zowel van beheer als van beschikking. Het bestuur kan zijn bevoegdheden delegeren aan de bestuurscommissies of aan derden. Degene aan wie de bevoegdheid wordt gedelegeerd, legt verantwoording af aan het bestuur. Functioneren van het bestuur
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
6
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
Het bestuur heeft een deskundigheidsplan in de zin van artikel 105 van de Pensioenwet en artikel 29 en 30 van het Besluit Uitvoering Pensioenwet. Het plan beschrijft de deskundigheidseisen waaraan de individuele bestuursleden en het bestuur als collectief moeten voldoen. Ook beschrijft het plan de toetsing en het onderhoud van deze eisen. Daarnaast is er voor het bestuur en andere betrokkenen een gedragscode opgesteld. Het doel is belangenconflicten voorkomen, net als misbruik en oneigenlijk gebruik van de bij SPA aanwezige informatie. Jaarlijks in het najaar evalueert het bestuur zijn functioneren. De procedure hiervoor is in het deskundigheidsplan beschreven. Dagelijks Bestuur De voorzitter en secretaris van het bestuur vormen samen het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur: · behartigt alle dagelijkse en lopende zaken; · bereidt (strategische) beslissingen en bestuursvergaderingen voor; · onderhoudt relaties met betrokken partijen zoals toezichthouders De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM); · vertegenwoordigt SPA zowel intern als extern. Commissies van het bestuur Het bestuur heeft een aantal vaste commissies ingesteld. Deze commissies diepen de aan hen opgedragen onderwerpen verder uit en adviseren het bestuur hierover. Het bestuur kan, in aanvulling op de bestaande vaste commissies, ad hoc commissies vormen als de actualiteit daar aanleiding toe geeft. De volgende vaste commissies zijn actief: -
Commissie Wet- en regelgeving Commissie Financiën Commissie Communicatie Commissie Beleggingen Voordrachtscommissie
In een mandaatregeling is vastgelegd wat de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de verschillende commissies zijn.
2.3
Bestuursbureau
SPA heeft een Bestuursbureau. In de dienstverleningsovereenkomst bij de Uitvoeringsovereenkomst zijn de afspraken tussen SPA en Achmea Interne diensten N.V. hierover vastgelegd. De uitvoering, bewaking en coördinatie van de dagelijkse gang van zaken is bij het bestuursbureau belegd. In een mandaat tussen het bestuur en het Bestuursbureau zijn bevoegdheden, taken en afspraken vastgelegd. De directeur en de werknemers van het Bestuursbureau zijn in dienst van Achmea Interne Diensten N.V.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
7
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
Het Bestuursbureau, adviseert het bestuur over de uitvoering van de pensioenregeling. Ook bewaakt en coördineert het Bestuursbureau de taken die het bestuur heeft belegd bij derden. Verder voert het Bestuursbureau het bestuurssecretariaat. Het bestuursbureau is analoog aan het organogram van het bestuur georganiseerd. 2.4
Raad van Toezicht
De Raad van Toezicht van SPA is belast met het intern toezicht. De inrichting en bevoegdheden zijn vastgelegd in de statuten en het reglement Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht bestaat uit drie onafhankelijke en deskundige personen, die steeds worden benoemd voor een periode van drie jaar. Het bestuur benoemt en ontslaat de leden. Het Verantwoordingsorgaan heeft adviesrecht over de samenstelling van de Raad van Toezicht. Het bestuur heeft de Raad van Toezicht schriftelijk de opdracht gegeven om eens per jaar het functioneren van (het bestuur van) SPA kritisch te beoordelen. Daarbij beoordeelt de raad tenminste de volgende zaken: · beleids- en bestuursprocedures en -processen en de checks and balances binnen SPA; · de aansturing van SPA; · de wijze waarop het bestuur omgaat met de risico’s op de langere termijn. De Raad van Toezicht werkt op basis van een door het bestuur goedgekeurd plan van aanpak. Het oordeel van de Raad van Toezicht wordt, samen met de reactie van het bestuur daarop, bekendgemaakt en opgenomen in het jaarverslag van SPA. 2.5
Verantwoordingsorgaan
SPA heeft een Verantwoordingsorgaan ingesteld. De inrichting en bevoegdheden zijn vastgelegd in statuten en het reglement Verantwoordingsorgaan. In het Verantwoordingsorgaan zijn deelnemers, pensioengerechtigden/gewezen deelnemers en de aangesloten ondernemingen elk met twee zetels vertegenwoordigd. Daarnaast zijn er drie plaatsvervangers: één voor elke geleding. De vertegenwoordigers van de aangesloten ondernemingen worden benoemd door de aangesloten ondernemingen; de vertegenwoordigers namens deelnemers en gewezen deelnemers/pensioengerechtigden worden benoemd door de Centrale Ondernemingsraad, op basis van verkiezingen onder de desbetreffende doelgroepen. Leden van het Verantwoordingsorgaan worden benoemd voor een periode van vier jaar. Het Verantwoordingsorgaan heeft de bevoegdheid te oordelen over het handelen van het bestuur: aan de hand van het jaarverslag, de jaarrekening en andere informatie. Bij dat laatste gaat het onder meer om de bevindingen van de Raad van Toezicht over het door het bestuur gevoerde beleid en over beleidskeuzes voor de toekomst. Het oordeel van het Verantwoordingsorgaan wordt, samen met de reactie van het bestuur daarop, bekendgemaakt en opgenomen in het jaarverslag van SPA. Het Verantwoordingsorgaan heeft de volgende rechten: · recht op overleg met het bestuur; Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
8
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
· · ·
recht op overleg met de externe accountant en de certificerend actuaris; recht op informatie; recht op een schriftelijke en beargumenteerde reactie op het oordeel dat het heeft gegeven over het door het bestuur uitgevoerde beleid.
Het Verantwoordingsorgaan heeft daarnaast het recht advies uit te brengen over een aantal specifieke onderwerpen: · het vaststellen en het wijzigen van de vergoedingsregeling voor bestuursleden; · het wijzigen van het beleid ten aanzien van het Verantwoordingsorgaan; · de vorm, inrichting en samenstelling van de Raad van Toezicht; · het vaststellen en het wijzigen van een interne klachten- en geschillenprocedure; · het vaststellen en wijzigen van het communicatie- en voorlichtingsbeleid.
2.6
Deelnemersraad
SPA heeft een Deelnemersraad die bestaat uit tien leden. In de raad zijn (op basis van hun onderlinge getalsverhoudingen) in 2013 acht deelnemers en twee pensioengerechtigden vertegenwoordigd. Leden van de Deelnemersraad worden gekozen voor een periode van vier jaar. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden liggen vast in de statuten van SPA en zijn verder uitgewerkt in het reglement Deelnemersraad. De Deelnemersraad adviseert het bestuur van SPA desgevraagd of uit eigen beweging over zaken die SPA betreffen. De Deelnemersraad krijgt in ieder geval de gelegenheid om te adviseren over besluiten van bevoegde organen van SPA tot: · het nemen van maatregelen van algemene strekking; · het wijzigen van de statuten en reglementen van SPA; · het vaststellen van het jaarverslag, de jaarrekening, de ABTN en een langetermijnherstelplan; · het verminderen van de verworven pensioenaanspraken en pensioenrechten indien artikel 134 van de Pensioenwet wordt toegepast; · het vaststellen of wijzigen van het toeslagbeleid; · het geheel of gedeeltelijk overdragen van de verplichtingen van SPA of de overname van verplichtingen door SPA; · de liquidatie van SPA; · het sluiten, wijzigen of beëindigen van een uitvoeringsovereenkomst; · het terugstorten van premie of geven van premiekorting, bedoeld in artikel 129 van de Pensioenwet.
2.7
Accountant
KPMG Accountants N.V. is de door het bestuur benoemde externe accountant van SPA. De accountant controleert jaarlijks de jaarrekening van SPA en de jaarstaten voor DNB. Ook doet de accountant jaarlijks verslag van zijn controlewerkzaamheden. Hij doet dit met een accountantsverklaring, een accountantsverslag en eventueel een mondelinge of schriftelijke toelichting (managementletter). Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
9
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
2.8
Actuaris
Aon Consulting Nederland cv is de door het bestuur benoemde certificerend actuaris van SPA. Deze actuaris geeft het bestuur een onafhankelijk deskundig oordeel over de jaarrekening van SPA, met betrekking tot de technische voorzieningen en andere actuariële waarderingen. Ook beoordeelt de actuaris significante risico’s en de mate waarin SPA in de toekomst kan voldoen aan haar pensioenverplichtingen (en de voorwaarden waaronder dat kan). De actuaris brengt jaarlijks een certificeringsrapport uit aan het bestuur en geeft een actuariële verklaring. Daarnaast heeft het bestuur een adviserend actuaris aangesteld, namelijk Montae Advies B.V.
2.9
Compliance Officer
De compliance, in de zin van de gedragscode van SPA, wordt onder verantwoordelijkheid van het bestuur getoetst door Holland Van Gijzen Advocaten en Notarissen LLP. De compliance officer ziet onder meer toe op de naleving van de eerdergenoemde gedragscode van SPA. Deze gedragscode geeft regels en richtlijnen voor bestuursleden en andere betrokkenen, met als doel: a. het voorkomen van conflicten tussen belangen van SPA en de privébelangen van betrokkenen; b. voorkomen dat gebruik wordt gemaakt van vertrouwelijke informatie van SPA voor privédoeleinden. De gedragscode is gebaseerd op de modelgedragscode van de Pensioenfederatie. De gedragscode is van toepassing op de leden van het bestuur, de leden van andere organen van SPA (dit zijn het Verantwoordingsorgaan en de Deelnemersraad), en op de medewerkers van het Bestuursbureau. De gedragscode kan ook van toepassing verklaard worden op andere door SPA aan te wijzen betrokkenen.
2.10
Verzekeraar, beleggingen en administratie
De pensioenregeling van SPA is vanaf 1 januari 2009 volledig verzekerd bij AP&L. Deze verzekering heeft de vorm van een garantieovereenkomst met gesepareerd beleggingsdepot (zie hiervoor ook hoofdstuk 5). De verzekeraar verzorgt de pensioenadministratie van SPA. De beleggingen in het gesepareerd depot worden fiduciair beheerd door Syntrus Achmea Strategisch Pensioenmanagement.
2.11
Commissie van Beroep en Klachtenmanagement
SPA heeft een Commissie van Beroep ingesteld. De drie leden houden zich bezig met de afhandeling van geschillen: welomlijnde en voor beslissing vatbare verschillen van inzicht tussen SPA en een (gewezen) deelnemer of een persoon die recht heeft of aanspraak maakt op pensioen. Zo’n verschil Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
10
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
van inzicht heeft betrekking op een (niet-algemene) beslissing van het bestuur waarbij de betreffende persoon naar diens mening rechtstreeks in zijn of haar belang wordt getroffen. De commissie heeft een permanent karakter. Daarnaast heeft SPA een procedure voor de afhandeling van klachten. Onder een klacht wordt verstaan: een verklaring van een belanghebbende dat hij of zij niet juist is behandeld door SPA. Is de klacht afkomstig van een deelnemer, dan behandelt het Bestuursbureau deze. Is de klacht afkomstig van een gewezen deelnemer, een pensioengerechtigde of een andere belanghebbende, dan behandelt AP&L de klacht. De directeur van het Bestuursbureau zorgt voor een halfjaarlijkse schriftelijke klachtenrapportage in de bestuursvergadering van SPA.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
11
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
3
AANSLUITING WERKGEVERS EN VERKRIJGING DEELNEMERSCHAP
3.1
Aansluiting werkgever
Werkgevers met een groepsverbondenheid met het Achmea-concern kunnen aansluiten bij SPA. Voorwaarde hierbij is dat de potentiële toetreder dezelfde regeling hanteert als SPA, en dat hij een overeenkomst sluit onder dezelfde condities. Het bestuur besluit over toetreding nadat een verzoek hiervoor is gedaan. Achmea Interne Diensten N.V. en InShared Nederland B.V. zijn de twee bij SPA aangesloten werkgevers.
3.2
Deelnemerschap werknemers
Als deelnemer bij SPA worden toegelaten: · werknemers die op basis van een arbeidsovereenkomst in dienst zijn van de aangesloten werkgever en op wie de collectieve arbeidsovereenkomst (Achmea-cao) van toepassing is; · werknemers die op basis van een arbeidsovereenkomst in dienst zijn van de aangesloten werkgever en op wie de collectieve arbeidsovereenkomst (Achmea-cao) niet van toepassing is, maar waarbij de deelname aan de pensioenregeling van SPA bij arbeidsovereenkomst is overeengekomen. De volgende groepen werknemers zijn op grond van de statuten en/of de cao-afspraken niet als deelnemer bij SPA opgenomen: · · ·
· ·
de werknemers die op 31 december 1999 werkzaam waren voor de Achmea Business Unit Zorg en op dat moment verzekerd waren bij de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zorgverzekeraars (SBZ); de werknemers die direct na aanvang van hun dienstverband werkzaam waren voor de Divisie Zorg en verzekerd waren bij SBZ. Voorwaarde is dat dit dienstverband is aangegaan voor 1 januari 2007; degenen die direct na aanvang van hun dienstverband werkzaam waren voor Leefstijl Trainingscentrum N.V., gevestigd te Dalfsen, en voor wie het pensioen is verzekerd bij de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorg en Welzijn. Voorwaarde is dat het dienstverband is aangegaan voor 1 januari 2001; de werknemers die per 1 oktober 2002 zijn overgekomen van AEGON/Glastuinbouw en voor wie het pensioen is verzekerd bij AEGON; de werknemers die per 1 januari 2009 zijn overgekomen van Stichting Pensioenfonds AkzoNobel en die geboren zijn voor 1 januari 1950;
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
12
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
· ·
de werknemers die per 1 januari 2010 zijn overgekomen van Agis en verzekerd waren bij SBZ; de werknemers die per 1 januari 2011 zijn overgekomen van SBZ en verzekerd waren bij SBZ.
Voor de bovengenoemde werknemers, die verzekerd waren bij SBZ, voert SBZ dezelfde regeling als SPA uit (zie www.sbz.nl).
3.3
Eigen bijdrage werknemers
In de pensioenregeling is een eigen bijdrage voor de werknemers opgenomen. De aangesloten werkgevers houden deze bijdrage in op het salaris van de verzekerde werknemers.
3.4
Uitvoeringsovereenkomst
SPA en de aangesloten ondernemingen hebben uitvoeringsovereenkomsten afgesloten. Hierin is de relatie tussen SPA en de betreffende aangesloten onderneming geregeld. Daarbij verplicht de aangesloten onderneming zich om alle relevante deelnemersgegevens tijdig, juist en volledig aan SPA te verstrekken. Daarnaast zeggen de aangesloten ondernemingen toe om de overeengekomen financiële bijdragen te voldoen (zie verder hoofdstuk 6.3). SPA verplicht zich op zijn beurt tegenover de aangesloten ondernemingen om: · alle werknemers als deelnemer op te nemen, met wie de aangesloten ondernemingen een pensioenovereenkomst hebben gesloten en die daarvoor volgens de pensioenregeling in aanmerking komen; · de pensioenregeling uit te voeren en hierbij de statuten na te leven. · alle informatieverplichtingen na te leven die volgen uit wettelijke voorschriften. De overeenkomst heeft een looptijd van vijf jaar. Daarbij is er steeds sprake van stilzwijgende verlenging voor een periode van vijf jaar, tenzij een van de partijen de overeenkomst opzegt binnen zes maanden voor afloop van de vijfjarige looptijd. In een dienstverleningsovereenkomst zijn de afspraken tussen SPA en de aangesloten ondernemingen vastgelegd voor een goede uitvoering van de uitvoeringsovereenkomst. InShared Nederland B.V. heeft een overeenkomst met SPA en Achmea Interne Diensten N.V. over de gegevensuitwisselingen en de kasstroombetalingen. Deze zogenoemde driepartijenovereenkomst vloeit voort uit de uitvoeringsovereenkomst tussen InShared en SPA.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
13
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
3.5
3.5.1
Beleid waardeoverdrachten
Individuele waardeoverdrachten
Het fonds werkt ook buiten de wettelijke termijn van zes maanden mee aan individuele waardeoverdrachten. Dit geldt voor zowel inkomende als uitgaande waardeoverdrachten. Na de termijn van zes maanden werkt SPA met de standaardtarieven van de verzekeraar en niet volgens de wettelijke overdrachtsregels. 3.5.2
Collectieve waardeoverdrachten
Door acquisities en vervreemdingen binnen het Achmea-concern krijgt SPA regelmatig verzoeken tot collectieve waardeoverdracht. In dit soort situaties gelden niet de wettelijke regels die van toepassing zijn op individuele waardeoverdracht bij (individuele) verandering van dienstbetrekking. SPA heeft kortom geen wettelijke plicht om mee te werken aan collectieve waardeoverdracht; het staat de betrokken partijen vrij daarover afspraken te maken. Partij zijn in ieder geval de oude en de nieuwe pensioenuitvoerder en de oude en de nieuwe werkgever. In het geval van SPA is verzekeraar AP&L medebepalend. SPA is in principe bereid om aan dit soort overdrachten mee te werken. Daarbij gelden de volgende uitgangspunten. 1. SPA is bereid mee te werken aan collectieve waardeoverdracht (zowel inkomend als uitgaand) als een verzoek daartoe wordt ingediend. 2. Bij inkomende waardeoverdracht berekent SPA de benodigde inkoopsom op basis van de actuariële grondslagen en de dekkingsgraad op de overeengekomen overdrachtsdatum. Is dekkingsgraad van SPA lager dan het vereiste bufferniveau, dan berekent SPA de benodigde inkoopsom op basis van het vereiste bufferniveau. 3. De verzekeraar moet meewerken. Tenminste de door de verzekeraar berekende inkoopsom wordt in rekening gebracht (op basis van grondslagen die de verzekeraar hanteert). Is deze hoger dan de inkoopsom berekend op basis van het gestelde onder sub 2, dan geldt deze hogere inkoopsom. 4. Bij uitgaande waardeoverdracht wordt de beschikbare overdrachtswaarde berekend op basis van de actuariële grondslagen en de dekkingsgraad van SPA op de overeengekomen overdrachtsdatum. 5. Hoogstens de afkoopsom die de verzekeraar beschikbaar stelt (op basis van de grondslagen die de verzekeraar hanteert) wordt overgedragen. Is deze lager dan de overdrachtswaarde zoals die is berekend op basis van het gestelde onder punt 4, dan wordt dit lagere bedrag beschikbaar gesteld als overdrachtswaarde. 6. Bij overdrachten boven een omvang van tenminste enkele honderden deelnemers, kan SPA aanvullende voorwaarden stellen op basis van een bestandsvergelijking. 7. SPA kan een redelijke vergoeding vragen voor behandelingskosten. 8. De overdrachtswaarde op de feitelijke afrekendatum (effectueringsdatum) kan afwijken van de overdrachtswaarde berekend op de overdrachtsdatum. In beide gevallen wordt de overdrachtswaarde berekend op de maandelijks gepubliceerde RTS van DNB. Het verschil is Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
14
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
de rente over de tussenliggende periode van de twee berekeningsdatums. Bij het maken van afspraken over de collectieve waardeoverdracht wordt bepaald wie dit verschil financiert. Daarbij kunnen ook afspraken worden gemaakt over eventueel misgelopen rendementen.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
15
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
4
DE PENSIOENREGELING
SPA voert de Achmea pensioenregelingen uit voor alle werknemers van Achmea Interne Diensten N.V. en InShared Nederland B.V. die daarvoor in aanmerking komen. Basis voor de pensioenreglementen zijn de afspraken uit de Achmea-cao. Er zijn drie actuele reglementen van toepassing. a. Voor alle werknemers geboren op of na 1 januari 1950 geldt Pensioenreglement 1. Dit reglement geldt ook voor werknemers geboren voor 1 januari 1950 en die in dienst traden op of na 1 januari 2006. b. Voor werknemers die zijn geboren voor 1 januari 1950 en in dienst traden voor 1 januari 2006, geldt 1. Pensioenreglement 2 (oud SPAP-deelnemers) of 2. Pensioenreglement 2006B (oud SPI-deelnemers).
4.1
Korte omschrijving van de pensioenregeling
De pensioenregeling is verplicht voor alle werknemers van de aangesloten werkgevers op wie de Achmea-cao van toepassing is, dan wel voor die werknemers van de aangesloten werkgevers waarbij de deelname aan de pensioenregeling bij arbeidsovereenkomst is overeengekomen. Deze werknemers zijn deelnemer bij SPA met uitzondering van enkele in de statuten en/of de caoafspraken omschreven groepen (zie ook paragraaf 3.2). Hieronder staan de pensioenregelingen kort beschreven. Voor een precieze inhoud van de pensioenregelingen wordt verwezen naar de pensioenreglementen.
4.1.1 Pensioenreglement 1 Deze regeling geldt voor deelnemers, geboren op of na 1 januari 1950 en in dienst voor 1 januari 2006. Ook geldt deze regeling voor alle deelnemers in dienst na 31 december 2005. · Pensioensysteem Middelloonregeling met na-indexatie; voor actieven is deze onvoorwaardelijk, voor inactieven voorwaardelijk. · Pensioenrichtleeftijd De eerste van de maand waarin de deelnemer de leeftijd van 65 jaar bereikt, of de datum die de deelnemer eerder zelf heeft gekozen binnen de door het reglement aangegeven grenzen. Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
16
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
· Pensioengevend salaris Levenslang ouderdomspensioen: twaalf maal het vaste maandsalaris, plus vakantietoeslag, eindejaarsuitkering en overige vaste toeslagen; voor zover van toepassing vermeerderd met variabele inkomensbestanddelen en variabel salaris uitbetaald in het vorige kalenderjaar. · Franchise De franchise bedraagt op 1 januari 2013 € 15.854,-. De franchise wordt jaarlijks aangepast. SPA volgt hierbij de algemene salarisontwikkeling van de Achmea-cao. · Pensioengrondslag Pensioengevend salaris minus franchise. ·
Levenslang ouderdomspensioen
Opbouw · SPA beheert de aanspraken die bij aanvang van het deelnemerschap aan het fonds zijn overgedragen. · De opbouw vindt plaats vanaf aanvang deelnemerschap (maar niet voor 1 januari 2000) tot aan de pensioendatum. · De opbouw bedraagt per deelnemingsjaar 2% van de in het jaar geldende pensioengrondslag. · Op grond van overgangsregelingen geldt voor bepaalde groepen een opbouwpercentage van 2,25%. Uitkering Vanaf 65 jaar, levenslang. · Partnerpensioen Aangemelde samenwonenden zijn hierbij voor hun rechten gelijk aan gehuwden of geregistreerde partners. Opbouw Opbouw van pensioenaanspraken ter grootte van 70% van het bereikbare (levenslange) ouderdomspensioen. Hierbij is het nog te bereiken deel op risicobasis verzekerd. Uitkering Bij overlijden (gewezen) deelnemer, tot overlijden partner. · Tijdelijk partnerpensioen Op risicobasis verzekerd Uitkering ter grootte van de Anw-uitkering, verminderd met het bedrag dat de partner aan Anw ontvangt.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
17
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
Uitkering Bij overlijden van de deelnemer wordt aan de partner uitgekeerd tot diens 65-jarige leeftijd of eerder overlijden. ·
Wezenpensioen
Op risicobasis verzekerd Dit wezenpensioen bedraagt 14% van het (bereikbare) levenslange ouderdomspensioen. Uitkering Bij overlijden (gewezen) deelnemer,wordt aan de wees uitgekeerd tot diens leeftijd van 18 jaar. Verlenging tot maximaal 27 jaar vindt plaats bij studerende of arbeidsongeschikte kinderen. Voor volwezen wordt de uitkering verdubbeld. ·
Flexibele elementen
De regeling kent de volgende flexibele elementen: · uitruil van pensioensoorten: de mogelijkheid om levenslang uitruilbaar partnerpensioen (gedeeltelijk) om te zetten in levenslang ouderdomspensioen en vice versa; · uitruil van pensioensoorten: de mogelijkheid om tijdelijk ouderdomspensioen (gedeeltelijk) om te zetten in levenslang ouderdomspensioen. (Bij het tijdelijk ouderdomspensioen dat voor uitruil in aanmerking komt, gaat het om de rechten op tijdelijk ouderdomspensioen zoals die werden opgebouwd in de regeling die gold tot en met 31 december 2005.); · de mogelijkheid om gebruik te maken van deeltijdpensionering; · een flexibele pensioendatum tussen 55 en 65 jaar, met actuarieel-neutrale herrekening; · variatie in uitkeringsniveaus (hoog-laag): hierbij is het mogelijk om bij ingang van het levenslang ouderdomspensioen een variatie aan te brengen in de hoogte van het ouderdomspensioen. Daarbij geldt dat de uitkeringsniveaus zich tot elkaar moeten verhouden in de verhouding 100-75. Strekt deze keuze zich ook uit over de periode vóór 65 jaar, dan mag daarnaast ook rekening gehouden worden met het feit dat voor 65 jaar nog geen AOWuitkering wordt ontvangen. Bij alle flexibele elementen geldt dat, om administratieve redenen, het aantal keuzes of keuzemomenten beperkt is en dat zij blijven binnen wat fiscaal toegelaten is.
4.1.2
Pensioenreglement 2
Voor deelnemers geboren voor 1 januari 1950 en in dienst voor 1 januari 2006 (oud SPAPdeelnemers). Voor hen geldt de beschrijving als onder Regeling 1 met de volgende afwijkingen (op hoofdlijnen): · de pensioenrichtleeftijd is 62 jaar; · er vindt opbouw plaats voor een tijdelijk ouderdomspensioen dat tussen 62 en 65 jaar wordt uitgekeerd.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
18
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
De desbetreffende definities voor het tijdelijk ouderdomspensioen luiden: · Pensioengevend salaris: Tijdelijk ouderdomspensioen: twaalf maal het vaste maandsalaris plus vakantietoeslag, eindejaarsuitkering en overige vaste toeslagen; voor zover van toepassing vermeerderd met de variabele inkomensbestanddelen uitbetaald in het vorige kalenderjaar en het gemiddelde van het variabel salaris uitbetaald in de afgelopen vijf jaar. · Tijdelijk ouderdomspensioen: Per deelnemingsjaar 1,75% van het laatst vastgestelde pensioengevende salaris. Voor het overige geldt wat hierboven onder regeling 1 is beschreven.
4.1.3
Pensioenreglement 2006 B
Voor deelnemers geboren voor 1 januari 1950 en in dienst voor 1 januari 2006 (oud SPI-deelnemers). Voor hen geldt de beschrijving als onder Regeling 1 met de volgende afwijkingen (op hoofdlijnen): · · ·
· ·
·
4.2
4.2.1
de pensioenrichtleeftijd is 62 jaar (61 jaar voor (gewezen) deelnemers op wie de Interpolis-cao Buitendienst van toepassing was); een opbouw van tijdelijk partnerpensioen van 22% van het jaarlijks op te bouwen partnerpensioen; tussen 62 (61) jaar en 65 jaar wordt, naast het levenslang ouderdomspensioen, een tijdelijk ouderdomspensioen uitgekeerd. Het tijdelijk ouderdomspensioen is gelijk aan 2,5% per deelnemersjaar van het laatst voor de pensioendatum vastgestelde franchisebedrag; franchise (hoogte van het bedrag en wijze van indexering) wijkt af van die van Pensioenreglement 1; pensioengevend salaris: twaalf maal het vaste maandsalaris plus vakantietoeslag en, indien van toepassing, de 13e maand. Het pensioengevend salaris wordt in aanmerking genomen tot een maximum bedrag van € 92.123,- per 1 januari 2013. De franchises zijn: · IP-medewerkers in dienst vanaf 1 januari 2001 € 18.858,00 · IP-medewerkers in dienst voor 1 januari 2001 € 17.486,00 · Ex-DTG-ers € 17.168,00 · Ex-Sterpolis-medewerkers € 14.423,00
Toeslagen
Actieve deelnemers en arbeidsongeschikten
Jaarlijks kan SPA per 1 januari toeslagen verlenen op de opgebouwde pensioenaanspraken van actieve deelnemers (reglementen 1, 2 en 2006B) en van (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte (gewezen) deelnemers (reglementen 1 en 2, en voorgangers daarvan). Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
19
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
Deze toeslagverlening is door de toezegging van de aangesloten werkgevers onvoorwaardelijk (categorie F2 van de toeslagenmatrix). Deze wordt jaarlijks gefinancierd door de aangesloten ondernemingen. Eindigt de uitvoeringsovereenkomst tussen de aangesloten ondernemingen en SPA? Dan vindt de toeslagverlening vanaf dat moment plaats volgens de onder 4.2.2. beschreven toeslagverlening aan pensioengerechtigden en gewezen deelnemers (categorie D1 van de toeslagenmatrix).
4.2.2
Pensioengerechtigden, arbeidsongeschikten en gewezen deelnemers
a. Hoofdregeling Jaarlijks kan SPA per 1 januari toeslagen verlenen op de premievrije aanspraken van (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte (gewezen) deelnemers (reglement 1, 2, en 2006B en voorgangers) en gewezen deelnemers en op de pensioenrechten en/of pensioenaanspraken van pensioengerechtigden. b. Inactieve deelnemers van voormalig Pensioenfonds Interpolis De per 31 december 2006 inactieve deelnemers van voormalig Pensioenfonds Interpolis hebben, onverminderd van wat hiervoor bepaald is in de hoofdregeling, een garantieafspraak. Deze afspraak bestaat uit de toezegging dat de toeslagverlening tenminste bestaat uit een percentage op basis van de Consumentenprijsindex alle huishoudens, afgeleid over de periode van september tot september voorafgaand aan de indexatiedatum, met een afslag van 1,5% en een maximum van 4%. Dit is aan te merken als categorie E van de toeslagenmatrix. Deze indexatietoezegging maakt onderdeel uit van de verzekeringsovereenkomst. Dragen de aangesloten ondernemingen onvoldoende bij? Dan financiert AP&L (de rest van) de toeslag uit de daarvoor in het depot aanwezige middelen. Uitgangspunt is dat tenminste de onvoorwaardelijke toeslaggarantie wordt verleend.
4.2.3
Voorwaardelijkheidsverklaringen
De volgende voorwaardelijksverklaringen worden door SPA gehanteerd: 1
a. Voor deelnemers (actieven) Onderstaande informatie heeft alleen betrekking op uw levenslange uitkering bij pensionering. Uw pensioenfonds verhoogt ieder jaar uw opgebouwde pensioen tijdens uw deelname aan de pensioenregeling met de loonontwikkeling conform de Achmea cao. Uw opgebouwde pensioen is per 1 januari 2012 (over 2011) met 2,01% verhoogd. Uw pensioenfonds heeft uw opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd: - Per 1 januari 2011 met 1,25%. De prijzen gingen in de periode oktober 2009 tot oktober 2010 met 1,38% omhoog. 1
Voor ex-SPI gelden afwijkende perioden en andere percentages
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
20
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
-
Per 1 januari 2010 met 1,00%. De prijzen gingen in de periode oktober 2008 tot oktober 2009 met 0,40% omhoog. Per 1 januari 2009 met 3,25%. De prijzen gingen in de periode oktober 2007 tot oktober 2008 met 2,53% omhoog.
U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst. b. Voor ex-deelnemers en pensioengerechtigden 1 Onderstaande informatie heeft alleen betrekking op uw levenslange uitkering bij pensionering. Uw pensioenfonds besluit jaarlijks op basis van het geldende pensioenreglement of een toeslag wordt gegeven. Uw opgebouwde pensioen is per 1 januari 2012 over oktober 2010 tot en met oktober 2011 met 0,00% verhoogd. Uw pensioenfonds heeft uw opgebouwde pensioen de afgelopen drie jaar als volgt verhoogd: - Per 1 januari 2011 met 1,38%. De prijzen gingen in de periode oktober 2009 tot oktober 2010 met 1,38% omhoog. - Per 1 januari 2010 met 0,40%. De prijzen gingen in de periode oktober 2008 tot oktober 2009 met 0,40% omhoog. - Per 1 januari 2009 met 1,32%. De prijzen gingen in de periode oktober 2007 tot oktober 2008 met 2,53% omhoog. Uw pensioenfonds betaalt de toekomstige verhogingen van uw opgebouwde pensioen uit beleggingsrendement en eventueel bijdragen van de werkgever. U hebt door deze verhoging en de verwachting voor de komende jaren niet meteen ook recht op verhogingen in de toekomst.
4.3
Overgangsregelingen
SPA voert een aantal overgangsregelingen uit. Dit vloeit voort uit reglementswijzigingen die zijn aangebracht in de pensioenregelingen tot 2008. Deze overgangsregelingen zijn opgenomen in de hierboven in hoofdstuk 4.1 opgesomde reglementen die SPA uitvoert. Voor de inhoud van deze overgangsregelingen wordt verwezen naar de desbetreffende pensioenreglementen. Daarnaast kent de aangesloten onderneming Achmea Interne Diensten N.V. een aantal specifieke overgangsregelingen die in de Achmea-cao zijn opgenomen. Uit hoofde van die overgangsregelingen worden voor de betreffende deelnemers tegen premiebetaling extra pensioenaanspraken ingekocht..
1
Voor ex-SPI gelden afwijkende perioden en andere percentages
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
21
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
4.4
4.4.1
Arbeidsongeschiktheid
Verzekering arbeidsongeschiktheidspensioen
Tot 1 januari 2007 kende SPA een dekking voor pensioen bij arbeidongeschiktheid. Er zijn nog lopende uitkeringen waarbij de oude voorwaarden blijven doorlopen. Wijzigingen in de mate van arbeidsongeschiktheid kunnen daarbij effect hebben op de hoogte van de vastgestelde uitkering. 4.4.2
Premievrijstelling
SPA kent een regeling voor geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikte deelnemers. Zij krijgen een (gedeeltelijke) vrijstelling van premiebetaling. Deze vrijstelling van premiebetaling gaat in op de dag waarop de deelnemer recht krijgt op een WIA- of WAO-uitkering, en wijzigt wanneer de mate van arbeidsongeschiktheid wijzigt. A. Bij uitkering volgens de WIA Komt de deelnemer in aanmerking voor een WIA-uitkering, dan stelt SPA het percentage vrijstelling van premiebetaling als volgt vast: Bij een mate van arbeidsongeschiktheid van: 0% tot 35% 35% tot 45% 45% tot 55% 55% tot 65% 65% tot 80% 80% of meer
Bedraagt het percentage vrijstelling van premiebetaling: 0 40 50 60 72,5 100
B. Bij uitkering volgens de WAO Komt de deelnemer in aanmerking voor een WAO-uitkering? Dan stelt SPA het percentage vrijstelling van premiebetaling als volgt vast:
Bij een mate van arbeidsongeschiktheid van: 0% tot 15% 15% tot 25% 25% tot 35% 35% tot 45% 45% tot 55% 55% tot 65% 65% tot 80% 80% of meer
Bedraagt het percentage vrijstelling van premiebetaling: 0 20 30 40 50 60 72,5 100
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
22
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
5
HERVERZEKERING EN UITBESTEDING
5.1
Herverzekeringsbeleid
Het herverzekeringsbeleid van SPA is gericht op de verzekeringsovereenkomst en heeft daardoor een looptijd tot 31 december 2013. Paragraaf 5.3 beschrijft de kenmerken van de huidige verzekering. Periodiek onderzoekt SPA wat de beste uitvoerings- en verzekeringsvorm is. Daarbij wordt een analyse gemaakt van de actuele risico’s op de financiële markten, de actuariële risico’s, en de mogelijkheden op de (her)verzekeringsmarkt. Hiervoor worden zowel kwalitatieve als kwantitatieve analyses gemaakt en in het bestuur besproken. Uiteindelijk maakt het bestuur telkens een keuze voor het wel of niet verzekeren van risico’s voor SPA. 5.2
Herverzekering
SPA heeft de opgebouwde en de op te bouwen aanspraken en de daaruit voortvloeiende risico’s verzekerd bij AP&L. Deze verzekering heeft de vorm van een garantiecontract met een gesepareerd beleggingsdepot. Met deze verzekering garandeert de verzekeraar de uitkeringen die voortvloeien uit de pensioenaanspraken die bij SPA zijn en worden opgebouwd. De pensioenen worden tegen vaste tarieven ingekocht. De middelen en beleggingen die zijn gemoeid met de verzekering, zijn (juridisch) eigendom van AP&L; ze worden belegd in een depot dat losstaat van het vermogen van de verzekeraar. Binnen de in de verzekeringsovereenkomst daarover gestelde kaders heeft SPA vergaande inspraak in het beleggingsbeleid van het gesepareerde beleggingsdepot. De overeenkomst loopt van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2013. Aan het einde van de overeenkomst kan SPA de verzekering premievrij maken. De verzekeraar garandeert dan alle tot en met 31 december 2013 opgebouwde aanspraken op uitkeringen. Wordt er niet voor gekozen de aanspraken premievrij achter te laten, dan neemt SPA de verplichtingen in eigen beheer of verzekert deze met een nieuwe overeenkomst. De verzekeringsovereenkomst met AP&L heeft op hoofdlijnen de volgende kenmerken. · Binnen het gesepareerde beleggingsdepot wordt een buffervermogen aangehouden. Het normniveau van het buffervermogen is 10% van de voorzieningen. Bedraagt het buffervermogen meer dan 10%, dan komt het meerdere aan SPA toe. Aan het einde van de overeenkomst valt het buffervermogen ongeclausuleerd aan SPA toe. · In de verzekeringsovereenkomst is een garantie opgenomen die inhoudt dat aan het einde van de looptijd minimaal de voorzieningen tegen contractgrondslagen aanwezig zijn. · Beleggingskader is een vaste beleggingsmix van 80% vastrentende waarden en 20% zakelijke waarden, volledige afdekking van het renterisico op de pensioenverplichtingen in het depot. Het beleggingsbeleid wordt nader toegelicht in paragraaf 6.7. · Met de verzekeringsovereenkomst besteedt SPA de pensioenadministratie, de uitkeringsadministratie, het uitkeren en de financiële en de beleggingsadministratie van het depot uit aan AP&L. Dit geldt ook voor de financiële administratie van SPA zelf.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
23
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
·
In een Service Level Agreement (SLA) tussen SPA en AP&L zijn afspraken gemaakt over de normen waaraan de uitvoering van de herverzekeringsovereenkomst, inclusief de pensioenadministratie, moet voldoen (kwaliteit, tijdigheid). 5.3
Keuze voor uitbesteding
Het bestuur heeft ervoor gekozen om de uitvoering van de pensioenregeling – de administratie en het vermogensbeheer – uit te besteden. De afwegingen van het bestuur om te kiezen voor uitbesteding zijn de voordelen die SPA hiermee kan behalen. Voordelen die SPA ziet zijn van operationele en financiële aard, zoals meeliften met de schaalvoordelen bij de uitvoerder om daarmee kostenbesparing voor het pensioenfonds te creëren, de kwaliteit en deskundigheid van personeel bij de uitvoerder, kunnen profiteren van (pensioen-) ontwikkelingen op het gebied van administratie en vermogensbeheer. Het bestuur is ervan overtuigd dat door diensten uit te besteden de kwaliteit voor de deelnemers, werkgevers en bestuur goed en volledig is, mits de afspraken met partijen juist en correct zijn vastgelegd. De afspraken met deze partijen moeten voldoen aan het uitbestedingsbeleid en de voorwaarden van het bestuur. Voordat het bestuur de keuze maakt welke onderdelen (administratie, vermogensbeheer) uitbesteed worden en welke niet, heeft het bestuur een risicoanalyse uitgevoerd. Dit houdt in dat per onderdeel: · de doelstellingen en het beleid zijn gedefinieerd; · het risicoprofiel, normen en beheersingsmaatregelen zijn vastgesteld; · de wensen ten aanzien van rapportages zijn bepaald. Met de risicoanalyse heeft het bestuur een basis gelegd om de selectieprocedure op te starten. De selectieprocedure is vastgelegd in het uitbestedingsbeleidsplan. 5.3.1
Uitgangspunten uitbestedingsbeleid
Het uitgangspunt van het uitbestedingsbeleid is dat de verantwoordelijkheid bij het bestuur van SPA ligt, en daarom ook de verantwoordelijkheid voor de goede uitvoering. De uitbesteding moet zo worden ingericht, dat het bestuur volledig ‘in control’ is van de uitbestede werkzaamheden. Het bestuur moet inzicht hebben in de risico’s die gepaard gaan met uitbesteding en hiervoor beheersingsmaatregelen hebben getroffen. Het bestuur heeft een Bestuursbureau ingesteld dat opereert onder de verantwoordelijkheid van het bestuur. Een van de taken van het Bestuursbureau is het bewaken en coördineren van de uitbestede werkzaamheden. Dit uitbestedingsbeleid is mede gebaseerd op het Besluit Uitvoering Pensioenwet van 1 januari 20071 en Pensioenwet, artikel 143 Beheerste en integere bedrijfsvoering. Het beleid voldoet aan de Pensioenwet waarin staat dat het pensioenfondsbestuur de verplichting heeft om: 1. beleid te formuleren rond uitbesteding; 2. continue risicoanalyse uit te voeren; 1
Besluit Uitvoering Pensioenwet, hoofdstuk 4 artikel 12 t/m 14.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
24
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
3. voldoende deskundig te zijn om de uitvoering van de uitbestede werkzaamheden te kunnen beoordelen. Het geformuleerde beleid richt zich op de uitbesteding van diensten op het gebied van de volgende hoofdonderdelen: pensioen- en financiële administratie, vermogensbeheer voor het gesepareerd beleggingsdepot en vermogensbeheer en voor het vrij vermogen. Daarnaast geldt uitbesteding voor de ondersteuning door accountmanagement en voor de bedrijfsprocessen bij de uitvoerder of adviesdiensten op structurele basis. Risico´s verbonden aan uitbesteding kunnen materiële en immateriële invloed hebben op de financiële prestaties, financiële positie, continuïteit, integriteit en imago van SPA. De beheersing richt zich vooral op de negatieve effecten van deze risico’s. Uitbesteding is dus niet de inkoop van (gestandaardiseerde) goederen, diensten, informatie of faciliteiten. Het bestuur van SPA hanteert de volgende uitgangspunten voor het uitbestedingsbeleid: · Het bestuur dient te allen tijde ‘in control’ te zijn. · Het bestuur is eindverantwoordelijk voor de uitbestede werkzaamheden. · Het bestuur verwacht proactiviteit van de uitvoerende partij. · Het bestuur stelt hoge kwaliteitseisen aan de uitvoerder(s) op gebieden als interne organisatie, het nakomen van afspraken, kennisniveau van personeel, procedures, processen en controles, kwaliteit van geautomatiseerde systemen, en te leveren rapportages. · Het bestuur selecteert een uitvoerder op basis van marktconforme prijs en kwaliteit. · Het uitbestedingsbeleid wordt jaarlijks geëvalueerd door het bestuur en vervolgens besproken met de uitvoerder.
5.3.2
Verantwoordelijkheid
Uitbesteding kan alleen de uitvoering betreffen. Het beleid is de verantwoordelijkheid van het bestuur en kan en zal niet worden uitbesteed. De uitbesteding ligt vast in de herverzekeringsovereenkomst en de SLA met de herverzekeraar en uitvoerder Achmea Pensioen & Levensverzekeringen, en in de vermogensbeheerovereenkomsten Fiduciair Pensioen Management met bijbehorende Dienstverleningsovereenkomsten met Syntrus Achmea. Binnen de overeenkomsten kan SPA nader invulling geven aan de wijze waarop de werkzaamheden worden uitgevoerd en de beleidslijnen waarbinnen dit dient te gebeuren. Hiermee blijft het bestuur in control en worden de belangen en wensen van SPA gewaarborgd. Dit kan betekenen dat de huidige uitbesteding vanaf 2013 wordt aangepast.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
25
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
6
FINANCIEEL KADER
6.1
Inleiding
SPA valt onder de bepalingen van de Pensioenwet en het daarop gebaseerde financieel toetsingskader; het fonds voldoet aan de voorwaarden die vanuit dit regelkader aan een pensioenfonds worden gesteld. Dit betekent onder meer dat alle toekomstige verplichtingen door waarden zijn afgedekt volgens grondslagen die op basis van de geldende regelgeving als passend worden beschouwd. SPA onderzoekt periodiek haar financiële beleid. Hierbij wordt gebruikgemaakt van verschillende kwalitatieve en kwantitatieve analyses. Minimaal één keer in de drie jaar worden een ALM studie en een continuïteitsanalyse gemaakt. Doel van deze analyses: het waarborgen van de financiële soliditeit van het beleid van SPA. Het in deze ABTN vastgelegde beleid is gebaseerd op een in 2010 uitgevoerde ALM-studie. Het beleid is getoetst met de in 2011 uitgevoerde continuïteitsanalyse. SPA heeft de aanspraken en risico’s die voortvloeien uit de pensioenregeling volledig verzekerd bij AP&L in de vorm van een garantieovereenkomst in combinatie met een gesepareerd beleggingsdepot. Deze overeenkomst is in hoofdstuk 5, nader uitgewerkt. SPA rapporteert op basis van eigen grondslagen. Deze staan beschreven in paragraaf 6.2. Deze grondslagen wijken op enkele punten af van de grondslagen die worden gehanteerd binnen het door AP&L aangehouden depot. Door DNB is in 2011 de beleidsregel Financieel crisisplan pensioenfondsen uitgevaardigd. In een dergelijk crisisplan moet een pensioenfonds uitwerken hoe met een eventuele financiële crisis omgegaan zal worden. In de beleidsregel is voor volledig herverzekerde pensioenfondsen zoals SPA een uitzondering gemaakt. Derhalve heeft SPA niet de verplichting een Financieel crisisplan op te stellen. SPA heeft besloten om geen Financieel crisisplan op te stellen.
6.2
6.2.1
Grondslagen van het fonds
Vaststelling Technische Voorzieningen
De Technische Voorzieningen (TV) stelt SPA vast op basis van de contante waarde van verwachte uitgaande kasstromen die voortvloeien uit de tot de datum van vaststelling opgebouwde onvoorwaardelijke pensioenverplichtingen. De contante waarde wordt berekend op basis van de rentetermijnstructuur die DNB maandelijks publiceert.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
26
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
De verwachte uitgaande kasstromen worden gebaseerd op voor SPA passende grondslagen. Daarnaast wordt op een adequate wijze rekening gehouden met de voorzienbare trend in overlevingskansen. Met toekomstige salarisontwikkelingen is geen rekening gehouden. Hoofdstuk 4 beschrijft de pensioenregeling die SPA uitvoert. De financiering van de genoemde pensioensoorten is als volgt. · Tijdsevenredige financiering pensioenopbouw en toeslagverlening Het financieringssysteem van SPA is erop gericht om minimaal de TV voor de opgebouwde pensioenaanspraken volledig af te dekken met financiële middelen. Bij de bepaling van de TV (aan het einde van een jaar) houdt SPA rekening met de toeslagen op ingegane pensioenen en op de pensioenaanspraken van deelnemers en gewezen deelnemers per 1 januari van het volgende jaar. Dit is het geval als het besluit tot toekenning heeft plaatsgevonden vóór deze datum. · Financiering op basis van eenjarige risicopremies/risicoverzekeringen In de basisregeling worden het (nog niet opgebouwde) partnerpensioen, het tijdelijk partnerpensioen, het wezenpensioen en het premievrijstellingsrisico bij arbeidsongeschiktheid gefinancierd op basis van eenjarige risicopremies. De verzekeraar stelt deze premies vast en brengt ze in rekening.
6.2.2
Actuariële grondslagen van het fonds
De TV worden vastgesteld op basis van de volgende actuariële grondslagen. Deze grondslagen vindt het bestuur voldoende passend. Periodiek gaat het bestuur na of de grondslagen moeten worden aangepast. Rekenrente:
gebaseerd op de rentetermijnstructuur, zoals maandelijks gepubliceerd door DNB;
Overlevingstafels:
AG-prognosetafels 2012-2062, met een correctiefactor op de eenjarige sterftekansen van 74% voor mannen en 90% voor vrouwen;
Partnersysteem:
onbepaalde partner; voor pensioengerechtigden: bepaalde partner;
Leeftijdsverschil:
voor partnerpensioen is aangenomen dat de partner drie jaar jonger is dan de verzekerde man en drie jaar ouder dan de verzekerde vrouw;
Partnerfrequentie:
conform de partnerfrequenties van de verzekeraar, waarbij rekening wordt gehouden met de mogelijkheid tot uitruil van het partnerpensioen in ouderdomspensioen vanaf 55 jaar;
Wezenpensioen:
voor de dekking van het wezenpensioen hanteert SPA een opslag van 5% op de voorziening voor het partnerpensioen;
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
27
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
Excasso:
2% van de TV, berekend op marktwaarde en zoals omschreven in de verzekeringsovereenkomst;
Schadevoorziening: de contante waarde van de premies waarvoor vrijstelling van betaling wegens arbeidsongeschiktheid is verleend dan wel de uitkeringen met betrekking tot arbeidsongeschiktheid; Wachttijdvoorziening:de risicopremies van twee jaar, in overeenstemming met de verzekeringsovereenkomst; IBNR-voorziening:
6.2.3
de inschatting van de schadevoorziening premievrijstelling van niet gemelde schades, in overeenstemming met de verzekeringsovereenkomst.
Vermogen
SPA heeft de aanspraken en verplichtingen verzekerd; de waarden die daar tegenover staan zijn (juridisch) eigendom van AP&L. Deze zijn ondergebracht in het gesepareerd beleggingsdepot. Daarnaast heeft SPA eigen beleggingen. Met de aangesloten ondernemingen is overeengekomen om via dotaties in stappen binnen SPA te streven naar een dekkingsgraad van 110% (zie hierna: paragraaf 6.4). Het beleggingsbeleid is verder uitgewerkt in paragraaf 6.7.
6.3
6.3.1
Premiebeleid
Kostendekkende premie
SPA hanteert voor de kostendekkende premie de definitie zoals vermeld in de Pensioenwet. Deze premie bestaat uit de volgende componenten: · de premie die actuarieel benodigd is in verband met de aangroei van de pensioenverplichtingen; · de opslag die nodig is voor het vereist vermogen dat hoort bij de aangroei van de pensioenverplichtingen; · de opslag die nodig is voor de uitvoeringskosten van het pensioenfonds die horen bij de aangroei van de pensioenverplichtingen; · de premie die actuarieel benodigd is voor de toeslagverlening. Dit is overigens afhankelijk van de afspraken die hierover zijn gemaakt met de aangesloten ondernemingen. De actuarieel benodigde premie wordt, in het kader van de kostendekkende premie, bepaald op basis van de rentetermijnstructuur. Hierdoor kan verschil ontstaan tussen de aldus bepaalde premie en de premie die AP&L bij SPA in rekening brengt; AP&L gaat namelijk uit van een vaste rekenrente van 3% respectievelijk 4% en een andere overlevingstafel (AP2005). Een eventueel negatief verschil in deze premies wordt door de aangesloten ondernemingen aangevuld. Een positief verschil wordt aan de fondsreserves toegevoegd.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
28
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
6.3.2
Bij de aangesloten ondernemingen in rekening te brengen bijdragen
Op grond van de uitvoeringsovereenkomsten brengt SPA bij de aangesloten ondernemingen de volgende bedragen in rekening: a. de verschuldigde kostendekkende premie, inclusief kosten overgangsbepalingen en aanvullingsregelingen; b. aanvullende storting dekkingsgraad; c. aanvullende premie aanpassing beleggingsmix. Per onderwerp geldt als nadere toelichting hiervoor het volgende. a. Verschuldigde kostendekkende premie Met de verschuldigde kostendekkende premie financiert SPA de volgende onderdelen: · de jaarlijkse koopsom voor de in dat jaar te verwerven jaaropbouw inclusief onvoorwaardelijke verhogingen, zoals opgenomen in de pensioenregeling (actuariële premie die benodigd is in verband met pensioenverplichtingen); · de termijnopslag op de premie voor betaling in vier kwartalen; · de risicopremies voor het partner- en wezenpensioen, het tijdelijk partnerpensioen (reglementen 1 en 2) en de premievrije voortzetting wegens arbeidsongeschiktheid,. Voor zover van toepassing vallen hier ook de premies ter dekking van het inlooprisico onder; · de uitvoeringskosten van SPA, met inbegrip van de administratiekosten en de kosten van het vermogensbeheer. De vrijvallende reservering voor excassokosten wordt hierop in mindering gebracht; · het tot stand brengen of in stand houden van het vereiste eigen vermogen zoals voorgeschreven op grond van wettelijke regels, de daarop gebaseerde lagere regelgeving en beleidsinvulling door de toezichthouder; · de toeslagverlening conform het toeslagbeleid voor de actieven (beschreven in paragraaf 6.6); · de storting voor de voorziening langlevenrisico; · de koopsommen in verband met grondslagverschillen bij individuele waardeoverdracht; · de stoploss-premie; · de solvabiliteitsvergoeding; · de risicopremie voor rendementsrisico; Daarnaast worden ook de kosten van de overgangsbepalingen en aanvullingsregelingen uit de pensioenregeling en uit de cao-afspraken, voor zover die tot inkoop van extra pensioenaanspraken bij SPA leiden, in rekening gebracht. Is de feitelijke premie die het fonds aan de verzekeraar verschuldigd is hoger dan de kostendekkende premie, dan komt die feitelijke premie in de plaats van de kostendekkende premie. De aangesloten ondernemingen zijn dan de feitelijke premie aan SPA verschuldigd. De ingehouden eigen bijdrage van de actieve deelnemers blijft bij de aangesloten ondernemingen. De aangesloten ondernemingen betalen aan SPA de volledig in rekening gebrachte bedragen.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
29
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
De aan het bestuur van SPA toe te rekenen kosten maken geen deel uit van de jaarlijks vast te stellen kostendekkende premie. Ter dekking van deze kosten deed de werkgever Achmea bij de oprichting van het fonds een storting. Deze storting is binnen het fonds belegd. b. Aanvullende storting dekkingsgraad Indien nodig vindt er jaarlijks, aan het einde van het jaar, een aanvullende storting plaats om de dekkingsgraad van SPA per balansdatum op het onderstaande peil te brengen: 2009 104 2010 105 2011 106 2012 107 2013 108 2014 109 2015 110 De aangesloten ondernemingen kunnen de aanvullende storting beperken tot het bedrag dat nodig is om de dekkingsgraad met in ieder geval één procentpunt te doen stijgen. De aangesloten ondernemingen kunnen er steeds voor kiezen om de dekkingsgraad op peil te brengen door een andere financieringsvorm dan een aanvullende storting. Dat kan als de gekozen financieringsvorm dezelfde invloed heeft als een aanvullende storting. De aangesloten ondernemingen hoeven geen aanvullende storting te doen als de solvabiliteit van Achmea Groep (zoals berekend op basis van het “Besluit Prudentieel Toezicht Financiële Groepen Wft”) per 31 december minder is dan 150%. Maken de aangesloten ondernemingen hiervan gebruik, dan schuift de storting op basis van de staffel op tot het jaar waarin de solvabiliteit de 150% overstijgt. c. Aanvullende premie aanpassing beleggingsmix De aangesloten ondernemingen vergoeden jaarlijks aan SPA de aanvullende premie die het fonds in het kader van de verzekeringsovereenkomst verschuldigd is voor aanpassing van de beleggingsmix (zie paragraaf 6.7). Dit gebeurt onder voorbehoud van jaarlijkse voorafgaande goedkeuring. Als SPA overweegt de strategische asset mix (momenteel 80% vastrentende waarden en 20% zakelijke waarden) te wijzigen om een hoger rendement te genereren, dan overlegt het fonds daarover met de aangesloten ondernemingen. SPA en de aangesloten ondernemingen stellen vervolgens in overleg een opdrachtformulering voor een ALM-studie op en besteden deze opdracht uit. Naar aanleiding van de uitkomsten van de ALM-studie besluiten de aangesloten ondernemingen, mede afhankelijk van hun financiële positie, om SPA een aanvullende bijdrage te geven. Hierdoor is een risicovoller beleggingsbeleid mogelijk. Wel moet dit beleggingsbeleid blijven voldoen aan de prudent-person regel uit de Pensioenwet. Ook moet de toename van het risico – op basis van redelijke veronderstellingen – leiden tot aanvaardbare en evenwichtige uitkomsten voor de aangesloten ondernemingen.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
30
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
6.4
6.4.1
Omvang van het eigen vermogen
Vereist eigen vermogen en minimaal vereist eigen vermogen
De Pensioenwet stelt eisen ten aanzien van de omvang van het eigen vermogen van pensioenfondsen. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen het minimaal vereist eigen vermogen (MVEV) en het vereist eigen vermogen (VEV). SPA heeft alle aanspraken met een garantiecontract verzekerd. Daarom geldt voor ons fonds alleen de verplichting om een MVEV aan te houden. De hoogte daarvan wordt als volgt bepaald: · 1% van de technische voorzieningen als de beheerslasten zijn vastgelegd voor meer dan vijf jaar, of · 25% van de jaarlijkse netto beheerslasten als de beheerslasten zijn vastgelegd voor vijf jaar of minder. Aangezien voor SPA de beheerslasten voor vijf jaar zijn vastgelegd, geldt dat er 25% van de netto beheerslasten als MVEV wordt aangehouden. 6.4.2
Beoogde omvang van het eigen vermogen
SPA streeft een dekkingsgraad na van minimaal 110%. De afspraken die hierover gemaakt zijn met de aangesloten ondernemingen staat beschreven in paragraaf 6.3. SPA heeft een garantiecontract afgesloten met AP&L, waardoor de nominale verplichtingen zijn verzekerd. In geval van een tekort ten opzichte van het MVEV stelt SPA een herstelplan op. Dat gebeurt binnen de wettelijk voorgeschreven termijn en conform de wettelijke en door de toezichthouder opgestelde (beleids-)voorschriften. In geval van een surplus ten opzichte van een dekkingsgraad van 140% verleent SPA een premiekorting of restitutie aan de aangesloten ondernemingen bij besluit van SPA. Er zijn twee uitzonderingssituaties: als uit een ALM-studie of continuïteitsanalyse naar voren komt dat dit niet verstandig is, of als het Financieel Toetsingskader of andere bepalingen uit de Pensioenwet zich hiertegen verzetten.
6.5
6.5.1
Waardering vordering inzake pensioenverplichtingen
Wettelijk kader
Op 1 februari 2011 is een herziening van het Besluit Financieel Toetsingskader pensioenfondsen (Besluit FTK) in werking getreden, die betrekking heeft op verzekerde pensioenfondsen. Op grond van die herziening mogen fondsen die hun risico’s bij een verzekeraar hebben verzekerd het kredietrisico op die verzekeraar buiten beschouwing laten bij de waardering van de vordering op de verzekeraar op marktwaarde (artikel 13 Besluit FTK) en de berekening van het Vereist Eigen Vermogen (VEV, artikel 12 Besluit FTK). De Pensioenwet, inclusief het FTK, blijft volledig van toepassing op verzekerde pensioenfondsen. Dat betekent dat de bezittingen van het pensioenfonds in beginsel op marktwaarde moeten worden gebaseerd (artikel 135 Pensioenwet).
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
31
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
6.5.2
Waardering door SPA
In overleg met de accountant beoordeelt SPA tweemaal per jaar het kredietrisico, ter onderbouwing van de inbaarheid van de vordering op de verzekeraar. De overwegingen bij deze beoordeling worden hierna toegelicht. SPA is een volledig verzekerd fonds; AP&L heeft de bij SPA ondergebrachte pensioentoezeggingen in verzekering genomen. Voor SPA heeft AP&L een gesepareerd beleggingsdepot met garantiestelling ingericht. De verzekeringsovereenkomst brengt met zich mee dat SPA een vordering heeft op AP&L; een vordering die in beginsel gelijk wordt gewaardeerd aan de Technische Voorzieningen (TV) van SPA. Daarnaast is er een vordering op de verzekeraar als het gaat om het vermogensoverschot in het gesepareerde beleggingsdepot. Hierbij gaat het om het niet direct door het pensioenfonds opeisbare vermogen in het depot. Die vordering is (bij premievrij maken en overdracht aan het fonds) opeisbaar op de einddatum van de verzekeringsovereenkomst. Tot die tijd loopt SPA ook over deze vordering kredietrisico. SPA blijft ondanks de verzekeringsovereenkomst met AP&L verplichtingen houden tegenover de deelnemers van het fonds. De vorderingen die SPA heeft op AP&L hebben de volgende kenmerken: · het gaat om langlopende vorderingen op een groepsmaatschappij van Achmea; · de waarde van de ene vordering wordt bepaald door de TV met nominale uitkeringsgarantie; · de waarde van de andere vordering wordt bepaald door de omvang van het vermogensoverschot in het gesepareerde beleggingsdepot; · tegenover de vorderingen staat bij de verzekeraar het gesepareerde beleggingsdepot. De factoren die de inbaarheid van een vordering bepalen: · de contractuele bepalingen tussen het pensioenfonds en de verzekeraar; · de waarden die tegenover de vordering staan; eventuele afgegeven garanties/zekerstellingen; · de kredietwaardigheid van de verzekeraar; · de betalingsmoraal van de verzekeraar in het recente verleden; · de uiteindelijke kredietwaardigheid van AP&L / Achmea; · de juridische positie in geval van faillissement. Naast al deze aspecten heeft zowel AP&L als Achmea een eigen creditrating. SPA betrekt deze bij de beoordeling. 6.6
Toeslagenbeleid
In paragraaf 4.2 zijn de reglementaire bepalingen voor toeslagverlening opgesomd. Deze paragraaf gaat nader in op het toekennen en financieren van die toeslagen. Actieve deelnemers De toeslag van de actieve en arbeidsongeschikte deelnemers is reglementair onvoorwaardelijk (categorie F2 van de toeslagenmatrix). Deze toeslagen worden, in overeenstemming met de afspraken daarover in het reglement en de uitvoeringsovereenkomst, jaarlijks per 1 januari toegekend
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
32
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
en gefinancierd. In lijn met de afspraken in de uitvoeringsovereenkomst financiert SPA deze toeslagen met een van de aangesloten ondernemingen te ontvangen kostendekkende premie. Gewezen deelnemers en gepensioneerden De pensioenaanspraken van gewezen deelnemers en pensioengerechtigden zijn voorwaardelijk (Categorie D1 van de toeslagenmatrix). Het bestuur beslist jaarlijks over het toekennen van deze toeslagen. Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt gefinancierd uit beleggingsopbrengsten, reserves, of uit een daartoe bestemde dotatie van de aangesloten ondernemingen. Toekenning en financiering vinden steeds plaats per 1 januari van het jaar. Toekenning vindt plaats voor zover de dekkingsgraad van SPA, na toekennen van de toeslag, meer dan 110% bedraagt. Of voor zover de daarvoor bestemde dotatie van de aangesloten ondernemingen toereikend is. Voor de toeslagen van de specifieke groep gewezen deelnemers en pensioengerechtigden van het voormalige pensioenfonds Interpolis, geldt dat deze deels onvoorwaardelijk zijn. Voor het onvoorwaardelijke gedeelte is binnen de verzekeringsovereenkomst een voorziening getroffen. Deze voorziening wordt aangesproken op het moment dat de toeslag door SPA of vanuit de dotatie van de aangesloten ondernemingen, ontoereikend is om het onvoorwaardelijke gedeelte van de toeslag toe te kennen. Inhalen van gemiste toeslagen In de pensioenreglementen is reglementair ruimte gecreëerd voor het inhalen van gemiste toeslagen. Er is geen beleid vastgesteld over wanneer er inhaaltoeslagen zullen worden toegekend. 6.7
6.7.1
Beleggingsbeleid
Inleiding
Deze paragrafen beschrijven het beleggingsbeleid van SPA. Met de verzekeraar heeft SPA een garantiecontract afgesloten met een gesepareerd beleggingsdepot (zie hoofdstuk 5). In die overeenkomst zijn afspraken gemaakt over de wijze waarop er, in het kader van de verzekeringsovereenkomst, wordt belegd in een gesepareerd beleggingsdepot. Buiten de verzekeringsovereenkomst beschikt SPA over eigen middelen. Deze eigen middelen vallen volledig onder de verantwoordelijkheid van SPA. SPA heeft het strategisch beleggingsbeleid vastgelegd aan de hand van de resultaten van een ALMstudie uit 2010. De hierna volgende paragrafen beschrijven het strategische SPA-beleid, het meer specifieke beleid voor het gesepareerde beleggingsdepot, en het beleid voor de eigen middelen. 6.7.2
Fiduciair beheer
Voor het gesepareerde beleggingsdepot en voor het beheer van de eigen middelen heeft SPA een fiduciaire beheerder aangesteld: Syntrus Achmea. De taken van deze fiduciair zijn in hoofdlijnen: a. ondersteuning en uitvoering bij het opstellen van en/of adviseren over: Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
33
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
b. c. d. e.
1. ALM en portefeuilleconstructiestudie; 2. strategisch en tactisch beleggingsbeleid; 3. verantwoord beleggen. het verrichten van beheer, aansturing, selectie en beoordeling van vermogensbeheerders, toezicht op vermogensbeheerders, uitvoeren van overlaystrategieën; meten en analyseren van de resultaten van het beheer; rapporteren over het beheer. risicomanagement en rapportage daarover.
De relatie met de fiduciaire beheerder voor de eigen beleggingen is rechtstreeks tussen SPA en Syntrus Achmea. Voor het gesepareerde beleggingsdepot loopt die relatie via AP&L. 6.7.3
Strategisch beleggingsbeleid
Beleggingsdoelstelling Om de pensioenuitkeringen op de korte en lange termijn veilig te stellen, kiest SPA ervoor de aan het fonds toevertrouwde middelen (al dan niet ingebracht in een verzekeringsovereenkomst) solide en volgens de prudent-person principes te beleggen. Daarbij heeft het rendement een hoge prioriteit, maar staan een defensief karakter en een voorzichtige afweging tussen risico en rendement voorop. Uitgangspunt voor het beleggingsbeleid is passief beleggen, tenzij. Dat ‘tenzij’ betekent dat, als risicobeheer beter vormgegeven kan worden bij actief beleggen, er sprake is van actief beleggen. Strategische mix op hoofdlijnen In de verzekeringsovereenkomst is een strategische mix van 80% vastrentende waarden en 20% zakelijke waarden overeengekomen. Ook de afspraak over het zo veel mogelijk afdekken van het renterisico is daar vastgelegd. Aan de hand van de in 2010 uitgevoerde ALM-studie is deze mix nader ingevuld en heeft het pensioenfonds de in de verzekeringsovereenkomst opgenomen afspraken als haar strategische beleggingsbeleid overgenomen. 6.7.4
Beleggingsbeleid eigen middelen
Strategisch uitgangspunt voor het beleggen van de eigen middelen is een verdeling van 80% vastrentende waarden en 20% zakelijke waarden. Aangezien er tegenover deze middelen geen verplichtingen staan, is er geen sprake van afdekking van renterisico.
6.7.5
Beleggingsbeleid gesepareerd beleggingsdepot
Algemeen Het juridisch eigendom van het gesepareerde beleggingsdepot ligt bij AP&L. Het bestuur van SPA bepaalt binnen de kaders van de verzekeringsovereenkomst het beleggingsbeleid van het gesepareerde beleggingsdepot. Jaarlijks wordt door de commissie beleggingen in een beleggingsplan het voor dat jaar te voeren beleggingsbeleid vastgelegd. Het bestuur heeft de laatste stem en beslist over dit beleggingsplan. De verzekeraar brengt het plan ten uitvoer brengt onder toezicht van de commissie beleggingen.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
34
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
Strategische uitgangspunten Strategisch uitgangspunt voor dat beleggingsbeleid is een verdeling van 80% vastrentende waarden en 20% zakelijke waarden. De renterisico’s die voortvloeien uit de nominale pensioenverplichtingen worden zo volledig mogelijk afgedekt (streven naar 100%). 6.8
6.8.1
Financiële sturingsmiddelen
Premiebeleid
In paragraaf 6.3 is het premiebeleid weergegeven. SPA heeft met de aangesloten ondernemingen in de uitvoeringsovereenkomsten afspraken gemaakt over de kostendekkende premie. Ook bevatten de uitvoeringsovereenkomsten afspraken over eventuele extra bijdragen en de situaties waarin dat aan de orde kan zijn. Daarbij is ook de afspraak gemaakt om te streven de dekkingsgraad van SPA in stappen naar 110% te brengen.
6.8.2
Beleggingsbeleid
In paragraaf 6.7 is het beleggingsbeleid van SPA uiteengezet. Als de omstandigheden en of risico’s daarom vragen, stuurt SPA binnen het strategische beleggingsbeleid op risico’s. In extreme situaties kan de verzekeraar in het beleggingsbeleid ingrijpen gezien de door haar afgegeven garanties.
6.8.3
Toeslagenbeleid
In het toeslagenbeleid (zie paragraaf 4.2 en 6.6) is vastgelegd wanneer er wel en wanneer er niet sprake is van het toekennen van toeslagen. Hiermee ligt ook de nadere invulling van het sturingsmiddel ‘toeslagenbeleid’ vast.
6.8.1
Aansprakenbeleid
De verzekeringsovereenkomst met AP&L garandeert de toekomstige uitkeringen door deze verzekeraar. Het premiebeleid en de uitvoeringsovereenkomst waarborgen dat SPA in beginsel niet in een situatie terecht kan komen waarin een tekort van middelen of premie leidt tot het korten van aanspraken of pensioenopbouw. Daarom heeft SPA hierop geen beleid geformuleerd.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
35
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
7
COMMUNICATIE
7.1
Beleidsplan
Het bestuur heeft een ambitieus strategisch beleidsplan vastgesteld. Vanuit dit kader stelt het bestuur voor elke drie jaar een communicatiebeleidsplan op, met daarin de communicatievisie en doelstellingen van het fonds. Communicatie is een van de speerpunten in het beleid van het fonds. SPA vindt het belangrijk dat communicatie over pensioen voor alle betrokkenen transparant, duidelijk en begrijpelijk is, waarbij de klant, de deelnemer, centraal staat. Speerpunt van de interne communicatie (binnen SPA) is dat iedereen zich bewust is van het imago van SPA en daar ook naar communiceert. SPA is herkenbaar als ambitieus pensioenfonds. Speerpunt voor de communicatie naar buiten is dat deelnemers zich bewust moeten zijn van hun pensioen. Zij moeten een financiële planning kunnen maken. Dit doen zij door bijvoorbeeld hun pensioenoverzicht door te nemen en zorgvuldig te bewaren. En door bij belangrijke beslissingen in hun leven ook stil te staan bij de gevolgen voor hun pensioen. SPA heeft een pensioenplanner die hierbij ondersteuning biedt. De strategie die SPA kiest bij het vormgeven van het communicatiebeleid, is dat de communicatie zoveel mogelijk aansluit bij de levensfasen van de deelnemer. Daarnaast zijn de levensgebeurtenissen van de deelnemer; zoals in dienst- en uitdiensttreding, overlijden, huwen of samenwonen, het krijgen van kinderen, arbeidsongeschikt raken en uiteraard het bereiken van de pensioenleeftijd belangrijke communicatiemomenten. Bij de verdere vormgeving kijkt SPA naar de doelgroepen, waarbij soms verdere segmentering plaatsvindt (jongere deelnemers vragen om een andere benadering dan oudere deelnemers). Centrale doelstelling is het verhogen van het pensioenbewustzijn. Daarbij maakt het fonds gebruik van die communicatiemiddelen, die dit voor de diverse doelgroepen het beste ondersteunen. Daarbij betrekt het fonds zeker ook de ontwikkelingen op het gebied van vernieuwing in de communicatie (en het gebruik van nieuwe media). Ook hierin wil SPA innovatief zijn en voorop lopen. 7.2
Actieplan
Jaarlijks stelt het fonds op basis van het beleidsplan een actieplan op. Hierbij worden de speerpunten betrokken die het bestuur heeft vastgesteld voor het komende jaar. Bij de bepaling van de activiteiten wordt enerzijds uitgegaan van de voorschriften die de Pensioenwet geeft over communicatie; anderzijds wordt vormgegeven aan de ambitie uit het communicatiebeleidsplan.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
36
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
8
RISICOMANAGEMENT
SPA wordt, bij het beheer van de pensioenverplichtingen en de financiering daarvan, geconfronteerd met risico’s. De belangrijkste doelstelling van het fonds is het nakomen van de pensioentoezeggingen. Vanuit dit perspectief is het risicomanagement een belangrijk onderwerp waaraan SPA veel waarde hecht. Met risicomanagement wordt hier bedoeld dat er enerzijds inzicht is in de (mogelijke) financiële en niet-financiële risico’s die het pensioenfonds loopt. Anderzijds is er zicht op beheersmaatregelen en de effectiviteit daarvan. Met dit inzicht krijgt het bestuur sturing en blijft het in control. Het bestuur is uiteindelijk verantwoordelijk voor het risicomanagement. Zij wordt hierin ondersteund door het Bestuursbureau en specifiek door de risicomanager. De risicomanager heeft een directe rapportagelijn naar het bestuur. SPA heeft het risicomanagement vormgegeven door het opstellen van een inhoudelijk risicokader en een risicomanagement proces in de organisatie. Belangrijke elementen zijn: -
-
Met het bestuur wordt periodiek een risicoanalyse uitgevoerd met als doel het vaststellen van het risicoprofiel en de risicobereidheid. Risico’s zijn geïdentificeerd en het bestuur heeft het risicobeleid vastgesteld. Dit beleid is gebaseerd op FIRM (Financiële Instellingen Risicoanalyse Methode) van DNB en aangepast naar fondsspecifieke kenmerken. Het raamwerk voor risicomanagement (proces) is ingericht met behulp van FIRM in de organisatie van SPA. De risico’s zijn gecategoriseerd in Key Performance Indicatoren (KPI’s). Per risico is er een commissie benoemd die het overzicht houdt met betrekking tot het risico. Het risicomanagement proces wordt continu onderhouden. Dit is de risicocyclus. Dit houdt in dat de risico’s iedere keer het proces van identificatie, meting, monitoring en analyse, controle en bijsturing door het bestuur volgen wanneer er ontwikkelingen optreden ten aanzien van een risico. Voor alle geïdentificeerde risico’s worden de beheersmaatregelen benoemd. Wat resteert, is een netto risico dat acceptabel en beheersbaar is voor SPA. Ontwikkelingen kunnen ervoor zorgen dat het bruto risico toeneemt waardoor beheersmaatregelen herzien moeten worden om het netto risico op aanvaardbaar niveau te krijgen. De controle en (bij)sturing van het bestuur voor het managen en beheersen van risico’s wordt vastgelegd en de besluitvorming is geïntegreerd in de organisatie van SPA. Het gebruikmaken van operationele procedures voor de beheersing van risico’s zoals incidentenmelding en –rapportage. Het risicomanagement proces wordt bewaakt en begeleid door de risicomanager. Een risicomanagement rapportage vindt plaats met een integraal overzicht van alle risico’s. De rapportage is periodieke stuurinformatie voor het bestuur. Risico’s worden gecommuniceerd naar externe partijen en deelnemers. Jaarlijks wordt het risicomanagementbeleid en –proces geëvalueerd.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
37
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
9
VASTSTELLING ACTUARIËLE EN BEDRIJFSTECHNISCHE NOTA
De voorliggende actuariële en bedrijfstechnische nota van Stichting Pensioenfonds Achmea is vastgesteld in de bestuursvergadering van 10 januari 2013.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
38
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
BIJLAGE I: VERKLARING BELEGGINGSBEGINSELEN
Introductie Deze ‘Verklaring inzake beleggingsbeginselen’ (hierna: Verklaring) beschrijft op beknopte wijze de uitgangspunten van het beleggingsbeleid van SPA. Pensioenfondsen zijn volgens de Pensioenwet (PW) en de Europese Pensioenrichtlijn verplicht een dergelijke verklaring op te stellen. De Europese Pensioenrichtlijn regelt de werkzaamheden van en het toezicht op pensioenfondsen. In Nederland is de richtlijn verwerkt in de PW. Deze wet schrijft Nederlandse pensioenfondsen voor de Verklaring op te nemen als bijlage bij de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN). Op verzoek van een belanghebbende bij het pensioenfonds wordt de Verklaring verstrekt. Deze Verklaring is door het bestuur van het pensioenfonds opgesteld op 10 januari 2013 en wordt om de drie jaren herzien. Daarnaast wordt de Verklaring direct herzien als er tussentijds een belangrijke wijziging in het beleggingsbeleid optreedt. Hoofdstuk 1 gaat over de organisatie van het pensioenfonds. In hoofdstuk 2 staan we stil bij het beleggingsbeleid. Hoofdstuk 3 gaat over de uitvoering van het beleggingsbeleid. 1.Organisatie a. Pensioenfonds Het pensioenfonds is als ondernemingspensioenfonds opgericht om te zorgen dat uitvoering wordt gegeven aan de pensioentoezegging van de door de aangesloten ondernemingen ondergebrachte werknemers. b. Bestuur Het bestuur van het pensioenfonds is eindverantwoordelijk voor alle activiteiten, inclusief het beleggingsbeleid. Zij stelt het strategisch beleid vast en houdt toezicht op de uitvoering ervan. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de betrokkenen zijn helder gescheiden. Het bestuur heeft een commissie beleggingen ingesteld. c. Commissie beleggingen Een beleggingscommissie, bestaande uit minimaal twee bestuursleden, adviseert het bestuur van het pensioenfonds op het gebied van de vormgeving van het beleggingsbeleid. Taken van de beleggingscommissie zijn: · Binnen de doelstellingen van het pensioenfonds, de kaders van de herverzekeringsovereenkomst en de uitvoeringsovereenkomst met de werkgever, heeft de commissie de taak het beleggingsbeleid van het pensioenfonds te formuleren..Invulling van de tactische beleidsruimte ligt bij de beleggingscommissie. De commissie besteedt hierbij specifiek aandacht aan de belegging van de middelen die door het pensioenfonds zelf worden aangehouden (en niet ter dekking van de pensioenverplichtingen in het gesepareerde beleggingsdepot gelden).
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
39
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
·
·
· ·
·
De beleggingscommissie houdt toezicht op de fiduciaire beheerder en zorgt voor adequate risicobeheersing. De fiduciaire beheerder voert het toezicht op de verschillende vermogensbeheerders het risicobeheer bij die vermogensbeheerders evenals de aan vermogensbeheer gerelateerde taken als administratie, bewaarneming, onderpandmanagement en zo voort. In de reguliere vergaderingen van het bestuur brengt de commissie verslag uit over de ontwikkeling van het gevoerde beleid en de actuele stand van zaken. Zij legt daarover verantwoording af aan het voltallige bestuur. De commissie draagt zorg voor de voorbereiding van door het bestuur te nemen beslissingen. De commissie komt minimaal vier keer per jaar bij elkaar, waar zij onder meer de fiduciaire beheerder verantwoording laat afleggen over het gevoerde beleid. Het besprokene wordt vastgelegd in een verslag voorzien van een actie- en besluitenlijst. Dit verslag wordt ook besproken met het bestuur op de bestuursvergadering. Het Bestuursbureau fungeert als coördinator en voert vanuit die rol ook een operationeel overleg met de fiduciaire beheerder en de verzekeraar.
d. Beleggingsplan Door de commissie beleggingen wordt jaarlijks een beleggingsplan opgesteld. De verantwoordelijkheid voor het vaststellen van dit plan ligt bij het bestuur. In het beleggingsplan worden in ieder geval de volgende zaken vastgelegd. · De gedetailleerde beleggingsmix voor het komende jaar · De bandbreedtes rondom die mix · De benchmarks waartegen resultaten worden gemeten · De beleggingsrestricties en risicobeheersingmaatregelen · De uitvoeringsafspraken e. Deskundigheid Het pensioenfonds draagt er zorg voor dat zij in alle fasen van het beleggingsproces beschikt over de deskundigheid die vereist is voor: · een optimaal beleggingsresultaat; · een professioneel beheer van de beleggingen en · een goede beheersing van de aan beleggingen verbonden risico’s. Het pensioenfonds beschikt over een deskundigheidsplan ten behoeve van het bestuur. f. Gedragscode Bij de uitvoering van het beleggingsbeleid wordt gewaakt voor belangenverstrengeling. De bestuursleden en medewerkers van het pensioenfonds zijn gehouden een gedragscode na te leven. Door de compliance officer van het pensioenfonds wordt daar op toegezien. g. Toezicht De Nederlandsche Bank (DNB) houdt toezicht op de financiële positie van pensioenfondsen op basis van de Pensioenwet. DNB heeft een belangrijk onderdeel van haar regelgeving uitgewerkt in het Financieel Toetsingskader (FTK). Hierdoor heeft vooral risicomanagement een veel prominentere rol gekregen binnen het financiële management van een pensioenfonds. Ook toetst DNB of de pensioenbestuurders deskundig en integer handelen. Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
40
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
De AFM houdt toezicht op de informatieverstrekking door pensioenfondsen. De pensioenfondsen moeten bepaalde, in de wet vastgelegde informatie geven aan de deelnemers, de gewezen deelnemers en de pensioengerechtigden. Deze informatie moet op tijd, begrijpelijk, duidelijk en juist zijn. h. Kernactiviteiten Het pensioenfonds beperkt zich tot activiteiten die verband houden met pensioen en daaraan gerelateerde werkzaamheden. Het pensioenfonds ontplooit geen nevenactiviteiten.
2. Beleggingsbeleid a. Algemeen Het pensioenfonds belegt de ontvangen pensioenpremies om in de toekomst aan haar (gewezen) deelnemers pensioenuitkeringen te kunnen verstrekken. Het pensioenfonds beoordeelt elke belegging op grond van risico- en rendementsoverwegingen in relatie tot de verplichtingenstructuur. Het pensioenfonds belegt vanuit de ‘prudent person’ gedachte. Dit komt in grote mate overeen met dat wat DNB ‘op solide wijze’ beleggen noemt. Daarbij moeten de beleggingen voldoen aan kwalitatieve beginselen van veiligheid, kwaliteit en spreiding van risico’s. Bij alle beleggingsactiviteiten gelden algemene uitgangspunten: · het vermogen wordt belegd in het belang van de (gewezen) deelnemers; · het pensioenfonds hanteert het voorzichtigheidsbeginsel (‘prudent person’): dit wil zeggen dat het vermogen - voor zover mogelijk - op een zodanige manier wordt belegd dat de veiligheid, kwaliteit en liquiditeit van de middelen voldoende zijn gewaarborgd; · het vermogensbeheer wordt op deskundige en zorgvuldige wijze uitgevoerd; · de belegde middelen worden op voldoende wijze gediversifieerd (gespreid). De doelstellingen op lange termijn ten aanzien van het beleggingsbeleid zijn: · het beheren van solide beleggingen, zodat met de beleggingsresultaten en de premiestortingen kan worden voldaan aan de lopende en toekomstige pensioenverplichtingen en de ambitie van een stabiel premie- en toeslagbeleid; · het behalen van een hoog en stabiel lange termijn rendement binnen de door het bestuur vastgestelde risicogrenzen, met in achtneming van de vereisten van de Pensioenwet en de beleidsregels van DNB. Beleggingen brengen echter ook het risico met zich mee dat de verwachte rendementen niet worden gehaald. Het pensioenfonds brengt de risico’s daarom regelmatig in kaart met een zogenaamde Asset Liability Management-studie (ALM). In een ALM-studie wordt onderzocht hoe de financiële positie van het fonds zich op lange termijn ontwikkelt binnen verschillende economische scenario’s. Bij het bepalen van de samenstelling van de beleggingsportefeuille (Assets) wordt rekening gehouden met de specifieke verplichtingenstructuur (Liabilities) van ons pensioenfonds. Daarnaast wordt ook rekening gehouden met de financiering (zoals is overeengekomen met de werkgever / werknemer) en de toeslagambitie. b. Investment Beliefs
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
41
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
Door middel van de investment beliefs krijgt SPA handvatten om het beleggingsbeleid vorm te geven. Hierin is vastgelegd hoe men het beleid periodiek evalueert en de performance en risico’s meet. De Investment Beliefs worden in beginsel jaarlijks geëvalueerd. Asset Allocatie Het beleggingsplan (normportefeuille) waarin de strategie op hoofdlijnen en de beleggingsmix binnen de vastrentende portefeuille en zakelijke waarden jaarlijks wordt vastgelegd hanteert in principe een “buy and hold strategie”. Het beleggingsplan biedt geen ruimte voor tactische asset allocatie met een korte tijdshorizon, wel voor afwijkingen met een middellange (3-6 jaars-) horizon. De strategie op hoofdlijnen wordt frequent geëvalueerd aan de hand van een lange termijn verkenning (ALM studie), Minimaal één maal per jaar wordt de samenstelling van de beleggingsmix overwogen. Het fonds streeft naar monitoring. Hierin wordt onderscheid gemaakt tussen de bijdrage van de normportefeuille, de bijdrage van actieve afwijkingen van die normportefeuille en de bijdrage van actief beleid binnen de beleggingsfondsen. Rendement en risico Vanwege verwachte hoge beleggingsrendementen maakt het fonds in de beleggingsportefeuille ook gebruik van risicovolle beleggingen. Relatie met pensioenverplichtingen Bij de samenstelling van de beleggingsportefeuille wordt rekening gehouden met de kenmerken van de pensioenverplichtingen. Daarbij wordt aandacht besteed tussen de verplichtingen volgens de verzekeringsgrondslagen en de verplichtingen volgens de fondsgrondslagen. Valutarisico Het valutarisico wordt door het te managen zo veel mogelijk afgedekt Kosten, liquiditeit en concentratie Er dient een splitsing te worden aangebracht in liquide en illiquide beleggingen Bij voorkeur wordt belegd in liquide beleggingen. Concentratie in bepaalde categorieën en kosten van vermogensbeheer en daar aan gerelateerde activiteiten moeten inzichtelijk zijn. Het gebruik van rekenmodellen Het fonds streeft naar een evenwichtige beleggingsportefeuille die voldoende gediversifieerd is. Rekenmodellen dienen kritisch beoordeeld te worden vanuit een eigen visie. Beleggingskennis Het bestuur moet beschikken over adequate kennis om inhoudelijk de juiste (en kritische) vragen te kunnen stellen en haar keuzes voor bepaalde beleggingscategorieën te kunnen motiveren naar de achterban. Actief beleggen Het fonds belegt in principe passief, tenzij een bepaalde markt als inefficiënt wordt beoordeeld. Outperformance moet opwegen tegen de kosten van actief beleggen. In het beleggingsplan wordt een onderverdeling gemaakt in de verschillende beleggingscategorieën.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
42
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
Uitbesteding Door de verzekeraar is voor het gesepareerde beleggingsdepot een fiduciaire beheerder aangesteld. Het bestuur heeft voor het beheer van de eigen beleggingen ook een fiduciair manager aangesteld. Die fiduciair manager is in hoofdlijnen gedelegeerd verantwoordelijk voor de managerselectie en -beoordeling, beheer van de middelen, compliance controle, risicomanagement en de rapportage. Het bestuur blijft verantwoordelijk en controleert de kwaliteit van de dienstverlening van de fiduciair manager. De taken van de manager zijn omschreven in een overeenkomst. Er is een splitsing gemaakt tussen vermogensbeheer en risicomanagement.
Rapportage Inzicht in de beleggingsportefeuille komt tot stand via regelmatige beleggingsrapportages. c. Vaststellen beleggingsbeleid Het beleggingsbeleid is onderdeel van het financiële beleid. SPA heeft haar financiële beleid aan de hand van een ALM studie vastgesteld. Beleidsuitgangspunt is dat minimaal eens per 3 jaren het financiële beleid aan de hand van een ALM studie wordt geactualiseerd. Het huidige strategische beleggingsbeleid van SPA is mede bepaald door de herverzekering en komt neer op een mix van 80% vastrentende waarden en 20% zakelijke waarden. Renterisico’s ten opzichte van de nominale verplichtingen worden zo veel mogelijk afgedekt er wordt derhalve naar een afdekking van 100% gestreefd. d. Risicobeheersing Een belangrijk onderdeel van het beleggingsbeleid is het beheersen van de beleggingsrisico’s. Het pensioenfonds maakt geen gebruik van de voorgeschreven kwantitatieve methode om een Vereist Eigen vermogen in kaart te brengen. Door de herverzekering is er geen Vereist eigen vermogenseis. Wel worden kwantitatieve risico’s met behulp van een value at risk model en tracking errors in kaart gebracht en bewaakt. Kwalitatief worden risico’s in kaart gebracht met behulp van een van FIRM afgeleid risicobeoordelingsmodel. Daarbij worden ondermeer de volgende risico’s onderscheiden: matching / renterisico, marktrisico, kredietrisico en uitbestedingsrisico. e. Waarderingsmethode De beleggingen worden gewaardeerd op marktwaarde. Indien er geen beurswaarde beschikbaar is, bijvoorbeeld omdat er geen officiële notering bestaat voor de betreffende investering, worden de bezittingen gewaardeerd tegen intrinsieke waarde. 3.Uitvoering a. Kostenbeheersing Bij de uitvoering van het beleggingsbeleid maakt het pensioenfonds geen andere kosten dan die redelijk en proportioneel zijn in relatie tot de omvang en de samenstelling van het belegd vermogen en de doelstelling van het pensioenfonds. De kosten worden elk kwartaal in kaart gebracht. Waar mogelijk wordt actief op kosten gestuurd.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
43
STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA
b. Maatschappelijk verantwoord beleggen Het pensioenfonds heeft bijzondere aandacht voor de lange termijn doelstellingen van de ondernemingen waarin zij belegt in termen van duurzame economische groei en zorgvuldig ondernemerschap. Het pensioenfonds brengt het belang daarvan onder de aandacht van haar dienstverleners zoals externe vermogensbeheerders. De activiteiten van het pensioenfonds op het gebied van duurzaamheid vormen voor het pensioenfonds geen doel op zichzelf.
Stichting Pensioenfonds Achmea K.v.K. 30201324
ABTN 2013 versie 20-12-2012
44