Stichting Diergeneeskunde In Ontwikkelingssamenwerking
Jaarverslag 2004 (herzien)
Stichting DIO Yalelaan 1, 3584 CL,Utrecht, the Netherlands Internet: www.dio.nl; E-mail:
[email protected] KvK Utrecht 41182569
Inhoudsopgave Inhoudsopgave.................................................................................................................................. 2 Doelstelling ....................................................................................................................................... 3 Gezonde dieren, gezonde mensen! .................................................................................................. 3 Organisatie ....................................................................................................................................... 4 Activiteitenverslag 2004 ................................................................................................................... 5 Veterinary Information Service (V.I.S.)........................................................................................... 5 Projecten ........................................................................................................................................ 7 Ontwikkelingseducatie.................................................................................................................... 8 Netwerken en samenwerkingsverbanden ......................................................................................... 9 Jaarrekening 2004 .......................................................................................................................... 11 Toelichting op de jaarrekening 2004.............................................................................................. 15 De verwachtingen voor 2005 .......................................................................................................... 17 1. Veterinary Information Service (V.I.S)...................................................................................... 17 2. Projecten .................................................................................................................................. 17 3. Ontwikkelingseducatie en bewustmaking .................................................................................. 17 4. Samenwerkingsverbanden......................................................................................................... 18 Kalender....................................................................................................................................... 18 Begroting 2005................................................................................................................................ 19 Bijlage 1: accountantsverklaring............................................................................................................21
2
Doelstelling Gezonde dieren, gezonde mensen! Veehouderij is in ontwikkelingslanden een belangrijke bron van inkomsten. Maar vaak vervult het dier voor zijn eigenaar nog een andere, minstens zo belangrijke rol. Het is de bruidsschat als de dochter gaat trouwen, het is de betaling voor een begrafenis en het voorziet de eigenaar van een bepaalde status. Als de kudde ziek wordt, is het hele dorp in gevaar! De doelstelling van DIO is daarom het bieden van steun en advies op het gebied van dierlijke gezondheid en veehouderij aan minder bedeelde bevolkingsgroepen in ontwikkelingslanden, ongeacht herkomst of politieke overtuiging. Anders gezegd: ‘Gezonde dieren, gezonde mensen’. DIO tracht dit doel te bereiken door o.a.: ü Het onderzoeken, behandelen en oplossen van diergeneeskundige vraagstukken, afkomstig van individuen uit ontwikkelingslanden of ontwikkelingsorganisaties; ü Het verstrekken van voorlichting aan diergeneeskundigen en andere geïnteresseerden ten aanzien van veterinaire en agrarische ontwikkelingsproblematiek; ü Het uitvoeren van relevante projecten of de aanvragen hiervoor onder de aandacht brengen van andere ontwikkelingsorganisaties; ü Het aangaan en onderhouden van nauwe inhoudelijke contacten en het samenwerken met andere soortgelijke ontwikkelingsorganisaties; ü Alle andere activiteiten die bijdragen aan verwezenlijking van de doelstelling.
In 2004 heeft DIO zich opnieuw gericht op het zich ontwikkelen als het veterinair kenniscentrum voor ontwikkelingssamenwerking. Binnen Nederland is DIO immers een unieke organisatie. Wij zijn de enige non-profit organisatie die zich primair richt op de gezondheid van dieren in relatie tot het overleven van mensen. Het voornaamste middel hierbij blijft de Veterinaire Informatie Service (V.I.S.), een gratis vraagbaak voor het oplossen van diergeneeskundige problemen die ter plekke spelen.
3
Organisatie Het bestuur van de stichting DIO bestaat geheel uit vrijwilligers. Ook haar medewerkers zijn allen vrijwilliger, in totaal had de stichting in 2004 minstens 40 actieve vrijwilligers. Dierenartsen, studenten diergeneeskunde, maar ook steeds meer mensen met een niet diergeneeskundige achtergrond weten de weg naar ons kantoor te vinden. De stichting bevindt zich sinds haar oprichting in 1987 op het terrein van de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht. Dankzij de actieve inzet van het faculteitsbestuur heeft DIO in september 2004 een nieuw kantoor tot haar beschikking gekregen. Het bestuur van DIO was in 2004 als volgt samengesteld: Drs. Mariska Leeflang, voorzitter; Drs. Janneke Allaart, secretaris; Dhr. André Steenbergen, penningmeester; Mw. Deborah Schouten, coördinator Veterinary Information Service; Mw. Shaula Bouwman, coördinator PR en Voorlichting; Ing. Fay Koen Tjoa, algemeen bestuurslid. Het bestuur van DIO in 2005 heeft de volgende samenstelling: Drs. Mariska Leeflang, voorzitter; Drs. Sita Bennema, secretaris; Ing. Fay Koen Tjoa, penningmeester; Drs. Hanneke Mertens, coördinator Veterinary Information Service; Drs. Janneke Allaart, coördinator PR en Voorlichting. Het dagelijks bestuur wordt in haar taken bijgestaan door zogenoemde bestuursmedewerkers. Dit zijn vrijwilligers die coördinatietaken op zich nemen en daardoor een centrale rol binnen de organisatie vervullen, zonder dat zij deel uitmaken van het dagelijks bestuur: Jolanda Verhoef: vrijwilligerscoördinator Lenny Hogerwerf: VSF-representative André Steenbergen: Sponsoring en fondsenwerving Shaula Bouwman: Contact met andere organisaties Het bestuur werd met advies bijgestaan door het Adviserend Comité, welke gevormd werd door: Prof. Dr. Cornelissen, decaan van de Faculteit Diergeneeskunde; Prof. dr. S.G. van den Bergh, oud-hooglereaar en oud-decaan van de faculteit diergeneeskunde; Dr. B.E.C. Schreuder, ID-Lelystad, voorzitter Dutch Committee for Afghanistan; Dr. A.J. de Smit, werkzaam bij Intervet International B.V. als wetenschappelijk redacteur; Drs. H.R.J. Vis, veterinair consultant; Ir. Gerard Straver, projectcoördinator van de wetenschapswinkel in Wageningen. Drs. J. Rijks, werkzaam bij het Dutch Wildlife Health Center als dierenarts. Drs. Mirjam Andriessen, sociaal geografe en werkzaam als projectcoördinator bij NOVIB. Drs. Katrien van ’t Hooft, dierenarts en werkzaam bij ETC, Leusden. Sinds 2001 heeft DIO een verklaring van geen bezwaar van het Centraal Bureau voor Fondsenwerving.
4
Activiteitenverslag 2004 Veterinary Information Service (V.I.S.) De V.I.S. is de belangrijkste activiteit binnen DIO. Het is een gratis informatiedienst voor boeren en organisaties werkzaam in de armste gebieden ter wereld. De vrijwilligers, veelal enthousiaste studenten diergeneeskunde, zoeken praktische oplossingen voor ingezonden problemen en vragen. Hierbij wordt mede gebruik gemaakt van een uitgebreide bibliotheek en een ervaren veterinaire en agrarische specialisten, zowel van de Faculteit der Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht als van andere instituten en organisaties. Waar mogelijk wordt intensief contact onderhouden tussen vraagsteller en DIO-vrijwilliger. Deze overdracht van informatie vormt de basis van een moderne en duurzame vorm van ontwikkelingssamenwerking. In 2004 zijn er 55 vragen vanuit de hele wereld beantwoord. Deze vragen zijn binnengekomen via de website (7), per brief (20 (waarvan 17 vragen in 1 keer uit een klein Keniaans dorp)), e-mail (13) of direct naar ons doorgestuurd via verschillende andere organisaties (10 via Agromisa, 2 via VSF Europa en 2 via INTI). Van 1 vraag was niet bekend hoe deze bij ons is binnen gekomen. Als een vraag bij ons via e-mail of de website binnen komt, wordt binnen een week de vraagsteller op de hoogte gesteld van ontvangst en indien mogelijk wordt dan ook een voorlopig antwoord meegestuurd. De gestelde termijn waarbinnen een vraag volledig beantwoord dient te zijn is 1 maand voor in het Engels of Nederlands gestelde vragen en twee maanden als een vraag eerst vertaald moet worden. Van de binnen gekomen vragen in 2004 zijn er slechts vijf niet binnen deze termijn beantwoord. Dit werd veroorzaakt door de uitgebreidheid van deze vragen of door onmogelijkheid om de situatie ter plekke goed in te kunnen schatten. Voor deze vragen is wel binnen een maand een voorlopig antwoord met eventuele wedervragen gestuurd, zodat de vraagsteller op de hoogte gesteld kon worden van de problematiek en zelf met verhelderende extra informatie kon komen. Om de tevredenheid van onze vraagstellers in te kunnen schatten, sturen we met ieder antwoord een evaluatieformulier mee. Hiervan zijn er het afgelopen jaar 2 teruggekomen. Dit lage aantal is waarschijnlijk te wijten aan het feit dat onze antwoordenveloppen niet voldeden aan de internationale normen. Dit is eind 2004 verholpen. Omdat DIO zelf niet in ontwikkelingslanden zit, is het belangrijk om samen te werken met organisaties die daar wel zitten. In dat licht is twee jaar geleden een groepje vrijwilligers begonnen met PR in doellanden, specifiek gericht op het binnen krijgen van meer V.I.S. vragen. Een tweede doelstelling van deze werkgroep was het verzamelen van praktische informatie over deze doellanden, waarmee een beter antwoord op binnengekomen vragen mogelijk zal zijn. Men kan hierbij denken aan informatie over de veterinaire infrastructuur of over ziekte uitbraken in de betreffende regio. In 2004 zijn met dit doel ambassades en NGO’s in een aantal Afrikaanse landen rechtstreeks benaderd. Uit 9 landen hebben we een reactie terug gekregen, voornamelijk bestaande uit adressen van lokale organisaties, ministeries en universiteiten. Deze gegevens en andere gegevens over de benaderde landen zullen worden verzameld in een database. Ook hebben we V.I.S.visitekaartjes ontwikkeld: kaartjes op A8-formaat met daarop de doelstelling en het adres van de V.I.S. in het Engels, Frans en Spaans. Deze kaartjes kunnen worden meegenomen door een ieder die naar een ontwikkelingsland gaat, om zo ook op lokaal niveau onze service te promoten.
5
Vragen ontvangen 1999-2004 60
50
40
30
20
10
0 1999
2000
2001
2002
2003
2004
Deze figuur laat het variabele verloop van het aantal vragen sinds het begin van de V.I.S. zien. 2004 was duidelijk een uitschieter, maar we hopen dit goede resultaat in 2005 te kunnen herhalen.
Jaar 2004
6
Count of diersoort
5 diersoort varken slakken
4
rund pluimvee overig
3
n.v.t. meerdere konijnen kamelen geit/schaap
2
1
Zambia
UK
Uganda
Togo
Sudan
Palestina
Nigeria
Nederland
Mexico
Mali
Kenia
Kameroen
Indonesie
Ghana
Gambia
Eritrea
Ecuador
Congo
Benin
Algerije
0
Land
Deze figuur geeft het aantal vragen per land en per diersoort weer. Zeventien vragen uit een Keniaans dorp zijn als één vraag geteld. Verder was van zes vragen niet goed gedocumenteerd wat de diersoort was of het land was niet bekend (omdat de vraag via e-mail gesteld was). Die vragen zijn niet in deze figuur opgenomen.
6
Projecten Ten aanzien van projecten wordt een ‘nee-tenzij’-beleid gehandhaafd: projecten worden alleen in overweging genomen indien DIO de gewenste capaciteit en expertise in huis heeft om een project kwalitatief goed uit te voeren en het project overzichtelijk en haalbaar is. In 2004 liepen er drie projecten, te weten: -
Samen met de USSS (Udhagamandalam Social Service Society) in India heeft DIO een project gestart waarbij gezinnen een geit of koe krijgen toebedeeld en vervolgens een trainingstraject doorlopen om met de dieren een beter bestaan op te kunnen bouwen. In 2003 is het project daadwerkelijk van start gegaan en is het eerste deel van de beloofde financiering over gemaakt. Begin 2005 zal een evaluatie van het project plaats vinden.
-
De Stichting Child Future Africa zet in Zimbabwe een weesboerderij op en heeft DIO gevraagd te adviseren op veterinair gebied. Een aantal vrijwilligers heeft zich hierop toegelegd. Zij krijgen echter geen goed contact met de directeur van de weesboerderij.. Omdat de overeenkomst tussen DIO en CFA in november 2004 afliep, zal begin 2005 het contract met CFA herzien worden.
-
Samen met de Wageningse organisatie Agromisa wordt gewerkt aan de uitgave van een aantal coproducties in Agromisa’s Agrodok-serie. Dit is een serie informatieve boekjes over uiteenlopende agrarische onderwerpen, geschreven in voor leken begrijpelijke taal. DIO heeft de redacteurs geleverd voor een viertal Agrodoks die een veterinair onderwerp behandelen en alle in 2005 uitgegeven zullen worden: ziekten bij kippen; zoönosen (ziekten die van dieren over kunnen gaan op mensen en vice versa); ethnoveterinary medicine (inheemse diergeneeskunde) en endogenous livestockkeepers development (veehouderij met de kennis en opvattingen van de veehouder als uitgangspunt). De uitvoering van iedere productie afzonderlijk zal door DIO als afgerond project worden beschouwd
7
Ontwikkelingseducatie Een andere rol van DIO is het onder de aandacht brengen van ontwikkelingsproblematiek bij het Nederlandse publiek in het algemeen en diergeneeskundig publiek in het bijzonder. DIO doet dit door middel van o.a.: -
Het kwartaalblad, de DIO-dialoog. Deze wordt verspreid onder de donateurs. Vaste rubrieken in de DIO-Dialoog zijn een V.I.S.-vraag, een verslag van een DIO-activiteit en iets actueels op het gebied van ontwikkelingssamenwerking.
-
De website www.DIO.nl : via de website bereiken we een breed publiek. Enerzijds vergroten we hier onze bekendheid mee en anderzijds heeft de site een educatieve functie.
-
Een jaarlijkse informatieavond, waarop verteld wordt over het werken als dierenarts in ontwikkelingslanden. Omdat we ons dit jaar meer naar buiten toe wilden profileren en minder binnen de ‘eigen’ veterinaire kring, hebben we in 2004 de informatieavond vervangen door een debatavond waarvoor veel niet-agrarische ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties zijn uitgenodigd. Het doel van deze debatavond was het onder de aandacht brengen van de rol van diergeneeskunde in het geheel van ontwikkelingssamenwerking. De vraag die centraal stond, was: “is diergeneeskundige ondersteuning in ontwikkelingslanden wel zinvol?”. Sprekers waren onder andere Bram Schreuder van het Dutch Committee for Afghanistan, prof. dr. Kees Konings van de faculteit Sociale Wetenschappen van de Universiteit Utrecht en prof. Dr. Akke van der Zijpp van Wageningen University and Research (WUR). Ondanks dat het een boeiende avond werd met veel binnen- en buitenlandse bezoekers, was er weinig belangstelling vanuit niet-agrarische ontwikkelingsorganisaties voor het debat.
-
Het jaarlijks organiseren van een symposium. De symposia van DIO trekken ieder jaar opnieuw een breed publiek uit binnen- en buitenland. Behalve een leerzaam aspect kennen deze symposia dus ook heel sterk een sociaal aspect: het publiek is heel breed en men spreekt elkaar makkelijk aan. Het symposium had in 2004 de titel: “Social Institutions and Livestock. A positive development in developing help?”. Dit naar aanleiding van de vraag die wij van CFA Zimbabwe hadden gekregen. Sprekers waren onder andere afkomstig van het Nederlandse Rode kruis en CORDAID. Het geheel werd op boeiende wijze aan elkaar gepraat door de voorzitter van de avond, ir. Marie-Louise Beerling van GRM International.
-
Tenslotte zijn er kleine lezingen gehouden door het jaar heen. Deze werden gepresenteerd op het maandelijkse vrijwilligersoverleg. Te denken valt aan onderwerpen als internationale handel, reisverslagen en stageverslagen.
8
Netwerken en samenwerkingsverbanden DIO acht het samenwerken met andere organisaties zeer belangrijk. Het biedt een mogelijkheid tot het uitwisselen van informatie en expertise tussen organisaties, zodat een effectiever gebruik van kennis en middelen mogelijk is. Door deze samenwerking beoogt DIO ook een sterkere stem te krijgen ten opzichte van politiek en publiek. Daarom maakt DIO onderdeel uit van een aantal netwerken en samenwerkingsverbanden.
VSF Europa. DIO maakt sinds 1989 deel uit van dit samenwerkingsverband, dat sinds 2000 een officiële juridische status heeft. In VSF Europa zijn negen Europese organisaties uit evenveel verschillende landen vertegenwoordigd. Het doel van dit samenwerkingsverband is om als organisatie nog sterker te staan in Europa en de wereld op het gebied van veterinaire ontwikkelingssamenwerking. Het dagelijks bestuur van VSF Europa bestaat uit vertegenwoordigers van iedere afzonderlijke organisatie en komt twee keer per jaar samen. Eén van deze bijeenkomsten wordt jaarlijks direct gevolgd door de algemene ledenvergadering en een dagvullend symposium. In maart 2004 vond dit plaats in Solothurn, Zwitserland. Een verslag van deze bijeenkomst en het symposium werd gepubliceerd in het Tijdschrift voor Diergeneeskunde1. De tweede bestuursbijeenkomst van 2004 vond plaats in Lyon. Tijdens deze vergadering is besloten dat DIO (in hoofde van onze VSF-representative Lenny Hogerwerf) voorzitter van VSF Europa zal zijn tot april 2005. Bij VSF Europa zijn aangesloten: VSF-Suisse (VSF Zwitserland) TOG (VSF Duitsland) VETAID UK (VSF Schotland) VSF Austria (VSF Oostenrijk) VETERMON (VSF Spanje)
VSF-France SIVtro VSF Belgium DIO
(VSF Frankrijk) (VSF Italië) (VSF België) (VSF Nederland)
INTI In 2002 heeft DIO zich ook aangesloten bij INTI, hetgeen staat voor International Network for Technical Information. INTI is een samenwerkingsverband tussen verschillende Europese vraag- en antwoordservices, gericht op ontwikkelingslanden. De deelnemende organisaties zijn allen gespecialiseerd in een bepaald onderwerp: landbouw, duurzame energie, textiel etc. DIO is de enige binnen INTI die zich bezig houdt met veterinaire vraagstukken. Het doel van de samenwerking is het verbeteren van de services door de krachten te bundelen, vragen aan elkaar door te spelen en ervaringen uit te wisselen. Binnen het INTI-netwerk heeft DIO vooral veel contact met de twee andere Nederlandse organisaties: Werkgroep OntwikkelingsTechnieken (WOT) en Agromisa. DIO ontvangt regelmatig vragen van vooral Agromisa en ook op andere vlakken (zie elders in het verslag) wordt nauw samengewerkt
Europees Studentennetwerk Tijdens de VSF-E jaarvergadering in Solothurn, Zwitserland, maart 2004, is contact gelegd met een aantal Zwitserse en Belgische veterinaire studenten die graag van DIO wilden leren hoe zij als studenten iets bij zouden kunnen dragen aan ontwikkelingssamenwerking. Ook kwamen wij in contact met een Franse studente en zij heeft getracht contact op te nemen met 1
Leeflang M. Symposium 'healthy animals, healthy people'. Tijdschr Diergeneeskd. 2004;129(9):303-4.
9
zo veel mogelijk veterinaire studentenorganisaties die zich met ontwikkelingswerk bezig houden. Al deze organisaties zijn uitgenodigd om in oktober naar Utrecht te komen, alwaar een driedaagse vergadering werd belegd met als doelen: kennismaking, doelen stellen en uitwisseling van informatie. Er bleek grote variatie tussen de groepen onderling (wel/niet verbonden aan een VSF-lid, wel/geen eigen projecten). Deze bijeenkomst was het startpunt voor het studentennetwerk “veterinary students for sustainable development”. Voornaamste doel van de samenwerking is uitwisseling van informatie en zorgen voor een onderlinge stimulans. Overig Ook met de Faculteit Diergeneeskunde onderhoudt DIO goede contacten. Dankzij het faculteitsbestuur heeft DIO sinds september 2004 een nieuw kantoor op het faculteitsterrein, naast het hoofdgebouw. DIO organiseert op de faculteit diergeneeskunde haar symposia en voorlichtingsavonden waardoor de avonden veel bezocht worden door studenten diergeneeskunde en medewerkers van de faculteit. Op deze manier draagt DIO tevens bij aan educatie en diversiteit binnen de opleiding. Daarnaast geeft DIO studenten diergeneeskunde de kans mee te werken in de organisatie en zich hierin verder te ontwikkelen. Anderzijds maakt DIO weer gebruik van de kennis en expertise aanwezig op de faculteit voor de V.I.S. De samenwerking met het Bureau Internationale Contacten van de faculteit diergeneeskunde bestaat onder andere uit het doorzenden van vacatures die bij DIO binnen komen. Andere contact die onze organisatie in de loop der jaren heeft opgebouwd, zijn weergegeven in afbeelding 3.
Agromisa Heifer
FD
DCA
WOT
DIO Larenstein
ETC Leusden
WUR
Agriterra
Afbeelding 3. WOT = Werkgroep Ontwikkelingstechnieken; WUR = Wageningen University and Research; DCA = Dutch Committee for Aghanistan; FD = Faculteit Diergeneeskunde.
10
Jaarrekening 2004 Staat van baten en lasten Werkelijk 2004 BATEN Baten uit eigen fondsenwerving - Giften/Schenkingen - Donaties - Oliebollenactie - Overige activiteiten
280 3.438 231 0
Begroot 2004
4.000 3.600 500 4.500 3.949
Kosten eigen fondsenwerving - (in)directe verwervingskosten - Uitvoeringskosten
-1.169 -542
-730
43,32%
Netto baten Resultaat verkopen artikelen - nettowinst Aandeel acties van derden Subsidies Overige baten - Rente - Diversen Totaal beschikbaar voor doelstelling
6.289 7.118 1.017 --12.600
14.424
-518 -730
-1.711 (in % van baten uit eigen fondsenwerving)
Werkelijk 2003
5,79%
-518 3,59%
2.238
11.870
13.906
63
---
---
4.807
0
20.594
0
163
4.162
764 105
900 --869 7.977
891 --900 12.933
891 39.553
11
Werkelijk 2004 LASTEN Voorlichting/bewustmaking - DIO-dialoog - Symposium - Debatavond - Kleine lezingen - Uitvoeringskosten
2.076 200 36 0 1.964
Begroot 2004
1.650 250 100 50 1.359 4.276
Structurele hulp - India-project - CFA - Agrodok - Reservering projecten - Uitvoeringskosten
Overige uitgaven Totaal besteed aan doelstelling Saldo
4.123 21.665
925 0 0 4.807 1.964
0 75 3.000
-----
1.594
1.007
358 419 59 2.750
4.669
570 912 3.586
Netwerken - VSF-E - INTI - Overige organisaties - Uitvoeringskosten
1.316 207 250 --2.350 3.409
7.696 Veterinary Information Service - Verzenden boeken - Uitbereiding bibliotheek - Divers - Uitvoeringskosten
Werkelijk 2003
22.672
839 2.952 1.482
3.791 668
1.108 0 170 786
1.200 280 50 790
672
2.064
2.320
1.340
2.595 20.217
850 12.730
--31.926
-12.240
203
7.627
12
Verdeling uitvoeringskosten naar bestemming Voorlichting/ Structurele bewustmaking hulp
V.I.S. NetwerkenFondsen- Totaal Begroot Totaal werving 2004 2004 2003
Verdeling over doelstellingen en fondsenwerving in % Kantoorkosten Kosten voor vrijwilligers en bestuur Afschrijvingen Overige algemene kosten Verhuiskosten
25% 445 54 884 439 142
25% 445 54 884 439 142
35% 623 76 1238 615 198
10% 178 22 354 175 57
5% 89 11 177 88 28
100% 1780 217 3537 1756 567
Niet verdeeld over doelstellingen PR-kosten Totaal uitvoeringskosten
1964
1964
2750
786
149 542
149 8006
Gemiddeld aantal personeelsleden: Totaal bezoldiging bestuurders en toezichthouders: Leningen, voorschotten en garanties verstrekt aan bestuurders en toezichthouders:
1120
3097
3535
4402
5385
7499
Werkelijk 2004 Begroot 2004 Werkelijk 2003 0 0 0 0 0 0 0
0
0
13
Balans 31-12-2004
31-12-2003
0
3.536
984
1.953
1000
---
33.439 35.423
43.980 49.469
9.050
18.754
4.603 17.704 1000
----3.536
Voorzieningen - Reservering projecten
---
15.000
Schulden * Kortlopende schulden Totaal
3.066 35.423
12.179 49.469
ACTIVA Materiële vaste activa - Inventaris Vorderingen Voorraden - PR-folder DIO Liquide middelen - Postbank Totaal
PASSIVA Eigen vermogen * Vrij besteedbaar eigen vermogen * Vastgelegd vermogen - India project - Bestemmingsfonds toekomstige projecten (CfC) - Fonds activa bedrijfsvoering
14
Toelichting op de jaarrekening 2004 Algemeen De jaarrekening 2004 is opgesteld conform de Richtlijn “Verslaglegging fondsenwervende Instellingen versie 2000 (modellen A, B en C). De waardering van activa en de passiva heeft plaatsgevonden tegen de nominale waarde. Alle baten en lasten worden, rekening houdend met de waarderingstoeslagen, toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Het accountantsbureau “Berculo Te Selle” te Amersfoort heeft de jaarrekening gecontroleerd en akkoord bevonden. Toelichting op de staat van baten en lasten Wat direct opvalt is het grote negatieve resultaat over het boekjaar 2004. Hiervoor zijn een aantal oorzaken aan te wijzen. Bij de kosten voor eigen fondsenwerving, (in)directe verwervingskosten staat een bedrag van € 1169,=. Dit zijn de kosten voor het drukken van een PR-folder. Oorspronkelijk stond deze uitgave gepland voor 2003 waarin voldoende inkomsten waren om deze uitgave te kunnen verantwoorden. Dat is niet gebeurd en daarom is er voor gekozen de PR-folder over de boekjaren 2004 en 2005 af te schrijven. Bovendien is er in de jaarrekening 2004 is een fundamentele fout in de balans hersteld. De in 2003 ontvangen Coins-for-Care gelden (acties derden) waren vorig boekjaar voor een deel onterecht toegerekend aan het eigen vermogen van de stichting. Door verschuiving naar journaalpost bestemmingsfonds toekomstige projecten is dit nu gecorrigeerd. Deze correctie van de balans drukt op de staat van baten en lasten (overige uitgaven, € 2.595,=). Het in 2004 ontvangen bedrag van Coins-for-Care (€ 4807,=) is nu wel gelijk gereserveerd in het bestemmingsfonds toekomstige projecten. Tenslotte moet geconstateerd worden dat de inkomsten uit van donateurs en giften/schenkingen fors zijn teruggelopen. Dit laatste wordt daarom een aandachtspunt voor 2005. Verdeelsleutel uitvoeringskosten Uitvoeringskosten zijn kosten van de eigen organisatie voor beheer en uitvoering. Dit soort kosten zijn in het algemeen niet toe te kennen aan een specifieke doelstelling en/of de fondsenwerving en vindt daarom plaats door middel van een verdeelsleutel. De uitvoeringskosten zijn gewogen verdeeld over de eigen fondsenwerving en de vier doelstellingen voorlichting/bewustmaking, structurele hulp, V.I.S. en netwerken met respectievelijk 5%, 25%, 25%, 35% en 10%. De verdeling over de vier doelstellingen geeft misschien een wat vertekend beeld omdat de directe kosten voor de V.I.S. betrekkelijk laag zijn en de hoge uitvoeringskosten niet in verhouding lijken te staan. Met de verdeling komt wel tot uiting dat de V.I.S. als belangrijkste doelstelling van stichting DIO wordt gezien. Het percentage bij de fondsenwerving is laag gesteld omdat er ook de PR-kosten (€ 149,=), waarin ook een deel van de overheadkosten zitten, er aan zijn toegewezen. Verschillenanalyse rekening versus begroting De inkomsten uit eigen fondsenwerving wijken af van de wat er bij het opstellen van de begroting 2004 verwacht werd. De giften/schenkingen waren al behoudend begroot ten opzichte van de jaarrekening 2003, maar desondanks zijn de inkomsten hieruit tegengevallen. Een echte verklaring hiervoor hebben we niet, maar met de vergroting van de naamsbekendheid zullen we in 2005 hier iets aan doen. Ten tweede is de beoogde sponsorwerving door ondercapaciteit niet van de grond gekomen, dit verklaart waarom er geen inkomsten bij de overige activiteiten van eigen fondsenwerving zijn.
15
Een meevaller was de tweede uitbetaling van Coins-for-Care. Deze inkomsten zijn wel gelijk weer gereserveerd in het bestemmingsfonds toekomstige projecten. Aan de lastenkant zitten de grote verschillen met name in de uitvoeringskosten. Een deel hiervan zijn de niet in de begroting meegenomen verhuiskosten en kosten voor de accountant (circa € 970,=). Wat de verhuiskosten betreft, het was niet voorzien dat Stichting DIO in 2004 een nieuw kantoor krijgen. Dat de kosten voor de accountant niet begroot waren is een vergissing, voor de volgende jaren zal dat voortaan wel worden opgenomen in de begroting. Verder is de telefoonrekening fors hoger in tegenstelling tot wat de bedoeling was. We zijn echter te hoog aangeslagen (circa € 650,=) en dit bedrag wordt in 2005 teruggevorderd. Tenslotte zijn een paar vorderingen oninbaar afgeboekt (circa € 750,=). Wat de directe kosten voor onze doelstellingen betreft zijn de meeste uitgaven redelijk in overeenstemming met de begroting. Een beoogd Agrodokje waarvoor we € 3000,= productiekosten gereserveerd hadden is niet uitgegeven. Bij de V.I.S zijn wat meer kosten gemaakt voor het verzenden van boeken. Toelichting op de balans Het vrij besteedbare eigen vermogen is door de toegepaste correctie en het negatieve resultaat over 2004 uiteraard fors afgenomen. De toegepaste correctie is het verplaatsen van een bedrag van € 2.595,= naar het bestemmingsfonds toekomstige projecten (CfC). Het vastgelegde vermogen van € 4.603,= voor het India-project is het nog uit te keren bedrag aan USSS (Udhagamandalam Social Service Society) als gevolg van de in 2003 door Stichting DIO aangegane verplichting. Het bedrag bestaat uit een deel van de Coins-for-Care gelden (2003), de uitkering van het Rabobank Fonds (2003) en onze wervingsactie geitenproject in 2002. Het bestemmingsfonds toekomstige projecten bestaat volledig uit de per 31 december 2004 nog niet uitgeven Coins-for-Care gelden. Hoewel Stichting DIO vrij is in de keuze van de projecten en/of de vorm van structurele hulp, is door Coins-for-Care wel de beperking opgelegd dat het geld niet aan fondsenwerving of overheadkosten besteed zal worden. Door de instelling van dit bestemmingsfonds kan dit worden verantwoord. Op de inventaris hoeven in 2005 geen afschrijvingen meer gedaan te worden hetgeen uiteraard gunstig is voor de begroting 2005. Er is een post in de voorraad opgenomen. Dit betreft de PR-folder van DIO, gewaardeerd tegen de betaalde inkoopprijs, die in twee jaar wordt afgeschreven. Deze afschrijving is bij benadering lineair, zodat de tweede termijn een rond bedrag van € 1.000,= is. De post fonds activa bedrijfsvoering betreft dus het nog af te schrijven bedrag van de folder. Wat betreft onze vorderingen kan met zekerheid gesteld worden dat deze volledig inbaar zijn.
16
De verwachtingen voor 2005 Voor 2005 is besloten de koers die DIO in 2004 voer, te blijven volgen. Dat betekent: verder professionaliseren wat betreft de informatieverstrekking. Dit zal niet alleen tot uiting komen in de invulling van onze doelstellingen, maar ook in de organisatie als geheel en het vrijwilligersbeleid in het bijzonder. Vrijwilligers zullen meer betrokken worden bij de besluitvorming en in hun werkzaamheden meer gecoacht worden. Jaarlijks zullen er evaluatiegesprekken met de vrijwilligers gevoerd worden.
1. Veterinary Information Service (V.I.S) Zoals gezegd, blijft dit de belangrijkste doelstelling van DIO. Komend jaar zal geprobeerd worden met 10 organisaties buiten ons bestaande netwerk een duurzaam contact op te bouwen, onder andere door presentaties of onze fototentoonstelling aan te bieden. Wij hopen hiermee de toestroom aan vragen te kunnen verhogen. Verder zal voor nieuwe vragenbeantwoorders een trainingstraject opgezet worden, waarbinnen de nieuwe vrijwilliger leert om vragen snel en goed te beantwoorden.
2. Projecten In 2005 zal het project in India afgerond en geëvalueerd worden. De samenwerking met Child Future Africa zal herzien worden en het initiatief hierin zal bij CFA gelegd worden. Een nieuwe vorm van samenwerking zou een 1 op 1 relatie met een vaste vragenbeantwoorder kunnen zijn. Een dergelijke relatie is gedurende 2004 opgebouwd met medewerkers van Stichting de Stille Sterke Kracht (SSK) in Kalibaru, Indonesie. Dit maakt het mogelijk dat vragen vaak al binnen een week beantwoord zijn. Voor deze organisatie zal DIO in 2005 een melkkamer (voor melkverwerking) financieren. Een ander type projecten zijn de Agrodoks. Momenteel wordt er gewerkt aan drie Agrodoks: pluimveeziekten (verwachting: half 2005 gereed), ethnoveterinary medicine (verwachting: eind 2005 gereed) en zoönosen (verwachting: begin 2006 gereed). Vervolgens zal DIO in juni 2005 helpen een writeshop organiseren in kameroen, waaruit een boekje moet ontstaan dat zich vooral richt op ‘endogenous livestocking’: veehouderij en diergeneeskunde vanuit de behoeften en kennis van de boer zelf, eventueel aangevuld met westerse technieken.
3. Ontwikkelingseducatie en bewustmaking Het beleid ten aanzien van ontwikkelingseducatie en bewustmaking zal in 2005 niet veel veranderen. Sterker nog, omdat vorig jaar niet gelukt is om met de debatavond andere (nietagrarische) ontwikkelingsorganisaties te trekken en omdat (aanstaande) dierenartsen de voornaamste doelgroep voor ons vormen binnen Nederland, hebben we besloten terug te vallen op onze oude vertrouwde informatieavond. Hierbij zal het werken als dierenarts in een ontwikkelingsland centraal staan.
17
4. Samenwerkingsverbanden Het onderhouden van netwerken en samenwerkingsverbanden staat of valt op het wankele evenwicht tussen tijdsinvestering en winst, vooral omdat deze winst vaak moeilijk meetbaar is. Toch willen we in 2005 proberen met een aantal organisaties buiten het ons bekende netwerk (vooral agrarische organisaties) contact te leggen en dit te onderhouden. Verder zullen we actief betrokken blijven bij VSF Europa, waarvan we in elk geval tot april 2005 voorzitter zijn. Binnen VSF-E zal DIO ook de werkgroep voor kennisbeheer gaat leiden, dit is een werkgroep die de kennis binnen de afzonderlijke VSF-leden toegankelijk wil maken voor de andere leden en mettertijd ook voor derden. Ook het studentennetwerk en het INTInetwerk zullen we ons voor in blijven zetten, zij het dat we binnen deze netwerken geen voortrekkersrol zullen spelen.
Kalender
Behalve de in de bovenstaande figuur weergegeven activiteiten, zal e rook iedere twee weken door het Bestuur vergaderd worden en zal er iedere maand een vrijwilligersoverleg zijn. Die laatste vinden iedere eerste maandag van de maand plaats. Projecten en V.I.S.-vragen worden behandeld bij binnenkomst. Omdat het initiatief hierbij bij de aanvrager ligt, kunnen wij de tijdstippen waarin deze behandeld zullen worden niet inschatten.
18
Begroting 2005 BATEN Baten uit eigen fondsenwerving - Donaties - Giften/Schenkingen - Sponsoring - Overige activiteiten (Oliebollenactie)
2000 2000 2450 350 6800
Kosten eigen fondsenwerving - (in)directe verwervingskosten - Uitvoeringskosten
8% 6255
Netto baten Resultaat verkopen artikelen - nettowinst
Structurele hulp - India - Indonesië - CFA - Kameroen, varkensproject - Agrodoks - Uitvoeringskosten
p.m. p.m. 0 100 500 625
50 0
Aandeel acties van derden
500
Subsidies en fondsen Overige baten - Rente - Diversen
1950 450 265 50 200 625 3540
0 -545 -545
(in % van baten uit eigen fondsenwerving)
LASTEN Voorlichting/bewustmaking - DIO-dialoog - Symposium - Infoavond - Kleine lezingen - Common Action Day 2005 - Uitvoeringskosten
450 700
1225 Veterinary Information Service - Verzenden boeken - Verzonden overig materiaal - Bibliotheek - Divers - Uitvoeringskosten
500 25 100 135 999 1759
1150 Netwerken - VSF-E - INTI - Overige organisaties
1100 50 0
- Uitvoeringskosten
250 1400
Totaal beschikbaar voor doelstelling
7955
Resultaat
-269
300 8224
Overige uitgaven/onvoorzien Totaal besteed aan doelstelling
Baten De inkomsten uit eigen fondsenwerving zijn tamelijk behoudend begroot. Het aantal donateurs loopt wat terug. In 2005 zal er actiever aan donateurwerving gedaan worden, maar de resultaten kunnen we misschien pas in 2006 verwachten. Wel is de verwachting dat er in 2005 meer inkomsten uit giften/schenkingen binnen komen. We gaan opnieuw proberen met een sponsor- en fondsenwervingcommissie aan de slag te gaan. Doelstelling is om een bedrag van € 2450,= bijeen te krijgen.
19
Lasten De kosten voor de DIO-Dialoog zijn al enkele jaren tamelijk hoog. Er zal worden bekeken of het bij gelijk blijvende kwaliteit mogelijk is om deze omlaag te krijgen, voorlopig gaan we echter uit van de bekende kosten. Voor de V.I.S. hebben we een groter bedrag voor het verzenden van boeken gereserveerd. Het is gebleken dat het zinvol is om vragenstellers op deze manier van extra informatie te voorzien. Hoewel er bij de structurele hulp voor aan India en Indonesië geen bedragen zijn begroot zal daar toch geld aan worden besteed. € 650,= respectievelijk € 4000,=. Deze bedragen komen echter uit de reeds gedane reserveringen en zullen daarom niet ten laste van de exploitatierekening 2005 komen. Er is ook een klein bedrag voor een zogenaamde writeshop voor de Agrodoks in Kameroen begroot. Een vrijwilliger van DIO zal meewerken aan het schrijven van zo’n boekje.
20