Trends in werkkapitaal
Steeds groter wordende groep debiteuren betaalt te laat Nederlandse trend steekt ongunstig af tegen die in de ons omringende landen In de tweede helft van 2011 is het aandeel debiteuren dat op tijd de rekeningen betaalde in Nederland flink gedaald, terwijl dit in andere Europese landen niet of nauwelijks het geval was. Het perspectief is bovendien ongunstig. ING verwacht voor 2012 een economische krimp van 1%, wat normaliter tot gevolg heeft dat nog meer debiteuren niet op tijd betalen. De onderliggende trend in de gemiddelde betalingstermijn is echter wel gunstig. Ook in het laatste kwartaal van 2011 is de gemiddelde betalingstermijn verder teruggelopen. Ondanks de dubbele dip in de economie manifesteert deze gunstige ontwikkeling zich al zeven jaar achtereen. Er is in deze periode flink geïnvesteerd in aanscherping van het credit management en dit blijkt te werken.
Figuur 1 Geen verband tussen lengte betalingstermijn en BBP-groei: debiteurentermijn blijft dalen ondanks moeizame economische ontwikkeling
Dalende trend betalingstermijn crisisbestendig Het is opmerkelijk dat de gemiddelde betalingstermijn van debiteuren gedurende geheel 2011 een dalende ontwikkeling liet zien.1 De economie kromp in het tweede halfjaar, maar de gemiddelde debiteur betaalde toch weer iets sneller. Er is dus blijkbaar geen verband tussen een lagere of negatieve economische groei en een oplopende debiteurentermijn (figuur 1). Zo werd een factuur in het laatste kwartaal van vorig jaar gemiddeld na 44,8 dagen betaald, wat sneller is dan voor de recessie. Vooral de solide betalingsmoraal in Nederland en het steeds efficiëntere credit management hebben dit mogelijk gemaakt.
1 Zie ook Alert Trends in Werkkapitaal: “Verschil tussen goede en slechte betalers loopt op” van augustus 2011.
52
8
51
6
50
4
49
2
48
0
47
-2
46
-4
45
-6
44
-8 '00 '01 '02 '03 '04 '05 '06 '07 '08 '09 '10 '11
_ _
Betalingstermijn debiteuren in dagen (linker as) Ontwikkeling BBP in % per kwartaal j.o.j. (rechter as)
Bron: Graydon/CBS
Lengte betalingstermijn bepaalt mede de omvang van het werkkapitaal Ook al is de dalende betalingstermijn een positieve trend, het gaat vooral om de verhouding tussen de tendens in debiteuren- versus crediteurentermijn. Deze verschilt per ondernemer. Ondernemingen actief in business to business hebben zowel een debiteuren- als crediteurenportefeuille. De omvang van deze portefeuilles is niet alleen afhankelijk van de betalingstermijnen die u zelf hanteert als u uw crediteuren betaalt, maar ook van de betalingstermijnen die uw debiteuren hanteren als zij u betalen. Met andere woorden: geldt de ontwikkeling van een kortere betalingstermijn over de jaren heen, voor u als betaler èn ontvanger? Is dat het geval, dan wordt de gemiddelde omvang van de debiteuren- en crediteuren portefeuille relatief
Box 1 Wat kan de ondernemer met kennis over de ontwikkeling in betalingstermijnen? Uiteraard is de kredietwaardigheid van elke debiteur verschillend en moet deze op bedrijfsniveau gemonitord worden. Ook inzicht in de ontwikkelingen van betalingstermijnen per sector of afzetland bieden de ondernemer echter houvast voor zijn werkkapitaalbeheer. Vooral debiteuren in landen met een minder solide betalingsmoraal dan in Nederland, die het ook in economisch opzicht nog eens zwaar hebben, lopen hoge risico’s dat ze niet aan hun betalingstermijnen kunnen voldoen. Echter ook in de ‘vertrouwde’ landen nemen betalingsrisico’s toe, zeker nu de zogenoemde dubbele dip in de Europese economie een feit is. Het terugdringen van de betalingstermijnen is mooi, omdat uw debiteuren eerder betalen, maar als u zelf ook crediteur bent, zult u ook eerder moeten betalen. Zorg daarom voor balans tussen uw uitgaande en binnenkomende factuurbetalingen. Een discrepantie in betaaltermijnen tussen crediteuren ‘eerder’ en debiteuren ‘gelijk of later’ kan leiden tot extra liquiditeitsbeslag. Debiteurenbeheer is belangrijk, maar crediteurenbeheer ook. U heeft debiteuren, maar uw leverancier ook. Waaronder u.
Trends in werkkapitaal Mei 2012 2
gezien kleiner. Anders wordt het echter als deze bewegingen tegengesteld aan elkaar zijn. Stel dat uw crediteuren sterk hebben gestuurd op de betalingstermijnen (u betaalt netjes op tijd), maar u heeft dit niet gedaan richting uw debiteuren, dan kan dit een negatieve impact hebben op uw werkkapitaal. Het is belangrijk dat u zich als ondernemer continu realiseert dat het werkkapitaal dat ‘vast zit’ in uw debiteuren niet kan worden aangewend in het bedrijfsproces en geen rendement oplevert. Het zelf blijven sturen op de betalingstermijnen van uw debiteuren blijft essentieel.2
Sectoren in Nederland Betalingstermijnen verschillen per sector In de zakelijke dienstverlening is de gemiddelde betalingstermijn van de onderscheiden sectoren met 41 dagen het laagst (figuur 2). Sinds eind 2003, toen de betalingstermijn piekte, is de termijn in deze sector bovendien het sterkst gedaald (met 21%). In de transportsector is de betalingstermijn gedaald van 54 naar 47 dagen en in de industrie van 51 naar ruim 46. Uiteraard zijn binnen de sectoren de verschillen groot en zal onder invloed van de recessie het verschil tussen goede en slechte betalers nog groter worden.
Landen Wat betreft de totale betalingstermijn in dagen (de som van contracttermijn en de vertraging) presteert de Nederlandse debiteur in de Europese top (figuur 3). Met gemiddeld 25 contractdagen en 18 dagen vertraging (samen 43 dagen) moet ons land alleen Duitsland (37 dagen) voor laten gaan. In Italië en Spanje ligt de betalingstermijn rond de honderd dagen. Te late betalers creëren een rentevoordeel voor zichzelf. Achttien dagen te laat betalen komt voor alle Nederlandse crediteuren tezamen uit op een renteverlies van circa € 1,5 mrd in 2011.3
2 Zie Trends in Werkkapitaal: “Professioneel Debiteurenbeheer loont” van augustus 2009. 3 Hierbij is uitgegaan van de toegevoegde waarde van het bedrijfsleven volgens het CBS in 2011 en een rente van 6%.
Figuur 2 Betalingstermijn industrie, transport en zakelijke dienstverlening, 2001-2011* 54 52 50 48 46 44 42 40 '01
_ _ _ _
'02
'03
'04
'05
'06
'07
'08
'09
'10
Totaal alle sectoren
'11
Negatieve ontwikkeling betalingsdiscipline in Nederland Uit figuur 4 blijkt dat er per land duidelijke verschillen zijn in het betalingsgedrag van debiteuren. In Duitsland en Nederland betaalt meer dan de helft van de ondernemers Totaal alleiets sectoren binnen de afgesproken termijn. In Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk is dit aandeel met 33% resp. 25% een stuk lager, Zakelijke dienstverlening maar is het aandeel dat één tot dertig dagen te laat betaalt erg hoogIndustrie (ruim 60%). Er zijn meer Spaanse dan Franse en Britse ondernemers, Transport die op tijd betalen. Maar als Spaanse ondernemers te laat betalen, dan is het ook verhoudingsgewijs vaker meer dan 30 dagen te laat. Nederlandse ondernemers mogen dan in vergelijking met die uit andere Europese landen snelle betalers zijn, de ontwikkeling is onder invloed van de economische krimp in het tweede halfjaar van 2011 negatiever dan in andere landen. In deze periode is het percentage debiteuren dat binnen de afgesproken termijn betaalt namelijk fors gedaald. Het aandeel zakte van 53,4% in het tweede naar 46,7% in het vierde kwartaal (figuur 5).
Industrie Transport Zakelijke dienstverlening
* 4-kw. voortschrijdend gemiddelde Bron: Graydon, bewerking ING Economisch Bureau;
Figuur 3 Gemiddelde contractuele betalingstermijn en vertraging in dagen per land, 2011 Duitsland Nederland VK België Frankrijk Spanje Italië 0
20
■ Gemiddelde contractuele betalingstermijn ■ Gemiddelde vertraging Bron: Intrum Justitia, European Payment Index
Trends in werkkapitaal Mei 2012 3
40
60
80
100
120
Figuur 4 Aandeel debiteuren dat op tijd, 1 tot 30 dagen te laat en minstens 30 dagen te laat betaalt, per land, 2011 Duitsland Nederland Italië Spanje België Frankrijk VK 0%
20%
40%
60%
80%
100%
■ Op tijd ■ 1 tot 30 dagen te laat ■ 30 of meer dagen te laat Bron: Dun & Bradstreet, bewerking ING Economisch Bureau
Van de in deze figuur opgenomen landen noteerde alleen Spanje ook een daling van het percentage debiteuren dat op tijd betaalt,4 maar deze was veel bescheidener.
In Nederland groeit het aandeel debiteuren dat één tot dertig dagen te laat betaalt… Parallel met de dalende ontwikkeling van het aandeel debiteuren dat binnen de afgesproken termijn betaalt, is er in 2011 sprake van een toenemend aandeel van debiteuren dat één tot dertig dagen te laat betaalt. In Nederland groeide dit aandeel sneller dan in alle andere landen. …maar daalt het aandeel dat minstens dertig dagen te laat betaalt Het is echter niet zo dat de betalingsmoraal in ons land ineens verslechterd is. Zo blijkt bijvoorbeeld dat het aandeel debiteuren dat minstens dertig dagen te laat de factuur betaalt in Nederland al drie jaar lang aan het dalen is en in ons land met 3,5% verreweg het laagst is van de vergeleken landen (figuur 6).
4 Voor Duitsland was het cijfer voor het vierde kwartaal nog niet bekend, maar was vorig jaar ook sprake van een dalende tendens.
Trends in werkkapitaal Mei 2012 4
In Spanje, Italië en Duitsland liep het aandeel ondernemers dat minstens dertig dagen te laat betaalt duidelijk op. In Frankrijk en Nederland stabiliseerde dit aandeel zich vorig jaar. Alleen in België en het Verenigd Koninkrijk daalde dit aandeel. Conclusie is dat de betalingsmoraal per land behoorlijk verschilt. Als een ondernemer zaken doet met debiteuren uit deze landen, is bijvoorbeeld het inschakelen van een factormaatschappij voor het debiteurenbeheer een optie om ervoor te zorgen dat ook zijn Italiaanse, Spaanse of Duitse debiteur op tijd betaalt.
Houdt ook in Nederland rekening met grotere groepen debiteuren die niet op tijd betalen Al met al is het zorgwekkend dat de liquiditeitspositie kennelijk dusdanig verslechterd lijkt te zijn dat rekeningen langer dan gebruikelijk blijven liggen. Het perspectief is bovendien ongunstig. ING verwacht dit jaar een economische krimp van 1%. Er zal rekening moeten worden gehouden met grotere groepen debiteuren die niet op tijd betalen. Het advies aan ondernemers is het beschikbare instrumentarium om eerder betaald te krijgen nog gerichter in te zetten. Bijvoorbeeld middels het doorberekenen van de gemaakte kosten aan de debiteur, het inzetten van betalings-
Figuur 5 Percentage debiteuren dat binnen geldende 70% betalingstermijn betaalt, per land, 2010 en 2011
Figuur 6 Percentage debiteuren dat 30 dagen of meer te laat betaalt, per land, 2009-2011 VK
60%
20%
50%
15%
40%
10%
Spanje Italie Duitsland Frankrijk
30%
5%
20%
0%
Q1
Q2
Q3
Q4
2010
Q1
Q2
Q3
Belgie Nederland Q1
Q4
2009
2011
Q2
Q3
Q4
Q1 2010
Q2
Q3
Q4
Q1
Q2
Q3
Q4
2011
_ Nederland _ België _ Frankrijk _ Duitsland _ Italië _ Spanje _ VK
_ _ _ _ _ _ _
Bron: Dun & Bradstreet, bewerking ING Economisch Bureau
Bron: Dun & Bradstreet, bewerking ING Economisch Bureau
korting of het afscheid nemen bij aanhoudende langdurige overschrijdingen.
geëffectueerd en betalingstermijnen maximeert op zestig dagen (box 2).
Nederland België Frankrijk Duitsland Italië Spanje VK
Of de gemiddelde betalingstermijn in Nederland verder blijft zakken de komende ‘magere’ jaren valt te bezien. In Zuid-Europese landen zal dat wel moeten, gezien de nieuwe Richtlijn Betalingsachterstanden die begin 2013 zal worden
Box 2 Nieuwe Richtlijn Betalingsachterstanden Op 16-3-2013 wordt de oude Europese Richtlijn Betalingsachterstanden ingetrokken en vervangen door een op 16-2-2012 gepubliceerde nieuwe, strengere richtlijn. De overheden hebben dus iets meer dan een jaar de tijd de richtlijn in de nationale wetgeving te implementeren. In beginsel geldt volgend jaar dat als contractueel niets geregeld is, binnen dertig dagen na de factuurdatum moet worden betaald. Een langere termijn is toegestaan, maar het maximum wordt voortaan gesteld op zestig dagen. Voor overheidsinstanties blijft een termijn van dertig dagen gelden, tenzij activiteiten van industriële of commerciële aard worden uitgeoefend of zorg wordt verstrekt. Een betalingstermijn van langer dan zestig dagen is alleen toegestaan als aangetoond kan worden dat dit voor geen van beide partijen nadelig is. Daarnaast wordt de wettelijke handelsrente verhoogd van 7 tot 8%-punt boven de refi-rente van de ECB en is deze voortaan verschuldigd zonder aanmaning. Ook wordt een minimum incassokostenvergoeding van € 40 ingevoerd.
Bron: Publicatieblad Europese Unie; bewerking ING Economisch Bureau
Trends in werkkapitaal Mei 2012 5
ING Economisch Bureau publiceert in samenwerking met ING Commercial Finance een serie brochures over actuele thema’s op het gebied van werkkapitaal Eerder verschenen in deze reeks: Debiteurenbeleid wordt cruciaal Ruimte creëren voor continuïteit en groei Credit management: meer rendement uit werkkapitaal Industrie in turbulente tijden Professioneel debiteurenbeheer loont Wat te doen tegen niet-betalende debiteuren? Vreemd vermogen in balans Financiering van internationalisering Benodigd werkkapitaal reduceren met financiële ketensamenwerking Voorraadbeheersing Voorraadmanagement Werkkapitaalbeheer
Trends in werkkapitaal Mei 2012 6
augustus 2008 februari 2009 maart 2009 juni 2009 augustus 2009 december 2009 maart 2010 augustus 2010 september 2010 februari 2011 augustus 2011 december 2011
Disclaimer De informatie in dit rapport geeft de persoonlijke mening weer van de analist(en) en geen enkel deel van de beloning van de analist(en) was, is, of zal direct of indirect gerelateerd zijn aan het opnemen van specifieke aanbevelingen of meningen in dit rapport. De analisten die aan deze publicatie hebben bijgedragen voldoen allen aan de vereisten zoals gesteld door hun nationale toezichthouders aan de uitoefening van hun vak. Deze publicatie is opgesteld namens ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam en slechts bedoeld ter informatie van haar cliënten. ING Bank N.V. is onderdeel van ING Groep N.V. Deze publicatie is geen beleggingsaanbeveling noch een aanbieding of uitnodiging tot koop of verkoop van enig financieel instrument. ING Bank N.V. betrekt haar informatie van betrouwbaar geachte bronnen en heeft alle mogelijk zorg betracht om er voor te zorgen dat ten tijde van de publicatie de informatie waarop zij haar visie in dit rapport heeft gebaseerd niet onjuist of misleidend is. ING Bank N.V. geeft geen garantie dat de door haar gebruikte informatie accuraat of compleet is. De informatie in dit rapport kan gewijzigd worden zonder enige vorm van aankondiging. ING Bank N.V. noch één of meer van haar directeuren of werknemers aanvaardt enige aansprakelijkheid voor enig direct of indirect verlies of schade voortkomend uit het gebruik van (de inhoud van) deze publicatie alsmede voor druk- en zetfouten in deze publicatie. Auteursrecht en rechten ter bescherming van gegevensbestanden zijn van toepassing op deze publicatie. Overneming van gegevens uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron wordt vermeld. In Nederland is ING Bank N.V. geregistreerd bij en staat onder toezicht van De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten. De tekst is afgesloten op 7 mei 2012.
Trends in werkkapitaal Mei 2012 7
Meer informatie? Kijk op ING.nl/zakelijk Of bel met Erik Racké, ING Commercial Finance 030 659 33 09 Henk van den Brink, ING Economisch Bureau 020 563 95 06 Wilt u nieuwe publicaties per e-mail ontvangen? Ga naar ING.nl/kennis