Statengriffie Van: Verzonden: Aan: Onderwerp: Bijlagen:
Floortje van Aken dinsdag 9 juni 2015 15:32 Ria Veenstra Inspraakreactie MKB-Noord BRF_151903_Retail Agenda.pdf; Inspraakreactie MKB Noord FOC 10 juni 2015.pdf
Geachte mevrouw Veenstra, beste Ria, Bij nader inzien toch maar even in zijn geheel via jou. Zou jij beide bijgevoegde documenten (de inspraakreactie en een bijlage) willen verzenden aan de commissieleden? Graag tot morgen! Hartelijke groet, Floortje van Aken Manager belangenbehartiging
Leonard Springerlaan 31-4 Postbus 132, 9700 AC Groningen Telefoon: 050–534 38 44 of 06–10 98 78 18 E-mail: [email protected] (Let op! Nieuw emailadres)
1
Geachte voorzitter, geachte leden van de commissie Omgevingsbeleid, Hartelijk dank dat ik de gelegenheid van u krijg om in te spreken bij deze commissievergadering. We horen steeds meer geluiden dat de economie aan het herstellen is. Afgelopen maandag nog presenteerde De Nederlandsche Bank hoopgevende groeicijfers voor de komende drie jaar. Maar, geachte dames en heren, in de retail moet de crisis nog beginnen. Context Ondernemers in de retail en horeca staan voor forse opgaven. De veranderingen in de markt zijn groot. lnternet, demografische veranderingen, internationalisering en structuurveranderingen in de economie, dwingen ondernemers elke dag opnieuw keuzes te maken. Een van de gevolgen van deze veranderingen is dat de vraag naar winkelruimte is afgenomen en nog verder zal afnemen. Steden en dorpen in NoordNederland staan voor de opgave om te werken aan aantrekkelijke, maar kleinere winkelcentra. Ook het kabinet onderstreept in de landelijke Retailagenda de noodzaak te investeren in krachtige en compacte binnensteden en wijst daarbij uitdrukkelijk op het belang van de regisserende rol van provincies. Want hoewel ondernemerschap in principe uitgaat van eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht, geldt voor de detailhandel, de horeca en de dienstverlening dat de kracht ook in het collectief ligt. De toekomst van binnensteden Wij staan hier vandaag voor u omdat wij willen waken voor een ontwrichting van dit collectief in de centrumgebieden van Drentse dorpen en steden. De plannen voor een Factory Outlet Center in Assen-Zuid, ver buiten het centrum, kunnen beslist niet rekenen op de steun van MKB-Noord. Een FOC heeft ons inziens alleen bestaansrecht wanneer de vestiging leidt tot een aantoonbare versterking van de positie van de binnenstad en een aantoonbare toevloeiing van bestedingen van buiten de regio, zoals dat bijvoorbeeld het geval is in Roermond, waar het FOC direct aan het centrumgebied is gevestigd. De plannen voor de bouw van een FOC in Assen-Zuid voldoen volstrekt niet aan deze criteria en vormen daarmee een bedreiging voor de noodzakelijke vernieuwing in de binnensteden van Drenthe. En het is juist de binnenstad – het kloppende hart van de stad – waar inwoners hun identiteit aan ontlenen. Centrumgebieden zijn de voornaamste imagodragers van een regio – en daarmee in grote mate bepalend voor het karakter van Drenthe. In dat licht wijzen wij de voorgenomen herziening van de provinciale Omgevingsvisie af. Wij zijn van mening dat een zo’n herziening pas weloverwogen genomen kan worden, als het effect van een FOC op de omgeving in bredere context is onderzocht. Wat betekent dit voor de toekomst van commerciële voorziening in centrumgebieden in Drentse dorpen en steden? Een provinciale Retailagenda zou een uitstekend instrument zijn om deze bredere context in kaart te brengen. Regionale aanpak Over het belang en de betekenis van centrumgebieden is men het over het algemeen genomen wel eens. Het sluitende antwoord op de vraag wat dit betekent voor de aanpak van dorpen en binnensteden is echter nog niet gevonden. Dat komt met name doordat we in het verleden veel ervaring hebben opgedaan met het begeleiden van groei van binnensteden. Nu we te maken hebben met een terugloop in behoefte aan vierkante meters en een sterk veranderende markt, gaat het niet langer over groei maar over een
noodzakelijke herontwikkeling naar kleinere binnensteden. En dit is een hele andere opgave. Het staat als een paal boven water dat die opgave niet meer per plaats of per gemeente geïsoleerd moet worden aangepakt. Het is niet langer ieder voor zich: we zullen op regionale schaal moeten samenwerken. Een regierol voor de provincie is hierin noodzakelijk. Het college van GS in Drenthe lijkt deze lijn te ondersteunen, met onder meer een prominente plaats voor een op te stellen Provinciale Retailagenda in het collegeakkoord. Daarnaast wordt er al enige tijd op provinciale schaal gewerkt aan een Vastgoedagenda. De vernieuwing en herinrichting van binnensteden lijkt daarmee ook in Drenthe op de agenda te staan. Het wijzigen van de provinciale Omgevingsvisie om een FOC buiten het centrumgebied mogelijk te maken, zou een rigoureuze breuk met dit eerder gevoerde en voorgenomen beleid betekenen, met een gebrek aan duidelijkheid en vertrouwen tot gevolg. De inzet van MKB-Noord Het is van cruciaal belang dat besluiten met betrekking tot de wijziging van tot nu toe gevoerd omgevingsbeleid niet lichtzinnig genomen worden. Er is op het vlak van retail ook op provinciale schaal een krachtige en consistente regionale aanpak nodig, waarin duidelijkheid, vertrouwen en draagvlak onder stakeholders de uitgangspunten moeten zijn. De focus in die aanpak wat MKB-Noord betreft moet liggen op bloeiende, vitale centrumgebieden. Kortom: geef prioriteit aan het opstellen van een provinciale Retail Agenda, conform het collegeakkoord van Gedeputeerde Staten. Deze discussie rondom een FOC kan en mag wat ons betreft niet los gezien worden van die bredere context: het gaat hier immers om het op grote schaal toestaan van detailhandel in een perifeer gelegen gebied. Ruimte bieden aan de plannen om een FOC buiten een centrumgebied te vestigen schept niet alleen onduidelijkheid in de lijn die de provincie voor ogen heeft, maar schaadt - ik onderstreep het nog maar eens - het vertrouwen in een consistente aanpak van zowel detaillisten als vastgoedeigenaren, financiers en andere stakeholders. Uiteraard gaan wij graag verder met u in gesprek over wat de contouren van een Drentse Retail Agenda volgens het bedrijfsleven zouden moeten zijn.