Startnotitie
Evenementenbeleid
Portefeuillehouder: mevrouw A.G.M. van de Vondervoort Ambtelijk opdrachtgever: mevrouw C. de Graaf Primaathouder: mevrouw D. Vleugel Versie: 4, d.d. 18 oktober 2012
Inhoudsopgave Startnotitie Samenvatting
blz. 4.
Gevraagde beslissing
blz. 5.
1. Inleiding
blz. 6.
2. Probleemschets en -oplossingen 2.1 Begripsomschrijving te ruim 2.2 Categorisering evenementen 2.3 Eindtijden evenementen 2.4 Circusbeleid integreren 2.5 Verantwoordelijkheid voor handhaving vergunningvoorschriften 2.6 Evenemententerrein, aanpassing bestemmingsplan 2.7 Evenementen op zondag 2.8 Legestarief evenementenvergunning niet toereikend 2.9 Wilde dieren in het circus
blz. 6. blz. 6. blz. 6. blz. 6. blz. 7. blz. 7. blz. 8.. blz. 8. blz. 9. blz. 9.
3. Proces voor tot stand komen kaderstellend besluit
blz. 10.
4. Overige informatie -
blz. 10.
Overzicht bijlagen Bijlage 1: brief Partij voor de Dieren m.b.t. wilde dieren in het circus Bijlage 2: Standpunt VNCO m.b.t. (wilde) dieren in het circus
2
Samenvatting (Beleids)probleem Het huidige evenementenbeleid1 is gedateerd en biedt voor een aantal actuele vraagstukken onvoldoende houvast. Middels deze startnotitie wordt de gemeenteraad gevraagd richting te geven aan het nieuw te ontwikkelen evenementenbeleid. Zo is onder andere onvoldoende duidelijk welke terreinen voor evenementen wel en welke niet gebruikt kunnen worden, is er niet formeel vastgelegd welke indieningseisen er gelden voor de aanvraag van een evenementenvergunning en laat de huidige begripsomschrijving te veel ruimte voor eigen interpretatie. Oplossingsmogelijkheden Het ene evenement is het andere niet. Bezoekersaantallen, locatie en tijdstip zijn zomaar wat zaken die de aard van een evenement sterk beïnvloeden. Daarnaast brengt een braderie andere risico’s met zich mee dan een tentfeest. Om ieder evenement op de juiste manier te beoordelen en het juiste behandeltraject te bewandelen is het wenselijk een kaderstellend besluit te nemen over de volgende zaken:
Het opnemen van een uitgebreidere omschrijving van het begrip ‘evenement’. Evenementen indelen in categorieën; Eindtijden; Actualiseren en integreren van het circusbeleid; Inzetten buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) voor handhaving bij evenementen; Aanwijzen evenemententerreinen; Het al dan niet vastleggen van regels met betrekking tot evenementen op zon- en feestdagen; Gedifferentieerde legestarieven voor evenementenvergunningen; De wenselijkheid om in Sliedrecht in de toekomst al dan niet een circus met wilde dieren toe te staan.
Bij ieder onderwerp is een voorstel van het college opgenomen.
1
Een exemplaar van het huidige evenementenbeleid, circusbeleid en het rapport van de inspectie voor de Gezondheidszorg en inspectie Openbare Orde en Veiligheid kunnen u desgewenst per mail worden toegestuurd. Stuurt u hiervoor een mailtje naar
[email protected]. 3
Gevraagde beslissing Allereerst wordt de raad gevraagd of zij de probleemschets onderschrijft. Daarnaast wordt verzocht een kaderstellend besluit te nemen over de volgende punten: 1. het begrip ‘evenement’ in het nieuwe beleid nader omschrijven, zodat er meer duidelijkheid ontstaat wanneer wel en wanneer geen evenementenvergunning dient te worden aangevraagd; 2. de APV overeenkomstig aan te passen; 3. evenementen indelen in categorieën en de voorschriften aanpassen aan de zwaarte van de categorie; 4. Het vaststellen van eenduidige eindtijden voor evenementen; 5. het bestaande circusbeleid op enkele punten actualiseren en vervolgens integreren in het evenementenbeleid; 6. met betrekking tot handhaving van evenementenvergunningen wordt de raad gevraagd de budgettaire consequenties (kosten en dekking) te betrekken bij het opstellen en uitwerken van de integrale handhavingsnota, die in het eerste half jaar van 2013 staat gepland. 7. de wenselijkheid van één evenemententerrein voor grote evenementen en de wenselijkheid van evenementen in zijn algemeenheid op het parkeerterrein bij de begraafplaats; 8. over de wenselijkheid van beleidsregels voor evenementen op zondag. 9. de wenselijkheid van gedifferentieerde en meer bij de kosten passende precarioheffing/huurprijs voor evenementen; 10. de wenselijkheid om circussen met wilde dieren al dan niet te weren binnen de gemeente Sliedrecht.
4
1. Inleiding De laatste jaren is de frequentie en omvang van evenementen binnen de gemeente Sliedrecht toegenomen. Het bestaande evenementenbeleid dateert alweer van 2004 en is inmiddels op een aantal punten achterhaald. Verbeterde inzichten en maatschappelijke ontwikkelingen werpen een andere kijk op de rol van de gemeente. Risicobeleid staat volop in de belangstelling. Ook aan evenementen zitten veiligheidsrisico’s die tevoren moeten worden onderkend en waarvoor gepaste maatregelen moeten worden genomen. Het is belangrijk dat dit goed gebeurt, zodat evenementbezoekers er op kunnen vertrouwen van een leuk feest, en niet van een ‘koude kermis’ thuis te komen. Daarnaast zijn er een aantal verantwoordelijkheden die bij de burger teruggelegd kunnen worden. Zaken die weinig (veiligheids)risico’s met zich meebrengen kunnen best aan de burgers zelf worden overgelaten. Om een goede analyse te kunnen maken welke risico’s bij welk evenement op de loer liggen, en welke maatregelen vervolgens genomen dienen te worden zijn een aantal handvaten nodig die het huidige evenementenbeleid niet biedt. De inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en Inspectie Openbare Orde en Veiligheid (Inspectie OOV) hebben recent een onderzoek verricht naar de kwaliteit van het proces van vergunningverlening bij publieksevenementen en de voorwaarden die in de vergunning gesteld worden. Naar aanleiding hiervan zijn een aantal aanbevelingen gedaan. Het bovenstaande is aanleiding om het bestaande evenementenbeleid te actualiseren, uit te breiden en te verdiepen. Hiertoe wordt de raad middels deze startnotitie een aantal keuzes voorgelegd.
2. Probleemschets en -oplossingen Algemeen Het huidige evenementenbeleid is vrij algemeen van opzet. De noodzakelijke onderwerpen, zoals eindtijden e.d. zijn geregeld, maar verder biedt het weinig houvast wanneer besloten moet worden of een bepaald evenement op een bepaalde locatie, tijd of van een bepaalde omvang wenselijk is. Er kan alleen getoetst worden aan de Algemene Plaatselijke Verordening (APV). Hierin staat dat een vergunning kan worden geweigerd wanneer de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in het geding is. Andere zaken zijn geen weigeringsgrond op grond van de APV. Dit betekent dat een vergunning voor een circus niet kan worden geweigerd omdat zij gebruik maakt van wilde dieren tijdens de show en een evenement op het Dr. Langeveldplein kan niet zondermeer geweigerd worden alleen omdat de afgelopen 2 weken ook al evenementen hebben plaatsgevonden op dit plein. Door hiervoor beleidsregels vast te stellen, wordt de juridische houdbaarheid van dergelijke besluiten groter. In het beleid kan bijvoorbeeld worden vastgelegd in welke gevallen de burgemeester op voorhand al oordeelt dat de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid geschonden wordt. Ook de omschrijving van het begrip ‘evenement’ biedt te veel ruimte voor discussie. Daarnaast bestaan er momenteel geen formele eisen waaraan een vergunningaanvraag moet voldoen. Natuurlijk komt uiteindelijk alle relevante informatie boven tafel, eerder wordt er geen vergunning afgegeven, maar het werkt klantvriendelijker en efficiënter wanneer de aanvrager van tevoren weet aan welke eisen zijn vergunningaanvraag moet voldoen. Kortom, er is behoefte aan duidelijke regels. De raad wordt gevraagd zich in ieder geval uit te spreken betreffende onderstaande onderwerpen, welke daarna worden verwerkt in het nieuwe evenementenbeleid.
5
2.1 Begripsomschrijving te ruim Probleem De omschrijving van het begrip ‘Evenement’ in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) is nogal ruim en kan op verschillende manieren geïnterpreteerd worden. Op dit moment staat onvoldoende op papier wat binnen de gemeente Sliedrecht onder dit begrip verstaan wordt, wat nogal eens discussies oplevert over de vraag of een bepaalde activiteit een evenement is, en dus of het vergunningplichtig is. Onduidelijk is of optochten (bijvoorbeeld de laatste avond van de avondvierdaagse) onder het begrip ‘evenement’ vallen. Oplossing Door vast te stellen wat in ieder geval wel, en in ieder geval niet als evenement dient te worden beschouwd, wordt de juridische basis van besluiten vastgelegd. Voorstel: het begrip ‘evenement’ in het nieuwe beleid nader omschrijven, zodat er meer duidelijkheid ontstaat wanneer wel en wanneer geen evenementenvergunning dient te worden aangevraagd, en de APV overeenkomstig aan te passen. 2.2 Categorisering evenementen Probleem Volgens het huidige beleid dient een vergunning voor een jaarmarkt van een school op dezelfde manier te worden aangevraagd als een vergunning voor het Baggerfestival. Er bestaat één formulier en één aanpak die, naar gelang de impact en/of grootte van een evenement, wordt uitgebreid dan wel beperkt. In de praktijk wordt bijvoorbeeld wel om een veiligheidsplan gevraagd en wordt de politie om advies gevraagd wanneer de aard en grootte van een evenement dat verlangt, maar hiervoor staan geen richtlijnen op papier. Dit veroorzaakt onduidelijkheid voor alle partijen.. Dit veroorzaakt ook meer dan nodig belasting van het ambtelijk apparaat en lange doorlooptijden. Het komt voor dat extra informatie moet worden gevraagd om een goed oordeel te kunnen vormen waardoor nader ingediende stukken op het laatste moment door alle partijen (gemeente, brandweer, politie etc.) moeten worden beoordeeld om doorgang van het evenement nog mogelijk te maken. Oplossing Het is wenselijk in het nieuwe evenementenbeleid evenementen in te delen in categorieën. Het gaat dan met name over de vraag welke evenementen op welke terreinen kunnen worden toegestaan. Te denken valt aan zaken als veiligheid, grootte en beheersbaarheid, maar zeker ook duur van het evenement, geluidsoverlast en parkeerdruk. De Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid heeft een eigen systeem ontwikkeld om evenementen te categoriseren, dat hiervoor aanknopingspunten kan bieden. Ook kan categorisering worden gebruikt om de lasten voor de aanvragers van kleinere en weinig overlast of onveiligheid opleverende evenementen te verlichten. Voorstel − evenementen worden ingedeeld in categorieën; − de voorschriften aanpassen aan de zwaarte van de categorie. 2.3 Eindtijden evenementen Probleem In het huidige evenementenbeleid staan de eindtijden van evenementen beschreven (tot maximaal 23:30 uur op zaterdagen in de bebouwde kom en tot 00.30 uur buiten de bebouwde kom. Op vrijdagen tot 00.30 uur en op door de weekse dagen tot maximaal 23.00 uur.). Het Baggerfestival was hier een uitzondering op (eindtijd maximaal 01.00 uur op vrijdag en 24.00 uur op zaterdag).Dit heeft nogal eens voor onbegrip gezorgd. 6
Oplossing Een meer eenduidige vastlegging van eindtijden geeft duidelijkheid voor aanvragers, bezoekers en omwonenden. Voorstel Het college stelt hierbij voor om eenduidige tijden te hanteren voor evenementen zowel binnen als buiten de bebouwde kom. 2.4 Circusbeleid integreren Probleem Het circusbeleid is nu een aparte beleidsnotitie en niet opgenomen in het evenementenbeleid, hetgeen onoverzichtelijk is. Aangezien een circus ook een evenement is, zou de burger verwachten dat deze beleidsregels in het evenementenbeleid opgenomen zijn. Een aantal zaken uit de beleidsnotitie zijn niet meer actueel. De regels voor circussen en andere evenementen zijn niet op alle punten gelijk. Oplossing Door het circusbeleid te actualiseren en te integreren in het evenementenbeleid kunnen genoemde problemen worden opgelost. Voorstel het bestaande circusbeleid op enkele punten actualiseren en vervolgens te integreren in het evenementenbeleid. 2.5 Verantwoordelijkheid handhaving vergunningvoorschriften Probleem In een vergunning kunnen nog zulke strenge voorschriften staan, zolang ze niet gehandhaafd worden stelt het weinig voor. De politie heeft slechts als prioriteit te controleren of de eindtijden gerespecteerd worden en of de opstelling van materialen conform de vergunning plaatsvindt, indien daarmee de openbare orde en veiligheid in het geding komt. Daarnaast heeft de gemeente een verantwoordelijkheid naar de burger toe er op toe te zien dat een vergunninghouder zich houdt aan de vergunningvoorschriften die betrekking hebben op de belangen van omwonenden. Te denken valt aan overlast, ergernis, en precedentwerking van niet optreden bij overtredingen. Oplossing Het is met name van belang dat eindtijden worden gerespecteerd en gecontroleerd, zodat omwonenden erop kunnen vertrouwen dat eventuele (geluids)overlast om een bepaalde tijd inderdaad wordt beëindigd. De ervaring leert dat als men van tevoren goed wordt geïnformeerd over de activiteiten en mogelijke overlast, en men op de hoogte is tot hoe laat dit duurt, er veel meer begrip ontstaat en dus minder klachten. Voorgesteld wordt de gemeentelijke Buitengewoon Opsporingsambtenaren (BOA’s) in te zetten voor handhaving van evenementenvergunningen. Een keuze is daarbij of de werkzaamheden plaatsvinden binnen de bestaande dienstverleningsovereenkomst (DVO), wat ten koste gaat van de huidige prioriteiten, of dat hiervoor extra capaciteit moet worden ingehuurd. Voorstel: De raad wordt gevraagd de budgettaire consequenties (kosten en dekking) te betrekken bij het opstellen en uitwerken van de integrale handhavingsnota, die in het eerste half jaar van 2013 staat gepland.
7
2.6 Evenemententerrein en aanpassing bestemmingsplan Probleem In Sliedrecht is slechts één terrein, de parkeerplaats gelegen ten oosten van multicultureel centrum De Lockhorst, aangewezen als evenemententerrein. Het gaat dan om de grote evenementen (circus, kermis e.d.). Het college heeft in het verleden besloten dat er op het parkeerterrein aan het Burg. Winklerplein geen evenementen georganiseerd mogen worden in verband met de toch al hoge parkeerdruk en de dichte bebouwing aldaar, waardoor geluidoverlast en een verkeers- en parkeerchaos de openbare orde en veiligheid direct onder druk zullen zetten. Voor overige locaties bestaat geen beleid en zijn de aanvragen voor een evenementenvergunning leidend. Elektra organiseert bijvoorbeeld al ruim 40 jaar het tuinfeest aan de Stationsweg, maar wat als er nu een vertegenwoordiger van een evenementenbureau door Sliedrecht rijdt en het idee opvat om ook op dat terrein een jaarlijks evenement te gaan organiseren? Omdat hier geen beleid voor bestaat zal het erg moeilijk zijn de één (Elektra) dit wel toe te staan en de ander (het evenementenbureau) te weigeren. Ook wordt regelmatig geïnformeerd naar andere locaties binnen Sliedrecht, zoals weilanden aan de Parallelweg naar aanleiding van het evenement dat Paardencentrum Sliedrecht een aantal keer heeft georganiseerd en het braakliggend terrein tegenover Unit 4 waar in het verleden een meerdaags tentfeest heeft plaatsgevonden. Daarnaast is het afgelopen jaar een evenementenvergunning aangevraagd voor het parkeerterrein bij de begraafplaats (Stationsweg). Er is op dit moment onvoldoende juridische grondslag voor het toestaan of afwijzen van evenementen. Oplossing Voor een transparant en overzichtelijk beleid is het wenselijk om voor de, nader te omschrijven, grote evenementen een terrein, al dan niet met een maximering van het aantal, aan te wijzen als evenemententerrein. Afhankelijk van de keuzes die gemaakt worden, zal het bestemmingsplan moeten worden aangepast. De raad wordt gevraagd een uitspraak te doen over de wenselijkheid van één evenemententerrein voor grote evenementen en de wenselijkheid van evenementen in zijn algemeenheid op het parkeerterrein bij de begraafplaats. Het college is van mening dat dit terrein, vanwege de situering, ongeschikt is als evenemententerrein. Voorstel − er wordt een nader voorstel gedaan om te komen tot één terrein voor grote evenementen; − zonodig wordt daarbij aansluitend een voorstel gedaan voor wijziging van het bestemmingsplan en/of de APV; − evenementen op het parkeerterrein bij de begraafplaats worden niet toegestaan. 2.7 Evenementen op zondag Probleem Volgens de Zondagswet is het verboden op zondag vóór 13.00 uur openbare vermakelijkheden te houden. Voor de tijd ná 13.00 uur is niets geregeld, hoewel de Zondagswet wel voorschrijft dat het verboden is op zondag, zonder strikte noodzaak, gerucht te verwekken dat op een afstand van meer dan 200 meter hoorbaar is. In Sliedrecht worden op zondag al jaren geen evenementen vergund. De juridische grondslag om evenementen op zondag af te wijzen is niet goed geregeld. Het gevolg is dat er discussies ontstaan met o.a. circusondernemingen over voorstellingen op zondag. Er wordt vaak gesteld dat de uitstraling naar de omgeving beperkt is. De locatie parkeerterrein ten oosten van De Lockhorst ligt immers op enige afstand van de woonwijken.
8
Oplossing Desgewenst kan de gemeenteraad bij plaatselijke verordening eenzelfde regeling treffen voor de zondag ná 13.00 uur. Vooralsnog is dit niet gebeurd. De bestaande praktijk om geen evenementen op zondag te hebben kan juridisch worden verankerd, er kan ook een keus worden gemaakt om dat na te laten. Het gevolg daarvan kan zijn dat er evenementen op zondag moeten worden vergund, indien deze worden aangevraagd en er geen andere belemmeringen zijn. Voorstel De raad wordt gevraagd zich uit te spreken over de wenselijkheid van een dergelijke aanpassing. 2.8 Legestarief evenementenvergunningen niet toereikend Probleem Evenementen die georganiseerd worden kosten de gemeente veel geld. De leges en precario opbrengsten zijn niet kostendekkend. Er wordt namelijk veel werk verricht om een evenement veilig te kunnen laten verlopen. Om u een beeld te geven van de werkzaamheden die zoal bij een evenement komen kijken: Het opstellen van de vergunning; Ambtelijke advisering door vakafdelingen (bijvoorbeeld over verkeer/parkeren of brandveiligheid; Het opstellen van een verkeersbesluit; Het aanstellen van de verkeersregelaars; Het publiceren van verleende vergunningen; Controle van de opstelling van de tent of het evenemententerrein door de brandweer; Bouwtechnische controles van podia of tenten; Bij grotere evenementen: overleg met de organisator, politie, milieudienst e.d. over te nemen veiligheidsmaatregelen; Handhaving van gestelde voorschriften door boa’s. Het legestarief 2012 voor een evenementenvergunning bedraagt € 16,65. Precariobelasting wordt, conform de precarioverordening, niet geheven voor niet-commerciële activiteiten en kan alleen geheven worden voor die plaatsen waarop daadwerkelijk een voorwerp staat (dus niet voor het hele terrein). Het op een juiste manier in rekening brengen van precariobelasting is een tijdrovende klus. Oplossing Om meer recht te doen aan de hoeveelheid werk die een evenementenvergunning met zich mee brengt, wordt voorgesteld in de toekomst gedifferentieerde legestarieven vast te stellen. Bovendien is het aan te bevelen om in de toekomst ook te gaan werken met verhuurtarieven in plaats van precariobelasting. Voorstel De raad wordt gevraagd aan te geven of gedifferentieerde en meer bij de kosten passende precarioheffing/huurprijs voor evenementen gewenst wordt. 2.9 Wilde dieren in het circus Probleem In oktober 2011 heeft de voorgenomen ‘olifantenlunch’ van de olifant van het Freiwald’s Menageriecircus de gemoederen binnen het dorp flink beziggehouden. Naar aanleiding hiervan werd ook de vraag opgeworpen of we binnen Sliedrecht circussen met wilde dieren moeten toestaan. De Partij voor de Dieren stelt in een brief d.d. 22 september 2011, naar aanleiding van de verleende speelvergunning in oktober 2011 dat het welzijn van dieren in circussen ernstig wordt aangetast. Dit zou blijken uit het in de zomer van 2009 gepubliceerde onderzoek 'Welzijn van dieren in reizende circussen in Nederland' van de Animal Sciences Group van Wageningen UR in opdracht van het 9
ministerie van LNV. Bewezen zou zijn dat niet gedomesticeerde dieren in circussen ernstig lijden door onder meer de onmogelijkheid om natuurlijk gedrag te vertonen, door verveling, gebrek aan beweging, dieronvriendelijke trainingsmethoden, ruimtegebrek en door de frequente en langdurige transportsituaties. De genoemde brief treft u aan in bijlage 1 van deze nota. Het eerder genoemde onderzoek 'Welzijn van dieren in reizende circussen in Nederland' is desgewenst te vinden via de volgende link: www.minlnv.nl/txmpub/files/?p_file_id=40605. Standpunt VNCO De vereniging Nederlandse Circus ondernemingen (VNCO) is, zoals verwacht, een heel andere mening toegedaan als het gaat om het gebruik van (wilde) dieren in het circus. Zij stelt op haar website dat (wilde) dieren sinds jaar en dag horen bij een circus en dat deze dieren, mits er goed voor ze gezorgd wordt, hier niet onder hoeven te lijden. Het standpunt van de VNCO over dit onderwerp is opgenomen in bijlage 2. Oplossing Indien de raad voorrang wil geven aan een circus zonder wilde dieren, boven een circus met wilde dieren, kan hiertoe een regeling in het beleid worden opgenomen. Een algemeen verbod op circussen met wilde dieren is juridisch gezien niet mogelijk. Voorstel De raad wordt gevraagd een standpunt in te nemen over de vraag of het wenselijk wordt geacht om circussen met wilde dieren te weren binnen de gemeente Sliedrecht.
3. Proces na tot stand komen kaderstellend besluit Nadat de raad een besluit heeft genomen over de punten genoemd in deze startnotitie wordt, op basis hiervan,het nieuwe evenementenbeleid opgesteld. Het nieuwe evenementenbeleid zal in het tweede kwartaal van 2013 worden aangeboden aan de raad. De lokale horeca ondernemers worden geïnformeerd over, waar nodig betrokken bij het nieuw te vormen evenementenbeleid via het reguliere horecaoverleg en indien nodig per brief. Het creëren van draagvlak onder organisatoren is belangrijk voor een succesvol evenementenbeleid. Indien blijkt dat de APV, of het bestemmingsplan gewijzigd moet worden naar aanleiding van het nieuwe evenementenbeleid, zal een voorstel hiertoe te zijner tijd worden aangeboden aan de raad.
4. Overige informatie 4.1 Financieel-juridische aspecten Financiële aspecten, zie paragraaf 2.8. Afhankelijk van uw besluit m.b.t. punt 2.5 (handhaving) zal eventueel extra boa-capaciteit moeten worden ingehuurd. 4.2 Risicoparagraaf N.v.t. 4.3 Rol raad in de communicatie N.v.t.
1
Overzicht bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2
Brief partij voor de Dieren m.b.t. wilde dieren in het circus Standpunt VNCO m.b.t. (wilde) dieren in het circus
1
Bijlage 1 Aan: Gemeente Sliedrecht T.a.v. College van Burgemeester en Wethouders Kopie aan: Gemeenteraad Sliedrecht Van: Partij voor de Dieren, Afdeling Zuid-Holland Datum: 22 september 2011 Betreft: Vergunningenbeleid circussen met wilde dieren
Geacht college, geachte dames en heren, Begin oktober staan er in Sliedrecht voorstellingen gepland van Freiwalds Menagerie Circus. Acts met ondermeer een olifant, zebra's, lama's en kamelen. De Partij voor de Dieren vindt dat wilde dieren niet thuis horen in een circus. Steeds meer landen stellen een verbod in op het houden en gebruiken van wilde dieren in het circus; Nederland loopt op dit onderwerp nog ver achterop. Het gebruik van wilde dieren in het circus roept ook bij burgers en gemeentebesturen in toenemende mate weerstand op. Dat het welzijn van dieren in circussen ernstig wordt aangetast, blijkt uit het in de zomer van 2009 gepubliceerde onderzoek 'Welzijn van dieren in reizende circussen in Nederland' van de Animal Sciences Group van Wageningen UR in opdracht van het ministerie van LNV2. Bewezen is dat nietgedomesticeerde dieren in circussen ernstig lijden door onder meer de onmogelijkheid om natuurlijk gedrag te vertonen, door verveling, gebrek aan beweging, dieronvriendelijke trainingsmethoden, ruimtegebrek en door de frequente en langdurige transportsituaties. Dieren in circussen worden wekelijks van plaats naar plaats vervoerd en zitten daarbij vaak vele uren achtereen op elkaar gepakt in donkere transportwagens, ook al duurt de reis zelf maar kort. De huisvesting van de dieren is noodgedwongen klein en de dieren brengen een groot deel van de dag door in hun transportkooien of staan aan de ketting. Olifanten kunnen zich tijdens het transport niet omdraaien en tijgers en leeuwen worden opgesloten in kooien die meestal niet groter zijn dan 2 bij 2 meter. Giraffen zijn te lang om onder een viaduct door te kunnen. Zij moeten dus gedwongen liggend of met gebogen nek reizen. De stress vanwege de vele transporten tast het dierenwelzijn sterk aan. De Partij voor de Dieren roept de gemeente Sliedrecht op om geen vergunningen meer te verlenen aan circussen die gebruik maken van wilde dieren. Circussen met wilde dieren kunnen succesvol geweerd worden binnen de gemeente door circussen zonder wilde dieren voorrang te geven bij vergunningverlening of deze als gemeente pro-actief zelf uit te nodigen, waardoor de jaaragenda vol zit. Voorbeelden van gemeentes die dit beleid reeds succesvol toepassen zijn Heemskerk en Groningen. Wij roepen de gemeente Sliedrecht op om het voorbeeld van deze gemeentes te volgen en hiermee een krachtig signaal af te geven dat dierenwelzijn binnen de gemeente Sliedrecht een belangrijke rol speelt. Wij hopen dat in de nabije toekomst in Sliedrecht geen plaats meer zal zijn voor circussen met wilde dieren. Graag vernemen wij of en op welke wijze de gemeente Sliedrecht voornemens is om dit beleid na te streven en per welke vergunningsperiode. Ook vernemen wij graag wat de argumentatie daarbij is.
2
Link naar onderzoeksrapport: http://edepot.wur.nl/51316 1
Uw reactie zien wij graag tegemoet vóór 15 oktober. Met vriendelijke groet. Partij voor de Dieren Marjolein Heesters, Coördinator PvdD werkgroep Alblasserwaard & Drechtsteden, Algemeen bestuurslid Afdeling Zuid -Holland. p/a Tarthorst 6 2402 LN Alphen aan den Rijn E-mail:
[email protected]
1
Bijlage 2 Standpunt VNCO (Vereniging Nederlandse Circus Ondernemingen) m.b.t. (wilde) dieren in het circus (bron: www.vnco.nl) ‘Sinds het einde van de achttiende eeuw heeft het circus een enorme ontwikkeling door gemaakt, heeft zich constant vernieuwd en is met zijn tijd meegegaan. Maar nog altijd vormen paarden de basis van elk klassiek circusprogramma. Vaak aangevuld met tal van andere dierennummers. En nog altijd kijken jaarlijks miljoenen mensen wereldwijd met bewondering naar die ene acrobaat die het aandurft een drievoudige salto te draaien metershoog boven de piste, naar clowns die mensen ontroeren en laten lachen, maar vooral naar de artiesten die in staat zijn roofdieren, olifanten en paarden een indrukwekkend dressuurnummer te laten uitvoeren. De laatste jaren klinkt echter in toenemende mate protest tegen het houden van dieren in circussen. Een ontwikkeling die het voortbestaan van het klassieke circus in zijn oorspronkelijke vorm ernstig bedreigd. In Engeland heeft de intensieve campagne van de dierenrechtenbeweging er inmiddels voor gezorgd dat meer dan 200 gemeenten geen circussen met dieren meer toelaten. In België is een soortgelijke ontwikkeling aan de gang. Ten onrechte hebben veel politici en beleidsmakers zich laten beïnvloeden door de oneigenlijke argumenten van activisten. Want niet alleen de programma's van circussen zijn met hun tijd meegegaan, dat geldt ook voor de manier waarop met de vierbenige artiesten wordt omgesprongen. De tijd dat roofdieren opgesloten zaten in donkere, kleine kooien ligt ver achter ons. Grote buitenverblijven worden waar mogelijk opgebouwd om de dieren extra bewegingsruimte te bieden, vaak zelfs compleet met zwembad. Daarnaast is het zo dat katachtige roofdieren in het wild 16 tot 19 uur per dag slapen. Deze dieren kunnen prima rusten in verblijven die relatief klein zijn, mits daar maar tegenover staat dat ze voldoende beweging krijgen tijdens optredens en repetities. Olifanten hebben tegenwoordig veelal ruime weides afgezet met schrikdraad tot hun beschikking, ook in de staltent. Aangebonden staan ze alleen nog vlak voor de voorstelling om ze te kunnen wassen, voor hun eigen veiligheid tijdens het voeren en gedurende de nacht. Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld zebra's en kamelen. In tegenstelling tot wat vaak beweerd wordt, zijn de trainingsmethodes gebaseerd op wederzijds vertrouwen en respect tussen het dier en zijn leraar. Een dier dat constant gestraft wordt raakt gestrest, wordt ziek en gaat uiteindelijk dood. En dat is het laatste waar een circus belang bij heeft, men moet immers leven van de dieren. De stelling dat circusdieren worden gedwongen tot onnatuurlijk gedrag is onjuist. In de vrije natuur maken katachtige roofdieren grote sprongen en steigeren hengsten regelmatig. Het is de kunst de dieren deze handelingen te laten uitvoeren op het moment dat de dresseur dat wil. Iets dat alleen mogelijk is wanneer sprake is van een intensieve band tussen het dier en zijn trainer. Ook wordt gekeken naar de individuele karaktereigenschappen van dieren. Een leeuw die geen aanleg heeft voor het maken van sprongen zal dat dus ook nooit hoeven doen. Overigens kan het in sommige gevallen nuttig zijn om dieren een trick te laten uitvoeren die ze in de natuur nooit zouden laten zien, wanneer deze wel iets onthult over de intelligentie van het betreffende dier. Dierennummers in het circus hebben bovendien wel degelijk educatieve waarde. Circussen tonen aan dat dieren samen met mensen tot unieke prestaties kunnen komen. Iets wat bijdraagt aan een groter respect voor deze dieren bij het publiek, en een grotere betrokkenheid als het gaat om het behoud van de wilde soortgenoten van circusdieren. Kinderen komen in het circus vaak voor de eerste keer in aanraking met dieren als leeuwen en tijgers. Ze zien de roofdieren in een actieve circusrol verbazingwekkende prestaties leveren. Iets wat niet zelden een onuitwisbare indruk maakt. In die zin zijn circusdieren ware ambassadeurs van hun wilde soortgenoten. Het is jammer dat veel dierenrechtenorganisaties het geld van hun donateurs gebruiken om circussen het leven zuur te maken. Een ontwikkeling die inmiddels ergerniswekkende vormen aanneemt en het 1
voortbestaan van het klassieke circus ernstig in gevaar brengt. Veel activisten eisen een volledig verbod op het houden van dieren in circussen. Iets wat op geen enkele wijze bijdraagt aan het welzijn van deze dieren. Wat wel helpt is regel- of wetgeving die eisen stelt aan huisvesting, transport en trainingsmethoden van dieren in circussen. Zo kunnen eventuele rotte appels in de branche aangepakt worden. Dat is waarom de circuswereld - verenigd in de European Circus Association (ECA) - zich actief inzet voor wetgeving op Europees niveau. De eerste stappen in die richting zijn inmiddels genomen. Want als dierenrechtenactivisten hun zin krijgen, betekent dat het einde van cultuurgoed waaraan jaarlijks honderdduizenden mensen van alle leeftijden veel plezier beleven.’
1