stappenplan Aan de slag met Xanura
Inventariseren van de klantwensen
2
Bepalen van de benodigde componenten
3
Configureren van Xanura
4
Adresseren van Xanura
5
Installeren van Xanura
6
Programmeren van de Xanura-software
7
Meten en testen van de installatie
Versie 2-060317
1
Voorwoord
Installatie door een gecertificeerde en getrainde Xanura-dealer Dankzij het unieke concept van Xanura wordt de oplossing geboden voor een flexibel en modulair huisautomatiseringssysteem in zowel bestaande bouw als nieuwbouw. Om een goede werking van de Xanura-installatie te realiseren dient u de Xanura-installatie te laten installeren door een getrainde en certificeerde Xanura-dealer. Gecertificeerde Xanura-dealers worden aanbevolen op de website www.xanura.nl, worden regelmatig voorzien van nieuwe informatie en krijgen rechtstreekse ondersteuning van Eaton. Belangstellenden voor en eindgebruikers van Xanura die Eaton om meer informatie vragen worden ook doorverwezen naar deze installateurs. Op deze wijze investeert Eaton in installateurs die in Xanura investeren, waardoor de eindgebruiker is verzekerd van goede uitleg door een getrainde Xanura-installateur.
Ongestoorde werking van het Xanura-systeem Elektronische apparaten en systemen kunnen gevoelig zijn voor signalen van andere apparaten, die elektromagnetische storing veroorzaken. Binnen de Europese Unie zijn afspraken gemaakt over de immuniteit (gevoeligheid) van de apparatuur voor signalen en ook de emissie (storing) van deze apparatuur. Als de apparaten/toepassingen in een omgeving voldoen aan de daarvoor geldende normen, zullen ze elkaar niet storen (ze zijn dan "Elektro Magnetisch Compatibel"). Voor residentiële omgevingen, waar het huisautomatiseringssysteem Xanura wordt toegepast, is de Europese norm voor immuniteit vastgelegd in de EN 61000-6-1. Apparatuur die voldoet aan deze norm is bestand tegen de elektromagnetische emissie van overige apparaten die voldoen aan de Europese norm EN 61000-6-3 (residentiële omgevingen). Ervaring heeft geleerd dat in woonhuizen apparatuur kan voorkomen die een EMC-emissieniveau heeft boven de in EN 61000-6-3 vastgestelde niveaus. Deze apparatuur kan de correcte werking van de Xanura-modules verstoren. De immuniteit van de Xanura modules zijn om die reden opgewaardeerd en gelijkwaardig aan de EN 61000-6-2, de strengere Europese norm voor immuniteit in industriële omgevingen. Desalniettemin dient het toepassinggebied van Xanura beperkt te blijven tot residentiële omgevingen. Eaton is niet verantwoordelijk voor het disfunctioneren van het Xanura-systeem als gevolg van in het gebouw aanwezige apparatuur met emissiewaardes boven de maximale toegestane niveaus zoals die gelden in residentiële, commerciële en licht-industriële omgevingen en zijn vastgelegd in de EN 61000-6-3.
Toepassing
Residentieel Commercieel Licht-industrieel
Geldende Europese norm
Xanura-huisautomatisering*
Immuniteit van de apparatuur 61000-6-1
Immuniteit- en emissienorm Compatible/voldoet
Emissie van de apparatuur 61000-6-3
* Voorwaarde daarbij is dat het gehele Xanura-systeem wordt geïnstalleerd volgens de geldende instructies door een gecertificeerde en getrainde Xanura-dealer.
Copyright Niets uit deze uitgave mag geheel of gedeeltelijk worden gereproduceerd op welke wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Eaton. Eaton heeft dit document met de grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld, maar aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van foutieve en/of gewijzigde informatie.
2
Deze aanvulling op het handboek Xanura is bedoeld als verkorte handleiding voor het toepassen van Xanura. In deze aanvulling worden de stappen doorgenomen die nodig zijn om een Xanura project snel en effectief uit te voeren. Het bestaande Xanura handboek kan als naslagwerk dienen voor het opzoeken van bijvoorbeeld instellingen van modules en voor andere technische details worden geraadpleegd.
Inhoudsopgave Pagina 4
Kenmerken en infrastructuur 1. Inventariseren van de klantwensen
5
2. Bepalen van de benodigde componenten
6
2.1 Basisbenodigdheden 2.2 Basisschakelingen 2.2.1 Praktijkvoorbeeld 2.3 Bepalen overige componenten
6 7 13 16
3. Configureren van Xanura
23
4. Adresseren van Xanura
37 37 42
4.1 4.2
Adresseren van de modules met de computer Adresseren van de modules met de PUX
5. Installeren van Xanura 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
Waar monteer je het sperfilter? Waar wordt de fasekoppelaar op aangesloten? Het aansluiten van de Xanura-modules Belangrijke installatie-instructies Waar moet de computerinterface geplaatst worden?
6. Programmeren van de Xanura-software 6.1 6.2 6.3 6.4
Het statusvenster Het maken van groepen Het maken van tijdschema’s Het maken van functies
7. Meten en testen van de installatie
3
45 45 45 45 46 46 47 48 51 52 53 58
Inhoudsopgave
Inleiding
Kenmerken en infrastructuur
Kenmerken en infrastructuur Introductie Xanura is een modulair en flexibel woningautomatiseringssysteem dat speciaal voor particulieren ontwikkeld is. Xanura laat zich eenvoudig installeren in nieuwbouw en bestaande woningen. Xanura is het alternatief voor bussystemen in de woningbouw, dankzij het unieke concept van Xanura kan de oplossing worden geboden die precies bij een individuele wens past, voor een uiterst scherpe prijs. Hoe is dat mogelijk? Xanura maakt gebruik van het bestaande lichtnet en werkt met elk type schakelmateriaal. Dat scheelt aanzienlijk in installatietijd en materiaal, aangezien hak- en breekwerk niet nodig is. Door verzend- en ontvang-componenten onzichtbaar achter schakelaars en wandcontactdozen te monteren kunnen schakelcommando’s over het bestaande lichtnet worden verzonden. En als de wensen later veranderen is de Xanura-installatie eenvoudig uit te breiden of aan te passen. Voordelen Xanura • Voor bestaande bouw en nieuwbouw • Geen hak- en breekwerk • Eenvoudig en onzichtbaar te installeren • Werkt met bijna elk type schakelmateriaal, zowel met schakelaars als impulsdrukkers • Eenvoudig te bedienen • Bedienbaar met schakelaars, afstandsbediening via de PC, touchscreens, alarmsystemen of volledig automatisch • Universele afstandsbediening tevens geschikt voor TV, video en audioapparatuur • Voor verlichting en apparatuur • Optioneel aan te sturen via PC met Xanura-software • Eenvoudig uit te breiden
Infrastructuur Aan de infrastructuur worden in principe slechts twee voorwaarden gesteld, te weten: • De diepte van de inbouwdozen. • Overal waar een module wordt aangesloten moet er een fase- en een nuldraad aanwezig zijn.
Voorbereidingen • Nieuwbouw: In iedere inbouwdoos moet minimaal fase en nul aanwezig zijn. 50 mm-inbouwdozen toepassen, dit vergemakkelijkt het inbouwen.
• Bestaande bouw: In iedere inbouwdoos waar een Xanura-module geprojecteerd is, minimaal zorgen voor aanwezigheid van fase en nul. Modules passen in een 40 mm-inbouwdoos achter de meeste schakelaars en achter wandcontactdozen zonder randaarde. Voor het inbouwen achter wandcontactdozen met randaarde is 50 mm noodzakelijk. Wij adviseren echter om, indien mogelijk, 50 mm-inbouwdozen toe te passen in combinatie met Xanura-modules.
4
Om te kunnen bepalen welke componenten er nodig zijn voor de Xanura-installatie is het van belang de klantwensen te inventariseren. Vragen die moeten worden beantwoord zijn o.a: • • • • • • • • •
• •
Wil men een afstandsbediening, en zo ja, wil men deze tevens gebruiken voor TV, Video, Audio en andere apparatuur? Wil men op basis van tijd, datum, automatisch of voorwaarde(n) schakelen (bijvoorbeeld lichtscenario’s)? In welke vertrekken/op welke plaatsen wil men Xanura gaan toepassen? Welke lampen wil men dimmen en welke schakelen? Wil men zonweringen, rolluiken en gordijnen met Xanura bedienen? Wil men bewegingsmelders gebruiken voor het aansturen van Xanura? Wil men enkele scenarioschakelaars opnemen waaraan nader te bepalen functies worden toegekend? Bijvoorbeeld een paniekschakelaar of een “loop route”-schakelaar of een alles AAN/UIT-schakelaar of een lichtscène-schakelaar, etc. Zo ja, waar en hoeveel? Wil men impulsdrukkers of gewone schakelaars toepassen? Welke koppelingen met externe apparaten wil men realiseren? • alarminstallatie • klokthermostaat • rookmelders • koolmonoxide-melders • schemerschakelaar • mechanische ventilatie • Warmte Terug Win unit (WTW) • ....? Wil men de bediening van alle apparaten en verlichting integreren in een centrale bediening door middel van een touchscreen? Overige wensen...
5
Inventariseren klantwensen
1. Inventarisatie van de klantwensen
Bepalen benodigde componenten
2. Bepalen van de benodigde componenten In dit hoofdstuk worden de wensen van de klant vertaald in de benodigde componenten om de wensen te kunnen realiseren. Aan de hand van standaard schakelingen wordt aangegeven welke Xanura-componenten er in die situaties nodig zijn.
2.1
De basisvoorziening in de meterkast: Is de installatie enkel-fasig uitgevoerd, dan wel, bevinden alle met Xanura aan te sturen lampen/apparaten zich op één-fase? Î Alleen sperfilter SFX40 toepassen
1 fase
3 fasen
Speciaal voor alle één-fase groepenkasten van Eaton is een FLEX-sperfilter (1807 531) beschikbaar die standaard is voorzien van 10mm2-bedrading en eenvoudig tussen de hoofdschakelaar en de aardlekschakelaars kan worden geplaatst. De Eaton-groepenkast met Holecnr: 1778 269 (I42G1401+HS40/2+SFX40 X6) is standaard voorzien van een sperfilter. Is de installatie 3-fasig uitgevoerd? Î Per fase 1x sperfilter SFX40 toepassen (totaal 3x SFX40) Î 1 x fasekoppelaar FKX toepassen, aangesloten op een 16A-krachtautomaat.
HIFS35/3
Fasekoppelaar FKX
De sperfilters, de fasekoppelaar en een krachtautomaat zijn ook als set leverbaar, ingebouwd in een Systeem 55-groepenkast Holecnr: 1769 922 (Type HIFS35/3). TIP! Bestelt u een nieuwe groepenkast? Eaton kan deze groepenkast “op maat” leveren, inclusief filters en fasekoppelaar.
6
2.2.
Basisschakelingen
Basisschakelingen - schakelen
Basisschakelingen – dimmen
Basisschakelingen – Geschakelde wandcontactdozen – Gedimde wandcontactdozen
7
Bepalen benodigde componenten
In deze paragraaf worden aan de hand van de onderstaande basisschakelingen de benodigde Xanura-componenten aangegeven. Elke schakeling heeft een nummer waaraan verder in dit stappenplan zal worden gerefereerd.
Bepalen benodigde componenten
Vertaling van conventionele schakelingen naar de Xanura-oplossing 1
Benodigd Xanura-component
Conventioneel
SAIX
Enkelvoudige schakeling 2
Benodigde Xanura-componenten
Conventioneel
+ SAIX
AIX
Wisselschakeling 3
Conventioneel
Benodigde Xanura-componenten
+
+ SAIX
AIX
Kruisschakeling
8
+ AIX
AIX
Max. 250 Watt
Bepalen epalen benodigde componenten
4
Benodigd Xanura-component
Conventioneel
DAIX10
Enkelvoudige schakeling
Max. 250 Watt
5
Benodigde Xanura-componenten
Conventioneel
+ DIX1*
DAIX10
Wisselschakeling (Dimmer)
Max. 250 Watt
6
Benodigde Xanura-componenten
Conventioneel
+ DIX1*
+ DAIX10
+ DIX1*
DIX1*
Kruisschakeling (Dimmer) *Kan vervangen worden door DIX2, één en ander afhankelijk van het gebruikte schakelmateriaal (zie pag. 25)
Let op: Het maximale dimmervermogen is van diverse factoren afhankelijk, wij adviseren u de gebruiksaanwijzing te raadplegen vóór de implementatie!
9
Max. 700 Watt
Benodigde Xanura-componenten
Conventioneel
+
DAX 4
DIX1*
Enkelvoudige schakeling
Max. 700 Watt
8
Benodigde Xanura-componenten
Conventioneel
+
DAX 4
+
DIX1*
DIX1*
Wisselschakeling (Dimmer)
9
Max. 700 Watt
Bepalen benodigde componenten
7
Benodigde Xanura-componenten
Conventioneel
+
+ DIX1*
+ DIX1*
+ DIX1*
DIX1*
Kruisschakeling (Dimmer) *Kan vervangen worden door DIX2, één en ander afhankelijk van het gebruikte schakelmateriaal (zie pag. 25)
Let op: Het maximale dimmervermogen is van diverse factoren afhankelijk, wij adviseren u de gebruiksaanwijzing te raadplegen vóór de implementatie!
10
Max. 16 A
Benodigd Xanura-component
SAX1
11
Max. 250 Watt Max. 250 Watt Max. 16 A
Benodigde Xanura-componenten
+ SAX1
AIX
12
Benodigd Xanura-component
DAX10
13
Benodigde Xanura-componenten
+ DAX10
DIX1*
* Kan vervangen worden door DIX2, één en ander afhankelijk van het gebruikte schakelmateriaal (zie pag. 25)
11
Bepalen benodigde componenten
10
Max. 16 A
Benodigd Xanura-component
SAIX
15
Benodigd Xanura-component
Conventionele bewegingsmelder
AIX12
16
Benodigde Xanura-componenten
Max. 16 A
Bepalen benodigde componenten
14
+
+
SAIX
AIX12
Let op: Het maximale dimmervermogen is van diverse factoren afhankelijk, wij adviseren u de gebruiksaanwijzing te raadplegen vóór de implementatie!
12
Een plattegrond kan het best per vertrek bekeken worden. Van daaruit moet bepaald worden van waaruit wat geschakeld moet worden, hierdoor blijft het overzichtelijk. Door het vertrek te bekijken vanuit de basisschakelingen, kan eenvoudig en snel bepaald worden welke inbouwmodule waar toegepast dient te worden.
Woonkamer •
•
•
13
Lichtpunt c is gelijk aan schakeling Î DAIX10 (< 250Watt)
4
Indien lichtpunt > 250 Watt zie Î DAX4 (groepenkast) + DIX1*
7
Lichtpunt d is gelijk aan schakeling Î DAIX10 (< 250Watt)
4
Indien lichtpunt > 250 Watt zie Î DAX4 (groepenkast) + DIX1*
7
Lichtpunt e is gelijk aan schakeling Î DAIX10 (< 250Watt)
4
Indien lichtpunt > 250 Watt zie Î DAX4 (groepenkast) + DIX1*
7
Bepalen epalen benodigde componenten
2.2.1 Praktijkvoorbeeld
Bepalen benodigde componenten
Woonkamer (vervolg) •
Lichtpunt f is gelijk aan schakeling Î SAX1 (3x) + AIX Iedere wandcontactdoos eigen SAX1
11
•
Lichtpunt f is gelijk aan schakeling Î SAX1 (1x) + AIX Wandcontactdozen worden doorgelust vanaf de SAX1 (Maximaal 16 A!)
11
•
Lichtpunt f is gelijk aan schakeling Î SAIX Wandcontactdozen worden doorgelust op de schakeldraad van de SAIX (Maximaal 16 A!)
14
of
of
Buitenlamp •
Lichtpunt g is gelijk aan schakeling Î SAIX
1
Hal •
Lichtpunt b is gelijk aan schakeling Î SAIX + AIX Wisselschakeling (geschakeld)
2
Carport •
14
Lichtpunt a is gelijk aan schakeling Î SAIX
1
• Lichtpunt h is gelijk aan schakeling Î DAIX10 + DIX1* (< 250Watt) Wisselschakeling (gedimd)
5
• Indien lichtpunt > 250 Watt zie Î DAX4 (groepenkast) + DIX1*(2x) Wisselschakeling (gedimd)
8
Bijkeuken • Lichtpunt i is gelijk aan schakeling Î SAIX + AIX Wisselschakeling (geschakeld)
2
Garage • Lichtpunt k is gelijk aan schakeling Î SAIX + AIX (2x) Kruisschakeling (geschakeld)
3
Berging • Lichtpunt m is gelijk aan schakeling Î SAIX
1
Bewegingsmelder achtergevel • Bewegin gsmelder achtergevel is gelijk aan schakeling Î AIX12
15
Bewegingsmelder carport • Bewegingsmelder carport in combinatie met schakelaar a is gelijk aan schakeling Î SAIX + AIX12
15
16
Bepalen epalen benodigde componenten
Keuken
Bepalen benodigde componenten
2.3 Bepalen van de overige componenten Wat is er verder nodig om een Xanura-installatie te configureren? 1. Automatisch, op tijd of op logische voorwaarde(n) schakelen Indien met Xanura automatisch (bijvoorbeeld bij zonsondergang), op tijd of op logische voorwaarde(n) (ALS EN/OF DAN) geschakeld moet worden, dan moet er een Computerinterface CIX in de installatie worden opgenomen. Î CIX
2.
De afstandsbediening Indien de klant een afstandsbediening wenst om Xanura te schakelen, zijn er meerdere opties mogelijk •
De ABX1, radiofrequent (RF) voor Xanura-toepassingen en infrarood (IR) voor TV/VIDEO/AUDIO-bediening (universeel)
•
De ABX3, RF voor Xanura-toepassingen. De corresponderende lampen kunnen op de labels worden aangegeven en achter het venster geplaatst worden. Deze afstandsbediening heeft minder knoppen en is voor een aantal mensen eenvoudiger te bedienen. Op www.xanura.nl kun je eenvoudig een label voor deze afstandsbediening maken en printen.
•
De ABX 4, voor aan de sleutelbos, hiermee zijn 4 adressen te dimmen en te schakelen.
Alternatief: De Philips Pronto RF (bijv. RU 980) is te programmeren voor het toepassen met Xanura. De Pronto wordt bediend door het touchpaneel, de “knoppen” zijn zelf te ontwerpen door middel van meegeleverde software. Voor het bedienen van Xanura is de RF-extender van de Pronto niet nodig, de signalen worden door de Xanura- ontvanger verwerkt. Er is wel een codegenerator (software-applicatie) nodig. Deze is op het internet te vinden. Om u veel tijd te besparen heeft Eaton een voorgeprogrammeerde applicatie voor de Pronto gemaakt. Deze is te vinden op www.xanura.nl > meer informatie > downloads.
16
Hiervoor zijn 2 opties mogelijk: • De RIX, geschikt voor het ontvangen van 16 adressen. Per 16 adressen moet een extra RIX geplaatst worden. •
De CAX, geschikt voor het ontvangen van 256 adressen in combinatie met de ABX1 op basis van RF-secured. De CAX is ook aan te sluiten aan de telefoonlijn waardoor het mogelijk is om in te bellen en het bedienen van 16 adressen op afstand met de mobiele telefoon mogelijk is.
4. Zonwering, gordijnen en rolluiken Voor het bedienen en besturen van zonwering, gordijnen en rolluiken is per zonwering, gordijn of rolluik één zonweringsactor ZAX nodig. Let op! Wordt compleet geleverd met bedieningswip (Jung, Alpine wit)* * Modulaire zonweringsactor momenteel in ontwikkeling.
5. Bewegingsmelders Voor het toepassen van conventionele bewegingsmelders in combinatie met Xanura is een AIX12 nodig. Deze zet de 230V-uitgang om in een Xanura-commando waarmee één of meerdere modules kunnen worden geschakeld al dan niet door middel van een scenario. Indien de bewegingsmelder voorzien is van een potentiaalvrij contact kan hiervoor de AIX worden toegepast.
6. Schemerschakelaars Het toepassen van een schemerschakelaar stelt je in staat om door middel van scenario’s het licht of donker te gebruiken als voorwaarde. Deze kan dan ook voor alle Xanura-schakelpunten worden gebruikt, zowel om lampen binnen als buiten te schakelen. Voor het koppelen van Xanura aan een schemerschakelaar met een 230V-uitgang is een AIX12 nodig. Indien er een potentiaalvrij contact aanwezig is op de schemerschakelaar kun je een AIX (in de vaste mode) toepassen.
Schemerschakelaar
AIX 17
Bepalen epalen benodigde componenten
3. De RF-interface Om de RF Xanura-signalen van de afstandsbedieningen om te zetten naar lichtnetsignalen is een RF-interface nodig.
Bepalen benodigde componenten
7. Scenarioschakelaars Het is voor de gebruiker later erg praktisch om in een woning op een aantal plaatsen schakelaars te projecteren waarmee de in de computerinterface geprogrammeerde lichtscènes kunnen worden gestart. Deze schakelaars kunnen multifunctioneel worden ingezet daar de functie ervan te veranderen is door de Xanura-software anders te programmeren. Met een scenarioschakelaar naast je bed kun je bijvoorbeeld het ene moment de tuinverlichting schakelen en het andere moment alle lampen in de gehele woning die met Xanura zijn uitgevoerd. Dit hangt af van de softwarematige koppeling. In de praktijk zijn de hal, de tuinzijde en de ingang van de woonkamer, de garage en de slaapkamer de aangewezen ruimtes om een scenarioschakelaar te projecteren. Voorbeelden: bij vertrek alles uit, bij aankomst verlichting aan, bij paniek alle verlichting aan, etc. Voor een scenarioschakelaar kan een AIX toegepast worden, deze heeft 4 adressen en kan voor maximaal 4 lichtscènes worden gebruikt. 8. Mechanische ventilatie Met Xanura kunnen op verschillende plaatsen in de woning de 3 standen van de mechanische ventilatie worden bediend. Zonder dat er leidingen naar de verschillende bedienpunten hoeven te worden aangelegd. Hiervoor zijn 2x SAX1 in of bij de ventilatiebox nodig en per bedienpunt één VIX10 waarop een 4-voudige impulsdrukker gemonteerd moet worden. Bijkomend voordeel is dat de mechanische ventilatie, indien er een computerinterface wordt gebruikt in de woning, tevens voorzien van een timerfunctie kan werken. Bijvoorbeeld bij het uitschakelen van de verlichting in de badkamer of toiletventilatie gedurende x minuten in de hoge stand en daarna automatisch terug naar de lage stand.
2X SAX1 Badkamer
VIX10 Toilet
VIX10
Keuken
VIX10
18
Hoge stand Merk PEHA Berker Jung Gira
Type 254T 5034 531-4EU 14700
Midden stand
VIX10 Lage stand Om de keuze van de viervoudige impulsdrukker te vergemakkelijken staan in de bovenstaande tabel de bij ons bekende fabrikaten met de bijbehorende bestelnummers vermeld. Deze 4-voudige drukkers zijn ook voor Xanura dimmmer-interfaces te gebruiken (zie pagina 25). Aansluitschema:
L3
L
L2 SAX1
L1 SAX1
N
N
PE
PE
Let op! De ventilatie-unit-oplossing werkt alleen voor ventilatie-units met een 230V-sturing! Zie bovenstaand schema. De ventilator (bijv. type CML van Stork Air) heeft drie 230V-aansluitingen en reageert als volgt:
*) Bepalend voor het toerental. NB: Afhankelijk van het toegepaste merk/type mechanische ventilatie-unit kunnen additionele relais (Holecnr: 1810 103) nodig zijn voor deze toepassing.(Bijvoorbeeld Itho) Raadpleeg voor het toepassen van bovenstaande oplossing met Xanura in combinatie met een ventilatie unit eerst de gebruiksaanwijzing van de unit, de Xanura-handleiding en het Xanura-handboek!
19
Bepalen epalen benodigde componenten
De VIX10 wordt aangesloten op een 4-voudige drukker en als volgt bediend:
Bepalen benodigde componenten
9.
Koppeling met externe apparaten Het open karakter van Xanura maakt het systeem uitermate geschikt om op een eenvoudige manier meerdere apparaten aan Xanura te koppelen. Dit is al mogelijk als het te koppelen apparaat één of meerdere potentiaalvrije*) uitgangen heeft (of ingangen, afhankelijk van de wensen) of indien het apparaat beschikt over een RS232-(of RS485-) aansluiting. Hiermee kunnen deze apparaten ook door middel van Xanura worden aangestuurd. Voorbeelden van te koppelen apparaten zijn o.a: Alarmsysteem, Klokthermostaat, Rookmelder, Koolmonoxidemelder, Zorgtoestel, Touchscreen, Zon- en windautomaten, Elektrische gordijnrail, Elektrische deursloten,etc.
RS 232 of RS 485
De toepassingsmogelijkheden zijn zeer divers. Hieronder zijn een aantal voorbeelden van koppelingen met externe apparaten uitgewerkt. A. Koppeling met alarmsysteem: Door Xanura aan een alarmsysteem te koppelen zijn er, afhankelijk van de functionaliteit van het alarmsysteem, een aantal praktische voordelen te behalen: • Xanura automatisch in de afwezigheidstand zetten bij inschakelen van het alarm (inschakeling voor afwezigheid) waardoor Xanura “aanwezigheid” simuleert • Als het alarm afgaat alle verlichting in en rondom de woning inschakelen • Bij het inschakelen van de schilbeveiliging (inschakeling bij aanwezigheid) automatisch alle verlichting en apparaten uitschakelen voor de nacht (de “slaapstand”) NB: Voor het koppelen aan een alarmsysteem moet de AIX in de vaste mode worden geprogrammeerd.
*)
B. Koppeling met rookmelder: Door een rookmelder aan Xanura te koppelen kan alle verlichting in geval van rookmelding door Xanura ingeschakeld worden. Binnenkort zal het ook mogelijk zijn om in dat geval bijvoorbeeld een SMS-bericht te versturen naar voorgeprogrammeerde telefoonnummers. Zo kan er bijvoorbeeld ook eenvoudig en snel alarm geslagen worden naar de buren. NB: Voor het koppelen aan een alarmsysteem moet de AIX in de vaste mode worden geprogrammeerd.
* Potentiaalvrij betekent dat deze nergens ander mee verbonden is en dat de isolatie van het aan te sluiten contact t.o.v. aanraakbare delen geschikt moet zijn voor netspanning (230V), dus voldoende lucht- en kruipweg moet bezitten (>5,5mm en testspanning >2500V)
20
AIX
AIX
AIX
D. Koppeling met klokthermostaat: Door de klokthermostaat te koppelen aan Xanura kan het schakelen van de centrale verwarming deel uitgaan maken van één of meerdere scenario’s bijvoorbeeld: • Bij het verlaten van de woning wordt door middel van het inschakelen van het alarm naast alle lampen en apparaten voorzien van Xanura componenten ook de verwarming uitgeschakeld. • Vanaf het werk of onderweg naar huis de verwarming inschakelen zodat het huis verwarmd is bij het thuiskomen, erg handig bij een flexibel leefpatroon.
SAX35
Montageplaat* voor tele-toegang. Chronotherm IV (Q8602A2027).
Voor het koppelen van Xanura aan een klokthermostaat moet de klokthermostaat een potentiaalvrije* ingang hebben (bijv. Honeywell Chronotherm IV met speciale montageplaat). De SAX35 schakelt de ingang van de klokthermostaat. De 2 draadsverbinding naar de ketel blijft gehandhaafd. Voor het schakelen van de ingang dienen er 2 extra draden aangesloten te worden van de SAX35 (bijv. bij de ketel gemonteerd) naar de montageplaat van de klokthermostaat. E. Koppeling Hometronic systeem van Honeywell: Door een koppeling te maken met het Hometronic-systeem van Honeywell door middel van een CTX35 aangesloten op de RS232-uitgang van het Hometronicsysteem, is het nu mogelijk om vanuit één centraal punt beide systemen op eenvoudige wijze te bedienen. Deze combinatie is de ideale oplossing met betrekking tot de verwarmings- en lichtregelingen gecombineerd met beveiliging. ging. Voor iedere gewenste situatie zijn licht-en verwarmingsinstellingen te maken die eenvoudig oproepbaar zijn met een simpele druk op de knop. Vanuit de Hometronic-controller zijn de lifestylescènes bijvoorbeeld te selecteren op het display of op het TV-toestel. Uiteraard blijven zowel de klimaatregelingen als de verlichting ook gewoon handmatig te bedienen. De Xanura-software driver die nodig is voor het aansturen van de componenten via de CTX35 is geïntegreerd in de Hometronic-software. Meer informatie over het Hometronic-systeem is te vinden op: www.totalhomesolutions.nl
ITBREIDING MET
EXTRA FUNCTIES
+ software driverÆ RS232
>
* Potentiaalvrij betekent dat deze nergens ander mee verbonden is en dat de isolatie van het aan te sluiten contact t.o.v. aanraakbare delen geschikt moet zijn voor netspanning (230V), dus voldoende lucht- en kruipweg moet bezitten (>5,5mm en testspanning >2500V)
21
Bepalen epalen benodigde componenten
C. Koppeling met koolmonoxidemelder: Door het koppelen van Xanura aan koolmonoxidemelders kunnen met behulp van de computerinterface acties worden ondernomen zoals bijvoorbeeld het inschakelen van alle lampen in de woning en/of een of meerdere akoestische signaalbronnen als waarschuwing. Binnenkort zal het ook mogelijk zijn om in dat geval bijvoorbeeld een SMS-bericht te versturen naar voorgeprogrammeerde telefoonnummers. Zo kan er bijvoorbeeld ook eenvoudig en snel alarm geslagen worden naar de buren. NB: Voor het koppelen aan een alarmsysteem moet de AIX in de vaste mode worden geprogrammeerd.
Bepalen benodigde componenten
F. Koppeling met AMX: Door de koppeling met AMX zijn alle lichtpunten voorzien van Xanura-componenten via een simpel te gebruiken grafische userinterface met bijvoorbeeld een plattegrond van de woning geheel op klantwens te programmeren. Door lamp iconen in een plattegrond te plaatsen is de verlichting met Xanura intuïtief te bedienen. De Xanura-modules geven een terugkoppeling waardoor in één oogopslag is te zien welke verlichting of apparaat aan of uit staat, en indien het lichtpunt gedimd is op welk niveau deze is ingesteld. Door op het icoon te drukken kan het apparaat of lichtpunt geschakeld of gedimd worden. modero® viewpoint touch panel
Speciale Xanura-softwaredriver in AMX-contoller geprogrammeerd
Met een touchscreen kunnen naast verlichting ook allerlei andere systemen worden bediend zoals TV, video, audio, satellietsysteem, verwarming, netwerkcamera’s, deurtelefonie, beveiliging, PC, etc. Dit allemaal afgestemd op de wensen van de gebruiker zodat er geen “knop” te veel opzit en de bediening snel en eenvoudig is. Hierdoor kunnen deze apparaten en verlichting vanuit één bedienpunt worden aangestuurd waarbij uiteraard alle afzonderlijke lampen en apparaten ook individueel door middel van de conventionele bediening geregeld kan blijven worden. Ook beelden van netwerkcamera’s kunnen er op worden gevisualiseerd. Met behulp van de ingebouwde microfoon is op deze manier een koppeling met een intercomsysteem eenvoudig te realiseren. AMX maakt touchscreens in diverse formaten, verkrijgbaar als inbouw- of tafelmodel ook draadloos of bedraad. Voor meer informatie zie: www.amx.com Bedrade touchscreens zijn volgens onderstaande afbeelding te koppelen aan Xanura.
10.
Stelpost Alles wat over het lichtnet communiceert, kan verzwakt worden onder invloed van de te overbruggen afstand en door bepaalde apparaten in een woning. Het kan nodig zijn om signalen te versterken (SVX10, alleen in enkel-fasige woningen) of dempende apparaten te isoleren (AFX2). In een 3-fasen woning is de FKX naast koppelaar ook versterker, voor een enkel-fasige woning kan hiervoor indien nodig één worden opgenomen. Deze componenten kunnen als stelpost worden opgenomen daar het meestal niet nodig blijkt te zijn. Hoe de dempende werking van apparaten in een woning te beperken is zonder deze componenten, is te vinden in het hoofdstuk over meten en testen.
22
Na het inventariseren van de wensen en het bepalen van de benodigde componenten wordt er in dit hoofdstuk ingegaan op de configuratie van Xanura. Dit is een essentieel onderdeel. Hiermee wordt de juiste basis gelegd om Xanura snel en effectief te installeren en te programmeren. Na de uitleg over groepscommando’s en de bediening van Xanura-dimmers worden de eerdere basisschakelingen één voor één als voorbeelden geconfigureerd. Dat wil zeggen: zij worden voorzien van een adres en van de noodzakelijke dan wel wenselijke opties.
De groepscommando’s Een groepscommando is een instructie waarmee met één druk op de knop een hele groep lampen (modules) ineens kan worden geschakeld. Alle modules worden voorzien van een adres zodat ze individueel bedienbaar zijn. Daarnaast kunnen de actoren ook zodanig worden geprogrammeerd dat de module gaat reageren indien er een groepscommando wordt ontvangen. Dit kan een inschakel- of een uitschakelcommando zijn. Xanura kent drie groepscommando’s te weten: • • •
All Lights On All Lights Off All Units Off
In de praktijk worden meestal All Lights On en All Units Off gebruikt. Alleen deze twee commando’s zijn door middel van de Xanura-afstandsbediening te versturen. Met behulp van de GIX (Groeps Interface Xanura) kunnen alle groepscommando’s worden verstuurd. Het al dan niet programmeren van deze opties is geheel afhankelijk van de wensen van de klant. Indien men geen Computerinterface toepast is het vaak raadzaam om deze commando’s te programmeren. Denk bijvoorbeeld aan de situatie waarbij de klant bij binnenkomst met één druk op de knop direct alle lampen aan kan zetten en bij vertrek of slapen gaan met één druk op de knop ook alles weer kan uitzetten. Of bij een panieksituatie, bijvoorbeeld bij nachtelijk onraad, waardoor alle lampen ineens kunnen worden ingeschakeld. Deze groepscommando’s reageren alleen binnen de eigen lettercode. Er kunnen dus maximaal 16 adressen gelijktijdig worden in- of uitgeschakeld door middel van groepscommando’s. Bij gebruik van de computerinterface zijn softwarematig alle groepscommando’s van alle lettercodes te koppelen waardoor maximaal 256 adressen met één druk op de knop kunnen worden geactiveerd. Xanura schakelt dan per lettercode (16 adressen) in of uit.
23
Configureren van Xanura
3. Configureren van Xanura
Configureren van Xanura
In het onderstaande voorbeeld zijn alle modules, behalve de modules van de carportlampen, voorzien van de groepscommando’s All Lights On en All Units Off. Indien er een All Lights On-groepscommando wordt verstuurd, gaan de lampen op de volgende manier aan:
Bij een All Units Off-commando gaan de lampen op de volgende manier uit:
Indien alleen de modules van de lampen in de woonkamer worden voorzien van groepscommando’s gaan alleen die lampen tegelijk aan bij een All Lights On- en tegelijk uit bij een All Units Offcommando.
24
Xanura-dimmermodules kunnen uitsluitend worden bediend door impulsdrukkers. Bij Xanura worden de termen 1-vlaks- en 2-vlaksbediening gebruikt. Deze termen zijn van belang voor de instelling van de DAIX10 en voor de keuze van de dimmerinterface: • •
DIX1 voor 1-vlaksbediening DIX2 voor 2-vlaksbediening
Bij 1-vlaksbediening worden alle bedieningen van de dimmer, AAN/UIT/FELLER en DIMMEN met dezelfde knop bediend. Bij een korte puls (< 0,5 sec.) gaat de lamp aan of uit, afhankelijk van de status van de lamp. Bij een lange puls zal de lamp dimmen of feller worden, afhankelijk van de status van de lamp.
1-vlaksbediening Indien dimmerinterface wordt toegepast: DIX1 Indien een DAIX10 wordt toegepast: programmeer de optie 1-vlaksbediening in de module
Aan / Feller / Uit / Dimmen Bij 2-vlaksbediening worden de bedieningen AAN/FELLER op dezelfde knop bediend. UIT/DIMMEN worden met een tweede knop van de impulsdrukker bediend. Bij een korte puls (<0,5 sec.) boven gaat de lamp aan, bij korte puls onder gaat de lamp uit. Bij een lange puls boven wordt de lamp feller, bij een lange puls onder dimt de lamp. Het is ook mogelijk een serie impulsdrukker toe te passen, hierbij zitten de functies naast elkaar in plaats van boven en onder elkaar.
2-vlaksbediening Indien dimmerinterface wordt toegepast: DIX2 Indien een DAIX10 wordt toegepast: de module staat standaard al op 2-vlaksbediening
Aan/Feller
serie impulsdrukker
2-vlaks impulsdrukker
Aan/Feller
Uit/Dimmen
Uit/Dimmen
De bij ons bekende fabrikanten en bestelnummers van 2-vlaks impulsdrukkers:
Merk Jung Berker
Type 531-4EU 5034* Serie tweevlaks
* Met enkele wipper
25
Merk PEHA Berker Jung Gira
Type 254T 5034 531-4EU 14700
Configureren van Xanura
Bediening van de dimmer
1
Conventioneel
Enkelvoudige schakeling
of f
.
.
Al l
Al l
O
.
lig
un
ht
its
s
s ht lig
Adres A01
Al l
Artikel nummer 1807508
Type SAIX
of
on
f
Instellingen van de module met voorbeeldadres A01
O
O= Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren.
2
Conventioneel
AIX
Wisselschakeling
SAIX
O O
O O
.
.
ai m l A od ck e no w le dg e)
W is (H sel
of f
un its Al l
Adres A02 A02
lig ht s
Artikel nummer 1807523 1807508
Al l
Type AIX SAIX
lig ht s
on
of f
Instellingen van de modules met voorbeeldadres A02
Al l
Configureren van Xanura
Configuratievoorbeelden van diverse schakelingen
X
O= Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren. X= verplichte instelling. N.B.: Indien de SAIX op één of meerdere groepscommando’s wordt geprogrammeerd (=voorkeur), dan moeten dezelfde groepscommando’s ook in de AIX worden geprogrammeerd!
26
Conventioneel
O O O O
kn ow
of W f iss (H el ai m l A od c e
.
Al lu
ni ts
ig ht s
Al ll
Adres A05 A05 A05 A05
Al ll
Artikel nummer 1807523 1807508 1807523 1807523
ig ht s
on
of f
Instellingen van de modules met voorbeeldadres A05
Type AIX SAIX AIX AIX
AIX
AIX
SAIX
O O O O
.
AIX
le dg e)
Kruisschakeling
X X X
O= Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren. X= verplichte hte instelling. N.B.: Indien de SAIX op één of meerdere groepscommando’s wordt geprogrammeerd (=voorkeur) moeten dezelfde groepscommando’s ook in de AIX worden geprogrammeerd!
4
Enkelvoudige schakeling
DAIX10
O
ni ng
1
.
.
vla
(B ks rig be ht d ) ie
ni ts
of f
of f
O
Al lu
Adres B03
ig ht s
Artikel nummer 1807543
Al ll
Type DAIX10
ig ht s
on
Instellingen van de modules met voorbeeldadres B03
Al ll
Maximaal 250 Watt
Conventioneel
X
O= Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren. X= verplichte instelling* *Hier wordt een 1-vlaks impulsdrukker toegepast.
27
Configureren van Xanura
3
DAIX10
DIX1*
Wisselschakeling (Dimmer)
O O
)
1
V
m
.
O O
(B lak rig sb ht e ) d
Di m (D me i n
un its Al l
Adres A05 A05
of f
of f
on
lig ht s
lig ht s
Artikel nummer 1807532 1807543
Al l
Type DIX1* DAIX10
ie ni ng
Instellingen van de modules met voorbeeldadres A05
Al l
Maximaal 250 Watt
Conventioneel
X X
O= Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren. X= verplichte instelling. N.B.: Alle in de DAIX10 geprogrammeerde groepscommando’s moeten ook in de DIX1 worden geprogrammeerd! * Hier wordt een 1-vlaks impulsdrukker toegepast.
6
Conventioneel
DIX1*
DAIX10
DIX1*
DIX1*
O O O O
1
D im
(D me im n )
of f
O O O O
.
un its Al l
Adres B05 B05 B05 B05
lig ht s
Artikel nummer 1807532 1807543 1807532 1807532
Al l
Type DIX1* DAIX10 DIX1* DIX1*
lig ht s
on
of f
Instellingen van de modules met voorbeeldadres B05
V (B lak rig sb ht e ) di en in g
Kruisdimschakeling
Al l
Maximaal 250 Watt
Configureren van Xanura
5
X X X X
O= Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren. X= verplichte instelling. N.B.: Alle in de DAIX10 geprogrammeerde groepscommando’s moeten ook in de DIX1 worden geprogrammeerd! * Hier wordt een 1-vlaks impulsdrukker toegepast.
28
Enkelvoudige dimschakeling
DIX1*
.
X X
Di m
X X
(D me im n )
of f
X X
.
un its Al l
Adres C01 C01
lig ht s
Artikel nummer 1807513 1807532
Al l
Type DAX4 DIX1*
lig ht s
on
of f
Instellingen van de modules met voorbeeldadres C01
Al l
Maximaal 700 Watt
Conventioneel
X
N.B!: De DAX4 X4 reageert standaard op alle groepscommando’s. Hierdoor moeten deze groepscommando’s ook in de DIX1 worden geprogrammeerd! (bij toepassen DIX2 niet). * Hier wordt een 1-vlaks impulsdrukker toegepast.
8
Wisseldimschakeling
DIX1*
DIX1*
DAX 4
.
X X X
Di m
X X X
.
X X X
(D me im n )
of f un its
Al l
lig ht s
Adres C02 C02 C02
Al l
Type DAX4 DIX1* DIX1*
Artikel nummer 1807513 1807532 1807532
lig ht s
on
of f
Instellingen van de modules met voorbeeldadres C02
Al l
Maximaal 700 Watt
Conventioneel
X X
N.B!: De DAX4 reageert standaard op alle groepscommando’s. Hierdoor moeten deze groepscommando’s ook in de DIX1 worden geprogrammeerd! (bij toepassen DIX2 niet). * Hier wordt een 1-vlaks impulsdrukker toegepast.
29
Configureren van Xanura
7
DAX4
DIX1*
DIX1*
DIX1*
DIX1*
Kruisdimschakeling
X X X X X
Di m
X X X X X
.
X X X X X
.
(D m im en )
of f un its
Al l
Adres C03 C03 C03 C03 C03
lig ht s
Artikel nummer 1807513 1807532 1807532 1807532 1807532
Al l
Type DAX4 DIX1* DIX1* DIX1* DIX1*
lig ht s
on
of f
Instellingen van de modules met voorbeeldadres C03
Al l
Maximaal 700 Watt
Conventioneel
X X X X
N.B!: De DAX4 reageert standaard op alle groepscommando’s. Hierdoor moeten deze groepscommando’s ook in de DIX1 worden geprogrammeerd! (bij toepassen DIX2 niet). * Hier wordt een 1-vlaks impulsdrukker toegepast.
10
Conventioneel
SAX1
O
of f
O
O= Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren
30
.
.
.
ni ts
Al lu
Adres D01
ig ht s
Artikel nummer 1807505
Al ll
Type SAX1
ig ht s
on
of f
Instellingen van de modules met voorbeeldadres D01
Al ll
Maximaal 16 A
Configureren van Xanura
9
AIX
SAX1
wl ed ge )
.
O O
.
Un its
O W ff iss (H e ai lm lA o ck d no e
O ff
O O
Al l
Adres D02 D02
Li gh ts
Artikel nummer 1807523 1807505
Al l
Type AIX SAX1
Li gh ts
O n
Instellingen van de modules met voorbeeldadres D02
Al l
Maximaal 16 A
Conventioneel
X
O= Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren. X= verplichte instelling. N.B.: Indien de SAIX op één of meerdere groepscommando’s wordt geprogrammeerd (=voorkeur), dan moeten dezelfde groepscommando’s ook in de AIX worden geprogrammeerd!
Conventioneel
Instellingen van de modules met voorbeeldadres D03
O
of f
O
O= Optie, Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren
31
.
.
.
ni ts
Al lu
Adres D03
ig ht s
Artikel nummer 1807544
Al ll
Type DAX10
ig ht s
on
of f
DAX10
Al ll
Maximaal 250 Watt
12
Configureren van Xanura
11
14
DIX1*
DAX10
Di m (D me im n
of f
O O
.
O O
.
O O
)
un its Al l
Adres D04 D04
lig ht s
Artikel nummer 1807544 1807532
Al l
Type DAX10 DIX1*
lig ht s
on
of f
Instellingen van de modules met voorbeeldadres D04
Al l
Maximaal 250 Watt
Conventioneel
X
O= Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren. X= verplichte instelling. N.B: Alle in de DAX10 geprogrammeerde groepscommando’s moeten ook in de DIX1 worden geprogrammeerd! rogrammeerd! * Hier wordt een 1-vlaks impulsdrukker toegepast.
15
Conventioneel
O
of f
O
O= Optie, de groepscommando’s naar wens wel of niet programmeren.
32
.
.
.
Al lu
ni ts
ig ht s
ig ht s Adres E01
Al ll
Type SAIX
Artikel nummer 1807508
on
Instellingen van de modules met voorbeeldadres E01
of f
SAIX
Al ll
Maximaal 16 A
Configureren van Xanura
13
AIX12
.
.
.
.
.
ow le dg e)
of f W iss (H e ai lm lA o ck d n e
un its Al l
Adres E02
lig ht s
Artikel nummer 1807545
Al l
Type AIX12
lig ht s
on
of f
Instellingen van de modules met voorbeeldadres E02
Al l
Maximaal 16 A
Conventioneel
O
O= Optie, de AIX12 kan het best op de vaste mode blijven indien speciale toepassing wisselmode te overwegen.
16
+ AIX12
SAIX
. .
. .
.
ow le dg e)
.
ni ts
of W f iss (H e ai lm lA o ck d n e
of f ig ht s
. .
Al lu
Adres E03 E03
Al ll
Type AIX12 SAIX
Artikel nummer 1807545 1807508
ig ht s
on
Instellingen van de modules met voorbeeldadres E03
Al ll
Maximaal 16 A
Conventioneel
O
O= Optie, de AIX12 kan het best op de vaste mode blijven indien speciale toepassing wisselmode te overwegen.
33
Configureren van Xanura
15
Bepalen van de adressering en de opties van de modules. In de onderstaande figuur is een configuratietabel van Xanura te zien. Een blanco configuratietabel is te downloaden op het afgeschermde deel van de Xanura-website. De ruimte, de schakelaar en de te plaatsen module zijn in het voorgaande stuk reeds bepaald en kunnen nu in het schema worden ingevoerd. De beste volgorde om dit te doen is om te beginnen met de leefruimtes, die ruimtes waar lampen ook met de afstandsbediening moeten worden bediend. Dit om een logische volgorde in de nummering te krijgen. Als alle benodigde componenten per ruimte zijn bepaald, kunnen deze worden opgenomen in een configuratietabel. Hierdoor krijg je een overzichtelijk geheel.
Project:
Ruimte
Datum:
Omschrijving
Woonkamer Schakelaar c Schakelaar d Schakelaar e Schakelaar f Wandcontactdoos f Wandcontactdoos f Wandcontactdoos f Keuken
Schakelaar h (woonkamerzijde) Schakelaar h (bijkeukenzijde)
Module Adres DAIX10 DAIX10 DAIX10 AIX SAX1 SAX1 SAX1 DAIX10 DIX1
Woonkamer Schakelaar g
SAIX
Tuinhuisje
Schakelaar m
SAIX
Hal
Schakelaar b (woonkamerzijde) Schakelaar b (voordeurzijde)
SAIX AIX
Carport
Schakelaar a Bewegingsmelder
SAIX AIX12
Bijkeuken
Schakelaar i (achterdeurzijde) Schakelaar i (garagedeurzijde)
SAIX AIX
Garage
Schakelaar k (achterzijde) Schakelaar k (bijkeukenzijde) Schakelaar k (voorzijde)
AIX SAIX AIX
Achtergevel
Bewegingsmelder
AIX12
34
All Lig hts On All Lig hts Off All Un its Off Wi sse lm od Dim e me n 1v lak sb ed ien ing
Configureren onfigureren van Xanura
Invullen in de configuratietabel
• • •
1-vlaks-impulsdrukkers voor de bediening van de dimmers. Het groepscommando All Lights On moet alle woonkamerlampen ineens inschakelen. Het groepscommando All Units Off moet alle verlichting van de woning uitschakelen.
Met de configuratievoorbeelden van de vorige pagina’s is deze tabel eenvoudig te completeren.
Datum: All Lig hts All On Lig hts All Of Un f its Wi Of ss f el mo Di de mm en 1v lak sb ed ien ing
Project:
Ruimte
Omschrijving
Module Adres
Woonkamer
Schakelaar c Schakelaar d Schakelaar e Schakelaar f Wandcontactdoos f Wandcontactdoos f Wandcontactdoos f
DAIX10 DAIX10 DAIX10 AIX SAX1 SAX1 SAX1
A01 A02 A03 A04 A04 A04 A04
Schakelaar h (woonkamerzijde) Schakelaar h (bijkeukenzijde)
DAIX10 DIX1
A05 A05
X X
Keuken
X X X X X X X
X X X X X X X
Woonkamer
Schakelaar g
SAIX
A06
X
Tuinhuisje
Schakelaar m
SAIX
A07
X
Hal
Schakelaar b (woonkamerzijde) Schakelaar b (voordeurzijde)
SAIX AIX
A08 A08
X X
Carport
Schakelaar a Bewegingsmelder
SAIX AIX12
A09 A09
X
Bijkeuken
Schakelaar i (achterdeurzijde) Schakelaar i (garagedeurzijde)
SAIX AIX
A10 A10
X X
X Schakelaar k (achterzijde) AIX A11 (bijkeukenzijde) Schakelaar SAIX Het overnemen van dezek gegevens in de tekening is geenA11 overbodige luxe.X X (voorzijde) Schakelaar Hiermee kan de monteurkop de bouw efficiënter te werk gaan. AIX A11
Garage
Achtergevel
Bewegingsmelder
AIX12
Gereserveerd voor Scenario's
A12 A13 A14 A15
35
X X X X
X X
X
X X X
Configureren van Xanura
Als dit is gebeurd, moeten de adressen en de opties van de modules worden bepaald. In dit voorbeeld wordt uitgegaan van:
Configureren van Xanura
Het overnemen van deze gegevens in de tekening is geen overbodige luxe. Hiermee kan de monteur op de bouw efficiënter te werk gaan. Ook bij eventuele uitbreidingen of storingen aan de installatie is dit handig.
36
Voor het adresseren van de modules zijn in principe twee werkwijzen mogelijk, te weten: • •
Adresseren voorafgaand aan de montage op kantoor Adresseren na de montage in de woning
Op kantoor is het adresseren van de modules met de computerinterface het handigst. Op de bouw is het raadzaam met de PUX te adresseren.
4.1 Het adresseren van de modules met de computer. Het adresseren van de modules geschiedt altijd door het versturen van commando’s over het lichtnet. Hiervoor moeten de modules aan het lichtnet worden gekoppeld. Adresseer-commando’s moeten altijd 2x worden verstuurd. Let op! Indien Fase en Nul wordt omgedraaid, komt er 230V op de aansluitdraden van de module te staan! Het advies is: Werk veilig achter een scheidingstrafo. Voor het verzenden van Xanura-commando’s zijn naast een computer de Xanura-computerinterface en de Xanura-software nodig. De te volgen stappen voor het adresseren zijn:
1
Sluit de computerinterface (CIX) aan op de computer en steek de netsteker in de wandcontactdoos.
2
Start de Xanura-software.
3
Controleer of de computer verbinding heeft met de computerinterface door op Help en dan op Info te drukken. De firmwareversie* moet nu zichtbaar zijn.
In het geval dat er kruisjes staan op de plaats waar een firmwareversie staat heeft de computer geen verbinding met de computerinterface. Controleer de communicatiepoortinstellingen in de software onder Computerinterface> Communicatie. * Nieuwe versie van de firmware voor de computer interface beschikbaar, versie V2.0.54.1. juli 2005 Deze firmware heeft een aantal verbeteringen t.o.v. de vorige versie 2.0.0.53 waardoor de computerinterface stabieler is geworden. Indien de nieuwste versie nog niet in de computerinterface zit adviseren wij u deze te downloaden vanaf: www.xanura.nl > meer informatie > downloads en uw computerinterface ermee op te waarderen.
37
Adresseren van Xanura
4. Adresseren van de modules
Adresseren van Xanura
Ga naar het tabblad Commando’s (laatste tabblad) Tabblad commando’s
Lettercode balk
Tabbladen Start
Setup Commando’s
Numerieke toetsen
4
Sluit de module aan op fase en nul. De LED op de module knippert nu eens in de 3 seconden
De module moet op dezelfde fase aangesloten worden als de Computerinterface indien er geen fasekoppelaar aanwezig is (bij een 3-fasen installatie).
5
Druk met een pen of schroevendraaier de programmeerknop op de module in gedurende 3 seconden (zie bovenstaande figuur). De LED gaat nu continu branden.
Indien de module gedurende 60 seconden geen instructies ontvangt, keert de module automatisch terug in de gebruiksmode.
38
Stel de lettercode in op de lettercode balk (zie onderstaande figuur).
Druk op START om te kunnen zien wat er wordt verstuurd, alle verzonden adressen en commando’s verschijnen in het witte vlak links op het scherm.
7
Druk 2 x kort op de gewenste cijfercode met een seconde tussen de eerste en de tweede druk op de knop. Dit adres wordt nu verstuurd.
2x
8
De LED van de module bevestigt de ontvangst met 2 knipperingen. Let altijd op of de module de ontvangst bevestigt met knipperingen. Zo niet, dan nogmaals drukken op de numerieke toets Pas nu zijn alle andere instellingen van de module gewist. De module is gereset op het zojuist verstuurde adres.
39
Adresseren van Xanura
6
Adresseren van Xanura
Indien er geen opties in de modules geprogrammeerd hoeven te worden, kan de programmeerstand worden opgeheven door kort op de programmeerknop te drukken of door 60 seconden te wachten. Indien er wel opties in de modules moeten worden geprogrammeerd: doorgaan met stap 10.
9
Selecteer het, bij de optie behorende, set-up commando. Raadpleeg voor de opties en de bijbehorende programmeercommando’s de MBO van de module of hoofdstuk 3 van het technisch handboek Xanura. Voorbeeld van de AIX-opties met Setup-commando’s en het aantal knipperingen als respons van de module.
10 Druk 2x kort op het geselecteerde Setup-commando. Dit commando wordt nu verstuurd.
2x
11 De module reageert met het in de tabel van de betreffende module aangegeven aantal knipperingen ter bevestiging.
12 Herhaal stappen 10 t/m 14 voor iedere optie die in de module moet worden geprogrammeerd. Let altijd op of de module de ontvangst bevestigt met knipperingen. Zo niet: Nogmaals drukken op Setup-commando.
13 De programmeerstand opheffen door kort op de programmeerknop te drukken of door 60 seconden te wachten.
40
Het is ook niet mogelijk om later een optie aan een module toe te voegen. Als de module zich éénmaal weer in de gebruiksmode bevindt en er is een optie vergeten of er zit een optie te veel in, dan moeten alle hierboven genoemde stappen worden herhaald.
14 Noteer het geprogrammeerde adres en de opties op de module.
15 Verzamel alle componenten in een doos met de tekeningen voor montage in de woning.
41
Adresseren van Xanura
Let op! Indien de module gedurende 60 seconden geen instructies ontvangt, dan keert de module automatisch terug in de gebruiksmode. Er mag dus niet meer dan 60 seconden tussen programmeerinstructies zitten. Als dit wel gebeurt voordat alle opties geprogrammeerd zijn, dan moet de module van voor af aan opnieuw worden geprogrammeerd!
Adresseren van Xanura
4.2 Het adresseren van de modules met de PUX De te volgen stappen voor het programmeren zijn:
1. Module aansluiten op fase en nul. De LED op de module knippert nu eens in de 3 seconden
2. Met een pen of schroevendraaier de programmeerknop op de module gedurende 3 seconden ingedrukt houden. De LED gaat nu continu branden.
3. Steek de steker van de PUX in een wandcontactdoos. (Deze moet op dezelfde fase aangesloten zijn als de module indien er geen fasekoppelaar is toegepast).
Lettercodes Numerieke toetsen Setup Commando’s
Set Letter Set Number Set Command Transmit (Enter)
42
In de display is het volgende te zien:
Lettercode knippert
5. Kies de gewenste lettercode De lettercodes staan op de numerieke toetsen. Éénmaal drukken voor de eerste aangegeven letter en tweemaal voor de tweede letter.
6. Druk op Set Number In de display is het volgende te zien:
Cijfercode knippert
7. Kies de gewenste cijfercode Numerieke toetsen gebruiken
8. Verstuur dit adres door 2 x op Transmit (Enter) te drukken met een minimale tussenpauze van 1 sec. In de display is het volgende te zien:
9. De LED van de module bevestigt de ontvangst met 2 knipperingen. Indien er geen opties in de modules geprogrammeerd hoeven te worden, kan de programmeerstand opgeheven worden door kort op de programmeerknop te drukken of door 60 seconden te wachten. Indien er wel opties in de modules gewenst zijn doorgaan met stap 10.
10. Druk 2x op Set Letter, de letter A knippert vooraan (!) in het scherm. In de display is het volgende te zien:
Indien de letter A middenin het scherm knippert, nogmaals op Set Letter drukken!
11. Kies de eerder gekozen lettercode Druk op Set Command In de display is het volgende te zien:
-on- knippert
43
Adresseren van Xanura
4. Druk op Set Letter
Adresseren van Xanura
12. Selecteer het, bij de optie behorende, set-up commando. Raadpleeg voor de opties en de bijbehorende programmeercommando’s de MBO van de module of hoofdstuk 3 van het technisch handboek Xanura. Voorbeeld van de AIX-opties met Setup-commando’s en het aantal knipperingen als respons van de module.(Voor tabellen van de overige modules zie bijlage)
Bijvoorbeeld: All Lights On, druk éénmaal op nummer 2 In de display is het volgende te zien:
lton knippert
13. Verstuur dit commando door 2x op Transmit (Enter) te drukken met een tussenpauze van 1 sec. In de display is het volgende te zien:
14. De module bevestigt de ontvangst met 6 knipperingen. 15. Herhaal stappen 10 t/m 14 voor iedere optie die in de module moet worden geprogrammeerd. 16. De programmeerstand opheffen door kort op de programmeerknop te drukken of door 60 seconden te wachten. Let op! Indien de module gedurende 60 seconden geen instructies ontvangt, dan keert de module automatisch terug in de gebruiksmode. Er mag dus niet meer dan 60 seconden tussen programmeerinstructies zitten. Als dit wel gebeurt voordat alle opties geprogrammeerd zijn, dan moet de module van voor af aan opnieuw worden geprogrammeerd! Het is ook niet mogelijk om later een optie aan een module toe te voegen. Als de module zich éénmaal weer in de gebruiksmode bevindt en er is een optie vergeten of er zit een optie te veel in, dan moeten alle hierboven genoemde stappen worden herhaald.
17. Noteer het geprogrammeerde adres en de opties op de module.
18. Monteer de modules af met het schakelmateriaal.
44
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de aandachtspunten bij het installeren van Xanura-componenten. Vragen die beantwoord worden, zijn: Waar monteer je het sperfilter, hoe moet de fasekoppelaar worden aangesloten, hoe kan ik het beste een Xanura-module monteren, waar plaats ik de computerinterface.
5.1 Waar monteer je het sperfilter? Het sperfilter zorgt ervoor dat signalen die door Xanura worden verzonden binnen de woning blijven en dat signalen van buiten de woning niet naar binnen kunnen. NB: Deze moet geplaatst worden, hoe klein de toepassing met Xanura ook is! Het sperfilter moet daarom direct na de hoofdschakelaar worden gemonteerd. In het hoofdstuk meten en testen wordt verder ingegaan op het effectief plaatsen van sperfilters.
Eén fase
3-fasen
5.2 Waar wordt de fasekoppelaar op aangesloten? De fasekoppelaar dient op een 3-fasen groep met een maximale nominaalstroom van 16 A te worden aangesloten. De fasekoppelaar, de sperfilters en een 16A-krachtautomaat zijn ook ingebouwd in een Systeem 55-groepenkast verkrijgbaar, type HIFS35/3 S6
5.3 Het aansluiten van de Xanura-modules Voor de een is het monteren van de Xanura-modules een fluitje van een cent. De ander ziet er tegenop. In principe kunnen de Xanura-modules vrij eenvoudig in de inbouwdoos worden gemonteerd. Dit gaat verreweg het eenvoudigst indien de Xanura-module tegen de achterwand van de inbouwdoos wordt geplaatst.
Door de installatiedraden rondom de module te leggen, zoals in bovenstaande tekening, blijft er meer ruimte over in de inbouwdoos.
45
Installeren van Xanura
5. Installeren van Xanura
Installeren van Xanura
Indien er lassen in de betreffende inbouwdoos aanwezig zijn, is het advies deze voor de module te leggen. Door een kort stuk, afgestript, nul en fase draad aan de module te schroeven kan de module nadat de lassen in de doos naar voren zijn gehaald eenvoudig tegen de achterwand van de inbouwdoos worden gemonteerd. Door vervolgens de gestripte uiteinden in de steeklassen te stoppen en de lassen netjes terug te leggen, kan de module gemakkelijker en sneller worden gemonteerd. Ook de schakelaar of wandcontactdoos kan er gemakkelijker voor worden gemonteerd. Let er bij het aandraaien van de schroeven op dat het maximale aandraaikoppel niet hoger is dan 0,5Nm! Indien de schroeven met een hoger koppel aangedraaid worden, is de kans groot dat de schroefklemmen afbreken. Indien dit gebeurd, mag de module niet meer toegepast worden! Let op! Nooit voorwerpen of kracht gebruiken bij het inbouwen van Xanura-modules. In de modules zit kwetsbare elektronica die tengevolge van te grote mechanische belasting defect kan raken. Let er bij montage op dat de modules niet onder mechanische spanning ingebouwd komen te zitten. Het onnodig ruw behandelen van de modules kan leiden tot het defect raken van de modules en storingen in het systeem veroorzaken.
5.4 Belangrijke installatie-instructies Xanura-modules zijn ontworpen en getest voor het inbouwen in inbouwdozen. Per inbouwdoos mag er maximaal 1 Xanura-module worden ingebouwd. Het inbouwen van meerdere modules in een kast is niet toegestaan en kan leiden tot storingen. Uiteindelijk kunnen de modules hierdoor defect raken. Het defect raken van de modules door het niet volgen van de installatievoorschriften en het dientengevolge slecht functioneren van de Xanurainstallatie valt niet onder garantie.
(Praktijk)voorbeelden van hoe het niet moet:
5.5 Waar moet de computerinterface geplaatst worden? De computerinterface moet alle instructies die over het lichtnet worden verstuurd registreren om eventueel geprogrammeerde scenario’s te starten op een of meerdere voorwaarden. Hiervoor moet de computerinterface bij voorkeur zo centraal mogelijk (elektrisch gezien) in de woning worden geplaatst. Meestal is dit de meterkast. Om de computerinterface te programmeren of de programmering te wijzigen, is de computerinterface voorzien van een netsteker. Deze kan dan uit de meterkast genomen worden en op de PC worden aangesloten om bijvoorbeeld het programma te wijzigen.
46
Indien er een computerinterface wordt toegepast in de woning kan de software worden geprogrammeerd nadat alle modules zijn geadresseerd of nadat alle modules zijn gemonteerd om ook direct te kunnen testen. Om te beginnen moet de computerinterface de eerste keer dat deze wordt gebruikt worden ingesteld. Hiervoor moeten de volgende stappen worden doorlopen: • • • •
Sluit de computerinterface aan op het net Sluit de datakabel aan op de seriële uitgang van de PC. Start de software op. Stel de juiste com-poort in de software door te drukken op:
•
Controleer of de PC in verbinding staat met de Computerinterface. Dit is te zien door linksonder in het scherm te kijken of de twee groene blokjes knipperen.
Beter nog is om te drukken op
, en te kijken of het Firmware-versienummer te zien is. Staat er een nummer dan is er verbinding. Staat er XXXXX achter firmware-versie dan is er geen verbinding.
* Nieuwe versie van de firmware voor de computer interface beschikbaar, versie V2.0.54.1. juli 2005 Deze firmware heeft een aantal verbeteringen t.o.v. de vorige versie 2.0.0.53 waardoor de computerinterface stabieler is geworden. Indien de nieuwste versie nog niet in de computerinterface zit adviseren wij u deze te downloaden vanaf: www.xanura.nl > meer informatie > downloads en uw computerinterface ermee op te waarderen.
47
Xanura-software programmeren
6. De Xanura-software programmeren
Xanura-software programmeren
Zet de klok op de juiste tijd. Druk op boven in de menubalk en selecteer vervolgens <Tijd en datum instellen>. Druk op “Instellen PC tijd” om de eigen klok van de computerinterface te synchroniseren met die van de PC.
Controleer of de geografische positie juist staat ingesteld. Klik op en selecteer .
Standaard staat de Computerinterface op Lengtegraad 5, Breedtegraad 52. Dit zijn de coördinaten voor Midden-Nederland. De tijdzone is 1. Indien de coördinaten van de plaats waar Xanura wordt toegepast hier ingevuld worden zullen na het indrukken van de knop “Berekenen” de zonsondergang- en zonsopkomsttijd berekend en weergegeven worden.. Een voorbeeld van een website waar de geografische coördinaten voor Nederlandse steden te vinden zijn is: http://www.getty.edu/research/conducting_research/vocabularies/tgn/index.html Indien de lokale zonsondergang- en zonsopkomsttijden ingevuld worden (bijvoorbeeld uit een dagblad) en op “Zoeken” ingedrukt wordt, dan geeft de computerinterface de bijbehorende coördinaten bij benadering weer.
48
Het configuratiescherm bestaat uit een matrix met verticaal de lettercodes en horizontaal de cijfercodes. Om te beginnen moeten alle gebruikte adressen worden aangemeld in het configuratiescherm. Dit betekent dat aangegeven moet worden: • Welke module er is toegepast • Op welke groepscommando’s de betreffende module reageert • Hoe we deze module gaan noemen, dit moet een (voor de klant) herkenbare en logische naam zijn Modules configureren: Ga met de muiswijzer op het vakje staan dat correspondeert met het adres van de geadresseerde module. Het vakje krijgt nu een groen kader. Druk op de rechter muisknop en kies modules configureren. -
Geef bij Naam een herkenbare, maar vooral logische naam. Selecteer de juiste module bij Module type, indien het om een schakelmodule gaat. Indien het om een dimmodule gaat moet eerst het vakje dimmer worden aangevinkt.
-
Heeft de module tijdens het adresseren een of meerdere opties gekregen dan moet er een vinkje worden geplaatst bij één van de optie(s) die in de module(s) is (zijn) geprogrammeerd.
Alle modules moeten één voor één op deze wijze worden geconfigureerd. De “vrije adressen” die voor scenario’s worden gebruikt moeten als Functie/Scenario worden aangemerkt door een vinkje te zetten in dit vakje. LET OP: Bij een “scenarioadres” is het zeer verstandig in de configuratie van de module, GEEN vinkjes te zetten bij Reageert op All Lights On/All Lights Off/All Units Off. In het geval dat er wel een vinkje staat, zal dit scenario automatisch worden gestart na het ontvangen van een groepscommando!
49
Xanura-software programmeren
6.1 Het statusvenster
Xanura-software programmeren
Als alle adressen zijn ingevoerd ziet dit er ongeveer als volgt uit:
50
Op tabblad 2 is het mogelijk groepen te maken van alle modules die zojuist zijn aangemeld op het configuratiescherm. Groepen zijn nodig voor: • het maken van tijdschema’s • om onnodig veel programmeerregels bij de functies te voorkomen Ga als volgt te werk: Druk op groep toevoegen linksonder in het scherm. Geef de groep een duidelijk herkenbare naam. Tip: laat de naam altijd beginnen met Groep ……… Selecteer vervolgens een module en druk op het driehoekje dat naar modules in groep wijst. Het selecteren van meerdere modules tegelijk is ook mogelijk door de knop CRTL op het toetsenbord vast te houden tijdens het aanklikken van de gewenste modulenaam. Nadat de gehele selectie is gemaakt kan deze worden verplaatst naar modules in groep door op het driehoekje dat naar Modules in groep wijst te drukken. De geselecteerde modules worden nu verplaatst en verschijnen nu in de rechterkolom.
Indien een module teruggeplaatst moet worden, dient deze module geselecteerd te worden en door middel van het driehoekje dat naar Beschikbare modules wijst te worden teruggeplaatst.
51
Xanura-software programmeren
6.2 Het maken van groepen
Xanura-software programmeren
6.3 Het maken van tijdsschema’s In het tabblad tijdschema’s kunnen per groep tijdschema’s gemaakt worden.
Alleen per groep kan de verlichting Aan of Uit worden gestuurd. Hierbij kan gekozen worden om de actie dagelijks/wekelijks/maandelijks/door de week/’s weekends plaats te laten vinden. Voor het maken van een tijdschema selecteert u linksboven eerst de groep waarop het tijdsschema betrekking heeft. Ga vervolgens op de dag staan waarop het tijdsschema van toepassin zal moeten zijn en druk op de knop “Toevoegen” rechtsonder in het scherm. In de pop-up (zie onderstaande figuur) kan eerst de gewenste tijd geselecteerd worden, vervolgens het type tijdsschema dat gewenst is en tenslotte de actie(aan of uit). Druk op OK om het tijdschema te activeren. Herhaal deze stappen voor meerdere tijdsschema’s.
52
In het tabblad functies kunnen logische schakelingen/functies worden geprogrammeerd.
Deze zijn gebaseerd op voorwaarde(n) en actie(s) ofwel ALS EN/OF DAN. Om een functie te maken, moeten de volgende stappen worden doorlopen: • Druk op “Toevoegen” om een nieuwe functie te openen • Vul in de pop-up de naam van de te maken functie in. Het is belangrijk een herkenbare naam te gebruiken zodat het terugzoeken van functies vergemakkelijkt wordt. • Vul desgewenst bij beschrijving in wat de functie zou moeten doen. Dit is een geheugensteuntje. Bij het openen van de functie is de inhoud ervan hierdoor voor iedereen meteen duidelijk.
•
Druk op het tabblad Functie om in het functiescherm te komen. Dit functieblad bestaat uit twee gedeeltes: Voorwaarden en Acties
53
Xanura-software programmeren
6.4 Het maken van Functies
Xanura-software programmeren
•
Om aan te geven onder welke voorwaarde(n) een bepaalde actie moet plaatsvinden drukken we eerst op “Toevoegen” bij voorwaarden (bovenste). Het volgende scherm wordt zichtbaar:
•
In dit voorbeeld maken we een zonsondergangscenario en selecteren we Tijd, vervolgens een van de Operatoren, in dit geval Is gelijk aan (=), we selecteren Zonsondergang. Bij +/minuten kunnen we aan geven of we eerder (- x minuten), later (+ x minuten) of gelijk aan zonsondergang (niets invullen = 0) willen selecteren. Druk op OK om deze instelling te accepteren Er kan ook meer dan één voorwaarde worden gegeven. Hiervoor moet na de eerste voorwaarde opnieuw op “Toevoegen” worden gedrukt. Nu kan EN/OF worden geselecteerd en kan de tweede voorwaarde worden ingegeven. Druk op “Toevoegen” van de actie(s) om de gewenste actie(s) in te stellen. Door op “Module” te klikken kunnen de modules uit de onderstaande lijst geselecteerd worden. Vervolgens kan de gewenste actie geselecteerd worden en op OK gedrukt worden. Druk weer op “Toevoegen” voor de volgende (actie)regel, etc.
• • •
54
Indien er dimmers zijn toegepast en de modules zijn als zodanig ook geconfigureerd in het “Statusvenster” kan als actie ook een dim-percentage ingeven worden. “OK” drukken om deze regel te bevestigen.
•
Indien er groepen gemaakt zijn, kan ook een groep geselecteerd worden. Modules en groepen kunnen ook door elkaar gebruiken worden. “OK” drukken om deze regel te bevestigen.
•
Wanneer alle acties erin gezet zijn op “Toepassen” drukken. De software verwerkt dit en toont het resultaat in het scherm. Het is verstandig dit even na te kijken omdat een foutje snel gemaakt is.
55
Xanura-software programmeren
•
Xanura-software programmeren
Het volgende scherm toont de geprogrammeerde regel.
Door alle wensen van de klant te vertalen naar voorwaarde(n) en actie(s) en ze op dezelfde manier in te vullen ontstaan er verschillende scenario’s.
De software voert de instructies precies uit. Dit betekent dat wanneer er tegenstrijdige commando’s worden gegeven, de software dit nauwkeurig zal uitvoeren. Het is daarom belangrijk om overzicht te houden over alle instructies. Wanneer alle functies geprogrammeerd zijn moet het programma worden opgeslagen. Hiervoor moet , worden gedrukt en komt het volgende scherm in beeld: Door op “Bladeren” te drukken en een bestandsnaam te geven (Tip: naam van de klant met datum, bijv. jansen170306) kan het bestand worden opgeslagen door op “Save” te drukken. Dit bestand wordt standaard opgeslagen in de Xanura-bestandsmap tenzij er een andere map wordt geselecteerd.
56
Mocht de klant het programma zelf willen wijzigen en het programma werkt vervolgens niet naar wens, dan kan het opgeslagen programma weer in worden geladen en het werkt weer zoals voor de wijzigingen. Om een bestand te openen moet op , worden gedrukt. Vervolgens moet het juiste bestand worden geselecteerd en op worden gedrukt. Het bestand wordt dan in de interface geladen. Een Xanura-bestand met de extensie “.bkp”, bijvoorbeeld van derden moet eerst in de Xanuradirectory (C:\Program files\Holec\Xanura 2) geplaatst worden alvorens dit bestand te kunnen gebruiken. Open het bestand vervolgens vanuit de Xanura-software, controleer de geografische positie (zie pagina 48) en laadt vervolgens de configuratie in de PC door in de menubalk en vervolgens te selecteren
Indien er Offline wordt gewerkt, dat wil zeggen dat de computerinterface geen verbinding heeft met de computerinterface en er worden instellingen veranderd dan moet de computerinterface worden gesynchroniseerd. Dat wil zeggen dat de data die op het scherm staat in de computerinterface geladen wordt.
Na het selecteren van , en het drukken op , zal het vinkje voor Offline verdwijnen en hiermee Online komen. De computerinterface zal het volgende vragen:
Door op “Ja” te drukken zal de computerinterface gaan synchroniseren.
57
Xanura-software programmeren
Het is heel belangrijk om zelf ook een backup van dit bestand te maken. De instellingen kunnen namelijk niet worden uitgelezen uit de computerinterface.
Meten en testen
7. Meten en testen van de installatie Nadat alle stappen doorlopen zijn, is het van belang om de signaalniveaus te meten. Dit om te controleren of de signalen op alle punten waar Xanuramodules zitten voldoende signaalniveau ontvangen om de instructies op te volgen. Voor het meten van de signaalniveau’s is een PUX, Programmeer Unit Xanura nodig. Er zullen een aantal metingen uitgevoerd moeten worden: 1. De signalen afkomstig van interfaces zullen gemeten moeten worden op de plek waar de computer-interface geplaatst is, de meterkast. Dit om te bepalen of het signaalniveau dat de computer-interface bereikt hoog genoeg is voor het uitvoeren van de actie(s). 2. De signalen afkomstig van de computer-interface zullen gemeten moeten worden bij iedere actor in de woning. Dit om te bepalen of de signalen afkomstig van de computer-interface de actoren wel (sterk genoeg) bereiken. 3. De signalen afkomstig van interfaces die op adresniveau rechtstreeks actoren aansturen, zullen ter plaatse van de actor gemeten moeten worden. Voor het meten van signaal niveaus kan onder andere de functie Signal Data worden gebruikt op de PUX. Deze functie zal tijdens het meten zowel de signaalsterkte als het verstuurde commando weergeven op het display.
Naast de functie Signal Data kan voor het meten van de signaalsterkte kan ook de functie Signal/Noise Data worden gebruikt. Deze functie zal tijdens het meten zowel de signaalsterkte als het ruisniveau weergeven op het display.
Signal Data Signal/Noise Data
Hieronder wordt de werkwijze van de drie afzonderlijke metingen gedetailleerd besproken.
58
1. Steek de steker van de PUX in een wandcontactdoos naast de computerinterface 2. Schakel alle elektrische apparaten in de woning in, onder spanning zetten is voldoende. 3. Zet de PUX op Signal Data. 4. Laat iemand één voor één op de schakelaar of inpulsdrukker drukken waarachter een Xanura-interface (of actor/interface) gemonteerd zit en noteer de gemeten waarde die de PUX nu in het display weergeeft.
5. Herhaal deze actie voor alle interfaces in de woning.
De signaalsterktes kunnen als volgt worden geïnterpreteerd:
Te weinig signaal
100 mV 200 mV 400 mV Marge Tolerabel Signaal OK >400 mV
<100 mV
59
Meten en testen
Meting 1: Meten naar de meterkast toe
Meten en testen
Meting 2: Meten van de meterkast af 1. Maak een “loop” functie in de computerinterface door twee functies toe te voegen, bijvoorbeeld: Functie 1 ALS A01= AAN DAN A01 UIT. Functie 2 ALS A01= UIT DAN A01 AAN. De computer-interface zal nu A01 AAN, A01 UIT achter elkaar blijven zenden. 2. Laat alle elektrische apparaten in de woning aan staan. 3. Sluit de PUX aan op een wandcontactdoos die zich (elektrisch gezien) het dichtst bij de actor module bevindt en waarvan u het signaalniveau wilt weten. 4. Zet de PUX op Signal Data, meet het signaalniveau en schrijf het op.
5. Meet op dezelfde manier op alle plaatsen waar een Xanura-actor aanwezig is. Indien er geen computerinterface aanwezig is, kun je door een RF-interface in de meterkast te zetten en herhaaldelijk op AAN/UIT op de afstandsbediening te drukken de voorgaande stappen ook uitvoeren.
De signaalsterktes kunnen als volgt worden geïnterpreteerd:
Te weinig signaal
100 mV 200 mV 400 mV Marge Tolerabel Signaal OK
<100 mV
>400 mV
60
1. Sluit de PUX aan op een wandcontactdoos die zich (elektrisch gezien) het dichtst bij de actormodule bevindt en waarvan u het signaalniveau wilt weten. 2. Laat alle elektrische apparaten in de woning aan staan. 3. Druk op de interface die op hetzelfde adres geprogrammeerd staat als de actor waarvan we het signaalniveau gaan meten. 4. Zet de PUX op Signal Data, meet het signaalniveau en schrijf het op.
5. Meet op dezelfde manier op alle plaatsen waar een zelfde soort schakeling zit.
De signaalsterktes kunnen als volgt worden geïnterpreteerd:
Te weinig signaal
100 mV 200 mV 400 mV Marge Tolerabel Signaal OK >400 mV
<100 mV
61
Meten en testen
Meting 3: Meten tussen interface en actor op hetzelfde adres
Meten en testen
Mocht het signaal op één of meerdere plaatsen te laag zijn, dan kan het zijn dat een apparaat het signaalniveau omlaag “trekt”. •
Signalen kunnen verzwakt worden door signaalabsorberende apparatuur, zoals bijvoorbeeld PC’s (met name TFT-schermen), vaatwassers, magnetrons. Deze apparaten zijn laagimpedant voor 120 kHz-signalen, wat kan worden veroorzaakt door de aanwezigheid van grote condensatoren.
Echter niet elke PC, vaatwasser, magnetron of ander apparaat zal het signaalniveau omlaag halen. Dit is mede afhankelijk van de impedantie van het lichtnet. Lange leidingen naar deze apparaten toe verhogen de impedantie en verminderen hun absorberende werking. Indien bij het meten een te laag signaalniveau wordt geconstateerd moet worden bekeken welke invloed het uitschakelen van een apparaat in de buurt van dat punt heeft op de signaalsterkte. Herhaal dan de meting voor die actor/interface waar een te laag signaalniveau gemeten is. Indien het apparaat invloed heeft, dient er een apparaatfilter tussen de wandcontactdoos en het apparaat te worden gestoken. Dit filter verhoogt de impedantie zodat het apparaat geen invloed meer kan uitoefenen op het signaalniveau. Het plaatsen van een signaalversterker SVX10 zorgt ook voor betere signaalniveaus. In uitzonderlijke gevallen zal er een combinatie van filters en versterking moeten worden toegepast. Deze versterker kan alleen in een enkelfasige installatie worden toegepast en nooit in combinatie met een fasekoppelaar. In een driefasige installatie zorgt de fasekoppelaar al voor de versterking. Een effectieve plaatsing van de sperfilters zorgt ervoor dat apparaten die potentieel signalen kunnen verzwakken buiten de Xanura-installatie worden gehouden. Indien bijvoorbeeld apparaten die niet met Xanura worden geschakeld buiten het filter worden geplaatst kunnen deze ook de niveau’s niet beïnvloeden. De apparaten die erbuiten gehouden kunnen worden zijn bijvoorbeeld: Wasmachine, Wasdroger, Vaatwasser, Magnetron. Het schema op pagina 63 geeft aan hoe de groepenkast in dat geval zou moeten worden bedraad. De groepen met Xanura komen achter het filter, de groepen die hier niets mee te maken hebben worden voor het filter aangesloten. Op deze manier is het ook mogelijk om bij grotere installaties onder de 40A van het sperfilter te blijven. Het is ook mogelijk om in een installatie, bijvoorbeeld voorzien van een onderverdeler, bepaalde (groepen) apparaten te filteren. Hiervoor kan ook een SFX 40 worden gebruikt, deze moet echter andersom worden aangesloten. Dat wil zeggen; de voeding moet aan de bovenkant en de afgaande kant moet op de onderzijde worden gemonteerd. Afgaand
Inkomend 62
Magnetron
Wasdroger
Wasmachine
Vaatwasser
ALS
ALS
Sfx40
63
ALS
Meten en testen
Voorbeeld van bedraden van een Xanura-meterkast om apparaten te isoleren. Vanzelfsprekend dient dit overeenkomstig de bepalingen in de NEN 1010 te gebeuren.