SPORTKrant Mei 08
03-06-2008
15:29
Pagina 2
INFORMATIEKRANT
S P O R T- Z O R G T R A J E C T E N JUNI 2008 - NR 1
SPORT-ZORGTRAJECTEN:
SPORT VOOR JONGEREN UIT DE JEUGDZORG
De komende jaren staat sportdeelname door jongeren uit de jeugdzorg centraal bij verschillende jeugdzorgorganisaties en sportverenigingen! Zij werken in zogenaamde sport-zorgtrajecten samen om jongeren die problemen thuis, op school of met zichzelf hebben te laten ervaren hoe leuk en goed sport voor je kan zijn. Tegelijk hopen we dat sport ertoe bijdraagt dat de problemen waar de jongeren mee kampen worden opgelost. In deze eerste uitgave van de Informatiekrant sport-zorgtrajecten gaat de meeste aandacht uit naar de trajecten zelf. Zo kunt u lezen hoe uitvoering wordt gegeven aan een aantal trajecten in het land. Daarnaast vertelt Erica Terpstra, voorzitter van NOC*NSF, over de grote waarde van sport voor verschillende doelgroepen en wordt aandacht besteed aan de evaluatie van de sport-zorgtrajecten. We hopen dat deze Informatiekrant u net zo enthousiast maakt als alle partijen die er aan hebben meegewerkt. Veel leesplezier! Carin Lammers, projectleider sport-zorgtrajecten MOgroep Jeugdzorg
“HET BESTE VAN TWEE WERELDEN” “Sport kan een jongere in de jeugdzorg helpen zijn of haar plek in de maatschappij te vinden”, zegt Erica Terpstra, voorzitter van NOC*NSF. “Als we in staat zijn de effecten van de sport-zorgtrajecten zichtbaar te maken, kan het doorgroeien naar een structureel aanbod voor deze groep jongeren. Met alle positieve effecten die dat met zich meebrengt.” Sport is verbonden met allerlei maatschappelijke waarden en werkvelden. Zo ook met de jeugdzorg. NOC*NSF stelt zich tot doel meer mensen in beweging te krijgen, zowel letterlijk als figuurlijk. Die man traint met ex-gedetineerden en laat hen op die manier kennismaken met zaken als discipline, afspraken, zelfbeheersing, sociale contacten. En zo vinden deze mensen weer een plek in de maatschappij.” Maar er zijn meer voorbeelden.“Ik was onlangs in Utrecht bij een sportschool die is opgericht door een paar enthousiaste islamitische jonge vrouwen, speciaal voor vrouwen. Binnen een paar maanden hebben zich al meer dan duizend vrouwen aangemeld, zowel allochtone als autochtone vrouwen. Op die manier bereik je een doelgroep die met het reguliere sportaanbod niet bereikt wordt. En je versterkt op allerlei manieren het netwerk en de zelfstandigheid van deze vrouwen. Prachtig!” “Sport brengt mensen in beweging”, stelt Erica Terpstra.“En niet alleen bij de sportclub of – vereniging. Sporten kan mensen ook helpen om dingen spelenderwijs te leren. Als je sport in een team leer je samenwerken, verantwoordelijkheid nemen. Je knoopt sociale contacten aan en ontwikkelt een netwerk. En wat minstens zo belangrijk is, je leert omgaan met winnen en verliezen. Zeker voor jongeren in de jeugdzorg, bij wie het eigen maken van dat soort waarden moeilijker is verlopen, biedt sport een kans om alsnog te leren en te ontwikkelen. Sport biedt allerlei mogelijkheden om iemands individuele ontwikkeling te stimuleren. Dat is niet alleen goed voor de jongere zelf, maar ook voor de sociale samenhang in onze maatschappij.” MAATSCHAPPELIJKE MEERWAARDE
Dat sport een belangrijke maatschappelijke meerwaarde heeft, blijkt uit tal van voorbeelden.“Ik vertel regelmatig het prachtige verhaal van de boksschool van Ome Joop.
zou zijn dat de Olympische Spelen hier worden georganiseerd”, legt Erica Terpstra uit.“En dan gaat het niet alleen over topsport, maar juist ook over sport als factor van maatschappelijk belang. Het ontwikkelen van sportwaarden, waaronder de ontwikkeling van zelfvertrouwen en sociale competenties, is daar een belangrijke bouwsteen in. De sport-zorgtrajec-
IN DEZE KRANT
2 Succes! column Jet Bussemaker Kickboksen: regulatie, structuur en plezier
3 Sporten voor een betere toekomst Judo Bond Nederland stimuleert leren van elkaar
4
OPBRENGST SPORTCLUBS
Samenwerken aan behandeldoelen
NOC*NSF heeft zich in haar meerjarenplan 2008-2012 tot doel gesteld om meer mensen aan het sporten te krijgen, met name uit doelgroepen die lastig bereikbaar zijn.“De sportzorgtrajecten vormen voor de sportclubs en –verenigingen een goede manier om ervaring op te doen met het werken met minder vanzelfsprekende doelgroepen.Vergeet niet dat een groot deel van de trainers en begeleiders vrijwilligers zijn, die geen opleiding hebben om te werken met deze jongeren. Het feit dat ze in deze trajecten samenwerken met de jeugdzorg, is belangrijk en geeft hen een kans om te leren.”
Vier vragen aan Paul Duijvestijn Sport-zorgtrajecten: wat zijn dat?
5 Sporten met zorg voor Ban Topa niets nieuws Sporten voor een beter leven
6
SPORTKLIMAAT
Nederland Sportland, zorgen voor een nog betere en sterkere positie van sport in de samenleving, dat is de doelstelling voor de langere termijn van NOC*NSF.“Het Olympisch Plan 2028 is een visie op de toekomst, waarin het sportklimaat in Nederland op zo’n niveau komt dat het vanzelfsprekend en waarschijnlijk
Basketbal biedt veel kansen ten hebben alle ingrediënten in zich om te kunnen fungeren als goed voorbeeld. Ze combineren het beste van twee werelden, de sport en de jeugdzorg. De in totaal vijftig trajecten zullen ongetwijfeld heel veel opleveren, voor de jongeren zelf, maar ook voor de jeugdzorgorganisaties en de sportverenigingen. Als we er in slagen om dat zichtbaar te maken en te borgen, dan staan we aan het begin van iets heel moois. Of die Olympische Spelen dan ooit naar Nederland komen, dat vind ik in dat licht bezien minder belangrijk. De weg er naartoe, de versterking van de maatschappij, met en door sport, daar draait het om.”
Vier vragen aan Jan Verhoeven
Welke sportbonden zijn betrokken bij de sport-zorgtrajecten?
Kijk op www.meedoenallochtonejeugddoorsport.nl
SPORTKrant Mei 08
03-06-2008
15:29
Pagina 3
SUCCES! In juni 2007 heb ik samen met Minister Vogelaar het startsein mogen geven aan vijftig sport-zorgtrajecten, waarbij de jeugdzorg in samenwerking met sportverenigingen een gedragsverandering bij probleemjongeren probeert te bewerkstelligen. Trajecten, die ik zeer de moeite waard vind om in te investeren; in de periode 2007 t/m 2010 circa € 1 miljoen op jaarbasis. Met de sport-zorgtrajecten willen we voorkomen dat probleemjongeren aan de zijlijn van de samenleving komen te staan. De sportactiviteiten vinden ‘gewoon’ bij de sportvereniging plaats. Ik vind dat bewonderenswaardig, want deze sportverenigingen gaan aan de slag met een moeilijke groep jongeren. De betrokken trainers worden hiervoor opgeleid en onderhouden regelmatig contact met de jeugdhulpverleners. Ik ben zeer verheugd dat er inmiddels vijftig sportverenigingen zijn geselecteerd waar de sport-zorgtrajecten plaatsvinden. Een leuk voorbeeld vind ik de ervaringen van een moeder die een zoontje heeft dat problemen had met agressie. Als iets hem niet aanstond, leidde dat al snel tot vechten. Via de school is deze jongen uiteindelijk bij een psycholoog terecht gekomen. Terwijl zijn vriendjes buiten lekker aan het spelen waren, zat hij tussen vier muren met een professional die zijn gedrag probeerde te veranderen. U kunt zich voorstellen dat dat niet zijn meest plezierige uurtjes van de week zijn geweest. De gewenste gedragsverandering was dan ook niet zichtbaar. Wat wél effect had, was dat zijn ouders in gesprek gingen met zijn voetbaltrainer van het F-team. De coach besteedde tijdens trainingen en wedstrijden extra aandacht aan hem en dat leidde snel tot succes. Wat binnen de vier muren van de psycholoog niet lukte, lukte wel binnen de kalklijnen van het voetbalveld. Binnen deze lijnen ontwikkelde hij zich als een teamspeler die de bal op tijd afspeelde, die samen met zijn teamgenoten een doelpunt vierde en die de beslissingen van de scheidsrechter respecteerde.
De ervaring opgedaan in het veld leidde ook tot positieve gedragveranderingen thuis en op school. Jeugdhulpverleners leren gaande de trajecten de sport op waarde te schatten. Dit zal worden ondersteund door een effectstudie die de trajecten begeleidt. Immers, het gaat in dit geval niet alleen om zomaar een beetje leuk sporten. Het kabinet wil graag meer investeren in effectieve interventies, en op deze wijze zal ook het ‘middel’ sport worden onderzocht. De vijftig sportverenigingen gaan samen met jeugdzorginstanties de uitdaging aan om door sport het gedrag van probleemjongeren te veranderen. Of het nu gaat om het aanleren van zelfdiscipline, zelfbeheersing, weerbaarheid en doorzettingsvermogen - ik ben ervan overtuigd dat het een succes wordt, mede door de inzet van de betrokken sportbonden, het Jeugdsportfonds en MOgroep Jeugdzorg. De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Dr. Jet Bussemaker
KICKBOKSEN: REGULATIE, STRUCTUUR EN PLEZIER Een keer per week brengt een groep van vijf tot zes jongens van jeugdzorgorganisatie Opbouwnet in Maartensdijk een bezoek aan kickboksschool Lotus Gym in Utrecht. Onder begeleiding van Kim Lindenboom of Ilonka Hintem, beide medewerker van Opbouwnet, komen ze hier naartoe om een uur de kunst van het kickboksen te leren van Zouheir Youkaj, trainer en eigenaar van Lotus Gym.“Het is een prima uitlaatklep voor deze jongens en ze leren er heel veel van.”
Het is donderdagavond rond 20:00 uur als de jongens de voorbereidingen en oefeningen in de praktijk mogen brengen en even twee minuten mogen ‘sparren’ met elkaar. Geconcentreerd en volgens de aanwijzingen van de trainers gaan ze twee minuten met elkaar ‘in gevecht’. Helemaal volgens de regels, zonder spoor van agressie of onvrede. Na afloop bedanken ze elkaar voor het partijtje kickboksen. “Tijdens het kickboksen leren ze bepaalde dingen, zoals omgangvormen, die ze in andere situaties misschien niet zo makkelijk in de praktijk brengen”, zegt Kim Lindenboom. Toen Opbouwnet en Lotus Gym de samenwerking wilden vormgeven, werd Kim gevraagd om als co-trainer mee te gaan voor de pedagogische begeleiding. “Bijkomend voordeel is dat ik zelf al een aantal jaar kickboks. Dus ik kan ook actief meetrainen.” MEERWAARDE
Doelgroep voor dit sport-zorgtraject zijn lichtverstandelijk gehandicapte jongens tussen de 15 en 19 jaar.“Ze wonen bij ons omdat er thuis onvoldoende structuur voor ze is”, legt Mark Gitz, unitleider bij Opbouwnet uit.“Ze vertonen daardoor vaak probleemgedrag en zijn gemakkelijk te verleiden
tot rottigheid. Wij bieden ze structuur en proberen ze zelfbewuster en weerbaarder te maken. Kickboksen is een goede manier om ze te leren om te gaan met frustraties en om ze iets positiefs te laten ervaren. Ze merken dat ze ergens goed in zijn, leren discipline, autoriteit erkennen, respect voor elkaar. Ik ben ervan overtuigd dat het meer is dan alleen een leuke tijdsbesteding. Het draagt bij aan het realiseren van onze behandeldoelen.” UITDAGING
Zouheir Youkaj ziet als trainer van dichtbij wat het boksen met de jongens doet. “Ze zijn trots, enthousiast en gemotiveerd. Gedurende het traject houd ik in de gaten hoe ze zich ontwikkelen op verschillende competenties. We zijn nu drie maanden bezig en ik verwacht dat we in de zes maanden die het programma in totaal duurt, heel wat met ze kunnen bereiken. Voor mij is het een uitdaging om met deze doelgroep te werken. Je moet voortdurend scherp blijven, je kunt niet op je routine vertrouwen. Wat maakt de les of oefening bij de jongens los? Hoe reageer je als er eentje helemaal ‘los’ gaat? Natuurlijk is er altijd een co-trainer van Opbouwnet bij de lessen om bij te sturen of in te grijpen.
TRANSFER
Of sommige van de jongens op termijn eventueel kunnen doorstromen naar een reguliere trainingsgroep, hangt af van hoe ze zich ontwikkelen.“Ik hoop er zeker op’’, zegt Mark Gitz.“We hechten er veel waarde aan dat de jongens een leven opbouwen buiten onze instelling. Voor de meeste van deze jongens in het perspectief dat ze doorstromen naar een of andere vorm van begeleid of beschermd wonen. Het is goed als ze zelf
structuur vinden en een eigen sociaal leven opbouwen. Sport is daarvoor een prima aanknopingspunt, vooral omdat het voor hen ook zo’n regulerende en bijsturende werking heeft. Het komt er op aan of de jongens in staat zijn tot transfer van de opgedane ervaringen en vaardigheden naar het ‘echte’ leven. Als ze hetgeen ze hier leren ook elders kunnen toepassen, is het sport-zorgtraject voor mij echt geslaagd.”
Wat is Meedoen?
Kijk op www.meedoenallochtonejeugddoorsport.nl
2
SPORTKrant Mei 08
03-06-2008
15:29
Pagina 4
SPORTEN VOOR EEN BETERE TOEKOMST Het plan om met sport-zorgtrajecten aan de slag te gaan is door een flink aantal jeugdzorginstellingen voortvarend opgepakt. Zo ook in Eindhoven, waar De Combinatie in samenwerking met sportverenigingen hun jongeren mogelijkheden biedt om te sporten.“Eigenlijk niks bijzonders”, vindt bestuurder Ben van Bruxvoort.“Iedere jongere bij ons krijgt de kans om te sporten. Het is een mooie manier om samen met anderen bezig te zijn. En het is nog gezond ook.”
De maatschappij is ontzuild en het sociale leven is in sommige gevallen ingeruild voor de meer individuele beleving. Maar de mens is een sociaal dier en zoekt gezelschap. Individuen vinden elkaar op gedeelde interesses en hobby’s. Zo ook in de sport.“Sport is een bindmiddel”, stelt Ben van Bruxvoort, bestuurder van De Combinatie.“Het brengt mensen bij elkaar die iets delen. Maar sport doet meer. Het biedt structuur, bijvoorbeeld omdat je wekelijks moet komen trainen. Het bevordert in sommige gevallen de teamgeest en leert je met anderen samen te werken. Ik denk dat juist vanwege die eigenschappen sport een goede ondersteunende activiteit is in de jeugdzorg. Sporten bij een vereniging biedt onze jongeren ook de mogelijkheid om contacten en vriendschappen aan te knopen met andere jongeren, buiten de jeugdzorg. Op die manier wordt sporten ook een manier om deel te nemen aan het maatschappelijke verkeer. En dat sluit uitstekend aan bij de principes van waaruit wij werken: de jeugdzorg moet geen eilandje zijn; we doen er alles aan om het leven van onze jongeren zo normaal mogelijk te laten verlopen. En daar hoort sport zeker een plaats in te hebben.”
te doen, maar het blijft wel een keuze van hen zelf. Als iemand niet gemotiveerd is, werkt het alleen maar contraproductief.” ANDERE KIJK
De samenwerking met de sportverenigingen verloopt soepel.“Het enthousiasme en de betrokkenheid van de verenigingen heeft me echt verrast”, aldus Ben van Bruxvoort. “Ik had verwacht dat er best wat aarzeling zou zijn om met deze doelgroep te werken, maar dat blijkt in de praktijk niet het geval. Wij bieden de mensen van de verenigingen waar gewenst ondersteuning en adviseren hen bij het werken met onze doelgroep. In de praktijk pakt dat heel goed uit. Het leidt soms ook tot verrassende inzichten. Als hulpverlener kijk je toch met een bepaalde bril naar een jongere. Het is verfrissend om van een ander te horen hoe onze jongeren het doen, en dat kan soms verrassend zijn. Zo kan een jongere, die wij als verstoorder van het groepsproces ervaren, het prima blijken te doen in een sportteam. Dat is opmerkelijk en daar moet en kun je dan ook weer wat mee. Dat vind ik ook het mooie van deze trajecten: zet de ramen open en haal de buitenwereld naar binnen. Dat levert altijd wat op.”
FOCUS
ONDERSTEUNEND
Voor de komst van de sport-zorgtrajecten waren er bij De Combinatie ook al wel mogelijkheden voor jongeren om te sporten. “Als een kind naar een sportvereniging wilde, was dat in principe mogelijk”, vertelt Ben van Bruxvoort.“Nu is er binnen de organisatie een wat sterkere focus op de mogelijkheden van het sporten gekomen. We proberen jongeren zoveel mogelijk te stimuleren om mee
Of en in welke mate de sport-zorgtrajecten bijdragen aan de behandeldoelen van jongeren is in deze fase nog moeilijk te zeggen. “Sporten is voor ons duidelijk een ondersteunend middel”, stelt Ben van Bruxvoort. “Het kan nooit een vervanging van een behandeling zijn. De opbrengsten zijn indirect en daarmee moeilijk meetbaar. Kun je aantoonbaar maken dat het goed is geko-
men met Jantje, omdát hij heeft gesport? Nee dus. Maar ik denk wel dat je via observaties kunt waarnemen of sporten positieve invloed heeft op gedrag van een kind. Daarnaast hecht ik veel waarde aan de sociale component. Deelname aan het verenigingsleven op een sportclub stelt kinderen in staat deel te nemen aan een deel van de
maatschappij. Dat kan van waarde zijn voor de rest van hun leven. En dat is voor ons het belangrijkste. Wat wij hier doen is maar tijdelijk. Al ons handelen is gericht op het creëren van een toekomstperspectief voor onze kinderen. Ik ben ervan overtuigd dat deelname aan een sport-zorgtraject daar een positieve bijdrage aan levert!”
JUDO BOND NEDERLAND STIMULEERT LEREN VAN ELKAAR Op 20 april jl. organiseerde de Judo Bond Nederland een bijeenkomst voor alle judoclubs die betrokken zijn bij de zeven sport-zorgtrajecten van de JBN. Doel van de bijeenkomst: deskundigheidsbevordering door het uitwisselen van ervaringen. Projectleider Han van Dijk vertelt over de opbrengsten van de bijeenkomst. “De verschillende deelnemende judoclubs vinden het prettig om te horen hoe het traject bij anderen verloopt”, stelt Han van Dijk.“Met alle verschillen die er zijn, zijn er toch ook veel overeenkomsten. Je kunt veel leren van de aanpak van anderen.” WENSEN EN VERWACHTINGEN
Zo presenteerde Bert Docter uit Arnhem een “kindvriendelijke” vragenlijst om te achterhalen welke wensen en verwachting kinderen van judo hebben. De uitkomsten hiervan gebruikt hij om zijn les hierop aan te passen. Na afloop van de judocursus worden dezelfde vragen nog een keer gesteld om de ervaringen en beleving van de kinderen in kaart te brengen. EFFECTMETING
Tijdens de bijeenkomst is behalve het uitwisselen van ervaring ook veel aandacht besteed aan verschillende initiatieven. Zo vertelde Roeland Scholsberg over de ontwikkeling van een methodiek waarmee de ontwikkeling bij jongere kinderen in kaart kan worden gebracht. Aan de hand van vragenlijsten voor de deelnemer, de judoleraar, de verzorger en de zorgbegeleider wordt bekeken of het kind vooruitgang boekt als het gaat om de behandeldoelen. MATERIALEN
Tom Hof uit Enschede gaf een toelichting op zijn plannen voor een instructieprogramma op DVD dat gebruikt kan worden in de sport-zorgtrajecten. Daarbij wordt niet alleen aandacht besteed aan de inhoud van de judolessen, maar juist ook aan allerlei zaken waar je aan moet denken als je als judoclub gaat samenwerken met zorginstellingen. VERVOLG
“Een boeiende en drukke dag”, zo vat Han van Dijk het samen.“We kwamen tijd te kort, iedereen was zo enthousiast. Binnenkort staan weer twee dagen op het programma vanuit Urban Judo. We bekijken of het mogelijk is om nog een extra studiedag voor de mensen die betrokken zijn bij de sport-zorgtrajecten te plannen.”
Sport-zorgtrajecten? Wat zijn dat?
3
Kijk op www.meedoenallochtonejeugddoorsport.nl
SPORTKrant Mei 08
03-06-2008
15:29
Pagina 5
SAMENWERKEN AAN BEHANDELDOELEN Vorig jaar werd Lindenhout, een organisatie voor jeugdzorg in Noord- en Midden-Gelderland en Overijssel, benaderd met de vraag of ze wilden deelnemen aan de sport-zorgtrajecten. Na wat wikken en wegen besloot Peter Bosma, manager van de afdeling Stad Arnhem 6-12, de proef op de som te nemen.“Voor ons staat voorop dat de activiteiten die we bieden een bijdrage moeten leveren aan de hulpverlening. Met andere woorden: de sport – in dit geval judo - moet worden ingepast in het hulptraject.”
Bij Lindenhout zijn ze gestart met een speciaal lesuur judo voor een groep jongens en meisjes tussen de 6 en 12 jaar die bij elkaar komt voor naschoolse dagbehandeling. Op de locatie De Malburcht, een brede school met volop sportfaciliteiten in de Arnhemse wijk Malburgen, komt Bert Docter van Budo Sport Arnhem lesgeven aan een groepje van acht kinderen. Voor hem is het werken met deze doelgroep iets nieuws.“Ik heb in mijn eigen lessen natuurlijk ook wel te maken met kinderen die bijzondere aandacht nodig hebben, bijvoorbeeld omdat ze heel verlegen zijn, of last hebben van ADHD. Het werken met deze groep is anders, de sport is onderdeel van de behandeling, een middel om hen vooruit te helpen in hun ontwikkeling. Het is vooral een kwestie van veel aandacht en vertrouwen geven en tevreden zijn met kleine stapjes vooruitgang. Ik leer er zelf heel veel van.” OPBRENGSTEN
Of de judolessen al hun vruchten afwerpen voor de kinderen is in deze fase moeilijk te bepalen.“Er zijn wel positieve signalen”, vertelt Peter Bosma.“Zo is er een jongen uit de groep die nu klaar is met zijn behandeling. Hij heeft al wel laten weten dat hij wil blijven judoën. Het is mooi dat hij op die manier zijn
sociale netwerk heeft verbreed. In de lessen leren de kinderen zaken waar ze ook tijdens hun behandeling mee te maken krijgen, zoals het stellen van grenzen. Ik hoop en verwacht dat de judolessen op die manier een bijdrage leveren aan de behandeldoelen. Tegelijk ben ik me er bewust van dat het heel lastig is om aan te tonen dat het daadwerkelijk helpt. Een echte effectiviteitsmeting is niet haalbaar, maar uit observaties kun je wel veel afleiden. Gaat een kind graag naar de judoles? Gedraagt het kind zich tijdens de les anders? Op welke manier beïnvloedt de judoles het gedrag van de kinderen? Het is ook een kwestie van voortschrijdend inzicht. We zijn net gestart; na verloop van tijd zullen we ongetwijfeld meer kunnen zeggen over de opbrengsten.” SAMENWERKING
Het succes van de sport-zorgtrajecten valt of staat met een goede samenwerking tussen de jeugdzorgorganisatie en de sportaanbieder. Zo is er bij lessen die Bert Docter verzorgt altijd een hulpverlener van Lindenhout aanwezig.“Die kan mij altijd feedback geven op het verloop van de lessen en wat er gebeurt. Bijvoorbeeld waarom een kind op een bepaalde manier reageert. En hoe ik daar weer op kan reageren. Omgekeerd
hoop ik dat de judolessen ook weer iets toevoegen aan de behandeling. Zoals gezegd, het is moeilijk meetbaar, maar mijn intuïtie zegt dat het zeker een positieve bijdrage levert. Het mooiste voorbeeld daarvan: pas geleden vroeg ik aan een jongetje uit de groep, die niet als de makkelijkste geldt en
waarmee het moeilijk is om goed contact te krijgen, wat hij later wilde worden. Tot mijn verbazing was ‘judoleraar’ zijn antwoord. Dat vond ik prachtig. Blijkbaar vervul je dan toch een voorbeeldfunctie voor zo’n jongetje en vindt ‘ie het erg leuk waar hij mee bezig is. Daar doe je het voor!”
SPORT-ZORGTRAJECTEN: WAT ZIJN DAT? VIJFTIG SPORT-ZORGTRAJECTEN Sportdeelname door jongeren uit de jeugdzorg staat de komende jaren centraal bij verschillende jeugdzorgorganisaties en sportverenigingen. In elf gemeenten zijn, in nauwe samenwerking met negen sportbonden, vijftig zogenaamde sport-zorgtrajecten ontwikkeld. Kerngedachte daarbij is dat sportdeelname een positieve bijdrage levert in de hulpverlening aan jongeren. Voor de jongeren zelf staan sportplezier en sportbeleving uiteraard voorop! Bij de ontwikkeling en uitvoering van deze sport-zorgtrajecten wordt ingezet op een goede – en hopelijk structurele - samenwerking tussen de jeugdzorgorganisaties en sportverenigingen en een inbedding van sport in de jeugdzorg.
VIER VRAGEN AAN
PAUL DUIJVESTIJN, PROJECTLEIDER EVALUATIE-
MEEDOEN Het project, waarvan de coördinatie is ondergebracht bij MOgroep Jeugdzorg, loopt tot en met 2010. Het project maakt onderdeel uit van het vijfjarige programma ‘Meedoen allochtone jeugd door sport’, dat door de ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en Wonen, Wijken en Integratie is opgesteld. Meer informatie over dit programma is te vinden op www.meedoenallochtonejeugddoorsport.nl.
ONDERZOEK SPORT-ZORGTRAJECTEN BIJ DSP-GROEP
Op welke manier ben je betrokken bij de sport-zorgtrajecten? “DSP-groep verzorgt in opdracht van MOgroep Jeugdzorg het evaluatieonderzoek. Dat betekent dat wij vanaf het begin volgen wat er gebeurt en wat dat oplevert. Alle vijftig pilots die nu draaien worden in het onderzoek betrokken. Enerzijds willen we met het onderzoek bereiken dat we zicht krijgen op het effect van de sport-zorgtrajecten: leveren ze daadwerkelijk een bijdrage aan de hulpverlening aan jongeren? Anderzijds willen we ook zicht krijgen op de succesfactoren en knelpunten: hoe kun je die trajecten zo organiseren dat ze zo succesvol mogelijk verlopen?”
Wat moet de opbrengst van jouw werk zijn? “We leveren jaarlijks een tussenrapportage op en aan het slot een eindrapportage. Die levert input op voor zorgaanbieders, sportverenigingen en sportbonden om hun toekomstige trajecten op te baseren. Door de succesfactoren en knelpunten goed in beeld te brengen, krijgen ze informatie in handen waarmee ze zelf kunnen bepalen wat de beste vorm is voor hun sport-zorgtrajecten.”
Hoe ga je te werk? “Bij alle pilots wordt een flink aantal gegevens geregistreerd die wij gaan gebruiken voor ons onderzoek. Die gegevens hebben betrekking op de jongeren zelf, maar ook op de opzet en aard van de trajecten. Daarnaast zoomen we dieper in op tien van de trajecten. Daar gaan we interviews doen met de deelnemers, begeleiders, sportclubs etc. Om de trajecten te kunnen beschrijven gaan we een typologie ontwikkelen, in overleg met de begeleidingscommissie.”
Wat zijn je indrukken tot nu toe? “Ik ben onder de indruk van het enthousiasme en de betrokkenheid waarmee deze trajecten worden vormgegeven. De organisaties die meedoen zijn heel voortvarend. Het mooie van deze trajecten is dat zo drempels tussen sport- en jeugdzorgaanbieders worden geslecht: de jeugdzorg leert de sportwereld kennen en andersom. Over en weer bestaan misschien wel vooroordelen, maar door middel van sport-zorgtrajecten komen die werelden bij elkaar en kunnen zij elkaar zelfs versterken. Wij hopen daar met ons onderzoek een aantal handvatten voor aan te reiken.”
DEELNEMENDE SPORTBONDEN EN JEUGDZORGORGANISATIES Aan de sport-zorgtrajecten binnen het programma ‘Meedoen allochtone jeugd door sport’ werken de volgende sportbonden en jeugdzorgorganisaties mee: BONDEN De Atletiekunie Judo Bond Nederland Koninklijke Nederlandse Baseball en Softball Bond Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie Koninklijk Nederlands Korfbalverbond Koninklijke Nederlandse Krachtsport en Fitnessfederatie Koninklijke Nederlandse Voetbalbond Koninklijke Nederlandse Zwembond Nederlandse Basketball Bond JEUGDZORGORGANISATIES Amsterdam: Spirit en Altra Arnhem: Pactum en Lindenhout Den Haag: Jeugdformaat Dordrecht: Trivium Eindhoven: De Combinatie Enschede: Jarabee Nijmegen: Entréa (voorheen Dunamis) Rotterdam: Stek Jeugdzorg, Flexus en Horizon Tilburg: Kompaan Utrecht: De Opbouw en Meerwijck Zaanstad: Spirit EVALUATIE De vijftig sport-zorgtrajecten hebben de status van pilots, waarbinnen ruimte is om bewezen methodieken of programma’s te ontwikkelen en uit te werken. De sport-zorgtrajecten zullen daarom gedurende de looptijd van het project worden geëvalueerd.
Wat willen we bereiken met sport-zorgtrajecten?
Kijk op www.meedoenallochtonejeugddoorsport.nl
4
SPORTKrant Mei 08
03-06-2008
15:29
Pagina 6
SPORTEN MET ZORG VOOR BAN TOPA NIETS NIEUWS Voor honk- en softbalvereniging Ban Topa in Amsterdam Zuidoost is het combineren van sport en zorg geen nieuwe invalshoek. Ook jongeren met gedragsproblemen zijn hier van harte welkom. Ban Topa is indertijd opgericht om de integratie van Antilliaanse jongeren te bevorderen en is uitgegroeid tot een actieve sportvereniging met een sterke wijkfunctie.
Honk- en softbalvereniging Ban Topa in Amsterdam Zuidoost bestaat al ruim vijftien jaar. Initiatiefnemers Nico Roseburg en Fridi Rojer wilden zich actief inzetten voor Antilliaanse jongeren. Een jaar later kwam ook buurtwerkster Jolanda Stockey er bij.“Op de Antillen is honkbal de meest beoefende sport, zoals hier voetbal”, vertelt ze.“Het is een activiteit waarop Antilliaanse jongeren gemakkelijk binnenkomen. Van meet af aan wilde Ban Topa - de naam betekent ‘Laten we elkaar ontmoeten’ - meer bieden dan sport en jongeren en hun ouders ook de weg wijzen naar leren, werken en maatschappelijke integratie.” De vereniging vervult een wijkfunctie en geeft
naast honk- en softbal ruimte aan uiteenlopende activiteiten, variërend van banenmarkten tot concerten en barbecue. “Dat is nog sterker het geval sinds we ook betrokken zijn bij de brede school.” Ban Topa heeft 185 leden in de leeftijd van 6 tot 21 jaar en een seniorenteam.“De jongens honkballen, de meisjes softballen meestal.”
begonnen als een sociaal project met een belangrijke functie voor de wijk. Pas later is het een echte honk- en softbalvereniging geworden, omdat ze alleen dan ook kunnen meedoen aan wedstrijden. De sport-zorgtrajecten passen heel goed in wat Ban Topa al biedt. Hun trainers zijn helemaal ingespeeld op de doelgroep.”
HULP
AFSPRAKEN
Gezien de buurtsamenstelling kent de honkbalvereniging nogal wat leden vanuit sociale achterstandsgroepen.“Onze trainers geven niet alleen sportles, maar bieden hulp bij uiteenlopende problemen, ze weten met kinderen met probleemgedrag om te gaan. Dat moet je liggen.” Jolanda werkt op de nabijgelegen praktijkschool De Dreef, waar ook huiswerkbegeleiding plaatsvindt.“Ik heb al heel wat kinderen van onze school meegenomen naar Ban Topa. Het is een plek waar ze plezier hebben en zich vrij kunnen voelen. Door het sporten leren ze sociale vaardigheden, zoals elkaar helpen. En er wordt een beetje voor ze gezorgd. Er liggen schoongewassen sportpakken klaar. We organiseren busjes om naar wedstrijden te gaan. Vergeet niet: de ouders van deze kinderen hebben vaak geen auto en het zijn gezinnen waarin niet altijd alles vanzelfsprekend goed geregeld is.” Dene Guillot, binnen de Koninklijke Nederlandse Baseball en Softbalbond KNBSB projectleider voor ‘Meedoen allochtone jeugd door sport’:“Ban Topa is een bijzondere club. Ze zijn
Voor de sportzorg-trajecten werkt Ban Topa samen met jeugdzorgorganisaties Spirit en Altra. Abdellah Ahrouch coördineert het project binnen Spirit.“Het is de bedoeling dat alle hulpverleners voor de jongeren in hun caseload actief kijken of sport een bijdrage kan bieden aan gedragsverbetering. We stimuleerden het sporten al, omdat sport een goede uitlaatklep is, leuk is, jongeren in beweging brengt en maatschappelijke deelname bevordert. Het verschil is dat in de sport-zorgtrajecten gerichte afspraken worden gemaakt met de sportverenigingen en de jongere zelf om te werken aan specifieke gedragsdoelen.” Spirit zal ongeveer acht jongeren op jaarbasis plaatsen bij Ban Topa. “Het is een heel actieve vereniging met kader dat goed is ingespeeld op onze jongeren. Belangrijk is dat we tot een goede samenwerking komen. Voor deze sport-zorgtrajecten maar ook andersom, dat Ban Topa kinderen zo nodig naar ons doorverwijst.”
SPORTEN VOOR EEN BETER LEVEN De jeugdzorg bedient een breed spectrum aan klanten, variërend van lichte ambulante hulp aan jonge kinderen tot zwaardere residentiële hulp aan tieners. Sport kan een belangrijke bijdrage leveren aan het realiseren van de doelstellingen van hun behandeling. Hoe pakt dat uit in een justitiële setting, waar zowel jongeren zitten als gevolg van een strafrechtelijke maatregel als jongeren die daar vanwege een civielrechtelijke maatregel zijn geplaatst. Van sporten buiten de deur is geen sprake.“Sporten is een goede manier om een link te houden naar de buitenwereld.”
In De Hunnerberg, een justitiële instelling voor jongeren in Nijmegen, zijn twee sportzorgtrajecten uitgezet.“We zijn voortdurend op zoek naar manieren om onze jongeren een zinvolle vrijetijdsbesteding te geven”, legt Lia van der Wende, teamleider vrije tijd en vorming, uit. Het sport-zorgtraject is voor ons een goede mogelijkheid om hen iets extra’s te bieden. Dit biedt de mogelijkheid om extra sportactiviteiten te organiseren. Ook de insteek spreekt ons erg aan, de gedachte dat er via sport een bijdrage wordt geleverd aan het welzijn van de kinderen.” ATLETIEK
Wie de hele dag binnen zit en weinig beweegt kan dik worden. Het klinkt misschien praktisch, maar het is voor veel meiden die bij De Hunnerberg verblijven een goede reden om te gaan sporten.“Het zijn met name de meiden die op het atletiektraject afkomen”, vertelt Berry Hermsen, vrijetijdsmedewerker en begeleider van het sport-zorgtraject atletiek.“In principe kan iedereen zich aanmelden, al hanteren we wel een maximale groepsgrootte van achttien. Samen met een trainer van Nijmegen Atletiek bieden we ze een gevarieerd aanbod van spelvormen. Niet alles is hier mogelijk; uit veiligheidsoverwegingen gaan we bijvoorbeeld niet speerwerpen met de kinderen. Maar je kunt hetzelfde effect bereiken
met een fluitbal. Hoe harder je die gooit, hoe meer lawaai hij maakt.” JUDO
De start van de sport-zorgtrajecten kan op het conto worden geschreven van de vereniging Top Judo Nijmegen, die met het idee naar De Hunnerberg is gestapt.“Vanuit het project Urban Judo van de Judo Bond Nederland was er al het idee om meer met deze doelgroep te gaan werken”, vertelt Werner ter Avest, verenigingsmanager.“Toen de sport-zorgtrajecten in het leven werden geroepen, zagen we direct mogelijkheden om hier iets te doen.” Samen met Lia van der Wende heeft Werner ter Avest een plan van aanpak gemaakt. De toekenning kwam niet zondermeer los omdat het in dit geval draait om sporten in een gesloten setting. De grondgedachte van het versterken van participatie en de mogelijkheden om de basis te leggen voor een mogelijk vervolg na een jeugdzorgtraject zijn hier immers moeilijk te realiseren. Tegelijkertijd biedt het weer de mogelijkheid om ervaring op te doen met het aanbieden van sportactiviteiten aan deze specifieke doelgroep. OPBRENGSTEN
Emilio Capasso is vrijetijdsmedewerker en begeleidt, samen met judotrainer Tom Baarten, de judolessen, waar hoofdzakelijk
jongens op af komen. Hij is positief over de opbrengsten.“Juist judo is een sport die heel erg geschikt is voor deze jongens. Bij judo draait het allemaal om respect: respect voor de leraar, je tegenstander, de mat. Het brengt ze een zekere discipline bij, een ervaring dat het belangrijk is om je aan de regels te houden. Daarnaast raken ze gemotiveerd doordat ze ervaren dat ze iets kunnen, een sport goed beheersen. Het zijn vaak jongens die niet zo’n positief zelfbeeld hebben. Niks afgemaakt, van school zonder diploma. Nu merken ze dat ze hier wel iets kunnen presteren. Dat maakt ze trots.” In de zes weken durende serie judolessen kunnen de deelnemers de gele band halen, iets waar ze na afloop apetrots op zijn.”
gevallen ook een positieve bijdrage aan de manier waarop deze kinderen in het leven staan. En daar doen we het tenslotte voor.”
BETER VOOR LATER
“De sport-zorgtrajecten bieden ons de mogelijkheid om de band met ‘de buitenwereld’ te verstevigen”, stelt Lia van der Wende.“We hebben allerlei plannen, zoals het organiseren van een judodemonstratie, of een atletiektoernooi met jongeren van buiten. Het geeft onze jongeren een bredere context voor hun leven nadat ze hier zijn geweest. Wellicht zijn ze enthousiast geraakt en pakken ze later de draad weer op. Maar ook als dat niet gebeurt, ik ben ervan overtuigd dat het eraan bijdraagt om hun welzijn te bevorderen. Het sporten levert in veel
Voor wie zijn de sport-zorgtrajecten bedoeld?
5
Kijk op www.meedoenallochtonejeugddoorsport.nl
SPORTKrant Mei 08
03-06-2008
15:29
Pagina 1
BASKETBAL BIEDT VEEL KANSEN Sinds medio 2007 werkt Rotterdam Basketbal samen met jeugdzorginstellingen Flexus, STEK en Horizon om jongeren sport-zorgtrajecten te bieden. Er lopen nu drie individuele trajecten, binnenkort start een vierde. Daarnaast beginnen in september groepstrajecten. Basketbal is een teamsport die allerlei mogelijkheden biedt voor het versterken van weerbaarheid, discipline en respect.
“We zijn begonnen met het geven van basketbalclinics in het dagprogramma bij ons en bij Horizon”, vertelt Bernadette Bedeaux, begeleider bij STEK.“Deze werden gegeven door basketballers van Rotterdam Challengers. Er was veel belangstelling voor en ook enthousiasme, maar uiteindelijk leidde het niet tot doorstroom naar de vereniging.” Dat gebeurde wel bij de derde betrokken zorginstelling. Harry Schaarman, teamleider dagprogramma’s bij Flexus:“We hadden twee jongens van nu 17 jaar, tweelingbroers, in de begeleide kamerbewoning. Richard en Martin heten ze, afkomstig uit de Dominicaanse Republiek, en hierheen gekomen met hun moeder. Door omstandigheden waren ze te snel op zichzelf komen te staan, met alle problemen van dien. In de eerste leefgroep waren ze niet te handha-
ven.” Deelname aan het sport-zorgtraject bleek een uitkomst.“Ze trainen bijna elke dag, dat houdt ze letterlijk van de straat en geeft een uitlaatklep. En wat erg leuk is: ze blijken allebei talent te hebben!” SUCCES
Jurensli Willems, manager van het sportzorgtraject bij Rotterdam Basketbal en hoofdcoach van het jeugd-topsportteam bij deze vereniging, vervolgt:“Richard en Martin zitten nu in het tweede team en dat won onlangs de finale van rayon West. Een flinke opsteker voor de jongens. Ze zijn inmiddels ook heel goed geïntegreerd in de groep.” Harry Schaarman:“Ik hoor van hun begeleider dat ze ook in huis rustiger en socialer zijn geworden.” Bij de sportvereniging kregen Martin en Richard een persoonlijke buddy.
Jurensli Willems, Harry Schaarman en Bernadette Bedeaux.
VIER VRAGEN AAN
Jurensli Willems:“We hebben eerst individueel met ze getraind en later zijn ze gaan meedoen in een team. Eerst met de oudere groep, omdat die meer overwicht bood.” Basketbal biedt veel voor een sport-zorgtraject.“Je moet snel en gefocust zijn, en gedisciplineerd. Het is een teamsport. Het is ook een hectische sport, met anderen dicht om je heen, dan moet je rustig kunnen blijven. Je leert omgaan met autoriteit en met winnen en verliezen. Dat de jongens succes hebben, is natuurlijk fantastisch voor hun zelfvertrouwen. Richard speelt ook bij mij mee in een ander team, en Martin wordt opgeleid tot trainer.” Inmiddels is ook een eerste meisje geplaatst.“Monica traint nu bij ons in een individueel traject. Er komt binnenkort weer een meisje bij.”
JAN VERHOEVEN, PROJECTLEIDER ONTWIKKELING
GROEPSTRAININGEN
OPLEIDINGSKADER BIJ DE COMBINATIE
Op welke manier ben je betrokken bij de sport-zorgtrajecten? “Ik ben als trainer interculturele communicatie verbonden aan De Combinatie, een organisatie voor jeugdzorg in Eindhoven. Wij hebben de opdracht gekregen om een training te ontwikkelen voor de sportverenigingen die betrokken zijn bij de verschillende sport-zorgtrajecten die in het land lopen.”
Wat moet de opbrengst van jouw werk zijn? “Onder het motto ‘Samen willen winnen’ reiken we de mensen bij de sportverenigingen handvatten aan voor de begeleiding van jeugdzorgjongeren. Communicatie is daarbij heel belangrijk. We helpen de trainers en begeleiders bij de sportverenigingen met vragen als: Welke specifieke ondersteuning hebben jongeren in de jeugdzorg nodig? Hoe kun je daar als trainer op inspelen?”
Hoe ga je te werk? “Alle deelnemende sportscholen en verenigingen die bij de sport-zorgtrajecten betrokken zijn kunnen de training volgen. Die duurt vier dagdelen, plus een terugkomdag. Het is ook
mogelijk om de training aan één specifieke groep mensen aan te bieden. Zo hebben we in april alle betrokkenen bij sport-zorgtrajecten van de KNKF getraind. Op die manier ontstaat ook een uitwisseling tussen de deelnemende organisaties binnen eenzelfde tak van sport. Overigens zorgen we er ook voor dat de training overdraagbaar is, zodat de deelnemers er ook weer verder mee kunnen binnen hun verenigingskader.”
Wat zijn je indrukken tot nu toe? “Het enthousiasme bij de betrokken sportverenigingen is groot. Ze zijn erg geïnteresseerd in hoe ze met deze doelgroep om kunnen gaan. Maar ook het versterken van de samenwerking met de jeugdzorgorganisaties vinden ze belangrijk. In de praktijk kan daar nog wel wat verbeterd worden, bijvoorbeeld als het gaat om het bespreken van behandelplannen en –doelen. Iedereen is op zoek naar manieren om het overleg beter te structureren. Ik ben blij dat de training daar ook een bijdrage aan kan leveren.” Voor meer informatie: Jan Verhoeven, tel. 06 21885599, e-mail
[email protected]
Naast deze één-op-één trajecten is een groepsaanbod in voorbereiding. Harry Schaarman:“Wij vonden van meet af aan de vier individuele plaatsen die ons toegewezen waren, veel te weinig. Een druppel op de gloeiende plaat. Daarom hebben we gekeken naar andere wegen om meer jongeren de mogelijkheid te bieden te basketballen.” In september komen er opnieuw clinics en begint een groepstraject:‘Respect’. Bernadette Bedeaux:“Rotterdam Basketbal biedt dit aan voor een groep van 8 tot 12 jongeren in de leeftijd van 12-15 jaar. Ze maken kennis met de basketbalsport en
daarnaast zijn er groepsbijeenkomsten waarin het onderwerp respect wordt behandeld. Er komt ook een apart programma voor meisjes, waar de nadruk ligt op weerbaarheid, zelfvertrouwen, zelfbeeld en sociale vaardigheden.” Jurensli Willems:“Voor de groepstrainingen heb ik trainers geselecteerd die affiniteit hebben met de doelgroep en die het aan kunnen.” DOORBOUWEN OP HET POSITIEVE
Het laten slagen van sport-zorgtrajecten vraagt de nodige inspanning van de jeugdzorgorganisaties. Bernadette Bedeaux:“Om te beginnen moet je zelf iets met sport hebben. Je moet mensen er enthousiast voor kunnen maken. De jongeren zelf, maar ook je collega’s. Iedereen moet eigenlijk met die bril kijken: zou sport iets kunnen zijn voor deze jongere?” Harry Schaarman:“Er zijn nogal wat mensen bij betrokken. De coach van de jongere, de buddy van de vereniging en de projectmanager stellen samen met de jongere een plan van aanpak op, een soort contract. Daaromheen hebben wij dan alles georganiseerd. Afspraken gemaakt met de sportbonden. Naast basketbal lopen trajecten bij nog acht andere sportorganisaties. Maar het is de moeite waard. Sport kan zo’n belangrijke bijdrage leveren. Je kunt doorbouwen op het positieve in houding en gedrag in een normale omgeving.” *) De genoemde jongeren in dit artikel heten in werkelijkheid anders.
COLOFON De Informatiekrant sport-zorgtrajecten is een uitgave van MOgroep Jeugdzorg in het kader van het programma 'Meedoen allochtone jeugd door sport' (2006-2010) van de ministeries van Volksgezondheid Welzijn en Sport en Wonen, Wijken en Integratie. De sport-zorgtrajecten maken onderdeel uit van dit programma. De projectleiding van de sport-zorgtrajecten is in handen van MOgroep Jeugdzorg. Redactie en samenstelling Carin Lammers (projectleider), Paul van Bodengraven Teksten Paul van Bodengraven, Saskia den Broeder, Carin Lammers Vormgeving & realisatie De Smaakmakers Communicatie, Driebergen-Rijsenburg Fotografie Marijn Alders, Han van Dijk, Joop van Reeken, Lia van der Wende, Herman Zonderland Oplage 1500 Redactieadres MOgroep Jeugdzorg Postbus 3332 3502 GH Utrecht Tel. (030) 298 34 34 Fax (030) 298 34 37 www.mogroep.nl
De Informatiekrant sport-zorgtrajecten is ook digitaal beschikbaar.
Kijk op www.meedoenallochtonejeugddoorsport.nl
6