Special
Asset Management Duurzaam, robuust en kostenefficiënt Met Asset Management waarde creëren uit fysieke assets De vraag wat Asset Management (AM) is houdt velen bezig. Onder auspiciën van het Institute of Asset Management heeft veel afstemming plaatsgevonden met betrokken partijen. In het voorjaar van 2014 wordt de nieuwe norm voor AM ISO 55000, de opvolger van PAS 55, uitgebracht. Deze norm hanteert - voorlopig - de volgende definitie: de gecoördineerde activiteiten van een organisatie om waarde te halen uit haar fysieke assets. Accenten Waarden zijn vaak ook belangen. De asset owner weegt deze af en zet een beleidskader neer voor de eigen organisatie. De service provider gebruikt de assets en voert de plannen uit. De asset manager is de verbindende schakel in de expliciete vertaling van het beleidskader naar concrete plannen. In de manier waarop dit bereikt wordt, laat AM duidelijke accenten zien, zoals optimalisatie, aansluiting op de waarden, systematisch en cyclisch werken en integraal denken (organisatiebreed, multidisciplinair, levenscyclus). Praktijk Asset Management is als theoretisch concept prima te begrijpen. De uitdaging is om er in de toepassing winst mee te halen. Daar geeft een norm in mindere mate antwoord op. En begrijpelijk, want dit is sterk afhankelijk van een aantal factoren, zoals de ontwikkelingsfase van een organisatie, de na te streven waarden, de aard en complexiteit van de assets en de reden waarom men kiest voor AM. Kortom, veel maatwerk voor de assetintensieve organisaties, die daar zelf mee aan de slag gaan. Voor bij-
voorbeeld de water- en infrastructuurmarkt is AM juist in deze tijd van groot belang. Actuele trends, zoals doelmatigheid, budgetverlaging, professionalisering, vergrijzing en transparantie, versterken dit. Samenwerking Witteveen+Bos heeft een onafhankelijke positie, een lerende kennisorganisatie en jarenlange ervaring op de werkterreinen: infrastructuur, water, milieu en bouw. Daarmee kunnen wij van toegevoegde waarde zijn in de ontwikkeling van Asset Management. Wij bundelen onze kennis ook samen met derden. Zo zijn we in 2013 een strategische samenwerking aangegaan met MaxGrip, marktleider op het vakgebied AM. Met deze krachtenbundeling willen
wij toonaangevend zijn en topkwaliteit bieden. De achtergronden van dit samenwerkingsverband worden in deze special toegelicht in het interview met Marcel Morsing van MaxGrip. Maatschappelijke verantwoordelijkheid Dat samenwerking ook in breder verband belangrijk is, blijkt onder meer uit het gesprek met Lindy Molenkamp van de provincie Overijssel. Zij pleit voor verregaande samenwerking tussen overheid, kennisinstituten, universiteiten, ingenieursbureaus en de bouwwereld: ‘We dragen met z’n allen de verantwoordelijkheid voor duurzame, robuuste en kostenefficiënte oplossingen.’ info:
[email protected]
Specifieke expertise beheer en onderhoud Risicogerichte adviezen instandhouding voor kunstwerkenareaal RWS
programmering van het beheer en onderhoudswerk. Zij bepalen mede hoe de thema’s ‘vlot en veilig over water en weg’, ‘droge voeten’ en ‘betrouwbare informatie’ worden ingevuld.
Royal HaskoningDHV en Witteveen+Bos voorzien Rijkswaterstaat de komende drie jaar van risicogerichte instandhoudingsadviezen voor een deel van haar kunstwerkenareaal. De opdracht heeft betrekking op bijna duizend objecten zoals bruggen, viaducten, sluizen en gemalen. De werkzaamheden zijn in april 2013 gestart. Vanwege de omvang van de opdracht en de gevraagde specifieke expertise hebben Witteveen+Bos en Royal HaskoningDHV besloten samen te werken. De aanbieding is door Rijkswaterstaat gegund op basis van de kwaliteit van de aanbieding (EMVI, de
economisch meest voordelige inschrijving) alsook de prijs. De opdracht maakt deel uit van een groter project, namelijk de instandhoudingsadvisering over bijna drieduizend kunstwerken. Vlot en veilig over water en weg De adviezen richten zich op de risico’s die ontstaan als de kunstwerken hun functie in de verkeers- en waternetwerken niet (meer) vervullen. Deze risico’s moeten vanuit een groot aantal invalshoeken worden bekeken, zoals conditie, veranderd gebruik, overbelasting en ontwerpfouten De adviezen spelen de komende jaren een belangrijke rol bij de
Gestructureerd analyseproces Voor deze opdracht inventariseren wij de risico’s, beoordelen deze en stellen vast hoe de risico’s het beste kunnen worden beheerst. Dit laatste kan door onderhoud, maar ook door beperkingen in het gebruik op te leggen en/of de kunstwerken te versterken. Tijdens de uitvoering wordt een gestructureerd analyseproces gevolgd: (1) verzamelen en interpreteren bestaande (historische) informatie, (2) opstellen initiële objectrisicoanalyse, (3) vaststellen conditie ter plaatse waarin de initiële objectrisicoanalyse wordt gecontroleerd en aangevuld, (4) analyseren van de resultaten en bevindingen in relatie tot het risicodossier en het opstellen van instandhoudingsadviezen inclusief een kostenraming en -evaluatie (LCC). Asset Management Met de opdracht versterken Witteveen+Bos en Royal HaskoningDHV hun landelijke positie in Asset Management van infrastructurele objecten. Het biedt een uitgelezen mogelijkheid om de bestaande bedrijfsprocessen voor dit type advisering verder te ontwikkelen om daarmee nog meer kwaliteit te kunnen leveren. De ontwikkelde adviseringsmodellen worden ingezet bij andere Nederlandse klanten, maar ook bij projecten in het buitenland. info:
[email protected]
Onderhoudsplan N201
Strategie voor komende vijftig jaar
RAM-analyse brug Hanzelijn Betrouwbaarheid kritische onderdelen
De provincie Noord-Holland heeft het initiatief genomen om de bereikbaarheid, leefbaarheid en verkeersveiligheid van de N201 te verbeteren. Om dit te realiseren is deze provinciale weg vernieuwd en verlegd. Het grootste deelproject bestaat uit de omlegging AalsmeerUithoorn. Dit acht kilometer lange tracé omvat viaducten, fietsbruggen en tunnels. Daarnaast vonden aanpassingen plaats aan de waterhuishouding en de aansluitingen op diverse wegen. De werkzaamheden voor dit omvangrijke deelprojectzijn door de Alliantie N201 uitgevoerd. Witteveen+Bos heeft in opdracht van deze alliantie voor dit tracé een onderhoudsplan opgesteld voor de komende vijftig jaar. Dit plan is gebaseerd op een decompositie van het tracé in onderdelen, kenmerken van die onderdelen en de belangrijkste faalmechanismen. Op basis van deze informatie is een passende onderhoudstrategie bepaald en zijn onderhouds- en inspectiemaatregelen uitgewerkt.
De in 2012 voltooide Hanzelijn is een vijftig kilometer lange spoorweg tussen Lelystad en Zwolle. Onderdeel van deze lijn is een nieuwe spoorbrug over de IJssel. De bouwcombinatie Welling/Züblin heeft dit project naar ontwerp van Quist Wintermans Architecten uitgevoerd. De nieuwe brug is door ProRail ‘Hanzeboog’ gedoopt. ProRail heeft eisen gesteld aan de beschikbaarheid van de brug. Witteveen+Bos heeft daartoe in opdracht van de aannemerscombinatie een Reliability Availability Maintainability (RAM)-analyse gemaakt van het ontwerp. Daarmee werden de prestaties van de brug op het gebied van betrouwbaarheid, beschikbaarheid en onderhoudbaarheid aangetoond. Betrouwbaarheid werd uitgedrukt in een gemiddeld aantal treindienst aantastende onregelmatigheden per jaar. Op basis van de analyse hebben wij specifieke ontwerpwijzigingen en onderhoudsmaatregelen voorge-
Interventiecriteria Melchert Rijks van Witteveen+Bos licht toe: ‘Wij hebben drie onderhoudstrategieën gedefinieerd. Preventief onderhoud dat na een vast interval wordt uitgevoerd. Preventief onderhoud dat op basis van inspectie plaatsvindt en correctief onderhoud. Voor het onderhoud dat op basis van inspectie wordt geïnitieerd, zijn interventiecriteria gedefinieerd en voor correctief onderhoud zijn afkeurcriteria bepaald. Op deze manier kan de beheerder bepalen wat het juiste moment is waarop onderhoud moet worden uitgevoerd. Een belangrijk voordeel is dat zo efficiënter met budgetten kan worden omgegaan’. Optimale planning ‘We hebben verder voor elke maatregel de kosten en een frequentie bepaald. Met deze informatie is een meerjarenonderhoudsplanning gegenereerd. Hiermee kan het onderhoudsbudget voor de komende jaren worden vastgesteld. Binnen deze planning zijn de onderhoudskosten van zowel de wegen als de kunstwerken inzichtelijk gemaakt. Dat geldt onder meer voor de nieuwe verkeerstunnel onder de Ringvaart en een fly-over. Door het onderhoud af te stemmen op de eisen en de ingrijpmomenten is een optimale planning van het onderhoud duidelijk in kaart gebracht’. info:
[email protected]
steld. De aannemerscombinatie heeft hiermee de betrouwbaarheid van kritische onderdelen verhoogd. Een voorbeeld zijn de opleggingen. Geëist werd dat vervanging binnen een treinvrije periode van vier uur plaats moest vinden. Hiervoor hebben wij een procedure geschreven, die aangeeft dat dit mogelijk is. Opvallend Bijzonder was de lage risicoscore van de nietgeconserveerde binnenzijde van de stalen kokerliggers van de hoofddraagconstructie. Verwacht werd dat corrosie een probleem zou gaan vormen. In Duitsland zijn diverse bruggen gebouwd, waarbij de stalen kokerliggers niet aan de binnenzijde zijn geconserveerd. Het blijkt dat hier na jaren nagenoeg geen corrosie optreedt als de kokers maar luchtdicht worden uitgevoerd. Op basis van deze gegevens is ook bij de Hanzeboog gekozen voor deze optie. info:
[email protected]
Rioleringsstelsel Deventer Risicogestuurd beheer en onderhoud In 2009 heeft Witteveen+Bos een onderzoek uitgevoerd naar de staat van onderhoud van de kleppen en schuiven in het rioleringsstelsel van Deventer. Vervolgens zijn onderhoudsmaatregelen vastgesteld en de onderhoudskosten geraamd. Een wijziging in het beschikbare onderhoudsbudget in 2012 vormde de aanleiding voor een heroriëntatie op de prioritering van de onderhoudsmaatregelen. Asset Management De gemeente Deventer heeft Witteveen+Bos gevraagd hierin te adviseren. Daarvoor is onze expertise op het gebied van Asset Management ingezet. Het doel van voornoemde heroriëntatie is om te bepalen welke maatregelen het meest kosteneffectief zijn, ofwel welke maatregelen hebben binnen het beschikbare budget het meeste effect op de werking van het systeem. Reliability Centered Maintenance Voor de heroriëntatie is de methodiek van Reliability Centered Maintenance (RCM) toegepast. RCM is een proces waarbij wordt bepaald welke maatregelen nodig zijn om ervoor te zorgen dat de fysieke objecten, in dit geval de kleppen en schuiven, blijven functioneren in de huidige operationele context. RCM leidt tot inzicht in de risico’s in het geval van het falen van de kleppen en schuiven en de kosteneffectiviteit van de mogelijke verbetermaatregelen. Maptable De prioritering heeft met de Maptable in een interactieve plenaire sessie plaatsgevonden. In deze sessie zijn beleids- en onderhoudsmedewerkers van de gemeente betrokken. De Maptable is ingelezen met een geografische kaart waarop de objecten zichtbaar zijn gemaakt en voorzien van een door ons ontwikkelde functionaliteit voor het maken van een priori-
tering op basis van risico’s. Door een object te selecteren wordt alle relevante informatie, zoals inspectiefoto’s, technische details, locatie, relatie met omgeving en stelsel, zichtbaar en kan ter plekke specifieke informatie over risico’s en de staat van onderhoud worden toegevoegd. Commitment De Maptable maakte het mogelijk om interactief te komen tot een vernieuwde prioritering en tegelijkertijd, door de gezamenlijke sessie, draagvlak te creëren voor de besluitvorming. Deze aanpak heeft geresulteerd in een selectie van de meest kosteneffectieve maatregelen die binnen het beschikbare budget kunnen worden uitgevoerd. In de toekomst kan deze aanpak worden gebruikt om de budgetten nog beter af te stemmen op het noodzakelijk onderhoud. info:
[email protected]
Instandhoudingsplan rwzi
Combinatie kostenefficiency en duurzaamheidsambities
Water is vaak een kritische schakel in de olieproductie. In oliewingebieden in Kazachstan is soms sprake van waterschaarste. Watertoevoer vindt dan plaats over langere afstanden. Uitval hiervan kan leiden tot het stilleggen van de productie en aanzienlijk lagere jaarlijkse opbrengst. Slim hergebruik en buffering zorgen voor een hogere beschikbaarheid van water. Deze wordt gemaximaliseerd door een RAM (Reliability, Availability en Maintainability)studie uit te voeren. Een goed voorbeeld is de Water Recycling Facility in Kazachstan.
Voor het hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden werkt Witteveen+Bos sinds 2012 aan het instandhoudingsplan voor de rioolwaterzuivering Utrecht. Momenteel zijn de meeste van de gedefinieerde deelprojecten in uitvoering. De doelstelling is om de huidige installaties en bouwwerken op verantwoorde wijze - zonder onverwachte investeringen maar ook zonder misinvestering - in stand te houden totdat de vernieuwde rwzi operationeel is. Dit betekent inzicht in de huidige situatie en een zorgvuldige afweging van maatregelen om de functionaliteit van de water- en sliblijn te waarborgen. Daarbij bestaat er een sterke relatie met de huidige en toekomstige bedrijfsvoering. Dit vereist de juiste keuzes, zowel technisch als beleidsmatig. Assetanalyse Op basis van assetanalyse zijn prioritaire projecten vastgesteld. Doel daarvan is een optimum van aanvaardbare risico’s en een maximale kosteneffectiviteit. Hierbij is een multicriteria-analyse opgesteld van alle componenten van de waterlijn, de sliblijn en de utilities. De sommatie van deze criteria leidt tot een risicogetal, dat bepaalt of maatregelen direct, op een later tijdstip of niet uitgevoerd worden. Op deze manier zijn de projecten gedefinieerd en investeringskosten geraamd voor de jaren 2013 tot en met 2018. Energieoptimalisatie De bestuurlijke goedkeuring van het instandhoudingsplan vond in februari 2013 plaats. Met uitzondering van de aanpassingen aan de effluentkwaliteit worden de voorgestelde deelprojecten gerealiseerd. Teun Keurhorst, projectleider van Witteveen+Bos: ‘Naast onze inzet bij de plannen hebben wij ook diverse ontwerpen gemaakt. Onder meer op het gebied van energieoptimalisatie en de opheffing van directe knelpunten. Zo zijn de twee 25 jaar oude
Hogere olieproductie door RAM-analyse
Productie van stoom Huishoudelijk en industrieel afvalwater van verschillende locaties in het oliewingebied wordt behandeld in een Wastewater Treatment Facility (WTF). Deze WTF is door Witteveen+Bos Kazachstan ontworpen en in september 2013 in bedrijf genomen. Het behandelde afvalwater zal een verdere zuivering tot proceswater ondergaan in de Water Recycling Facility (WRF), die in 2014 wordt opgestart. Dit hergebruikte water zal onder meer toegepast worden voor de productie van stoom, die nodig is om de olieproductie zeker te stellen.
WKK’s door één WKK met een groter elektrisch vermogen vervangen. Daarmee wordt de rwzi voor circa 95 % energieneutraal’. Efficiënt combineren ‘Door de maatregelen is er een efficiënte combinatie gemaakt van instandhouding, economische voordelen en de duurzaamheidambities van het hoogheemraadschap. Samen met onze verantwoordelijkheid voor de aspecten tijd, geld, voortgang en planning en het dicht bij de klant staan door meedenken, afstemmen en informeren een veelomvattend en mooi project.’
Beschikbaarheid proceswater Witteveen+Bos Kazachstan heeft de engineering van de WRF uitgevoerd met als basis voor het ontwerp een maximale beschikbaarheid van water. Hierbij is een concept met meerdere parallelle straten gecreëerd om bij onderhoud, spoeling of uitval van procesonderdelen de productie niet te beïnvloeden. Naast de WRF hebben wij mogelijkheden tot buffering toegevoegd. Daarmee heeft uitval van WTF of WRF geen onmiddellijke invloed op de beschikbaarheid van proceswater en dus de olieproductie.
info:
[email protected]
Pilot rwzi Horstermeer met BIM Optimale overgang van ontwerp naar beheer
is het doel om het BIM-model slim te gebruiken in de beheer- en onderhoudsfase. Veelbelovende schakel Om goed onderhoud uit te voeren wil Waternet op eenvoudige wijze over alle as-built informatie van de installaties beschikken. ‘Het resultaat is dat we het BIM-model hebben gekoppeld aan de applicaties voor onderhoud- en documentatiebeheer. De resultaten zijn geëvalueerd met de toekomstige gebruikers. Hieruit blijkt dat BIM de veelbelovende schakel kan zijn om een optimale overgang van ontwerp en realisatie naar beheer te bewerkstelligen’, licht Edwin Twigt, projectleider van Witteveen+Bos, toe.
Building Information Modelling (BIM) is het proces van genereren en beheren van bouw- en installatiegegevens gedurende de levenscyclus van een bouwwerk. BIM heeft zich tot nu toe met name in de ontwerpfase bewezen, maar heeft zeker ook potentieel in de realisatie- en beheerfase. Voor Waternet heeft Witteveen+Bos voor de rioolwaterzuivering Horstermeer een pilot uitgevoerd waarin (bouw)informatie efficiënt in de beheer- en onderhoudsfase van installaties kan worden gebruikt. In 2009 is gestart met het 3D-ontwerp van de uitbreiding van de rwzi. Daarbij wordt de nabehandeling van effluent uitgevoerd met het innovatieve 1-STEP®-filter. Gedurende twee jaar is het filter op pilotschaal getest en onderzocht. Op basis daarvan heeft Waternet besloten een full scale filterinstallatie te bouwen. De officiële opening vond plaats op 21 november 2013. Nu
3D-navigatie Via een intuïtieve interface als aanvulling op de onderhoudsapplicatie Maximo - en in de toekomst middels een tablet - kan de beheerder 3D door de installatie navigeren en de juiste assets zoeken. Door deze aan te klikken wordt alle gewenste informatie over de asset verkregen en kan informatie worden toegevoegd. Alle informatie van de installatie blijft zo up-to-date en bij toekomstige renovatie of modificatie is deze direct beschikbaar. Efficiënter ‘De cirkel is dan rond en dat is volgens mij wat we met Asset Management willen bereiken’, aldus Twigt. ‘Door slimme koppeling van informatie wordt Asset Management efficiënter. Dat stelt eisen aan de ICT, data en software, maar vooral ook aan de (beheer)organisatie. Daarbij horen goede afspraken over de dataontsluiting, standaardisatie, het informatiebeheer en de rol van BIM hierin. Wij hebben de expertise om dit in goede banen te leiden.’ info:
[email protected]
RAM-analyse Voor oplevering van het engineeringspakket van de WRF is een RAM-studie uitgevoerd. Om de totale beschikbaarheid te berekenen zijn met Piping and Instrumentation Diagrams netwerkberekeningen gemaakt van individuele componenten van de WRF. Door gevoeligheidsanalyses los te laten op de diverse componenten, is de top 20 van meest kritische onderdelen bepaald. Acceptabele kosten Vervolgens is het ontwerp op een aantal punten aangepast om tegen acceptabele kosten de totale jaarlijkse beschikbaarheid van proceswater significant te verhogen. Met deze analyse en gerichte aanpassingen wordt de beschikbaarheid van proceswater verder verhoogd en daalt het aantal verstoringen van de olieproductie. info:
[email protected]
The Asset Life Cycle Engineers
Combinatie MaxGrip en Witteveen+Bos uniek in Nederland
vlnr. Erik Jansen, Marcel Morsing, Auke de Wit, Erwin Castelijn
In april 2013 zijn MaxGrip en Witteveen+Bos een unieke samenwerking aangegaan. Door het bundelen van de krachten en waarden wil het samenwerkingsverband toonaangevend zijn en totaaloplossingen bieden op het gebied van Asset Management (AM) in de infra- en watersector. Marcel Morsing is vanuit MaxGrip verantwoordelijk voor deze samenwerking. Erwin Castelijn is dat vanuit Witteveen+Bos. In de afgelopen maanden is hard gewerkt aan het benoemen van de belangrijkste thema’s, het samenbundelen van de expertises, de interne communicatie en het uitzetten van toekomstig beleid. ‘Daardoor worden we steeds sterker’, zegt Marcel Morsing, ‘Maar uiteindelijk gaat het erom dat de klant centraal staat en de vruchten plukt van onze samenwerking.’ Meerwaarde Castelijn: ‘De combinatie van onze expertise in de infra- en watersector en de kennis van MaxGrip op het gebied van AM maakt dat we complementair aan elkaar zijn. In eerdere projecten, zoals RiNK2010 hebben we al succesvol samengewerkt.’ MaxGrip, vooral actief in de industriële en de olie- en gassector, is marktleider op het vakgebied AM en ontwikkelt daarvoor erkende softwarepakketten zoals Optimizer+ (FMECA, RCM, RCA, RAMS) en strEAM+, die het proces van AM en Life Cycle Management (LCM) ondersteunen. ‘Witteveen+Bos heeft veel inhoudelijke kennis van de systemen en ruime ervaring op het gebied van engineering. Door de samenwerking kunnen we alle kennis, kunde en ervaring vanuit één loket aanbieden. En we werken allebei vanuit een no-nonsense cultuur met een pragmatische aanpak. Dat sluit goed op elkaar aan’, voegt Morsing toe.
Wereldwijd Het op deze manier bundelen van engineering, instandhoudingsprocessen, AM en LCM is volgens Morsing uniek voor Nederland. Maar ook buiten Nederland liggen er kansen. Morsing: ‘Ook daar vullen we elkaar aan. MaxGrip met kantoren in Houston, Singapore en Kuala Lumpur en Witteveen+Bos in onder meer Rusland, Kazachstan en Indonesië. In deze landen liggen goede kansen om vraagstukken rond actuele thema’s aan te pakken. Denk aan de ontwikkelingen op het gebied van greenfields,
water en infrastructuur.’ Castelijn: ‘Op termijn liggen er zeker ook kansen binnen Europa. We kunnen daarbij ook ons Europese kennisnetwerk SEEN inzetten. Voorlopig richten we ons echter eerst op de Nederlandse markt’.
de bureaus aan elkaar te verbinden. En weer blijkt onze pragmatische instelling: uiteindelijk gaat het erom dat het model in de praktijk loont en dat de mensen in de organisaties er goed mee kunnen werken.’
Asset Management Het AM-model is in principe vrij simpel. Morsing: ‘AM is het realiseren van een optimale balans tussen operationele prestaties, risico’s en kosten bij het beheer, onderhoud en vernieuwen van assets. Daarbij is er vaak sprake van variabele componenten (doelstellingen), zoals beschikbaarheid, wetgeving en veiligheid. Om deze doelen of zogenaamde bedrijfswaarden te realiseren is het inrichten van een Asset Managementmodel onmisbaar. De asset owner of asset manager kan met behulp van onderhoud deze doelstellingen beïnvloeden, besturen en managen. Castelijn: ‘Dat is de essentiële functie van AM. MaxGrip heeft dit model optimaal doorontwikkeld en ondersteunt dit proces met software. De input, bijvoorbeeld over wetgeving, kan de beheerder aanleveren, maar dat kunnen wij ook doen. In feite kunnen we de klant volledig ontzorgen.’
Volwassen organisatie In Nederland is de rijksoverheid, uit naam van de minister, asset owner/eigenaar van veel infrastructurele assets: spoorwegen, rijkswegen en grote kunstwerken. Asset managers/beheerders zijn in dit geval onder meer ProRail en Rijkswaterstaat. Morsing en Castelijn zijn van mening dat het zinvol is om op landelijk niveau de strategische doelstellingen voor beheer, onderhoud en vervanging vast te stellen.
Ageing assets en ageing workforce Binnen het samenwerkingsverband zijn twee belangrijke thema’s benoemd: ‘ageing assets’ en ‘ageing workforce’. In de jaren ’50 tot ’80 van de vorige eeuw zijn veel van onze infraen waterassets gerealiseerd. In de komende decennia is het merendeel toe aan groot onderhoud of vervanging. Daarnaast staan we aan de vooravond van een forse pensioneringsgolf, terwijl er aan de instroomkant personeelsschaarste is. Castelijn en Morsing zijn het erover eens: deze vraagstukken zijn op te lossen door optimale effectiviteit en efficiëncy met daarop afgestemd de strategie, het AM-beleid en een effectieve en efficiënte operationele uitvoering. AM is hiervoor het middel: de juiste dingen, op het juiste moment juist uitvoeren, maar dan wel kosteneffectief en met een aantoonbare toegevoegde waarde over de gehele levenscyclus. Levenscyclus: management en kosten Voor het managen van de levenscyclus, het systematisch beheer van een asset, wordt LCM ingezet. Onderdeel daarvan is het model Life Cycle Costing (LCC), waarmee de kosten gedurende de gehele levenscyclus worden berekend. Binnen de combinatie MaxGrip/ Witteveen+Bos zijn dit belangrijke profileringspunten. Morsing: ‘De kracht ligt in de bundeling van kennis en ervaring, waarin gezamenlijk nog een verdiepingsslag wordt gemaakt. Daar zit de meerwaarde voor de klant. En dat geldt ook voor de andere thema’s waarmee we ons op de markt laten zien, zoals datamanagement en -analyse, prestatiecontracten, AM-beleid en PAS 55’. Van PAS 55 naar ISO 55000 De norm voor Asset Management is nu PAS 55 en wordt begin 2014 opgevolgd door ISO 55000. Marcel Morsing: ‘Normen geven richting aan, de invulling moet je zelf doen. Voor veel beheerders is het nog een zoektocht hoe dat te realiseren. Wij kunnen daarover adviseren, maar ook een handleiding bieden voor de certificering en het daaronder hangende beleid samenstellen en implementeren. Ook op dat gebied zijn we druk bezig de knowhow van bei-
Die waarden kunnen dan vertaald worden naar gemeentelijk en provinciaal niveau. Morsing: ‘Dan moet de asset manager, de beheerder, wel in staat zijn om de waarden flexibel te hanteren en te vertalen naar risico en risicobeperkende activiteiten en kaders. Een topsector Asset Management is in dit kader nog niet zo’n gek idee, zeker gezien het grote maatschappelijke belang en de te verwachten onderhoudskosten in de komende jaren.’ Speerpunt Marcel Morsing is lid van het hoofdbestuur van de Nederlandse Vereniging voor Doelmatig Onderhoud (NVDO). Dit toonaangevende kennisplatform heeft Asset Management als speerpunt en is spreekbuis richting politiek en andere stakeholders. Ook de NVDO houdt zich bezig met de toenemende noodzaak van onderhoud en vervanging, de afnemende budgetten en de te verwachten personeelsschaarste. Efficiency en effectiviteit moeten de oplossing bieden. Maar ga je dan op een minimum zitten of investeer je up front toch meer waardoor de levensduur extra wordt verlengd en de levensduurkosten uiteindelijk lager zijn? Volgens Castelijn en Morsing is dat de kern van Asset Management: in staat zijn keuzes af te wegen en een optimum te vinden tussen risico, prestatie en kosten. info:
[email protected]
Keuzes in beheer, onderhoud en vervanging Asset Management: speerpunt dat vraagt om samenwerking Hoe maken we de juiste keuzes in beheer, onderhoud en vervanging van onze infrastructuur en kunstwerken? Met een geschatte, totale vervangingswaarde van circa 400 miljard euro (alle wegbeheerders, bron: CROW) praten we over een complexe materie. Lindy Molenkamp, hoofd Eenheid Wegen en Kanalen van de provincie Overijssel, is ervan overtuigd dat je dit vraagstuk gezamenlijk moet aanvliegen. Zij zet zich daarom op meerdere fronten in om Asset Management (AM) goed op de landelijke kaart te krijgen. Het einde van de levensduur van veel infrastructuur en kunstwerken komt steeds dichterbij. We moeten tijdig anticiperen op een vervangingsgolf. Dat kan met Asset Management. Egbert Teunissen, sectorhoofd Energie, water en milieu bij Witteveen+Bos, sprak met Lindy Molenkamp over de ontwikkelingen rond dit veelomvattende vakgebied. Vlot en veilig ‘Asset Management gaat erover dat je weet hoe het areaal erbij staat. Binnen de kaders die door politiek en bestuur zijn vastgesteld wordt het beheer zo goed mogelijk, kostenbewust en bij voorkeur risicogestuurd uitgevoerd’, zegt Lindy Molenkamp, gevraagd naar haar definitie. ‘Asset Management borduurt voort op rentmeesterschap: duurzaam beheer en onderhoud en vernieuwen als dat functioneel of technisch nodig is. Daarnaast is gastheerschap van belang, in termen van nu: optimaal verkeers- en incidentmanagement. De weggebruiker moet zich niet alleen op dit moment veilig en vlot over de weg kunnen verplaatsen, maar het beheer moet ook uitgaan van de duurzaamheidsgedachte: kosteneffectieve oplossingen over generaties heen.’ Kennisuitwisseling Lindy Molenkamp werkt sinds 2008 bij de provincie Overijssel, daarvoor was ze werkzaam bij Rijkswaterstaat, TNO, Arcadis/Heidemij en TU Delft. Haar brede ervaring zet ze nu in bij de provincie Overijssel voor alles wat te maken heeft met beheer, onderhoud en aanleg van infrastructuur. Als onderdeel van haar functie is ze landelijk actief in de uitwisseling van kennis en ideeën. Innovatie ‘We kunnen voor de provincie het wiel wel opnieuw uitvinden, maar veel beter is het om samen met anderen op te trekken. Daarom heb ik regelmatig overleg met mijn provinciale collega-wegbeheerders. Verder zet ik me in diverse gremia in om AM hoog op de agenda te houden, structuur te geven en het areaalbeheer op een zo hoog mogelijk niveau te tillen’, aldus Molenkamp. Zij noemt als voorbeelden het CROW (Kennisplatform voor infra, verkeer, vervoer en openbare ruimte), de SWOV (Stichting wetenschappelijk onderzoek verkeersveiligheid), WOW (Wegbeheerders ontmoeten wegbeheerders / Water ontmoet water) en WCM (World class maintenance). ‘Binnen WCM loopt nu bijvoorbeeld een project, waarbij Rijkswaterstaat, Havenbedrijf Rotterdam en de provincie Overijssel de handen ineen slaan om van elkaar te leren hoe we AM insteken en te kijken welke innovaties mogelijk zijn.’
Lindy Molenkamp en Egbert Teunissen
Tweedeling Kennisinstituten, universiteiten ingenieursbureaus en de bouwwereld spelen een wezenlijke rol bij de ontwikkeling van Asset Management. Egbert Teunissen: ‘Binnen de ingenieurswereld komen we regelmatig bij elkaar om te praten over de ontwikkelingen. Je ziet dat er een tweedeling ontstaat: bureaus die zich sec richten op het leveren van expertise en kennis en grotere bureaus die zich ook als provider gaan profileren’. Molenkamp: ‘De rol van de ingenieursbureaus is groot, maar ik merk wel dat bureaus sterk de neiging hebben om zich door differentiatie te profileren, en daarmee een eigen marktaandeel te pakken, terwijl wij als wegbeheerders één lijn willen neerzetten, bij voorkeur werken volgens één stramien’. Organisatieontwikkeling ‘Om Asset Management goed te kunnen uitvoeren heb je een volwassen, procesgeöriënteerde organisatie nodig’, vervolgt Lindy Molenkamp. ‘Dat vergt andere vaardigheden dan in het verleden. Mijn team en ik steken daar veel energie in: hoe nemen we onze mensen mee naar een ander niveau zonder daarbij de taal van je mensen te verlaten? Ik denk dat de PAS 55-methodiek hierbij kan helpen. PAS 55 geeft richting aan organisatieontwikkeling, met het oog op efficiëntie, kwaliteit en kostenbesparing’. Wetenschappelijk niveau Egbert Teunissen is van mening dat de beschikbare wetenschappelijke kennis nu nog te weinig wordt overgedragen aan de praktijk. Hij geeft als voorbeeld het RiNK-programma van Rijkswaterstaat. ‘RiNK is een soort pilot, waarbij voor het eerst diepgaand risicogestuurd met allerlei rekenmethodieken in beeld is gebracht waar welke risico’s zitten en hoe op basis daarvan keuzes kunnen worden gemaakt voor optimaal risicogestuurd beheer. Witteveen+Bos heeft daarin een belangrijke bijdrage geleverd.
We hebben de afgelopen vijf jaar veel ervaring opgedaan. Maar ik vraag me wel af hoe we die kennis gaan delen met de provincies, waterschappen en gemeenten.’ Brugfunctie Volgens Lindy Molenkamp is er veel wetenschappelijke kennis rijp om vertaald te worden naar het operationele veld. ‘Maar niet alleen wetenschappelijke kennis kan gedeeld worden, ook ervaringen van weg- en vaarwegbeheerders. Daarom vind ik kennisuitwisseling binnen WOW zo belangrijk. Ik heb er vertrouwen in dat de kennisoverdracht goed loopt. Wat dat betreft verwijs ik naar de ontwikkelingen rond het Bouwbesluit 2012, op basis waarvan Rijkswaterstaat samen met TNO en TUD nieuwe richtlijnen heeft ontwikkeld voor kunstwerken. Het is nu zaak dat we een vertaalslag maken waar ook de decentrale wegbeheerders mee uit de voeten kunnen. Overigens vind ik dat de ingenieursbureaus samen met universiteiten en kennisinstituten een grote rol spelen in de brugfunctie tussen wetenschap en praktijk’. Financiering Teunissen informeert naar de toekomstvisie van Lindy Molenkamp als het gaat om expertise en financiering en hoe zich dat verhoudt tot de regiefunctie van de overheid. Sluiten we daarbij - in het uiterste geval - privaat geld uit? En in het extreme gedacht, is het mogelijk dat we alle assets overdragen aan bijvoorbeeld een pensioenfonds? Molenkamp: ‘Niets is onmogelijk, maar die keuze is aan de politiek. Ik zie overigens nog veel andere mogelijkheden. En daar gaat AM ook voor een groot deel over. Wat kunnen we nog doen aan innovatie, ook financiële innovatie, hoe kunnen we investeringen combineren met andere sectoren, bijvoorbeeld gebiedsontwikkeling? Volgens mij kan er nog veel worden gewonnen op het gebied van efficiency en effectiviteit’. Maatschappelijke verantwoordelijkheid Asset Management heeft veel aspecten, een aantal is in dit gesprek aan de orde gekomen. Waar Molenkamp en Teunissen het over eens zijn, is dat AM de komende decennia een speerpunt blijft, niet alleen voor de provincie Overijssel, maar voor alle beheerders van objecten en systemen, of dat nu wegen of waterzuiveringen zijn, gebouwen of gemalen. Teunissen: ‘We dragen met z’n allen de maatschappelijke verantwoordelijkheid om inzicht en bewustwording te vertalen naar duurzame, robuuste en kostenefficiënte oplossingen. Het is geen toeval dat Asset Management zowel bij de provincie als bij Witteveen+Bos een speerpunt is. Lindy Molenkamp voegt daar nog een laatste advies aan toe: ‘Maak het probleem niet groter dan het is, als het te groot wordt, trekt iedereen zijn handen eraf. Kijk naar het hier en nu: wat je nu kunt doen om voor toekomstige generaties zaken veilig te stellen’. info:
[email protected]
Contractbegeleiding rijkstunnels Zuid-Holland Witteveen+Bos heeft voor Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid de contractbegeleiding voor het beheer en onderhoud van zeven verkeerstunnels verzorgd. Het project is in de periode 2009 tot eind 2013 samen met subconsultant Nebest Adviesgroep uitgevoerd. Het omvat de begeleiding van het prestatiecontract Vast Onderhoud Tunnels 2 op basis van systeemgerichte contractbeheersing. IPM-rolhouders Om de veiligheid en doorstroming van tunnels in het beheergebied te borgen is nauw samengewerkt met Rijkswaterstaat, aannemer Imtech, de beheerorganisatie en het verkeersmanagement van de verkeerscentrale te Rhoon. Witteveen+Bos vormde daarbij het contractbeheerteam, waarin ook de IPM-rolhouders (Integraal Projectmanagement) van uitvoeringsorganisatie ‘Programma’s, Projecten en Onderhoud’ van Rijkswaterstaat deelnamen. Preventief sturen De basis van systeemgerichte contractbeheersing is risicomanagement. Een compleet beeld van de contract- en projectrisico’s is verkregen door het organiseren van thematische risicosessies (bijvoorbeeld over tunnelspecifieke V&G-risico’s) en door het maandelijks uitwisselen van toprisico’s met alle partijen. Risicomanagement vormt daarbij de kern van succesvolle contract- en projectbeheersing. Dit maakt het voor alle partijen mogelijk van elkaar te leren en preventief te sturen.
Sytwendetrace
Thomassentunnel Beneluxtunnel
Noordtunnel
Botlektunnel Heinenoordtunnel Drechttunnel
Contractbeheersing Door contractrisico’s te vertalen in toetsen is geverifieerd of de opdrachtnemer aan de verplichtingen voldoet. Hierbij is het vooral belangrijk dat het kwaliteitssysteem en de onderliggende processen aantoonbaar goed functioneren. Binnen het prestatiecontract zijn deze processen in hoofdzaak onderverdeeld in preventief en correctief onderhoud. Ongemerkt falen Een van de belangrijkste vormen van preventief onderhoud is het testen van de tunneltechnische installaties om ongemerkt falen te voorkomen. Ongemerkt falen vormt een significant veiligheidsrisico, omdat zonder testen de betrouwbaarheid van de betreffende installatie pas getoetst wordt als zich een calamiteit voordoet. Verbetervoorstellen stellen de beheerder vervolgens in staat om op het juiste moment te kiezen voor de noodzakelijke maatregelen. Samenwerking Naast preventief onderhoud is correctief onderhoud - het oplossen van storingen - onderdeel van het prestatiecontract. Om dit proces goed te laten functioneren is nauwe samenwerking tussen verkeerscentrale, aannemer en beheerder essentieel. Het contractbeheerteam is daarbij vaak het eerste aanspreekpunt. Zowel bij correctief als bij preventief onderhoud geldt dat een goede samenwerking tussen alle partijen de randvoorwaarde vormt voor het waarborgen van veiligheid en doorstroming in de tunnels. info:
[email protected]
Programma RiNK
Risicoinventarisatie natte kunstwerken Rijkswaterstaat heeft een groot aantal kunstwerken in beheer. Een deel daarvan is al vele tientallen jaren in gebruik. Daardoor is er mogelijk sprake van gewijzigde omstandigheden of gewijzigd gebruik. In verband met de doelstelling van Rijkswaterstaat om meer op prestaties te sturen is het programma ‘Risicoinventarisatie Natte Kunstwerken’ (RiNK) gestart. Witteveen+Bos heeft binnen dit programma geparticipeerd in een aantal deelprojecten. Hiermee hebben wij Rijkswaterstaat inzicht gegeven in de risico’s en de betrouwbaarheid en beschikbaarheid van diverse sluizen en bruggen. FMECA en foutenboom Er is binnen de projecten samen met marktpartijen, waaronder MaxGrip, een werkmethode ontwikkeld waarbij een integrale RAMS-analyse wordt uitgevoerd. Op basis van inspectie van alle relevante onderdelen van de kunstwerken zijn faalkansen en hersteltijden bepaald. Daarnaast is het falen van onderdelen en systemen door externe gebeurtenissen en menselijk falen onderzocht. Vanuit de faalkansen en hersteltijden is een betrouwbaarheidsen beschikbaarheidsanalyse uitgevoerd met een ‘Failure mode, effects, and criticality analysis’ (FMECA) en een foutenboomanalyse. Er is zodoende inzicht verkregen in de prestaties van de kunstwerken en de effecten van falen in termen van beschikbaarheid. Instandhoudingsplan Voor een aantal kunstwerken is een probabilistisch instandhoudingsplan (P-IHP) opgezet. In dit P-IHP zijn alle onderhoudsmaatregelen en bijbehorende kosten in beeld gebracht die
nodig zijn om het object op een benodigd beschikbaarheids- en betrouwbaarheidsniveau te brengen en te houden. Gedacht kan hierbij worden aan het redundant uitvoeren van belangrijke systemen, maar ook van een aangepast voorraadbeheer of het preventief vervangen van onderdelen die moeilijk te verkrijgen zijn. Kunstwerken Objecten die wij onderworpen hebben aan bovenstaande toetsing zijn onder meer de sluis Weurt West, sluis en brug St. Andries, Prinses Máxima Sluizen Lith, sluis en gemaal Heumen, sluis/stuwcomplex Sambeek en sluis Bosscheveld. info:
[email protected]
Oeverconstructies vaarwegen Trajectstudies voor groot onderhoud De afdeling Beheerstrategie van de provincie Zuid-Holland is onder meer verantwoordelijk voor het opstellen van trajectstudies voor het groot onderhoud van provinciale vaarwegen. Een trajectstudie is een doorvertaling van het provinciaal beleid naar een functioneel programma van eisen. Het uitgangspunt hierbij is dat de oeververvangingen grootschalig, trajectmatig en integraal plaatsvinden. Oeverconstructies gelegen aan de ZuidHollandse vaarwegen bevinden zich deels in een technisch slechte staat en/of voldoen niet aan de huidige beleidseisen. Dit kan op termijn een risico vormen voor de beschikbaarheid van de vaarweg en de veiligheid voor de omgeving. De provincie Zuid-Holland heeft Witteveen+Bos gevraagd om vijf trajectstudies op te stellen. Hierin staan de maatregelen die nodig zijn om de oeverconstructies in goede technische staat te brengen en te laten voldoen aan de huidige beleidseisen. Kosten en consequenties Witteveen+Bos heeft de technische staat van de oeverconstructies in kaart gebracht op basis van beoordeling en toetsing, het bestuderen van inspectierapporten en vaarweginspecties.
Middels een bureaustudie zijn de beleidseisen bepaald. Vervolgens is onderzocht welke oeverconstructies zowel technisch als beleidsmatig niet voldoen. Op basis hiervan zijn de benodigde maatregelen vastgesteld. Naast een kostenraming zijn ook de gevolgen voor de omgeving en de consequenties, onder meer op het gebied van archeologie, beschreven. Optimale efficiëntie Aan de hand van de trajectstudies kan de provincie de benodigde maatregelen uitvoeren. Beschikbaarheid en veiligheid zijn hierdoor weer gewaarborgd. Door deze aanpak is een optimale efficiëntie bereikt en wordt de overlast voor de omgeving beperkt. info:
[email protected]
Masterplan en beheersysteem Verlaging levenscycluskosten rioolgemalen
Inventarisering van normen en normkosten
in nauw overleg met de gemeente een overkoepelend uitvoeringsprogramma opgesteld. Daarnaast zijn voor alle afzonderlijke organisatorische, gemaal- en ICT-projecten concrete projectplannen geschreven. Tijdens de realisatie hebben wij het programmamanagement uitgevoerd. De voortgang en de kwaliteit van de afzonderlijke projecten zijn succesvol en in samenhang bewaakt.
Voor de gemeente Utrecht was de renovatie van het besturingssysteem van de circa 600 rioolgemalen de concrete aanleiding om een masterplan voor de gemalen en informatiesystemen op te stellen. De gemeente heeft Witteveen+Bos ingeschakeld om dit proces te begeleiden. Belangrijk was tevens het besluit om de bestaande elektrische installaties vergaand te vervangen en het meetnet uit te breiden. Om lagere levenscycluskosten te bereiken moeten deze installaties uniform, flexibel en onderhoudsarm zijn. Kernbegrippen daarbij zijn risico- en onderhoudsmanagement en real time control. De gerelateerde informatiesystemen moeten meerwaarde hebben voor deze werkprocessen aan de rioolgemalen. Op basis hiervan zijn een informatie- en ICT-architectuur opgesteld en eisen gesteld aan de ICTbeheerorganisatie. Voortgang en afstemming Op basis van dit plan hebben wij vervolgens
Beheersysteem Een van de projecten voortkomend uit het masterplan is de invoering van een nieuw beheersysteem voor onderhoud. Ook in dit proces hebben wij meegewerkt aan de best passende oplossing. We zijn daarbij gestart met onderzoek naar de beschikbare systemen. De input van tien leveranciers gaf een goed inzicht in de mogelijkheden. De eisen en wensen van de gemeente konden daardoor worden aangescherpt. Functionaliteit en maatwerk Projectleider van Witteveen+Bos, Erwin Castelijn: ‘De verkregen inzichten zijn vertaald naar functionele en technische eisen en vervolgens de vraagspecificatie en contractstukken. Na de aanbesteding is uiteindelijk voor IBM Maximo 6 gekozen. De mobiele toepassingen en de mogelijkheid om in de toekomst GIS te integreren, zijn daarbij onderscheidend geweest. De implementatie is door Gemba uitgevoerd.’ Ontzorging ‘Wij hebben de gemeente tijdens dit proces vertegenwoordigd en parallel het gebruik en beheer georganiseerd. Na de implementatie hebben wij geadviseerd over het onderhoudsplan en de omschakeling naar mobiele toepassing. Kortom: een mooi voorbeeld van ‘ontzorging’ gedurende het traject van plannen maken tot realisatie en daarna de toepassing in de praktijk.’ info:
[email protected]
Goed beheer: eerst data op orde Professionalisering netwerkmodellering Drinkwaterbedrijf Vitens heeft haar distributiestelsel, opgebouwd uit onder andere reservoirs, leidingen en pompen, beschreven in databestanden en netwerkmodellen. In het plateauplan ‘In 7 stappen naar de top’ werkte Vitens aan de verdere professionalisering van netwerkmodellering. Want goede, representatieve modellering biedt mogelijkheden tot verdere optimalisatie van bedrijfsprocessen.
Ambitie Bereikbaarheid en veiligheid op de (vaar)wegen zijn voor de provincie Overijssel van groot belang. Dit uit de provincie door zichzelf de volgende ambitie op te leggen: ‘een vlotte en veilige reis over weg, water, spoor en per fiets van en naar stedelijke netwerken en streekcentra binnen en buiten Overijssel, waarbij duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit belangrijke voorwaarden zijn’. Beleidskeuze Het beheer en onderhoud aan het infrastructurele netwerk is een van de mogelijkheden om deze ambitie te realiseren. Door normen te stellen aan de infrastructuur en het beheer daarvan kan worden aangesloten bij ambities en beleid. De normen voor onderhoud kunnen faciliteren in keuzes van het interventieniveau, zodat het onderhoud kan worden afgestemd op de beleidsuitgangspunten. Verbeterruimte De inventarisatie van normen die wij voor de provincie hebben gemaakt vermeldt bij ieder niveau de bijbehorende normkosten. Deze normkosten zijn gekoppeld aan het areaal van de provincie. Zo worden de financiële en kwalitatieve gevolgen van een gewijzigde beleidskeuze om het areaal op een hoger of lager kwaliteitsniveau te onderhouden goed inzichtelijk. De provincie heeft daarmee een middel om de financieringsbehoefte en de gevolgen van wijzigingen in ambities aan te tonen richting management en bestuur. Op deze wijze wordt het budget geoptimaliseerd en worden verbeterkansen geïdentificeerd. Bouwsteen Asset Management Het hebben van inzicht in normen en normkosten en de bijbehorende prestaties van de infrastructuur is een van de onderdelen van Asset Management. Bij Asset Management is immers de kosteneffectiviteit, zijnde de ‘prestatie’ van de infrastructuur ten opzichte van de daarvoor benodigde kosten essentieel. De normen en normkosten zijn daarmee een bouwsteen voor Asset Management.
Voor een degelijke basis heeft Witteveen+Bos een verkenning van de beschikbare brondata uitgevoerd. Het einddoel is juiste informatievoorziening, zodat op basis van de juiste informatie, de juiste beslissingen genomen kunnen worden.
info:
[email protected]
Regionale differentiatie In totaal zijn zestien mogelijke bronsystemen geïdentificeerd waar gegevens uit gehaald kunnen worden. De systemen variëren van het bedrijfsprocessysteem SAP IS-U voor verbruikscontracten tot regelkasten met PLC’s voor pompkarakteristieken. Door middel van interviews met beheerders is een oordeel over de kwaliteit en volledigheid van elke dataset gemaakt. Om regionale differentiatie binnen Vitens te herkennen, zijn bijna dertig interviews gehouden. Beschikbaarheid en kwaliteit De verkregen informatie is aangevuld met een beschrijving van de beschikbaarheid van ieder systeem. Op deze manier is ieder bronsysteem geanalyseerd op bruikbaarheid van de benodigde informatie, zoals leidingen of klantverbruik, en de kwaliteit hiervan. Beschikbaarheid en kwaliteit definiëren hierbij samen de bruikbaarheid.
De provincie Overijssel zocht naar een methodiek die aantoont wat de gevolgen zijn voor de kwaliteit van de infrastructuur als het onderhoudsbudget wordt vergroot of verkleind. Om dit inzichtelijk te maken heeft Witteveen+Bos een inventarisatie van normen gemaakt, die van invloed zijn op het onderhouden van de provinciale infrastructuur en de daaraan gerelateerde omgeving. Deze normen zijn ingedeeld naar drie niveaus: voldoende, goed en uitstekend, waarbij het laagste niveau minimaal voldoet aan de wettelijke eisen.
Commitment Op basis van de resultaten is besloten welke acties nodig zijn om de bruikbaarheid van de brondata te verhogen, zodat de informatievoorziening verder verbetert. Daarnaast hebben de interviews geleid tot verdere professionalisering en meer commitment bij de beheerders.
[email protected]@witteveenbos.nl
Cash flow-analyse CaTRo Onderdeel haalbaarheidsstudie
Deventer ‘Hoofdkantoor’ Van Twickelostraat 2 Postbus 233 7400 AE Deventer t 0570 69 79 11 f 0570 69 73 44 Deventer ‘Leeuwenbrug’ Leeuwenbrug 8 Postbus 233 7400 AE Deventer t 0570 69 75 11 Deventer ‘Stationsplein’ Leeuwenbrug 27 Postbus 233 7400 AE Deventer t 0570 69 75 11 Almere Louis Armstrongweg 6 Postbus 10095 1301 AB Almere t 036 548 29 00
Risicoinventarisaties en -evaluaties Vanuit haar rol als beheerder en werkgever werkt Rijkswaterstaat steeds meer met risicogestuurd objectbeheer. Dit betekent onder meer een integrale benadering van de relevante veiligheidsthema’s. Een van de doelen daarbij is een landelijk uniforme aanpak van de geconstateerde veiligheidsrisico’s.
Amsterdam Hoogoorddreef 56 F Postbus 12205 1100 AE Amsterdam t 020 312 55 55 Breda Willemstraat 28 Postbus 3465 4800 DL Breda t 076 523 33 33
Witteveen+Bos ontwerpt de Cargo Transport Route (CaTRo) in Kazachstan. Deze nieuwe transportroute wordt aangelegd in de regio Prorva aan de noordelijke oever van de Kaspische Zee. Prorva is rijk aan onshore olievelden. Echter de regio is momenteel moeilijk bereikbaar met zwaar materieel omdat de infrastructuur hier niet op is ingericht. De CaTRo-transportroute wordt geschikt voor zware vrachtwagens met ladingen tot 1.800 ton. Het ontwerp omvat een 70 kilometer lang kanaal voor de connectie met de Kaspische Zee, evenals een 1.300 meter lange strekdam, inclusief overslaghaven en opslagfaciliteiten. Daarnaast zullen nieuwe wegen worden aan-
gelegd om de aansluiting te realiseren met de belangrijkste lokale wegen. Bandbreedte Onderdeel van de haalbaarheidsstudie voor dit project was het opstellen van een cash flowanalyse voor de gebruiksfase van de transportroute. Gebaseerd op het ontwerp is een bouwplanning opgesteld en zijn de investeringskosten geraamd. Naast investeringskosten zijn ook de beheer- en onderhoudskosten geraamd. De cash flow-analyse is opgesteld op basis van de planning, de investeringskosten en de beheeren onderhoudskosten. Voor de overall budgetreservering is de bandbreedte bepaald. info:
[email protected]
Kernteam Asset Management Om de krachten binnen Witteveen+Bos te bundelen coördineert ons kernteam Asset Management de activiteiten rond dit speerpunt. Verder vindt regelmatig overleg plaats met onze samenwerkingspartner MaxGrip over de belangrijke thema’s binnen het vakgebied. Vanuit onze sector Energie, water en milieu hebben Erwin Castelijn, Egbert Teunissen en
Erik Jansen zitting in het team. Vanuit de sector Infrastructuur en mobiliteit is dat Auke de Wit. Deze bundeling van krachten heeft recent geresulteerd in de oprichting van de productmarktcombinatie Asset Management. info:
[email protected]
Milieustraat Zutphen
Duurzaamheid en levensduurkosten voor verschillende onderdelen afgewogen: het skelet, de isolatie, wel of geen sedum op het dak, de gevelbekleding, de kozijnen met beglazing, de verwarming en koeling, de warmteterugwinning, de verlichting en de verharding op het terrein. Zorgvuldige afweging Inzichtelijk is gemaakt wat de maatregelen betekenen voor de levensduurkosten en de duurzaamheid. De duurzaamheid is uitgedrukt in de CO 2 -belasting op het milieu. Naast de levensduurkosten zijn ook de investeringskosten in de afweging meegenomen, omdat de te nemen maatregelen binnen het beschikbare budget moesten passen.
Redactieadres Witteveen+Bos-nieuws Postbus 233 7400 AE Deventer t 0570 69 79 11 f 0570 69 73 44 www.witteveenbos.nl
[email protected] januari 2014
Voor Berkel Milieu heeft Witteveen+Bos advieswerkzaamheden verricht voor de realisatie van een nieuw kantoor en de herhuisvesting van de milieustraat in Zutphen. Onderdeel van deze werkzaamheden waren het uitvoeren van een Life Cycle Analyse (LCA) en het in beeld brengen van de Life Cycle Costs (LCC). Diverse duurzaamheidsmaatregelen zijn afgewogen op basis van de levensduurkosten over een periode van 30 jaar. Deze maatregelen zijn
Beste oplossing De afweging om maatregelen toe te passen is bepaald op basis van hun efficiency (in EUR per ton CO 2 -besparing). Witteveen+Bos heeft vier scenario’s samengesteld: lage investeringskosten, lage levensduurkosten, best practice duurzaamheid en de meest duurzame oplossing. Voor deze scenario’s zijn de levensduur- en investeringskosten doorgerekend. De opdrachtgever heeft op basis van de resultaten per onderdeel de beste oplossing gekozen. Voor sommige onderdelen was dat de best practice oplossing en voor andere de meest duurzame oplossing. info:
[email protected]
Den Haag Alexanderstraat 21 Postbus 85948 2508 CP Den Haag t 070 370 07 00 Heerenveen K.R. Poststraat 100-3 Postbus 186 8440 AD Heerenveen t 0513 64 18 00 Maastricht Leidenlaan 16 Postbus 1080 6201 BB Maastricht t 043 328 12 22 Rotterdam Willemskade 19-20 Postbus 2397 3000 CJ Rotterdam t 010 244 28 00 België Posthoflei 5-1 2600 Antwerpen-Berchem België t +32 3 286 75 75 f +32 3 281 86 01 e
[email protected] Indonesië Park View Plaza, 6th floor Jl. Taman Kemang no. 27 Kemang - Jakarta Selatan 12730 P.O. Box 1687 JKS 12016, Indonesië t +62 21 719 12 82 f +62 21 719 12 83 e
[email protected] Kazachstan Aktau Building 39B(PUS), 1st floor Microdistrict 8 130000 Aktau Kazachstan t +7 7292 30 04 50 f +7 7292 30 04 51 e
[email protected] Almaty Begalin Street 130 050010 Almaty Kazachstan t +7 727 341 09 98 f +7 727 341 09 97 e
[email protected] Atyrau Novaya Street 2 060005 Atyrau Kazachstan t +7 7122 32 01 20 f +7 7122 97 00 70 e
[email protected] Letland Torna iela 4, III-C, Office 203 1050 Riga Letland t +371 6 722 31 44 f +371 6 722 38 30 e
[email protected] Rusland Nab. Reki Moyka 24, Office 16 191186 St. Petersburg Rusland t +7 812 570 02 13 f +7 812 312 71 45 e
[email protected] Vietnam 91 Nguyen Huu Canh Street Ward 22, Binh Thanh District Ho Chi Minh City Vietnam t +84 8 62853358 f +84 8 62853358 e
[email protected]
De veiligheidsexperts van Witteveen+Bos hebben voor Rijkswaterstaat Dienst Infrastructuur binnen vijf maanden bij ruim negentig objecten de risicoinventarisaties en -evaluaties uitgevoerd. Het ging daarbij om sluizen, beweegbare bruggen, veerponten en gemalen in de provincies Noord-Holland, Utrecht, Gelderland, Overijssel, Groningen, Friesland en Drenthe. Het accent van de inspecties lag op de volgende veiligheidsgebieden: arbeidsveiligheid, sociale veiligheid, beveiliging, functionele veiligheid en machineveiligheid. Tijdens de inspecties is gebruikgemaakt van een door ons ontworpen geautomatiseerd inspectiemiddel. Met deze applicatie worden ter plekke de bevindingen doorlopen. Dit gebeurt op basis van de demarcatie zoals die door Rijkswaterstaat wordt gehanteerd. De suggesties voor de beheermaatregelen worden al tijdens de inspectie ingevoerd. Hierdoor kon de verwerking van de data veel sneller plaatsvinden. De resultaten zijn door Rijkswaterstaat opgenomen in een landelijk actieplan. info:
[email protected]
AM Zandplaten Door de komst van de Oosterscheldekering is het getij afgenomen en kalven de zandplaten af. Dit wordt zandhonger genoemd. Zandhonger is een belangrijk obstakel voor het behalen van de Natura 2000-opgave. Het intergetijdengebied, bestaande uit platen, slikken en schorren, is drager van de natuurdoelen en is een belangrijk voedselgebied voor beschermde vogels. In 2020 is een daling van 16 % van de steltlopers te verwachten en er zal in 2060 nog slechts 33 % van het foerageerareaal beschikbaar zijn. Wij hebben voor het ministerie van I & M onderzocht welke aanpak nodig is om de zandhonger een halt toe te roepen. Daartoe is een MIRTverkenning uitgevoerd, die resulteerde in een voorkeursaanpak voor het behoud van het gebied. De aanpak is beschreven in de ontwerpstructuurvisie Zandhonger Oosterschelde, die samen met het bijbehorende milieueffectrapport (MER) en de maatschappelijke kostenbatenanalyse (MKBA) eind 2013 ter inzage heeft gelegen. De voorkeursaanpak start met het suppleren van de Roggeplaat in fase 1 (2015-2025). De aanpak voor fase 2 (2025-2060) wordt bepaald op basis van de behaalde effectiviteit van het suppleren, de dan aanwezige kennis over de zeespiegelstijging, de ontwikkeling van de erosie door de zandhonger, de populatieontwikkeling van steltlopers en de werkelijke effectiviteit van onze ingrepen. info:
[email protected]
Beeld: RWS