Energie besparen via energiescans, zoals in Nigeria FrieslandCampina Leeuwarden bestaat 100 jaar Hoe zag Wereldmelkdag eruit in 2013? Juni 2013 Spark is het personeelsblad van FrieslandCampina
Spark nr.2
2 Spark
Juni 2013
In herinnering aan Luc Dahlhaus
Op reis
Begin maart is op de leeftijd van 66 jaar Luc Dahlhaus, voormalig voorzitter van de concerndirectie van Koninklijke Friesland Foods N.V. overleden. Luc Dahlhaus is in 1976 in dienst getreden bij de Coöperatieve Condensfabriek Friesland in Leeuwarden als marketingmanager Nederland. Vervolgens heeft hij gedurende zijn loopbaan verschillende functies vervuld waaronder managing director van Frisian Flag Indonesia en West Africa Milk Company in Nigeria. In 1992 trad hij, na de fusie tussen Friesland Dairy Foods, Coberco, Twee Provinciën en De Zuid-OostHoek, toe tot de concerndirectie van Friesland Coberco Dairy Foods. Van 1 januari 2005 tot 1 mei 2007 was hij voorzitter van de concerndirectie van Koninklijke Friesland Foods. Luc heeft veel voor Koninklijke Friesland Foods betekend; hij beschikte over een enorme feitenkennis over alles wat zich in de onderneming en coöperatie afspeelde. In het huidige bedrijf is daar nog veel van te herkennen. Ondernemen met respect voor de lokale cultuur: dat kenmerkte Luc Dahlhaus. De markt- en merkposities die onze onderneming vandaag de dag inneemt in Azië en Afrika zijn mede door zijn inzet gerealiseerd. Kenmerkend is daarbij het belang dat hij hechtte aan de samenwerkingsstructuur met lokale partners.
De afgelopen maanden ben ik op veel plaatsen geweest waar FrieslandCampina actief is: in Azië, in Afrika en in Europa. Het is steeds opnieuw goed om collega’s in verschillende bedrijfsonderdelen te ontmoeten en te bespreken wat er goed gaat, wat er beter kan en wat anders moet. De gang van zaken in de onderneming stemt ons ook in 2013 positief, al hebben we ook met onverwachte ontwikkelingen te maken. De gestegen melkprijs is er daar één van. De afgelopen maanden is de prijs die wij aan de leden-melkveehouders betalen voor de grondstof melk, flink gestegen. Ten opzichte van dezelfde periode in 2012 is dat een stijging van bijna 5,00 euro voor 100 kilo melk. Een meevaller voor de leden-melkveehouders, maar wel een factor waar wij als onderneming adequaat op moeten reageren.
Wij gedenken Luc Dahlhaus met gevoelens van waardering en respect. Piet Boer, voorzitter Zuivelcoöperatie FrieslandCampina Cees ’t Hart, CEO Royal FrieslandCampina
Iedere onderneming heeft in deze tijd met onzekere omstandigheden te maken. Succes komt niet vanzelf en blijft ook niet vanzelf. Dat geldt ook voor FrieslandCampina. In 2012 hebben we goede resultaten geboekt. Om dat vast te kunnen houden en te verbeteren, moeten we voortdurend inspelen op de actualiteit. We bekijken of er onderdelen in de onderneming zijn waarin wij de koers moeten aanpassen; waar we extra moeten inzetten op het versterken van onze marktposities, de organisatie moeten aanpassen en waar we met nadruk op onze kosten moeten letten. Tijdens de ontmoetingen met collega’s binnen en buiten Nederland, heb ik ook gesproken over het doel dat FrieslandCampina zich stelt als onderneming. We hebben de afgelopen jaren vastgesteld wát we willen zijn: een succesvolle, professionele en aantrekkelijke onderneming voor leden-melkveehouders en voor medewerkers. We hebben ook vastgesteld hóe we dat doel bereiken: via route2020. Alle thema’s die in route2020 aan bod komen, helpen ons om dat doel van een succesvolle, professionele en aantrekkelijk zuivelonderneming te zijn, te realiseren.
Het afgelopen half jaar zijn we meer gaan nadenken over de vraag waaróm we dat doen. Wat maakt FrieslandCampina tot FrieslandCampina, waarin onderscheiden we ons van andere producenten van voedingsmiddelen? Waar zouden we met zijn allen op gericht kunnen zijn? Vragen die raken aan ons bestaan als onderneming. Er zijn drie onderwerpen die daar specifiek bij naar voren zijn gekomen. Zo zien we een verantwoordelijkheid in: het helpen voeden van de nog altijd groeiende wereldbevolking die behoefte heeft aan voeding die rijk is aan voedingsstoffen; Wij willen bijdragen aan bestaanszekerheid van melkveehouders wereldwijd en perspectief bieden aan jonge melkveehouders en duurzaam ondernemen, rekening houdend met schaarste aan land en water. Het nadenken over ons gemeenschappelijk doel geeft zin en betekenis aan ons werk. In de komende maanden, vooral na de zomer, gaan we daar meer over vertellen. Intussen wens ik u allemaal een fijne vakantie toe deze zomer. Of u weggaat, of thuisblijft, ik hoop dat u geniet van een periode van rust en weer uitgerust bij ons terugkomt! Cees ’t Hart CEO Royal FrieslandCampina
Juni 2013
Spark 3
6 FrieslandCampina Leeuwarden bestaat 100 jaar
10 4 16
Gróóóte koppen thee in de teashops in Nigeria!
Wereldmelkdag vieren we overal
36
Het duurzame werken bij FrieslandCampina: zo doen we dat
Ben jij al om? De smaak van Milner overtuigt Investeren in India
Bij de voorplaat: Fatema Baheranwala (adviseur bij het programma energie- en waterefficiëntie van Corporate Supply Chain) werkt mee aan de energiescans die in 2013 in productiebedrijven van FrieslandCampina worden gehouden. Tussen 2010 en 2020 streven we ernaar elk jaar 2 procent op het verbruik van energie te besparen. Energiescans helpen daarbij, zie ook pagina 18.
40 Franse en Nederlandse
kaas doen het prima samen
Colofon Spark is het internationale personeelsblad van Royal FrieslandCampina en verschijnt in een oplage van 20.000 exemplaren in het Nederlands, Engels en Duits. Redactie: Helma de Waardt en Suzanne van Hattum Redactionele bijdragen: Roy Ramaker, Esther Krijgsman en Miriam Vijge Vertalingen: Bosch&Bosch, Amsterdam (Nederland), Norbert Zänker & Kollegen, Berlijn (Duitsland), Lisé Nijman, Arnhem (Nederland) en HSM Vertaalbureau, BerkelEnschot (Nederland) Ontwerp: WAT ontwerpers, Utrecht (Nederland) Druk: Bek grafische producties, Veghel (Nederland) Overname van artikelen is toegestaan onder bronvermelding.
4 Spark
Juni 2013 Consumer Products International
Mai Shayi’s worden ze genoemd in Nigeria: My Tea Shop, de plaatsen waar je in Nigeria buiten de deur thee drinkt. En niet alleen thee: ook koffie en warme chocolademelk worden in My Tea Shop genoten. FrieslandCampina WAMCO Nigeria heeft er een uitstekende klant aan. is vooral een kop ‘witte’ thee, met veel melk dus. Hoe witter de thee, hoe voedzamer en beter die is.
Zo groot is een kop thee in een Mai Shayi’s.
Peak melk: het lekkerste in je thee
En zoveel melk gaat er in een ‘kopje’ thee. Foto’s: FrieslandCampina
Onlangs hebben de Mai Shayi’s tea shops een andere functie gekregen. Tot voor kort kon je er alleen thee of andere warme dranken gebruiken, nu is het een soort fast food verkooppunt geworden waar je ook noodles, brood en eieren kunt eten. Gewoontegetrouw bezoeken mensen Mai Shayi’s in de ochtend en de avond. En de reden voor de klandizie is puur functioneel: even een snelle maaltijd meepakken en niet zozeer voor de gezelligheid. Thee wordt altijd geserveerd met melk. Sterker nog: melk speelt de hoofdrol in een kop thee, het is meteen het meest voedzame onderdeel van de kop thee. De hoeveelheid melk die gebruikt wordt, bepaalt de waarde en dus wat een kopje thee uiteindelijk kost. Nigeriaanse consumenten hebben hun thee graag in hele grote koppen. Een standaard kopje thee bevat ongeveer de hoeveelheid thee vergelijkbaar met een flesje frisdrank. Een goede kop thee
Eén artikel Elk jaar, zo is de schatting, wordt er via het Mai Shayi’s kanaal voor ongeveer 50 miljoen euro aan melk verkocht, zo’n vijf procent van alle zuiveldrankconsumptie in Nigeria. Peak, als marktleider in zuiveldranken in Nigeria, draagt 50 procent van het gebruik in het Mai Shayi’s kanaal bij met maar één artikel: Peak evap melk in een verpakking van 410 gram (evap is gëvaporeerde melk, red.). De keuze voor Peak melk is gebaseerd op de goede reputatie: ongeëvenaarde eerste klas melk, met een rijke en romige smaak. Voor de Mai Shayi’s tea shops betekent dit dat ze voor thee met Peak melk een hogere prijs kunnen vragen. Ook geeft het absoluut een kwaliteitsbeleving aan thee, die vooral door de vaste klanten wordt gewaardeerd. Zo heeft de thee met Peak vooral een aantrekkingskracht voor mannen die zich normaal niet zo snel een eerste klas zuivelproduct als Peak kunnen veroorloven. De afzet in dit specifieke kanaal van de tea shops maakt FrieslandCampina WAMCO ook kwetsbaar voor de concurrentie. ‘Peak wil zich versterken in dit kanaal met een duurzame afzet die voor beide partijen voordeel oplevert. Mai Shayi’s zorgt ervoor dat er meer Peak-melk wordt gedronken en het gebruik van een premiummerk als Peak voorkomt dat consumenten naar de concurrentie overstappen’, aldus Maureen Ifada, brandmanager. ‘Het belangrijkste is: anders denken. Van monoloog naar dialoog, van producten naar oplossingen van ‘bulk product naar waardeproduct.’
Juni 2013 Consumer Products International
Spark 5
wedstrijd georganiseerd. We mochten zeker 160 families ontvangen. Het was een populair evenement en Peter Potman van het Nederlandse Consulaat was erg blij met onze ondersteuning’, vertelt Wang Yuanjing, channel manager.
Hollandse dagen in China Duizenden oranje ballonnen, lekker eten, kaas, drankjes en heel veel bezoekers gaven Jingan Park in Shanghai op 28 en 29 april een Hollands sfeertje om de Nederlandse Koninginnedag te vieren. Als grootste Nederlandse zuivelbedrijf deed FrieslandCampina China Shanghai aan het evenement mee. Het werd georganiseerd door het Nederlandse Consulaat, samen met 28 andere grote Nederlandse organisaties. Het thema van dit jaar was gericht op ‘voedselveiligheid’ en trok gedurende deze twee dagen zo’n 50.000 bezoekers Bezoekers waren zeer geïnteresseerd in het Friso-merk. Veel bezoekers gaven aan dat Friso een bekend merk is en voegden er eigenschappen als ‘goede spijsvertering, ‘geen constipatie’ en ‘100% geïmporteerd vanuit Nederland’ aan toe. Wat indruk op hen
maakte is dat Friso bij de grootste Nederlandse zuivelorganisatie hoort en dat Nederland, na de Verenigde Staten, de tweede grootste exporteur van agrarische producten ter wereld is. ‘Het delen van dit soort informatie gaf bezoekers nog meer vertrouwen in Friso’, zegt Katherine Huang, PR en communicatiemanager.
V.l.n.r.: marketing directeur Friso China Susan Wu, PR en communicatie manager Friso China Katherine Huang en Consul-generaal Peter Potman. Foto's: FrieslandCampina China Shanghai
Wedstrijd voor baby’s ‘Voedselveiligheid is een belangrijke voorwaarde voor baby- en kindervoeding, een van de speerpunten van route2020. Daarom hebben we deze gelegenheid aangegrepen om activiteiten voor moeders en kinderen te organiseren. Samen met Aiyingshi, een heel bekende winkelketen voor babyartikelen in China, hebben we een
Trotse medewerkers De medewerkers van FrieslandCampina Shanghai zijn er trots op dat ze werken voor Nederlands grootste zuivelbedrijf. Ze hebben veel tijd en moeite besteed aan het tweedaagse evenement en genoten erg van het vrolijke weekend. Susan Wu, directeur marketing, zegt: ‘Gezamenlijk hebben we Friso neergezet als een authentiek merk uit Nederland, van FrieslandCampina. Dit hebben we gedaan door Frisomelkpoeder en Frico-kaas te presenteren aan het publiek en hen te laten proeven. Ook hebben we filmpjes laten zien om ons onderscheidende ‘van gras tot glas’ concept uit te leggen. Ambtenaren van het Jing’an district bezochten onze stand en zeiden: ‘Jullie evenement laat duidelijk zien dat het Friso merk een authentiek melkpoedermerk is van Nederlands grootste zuivelbedrijf.’ Het evenement leverde meer dan 50 publicaties op in de media.’ Warming-up ‘Goede voorbereiding verzekert succes’, zegt Wang Yuanjing. ‘Om de impact van het evenement te maximaliseren, hebben we een tweewekelijkse ‘warming-up’ campagne gehouden voorafgaand aan het evenement. Hierbij hoorden ook social media activiteiten op ‘Weibo’ (China’s Twitter en Facebook) en op de website van de winkelketen Aiyingshi. Tijdens de twee weekenden voorafgaand aan het evenement hebben we Nederlandse dames in traditionele kleding tulpen laten uitdelen in vier Aiyingshi-winkels om Friso-producten te promoten. Deze actie had als doel om het concept ‘100% geïmporteerd vanuit Nederland’ te onderstrepen en natuurlijk om aandacht te vragen voor het evenement.’
6 Spark
Juni 2013 Consumer Products International
Honderd jaar FrieslandCampina Leeuwarden
Tankwagen bij zuivelfabriek in 1962. Rechts: Een Rijdende Melk Ontvangst (RMO) lost melk in 2013.
FrieslandCampina Leeuwarden bestaat dit jaar honderd jaar! De fabriek in Leeuwarden produceert gecondenseerde melk en melkpoeder, die in verschillende blikformaten de hele wereld over gaan.
Export FrieslandCampina Leeuwarden produceert voor de exportmarkt, voor landen als Griekenland, het MiddenOosten, Hong Kong, Maleisië, Indonesië en Nigeria. We verwerken één miljard kilo melk per jaar; hiervan maken we o.a. meer dan één miljard blikjes evap (geëvaporeerde melk, red.). Onze merken Black & White, Rainbow, Peak, NoyNoy, Frisian Flag en Dutch Lady hebben een ijzersterke reputatie opgebouwd. Investeren In het kader van route2020 lopen er verschillende projecten in Leeuwarden. Zo investeren we van 2013 tot 2015 in nieuwbouw en vervanging, om nog meer melk te kunnen verwerken en verpakken, zodat we aan de toenemende vraag naar evap kunnen voldoen. Investeren doen we ook in onze mensen: met het programma ‘Winning with Pride’ werken we met alle medewerkers aan een andere cultuur, waarin de begrippen Verbinden, Betrokkenheid, Vertrouwen en Lef centraal staan.
Inpakken van gecondenseerde melk in houten kisten
Operator Janke Klompstra vulde in december 2012 trots het miljardste blikje van dat jaar: een nieuw record!
Juni 2013 Consumer Products International
Spark 7
Jubileumactiviteiten Symposium We vieren onze honderdste verjaardag dit jaar met een aantal bijzondere jubileumactiviteiten. Op 20 juni 2013 organiseren we het ‘FrieslandCampina Symposium Celebrating one hundred years of International Entrepreneurship’. De gastsprekers zullen hun visie, mening en best practices op het gebied van internationaal duurzaam ondernemerschap in het verleden, het heden en de toekomst delen met de deelnemers. Het programma bevat daarnaast verschillende sessies met de thema’s: ‘The strategic triangle of water, energy and food’, ‘The vision on chain advantages and on the future for farmers’ en ‘Strategic partnerships’. Reünie en feest Op 21 september verzamelen de oud-medewerkers van FrieslandCampina Leeuwarden, zich voor de reünie. ’s Avonds volgt een spetterend personeelsfeest voor alle huidige medewerkers.
De eerste directeur Sietze Hepekma op bezoek in Azië begin 1900
Frisian Flag, een groot merk in Indonesië
De eerste fabriek in Leeuwarden, 1916
Directeur Sietze Hepkema in 1908
Expositie We richten een expositie in, waarin we het bijzondere verleden verbeelden, maar ook laten zien waar we nu staan en vooruitblikken naar de toekomst. We organiseren ook een aantal speciale rondleidingen, o.a. voor leden-melkveehouders.
FrieslandCampina Leeuwarden: honderd jaar jong. Op naar de volgende honderd!
8 Spark Over Continu Verbeteren en WCOM Binnen FrieslandCampina wordt overal gewerkt aan het ‘Continuous Improvement’ programma. World Class Operations Management (WCOM) ligt aan de basis hiervan. Er zijn zes pilaren: Autonoom Management, Planmatig Onderhoud, Gericht Verbeteren, Training & Educatie, Veiligheid en Lean Flow (waardestroom door de organisatie). WCOM is geen doel op zich, maar een manier van werken. Het is een middel om ‘World Class’ te bereiken; om succesvol te produceren en aan de vraag van de klant te voldoen.
ctices a r p t B es elen en s s i w t i u n ar lere a k l e van
Juni 2013 Consumer Products International
Tim van Kampen en Nadine Oostra analyseren data
Hoe analyse van verliezen helpt om te winnen Binnen FrieslandCampina is vanuit het Continu Verbeteren programma een standaard aanpak ontwikkeld voor de analyse van verliezen in het productieproces. In april en mei werd het WCOM-team in Leeuwarden getraind om zelf aan de slag te gaan met het verliesmodel en vervolgens te werken aan besparingen en verbeteringen. Harco de Jager, programmamanager Continu Verbeteren, vertelt: ‘Door toe te werken naar een standaard aanpak kunnen we straks onderling beter best practices uitwisselen en van elkaar leren. We zitten nu nog in de startfase. We verzamelen data en gaan vanuit daar kijken naar verbeteringen. Dit gebeurt met het oog op drie mogelijke doelen: klanten beter bedienen, meer produceren of innovatie. Belangrijk is dat we zelf mensen opleiden en zelf onze doelen stellen.’ Resultaat Een belangrijk onderdeel van het verliesmodel is Overall Equipment Effectiveness (OEE) ofwel de efficiëntie van machines. ‘Je kunt je makkelijk verliezen in de enorme hoeveelheden data die we uit het productieproces
kunnen halen. Je krijgt pas resultaat als je dankzij een hogere OEE bijvoorbeeld met minder mensen kunt produceren of als je meer van een bepaald product kunt maken. Dat laatste is ons doel in Leeuwarden’, vertelt Tim van Kampen, WCOMmanager in Leeuwarden. Naast het thema OEE wordt vanuit het verliesmodel gekeken naar de thema’s: volume, bezetting, energie, materiaal, verpakking, faalkosten, verbruiksgoederen (zoals water, schoonmaakmaterialen) en onderhoud. Per thema vindt een workshop plaats waarin gekeken wordt naar mogelijke besparingen. Verdampen en verkoelen In Leeuwarden vond begin mei de workshop plaats over energie. Het
WCOM-team van Leeuwarden brainstormde met enkele energie-experts over mogelijke besparingen. De energie-experts gaven advies over: wat betekent ‘Best in Class’ nu eigenlijk? Waar kun je energieverliezen beperken? Zij weten uit ervaring waar het grote energieverbruik meestal zit: bij verdamping en koeling. Het resultaat van de workshop was een lijst van mogelijke energiebesparende maatregelen, met extra aandacht voor quick wins. Deze workshops zijn ook al gehouden op de locaties Workum, Veghel, Rijkevoort (alle drie in Nederland), Lummen en Sleidinge (beide in België) en Salatiga (in Indonesië). ‘Het gaat erom dat de WCOM-managers en coördinators de dialoog aangaan met operators en medewerkers in de fabriek. Na de wekelijkse workshop gaan ze de fabriek in, om de huidige situatie met de medewerkers daar te bespreken en samen te kijken hoe ze besparingen het beste aan kunnen pakken. Het moet uiteindelijk gebeuren in de fabriek,’ aldus Harco de Jager. Een goed voorbeeld is de besparing die in Leeuwarden al is bereikt met de indampers. Hierover lees je meer op pagina 19.
Juni 2013 Consumer Products International
Denk en in creat oploss ieve ingen , niet in gegev ens v anuit syste men Extra t aandach voor quick wins
Spark 9
WCOM-analist Nadine Oostra vertelt over haar ervaringen met de workshops. ‘Ik heb eerst een training gehad over het verliesmodel. We hebben een plan van aanpak gemaakt voor de uitrol in Leeuwarden en per week een thema gepland. Per productielijn hebben we een contactpersoon vastgesteld die het gesprek in de fabriek aangaat met de teamleiders en/of productieleiders. Ik ben zelf contactpersoon voor de bussenfabriek op de begane grond. Dan gaat het over vragen als: wat speelt er? Welk gevoel heerst er? Mijn ervaring is dat mensen erg enthousiast en welwillend zijn; ze zijn blij dat we het van onderaf benaderen. Het is een mooi project om mee aan de slag te gaan en ik weet zeker dat het ons ook goede resultaten gaat opleveren.’
V.l.n.r.: Harco de Jager, Nadine Oostra en Clemens Rietveld discussiëren over de plannen Foto’s: Jaap Schaaf/Hoge Noorden
10 Spark
Juni 2013
In Nigeria, HongKong, Indonesië, Saoedi-Arabië, Nederland of België: Wereldmelkdag is wereldwijd gevierd. Met de boodschap dat ‘melk zooo goed voor je lijf is’, is er op allerlei manieren aan de weg getimmerd. Via Facebook, proeverijen, commercials, bezoekjes aan basisscholen, sampling op stations. Een blik op Wereldmelkdag 2013!
Wereldmelkdag 2013! Ghana Wereldmelkdag vieren kun je het beste doen door ‘al het goede van melk’ met elkaar te delen. Op zaterdag 1 juni hebben de collega’s in Ghana aan zoveel mogelijk mensen melk uitgedeeld.
Saoedi-Arabië Met een Facebook-campagne van 10 dagen heeft het merk Rainbow aandacht voor melk en zuivel gecreëerd. Daarnaast heeft het merk Rainbow samen met het ministerie van Gezondheid en Unicef deelgenomen aan de organisatie van een symposium Wereld Melk over de gezonde eigenschappen van melk en het nut van gezond en actief leven. ‘Eat Right, Be Active’ is de campagneboodschap van het merk Rainbow.
Nigeria Met duizenden hebben ze deelgenomen aan een ‘Milk Walk’, collega’s uit Nigeria met familie en vrienden. ‘Wij zien het als een opdracht om informatie over melk te delen met elkaar en te laten zien wat je met melk kunt doen’, vertelt Nkechi Njemanze, community relations manager in Nigeria. Een online actie (Facebookpagina Peak) voor het beste recept met melk en het uitdelen van melk in winkelcentra waren enkele van de activiteiten die FrieslandCampina WAMCO Nigeria in petto had.’
Maleisië Dutch Lady Maleisië bestaat dit jaar 50 jaar. Een goede reden om Wereldmelkdag zo feestelijk mogelijk te vieren. Het thema: van gras tot glas. Een koe melken, melk verwerken, melk naar winkels brengen: het was allemaal te zien en na te spelen tijdens de festiviteiten voor Wereldmelkdag. Natuurlijk werd er ook melk geproefd!
België Belgische boeren zorgen goed voor hun dieren en voor de natuur. Die boodschap is op Wereldmelkdag uitgedragen. Via een grootse samplingactie op vrijdag 31 mei in stations in vier grote steden door melkveehouders en medewerkers. Er werden maar liefst 20 000 brikverpakkingen melk aan de treinreizigers uitgedeeld.
Nederland Met een wedstrijd melkproeven en het opschrijven van je eigen idee over ‘het goede van melk’ op een schilderij hebben de medewerkers van het central office in Amersfoort Wereldmelkdag gevierd. Witte 'melkmannen' lieten op ludieke wijze zien welke bouwstoffen er in melk zitten. Op 1 juni waren er open boerderijdagen van Campina: ledenmelkveehouders zetten hun deuren open voor consumenten.
Juni 2013
Griekenland Met aandacht voor de medewerkers en met acties voor consumenten vierde FreslandCampina Hellas Wereldmelkdag. Via de Facebookpagina’s van NOYNOY en Milner en ‘NN, school voor moeders’, werd actie gevoerd. Voor iedere deelnemer die meedeed aan een online game wordt een blik melk aan de ‘Association of Large Families’ geschonken. De 3400 deelnemers zorgden dan ook voor evenzoveel blikken voor het goede doel.
Hongarije Met een teken- en kleurwedstrijd voor de kinderen (The magic of Milk) van alle medewerkers en een receptenwedstrijd voor de volwassenen, vierde FrieslandCampina Hongarije Wereldmelkdag. En natuurlijk was het ‘samen melk drinken’ op alle locaties.
Indonesië FrieslandCampina Indonesia kreeg maar liefst 3000 mensen mee in een wandeling in Surabaya. Maar minstens zo bijzonder was de kick off van de ‘Gerakan Nusantara’, een beweging die gezond eten onder kinderen bevordert en het melkdrinken stimuleert. Met twee glazen melk per dag krijgen kinderen de belangrijke voedingsstoffen binnen die ze te vaak missen in hun voeding. De beweging is een initiatief van het Ministerie voor Opvoeding en Cultuur en wordt ondersteund door Frisian Flag. Filippijnen 'Kijk eens wie er melk drinkt!' Alaska Milk Corporation deed dit jaar mee aan Wereldmelkdag met online campagnes op facebook, zoals een campagne met foto's van 'melkambassadeurs'. Op 1 juni was er de 'Iron kids' run en op 9 juni nog eens een Alaska Family Run, om kinderen en volwassenen te inspireren veel te bewegen en goed te eten.
Spark 11
Melk uitdelen aan wandelaars en kinderen die rolschaatsen, folders uitdelen met voorlichting over melk: FrieslandCampina Kievit in Indonesië vierde Wereldmelkdag voor het eerst buiten het eigen bedrijf. Het uitdelen van melk gebeurde ook onder lokale ambtenaren met wie FrieslandCampina Kievit geregeld te maken heeft.
Hong Kong Medewerkers van FrieslandCampina Hong Kong gingen als ambassadeurs van het populaire merk Dutch Lady langs bij ruim 21.000 leerlingen op meer dan 75 basisscholen en kleuterscholen. Het was de eerste keer dat ze Wereldmelkdag op deze manier vierden, met steun van de Hong Kong Kindergarten Association. Eén van de medewerkers: ‘De kinderen waren erg enthousiast. Mooi om te zien dat de meesten melk heel lekker vinden en graag iedere dag melk drinken.’ China Collega’s van FrieslandCampina China grepen Wereldmelkdag aan om een plaatselijke kleuterschool te bezoeken. Ze vertelden de kinderen dat melk lekker en gezond is en speelden interactieve spelletjes met ze over de goede stoffen in melk (en wat dat doet voor je tanden of je botten). Een tekenwedstrijd met als thema ‘melk en ik’ leverde 115 prachtige tekeningen op.
12 Spark Meer waarde ‘Value engineering’ gaat over het verhogen van de waarde van een project. Met de waarde van een project bedoelen we de verhouding tussen de kosten en de prestatie. Verhogen van de waarde kan verschillende uitkomsten betekenen voor een project:
Juni 2013
Value engineering:
‘Je project wordt er beter van’
Een betere prestatie tegen dezelfde kosten Een veel betere prestatie tegen meer kosten Dezelfde prestatie tegen lagere kosten Een beetje minder prestatie maar tegen lagere kosten Value engineering kent verschillende fases: Voor de workshop: een voorbereiding door de projectmanager en de facilitator Tijdens de workshop: informeren, ideeën genereren en evalueren Na de workshop: ideeën verder ontwikkelen en presenteren Tijdens de workshop in ’s-Hertogenbosch: focus op het voorgestelde plan Foto: Marcel Bekken
In 2013 investeert FrieslandCampina voor ruim 600 miljoen euro: investeringen die ervoor zorgen dat de doelen van route2020 gerealiseerd kunnen worden. 600 miljoen euro is veel geld: als onderneming wil je het maximale uit die investeringen halen. En daar kan ‘value engineering’ uitstekend bij helpen. ‘Value engineering’ is een methode om de waarde van een project te verhogen en om het resultaat ervan te verbeteren. En dat doen we met behulp van de kennis en ervaring van collega’s uit andere locaties’, vertelt Harrie van Echteld, Strategic Investment Manager bij Corporate Supply Chain. Hij wil meteen wat misverstanden uit de weg ruimen: value engineering is niet nieuw. Wereldwijd wordt ‘value engineering’ toegepast in grote ondernemingen. Ook medewerkers van FrieslandCampina hebben er al eerder mee gewerkt. ‘Maar omdat we in deze jaren echt grote bedragen investeren, wordt de waarde ervan voor veel meer mensen duidelijk en passen we het breder toe.’ Ieder project dat meer dan 1,5 miljoen euro kost, heeft goedkeuring nodig van de executive board. Voordat een project aan de executive board wordt voorgelegd, hebben Harrie en zijn collega-facilitators er een ‘value engineering’ workshop voor uitgevoerd. ‘Onlangs hebben we met een groep een sessie gedaan in Indonesië in de fabriek van Frisian Flag in Pasar Rebo. Er moest een oplossing komen voor het verwerken van poeder die uit de sproeitoren kwam. Daar hebben we in onze onderneming nogal wat ervaring mee. Wij hebben collega’s uit Beilen, Veghel en Bedum uitgenodigd om mee te gaan naar Jakarta. Samen met de collega’s in Jakarta hebben we het hele proces van ‘value engineering’ doorlopen. We hebben van alle kanten naar het project gekeken en met elkaar goed nagedacht over de beste oplossing. Dat mondt uit in een voorstel voor het neerzetten van een nieuw Silogebouw waar we op een moderne en verantwoorde manier kunnen werken. We maken bewust gebruik van alle ervaring en kennis die wij zelf in huis hebben. Dat verbetert de kwaliteit van het projectvoorstel. ‘Value engineering’ moet een positieve bijdrage leveren aan het projectvoorstel. Het gaat er níet om het projectteam in een locatie het idee te geven dat het project niet goed is of dat anderen het werk over komen doen. Het gaat er om dat we gebruik maken van elkaars kennis en samen te kijken of je een beter resultaat kunt bereiken.’
Project Montagne April 2013. Gea Vogels, plantmanager van FrieslandCampina ’s-Hertogenbosch, Mathee Vergouwen, Harry Habets en Roland van Esch nemen deel aan de workshop. Zij zijn leden van het projectteam in de boterfabriek. Vanuit andere bedrijven van FrieslandCampina zijn negen collega’s van de partij. Van Veghel tot Lochem, van Amersfoort tot Noordwijk. De collega’s vertegenwoordigen verschillende disciplines, heel veel kennis en dito ervaring. Project Montagne gaat over een groot aantal verbeteringen, die samenkomen in één projectvoorstel. Gea Vogels
Juni 2013
Spark 13
heeft een presentatie gegeven over de plannen; het hele gezelschap heeft vervolgens een uitgebreid bezoek aan de fabriek gebracht om zelf polshoogte te nemen. Het is tijd voor een brainstorm. Er zijn geen goede of slechte ideeën in dit stadium. Alles waarvan je denkt dat het de prestatie van een fabriek kan verbeteren, kan worden ingebracht. De vragen en ideeën vliegen over tafel. Ze gaan over veiligheid, over de bezetting van verpakkingslijnen, over hygiëne, over het scheiden van droge en natte ruimtes en nog veel meer. Een uur later zijn er meer dan 100 ideeën gespuid. Roland van Esch heeft ze nauwkeurig bijgehouden. ‘Dit project moet nog worden goedgekeurd door de executive board’, vertelt Harrie. ‘Met de resultaten van de brainstorm wordt er opnieuw naar het project gekeken. Hoe eerder er value engineering plaatsvindt, hoe beter. Als een project tot in detail is uitgewerkt, is het projectteam eigenlijk al te ver om het project opnieuw te gaan bekijken. De idee achter ‘value engineering’ is niet om minder geld uit te geven, maar om het geld dat je investeert zo goed mogelijk te besteden. Zorg dat je met de investering een optimaal resultaat bereikt, voor nu en voor de toekomst.’
Overleg in de fabriek Foto: FrieslandCampina
14 Spark Continu verbeteren Bart Kuijpers, een van de leden van het implementatieteam, heeft zich de afgelopen maanden bij Kievit in Salatiga (Indonesië) ingespannen voor de start van S&OP. ‘Kievit heeft ervoor gekozen om als een van de eersten (net als Boter, Professional en Domo) met S&OP aan de slag te gaan, in Meppel (Nederland) en in Salatiga. De collega’s in de werkmaatschappij doen het eigenlijke werk, wij komen om de collega’s in de bedrijven te helpen met het proces. Ik zie het een beetje als een reis, van de korte termijn naar het ‘lange termijn denken’. We hebben in Salatiga een aantal belangrijke stappen gezet. De S&OPreis zal door Kievit zelf worden vervolgd en continu verbeterd. Het werken met lange termijn plannen geeft heel veel rust in een organisatie.’
Juni 2013
Eén team, één plan voor het beste resultaat De wensen van de klant: die staan centraal in ons werk. Het voldoen aan de wensen van de klant vraagt om een optimale afstemming tussen verschillende afdelingen. Sales & Operations Planning is het proces dat hierbij helpt. Een maandelijks terugkerend proces waarbij de verwachte vraag vanuit de markt wordt afgezet tegen de beschikbare grondstoffen en productiecapaciteit. En niet alleen voor de korte, ook voor de lange termijn. Sales & Operations Planning (S&OP) is een van de onderdelen van Summit, het programma om ICT-processen binnen FrieslandCampina te standaardiseren. Op een aantal locaties van FrieslandCampina wordt al met S&OP gewerkt. Kristel Lammers, business process manager S&OP bij Summit, legt uit: ‘S&OP is gericht op een gestructureerde manier van samenwerken. Medewerkers vanuit verkoop, marketing, productie, planning en financiën werken samen aan het meest ideale plan voor de korte en de langere termijn. Daarmee vorm je een team dat zich met regelmaat buigt over deze vraagstukken, op basis van feiten en gegevens die ze samen delen. Ze leggen duidelijk vast wie waarvoor verantwoordelijk is, en ze werken volgens een vaste ‘drumbeat’ (ritme). Zo kunnen ze samen een plan opstellen waardoor de vraag vanuit de markt en de productiemogelijkheden zo naadloos mogelijk op elkaar aansluiten. Niet alleen deze week en volgende maand, maar uiteindelijk op een termijn van 18 maanden. En die manier van werken ondersteunen we met een systeem binnen SAP. De kracht van dit proces is de multidisciplinaire aanpak en het keten-denken.’
Afstemming ‘De komende jaren voeren we S&OP steeds verder in binnen de onderneming’, vertelt Kristel. ‘FrieslandCampina Kievit, Boter en Domo hebben het proces al omarmd. In 2014 zullen uiteindelijk alle werkmaatschappijen de gestandaardiseerde FrieslandCampina S&OP-processen toepassen. De eerste fase gaat over het optimaal afstemmen van de volumes: de vraag vanuit de markt, het aanbod van melk en andere ingrediënten in samenhang met de beschikbare productiecapaciteit. In de volgende fase wordt de vertaalslag van volumes naar financiële resultaten gemaakt.’ Binnen Summit is een team samengesteld van zeven S&OP Deployment Managers die de invoering van S&OP in werkmaatschappijen begeleiden. ‘Met S&OP ga je intensief samenwerken. Dat heeft voordelen voor de eigen werkmaatschappij, maar dat leidt ook tot betere samenwerking met andere werkmaatschappijen en uiteindelijk binnen de hele onderneming.’
15
Het S&OP-proces implementatieteam v.l.n.r.: Bart Kuijpers, Hillebrand Breuker, Rik Lodders, Ruud Kloosterman, Jos Verberne, Hendriëtte Holwerda, Kristel Lammers. Twee collega’s ontbreken op de foto: Tim Wortman en Wim-Gert Hengst. Foto: William Hoogteyling
De ervaringen ‘Het S&OP-proces verbetert de kwaliteit van onze beslissingen omdat we bezig zijn met de lange termijn, tot aan 18 maanden. Dat heeft niet alleen invloed op ons productieproces maar ook op onze interne en externe klanten. Iedereen eigenlijk, want S&OP is het ritme dat de standaard bepaalt.’ Herman Ermens, managing director DOMO, Ingredients
‘We willen ons S&OP-proces radicaal verbeteren bij de werkmaatschappij Professional om echt een geïntegreerde Europese organisatie te vormen.’ Marco Bertacca, managing director Foodservice, Consumer Products Europe
‘Het grote voordeel van nauwe samen-werking is de duidelijkheid in de vraag en aanbod kant van onze producten op de lange termijn. Met dat als basis kunnen we samen een nauwkeurige planning opstellen.’ Erik Altena, sales manager Butter business to business, Cheese, Butter & Milkpowder
‘Dit gaat ons helpen om onze strategie te realiseren!’ Batthew Pang, sales director Food Service HongKong Consumer Products International
Maatschappelijk verantwoord ondernemen met 4 pijlers 16 Spark
FrieslandCampina streeft naar een verantwoorde productie van zuivel in de hele keten, van gras tot glas. Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) is daarom een belangrijk onderdeel van onze groeistrategie route2020.
Medewerkers bepalen het succes! FrieslandCampina is met bijna 20.000 medewerkers een van de grootste zuivelondernemingen ter wereld. Om de ambities van route2020 waar te maken is een wereldwijde Human Resources strategie ontwikkeld waarin MVO een belangrijke plek heeft. Dat betekent dat FrieslandCampina haar verantwoordelijkheid neemt om een goede werkgever te zijn, maar ook dat medewerkers de belangrijkste schakel zijn bij het realiseren van de MVO-ambities.
Wat kun jij doen? Best practices Heb jij een goed idee op het gebied van duurzaamheid? Of al een voorbeeld van een activiteit op dit gebied? Deel ze via intranet! Er is nu een speciale intranetsite voor het delen van best practices. Je vindt deze via de intranet homepage. Klik onder 'highly recommended' op 'route2020' en ga naar 'Sustainability'. Kies hier 'About best practices'. Het beste idee wordt beloond met een mooie prijs! Kijk op intranet voor meer informatie.
Pijler één: Voedingswaarde en gezondheid De snelle groei van de wereldbevolking heeft grote invloed op de beschikbaarheid van voedsel en grondstoffen. Melk is van nature een van de meest rijke voedingsbronnen, vormt de basis van een breed scala zuivelproducten en is een bron van ingrediënten voor andere voedingsmiddelen. Met onze producten leveren we een bijdrage aan de wereldvoedselvoorziening, in het bijzonder op het gebied van nutriëntenzekerheid.
Minder suiker in producten in Maleisië FrieslandCampina heeft zich in 2012 verbonden aan een grootschalig programma gericht op het verminderen van suiker in haar producten in Maleisië. Zo zijn er verschillende producten geïntroduceerd met een lager suikergehalte, bijvoorbeeld Dutch Lady Drinking Yoghurt met 25 procent minder suiker.
1 Spark 17
Voedingsadviezen bij Indonesische gezondheidscentra In Indonesië ondersteunt FrieslandCampina samen met lokale gezondheidscentra de ontwikkeling van jonge kinderen (twee tot vijf jaar). FrieslandCampina biedt centra de helpende hand met onderzoek, advies, melk en educatieve materialen. Daarnaast ondersteunt FrieslandCampina 47 lokale gezondheidsklinieken waar moeders advies krijgen over de opvoeding van hun kinderen. In totaal gaat het om ruim achtduizend kinderen.
Voedingswaarde en gezondheid
2
Energie- en waterscan in Nigeria
Een van de KPI’s van het duurzaamheidsbeleid is: 20 procent besparen op energie en water voor 2020. Klaas Vos, programmamanager energie- en waterefficiëntie, Fatema Baheranwala, adviseur, en Freddy Bosgoed, adviseur, vertrokken onlangs naar Nigeria voor een energie- en waterbesparingsscan.
Wat doen ze precies tijdens zo’n scan? Klaas: ‘We stellen veel vragen aan medewerkers over mogelijke maatregelen. Bijvoorbeeld: Hoe is de verlichting geregeld? Hoe is de persluchtvoorziening geregeld? Via een online enquête onderzoeken we hoe het gesteld is met het energiebewustzijn van de medewerkers en beoordelen we hoe energiemaatregelen worden beheerd. Ook nemen we zelf een kijkje: we maken foto’s, bekijken de apparatuur en bijvoorbeeld de isolatie van leidingen.’
18 Spark
Efficiënte en duurzame productieketens
Van gras tot glas betekent efficiënt en duurzaam werken in de hele keten. Dat begint al bij de melkveehouderij (zie pijler 4) en de inkoop van duurzame grondstoffen. Ook geldt het voor productielocaties. Eén van de doelen is: gemiddeld twee procent reductie per jaar op het gebied van energiegebruik, watergebruik en afvalwater. Op verschillende locaties wordt hier al hard aan gewerkt, bijvoorbeeld door duurzaam gebruik van de indampers in Leeuwarden en door een water- en energiescan te doen, onder meer in Nigeria.
Efficiënte en duurzame productieketens
Nu werken ze een plan uit voor Nigeria voor de periode 2010 – 2020. ‘Een van de terreinen waarop meestal snel resultaat te behalen is, is ‘good housekeeping’: doe het licht uit wanneer dat kan, zet airco’s op tijd uit, plan schoonmaakrondes goed zodat water efficiënt gebruikt – en waar mogelijk ook hergebruikt – kan worden. Vaak, zo ook in Nigeria, gaat het om bijspijkeren van kennis. Met de motivatie en betrokkenheid zit het wel goed.’
Eerder voerde het team al drie pilotscans uit in Borculo (Nederland), Lummen (België) en Samrong (Thailand). Daarna is de methode verder uitgewerkt. In 2013 en 2014 volgen nog ruim 20 andere locaties zoals: Aalter (België) en Beilen, Meppel, Workum en Lochem (alle vier in Nederland). ‘We bezoeken uiteindelijk de productielocaties die staan voor 80 procent van het totale energieverbruik van FrieslandCampina. De overige 20 procent krijgt de methode om een zelfonderzoek te doen. De afgelopen jaren hebben we al goede resultaten geboekt. Zo is er door de locaties in 2012 een besparing van ongeveer 3 procent gerealiseerd.’ Klimaatneutraal groeien De afdeling energie- en waterefficiëntie in Amersfoort houdt de ontwikkelingen van de verschillende locaties in de gaten. Klaas: ‘We kijken niet alleen naar de hoeveelheid energie en water die is verbruikt, maar ook naar de hoeveelheid productie. FrieslandCampina verwacht in de periode 20102020 een groei van twintig procent. Als je meer produceert, verbruik je ook meer. Met dit gegeven voor ogen moet de groei klimaatneutraal plaatsvinden.’
Willy Kroeger (l) en Jan Hiemstra nemen samen een kijkje bij de indamper Foto: Jaap Schaaf/Hoge Noorden
Energiebesparing met indampers in Leeuwarden Indampers zorgen voor het verdampen van water uit melk. Door dit proces efficiënter in te richten, wordt nu meer geproduceerd en wordt energie bespaard. Jan Hiemstra, procesoperator, legt uit: ‘We werkten eerst met meerdere waterspoelingen (reinigen van de installaties met water, red.) bij de productie van evap (geëvaporeerde melk, red.). Na analyse bleek dat we best enkele waterspoelingen uit het proces konden halen, zonder kwaliteit te verliezen. Dit levert ons steeds één uur extra productietijd op, waardoor we meer kunnen produceren.’
tijd van de indampers korter kunnen instellen, zonder verlies van kwaliteit. Dit levert weer extra productietijd op. Ook de afdeling planning is erbij betrokken. Door de indampers zo optimaal mogelijk in te plannen, hebben we in 2012 een energiebesparing van meer dan 10 procent behaald’, aldus Willy. Mirjam besluit: ‘We hebben nu al een mooi resultaat neergezet. Ik weet zeker dat er nog meer besparingen in het vat zitten.’
Het team in de fabriek in Nigeria Foto: Klaas Vos
Spark 19
‘Het is mooi om te zien dat medewerkers zelf komen met ideeën om te besparen’, vertelt Mirjam Kitsz, plantmanager ProPack. ‘We zijn al eerder met kleine groepjes aan de slag gegaan op zoek naar besparingen. Het Bedrijfsbureau (planning) heeft hieraan bijgedragen door met rapportages belangrijke inzichten te geven, waardoor operators bepaalde zaken bij konden stellen.’ Kennis van de installaties is de sleutel. Willy Kroeger, hoofd productie ProPack Processing PPL/Wals, vertelt: ‘Door te sturen op waterverdamping kunnen we de indampers nog beter benutten. Ook hebben we de opwarm-
Efficiënte en duurzame productieketens
DMV: nieuwe ijswaterinstallatie en flashcooler besparen energie DMV maakte tot voor kort gebruik van een oude ijswaterinstallatie op freon. Freon-installaties zijn nog veelvuldig in gebruik; pas in 2015 komt er een wettelijk verbod op. DMV besloot op die strengere milieueisen vooruit te lopen. Toen vervanging en uitbreiding van de installatie nodig was, maakte deze en een aantal huurinstallaties plaats voor één centrale koelinstallatie.
Noud Langenberg bij de nieuwe ijswaterinstallatie. Foto: Van Assendelft
20 Spark
Warm schoonmaakwater De overtollige warmte van beide koude machines wordt afgevoerd naar de centrale watertank, die daardoor als centrale warmteopslag gaat fungeren. Het water erin is standaard 40 tot 50 graden Celsius, zodat minder energie nodig is voor de opwarming van reinigingsvloeistoffen. Bovendien gaat het reinigen efficiënter, omdat geen tijd verloren gaat met het opwarmen van water. En dat zorgt er weer voor dat de installaties veel korter buiten bedrijf worden gesteld.
Efficiënte en duurzame productieketens
Natuurlijk koudemiddel ‘Een state-of-the-art installatie’, zeggen Cees de Wit, projectmanager Technology & Projects en Noud Langenberg, installatie-eigenaar. Noud Langenberg: ‘De installatie draait volledig op ammoniak. Dat is een natuurlijk koudemiddel, dus de vervuiling is nihil. Daarnaast verbruikt hij beduidend minder energie. De technologie bestond al, de manier waarop wij die hebben ingezet is nieuw. Bovendien hebben we extra hergebruik van warmte toegepast, maken we gebruik van koelwater uit de haven en is het ons ook nog eens gelukt binnen de geluidsnormen te blijven. Dat was best een puzzel.’ Flashcooler Ook van de zogenaamde flashcooler wordt de restwarmte straks hergebruikt. Deze koeler wordt niet – zoals de oude koeler – aangedreven door stoom, maar door een compressor. Dat scheelt maar liefst een factor drie in energieverbruik: zodra de koeler er staat, stoot de totale fabriek 3 procent minder CO2 uit. Oorspronkelijk was de aanschaf van de flashcooler een vervangingsinvestering, en was het primaire doel een lagere temperatuur behalen. Toen kansen werden gezien om een duurzamere koeler te plaatsen, waren extra investeringen nodig. Operator William van den Boogaard: ‘Dat was spannend, maar het is gelukt. En wat begon als een investering in kwaliteitsverbetering, is uitgegroeid tot een grote stap op het gebied van duurzaamheid. We hebben straks een veel stabieler proces, omdat de eindtemperatuur gegarandeerd is.’
Plantmanager weiketen Arjan Voermans: ‘We werkten onder hoge tijdsdruk. Voor het opstellen van een aanvraag en het bouwen hadden we maar een paar maanden. Tegelijk wilden we natuurlijk de best mogelijke installatie bouwen. We hebben meerdere opties bestudeerd en uiteindelijk viel de keuze op deze. Deze techniek wordt nog niet gebruikt binnen FrieslandCampina, dus het was nog even puzzelen hoe we hem optimaal konden toepassen binnen onze processen.’
Minder brandstof, minder kilometers: duurzaam transport Minder kilometers rijden, minder brandstof verbruiken, minder uitstoot van CO2, het transport van FrieslandCampina wordt steeds minder belastend voor de omgeving. ‘We werken aan allerlei maatregelen om ons transport zuiniger en schoner te maken’, aldus Jan Kees Polderman, die zich bezighoudt met de inkoop van logistieke diensten. Elk uur van de dag zijn ze op weg: rijdende melkontvangsten, trucks die melk ophalen bij de leden-melkveehouders. ‘Tegenwoordig kunnen we dat met minder energie. Hoe? Heel simpel, we maken de wagens lichter’, vertelt Jacob van der Meer, werkzaam bij Technology Milk Logistics bij de afdeling Coöperatieve Zaken. ‘In de praktijk is gebleken dat we een RMO (rijdende melk ontvangst, red.) oplegger circa 2.500 kilo lichter kunnen maken door toepassing van lichtere materialen en door er allerlei ‘ballast’ af te halen. Als een RMO minder weegt, verbruikt hij minder brandstof. Een volle RMO mag in totaal 50.000 kilo wegen. Als een wagen lichter is,
Boogaard en technoloog Jan de Wit bij het buizenstelsel van de centrale watertank. Foto: Van Assendelft
Schonere brandstoffen Jan-Kees Polderman: ‘Bij de inkoop van logistieke diensten vragen we van onze leveranciers om het transport zo duurzaam mogelijk in te richten. Onlangs hebben we een bijeenkomst gehad voor alle collega’s die verantwoordelijk zijn voor logistiek en transport om ons samen te buigen over de oplossingen van de toekomst. Het helpt om je goede ervaringen en ideeën met elkaar te delen.’ Zo wordt er bijvoorbeeld gesproken over de inzet van bi-fuel, een combinatie van biogas en dieselolie. Jacob van der Meer: ‘Wij gaan dit jaar nog investeren in drie bi-fuel RMO’s. Biogas of LBG (Liquid Bio-gas) als brandstof verbrandt veel schoner dan diesel. Er is 90 procent minder uitstoot van fijnstof en NOx en 15 procent minder uitstoot van CO2. Vervoer op LBG voldoet nu al aan de voorgestelde euro 6 emissie-eisen.’ Jan-Kees Polderman vult aan: ’We gaan ook niet zonder meer uit van vervoer per vrachtwagen. Ongekoeld transport gaat steeds vaker per schip en voor gekoeld transport blijkt de trein ook een goede keuze. Wij blijven bezig met de meest duurzame oplossingen voor transport. Dat is onze opdracht uit route2020: klimaatneutraal groeien.’
Dit is hem dus, een lichtere vrachtwagen. FrieslandCampina maakt gebruik van derden-vervoerders in het RMOtransport. Deze RMO is eigendom van Sjaak van Doorn, rechts op de foto. Jacob van der Meer werkt nauw samen met de transporteurs om duurzame oplossingen te realiseren. Foto: William Hoogteyling
Spark 21
Van achter naar voren: plantmanager Arjan Voermans, operator William van den
kun je extra melk meenemen. Niet alleen minder zware wagens, ook een super-efficiënte ritplanning helpt om het energieverbruik te verlagen. Dat bespaart op het aantal auto’s dat op de weg is, niet alleen in Nederland, maar ook in België en Duitsland.’
Efficiënte en duurzame productieketens
Slim energie besparen in Heilbronn Elektra, stoom, perslucht, water, afvalwater: de collega’s in Heilbronn monitoren het verbruik van energie en het ontstaan van eventuele lekkages voortdurend. Met behulp van nieuwe software zien ze iedere afwijking die zich bij een van de meer dan 200 meetpunten voordoet direct. Het resultaat mag er zijn: per jaar besparen ze vijf procent meer op energie.
22 Spark
Julia Hörner, manager voor Energie en Veilig Werken bij FrieslandCampina in Heilbronn is dik te spreken over FlowChief. FlowChief is een programma waarmee zij en haar collega’s het energieverbruik in de fabriek permanent kunnen monitoren. ‘Twee jaar geleden is dit programma in gebruik genomen en sindsdien realiseren we voortdurend positieve en met name meetbare resultaten. Energiebeheersing maakt deel uit van ons werk en is opgenomen in de strategie route2020. Via FlowChief hebben we een goede en gemakkelijke manier gevonden om de stromen van alle media daadwerkelijk en in real-time te beheersen. Bij iedere afwijking die zich voordoet, gaat er automatisch via een terminal of per e-mail een melding naar de Technische Dienst. Die reageert onmiddellijk, analyseert de oorzaken en verhelpt de storing onmiddellijk of in ieder geval zo snel mogelijk. Alle meetgegevens krijgen wij online te zien. Door de gegevens op gestructureerde wijze te monitoren en te analyseren, kan het team maatregelen uitwerken die een belangrijke bijdrage leveren aan het terugdringen van het energieverbruik. Zo besparen we nu elk jaar tot 5 procent meer op ons totale energieverbruik.’ Overschrijding grenswaarde ‘Het stroomverbruik leidt in een groot bedrijf als in Heilbronn tot enorme kosten. We hebben een contract met onze energieleverancier voor een bepaalde hoeveelheid energie per uur. Voor stroom die wij boven ons maximum gebruiken, moeten wij niet alleen achteraf bijbetalen, maar worden de kosten voor de resterende maanden van elk jaar ook verhoogd. Om deze meerkosten in de toekomst beter te kunnen plannen en te verminderen, heeft FlowChief een grenswaardebewakingsfunctie. FlowChief maakt een prognose van het stroomverbruik in de komende 15 minuten en schakelt automatisch en systematisch grote stroomverbruikers uit als een vooraf ingestelde grenswaarde wordt overschreden. De productieplanning is zo aangepast dat het energieverbruik gelijkmatiger is geworden. We weten nu dat er zich op dinsdagmiddag altijd een stroompiek voordoet en daarom hebben we nu bepaalde productieactiviteiten naar andere dagen verplaatst. Door ook bepaalde in- en uitschakeltijden aan te passen hebben we het energieverbruik gelijkmatig over de hele week kunnen verdelen.’
Efficiënte en duurzame productieketens
Julia Hörner in Heilbronn Foto: FrieslandCampina
Biogas Achter de fabriek in Heilbronn ligt een biogas- en waterzuiveringsinstallatie waar het afvalwater in grote bassins gereinigd wordt. ‘In dit zuiveringsproces wordt een groot deel van de afvalstoffen in het water met behulp van bacteriën afgebroken en daarbij ontstaat biogas. Dat biogas gebruiken we vervolgens om stoom op te wekken. Zo kunnen we het afvalwater reinigen en schoon water afvoeren naar een nabijgelegen rivier. Dit is vanuit kostenoogpunt gunstiger dan het vervuilde water via de gemeente Heilbronn afvoeren. En het bijkomende voordeel is nu dat we er ook nog zelf stoom mee produceren.’
Nieuwe waterzuiveringsinstallatie Anderhalve kilometer naast het productiebedrijf in Aalter (België), verrijst een nieuwe waterzuiveringsinstallatie. Het huidige waterzuiveringsbedrijf Aquafin, waar FrieslandCampina nu voorgezuiverd water aan levert, heeft namelijk steeds minder restcapaciteit voor afvalwater. Dat komt door een toename van te behandelen huishoudelijk afvalwater van meer gemeenten. Dus pompt FrieslandCampina vanaf mei 2014 afvalwater uit de fabriek naar haar eigen zuiveringsinstallatie. Na een combinatiebehandeling van een membrane bioreactor en Reverse Osmose wordt 70 procent van het gezuiverde water van drinkwaterkwaliteit opnieuw in de fabriek gebruikt. De overige 30 procent, van oppervlaktewaterkwaliteit, gaat de beek in. ‘Straks heeft de totale productie in Aalter jaarlijks nog 200.000 m3 stads- en putwater nodig; een vijfde van de huidige 1.000.000 m3 waterbehoefte. Het zijn wel enorme investeringen natuurlijk, dit project kost 5,6 miljoen euro, maar door beide projecten besparen we tachtig procent op stads- en putwaterverbruik. Een enorme bijdrage aan de duurzaamheidsdoelstellingen van route2020’, concludeert Pieter Busschaert.
Foto: Kurt Vansteelant
Forse waterbesparing door hergebruik in Aalter Bij FrieslandCampina in Aalter gebeurt het. Op deze Belgische productielocatie komt het put- en stadswaterverbruik onder de 500 liter per ton eindproduct. Dankzij verschillende membraanfiltertechnieken voor het zuiveren van waterstromen zal in het productieproces jaarlijks maar liefst 800.000 m3 water worden hergebruikt. De projectleider is Pieter Busschaert: ‘Hiermee zijn we world class, wereldtop.’ De productie in Aalter vraagt dagelijks 2.750 m3 water. Toch stroomde bij het indampen van melk tot poeder en de directe sterilisatoren, het merendeel van het onttrokken water onbruikbaar het riool in. Vanaf juni 2013 niet meer. Dan wordt het condensaat via Ultrafiltratie (UF) en omgekeerde osmose (RO, reversed osmose) tot drinkwaterkwaliteit gezuiverd en ter plekke hergebruikt. Als proceswater, maar ook – met behoud van condensaatwarmte (een energiebesparing) – als boiler feed water voor stoom. Stoom is onder meer nodig voor de sterilisatie tot langhoudbare consumentenproducten. ‘Door een investering van 1 miljoen euro’, legt Pieter Busschaert uit, ‘lekt veel minder, toch licht verontreinigd, water weg. Het is minder milieubelastend, bespaart water en energie. Door dit project is jaarlijks 160.000 m3 minder stads- en putwater op deze productielocatie nodig. In geld uitgedrukt, een besparing van vier- tot vijfhonderd duizend euro per jaar. Dat is snel terugverdiend.’
In Aalter wordt straks een hoeveelheid van jaarlijks 320 Olympische zwembaden vol water bespaard.
Spark 23
Met deze slimme combinatie van technieken loopt FrieslandCampina voorop in waterzuivering en -hergebruik in de voedingsindustrie. ‘Het mooie is’, kijkt Pieter Busschaert naar de toekomst, ‘dat de capaciteit door zijn modulaire opbouw uit te breiden is én het ontwerp is makkelijk over te nemen door andere productielocaties.’
De nieuwe installatie in Aalter
Efficiënte en duurzame productieketens
Doe het zelf met een Green Team! Minder energieverbruik, minder waterverbruik: de ‘Green Teams’ die in acht productielocaties actief zijn, proberen duurzamer werken onder medewerkers te promoten. ‘Niet van bovenaf, niet omdat het moet, maar omdat we al onze collega’s enthousiast willen maken voor duurzamer produceren’, vertelt Harmen Timmer. Samen met Willem Snijders en nog zes jonge collega’s proberen ze in Nederland in de productielocaties Green Teams op te richten, een initiatief vanuit de YoungStars van FrieslandCampina.
24 Spark
Ze zijn er in Borculo, in Leeuwarden, in Lochem, in Meppel, in Amersfoort en in Ede: ‘Green Teams. ‘Willem Snijders, procestechnoloog in Borculo en Harmen Timmer, energietechnoloog/milieucoördinator in Lochem, zijn beiden zijn lid van de YoungStars, beiden willen zich inzetten voor een meer duurzame manier van werken. In Lochem en in Borculo zijn intussen ‘Green Teams’ opgericht. ‘Met een Green Team proberen we te kijken naar energie- en waterbesparing. We willen niet concurreren met het werk dat via ‘continu verbeteren’ (WCOM of TPM) wordt gedaan. Daar gaat het om vragen vanuit het management, om grotere onderzoeken of projecten. In een Green Team gaat het om eigen initiatief. Wij hebben een team met operators, een collega van de technische dienst en een vertegenwoordiger van het managementteam’, vertelt Willem Snijders. Harmen Timmer: ‘FrieslandCampina wil 2 procent energie en water per jaar besparen. Dat heeft zeker met investeringen en grote projecten te maken, maar ook met ons eigen gedrag. Via Green Teams stimuleren we dat we allemaal stilstaan bij ‘duurzaam werken’. Het gaat bijvoorbeeld om de routine van ons dagelijks werk. Bij elke handeling zouden we ons kunnen afvragen: doen we dit energiezuinig? Dat zou ons zeker winst opleveren.’ Eigen plan De Green Teams bestaan nog maar net, de ervaringen zijn nog nieuw. ‘We zijn aan het verkennen wat we
Efficiënte en duurzame productieketens
met een Green Team in een locatie kunnen doen’, vertelt Willem. ‘In Borculo hebben alle medewerkers meegedaan aan een workshop, om meegenomen te worden in het nadenken over energie- en waterbesparing. Iedereen was enthousiast en iedereen begreep: hier kunnen we zelf iets aan bijdragen. Onze plantmanager heeft echt een visie op duurzaam ondernemen. We hebben het moment aangegrepen om iedereen daarin te betrekken’, aldus Willem Snijders. Harmen Timmer: ‘Per bedrijf kan een Green Team een eigen plan maken, eigen initiatieven nemen. Dat ligt niet vast. Niet wie er in kan zitten, niet wat er moet gebeuren, zolang ‘duurzamer werken’ het uitgangspunt is. Zo zijn in Lochem de Green Teams geïntegreerd in de, al bestaande, 'SHE teams' (Safety, Health and Environment teams, red.). In Leeuwarden heeft het team ervoor gekozen om alles wat er al gebeurt, veel beter onder de aandacht te brengen. Ook dat is een manier om medewerkers mee te krijgen in je plannen.’
Ook een Green Team oprichten op jouw locatie? Bel of mail naar
[email protected] of
[email protected]
Willem Snijders (l) en Harmen Timmer (r) Foto: William Hooteyling
Pilot in Borculo In het productiebedrijf in Borculo zitten manager technische dienst, Johan van den Abbeele, en procestechnoloog Willem Snijders in het Green Team. ‘Hier in Borculo is een pilot gestart met het onderwerp besparingspotentieel’, aldus Johan en Willem. Deze pilot betreft een van de energie- en waterscans op diverse locaties, zie ook pagina 18. 'Hieruit blijkt dat investeringen nodig zijn om beter met energie en water om te gaan. Denk bijvoorbeeld aan het vervangen van thermische indampers door mechanische indampers of osmose-installaties.’ Naast investeringen kan ook een deel van de besparingen worden bereikt met ‘good house keeping’. 'Simpele zaken als lampen en computers uitschakelen en productieprocessen goed plannen. Met bewustwording valt nog veel winst te behalen.’ Een enquête heeft laten zien hoe het met het energiebewustzijn van de medewerkers is gesteld. Tijdens workshops wordt dit bewustzijn verder vergroot en krijgen medewerkers te zien en te horen wat de stand van zaken is en welke plannen er zijn voor volgend jaar. Willem: ‘Verder gaan we aan de slag met de verbetervoorstellen die de afgelopen jaren door medewerkers zijn ingediend. Het Green Team in uiteindelijk verantwoordelijk voor de uitvoering ervan.’
Preventief medisch onderzoek in ‘s-Hertogenbosch Alle tachtig medewerkers op de productielocatie van boter in ’s-Hertogenbosch kregen begin dit jaar een uitnodiging voor het Preventief Medisch Onderzoek (PMO), dat FrieslandCampina aanbiedt. 66 mensen (82,5 procent) vulden een vragenlijst in over hun mentale en fysieke gezondheid en lieten de arbodienst onder andere hun gewicht, gehoor en cholesterol- en glucosegehalte meten. Tijdens deze persoonlijke ‘health check’ werden de uitslagen vertrouwelijk besproken. Daarna is het ieders eigen keuze wat te doen met dat inzicht, advies of eventuele doorverwijzing voor nader onderzoek. Saskia in ’t Veld, de betrokken HR-manager, zegt: ‘We willen mensen zolang mogelijk fit aan het werk houden. Niet alleen een gezondheidscontrole voor mensen zelf, maar ook voor onze organisatie. Hoe gezond en vitaal zijn we als bedrijf? Ons ziekteverzuim, onder de 4,5 procent, willen we minstens zo houden. Over de groep genomen, scoorde zelfstandig werken positief, net als goede werkrelaties en het gevoel van inspraak. Daarentegen vragen gehoor en (over)gewicht om actie.’
Veilig werken in Hongarije Ook bij FrieslandCampina Hongarije wordt op een toegewijde manier gewerkt aan een veilige en gezonde werkomgeving. Op de productielocatie in Mátészalka (waar de unieke zuivelsnacks Pöttyös worden gemaakt) werd in april voor het eerst een jaar zonder ongevallen met verzuim gevierd: een echte mijlpaal. Op 15 mei haalt de locatie zelfs de 400ste dag zonder ongevallen (zie foto). Een resultaat om trots op te zijn. Om dit te bereiken is er hard gewerkt: de methoden voor risicoanalyse zijn verbeterd, het OHSAS-systeem is geïntroduceerd (een wereldwijd programma voor gezond en veilig werken, red.) en medewerkers zijn zich meer bewust van veiligheid.
Denk aan veiligheid, werk veilig! Foto: FrieslandCampina Hongarije
Spark 25
Op de eerste corporate FOQUS SHE audit (Safety, Health & Environment) in november 2012 haalde FrieslandCampina Hongarije een 1.7, wat past binnen de norm. De inspanningen van het team blijven natuurlijk gericht op het creëren van een veilige werkomgeving (bijvoorbeeld LOTOTO; Lock-Out, Tag-Out, Try-Out) en op continu verbeteren (WCOM; World Class Operations Management) om de goede resultaten ook in de toekomst te behouden. Ook gaan ze in 2013 meedoen aan de Veiligheidscampagne en gaan ze het aantal observaties uitbreiden, zodat het werk nog veiliger wordt.
In het eindrapport staan aanbevelingen over gehoorbescherming, geluidsreductie en het stimuleren van een gezondere leefstijl. FrieslandCampina ziet daarin, als werkgever, een gedeelde verantwoordelijkheid met zijn medewerkers. ‘Dus is onze volgende stap: concrete maatregelen uitwerken en aan de slag met dat plan van aanpak’, kijkt Saskia vooruit. ‘Ik ben nu al benieuwd naar de effecten.’
26 Spark
Foto: FrieslanCampina
3
pijler drie: Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
Met de inzet van meer dan 140 jaar melkveehouderij en coöperatieervaring wil FrieslandCampina de lokale productie van kwaliteitsmelk in Afrika en Azië bevorderen. Via het Dairy Development Program wordt gewerkt aan de ontwikkeling van lokale melkveehouderijen en het versterken van plattelandsgemeenschappen waarbinnen melkveehouders werkzaam zijn in Thailand, Vietnam, Indonesië, Maleisië en Nigeria. Dit jaar worden er 15 Nederlandse leden-melkveehouders uitgezonden om hun kennis en ervaringen in deze landen te delen.
3
Leden-melkveehouders in Thailand In maart zijn voor het eerst vier Nederlandse ledenmelkveehouders van FrieslandCampina naar Thailand vertrokken. Drie weken hebben zij daar in het kader van het Dairy Development Programme lokale melkveehouders geadviseerd en getraind op het gebied van voeding, kalveropfok, fokkerij, vruchtbaarheid, huisvesting en melkhygiëne.
De vier Nederlandse leden-melkveehouders hebben in Thailand ervaren dat de liefde voor de koe universeel is en dat ze met kleine adviezen over voeding voor kalfjes veel kunnen betekeken. Over hun ervaringen vertellen ze:
Karin van der Toorn: 'Een boerin die we hebben begeleid, vertelde dat ze met behulp van onze adviezen met haar 14 koeien 2 kilo extra per melkbeurt had gemolken. Dat zijn de resultaten waar je het voor doet'.
Wim van den Hengel: ‘Ik was bang dat Thaise melkveehouders onze komst en onze adviezen als bemoeizuchtig zouden ervaren. Maar dat was zeker niet het geval. De veehouders zijn echt leergierig en ook bereid om van elkaar te leren.’
Evert Jan Wijers:
De ervaringen van de vier melkveehouders in Thailand zullen zeker van pas komen bij aanstaande, soortgelijke reizen naar Maleisië, Indonesië en Vietnam. Er zijn in totaal vijftien leden-melkveehouders geselecteerd voor dit programma die in 2013 allemaal enkele weken worden uitgezonden.
‘Met simpele ingrepen kun je vaak grote stappen voorwaarts maken. We zagen dat koeien vaak dezelfde hoeveelheid krachtvoer krijgen, ongeacht de productie. Wij voeren naar behoefte en konden daar goed over adviseren. Heel dankbaar werk.’
‘Om melkpoeder, de basis voor de zuiveldranken van FrieslandCampina-dochter Foremost in Thailand, te mogen importeren, moet je tegelijkertijd lokaal geproduceerde melk afnemen. De hoeveelheid lokaal geproduceerde melk bepaalt dus hoeveel melkpoeder FrieslandCampina van de Thaise overheid mag importeren. En daarmee is de binnenlandse productie bepalend voor de omzet van FrieslandCampina in Thailand.’
Ontwikkeling lokale melkveehouderij in Azië en Afrika
Spark 27
Herman Bakhuis:
4 28 Spark
pijler vier: Duurzame melkveehouderij Via het kwaliteits- en duurzaamheidsprogramma Foqus planet, op 1 januari 2012 van start gegaan, ondersteunt FrieslandCampina haar leden-melkveehouders. De hulp richt zich op mogelijkheden om nog duurzamer te kunnen werken, bijvoorbeeld door energie te besparen, broeikasgassen terug te brengen en mest op een duurzame manier te verwerken. De ruim negentienduizend leden-melkveehouders zijn aan de slag met actieplannen. Ook het verder bevorderen van weidegang en van de gezondheid van de koeien behoren tot de doelstellingen van deze pijler.
Duurzame melkveehouderij
V.l.n.r.: Kees van Dorst, Jos Pijs en Hanco Bastiaansen, de trotse eigenaars van de windmolens Foto: Marcel Bekken
Vijf windmolens leveren stroom aan FrieslandCampina Sinds december 2012 zijn ze in bedrijf: de vijf windmolens van leden-melkveehouders Hanco Bastiaansen, Kees van Dorst en Jos Pijs. De molens leveren genoeg energie om de productielocaties in Maasdam en Eindhoven van groene stroom te voorzien. Daarmee blijft de opgewekte energie in de zuivelketen. Inmiddels is 40 procent van de duurzame energie die FrieslandCampina in Nederland verbruikt, rechtstreeks afkomstig van leden-melkveebedrijven. Windpark Van Gogh, zo heet het park in Etten-Leur waar de vijf windmolens staan. Deze verwijzing naar de wereldberoemde schilder Vincent van Gogh is niet voor niets: Van Gogh woonde enige tijd in Etten-Leur en richtte daar zijn eerste atelier op. Hij liet zich inspireren door de boeren, het landschap en de ambachtslieden in deze regio. De vijf windmolens hebben een totaal vermogen van 11,5 megawatt (5 x 2,3 megawatt). Ze leveren 27.900 megawattuur elektriciteit per jaar. Dit is ongeveer gelijk aan het gemiddelde energieverbruik van 8.000 Nederlandse huishoudens.
Koeien aaien Koeien in de wei zijn een kenmerkend onderdeel van het Nederlandse cultuurlandschap en spelen een grote rol bij de maatschappelijke waardering voor melk en de melkveehouderij. Met de jaarlijkse Campina Open Boerderijdagen biedt FrieslandCampina consumenten de mogelijkheid om een kijkje te nemen bij de bedrijven van haar ledenmelkveehouders. Consumenten ervaren dan zelf hoeveel zorg er uitgaat naar koeien. Ook voor kinderen is er van alles te beleven, zoals koeien aaien en knuffelen.
Spark 29
Foto: Harry Meijer
Duurzame melkveehouderij
30 Spark
Juni 2013 Consumer Products Europe
FrieslandCampina Branded Netherlands:
Op naar de meest professionele organisatie in food in Nederland Nieuw sinds 1 januari 2013: de werkmaatschappij FrieslandCampina Branded Netherlands. Bas van den Berg, managing director, vertelt over het waarom van deze reorganisatie, de nieuwe strategie en wat dit betekent voor de diverse merken.
Als eerste zijn de Nederlandse branded salesorganisaties van de werkmaatschappijen Benelux en Dagvers samengevoegd en later ook Cheese & Butter. Hierdoor is de klantgerichtheid verhoogd, de samenwerking tussen de categorieën verbeterd en toont FrieslandCampina ‘one face to the customer’ voor haar merkproducten in de Nederlandse retail. Naast sales zijn ook de overige disciplines vanuit de diverse werkmaatschappijen samengevoegd. Zo valt het gehele Nederlandse consumentenmerkenhuis nu onder één dak: FrieslandCampina Branded Netherlands.
Managing director Bas van den Berg Foto: William Hoogteyling
Waarom deze reorganisatie? De economische crisis heeft grote invloed op de huidige markt. Bas schetst drie belangrijke ontwikkelingen in retail. ‘Consumenten shoppen steeds vaker bij ‘hard discounters’ zoals Lidl en Aldi. Zij voeren geen A-merken, waardoor deze verschuiving voor ons niet positief is. Daarnaast kiezen consumenten vaker voor private labels (huismerken) in plaats van A-merken. Ten derde zien we steeds meer promoties in de supermarkten. Voor consumenten wordt het een sport om slim te shoppen: waar vind ik het beste product voor de laagste prijs? Ook binnen Out-of-home, ofwel het buitenshuissegment, zien we een dalende lijn. Mensen kopen minder producten in shops bij tankstations, in kantines en kiosken. Tegelijkertijd zien we zowel in retail als Out-of-home een enorme concentratie van inkoopmacht. De verhoudingen verscherpen zich in een markt die onder druk staat.’ Met het oog op deze trends is de vraag gesteld: is de Nederlandse organisatie klaar voor de toekomst? Het antwoord heeft
geleid tot een reorganisatie en een nieuwe strategie. De vier pijlers van deze strategie zijn: Keuzes maken ‘Met welke categorieën en merken gaan we groeien en het verschil maken? Via een minder complex, maar winstgevend assortiment van categorieën en merken, werken we hard aan een sterke positie.’ Bas noemt zeven ‘key brands’: Campina, Chocomel, Mona, Optimel, Campina Boer en Land, Appelsientje (juices) en Milner (kaas). ‘We investeren in deze zeven sterke merken. In de loop van 2013 en 2014 zul je hier veel van gaan zien. De meeste merken krijgen nieuwe verpakkingen en er komen nieuwe producten en nieuwe campagnes. Zo is het cross-category merk Boer en Land recentelijk gelanceerd en hier verwacht ik veel van. Dit betekent overigens niet dat andere merken verdwijnen of niet meer belangrijk zijn, maar de groei moet komen van deze zeven merken. Wel zullen er artikelen verdwijnen, bijvoorbeeld productvarianten binnen een merk.’ Kostenbesparingen Bas: ‘We kijken kritisch hoe we alle kosten die we hebben om een product te maken, kunnen terugbrengen zonder de kwaliteit te verminderen. We gaan nog slimmer werken en kijken naar het productieproces van begin tot eind. Daar horen ook verpakkingen en omverpakkingen bij.’ ‘Daarnaast werken we aan verbeteringen op logistiek gebied en kijken we kritisch naar ons fabrieksnetwerk. En ook op kantoor in Amersfoort proberen we zo kritisch mogelijk naar de
Juni 2013 Consumer Products Europe
Spark 31
kosten te kijken. Alles is gericht op een sterke en efficiënte organisatie voor de toekomst.’ Samenwerking met klanten ‘Ook in de samenwerking met klanten kijken we met welke strategische keuzes we nog beter het verschil kunnen maken. We werken met een merk/klantmatrix als basis voor onze activiteiten. En we investeren veel in betere kennis over en activiteiten richting de ‘shoppers’ op de winkelvloer: schapindelingen, koelers, actiedisplays, etc. Waar en hoe zetten we deze zo optimaal mogelijk in?’ Teamwork ‘De interne organisatie verandert onvermijdelijk mee; we investeren in focus en snelheid, we kijken scherp naar de samenstelling van teams en ondersteunen bij het verbeteren van hun prestaties. Door de over2you-resultaten weten we dat we snelheid en scherpte kunnen stimuleren door meer discussies te voeren en elkaar aan te spreken, zodat we gezamenlijk beter weten waar we naartoe willen. De vier A’s: Actie, Afstemming, Aanspreken en Ambitie helpen ons hierbij.’ De A van Actie ‘Er staat aardig wat werk voor ons klaar. Ik zie dat de drive aanwezig is bij onze medewerkers. Ondanks de moeilijke omstandigheden, gaan ze vol enthousiasme aan de slag. Samen werken we toe naar de meest professionele organisatie in food in Nederland. Op korte termijn betekent dat een ‘reset’ en op langere termijn een ‘reshape’. De plannen liggen er; het is nu tijd voor de A van Actie.’
Wim Sturrus, national accountmanager Out-of-home, vertelt zijn ervaringen met de integratie van Dagvers. ‘Vanuit ‘One face to the customer’ zijn we geïntegreerd sinds mei 2012. Voorheen werkte we in Rotterdam met collega’s van Retail, Brand Management en Out of home bij elkaar, waardoor we makkelijk op de hoogte waren van plannen en nieuwe ontwikkelingen. Na de verhuizing naar Amersfoort is alles wat grootschaliger geworden en is het soms nog zoeken naar de juiste afstemming. Het nieuwe evenwicht moet echt nog inslijten. Voordeel is wel dat we, nu vanaf januari 2013 ook kaas erbij is gekomen, het volledige pakket aan klanten aan kunnen bieden en vanuit categorieën kunnen adviseren.’ ‘Ik werk al ruim 25 jaar bij FrieslandCampina. De combinatie van Out-of-home en Dagvers vind ik erg interessant: de korte houdbaarheid van producten zet flinke druk op het proces, waardoor je snel moet handelen. De logistieke prestatie is enorm belangrijk: je moet op tijd kunnen leveren wat je afspreekt. Ook is het concurrentiespel hard, waardoor bouwen aan relaties extra belangrijk is. Hoe groter het vertrouwen, hoe beter het resultaat.’
Wim Sturrus Foto: William Hoogteyling
32 Spark Joske den Engelsen, brandmanager Boer en Land and daily nutrition Cheese, vertelt over haar ervaringen met de integratie van Cheese & Butter binnen FrieslandCampina Branded Netherlands.
Juni 2013 Consumer Products Europe
Campina Boer en Land is één van de zeven ‘key brands’. In het assortiment: verse melk, karnemelk, yoghurt, vla, kaas en boter. Samen zijn (v.l.n.r.:) Ylva Izeboud, Alexander van Wier, Sabine Tjeenk Willink en Joske den Engelsen betrokken bij Boer en Land in Nederland.
‘Cheese & Butter was voorheen een aparte afdeling. Ook fysiek zaten we met ons team op een andere afdeling. Sinds januari dit jaar zitten we met de merken Milner, Boer en Land kaas, MonChou, Slankie en Botergoud in het CPEgebouw in Amersfoort. Daar doen we aan flexwerken, wat even wennen is natuurlijk, maar het bevalt mij erg goed.’ ‘De eerste dag van de integratie werden we gekoppeld aan een buddy: iemand van CPE die je begeleidt bij allerlei praktische zaken. Dat werkte erg goed en gaf een welkom gevoel. Daarnaast merk ik dat er meer contact is tussen merken, wat goed is voor de informatieoverdracht. We zijn één groot merkenhuis, heel inspirerend.’ ‘Andere categorieën moesten ook even wennen. Het gaat bij kaas bijvoorbeeld niet om liters maar om kilogrammen. Ook is de productie van kaas wat complexer; kaas heeft tijd nodig om te rijpen en op smaak te komen. Zo leren we veel van elkaar, ook over elkaars producten. Ik vind het een goede stap op weg naar een nog professionelere organisatie.’
Foto: William Hoogteyling
Sabine, verantwoordelijk voor het merk, vertelt enthousiast: ‘Boer en Land is biologisch, iets wat eerder niet duidelijk genoeg is gecommuniceerd. De herkomst van producten wordt steeds belangrijker voor consumenten. Met Boer en Land maken we onze 140 biologische boeren zichtbaar. Het nieuwe hartlogo staat voor de liefde en de aandacht van onze boeren voor de natuur en hun producten.’ ‘Met de herlancering gaan we verjongen én verbreden, en dus een grotere groep consumenten aanspreken. Met een eigentijdse verpakking en communicatiecampagne en met de introductie van nieuwe producten in de categorieën kaas en boter. De smaak van onze producten blijft hetzelfde: heerlijk rijk en romig.’ Ylva, global category team Branded Cheese, en Joske, brandmanager Boer en Land / daily nutrition Cheese, vertellen over de kaas van Boer en Land. ‘Biologische kaas is een nieuwe, aparte stroom binnen het productieproces van kaas. Deze hebben we
nu voor het eerst opgezet, waarbij we met Boer en Land snel resultaat hebben geboekt.’ Ylva: ‘Dit project is gestart vanuit het category team waarbij we ook kijken naar mogelijkheden voor biologische kaas buiten Nederland.’ Joske: ‘Ik heb de Nederlandse introductie opgepakt en ben er mede verantwoordelijk voor dat de kaas nu in de supermarkten ligt.’ Alexander van Wier is vanuit Boter betrokken bij Boer en Land.
Het team concludeert trots: ‘Het resultaat mag er zijn. Samen gaan we er een groot succes van maken.’
Lochem is (bijna) klaar voor 2015
Juni 2013 Cheese, Butter & Milkpowder
Spark 33
Nog dit jaar verhoogt de boterfabriek in Lochem de capaciteit. Vanaf 2015 verwacht FrieslandCampina een toename van de melkstroom. Om op tijd klaar te zijn voor het ontvangen en verwerken van meer melk wordt er flink geïnvesteerd in het bedrijf in Lochem. Een enorme klus, en tijdens de verbouwing is de winkel gewoon geopend. Dat dit kan is mede te danken aan het enthousiasme van alle medewerkers. Drie mogelijkheden waren er om de toekomstige extra aanvoer op te vangen: scenario 1 was de productie verhogen van 60.000 naar 70.000 ton per jaar. In scenario 2 was verhoging naar 100.000 ton aan de orde, in scenario 3 zelfs naar 130.000 ton. De keuze viel op scenario 2, de verhoging naar 100.000 ton. Het project kreeg de naam Montagne. Vanuit de boterfabriek wordt het project geleid door Herman Toenhake, productiemanager boter & boterolie, Wouter Weersink, commissioning manager, en Henk Broeke, manager Technische Dienst. Projectleider is Hans Boevink. Nieuw ‘De melk die hier binnen komt gaat naar de pasteurlijn en wordt daar gepasteuriseerd en gecentrifugeerd. De room gaat naar de roomtempereertanks’, vertelt Wouter Weersink. ‘De huidige tanks hebben niet voldoende capaciteit, dus er komen tanks bij. We hebben nu tien tanks van twintig ton staan, dat worden er vijf van twintig ton en vijf van dertig ton. Daarnaast komen er buiten twee tanks van 100 ton bij. De behandelde room gaat naar de botermachine. Daarvan hadden we er twee, waarvan er één was afgeschreven. Die wordt nu in Duitsland volledig gereviseerd én krijgt een upgrade. Verder komt er een nieuwe eenkopsverpakkingslijn bij, waardoor we straks in totaal vier vulkoppen hebben. Allebei de lijnen gaan naar één nieuwe verpakkingsrobot; nu werken we nog met een palletizer.’ Teamwork De medewerkers worden nauw bij de nieuwe ontwikkelingen betrokken; zij moeten straks immers met de nieuwe lijnen werken. In verschillende werkgroepen konden medewerkers
commentaar geven op de conceptplannen. En daar kwamen heldere én zuinigere ideeën uit. Dat het helemaal niet nodig was om de verpakkingsrobot op de plaats van de oude palletizer te zetten bijvoorbeeld, wat een tijdrovende en dure klus zou zijn. En dat het niet handig was om de verpakkingslijn naast de bestaande lijn te plaatsen; hij zou dan niet te zien zijn vanuit de regelkamer. Nu komt hij dwars op de bestaande lijn te staan. Tijdsdruk ‘Tijdens het hele project draaien we gewoon door’, vertelt Herman Toenhake. ‘We hebben hier altijd seizoenspieken, dus met goed plannen kunnen we voorkomen dat de productie hinder ondervindt. Maar we werken wel onder tijdsdruk. In december 2013 moet de hele operatie zijn afgerond. Dan moet alles draaien binnen de huidige omgeving en voldoen aan alle hygiëne-eisen en moeten de medewerkers getraind zijn in de nieuwe manier van werken. Pittig, maar wat helpt is dat iedereen enorm enthousiast en betrokken is.’
Hans Weernink, bulkboterverpakker en al 38 jaar in dienst, neemt een monster bij lijn 7. Foto: William Hoogteyling
Project Montagne startte in de tweede helft van 2012. Toen werd het plan op hoofdlijnen bekend. In maart volgde de goedkeuring door de executive board en de overheid. In december 2013 moet het zijn afgerond. Er werken twintig mensen uit Lochem aan mee, verdeeld over diverse werkgroepen. Eind mei was de vuilwatertank verplaatst om ruimte te maken voor twee nieuwe tempereertanks en de botermachine was opgehaald voor revisie. De met Montagne gemoeide investering in roomverwerkingscapaciteit zorgt ervoor dat ook op de langere termijn de groeiende hoeveelheid room kan worden verwerkt.
34 Spark
Juni 2013 Cheese, Butter & Milkpowder
Met Zijerveld en Den Hollander Food breidt FrieslandCampina Cheese uit
Krachten bundelen in de kaasketen Sinds 1 mei staan de handtekeningen onder het officiële overnamecontract. FrieslandCampina is eigenaar van de Nederlandse kaasspecialist Zijerveld, inclusief verpakkingsbedrijf Den Hollander Food. ‘Een overname om trots op te zijn’, zegt Peter Weltevreden, algemeen directeur van FrieslandCampina Cheese. De relatie tussen groothandel Zijerveld in Bodegraven en Cheese bestaat bijna tien jaar. ‘We werken samen bij bijvoorbeeld de NoordHollandse premium kaas met het Rode Zegel’, legt Ron Lekkerkerker, algemeen directeur van Zijerveld, uit. Zijn bedrijfsmodel draait om ‘op maat gemaakte kaas’ en een fijnmazige logistiek en distributie naar klanten, zoals speciaalzaken en buitenshuiskanalen. Ron Lekkerkerker in Bodegraven bij de productielocatie van Zijerveld Foto: Marcel Bekken
Goede aanvulling ‘Wij vullen elkaar goed aan’, zegt Peter Weltevreden. ‘Zijerveld is groot in de versafdeling van supermarkten, FrieslandCampina in de wandkoeling. Cheese richt zich op kostleiderschap, Zijerveld is sterk in ‘customer intimacy’: wat de klant wil, dat krijgt hij.’ Het potentieel voor beide partijen zit zowel in de samenwerking aan de voorkant, de toegang tot klanten en markten, als aan de achterkant, bij inkoop en processen. Peter Weltevreden: ‘Zij hebben goede trade marketing met mooie hulpmiddelen en modellen. FrieslandCampina is sterk in planning en efficiency.’ Ron Lekkerkerker verheugt zich op die kennis: ‘Knap hoe FrieslandCampina de fabrieken heeft opgeschaald.’ Juist omdat de operaties verschillen, blijft Zijerveld zelfstandig binnen FrieslandCampina. Het huidige managementteam houdt de leiding. ‘We trappen niet meer in de valkuil van een producent die alles overneemt en denkt
de handel zelf te kunnen doen. Die les hebben we in het verleden geleerd’, memoreert Weltevreden. Voor Zijerveld is die eigen identiteit belangrijk. Ron Lekkerkerker: ‘Klanten identificeren zich sterk met óns. We moeten uitleggen én bewijzen dat die sterke relatie blijft, ook nu we verbonden zijn met FrieslandCampina.’ Den Hollander De operatie bij Den Hollander in Lochem wordt vanuit Amersfoort aangestuurd. De bedrijfsvoering overlapt gedeeltelijk met Cheese. De raspafdeling in Lochem is een welkome aanvulling voor FrieslandCampina bij de productie van voorverpakte kaas. Snijverlies is te raspen én voegt waarde toe. De overgenomen activiteiten sluiten niet alleen aan op bestaande operaties, maar geven ook invulling aan de strategie route2020. ‘Het mes snijdt aan drie kanten’, legt Peter Weltevreden uit: ‘De hoeveelheid melk, die FrieslandCampina verplicht is af te nemen, neemt toe. Van alle ledenmelk wordt 48 procent nu al verwerkt tot kaas. Met Zijerveld en Den Hollander kunnen we meer melk tot meer kaas verwerken, met meer toegevoegde waarde. En meer kaas betekent ook meer wei, met lactose en eiwitten, voor de business group Ingredients.’ Draaiboek uit de kast Hoe het overnamepotentieel gerealiseerd gaat worden? Peter Weltevreden glimlacht: ‘Het
Juni 2013 Productgroup
De omvang van de overname: in kaas: 51 kiloton kaas bij Zijerveld en 23 kiloton bij Den Hollander. Van deze ruim 70 kiloton kaas wordt 30 kiloton bij FrieslandCampina ingekocht in voltijdsbanen: 300 bij Zijerveld in Bodegraven en 140 bij Den Hollander in Lochem in jaaromzet: samen ruim 400 miljoen euro
Een van de vele assortimenten speciaalkazen Foto: Zijerveld
draaiboek is al uit de kast gehaald. Eerst maken we een zogenaamd honderddagenplan.’ Teams van beide organisaties krijgen de opdracht om de synergie op deelgebieden uit te werken. Een aantal mensen heeft elkaar al beter leren kennen het afgelopen jaar, toen de overname buiten de schijnwerpers werd voorbereid. We hadden een alibi om elkaar vaker te zien’, geeft Weltevreden een inkijkje in dat proces. ‘Het tienjarige contract met Zijerveld moest vernieuwd worden. Maar toen het contact intensiever werd, verlegden we ons werkterrein naar een zaaltje in de buurt.’ Tijdens het uitwerken van kansen, raakten beide partijen steeds enthousiaster over een volledige overname. Het ondernemersbloed kriebelde bij Zijerveld. Ron Lekkerkerker: ‘We zagen direct commerciële kansen voor kleine merkkazen zoals PanPan en nagelkaas. En we kunnen nu samen andere prijsmodellen ontwikkelen, gericht op lange termijn klantenbinding en toegevoegde waarde.’ De fase van het boekenonderzoek en de prijsbepaling volgde. Rond de jaarwisseling waren de partijen het eens. Europese commissie ‘Toen wachtte ons de Brusselse mededingingsautoriteit’, zegt Peter Weltevreden. De Europese Commissie stelt een voorwaarde aan de overname: 35 tot 45 procent van de geiten-
Spark 35
kaasproductie en -verkoop moest worden afgestoten. In de praktijk wordt 1600 ton geitenkaas van Zijerveld, van hun exclusieve partner Amalthea, op de vrije markt verkocht. Binnen een jaar moet dit volume structureel door een derde partij worden overgenomen. Volgens Weltevreden is er veel interesse. ‘Geitenkaas is een nichemarkt die groeit. Jammer voor ons, maar nodig voor Europese goedkeuring.’ Als onderdeel van deze procedure, bezochten vier mensen van de Europese Commissie Zijerveld. Weltevreden: ‘Een medewerker, Nederlands kampioen kaasproeven, presenteerde het kaasassortiment met veel gevoel en kennis van zaken. Hij smúlde helemaal bij zijn eigen uitleg. Dat is ook zo mooi aan Zijerveld: alles ademt passie voor kaas. Dat beleef je bij zo’n presentatie en stond ook in het commissierapport.’ De goedkeuring uit Brussel kwam half april. Weltevreden wrijft in zijn handen: ‘Iedereen popelt om te beginnen. We kunnen aan de slag.’
Zijerveld heeft een breed assortiment speciaalkazen, waaronder Noord-Hollandse kaas (Beschermde oorsprongsbenadering), boerenkazen en een keur aan buitenlandse kazen. Den Hollander heeft productiefaciliteiten voor geraspte kaas (drie lijnen), voorverpakte en vers gesneden verpakte kaas (tien plakkenlijnen).
36 Spark
Juni 2013 Cheese, Butter & Milkpowder
Milner, een uitdaging in smaak Vraag een gemiddelde consument wat lekkerder is: volvette kaas of kaas met minder vet. Het antwoord zal heel vaak zijn: volvette kaas. ‘Consumenten koesteren een vooroordeel als het om de smaak van Milner gaat. Totdat ze Milner proeven. Dan zijn ze in één klap ‘om’, zegt Sonja van Welsenes, international marketing manager van het category team ‘Branded Cheese’. Samen met collega’s uit Nederland en Griekenland bundelden ze de krachten om consumenten te overtuigen van de smaak van Milner. Met voor ieder land een eigen aanpak.
‘Het Milner-merk versterken en meer Milnerkaas verkopen. Dat was ons doel. We wisten dat we obstakels hadden om verder te groeien met Milner. De volumes liepen terug, het ‘wrong’ ergens’, vertelt Sonja van Welsenes. ‘Gaandeweg merkten we dat er een hardnekkig misverstand was over de smaak van Milner. Dat hebben we vervolgens getest op het station van Amersfoort. We lieten mensen in een blinde smaaktest volvette kaas en Milner-kaas proeven en we merkten dat ze van mening veranderden toen ze Milner-kaas eenmaal echt proefden.’ Dat gegeven vormde het uitgangspunt voor een nieuwe aanpak van de promotie van Milner-kaas. ‘Voor het eerst zijn we met collega’s uit Nederland, uit Griekenland en met onze externe bureaus om tafel gaan zitten om te brainstormen en een campagne te ontwikkelen’, legt Sonja uit. ‘Een strategie voor meerdere landen tegelijk, met een lokale uitvoering’. ‘Dat heeft best wat tijd gekost’, stelt Brenda van Moerkerk vast, brandmanager voor Milner in Nederland. ‘Maar het leverde ons ook heel veel goede inzichten op. We hebben veel van elkaar geleerd en het belangrijkste was: we hebben een campagne ontwikkeld die in verschillende landen
te gebruiken is en lokaal ingevuld kan worden. Hetzelfde campagne-idee is gebruikt voor Nederland en voor Griekenland’, aldus Sonja. De gele bus Smaak, proeven, hoe lekker is Milner-kaas? Brenda: ‘We willen het Milner-merk niet positioneren als een kaas voor mensen die aan de lijn doen, maar voor iedereen die van lekkere kaas houdt die zich bewust is van zijn of haar gezondheid’, zegt Brenda. ‘Milner wordt gemaakt van halfvolle melk. En dat is een bekend gegeven voor de consumenten. Halfvolle melk kennen ze, drinken ze. Dat is puur natuur en bevat toch 40 procent minder vet. Milner-kaas als natuurlijke kaas van halfvolle melk, daar zijn we mee op pad gegaan. Dat zie je in de tvcommercials die we voor Milner hebben ontwikkeld en dat zie je in het land. We toeren heel Nederland door met een gele Volkswagen bus en overal laten we consumenten kaas proeven: Milner-kaas en volvette kaas. Meestal vinden tussen de 60 en 80 procent van de consumenten Milner-kaas net zo lekker of nog lekkerder’, vertelt Brenda. ‘Dit is een thema waar we een aantal jaren consequent campagne voor kunnen voeren.’
Juni 2013 Cheese, Butter & Milkpowder
Spark 37
‘Great taste’ Great taste, less fat’. De nieuwe promotiecampagne rond Milner in Griekenland wil de Griekse consumenten ervan overtuigen dat Milner-kaas, net zo lekker is als een volvette kaas. ‘Bovendien willen we laten zien dat Milner geschikt is voor het hele gezin. Ook voor kinderen is Milner een erg lekkere kaas’, vertelt Tzina Filiou, marketingmanager voor Milner in Griekenland. Oud-profvoetballer Edwin van der Sar en zijn dochter Lynn zitten in de tv-commercials van Milner en zijn natuurlijk al lang om. Foto’s: FrieslandCampina
Milner is geen onbekende voor de Griekse consument: al sinds 1997 is Milner kaas te vinden in de supermarkten en de kleinere winkels. ‘Er is volop belangstelling voor kaas met een lager vetgehalte’, vertelt Tzina, ‘maar we willen de consumenten laten zien dat Milner niet alleen een kaas is voor mensen die minder vet willen eten, maar voor het hele gezin.’ Als het om kaas gaat, zijn de Grieken fanatieke consumenten: ze hebben de hoogste kaasconsumptie van heel Europa. Feta-kaas is daarbij de nummer 1, maar ook ‘gele’ kaas, zoals de halfharde Goudakaas, is populair.
nen, hoe lekker Milner is. Onze Milner teams reizen het hele land door, tot nu toe hebben al meer dan 50.000 consumenten meegedaan. Milner heeft echt alles: een heerlijke smaak en al het goede van halfvolle melk.’
Consumenten proeven Milner-kaas in een Grieks winkelcentrum
‘Smaak is het gezamenlijke thema dat we hebben vastgesteld voor de promotie van Milner. We hebben daar in Griekenland een eigen campagne voor ontwikkeld via de tv en de radio. We laten commercials zien en horen die gaan over Milner als lekkere kaas voor het hele gezin die bovendien negen belangrijke voedingsstoffen bevat. En om meer nadruk te leggen op de heerlijke smaak van Milner hebben we in winkelcentra en in supermarkten overal in het land proeverijen. Dat werkt enorm goed. Als consumenten Milner aangeboden krijgen en ze proeven Milner-kaas, vinden ze die dikwijls lekkerder dan volvette kaas. Door Milner zelf te proeven, ervaren ook de mensen die de kaas niet ken-
38 Spark
Juni 2013 Cheese, Butter & Milkpowder
FrieslandCampina Cheese Bedum:
‘Investeringen snel terugverdiend’ De kaasproductie bij FrieslandCampina Cheese in Bedum is in een paar jaar tijd flink toegenomen. In twee stappen is er uitgebreid van 63.000 naar 84.000 ton kaas en – eind vorig jaar – naar 90.000 ton. ‘We hebben onze investeringen snel terugverdiend, omdat we onze bedrijfsprocessen continu verbeteren en volop inzetten op efficiency’, zegt plantmanager Tiede van der Velde. Zowel qua productie, opslag, veredeling als verpakking is de kaaslocatie gegroeid. Honderd medewerkers verzorgen de productie van 90.000 ton kaas (Maasdammer, Goudse en rechthoekige foliekaas) en de veredeling en verpakking van Maasdam verdubbelt naar 27.000 ton. De kaas van Bedum gaat voor meer dan 95 procent naar het buitenland. ‘De groei is sinds de fusie van FrieslandCampina tot stand gekomen. Die fusie heeft echt het beste van twee werelden gebracht. We hebben volop rondgekeken om kennis te vergaren’, zegt Tiede van der Velde. ‘Zo konden we de receptuur voor onze Maasdammer verbeteren. Technologische kennis uit Tilburg kwam van pas in onze processen. Hoe beter die zijn, des te minder uitval en des te efficiënter en slimmer we kunnen werken.’ Prijzen Processen zijn veelal geautomatiseerd. Zo kende Bedum het eerste geautomatiseerde pekelbad; een noviteit die nu ook op andere Cheese-locaties wordt toegepast. Via het WCOM-programma is in Bedum ingezet op continu verbeteren. Ook is veiligheid in 2012 tot speerpunt verklaard. ‘Onze medewerkers hebben een training Veiligheidsbewustzijn gevolgd. Er is hier al anderhalf jaar geen ongeval met verzuim geweest. Daarvoor heeft de executive board ons beloond met een prijs’, vertelt Van der Velde. Veel van de investeringen in Bedum kennen een terugverdientijd van hooguit tweeënhalf jaar. ‘Goed en effi-
ciënt produceren; daar verdienen we het mee’, zegt de plantmanager. Hij wijst het succes mede toe aan de operators. ‘Ook dankzij hun goede inbreng is deze groei een succes geworden. Bij het WK kaasmaken pakken we regelmatig gouden en zilveren medailles, dus grootschaligheid, kwaliteit en vakmanschap gaan prima samen.’ Groei FrieslandCampina Cheese in Bedum levert ook room en wei. ‘De room gaat naar de boterfabriek in Noordwijk. De wei die na het kaasmaken overblijft, leveren we aan Domo, pal naast ons op het terrein’, legt Van der Velde uit. De grote uitbreidingen bij Domo (zie kader) raken daarom ook de kaasfabriek. ‘We gaan in Bedum 40 procent meer melk verwerken. Dat vergt uitbreiding van onze melkontvangst. Er komen meer losplaatsen, opslagtanks en melkverwerkingslijnen voor het ontromen’, schetst Van der Velde. ‘Dat realiseren we allemaal in 2013. Onze groeiplannen voor de toekomst liggen al klaar als blauwdruk; de ruimte is er.’
Juni 2013 Cheese, Butter & Milkpowder
Spark 39
Cheese en Domo groeien samen Niet alleen Cheese, maar ook FrieslandCampina Domo groeit fors in Bedum. Project Martini is een capaciteitsuitbreiding die het aanzien van de locatie flink verandert. Naast de bestaande wei-ontzoutingsinstallaties verrijst een compleet nieuwe fabriek voor de productie van baby- en kindervoeding. ‘Onze groeiuitdaging is enorm’, zegt plantmanager Erik Petter.
Nieuwe plantmanager ‘Ik heb een mooie tijd gehad, maar na 8 jaar is Bedum toe aan een nieuwe, frisse plantmanager’, zegt Tiede van der Velde. Hij werkt per 1 juni bij Consumer Products International (CPI) in Leeuwarden als plantmanager van de blikmelkfabriek. Bas Gerrits, nu nog hoofd productie in Bedum, neemt het roer van Tiede over. Onder Tiedes verantwoordelijkheid valt ook de kaasfabriek in Gerkesklooster, waar kaasspecialiteiten worden geproduceerd.
Plantmanagers Tiede van der Velde (l) en Erik Petter (r) Foto's: Jaap Schaaf/Hoge Noorden
De nieuwe fabriek moet eind 2013 een feit zijn. Blikvanger is een drogergebouw van 43 meter hoog, inclusief een nieuwe regelkamer. Daarachter komt een verpakkingsafdeling. ‘Om straks alle melk van leden-melkveehouders te kunnen verwerken, moest érgens een nieuwe droger komen; dat was wel duidelijk’, legt Petter uit. ‘Het is een enorm project. We praten over 250 procent groei in poedervolume in anderhalf jaar tijd. Natuurlijk is dat prachtig, maar het vergt ook veel van onze 90 medewerkers, zeker omdat we ook bezig zijn om onze productie van ontzoute wei te verdubbelen.’ ‘Hoewel we in twee verschillende werelden actief zijn, verloopt de samenwerking tussen Cheese en Domo prima. Wij zijn hofleverancier van de wei die Domo voor kindervoeding gebruikt; dat is een belangrijk speerpunt van route2020. Dat realiseren we ons’, zegt Tiede van der Velde. ‘We stemmen onderling veel af om tot maximaal rendement voor FrieslandCampina te komen. Dat gaat om productstromen, maar ook om energiebesparing. Zo gaan we de hitte van de nieuwe droogtoren en indampers van Domo straks gebruiken voor het opwarmen van onze productieprocessen.’
40 Spark
Juni 2013 Cheese, Butter & Milkpowder
Stevige blauwschimmelkazen, een romige brie, smeuïge kruidenkazen; ze zitten allemaal in het assortiment van Bongrain, de Franse kaasproducent waarmee FrieslandCampina Cheese Specialties sinds vorig jaar een joint venture is aangegaan. ‘Wij hebben toegang tot het uitgebreide distributienetwerk van de grootste kaasproducent in Frankrijk en Bongrain krijgt de halfharde kazen uit Nederland in het assortiment’, aldus managing director Cheese Specialties Jack Castelein.
Franse en Nederlandse kaas doen het prima samen Jack Castelein raakt helemaal enthousiast als hij vertelt tot welke mooie dingen de huidige samenwerking met de Franse kaasproducent leidt. Het uitgebreide productenpakket, de entree tot het distributienetwerk en het bundelen van de inzet van verkoopmedewerkers in Frankrijk. ’De Franse consument is een fijnproever. Wij hebben de Franse consument echt wat te bieden met onze Nederlandse kaas. Onderzoek onder Franse consumenten laat zien dat ze onze kaas absoluut waarderen.’ ‘Deze samenwerking biedt ons de mogelijkheid om met merkkazen een sterkere positie te verwerven. Dat maakt deel uit van onze strategie. In twee jaar tijd is er veel gebeurd. We zijn in 2011 begonnen om te kijken naar de mogelijkheden die Bongrain en FrieslandCampina elkaar te bieden hebben. Franse kazen zijn prachtig, maar ons assortiment van halfharde kwaliteitskazen
is voor de Franse consument ook heel aantrekkelijk. Het verkennen van de mogelijkheden leidde er toe dat we steeds serieuzer zijn gaan kijken naar samenwerking. FrieslandCampina was al actief op de Franse markt, onder meer met Frico-kaas – als premium brand – en met Royal Hollandia, als ‘main stream’ merk. ‘We merkten tijdens die onderzoeken ook dat Frico niet zo’n goede naam is voor kaas op de Franse markt. In het Frans is een ijskast een ‘frigo’, dat lijkt erg veel op Frico. Het was voor ons aanleiding om het merk Frico en onze andere merken op de Franse markt eens tegen het licht te houden.’ Dutch Master Het assortiment van FrieslandCampina in Frankrijk is aangepast. Het merk Royal Hollandia is opnieuw gepositioneerd. ‘We hebben een receptuur voor de Franse markt ontwikkeld’, aldus Jack Castelein. ‘Daarnaast brengen we een aantal Dutch Masters, onze premium exportkaas, op de Franse markt. Dat gaat – voor zover we nu kunnen zien – heel goed. Met Frico zijn we niet langer actief in de supermarkten in Frankrijk. Deze joint venture maakt voor ons de weg open naar het Franse zuivelschap door het grote distributienetwerk van Bongrain. En Bongrain op haar beurt kan het spel tegenover de afnemer beter spelen nu er ook uitstekende kazen uit Nederland in het assortiment zitten. Bongrain heeft haar jaarlijkse event voor verkopers dit keer in Nederland gehouden. Daar mochten wij de Franse verkopers uitleggen welke mooie producten ze erbij kregen. Ze waren erg onder de indruk van de smaak en de kwaliteit van onze kazen. Deze samenwerking levert voor ons beide serieuze voordelen op.’
Een wervingsactie voor operators in Bedum en Beilen leverde in tweeënhalve week tijd 440 reacties op. Jongeren die een baan zoeken, maar ook ervaren operators van soortgelijke bedrijven. Zeventig geselecteerden kwamen in maart voor een Open Dag naar Bedum.
Juni 2013 Ingredients
Spark 41
Wervingsactie zorgt voor stormloop De productiebedrijven in Beilen en Bedum zijn flink aan het groeien. Bovendien is er door vergrijzing de komende tijd behoefte aan nieuwe collega’s. ‘We hebben beiden ongeveer dertig vacatures voor operators te vervullen. Een hele uitdaging, die vraagt om een andere aanpak. We besloten om in zee te gaan met een bureau dat is gespecialiseerd in online werving. Tijdens mijn vorige functie als HRmanager bij FrieslandCampina Cheese Wolvega was die keuze ook succesvol’, vertelt Sigrid Riedstra, die sinds augustus in Bedum werkt. Drempel In overleg werd bepaald welke aanpak het meest effectief zou zijn. ‘We wilden vooral de drempel verlagen voor operators om bij ons te solliciteren. Vandaar dat we voor een tijdelijke website hebben gekozen, met daarop korte, maar krachtige informatie over Domo, de vacature en functie-eisen’, zegt Sigrid. De actie was een groot succes. ‘We ontvingen 440 reacties in drie weken tijd. Tussen de reacties zaten erg veel mensen met een goed CV. Uit die groep hebben we zeventig kandidaten geselecteerd, die voor de Open Dag zijn uitgenodigd’, vertelt Sigrid. De Open Dag voor sollicitanten was op zaterdag 30 maart in Bedum. ‘We hebben een mooie mix gemaakt qua leeftijd en ervaring, want we willen straks ook een goede mix in het team hebben. Enthousiaste jongeren, maar ook heel ervaren operators zijn uitgenodigd’, legt Sigrid uit. ‘Aan de actie hebben we ook een grote pool overgehouden van goede mensen die niet bij de beste zeventig zaten.’ Intake De Open Dag begon met korte intakegesprekken. ‘Een soort speed date waarbij we een eerste indruk kregen van de kandidaten. Ook is bekeken voor welke locatie ze het meest ge-
schikt zijn. In Beilen gaat het vooral om verpakkingsoperators, terwijl we in Bedum procesoperators zoeken’, vertelt Sigrid. Na de speeddate zijn de kandidaten in kleine groepen rondgeleid. ‘Bewust in kleine groepen; in de eerste plaats vanwege veiligheid, maar ook om voldoende gelegenheid te bieden voor het stellen van vragen. Kort na de Open Dag zijn de formele sollicitatiegesprekken gevoerd met de kandidaten; dertig kandidaten gaan we binnen Domo terugzien. Deze wervingsactie was specifiek op operators gericht. Op korte termijn gaan we nog vaker een vergelijkbare wervingscampagne opzetten voor andere functies en disciplines. Voor een andere doelgroep kan een andere aanpak nodig zijn’, geeft Sigrid aan.
Een kijkje nemen in en om de fabriek Foto’s: Jaap Schaaf/Hoge Noorden
42 Spark
‘De farmaceutische industrie ontwikkelt zich heel sterk in India’
Juni 2013 Ingredients
Indiaas bedrijf aanwinst voor DFE Pharma Het is het najaar van 2011: DFE Pharma neemt een bedrijf in India over: Brahmar Cellulose, met een productiebedrijf in Cuddalore. Een onderneming die zich volledig toelegt op het maken van microkristallijne cellulose. Het is zomer 2013: het productiebedrijf in Cuddalore is flink verbouwd en vernieuwd, de organisatie opgebouwd en aangepast. Wie een aspirine inneemt, neemt vooral farmaceutische lactose in. Wat je nodig hebt, is de werkzame stof acetylsalicylzuur die je pijn wegneemt, maar de 500 of 1000 mg die je in moet nemen is zo’n kleine hoeveelheid, dat het tablet een ‘draagstof’ nodig heeft. ‘En dat is farmaceutische lactose ofwel melksuiker. FrieslandCampina is al heel lang, en met succes, actief in dit specifieke segment. De afgelopen jaren hebben we ons productportfolio kunnen uitbreiden. Voor het maken van tabletten heeft een fabrikant niet alleen vulmiddel (farmaceutische lactose) nodig, maar ook uiteenvalmiddelen die ervoor zorgen dat een tablet oplost. In onze fabriek in Foxhol (Nederland) worden deze uiteenvalmiddelen gemaakt, met als merknamen Primojel en Primellose’, vertelt managing director Willem Hoogwater.
Managing director Willem Hoogwater. Foto: William Hoogteyling
‘We hebben, sinds we Brahmar Cellulose hebben overgenomen, ook een bindmiddel in het assortiment: microkristallijne cellulose (MCC). In een ta-
blet of in een capsule wordt MCC gebruikt om een werkzame stof en de dragende stof te verbinden. Als je je afnemer een breder aanbod kunt doen, word je een aantrekkelijker partij in de markt. Het bedrijf in Cuddalore, waar we MCC maken, is een geweldige aanwinst voor onze marktpositie als leverancier van producten voor de farmaceutische industrie.’ Afzetvolume groeit De fabriek is sinds de overname door DFE Pharma een aantal nieuwe reactoren rijker. ‘Er is een nieuw pakhuis gebouwd en een waterzuiveringsinstallatie. De fabriek beschikt ook over een nieuwe drumfilterinstallatie, er zijn nieuwe leidingen aangebracht en de vloeren zijn vernieuwd. In de nabije toekomst zijn we van plan verder te investeren in capaciteitsverhoging, maar op dit moment zijn we in staat om een uitstekende kwaliteit MCC te produceren en te verkopen. MCC wordt gewonnen uit een plantaardige vezel en heeft dus niets met zuivel van doen. Maar deze vezel is heel belangrijk als je op een goede en effi-
Juni 2013 Ingredients
Spark 43
In de fabriek in Cuddalore is het afgelopen jaar flink geïnvesteerd Foto: FrieslandCampina
ciënte manier medicijnen wilt maken. MCC is in korte tijd erg belangrijk geworden voor ons afzetvolume.’ Booming Intussen heeft DFE Pharma een kantoor in de stad Bangalore in gebruik genomen. ‘Bangalore heeft een vliegveld, dat is in een groot land als India erg prettig.’ Het komende jaar wil Willem Hoogwater alle aandacht geven aan het zo optimaal mogelijk laten draaien van de productie. ‘In India is de farmaceutische industrie een absolute groeimarkt, het is echt ‘booming business’. Daarin kunnen wij de komende jaren een rol spelen en ervoor zorgen dat we onze eigen groeiambities waar maken. Door lokaal in India aanwezig te zijn zitten we dichter op de markt en zijn we in direct contact met de makers van medicijnen.’
DFE Pharma is een joint venture tussen het Nieuw-Zeelandse bedrijf Fonterra en FrieslandCampina. DFE Pharma maakt en verkoopt producten voor de farmaceutische industrie en maakt deel uit van de business group Ingredients. Medicijnen in de vorm van bijvoorbeeld tabletten en capsules bestaan maar voor een klein deel uit werkzame stoffen. In een tablet zit verder farmaceutische lactose als draagstof. DFE Pharma levert aan de farmaceutische industrie: Farmaceutische lactose, productielocatie Veghel en Borculo, Nederland, en Kapuni, Nieuw Zeeland. Inhalatie-lactose, speciaal voor medicijnen die via je neus in de longen worden geïnhaleerd. Ook die lactose wordt in Veghel, Borculo en Kapuni geproduceerd. Uiteenvalmiddelen, gemaakt van zetmeel, die ervoor zorgen dat een tablet in water (of in je mond) uiteenvalt (productielocatie Foxhol – Nederland). MCC ofwel microkristallijne cellulose, dat gebruikt wordt als bindmiddel in medicijnen, productielocatie Cuddalore – India.
44 Spark
Juni 2013
Merken in ....
Foremost, zuivel voor iedere dag in Thailand In Thailand kent iedereen Foremost. Jong en oud kent de producten van dit vooraanstaande zuivelmerk dat al 50 jaar geworteld is in de Thaise samenleving. Eerst was Foremost vooral bekend als producent van ijs, maar na 1992 is de aandacht verschoven naar melk en andere zuivelproducten. Foremost wil graag bijdragen aan gezonde voeding en aan consumenttevredenheid. Door productinnovatie, steun aan lokale boeren en eersteklas productieprocessen werkt FrieslandCampina Thailand aan die doelen. Door toonaangevend te zijn in productinnovatie zorgt Foremost ervoor dat er een breed assortiment zuivelproducten beschikbaar is. Nieuwe producten en nieuwe smaken worden geïntroduceerd en door nutriënten aan producten toe te voegen wordt tegemoet gekomen aan de behoeften van kinderen in allerlei leeftijdscategorieën. Dus biedt Foremost langhoudbare melk aan, verse melk, yoghurt en drinkyoghurt met speciale yoghurtcultures. Foremost koopt in Thailand een groeiende hoeveelheid melk van lokale boeren in, die voldoet aan alle kwaliteitseisen. Door lokaal melk in te kopen stimuleert Foremost de rol van zuivelcoöperaties in Thailand. Het stimuleren van de lokale melkveehouders gebeurt al geruime tijd en dat leidt er toe dat er steeds meer melk van hoogste kwaliteit beschikbaar komt. Kwaliteit speelt ook een belangrijke rol tijdens de productieprocessen. Het bedrijf haalde in 2000 ISO9001 en in 2005 ISO22000 certificaten. Via HACCP-procedures (Hazard Analysis Critical Control Points) wordt de kwaliteit van de productie permanent gevolgd. Door de aandacht te richten op productkwaliteit en betrouwbaarheid in het hele productieproces en door goed in te spelen op de behoeften van consumenten, geniet Foremost een enorm vertrouwen onder consumenten. Het is zelfs het meest vertrouwde merk van de afgelopen dertien jaar.
Foto: FrieslandCampina
Foremost zal steeds nieuwe zuivelproducten blijven ontwikkelen die bijdragen aan de gezondheid van de Thaise consumenten. Als je voor Foremost kiest, krijg je werkelijk kwaliteit die in de hele keten in gewaarborgd. Vanaf de boerderij tot in de winkel.