Situatie-analyse regionale logistieke knopen in Vlaanderen Ondersteuning Witboek Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. 5 juli 2013
In het beperkte onderzoek betreffende de Vlaamse zeehavens komt naar voor dat de Schelde-RijnDelta de belangrijkste toegangspoort is tot Noordwest-Europa. Hierbij zijn de achterlandverbindingen van deze havens van groot belang voor deze logistieke rol. Multimodale logistieke mogelijkheden (terminals bijvoorbeeld in de zeehavengebieden) spelen daarin een cruciale rol. Op Vlaams niveau vormen haven met hun achterlandverbindingen een zich vormend netwerk met logistieke knopen, op een regionaal schaalniveau. Het geheel biedt interessante mogelijkheden voor een modale shift in het goederenvervoer van en naar de havens (wanneer deze terminals gelegen zijn aan spoor- en/of waterwegen); het binden van goederenstromen van en naar de Vlaamse zeehavens en ook het ontwikkelen van logistieke activiteiten die een meerwaarde creëren in het binnenland.
Belang van regionale logistieke knoppen in het intermodaal transport Intermodaal transport is de verplaatsing van goederen die opeenvolgend gebruik maakt van verschillende transportmodi (weg, spoor en water). In de strikte definitie van de European Conference of Ministers of Transport (1993) wordt hier nog aan toegevoegd dat het verplaatsing van goederen betreft in één en dezelfde laadeenheid of voertuig zonder dat goederen behandeld worden gedurende de overslag. In de praktijk hanteren we een meer soepele omschrijving omdat bij containerterminals, ook in het achterland, niet alleen containers worden omgeslagen maar goederen ook worden gegroepeerd in containers of uit containers gehaald voor distributie. Van deze behandelen is de stap naar een verdere bewerking/behandeling niet ver weg. De omschrijving van intermodaal transport met één laadeenheid past goed bij de goederenstromen van containers en precies deze typologie leent zich tot handelbare overslag tussen modi. Binnen deze verplaatsingen van en naar de havens is een shift van unimodaal naar multimodaal transport mogelijk. Intermodaal vervoer is dus een combinatie van verschillende transportmodi waarbij eenheidsladingen zoals containers worden gebruikt. Dit transport biedt veel voordelen ten opzichte van unimodaal wegtransport. In de eerste plaats zijn er de lagere externe kosten ten gevolge van intermodaal transport (zoals congestie op de weg, geluid en CO2 en NOX emissies. Maar ook de financiële kost kan voor het transport vanuit een zeehaven in veel gevallen lager zijn. Maar dit laatste is zeer afhankelijk van de prijsvorming volgens transportmodi (doorrekening van externe kosten, subsidiëring, …). Het aandeel ten opzichte van de totale goederenvervoersmarkt is eerder gering, maar in de deelmarkt van containers naar en van havens neemt intermodaal transport een stijgend aandeel voor zijn rekening (Macharis e.a. 2012). Zo 1
neemt de binnenvaart reeds 34.6% van de containergoederenstroom van en naar Antwerpen voor zijn rekening. (cijfers van 2009 van havenbedrijf Antwerpen). Het belang van regionale logistieke knopen is dus gelegen in het aanbieden van overslag, bundeling en verdeling van containers, in een groeiende markt van containertransport. Van belang voor de verdere behandeling zijn daarom de combinaties binnenvaart/weg en spoor/weg voor containertransport van en naar zeehavens. In een container terminal kan de overslag van de containers tussen de verschillende beschikbare modi plaatsvinden. Een intermodale containerketen ziet er als volgt uit. De containers worden opgehaald van bij de klant (transportbedrijf of een productiebedrijf) en via een oplegger naar een intermodale terminal gebracht. Vervolgens worden de containers overgeladen op een binnenschip, een goederentrein of een kustvaarder en vervoerd tot aan de volgende terminal. Het eindtransport gebeurt weer via het wegtransport. In de meeste gevallen worden de containers via de zeehaven binnengebracht en start het intermodale traject vanaf de maritieme terminal in de haven. In de praktijk komen continentale stromen (dus stromen tussen twee inland terminals) nog niet veel voor, omdat de stromen nog te klein zijn.
(Macharis C. et al., 2011 en 2013) Tevens wordt de ontwikkeling van logistieke platformen in de onmiddellijke omgeving van havens. Beverdonk nabij de haven van Antwerpen is hier een voorbeeld van. De hoofdfunctie van transferia bestaat uit het ontlasten van de haven van Antwerpen, maar ze kunnen eveneens ingezet worden in de logistieke keten van het intermodaal vervoer. In de vakliteratuur worden deze terminals, nabij de haven, benoemd als ‘transferia’.
2
Overzicht van de containerterminals in Vlaanderen Naargelang de overslagmogelijkheden spreekt men van: Barge terminal: water/weg Dry port: spoor/weg Trimodale terminal: water/spoor/weg We kunnen een onderscheid maken in grootte volgens het aantal overgeslagen containers1:
Klein: minder dan 10.000 TEU Medium: 10.000 à 50.000 Groot: 50.000 à 100.000 Super:meer dan 100.000
Behalve overslag bieden de meeste terminals een aantal logistieke diensten aan die specifiek zijn voor de behandeling van containers:
Voor- en natransport Tijdelijke opslag van volle containers Empty depot (+onderhoud, herstel, cleaning) Douaneformaliteiten Strippen en stuffen van containers
Sommige terminals in bieden bijkomende diensten aan zoals herverpakken, orderpicking,…
Overzicht van de bestaande inland container terminals in Vlaanderen2:
(barge) Avelgem 22.380 (barge) Vilvoorde 8.000 (potentieel tot 30.000) (barge) Willebroek 45.298 (potentieel tot 200.000) (barge) Deurne 70.000 * 2013 (barge) Mol 10.000 (barge) Beverdonk (Grobbendonk) ? (potentieel tot 60.000 en uibreidbaar tot 300.000) (barge) Meerhout 184.227 * 2006 (potentieel tot 400.000) (spoor en barge) Genk haven 31.718 * 2002 (potentieel tot 80.000 barge)
1
Gebaseerd op beleidsondersteunende paper Intermodal Transport, Steunpunt personen- en goederenvervoer 2013 Gebaseerd op Steunpunt goederen- en personenvervoer, Promotie Binnenvaart Vlaanderen en IFB. De terminal van BATOP te Herent en van Euroshoe te Beringen werden bewust niet opgenomen in deze lijst, omdat ze uitsluitend gericht zijn op één specifieke klant en in deze onderzoeksnotitie we het belang van regionale knopen voor een open markt in beeld wensen te brengen. De terminal in Mol is ook gespecialiseerd en biedt diensten aan voor de chemische sector in de regio? Ook Macharis e.a. (2011 en 2013) hanteren een gelijkaardige lijst, inclusief Herent en Beringen. In de lijst van Macharis is ook een containerterminal binnen de Gentse zeehaven gelegen. We bespreken deze omwille van zijn ligging in het havengebied, maar de terminal opereert in feite ook deels als een regionale terminal. 2
3
(spoor) Genk Euroterminal (potentieel tot 60.000) (spoor) LAR Kortrijk-Rekkem ? (spoor) Muizen 17.000 * 2007 (spoor) Lanaken
(soort) (aantal TEU in 2012, tenzij ander vermeld en gekend; en gekende capaciteitsuitbreiding) Als bijlage is voor deze terminals een informatieve fiche opgemaakt. De meeste watergebonden terminals bieden dagelijks lijnendiensten aan naar Antwerpen en ook Rotterdam en ook (wekelijkse) naar Zeebrugge. In al deze terminals samen steeg tussen 1997 en 2010 de behandelde eenheidsladingen met 731% voor het binnenvaart/wegvervoer (Macharis e.a. 2012) , van 59.700 TEU in 1997 tot 496.703 TEU in 2010. De terminals die gelegen zijn langsheen de waterweg zijn sedert de jaren negentig van de vorige eeuw tot ontwikkeling gekomen. Uit de grootte-orde blijkt een grote verscheidenheid. De ruimtelijke spreiding van de terminals is bepaald door de infrastructurele mogelijkheden, het concurrentievoordeel die kan geboden worden ten opzichte van het wegverkeer en het onderlinge marktbereik. Deze terminals hebben dus een duidelijke ruimtelijke dimensie (locatie en bereik) maar zijn naar voorkomen vooral bepaald door de economische dimensie en worden beheerd op basis van bedrijfseconomische criteria (op het vlak van een rendabele exploitatie). Het is om deze redenen niet eenvoudig om een ondergrens aan te geven vanaf waar een inland containerterminal haalbaar is. In de praktijk blijkt 8.000 tot 10.000 TEU per jaar een ondergrens. Studies die de haalbaarheid nagaan van nieuwe terminals in Vlaanderen (Macharis 2013 e.a.) wagen van een gewenste jaarlijkse turn-over van 5.000 – 10.000 TEU.
4
Containerterminals in België (bron: Séminaire GRT, VUB 2009)
Containerterminal in de buurregio’s en buurlanden Brussels Hoofdstedelijk Gewest Er is een barge terminal in Brussel Wallonië In Wallonië zijn de terminals de volgende: Athus: dry port Charleroi: dry port Ghlin: barge terminal Moeskroen: dry port Renory: trimodaal In Liège is er een trimodale terminal in ontwikkeling :Trilogiport / LCI (Liège logistique intermodal) Nederland De dichtheid van het terminalnetwerk is beduidend groter in Nederland. Vele terminals zijn watergebonden en geënt op de grote rivieren richting delta, en hun zijrivieren. Stilaan worden ook diensten geboden tussen de haven van Rotterdam en Belgische terminals. Enkele Nederlandse terminals liggen nabij de regio Vlaanderen. Maar volgens Macharis (2013) zijn er geen Nederlandse 5
terminals met een marktgebied in Vlaanderen, maar staat de terminal van Genk wel in concurrentie met de terminal van Born in Nederland binnen het marktgebied in Zuid-Nederland en ook net over de grens in Duitsland. Ook de terminal van Mol slaagt er volgens Macharis in om een marktgebied in Nederland te creëren.
Inland Barge terminals in Nederland (bron: Bureau Voorlichting Binnenvaart, 2007)
Groot-Hertogdom -Luxemburg Hier is er één terminal, namelijk in Bettembourg, een dry port. Noord-Frankrijk Trimodaal : Dourges en Lille Barge: Halluin en Béthune
Duitsland Omwille van de fysisch-geografische condities liggen meest nabije Duitse terminals op enige afstand van de regio Vlaanderen, namelijk langsheen de Rijn. Er zijn er relatief veel. De terminals in de regio’s aangrenzend aan België zijn: Barge: Trier, Andernach, Bonn, Krefeld, Duisburg, Emmelsun-Wesel, Emmerich en Dormagen Barge en spoor: Dusseldorf, Neuss en Köln.
6
Concurrentie met buitenlandse regionale logistieke knopen / containerterminals3 Uit de analyses van Macharis e.a. (2013) blijkt dat de inlandterminals van Mol, Genk en Kortrijk (LAR) een duidelijke invloedssfeer hebben in het buitenland. Anderzijds is er ook een mogelijke concurrentie met buitenlandse terminals die zich niet ver van de Belgische grens bevinden. Het gaat dan vooral om de terminals van Halluin, Dourges en Lille in Frankrijk, en van Born en Stein in Nederland die interfereren met de verdere groei van de Vlaamse terminals, al gaat het hier vooral om marktgebied dat zich niet in België bevindt. De barge terminal in Halluin (op de Leie ter hoogte van het Vlaamse Menen) wordt in de studie van Macharis (2013) beschreven als een terminal die ook een marktbereik heeft binnen België lte). Terwijl de terminals van Kortrijk en Moeskroen een marktbereik in Noord-Frankrijk.Volgens Macharis e.a. (2013) hebben de Duitse terminals weinig of geen bereik tot in Vlaanderen. De terminal van Bettembourg in het Groot-Hertogdom Luxemburg heeft volgens Macharis e.a. (2013) een groot marktbereik, deels tot in België en dit ten koste van de terminal in Athus.
3
Overgenomen uit “Studieopdracht: analyse van de marktgebieden van de intermodale terminals voor transport van en naar de havens van Zeebrugge en Gent en koppeling en benchmarking naar het buitenland dmv uitbreidingen van Lambit”, MOBI, 2013 7
Ontwikkelingen in het landschap van de regionale logistieke knooppunten
Toenemend belang omwille van toenemend containervervoer Tot nu toe is het intermodaal vervoer met betrekking tot regionale logistieke knooppunten vooral een zaak gericht op de relaties tussen inland containerterminals en maritieme containerterminals. Ook in de toekomst blijft deze relatie een belangrijke gangmaker. De toename van het aantal containers van en naar de Belgische zeehavens (Zeebrugge, Antwerpen, Gent), kan het intermodaal vervoer verder blijven groeien.
Evolutie containeroverslag per haven in de Hamburg - Le Havre range (in TEU) (bron: Havenraad in Visser et al., 2012)
Evolutie containerbinnenvaart (bron: Promotie Binnenvaart Vlaanderen, 2012)
De mate waarin de goederenstromen (containerstromen) omvangrijker worden (dikker worden) bepaalt mede de mate waarin diensten worden aangeboden zoals rendabel wordende dagelijkse lijndiensten vanuit terminals naar de havens van Zeebrugge en Antwerpen. Waar deze stromen nog niet dik genoeg zijn van en naar één terminal kunnen lijndiensten ook meerdere terminals op één route bedienen.
8
Deze evolutie heeft onmiskenbaar een aantal voordelen. Voor Vlaanderen is van belang dat de zeehavens omvangrijke goederenstromen capteren, bijvoorbeeld als onderdeel van een ruimer internationaal netwerk. De relaties tussen inlandterminals en de Vlaamse zeehavens is hierbij belangrijk. Inland terminals zijn zo een belangrijk onderdeel geworden in het achterlandvervoer van en naar de haven (havens die dus de maritieme terminals vormen in deze keten). Het belang van de inland terminals zal alleen maar toenemen nu de havens meer en meer inzetten op een modal shift ten gunste van spoor en binnenvaart. Afgeleide meerwaarden zijn de lagere externe kosten (congestie, geluid, CO2-emissies,…) ten opzichte van het wegvervoer.
Evolutie containertransport per spoor (bron: Séminaire GRT, VUB, 2009)4
Kwetsbaarheden van de positie van inlandterminals Diverse in dit onderzoek gehanteerde bronnen vermelden dat de positie van het intermodale vervoer en de inlandterminals in Vlaanderen geen evident succesverhaal zijn. Het is een vaststelling dat het volledig potentieel van intermodaal transport in Vlaanderen niet is benut5. Er blijft een concurrentieel nadeel omwille van het prijsverschil met het wegvervoer waar de externe kosten onvoldoende geïnternaliseerd zijn. Ook is er het gevaar van interne concurrentie tussen spoor en waterweg omwille van het subsidiëringsbeleid . De investerings- en exploitatiekosten mogen niet onderschat worden (overslagkosten, investeringen in kades en equipement, het beheer van lege containers). Vooral een optimalisatie van het ketenmanagement waarbij lege containers zoveel mogelijk vermeden worden is kostenbesparend. Om containers vlot te vervoeren is een goede ketenregie essentieel. De verschillende partijen die betrokken zijn met het intermodaal vervoer moeten naadloos op elkaar zijn ingespeeld, zowel op operationeel vlak als op het vlak van communicatie. 4
Narcon staat voor National Rail Container Network en is een concept dat in 2004 werd opgestart om een antwoord te bieden op de groeiende behoefte van containervervoer van en naar de haven van Antwerpen en het hinterland. 5 Beleidsondersteunende paper “Intermodal transport - value of time & new terminal locations”, Steunpunt Goederen- en personenvervoer 2013
9
Of een terminal een succesverhaal6 wordt heeft ook veel te maken met de kwaliteit van de individuele exploitatie (aangeboden diensten, know how van de uitbater, aangeboden lijndiensten, …). De lijndiensten die een terminal kan aanbieden hangen in belangrijke mate af van het ontsluitingsaanbod van de desbetreffende haven, en van de kwaliteit van het spoor- en of waterwegennetwerk, maar eveneens van de mate van samenwerking tussen havens. Een lijn die meerdere haventerminals aandoet kan een concurrentiële (meer frequente en goedkopere) bediening aanbieden omwille van deze schaalvergroting. Dit speelt eveneens als deze lijn eveneens verschillende inlandterminals kan bedienen. Een stap verder is de verdere samenwerking tussen inlandterminals. Meer en meer inlandterminals profileren zich vanuit een netwerk. Hier liggen voornamelijk bedrijfseconomische redenen achter (schaalvoordelen, mogelijkheden tot samenwerking tussen de terminals onderling, bijvoorbeeld bij het herpositioneren van de lege containers).
Mogelijke ontwikkelingen in het landschap van de inlandterminals Het Steunpunt Goederenvervoer heeft een onderzoek verricht naar de mogelijke locatie voor nieuwe containerterminals in Vlaanderen7.Het rapport is gebaseerd op het onderzoek van Macharis e.a.(het zogenaamde Lambit-model (Locatie Analyse Model voor Belgische Intermodale Terminals). Het model is ontworpen om relevante beleidsaanbevelingen te maken wat betreft de verduurzaming van containertransport. Het onderzoek is mede gebaseerd op het marktpotentieel van terminals (marktbereik). Uit dit onderzoek blijkt dat de heropstart van de binnenvaartterminal van Wielsbeke/Zulte het grootste potentieel heeft. Het tweede grootste potentieel wordt gelinkt aan een railterminal in Heist op den Berg, al moet hier wel rekening gehouden worden met de onzekerheid in de toekomstige financiële ondersteuning van het spoorvervoer. Daarnaast worden locaties genoemd langs waterwegen in Roeselare en Turnhout.
6
De terminal in Wielsbeke werd in het verleden stopgezet en de terminal Cargovil in Vilvoorde werd overgenomen.
7
Beleidsondersteunende paper “Intermodal transport - value of time & new terminal locations”, Steunpunt Goederen- en personenvervoer 2013
10
De marktgebieden van de bestaande terminals en van de tien potentiële terminals met het grootste potentieel voor modale verschuiving (bron: Steunpunt goederen- en personenvervoer 2013).
Uit bovenstaande analyses blijkt eveneens dat deze logistieke knopen voor het containervervoer zich richten op een markt met een regionaal bereik. Volgens de spreiding van de huidige knopen en de analyse van Marcharius (2013) is dit marktbereik geografisch van een grootte-orde van meestal tot 20-30 km afstand van de knoop. De ligging van de bestaande knopen is uiteraard sterk bepaald door infrastructurele mogelijkheden (waterweg of spoor). Om deze fysisch-ruimtelijke redenen en de omwille van de werking van de markt (concurrentie van de weg en onderlinge concurrentie) geeft de cumulatie van het marktbereik van de individuele knopen geen volledige geografische dekking in Vlaanderen. Veel zones worden uitsluitend bediend door het wegtransport.
11
Aandachtspunten voor de beleidsvorming Witboek Ruimte Vlaanderen Uit het huidige positie van de regionale logistieke knooppunten in Vlaanderen blijkt een toenemend belang van deze (vooral container)terminals op het vlak van logistieke verrichtingen tussen de Vlaamse zeehavens en het Vlaamse achterland. De inlandterminals vormen een netwerk dat gekoppeld is aan de Vlaamse zeehavens. Dit heeft als voordeel dat er goederenstromen sterker gecapteerd worden voor deze havens en dat anderzijds een meerwaarde op vlak van een modal shift tussen het unimodale vervoer (van en naar de havens over de weg) naar het multimodale vervoer over het spoor en vooral de waterweg kan bereikt worden. De aantrekkelijkheid van de individuele terminals heeft veel te maken met de exploitatie (aangeboden diensten op de terminal, de frequentie en aard van de lijndiensten van en naar de havens, …). Inlandterminals zijn een uitstekend instappunt in de logistieke ketens. Voor regionale bedrijven is de drempel lager omwille van de nabijheid en de overzichtelijke schaal van de terminal, de aangeboden gespecialiseerde diensten eigen aan het internationale vervoer. De geografische locatie is uiteraard een factor die bepaald wordt door enerzijds de geboden infrastructurele mogelijkheden om een spoor- of bargeterminal in te richten en in zekere zin ook de afstand tot de havens en de dikte van de goederenstroom in functie van het aanbieden van een concurrentieel alternatief ten opzichte van het wegvervoer. In de praktijk zijn er dus mogelijkheden voor een zekere ‘regionale’ spreiding van terminals, binnen diverse regio’s in Vlaanderen. Gespecialiseerde studies, met aandacht voor het marktbereik van terminals, geven aan dat er nog ruimte is voor bijkomende locaties van regionale logistieke knooppunten. De omgevingen van Aalst, Turnhout en Roeselare worden hierbij genoemd als potentiële nieuwe binnenvaartterminals. De heropstart van de containerterminal in Wielsbeke/Zulte illustreert eveneens deze mogelijkheden. Een spoorterminal in Heist-op-den-Berg zou eveneens een potentie bezitten. In de praktijk is er om bedrijfseconomische redenen ook een kritische turn-over, maar de preciese ondergrens is van veel (bedrijfs-)economische factoren afhankelijk en ook volatiel. Locatie- en marktstudies besluiten wel dat gelet op de groeipotenties van het multimodaal containervervoer hier nog ontwikkelingsmarge is. Met o.a. de komst van vele nieuwe inlandterminals in de twee afgelopen decennia heeft zich in Vlaanderen een logistiek netwerk ontwikkeld waarin de Vlaamse zeehavens belangrijke knooppunten zijn geworden. Tussen de inlandterminals en de havens hebben zich regelmatige lijndiensten gevormd die een belangrijke shift naar multimodaliteit betekenen en nog kunnen betekenen. In de achterlandverbindingen van de havens zijn voor grote logistieke bedrijven en European Distributie Centra ruimtelijke mogelijkheden aangewend en voor handen. De verdere uitbouw van nieuwe terminals en ook de bouw van kaaimuren voor individuele bedrijven of bedrijventerreinen kan voor vele bedrijven, die op dit ogenblik enkel via de weg ontsloten worden, een ander toekomstperspectief inhouden. De uitbouw van inlandterminals en de aangeboden diensten biedt kansen om nieuwe logistieke diensten te ontwikkelen.
12
Bij deze ontwikkeling, waarbij ook op traditioneel havengebonden logistieke activiteiten zich vestigen buiten de poorten (zeehavens en luchthaven)8, hoort aandacht voor de duidelijk druk op het ruimtegebruik in het achterland. Op deze manier (zal) kan een deel van de economische activiteit van de poorten in het achterland gevaloriseerd worden. De uitdaging bestaat erin deze activiteiten zo goed mogelijk te bundelen op via de waterweg en het spoor bediende locaties, net als het zorgvuldig (efficiënt) ruimtegebruik in deze locaties.
Bronnen European Conference of Ministers of Transport (ECMT) (1993). Terminology on combined transport. http:/www.cordis.lu/transport Macharis Cathy et al., Intermodaal Binnenvaartvervoer, VUBPRESS, 2011 Macharis Cathy, Pekin Ethem en Van Lier Tom (2012), Intermodaal vervoer: bundeling van krachten en van stromen, in Boussauw Kobe, De Vos Jonas en Witlox Frank (red), Ruimte, Logistiek en Multimodaliteit, Garant, Antwerpen-Apeldoorn, 69 – 96 Macharis Cathy, Meers Dries, Koen Mommens en Pekin Ethem (2013), Analyse van de marktgebieden van de intermodale terminals voor transport van en naar de havens van Zeebrugge en Gent en koppeling en benchmarking naar het buitenland door middel van uitbreidingen van het Locatie Analyse Model voor Belgische Intermodale Terminals (LAMBIT), studie in opdracht van Administratie voor Waterwegen en Maritiem Transport, Departement Mobiliteit en Openbare Werken Vlaamse Overheid. Macharis Cathy, Meers Dries, Koen Mommens en Pekin (2013), Beleidsondersteunende paper Intermodaal Vervoer Value Time & New Terminal Locations, Steunpunt Personen- en Goederenvervoer (http://www.steunpuntmobilo.be/) Visser, J., Francke, J. en H. Gordijn (2012). Multimodale achterlandknooppunten in Nederland, Een studie naar containeroverslagterminals in het achterland van Nederlandse zeehavens. Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid.
8
Het Vlaams Instituut voor de Logistiek benoemd deze als ‘Extended Gateway’.
13
Bijlage: Begrippenlijst Voor- en natransport: is respectievelijk de first of last mile die met de vrachtwagen wordt afgelegd (ook wel terminal trucking genoemd) Empty depot (+onderhoud, herstel, cleaning): is een dienst die toelaat om lege containers tijdelijk te stockeren. Hiervoor is toelating vereist van de eigenaar van de containers (bvb grote rederijen). Strippen en stuffen van containers: repectievelijk ledigen en vullen van containers. (de)fumigatie: (ont)gassen van containers. Veel bedrijven spuiten chemische bestrijdingsmiddelen in containers om te voorkomen dat de lading aangetast wordt door schimmels of ongedierte. Dit noemt men ‘fumigatie’ of ‘begassing’. Vaak blijven er reststoffen achter in de containers, wat erg gevaarlijk kan zijn voor werknemers die nietsvermoedend zonder bescherming de containers betreden. Container terminals zetten speciale ruimtes ter beschikking om deze handelingen uit te voeren Reefers: gekoelde containers Tracking and tracing: informaticafunctionaliteiten die toelaten na te gaan waar de container zich precies bevindt en welke route de container aflegt. Reachstacker: voertuig dat toelaat containers te verplaatsen en te stapelen
14
Bijlage: informatiefiche van de inlandterminals 1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres Exploitant Netwerk Website Opstartdatum
AVELGEM CONTAINER TERMINAL (AVCT) Avelgem Nijverheidslaan 50 8580 Avelgem Groenenboom European Container Terminals (ECT) www.avct.be 1991
Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
X Schelde -
Troeven: Knelpunten: unimodale ontsluiting
3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten Kadelengte Aantal TEU Capaciteit aantal TEU Classificatie
5.1ha (19.000 m² in 2004) 2.000 TEU (2004) 2 barge / stack kranen met spoorlengte 200m 58 container chassis 240m 22.380 (2002) groot
Naburige bedrijventerreinen
4
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten Nationaal Internationaal
Dagelijkse afvaarten naar Rotterdam 15
4.2 Logistieke diensten Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie
West-Vlaanderen en Noord-Frankrijk General, IMO, reefers storage – inspection – cleaning – repair Documents, toekomstig: extended gate, niet: entrepot en AEO
Check , toekomstig: area
16
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
VAN MOER STEVEDORING Vilvoorde (Grimbergen) Havendoklaan 16 – Haven C120 1800 Vilvoorde Van Moer Group
Exploitant Netwerk Website Actief sinds
www.vanmoergroup.com Heropgestart door Van Moer in 2011 2002 - … : Cargovil Container terminal
Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
E19 Zeekanaal, Ring Bxl -
Troeven: nabijheid Brucargo Knelpunten: komt moeilijk van de grond
3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten
20.000 m² 1.600 TEU
Aantal TEU 8.000 TEU (2003) Capaciteit aantal TEU Classificatie
Potentieel tot 30.000 TEU medium
Naburige bedrijventerreinen
Cargovil
4
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten Nationaal Internationaal
Dagelijkse verbinding met Antwerpen Dagelijkse verbinding met Rotterdam
4.2 Logistieke diensten
17
Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie
x x
18
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
TRIMODAL CONTAINER TERMINAL Belgium – TCT BELGIUM Willebroek Victor Dumonlaan 12, IZ2 2830 Willebroek
Exploitant Netwerk Website Actief sinds
ECT www.ect.nl 2000
Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
E19 Zeekanaal (barge and feeder/shortsea) -
Troeven: nabijheid Antwerpen Knelpunten: geen spoorverbinding
3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten
10 ha
Kadelengte: 350 m Mobiele kranen
Aantal TEU 45.298 (2002) Capaciteit aantal TEU
Classificatie
Capaciteit van 60.000 TEU (2004) Capaciteit van 200.000 TEU (2008) super
Naburige bedrijventerreinen
Blaasveld
4
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten Nationaal Internationaal
Antwerpen: 2 keer per dag Zeebrugge: regelmatige verbinding Dagelijkse verbinding met Rotterdam
19
4.2 Logistieke diensten Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie
x General IMO, reefers Storage, inspection, cleaning, repair Entrepot, documents, toekomstig: extended gate
Check, area
20
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
GOSSELIN CONTAINER TERMINAL - GCT Deurne Belcrownlaan 23 2100 Deurne Gosselin Groep
Exploitant Netwerk Website Actief sinds
www.gctnv.be 2001
Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
E313, ring Antwerpen Albertkanaal
Troeven: nabijheid Antwerpen container transferium Knelpunten:
3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten
Aantal TEU
Capaciteit aantal TEU Classificatie
40.000 m² 60.000 m ² (global village partnership 2013) 4 hoog Kadelengte: 340m Mobiele kraan 65 ton: 1 Reach stackers 45 ton: 3 Vorkliften 16 ton: 2 Vorkliften 5 ton: 3 Vorklift 4 ton: 1 15.000 (2002) 50.000 (2008) 70.000 (global village partnership 2013)
super
Naburige bedrijventerreinen
4
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten
21
nationaal internationaal
Antwerpen: dagelijks Rotterdam: dagelijks
4.2 Logistieke diensten Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie Andere
Container transport, groupage of full truck load Europa Alle soorten containers Lange en korte termijn x paperless x 500 m² Order picking, (re)packing, labeling
22
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
Belgian Logistic Center - BLC Mol Voortstraat 19 2400 Mol Groep Gheys
Exploitant Netwerk Website Actief sinds
www.gheys.com
Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
X Zijkanaal van het Albertkanaal (60 TEU) -
Troeven: Knelpunten:
3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten
Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten
Aantal TEU Capaciteit aantal TEU Classificatie
55 silo’s: 60.000 ton, 15.000m³ Warehouse: 80.000 m² Openlucht: 75.000 m² Containers – verpakte goederen - stukgoed ja Kadelengte: Reach stacker (20ft, 30ft, 40ft): 1 10.000 medium
Naburige bedrijventerreinen
4
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten nationaal internationaal
Antwerpen: dagelijkse verbinding Zeebrugge: wekelijkse verbinding Rotterdam: wekelijkse verbinding
23
4.2 Logistieke diensten Voor- en natransport
Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie Andere
Benelux, Ruhrgebied, Noord-Frankrijk 20-45ft iso containers Bulk containers High cube containers x x x
x Bulkgerelateerde diensten
24
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
Beverdonk Container Terminal - BCT Grobbendonk Industrieweg 36 2280 Grobbendonk DP World DP World Participatie haven van Antwerpen intermodal.dpworld.be 2011
Exploitant Netwerk Website Actief sinds Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
E313 Albertkanaal (60 TEU) -
Troeven: Knelpunten:
3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten
Aantal TEU Capaciteit aantal TEU Classificatie
25.000 m² (uitbreidbaar tot 100.000 m²) Tot 10 ha kadelengte: 200 (uitbreidbaar tot 500m) Gottwald kraan 64 ton: 1
Nu: 60.000 Uitbreidbaar tot 300.000 TEU super
Naburige bedrijventerreinen
4
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten nationaal internationaal
Antwerpen: 3 keer per week Zeebrugge: Rotterdam: 3 keer per week
25
Daily calls? 4.2 Logistieke diensten Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie Andere
chassis
x x (waaronder repair services) Entrepot E, papierloos van en naar Antwerpen
x Trailer parking EDI
26
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
Euroports Containers Meerhout Nikelaan 1 2450 Meerhout WCT? Euroports Samenwerking met haven Antwerpen
Exploitant Netwerk
Website Actief sinds
www.euroports.com 1996
Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water
E313 Albertkanaal (144 TEU) Shortsea (zodra verhoging bruggen voltooid is) X
Spoor Troeven: basisvracht dankzij Nike Knelpunten: bruggen Albertkanaal
3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten
Aantal TEU Capaciteit aantal TEU Classificatie
110.000 m² 8.000 TEU 5 hoog Kadelengte: 350m Grantry portaalkranen: 2 Reach stackers: 9 2x320m rail access 127.775 (2002) 184.227 (2006) Capaciteit: 400.000 super
Naburige bedrijventerreinen
4
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten
27
nationaal internationaal
Regelmatige verbinding met Antwerpen, Zeebrugge Regelmatige verbinding met Rotterdam, Amsterdam
4.2 Logistieke diensten Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie Andere
Sterk regionaal gericht
x
28
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
Haven Genk Genk Kolenhavenstraat 6 3600 Genk Haven Genk Samenwerking met haven Antwerpen www.havengenk.be 1999
Exploitant Netwerk Website Actief sinds Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
E314 Albertkanaal X
Troeven: Knelpunten:
3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten
Barge terminal opp: 7 ha Rail terminal opp: 5 ha 5.000 TEU Kadelengte: 500m Spoorlengte: 7 km Reach stackers: 4 Loco-tractor: 1 5 x 500m Aantal sporen: 5 Total bruikbare lengte: 2.500m
Aantal TEU Capaciteit aantal TEU Classificatie
22.000 (2001) 31.718 (2002) 80.000 (barge) Spoor? groot
Naburige bedrijventerreinen
4
DIENSTEN 29
4.1 Transportdiensten nationaal internationaal
Antwerpen: 4 afvaarten/aankomsten per week Rotterdam: 2 afvaarten/aankomsten per week Klokvaste spoorverbinding Genk – Noord-Italië (20 vertrekkende en 20 aankomende treinen per week)
4.2 Logistieke diensten Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie Andere
Limburg, Nederland, Duitsland X X X (reiniging + herstelling) X
Forwarding Overladen van containers, trailers en wissellaadbakken Voorraadbeheer Ook bulk en stukgoed
30
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
Delcatrans Kortrijk LAR 8930 Rekkem Delcatransport
Exploitant Netwerk Website Actief sinds
www.delcatrans.be
Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
E17 X
Troeven: Knelpunten:
3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten
3 x 450m Aantal sporen: 3 Bruikbare lengte: 1.350m Aantal reach stackers 45 ton: 5
Aantal TEU Capaciteit aantal TEU Classificatie Naburige bedrijventerreinen
4
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten nationaal internationaal
Dagelijkse treinverbinding tussen Antwerpen en Moeskroen Zeebrugge? Rotterdam?
4.2 Logistieke diensten 31
Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie Andere
70 trekkers en 130 containerchassis 6.000 m² (exclusief gekoelde goederen en ADR) X Onderhoud – herstelling – cleaning X X 20 – 40 – 45 – HC – ADR – reefers Goederenbehandeling Palletiseren Orderpicking Stockbeheer
32
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
Euroterminal Genk Genk Transportlaan 12 3600 Genk ETG IFB www.euroterminalgenk.be
Exploitant Netwerk Website Actief sinds Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
X X
Troeven: aanwezigheid van heel wat logistieke bedrijvigheid Knelpunten:
3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten Uitbreidingsmogelijkheden
52.000 m² (2013)
Overslagfaciliteiten
Aantal laadsporen: 4 x 600 m (2013) Aantal sporen: 2 Totaal bruikbare lengte: 1.200 m Aantal reach stackers 45 ton: 2 Mobiele kraan: 1 (2013)
Uitbreiding en modernisering af te ronden tegen begin 2013 Van 25.000m² 52.000 m²
Aantal TEU Capaciteit aantal TEU Classificatie
60.000 (2013) super
Naburige bedrijventerreinen
Genk-Noord
4
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten nationaal
Antwerpen Zeebrugge 33
internationaal
Rotterdam Zuid-(Oost)Europa Gespecialiseerd in de overslag en distributie van containers tussen de Euregio Maas-Rijn en de WestEuropese havens/Zuid(Oost)Europa 4.2 Logistieke diensten Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie Andere
X
? Onderhoud – herstelling – cleaning X X ADR - Reefer
34
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
Muizen Dry Port Muizen (Mechelen) Leuvensesteenweg 443 2812 Muizen IFB IFB www.interferryboats.be
Exploitant Netwerk Website Actief sinds Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
E19 X
Troeven: Knelpunten: 3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten
42.500 m²
Aantal TEU
34.000 (2005) 17.000 (2007)
Capaciteit aantal TEU Classificatie
4 x 600 m Aantal sporen: 4 Totaal bruikbare lengte: 2.400 m Gantry cranes 40 ton: 2 Reach stackers 45 ton: 2
medium
Naburige bedrijventerreinen
4
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten nationaal internationaal
Antwerpen
35
4.2 Logistieke diensten Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie Andere
36
1
ALGEMEEN
Naam Locatie Adres
Railport Lanaken Lanaken Industrieweg 101 3620 Lanaken
Exploitant Netwerk Website Actief sinds
www.railportlanaken.be 2011
Context, historiek 2
BEREIKBAARHEID
Weg Water Spoor
Nabij E313, E314, A25 Nabij Albertkanaal
Troeven: Knelpunten: geen rechtstreekse spoorverbinding met Vlaamse havens 3
KENMERKEN
Oppervlakte Opslagfaciliteiten
Uitbreidingsmogelijkheden Overslagfaciliteiten
35.000m² Bulk Containers, flats, swap bodies en trailers 4 x 600m Reach stacker: ? Loco-tractor: 1
Aantal TEU Capaciteit aantal TEU Classificatie
Nog steeds geen contract
Naburige bedrijventerreinen
Europapark Lanaken
4
Klein
DIENSTEN
4.1 Transportdiensten nationaal internationaal
37
4.2 Logistieke diensten Voor- en natransport Terminal trucking Tijdelijke opslag volle containers Strippen en stuffen Empty depot faciliteiten Douane Tracking & tracing Beveiliging Fumigatie Andere
X X ? herstelling, cleaning X
Bulk VAL
Bronnen: Steunpunt Goederen- en personenvervoer Promotie Binnenvaart Vlaanderen Internetsites van IFB en de besproken container terminals
38