Visietekst GOK 1. Vooraf: van twee concepten naar één visie Sinds 1 september 2007 vormen het Coloma-Instituut en het Onze-Lieve-Vrouw van de Ham-Instituut samen één onderwijsproject: COLOMAplus. Beide scholen waren GOK-scholen met dezelfde globale visie op gelijke onderwijskansen: bijzondere aandacht voor leerlingen die het om wat voor reden dan ook moeilijk hebben. Dat gemeenschappelijk vertrekpunt kreeg in elke school wel eigen accenten: ·
GOK-thema’s Coloma: - preventie en remediëring van ontwikkelings- en leerachterstanden - preventie en remediëring van studie- en gedragsproblemen - socio-emotionele ontwikkeling · GOK-thema’s Ham: - socio-emotionele ontwikkeling - taalvaardigheidsonderwijs COLOMAplus maakt deel uit van De Pelgrim. In de missietekst vinden we een aantal uitgangspunten die aansluiten op onze GOK-visie. a) Bestuur, directies en medewerkers willen samen een gastvrije en solidaire pedagogische omgeving creëren waarin het kind of de jongere zich gewaardeerd voelt. b) Wij willen dat kinderen en jongeren zich kunnen ontwikkelen tot waardevolle, verantwoordelijke en geëngageerde volwassenen. Dat kan alleen als alle talenten erkend en benut worden en leerlingen leren eigen keuzes te maken en samen te werken. c) Wij willen veilige scholen waar ieder persoon mag zijn wie hij is, dit houdt o.a. in dat we een open dialoog en respectvolle meningsuiting bevorderen. Na de beginsituatieanalyse van 2008-2009 werd gekozen voor twee gemeenschappelijke (= over de drie administratieve scholen) GOK-thema’s. Hieronder de prioriteiten uit de bevraging.
1
1.1 Preventie en remediëring Door de breedte van het studieaanbod, gespreid over drie onderwijsvormen, trekt COLOMAplus een bijzonder divers leerlingenpubliek aan met een bovengemiddelde zijinstroom. Die diversiteit is tegelijk een kracht en een uitdaging.
Daarom willen we werken aan: · het creëren van een constructief bondgenootschap met onze leerlingen, wat ook hun persoonlijke voorgeschiedenis is; · competentieontwikkelend leren met bijzondere aandacht voor zelfreflectie en zelfsturing; · het bevorderen van een open en participatieve dialoog met en tussen onze leerlingen. Soms zal dit kunnen via globale beleidsmaatregelen; soms zal maatwerk nodig zijn.
2
We zijn er van overtuigd dat respectvolle verbondenheid de sleutel is om preventie en remediëring uit te bouwen tot een kwaliteitskenmerk van de school. Om dit mogelijk te maken is het belangrijk om enerzijds leerlingen ruime kansen te geven en anderzijds oog te hebben voor de beheersbaarheid van ons pedagogisch project. Dat laatste betekent dat er ook grenzen gesteld en bewaakt moeten worden. Om de doelen concreter te maken en nog beter af te stemmen op de doelgroep, catalogeren we de probleemgebieden als volgt: 1. Financiële gevolgen van kansarmoede 2. Weinig sociale vaardigheden 3. Cultuurverschillen 4. Weinig studiemotivatie 5. Normbesef, weinig regelbewust handelen We formuleren voor elk probleemdomein een globale doelstelling: 1. We bewaken de schoolkosten. 2. We geven conflictbeheersing prioriteit in onze werking. 3. We gaan bewust om met cultuurverschillen. 4. We ondersteunen door motiverende lestechnieken en leerbegeleiding. 5. We hanteren een sanctiebeleid waarbinnen begrip is voor de totale context van de leerling.
1.2 Taalvaardigheidsonderwijs De hierboven vermelde diversiteit van de leerlingen is ook merkbaar op het vlak van taal. Een behoorlijk (en elk jaar groeiend) percentage van onze leerlingen heeft een andere thuistaal dan het Nederlands. Daarnaast is ook de groep uit de lagere SESklassen oververtegenwoordigd. Dit betekent dat heel wat leerlingen opgroeien in een omgeving met weinig aandacht voor taalvaardigheid (bv. ondersteuning van een leescultuur).
3
We willen de problemen die hieruit voortvloeien, liever voorkomen dan genezen. Daarom is het belangrijk dat zoveel mogelijk leraren betrokken worden bij taalvaardigheidsonderwijs. Al te vaak belemmeren immers allerlei vormen van taalachterstand het ontwikkelingstraject van onze leerlingen. Wanneer we problemen op basis van taal in alle vakken aanpakken, kunnen ook leerproblemen op andere vlakken verminderen en geleidelijk verdwijnen. Zo moet er nadien minder remediërend gewerkt worden (bv. bijlessen). Iedereen moet zich hiervan bewust zijn. Om die noodzakelijke – want draagvlak creërende – betrokkenheid te verhogen, organiseerden we begin 2009 een enquête over taalbeleid. De volgende stellingen konden rekenen op grote eensgezindheid en vormen dus mee de onderbouw van onze visie op een haalbaar taalvaardigheidsonderwijs. We zijn bereid om: · onze manier van lesgeven aan te passen aan de behoeften van de leerlingen; · ons taalgebruik in de klas (bij instructies en uitleg) aan te passen aan het taalniveau van de leerlingen; · nieuwe leermiddelen te gebruiken die beter aangepast zijn aan de leerbehoeften van de leerlingen; · meer te overleggen onder collega's over methodieken en leermiddelen. Deze vakoverstijgende aanpak betekent geenszins dat we voor onze leerlingen de lat willen verlagen door bijvoorbeeld technische instructietaal of vaktermen te bannen uit de lespraktijk. We willen leraren wel bewust maken van de verwarring die hier vaak rond bestaat.
2. Beginsituatieanalyse 1ste trimester 2011-2012 2.1 Vooraf Zoals hierboven gemeld, stond de vorige GOK-cyclus in het teken van de integratie van twee naast elkaar bestaande GOK-praktijken (Coloma en de Ham). Vanaf cyclus 20082011 werd gekozen voor twee gezamenlijke thema’s: · preventie en remediëring; · taalvaardigheidsonderwijs. Twee bedenkingen daarbij: · beide thema’s hebben raakvlakken met respectievelijk het zorgbeleid en het talenbeleid; · uit de BSA van 2008 bleek dat eigenlijk alle zes de thema’s in aanmerking kwamen als GOK-speerpunten. De BSA van 2011 werd gebaseerd op de vragenlijst uit het document “GOK-beleid in de steigers - Methodieken, materialen en instrumenten”. Sommige vragen werden anders geformuleerd, andere werden geschrapt. De enquête liep van 20 september tot 9 oktober bij 188 leraren via Smartschool. 4
Afgewerkt Gestart maar niet afgewerkt Niet gestart
170 6 12
2.2 Grote lijnen uit de BSA september 2011 Geheel in de lijn van de verwachting bleek uit de enquête dat ook deze keer vrij kon gekozen worden uit alle thema’s. Voor geen enkel thema wordt immers aangegeven dat we nog in een prille opstartfase zitten of dat er weinig of niets rond gebeurt. Het lijkt ons dan ook logisch om te kiezen voor continuïteit en verder te werken aan preventie en remediëring en taalvaardigheidsonderwijs. Los daarvan zullen ook de andere thema’s volop aan bod blijven komen, maar dan minder zichtbaar in het GOKbeleidsplan. Prioritering kernelement van de schoolcultuur en daardoor – onafhankelijk van het GOK-beleid – prominent aanwezig centrale GOK-thema’s op dit moment minder prioritair, hoewel bepaalde onderdelen zeker continue aandacht verdienen
Beleid geïntegreerde aanpak
A
verder te ontwikkelen zinvolle initiatieven
B C
Hieronder per thema enkele opvallende gegevens: Thema
Preventie en remediëring
Taalvaardigheidsonderwijs
Diversiteit
Doorstroming en oriëntering
Toelichting · Zeer hoge score op de uitspraak ‘Op een planmatige wijze hulp bieden bij problemen (diagnose en remediëring), indien nodig in samenwerking met vakcollega’s, de coach of externen (CLB, …).’ · Leerkrachtniveau significant hoger dan leerlingniveau. · Mooie score voor het gebruik van interne communicatiekanalen en nascholingsbeleid. Dat loopt trouwens als een rode draad door de zes thema’s. · Iets lagere scores ten opzichte van het vorige thema, maar toch op alle niveaus hoog te noemen · Het meer betrekken van het hele schoolteam lijkt een werkpunt. · Hoogste scores van de zes thema’s. Wordt duidelijk als troef aangegeven. · Dit zit helemaal in lijn met de grote (en nog steeds toenemende) diversiteit van de schoolpopulatie. · Enkele uitschieters: o leren van elkaar scoort relatief laag; o idem voor koppeling aan het onderwijsleerproces; o streven naar diverse samenstelling van alle schoolgeledingen wordt als aandachtspunt naar voor geschoven. · Hoge scores voor de begeleiding van het studiekeuzeproces, ook vanuit het perspectief van de leerling (heroriëntering, horizonverruiming,
Pr.
B
B
A
C
5
·
· · Socio-emotionele ontwikkeling
· · ·
Leerlingen- en ouderparticipatie
·
informatiedoorstroom, enz.). Sluit aan bij de aanzienlijke zijinstroom (vaak op basis van nieuwe studiekeuze na falen) waarmee de school elk jaar te maken krijgt en dit in alle studiejaren. Ter illustratie: vorig jaar telden we meer dan honderd late inschrijvers en ongeveer evenveel vertrekkers waarbij het meestal om een heroriëntering ging. Aanvullend: uit de antwoorden valt af te leiden dat leerlingen niet noodzakelijk naar het eigen schoolaanbod toegeleid worden. Op zich is dat een evidentie, maar toch. Ook hier erg hoge scores die verklaard worden door het sterk uitgebouwd zorgbeleid op school (o.m. via de rol die de coachen hierin opnemen). De transfer naar de eigen klas- en lespraktijk blijft dan weer wat onderbelicht. Ook het participatief karakter binnen dit thema kan beter. Thema met de meeste variantie binnen de antwoorden en dus het moeilijkst om algemene conclusies te ontdekken. Er wordt een zeker eenrichtingsverkeer gesignaleerd waarbij de actieve betrokkenheid van leerlingen en ouders niet helemaal in balans is met de aangeboden participatiekansen.
A
C
3. Doelen per domein Er werd gepoogd om de doelen SMART-er te formuleren dan in vorige versies van het GOK-beleidsplan. Daar tegenover staat dat meetbaarheid ook grenzen heeft; we willen vermijden dat wat niet in cijfers uit te drukken valt, buiten beeld zou blijven. 3.1 Preventie en remediëring 3.1.1 We bewaken de schoolkosten Algemeen doel: de juiste leerling op de juiste plaats, waarbij elk uitsluitingsmechanisme via de drempel van de schoolkosten zo beperkt mogelijk gehouden wordt LEERLINGNIVEAU: We geven duidelijke financiële informatie aan leerling en ouders bij de inschrijving in een studierichting. LEERKRACHTNIVEAU: We willen leerkrachten verder bewust maken dat de schoolkosten verantwoord moeten zijn. We willen hierbij een verschil maken tussen het basismateriaal en de extra elementen (bvb uitstappen). SCHOOLNIVEAU: We willen transparantie bereiken tegenover ouders wat betreft te verwachten kosten. We willen een goed evenwicht tussen enerzijds het bereiken van de doelstellingen en anderzijds het beheersen van het kostenplaatje.
6
3.1.2 We geven conflictbeheersing prioriteit in onze werking. Algemeen doel: vaardiger worden in het omgaan met conflicten door het ondersteunen van sociale vaardigheden en het stimuleren van probleemoplossend gedrag zodat er meer ruimte komt voor een positieve klassfeer LEERLINGNIVEAU: We willen leerlingen bewust maken dat conflicten behoren tot het proces van ‘samenleven’ en dienen opgelost te worden door communicatie. We willen leerlingen vaardig maken in het gebruik van geschikte taal en houding binnen conflictcommunicatie. LEERKRACHTNIVEAU: We willen leerkrachten verder vaardig maken in conflictbeheersing en hen ondersteunen als dit moeilijk wordt. SCHOOLNIVEAU: We willen een klimaat scheppen dat conflictenvermijdend is door luisterbereidheid en transparantie. Bij conflicten willen we bemiddelend optreden. 3.1.3 We gaan bewust om met cultuurverschillen. Algemeen doel: de culturele verscheidenheid de leerwinst niet in de weg laten staan LEERLINGNIVEAU: We verwachten van elke leerling respect voor de cultuur van de andere. LEERKRACHTNIVEAU: We willen leerkrachten verder vaardig maken in het omgaan met cultuurverschillen. SCHOOLNIVEAU: We herkennen cultuurverschillen; creëren een platform waarbinnen ze bespreekbaar zijn en zoeken naar compromissen in het handelen. We willen een klimaat scheppen waarbij er respect is voor cultuurverschillen en voor de onderwijsopdracht van de school. 3.1.4 We ondersteunen leerlingen door motiverende lestechnieken en leerbegeleiding. Algemeen doel: door zowel preventie als remediërende acties leerlingen (opnieuw) op het goede spoor krijgen met bijzondere aandacht voor leerlingen die met (leer)achterstand aan de start verschijnen LEERLINGNIVEAU: We willen leerlingen zo goed mogelijk ondersteunen in hun motivatieproces en concrete leerbegeleiding aanbieden. LEERKRACHTNIVEAU: We willen leerkrachten verder inzicht geven in motivatiebevorderende en –belemmerende factoren. We willen een goede doorstroming van informatie tussen leraar en student-begeleider. SCHOOLNIVEAU: We willen een school zijn die leerlingen veel kansen geeft om ook na eerder falen succes te ervaren in de gekozen studierichting.
7
3.1.5 We hanteren een sanctiebeleid waarbinnen begrip is voor de totale context van de leerling. Algemeen doel: een duidelijke en afdwingbare structuur uitbouwen met een doordacht evenwicht tussen grensbewaking en flexibiliteit LEERLINGNIVEAU: We corrigeren tijdig gedrag dat de leer- en leefsfeer in klas en school beschadigt. We hechten veel belang aan communicatie hier rond. LEERKRACHTNIVEAU: We willen leerkrachten verder inzicht geven in de processen rond negatief gedrag en vaardig maken om gedrag om te buigen. We willen leerkrachten ondersteunen bij ernstige gebeurtenissen of wanneer de eigen aanpak weinig resultaat geeft. SCHOOLNIVEAU: We willen een positief schoolklimaat creëren zodat opvoeden en opleiden kans op slagen heeft. 3.2 Taalvaardigheidsonderwijs 3.2.1 Algemene doelen Leerlingenniveau Het aantal leerlingen, die een voldoende taalvaardigheidsniveau bereiken in functie van hun specifieke opleiding en het functioneren in de samenleving vermeerderen. Lerarenniveau De COMPETENTIE van de leerkrachten om taalvaardigheidsonderwijs te geven, VERGROTEN Dit houdt o.m. in: § instrumenten kunnen hanteren om het taalvaardigheidsniveau van de leerlingen te kunnen bepalen · een interactieve aanpak (met aangepaste werkvormen en middelen) hanteren om leerlingen taalvaardigheid te laten opbouwen · bewust kunnen omgaan met taal en taalvaardigheid bevorderen in alle vakken; · op een planmatige wijze hulp kunnen bieden bij taalproblemen (signalen onderkennen, expliciete doelen stellen, goed gekozen materialen, methoden en evaluatie-instrumenten hanteren, duidelijke criteria voor succes of vooruitgang vastleggen) Schoolniveau De PROCEDURES in scholen VERSTERKEN om een taalbeleid te ontwikkelen en om gelijkgericht handelen inzake taalvaardigheidsonderwijs te realiseren. Dit houdt o.m. in: · betrekken van het hele schoolteam bij de permanente cyclus van doelbepaling, planning en bijsturing o.b.v. evaluatieresultaten · actief ondersteunen door de schoolleiding · systematisch en regelmatig gebruik maken van interne communicatiekanalen en overlegstructuren · samenwerken met externen · voeren van een professionaliseringsbeleid 8
3.2.2 Operationele doelstellingen 2011-2014 LEERLINGNIVEAU 1. We willen de talige beginsituatie van de leerlingen van het eerste t.e.m. het derde jaar in kaart brengen en zo een zicht hebben op hun niveau 2. We willen de leerlingen van 1B remediëren wat betreft technisch lezen en zo hun AVI niveau verhogen 3. We willen de leesvaardigheid (begrijpend lezen) en de woordenschatkennis van de leerlingen van het eerste t.e.m. het derde jaar verhogen door meer tekstanalyseoefeningen aan te bieden 4. We willen taalprikkels geven aan de leerlingen van de verschillende graden 5. We willen ex-okan leerlingen begeleiden in hun leertraject en hun slaagkansen verhogen
LEERKRACHTNIVEAU 1. We willen dat leraren oog hebben voor het taalniveau van hun leerlingen en aangepast lesgeven en remediëren 2. We willen dat leraren zich bewust zijn van hun taalgebruik en taalontwikkelend lesgeven 3. We willen dat leraren van ex-okanners rekening houden met de begeleidingsmaatregelen voor deze leerlingen en deze integreren in hun lespraktijk voor de hele klasgroep
SCHOOLNIVEAU 1. We willen nieuwe screeningsinstrumenten implementeren om de talige beginsituatie van leerlingen te kunnen analyseren 2. We willen dat het hele schoolteam betrokken is bij het taalvaardigheidsonderwijs door hierover systematisch te communiceren via e-mail en via de nieuwsbrief 3. We willen dat leraren hun professionaliteit ter zake verdiepen d.m.v. nascholingen en/of hulp van externe deskundigen 4. We willen een begeleidingsplan voor ex-okan leerlingen en leraren van ex-okan leerlingen opstellen en integreren in het beleid
9