RAADSINFORMATIEBRIEF De leden van de raad Postbus 200 2920 AE KRIMPEN AAN DEN IJSSEL
Datum: Zaaknummer: Afdeling: Contactpersoon: Uw brief van: Onderwerp:
11-4-2016 ZK16001978 Ruimte W. Melenberg Zienswijze inzake zeggenschap MRDH door deelname in RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V
Geachte leden van de raad, Sinds 1 januari 2015 is de Vervoersautoriteit MRDH opdrachtgever voor de concessies voor het railvervoer in de Rotterdamse en de Haaglandse regio's. Concessies Rail Rotterdam en Haaglanden en voorgenomen inbesteding De MRDH bereidt de inbesteding van de concessies Rail Rotterdam 2016 en Rail Haaglanden 2016 voor en het voornemen is deze concessies op grond van inbesteding te gunnen aan respectievelijk RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V. Inbesteding is mogelijk op grond van de Wet personenvervoer 2000, die daarbij als voorwaarde stelt dat de concessieverlener (MRDH) over de concessiehouder (RET en HTM) 'net als over haar eigen diensten' zeggenschap uitoefent. Om uitvoering te geven aan deze bepaling heeft de MRDH in de afgelopen periode afspraken gemaakt met de eigenaren (gemeente Rotterdam, respectievelijk gemeente Den Haag) van de RET en de HTM. Deze afspraken hebben geleid tot het voornemen dat MRDH van beide vervoerbedrijven één aandeel verwerft. De meerderheid van de aandelen blijft in handen van de huidige eigenaren. Raadsinformatiebrief juli 2015 Uw raad heeft op 28 juli 2015 van ons een raadsinformatiebrief ontvangen over de concessies Rail Rotterdam 2016 en Rail Haaglanden 2016 (zie bijlage). Wij hebben daarin aangegeven dat het ons raadzaam leek om af te zien van het indienen van een hierop betrekking hebbende zienswijze. U hebt toen de desbetreffende stukken voor kennisgeving aangenomen. Verkrijgen zeggenschap MRDH in RET en HTM louter formele kwestie Uit de bij deze RIB gevoegde stukken blijkt duidelijk dat het verwerven van aandelen door de MRDH enkel en alleen bedoeld om de voorgenomen inbesteding van beide concessies mogelijk te maken. Gejét op net vorenstaande lijkt het ons raadzaam om af te zien van het indienen van een zienswijze over de wijze waarop de MRDH de zeggenschap wil realiseren. De iesŬetreffende stukken bieden wij u daarom graag ter kennisneming aan.
en wethouders van Krimpen aan/l len IJssel De secretaris, r( emeester
meent Krimpe aaniien Ussel
Postbus 2O0 AE Krimpen aan den Usse Bezoekadres: Raadhuisplein 2
2920
T : i ļ o i 8 o | F: (0180) 51 6040 E:
[email protected] I: wv/w.krimpenaandenijssel.nl
Bijlagen: « brief DB MRDH d.d. 24-03-2016; » nadere toelichting op de wijze waarop de MRDH de zeggenschap wil realiseren; » ontwerpconvenant tussen gemeente Rotterdam, RET en MRDH; » conceptstatuten RET; « RIB d.d. 28-07-2015.
Capeile aan den IJssel gemeente
Metropoolregio Rotterdam Den Haag Postbus 66 2501 CB DEN HAAG
datum
kenmerk
uw kenmerk/brief van
doorkiesnummer
10 mei 2016
B20/786455
18987/24-03-2016
(010)284 8202
onderwerp
behandeld door/e-mail
zienswijze op verkrijgen van zeggenschap
J.W. Groeneveld
d o o r d e e l n a m e in R E T N V e n H T M
[email protected]
Personenvervoer NV Geacht bestuur, Naar aanleiding van de geboden gelegenheid om, conform de Gemeenschappelijke regeling van de MRDH, zienswijze in te dienen op de wijze waarop de MRDH de zeggenschap wil realiseren willen wij u op hoogte brengen van het feit dat wij de gemeenteraad zullen voorstellen geen zienswijze in te dienen. Mocht de gemeenteraad in haar vergadering op 31 mei 2016 anders besluiten, dan zullen wij u hiervan op de hoogte stellen. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Hoogachtend, het college,van burgemeester en wethouders, de secratam de burgemeestèr,
drs. A.R. Ruijmgaart RA MÖAr
Wilt u bij beantwoording het kenmerk vermelden. Rivierweg 111 Postbus 70 2900 AB Capeile aan den IJssel www.capelleaandenijssei.nl
[email protected]
Telefoon: 010 - 2848688 Tëefax: 010- 2848800 BTW nummer: 001877045B05 IBAN: NL41INGB0006691797 BIC nummer: INGBNL2A
Gescand 9 r. n n I R
^ . ^ G e me e n t e Albrandsiuaard
Aan het Dagelijks Bestuur van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag Postbus 66 2501 CB Den Haag
Uw brief van: 24 maart 2016 Uw kenmerk; Bijlage(n):
-
Ons kenmerk:
1081584
Contact: Doorkiesnummer: E-mailadres: Datum:
R. Groenewegen
[email protected] 23 mei 2016
Betreft: Zienswijze MRDH verwerving aandeel HTM/RET
Geachte Bestuur, U vraagt in uw brief van 24 maart om onze zienswijze te geven op het voornemen van de MRDH om één aandeel te verwerven van HTM en één aandeel van RET. Hierbij onze reactie op uw voornemen.
Hoe-vraag Wij begrijpen dat uw voornemen uitsluitend de 'hoe-vraag' betreft; dus de uitvoering van besluiten die reeds in het verleden zijn genomen om in te besteden. Over de wijze van uitvoering hebben wij geen opmerkingen. Ten aanzien van het inbesteden geven wij u het volgende mee.
Rollen en verantwoordelijkheden Door inbesteding en mede-eigenaarschap kan onduidelijkheid ontstaan over rollen, belangen en verantwoordelijkheden. Dit geldt niet alleen voor het uitvoeren van het vervoer en de verantwoordelijkheid voor het personeel, maar ook voor eigendom en beheer van materieel en infrastructuur. Bovendien hebben Den Haag en Rotterdam een andere rol dan de overige Metropoolgemeenten. Wij stellen het op prijs om in Metropoolverband nog eens kritisch met elkaar na te denken over de optimale vorm van opdrachtgeverschap en eigenaarschap, met het oog op toekomstige railconcessies vanaf 2026. Ten aanzien van het doorlopen proces, waarvan deze zienswijzeprocedure de uitwerking betreft, benadrukken wij het belang van zorgvuldigheid. In dit dossier heeft een groot deel van de besluitvorming reeds plaatsgevonden in de tijd van de Stadsregio Rotterdam; wij willen in de toekomst betrokken zijn bij dergelijke belangrijke besluiten, op de momenten dat daadwerkelijke keuzes gemaakt worden.
B:pH EflStS Hofboek 5 - 3176 PD Poortugaal - Postbus 1000 - 3160 GA Rhoon - T (010) 506 11 11 - E
[email protected]
Wij vertrouwen erop u op deze wijze voldoende te hebben geïnformeerd over onze zienswijze.
Met vriendelijke groet, De gemeenteraad van Albrandswaard, de griffier,
de voorzitter,
mr. Renske van der Tempel
drs. Jan Pieter J^tq||• kerfwild)
r
1 ftl
m
/ \
Aan:
Dagelijks Bestuur MRDH
Regiegroep Voorne-Putten
Grote Marktstraat 43
p/a Oostzànddijk 26
Postbus 66
3221 AL Hellevoetsluis
2501 CB Den Haag Betreft: zienswijze Zeggenschap MRDH bij RET en HTM Datum:
Geacht Dagelijks Bestuur, In uw brief van 24 maart 2016 geeft u de gemeentes van het MRDH gebied de gelegenheid een zienswijze uit te brengen op uw voornemen om zeggenschap te verkrijgen bij de RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V. De zeggenschap wilt u verwerven door bij beide bedrijven een aandeel te kopen voor € 1.000,00 respectievelijk € 1,00. De colleges van de gemeentes op Voorne-Putten kunnen instemmen met het verwerven van de beide aandelen met bijzondere rechten onder voorbehoud van het standpunt van hun gemeenteraden. Derhalve stellen wij onze Gemeenteraden voor geen zienswijze in te dienen op uw voornemen tot aanschaf van de twee aandelen. Mocht behandeling in de respectievelijke commissies c.q. raden daartoe aanleiding geven, zullen wij u separaat berichten.
Namens de colleges van de gemeentes Brielle, Hellevoetsluis, Nissewaard en Westvoorne, De Regiegroep Voorne-Putten
Secretaris
Voorzitter
J. Simons
Mw. M. Salet
1
Ruimte en Economie
Gescand
2
0 n C
I
Advies
C
bezoekadres: ISA
Gemeente Delft
Stationsplein 1
26iiBVDeift
IBAN NL21 BNGH 0285 0017 87 t.n.v. gemeente Delft
Behandeld door A.M. Blufpand Retouradres : Postbus 78, 2600 ME Delft
[email protected] Internet www.delft.nl
Metropoolregio Rotterdam Den Haag Postbus 65 2501 CB DEN HAAG
VERZONDEN
1 1 ME'
uois
Z®16
Datum
Onderwerp
28-04-2016
Zienswijze op verkrijgen van zeggenschap door deelname in RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V.
Ons kenmerk
Telefoon
2768137 Uw brief van
24-03-2016 Uw kenmerk
18987 Bijlage
Geachte heer/mevrouw, Middels deze brief geven wij onze zienswijze op uw voornemen om zeggenschap te verkrijgen door deelname in RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V. Inzicht alternatieve constructies Artikel 63a lid 1 van de Wet personenvervoer 2000 stelt als voorwaarde voor inbesteding dat de concessieverlener (MRDH) over de concessiehouders (RET en HTM) net als over haar eigen diensten zeggenschap uitoefent. U legt deze bepaling zodanig uit dat het noodzakelijk is dat alle deelnemende gemeenten aandelen in de concessiehouder te verwerven. Op basis van meerdere externe juridische adviezen komt u vervolgens tot het oordeel dat de voorgestelde constructie de lichtste juridisch robuuste constructie is. U geeft echter niet aan welke andere mogelijkheden zijn onderzocht en wat de juridische consequenties/stappen zijn die ondernomen moeten worden. Graag ontvangen wij hier een overzicht van om zelf een oordeel te kunnen vormen. Verkrijgen aandeel noodzakelijk om inbesteden mogelijk te maken Uit de toelichting bij uw voorstel blijkt dat er geen jurisprudentie beschikbaar is over de vraag welke vorm van zeggenschap minimaal vereist is om inbesteding mogelijk te maken. Wel geeft u aan dat uit de beschikbare jurisprudentie blijkt dat het bezit van ten minste één aandeel de zeggenschapsconstructie versterkt en daarmee juridisch robuuster maakt. Uit uw toelichting blijkt niet hoe groot u de kans acht dat de voorgestelde juridische constructie de rechterlijke toets kan doorstaan, maar lijkt u wel rekening te houden het terugvallen op een onderhandse aanbesteding. Wij vragen u ons inzicht te geven in de juridische risico's om een goede afweging te kunnen maken.
m O CM
Financieel risico U geeft aan dat met een artikel vergelijkbaar als artikel 2.2.1 van de 2015 overeenkomst tussen de RET, de gemeente Rotterdam en de MRDH, de
Datum 28-04-2016
financiële risico's voor de MRDH voldoende ondervangen zijn. Wij zijn van opvatting dat de formulering van dit artikel onvoldoende borgt dat de MRDH niet risicoaansprakelijk gesteld kan worden. Het artikel spreekt slechts over financiële verplichtingen die niet bij de MRDH komen te liggen, maar hiermee wordt de algemene risicoaansprakelijkheid van de MRDH (bijvoorbeeld voor de bedrijfsvoering van HTM) niet ondervangen. Tegenstrijdige belangen MRDH wordt als concessiehouder opdrachtgever bij de inbesteding aan de HTM. Hoewel getracht is om MRDH zeggenschap te geven door één aandeel uit te geven, vragen wij ons af hoe deze zeggenschap zich verhoudt tot de zeggenschap van de gemeente Den Haag. De gemeente Den Haag beschikt immers over circa 51% van de aandelen HTM b, en heeft daarom overwegende invloed. Nieuwe aanbestedingswet Gezien het grote aantal aandelen van de gemeente Den Haag vragen wij ons af of de voorgestelde constructie voldoet aan de nieuwe aanbestedings wet en dan met name voor wat betreft het merendeelcriterium. Dit criterium houdt in dat het merendeel van de werkzaamheden van opdrachtnemer voor de toezichthoudende aanbestedende dienst wordt uitgevoerd. De MRDH is de aanbestedende dienst en bezit als de constructie wordt uitgevoerd 1% van de aandelen in HTM. De gemeente Den Haag beschikt over circa 51% van de aandelen in HTM. Voorbehoud opmerkingen raad Omdat de raad nog geen mogelijkheid heeft gehad zich uit te spreken over deze zienswijze behouden wij ons het recht voor onze reactie aan te vullen. Vragen? Hebt u nog vragen over deze zienswijze, dan horen wij dat graag. U kunt hiervoor contact opnemen met de mevrouw A.M. Blufpand. Stuur hiervoor een e-mail naar
[email protected] of neem contact op via telefoon 14015. Hoogachtend, het college van burgemeester en wethouders van Delft,
y. ./f./L
• burge meester
\
rnr» d«^öAA. Verkerk
J.Kral
2/2
*U16.04385* *U16.04385*
Afdeling
Ruimtelijke Ontwikkeling Metropoolregio Rotterdam Den Haag Postbus 66 2501 CB 's-GRAVENHAGE
Postbus 1 2650 AA Berkel en Rodenrijs Nadere informatie Tjitte Prins Telefoon 14 010 E-mail
[email protected] Fax
Verzenddatum 17 mei 2016
(010) 800 40 01
Ons kenmerk U16.04385 Uw brief van
Onderwerp
Zienswijze deelneming MRDH in RET en HTM
Geachte heer Aboutaleb,
Per brief van 24 maart 2016 hebt u ons om een zienswijze gevraagd over de voorgenomen deelneming van de MRDH in de vervoerbedrijven RET en HTM. Het verwerven van zeggenschap in de vorm van een aandeel RET en HTM is een consequentie van de keuze voor inbesteden. Het besluit tot inbesteden is, zo stelt u in uw aanbiedingsbrief, reeds genomen in 2013 en 2014 door de voorlopers van de MRDH, de stadsregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden. Feitelijk kiest u ervoor de zeggenschap bij de huidige eigenaren (de gemeenten Rotterdam en Den Haag) te laten en de inhoudelijk aansturing via de lijn van concessieverlening te laten lopen. U geeft aan dat binnen de colleges van Rotterdam en Den Haag sprake is van een personele scheiding door de zeggenschap en de verkeerskundige aansturing bij verschillende wethouders te leggen. Gezien de eerdere besluiten en de lopende concessieprocedure is er feitelijk sprake van een voldongen feit. Wij leggen ons hierbij neer, maar wij hebben echter een aantal opmerkingen: 1. Als een verlenging of nieuwe concessie aan de orde is, achten wij het noodzakelijk over de wijze van concessieverlening tijdig (rond 2020) een fundamentele discussie te voeren. Wij vragen u hiertoe het initiatief te nemen. 2. De huidige organisatievorm, waarbij de grote steden enerzijds zeggenschap hebben over de vervoerbedrijven en anderzijds het voorzitterschap van de concessieverlenende organisatie vervullen (zowel het AB als de Vervoersautoriteit), voldoet niet. Er is naar onze mening onvoldoende sprake van een scheiding van machten. Wij vragen u hier aandacht aan te besteden en de risico’s te minimaliseren. Een goed moment hiervoor lijkt ons de evaluatie van de van de gemeenschappelijke regeling MRDH, die eind 2016 zal starten. Als suggestie geven wij u mee om het voorzitterschap van de bestuurscommissie Vervoersautoriteit van de MRDH (concessieverlener en toezichthoudende partij) niet te laten samenvallen met een lid van het college dat eigenaar is van de concessiehouder(s). Het voorzitterschap kan door één van de bestuurscommissieleden uit een andere gemeente of door
pagina 1/2
Ons kenmerk U16.04385
een onafhankelijke derde persoon worden bekleed. Op deze wijze bent u in staat de schijn van belangenverstrengeling tegengaan. Wij sturen u deze brief onder het voorbehoud van instemming van de Gemeenteraad, welke naar verwachting zal plaatsvinden op 26 mei a.s.
Met een vriendelijke groet,
drs. Marijke Walhout griffier
pagina 2/2
- i z m -
G e s c a nd
"JSk
0S0516 Gemeente
Leidschendam-Voorburg Bestuurscommissie Vervoersautoriteit MRDH t.a.V. de heer drs. P.J. Langenberg
Strategie, Communicatie & Contrei
p/a Postbus 66 r 2501 DJ DEN HAAG
n ^ Raadhuisplein 1 Leidschendam Postbus 1005 2264 BA Leidschendam Telefoon 14 070 Fax (070) 320 13 02
Datum 28 april 2016 r Ons kenmerk 1538818
www^le,dschendam-voorburg.nl
[email protected]
Uw brief Contactpersoon Telefoon Onderwerp Zienswijze op de inbesteding van railconcessies naar HTM en RET.
Geachte heer Langenberg,
De MRDH heeft ervoor gekozen railvervoer in te besteden. Op 29 maart jongstleden hebt u een zienswijzeprocedure gestart over de manier waarop u dit wilt doen. Met deze zienswijze reageren wij op uw voorstel. Onze raad is zeer kritisch over zeggenschap door middel van een aandeel in de vervoersbedrijven. In de onderstaande brief leest u waarom. Hoofdlijnenakkoord, de keuze voor inbesteding en zeggenschap met aandelen Inbesteding is mogelijk op grond van de Wet personenvervoer (Wp 2000): voorwaarde is wel dat de concessieverlener (MRDH) zeggenschap uitoefent (artikel 63a lid 1). U kiest hierbij voor de constructie van aandeelhouderschap. Er ontstaat nu een geforceerde constructie waarbij De MRDH een aandeel in neemt in beide railvervoersbedrijven. Met het nemen van een aandeel is de MRDH geen onafhankelijke opdrachtgever meer: belangrijke besluiten aan de kant van de vervoersbedrijven vereisen namelijk unanieme instemming door de aandeelhouders. Wat aandeelhouderschap bij de HTM nog ingewikkelder maakt, is dat er nu al twee eigenaren zijn: de gemeente Den Haag en Abellio (dochter van de Nederlandse Spoorwegen). Om aanbestedingsrechtelijke redenen zullen zij gezamenlijk een holding creëren die alle aandelen (met uitzondering van het aandeel dat MRDH heeft) beheert. De huidige eigenaren, gemeente Den Haag en Abellio, dienen onderling nog afspraken te maken over de verantwoordelijkheidsverdelingen binnen deze holding. De rol die hiermee voor de MRDH is weggelegd is daarom nog complexer dan die binnen de RET.
o o
Graag in uw antwoord datum en ons kenmerk vermelden.
Datum
Maart 2016
Ons kenmerk Pagina
Gemeente
2/3
Leidschendam-Voorburg
Omdat de concessie voor het railvervoer nog in 2016 afloopt, resteert erg weinig tijd tot het moment van inbesteding. Over de manier waarop de inbesteding mogelijk wordt gemaakt (u stelt voor een aandeel te nemen in de vervoersbedrijven RET en HTM) moet nu meteen worden besloten. Binnen de gestelde termijnen, willen wij u vragen te kijken naar de ervaringen die in de Amsterdamse regio (MRA) zijn opgedaan, qua zeggenschap, maar ook in de vorm van 'nadere werkafspraken' tussen het Gemeentelijke Vervoersbedrijf (GVB), de gemeente Amsterdam en de Amsterdamse regio. In de Amsterdamse regio is het railvervoer in 2014 hiermee inbesteed. Wij vernemen graag op korte termijn of zeggenschap over de RET en/of de HTM ook op een andere manier dan met aandelen kan worden geregeld. De relatie met busvervoer Bij busvervoer zijn er, in tegenstelling tot railvervoer wél meerdere aanbieders. De aanbestedingen van het stedelijke busvervoer in de Rotterdamse en Haagse regio's zijn gewonnen door RET Bus B.V. en HTMbuzz. Beide busvervoerders vallen onder de structuur van de RET en HTM. Met de keuze voor zeggenschap met aandelen oefent de MRDH ook directe invloed uit over het busvervoer in de stedelijke gebieden in en rondom Rotterdam en Den Haag. Belangrijke keuzes die de vervoersbedrijven in het vervolg moeten maken vereisen een unaniem besluit van de aandeelhouders. Dus ook de MRDH moet meebeslissen. Het busvervoer in de regiokavels daarentegen blijft onder vervoerders als Veolia en Connexxion vallen. De MRDH heeft bij die bedrijven geen (mede)zeggenschap. Hiermee ontstaat een scheefheid tussen de vervoersbedrijven die wij niet wenselijk achten. Zodra er een nieuwe aanbesteding van busvervoer is, komt de MRDH voor de vraag te staan of het opnieuw wordt inbesteed naar RET en HTM ten koste van andere vervoerders. Hiermee ontstaat een moeilijke situatie waarover wij zeer kritisch zijn. Wij verzoeken u om het aandeelhouderschap in relatie tot de aanbesteding van busvervoer nog eens nader te onderbouwen en toe te lichten. Onze gemeente is in grote mate goed bereikbaar per openbaar vervoer. Railvervoer vormt daarbij de ruggengraat van het netwerk. Afstemming van railvervoer op busconcessies en doelgroepenvervoer is essentieel. Wij zijn tevreden over de kwaliteit van het railvervoer die HTM en RET nu leveren en willen die graag behouden. Graag zien wij op korte termijn uw reactie tegemoet. Met vriendelijke groet, De gemeenteraad van de gemeente Leidschendam-Voorburg, de griffier,
mr. G.A. van Egmond
^
de voorzitter,
J.WT'van der Sluijs
Datum Maart 2016 Ons kenmerk Pagina
Gemeente
3/3
Leidschendam-Voorburg
BIJLAGE: ZEGGENSCHAP GVB AMSTERDAM ^^ÊÊmmmÊÊmmÊmÊÊÊÊmmÊÊmÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊmmÊmm''
Aanpassing zaggenschap GV8
De concsssieverlenging, waarbij gakozen is voor mbestading, leidde tot een aanpassing van de zeggentcbap binnen GVB. In de oude situatie had de gemeente Amsterdam haar rol afs aandeeihouder; de toezichthoudende rol lag integraal bij de RvC. s iS^Bse-csssKrüïh» isgs
««WHÖ»» »i t<* I|
iii' i
< A-
1
,• 1 >i
» sc i i ,ii'• " .m in» •..lij.., ,j . i. .sjj fe i ruit i • ,
De gemeente Amsterdam en Stadsregio Amsterdam hebben een convenant gesloten, om de inhouse-consiructle (de ook pag. 99) te bewerksteligen, in het convenant is bepaald dat, conform de vereisten van een inhooso constructie, Stadsregio Amsterdam doorslaggevende zeggenschap toekomt in specifieke besluitvorming mei betrekking tot GVB Exploitatie BV, De RvC heeft vwtvuldig gesproken over de vraag of de wijziging van de zeggenscbapRverhoudïng mogotijk tof diSBrnma's tussen de aandéelhóuder an de RvC kunnen leiden. Of sr mogalijkB dilemma's zullen ontstaan is mede afhankeiijk van da wijze waarop Stadsregio Amsterdam haar aanwijiings- en instructiebevoagdheid tal invullen. Om na te gaan of de inhouse-constructie fzie voor een toelichting pag 99) werkbaar is en niet tot een onbeheersbare besturingssituatie bij GVB zal leiden, is een stresstest uitgevoerd. De uitkomst van de stresstest is dat de wijze waarop partijen in öe praktijk met elkaar omgaan, bepalend is of dilemma's in de bestuurbaarheid ontstaan. Met de aandeelhouder en Stadsregio Amsterdam is afgesproken om in geval van een onbeheersbare besluringsshuatie gezamenlijk te overleggen, In 2014 zijn met de aandeelhouder. Stadsregio Amsterdam en GVB nadere werkafspraken gemaakt Oe RvC is hierbij nauw betrokken geweest.
27
A Maassluis gemeente
Postbus 55 3140 AB Maassluis
Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) t.a.v. het dagelijks bestuur Postbus 66 2501 CB 'S-GRAVENHAGE
ons kenmerk
T 14010
[email protected] I www.maassluis.nl
datum
2 juni 2016
uw kenmerk
16UIT05377
uw brief van
contactpersoon
B. Wilmink
doorkiesnummer
010-5931583
onderwerp
Zienswijze in RET en HTM
bijlage(n)
Bijlage 1
Geachte mevrouw, heer, Bijgevoegd treft u aan de door de colleges van B&W van de gemeenten Maassluis, Vlaardingen en Schiedam ondertekende versie m.b.t. het kenbaar maken van zienswijze op de wijze waarop de MRDH de zeggenschap wil realiseren over deelneming in RET en HTM. Met vriendelijke groet,
Vera Poppelier *
Ar
lillllllllllllllllliillllllllllllllillllll
A
Sp
Maassluis
^ IÉ A mKÊÊ Br
Jj
^
dfir
Schiedam
-**
tmmVÊttêaqi* 3100 EA SCHIEDAM
Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) Het dagelij ks bestuur. Postbus 66 2501 CB 'S-GRAVENHAGE
Stadserfl00"^ 3112 DZ SCHIEDAM T 14 010 F 010 473 70 21 W www.schiedam.nl
UW KENMERK
ONSKENMERK
DATUM
J
JUNI 2016
16UIT05377 UW BRIEF VAN
DOORKIESNUMMER
E-MAIL
14 010
[email protected]
ONDERWERP
Zienswijze deelneming in RET en HTM Geacht bestuur, U heeft ons verzocht, uiterlijk 18 mei 2016, onze zienswijze kenbaar te maken op de wijze waarop de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) de zeggenschap wil realiseren over RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V. Graag maken wij, de gemeenten Maassluis, Vlaardingen en Schiedam (MVS) gezamenlijk gebruik van deze mogelijkheid. Wij dienen een zienswijze in onder voorbehoud van nog te nemen raadsbesluiten. In de gemeenteraad van Maassluis wordt, naar verwacht, over deze zienswijze besloten op 31 mei a.s., in de gemeenteraad van Schiedam, naar verwacht, eveneens op 31 mei a.s. en in de gemeenteraad van Vlaardingen, naar verwacht, op 30 juni a.s. Een eerdere planning bleek agenda technisch helaas niet mogelijk. De MRDH bereidt de gunning van de concessies Rail Rotterdam en Rail Haaglanden 2016-2026 voor en heeft het voornemen deze concessies op grond van inbesteding te gunnen aan respectievelijk RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V. Inbesteding is mogelijk op grond van de Wet personenvervoer 2000, die daarbij als voorwaarde stelt dat de concessieverlener (MRDH) over de concessiehouder (RET en HTM) 'net als over haar eigen diensten' zeggenschap uitoefent (artikel 63a lid 1 van de Wet personenvervoer 2000). Om uitvoering te geven aan deze bepaling heeft de MRDH in de afgelopen periode afspraken gemaakt met de eigenaren (gemeente Rotterdam, respectievelijk gemeente Den Haag) van de RET en de HTM. In uw brief heeft u de kem toegelicht van de gemaakte afspraken, in het bijzonder de risico's die het aangaan van deze verplichtingen met zich mee kan brengen voor de deelnemende gemeenten. Door u wordt gekozen voor beperking van deze risico's door een zo licht mogelijke invulling van zeggenschap, met de verwerving van slechts één aandeel. De meerderheid van de aandelen blijft in handen van de huidige eigenaren.
"161/1105377*
Een eerste aandachtspunt is of de constructie met slechts één aandeel juridisch houdbaar is. U geeft zelf aan daarover geen volledige zekerheid te kunnen geven, omdat jurisprudentie daarover in beperkte mate aanwezig is. Wel kan worden geconstateerd dat de Stadsregio Amsterdam vanaf 2012 met een vergelijkbare constructie werkt en dat dit geen aanleiding heeft gegeven tot het volgen van juridische procedures. Een tweede belangrijk punt voor onze gemeenten is of de geplande inbesteding tot een goed aanbod zal leiden. Dit is temeer van belang omdat voor langere tijd - tien jaar- het vervoer zal worden gegund. U geeft aan dat de MRDH Vervoersautoriteit wat dat betreft in positie blijft. De aansturing van de vervoerbedrijven vindt primair plaats via het opdrachtgeverschap (i.c. de railconcessie), niet via zeggenschap. Wij gaan er van uit dat in dit kader er voldoende gelegenheid is om afspraken met RET en EITM inzake een kwalitatief goed vervoersaanbod te bediscussiëren en eventueel aan te passen. Gegeven bovenstaande kunnen wij instemmen met de voorgestelde deelneming van de MRDH in RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Maassluis, De Secretaris, A.L. Duymaer van Twist
De Burgemeester, dr. TJ. Haan
Burgemeester en wethouders van Vlaardingen, De Secretajisj,
\
/
De Burgemeester,
Burgemgsstcr-en wethouders van Schiedam, De wnd. secretaris,
drs. M.A. van den Hende
16UIT05377
De burgemeester,
C.H.J. Lamers^^
Pagina 2 van 2
^
Metropoolregio Rotterdam Den Haag Dagelijks Bestuur Postbus 66 2501 CB Den Haag
Uw brief van: Uw kenmerk: Bijlage(n):
24 maart 2016 18987 -
Ons kenmerk: Contact: Doorkiesnummer: E-mailadres: Datum:
1081496 R. Groenewegen
[email protected]
Betreft: Zienswijze MRDH verwerving aandeel HTM/RET Geacht Bestuur, Hierbij geven wij, gehoord onze raadscommissie Samen Wonen, onze zienswijze op uw brief van 24 maart. Uw brief betreft uw voornemen om één aandeel te verwerven van HTM en RET. Hoe-vraag Wij begrijpen dat het nu voorliggende voornemen uitsluitend de ‘hoe-vraag’ betreft; dus de uitvoering van besluiten die reeds in het verleden zijn genomen om in te besteden. Over de wijze van uitvoering hebben wij geen opmerkingen. Ten aanzien van het inbesteden geven wij u echter het volgende mee. Rollen en verantwoordelijkheden Door inbesteding en mede-eigenaarschap kan onduidelijkheid ontstaan over rollen, belangen en verantwoordelijkheden. Dit geldt niet alleen voor het uitvoeren van het vervoer en de verantwoordelijkheid voor het personeel, maar ook voor eigendom en beheer van materieel en infrastructuur. Bovendien hebben Den Haag en Rotterdam een andere rol dan de overige Metropoolgemeenten. Wij stellen het op prijs om in Metropoolverband nog eens kritisch met elkaar na te denken over de optimale vorm van opdrachtgeverschap en eigenaarschap, met het oog op toekomstige railconcessies vanaf 2026. Ten aanzien van het doorlopen proces, waarvan deze zienswijzeprocedure de uitwerking betreft, benadrukken wij het belang van zorgvuldigheid. In dit dossier heeft een groot deel van de besluitvorming reeds plaatsgevonden in de tijd van de Stadsregio Rotterdam; wij willen dat onze raad in de toekomst betrokken is bij dergelijke belangrijke besluiten, op de momenten dat daadwerkelijke keuzes gemaakt worden. Planning zienswijzeprocedure Ten aanzien van de zienswijzeprocedure zouden wij u willen vragen om in de toekomst rekening te houden met de datum waarop onze raadsvergaderingen plaatsvinden. Voor de raadsvergadering van 21 april 2016 kwam uw aanbiedingsbrief te laat. Onze raadsvergadering van 26 mei 2016 vindt pas plaats na de door u gestelde deadline. Deze zienswijze betreft dus het standpunt van ons college. Hierbij hebben wij advies gevraagd aan onze raadscommissie Samen Wonen, in hun vergadering van 19 mei.
Koningsplein 1 - Postbus 271 - 2980 AG Ridderkerk - T 0180 451 234 - e-mail
[email protected]
Wij vertrouwen erop u op deze wijze voldoende te hebben geïnformeerd over onze zienswijze, en kijken uit naar uw reactie. Met vriendelijke groet, Het college van burgemeester en wethouders van Ridderkerk, de secretaris,
de burgemeester,
dhr. H.W.J. Klaucke
mw. A. Attema
Gescand 2 3 0 5 1 6
SU Gemeente ^ Wassenaar ^
MRDH T.a.v. het Dagelijks Bestuur Postbus 66 2501 CB DEN HAAG
1' "9 MEI 2 016 1
Van
gemeenteraad Wassenaar
Verzonden
Referentie
18987
Kenmerk
Z-19786-WS UIT-29542
Datum
17 mei 2016
Pagina
1 van 1
Bijlage(n)
Onderwerp
zienswijze op verkrijgen van zeggenschap door deelname MRDH in RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V.
Geacht bestuur,
Op 24 maart 2016 zijn de 23 gemeenteraden per brief door u op de hoogte gebracht dat het mogelijk is om tot uiterlijk 18 mei 2016 een zienswijze in te dienen op de wijze waarop de MRDH zeggenschap wil verkrijgen door deelname in RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V..
In uw brief wordt aangegeven dat er voor de deelnemende gemeenten, waaronder Wassenaar, geen risico's gemoeid zijn met de deelneming van de MRDH in RET N.V. en HTM Personenvervoer N.V.. Bij dezen laten wij u dan ook weten geen aanleiding te zien om een inhoudelijke reactie in te dienen.
Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd en wensen u veel succes met het verdere besluitvormingsproces.
Ho0£*fchtend, , Dfe ra ad van de gemeente Wassenaar,
Gemeente Wassenaar | Johan deWittstraat45 | Postbus499 I 2240 AL Wassenaar i T. 14070 (toets alleen deze 5 cijfers) E.
[email protected] | I. www.wassenaar.nl