SiepelNieuws Nieuwsbrief van de Werkgroep Siepelveen
JAARGANG 1
NUMMER 2
AUGUSTUS 2011
IN DIT NUMMER:
Ter introductie
1
Aan het woord
2
Binnengekomen foto’s
5
Kleurbekennen
6
Ingezonden berichten
7
Agenda
10
Colofon
10
Ter introductie Dit is de tweede SiepelNieuws en ik ben apetrots. Het is dit keer een resultaat geworden waar meerdere mensen samen aan hebben bijgedragen. Precies zoals ik had gehoopt dat het zou worden, aangezien ik van veelkleurigheid hou. Een ieder heeft zijn of haar stukje tekst of beeld naar eigen goeddunken geschreven of vastgelegd en dat zorgt voor een afwisseling die boeiend is. Kijk bovenal ook even heel gericht naar de kop van deze tweede SiepelNieuws. Ons eigen logo, ontwikkeld door Jos Steenmeijer, zal vanaf nu veelvuldig in onze communicatie te zien zijn. Het zal onze herkenbaarheid als vrijwilligersgroep van Staatbosbeheer die zich specifiek inzet voor het beheer van de Zeegser Duinen vergroten. Jos, enorm bedankt! Voor deze uitgave van de nieuwsbrief is een begin gemaakt met het interviewen van partijen die betrokken zijn bij ons werk op de Zeegser Duinen. Om dan te beginnen met Staatsbosbeheer en onze Werkgroep zelf ligt geheel voor de hand. Het is al met al een zeer lang stuk geworden, maar tijdens het uitwerken van het interview kon ik het niet over mijn hart verkrijgen om te schrappen in de tekst. Ik geniet ervan zo (lang) als het is en hopelijk jij ook. Als er organisaties zijn die graag in beeld gebracht willen worden ten aanzien van hun samenwerking met de Werkgroep Siepelveen, dan hoor ik dat graag. Wie weet benader ik jou ook wel spontaan voor een volgende keer en ik hoop dan op jouw medewerking. Met ingang van de volgende SiepelNieuws zal een nieuwe rubriek opgenomen worden in onze nieuwsbrief en wel ‘Bijzondere Verschijningen’. Hierin zullen planten en struiken en mogelijk andere wezens die op de Zeegser Duinen voorkomen met woord en beeld belicht worden. Inspiratie voor deze rubriek is van welkom vanaf nu. Tenslotte wens ik nog te benoemen dat een eerste Passiegroep van de grond is. Trudi van den Berg is gestart met het maken van voorwerpen van de Amerikaanse Vogelkers die door ons als Werkgroep veelvuldig verwijderd wordt. Ik heb al aangegeven in de nabije toekomst met haar samen te willen komen om meer voorwerpen te maken van deze ‘Lastpost’. Wanneer dit jou ook aanspreekt, ben je van harte welkom mee te doen! Hoe mooi zou het zijn als wij ook plezier van deze plant zouden kunnen ervaren, bijvoorbeeld in het spekken van het door ons gewenste eigen financiële potje door de verkoop van deze liefdevol ontworpen kleinigheden. Foto’s van een aantal voorwerpen die zij reeds gemaakt heeft, vind je terug in deze nieuwsbrief. Dank jullie wel en hartelijke groet! Marieanne Drenckhahn
1
Aan het woord
Marieanne: Hoe en wanneer is jullie samenwerking tot stand gekomen? Willem: Met de IVN Zuidlaren zijn we in februari 2008 bij Kees op bezoek geweest in Oudemolen om te bespreken dat we in maart een Jeneverbesdag wilden organiseren. Aangezien Kees aangaf in verband met de flora en fauna wet vanaf half maart in de Zeegser Duinen geen grote publieksactiviteiten te willen, werd deze dag vervolgens in het najaar georganiseerd. Vanwege het organiseren van deze dag is er destijds veelvuldig contact geweest met Kees. Pieter Posthumus, van Landschapsbeheer Drenthe, heeft in deze periode geopperd om een vrijwilligersgroep op te richten aangezien reeds geconstateerd was dat de jeneverbesstruiken die er stonden en nu nog steeds staan in de verdrukking waren gekomen. Stans Kofman was aanwezig op deze dag en had er wel oren naar iets met vrijwilligers te doen. De Werkgroep ging van start met een klein aantal mensen in de vorm van een excursie met jou, Kees, in oktober. Kees: We hebben toen afgesproken om op een jaarvergadering, in maart 2009, in contact te gaan met het plaatselijke belang van Zeegse om bekend te maken dat we informatie zouden gaan geven over dit gebied en dat we vrijwilligers wilden gaan werven. Jij en ik waren daarbij aanwezig en Janny Pepping en Syb Tumbelaka en een van de twee dames Menkveld kwamen daaruit naar voren als vrijwilligers. We hebben genoemd dat het nog wel het hele zomerseizoen zou duren voordat we aan de slag konden gaan in verband met het broedseizoen. In september hebben we toen weer een excursie gehad en daar waren Syb en Janny bij plus jij, Willem, en Stans. Toen hebben we concreet afgesproken eind september aan de slag te gaan met één zaterdag per maand. In oktober zijn we echt aan de gang gegaan en ik ben er de eerste paar keer bij geweest. De club werd allengs groter. Willem: Op de eerste zaterdag van november 2009 kwamen er met de Natuurwerkdag veel mensen bij nadat we verteld hadden over onze activiteiten. Kees: Ja, een stuk of tien mensen, waarbij Janny en
Interview met Kees van Son van Staatsbosbeheer en Willem Bok van de Werkgroep Siepelveen op vrijdag 15 juli 2011 Syb al heel gauw het voortouw hebben genomen om vorm te geven aan de groep en de vrijwilligers te laten weten dat zij zich konden melden bij Staatsbosbeheer (SBB). Marieanne: Wat maakt dat jullie je zo betrokken voelen bij de Zeegser Duinen? Kees: Men zegt wel eens van mij dat ik de boswachter van de mensen ben. Ik ga graag met mensen om. Enthousiasme van anderen vindt bij mij altijd weerklank door vergroting van mijn eigen enthousiasme. Het enthousiasme van de eerste vrijwilligers, waarbij ik Willem als hoofdpromotor zie, was zo aanstekelijk dat ik mij er ook vol overgave voor in wilde zetten. Ik zou eigenlijk maar een jaar blijven in het Nationaal Park Drentsche Aa als boswachter in een interim functie, maar ik had al snel in de gaten dat ik dit gebied mooier vond dan mijn vorige werkgebied. Het duurde anderhalf à twee jaar voordat ik wist dat ik hier mocht blijven werken. Eén keer per maand werken werd al gauw twee keer per maand voor een aantal vrijwilligers en een aantal werkten zelfs ook daar nog tussendoor om bijvoorbeeld in perioden van sneeuw en ijs aan het werk te gaan op het ven waar je normaal gesproken niet bij kan komen. Dat enthousiasme raakt me en is wat ik leuk vind aan mijn werk. Ik moet er soms in al mijn enthousiasme wel om blijven denken dat er voor mij meer aan werk is voor Staatsbosbeheer dan alleen de Zeegser Duinen. Willem: Vanaf het Schipborger Diep tot en met het dorp Zeegse kun je in een heel klein gebied qua oppervlakte een grote verscheidenheid aan biotopen zien en beleven die Drenthe biedt, zoals madelanden, zandgronden (wat vroeger veel sterker hei is geweest waar het vee werd uitgelaten), Zeegse als dorp zonder officiële brink en de es. Geredeneerd vanuit IVN is het als educatiegebied heel interessant. Er zijn onder andere bijzondere soorten heide die de moeite waard zijn om aan mensen te laten zien en vanuit recreatief oogpunt gezien wordt het heel intensief gebruikt. Kees: Doordat het zandgrond gebied is is het een heel kwetsbaar gebied. Dit is ook wel weer goed want daardoor zijn het stuifduinen geworden. Het biotoop zandverstuiving is heel belangrijk voor dit gebied aangezien het biotoop heel sterk achteruit
2
aan het gaan is en dat terwijl er honderd jaar geleden nog gigantisch veel zandverstuivingen met zijn bijbehorende flora en fauna waren in Nederland. Schapen zorgden er voor overbegrazing, het gebied werd kaal en de wind kreeg er grip op. Toen ging het echt verstuiven. Met de komst van het kunstmest waren de schapen met hun ontlasting niet meer nodig voor het bemesten van de akkers en is dit gebied in de loop van de tijd dichtgegroeid. SBB werkt vanuit kostenoverwegingen met grote machines. Het gebied vraagt echter voor het kleinschalige beheer om werken met handgereedschap en dit werk is heel geschikt voor vrijwilligers. Marieanne: Wat hebben jullie tot nu toe het meest gewaardeerd aan de samenwerking met elkaar? Kees: SBB heeft nu kunnen uitleggen wat het beheer van de Zeegser Duinen inhoudt en daarmee krijg je draagvlak voor het beheer aldaar en krijg je dat mensen begrijpen waarom het gebied zo bijzonder is. Die mensen vertellen het weer andere mensen die ambassadeurs worden voor dit gebied en ambassadeurs zijn hard nodig voor de natuurgebieden. Er is niet altijd veel begrip voor wat SBB doet en de organisatie staat wel bekend als bomenkappers en zodra de motorzaag maar gestart wordt ageren sommige mensen al. Het heeft veel met emoties te maken. Door op deze manier mensen aan den lijve te laten ondervinden wat het gebied waard is en waarom het zo bijzonder is kweek je ambassadeurs via mond op mond reclame. Door de Werkgroep heb ik een kans als betaalde kracht van SBB om meerdere mensen mee te krijgen. Fantastisch. Ik probeer dat zoveel mogelijk te faciliteren binnen de mogelijkheden die er zijn. Willem: Kijk, voor Kees is het nieuw om op deze manier met vrijwilligers te werken. Dus het was en is voor hem zoeken binnen SBB hoe hij ruimte kan bieden aan het enthousiasme van deze vrijwilligers zodat ze met een grote mate van zelfstandigheid aan de slag kunnen binnen de kaders die er voor beheer van zo’n gebied gelden. Daar heeft Kees zich naar zijn eigen achterban behoorlijk voor moeten inspannen om die ruimte ook te bewerkstelligen. Hij fungeert als het ware als buffer tussen de vrijwilligers met al hun enthousiasme en hoe SBB soms kan en moet werken.
Dit doet hij op zo’n manier dat hij ons als vrijwilligers voor het werk in de Zeegser Duinen elke keer ruimte weet te bieden in plaats van beperkingen. Dat werkt heel erg stimulerend! Kees: Ja, deze vrijwilligerswerkgroep is heel erg mijn verantwoordelijkheid. Ik heb gelijk aan het begin gezegd dat mijn tijd beperkt is en daarom vind ik het zo belangrijk dat jullie zo veel mogelijk zelfstandig zijn en daarom ben ik zo blij met de coördinatie die jullie met het werkcomité (Syb, Willem, Stans en jij, Marieanne) doen. Ik merk dat jullie beeld van de Zeegser Duinen overeenkomt met mijn beeld en dus het beeld van SBB, dat ik vertegenwoordig. Ok, jullie hebben ook wel eens discussie over welke boom wel en niet weg moet; dat is logisch en zou ik ook hebben. Wat uiteindelijk begonnen is als reddingsactie voor de jeneverbes is voor het hele biotoop goed en je hoort ook van voorbijgangers dat het mooi wordt en dat het iets anders is dan de dichtgegroeide zandverstuiving die het eerst was. Marieanne: Wat speelt er op dit moment bij SBB en de Werkgroep Siepelveen dat van invloed is op de samenwerking? Kees: Wat voor mij heel erg speelt op dit moment zijn bezuinigingen. SBB is in feite een overheidsbedrijf. Het is een verzelfstandigde overheidsorganisatie en het heeft een zelfstandig bestuursorgaan en daarmee is SBB in 1998 wat los komen te staan van de overheid. Maar we staan nog wel onder de overheid waar we ook loyaal aan moeten blijven. Wat mij enorm veel zorgen baart zijn de bezuinigingen die ons te wachten staan, dit jaar, volgend jaar en de komende vier à vijf jaar. Dat wordt een hele moeilijke tijd. Ik word daar nog steeds niet in gerustgesteld en de plannen die er zijn, zijn ook nog niet uitgekristalliseerd. Vrijwilligers zijn heel erg goed om een deel van het beheer van SBB van die gebieden over te nemen, maar aan de andere kant kosten vrijwilligers ook wel degelijk tijd en geld om die vrijwilligers te motiveren, te stimuleren en aan het eind van het seizoen te bedanken met een gezellige dag voor het werk dat gedaan is. Het baart mij zorgen of dat geld wel zal blijven komen vanuit het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Er zullen mensen uit moeten bij SBB of er zal veel meer geld verdiend moeten worden bij SBB. Dat laatste zal niet meevallen. We zullen misschien wat meer hout kunnen oogsten, misschien wat meer zand kunnen verkopen of in de recreatiesector wat meer dingen kunnen verkopen zoals arrangementen. We hebben tot nu toe vrijwilligers een dagvergoeding
3
of een kilometervergoeding kunnen geven en ik denk dat dat soort dingen er het eerst af zullen gaan. Dit jaar zal het nog wel loslopen, maar ik ben bang dat ik volgend jaar zo goed als geen geld meer kan genereren voor dat soort zaken. Tot nu toe kunnen we ook nog steeds vrijwilligerskleding leveren. Dit heeft een tijdje gestagneerd omdat we een andere leverancier moesten kiezen maar dat schijnt vanaf juni of juli van dit jaar weer helemaal goed te komen. Dus alle bestelde kleding wordt nog na geleverd aan de huidige vrijwilligers. Ik hoop dus dat we vanaf volgend jaar jullie kunnen blijven faciliteren. Maar dat is nog maar de vraag, ook voor mij. Willem: Ik snap dat de belemmeringen die Kees aanreikt er zijn. Over de toekomstige positie van de vrijwilliger in het kader van de bezuinigingen heb ik echter een ander beeld en een andere mening. Ik weet eigenlijk wel zeker dat SBB naar de toekomst toe, met of zonder bezuinigingen, steeds meer gaat investeren in vrijwilligers want die hebben ze heel hard nodig en het is de enige manier om aantrekkelijk te blijven voor vrijwilligers. Ik weet ook dat SBB heel druk bezig is met het verhelderen van de vraag hoe dat precies vorm te geven en ik verwacht dat daar nog veel in staat te gebeuren vanuit SBB. Als je dat niet doet dan gaat namelijk een totale investering van SBB van 112 jaar verloren en die teloorgang zou dan wellicht niet direct merkbaar zijn maar wel in drie à vier jaar. Mensen zouden dan bijvoorbeeld niet meer over paden kunnen wandelen. Wat allemaal is opgebouwd in natuurtermen om van te kunnen genieten ontglipt je dan heel snel. Het kost vele malen meer geld om dat weer voor elkaar te krijgen wanneer er dan op enig moment weer geld voor zou zijn. Kees: Dat vind ik wel een hele korte periode die je noemt, maar ik denk dat het zeker wel merkbaar zal gaan worden voor de recreant dat recreatieve voorzieningen achteruit zullen gaan. Willem: Terwijl daar nou net de medestanders zitten. Ik snap het dilemma wel, maar tegelijkertijd kan ik me niet voorstellen dat dat besef er niet is bij SBB. Dus gaan ze er voor kiezen om dat resultaat op andere manieren, die tot nu toe vreemd zijn, overeind te houden. Ik laat heel bewust ook een andere kant zien van hetzelfde verhaal. Marieanne: Hoe zouden jullie de vrijwilligers in de toekomst aan de slag willen zien? Even dromen los van de beperkingen die er op dit moment zijn en ervan uitgaan dat er nieuwe mogelijkheden zullen ontstaan.
Kees: De begeleiding van vrijwilligers vraagt natuurlijk ook wel kwaliteiten van de medewerkers van SBB en die kwaliteiten moeten wel aanwezig zijn en anders ontwikkeld worden. Wij zullen dus allemaal met vrijwilligers moeten en willen omgaan en niet ieder mens is hetzelfde en niet iedereen kan dat op dezelfde manier. SBB zal ook mogelijk mensen moeten aantrekken of omscholen om meer met vrijwilligers te gaan doen. Ik wil ook niet zeggen dat ik het goed doe, absoluut niet. Mijn werk en omgang met de vrijwilligers kan ook nog beter. Ik weet echter dat ik wel redelijk goed met mensen kan omgaan in zijn algemeenheid. Maar daar moet gewoon aandacht voor zijn bij SBB en ik hoop ook dat wij dat kunnen leveren. De kwaliteit van ons eigen personeel moet omhoog met betrekking tot de begeleiding van vrijwilligers. Wat ik daarnaast ook nog wel genoemd wil hebben is de schaapskudde die het werk van ons moet gaan overnemen en die er uiteindelijk voor moet gaan zorgen dat het gebied niet opnieuw dichtgroeit. Ik maak mij zorgen of we dit wel kunnen blijven sturen aangezien de Amerikaanse Vogelkers niet gevreten wordt door de schapen. Misschien moet er wel een nieuw schapenras bedacht worden die dat lekker gaat vinden. Langs de kant van het gebied zie ik het dichtgroeien al gebeuren en ik heb er al op aangestuurd dat de schaapskudde daar weer op gezet gaat worden, maar goed, dan moet er naast de Amerikaanse Vogelkers ook gras staan of andere planten en dat is nu niet het geval. Willem: Mijn voorbeeld is Zeijer Wiek, dat zijn vrijwilligers van SBB die al zevenentwintig jaar als groep bestaan. Zij zijn zelfstandig in fondsenwerving, educatie en publicitaire activiteiten. Ook hebben zij een eigen verantwoordelijkheid dat de bevolking van Zeijen zich één voelt met wat daar in ontwikkeling gezet wordt. Ze hebben een hele nauwe samenwerking met SBB. Sommige terreinen waar zij werkzaam zijn zijn bestaande terreinen van SBB, maar de werkgroep Zeijer Wiek doet ook voorstellen aan SBB om gebiedjes aan te schaffen. Dat zijn soms natuurgebiedjes die in geen twintig jaar beheerd zijn of het zijn akkers die door SBB overgenomen worden en weer in natuurbeheer gezet worden. Elk jaar wordt door deze werkgroep een plan opgesteld en dat wordt besproken met SBB. Zij hebben dus een uitvoeringsplan en ook een soort masterplan waarin staat beschreven wat zij in vijf à tien jaar gerealiseerd willen hebben. Dat werkplan is iedere keer een uitvloeisel van dat masterplan. De vrijwilligers in de werkgroep Zeijer Wiek zijn mensen uit
4
de directe omgeving die voeling hebben met het gebied en die kennis hebben van de mogelijkheden. Zij functioneren met een grote mate van zelfstandigheid, maar iedere keer onder de paraplu van SBB. Ze zijn een stichting en hebben hun eigen financiën en donateurs als uiting van hun draagvlak. Ik heb dat nog steeds als droom voor de Zeegser Duinen. Als je dus terugkijkt in de afgelopen drie jaar dan zijn er dus al stukjes van deze droom gerealiseerd. We hebben al een werkcomité. Dit zijn vier mensen die zich met de planning bezig houden, wat er speelt binnen
de groep en bijvoorbeeld hoe we zo goed mogelijk contact onderhouden met SBB. Al dat soort dingen komen aan de orde en het groeit verder. We gaan binnenkort met het werkcomité kijken hoe we een financieel potje kunnen creëren, zodat we ook wat eigen dingen kunnen doen. We hebben inmiddels al een eigen logo voor de herkenbaarheid, zodat mensen ook weten dat we behalve bij SBB ook specifiek bij de Zeegser Duinen horen. Ik denk dat dat heel belangrijk is. Marieanne Drenckhahn
Binnengekomen foto’s Wat moeten we met de immer oprukkende Amerikaanse Vogelkers? Trudi bedacht een creatieve oplosing:
5
Kleurbekennen Ik ben Harry Dagelet, getrouwd met Louise van Noortwijk en woon al vele jaren in ons fraaie Zeegse in een zogeheten boswoning. Onze 4 kinderen zijn reeds uitgevlogen. Ik ben van origine een stadjer (Groningen uiteraard) terwijl Louise een westerling is/was (Schiedam). Na mijn opleiding aan de KMA (Koninklijke Militaire Academie) te Breda heb ik op vele plaatsen in binnen- en buitenland parate en staffuncties vervuld. Inmiddels heb ik alweer enige jaren als lkol (Luitenant Kolonel) met FLO (Functioneel Leeftijds Ontslag) mijn wapenrok aan de kapstok gehangen. Mijn ouders kochten in 1965 een zomerhuis in Zeegse. In 1980 hebben wij dat overgenomen, eerst als recreatie- vervolgens als permanente woning. In 2000 hebben we eigenhandig het oude zomerhuis neergehaald. Wel zorgvuldig want als zuinige noordeling was het besef aanwezig dat het oude grenen hout goed te gebruiken was als hondenhok, kippenhok, tuinhuis etc. Een heuse Zweedse bouwploeg plaatste vervolgens ons nieuwe houten Zweedse (Trivels)hus waar we heel gelukkig mee zijn. In de loop der jaren zagen we de
hei steeds verder teruggedrongen worden door de oprukkende begroeiing van vogelkers, eik, den etc. Met veel plezier maak ik dan ook deel uit van de werkgroep die de hei en niet te vergeten de onvolprezen jeneverbes weer in ere herstelt. Ik durf het bijna niet te vermelden, maar wellicht is het ook een stukje compensatie: Als Artillerist heb ik namelijk nogal eens zowel in Duitsland (omgeving Luenerburger heide) als in Nederland (op de Veluwe Oldenbroek) de hei met granaten in de brand geschoten. Alhoewel… geruime tijd na zo’n brand keert de heide in volle gloed weer jeugdig tevoorschijn. Zou die werkwijze dan toch ook iets zijn voor ons Siepelveen? Uiteindelijk heb ik mijn legergroen dus verruild voor het groen van Staatsbosbeheer.
Mijn naam is Jos Steenmeijer, ik ben in mei 55 jaar geworden. Ik ben een geboren en getogen Groninger maar omdat bij ons thuis Nederlands werd gesproken ben ik het Groninger dialect niet machtig geworden. Na mijn dienstplicht te hebben vervuld in 1977 ben ik naar de analistenschool gegaan waar ik Trudi heb leren kennen. Later heb ik, samen met Trudi, de kunstacademie in Groningen doorlopen. In 1988 zijn we Atelier De Zuil begonnen, een werkplaats waar
we onze beelden maken. Mijn werk beweegt zich op het grensvlak tussen kunst en techniek. Onze vakanties staan steeds in het teken van natuur, cultuur en activiteiten zoals bergsport en wandelen. Toen we, een aantal jaren geleden, voor het eerst lazen over de Natuurwerkdag waren we direct geïnteresseerd. Telkens deden we mee op wisselende locaties tot we in 2009 toevallig het Siepelveen uitkozen. En daar zijn we gebleven. Ik vind het erg fijn om in de natuur aan het werk te zijn, om met mijn handen te werken, de dagelijkse beslommeringen te vergeten door fysieke inspanning. Goed voor mij en goed voor het bos!
6
Ingezonden berichten op excursie naar plan goudplevier met een straffe wind en donkere luchten zijn wij, willem, syb, marieanne, jos, trudi en stans, met albert kerssies naar plan goudplevier geweest op 14 mei. deze excursie was een vervolg op die van het balinger en mantingerzand van afgelopen winter. het plan goudplevier is 1200 ha groot. in verschillende fases en op verschillende manieren zijn landbouwgronden, met daar tussen nog wat oude heidevelden, weer omgewerkt tot nieuwe natuur. anders gezegd heeft men aan de hand van oude topografische kaarten de oude structuren willen terugbrengen. we zagen de resultaten van verschillende methodes, zoals aardappelland afgeschrapt zo laten liggen, of bijvoorbeeld een strooisel laag er overheen aangebracht. in stappen van vijf jaar zie je dan de verschillende ontwikkelingen heel goed. ook zijn bestaande bosrandjes weggehaald om het geheel meer toegankelijk te maken voor de verspreiding van pollen en zaden (windverspreiding). bij wat nieuwe ondiepe poelen zagen we alweer zonnedauw en moeras wolfsklauw groeien. kleine heideplanten bedekten hier en daar de grond. om het geheel te ‘onderhouden’ grazen er schapen en koeien. die houden het behoorlijk kaal. dat werd aangetoond bij een stuk waar gaas omheen geplaatst is en daardoor niet meer toegankelijk voor de grazers. bij het laatste stuk, het meest verse, waar wij waren lagen ook nog allerlei soorten stenen. die zijn na de laatste ijstijd hier blijven liggen en nu weer bovengronds gekomen. in 2020 moeten de werkzaamheden klaar zijn. ook ten oosten van het balinger en mantingerzand zijn nu landerijen opgekocht die grenzen aan het middenraaikanaal. dat zal het laatste stuk zijn dat weer wordt teruggegeven aan de natuur. hier zullen de boerderijen wel blijven staan, maar de bedrijven vertrekken. net als bij de vorige excursie vertelde albert vol enthousiasme. maar of de goudplevieren ooit terug zullen komen weten wij niet. nu hoorden we onder andere veldleeuweriken en een koekoek. stans kofman Dag voor de vrijwilliger Zaterdag 21 mei j.l. organiseerde Veldwerk Nederland samen met Landschapsbeheer Drenthe voor de eerste keer een dag voor de vrijwilligers die werkzaam zijn bij diverse natuurorganisaties. Op deze dag, die gehouden werd in en om het Hunebedcentrum te Borger, waren zo’n kleine 200 vrijwilligers aanwezig waaronder zo’n 7 van Werkgroep Siepelveen. Bij binnenkomst was er buiten een markt met diverse stands, o.a. van Landschapsbeheer Drenthe, diverse natuurwerkgroepen, het Jeneverbesgilde, een Duitse natuurwerkgroep van even over de grens. Een leuke manier om informatie over en weer uit te wisselen. In de loop van de ochtend was er een bijeenkomst in een grote tent waar verschillende sprekers waren. Daarna een uitstekend verzorgde lunch en tenslotte de workshops, zoals onder andere Herkennen van bomen en struiken, Werven van vrijwilligers en geven van voorlichting en Excursie Weidevogels. De tijd vloog die dag dan ook om en we kwamen tijd te kort om alles te bekijken. Het weer was zeer goed. Al met al een zeer geslaagde dag en zeker voor herhaling vatbaar. Taco de Vries
7
Bankje Wie: Peter Wessels (41 jaar, uit Utrecht) ) en Carolijn Wessels (42 jaar, uit Arnhem). Onze oom Jaap (Kuipers) en tante Ineke (Kuipers-Wessels) hebben lang op de Goldakkers (no. 18) in Zeegse gewoond. Als kind hebben wij vaak (met broer Tom en veel andere neven/nichten en kinderen van vrienden) bij Jaap en Ineke gelogeerd. Altijd groot feest. Een wandeling door de Zeegser Duinen was vaste prik. Wat: Wij hebben een bankje gesponsord dat in het Siepelveen is geplaatst. In mei hebben we het met familie en vrienden van Jaap en Ineke ten doop gehouden. Het was een prachtige zonnige dag en iedereen deelde herinneringen met elkaar onder het genot van een hapje en drankje. Waarom: In 2006, dus alweer 5 jaar geleden, overleden zowel Jaap als Ineke. Ze worden nog altijd door veel mensen gemist. Om een plek te hebben om ze te gedenken hebben wij het bankje gesponsord, met daarop een gedenkplaatje. Waar: In het Siepelveen, op een prachtig plekje met uitzicht op het vennetje dat we met Syb Tumbelaka (coördinator van de vrijwilligersgroep in het Siepelveen) en Kees van Son (boswachter van Staatsbosbeheer) hebben uitgekozen. Wanneer: Het bankje is al eerder geplaatst door Syb en Peter, maar op 21 mei jongstleden officieel ‘geopend’. Met vriendelijke groet, Carolijn Wessels Terugblik van de Werkgroep Siepelveen Onlangs, tijdens een wandeling langs het Siepelveen en over de Zeegser Duinen, genietend van het mooie landschap, van wat we het afgelopen seizoen allemaal hebben bereikt, bedacht ik me dat dit allemaal niet mogelijk was geweest zonder de fantastische hulp en inzet die van alle kanten werd aangeboden. Hieronder een overzicht en ik hoop dat ik niemand vergeten ben: • Alle vrijwilligers van de Werkgroep Siepelveen • Staatsbosbeheer voor o.a. de motorkettingzaag en het handgereedschap, hun gastvrije ontvangst in Oudemolen en het gebruik van hun werkplaats • Landschapsbeheer Drenthe voor het materiaal tijdens de landelijke natuurwerkdag • Veldwerk Nederland voor het organiseren van de vrijwilligersdag samen met Landschapsbeheer Drenthe • Nationaal park de Drentsche AA voor de motorkettingzaagcursus • De schaapsherders Coos en Reinier met hun schapen • (Voormalig) Hotel Golden Tulip voor de snert tijdens de landelijke natuurwerkdag • Werkgroep Kraloerheide (Jan Mager) voor het ontwerp van de kartelspade • Kraanbedrijf van Assem voor het verwijderen van de takken • Klaas Rietsema, die ons met zijn shovel geholpen heeft om het pad tussen 2 jeneverbessen te verleggen • Leerlingen en begeleiding van het Werkmancollege uit Groningen • Leerlingen van de Winkler Prins scholengemeenschap te Veendam • Medewerkers van Van Boeijen uit Assen • De overige vrijwilligers tijdens de landelijke natuurwerkdag (o.a. scouting groep en de ABN) • Carolijn en Peter Wessels en hun familie voor het schenken van het bankje en hun hulp op 12 februari jl. • Firma Werkkracht uit Tynaarlo voor het vervaardigen van het bankje • Jos Steenmeijer voor zijn creativiteit bij ontwerp van de folder, ons logo en deze krant • Marieanne Drenckhahn voor het vervaardigen van deze tweede SiepelNieuws • Stans Kofman en Louise Dagelet voor de koffie (en de heerlijke zelfgebakken koekjes van Louise) tijdens de werkdagen. Syb Tumbelaka 8
Vooruitblik van de Werkgroep Siepelveen Dankzij de inspanningen van het afgelopen seizoen hebben de meeste jeneverbessen nu de ruimte en het licht gekregen dat ze nodig hebben. Wie echter ook volop van de geboden ruimte geniet is de Amerikaanse Vogelkers, in de volksmond ook wel ‘Bospest’ geheten. Op dit moment zijn er verschillende plekken met ware explosies van jonge opslag van ‘Bospest’ te zien. Vanwege het officiële broedseizoen (Flora- en Faunawet) en de aansluitende vakantieperiode is er door de Werkgroep Siepelveen niet gewerkt, dus ook niet om de Amerikaanse Vogelkers te bestrijden. Natuurlijk heeft de schaapskudde van Coos en Reinier menig blaadje weg gesnoept. Echter de praktijk leert dat dit onvoldoende is. We zaten in deze verplichte rust periode echter niet stil. Op ons initiatief hebben we samen met de bosecoloog en andere medewerkers van de Beheerseenheid Oudemolen van Staatsbosbeheer in de afgelopen maand gewerkt aan een plan om de ‘bospest’ te bestrijden. Allereerst is geïnventariseerd om hoeveel het gaat en wordt er per deelgebied een plan van aanpak opgesteld. Uit ervaring en literatuur blijkt dat eerste resultaten over enkele jaren zichtbaar worden. Het karakter van de werkzaamheden zal zich het komende jaren meer toespitsen op ‘gericht beheer’ van het terrein. Met als kernpunt het zo effectief mogelijk bestrijden van de Amerikaanse Vogelkers. Immers het is niet de bedoeling dat de open ruimte gevuld gaat worden door een exoot. De overige uitgangspunten blijven het komende seizoen natuurlijk ook van kracht, zoals: 1. De aanwezige jeneverbessen verder vrij maken en houden 2. Het open karakter van het gebied, het glooiende landschap en de biotoop ‘Stuifzand’ verder versterken 3. Verwijderen van de berkenopslag in het ven en het bestrijden van o.a. de prunusopslag Vanaf 3 september aanstaande gaan we met ons nieuwe plan van aanpak op zak weer vol aan de slag. Syb Tumbelaka
rsonen
oor 2 pe nsoep v
Uie
en, 1 erhamm t o b 2 , slook, mite dvol bie pel Mar n a le h e , e n h t ouillo olie, 1 ppen b 1 lepel essen. el, 2 ko e 2 uien, m s het ls neverb e p je le n 2 le rvolgen , a e d v m la e r b e g r l e Do lepe laurie ouillon de olie. , 1 thee lijk de b geel in se kaas r e d e u id s o it le g e w g Z en uien oeg dan e theegesned ier en d uinen. V r r u b t la a Fruit de , s d e ook n. De erb en laat n, jenev n trekke ij e e t b id l la u e r d e k ij t m e n. ed. De n giete en enig roer go komme , roeren e n t e s g a er bij en s e v r o u vu toev pte kaa soep in armite e geras e d d n jk e li e ik lepel M k rij sen isch ru gen en ill plaat aromat ham leg er de gr r d e t n heerlijk o o b n ute een t de oid me ven op kele min Hier bo t bestro men en rd e in m o o w k r e late urhistori oien. D en cultu ormt die r v u op stro e t tu a û -9 N cro es. : 978 0 ich een eneverb el (isbn ‘J k it in U G . zodat z k n va sloo van Jan erde bie eelden’ b gesnipp n e n hte n, gedic verhale 9-9) 77461-0
Comm u
nicatie
Naar b
uiten
Onsze
lf kenb
In een SiepelN
jasje g
aar ma
ieuws
ken
estoke
n
9
Agenda •
Op 3 september 2011 is er de startbijeenkomst voor de vrijwilligers van de Werkgroep Siepelveen met om 15.00 uur een schouw op de Zeegser Duinen samen met Staatsbosbeheer. Tijdens deze middag wordt het Werkplan 2011-2012 besproken. Aansluitend is er vanaf 17.00 uur een barbecue die aan ons aangeboden wordt door Staatsbosbeheer. Deze feestelijke maaltijd nuttigen we met andere vrijwilligers van Staatsbosbeheer, onder anderen de vrijwilligers van de Werkgroep Heidesteeg in Schipborg.
•
Op 10 september 2011 wordt er een workshop georganiseerd voor vrijwilligers en beheerders die het leuk vinden om jongeren te begeleiden tijdens hun groene maatschappelijke stages. Deze stages worden door Landschapsbeheer Drenthe georganiseerd. De workshop is ontwikkeld op verzoek van Betrokken bij Buiten en wordt gegeven door het Algemeen Pedagogisch Studiecentrum. Zie voor meer informatie de website van Landschapsbeheer Drenthe.
•
Op 17 september 2011 vindt de eerste werkdag plaats met om 9.00 uur onderwijs over bomen en struiken en een wandeling over de Zeegser Duinen onder leiding van Gerrit Roelvink van het IVN. Aansluitend geeft Pieter Posthumus van Landschapsbeheer Drenthe ons vanaf 11.00 uur informatie over het plaggen van heidegrond.
•
De overige werkdagen vinden plaats op: 8 oktober 2011, 22 oktober 2011, 5 november 2011, 19 november 2011, 26 november 2011, 10 december 2011, 17 december 2011, 14 januari 2012, 28 januari 2012, 11 februari 2012, 25 februari 2012, 10 maart 2012. Dit is de laatste werkdag voor het broedseizoen van 2012.
•
Op 24 september 2011 wordt er voor onze Werkgroep en de Staatsbosbeheer-vrijwilligers van Schipborg een excursie naar het Museumpark Landgoed Oranjewoud georganiseerd. Deze excursie wordt verzorgd door onze collega-vrijwilligers van de Vrijwilligerskring Museumpark Landgoed Oranjewoud.
•
Op 5 november 2011 organiseert Landschapsbeheer Nederland voor de elfde keer de jaarlijkse nationale Natuurwerkdag. Op ruim 350 locaties in heel Nederland kunnen vrijwilligers onder andere met kleinschalig onderhoudswerk een dag in de natuur aan de slag.
•
In november 2011 komt de derde SiepelNieuws uit.
Colofon Werkgroep Siepelveen Zeegse
Redactie: Marieanne Drenckhahn Vormgeving: Jos Steenmeijer
Drenthe Copyright 2011
10