SCHOOLGIDS 2013-2014
SHRI SARASWATIE BASISSCHOOL
BLOKMAKERSSTRAAT 46
POSTBUS 6361
3002 AJ ROTTERDAM
TEL. 010-4779494 / 4778341
E-mail:
[email protected] www.shrisaraswatie.nl
1
Dit schoolplan is geaccordeerd door:
Het schoolbestuur ------------------------------------------
De directie ------------------------------------------
De medezeggenschapsraad ------------------------------------------
2
Inhoudsopgave
Bladzijde
1.1.1 Identiteit van de Shri Saraswatie basisschool Levensbeschouwelijke oriëntatie Identiteit van de school Toegankelijkheid van de school door andersdenkenden Voorschool Financiële bijdrage van de ouders Sponsoring In- en Uitschrijven Eigen taal en cultuur Discriminatie 1.1.2 Schoolklimaat Sfeer Klachtenregeling Hindoe onderwijs Opvang en spijbelen Voor- en Naschoolse opvang Veilige school / Kledingvoorschriften 1.1.3 Huisvesting en bereikbaarheid 1.1.4 Korte geschiedenis 1.1.5 Openingstijden en vakanties 1.1.6 Lesuitval 1.1.7 Samenstelling schoolbevolking 1.1.8 Personele structuur 1.1.9 Contacten en samenwerking met derden 1.1.10 Ambtelijke contacten / Overige contacten 1.1.11 Schoolkrant / Nieuwsbrief 1.2.1 Algemene visie op onderwijs 1.2.2 Speciale aandacht voor leerlingen 1.2.3 Organisatie van de school 1.2.4 Ouderparticipatie Medezeggenschapsraad Ouderraad / Stichting Busvervoer 1.2.5 Emancipatie 1.2.6 Pedagogische opdracht 1.3.1 Inhoud van het onderwijs 1.3.2 Achterstandenbeleid 1.3.3 Intercultureel onderwijs 1.3.4 Allochtone leerlingen 1.3.5 Oriëntatie op studie- en beroepskeuze 1.3.6 Controle op (leer)prestaties/vorderingen 1.3.7 Resultaten van de school 1.4.1 Leerlingenstroom 1.4.2 Zittenblijven 1.4.3 Publiciteit en marketing 1.5.1 Onderwijs inhoudelijke veranderingen Cito-toetsresultaten Het schoolmaatschappelijk werk en de zorgbreedte Spreekuur directeur / De vakantieregeling en schooltijden Schoolteam / M.R./ O.R./ S.M.W./ busvereniging/ bestuur
1 1 2 2 2/3 3/4 4 4 4/5 5 5 5 5/6 6 6 6/7 7 7/8 8 8 8 9 9 9 10 10 10/11 11 12 12/13 13 13 14 14 14/15 15 15 15 15/16 16 16 16 17 17 18 18/19/20 20 21/22 3
Schoolgids Shri Saraswatie basisschool Rotterdam In 1997 heeft de Tweede Kamer vastgesteld dat alle scholen vanaf eind 1998 over een schoolgids moeten beschikken. In de wet is aangegeven dat een schoolgids informatie bevat over de werkwijze en de resultaten van de school. De schoolgids is bestemd voor ouders, verzorgers en leerlingen. 1.1.1. Identiteit van de Shri Saraswatie basisschool Levenbeschouwelijke oriëntatie De Shri Saraswatie is een basisschool op Hindoeïstische grondslag. Afwijkend van andere wereldgodsdiensten heeft het Hindoeïsme geen bepaalde stichter gehad. Over een lange periode groeide het langzamerhand, waarbij het veel religieuze en culturele bewegingen en stromingen in India assimileerde en in zich opnam. Niet alleen geloof en dogma`s zijn belangrijk binnen de Hindoefilosofie, maar ook gedrag en levenswijze. De leefwijze is gebaseerd op het geheel van veelzijdige en alomvattende leerstellingen die zijn verwoord in de geschriften : de Veda`s, de Upanishads, de Purana`s, de Ramayana en de Bhagavad Gita. Deze geschriften leren dat het Hindoe-dharma een levenshouding is die vernieuwend tracht te werken op de bestaande status quo in de maatschappij. Een levenshouding waarin individuele vrijheid hoog staat aangeschreven binnen het kader van maatschappelijke gebondenheid. Een maatschappij waar het ideaal de hoogste groei van de menselijke geest is. Niet alleen de individuele rechten dienen gerespecteerd te worden. Ook de individuele plichten zullen voldoende benadrukt worden. In de Hindoe-dharma staat niet het eigen ego centraal, doch het individueel handelen ten bate van de anderen /gemeenschap. Enkele centrale uitgangspunten zijn:
Het Brahman vormt het goddelijke beginsel, de bron van het universum, Het Brahman is niet in één vorm of naam te vangen ; het goddelijke laat zich kennen in oneindig veel vormen of manifestaties, De ziel of Atman is in alle levende wezens aanwezig en ten diepste identiek aan en deel van het Brahman, Dharma ; de leefregels (ethiek) voor een Hindoe, waaronder vallen : Karma ; door handelen bijdragen aan de eigen bevrijding (moksha) uit de cyclus van wedergeboorte. Sewa, zorg voor of dienstbaarheid aan anderen / de gemeenschap. Tolerantie en verdraagzaamheid ; respect voor de meningen, gedragingen en opvattingen van anderen. Ahimsa ; geweldloosheid, Bhakti, toewijding aan het goddelijke.
4
Deze algemene uitgangspunten zijn binnen het lesprogramma van de scholen uitgewerkt. Identiteit van de school De school is een bijzondere school, dat wil zeggen dat ze een levensbeschouwelijk uitgangspunt heeft. De scholen die vallen onder de stichting Hindoe Onderwijs (SHO) zijn gebaseerd op de hindoe-hoofdstroming Sanatan Dharma. De identiteit komt op allerlei niveaus naar voren. Zo verwijzen de namen van de SHO-scholen naar de Hindoe-cultuur en filosofie. De identiteit uit zich onder andere in de viering van de Hindoe-hoogtijdagen, waarvan Holi-Phagua en Divali de belangrijkste zijn. Ook in de aankleding van de school zijn duidelijk Hindoe-elementen terug te vinden, zoals platen van de verschillende manifestaties van God, de aanwezigheid van het Aumteken en de beelden van de manifestaties van God. Op school wordt het vak Dharma, waarvan het Hindi een onderdeel uitmaakt onderwezen. Shri Saraswatie Shri Saraswatie is een verschijningsvorm van de goddelijke bron van het universum, het Brahman. Shri Saraswatie is één van die verschijningsvormen. De oorsprong van Saraswatie is een heilige rivier in India. Saraswatie staat symbool voor en is de bron van kennis, wetenschap, muziek en creativiteit. Aspecten die wij van groot belang vinden in de vorming van onze leerlingen. Het motto van de Shri Saraswatie basisschool luidt : Samen leven, samen leren en samen werken. Zoals het motto aangeeft, willen we onze kinderen ook voorbereiden op hun rol in een multiculturele samenleving. Toegankelijkheid van de school voor andersdenkenden. In principe zijn alle leerlingen welkom op de Saraswatieschool. Wij maken geen onderscheid naar levensovertuiging of godsdienst. Wel vragen wij leerlingen en ouders die geen Hindoe zijn, om onze overtuiging te respecteren. Concreet wil dit bijvoorbeeld zeggen dat wij niet-Hindoe kinderen vragen eerbied te tonen als er `s-morgens gezamenlijk wordt gebeden. Eveneens verwachten wij dat zij deelnemen aan onze Hindoehoogtijdagen, zoals bijvoorbeeld Holi en Divali. De Saraswatieschool is een school op hindoeïstische grondslag. Ondanks dit gegeven besteden wij ook aandacht aan de algemene feestdagen, te weten Kerstmis, Nieuwjaar en hoogtijdagen van andere religieuze stromingen. Verder hanteert de school de lesmethode Geestelijke Stromingen, waarin alle wereld religies worden behandeld. Dit doen wij niet alleen uit respect voor de overtuiging van anderen, maar eveneens vanuit de gedachte van het bestaan van een universele godheid. Centrale gedachte binnen dit denken is dat ieder mens zijn weg zal moeten volgen om bevrijding te bereiken.
Voorschool De Shri Saraswatie school is samen met Peuterspeelzaal Dwarka een Voorschool.
Het doel van dit samenwerkingsverband is: a Goede doorstroming van de kinderen uit de peuterspeelzaal naar de Shri 5
Saraswatie School. b Ouders betrekken bij de activiteiten, zodat zij thuis met hun kinderen op een speelse manier bezig zijn met het werken aan hun taalachterstanden. c Kinderen methodisch laten deelnemen aan allerlei taalactiviteiten zodat zij beter kunnen participeren in de kleutergroepen. d Kinderen met taalachterstanden planmatig helpen, zodat zij zonder achterstand of met weinig achterstand de kleutergroepen kunnen instromen. e Doorgaande ontwikkelingslijn verbeteren door samenwerking tussen de leidsters en de leerkrachten. f De vaardigheden van leerkrachten en de peuterleidsters te vergroten door deelname aan bijscholing opbrengst gericht werken. Wij willen als Shri Saraswatie School door middel van VVE een zo hoog mogelijke kwaliteit halen. De coördinatoren van de school en de peuterspeelzaal dragen er zorg voor dat er optimale samenwerking is tussen beide instanties. De Shri Saraswatie school zal er alles aan doen om de kleutergroepen vier dagdelen per week door twee leerkrachten te bemannen. Deze dubbele bezetting is noodzakelijk om kinderen met achterstanden in een kleine groep of individueel hulp te bieden. De tweede leerkracht/ onderwijsassistente moet minmaal MBO 4 hebben. Ook bij kleine groepen wordt de tweede leerkracht ingezet. Alle leerkrachten hebben een Pabo opleiding. Dit schooljaar worden de leerkrachten van de groepen 0,1en 2 begeleid om te werken volgens de nieuwe methode “Piramide”. Dit programma is ingebed in het dagelijks handelen van de leerkrachten en geeft een extra dimensie aan het taal- en rekenonderwijs. De ouderconsulent heeft een grote rol in de begeleiding van de ouders. Zij heeft de Piramide cursus afgerond en zal meedoen met de cursus “Piramide Nieuw”. Zij zal verder gaan met de assistentie in de groepen 1 en 2. De peuters worden zorgvuldig gevolgd. Dit vinden wij erg belangrijk. De resultaten van de afgenomen toetsen en de observaties worden door de leidsters overgedragen aan de leerkrachten van de Shri Saraswatie School. Wij hechten heel veel waarde aan deze warme overdracht. De peutersleidsters zijn opgeleid om de dossiers van de peuters electronisch bij te houden en door te sturen naar de kleutergroep. De ouders worden tijdens de inschrijving in de nul groep op het hart gedrukt dat het erg belangrijk is, dat de kinderen minimaal vijf dagdelen de speelzaal bezoeken. Financiële bijdrage van de ouders Aan ouders die hun kind op onze school plaatsen wordt een financiële bijdrage gevraagd. Deze bijdrage is niet bedoeld voor onderwijsactiviteiten. Deze worden immers door het Rijk aan onze school vergoed. De bijdrage is bedoeld voor activiteiten die niet door het Rijk vergoed worden. De gelden worden bijvoorbeeld besteed voor het organiseren van sportdagen, een schoolreis,sinterklaasfeest, kerstviering, Divali en Holi. De ouderbijdrage op onze school is vastgesteld op € 40,voor het eerste kind per jaar. Voor het tweede kind wordt de bijdrage € 38,- en voor elk volgend kind uit hetzelfde gezin wordt de bijdrage € 2,- lager. (het reglement ouderbijdrage is opvraagbaar bij de directeur. Het betalen van de ouderbijdrage geschiedt op vrijwillige basis.
6
Het niet betalen van de ouderbijdrage kan ertoe leiden dat ouders/ verzorgers de werkelijk gemaakte kosten t.b.v. hun kind moeten betalen als het deelneemt aan een van de bovenvermelde activiteiten. Deze bijdrage moet gestort worden op rekeningnummer 7287576 t.n.v. Schoolfonds Shri Saraswatie te Rotterdam. De ouderbijdrage wordt door de school geïnd en deze beheert in samenwerking met de Ouderraad de gelden. Controle op de uitgaven vindt plaats door middel van een boekhoudkundig systeem. Sponsoring. De school organiseert ieder jaar een sponsorloop.Leerlingen laten zich sponseren door ouders, familieleden en winkeliers uit de omgeving van de school.Met de opbrengst van de sponsorloop worden spullen aangeschaft, waarvan iedereen gebruik kan maken.In het afgelopen schooljaar zijn er banken en een wip voor het schoolplein aangeschaft. Ook worden feestzalen uit Rotterdam benaderd om hun ruimte ter beschikking te stellen voor het organiseren van activiteiten voor de hele school en de ouders. Het afgelopen schooljaar zijn beide grote Hindoe feestdagen in een feestzaal georganiseerd. In- en Uitschrijven Kinderen kunnen vanaf hun derde verjaardag worden ingeschreven.Twee weken voor hun vierde verjaardag kunnen ze in de ochtenden de school bezoeken en wennen spelenderwijs aan ons onderwijsaanbod. Kinderen ontvangen een welkomstkaart met de juiste plaatsingsdatum. Oudere kinderen kunnen tot de SSS worden toegelaten na een gesprek met de ouders en een eventuele test van het kind. De Interne begeleider/ begeleidster neemt in deze gevallen altijd contact op met de directie van de school van herkomst. Als u een kind wilt laten uitschrijven, bijvoorbeeld in verband met verhuizing, kunt u dit melden bij de directeur.De nieuwe school krijgt dan een onderwijskundigrapport opgestuurd. Bij wangedrag van leerlingen t.o.v. leerkrachten, onderwijs ondersteunend personeel en de directie kan uw kind na een zorgvuldig onderzoek worden geschorst of afgeschreven. Sommige kinderen behoeven exclusieve zorg. Wij staan ontvankelijk tegenover verzoeken van ouders in deze, maar beseffen tegelijkertijd dat wij onze beperkingen hebben. Zo zijn de kosten voor het bieden van exclusieve zorg ( vormen van sociaal emotionele training of therapie, logopedische behandelingen, de behandeling van dyslexie, senso-motorische behandelingen, medische therapie, medische verzorging, e.d.) niet opgenomen in het bekostigingsstelsel van het reguliere basisonderwijs. Onze school kan dergelijke exclusieve zorg dus niet aanbieden. Discriminatie Discriminatie wordt niet getolereerd op onze school. In het lesprogramma wordt aandacht besteed aan wat discriminatie is en hoe je daar mee om kunt gaan. Daarbij maken wij gebruik van de lesmethode : Leefstijl voor jongeren. Wij proberen onze leerlingen zo weerbaar mogelijk te maken. Wanneer kinderen discrimineren wordt dit door de leerkracht bespreekbaar gemaakt en wordt teruggegrepen naar de filosofische uitgangspunten tolerantie en respect. 7
1.1.2. Schoolklimaat De Hindoeïstische grondslag van de school bepaalt in belangrijke mate het klimaat. Tolerantie, dienstbaarheid en respect voor elkaar zijn uitgangspunten die het klimaat op school sterk beïnvloeden. Binnen de school zijn leerprestaties belangrijk. Leerlingen moeten naar onze mening beschikken over een basispakket aan kennis en vaardigheden om voorbereid te zijn op een carriere binnen deze maatschappij. Daarnaast besteden wij aandacht aan de algemene en culturele vorming van de leerlingen. Praktisch doen wij dit bijvoorbeeld door muziekonderwijs, het aanleren van het zingen van bhajans, het aanleren van de betekenis van de Hindoehoogtijdagen, mandirbezoek en museumbezoek. Per leerling worden de leerprestaties gevolgd door een leerlingvolgsysteem. Als daar aanleiding voor bestaat vindt extra individuele begeleiding plaats door de leerkrachten in samenwerking met de IB-er. Sfeer De sfeer op school is open en prettig. De docenten vormen een hecht team en er wordt goed samengewerkt. De leerlingen gaan met veel respect met elkaar om. Klachtenregeling Hindoe onderwijs. Vanaf 1 augustus 1998 heeft de school een klachtenregeling. Ouders en leerlingen kunnen klachten indienen over gedragingen of beslissingen of het nalaten daarvan, van het schoolbestuur, de directie en het (ondersteunend-) personeel. Het kunnen klachten zijn in de sfeer van de beoordeling van de leerlingen, seksuele intimidatie, discriminerend gedrag, agressie, geweld en pesten. Deze klachtenregeling is op te vragen bij de directeur of het bestuur. Indien zich leer- of emotionele problemen voordoen kunnen leerlingen en ouders in eerste instantie terecht bij de groepsleerkracht. Daarnaast kunnen zij zich wenden tot de directeur of de vertrouwenspersoon, mevr. C.Sankatsing. Bij het oplossen van problemen worden de ouders zeer nauw betrokken. Ook wordt hun mening via de medezeggenschapsraad gehoord in alle belangrijke beslissingen die de school betreffen. Klachten leerlingen. De te volgen lijn is: leerling – klassenleerkracht – directeur. Klachten ouders. De te volgen lijn is : ouders – klassenleerkracht – directeur – vertrouwenspersoon – Afdelingsbestuur SHO-Rotterdam – coördinator - Hoofdbestuur SHO. Klachten leerkrachten. De te volgen lijn is: leerkracht –directeur –Vertrouwenspersoon – Afdelingsbestuur SHO-Rotterdam – coördinator- Hoofdbestuur SHO. Klachten directie. De te volgen lijn is : directie – vertrouwenspersoon – Afdelingsbestuur SHORotterdam – coördinator – Hoofdbestuur SHO. 8
Het bevoegd gezag. De te volgen lijn is: Hoofdbestuur SHO – coördinator – Afdelingsbestuur SHORotterdam – directie – leerkracht – vertrouwenspersoon. Opvang en spijbelen De school vangt kinderen vanaf 08.00 uur op. Tussen de middag is opvang geregeld voor alle kinderen van de school. Daarnaast worden er vanuit de Saraswatieschool in het kader van de verlengde schooldag activiteiten georganiseerd, waar alle leerlingen aan mee kunnen doen, afhankelijk van de aard van de naschoolse activiteit. Enkele van deze activiteiten zijn : yogha,huiswerkbegeleiding,shakha,schaken,taekwondo, koken, zumba, bloemschikken, voetbaltraining en Indiase dans ( Bollywood en klassiek) en computerlessen. Spijbelen is op veel scholen een probleem. Wanneer wij over de afgelopen jaren de balans opmaken, blijkt dat op de Saraswatieschool eigenlijk niet of nauwelijks gespijbeld wordt. Het schoolklimaat stimuleert kinderen zoveel mogelijk en bindt ze sterk aan de school. Als kinderen toch zouden wegblijven zonder reden worden ze direct op hun verantwoordelijkheid aangesproken en wordt contact met de ouders opgenomen, waardoor herhaling meestal uitblijft. De school heeft een goede samenwerking met leerplichtambtenaar om ervoor te zorgen dat leerlingen niet zonder een grondige reden wegblijven. Voor – en Naschoolse opvang Alle scholen voor het primair onderwijs zijn vanaf het schooljaar 2007-2008 verplicht om voor- en naschoolse opvang te organiseren. Deze opvang wordt op onze school georganiseerd door Stichting Hindoe Buitenschoolse opvang. Deze stichting maakt gebruik van het lokaal van de peuterspeelzaal en twee lokalen van de school op de begane grond. Deze is te bereiken op telefoonnummers 06- 19041390 en 06- 22423141. De leidsters van de opvang zijn te bereiken op telefoonnummer 010-4779494. Veilige school Op sommige scholen komen geweld, pesten en ongewenste intimiteiten voor. De Saraswatieschool probeert dit zoveel mogelijk tegen te gaan. Naast algemeen humane en didactische uitgangspunten kiest de Hindoefilosofie voor het principe van geweldloosheid, oftewel ahimsa. Leerlingen worden met dit principe opgevoed. Wanneer zich een probleem voordoet, dat valt in de categorie pesten, dan wordt daar direct op gereageerd door de docent en handelt volgens het pestprotocol. Indien zich het probleem blijft voordoen worden de directeur en de ouders ingeschakeld. Hiermee wordt op alle fronten gewerkt om een veilige school voor de leerlingen te creëren. Stichting Hindoe Onderwijs heeft een Beleidsplan Agressie, Geweld en Seksuele Intimidatie opgesteld voor alle Hindoe scholen.
9
Kledingvoorschriften De school is in principe vrij om kledingvoorschriften voor te schrijven. Er zijn wel voorwaarden waar deze voorschriften aan moeten voldoen : * de voorschriften mogen niet discriminerend zijn; * de voorschriften mogen de vrijheid van meningsuiting niet aantasten; * de voorschriften moeten worden opgenomen in de schoolgids; * een maatregel op het overtreden van een kledingvoorschrift mag niet onevenredig zwaar zijn. Binnen de Stichting Hindoe Onderwijs ie er voor het personeel en leerlingen een kledingvoorschrift opgesteld. Voor leerlingen, stagiaires en collega’s gelden de volgende kledingvoorschriften: 1 Kleding mag niet onhygiënisch zijn. 2 Kleding mag niet aanstootgevend zijn. 3 Kleding mag geen statement zijn dat in verband gebracht kan worden met discriminatie op ras, kleur, geaardheid, religie, sexe of politieke overtuiging. 4 Kleding mag de veiligheid van de leerling zelf en anderen niet in gevaar brengen. 5 Kleding mag niet disfunctioneel zijn ( belemmeren in bewegen en leren). 6 Om een goede communicatie (gezichtuitdrukking, articulatie) tussen personeel (OP en OOP) en leerlingen te garanderen en om personen te kunnen herkennen, tolereren wij geen gehele of gedeeltelijke gezichtsbedekking. 1.1.3.Huisvesting en bereikbaarheid De Saraswatieschool is gelokaliseerd in de wijk Bospolder. In Rotterdam-West, in een rustige straat op loopafstand van het Marconiplein. De school is goed bereikbaar met het openbaar vervoer. Eveneens bestaat er een mogelijkheid om uw kinderen met een schoolbus van en naar huis te laten brengen. Achterin dit blad vindt u een kaartje waarop u kunt lezen hoe de school te bereiken is. 1.1.4. Korte geschiedenis van de school. De Shri Saraswatie School werd in 1990 op initiatief van pandiet S.Bansidhar, voorzitter van Stichting Jaagritie., opgericht. Na verkennende gesprekken met de gemeentelijke autoriteiten en mensen uit de Hindoegemeenschap van Rotterdam, legde Pandiet S. Bansidhar zijn plan voor de oprichting van een Hindoe Basisschool in Rotterdam voor aan het bestuur van Stichting Jaagritie.Dit plan werd met veel enthousiasme ontvangen door het voltallig bestuur. Men besloot onmiddellijk aan de slag te gaan om het plan te realiseren. Samen met Pandiet Bansidhar hebben de heren G.Ramdjielal, J.Dewkie, R.Mahatam,L.Sadhoe,J.Harnam,R,Ramadhin en M.Kalicharan, met heel veel inzet, gewerkt aan de totstandkoming van deze school. Tevens werd er veel medewerking ondervonden van de heren R.Niddha,B.Kamaansing, S.Malhoe en vele anderen. Op verzoek van de heer S.Ramdhanie,ondervoorzitter van Stichting Hindoe Onderwijs uit Den Haag,werd een samenwerkingsovereenkomst gesloten met Stichting Hindoe Onderwijs. De bijzondere voorwaarden voor de samenwerking waren: a.De school blijft haar eigen Identiteit behouden. b.Besluiten over de school worden met instemming van het Plaatselijk bestuur genomen.
10
De school was met 64 leerlingen,een directeur B.Ramdas en 4 leerkrachten; juf Roos, Mala, Jeanne en Sobha gestart. Het eerste schoolgebouw stond aan het Bospolderplein. Na drie maanden is de school verhuisd naar een grotere locatie aan de Blokmakersstraat 46 te Rotterdam. 1.1.5. Openingstijden en vakanties. Overzicht van school- en openingstijden, vakantie en andere vrije dagen in het schooljaar 2013 -2014, zie pagina 22. Continurooster. De SSS hanteert een continurooster. Dit betekent dat alle kinderen op school lunchen en dus tussen de middag niet naar huis gaan. 1.1.6. Lesuitval. De schoolleiding streeft ernaar de lesuitval tot een minimum te beperken. Continuïteit staat hoog in ons vaandel geschreven. Het kan natuurlijk gebeuren dat een klassendocent ziek wordt. Tot op heden is het altijd gelukt tijdig een vervanger te vinden die kon waarnemen. Kinderen worden als het enigszins kan niet naar huis gestuurd binnen de reguliere schooluren.Indien kinderen geen deel kunnen nemen aan de gym.- of zwemlessen worden zij op school opgevangen. Vergaderingen en rapportbesprekingen vinden altijd na schooltijd plaats, zodat deze niet het lesrooster van de kinderen beïnvloeden. 1.1.7. Samenstelling schoolbevolking. Het totaal aantal leerlingen in het schooljaar 2012–2013 was 242. De Shri Saraswatie school heeft relatief kleine klassen. Het aantal leerlingen per groep is gemiddeld 20. Hier volgt een overzicht van de groepen: Groepen: gr. 1 leeftijd: gr. 2 leeftijd: gr. 3 leeftijd: gr. 4 leeftijd: gr. 5 leeftijd: gr. 6 leeftijd: gr. 7 leeftijd: gr. 8 leeftijd:
Leeftijd: 4 5 6 7 8 9 10 11/12
jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar
In tegenstelling tot andere scholen in de buurt heeft de school een regionale functie. Dit wil zeggen dat leerlingen niet alleen uit de buurten rond de school komen, maar uit de stad en van buiten de stad. 1.1.8. Personele structuur. De school heeft een directeur en een adjunct directrice. Deze zijn aanspreekbaar voor alle algemene vragen. Voor vragen betreffende de leerlingen kunt u terecht bij de groepsleerkrachten. Naast het lerarenteam is er onderwijsondersteunend personeel. Ook zijn ouders als vrijwilligers betrokken bij de school. 1.1.9. Contacten en samenwerking met derden. De school wordt één maal per jaar bezocht door een Jeugdtandarts. Deze controleert het gebit van de leerlingen, waarvan de ouders toestemming hebben verleend. 11
Hieraan zijn geen kosten verbonden. In groep 1/2 worden de leerlingen door een logopediste van WSNS gescreend op eventuele spraakgebreken. Verder is de Shri Saraswatie basisschool een samenwerkingsverband aangegaan met de andere scholen in de buurt in het kader van het Rotterdams Onderwijs Beleid ( Beter Presteren ). De school heeft eveneens zitting in een samenwerkingsproject met het speciaal onderwijs dat heet: “Weer samen naar School”. Voor meer informatie over de samenwerkingsverbanden kunt u terecht bij de directeur of de adjunct-directrice. Leerlingen die in groep 8 zitten, zullen het komend schooljaar naar een vorm van voortgezet onderwijs gaan. Om leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op deze vervolgopleidingen worden zij in de gelegenheid gesteld om een dag mee te lopen op de school van hun keuze. Tevens bezoeken wij samen met deze leerlingen de schoolkeuzemarkt die in Delfshaven voor alle basisscholen wordt georganiseerd. De school onderhoudt structureel contacten met deze scholen om op de hoogte te blijven van alle ontwikkelingen bij het voortgezet onderwijs. De Shri Saraswatie basisschool laat zich begeleiden door een schoolbegeleidingsdienst n.l. CED-Groep. Ook verzorgt deze begeleidingsdienst cursussen en deskundigheidsbevordering voor de leerkrachten. 1.1.10 Ambtelijke contacten. Ondanks dat het verzuim verwaarloosbaar laag is, onderhoudt de school toch contacten met een leerplichtambtenaar. Daarmee worden besprekingen gevoerd over verzuim en verlof van leerplichtige leerlingen. Verder onderhoudt de school contacten met de dienst Jeugd Onderwijs en Samenleving (JOS) op het gebied van onder andere huisvesting, zwemlessen en sport. ( Het lekker fit programma ) Een ander officieel contact is dat met de Inspectie voor het Onderwijs. Deze draagt zorg voor de controle op de kwaliteit van het onderwijs. Verder krijgt de Inspecteur een afschrift van het schoolplan, de schoolgids etc. Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap draagt zorg voor een deel van de gelden, ontwerpt nieuwe regelingen en het algemeen beleid. Overige contacten Op incidentele basis onderhoudt de school contacten met het netwerk Jeugdhulpverlening, schoolgericht maatschappelijk werk, RIAGG, etc. Deze worden ingeschakeld wanneer bij een leerling sprake blijkt te zijn van sociaal emotionele problemen. 1.1.11 Schoolkrant / nieuwsbrief De Shri Saraswatie basisschool beschikt over een schoolkrant, waarin de meest recente informatie over de school wordt gegeven, alsmede reacties van leerlingen, ouders en leerkrachten zijn opgenomen. Het blad wordt versierd met o.a. tekeningen en werkjes van de kinderen. De schoolkrant verschijnt met een frequentie van drie keer per jaar. Binnen de school is er een commissie, die de eindredactie heeft over het blad. 12
Vijf keer per jaar wordt een nieuwsbrief uitgegeven met de meest recente ontwikkelingen van onze school, de leerlingen, ouderprojecten en het onderwijs. 1.2.1 Algemene visie op onderwijs. De Hindoefilisofie benadrukt enerzijds het belang van het individu om zichzelf te verheffen en te verwezenlijken, onder andere door yoga en het verwerven van kennis. Het uiteindelijke doel is het verwerven van bevrijding. Tegelijkertijd benadrukt de filosofie de plicht die het individu heeft ten opzichte van de gemeenschap. Het individu zal zich enerzijds moeten verheffen tussen zijn gelijken en anderzijds mededogen en verdraagzaamheid tonen. Deze elementen komen dan ook tot uiting in onze visie op het onderwijs. Het kind vormt onderdeel van een gemeenschap. Op school wordt deze gemeenschap gesymboliseerd door de klas. Het kind leert zich daarin als onderdeel van een groep te gedragen. Op school wordt er daarom klassikaal in leeftijdjaargroepen les gegeven. Tegelijkertijd proberen wij de individuele ontwikkeling van het kind zoveel mogelijk te stimuleren. Naast klassikale lessen geven wij daarom veel individuele begeleiding. Wij zien de school als een voorbereiding op de maatschappij. Een kind heeft behoefte aan een basispakket aan kennis, inzichten en vaardigheden. Vanuit deze overtuiging werkt de school meer leerstofgericht dan procesgericht. 1.2.2 Speciale aandacht voor leerlingen. Op onze school wordt op verschillende manieren aandacht besteed aan leerlingen die extra aandacht behoeven. Vroeger ging dit onder de noemer van ‘zorgbreedte’. De laatste jaren heeft dit onderwerp een extra impuls gekregen door het zogenaamde Weer Samen Naar Schoolbeleid (WSNS). WSNS tracht te bereiken dat alle kinderen zoveel mogelijk op een basisschool in hun eigen omgeving terecht kunnen. Het idee is, dat met extra aandacht het mogelijk moet zijn veel meer kinderen dan tot nu toe op de basisschool de zorg en ondersteuning te geven die ze nodig hebben. Doorverwijzing naar speciaal onderwijs zoals Cluster 1,2,3,4 -scholen wordt dan overbodig. In uiterste gevallen vindt de verwijzing plaats via de zorgcommissie.In Rotterdam worden gelden ter beschiking gesteld in het kader van Beter Presteren. De Shri Saraswatie basisschool heeft deze gelden ingezet om de leertijd in de groepen uit te breiden en voor extra hulp. De vakken taal, rekenen en lezen worden extra gestimuleerd. Twee assistenten houden zich bezig met de wijkactiviteiten en de ouderbetrokkenheid. Alle basisscholen zitten in een zogenaamd samenwerkingsverband. Een samenwerkingsverband bestaat uit een aantal basisscholen en één of meerdere scholen voor speciaal onderwijs. Gezamenlijk stellen deze scholen een zorgplan op (waarover de medezeggenschapsraad instemmingsrecht heeft), waarin wordt beschreven op welke manier de extra zorg wordt vormgegeven. De Shri Saraswatie basisschool heeft al enige tijd een leerlingvolgsysteem ingevoerd. Daarin worden de prestaties van de leerlingen gedurende de gehele schoolloopbaan vastgelegd. Voor iedere leerling is een apart dossier aangelegd. Wanneer een leerling achter raakt of zijn / haar leerprestaties te wensen overlaat, dan wordt dit snel opgemerkt en kan worden ingegrepen. 13
Op school zijn docenten speciaal opgeleid om hulp en ondersteuning bij (leer)problemen te geven. Leerlingen met problemen krijgen extra individuele begeleiding. De school beschikt over een orthotheek, waar naslagwerken te vinden zijn over leer- en opvoedingsproblemen, remediërend werk en verrijkingsstof. Als er zich problemen voordoen bij een leerling dan wordt een handelingsplan opgesteld. Van dit handelingsplan worden de ouders op de hoogte gesteld. Als de problemen niet door de school opgelost kunnen worden en externe deskundigen nodig zijn, dan zal eerst aan de ouders toestemming worden gevraagd. Ouders hebben het recht op inzage van de schriftelijke rapportage. Ouders moeten expliciet toestemming verlenen voordat een kind bijvoorbeeld tijdelijk ergens anders geplaatst wordt. Ook is deze toestemming nodig als een kind wordt aangemeld bij de permanente commissie leerlingenzorg. De gegevens die door de ouders(voogden) aan de school verstrekt worden en de resultaten van de testen en toetsen van de leerlingen worden door de school gebruikt om twee redenen en wel: 1. School administratieve redenen. De school is verplicht om een leerlingadministratie te voeren.Deze gegevens verzameling valt onder het vrijstellingsbesluit van de Wet bescherming Persoonsgegevens. 2.Leerling begeleiding. De door de leerling behaalde resultaten spelen een belangrijke rol bij het begeleiden van de leerlingen.Ook deze administratie is vrij van meldingsplicht door het vrijstellingsbesluit van de Wet Bescherming Persooonsgegevens. Daarnaast worden deze gegevens opgenomen in een gegevensverzameling die de gegevens verwerkt tot statistische informatie ten behoeve van de evaluatie van het onderwijskundig beleid van de school en het gemeentelijk onderwijs beleid. Dit vindt plaats in de onderwijsmonitor PO/VO gemeente Rotterdam. De onderwijsmonitor levert uitsluitend geanonimiseerde statistische informatie en de daaraan ten grondslag liggendegegevensverzameling is aangemeld bij het College Bescherming Persoonsgegevens. 1.2.3. Organisatie van de school. De school kent een onder- en bovenbouw. Deze zijn weer onderverdeeld in jaarklassen. Het bestuur heeft voor deze indeling gekozen om de leeftijdsverschillen in de onder- (groep 1-4) en bovenbouw (5-8) klein te houden. 1.2.4. Ouderparticipatie. Het blijkt dat kinderen van wie de ouders zijn betrokken bij het onderwijs, over het algemeen betere resultaten behalen op school. Daarom stimuleert de school ouderbetrokkenheid. Ouders krijgen ruime informatie om hun kind thuis eventueel te kunnen ondersteunen. Zij zijn ook altijd welkom op school met vragen of suggesties. Ouders worden op de hoogte gehouden van de vorderingen van hun kind door rapportages, ouderavonden en info-avonden. Indien ouders of leerkrachten tussen door behoefte hebben met elkaar te praten, dan worden extra afspraken gemaakt. Iedere vrijdagochtend kunnen ouders van 8.30 tot 8.45 uur de groepen inlopen om de leerkrachten te spreken en afspraken te maken. De ouders van de groepen 1 en 2 zijn iedere dag van 8.30 tot 8.45 uur welkom in de klassen i.v.m. Piramidisch 14
werken. Bij het maken van afspraken houdt de school er zoveel mogelijk rekening mee dat soms beide ouders werken. Leerkrachten van de groepen 1 en 2 leggen een keer per jaar een huisbezoek af. Andere leerkrachten leggen incidenteel huisbezoeken af. Wanneer ouders gescheiden zijn of gaan scheiden kan het voor ons (de school) moeilijk zijn om te bepalen welke positie wij bij het verstrekken van informatie moeten innemen. De wet biedt ons hierin echter een duidelijke richtlijn. Wij zijn als school namelijk verplicht beide ouders op gelijke wijze te informeren. Dus ook de ouder die niet met het ouderlijk gezag is belast, heeft recht op informatie. Alleen in geval van zeer zwaarwegende argumenten kan van die richtlijn worden afgeweken. Als school willen wij geen speelbal tussen ouders worden. Vanwege onze neutrale positie hebben wij ervoor gekozen beide ouders op een gelijke wijze te informeren. Om hierboven genoemde redenen zal het adres van de niet met het ouderlijk gezag belast zijnde ouder evenzo in onze administratie worden opgenomen. Voorzover van toepassing wordt uw medewerking gevraagd bij het vastleggen van oudergegevens. Wij vragen begrip voor onze positie. Als de adresgegevens van de niet bij het kind wonende ouder bij ons bekend zijn, wordt hij/zij door de school op de hoogte gesteld van : de schoolgids, schoolkrant, ouderavonden, contactavonden ( wel op een ander tijdstip als de andere ouder), schoolresultaten, toetsresultaten, rapporten, informatie aangaande schoolreizen, verwijzing naar vervolgonderwijs en aanmeldingen SBO of PCL. Als dit niet is toegestaan ( b.v. via een rechtelijke uitspraak), moet het schriftelijk bewijs hiervan aan de directie worden overlegd. Medezeggenschapsraad De school is wettelijk verplicht een medezeggenschapsraad (MR) in te stellen. De medezeggenschapsraad is samengesteld uit ouders, docenten en eventueel onderwijsondersteunend personeel. Zij adviseren het bestuur over belangrijke zaken betreffende school. Naast de medezeggenschapsraad van de Shri Saraswatie school heeft het hoofdbestuur van Stichting Hindoe Onderwijs (SHO), waar onze school onder ressorteert, een overkoepelende medezeggenschapsraad (GMR) ingesteld. Deze medezeggenschapsraad adviseert het hoofdbestuur op beleidszaken betreffende de Stichting Hindoe Onderwijs. De leden van deze overkoepelende medezeggenschapsraad zijn gekozen uit de lokale MR’s. De leden van een medezeggenschapsraad hebben een zittingsperiode van maximaal 2 jaar. Na deze periode worden ouders schriftelijk op de hoogte gesteld dat een nieuwe medezeggenschapsraad benoemd moet gaan worden. Ouders die nauwer betrokken willen worden bij de gang van zaken op school kunnen zich verkiesbaar stellen. Door middel van democratische verkiezingen wordt de medezeggenschapsraad dan gekozen. De rechten en plichten van de medezeggenschapsraad staan uitgebreid in allerlei brochures beschreven. Wanneer u daar belangstelling voor heeft kunt u deze informatie bij de directeur van de school opvragen.
15
Ouderraad Naast de MR heeft de school ook een ouderraad. De ouderraad bestaat uit een aantal actieve ouders. De raad organiseert allerlei activiteiten ten behoeve van de leerlingen, waarbij dan weer de hulp van de ouders wordt ingeroepen. De ouderraad organiseert in samenwerking met de docenten bijvoorbeeld de Divaliviering., Holiviering, het Kerstfeest en het Sinterklaasfeest op school. Verder zijn zij bij allerlei activiteiten betrokken zoals : het lezen met kinderen (leesmoeder), het begeleiden van de kinderen naar de bibliotheek, opvang, hand- en spandiensten voor de school en het mede organiseren van schoolreisjes en sportdagen. De ouderraad wordt jaarlijks ingesteld. Ouders kunnen zich bij de directeur aanmelden. Wanneer u zich op wilt geven om mee te helpen bij het organiseren van allerlei activiteiten neem dan contact op met de adjunct directrice, mevrouw R.Singh. Stichting Busvervoer Leerlingen krijgen de mogelijkheid om tegen een kleine vergoeding van huis gehaald en gebracht te worden met een bus. De bussen worden beheerd door een speciale stichting, die onafhankelijk van de school opereert. De doelstelling van deze stichting is als volgt omschreven: het ophalen en thuis brengen van kinderen die niet door hun ouders gebracht kunnen worden. Momenteel rijden er 4 bussen in Rotterdam en omstreken. Ouders betalen een bijdrage €30,00 per leerling per maand als ze in Rotterdam-West wonen. Indien twee kinderen op onze school zitten, wordt de bijdrage voor deze kinderen totaal € 58,00 en voor drie kinderen is het totaal € 70,00 per maand. Woont u in Rotterdam-Zuid of Noord, dan is de bijdrage standaard € 32,00 per kind in de maand.Voor twee kinderen betaalt u € 60,00 en voor drie kinderen is de bijdrage € 75,00 per maand vastgesteld. De busbijdrage moet 11 keer per schooljaar worden betaald en moet op rekening nummer 8973484 t.n.v. Stichting Werkgroep Shri Saraswatie Rotterdam worden gestort. 1.2.5. Emancipatie Op algemene scholen komen emancipatie en roldoorbreking binnen het lesprogramma voor. Op de Shri Saraswatie school is daar op verschillende manieren invulling aan gegeven. Bij behandeling van de basisbegrippen van het Hindoeïsme, zoals respect en tolerantie komt de positie van man en vrouw aan bod en de wijze waarop zij met elkaar omgaan. In de praktijk gymen en zwemmen jongens en meisjes gezamenlijk. Ook bij andere sportactiviteiten wordt geen onderscheid aangebracht 1.2.6. Pedagogische opdracht. Om in een sterk veranderende maatschappij een oordeel te kunnen vormen over zaken die leerlingen nu en in de toekomst tegen komen, zullen leerlingen over een basispakket aan waarden en normen dienen te beschikken. De Shri Saraswatie school leidt een deel hiervan af uit de Hindoefilosofie en de heilige geschriften. Daarin staan gelijkwaardigheid, respect voor andersdenkenden en verdraagzaamheid op een hoog plan. Leerlingen worden daarmee eveneens voorbereid op een pluriforme samenleving, waarin mensen met verschillende etnische, culturele en religieuze achtergronden op een harmonische wijze met elkaar samen leven. 16
1.3.1. Inhoud van het onderwijs De leergebieden waaraan aandacht wordt besteed staan genoemd in de Wet op het Primair Onderwijs (WPO). Belangrijke uitgangspunten van het onderwijs zijn: * Een ononderbroken ontwikkelingsproces van de leerlingen; * Ontwikkeling van emotionele en verstandelijke vaardigheden en creatieve, sociale culturele en lichamelijke vaardigheden; * Opgroeien in een multiculturele samenleving. Dit verwijst dus naar een verplichting tot het geven van intercultureel onderwijs. In het WPO wordt verder aandacht besteed aan kerndoelen. Deze worden door onze school gehanteerd als einddoelen. Het is onmogelijk het hele lesprogramma in deze gids op te nemen, maar binnen de kerndoelen legt de school wel een zwaar accent op taal en rekenen. Vanuit de identiteit van de school wordt ook regelmatig aandacht besteed aan cultuur. De overige uitgangspunten zitten standaard in ons onderwijs. Zoals eerder vermeld is tolerantie een belangrijke attitude op school. Wij brengen die onder andere in praktijk door tijdens het vak levensbeschouwing aandacht te besteden aan andere levensbeschouwingen en religies. 1.3.2.Achterstandenbeleid Op grond van vastgestelde criteria, die samenhangen met de schoolbevolking en de buurt waarin de school staat, hebben wij recht op extra middelen. Deze middelen worden door ons ingezet door extra leerkrachten aan te stellen die taakhulp geven aan leerlingen. Verder is de klassengrootte op de school kleiner dan die van de meeste scholen in de buurt. Door kleinere klassen is het mogelijk leerlingen op individuele basis te begeleiden. Daardoor kan hun ontwikkeling beter gevolgd worden en ingegrepen worden als leerlingen achter dreigen te raken of andere problemen hebben. Deze middelen zijn ook ingezet voor het inrichten van een orthotheek. Dit is een bibliotheek met boeken over opvoedings- en leerproblemen. Ook heeft de school heel veel activiteiten na school. Dit wil zeggen dat buiten de reguliere schooluren extra activiteiten worden georganiseerd. Leerlingen krijgen schaakles, huiswerkbegeleiding, shakha, zumba, taekwondo,computerlessen, yoghalessen, damles, voetbaltraining, muzieklessen en leren de Indiase klassieke dans. Het Lezen krijgt extra aandacht op onze school. Alle leerlingen van de groepen 3 tot en met 8 krijgen een leeslogboek,waarin zij opschrijven welke boeken zij gelezen hebben in een jaar. In de groepen 4, 5 en 6 is er vanaf het schooljaar 2009-2010 de methode” Lees maar door” ingevoerd, om kinderen het technisch onderwijs beter onder de knie te laten krijgen. De leerlingen van de groepen 3 en 4 krijgen extra leesonderwijs op de woensdagmiddagen van 12.15 tot 12.45 uur. In de kleutergroepen wordt er tijdens het eten van 12.30 tot 13.00 uur voorgelezen door de leerkracht of een assistent. Sedert 9 januari 1992 trekken ambtenaren uit de kantoortorens bij het Marconiplein(van GW,ds+V en OBR) er wekelijks dan wel een keer in de veertien dagen op uit om de kinderen op onze school te helpen met het Lezen. Op de maandagen en de vrijdagen offeren de ambtenaren hun lunchpauze op om de kinderen in kleine groepjes te helpen met het lezen.
17
Het idee uit 1990 is van de heer Cees Verschoor en ondanks veel tegenwerking en grappen werd zijn idee in 1991 stedelijk beloond met de Sociale vernieuwingsprijs door de toenmalige Burgemeester Peper. Volwassenen helpen kinderen en leren de jonge mensen kennen uit de buurt waar zij werken. De ambtenaren zijn heel goed gemotiveerd om onze leerlingen te helpen en komen uiteraard ook dit jaar assisteren. De Shri Saraswatie school zal er alles aan doen om deze relatie nog jaren lang te behouden. Lekker Fit De Shri Saraswatie School is een lekkerfit school. Alle kinderen bewegen 3 keer per week. De gymlessen worden door een gymleraar nieuwe stijl verzorgd. De school doet mee aan Waterchampagne. De kinderen drinken water in de beweegles uit flessen, die ter beschikking zijn gesteld door Gemeente Rotterdam. In de kleine pauze eten alle kinderen fruit. De ouders worden gestimuleerd om gezonde traktatie mee te geven op de verjaardagen van hun kinderen. 1.3.3. Intercultureel onderwijs Eén van de uitgangspunten van het Primaironderwijs is dat kinderen opgroeien in een multiculturele samenleving. Op de Shri Saraswatie school, die een groot aantal leerlingen kent uit allochtone groepen, is dit een integraal onderdeel. Wij proberen kinderen bewust en weerbaar te maken zodat zij zich in deze maatschappij kunnen redden en ontplooien. De weerbaarheid van leerlingen wordt verhoogd door hun bewust te maken van hun culturele achtergrond, hun identiteit en rol in deze samenleving. 1.3.4. Allochtone leerlingen Een belangrijk deel van de leerlingen van de Saraswatie basisschool valt onder de definitie allochtone leerling. Dit betekent in de praktijk dat onze school aandacht besteed aan de landen van herkomst. Leerlingen die vanuit de thuissituatie gewend zijn om bijvoorbeeld Sarnami of Hindoestani te praten vinden op school goede aansluiting. De docenten zijn meestal tweetalig en kunnen begrippen en woorden omzetten van de ene taal naar de andere. 1.3.5. Oriëntatie op studie- en beroepskeuze De school brengt een advies voor een vervolgopleiding uit naar de ouders van de leerlingen van groep 8. De directeur en leerkrachten stellen in nauw overleg met elkaar het advies op. De ouders zullen zelf uiteindelijk de beslissing nemen, maar moeten daarbij wel rekening houden met de toelatingseisen van het voortgezet onderwijs. De leerlingen worden voorbereid op het voortgezet onderwijs door bezoeken af te leggen aan verschillende scholen voor vervolgonderwijs en deel te nemen aan de Schoolkeuzemarkt van de wijk. Ook organiseert de school een voorlichtingsavond over het voorgezet onderwijs voor leerlingen en ouders.
18
1.3.6. Controle op (leer)prestaties/vorderingen Regelmatige controle op leerresultaten wordt steeds belangrijker. Een vroegtijdige opsporing van hiaten of achterstanden kan immers voorkomen dat leerlingen moeten worden doorverwezen naar het speciaal onderwijs. Een leerlingvolgsysteem is op scholen daarom onmisbaar geworden. Een leerlingvolgsysteem is een concreet hulpmiddel bij het signaleren van het achterblijven van de vorderingen ten opzichte van de door de school nagestreefde doelen en tussendoelen en voor het registreren van die vorderingen. De Shri Saraswatie basisschool maakt voor het meten van de prestaties van kinderen gebruik van: a. toetsen die bij de gebruikte leermethoden passen b. toetsen die door leerkrachten zijn ontwikkeld c. toetsen cito leerlingvolgsysteem d. Cito entreetoetsen in de groepen 6 / 7en eindtoets groep 8. De uitkomsten van deze toetsen worden verzameld en geordend in ons leerlingvolgsysteem. Het voordeel van het gebruik van de CITO toets is, dat het de resultaten van een leerling en van de groep vergelijkt met andere scholen die een vergelijkbare leerlingpopulatie hebben. We krijgen een duidelijk beeld van de vaardigheden van de individuele leerlingen en van de groep als geheel. Ook kunnen we het niveau van de leerlingen vaststellen en vergelijken met het niveau van een landelijke groep. De uitkomsten van de CITO toetsen van onze school liggen over het algemeen hoger dan die van de omringende scholen. De leerlingen scoren vooral beter op het gebied van reken- en taalvaardigheid. 1.3.7. Resultaten van de school Een andere manier om de resultaten van de school weer te geven is te kijken naar de doorstroom van leerlingen naar de verschillende typen van onderwijs. Voor een deel is de doorstroom afhankelijk van de capaciteiten van de leerling, voor een ander deel van de kwaliteit van het onderwijs. In een tabel in de bijlagen ziet u een overzicht van de schoolresultaten van de laatste twee à drie jaar. Opvallend is dat een relatief groot deel van de leerlingen naar middelbare of hogere vormen van voortgezet onderwijs gaat. De extra begeleiding die de school geeft aan leerlingen die extra zorg nodig hebben leidt tot betere resultaten. 1.4.1. Leerlingenstroom In het afgelopen schooljaar zaten er 242 leerlingen op onze school. Gedurende dat schooljaar zijn er 28 leerlingen ingeschreven. Er zijn ook 4 leerlingen tijdens dit schooljaar vertrokken naar een andere school. De reden van vertrek was meestal dat zij met hun ouders naar een andere woonplaats verhuisden of het busvervoer.
19
1.4.2. Zittenblijven Zittenblijven komt op onze school sporadisch voor. De school streeft ernaar om het doubleren zoveel mogelijk te voorkomen. Zwakke leerlingen krijgen extra hulp van een schoolassistent of een klassenassistent(e). Een enkele leerling heeft toch moeten doubleren, omdat de achterstand van het kind over de hele linie groot is of het niveau van de school van herkomst veel te laag was. Deze achterstand heeft het kind dan in één schooljaar niet kunnen inhalen. 1.4.3. Publiciteit en marketing Om de bekendheid van de school te vergroten en om meer leerlingen te werven is een speciale commissie in het leven geroepen. Deze zogenaamde P.R.-commissie heeft een groot aantal activiteiten uitgevoerd om het hierboven omschreven doel te bereiken. Zo is de school aangeprezen in een radioprogramma van lokale zenders. Verder heeft de commissie een folder laten maken die op verschillende plaatsen in de stad is verspreid. Om ouders kennis te laten maken met de school wordt een open dag georganiseerd. 1.5.1. Onderwijs inhoudelijke veranderingen De komende jaren zijn een aantal wettelijke veranderingen te verwachten. Om enkele te noemen : Vanuit de overheid wordt een project “rugzakje”gestimuleerd. Dit project zal zich specifiek op leerlingen met een handicap binnen het basisonderwijs richten. De opvang van deze leerlingen wordt eenvoudiger door middel van een leerlinggebonden financiëring. Vanaf het schooljaar 2001-2002 nam onze school deel aan het Delta plus project. De school is doorgelicht en wordt negen jaren intensief worden begeleid door het CED. Dit project is in het schooljaar 2009-2010 met succes afgesloten. Dit schooljaar zal het accent liggen op: Borging datagestuurd opbrengst gericht werken. Het vaststellen van uitstroomperspectieven . Het schrijven van ontwikkelingsperspectieven Het evalueren van onderwijsleerprocessen Het analyseren en verbeteren van het leesonderwijs in groep 3 De verwerkingsopdrachten afstemmen op de verschillen tussen leerlingen. Het systematisch controleren van de eigen kwaliteit . Begeleiding bij de invoering van de methode Taalactief in de groepen 7 en 8. Borging van de methode Taalactief in de groepen 4, 5 en 6. Borging van de methode “Piramide Nieuw” in de groepen 0, 1 en 2. Begeleiding en scholing van de nieuwe rekenmethode “Wereld in Getallen” in de groepen 1 t/m 4. Begeleiding bij het ontwikkelen van een beleid t.a.v. de meer- en hoogbegaafde leerlingen. Begeleiding en scholing bij de invoering van de nieuwe versie observatie instrument Pravoo in de groepen 1 en 2. Begeleiding van de ICT-er om de digitale omgeving voor te bereiden bij de invoering van de nieuwe reken – en taalmethode en het nieuwe observatie instrument.
20
In alle groepen wordt er m.b.v. het digibord gewerkt. De desbetreffende leerkrachten zullen verder getraind worden om het digibord te hanteren en in de praktijk toe te passen. De leerkrachten die de digiborden al eerder hebben gebruikt, worden geconsulteerd door de ict-coördinator. Aanvankelijk lezen In groep 3 is de methode Veilg Leren Lezen nieuw geïmplementeerd. De leerkachten van deze groep zijn begeleid door een CED- medewerker.Dit schooljaar zullen de ibers deze begeleiding voortzetten. De leerkracht-assistent van Veilig Leren Lezen wordt via het digibord toegepast. Het Technisch lezen is op een andere manier in de groep geörganiseerd. De methode “Lees maar Door “ is in de groepen 4,5 en 6 geïmplementeerd. Leerkrachten die met deze methode aan de slag zijn gegaan, worden begeleid door de ib-ers. Het Begrijpend lezen krijgt op onze school extra aandacht. Hiervoor heeft de school de methode “Nieuwsbegrip XL” ingevoerd. Het afgelopen schooljaar is de methode volledig ingevoerd. Alle leerkrachten van de groepen 4 t/m 8 zijn gecertificeerd om ermee te kunnen werken. Dit schooljaar worden de vaardigheden geborgd door klassenbezoeken van de ibers en collegiale consultaties van de leerkrachten onderling. Het leerlingvolgsysteem op het gebied van sociaal emotionele ontwikkeling wordt met het instument “ SCOL” gevolgd. Twee keer per jaar vullen de leerkrachten de vragenlijsten in en maken een plan om de sociale vaardigheden van de kinderen te verbeteren. De schrijfmethode Pennenstreken is met de leerkrachten geëvaleerd. Zij zijn tevreden met de resultaten van het schrijfonderwijs. Dit schooljaar zal er nog kritischer gekeken worden naar het schrijfwerk van de kinderen. . De cito-toetsresultaten. De schoolprestaties worden o.a. gemeten door de resultaten die de achtste groepers behalen op de cito-eindtoets basisonderwijs. De Hindoescholen in Nederland geven kwalitatief goed taalonderwijs.Ook het onderwijs in de andere vakken is uitstekend. De Shri Saraswatie school heeft voor de Cito-eindtoets een ongecorrigeerde st.score van 534,0 en een gecorrigeerde st.score landelijk gemiddelde van 536,4. Het landelijk gemiddelde (van heel Nederland) zonder correctie is 534,7 en het gecorrigeerde landelijk gemiddeld is 534,8. Onze school wordt vergeleken met leerlingen van andere basisscholen met dezelfde sociaal-culturele achtergrond. Het landelijk gemiddelde van deze groep is 532,6 De Shri Saraswatie school heeft een standaard score van 534,0 gehaald. We vergelijken onze school met andere scholen die leerlingen hebben met een bepaald gewicht en vaardigheid op begrijpend lezen als indicator voor intelligentie van de leerlingen. Het Landelijk gemiddelde van deze groep leerlingen zonder correctie is 534,7. 21
Onze kinderen hebben een ongecorrigeerde standaard score van 534,0 en een gecorrigeerde standaard score van 536,6 gehaald. Wat zijn de conclusies: 1. Onze school heeft op 0,7 (534,7 – 534,0) punten na het landelijk gemiddelde gehaald. 2. Bij de gecorigeerde standaardscore van het landelijk gemiddelde, haalt de school 1,6 punten hoger dan het gemiddelde van vergelijkbare scholen in Nederland (536,4 versus 534,8 ). 3. Bij de vergelijking van de gecorrigeerde standaardscore Leerling Gewicht en Begrijpend Lezen zien we dat de school 1,9 (536,6 – 534,7) punten hoger scoort. De volgende Cito-eindtoetsen worden afgenomen op 11, 12 en 13 februari 2014. De uitslag wordt in week 11 ( 10 t/m 14 maart 2014 ) bekend gemaakt. HET SCHOOLMAATSCHAPPELIJK WERK EN DE ZORGBREEDTE Daarmee bedoelen we: maatschappelijk werk in het kader van het basisonderwijs. De school is de vindplaats van werk voor de schoolmaatschappelijk werker, hoe kom je dan aan je werk ? Hoe verloopt dit proces ? Bijvoorbeeld : de leerkracht signaleert een onderwijsleergedragsprobleem bij een kind en er is geen medische verklaring te geven voor dit probleem ? De schoolarts kan de leerling en ouders oproepen voor een medisch onderzoek . In de leerlingbespreking wordt dit signaal doorgegeven aan de Intern Begeleider – leerlingenzorg met het doel te komen tot effectief onderwijs aan deze leerling. De Intern Begeleider werkt met de leerkracht door middel van planmatig handelen (signaleren, analyseren, oplossingen voorbereiden, oplossingen uitvoeren en evalueren) aan de oplossing voor deze zorgleerling. Indien deze aanpak niet tot bevredigende resultaten leidt, brengt de Intern Begeleider (soms samen met de leerkracht) deze zorgleerling in het Multi-disciplinair overleg. Dit team bestaat uit : directie, Intern Begeleider, schoolarts, schoolmaatschappelijk werker en begeleider leerlingzorg (vanuit het Samenwerkingsverband WSNS). Deze groep komt minimaal 6 keer per jaar bij elkaar. Hier wordt de zorgleerling door meerdere disciplines besproken en worden de taken verdeeld. De schoolarts kan het dossier van de leerling analyseren : onderzoek. De schoolarts kan, na toestemming van de ouders, stukken opvragen bij een behandelend specialist of bij de Riagg. De begeleider leerlingzorg kan met de Intern Begeleider en leerkracht nog eens nagaan wat tot nu toe aan het probleem is gedaan. Eventueel kan een nieuwe handelingsplan met evaluatie opgesteld worden en leerkracht begeleid worden door de begeleider leerlingzorg. De begeleider leerlingzorg kan de leerling observeren en de leerkracht van 22
advies dienen. De begeleider leerlingzorg kan in samenwerking met de Intern Begeleider toetsen afnemen bij de leerling, om het probleem te verhelderen. De schoolmaatschappelijk werker kan een gesprek met de ouders aangaan, na introductie door de leerkracht of Intern Begeleider. Op deze wijze worden ouders in een vroeg stadium bij de problemen betrokken en kunnen ze meewerken aan de oplossing daarvan. In dit gesprek komen een aantal items naar voren: - Hoe is het kind thuis? - Hoe kijken ze thuis tegen het probleem aan? - Wat zien de ouders als oplossing? - Wat zijn hun verwachtingen van dit kind? - Is er emotionele ondersteuning voor dit kind? (zijn ze beschikbaar / toegankelijk) - Hoe ervaren ze de opvoedingssituatie van dit kind ? Er kan ook gesproken worden over de relatie school-thuis : - Hoe ervaren de ouders deze relatie ? - Hebben zij belangstelling voor de school van hun kind ? - Stimuleren ze het kind voor schoolwerk, wordt er gepraat / geluisterd. - Sluit het “regelpatroon”van thuis aan op de schoolregels ? De directie coördineert dit Multi-disciplinaire team en onder zijn/haar leiding worden de taken met betrekking tot deze leerling verdeeld. De bedoeling is dat een zo compleet mogelijk beeld van de leerling en zijn probleem ontstaat, pas dan heeft een handelingsplan kans van slagen ! In de volgende bespreking vindt terugkoppeling / rapportage plaats en kan een plan van aanpak worden afgesproken. Wederom worden er taken verdeeld : Als het mede een kwestie van pedagogische onmacht van de ouders is, dan kan een handelingsplan opgesteld worden waaraan begeleiding van de thuissituatie gekoppeld is. (bijvoorbeeld : geen eisen aan het kind durven stellen uit angst voor ruzie, of een overbeschermende houding naar het kind, of een grote onverschilligheid van ouders, of een te grote zelfstandigheid van het kind eisen, enz.) Een termijn voor evaluatie wordt afgesproken. In de volgende besprekingen komt deze leerling steeds aan de orde met betrekking tot het effect van het handelingsplan of een bijstelling hiervan. Het gezin kan bijvoorbeeld verwezen worden naar de praktische pedagogische zorg of het kind kan verwezen worden naar een Boddaertcentrum. Intussen is een nauwe samenwerking ontstaan tussen de leerkracht, Intern Begeleider en de schoolmaatschappelijk werker. Bovengenoemde werkwijze is ook een fase in het voortraject voor een verwijzing naar de Permanente Commissie Leerlingenzorg (zorgteam/zorgplatform). Komt men er in het Multidisciplinair-team niet uit, dan kan de zorgleerling (na schriftelijke toestemming van de ouders met alle rapportage) voorgelegd worden aan de Permanente Commissie Leerlingenzorg.
23
Deze Commissie maakt gebruik van de aanwezige rapportage en doet zonodig ook bepaalde (multidisciplinaire) onderzoeken, om te bezien of de leerling in het primair onderwijs kan blijven of verwezen moet worden naar de speciale school voor primair onderwijs. Wanneer de leerling op de huidige school kan blijven, met handelingsadviezen en eventuele begeleiding voor de ouders, dan kan in dit natraject een taak liggen voor het schoolmaatschappelijk werk. Op deze wijze werkt het schoolmaatschappelijk werk in een onderwijskundig kader en kunnen we spreken van: Het schoolmaatschappelijk werk in de zorgbreedte. Spreekuur directeur 1. U kunt de directeur spreken op de volgende tijden: Woensdag van 12.15 – 13.00 uur. Maan-, dins-, donder- en vrijdag van 15.00 tot 15.30 uur. Op andere tijden kunt u de directeur spreken nadat u een afspraak heeft gemaakt. 2. De vakantieregeling Schooljaar Herfstvakantie Divali Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Holi Paasvakantie Meivakantie Hemelvaart Pinksteren Zomervakantie Studiedagen
2013-2014 21/10/13 - 27/10/13 23/12/13-05/01/14 17/02/14-23/02/14 17/03/2014 18/04/14-21/04/14 28/04/14-11/05/14 29/05/14-30/05/14 09/06/14 21/07/14-31/08/14 20/09/2013 17/04/2014
2014-2015 20/10/2014 – 26/10/2014 23/10/2014 20/12/2014 – 04/01/2015 21/02/2015 – 01/03/2015 06/03/15 03/04/2015 – 06/04/2015 02/05/2015 – 17/05/2015 25/05/2015 11/07/2015 – 23/08/2015
De Schooltijden. Voor de groepen 1 en 2: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: ’s morgens van 08.45 tot 12.00 uur. 's middags van 13.00 tot 15.00 uur. woensdag van 08.45 tot 12.45 uur. Voor de groepen 3, 4, 5, 6, 7 en 8: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: 's morgens van 08.45 tot 12.15 uur. 's middags van 13.00 tot 15.00 uur. woensdag van 08.45 tot 12.45 uur.
24
Schoolteam 1.Jan Bilgoe Directeur 2.Roos Singh Adj. Dir. / IB-er 3.Bea Moella 4 Tine Goeptar 5.Ciske Sankatsing 6.Witesh Maharban M.A. 7.Chandra Debidien 8 Shanti Thakoer 9.Ganesh Maikoe 10.Sonja Bisambher 11 SoebhaasRamkhelawan 12.Chandra Kirpal 13 Sobha Mangroe 14.Surin Kanhai 15.Oemla Ramadhin 16.Rudy Ramdaras 17.Pritie Wadhwa 18.Martin van der Wulp
Aagje Dekenlaan 49B 2533 SG Den Haag Monteverdistraat 3 2901 KE Cap. a/d IJssel Groepsleerkracht gr.1 Groepsleerkracht gr.2 Groepsleerkracht gr.2 Groepsleerkracht gr.3A Groepsleerkracht gr.3B Groepsleerkracht gr.4A Groepsleerkracht gr.4B Groepsleerkracht gr.5 Groepsleerkracht gr.6 Groepsleerkracht gr.7A Groepsleerkracht gr.7B Groepsleerkracht gr.8 IB-er / ADV-vervanger ICT-coördinator / ADV-vervanger Groepsleerkracht gr.0 / ADV-vervanger Gymleerkracht
070-3050510 010-4470796
Onderwijsassistenten / Schoolassistenten. 1.Manorma Bisai 2.Mila Ramlal 3.Gurpreet Singh 4.Sunita Kalicharan
Onderwijsassistent bus/conciërge conciërge bus/schoolassistent
Ouderconsulent 1.Monique Mangroe- Kailan Bredeschoolmedewerker 1. Sandjai Jhabboe Peuterleidsters 1.Sila Bhajan 2.Savita Ori 3.Shane Goelab Medezeggenschapsraad 1. Drs K. Drigpal - Khasa (voorzitter) Linker Rottekade 126D 010-8444404 2. S.Baidjoe 3. O.Ramadhin 4. W.Maharban M.A. 5. P.Wadhwa Ouderraad 1. ir .Dhr.J. Ramfulsing (adviseur ) 2.Mevr.A.Ramcharan (voorzitter). 3.Dhr. A.Harnam 4. Dhr.J.Ganpat 5.Dhr R.Raghubarsingh 6.Mevr.S.Gobardhan-Boeddha 7.Mevr.R Mangal 8.Mevr. S.Biere 9.Mevr. G.Jangbahadoorsing
25
Concactpesoon O.R. Dhr. Amar Harnam : telefoon: 06-17087051 Maatschappelijk werk Marlene Wijnaar (Schoolmaatschappelijk werker): Busvereniging Werkgroep Shri Saraswatie 1.W.Baboeram.Panday G.v/d Lindestraat 11A 3022 TA Rotterdam 2.Sria Baboeram Panday G.v/d Lindestraat 11A 3022 TA Rotterdam 3.Mohan Kalicharan H.Sorghstraat 58 3021 VG Rotterdam 4.Anand Dewki Schoolbestuur SHO afdeling Rotterdam 1.Bansidhar S. (voorzitter) Ketelmeer 20 2.Kamaansingh G.(penningm.) Aelbrechtskade 212 3.Harnam J.(secretaris) Ringspoor 178 E 4.Ramdjielal G(2 Penningm.) Lemkensstraat 80 5.Mahatem.R. ( ondervoorz.) Maasstraat 11 6 Sadhoe. L. Westerflierstraat 11 7 Niddha. R. Vennepperstraat 80 8.Mohan Kalicharan H.Sorghstraat 58 9.N.Poeran Klaverstraat 59a
3068 KG Rotterdam 3023 JM Rotterdam 2908 BC Cap.a/d IJssel 3042 PK Rotterdam 3161 XG Rhoon 3077 RN Rotterdam 3042 XN Rotterdam 3021 VG Rotterdam 3083 VC Rotterdam
010-4253347 010-4253347 06-14292751
010-4200592 010-4164807 010-4519030 010-4154739 010-5014299 010-4833225 06-26956212 010-4255538 010-4804493
26
27
28
29
30
31
32