September 2014
Jongeren & geld De financiële situatie en hulpbehoefte van 12- tot en met 24-jarigen
Anna van der Schors Minou van der Werf
Inhoudsopgave
SAMENVATTING EN CONCLUSIE ........................................................................................ 5 De financiële situatie en de beleving ervan ............................................................................. 5 Schulden, lenen en financiële problemen................................................................................ 6 Praten over geldzaken ............................................................................................................ 7 De behoefte aan hulp bij geldzaken ........................................................................................ 9 Grip op de geldzaken ........................................................................................................... 10 Visie van het Nibud .............................................................................................................. 11 1 1.1 1.2
INLEIDING ............................................................................................................... 14 Doel onderzoek ........................................................................................................ 14 Leeswijzer ................................................................................................................ 15
2 2.1 2.2
DE FINANCIËLE SITUATIE IN HET ALGEMEEN ..................................................... 16 Tevredenheid met de financiële situatie .................................................................... 16 Rondkomen .............................................................................................................. 17
2.3
Hoe jongeren hun financiële situatie ervaren ............................................................ 19
3 3.1 3.2 3.3
OMGAAN MET GELD .............................................................................................. Omgaan met geld in het algemeen ........................................................................... Geld tekort ................................................................................................................ Financiële zelfstandigheid ........................................................................................
21 21 22 26
2
4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
SPAREN .................................................................................................................. Het spaargedrag van jongeren .................................................................................. Spaardoelen ............................................................................................................. Spaarbedrag ............................................................................................................. Verplichting om te sparen ......................................................................................... De houding ten aanzien van sparen en uitgeven .......................................................
30 30 31 32 34 34
5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
LENEN, SCHULDEN EN FINANCIËLE PROBLEMEN.............................................. Eigen beleving financiële problemen en schulden ..................................................... Geleend geld ............................................................................................................ Schulden en betalingsachterstanden ........................................................................ Hoogte van de schulden ........................................................................................... Hoe schulden worden ervaren ..................................................................................
35 35 39 40 44 45
6 6.1 6.2 6.3 6.4
PRATEN OVER GELDZAKEN ................................................................................. Frequentie van praten met ouders en vrienden over geldzaken ................................ Onderwerpen van gesprekken over geldzaken .......................................................... Ruzie en onenigheid over geldzaken ........................................................................ Ouders als voorbeeld ................................................................................................
47 47 49 55 57
7
VRAGEN EN HULP BIJ GELDZAKEN ..................................................................... 59
7.1 7.2 7.3
Onderwerpen waarover men vragen heeft ................................................................ 59 Leren over geldzaken ............................................................................................... 61 Hulp van de banken bij het omgaan met geld............................................................ 63
8 8.1
OVERZICHT OVER GELDZAKEN ............................................................................ 68 Saldo controleren ..................................................................................................... 68
3
8.2 8.3 8.4
Internetbankieren ..................................................................................................... 70 Gebruik mobiel bankieren app .................................................................................. 72 Controleren en betalen van rekeningen .................................................................... 74
BIJLAGE 1 - ONDERZOEKSVERANTWOORDING ............................................................. 76 Achtergrondkenmerken ........................................................................................................ 77 BIJLAGE 2 - DE INKOMENSSITUATIE VAN JONGEREN ................................................... 79 BIJLAGE 3 - VRAGEN EN INFORMATIEBEHOEFTE OVER GELDZAKEN ......................... 81
4
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding
Samenvatting en conclusie Dit rapport presenteert de bevindingen van een onderzoek onder 1.511 jongeren van 12 tot en met 24 jaar. Deze groep jongeren is representatief voor alle jongeren in Nederland wat betreft leeftijd, opleiding, dagbesteding (schoolgaand, studerend en werkend) en geslacht. Het onderzoek geeft inzicht in hoe de financiële situatie en de wijze waarop jongeren
De financiële situatie in zijn algemeen
met geld omgaan zich met de leeftijd ontwikkelt. Daarnaast geeft het onderzoek inzicht in de gesprekken die jongeren met ouders en vrienden hebben over geldzaken en ook in de vragen en de hulpbehoefte die jongeren hebben als het gaat om
Omgaan met geld
geldzaken.
Sparen
Jonge jongeren, van 12 tot en met 14 jaar, zijn op een andere manier met geld(zaken) bezig dan 18 -plussers. In tegenstelling tot de jongeren van 18 jaar en ouder, zijn de jonge jongeren veel minder met geld(zaken) bezig en zien ze geld
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
vooral als een middel om leuke dingen te kunnen doen. Het doel van geld lijkt dus met de leeftijd te verschillen. Voor de jongeren van alle leeftijden geldt dat de ouders een belangrijkere gesprekspartner wat betreft geldzaken zijn dan vrienden. Ook leren de jongeren het meeste over geldzaken van hun ouders.
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken
De financiële situatie en de beleving ervan
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Merendeel van de jongeren is tevreden met eigen financiële situatie 54 procent van de jongeren is tevreden met zijn of haar financiële situatie. Het percentage jongeren dat aangeeft tevreden
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
te zijn met de financiële situatie komt overeen met het percentage jongeren dat gemakkelijk rond kan komen: 5 7 procent kan (zeer) gemakkelijk rondkomen, slechts 7 procent van de jongeren zegt (zeer) moeilijk rond te kunnen komen. Wat opvalt is, dat hoe jonger ze zijn, hoe tevredener ze met hun financiële situatie zijn en hoe gemakkelijker ze kunnen rondkomen. Een mogelijke verklaring daarvoor is, dat naarmate de jongeren ouder worden, zij steeds meer te maken krijgen met vaste lasten, waardoor ze minder geld overhouden om vrij te besteden. Rondkomen gaat dan niet meer alleen over het kunnen betalen van wat ze willen kopen, maar ook over het kunnen betalen van rekeningen die betaald moeten worden.
5
Drie van de vijf jongeren vinden dat ze goed met geld omgaan. Slechts 6 procent vindt dat hij of zij dit niet doet. Gemiddeld
Inhoudsopgave
geven ze zichzelf voor het omgaan met geld als rapportcijfer een 7,4.
Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Schulden, lenen en financiële problemen Tweederde van de jongeren met frequent geld tekort, ziet dit als een probleem Iets meer dan een op de tien jongeren komt regelmatig geld te kort. Het merendeel komt zelden of nooit geld tekort. Van de 18-plussers geven mbo’ers vaker dan gemiddeld aan geld tekort te komen. Van de jongeren die aangeven vaak of altijd geld te kort te komen, ziet 66 procent dit als een probleem. De meeste jongeren (52 procent) kiezen ervoor om niets te doen als ze geld tekort komen, want: op = op. Dat jongeren hiervoor kiezen en niet gaan lenen, is een verstandige keuze.
Praten over geldzaken
42 procent van de 18-plussers heeft één of meer schulden of betalingsachterstanden
Vragen en hulp bij geldzaken
Van de jongeren onder de 18 jaar, leent 83 procent zelden tot nooit en 16 procent leent soms geld van anderen. De 15- tot en met 17-jarigen lenen iets vaker dan de 12- tot en met 14-jarigen, 21 tegen 14 procent. Het doorsnee bedrag dat per keer
Overzicht over geldzaken
wordt geleend is 3 euro.
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Van alle jongeren van 18 tot en met 24 jaar heeft 42 procent minimaal één vorm van een schuld, lening of betalingsachterstand:
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
23 procent heeft een studieschuld
17 procent heeft geld geleend van anderen (familie, vrienden of financiële instellingen)
19 procent heeft betalingsachterstanden
5 procent staat frequent rood 1
Van de 18- tot en met 24-jarigen met één of meer vormen van schuld, geeft 50 procent zelf aan een schuld te hebben en 6 procent weet het niet. Opvallend is dat 44 procent van de jongeren met een vorm van lening, schuld en/of betalingsachterstand, dit zelf dus niet als zodanig heeft benoemd toen gevraagd werd of hij of zij een schuld had.
1
De jongeren is gevraagd of zij zelf vinden dat ze een schuld hebben, zonder verdere toelichting wat onder schuld wordt verstaan.
6
28 procent van de 18-plussers met een betalingsachterstand ervaart een financieel probleem
Inhoudsopgave
Van de 18- tot en met 24-jarigen met een betalingsachterstand vindt 28 procent dat hij of zij een financieel probleem heeft. Jongeren die vaak of altijd rood staan ervaren relatief vaker dat ze een financieel probleem hebben (68 procent). Daarnaast
Samenvatting en conclusie
ervaren jongeren met meerdere schulden vaker dat zij een financieel probleem hebben dan jongeren met één schuld: 32 procent tegen 9 procent.
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Van alle jongeren met een schuld ervaren de jongeren met een studieschuld het minst dat zij een financieel probleem hebben (18 procent). Dit komt waarschijnlijk omdat een studieschuld eerder als een investering in de toekomst wordt gezien en niet zo zeer als het gevolg van een disbalans tussen de inkomsten en uitgaven. Met name
Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
52 procent van de 18-plussers kan niet rood staan op de rekening Ruim driekwart van de jongeren van 18 jaar en ouder (77 procent) staat nooit rood. Het merendeel (52 procent) heeft niet de mogelijkheid om rood te staan. Drie op de tien jongeren die wel rood kunnen staan, hebben er niet expliciet zelf over nagedacht om deze mogelijkheid te gebruiken, hun bank bood het hen aan.
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Praten over geldzaken
Overzicht over geldzaken
Het merendeel van de jongeren praat met ouders en/of vrienden over geldzaken. De ouders zijn de belangrijkste gesprekspartner in deze: meer jongeren spreken met hun ouders dan met vrienden over geldzaken. Hoeveel ze praten met
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
hun ouders en/of vrienden verschilt per leeftijd: 75 procent van de 15- tot en met 17-jarigen praat minimaal één keer per maand met de ouders over geld(zaken), tegen 63 procent van de 18-plussers.
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Met de leeftijd neemt het percentage jongeren dat met zijn of haar vrienden over geldzaken praat toe: 38 procent van de 12Bijlage 3: Geldvragen
tot en met 14-jarigen praat minimaal één keer per maand met vrienden over geldzaken, tegen 52 procent van de 18 - tot en met 24-jarigen. Ondanks het feit dat minder 18-plussers regelmatig met hun ouders over geld(zaken) praten en meer jongeren met hun vrienden gaan praten dan de jongere jongeren, blijven de ouders ook voor deze groep nog steeds de belangrijkste gesprekspartner.
7
De onderwerpen waar jongeren met ouders en vrienden over praten, verschillen.
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Met ouders praten jongeren meer over:
Wie wat betaalt
Waar de jongere zijn geld aan uit mag geven
Een financiële bijdrage van de ouders
Met vrienden praten jongeren over: De aankopen die ze doen
Omgaan met geld
Aanbiedingen en shoptips
Sparen
De kosten van op jezelf wonen
(Bij)baantjes
Lenen, schulden en financiële problemen
Er lijkt een verschil te zijn in de wijze waarop jongeren met ouders en vrienden over geldzaken praten. Met ouders praten ze
Praten over geldzaken
meer om informatie en advies over geldzaken te verkrijgen. Met vrienden praten ze om een vergelijking te kunnen maken met hoe anderen het doen (bijv. hoeveel ze verdienen, wat ze gekocht hebben, hoeveel zij voor bepaalde dingen betalen ).
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Jongeren die niet met ouders of vrienden over geld(zaken) praten, geven als belangrijk ste reden hiervoor aan dat ze er geen behoefte aan hebben en dat het een privékwestie is. Opvallend is dat jongeren die niet met hun vrienden praten over geldzaken, als belangrijke reden hiervoor geven dat ze er al met hun ouders over praten en dat hun ouders beter advies geven. Driekwart van de jongeren heeft (bijna) nooit ruzie over geldzaken met de ouders Ongeveer driekwart van de jongeren heeft zelden of nooit ruzie met zijn of haar ouders over geld(zaken). De uitgaven van
Bijlage 3: Geldvragen
de jongeren zijn het vaakst het onderwerp van een ruzie. De ouders vinden de aankoop dan niet verstandig, te impulsief, te duur of onnodig.
8
Inhoudsopgave
De behoefte aan hulp bij geldzaken
Samenvatting en conclusie
De behoefte aan informatie neemt toe met de leeftijd
Inleiding
Van alle jongeren heeft 73 procent wel eens vragen over geldzaken of behoefte aan informatie. Het percentage jongeren
De financiële situatie in zijn algemeen
dat vragen heeft neemt toe met de leeftijd. De toenemende interesse voor geldzaken blijkt ook uit het feit dat het percentage jongeren dat gebruik maakt van de
Omgaan met geld
informatie op de website en/of de nieuwsbrieven van de banken, toeneemt met de leeftijd. Van de 12- tot en met 14-jarigen maakt 9 procent van de jongeren gebruik van deze informatie, tegen 38 procent van de 18 - tot en met 24-jarigen.
Sparen
De top 3 van onderwerpen waar jongeren van 12 tot 18 jaar de meeste vragen over hebben zijn:
Lenen, schulden en financiële problemen
1.
Baantjes, werk en salaris (41 procent)
2. 3.
Bijdrage van de ouders (27 procent) Mobiele telefoon (23 procent)
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken
De top 3 van onderwerpen waar jongeren van 18 tot en met 24 jaar de meeste vragen over hebben zijn: 1. 2.
Studiefinanciering (33 procent) Op jezelf wonen en de kosten daarvan (32 procent)
3.
Belasting betalen en terugvragen/Baantjes, werk en salaris (beide 31 procent)
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Jongeren leren op alle leeftijden het meeste over geldzaken van hun ouders
Bijlage 3: Geldvragen
Ouders blijken voor jongeren veruit de belangrijkste leerbron te zijn wat betreft geld en geldzaken. Dit geldt voor alle leeftijden, ondanks het feit dat het belang van ouders wel kleiner wordt naarmate de jongere ouder wordt: 96 procent van de 12- tot en met 14-jarigen geeft aan van zijn ouders te leren over geldzaken en 84 procent van de 18-plussers.
9
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie
Jongeren zien de toegevoegde waarde van de kerntaken van hun bank Met de leeftijd neemt het percentage jongeren toe dat de bank noemt als plek waar men over geldzaken leert: van de 12 - tot en met 14-jarigen noemt 21 procent de bank en 47 procent van de 18- tot en met 24-jarigen.
Inleiding
De drie onderwerpen waarbij jongeren het meest ervaren dat de bank hen meehelpt met geldzaken om te gaan, sluiten aan bij de kerntaken van de bank:
De financiële situatie in zijn algemeen
1. 2.
Overzicht krijgen over de financiële situatie, zoals inkomsten, uitgaven en spaargeld (21 procent) Inzicht geven in de uitgaven/Kennis en informatie over veilig pinnen en internetbankieren (beide 19 procent)
3.
Sparen en spaardoelen stellen (18 procent)
Omgaan met geld Sparen
Grip op de geldzaken Lenen, schulden en financiële problemen
De helft van de jongeren bekijkt het banksaldo minstens één keer per week
Praten over geldzaken
Ruim de helft van de jongeren bekijkt zijn of haar banksaldo minstens één keer per week. Uitwonende studenten bekijken
Vragen en hulp bij geldzaken
hun banksaldo vaker dan thuiswonende studenten: 64 procent van de thuiswonenden checkt zijn ba nksaldo minstens één keer per week, tegen 80 procent van de uitwonenden.
Overzicht over geldzaken Hoe ouder, hoe meer er gebruik gemaakt wordt van internetbankieren en de mobiel bankieren app Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Het merendeel van de jongeren maakt gebruik van internetbankieren: 38 procent van de 12 - tot en met 14-jarigen, 70 procent van de 15- tot en met 17-jarigen en 95 procent van de 18- tot en met 24-jarigen.
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Gemiddeld maakt 42 procent van de jongeren gebruik van een mobiel bankieren app. Dit percentage loopt op met de Bijlage 3: Geldvragen
leeftijd, van 13 procent van de 12- tot en met 14-jarigen, 28 procent van de 15- tot en met 17-jarigen naar 58 procent van de 18- tot en met 24-jarigen. Bijna de helft van de jongeren ontvangt rekeningen 46 procent van de jongeren ontvangt wel eens rekeningen. Ook hier is een ster ke stijging met de leeftijd zichtbaar. Van de 18- tot en met 24-jarigen ontvangt 78 procent wel eens een rekening. Negen op de tien jongeren die rekeningen ontvangen, betalen hun rekeningen (bijna) altijd op tijd en 78 procent controleert de rekeningen (bi jna) altijd op juistheid.
10
Meer jongeren sparen naarmate ze ouder worden
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding
De overgrote meerderheid van de jongeren spaart: 81 procent van de 12- tot en met 14-jarigen, 89 procent van de 15- tot en met 17-jarigen en 93 procent van de 18- tot en met 24-jarigen. Hoewel het percentage spaarders toeneemt met de leeftijd, groeit het percentage dat alleen spaart wat ze overhouden en daalt het percentage dat een vast bedrag spaart. Het spaarbedrag neemt wel beduidend toe met de leeftijd , het gemiddelde loopt op van 23 euro bij de 12-tot en met 14-jarigen tot 200 euro bij de 18-plussers.
De financiële situatie in zijn algemeen
Van de thuiswonende jongeren tussen de 12 en 14 jaar wordt 40 procent door de ouders verplicht een deel van de
Omgaan met geld
inkomsten te sparen. Bij de 15- tot en met 17-jarigen die thuis wonen is dit 29 procent.
Sparen
Spaardoelen verschuiven met de leeftijd
Lenen, schulden en financiële problemen
Het doel van sparen verschuift duidelijk met de leeftijd. Waar zes op de tien 18 -plussers spaart ‘voor later’ en ‘om geld achter de hand te hebben’, sparen de meeste jonge jongeren om iets te kunnen kopen dat ze graag willen hebben. Dit
Praten over geldzaken
reflecteert een verschil in de leefsituatie tussen die leeftijden: de jongeren van 12 tot en met 14 jaar hebben nog nauwelijks te maken met noodzakelijke en onvoorziene uitgaven waar ze voor moeten sparen.
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken
Visie van het Nibud
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Omgaan met geldzaken is een leerproces
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Voor volwassenen (vanaf 18 jaar) heeft het Nibud competenties voor financiële zelfredzaamheid opgesteld. Deze competenties beschrijven de vaardigheden waarover een persoon moet beschikken om zichzelf fi nancieel zelfredzaam te
Bijlage 3: Geldvragen
kunnen noemen. Kinderen en jongeren zijn nog in ontwikkeling, ze komen voor het eerst in aanraking met nieuwe situaties en zijn bezig nieuwe vaardigheden aan te leren, ook op financieel gebied. Voor hen heeft het Nibud daarom leerdoelen geformuleerd en geen competenties. Dit benadrukt het leerproces van de leerdoelen die ten doel hebben dat kinderen en jongeren leren omgaan met geld, zodat zij als volwassenen zelfstandig kunnen leven en wonen, waarbij zij financieel zelfredzaam zijn . De hoofdthema’s van de leerdoelen zijn: 1. In kaart brengen 2. Verantwoord besteden 3. Vooruit kijken
11
4. Omgaan met financiële risico’s
Inhoudsopgave
5. Over voldoende kennis beschikken: het financiële landschap kennen Per leeftijdscategorie verschillen de leerdoelen, zodat zij aa nsluiten bij de ontwikkeling van het kind op een specifieke
Samenvatting en conclusie
leeftijd.
Inleiding
Dat jongeren op een verschillende manier met geld omgaan omdat ze op een ander punt in hun ontwikkeling staan, komt in
De financiële situatie in zijn algemeen
dit onderzoek duidelijk naar voren. Jongeren van verschillende le eftijden gaan op een andere manier met geld en geldzaken om en hun beleving van geldzaken verschilt sterk.
Omgaan met geld
Uit de spaardoelen die jongeren van 12 tot en met 14 jaar hebben, uit de manier waarop ze tegen financiële problemen aankijken en uit de vragen en informatiebehoefte die ze hebben, blijkt dat jonge jongeren nog niet veel met geldzaken bezig
Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
zijn en geld vooral zien als middel om leuke dingen te doen. Het Nibud vindt dat begrijpelijk, aangezien zij nog minder of niet te maken hebben met noodzakelijke en verplichte uitgaven. Bij de jongeren van 18 jaar en ouder is te zien dat zij op een serieuzere manier met geldzaken bezig zijn. Zij hebben volop te maken met zaken als rondkomen, vaste lasten, zorgen over de financiële situatie en keuzes maken met geld. Het Nibud vindt het belangrijk dat professionals rekening houden met het feit dat een jongere van 12 bij ‘geld tekort’ aan iets anders denkt dan een 22-jarige, omdat beiden zich op een ander punt in hun financiële ontwikkeling bevinden. Het is dus essentieel om het onderwerp op een manier aan te pakken die past bij de verschillende leeftijden van de jongeren en de aandacht te richten op onderwerpen die hen interesseren. Bij jonge jongeren zijn dat bijvoorbeeld bijbaantjes en bij oudere jongeren de kosten van op jezelf wonen. De invloedrijke rol van ouders
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Uit eerder onderzoek van het Nibud (van der Schors, Madern en van der Werf, 2013) bleek al dat ouders voor middelbare scholieren de belangrijkste gesprekspartner zijn als het gaat om financiën en geldza ken. Deze bevinding wordt door dit onderzoek bevestigd. Daarnaast maakt dit onderzoek duidelijk dat dit niet tot de middelbare schoolleeftijd beperkt blijft: voor studerende en werkende jongeren van 18 tot en met 24 jaar blijven de ouders het belangrijkste aanspreekpunt wat betreft geldzaken. Ook noemen jongeren van alle leeftijden het meeste dat zij van hun ouders over geldzaken leren, meer dan van vrienden, school of werk. Of ze nu 13 of 23 jaar zijn, hun ouders zijn voor hen de belangrijkste raadgevers en hebben een voorbeeldfunctie. Het Nibud vindt het belangrijk dat ouders zich realiseren dat hun rol niet ophoudt als hun kinderen de middelbare school afronden, maar dat de jongeren nog veel waarde aan hun kennis en adviezen hechten als ze studeren en/o f op zichzelf
12
wonen. Het heeft dan ook toegevoegde waarde om tevens aan de ouders voorlichting te geven over de geldzaken waar
Inhoudsopgave
volwassen jongeren mee te maken hebben of krijgen, omdat daarmee uiteindelijk ook de jongeren worden bereikt.
Samenvatting en conclusie
De beleving van schulden bij 18-plussers
Inleiding
Uit het onderzoek wordt duidelijk dat 18-plussers een schuld of betalingsachterstand niet altijd als schuld ervaren of als zodanig benoemen. Studieschulden, zoals een lening bij DUO, worden door zeven op de tien jongeren met een studieschuld
De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
wel als schuld betiteld, maar betalingsachterstanden slechts door iets minder dan vier op de tien jongeren met een schuld. Aan de andere kant wordt een studieschuld weer minder vaak als een financieel probleem gezien dan betalingsachterstanden of rood staan. Iets meer dan vier op de vijf jongeren van 18 jaar en ouder met een schuld ervaren niet dat ze een financieel probleem hebben. Meerdere schulden en met name regelmatig rood staan lijken wel een signaal te zijn voor daadwerkelijke financiële problemen, in ieder geval wordt het zo beleefd. Bij jongeren kan de frequentie van roodstand als indicator worden gebruikt voor hun financiële situatie. Staat de jongere regelmatig rood, dan zou de bank contact kunnen opnemen om (grotere) financiële problem en te voorkomen.
Praten over geldzaken Het Nibud vindt het belangrijk dat professionals die met jongeren werken zich realiseren dat jongeren verschillende beelden Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken
en gedachtes kunnen hebben bij bepaalde begrippen, zoals het woord ‘schuld’ of ‘financieel probleem’. Het Nibud a dviseert om jongeren zoveel mogelijk naar de specifieke leenvormen, soorten schulden of betalingsachterstanden te vragen in plaats van overkoepelende termen te gebruiken. De jongeren zullen zich dan eerder aangesproken voelen.
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Bewust om hulp durven vragen en weten hoe dat moet
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Het Nibud concludeert, op basis van dit onderzoek, dat de meeste jongeren het over het algemeen best goed doen op het gebied van geldzaken. Het merendeel beschikt over de vaardigheden die aansluiten bij hun leeftijd, zoals het Nibud die
Bijlage 3: Geldvragen
heeft vastgesteld in de leerdoelen en competenties voor omgaan met geld. De jongeren worden, naarmate ze ouder worden, steeds vaardiger en zelfredzamer op financieel gebied. Ze doorlopen duidelijk een leerproces zoals dat ook van hen verwacht mag worden, waarbij er voor elke leeftijd nieuwe leerdoelen zijn. Daarnaast is het goed om te zien dat jongeren van alle leeftijden over geldzaken praten (met ouders en/of vrienden) en dat ze vragen durven te stellen. Dit laat zien dat ze met geldzaken bezig zijn e n dat ze ervoor open staan iets te leren. Ouders kunnen vervolgens ‘de handschoen’ oppakken en hun rol als financieel opvoeder innemen.
13
Inhoudsopgave
1
Samenvatting en conclusie
Het Nibud doet regelmatig onderzoek naar jongeren tussen de 12 en 25 jaar. Hierbij wordt meestal onderscheid gemaakt
Inleiding
tussen groepen jongeren: scholieren (van der Schors, Madern en van der Werf, 2013) mbo -studenten (Nibud, 2011) of studenten in het hoger onderwijs (Kreetz, van der Schors, van der Burg, 2012). Dit omdat de jongere niet bestaat. De
De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Inleiding
situatie, belevingswereld en zelfstandigheid van een jongere van 12 jaar die net op de middelbare school zit is immers heel anders dan die van een 20-jarige die studeert en net op zichzelf woont. Hun inkomsten, zowel de hoogte als het soort inkomstenbronnen, en de uitgaven verschillen sterk. Echter, door alle jongeren tussen de 12 en 25 jaar tegelijkertijd te ondervragen, wordt duidelijk hoe hun financiële situatie zich met de leeftijd ontwikkelt en hoe verschillend zij met geld omgaan en met geld bezig zijn. Door dit onderzoek willen we een actueel beeld krijgen van de ontwikkeling van jongeren op financieel gebied en de verschillen die optreden tussen groepen jongeren die van elkaar verschillen qua leeftijd, dagbesteding (studerend op mbo, hbo of wo dan wel werkend) en
Praten over geldzaken
woonsituatie (thuis-of uitwonend).
Vragen en hulp bij geldzaken
Uit het onderzoek Scholieren, geld & de invloed van ouders; de rol van ouders bij het financiële gedrag van scholieren
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
(van der Schors, Madern en van der Werf, 2013) blijkt dat ouders voor kinderen op de middelbare s chool op geldgebied een zeer belangrijke rol spelen. Zij zijn de belangrijkste gesprekspartner als het om geldzaken gaat. Wat echter nog niet bekend was is waar de jongeren wel over praten met hun ouders en waarover juist niet. En ook is nog niet bekend in hoeverre ouders ook na de middelbare school de belangrijkste gesprekspartner voor jongeren blijven. Met dit onderzoek wordt geprobeerd daar meer inzicht in te krijgen.
Bijlage 3: Geldvragen
1.1
Doel onderzoek
Dit rapport gaat niet zo zeer in op de inkomsten en uitgaven van jonge ren, maar richt zich vooral op de financiële situatie van jongeren van 12 tot en met 24 jaar (hun financieel overzicht, betaalgedrag, spaargedrag, leengedrag en schulden) en de wijze waarop ze zelf vinden dat ze met geld omgaan.
14
Daarnaast heeft dit onderzoek ten doel meer inzicht te geven in de vragen en hulpbehoeften van jongeren met betrekking
Inhoudsopgave
tot geldzaken: van wie willen ze graag meer leren over geldzaken en waarover willen ze meer weten? Ten slotte geeft dit onderzoek inzicht in met wie jongeren praten op het gebied van geldzaken en waarover.
Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
1.2
Leeswijzer
In dit onderzoek zijn 1.511 jongeren van 12 tot en met 24 jaar ondervraagd. Deze groep jongeren is representatief voor alle jongeren in Nederland wat betreft leeftijd, opleiding, dagbesteding (schoolgaand, studerend en werkend) en geslacht.
Omgaan met geld Bij de vragen is gekeken naar de samenhang met de volgende achtergrondkenmerken: geslacht, leeftijd, dagbesteding en Sparen
woonsituatie. Bij dagbesteding is bij de jongeren van 18 tot en met 24 jaar gekeken of er verschillen zijn tussen de mbo-
Lenen, schulden en financiële problemen
studenten, hbo- en wo-studenten en de werkenden. Bij woonsituatie is bij de (mbo-, hbo- en wo-) studenten gekeken of er een verschil zit tussen de thuiswonenden en uitwonenden. In het rapport worden de verschillen naar achtergrondkenmerken
Praten over geldzaken
alleen genoemd als deze significant zijn. Een uitgebreide beschrijving van de onderzoeksopzet en de verdeling van de jongeren naar achtergrondkenmerken staat in
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
bijlage 1. In december 2013 heeft het Nibud voor de Rabobank een vergelijkbaar onde rzoek uitgevoerd. Indien relevant wordt een vergelijking met de cijfers uit het voorgaande onderzoek gemaakt. Dit rapport presenteert de uitkomsten van het onderzoek. Dit rapport geeft achtereenvolgens inzicht in:
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
De financiële situatie in het algemeen De wijze waarop jongeren overzicht houden over hun geldzaken Het spaargedrag van jongeren De financiële problemen van jongeren: hun schuldensituatie De wijze waarop jongeren met geld omgaan Het praten over geldzaken tussen jongeren en hun ouders en jonger en onderling De (behoefte aan) hulp bij geldzaken. Dit onderzoek is mede mogelijk gemaakt door Rabobank Nederland.
15
2
De financiële situatie in het algemeen
Inhoudsopgave
Naast de feitelijke financiële situatie, hun inkomsten en uitgaven, is het misschien nog wel belangrijker om te weten hoe de
Samenvatting en conclusie
jongeren hun financiële situatie zelf ervaren. Zijn ze tevreden met hun financiële situatie? En hebben ze het idee dat ze goed kunnen rondkomen? In dit hoofdstuk zoomen we in op hoe de jongeren hun financiële situatie zelf ervaren.
Inleiding
2.1
Tevredenheid met de financiële situatie
De financiële situatie in zijn algemeen
De jongeren hebben aangegeven hoe tevreden ze zijn met drie aspecten van hun financiële situatie: hoeveel ze maandelijks
Omgaan met geld
te besteden hebben, de aankopen die ze kunnen doen en hoe tevreden ze zijn met hun financiële situatie over het algemeen.
Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
Tabel 1 geeft hun tevredenheid weer. Bijna 55 procent van de jongeren is tevreden met zijn of haar financiële situatie. Jongeren zijn het minst tevreden over hoeveel ze maandelijks te besteden hebben: iets meer dan de helft van de jongeren is hier tevreden over en 18 procent is hier ontevreden over. Het meest tevreden zijn de jongeren over de aankopen die ze kunnen doen (59 procent). Voor elk van de aspecten van de financiële situatie geeft circa 30 procent niet expliciet aan of ze er tevreden of ontevreden mee zijn.
Vragen en hulp bij geldzaken Tabel 1:
Percentage jongeren dat tevreden is met zijn of haar financiële situatie (n=1.511)
Overzicht over geldzaken
Ontevreden
Niet ontevreden,
Tevreden
Heel
ontevreden %
Heel
%
niet tevreden %
%
tevreden %
Hoeveel je maandelijks te besteden hebt
4
14
31
42
9
Je financiële situatie
3
10
33
45
9
De aankopen die je kunt doen/de spullen die je kunt kopen
3
9
28
49
10
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Hoe jonger, hoe tevredener de jongeren zijn met hun financiële situatie. 57 procent van de 12 - tot en met 14-jarigen is tevreden met hoeveel ze maandelijks te besteden hebben en 63 procent is tevreden met de financiële situatie over het algemeen. Dit tegen respectievelijk 51 en 51 procent van de 18 - tot en met 24-jarigen. Daarnaast is slechts 52 procent van de 18- tot en met 24-jarigen tevreden met de aankopen die ze kunnen doen.
16
Als we inzoomen op de 18-plussers, dan zijn er verschillen te zien in hun dagbesteding. Jongeren in het hoger onderwijs
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
zijn meer tevreden dan gemiddeld over alle drie de aspecten van hun financiële situatie:
Hoeveel ze maandelijks te besteden hebben: 56 tegen 47 procent gemiddeld
De financiële situatie: 55 tegen 50 procent gemiddeld
De aankopen die ze kunnen doen: 63 tegen 56 procent gemiddeld Daarentegen zijn mbo’ers minder tevreden dan gemiddeld over hun financiële situatie in het algemeen (40 tegen 50 procent).
2.2
Rondkomen
Het merendeel van de jongeren geeft aan gemakkelijk rond te kunnen komen (57 procent). 7 procent van de jongeren komt Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
moeilijk of zeer moeilijk rond. 35 procent geeft niet expliciet aan goed of slecht te kunnen rondkomen. In tabel 2 is het percentage jongeren dat zegt goed te kunnen rondkomen uitgesplitst naar leeftijd. Net als bij de
Praten over geldzaken
tevredenheid kunnen de 12- tot en met 14-jarigen beter rondkomen dan de 18- tot en met 24-jarigen. Deze laatste groep moet waarschijnlijk meer zelf betalen en heeft vaker te maken met vaste lasten, waardoor ze minder geld overhouden om
Vragen en hulp bij geldzaken
vrij te besteden.
Overzicht over geldzaken
Naast verschillen in leeftijd, geven jongens ook vaker dan meisjes aan dat ze gemakkelijk rondkomen (60 tegen 55 procent).
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
17
Tabel 2:
Percentage jongeren dat kan rondkomen, naar leeftijd (n=1.511)
Inhoudsopgave
Zeer moeilijk
Moeilijk
Niet moeilijk, niet makkelijk
Gemakkelijk
Zeer gemakkelijk
%
%
%
%
%
12 t/m 14 jaar
0
3
32
42
23
15 t/m 17 jaar
1
4
33
41
21
18 t/m 24 jaar
2
8
38
37
15
1
6
35
39
18
Samenvatting en conclusie Inleiding
Leeftijd
De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
Totaal
Sparen
Als we inzoomen op de leeftijdscategorie 18 tot en met 24 jaar, dan geven mbo’ers minder vaak aan gemakkelijk rond te
Lenen, schulden en financiële problemen
komen (39 tegen 52 procent), zij vinden het rondkomen vaker niet moeilijk maar ook niet gemakkelijk. Studenten in het hoger onderwijs geven juist vaker aan dat ze gemakkelijk rond kunnen komen: 42 procent tegen 37 procent gemiddeld.
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Aan jongeren die hebben aangegeven dat ze moeilijk rondkomen, is gevraagd waarom ze vinden dat ze moeili jk rondkomen. Bijna 60 procent noemt als reden dat ze te weinig inkomsten hebben. Daarnaast wordt als belangrijke reden
Overzicht over geldzaken
genoemd dat alles duurder is geworden terwijl de inkomsten hetzelfde zijn gebleven en dat de ouders weinig geld hebben (beide 32 procent). In tabel 3 zijn nog andere redenen weergegeven waarom jongeren vinden dat ze moeilijk kunnen
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
rondkomen.
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
18
Tabel 3:
Redenen waarom jongeren moeilijk kunnen rondkomen (meerdere antwoorden mogelijk) (n=109)
Inhoudsopgave
% Omdat ik weinig inkomsten
59
Omdat alles duurder is geworden, terwijl mijn inkomsten hetzelfde zijn gebleven
32
Omdat mijn ouders weinig geld hebben
32
De financiële situatie in zijn algemeen
Door hoge vaste lasten
29
Omdat ik mijn geld makkelijk uitgeef
25
Omgaan met geld
Omdat ik veel (grote) uitgaven heb (gehad)
19
Omdat ik op mezelf ben gaan wonen
17
Samenvatting en conclusie Inleiding
Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Door een gebeurtenis (ziekte, overlijden familielid)
7
Anders
3
Praten over geldzaken
2.3
Vragen en hulp bij geldzaken
Aan de jongeren is een aantal stellingen voorgelegd over hoe ze hun financiële situatie ervaren (tabel 4). Het merendeel van de jongeren geeft aan dat ze zich niet arm voelen (63 procent). Daarnaast zegt 58 procent elke maand geld over te
Overzicht over geldzaken
houden. Bijna één op de drie jongeren moet echter dingen laten omdat hij of zij er geen geld voor heeft. 13 procent geeft aan dat ze zich zorgen maken over hun financiële situatie. Tussen de 26 en 31 procent van de jongeren heeft geen
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Hoe jongeren hun financiële situatie ervaren
uitgesproken mening met betrekking tot deze stellingen. Tabel 4:
Stellingen over rondkomen (n=1.511)
Helemaal oneens
Oneens
Neutraal
Eens
Helemaal eens
%
%
%
%
%
Ik moet dingen laten omdat ik er geen geld voor heb
19
23
26
27
5
Ik voel me arm
29
34
26
9
2
6
15
31
32
16
27
33
26
11
2
Bijlage 3: Geldvragen
Ik houd elke maand geld over Ik maak me zorgen over mijn financiële situatie
19
Meisjes geven vaker aan dat ze dingen moeten laten omdat ze te weinig geld hebben (35 tegen 29 procent) en ze maken
Inhoudsopgave
zich vaker zorgen over hun financiële situatie dan jongens (18 tegen 9 procent).
Samenvatting en conclusie
De ervaring van de financiële situatie verschilt ook per leeftijd. Hoe jonger, hoe minder vaak de jongeren zich zorgen maken over hun financiële situatie, hoe minder arm ze zich voelen, hoe minder vaak ze dingen moeten laten en hoe vaker ze elke
Inleiding
maand geld over houden. De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Ook de woonsituatie maakt verschil in hoe studenten hun financiële situatie ervaren. Uitwonende studenten: moeten vaker dingen laten omdat ze er geen geld voor hebben: 48 tegen 34 procent houden minder vaak elke maand geld over: 29 tegen 47 procent maken zich vaker zorgen over hun financiële situatie: 26 tegen 16 procent Toch voelen uitwonende studenten zich niet minder arm dan thuiswonende studenten.
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
20
Inhoudsopgave
3
Omgaan met geld
Samenvatting en conclusie
De kern van financiële opvoeding is dat jongeren leren omgaan met geld, zodat zij uiteindelijk financieel op eigen benen
Inleiding
kunnen staan, waarbij hun inkomsten en uitgaven met elkaar in balans zijn en er geen financiële problemen ontstaan. Op dat moment kunnen we spreken van financieel zelfstandige jongeren. De vraag is wat jongeren zelf verstaan onder
De financiële situatie in zijn algemeen
financiële zelfstandigheid en in hoeverre zij zelf vinden dat ze financieel zelfstandig zijn e n met geld om kunnen gaan. Dit
Omgaan met geld
3.1
Sparen
Zes van de tien jongeren vinden dat ze goed met geld omgaan. Slechts 6 procent vindt dat hij of zij niet goed met geld
Lenen, schulden en financiële problemen
hoofdstuk gaat daar op in.
Omgaan met geld in het algemeen
omgaat. Tabel 5:
Mate waarin jongeren vinden dat ze goed met geld omgaan (n=1.511)
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
% Ja, goed
60
Soms wel, soms niet
34
Nee, niet goed
6
Enkele verschillen tussen groepen jongeren zijn:
12- tot en met 14-jarigen denken minder vaak dan gemiddeld dat ze goed met geld om kunnen gaan (54 procent) , ze denken vaker dat ze soms wel en soms niet goed met geld omgaan (40 procent).
18-plussers in het hoger onderwijs vinden vaker dat ze goed met geld kunnen omgaan dan andere 18-plussers (67 tegen 61 procent).
Jonge jongeren vinden niet dat ze beter of slechter met geld omgaan dan oudere jongeren. Dit blijkt ook uit het gemiddelde cijfer dat jongeren zichzelf geven voor omgaan met geld: dit verschilt niet tussen de leeftijdsgroepen. Jongeren geven zichzelf gemiddeld een 7,4.
21
3.1.1
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding
Lenen, schulden en omgaan met geld
Jongeren van 18 jaar en ouder die één of meer schulden of betalingsachterstanden hebben (zie paragraaf 5.3), vinden minder vaak dat ze goed met geld omgaan dan degenen zonder schulden. Niettemin vindt nog steeds 47 procent van hen dat hij of zij goed met geld om kan gaan tegen, tegen 71 procent van degenen die geen schulden en betalingsachterstanden hebben.
De financiële situatie in zijn algemeen
Het percentage van de18-plussers dat vindt dat het goed met geld omgaat, verschilt met het soort schuld dat men heeft.
Omgaan met geld
gaan (26 procent). Van degenen die geld lenen van anderen en/of betalingsachterstanden hebben, vindt circa 34 procent dat men goed met geld omgaat. Van de jongeren met een studieschuld vindt het merendeel, 53 procent, dat hij of zij goed
Sparen
met geld omgaat.
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Met name onder jongeren die regelmatig rood staan, vindt een relatief laag percentage dat hij of zij goed met geld om kan
Uit deze resultaten blijkt dat jongeren op een verschillende manier kijken naar verschillende soorten schulden, zoals een studieschuld of rood staan op de bankrekening. Een studieschuld of roodstand worden door de jongeren anders ervaren, waardoor ze ook anders beoordelen of ze goed met geld omgaan. Het is dus belangrijk om niet alle soorten schulden op één hoop te vegen, maar om ze per soort te bekijken.
Overzicht over geldzaken
3.2
Geld tekort
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
11 procent van de jongeren komt regelmatig geld tekort. Het merendeel van de jongeren geeft echter aan zelden of nooit geld tekort te komen: 61 procent. Er zijn hier geen verschillen tussen leeftijden te zien.
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
In tabel 6 is het percentage jongeren dat geld tekort komt uitgesplitst naar dagbesteding weergegeven. Mbo’ers tussen de
Bijlage 3: Geldvragen
18 en 24 jaar komen vaker geld tekort dan leeftijdsgeno ten met een andere dagbesteding: 17 procent tegen 13 procent gemiddeld. Iets meer dan de helft geeft aan nooit of zelden gel d tekort te komen tegen 61 procent gemiddeld.
22
Tabel 6:
Percentage jongeren dat geld tekort komt, naar dagbesteding (n=827)
Nooit %
Zelden %
Soms %
Vaak %
Altijd %
Mbo
24
28
30
15
2
Inleiding
Hoger onderwijs
27
41
23
7
3
De financiële situatie in zijn algemeen
Werkend
27
34
26
9
4
26
35
26
9
4
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie
Dagbesteding
Totaal
Omgaan met geld Sparen
3.2.1
Lenen, schulden en financiële problemen
Van de jongeren die aangeven wel eens geld tekort te hebben, ziet 66 procent het als een probleem. Een derde ziet geen probleem als er geld tekort is.
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Hoe ervaren jongeren geld tekort?
Jongeren tussen de 18 en 24 jaar zien geld tekort vaker als een probleem dan jongeren tussen de 12 en 14 jaar: 76 tegen 43 procent. Voor de 12- tot en met 14-jarigen zijn de consequenties van geld tekort waarschijnlijk minder groot dan voor de 18- tot en met 24-jarigen.
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
De meest genoemde reden waarom geld tekort als een probleem wordt gezien, is dat ze niet met alles kunnen meedoen omdat daar geen geld voor is (28 procent). De antwoorden verschillen echter sterk per leeftijd, maar ook per geslacht. In tabel 7 zijn de resultaten te zien, uitgesplitst naar deze achtergrondkenmerken.
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
23
Tabel 7:
Inhoudsopgave
Percentage jongeren dat geld tekort komen als probleem ervaart, naar geslacht en leeftijd (meerdere antwoorden mogelijk) (n=556)
Jongen
Meisje
15 t/m 17 jaar % 32
18 t/m 24 jaar % 27
Totaal
% 27
12 t/m 14 jaar % 26
% 29 23
31
19
25
31
27
Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Ja, ik kan niet met alles meedoen
% 28
omdat er geen geld voor is Ja, ik heb geen geld om leuke dingen
Omgaan met geld
te doen en/of iets voor mezelf te kopen
Sparen
Ja, ik maak me dan zorgen
17
33
4
15
38
25
Nee, ik heb gewoon veel wensen/ik vind dure spullen mooi
19
18
30
16
15
19
Nee, ik wil gewoon kunnen kopen wat ik op dat moment wil kopen
21
12
30
19
10
17
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Ja, ik kan mijn noodzakelijke uitgaven soms niet of moeilijk betalen
11
18
1
7
23
15
Lenen, schulden en financiële problemen
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Meisjes en jongens ervaren geld tekort op een andere manier. Meisjes zien geld tekort vaker als een probleem omdat:
ze dan geen geld hebben om leuke dingen te doen: 31 tegen 23 procent
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
ze zich dan zorgen maken: 33 tegen 17 procent Jongens geven vaker aan het geen probleem te vinden, omdat ze gewoon willen kunnen kopen wat ze op dat moment willen
Bijlage 3: Geldvragen
kopen: 21 tegen 12 procent. Zoals we in tabel 7 al zagen, vinden jongeren tussen de 18 en 24 jaar geld tekort vaker een probleem dan de 12- tot en met 14-jarigen. De jongsten geven dan ook vaker aan dat ze geld tekort komen geen probleem vinden, omdat ze gewoon veel wensen hebben en omdat ze gewoon willen kunnen kopen wat ze op dat moment graag willen. 18 - tot en met 24-jarigen zien een geldtekort wel als een probleem. Redenen die zij vaker dan 12- tot en met 14-jarigen noemen zijn:
Omdat ze zich dan zorgen maken: 38 tegen 4 procent
Omdat ze dan geen geld hebben om leuke dingen te doen: 31 tegen 19 procent
Omdat ze de noodzakelijke uitgaven dan soms niet of moeilijk kunnen betalen: 23 tegen 1 procent.
24
Inhoudsopgave
Ook zijn er verschillen in redenen te zien tussen de dagbesteding van 18 -plussers en tussen de woonsituatie van studenten. Mbo’ers ervaren het vaker dan gemiddeld als een probleem omdat ze geen geld hebben om leuke dingen te doen (43 tegen
Samenvatting en conclusie
31 procent) en omdat ze de noodzakelijke uitgaven niet meer kunnen betalen (35 tegen 23 procent). Uitwonende studenten geven vaker dan thuiswonende studenten aan dat geld tekort komen een probleem is, omdat ze zich dan zorgen maken: 49
Inleiding
tegen 27 procent.
De financiële situatie in zijn algemeen 3.2.2 Omgaan met geld Sparen
Actie ondernemen bij geld tekort
Als jongeren geld tekort komen, dan kunnen ze verschillende acties ondernemen (tabel 8). Iets meer dan de helft van de jongeren kiest ervoor om op dat moment niets te doen: op = op. Een kwart van de jongeren gebruikt zijn of haar spaargeld en een kwart zegt te gaan bezuinigen op andere uitgaven.
Lenen, schulden en financiële problemen
Tabel 8:
Acties die jongeren ondernemen als ze geld tekort komen (meerdere antwoorden mogelijk) (n=371)
%
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Ik doe niks, op = op
52
Ik gebruik mijn spaargeld
26
Overzicht over geldzaken
Ik ga bezuinigen op andere uitgaven
26
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Ik vraag extra geld aan mijn ouders
22
Ik ga klusjes doen of werken om meer geld te verdienen
20
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Ik leen geld van mijn ouders
19
Ik ga spullen verkopen
12
Bijlage 3: Geldvragen
Ik leen geld van vrienden (of broers/zussen)
9
Ik ga rood staan op mijn betaalrekening bij de bank
6
Ik leen geld bij een financiële instelling (bijv. een bank)
3
Ik koop producten op afbetaling
2
25
Meisjes zouden er vaker dan jongens voor kiezen om:
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
Spaargeld te gebruiken: 32 tegen 19 procent
Spullen te verkopen: 18 tegen 7 procent
Te bezuinigen op andere uitgaven: 33 tegen 19 procent.
Ook de leeftijd heeft invloed op welke acties ze zeggen te ondernemen. De 12- tot en met 14-jarigen vragen vaker dan gemiddeld om extra geld aan hun ouders (36 procent); de 15- tot en met 17-jarigen lenen vaker dan gemiddeld geld van hun ouders (29 procent); en de 18- tot en met 24-jarigen maken vaker dan gemiddeld gebruik van hun spaargeld (35 procent) en gaan vaker bezuinigen op andere uitgaven (32 procent).
Sparen
3.3
Lenen, schulden en financiële problemen
Aan de jongeren is gevraagd wanneer zij vinden dat ze financieel zelfstandig zijn. Dit was een open vraag. Op basis van de
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Financiële zelfstandigheid
gegeven antwoorden hebben we categorieën gemaakt van veel gegeven antwoorden. Tabel 9 geeft de uitkomsten weer. De meeste jongeren vinden dat je financieel zelfstandig bent als:
je kunt rondkomen/je jezelf kunt onderhouden (26 procent)
je een baan/inkomen hebt/geld verdient (25 procent)
als je geen financiële hulp van anderen nodig hebt (22 procent)
Het uitgangspunt van de leerdoelen van het Nibud is dat jongeren financieel gezien op eigen benen kunnen staan en dus financieel zelfstandig zijn. Ze kunnen dan zonder afhankelijk te zijn van ouders of verzorgers, hun geldzaken regelen en inkomsten en uitgaven in balans houden. Naast de leerdoelen hanteert het Nibud de bredere begrip financiële zelfredzaamheid. Het Nibud heeft gedefinieerd over welke vaardigheden iemand moet beschikken om financieel zelfredzaam te zijn, waarbij iemand financieel zelfredzaam is wanneer hij weloverwogen keuzes maakt zodanig dat zijn financiën in balans zijn, zowel op de korte als op de lange termijn. Deze definitie is breder dan het in de leerdoelen geformuleerde concept financiële zelfstandigheid. De antwoorden die de jongeren geven voor financiële zelfstandigheid zijn niet goed of fout. Ze geven een beeld waar jongeren aan denken bij dit begrip.
26
Opvallend is dat jongeren van 12 tot en met 14 jaar met name noemen dat je financieel zelfstandig bent als je inkomen
Inhoudsopgave
verwerft (circa 35 procent), terwijl de jongeren van 18 tot en met 24 jaar vaker aangeven dat je financieel zelfstandig bent als je kunt rondkomen (circa 30 procent) en als je geen financiële hulp van anderen nodig hebt (27 procent).
Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen
Niet alle gegeven antwoorden zijn direct in een categorie in te delen. Sommige antwoorden komen slechts enkele keren voor of zijn lastig te labelen, omdat het heel erg aan de interpretatie van de jongere n zelf ligt wat ze hier onder verstaan. Een aantal terugkerende antwoorden bij de categorie ‘anders’ zijn:
Als je goed met je geld kunt omgaan
Als je een goed evenwicht kunt vinden tussen inkomsten en uitgaven
Als je alles kunt doen en betalen wat je wilt
Als je je eigen geld goed kan beheren en er alles van kan doen wat nodig is en dan nog wat over houdt
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
27
Tabel 9:
Indeling van de beschrijving die jongeren geven van financiële zelfstandigheid (n=1.301)
Inhoudsopgave
Je bent financieel zelfstandig:
Samenvatting en conclusie
Vanaf een bepaalde leeftijd/periode
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
12 t/m 14 jaar %
15 t/m 17 jaar %
18 t/m 24 jaar %
Totaal %
9
2
2
4
Wanneer je op jezelf gaat wonen
10
6
10
9
Wanneer je een baan/inkomen hebt
35
27
19
25
17
28
30
26
9
10
15
13
5
6
6
6
10
22
27
22
13
17
20
18
4
8
9
8
Anders
14
12
18
16
Geen idee
11
6
1
5
of wanneer je veel geld verdient Wanneer je kunt rondkomen of
Omgaan met geld
wanneer je jezelf kunt onderhouden
Sparen
Wanneer je geen schuld of lening hebt of niet rood staat
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
Wanneer je zelf je financiën kan regelen of zelf kan kiezen waaraan je je geld uitgeeft
Vragen en hulp bij geldzaken
Wanneer je onafhankelijk bent of geen financiële hulp van anderen
Overzicht over geldzaken
nodig hebt
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Wanneer je je rekeningen zelf betaalt/je zelf alles kan betalen of je je eigen vaste lasten betaalt Wanneer je kunt sparen of geld overhoudt
28
3.3.1
In hoeverre voelen jongeren zich financieel zelfstandig
Inhoudsopgave
Vier van de tien jongeren voelen zich financieel zelfstandig. Een vergelijkbaar percentage, 38 procent, voelt zich nog niet financieel zelfstandig en 22 procent geeft aan niet te weten of ze zich financieel zelfredzaam voelen . In 2013 gaf een groter
Samenvatting en conclusie
percentage aan zich financieel zelfredzaam te voelen: 51 procent. Dit jaar is echter eerst gevraagd wat jongeren zelf verstaan onder financiële zelfstandigheid. Hierdoor zijn ze waarschijnlijk bewuster na gaan denken over wat financiële
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
zelfredzaamheid volgens hen betekent en of dat op hen van toepassing is. Tabel 10:
In hoeverre jongeren zich financieel zelfstandig voelen (n=1.511)
Omgaan met geld
12 t/m 14 jaar %
15 t/m 17 jaar %
18 t/m 24 jaar %
Totaal %
Sparen
Ja
21
30
52
40
Lenen, schulden en financiële problemen
Nee
41
47
33
38
Weet ik niet
38
22
15
22
Praten over geldzaken Tussen de groepen jongeren zijn de volgende verschillen en overeenkomsten zichtbaar: Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Hoe ouder, hoe groter het deel van de jongeren dat zich financieel zelfstandig voelt.
Werkende 18-plussers voelen zich vaker financieel zelfstandig (67 procent) dan 18 -plussers die studeren in het hoger onderwijs.
Thuiswonende en uitwonende studenten voelen zich even vaak financieel zelfstandig .
Van de jongeren die vinden dat ze goed met geld om kunnen gaan, vindt een groter gedeelte dat ze financieel zelfstandig zijn dan jongeren die niet goed met geld om kunnen gaan of soms wel, soms niet (48 procent tegen respectievelijk 29 en 27 procent).
Bijlage 3: Geldvragen
29
Inhoudsopgave
4
Samenvatting en conclusie
Dit hoofdstuk gaat in op het spaargedrag van jongeren: de manier waarop ze sparen, hoeveel ze sparen en waarvoor ze
Inleiding
sparen. Daarnaast wordt gekeken naar de houding van de jongeren ten opzichte van sparen en redenen waarom jongeren niet sparen.
De financiële situatie in zijn algemeen
4.1
Omgaan met geld Sparen
Sparen
Het spaargedrag van jongeren
De meeste jongeren, 89 procent, sparen. De meesten sparen alleen wat ze overhouden (37 procent). Tabel 11:
Percentage dat spaart (n=1.511)
12 t/m 14 jaar
15 t/m 17 jaar
18 t/m 24 jaar
Totaal
%
%
%
%
Nee, ik spaar zelf niet
19
11
7
11
Ja, ik spaar (automatisch) een vast bedrag
26
16
16
18
Ja, ik spaar alleen wat ik overhoud
29
37
40
37
Ja, ik spaar een vast bedrag en wat ik overhoud
15
20
20
19
Ja, ik spaar wel maar heb het geld meestal snel weer nodig
12
17
17
16
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Hoe ouder de jongeren zijn, hoe groter het gedeelte dat spaart is. Van de 12- tot en met 14-jarigen spaart 81 procent, tegen 93 procent van de 18-plussers.
Bijlage 3: Geldvragen Een vergelijkbaar deel van de mbo’ers, hbo’ers, wo’ers en werkenden spaart. De manier waarop verschilt echter enigszins. Mbo’ers geven vaker aan een vast bedrag per maand te sparen dan studenten in het hoger onderwijs (23 tegen 10 procent), terwijl studenten in het hoger onderwijs weer vaker alleen sparen wat ze overhouden (48 tegen 34 procent). Werkende jongeren geven meer dan gemiddeld aan een vast bedrag te sparen en te sparen als ze geld overhouden (27 procent, tegen 20 procent gemiddeld).
30
Ook thuis- en uitwonende studenten sparen even vaak. Alleen bij uitwonende studenten sparen de meesten slechts wat ze
Inhoudsopgave
overhouden (53 procent) of ze hebben het gespaarde geld meestal weer snel nodig (24 procent). Onder thuiswonende studenten liggen deze percentages op respectievelijk 39 en 17 procent. Thuiswonende studenten sparen vaker dan
Samenvatting en conclusie
uitwonenden een vast bedrag per maand (17 tegen 10 procent).
Inleiding
4.1.1
De financiële situatie in zijn algemeen
Aan de 11 procent van de jongeren (n=160) die niet heeft gespaard, is gevraagd waarom er niet gespaard is. De top 3 van belangrijkste redenen zijn:
Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
Redenen om niet te sparen
1. Ik heb te weinig geld om te sparen (38 procent) 2. Het lukt niet om te sparen, omdat ik het te makkelijk uitgeef (26 procent) 3. Ik heb het geld hard nodig om van rond te komen (23 procent) De twee eerstgenoemde redenen worden door de jongeren van alle leeftijden ongeveer even vaak genoemd. De nummer 3 belangrijkste reden (‘Ik heb het geld hard nodig om van rond te komen’) is voor 18-plussers de belangrijkste reden, 45 procent noemt dit als reden om niet te sparen. Voor 12- tot en met 14-jarigen speelt dit niet, slechts 2 procent van hen noemt deze reden. Zij geven juist weer vaker aan niet te sparen, omdat ‘ze het geld liever nu uitgeven’ (18 procent, tegen 8
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
procent van de 18-plussers).
4.2
Spaardoelen
De top 3 van belangrijkste redenen om te sparen zijn: 1. Voor later, zoals studie, op jezelf wonen, eigen bedrijf, een huis (57 p rocent) 2. Om geld achter de hand te hebben (49 procent) 3. Om te kunnen kopen wat iemand graag wil hebben (43 procent)
Bijlage 3: Geldvragen Tabel 12 laat duidelijk zien dat de spaardoelen verschillen per leeftijd. Van de 18-plussers sparen meer dan 6 op de 10 ‘voor later’ en om geld achter de hand te hebben. Bij de jonge jongeren sparen de meesten (59 procent) juist om datgene te kunnen kopen dat ze graag willen hebben. Dat is begrijpelijk, aangezien bij de 12- tot en met 14-jarigen het sparen voor noodzakelijkheden nog geen rol speelt.
31
Tabel 12:
Spaardoelen (meerdere antwoorden mogelijk) (n=1.351)
Inhoudsopgave
12 t/m 14 jaar %
15 t/m 17 jaar %
18 t/m 24 jaar %
Totaal %
Samenvatting en conclusie
Voor ‘later’ (studie, huis, bedrijf)
39
52
65
57
Inleiding
Om geld achter de hand te hebben (voor onverwachte
19
43
63
49
Om iets te kunnen kopen dat ik graag wil
59
54
34
43
Zodat ik altijd geld heb om iets te kopen (op het moment dat
40
39
30
34
Voor vakantie
10
27
37
29
Niet echt een reden, ik hou gewoon geld over
18
17
13
15
Omdat ik moet van mijn ouders
17
12
3
8
1
3
4
3
uitgaven) De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
ik iets wil)
Anders
Uitwonende studenten sparen vaker dan thuiswonende studenten voor onverwachte uitgaven (76 tegen 57 procent), terwijl thuiswonenden vaker sparen omdat ze gewoonweg geld overhouden (17 tegen 7 procent van de uitwonenden).
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
4.3
Spaarbedrag
42 procent van de jongeren die sparen, weet niet hoeveel ze gemiddeld per maand sparen. Dit zijn met name de jongeren die wel sparen, maar het gespaarde geld vaak weer snel nodig hebben (54 procent) en de jongeren die alleen sparen wat ze overhouden (47 procent). Van degenen die een vast bedrag per maand sparen, weet 31 procent niet wat ze gemiddeld
Bijlage 3: Geldvragen
per maand sparen. De 58 procent die dit wel weet, spaart gemiddeld 135 euro per maand. Het gemiddelde spaarbedrag ligt beduidend hoger dan het mediane spaarbedrag: de helft van de sparende jongeren spaart minder dan 50 euro per maand, de helft spaart meer dan 50 euro. Er zijn een paar jongeren die een hoog bedrag per maand sparen, waardoor het gemiddelde stijgt. Tabel 13 toont de gemiddelde en mediane spaarbedragen naar verschillende achtergrondkenmerken.
32
Naarmate jongeren ouder worden, sparen ze een hoger bedrag per maand: het doorsnee spaarbedrag van 18 -plussers ligt
Inhoudsopgave
85 euro hoger dan dat van 12- tot en met 14-jarigen (100 tegen 15 euro). Ook werkenden van 18- tot en met 24 jaar sparen maandelijks gemiddeld een hoger bedrag dan hun leeftijdsgenoten die studeren.
Samenvatting en conclusie Tabel 13:
Gemiddelde en mediane spaarbedragen, naar achtergrondkenmerken
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Geslacht (n=775)
Omgaan met geld
Gemiddelde €
Mediaan €
Jongen
134
50
Meisje
136
50
12 t/m 14 jaar
23
15
15 t/m 17 jaar
58
40
18 t/m 24 jaar
200
100
Mbo
183
100
Hoger onderwijs
126
100
Werkend
339
250
Thuiswonend
142
100
Uitwonend
122
98
135
50
Sparen Leeftijd (n=775) Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Dagbesteding (n=395)
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Woonsituatie (n=290)
Bijlage 3: Geldvragen
Totaal
33
4.4
Verplichting om te sparen
Inhoudsopgave
Aan de thuiswonende jongeren die naar school gaan of studeren is gevraagd of zij door hun ouders worden verplicht om
Samenvatting en conclusie
een deel van hun inkomsten te sparen. Iets meer dan een kwart van deze jongeren (28 procent) moet van zijn of haar ouders een deel van de inkomsten sparen. Hoe ouder deze thuiswonende jongeren zijn, hoe minder vaak dit gebeurt:
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken
40 procent van de 12- tot en met 14-jarigen
29 procent van de 15- tot en met 17-jarigen
18 procent van de 18- tot en met 24-jarigen
De helft van de thuiswonende jongeren wordt nooit door de ouders verplicht om een deel van de inkomsten te sparen, 23 procent soms.
4.5
De houding ten aanzien van sparen en uitgeven
Het overgrote deel van de jongeren, 78 procent, vindt het belangrijk om te sparen zodat ze geld achter de hand hebben. Jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 14 jaar vinden dit even vaak als jongeren van 15 tot en met 17 jaar of 18 tot en met 24 jaar. Slechts 14 procent van de jongeren geeft zijn of haar geld direct uit. Wel komt 42 procent vaak in de verleiding om spullen te kopen. Ook hier zijn geen verschillen tussen jonge en oudere jongeren.
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Tabel 14:
Stellingen over bestedingsgedrag (n=1.511)
%
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Als ik geld heb, geef ik het direct uit
14
Ik vind het moeilijk om te sparen
24
Ik vind het belangrijk om te sparen zodat ik geld achter de hand heb
78
Ik kom vaak in de verleiding om dingen te kopen
42
Meer meisjes dan jongens:
vinden het belangrijk om te sparen om geld achter de hand te hebben: 84 tegen 72 procent
komen in de verleiding om spullen te kopen: 48 tegen 37 procent
34
Inhoudsopgave
5
Samenvatting en conclusie
Schulden en financiële problemen kunnen zowel objectief en subjectief worden benaderd. Iemand kan een financieel
Inleiding
probleem ervaren, zonder daadwerkelijk geld geleend te hebben of een betalingsachterstand te hebben. Anderzijds kan iemand wel een lening hebben of een betalingsachterstand, zonder het idee te hebben dat hij of zij een schuld of
De financiële situatie in zijn algemeen
Lenen, schulden en financiële problemen
betalingsachterstand heeft. Dit hoofdstuk gaat allereerst in op de eigen beleving van de jongeren, of ze zelf ervaren dat ze een financieel probleem en/of een schuld hebben. Vervolgens wordt ingegaan op het leengedrag en de aanwezigheid van schulden.
Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Omdat jongeren onder de 18 jaar nog niet bij officiële instanties , zoals banken en DUO, kunnen lenen en ook niet rood kunnen staan, is bij de vragen rondom lenen en schulden onderscheid gemaakt tussen jongeren tot 18 jaar en jongeren van 18 jaar en ouder. Jongeren onder de 18 jaar kregen vragen over geld lenen, terwijl jongeren van 18 jaar en ouder vragen kregen voorgelegd over verschillende vormen van leningen en schulden.
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
5.1
Eigen beleving financiële problemen en schulden
Overzicht over geldzaken
Aan de jongeren is gevraagd of ze zelf vinden dat ze een financieel probleem en/of schulden hebben. Deze vraag werd hen voorgelegd zonder enige toelichting, beschrijving of definiëring van de begrippen ‘financieel probleem’ en ‘schulden’. Wel
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
kregen ze voorafgaand aan deze vraag, een lijst met mogelijke beschrijvingen van financiële problemen. Voor elk van deze beschrijvingen konden de jongeren aangeven of zij vonden dat iemand in een dergelijke situatie wel of geen financieel
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
probleem heeft.
Bijlage 3: Geldvragen
De beschrijvingen geven niet weer wat het Nibud allemaal onder financiële problemen vindt vallen. We willen echter een beeld krijgen van hoe verschillend jongeren tegen het begrip ‘financieel probleem’ aankijken.
35
5.1.1
Inhoudsopgave
Beschrijving van financiële problemen
De meest genoemde kenmerken van mensen met financiële problemen zijn:
Als je schulden hebt
Samenvatting en conclusie
Als je je rekeningen niet kunt betalen
Inleiding
Als je niet kunt rondkomen of(structureel) geld tekort komt
De financiële situatie in zijn algemeen
Deze kenmerken worden door 56 tot 64 procent van de jongeren genoemd.
Omgaan met geld
Minder dan 1 op de 5 jongeren (18 procent) ziet het als een financieel probleem als:
Sparen
Je je spaargeld moet gebruiken of opnemen
Er voor leuke dingen die je wilt hebben of doen, geen geld meer is
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
36
Tabel 15:
Inhoudsopgave
In hoeverre behoren onderstaande beschrijvingen bij iemand die financiële problemen heeft, naar leeftijd (meerdere antwoorden mogelijk) (n=1.511)
Je hebt een financieel probleem, als:
12 t/m 14 jaar
15 t/m 17 jaar
18 t/m 24 jaar
Totaal
%
%
%
%
Je schulden hebt
54
67
66
64
Je rekeningen niet kunt betalen
47
66
64
61
De financiële situatie in zijn algemeen
Je (structureel) geld tekort komt of niet kunt rondkomen
42
57
61
56
Omgaan met geld
De uitgaven groter zijn dan de inkomsten
43
59
59
55
Sparen
Je noodzakelijke uitgaven en/of vaste lasten niet kunt betalen
38
58
59
54
Lenen, schulden en financiële problemen
Je vaak rood staat
46
57
54
53
Je geld moet lenen
37
46
42
42
Praten over geldzaken
Je geen geld hebt/als je niets hebt
35
42
41
40
Je (onnodig) te veel geld uitgeeft
29
38
38
36
Je niet kan sparen en/of als je spaarrekening leeg is
20
23
23
22
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Er voor leuke dingen die je wilt hebben of doen geen geld is
27
17
14
18
Je je spaargeld moet gebruiken/opnemen
13
19
21
18
3
1
1
1
Samenvatting en conclusie Inleiding
Vragen en hulp bij geldzaken
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Anders Bijlage 3: Geldvragen
Uit tabel 15 wordt duidelijk dat jongeren van 12 tot en met 14 jaar nog op een andere manier tegen financiële problemen aankijken dan jongeren van 15 jaar of ouder. Zij kiezen vaker minder antwoorden om financiële problemen te omschrijven, in plaats van dat ze meerdere van de mogelijkheden hier onder vinden vallen. Dit blijkt uit het feit dat bij alle omschrijvingen de percentages bij de jongeren van 12 tot en met 14 jaar lager liggen dan de percentages bij de 15-plussers. Daarnaast vindt ruim een kwart van de 12- tot en met 14-jarigen dat je een financieel probleem hebt als je geen geld hebt voor de dingen die je wilt kopen of doen. Van de 15 - tot en met 17-jarigen vindt 17 procent dit en slechts 14 procent van de
37
18-plussers. Uitwonende studenten noemen veel vaker dan thuiswonende studenten dat je een financieel probleem hebt, als:
Inhoudsopgave
de vaste lasten niet meer kunnen worden betaald: 71 tegen 61 procent
er structureel geld tekort is of je niet meer kunt rondkomen: 73 tegen 61 procent.
Samenvatting en conclusie Inleiding
Dit verschil kan mogelijk worden verklaard uit het feit dat uitwonende studenten hier veel meer eigen ervaring mee hebben,
De financiële situatie in zijn algemeen
5.1.2
omdat zij eigen vaste lasten hebben. Het moeten ‘rondkomen’ speelt een belangrijkere rol in hun leven. Financiële problemen en schulden
Omgaan met geld
Het overgrote deel (87 procent) vindt niet van zichzelf dat hij of zij een financieel probleem heeft, 5 procent vindt dat wel en 7 procent vindt het moeilijk om aan te geven of dit zo is.
Sparen
Jongeren onder de 18 jaar geven minder vaak aan dat ze een financieel probleem hebben dan jongeren van 18 jaar en
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
ouder: 1-3 procent, tegen 8 procent. Van alle jongeren geeft 13 procent aan een schuld te hebben. De meesten (85 procent) hebben echter geen schuld , 2 procent weet het niet. Ook hierbij zijn duidelijke leeftijdsverschillen zichtbaar. Van de 18- tot en met 24-jarigen geeft 22 procent aan een schuld te hebben, tegen 0 tot 3 procent van de 18-minners. Opvallend is dat van de 18-plussers mbo-studenten vaker vinden dat ze een financieel probleem hebben dan hbo-en wostudenten (14 tegen 5 procent), terwijl de studenten in het hoger onderwijs weer meer dan gemiddeld aangeven een schuld te hebben (28 procent). In dit laatste geval zal het met name om studieschulden gaan.
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Een vergelijkbaar verschil in zienswijze is te zien tussen thuis- en uitwonende studenten. Ze vinden even vaak dat ze een
Bijlage 3: Geldvragen
financieel probleem hebben, maar uitwonende studenten geven veel meer dan thuiswonende studenten aan dat ze een schuld hebben: 40 tegen 13 procent. Zij hebben vaker een studieschuld, maar dit wordt niet als financieel probleem ervaren (zie ook paragraaf 5.3.1).
38
5.2 Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie
Geleend geld
Van de jongeren onder de 18 jaar, leent 83 procent zelden of nooit , 16 procent leent soms en 1 procent leent regelmatig geld van anderen. De 15- tot en met 17-jarigen lenen iets vaker dan de 12- tot en met 14-jarigen, 21 procent leent soms tot regelmatig geld van anderen, tegen 14 procent van de 12- tot en met 14-jarigen.
Inleiding Tabel 16:
Frequentie waarmee jongeren geld lenen (n=685)
De financiële situatie in zijn algemeen
12 t/m 14 jaar %
15 t/m 17 jaar %
Totaal %
Omgaan met geld
Altijd
0
0
0
Sparen
Vaak
1
2
1
Soms
13
19
16
Zelden
28
43
36
Nooit
58
36
47
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
5.2.1
Leenbronnen
De 3 belangrijkste bronnen van wie wordt geleend, zijn: 1. Vrienden of vriendinnen: 71 procent 2. Ouders: 53 procent 3. Klasgenoten: 33 procent
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
5.2.2
Leenbedragen
Een kwart van de jongeren tot 18 jaar die wel eens geld lenen, weet niet hoeveel ze per keer lenen. Degenen die dit wel weten (n=85) lenen gemiddeld 6,50 euro per keer. De mediaan ligt lager: de helft geeft aan minder dan 3 euro per keer te lenen en de helft meer dan 3 euro. Het zal dus waarschijnlijk vooral gaan om bedragen die worden geleend voor eten en drinken tijdens of na schooltijd.
39
5.3
Schulden en betalingsachterstanden
Inhoudsopgave
Van alle jongeren van 18 tot en met 24 jaar heeft 42 procent minimaal één vorm van schuld, lening of betalingsachterstand.
Samenvatting en conclusie
Dit kan een studieschuld zijn of geld geleend van familie, vrienden en financiële instellingen, één of meerdere
Inleiding
betalingsachterstanden of frequent rood staan. De meeste jongeren (26 procent) hebben één van deze vormen van schuld, 11 procent heeft er twee en 5 procent drie of vier.
De financiële situatie in zijn algemeen
Tabel 17:
Percentage jongeren (18 tot en met 24 jaar) met schulden, naar dagbesteding (n=827)
Omgaan met geld
Mbo
Hoger onderwijs
Werkend
Totaal
%
%
%
%
Sparen
Studieschuld
22
33
13
23
Lenen, schulden en financiële problemen
Geleend geld van anderen (familie, vrienden, financiële instellingen)
16
12
21
17
Betalingsachterstanden
24
11
24
19
4
3
4
5
40
42
43
42
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Frequente roodstand (altijd of vaak) Minimaal één van bovenstaande leningen/schulden
Tussen mbo’ers, hbo’ers, wo’ers en werkenden van 18 jaar en ouder verschilt het percentage met één of meerdere schulden niet. Het soort schulden dat men heeft verschilt wel (zie tabel 17):
Studenten in het hoger onderwijs hebben meer dan gemiddeld een studieschuld, maar hebben minder dan de andere 18-plussers betalingsachterstanden of een schuld bij anderen
Werkenden van 18 jaar of ouder hebben meer dan gemiddeld een betalingsachterstand
De volgende groepen hebben vaker één of meer van de genoemde schulden:
Jongens: 49 procent, tegen 40 procent van de meisjes
Uitwonenden: 55 procent, tegen 36 procent van de thuiswonenden
40
Jongens en meisjes van 18 jaar en ouder hebben even vaak een studieschuld of staan regelmatig rood. Het verschil tussen
Inhoudsopgave
de geslachten ontstaat omdat meer jongens dan meisjes geld lenen van anderen of van instanties (23 tegen 12 procent). Ook hebben jongens meer betalingsachterstanden dan meisjes (25 tegen 13 procent).
Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Het verschil tussen thuis- en uitwonende studenten wordt verklaard door het verschil in percentage met een studieschuld. Van de uitwonenden heeft 43 procent een studieschuld, tegen 22 procent van de thuiswonende studenten. Betalingsachterstanden, lenen van anderen/instanties en frequent rood staan komen bij beide groepen even vaak voor.
Omgaan met geld
5.3.1
Sparen
Van de jongeren met minimaal één van bovengenoemde vormen van schuld (studieschuld, geleend geld, betalingsachterstand of frequente roodstand), vindt 17 procent zelf dat hij of zij een financieel probleem heeft en 14 procent
Lenen, schulden en financiële problemen
weet het niet. Deze percentages liggen hoger dan de percentages van alle jongeren van 18 tot en met 24 jaar, dus inclusief degenen die geen enkele vorm van schuld hebben. Van hen geeft 8 procent van de 18- tot en met 24-jarigen aan een
Praten over geldzaken
financieel probleem en 8 procent weet het niet.
Vragen en hulp bij geldzaken
Niettemin vindt 69 procent van degenen met minimaal één vorm van schuld niet dat hij of zij een financieel probleem heeft. Een schuld wordt dus veelal niet als financieel probleem ervaren. Toch wordt het begrip ‘financieel proble em’ wel vaak
Overzicht over geldzaken
gebruikt als jongeren naar hun schuldensituatie wordt gevraagd.
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Vooral jongeren die frequent rood staan ervaren dat ze een financieel probleem hebben (68 procent). Van degenen met een studieschuld ervaart slechts 18 procent dat hij of zij een financieel probleem heeft.
Jongeren met een schuld en de ervaring van een financieel probleem
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Tabel 18:
Bijlage 3: Geldvragen
Percentage jongeren van 18 tot en met 24 jaar dat zelf aangeeft een financieel probleem te hebben, naar soort schuld (n=827)
Studieschuld
Geleend geld van anderen
Betalingsachterstanden
Frequent roodstand
Een lening of schuld
Totaal
%
%
%
%
%
%
Ja
18
21
28
68
17
8
Nee
76
55
51
20
69
84
6
24
21
12
14
8
Weet ik niet
41
Jongeren met meer soorten schulden ervaren vaker dat zij een financieel probleem hebben. Slechts 9 procent van de
Inhoudsopgave
jongeren met één schuld geeft aan een financieel probleem te hebben, tegen 32 procent van de jongeren met meer dere schulden. Daarnaast geeft 23 procent van de jongeren met meerdere schulden aan niet te weten of ze een financieel
Samenvatting en conclusie
probleem hebben, tegen 8 procent van de jongeren m et één schuld.
Inleiding
5.3.2
De financiële situatie in zijn algemeen
Van de jongeren met minimaal één van bovengenoemde vormen van schuld geeft de helft zelf aan een schuld te hebben en 6 procent weet het niet. Opvallend is dat 44 procent va n de jongeren met minimaal één lening en/of schuld, dit dus zelf niet
Jongeren met een schuld en de ervaring van het hebben van een schuld
als schuld heeft aangemerkt toen werd gevraagd of hij of zij een schuld had. Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Vooral jongeren met een studieschuld geven uit zichzelf aan dat ze een schuld hebben (72 procent). Jongeren met betalingsachterstanden ervaren dit veel minder vaak als schuld, slechts 37 procent van hen geeft aan een schuld te hebben. Van de jongeren die geld geleend hebben van anderen, vond 52 procent in 2013 dat ze een schuld h adden. In 2014 is dit percentage gedaald naar 40 procent.
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Tabel 19:
Percentage jongeren van 18 t/m 24 jaar met een bepaalde schuld dat zelf aangeeft een schuld te hebben (n=827)
Studieschuld
Overzicht over geldzaken
Geleend geld
Betalings-
Frequent
Een lening of
Totaal
van anderen
achterstanden
roodstand
schuld
%
%
%
%
%
%
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Ja
72
40
37
70
50
22
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Nee
27
50
52
20
44
75
1
10
11
10
6
3
Bijlage 3: Geldvragen
Weet ik niet
5.3.3
Geld lenen van anderen
Van de 18-plussers die op dit moment geld hebben geleend van anderen (17 procent), hebben veruit de meest en dit gedaan bij hun ouders (49 procent). 18 procent noemt vrienden en/of kennissen als leenbron. 15 procent heeft bij een vriend of vriendin geld geleend en nog eens 15 procent van een bank of andere financiële instelling.
42
5.3.4
Betalingsachterstanden
Inhoudsopgave
Van alle jongeren heeft 19 procent één of meer vormen van betalingsachterstand. Hieronder staat per vorm van betalingsachterstand, welk percentage van de 18-plussers deze betalingsachterstand heeft. Er is niet één soort
Samenvatting en conclusie
betalingsachterstand die veel meer voorkomt dan de andere vormen.
Inleiding
Tabel 20:
Percentage jongeren (18 t/m 24 jaar) met een bepaalde betalingsachterstand (n=827)
%
De financiële situatie in zijn algemeen Een product op afbetaling gekocht
10
Omgaan met geld
Openstaande rekeningen voor de zorgverzekering
10
Sparen
Boetes die al betaald hadden moeten zijn
8
Een betalingsachterstand bij de Belastingdienst (voor i nkomstenbelasting of toeslagen)
8
Openstaande rekeningen voor de mobiele telefoon
7
Een betalingsachterstand van mijn creditcardrekening en/of klantenkaart
7
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
Andere openstaande rekening(en)
11
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Bij de producten die de jongeren op afbetaling kochten ging het met name om kleding, een laptop of een telefoon. 5.3.5
Roodstand
Ruim driekwart van de jongeren van 18 jaar en ouder (77 procent) staat nooit rood. Het merendeel van deze jongeren (52 procent) heeft niet de mogelijkheid om rood te staan. Eén op de twintig jongeren staat altijd of vaak rood en 9 procent staat soms rood.
Bijlage 3: Geldvragen
43
Tabel 21:
In hoeverre jongeren (18 t/m 24 jaar) rood staan (n=827)
%
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
Altijd
3
Vaak
2
Soms
9
Zelden
9
Nooit, want ik kan niet rood staan
52
Nooit, maar ik heb de mogelijkheid om rood te staan
25
Sparen Tabel 22:
Belangrijkste reden voor jongeren (18 t/m 24 jaar) om rood te kunnen staan (n=396)
Lenen, schulden en financiële problemen
% Niet over nagedacht, de bank bood het aan
31
Voor de zekerheid, mocht ik een keertje krap zitten
30
Vragen en hulp bij geldzaken
Anders kom ik niet rond, ik heb die extra financiële ruimte
15
Overzicht over geldzaken
Makkelijk/handig
11
Praten over geldzaken
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Mijn ouders adviseerden me dat te doen
5
Vrienden adviseerden me dat te doen
4
Anders
5
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
5.4
Hoogte van de schulden
16 procent van alle jongeren met een studieschuld weet niet hoe hoog die studieschuld is. Bij de jongeren die geld van anderen hebben geleend of die betalingsachterstanden hebben, weet een veel lager percentage dat niet, namelijk respectievelijk 4 en 6 procent.
44
Tabel 23 toont de hoogte van de schulden per schuldensoort van degenen die wisten hoeveel schuld zij h adden en dit ook
Inhoudsopgave
wilden zeggen. Bijna de helft van de jongeren met een studieschuld (48 procent) heeft een schuld tussen de 2.500 en 10.000 euro. Eén op de vijf heeft meer dan 10.000 euro aan studieschuld.
Samenvatting en conclusie
De grootte van de geleende bedragen en de betalingsachterstanden liggen veel lager: 23 procent heeft minder dan 100 euro geleend van anderen en 38 procent heeft minder dan 100 euro aan betalingsachterstanden.
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Tabel 23:
Percentage van de jongeren met een bepaalde hoogte van de schuld, per schuldensoort ( van degenen die de hoogte weten en willen zeggen)
Studieschuld
Geleend geld
Betalings-
van anderen
achterstanden
(n=150) %
(n=125) %
(n=132) %
Minder dan 50 euro
0
15
17
50 tot 100 euro
2
8
21
Praten over geldzaken
100 tot 250 euro
1
12
5
Vragen en hulp bij geldzaken
250 tot 500 euro
5
10
15
500 tot 1.000 euro
9
14
4
1.000 tot 2.500 euro
14
19
17
2.500 tot 5.000 euro
25
9
9
5.000 tot 10.000 euro
23
3
6
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
10.000 tot 25.000 euro
14
2
2
Bijlage 3: Geldvragen
Meer dan 25.000 euro
7
8
3
Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
5.5
Hoe schulden worden ervaren
Aan de jongeren met één of meer vormen van schuld of betalingsachterstand, zijn drie stellingen voorgelegd over hun schuld en hoe ze deze ervaren. Ruim een kwart (28 procent) had liever minder geleend en 36 procent ervaart de schulden als een last. Jongeren met een studieschuld geven vaker aan dat ze liever minder geleend hadden en dat ze de schuld als
45
last ervaren, dan jongeren die geld van anderen hebben geleend of een betalingsachterstand hebben. Dit heeft er mogelijk
Inhoudsopgave
mee te maken dat het bij studieschulden om veel hogere bedragen gaat (zie tabel 24).
Samenvatting en conclusie
Regelmatig rood staan lijkt een signaal te zijn voor financiële problemen bij jongeren. Al eerder bleek dat deze jongeren vaker een financieel probleem ervaren (zie paragraaf 5.3.1). Iets meer dan de helft van de jongeren die altijd of vaak rood
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
staan, maakt zich druk of hij/zij de schulden kan afbetalen en ervaart deze schulden ook als last. Gemiddeld maakt 22 procent van de jongeren zich druk om het afbetalen van de schulden en ervaart 36 procent de schulden als last . Tabel 24:
Stellingen over de beleving van de schuld, onder 18-plussers met schulden, per soort schuld
Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Ik maak me druk of ik mijn
Studieschuld
Geld
Betalings-
Frequent
Als je financieel
Totaal
(n=193)
geleend van
achterstanden
roodstand
probleem
anderen (n=144)
(n=125)
(n=40)
ervaart (n=80)
%
%
%
%
%
%
28
22
30
56
51
22
39
25
25
54
45
28
42
34
26
53
58
36
schulden kan afbetalen Ik had liever minder
Overzicht over geldzaken
geleend
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Mijn schulden ervaar ik als last
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
46
Inhoudsopgave
6
Samenvatting en conclusie
Zoals in de inleiding al is besproken blijkt dat middelbare scholieren vaker met hun ouders over geldzaken praten dan met
Inleiding
anderen. Dit hoofdstuk gaat in op de vraag in hoeverre jongeren met hun ouders en vrienden over geldzaken spreken. Daarnaast wordt gekeken naar de onderwerpen waar ze over praten en of er verschillen zitten in de onderwerpen die ter
De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
Praten over geldzaken
sprake komen met ouders of met vrienden. Vervolgens wordt gekeken naar de redenen die jongeren hebben om niet met ouders of vrienden over geld(zaken) te praten. Ten slotte wordt gekeken of jongeren wel eens onenigheid of ruzie h ebben over geld(zaken) met hun ouders en of ze hun ouders als een voorbeeld beschouwen voor de manier waarop ze met geld omgaan.
6.1
Frequentie van praten met ouders en vrienden over geldzaken
Jongeren praten vaker over geldzaken met hun ouders dan met hun vrienden (tabel 25). 14 procent zegt (bijna) nooit met zijn ouders over geldzaken te praten en 31 procent doet dat (bijna) nooit met vrienden. Bijna een kwart praat minstens één keer per week over geldzaken met zijn ouders en 42 procent zegt dat 1 à 2 keer per maand te doen. Met vrienden is dit respectievelijk 18 en 31 procent.
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken
Tabel 25:
Percentage jongeren dat met zijn ouders of vrienden over geld(zaken) praat (n=1.511)
(Bijna) nooit Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Een paar keer
1-2x per
1-2x per
Bijna elke
per jaar
maand
week
dag
%
%
%
%
%
Ouders
14
18
42
22
3
Vriend(in)
31
21
31
15
3
Jongeren praten vaker over geldzaken met hun ouders dan met hun vrienden. Hoe vaak ze hierover spreken met hun ouders en/of vrienden verschilt per leeftijd: 75 procent van de 15 - tot en met 17-jarigen praat minimaal één keer per maand met zijn of haar ouders over geld(zaken), tegen 63 procent van de 18-plussers. Met de leeftijd neemt het percentage jongeren dat met zijn vrienden over geldzaken praat toe: 38 procent van de 12- tot en met 14-jarigen praat minimaal één keer per maand met vrienden over geldzaken, tegen 52 procent van de 18- tot en met 24-jarigen.
47
Ondanks het feit dat minder 18-plussers met hun ouders praten en meer 18-plussers met hun vrienden praten over
Inhoudsopgave
geld(zaken) dan de jongere jongeren, blijven de ouders ook voor deze groep nog steeds de belangrijkste gesprekspartner. Binnen de groep 18-plussers zijn verschillen te zien per dagbesteding. Jongeren in het hoger onderwijs praten hierover
Samenvatting en conclusie
vaker met hun ouders dan mbo’ers en werkenden. 11 procent van de jongeren in het hoger onderwijs en 24 procent van de mbo’ers en de werkenden spreken nooit met hun ouders over geld(zaken), tegen 18 procent gemiddeld.
Inleiding
Dit patroon is ook te zien bij het praten met vrienden. Jongeren in het hoger onderwijs bespreken dit vaker met vrienden, mbo’ers en werkenden minder vaak: 16 procent van de 18-plussers in het hoger onderwijs praat hier nooit met vrienden
De financiële situatie in zijn algemeen
over, tegen respectievelijk 33 en 32 procent van de mbo’ers en werkenden.
Omgaan met geld
Voor zowel thuiswonende als uitwonende studenten geldt dat meer studenten met hun ouders minimaal één keer per maand
Sparen
over geldzaken praten dan met vrienden. Thuiswonende studenten praten even vaak als uitwonende studenten minstens één keer per maand met hun ouders over geldzaken: 69 procent van hen doet dit. Uitwonende studenten praten minder
Lenen, schulden en financiële problemen
vaak ‘minstens één keer per week’ met hun ouders over geldzaken dan thuiswonende studenten (13 tegen 27 procent), maar vaker één à twee keer per maand (55 tegen 42 procent). Uitwonende studenten zien hun ouders waarschijnlijk minder
Praten over geldzaken
dikwijls, dus zij zijn ook minder in de gelegenheid om erover te praten.
Vragen en hulp bij geldzaken
Thuiswonende studenten praten minder vaak met vrienden over geldzaken dan uitwonende studenten. Van de
Overzicht over geldzaken
thuiswonende studenten praat 50 procent minimaal één keer per maand met vrienden over geldzaken, tegen 63 procent van de uitwonenden.
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
6.1.1
Bijlage 3: Geldvragen
12 procent van de jongeren geeft aan dat hij of zij meestal begint met praten over geldzaken als hierover met de ouders wordt gesproken. Een op de vijf geeft aan dat de ouders hier meestal over beginnen en bijna 70 procent zegt dat het per
Wie begint met praten over geld(zaken)?
keer verschilt. In tabel 26 is te zien hoe deze verdeling bij de 18- tot en met 24-jarigen ligt. Bij mbo’ers beginnen de ouders vaker het gesprek: 27 procent, tegen 18 procent gemiddeld. Bij jongeren in het hoger onderwijs beginnen de ouders er juist minder vaak over (14 procent); bij hen verschilt het vaak per keer wie er over begint (74 procent).
48
Tabel 26:
Percentage jongeren dat meestal begint met het praten over geldzaken, naar dagbesteding (n=827)
Ik %
Mijn ouders %
Dat verschilt per keer %
Mbo
12
27
62
Hoger onderwijs
12
14
74
Werkend
16
16
69
13
18
69
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie
Dagbesteding
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Totaal
Omgaan met geld Sparen
6.2
Onderwerpen van gesprekken over geldzaken
Lenen, schulden en financiële problemen
Niet alleen de frequentie van praten over geldzaken verschilt tussen ouders en vrienden, maar ook de onderwerpen waarover gesproken wordt. In tabel 27 zijn de verschillende onderwerpen weergegeven. Met ouders praten jongeren het meest over wie wat betaalt, waar je je geld aan uit mag geven en over een financiële bijdrage van de ouders. Met vr ienden
Praten over geldzaken
praten jongeren over de aankopen die ze doen, aanbiedingen en shoptips, (bij)baantjes en de kosten van op jezelf wonen.
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
49
Tabel 27:
Onderwerpen waarover jongeren met ouders en vrienden praten (meerdere antwoorden mogelijk) (n=1.511)
Inhoudsopgave
Ouders %
Vrienden %
Samenvatting en conclusie
Wie wat betaalt (jij of je ouders) (n=626)**
72
24
Inleiding
Waar je je geld aan mag uitgeven (n=626)**
61
16
Een financiële bijdrage van je ouders (bijv. voor de studie, zakgeld of kleedgeld)
59
23
Baantjes/werk
57
41
Bankzaken (pinnen, internetbankieren, etc.)
56
14
Hoeveel je verdient
55
34
Sparen
Waar je je geld aan uitgeeft (je aankopen)
55
42
Lenen, schulden en financiële problemen
Sparen (bijv. of je spaart, hoeveel en bij welke bank)
55
19
Verzekeringen (n=885)*
53
16
Praten over geldzaken
Mobiele telefoon (bijv. over het soort abonnementen en de kosten)
53
38
Op jezelf wonen en de kosten daarvan (n=885)*
51
41
Studiefinanciering (n=885)*
50
35
Overzicht over geldzaken
Belastingzaken (terugvragen)
46
12
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Hoe je zorgt dat je niet te veel geld uitgeeft
43
19
Wat je meebetaalt aan de kosten in huis (kostgeld) (n=885)*
39
21
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Geld lenen (n=626)**
38
17
Aanbiedingen en shoptips
37
42
Miskopen
35
34
Hypotheek/huis kopen (n=885)*
34
17
Rood staan (n=885)*
29
16
De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
Vragen en hulp bij geldzaken
Bijlage 3: Geldvragen
* Deze antwoordcategorieën zijn alleen aan studenten voorgelegd (n=885) ** Deze antwoordcategorieën zijn alleen aan scholieren voorgelegd (n=626)
50
De top 5 van onderwerpen waar jongeren met hun ouders over praten verschilt per leeftijd (tabel 28). Opvallend is dat het
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie
onderwerp ‘wie wat betaalt’ in elke top 5 een belangrijke plaats inneemt. Tabel 28:
Top 5 onderwerpen waar jongeren met hun ouders over praten, naar leeftijd (n=1.511)
12 t/m 14 jaar
15 t/m 17 jaar
18 t/m 24 jaar
Een financiële bijdrage van je ouders
Wie wat betaalt
Wie wat betaalt
De financiële situatie in zijn algemeen
Wie wat betaalt
Een financiële bijdrage van je ouders
Baantjes/werk
Waar je je geld aan mag uitgeven
Bankzaken
Verzekeringen
Omgaan met geld
Sparen
Mobiele telefoon
Hoeveel je verdient
Waar je je geld aan uitgeeft
Baantjes/werk
Belastingzaken
Inleiding
Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
6.2.1
Belangrijkste gespreksonderwerpen
Praten over geldzaken
Naast over welke onderwerpen ze met hun ouders en vrienden praten, is aan de jongeren ook de open vraag voorgelegd over welk onderwerp ze het meeste praten als het om geld(zaken) gaat. Op basis van de gegeven antwoorden hebben we
Vragen en hulp bij geldzaken
categorieën gemaakt van veel gegeven antwoorden. Deze categorieën zijn weergegeven in tabel 29.
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Het populairste onderwerp van gesprek is de aankopen en uitgaven die de jongeren doen: 23 procent noemt dit als onderwerp waar het meest over gesproken wordt. Ook sparen en de (bij)baantjes van de jongeren, zoals hoeveel ze werken of hoeveel ze verdienen, zijn onderwerpen die veel naar voren komen. In tabel 29 staan de andere antwoorden weergegeven.
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Niet alle gegeven antwoorden zijn direct in een categorie in te delen. Sommige antwoorden komen slechts enkele keren voor of zijn lastig te labelen, omdat het aan de interpretatie van de jongere n zelf ligt wat ze hieronder verstaan. Een aantal terugkerende antwoorden bij de categorie ‘anders’ zijn:
De toekomst en later
Goed omgaan met geld
51
Tabel 29:
Onderwerpen waar jongeren het meeste over praten met hun ouders (n=1.178)
%
Inhoudsopgave Aankopen en uitgaven
23
Samenvatting en conclusie
Sparen
19
Inleiding
Baantje/inkomen
12
Regelingen van de overheid (zorgtoeslag, studiefinanciering, belasting)
9
Weet niet/geen specifiek onderwerp
9
Saldo en hoe ze ervoor staan
7
Kosten
7
Sparen
Zak- en kleedgeld
7
Lenen, schulden en financiële problemen
Regels thuis: wat mag en wat niet mag met het geld
6
Rondkomen
6
Praten over geldzaken
Advies en tips
4
Studie-gerelateerde geldzaken (kosten e.d.)
4
Schulden en lenen
3
De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Anders
13
Aan de jongeren is de open vraag voorgelegd waar ze het meeste met vrienden over praten. Op basis van de gegeven antwoorden hebben we categorieën gemaakt van veel gegeven antwoorden. Deze staan in tabel 30. Ook hier blijken de aankopen en uitgaven die ze doen en de (bij)baantjes de belangrijke onderwerpen te zijn. Daarnaast spreken ze met vrienden vaak over de kosten van dingen (zoals vaste lasten) . Niet alle gegeven antwoorden zijn direct in een categorie in te delen. Sommige antwoorden komen slechts enkele keren voor of zijn lastig te labelen. Een aantal terugkerende antwoorden bij de categorie ‘anders’ zijn:
Rondkomen
Goed omgaan met geld
Samenwonen
Kopen of huren van een huis
52
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Tabel 30:
Onderwerpen waar jongeren het meeste over praten met hun vrienden (n=968)
% Aankopen en uitgaven
37
(Bij)baantjes
20
Kosten
13
Sparen
9
Studie gerelateerde geldzaken (studiefinanciering, studiekosten, etc.)
8
Omgaan met geld
Bijdrage van ouders
8
Sparen
Hoeveel ze (nog) te besteden hebben
7
Zuinig zijn/besparen/aanbiedingen
6
Weet ik niet/geen specifiek onderwerp
5
Schulden en lenen
3
(Te) weinig geld
3
Wil ik niet zeggen
1
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken
Anders
15
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
6.2.2
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Aan de jongeren die aangeven nooit met hun ouders over geld(zaken) te praten, is gevraagd waarom ze dat niet doen. Dit
Niet praten met ouders en vrienden
was een open vraag. Op basis van de gegeven antwoorden hebben we categorieën gemaakt van veel gegeven antwoorden. Bijlage 3: Geldvragen
De antwoorden die gegeven werden zijn:
Daar heb ik geen behoefte aan/het boeit me niet
Dat is privé, ik regel het zelf
Ik kan goed met geld omgaan, ik heb geen problemen
Dat weet ik niet
Ik woon op mezelf
Ik heb weinig contact met mijn ouders
53
Inhoudsopgave
Het komt niet ter sprake
Ik ben er nog niet (genoeg) mee bezig
Dan gaan ze zeuren
Samenvatting en conclusie
Aan de jongeren die aangeven nooit met vrienden over geld(zaken) praten is dezelfde open vraag gesteld. Op basis van de
Inleiding
gegeven antwoorden hebben we ook categorieën gemaakt van veel gegeven antwoorden. De antwoorden die hier werden gegeven zijn:
De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Dat is privé
Daar heb ik geen behoefte aan/het boeit me niet
Het is geen leuk onderwerp (het is saai/oninteressant/onbelangrijk)
Dat weet ik niet
Daar praat ik met mijn ouders over
Mijn ouders geven beter advies
Praten over geldzaken
6.2.3
Vragen en hulp bij geldzaken
Aan de jongeren is gevraagd of er onderwerpen zijn waar ze niet met hun ouders over praten, als het om geldzaken gaat.
Overzicht over geldzaken
93 procent van de jongeren geeft aan dat dit niet het geval is, ze kunnen met hun ouders alles bespreken. Aan de jongeren die aangeven sommige dingen niet met hun ouders te bespreken is de vraag gesteld waarover ze het liever niet hebben. De
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Onderwerpen waar jongeren niet met hun ouders over willen praten
onderwerpen die hier naar voren kwamen zijn:
Waar het geld precies aan wordt uitgeven
Minder acceptabele uitgaven, zoals alcohol, drugs, sigaretten, boetes of gokken
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
‘Nutteloze’ uitgaven (zoals snoep, McDonalds en games)
Bijlage 3: Geldvragen
Lenen, rood staan en schulden
54
Inhoudsopgave
6.3
Ruzie en onenigheid over geldzaken
Ongeveer driekwart van de jongeren heeft zelden of nooit ruzie of onenigheid met zijn of haar ouders over geld(zaken). 21 Samenvatting en conclusie Inleiding
procent geeft aan soms ruzie te hebben en 2 procent vaak. In tabel 31 is het percentage jongeren dat wel eens ruzie heeft met de ouders weergegeven naar dagbesteding en
De financiële situatie in zijn algemeen
woonsituatie. Als we kijken naar de groep 18- tot en met 24-jarigen, dan zijn er verschillen naar dagbesteding te zien, wat betreft hoe vaak ze onenigheid hebben over geld(zaken) met hun ouders. 18-plussers in het hoger onderwijs hebben minder
Omgaan met geld
vaak onenigheid met hun ouders dan gemiddeld: 83 procent geeft aan zelden of nooit ruzie te hebben, tegen 78 procent gemiddeld.
Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Daarnaast zitten er verschillen tussen uitwonende en thuiswonende studenten. Studenten die op zichzelf wonen, hebben minder vaak onenigheid met hun ouders dan studenten die thuis wonen: 83 procent heeft zelden of nooit onenigheid, tegen 77 procent van de thuiswonende studenten.
Praten over geldzaken Tabel 31:
Vragen en hulp bij geldzaken
Percentage jongeren dat wel eens ruzie of onenigheid met zijn ouders heeft over geld(zaken), naar dagbesteding en woonsituatie
Nooit %
Zelden %
Soms %
Vaak %
Altijd %
Mbo
35
41
22
2
0
Hoger onderwijs
53
30
13
3
1
Werkend
51
24
22
2
1
48
30
18
3
1
Thuiswonend
42
35
20
3
0
Uitwonend
56
27
13
4
0
46
33
18
3
0
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Dagbesteding
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Totaal (n=827) Woonsituatie
Totaal (n=557)
55
Aan de jongeren die hebben aangegeven dat ze wel eens ruzie of onenigheid met hun ouders hebben, is gevraagd
Inhoudsopgave
waarover de ruzie dan gaat (tabel 32). De meeste ruzies gaan over waar de jongeren hun geld aan uitgeven, hoeveel geld ze uitgeven en dat ze hun geld te gemakkelijk uitgeven. Ouders vinden dan vaak dat de aankoop niet verstandig, te
Samenvatting en conclusie
impulsief, te duur of onnodig was. Een ander onderwerp dat vaak terugkomt is de financiële bijdrage die de ouders geven. De jongeren vinden in dit geval dat ze te weinig geld krijgen. Ook komt het spaargedrag vaker terug: ouders vinden dat de
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
jongeren (meer) moeten gaan sparen. Tabel 32:
Onderwerpen waarover jongeren ruzie of onenigheid met hun ouders hebben (meerdere antwoorden mogelijk) (n=353)
% Waar ik mijn geld aan uitgeef
41
Sparen
Hoeveel geld ik uitgeef
31
Lenen, schulden en financiële problemen
Omdat ik in de winkel makkelijk iets koop
26
Hoeveel geld mijn ouders aan mij geven (bijv. als zakgeld, kleedge ld of bijdrage aan de studie)
23
Praten over geldzaken
Omdat ik (meer) moet gaan werken
19
Over grote uitgaven
18
Mijn spaargedrag
15
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Omdat ik niet weet waar mijn geld aan op gaat
9
Omdat ik makkelijk geld aan anderen uitleen
7
Anders
7
Hoeveel ik leen bij anderen en/of rood sta
6
Wel of niet lenen voor de studie (bij DUO)
6
Omdat ik te zuinig ben/niks durf uit te geven
5
Hoeveel ik moet betalen aan de kosten in huis (kostgeld)
5
Omdat ik te veel werk
4
56
6.4
Ouders als voorbeeld
Inhoudsopgave
Tabel 33 geeft het percentage jongeren weer voor wie de ouders een voorbeeld zijn (geweest) voor de manier waarop ze
Samenvatting en conclusie
met geld omgaan. Driekwart van de jongeren beschouwt zijn of haar ouders als een voorbeeld voor de manier waarop ze
Inleiding
met geld omgaan. Jongeren tussen de 18 en 24 jaar vinden dit minder vaak dan jongeren tussen de 12 en 17 jaar: 72 tegen 79 procent. Een mogelijke verklaring voor het feit dat de 18-plussers hun ouders minder vaak als een voorbeeld zien is dat
De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
zij inmiddels al een eigen manier van omgaan met geld hebben ontwikkeld, die verschilt van de manier van hun ouders. Als we inzoomen op de groep 18-plussers, dan zijn er verschillen naar dagbesteding te zien. Jongeren in het hoger onderwijs geven vaker dan gemiddeld aan dat hun ouders een voorbeeld zijn geweest (78 procent), terw ijl werkenden het hier minder vaak mee eens zijn (67 procent). Ook tussen thuis- en uitwonende studenten zitten verschillen. Thuiswonende studenten zien hun ouders minder vaak als een voorbeeld dan uitwonende studenten, 74 tegen 82 procent.
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
57
Inhoudsopgave
Tabel 33:
Percentage jongeren waarvoor de ouders een voorbeeld zijn (geweest) voor de manier waarop ze met geld omgaan , naar achtergrondkenmerken
Samenvatting en conclusie Inleiding
% Leeftijd
De financiële situatie in zijn algemeen
12 t/m 14 jaar
79
15 t/m 17 jaar
79
18 t/m 24 jaar
72
Totaal (n=1.511)
75
Omgaan met geld Mbo
72
Sparen
Dagbesteding
Hoger onderwijs
78
Lenen, schulden en financiële problemen
Werkend
67
Totaal (n=827)
Praten over geldzaken
Woonsituatie
Vragen en hulp bij geldzaken Totaal (n=557)
72 Thuiswonend
74
Uitwonend
82 76
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
58
Inhoudsopgave
7 Vragen en hulp bij geldzaken
Samenvatting en conclusie
Dit hoofdstuk gaat in op de vraag in hoeverre jongeren vragen hebben over geldzaken en , zo ja, over welke onderwerpen.
Inleiding
Vervolgens wordt bekeken van wie ze het meeste leren over geldzaken. Ten slotte zien we welke rol de banken vervullen bij het leren omgaan met geld: hoe en bij welke onderwerpen ondersteun en de banken de jongeren?
De financiële situatie in zijn algemeen
7.1
Omgaan met geld
Onderwerpen waarover men vragen heeft
De jongeren konden aangeven over welke onderwerpen wat betreft geldzaken zij wel eens vragen of behoefte aan informatie hadden. Van alle jongeren heeft 73 procent wel eens vragen over geldzaken , 27 procent geeft aan nooit vragen
Sparen
te hebben.
Lenen, schulden en financiële problemen
Het percentage jongeren dat vragen heeft neemt toe met de leeftijd. Van de 18-plussers heeft 78 procent wel eens vragen over geldzaken, tegen 60 procent van de 12- tot en met 14-jarigen.
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
De top 3 van onderwerpen waar jongeren van 12 tot en met 14 jaar de meeste vragen over hebben zijn: 1. Baantjes, werk en salaris (32 procent) 2. 3.
Bijdrage van de ouders (26 procent) Mobiele telefoon (20 procent)
De top 3 van onderwerpen van jongeren van 15 tot en met 17 jaar is vergelijkbaar met die van 12 tot en met 14 jaar, alleen de percentages van de jongeren die er vragen over hebben verschillen: 1. 2.
Baantjes, werk en salaris (51 procent) Bijdrage van de ouders/Mobiele telefoons (beide 26 procent)
3.
Belasting betalen en terugvragen (25 procent)
De top 3 van onderwerpen waar jongeren van 18 tot en met 24 jaar de meeste vragen over hebben zijn: 1. Studiefinanciering (33 procent) 2.
Op jezelf wonen en de kosten daarvan (32 procent)
3.
Belasting betalen en terugvragen/Baantjes, werk en salaris (beide 31 procent)
59
Minder dan 10 procent van de jongeren heeft vragen over:
Inhoudsopgave
Het betalen van rekeningen
Rood staan
Samenvatting en conclusie
Hoe kan ik voorkomen dat ik teveel koop omdat het goedkoper is (aanbieding)
Inleiding
Waar kan ik betrouwbare informatie over geldzaken vinden
De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Alle genoemde onderwerpen en het percentage jongeren dat daar vragen over had zijn te vinden in bijlage 3. Jongens en meisjes hebben even vaak vragen over de meeste onderwerpen. Over een aantal onderwerpen hebben meisjes meer vragen dan jongens. Dat zijn: minder uitgaven, goedkoop leuke dingen doen, werk, belasting, huis kopen en hypotheek. Van de jongeren van 18 jaar en ouder hebben mbo-studenten en werkende jongeren minder vaak vragen dan studenten in het hoger onderwijs: respectievelijk 74 en 70 procent, tegen 82 procent van de hbo- en wo-studenten. Van de studenten heeft een groter gedeelte van de uitwonende studenten vragen dan van de thuiswonenden: 84 tegen 74 procent. Uitwonende studenten hebben vooral meer vragen over minder uitgeven, goedkoop leuke dingen doen, belastingen, lenen en rood staan.
Overzicht over geldzaken 7.1.1
Vragen over geldzaken en praten met ouders
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
In tabel 34 is het verschil te zien tussen jongeren die wel en geen vragen hebben over geldzaken , als wordt gekeken naar hoeveel ze met hun ouders praten. Jongeren die wel vragen hebbe n, praten vaker met hun ouders over geldzaken dan
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
jongeren die nooit vragen hebben: 10 procent van de jongeren met vragen praat nooit met zijn ouders, tegen 23 procent van de jongeren zonder vragen. Een mogelijke verklaring is dat jongeren die meer vragen hebben meer met geldzaken bezig
Bijlage 3: Geldvragen
zijn en daar dus ook vaker over praten met hun ouders.
60
Tabel 34:
Percentage jongeren dat met zijn ouders over geldzaken praat, naar het hebben van vragen over geldzaken (n=1.511)
(Bijna) nooit
Een paar keer per jaar
1-2x per maand
1-2x per week
Bijna elke dag
%
%
%
%
%
Nooit vragen
23
18
39
18
2
Wel vragen
10
18
44
24
4
Totaal
14
18
42
22
4
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
7.2
Sparen
De jongeren kregen een lijstje van zes personen en/of instellingen voorgelegd van wie of waar zij over geldzaken kunnen
Leren over geldzaken
leren. Dat waren: ouders, vrienden, bank, school, werk en media. Per persoon en/of instelling moesten ze aangeven of zij Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
daarvan hadden geleerd over geld en geldzaken. De ouders blijken veruit de belangrijkste leerbron voor jongeren wat betreft geld en geldzaken: 89 procent van de jongeren noemt hen. Dit geldt voor alle leeftijden, ook al wordt de betekenis van ouders kleiner naarmate de jongere ouder wordt.
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken
Bijna de helft van de jongeren noemt de school of studie als de instelling waar ze over geldzaken leren. Na de ouders is dit de belangrijkste bron waar de jongeren over geldzaken leren. Ook hier neemt het percentage af met de leeftijd.
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Het percentage dat van vrienden en banken leert over geldzaken, neemt juist toe met de leeftijd. Van de 12 - tot en met 14Bijlage 2: Inkomsten jongeren
jarigen leert 21 procent over geldzaken van een bank, tegen 47 procent van de 18- tot en met 24-jarigen.
Bijlage 3: Geldvragen
61
Tabel 35:
Percentage jongeren dat van de volgende personen/plaatsen over geldzaken leert, naar leeftijd (n=1 .511)
12 t/m 14 jaar
15 t/m 17 jaar
18 t/m 24 jaar
Totaal
%
%
%
%
Ouders
96
94
84
89
Vrienden
35
46
53
47
Banken
21
34
47
38
Op school/tijdens de studie
56
57
43
49
7
26
34
26
23
33
35
32
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
Op het werk
Sparen
De media
Lenen, schulden en financiële problemen
Studenten van 18 jaar en ouder in het hoger onderwijs leren meer van vrienden dan leeftijdsgenoten die een mbo-opleiding
Praten over geldzaken
volgen of werken: 64 procent tegen respectievelijk 42 en 44 procent. Uitwonende studenten (mbo, hbo of wo) leren ook weer meer van vrienden dan thuiswonenden (68 tegen 50 procent).
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
62
Inhoudsopgave
7.3
Hulp van de banken bij het omgaan met geld
7.3.1
Gebruik van diensten van de banken
Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Circa een kwart van de jongeren maakt gebruik van de informatie op de website en van nieuwsbrieven van de banken. Hierbij geldt duidelijk dat hoe ouder de jongere is, hoe meer gebruik hij of zij maakt van dergelijke diensten die de banken aanbieden. Nog geen 10 procent van de 12- tot en met 14-jarigen maakt gebruik van informatie op de website van de banken, tegen bijna 4 op de 10 jongeren van 18 tot en met 24 jaar.
Omgaan met geld Sparen
Tabel 36:
Percentage jongeren dat gebruik maakt van specifieke diensten van de banken (n=1.481)
12 t/m 14 jaar %
15 t/m 17 jaar %
18 t/m 24 jaar %
Totaal %
Online huishoudboekje
3
3
10
7
Praten over geldzaken
Nieuwsbrieven en e-mails van de bank
8
14
29
21
Vragen en hulp bij geldzaken
Informatie op de website
9
23
38
28
Overzicht over geldzaken
Het gebruik van de diensten van hun bank verschilt niet tussen thuis- en uitwonende studenten, studerende en werkende
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
18-plussers of tussen jongens en meisjes. Het enige verschil is dat jongens meer gebruik maken van het online huishoudboekje dan meisjes (10 tegen 4 procent).
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
7.3.2
Lenen, schulden en financiële problemen
Bijlage 3: Geldvragen
Onderwerpen waarbij de banken helpen om met geld om te gaan
Bijna de helft van de jongeren (46 procent) geeft aan niets te leren van zijn of haar bank als het om geld en geldzaken gaat. Hoe ouder de jongeren worden, hoe vaker ze ervaren dat hun bank wel helpt bij het leren omgaan met geld (zie tabel 37). De drie onderwerpen waarbij jongeren het meest ervaren dat hun bank hen meehelpt met geldzaken om te gaan zijn: 1. 2.
Overzicht krijgen over de financiële situatie (inkomsten, uitgaven, spaargeld) (21 procent ) Inzicht geven in hoeveel ik uitgeef en Kennis/informatie over veilig pinnen en internetbankieren (beide 19 procent)
3.
Sparen en spaardoelen stellen (18 procent)
Deze onderwerpen sluiten nauw aan bij de kerntaken van de bank en.
63
Inhoudsopgave
Tabel 37:
Onderwerpen waarmee de banken jongeren helpen met geld om te gaan (meerdere antwoorden mogelijk) (n=1.511)
12 t/m 14 jaar
15 t/m 17 jaar
18 t/m 24 jaar
Totaal
%
%
%
%
13
22
25
21
4
8
7
7
Inzicht te geven in hoeveel ik uitgeef
11
21
22
19
Lenen, schulden en financiële problemen
Sparen en spaardoelen stellen
15
15
20
18
Verleidingen de baas blijven
2
1
3
2
Praten over geldzaken
Kennis/informatie over werk en alles
7
3
3
4
12
18
22
19
5
4
7
5
-
7
14
12
12
9
7
7
Kennis/informatie over financiële verantwoordelijkheden
3
6
-
4
Kennis/informatie over geld besparen
5
3
5
5
4
5
-
5
Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
Overzicht te hebben over de financiële situatie (inkomsten, uitgaven, spaargeld) Uitgaven onder controle te houden/zorgen dat ik niet te veel uitgeef
Sparen
Vragen en hulp bij geldzaken
wat daarbij komt kijken Kennis/informatie over veilig pinnen en
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
internetbankieren Kennis/informatie over zakgeld en kleedgeld Kennis/informatie over rood staan Kennis/informatie over lenen
en goedkoop leuke dingen doen (met budgettips) Inzicht te krijgen in de inkomsten en uitgaven
64
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Inzicht te geven in de kosten van studeren
-
-
4
4
Kennis/informatie over studiefinanciering
-
-
6
6
Inzicht te geven in de kosten van op jezelf wonen
-
-
5
5
Kennis/informatie over het kopen van
-
-
9
9
3
4
1
2
58
50
40
46
een huis en afsluiten van een Omgaan met geld
hypotheek
Sparen
Anders
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Ik leer niets van de bank
7.3.3
Meer hulp van de bank bij het omgaan met geldzaken?
Aan de jongeren is gevraagd in hoeverre zij vinden dat hun bank nog meer kan doen om hen te helpen bij de financiën en geldzaken. De helft van de jongeren heeft daar geen uitgesproken mening over , ze weten niet of hun bank nog meer kan doen. De helft van de jongeren van 18 tot en met 24 jaar vindt dat de bank niet nog meer kan doen om hen te helpen bij het omgaan met geld, tegen 33 procent van de 12- tot en met 14-jarigen. Jongere jongeren geven vaker aan dat ze niet weten of hun bank nog meer kan helpen. Dit verschil is begrijpelijk, aangezien oudere jongeren al meer gebruik maken van de hulp die de banken bieden, waardoor ze beter weten op welke gebieden de bank en helpen.
Bijlage 3: Geldvragen
65
Tabel 38:
In hoeverre jongeren vinden dat hun bank nog meer kan doen om te helpen met financiën en geldzaken (n=1.511)
12 t/m 14 jaar %
15 t/m 17 jaar %
18 t/m 24 jaar %
Totaal %
5
12
9
9
Nee
33
35
49
42
Weet ik niet
62
53
42
49
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Ja
Waarom men het niet weet De belangrijkste redenen dat jongeren (n=745) niet weten of hun bank nog meer hulp kan bieden bij geldzaken van jongeren, is vanwege het feit dat ze:
Niet weten wat hun bank momenteel al aanbiedt en doet (40 procent)
Geen behoefte aan hulp te hebben (31 procent)
Nooit iets van hun bank horen (27 procent)
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken
Jongeren van 12 tot en met 14 jaar geven relatief vaak aan (22 procent, tegen 13 procent van de 15 - tot en met 17-jarigen en 6 procent van de 18-plussers) dat ze niet met geldzaken bezig zijn en om die reden niet weten of hun bank nog meer hulp kan bieden. Ook geven 12- tot en met 17-jarigen relatief vaak aan dat hun bank alleen handig is voor de betaal-en/of spaarrekening (22/24 procent tegen 14 procent van de 18-plussers).
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Wat de banken nog meer aan hulp kunnen bieden
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Aan de jongeren die aangaven dat hun bank nog meer kan doen, is gevraagd op welke manier of bij welke onderwerpen de bank dat kan doen. Het belangrijkste dat hieruit naar voren kwam was:
Bijlage 3: Geldvragen
Meer tips en informatie geven, via email en de website o Informatie bieden in de vorm van brochures of filmpjes op internet o o
Informatie aanbieden over budgettips et cetera Meer vragen naar waar je informatie over zou willen hebben en dan verwijzen naar waar je die informatie
o
kunt vinden duidelijke informatie geven per onderwerp
o
budgettips, spaartips en spaardoelen, en het vooral eens melden via de email, niet alleen via de website , als er iets te leren valt
66
Inhoudsopgave
Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Meer alarmering/melding als de bank een bepaalde financiële situatie constateert op de rekening van de jongere: o Waarschuwing bij een afschrift als je meer uitgeeft dan er inkomt (of als er een bepaald nettobedrag wordt overschreden) o o
Zeggen als je in het rood staat of meteen vertellen als je grote uitgaven of inkomsten hebt gehad Meldingen geven als je maandelijks meer uitgeeft dan er binnenkomt
o
Een systeem opstellen waarbij je een melding krijgt als je ineens veel meer gaat uitgeven dan normaal,
o
zodat ze je daarop attent kunnen maken Alarm slaan, misschien per sms naar je mobiel, wanneer je lopende rekening onder een bepaald bedrag
o
komt Een melding geven als je richting de nulgrens gaat
Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Meer tips, hulp en informatie over sparen: o Sparen en uitgavenpatroon in kaart te brengen o Spaarplannen voor studeren maken o o
Meer tips over sparen Een goed en haalbaar spaarprogramma opzetten
o
Een e mail sturen met tips voor sparen en het minder uitgeven van geld
o
De mogelijkheid creëren dat mensen in een spaarrekening een doel maken en dan geld op dat doel kunnen zetten zonder een extra rekening te moeten openen
o o
Brieven sturen hoe je het best kunt sparen Beste spaarrente mogelijkheid geven
o
Jongeren adviseren over sparen
Bijlage 3: Geldvragen
67
Inhoudsopgave
8
Samenvatting en conclusie
In dit hoofdstuk wordt bekeken hoe jongeren overzicht hebben over hun geldzaken. Vragen die hierbij worden beantwoord
Inleiding
zijn: Hoe vaak bekijken ze hun banksaldo? Weten ze hoeveel geld er op de rekening staat? Maken ze gebruik van internetbankieren en de mobiel bankieren app? Controleren ze hun rekeningen en zorgen ze dat de rekeningen op tijd
De financiële situatie in zijn algemeen
Overzicht over geldzaken
worden betaald?
8.1
Saldo controleren
Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken
Iets meer dan de helft van de jongeren bekijkt hun banksaldo minsten s één keer per week. Bijna 20 procent zegt minder dan één keer per maand of nooit te kijken. Hoe ouder de jongeren worden, hoe vaker ze hun banksaldo bekijken (tabel 39). Van de 18- tot en met 24-jarigen bekijkt 71 procent minstens één keer per week hun banksaldo. Slechts 5 procent checkt minder dan één keer per maand of nooit zijn of haar banksaldo. Bij jongeren van 12 tot en met 14 jaar en 15 tot en met 17 jaar ligt dit percentage veel hoger: respectievelijk 51 en 22 procent. Tabel 39:
Percentage jongeren dat zijn banksaldo bekijkt, naar leeftijd (n=1.511)
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
12 t/m 14 jaar
15 t/m 17 jaar
18 t/m 24 jaar
Totaal
%
%
%
%
Minimaal 1x per dag
1
4
15
9
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Een paar keer per week
6
18
35
25
Bijlage 3: Geldvragen
Minimaal 1x per week
10
16
21
17
Minimaal 1x per 2 weken
13
19
14
15
Minimaal 1x per maand
14
20
10
13
Minder dan 1x per maand
28
12
4
11
Nooit
23
10
1
8
5
1
1
2
Ik heb geen eigen betaalrekening
68
Uitwonende studenten bekijken hun banksaldo vaker dan thuiswonende studenten. 64 procent van de thuiswonende
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie
studenten checkt zijn banksaldo minstens één keer per week, tegen 80 procent van de uitwonende studenten. 8.1.1
Redenen om het banksaldo niet te controleren
Inleiding
Aan de jongeren die aangeven dat ze hun banksaldo niet bekijken is gevraagd wat hier de reden voor is. De belangrijkste reden is dat ouders of anderen hun bankafschriften in de gaten houden, 45 procent zegt dat dit het geval is. Andere
De financiële situatie in zijn algemeen
redenen die worden genoemd zijn dat ze weten dat er voldoende op staat /dat het goed zit (35 procent) en omdat ze de bankrekening weinig of nooit gebruiken (30 procent). In tabel 40 zijn de redenen in een tabel weergegeven.
Omgaan met geld
Tabel 40:
Redenen waarom jongeren hun banksaldo niet bekijken (meerdere antwoorden mogelijk) (n=287)
%
Sparen Mijn ouders of anderen bekijken mijn bankafschriften
45
Ik weet dat er voldoende op staat/dat het goed zit
35
Ik gebruik mijn bankrekening weinig of nooit
30
Geen interesse
19
Vragen en hulp bij geldzaken
Andere prioriteiten
10
Overzicht over geldzaken
Geen tijd
3
Anders
3
Te moeilijk om te begrijpen
1
Ik zie er tegenop om het saldo te bekijken
0
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Jongeren van 18 tot en met 24 jaar geven vaker dan gemiddeld als reden dat ze andere prioriteiten hebben (20 tegen 10 procent) en dat ze weten dat het goed zit (53 tegen 35 procent). Ze geven minder vaak aan dat ouders of andere n hun bankschriften bekijken (27 tegen 45 procent). Het percentage jongeren dat aangeeft vaak of altijd te weten hoeveel geld er op de rekening staat, is een stuk hoger dan het percentage jongeren dat minstens één keer per week zijn of haar banksaldo bekijkt. 81 procent zegt vaak of altijd te weten hoeveel geld er op de bankrekening staat en 14 procent zegt het soms te weten. Slechts 5 procent geeft aan het nooit of zelden te weten.
69
In tabel 41 is het percentage jongeren dat weet hoeveel geld er op de rekening staat uitgesplitst naar leeftijd . 67 procent
Inhoudsopgave
van de 12- tot en met 14-jarigen weet vaak of altijd hoeveel er op de rekening staat, tegen 87 procent van de 18- tot en met 24-jarigen.
Samenvatting en conclusie Tabel 41:
Percentage jongeren dat weet hoeveel geld er op de rekening staat, naar leeftijd (n=1.511)
Inleiding
Nooit
Zelden
Soms
Vaak
Altijd
%
%
%
%
%
12 t/m 14 jaar
3
6
24
44
23
Omgaan met geld
15 t/m 17 jaar
1
4
15
50
31
Sparen
18 t/m 24 jaar
2
2
9
52
35
2
3
14
50
31
De financiële situatie in zijn algemeen
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Leeftijd
Totaal
8.2
Internetbankieren
In tabel 42 is weergegeven hoeveel jongeren gebruik maken van internetbankieren. Er is ook gekeken of er verschil is naar achtergrondkenmerken.
Overzicht over geldzaken Gemiddeld maakt 77 procent van de jongeren gebruik van internetbankieren. Dit is nagenoeg gelijk aan 2013, toen 76 Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
procent aangaf gebruik te maken van internetbankieren. Meisjes maken iets meer gebruik van internetbankieren dan jongens (79 tegen 74 procent). Daarnaast zijn er grote verschillen te zien tussen de leeftijden: hoe jonger ze zijn, hoe minder ze gebruik maken van internetbankieren. 38 procent van de 12- tot en met 14-jarigen gebruikt internetbankieren, 70 procent van de 15- tot en met 17-jarigen en 95 procent van de 18- tot en met 24-jarigen.
70
Tabel 42:
Percentage jongeren dat gebruik maakt van internetbankieren, naar leeftijd (n=1.511)
%
Inhoudsopgave Geslacht Samenvatting en conclusie Inleiding
Leeftijd
De financiële situatie in zijn algemeen
Jongen
74
Meisje
79
12 t/m 14 jaar
38
15 t/m 17 jaar
70
18 t/m 24 jaar
95
Omgaan met geld
Totaal
Sparen
8.2.1
Lenen, schulden en financiële problemen
Aan de jongeren die geen gebruik maken van internetbankieren is gevraagd waarom ze er geen gebruik van maken (tabel 43). De meeste jongeren hebben het (nog) niet nodig of hebben er geen behoefte aan. Ook wordt een aantal keer genoemd
Praten over geldzaken
dat ze het niet mogen van hun ouders. Niet alle gegeven antwoorden zijn direct in een categorie in te delen. Sommige antwoorden komen slechts enkele keren
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
77 Redenen om geen gebruik te maken van internetbankieren
voor of zijn lastig te labelen, omdat het aan de interpretatie van de jongeren zelf ligt wat ze hieronder verstaan. Een aantal terugkerende antwoorden bij de categorie ‘anders’ zijn:
Mijn ouders doen dat voor me
Ik doe het samen met mijn ouders
Ik ben er nog niet oud genoeg voor
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
71
Tabel 43:
Redenen waarom jongeren internetbankieren niet gebruiken (meerdere antwoorden mogelijk) (n=344)
%
Inhoudsopgave Ik heb het (nog) niet nodig
40
Ik heb er geen behoefte aan
28
Inleiding
Ik mag niet van mijn ouders
16
De financiële situatie in zijn algemeen
Anders
8
Weet ik niet
7
Omgaan met geld
Ik heb nog geen pinpas
6
Dat kan niet bij mijn type bankrekening
6
Ik snap niet hoe het werkt
6
Lenen, schulden en financiële problemen
Ik doe alles via de mobiel bankieren app
4
Ik wist niet dat dat kon
3
Praten over geldzaken
Ik vind het onveilig
3
Vragen en hulp bij geldzaken
Ik ben mijn wachtwoord en/of benodigdheden voor het internetbankieren kwijt
1
Overzicht over geldzaken
8.3
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
In tabel 44 is het percentage jongeren dat gebruik maakt van de mobiel bankieren app weergegeven. Minder dan de helft
Samenvatting en conclusie
Sparen
Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Gebruik mobiel bankieren app
van de jongeren (42 procent) maakt gebruik van de mobiel bankieren app. Het gebruik is wel licht toegenomen ten opzichte van 2013, toen gaf 39 procent aan gebruik te maken van een mobiel bankieren app. Het gebruik neemt sterk toe met de leeftijd: 13 procent van de 12 - tot en met 14-jarigen maakt gebruik van de app, 28 procent van de 15- tot en met 17-jarigen en 58 procent van de 18- tot en met 24-jarigen. Er is ook een verschil te zien tussen uit- en thuiswonende studenten. Uitwonende studenten maken meer gebruik van de app dan thuiswonende studenten: 62 tegen 50 procent.
72
Tabel 44:
Percentage jongeren dat gebruik maakt de mobiel bankieren app (n=1.511)
%
Inhoudsopgave Leeftijd Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
12 t/m 14 jaar
13
15 t/m 17 jaar
28
18 t/m 24 jaar
58
Totaal (n=1.511) Woonsituatie
Omgaan met geld
42 Thuiswonend
50
Uitwonend
62
Totaal (n=557)
54
Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
8.3.1
Tevredenheid
Aan de jongeren die gebruik maken van de mobiel bankieren app is gevraagd o f ze tevreden zijn met de app. Ruim 80 Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
procent van de jongeren is tevreden met de mobiel bankieren app zoals die nu is. Ze vinden de app handig omdat hij snel is en je hem altijd bij de hand hebt. Hierdoor kunnen ze hun saldo overal en snel checken en kunn en ze, zo nodig, geld terugboeken van hun spaarrekening. Ook vinden ze het fijn dat als ze geld van vrienden lenen, ze dat meteen kunnen overmaken. Daarnaast vinden ze de app gemakkelijk in gebruik en noemen enkele jongeren als reden dat ze het prettig vinden dat ze alleen een wachtwoord nodig hebben (in plaats van tan-codes, random readers en e.dentifiers). Van de jongeren die gebruik maken van de mobiel bankieren app, geeft 14 procent aan niet te weten wat ze nog meer met de app zouden willen doen en slechts 6 procent geeft aan iets te willen veranderen aan de app. Die jongeren geven aan dat ze de app ook graag zouden willen gebruiken om te kunnen afrekenen in (online) winkels. Zij willen niet meer pinnen met hun pinpas of betalingen via iDeal doen. Ook komt een aantal keren naar voren dat ze geen hulpmiddelen, zoals random readers, tan-codes en e.dentifiers, meer willen gebruiken voor bepaalde acties. 8.3.2
Redenen om geen gebruik te maken van de mobiel bankieren app
Aan de jongeren die geen gebruik maken van de mobiel bankieren app is gevraagd waarom ze dat niet doen. De belangrijkste reden is omdat ze er geen behoefte aan hebben of omdat ze het niet nodig hebben. Ook vindt een gedeelte het onveilig. In tabel 45 staan nog een aantal redenen genoemd voor het niet gebruiken van de app.
73
Niet alle gegeven antwoorden zijn direct in een categorie in te delen. Sommige antwoorden komen slechts enkele keren
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding
voor of zijn lastig te labelen, omdat het aan de interpretatie van de jongere n zelf ligt wat ze hieronder verstaan. Een aantal terugkerende antwoorden bij de categorie ‘anders’ zijn:
Ik ben er nog niet oud genoeg voor
Het werkt niet (goed) op mijn mobiele telefoon
De financiële situatie in zijn algemeen
Tabel 45:
Omgaan met geld
Ik heb er geen behoefte aan
43
Ik heb het niet nodig
30
Ik vind het onveilig
24
Lenen, schulden en financiële problemen
Ik heb geen smartphone of tablet waarop ik de app kan zien
11
Bij het internetbankieren via de computer heb je meer mogelijkheden
10
Praten over geldzaken
Ik mag niet van mijn ouders
8
Vragen en hulp bij geldzaken
Weet ik niet
7
Ik snap niet hoe het werkt
5
Ik wist niet dat dat kon (dat die app bestond)
5
Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Anders
4
Ik heb nog geen pinpas
3
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
Dat biedt mijn bank niet aan
1
Sparen
Overzicht over geldzaken
Redenen waarom jongeren geen gebruik maken van de mobiel bankieren app (meerdere antwoorden mogelijk) (n=865)
%
Bijlage 3: Geldvragen
8.4
Controleren en betalen van rekeningen
Bijna de helft van de jongeren (46 procent) geeft aan wel eens rekeningen te krijgen. Het percentage jongeren dat rekeningen ontvangt neemt flink toe met de leeftijd: 12 procent van de 12 - tot en met 14-jarigen, 34 procent van de 15- tot en met 17-jarigen en 78 procent van de 18- tot en met 24-jarigen ontvangt wel eens een rekening.
74
Als we kijken naar de groep 18- tot en met 24-jarigen, dan zit er ook nog verschil in het ontvangen van rekeningen per
Inhoudsopgave
dagbesteding. Werkenden ontvangen het vaakst rekeningen (86 procent). Opvallend is dat jongeren in het hoger onderwijs minder vaak dan gemiddeld aangeven rekeningen te ontvangen (75 tegen 79 procent). Daarnaast ontvangen uitwonende
Samenvatting en conclusie
studenten vaker rekeningen dan thuiswonende student en (79 tegen 69 procent).
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen
In tabel 46 zijn de reacties van jongeren die rekeningen ontvangen weergegeven, op twee stellingen die gaan over rekeningen. 78 procent van de jongeren geeft aan dat ze vaak of altijd controleren of de rekeningen kloppen. 10 procent zegt dit zelden of nooit te doen. Daarnaast zegt een ruime meerderheid de rekeningen vaak of altijd op tijd te betalen (91 procent). Tabel 46:
Stellingen over rekeningen (n=810)
Nooit %
Zelden %
Soms %
Vaak %
Altijd %
Ik controleer of de rekeningen kloppen
3
7
11
26
52
Ik betaal mijn rekeningen op tijd
1
2
6
25
66
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken
Van de jongeren die rekeningen ontvangen controleren 18- tot en met 24-jarigen vaker dan gemiddeld of de rekeningen Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
kloppen (80 procent). 12- tot en met 14-jarigen doen dit minder vaak dan gemiddeld (65 procent). 15- tot en met 17-jarigen geven aan hun rekeningen minder vaak op tijd te betalen dan gemiddeld (85 tegen 91 procent). Van de 18-plussers controleren jongeren in het hoger onderwijs vaker dan gemiddeld rekeningen op juistheid (84 tegen 80 procent). Jongeren van 18 jaar en ouder die hun rekeningen vaak of altijd controleren op juistheid, hebben minder vaak betalingsachterstanden dan jongeren die dat niet doen: 14 procent tegen 44 procent.
75
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Bijlage 1 - Onderzoeksverantwoording Doelgroep
Jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 24 jaar.
Het gaat zowel om middelbare scholieren, studenten (mbo, hbo en wo)als werkenden.
Netto steekproef Omgaan met geld
1.511 respondenten
Sparen
De netto steekproef is representatief voor jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 24 jaar in Nederland. Het onderzoek is representatief qua leeftijd, opleiding, geslacht en dagbesteding (school, studie of werkend).
Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
Werving respondenten
Online vragenlijst via het StemPunt-panel van Motivaction en het panel van Opinieland van Survey Sampling International.
Vragen en hulp bij geldzaken Veldwerkperiode Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
20 juni tot en met 1 juli 2014
Achtergrondkenmerken Bij de vragen is gekeken naar de samenhang met de volgende achtergrondkenmerken:
Geslacht
Leeftijd: 12 tot en met 14 jaar, 15 tot en met 17 jaar en 18 tot en met 24 jaar
Dagbesteding: bij de jongeren van 18 tot en met 24 jaar is gekeken of er verschillen zijn tussen de mbo-studenten, hbo-en wo-studenten en de werkenden
Woonsituatie: bij de (mbo-, hbo- en wo-) studenten is gekeken of er een verschil zit tussen de thuiswonenden en uitwonenden
In het rapport worden de verschillen naar achtergrondkenmerken alleen genoemd als ze significant zijn.
76
Voorgaand onderzoek
Inhoudsopgave
In december 2013 heeft het Nibud voor de Rabobank een vergelijkbaar onderzoek uitgevoerd. Indien relevant wordt een vergelijking met de cijfers uit het voorgaande onderzoek gemaakt.
Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
Presentatie tabellen In de tabellen waarin verschillen naar achtergrondkenmerken staan, betekent:
Normale weergave: niet significant
Schuin: significant, de specifieke groep wijkt duidelijk (significant) af van het gemiddelde
Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Achtergrondkenmerken Tabel 1 beschrijft de achtergrondkenmerken van de jongeren, zoals deze worden gebruikt in de rapportage.
Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
77
Tabel 47:
Achtergrondkenmerken (n=1.511)
%
Inhoudsopgave Jongens
51
Meisjes
49
12 t/m 14 jaar
23
15 t/m 17 jaar
23
18 t/m 24 jaar
55
Middelbare school
41
Mbo
13
Praten over geldzaken
Hoger onderwijs
24
Vragen en hulp bij geldzaken
Werkend
17
Samenvatting en conclusie
Geslacht
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Leeftijd
Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Dagbesteding
Anders
Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Dagbesteding 18-plussers (n=827)
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
5
Mbo
15
Hoger onderwijs
41
Werkend
30
Thuiswonend
79
Uitwonend
21
Thuiswonend
68
Uitwonend
32
Bijlage 3: Geldvragen Woonsituatie totaal
Woonsituatie studenten (n=557)
78
Inhoudsopgave
Bijlage 2 - De inkomenssituatie van jongeren
Samenvatting en conclusie Tabel 48 geeft de inkomstenbronnen van jongeren weer. Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld
Tabel 48:
De inkomenssituatie van jongeren
% Geld van ouders (n=1.511)
Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Zakgeld
45
Kleedgeld
17
Een bijdrage in de studiekosten en/of voor kamer (indien uitwonend)
16
Een bijdrage in de kosten van de zorgverzekering
14
Geld voor de vakantie
10
Ik krijg onregelmatig wel eens geld
24
Nee
24
Bijbaan (n=1.219) Andere inkomsten (n=1.219)
53 Studiefinanciering
32
Toeslagen (zorgtoeslag, huurtoeslag, etc.)
26
Inkomsten uit stage
8
Eigen bedrijf
1
Klusjes in en om het huis
10
Bepaalde activiteiten (verkopen spullen op internet, bijles, optreden bandje etc.)
21
Nee
44
79
Inhoudsopgave
In tabel 49 zijn de gemiddelde inkomsten van jongeren weergegeven.
Samenvatting en conclusie
Tabel 49:
Gemiddeld inkomen van jongeren, naar achtergrondvariabelen (excl. 0) (n=1.069)
Gemiddelde €
Mediaan €
Jongen
461
150
Meisje
444
240
12 t/m 14 jaar
38
26
15 t/m 17 jaar
130
100
18 t/m 24 jaar
786
600
Mbo
579
400
Hoger onderwijs
602
550
1368
1260
Thuiswonend
383
300
Uitwonend
801
738
453
200
Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen
Geslacht
Omgaan met geld
Leeftijd
Sparen Lenen, schulden en financiële problemen
Dagbesteding (n=561)
Praten over geldzaken
Werkend
Vragen en hulp bij geldzaken Woonsituatie (n=394) Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording
Totaal
Bijlage 2: Inkomsten jongeren
* 17 procent van de scholieren/studenten weet niet hoe hoog de gemiddelde inkomsten per maand zijn, 10 procent wil het niet zeggen. Van de werkenden weet 12 procent niet wat het inkomen is en 23 procent wil het niet zeggen. Deze jongeren zijn niet meegenomen in de berekening van het gemiddelde en de mediaan.
Bijlage 3: Geldvragen
80
Inhoudsopgave Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
Bijlage 3 - Vragen en informatiebehoefte over geldzaken Tabel 50:
Onderwerpen rondom geldzaken waarover jongeren vragen of behoefte aan informatie hebben (meerdere antwoorden mogelijk) (n=1.511)
12 t/m 14 jaar
15 t/m 17 jaar
18 t/m 24 jaar
Totaal
%
%
%
%
Uitkomen met mijn geld
9
9
11
10
Overzicht houden over wat ik krijg en uitgeef
5
13
14
12
Hoe ik kan voorkomen dat ik teveel koop omdat het goedkoper
5
10
7
7
2
9
10
8
8
12
13
12
Hoe ik goedkoop leuke dingen kan doen (budgettips)
16
22
18
19
De prijs en kwaliteit van producten
13
20
15
15
Bankzaken (bankrekening, internetbankieren, pinnen)
15
18
18
Sparen en spaarrekeningen
13
22
23
21
Werk, baantjes en salaris
32
51
31
36
Belasting betalen en terugvragen
4
25
31
24
Het betalen van rekeningen
4
9
9
8
20
26
18
20
is (aanbieding) Waar kan ik betrouwbare informatie over geldzaken vinden
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
Hoe kan ik minder uitgeven/geld besparen
Mobiele telefoon (bijv. kosten van abonnementen)
21
81
Inhoudsopgave
27
26
12
18
Studiefinanciering
-
-
33
33
Lenen (bijv. bij de bank of DUO)
-
-
18
18
Rood staan
-
-
8
8
Creditcard
-
-
13
12
Hypotheek en/of een huis kopen
-
-
18
18
Op jezelf wonen en de kosten daarvan
-
-
32
32
Anders
0
2
0
1
40
26
22
27
Bijdrage van de ouders (bijv. in de kosten van de studie of voor op jezelf wonen)
Samenvatting en conclusie Inleiding De financiële situatie in zijn algemeen Omgaan met geld Sparen Lenen, schulden en financiële problemen Praten over geldzaken
Ik heb nooit vragen of behoefte aan informatie over geldzaken
Vragen en hulp bij geldzaken Overzicht over geldzaken Bijlage 1: Onderzoeksverantwoording Bijlage 2: Inkomsten jongeren Bijlage 3: Geldvragen
82