Seminaries 2015-2016 Domein
Onderwerp
Eventuele toelichting
Bachelor C07D6A Rechtsgeschiedenis B, seminarie C07D7A Verbintenissenrecht, seminarie C07D8A Staatsrecht, seminarie C06D7A Administratief recht, seminarie C08D2A Handels- en economisch recht, seminarie C08D3A Personen- en familierecht, seminarie C08D5A Vennootschapsrecht, seminarie C08D6A Familiaal vermogensrecht, seminarie C05F4A ICT-recht, seminarie
“Methoden van het recht en de rechtsgeschiedenis” Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan) “Grondrechten in de meerlagige rechtsorde” Het “Gebruik van private procedés in het bestuursrecht” Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan) Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan) Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan) Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
“Overdracht van de onderneming”
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Relatievermogensrecht, erfrecht, giften Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Master C05F5A Gerechtelijk privaatrecht,
Veeleer dan onderwerpen gaat het om arresten die de studenten moeten
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
seminarie C05F6A Arbeidsrecht, seminarie C05F7A Socialezekerheidsrecht, seminarie C05F8A Bijzonder sociaal recht, seminarie C05F9A Internationaal recht, seminarie
C06F0A Europees recht, seminarie C06F1A Strafrecht, seminarie
C06F2A Strafprocesrecht, seminarie C06F3A Fiscaal recht, seminarie C06F4A Insolventierecht, seminarie C06F5A Internationaal privaatrecht, seminarie
annoteren. Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan) “Co-sourcing van personeel” “Evoluties en tendensen in het Belgische socialezekerheidsrecht” Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan) “Kwetsbare personen in het recht” Geen overkoepelend thema. De studenten kiezen een specifiek onderwerp op een verdelingssessie. Deze vindt plaats op 08/10/2015 Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan) Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
"verbeter de wereld, bots met het strafrecht" (algemeen strafrecht) en "nieuwigheden en wijzigingen in verband met straffen" (bijzonder strafrecht) "verval, nietigheid en onontvankelijkheid van de strafvordering" Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan) Zie toelichting als bijlage gehecht aan dit document (achteraan)
BIJLAGEN Bachelor
C06D7A Administratief recht, seminarie (Prof. S. Lierman) In het huidig academiejaar wordt er in het seminarie administratief recht gewerkt rond één centraal thema, namelijk het ‘Gebruik van private procedés in het bestuursrecht’. Binnen dit thema moet de student een onderzoek voeren naar het toepasselijke recht wanneer het bestuur gebruik maakt van private procedés, zoals de contractuele techniek. Dit onderzoek situeert zich aldus op de snijlijn van publiek- en privaatrecht. Het gaat hierbij onder meer om de volgende onderwerpen: 1. Openbaar en privaat domein: belang en toekomst van het onderscheid 2. Statuut van de ambtenaren: belang en toekomst van het onderscheid contractueel-statutair 3. Deelname van de overheid aan en oprichting van private rechtspersonen 4. Overeenkomsten tussen lokale besturen (intergemeentelijke samenwerking) 5. De Belgische tweewegenleer versus de Nederlandse doorkruisingsleer: verschillen en gelijkenissen 6. De domeinconcessie 7. De concessie van openbare dienst 8. Het beheerscontract 9. De arbitrageovereenkomsten 10. Het beleidscontract 11. De bemiddelingsovereenkomst … Daarnaast moet er binnen dit thema ook een onderzoek gebeuren naar de toepassing van bepaalde beginselen en leerstukken, met name: 12. De toepassing van de beginselen van behoorlijk bestuur op het contracteren door de overheid 13. De toepassing van de beginselen van openbare dienst op het contracteren door de overheid 14. De acte ‘détachable’
C07D7A Verbintenissenrecht, seminarie (Prof. S. Styns) Dit jaar kunnen de onderwerpen voor het seminarie verbintenissenrecht worden ondergebracht in twee verschillende luiken: het eerste luik focust op het contractenrecht en het tweede luik op het aansprakelijkheidsrecht. Voor elk van de twee luiken werd een hoofthema ontwikkeld: Voor het contractenrecht werd dit jaar gekozen voor het klassieke, maar in volle ontwikkeling zijnde thema van de contractuele remedies bij toerekenbare en ontoerekenbare tekortkomingen. De deelthema's spitsen zich toe op de rol van de partijen bij de toepassing van de remedies (ingebrekestelling, kennisgeving, het keuzerecht van de schuldeiser, de hiërarchie der remedies, de cumul van de remedies), de rol van de rechter bij het controleren van de remedies (buitengerechtelijke aanwending van de remedies, de bevoegdheden van de rechter bij overmacht, ontbinding…, de controle op het verbod op rechtsmisbruik en het ambtshalve opwerpen en toepassen van remedies), enkele kritische beschouwingen omtrent de remedies (de res perit domino-regel, de imprevisieleer…) en de remediëringsclausules en hun plaats in het keuzerecht van de schuldeiser (schadebedingen, uitdrukkelijk ontbindende bedingen, overmachtsbedingen…). Voor het aansprakelijkheidsrecht is gekozen voor het overkoepelende thema van het medische aansprakelijkheidsrecht. Het medische aansprakelijkheidsrecht is vandaag alomtegenwoordig in de actualiteit. Schadegevallen in de medische sector haalden de afgelopen jaren veelvuldig het nieuws. Te denken valt bijvoorbeeld aan implantaten van een bedenkelijke kwaliteit, een medicijn voor zuigelingen waarin per ongeluk methadon werd toegevoegd, een bestralingstoestel dat patiënten op de verkeerde plaats bestraalde… Bovendien is het medische aansprakelijkheidsrecht in volle ontwikkeling met de komst van het langverwachte Fonds voor Medische Ongevallen, de strengere regels voor esthetische chirurgie, de recente Cassatierechtspraak omtrent de wrongful life vordering… Dit thema behandelt onderwerpen die nagaan hoe de aansprakelijkheid van specifieke actoren in de gezondheidszorg, zoals vroedvrouwen, verpleegkundigen, esthetisch chirurgen, stagelopende studenten, apothekers, enz. wordt geregeld. Daarnaast komen ook onderwerpen aan bod die ingaan op recente ontwikkelingen in de rechtspraak en in de wetgeving. De studenten zullen kunnen kiezen uit een lijst van specifieke deelonderwerpen (zie hieronder) die op de eerste zitting worden toegelicht. Deelonderwerpen contractenrecht Overkoepeld thema: De contractuele remedies bij (on)toerekenbare tekortkoming Thema's over de ingebrekestelling, kennisgeving De ingebrekestelling van de schuldenaar door de schuldeiser
De kennisgevingsplicht en de ingebrekestellingsplicht bij (on)toerekenbare tekortkomingen: een vergelijking
Thema's over de rol van partijen Het keuzerecht van de schuldeiser bij contractuele wanprestatie (right to cure, hiërarchie der remedies) De hiërarchie der remedies bij contractuele wanprestatie (ontbinding, uitvoering in natura en uitvoering bij equivalent en evt.
prijsvermindering) Het keuzerecht van de schuldeiser bij overmacht in wederkerige niet-eigendomsoverdragende contracten (res perit debitori-regel) Cumulatie van de verschillende contractuele remedies (ontbinding, uitvoering in natura, uitvoering bij equivalent en prijsvermindering) Het positieve en negatieve contractbelang bij aanvullende schadevergoeding (bij ontbinding, bij uitvoering in natura, bij herstel in natura en bij prijsvermindering)
Thema's over de rol van de rechter De buitengerechtelijke aanwending van remedies bij contractuele wanprestatie De rol van de rechter bij overmacht in wederkerige niet-eigendomsoverdragende contracten
De rol van de rechter bij de ontbinding van de overeenkomst wegens wanprestatie Rechtsmisbruik bij de aanwending van contractuele remedies Rechtsverwerking bij de aanwending van contractuele remedies Het ambtshalve opwerpen en toepassen van remedies door de rechter
Kritische beschouwingen Een kritische beschouwing van de res perit domino-regel De ontbinding en de wederzijdse bevrijding door de res perit debitori-regel: één en dezelfde figuur? De enac en de schorsing: één en dezelfde figuur? De imprevisieleer in het Belgische contractenrecht Clausules en hun rol in het keuzerecht Uitdrukkelijk ontbindende bedingen
Schadebedingen
Interestbedingen Prijsverminderingsbedingen Ingebrekestellingsbedingen en kennisgevingsbedingen
Overmachts- en imprevisiebedingen
Exoneratiebedingen
Deelonderwerpen aansprakelijkheidsrecht Overkoepelend thema: Medische aansprakelijkheid Aansprakelijkheid van diverse actoren in de gezondheidszorg De aansprakelijkheid van de apotheker bij het afleveren van geneesmiddelen De aansprakelijkheid van de esthetisch chirurg voor medische fouten De aansprakelijkheid van de vroedvrouw De aansprakelijkheid van en voor verpleegkundigen De aansprakelijkheid van en voor stagelopende studenten De aansprakelijkheid van en voor de arts-specialist in opleiding Aansprakelijkheid van de arts of het ziekenhuis De aansprakelijkheid van het ziekenhuis als aansteller De aansprakelijkheid van het ziekenhuis voor medische fouten De aard van de verbintenissen van de arts en het ziekenhuis: resultaatsverbintenissen vs. inspanningsverbintenis De invulling van het foutbegrip bij medische fouten De aansprakelijkheid van de arts voor fouten begaan tijdens de nazorg Klassieke en actuele thema's uit het medisch aansprakelijkheidsrecht De aansprakelijkheid bij medisch experimenten De wrongful-birth- en wrongful pregnancy-vordering
De wrongful life-vordering De aansprakelijkheid van de arts voor schending van het informed consent-vereiste
De aansprakelijkheid van de esthetisch chirurg voor schending van het informed consent-vereiste De aansprakelijkheid voor medische hulpmiddelen in het kader van de wet productaansprakelijkheid
Het verlies van genezings- en overlevingskansen Samenloop in het medisch aansprakelijkheidsrecht De rol van het fonds voor medische ongevallen bij medische aansprakelijkheid De vergoeding door het fonds voor medische ongevallen van medische ongevallen zonder aansprakelijkheid
C07D8A Staatsrecht, seminarie (Prof. A. Alen, prof. S. Sottiaux) Toelichting bij het thema 1. Het groeiende belang van grondrechten is de laatste jaren reeds door vele rechtsgeleerden opgemerkt en besproken. Niet alleen dringen ze meer en meer door in private rechtsverhoudingen, maar vandaag de dag wordt ook meer nadruk gelegd op hun effectieve verwezenlijking. Daar waar vroeger in het grondwettelijk recht aan grondrechten vaak een (meer) politieke betekenis werd toegekend, is nu duidelijk dat grondrechten ook door de rechter gehandhaafd worden. 2. De rechter laat zich hierbij niet enkel leiden door de grondrechten die de Belgische Grondwet opsomt, maar vindt bij de beslechting van geschillen waarin grondrechten een rol spelen ook meer en meer inspiratie in andere rechtsbronnen die tevens grondrechten waarborgen. We denken dan vooreerst aan (klassieke) internationale mensenrechtenverdragen, waarbij het EVRM de rol van primus inter pares op zich heeft weten te nemen, maar daarnaast ook aan de grondrechten zoals die gewaarborgd worden door het recht van de Europese Unie, of aan de interpretatie van grondrechten door een aantal hoog aangeschreven, quasi-judiciële organen. 3. Het samenspel van deze rechtsbronnen, en het bestaan van verschillende instanties die deze rechtsbronnen interpreteren en er uitwerking aan geven, zorgt voor een groot aantal problemen of uitdagingen. We noemen er enkele die voor de hand liggen: - Wat te doen met de draagwijdte van een bepaald grondrecht indien een analoog grondrecht wordt gewaarborgd door een rechtsbron die een rechter ook bindend acht? - Is een rechter verplicht in dialoog te treden met een andere rechter wanneer deze laatste ook gemachtigd is om uitspraak te doen over de interpretatie van een bepaald grondrecht, en hoe moet deze dialoog dan verlopen? - Hoe beperken of vermijden we het bestaan van tegengestelde uitspraken over de draagwijdte van grondrechten? 4. Men merkt dat dergelijke vraagstukken zich niet enkel situeren op het inhoudelijke vlak, maar ook meer “processuele” aangelegenheden betreffen. Tijdens dit seminarie zullen de studenten de mogelijkheid hebben om enkele deelaspecten van de problematiek aan een onderzoek te onderwerpen. Zo wordt een licht geworpen op wat bedoeld wordt wanneer men spreekt over het “meerlagige” karakter van onze rechtsorde.
Mogelijke onderwerpen A. GRONDRECHTEN IN DE MEERLAGIGE RECHTSORDE: OP ZOEK NAAR EEN THEORIE 1. De hoogste rechtsnorm: een blijvend relevante vraag? (zowel vanuit Belgisch perspectief (Smeerkaasarrest en de houding van het GwH en de RvSt), als vanuit Europees perspectief
(nuanceringen van het HvJ bij zijn doctrine))
2. Theoretische modellen die de meergelaagde rechtsorde vormgeven
(constitutioneel pluralisme, ‘contrapunctual law’, de ‘conflict of laws’-benadering,…)
3. Artikel 34 van de Grondwet
(mogelijke “brug” tussen de verschillende lagen – heeft dit artikel een positiefrechtelijke betekenis, en zoja, waarin schuilt deze dan?)
4. Het subsidiariteitsbeginsel
(betekenis en rol van het beginsel: een mogelijk theoretisch fundament in de meergelaagde rechtsorde? )
B. DE INHOUD VAN GRONDRECHTEN IN DE MEERLAGIGE RECHTSORDE 5. Het Handvest voor de Grondrechten van de Europese Unie
(vooruitgang of overbodigheid? Hoe verhoudt dit zich met andere rechtsbronnen? …)
6. Ruimste rechtsbescherming
(welke impact heeft dit beginsel? Welke problemen brengt dit beginsel met zich mee?)
7. Interactieproblemen: een onderzoek aan de hand van de vrijheid van …
(een concreet onderzoek naar een (recente) ontwikkeling waarbij verschillende instanties een (bepaald) grondrecht interpreteren op een wijze die spanningen, of net harmonie veroorzaakt)
8. Omgekeerde discriminatie
(wat is dit, en welke problemen brengt dit met zich mee? – brengt dit risico’s met zich mee ten aanzien van meerlagigheid?)
9. Grondrechten en federalisme
(hoe verhoudt de bevoegdheidsverdeling zich ten aanzien van het beginsel van niet-discriminatie (met een Europese, en een nationale component)) C. DE PROCESSEN WAARBIJ DE BETEKENIS VAN GRONDRECHTEN IN DE MEERLAGIGE RECHTSORDE TOT STAND KOMEN 10. De toetreding van de EU tot het EHRM
(de geschiedenis van de problematiek – welke problemen stellen zich nog? - ...)
11. De driehoeksverhouding tussen grondwettelijke hoven, het Hof van Justitie en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens
(hoe gaan deze hoven met elkaar om? - is er sprake van een dialoog (bv. middels prejudiciële vragen), of zijn er eerder spanningen? - verschilt dit van land tot land? )
12. Prejudiciële vragen en andere interactiemechanismen
(werkt het mechanisme van prejudiciële vragen bepaalde problemen in de hand? Wat te denken van de problematiek rond het arrest Melki? …)
13. “Nationalistische” grondwettelijke hoven
(een bespreking van hoe (en welke) grondwettelijke hoven (bv. Duitsland, Frankrijk, Italië, Tsjechië, …) zich verzetten tegen meerlagigheid, en een evaluatie daarvan)
C08D2A Handels- en economisch recht, seminarie (Prof. J. Vananroye, prof. W. Devroe, prof. E. Terryn) In het seminarie wordt van de student verwacht dat hij tegen de paasvakantie een wetenschappelijk verantwoorde tekst inlevert van 20-25 pagina’s over een themaonderwerp dat elk jaar verschilt. Tijdens de inleidingssessie worden de verschillende onderwerpen rond de hierna genoemde thema’s kort toegelicht. Op het einde van deze sessie wordt aan elke student een onderwerp toegewezen (naar keuze) alsook diens begeleider. Aandacht wordt besteed worden aan de te volgen methode voor het opstellen van een goed seminariewerk. Bovendien krijgen de studenten een toelichting over het opzoeken van bronnen. Daarna trekken de studenten zich terug om hun paper te schrijven. In een afrondende zitting krijgen de studenten de gelegenheid om op een creatieve wijze kennis te nemen van mekaars werk.
De onderwerpen zijn dit jaar opgebouwd rond onderstaande thema’s. Studenten kunnen ook zelf een onderwerp aanbrengen. Dit zal tijdens de inleidingssessie besproken worden. Schuldeisersrecht als “governance rechten”: interne rechtsvergelijking tussen vennootschapsrecht en insolventierecht (Prof. Dr. J. Vananroye). Schuldeisersrechten zoals beslag of faillissement kunnen ook worden geanalyseerd als regels van corporate governance, waarbij de controle verschuift van aandeelhouders naar schuldeisers. Bij uitwinning gaat het niet enkel om verkrijging van betaling, maar ook om medezeggenschap over het vermogen van de schuldenaar. Bij bewarend beslag verliezen aandeelhouders en bestuur de bevoegdheid om over activa te beschikken. Bij uitvoerend beslag worden activa zelfs tegen hun zin verkocht; in die zin geldt de beslagleggende schuldeiser als de dwangvertegenwoordiger van de beslagen debiteur. Bij het collectieve faillissementsbeslag sturen de schuldeisers de aandeelhouders en het bestuur naar huis. De regels inzake bestuur verhuizen door deze governance quake dan van vennootschapsrecht naar insolventierecht. Deze faillissementsboedel genereert op zijn beurt nieuwe governance-problemen ten gevolge van belangconflicten tussen curator, schuldeisers in de boedel en schuldeisers met een bevoorrechte positie. Deze bruggetjes tussen “corporate governance” en “bankruptcy governance” bieden, het aanknopingspunt om in dit deelthema thema’s en inzichten uit het vennootschapsrecht toe te passen in het schuldeisersrecht, en vice versa. Zie voor verdere achtergrond: https://www.academia.edu/12626124/Organisatierecht_werfbezoek_aan_een_onvoltooide_piramde, in het bijzonder p. 15-38. Uitdagingen in de distributiesector (prof. Dr. E. Terryn). De Belgische en Europese wetgeving inzake distributiecontracten focust fel op de bescherming van de distributeur als zwakke partij. Nochtans liggen de machtsverhoudingen soms anders en zijn veel leveranciers afhankelijk van hun distributeurs (denk bijv. aan de problemen in de landbouwsector en de macht van sommige supermarkten, maar ook aan hoteliers en de macht van booking sites als bv. Booking.com). In de ons omringende landen wordt sterk ingezet op de bescherming van ondernemingen. In welke mate zijn deze oplossingen ook voor België aangewezen. Een aantal onderwerpen zullen hierop betrekking hebben. Verwant thema is het antwoord van het Belgische recht op ‘platform services’ zoals AirBNB, Uber, … Mertens de Wilmars pleitwedstrijd (Prof. Dr. W. Devroe) Ter vervanging van de klassieke paper, kunnen de studenten er ook voor kiezen om deel te nemen aan de J. Mertens de Wilmarspleitwedstrijd. Zij schrijven én verdedigen dan conclusies in een fictieve zaak over Belgisch en Europese mededingingsrecht. Specifieke begeleiding met pleitoefensessies wordt aangeboden. Deze pleitwedstrijd, genoemd naar de voormalige Belgische voorzitter van het Hof van Justitie van de Europese Unie, heeft een lange traditie aan de Leuvense Rechtsfaculteit. De eindpleidooien vinden plaats in de Assissenzaal van het Gerechtsgebouw van Leuven. Winnaars worden aangeduid door een
professionele jury van academici, advocaten en/of EU-ambtenaren, meestal voorgezeten door de voorzitter van de “echte” Belgische mededingingsautoriteit.
C08D3A Personen- en familierecht, seminarie (Prof. P. Senaeve) In het seminarie personen – en familierecht wordt niet gewerkt met één centraal thema, maar worden aan de studenten een 40-tal zeer diverse, doorgaans actuele onderwerpen uit het personenrecht en uit het familierecht voorgelegd. Aan bod komen bijvoorbeeld: de Belgische transeksuelenwet in het licht van het EVRM, de procespositie van de minderjarige, de rol van de vertrouwenspersoon in verschillende wetten, de wet op het meemoederschap, het familiedossier, de afstammingsband bij een post mortem verwekt kind, het tijdelijk huisverbod in geval van huiselijk geweld, … .
C08D5A Vennootschapsrecht, seminarie (Prof. K. Geens, prof. V. Colaert (plaatsvervanger) en prof. B. Keirsbilck (plaatsvervanger)) Dit jaar handelt het seminarie over “Overdracht van de onderneming”. De overdracht van een onderneming is niet alleen spectaculair voer voor zakenkranten. Zij prikkelt ook de jurist, die zich noodgedwongen op het kruispunt van vennootschapsrecht en andere rechtstakken bevindt. Een zuiver inzicht in dat samenspel is van groot belang: het bepaalt de rechtspositie van overnemer en overdrager. De belangrijkste keuze gaat tussen de overname van de aandelen of de overname van de vennootschapsactiva: vormt de verrichting een share of een asset deal. Beide betreffen doorgaans een koop-verkoopovereenkomst, maar verschillen wat hun juridisch voorwerp betreft. Een share deal behelst een overdracht van de aandelen; bij een asset deal gaan de vennootschapsactiva over. Dat verschil heeft gevolgen voor de positie van de koper (in welke mate is hij beschermd indien blijkt dat de onderneming minder winstgevend blijkt dan gedacht) en de verkoper (in welke mate is zijn aansprakelijkheid beperkt of beperkbaar; kan hij nog concurrerende activiteiten ontplooien).
Wat de structuur van de concrete verrichting ook mag zijn, zelden gebeurt de overdracht van een onderneming zonder een uitgebreid boekenonderzoek (due diligence) door de kandidaat-overnemer. Tijdens dat onderzoek rijzen tal van juridische vragen: (i) dient de verkoper zijn kennis over de onderneming proactief te delen of mag hij hierover zwijgen?; (ii) kan de koper zijn positie conventioneel versterken?; (iii) mag de verkoper met meerdere kandidaat-overnemers handelen?; (iv) (wanneer) rust er een geheimhoudingsverplichting op de kandidaat-overnemers?; (v) wat is de aansprakelijkheid tijdens de periode voorafgaand aan de (potentiële) overeenkomst? Tot slot: de wetgever heeft voor vennootschappen voorzien in specifieke procedures van vermogensovergang onder algemene titel. Die zijn te vinden in Boek XI van het Wetboek, dat handelt over fusies, splitsingen en inbreng van bedrijfstak of algemeenheid. Die verrichtingen zijn op detailleuze wijze geregeld. Nochtans rijzen er punctuele vragen, vooral over de rechtsgevolgen en de modaliteiten van de schuldeisersbescherming. Het is duidelijk dat het thema van dit jaar een uitgesproken intradisciplinaire (rechtstakoverschrijdende) insteek heeft. Naast het vennootschapsrecht komen zowel het vermogensrecht, het verbintenissenrecht als het insolventierecht aan bod. Het seminarie zal worden opgedeeld in verschillende deelonderwerpen. Elke student werkt op één deelonderwerp. Door alle onderwerpen tijdens de slotsessie samen te brengen, moet het mogelijk zijn voor de student om tot een dieper inzicht te komen ter zake van de rechten van een vennoot in en/of jegens de vennootschap.
C05F4A ICT-recht, seminarie (Prof. A. Vedder) Voor het seminarie ICT-recht kunnen de studenten dit jaar werken over een van de volgende twee onderwerpen: A)
Privacy en bescherming van persoonsgegevens: Conceptuele samenhang en waarden. Het werkstuk dient te bestaan uit een grondige weergave van de geschiedenis van het privacy begrip en het recente rechtstheoretische debat over privacy en gegevensbescherming. Aan de hand van een zelf te kiezen casus dient in het bijzonder te worden ingegaan op de rechtstheoretische en rechtsfilosofische reflecties op de waarde(n) van privacy en gegevensbescherming en dient een origineel licht op de casuïstiek te worden geworpen.
B)
Aansprakelijkheid bij schending van het recht op privacy en bescherming van persoonsgegevens. Het werkstuk vertrekt van een zelf te kiezen casus die als rode draad zal worden gebruikt bij de analyse van de aansprakelijkheidsproblematiek in het privacy- en persoonsgegevensbeschermingsrecht.
Master C05F5A Gerechtelijk privaatrecht, seminarie (Prof. P. Van Orshoven, prof. B. Allemeersch) ARRESTENLIJST SEMINARIE GERECHTELIJK PRIVAATRECHT 2015-2016 Opmerking: sommige arresten behandelen meerdere rechtsvragen. U focust zich vanzelfsprekend op de procesrechtelijke rechtsvragen; u laat zich daarbij leiden door de trefwoorden die per arrest worden meegegeven. Referentie
Trefwoorden
1.
Cass. (3e k.) AR C.13.0128.F, 8 november 2013 (B. / NV NMBS Holding, Belgische Staat)
Hervatting van geding
2.
Cass. (1e k.) AR C.12.0522.F, 14 februari 2014 (Haltères & Go / M.P.)
3.
Rb. Namen (3e k.) 20 oktober 2014 , JT 2014, afl. 6583, 768.
4.
Cass. (2e k.) AR P.14.0240.F, 5 november 2014 (W.B. / P.H.)
Belang & hoedanigheid – Openbare orde in het procesrecht Toepassing art. 758 Ger.W. op de vereffeningsprocedure voor de notaris Rechtsplegingsvergoeding – Gerechtsmandataris – Advocaat
5.
Cass. (1e k.) AR C.14.0043.N, 14 november 2014 (N.B., K.D. / J.P.D.)
Herroeping van het gewijsde – Medewerking partijen aan bewijsvoering
6.
Arrondrb. Oost-Vlaanderen 17 november 2014, T.Vred. 2015, afl. 1-2, 23
7.
Cass. (1e k.) AR C.12.0517.N, 28 november 2014 (G. V. L., Lifestyle Press nv, Juke Box nv, K.V.L. / Epifin nv, De Persgroep Publishing nv) Cass. 5 december 2014, RABG 2015, afl. 6, 397
8.
Invordering ereloon advocaat – bevoegdheid rechtbank van koophandel Rechterlijke controle op arbitrale uitspraak Beschikkingsbeginsel
Brussel (41e k.) 8 december 2014 , Act.dr.fam. 2015, afl. 5, 94 Rb. Namen (2e k.) 17 december 2014, JT 2015, afl. 6600, 328 Pol. Brussel (Fr.) (25e k.) nr. 14B033383, 17 december 2014, VAV 2015, afl. 2, 48. Brussel 9 januari 2015, 2010-AR-3257, www.juridat.be
Urgentie in kort geding – Art. 3 Ger.W. Exceptie van onbevoegdheid proceseconomie Verbod om zichzelf te verdedigen Mandaat ad litem van de advocaat - art. 848 Ger.W.
13.
Arr. Rb. Antwerpen, AR nr. 14/89/E, 13 januari 2015, P&B 2015, 118.
Conflicten van bevoegdheid
14.
Grondwettelijk Hof nr. 2/2015, 22 januari 2015
Taalwet gerechtszaken
15.
Cass. (1e k.) AR C.14.0270.N, 30 januari 2015 (A.V. / Miele & Cie) Cass. (1e k.) AR C.13.0457.N, 30 januari 2015 (Architectenbureau Guy M.C. Rowies, J.V.M. / M.S., A.V.K., Dakwerken Nicasi bvba) Cass. (2e k.) AR P.15.0172.N, 10 februari 2015 (E V) Cass. (bur. rechtsbijst.) AR G.15.0017.N, 12 februari 2015 (Dalu nv ) Cass. (2e k.) AR P.14.1013.N, 24 februari 2015 (J P L A D S / Stedenbouwkundig Inspecteur)
Derdenverzet – Ontvankelijkheid Deskundigenonderzoek – Tussenkomst – Recht van verdediging Onafhankelijkheid – Plaatsvervangend rechter Rechtsbijstand – Rechtspersonen Uitlegging en verbetering vonnis
9. 10. 11. 12.
16.
17. 18. 19.
20. Brussel (41e k.) 27 februari 2015, Act.dr.fam. 2015, afl. 5, 97.
21.
Cass. (2e k.) AR C.15.0089.F, 11 maart 2015 (V.P. / I.N.A.M.I.) 22. Cass. (1e k.) AR C.14.0247.N, 13 maart 2015 (Honda Motor Europe Limited / Honda Center Van Gysegem nv) 23. Cass. (2e k.) AR P.14.1964.N, 24 maart 2015 (E.V. / Orde van Advocaten te Antwerpen) 24. Cass. (verenigde kamers) AR C.14.0023.N, 26 maart 2015 (Liga voor Mensenrechten vzw / Belgische Staat) 25. Gent (5ek) 15 april 2014, P&B 2015, 38
Vervallenverklaring van het beroep met toepassing van art. 1253ter/2 Ger.W. (familierechtbank) Wettige verdenking – Hof van Cassatie Territoriale bevoegdheid – Bevoegdheidsbeding – Grensoverschrijdend procederen Jurisdictionele rechtshandeling – Oprichting rechtscolleges Hof van Cassatie vs. Raad van State – Geschil van attributie Betekening aan de procureur des konings
26. Gent (9e bis k.) 18 april 2014, P&B 2015, 76
Rechtsplegingsvergoeding – nieuwe vordering na de heropening van de debatten 27. Antwerpen (3ek) 29 april 2015, 2014/EV/40, P&B Beroepstermijn – overmacht – gelijkheidsbeginsel 2015, 109. 28. Brussel 30 april 2015, 2012-AR-393, www.juridat.be
Termijn instellen hoger beroep, betaling rolrechten
29. Brussel 30 april 2015, 2011-AR-1320, www.juridat.be
Valsheidsprocedure
30. Cass. (1e k.) AR C.13.0268.N, 29 mei 2015 (P.V. / Hoorcentrum Aerts bvba)
Heropening van de debatten Stuk neergelegd op de griffie maar niet in het dossier Principaal en incidenteel hoger
31.
Cass. (3e k.) AR S.14.0094.F, 8 juni 2015 (T.H.N.
/ Balthazar & Fadema) 32. Cass. (1e k.) AR C.14.0433.F, 11 juni 2015 (Foncière A. & Partners sa / Foncière L.) 33. Cass. (2e k.) AR P.15.0813.N, 23 juni 2015 (Skype communications sarl) 34. Grondwettelijk Hof nr. 97/2015, 25 juni 2015 (Yann Baudts e.a.) 35. Cass. (1e k.) AR C.13.0193.F, 12 maart 2015 (E.D. / Y.D., G.D., M.D., G.D.) 36.
37. 38.
39. 40.
beroep
Instaatstelling – deloyaal procesgedrag Onafhankelijkheid – Persrechter Gelijkheid en non-discriminatie inzake rechterlijke organisatie Verbod om uitspraak te doen bij wijze van algemeen geldende beschikking Cass. (1re ch.) RG C.14.0047.F, 5 maart 2015 Eindbeslissing – Beslissing (Association des copropriétaires de la résidence alvorens recht te doen – via quattro fontaine / R. A. S., M. V. G.) Voorziening in cassatie Cass. (1e k.) AR C.14.0298.N, 20 maart 2015 Samenhang – Hoger beroep (MIVB / Ethias nv) tegen bevoegdheidsbeslissing Cass. (1e k.) AR C.14.0214.N, 19 juni 2015 (Vlaams Hoger beroep - Berusting Gewest / Provincie Antwerpen, Stad Antwerpen, Intergemeentelijk samenwerkingsverband Antwerpse waterwerken, e.a.) Cass. (1e k.) AR C.14.0122.N, 7 november 2014 Verwijzing na cassatie (M.H., A.D.K. / M.H., L.H., M.H.) Cass. (1e k.) AR C.13.0407.N, 26 september 2014 Conclusietermijnen – (N.K. / Woningent cvba) Aanvullende vordering
C05F6A Arbeidsrecht, seminarie (Prof. F. Hendrickx) “Co-sourcing van personeel” Vaak wordt geopperd dat onze arbeidsmarkt dynamisme en wendbaarheid mist. Nochtans is er een steeds grotere behoefte waarneembaar bij werkgevers aan een flexibel personeelsbestand om tegemoet te komen aan de toenemende fluctuatie in de vraag naar arbeid. Vooral de nood aan de uitwisselbaarheid van goed opgeleide, tijdelijk inzetbare werknemers blijkt steeds duidelijker aanwezig. De flexibiliteitsmaatregelen die reeds bestaan zoals het stelsel van tijdelijke economische werkloosheid lijken bovendien tegen hun limieten op te lopen. Een mogelijkheid die de laatste jaren naar voor wordt geschoven om meer flexibiliteit in onze arbeidsmarkt te introduceren is het zogenaamde ‘co-sourcen’ van arbeiders. Dit is de praktijk waarbij werknemers tewerkgesteld in één bedrijf tijdelijk flexibel ingezet kunnen worden in een ander bedrijf. De vigerende (federale) wetgeving biedt al bepaalde mogelijkheden om dergelijke ‘co-sourcing’ te gaan organiseren, maar is door een aantal knelpunten suboptimaal. De opzet van de seminariewerken dit jaar is om verschillende bestaande en nieuwe juridische figuren te gaan analyseren die aangewend kunnen worden bij de organisatie van ‘co-sourcing’ van personeel. Hierbij is het de bedoeling dat aandacht wordt geschonken aan de mogelijkheden van de verschillende juridische constructies, alsook de grenzen ervan. Wat zijn de wettelijke mogelijkheden? Welke juridische bekommernissen spelen ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden van werknemers en werkgevers? Welke positieve of negatieve juridische overwegingen spelen mee? Onderwerpen 1. Uitzendarbeid als instrument voor co-sourcing 2. Terbeschikkingstelling als instrument voor co-sourcing 3. Onderaanneming als instrument voor co-sourcing 4. Verschillende (opeenvolgende) arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur als instrument voor co-sourcing 5. Verschillende gelijktijdige deeltijdse arbeidsovereenkomsten als instrument voor co-sourcing 6. Werkgeversgroeperingen als instrument voor co-sourcing 7. Werkgeversgroeperingen in de publieke sector (als instrument voor co-sourcing in de publieke sector) 8. Crowd-sourcing als instrument voor co-sourcing 9. Contractuele mobiliteit in het licht van co-sourcing 10. Casual work/On-call work in het licht van co-sourcing
C05F7A Socialezekerheidsrecht, seminarie (Prof. D. Pieters, prof. P. Schoukens, prof. Y. Stevens) Onderwerpen seminarie sociale zekerheidsrecht: “Evoluties en tendensen in het Belgische socialezekerheidsrecht” Dit academiejaar werken we in het seminarie socialezekerheidsrecht rond de verschillende tendensen en evoluties die plaatsvonden in het Belgische en Europese socialezekerheidsrecht de afgelopen jaren. Zo zien we dat er steeds meer maatregelen worden genomen inzake activering bij werkloosheid en arbeidsongeschiktheid, alsook maatregelen rond toegelaten arbeid. Daarnaast rijzen er steeds meer vragen hoe er omgegaan moet worden met psychosociale risico’s in de sociale zekerheid, de impact van nieuw samengestelde gezinnen op bepaalde sociale risico’s, het recht op informatie in de sociale zekerheid, de situatie van illegale migranten in de sociale zekerheid, de regionalisering in de sociale zekerheid, de handhaving van sociale zekerheid en het gebruik van IT-tools zoals sociale media en de maatregelen rond sociale fraude. Verder heeft het verstrengen van socialezekerheidsrechten naar aanleiding van de crisis ook het debat op gang gebracht hoe socialezekerheidsrechten in internationale instrumenten, zoals het EVRM en het Europees Sociaal Handvest, beschermd en gehandhaafd worden. Deze tendensen en evoluties zijn hieronder opgedeeld in verschillende deelthemata, en zullen verder worden toegelicht tijdens het eerste hoorcollege. Van iedere student wordt verwacht dat hij/zij in het onderdeel rechtsvergelijking de Belgische situatie met Nederland vergelijken.
1. Toepassingsgebied ratione personae -
Het sociaal statuut van vrijwilligers Het sociaal statuut van kunstenaars Het sociaal statuut van vervoerders Schijnzelfstandigheid en de arbeidsrelatiewet
2. Sociale risico’s en sociale prestaties -
Toegelaten arbeid na pensionering Pensioenen in de overheidssector Wettelijk samenwonenden en pensioenen Re-integratie en arbeidsongeschiktheid voor werknemers en zelfstandigen Psychosociale risico’s en de arbeidsongeschiktheidsregeling voor werknemers en zelfstandigen Werkloosheid met bedrijfstoeslag voor werknemers Inkomensbescherming bij werkloosheid voor zelfstandigen Het concept passende dienstbetrekking in de werkloosheidsverzekering
-
Gezinsbijslagen in een nieuw samengesteld gezin Het concept passende dienstbetrekking bij de maatschappelijke integratie door tewerkstelling Activeringsmaatregelen bij de maatschappelijke integratie door tewerkstelling Recht op maatschappelijke integratie en situatie van illegale migranten Criteria van kwaliteit bij toestemmingsvereisten in de Belgische rechtsorde bij medische zorg in het buitenland De keuzevrijheid in het gedekte pakket in de Belgische gezondheidszorg De elementen van competitie in de Belgische gezondheidszorg
3. Financiering van de sociale zekerheid en toepassingsgebied ratione personae -
De bijdragen van zelfstandigen De bijdragen van werknemers Sociale bijdragen en flexi-jobs in de horeca
4. Administratie van de sociale zekerheid, handhaving van het socialezekerheidsrecht en rechtsbescherming -
De maatregelen ter bestrijding van sociale fraude: een juridische evaluatie De cumul van administratieve sancties en strafsancties in het socialezekerheidsrecht Gebruik van sociale media en IT-tools bij de handhaving van het socialezekerheidsrecht Herkwalificatie van beroepsactiviteiten door de socialezekerheidsinstelling Verjaring binnen de sociale zekerheid Recht op informatie en beschikbaarheid inzake pensioengegevens Regionalisering en activering in de werkloosheidsverzekering Regionalisering en (gezondheids)zorg
5. Internationaal en Europees socialezekerheidsrecht en socialezekerheids(rechts)vergelijking -
Detachering onder de coördinatieverordening 883/04 en de doorwerking binnen de Belgische sociale zekerheid Gelijktijdige tewerkstelling onder de coördinatieverordening 883/04 en de doorwerking binnen de Belgische sociale zekerheid Het verbod op discriminatie onder de coördinatieverordening 883/04 en de doorwerking binnen de Belgische sociale zekerheid Bescherming socialezekerheidsrechten in het Handvest inzake de grondrechten van de EU en de doorwerking binnen de Belgische sociale zekerheid De doorwerking van het mededingingsrecht en het vrij verkeer van diensten van de Europese Unie binnen de Belgische sociale zekerheid De doorwerking van het vrij verkeer van patiënten in de Europese Unie binnen de Belgische sociale zekerheid
-
Burgerschap in de EU en de positie van niet-beroepsactieve groepen: doorwerking binnen de Belgische sociale zekerheid EU economische monitoring en de impact ervan op de Belgische socialezekerheidsregelgeving Bescherming socialezekerheidsrechten in het EVRM en de doorwerking binnen de Belgische sociale zekerheid Bescherming socialezekerheidsrechten in het Europees Sociaal Handvest en de doorwerking binnen de Belgische sociale zekerheid Minimumstandaarden inzake sociale zekerheid bij internationale organisaties en de doorwerking binnen de Belgische sociale zekerheid
C05F8A Bijzonder sociaal recht, seminarie (Prof. J. Put) Het seminarie ‘Bijzonder sociaal recht’ laat jaarlijks wisselende thema’s aan bod komen. De rode draad bij de selectie van de thema’s is een functionele en transversale benadering van het sociaal recht in brede zin, waarbij specifieke doelgroepen (bv. personen met een handicap, jongeren, ouderen) of problematieken (bv. armoede, welzijn) centraal staan.
C06F0A Europees recht, seminarie (Prof. G. De Baere, prof. P. Van Nuffel) Contactpersoon: Timothy Roes (
[email protected]) Thema I. De EU op een kruispunt (Timothy Roes) 1. Conflict of Samenwerking? Een vergelijking van de grondslagen van Amerikaans en Europees federalisme 2. “We regelen het wel onderling” – Horizontaal Federalisme in de EU 3. Dubieus Dublin – de constitutionele complexiteit van een EU asielbeleid 4. “Geeft en U Zal Gegeven worden” – Solidariteit tussen de Lidstaten van de Europese Unie 5. Vrijheid van religie en het Unierecht: Onverdoofd Slachten in België 6. The Eurocrisis and the Eclipse of Democracy 7. How to Get Away with Being an Activist Court – een studie naar politieke economie en gewiekstheid in de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie
8. De Europese Unie en haar binnen- en buitengrenzen 9. De grenzen van wederzijdse erkenning: het homohuwelijk en de EU 10. Kroniek van een aangekondigd vertrek. Een onderzoek naar het grondwettelijk kader voor het vertrek van een Lidstaat uit de Unie Thema II.
De externe betrekkingen van de EU (Katrien Miclotte)
1. Ben je het eens met de stelling dat de EU rechtsorde eerder open staat tegenover internationaal recht en dat het bijgevolg verrassend is dat het Hof van Justitie rechtstreekse werking heeft ontzegd aan verplichtingen in het kader van de WTO? Ben je het eens met de motivatie van het Hof? 2. In het kader van haar buitenlands beleid hanteert de EU vaak sancties ten aanzien van bepaalde landen of organisaties. Niet alleen valt op dat economische sancties vaak worden gebruikt, maar ook dat zij een groeiend belang innemen in het EU Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid. Vind jij sancties een efficiënt instrument voor het EU buitenlands beleid? Focus hierbij op de rechtspraak van het Hof van Justitie en mogelijke conflicten met het EU grondwettelijk recht. 3. De EU Lidstaten en de EU hebben de mogelijkheid tot het sluiten van gemengde akkoorden (mixed agreements) met derdelanden en internationale organisaties. Ben je het eens met de steling dat de samenwerkingsplicht tussen de Lidstaten en de EU ertoe heeft geleid dat er in dit kader geen ruimte meer is voor de Lidstaten een onafhankelijke rol in te nemen en dat deze zgn. gemengde akkoorden bijgevolgd de facto EU akkoorden zijn geworden (hetgeen strijdig zou zijn met de bevoegdheidsverdeling tussen de EU en de Lidstaten)? 4. Ben je het ermee eens dat hoewel het Verdrag van Lissabon de pijlerstructuur van de EU heeft afgeschaft, het GBVB niettemin nog altijd een bijzondere rol inneemt? Kan jij je vinden in het argument dat een echt uniforme benadering onmogelijk blijft zolang het Hof geen aparte juridische grondslag erkent voor enerzijds handelingen mét en anderzijds zonder GBVB aspect. Thema III. De invalshoek van een praktizijn: Moot Court Case (Roel De Meu) De deelnemers aan dit thema krijgen een fictieve case Europees recht. Net als een advocaat schrijf je vervolgens conclusies die het ene of het andere standpunt schragen. Ieders conclusies worden in een finaal stadium gelezen door een tegenpartij. Tijdens de mondelinge toelichting van het seminarie verdedig jij je standpunt en kan de tegenpartij hierop repliceren. Thema IV.
Procesrechtelijke thema’s in het EU-recht (Janek Tomasz Nowak)
1. Proceskosten in het licht van het EU-recht 2. Investor-to-State Dispute Settlement Mechanisms (ISDSM) in het licht van de rechtspraak van het Hof van Justitie 3. De ambtshalve toepassing van EU-recht door de Belgische rechter
4. De invloed van het EU-recht op het lidstatelijke strafprocesrecht 5. De versoepelde inbreukprocedure na Lissabon: effectief instrument of nood aan verdere hervorming? 6. Wie is rechter? Deelname aan de prejudiciële procedure van organen die niet tot de rechterlijke macht behoren 7. De harmonisering van nationaal burgerlijk procesrecht 8. De impact van richtlijn 2014/104/EU m.b.t. de private afdwinging van het EU-mededingingsrecht op de Belgische rechtsorde 9. Bescherming tegen handelingen van de EU-instellingen door de Belgische rechter 10. Toepassing in de Belgische rechtsorde van de richtlijn inzake beroepsprocedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten en inzake procedures voor het plaatsen van opdrachten door diensten werkzaam in de nutsvoorzieningensector. Thema V.
De eurocrisis en het EU-recht (Pieter-Augustijn Van Malleghem)
1. De eurocrisis en de omzeiling van de bevoegdheden van de Unie In 2012 richtten de lidstaten van de eurozone per internationaal verdrag het Europees Stabiliteitsmechanisme op, een permanent reddingsmechanisme voor lidstaten van de euro met financiële problemen. Tijdens dat zelfde jaar werd tevens, doorheen het Verdrag voor Stabiliteit, Coördinatie en Bestuur, strengere regels met betrekking tot de fiscale politiek van de Europese lidstaten doorgevoerd. Dit gebeurde alles buiten het kader van de Europese Unie. Vormt dit geen omzeiling van de bevoegdheden van de Europese Unie? Bespreek. 2. De eurocrisis en de rol van de rechter De rol van de rechter in een democratische samenleving is bijzonder omstreden in de juridische theorie. Beschuldigingen van een “gouvernement des juges” zijn nooit veraf. Moet de rechter als activist voluit deelnemen aan het politiek leven van een democratische samenleving? Of hoort hij zich terughoudend op te stellen. Deze vragen kwamen specifiek naar boven in de eurocrisis, waar rechters bovendien met een bijzonder technische discipline te maken hebben, de economische wetenschap. Welk is de juiste rol van de rechter in de context van de eurocrisis? 3. Federalisme en EMU na de eurocrisis De eurocrisis heeft tot een fundamentele hertekening van de architectuur van de eurozone geleid. Beschrijf de verschillende maatregelen die deze architectuur hertekenen vanuit het oogpunt van de horizontale verdeling tussen de lidstaten en de Europese Unie. Analyseer kritisch: is deze evolutie toe te juichen of niet? Onderbouw je positie met juridische argumenten. 4. Grenzen van fiscaal en monetair beleid sedert de eurocrisis Naar aanleiding van de euro-crisis en de diverse reddingsmechanismes waartoe die aanleiding gaf, wordt het argument naar voor geschoven dat de grens tussen fiscaal en monetair beleid binnen de economische en monetaire unie overschreden werd, wat tegen de principes van het Verdrag indruist. Wat is de theoretische achtergrond van het onderscheid tussen fiscaal en monetair beleid,
en hoe vindt het toepassing in de Verdragen? Analyseer de legaliteit van de relevante reddingsoperaties en beoordeel kritisch de rechtspraak terzake. 5. ECB voor en na de eurocrisis De ECB is een cruciale instelling van de Economische en Monetaire Unie. Welke nieuwe maatregelen heeft de ECB genomen sinds de start van de financiële crisis, en later euro-crisis? Wat is het juridisch kader van deze maatregelen? Analyseer hun legaliteit aan de hand van de het primair en secundair Unierecht. 6. Juridische aspecten van het verlaten van de euro zone Welk is het juridisch regime van toepassing op een land dat de eurozone wil verlaten? Welk zijn de concrete stappen die een dergelijk land moet ondernemen, en in welke mate zijn zij verenigbaar met het Unierecht? Bespreek. 7. Legaliteit van de Europese Bankenunie De wereldwijde financiële crisis en de eurocrisis hebben geleid tot de creatie van een Europese bankenunie. Maak een analyse van de belankgrijkste juridische struikelblokken voor de Europese bankenunie zoals die tot op heden gerealiseerd werd. Analyseer kritisch: in welke mate is de juridische kritiek gericht op de bankenunie gegrond? Kan deze kritiek omzeild worden zonder wijzigingen in het primair Unierecht? 8. Kapitaalstromen binnen de Europese Unie: is liberalisering onomkeerbaar? Tijdens de eurocrisis werd duidelijk dat het vrij verkeer van kapitaal een belangrijke invloed kan hebben op het economisch welzijn van een land. Welk zijn de politiek-economische argument voor en tegen de liberalering van kapitaalstromen? In welke mate is een herinvoering van controles op het vrije verkeer van kapitaal in strijd met het Unierecht? Bespreek. 9. Europese regulering van kapitaalstromen: vergelijkend onderzoek Bespreek het huidig juridisch regime van binnen-Europese kapitaalstromen. Vergelijk met het regime dat het Hof van Justitie oplegt aan bilateralet investeringsverdragen. Waar liggen de verschillen? Hoe vallen die te verklaren? Neem een kritische positie in, en onderbouw aan de hand van juridische argumenten. 10. Staatssteun gedurende de eurocrisis Tijdens de eurocrisis werd het Europese staatssteunbeleid gebruikt als een mechanisme om de redding van de bankensector onder controle te houden. Welke regels werden precies aangenomen Haal een case study uit de Belgische context en analyseer hoe dat kader toegepast werd.
C06F1A Strafrecht, seminarie (Prof. B. Spriet, prof. F. Verbruggen) "verbeter de wereld, bots met het strafrecht" (algemeen strafrecht) en "nieuwigheden en wijzigingen in verband met straffen" (bijzonder strafrecht) Solidariteit en maatschappelijk engagement blijken vandaag, in volle vluchtelingencrisis, erg belangrijk. Wie streeft naar een hoger maatschappelijk belang, stoot echter soms op de bestaande rechtsregels en niet zelden, botst wie de grenzen in twijfel wil trekken op het strafrecht. In hun seminariewerk gaan de studenten deze thematiek uitspitten: is het verbergen van vluchtelingen strafbaar, moeten klokkenluiders straffeloos blijven, is één gerichte milieuactie voldoende om van bendevorming te spreken, mag men het beledigen van symbolen strafbaar stellen,...? Daarnaast focust het onderdeel bijzonder strafrecht dit jaar op enkele nieuwigheden en wijzigingen in verband met straffen, met concrete onderwerpen zoals de vergelijking van de werkstraf met de straf onder elektronisch toezicht en de wijziging van de herroeping van opschorting en uitstel in verkeerszaken.
C06F2A Strafprocesrecht, seminarie (Prof. R. Verstraeten) "verval, nietigheid en onontvankelijkheid van de strafvordering" Het leerstuk van de sancties die worden gekoppeld aan het niet-naleven van procedurele voorschriften, blijft menig penalist grijze haren bezorgen. Wat moet er bijvoorbeeld gebeuren met onregelmatig bewijs dat buiten de Antigoon-leer valt? Kan de exceptio obscuri libelli leiden tot een ontvankelijkheid van de strafvordering? Het seminarie strafprocesrecht legt zich daarom dit jaar toe op enkele concrete vragen rond het thema “verval, nietigheid en onontvankelijkheid van de strafvordering”.
C06F3A Fiscaal recht, seminarie (Prof. L. De Broe)
1.
Topic : Retroactiviteit in het fiscaal recht
Julie Motte/Christophe Debackere
1. De fiscale behandeling van verbintenissen voor een vennootschap in oprichting (CDB) 2. Ommekeer in (cassatie)rechtspraak op hangende fiscale geschillen: quid? (JM) 3. De toepassing van wetgeving inzake inkomstenbelastingen op verrichtingen gesteld vóór de inwerkingtreding van de wet (JM) 4. Het éénjarigheidsbeginsel inzake de gemeentebelastingen (JM) 5. Het éénjarigheidsbeginsel in de inkomstenbelasting (CDB) 6. De fiscale gevolgen van boekhoudkundige retroactiviteit bij fusies en splitsingen (CDB) 2.
Topic : Regionale fiscaliteit 1. 2. 3. 4. 5. 6.
3.
Joke De Bruycker
De “Vlaamse fiscale procedure” een analyse van de Vlaamse Codex Fiscaliteit Een nieuwe wind in de Vlaamse schenkbelasting De kilometerheffing : gewikt en gewogen Nood aan Vlaamse Dienst Voorafgaande Beslissingen De Vlaamse erfbelasting : een nieuwe wind? Een groene fiscaliteit: wat zijn de mogelijkheden voor de Gewesten? Topic : Fiscaliteit in de financiële sector
1. De nieuwe bankentaks 2. De nieuwe speculatietaks op aandelen (inclusief TOB en FTT) 3. Financiering met hybride financiële effecten in het licht van de nieuwe moeder-dochter richtlijn 4. De bank als tussenpersoon bij de uitbetaling van inkomsten en roerende goederen
Anouk Vandermast
5. Financiële instellingen en BTW 6. Spaar- en beleggingsproducten in de personenbelasting
4.
Topic : What’s in a name: juridische, economische en maatschappelijke zin en/of onzin van 1. 2. 3. 4.
5 6 5.
Een Een Een Een Een Een
Jasper Bossuyt
‘Coucke-tax’ ‘tobintax’ ‘vettax’ of ‘suikertax’ ‘groene tax’ (met inbegrip van “passagierstax” ‘dual income tax’ ‘federale, regionale, provinciale én gemeentelijke en/of een Europese tax’
Topic : Tendensen en evoluties in fiscalibus anno 2015
Ellen Vandingenen
1. Vrijstelling OV wegens bestemming zonder winstoogmerk: hoe ver reikt de vrijstelling? 2. Aftrek beroepskosten door vennootschappen: stand van zaken 3. Nieuwe KMO-definitie doorheen de wetgeving van boekhoudrecht, vennootschapsrecht en fiscaliteit 4. Nieuwe regeling van de rolrechten in fiscalibus: stand van zaken vroeger en nu 5. Verliezen vorig belastbaar tijdperk vs. controlerecht Fiscale Administratie 6. Theorie van de 'fruits of the poisonous tree': quid? draagwijdte? 6.
Topic: Adagia Fiscalia 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Accessio sequitur rem principalem (btw) Electa una via non datur recursus ad alteram Exemption vaut impôt Fiscus non erubescit Audite et alteram partem Quidquid est in territorio, est de territorio In dubio contra fiscum
Filip Debelva
7.
Topic : Onroerende fiscaliteit
A. Mieke Vandekerkhove
1. De uitzonderingen op het basistarief van 10% registratiebelasting in Vlaanderen (verlaagd tarief / abattement , etc. 2. Belgen met onroerend in het buitenland: aspecten van inkomstenbelasting 3. Belgen met onroerend in het buitenland: aspecten van erfbelasting 4. De eigen woning in de personenbelasting (beperkt tot Vlaanderen) 5. Taxatie van inkomsten & meerwaarden uit onroerende goederen in de vennootschapsbelasting 6. Belasting van meerwaarden bij de verkoop van onroerend goed door particulieren
C06F4A Insolventierecht, seminarie (Prof. M. Storme) e-mailadressen van de begeleiders: JJA <
[email protected]>, LDK
, TD , VV ; FH , OL ; KH , IM , CVDB
Student
Begeleider
Onderwerp
Wet Continuïteit Ondernemingen WCO en (Engelse) Scheme of Arrangement: bevoegde rechter en toepasselijk recht FH
Marktconforme transacties met verbonden personen (natuurlijke of vennootschappen) kort voor WCO
KH
Statuut van boedelschuld in de WCO-procedure
VV
Boedelschulden uit de WCO in een opvolgend faillissement.
LdK
“Auto-cession” en sterfhuisconstructies in de WCO
CvdB
De continuïteit van de onderneming: WCO vs. overdracht 'going concern' na faillissement.
CVdB
Buitengerechtelijke vs. gerechtelijke akkoorden onder WCO.
AT
De invloed en afdwingbaarheid van negative pledge clausules/overdrachtsbeperkingen indien de onderneming in WCO bepaalde activa wil verkopen.
VV
De rechten van de buitengewone en overheidsschuldeisers in het kader van de WCO
VV
De mogelijkheden van een gewone schuldeiser om een buitengewone schuldeiser te worden in het kader van een WCO.
VV
De gedifferentieerde behandeling schuldvorderingen bij een collectief akkoord.
VV
De gevolgen van de lopende overeenkomsten in het kader van de WCO.
VV
Het lot van de in pand gegeven schuldvorderingen in het kader van de WCO.
VV
De gevolgen voor de werknemers bij de overdracht onder gerechtelijk gezag in België, Frankrijk, Nederland en Duitsland.
VV
De rechtstreekse vordering en het voorrecht van de onderaannemer in het kader van de WCO.
VV
De inhoudingsplicht voor RSZ-schulden in het kader van de WCO.
van
de
CVdB
De positie van de fiscus binnen WCO.
SV
Gerechtelijke reorganisatie door overdracht onder gerechtelijk gezag: elementen waarmee de gerechtelijke mandataris rekening kan/moet houden onder art. 62 WCO (waaronder de liquidatiewaarde ingeval van afzonderlijke verkoop?). Zekerheden op roerende zaken
IM
Het stil pandrecht volgens de nieuwe Pandwet.
IM
Verhouding eigendomsvoorbehoud – voorrecht verhuurder
VV
Het recht van de eigenaar om zijn goederen van de curator terug te vorderen.
VV
De rol van het eigendomsvoorbehoud in faillissementen.
IM
De positie van de onbetaalde verkoper.
VV
Het eigendomsvoorbehoud en het retentierecht. Rechten op schuldvorderingen en effecten
IM
De inpandgeving van schuldvorderingen buiten Faillissementswet (volgens de nieuwe Pandwet);
de
IM
Schuldvergelijking door vennoten met volstortingsplicht en faillissement
IM
De goede trouw inzake overdracht/inpandgeving van schuldvorderingen.
IM
Artikel 1409bis Ger.W. : een speciaal geval.
IM
art. 1390ter Ger.W. : het belang van het versturen van een
bericht aan het CBB. JJA
De positie van de onderhoudsschuldeiser in de procedures van loonbeslag en/of loonoverdracht
IM
Is een loonvordering een gewone schuldvordering ?
IM
Rangconflicten inzake executie op loon.
TD
Schuldvergelijking met de Belgische staat.
TD
Zekerheidsfunctie van de rechtstreekse vordering van de onderaannemer en het bijzonder voorrecht
Verhaalsrecht van schuldeisers, inb. contractuele beperkingen, en boedelschulden
MES
Uitkoop/inkooprecht van de schuldenaar van een “betwist recht” rechtsvergelijkend.
RF
Wet 12 juli 2015 vulture funds en sovereign debt
LdK
Onbeslagbaarheid van de gezinswoning voor professionele schulden
RF
Wet 23 augustus 2015 beperking beslagbaarheid goederen van buitenlandse mogendheden/publiekrechtelijke supranationale of internationale organisaties
MES
Varianten van de pari passu-clausules in internationale leningen
MES
Collective action-clauses in de uitgifte van leningen
LdK
Verhaalsrechten van schuldeisers op scheidingsaandeel. Ook rechtsvergelijkend nagaan.
LdK
(Rechts)vergelijkende studie van het voorrecht van de gerechtskosten
een
LdK
Verhaal van een erfgenaam-schuldeiser aanvaarding (rechtsvergelijkend)
bij
zuivere
LdK
Verhaal van een schuldeiser m.b.t. voorhuwelijkse schulden (rechtsvergelijkend)
OL
De gehoudenheid van de overdrager tot volstorting van de aandelen van een BVBA na faillissement. Rechten op onroerend goed
JM/ LdK
Verhouding Hypotheek Penaal beslag/ Penaal beslag op een onroerend goed (en de doorhaling van de bezwarende overschrijving).
AT
Bedingen van toe-eigening (van onroerend goed) door de schuldeiser; voor- en nadelen (inbegrepen problemen van arbeidsrecht inzake overgang van ondernemingen)
AT
Hypothecaire schuldeiser vs. pand op handelszaak vs. pand op schuldvorderingen
Persoonlijke zekerheden en hoofdelijke aansprakelijkheden
JJA
Omvang en reikwijdte bestuurdersaansprakelijkheid na het arrest van Het Hof van Cassatie van 12 september 2013
VV
Hoofdelijke aansprakelijkheid belastingschulden.
TD
Gevolgen van een zekerheidstelling
wilsgebrek
van
bestuurders
bij
Collectieve procedures: Beslag, Faillissement, CSR
een
voor
persoonlijke
FH
Vergelijking van de tegeldemaking van goederen in faillissement (door de curator) en bij beslag (door de gerechtsdeurwaarder), en eventueel ook door de overheid (van verbeurd verklaarde goederen)
LdK
Vergelijking tussen positie van schuldeisers aan wie beslag is gemeengemaakt en schuldeisers die verzet doen op de prijs in het kader van uitvoerende beslagprocedure
VV
De mogelijkheden en de gevolgen van de verschoonbaarheid van een gefailleerde natuurlijke persoon voor zijn echtgenote en kinderen.
VV
De gevolgen van een vervroegde verschoonbaarheid voor de feitelijke samenwonenden
VV
Individuele uitvoering door faillissement.
CVdB
Deficitaire vereffening vs. Faillissement.
IM
De positie van de alimentatieschuldeiser in een CSRprocedure van de alimentatieplichtige en in zijn/haar eigen CSR-procedure
LdK
(Rechts)vergelijkende studie van de procedure van de collectieve schuldenregeling en het faillissement
VV
De sanering van vervuilde gronden door de curator die geen andere activa heeft.
CVdB/VV
Voortzetting van de handelsactiviteit (o.m. het afwerken van bestellingen door de curator) ook rechtsvergelijkend nagaan (België, Frankrijk, Nederland).
VV
De verkoop van de activa door de curator.
VV
De verplichtingen van de curator ten overstaan van de fiscus.
VV
De risico’s voor de curator bij de verkoop van het handelsfonds
schuldeisers tijdens
het
VV
De verdachte periode in het Belgisch, Frans en Duits faillissementsrecht.
VV
Faillissementspauliana tegen een verweerder uit een nietlidstaat van de EU.
VV
De gevolgen van het faillissement van een Belgische holding voor de Franse, Duitse en Nederlandse dochterondernemingen.
LdK
Vergelijking van de rol van gerechtelijke bewindvoerders (curator, gerechtsmandataris, schuldbemiddelaar, notaris en/of gerechtsdeurwaarder) in het kader van een gedwongen verkoop
LdK
Samenloopvermijding in geval van nalatenschap (Samenloopvermijding van schuldeisers bij beneficiaire en onbeheerde nalatenschap en boedelscheiding)
VV
De gevolgen van de nieuwe insolventieverordering nr. 2015/848 van 20 mei 2015 op het Belgische faillissementsrecht.
SV
De mogelijkheden van aandeelhouders versus derden (nietaandeelhouders) om de ontbinding/vereffening van een vennootschap binnen en buiten faillissement te bekomen.
IM
De voor- en nadelen van collectief of individueel preferent karakter van het beslag (wie eerst komt eerst maalt bij beslag dan wel delen met andere schuldeisers in samenloop)
TD
Gevolgen van foutief/niet-handelen van de curator voor de boedel
TD
Sterfhuisclausule in het kader van de insolventieprocedure.
TD
Faillissement, WCO en de gerechtelijke ontbinding van een vennootschap: een analyse van de juridische gevolgen.
OL
De gevolgen van de insolventie van een pensioeninstelling in de zin van de wet aanvullende pensioenen.
OL
De gevolgen van de nietigheid van een eigendomsoverdracht door een vennootschap waarvan de vereffening ondertussen werd afgesloten. Varia
TD
Fiscale en/of sociale schulden rechtsvergelijkend bekeken
in
de
bouwsector,
OL
De kwalificatie van de verkoop van activa door onderneming (in moeilijkheden) buiten de procedures van faillissement of gerechtelijke reorganisatie als 'overdracht van onderneming' in de zin van cao 32bis en de gevolgen voor de overnemer
FH
Dode hoeken in het insolventierecht (hiaten in registers, nul-uur regel,…) en remedies hiertegen
C06F5A Internationaal privaatrecht, seminarie (Prof. G. Van Calster) Onderwerp en structuur De bedoeling voor dit seminarie is dat u zich verplaatst in de Advocaat-Generaal bij het Hof van Justitie in Luxemburg in het beantwoorden van prejudiciële vragen die gesteld worden door nationale rechters. De taak van de AG is om een met redenen omklede conclusie voor te leggen aan het Hof. Het gevoerde onderzoek is vaak uitgebreid en gaat in op de algemene juridische principes die samenhangen met de zaak (terwijl het Hof zelf in de zaak meer ingaat op het specifieke geval). Voor alle gegeven onderwerpen zijn de verwijzingsuitspraken van de nationale rechters op het internet terug te vinden, in het Nederlands zelfs. U kunt zich dus hierop baseren. Een lijst met de beschikbare prejudiciële vragen wordt binnenkort op Toledo geplaatst, want we gaan uit van de actualiteit. Alle aan u gegeven prejudiciële vragen zijn namelijk momenteel hangende bij het Hof van Justitie en gaan over de verschillende EU Verordeningen op het gebied van het Internationaal Privaatrecht.
Elke conclusie is op dezelfde manier opgebouwd. U zult dit zien als u eerdere conclusies raadpleegt via de website curia.europa.eu. De opbouw is als volgt: I. II.
Voorblad (volgens KU Leuven template) Voorpagina van de conclusie, die ziet er als volgt uit: CONCLUSIE VAN ADVOCAAT-GENERAAL [vul eigen naam in] van [vul datum in van indiening] Zaak C-[nummer zaak] Naam van de zaak verzoek om een prejudiciële beslissing van het [naam gerechtshof (land)] trefwoorden – trefwoorden – trefwoorden – trefwoorden korte samenvatting van de zaak (zie voorbeelden hiervan in al bestaande conclusies)
III. IV. V. VI. VII. VIII.
Juridisch kader Feiten en procesverloop voor de nationale rechter Gestelde vragen Beoordeling van de vragen Conclusie Bibliografie
Uw seminariepaper volgt dan ook deze structuur. Wij organiseren begin oktober een info-moment waarin we de bedoeling van het seminarie verder toelichten en een kort woordje uitleg geven bij de verschillende Verordeningen. Ook wordt een uitgebreid document met deadlines, verdere informatie en de prejudiciële vragen waaruit u kunt kiezen op Toledo geplaatst.