rv.
JdrrrErrvilLtlllg
n n z a u ezc
sa i Lr r uz l u r €i
sectoren cn.--nol
1- r ^ a€+
irccrL
in i
Jijk
a
- -n -l -
-^.*-
ilza
nrnl-rloamaahi
\rn^r
(verder
adon\
on
Deze re.lalie
aon
j
s^ hp- nan n n l n g- s- ^ v, , e^ l l o
^h a^f - *
nnAar ur ayn
de maatschappij
onderzoek.
aartor-w+
f
-^n^ral-a
aangeduid
maat-
-wot-oncnh:nna-
cani:al
in het bijzonder
wordt
maaf
f ' .-E .ussen
^
aIs:
c.h^nnal
i
ika
conf
-
ar
uitdp
j eugdbeschermi-ng. In hoofdst.uk geformuleerd: A
on
urof
\/e I e
n oliiL PsrrJA
urnrdt-
nl::l-sen f .in
oncnhrnnan
d scL-zzvoc e^ /k vn -nr u
cFarrnino-
ho+
)
fo
en
acnroheord
l^,i iznnnar
hcleid
nrohlpomochipricn
en
- voorlopig
-
Vanuit de sociale s^ ^c^ci l a-ar lr -- iw. ?e^ t+e^ rn)- ^ h sl r c n a p r- *^^!^^L---.^ttike n r a k f i L f J .i :k !rl rirdaL>ulroPPsrrJ rzi
nrohleman
r
rrerlnnnf
hoe
nndFrcl-errnFn-
welke
j.ng aldus
de probleemstell-
1 wordt
docn
zich
de-e
daarhi-i
onde1^(een
voor?
en ander in heb. bijzonder in de sector jeugdbescherming); h wclkc zi in de nooel i ikhedcn rroor effectiever ondersteurran
n ino
lrel pid ( in
och i edcn
jk
weLenschappelj heden {Da
sf rrdie rend
_
aan
rrrim
in
On
v
oreen
s
! ,
i ike
maatqehannel
en
hoe
wordt
hier
in
zin
de
l r r
ontwikkelingen;
kunnen
ggp-
nrnhl
rzi a
no)
soci
431-
mogelijk-
deze
niet
en
-
en
ttan.
deze t6r/e_
Steeds in 1-.ijr:^^ ^ohet
slechts:
bestaande
)
ncn
flaaffqnrrn I
i n
onderzoek?
6p6prral- .
nrohltremqfell
als
i ik
i zonderierrodhoschermi
nrderqferrnino
bevestigend. De
nral,f
benut?
worden fc-m
en
he1- hi
ino
wordt
hiizondero rroor
te
deze
krtnncn
drrq
rzorm studie kri
'ioen
znwel
in
cen
oeFormrrleerd:
meer
heidc
alcemene zi
in
rli-t-
.
on
deze
mal-cri
c
r^rnrdl- aekoT6n Y t v ! v e
Y e J ! v 4
(hoofdstuk 2) voor het begriopensysteem zoals ontwikkeLd door Ronald G. Havelock c.s., en zoals weergegeven in (1973.a). diens 'Planning for Innovation' worden eerst enkele Omdeze invalshoek te kunnen'plaatsen', :ndora
mnaal
In
gedeefte,
het
i iLh
odon
l'roqnralzon
handelend
tenschap,
komt naar voren, p r o b l e ^u s*r^i rnL ,hs ui fac uA sJ ucr rhu yay pL o e l i i k Let
hodriirren
rzan
wotcnqchan
over
reLevantiekaders
dat ondersteunen -r^-h+^en van iq
Hct
voor
van de
ondefscheid
we-
een
maaLc l o e _ L e nv a i l Lusserr
wetenschappelijke duidt aan, relevantie en maatschappelijke dat sprake is van twee mogelijke relevantiekaders. Vragen betreffen hier onder meer de mogelijke combineerbaarheid. Behalve vanuit de wetenschap kan men deze materie ook
241
probleemgebied).
sLnappelrJk
: v e l - e n . ; , - 1 L a o ,e n
vi-i
Op veel inanieren kan beleid he c bi j:onder vid wcr-enschappel-i3k /r'orden. Dif f e::entiaLies kunnen
in
onrierzoel: , ondersteund aangebrachtworden
Caarbi;
meer via onderscheiding onderzoek. Als geheel gegezien, nonren Li-jkerr, vanuit het beleid de - vooral socia-Le - wet-enschappen nogal te kort te schieterr. Via het ' o r . e n t - I n r ' l i. _r -r r .- e. : LL ee inl c e S do ( Jee' - u sr u D yr oJ fT F- _c r. - , r n l r i f i. *o*" _z -F rn o r I t n g , van
beleidsfasen,
en van
aanknopingspunl-en Een
theoreiisch
onLvrikkeld
onder
typen
geven
te
voor
door
Van de
Val1.
v
+ r L Y '
cn
orry:.iqalie
haar
soci.ral
ziet
Hij
wercl
onderzoek onderzoek
sociaal
als
een inst-rument van planofwel i nsl'r,tmt.nL './oc:l concrolc hinnel
ofwel een feed.back-mechanisme, r:f iop '.er:nder ir.r. o'wo I car de
verbeterinq.
toegepast
kaderr'ool:
! ! v !
rria.d.,
I.'or
f rakomce'rinn
:.:r'oe
l-
be-
de positie en het onderzochL.e van de oriderzoeker l)ro'-€'n .-pzichtc (intern van Je organi:al-ie c'F cxfern).
t-reft
bl--nr l.i-ar dan bl i van ll.rvelo:1.. bLcemgebiecl
le voorrrgl:ndL juist Cc relatie en wetenschap,
irrvrlslroeker tussen het
staat
oi j
maa+-schatpelijk
spanningsvelC
tusson
.i,: prcbeide,
centraal. ,'J.rit rrj L "ar- .ior
Hr'.( .ock
l,retenschaD
lli I r-es,houwr. als subsvste-
sTsceenrbeurip.
err maatschappelijk
probleemgebied
neri,
.1ie met elkaar ipogerr te )conrmuniceren. E - r . r c t - l c v r r w a f e n s c l , a 1p e l i ' J k e u n . l c r s : e u n L r r q k a n n r l s L a r n via adequate w e d e r : i j d s e c o r , L m u r r i c at i e . E r i s s p r a r k e v a n een 'fLow of krrowferlge', een boodschappenstroom iteen en tcrug. (Disseminat-ion) Centrale beqrippen zijn verder verspreidilrg en qebruik vel.l
en
hali'e, valent, bririk
(Utilization)
theorie-opbouw en bi j gebrek rvordt
in
een
ingebur
cleze studie
IIavelock duiCt zijn 'D en U' ; korLfLeiclsgerJ i.lederlands e,-rLri-
l-erm
de
deze
van
iiteratuuronderzoek
i elr ortCcr:scliciden, qc-iachc tc
aan
kerrnis.
met
aanduiJ.inq
qc-
gema;rkt-. lLit-voeliq
Via
ook
van aan
kan rlcbruiken
voigens
kon
Havelock
vier
modei-
welkr:
sVstematisch o-,'er D en U worden: het. r^retensc-haosmocjcl (clenkcnC rzairui [. (r,':rarin c1e weterrsch.p) t iernodel ; he h- interac
di f Iri,:ic .,'entraal (rrret st-aat) ; irc.t probleetmoplossincrsmo,lel het prob.Lecn van de gebruiler als st-artpunt); el het (waarin JirLkaqe-rnodcl vooral de narlruk liqt op de vei:binilirLr,J tussen
\.,/ctenscliapsgebruiker
Van r;root- belang str:omen veel.al ccn .,'erbinding
242
is niet
nodig.
]-ret begrip vanzel.f. Mijn
en
wetc nschapsprt oduc,ent ) .
'linkage'. Vaak
rapport,
is
er zo
De boodschaopen een
tusscnschakel,
scinrijft
Harrclock,
_i _q
q _
nrntandaol J_-
en aan
aauri id r-..-r
::n
de mechanisnen
Iinkagc
te
Fan
ifieVa
snee
i nf
ar-crrc]-
om deze
op
om
te
I i nlu:no
nrnl^'1ar-__-*,,len,
en
lossen
effectieve
creelren. Fn
D
lT-rol
heeft-.
Harraloek.
alclrq
dc
^\/e1.-
heid. Dezc dient te bevorderen dar. het D en U-gebertren als Teheef zo goed n)ogclijk verioopL. De daaruit voortvloeienCe l.akell L'.rnar Wofden met de tel.m rqvql Fn onvFrnince | . Ecn wa.rrdevolle uitbreiding van Ce D en U-gcdaclrLenqanq geven Rogers en Shoemaker in hun 'Communication of Inno:.i)7 I ) . Ri j lren Qaat- het vooral \ aLicns' om de versprei d:ng
varr nicuwe icreeen. innovat j c-decisie-proces
Zij :
besfeden
veel
aanLla.ht
menLal e pt-oces
het
via
aan
individu komt van eerste kennis van een i-nnovatie a J r , n r i e o f . r e r w e v pr ' i^ ' nv ' r r - ^, r^ f ^ l ' - ^ n f i r m a t i e , Al S faSen ncn daarbij
onderscheiden
beslissing, ,,a,,a.n
worden:
confirmatie.
nia
l-ii
Afdus
kennis,
wordt
ur',otanl.,.,oir,ia:,-
He:L bovcnstaancie
verschaft
dc oroblcmat.iek
rond
: o l i -: *k . J , , n r o h l e o m n o l r on \.'ar.r-c-lr:n i n
lret
,ie,l 6etr
een bOd
een hof
dimensi-e
analysekader, hii:nndor'
rrnforrrrl Ysrur.nru
kan worden. A1 s; ki:itische meer gestel.d worden, daL tecltnologische invalshoek.
sprake
dacht
het
goed
functioneren
.1e vraag
r;aar
cie zinvolheid
rroor
de
nisstroom, kennis
vraag
dan
en
de
voor
kan
daarbj-j
)
I e Lo erd
onder
vall eelr min of meer bi j Havel.ock, nleer aan-
is,
van
innovaties.
de
ken-
van de geprobeerd
In deze studie wor.dt ondervang'en, door het qoed functioneren van j-n concret-o kennisstroom te relateren aan (gewcnste)
dit
bezwaar
de
or furikkel
te
inoen
1n hoo ldstuk
i-ol-
J ,,
prl
VaL nren deze op als sprake te zi-jn van: n - - av d\ r rg r] ki J - i
o
i e r ru av vepluhJ o\ ' q e h + r ' , r i
nnqruarlz
J\
zLjn
..rnl^, lao-.nolr'l
n n. l - -i i L f
i r,
3 word t tle l.rrobleemstellint Jittewcrk L. (weer) de beide subslrslsrngn: maatschap-
UitqangspunL
.
Er
naar
is
maatschaf-
i , 1 r r / 1 . 1 1 \_a _c .- .I r- ^-r .n, l r n g ! , o r m' r
aantekening
toegewaarujt
van
tussen
hanteefbara
meef
k,in-
overtuiging,
koml.
spanninlsvefd
lrn
het
wel I'- ecn tot
a.
I ie,rodheselrermi
met. cLk;ar
\rorzand
inrr
rr:n
r r o )/
ru fr r
hv v/ \t r sl .L .r n r Jq \ _nr L - ui ft r .
c o m m r : r r i cree n d , l^rnnrlcnh:nnan
dan bl i jk-t
rrrr,rri
I
n,r:f
F .
seh,rrrncl " ' " f *
-
i ik
' r l f v a r- ). n . sr -t -
nrohl
ecmoolri
erl
^- n --
o, .c- h_ rJu itk_ l L K vVadnt l
e-
rrerzen-'l inq
n:er
\r+l-pnq.hAn.
cd leez: ic( '
,bLo)o. Jucr ). (-;r,., ^ ^ o n
v t
\
'
L
u
i r J U t
' q Y
,
.innr
r, ., '. a _r zJ n -
\/.tlrli1
vJefCn-
sc hap ; nro,l''kl-ie schan .
naar
ontvangst
n-l i rl,
maa bschapoaLi cn
gebruik
\/in jk
van
hoo,lqeh,ar,no:
probleenqcb deze
i cJ;
hooclsr:har;pen
Coor
maaLschaD-
n.ohloo-rc1.iCd.
243
vorr gurrsLr-Uer verroop rs sprake naarmate het maaLschaopelijk probleemgebied de ontvangen boodschappen beter kan gebruien
ken -i
rd
oclrrrrikf
rzonr
ivnnrhaal
A .
hi
I\lrr hl
i ilzf
f al
oehrekkin
-iir
h'rl
konc
r^roar
a ar
l, i rnaran
d:1-
nndcrqtprrni
rl. lnnf!
lrle
rrer'lonnt
1in
dnnleinclen
n
en
do
ouders)
nn
trrqqon
ierrodLrescher-
hun
.
.., **..- -^.ap
rr'i:
r^rctpnqelr.
nrakfiik
en
wefen-
schap) . De
naar mocel i'ikhoden i -ike onelerstcrrni ncf
\/raao
qehannnl worden
in
een
vraag
naar
en gebruik
ontvangst
^^Lr -.r r^ i +^'-
L^^^-lcl
ccn f ral
e
vra:d
on
ecn
wor.ll-
-
van
k:n
nrr
deroel
wel l.o
-
weten-
rzerf aal d
prodrlktie,
verzendinq,
richtingen.
roiere i-i1re o Yl vuur
e f fectivi-
aangeduid met de
deze studie
dan
(het beste)
activiteiten
affectiviteit
effectiever
teit te bereiken, worden in term 'D en U-activiteiten'. f)p
dc
verhoopn
van boodschappen in beide
l c uv ur v
,
om te
rz6yyp en
i nhoud
en
D
op: Ee'r eerste analyse Ievert een driedeling probleemgebied a bevorderen dat het maatschappelijk oncd
m o ear l , , ro vY
Yvuu
\rarday
i il.
on
b bevorderen aI q
a l q
f'rne t ioneorF
nal.rrrr
i lrar
dat
o n f r r a n f f e r t-
U-
kunnen aannemen.
rrrn
arl
nrodtre
r
\vtvcl lrLzr F r enl rd c r
wetenschap zo goed mogelijk .
nrnd
vn
nl-
.
hnndqnh:nnon
cv sa! l! -q \' rr rrvl !i , k c r
zo -
/
r.pnf
en
functioneert
verzender
Van
bood-
schappen; c verrichten da
r^roJ-onqehan
. opvanqen, uit
hel
r'-
' iL
vdrlurL
zowcf ook
n::r
en
haf
verwerken
L
en
^'"-^kadef
f)
.uTs ou r9r ua lrcl 5 hu a 'crns h! ro. r! m r r i\ J ,
tussen
beide
Tr^.liiinncol 'I aan rLe r r rnr r vi n a imooqt:l
.
na
k o m e n if nl r
oaaf
aon
i il<
vv uor l9 cc rcr un d e
aan
hoofdstuk in
(cn
rri l.qnr:al<
van
nrnhlcemoelried
de
t
hootdstrrkken
cic
a.ls
Ofde.
iarrnrlhocaharminacanAovzaak Jcuvule-LrrcrUrrrrYsv
hef
weten:
ierradheschprminnsnnderzopk-
Tl-aqnoctFn
worden in
ki nderen
te
boodschappen
van
vandoorzenden varl boodschappen probleemgebied naar de wetenschap.
en
en
qchanncl
AUItcrl
dtl4rySgidqet
icrrodheqehcrmino aloemFncre
doorzenden
m::f
maatschappelijk qf
i-aken',
vantintermediaire verwerken
. opvangen,
,
o en rr
de o q
761
-Fi
a
4 nader bekeken.
ierrodhoqehernind
hrrn
orrclcrq)
\iAn
FAn
hi nnen
k indcrrcchf
an htrlnrze1.- i ' r s 1 - it i c e l kader or)
Laat men hei- strafrecht buiten beschouwing, dan gaal het rrooral om huln aan kinderen wier ouders uit de ouderliike geen om ondcr toezicht macht ontzet of ontheven zi)n, autostelde kinderen. Er ziln een groot aantal, relatief rrullls,
j-^F^11in^a-. IrrsLcIIllrVsrr
i n F ^ ? n r f r^r nq L c r r t
gezinsvoogdij-instelllngen, 244
rvr en vn Yn ur ri iJ
i - i n rcr i roJl U s l r ! I r Y I ci rnt n, o n
raden voor de kinderbescherming.
De jeugdbescherming als geheel is sterk in beweging. Ontwikkelingen die zich daarbij voordoen zijn onder meer: . vervaging van grenzen tussen justiti6le en niet-justiti6Ie vormen van hulpverlening; onder meer tot uitdrukking lznman.l
i n
nnni
h^^n
rlc
iarra^haqchcrmi
n6
te
i nf
ecreren
ljn-
nen de (jeugd)welzijnszorg; in een zoeken naar mogelijkheden om hulp en recht te scheiden; in een zoeken naar nieuwe hulpverleningsvormen ; . regionalisering en het nastreven van regional-e netwerken van voorzieningen; plaats voor clidntenorganisaties; . een duidelijker en (waaronder verlaging meer rechten voor minderjarigen meerderjarigheidsgrens). Jeugdbescherming is voornamelijk een zaak van het particuIiere initiatief, met volfe(liqe subsidie door de overheid. De relatie tussen jeugdbescherming en wetenschap heeft verschillende stadia doorlopen. Na 1945 deed eerst het wetenschappelijk staflid zijn intrede in de instellingen, Celeidelijk kwamen praktijkexperimenten op gang. In de Ioop van de jaren '60 werden in toenemende mate universil-eiLen inqeschakel-d en werd gepoogd onderzoek te coordineren. l{eer en meer ontstond vervoLgens de vraag naar progranmering van onderzoek en naar een research-centrum ten behoeve van de jeugdbescherming. In de loop van de jaren r70 wordt vrij veel jeugdbeschermingsonderzoek verrichL. De Coordinatie-commissie wetenJc vnr h r u: ynvnL a r t
i ilz
a n ^ a - - o ea kU e K
no
kK iI n Ild q eeI rDbee SS U JcIhe e I I rLm _ i
en
d* _e. . _ _k- o* re_ n- -e9 .4l- o r
nisatie WIJN pogen te sturen, te coordineren, te stimuleren, en service te verlenen. Het aanbrengen van ordening binnen de wetenschapsproduktie rrantli
I
:1 aa-ao-
ltef
aaz
,
1, r- v' aL+
i c h t - L _qsn r rqn-J. - _ lvLaqr rr
iseren
ondersLeuning blijken
-iorradl-'ac.'harm van
echter
ef
_ - l [ r l l ig n ^
f ectierrc
^e nt r ,
n t naeaer . L
.i I n-
L ne!.
w e rL-ue rnr qoeLhr ar a nn P et ,r s r r
i ike J.__
geen eenvoudige zaken t.e zijn.
Plaatst men jeugdbescherming, wetenschap en hun relatie nadrukkelijker in het analysekader van Havelock, dan onrstaat het volgende. , l e r r a r l h e s c h e r msir
r r u rnr a\ j
-ikf !h_l _ i J _ -
l-o
haql-
::n
r*rri fL
a e ^c n tt
,v, en e^ ll t l chI ^u i
X
,v,dr n
(sub)systemen. Een eerste onderscheiding betreft die tussen cfi6nten en hulpverleners. Vervolgens kunnen binnen de hu-lpverlening aIs organisatie verschi].Iendc befeidsniveaus onderscheiden worden. Tenslotte is sprake van een veelheid - instellingen. van - deels onderling verschillende Spreekt men over boodschaopen vanuit de jeugdbescherming, dan is
.AE
te
onderscheiden.
Boodschappen nemen in dit verband vooral de vorm aan van geformuleerde problemen en van reacties naar aanleiding (feedback-boodschappen) van ervaringen met de wetenschap . De waarom-vraag ten aanzien van wetenschappelijke ondersteuninq van jeugdbeschermingswerk kan beantwoord worden via het aantonen van de m5geLijkheid van dergeLijke onder5LeUrIIrrg,
VOll
Ell
mogelijk
l oc U
Van de Nederlandse lzl
oi
n
rmr nr rv or lq
o
nodoal
f o
^ol
cnani::l
{-on
daarvan,
6n doordat
i
rlz
hahno\16
1-roci-om;l
do
wc jni
i q
weer met zich
'i q
qnrelra
ott
oal_rrrli
kennis rr:n kon
hesehermino
(c.q.
da
z av a
laj au aL Au
rrorqni rzan
iq
nnori
aan
oepn
^^on
\/:n
na
aehoal
een *-...ttng. van een centrurn)
gedeclte
n^
Al
\/an
Voor
c
aorrnl
a
onderzoekprogrammering in
naar
rz:rr
qnrakc
rralo
sl-echts
iorradhacclrarn
dc
onderzncknrodrl]q1ig.
weinjq
mee dat beLrekkelijk rlindf.
nlaatq
do
'iorrndhacnhormi
qamcnhano
o
en verzenden hee[t iedere giedn; de consumabiliteit in
rv. ?r as rr lnz
is
rrnnr
een duidelijke
Dat brengt rran
pr
\rrn
ontl.rrpekt.
lafie
hr ro sf u
r!r
wetenschapsproduktie
rlrli
geen research-centrum
Er is
'ic
n6Adz::L
te verrichten.
het
aan
oordeel
crrqf
omati
hnadqch:nnon
hct
van cnh
rr'i f
cumuvelen
nnf zln
oehrrrikskla:r
rr:nnon i o! r rurYrvd -
J
makcn
wetenschapper zijn eigen stratevan wetenschappeli jke produkLen
iorradhacnharmorc
nio+
zn
]rnna
Ten behoeve van de jeugdbescherming wordt relatief veel gedaan aan D en U-activiteit.en. De Coordinatie-commjssie wetenschaoDeliik onderzoek kinderbesehermino - epn ocneenqchanncl
irkc
nnderncmino
rzan
otrerhcid
cn
narFierrl
ior
i-nj-
- stuurt vj a haar jaarlijkse tiatiet budget een gedeelte 'in de richting van de Nederlandse wetenschapsproduktie trant
de
-ierrndhpsrhermi
no
f)a
kncncl
nro:ni
qal
i e
t ^ l T , T N\ / e r -
feent D en U-service aan jeugdbescherming en wetenschap. Intermedjajre activiteiten vinden pLaats, onder andere in de rrorm van probleeminventariserende onderzoekingen, en pogingen om via gemakkelijk toegankelijke overzichtpublicaties de produkten van de wetenschap dichter bij de jeugdfo -l - ^r r a* n g e n . Progranmering van onderzoek wordt enerzijds door velen afs w e n q e li i k a o z i e n . a n d c r z i - i d s h l i : k 1 - h e t m o e iI i i k o m e e t L onderzoekprogralnma op te zetLen. Meer in het alqemeen gesproken, blijken nog vaak een kwestie D en U-acLiviteiten van triaL and error te ziin. haqnhorminn
246
Ilnofdqf
(
rrk
noof
f
hof
rrorq
I :n
rz:n
nan
nAFr
do
u z o fLos nr rqJcuhr :r ne y .
trr\/arinoen
f)o
a i nan
omni
n r o h l o o m q fr or rl Jl L c r r r r r i( nj n
hcbhpn
werkers (en wetenschappen
sociale
oan
ri
cnh
zich op de jeugdbeschervan boodschappen vanuit en verzender van boodschap-
onderzoek. Het onderzoek richtte ming als onL.vanger en qebruiker de wetenschap, en afs producent
de
in
bijzonder
het
lrriddo-
lbr^lL^ vycr^e
.
icrrndhpschcrmino
binnen
met
met
sociaal-
wetenschappelijk
onderzoek) ; hoe waarderen zj-) deze ervaringen; en welke mogelijkheden zien zif voor een zo goed mnocliike inhrcno wetenschannen in hrrn Van de sociafe werk'. Een representatieve steekproef van 50 jeugdbescherminosinstel I inoen wcrd hi i het nnder266ft betrokken. De 50 r r v !
I i
iqfon
\ .
v 4
J
werden gelnterviewd.
directeuren
r^rordon
nal<
hnnfd-
/nraVt
werkers
maatschappelijk
en
Via schriftelijke i
ilz loidarc
vragen-
arnoncloidz Y-vefv+!--Jrs,
,
wetenschappelijke
staffeden
be-
naderd. Het
onderzoek
de\/an
\rFn
had
vooral
doel,
ten
iorrndhaqehormi
nn
i
n
can{.
Vanuit de resultaten is vooral De laaLste tien d twint.ig jaar zoek
i nocn
nrr
hef
Daarmec waren
qii^
man
scnlatierze moor
.
lroJ-
van
r.rn
,-la
i6,,d,Jhcqchermi
ettel-ijke
noli-ikc
a^-
+o
lljcFar-h
steeknroef
rrnl
van
}-rii
apn
nrrhlicrfio ^6
Li i
l inocn
fo
la^f
hl
qno.r
f
noreanfAdo
krrnnnn
^nderzoek
i ikt
onqe nn
a
kaman
h:rrnol nf
. slechts rino met
15
on
Fa i
q
r;l!.
ge-
hol
i iko ai
nr
d
nohrrri
d
in
heqchcrni
l-,^+
is do
i oc
onder
rz:n
11aa-apn
wel
iJp' _r dy .*l_b_p-s_c. h- ,e- r- m . . i-r. r g s aal -wetensehar,>-
iorrarll-,acnhorminaqinaetivi
publicaties h ! fi
n c s^ r- r
i J
aaon
i neFal
I
feiten
op het
*i h-F^nlilrrrD Lsrrr
moninn
wcinio
onl crreri
enig
heil
i nrzl
nad
^,.^h svsll
nn
25%) hebben
onderzoek. ierradheschermerq Aal-
z ii
t-o
, v q u a r J u L v v L t r r ! Y L r J v
woirin
van vakliterat.uur, hrrrikhaars
( rv rv ov l n r \
Men ve7143ghL ef van.
sociaal-
hohhon
i n^.
(ongeveer
inst.ellingen
doal
soci
42"" van mening, dat
ze.lf
nnqwerk I
Loekomst
ycr)Cg-
maqr
30"" reoelmatio
, r
kon
rl-rl i e:t
rz:n
weinig het
orrerdr^ta
of
hliil,i-
r l : a r r r : nv q r I Y L L na r )a Jn P L q j \c vn ,r : l r o .
hebben voor het bijhouden
de
rrerri
n^am6n.
opzetten van he1. ondarzoek hetrokken
De hii
ryaatz
n roY
guldens
min
\v*a- ne
beLrokken
sfechts
. van de respondenten
hof
Ir!r
nondo.
arooi'
mani
vr
dan
Veldwerkers
te ondernemen om wetenschappelilke
urcf
te
r * a l - L so rn rcJnshr: .nu y .
miljoenen
oei'nterviewde d_ o i rLc rcct ce lueruerne n ",ew(]e I i nocn hl i i1.t 16"^ depn cnkel
r?.n
F
het volgende te zeggen. werd een groot aantaf onder-
de
i nstel
sfel
od
LotaaI
mo
Het ziet er naar uit, dal- daarvan betrekkclijk we-ihcl- icrrodhcschermincqwerk iq orzerqAkompn Alfhans:
moeid. nio jr laaf
6o)-ri
in
beschrijving
een acf
En men heefL
.iin f
\/oof
iirl
en dat hef
erva-
onder-
icnod_
echLer
Voo1
een vril
247
- zij het krltische - attitude positieve ten het leveren van materi-aal voor onderzoek.
aanzien
van
(de gegevens Aldus enkele kernpunten uit de resultaten werden Ln 1974 verzameld). Daarbij moet aangetekend worden dat deze ul-tspraken gebaseerd zijn op verbale uitlatingen rzrn
da
vocnnndanton.
te meten in werkt
i n
n
i aj-
word
nanrnl.raorrl
hoeverre
ierrndl'rcqehcrminasinqtel
^- nY
I
en op welke wijze
a * n" d- o-v-a-
\^t'
"Ilze
wetenschap door-
1 inogJt.
Ook werd qezocht naar verbanden tussen variabelen. Resultaten daarvan dienen met enige voorzichtigheid bekeken te worden. Noemenswaard is de tendentie dat grotere bekendheid met onderzoek eerder lijkt samen te gaan met een negatieve dan met een positieve attitude ten aanzien van wetenschap. In hoofdstuk urnvd{-
6
wordf
nAocd^:n-
nn
welkc
aan D en U-activiteiten
nanorran
wiize
ops't.alte
oD enkele
verwante
terrelnen. D en U-georieinteerde
Een drietal
research-instituten aan de orde.
komt daarbi-i
Nederland
ten
bui-
Het Deutsche Jugend Institut te Munchen realiseert een ej-gen onderzoekprogrramma, en geeft zich veel moeite, haar roqo:rnh-nrn6r:mma rri f vormi
heql
n a r f r r r kwk! or !' Ll 4 t J i i 1 r
no
\/^trrrcsqnn
nnl ei rii nosacFi\/i
nrooramma ::n dron t q RrlrFA'r
(T,onden)
:F
(pari
hoef
i < r )/
tpi
f
ql_6mman
1-a
konnc
Tr
Ncde-'l -
trorzavai F on
and
deels n^
arnnt
nreqenf
r/^^r
ha
cnhoonca
r.ral
am
jeugdonderzoek Foliilz
F
nnni
iorrarlnndor>ao)r
nnr]o-r.rornar
eerdc
Dnf i noA
in nn
,
vn rnr rul Ea rr rnr oc a s lmr lf L
z
i
nn
i n
-
!
da
I n
zorg
veel
191 4
een
aan het
nl an
svstematische
\/rlcrl-
informatie-
rncr"ror]r rr:n
l-rot-
. .- - . ^ g r o e p
do
hani
r.rorlr
n
te
Nederland
m r r r^u ^e r
nnrlorzggft-
NatiOnal ChitHet d r r i d e l riJ J-\ iv k e rss a hano r r rm v r re ' l 's n rrY in
oen
ocdecenfraliscerde
FAn
r
tFn.
de onderzoekact.iviteiten, en besteedt beschikbaar maken van de resuftaten.
een
l t
rlvtsy!
^r-^\ \l nl Javl 4 r ui tr ic ^ s /
n va P
dpcn
drli
p::A
rrnnr
rz:n
da
ordenen,
flpl
i da
| 7O
ari
+ni
hot
weI
leverde
^ri
ike
programmerf ng
i rron
f an
io,rn..lrznrmin^ J!u9uvv!llrrrr9
qA L^ Lf f
veel D^^en-
i \ 7v li uf s r ^ i f ^ h Lsrr
orn Le komen tot een planningsgroep voor het jeugdonderzoek. De Ncderlandse maatschappelijke dienstverlening beschikt over een eigen research-centrum: h e t N I I \ 4 A W O I. n s a m e n h a n g daarmee wordt anno 1977 gewerkt aan de totstandkoming van een programmeringscollege onderzoek maatschappelijke dienstverlening. (iaci
anal
aorA
lz-n
urnr,-lan ,
248
d9 *^9 J -
ov 9a^ nr
qi
f
rra
l-i
a
droi
nt
t-o
ontstaan a
waarin
pogingen
I nnaacnArd
l k:ar
tot I
i naorrl
coordinatie van onderzoek a t r,a _ rl - -J s ppen .
n::n
Tn hoofdstuk 7 wordt de problematiek rond wetenschappeI i ike onrjersterni no i n rrrimer rrerhand bekeken. Nagegaan wordt, we.lke implicaties verschillende stromingen in het sociaal-wetenschappelijk kennen hebben voor de relatie tussen v/etenschap en handelen. In dj-t licht wordt georidnaandacht besteed aan cen - empirisch-analytisch teerde - hoofdstroom, aan enkele methodologische nevenqfrnmon
lnan-nnqi
fi
rri
qma.
menol ooi e - qrrmhol i Sch t
eJ
di
rl
anf
i cnho
interactionisme
LIJJVLLp
han:dari
nn.
l
+ r r Y
,
f a n n -i ! ! r
v
e)
ethnomethodOlooi
en
en aan enkele maatschappijbeschouwelijke nevenstromen (neovan de Frankfurter marxisme, kritische theorie SchuIe). Ccntraa'l
nrrnf
ning tussen met relatief ziid<
l
i
rla:rl-.i
1i
iLf
anAar
--.16ra
+o
z i in
na
nn6n-
enerzijds het nastreven van algemene kennis grote voorspellingsmogelijkheden, en and.erq
rran
l-ral:nd
rrd^r
iac
hior
mot-
uroinin'lic:+iamnaaliilzharlan
Aandacht wordt vervolgens besteed aan de uitkomsten van het onderzoek van Van de Val1; hij ging empirisch de ber^:r^: Isrqsrll{JauL
---vdll
opvallende da^n
met
,.n Izv
mee r
of
hlld,
n rnrrul sa rr 4z vnEo^t pz rnvrJ^ci u6 L^ Ef ^I lu
conclusies,
wat betreft
mi ndeli
nvl
oed
on
^h EtI
L,.,-m Kwdu
kenmerken die het
beleid
+^f LUL
samen
,
Niet alleen in de jeugdbescherming, maar ook in vele andere sectoren, en landelijk, bestaat veel belangstelLing voor wetenschaps- en onderzoekbel-eid. Een aantaf recente ontwikkel-ingen wordt beschreven, en nad.er bekeken. De Nota Wetenschapsbel-eid geeft lijnen aan voor de toekomst. Trefw o o r d e n d a a r i n z- -i Ji 6r r yv (9.6) oAr6alr cCoO( )Or or d] -i rn)a t i_e_ ( n e r w _e -t e _ .n. q_ c_ h. -a- r ) p e lijke discipline en per maatschappelijk probleemgebied), prograrnmering van Onderzoek, en democratisering van het wetenschapsbedrijf. De noodzaak van onderzoek- en wetenschapsbeleid wordt bij herhaling onderstreept door de rapporten van verkenningscornrnissies wetenschappeli jk onderzoek (onder andere onderzoek op het gebied van sociaalbcl
ci
d -
Relanori hcschcmino
rzan ik
nnderuri rzoor iq
ccn hct _
iq
,
a U rnI
\vr ^ n
ma:l-qch:nnol ri n rI
(dl e. e
lNl oottaa
rrlimf i ik
o l +i J iJ k: o g aohi
n v l rudg o r lnr l r 9 / .i n n \ ad
W w eeLLeenns s_ c. .h* r: _n -q_h- _c *l *e i d
zaa
I c
d !o u
iarrndJLUYs
ocl:ne r_,*.^_ieer-
de idee van de sectorraden, waarin coordinatie en planning van onderzoek ten behoeve van een maatschappelijke sector plaats gaan vinden, Verschillende aspecten van deze 'tripartite' samengestelde raden worden besproken, onder an-
249
probleemgebied
dere de inbreng van het maatschappelijk zelf levert nogal wat problemen op. ran
:rAara
l^etreFt
de
aewcnste
rrcel
rrersn
i nneri
nd
en
te
veel
centra
Van
Concentratie
gevonden te
onderzoek t een optimum dient
I i qeri
worden
tussen
te
no .
Prograrnrnering van onderzoek wordt door velen gepropageerd, maar - althans in de sociale wetenschappen - weinig gerealiseerd. \v7sc co rl
rw^ vr nr u r dLf
keliikheid
ccqnrnko9cJIr!v^srr
rran
^^ uv
I --+^+^ !qoL>Lc
wetenqchan
i.*^n Jqrsrr
Aandachl-
6 v \v/so!r
wofdt
araf 9rvLsI
or
besteed
lu. -v^ sa qd uA rnr-
aan
projecten inzake wetenschapsvoorlichting, en aan gedachtenvorming rond Instituten voor Maatschappelijk Gericht Onderzoek (IMGO's). Tenslotte wordt vermeld een Nederlands empirisch onderzoek, handelend over beleidsinvloed van criminologische rosearch, en gebaseerd op de ideedn van Rogers en Shoemaker (het zogenaamde 'UNsDRT-onderzoek' ) . 4 t/m 7 zijn nu efementen aangevoerd Via de hoofdstukken voor een te voeren D en U-beleid ten behoeve van de jeugdbcscherming. In hoofdstuk B wordt geprobeerd, een schets voor een dergelijk beleid te formuleren. Doelstefling daarbij is het bevorderen van optimale wetenondersteuning schappelijke van jeugdbeschermingswerk. De volgende aspecten komen aan de orde: 1 De uitgangssituatie. 2 Het achterliggende D en U-model: een poging tot synthese van het wetenschapsmodel en het probleemoplossingsmodel, met speciale aandacht voor het mobiliseren van zo veel -.^ol
i ik
croal-
i af
nnJ-onl-i
ao
I
3 Problemen. Onderscheid wordt gemaakt tussen algemeen maatschappeli jke problemen, en beleids-/praktijkproblemen. groep Gestreefd dient te worden naar een zo ruim mogelijke nrobl eemlerzcranci ers. Probleeminventarisaties kunnen een nrrftia h l *^ z1ln. . .r -r '_l nr m. .i ^d *d *o _ 4 Programmering van onderzoek. Dit kan geschieden via het gericht verwerken van verzamelde probl-emen, met vervolgens een confrontatie met de stand van de wetenschap. Het is ger^?onqf rrr i mf o J-a I AJ-an rrnnr aon r.r r-i - Ji e m a r g e . 5 Onderzoek. Het is wenselijk te streven naar: a een samenhangend geheel van onderzoekingen, met ruimLe voor grootschalige onderzoekprogramma's; en b directe interacties tussen wetenschap en veld; daarbij kan bevorderd worden dat het veld zelf onderzoek op kleinere schaal gaat verrichten. 250
6 Concentrat-ie ^ ^g-l l g
(nt^gaul I
van onderzoek. ^ ^g u
"v-q- l t
Concentratie
^u rr rrlua swl zZavacl nr nPrtav^ur ur kn1L-r g .
-i R u ri J
i o
grewenst voor
is
rvr vn vn rr rk c r r r
^ianf
aangehaakt te worden bij onderzoekconcentratie probleemgebied. van een groter maatschappelijk 7 Toegankelijk maken van kennis. Afzonderlijke zz r. Ji ir nr
rnl nv .u-rtvi
nieuwe kennisl-rekeken B
i ik
rie
en
vormen straf
onleidino
te
door
heeft
ecn
in
functie
.i^^r
e rnr u
r
VOof
worden
in
Vefband.
dit
!.'aFancahan
Dat
eenvoudige deze zelf (deels met demon-
jh^
l-^hi^,-16l
behoeve
strategieen
n ri rs r_ rk \eenr u
\r^^r
maken
stimuleren dat gaan verrichten
onderzoek
van
ic-l,arakfer').
L^^^hikhare us-Llrr
vormen van linkage
aerzool
heleid
gebeuren
kan
-.^'. varr
Verschillende
Ook
Pyakf
-^L^^1 9srrecl
h l l .s+L
vvu!
ten
hi-i
het
\/an
IcvFren
onderzoekmateriaal; en, opnieuw, via de opleidingen. 9 Feedback-boodschappen. Het formuleren daarvan is vooral naol,zako
I i ik
^^h-^ 5urIoIr,
^ -r l Y
hi
kU^clI^s if
i
pen
oel-rrekk
x u
^n e rr
nr:kl-i rk ,vr sr!urJr!.
10 Prioriteitenstelling. onderscheiden: :-
.
vooraf
verhogen
van
qrrqi-om:f
l-rinnon
de
aon
D
nabijhejd
van
Weten-
tUSSen
twee aspecten te on
principes
volgende
i qchor
comrrlgni66lie
Hieraan zijn
nrinrifai*ancl-al1ina r''--
dienen
i oe
. '
li-halairl
r* l*a* :- rJl l l
richtinggevend
te
zijn:
wetenschap
qFommina
:f
voor elkaar bij betrokkenen; . bevorderen van meer interesse b prioriteitenst-efling binnen een ondcrzoekprogrammai daarhi-i
kr:nnen
-l^^-ar^ dtgcllerre
de
reqrrl F:fen
hal^in-liinon uefel.usllJ
van
nrohlcemirrrenfarisaf
r i . h + i n n- -n -o- ra raa, n ^
zi-in
ies.
loon ,**..
erl
nnnin. r-y-..J
wordt ondernomen om met behulp van resuftaten van een probleeminvenLarisatie, en meL behulp van een algemene beleidsrriqic
anina
inlrarrdcliiko
rzrrlIina
11 Organisatiestructuur. rorraden
ooede
op
ten
D en
teitenr-
-
U-gebled vooraf
bij een secretariaat 12 Ti idsnersneel-iof. rla
Uit
l
iid
nnaal^'nlr.rrl
dit
alles
verrich1analorqf
NaflFoaAn
e r sr rnl r ir r Y n a
vrnrdt
f
^
naar
bij
een
lijken
OrrerinF
sec-
a.tilzttei-
'intermediaire
activi-
koepelorganisal-ies
en/of
sectorraad. U-beleid
dient
fLexibel
scala
van
voren
een heel internediaire
opdat
in
of
l e
noa
na
-
of
D en -
activiteiten
effectiever
iarrndhaqnharmi
J -c n q l
Y v v L r r / .
?iin
worden
rr:n
norran\
hieden.
name ook
Een D en
waaronder
kunnen
ev
met Lhuis
van
komt -
activiteiten
fe
mooel i ikheden
horen
tL -! a
Voor onderzoekbefeid
navaal
Udie
wetenschappelijke icaarrj
ierrql-llp""Lormi
vrnrrl
no
een
r
zi
n-
'D en U-eenheidr volle is. Naarmate de jeugdbescherming z.clF naer onnF:t in orofero oehclcn. zal dat mct D en Uook het oeval moeten zi in- aezlen de aard van de beleid
z3 L
-^^'^
D t r fu ) e T e rn t u l -pnt vrl o r ch c rl rF l >pL tc rI r^I r-r^ Y1 r : - -
-^tormuleerd
zuat-
ve
in
Vsr
hoofdstuk
?- iq:locmean rran aard. In hoofdstuk 9 - na een Voorbeeld g o e d e r e laLie tussen beleid en wetenschap - wordt van een nageqaan op welke wi)ze de D en U-gedachtenganq toegepast probleemgebieden, kan worden op andere maatschappelijke en andere stukken wetenschapsproduktie, met bijbehorende in
hocrrerre
beleid
heioeen
l-r:rr
i <
oerronden
n h p Ll L J ir i k t u L' iv 1 -
.
werd
ten
aanzien
rznnra
l
hef
ocrza
l
te
D
van
behoeve van de jeugdbescherming,
ten
en
U-
generaliseer-in
zi
qecf
r/oor
^ran
u v r e r '
sprake is van een relati-ef autonome ontwikkeling waarbij probleemgebied enerzijds en wetenschap van maatschappelijk met 'bijbeAIIe sectoren van de welzijnszorg, anderzijds. in grote h i e r a a n w e t e n s c h a p p e n , v o l d o e n horende' sociale li jn. ten dele Daarbij moet wel opgemerkt worden, dat slechts veel onderzoek zich sprake is van autonomie. WeL voltrekt rretrekkel
i ik
.,an t
traar.i ^^^-
arin
wcl ziin
los
rran i n
zc1 f\
rr^
hele
id
irrisi-
/
en
ik
nrakti
wor ? i incc6^i^ocformrr'l
J s 4 v e
Anderz
(onder eerd
i ids
vanuit
worden ! r v
J v v
de
be_
het
andere
sociale
wetenschappen. aanwezig waar is bijvoorbeeld Een heel andere situatie ('maatschappelijk prosprake is van een stuk industrie cd | |
hl cemcehi
zal
D en
Hef deen
oez.eod
ierrodhcschermi andere
lli
me I
ihohorend
reqca
geheel
U-bevorderinq
'i s over D en U-beleid ten kan drrq nrof endeel s ook
sectoren;
in
elk
pcn
worden
AAnia
welke een D en U-beleid nnaczot
cn
ahorafori
vorm
nc
gevaf
steeds zaken zullen daarbij (onder andere de inhoud van dFfie\zpn
rch-l
andere
oerea
l
voor
lrm.
inhoud
een
onderzoekprogramma). noFn
cn
een bepaalde
vraqen
wulljng f:ctnren
sector
de rrglg Enkele
welzijnszorgi.
specifieke
d55r
krij-
behoeve van ael den rroor
een
orzprweoi
voor
de
en
Aan-
rzi6
kan worden
I i seefd.
geeft mogeLijkheden, open plekken aan De D en U-invalshoek Aanis aan D en U-kennis. te geven in hetgeen beschikbaar (D en U-) gegeven wordt, welke aanbevelingen voor verder deze studie onderzoek vanuit kunnen worden gedaan. Vervolgens li^L+
252
.,-n
wordt ^^
de D en U-invalshoek
,v' !rqaq -Y ^, _
of
rria
deze
weo
geelvalueerd VOIdOende
in
handvaten
het
geboden werden om de probl-emat.iek rond wetenschappeliike ondersteuning aan te pakken. Naast een aantal zwakke kanten kan als duidelijk sterke k a n t g r e n o e m dw o r d e n h e t f e i t , dat op deze wijze veel 'los_ se' verschijnselen in onderl-inge samenhang bekeken kunnen worden. De bruikbaarheid is optimaal, als D en U in rel-a_ tie wordt grebracht met doelen en gewenste ontwikkelingen binnen een concrete maatschappelijke sector. Hoofdstuk 9 wordt afgesloten met een nuntsgewijze samen_ vatting van de voornaamste conclusies uit. deze studie.
253