Scriptie Master Nederlands Recht, Accent Privaatrecht
De Juridische Complicaties van het Tienermoederschap
Auteur Kim Jaspers ANR 365312 Afstudeerbegeleider Professor mr. P. Vlaardingerbroek Afstudeerdatum 7 augustus 2009
De juridische complicaties van het tienermoederschap K.A.M. Jaspers 365312 7 augustus 2009 Departement privaatrecht Prof. Mr. P. Vlaardingerbroek (Mr. J.A.E. van Raak – Kuiper) Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 1 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Voorwoord Voor u ligt een scriptie welke het resultaat is van mijn onderzoek naar de juridische complicaties van het tienermoederschap. Ik heb deze scriptie geschreven ter afronding van mijn masteropleiding Nederlands Recht, Accent Privaat recht aan de Universiteit van Tilburg. Ik heb gekozen voor het onderwerp tienermoederschap, omdat het gaat om een kwetsbare groep jonge moeders die te maken krijgt met talrijke problemen, variërend van sociaal‐maatschappelijke en financiële moeilijkheden tot juridische complicaties. Voor deze groep vrouwen is het lastig een duidelijk inzicht te verkrijgen in hun rechtspositie, daarom is het belangrijk dat hier aandacht aan wordt besteed. Deze scriptie gaat echter verder dan het geven van een overzicht inzake de juridische complicaties van tienermoederschap en de rechtspositie van tienermoeders; er zal kritisch worden gekeken naar de huidige wetgeving en er zullen aanbevelingen gedaan worden om deze eventueel aan te passen. Mijn dank gaat uit naar allen die mij hebben ondersteund bij het schrijven van deze scriptie, met name naar mijn scriptiebegeleider professor mr. P. Vlaardingerbroek. Dankzij zijn inspirerende colleges op het gebied van het personen‐ en familierecht heb ik gekozen voor een scriptie op dit vakgebied. Daarnaast wil ik Judith Martens en Andrea Ossenblok van Stichting de Bocht te Goirle bedanken voor het interview waaruit ik waardevolle informatie heb gehaald. Verder wil ik vrienden en familie bedanken voor het fungeren als proeflezers en het geven van ‘pep talks’ welke mij er weer bovenop hielpen na uren achter mijn laptop te hebben doorgebracht. Tot slot hoop ik dat deze scriptie, voor tienermoeders en instanties die werken met tienermoeders, inzicht verschaft in de complicaties die op kunnen treden bij het tienermoederschap en mogelijke oplossingen/aanbevelingen biedt ten aanzien van de juridische complicaties. Kim Jaspers 16 juli 2009
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 2 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Inhoudsopgave Inleiding .................................................................................................................. 6 1. Algemeen ............................................................................................................ 9 1.1 Het begrip tienermoeder ........................................................................................................ 9 1.2 Cijfers met betrekking tot tienermoederschap ....................................................................... 9 1.3 Tussenconclusie .................................................................................................................... 11
2. Oorzaken van tienermoederschap ..................................................................... 12 2.1 Achtergronden tienerzwangerschappen .............................................................................. 12 2.1.1 Gebrek aan richting in het leven .......................................................................................... 13 2.1.2 Geen effectieve seksuele voorlichting en vorming .............................................................. 13 2.1.3 Traditionele seksopvattingen ............................................................................................... 15 2.2 Achtergronden tienerzwangerschappen onder allochtone meisjes ..................................... 15 2.3 Tussenconclusie .................................................................................................................... 17
3. Complicaties met betrekking tot het tienermoederschap .................................. 19 3.1 Stichting Ambulante Fiom ..................................................................................................... 19 3.2 De Bocht ................................................................................................................................ 20 3.3 Sociaal‐maatschappelijke complicaties ................................................................................. 21 3.3.1 Het moederschap, het opgeven van vrijheid en het belang van de baby ............................ 21 3.3.2 Geen afgeronde opleiding .................................................................................................... 22 3.3.3 Huisvesting ........................................................................................................................... 22 3.3.4 Vooroordelen vanuit de samenleving .................................................................................. 22 3.3.5 Godsdienst ............................................................................................................................ 23 3.3.6 Geen contact of ruzie met de ouders ................................................................................... 23 3.3.7 Geen contact of ruzie met de biologische vader .................................................................. 23 3.3.8 Psychische problemen .......................................................................................................... 24 3.3.9 Hulpverleningsinstanties ...................................................................................................... 24 3.3.10 Asielzoeksters: teruggestuurd worden .............................................................................. 25 3.3.11 Positieve aspecten .............................................................................................................. 25 3.4 Financiële complicaties ......................................................................................................... 25 Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 3 van 68 Auteur: Kim Jaspers
3.4.1 Algemeen: ontbreken voldoende financiële middelen ........................................................ 25 3.4.2 Huurtoeslag .......................................................................................................................... 26 3.4.3 Kosten opleiding ................................................................................................................... 27 3.3.4 Financiële bijdrage ouders ................................................................................................... 27 3.4.5 Financiële bijdrage verwekker .............................................................................................. 27 3.5 Juridische complicaties ......................................................................................................... 27 3.5.1 Geslachtsnaam van het kind ................................................................................................ 28 3.5.2 Gezag .................................................................................................................................... 29 3.5.2.1 Gezag door de tienermoeder over het kind .................................................................. 29 3.5.2.2 Gezag door de (groot)ouders over de tienermoeder .................................................... 30 3.5.3 Vaderschap ........................................................................................................................... 30 3.5.3.1 Erkenning ....................................................................................................................... 30 3.5.3.2 Gerechtelijke vaststelling vaderschap ........................................................................... 31 3.5.4 Onderhoudsplicht ................................................................................................................. 32 3.5.5 Recht van vader op omgang/ informatie ............................................................................. 32 3.5.6 Erfrecht ................................................................................................................................. 33 3.6 Tussenconclusie .................................................................................................................... 34
4. Juridische complicaties nader uitgediept ........................................................... 35 4.1 Geslachtsnaam van het kind ................................................................................................. 35 4.2 Gezag ..................................................................................................................................... 35 4.2.1 Gezag door de tienermoeder over het kind ......................................................................... 35 4.2.2 Gezag door de (groot)ouders over de tienermoeder ........................................................... 38 4.3 Vaderschap ............................................................................................................................ 40 4.3.1 Erkenning .............................................................................................................................. 40 4.3.2 Gerechtelijke vaststelling vaderschap .................................................................................. 40 4.4 Onderhoudsplicht ................................................................................................................. 41 4.5 Recht van vader op omgang/ informatie .............................................................................. 42 4.6 Erfrecht .................................................................................................................................. 43 4.7 Handelingsonbekwaamheid minderjarige tienermoeders ................................................... 43 4.8 Kinderbeschermingsmaatregelen ......................................................................................... 45 4.9 Tussenconclusie .................................................................................................................... 46 Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 4 van 68 Auteur: Kim Jaspers
6. Conclusies en aanbevelingen ............................................................................. 47 6.1 Geslachtsnaam van het kind ................................................................................................. 47 6.2 Gezag .................................................................................................................................... 48 6.2.1 Gezag door de tienermoeder over het kind ......................................................................... 48 6.2.2 Gezag door de (groot)ouders over de tienermoeder ........................................................... 49 6.3 Vaderschap ............................................................................................................................ 50 6.3.1 Erkenning .............................................................................................................................. 50 6.3.2 Gerechtelijke vaststelling van het vaderschap ..................................................................... 51 6.4 Onderhoudsplicht ................................................................................................................. 51 6.5 Recht van vader op omgang/ informatie .............................................................................. 52 6.6 Erfrecht .................................................................................................................................. 52 6.7 Handelingsonbekwaamheid .................................................................................................. 53 6.8 Kinderbeschermingsmaatregelen ......................................................................................... 54 6.9 Algehele conclusie en aanbevelingen ................................................................................... 54
Nawoord ............................................................................................................... 56 Literatuurlijst ........................................................................................................ 57 Bijlagen ................................................................................................................. 61
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 5 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Inleiding De Britse Chantelle, 15 jaar oud, heeft een relatie met Alfie, 13 jaar oud. De tieners gaan reeds een poosje met elkaar om wanneer aan het licht komt dat Chantelle zwanger is geraakt van Alfie. Na overleg met hun ouders, besluit het jonge stel het kind te houden. Op 9 februari 2009 bevalt Chantelle van een dochtertje genaamd Maisie Roxanne.1 De twee vertellen dat zij erg blij zijn met hun gezonde baby. Maar hoe zal de toekomst er straks echt uitzien voor Chantelle, Alfie en Maisie Roxanne? Alfie vertelt in diverse interviews met ‘The Sun’ dat hij geen flauw idee heeft hoe hij een kind op moet voeden.2 Hij is zich ook niet bewust van de hoge kosten die hierbij komen kijken. Zijn inkomsten bestaan uit £10 zakgeld per week. Chantelle heeft eveneens geen idee wat er allemaal bij het ouderschap komt kijken. Voorlopig woont Maisie Roxanne bij Chantelle, haar ouders en de vier broers van Chantelle. Alfie mag blijven slapen om met de verzorging te helpen. Het gezin leeft van een bijstandsuitkering. Alfie’s vader is zelf vader van negen kinderen. Diverse instanties in Groot‐Brittannië hebben aangegeven zich, naar aanleiding van deze en andere gevallen, ernstige zorgen te maken over het huidige beleid omtrent seksuele voorlichting voor tieners. David Cameron, leider van de oppositie in Groot‐Brittannië, heeft aangegeven dat hij zich hierbij aansluit. ‘It’s a huge responsibility to bear on such small shoulders.’3 Hij geeft aan dat het meest tragische van alles is, dat het hier niet om een op zichzelf staan geval gaat. Per jaar bevallen namelijk tienduizenden Britse tieners van een baby. Een nog extremer geval betreft een zwanger meisje van negen jaar oud uit Brazilië.4 Het blijkt dat de vader de stiefvader van het meisje is en dat het negenjarige kind niet één, maar twee kinderen verwacht. Volgens onderzoek werd het meisje al jarenlang verkracht door haar drieëntwintig jarige stiefvader. Voor ieder seksueel contact werd ze beloond met één real (33 eurocent). Na aanhoudende buikpijn en het daarop volgende onderzoek in het ziekenhuis, bleek het meisje reeds vier maanden zwanger te zijn van een tweeling. Volgens de Braziliaanse wetgeving is abortus in principe verboden. Na verkrachtingen of bij risicovolle zwangerschappen kan echter een uitzondering gemaakt worden. Op 5 maart 2009 is de tweeling geaborteerd.5 De katholieke kerk is het hier echter niet mee eens en dreigt met een aanklacht tegen de moeder van het meisje wegens moord. Het kind had de tweeling gewoon ter wereld moeten brengen, stelde de advocaat van
1
L.Hagan, Baby‐faces boy Alfie Patten is father at 13, The Sun, 13 februari 2009 <www.thesun.co.uk>. L.Hagan, Baby‐faces boy Alfie Patten is father at 13, The Sun, 13 februari 2009 <www.thesun.co.uk>, L.Hagan, Lad’s sister blames their dad, The Sun, 14 februari 2009 <www.thesun.co.uk>, D. Cameron, I looked in his eyes.. it was so sad, The Sun, 14 februari 2009 <www.thesun.co.uk>. 3 D. Cameron, I looked in his eyes.. it was so sad, The Sun, 14 februari 2009 <www.thesun.co.uk>. 4 Negenjarige zwanger van tweeling, De Telegraaf, 28 februari 2009 <www.telegraaf.nl>. 5 Tweeling geaborteerd bij 9‐jarige na verkrachting, De Telegraaf, 4 maart 2009 <www.telegraaf.nl>. 2
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 6 van 68 Auteur: Kim Jaspers
het aartsbisdom Olinda en Recife. De stiefvader heeft geprobeerd te ontvluchten, maar is enige tijd later gearresteerd. Bovenstaande voorbeelden geven aan dat tienermoederschap een universeel verschijnsel is. De redenen waarom tienermeisjes zwanger raken kunnen sterk uiteen lopen. Het kan gaan om onbeschermde seksuele contacten waarvan de tiener de gevolgen niet overziet door nalatigheid in seksuele voorlichting, maar er zijn tevens schrijnende gevallen, zoals het negenjarige meisje uit Brazilië. Zij raken zwanger door seksueel misbruik. In Nederland is tienermoederschap eveneens een bekend verschijnsel, alhoewel in de media weinig aandacht wordt besteed aan Nederlandse tienermoeders. Extreme gevallen, zoals hierboven beschreven, komen slechts sporadisch voor. Toch moeten tienermoederschap en de problemen die dit met zich meebrengt niet worden onderschat. In 2007 zijn in totaal 2.540 tienermeisjes bevallen van een kind.6 Onder tienermeisje verstaat het Centraal Bureau voor de Statistieken: meisjes die ten tijde van de van de geboorte van hun kind jonger waren dan 20 jaar. Het gaat hierbij om levendgeboren kinderen. Moederschap op jonge leeftijd leidt tot vele vragen en problemen. Een meisje dat zelf nog een kind is, dient zorg te dragen voor de opvoeding en verzorging van een baby. Is zij bekwaam om deze zware taak op zich te nemen? En hoe zit het eigenlijk met het gezag over het kind? Het belang van het kind kan in het geding komen indien de moeder over onvoldoende capaciteiten beschikt om voor het kind te zorgen. Hierbij kan men zich afvragen of er toezicht op jonge moeders wordt gehouden door bepaalde instanties. Eveneens zijn er problemen mogelijk met betrekking tot de financiën. Beschikt de jonge moeder over voldoende middelen om voor het kind te zorgen? Komt zij in aanmerking voor een bijstandsuitkering? Hoe kan het moederschap gecombineerd worden met bijvoorbeeld een opleiding of een baan? Dit zijn slechts enkele vragen met betrekking tot jong moederschap in het algemeen en tienermoederschap in het bijzonder. Uiteraard spelen er nog veel meer vragen van financiële, sociale en juridische aard mee. Juridische problemen treden met name op bij moeders die door de wet nog als minderjarig worden aanmerkt. Daarom staat het begrip tienermoeder centraal in deze scriptie. In dit onderzoek worden de juridische complicaties van het tienermoederschap uiteengezet en op basis hiervan wordt tot concrete conclusies en aanbevelingen gekomen. Hierbij ligt de focus op de Nederlandse situatie. Onderstaande onderzoeksvraag staat hierbij centraal: ‘In hoeverre moeten er verbeteringen aangebracht worden in het huidige Nederlandse rechtssysteem teneinde de juridische complicaties van tienermoederschap weg te nemen?’
6
J. Garssen, Steeds minder allochtone tienermoeders, Webmagazine Centraal Bureau voor de Statistiek 9 juni 2008, <www.cbs.nl>.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 7 van 68 Auteur: Kim Jaspers
De juridische complicaties staan echter niet op zichzelf. Zij hangen samen met vragen van sociaal‐ maatschappelijke en financiële aard. Om een goed inzicht te krijgen in de juridische complicaties is het dan ook van groot belang inzicht te verkrijgen in de gehele situatie waarin een tienermoeder zich bevindt. Hierbij moet aandacht geschonken worden aan alle relevante problemen die er spelen. Alvorens tot een beschrijving van de problemen te komen, zal ten eerste inzicht verschaft moeten worden in het begrip tienermoederschap en de definitie waarmee binnen dit onderzoek gewerkt zal worden. Daarnaast is het van belang de omvang van de problematiek te beschrijven, aan de hand van onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Hierbij wordt tevens kort ingegaan op cijfers met betrekking tot tienermoeders in het buitenland in vergelijking met Nederland. Hierna wordt kort stilgestaan bij de oorzaken van tienermoederschap. Vervolgens wordt overgegaan op een beschrijving van alle relevante problemen die (kunnen) spelen bij tienermoederschap. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een interview met hulpverleningsinstantie ‘De Bocht’, gevestigd te Goirle. Nadat de problemen uiteengezet zijn, zal dieper ingegaan worden op de juridische complicaties met betrekking tot het tienermoederschap. Hierbij ligt de focus op problemen op het vlak van het personen‐ en familierecht en het jeugdrecht. Uiteraard zal de relevante wetgeving en jurisprudentie hierbij aan bod komen. Tot slot zal in het laatste hoofdstuk een koppeling gemaakt worden tussen de bestaande juridische complicaties en de huidige wetgeving. Op basis hiervan zal tot conclusies en aanbevelingen worden gekomen.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 8 van 68 Auteur: Kim Jaspers
1. Algemeen Zoals in de inleiding gesteld dient, voordat de juridische complicaties van het tienermoederschap besproken kunnen worden, eerst uiteengezet te worden wat wordt verstaan onder het begrip tienermoeder en dient de omvang van deze groep vastgesteld te worden. Daarna zal in hoofdstuk 2 aandacht besteed worden aan de achtergrond van tienerzwangerschappen. Dit dient als basis voor het verdere onderzoek naar de complicaties die komen kijken bij tienermoederschap en dan met name de juridische complicaties.
1.1 Het begrip tienermoeder In de praktijk worden verschillende definities gehanteerd ten aanzien van het begrip ‘tienermoeder’. In veel gemeentelijke statistieken wordt uitgegaan van de volgende definitie: ‘een tienermoeder is een meisje dat vóór haar twintigste haar eerste kind heeft gekregen’.7 De meeste instellingen die hulp en steun bieden aan jonge moeders hanteren in de praktijk een andere grens: ‘kwetsbare jonge moeders tot en met drieëntwintig jaar’.8 Aangezien dit onderzoek met name gaat over de juridische complicaties van het tienermoederschap en het begrip ‘minderjarige’ hierbij een belangrijke rol speelt, definieer ik tienermoeders als meisjes die bevallen zijn van hun eerste kind vóór hun achttiende jaar.
1.2 Cijfers met betrekking tot tienermoederschap Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft in juni 2008 een onderzoek gepubliceerd betreffende de omvang van tienermoederschap in Nederland.9 Zij hanteren, zoals hiervoor besproken, een andere definitie van het begrip tienermoeder.10 De cijfers geven dan ook een iets vertekend beeld met betrekking tot dit onderzoek, omdat het in het onderzoek met name gaat om meisjes die bevallen zijn van hun eerste kind vóór hun achttiende jaar. Toch is het zinvol de cijfers te noemen en toe te lichten; zo wordt inzicht verkregen in de omvang van de problematiek en hoe deze zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld. In bijlage 1 wordt weergegeven hoeveel tienermeisjes een kind hebben gekregen tussen 1990 en 2008. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in leeftijd. In 2007 hebben in totaal 2.540 tienermeisjes een kind gekregen ten opzichte van ongeveer 4.400 in 1990. Voor meisjes van 17 jaar en jonger geldt dat in 1990 ongeveer 1000 meisjes bevallen zijn van een kind. In 2007 waren dit er ongeveer 500. Sinds het midden van de jaren negentig heeft er een stijgende trend plaatsgevonden betreffende het geboortecijfer onder tieners.11 Deze stijging is een
7
J. Garssen, Steeds minder allochtone tienermoeders, Webmagazine Centraal Bureau voor de Statistiek 9 juni 2008, <www.cbs.nl>. 8 <www.fiom.nl> 9 J. Garssen, Steeds minder allochtone tienermoeders, Webmagazine Centraal Bureau voor de Statistiek 9 juni 2008, <www.cbs.nl>. 10 ‘De leeftijd van de moeders is de leeftijd op de laatste verjaardag. Het gaat om meisjes die ten tijde van de geboorte jonger waren dan twintig jaar. Het aantal tienergeboorten betreft uitsluitend levend geboren kinderen.’ Bron: <www.cbs.nl> 11 J. Garssen, Tienermoeders: recente trends en mogelijke verklaringen. Bevolkingstrends 2004, pag. 13‐22. Te raadplegen via <www.cbs.nl>.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 9 van 68 Auteur: Kim Jaspers
indirect gevolg van de verminderde aandacht voor de problematiek rond tienergeboorten in deze periode. Zo is het periodieke landelijke onderzoek ‘Jeugd en Seks’ na 1995 niet meer uitgevoerd, omdat financiers geen reden zagen om te investeren in onderzoek naar een doelgroep die het zo geweldig goed deed.12 Vanaf 1996 is het aantal tienergeboorten wederom toegenomen.13 In 2002 heeft zicht voor het eerste weer een kleine daling voorgedaan van het aantal tienermoeders. Dit geheel tegen de prognoses van diverse onderzoekers in.14 Deze daling komt volledig voor rekening van de allochtone meisjes en dan met name de Turkse en Marokkaanse meisjes van de tweede generatie. Het aantal tienermoeders onder autochtone meisjes is ook in 2002 verder gestegen.15 In bijlage 2 wordt in een tabel weergegeven hoeveel kinderen er geboren worden per duizend meisjes tussen de 15 en 19 jaar oud. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt naar herkomst van de meisjes. Zoals te zien is in de tabel, kennen jonge Antilliaanse en Surinaamse vrouwen de hoogste geboortecijfers. In verreweg de meeste gevallen worden zij alleenstaande moeder. Slechts 4 procent van de kinderen van Antilliaanse en Surinaamse tienermoeders wordt binnen het huwelijk geboren. Onder autochtone tienermoeders is dit 15 procent.16 Opvallend is dat het aantal tienermoeders in Nederland erg laag is ten opzichte van andere landen. De sterke daling van het aantal tienergeboorten die in Nederland in het begin van de jaren zeventig inzette en die medio jaren negentig resulteerde in een naar verhouding zeer laag geboortecijfer onder tienermeisjes, heeft dan ook wereldwijd de belangstelling getrokken van onderzoekers en beleidsmakers.17 Nederland geldt, samen met Zweden waar zich een vergelijkbare ontwikkeling heeft voorgedaan, als voorbeeld van hetgeen met een open seksueel klimaat, een goede beschikbaarheid van voorbehoedsmiddelen, een brede seksuele voorlichting en een pragmatische, niet‐ moraliserende houding van ouders, leerkrachten en hulpverleners kan worden bereikt. Deze condities, plus de mogelijkheid om abortus te laten uitvoeren, verklaren volgens onderzoek van Santow en Bracher18 de ontwikkelingen die in Zweden hebben plaatsgevonden. Volgens Furstenberg19 is de pragmatische aanpak van seksuele voorlichting aan tieners in landen als Zweden en Nederland de centrale factor die een snelle daling van het aantal tienergeboorten verklaart en die tevens verklaart waarom de
12
J. Rademakers, Abortus in Nederland 1993‐2000, StiSAN, Heemstede 2002. J. Garssen en A. Sprangers, Aantal tienermoeders toch weer iets gestegen, Maandstatistiek van de bevolking, januari 2000, pag. 23‐25. CBS, Voorburg/ Heerlen en J. Garssen en A. Sprangers, Aantal tienermoeders weer toegenomen, Maandstatistiek van de bevolking, februari 2001, pag. 4‐5. CBS, Voorburg/ Heerlen. 14 W.J.J. Enk, W.H.M. Gorissen en A. van Enk, Teenage pregnancy and ethnicity in the Netherlands: frequency and obstetric outcome, Journal of Contraception and Reproductive Health Care 5, 2000, pag. 77‐84 en T. Vogels, S.E. Buitendijk, J. Bruil, N.S. Dijkstra en T.G.W.M. Paulussen, Jongeren, seksualiteit, preventie en hulpverlening. Een verkenning van de situatie in 2002, TNO‐rapport 2002.281. Leiden: TNO 2002. 15 W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie: een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, p. 10. 16 J. Garssen, Steeds minder allochtone tienermoeders, Webmagazine Centraal Bureau voor de Statistiek 9 juni 2008, <www.cbs.nl>. 17 J. Garssen, Tienermoeders: recente trends en mogelijke verklaringen. Bevolkingstrends 2004, pag. 13. 18 G. Santow en M. Bracher, Explaining trends in teenage childbearing in Sweden, Studies in Familiy Planning 30 (3), 1999, pag. 169‐182. 19 F.F. Furstenberg, When will teenage childbearing become a problem? The implications of western experience for developing countries, Studies in Family Planning 29 (2), 1998, pag. 246‐253. 13
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 10 van 68 Auteur: Kim Jaspers
ontwikkelingen in de Verenigde Staten en Groot‐Brittannië een aanzienlijk minder gunstig verloop laten zien. Een aspect dat in het geval van Nederland bovendien de aandacht trekt is het feit dat het terugdringen van het aantal tienerzwangerschappen niet gepaard is gegaan met een sterke toename van het abortuscijfer. Ook dit cijfer behoorde medio jaren negentig tot de laagste ter wereld.20 Als gekeken wordt naar het aandeel van tienermeisjes tot en met 17 jaar oud, kan geconcludeerd worden dat het totaal van de tienergeboorten onder deze meisjes in Denemarken en Zweden lager ligt dan in Nederland.21
1.3 Tussenconclusie Op grond van bovenstaande kan geconcludeerd worden dat tienermoederschap in Nederland beduidend minder omvangrijk is dan tienermoederschap in Ango‐Amerikaanse landen. In landen als Denemarken en Zweden is tienermoederschap een nóg minder vaak voorkomend verschijnsel dan in Nederland. In Nederland zijn in het jaar 2007 2.540 tienermeisjes bevallen van een kind. In totaal zijn er in 2007 500 tieners van onder de 17 jaar bevallen van een kind. Deze cijfers geven aan dat tienermoederschap omvangrijk genoeg is om er vanuit de samenleving aandacht aan te besteden. Niet alleen moeten tienermoeders hierbij centraal staan, maar ook hun kinderen en de problemen waarmee zij te kampen krijgen.
20
Het gaat dit onderzoek te buiten uitgebreid in te gaan op de abortuscijfers. Meer inzicht in deze cijfers kan verkregen worden door het lezen van J. Rademakers, Abortus in Nederland 1993‐2000, StiSAN, Heemstede 2002. De meest recente abortuscijfers kunnen geraadpleegd worden via <www.cbs.nl>. 21 J. Garssen, Tienermoeders: recente trends en mogelijke verklaringen. Bevolkingstrends 2004, pag. 13 en 18.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 11 van 68 Auteur: Kim Jaspers
2. Oorzaken van tienermoederschap In 2005 heeft Rutgers Nisso Groep22 een rapport gepubliceerd getiteld ‘Gebrek aan regie.’23 Dit rapport bevat een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen. Het onderzoek bevat twee fasen. In de eerste fase heeft een expertmeeting plaatsgevonden. Hierdoor is een overzicht verkregen van de factoren die, volgens de deskundigen, verband houden met tienerzwangerschappen in Nederland. Op basis hiervan zijn vervolgens zesendertig kwalitatieve interviews gehouden met tienermoeders en tieners die een abortus hebben ondergaan. In dit hoofdstuk zal ingegaan worden op de, voor deze scriptie, relevante resultaten van het onderzoek van Rutgers Nisso Groep. Dit verschaft inzicht in de oorzaken van tienermoederschap. Abortus zal hierbij niet uitgediept worden, maar slechts beknopt aan bod komen. Het gaat dit onderzoek te buiten hier uitgebreid aandacht aan te schenken. Daarnaast wordt kort ingegaan op de positie van allochtone meisjes. In 2006 is door Rutgers Nisso Groep namelijk een vervolgonderzoek gedaan naar de achtergronden van zwangerschappen bij allochtone tieners.24
2.1 Achtergronden tienerzwangerschappen Belangrijk is om in te zien waarom tienermoederschap eigenlijk een probleem is. Door de experts uit bovengenoemd onderzoek is geconstateerd dat tienermoederschap een probleem is, omdat tieners nog niet voldoende gelegenheid hebben gehad om zich volledig te ontwikkelen en te ontplooien. Dat maakt tienermoeders kwetsbaar. Niet alleen de tienermoeders bevinden zich echter in een kwetsbare positie. Hun kind(eren) kunnen met uiteenlopende problemen te kampen krijgen. Tienerzwangerschappen kunnen onderverdeeld worden in bewuste zwangerschappen, onbedoelde maar niet ongewenste zwangerschappen en beslist ongewenste zwangerschappen. De oorzaken van de zwangerschappen zijn een meer of minder bewuste kinderwens, inadequaat anticonceptiegebruik en domme pech (bijvoorbeeld wanneer de pil consequent wordt geslikt, maar niet voldoende bescherming tegen een zwangerschap blijkt te bieden).25 Inadequaat anticonceptiegebruik komt voort uit bezwaren tegen voorbehoedsmiddelen en door vergaand nonchalance gepaard met onrealistisch optimisme en grenzeloze naïviteit. Er kunnen drie clusters onderscheiden worden die herkenbare patronen in de achtergronden van tienerzwangerschappen weergeven. Het eerste cluster wordt gekenmerkt door een gebrek aan richting in het leven van een tiener, het tweede cluster bevat falen van voorlichting in de kindertijd en de pubertijd en het
22
Rutgers Nisso Groep is een kenniscentrum op het gebied van seksualiteit. Voor meer informatie <www.rutgersnissogroep.nl>. 23 W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005. 24 C. Wijsen en L. van Lee, Kind van twee werelden. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van zwangerschappen bij allochtone tieners, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2006. 25 W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 23.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 12 van 68 Auteur: Kim Jaspers
derde cluster betreft de traditionele seksopvattingen van meisjes. In alle clusters speelt het ontbreken van regie in het leven van een tiener die zwanger wordt een doorslaggevende rol. In bijlage 3 wordt een schematisch overzicht gegeven van de achtergronden van tienerzwangerschappen. In de volgende paragrafen zullen de drie clusters nader worden toegelicht.
2.1.1 Gebrek aan richting in het leven Veel levens van de geïnterviewde meisjes worden gekenmerkt door het ontbreken van ambities of een doel in het leven op de wat langere termijn. Dit wordt voor een deel bepaald door een problematisch of chaotisch opvoedingsklimaat met wisselend ouderlijk gezag. Hierdoor zijn ouders niet altijd in staat richting te geven aan het leven van hun dochters. Dit kan gepaard gaan met problemen op school. Wanneer een meisje geen duidelijk doel in het leven heeft kan de komst van een kind aangegrepen worden om het leven weer zin te geven. Naast deze functionele of instrumentele betekenis, kan een kind ook een emotionele behoefte vervullen. De gemiste warmte en stabiliteit in het opvoedingsklimaat wordt alsnog gezocht in een eigen kind. In laatstgenoemd geval gaat het voornamelijk om een bewuste kinderwens. In zowel functioneel als emotioneel opzicht vervult het moederschap dus een bepaald verlangen. Uit het onderzoek is gebleken dat meisjes met een concreet toekomstplan op het gebied van school en werk de zwangerschap vaker af laten breken dan meisjes waarbij een dergelijke ambitie ontbreekt. Een opvallende bevinding uit de interviews met de meisjes is dat meisjes die onbedoeld zwanger worden en kiezen voor een kind, over het algemeen gesteund worden door hun omgeving. Met name de ouders spelen hierin een belangrijke rol. Zij bieden hun dochter de mogelijkheid in te komen wonen met het kind en bieden haar aan op het kind te passen. In gevallen waarin het meisje twijfelt tussen het behouden van het kind en abortus helpen de ouders deze keuze te maken. Tevens is het opvallend dat de ouders van de tienermoeders niet hebben aangedrongen op een abortus, hoe overstuur sommige ouders ook waren over het feit dat hun dochter zwanger was.26 Ouders van meisjes die het kind hebben laten aborteren waren over het algemeen voor abortus, al dan niet met een zeker aandringen. De partner speelt over het algemeen geen belangrijke rol bij de keuze voor het behouden van het kind of abortus.27
2.1.2 Geen effectieve seksuele voorlichting en vorming Uit de interviews met de meisjes is naar voren gekomen dat de leeftijd waarop zij voor het eerst seks hadden varieerde van 12 tot 17 jaar. Hierbij ging het bij tweederde van de meisjes om seks met een vriendje met wie zij verkering hadden (variërend van een week tot een paar maanden), of een jongen op wie zij heel verliefd
26
W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 26. 27 W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 26.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 13 van 68 Auteur: Kim Jaspers
waren. Bij andere meisjes ging het om een los contact. Voor ten minste drie meisjes uit het onderzoek was de eerste keer in de context van seksueel misbruik. Een aantal meisjes heeft het kind bewust gekregen. 28 Seksuele voorlichting en seksuele vorming vinden over het algemeen plaats door ouders, op school en in de peergroup (leeftijdsgenoten). Opvallend is dat hierbij voornamelijk gesproken wordt over de techniek van anticonceptie waarbij het voorkomen van seksueel overdraagbare aandoeningen centraal staat, soms uitgebreid met de techniek van seks. In het algemeen komen de gevoelens behorend bij seks, de sociale vaardigheden die nodig zijn om seks en effectieve anticonceptie te bespreken en de gevolgen van zwangerschap op jonge leeftijd niet aan de orde. Het gevolg hiervan is dat veel tienermoeders niet goed zijn toegerust met de kennis en vaardigheden die zij nodig hebben om controle te krijgen over hun seksleven. Uit de interviews met de meisjes is naar voren gekomen dat zij inderdaad over te weinig kennis met betrekking tot anticonceptie beschikken. Tevens levert de communicatie met de partner over seks problemen op. Het problematische aan deze situatie is, dat de meisjes zelf hun kennisgebrek niet blijken te herkennen. Zij denken de regie te voeren door goed voorgelicht te zijn, terwijl dit niet het geval is. De Bocht is in 2007 gestart met een cursus ‘sexualiteit’. De cursus gaat om zelfbewustzijn en vaardigheden om te praten over seks. Daarmee wordt geprobeerd seksuele voorlichting uit te breiden en beter aan te laten sluiten bij de ontwikkelingsfase van de jongeren. De cursus wordt ook buiten De Bocht aangeboden; met name op scholen en in het Jeugd‐ en Jongerenwerk.29 De seksuele voorlichting van meisjes op school is daarnaast niet altijd goed afgestemd op de individuele behoeften. De voorlichting komt voor de hele klas op hetzelfde moment en de inhoud ervan is voor iedereen gelijk. Het nadeel hiervan is dat de voorlichting voor sommige meisjes veel te vroeg komt, namelijk op een moment dat zij nog helemaal geen interesse hebben in seks. Voor andere meisjes komt de voorlichting juist veel te laat. Met betrekking tot de inhoud van de voorlichting kan gesteld worden dat deze voor sommige meisjes te simpel is en voor anderen juist te ingewikkeld, waardoor de boodschap niet altijd goed aankomt. Hierdoor wordt de theoretische kennis niet toegepast op het eigen leven. Een oorzaak van het niet aansluiten van de voorlichting kan te maken hebben met de geseksualiseerde cultuur van tegenwoordig, welke nog niet aansluit bij de belevingswereld van de (jonge) meisjes. Verder is de voorlichting te versnipperd; die zou landelijk georganiseerd moeten zijn in de reguliere curricula. Volgens de experts is ook de hulpverlening te versnipperd. Er zou een structureel beleid moeten komen waardoor de krachten gebundeld worden, in de vorm van één loket. Dit verhoogt de herkenbaarheid en daardoor de toegankelijkheid. Op dit moment is het voor veel meisjes lastig met de juiste hulpverleningsinstantie in contact te komen. Hiernaast spelen culturele verschillen. Hier wordt in paragraaf 2.2. nader op ingegaan.
28
W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 20. 29 Jaarbericht 2007, De Bocht, pag. 2. Te raadplegen via <www.debocht.nl>.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 14 van 68 Auteur: Kim Jaspers
2.1.3 Traditionele seksopvattingen De geseksualiseerde jongerencultuur betekent niet dat de seksualiteitsopvattingen minder traditioneel zijn geworden. Het is opvallend dat meisjes hun eigen seksbeleving niet belangrijk lijken te vinden en ondergeschikt maken aan die van hun partner. Zij hebben seks om allerlei andere redenen dan plezier en genot. Zij doen het omdat de jongen het graag wil, of om de relatie goed te houden of om andere redenen die buiten hun zelf liggen. De sociale norm van de peergroup speelt daarbij een rol; ‘het’ gedaan hebben is belangrijk. Dit alles komt erop neer dat de meisjes weinig controle hebben over de situatie en hierdoor nemen zij geen verantwoordelijkheid voor hun seksleven. Dit vergroot de kans op onbedoelde zwangerschappen. Een typerend voorbeeld hiervan is dat veel meisjes de verantwoordelijkheid voor het bij zich hebben van condooms bij de jongen leggen.
2.2 Achtergronden tienerzwangerschappen onder allochtone meisjes Tienerzwangerschappen onder allochtone meisjes verschillen van tienerzwangerschappen onder autochtone meisjes door culturele verschillen. Als voorbeeld kunnen Caraïbische en Afrikaanse culturen genoemd worden. Hier komen vooroordelen en gebrek aan kennis vaak voor. Dit komt doordat de kloof tussen thuis en school wat betreft seksuele voorlichting te groot is.30 In deze paragraaf worden de achtergronden van tienerzwangerschappen onder allochtone meisjes nader, doch beknopt, toegelicht. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de resultaten van het rapport ‘Kind van twee werelden’.31 Dit is een vervolgrapport op het kwalitatieve onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, zoals besproken in de voorgaande paragraaf. In het onderzoek ‘Kind van twee werelden’ zijn vijftig interviews afgenomen onder meisjes met verschillende culturele achtergronden. De resultaten van deze interviews, in combinatie met de uitkomsten van de expertmeeting, worden in deze paragraaf kort besproken om zo een beeld te krijgen van de verschillen tussen allochtone en autochtone tienermoeders en de verschillende oorzaken die een rol spelen bij het ontstaan van tienerzwangerschappen onder beide groepen. Uit de interviews wordt duidelijk dat allochtone tienermoeders in een complexere wereld leven dan autochtone. Er is vaak sprake van een instabiele opvoedingssituatie en er is weinig ondersteuning vanuit het gezin. De seksuele ontwikkeling verloopt snel en wordt door ouders niet tot nauwelijks begeleid. Deze situatie heeft een directe invloed op ineffectief anticonceptiegebruik, doordat een meisje niet in de gelegenheid is om
30
W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 32. 31 C. Wijsen en L. van Lee, Kind van twee werelden. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van zwangerschappen bij allochtone tieners, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2006.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 15 van 68 Auteur: Kim Jaspers
de gewenste psychologische en cognitieve vaardigheden te ontwikkelen en zelfredzaam te zijn op het gebied van seksualiteit.32 Jongens spelen vaak een leidende rol voor wat betreft de seksuele handelingen en meisjes stellen zich emotioneel en seksueel afhankelijk op ten opzichte van hun partner.33 Hiernaast zijn de meisjes vaak laag geschoold en hebben zij geen duidelijke toekomstverwachtingen op het gebied van school of werk, waardoor het hebben van een relatie en kinderen belangrijker wordt. De levenshouding van de meisjes is, als gevolg van de moeilijke situatie waarin zij zich bevinden, vaak ontwijkend en passief. Thuis wordt amper seksuele voorlichting gegeven en op school wordt geen rekening gehouden met verschillende culturen of met de seksuele ontwikkelingsfase van de tiener. Hierdoor is seksuele voorlichting niet effectief. Daarnaast is de dagelijkse leefwereld van de meisjes compleet anders dan in het land van herkomst, waardoor het moeilijk is op een goede manier om te gaan met (groeps)druk, verleidingen, onzekerheden en risico’s.34 Tevens speelt de houding ten opzichte van moederschap in de herkomstcultuur een belangrijke rol. Moederschap is vaak een bron van status en een belangrijk onderdeel van de vrouwelijke identiteit. Dit is terug te zien in de familie van de tieners en maakt de keus om een zwangerschap te voorkomen of een onbedoelde zwangerschap af te breken minder vanzelfsprekend. Ook het vaderschap heeft in andere culturen een positieve betekenis. Dit heeft grote invloed op de motivatie van meisjes om anticonceptie te gebruiken. Voor allochtone tieners geldt dat de culturele achtergrond van de opvoeders niet dezelfde is als die van de maatschappij waarin zij leven. Het combineren van de twee culturen levert moeilijkheden op. Zij zijn ‘kind van twee werelden’. Opvallend is dat vrijwel alle geïnterviewde allochtone meisjes benadrukken dat zij niet anders zijn dan elke andere (autochtone) tienermoeder. De tienermoeders voelen zich dus niet bewust heen en weer getrokken tussen twee culturen. Meisjes die de Nederlandse taal voldoende beheersen hebben meer mogelijkheden om kennis en vaardigheden op te doen om een zwangerschap te voorkomen en om zich te handhaven als tienermoeder. Tevens hebben zij makkelijker toegang tot voorzieningen en hulpverlening.35 Een voorbeeld van een groep tienermoeders die al jaren in de belangstelling staat wegens de hoge cijfers ten aanzien van tienerzwangerschappen, zijn Antilliaanse en Surinaamse meisjes. Zij zijn al vaak onderwerp van studies
32
C. Wijsen en L. van Lee, Kind van twee werelden. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van zwangerschappen bij allochtone tieners, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2006, pag. 7. 33 C. Wijsen en L. van Lee, Kind van twee werelden. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van zwangerschappen bij allochtone tieners, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2006, pag. 7. 34 C. Wijsen en L. van Lee, Kind van twee werelden. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van zwangerschappen bij allochtone tieners, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2006, pag. 7. 35 C. Wijsen en L. van Lee, Kind van twee werelden. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van zwangerschappen bij allochtone tieners, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2006, pag. 8.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 16 van 68 Auteur: Kim Jaspers
geweest.36 Seksualiteit speelt een grote rol in deze culturen, maar het is niet gebruikelijk openlijk over seks te praten. Tienermoederschap komt onder deze groepen vaak voor, omdat het moederschap in deze cultuur als een levensdoel van een meisje gezien wordt. Jongens hebben een zorgeloze houding omtrent het vaderschap en staan positief tegenover het vaderschap ‘in het algemeen’. Daarnaast is het anticonceptiegebruik onder Antilliaanse en Surinaamse meisjes vaak ineffectief. Tot slot nog iets over asielzoeksters. Het gebrek aan controle, zoals genoemd in voorgaande paragraaf, is hier uitermate van toepassing. In hun cultuur is seksualiteit onbespreekbaar. Tevens zien zij assertiviteit voor een vrouw als onwenselijk. Bovendien hebben zij weinig tot geen kennis omtrent seksualiteit en anticonceptie. Seksueel geweld speelt in deze groep nog steeds een belangrijke oorzaak van ongewenste zwangerschappen. Vooral deze meisjes zien het hebben van een kind als doel in het leven, met name om een emotionele behoefte te vervullen.
2.3 Tussenconclusie In dit hoofdstuk is gebleken dat er verschillende oorzaken met betrekking tot tienermoederschap zijn. Hierbij zijn de posities van autochtone meisjes, allochtone meisjes en asielzoeksters apart aan de orde gekomen. Er zijn drie groepen algemene oorzaken ten aanzien van tienermoederschap. Ten eerste gebrek aan richting in het leven. Dit wil zeggen dat meisjes zonder ambities of doel in het leven grotere kans hebben tienermoeder te worden. Het kind kan gezien worden als doel in het leven en het geeft de warmte die de moeder zelf gemist heeft in haar jeugd. Als tweede oorzaak is de ineffectieve seksuele voorlichting en vorming genoemd. De meisjes krijgen wel informatie over de technieken van anticonceptie en seks, maar er wordt niet gesproken over gevoelens die behoren bij seks en hoe afspraken gemaakt kunnen worden met de partner over gewenste en ongewenste seksuele handelingen. Tevens komen de gevolgen van zwangerschap op jonge leeftijd niet aan de orde tijdens de seksuele voorlichting. De school geeft zeer beperkte seksuele voorlichting die niet goed is afgestemd op de individuele leerlingen. Dit is problematisch, omdat iedere leerling zich in een andere ontwikkelingsfase bevindt en dus anders tegen seks aankijkt. Vervolgens is er het probleem van versnipperde hulpverlening waardoor meisjes de weg naar de juiste hulpverleningsinstantie moeilijk kunnen vinden. Een derde oorzaak betreft de traditionele seksopvattingen. Ondanks de geseksualiseerde samenleving blijft de kijk van meisjes en vrouwen op seks zeer traditioneel. Velen maken hun eigen seksbeleving ondergeschikt aan die van hun partner. De redenen om seks te hebben zijn niet gericht op genot en plezier, maar om erbij te horen en een jongen tevreden te stellen.
36
B. van Ginneken, Laat ze maar kletsen. Een exploratieve studie naar de invloed van het (Rooms) Katholieke geloof bij het ontstaan van onbedoelde/ ongewenste zwangerschappen bij jonge Surinaamse en Antilliaanse meiden in Nederland, Nijmegen: Afstudeerscriptie Radboud Universiteit Nijmegen 2005 en H. Lamur, B. Makhan, M. Morsink en H. Reubsaet, Caraibische vrouwen en anticonceptie in Nederland. Delft: Eburon 1990.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 17 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Bij allochtone meisjes kunnen, naast bovenstaande factoren, nog andere oorzaken van tienermoederschap spelen. Dit komt met name door culturele verschillen. Zo hebben allochtone meisjes vaak een gebrek aan seksuele kennis, omdat er in het gezin niet tot nauwelijks over seks gesproken wordt. Verder hebben jongens de leidende rol bij seks, waardoor meisjes niet zelfredzaam zijn. Daarnaast zijn relaties en het hebben van een kind in andere culturen belangrijker dan in de Nederlandse cultuur. Het moederschap wordt gezien als een vorm van status die zeer belangrijk is voor de vrouwelijke identiteit. Ook het vaderschap wordt als positief gezien. De gevaren worden alleen maar groter wanneer de meisjes de Nederlandse taal niet goed beheersen. Hierdoor kunnen zij bijvoorbeeld minder gemakkelijk in contact komen met hulpverleningsinstanties en begrijpen zij de seksuele voorlichting die hier wordt gegeven niet. Tot slot leven allochtonen in Nederland in een andere leefwereld dan het land van herkomst. Als het ware zijn zij kind van twee werelden en dit kan hun extra kwetsbaar maken. Bovenstaande problemen zijn bij asielzoeksters alleen maar groter. Zij hebben een gebrek aan controle. Vaak hebben asielzoeksters geen seksuele voorlichting gehad en beschouwen zij seksueel geweld als ‘normaal’. Een kind kan zorgen voor een doel in het leven.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 18 van 68 Auteur: Kim Jaspers
3. Complicaties met betrekking tot het tienermoederschap Om de complicaties betreffende het tienermoederschap in kaart te brengen, heb ik ten eerste literatuuronderzoek verricht. Hierbij spelen de rapporten ‘Gebrek aan Regie’37 en ‘Kind van twee werelden’38 opnieuw een rol. Tevens is gebruik gemaakt van de informatiebrochure ‘Jong en een kind’39 van de Stichting Ambulante Fiom. Hierin staat een overzicht van de belangrijkste zaken die komen kijken bij zwangerschap, geboorte en natuurlijk wat er na de geboorte geregeld moet worden. Ten tweede is een interview afgenomen bij De Bocht te Goirle. Tot slot is gebruik gemaakt van de website www.tienermoeders.nl en van een tweetal documentaires.40 Met behulp hiervan wordt getracht een zo helder en compleet mogelijk beeld te krijgen van de problematiek rondom het tienermoederschap. In dit hoofdstuk wordt in paragraaf 3.1. aandacht besteed aan Stichting Ambulante Fiom. In paragraaf 3.2. wordt een korte toelichting gegeven op De Bocht. Vervolgens wordt overgegaan op de verschillende complicaties met betrekking tot het tienermoederschap. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen sociaal‐maatschappelijke (paragraaf 3.3.), financiële (paragraaf 3.4.) en juridische complicaties (paragraaf 3.5.). Deze complicaties worden opgedeeld in subparagrafen. Alle mogelijke complicaties komen aan bod, wat niet wil zeggen dat iedere tienermoeder met het gehele scala van complicaties te maken krijgt. Er wordt in dit hoofdstuk geen onderscheid gemaakt tussen autochtone en allochtone tienermoeders. In bijlage 4 staan de sociaal‐maatschappelijke, financiële en juridische complicaties met betrekking tot het tienermoederschap overzichtelijk weergegeven.
3.1 Stichting Ambulante Fiom In 2008 bood de Fiom hulpverlening aan iedereen die problemen of vragen had op het gebied van onbedoelde zwangerschap, ongewenste kinderloosheid, zwangerschapsverlies, tienerouderschap, afstand ter adoptie, adoptienazorg en (inter)nationale zoekacties naar familieleden. Naast hulpverlenings‐ en preventietaken heeft de Fiom strategische taken. In 2008 hebben er in totaal 737 tienermoeders deelgenomen aan hulpverlening via de Fiom (bijlage 5). 41 De Fiom heeft het thema ‘tienerouderschap’ voor de periode 2007‐2011 speerpunt gemaakt met als doel extra te kunnen investeren om het aanbod van verschillende instellingen beter aan te laten sluiten op de behoeften van tienermoeder, ‐vaders en ouders van deze tieners. De Fiom ziet het als haar taak handvatten aan te reiken,
37
W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005. 38 C. Wijsen en L. van Lee, Kind van twee werelden. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van zwangerschappen bij allochtone tieners, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2006. 39 Jong en een kind. Praktische informatie voor jonge ouders en aanstaande opa’s en oma’s, Stichting Ambulante Fiom, Schijndel: NPC 2009. Te raadplegen via de website <www.fiom.nl> en <www.tienermoeders.nl>. 40 Documentaire KRO Moeders, Aflevering: Student en moeder. Documentaire ’t zal je maar gebeuren, Kiezen en knokken voor je kind. EO 4 december 2007. 41 Stichting Ambulante Fiom, Jaarverslag 2008. Te raadplegen via <www.fiom.nl>.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 19 van 68 Auteur: Kim Jaspers
zodat de tienermoeders, ‐vaders en ouders van deze tieners hun leven zelf vorm kunnen geven met kind, opleiding en/of werk. Dit gebeurt onder andere door het ontwikkelen van zelfvertrouwen en zelfstandigheid. De meeste tienermoeder en –vaders komen uit ‘multi‐problemsituaties’. De hulpverlening probeert het sociale systeem rondom de tienermoeder te activeren. Door meer sociale steun neemt de kans op problemen af. In verschillende steden is de Fiom gestart met het opzetten van netwerken ten behoeve van de tienerproblematiek. Hierin participeren alle ketenpartners die met jonge moeders werken om zo hun samenwerking te bevorderen, zodat de tienermoeders niet van loket naar loket worden gestuurd. Vanuit regionale Fiom‐bureaus wordt gekeken of het mogelijk is tienermoedercoördinatie‐ en ontmoetingspunten op te zetten. JEM & Kids in Eindhoven is het eerste voorbeeld van een dergelijk punt. De Fiom is voornemens het aantal punten uit te breiden. De website www.tienermoeders.nl wordt sinds 2007 beheerd door de Fiom. Hierdoor wordt informatie verspreid over tienermoederschap voor tienermoeders, ‐vaders en andere geïnteresseerden. De website bevat een goede sociale kaart, waardoor de tienermoeder gemakkelijk doorverwezen kan worden naar hulpverlening in de buurt.42
3.2 De Bocht De Bocht biedt onderdak, veiligheid en een toekomstperspectief aan slachtoffers van huiselijk geweld en (jonge) vrouwen en kinderen met meervoudige hulpvragen.43 De voorzieningen van De Bocht bestaan uit reguliere opvang, ambulante begeleiding (begeleiding aan huis, nazorg en cursussen), begeleid wonen, de pilot‐ afdeling EVA (eergerelateerde problematiek) en crisisopnames. Daarnaast zijn korte, telefonische contacten met De Bocht mogelijk. De hulpvragen zijn onderverdeeld in vier categorieën, namelijk: veiligheid en huiselijk geweld (volwassenen), zwangerschap, relaties (volwassenen) en overige vragen. De provincie Noord‐ Brabant heeft De Bocht in 2006 erkend als jeugdzorginstelling en vanaf juni 2007 liggen er zorgafspraken. Op basis van indicaties van Bureau Jeugdzorg kan er individuele hulp aan kinderen en tieners worden geboden. Onder andere de opvang van tienermoeders en zwangere meiden wordt verder geprofessionaliseerd. Op 1 december 2007 is de afdeling Lima van start gegaan, gericht op zeer jonge (aanstaande) moeders. Op deze afdeling komen tienermoeders terecht met ernstige gedragsproblemen. Volgens een specifiek behandelprotocol worden zij begeleid naar persoonlijke groei en zelfstandigheid, zelfstandig wonen, zelfstandig opvoeden en het volgen van onderwijs of het hebben van een baan. De methodiek van de vrouwenhulpverlening gaat uit van eigen verantwoordelijkheid. Hier zijn jonge meisjes echter nog niet aan toe. Zij zijn vooral gebaat bij duidelijkheid en structuur. Hierbij wordt specifiek aandacht gegeven aan de ontwikkeling van het kind en de
42
De website is een groot succes, zij is trendsetter in de sociale media. Dit volgt uit de actualiteiten van 13 juli 2009 op <www.fiom.nl>. 43 Website De Bocht, missie en visie <www.debocht.nl>.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 20 van 68 Auteur: Kim Jaspers
interactie tussen moeder en kind. Daarnaast is De Bocht bezig met het opzetten van een ambulant tienermoederproject. In 2007 zijn er 396 cliënten in de hulpverlening van De Bocht terecht gekomen (bijlage 6).44
3.3 Sociaalmaatschappelijke complicaties De sociaal‐maatschappelijke complicaties lopen erg uiteen en worden in deze paragraaf dan ook geordend naar subparagraaf. Ik ben tot deze complicaties gekomen door het interview bij De Bocht, het rapport ‘Gebrek aan Regie’, de website www.tienermoeders.nl en een tweetal documentaires.45 Het is belangrijk voor ogen te houden dat de complicaties per tienermoeder verschillen. De groep tienermoeders die opgevangen en geholpen wordt door familie krijgt te maken met minder complicaties dan de groep tienermoeders die op straat komen te staan en er helemaal alleen voor staan.
3.3.1 Het moederschap, het opgeven van vrijheid en het belang van de baby De meisjes uit het interview ‘Gebrek aan Regie’46 geven aan dat zij het moederschap als moeilijk ervaren. Slechts vijf van de vijfentwintig tienermoeders geven aan dat het geen problemen oplevert. Daarbij is het opgeven van vrijheid een lastig aspect. De meisjes waren voorheen gewend om uit te gaan met vriendinnen. Dit kan echter moeilijk gecombineerd worden met het moederschap. Tevens komen prioriteiten anders te liggen. Hierdoor wordt meer tijd met het kind doorgebracht en het onderhouden van vriendschappen raakt op de achtergrond. Vriendinnen en andere sociale contacten kunnen zich moeilijk in de tienermoeder verplaatsen en haken af. Daarnaast speelt de vraag of een meisje, dat zelf nog minderjarig en dus een kind is, in staat is een kind op te voeden. De tienermoeder ziet de baby als een klein en vooral lief kindje. Dat dit in de praktijk anders uit kan pakken, ziet de tienermoeder niet altijd in. Wanneer er problemen met betrekking tot het kind optreden is het voor de tienermoeder erg lastig hier op een juiste manier mee om te gaan. Daarom is het erg belangrijk dat zij ondersteund wordt bij het ontwikkelen van haar opvoedings‐ en verzorgingsvaardigheden. Het belang van de baby mag bovendien niet uit het oog verloren worden. De tienermoeder moet in staat zijn haar baby op een juiste manier op te voeden en te verzorgen. Zij begint meestal met een achterstand wat dit betreft, omdat zij haar opleiding niet afgemaakt heeft en dus een minder positief toekomstbeeld kan verwachten dan een moeder die voldoende geld, een baan, een stabiele relatie en voldoende middelen en vaardigheden heeft om haar baby op te voeden. De vraag is natuurlijk of het in het belang van de baby is dat deze opgevoed wordt door een meisje dat zelf nog volop in ontwikkeling is en vaak niet eens voor zichzelf kan zorgen, laat staan voor een baby. Dit belangrijke punt wordt nader uitgediept in hoofdstuk 4.
44
Jaarbericht 2007, De Bocht. Te raadplegen via <www.debocht.nl>. Documentaire KRO Moeders, Aflevering: Student en moeder. Documentaire ’t zal je maar gebeuren, Kiezen en knokken voor je kind. EO 4 december 2007. 46 W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 27. 45
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 21 van 68 Auteur: Kim Jaspers
3.3.2 Geen afgeronde opleiding Aangezien de tienermoeder zelf nog erg jong is, heeft zij haar opleiding vaak nog niet afgerond. Dit kan verschillende problemen opleveren. Ten eerste zijn kinderen vanaf 5 tot en met 16 jaar leerplichtig (artikel 3 Leerplichtwet 1969). Na deze periode geldt een aangrenzende kwalificatieplicht tot 18 jaar (artikel 4b Leerplichtwet 1969). De leerplicht wordt hierdoor verlengd tot de dag dat de leerling een startkwalificatie heeft gehaald of tot de dag dat de leerling 18 wordt. Tienermoeders moeten zich ook aan deze regels houden. Vaak zijn er wel speciale projecten in een gemeente waar een tienermoeder aan deel kan nemen. Deze worden aangeboden door het jongerenloket van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Ten tweede is het belangrijk dat de tienermoeder haar opleiding afrondt, omdat deze bijdraagt aan haar eigen ontwikkeling en haar kansen op de arbeidsmarkt vergroot. Hierdoor is zij in de toekomst economisch onafhankelijker dan wanneer zij haar opleiding niet afrondt.
3.3.3 Huisvesting Een volgend lastig probleem is het vinden van huisvesting. Sommige tienermoeders worden direct nadat aan het licht is gekomen dat zij zwanger zijn op straat gezet door hun ouders. Zij zwerven dan van kennis naar kennis totdat zij nergens meer welkom zijn en letterlijk op straat belanden. Gelukkig zijn er opvanghuizen voor tienermoeders, zoals De Bocht en de VBOK47 waar tienermoeders gedurende hun zwangerschap en daarna opgevangen worden. Nadat zij begeleiding hebben gehad en zelf voor hun kind kunnen zorgen, wordt gezamenlijk gezocht naar passende huisvesting. De tienermoeder kan zich echter pas bij een woningbouwvereniging inschrijven wanneer zij de leeftijd van 18 jaar bereikt heeft. Het kan dan echter nog jaren duren voordat zij een woning aangeboden krijgt. Met behulp van een urgentieverklaring kan de tienermoeder eerder in aanmerking komen voor een eigen woning, maar deze wordt slechts onder strikte voorwaarden verstrekt. Daarnaast zijn er mogelijkheden van begeleid wonen, maar het is lastig hiervoor in aanmerking te komen, aangezien er wachtlijsten zijn. Een ander probleem kan zijn dat het verblijf in een opvanghuis gepaard gaat met kosten die niet alle tienermoeders kunnen voldoen. Hierdoor vallen altijd een aantal tienermoeders buiten de boot.
3.3.4 Vooroordelen vanuit de samenleving Tienermoeders krijgen voortdurend te maken met vooroordelen uit de samenleving ten opzichte van tienermoeders. In de documentaire ‘Kiezen en Knokken voor je Kind’48 kwam bijvoorbeeld naar voren dat de tienermoeders zich vaak niet serieus genomen voelen. Onbekenden op straat bemoeien zich ongevraagd met het feit dat de tienermoeder al zo jong moeder is geworden en gaan er automatisch vanuit dat zij niet goed voor haar kind zorgt. Daarnaast gaan de meeste vrouwen tegenwoordig eerst voor hun carrière voordat zij aan kinderen beginnen. Dit leidt tot onbegrip ten opzichte van tienermoeders. Onlangs is in Esta een artikel
47 48
VBOK staat voor Vereniging ter Bescherming van het Ongeboren Kind. Documentaire ’t zal je maar gebeuren, Kiezen en knokken voor je kind. EO 4 december 2007.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 22 van 68 Auteur: Kim Jaspers
verschenen getiteld ‘Kinderen met Kinderen’.49 Hierin wordt onder andere aandacht geschonken aan de visie van de Nederlandse samenleving ten opzichte van tienermoeders.
3.3.5 Godsdienst Op het gebied van godsdienst kunnen ook problemen optreden. Zo vertelde een tienermoeder uit de documentaire ‘Kiezen en Knokken voor je Kind’50 dat zij door de pastoor uit de jongerengroep gehaald is, omdat zij, door jong zwanger te raken, een slechte invloed zou hebben op de andere jongeren uit de groep. De tienermoeder had juist steun en hulp verwacht vanuit haar geloofsgemeenschap, maar in plaats daarvan werd zij verstoten. Dit soort problemen komen vaker voor, omdat veel godsdiensten negatief zijn over voorhuwelijkse seks en buitenechtelijke kinderen.
3.3.6 Geen contact of ruzie met de ouders Niet alle ouders van tienermoeders staan te juichen om opa of oma te worden. Sommige ouders keuren de zwangerschap van hun dochter dermate af dat zij de keuze krijgt tussen abortus of geen contact meer met haar familie. Ook hier kunnen negatief denken over voorhuwelijkse seks en buitenechtelijke kinderen een rol spelen. Wanneer de ouders geen contact meer met hun dochter wensen of een ruzie tussen ouder en dochter escaleert, komt de tienermoeder er geheel alleen voor te staan. Problemen met huisvesting, opleiding en financiële problemen hangen hiermee samen. Daarnaast kan een depressie bij de tienermoeder optreden wegens alle emoties die gepaard gaan met het afstand nemen van de ouders. Vooral erg jonge tienermoeders hebben hun ouders nog hard nodig. Het is dan lastig te accepteren dat je ouders je in de steek hebben gelaten en je zelf je eigen weg moet zien te vinden.
3.3.7 Geen contact of ruzie met de biologische vader De tienermoeder heeft vaak geen contact meer met de biologische vader van het kind. Indien dit contact er wel is, is er vaak sprake van een verstoorde relatie tussen de ouders. Een belangrijke oorzaak hiervan is dat de partner niet bijdraagt in de opvoeding en verzorging van het kind. Ook financieel vindt een dergelijke bijdrage vaak niet plaats.51 Hierdoor komt de moeder alleen voor de opvoeding te staan (eventueel ondersteund door ouders of hulpverleningsinstanties). In de documentaire ‘Kiezen en Knokken voor je Kind’52 wordt door een tienermoeder verteld over haar relatie met de biologische vader. Deze vader had haar voor de keuze gesteld het kind weg te laten halen en eerst met elkaar te trouwen (wegens religieuze overwegingen) of het kind te houden en uit elkaar gaan. De moeder heeft uiteindelijk voor haar kind gekozen en nooit meer iets van de vader vernomen. Een andere moeder had nog wel contact met de (jonge) vader van haar kind. Deze vader was
4949
L. Pans, Kinderen met kinderen. Esta nr. 8, 3 april 2009 pag. 34‐37. Documentaire ’t zal je maar gebeuren, Kiezen en knokken voor je kind. EO 4 december 2007. 51 Hier wordt dieper op ingegaan in paragraaf 3.3. 52 Documentaire ’t zal je maar gebeuren, Kiezen en knokken voor je kind. EO 4 december 2007. 50
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 23 van 68 Auteur: Kim Jaspers
gedetineerd en had het kind nog nooit gezien. Hier kan men zich afvragen of een dergelijke situatie wel in het belang van het kind is.
3.3.8 Psychische problemen Verder kan de tienermoeder, door gebeurtenissen die zich in het verleden hebben afgespeeld, te maken krijgen met psychische problemen.53 Voor de toekomst van de baby is het echter belangrijk dat de moeder stevig in haar schoenen staat en in staat is haar baby op een goede wijze op te voeden. Psychische problemen kunnen voortvloeien uit spijtgevoelens die ontstaan na de geboorte van het kind. Deze gevoelens richten zich niet tot het behouden van het kind, maar hebben betrekking op de slordigheid met anticonceptie of seks met een bepaalde jongen.54 Daarnaast kan de tienermoeder in een depressie raken doordat ze een onzeker toekomstbeeld heeft. Ze heeft geen huisvesting en geld en ze weet niet hoe ze goed voor haar kind kan zorgen. Tevens beschikken de meeste tienermoeders niet over een afgeronde opleiding of baan, zodat zij zich onzeker voelen over hun eigen toekomst. Ook kunnen dieperliggende problemen naar voren komen, zoals negatieve gebeurtenissen uit de jeugd van de tienermoeder. In de documentaire ‘Kiezen en knokken voor je kind’55 wordt het leven van tienermoeders in het VBOK56 tienermoederhuis in Gouda in beeld gebracht. De begeleiding geeft aan dat de tienermoeders die bij hen terecht komen vaak al een moeilijk leven vóór de zwangerschap hebben gekend. Veelal gaat het een jeugd met gebroken relaties, onrust in de pubertijd en mishandeling. In het tienermoederhuis wordt een rustige omgeving aan tienermoeders geboden om te bevallen en de vaardigheden die gepaard gaan met het moederschap eigen te maken. Indien de tienermoeder haar leven voldoende op de rails heeft, wordt huisvesting gezocht (veelal begeleid wonen) en hervatten de tienermoeders hun eigen leven.
3.3.9 Hulpverleningsinstanties Er spelen tevens complicaties op het gebied van hulpverleningsinstanties. Ten eerste is de toegankelijkheid tot hulpverleningsinstanties beperkt. Tienermoeders zijn niet altijd goed op de hoogte van de bestaande hulpverleningsinstanties, wat zij voor hun kunnen betekenen en hoe zij deze instanties kunnen bereiken. Ten tweede werken de verschillende hulpverleningsinstanties matig met elkaar samen, de hulpverlening is te versnipperd.57 Dit zorgt ervoor dat de hulpverlening ten behoeve van tienermoeders en hun kind niet optimaal verloopt. De experts uit het onderzoek ‘Gebrek aan Regie’ pleiten voor een structureel beleid waarin de krachten gebundeld worden. De ambulante hulpverlening zou meer outreachend moeten werken. 58 Dit wil
53
Documentaire ’t zal je maar gebeuren, Kiezen en knokken voor je kind. EO 4 december 2007. W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 28. 55 Documentaire ’t zal je maar gebeuren, Kiezen en knokken voor je kind. EO 4 december 2007. 54
57
W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 34 en 36. 58 W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 15 en 36.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 24 van 68 Auteur: Kim Jaspers
zeggen dat de instanties de tienermoeders moeten benaderen en ze ongevraagde hulpverlening moeten aanbieden. Zo zullen minder tienermoeders tussen wal en schip raken.59
3.3.10 Asielzoeksters: teruggestuurd worden Bij tienermoeders die tevens asielzoeksters zijn, speelt naast bovenstaande problemen nog een probleem van andere aard. Dit probleem treedt op indien de tienermoeder en haar kind teruggestuurd worden naar het land van herkomst. In dergelijke landen stellen meisjes over het algemeen al niet veel voor zonder kind, maar ongehuwde tienermeisjes met een kind stellen al helemaal niets voor. Dit leidt ertoe dat de toekomst van de tienermoeder bedreigend kan zijn, omdat een ongetrouwde moeder in een dergelijke cultuur niet wordt geaccepteerd. Hierdoor ontstaat vaak grote armoede en verstoting uit de gemeenschap.
3.3.11 Positieve aspecten Naar mijn mening mag er niet alleen gesproken worden over de negatieve aspecten en problemen die komen kijken bij tienermoederschap. De meeste tienermoeders vinden het uiteindelijk leuk om jong moeder te zijn, omdat het leeftijdsverschil tussen moeder en kind kleiner is en dit leuke contacten tussen moeder en kind oplevert. Ook blijken een aantal tienermoeders het erg goed te doen, omdat ze een enorme drang hebben een goede moeder te zijn en hun leven op de rit te krijgen. De moeders die worden bijgestaan door familie en vrienden en niet terug hoeven te vallen op hulpverleningsinstanties ondervinden de minste problemen bij de opvoeding en verzorging van hun kind. Tienermoeders die niet worden opgevangen door familie of vrienden en na een poos zwerven op straat vervolgens terecht komen bij hulpverleningsinstanties ondervinden meer problemen om hun leven weer op orde te krijgen. Een opvallend resultaat van het onderzoek ‘Gebrek aan regie’ is dat de ervaring van een zwangerschap op jonge leeftijd over het algemeen niet leidt tot en verminderde kinderwens in de toekomst.60
3.4 Financiële complicaties De financiële complicaties die in deze paragraaf en bijbehorende subparagrafen besproken worden, staan niet op zichzelf. Zij hangen veelal samen met de complicaties die in de voorgaande paragrafen aan bod gekomen zijn.
3.4.1 Algemeen: ontbreken voldoende financiële middelen
Over het algemeen genomen ontbreekt het tienermoeders vaak aan voldoende financiële middelen. Vooral indien zij zelf nog minderjarig en leerplichtig zijn (en dus niet fulltime mogen werken) missen zij een inkomen. Dit wordt een groter probleem indien zij zelf voor hun kind én voor zichzelf moeten zorgen. Wanneer een
59
<www.ncmw.nl>. W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 28.
60
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 25 van 68 Auteur: Kim Jaspers
tienermoeder ook nog te maken heeft met (grote) schulden wordt het erg lastig financieel gezien rond te komen. Tienermoeders die vóór de bevalling een baan hadden kunnen, indien hun contract niet verlengd wordt of indien zij ontslagen worden, in aanmerking komen voor een WW uitkering. Kosten met betrekking tot de zwangerschap en de bevalling worden voor een groot gedeelte vergoed door de zorgverzekeraar. Voorbeelden van dit soort kosten zijn: kosten voor echo’s, kosten voor kraamhulp, en dergelijke. Na de bevalling krijgt de tienermoeder te maken met eigen kosten, bijvoorbeeld voor de inrichting van de babykamer, babykleertjes, voeding, luiers, en dergelijke. Zij dient de financiële middelen hiervoor wel ergens vandaan te halen. De ouders van de tienermoeder zijn (doordat zij het ouderlijk gezag hebben) ook financieel gezien verantwoordelijk voor hun dochter totdat zij meerderjarig is. De tienermoeder kan daarom pas aanspraak op een bijstandsuitkering maken indien zij meerderjarig is (verklaard). Tienermoeders tot 21 jaar krijgen minder bijstandsuitkering, omdat hun ouders deze uitkering aan moeten vullen. Indien dit niet gebeurt, is het mogelijk bijzondere bijstand aan te vragen. Alleenstaanden kunnen in aanmerking komen voor een toeslag. Individuele bijzondere bijstand kan aangevraagd worden voor daadwerkelijk gemaakte kosten die de tienermoeder zelf niet kan voldoen, bijvoorbeeld voor de aanschaf van een babyuitzet of de kosten voor schoolzwemmen. Tienermoeders hebben recht op kinderbijslag, ook wanneer de ouders van de tienermoeder zelf nog kinderbijslag voor hun dochter ontvangen. Tienermoeders onder de 18 jaar die bij hun ouders wonen hebben recht op een babyuitkering. Deze uitkering valt onder de bijzondere bijstand en kan aangevraagd worden door de ouders van de tienermoeder. De uitkering moet gebruikt worden voor de opvoeding van de baby, zodat niet alle kosten bij de ouders van de tienermoeder terecht komen. Deze toeslag stimuleert ook het doorleren van de tienermoeder, net als de kinderopvangtoeslag van het Rijk. Tot slot is het mogelijk belastingen te laten kwijtschelden of in aanmerking te komen voor belastingaftrek.
3.4.2 Huurtoeslag In de vorige paragraaf is duidelijk geworden dat personen vanaf achttien jaar in aanmerking komen voor een eigen woning. Wanneer aan een aantal voorwaarden voldaan is, kan de tienermoeder huurtoeslag aanvragen via de belastingdienst. Ten eerste moet de tienermoeder 18 jaar of ouder zijn. Indien zij jonger is dan 18 jaar dient zij getrouwd te zijn om in aanmerking te komen voor huurtoeslag. De tienermoeder moet ten tweede beschikken over de Nederlandse nationaliteit of een geldige verblijfsvergunning hebben. Ten derde moet iedereen die bij de tienermoeder woont onder dat adres ingeschreven staan bij de gemeente. Ten vierde mag het inkomen van de tienermoeder niet te hoog zijn en mag zij niet over teveel spaargeld of beleggingen beschikken. Verder moet het gaan om een zelfstandige woning, mag de huur niet te hoog zijn en moet de
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 26 van 68 Auteur: Kim Jaspers
woning passend zijn voor de situatie waarin de tienermoeder zich bevindt. Tienermoeders jonger dan 18 jaar, die niet in aanmerking komen voor huurtoeslag, kunnen woonkostentoeslag aanvragen bij het UWV werkbedrijf.
3.4.3 Kosten opleiding Een opleiding volgen gaat gepaard met kosten. Wanneer de tienermoeder de leeftijd van 18 jaar, maar nog niet de leeftijd van 21 jaar bereikt heeft, dienen haar ouders de kosten voor het volgen van een studie te voldoen. Daarnaast kan de studerende tienermoeder recht hebben op een tegemoetkoming in de vorm van studiefinanciering of een andere tegemoetkoming.61 De tienermoeder dient dan echter wel de leeftijd van 18 jaar bereikt te hebben. Indien een alleenstaande tienermoeder studiefinanciering ontvangt kan zij aanspraak maken op éénoudertoeslag. Er mag dan echter geen kinderbijslag ontvangen worden.
3.3.4 Financiële bijdrage ouders Reeds eerder is aan de orde gekomen dat de ouders van de tienermoeder ouderlijk gezag over hun dochter hebben en daarom moeten voorzien in verzorging en opvoeding (artikel 1:247 lid 1 BW). De ouders kennen een onderhoudsplicht jegens hun minderjarige kinderen en meerderjarige behoeftige kinderen (artikel 1:392 lid 2 BW). Ouders zijn daarnaast verplicht te voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie van hun meerderjarige kinderen die de leeftijd van eenentwintig jaren niet hebben bereikt (artikel 1:395a lid 1 BW).
3.4.5 Financiële bijdrage verwekker De verwekker van het kind kan vrijwillig een financiële bijdrage leveren aan de tienermoeder en het kind. Doordat de relatie tussen vader en moeder vaak verstoord is, komt dit niet vaak voor. In een aantal gevallen dient de vader van het kind te voorzien in de kosten van levensonderhoud met betrekking tot het kind. Dit kan door een juridische actie van de moeder of wanneer de vader in een familierechtelijke betrekking tot het kind komt te staan. Aangezien het hier gaat om juridische constructies, wordt dit uitgewerkt in de volgende paragraaf en het volgende hoofdstuk.
3.5 Juridische complicaties In het onderzoek ‘Gebrek aan regie’ hebben experts aangegeven dat de juridische positie van jonge moeders zwak is. Verder zijn tienermoeders niet voldoende op de hoogte van hun juridische positie.62 Wat deze juridische positie inhoudt en waar de juridische knelpunten van het tienermoederschap liggen, wordt in deze paragraaf nader uiteengezet. De juridische complicaties hangen af van wat de tienermoeder zelf wil. Wil zij het kind opvoeden samen met de vader en wil zij dus ook dat de vader rechten en plichten ten opzichte van het kind krijgt? Of wil zij alleen voor
61
Wet Tegemoetkoming Onderwijsbijdrage en Studiekosten. W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 15.
62
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 27 van 68 Auteur: Kim Jaspers
het kind zorgen? Ook hier kan onderscheid gemaakt worden tussen de tienermoeder die samen met haar ouders (de grootouders van het kind) de verantwoordelijkheid over het kind wil dragen of de tienermoeder die geheel zelfstandig voor het kind wil gaan zorgen. Aangezien in voorgaande hoofdstukken veelal gesproken is over tienermoeders die er alleen voor komen te staan en dit onderzoek vooral gericht is op minderjarige tienermoeders, richt ik mij in deze paragraaf en het volgende hoofdstuk met name op juridische complicaties voor de minderjarige tienermoeder die geheel zelfstandig voor haar kind zal gaan zorgen. Daarnaast zal kort worden stilgestaan bij andere situaties, zoals tienermoeders die het kind samen met de vader opvoeden. Mogelijke juridische complicaties die hierbij komen kijken, staan in deze paragraaf centraal. Nadere uitwerkingen van deze juridische complicaties en mogelijke oplossingen komen in hoofdstuk 4 uitgebreid aan bod. Sommige juridische complicaties zijn niet alleen problematisch in het geval van tienermoederschap, maar voor minderjarigen in het algemeen, zoals de mogelijkheid een testament op te stellen vanaf de leeftijd van 16 jaar (paragraaf 3.5.6). Deze complicaties worden behandeld, aangezien ze mede een binding met het tienermoederschap hebben. Bepaalde bevoegdheden zijn voor tienermoeders extra belangrijk, omdat zij een kindje hebben waar zij goed voor moeten (en hopelijk) willen zorgen.
3.5.1 Geslachtsnaam van het kind Wanneer het kind geboren wordt, moet binnen drie dagen na de geboorte aangifte worden gedaan bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de plaats waar het kind geboren is. Dit is te lezen in artikel 1:19e lid 6 Burgerlijk Wetboek (voorts: BW). De moeder van het kind is bevoegd aangifte te doen, de juridische vader heeft een verplichting (artikel 1:19e lid 1 en 2 BW). Wanneer de tienermoeder niet zelf in staat is de aangifte te doen, zijn andere personen die bij de bevalling aanwezig zijn geweest verplicht de aangifte te doen (artikel 1:19e lid 3 BW). Indien een derde de geboorteaangifte voor zijn rekening neemt, is het belangrijk dat hij op de hoogte is van de wensen van de tienermoeder met betrekking tot de naamskeuze. Bij de geboorteaangifte dient een naamskeuze gedaan te worden. Dit kan opgesplitst worden in de voornaam en de achternaam van het kind. De voornaam kan gekozen worden (artikel 1:4 lid 1 BW). De achternaam ofwel geslachtsnaam kan zijn: de achternaam van de vader of van de moeder (artikel 1:5 BW). Indien de ouders ongehuwd zijn, zal automatisch de achternaam van de moeder gekozen worden (artikel 1:5 lid 1 BW), tenzij er ruim vóór de geboorte een akte van naamskeuze is opgemaakt waarin voor de achternaam van de biologische vader, die het kind erkent, wordt gekozen (artikel 1:5 lid 2 BW). Na de geboorteaangifte is geen akte van naamskeuze meer mogelijk. Wel is mogelijk, als het kind ná geboorte erkend wordt, ter gelegenheid van de
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 28 van 68 Auteur: Kim Jaspers
erkenning gezamenlijk te verklaren dat het kind de geslachtsnaam van de vader zal hebben. Van deze verklaring wordt melding gemaakt in de akte van erkenning (artikel 1:5 lid 2 BW).63 Het positieve van de wetgeving is dat de tienermoeder aangifte kan doen van de geboorte van haar kind en zij haar geslachtsnaam kan kiezen als achternaam voor het kind. De wetgeving spreekt immers over ‘moeder’ en volgens artikel 1:198 BW is de moeder van een kind de vrouw uit wie het kind is geboren. Een complicatie die op kan treden bij de geslachtsnaamkeuze ten aanzien van het kind is dat de tienermoeder en haar vriend in eerste instantie van mening zijn dat de biologische vader het kind moet erkennen zodat hij tevens juridische vader van het kind wordt. Ten gelegenheid hiervan wordt een akte van naamskeuze opgemaakt vóór de geboorte van het kind of er wordt ten tijde van de erkenning gezamenlijk verklaard dat het kind de geslachtsnaam van de vader zal hebben. Wanneer de relatie met de vader wordt verbroken, is het echter lastig de geslachtsnaam nog te veranderen.
3.5.2 Gezag Ten tweede zijn er gezagscomplicaties. Deze complicaties kunnen opgesplitst worden in twee groepen, namelijk de eerste groep waarbij het gezag van de tienermoeder over haar kind centraal staat en de tweede groep waarbij het gezag van de (groot) ouder ofwel de wettelijke vertegenwoordiger van de tienermoeder over de tienermoeder en haar kind centraal staat. Het gezag over minderjarige kinderen wordt geregeld in Boek 1, titel 14 BW. Artikel 1:245 lid 1 BW bepaalt dat minderjarigen onder gezag staan. Gezag wil zeggen ouderlijk gezag dan wel voogdij (artikel 1:245 lid 2 BW). Het verschil tussen ouderlijk gezag en voogdij is dat ouderlijk gezag door de ouders tezamen of door één ouder wordt uitgeoefend, terwijl voogdij wordt uitgeoefend door een ander dan de ouder (artikel 1:245 lid 3 BW). Het gezag heeft betrekking op de persoon van de minderjarige, het bewind over zijn vermogen en zijn vertegenwoordiging in burgerlijke handelingen, zowel in als buiten rechte (artikel 1:245 lid 4 BW). In artikel 1:246 BW wordt expliciet vermeld dat minderjarigen onbevoegd zijn tot het gezag. 3.5.2.1 Gezag door de tienermoeder over het kind De complicatie die optreedt bij minderjarig tienermoederschap is het feit dat de tienermoeder zelf nog minderjarig is. Hierdoor is zij onbevoegd het gezag over haar kind uit te oefenen. Zij staat zelf nog onder het gezag van haar eigen ouder(s) dan wel voogd. Het kind dat uit de tienermoeder wordt geboren komt dus niet automatisch onder het ouderlijk gezag van de juridische moeder (artikel 1:198 BW) te staan. Het is echter wel belangrijk dat er gezag over het pasgeboren kind wordt uitgeoefend. Ouderlijk gezag omvat namelijk de plicht en het recht van de ouder zijn/ haar minderjarig kind te verzorgen en op te voeden (artikel 1:247 lid 1 BW). De persoon die het gezag over het kind uitoefent is dus verantwoordelijk voor de verzorging en opvoeding van het kind, is onderhoudsplichtig totdat het kind eenentwintig jaar wordt, is de wettelijke vertegenwoordiger van het
63
A.P. van der Linden e.a., Jeugd en recht, Houten: Bohn Stafleu van Loghum 2005, pag. 44‐47.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 29 van 68 Auteur: Kim Jaspers
kind en beheert het vermogen van het kind. Belangrijke beslissingen ten aanzien van het kind moeten door een aangewezen persoon genomen worden. Er moet dus iemand zijn die gezag over het kind uitoefent. Een complicatie die hiermee samenhangt is de aansprakelijkheid voor het kind. Wie is aansprakelijk wanneer het kind een onrechtmatige daad begaat? 3.5.2.2 Gezag door de (groot)ouders over de tienermoeder Een ander probleem kan optreden wanneer de ouders van de minderjarige tienermoeder hun ouderlijk gezag inzetten om beslissingen te kunnen nemen betreffende hun zwangere dochter. Hier kunnen vragen spelen als: kunnen de ouders beslissen over het kind van hun dochter? Kunnen zij beslissen over het behouden dan wel laten aborteren van het kind? Kunnen zij beslissen over de wijze van bevalling? Zijn zij wegens hun ouderlijk gezag bevoegd beslissingen te nemen over hun kleinkind? Dit zijn essentiële vragen voor de tienermoeder en haar kind, omdat hierdoor duidelijk wordt wie bevoegd is bepaalde beslissingen te nemen. Tenslotte is er een complicatie die aansluit bij de aansprakelijkheidskwestie uit de vorige paragraaf. Zijn de ouders van de tienermoeder aansprakelijk voor onrechtmatige gedragingen van de minderjarige tienermoeder?
3.5.3 Vaderschap Wanneer er van uitgegaan wordt dat de tienermoeder en de biologische vader van het kind niet getrouwd zijn tijdens de geboorte van het kind, is de vader niet automatisch de juridische vader van het kind. Er zijn dan verschillende mogelijkheden voor de vader, de moeder en het kind om de vader tot juridische vader te vermaken. Partijen kunnen hier waarde aan hechten om bijvoorbeeld emotionele of financiële redenen. Hierbij moet de tienermoeder echter wel in de gaten houden dat het juridisch vaderschap niet alleen gepaard gaat met plichten, maar tevens met rechten. Zij moet zich afvragen of zij wil dat de vader van het kind deze rechten verkrijgt. Juridische complicaties kunnen optreden wanneer de vader het kind wil erkennen tegen de wil van de moeder in of wanneer de moeder het vaderschap gerechtelijk wil laten vaststellen, maar dit niet gaat wegens omstandigheden. Ook treden complicaties op wanneer de vader aanspraak maakt op zijn rechten met betrekking tot het kind, terwijl de tienermoeder het kind zelfstandig wenst op te voeden. 3.5.3.1 Erkenning Erkenning is mogelijk door zowel de biologische vader van het kind als een ander (artikel 1:203 ev. BW). Om een kind te kunnen erkennen, heeft de man schriftelijke toestemming nodig van de moeder en/ of het kind. Erkenning kan nietig zijn of vernietigd worden op de in de wet genoemde gronden. Erkenning gebeurt dus in principe met toestemming van de moeder. Zij kan erkenning toestaan om de reden dat zij wil dat het kind zijn vader leert kennen, om de reden dat zij wil dat de vader zijn plichten met betrekking tot het kind op zich neemt (medeverzorging) of om louter financiële redenen. Hierbij kan de vraag rijzen of een
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 30 van 68 Auteur: Kim Jaspers
15 jarige moeder rechtsgeldig toestemming kan geven voor de erkenning van haar kind door een man. De rechtbank heeft deze vraag positief beantwoord.64 Een complicatie kan optreden indien de minderjarige vader nog geen 16 jaar oud is. Een dergelijke erkenning is nietig (artikel 1:204 lid 1 sub b BW). Een tweede juridische complicatie kan optreden, indien de verwekker van het kind tevens als juridische vader aangemerkt wil worden tegen de wil van de tienermoeder in. Dit is mogelijk door middel van erkenning met behulp van vervangende toestemming van de rechter (Boek 1, titel 11, afdeling 3 BW). De verwekker kan aan de rechter verzoeken het kind te mogen erkennen. De rechter kan het verzoek toewijzen indien hij vindt dat de tienermoeder geen goede redenen heeft om het te weigeren. Wel moet de verwekker aan een tweetal vereisten voldoen. Hij moet 16 jaar of ouder zijn en hij mag niet getrouwd zijn, tenzij de rechtbank aanneemt dat tussen de tienermoeder en de verwekker een band bestaat of heeft bestaan die gelijk staat aan een huwelijk of dat tussen het kind en de verwekker een nauwe persoonlijke betrekking bestaat (artikel 1:204 BW). Door de erkenning wordt de verwekker de juridische vader van het kind. Daarnaast ontstaat tussen de vader en het kind een juridische band/ familierechtelijke betrekking. Hierdoor heeft de vader recht op omgang, informatie en consultatie. Hij wordt tevens onderhoudsplichtig totdat het kind 21 jaar wordt (artikel 1:392 jo. 1:395a BW). Het heeft daarnaast erfrechtelijke gevolgen en de erkenning kan invloed hebben op de achternaam van het kind en de nationaliteit van het kind. Door de erkenning ontstaat er voor de ongehuwde vader echter niet automatisch ouderlijk gezag over het kind. Dit kan wel verzocht worden bij de rechtbank. Het kind kan ook erkend worden door een man die niet de verwekker van het kind is. Dit moet dat met toestemming van de moeder gebeuren. Ter gelegenheid van de erkenning kan tevens de keuze voor de achternaam van het kind gedaan worden. Hierbij kan een complicatie optreden, indien de relatie met de erkenner verbroken wordt. Als het kind de naam van de vader heeft gekregen, is het namelijk erg lastig deze nog te veranderen. Een oplossing voor dit probleem wordt gegeven in paragraaf 4.1. 3.5.3.2 Gerechtelijke vaststelling vaderschap Het juridisch vaderschap kan door middel van gerechtelijke vaststelling van het vaderschap (Boek 1, titel 11, afdeling 4 BW) via een verzoek aan de rechtbank vastgesteld worden (artikel 1:207 BW). De termijn die hierbij geldt is vijf jaar na de geboorte van het kind. In deze procedure kan de rechter tevens gevraagd worden een financiële bijdrage voor het kind vast te stellen. Door de gerechtelijke vaststelling wordt de man de juridische vader vanaf de geboorte van het kind (artikel 1:207 lid 6 BW), wordt hij onderhoudsplichtig ten aanzien van het kind (artikel 1:208 BW), erft het kind van de vader (artikel 4:10 BW), kan het kind door naamskeuze de naam van de man krijgen (artikel 1:5 lid 2 BW) en kan de man bij de rechter om een omgangsregeling vragen (artikel 1:377a BW). Het gezag over het kind verandert echter niet van rechtswege. De juridische vader die bevoegd is tot het gezag en nimmer het gezag gezamenlijk met de moeder heeft uitgeoefend, kan de rechtbank verzoeken de ouders met het gezamenlijke gezag dan wel hem alleen met het gezag over het kind te belasten (artikel
64
Rechtbank Alkmaar 10 november 2004, LJN AR5519.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 31 van 68 Auteur: Kim Jaspers
1:253c lid 1 BW). Gezamenlijk gezag wordt enkel niet toegewezen indien het gevaar dreigt dat het kind klem of verloren zal raken tussen de ouders (het zogenoemde klemcriterium)65 of afwijzing anderszins in het belang van het kind noodzakelijk is (artikel 1:253c lid 2 BW). Wanneer de moeder het gezag over het kind uitoefent, wordt het verzoek om de vader alleen met het gezag te belasten slechts ingewilligd indien de rechtbank dit in het belang van het kind wenselijk oordeelt (artikel 1:253c lid 3 BW). Een mogelijke complicatie die bij de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap op kan treden vindt plaats wanneer de verwekker van het kind nog geen 16 jaar is. Bij jong tienerouderschap kan een dergelijke situatie zich voordoen. Een andere complicatie die zich voor kan doen (zowel bij erkenning als gerechtelijke vaststelling van het vaderschap), vindt plaats wanneer de juridische vader van het kind tegen de wil van de moeder in aanspraak maakt op zijn rechten met betrekking tot het kind. Hij wil bijvoorbeeld omgang met zijn kind of gezag over het kind, terwijl het de moeder slechts te doen was om een financiële bijdrage van de vader.
3.5.4 Onderhoudsplicht Ouders en stiefouders zijn onderhoudsplichtig jegens hun minderjarige en jongmeerderjarige (stief)kinderen (artikel 1:392 BW). Zij hebben de plicht bij te dragen in de kosten van verzorging en opvoeding van het kind tot het kind 18 jaar is. Voor kosten van levensonderhoud en studie bestaat deze verantwoordelijkheid ten opzichte van het kind tot het 21 jaar oud is. De tienermoeder is zelf sowieso onderhoudsplichtig jegens haar kind (of het kind nu onder haar gezag staat en bij haar in huis woont of niet). Hierbij speelt draagkracht een belangrijk uitgangspunt (artikel 1:404 BW). Het gaat hierbij om de financiële middelen waarover de tienermoeder kan beschikken en de lasten die zij heeft. Duidelijk is dat zij niet meer kosten kan maken ten behoeve van de verzorging en opvoeding van haar kind dan het inkomen waarover zij beschikt. De financiële complicaties en mogelijke oplossingen zijn beschreven in paragraaf 4 van dit hoofdstuk. De tienermoeder kan echter vaak niet leven van alleen haar eigen inkomen en wenst daarom de biologische vader van het kind aan te spreken om een bijdrage in de kosten te leveren. Is dit mogelijk? Verder kan de tienermoeder reeds een nieuwe relatie hebben. In hoeverre is haar nieuwe partner verplicht bij te dragen in de kosten van verzorging en opvoeding van haar kind? Deze vragen en de mogelijke oplossingen worden behandeld in hoofdstuk 4.4.
3.5.5 Recht van vader op omgang/ informatie Het recht op omgang is afhankelijk van de relatie tussen de vader en het kind. Het is mogelijk dat een juridische vader zonder gezag omgang met zijn kind wenst. Hier gaat het bijvoorbeeld over de vader die zijn kind erkend heeft. Artikel 1:377a lid 1 BW66 stelt dat het kind en de niet met het gezag belaste ouder het recht op ‐en de
65
Zie bijvoorbeeld HR 10 september 1999, NJ 2000,20. Het gaat hier om nieuwe wetgeving (inwerking getreden op 1 maart 2009) , namelijk de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding (Kamerstukken II 2004/05, 30 145).
66
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 32 van 68 Auteur: Kim Jaspers
verplichting tot‐ omgang met elkaar hebben. Daarnaast heeft het kind recht op omgang met degene die in een nauwe persoonlijke betrekking (artikel 8 EVRM)67 tot hem/ haar staat. Op verzoek van de ouders, één van hen of degene die in een nauwe persoonlijke betrekking tot het kind staat, kan de rechter een omgangsregeling vaststellen tussen het kind en de niet met het gezag belaste ouder (artikel 1:377a lid 2 BW). Ook kan het recht op omgang op verzoek ontzegd worden door de rechter. Er moet dan wel sprake zijn van één van de situaties zoals genoemd in lid 3. Grootouders kunnen tevens verzoeken om omgang met het kind op grond van artikel 1:377a lid 1 BW. Ook zij moeten ‘family life’ kunnen aantonen met het kind.68 Het recht op omgang kan complicaties opleveren indien de tienermoeder hier negatief tegenover staat. Wat kan zij doen om omgang te voorkomen? Het recht op informatie en consultatie bestaat tussen de ouder die met het gezag is belast en de ouder die niet met het gezag is belast (artikel 1:377b lid 1 BW). Het gaat erom dat informatie wordt versterkt omtrent gewichtige aangelegenheden met betrekking tot de persoon en het vermogen van het kind. Daarnaast moet de niet met het gezag belaste ouder geraadpleegd worden over daaromtrent te nemen beslissingen. De rechter kan op verzoek van een ouder een regeling vaststellen. De informatie‐ en consultatieverplichting kan buiten toepassing worden gezet door de rechter op verzoek van de met het gezag belaste ouder of ambtshalve. Dit moet dan wel in het belang van het kind zijn (artikel 1:277b lid 2). Artikel 1:377c BW geeft de vader het recht informatie van derden te verkrijgen die beroepshalve beschikken over informatie over het kind. Hierop zijn uitzonderingen mogelijk. Bij tienerouderschap zal vaak geen sprake zijn van een situatie met twee juridische ouders waarvan één met het gezag is belast en de ander niet. Hoe kan de biologische vader dan toch informatie over zijn kind verkrijgen? En wat kan de moeder doen om dit te voorkomen?
3.5.6 Erfrecht De laatste juridische complicatie hangt samen met het erfrecht (Boek 4 BW). Hier betreft het niet zozeer de nalatenschap van de tienermoeder. Over het algemeen zal zij niet beschikken over een omvangrijke nalatenschap. Veel belangrijker is wat er met het kind gebeurd indien de met het ouderlijk gezag belaste tienermoeder komt te overlijden. Een testament kan namelijk pas opgesteld worden vanaf de leeftijd van 16 jaar (artikel 4:55 BW). Ook handelingsbekwamen kunnen een testament opstellen. In het testament kan vastgelegd worden wie er voogd moet worden over het kind na het overlijden van de tienermoeder. Uiteraard dient de voogd zich bereid te verklaren de voogdij te aanvaarden (artikel 1:280 lid 1 BW). Indien er niets geregeld is en de tienermoeder komt te overlijden terwijl het kind nog minderjarig is, dan zal de rechter beslissen wie de voogdij over het kind krijgt. Hierbij neemt de vader van het kind een voorkeurspositie in.
67 68
We spreken hier over ‘family life’. Gerechtshof ’s‐Gravenhage 3 juni 2009, LJN 7397.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 33 van 68 Auteur: Kim Jaspers
3.6 Tussenconclusie In dit hoofdstuk zijn de verschillende complicaties verband houdende met het tienermoederschap uiteengezet. Om te beginnen is een inleiding gegeven omtrent Stichting Ambulante Fiom en De Bocht. Deze instellingen werken veelvuldig met tienermoeders en daarom heb ik in mijn onderzoek gekeken naar de belangrijkste taken van deze instellingen en hun relatie met tienermoeders. Vervolgens heb ik de drie typen complicaties met betrekking tot het tienermoederschap besproken. Ten eerste kwamen de sociaal‐maatschappelijke complicaties aan bod. Complicaties op dit terrein zijn het moederschap, het opgeven van vrijheid en het belang van de baby, geen afgeronde opleiding, huisvesting, vooroordelen vanuit de samenleving, godsdienst, geen contact op ruzie met de ouders, geen contact of ruzie met de biologische vader, psychische problemen, hulpverleningsinstanties en voor asielzoeksters het gevaar om teruggestuurd te worden. Ten tweede zijn de financiële complicaties aan bod gekomen. Deze complicaties bestaan uit ontbreken van voldoende financiële middelen in het algemeen, problemen op het gebied van huurtoeslag, opleidingskosten, (het ontbreken van een) financiële bijdrage door de ouders en de verwekker. Tot slot zijn de juridische complicaties kort uiteengezet. Hier gaat het om problemen met betrekking tot de geslachtsnaam van het kind, gezag over het kind, vaderschap, onderhoudsplicht, recht op omgang en informatie van de vader, erfrechtelijke problemen, handelingsonbekwaamheid van minderjarige tienermoeders en de kinderbeschermingsmaatregelen. In het volgende hoofdstuk zullen de laatstgenoemde juridische complicaties nader uitgediept worden.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 34 van 68 Auteur: Kim Jaspers
4. Juridische complicaties nader uitgediept In dit hoofdstuk zullen de juridische complicaties, zoals reeds aan bod gekomen in paragraaf 5 van het vorige hoofdstuk, uitgebreid uiteengezet worden waarbij mogelijke oplossingen worden aangedragen.
4.1 Geslachtsnaam van het kind In paragraaf 3.5.1 is besproken welke geslachtsnamen voor het kind gekozen kunnen worden. Hierbij is aangegeven dat het lastig is om een eenmaal gekozen geslachtsnaam te veranderen. Volgens artikel 1:7 lid 1 BW kan de geslachtsnaam van een persoon op zijn verzoek, of op verzoek van zijn wettelijke vertegenwoordiger, door de Koning worden gewijzigd. In artikel 3 Besluit Geslachtsnaamwijziging staat aangegeven dat het mogelijk is om geslachtsnaamwijziging te verzoeken wanneer de tienermoeder het kind gedurende een aaneengesloten periode van ten minste vijf jaar heeft verzorgd en opgevoed. Kinderen van twaalf jaar en ouder hebben het recht om gehoord te worden (artikel 809 Rv). Het wijzigen van de geslachtsnaam gaat gepaard met kosten.69 Het belang van het kind vormt in het personen‐ en familierecht altijd een belangrijke factor die meegenomen moet worden bij beslissingen. In dit verband is het belang van het kind een belangrijke factor, omdat de naam de identiteit van het kind (mede) vormt. Door de geslachtsnaam kan een kind zich met een bepaald gezin verbonden voelen. Het is dan ook belangrijk dat het kind van de tienermoeder de geslachtsnaam krijgt van de ouder waarmee hij het meest verbonden is. Later kan dit belangrijk zijn wanneer er meerdere kinderen tot het gezin gaan behoren. Door één geslachtsnaam voor alle kinderen te hanteren, wordt eenheid binnen het gezin gecreëerd.70 Een andere belangrijke vraag die komt kijken bij het indienen van een verzoekschrift tot naamswijziging, maar ook bij andere proceshandelingen, is de procesbevoegdheid van de minderjarige tienermoeder. Aangezien deze complicatie voortvloeit uit eerdergenoemde juridische complicaties, wordt aan het eind van dit hoofdstuk een aparte paragraaf besteed aan dit vraagstuk.
4.2 Gezag In het vorige hoofdstuk is het gezag opgedeeld in gezag door de tienermoeder over het kind en gezag door de (groot)ouders over de tienermoeder. In deze paragraaf wordt dezelfde splitsing aangehouden met betrekking tot de behandeling van de verschillende vraagstukken.
4.2.1 Gezag door de tienermoeder over het kind Volgens artikel 1:295 BW benoemt de rechtbank een voogd over alle minderjarigen, die niet onder ouderlijk gezag staan en in wier voogdij niet op wettige wijze is voorzien. Om te bevorderen dat waar nodig een
69
Volgens de brochure ‘Naamswijziging’ van het Ministerie van Justitie bedragen deze kosten €487,50. Deze brochure is te raadplegen via de website <www.justitie.nl > familie en gezin > naamrecht > naamswijziging > brochure naamswijziging. 70 Nota bene: als de ouders voor het eerste kind al een achternaam hebben gekozen, kunnen zij dat niet meer voor de andere kinderen binnen hetzelfde gezin doen. De andere kinderen krijgen automatisch dezelfde achternaam als het eerste kind wegens eenheid van naam binnen het gezin (artikel 1:5 lid 8 BW).
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 35 van 68 Auteur: Kim Jaspers
voogdijvoorziening wordt getroffen, wordt in artikel 1:301 BW geregeld dat de ambtenaar van de burgerlijke stand een mededeling doet aan de rechtbank (of aan de Raad voor de Kinderbescherming) indien een kind wordt geboren, waarover de moeder niet van rechtswege het gezag uitoefent. Het is ook mogelijk dat bloed‐ of aanverwanten van de minderjarige, de Raad voor de Kinderbescherming of andere belanghebbenden een verzoek indienen tot het benoemen van een voogd (artikel 1:299 BW). De kantonrechter kan ook ambtshalve tot benoeming van een voogd overgaan. Opvallend is dat de wet niet in de mogelijkheid voorziet dat grootouders een verzoek indienen tot benoeming van een voogd. Als er sprake is van family life tussen de grootouders en hun kleinkind zou een dergelijk verzoek desondanks ontvankelijk moeten zijn op grond van artikel 8 EVRM.71 Indien de moeder zelf in staat is gezag over het kind uit te oefenen en zij is 16 jaar of ouder, dan kan een meerderjarigverklaring een oplossing bieden (zie hieronder). Anders wordt het gezag bij een andere persoon gelegd in de vorm van voogdij. De voogd kan de meerderjarige vader zijn (hij moet dit dan wel zelf verzoeken bij de rechter). Tevens is het mogelijk dat een ouder, kennis of vriend van het tienermeisje de voogdij krijgt, totdat de tienermoeder zelf in staat is het gezag over het kind uit te oefenen. Tot slot is het mogelijk dat de voogdij‐instelling de voogdij op zich neemt, totdat de tienermoeder zelf het gezag over haar kind kan verkrijgen. Het belang van het kind speelt bij dit soort beslissingen een uitermate belangrijke rol. De voogd is verantwoordelijk voor de verzorging en de opvoeding van het kind. Hij of zij hoeft dit echter niet zelf te doen.72 Het kind kan dus gewoon bij de tienermoeder blijven, alleen zal er een zekere mate van controle plaatsvinden door de voogd. Daarnaast hoeft de voogd niet zelf het levensonderhoud van het kind te betalen. De voogd is wettelijk vertegenwoordiger van het kind en beheert het vermogen van het kind. Hij wordt benoemd door de rechtbank. Tienermoeders jonger dan 16 jaar krijgen altijd te maken met voogdij over het kind (tenzij de vader het ouderlijk gezag opeist). De voogdij eindigt als de tienermoeder meerderjarig wordt of als zij op haar zestiende door de kinderrechter meerderjarig wordt verklaard. De meerderjarigverklaring voor de moeder (artikel 1:253 ha BW) is een mogelijkheid voor meisjes van 16 jaar of ouder. Deze verklaring moet worden verzocht door de tienermoeder of de Raad voor de Kinderbescherming bij de kinderrechter. De rechter willigt het verzoek in als hij dit in het belang van moeder en kind wenselijk oordeelt. Ten aanzien van het beoordelingscriterium valt op dat in dit geval de moeder geen voorkeurspositie toekomt, doch dat de rechter volledig inhoudelijk dient te beoordelen of de jonge moeder in staat is het juridisch gezag over haar kind uit te oefenen.73 Het verzoek ten aanzien van de meerderjarigverklaring kan worden ingediend vóór de bevalling of door een zwangere vrouw jonger dan 16 jaar, mits de bevalling rond haar zestiende verjaardag wordt verwacht. De beslissing vindt pas plaats als de moeder de leeftijd van 16 jaar
71
Zie HR 3 juni 2005, NJ 2005, 349. Tenzij er twee voogden optreden o.g.v. artikel 1:280 lid 6 BW. 73 E.C.C. Punselie, Gezag over minderjarigen, Deventer: Kluwer Ars Notariatus 139 2008, pag. 17. 72
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 36 van 68 Auteur: Kim Jaspers
heeft bereikt.74 Een voordeel van het indienen van een verzoek ten behoeve van de moeder door de Raad voor de Kinderbescherming is gelegen in de proceskosten. De Raad voor de Kinderbescherming procedeert namelijk kosteloos.75 De ouder(s) of voogd van de minderjarige kunnen slechts optreden als zij daartoe uitdrukkelijk door de tienermoeder gemachtigd zijn. De ouder(s) van de tienermoeder zullen wel als belanghebbenden worden beschouwd en opgeroepen (artikelen 798 en 800 Rv) en zij hebben recht op hoger beroep (artikel 806 Rv). Deze rechten hebben zij, omdat er een einde aan hun juridische gezag komt wanneer het verzoek wordt toegewezen. Door de meerderjarigverklaring staat de tienermoeder zelf niet meer onder het gezag van haar ouders en kan zij het gezag over haar kind uitoefenen. Als het kind op het moment van de meerderjarigverklaring nog niet onder gezag staat, zal de tienermoeder het gezag van rechtswege alleen uitoefenen (artikel 1:253b lid 3 BW). Wanneer een ander met het gezag is belast, wordt het gezag gewijzigd in het gezag van de tienermoeder (artikel 1:253 ha BW). Van deze gezagswijziging wordt een aantekening gemaakt in het gezagsregister (artikel 1:244 BW). Als een ander over het gezag beschikt, zal de rechter bij zijn beslissing eveneens meewegen of het in het belang van het kind is het gezag over te dragen aan de tienermoeder (artikel 1:253b lid 5 BW).76 Mocht er in het geheel nog geen gezagsopdracht aan een ander gedaan zijn voordat de moeder meerderjarig wordt, dan verkrijgt zij op de dag dat zij meerderjarig wordt alsnog van rechtswege het gezag over het kind (artikel 1:253b lid 2 BW). Bij de vraag of uitoefening van het gezag door de tienermoeder in het belang van het kind is moet men zich afvragen of een kind voor een kind kan zorgen. Volgens ‘Gebrek aan Regie’ stelt de helft van de moeders het kind centraal in de verdere levensloop, terwijl de andere helft de prioriteit meer legt bij de eigen ontwikkeling. In dit zelfde onderzoek concluderen experts dat jonge tienermoeders vaak zeer goed voor hun kind zorgen, zelfs nog beter dan de wat oudere moeders.77 Het gebeurt ook weleens dat de ouders trouwen of een geregistreerd partnerschap sluiten. Als de ouders de leeftijd van 16 jaar hebben bereikt en het meisje kan aantonen dat zij zwanger is, dan wel haar kind reeds ter wereld heeft gebracht, kunnen zij huwen (artikel 1:31 lid 2 BW). Vervolgens bepaalt artikel 1:251 lid 1 BW dat de ouders het gezamenlijk gezag uitoefenen gedurende hun huwelijk. Op deze manier is, via een omweg, toch het (gezamenlijk) gezag over het kind verkregen.78 Minderjarigen die een huwelijk willen aangaan moeten echter wel toestemming van hun ouder(s)/ voogd(en) verkrijgen (artikel 1:35 BW). Dit is niet benodigd indien
74
De rechter kan volgens Jansen analoog aan artikel 1:431 lid 2 BW de meerderjarigverklaring reeds voor de geboorte van het kind uitspreken, onder de bepaling dat de meerderjarigverklaring pas ingaat op het moment van de geboorte of op de dag dat de te jonge minderjarige zestien wordt. I. Jansen, Personen‐ en familierecht (losbladig), artikel 253ha, aantekening 4. 75 In het kwaliteitskader en de Protocollen 2009 wordt een duidelijk kader gegeven hoe zaken door de Raad voor de Kinderbescherming behandeld worden. 76 J.E. Doek, P. Vlaardingerbroek, Jeugdrecht en jeugdzorg, Studenteneditie, ’s‐Gravenhage: Elsevier 2006, pag. 247 en 248. 77 W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005, pag. 27 en 28. 78 Nota bene: dit geldt in gelijke mate voor het geregistreerd partnerschap. Zie artikel 1:80a lid 6 BW.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 37 van 68 Auteur: Kim Jaspers
de geestvermogens van een ouder zodanig zijn gestoord, dat hij niet in staat is zijn wil te bepalen of de betekenis van zijn verklaring te begrijpen. Indien de ouder(s) of voogd(en) geen toestemming geven, is het voor de minderjarige mogelijk vervangende toestemming van de rechtbank te verzoeken (artikel 1:36 BW). Wanneer het huwelijk tussen de jeugdigen gesloten is en het kind ter wereld gekomen is, moet blijken of hun relatie sterk genoeg is om een goed gezin voor het kind te vormen. Veel tienermoeders en hun kinderen worden in de steek gelaten door de biologische vader en wanneer de biologische vader tevens de juridische vader van het kind is, kan dit bij het uit elkaar gaan problemen opleveren met betrekking tot de rechten van de vader ten opzichte van het kind. Hierbij kan gedacht worden aan problemen inzake het naamrecht, het gezag over het kind en omgangrechten. Dit kan in zijn geheel leiden tot een gevecht om het kind. Uiteraard is een dergelijke situatie niet in het belang van het kind. Het zorgt voor onrust in het gezin en een onstabiele opvoedsituatie waardoor het kind de dupe wordt van de mislukte relatie van de ouders. De tienermoeder moet dus goed nadenken of zij de juridische gevolgen van een huwelijk op (lange) termijn wil riskeren. Tot slot kwam in paragraaf 3.5.2.1 de aansprakelijkheid voor onrechtmatige gedragingen van het kind aan bod. Indien het kind van de tienermoeder (jonger dan 14 jaar) schade aan een derde toebrengt door een als een doen te beschouwen gedraging en als deze gedraging als een onrechtmatige daad (artikel 6:162 BW) zou kunnen worden toegerekend als zijn leeftijd daaraan niet in de weg zou staan, is degene die het ouderlijk gezag of de voogdij over het kind uitoefent, aansprakelijk (artikel 6:169 BW). Volgens dit artikel zijn ouders aansprakelijk voor gedragingen van hun kinderen. Eerder is echter uiteengezet dat de tienermoeder niet altijd over het ouderlijk gezag beschikt. Een minderjarige tienermoeder kan slechts onder voorwaarden ouderlijk gezag over het kind hebben. Daarnaast is het mogelijk dat het kind onder voogdij staat. Dit artikel draagt zelf reeds een oplossing aan met betrekking tot de aansprakelijkheid over het kind: degene onder wiens ouderlijk gezag of voogdij het kind staat, is aansprakelijk voor het kind.
4.2.2 Gezag door de (groot)ouders over de tienermoeder Aangezien de minderjarige tienermoeder zelf nog onder het ouderlijk gezag van haar ouders staat, zijn zij bevoegd bepaalde beslissingen te nemen ten aanzien van die dochter (maar niet ten opzichte van de baby). Met betrekking tot haar gezondheid in het algemeen en haar zwangerschap in het bijzonder gelden de regels betreffende de geneeskundige behandelingsovereenkomst (Boek 7, titel 5 BW). In deze wet worden andere leeftijdsgrenzen gehanteerd dan in Boek 1 BW. Een minderjarige tussen de 12 en 16 jaar heeft toestemming nodig van de ouders/ voogd die het gezag over haar uitoefent. Deze toestemming is niet vereist indien de verrichting kennelijk nodig is teneinde ernstig nadeel voor de patiënt te voorkomen, alsmede indien de patiënt ook na weigering van de toestemming, de verrichting weloverwogen blijft wensen (artikel 7:450 lid 2 BW). Een minderjarige van 16 jaar of ouder is bekwaam tot het aangaan van een behandelingsovereenkomst ten behoeve van zichzelf (artikel 7:447 BW). In de Wet Afbreking Zwangerschap en het Besluit Afbreking Zwangerschap staan geen aanvullende eisen met betrekking tot de leeftijd van een vrouw die haar kind wil
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 38 van 68 Auteur: Kim Jaspers
laten aborteren. De regels uit de Boek 7, titel 5 BW gelden in dit geval en dit betekent dat tienermoeders vanaf 16 jaar zelf mogen beslissen over de zwangerschap en eventuele abortus, terwijl kinderen tussen 12 en 16 jaar in beginsel over dubbele toestemming dienen te beschikken. Dit is alleen anders indien er ernstig nadeel voor de patiënt kan optreden of de minderjarige de verrichting weloverwogen blijft wensen. Overkoepelende wetgeving zoals artikel 11 Grondwet beschermen de onaantastbaarheid van het lichaam, zodat het niet mogelijk is dat de ouders, op grond van hun gezag, beslissingen over het lichaam van hun dochter kunnen nemen. Dit wordt ook wel het zelfbeschikkingsrecht genoemd. Een bijzondere curator kan de minderjarige (zowel in als buiten rechte) vertegenwoordigen bij geschillen op het gebied van verzorging, opvoeding en vermogen tussen de minderjarige en de ouder(s) met gezag/ voogden (artikel 1:250 BW). Er moet sprake zijn van tegenstrijdige belangen en het dient noodzakelijk te zijn. Sommige aankomende grootouders vinden het erg lastig om te accepteren dat hun dochter op jonge leeftijd zwanger is geraakt en willen zelf beslissingen nemen betreffende hun kleinkind. Zoals hierboven reeds gebleken is, is dit slechts in beperkte mate mogelijk. Als de tienermoeder zelf het ouderlijk gezag over haar kind uitoefent, hebben de grootouders hier in principe niets over te zeggen. Wanneer zij vermoeden dat hun dochter totaal niet in staat is het kind te verzorgen en op te voeden kunnen zij een vermoeden van kindermishandeling melden bij het AMK.79 Kindermishandeling omvat niet alleen lichamelijk geweld, maar ook lichamelijke en emotionele verwaarlozing vallen eronder. Hierbij kan gedacht worden aan het onthouden van liefde, aandacht en warmte ten opzichte van het kind. Naar aanleiding van een melding, zal het AMK een onderzoek instellen en kunnen passende maatregelen getroffen worden. Aan deze passende maatregelen wordt aandacht besteed in paragraaf 4.8. Het is ook mogelijk dat het kind onder voogdij staat van de grootouders. De grootouders zijn in dat geval verantwoordelijk voor de verzorging op opvoeding van het kind, maar hoeven dit niet zelf te doen. De tienermoeder kan onder hun toeziend oog en begeleiding het kind verzorgen en opvoeden. Wanneer de tienermoeder hiertoe niet zelf in staat is, kunnen de grootouders de verzorging en opvoeding naar eigen inzicht voor hun rekening nemen. Wanneer de voogdij bij een andere persoon ligt, hebben de grootouders hier opnieuw niets over te zeggen. De aansprakelijkheid van de ouders voor de minderjarige tienermoeder is ten eerste afhankelijk van de leeftijd van de tienermoeder. Wanneer zij onder de 14 jaar is zijn haar ouders in principe aansprakelijk (risicoaansprakelijkheid). Is zij ouder dan 14 jaar, maar jonger dan 16 jaar dan is degene die over het ouderlijk gezag of de voogdij beschikt aansprakelijk, tenzij hem niet kan worden verweten dat hij de gedraging van het kind niet heeft belet (artikel 6:169 lid 2 BW). De tienermoeder kan ook meerderjarig verklaard zijn of door het huwelijk meerderjarig zijn. In dit geval staat zij niet meer onder het ouderlijk gezag van haar ouders of voogd en is zij zelf aansprakelijk voor haar gedragingen.
79
Advies‐ en Meldpunt Kindermishandeling
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 39 van 68 Auteur: Kim Jaspers
4.3 Vaderschap Uit het vorige hoofdstuk blijkt dat het juridische vaderschap problemen voor de tienermoeder met zich mee kan brengen. Hieronder zal één en ander kort toegelicht worden en zullen mogelijke oplossingen aangedragen worden.
4.3.1 Erkenning Ten eerste kan een complicatie optreden indien een vader jonger dan 16 jaar het kind wil erkennen. Dit is namelijk niet mogelijk (artikel 1:204 lid 1 sub b). Uiteraard kan gewacht worden met de erkenning van het kind totdat de vader 16 jaar oud is, maar dit kan gevolgen hebben op het gebied van de onderhoudsplicht, het erfrecht, de geslachtsnaam en nationaliteit van het kind en het recht op omgang, informatie en consultatie met betrekking tot het kind. Men kan zich afvragen of het voor een minderjarige vader van onder de 16 jaar niet mogelijk moet zijn om zijn kind te erkennen, eventueel onder bepaalde voorwaarden. In het vorige hoofdstuk is tevens aangegeven dat de verwekker het kind kan erkennen tegen de wil van de tienermoeder in. De belangen van de verwekker worden afgewogen tegen de belangen van de moeder bij een ongestoorde verhouding met het kind. De rechtbank houdt hierbij uiteraard ook altijd het belang van het kind in het oog. Het uitgangspunt van de rechter is dat zowel het kind als de verwekker er aanspraak op heeft dat hun relatie rechtens wordt erkend als een familierechtelijke betrekking. Het belang van de erkenner kan echter niet zo zwaar wegen dat de belangen van het kind of de moeder geschaad zouden worden als de toestemming zou worden vervangen.80 Het probleem dat gepaard gaat met de erkenning houdt in dat de vader van het kind rechten verkrijgt, zoals een juridische band met het kind, recht op omgang, informatie en consultatie, een onderhoudsplicht, erfrechtelijke gevolgen en mogelijke gevolgen met betrekking tot de geslachtsnaam en de nationaliteit van het kind. Daarnaast kan gezag door de vader verzocht worden bij de rechtbank. De erkenning door de verwekker gaat met name problemen opleveren als de vader en moeder van het kind in het verleden grote problemen hebben gekend waardoor zij in de toekomst niet constructief wensen samen te werken.81 Door deze problemen kunnen de belangen van het kind in het geding komen. Daartegenover staat dat het in principe in het belang van het kind is in familierechtelijke betrekking te staan tot beide ouders. Dit heeft te maken met de ‘roots’ van het kind en met de waarde die een prettige omgang met beide ouders met zich meebrengt.
4.3.2 Gerechtelijke vaststelling vaderschap Bij gerechtelijke vaststelling van het vaderschap kan het juridisch vaderschap vastgesteld worden tegen de wil van de vader in (artikel 1:207 BW). Hij moet dan wel de verwekker van het kind zijn of als levensgezel van de moeder ingestemd hebben met een daad die de verwekking van het kind tot gevolg kan hebben gehad. Een
80 81
Gerechtshof Den Bosch 9 februari 2005, LJN AT3376. Rechtbank Roermond 19 maart 2008, LJN BC7276.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 40 van 68 Auteur: Kim Jaspers
probleem dat op kan treden bij tienerouderschap is dat de vader van het kind minstens 16 jaar oud moet zijn (artikel 1:207 lid 2 sub c BW). Daarbij komt dat het verzoek binnen vijf jaar na de geboorte van het kind door de moeder moet worden ingediend (artikel 1:207 lid 3 BW). In principe is het voor de moeder mogelijk te wachten met de gerechtelijke vaststelling totdat de vader 16 jaar is, maar dan kan zij in de tussentijd geen aanspraak maken op onder andere levensonderhoud ten behoeve van het kind. In deze paragraaf zien we vaak het volgende probleem terugkomen: de moeder wil om puur financiële redenen een band tussen de vader en het kind laten vaststellen. Soms is dit niet mogelijk omdat de vader van het kind de leeftijd van 16 jaar nog niet heeft bereikt en op dat moment lijkt zij met lege handen te staan. Een mogelijke oplossing voor dit probleem kan gevonden worden in artikel 1:394 BW. Op grond van dit artikel kan de verwekker die weigert alimentatie te betalen of ontkent de vader te zijn aangesproken worden, waardoor hij enkel verplicht is bij te dragen aan de kosten van levensonderhoud van het kind. Door gebruik te maken van dit artikel verkrijgt de verwekker geen overige rechten ten opzichte van het kind. Een bijkomend voordeel is dat geen leeftijdsgrens in het artikel is opgenomen, zodat het ten aanzien van alle verwekkers geldt (en mannen die als levensgezel van de moeder hebben ingestemd met een daad die de verwekking van het kind tot gevolg kan hebben gehad). Een voorwaarde is wel dat het kind niet door een andere man is erkend. Dan treedt de erkenner voor wat betreft de onderhoudsplicht namelijk in de plaats van de verwekker.
4.4 Onderhoudsplicht Indien er een tweede juridische ouder aanwezig is, dient deze naast de moeder te voorzien in de kosten van levensonderhoud van het kind. Wanneer hij hier niet aan voldoet, kan de tienermoeder de rechter verzoeken een bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding vast te stellen (artikel 1:406 lid 1 BW). De rechter kan het bedrag ook bepalen gelijktijdig met een door haar te geven beslissing omtrent het gezag (artikel 1:406 lid 2 BW). De vraag die hierbij komt kijken is of een minderjarige tienermoeder wel procesbekwaam is. Wanneer dit niet het geval is, kan zij zich niet tot de rechter wenden met een dergelijk verzoek. Deze problematiek komt in paragraaf 4.7 uitgebreid aan bod. De verwekker en de man die als levensgezel van de moeder hebben ingestemd met de daad die de verwekking tot gevolg kan hebben gehad, zijn onderhoudsplichtig ten opzichte van het kind (artikel 1:394 BW). Dit is reeds in de vorige paragraaf aan de orde gekomen. Indien een ander dan de ouder (niet de verwekker) samen met de moeder het gezag uitoefent, is deze persoon onderhoudsplichtig jegens het kind (artikel 1:253 w BW). Indien het gezag eindigt, blijft de onderhoudsplicht bestaan voor de termijn die gelijk is aan de duur van het gezamenlijk gezag. Een stiefouder is tevens verplicht te voorzien in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige kinderen van zijn of haar echtgenoot of geregistreerd partner of in de kosten van levensonderhoud en studie voor jongmeerderjarigen. Deze verplichting loopt gedurende het huwelijk of geregistreerd partnerschap. Het moet gaan om de tot zijn gezin behorende kinderen (artikel 1:395 BW). Een partner die ongehuwd samenwoont met de ouder van de kinderen is niet onderhoudsplichtig. De omvang van de alimentatiebijdrage wordt vastgesteld met inachtneming van de
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 41 van 68 Auteur: Kim Jaspers
behoefte van de onderhoudsgerechtigde en de draagkracht van onderhoudsplichtige. Matiging is onder omstandigheden mogelijk op grond van artikel 1:399 BW. Bij problemen met de inning van de alimentatie kan het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) hulp bieden.
4.5 Recht van vader op omgang/ informatie Op grond van artikel 1:377 a BW heeft het kind recht op omgang met zijn ouders en met degenen die in een nauwe persoonlijke betrekking tot hem staat. Eerder is aangegeven dat de tienermoeder negatief tegenover omgang tussen vader en kind kan staan (of tussen grootouder en kind). Dit wil echter niet zeggen dat omgang tussen het kind en degene met wie het kind ‘family life’ heeft, moet worden ontzegd. Het is in het belang van het kind omgang met beide ouders te hebben en eventueel ook met andere personen die een belangrijke rol vervullen in zijn omgeving. In dit soort kwesties zal de rechter dan ook altijd kijken naar de aard en omvang van de persoonlijke betrekking tussen de persoon en het kind, waarbij het belang van het kind prevaleert. Uiteraard kan de moeder verweer voeren tegen een verzoek om een omgangsregeling. Zij dient dan aan te tonen dat er geen ‘family life’ bestaat tussen de verzoeker en het kind en kan zich tevens beroepen op ontzegging van het recht op omgang op grond van de in lid 3 genoemde omstandigheden. Uiteindelijk neemt de rechter de beslissing die hij in het belang van het kind acht. Een niet met het gezag belaste juridische ouder heeft in principe recht op informatie en consultatie met betrekking tot het kind. Wanneer een niet juridische vader deze informatie en eventueel consultatie wenst, wordt hij aangemerkt als een derde en valt hij dus niet onder artikel 1:377b BW. Een uitzondering hierop is mogelijk wanneer aangetoond wordt dat een andere persoon zoals de biologische vader of grootouders in een nauwe persoonlijke betrekking tot het kind staat in de zin van artikel 8 EVRM.82 De rechtbank Leeuwarden83 heeft een dergelijk verzoek van grootouders toegewezen op grond van eerbiediging van ‘family life’ zoals bedoeld in artikel 8 EVRM. In deze zaak stonden de grootouders en de minderjarige in een dergelijke betrekking tot elkaar.84 Wanneer een man gedurende een aantal jaren het kind samen met de moeder heeft verzorgd en opgevoed, kan er tevens sprake zijn van ‘family life’ en kan deze man in aanmerking komen voor een informatieregeling.85 De biologische ouder heeft volgens vaste jurisprudentie86 recht op informatie over het kind verstrekt door de met het gezag belaste ouder. De enkele omstandigheid van biologische ouderschap is onvoldoende om ‘family life’ aan te nemen, hiervoor zijn bijzondere of bijkomende omstandigheden vereist. Wanneer de moeder het niet eens is met een informatieregeling ten behoeve van de vader kan zij een verweer indienen. Hierin zal zij moeten aantonen dat er géén sprake is van ‘family life’, zoals bedoeld in artikel 8 EVRM.
82
HR 17 december 1993, NJ 1994, 360. Rechtbank Leeuwarden 5 september 2007, LJN BB2384. Een soortgelijke uitspraak is Rechtbank Haarlem 15 augustus 2005, LJN AU2680. 84 Prof. mr. P Vlaardingerbroek e.a., Het hedendaagse personen‐ en familierecht, Deventer: Kluwer 2008, pag. 475. 85 Gerechtshof Leeuwarden 9 mei 2001, FJR 2001, pag. 253‐254, nr. 54. 86 HR 17 december 1993, NJ 1994, 360. 83
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 42 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Tevens kan zij aanvoeren dat een informatieregeling niet in het belang van het kind is. De rechter beslist uiteindelijk of er een informatieregeling vastgesteld wordt.87
4.6 Erfrecht De complicatie die in het voorgaande hoofdstuk is aangegeven (paragraaf 3.5.6) betreft het feit dat minderjarigen van 16 jaar of ouder een testament op kunnen stellen. Dit kan problemen opleveren voor een minderjarige tienermoeder, jonger dan 16 jaar. Zij kan namelijk geen voogdijregeling treffen voor het geval zij komt te overlijden. Hierdoor zal de rechter na het overlijden van de tienermoeder de aangewezen persoon zijn een voogd te benoemen (artikel 1:280 sub b BW). Dit kan een familielid van de tienermoeder zijn, maar ook kan gedacht worden aan een rechtspersoon zoals Bureau Jeugdzorg. Er kleeft een groot nadeel aan het feit dat de voogdij over het kind van de tienermoeder niet is geregeld, terwijl zij dit wellicht graag zou willen regelen. Het is namelijk mogelijk dat het kind de dupe wordt van een getouwtrek tussen verschillende instanties die allen de voogdij over het kind op zich willen nemen. Ook gaat de voorkeur uit naar de vader van het kind, terwijl het mogelijk is dat dit helemaal niet in het belang van het kind is. In het tijdschrift WPNR schrijft mr. J.G. Gräler over de wenselijkheid de testeervrijheid van minderjarigen uit te breiden.88 In de toekomst zou dit een mogelijke oplossing kunnen bieden ten aanzien van het opstellen van een testament door de tienermoeder.
4.7 Handelingsonbekwaamheid minderjarige tienermoeders De tienermoeder is zelf nog minderjarig wat betekent dat zij handelingsonbekwaam is (artikel 1:234 BW) en onder gezag staat (artikel 1:245 BW). Zij wordt vertegenwoordigd door haar wettelijke vertegenwoordiger(s). Dit kan/ kunnen haar ouder(s) of voogd(en) zijn. Handelingsonbekwaamheid is te onderscheiden in materiële handelingsonbekwaamheid en formele handelingonbekwaamheid. Materiële handelingsonbekwaamheid wil zeggen dat een minderjarige slechts bekwaam is rechtshandelingen te verrichten, mits hij handelt met toestemming van zijn wettelijke vertegenwoordiger (artikel 1:234 BW). Een rechtshandeling verricht zonder toestemming is op grond van artikel 3:32 BW vernietigbaar. Een eenzijdige ongerichte rechtshandeling, verricht door een onbekwame, is nietig. De toestemming wordt aan de minderjarige verondersteld te zijn verleend, indien het gaat om rechtshandelingen die in het maatschappelijk verkeer gebruikelijk zijn voor een minderjarige van een bepaalde leeftijd (artikel 1:234 lid 3 BW). Er zijn een aantal uitzonderingen op de handelingsonbekwaamheid, zoals handlichting, het aangaan van een arbeidsovereenkomst en het maken van een uiterste wilsbeschikking door een zestien‐ of zeventienjarige. Formele handelingsonbekwaamheid wil zeggen dat een minderjarige onbekwaam is tot het verrichten van proceshandelingen. Een minderjarige zal bij het instellen van een vordering of het indienen van een verzoek niet‐ontvankelijk worden verklaard. Deze zienswijze is tijdens de parlementaire behandeling van het
87 88
Gerechtshof Den Bosch 19 maart 2006, LJN AZ2569. J.G. Gräler, De testeervrijheid van minderjarigen, WPNR 2004, 6567.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 43 van 68 Auteur: Kim Jaspers
wetsvoorstel inzake het nieuwe familieprocesrecht door de Staatssecretaris van Justitie bevestigd.89 Het probleem in verband met de minderjarige tienermoeder hierbij is dat zij voor bepaalde juridische kwesties een juridische procedure moet starten. Kan zij in rechte opkomen voor de belangen van haarzelf en haar kind wanneer zij handelingsonbekwaam is? Tienermoeders onder de 16 jaar hebben geen mogelijkheden deze handelingsonbekwaamheid op te heffen. Voor tienermoeders vanaf 16 jaar kan een meerderjarigverklaring door de tienermoeder of door de Raad voor de Kinderbescherming aan de kinderrechter verzocht worden (artikel 1:253 ha BW). Indien de kinderrechter dit in het belang van moeder en kind wenselijk oordeelt, willigt hij het verzoek in. Met de meerderjarigverklaring krijgt de jonge moeder enerzijds alle bevoegdheden en verplichtingen die bij de meerderjarigheid horen (zij wordt geheel handelingsbekwaam). Anderzijds krijgt zij het ouderlijk gezag, inclusief alle bevoegdheden en verplichtingen die voortvloeien uit het gezag, zoals dat wordt uitgeoefend door één ouder.90 Door de meerderjarigverklaring wordt de tienermoeder procesbevoegd en kan zij bijvoorbeeld een verzoekschrift tot geslachtsnaamwijziging indienen.91 Een andere mogelijkheid lijkt gelegen in artikel 1:235 BW. Het gaat hier om handlichting waardoor de minderjarige tienermoeder van 16 jaar of ouder in bepaalde opzichten handelingsbevoegdheden als meerderjarige verkrijgt. Ter zake van handelingen waartoe de minderjarige krachtens de verkregen handlichting bekwaam is, kan zij zelfstandig in rechte optreden. In artikel 235 lid 3 BW wordt echter aangegeven om welke bevoegdheden het gaat. Hieruit blijkt dat het niet louter om processuele bevoegdheden kan gaan. Door middel van handlichting is het dus niet mogelijk voor de tienermoeder om formeel handelingsbekwaam te worden. Bovenstaande oplossingen richten zich met name op het verkrijgen van meerderjarigheid, zodat de tienermoeder kan beschikken over rechten met betrekking tot procesbekwaamheid. Is toegang tot de rechter echter geen mensenrecht? Het uitgangspunt is dat niet de minderjarigen zelf, maar de ouders of voogden als wettelijke vertegenwoordigers in het procesrecht voor hun minderjarige kinderen of pupillen optreden.92 Daartegenover staat dat alle rechtssubjecten, dus ook minderjarigen, vanaf het moment dat zij worden geboren vrij en bevoegd zijn tot het genot van de burgerlijke rechten (artikel 1:1 BW). Mensenrechten, zoals bijvoorbeeld de artikelen 6 en 13 EVRM en kinderrechten zoals bijvoorbeeld artikel 9 lid 2 IVRK, komen de minderjarige tienermoeder dan ook rechtstreeks toe. Artikel 6 EVRM handelt over het recht op een eerlijk proces. Impliciet omvat de eerste paragraaf tevens het recht op toegang tot de rechter. Hoewel het recht op rechtsingang als een algemeen rechtsbeginsel kan worden beschouwd, is het geen absoluut recht. Beperkingen
89
Zie MvT wetsvoorstel 22 487, nr. 3, pag. 7. A.P. van der Linden, F.G.A. ten Siethoff, A.E.I.J. Zeilstra‐Rijpstra, Jeugd en Recht, Houten: Bohn Stafleu Van Loghum 2005, pag. 36. 91 NB: volgens artikel 1:253 ha lid 5 BW is de minderjarige vrouw bekwaam in rechte op te treden en tegen de uitspraak beroep in te stellen. 92 M.J. Steketee e.a., Minderjarigen als procespartij? Een onderzoek naar de bijzondere curator en een formele rechtsingang voor minderjarigen, Verwey‐Jonker Instituut Utrecht 2003, pag. 5. 90
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 44 van 68 Auteur: Kim Jaspers
ervan voor categorieën van personen die in een bijzondere rechtspositie verkeren (zoals minderjarigen) zijn verenigbaar met artikel 6 en 13 EVRM indien ze een behoorlijke rechtsbedeling en/of derdenbescherming van de betrokken rechtssubjecten dienen. Aldus impliceert het recht op toegang tot de rechter voor de minderjarige geen recht op een zelfstandige rechtsingang.93 Het is afdoende dat de wettelijke vertegenwoordigers voor hun minderjarige kinderen optreden, hiermee is voldaan aan artikel 6 en 13 EVRM.
4.8 Kinderbeschermingsmaatregelen Hierboven is gesproken over mogelijkheden voor de tienermoeder om het gezag over haar kind te verkrijgen, maar een volgende stap is dat zij met het gezag belast is, maar helemaal niet goed voor het kind blijkt te zorgen. Wat zijn in een dergelijk geval de maatregelen die getroffen kunnen worden? Het gaat hier om de zogenaamde kinderbeschermingsmaatregelen. Aangezien dit een zeer uitgebreid onderwerp is, komen in deze paragraaf enkel de hoofdzaken aan bod. Wanneer de tienermoeder (of welke ouder dan ook) niet goed voor het kind blijkt te zorgen, kunnen kinderbeschermingsmaatregelen getroffen worden. Er zijn drie kinderbeschermingsmaatregelen: de ondertoezichtstelling, de ontheffing en de ontzetting. De ondertoezichtstelling (artikel 1:254 ev. BW) is de lichtste maatregel en beperkt het ouderlijk gezag. De kinderrechter benoemt Bureau Jeugdzorg (BJZ) die de ouders of voogd zal bijstaan bij de opvoeding van het kind. Het kind komt onder toezicht van BJZ te staan. Het gezag blijft bij de ouders. De voorwaarden voor ondertoezichtstelling worden in artikel 1:254 lid 1 BW genoemd. De ouders, voogd, Raad voor de Kinderbescherming, het OM of een derde die het kind opvoedt, kunnen een verzoek tot ondertoezichtstelling indienen. De gezinsvoogd van BJZ geeft schriftelijke aanwijzingen die opgevolgd moeten worden door de ouders (artikel 1:258 lid 2 BW). De ondertoezichtstelling kan gepaard gaan met een uithuisplaatsing (artikel 1:261 BW). Uit recente cijfers van het CBS blijkt dat het aantal ondertoezichtstellingen de laatste jaren sterk is toegenomen.94 Bij ernstige zorgen over een nog ongeboren kind kan de kinderrechter op verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming een voorlopige ondertoezichtstelling (artikel 1:255 BW) uitspreken (eventueel gecombineerd met een voorwaardelijke uithuisplaatsing).95 Dit is een belangrijk hulpmiddel als bijvoorbeeld wordt vastgesteld dat de tienermoeder de verzorging en opvoeding van het kind niet aankan en wordt gevreesd dat de tienermoeder het kind na de bevalling uit het ziekenhuis weg zal halen. Hierdoor kan het kind blootgesteld worden aan schadelijke invloeden van de thuissituatie. Wanneer het kind eerst een tijdje in het
93
E. Van der Mussele e.a., De Procesbekwaamheid van Minderjarigen, Centrum voor beroepsvervolmaking in de rechten 2006, pag. 41. 94 A. Spranger en C. Schut, Meer kinderen onder toezicht, Webmagazine Centraal Bureau voor de Statistiek 11 mei 2009. Te raadplegen via www.cbs.nl. 95 Bijvoorbeeld Rechtbank Utrecht 4 april 2008, LJN BC9962.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 45 van 68 Auteur: Kim Jaspers
ziekenhuis wordt gehouden en later onder toezicht wordt gesteld, levert dit tevens nadelige effecten voor het kind op. Het ziekenhuis is voor pasgeboren kinderen namelijk een ongezonde en prikkelarme omgeving.96 Ontheffing en ontzetting uit het gezag betekent dat het gezag wordt ontnomen. Het verschil tussen beide kinderbeschermingsmaatregelen is dat ontheffing berust op ongeschiktheid of onmacht (artikel 1:266 BW), terwijl ontzetting berust op moedwillig plichtsverzuim of onwaardigheid de taak als verzorger en opvoeder te vervullen (artikel 1:269 BW). Bij beide maatregelen staat het belang van het kind centraal. Ontheffing kan vrijwillig of gedwongen plaatsvinden. Een ouder die ontheven is van of ontzet is uit zijn gezag kan de rechtbank verzoeken in het gezag hersteld te worden (artikel 1:277 BW). De rechtbank zal dit verzoek toewijzen, indien zij ervan overtuigd is dat de minderjarige weer aan zijn ontheven of ontzette ouder kan worden toevertrouwd.
4.9 Tussenconclusie In dit hoofdstuk zijn de juridische complicaties nader uitgediept. Het gaat hier om complicaties op de terreinen van de geslachtsnaam van het kind, gezag over het kind, vaderschap, onderhoudsplicht, recht op omgang en informatie van de vader, erfrechtelijke problemen, handelingsonbekwaamheid van minderjarige tienermoeders en de kinderbeschermingsmaatregelen. In het volgende hoofdstuk worden de juridische complicaties kort samengevat en wordt er, per complicatie, een conclusie en (indien van toepassing) een aanbeveling aan verbonden. Tot slot wordt een en ander samengevat in een algehele conclusie.
96
M.W. Bijlsma e.a., De mogelijkheid van ondertoezichtstelling van het nog ongeboren kind bij twijfels over de veiligheid van de thuissituatie, Nederlands Tijdschrift voor de Geneeskunde, 2008;152:895‐8.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 46 van 68 Auteur: Kim Jaspers
6. Conclusies en aanbevelingen In dit hoofdstuk zullen de conclusies en aanbevelingen met betrekking tot de onderzoeksvraag aan bod komen. De onderzoeksvraag die in de inleiding gegeven is luidt: ‘In hoeverre moeten er verbeteringen aangebracht worden in het huidige Nederlandse rechtssysteem teneinde de juridische complicaties van tienermoederschap weg te nemen?’ Om deze vraag te beantwoorden kunnen de sociaal‐maatschappelijke en financiële complicaties, zoals besproken in hoofdstuk 3, buiten beschouwing gelaten worden. De juridische complicaties en de oplossingen hiervoor, zoals besproken in hoofdstuk 3 en 4, vormen de basis voor de conclusies die in dit hoofdstuk aan bod komen. Per juridische complicatie wordt een korte samenvatting gegeven waaraan een conclusie en mogelijke aanbevelingen worden verbonden. Op sommige juridische complicaties wordt dieper ingegaan alvorens tot een conclusie en aanbeveling(en) te komen, omdat dieperliggende vraagstukken naar voren komen bij de samenvatting van de in het voorgaand hoofdstuk gevonden oplossingen. Nadat alle juridische complicaties aan bod zijn gekomen, wordt een algehele conclusie gegeven waarin de onderzoeksvraag concreet wordt beantwoord.
6.1 Geslachtsnaam van het kind De geslachtsnaam van het kind dient bij de geboorte gekozen te worden (artikel 1:5 BW). Eventueel kan deze geslachtsnaam veranderd worden bij erkenning door de vader, gerechtelijke vaststelling van het vaderschap of bij adoptie. Een complicatie kan optreden indien de vader en moeder uit elkaar zijn, maar het kind de geslachtsnaam van de vader draagt, terwijl de tienermoeder (wegens identiteitsredenen) graag wil dat haar kind haar achternaam draagt. Dit probleem kan opgelost worden door een geslachtsnaamwijziging te verzoeken (artikel 1:7 lid 1 BW). De tienermoeder moet het kind dan wel gedurende een aaneengesloten periode van tenminste 5 jaar hebben verzorgd en opgevoed (artikel 3 Besluit Geslachtsnaamwijziging). Een andere complicatie is mogelijk wanneer de ouders graag willen dat het kind de achternaam van de biologische vader krijgt, maar de biologische vader (nog) niet in staat is juridische vader van het kind te worden (vanwege zijn leeftijd). In dit geval dient gewacht te worden tot de vader de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt om het kind alsnog te kunnen erkennen (artikel 1:204 lid 1sub b BW). De tienermoeder moet dus goed nadenken over de gewenste geslachtsnaam van het kind. Wanneer zij een beslissing neemt waar zij later spijt van krijgt, dient zij 5 jaar te wachten voordat de geslachtsnaam veranderd kan worden. Er kan over gedacht worden de termijn van 5 jaar te verkorten, maar in mijn ogen is het niet in het belang van het kind dat de geslachtsnaam veranderd wordt en al helemaal niet zonder dat daar een weloverwogen keuze achter schuilt.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 47 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Met betrekking tot het tweede probleem, waarbij gewacht moet worden totdat de vader 16 jaar oud is voordat erkend kan worden of het vaderschap vastgesteld kan worden en voordat dus ook de geslachtsnaam van het kind gewijzigd kan worden, zie ik een mogelijkheid dat ook de verwekker jonger dan 16 jaar het kind onder voorwaarden moet kunnen erkennen. Uiteraard dient de erkenning een weloverwogen en bewuste keuze te zijn van de ouder/ beide ouders. Hierbij kan de rechter een belangrijke rol vervullen: hij dient naar de omstandigheden van het geval te kijken en te bepalen of erkenning door de minderjarige jongen vanaf bijvoorbeeld 12 of 14jaar toegewezen dient te worden. De Raad voor de Kinderbescherming kan hierin wellicht een rol spelen door onderzoek te verrichten naar de achtergrond van de vader alsmede naar de achtergrond van het kind, waardoor de rechter meer informatie verkrijgt op grond waarvan hij zijn beslissing neemt. Ook hierbij dient het belang van het kind en het belang van de moeder in acht genomen te worden. Indien de erkenning van het kind is toegestaan, kan de geslachtsnaam eveneens aangepast worden. Dit hoeft niet meer getoetst te worden, omdat de rechter dit reeds in een eerder stadium heeft gedaan bij de erkenning van het kind. Een nadeel kan zijn dat de rechter hierdoor een grotere werkdruk kan ondervinden. Deze werkdruk wordt echter wel meer gespreid, nu de jongens niet direct wanneer zij 16 jaar zijn om erkenning verzoeken, maar op het moment dat zij eraan toe zijn. Het vaderschap dient naar mijn mening ook gerechtelijk vastgesteld te kunnen worden vanaf het moment dat de verwekker de leeftijd van 12 jaar bereikt heeft. Bovenstaande voorwaarden zijn hierop tevens van toepassing. Hierdoor is aanpassing van de geslachtsnaam eveneens op een eerder moment mogelijk.
6.2 Gezag 6.2.1 Gezag door de tienermoeder over het kind Een moeder vanaf 16 jaar kan door middel van een meerderjarigheidsverklaring zelf het gezag over haar kind uitoefenen. In andere gevallen wordt het gezag bij een andere persoon gelegd in de vorm van voogdij. Deze voogdij eindigt als de tienermoeder meerderjarig wordt of als zij op haar zestiende door de kinderrechter meerderjarig wordt verklaard en hierdoor zelf het gezag over haar kind uit kan oefenen (artikel 1:253b BW). Ouders vanaf 16 jaar kunnen besluiten te huwen (artikel 1:31 lid 2 BW). Zij oefenen gedurende hun huwelijk het gezamenlijk gezag uit. Een verdergaande vraag bij het bovenstaande is of tienermoeders jonger dan 16 jaar ouderlijk gezag over hun kind moeten kunnen uitoefenen. Volgens het eerder genoemde rapport ‘Gebrek aan Regie’ zijn jonge moeders vaak zeer zorgvuldig voor wat betreft de opvoeding van hun kind. Soms verzorgen zij hun kind nog beter dan wat oudere moeders. Naar mijn mening is het verkrijgen van ouderlijk gezag voor tienermoeders onder de 16 jaar afhankelijk van de mate van zelfstandigheid van de tienermoeder, haar opvoedkundige vaardigheden en ondersteuning door de sociale omgeving van de tienermoeder en professionele instanties. Het belang van het kind inhoudende een goede opvoeding en verzorging staat namelijk voorop. Het probleem dat hierbij komt
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 48 van 68 Auteur: Kim Jaspers
kijken is dat iedere tienermoeder verschilt. Het is moeilijk op basis van de door mij genoemde criteria een leeftijdsgrens te stellen vanaf wanneer tienermoeders zelfstandig het ouderlijk gezag over hun kind mogen uitoefenen. Zelfs sommige volwassen ouders gaan immers slecht om met het gezag over hun kind. Aangezien de omstandigheden van het geval een grote rol spelen, zou de rechter de taak kunnen krijgen te beoordelen of de desbetreffende persoon vanaf bijvoorbeeld 12 of 14 jaar meerderjarig verklaard kan worden. De Raad voor de Kinderbescherming kan hierbij een ondersteunende taak vervullen door onderzoek te doen naar de situatie van de tienermoeder en het kind. Uiteraard dient er altijd controle plaats te vinden op de jonge minderjarige tienermoeder en de wijze waarop zij haar kind grootbrengt. Dit dient het belang van het kind. De leeftijdsgrens verlagen is dus een mogelijkheid, er kleven echter wel haken en ogen aan dit systeem. De meerderjarig verklaarde persoon verkrijgt namelijk alle rechten die bij de meerderjarigheid horen. In het door mij voorgestelde systeem zou het onder bepaalde omstandigheden mogelijk zijn dat een tienermoeder van 12 jaar oud een huis koopt. De vraag is of dit mogelijk moet zijn. Vroeger waren kinderen wils‐ en handelingsbekwaam. Schilderijen getuigen van het feit dat minderjarigen vroeger op zeer jonge leeftijd met elkaar in het huwelijk konden treden. De leeftijdsgrens is echter niet voor niets in de wet opgenomen. Daartegenover staat dat deze door de tijd heen verlaagd is. Wellicht zijn we toe aan een verdere verlaging van de leeftijdsgrens. Op dit moment is er echter nog geen consensus over wat kinderen wel en niet aankunnen, daarom is het niet mogelijk het door mij voorgestelde systeem op dit moment in te voeren. Op zijn minst is er sociaal en psychologisch onderzoek nodig naar minderjarige kinderen en wat zij wel en niet aankunnen. Het is wel te overwegen tienermoeders vanaf bijvoorbeeld 12 of 14 jaar een wettelijk verzorgings‐ en opvoedingsrecht toe te kennen. Naar huidig recht is er op dit punt niets vastgelegd in de wet. Een voogd kan belast worden met de verantwoordelijkheid over het kind van de minderjarige tienermoeder, terwijl de feitelijke verzorging en opvoeding bij de tienermoeder ligt. Hierdoor wordt bewerkstelligd dat er altijd controle plaatsvindt met betrekking tot de verzorging en opvoeding van het kind door de tienermoeder. Uiteraard moet het verzorgings‐ en opvoedingsrecht enkel toegekend worden, indien redelijkerwijs te verwachten is dat de tienermoeder met deze taak belast kan worden bezien de omstandigheden van het geval. Hierbij moet het belang van het kind centraal staan. De Raad voor de Kinderbescherming kan de rechter adviseren omtrent het toe‐ of afwijzen van het verzorgings‐ en opvoedingsrecht. Zij kan een onderzoek instellen waarbij wordt gekeken naar de achtergrond van de tienermoeder en de huidige situatie waarin zij zich bevindt. Deze situatie moet voldoende stabiel zijn om het kind te kunnen verzorgen en opvoeden.
6.2.2 Gezag door de (groot)ouders over de tienermoeder De minderjarige tienermoeder staat onder het ouderlijk gezag van haar ouders. Dit wil niet zeggen dat de ouders het zelfbeschikkingsrecht van hun dochter kunnen doorbreken. Bepaalde wetgeving zoals Boek 7, titel 5 BW hanteert afwijkende leeftijdsgrenzen met betrekking tot het verlenen van toestemming voor bijvoorbeeld een operatie. Minderjarigen tussen de 12 en 16 jaar dienen in principe over dubbele toestemming te
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 49 van 68 Auteur: Kim Jaspers
beschikken, terwijl minderjaren boven de 16 jaar zelfstandig een behandelingsovereenkomst aan kunnen gaan. Een bijzondere curator kan de minderjarige (indien noodzakelijk) vertegenwoordigen bij tegenstrijdige belangen tussen de ouders en hun kind. De grootouders hebben alleen inspraak in de verzorging en opvoeding van het kleinkind wanneer zij tot voogd(en) benoemd zijn. De ouders zijn slechts aansprakelijk voor de onrechtmatige gedragingen van de tienermoeder wanneer zij jonger dan 16 jaar is (en vanaf 14 jaar wanneer de ouders niet kan worden verweten dat zij de gedragingen van het kind niet hebben belet).
6.3 Vaderschap 6.3.1 Erkenning Erkenning van het kind is mogelijk wanneer de man 16 jaar of ouder is. Naar mijn mening moet deze leeftijdsgrens aangepast worden, zodat de verwekker vanaf 12 of 14 jaar de mogelijkheid heeft zijn kind te erkennen. Ik heb dit reeds aangehaald in paragraaf 6.1. Ik spreek hier wel over de verwekker, het is in mijn ogen niet de bedoeling dat jongens vanaf 12 of 14 jaar een kind gaan erkennen dat niet van henzelf is. Bij een eigen kind is het naar mijn mening anders, aangezien ook de vader zijn verantwoordelijkheid dient te nemen ten aanzien van het kind. Het kind is door twee personen verwekt en deze twee personen zijn dan ook verantwoordelijk voor het grootbrengen van het kind. Een financiële bijdrage is onvoldoende; er dient (indien mogelijk) eveneens bijgedragen te worden in de feitelijke opvoeding en verzorging van het kind. Indien mogelijk dient het kind omgang te hebben met zijn vader, wat ook weer geheel aansluit bij artikel 1:377a BW. Voorts is het voor de vader die omgang met zijn kind wenst verstandig zoveel mogelijk contact met zijn kind te onderhouden, hierdoor ontstaat namelijk ‘family life’ waardoor de vader aanspraak kan (blijven) maken op omgang of informatie. Het belang van het kind staat uiteraard centraal bij dit alles. De minderjarige verwekker vanaf 12 of 14 jaar dient daarom toestemming tot erkenning aan de rechter te verzoeken. De rechter neemt zijn beslissing op grond van de omstandigheden van het geval waarbij een rapport van de Raad voor de Kinderbescherming ondersteuning kan bieden. De minderjarige moet de gevolgen van de erkenning uiteraard kunnen overzien. Indien erkenning door de vader ernstig nadeel voor het kind op kan leveren, dient de rechter het verzoek af te wijzen. Ook erkenning tegen de wil van de moeder in, zou naar mijn mening mogelijk moeten zijn voor minderjarigen vanaf 12 of 14 jaar. De rechter kan het concrete geval toetsen waarbij de belangen van de moeder en het kind eveneens een belangrijke rol spelen. Naar mijn mening is het goed dat er een mogelijkheid voor de vader bestaat om tegen de wil van de moeder in te erkennen, omdat het voor het kind erg waardevol kan zijn contact te hebben met zijn vader. Daarnaast kan het ook voor de vader erg belangrijk zijn contact te hebben met zijn kind, op welke wijze dan ook. De vader wil en kan in sommige gevallen de verantwoordelijkheid die komt kijken bij het verwekken van een kind heel goed dragen. Daarom moet voor beide ouders de mogelijkheid bestaan contact met hun kind te onderhouden, ook al zijn zij minderjarig.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 50 van 68 Auteur: Kim Jaspers
6.3.2 Gerechtelijke vaststelling van het vaderschap Gerechtelijke vaststelling van het vaderschap kan uitkomst bieden indien de moeder het vaderschap graag juridisch wil laten vaststellen, terwijl de verwekker het hier niet mee eens is (artikel 1:207 BW). De voorwaarden die hierbij gelden zijn dat de vader minstens 16 jaar oud moet zijn en het verzoek binnen 5 jaar na de geboorte van het kind door de moeder moet worden ingediend. Ook hier heb ik commentaar op de leeftijdsgrens van 16 jaar. Hierbij geldt dezelfde argumentatie als in de vorige paragraaf. Het vaststellen binnen 5 jaar na de geboorte vind ik een redelijke termijn, omdat het kind anders op latere leeftijd een juridische vader krijgt waarmee hij tot dusver nog geen relatie heeft gehad. Wanneer de moeder de verwekker puur om financiële redenen aan wil spreken kan zij beter een verzoek op grond van artikel 1:394 BW indienen. Hierdoor verkrijgt de vader geen rechten, maar dient hij enkel bij de dragen in de kosten van levensonderhoud van het kind. Dit artikel kent geen leeftijdsgrens, zodat ook verwekkers van onder de 16 jaar aangesproken kunnen worden. Concluderend kan ik stellen dat ik van mening ben dat de leeftijdsgrenzen met betrekking tot erkenning en gerechtelijke vaststelling van het vaderschap in de huidige wetgeving aangepast dienen te worden, omdat ouders hierdoor op een eerder moment rechten kunnen verkrijgen ten aanzien van hun kind. Hierbij wil ik voorop stellen dat dit alles afhankelijk is van de mate van volwassenheid van de ouders, zij moeten in staat zijn hun verantwoordelijkheden ten opzichte van hun kind te dragen. Dit dient de rechter te toetsen, waarna hij erkenning of gerechtelijke vaststelling van het vaderschap toe kan wijzen. Het positieve aan de huidige wetgeving is dat er verschillende mogelijkheden voor een (tiener)moeder zijn de verwekker aan te spreken. Er kunnen familierechtelijke banden gesmeed worden tussen de verwekker en het kind of er kan slechts een financiële bijdrage van de verwekker verzocht worden.
6.4 Onderhoudsplicht
Juridische ouders dienen te voorzien in de kosten van levensonderhoud van het kind. Wanneer de juridische vader hier niet aan voldoet, kan de moeder de rechter verzoeker een bijdrage vast te stellen (artikel 1:406 lid 1 BW). Daarnaast zijn de verwekker en de man die als levensgezel van de moeder heeft ingestemd met de daad die de verwekking tot gevolg kan hebben gehad, onderhoudsplichtig ten opzichte van het kind (artikel 1:394 BW). Indien een ander dan de ouder samen met de moeder het gezag uitoefent, is deze persoon onderhoudsplichtig jegens het kind (artikel 1:253 w BW). Indien het gezag eindigt, blijft de onderhoudsplicht bestaan voor de termijn die gelijk is aan de duur van het gezamenlijk gezag. Ten aanzien van een stiefouder geldt deze verplichting eveneens gedurende het huwelijk of geregistreerd partnerschap. Het moet gaan om de tot zijn gezin behorende kinderen (artikel 1:395 BW). Een partner die ongehuwd samenwoont met de ouder van de kinderen is niet onderhoudsplichtig. De omvang van de alimentatiebijdrage wordt mede bepaald door de beginselen van behoefte en draagkracht.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 51 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Bovenstaande regeling zorgt ervoor dat bepaalde personen die in relatie staan/ stonden tot het kind een verantwoordelijkheid hebben betreffende de bijdrage in de kosten voor levensonderhoud. Naar mijn mening is dit goed geregeld en dienen de juiste personen verantwoording te nemen voor de kosten die komen kijken bij de verzorging en opvoeding van het kind.
6.5 Recht van vader op omgang/ informatie Op grond van artikel 1:377a BW heeft het kind recht op omgang met zijn ouders en met degenen die in een nauwe persoonlijke betrekking tot hem staan. Het is in het belang van het kind omgang met beide ouders te hebben en eventueel ook met andere personen die een belangrijke rol vervullen in zijn omgeving en waar het kind ‘family life’ mee heeft. Artikel 1:377a BW is onlangs aangepast, zodat ook derden omgang met het kind kunnen verzoeken. Naar mijn mening is dit artikel ten goede veranderd, omdat nu iedereen die een waardevolle relatie met het kind heeft, aanspraak kan maken op een omgangsregeling. De rechter kan de omstandigheden van het geval in overweging nemen en naar aanleiding hiervan een dergelijk verzoek toewijzen of afwijzen, waarbij het belang van het kind als uitgangspunt geldt. De niet met het gezag belaste juridische ouder heeft recht op informatie en consultatie (artikel 1:377 b BW). Wanneer een derde, zoals de biologische vader of de grootouders gebruik willen maken van het informatierecht dienen zij aan te tonen dat er sprake is van ‘family life’. Dit staat niet met zoveel woorden in de wet, maar in de rechtspraak worden informatieverzoeken tussen het kind en personen die in een nauwe persoonlijke betrekking tot het kind staan toegewezen. Dit moet dan wel in belang van het kind zijn. Wellicht is het mogelijk het informatierecht voor derden, net als het omgangsrecht voor derden, in de wet op te nemen. Hierdoor worden handvatten aangereikt voor derden die informatie over het kind willen verkrijgen en tevens voor de rechter.
6.6 Erfrecht Minderjarigen vanaf 16 jaar kunnen een testament opstellen. (artikel 4:55 BW). Dit kan problemen opleveren voor de minderjarige tienermoeder, jonger dan 16 jaar. Aangezien zij geen testament op kan stellen, kan zij geen voogdijvoorziening treffen voor haar kind in geval zij komt te overlijden. De rechter zal na het overlijden van de tienermoeder naar eigen inzicht een voogd benoemen, waarbij de voorkeur uitgaat naar de vader van het kind (artikel 1:280 sub b BW). Naar mijn mening is het niet in het belang van het kind dat hieromtrent geen regeling getroffen kan worden. Het opmaken van een testament dient mogelijk te zijn voor minderjarigen vanaf 12 jaar oud, mits wilsbekwaam. De voogdij moet aanvaard worden door de voogd(en) en het is prettig indien hier vóór het overlijden van de moeder reeds afspraken over gemaakt zijn. Door de huidige regeling kan de voogdij over het kind terecht komen bij personen waar het kind nooit contact mee heeft gehad, zoals de grootouders of de vader, terwijl zij wellicht liever een goede vriendin die wekelijks op het kind past aanwijst als
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 52 van 68 Auteur: Kim Jaspers
voogd. Deze persoon heeft een veel sterkere binding met het kind, zodat het belang van het kind gediend kan zijn met benoeming van deze persoon tot voogd bij testament.
6.7 Handelingsonbekwaamheid In het vorige hoofdstuk is gesproken over met name de formele handelingsonbekwaamheid van minderjarigen. Dit levert problemen op indien de minderjarige proceshandelingen wil verrichten. Problemen kunnen ontstaan wanneer een tienermoeder bijvoorbeeld een verzoek in wil dienen betreffende het verkrijgen van gezag over haar kind of wanneer een tienermoeder verweer wil voeren tegen het omgangsverzoek van de vader. Tienermoeders vanaf 16 jaar kunnen door de rechter meerderjarig verklaard worden, wat handelingsbekwaamheid met zich meebrengt. Eerder in dit hoofdstuk heb ik geopperd de leeftijdsgrens zodanig aan te passen dat het tevens voor tienermoeders vanaf 12 of 14 jaar onder voorwaarden mogelijk is meerderjarig verklaard te worden. Later heb ik echter geconcludeerd dat het op dit moment vrijwel onmogelijk is deze verandering in de wet op te nemen. Nader onderzoek is ten aanzien hiervan is vereist. In het verlengde hiervan is het op dit moment eveneens niet mogelijk aan personen van 12 of 14 jaar en ouder de mogelijkheid te bieden zelfstandig proceshandelingen te verrichten. Wel ben ik van mening dat gekeken moet worden naar de mogelijkheden de leeftijdsgrens voor het verrichten van proceshandelingen te verlagen, omdat er diverse rechten aan minderjarigen worden toegekend, maar zij niet zelf voor deze rechten kunnen opkomen. Wellicht dient dit te veranderen met het oog op het huidige tijdsbeeld, waarin minderjarigen vanaf 12 jaar meer ontwikkeld en een stuk zelfstandiger en mondiger zijn dan decennia geleden. Hieraan zouden passende bevoegdheden gekoppeld kunnen worden. Over het algemeen zie ik toegang tot de rechter als een universeel recht waar ook minderjarigen tussen de 12 en 16 jaar oud aanspraak op moeten kunnen maken. De internationale verdragen kunnen gezien worden als een stimulans voor een eigen rechtsingang. De huidige wetgeving is versnipperd, waardoor onduidelijkheid ontstaat met betrekking tot de rechten van minderjarigen. Tevens hebben minderjarigen inzake bepaalde rechtshandelingen (zoals beëindiging van uithuisplaatsing) wel een formele rechtsingang. Een algemeen geregelde rechtsingang zou de duidelijkheid ten goede komen. Tot slot blijkt uit de jurisprudentie dat minderjarigen in bepaalde gevallen een eigen rechtsingang hebben, namelijk wanneer de rechter van mening is dat de minderjarige een onmiddellijk en spoedeisend belang heeft bij de gevraagde voorziening, alsmede beschikt over een zodanige mate van inzicht in de in het geding zijnde belangen dat de minderjarige geacht mag worden zelfstandig te kunnen beslissen over de opportuniteit van de uit te voeren procedure (het ‘oordeel
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 53 van 68 Auteur: Kim Jaspers
des onderscheids’).97 Ook in de rechtspraak zijn uitzonderingen gemaakt op het beginsel van de handelingsonbekwaamheid om een proces te voeren.98
6.8 Kinderbeschermingsmaatregelen Naar mijn mening is het erg goed dat altijd teruggegrepen kan worden op kinderbeschermingsmaatregelen, indien het belang van het kind in het geding komt doordat de ouder(s) niet goed voor het kind kunnen zorgen. In het bijzonder bij tienermoederschap dient de opvoeding en verzorging van het kind goed in de gaten gehouden te worden. De moeder is namelijk zelf nog een kind en in bepaalde gevallen zelfs nog minderjarig. Het is belangrijk dat zij en haar baby niet aan hun lot overgelaten worden. Wanneer al vóór de geboorte van het kind blijkt dat de moeder niet in staat is voor haar kind te zorgen, kan de voorlopige ondertoezichtstelling in combinatie met uithuisplaatsing uitkomst bieden. Hierdoor kan een veilige haven voor het kind geboden worden, terwijl ondertussen nader onderzocht kan worden of er mogelijkheden voor de tienermoeder zijn haar kind zelf (eventueel onder begeleiding) op te voeden. Wanneer de met het gezag belaste tienermoeder het kind niet naar behoren verzorgt en opvoedt, bestaat de mogelijkheid haar het gezag over het kind te ontnemen en een voogd over het kind te benoemen.
6.9 Algehele conclusie en aanbevelingen Om tot een algehele conclusie te komen gaan we terug naar de onderzoeksvraag: ‘In hoeverre moeten er verbeteringen aangebracht worden in het huidige Nederlandse rechtssysteem teneinde de juridische complicaties van tienermoederschap weg te nemen?’ In de voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk is per deelonderwerp bekeken of het huidige wettelijke systeem voldoet of dat eventuele aanpassingen geboden zijn. Ten eerste wil ik opmerken dat de huidige wetgeving goede mogelijkheden voor de tienermoeder biedt de verwekker aan te spreken, met of zonder familierechtelijke gevolgen, namelijk de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap en de onderhoudsactie. Ook de verwekker kan in bepaalde gevallen aanspraak maken op rechten als erkenning tegen de wil van de moeder in en omgang/ informatie met betrekking tot het kind. Het belang van het kind staat centraal in de regelgeving en dat is naar mijn mening een prima uitgangspunt. Een klein punt van kritiek heb ik met betrekking tot het informatierecht voor derden. Het omgangsrecht voor derden is inmiddels in de wet opgenomen, maar het informatierecht voor derden wordt slechts in de jurisprudentie erkend. Het zal de rechtszekerheid en rechtsgelijkheid ten goede komen wanneer ook het recht op informatie voor derden in de wet wordt vastgelegd.
97
M.J. Steketee e.a., Minderjarigen als procespartij? Een onderzoek naar de bijzondere curator en een formele rechtsingang voor minderjarigen, Verwey‐Jonker Instituut Utrecht 2003, pag. 41‐44. 98 P. Vlaardingerbroek, Allegro ma non troppo. De versterking van de rechtspositie van jeugdigen. Een overzicht. In: RM Themis, nr. 10, p. 506‐525.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 54 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Mijn kritiek heeft zich met name gericht op de leeftijdsgrenzen in de huidige wetgeving. Naar mijn mening dienen de leeftijdsgrenzen betreffende de erkenning en de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap verlaagd te worden naar 12 of 14 jaar, zodat jonge ouders die in staat zijn hun verantwoordelijkheid voor het kind te nemen ook over de bijbehorende rechten kunnen beschikken. De rechter zal dit moeten toetsen met behulp van (ten minste) een rapport van de Raad voor de Kinderbescherming, alvorens hij een dergelijk verzoek toewijst. Daarnaast dient onderzocht te worden of een meerderjarigverklaring voor tienermoeders vanaf 12 of 14 jaar mogelijk moet zijn. Op dit moment is er namelijk nog geen consensus over het feit wat kinderen wel en niet aankunnen. Wel zie ik mogelijkheden een verzorgings‐ en opvoedingsrecht voor minderjarige tienermoeders vanaf 12 of 14 jaar in de wet op te nemen. De feitelijke verzorging en opvoeding van het kind zal door de tienermoeder gedaan worden, terwijl controle hierop plaatsvindt door de voogd die tevens fungeert als eindverantwoordelijke. De leeftijdsgrens in het erfrecht betreffende het opstellen van een testament moet naar mijn mening verlaagd worden naar 12 jaar. Dit kan belangrijk zijn voor tienermoeders die voogdijbepalingen op willen nemen ten behoeve van hun kind. Het opstellen van een testament dient zonder tussenkomst van de rechter mogelijk te zijn, want eenieder die in staat is zijn wil te bepalen, dient de mogelijkheid te hebben een rechtsgeldige verklaring op te stellen omtrent de gewenste situatie na zijn of haar overlijden. Wilsbekwame minderjarigen vanaf 12 jaar kunnen hun wil hieromtrent net zo goed bepalen als wilsbekwame personen vanaf 16 jaar oud. Met betrekking tot het verrichten van proceshandelingen ben ik van mening dat op dit punt eveneens de mogelijkheden voor minderjarigen onderzocht moeten worden. Er worden namelijk wel allerlei rechten toegekend aan minderjarigen, maar hieraan is niet altijd de mogelijkheid tot het verrichten van proceshandelingen gekoppeld. Wellicht is het mogelijk één centrale regeling vast te stellen, zodat minderjarigen, indien nodig, gebruik kunnen maken van de bevoegdheid zelf proceshandelingen te verrichten. De kinderbeschermingsmaatregelen bieden een belangrijk vangnet wanneer blijkt dat de ouder(s) niet in staat zijn het ouderlijk gezag over het kind op een juiste wijze uit te oefenen en hierdoor het belang van het kind in het geding komt. Het is dan natuurlijk wel van groot belang dat er voldoende adequaat toezicht wordt gehouden op en begeleiding wordt geboden aan (minderjarige) tienermoeders/ tienerouders. Het toezicht en de begeleiding kunnen afnemen naarmate de tijd verstrijkt en blijkt dat de opvoeding en verzorging op zelfstandige wijze plaats kunnen vinden.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 55 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Nawoord Dit nawoord wil ik gebruiken om op te merken dat ik het opvallend vind dat er veel aandacht wordt besteed aan tienermoeders. Er wordt steeds nagegaan of zij wel in staat zijn om voor hun kind te zorgen, aangezien zij zelf nog een kind zijn. Aan de andere kant zijn er evengoed meerderjarige ouders die een kind krijgen, terwijl zij er totaal niet voor kunnen zorgen. In dit soort gevallen is de (preventieve) aandacht van de samenleving en de maatschappelijke instanties veel minder groot. Moeten we de discussie, gevoerd in deze scriptie, wellicht breder ‘trekken’ en nadenken over de opvoedkundige capaciteiten van de ouder(s) versus het belang van het kind? Ik vind dit een mooie vraagstelling om over na te denken en om deze scriptie mee af te sluiten. Wellicht zal deze vraagstelling aanleiding zijn voor een volgende beschouwing.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 56 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Literatuurlijst Lijst van aangehaalde en geraadpleegde literatuur. Boeken & rapporten Enk e.a. 2000 W.J.J. Enk, W.H.M. Gorissen en A. van Enk, Teenage pregnancy and ethnicity in the Netherlands: frequency and obstetric outcome, Journal of Contraception and Reproductive Health Care 5, 2000.
Furstenberg 1998 F.F. Furstenberg, When will teenage childbearing become a problem? The implications of western experience for developing countries, Studies in Family Planning 29 (2), 1998. Jansen I. Jansen, Personen‐ en familierecht (losbladig), artikel 253ha, aantekening 4. Mussele 2006 E. Van der Mussele e.a., De Procesbekwaamheid van Minderjarigen, Centrum voor beroepsvervolmaking in de rechten 2006.
Punselie 2008 E.C.C. Punselie, Gezag over minderjarigen, Deventer: Kluwer Ars Notariatus 139 2008. Rademakers 2002 J. Rademakers, Abortus in Nederland 1993‐2000, StiSAN, Heemstede 2002. Santow & Bracher, 1999 G. Santow en M. Bracher, Explaining trends in teenage childbearing in Sweden, Studies in Familiy Planning 30 (3), 1999.
Steketee e.a. 2003 M.J. Steketee e.a., Minderjarigen als procespartij? Een onderzoek naar de bijzondere curator en een formele rechtsingang voor minderjarigen, Utrecht: Verwey‐ Jonker Instituut 2003. Van Berlo e.a. 2005 W. van Berlo, C. Wijsen en I. Vanwesenbeeck, Gebrek aan regie: een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van tienerzwangerschappen, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2005. Van Ginneken 2005 B. van Ginneken, Laat ze maar kletsen. Een exploratieve studie naar de invloed van het (Rooms) Katholieke geloof bij het ontstaan van onbedoelde/ ongewenste zwangerschappen bij jonge Surinaamse en Antilliaanse meiden in Nederland, Nijmegen: Afstudeerscriptie Radboud Universiteit Nijmegen 2005.
Lamur e.a. 1990 H. Lamur, B. Makhan, M. Morsink en H. Reubsaet, Caraibische vrouwen en anticonceptie in Nederland. Delft: Eburon 1990. Van der Linden e.a. 2005 A.P. van der Linden, Jeugd en Recht, Houten: Bohn Stafleu van Loghum 2005. Vlaardingerbroek e.a. 2008 P Vlaardingerbroek e.a., Het hedendaagse personen‐ en familierecht, Deventer: Kluwer 2008.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 57 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Vogels e.a. 2002 T. Vogels, S.E. Buitendijk, J. Bruil, N.S. Dijkstra en T.G.W.M. Paulussen, Jongeren, seksualiteit, preventie en hulpverlening. Een verkenning van de situatie in 2002, TNO‐rapport 2002.281. Leiden: TNO 2002. Wijsen & Van Lee 2006 C. Wijsen en L. van Lee, Kind van twee werelden. Een kwalitatief onderzoek naar de achtergronden van zwangerschappen bij allochtone tieners, Utrecht: Rutgers Nisso Groep 2006. Documentaires Kiezen en Knokken voor je Kind 2007 Documentaire ’t zal je maar gebeuren, Kiezen en knokken voor je kind. EO 4 december 2007. Student en moeder Documentaire KRO Moeders, Aflevering: Student en moeder. Internetbronnen Cameron 2009 D. Cameron, I looked in his eyes.. it was so sad, The Sun, 14 februari 2009 <www.thesun.co.uk>. De Bocht 2007 Jaarbericht 2007, De Bocht, pag. 2. Te raadplegen via <www.debocht.nl>. Garssen 2004 J. Garssen, Tienermoeders: recente trends en mogelijke verklaringen. Bevolkingstrends 2004, pag. 13‐22, <www.cbs.nl>. Garssen 2008 J. Garssen, Steeds minder allochtone tienermoeders, Webmagazine Centraal Bureau voor de Statistiek 9 juni 2008, <www.cbs.nl>. Garssen & Sprangers 2000 J. Garssen en A. Sprangers, Aantal tienermoeders toch weer iets gestegen, Maandstatistiek van de bevolking, januari 2000, pag. 23‐25. CBS, Voorburg/ Heerlen, <www.cbs.nl>. Garssen & Sprangers 2001 J. Garssen en A. Sprangers, Aantal tienermoeders weer toegenomen, Maandstatistiek van de bevolking, februari 2001, pag. 4‐5. CBS, Voorburg/ Heerlen, <www.cbs.nl>. Hagan 2009 L.Hagan, Baby‐faces boy Alfie Patten is father at 13, The Sun, 13 februari 2009 <www.thesun.co.uk>. L.Hagan, Lad’s sister blames their dad, The Sun, 14 februari 2009 <www.thesun.co.uk>. Ministerie van Justitie <www.justitie.nl> Brochure Naamswijziging. Nascholingscentrum maatschappelijk werk <www.ncmw.nl>.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 58 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Rutgers Nisso Groep <www.rutgersnissogroep.nl>. Spranger & Schut 2009 A. Spranger en C. Schut, Meer kinderen onder toezicht, Webmagazine Centraal Bureau voor de Statistiek 11 mei 2009. Te raadplegen via <www.cbs.nl>. Stichting Ambulante Fiom 2008 Stichting Ambulante Fiom, Jaarverslag 2008. Te raadplegen via <www.fiom.nl>. Stichting Ambulante Fiom 2009 Jong en een kind. Praktische informatie voor jonge ouders en aanstaande opa’s en oma’s, Stichting Ambulante Fiom, Schijndel: NPC 2009. Te raadplegen via de website <www.fiom.nl> en <www.tienermoeders.nl>. Telegraaf 2009 Negenjarige zwanger van tweeling, De Telegraaf, 28 februari 2009 <www.telegraaf.nl>. Tweeling geaborteerd bij 9‐jarige na verkrachting, De Telegraaf, 4 maart 2009 <www.telegraaf.nl>.
Jurisprudentie Rechtbank Rechtbank Alkmaar 10 november 2004, LJN AR5519. Rechtbank Haarlem 15 augustus 2005, LJN AU2680. Rechtbank Leeuwarden 5 september 2007, LJN BB2384 Rechtbank Roermond 19 maart 2008, LJN BC7276. Rechtbank Utrecht 4 april 2008, LJN BC9962. Gerechtshof Gerechtshof Leeuwarden 9 mei 2001, FJR 2001, pag. 253‐254, nr. 54. Gerechtshof Den Bosch 9 februari 2005, LJN AT3376. Gerechtshof Den Bosch 19 maart 2006, LJN AZ2569. Gerechtshof ’s‐Gravenhage 3 juni 2009, LJN 7397. Hoge Raad HR 17 december 1993, NJ 1994, 360. HR 10 september 1999, NJ 2000,20. HR 3 juni 2005, NJ 2005, 349. HR 17 december 1993, NJ 1994, 360.
Parlementaire stukken Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding (Kamerstukken II 2004/05, 30 145). MvT wetsvoorstel inzake het nieuwe familieprocesrecht 22 487, nr. 3, pag. 7. Tijdschriftartikelen Bijlsma e.a. 2008 M.W. Bijlsma e.a., De mogelijkheid van ondertoezichtstelling van het nog ongeboren kind bij twijfels over de veiligheid van de thuissituatie, Nederlands Tijdschrift voor de Geneeskunde, 2008;152:895‐8.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 59 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Doek & Vlaardingerbroek 2006 J.E. Doek, P. Vlaardingerbroek, Jeugdrecht en jeugdzorg, Studenteneditie, ’s‐Gravenhage: Elsevier 2006. Gräler 2004 J.G. Gräler, De testeervrijheid van minderjarigen, WPNR 2004, 6567. Pans 2009 L. Pans, Kinderen met kinderen. Esta nr. 8, 3 april 2009 pag. 34‐37
Vlaardingerbroek 1994 P. Vlaardingerbroek, Allegro ma non troppo. De versterking van de rechtspositie van jeugdigen. Een overzicht. In: RM Themis, nr. 10, p. 506‐525.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 60 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Bijlagen
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 61 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Bijlage 1
Aantal geboorten onder tienermeisjes, naar leeftijd
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 62 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Bijlage 2
Aantal geboorten per duizend meisjes van 15‐19 jaar naar herkomst
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 63 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Bijlage 3
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 64 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Bijlage 4 Schematisch overzicht van de complicaties met betrekking tot het tienermoederschap Sociaal‐maatschappelijk
Financieel
Juridisch
Moederschap, opgeven vrijheid, belang baby Geen afgeronde opleiding
Algemeen: ontbreken voldoende financiële middelen Huurtoeslag
Geslachtsnaam kind
Huisvesting
Kosten opleiding
Vooroordelen samenleving Godsdienst
Financiële bijdrage ouders Financiële bijdrage verwekker
Geen contact/ ruzie met ouders Geen contact/ ruzie met biologische vader Hulpverleningsinstanties Asielzoeksters: teruggestuurd worden
Gezag A. Door tienermoeder over kind B. Door (groot)ouders over tienermoeder Vaderschap Erkenning Gerechtelijke vaststelling Onderhoudsplicht Recht van vader op omgang/ informatie Erfrecht
Handelingsonbekwaamheid
Kinderbeschermingsmaatregelen
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 65 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Bijlage 5 Jaarcijfers van het FIOM met betrekking tot tienermoederschap over 200899 Totaal aantal deelnames hulpverlening
737
Totaal aantal bereikte personen via voorlichting:
2.871
trainingen/ cursussen en Jonge Moederkrant Aantal hits tienermoeders.nl per maand
1.508.600
Beantwoorden van hulpvragen per e‐mail plus
552
informatie en advies aan intermediaire en professionals
99
Stichting Ambulante Fiom, Jaarverslag 2008. Te raadplegen via <www.fiom.nl>.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 66 van 68 Auteur: Kim Jaspers
Bijlage 6 Jaarcijfers van De Bocht over 2007100
Hulpvragen Veiligheid en huiselijk geweld (volwassenen)
25%
45%
Zwangerschap
15% 15%
Relaties (volwassenen) Overige vragen
Totaal aantal nieuwe opnames in 2007: De Bocht De Poort Mee opgenomen op De Bocht Mee opgenomen op De Poort Geboren op De Bocht
65 vrouwen 94 vrouwen 31 kinderen 75 kinderen 30 baby’s
100
Jaarbericht 2007, De Bocht. Te raadplegen via <www.debocht.nl>.
Juridische Complicaties van het tienermoederschap Pagina 67 van 68 Auteur: Kim Jaspers