Scriptiebrochure Het schrijven van de scriptie en het afstuderen
Master Financieel recht Sectie Bedrijfseconomie
Versie 2012-2013 19/10/2012
Voorwoord Het schrijven van een scriptie vergt enige discipline en planning. De sectie Bedrijfseconomie vindt het belangrijk u goed te informeren en te begeleiden bij het sluitstuk van uw Master Financieel recht en heeft derhalve deze scriptiebrochure samengesteld. Hierin treft u naast allerlei informatie en tips over het schrijven van een scriptie en de procedure van afstuderen ook een overzicht van de mogelijke scriptiethema’s en achtergrond informatie van de (bijbehorende) scriptiebegeleiders aan. Deze brochure kunt u in digitale vorm downloaden vanaf SIN-Online (channel Financieel Recht Studenten).
Deze brochure is met zorg samengesteld voor het studiejaar 2012-2013. Mocht u opmerkingen of suggesties ter verbetering van de brochure hebben, dan horen wij dat graag. U kunt hiervoor terecht bij de sectie Bedrijfseconomie, e-mail:
[email protected].
De sectie Bedrijfseconomie wenst u veel succes, maar vooral ook veel plezier met het schrijven van uw scriptie!
Met vriendelijke groet,
Aloy Soppe Scriptiecoördinator Sectie Bedrijfseconomie
I
Inhoudsopgave
Voorwoord
I
Inhoudsopgave
II
1. Inleiding
1
2. Een scriptie schrijven voor de Master Financieel recht
2
2.1
Algemeen
2
2.2
Begeleiding en tweede examinator
2
2.3
Scriptievolgsysteem
2
2.4
Scriptie-stage combinatie
3
2.5
Scriptieprijzen
3
2.6
Keuze van het onderwerp
3
2.7
Scriptievoorstel
4
2.8
Beoordelingscriteria
4
2.9
2.8.1
Scriptie
4
2.8.2
Scriptie n.a.v. een stage
6
Overige eisen m.b.t. de scriptie en de scriptiebegeleiding
7
2.10 Duur van de scriptie
8
2.11 Titelblad
8
2.12 Nawoord
8
3. Fraude
9
4. Procedure aanmelding scriptie voor verdediging en bulaanvraag
10
5. Presentatie en verdediging
11
6. Scriptiebegeleiders van de sectie Bedrijfseconomie
12
7. Contactinformatie sectie Bedrijfseconomie
19
II
1.
Inleiding
De Erasmus Universiteit Rotterdam staat van oudsher bekend als een praktijkgerichte universiteit met een sterk bedrijfseconomische tint. De sectie Bedrijfseconomie houdt zich binnen de Erasmus School of Law bezig met het interdisciplinaire bedrijfseconomisch onderwijs en onderzoek. De sectie telt momenteel 13 medewerkers en is binnen het regulier onderwijs naast de Master Financieel recht ook verantwoordelijk voor bedrijfseconomisch onderwijs voor juristen en fiscalisten in de bachelorfase. Tevens verzorgt de sectie het onderwijs voor LL.M.-programma’s en postacademische cursussen en opleidingen. Per september 2003 is de zogenoemde BaMa-structuur (de bachelor- en masterstructuur) aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid ingevoerd. Op het zelfde moment is de afstudeerrichting Financieel recht binnen de doctoraalopleiding Nederlands recht vernieuwd als Master Financieel recht van start gegaan. Vervolgens zijn in september 2006 twee verschillende varianten geïntroduceerd binnen het programma en is het curriculum in 2009 en 2012 verder herzien en verbeterd. Op het gebied van financieel recht is de Erasmus Universiteit Rotterdam de enige universiteit die een volwaardige masteropleiding Financieel recht aanbiedt. De populariteit van het financieel recht wordt bevestigd door de grote en alsmaar groeiende interesse (zowel van studenten als van werkgevers) voor deze unieke masteropleiding. Afgestudeerden van de opleiding vinden relatief snel een (nieuwe) baan. De Master Financieel recht wordt afgerond met een scriptie op financieel juridisch terrein met een interdisciplinaire aanpak en de verdediging daarvan. Aangezien er hoge eisen worden gesteld aan de scriptie, wordt u intensief begeleid. Dit geschiedt in de vorm van individuele afspraken met de scriptiebegeleider, waarin u bijvoorbeeld op weg wordt geholpen met de probleemstelling en de wijze waarop die kan worden uitgewerkt. Ook wordt er gedurende de opleiding aandacht besteed aan de presentatievaardigheden en verdediging die zullen plaatsvinden na goedkeuring van de scriptie. In deze brochure treft u uitgebreide informatie aan over het schrijven van de scriptie voor de Master Financieel recht en het uiteindelijke afstuderen. De facultaire minimumeisen zijn echter ook van toepassing en zijn, voorzover mogelijk, ook reeds in deze brochure verwerkt. Tevens worden de procedure(s), beoordelingscriteria, tips, mogelijke onderwerpen en begeleiders hierin beschreven. Mocht u na het lezen van deze brochure toch nog vragen hebben, dan kunt u uiteraard contact opnemen met de scriptiecoördinator, de (beoogde) begeleider of het secretariaat van de sectie Bedrijfseconomie. De contactgegevens treft u achter in de brochure aan.
1
2. 2.1
Een scriptie schrijven voor de Master Financieel recht Algemeen
De sectie Bedrijfseconomie hanteert minimumeisen met betrekking tot scripties, scripties naar aanleiding van stages, scriptiebegeleiding en stagebegeleiding. De scriptie dient in beginsel 10 ECTS te zijn (zie ook de Overgangsregeling voor ander aantal ECTS). Studenten die voldoen aan de eisen zoals vermeld in het Onderwijs en Examenreglement van de Master Financieel recht kunnen een gedeeltelijke vrijstelling van 5 ECTS aanvragen bij de Examencommissie.
De scriptie is een individueel werkstuk. Een collectief verslag van deelname aan een pleitwedstrijd, een pleitnota of iets dergelijks kan niet gelden als scriptie. Meer informatie over het schrijven van een scriptie kunt u raadplegen op SIN-Online: http://www.law.eur.nl/onderwijs/facultaire_regelingen_en_scriptie_eisen/
2.2
Begeleiding en tweede examinator
In beginsel vindt begeleiding plaats door één begeleider, afkomstig van de sectie Bedrijfseconomie en beslist een tweede examinator (de meelezer) mee in het cijfer. De begeleiding is in de vorm van individuele afspraken met de begeleider. Afhankelijk van het onderwerp is het echter, met voorafgaande toestemming van de scriptiecoördinator en onder eventuele extra voorwaarden, toegestaan een begeleider van een andere sectie te benaderen. In dat geval is de tweede examinator altijd van de sectie Bedrijfseconomie afkomstig. De tweede examinator wordt afhankelijk van de situatie na inlevering van de eindversie van de scriptie of in een eerder stadium ingeschakeld. Uitgangspunt is dat examinatoren van twee verschillende disciplines gezamenlijk de scriptie beoordelen. De verplichte tweede examinator wordt door de scriptiecoördinator aangewezen.
2.3
Scriptievolgsysteem
De Master Financieel recht maakt voor het scriptiebegeleidingsproces gebruik van het zogenoemde scriptievolgsysteem. De scriptant dient zich, zodra de begeleiding is gestart, te abonneren op de SINOnline-channel ‘Scriptie Master Financieel Recht’. De verdere communicatie m.b.t de scriptie en het doorsturen van scriptiestukken verlopen dan in het vervolg via deze channel. Ook de meelezer maakt gebruik van dit scriptievolgsysteem. N.B.: De SIN-Online-channel ‘Scriptie Uploads’ is niet bedoeld voor het scriptiebegeleidingsproces. Deze channel wordt alleen gebruikt voor het uploaden van de uiteindelijke, definitieve scriptie die is goedgekeurd door de begeleider en meelezer.
2
2.4
Scriptie-stage combinatie
Er bestaan mogelijkheden om door middel van een stage praktijkervaring in de financieel-juridische wereld op te doen. De stage zal doorgaans afgerond worden met een stageverslag. Dit verslag kan afhankelijk van het onderwerp onder voorwaarden uitgewerkt worden tot een scriptie. Ook mogelijk is om in het kader van een afstudeeropdracht bij een door de scriptiebegeleiders goedgekeurd bedrijf of instelling de scriptie te schrijven. Deze mogelijkheden zijn echter vrijblijvend en dus niet verplicht voor de masteropleiding. Bij dergelijke scripties is het noodzakelijk voorafgaand overleg met de scriptiecoördinator en begeleider te voeren. Het cijfer zal vastgesteld worden door de scriptiebegeleider en de meelezer.
2.5
Scriptieprijzen
Elk jaar zijn er meerdere instanties en bedrijven die prijzen uitloven voor essays of andere werkstukken. Te denken valt aan de Grote Financiën Prijs (GFP), een essaywestrijd van het Ministerie van Financiën, waarvoor ook afstudeerscripties over een zelf te bepalen thema op financieel-economisch of fiscaal terrein in aanmerking komen. Door het meedingen naar zulke prijzen haalt u meer uit uw scriptie dan alleen de toe te kennen ECTS. Uw scriptiebegeleider kan u inlichten over de verschillende scriptiewedstrijden. Een overzicht van relevante scriptieprijzen kunt u vinden via SIN-Online
2.6
Keuze van het onderwerp
De keuze van het scriptieonderwerp is niet geheel vrij, gezien de interdisciplinaire opzet van de Master Financieel recht. Het is in ieder geval gebonden aan de masteropleiding en dient derhalve op het terrein van deze opleiding te liggen. De scriptie dient in beginsel zowel juridisch als (bedrijfs)economische aspecten en een interdisciplinaire opzet te bevatten. De scriptie wordt daarom eveneens in beginsel begeleid door een jurist en een (bedrijfs)econoom als eerste, respectievelijk tweede examinator. Wie als begeleider of meelezer optreedt hangt af van het onderwerp. De goedkeuring van het specifieke onderwerp/scriptievoorstel geschiedt door de scriptiebegeleider. Verderop in deze handleiding kunt u in de lijst met thema’s zien waarbinnen u een scritpieonderwerp kunt kiezen en bij welke begeleider u daarvoor terecht kunt. Op SIN-Online (channel Financieel Recht Studenten) is ook een actuele lijst met specifiekere onderwerpen beschikbaar. Een middagje in de bibliotheek, op het internet of een oriënterend gesprek met de scriptiecoördinator kan ook een interessant onderwerp opleveren. In beginsel is het niet mogelijk een onderwerp te kiezen dat buiten de vastgestelde thema’s valt. Indien u een specifiek onderwerp in gedachten heeft dat niet past binnen de genoemde thema’s (maar uiteraard wel binnen het interdisciplinaire financieel recht), kunt u ook tegen indiening van een scriptievoorstel bij de scriptiecoördinator om toestemming verzoeken.
3
2.7
Scriptievoorstel
Een scriptievoorstel omvat in het algemeen:
de (voorlopige) titel van de scriptie;
de uitgewerkte inleiding waarin opgenomen: -
inleiding tot de probleemstelling;
-
begrenzingen van het onderwerp;
-
omschrijving van relevante te gebruiken begrippen;
de probleemstelling;
de doelstelling, d.w.z. wat men met het schrijven van de scriptie wenst te bereiken;
de te volgen werkwijze, d.w.z. een weergave in principe van de wijze waarop men denkt de doelstelling te verwezenlijken. Hieronder valt ook de motivering van de volgorde in de hoofdstukken;
de voorlopige inhoudsopgave, ingedeeld naar hoofdstukken en zo mogelijk, globaal de onderverdeling naar paragrafen;
de voorlopige lijst van in verband met de scriptie te bestuderen literatuur, te verrichten onderzoeken, te voeren gesprekken of te houden interviews;
De voorlopige planning met daarin een schatting van de te besteden tijdsduur (aantal uren) per onderdeel (of stap), alsmede een schema met data waarop de onderdelen zullen zijn voltooid.
2.8
Beoordelingscriteria
2.8.1
Scriptie
De scriptie dient te voldoen aan onderstaande minimumeisen:
1. Onderwerp Het onderwerp is gebonden aan de masteropleiding en dient derhalve op het terrein van deze opleiding te liggen. Het is de opzet dat een scriptie die wordt geschreven door een scriptant met een juridische vooropleiding een zwaarder economisch accent heeft, terwijl een scriptant met een bedrijfskundige, economische of HBO-achtergrond aan de scriptie een zwaarder juridisch accent moet geven. Goedkeuring van het uiteindelijke onderwerp geschiedt door de scriptiebegeleider.
2. Probleemstelling
Aan het scriptieonderzoek dienen één of meer eenduidige probleemstellingen ten grondslag te liggen;
Deze probleemstellingen moeten in de 'Inleiding' van de scriptie worden weergegeven.
4
3. Logische opbouw en consistentie
Het scriptieonderzoek is erop gericht één of meer antwoorden te verschaffen op de in de probleemstellingen onder woorden gebrachte vragen;
De scriptie moet zo zijn opgebouwd dat de antwoorden op de gestelde vragen zo overzichtelijk en inzichtelijk mogelijk over het voetlicht worden gebracht;
Hierbij dienen consistente indelingscriteria te worden gehanteerd;
De argumentatiestructuur van het betoog moet helder zijn. (Welke standpunten worden ingenomen, welke argumenten worden daarvoor gegeven en hoe hangen die argumenten precies samen?).
4. Toegevoegde waarde (originaliteit)
Relevantie voor het vakgebied (wetenschap);
Relevantie voor de praktijk.
5. Formulering
De formuleringen dienen grammaticaal correct en stilistisch aanvaardbaar te zijn;
Cruciale begrippen dienen duidelijk en voor één uitleg vatbaar te worden omschreven en steeds in die betekenis te worden gehanteerd.
6. Compositie
De scriptie dient een 'Inleiding' en een 'Conclusie' te bevatten;
Het tussenstuk dient onderverdeeld te zijn in hoofdstukken, paragrafen en alinea's;
Bij de indeling in hoofdstukken, paragrafen en alinea's dient te worden uitgegaan van de eerder genoemde logische indelingscriteria (zie punt 2);
Zowel de scriptie als geheel als de delen ervan krijgen een titel die de inhoud dekt.
7. Bronvermelding
In de scriptie worden de gebruikte bronnen steeds zo volledig en nauwkeurig mogelijk weergegeven, inclusief de precieze vindplaatsen van citaten of ontleningen;
De lezer van de scriptie moet steeds gemakkelijk kunnen onderscheiden of bevindingen uit de geraadpleegde literatuur dan wel eigen uitgangspunten en opvattingen worden gepresenteerd;
Indirect citeren wordt zoveel mogelijk vermeden;
Waar nodig of relevant dient de student toegang te zoeken tot elektronische bronnen;
Voor het schrijven van de scriptie bevelen wij u dringend aan gebruik te maken van onderstaande boekjes. Een praktische gids voor het schrijven van een scriptie en een boekje
5
dat handzame richtlijnen biedt voor de meest voorkomende vragen rond het op eenduidige wijze citeren, het gebruik van afkortingen, het maken van voetnoten, bronvermeldingen en literatuurlijsten. Beide boekjes zijn verkrijgbaar in de boekhandel: o
W. Oosterbaan, Een leesbare scriptie, Prometheus/NRC Handelsblad;
o
G.A.I. Schuijt, Leidraad voor juridische auteurs, Voetnoten, bronvermeldingen, literatuurlijsten en afkortingen in Nederlandse publicaties, Kluwer.
8. Vorm en omvang De scriptie zelf dient vervaardigd te zijn m.b.v. een moderne tekstverwerker (opmaak, afwezigheid van spelfouten, etc.) De scriptie dient zowel op papier als in elektronische vorm te worden ingeleverd (zie ook “Procedure van aanmelden van de scriptie” verderop). De scriptie dient zowel op papier als digitaal te worden ingeleverd (zie ook punt 14 ‘overige eisen’). Voor de omvang van de scriptie geldt het volgende: scriptie van 12 ects 10 ects 7 ects 5 ects
minimaal aantal woorden 16.000 12.000 10.000 8.000
minimaal aantal pagina’s 40 30 25 20
De minimale omvang van een kleinere scriptie is naar verhouding groter dan die van een scriptie van 12 ects, omdat zowel de 'Inleiding' als de 'Conclusie' van elk type scriptie een verplicht onderdeel is. Studenten met een afgeronde (juridische) vooropleiding kunnen, indien zij voldoen aan de voorwaarden genoemd in het Onderwijs- en Examenreglement Master Financieel recht, een gedeeltelijke vrijstelling worden verleend van de scriptie.
2.8.2
Scriptie n.a.v. een stage
De scriptie kan ook naar aanleiding van een stage worden geschreven. Dit zal in de praktijk vaak een uitwerking van het stageverslag betekenen. Omdat ook aan een scriptie naar aanleiding van een stage een inhoudelijke probleemstelling ten grondslag moet liggen en omdat deze ook een verslag van verricht onderzoek is, worden aan scripties naar aanleiding van een stage deel dezelfde minimumeisen gesteld als aan andere scripties.
Ten aanzien van de compositie geldt in het bijzonder dat de scriptie naar aanleiding van de stage een korte (maximaal 5 bladzijden omvattende) omschrijving van de institutionele omgeving van de stageplaats kan bevatten. Voor de omvang van de scriptie naar aanleiding van een stage geldt het volgende:
6
scriptie van 12 ects 10 ects 7 ects 5 ects 2.9
minimaal aantal woorden 18.000 14.000 12.000 10.000
minimaal aantal pagina’s 45 35 30 25
Overige eisen m.b.t. de scriptie en de scriptiebegeleiding 1. De student maakt na indiening van het onderwerp en/of doorverwijzing door de scriptiecoördinator een afspraak met de scriptiebegeleider om het onderwerp nader te bespreken; 2. De student levert daarna op korte termijn (of tegelijkertijd bij de bespreking van het onderwerp) bij de scriptiebegeleider een scriptievoorstel in. Zie voor de eisen m.b.t. het scriptievoorstel pagina 3. 3. De scriptiebegeleider geeft binnen twee weken mondeling of schriftelijk op deze voorlopige stukken zijn commentaar. Hij waakt ervoor dat de hoeveelheid te bestuderen literatuur in een redelijke verhouding staat tot het beoogde aantal studiepunten; 4. Zodra de onder punt 3 genoemde stukken zijn goedgekeurd door de scriptiebegeleider dient dit te worden vastgelegd in een overeenkomst. Een model daarvan is te downloaden via de facultaire onderwijssite en te verkrijgen bij de examencommissie Nederlands recht (p/a Studiepunt, L5 rechts van de liften).). De scriptieovereenkomst wordt in drievoud vervaardigd. Alvorens verder gegaan wordt met het schrijven aan de scriptie dient een exemplaar van de overeenkomst ingeleverd te worden bij het secretariaat van de master (kamer L4-41). De student krijgt zelf een exemplaar, en het derde exemplaar is voor de examencommissie (te zijner tijd in te leveren bij Studiepunt, L5 rechts van de liften, samen met de definitieve scriptie). 5. Na goedkeuring door de scriptiebegeleider van de onder punt 3 genoemde stukken verricht de student nader literatuuronderzoek. Over de uitkomsten wordt - op initiatief van de student periodiek contact gehouden met de scriptiebegeleider; 6. Het regelmatig in delen inleveren van concepten is noodzakelijk voor een goede begeleiding. Het ineens inleveren van grote delen van de scriptie zonder tussentijdse begeleiding wordt niet geaccepteerd; 7. In het eindstadium van de scriptie vindt in ieder geval nog een bespreking plaats tussen student en scriptiebegeleider; 8. Als de scriptie gereed is wordt deze bij de scriptiebegeleider ingeleverd. De scriptiebegeleider dient de scriptie, met uitzondering van de vakantieperioden, binnen uiterlijk vier weken na de inleverdatum na te kijken; 9. De scriptiebegeleider kan schriftelijk of mondeling aan de student meedelen dat de scriptie (met eventuele nog te verrichten kleine aanpassingen) geaccordeerd kan worden voor de verdediging. Er vindt in ieder geval een beoordelingsgesprek plaats als de scriptie als onvoldoende is beoordeeld of als de student om een dergelijk gesprek verzoekt;
7
10. Indien de scriptie als onvoldoende voor toelating tot de verdediging wordt beoordeeld, krijgt de student gedurende tenminste twee weken de gelegenheid een verbeterde scriptie in te leveren. Indien ook deze beoordeling 'onvoldoende' luidt, is de beoordeling definitief; 11. In het geval van problemen tussen student en scriptiebegeleider treedt in eerste instantie de scriptiecoördinator op als bemiddelaar; 12. Een eerder in het onderwijs ingebracht werkstuk mag niet worden hergebruikt, tenzij er een duidelijke verdiepende/verbredende uitbreiding, in overleg met de begeleider, wordt aangebracht.
2.10
Duur van de scriptie
In beginsel kan men elk moment starten met het schrijven van de scriptie en is er geen maximale duur aan de scriptie verbonden. Het wordt echter afgeraden om te vroeg in de eerste weken van het eerste blok van het masterjaar te starten. Daarnaast dient de student er in zijn tijdsplanning rekening mee te houden dat scriptiebegeleiders in de vakantieperiodes langere tijd afwezig kunnen zijn.
2.11
Titelblad
Het titelblad van de uiteindelijke scriptie dient het volgende te vermelden:
Erasmus School of Law
Sectie Bedrijfseconomie
Master Financieel recht
Scriptietitel
Naam student en examennummer
Naam begeleider en tweede lezer
Maand en jaar van afronding scriptie
2.12
Nawoord
Het schrijven van een scriptie vergt naast een goede voorbereiding ook een goede planning en discipline. Deze brochure heeft de bedoeling de scriptant goed in te lichten over het schrijven van de scriptie en alles wat daarmee samenhangt d.m.v. aandachtspunten, tips en informatie. Hierna willen wij nog uw aandacht vestigen op een aantal zaken zoals het voorkomen van sancties naar aanleiding van fraude en plagiaat en de wijze van aanmelding voor de scriptieverdediging en de buluitreiking. Tenslotte treft u een overzicht aan van mogelijke scriptieonderwerpen met de bijbehorende scriptiebegeleider inclusief een overzicht van de contactgegevens.
8
3.
Fraude
De Erasmus Universiteit Rotterdam hanteert een streng fraudebeleid. Wie fraude pleegt of plagieert overtreedt de regels van de universiteit en in sommige gevallen ook de wet. De scriptant dient een authenticiteitsverklaring te ondertekenen waarin hij verklaart geen plagiaat te zullen plegen. Deze verklaring is opgenomen in de scriptieovereenkomst en dient tegelijkertijd met de definitieve exemplaren van de scripties te worden ingeleverd. Het cijfer van de scriptie wordt niet geregistreerd indien een ondertekende verklaring ontbreekt. De scriptieovereenkomst is te downloaden van SIN-Online. Fraudegevallen die aan het licht komen, worden altijd gemeld bij de examencommissie en zullen bestraft worden. Bij het opleggen van de sanctie zal geen rekening gehouden worden met eventuele studievertraging voor de scriptant. U wordt dringend aangeraden alle informatie over fraude en plagiaat goed door te nemen om misverstanden te voorkomen. Deze informatie treft u aan op internet op de facultaire en universitaire webpagina’s: http://www.law.eur.nl/onderwijs/facultaire_regelingen_en_scriptie_eisen/plagiaat_en_fraude/ en http://www.eur.nl/plagiaat.
9
4.
Procedure aanmelding scriptieverdediging en bulaanvraag Goedkeuring van de scriptie door beide examinatoren door het aftekenen van de scriptie (in viervoud: twee exemplaren bestemd voor de examinatoren en twee exemplaren voor de Examencommissie) en het aftekenen van de Scriptieovereenkomst met daarin de authenticiteitsverklaring (voorzover nog niet gebeurd).
Afgeven van twee exemplaren van de definitieve scriptie aan de examinatoren, eventueel via het secretariaat van Sectie Bedrijfseconomie (kamer L4-41).
In overleg met de examinatoren uitkiezen van een beschikbare verdedigingsdatum en voorkeurstijdstip en dit laten registeren bij het secretariaat van de Sectie Bedrijfseconomie (L441).
Uploaden van de scriptie op SIN-Online (abonneren op Channel Scriptie uploads > Master Financieel recht). De scriptie dient als één geheel Word of PDF document te worden ge-upload.
Inleveren van de resterende twee exemplaren van de scriptie, de origineel getekende Scriptieovereenkomst bij de Examencommissie Rechten (via Studiepunt, vijfde etage L-gebouw, rechts van de liften). U krijgt een ontvangstbevestiging mee die u bij de afstudeeraanvraag bij Examenadministratie Rechten moet tonen. N.B. De scriptie wordt niet in ontvangst genomen als niet reeds aan alle bovenstaande eisen is voldaan!
Invullen van het tentamenbriefje voor de aanvraag van het scriptiecijfer + invullen van het aanvraagformulier voor het afstuderen en de bul bij Examenadministratie Rechten (kamer EB-42). De Examenadministratie Rechten stuurt u terzijnertijd nog een schriftelijke bevestiging van de verdediging en het afstuderen.
NB: Het tentamenbriefje voor de geaccordeerde scriptie kan alleen tegelijkertijd met het aanvraagformulier voor het afstuderen en de bul ingevuld worden. Het afstuderen kan pas aangevraagd worden indien alle overige resultaten van de opleiding bekend zijn bij Examenadministratie Rechten. Openingstijden Studiepunt L5-069 (L-gebouw, 5e etage) (vanuit de liften gezien de rechtergang) Maandag: van 11.00 - 16.30 uur Dinsdag t/m vrijdag: van 09.30 - 16.30 uur Telefoon: 010 - 408 1560 10
5.
Presentatie en verdediging
Voordat een cijfer aan de geaccordeerde scriptie wordt toegekend, dient een presentatie en verdediging van de scriptie te worden gehouden. Dit gebeurt in de vorm van een openbare zitting, waarbij genodigden van de afstudeerder in de examenkamer (max. 15 personen) aanwezig kunnen zijn. De presentatie van de scriptie dient ondersteund te worden door een powerpointpresentatie en mag niet langer dan 15 minuten duren.
Deze
presentatie
dient
uiterlijk
twee
werkdagen
vóór
de
verdediging
naar
[email protected] te worden gestuurd en dient tevens door de examinandus zelf op een memory stick meegenomen te worden naar de verdediging. De examinatoren zullen deze presentatie niet van te voren zien. De sectie Bedrijfseconomie zal zorgdragen voor de aanwezigheid van audiovisuele apparatuur voor de presentatie en de powerpointpresentatie gereed zetten. Na de presentatie volgt de verdediging, waarbij de examinandus een aantal vragen van de examinatoren m.b.t. de scriptie beargumenteerd dient te beantwoorden. Vervolgens zal achter gesloten deuren het cijfer door de examinatoren worden vastgesteld. De afstudeerder en de eventuele genodigden dienen dan de examenkamer te verlaten. Tenslotte volgt de bekendmaking van het cijfer en de uitreiking van de bul, die weer in het openbaar in de examenkamer plaatsvinden.
11
6.
Scriptiebegeleiders en -thema’s van de Master Financieel recht
In beginsel wijst de scriptiecoördinator een van onderstaande begeleiders toe aan de scriptant. Alvorens u met de scriptie start, dient u zich eerst met een scriptievoorstel te melden bij de scriptiecoördinator via
[email protected]. Studenten die reeds een begeleider hebben toegewezen gekregen, kunnen wel rechtstreeks de begeleider benaderen. Hieronder volgt een overzicht van de docenten van de Master Financieel recht die scripties begeleiden en de thema’s waarbinnen het onderwerp dient te vallen.
Drs. H.M. Breedeveld Harmen Breedeveld studeerde bedrijfseconomie (2008) aan de EUR en geschiedenis (2011) aan de Universiteit Leiden. Hierna werkte hij ondermeer voor de RSM Business School als programmacoördinator voor de Masters in Financial Management. Sinds het voorjaar van 2011 is hij als wetenschappelijk docent verbonden aan de sectie Bedrijfseconomie van de Rechtenfaculteit.
Interessegebieden van Harmen Breedeveld en mogelijke scriptieonderwerpen voor begeleiding zijn: -
Institutionele economie (de rol van instituties voor financiële markten en instellingen)
-
Marktvorming (bijvoorbeeld securitisatie)
-
Intermediairs op financiële markten (credit rating agencies, hedge funds)
-
Financiële markten in opkomende markten (marktontwikkeling en marktbelemmeringen, de rol van overheden, de juridische omgeving)
U kunt via het secretariaat (mw. Linda Olieman) telefonisch of per e-mail (
[email protected]) een afspraak met Harmen Breedeveld maken om uw scriptievoorstel te bespreken.
Prof. dr. P.A.M. Diekman RA Peter Diekman studeerde bedrijfseconomie (1981) en accountancy (1985) aan de EUR. Hij heeft sinds 1981 een loopbaan in de accountancy in verschillende functies als openbaar en intern accountant. Thans is hij lead partner bij KPMG Advisory. Hij is sinds 1987 verbonden aan de EUR als docent accountancy en als onderzoeker. Hij promoveerde op het proefschrift “Auditor and Fraud” in 1997 aan de EUR bij Prof. J.C.A. Gortemaker RA en Prof. dr. A.J. Bindenga RA. Prof. Diekman is tevens één dag per week verbonden aan de Erasmus School of Law als bijzonder hoogleraar Compliance & Risk Management in the Financial Sector.
12
Eventuele onderwerpen voor scripties binnen het interessegebied van prof. Diekman zijn: - fraude/witwassen - compliance - interne risicobeheersing - toezicht door centrale bank (prudentieel toezicht)
U kunt via het secretariaat (mw. Linda Olieman) telefonisch of per email een afspraak maken met prof. Diekman.
Mr. R.J. de Doelder Rutger de Doelder studeerde Nederlands Recht, afstudeerrichting strafrecht, aan de EUR. Hij heeft als compliance officer bij het Nederlands Compliance Instituut gewerkt. In die functie hield hij toezicht op de wet- en regelgeving alsmede de interne normen van onder andere pensioenfondsen, banken en verzekeraars. Daarnaast trad en treedt hij nog steeds op als docent bij cursussen op compliancegebied. Deze worden georganiseerd door het Nederlands Compliance Instituut en zijn bedoeld voor compliance officers en overige medewerkers van financiële ondernemingen. Vanaf 2009 is hij werkzaam bij het Ministerie van Financiën. Één dag per week is hij werkzaam als wetenschappelijk docent aan de Erasmus School of Law. Dhr. De Doelder begeleidt scripties over (het werkgebied) van de compliance officer en met betrekking tot het financieel ondernemingstoezicht.
U kunt via het secretariaat (mw. Linda Olieman) telefonisch of per email een afspraak met de heer De Doelder maken.
Mr. dr. J.G.C.M. Galle Annika Galle studeerde rechten aan de Universiteit Leiden. Hierna was zij werkzaam als advocate bij Holland Van Gijzen te Rotterdam. Zij verrichtte hier met name werkzaamheden op het gebied van mergers & aquistions en corporate governance.
Sinds september 2005 werkt mw. Galle als universitair docent in de sectie Bedrijfseconomie bij de Master Financieel recht binnen de Erasmus School of Law. In mei 2012 promoveerde zij op het ‘comply or explain’-principe. In de masteropleiding doceert zij over het vak Fusies & Overnames en Ondernemingsbestuur en -prestaties.
Mw. Galle begeleidt scripties op het grensvlak van vennootschapsrecht, effectenrecht en economie. Eventuele onderwerpen voor scripties binnen het interessegebied van mw. Galle zijn: - internationale en nationale ontwikkelingen op het gebied van fusies & overnames;
13
- de onderlinge samenhang tussen het effectenrecht en vennootschapsrecht; - internationale en nationale ontwikkelingen op het gebied van vennootschapsrecht; - internationale rechtsvormen; - corporate governance en het toezicht hierop.
Mevrouw Galle is tot en met 3 januari 2013 met bevallingsverlof. Hierna kunt u telefonisch of per email een afspraak maken om uw scriptie te bespreken. Indien u al bepaalde gedachten over een onderwerp hebt of een scriptievoorstel gereed heeft, dan ontvangt mw. Galle dit graag per email (
[email protected]) tijdig voor de gemaakte afspraak.
Mr. drs. A.G. Gonesh Ashvin Gonesh studeerde bedrijfskunde en financieel recht aan de EUR. Met zijn scriptie onderwerp over maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) behaalde hij een eervolle vermelding bij de uitreiking van de NBN-Rabobank Scriptieprijs 2010. Centraal in zijn onderzoek stond de vraag wat de relatie is tussen recht en duurzaamheid en of zelfregulering van eisen die worden gesteld aan MVO een beter alternatief zou zijn dan wettelijke verankering daarvan. Een goed begrip van deze materie en het interdisciplinair karakter daarvan wordt belangrijker voor verschillende professionals uit het veld. Immers is de bedrijfsjurist, econoom of manager van de toekomst bij uitstek degene die steeds het doel van zelfregulering in ogenschouw neemt, en daarbij verschillende (stakeholder-) belangen tegen elkaar afweegt. Die beoordeling vindt plaats tegen de achtergrond van het winstoogmerk dat een onderneming heeft (aandeelhouders), en de juridische en ethische normen die een dergelijk oogmerk kunnen begrenzen.
De heer Gonesh is thans als wetenschappelijk onderzoeker (parttime) verbonden aan de Erasmus School of Law. Binnen de master financieel recht is hij betrokken bij het vak financiële ethiek. Interessante onderwerpen binnen het bredere thema van maatschappelijk verantwoord ondernemen zijn zeer geschikt voor het schrijven van een scriptie bij de heer Gonesh. Met name ontwikkelingen op dit gebied in de Financiële sector hebben daarbij de voorkeur. Voor scriptanten met een juridische achtergrond kunt u daarbij denken aan een vergelijkend onderzoek en het differentiëren tussen “hard law” (wet- regelgeving) en “soft law”(niet direct bindende verdragen, richtlijnen, gedrags- bedrijfscodes). Voor degenen met een meer economische achtergrond kunt u bijv. denken aan een empirisch onderzoek naar de impact van bepaalde wet- en regelgeving op bedrijven en de manier waarop dit hun mvo prestaties beïnvloed.
Voor het maken van een afspraak met de heer Gonesh om de mogelijkheden te bespreken of indien u al bepaalde concrete gedachten over een onderwerp hebt kunt u hem rechtstreeks benaderen. Dit kan per email
[email protected].
14
Prof. mr. J.B.S. Hijink Steven Hijink studeerde in 2002 en 2004 af in Fiscaal recht en Nederlands recht aan de Erasmus School of Law (ESL) van de EUR. Vervolgens is hij werkzaam geweest bij het Ministerie van Financiën en bij De Brauw Blackstone Westbroek. In 2010 promoveerde hij aan de Universiteit van Amsterdam bij prof. Jaap Winter op het proefschrift "Publicatieverplichtingen voor beursvennootschappen". Sinds 2011 is hij hoogleraar Jaarrekeningenrecht aan ESL en als advocaat (counsel) verbonden aan Stibbe. De heer Hijink publiceert regelmatig over onderwerpen op het snijvlak van jaarrekeningenrecht, financieel toezichtsrecht en ondernemingsrecht. Hij is redacteur van het tijdschrift voor Jaarrekeningenrecht, vaste medewerker van het tijdschrift Ondernemingsrecht en zal de volgende druk bewerken van C.M. Grundmann-van de Krol's “Koersen door de wet op het financieel toezicht”. U kunt via het secretariaat (mw. Linda Olieman) telefonisch of per email een afspraak met Steven Hijink maken.
Mr. E.A.M. Huiskers-Stoop Esther Huiskers-Stoop studeerde Nederlands- en fiscaal recht aan de Universiteit van Amsterdam. Na haar studies werkte zij geruime tijd in de nationale- en internationale belastingadviespraktijk van KPMG Meijburg & Co in Amstelveen. Mr. Huiskers vervolgde haar loopbaan als advocaat in de fiscale procesen invorderingspraktijk bij Jaeger Advocaten-belastingkundigen in Amsterdam. Momenteel werkt zij als promovenda bij de Erasmus School of Law aan haar proefschrift over de effectiviteit van Horizontaal Toezicht voor de Nederlandse belastingheffing.
Het interessegebied van mr. Huiskers: In de veronderstelling dat de meeste bedrijven en instellingen maatschappelijke verantwoordelijkheid kunnen en willen dragen, zet de Nederlandse Belastingdienst sinds 2005 in op horizontaal belastingtoezicht (hierna: Horizontaal Toezicht). Bij Horizontaal Toezicht werkt de Belastingdienst op basis van wederzijds vertrouwen, begrip en transparantie samen met belastingplichtigen die bereid zijn om hun fiscale verplichtingen na te leven. In ruil voor vrijwillige en actuele verstrekking van fiscaal relevante gegevens krijgt de belastingplichtige snel zekerheid over zijn belastingpositie en valt de Belastingdienst de belastingplichtige niet lastig met veel tijd en aandacht vergende boekenonderzoeken en andere controlemaatregelen achteraf. Voorwaarde is dat de belastingplichtige zijn interne en fiscale beheersing op orde heeft.
Mr. Huiskers doet onder meer onderzoek naar het antwoord op de vraag of Horizontaal Toezicht voor middelgrote ondernemingen, in vergelijking tot het traditionele belastingtoezicht, leidt tot een betere naleving van belastingverplichtingen (betere compliance), snellere zekerheid over de belastingpositie,
15
minder fiscale compliancekosten (kosten om belastingverplichtingen na te leven) en een betere relatie met de Belastingdienst.
Onderwerpen binnen het interessegebied van mr. Huiskers zijn: -
De term ‘compliance’ komt uit het Engels en betekent letterlijk naleving. De feitelijke betekenis is afhankelijk van de context waarin het wordt gebruikt. Juridisch gezien gaat compliance over naleving
van
wettelijke
verplichtingen
en
fiscaal
gezien
over
naleving
van
belastingverplichtingen. Compliance heeft ook te maken met gedrag van in dit geval een belastingplichtige ondernemer. Hoe kan compliance voor belastingdoeleinden worden gedefinieerd? Ontwikkel een definitie voor fiscale compliance. -
Het ‘vertrouwen’ van de Belastingdienst in een belastingplichtige ondernemer is geen ‘blind’ vertrouwen zoals we dat kennen in persoonlijke relaties, maar een meer zakelijk ‘geïnformeerd’ vertrouwen, gebaseerd op de mate waarin de onderneming haar interne en fiscale beheersing (Tax Control Framework) op orde heeft. Hoe kan vertrouwen binnen de kaders van Horizontaal Toezicht worden gedefinieerd? Ontwikkel een definitie voor geïnformeerd vertrouwen.
U kunt via het secretariaat (mw. Linda Olieman) telefonisch of per e-mail (
[email protected]) een afspraak maken met mr. Huiskers.
Mr. drs. J. Kool RA Jan Kool studeerde bedrijfseconomie, accountancy en rechten aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hierna was hij werkzaam als openbaar accountant. Sinds 1997 is hij werkzaam bij Rabobank Nederland met als aandachtsgebieden accounting (IFRS), solvency, etc. Daarnaast heeft hij sinds 2010 zitting in de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ).
Dhr. Kool werkt meer dan 20 jaar als parttime docent bij de EUR. Eerst bij de Economische faculteit en inmiddels reeds vele jaren binnen de sectie Bedrijfseconomie bij de Master Financieel recht van de Erasmus School of Law. In de masteropleiding is hij de docent van het vak Financiële verslaggeving & analyse. Dhr. Kool begeleidt scripties op het grensvlak van vennootschapsrecht, jaarrekeningenrecht en economie. Eventuele onderwerpen voor scripties binnen het interessegebied van dhr. Kool zijn: - internationale en nationale ontwikkelingen op het gebied van accounting (IFRS en Dutch GAAP); - prudentieel toezicht bij financiële instellingen; - internationale en nationale ontwikkelingen op het gebied van bedrijfseconomie;
U kunt via het secretariaat (mw. Linda Olieman) telefonisch of per email een afspraak met de heer Kool maken.
16
Mr. K.A. Kralj Katharina Kralj studeerde ondernemingsrecht en burgerlijk recht aan de Rijksuniversiteit van Groningen. Zij is vervolgens werkzaam geweest bij onder andere de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en ING Bank. Ook is zij als docent verbonden geweest aan de sectie Business Law van de Universiteit van Tilburg. Thans is mevrouw Kralj als bedrijfsjurist werkzaam bij Kas Bank N.V. en daarnaast part-time verbonden aan Erasmus School of Law, als docent en onderzoeker.
Mevrouw Kralj begeleidt met name scripties op het gebied van het financieel toezicht, de Wet op het financieel toezicht (Wft). Zij is in het bijzonder geïnteresseerd in onder meer Europese ontwikkelingen in het financieel toezicht, de prospectusplicht, gebruik van voorwetenschap, openbare biedingen, zorgplicht, compliance en corporate governance. .
Als u bepaalde gedachten over een onderwerp hebt, of een stuk wilt bespreken, verdient het de voorkeur als u dat tijdig voor de afspraak aan haar per e-mail (
[email protected]) toestuurt. Ook kunt u via het secretariaat (mw. Linda Olieman) telefonisch of per email een afspraak met mevrouw Kralj maken.
Mr. dr. B.P.A. Santen Bernard Santen studeerde rechten en economie in Groningen. Hij was daarna werkzaam op de afdeling accounting van Dow Chemical (Nederland) B.V., voor de United Nations Industrial Development Organisation in Pakistan en sinds 1985 als advocaat. Vanaf 1 mei 2004 werkt hij parttime als universitair docent binnen de sectie Bedrijfseconomie. De heer Santen heeft promotieonderzoek naar het verband tussen corporate governance en financial distress verricht.
De heer Santen begeleidt scripties op het grensvlak van privaatrecht, vennootschapsrecht en economie. Daarbij kunt u denken aan: - de Europese ontwikkelingen op het gebied van venootschapsrecht - de nationale ontwikkelingen op het gebied van vennootschapsrecht - ontwikkelingen op het gebied van verslaggeving - bepaalde onderdelen van het faillissemenstrecht - corporate governance
U kunt telefonisch of per e-mail een afspraak maken met de heer Santen voor de scriptiebespreking. Als u bepaalde gedachten over een onderwerp hebt, of een stuk wilt bespreken, verdient het de voorkeur als u dat tijdig voor de afspraak aan hem per e-mail (
[email protected]) toestuurt.
17
Drs. S.M.C.R. Smit-Pott Sophie Smit studeerde economie aan de Universiteit Maastricht. In de periode 2001-2007 is zij projectleider geweest van sociaal-economische onderzoeken bij diverse overheidsorganisaties waaronder de Arbeidsinspectie en het Ministerie van SZW. Sinds 2008 is zij zich vooral gaan richten op de bedrijfsvoering van lagere overheden. Momenteel is zij actief als financieel consultant, organisatieadviseur en trainer bij meerdere (overheids)organisaties. Daarnaast is mw. Smit sinds april 2011 als promovenda verbonden aan de Erasmus School of Law voor één dag in de week. Het interessegebied van mw. Smit is: ‘Filantropie & de onderneming’. Eventuele onderwerpen voor scripties binnen haar interessegebied zijn:
Filantropie & bedrijfsethiek;
Filantropie & de verschillende rechtsvormen;
Filantropie & duurzaamheid;
Filantropie binnen en/of tussen de verschillende economische sectoren en Nederland.
U kunt per e-mail via
[email protected] een afspraak met mw. Smit maken. Zij is uitsluitend op vrijdag aanwezig tijdens kantooruren.
Dr. A.B.M. Soppe Aloy Soppe heeft economie gestudeerd in Groningen, is aandelenanalist geweest bij de AMRO bank en heeft enkele jaren valuta-adviezen gegeven via een eigen adviesbureau. In 1987 is hij in dienst getreden bij de vakgroep financiering en belegging van de economische faculteit van de Erasmus Universiteit Rotterdam. In 2001 stapte hij over naar de Erasmus School of Law. Zijn recente onderzoek richt zich voornamelijk op financiële duurzaamheid en ethiek. In 2006 is hij gepromoveerd op: Finance as an instrument to a sustainable company. Voor een overzicht van de publicaties kunt u kijken op: http://www.esl.eur.nl/profile/profiel_metis/1000927.
Elke dinsdagmiddag tussen 14.00 en 17.00 uur kunt u op afspraak (
[email protected]) bij hem binnenlopen om scriptiezaken te bespreken.
18
7.
Contactinformatie sectie Bedrijfseconomie
Inloop-spreekuur Elke scriptiebegeleider heeft op een vaste dag en op een vaste tijd spreekuur. U dient hiervoor van te voren telefonisch of per e-mail een afspraak te maken via het secretariaat of met de begeleider zelf. Naam
Kamer Tijden scriptieoverleg
Telefoonnummer en e-mailadres
Sectiehoofd prof. dr. A. de Bos RA
L4-26
010 - 408 1614
[email protected]
L4-41
010 - 408 1568
[email protected]
Opleidingscoördinator mw. mr. H.Y. Wu
Scriptiecoördinator dr. A.B.M. Soppe
L4-39
di. 15.00 - 18.00 uur
010 - 408 1349
[email protected]
drs. H. Breedeveld
L4-45
Op afspraak
010 - 408 2739
[email protected]
prof. dr. P.A.M. Diekman RA
L4-30
Op afspraak
010 - 408 1873
[email protected]
mr. R.J. de Doelder
L4-47
Op afspraak
010 - 408 2993
[email protected]
mw. mr. dr. J.G.C.M. Galle
L4-32
Op afspraak
010 - 408 2827
[email protected]
mr. drs. A.G. Gonesh
L4-47
Op afspraak
010 - 408 2993
[email protected]
prof. mr. S. Hijink
L4-30
Op afspraak
010- 408 1568
[email protected]
mw. mr. E.A.M. Huiskers Stoop
L4-37
Op afspraak
010 - 408 2757
[email protected]
mr. drs. J. Kool RA
L4-26
Op afspraak
06 - 10969610
[email protected]
mw. mr. K.A. Kralj
L4-51
Op afspraak
010 - 408 2402
[email protected]
mr. dr. B.P.A. Santen
L4-38
Op afspraak
010 - 408 2448
[email protected]
drs. S.M.C.R. Smit-Pott
L4-47
Op afspraak
010 - 408 2993
[email protected]
Scriptiebegeleiders
Secretariaat mw. L. Olieman-van Laviere
L4-41
010 - 408 1568
[email protected]
dhr. M.M.A. de Jong
L4-41
[email protected]
dhr. A. Potapov
L4-41
[email protected]
Student-assistenten
19
20