Schoolplan pcb Het Baken

Schoolplan pcb Het Baken 2011-2015

Pcb Het Baken Maria Danneelserf 18 2907 BD Capelle aan den IJssel Brinnummer 13yx

1

Voorwoord Het schoolplan is een document waarin de school haar beleidsvoornemens formuleert voor een periode van vier jaar. De overheid geeft scholen meer vrijheid voor eigen schoolbeleid op onderwijsinhoudelijk, personeels- en financieel beleid; de verwachting is, dat scholen hierdoor beter in staat zijn onderwijsvernieuwingen daadwerkelijk te implementeren op een manier die bij de eigenheid van de school past. Het ontwikkelen, uitvoeren en evalueren van beleid wordt dus meer en meer een taak van de school. De taak van de overheid verschuift duidelijk van 'voorschrijven vooraf' naar 'controleren achteraf'. Scholen zijn zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van hun onderwijs. Het schoolplan geeft ons een stimulans om het integraal schoolkwaliteitsbeleid beter vorm te geven. Kwaliteit is doen wat je belooft. Onder kwaliteitszorg verstaan we het proces waarin de school haar doelstellingen bepaalt, weet te realiseren en de kwaliteit ervan weet te bewaken. Het schoolplan, met als uitgangspunt het groeidocument, speelt een essentiële rol in een continu verbeteringsproces van de school, waarin gezamenlijk, geleidelijk en stapsgewijs wordt gewerkt aan het bereiken van de gestelde doelen. Telkens worden verbeteractiviteiten in verband gebracht met specifieke resultaten, zodat zichtbaar wordt welke activiteiten tot welke resultaten leiden. Het groeidocument wordt gebruikt als plannings-, evaluatie- en verantwoordingsdocument. In het schoolplan wordt regelmatig verwezen naar reeds bestaande documenten en regelingen. Alle documenten en regelingen zijn op school aanwezig. In hoofdstuk 3.4 wordt verwezen naar de vakgebieden en de bijbehorende methoden die we op school gebruiken. Uiteraard zijn deze ter inzage beschikbaar. Jaarlijks ontvangen de ouders onze schoolgids. Hierin worden zaken m.b.t. het schoolplan genoemd en zaken die voor ouders relevant zijn zoals lestijden, vakantierooster, groepsindeling, regels enz. Daarnaast moet de schoolgids ouders in staat stellen een verantwoorde schoolkeuze te maken. Wij vinden het als team belangrijk met de leerlingen en de ouders te werken in een school met een sfeer waarin ieder zich prettig en veilig voelt en waar de kwaliteit hoog in het vaandel staat. Ik hoop dat dit schoolplan een duidelijk beeld geeft van waar de school voor staat en welke ontwikkelingen we voor ogen hebben. Namens het team van pcb Het Baken C.H. Straver-Koning (directeur)

2

Inhoudsopgave

Voorwoord Hoofdstuk 1: Stichting PCPO Capelle-Krimpen 1.1.1 De organisatie 1.1.2 De aansturing 1.1.3 Beleidscyclus 1.2 Visie en missie 1.3 Beleid van de stichting 1.4 Onderwijs 1.5 Personeel 1.6 Middelen en huisvesting 1.7 Communicatie 1.8 Organisatie 1.9 Werking groeidocument 1.10 Bijlage: Handelingsgericht werken

Blz. 1 3 4 4 5 6 7 7 8 8 9 9 9 10

2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6

Hoofdstuk 2: Schoolbeschrijving Enkele feitelijke gegevens van de school Visie Missie Koersdocument SWOT-analyse Functies en taken binnen het team

12 12 13 13 15 16 16

3.1 3.2 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.3.4 3.4

Hoofdstuk 3: Kwaliteitsbeleid Kwaliteitsbewaking Zorgprofiel Bewaking voortgang ontwikkeling van de leerlingen Leerlingvolgsysteem Rapportage Stagnatie in de ontwikkeling Overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs Vakgebieden

17 17 20 22 22 23 24 25 26

4.1 4.2.1 4.2.2 4.2.3 4.2.4 4.2.5 4.2.6 4.2.7

Hoofdstuk 4: Beleid Groeidocument en borging Het Baken is resultaatgericht ‘Samen’ werken op Het Baken Leren in deze tijd Ieder kind is anders Je vak uitoefenen in een professionele cultuur Klant- en servicegericht Leeromgeving die stimuleert

28 28 30 34 36 37 42 44 48 53

5.1

Hoofdstuk 5: Documenten die als bijlage toegevoegd zijn in het schooldossier onder beleidsstukken Het koersdocument

3

5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8

Ondernemersplan Zorgplan Weer samen naar school Organisatienota Plan van aanpak R.I.& E. ICT beleid Formulier vaststelling schoolplan MR Formulier instemming schoolplan algemeen directeur

4

1. De Stichting PCPO Capelle – Krimpen 1.1.1 De organisatie PCPO Capelle – Krimpen is een stichting die protestants christelijke scholen beheert in de gemeenten Capelle aan den IJssel en Krimpen aan den IJssel. Het onderwijs op deze scholen is gebaseerd op christelijke grondslag. In de statuten van de stichting is dit als volgt verwoord: ‘de stichting aanvaardt als grondslag voor haar handelen de Heilige Schrift zoals door de eeuwen heen beleden is in de Protestants Christelijke kerken in Nederland’. Vanuit deze grondslag erkent de stichting de unieke waarde van elk individu en daarop is dan ook het onderwijs dat op de scholen gegeven wordt gebaseerd. De stichting ziet haar grondslag niet als exclusief, maar wel als bijzonder: de scholen die van de stichting uitgaan staan open voor alle ouders en kinderen die deze grondslag respecteren. Van de stichting gaan 7 scholen voor basisonderwijs uit en één school voor speciaal basisonderwijs. Vijf van de zeven scholen voor basisonderwijs én de school voor speciaal basisonderwijs, zijn gevestigd in Capelle aan den IJssel en twee scholen in Krimpen aan den IJssel. Op deze scholen gezamenlijk krijgen in 2011 ongeveer 2200 leerlingen les. De stichting is werkgever van ca. 200 medewerkers, die gezamenlijk 155 fte omvatten. Iedere school maakt deel uit van de maatschappelijke omgeving waarin deze is gevestigd. Daarom verschillen zij ook van elkaar. Deze verscheidenheid beschouwen we als onze kracht. Door de kracht van individuele scholen te bundelen en goede ideeën en initiatieven te gebruiken voor het collectief benutten de scholen deze verscheidenheid. PCPO kent een platte organisatiestructuur met een directe lijn tussen de individuele scholen en het College van Bestuur dat één lid telt. Het CvB en de scholen worden gefaciliteerd door een stafbureau, waarbinnen enkele beleids- en beheersfuncties hun plaats hebben gekregen. Het College van Bestuur vormt het bestuur van de stichting, dat het Directieberaad, bestaande uit alle schooldirecteuren, aanstuurt op basis van een reglement 1, de Raad van toezicht houdt toezicht op het bestuur. 1.2.1 De aansturing De Rvt stelt jaarlijks op voordracht van het Cvb de beleidskaders vast. In samenspraak met het Directieberaad stelt het Cvb het beleid vast. Het Cvb legt verantwoording af aan de Rvt over de tussentijdse resultaten van het gevoerde beleid. Dit gebeurt aan de hand van een door de Rvt opgesteld toezichtkader. Het Cvb draagt er zorg voor tijdig de benodigde informatie te verzamelen. Eens per kwartaal vullen de directies een overzicht in met relevante kengetallen voor alle beleidsgebieden. Na bespreking volgt de verwerking in een kwartaalrapportage, waarin is beschreven welke acties de schoolleiding onderneemt om de niet behaalde doelen te realiseren of welke nieuwe doelen behaald gaan 1

Het reglement Directieberaad maakt onderdeel uit van het managementstatuut behorend bij de uitvoering van de Wet Goed Onderwijs goed bestuur, 2011

5

worden. De resultaten komen in de vorm van een managementrapportage ter beschikking van de Rvt. Op schoolniveau rapporteren de leerkrachten eens per zes tot acht weken aan de directie welke doelen zijn gerealiseerd en voor welke onderdelen nadere acties nodig zijn. De directie voert aansluitend een kwaliteitsgesprek met de leerkracht. Vervolgens stelt de leerkracht de doelen voor de volgende periode vast. De aansturing van alle werknemers in de organisatie gebeurt volgens het principe van Sturend Coachen. 2 1.3.1 Beleidscyclus De scholen en de stichting werken volgens voor de beleidscyclus het INK model (zie afb. 1). De visie en de missie vormt het uitgangspunt voor het beleid. In 2010 hebben de scholen en de stichting onderzoek verricht naar de kansen en bedreigingen voor de organisatie. Deze uitkomsten zijn vastgelegd in het Ondernemingsplan 3, dat door de school en de stichting is opgesteld.

De SWOT analyse geeft aanwijzingen voor het te voeren beleid, zowel op stichtingsals op schoolniveau. De uitvoering van het beleid is beschreven in een groeidocument. Daarin staan de doelen (SMART geformuleerd), de acties en het tijdstip van realisatie. Eens per half jaar vindt een evaluatie plaats van de resultaten op grond waarvan een bijstelling van het groeidocument plaats vindt. Eens per maximaal drie jaar vraagt de directie van de scholen de mening van de ouders, de leerlingen en het personeel naar het functioneren van de organisatie.

2 3

Sturend Coachen, PCPO CK 2010 Ondernemingsplan PCPO CK bijgesteld in 2011

6

Deze waarderingsonderzoeken leveren informatie op welke daar waar nodig leiden tot een aanpassing van het beleid. De opbrengsten van het onderwijs vormen onderdeel van de managementrapportage. De stichting vindt het belangrijk dat het vastleggen van de resultaten meer systematisch gebeurt. Er is onderzoek gaande naar een zelfevaluatieinstrument dat, liefst gebruikmakend van bestaande informatiesystemen, snel inzicht biedt in de realisatie van de schooldoelen. Per augustus 2012 meten de scholen de eigen ontwikkeling aan de hand van een dergelijk instrument.

1.2 Visie en missie Stichting PCPO CK Stichting Protestants Christelijk Primair Onderwijs Capelle aan den IJssel en Krimpen aan den IJssel (afgekort Stichting PCPO Capelle – Krimpen) verzorgt aan ongeveer 2200 leerlingen basisonderwijs op zeven scholen en speciaal basisonderwijs op één school. De Stichting PCPO stelt zich ten doel onderwijs aan te bieden aan de leerlingen die zijn ingeschreven op de scholen, dat is gebaseerd op "de Heilige Schrift, zoals deze door de eeuwen heen is beleden in de Protestant Christelijke Kerken in Nederland" (Statuten artikel 2). Het wil de omgeving benaderen vanuit de waarden die in de Christelijke boodschap zijn verwoord. Dat doen we vanuit de zekerheid dat deze waarden kinderen en volwassenen tot goede burgers van onze samenleving maken. Deze waarden willen wij delen met anderen ongeacht hun geloofsovertuiging. Wij zijn van mening dat wat de Bijbel te bieden heeft goed is voor allen. De stichting wil haar scholen laten ontwikkelen tot dynamische organisaties die steeds nieuwe uitdagingen zoeken. De realisatie gebeurt op basis van vertrouwen in de wetenschap dat wederzijds respect onontbeerlijk is voor veranderingen. De scholen en de stichting nemen verantwoordelijkheid voor de te bereiken resultaten en communiceren dit met alle betrokkenen in de organisatie, de samenwerkende partners en de overheid. De omgeving kan de scholen en de stichting aanspreken op het niet nakomen van gemaakte afspraken. Personeel in dienst van de stichting is in staat deze opvatting op een open wijze naar de ouders te communiceren. De schoolorganisatie is daarom zo ingericht dat alle betrokkenen – werknemers, ouders, leerlingen en overheden - weten wat van elkaar verwacht wordt en elkaar aanspreken op het behalen van resultaten. Betrokkenheid vormt de basis waaruit scholen vertrekken om gemotiveerd leerlingen te begeleiden op weg naar vervolgonderwijs in de verwachting dat zij later als goed burger kunnen functioneren in de maatschappij.

7

Door in gezamenlijkheid te sturen op goede kwaliteit realiseert de organisatie het doel om leerlingen zover mogelijk te laten doorstromen naar het vervolgonderwijs. Mensen die op een goede wijze hun verantwoordelijkheid willen nemen, moeten goed toegerust zijn om de juiste beslissingen te nemen. Zij moeten onderwijs kunnen aanbieden van een zodanige goede kwaliteit dat onze kinderen zich maximaal kunnen ontplooien om optimaal te kunnen functioneren in het vervolgonderwijs. Dit stelt hoge eisen aan de leerkrachten op het gebied van vaardigheden om kinderen te kunnen ondersteunen in hun ontwikkeling. De Stichting biedt de mogelijkheid om leerkrachten in staat te stellen zich te ontwikkelen. Werknemers zijn elkaar tot steun in een gezamenlijk zoeken naar een schoolorganisatie die samen met de ouders de leerlingen helpen ontwikkelen tot mensen die op hun eigen manier gestalte geven aan de Christelijke waarden. Voor het bestuur geldt daarom: verantwoord onderwijs voor onze kinderen. 1.3 Beleid van de Stichting PCPO Capelle – Krimpen Het bestuur van de Stichting PCPO Capelle – Krimpen heeft op basis van het Ondernemersplan 2011 en het Bestuursformatieplan een aantal doelstellingen opgesteld voor de periode 2011 tot 2015. In de aanloop naar deze periode ziet het bestuur zich geplaatst voor een aanzienlijke bezuinigingsronde, die deels het gevolg is van de terugloop van het aantal leerlingen en deels door overheidsmaatregelen. De Stichting stelt de kwaliteit van het onderwijs als prioriteit. Daar waar deze voor verbetering vatbaar is stellen scholen plannen op die tot de gewenste veranderingen moeten leiden. Om het niveau van het onderwijs op pijl te houden of te verhogen zijn goede randvoorzieningen noodzakelijk. Deze hebben betrekking op voorzieningen voor het personeel, (financiële) middelen en een adequate huisvesting. In de plannen is voorzien om ook op deze gebieden maatregelen te nemen die moeten leiden tot verbetering. 1.3.1 Onderwijs CITO eindtoets De stichting stelt zich ten doel dat alle scholen voor basisonderwijs op of boven het landelijk gemiddelde scoren op de CITO eindtoets. Het is aan de afzonderlijke scholen te bepalen waar zij uiteindelijk uit willen komen. Uitstroom Leerlingen stromen uit naar zo hoog mogelijke vormen van voortgezet onderwijs. Voor de basisscholen geldt dat stichtingsbreed 70% van de leerlingen doorstromen naar Mavo of hoger. 90% van de leerlingen in het speciaal basisonderwijs gaan naar reguliere vormen van voortgezet onderwijs als dan niet met ondersteuning. Didactische aanpak In samenspraak met het samenwerkingsverband WSNS 39-03 zullen de scholen in 2015 werken op basis van de zeven principes van Handelingsgericht Werken 4. (bijlage 5.3.) 4

Zorgplan 2011-2015, WSNS 39-03, 2011

8

Pedagogische Aanpak Alle scholen beschikken over een genormeerd leerlingvolgsysteem dat de sociaalemotionele ontwikkeling voldoende in kaart brengt. Daardoor zullen de scholen geen leerlingen zien vertrekken als gevolg van pestgedrag. Het aantal klachten van ouders dat betrekking heeft op een aantoonbare onveilige situatie blijft beperkt tot 0. 1.3.2 Personeel Bekwaamheidsdossier • Alle leerkrachten voldoen aan de criteria beschreven in de Wet BIO. Hiermee bewaakt de stichting de professionele status van de leerkracht. Het daartoe te gebruiken informatiesysteem is daarvoor uiterlijk in 2012 operationeel. • Alle directeur zijn ingeschreven in het NSA register Gesprekkencyclus • De directie voert gesprekken met de werknemers op basis van de gesprekkencyclus zoals beschreven in de professionaliseringsnota. • De directie voert eens per zes tot acht weken gesprekken met de leerkrachten over de voortgang van het onderwijs in de groep Scholing • De leerkrachten beschikken in 2015 over voldoende vaardigheden om Handelingsgericht werken te kunnen realiseren • De werknemers scholen zich op basis van een Professioneel Ontwikkelingsplan dat onderdeel uitmaakt van de gesprekkencyclus Functiemix In 2014 heeft 32% van het aantal leerkrachten stichtingsbreed een LB functie Evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleiding Het bestuur van de Stichting PCPO Capelle-Krimpen zal ernaar streven om de verhouding man/vrouw binnen het management meer in overeenstemming te brengen met de verhouding man/vrouw binnen het personeel. Met behulp van enkele gerichte maatregelen wil het bestuur vrouwen de gelegenheid bieden zich te oriënteren op leidinggevende taken: - de medefinanciering van kinderopvang verder uit te breiden; - hen uit te nodigen deel te nemen aan kweekvijvertrajecten; - scholing en begeleiding aan te bieden die gericht zijn op managementvaardigheden; - hen uit te nodigen mee te solliciteren bij vacatures; - onderzoek te doen naar de mogelijkheid van duobanen; - hen te benoemen in voorbereidende functies in het middenkader - na het benoemen in een managementfunctie hen scholing en coaching aan te bieden 1.3.3 Middelen en Huisvesting Naast de gebruikelijke bedrijfsvoering op het gebied van middelen en huisvesting gelden aanvullend de volgende beleidsuitspraken Binnenklimaat De werkruimtes voldoen uiterlijk in 2014 aan de eisen rondom binnenklimaat (1000 ppm). De aanpassingen vinden plaats op basis van de beoordeling van een externe instantie.

9

Digiborden Uiterlijk 2012 beschikken de scholen over digitale borden op basis van daartoe ingediende plannen 1.3.4 Communicatie Eens in de maximaal drie jaar bevragen de scholen ouders, leerlingen en personeel naar de waardering van de school. De resultaten komen minimaal overeen met het landelijk gemiddelde 1.3.5 Organisatie Om na te gaan of de doelen uitgesproken in het groeidocument zijn gerealiseerd is een instrument nodig om de uitkomsten te evalueren. In 2012 beschikken alle scholen over een zelfevaluatie-instrument. 1.3.6 Werking van het groeidocument De scholen werken met een zogenaamd “groeidocument”. De school formuleert ongeveer zeven speerpunten van beleid en verwerkt deze in het groeidocument. De gedachte is om ontwikkeling van beleid te koppelen aan de uitvoering, waarbij de school zo nauwkeurig mogelijk aangeeft wat uiteindelijk gerealiseerd is en wat de volgende stappen zijn. Daarbij wordt rekening gehouden met kritische factoren die van invloed kunnen zijn op de realisatie, zoals bijvoorbeeld bepaalde omgevingskenmerken of ontwikkelingen die elkaar kunnen beïnvloeden. Aan de hand van een tijdpad bewaakt de school de actieplannen die voortvloeien uit het beleid. Eens per half jaar evalueert de directie de stand van zaken en aan het van het schooljaar maken directie en team de balans op. Daarna volgt de aanpassing van het groeidocument voor het nieuwe schooljaar. Op deze manier is dat het groeidocument steeds actueel.

10

1.4 Bijlage Handelingsgericht werken in de klas:

1. Ik denk, kijk en praat over wat een kind nodig heeft om de volgende stap te maken, de onderwijsbehoeften, en handel daar zoveel mogelijk naar.

1. Al onze activiteiten zijn erop gericht zicht te krijgen op wat dit kind nodig heeft en wat een positief effect heeft op het kind i.p.v. wat er mis is met dit kind. We benoemen de onderwijsbehoeften van de kinderen en vertalen dit naar een passend onderwijsaanbod. De methodes dienen daarbij als ondersteunend middel en niet als doel op zich.

2. Het afstemmen op kinderen zal ik als leerkracht moeten doen.

2. Ik reflecteer op mijn persoonlijke opvattingen omdat die bepalend zijn voor mijn handelen. Ik heb (en houd) de regie m.b.t. het organiseren en realiseren van passend onderwijs voor de kinderen in mijn groep, indien nodig in samenwerking met anderen. Ik ken mijn leerkrachtvaardigheden en neem initiatief om deze verder te ontwikkelen. Daarbij kan ik een beroep doen op collega’s en (externe) begeleiders.

3. Ik werk doelgericht en zoek naar richtinggevers voor mijn handelen, gebaseerd op wat het kind wél kan.

3. Ik heb zicht op de doelen die ik voor de komende periode met de verschillende kinderen wil bereiken. Ik reflecteer systematisch op de effecten van mijn onderwijsaanbod en aanpak. Mijn onderzoekende houding is vooral gericht op het vinden van aanknopingspunten voor mijn handelen om beter af te kunnen stemmen op wat de verschillende kinderen nodig hebben. Ik (en/of de I.B.) onderzoek (en) alleen wat ik nodig heb, om te kunnen bepalen wat ik moet gaan doen. Ik gebruik daarbij de als… dan redenering. Als we weten dat…. dan kunnen we besluiten tot…. Ik geef goed aan of de adviezen van anderen haalbaar zijn voor mij.

4. Ik werk vanaf het begin samen met het kind, de ouders, mijn collega’s en begeleiders.

4. Ik zoek vanaf het begin samen met het kind en de ouders, die ik als ervaringsdeskundigen zie, naar mogelijkheden om af te stemmen op het kind. Ik zie het kind als eigenaar van zijn eigen ontwikkeling en ga met hem of haar hierover in gesprek. Ouders zijn welkom op school en ik benadruk dat ouders en school een gemeenschappelijk belang hebben; het kind. Op basis van mijn begeleidingsvraag ga ik samen met interne/externe begeleiders op zoek naar het begrijpen en afstemmen op de onderwijsbehoeften van de

11

kinderen in mijn groep.

5. Ik kijk naar de wisselwerking tussen kinderen, hun ouders, hun groep en mijzelf en stem mijn handelen hierop af.

5. Ik kijk niet alleen naar “dit kind”, maar naar “dit kind, in mijn groep, in deze school en met deze ouders”. Ik richt me op de interactie (en de effecten daarvan) tussen het kind, medeleerlingen, mezelf en de ouders. Zo ben ik op zoek naar richtinggevers voor mijn handelen om tot een betere afstemming op (met) het kind te komen. Standaard aanpakken die voor alle kinderen, leerkrachten en ouders gelden bestaan niet, want elke situatie is uniek.

6. Iedereen heeft kwaliteiten. Ik ben op zoek naar mogelijkheden van kinderen, ouders en mezelf.

6. Ik ben op zoek naar positieve aspecten van kinderen, hun ouders en mezelf. Ik richt me met name op de positieve aspecten bij mijn handelen (wat kunnen dit kind en ik wel onder welke omstandigheden en wat hebben we hierbij nodig.) Ik benut deze positieve aspecten bij mijn aanpak en ga na hoe het werkt.

7. We werken systematisch en zijn open en duidelijk naar elkaar; kind, ouders, leerkracht en begeleiders.

7. We werken stap voor stap volgens een voor iedereen herkenbare werkcyclus met duidelijke beslismomenten. Het is duidelijk wie waarover beslist: het kind, de leerkracht, de school, de ouders. De beslissingen die we nemen zijn voor alle betrokkenen inzichtelijk en transparant: het is duidelijk waarom we die hebben genomen.

12

2. De school 2.1 Beschrijving van de school Naam Adres telefoon email website denominatie bestuur

Het Baken Maria Danneelserf 18 2907 BD Capelle aan den IJssel 010 4503015 [email protected] www.hetbakencapelle.nl protestants christelijk Stichting PCPO Capelle-Krimpen postbus 31, 2900 AA Capelle aan den IJssel mevr. C.H. Straver- Koning (directeur) en dhr. A.N. van Wettum

directie (coördinator) interne begeleiders mevr. M.A. Lollinga en mevr. M.L. Rexwinkel administratie Groenendijk Administratie BV Postbus 80, 3360 AB Sliedrecht

Het Baken ligt in de Capelse wijk Schollevaar, een wijk die ruim 30 jaar bestaat. De school wordt omringd door zowel koop- als huurwoningen. In de jaren '80 heeft de school een sterke groei doorgemaakt. Vanaf begin 1990 is het leerlingenaantal gestabiliseerd en medio jaren negentig daalde het aantal vanwege “vergrijzing” van de wijk. Vanaf 2007 is er een lichte groei. Het huidige leerlingaantal ligt rond de 210 leerlingen. De verwachting is dat het leerlingenaantal zal stabiliseren rond dit aantal. Het gebouw bestaat uit 10 leslokalen, waarvan er 9 gebruikt worden als leslokaal en 1 lokaal is ingericht voor de buitenschoolse opvang. De leerlingen komen voor het grootste deel uit Nederland, Suriname of de Nederlandse Antillen. Verder zijn er gezinnen waarvan de ouders bijvoorbeeld uit Turkije en uit niet Engelstalige landen komen. Een groot deel van de ouders heeft geen kerkelijke binding. Toch kiezen veel ouders voor onze school op basis van verschillende motieven. Voor een aantal is de christelijke identiteit belangrijk, voor anderen is het de goede naam van de school maar ook dat de school dichtbij is. Schollevaar is aangemerkt als ‘Community that cares’ wijk. Dat houdt in dat in de wijk acties inzet om kinderen en jongeren tussen de 0 en 23 jaar veilig te laten opgroeien. Voor Het Baken houdt dit in dat in groep 5 een sociale vaardigheidstraining wordt gegeven en dat voor de leerlingen van groep 6 en 7 huiswerkbegeleiding is gerealiseerd.

13

2.2 Visie Leren doe je samen Onze school is een lerende organisatie die vanuit een christelijke levensvisie onderwijs van hoge kwaliteit verzorgt. Kwaliteit is doen wat je belooft. De hoge kwaliteit is zichtbaar door de motivatie en de betrokkenheid van kinderen, leerkrachten en ouders. Tevens vormt resultaatgerichtheid een belangrijk uitgangspunt. 2.3 Missie Wij willen de kinderen op Het Baken een goede basis meegeven voor de toekomst. Religieuze identiteit Vanuit onze christelijke geloofsovertuiging streven wij na dat kinderen en leerkrachten respectvol en liefdevol met elkaar omgaan. We bevorderen een open houding ten aanzien van andere culturen en religies. Binnen dit kader geeft de school specifieke voorbeelden van de godsdienstige identiteit: - Vertellen van Bijbelverhalen én uitleg ervan. - Kinderen er op wijzen dat woord en daad bij elkaar horen. - Vieren van de christelijke feestdagen. - Verantwoordelijkheid dragen op (meegebracht) materiaal, bijv. boeken, video’s, tijdschriften. - Op een informatiegesprek met ouders en in de schoolgids wordt duidelijk aangegeven wat het christelijk aspect in de klas / op school betekent (bijvoorbeeld: bidden, bijbelles, vieringen, bezoeken van schoolkerkdienst en Paas- / Kerstviering) - Afspraken met ouders als zij zelf of als de kinderen zich hier niet aan houden. - Levenshouding komt tot uiting in stilstaan hoe we met elkaar omgaan. - Een goede Bijbelse geschiedenismethode, die voldoet aan de uitgangspunten van de doelen van het godsdienstonderwijs. - Via gebed en Bijbelverhalen een link leggen naar de praktijk van alle dag en aansluiten bij de belevingswereld van de kinderen. - Kringgesprekken over respect hebben voor het christelijk (en ander) geloof.

Pedagogisch klimaat Leren en vormen gaan samen, er is dus aandacht voor alle aspecten van de ontwikkeling. Betrokkenheid bij en contact met kinderen is belangrijk in het dagelijks werk van onze leerkrachten. De sfeer op school moet veilig en vertrouwd zijn. In zo’n werksfeer kunnen kinderen zich zo veelzijdig mogelijk vormen. Deze werksfeer komt o.a. tot stand door een goede samenwerking tussen leerkrachten en de kinderen en tussen kinderen onderling. Met en van elkaar leren vinden wij erg belangrijk. Dit is het beste te realiseren in een klimaat van orde, rust en gezelligheid. Kinderen moeten met plezier naar school gaan.

14

Aan respect, tolerantie en het voorkomen en bestrijden van pestgedrag wordt daarom ook veel aandacht besteed. Onderwijskundig klimaat Kennisoverdracht is belangrijk binnen onze school. Tussen kinderen bestaan grote verschillen in niveau en leerstijlen en niet ieder kind hoeft hetzelfde te kennen en te kunnen. Wij proberen elk kind in zijn of haar eigen waarde te laten en het de ruimte te geven die het nodig heeft. In principe bestaan de kleutergroepen uit combinatiegroepen van jongste (groep 1) en oudste kleuters (groep 2) en één instroomgroep van jongste kleuters. Daar wordt vanaf geweken als de leerlingenaantallen dit niet toelaten. Vanaf groep 3 zitten de leerlingen per leerjaar bij elkaar. Er worden ook in de hogere groepen wel combinatiegroepen gevormd, maar dat is dan meestal vanwege kleinere leerlingenaantallen of om formatietechnische redenen. Kinderen ontwikkelen zich zo breed mogelijk. Het interactief leren speelt daarbij een grote rol. Er wordt daarom veel waarde gehecht aan sociaal leren, betekenisvol leren en strategisch leren. Sociaal leren, wil zeggen door actief met de leerkracht en met elkaar samen te werken. Betekenisvol leren houdt in dat er zo veel mogelijk gezocht wordt naar activiteiten die zin hebben voor de kinderen, die kinderen aanspreken en te maken hebben met ‘echte’ situaties. Strategisch leren betekent dat kinderen methodes en manieren leren waarmee ze zelf problemen kunnen oplossen en die zij ook in andere situaties kunnen gebruiken. Vanuit het handelingsgericht werken komen we tegemoet aan de onderwijsbehoeften van de leerling. Het werken vanuit de ontwikkeling is in de kleutergroepen duidelijk zichtbaar in de vorm van de rijke spelhoeken en het werken vanuit thema’s. Het leren wordt op deze manier voor de kinderen dus heel betekenisvol gemaakt waardoor de kinderen heel erg betrokken zijn en de kans op leren groter is. Als team proberen wij de ontwikkeling van de kinderen goed te volgen en op tijd in te spelen op een eventuele vertraging of versnelling in die ontwikkeling. Dit doen wij door de kinderen goed te observeren, in interactie te gaan met de kinderen en door elk kind op zijn eigen niveau aan te spreken. Verder maken wij gebruik van een digitaal leerlingvolgsysteem. Ons onderwijs sluit aan bij alle vormen van het voortgezet onderwijs. Belangrijk is dat we bij iedere leerling zo hoog mogelijk inzetten en dat de leerling met zijn of haar mogelijkheden uiteindelijk terechtkomt in het voortgezet onderwijs waar hij/zij thuishoort.

15

2.4 Koersdocument In het koersdocument (zie bijlage 5.1) met als titel: ‘Leren doe je samen’ zijn de bovenstaande punten uitgewerkt in zeven richtinggevers: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Het Baken is resultaatgericht ‘Samen’ werken op Het Baken Leren in deze tijd Ieder kind is anders Je vak uitoefenen in een professionele cultuur Klant- en servicegericht Leeromgeving die stimuleert

Deze richtinggevers zijn bepalend voor het beleid in de komende jaren en zijn uitgewerkt in een beleidsbepalend groeidocument. (zie hoofdstuk 4) 2.5 SWOT- analyse De SWOT analyse, vanuit het ondernemersplan (zie bijlage 5.2 ), geeft het volgende beeld van de relatie tussen de school en haar omgeving, primair het gezin en de leerkracht:

• • • • •

• •

• • • •

Kansen (extern) Toename jonge gezinnen (afname vergrijzing) Samenwerking instroompartijen (kdv/psz) Subsidies: ‘community that cares’ wijk Actieve kerkelijke gemeente Sterkten (intern) Tevredenheidscijfers ouders en leerlingen liggen boven het landelijk gemiddelde Actieve MR/OR Transparantie vanuit de directie: gemeenschappelijke doelen; beleidsplan op leerkrachtniveau Actieve benadering instroom Vakbekwaamheid en motivatie leerkrachten Subsidie op kwaliteitsverbetering Lage uitstroom groep 8 t/m 2012

• •

• • • • • • • • • • •

Bedreigingen (extern) Leerlingenaantal neemt weer af Omgeving van de school (hangjongeren, buurtcentrum, snackbar) Buurschool heeft kleine groepen Peuterspeelzaal buiten de school Sociale omgeving leerlingen Zwakten (intern) Daling leerlingenaantal Daling score cito eindtoets Ligging en voorzieningen: slecht bereikbaar Omgang kinderen onderling Groepsgrootte Werkdruk leerkrachten Kennisontwikkeling leerlingen Ouderbetrokkenheid

16

Overige omstandigheden die de beleidskeuzes beïnvloeden. 1. Het leerlingenaantal en de score van de Cito-eindtoets staan onder druk. Verhoogd potentieel jonge gezinnen vertaalt zich niet voldoende in de aanwas van leerlingen. Daling instroom leerlingen en scores van de Cito-toets actief omzetten in stijging. 2. Daling van de tevredenheidscijfers van de leerlingen en de leerkrachten. Dit betekent dat leerlingen en leerkrachten minder tevreden zijn. Voor leerlingen gaat het o.a. om de speelmogelijkheden op het plein. Verder zijn de wereldoriëntatievakken niet boeiend genoeg en missen ze voldoende extra uitdaging. Bij de leerkrachten gaat het met name om de arbeidsomstandigheden en de personeelskamer. Het gedrag van de leerlingen en de grote groepen bepalen mede De arbeidsomstandigheden 3.Besturing van de school naar leerkrachtniveau. Dit betekent meer resultaatgericht werken, toekomstgericht werken (leerverwachting) en bijsturen. 2.6 Functies en taken binnen het team (zie bijlage 5.4 organisatienota) Het management van Het Baken bestaat uit een directeur en een coördinator. Zij zijn verantwoordelijk voor het beleid op school. De groepsleerkrachten zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de leerlingen. Zij richten zich voornamelijk op het lesgeven aan en het begeleiden van de leerlingen. De intern begeleider is het aanspreekpunt voor leerkrachten bij de begeleiding van leerlingen die zorg nodig hebben op leergebied en/of bij de sociaal-emotionele ontwikkeling. De vakleerkracht bewegingsonderwijs geeft twee maal per week les aan de leerlingen van groep 3 tot en met 8 en verzorgt de motorische screening voor de leerlingen van groep 2. De ICT-coach ondersteunt leerkrachten en leerlingen op het gebied van ICT. Remedial teaching wordt zoveel mogelijk binnen de groep gegeven door de leerkracht. Verder werken er op school een schoolassistent en een administratief medewerker. Zij ondersteunen de leerkrachten en de directie. De schoolmaatschappelijk werkster is via de stichting Kwadraad aan de school verbonden. Jaarlijks zijn stagiaires van de Pabo InHolland, Christelijke Hogeschool Ede (CHE) en het Albedacollege bij ons op school. De studenten van InHolland en CHE volgen de opleiding tot leerkracht. Zij worden begeleid door de groepsleerkracht en de bovenschoolse coach. De studenten van het Albedacollege volgen de opleiding tot onderwijsassistent of klassenassistent en lopen voornamelijk stage in de onderbouw. Zij worden begeleid door de groepsleerkracht. De studenten van de ALO (academie voor lichamelijke opvoeding) lopen stage bij bewegingsonderwijs. Zij worden begeleid door de vakleerkracht bewegingsonderwijs.

17

18

Hoofdstuk 3: Kwaliteitsbeleid 3.1 Kwaliteitsbewaking In de school lopen drie lijnen: 1. de lijn van de zorg voor de individuele leerlingen (zie zorgprofiel) 2. de lijn van de ontwikkeling van de groepen 3. de lijn van de ontwikkeling van de school. Voor elke lijn geldt de volgende cyclus:

De actoren verschillen per lijn. In de eerste lijn handelen leerkrachten en intern begeleiders. In de tweede en derde lijn handelt de directie. Uit de evaluatie komt informatie naar voren die gebruikt in het cyclisch proces, maar deze informatie wordt ook gebruikt bij het opstellen van beleid. De lijnen 1 De lijn van de zorg voor individuele leerlingen 2 De lijn van de ontwikkeling van groepen 3 De lijn van de ontwikkeling van de school

Actoren leerkracht IB-er leerkracht middenkader directeur directeur

Sturend Eindverantwoordelijk leerkracht directeur leerkracht directeur

directeur

directeur

De cyclus van werken met toetsresultaten kent verschillende vormen. 1 2 3

De lijnen De lijn van de zorg voor individuele leerlingen De lijn van de ontwikkeling van groepen De lijn van de ontwikkeling van de school

Actoren leerkracht IB-er leerkracht directeur IB-er directeur

Cyclus 1x per 8 weken 1x per 6 weken 3x per jaar

19

1. Individuele leerlingen De lijn van de zorg voor individuele leerlingen staat beschreven in het schoolplan onder zorgprofiel. 2. Groepen De lijn van de ontwikkeling van groepen komt voort uit de besturingsfilosofie waarin vastgelegd is dat we gericht zijn op prestatieverbetering. Sturen op resultaat is anticiperen op meetgegevens. In kwaliteitsgesprekken bespreken leerkrachten met hun directeur de behaalde resultaten en maken ze afpraken over acties in de komende periode.

Week 0 Week 6 Week 12 Week 18 Week 24 Week 30 Week 36

Resultaatdoelen naar aanleiding van groepsoverdracht Verantwoorden van resultaten Resultaatdoelen naar aanleiding van methodegebonden toetsen Verantwoorden van resultaten Resultaatdoelen naar aanleiding van methodegebonden toetsen Verantwoorden van resultaten Resultaatdoelen naar aanleiding van toetsronde januari/februari Verantwoorden van resultaten Resultaatdoelen naar aanleiding van methodegebonden toetsen Verantwoorden van resultaten Resultaatdoelen naar aanleiding van methodegebonden toetsen Verantwoorden van resultaten Resultaatdoelen naar aanleiding van toetsronde mei/juni Formuleren speerpunten voor eerste periode komend jaar

3. School De lijn van de ontwikkeling van de school komt voort uit de vraag van de inspectie en het bestuur om zicht te hebben op de kwaliteit van het onderwijs. De gesprekken worden gevoerd door middenkaderleden en de directeur aan de hand van de behaalde resultaten. De geïnterpreteerde resulaten leiden tot aanpassing acties en/of aanpassing op financieel, personeel en materieel beleid.

20

De volgende grafieken uit het leerlingvolgsysteem van ParnasSys zijn leidend bij de verschillende gesprekken.

1 2

De lijnen De lijn van de zorg voor individuele leerlingen De lijn van de ontwikkeling van groepen

3

De lijn van de ontwikkeling van de school

Grafieken Schoolafhankelijk Ontwikkelingsgrafieken groep Niveaugrafieken school Ontwikkelingsgrafieken school Niveaugrafieken school

21

3.3 Zorgprofiel Zorgverbreding heeft op Het Baken een hoge prioriteit. De rol van de groepsleerkracht staat bij de zorg aan de leerlingen steeds centraal. Deze wordt ondersteund door de intern begeleider. Verschillen tussen kinderen manifesteren zich in de prestaties van de leerlingen of de mate waarin de kinderen kans zien de (minimale) leerstof te beheersen en te begrijpen. De leerkracht heeft extra aandacht voor kinderen die dat nodig hebben. In de eerste plaats richt die aandacht zich op de kinderen die de leerstof minder snel begrijpen, maar ook kinderen die meer aankunnen krijgen extra aandacht. Het inspelen op de onderwijsbehoeften van de leerling zal de komende jaren een grote rol gaan spelen. Het model directe instructie wordt voornamelijk gebruikt bij de rekenlessen. Zorgniveaus Zorgniveau 1

Adaptief onderwijs en preventieve zorg

1.De leerkracht stemt het onderwijs af op de mogelijkheden van de leerling. Daarbij houdt de leerkracht zelf bij welke maatregelen hij/zij treft op dit niveau van zorg. Zodra een kind op het gebied van de ondersteuning en instructie meer dan gemiddelde hulp nodig heeft, een zorgleerling wordt, wordt de intern begeleider ingeschakeld. 2. Aanmelding bij de intern begeleider: De leerkracht heeft geconcludeerd dat de intern begeleider van school betrokken wordt bij de ondersteunings- en instructiebehoeften van deze leerling. De signaleringslijst wordt ingevuld en een afspraak gemaakt met de intern begeleider of de leerling wordt besproken in het tweemaandelijkse zorggesprek. Zorgniveau 2a: interne leerlingenzorg Leerlingen worden 3 keer per jaar besproken binnen school. Ook vinden er toetsen plaats en worden er hulpplannen opgesteld. Iedere school heeft een systeem van interne leerlingenzorg. De leerlingen die op zorgniveau 1 extra instructie en ondersteuning van de leerkracht kregen, maar desondanks niet voldoende vorderingen maakten, komen terecht in zorgniveau 2a. Nadat de leerkracht met behulp van de signaleringslijst de leerling schriftelijk heeft aangemeld, volgt een eerste leerlingbespreking waarvan verslag wordt gemaakt. Er kan een hulp- of handelingsplan worden opgesteld waaruit na evaluatie blijkt wat de extra ondersteuning en instructie heeft opgeleverd. Alle eerstelijns zorgmogelijkheden binnen de school zijn nu ingezet. Zo nodig wordt nu besloten een leerling over te laten gaan naar zorgniveau 2b.

22

Zorgniveau 2b: schoolgebonden externe leerlingenzorg Het zorgniveau 2a wordt uitgebreid met consultatie van externe deskundigen die door school zelf kunnen worden ingeschakeld. Nader diagnostisch onderzoek, een meer specifiek hulpplan, consultatieve besprekingen worden vastgelegd op daartoe ontworpen formulieren in het leerlingvolgsysteem van ParnasSys. De school maakt hier gebruik van externe hulp die binnen het netwerk van de school voor handen is. Op basis van bestaande contacten en vormen van hulp waar ouders/verzorgers al met hun kind gebruik van maken of laagdrempelige hulpverlening waar deze leerling mogelijk baat bij heeft wordt de ondersteuning en instructie verdiept en/of geïntensiveerd. Een van de functionarissen die binnen het samenwerkingsverband regulier beschikbaar is, is de consultatief begeleider. Deze is werkzaam vanuit de speciale school voor basisonderwijs en bezoekt volgens rooster op vaste tijdstippen de basisscholen. De taakomschrijving komt voor een belangrijk deel overeen met die van de ambulant begeleider. Verschil is dat eerstgenoemde regulier wordt ingezet en de ambulant begeleider wordt ingezet voor leerlingen die in de CCL zijn besproken. Heeft de geboden hulp niet het gewenste effect in combinatie met maatregelen binnen de school, dan gaat de leerling over naar zorgniveau 3A door de aanmelding van de leerling bij de centrale commissie leerlingen zorg. Zorgniveau 3: zorg onder samenwerkingsverband gebonden voorzieningen op bovenschools niveau. Binnen het samenwerkingsverband zijn op niveau van het samenwerkingsverband vormen van specifieke hulp en ondersteuning beschikbaar: maatschappelijk werk, consultatieve leerlingbegeleiding, ambulante begeleiding, logopedie, gedragsconsultatie; het zijn enkele voorbeelden. Advies aan en begeleiding van leerkrachten, ouders/verzorgers en kinderen na consultatie van externe deskundigen die op niveau van het samenwerkingsverband werken vindt via de CCL plaats. De beschikbare hulp moet immers gelijkelijk en naar behoefte op basis van dossiergegevens verdeeld worden. Een voorbeeld hiervan is de toekenning van tijd en inzet van de ambulant begeleider. Een aantal van de bij dit zorgniveau genoemde vormen van hulpverlening kunnen, afhankelijk van de mogelijkheden tot inzet, al dan niet worden verleend vanuit de CCL.(Centrale commissie leerlingenzorg). Zorgniveau 4: speciaal onderwijs Als de problemen omvangrijker zijn, kan de CCL adviseren om het kind in het speciaal onderwijs te plaatsen. Aanmelding bij de PCL volgt. Afhankelijk van de problematiek kan het kind direct geïndiceerd worden voor een vorm van speciaal onderwijs. Samenwerkingsverband Om ons onderwijs aan 'zorgleerlingen' te ondersteunen neemt onze school deel aan de Vereniging Federatief Samenwerkingsverband WSNS LEK EN IJSSEL, nummer 39-03.

23

Het beleid van het samenwerkingsverband is erop gericht de zorg naar de leerling te brengen in plaats van andersom. Daartoe is een zorgstructuur ingericht die het mogelijk maakt dat zoveel mogelijk leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. (zie bijlage 5.3 Zorgplan)

3.3 Bewaking voortgang ontwikkeling van de leerlingen 3.3.1 Leerlingvolgsysteem De leerlingen van de groepen 1 en 2 worden door middel van mijlpalen in hun ontwikkeling gevolgd. Hierbij worden allerlei aspecten van de ontwikkeling geobserveerd en genoteerd en wordt, indien nodig, extra stimulans gegeven op de nog te ontwikkelen gebieden. Voorbeelden van mijlpalen zijn bij taalontwikkeling het zogenaamde breken en bouwen van woorden. Het woordje bos wordt uitgesproken als b o s en de kinderen plakken dat aan elkaar. Bij gecijferdheid (rekenen) gaat het o.a. om tellen en getalbegrip. Bij spel o.a. om het samen spelen en het fantasiespel. Elke leerling heeft een eigen portfolio, waarin de ontwikkeling van de leerling gevolgd kan worden. In deze map zitten onder andere tekeningen, werkbladen en toetsresultaten Bij de overgang van groep 2 naar groep 3 krijgen de leerlingen een schriftelijk rapport mee. In groep 2 wordt de Cito-toets ordenen en taal voor kleuters afgenomen en vanaf groep 3 worden de vakken rekenen, technisch lezen en spelling één of meerdere keren per jaar systematisch getoetst via de Cito-toetsen. Vanaf groep 4 komt hier taal (woordenschat) bij en vanaf groep 5 begrijpend lezen. Halverwege groep 8 is de laatste toetsronde. Daarna volgt de Cito-eindtoets. De vorderingen van de leerlingen worden ook gevolgd met het afnemen van toetsen die bij de diverse methodes horen. Naast het cognitieve aanbod geven wij in alle groepen specifiek aandacht aan de sociale en emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Door gesprekken met kinderen aan de hand van de themalessen uit de methode “Kinderen en hun sociale talenten” streven wij ernaar de ontwikkeling van de persoonlijke groei van het kind te stimuleren. De thema’s (gericht op de sociale competenties) die 8 jaar lang in elke groep aan de orde komen zijn: – ervaringen delen – aardig doen – samenwerken en spelen – een taak uitvoeren – jezelf presenteren – een keuze maken – opkomen voor jezelf – omgaan met ruzie Observaties door de leerkrachten zijn hierbij van essentieel belang. Zij maken hierbij gebruik van SCOL (Sociale Competentie Observatie Leerlingen). Aan de hand van

24

een vragenlijst per leerling per competentie brengen zij het gedrag van de leerling en de groep in kaart. Dit gebeurt 1 keer per jaar. Gaandeweg de basisschool krijgen de leerkrachten inzicht in de ontwikkeling van het sociale emotionele gedrag van een kind en de groep waarin het kind zit. De leerkracht kan zo inspelen op de sociale emotionele ontwikkeling ten aanzien van een kind of groep wanneer er veranderingen optreden. Wij stellen ons tot doel de kinderen de vaardigheden en de attitude bij te brengen om een waardevol mens te zijn in onze samenleving. De groepsleerkracht en de intern begeleider spreken vier keer per jaar de toetsresultaten door en de sociaal- emotionele ontwikkeling van de leerlingen en beslissen samen welke leerlingen extra hulp zullen krijgen. Alle leerlingen die niet het gewenste niveau beheersen en alle leerlingen die met de Cito-toetsen een onvoldoende (D of E) scoren, krijgen extra hulp. Deze hulp wordt zoveel mogelijk in de les zelf gegeven door de eigen leerkracht. Bijvoorbeeld tijdens momenten van zelfstandig werken of door extra instructie tijdens de les of door gerichte aandacht. In enkele gevallen zal een kind individuele hulp krijgen. Met extra hulp kan ook worden gestart naar aanleiding van achterblijvende resultaten tijdens de dagelijkse lessen. Die hulp wordt in eerste instantie door de leerkracht in de klas gegeven en hiervoor wordt een zogenaamd hulpplan opgesteld. Na zes weken wordt het hulpplan geëvalueerd en op basis daarvan wordt een nieuwe beslissing genomen. Het hoeft hierbij niet altijd om leerachterstanden te gaan, maar ook om concentratieproblemen, gedragsproblemen, problemen met de motoriek, enz. De ouders worden over de extra hulp geïnformeerd. Alle rapportcijfers worden besproken door de groepsleerkracht, de directie en de intern begeleider. Bij het eerste en laatste rapport in een schooljaar vindt er een team-leerlingbespreking plaats. Hier wordt een deel van de zorgleerlingen besproken. Bij deze besprekingen zijn aanwezig: de intern begeleider, directie, eigen leerkracht en leerkracht(en) van het vorige of volgende schooljaar. Aan het einde van een schooljaar vult de leerkracht een overdrachtsdocument in voor de volgende leerkracht. In dat document worden van elke leerling de didactische en pedagogische aandachtspunten genoteerd en de overige opmerkingen die van belang zijn voor de ontwikkeling van het kind. De zorgleerlingen worden besproken aan het einde van een schooljaar met de nieuwe leerkracht(en). In de derde week van het nieuwe schooljaar vindt er een groepsbespreking plaats met de leerkracht van het vorige en het nieuwe schooljaar en de intern begeleider. 3.3.2 Rapportage De leerlingen van groep 1 krijgen geen schriftelijk rapport. Pas aan het einde van groep 2 krijgen de leerlingen de eerste schriftelijke rapportage. Dat betekent niet dat er verder geen gegevens van de leerlingen in groep 1 en 2 zijn. De leerlingen worden op verschillende momenten in het jaar uitvoerig geobserveerd aan de hand van observatielijsten. De resultaten van de observaties worden drie keer per jaar met de ouders doorgesproken. De leerlingen van groep 3 tot en met 8 krijgen drie keer per jaar een rapport en een overzicht van de resultaten van de afgenomen onafhankelijke toetsen, waaronder de 25

Citotoetsen. Tijdens de rapportgesprekken worden de vorderingen van de leerling met de ouders doorgesproken. Het digitale leerlingdossier is opvraagbaar voor ouders en de oudergesprekken worden genoteerd in ParnasSys. De ouders krijgen een exemplaar van het verslag. 3.3.3 Stagnatie in de ontwikkeling Indien de achterstand van een leerling te groot is geworden, zal er op basis van zowel cognitieve als op basis van sociaal emotionele kenmerken gekeken worden of een kind dat jaar doubleert. Bij een doublure proberen wij altijd een ononderbroken leerlijn te garanderen. Voor de kinderen in groep 4 met een vertraagde leesontwikkeling is er intensieve leesbegeleiding (tutorlezen en extra instructie) gedurende het gehele schooljaar. Wanneer er een vermoeden is van dyslexie dan wordt dat met ouders besproken. Dit houdt in dat het leesproces nader gevolgd gaat worden en op taalgebied zullen er indien nodig aanpassingen plaatsvinden. Dit kan in hogere groepen ook van toepassing zijn op het Engels en de wereldoriënterende vakken. Wij werken volgens een dyslexieprotocol. Hiervan worden de ouders/ verzorgers in kennis gesteld door de intern begeleider en de leerkracht. Een externe deskundige wordt geraadpleegd als er een dyslexieverklaring afgegeven moet worden. Wanneer een leerling op één bepaald vakgebied een achterstand heeft opgebouwd en het kind niet meer op dat gebied met de gemiddelde groep mee kan werken, kan er gekozen worden voor een eigen leerlijn. Dit houdt in dat de leerling op dat gebied een achterstand heeft en daarom aangepaste leerstof krijgt, terwijl het voor de rest van de leerstof gewoon met de groep meedoet. Voor deze leerling wordt een ontwikkelperspectief vastgesteld. De leerkracht en de intern begeleider formuleren het einddoel dat deze leerling aan het eind van de basisschool moet behalen. Aan de hand van gestelde tussendoelen wordt het traject geëvalueerd en eventueel bijgesteld. Voor leerlingen met motorische-, spraak-, leer- en gedragsproblemen is het moeilijker een vastgestelde route uit te stippelen. Belangrijk is deze leerlingen goed te observeren en in te spelen op hun ontwikkelingsniveau en eventueel een eigen leerlijn vast te stellen. Voor enkele leerlingen maken wij gebruik van leerlinggebonden financiering. Om deze leerlingen goed te begeleiden, wordt er samengewerkt met de Onderwijsbegeleidingsdienst, SBO De Balans, het Bavo Europoort, Stichting Pameijer, GGD (schoolarts), ambulant begeleiders van rugzakleerlingen, fysiotherapeuten, psychologen, logopedistes en schoolmaatschappelijk werk.

26

3.3.4 Overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs Op de rapportbespreking in november krijgen de leerlingen en de ouders een voorlopig advies voor het voortgezet onderwijs. In januari worden de leerlingen van groep 8 en hun ouders uitgenodigd voor een adviesgesprek. Zij krijgen dan het schriftelijk het advies voor het voortgezet onderwijs overhandigd. Hierbij wordt gekeken naar kennis en inzicht van de leerstof. Daarnaast spelen factoren als zelfstandigheid, concentratie, doorzettingsvermogen, nauwkeurigheid en motivatie een belangrijke rol. In februari wordt de onafhankelijke Cito-eindtoets afgenomen. 3.4. Vakgebieden Godsdienst Het Baken is een christelijke school die openstaat voor iedereen die zich thuis voelt bij onze manier van leven en werken. Elke schooldag wordt geopend en beëindigd met een gebed of een lied. Enkele malen per week wordt er uit de bijbel verteld. Zo veel mogelijk wordt er een link gelegd naar de actualiteit. Hierbij zijn een aantal uitgangspunten van belang: mensen mogen steunen op God, mensen verdienen waardering, mensen hebben respect voor elkaar en de natuur. Door Jezus is er weer hoop voor alle mensen. In groep 1 en 2 wordt in chronologische volgorde een keuze gemaakt uit de verhalen uit het Oude en Nieuwe Testament. Vanaf groep 3 t/m 8 werken we met de methode Kind op Maandag. De tweede zondag in oktober organiseren wij een schoolkerkdienst samen met de Ontmoetingskerk. Het Kerstfeest en het Paasfeest wordt afwisselend om het jaar in de kerk met ouders of op school gevierd. Taal ‘Vroeger’ was taalonderwijs vooral gericht op foutloos schrijven. Natuurlijk proberen we de kinderen nog steeds foutloos te leren schrijven, maar we besteden ook aandacht aan het spreken en luisteren. De kinderen leren ook verhalen schrijven en presentaties houden. Vanaf groep 6 wordt er apart aandacht besteed aan ontleden en werkwoordspelling. In groep 1 en 2 zijn de kinderen op allerlei manieren bezig met taal. Zo is er veel aandacht voor boeken en verhalen. Wordt er gewerkt aan allerlei vaardigheden die kinderen later nodig hebben bij het leren lezen in groep 3, zoals het leren lezen en schrijven van letters, het zelf vertellen van verhaaltjes naar aanleiding van boeken, rijmen en het herkennen van klanken. En is er natuurlijk veel ruimte voor spreken en luisteren tijdens de kringgesprekken en het werken in de hoeken. In groep 3 wordt gewerkt met de methode Veilig leren lezen en vanaf groep 4 werken de leerlingen met de methode Taaljournaal. Rekenen In groep 1 en 2 begint het rekenen met tellen, liedjes, begrippen en vormen leren. Vanaf groep 3 tot en met 7 gebruiken wij de nieuwe (derde) versie van de methode Pluspunt. In groep 8 wordt nog gewerkt met de oude versie van Pluspunt. In het schooljaar 2012-2013 werkt ook groep 8 met versie 3 van Pluspunt.

27

Kinderen krijgen inzicht in getallen, leren optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Het memoriseren en automatiseren van getallen tot en met 20 en de tafels van 1 tot en met 10 worden geleerd volgens een vastgestelde leerlijn vanaf groep 1. Breuken, procenten, maten, gewichten, grafieken, tijd en geld komen aan de orde. Daarbij is het vooral belangrijk dat kinderen leren deze begrippen toe te passen in dagelijkse situaties. Lezen In groep 1 en 2 zijn de kinderen bezig met allerlei vaardigheden die voorwaardelijk zijn voor het uiteindelijke leren lezen, zoals het leren lezen en schrijven van verschillende letters, rijmen en het herkennen van klanken. In groep 3 staat het proces van het leren lezen centraal. Er wordt gewerkt met de taal/leesmethode Veilig leren lezen. Een methode waarin de kinderen op een leuke manier bezig zijn met het leren lezen. Er zijn veel activiteiten die kinderen samen doen en er is ook veel aandacht voor het werken in hoeken. Vanaf groep 4 wordt er naast technisch lezen ook aandacht besteed aan begrijpend en studerend lezen. De kinderen leren teksten na te vertellen, vragen te beantwoorden, hoofd- en bijzaken te onderscheiden en teksten samen te vatten. Voor het voortgezet technisch lezen wordt gewerkt met de methode Leestheater en voor begrijpend lezen met de methode Lezen in beeld. Het plezier in lezen is daarbij heel belangrijk en er wordt in alle groepen bijna dagelijks motiverend gelezen. De kinderen mogen regelmatig hun eigen boek/tijdschrift kiezen. Schrijven In groep 1 en 2 wordt al begonnen met het stempelen, kleien en tekenen van letters. Voor het voorbereidend schrijven wordt gebruik gemaakt van Schrijfatelier. In groep 3 beginnen de kinderen met het ontwikkelen van hun eigen handschrift. In groep 3 tot en met 8 wordt gewerkt met de methode Novoscript. Wereldoriëntatie Onder wereldoriëntatie vallen de vakken aardrijkskunde, biologie, geschiedenis en verkeer. Bij het vak Aardrijkskunde leren de kinderen allereerst hun eigen woonomgeving en later Nederland, Europa en de wereld kennen. Naast kaartbegrip leren ze ook hoe de mensen leven en werken. Vanaf groep 5 werken we met de methode Hier en Daar. Bij het geschiedenisonderwijs worden belangrijke historische feiten en gebeurtenissen behandeld. Vanaf groep 5 werken we met de methode Bij de Tijd. Het vak biologie leert de kinderen over de natuur, het menselijk lichaam en techniek. Techniek is een vast onderdeel van het lesprogramma. In groep 3 werken we met de methode Natuurlijk, vanaf groep 4 gebruiken we de methode Leefwereld. Bij verkeer is het belangrijk dat kinderen veilige verkeersdeelnemers worden. Ze leren verkeersregels, borden en inzicht krijgen in het verkeer. Vanaf groep 3 werken we met de methode Wijzer in het Verkeer. In groep 7 wordt het landelijk verkeersexamen afgenomen.

28

Engels De Engelse taal wordt veel gebruikt in de Nederlandse samenleving. In groep 7 en 8 leren de kinderen met de methode Take it Easy het vak Engels. Zij kunnen zich dan op een eenvoudige manier in het Engels uitdrukken. Expressie Naast de wekelijkse lessen tekenen, muziek en handvaardigheid besteden we ook aandacht aan dramatische expressie. Elke groep heeft jaarlijks een workshop theater, dans of muziek. Regelmatig organiseren we crea-middagen. Alle groepen krijgen één of twee tekenlessen van mw. Erna Daalman. Deze serie lessen wordt afgesloten met een expositie aan het einde van het schooljaar. Voor de expressievakken maken we gebruik van de methode Moet je doen. ICT De informatie- en communicatietechnologie spitst zich toe op het omgaan met computers. Wij beschikken daarvoor over een netwerk met ruim 20 computers. Al in groep 1 wordt de computer ingezet. Het doel van computeronderwijs is verschillend. Wij willen de kinderen vertrouwd maken met de werking en de mogelijkheden van de computer. Verder wordt deze ingezet bij de ondersteuning van lessen. Hiervoor zijn aparte programma’s aangeschaft. Vanaf groep 5 is er een aparte ICT-lijn. De leerlingen werken dan zelfstandig aan de volgende onderwerpen: - Groep 5: Werken met Word. - Groep 6: Omgaan met internet. - Groep 7: Het maken van een werkstuk. - Groep 8: Het maken van een Powerpoint-presentatie. In groep 3 tot en met 8 wordt gewerkt met het digitale schoolbord. De software behorende bij de methodes voor rekenen, taal en lezen wordt op het digitale schoolbord en op de computers toegepast. Bewegingsonderwijs Leerlingen leren nog beter te bewegen door middel van sport- en spelactiviteiten. Hierinworden de kinderen begeleid door de (vak)leerkracht. Niet alleen het vergroten van debewegingsmogelijkheden staat centraal, maar ook de samenwerking, fair play, inzet endoorzettingsvermogen. De kleuters gymmen in het speellokaal onder leiding van hun eigen leerkracht. De groepen 3 t/m 8 krijgen in principe twee keer per week 45 minuten les in de gymzaal van de vakleerkracht. Leidraad voor de lessen bewegingsonderwijs is het "Basisdocument"van de SLO, samen met het "Werkboek Bewegingsonderwijs". Voor de praktijk wordt o.a. het boek "Basislessen bewegingsonderwijs" van Van Gelder e.c. gebruikt.

29

Hoofdstuk 4 Groeidocument 2011-2015 Het Groeidocument is opgezet conform de 7 richtinggevers die voortgekomen zijn uit de teambijeenkomst aan het begin van het schooljaar 2008 -2009. Het document zal de komende schooljaren als leidraad van het voorgenomen beleid gelden. Dit als sturend element voor onze organisatie. Tussentijds zal worden gekeken hoe de stand van zaken is en waar nodig meer aandacht aan moet worden besteed, wat eventueel bijgesteld moet worden, maar ook welke acties zijn afgerond. Dit document komt dus met regelmaat aan de orde op de teamvergadering. De jaarlijks terug te keren onderwerpen worden opgenomen in een bijlage bij het groeidocument. Het Ondernemersplan en het plan van aanpak Risico Inventarisatie en Evaluatie zullen deel uitmaken van het groeidocument. De 7 richtinggevers zijn: 1. Het Baken is resultaatgericht. 2. ‘Samen’ werken op Het Baken 3. Leren in deze tijd. 4. Ieder kind is anders. 5. Je vak uitoefenen in een professionele cultuur. 6. Klant- en servicegericht. 7. Leeromgeving die stimuleert. Ondernemersplan: De drie pijlers zijn: 1. Leerlingenaantal stabiliseren/ verhogen (richtinggever 6) 2. werkklimaat leerkrachten (richtinggever 5 en 7) 3. resultaten cito-toetsen op het landelijk gemiddelde (richtinggever 1 totaal, 2, 3 en 4)

30

Risico Inventarisatie en Evaluatie De drie pijlers zijn: 1. schoolplein (richtinggever 7) 2. werkklimaat lokalen (richtinggever 7) 3. veiligheid in en rondom de school (richtinggever 7)

Borging Het groeidocument wordt elk kwartaal met het team en de Medezeggenschapsraad besproken. De beleidsonderwerpen voor het schooljaar 2011-2012 worden in een apart document gezet. Deze onderwerpen worden per kwartaal gerangschikt. Aan het begin van het kwartaal worden de onderwerpen vastgesteld in een teamvergadering. Aan het eind van het kwartaal worden de onderwerpen geëvalueerd en de onderwerpen die afgehandeld zijn overgezet naar een borgingsdocument met vaststaand beleid. Per half jaar worden de geborgde onderwerpen besproken in een teamvergadering. Per schooljaar worden nieuwe onderwerpen toegevoegd

31

4.2.1 Het Baken is resultaatgericht Onderwijskundig beleid Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

checklist

1.1. Reken verbeter traject

De resultaten van het rekenonderwijs zijn conform het gestelde ambitieniveau, zoals vermeld in het plan van aanpak van het rekenverbetertraject. De prestaties liggen op een vergelijkbaar niveau met andere scholen.

De leerlijnen voor automatiseren/memoriseren voor groep 1 t/m 8 zijn vastgesteld.

De resultaten van de toetsen zijn op de 80% norm. De rekentijd is 5 uur per week voor groep 3 t/m 8. Elke ochtend een rekenles van 50 minuten en elke middag 10 minuten herhaling / automatiseren/ memoriseren. Oefenen met taalgebruik bij de Cito-rekentoets

Analyseren van toetsresultaten en uitwerken aanbevelingen.

2011-2015 Om de 6 weken

borgen

De ondersteuning aan de leerling wordt vastgelegd als onderwijsbehoefte d.m.v. hulpzinnen.

2011-2012

Directie en team Team en schoolbege leider IB/ directie/ team

1.2 Uitstroom VO groep 8

De leerlingen worden verwezen naar de vorm van VO die past bij hun ontwikkelingsperspect ief.

Er wordt gewerkt met de nieuwe methode Pluspunt van groep 3 t/m 7 Kast met rekenmaterialen inrichten voor groep 1 en 2

De uitslag van de entreetoets groep 7 is verwerkt in het onderwijsaanbod in groep 8. (in groep 8 is de uitslag van de entreetoets van groep 7 leidend voor de inhoud van het onderwijs)

De kast met rekenmaterialen is ingericht aan het eind van het schooljaar 2011-2012

Rekenmaterialenkast groep 1/2

De uitslag van de Citoeindtoets ligt rond het landelijk gemiddelde van 535.

Analyse op leerlingen Groepsniveau teneinde de individuele leerling naar een voor hem/haar passende vorm van VO te geleiden. In groep 8 is de uitslag van de

2011-2012

Leer krachten

Q1 20112015

IBleerkracht Directie

Q1 2012

Q3 2011

32

Borgen beleid

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

Het opstellen van een groepsplan voor rekenen, taal, begrijpend lezen en studievaardigheden.

Augustus 2011

IB/ leerkracht

entreetoets van groep 7 leidend voor de inhoud van het onderwijs.

1.3 Doorstroom groep 2 naar groep 3

Er is een onafhankelijke toets voor de leerlingen van groep 2.

In maart/april wordt de citotoets taal en rekenen voor kleuters afgenomen.

20% A score 40% B score 25% C score 15% D/E score

In de toetsplanning de citotoets opnemen.

Q1 Q2 maart-april 2011- 2015

IB/ directie/ leerkrach ten groep 2

1.4 Effectief leerkracht gedrag.

De tijd ingeroosterd voor de hoofdvakken rekenen, (begrijpend) lezen en taal beslaat meer dan 60% van het rooster.

De rekentijd volgens het rooster afstemmen op de behoeften van de leerlingen. Er wordt gewerkt met het model directie instructie.

Het rooster wordt voor 90% gevolgd.

Werken met het model directe instructie en invoeren van een oefenmoment/ verlengde instructie/ leerstrategieën toepassen.

2011 - 2015

Leerkracht / IB/directie

Directie/IB

Kwaliteitskaart rekenen implementeren/ toepassen 1.5 Bewaking van kwaliteit

Het management houdt zicht op kwaliteit.

Er wordt gewerkt met het rapportageformulier.

De leerkracht vult het formulier in volgens een vast format.

1. Een planning opstellen met kwaliteitsgesprekken 2.Het voeren van

2011-2015 Om de zes weken

directie

33

checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

2011-2015 om de zes weken

directie en leerkracht

kwaliteitsgesprekken

2011-2012 om de zes weken

directie en leerkracht

Zorggesprekken

Vier keer per jaar

leerkracht IB

kwaliteitsgesprekken

2012-2013

directie en leerkracht

kwaliteitsgesprekken per periode 3. evaluatie 4. borging

1.6 Verbeteren van kwaliteit van het onderwijs proces.

Het verbeteren van de resultaten per kind en per groep.

1.7 Formuleren van SMARTI doelen. (HGW)

De ontwikkeling van de leerling en de groep is geformuleerd in SMARTI-doelen; Specifiek Meetbaar Acceptabel Realistisch Tijdgebonden Inspirerend

Voor de directie is inzichtelijk hoe onderwijs en zorg, t.a.v. verbetering van kwaliteit gestalte krijgt.

Toename vaardigheidscores per kind en per groep.

In de groepsplannen en de planning staan de doelen SMARTI geformuleerd.

1. Groep 3 t/m 8: In de groepsplannen en in de planning voor rekenen staan de doelen SMARTI geformuleerd. Groep 1 en 2: In de groepsplannen en in de planning voor woordenschat staan de doelen SMARTI geformuleerd.

1. voeren kwaliteitsgesprek 2. cito groepsoverzichten bespreken op vaardigheidscores

2. Groep 3 t/m 8: In de groepsplannen en in de planning voor lezen en spelling staan de doelen SMARTI geformuleerd. Groep 1 en 2: In de groepsplannen en in de planning voor rekenen staan

Zorggesprekken

leerkracht IB

34

checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

kwaliteitsgesprekken

2013-2014

Zorggesprekken Plan van aanpak woordenschat.

Q3 2011

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

de doelen SMARTI geformuleerd. 3. In de groepsplannen en in de planning staan de doelen SMARTI geformuleerd. 1.8 Taal ontwikkeling

1.9 Lezen

De taalontwikkeling in groep 1 en 2 is op/boven het vastgestelde ambitieniveau. Het technisch leesniveau ligt op het vastgestelde ambitieniveau

Plan van aanpak opstellen voor het vergroten/verbeteren van de woordenschat.

Plan van aanpak opstellen voor het vergroten/verbeteren van het technisch lezen in groep 3 t/m 8

20% A score 40% B score 25% C score 15% D/E score 20% A score 40% B score 25% C score 15% D/E score

Bestemmingsbox € 500 Plan van aanpak technisch lezen. Onderzoek naar afname leestoetsen groep 3 t/m 8.

september Q3 2011

directie en leerkracht leerkracht IB Leerkrachten IB

Leerkrachten/IB

IB

35

checklist

4.2.2 'Samen' werken op Het Baken Onderwijskundig beleid Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

2.1 Groep 1 en 2

De manier van werken in groep 1 en 2 gebeurt op dezelfde wijze.

Het ontwerpschema wordt voor 90% gevolgd.

Op de bouwvergaderingen als agendapunt terug laten komen

Bouwvergaderingen 2011-2015

Directie, IB, leerkrachten groep 1 en 2

2.2 Samenwerkend leren

De leerlijn samenwerkend leren wordt uitgevoerd volgend de richtlijnen.

De werkwijze is vastgelegd in kaders, waar binnen de leerkracht eigen inbreng heeft en 80% volgens de vastgestelde kaders wordt ingevuld. Elke leerkracht maakt een planning voor het trainen van de vaardigheden volgens de leerlijn.

In de planning “samenwerkend leren” activiteiten noteren.

2011-2015

Leerkrachten /coördinator

2.3 Verhalend ontwerpen

Verhalend ontwerpen toepassen.

De cyclus “verhalend ontwerpen” is opgenomen in het jaarplan.

Elke leerkracht traint per jaar de vaardigheden zoals vastgelegd in de planning, passend bij de leeftijdsgroep, waarbij de werkvormen zijn gekoppeld aan de leerlijn. Minimaal 1 x per jaar een cyclus verhalend ontwerpen uitvoeren.

Q3 2011- 2015

Leerkrachten 1-4

2.4 Onderzoeks groepen

Onderzoeksgroepen toepassen.

De cyclus “onderzoeksgroepen” is opgenomen in het jaarplan.

Minimaal 1 x per jaar een cyclus onderzoeksgroepen uitvoeren.

In een bouwvergadering bespreken en plannen. In een bouwvergadering bespreken en plannen.

Q3 2011-2015

Leerkrachten 5-8

Het tweejaarlijkse project is een onderzoeksgroep Tijdens bouwvergaderingen ideeën uitwisselen.

2012-2013 2014-2015

2.5 Inzetten ogo

Inzetten van het ogoconcept op onze school.

Er wordt bij elke start van een les bewust actie ingezet die de betrokkenheid van kinderen genereert.

Elke les is herkenbaar door een vooraf afgesproken vaste structuur.

2011-2015

Leerkrachten 3-8

36

checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

Studiemiddag

2013-2014

Stuurgroep HGW/ leerkrachten

Per week twee lessen volgens het ogo-concept in groep 3 t/m 8. 2.6 Samenwerken met leerlingen (HGW)

De leerlingen worden betrokken bij het formuleren van hun leerdoelen.

Het leerdoel met de leerling formuleren door het stellen van de juiste vragen en het opstellen van een plan van aanpak.

In 80% van de hulpplannen is de mening van de leerling genoteerd.

37

checklist

4.2.3 Leren in deze tijd Onderwijskundig beleid Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

3.1 Geletterdheid en gecijferdheid in groep 1 en 2 3.2 Ontwikkelingsmateriaal groep 1 en 2

De methode Ik en Ko voor taal en rekenen is opgenomen in de leerlijnen van groep 1 en 2. Er wordt gewerkt met een meerjarenplan voor het ijken van het ontwikkelingsmateriaal.

De manier van werken met de methode ligt vast.

De methode wordt voor 100% conform de afspraken gebruikt.

Planning gebruik methode.

Q3 2011 Bouwverga dering

IB/leerkracht en 1/2

Het meerjarenplan is ontwikkeld incl. de inventarisatie van het aanwezige ontwikkelingsmateriaal.

Het ontwikkelingsmateriaal wordt volgens de vastgestelde kaders binnen het meerjarenplan aangeschaft en vervangen.

In bouwvergaderingen het plan opstellen.

Q3 2011

Directie/leer krachten 1/2

3.3 Motoriek

Er wordt gewerkt volgens de leerlijn fijne motoriek groep 1/2.

De leerlijn en de activiteiten verbonden aan het voorbereidend schrijven (= leerlijn) zijn vastgelegd.

De methode wordt voor 100% conform de afspraken gebruikt.

Q3 2011

IB/leerkracht en1/2 directie

3.4 Bewegings onderwijs

Er wordt gewerkt volgens de methode bewegingsonderwijs groep 1 en 2.

De leerlijn voor het bewegingsonderwijs in groep 1 en 2 ligt vast volgens de kaders die voldoen aan de Kerndoelen van het basisonderwijs.

De methode wordt voor 80 % conform de afspraken gebruikt.

In de bouwvergadering van de onderbouw de leerlijn en de activiteiten voor het voorbereidend schrijven vastleggen. Onderzoek naar het gebruik van een methode.

Q3 2011

IB/leerkracht en 1/2 /vakleer kracht

Schematisch werken volgens de vastgelegde lijn voor werkwoordsspelling.

Bij de CITO scoren: A: 25% B: 25% C: 35% D: 15%

Q3 2011 Bouwverga dering

Leerkrachten groep 5-8

3.5 Werkwoordspelling

Er wordt gewerkt volgens de leerlijn werkwoordspelling (groep 5 t/m 8).

€ 200,In de bouwvergaderingen evalueren van de werkwijze.

38

checklist

4.2.4 Ieder kind is anders Onderwijskundig beleid Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

4.1 Een zelfde lijn van gr. 1 t/m gr. 8 t.a.v. de sociaal emotionele vorming

Iedereen heeft het recht zichzelf te zijn, zolang anderen er maar geen schade van ondervinden. In alle klassen wordt gewerkt met een methode sociaal emotionele vorming.

Alle groepen werken volgens de 8 thema’s die aangeboden worden in de methode Kinderen en hun sociale talenten.

De 8 thema’s komen in het schooljaar aan bod.

2011-2015

leerkrachten /directie

We hanteren SCOL om het gedrag van leerlingen en de groep in kaart te brengen en in te spelen op de behoeften van de kinderen en de groep.

De leerlingen/ groep scoren op de 80% norm.

Gebruik van SCOL en de methode 2 keer per jaar aan de orde te laten komen in de teamvergadering/ bouwvergadering. SCOL afname in toetskalender zetten Icoon op bureaublad

Q2 2011

Er wordt gewerkt volgens stappenplan voor het realiseren van passend onderwijs d.m.v. handelingsgericht werken.

Het aantal klachten en/of misverstanden over de begeleiding van zorgleerlingen neemt af en er gaan geen kinderen van school daardoor.

Er zijn geen klachten over passend onderwijs. Er gaan geen kinderen om die reden van school.

Doorlopen Plan Do Check Act (PDCA)cyclus.

Q2 20112014

De onderwijsbehoeften van de leerling zijn bepalend voor het handelen van de leerkracht.

De 7 uitgangspunten van HGW in het groeidocument verwerken: 1. De onderwijsbehoeften staan centraal. 2. Afstemming en wisselwerking. 3. De leerkracht doet ertoe. 4. Het positieve benutten.

De 7 uitgangspunten van HGW staan in het groeidocument vermeld.

1.7 4.9 4.8 4.10 4.7 2.6 5.5 5.6 6.3

2011-2014 2011-2014 2011-2012 2011-2013 2012-2013 2013-2014 2011-2015 2011-2015 2011-2015

4.2 Handelings gericht werken

Stuurgroep HGW

39

checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

De werkwijze hoe om te gaan met kinderen met een vertraagde/versnelde ontwikkeling is opgesteld, geïmplementeerd en geborgd.

Q3 2011

IB/ leerkrachten directie

2011-2015

IB/ leerkrachten groep 2 en 3

5. Samenwerken 6. Doelgericht werken 7. Systematisch en transparant.

4.3. Procedures voor de begeleiding van leerlingen

De school heeft de procedure vastgesteld en geïmplementeerd voor de begeleiding van leerlingen met een vertraagde of met een versnelde ontwikkeling en handelt naar deze procedure.

Handelingsgericht werken wordt ingevoerd in het schooljaar 2011-2012 volgens een van tevoren vastgesteld implementatietraject van 4 jaar.

Aan het begin van het schooljaar 2011-2012 is het plan van aanpak voor de implementatie gereed.

De organisatie handelt naar zorgniveau 1 en 2 zoals vastgesteld in het zorgplan.

80% van de leerlingen wordt volgens de procedure begeleid.

Hierbij staan de onderwijsbehoeften centraal. 4.4 Doublures groep 3

Het aantal doublures in groep 3 is minimaal.

Voldoen aan het landelijk gemiddelde.

Doublures in groep 3 terug brengen tot het landelijk gemiddelde van ongeveer 2 à 3 %.

Voorbereiding op groep 3: Taalstimulering in groep 1-2 Citotoets: Taal voor kleuters groep 2 In groep 3:

40

checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

4.5 Overgangs normen groep 2/3 4.6 Huiswerk begeleiding

De overgangsnormen van groep 2 naar groep 3 vastleggen

De normen vastleggen.

De overgang gaat volgens de vastgestelde normen

De leerlingen van groep 6 t/m 8 die moeite hebben met huiswerk ondersteuning bieden na schooltijd, waardoor de prestatie van de individuele leerling omhoog gaat.

De aanpak van huiswerk wordt verbeterd en de cijfers en de individuele resultaten gaan omhoog.

De individuele leerlingen scoren minimaal een voldoende op het huiswerk dat zij opkrijgen. De agenda is op de juiste wijze ingevuld.

4.7 Protocol kindermishandeling

Er is een protocol aanwezig voor het handelen bij een vermoeden van kindermishandeling. Dit protocol wordt door alle leerkrachten nageleefd. Bij de analyse van de onderwijsbehoeften worden alle aspecten van de leerling gewogen.

Er is een protocol opgesteld met een implementatieplan. Het protocol wordt door alle leerkrachten nageleefd.

De leerkracht kan de onderwijsbehoeften van de leerlingen benoemen en verwerken in een groepsplan.

4.8 Afstemming en wisselwerking (HGW)

4.9 Werken met groepsplannen (HGW)

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

zorgverbreding Normen vastleggen

Q1 2012

IB/Leerkrach ten/Directie

Borgen huiswerkbegeleiding.

Q4 2011

directie

Er wordt gewerkt volgens het vastgestelde protocol kindermishandeling: meldcode kindermishandeling en Sisa

Meldcode kindermishandeling en signaleren in Sisa implementeren

Q3 2011

Alle vastgestelde aspecten worden gewogen, teneinde de kindgerichte aanpak te kunnen kiezen.

In 80% van de hulpplannen is gewerkt volgens het format.

Minimaal twee groepsbezoeken plannen. Format opstellen.

2012-2013

Het opstellen van en werken met een groepsplan d.m.v. hulpzinnen.

1. Bij rekenen wordt in groep 3 t/m 8 gewerkt met groepsplannen. 80% van de hulpplannen voor rekenen is een groepsplan.

1. Groepsplannen opstellen voor rekenen in groep 3 t/m 8.

Bij groep 1 en 2 zijn 80%

Groepsplannen

1. 20112012 Studie middag in november 2011 en februari

Boven schools: preventie medewerker directie IB leerkrachten Stuurgroep bestaande uit directie,leer krachten en IB Directie IB Team stuurgroep

41

checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

van de hulpplannen voor woordenschat groepsplannen.

opstellen voor woordenschat in groep 1 en 2.

2012.

2. Groep 3 t/m 8:80 % van de hulpplannen voor lezen en spelling is een groepsplan. Groep 1 en 2: 80 % van de hulpplannen voor geletterdheid is een groepsplan.

2. Groepsplannen opstellen voor lezen en spelling.

2. 20122013

3. Groepsplannen opstellen.

3. 20132014

1.Oefenen in bouwvergadering. Studiemiddag

1. 20112012

3. 80 % van de hulpplannen is een groepsplan. 4.10 Positieve kenmerken (HGW)

4.11

Positieve kenmerken van de leerling benoemen.

Elke leerkracht gebruikt de

1.Het taalgebruik in een verslag is objectief en positief.

1.In 100% van de verslagen van gesprekken staan positieve kenmerken.

Format gespreksverslag opstellen. 2. Oefenen in bouwvergadering.

2. 20122013

2. Positieve aspecten in een groepsplan noteren.

2. In 100% van de groepsplannen staan positieve aspecten van de leerling.

3. Gericht zoeken naar sterke kanten en interesses van de leerling, de groep, de school, de leerkracht en de ouders. Gebruik van

3. In 100% van de groepsplannen staan positieve kenmerken

3. Oefenen in bouwvergadering.

3. 20132014

De overdracht van de

Groepskaart

2011-2012

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

Leerkracht IB stuurgroep

IB

42

checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Formulieren (HGW)

zelfde formulieren om de ontwikkeling van leerlingen en de groep in kaart te brengen.

overdrachtsdocument.

leerlingen gebeurt via het overdrachtsdocument.

ParnasSys aanpassen.

Gebruik groepsoverzicht.

In de zorggesprekken wordt gebruik gemaakt van het groepsoverzicht.

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

Overdrachtsdocument invoeren.

Q2 2012

IB/ Leerkrachten

Opstellen groepsoverzicht

2012-2013

IB

43

checklist

4.2.5 Je vak uitoefenen in een professionele cultuur Personeelsbeleid Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

5.1 Functiemix

Er is een gezonde functiemix door de aanwezigheid van leerkrachten in de LB schaal.

Maximaal 40% van de leerkrachten is aangesteld in een LB schaal.

Per jaar 10% van de leerkrachten benoemen in de LB functie, met een maximum van 40% in vier jaar.

Werving en selectie.

2011-2015

directie

5.2 Scholing leer krachten ICT

Elke leerkracht beheerst de minimumdoelen ICT in 2012

Elke leerkracht beheerst basisvaardigheden ICT die behoren bij de minimumdoelen.

Leerkrachten beheersen: Basiskennis van Windows Software programma's van hun eigen groep, Internet, Email en ParnasSys/ digibord (90% schooljaar 2010-2011; 100% schooljaar 2011-2012) Website

Uitvoeren van een nulmeting.

Q2 2012

Individuele scholing naar behoefte. (ParnasSys)

2011-2012

ICT coördinator/ directie Leerkrachten

Scholing digibord.

Q3 2011 Q1 2012

Leerkrachten ICT-coach

Per schooljaar 2 leerkrachten scholen op het gebruik van de website/ groepspagina Werken met het model directe instructie en invoeren van een oefenkwartier/ moment.

2011-2015

ICT-coach leerkrachten

2011-2015

Leerkracht / ib

5.3 Effectief leerkracht gedrag staat borg voor hoog onderwijs

Leerkrachten geven effectief en efficiënt les.

De beschikbare tijd afstemmen op de onderwijsbehoeften en het prestatieniveau van de leerlingen.

De resultaten van de niet methode gebonden toetsen verbeteren met 10% op de vaardigheidsscores van de leerlingen.

44

checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

5.4 Bekwaamheids dossier

De leerkracht houdt zijn professionaliteit bij volgens de wet BIO

De leerkracht legt een bekwaamheidsdossier/ portfolio aan

90% van de uren deskundigheidsbevordering worden ingezet per schooljaar.

Tijdens functioneringsgesprekken wordt het portfolio besproken.

2011-2015

Directie Leerkrachten

5.5 POP (HGW)

De leerkracht kan zijn eigen onderwijsbehoeften formuleren.

De leerkracht schrijft een POP voor de implementatie van HGW.

Format opstellen POP-gesprekken Intervisie

Q3 2011 2011-2015

directie Directie leerkrachten

5.6 Intervisie (HGW)

De leerkracht benut de kennis en vaardigheden van collega’s.

Bouw- en teamvergaderingen

2011-2015

leerkrachten

5.7 Vergaderen

De vergaderingen zijn effectief.

In de bouw- of teamvergadering wordt aan het begin een onderdeel van HGW besproken. Er wordt gewerkt met een agenda en tijdsplanning.

Minimaal één onderdeel van het Persoonlijk ontwikkelplan is handelingsgericht. Elke leerkracht brengt minimaal één keer een onderwerp voor intervisie in per schooljaar. De agenda wordt voor 90% gevolgd. De vergadering mag maximaal 5 minuten uitlopen.

Per maand een team- en een bouwvergadering, afwisselend op dinsdag en donderdag.

Zie vergaderschema jaarplanning

directie

checklist

rendement

Aantal vergaderingen: 9 x teamvergadering 10 x bouwvergadering

Vergader schema vo 2010-2011 vastgesteld

Voorstel; 2011-2012 Per maand team- en 1 bouwverga ering

De onderwerpen worden gekoppeld aan het groeidocument. In de jaarplanning wordt het schema opgenomen.

45

4.2.6 Klant- en servicegericht De ouder doet ertoe. Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

6.1 Betrokkenheid ouders /school

De ouders voelen zich gehoord en gewaardeerd.

Oudertevredenheid.

De score op de oudertevredenheidspeiling op het onderwerp ouderbetrokkenheid is minimaal een 8

Oudertevredenheids peiling uitvoeren.

Q1 2012

Directie

Er is een klankbordgroep ter ondersteuning van de directie.

Gesprekken tussen klankbordgroep en directie.

De klankbordgroep bestaande uit twee ouders per groep heeft vier keer per jaar een gesprek met de directie.

Klankbordgroepbijeenkomsten plannen

2011-2012

Directie/LB leerkracht ouderbetrokk enheid

Er worden kijkochtenden aangeboden aan de ouders/verzorgers.

De school biedt per groep de ouders de gelegenheid om een les van hun kind(eren) bij te wonen.

De ouders kunnen een les bijwonen, die door minimaal 50% van de ouders wordt bezocht.

In de jaarplanning de kijkmaand opnemen. De leerkrachten bepalen zelf in die maand op welke momenten ouders een les kunnen bijwonen.

Februari 2012

Team/ directie

Ouders hebben de mogelijkheid om een ouderavond te organiseren voor en door ouders.

Ouderavonden voor en door ouders.

De ouders plannen (indien gewenst!) twee keer per jaar een informele ouderavond.

Beschikbaar stellen van de ruimte. De klassenouders benaderen zelf de ouders.

2011-2015

Klassenouders

46

checklist

Onderwerp

6.2 Informatie avond

6.3 Transparante communicatie (HGW)

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Er zijn klassenouders

De groep heeft een aantal klassenouders per groep.

De groep heeft twee klassenouders die losgekoppeld kunnen worden van de Ouderraad

Aanstellen/ benaderen van ouders die in een duobaan klassenouder worden, bestaande uit een OR-lid en een andere ouder.

De opzet van de informatieavond is zodanig dat de ouders betrokken zijn.

Het percentage ouders dat de informatieavond bezoekt.

De informatieavond aan het begin van het schooljaar wordt bezocht door minimaal 70% van de ouders.

In een teamvergadering aan het eind van het schooljaar dit onderwerp agenderen. Informatie over de leergebieden schriftelijk verstrekken. (rekenen) De informatieavond wordt verspreid over drie avonden.

Q3 2011

Hanteren van een open wijze van communiceren. Ouders en leerkrachten gaan respectvol met elkaar om.

Het aantal klachten die bij de directie neergelegd worden en de communicatie betreffen.

De directie krijgt geen klachten over de communicatie met leerkrachten.

Bij vooral zorg- en probleemgesprekken voor beide partijen duidelijke afspraken te maken. (Niet in welles / nietes te belanden, maar probleemoplossend te handelen)

Q3 2011studiedag September

Q3 2011

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota. Leerkracht/ OR-lid

Team/ directie/MR/ OR

Q4 2011

Team/ directie/ Ouders en Coo

47

checklist

Onderwerp

6.4 Website

Doel

De website is een middel om te communiceren met ouders/leerkrachten/ belangstellenden.

Prestatie

In hoeverre haalt men informatie van de website.

Norm

Van elke groep wordt minimaal één keer per maand een stukje tekst en foto´s op de website geplaatst. 75% van de nieuwe aanmeldingen komt aan informatie via de website. De digitale informatie vervangt de schriftelijke informatie.

Actiepunten

Tijdpad

De ouder benaderen als ervaringsdeskundige Scholing voor het plaatsen van tekst en foto´s op de website Tijdpad uitzetten. Navragen bij informatiegesprek

2011-2015

Het mededelingenblad wordt digitaal verzonden. Op de mededelingenborden hangt een exemplaar.

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota. leerkrachten

2011-2015

Leerkrachten ICT-coach

2011-2015

Directie

2011-2012

Directie

2012-2013

Directie

2011-2012

leerkrachten

De brieven worden zo veel mogelijk digitaal verzonden. De schoolkrant is vervangen door de groepspagina’s.

6.5 Voortgangs gesprekken

In een gesprek tussen ouder en leerkracht is er inbreng van beide partijen.

De ‘tien minuten’ gesprekken gaan niet alleen over de cijfers.

De inbreng van ouder en leerkracht is 50/50 in een gesprek.

De schoolkrant wordt digitaal d.m.v. groepspagina’s.

1. invoeren van een kennismakingsmoment aan het

2013-2014

Q3 2011

Leerkrachten

48

checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

2. De voortgangsgesprekken verspreiden over twee avonden.

2011-2012

Leerkrachten

3. Bij tussentijdse instroom een gesprek na vier weken.

2011- 2015

leerkrachten

1. Enquête opzetten. 2. Enquête uitvoeren 3. Besluit schooltijden/rooster.

Q3 2011 Q4 2011 Q1 2012

Directie/MR Directie/MR Directie/MR

begin van een schooljaar.

6.6 Schooltijden/ continurooster

Onderzoek bij ouders en leerkrachten naar de wensen rondom de schooltijden/ continurooster.

Een enquête opzetten en uitvoeren over de schooltijden/ continurooster.

Q1 2012 is bekend welke schooltijden/ rooster de school vanaf augustus 2012 hanteert.

49

checklist

4.2.7 Leeromgeving die stimuleert Onderwijskundig en middelenbeleid Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

7.1 Digibordlessen

Het digibord wordt effectief ingezet in de lessen.

Bij de wereldoriëntatievakken wordt het digibord ingezet.

Bij de wereldoriëntatievakken wordt het digibord structureel ingezet.

De leerkrachten van groep 5 t/m 8 bespreken de digibordlessen in de bouwvergaderingen.

2011-2015

ICT-coach Leer krachten groep 5, 6 en 7

Het digibord wordt ingezet bij alle wereldoriëntatievakken.

Overlegmomenten en implementatie leerkrachten groep 5 t/m 8

Q3 2011- Q2 2012

Leer krachten groep 5 t/m 8

Het digibord wordt ingezet bij de lessen

Bij 90% van de lessen wordt gebruikt gemaakt van het digibord.

Overlegmomenten en implementatie leerkrachten groep 3 t/m 8

Q 3 2012Q 2 2015

ICT-coach Leer krachten groep 3 t/m 8

Effectieve en voldoende bruikbare software rekenmethode t.b.v. digibord.

Het besluit over de aanschaf van de software is genomen (na uitgebreid testen).

De rekencoördinator en de leerkrachten van groep 5, 6 en 7 testen de software.

Q3 2011

Aanwezigheid van ruimtes waar kinderen extra ondersteuning kunnen krijgen.

In de school is een ruimte waar individuele of groepjes leerlingen ondersteuning krijgen.

Ruimtes creëren in de school.

Q3 2011

Rekencoördinator Leerkrachten groep 5, 6 en 7 Leerkrachten/ directie

De voormalige

Augustus

7.2 Software methodes

7.3 Ruimtes

De software voor het digibord die bij de rekenmethode hoort wordt bekeken op effectiviteit en bruikbaarheid. Er zijn ruimtes waar kinderen extra ondersteuning kunnen krijgen.

50

Checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

personeelskamer wordt ingericht als ruimte voor extra ondersteuning.

2011

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

7.4 Software

Softwaregebruik in de groep is effectief.

Effectieve softwareprogramma’s die op de juiste wijze wordt ingezet.

In elke groep is een lijst met softwareprogramma´s. De werkwijze is vastgelegd, geïmplementeerd en geborgd.

In de planning wordt het gebruik van de software programma’s aangegeven.

Q3 2011 jaarlijks ijken

Leerkrachten ICT-coach

7.5 Methode geschiedenis

Methode voor geschiedenisonderwijs voldoet aan de kerndoelen en leerlijnen.

Een nieuwe methode voor geschiedenisonderwijs.

Keuze voor de methode voor geschiedenis (conform de kerndoelen en de leerlijnen) is gemaakt.

Oriëntatie op een methode voor geschiedenis.

2011- 2012

Werkgroep/ directie

7.6 Methode muziekonder wijs 7.7 Methode begrijpend lezen

Er is beleid op muziekonderwijs.

Een methode of een plan van aanpak voor het vak muziek.

De methode/ plan van aanpak voldoet aan de kerndoelen en de leerlijnen.

2011-2012

Werkgroep/ directie

Methode voor begrijpend lezen voldoet aan de kerndoelen en leerlijnen.

Een nieuwe methode voor begrijpend lezen kiezen.

Groep 4 t/m 8 werkt volgens de richtlijnen van de methode.

2011-2012

Leer krachten

7.8 Methode

Er is beleid op handvaardigheid volgens

Een methode of een plan van aanpak voor het vak

De methode/ plan van aanpak voldoet aan de

2011-2012

Leerkrach ten/ directie

€ 5000,Een werkgroep schrijft een plan van aanpak voor het vak muziek. methode voor begrijpend lezen invoeren in groep 4 t/m 8 in bouwvergaderingen gebruik methode bespreken. € 4000,Oriëntatie op een methode/ beleid

51

Checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

Handvaardig heid 7.9 Techniek

de kerndoelen en leerlijnen. Techniekonderwijs is een geïntegreerd onderdeel van het lesaanbod

handvaardigheid

kerndoelen en de leerlijnen.

Techniekmiddag en technieklessen in de planning opnemen

Q1 2012

Leerkrach ten/ directie

7.10 Methode rekenen

De methode Pluspunt is ingevoerd in groep 3 t/m 8

Invoeren Pluspunt

In elke groep worden 4 technieklessen gegeven volgens de vastgestelde leerlijnen. Groep 3 t/m 8 werkt volgens de leerlijnen van de methode.

voor handvaardigheid techniekmiddag

Invoeren groep 7 Invoeren groep 8

2011-2012 2012-2013

Leerkrach ten/ IB

7.11 Methode Nederlandse Taal

Methode voor Nederlandse taal voldoet aan de kerndoelen en leerlijnen

Een nieuwe methode voor Nederlandse taal kiezen.

Keuze voor de methode voor Nederlandse taal (conform de kerndoelen en de leerlijnen) is gemaakt.

Oriëntatie op een methode voor Nederlandse taal.

2012-2013

Leerkrach ten/ directie

7.12 Methode Voortgezet technisch lezen

Methode voor voortgezet technisch lezen voldoet aan de kerndoelen en leerlijnen

Een nieuwe methode voor voortgezet technisch lezen kiezen.

Keuze voor de methode voor voortgezet technisch lezen (conform de kerndoelen en de leerlijnen) is gemaakt.

Oriëntatie op een methode voor Voortgezet technisch lezen.

2012-2013

Leerkrachten/ directie

7.13 Methode verkeer

Methode voor verkeer voldoet aan de kerndoelen en leerlijnen

Een nieuwe methode voor verkeer kiezen.

Keuze voor de methode voor verkeer (conform de kerndoelen en de leerlijnen) is gemaakt.

Oriëntatie op een methode voor verkeer

2012-2013

Leerkrachten/ directie

7.14 Methode biologie

Methode voor biologie voldoet aan de kerndoelen en leerlijnen

Een nieuwe methode voor biologie kiezen.

Keuze voor de methode voor biologie (conform de kerndoelen en de leerlijnen) is gemaakt.

Oriëntatie op een methode voor biologie

2014-2015

Leerkrachten/ directie

7.15 Methode schrijven

Methode voor schrijven voldoet aan de kerndoelen en leerlijnen

Een nieuwe methode voor schrijven kiezen.

Keuze voor de methode voor schrijven (conform de kerndoelen en de leerlijnen) is gemaakt.

Oriëntatie op een methode voor schrijven

2014-2015

Leerkrachten/ directie

52

Checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

7.16 Methode Engels groep 7/8

Methode voor Engels Take it Easy is ingevoerd in groep 8

Invoeren Take it Easy

Groep 7 en 8 werkt volgens de richtlijnen van de methode.

Implementatie in groep 8

2011-2012

Leerkrachten

7.17 Methode Engels groep 5/6

Besluit over Engels voor groep 5 en 6.

Oriëntatie op Engels in groep 5 en 6

Q3 2011 Q1 2012

Directie Leerkrachten MR

7.18 Schoolplein

Het schoolplein is voor leerlingen en ouders veilig en goed toegankelijk.

Het schoolplein veilig en gebruiksvriendelijk maken

Aan het eind van het schooljaar 2011-2012 is besloten of in groep 5 en 6 Engels als vak ingevoerd wordt Er zijn geen klachten over de staat van het schoolplein.

Q3 2011

Directie/ Schoolassis tent

7.19 Werkklimaat leslokalen

7.20 Veiligheid

De leslokalen hebben een optimaal werkklimaat voor leerlingen en leerkracht.

De veiligheid van de leerlingen en leerkrachten waarborgen.

De klimaatbeheersing in de leslokalen is volgens de norm

De school voldoet aan de veiligheidseisen van de brandweer en de Arbowet.

De co2 meting is volgens de normen. Er zijn geen klachten over het klimaat in de leslokalen.

Bij controles worden geen zaken opgemerkt die niet in orde zijn.

€ 2000,1. Oriëntatie op de mogelijkheden. 2. Behoeftepeiling bij ouders 1. Boomwortels weghalen en tegels egaliseren. 2. afdekken zandbak 3. spellen schilderen 4. schuren schilderen 1. thermostaatknoppen vervangen 2. ramen vervangen 3. verlichting 4. zonneschermen € 5000,1. Checklist maandelijks en wekelijks op de voorschriften van de brandweer en Arbowet. 2. Voorschriften brandweer uitvoeren 3. Lijst gevaarlijke stoffen ophangen en

Q2 2011 Q3 2011 Q3 2011

Gemeente Ouderraad

Q3 2011

Directie

Q3 2012 Q4 2011

Directie directie

2011- 2015

Directie

Q2 2011 Q2 2011

Boven Schools/ Directie directie

53

Checklist

Onderwerp

Doel

Prestatie

Norm

Actiepunten

Tijdpad

Uitvoering, gerelateerd aan de organisatie nota.

Q3 2011

Directie

Q3 2012 Q3 2013

Directie directie

2011-2015

directie

gevaarlijke stoffen veilig opbergen.

7.21 Meubilair

7.22 Verhuur

Het meubilair voor de gemeenschapsruimte vervangen.

De stoelen en de tafels vervangen. De opstelling is volgens de onderwijsvisie van de school

De stoelen en de tafels worden in drie jaar tijd vervangen en passen bij de stijl en de visie van de school

€ 3000,1. 25 stoelen vervangen 2. tafels vervangen 3. 25 stoelen vervangen

De school wordt na schooltijd verhuurd.

De school wordt verhuurd aan de BSO, Kerk en voor BSN activiteiten

De inkomsten uit verhuur blijven op het peil van 2011.

€ 5000,Regelmatig overleg met de huurders.

54

Checklist

Hoofdstuk 5: Documenten De volgende documenten zijn als bijlage toegevoegd: 5.1 Het Koersdocument 5.2 Ondernemersplan 5.3 Zorgplan Weer samen naar school 5.4 Organisatienota 5.5 Plan van aanpak R.I. & E. 5.6 ICT beleid 5.7 Vaststelling schoolplan 5.8 Instemming schoolplan

55