SCHOOLGIDS BS HET BAKEN

SCHOOLGIDS 2014-2015

BS HET BAKEN

BS HET BAKEN OUDELANDSELAAN 139 2652 CJ BERKEL EN RONDENRIJS

1

VOORWOORD Deze schoolgids is bedoeld voor de ouder(s) en verzorger(s) van iedere leerling van onze school; RKBS Het Baken. Voor het eerst naar de basisschool is een grote stap in het leven van een kind. Als ouder wil je je kind daarbij zo goed mogelijk begeleiden. Ook in het geval van verhuizing wil je er zeker van zijn dat de school waarvoor je kiest, je kind(eren) optimale kansen tot ontplooiing biedt. Hoe we werken, wat we nastreven, wat wij belangrijk vinden om de kinderen te leren, hoe we gestalte geven aan onze katholieke identiteit en op welke wijze wij het onderwijs verzorgen voor onze leerlingen zetten wij in deze schoolgids uiteen. We zijn ons terdege bewust van de grote verantwoordelijkheid die bij ons ligt voor wat betreft de begeleiding van de aan onze zorg toevertrouwde kinderen. Tevens vindt u in deze schoolgids allerlei praktische zaken die betrekking hebben op het huidige schooljaar. Uiteraard is deze gids nooit volledig. Mocht u suggesties, vragen of wensen hebben, meldt u dit dan gerust aan ons. Bovendien is het voor ons interessant om van u reacties te mogen ontvangen om daarmee de volgende uitgave van onze schoolgids nog beter te kunnen maken.

Namens het team van RKBS Het Baken, J.P.M. Noorlander, RDO directeur

2

2.1.6 2.1.7 2.2 2.2.1 2.2.2 2.3 2.4 2.4.1 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9

INHOUD 1.

DE STICHTING EN DE SCHOOL

1.1 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.3 1.3.1

DE LAURENTIUSSTICHTING DE SCHOOL ALGEMEEN HET GEBOUW DE GROEPSVERDELING WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT MISSIE, VISIE EN ALGEMENE UITGANGSPUNTEN UITGANGSPUNTEN VOOR DE ONDERWIJSPRAKTIJK HET SCHOOLKLIMAAT DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS DE INTERNE ORGANISATIESTRUCTUUR ACTIVITEITEN IN GROEP 1-2 DAGELIJKSE ACTIVITEITEN IN DE KLEUTERBOUW VOOR HET EERST NAAR SCHOOL VERLENGING OF NIET LEZEN TAAL REKENEN SCHRIJVEN ENGELS WERELDORIENTERENDE VAKKEN SCHOOLMEDIATHEEK ZELFSTANDIG WERKTIJDEN, DAG EN WEEKTAKEN HET VERKEERSLICHT EFFECTIEVE INSTRUCTIE SOCIALE REDZAAMHEID BEVORDERING GEZOND GEDRAG LEVENSBESCHOUWING KIESBORD EXPRESSIE ACTIVITEITEN LICHAMELIJKE OPVOEDING SPORT EN SPELACTIVITEITEN HUISWERK GROEP 8, EEN BIJZONDER JAAR ANDERE ACTIVITEITEN VOOR DE KINDEREN VIERINGEN VERJAARDAG VAN DE LEERKRACHT WEEKSLUITINGEN PROJECTEN COMPUTERS OP HET BAKEN INTERNET SCHOOLTELEVISIE EXCURSIES EN UITSTAPJES VERVOER VAN LEERLINGEN GEBRUIK MOBIELE TELEFOONS OP SCHOOL TIJDSBESTEDING VAK- EN VORMINGSGEBIEDEN

1.3.2 1.4 1.5 1.6 1.7 1.7.1 1.7.2 1.7.3 1.7.4 1.7.5 1.7.6 1.7.7 1.7.8 1.7.9 1.7.10 1.7.11 1.7.12 1.7.13 1.7.14 1.7.15 1.7.16 1.7.17 1.7.18 1.7.19 1.7.20 1.7.21 1.7.22 1.8 1.8.1 1.8.2 1.8.3 1.8.4 1.8.5 1.8.6 1.8.7 1.8.8 1.8.9 1.8.10 1.9

2.

DE ZORG VOOR LEERLINGEN

2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.1.3.1 2.1.4 2.1.5

DE AANMELDING VAN NIEUWE LEERLINGEN REGULIERE AANMELDING GROEPSGROOTTE AANNAMEBELEID PASSEND ONDERWIJS VERWIJDERINGSBELEID DE INDELING VAN KINDEREN IN DE GROEPEN

2.13 2.14 2.15 2.16

PROCEDURE ROND DOUBLEREN VOOR HET EERST NAAR DE BASISSCHOOL HET LEERLINGVOLGSYSTEEM DE KLEUTERGROEPEN GROEP 3 EN HOGER SPECIALE ZORG VOOR KINDEREN DE PRAKTIJK SIGNALERING LEERLINGBESPREKING (GROEPS)HANDELINGSPLAN HANDELINGSGERICHT WERKEN (HGW) DE IHI-WERKWIJZE VERWIJZING NAAR HET SPECIAAL ONDERWIJS ZORGVOORZIENINGEN DE ORTHOTHEEK JEUGSGEZONDHEIDSZORG LOGOPEDIE SCHOOLBEGELEIDINGSDIENST WSNS: WEER SAMEN NAAR SCHOOL LEERLINGZORG: EEN ZAAK VAN U EN DE SCHOOL BOVENSCHOOLS ZORGPLAN DOORSTROMING HET VOORTGEZET ONDERWIJS VERWIJZING NAAR…

3.

HET PERSONEEL

3.1 3.2

3.12 3.13

DE SAMENSTELLING VAN HET TEAM VERVANGING VAN ONDERWIJZEND PERSONEEL BEGELEIDING EN INZET VAN STAGIARES VAN DE PABO SCHOLING VAN LEERKRACHTEN KWALITEITSBEWAKING BINNEN HET ONDERWIJS COMMUNICATIE MET OUDERS OUDERHULP OP HET BAKEN INFORMATIEAVONDEN OUDER INFORMATIEAVOND RAPPORTAVONDEN OVERIGE OUDERAVONDEN DE OUDERVERENIGING EN DE OUDERRAAD ALGEMEEN SAMENSTELLING VAN DE OUDERRAAD KLASSENOUDERS CONTACT MET DE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD FINANCIEN DE JAARVERGADERING VRIJWILLIGE OUDERBIJDRAGE STICHTING OVERBLIJVEN BS HET BAKEN (TSO) SPONSORING MEDEZEGGENSCHAPSRAAD KLACHTENPROCEDURE GESPREKKEN MET LEERKRACHTEN, IB-ER OF DIRECTIE INFORMATIE AAN GESCHEIDEN OUDERS OVERIGE INFORMATIE OP TREFWOORD

4.

REGELING SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN

4.1 4.2

SCHOOLTIJDEN REGELS VOOR AANVANG EN EINDE SCHOOLTIJD VAKANTIES EN VRIJE DAGEN

2.10 2.10.1 2.10.2 2.10.3 2.10.4 2.11 2.12

3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.8.1 3.8.2 3.8.3 3.9 3.9.1 3.9.2 3.9.3 3.9.4 3.9.5 3.9.6 3.9.7 3.9.8 3.9.9 3.10 3.11 3.11.1

4.3

3

4.3.1 4.3.2 4.4 4.5

VAKANTIEROOSTER 2013-2014 STUDIEDAGEN TEAM REGELS VOOR EXTRA VAKANTIE BUITENGEWOON VERLOF

5

NAMEN EN ADRESSEN

5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 5.9 5.10 5.11 5.12 5.13 5.14 5.15

SCHOOL PERSONEEL SCHOOLBESTUUR OUDERRAAD TUSSENSCHOOLSE OPVANG (TSO) BUITENSCHOOLSE OPVANG (BSO) MEDEZEGGENSCHAPSRAAD VERTROUWENSPERSOON KLACHTENCOMMISSIE ONDERWIJSINSPECTIE JEUGDGEZONDHEIDSZORG SCHOOLARTS LOGOPEDIE SCHOOLBEGELEIDING IDENTITEITSBEGELEIDER

4

1.

DE STICHTING EN SCHOOL

1.1

DE LAURENTIUSSTICHTING

voor praktijkonderwijs. Het aantal leerlingen van de bij de stichting aangesloten scholen is ruim 7500 en er werken zo’n 700 medewerkers. Er zijn zes peuterspeelzalen bij de stichting aangesloten. De dagelijkse bestuursverantwoordelijkheid is in handen van het College van Bestuur, bestaande uit twee leden: mw. Drs. J.M. Reyman (voorzitter CVB) en dhr. K. van der Kraan. Ondersteuning vindt plaats door stafmedewerkers op het gebied van identiteit, personeel, huisvesting, ICT, facilitair en onderwijs. De Raad van Toezicht, bestaande uit vijf leden, oefent het toezicht uit op de organisatie.

1.2 De stichting waar Het Baken toe behoort is de Laurentius Stichting voor Katholiek Primair Onderwijs. De heilige Laurentius van Rome was een diaken, die in het jaar 258 de marteldood is gestorven. Hij is de patroon van het bisdom Rotterdam. Als diaken had hij de taak de heilige boeken in bewaring te houden. Daardoor is hij onder andere patroon geworden van mensen met een beroep dat met boeken te maken heeft: bibliothecarissen, archivarissen, rechtsgeleerden, boekhouders, maar ook leraren, scholieren en studenten.

DE SCHOOL

1.2.1 Algemeen Onze basisschool is een katholieke school. Dat betekent dat ons leven en werken in de school mede bepaald wordt door onze katholieke levensbeschouwing. Soms zal dat duidelijk aanwijsbaar zijn als het gaat om specifieke godsdienstige activiteiten, zoals gezinsvieringen en het werken met Trefwoord, de methode voor godsdienstige en levensbeschouwelijke vorming. Daarnaast besteden we ook veel aandacht aan andere culturen en geloofsopvattingen. We proberen hierbij vooral de overeenkomsten tussen de verschillende culturen te zoeken, omdat dit de zaken zijn die ons als mensen bindt. Vaak zal deze levensbeschouwing “verborgen” aanwezig zijn als een inspiratie, die ons doen en laten in de school richting geeft. Voor ons is onderwijs meer dan het overdragen van kennis alleen. Op Het Baken leven onze kinderen niet om te leren, maar leren ze om te leven. Wij vinden het belangrijk, kinderen te stimuleren tolerant te zijn en respectvol met elkaar om te gaan ongeacht huidskleur, handicap, godsdienst of karakter.

Gezien vanuit haar maatschappelijke betrokkenheid stelt de Laurentius Stichting zich ten doel vanuit de katholieke grondslag in haar scholen aan in haar werkgebied woonachtige leerplichtige leerlingen kwalitatief goed onderwijs aan te bieden en te geven. De Laurentius Stichting acht het van groot belang dat verweven met haar maatschappelijke taak een blijvende oriëntatie plaatsvindt op de waarden, die gevonden worden in de katholieke traditie en in de gemeenschap van de katholieke kerk. Op de scholen zelf zijn in dit opzicht het vak godsdienst/levensbeschouwing alsmede de plaatsing van een aantal religieuze rituelen op de week- en jaarprogramma’s belangrijke elementen. De Laurentius Stichting streeft er naar om bij de beleidskeuzes de aspecten van gemeenschapsvorming en onderlinge solidariteit bewust te betrekken. Door middel van dit streven wil de Laurentius Stichting een bijdrage leveren aan een aangename, onderling veilige en opbouwende leef- en werkomgeving voor zowel haar doelgroep als haar medewerkers. Vanuit de vijf kernwaarden vrijheid/ verantwoordelijkheid, groei, samen, openheid en eigenheid wordt gewerkt aan de pedagogische opdracht de leerlingen een uitdagende leeromgeving te bieden, waarin ze zelfstandig kritisch leren denken en keuzes maken. Zo draagt ons onderwijs bij aan de menselijke ontwikkeling van leerlingen, medewerkers en ouders in de lokale en brede maatschappelijke context waar de scholen zich in bevinden. Onder het bevoegd gezag van de Laurentius Stichting ressorteren 22 scholen voor primair onderwijs, één school voor speciaal basisonderwijs en één school

1.2.2 Het gebouw De school is gehuisvest in een schoolgebouw aan de Oudelandselaan 139. In ons gebouw zijn verder organisaties voor buitenschoolse opvang, een peuterspeelzaal en 2 speellokalen gehuisvest. Een bijzonder aspect van het complex is het dak van de parkeerplaats, waarop de kleuters en de kinderen van groepen 1 t/m 4 heerlijk kunnen buitenspelen. De speelplaats voor de school is bedoeld voor de groepen 5 t/m 8 en wordt gedeeld met onze buurscholen. Naar de school toe is een fiets- en wandelpad aangelegd. Auto’s kunnen geparkeerd worden op de parkeerplaats naast de school aan de Röntgenstraat of op de parkeerplaatsen aan de Oudelandselaan. 1.2.3 De groepsverdeling De school telt met ingang van dit jaar ruim 570 leerlingen die verdeeld zijn over 23 groepen. Er zijn 40 leerkrachten, een administratief medewerker, een conciërge en een onderwijsassistent werkzaam. We

5

starten in dit schooljaar met de volgende groepsverdeling: 6 groepen 1-2, 3 groepen 3, 3 groepen 4, 3 groepen 5 en 2 groepen 6, 3 groepen 7 en 3 groepen 8. De personele groepbezetting staat in paragraaf 5.2 van deze schoolgids

1.3

Expressievakken Je innerlijke gevoelens en gedachten op een creatieve manier vrij kunnen uiten. 1.4

HET SCHOOLKLIMAAT

Voor een optimale motivatie van kinderen zijn de sfeer op school en de relatie tussen kind en leerkracht belangrijke voorwaarden om te komen tot optimale prestaties. Daarbij moet het kind de ruimte krijgen zich in eigen tempo en op eigen niveau te ontwikkelen. Wij vinden het heel belangrijk dat kinderen alle acht jaren met plezier naar school gaan! Dat lukt wanneer de school voor de kinderen helder, duidelijk en consequent is. Dan is de school echt een Baken voor de kinderen en kunnen we met trots naar ons logo wijzen!

WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT

“De kinderen van Het Baken leven niet om te leren, maar leren te leven.” 1.3.1 Missie, visie en algemene uitgangspunten Wij hanteren het leerstofjaarklassensysteem, met veel aandacht voor het individuele kind en we gaan daarbij uit van het concept adaptief onderwijs. Het is ons doel om leerlingen meerdimensionaal te ontwikkelen, zodat ze kunnen doorstromen naar een passende vorm van vervolgonderwijs. De school staat open voor iedereen met respect voor ieders culturele en/of levensbeschouwelijke achtergrond. We besteden daarom veel aandacht aan het (mede) opvoeden van de leerlingen tot volwaardige en respectvolle burgers. Wij vinden het belangrijk, kinderen te stimuleren tolerant te zijn en respectvol met elkaar om te gaan ongeacht huidskleur, handicap, godsdienst of karakter. Wij geven onderwijs dat voldoet aan de wettelijke normen maar leren is meer dan alleen kennis vergaren. Kinderen ontwikkelen zich samen met anderen. Met en van elkaar leren zijn daarom belangrijke speerpunten op onze school. We vinden het belangrijk dat ouders, leerkrachten en kinderen met plezier naar school gaan. Een goede onderlinge communicatie en betrokkenheid bij de organisatie staan daarom bij ons hoog in het vaandel. We zijn open, kritisch en opbouwend naar elkaar en vinden het belangrijk om de kwaliteit van ons onderwijs jaarlijks te toetsen.

Samenwerken is bij ons op school niet alleen essentieel voor kinderen. Ook de leerkrachten en ouders moeten goed met elkaar kunnen samenwerken. Wij, leerkrachten en ouders, vormen samen het team van opvoeders dat de kinderen begeleidt op hun weg naar volwassenheid. Een goede samenspraak, met respect voor elkaars deskundigheid, is dan ook heel belangrijk. Kinderen opvoeden tot zelfstandigheid houdt in dat ze leren omgaan met verantwoordelijkheden. Er bestaan immers geen rechten zonder plichten. Daarom dragen kinderen, hoe klein ze ook zijn, bewust een aantal verantwoordelijkheden. Dit kunnen taken zijn als: (speel)materiaal opbergen, een boodschap overbrengen, lokaal netjes houden, goed omgaan met materialen enz. Hiermee leer je bewust verantwoordelijkheid te dragen voor je eigen functioneren, zoals je tolerant opstellen, je houden aan je afspraken enzovoort. Als we een leerling de verantwoordelijkheid voor iets willen laten dragen, dan achten wij hem of haar daarop aanspreekbaar. Soms is correctie dan ook noodzakelijk. Een zeer belangrijke stelregel bij ons is dan ook: fouten maken mag! Ook fouten bieden de kinderen veel mogelijkheden tot leren. Met name de wijze waarop er met deze fouten wordt omgegaan is van groot belang. We koppelen deze dan altijd terug met de kinderen. “Wat gebeurde er, wat deed je zelf, wat merkte je bij de ander, hoe kun je dit de volgende keer anders doen?” zijn essentiële vragen hierbij. Samenwerken en zelf verantwoordelijkheid dragen kunnen niet zonder regels en afspraken. Die brengen structuur aan in de schoolse leefomgeving. De leerkrachten stellen deze regels en afspraken aan het begin van ieder schooljaar samen met de kinderen op. We benoemen onze afspraken in gewenst gedrag, zodat we weten wat we van elkaar mogen verwachten. We vinden het erg belangrijk dat kinderen zich veilig voelen op school. Daarbij komt het onderwerp ‘pesten’ uitgebreid aan de orde.

1.3.2 Uitgangspunten voor de onderwijspraktijk Taal Zich mondeling en schriftelijk goed kunnen uitdrukken. Spelling en grammatica zijn hierbij ondersteunende vaardigheden. Lezen Begrijpen en beleven wat ze lezen. Rekenen Realistisch rekenen. Vanuit praktische, alledaagse situaties handig naar oplossingen zoeken om zo inzicht in de rekenstof te krijgen. Wereldoriëntatie Weten wat er in de wereld om je heen gebeurt. Dit vanuit een historisch, geografisch en milieubewust perspectief. We gebruiken hiervoor een interculturele methode die thematisch de wereld doet verkennen.

6

1.5

Elke bouw heeft een bouwcoördinator als uitvoerend leidinggevende. Voor de OB is dat Ilonka Horst, voor de MB is dat Jeannette Akkerman en voor de BB is dat Saskia Polm.

DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS

De kleutergroepen zijn heterogeen. Dat wil zeggen dat de jongste en oudste kleuters bij elkaar in dezelfde groep zitten. Deze groepssamenstelling bevordert naar onze mening de sociale en cognitieve ontwikkeling. Voor de kinderen die een extra jaar in de kleutergroep blijven geldt in principe de regel, dat zij dat jaar in een andere kleutergroep, bij een andere groepsleerkracht doorbrengen. Uitzonderingen natuurlijk daar gelaten. Vanaf groep 3 is het streven om in homogene groepen te werken. Er bestaat daarnaast altijd de kans dat er combinatiegroepen gevormd gaan worden, omdat de leerlingenaantallen per groep hiertoe aanleiding geven. Overigens wijst de praktijk uit dat het werken in combinatiegroepen extra inspanning van de leerkrachten vraagt, maar dat de zelfstandigheid van de kinderen enorm wordt vergroot, doordat ze zeer regelmatig zelfstandig aan de slag moeten gaan. Een combinatiegroep heeft o.i. dan ook zeker geen negatieve gevolgen voor de ontwikkeling van de kinderen. We geven methodegebonden les met moderne lesmethodes. De groepen hebben één of twee vaste leerkrachten. Wel zijn deze leerkrachten soms vrijgesteld van hun groepstaken i.v.m. compensatieverlof of om andere schoolgebonden taken te vervullen. Het moderne basisonderwijs vraagt immers steeds meer om specialismen. We noemen informatie en communicatie technologie (ICT), interne begeleiding (IB), lichamelijke opvoeding, managementzaken, enzovoorts.

Ook hebben wij coördinatoren per vakgebied. Zij verzorgen de coördinatie op een gespecialiseerd vakgebied. We onderscheiden de volgende vakgebieden: - Sociaal Emotionele ontwikkeling (coördinatoren: Bianca Hulst en Julia Bes) - Rekenen (coördinatoren: Niesa Jonker en Saskia Polm) - Taal (coördinatoren: Yvette Leuven en Baukje Boekema) - ICT (coördinator: Henk Molenaar) - Motoriek (coördinator: Mascha Kimman)

Ieder schooljaar wordt een jaarkalender gemaakt, waarin bijna alles genoteerd staat wat er dat jaar gaat gebeuren. Hierin staan de dagprogramma's van de verschillende groepen, maar ook de weekafspraken die de hele school aangaan, zoals: thema’s, afspraken, weekvieringen enzovoorts. Dit schept duidelijkheid voor alle teamleden en bevordert de doorgaande lijn binnen ons onderwijs. Tijdens de informatieavond aan het begin van elk schooljaar wordt u door de groepsleerkracht geïnformeerd over de specifieke organisatievorm van activiteiten en lesprogramma’s binnen de groep.

De bouw- en vakcoördinatoren hebben daarnaast ook allen een lesgevende taak. De groepen worden, naast deze coördinatoren, verder bemenst door ongeveer 40 andere competente groepsleerkrachten.

1.6 DE INTERNE ORGANISATIESTRUCTUUR De dagelijkse leiding van de school is in handen van het managementteam. De directeur (Jan Noorlander) en beide intern begeleiders (Sandra van Gennep en Heleen Stoop) vormen dit MT.

Een tweetal vakdocenten voor gym (meester Marten) en muziek (juf Mirjam) zorgen voor extra kwaliteit op hun specialisme.

De school is onderwijskundig verdeeld in 3 bouwen: - Onderbouw: groepen 1 t/m 2 - Middenbouw: groepen 3 t/m 5 - Bovenbouw: groepen 6 t/m 8

Deze leerkrachten genieten weer de ondersteuning van een aantal onderwijs ondersteunende personeelsleden: - Administratief medewerker (Elles van der Gaag) 7

-

en uitwerking aan vast zitten. Er worden dan meer eisen gesteld aan de manier waarop het kind de opdracht uitvoert. Daarbij wordt veel aandacht besteed aan de zelfstandigheid van het kind. In de kleutergroepen wordt voor de taalontwikkeling gewerkt met de methode Schatkist Lezen. Door middel van een kringgesprek, bijvoorbeeld over een prentenboek, ontwikkelen de kleuters zich op een speelse wijze op mondeling taalgebied.

Onderwijsassistent (Vanessa van der Loo) Conciërge (Monica Stofbergen) Klusser (meester Wim)

Met elkaar doen we ook dit jaar weer ons uiterste best om kwalitatief hoogwaardig onderwijs te bieden aan uw kinderen. 1.7

ACTIVITEITEN IN GROEP 1-2

1.7.1 Dagelijkse activiteiten in de kleuterbouw Kleuters leren tijdens hun spel. Daarom is het belangrijk dat er in de kleutergroep materiaal wordt aangeboden wat uitdagend is en waarvan de kinderen kunnen leren. Dit ontwikkelingsmateriaal bestaat uit bijvoorbeeld domino's, puzzels, telspellen, letterspellen enz. We praten veel met kinderen over allerlei onderwerpen, zodat ze veel woorden leren en goed leren spreken. Dat is weer belangrijk als voorbereiding voor het latere lees- en taalonderwijs. Beweging neemt een belangrijke plaats in binnen het kleuteronderwijs. Daarom zijn er iedere dag twee bewegingsmomenten voor de kleintjes, binnen in de speelzaal of buiten op een van de grote speelterreinen. Eén keer per week krijgen de kinderen bewegingsles van onze vakleerkracht voor lichamelijke opvoeding.

Groep 1 en 2 gebruikt voor het rekenen de methode Schatkist Rekenen. Hier komen de onderdelen ordenen, ruimte en tijd ruim aan de orde. Voor het vak wereldoriëntatie gebruikt men vaste, seizoensgebonden thema’s uit o.a. Schatkist en kijken de kinderen naar uitzendingen van schooltelevisie. In de jaarplanner zijn de thema’s uitgezet. Een belangrijk uitgangspunt van de school in de kleutergroepen is het voorbereiden op het aanvankelijk lees- en rekenonderwijs in groep 3. Hiertoe wordt er vanaf het moment dat de kinderen binnenkomen zeer goed geobserveerd hoe de kinderen zich ontwikkelen. Uitgangspunt is om zoveel mogelijk preventief te werken, zodat de kinderen goed toegerust in groep 3 kunnen starten. Wanneer we signaleren dat bepaalde kinderen iets nog niet beheersen, dan worden hiervoor speciale activiteiten gepland. Hierdoor proberen we te voorkomen dat kinderen met een achterstand in groep 3 beginnen. Ook kinderen die al verder zijn in het voorbereidende leesproces worden op hun eigen niveau gestimuleerd. Het dyslexieprotocol ten behoeve van het leesonderwijs speelt hierin een belangrijke rol. Naast het cognitieve aspect is ook de sociaal emotionele ontwikkeling van groot belang. Zelfstandigheid, sociale redzaamheid, motorische vaardigheden en taakgerichtheid zijn zaken die nauwlettend worden gevolgd.

Aan het begin van de dag zitten de kinderen in de kring. We beginnen met het noemen van de namen en een gebedje. Daarna kunnen verschillende activiteiten aan bod komen, zoals: • taalactiviteiten: vertellen, voorlezen van prentenboeken, taalspelletjes, kringgesprek, enzovoorts • muziek: zingen, ritme- en luisteractiviteiten, muziekinstrumentjes, enzovoorts • materiaalspelletjes met ontwikkelingsmateriaal • drama activiteiten Het onderwerp van al die activiteiten kan door de leerkracht bepaald zijn, maar ook door wat een kind inbrengt, of door een thema wat centraal staat.

Iedere ochtend rond 10.00 uur pauzeren de kleutergroepen in de kring. Elk kind mag dan zijn eten en drinken pakken. Met betrekking tot dit eten willen wij u vriendelijk vragen dit te beperken tot bijvoorbeeld een Liga, Evergreen, plakje ontbijtkoek, fruit o.i.d. Dus geen snoep of chocolade.

Daarna wordt er in de verschillende hoeken of uit de kasten gewerkt. Eén keer per dag mogen de kinderen zelf een activiteit kiezen en één keer per dag bepaalt de leerkracht wat een kind gaat doen. In dit laatste geval is dit vaak afhankelijk van de specifieke ontwikkelingsbehoeften van het kind. In beide gevallen is het de regel, dat in iedere hoek maximaal het vooraf bepaalde aantal kinderen werkt. Om de werkzaamheden goed te laten verlopen en het zelfstandig werken te bevorderen, maken we gebruik van een kiesbord, waarop duidelijk te zien is met welke activiteit het kind bezig is. Zo kan ook goed worden bijgehouden wat een kind al heeft gedaan. Bij het werken wordt ook verschil gemaakt tussen jongste en oudste kleuters (groep 1 of 2). Een oudste kleuter krijgt bijvoorbeeld vaker een bepaalde activiteit toegewezen. Dat kan materiaal zijn, wat meer op niveau is of een activiteit waar een opdracht

En dan is het hoog tijd voor wat beweging. We spelen buiten op de binnenspeelplaatsen en in de inpandige speelzaal. Naast de motoriek staan hierbij ruimtelijke oriëntatie en sociale vorming centraal. Bij het spelen in de speelzaal is gymkleding niet verplicht. Maar als uw kind moeite heeft om in ondergoed rond te lopen mag gymkleding wel. M.b.t. de gymschoentjes (ook niet verplicht) willen we graag dat dit schoentjes met een rubber zool zijn, liefst zonder veters. 1.7.2 Voor het eerst naar school Wanneer uw kind voor het eerst naar school gaat, zijn er uiteraard veel zaken die nieuw zijn voor u en uw e kind. U wordt 6 weken voorafgaand aan de 4

8

Vanaf groep 4 gebruiken we hiervoor de methode Lezen in Beeld. In deze zeer actuele methodes zijn de laatste ontwikkelingen op het gebied van lezen verwerkt en de praktijk wijst dan ook uit dat deze zeer effectief zijn. Het begrijpend en technisch lezen wordt getoetst met behulp van het CITO leerlingvolgsysteem. Onze school beschikt over een groeiende actuele leesbibliotheek en is lid van de plaatselijke bibliotheek. Regelmatig worden door leerkrachten of ouders diverse boeken gehaald om in de klas te gebruiken. We stimuleren het lidmaatschap ook bij de kinderen en tijdens stilleestijden kunnen de kinderen dan ook op school hun boek lezen. De komende jaren gaan we onze eigen bibliotheek en mediatheek verder uitbreiden. Daarbij maken we gebruik van het door de provinciale bibliotheekdiensten ontwikkelde computer-programma Educat-B.

verjaardag van uw kind gebeld door de groepsleerkracht. In dat gesprek wordt u uitgenodigd voor een kennismakingsgesprek met de groepsleerkracht op school. Op die manier weet u ook precies naar welk lokaal u moet gaan op de wendag en kan de leerkracht u bijpraten over de gang van zaken in een kleuterklas. Na de eerste wendag kunt u kort met de leerkracht bespreken hoe alles verlopen is. 1.7.3 Verlenging of niet Regelmatig krijgen we de vraag of kinderen die tussen 1 oktober en 1 januari zijn geboren al na anderhalf jaar kleuteren naar groep 3 kunnen doorstromen. Op 1 oktober worden namelijk de leerlingen op alle scholen geteld, zodat de formatie en de financiële middelen van het Ministerie van Onderwijs verdeeld kunnen worden. Deze teldatum wordt dan ook vaak gezien als scheidslijn voor het al dan niet korter of langer kleuteren. De inspectie gaat uit van 1 december als grens. Wij gaan uit van het kind!

De landelijke kinderboekenweek krijgt extra aandacht tijdens een vaste projectweek over dit boekenthema. Regelmatig bezoeken groepen de plaatselijke bibliotheek. De Stichting Muzische Vorming nodigt bekende schrijvers van kinderboeken uit om de scholen te bezoeken en te vertellen over hun boeken. Al deze activiteiten stimuleren de kinderen om voor hun plezier te gaan lezen. U zult begrijpen dat wij een regelmatig bezoek aan de gemeentelijke bibliotheek aan de Nieuwstraat alleen maar van harte kunnen aanbevelen.

Het knelpunt zit hem in de periode tussen 1 oktober en 1 januari: wanneer gaat een kind al door naar groep 3 en wanneer blijft een kind nog een jaar kleuteren? Ons uitgangspunt is dat in het algemeen een solide kleuterperiode van 2 jaar of langer essentieel is voor een succesvolle schoolcarrière. Hierin ontwikkelt een kind zich niet alleen op cognitief, maar zeker ook op sociaal emotioneel gebied optimaal voor een goede start in groep 3. Slechts in uitzonderlijke gevallen kan, na intensief overleg tussen ouders en de school, besloten worden om een leerling korter dan 2 jaar te laten kleuteren. Het advies van de school telt hierin zeer zwaar en is in principe bindend.

1.7.5 Taal Taal bestaat voor een groot deel uit spreken en luisteren. Zuiver schrijven en het gebruiken en leren van spellingsregels worden er op de basisschool aan toegevoegd. Taalonderwijs draait ondermeer om woordenschat, het verwoorden van ideeën en gedachten, het luisteren naar anderen en het aanleren van spellingregels. Behalve schriftelijk taalwerk leren de kinderen ook verhalen schrijven en spreekbeurten houden. In groep 3 is het lees- en taalonderwijs sterk met elkaar verweven en daarbij biedt de methode Veilig Leren Lezen voldoende stof. In de groep 4 tot en met 8 wordt vanaf dit schooljaar gebruik gemaakt van de nieuwe methode STAAL.. Naast een heldere structuur biedt deze methode veel ruimte voor zelfstandige verwerking en is ook de computer duidelijk geïntegreerd in het taalonderwijs. De toetsen die bij deze methode horen geven samen met de Cito toetsen een duidelijk beeld van de vorderingen van uw kind.

ACTIVITEITEN IN DE GROEPEN 3 EN HOGER 1.7.4 Lezen We besteden heel veel aandacht aan het leesonderwijs op Het Baken. Uit literatuur en ervaringen blijkt dat goed leesonderwijs, zeker ook in de voorbereidende fase, voor de totale schoolontwikkeling van de kinderen van essentieel belang is. We proberen dan ook een doorgaande lijn vanaf groep 1-2 t/m groep 8 te creëren. In groep 1-2 worden voorbereidende activiteiten gedaan en in groep 3 wordt echt begonnen met het leren lezen. Het dyslexieprotocol, bestemd voor leerlingen die veel moeite met lezen hebben, is ingevoerd in groep 1 tot en met 3. In de groepen 3 wordt er gewerkt met de nieuwe Maan-versie van de methode Veilig Leren Lezen. Na het aanvankelijk lezen in groep 3, wordt er in groep 4 aandacht besteed aan het Voortgezet Technisch Lezen. Hiervoor maken we gebruik van de methode Estafette. Tegelijk komt de nadruk steeds meer op het begrijpend (en later ook het studerend) lezen te liggen.

1.7.6 Rekenen Het Baken werkt vanaf groep 3 met de vernieuwde versie van de methode Pluspunt. Dit is een realistische rekenmethode. Dat betekent dat de methode uitgaat van het dagelijks leven en niet alleen rijtjes sommen aanbiedt. Binnen een bepaald thema worden er in leerblokken steeds aangeleerde vaardigheden herhaald en daarna wordt de stof met een nieuw rekenonderdeel aangevuld. Zo ontstaat

9

schooltelevisie programma’s zoals Nieuws uit de Natuur en het School TV weekjournaal. Ook maken we gebruik van het lesmateriaal wat in het kader van de natuur- en milieueducatie door de Papaver uit Delft en de Watersnip uit Reeuwijk wordt aangeboden. Zeer interessante, veelal praktische lessen die de belangstelling van de kinderen voor de natuur aanwakkeren.

stap voor stap een inzicht in de rekenstof. Na ieder blok wordt d.m.v. een toets bekeken of de leerling de stof beheerst. Is dit niet het geval, dan krijgt de leerling herhaalde instructie of kan er extra gewerkt worden met het hulpprogramma van Maatwerk. Voor een aantal ouders is de wijze van aanbieden van de rekenvaardigheden behoorlijk anders dan dat zij vroeger hebben geleerd. Met name als de kinderen thuis sommetjes oefenen komt dat duidelijk naar voren. We vragen u om in dit soort gevallen zoveel mogelijk de werkwijze van school te volgen.

1.7.10 Schoolmediatheek In de mediatheek kunnen de kinderen m.b.v. het een computerprogramma van Probiblio op trefwoord gegevens vinden voor werkstukjes en/of spreekbeurten. De ouderraad stelt jaarlijks een deel van de vrijwillige ouderbijdrage beschikbaar om onze mediatheek aan te vullen met boeken. We hopen in de komende jaren een flink aantal boeken aan te kunnen schaffen, zodat we de leerlingen een uitgebreid aanbod van informatie kunnen voorschotelen.

1.7.7 Schrijven Schrijfonderwijs draait om het aanleren van de juiste beweging, ruimtegebruik en vormgeving. Om dit op een verantwoorde, effectieve wijze te realiseren, hebben wij gekozen voor de methode Pennenstreken. Met behulp van goed schrijfmateriaal worden er bewegingsoefeningen en korte schrijfoefeningen gedaan om te komen tot een leesbaar handschrift. Deze methode sluit naadloos aan bij de aanvankelijk leesmethode. Naast de bovengenoemde methode wordt er in de groepen 1-2 gewerkt met het programma Schrijfdans. Met behulp van muziek wordt er gewerkt aan een evenwichtige schrijfbeweging. Deze methode is een uitstekende voorbereiding op de schrijfpatronen in groep drie. Ook geeft de combinatie van bewegen en schrijven een goede afwisseling tussen de lessen waarin de kinderen minder kunnen bewegen.

1.7.11 Zelfstandig werktijden, dag- en weektaken Er is in de groepen 3 t/m 8 structureel tijd ingeruimd voor het zelfstandig werken in de groep. Gemiddeld is er ongeveer 3 uur per week tijd voor het zelfstandig verwerken van taken, het afmaken van werk en het begeleiden van kinderen die extra instructie nodig hebben. Vanaf groep 5 wordt er gewerkt met dagtaken en dit wordt uitgebreid naar weektaken in de groepen 7 en 8. Het grote voordeel hierbij is dat de kinderen zelf kunnen kiezen welke taken ze eerst willen uitvoeren, waardoor ze zelf verantwoordelijk worden voor hun werk. Ook leren ze plannen, samenwerken en reflecteren op hun werk. De leerkracht neemt regelmatig de tijd om hun zelfstandig werkgedrag te bespreken en te evalueren met de kinderen. Uiteraard is dit een prima voorbereiding op het voortgezet onderwijs. Voor de leerkracht biedt deze zelfstandige werktijd de mogelijkheid om te kunnen observeren, handelingsplannen uit te voeren en extra instructie te geven. Het bespreken van de afspraken rond zelfstandig werken en het hanteren van het verkeerslicht zijn belangrijke voorwaarden hiervoor.

1.7.8 Engels Vanaf groep 7 wordt er Engelse taal onderwezen. Het Baken maakt gebruik van de methode The Team Door middel van een verhaallijn met bijbehorende opdrachten en het leren van woordjes maken de kinderen kennis met de Engelse taal en leren ze te communiceren in het Engels. Als plusmateriaal hebben we ook The Team beschikbaar voor kinderen uit de groepen 5 & 6. 1.7.9 Wereldoriënterende vakken Vanaf groep 5 werken we met de methode Argus Clou, een moderne methode voor aardrijkskunde, geschiedenis en natuur en techniek. De methode is compact: Er zijn dertig lessen/weken. In elke jaargroep worden dezelfde tijdvakken in vijf geschiedkundige thema's behandeld. Ieder thema wordt in groep 5 tot en met 8 in vijf lessen behandeld en afgesloten met een toetsles. Iedere derde (mysterie) en vijfde (kijkplaat)les van een thema kunnen naar keuze door alle leerlingen op dezelfde manier verwerkt worden of een alternatieve werkvorm waarbij kinderen toewerken naar presenteerbare materialen. Differentiatie is binnen deze methode zeer goed mogelijk in de vorm van verlengde instructie, C-vragen en extra opdrachten en verdieping. Hiernaast wordt in groep 3 en 4 gebruik gemaakt van de schooltelevisieserie “Huisje Boompje Beestje”. Groep 5 tot en met 8 maakt gebruik van andere

1.7.12 Het verkeerslicht In alle groepen wordt gewerkt met een verkeerslicht. Staat het licht op groen dan mogen de kinderen ongeremd hulp vragen aan de leerkracht. Staat het licht op oranje dan is de leerkracht aan de slag volgens onze manier van de effectieve instructie. De leerkracht maakt dan, na een korte klassikale instructie, een vaste ronde door de klas om kinderen te begeleiden. Tijdens deze ronde is er tijd om echt kindgericht te werken. Blijkt dat na de ronde nog veel kinderen uitleg nodig hebben, dan volgt een tweede klassikale uitleg. Daarna gaat de juffrouw of meester opnieuw in een vaste ronde door de klas. In de tijd die door de korte klassikale momenten gewonnen wordt, kan de leerkracht (extra) hulp bieden aan individuele

10

elkaar, zelfvertrouwen opdoen, gevoelens uiten, omgaan met verschillen, conflicten oplossen en omgaan met groepsdruk. Ook komen media-educatie, gezondheidsvaardigheden en burgerschap aan bod. Allemaal essentiële basisvaardigheden die voor kinderen belangrijk zijn om goed te kunnen functioneren. Zowel nu op school, thuis, als later wanneer zij volwassen zijn. Door het oefenen van sociale vaardigheden stimuleert Leefstijl positief gedrag en wordt het kind en de groep sterker. Een effectieve toepassing van het programma hangt niet alleen af van wat we kinderen willen leren, maar ook van hoe we dit doen. Daarom is het van belang om eerst zelf een training te volgen alvorens met lessen te starten in de klas. Het hele team van Het Baken heeft die scholing gevolgd. Tijdens de training wordt de leerkracht zich bewust van zijn eigen keuzes en gedrag. Leefstijl is daarmee een visie, en veel meer dan een serie trucs of geconditioneerd gedrag. In de lesprogramma’s van Leefstijl is een duidelijk verband te vinden tussen de wijze waarop groepsvorming plaatsvindt en de opbouw van de lessen. Ervaringsgericht leren staat centraal. Dat gebeurt tijdens de groepsactiviteiten die de wisselwerking tussen kinderen stimuleren. Het uiteindelijke leereffect is het resultaat van vier fasen die gebaseerd op de leerstijlen volgens Kolb. Verder zijn theorieën over humanistische psychologie (Carl Rogers), transactionele analyse (Eric Berne), geweldloze communicatie (Marshall Rosenberg), meervoudige intelligentie (Howard Gardner), coöperatief leren (Spencer Kagan), het Joharivenster, social learning theory (Albert Bandura), het ijsbergmodel, plustaal en de Socratische dialoog verwerkt. Het vakgebied sociale redzaamheid komt ook aan bod tijdens de verkeerslessen. We werken met de verkeersmethode Claxon van uitgeverij Bekadidact. Groep 7 van Het Baken doet mee aan het landelijke schriftelijke en praktische verkeersexamen.

kinderen of groepen kinderen met dezelfde onderwijsbehoefte. Het is bedoeling dat de kinderen, op het moment dat het verkeerslicht op oranje staat, zelfstandig werken aan de uitgelegde leerstof. Als het licht op rood staat, dan zijn de leerlingen met een toets bezig, of geeft de leerkracht instructie aan een groepje leerlingen en moeten de kinderen het echt helemaal alleen doen. In de kleutergroepen wordt er alleen met het groene en oranje stoplicht gewerkt. Ieder schooljaar wordt er veel aandacht besteed aan het toepassen van deze regels. Bij de kleuters maken we trouwens geen gebruik van het rode stoplicht. 1.7.13 Effectieve instructie In de laatste jaren is er in het onderwijs veel aandacht gekomen voor zorg aan individuele leerlingen. Dit gebeurt d.m.v. handelingsplannen of eigen leerlijnen voor leerlingen die extra hulp nodig hebben, zowel voor leerlingen die extra instructie nodig hebben t.b.v. basisstof of juist voor leerlingen die ver vooruit in ontwikkeling zijn op een bepaald gebied. Het is echter van belang dat de leerkracht ruimte kan creëren om dit uit te voeren, zonder daarbij de groep uit het oog te verliezen. Het Baken heeft daarom als school gekozen om zich te verdiepen in de effectieve instructie. De prioriteit van het onderwijs ligt in het aanleren van de basisvaardigheden. Hierbij is het van belang om voor leerlingen uitbreiding of vermindering van instructietijd of leertijd te creëren. Er is dus geen sprake van permanente scheiding van goede en minder goede leerlingen. Op de volgende manier geven wij hier vorm aan: • De leerkracht geeft een terugblik van vorige les • De leerkracht geeft het doel en opdracht van de les aan • Er is een korte instructie voor de groep, kinderen die dat kunnen mogen al aan het werk • De leerkracht loopt een korte startronde door de klas, de grote groep gaat aan het werk • Er wordt extra instructie gegeven aan een kleine groep aan de instructietafel • De kleine groep gaat aan het werk (basisstof) • De leerkracht maakt een voortgangsronde door de groep • Er is een korte klassikale evaluatie van de les

1.7.15 Bevordering gezond gedrag Het vakgebied gezond gedrag komt regelmatig aan de orde in de lessen wereldoriëntatie. Ook komt het voor dat wij voor een projectweek een gezondheidsthema kiezen. In groep 8 wordt geoefend voor het jeugd EHBO-examen. Samen met de plaatselijke EHBO-vereniging wordt er wekenlang druk over bloed, ademhaling en skelet gesproken, worden verbanden gelegd, stabiele zijliggingen geoefend en reanimatieoefeningen gedaan, wat uiteindelijk wordt afgesloten met het officiële jeugdexamen.

Het verkeerslicht is hierbij een hulpmiddel om kinderen te leren omgaan met uitgestelde aandacht van de leerkracht. Tevens zijn de regels die we de kinderen aanleren t.b.v. zelfstandig werken hierbij een voorwaarde. 1.7.14 Sociale redzaamheid Voor sociale redzaamheid maken we gebruik van de methode Leefstijl. Leefstijl is een programma dat kinderen vanaf groep 1 tot en met groep 8 helpt om hun sociaal-emotionele vaardigheden te ontwikkelen. Om er een aantal te noemen: samen spelen, samenwerken, praten, luisteren, rekening houden met

1.7.16 Levensbeschouwing Op het Baken wordt voor levensbeschouwing gebruik gemaakt van de projectlijn van Trefwoord. Twee maal per schooljaar, in september en in maart, verschijnt er een nieuw project. De projecten sluiten aan bij de ervarings- en belevingswereld van kinderen. In elk

11

Het rooster voor de gymlessen is dit jaar als volgt:

project wordt aandacht besteed aan bijbelverhalen. Verder is er ook aandacht voor de problemen, uitdagingen en mogelijkheden uit de samenleving.

Maandag Oostmeerhal 2 (nieuwe hal)

8.30 – 9.10 9.10 – 9.50 9.50 – 10.30 10.30 – 11.10 11.10 – 11.50

3a 4a 5a 6a 7a

Eigen leerkracht 3b 4b 5b 6b 7c

13.15 – 14.00 14.00 – 14.45

8c 8b

7b 8a

Vakleerkracht

1.7.17 Kiesbord Een belangrijk instrument binnen ons onderwijs is het kiesbord. Op het kiesbord hangen kaartjes met activiteiten en achter die kaartjes kunnen de kinderen of de leerkrachten het kaartje met de naam van het kind hangen. Het gaat hierbij om spelletjes, werkjes, verwerking etc. Soms kiest een kind zelf een activiteit (bijv. alleen of met een vriendje/vriendinnetje), soms hangt de leerkracht een kaartje op om een kind gericht met een activiteit bezig te laten zijn. Het kiesbord wordt gebruikt in de groepen 1-2. Zie hiervoor ook de activiteiten bij de kleuters.

Woensdag Oostmeerhal 1 (oude hal) Vakleerkracht

1.7.18 Expressie activiteiten Wekelijks staat er ook een handenarbeidles en een tekenles op het programma. Voor deze vakgebieden is gekozen voor de methode Moet Je Doen, een methode voor muziek, tekenen en handvaardigheid. Naast deze methode kiezen de leerkrachten vaak allerlei opdrachten en liedjes uit, die aansluiten bij de actuele zaken die op school spelen. Een vakdocent muziek geeft om de week in elke groep een muziekles. Tijdens de weeksluitingen op vrijdagmiddagen laten de kinderen elkaar zien wat ze geleerd hebben op het gebied van (dramatische) expressie. Ouders van de kinderen die de presentatie hebben, zijn van harte welkom om te komen kijken.

8.30 – 9.15 9.15 – 10.00 10.00 – 10.45 10.45 – 11.30 11.30 – 12.15

3b 4b 6b 7b 7c

Eigen leerkracht 3c 4c 5c 6a 8b

Vrijdag Oostmeerhal 1 (oude hal) Vakleerkracht 8.30 – 9.10 9.10 – 9.50 9.50 – 10.30 10.30 – 11.10 11.10 – 11.50 13.15 – 13.45

1.7.19 Lichamelijke opvoeding Vanaf groep 3 hebben de kinderen 2 keer lichamelijke opvoeding per week. Eén les wordt verzorgd door de vakleerkracht, de andere door de eigen meester of juf. De les die wordt verzorgd door de vakleerkracht, staat in het teken van: turnen, atletiek, bewegen op muziek, enz. De andere les, die verzorgd wordt door de eigen leerkracht, is een zogenaamde spelles, waarin de kinderen verschillende (bal)spelen met hun specifieke regels leren. Voor het bewegingsonderwijs gebruiken wij onder andere de methode Basislessen in het bewegingsonderwijs, zodat de meeste toestellen, bewegingsvormen en zaalspelen in een schooljaar aan bod komen. Deze gymlessen zijn voor alle kinderen verplicht. Natuurlijk kan het voorkomen dat kinderen om medische redenen tijdelijk niet mee kunnen doen. Belangrijk is wel om de school hierover bijtijds mondeling of schriftelijk te berichten. Gymkleding is verplicht: kort broekje met shirtje of gympakje, gymschoenen en handdoek. De kinderen van de groepen 3 douchen vooralsnog niet, de overige groepen (4 t/m 8) wel. De douche- en kleedruimtes in de ‘oude Oostmeerhal’ zijn afgelopen zomervakantie volledig vernieuwd.

13.45 – 14.15

14.15 – 14.45

3c 4c 5b 5c 8a

Eigen leerkracht 3a 4a 5a 7a 8c

Kleuters Behalve bij maandsluitingen dan donderdag Kleuters Behalve bij maandsluitingen dan donderdag Kleuters Behalve bij maandsluitingen dan donderdag

Op de helft van het schooljaar (per 1-2-2015) wisselen we op elke dag van hal. Op maandag hebben we het eerste halfjaar de ‘oude hal’ en dat wordt dus per 1-2-2015 de ‘nieuwe hal’. Deze wissel geldt voor alle drie de gymdagen. 1.7.20 Sport- en spelactiviteiten Gedurende het schooljaar kunnen er door medewerkers van verschillende sportverenigingen in verschillende sporten gastlessen verzorgd worden. Dit om de kinderen met verschillende vormen van sport kennis te laten maken, hetgeen wij een goede zaak vinden. Een en ander hangt sterk af van de personele bezetting binnen de diverse verenigingen.

12

1.7.21 Huiswerk Vanaf groep 4 kan er incidenteel wat huiswerk meegegeven worden in de vorm van: • het afmaken van leerstof. • het oefenen van tafels, dicteewoorden e.d. • extra oefenwerk in samenspraak met de leerling, ouders en leerkracht. • In groep 6 kan er ook huiswerk meegegeven worden voor onder andere topografie. • Werkstuk, leeskring Natuurlijk moet het accent van het schoolgebeuren ook daadwerkelijk in de school liggen. Thuis moet geen verlengstuk van school worden, hetgeen zeker niet goed is voor die kinderen die met taal of rekenen extra moeite hebben. In principe zal extra hulp aan kinderen zoveel mogelijk op school worden gegeven. In groep 7 is er één keer per week en in groep 8 twee tot drie keer per week een structureel aanbod van huiswerk voor de kinderen. Het betreft hierbij eenvoudig huiswerk als het maken van werkbladen, het leren van woordjes Engels enzovoorts, waarbij met name de regelmaat en het leren omgaan met huiswerk het belangrijkste doel is. Vooral in het Voortgezet Onderwijs is een goede huiswerkdiscipline van belang en we proberen hier de kinderen op voor te bereiden. Hierbij geldt dat de ervaringen die de kinderen opdoen met huiswerk belangrijker zijn dan het huiswerk zelf. Uiteraard wordt er veel aandacht besteed aan het gebruik van de agenda en aan de studievaardigheden zelf, zoals leren plannen, het verdelen van het huiswerk over de dag, enzovoorts.

heel interessant en leerzaam voor groep 8. Aan het einde van het jaar dient zich het afscheid van de basisschool aan. Natuurlijk hoort daar een afscheidsmusical bij. In de weken voorafgaand aan de laatste schoolweek wordt vaak intensief geacteerd en gezongen en wordt enthousiast geknutseld aan de decors. Na afloop van de voorstelling is er een informeel samenzijn voor ouders, leerlingen en leerkrachten.

1.8

ANDERE ACTIVITEITEN VOOR DE KINDEREN

1.8.1 Vieringen Het samen vieren met elkaar neemt een belangrijke plaats in op Het Baken. Met name het saamhorigheidsgevoel wordt hierdoor versterkt. Gedurende het schooljaar vinden er enige belangrijke vieringen plaats. Natuurlijk vieren we het Sinterklaasfeest. In de groepen 1 t/m 4 komt de Goed Heiligman op bezoek en krijgen de kinderen een klein cadeautje. De hogere groepen vieren dit op hun eigen wijze. Ook Kerstmis is een belangrijk feest voor ons. Het is op onze school gebruikelijk dat er voor de kerstvakantie een “kerstdiner” voor alle kinderen en leerkrachten wordt georganiseerd. Dit feestelijke gebeuren vindt in het begin van de avond plaats. Natuurlijk komen we als school bij elkaar voor een gezamenlijke kerstviering in de O.L.V. Geboortekerk aan de Noordeindseweg. In samenwerking met een vertegenwoordiger van de kerk wordt gezamenlijk de viering voorbereid. Eenzelfde soort viering vindt plaats met Pasen. Als ouder/verzorger bent u van harte welkom om deze vieringen bij te wonen. In verband met de rust tijdens de viering verzoeken we u om heel kleine kinderen elders onder te brengen.

1.7.22 Groep 8; een bijzonder jaar Groep 8 is vaak een heel bijzonder jaar voor zowel de kinderen als de ouders/verzorgers. Het kind maakt aan het einde van het jaar de overstap van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en dient dus voorbereid te worden op deze stap. Op Het Baken wordt in groep 8 dan ook een flinke periode aandacht besteed aan deze stap. Informatie over het voortgezet onderwijs, een oriëntatie op verschillende beroepen, een bezoek aan een school voor voortgezet onderwijs en niet te vergeten het schooladvies zelf! Aan de hand van de ervaringen en resultaten van de afgelopen jaren bepaalt de leerkracht van groep 8 in samenspraak met de intern begeleider en de directie het schooladvies voor het voortgezet onderwijs. Ook de CITO eindtoets die in groep 8 wordt afgenomen speelt een bescheiden rol in de advisering van de school. Aan de hand van het schooladvies kunnen de ouders en kinderen zich gaan oriënteren op de school van hun keuze. Groep 8 gaat ook op kamp! De week van 23 september gaat groep 8 naar kamphuis De Zilvermeeuw op Texel, alwaar naast een educatief programma ook het maken van veel plezier voorop staat. Gedurende het jaar krijgen de kinderen van groep 8 de jeugdcursus EHBO in samenwerking met de lokale EHBO-vereniging. Natuurlijk wordt er na afloop van de cursus examen gedaan. Niet alleen erg nuttig, ook

1.8.2 Verjaardag van de leerkracht Deze worden op een door de leerkracht bepaalde dag samen met de kinderen gevierd. Natuurlijk wordt er op die dag afgeweken van het rooster en staat die dag in het teken van spelletjes, traktaties en plezier! Doorgaans helpt de klassenouder vaak met de voorbereiding van het feest.

1.8.3 Weeksluitingen Twee keer per jaar, op de vrijdagmiddag, wordt er door elke groep een weekafsluiting gehouden in de het speellokaal. (Zie het rooster hierboven) Het speellokaal wordt dan voorzien van een podium met een muziek- en lichtinstallatie. Telkens zullen een paar groepen de presentatie verzorgen en enkele andere groepen toeschouwers zijn volgens een vooraf opgesteld schema. Het programma van de weeksluiting wordt ingevuld met toneel, zang, muziek, poppenkast, verhalen, playback, enz. De organisatie en presentatie is in handen van een groepsleerkracht, geassisteerd door enkele kinderen. De ouders van de kinderen die presenteren zijn van harte welkom om

13

de verrichtingen van hun kinderen te komen bekijken. Datum

Tijd

Groepen

3 oktober 2014

13.15-14.00 14.15-15.00 13.15-14.00 14.15-15.00

6A-4A-A-E 6B-4B-C 8B-7A-3A-F 8C-7B-5A

16 januari 2015

13.15-14.00 14.15-15.00

5C-3B-B-6B 7C-3C-D

6 februari 2015

13.15-14.00 14.15-15.00

8A-4C-A-8C 8B-5B-C

13 maart 2015

13.15-14.00 14.15-15.00

8A-4A-E-3A 6A-4B-F

22 mei 2015

13.15-14.00 14.15-15.00

3C-B-5A-5C 7A-3B-D

26 juni 2015

13.15-14.15

7C-5B -7B-4C

7 november 2014

assisteren ouders de leerkrachten hierbij. We hebben daarbij ook de beschikking over laptops en tablets, waarbij gebruik gemaakt wordt van ons eigen draadloze WIFI-netwerk. In de kleutergroepen maken we gebruik van een touchscreen. Deze touchscreen is voorzien van educatieve software en wordt tijdens de werkles gebruikt door de leerlingen. Ook kan er school-TV op gekeken worden. In de groepen 3 t/m 8 heeft het traditionele krijtbord plaatsgemaakt voor een digitaal smartboard. Het gebruik van ICT-materialen op onze school is vastgelegd in een ICT-plan dat door de ICTcoordinator van de school actueel gehouden wordt.

1.8.6 Internet Ten aanzien van het internet hebben we als school de opvatting dat we geen sites afschermen voor de kinderen. Het is natuurlijk niet toegestaan dat de kinderen internetsites bezoeken die beledigend en/of aanstootgevend materiaal bevatten. Toch kan het gebeuren dat kinderen op een dergelijke site terecht komen. We vinden het in dit geval beter om met de kinderen te bespreken hoe je hiermee omgaat dan deze sites af te schermen: ook thuis kan dit gebeuren! We hanteren hiervoor een zogenaamd internetprotocol dat regelmatig met de kinderen wordt besproken.

1.8.4 Projecten Ieder schooljaar plannen wij binnen ons programma projecten. Tijdens deze projecten is de hele school bezig met een van tevoren vastgesteld thema. Er wordt dan afgeweken van het normale rooster en de school wordt versierd. Afhankelijk van het onderwerp is er na afloop van het project een inloopavond voor de ouders, zodat u een beeld krijgt van wat er allemaal rond dit thema gedaan is.

1.8.7 Schooltelevisie Wekelijks wordt er in elke groep naar uitzendingen van de schooltelevisie gekeken. Het betreft dan uitzendingen rond de ontwikkeling van het taalleesonderwijs en/of natuur- en milieueducatie. Groep 7 en 8 kijken wekelijks naar het School TV weekjournaal.

De projectweek vindt dit schooljaar plaats van 8 januari 2015 t/m 29 januari 2015. Deze wordt afgesloten met een daverende projectavond op donderdag 29-1-2015 vanaf 17.30 uur in alle klassen.

1.8.8 Excursies en uitstapjes Op Het Baken is er een zogenaamde doorgaande excursielijn. Elk schooljaar brengen groepen een bezoek aan een of andere instelling buiten de school. Hierbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de interessesfeer van de verschillende leeftijdsgroepen. Uitgangspunten hierbij zijn onder meer de combinatie tussen iets leerzaams en iets leuks, het kostenaspect en de afstand naar de attractie. De excursie commissie heeft voor de gehele basisschoolperiode een 2 jarenplan gemaakt, zodat uw kind in principe ieder schooljaar een andere excursie bezoekt. De volgende groepen gaan altijd met elkaar op excursie: groepen 1 en 2, groepen 3 en 4, groepen 5 en 6, groepen 7 en 8. De excursie is een verplichte schoolactiviteit. De kosten van de excursie zoals toegang en vervoer worden door de ouders apart betaald. U krijgt hierover bericht van de Ouderraad. Als vervoermiddel wordt in verband met de veiligheid en het groepsgevoel de bus verkozen boven vervoer met personenauto’s. De kinderen zijn voor dergelijke reisjes altijd verzekerd tegen ongevallen en wettelijke aansprakelijkheid via de

1.8.5 Computers op het baken Computeronderwijs speelt op onze school ook een prominente rol. Computers zijn echter geen specifiek doel, maar een belangrijk middel om onderwijskundige doelen te behalen. Op dit moment maken alle groepen gebruik van computers. De standaard binnen de Laurentiusstichting is per 9 leerlingen één computer. Binnen de Laurentiusstichting is het systeembeheer, de inkoop, de afschrijving van de computers en het onderhoud centraal geregeld. In de lokalen en in de gangen van onze school staan computers opgesteld, gekoppeld aan een server, waaraan de kinderen afzonderlijk kunnen werken. Regelmatig schaffen we nieuwe educatieve software aan, waarmee de kinderen dan doorgaans zelfstandig kunnen werken. Gedurende de hele schooldag worden de computers door de kinderen gebruikt om bepaalde vaardigheden te leren en/of te automatiseren, bijv. kleuren en vormen, tafels, werkwoordsvormen, enz. In een aantal gevallen

14

aanwezige gordels moeten dan gebruikt worden. Hoewel er in dat geval passagiers los mogen zitten is het natuurlijk niet veilig.

school. Verschillende groepen zullen gedurende een schooljaar vaker uitstapjes maken, zoals voor natuuren milieueducatie en voorstellingen van de muzische vorming. Deze bezoeken zijn in principe altijd in de nabije omgeving van de school. Wanneer het niet mogelijk is om deze uitjes te voet te bezoeken, zal gekozen worden voor vervoer met personenauto’s of voor bovenbouwgroepen voor de fiets.

Uiteraard dient de bestuurder ook inzittendenverzekering te beschikken.

over

een

1.8.10 Gebruik mobiele telefoons op school In samenspraak met de Medezeggenschapsraad hebben wij besloten dat leerlingen op Het Baken hun mobiele telefoon niet aan mogen hebben op school. Ook niet op ‘trilstand’. Dit geldt zowel in het schoolgebouw als op de speelplaatsen onder schooltijd. Bij calamiteiten kan een leerling gebruik maken van de schooltelefoon. Ouders kunnen de school ook altijd via dat nummer bereiken om iets door te geven. Een leerling mag dus wel een mobiele telefoon meenemen, maar niet gebruiken op school. De leerling is zelf verantwoordelijk voor verlies, beschadiging of diefstal. De school is hier dus niet voor aansprakelijk!

1.8.9 Vervoer van leerlingen per auto De basisregel is dat alle kinderen kleiner dan 1,35 meter met een maximaal gewicht van 36 kilo zowel voorin als achterin een geschikt en goedgekeurd kinderzitje of zittingverhoger moeten gebruiken. Anderen moeten de veiligheidsgordel gebruiken. Aanvullende regelgeving: • Op de plaats waar een airbag zit, mogen geen kinderen vervoerd worden in een autostoeltje dat tegen de rijrichting in moet worden geplaatst, tenzij de airbag is uitgeschakeld. • Een driepuntsgordel als heupgordel gebruiken mag niet meer. Ook gordelgeleiders mogen niet gebruikt worden, behalve voor kinderen die kleiner zijn dan 1,50 meter voor wie geen zittingverhoger te krijgen is omdat ze te zwaar (>36 kilo) zijn. De gordelgeleider moet goed door het oog van de naald kunnen bewegen.

1.9 TIJDSBESTEDING VAK- EN VORMINGSGEBIEDEN LEERJAAR: Zintuiglijke en lichamelijke opvoeding Nederlandse taal Taalmethode Lezen Schrijven Rekenen en wiskunde

Uitzonderingen: • Als niet alle zitplaatsen op de achterbank voorzien zijn van een autogordel, mogen passagiers groter dan 1,35 meter los op de achterbank vervoerd worden, zolang de aanwezige gordels maar worden gebruikt. Vanaf mei 2008 mogen er niet méér passagiers vervoerd worden dan er gordels beschikbaar zijn. • In auto’s zonder gordels mogen kinderen jonger dan 3 jaar niet vervoerd worden. Kinderen vanaf 3 jaar en korter dan 1,35 meter mogen alleen achterin. • Als er al twee kinderbeveiligingsmiddelen op de achterbank in gebruik zijn en een derde past niet meer, dan mag een derde kind wel mee op de achterbank mits het 3 jaar is en in de gordel zit. • In incidentele gevallen als er geen kinderbeveiligingsmiddel beschikbaar is, het niet de auto van de eigen (pleeg)ouders is en niet de eigen (pleeg)ouder achter het stuur zit, mogen kinderen vanaf 3 jaar in de gordel op de achterbank vervoerd worden in plaats van met een kinderbeveiligingsmiddel. Voorwaarde is dat het slechts om een korte afstand gaat. • Achterin de auto mogen tot mei 2008 geen kinderen groter dan 1,35 meter los worden vervoerd als er gordels aanwezig zijn. De

1- 3 2 5, 2, 5 5 5 8, 5

3

4, 5

4

5

6

2, 5 8, 5

2, 5 8, 5

2, 5 8, 5

2, 2,2 25 5 8, 8,5 5

4, 4, 75 5

4, 5

Totaal: 15

8

2, 1, 25 5

1, 5

2, 5

2, 5

4, 5 0, 75 2, 5

0, 75 1, 5 5

0, 75 1, 75 4

0, 75 1, 5 4

0, 75 1, 5 3, 25

0, 75 1, 5 3, 25

0, 75 1, 5 3, 25

1, 5 1, 25

1, 0 1, 25

1, 0 1, 25

0, 5 1, 25

0, 5 1, 25

0, 0,5 5 1, 1,2 25 5

25,75

25,75

25,75

25,75

25,75

25,75

Engelse taal Kennisgebieden Aardrijkskunde Geschiedenis Biologie Maatschappelijke verhoudingen Sociale redzaamheid/verkeer Bevordering gezond gedrag/SOVA Expressie activiteiten Tekenen Muziek Handvaardigheid Spel en beweging (drama en dans) Levensbeschouwing Projecten Pauzes

7

4,5 0,7 5 2,5

0,7 5 1,5 3,2 5

25,75

Bovenstaande urentabel is van toepassing op alle groepen en de genoemde tijden zijn richttijden. Parallelgroepen hanteren in principe dezelfde urentabel. Kleine verschillen in verband met de planning van gymlessen e.d. zijn mogelijk.

16

2

Hoewel Het Baken veel aandacht en energie besteed aan de zorg voor uw kind, is en blijft het een reguliere basisschool. Met name de faciliteiten van de school zijn hierdoor minder groot dan op een speciale school voor basisonderwijs. Voor kinderen die specifieke zorg nodig hebben is het daarom van het grootste belang om in goed overleg te bekijken of we als school die zorg kunnen bieden. Veelal na grondig onderzoek en goed overleg met de ouders wordt besloten of we uw kind op Het Baken de mogelijkheden kunnen bieden die het verdient. Ook hierbij geldt dat het advies van de school in principe bindend is. Na een positief advies van de school wordt de voorlopige inschrijving definitief.

DE ZORG VOOR KINDEREN

2.1

DE AANMELDING VAN NIEUWE LEERLINGEN Het Baken is een katholieke school en vanuit die visie volgen wij een open aannamebeleid. Dat wil zeggen dat onze school open staat voor alle leerlingen, ongeacht hun culturele of religieuze achtergrond of gezindte. Wel verwachten wij dat de leerlingen meedoen met de catecheselessen en respect opbrengen voor het Christendom en voor elkaars achtergronden. 2.1.1 Reguliere aanmelding Normaal gesproken is een intakegesprek met een rondleiding het eerste moment van kennismaking met Het Baken. U kunt hiervoor telefonisch een afspraak maken met de directie. Wanneer u voor Het Baken heeft gekozen, kunt u uw kind aanmelden door middel van een volledig ingevuld en ondertekend voorlopig inschrijfformulier. U verklaart zich hierbij akkoord met de uitgangspunten en grondslagen van de school. Hierop volgt van de school een schriftelijke bevestiging dat het kind (voorlopig) ingeschreven is. Bij kinderen die van een andere basisschool komen wordt altijd door de intern begeleider van Het Baken navraag gedaan bij de school van herkomst naar de onderwijskundige, motorische en sociale hulpvraag. Wanneer er geen bijzonderheden zijn, ontvangt u een bevestiging van inschrijving en wordt uw kind definitief ingeschreven. Bij jongste kleuters vindt een dergelijke handeling uiteraard niet plaats. Een eventueel leerlingvolgsysteem van een peuterschool of kinderdagverblijf biedt daar ook nuttige informatie.

2.1.3 Aannamebeleid De Laurentiusstichting heeft een gezamenlijk protocol opgesteld voor de aanname van leerlingen op hun scholen. Het doel van dat protocol is een beleid te formuleren dat de willekeur bij aanname uitsluit. Onder aanname wordt verstaan het complex van redenen op basis waarvan besloten kan worden om een leerling niet of voorwaardelijk toe te laten en de manier waarop uitvoering wordt gegeven aan dit besluit. Het schoolbestuur is in beginsel vrij om naar eigen inzicht toelatingsbeleid te formuleren en daar uitvoering aan te geven. Ouders kunnen bij de rechtbank beroep aantekenen tegen een afwijzend besluit. De rechtbank zal marginaal toetsen, hetgeen wil zeggen dat geoordeeld wordt of er sprake is van consistent beleid, of het verzoek van de ouders gemotiveerd is afgewezen en of in redelijkheid tot de beslissing is gekomen. Op Het Baken hebben ouders van een mogelijke nieuwe leerling eerst een gesprek met de directie. Als de ouders besluiten hun kind in te willen schrijven wordt hiervoor het formulier ‘voorlopige inschrijving’ gebruikt. Hierop dienen de ouders o.a. in te vullen of er eventuele medische problemen of ontwikkelingsachterstanden zijn bij hun kind. Tevens dient ook te worden vermeld of hun kind nu of in het verleden gebruik heeft moeten maken van logopedische, (fysio)therapeutische of andersoortige hulpinstanties. Ook dienen de ouders aan te geven of zij verwachten dat hun kind wellicht extra begeleiding i.v.m. eventueel aanwezige leerproblemen, motorische problemen, gedragsproblemen of andersoortige problemen nodig zal hebben. Dit formulier dient volledig en naar waarheid te worden ingevuld en ondertekend aan de school geretourneerd te worden.

2.1.2 Groepsgrootte We delen onze groepen in volgens bepaalde criteria. Die criteria zijn: • Een evenredige verdeling van kinderen met leerproblemen • Een evenredige verdeling van dezelfde voornamen. • Een stabiele sociaal-emotionele samenstelling • Een goede verdeling jongens en meisjes • Een goede verdeling van vriendjes en vriendinnetjes • Geen grote verschillen in de grootte van parallelgroepen Het 'kiezen’ van een juf of meester behoort niet tot de mogelijkheden. We trachten steeds drie groepen 3 te formeren uit de groepen 1/2. De huidige financieringsnorm gaat uit van een gemiddelde groepsgrootte van 28 leerlingen. We hanteren echter geen rigide maximum aantal leerlingen in een groep. We vinden het wel belangrijk dat er met name in de middenbouwgroepen genoeg ruimte blijft voor eventueel zitten blijven. We willen zo voorkomen dat groepen noodgedwongen heel erg groot worden.

Op het moment dat dergelijke problemen zijn aangegeven door de ouders, dan verwachten wij dat wij - om een volledig beeld van het kind te krijgen en om een gemotiveerd en onderbouwd oordeel te kunnen geven over de eventuele aanname of

17

niet of wensen hun kind in bepaalde religieuze uitingen van dat geloof niet deel te laten nemen. Spreiding van onderwijsvoorzieningen. Door onevenwichtige verdeling van de leerling-stromen dreigt voor een naburige school van de eigen stichting opheffing. Als de door ouders/verzorgers op het voorlopig inschrijfformulier ingevulde gegevens niet volledig of incorrect zijn ingevuld en die ontbrekende gegevens er volgens de school de oorzaak van zijn dat het kind daardoor op onze school beperkt wordt in zijn ontwikkelingsmogelijkheden, dan zien wij de inschrijving als bewust gefraudeerd en beschouwen wij die inschrijving als ongeldig. Dan zal de leerling door ons als niet ingeschreven worden beschouwd en zal hem/haar de toegang tot de school worden ontzegd en zal de ouders worden gevraagd hun kind aan te melden op een andere school.

weigering van het kind - volledige inzage krijgen in alle in het verleden gedane onderzoeksresultaten en bestaande medische dossiers van het kind.

Redenen om een toelating te weigeren: 1.

In het belang van de leerling De leerling is niet geschikt voor het basisonderwijs. Dat blijkt uit een onderwijskundig rapport en/of de voorgeschiedenis van de leerling. Eventueel kan ook besloten worden om de aanname van de leerling aan voorwaarden te koppelen. Deze voorwaarden worden door het managementteam van de school opgesteld en aan de ouders voorgelegd. Als zij akkoord gaan met deze voorwaarden zullen zij deze dienen te ondertekenen. Indien later tot verwijdering van de leerling wordt besloten, kan daartoe worden overgegaan nadat aantoonbaar minstens gedurende 8 weken actief gezocht is naar een vervolgschool. Ook als geen vervolgschool voor de betreffende leerling is gevonden. Het voornemen van verwijdering behoeft de instemming van het College van Bestuur die het genomen besluit formeel bekrachtigt. De voorgenomen verwijdering wordt ook meegedeeld aan de leerplichtambtenaar van de gemeente Lansingerland.

Van rugzak naar onderwijsarrangement De Rugzak was (in is dat in de volksmond nog steeds) een andere naam voor de wet op de leerlinggebonden financiering (LGF-wet). Deze wet trad op 1 augustus 2003 in werking en geeft ouders van een kind met een handicap het recht om die school voor hun kind te kiezen die zij het meest geschikt vinden. Dat kan een reguliere (gewone) school zijn of een school voor speciaal onderwijs. Op 1 augustus 2014 stopt de “rugzak”. Kinderen, die op deze wijze extra ondersteuning ontvangen, worden op een andere wijze ondersteund. Het geld voor deze extra ondersteuning verdwijnt niet.

2.

In het belang van de school Huisvestingsproblemen. De school zit vol en aanname zou leiden tot een voor de school onacceptabele groepsgrootte. Die acceptabele groepsgrootte is ook afhankelijk van de samenstelling van de groep en kan dus niet louter cijfermatig worden vastgesteld. Didactische problemen. Door de aard van de problematiek van de aangemelde leerling is het voor ons binnen de beoogde jaargroep niet mogelijk om de leerling die kwaliteit onderwijs te bieden waar de leerling recht op heeft. Door de onderwijskundige samenstelling van de beoogde jaargroep is het voor ons niet mogelijk om de aangemelde leerling die kwaliteit onderwijs te bieden waar het recht op heeft. Door de onderwijskundige samenstelling van de beoogde jaargroep is het voor ons niet mogelijk om, na plaatsing van de aangemelde leerling, de kwaliteit van het onderwijs aan de reeds ingeschreven leerlingen in die jaargroep te blijven garanderen. De school beschikt niet over de benodigde didactische hulpmiddelen en/of kennis die nodig zijn voor de begeleiding van de specifieke onderwijsproblematiek van de aangemelde leerling en kan niet binnen afzienbare tijd aan de vraag naar deze kennis en middelen voorzien om de aangemelde leerling zich optimaal te laten ontwikkelen. De ouders van de aangemelde leerling onderschrijven de katholieke identiteit van de school

Het samenwerkingsverband PPO Delflanden heeft voor het schooljaar 2014 – 2015 overgangsbeleid gemaakt. Dit houdt in dat scholen met ouders van kinderen, die nu een rugzakje hebben en volgend schooljaar nog op de basisschool zitten in aanmerking kunnen komen voor een verlenging van dit rugzakje voor één jaar. Hiervoor is een eenvoudige procedure opgesteld die door de intern begeleiders gevolgd wordt. Het samenwerkingsverband is inmiddels met een pilot gestart om na te gaan welke arrangementen nodig zijn om kinderen, die behoefte hebben aan extra ondersteuning te kunnen helpen. Vanaf het schooljaar 2015 – 2016 gaat dit nieuwe arrangementenbeleid van start. Als school zullen wij onze mogelijkheden en onmogelijkheden gaan uitwerken in de vorm van ondersteuningsprofielen. Deze zullen in het nieuwe schoolplan dat op 1-8-2015 van kracht wordt omschreven worden.

Van ondersteuningsvraag naar arrangement of speciale lesplaats. Als blijkt dat kinderen meer nodig hebben dan basisondersteuning worden ouders betrokken bij het doorlopen van het gehele proces om te komen tot een arrangement of speciale lesplaats.

18

ingericht. (Zie hiervoor hoofdstuk 2.11) Naast reguliere scholen sluiten ook scholen voor speciaal basisonderwijs (in po), scholen voor praktijkonderwijs (in vo) en scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs (voor cluster 3 en 4) aan. Cluster 3 is het onderwijs aan kinderen met een verstandelijke, lichamelijke of meervoudige handicap en voor langdurig zieke kinderen. Cluster 4 is onderwijs voor kinderen met ernstige gedrags- of psychiatrische stoornissen.

Samengevat gaat dit als volgt. • Vaststellen of basisondersteuning wel of niet toereikend is. • Lokale ondersteuningsadviseur van het samenwerkingsverband gaat hierover in gesprek met de school. • De school is vanuit het leerlingvolgsysteem dat zij hanteren begonnen met de invulling van het groeidocument. • Indien vastgesteld is dat het kind extra ondersteuning nodig heeft, worden er gesprekken gepland met ouders, basisschool, de lokale ondersteuningsadviseur en eventueel een andere expert. • Bij een route naar een speciale lesplaats wordt ook een vertegenwoordiger van de school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs uitgenodigd. • Alle betrokken gaan samen een ontwikkelingsperspectief maken. • Hierin wordt beschreven wat het kind nodig heeft om tot goed onderwijs te kunnen komen en op welke lesplaats dat het beste kan. • Bij een arrangement op de basisschool waar het kind al zit, kan bij een goed samengesteld ontwikkelingsperspectief snel een besluit worden genomen. • Bij een speciale lesplaats gaat het ontwikkelingsperspectief naar de toelaatbaarheidscommissie van het samenwerkingsverband. Deze beoordeelt het ontwikkelingsperspectief dat door alle betrokkenen gezamenlijk is gemaakt. • Een toelaatbaarheidsverklaring zal, uitgezonderd bepaalde doelgroepen, altijd tijdelijk zijn. Met ouders en scholen wordt hierover altijd gesproken. Zij brengen hierover een advies uit.

Moeten wij als school elke aangemelde leerling aannemen? Nee. De school waar een leerling wordt aangemeld, hoeft niet alle leerlingen op de eigen school te plaatsen. Net als in de huidige situatie, moet de school eerst onderzoeken of zij de leerling een passend onderwijsprogramma kan bieden. Zie hiervoor de bovenstaande alinea’s waarin het aanname- en verwijderingsbeleid is omschreven. Als blijkt dat plaatsing een onevenredige belasting is voor de school, dan moet de school (het bestuur) een andere school vinden die een passend onderwijsaanbod kan bieden en waar het kind ook kan worden geplaatst. De verantwoordelijkheid om een passende plek te vinden op een andere school, is geregeld in de Wet passend onderwijs. 2.1.4 Verwijderingbeleid De Laurentiusstichting heeft een gezamenlijk protocol opgesteld voor de verwijdering van leerlingen van hun scholen. Het doel van dat protocol is een beleid te formuleren dat de willekeur bij verwijdering uitsluit. Onder verwijderingbeleid wordt verstaan het complex van redenen op basis waarvan besloten wordt/kan worden om een leerling van school te verwijderen en de manier waarop uitvoering wordt gegeven aan dit besluit. Verwijdering van leerlingen is aan wettelijke voorschriften gebonden. Definitieve verwijdering van een leerling kan alleen plaatsvinden als aantoonbaar gedurende minstens 8 weken zonder succes gezocht is naar een andere school of instelling. Als er binnen 8 weken een vervolgschool gevonden is, is er sprake van een overgang. Overgang van een basisschool naar een school voor speciaal onderwijs is daarnaast alleen mogelijk als dit plaatsvindt in overeenstemming met de ouders.

De aanname van deze leerlingen geschiedt op dezelfde wijze en volgens dezelfde criteria als eerder beschreven in het algemene aannamebeleid. Wij willen nimmer meer dan één rugzakleerling per jaargroep plaatsen.

2.1.3.1 Passend Onderwijs Passend onderwijs en aannamebeleid Door de wet op het passend onderwijs verandert er per 1 augustus 2014 wel iets in het aannamebeleid. Schoolbesturen krijgen een zorgplicht om voor alle leerlingen die worden aangemeld, of staan ingeschreven, een zo passend mogelijk onderwijsaanbod te doen. Omdat niet kan worden verwacht dat (reguliere) scholen alle kinderen die worden aangemeld een passend aanbod kunnen bieden, gaan scholen regionaal (in een aaneengesloten gebied) samenwerken. Hiertoe worden samenwerkingsverbanden passend onderwijs voor po en voor vo

De redenen voor verwijdering. In het belang van het kind De leerling is niet geschikt voor het basisonderwijs en verlenging van het verblijf beperkt de leerling in zijn/haar ontwikkelingsmogelijkheden. Als besloten wordt tot overplaatsing, dan stelt de directie serieuze plannen in het werk om de leerling elders geplaatst te krijgen. Deze pogingen en de reacties daarop worden schriftelijk vastgelegd. Als de ouders op deze gronden niet instemmen met de overgang naar een andere schoolsoort, dan kan het

19

een kind tussen 1 oktober en 1 januari zes jaar wordt, kijken we gericht naar de cognitieve en sociale ontwikkeling. Kinderen die na 1 januari geboren zijn blijven meestal nog een jaar in groep 2. Van deze regel wordt afgeweken als uit observaties en toetsgegevens blijkt dat een kind zowel cognitief als emotioneel rijp is voor een vroegtijdige overgang naar groep 3.

bestuur niet tot verwijdering overgaan. Afhankelijk van de dan ontstane situatie kan in overleg met de leerplichtambtenaar gezocht worden naar een oplossing. De school behoudt zich dan wel het recht voor om eventuele onevenredige didactische inspanningen in de vorm van begeleiding en middelen aan deze leerling te beperken. De vertrouwensrelatie is door het gedrag van de leerling of door conflicten met de ouders/verzorgers zodanig verstoord dat de basis voor verdere samenwerking ontbreekt. Een schriftelijk verslag van de gesprekken wordt door de directie aan het Bestuur voorgelegd. Indien het Bestuur instemt met het voorstel, dan wordt het voornemen om de leerling te verwijderen schriftelijk meegedeeld aan de ouders. Als de ouders medewerking weigeren dan stelt de directie in overleg met de leerplichtambtenaar pogingen in het werk de leerling elders geplaatst te krijgen. Mocht dit aantoonbaar na 8 weken niet gelukt zijn, dan brengt het Bestuur het besluit om de leerling toegang tot de school te ontzeggen ten uitvoer.

In de groepen 3 t/m 8 vindt differentiatie en individualisering plaats volgens het directie instructie model waarbij we leerlingen in drie niveaugroepen indelen. Met name voor de vakken taal, spelling, begrijpend lezen en rekenen. Op deze wijze wordt rekening gehouden met goede en zwakke, snelle en minder snelle leerlingen en hier zijn de methodes ook op geselecteerd. Wanneer de ontwikkeling wat minder vanzelfsprekend verloopt, bieden we hulp. Wie moeite heeft met een bepaald leerstofonderdeel krijgt extra instructie en/of extra oefenstof. Wie goed kan leren, krijgt extra uitdagende opdrachten (is anders dan meer van hetzelfde!). Over het algemeen kunnen we stellen, dat de kinderen zich binnen ons onderwijs goed kunnen ontwikkelen. Voor een aantal kinderen geldt dit echter niet. Soms vormen het gedrag, de prestaties in de groep of de uitslagen van toetsen aanleiding om extra maatregelen te nemen. Soms is het verstandig dat een kind een jaar langer in een groep of bouw blijft. Het kan zijn dat het kind gewoon nog niet rijp is voor een volgende bouw. Of de leerstof kan zo moeilijk voor een kind zijn dat het wijs is om de stof nog eens in alle rust door te nemen. Wij spreken in dat geval over een ‘zorgleerling’.

In het belang van de medeleerlingen De leerling vraagt een onevenredige mate aan begeleiding en middelen. De inzet hiervan gaat zeer ten koste van de overige leerlingen. Dit beleid is zowel door de Laurentiusstichting als de medezeggenschapsraad aangenomen. 2.1.5 De indeling van kinderen in de groepen Bij de indeling van de kinderen hanteert de school de volgende criteria: evenredige leeftijdsopbouw binnen de groep: jongste/middelste/oudste kleuters, een zo gelijk mogelijke verdeling van jongens en meisjes, eventueel wijkgebonden factoren en een evenredige verdeling van kinderen met extra zorg. Indien mogelijk wordt ook met door de ouders aangedragen bijzondere omstandigheden rekening gehouden.

Handelingen voor de school indien er sprake is van een zorgleerling • Een zorgleerling dient door de leerkracht minstens 3x per jaar besproken te worden met de intern begeleider, 2x per jaar met de ouders en indien nodig een of meerdere malen met ouders en intern begeleider. e • In maart (2 rapport) moet al aangegeven worden of er vanuit school gedacht wordt aan zittenblijven. Dat kan alleen indien er van bovenstaande situatie sprake is en de gegevens uit beide LVS-systemen met de IBer zijn besproken. • Deze gegevens worden door de leerkracht ook met de ouders besproken. • Afhankelijk van het proces dat ouders en kind doorlopen, zijn er een of meer gesprekken tussen ouders en leerkracht of tussen intern begeleider en ouders. Deze gesprekken vinden plaats tussen februari en juni.

2.1.6 Procedure rond doubleren Wij streven naar een onderwijs, dat zodanig is gericht, dat leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen en dat is afgestemd op de voortgang van die ontwikkeling. Het Baken is klassikaal georganiseerd; het leerstofjaarklassensysteem. Kinderen van eenzelfde leeftijd zitten meestal in dezelfde groep. Elk kind echter is uniek en ontwikkelt zich van nature binnen zijn/haar eigen mogelijkheden en beperkingen. Het is nieuwsgierig en wil steeds iets nieuws leren. Op school stimuleren we de kinderen en dagen ze uit nieuwe dingen te ontdekken. In de groepen 1 en 2 is voor ons spelenderwijs "leren" heel belangrijk, waarbij het volgen van de sociaalemotionele ontwikkeling van elk kind, als basis voor de verstandelijke ontwikkeling, prioriteit geniet. Kinderen in groep 2 die voor 1 oktober zes jaar worden, gaan in de regel over naar groep 3. Wanneer

Deze keuze (doubleren of niet) kan worden gemaakt: • als de leerling sterk onder het niveau van de groep presteert;

20

• • • •

2.1.7 Voor het eerst naar de basisschool Zes weken voor uw kind 4 jaar wordt, ontvangt u van ons een wenbrief. Hierin staat o.a. bij welke juf uw kind in de groep komt en daarnaast vijf data om te komen wennen op school. Aansluitend op de eerste wenochtend bespreekt de groepsleerkracht met u hoe het die ochtend verlopen is. Na die eerste wenochtend ontvangt u bovendien een intakeformulier van de leerkracht. Dit formulier mag u thuis invullen en daarna terug geven aan de leerkracht van uw kind. Is het kind vier jaar, dan mag hij of zij vanaf dat moment hele dagen de school bezoeken. Als school toch nog wat teveel inspanning vraagt, dan kunnen ze nog af en toe een dagje thuis blijven. Na vijf lesweken zal de leerkracht u uitnodigen voor een intake gesprek. Dit doen we om de aanwezige gegevens te controleren, maar ook om mogelijk belangrijke aanvullende informatie te kunnen vastleggen. Dit alles om de kinderen zo goed mogelijk te kunnen begeleiden. Van alle gesprekken wordt verslag gedaan en dit verslag wordt bewaard in het dossier van de leerling.

als de leerling de leerstof niet vlot genoeg kan opnemen; als de leerling sociaal-emotioneel niet op het niveau van de groep functioneert; doubleren moet wel altijd een meerwaarde hebben, zoals betere rijping of een stevigere (cognitieve) basis; eind april moet vanuit school het advies gegeven worden in een gesprek tussen leerkracht en ouders. Het advies van de school is bindend!

Indien een doublure definitief is moet de leerkracht dat zo spoedig mogelijk melden in een leerling bespreking. Verschil van inzicht met de ouders: In de meeste gevallen zijn ouders en leerkrachten het eens over zo'n keuze. Een heel enkele keer komen ouders en leerkrachten niet tot een compromis. Voor deze incidentele gevallen is het volgende beleid opgesteld: • De leerkracht volgt een kind met het leerlingvolgsysteem. Dit is KIJK (groepen 1/2) of het CITO leerlingvolgsysteem (groepen 3 t/m 8) bij de leerontwikkeling. Bij de sociaal emotionele ontwikkeling is dit het leerlingvolgsysteem SCOL. • Zijn de ouders het niet eens met de beslissing, dan volgt (indien mogelijk) verder onderzoek door de leerkracht of de intern begeleider. • Te denken valt aan een observatie, toets* en/of een motorische screening. Dit onderzoek wordt afgesloten met een gesprek tussen ouders en leerkracht (indien gewenst met de intern begeleider). De leerkracht of de intern begeleider schrijft een verslag van het gesprek met eventuele afspraken. Mocht het verschil van inzicht met de ouders dan nog bestaan, dan neemt het MT een bindende beslissing.

2.2

HET LEERLINGVOLGSYSTEEM

2.2.1 De kleutergroepen Vanaf het moment dat uw kind op school komt, worden de cognitieve ontwikkelingen van uw kind getoetst d.m.v. ons Cito-leerlingvolgsysteem. Er worden toetsen afgenomen op het gebied van: Taal, Ordenen, Ruimte en Tijd. We maken in de groepen 1 en 2 gebruik van een webbased digitaal leerlingvolgsysteem: KIJK. De ontwikkeling van jonge kinderen is van groot belang. In de onderbouw vinden allerlei essentiële ontwikkelingen plaats en wordt de basis gelegd voor de verdere schoolloopbaan. Om kinderen zo goed mogelijk in hun ontwikkeling te kunnen begeleiden, om tijdig achterstanden weg te werken, om ze steeds een stapje verder te brengen in hun ontwikkeling, is het belangrijk om goed zicht te hebben op het verloop van hun ontwikkeling. Daartoe is het KIJK!registratiemodel voor groep 1 en 2 ontwikkeld. Wij kunnen hiermee de ontwikkeling van kinderen over een langere periode volgen en eventuele problemen tijdig signaleren. Ga je professioneler naar het gedrag en de (werk)houding van kinderen kijken dan kom je vanzelfsprekend ook bij het leerkracht handelen en de leerkrachtvaardigheden uit. Op welke wijze zorg ik als leerkracht voor sfeer in de groep, hoe beïnvloed ik gedrag van kinderen en in welke mate is mijn kijken naar en denken over gedrag van kinderen van invloed op mijn handelen? Hoe houd ik zicht op de voortgang van de ontwikkeling van elk kind? Wij kunnen nu nog beter aanbod samenstellen waarbij alle ontwikkelingsaspecten aan bod komen en waarbij de inbreng van kinderen een plaats krijgt. Op dit moment

In zeer specifieke situaties: Als ouders tegen het advies van de school in het kind toch door willen laten gaan, moet het laatste gespreksverslag ondertekend door de ouders opgenomen worden in het dossier. Dit kan alleen als ook de school enige twijfels heeft over het nut van het doubleren, aan de hand van toetsen observatieresultaten. Meestal zal het hier gaan om de sociaal-emotionele ontwikkeling. Het kind gaat in dat zeer uitzonderlijke geval dan op verantwoording van de ouders door. De extra zorgtijd (individuele aandacht in de groep, samenstelling van individuele leerlijnen, RT- en IB-tijd) die wij aan dit soort leerlingen besteden, mag niet ten koste gaan van andere leerlingen. Een en ander zal opgenomen worden in het verslag.

21

Al deze toetsgegevens worden samen met de resultaten van de methodetoetsen gebruikt om een duidelijk beeld te krijgen van de schoolresultaten van ieder kind. Zo kunnen wij ook de ontwikkeling volgen van het kind en waar nodig extra hulp bieden. Tijdens de leerlingenbesprekingen worden deze zaken nader besproken met de intern begeleider en de verschillende teamleden. Aan de hand van deze gesprekken worden zogenaamde (groeps)handelingsplannen gemaakt om de hulp zo goed mogelijk te stroomlijnen.

werkt de school aan deze zaken middels het traject HGW (Handelingsgericht Werken). Deze manier van werken en het nieuwe registratiesysteem sluiten naadloos bij elkaar aan. Op dit moment volgen alle onderbouwleerkrachten collectief een cursus om zich het werken met dit nieuwe leerlingvolgsysteem eigen te maken. (zie hoofdstuk 2.7) Voor het in kaart brengen van de sociale ontwikkeling gebruiken we SCOL. Hierdoor kunnen we zo goed mogelijk op de sociaal emotionele ontwikkelingen van uw kind inspelen en indien mogelijk speciale maatregelen treffen om uw kind te begeleiden.

Naast de rapporten en de toetsgegevens van het CITO heeft de school van iedere leerling een elektronisch en papieren leerlingendossier. Daarin worden gegevens bewaard over de gezinsomstandigheden, de leerlingen besprekingen, gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen, toets- en rapportgegevens van de verschillende jaren, enz. Zo ontstaat er van iedere leerling een overzichtelijk en zeer compleet beeld van de schoolperiode van het kind. Deze papieren dossiers worden (om de privacy te waarborgen) bewaard in een afgesloten dossierkast. Het elektronische dossier is alleen toegankelijk voor leerkrachten. Naast de schoolleiding, de intern begeleider en de groepsleerkracht heeft alleen u als ouder recht op inzage. Wanneer u het dossier van uw kind wilt inzien, verzoeken we u hiervoor een afspraak te maken met de leerkracht van uw kind, de intern begeleider of de directie.

2.2.2 Groep 3 en hoger Vanaf groep 3 wordt de oefenstof van de kinderen grotendeels door de leerkracht nagekeken. In de hogere groepen wordt werk regelmatig met de kinderen samen nagekeken en besproken. Ook kijken kinderen zelf hun oefenstof na, wat niet altijd door de leerkracht wordt overgedaan. Het kan dus voorkomen dat niet al het oefenwerk van de kinderen door de leerkracht is beoordeeld. Toetsen die bij de verschillende methoden behoren, worden echter altijd door de leerkracht gecorrigeerd. De behaalde resultaten worden geregistreerd in een klassenmap. Deze resultaten vormen later mede de basis voor de rapportage naar de ouders. Op dit rapport worden ook de resultaten van de CITOtoetsen weergegeven. Dit betekent dat de school de cognitieve vorderingen van een leerling kan volgen van groep 1 tot en met groep 8. We toetsen zo het lezen, de spelling, het rekenen, de schrijfvaardigheid en het onderdeel wereldoriëntatie. De scoreresultaten van de toetsen van het CITO leerlingvolgsysteem worden in de computer ingevoerd en daarmee verwerkt Voor alle duidelijkheid: De normering van een kind is dus niet afhankelijk van het klassengemiddelde, maar van een landelijk gemiddelde! De resultaten worden omgerekend in zogenaamde percentielscores. Dat is echt wezenlijk anders dan het ‘tienpunts-systeem’ zoals bijvoorbeeld in het voortgezet onderwijs gehanteerd wordt. Het is dus niet zo dat 75% goed automatisch een 7½ is. Het percentage goedgemaakte opgaven wordt dus eerst nog omgerekend.

2.3 SPECIALE ZORG VOOR KINDEREN Sommige kinderen hebben naast het aangeboden leerprogramma extra individuele hulp nodig. In eerste instantie vindt deze hulp gewoon plaats in de eigen groep door de groepsleerkracht. Op onze school is ook een onderwijsassistent aanwezig ter ondersteuning van deze leerlingen. Uiteraard worden de ouders over deze werkwijze op de hoogte gebracht en gehouden. De intern begeleiders regelen de contacten tussen de leerkrachten onderling en geven indien noodzakelijk advies over de aanpak van de leerling die begeleid wordt. Ook hebben zij geregeld contacten met externe hulpinstanties. Leerkrachten kunnen ook tussentijds beroep doen op de intern begeleiders.

Op het gebied van de sociaal-emotionele ontwikkeling hanteren we het SCOL volgsysteem. Twee keer per jaar worden de leerlingen op 8 gebieden gescreend. Deze gebieden zijn: ervaringen delen, aardig doen, samen spelen en werken, een taak uitvoeren, jezelf presenteren, een keuze maken, opkomen voor jezelf en omgaan met ruzie. De vakleerkracht voor lichamelijke opvoeding volgt de motorische ontwikkeling van de kinderen.

22

nodig hebben. Tijdens deze besprekingen worden de resultaten van de kinderen bekeken, aan de hand van het intakeformulier, waaronder ook toetsresultaten, en worden afspraken gemaakt voor de komende periode, die vastgelegd worden in handelingsplannen. Wanneer een leerling structureel in de leerlingbespreking wordt besproken, wordt u hiervan uiteraard op de hoogte gebracht.

De onderwijsassistent zorgt, voor zover mogelijk, voor de praktische uitvoering en reikt concreet materiaal aan. Remedial teaching buiten de groep wordt op deze manier in principe slechts een beperkte periode (doorgaans rond de zes weken) gegeven. Het is immers de bedoeling, dat de leerling na een korte periode van hulp het programma in de groep weer kan volgen. Continu remedial teaching zou eigenlijk betekenen dat het kind niet op de goede plek zit of een apart programma nodig heeft. Het accent van de remedial teaching verschuift steeds meer naar hulp in de klas in plaats van erbuiten, waarbij de leerkracht zelf de handelingsplannen uit gaat voeren, of de onderwijsassistent in de groep ondersteuning biedt. Via een standaardformulier of middels een oudergesprek, krijgen de ouders altijd bericht wanneer de extra hulp begint en wanneer deze stopt. Indien na intensieve hulp of met een duidelijke hulpvraag extra onderzoek noodzakelijk is, wordt er contact opgenomen met Onderwijs Advies. Deze verricht een onderzoek, waarna advies gegeven wordt over verder aanpak op school, inroepen van externe hulpverlening. In sommige gevallen kan na onderzoek geadviseerd worden verwijzingstraject op te starten voor een speciale school voor basisonderwijs.

2.4

2.6 (GROEPS)HANDELINGSPLAN In een (groeps)handelingsplan wordt vastgelegd wat het doel is van een bepaalde behandeling, hoe lang die gaat duren, wie de behandeling uitvoert, wanneer en waar dat gebeurt en welke materialen er gebruikt worden. Tijdens de eerstvolgende leerlingbespreking wordt het handelingsplan en het procesverloop geëvalueerd en zonodig bijgesteld. Met name deze structurele terugkoppeling geeft ons de mogelijkheden om zeer gericht de vorderingen van uw kind te blijven volgen. De hierboven genoemde procedure is zeer intensief, maar we kunnen vaststellen dat deze werkwijze ook daadwerkelijk resultaten oplevert. We accepteren echter ook verschillen in ontwikkeling van leerlingen, zowel voorsprong als achterstand. Ieder kind is uniek en ieder kind zal zich op eigen wijze ontwikkelen. Dit betekent dus ook dat niet automatisch iedere achterstand of voorsprong begeleiding behoeft. Bij zorgen over het verloop van de ontwikkeling zal extra hulp altijd in goed overleg met u gebeuren.

DE PRAKTIJK

2.4.1 Signalering In veel gevallen signaleert de leerkracht als eerste dat een kind bepaalde leerstof niet aankan of de leerstof wellicht te gemakkelijk vindt. Ook kunnen er gedragsproblemen of andere problemen zijn. Dit kan waargenomen worden door observaties in de klas, resultaten van methodegebonden toetsen of door de resultaten van een afgenomen Cito-toets uit het leerlingvolgsysteem. Soms ook geven ouders aan dat hun kind extra in de gaten gehouden moet worden.

2.7 HANDELINGSGERICHT WERKEN (HGW) Al gedurende een aantal jaar volgen we met het gehele team leerkrachten een continu scholingstraject in het kader van ‘Handelingsgericht werken’. Het gaat hier om een combinatie van theoretische scholing (20%) en werkplekleren (80%). Wij worden daarin begeleid door een expert van OinO. HGW gaat over omgaan met verschillen. Het is een werkwijze die de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding voor alle leerlingen beoogt te verbeteren. Het maakt adaptief onderwijs en doeltreffende leerlingbegeleiding concreet. De volgende uitgangspunten zijn daarbij essentieel: De onderwijsbehoeften van leerlingen staan centraal: Wat hebben zij nodig om bepaalde onderwijsdoelen te behalen? Het gaat om afstemming en wisselwerking tussen deze leerling, deze groep, deze leerkracht, deze school en deze ouders. Er wordt meer gekeken naar de mogelijkheden die een kind en/of een leerkracht heeft en minder naar de onmogelijkheden. Samenwerking tussen leerkrachten, leerlingen, ouders, interne en externe begeleiders is noodzakelijk om passend onderwijs te kunnen realiseren. De leerkracht formuleert lange- en korte termijndoelen voor het leren, de werkhouding

Vervolgens is het van belang om de resultaten te wegen: in hoeverre is er sprake van een structurele leerachterstand of bijvoorbeeld structurele gedragsproblemen, of betreft het een incidenteel probleem. In veel gevallen kan de leerkracht zelf een oplossing vinden en zelf het probleem aanpakken. Wanneer duidelijk is dat er structurele problemen zijn, dan vult een leerkracht een intakeformulier in voor de leerlingbespreking. In dit intakeformulier beschrijft de leerkracht wat er aan de hand is, wat er al gedaan is en vooral wat de hulpvraag is van de leerkracht: Hoe kan ik dit kind verder helpen? Vervolgens wordt het kind besproken in de leerlingbespreking.

2.5 LEERLINGENBESPREKING Per schooljaar is er 4x overleg tussen de intern begeleider en de groepsleerkrachten over de vorderingen van de leerlingen in de groep en in het bijzonder over de leerlingen die speciale begeleiding

23

en het sociaal-emotioneel functioneren van de leerlingen en evalueert deze in een cyclus van planmatig handelen. Het groepsplan staat hierbij centraal. De onderwijs- en begeleidingsroute verloopt systematisch, in stappen en transparant. Het is een ieder duidelijk hoe de school wil werken en waarom.

-

vormgeven van een aanpak. Uiteraard wordt u bij de uitnodiging geïnformeerd over wie school uitnodigt. Er is geen vooraf bepaald advies dat deskundigen meedelen aan u als ouder; met elkaar wordt tijdens het overleg besproken welke vervolgstappen gezet gaan worden. U praat hierover mee!

De inzet van de school is om, via deze vroege signalering en door snel te handelen met een passend ondersteuningsaanbod als dit nodig is, uw kind op de eigen basisschool zich verder te kunnen laten ontwikkelen. Als dit toch niet lukt wordt een zorgvuldig traject bewandeld om af te wegen welke school meer passend is voor uw kind.

2.9

VERWIJZING NAAR HET SPECIAAL ONDERWIJS Als er bij een leerling sprake is van een achterstand op leer- en/of gedragsgebied, die zo ernstig is, dat onze school zelf niet in staat is voldoende begeleiding te bieden, wordt met de ouders overlegd of plaatsing op een speciale school voor basisonderwijs niet beter zou zijn. Daarna vindt er een onderzoek plaats. Dit wordt door Onderwijs Advies en de school uitgevoerd. Blijkt uit het onderzoek dat overplaatsing naar het speciaal onderwijs wenselijk is en de ouders het daarmee eens zijn, dan melden de ouders zelf hun kind bij de PCL aan voor een toelatingsonderzoek. De school zal u natuurlijk in dit traject begeleiden. De Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) bepaalt uiteindelijk of plaatsing terecht is. Uiteraard gebeurt e.e.a. in nauwe samenspraak tussen ouders en school.

Deze cursus zal ook volgend jaar met dezelfde intensiteit worden voortgezet. Wij hopen hierdoor de onderwijskwaliteit op onze school (nog) verder te kunnen verhogen en leerlingen gedifferentieerder te kunnen begeleiden. 2.8 DE IHI-WERKWIJZE Lansingerland beschikt ook over een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). De doelstelling van het CJG is om jeugdzorginstellingen goed met elkaar te laten samenwerken, zodat u als ouder niet van het kastje naar de muur wordt (door)gestuurd. Het basisonderwijs is een plaats waar alle kinderen van 4 tot 12 jaar ca. 25 uur per week zijn en waar leerkrachten een goed beeld hebben van hoe uw kind zich ontwikkelt. Onderwijs en CJG werken samen om een goede op elkaar aansluitende zorg voor kinderen en gezinnen te realiseren.

2.10 ZORG VOORZIENINGEN

Op school wordt hiervoor de IHA werkwijze gehanteerd. Deze afkorting staat voor: Integraal Handelingsgericht Arrangeren

2.10.1 Orthotheek In onze uitgebreide orthotheek staan materialen die (naast de methodes) gebruikt worden om leerlingen met leer- en/of gedragsproblemen te begeleiden. Ook zijn er materialen aanwezig voor kinderen met ontwikkelingsvoorsprong. Het is dus een soort hulpbibliotheek voor leerkrachten. Op basis van de hulpvragen die gaan ontstaan wordt er regelmatig actueel materiaal aangeschaft om zo de nieuwste ontwikkelingen op begeleidingsgebied te blijven volgen. Ook de computers worden veelvuldig gebruikt om kinderen extra leerstof te laten oefenen. Wij beschikken over actuele leeren ontwikkelingsprogramma's die de kinderen zelfstandig of onder begeleiding van de remedial teacher of hulpouders kunnen gebruiken.

De uitgangspunten van de IHA werkwijze zijn: School ziet u als ouder als een gelijkwaardige partner. School zal niets aan extra ondersteuning voor uw kind ondernemen, zonder hierover met u in gesprek te gaan. School handelt preventief. Dat wil zeggen dat bij de eerste vragen of zorgen over de ontwikkeling van uw kind gaat de leerkracht in gesprek met u. De schoolmaatschappelijk werkster is voor enkele uren per week aan school verbonden. Zij is als partner van het CJG de verbindende schakel tussen onderwijs en jeugdzorg. U bent als ouder gesprekspartner in het brede overleg. Dit is een overleg waarbij behalve de leerkracht en de intern begeleider ook die (CJG)deskundigen zijn uitgenodigd die vanuit hun expertise of vanuit hun al betrokken zijn bij uw kind en/of uw gezin meedenken over het

2.10.2 Jeugdgezondheidszorg De dienst Jeugdgezondheidszorg (dus ook de schoolarts) valt onder de Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD) Rotterdam en omstreken. Totdat uw kind 4 jaar wordt valt het onder de zorg van 24

het consultatiebureau. Als uw kind naar de basisschool gaat wordt de zorg overgenomen door de jeugdgezondheidszorg van de GGD Rotterdam en omstreken. Bij de jeugdgezondheidszorg werken jeugdartsen, sociaalverpleegkundigen en doktersassistenten in teamverband. Deze zorg is geheel kosteloos. De afdeling Jeugdgezondheidszorg houdt zich bezig met het bevorderen en bewaken van gezondheid, groei en ontwikkeling van jeugdigen van 4 tot 19 jaar. Dit noemen we preventieve gezondheidszorg.

ook wanneer er in hogere groepen kinderen binnenstromen die logopedische problemen hebben, dan kunnen die door de logopedist gescreend worden. Om te zorgen dat de voorselectie van de kinderen zo betrouwbaar mogelijk verloopt, worden de leerkrachten van groep 1 en 2 en de intern begeleiders opgeleid om problemen in de mondelinge communicatie zo effectief mogelijk te signaleren. De screening van leerlingen van onze school wordt uitgevoerd door logopedisten van Logopediepraktijk Mark Pertijs.

Dit bevorderen en bewaken doen zij onder andere door: • preventieve onderzoeken; • extra onderzoeken naar aanleiding van eerder onderzoek; • extra onderzoeken op verzoek van ouder(s), school, consultatiebureau, onderwijs adviesdienst; • advisering op sociaal medisch en logopedisch gebied; • leerlingenbespreking op school; • afname klassikale vragenlijsten omtrent gezondheidsbevorderend gedrag; • advisering over lesmateriaal, hygiëne en gezondheid en welzijn op school.

De logopedische screening bestaat uit een kort onderzoekje van ongeveer 15 minuten. Het doel van de screening is: • Bepalen of er problemen zijn op gebied van stem, spraak, taal, gehoor of mond gedrag. • Bepalen of een kind risico loopt problemen te krijgen in het volgen van het onderwijs, doordat bepaalde spraak-, taal-, gehoorof luistervaardigheden nog onvoldoende zijn ontwikkeld. 2.10.4 Schoolbegeleidingsdienst Onze school heeft een geregeld contact met de schoolbegeleidingsdienst OA/MHR, dat gevestigd is in Delft, Leiden Gouda, en Zoetermeer. De begeleiding bestaat uit: systeembegeleiding (inhoud geven aan de basisschool, schoolplanontwikkeling, enz.) en leerlingbegeleiding, zoals onderzoeken, observaties, enz. Uiteraard maken wij ook gebruik van andere begeleidingsdiensten en vormen van begeleiding.

Zij hebben regelmatig contact met onder andere leerkrachten, schoolbegeleiders, huisartsen, medische specialisten, RIAGG, enz. Onderzoek van een kind en dossieroverdracht bij schoolverandering vindt plaats, tenzij de ouder(s) hiertegen schriftelijk bezwaar aantekenen. Op de dossiers van de jeugdgezondheidszorg is de Wet Persoonsregistratie van toepassing. De dossiers worden bewaard tot het kind 21 jaar is en daarna vernietigd. In het privacyreglement van de GGD staat beschreven hoe er met privacy wordt omgegaan. Dit reglement ligt tijdens kantooruren, na afspraak, op de GGD ter inzage.

2.11 WSNS: WEER SAMEN NAAR SCHOOL Vanaf 1 augustus 2014 maakt onze school deel uit van het samenwerkingsverband passend primair onderwijs Delflanden. Dit samenwerkingsverband bestaat uit de basisscholen, die gehuisvest zijn in Delft, Den Hoorn, Lansingerland, Pijnacker-Nootdorp en Schipluiden. Tevens de scholen voor speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs, die gehuisvest zijn in deze vier gemeenten. ( www.swv2802.nl ) Doel van deze samenwerking is om kinderen in de leeftijd van 4 – 12 jaar een passende onderwijsplek aan te bieden.

2.10.3 Logopedie Op Het Baken vinden we het belangrijk dat de kinderen zich mondeling en schriftelijk goed kunnen uitdrukken. Om dit te kunnen bereiken werkt onze school samen met logopedisten uit de omgeving. Logopedisten zijn deskundigen op gebied van de mondelinge communicatie. Zij onderzoeken en behandelen hulpvragen op gebied van stem, spraak, taal, gehoor en mondgedrag. Aangezien de mondelinge communicatie zo belangrijk is voor de totale ontwikkeling, is een belangrijk aspect van logopedie het voorkomen van problemen in de mondelinge communicatie van uw kind. Deze preventie van problemen in de mondelinge communicatie bestaat uit een screening van ongeveer 50% van de kinderen tussen 4,9 jaar en 5,9 jaar. Deze kinderen worden voorgedragen op de indicatie door de groepsleerkracht of op verzoek van de ouders. Meestal zijn dit kinderen uit groep 2, maar

Voor ouders en andere belangstellenden hebben scholen met elkaar afspraken gemaakt over de basisondersteuning in de basisscholen. Basisondersteuning betekent hier dat basisscholen afgesproken hebben om een bepaald onderwijsniveau te kunnen leveren. Indien kinderen meer dan deze basisondersteuning nodig hebben, dan zijn er aanvullende arrangementen of er zijn speciale lesplaatsen voor deze kinderen. De wetgeving met betrekking tot Passend Onderwijs geeft aan dat iedere school een schoolondersteuningsprofiel dient te krijgen, zodat ouders een goed zicht krijgen op het profiel van de 25

worden. Ook in dit geval zullen we u daarvan op de hoogte stellen. Wanneer we besluiten een plan van aanpak (handelingsplan) te gaan opstellen en uitvoeren, rekenen we natuurlijk op uw toestemming. De ondersteuning kan, middels observatie of onderzoek, ook plaatsvinden door een externe deskundige (OA). Dat zal echter niet gebeuren zonder dat u daarvoor eerst toestemming heeft gegeven.

school en binnen het samenwerkingsverband geconstateerd kan worden of er een dekkend netwerk van voorzieningen is. Het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband geeft hier meer informatie over. Alle scholen hebben daarvoor een schoolondersteuningsprofiel gemaakt op basis van hetzelfde instrument. Het is de eerste keer dat scholen hiermee werken en het is ook de eerste keer dat scholen op die manier met elkaar vergeleken kunnen worden. De komende jaren zullen deze schoolondersteuningsprofielen verder ontwikkeld gaan worden, zodat ze een duidelijker functie kunnen gaan krijgen met betrekking tot het informeren van ouders en andere belangstellenden. Op dit moment zien wij deze schoolondersteuningsprofielen als een groeidocument. Door ervaring hiermee op te doen, kunnen we dit model verder gaan uitwerken. De bedoeling is om dit document verwerkt te hebben in het nieuwe schoolplan dat op 1-8-2015 van kracht wordt.

3. Bovenschoolse zorg Hiermee bedoelen we de bijzondere zorg die nodig is en die we als school onvoldoende kunnen bieden. Voordat we praten over bovenschoolse zorg is er reeds langdurig contact met u geweest en bent u op de hoogte van de gesignaleerde problematiek. Uw kind wordt aangemeld bij de PCL. De afkorting PCL staat voor Permanente Commissie Leerlingenzorg. Deze commissie maakt deel uit van ons samenwerkingsverband en heeft als taak te bezien of plaatsing op de SBO het beste is voor uw kind. Uiteraard gebeurt dit in nauw overleg tussen de ouders, de intern begeleider en de directie van de school.

2.12 LEERLINGENZORG: EEN ZAAK VAN U EN DE SCHOOL Zoals al eerder genoemd is de zorg voor uw kind een gedeelde zorg: voor u als ouders en voor ons als school. Ons samenwerkingsverband gaat er dan ook van uit, dat de zorg voor de kinderen pas kansen heeft op succes wanneer de samenwerking tussen ouders en school optimaal is. Indien de ontwikkelingen van uw kind speciale zorg behoeven, betrekken wij daar de ouders/verzorgers bij. U, als ouder, heeft daar ook recht op. De school is daar op bepaalde momenten in de zorgprocedure zelfs toe verplicht. Wij willen u hieronder op de hoogte brengen van de wijze waarop wij, al dan niet verplicht, u erbij zullen betrekken indien uw kind speciale zorg nodig heeft.

2.13 BOVENSCHOOLS ZORGNETWERK 4-12 JARIGEN Soms komt de school tot de conclusie, dat de geboden steun binnen de school niet voldoende is om een kind verder te helpen. In zo’n geval kan de school, met toestemming van de ouders, een beroep doen op het “Zorgnetwerk 4-12 jarigen” in deze gemeente. In dit zorgnetwerk zitten een drietal deskundigen van andere organisaties, te weten: • De jeugdgezondheidszorg (een school verpleegkundige). • De jeugdhulpverlening (voorpost functionaris van Bureau Jeugdzorg) • De school begeleidingsdienst (een orthopedagoog)

In de zorgstructuur van onze school kennen we drie niveaus: 1. Groepsniveau Dit betreft de extra hulp (bijvoorbeeld verlengde instructie, vermindering verwerkingsstof) die de leerkracht in de klas biedt. Uiteraard zullen we u van deze vorm van extra begeleiding op de hoogte brengen middels rapportgesprekken. Wanneer er een handelingsplan wordt opgesteld wordt u hiervan op de hoogte gesteld via een standaard briefje of via een oudergesprek.

Zo nodig kan voor dit overleg ook een beroep worden gedaan op b.v. een kinderfysiotherapeut, of een schoolmaatschappelijk werkster. De schoolmaatschappelijk werkster is standaard ook één middag per week op school aanwezig. Ook de IB’er en eventueel de leerkracht van uw kind wonen de bijeenkomst bij. Vanuit het Zorgoverleg wordt een advies gegeven over b.v. de verdere aanpak op school, een doorverwijzing van leerling en ouders of een advies aan de ouders m.b.t. ondersteuning in de opvoeding. De adviezen vanuit het Zorgoverleg worden altijd zo snel mogelijk door de school besproken met de ouders. Voor alle duidelijkheid: het Zorgoverleg geeft adviezen aan ouders en school en

2. Schoolniveau In dit geval heeft de leerkracht de hulp ingeroepen van de Intern Begeleider (IB’er), omdat de zorg dusdanig ernstig is, dat de leerkracht daarbij graag extra ondersteund wil

26

kan niemand verplichten dit advies op te volgen. Wel zal het Zorgoverleg bij de school navragen, of de gegeven adviezen tot verbetering hebben geleid en, indien gewenst, een kind opnieuw bespreken.

schooladvies komt tot stand in een overleg waarbij de leerkrachten van de groepen 6 t/m 8, de directie en de intern begeleider aanwezig zijn. Dit om een zo volledig mogelijk beeld van uw kind te krijgen op alle gebieden. (Cognitief, sociaal emotioneel, werkhouding, vermogen tot samenwerken en zelfstandig werken, studievaardigheid etc.)

2.14 DOORSTROMING We gaan ervan uit dat de kinderen in principe in acht jaar de school doorlopen, waarvan (minimaal) twee volledige jaren in de groepen 1/2. De vaardigheden die een kind in de kleutergroepen ontwikkelt, staan borg voor een goede ononderbroken ontwikkeling gedurende de verdere schoolloopbaan. Het kan om onderwijskundige redenen nuttig zijn de schoolperiode met een jaar te verlengen. In het overgrote deel van de gevallen gebeurt dit dan in de onderbouw. Bij verlenging van de kleuterperiode gaat het kind dat extra jaar meestal naar een andere groep, waardoor ook voor deze leerling alles een nieuwe uitdaging is. Een besluit hiertoe wordt in goed overleg met u als ouders genomen, waarbij het uitgangspunt is, dat school en ouders gezamenlijk volledig achter het te nemen besluit moeten staan. Het advies van de school weegt echter zeer zwaar en is in principe bindend. Het is van groot belang dat de kinderen die een jaar verlenging krijgen goed begeleid worden. In de regel zal hiervoor een handelingsplan worden opgesteld om de gesignaleerde problemen aan te pakken. Uiteraard wordt u hiervan op de hoogte gesteld en zal er regelmatig overleg plaatsvinden om de voortgang te bespreken.

De uiteindelijke toelating op de school voor Voortgezet Onderwijs is aan deze school. In april worden de kinderen door de ouders aangemeld bij het Voortgezet Onderwijs. Bij deze aanmelding moet het adviesformulier van onze school overgelegd worden. Aan het eind van groep 8 zit de taak voor ons als school er op. Toch zullen wij de leerlingen nog blijven volgen. Hoe gaat het verder met de kinderen? Voldoen ze ook in het Voortgezet Onderwijs aan onze verwachtingen? De kinderen bouwen immers voort op de basis die wij samen met u hebben mogen leggen. Vandaar dat wij jaarlijks mondeling contact hebben met alle scholen voor Voortgezet Onderwijs om de leerresultaten van ‘onze kinderen’ te blijven volgen. Van al onze oud leerlingen krijgen wij de rapportresultaten tot en met het VO-examen. Pas na het examen in het Voortgezet Onderwijs laten wij ze echt los. Uiteraard waarderen wij het wij het bijzonder wanneer de leerlingen ook dan nog zo af en toe contact met ons zoeken!

2.16 VERWIJZING NAAR… Hieronder ziet u de uitstroomgegevens van Het Baken van de afgelopen 4 schooljaren staan.

2.15 HET VOORTGEZET ONDERWIJS In groep 8 start de procedure verwijzing naar het voortgezet onderwijs. In het kort ziet deze er als volgt uit:

ADVIES SCHOOLTYPE

% 10/11

% 11/12

LWOO-VMBO

18 %

15%

12%

9%

VMBO TL

3%

15%

24%

14%

VMBO-HAVO

5%

16%

3%

6%

HAVO HAVO-VWO

23% 0%

6% 8%

14% 17%

26% 12%

% % 12/13 13/14

U wordt zo goed mogelijk op de hoogte gehouden van de verschillende keuzemogelijkheden van Voortgezet Onderwijs die er zijn. Voor de open dagen van de VOscholen vindt een algemene informatieavond inzake de structuur en de cultuur van het Voortgezet Onderwijs bij ons op school plaats. In maart en april zijn ook de open dagen van deze VO-scholen. De leerkracht bezoekt met de kinderen een aantal van deze scholen. Uiteraard is het ook van belang dat u zich als ouders samen met uw kind gaat oriënteren op diverse VOscholen. Daar zijn deze open dagen uitermate geschikt voor. In februari vindt de eindtoets van het CITO plaats. (In groep 7 is de CITO-entreetoets afgenomen)

3

In maart is het resultaat van deze toets bekend. Nog voordat het resultaat bekend is nodigt de groep 8 leerkracht u op school uit en volgt een adviesgesprek. Dit zal waarschijnlijk gebeuren in de maand januari. De CITO-toets dient als tweede gegeven voor de scholen van het Voortgezet Onderwijs. Het eerste gegeven is het advies van de school. Het derde gegeven is de schoolkeuze van leerlingen en ouders. Ons

3.1 DE SAMENSTELLING VAN HET TEAM Op onze school werkt momenteel onderwijsgevend en onderwijsondersteunend personeel, aangevuld met een administratieve kracht en een conciërge. Het management team van de school bestaat uit een directeur en bouwcoördinatoren. De directeur heeft een coördinerende, stimulerende taak en de algehele leiding van de school.

VWO TOTAAL

27

51%

40%

30%

33%

100%

100%

100%

100%

HET PERSONEEL

leerkracht in de praktijk. De eindverantwoordelijkheid voor de les (en de groep) blijft in handen van de groepsleerkracht. Onze school biedt Pabo studenten verbonden aan de Pabo Thomas More en studenten aan andere pedagogische opleidingen de gelegenheid om praktijkervaring op te doen. Dit betekent dat onder begeleiding van een leerkracht (mentor) de student les kan geven aan een bepaalde groep, of onderzoek kan doen i.v.m. studieopdrachten. Vanuit de Pabo wordt dit proces begeleid door een studiebegeleider die contact heeft met de student en de stagecoördinator van onze school. Wij houden u in onze Nieuwsflits van de stages op de hoogte. Ook het komende jaar zullen meerdere studenten stage lopen of hun opleiding afronden op Het Baken.

De leerkrachten besteden hun werktijd voornamelijk aan het lesgeven in hun groepen. Naast de zorg voor de groep, heeft iedere leraar ook verschillende algemene taken binnen de schoolorganisatie. Middels het taakbeleid worden deze taken evenwichtig verdeeld binnen het team, rekening houdend met de capaciteiten en voorkeuren van de leerkrachten.

3.2

VERVANGING VAN HET ONDERWIJZEND PERSONEEL Tijdens ziekte, compensatieverlof (voormalig ADV), buitengewoon verlof of studieverlof moeten de groepen gewoon doordraaien. Daarom is het van groot belang dat er voldoende vervangend personeel beschikbaar is. Wij maken bij ons op school gebruik van een aantal vaste interne invalleerkrachten, zodat uw kind niet snel van ene totaal onbekende les zal krijgen.

3.4 SCHOLING VAN LERAREN Om in het vak bij te blijven, volgen de leraren op onze school diverse opleidingen en wonen zij regelmatig studiemiddagen bij. Soms met het hele team van Het Baken of soms met een paar collega's. Deze studiemiddagen zijn vooral bedoeld om de doorgaande lijn binnen de school verder te ontwikkelen of uit te bouwen.

Het protocol dat gevolgd wordt op het moment dat we vervanging zoeken is als volgt: • In eerste instantie proberen we iemand te vinden binnen ons bestaande leerkrachtenbestand die op de betreffende dag geen werkzaamheden voor school verricht. We hebben een aantal vaste invalleerkrachten die aan school verbonden zijn. • Lukt dat niet dan proberen we extern een leerkracht te vinden. We maken daarbij gebruik van een leerkrachten die zich bij onze stichting hiervoor hebben aangemeld. • Kunnen we nog steeds geen vervanging vinden, dan worden de groepen opgesplitst. We hebben hiervoor een calamiteitenplan klaarliggen, zodat de leerlingen toch aan de slag kunnen met de leerstof die ze die dag zouden behandelen. • Is opsplitsen ook geen mogelijkheid, dan gaat de IB’er of onderwijsassistent voor de klas. • Als laatste mogelijkheid kan het voorkomen dat de groep naar huis wordt gestuurd. Het zal u duidelijk zijn dat hier sprake is van een noodmaatregel. In een dergelijke situatie krijgt u altijd minimaal 1 dag van tevoren schriftelijk bericht.

3.5

KWALITEITSBEWAKING BINNEN HET ONDERWIJS Dit schooljaar start een nieuwe schoolplan periode. In het afgelopen jaar zijn alle afspraken die 4 jaar geleden gemaakt zijn geëvalueerd. Dat is op verschillende niveaus gebeurd, waarbij ook de medezeggenschapsraad nauw betrokken is. Voorts heeft er op 26 maart 2012 een ‘groot’ inspectie bezoek plaats gevonden. Jaarlijks worden al onze lesresultaten getoetst door de inspectie. Dit resulteerde ook afgelopen jaar weer in een positieve beoordeling van de onderwijskwaliteit op onze school. Al deze gegevens hebben geleid tot een duidelijk beeld over het beleid zoals het de afgelopen jaren gevoerd is. Bovendien levert het nieuwe informatie voor de komende jaren. De nieuwe plannen gaan dit schooljaar worden vastgelegd in het schoolplan voor 2015-2019. Dit schoolplan wordt in samenspraak met de medezeggenschapsraad vastgesteld. U kunt uiteraard het huidige (2011-2015) schoolplan altijd inzien op onze website.

Helaas kan het ook voorkomen dat gedurende lange tijd leerkrachten vervangen moeten worden. U begrijpt dat we dan zorgvuldig op zoek gaan naar een leerkracht die voor langere tijd de groep kan vervangen. We willen hiermee voorkomen dat er heel veel wisselingen plaatsvinden.

De schriftelijke conclusie van de bevindingen vanuit het inspectierapport vindt u hier:

3.3

BEGELEIDING EN INZET VAN STAGIAIRES VAN PABO’S Gedurende enkele weken per jaar lopen er studenten van de PABO stage in verschillende groepen. In deze periode geven zij onder begeleiding van de groepsleerkracht les. Zo leren zij het vak van 28

onder andere: • Dat ouders pro actief zijn in het vergaren van informatie over hun kind(eren) • Dat ouders de leerkracht(en) en de school optimaal informeren over hun kind(eren) • Dat ouders via de medezeggenschapsraad meedenken en –praten over het beleid van de school • Dat ouders bereid zijn een actieve bijdrage te leveren aan de school als het gaat om het organiseren van activiteiten. We houden u langs verschillende wegen en met diverse middelen op de hoogte van de gang van zaken op school en de vorderingen van hun kinderen. We onderscheiden hierin: • Het schoolplan (1 keer in de 4 jaar) • De schoolgids (1 keer per jaar) • De algemene ouderinformatieavond (1 keer per jaar) • Ouderinformatieavond m.b.t. schoolkeuze vervolgonderwijs (1 keer per jaar) • Ouderavonden n.a.v. rapporten of de algehele ontwikkeling van hun kind(eren) (2 keer per jaar) • Leerling rapporten (3 keer per jaar) • MR vergaderingen (ongeveer 6 keer per jaar) • OR vergaderingen (ongeveer 8 keer per jaar) • De Nieuwsflits (elke maand) • De whiteboards, met gerichte informatie naar ouders betreffende de klas (elke dag) • De website (elke dag) • De 15 minuten inloop (elke ochtend van 8.15 uur tot 8.30 uur) • Brief namens schoolleiding (indien nodig/incidenteel) • Hiernaast is het altijd mogelijk een afspraak te maken met leerkrachten en directie na schooltijd.

DE OUDERS 3.6 COMMUNICATIE MET OUDERS Goede contacten met ouders vinden wij van groot belang, omdat we dezelfde doelen nastreven. We zien u daarom als gelijkwaardige gesprekspartner. Voor de leerkrachten zijn uw bevindingen essentieel om het kind goed te kunnen begeleiden. Bovendien is het van belang dat u goed geïnformeerd wordt over de ontwikkeling van uw kind. Onze afspraken zijn: • Ouders worden betrokken bij schoolactiviteiten • Leerkrachten stellen zich op de hoogte van de opvattingen en verwachtingen van de ouders • Ouders ontvangen informatie over de actuele gang van zaken • Ouders worden betrokken bij (extra) zorg • Ouders (en hun kinderen) worden adequaat voorbereid op het vervolgonderwijs • Ouders worden adequaat op de hoogte gesteld van de ontwikkeling van hun kind • Leerkrachten stimuleren ouders tot onderwijsondersteunend gedrag in de thuissituatie

Op dit moment wordt ook een ‘Baken-APP’ ontwikkeld die gedurende dit schooljaar kosteloos aan de ouders zal worden aangeboden. Deze APP gaat, behalve een inzage in het schoolproces middels foto’s en informatieve brieven, ook een rol spelen in de communicatie tussen de leerkracht en de ouders. Denkt u hierbij aan digitaal aanmelden voor schoolse activiteiten, digitale ziekmeldingen de mutatie van de NAW-gegevens. 3.7 OUDERHULP OP HET BAKEN Zoals gezegd vinden we het op Het Baken van groot belang dat er een hechte samenwerking is tussen ouders en school. Niet alleen op onderwijskundig gebied is dit van belang, ook bij bovenschoolse zaken is deze samenwerking essentieel. Bij vele activiteiten op school, zoals sportdagen, computerhulp, knutsel middagen, het rijden ten behoeve van excursies etc. zijn vaak veel ouders nodig om een activiteit doorgang te laten vinden. We vinden dat ouders ook hierin een verantwoordelijkheid hebben en hun steentje dienen bij te dragen. Het enthousiasme van

Van ouders verwachten wij eenzelfde houding als die wij onszelf als school ten doel stellen. Dit betekent

29

de vele ouders die meehelpen en meedenken bij de ontwikkeling van de school werkt zeer stimulerend voor het gehele team en wordt enorm gewaardeerd!

antwoordstrookje. De ouders van de allerjongste kinderen uit de kleutergroepen, die nog geen rapport krijgen, kunnen ook voor een gesprek uitgenodigd worden of zelf een gesprek aanvragen.

De ouderraad organiseert in samenwerking met de leerkrachten ook dit jaar weer verschillende activiteiten. Het zou fantastisch zijn als we bij elke activiteit voldoende ouders bereid vinden om een steentje bij te dragen. Wij vragen u daarom daar waar mogelijk uzelf beschikbaar te stellen voor een begeleidende of organiserende taak. Het is leuk voor uw kind, maar u helpt bovendien de gehele school met uw inzet. U kunt zich voor ouderhulp op verschillende manieren opgeven via de witte borden naast de lokalen. En, hoe eerder hoe beter, wacht niet tot het water ons aan de lippen staat. Wanneer er te weinig ouderhulp is, zijn we helaas genoodzaakt om activiteiten af te blazen. In dat geval wordt u één dag van tevoren geïnformeerd door middel van een briefje. We gaan ervan uit dat ook u uw verantwoordelijkheid voor de school op zich neemt en we rekenen op uw hulp. 3.8

De rapportgesprekken vinden plaats op: Groepen ½: Rapport 1: Rapport 2:

Groepen 3 t/m 8: Rapport 1: Rapport 2:

3.8.1 Ouderinformatieavond Aan het begin van het schooljaar wordt er een ouderinformatieavond voor alle ouders georganiseerd. U wordt dan schriftelijk uitgenodigd in het lokaal van uw kind. De groepsleerkracht geeft informatie over de verschillende vak- en vormingsgebieden, over de te gebruiken methoden en hulpmiddelen en over een aantal praktische zaken. Ook kan er geïnventariseerd worden welke ouders bereid zijn om bij gelegenheid op school te helpen. vindt

plaats

Dinsdag 18 november 2014 Donderdag 20 november 2014 Dinsdag 17 maart 2015 Donderdag 19 maart 2015

Voor het rapport maken we gebruik maken van een webbased systeem. We vullen het als leerkracht webbabsed in. Dan printen we het rapport vervolgens uit en stoppen het in een mooie stevige rapportmap met insteekhoezen. Dat herhaalt zich per rapport. Het derde rapport van elk schooljaar blijft dan de hele schoolcarrière in de rapportmap van elk kind bewaard. Uiteindelijk heeft een kind op die manier na 8 jaar een schoolportfolio opgebouwd in een overzichtelijke map.

INFORMATIEAVONDEN

De algemene informatieavond dinsdag 16 september 2014

Dinsdag 18 november 2014 Donderdag 20 november 2014 Dinsdag 26 mei 2015 Donderdag 28 mei 2015

3.8.3 Overige ouderavonden. Verder kunnen in de loop van het schooljaar nog andere ouderavonden georganiseerd worden. Het betreft dan bijvoorbeeld informatie over het leerlingvolgsysteem, de in gebruik zijnde methodes of de jaarvergadering van de ouderraad. Ook organiseert de ouderraad soms zogenaamde themaavonden over een bepaald actueel onderwerp. Deze avonden zijn zeer de moeite van het bezoeken waard.. Ouderavonden worden altijd ruimschoots van tevoren in ons mededelingenblad de Nieuwsflits aangekondigd. Met nadruk willen we stellen dat u altijd zelf een afspraak kunt maken voor een gesprek met de leerkracht van uw kind(eren). U hoeft dus niet te wachten tot een rapportavond. Aarzel niet, we stellen uw initiatieven zeer op prijs!

op:

3.8.2 Rapportavonden De kinderen krijgen uit groep ½ krijgen 2 maal per jaar een schoolrapport. (14 november 2014 en 22 mei 2015) De kinderen uit de groepen 3 t/m 8 krijgen drie maal per jaar een rapport mee naar huis. (14 november 2014, 13 maart 2015 en 9 juli 2015) De kinderen van groep 1 krijgen pas na minimaal 6 maanden onderwijs te hebben gevolgd een rapport. Er zijn twee ouderavonden om met de leerkracht te praten over de ontwikkeling van uw kind. De gesprekken in november en maart zijn voor elke ouder verplicht. Voor het laatste rapport staat geen standaard gesprek ingeroosterd. Ouders van zorgleerlingen hebben toch al voortgangsgesprekken ingepland staan en voor de overige leerlingen achten wij een dergelijk derde gesprek niet noodzakelijk.

3.9 DE OUDERVERENIGING EN DE OUDERRAAD 3.9.1 Algemeen Als uw kind leerling wordt bij ons op school, wordt u als ouder/verzorger automatisch lid van de oudervereniging. De oudervereniging is dus een vereniging van alle ouders/verzorgers van de leerlingen van Het Baken. Deze vereniging heeft ook een bestuur, de ouderraad. De ouderraad bestaat uit een dagelijks bestuur en leden, maximaal het aantal groepen plus vier. Zij vergaderen 8 à 10 keer per jaar over allerhande zaken die op school spelen naast het lesgeven zelf, zoals bijvoorbeeld excursies, feesten,

De gesprekken tijdens een ouderavond duren in principe 10 minuten per leerling. Voor zaken die meer tijd vereisen, raden wij aan een aparte afspraak te maken of meer tijd te reserveren op het

30

speciale gelegenheden, het voeren van acties t.b.v. goede doelen, het werven van gelden voor de school (bijv. de sponsorloop), enzovoorts. Iedere ouder kan zich kandidaat stellen als lid van de ouderraad. Tijdens de jaarvergadering worden de nieuwe leden gekozen door alle aanwezige leden van de oudervereniging. De ouderraad is dus een gekozen vertegenwoordiging van alle ouders. De ouderraad dient vaak als klankbord van de school en zo kunt u dus meepraten en meedenken over het wel en wee van Het Baken. De data van deze vergaderingen staan vermeld in de jaarkalender.

vrijwillige ouderbijdrage. Tijdens de jaarvergadering wordt door de penningmeester verantwoording afgelegd over de inkomsten en uitgaven en wordt de hoogte van de ouderbijdrage vastgesteld. Zie verder het kopje vrijwillige ouderbijdrage. 3.9.6 Jaarvergadering Een keer per jaar wordt er een jaarvergadering uitgeschreven door de ouderraad. Hierin wordt door het bestuur aan de leden van de vereniging tekst en uitleg gegeven over het afgelopen schooljaar en de plannen voor het komende schooljaar. Hierbij is iedereen van harte welkom. Die jaarvergadering vindt dit jaar plaats op : dinsdag 16 september 2014

3.9.2 Samenstelling van de ouderraad Het dagelijks bestuur bestaat uit de voorzitter, de vice-voorzitter, de secretaris en de penningmeester. De voorzitter roept de vergadering bijeen, de penningmeester beheert de financiën, zoals de inkomsten uit de ouderbijdrage en de uitgaven die hieruit worden gedaan. De secretaris draagt zorg voor het notuleren van de vergaderingen en het beheren van de post. Daarnaast zijn er de overige leden die deel uitmaken van de verschillende werkgroepen en taken uitvoeren die voor een groot gedeelte onder de verantwoordelijkheid van de ouderraad vallen. Het kan hier onder andere de schoolfotograaf, de feestcommissie, de verkeerscommissie, de excursiecommissie, de afvaardiging in de stichting TSO (Tussen Schoolse Opvang), het lief en leed comité en eventuele acties betreffen. Daarnaast zijn ouderraadsleden (buiten het dagelijks bestuur) ook klassenouder.

3.9.7 Vrijwillige ouderbijdrage Alle buiten de reguliere overheidsfinanciering vallende uitgaven worden uit de ouderbijdrage betaald, zoals uitstapjes en de feesten als Kerstmis, Pasen en Sinterklaas. Ook worden a.o. bedragen beschikbaar gesteld voor de mediatheek en de muzische vorming. Deze vrijwillige bijdrage wordt ieder jaar aan het begin van het nieuwe schooljaar vastgesteld op de jaarvergadering van de oudervereniging. Afgelopen schooljaar bedroeg deze bijdrage € 32 per leerling. Iedere ouder is lid, dus heeft iedere ouder het recht om hierover mee te beslissen. Het is van groot belang dat alle ouders en verzorgers de vrijwillige bijdrage betalen, omdat we geen kinderen willen uitsluiten van bepaalde activiteiten. Bij de uitnodiging voor de jaarvergadering van de ouderraad ontvangt u een exploitatie overzicht en een begroting, zodat u precies kunt zien waaraan uw geld is/wordt besteed. Uiteraard bent u vrij om een hogere bijdrage te betalen dan is vastgesteld. Hierdoor kunnen we de randvoorwaarden rond het onderwijs nog beter vormgeven! Om misverstanden te voorkomen: de oudervereniging is een zelfstandige rechtspersoon en draagt dus geheel zelf de verantwoording over de voornoemde ouderbijdrage.

3.9.3 Klassenouders Een klassenouder is in principe lid van de ouderraad en is bereid om de leerkracht van de desbetreffende klas of groep te assisteren, of de hulp te delegeren en te coördineren. Dit kan zijn het helpen bij de verjaardag van de leerkracht tot het regelen van vervoer bij excursies. De leerkracht kan overleggen met de klassenouder als hulp gewenst is. Een klassenouder kan eventueel ook ideeën aandragen en ideeën of vragen die onder andere ouders leven doorspelen aan de leerkracht en/of de ouderraad. Na de algemene ledenvergadering worden de klassenouders voor het komende schooljaar vastgesteld.

3.9.8 Stichting overblijven BS Het Baken (TSO) Onze school geeft gelegenheid tot overblijven. Dit wordt geregeld door Stichting Overblijven Basisschool Het Baken. De kinderen verblijven in de eigen lokalen en spelen, indien de weersomstandigheden dit toelaten, buiten. Tevens worden er aan de oudere kinderen regelmatig korte workshops aangeboden, waaraan ze vrijblijvend deel kunnen nemen. Het toezicht op de overblijvende kinderen wordt verzorgd door een aantal overblijfcoördinatoren en overblijfkrachten. Zij krijgen hiervoor een vergoeding.

3.9.4 Contact met Medezeggenschapsraad De ouderraad onderhoudt ook direct contact met de MR. De laatste jaren krijgt de MR steeds meer te zeggen over de organisatie van het onderwijs op de school. Om dit contact gestalte te geven wordt één van de OR-leden afgevaardigd als toehoorder bij de vergaderingen van de MR. Ieder OR-lid kan hiervoor gekozen worden. Tijdens de algemene ledenvergadering van de ouderraad zal ook de MR het jaarverslag presenteren.

Opgeven van kinderen voor het vaste overblijven dient te geschieden middels het inschrijfformulier, welke te vinden is op de website, www.bshetbaken.nl , en in de bakjes aan de wand bij de balie in de centrale hal. Deze kunt u volledig ingevuld inleveren bij de conciërge. Ondertekening hiervan betekent

3.9.5 Financiën De ouderraad krijgt haar financiële middelen uit de

31

Taken van de MR De eindverantwoordelijkheid voor de gang van zaken op de school ligt bij het bevoegd gezag (het algemeen bestuur Laurentiusstichting). Maar in een democratie bepaalt een groep mensen van bovenaf niet wat er gebeurt zonder dat direct betrokkenen daarover kunnen meepraten. De WMO regelt dat de MR meedenkt met het bestuur, zijn besluiten toetst en medeverantwoordelijkheid draagt voor het welzijn van de leerlingen en het team. Ook het mede bewaken van de kwaliteit van het onderwijs behoort tot de taken van de MR. De MR functioneert dus op het niveau van het schoolbestuur, ofwel: is zijn gesprekspartner.

automatisch, dat ouders bekend en akkoord zijn met de geldende voorwaarden, die na te lezen zijn op de website. Voor de afrekening van vaste overblijfdagen wordt er in de laatste maand van het kwartaal een factuur uitgereikt, welke automatisch zal worden afgeschreven. Bij het opstellen van deze facturen wordt geen rekening gehouden met de dagen waarop uw kind door omstandigheden niet op school was, of op andere dan de vast opgegeven dagen is overgebleven. Wel worden uiteraard door school vastgestelde vakantiedagen, studiedagen etc. verrekend in de rekening. Kinderen kunnen ook incidenteel overblijven. Hiervoor dient u aanvraag te doen, vóór vrijdag 11 uur in de week voorafgaand aan de incidentele overblijf. De kosten voor het incidentele overblijf liggen hoger. Voor de actuele kosten verwijzen wij u naar onze website:www.bshetbaken.nl

Ledenverdeling van de MR Alle personeelsleden (ook niet-onderwijzend), ouders en leerlingen mogen lid worden van de MR. Vroeger was het mogelijk om aan kandidaten voor de MR (daarbij het ging het met name om de ouders) de voorwaarde te stellen dat zij de grondslag en doelstelling van de school onderschreven of dat zij hun kind al een jaar op school hadden. Met de huidige wet is dat niet meer mogelijk. Alle ouders waarvan de kinderen op school zijn toegelaten, kunnen (meteen) in de MR worden gekozen, zonder dat er bepaalde eisen aan hen mogen worden gesteld.

Voor de incidentele overblijfdagen zult u na afloop van het kwartaal een factuur ontvangen, welke u zelf op de rekening van S.O.B. Het Baken dient over te maken. Van het overblijfgeld wordt o.a. het toezicht door, en scholing van de overblijfkrachten betaald, en (spel)materiaal aangeschaft. Het bestuur van de Stichting bestaat uit een team van enkele (vrijwillige) ouders. Mocht u dit team willen komen versterken, bent u van harte welkom!

Aantal leden van de MR Het aantal leden van de MR hangt af van het aantal leerlingen op de school. In artikel 3 lid 2 van de WMO staat dat het aantal leden van de MR op een school met minder dan 250 leerlingen ten hoogste (minder mag dus ook!) 6 is, op een school met 250 tot 750 leerlingen ten hoogste 10, enzovoort. Binnen de MR zijn een aantal taken onderverdeeld in verschillende functies: voorzitter, secretaris en penningmeester. Wij hebben 8 leden.

3.9.9 Sponsoring Bij bijzondere projecten kan het voorkomen dat bedrijven of instellingen wordt gevraagd om een bijdrage te leveren voor kosten die niet door de reguliere financiering worden gedekt. Het kan dan gaan om sponsoring of donaties. Het onderscheid dat wij maken tussen donaties en sponsoring is dat bij sponsoring er sprake is van een tegenprestatie aan de sponsor, terwijl bij donaties die tegenprestatie niet is vereist. Deze zaken zijn ook vastgelegd in een convenant tussen overheid en besturen, waarbij hierover heldere afspraken zijn gemaakt. Het mag duidelijk zijn dat we ervoor waken dat, mocht er in de toekomst een beroep op sponsors of donateurs worden gedaan, dit geen invloed zal krijgen op de inhoud van het onderwijs.

Bevoegdheden van de MR Wanneer het schoolbestuur besluiten neemt en wil uitvoeren, moet hij voor bepaalde zaken eerst de mening van de MR vragen. Let wel: niet voor alles is de inspraak van de MR vereist! In de WMO staat voor welke kwesties het schoolbestuur de MR moet raadplegen. In veel gevallen heeft de MR het recht om het bestuur te adviseren; in een aantal gevallen heeft het bestuur de instemming van de MR nodig alvorens het zijn besluit kan uitvoeren. Het bestuur mag dus ook anders beslissen dan de MR heeft geadviseerd. De WMO verdeelt de inspraakmogelijkheden van de MR in algemene en bijzondere bevoegdheden.

3.10 MEDEZEGGENSCHAPSRAAD Wat is een medezeggenschapsraad? (MR) Elk schoolbestuur is op grond van de Wet Medezeggenschap Onderwijs (WMO 1992) verplicht een MR in te stellen. Dat is, zoals dat heet, een ‘bekostigingsvoorwaarde’. Als scholen geen deugdelijke regeling voor de MR hebben op school, dan kan het ministerie besluiten de betaling aan de school stop te zetten. De MR bestaat bij het basisonderwijs uit een gelijk aantal vertegenwoordigers van personeel en ouders, ofwel: een personeels- en een oudergeleding.

De praktijk Voor een MR is instemmingsrecht belangrijker dan adviesrecht. De procedure is als volgt: Het bestuur maakt een voorstel. Volgens de wet of het reglement moet de MR daarmee instemmen. Het bestuur legt het voorstel voor aan de raad. Als de MR

32

het een goed voorstel vindt, meldt hij dat aan het bestuur en het bestuur kan het voorstel uitvoeren. Het is ook mogelijk dat de MR het om bepaalde redenen niet eens is met het voorstel van het bestuur. De raad meldt dan aan het bestuur dat hij weigert zijn instemming te geven en geeft daarbij de reden van deze weigering. Het bestuur kan dan tot de slotsom komen dat de MR gelijk heeft en maakt een nieuw voorstel. Daar kan de MR mogelijk wel mee instemmen. Het is ook denkbaar dat het bestuur bij zijn oorspronkelijke voorstel blijft. Dan zit er nog maar één ding op: het bestuur vraagt aan de geschillencommissie om een (bindende) uitspraak. Als de MR volgens het reglement (of de wet) adviesrecht heeft bij een voorgenomen besluit van het bestuur, dan moet het bestuur zijn voornemen voorleggen aan de MR. De raad kan vervolgens positief of negatief adviseren. Een positief advies spreekt voor zich. Wordt er negatief geadviseerd, dan kan het bestuur het negatieve advies naast zich neerleggen en zijn besluit uitvoeren, mits het bestuur aan de MR de redenen daarvan aangeeft. De MR kan, als hij de redenering van het bestuur onjuist vindt, naar de geschillencommissie gaan. Deze toetst bij adviesgeschillen alleen de gevoerde procedure en niet de inhoudelijke argumenten (terwijl dat wel gebeurt bij instemminggeschillen). Indien in dit uitzonderlijke geval blijkt dat de geschillencommissie de MR gelijk geeft, dan moet het bestuur alsnog op zijn schreden terugkeren.

•

schoolleiding regeling van de vakantie, enzovoorts

De Medezeggenschapsraad bestaat op de basisschool uit gekozen ouders en personeelsleden. Op onze school zijn dat vier leerkrachten en vier ouders. Het bestuur wordt formeel vertegenwoordigd door de directeur van de school. De Medezeggenschapsraad vergadert meestal om de 6 weken. De vergaderdata worden in de kalender vermeld. Op onze website is het volledige reglement van de MR ter inzage, maar ook op school kunt u dit reglement inzien. GMR Het bestuur van Het Baken is in handen van de Laurentiusstichting. De gezamenlijke Laurentiusscholen hebben ook een gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). De GMR bestaat uit leden die door de afzonderlijke medezeggenschapsraden van de scholen van de Laurentiusstichting gekozen worden.

3.11 KLACHTENPROCEDURE Hoewel wij als school proberen zo goed en zo zorgvuldig mogelijk met uw kind om te gaan, kan het toch zijn dat u om welke reden dan ook niet tevreden bent. Wij adviseren u om in zo'n geval met ons daarover te praten. Uw klacht wordt altijd serieus genomen en vertrouwelijk behandeld. Stap 1 In eerste instantie is het de bedoeling dat u met uw klacht naar de leerkracht van uw kind gaat. Deze is in bijna alle gevallen de aangewezen persoon die u tekst en uitleg kan geven en samen met u naar een oplossing kan zoeken. Mocht uw klacht van ernstiger aard zijn en u heeft er moeite mee om daar met de eigen leerkracht over te praten, dan kunt u zich laten steunen door een andere ouder of een lid van de medezeggenschapsraad of ouderraad. Deze mensen kunnen uiteraard niet de problemen namens u oplossen. Het is de bedoeling dat u ook altijd zelf bij het gesprek aanwezig bent.

Wat doet de Medezeggenschapsraad (MR)? De medezeggenschapsraad praat niet alleen mee, maar geeft ook gevraagd en ongevraagd adviezen en beslist mee. Daarmee komen we op twee soorten rechten die de MR heeft: adviesrecht en instemmingsrecht. Adviesrecht wil zeggen, dat het schoolbestuur serieus moet reageren op elk advies dat de MR geeft. Dat ligt anders voor beslissingen waarop de MR instemmingsrecht heeft. Het schoolbestuur kan zonder de instemming van de MR dergelijke besluiten niet nemen. Bij een aantal categorieën van beslissingen die het bestuur neemt, is instemming nodig van de hele MR.

Stap 2 Het kan zijn dat uw gesprek met de leerkracht niet dat effect heeft dat u had gehoopt of verwacht. In dat geval kunt u een persoonlijk gesprek aanvragen met de directeur van de school. Deze zal dan altijd proberen om samen met u en de leerkracht tot een bevredigende oplossing te komen.

Instemmingsrecht is van toepassing bij: • verandering van de onderwijskundige doelstellingen van de school • vaststelling of wijzigingen van het schoolplan en schoolgids • vaststelling of wijziging van het beleid over de ondersteunende werkzaamheden van ouders • vaststelling of wijziging van het schoolreglement, enzovoorts

Stap 3 Mocht ook deze weg niet het door u gewenste resultaat opleveren, dan kunt u uw klacht kenbaar maken bij de vertrouwenspersoon of het algemeen bestuur. De vertrouwenspersoon van Het Baken is mevr. J. Akkerman. (juf Jeannette)

Adviesrecht heeft de hele MR o.a. bij: • verandering van de grondslag van de school • fusie met een andere school • beleid inzake aanstelling of ontslag van de

De onafhankelijke vertrouwenspersoon is: 33

Dhr. R. van der Ouderraa Koningsvaren 62 2661 PB BERGSCHENHOEK Tel: 010-785 39 91

Wat verstaat de wet onder een ouder (moeder of vader): De moeder van het kind is de vrouw uit wie het kind geboren is; de vrouw die het kind heeft geadopteerd. De vader van het kind is de man die het kind heeft erkend of geadopteerd; de echtgenoot van de moeder, als de moeder met hem getrouwd is op het moment dat het kind geboren is. de man die door de rechter is aangewezen als de vader. Dat houdt dus in dat de “wettige” ouder niet altijd dezelfde persoon hoeft te zijn als de biologische ouder.

De officieel vastgestelde klachtenregeling van de Laurentiusstichting ligt op school ter inzage. De Landelijke Klachtencommissie hanteert een eigen reglement. Dit is te vinden op www.onderwijsgeschillen.nl. Het adres van de Landelijke Klachtencommissie is: Landelijke Klachtencommissie Onderwijs Postbus 85191 3508 AD Utrecht Tel: 030-2809590 email: [email protected]. site: www.onderwijsgeschillen.nl

Wat verstaat de wet onder een voogd. Van een voogd is sprake als beide ouders overleden zijn of niet in staat zijn om het ouderlijk gezag te hebben over het kind. Een voogd is altijd een nietouder. Hij/zij is door de rechter aangewezen om gezag over het kind te hebben. Een voogd heeft dezelfde rechten en plichten als een ouder met ouderlijk gezag.

3.11.1 Gesprekken met leerkrachten, IB’er of directie Wanneer u de directeur of een van de leerkrachten wenst te spreken, verzoeken wij u van tevoren mondeling of telefonisch even een afspraak te maken. Meestal kunt u dagelijks na school altijd wel even bij ons terecht, echter niet op de middagen dat we teambesprekingen houden. U kunt dan een afspraak maken voor een ander tijdstip.

Wie heeft recht op welke informatie De ouders (moeder en vader) en de voogd hebben allen recht op informatie over de school en over het kind. Wanneer de rechter bij een echtscheiding het ouderlijk gezag bijv. aan de moeder heeft gegeven, dan blijft de vader zijn recht op informatie toch behouden, ook al maakt de moeder daar bezwaar tegen. De vader kan dus altijd bij de school om informatie over zijn kind vragen. De school mag dit niet weigeren, zelfs niet als de vader nooit meer contact heeft met zijn kind. De rechter kan de informatieplicht aan de vader echter wel veranderen (zie hieronder bij “Uitzonderingen”).

3.12 INFORMATIE AAN GESCHEIDEN OUDERS Ouders bezitten volgens de wet ouderlijk gezag over hun minderjarige kind(eren). Volgens diezelfde wet is de school verplicht de ouders op de hoogte te houden van de algemene gang van zaken op school en van het functioneren en de vorderingen van het kind. Hoe onze school dat doet, kunt u lezen in het hoofdstuk “Ouders in de school”. Ouders hebben recht van inzage in alle informatie, documenten, rapporten, onderzoeksverslagen e.d. over hun kind. De school mag geen informatie achterhouden of gegevens zonder toestemming van de ouders aan derden bekend maken. In de meeste gevallen wonen vader, moeder en kind(eren) in hetzelfde huis bij elkaar en komt de informatie over school en kind d.m.v. brieven, rapporten, ouderavonden, gesprekken e.d. vanzelf bij de belanghebbenden terecht.

Wie ontvangt de informatie In de meeste gevallen geeft de school de informatie, brieven, rapporten e.d. aan de ouder of de voogd bij wie het kind in huis woont. In het eerste geval is het de bedoeling dat de ouder die de informatie ontvangt de andere ouder op de hoogte brengt van de informatie. Wanneer de ouder bij wie het kind woont dit niet doet, dan kan de andere ouder aan de school vragen om rechtstreeks geïnformeerd te worden.

Gescheiden ouders en voogden. Wanneer sprake is van gescheiden ouders of voogden, dan is het niet altijd vanzelfsprekend dat de informatie bij alle betrokkenen terechtkomt. De wet bepaalt in zulke gevallen wie recht heeft op informatie over het kind en in welke gevallen de school informatieverstrekking kan weigeren. Het zou te ingewikkeld zijn om de hele wet over gezag, omgang en informatie hier aan de orde te stellen. In het kort komt de wet op het volgende neer.

Uitzonderingen op de informatieplicht. In 2 gevallen is de school niet verplicht om informatie te geven aan de ouder die niet het gezag heeft, • De school geeft de informatie niet, wanneer dit in strijd is met de belangen van het kind. Als de ouder hiertegen bezwaar maakt, kan deze naar de klachtencommissie van de school of naar de rechter stappen. • De rechter heeft bepaald dat de betreffende ouder geen recht heeft op informatie. De 34

18.30-20.00 uur, woensdag van 10.00- 16.00 uur, vrijdag van 14.00-20.00 uur en van 18.30 uur – 20.00 uur en zaterdag van 11.00 uur -16.00 uur. Stichting Gemeenschappelijke Bibliotheek Berkel en Rodenrijs, Nieuwstraat 25, 2651 CG Berkel en Rodenrijs, tel: 010-5115972.

ouder bij wie het kind woont doet er goed aan dit aan de school te melden. De school heeft recht op inzage in het gerechtelijke vonnis. 3.13 OVERIGE INFORMATIE OP TREFWOORD

BUITENSCHOOLSE OPVANG Als onderdeel van de ‘brede school’ wordt activiteitengerichte buitenschoolse opvang aangeboden door verschillende organisaties.In ons gebouw is dat BSO Zus en Zo. U kunt contact opnemen via het onderstaande e-mail adres: email: [email protected] Aanmelden kan via www.bsozusenzo.nl of via een inschrijfformulier (te verkrijgen op de locatie BSO KetchUp, Oudelandselaan 139)

AANMELDING Indien u uw kind op Het Baken wilt aanmelden verzoeken wij u de school te bellen voor een oriënterend gesprek. Van een aanmelding ontvangt u altijd een schriftelijke bevestiging. Vanaf hun vierde verjaardag zijn de kleuters hele dagen welkom op school. AANSPRAKELIJKHEID In principe krijgen de kinderen alle materialen die ze nodig hebben van school. Bij vernieling of vermissing wordt, afhankelijk van de situatie, het kind aansprakelijk gesteld voor de vervanging van deze materialen. Zo ook stellen wij kinderen aansprakelijk voor glasschade, schade aan meubilair, enz. Ook de vervanging van de door de school aangeboden vulpen valt hieronder. Een W.A.-verzekering kan in dit verband vele problemen voorkomen. De school is niet aansprakelijk voor schade aan fietsen.

CATECHESE Op Het Baken gebruiken we de catechese methode Trefwoord die bij de gezinsvieringen aansluit. Twee maal per jaar gaan we met elkaar naar de parochiekerk OLV geboorte aan de Noordeindseweg, alwaar we een kerst- en paasviering houden. FIETSEN De kinderen, die op een grote afstand van de school wonen mogen op de fiets komen. Alle fietsen moeten op de speelplaats in de daarvoor bestemde rekken gezet worden. Fietsen dienen voorzien te zijn van een degelijk slot en een goede standaard. In overleg met de andere scholen is afgesproken dat kinderen en hun begeleiders altijd op het speelterrein met de fiets aan de hand lopen. Er mag op het terrein dus niet worden gefietst!

ADRESWIJZIGING Wilt u zo vriendelijk zijn ook de school bericht te sturen bij verhuizing, verandering van telefoonaansluiting etc. Aan het begin van ieder schooljaar ontvangt u een zogenaamd calamiteitenformulier om al deze gegevens op in te vullen, zodat wij bij calamiteiten in ieder geval altijd iemand kunnen bereiken.

FOTOGRAAF De schoolfotograaf komt ieder jaar. Hij maakt portretten en groepsfoto's van alle kinderen en na schooltijd van gezinnen. Uiteraard gebeurt dit geheel vrijblijvend. De schoolfotograaf komt dit schooljaar op: donderdag 6 september 2012

AFWEZIGHEID Indien uw kind om de een of andere reden de school niet kan bezoeken, dient u dit de school telefonisch (010-5190620), schriftelijk of mondeling (eventueel via broertjes en/of zusjes) vóór 8.15 uur te melden. Zo is het voor de leerkracht mogelijk de absentielijst van de groep zo actueel mogelijk te houden. Dit kan van levensbelang zijn in geval van ontruiming.

GEVONDEN VOORWERPEN Wij bewaren gevonden voorwerpen op een vaste plaats in de school. Wanneer ze niet binnen veertien dagen opgehaald worden, gaan ze in de kleding container. Wij verzoeken u om alle jassen, tassen, gymkleding enz. van de naam van uw kind(eren) te voorzien.

BANKREKENING Voor betalingen aan school kunt u gebruik maken van Postbankrekening NL74INGB0001063360 ten name van Basisschool Het Baken te Berkel en Rodenrijs. Voor betalingen van overblijfgelden ontvangt u een incassoformulier.

GEZINSVIERINGEN In de parochiekerk worden regelmatig gezinsvieringen gehouden, waarin men zoveel mogelijk aansluit bij de catecheseonderwerpen die op school aan de orde zijn. Een en ander gebeurt in samenwerking met de scholen. Op zondagen begint de viering om 11.00 uur. Voor verdere informatie hierover kunt u de 'Onderweg' van de parochie en de Nieuwsflits van de school raadplegen.

BESMETTING Wanneer er binnen uw gezin een besmettelijke ziekte of een besmetting met hoofdluis e.d heerst, is het van belang dit even op school te melden. Dit kan onnodige verdere besmetting helpen voorkomen.

BIBLIOTHEEK Openingstijden: dinsdag van 14.00-17.00 uur en van

35

GYMNASTIEK De gymlessen zijn voor alle kinderen verplicht. Wegens ziekte e.d. wordt hierop een uitzondering gemaakt, indien daarvan schriftelijk of telefonisch bericht door ons ontvangen is. De gymdagen zijn: maandag, woensdag en vrijdag. Het gymrooster voor dit schooljaar is als volgt: Gymkleding is verplicht: kort broekje met/zonder shirtje of gympakje, gymschoenen en handdoek. Wilt u de gymkleding a.u.b. na iedere les mee naar huis laten nemen? Vanaf groep 4 is douchen verplicht. De kleuters gymmen iedere dag in de speelzaal. Zij hebben daarvoor geen gymkleding of gymschoenen nodig. Indien u uw kind liever op schoenen laat lopen, geeft u dan schoenen zonder veters mee. Iedere groep heeft hiervoor een opbergkist in de groep staan.

MEDICIJNEN EN ALLERGIEËN Een aantal kinderen heeft ook op school medicijnen nodig. Andere kinderen kunnen een (voedsel)allergie hebben, waardoor ze bepaalde voedingsstoffen niet mogen eten. We vragen u dringend om deze zaken aan het begin van het schooljaar te melden bij de leerkracht van uw kind. Ook dient u dit aan te geven op het calamiteitenformulier dat u aan het begin van het schooljaar ontvangt. Tijdens bijzondere evenementen kunnen we dan als school rekening houden met speciale diëten van kinderen bij traktaties etc. In principe worden medicijnen niet door de leerkracht verstrekt. Dit geldt dus ook voor een kinderaspirine of dergelijke tabletten, tenzij in overleg met de directie en ouders / verzorgers anders is bepaald. In noodgevallen zal er uiteraard altijd direct met u en/of een arts contact worden gezocht.

HOOFDLUIS Hoofdluis is een regelmatig terugkerend probleem. Op plaatsen waar veel mensen bij elkaar komen kan de besmetting gemakkelijk van de ene naar de andere persoon overgebracht worden. De school is, ongewild, zo’n plaats. Wij zijn van mening dat zowel de school als ouders een stuk verantwoording hebben met betrekking tot tijdig opsporen van hoofdluis, waardoor snelle bestrijding mogelijk is en de uitbreiding wordt verminderd. Het is de verantwoordelijkheid van de ouders om de kinderen te controleren op hoofdluis en zonodig te behandelen. Het is de verantwoordelijkheid van school om een aantal voorzorgmaatregelen te treffen, waardoor de verspreiding van hoofdluis zoveel mogelijk wordt beperkt. Door middel van een werkgroep van een ouder en leerkrachten is er een protocol gemaakt. Met behulp van een aantal ouders (luizenmoeders) vindt er na iedere vakantie, in alle groepen, een controle plaats en een na controle indien nodig. Wanneer er bij een kind hoofdluis wordt vastgesteld, neemt de groepsleerkracht contact op met de betreffende ouders / verzorgers van het kind. Hierna dienen de betreffende ouders de hoofdluis nog dezelfde dag te behandelen. De ouders van de betreffende groep worden middels een brief geïnformeerd en krijgen informatie ter bestrijding van hoofdluis mee. Om verdere besmetting te voorkomen gebruiken we voor ieder kind een hoofdluiszak, die op school aanwezig zijn. De hoofdluiszakken worden gedurende een bepaalde tijd in gebruik genomen en zullen ook mee gaan naar de sportzaal. Wanneer u thuis hoofdluis signaleert, dan dient u altijd contact op te nemen met de directie. Mochten er nog vragen zijn over dit onderwerp dan kunt u altijd terecht op school.

MUZISCHE VORMING In Berkel en Rodenrijs is sinds een aantal jaren de Stichting Muzische Vorming werkzaam voor de basisschooljeugd. Het doel van de stichting is om de muzische vorming bij de basisschooljeugd in Berkel en Rodenrijs te bevorderen en haar vertrouwd maken met verschillende vormen van 'kunst'. De Stichting organiseert tweemaal per jaar voorstellingen voor alle groepen van de basisschool. Voor ieder leerjaar worden evenementen gezocht rond een bepaald thema, zodat de kinderen in de loop van hun basisschooltijd met zoveel mogelijk vormen van kunst in aanraking komen. De evenementen worden deels gesubsidieerd door de gemeente. De kosten worden verdeeld over de gemeentelijke subsidie, exploitatiegelden van de school en een gedeelte van de ouderbijdrage. In het algemeen bestuur van de Stichting zijn alle betrokken basisscholen via een leerkracht en een ouder vertegenwoordigd. Ook in de diverse programma commissies zijn zoveel mogelijk alle scholen vertegenwoordigd.

NIEUWSFLITS Iedere laatste vrijdag van de maand komt ons mededelingenblad digitaal uit. Hierin vindt u alle informatie die voor de daarop volgende maand van belang kan zijn. Eventuele kopij moet uiterlijk één week van tevoren per mail worden ingeleverd: [email protected] OCHTENDPAUZE Als onderbreking van de ochtend kunt u uw kind iets te eten en/of drinken meegeven. Het gaat om een bij voorkeur gezond “tussendoortje” en dus niet om complete lunchpakketten. Wilt u de kinderen drinken meegeven in goed afsluitbare plastic bekers? In de ochtendpauze gaan de kinderen 15 minuten naar buiten, bij erg slecht weer blijven de kinderen binnen. De kleutergroepen pauzeren in hun lokaal en hebben aparte tijden om buiten te spelen.

KLEDINGCONTAINER Bij het binnenschoolplein staat een kledingcontainer. Hierin kunt u al uw kleding die u niet meer gebruikt deponeren. Deze dient heel en schoon te zijn. Ook schoenen kunt u hierin kwijt. De opbrengst hiervan wordt besteed aan extra uitgaven voor de school die niet door het rijk bekostigd worden.

36

losse aanvraagformulier worden ingevuld. Deze ouders krijgen dan drie keer per jaar een rekening voor het aantal opgegeven dagen. Hierbij wordt geen rekening gehouden met de dagen waarop uw kind door omstandigheden niet op school was. Wel worden de vakantiedagen, studiedagen etc. verrekend in de rekening. Kinderen kunnen ook incidenteel overblijven, hiertoe kunt u ’s ochtends doorgeven aan de leerkracht van uw kind dat hij/zij die dag overblijft. De kosten van de incidentele overblijf liggen wat hoger. Van het overblijfgeld wordt o.a. het toezicht betaald en (spel)materiaal aangeschaft.

ONTRUIMINGSPLAN Om de veiligheid van de kinderen op school zo goed mogelijk te waarborgen, is er in samenspraak met de brandweer van Berkel en Rodenrijs een ontruimingsplan opgesteld. In iedere ruimte hangt op gekleurd papier een kort draaiboek van de te volgen stappen in geval van brand of andere calamiteiten. In de loop van het schooljaar wordt een aantal maal een oefening gehouden in aanwezigheid van een lid van de brandweer. Indien er tijdens een ontruiming ouders in het pand aanwezig zijn, worden zij dringend verzocht serieus mee te werken en de aanwijzingen op te volgen.

PEUTERSPEELZAAL PEUTERHONK In Het Baken zit de peuterspeelzaal Peuterhonk. Deze peuterspeelzaal is onderdeel van de Stichting Kinderspeelzaal Berkel en Rodenrijs. Het doel van de stichting is om de ontwikkeling van het jonge kind te bevorderen door hen in groepsverband samen te laten spelen onder deskundige leiding. U kunt uw kind inschrijven wanneer het de leeftijd van 2 jaar heeft bereikt, vanaf 2½ jaar kan uw kind terecht. Voor inschrijven of inlichtingen kunt u bellen of langskomen tijdens het inschrijfuur: elke maandag van 11:45 tot 12:45 uur (buiten de schoolvakanties). Telefoon: 5118929. Website: www.kinderspeelzaal.nl

OUDERAVONDEN Aan het begin van het jaar is er een kennismakingsavond gepland voor alle groepen. De groepsleerkracht vertelt dan in zijn/haar lokaal over het jaarprogramma en de daarbij behorende afspraken. In de loop van het jaar kan het team, meestal in samenwerking met de ouderraad, nog andere ouderavonden organiseren, bijvoorbeeld rond een onderwijskundig of opvoedkundig thema. Ook houdt de oudervereniging minstens eenmaal per jaar een algemene ledenvergadering. U wordt schriftelijk op de hoogte gebracht wanneer deze vergadering plaats vindt. Ook de MR zal verslag doen van de activiteiten van het afgelopen schooljaar. Er zijn ook avonden, waarop u met de leerkracht over de vorderingen van uw kind kunt spreken. Deze avonden zijn ook bedoeld voor ouders van de allerjongste kleuters die nog geen rapport gekregen hebben.

POSTBUS Ter voorkoming van zoekraken vragen wij u vriendelijk aan school gerichte post altijd te adresseren op ons postbusnummer. R.K. Basisschool Het Baken, Postbus 139, 2650 AC Berkel en Rodenrijs

OUDERBIJDRAGE Ieder schooljaar vraagt de oudervereniging van U een vrijwillige bijdrage. Afgelopen jaar bedroeg deze bijdrage € 32,00.Deze wordt gedurende het schooljaar besteed aan allerlei faciliteiten voor uw kind, die buiten het gewone subsidiepatroon vallen. U ontvangt voor uw ouderbijdrage t.z.t. een incassoformulier. Tijdens de algemene ledenvergadering in september zal de ouderbijdrage voor het huidige schooljaar worden vastgesteld.

PRIVACY Daar de wet op de privacy ook voor scholen van toepassing is, worden leerlingengegevens niet zonder toestemming aan derden beschikbaar gesteld. Dat betekent dus ook dat er door de school geen lijsten met namen, adressen en telefoonnummers van klasgenoten aan ouders verstrekt worden. Wilt u i.v.m. spelen e.d. een lijstje aanleggen, dan dient u zelf met andere gezinnen contact op te nemen. Wanneer u niet wenst dat de naam of foto van uw kind op de website verschijnt, dan verzoeken wij u dit te melden op het calamiteiten formulier. Bij het plaatsen van foto’s of namen op de site wordt hiermee dan rekening gehouden.

OVERBLIJVEN Onze school geeft gelegenheid tot overblijven. De kinderen verblijven in de eigen lokalen, waarbij er regelmatig van lokaal wordt gewisseld. Het overblijven is geregeld door de Stichting Overblijven Basisschool Het Baken. Het toezicht op de overblijvende kinderen wordt verzorgd door de ouders. Zij krijgen hiervoor een vergoeding. Er blijft altijd de vraag bestaan naar overblijfouders. Mocht u zelf willen assisteren bij het overblijven of mensen kennen die dit willen doen, dan kunt u dat doorgeven aan de directie van de school of de overblijf coördinator. Voor alle vaste overblijvers, de kinderen die 1, 2, 3 of 4 dagen in de week overblijven, moet jaarlijks het

SCHOOLMATERIALEN In principe krijgen de kinderen alle materialen die nodig zijn om op Het Baken onderwijs te volgen, zoals pennen, potloden, linialen, papier etc. Deze vulpennen voldoen aan alle eisen die wij als school belangrijk vinden en waarborgen de kwaliteit van het schrijven. We willen u daarom vragen op school een nieuwe vulpen te kopen in het geval dat deze verdwenen of onherstelbaar beschadigd is. Om

37

verkeersexamen.

werkbladen netjes te bewaren vragen we de kinderen vanaf groep 4 om een 23 ringsmap mee te nemen. Daarnaast vragen we ook een eigen puntenslijper mee te nemen. Vanaf groep 7 is een agenda verplicht. Ook deze dient u zelf met uw kind aan te schaffen.

VERZEKERINGEN Het Baken heeft een verzekeringspakket afgesloten, onder andere bestaande uit een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen, personeel en vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van de betrokkene geen dekking biedt. Bijvoorbeeld door eigen risico. Materiële schade (kapotte brillen, fietsen etc.) valt niet onder deze dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn dekking tegen schadeclaims ten gevolge van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dat verband op twee aspecten, die vaak aanleiding geven tot misverstanden: Ten eerste is de school en/of het schoolbestuur niet zonder meer aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen, maar is gebaseerd op een misverstand. De school heeft pas een schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus tekort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is goed mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Die schades vallen niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en worden dan ook niet vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor schade door onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of als zij jonger zijn dan 14: hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf voor verantwoordelijk. Het is dus van belang dat de ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten. Zoals ook bij de paragraaf ‘schoolkamp’ genoemd dienen de ouders, indien zij aanspraak willen maken op restitutie van de eigen bijdrage vanwege ziekte en/of verandering van school van hun kind, ook een particuliere annuleringsverzekering voor het schoolkamp te hebben afgesloten.

SCHOOLMELK Gezien het beperkte aantal kinderen dat gebruik maakte van schoolmelkvoorziening, wordt er geen schoolmelk verstrekt op Het Baken. U kunt uw kind(eren) zelf een beker drinken meegeven voor de ochtendpauze en de lunchpauze.

SPORTDAG Jaarlijks wordt er voor elke jaargroep een sportdag georganiseerd. De datum voor deze sportdag(en) is op dit moment nog niet bekend en zal tijdig in de Nieuwsflits gepubliceerd worden. VERJAARDAGEN De verjaardag van uw kind is altijd weer een spannende, feestelijke gebeurtenis. Ook op school wordt hier uiteraard aandacht aan besteed. Iedere leerkracht heeft zijn of haar eigen manier om de verjaardag van uw kind in de klas te vieren. Uw kind mag uiteraard iets lekkers trakteren en samen met een klasgenootje mag hij of zij de andere meesters en juffen langs op de eigen verdieping. Voor de traktaties hebben we een voorkeur voor de verantwoorde, gezondere traktaties. De ervaring leert dat kinderen met een bepaalde allergie of dieet het vaak erg leuk vinden als er bij traktaties met hen rekening is gehouden. Weet u dat een bepaald kind ergens allergisch voor is, dan kunt u aan de ouders van het kind of de leerkracht vragen of uw traktatie ook voor hen geschikt is en wellicht een alternatief zoeken. Dit wordt zeer op prijs gesteld! Bij verjaardagen hoort vaak ook een kinderfeestje. Omdat niet altijd alle kinderen uit een groep worden uitgenodigd, verzoeken we u om uitnodigingen voor een kinderfeestje niet in de klas zelf uit te delen. Dit om teleurgestelde gezichtjes in de groep te voorkomen. Vaak is het rondbrengen van uitnodigingen al een klein feestje op zich! Alvast bedankt voor uw medewerking. VERKEERSOUDERS Sinds enige tijd bestaat er een verkeersouder groep in Berkel en Rodenrijs. In deze groep zitten vertegenwoordigers uit de verschillende Berkelse scholen. De werkgroep houdt zich onder andere met de volgende zaken bezig: • proberen veilige schoolroutes te krijgen en/of te houden. • stappen ondernemen richting plaatselijke overheid inzake verkeerskundige knelpunten. • stimuleren van een actief verkeersbeleid, o.a. door ondersteuning van de klaar-overs. • organiseren van het praktische

WEBSITE Onze school heeft www.bshetbaken.nl. Er

38

een staat

eigen website: naast praktische

informatie als de schoolgids en de Nieuwsflits ook veel informatie op uit de groepen zelf, aangevuld met mooie foto’s.

4

REGELING SCHOOL- EN VAKANTIE TIJDEN

4.1

WEEKBEURT In de groepen 3 t/m 8 komt u in alle groepen het begrip ‘weekbeurt’ tegen. De weekbeurt draagt aan het eind van elke dag zorg voor een aantal kleine klassentaken, zoals bijvoorbeeld: het bord schoonmaken, plantjes water geven, computers afsluiten, aanvegen klaslokaal, kasten netjes houden etc. Om misverstanden te voorkomen: het gaat hier niet om regulier schoonmaakwerk, maar om het opruimen en ordenen van de door de leerlingen gebruikte materialen. De weekbeurt zal tussen de 5 en 10 minuten tijd kosten en alle kinderen komen evenveel keer aan de beurt. Het achterliggende doel is de kinderen verantwoordelijkheid bij te brengen voor de eigen leef- en werkomgeving. Uiteraard proberen wij wel rekening te houden met ‘het verenigingsleven van uw kind’.

SCHOOLTIJDEN

Alle groepen: Maandag t/m vrijdag Inloop: 08.15 – 08.30 uur Ochtend: 08.30 – 12.00 uur Middag: 13.00 – 15.00 uur Woensdag Inloop: 08.15 – 08.30 uur Ochtend: 08.30 – 12.15 uur 4.2

REGELS VOOR AANVANG EN EINDE SCHOOLTIJD Voor de aanvang van de lessen gaan de deuren om 8.15 uur open en kunnen de kinderen binnen komen. 's Middags moeten de kinderen van de groepen 3 tot en met 8 buiten blijven tot 12.55 uur. Er is vanaf 12.50 uur toezicht op de speelplaats. Ook tijdens de ochtendpauze wordt er door leerkrachten gesurveilleerd. We vragen u dringend om tijdig, vóór aanvang van de lessen, het lokaal te verlaten, zodat de lessen op tijd kunnen starten!

4.3

VAKANTIES EN VRIJE DAGEN

4.3.1 Vakantierooster 2014-2015 Hieronder ziet u het vakantierooster voor schooljaar 2014-2015 staan. Houdt u met het inplannen van uw vakantie rekening met dit rooster, want vakantieaanvragen buiten dit rooster om zullen wij door moeten sturen naar de leerplichtambtenaar van de gemeente Lansingerland. Start schooljaar: Herfstvakantie: Kerstvakantie: Voorjaarsvakantie: Pasen Meivakantie Hemelvaart Pinksteren Junivakantie Zomervakantie:

maandag 01-09-2014 maandag 20-10-2014 t/m vrijdag 24-10-2 vrijdag 19-12-2014 t/m vrijdag 02-01-201 vrijdag 20-02-2015 t/m vrijdag 27-02-201 vrijdag 03-04-2015 t/m maandag 06-04-2015 maandag 27-04-2015 t/m vrijdag 08-05-2015 donderdag 14-05-2015 t/m vrijdag 15-05-2015 maandag 25-05-2015 vrijdag 19-06-2015 t/m maandag 22-06-2015 vrijdag 10-07-2015 t/m vrijdag 21-08-2015

Het vakantierooster staat uiteraard ook op onze website vermeld.

4.3.2. Studiedagen team De 2 studiedagen van het team waarop alle leerlingen vrij hebben zijn: • •

39

Maandag 2 februari 2015 Vrijdag 5 juni 2015

4.4 REGELS VOOR EXTRA VAKANTIE Vakanties onder schooltijd kunnen in principe niet worden toegestaan. Aanvragen van meer dan tien dagen gaan in behandeling bij de leerplichtambtenaar van de gemeente Berkel en Rodenrijs, Mevr. H. Aandeweg, Postbus 1, 2650 AA Lansingerland, tel: 010-8004000.

4.5 BUITENGEWOON VERLOF In bepaalde gevallen kunt u het noodzakelijk achten, dat uw (leerplichtige) kind gedurende een of meerdere dagen de school verzuimt. Een verzoek hiertoe dient u schriftelijk bij de directie in te dienen. Het formulier daarvoor vindt u op onze website (www.bshetbaken.nl ) of in het informatiebakje aan de muur bij de conciërgebalie. Na indiening van dat verzoek ontvangt u zo spoedig mogelijk antwoord. Wij maken er u op attent, dat vijfjarige kleuters ook leerplichtig zijn. 5 5.1

Groep 5B Groep 5C

: :

Groep 6A Groep 6B Groep 7A

: : :

Groep 7B Groep 7C

: :

Groep 8A Groep 8B Groep 8C

: : :

juf Inge meester Henk en juf Baukje juf Viola en juf Joyce juf Eveline juf Lydia en juf Saskia Polm juf Jolien en juf Yvette meester Tom en juf Wendy Holierhoek juf Niesa Meester Marc juf Willeke

Gym : Muziek: : Conciërge : Onderwijsassistente: Ondersteuning: Administratie : Interne begeleiding: Directeur :

meester Marten juf Mirjam juf Monica juf Vanessa juf Mariette en juf Eline juf Elles juf Sandra en juf Heleen meester Jan

Coordinatoren: ICT-coördinator

Meester Henk

NAMEN EN ADRESSEN SCHOOL

Schooladres RKBS Het Baken Oudelandselaan 139 2652 CJ Berkel en Rodenrijs telefoon: 010-5190620 Postadres Postbus 139 2650 AC Berkel en Rodenrijs email: [email protected] website : www.bshetbaken.nl 5.2 PERSONEEL De groepsindeling voor schooljaar 2014-2015 is als volgt: Groep 1/2A Groep 1/2B Groep 1/2C Groep 1/2D Groep 1/2E Groep 1/2F Groep 3A

: : : : : : :

Groep 3B

:

Groep 3C Groep 4A

: :

Groep 4B Groep 4C

: :

Groep 5A

:

Bouwcoordinatoren :

Juf Ilonka (OB) Juf Jeannette (MB) Juf Willeke (BB)

Taalcoordinatoren :

Juf Yvette Juf Baukje

Gedragscoordinatoren:

Juf Julia Juf Bianca

MRT-coordinator:

Juf Mascha

Rekencoordinator:

Juf Niesa Juf Saskia Polm

5.3

juf Julia en juf Helga juf Sharon Juf Wendy Vollebregt juf Tamara juf Helga en juf Denise juf Linda en juf Renate juf Nathalie en juf Saskia den Houdijker juf Martine en juf Jessica juf Ilonka juf Jeannette en juf Stefanie juf Mascha juf Esmeraldha en juf Angela juf Floortje en juf Bianca

:

SCHOOLBESTUUR

Postadres Laurentiusstichting Postbus 649 2600 AP Delft Bezoekadres Burgemeestersrand 59 2625 NV Delft tel. 015-2511440 email: [email protected] site: www.laurentiusstichting.nl College van Bestuur Voorzitter: Lid college.:

40

Mevr. Drs. J.M. Reijman Dhr. C. van der Kraan

5.4

• • •

OUDERRAAD

Postadres Ouderraad R.K. Basisschool Het Baken Postbus 139 2650 AC Berkel en Rodenrijs [email protected]

BSO Zus & Zo Locatie KetchUp Tel.: 010- 522 17 88 (Bedrijfsbureau: 09.00 - 17.00 uur) Locatieleidster: Anja Riel tel.: 06-33053604 Email: [email protected] Website: www.bsozusenzo.nl Postadres: BSO Zus en Zo, Postbus 81, 2650 AB Berkel en Rodenrijs

Dagelijks bestuur voorzitter Mevr. Corin Kruis secretaris Mevr. Inez van Zoelen

Overige aanbieders van buitenschoolse opvang in onze gemeente zijn:

penningmeester Mevr. M. Herselman

Catalpa Kinderopvang Ratjetoe Orionstraat 1-2 2651 GS Berkel en Rodenrijs 010-5120795/ 06-15827771 Website: www.catalpa.nl

Bankrekening Oudervereniging Het Baken Rekeningnummer: NL64RABO0106684450

5.5

TUSSENSCHOOLSE OPVANG (TSO) De Paddestoel KDV en BSO De Hoeve

Voorzitter: dhr. P. van ’t Verlaat Penningmeester: mevr. D. Lagrouw Coördinator: Mevr. J. de Goede

5.6

Opvang op een vertrouwde plek. Activiteiten op of om één locatie. Samenwerking tussen school en BSO is gegarandeerd.

Naardermeerstraat 151 2652 JH Berkel en Rodenrijs Tel. 010 - 519 93 37 Website: www.de-paddestoel.nl

BUITENSCHOOLSE OPVANG

BSO De paddestoel, locatie Anthuriumsingel Anthuriumsingel 150 2651 NZ Berkel en Rodenrijs Tel. 010 - 514 85 13

Als onderdeel van de 'brede school' wordt activiteitengerichte buitenschoolse opvang aangeboden door BSO Zus en Zo voor kinderen van 4 tot 13 jaar. Zij biedt kinderopvang gedurende 40 schoolweken en 12 vakantieweken van 07.30 tot 18.30 uur. De opvang bestaat uit voorschoolse, naschoolse en hele dagen vakantie opvang. De opvang 'Ketch Up' is gevestigd in Het Baken. Kinderen hoeven dus niet te reizen, maar kunnen binnendoor lopen met de groepsleiding naar de BSO.

KERN Kinderopvang Stationssingel 308 2652 HS Berkel en Rodenrijs Tel.: 06-22998352 Website: www.kern-randstad.nl BSO Hakuna Matata Het Hoge land 25 2652 EA Berkel en Rodenrijs Tel: 06-42904968 Website: www.bsohakunamatata.nl

Tevens werkt BSO Zus en Zo samen met de Stichting Overblijven Het Baken om het overblijven goed en toegankelijk te houden.

5.7

Persoonlijke aandacht, oog voor natuur, cultuur, gezond leven en eten staan centraal. Als extra's biedt BSO Zus en Zo: • Leeftijdgerichte activiteiten. • Een wisselend programma met sport, creativiteit en expressie op de locatie in samenwerking met vakkrachten. • Begeleiding naar zwemles voor diploma A/B/C. • Het mee organiseren en meedoen aan evenementen voor kinderen.

MEDEZEGGENSCHAPSRAAD

Postadres MR. R.K. Basisschool Het Baken Postbus 139 2650 AC Berkel en Rodenrijs [email protected] De samenstelling van de medezeggenschapsraad (MR) Namens de ouders Mevr. Heleen Beumer Mevr. Nicolien Verstraten

Voordelen voor ouders en kinderen: 41

Dhr. Erik Keller (uittredend) Mevr. Jacqueline van der Westen (uittredend) Dhr. Yusuf Goedbloed

Adres Noorderparklaan 14 2662 DJ Bergschenhoek telefoon: 010-5147323

Namens het personeel Dhr. Tom Houtman Mevr. Julia Bes Mevr. Martine Sloot Mevr. Denise van Asch Mevr. Willeke Docter

5.8

5.13 LOGOPEDIE Dhr. M.A.J. Pertijs Boerhaavestraat 5 2652 EP Berkel en Rodenrijs telefoon: 010-5118842 5.14 SCHOOLBEGELEIDING OA/MHR Van Beeckstraat 62 2722 BC Zoetermeer telefoon: 079-3295600 fax: 079-3295699 Informatie op: www.onderwijsadvies.com

VERTROUWENSPERSOON

Intern contactpersoon Mevr. J. Akkerman Email: [email protected]

5.15 IDENTITEITSBEGELEIDER Mevr. K. Melis Postbus 649 2600 AP Delft

Vertrouwenspersoon Dhr. R. van der Ouderraa Saffier 7 2651 SV Berkel en Rodenrijs telefoon: 010-5120270 5.9

KLACHTENCOMMISSIE

Postadres De Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs Postbus 85191 3508 AD Utrecht Tel: 030-2809590 [email protected]. email: site: www.onderwijsgeschillen.nl 5.10 ONDERWIJSINSPECTIE Postadres Postbus 501, 2700 AM Zoetermeer telefoon: 0800-8051 Bezoekadres Bredewater 18, 2715 CA Zoetermeer. Site voor inspectieverslagen www.onderwijsinspectie.nl

5.11 JEUGDGEZONDHEIDSZORG De dienst Jeugdgezondheidszorg (dus ook de school/jeugdarts) valt onder de Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD) Rotterdam Adres Centrum voor jeugd en gezin Noorderparklaan 14 2662 DJ Bergschenhoek telefoon: 010-4444626 5.12 SCHOOLARTS Mevr. J. Yntema Assistente: Mevr. S. Breemer

42