Mondriaan College
Schoolondersteuningsprofiel 2015-2016 Samenwerkingsverband Voortgezet onderwijs 30 06 Brabant noordoost
Locatiedirecteur: Zorgcoördinator: Bezoekadres: Tel.: E-mail:
Erik Jan Bakker Sarah Molenkamp Mondriaanlaan 1 5342 CN Oss 0412-224190
[email protected]
INHOUDSOPGAVE 1.
Inleiding – Wat is een schoolondersteuningsprofiel?
1
2.
De school en de ondersteuningsstructuur 2.1 Onderwijsaanbod 2.2 De ondersteuningsstructuur Organisatie van de ondersteuning Het zorgadviesteam (ZAT) Samenwerking met ouders en leerling Beschikbare protocollen in het kader van ondersteuning
2 2 3 3 4 4 5
3.
Inhoud van de ondersteuning 3.1 Basisondersteuning Thema’s in de basisondersteuning Toelichting op activiteiten in de basisondersteuning Ontwikkelambities van de school op het gebied van de basisondersteuning 3.2 Extra ondersteuning Extra ondersteuning in de school Samenwerking in het kader van interne extra ondersteuning Ontwikkelambities van de school op het gebied van interne extra ondersteuning Als de school (tijdelijk) onvoldoende ondersteuning kan bieden
Bijlagen
6 6 6 9 12 12 12 13 14 14 15
2
1.
Inleiding – Wat is een schoolondersteuningsprofiel?
“Het schoolondersteuningsprofiel is een beschrijving van de voorzieningen die zijn getroffen voor leerlingen die extra ondersteuning behoeven. Deze voorzieningen kunnen eventueel in samenwerking met ketenpartners worden geboden. De basisondersteuning die binnen het samenwerkingsverband op iedere school wordt geboden wordt eveneens in de beschrijving opgenomen.” (Referentiekader Passend Onderwijs) Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs 30 06 (SWV VO 30 06) is een stichting waar alle scholen voor voortgezet (speciaal) onderwijs in de gemeenten Oss, Uden, Veghel en Bernheze aan verbonden zijn. Een samenwerkingsverband is wettelijk verplicht om afspraken te maken over hoe passend onderwijs gerealiseerd wordt voor álle leerlingen in de regio. Meer informatie over het samenwerkingsverband en de afspraken die gemaakt zijn is te vinden in het ondersteuningsplan. Dit is te downloaden van de website (www.samenwerkingsverband3006.nl). In dit schoolondersteuningsprofiel worden achtereenvolgens de volgende onderwerpen beschreven: Een korte beschrijving van de school en haar ondersteuningsstructuur; De regionale afspraken over de basisondersteuning en de wijze waarop deze school daar uitvoering aan geeft; Werkwijze in het geval de leerling extra ondersteuning nodig heeft.
1
2.
De school en de ondersteuningsstructuur
Modern en effectief onderwijs. Daar staat het Mondriaan College voor. Leerlingen kunnen bij ons terecht voor havo en vmbo-t. Wij bieden wij méér dan het traditionele onderwijs. Een van de doelstellingen van ons onderwijs is leerlingen voorbereiden op de 21e eeuw. Jongeren van nu kunnen zich geen wereld zonder smartphones en computers voorstellen. Maar zijn ze daarmee klaar voor de uitdagingen van de 21e eeuw? Op het Mondriaan denken we van niet. Leerlingen halen bij ons niet alleen de best mogelijke resultaten. Ze leren ook stevig te staan in een wereld met constante veranderingen. Ze leren professioneel te communiceren en relaties op te bouwen. Ze raken vertrouwd met de e-wereld dankzij een sterke basis van kennis en ervaring. Wij denken liever in kansen in plaats van risico's. En het goede nieuws: onze slagingspercentages zijn tóch hoog. Hoe dat kan? We bieden onderwijs zoveel mogelijk op maat, werken voortdurend aan de kwaliteit en zetten moderne middelen in. Mensen zeggen al jaren dat de sfeer bij ons op school goed is. Daar doen we ook veel voor. Onze leraren bouwen een goede band op met leerlingen en ouders. We gaan uit van het goede en daardoor kunnen we vragen en problemen gemakkelijker beantwoorden en oplossen. De ondersteuning op het Mondriaan College is gebaseerd op de visie van geïntegreerde leerlingbegeleiding. Bij geïntegreerde leerlingbegeleiding is de ondersteuning van een leerling een wezenlijk onderdeel van het leerproces. De ondersteuning vindt plaats op de plek waar de leerling zijn primaire leerproces ondergaat; in de klas. De mentor is de spil van de ondersteuning in samenwerking met het team docenten dat lesgeeft aan de leerling. Het zorgteam biedt waar nodig ondersteuning aan de mentor en het team, de leerling en ouders. Wanneer wij als school over onvoldoende expertise en middelen beschikken om een leerling voldoende adequaat te begeleiden wordt er samen met ouders naar een passende oplossing gezocht.
2.1 Onderwijsaanbod Het Mondriaan College biedt onderwijs aan op havo niveau en op vmbo-t niveau. Havo: klaar voor het hbo Havo is bij ons een heel eigen opleiding. We leren je twee belangrijke dingen. Allereerst geven we je extra les in Engels, Nederlands en wiskunde. Zo zorgen we ervoor dat jij in de kernvakken goed presteert. Daarnaast helpen we je te ontdekken waar je goed in bent en hoe je daar nog beter in kunt worden. We begeleiden je bij het kiezen van een hbo-studie. Zo kom je straks meteen terecht bij de studie die het beste bij je past. Vmbo-t/havo brugklas In de vmbo-t/havo brugklas word je via het havo instapprogramma begeleid naar de havo. Het is ons werk om leerlingen zo goed mogelijk hun eigen talenten, aansluitend bij hun belangstelling in hun eigen tempo te laten ontwikkelen. Dat is terug te zien in de tweejarige brugklas, waarin leerlingen twee jaar de tijd krijgen hun talenten optimaal te ontwikkelen en in de mogelijkheid tot flexibele doorstroom. Havo – doorstroomprogramma Bij ons is vmbo-t een stevige opleiding waarmee je veel kanten op kunt. Veel leerlingen vinden de overstap van vmbo-t-4 naar havo-4 lastig. Vooral wiskunde, Nederlands en Engels zijn op havo echt moeilijker. Daarom krijg je bij ons in de vierde klas van de vmbo-t extra les in deze vakken. Zo ga jij gemakkelijker naar de havo. T-Science: onderzoeken en ontwerpen Techniek is vooral erg leuk als je er echt mee aan de slag kunt. Kies je voor de T-Sience? Dan werk je een blokuur per week aan interessante opdrachten volgens het technasiummodel. Dat betekent dat je zelf gaat onderzoeken en ontwerpen. Zo ontdek je of techniek bij je past. En je hebt natuurlijk een voorsprong als je later iets met techniek gaat doen. Er is op de arbeidsmarkt veel vraag naar mensen met een technische opleiding. 2
2.2 De ondersteuningsstructuur In onderstaande afbeelding staat schematisch weergegeven hoe de ondersteuningsstructuur er op het niveau van het samenwerkingsverband uitziet. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar het ondersteuningsplan van dit samenwerkingsverband (te downloaden van www.samenwerkingsverband3006.nl).
Regulier VO Preventie & signaleren: Voor elke leerling Basisondersteuning (met middelen van de school) Paragraaf 4.1
Licht curatief: Voor specifieke leerlingen
Curatief: Intern arrangement
Extra ondersteuning
Lichte extra ondersteuning
(met middelen van het SWV)
Curatief: Tijdelijke plaatsing in tussenvoorziening*
Paragraaf 4.2
Schooloverstijgende setting
Zware extra ondersteuning Curatief: Onderwijs in het VSO*
*Tussenvoorzieningen en het VSO bieden basisondersteuning met daar bovenop een aanbod voor extra ondersteuning.
In hoofdstuk 3 staat beschreven hoe de school de afspraken op het niveau van het samenwerkingsverband vorm geeft. Hieronder staat de ondersteuningsstructuur van de school beschreven.
Organisatie van de ondersteuning Onderwijs vindt plaats in de klas. De klas is de plek waar leerlingen met elkaar en met de docent tot leren komen. Hieruit vloeit voort dat ook de ondersteuning plaatsvindt in de klas. Ondersteuning is altijd gericht op het versterken van het leerproces van leerlingen en deze ondersteuning vindt dan ook het beste plaats zo dicht mogelijk bij de plaats waar wordt geleerd, in de klas. Op het Mondriaan College is de mentor de spil van de ondersteuning. De mentor volgt de leerling, zowel op didactisch gebied als op sociaal-emotioneel gebied. Samen met de docenten is de mentor verantwoordelijk voor het welbevinden van de leerling op school. Elke leerling kan in zijn ontwikkeling momenten tegenkomen waarop het even iets minder gaat. De mentor kijkt dan, samen met docenten, leerling en ouders wat er mogelijk nodig is aan 3
extra ondersteuning. Afhankelijk van de aard van de hulpvraag kan deze met docenten of ouders en leerling snel worden opgelost. In sommige gevallen is de hulpvraag wat complexer. Zowel leerling als mentor, docenten en ouders kunnen dan een beroep doen op de expertise van de zorgcoördinator. Op het Mondriaan College is een zorgcoördinator/orthopedagoog werkzaam, Mw. Sarah Molenkamp,
[email protected]. De taak van de zorgcoördinator is om samen met leerling en betrokkenen te onderzoeken welke vorm van ondersteuning het best passend is en waar deze ondersteuning het beste geboden kan worden. Indien nodig worden er aanvullende gesprekken of onderzoeken gepland met leerling en/of andere betrokkenen om de hulpvraag helder te krijgen. Het zorgadviesteam (ZAT) Het Mondriaan College werkt met een intern en een extern Zorgadviesteam. De taak van het ZAT is leerling, ouders, mentor en/of docenten te adviseren welke vorm van ondersteuning het beste past en hoe deze georganiseerd kan worden. Het interne zorgadviesteam vergadert wekelijks en bestaat uit zorgcoördinator/orthopedagoog, onderwijsassistent leerlingenzorg en de contactpersoon van Basisteam Jeugd en Gezin. Schooljaar 2015-2016 is deze contactpersoon Mw. Ans Verdaasdonk, schoolmaatschappelijk werkster. De onderwijsassistent leerlingenzorg is Dhr. Kees Hendrickx,
[email protected]. In dit interne zorgteam worden met name interne verwijzingen voor ondersteuning besproken. Hulpvragen worden ingediend via de mentor en zijn zowel van leerling als mentor en/of ouders afkomstig. Bij complexere situaties waarbij de basisondersteuning wordt overschreden wordt een hulpvraag besproken in het Externe Zorgadviesteam. Hierin zijn vertegenwoordigd de zorgcoördinator, de onderwijsassistent leerlingenzorg, de contactpersoon van Basisteam Jeugd en Gezin, de jeugdarts en de leerplichtambtenaar. Voor schooljaar 2015-2016 is de leerplichtambtenaar Mw. Inge Vermeulen en de jeugdarts Mw. Ieke Schillings. Het externe ZAT adviseert over aanvragen voor licht interne extra ondersteuning en externe ondersteuning. Zowel van de bespreking in het interne als het externe ZAT worden ouders op de hoogte gesteld door de mentor. Afhankelijk van de hulpvraag worden mentor en/of docenten uitgenodigd aan te sluiten. Het advies van het ZAT wordt afhankelijk van de hulpvraag door de mentor of door de zorgcoördinator met ouders gecommuniceerd. Samenwerking met ouders en leerling De school is expert als het gaat om onderwijs, ouders zijn expert als het gaat om opvoeding. De ontwikkeling van een leerling wordt gevormd door deze beide factoren. Ouders en school hebben elkaar nodig om goed vorm te geven aan de ontwikkeling van een leerling. Samenwerking is dan ook cruciaal om leerlingen tot mondige wereldburgers op te leiden. Leerlingen zijn anders op school dan thuis. Leerlingen kunnen deze verschillen ook gebruiken om een eigen pad te kiezen wat hun ontwikkeling in gevaar brengt. Ouders en school zijn hierin elkaars partner en informatiebron. Het Mondriaan College hecht dan ook veel waarde aan de samenwerking met ouders. Wij doen dat door in eerste instantie elkaar te informeren. Via de mentor vernemen ouders hoe het met hun kind gaat, via het systeem (Somtoday) zien zij de aanwezigheid of afwezigheid en de cijfers. Via de vakdocenten vernemen zij specifieke relevante informatie. Andersom ontvangt de school via ouders informatie over hoe het thuis met de leerling gaat en welke belangrijke ontwikkelingen daar spelen die van invloed kunnen zijn. Op het moment dat het minder gaat met een leerling vinden school en ouders elkaar in een gezamenlijk plan van aanpak. De leerling is wat ouders en school verbindt. Voor een leerling is het belangrijk om gehoord en gezien te worden in dit hele proces. Uiteindelijk is het de hulpvraag van de leerling die
4
ouders en school samenbrengt om tot een gezamenlijk plan van aanpak te komen. Indien de hulpvraag dit toelaat is de leerling aanwezig bij alle gesprekken die met ouders worden gevoerd. Afhankelijk van de aard van de hulpvraag vinden er ook gesprekken alleen met de leerling of alleen met de ouders plaats. Aan de leerling wordt altijd gevraagd in te stemmen met en mee te denken over het plan van aanpak. Beschikbare protocollen in het kader van ondersteuning De school voorziet in onderstaande protocollen: Dyslexieprotocol: dyslexie op het Mondriaan College Dyscalculieprotocol: dyscalculie op het Mondriaan College Protocol medisch handelen en handelen bij ziekte Verzuimprotocol Protocol sociale veiligheid (o.a. pestprotocol) Meldcode Kindermishandeling ADHD op het Mondriaan College ASS op het Mondriaan College
Deze protocollen zijn te vinden als bijlage bij dit schoolondersteuningsprofiel.
5
3.
Inhoud van de ondersteuning
3.1 Basisondersteuning Binnen het samenwerkingsverband van middelbare scholen in Oss, Uden, Veghel en Bernheze zijn afspraken gemaakt over de basisondersteuning die alle scholen aanbieden aan leerlingen. De afspraak over de kwaliteit van het onderwijsproces luidt als volgt: “De scholen van SWV VO 30 06 dragen zorg voor een kwalitatief goede primaire onderwijsomgeving, waarin voldoende aandacht is voor preventie van leer-, sociaal-emotionele en gedragsproblemen. Er wordt op een passende wijze omgegaan met verschillen tussen leerlingen, zodat zowel de leerlingen die extra instructie nodig hebben als de leerlingen die gebaat zijn bij verrijking of verdieping (ten opzichte van het schoolniveau) bediend worden.” Hieronder staat schematisch weergegeven op welke thema’s basisondersteuning wordt geboden binnen dit samenwerkingsverband en hoe deze school daar uitvoering aan geeft. De activiteiten en voorzieningen binnen de basisondersteuning worden door de school georganiseerd met eigen middelen. Voor de meeste leerlingen is dit voldoende om hun schoolloopbaan op onze school succesvol te doorlopen. Na het overzicht is toelichting te vinden op de activiteiten die in het schema genoemd worden. Ook geeft de school daar toelichting op haar ontwikkelambities1 t.a.v. de basisondersteuning. De kwaliteit van het reguliere onderwijsproces is voor de overzichtelijkheid niet in het onderstaande schema opgenomen. Dit wordt beoordeeld door de onderwijsinspectie. Meer informatie hierover is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Thema’s in de basisondersteuning A.
Ondersteuning aan leerlingen met leerproblemen, o.a. bij ernstige lees- en/of spellingsproblemen en dyslexie, ernstige rekenproblemen en dyscalculie, en problemen in de informatieverwerking, concentratie en planning.
Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Volgen en signaleren van leerlingen met leerproblemen.
Ondersteuning gericht op het versterken van de taalvaardigheid.
Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief) Het signaleren van leerproblemen gebeurt op verschillende manieren: In de klas door de vakdocenten. Van alle leerlingen wordt in het eerste jaar een analyse gemaakt van het basisschooldossier. Opvallende prestaties in het CITO LVS worden op deze wijze gesignaleerd. Op het Mondriaan worden de toetsen van het CITO VAS toetssysteem afgenomen.
Ondersteuning in de vaklessen: leerlingen die (tijdelijk)gebaat zijn bij extra instructie ontvangen deze van de vakdocent. Mondriaanuren: leerlingen kunnen in de Mondriaanuren kiezen voor ondersteuningsmodules. NT2: voor leerlingen met een anderstalige achtergrond is er een kortdurend traject van NT2 ondersteuning.
1
Ontwikkelambitie
☐
☐
Alle scholen in het samenwerkingsverband moeten voldoen aan de norm voor basisondersteuning. Ontwikkelambities hebben betrekking op de activiteiten die de school uitvoert om de kwaliteit van de basisondersteuning verder te verhogen.
6
Werken met en volgens protocol dyslexie: faciliteiten en hulpmiddelen. Ondersteuning gericht op het versterken van de rekenvaardigheid.
Zie dyslexieprotocol.
Werken met en volgens protocol dyscalculie: faciliteiten en hulpmiddelen.
Zie dyscalculieprotocol.
Begeleiden van leerlingen bij het leren leren.
Studiebegeleiding 1e leerjaar. Studiebegeleiding 2e leerjaar. Studielokaal
Aandacht voor leerlingen die op specifieke leergebieden extra instructie en begeleiding nodig hebben.
Ondersteuning in de vaklessen: leerlingen die (tijdelijk)gebaat zijn bij extra instructie ontvangen deze van de vakdocent. Mondriaanuren: leerlingen kunnen in de Mondriaanuren kiezen voor ondersteuningsmodules. NT2: voor leerlingen met een anderstalige achtergrond is er een kortdurend traject van NT2 ondersteuning.
Rekenondersteuning gericht op het eindexamen. Rekenlessen.
B.
☐
☐
Aandacht voor leerlingen die op specifieke leergebieden extra uitdaging nodig hebben.
☐
Mondriaanuren: leerlingen kunnen in de Mondriaanuren kiezen voor verrijkings- en verdiepingsmodules.
X
☐
☐
Ondersteuning aan leerlingen met sociaal-emotionele problematiek, o.a. milde vormen van angst en onzekerheid, zoals faalangst, examenvrees en keuzeproblemen, moeite in de sociale omgang met leeftijdsgenoten en volwassenen, en belemmeringen door een gebrek aan onderwijsmotivatie.
Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Signaleren van leerlingen met sociaal-emotionele problematiek.
Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief)
Begeleiding van leerlingen met faalangst/examenvrees.
Faalangstreductietraining.
Ondersteuning van leerlingen met keuzeproblemen.
Decanaat.
Ondersteuning bij het ontwikkelen en versterken van sociale vaardigheden.
SOVA training en Rots en Water training (extern)
Aandacht voor het bevorderen van schoolmotivatie.
Dit is een standaardonderdeel van de mentorbegeleiding. Voor leerlingen die meer nodig hebben dan de
Signalering gebeurt in samenwerking door de vakdocenten, mentor, onderwijsassistent leerlingenzorg en ouders.
Ontwikkelambitie
☐
☐
X
☐
7
☐
mentorbegeleiding is het mogelijk om een oplossingsgerichtgesprek te voeren.
C.
Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Signaleren van leerlingen met gedragsproblemen, zowel internaliserend2 als externaliserend3.
Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief)
Aandacht voor het bevorderen van sociale veiligheid in de groep/school.
* Het Mondriaan heeft een pestcoördinator en een actueel pestprotocol. * Herstelgericht werken
☐
Aandacht voor het voorkomen van gedragsproblemen in en buiten de klas.
* Schoolbrede afspraken en regels, daarnaast klassenregels en afspraken. * Rots en Water training/SOVA training (extern aanbod) * Herstelgericht werken
☐
Maatregelen voor leerlingen die tijdelijk niet in de klas kunnen zijn als gevolg van storend gedrag voor zichzelf of anderen.
Aanwezigheid onderwijsassistent leerlingenzorg
D.
2 3
Ondersteuning als er bij de leerling sprake is van gedragsproblemen, o.a. bewegingsonrust, impulsiviteit, mild opstandig gedrag, en problemen in de sociale afstemming (ongepast gedrag), angst en depressie.
Signalering gebeurt in samenwerking door de vakdocenten, mentor, onderwijsassistent leerlingenzorg en ouders.
Ontwikkelambitie
☐
☐
Ondersteuning aan leerlingen met lichamelijke beperkingen, o.a. bij milde auditieve, visuele of motorische beperkingen, bij milde spraaktaal belemmeringen, en bij milde belemmeringen als gevolg van een medische conditie.
Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Werken met en volgens een protocol medisch handelen en handelen bij ziekte.
Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief)
Fysieke toegankelijkheid van het gebouw voor leerlingen met een lichamelijke beperking.
Er is een lift aanwezig. Vanaf schooljaar 2015-2016 zijn er op de trappen gele strepen voor leerlingen met een visuele beperking.
Beschikbaarheid van hulpmiddelen en aangepast lesmateriaal voor leerlingen
Afspraken op individueel leerlingniveau.
Zie protocol medisch handelen en handelen bij ziekte. Er zijn meerdere medewerkers die geschoold zijn in BHV.
Internaliserend wil zeggen dat het probleemgedrag naar binnen, op zichzelf, gericht is. Externaliserend wil zeggen dat het probleemgedrag naar buiten, op anderen, gericht is.
8
Ontwikkelambitie
☐
☐
☐
met een lichamelijke beperking. Begeleiding van leerlingen met spraaktaal belemmeringen.
Op het Mondriaan is geen specifieke expertise aanwezig. Afspraken worden gemaakt op individueel leerlingniveau.
☐
Samenwerking met ketenpartners in de signalering en begeleiding van leerlingen met fysiekmedische problematiek, bijvoorbeeld GGD en ambulante begeleiding.
Samenwerking met GGD, jeugdarts en jeugdverpleegkundige. Samenwerking met ambulante begeleiding.
☐
E.
Ten aanzien van problemen die zich (voornamelijk) afspelen op andere levensgebieden dan het onderwijsproces hebben scholen een signalerende functie in samenwerking met ketenpartners.
Concretisering van de afspraken in het samenwerkingsverband Goed functionerende ondersteuningsstructuur in de school.
Hoe de school hier werk van maakt (preventief en licht curatief)
Afstemming met ketenpartners in het ZAT.
Zie uitleg ZAT.
Aanwezigheid van een zorgcoördinator/orthopedagoog. Aanwezigheid van geschoolde leerlingbegeleiders. Structurele aanwezigheid van het ZAT.
Ontwikkelambitie
☐
☐
Toelichting op activiteiten in de basisondersteuning Mentor De mentor is de spil in de begeleiding. De mentor is het aanspreekpunt voor leerlingen en ouders. Verwijzingen voor ondersteuning verlopen altijd via de mentor. Signalering De vakdocenten signaleren achterblijvende resultaten, opvallende prestaties (bijvoorbeeld opvallende spellingsfouten, automatiseringsproblemen bij wiskunde) en hiaten in het leerproces van leerlingen (moeite blijven houden met het leren van woordjes ondanks voldoende inzet). Indien de signalen daartoe aanleiding geven worden deze met mentor en/of ouders en leerling besproken. Bij vermoedens van een leerstoornis wordt de zorgcoördinator om advies gevraagd. De school neemt zelf geen diagnostische onderzoeken af bij leerlingen. Ouders dienen hier zelf zorg voor te dragen. De mentor en vakdocenten hebben ook een signaleringsfunctie als het gaat om sociaal-emotionele problematiek en gedragsproblemen. Regelmatig is er ook een relatie met verzuim en/of schoolprestaties. Bij de eerste signalen van gedragsproblematiek of sociaal-emotionele problematiek zal de mentor en/of vakdocent een inschatting maken welke stappen gezet dienen te worden. Dit kan zijn overleg met het kernteam, dat is het team van docenten dat lesgeeft aan de klas. Een andere optie is overleg met de zorgcoördinator en/of kernteamleider. De mentor en/of vakdocent kan er ook voor kiezen direct de ouders in te lichten. Regelmatig wordt er gekozen voor een combinatie van bovenstaande, waarbij in ieder geval altijd ouders worden ingelicht.
9
CITO VAS In het eerste leerjaar worden twee toetsen van de CITO VAS afgenomen, in het tweede leerjaar en derde leerjaar één toets. Deze toetsen geven een methode-onafhankelijk beeld van de resultaten van de leerling op de kernvakken Nederlands, Engels en Wiskunde. Deze resultaten worden met mentor, vakdocenten en ouders gedeeld. Afhankelijk van de aard van de uitval en de ernst van de uitval volgt er richting leerling een vervolgadvies. Dit kan zijn het volgen van Mondriaanuren voor een bepaald vak, het organiseren van ondersteuning buiten school of anderszins. Bij matige uitval is de ondersteuning van de vakdocent in de klas vaak voldoende. Mondriaanuren In het lesrooster zijn Mondriaanuren opgenomen. In deze Mondriaanuren krijgen de leerlingen de mogelijkheid om zelf voor een bepaald vak te kiezen. Leerlingen kiezen over het algemeen vier keer per jaar, een aantal modules heeft een duur van een jaar (Cambridge Engels, T Science). De modules die in de Mondriaanuren worden geboden kennen een verschillende doelstelling: ondersteuning, verdieping of verrijking. In de ondersteuningsmodules wordt bewust aan een bepaald onderdeel van een vak gewerkt om leerlingen hierin te versterken. Bij verdieping of verrijking gaat het om stof die niet in het reguliere lesprogramma wordt aangeboden. Ondersteuning in de vaklessen Instructiemomenten zijn een regulier onderdeel van de vaklessen. De vakdocenten geven dan uitleg over de lesstof. Deze momenten worden vaak gevolgd door een verwerkingsmoment, in deze tijd hebben de docenten de ruimte om (beperkt) vragen te beantwoorden. Tevens is er (beperkt) ruimte om leerlingen extra uitleg te bieden. De mate waarin er ruimte is voor extra instructie en uitleg is afhankelijk van het vak, de docent en het leerjaar waarin de leerling zit. NT2 Voor leerlingen met een anderstalige achtergrond is er een kortdurend traject van NT2 ondersteuning. Aanmelding hiervoor gebeurt door de mentor bij de zorgcoördinator. Leerlingen starten met zes weken begeleiding, dit kan verlengd worden. De NT2 begeleiding is gericht op het verbeteren van de Nederlandse spreekvaardigheid en het versterken van het begrip van schooltaal. De begeleiding wordt in kleine groepen geboden. Rekenlessen In het reguliere lesprogramma zijn extra rekenlessen opgenomen. Studiebegeleiding 1e jaars De 1e jaars studiebegeleiding is een begeleiding die al een aantal jaren op het Mondriaan wordt geboden aan eerste brugklassers die meer dan gemiddelde problemen ervaren met het plannen en organiseren van hun huiswerk en die over onvoldoende ontwikkelde leerstrategieën beschikken. Leerlingen worden in eerste instantie geselecteerd door de zorgcoördinator op basis van de overdracht van de basisschool, via de mentor kunnen leerlingen echter uiteraard ook worden aangemeld. Studiebegeleiding 2e jaars In navolging van de 1e jaars studiebegeleiding is er schooljaar 2014-2015 een pilot gestart om ook in het tweede leerjaar studiebegeleiding te bieden. Deze studiebegeleiding wordt eenmaal per week geboden in een kleine groep. Leerlingen worden aangemeld door de mentor bij de zorgcoördinator. Faalangstreductietraining Het Mondriaan College biedt in de Mondriaan uren een faalangstreductietraining. In 8 – 10 bijeenkomsten leren leerlingen zicht te krijgen op de aard van hun faalangst en leren zij hier beter mee om te gaan. Aanmelding gebeurt via de mentor. Decanaat Op het Mondriaan College zijn twee decanen werkzaam. LOB, oftewel oriëntatie op loopbaan en beroep, is een standaard onderdeel van de mentorbegeleiding. Voor leerlingen die vastlopen in dit proces is er de mogelijkheid om een individuele afspraak te maken met een van de decanen. De decanen adviseren leerlingen bij de keuze van het vakkenpakket, begeleiden de overstap naar het vervolgonderwijs, c.q. de arbeidsmarkt en bemiddelen bij eventuele problemen. De decanen informeren
10
leerlingen over specifieke vervolgopleidingen en beroepen, geven informatie over open dagen en organiseren terugkomdagen van oud-leerlingen voor de afdelingen havo en mavo, die mede bedoeld zijn om de huidige leerlingen te informeren over het vervolgonderwijs. Oplossingsgerichte gespreksvoering Op het Mondriaan College zijn meerdere medewerkers opgeleid in de oplossingsgerichte gespreksvoering. Een gesprek kan aangevraagd worden door de mentor bij de zorgcoördinator. Bij een oplossingsgericht gesprek wordt de leerling uitgedaagd om zelf het probleem te benoemen en de oplossing daarbij te bedenken. Dit door het stellen van de juiste vragen. Vaak zijn er een aantal gesprekken nodig. Pestcoördinator De pestcoördinator heeft als taak het pestbeleid van het Mondriaan verder te ontwikkelen en de uitvoering ervan aan te sturen. Dit doet de pestcoördinator door samen met de zorgcoördinator het beleid op te stellen, speerpunten per schooljaar te benoemen en mentoren te adviseren in concrete situaties. Herstelgericht werken Het Mondriaan College werkt sinds dit schooljaar met de methodiek van het herstelgericht werken, ook wel herstelrecht genoemd. Bij deze methodiek is het uitgangspunt dat ‘dader’ en ‘slachtoffer’ gezamenlijk tot een oplossing van het conflict komen. Onder leiding van een gespreksleider gaan zij samen het gesprek aan en komen zij samen tot een oplossing. Gesprekken zijn mogelijk met twee leerlingen, maar ook met kleine groepen en met klassen. Gesprekken kunnen eenmalig plaatsvinden, maar er kan ook structureel een aantal gesprekken gepland worden, dit laatste gebeurt vaak bij problemen in een klas. Leerlingbegeleiding Voor leerlingen die op sociaal-emotioneel gebied een daling in hun welbevinden ervaren is er de mogelijkheid om met een leerlingbegeleider te praten. Deze trajecten zijn kortdurend (6 bijeenkomsten). Hulpvragen zijn heel divers: gevoelens van onzekerheid die het dagelijkse functioneren op school belemmeren, problemen in de thuissituatie, rouwverwerking. Aanmelding gebeurt via de mentor bij de zorgcoördinator. Klassenregels De mentoren in de onderbouw stellen aan het begin van het jaar met de leerlingen regels en afspraken op die gelden in de klas. Deze regels zijn aanvullend op de schoolregels en gaan over hoe om te gaan met elkaar in de klas. Rots en Water Voor leerlingen die baat hebben bij een SOVA-training of weerbaarheidstraining hebben wij een samenwerking met Centrum Jeugd en Gezin. Leerlingen kunnen via het Basisteam Jeugd en Gezin aangemeld worden voor een training aldaar. Onderwijsassistent leerlingenzorg Vijf dagen in de week is er een onderwijsassistent leerlingenzorg aanwezig. De taak van deze onderwijsassistent is het opvangen van leerlingen die om wat voor reden dan ook tijdelijk niet in de les aanwezig zijn. Dit kan gaan om leerlingen die verwijderd zijn door de docent, maar ook leerlingen die zich even niet in staat voelen om de les bij te wonen. De onderwijsassistent praat met de leerlingen en komt samen met hen tot een oplossing. Bij leerlingen die verwijderd worden is er altijd een nagesprek met de docent die de leerling heeft verwijderd. Leerlingen die ziek naar huis willen melden zich ook bij de onderwijsassistent. De onderwijsassistent heeft ook een belangrijke signaleringsfunctie. Leerlingen die zich met regelmaat ziek melden, die met regelmaat verwijderd worden of die regelmatig niet naar de les willen of kunnen worden door de onderwijsassistent gesignaleerd. Vervolgens volgt er een terugkoppeling richting de mentor en zorgcoördinator en in sommige gevallen ook direct naar ouders.
11
Ontwikkelambities van de school op het gebied van de basisondersteuning Decanaat Voor leerlingen met een speciale ondersteuningsbehoefte kent het LOB proces nog een extra dimensie: kan de vervolgopleiding die ik wil volgen mij bieden wat ik nodig heb aan ondersteuning? En zijn de vaardigheden die mijn vervolgopleiding en beroep van mij vraagt vaardigheden die ik bezit? Om dit proces goed vorm te geven start er volgend jaar een pilot op het Mondriaan waarbij de decanen in samenwerking met leerlingen, ouders en mentoren voor een aantal leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte een traject uitzetten waarbij er nog specifieker gekeken wordt naar de kwaliteiten maar ook de specifieke ondersteuningsbehoeften van de leerling. Studiebegeleiding/huiswerkklas Schooljaar 2014-2015 is een pilot gestart waarbij de studiebegeleiding voor eerste en tweedejaars is uitgebreid met een huiswerklokaal. Leerlingen kunnen zich op drie dagen in de week melden in een lokaal waar zij de mogelijkheid hebben om zelfstandig huiswerk te maken. Deze pilot wordt volgend jaar verder uitgebreid.
3.2
Extra ondersteuning
Extra ondersteuning in de school Als de activiteiten in de basisondersteuning onvoldoende ondersteuning bieden aan de leerling om succesvol te zijn op school, kunnen bij het samenwerkingsverband middelen voor extra ondersteuning aangevraagd worden. Dit is gebonden aan bepaalde voorwaarden. Zodra er een vermoeden is dat een leerling extra ondersteuning nodig heeft zal de zorgcoördinator in samenwerking met de mentor contact opnemen met ouders en leerling om dit te bespreken. Het zorgadviesteam van de school (ZAT) stelt vast welke onderwijsondersteuningsbehoefte de leerling heeft en beschrijft dit in het ontwikkelingsperspectief (OPP). De Commissie Ondersteuningstoewijzing (COT) van het samenwerkingsverband kijkt of aan de voorwaarden voor de toekenning van middelen voor extra ondersteuning is voldaan. Scholen hebben een grote mate van vrijheid in het bepalen hoe zij de extra ondersteuning vorm geven in hun school. Zo kunnen scholen maatwerk bieden voor de leerling passend bij de specifieke kenmerken van leerling en school. Het Mondriaan College werkt met studiecoaches of auticoaches, afhankelijk van de aard van de hulpvraag van de leerling. De zorgcoördinator brengt samen met ouders en leerling de hulpvraag in kaart en afhankelijk van de aard en de ernst wordt er een studiecoach of auticoach aan de leerling gekoppeld. Deze coach heeft eenmaal in de week of eenmaal in de twee weken individueel contact met de leerling.
12
Samenwerking in het kader van interne extra ondersteuning In het realiseren van extra ondersteuning in de school werken wij samen met de volgende organisaties: Organisatie Visio Expertise op het gebied van leerlingen met visuele belemmeringen.
Toelichting Op individueel leerlingniveau is er een samenwerking met Visio. De ambulant begeleider van Visio adviseert school en volgt samen met school en ouders de ontwikkeling van de leerling.
Kentalis / SSOE-De Taalbrug Expertise op het gebied van leerlingen met auditieve en/of communicatieve belemmeringen.
Op individueel leerlingniveau is er een samenwerking met Kentalis mogelijk. Op dit moment wordt er van deze expertise geen gebruik gemaakt.
Mytylschool Gabriël Expertise op het gebied van leerlingen met fysiek-medische problematiek.
Op individueel leerlingniveau is er een samenwerking met Mytylschool Gabriël. De ambulant begeleider van Mytylschool Gabriël adviseert school en volgt samen met school en ouders de ontwikkeling van de leerling. Daarnaast zijn er begeleidingsmomenten met de leerling zelf.
Vierland / Vlechtwerk Expertise op het gebied van leerlingen met gedragsproblemen en/of psychiatrische problematiek.
Op individueel leerlingniveau is er een samenwerking met Vierland. De ambulant begeleider van Vierland adviseert school en volgt samen met school en ouders de ontwikkeling van de leerling. Indien geïndiceerd zijn er ook begeleidings-momenten met de leerling zelf. De ambulant begeleider adviseert school ook over de ondersteuning van leerlingen met een kinderpsychiatrische problematiek in het algemeen.
De Berkenschutse – LWOE Expertise op het gebied van leerlingen met epilepsie en aanverwante neurologische stoornissen.
Op individueel leerlingniveau is er een samenwerking met De Berkenschutse mogelijk. Op dit moment wordt er van deze expertise geen gebruik gemaakt.
Team Onderzoek & Expertise Team van het samenwerkingsverband met brede expertise op het gebied van didactische en sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen, alsook schoolontwikkeling.
Het Mondriaan College maakt al enkele jaren gebruik van de expertise van Team Onderzoek & Expertise. Op het Mondriaan College is een aantal uren per week een orthopedagoog of psycholoog van dit team aanwezig ter ondersteuning van de zorgcoördinator en de schoolleiding.
Ondersteuningsteam SWV VO 30 06 Team van het samenwerkingsverband dat de school kan begeleiden om te komen tot een passend arrangement voor extra ondersteuning . Basisteam Jeugd & Gezin Team van gemeentelijke ketenpartners, dat betrokken is bij signalering en begeleiden van opvoed- en opgroeivraagstukken in het gezin.
Het Mondriaan College maakt regelmatig gebruik van de expertise van het ondersteuningsteam. De zorgcoördinator voert hierin de regie.
Op het Mondriaan College is de vaste contactpersoon van het Basisteam Jeugd en Gezin een schoolmaatschappelijk werkster, Mw. Ans Verdaasdonk. Mw. Verdaasdonk is tweemaal per week aanwezig voor gesprekken met ouders en leerlingen. Zij heeft eenmaal per week overleg met de zorgcoördinator. Afspraken gaan via de zorgcoördinator.
13
Ontwikkelambities4 van de school op het gebied van interne extra ondersteuning De ontwikkelambities van schooljaar 2015-2016 hebben vooralsnog allen betrekking op de basisondersteuning.
Als de school (tijdelijk) onvoldoende ondersteuning kan bieden Als ook extra ondersteuning binnen de school onvoldoende is voor de leerling om succesvol te kunnen zijn op school, kan de school een beroep doen op externe voorzieningen in de regio. Het vaststellen van de schooloverstijgende onderwijsondersteuningsbehoefte vindt plaats in het ZAT in nauw overleg met leerling en ouders en ook hier beoordeelt de COT de aanvraag. Op de website van het samenwerkingsverband (www.samenwerkingsverband3006.nl) is meer informatie te vinden over de regionale bovenschoolse voorzieningen.
4
Ontwikkelambities hebben in deze paragraaf betrekking op de activiteiten die de school uitvoert om leerlingen in de school extra ondersteuning te bieden met middelen van het samenwerkingsverband. Het kan gaan om het versterken van bestaande voorzieningen alsook over het ontwikkelen van trajecten voor nieuwe doelgroepen.
14
Bijlagen Lijst met bijlagen: 1. Dyslexieprotocol: Dyslexie op het Mondriaan College 2. Dyscalculieprotocol: Dyscalculie op het Mondriaan College 3. Protocol medisch handelen en handelen bij ziekte 4. Pestprotocol 5. Protocol sociale media 6. ADHD op het Mondriaan College 7. ASS op het Mondriaan College
15