Schoolmeesters in Friesland, 1600-1950
De verzamelaar en samensteller Hartman Sannes ...................................................................... 2 Schoolmeesters in Friesland; het materiaal ................................................................................ 3 Bronnen ...................................................................................................................................... 4 Aard van het materiaal ............................................................................................................... 5 Verantwoording .......................................................................................................................... 6
De verzamelaar en samensteller Hartman Sannes Hartman Sannes werd geboren in St. Annaparochie op 24 juni 1890. Hij studeerde in Groningen aan de Rijkskweekschool voor Onderwijzers en behaalde daar in 1909 zijn onderwijzersakte. Hij was als onderwijzer verbonden aan de scholen van respectievelijk Beetsterzwaag, Ureterp, Pingjum, St. Annaparochie en Berlikum en werd op 1 juni 1918 benoemd tot hoofd van de school te Kooten. In 1934 vroeg en kreeg hij om gezondheidsredenen eervol ontslag uit deze functie. Hij verhuisde toen naar Giekerk. Daar heeft hij zich voortaan volledig gericht op het verzamelen van historische gegevens. Hij had daarvoor al historische artikelen gepubliceerd in De Vrije Fries van 1928 over het Bildt en ook in kranten zoals de Leeuwarder Courant en het Leeuwarder Nieuwsblad in 1930. In datzelfde jaar 1930 schreef hij over de geschiedenis van het onderwijs op het Bildt in de Bildtse Courant. Later zijn ook in andere lokale en regionale kranten artikelen van zijn hand over de schoolmeesters in die betreffende gemeenten verschenen, zoals bijvoorbeeld over Franekeradeel in de Franeker Courant. Ook heeft hij in It Beaken een artikel gepubliceerd over de schoolmeesters van Franeker. Sannes is evenwel vooral bekend geworden door zijn Geschiedenis van het Bildt, (in drie delen verschenen tussen 1951 en 1956). In 1952 werd hem de Halbertsmaprijs toegekend voor het verschijnen van het eerste deel van deze reeks. Het verschijnen van deel 3 heeft hij niet meer kunnen meemaken, want Hartman Sannes is op 5 januari 1956 te Leeuwarden overleden. foto uit Geschiedenis van het Bildt, dl. IIIA
De publicaties van Sannes vindt u in de catalogus van Tresoar.
Schoolmeesters in Friesland; het materiaal Het doel dat Sannes voor ogen had met zijn reeks schoolmeesters in Friesland, was om te komen tot de publicatie van een "Naamlijst van schoolmeesters" zoals het boek van T.A. Romein: Naamlijst der Predikanten (Leeuwarden 1886-1888), maar dan met meer genealogische gegevens en andere bijzonderheden. Het door hem verzamelde bronnenmateriaal is belangrijk omdat het een groot aantal mogelijkheden voor nader onderzoek biedt. Vooral genealogen die schoolmeesters in hun voorgeslacht hebben, maar ook de regionale en lokale onderzoekers die de geschiedenis van hun eigen dorp of regio willen beschrijven, zullen er baat bij hebben. Het is verder te gebruiken voor prosopografisch onderzoek naar de specifieke beroepsgroep van schoolmeesters, hun achtergrond, de mobiliteit van die groep, etc. Sannes geeft informatie over de schoolmeesters in Friesland sinds 1600, in sommige gevallen van 1580, tot ongeveer 1955. Van elk dorp en iedere stad worden de namen van de schoolmeesters vermeld, het jaar dat zij benoemd werden, wanneer zij weer vertrokken, etc. Hun geboortejaar, de namen van hun echtgenoten en eventuele kinderen worden vaak eveneens genoemd. Ook wordt aangegeven in welke jaren de schoolmeester aan de betreffende school verbonden is geweest, waar hij vandaan kwam en waar hij later weer naartoe gegaan is. Het gaat hierbij vooral om de hoofden van de scholen; dus niet alle onderwijzers van Friesland komen er in voor, hoewel Sannes incidenteel wel eens de naam van een onderwijzer of ondermeester noemt. Voor zover die informatie aanwezig was in de bron, zijn ook gegevens over de beloning van schoolmeesters opgenomen en over eventuele andere functies die zij vervulden, zoals die van koster, voorzanger of organist. Ook gegevens over het schoolgebouw zijn opgenomen; als de school vernieuwd werd of als er een nieuwe school gebouwd werd, wordt dat ook door Sannes vermeld. De Latijnse scholen die in de grotere plaatsen en steden aanwezig waren, krijgen uiteraard speciale aandacht. De namen van de rectoren en conrectoren en hun salaris worden door Sannes genoemd. De stichting van de bijzondere scholen wordt door Sannes eveneens beschreven en ook de hoofden van die scholen worden genoemd. Hetzelfde geldt voor het voortgezet onderwijs, wanneer er een ULO, MULO of lagere landbouwschool werd gesticht.
Bronnen De belangrijkste archiefbronnen die Sannes heeft gebruikt, zijn de zogenoemde DTB-Boeken (doop-, trouw-, overlijdens-, begraaf- en lidmatenboeken) tot 1811/1812 en de kerkvoogdijrekeningen. Hij raadpleegde ook veel oude rechterlijke archieven - zij het niet systematisch - zoals de archieven van de nedergerechten, met bijvoorbeeld de wees- en recesboeken, hypotheekboeken en autorisatieboeken, en het archief van het Hof van Friesland, met onder meer de criminele en civiele sententieboeken. Ook heeft hij gegevens uit het Familiearchief Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg verwerkt. Van de gedrukte bronnen die hij daarnaast heeft gebruikt moeten eerst en vooral de provinciale almanakken [na 1873] genoemd worden; het maandblad de Bijdragen en de Nieuwe Bijdragen voor het Onderwijs (van 1800 tot 1870) en ook publicaties als het Register van de Geestelijke Opkomsten van Oostergo van J. Reitsma (Leeuwarden 1888) en het Kerkelijk leven der hervormden in Friesland tijdens de Republiek van S. Cuperus (Leeuwarden/Groningen 1916-1920). In de teksten wordt regelmatig verwezen naar stukken uit het Rijksarchief in Leeuwarden. De naam van het vroegere Ryksargyf is ondertussen gewijzigd in Tresoar. Deze archiefverwijzingen naar de oud-rechtelijke (en mogelijk ook naar andere) archieven zijn verouderd; er is ondertussen een andere vorm van verwijzingen gekomen. Besloten is om die verwijzingen niet allemaal te veranderen, want dat zou te veel tijd vergen. Als iemand graag meer informatie wil hebben, dan kunnen de juiste archiefstukken met behulp van een concordantie wel worden gevonden in Tresoar.
Aard van het materiaal Na de dood van Hartman Sannes is het materiaal op de Fryske Akademy terechtgekomen. Het omvat in totaal meer dan 750 pagina's: aantekeningen in kasboeken en op losse bladzijden. Dat materiaal is nog nooit eerder gepubliceerd. Het in lokale kranten gepubliceerde materiaal is door Sannes in schriften ingeplakt en later aangevuld en indien nodig verbeterd. Er zit ook een naamregister bij, dat bestaat uit kleine kaartjes in vier oude sigarendoosjes. Op grond van die kaartjes heb ik het totale aantal namen van schoolmeesters geschat op tussen de vier- en vijfduizend. Uiteindelijk zitten er nog veel meer namen in, want ook de schoolmeestersvrouwen en -kinderen worden genoemd.
Het bijzondere van deze publicatie is dat het voor een deel nog niet eerder is gepubliceerd, in totaal 26 gemeenten. In sommige andere gevallen gaat het om reeds gepubliceerd materiaal daar Sannes later aanvullingen en correcties in heeft aangebracht, in totaal zo'n 13 gemeenten.
Het materiaal is voor geheel Friesland volledig aanwezig; Vlieland en Terschelling ontbreken uiteraard (tot 1945 behoorden die eilanden bij de provincie Noord-Holland). Van die gemeenten die reeds gepubliceerd zijn, is het grondmateriaal waarschijnlijk door Sannes weggegooid, want dat ontbreekt namelijk.
Het materiaal is in drie groepen in te delen: * Het gepubliceerde materiaal zonder aantekeningen (drie gemeenten) * Gepubliceerd materiaal met aantekeningen en met latere aanvullingen van Sannes zelf * Niet gepubliceerd materiaal
Verantwoording In overleg met de leden van de vakgroep Skiednis van de Fryske Akademy is besloten het corpus Sannes zonder correcties of aanvullingen uit te geven. De verleiding was groot om het materiaal aan te vullen tot bijvoorbeeld het jaar 2000. Niet alleen zou dat heel veel werk betekenen, maar het is bijna ondoenlijk om alles te controleren of aan te vullen met gegevens uit andere archiefbronnen of met recentere gegevens over de schoolmeesters, maar bovendien zou dan onduidelijk kunnen worden wat door Sannes zelf is verzameld en genoteerd en wat later is toegevoegd. Alleen in die gevallen dat Sannes een duidelijke fout heeft gemaakt, is die (stilzwijgend) door mij verbeterd. Uiteraard is er wel in een aantal gevallen een keuze gemaakt om de laatste verbeteringen van Sannes zelf wel of niet door te voeren. Ook zijn in sommige gevallen bepaald zaken weggelaten, bijvoorbeeld de namen van de chirurgijns, dorprechters en organisten die vaak door Sannes ook werden meegenomen bij zijn inventarisatie, zijn door mij niet opgenomen Het doel van dit project is om het materiaal op dezelfde manier te presenteren als Sannes dat zelf heeft gedaan in de regionale kranten. Op deze manier kon het bronnenmateriaal redelijk snel toegankelijk worden gemaakt en blijven alle door Sannes verzamelde gegevens ook in hun eigen context. Gepoogd is zoveel mogelijk de oorspronkelijke teksten van Sannes aan te houden; de spelling is uiteraard gewijzigd en ook is de tekst op sommige plaatsen aangepast, zoals bij het voluit schrijven van afkortingen, etc. Bij het nog niet eerder gepubliceerde materiaal kon dat dus niet en is de tekst zo zakelijk mogelijk gehouden en is getracht zoveel mogelijk bij het andere werk van Sannes aan te sluiten. Ik wil hierbij speciaal diegenen bedanken die hebben geholpen bij het invoeren en overtypen van de aantekeningen van Sannes: de dames van het secretariaat van de Fryske Akademy en de heren K. Hoornveld uit Heerenveen en H. Dantuma uit Oldetrijne. Voor eventuele reacties, opmerkingen, verbeteringen en aanvullingen kunt u contact opnemen met Peter van der Meer. Peter van der Meer Fryske Akademy augustus 2008