2013 2014
Schoolgids
v o o r V w o, h av o e n m av o
Schoolgids 2013/2014
Op de CSB ben je iemand
3
Inhoudsopgave
Colofon Foto’s Agnes de Jonge Pieter Schunselaar (achterkant) Redactie Agnes de Jonge Eindredactie Henk Ligthart Vormgeving & dtp-opmaak 1 op 1 Marketing Communicatie, Mijdrecht Drukwerk 1 op 1 Marketing Communicatie, Mijdrecht
Christelijke Scholengemeenschap Buitenveldert De Cuserstraat 3 1081 CK Amsterdam T 020 - 642 39 02 F 020 - 642 14 70 E
[email protected] W www.csb-amsterdam.nl Bereikbaarheid De CSB is bereikbaar met tramlijn 5, sneltram 51, de bussen 62, 65 en 165 en uiteraard op de fiets. De school ligt aan fietspaden en veilige oversteekplaatsen. Ook voor de randgemeenten is de school goed bereikbaar.
Voorwoord van de rector
6
De CSB
7
De organisatie
8
De visie en de missie van de CSB
10
Onderwijsinspectie
12
Overleg, inspraak en medezeggenschap
13
Aanmelding en toelating
14
Beoordeling, toetsing en rapportage
24
De leerling
25
Klachtenprocedure en vertrouwenspersonen
30
Docenten
33
Onderwijsondersteunend personeel
37
De leerling en het onderwijs
38
De dagelijkse onderwijspraktijk
40
Schoolafspraken
42
Regeling ziekmelding en absentie
56
Opbrengstenkaart
59
Examen
60
Financiën
61
Vakantie cursus 2013/2014
66
Voorwoord van de rector Aan de ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen van de CSB
De Christelijke Scholengemeenschap Buitenveldert is een christelijke school die elke levensbeschouwelijke opvatting tot haar recht wil laten komen. Daarom zijn alle kinderen welkom, ongeacht hun geloofsovertuiging. De leerlingen worden er vanuit een christelijke visie toe aangezet hun keuzes te baseren op verdraagzaamheid en respect. Deze benadering is terug te vinden in de manier waarop met hen wordt omgegaan. Extra nadruk krijgen ze tijdens de lessen levensbeschouwing en de vieringen rond Kerstmis en Pasen. Ook zijn er dagopeningen, elke dag in de school begint met een moment van bezinning.
Voor u vindt u de jaargids van onze school. Wij vinden het belangrijk om in de driehoek tussen school, leerling en ouder(s)/ verzorger(s) de communicatielijnen open te hebben. Een klein boekje waarin essentiële informatie staat over de school, is een eerste aanzet. Het is belangrijk om deze gids te bewaren als naslagwerk. De kracht van de CSB is om het beste uit de leerlingen naar boven te halen. We maken de leerlingen persoonlijk verantwoordelijk voor hun succes. Wij willen graag dat u als ouder/verzorger ook een actieve rol speelt ten opzichte van de school. We verwachten u op informatieavonden, op mentorspreekavonden en misschien zelfs in de Ouderraad of de Medezeggenschapsraad. Als u behoefte heeft aan contact, kunt u zich altijd met de school in verbinding stellen. In deze gids vindt u de informatie over alle functionarissen, zodat u makkelijk met elkaar in contact kunt komen.
De CSB
De schoolleiding van links naar rechts:
De CSB is een middelgrote school met ongeveer 800 leerlingen en 90 medewerkers. Groot genoeg voor een breed onderwijsaanbod, klein genoeg voor het ontstaan van een gezellige sfeer waardoor een leerling zich thuis voelt. Het schoolgebouw, met nieuwe vleugels, aan de De Cuserstraat in Amsterdam is in 1963 in gebruik genomen. De school staat op de voordrachtlijst van 89 topmonumenten uit de periode 1959-1965. ‘De school met het koepeltje’ ligt op een mooie locatie, met de achterzijde naar het water en het parkje aan de Kalfjeslaan.
We stimuleren leerlingen het beste uit zichzelf te halen
mevrouw F. Riem Vis mevrouw A. Schutte de heer H. Ligthart
Wij wensen u allen een succesvol onderwijsjaar toe. Drs. H.J.M. Ligthart, rector
6
7
De organisatie Schoolleiding
De CSB is een scholengemeenschap met opleidingen voor Mavo, Havo, Vwo en Versnelde Mavo. Iedere leerling die geschikt is voor theoretisch onderwijs kan op onze school tot zijn of haar recht komen.
De Cedergroep De CSB vormt samen met het Hermann Wesselink College te Amstelveen, het VeenLanden College te Mijdrecht en Vinkeveen, het Hervormd Lyceum Zuid en het Hervormd Lyceum West te Amsterdam, de Cedergroep. Vijf scholen, die onder één bestuur samenwerken om de kwaliteit van het onderwijs in de scholen te verhogen. Scholen met dezelfde inspiratie: geworteld in de christelijke traditie, gericht op groei van leerlingen tot kundige en verantwoordelijke burgers van een samenleving van vrede en gerechtigheid, waarvan de vruchten ieder ten goede horen te komen. Bevoegd gezag Het bestuur van de Stichting Ceder vormt het bevoegd gezag van de school. De formele verantwoordelijkheid voor wat er in school gebeurt, ligt bij het bestuur van de stichting. Voorzitter van het College van Bestuur van de Stichting Ceder is mevrouw J. Merkx. Mevrouw Merkx vormt samen met het College van Rectoren de leiding van de Cedergroep. Elke school heeft
De schoolleiding bestaat uit • Hr. drs. H.J.M. Ligthart, rector • Mw. drs. A.M.G. Schutte, conrector • Mw. drs. F.A.M. Riem Vis, conrector In het bestuurs- en directiereglement is geregeld dat het bestuur zijn bevoegdheden uitoefent door veel zaken op het gebied van personeel, beheer, financiën, onderwijs en begeleiding te mandateren aan de schoolleiding. Deze beleidsgebieden zijn als volgt ondergebracht bij de leden van de schoolleiding: De heer Ligthart • algemene zaken • externe betrekkingen • financieel/facilitair zijn eigen schoolleiding met een aantal conrectoren. Het Cederbeleid wordt met de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad, bestaande uit vertegenwoordigers van alle scholen, besproken.
Mevrouw Schutte • onderwijs • leerlingenzorg • examenorganisatie
Het adres van de Stichting Ceder is: De Cuserstraat 1, 1081 CK Amsterdam T 020 - 545 69 10 F 020 - 545 69 19 E
[email protected]
Mevrouw Riem Vis • personeelszaken • public relations • communicatie
De dagelijkse leiding van de afdelingen is ondergebracht bij de schoolleiding en de teamleiders. Samen vormen zij het managementteam. De teamleiders zijn voor vragen en problemen in hun afdelingen rechtstreeks verantwoordelijk en aanspreekbaar. Teamleider eerste klassen Hr. V. Renooy Teamleider Mavo, klassen 2 t/m 4 Hr. M. Roos Coördinator Mavo 2 Hr. N. Broerse Teamleider Havo, klassen 2 t/m 5 Mw. drs. H.E. Albers Teamleider Vwo, klassen 2 t/m 6 Hr. drs. N. Martens
Correspondentie voor de rector kunt u aan het secretariaat richten: De Cuserstraat 3 1081 CK Amsterdam
8
9
De visie en de missie van de CSB De Christelijke Scholengemeenschap Buitenveldert is een school voor Mavo, Havo, Vwo en Versnelde Mavo. De school staat weliswaar op de grens van Amsterdam en Amstelveen, maar wordt toch een typisch Amsterdamse school genoemd. De school is namelijk een afspiegeling van de Amsterdamse samenleving. Multicultureel, sociaal, georganiseerd, tolerant, kortom: open. Wij staan voor dit open imago dat wij in de loop der jaren hebben opgebouwd en dat ook ons credo vormt. In het kort komt het CREDO van de CSB hier op neer:
3. Eigenaar Omdat we ons eigenaar van de school voelen, zijn we verantwoordelijk voor een goed en veilig leerklimaat en is elk teamlid mede verantwoordelijk voor het presteren van het team als geheel. Ook voor het gebouw zijn leerlingen en personeel verantwoordelijk, met elkaar beheren we de orde in en om de school. De CSB stimuleert de betrokkenheid van personeel, leerlingen en ouders, om het gevoel eigenaar en beheerder te zijn te vergroten.
We zijn: 1. Creatief Op de CSB vinden we het belangrijk dat leerlingen hun creativiteit gebruiken en ontwikkelen. Daardoor wordt er recht gedaan aan de interesse, inzichten en eigenheid van leerlingen. Binnen de les confronteert de docent leerlingen actief met het feit dat kennis geen vaststaand gegeven is, maar zich ontwikkelt en een directe invloed heeft op de leefomgeving en inzichten in de samenleving. Binnen het curriculum is er ruimte voor zelfstandig leren, waarbij leerlingen zelf invulling en richting kunnen geven aan hun leerproces, en zijn er kunstzinnige podia waar leerlingen hun talenten kunnen laten zien.
4. Degelijk De CSB is een school die met haar tijd meegaat en tegelijkertijd is het een degelijke school. Huiswerk en toetsen nemen een belangrijke plaats in in de dagelijkse praktijk. Lesuitval kan slechts voortkomen uit overmacht. De bestaande regels worden door docent en leerling nageleefd en met regelmaat geëvalueerd en zo nodig aangepast. De school draagt er zorg voor dat de regels daadwerkelijk nageleefd kunnen worden.
2. Resultaatgericht De studievoortgang van de leerling wordt streng bewaakt, indien nodig krijgt de leerling steun bij het leerproces. Juist door de gerichtheid op de leerling als individu, is er ruimte voor diens ontwikkeling. Ook wordt er veel tijd en aandacht besteed aan de kwaliteit van de lessen en de vakontwikkeling van de docent. De docent richt zich als professional samen met zijn leerlingen op leerdoelen op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden. In het eindexamenjaar besteden we gericht aandacht aan examentraining.
10
5. Open Medewerkers en leerlingen treden elkaar met open vizier tegemoet. De mentor is voor de klas, en voor elke leerling afzonderlijk, een belangrijke voorbeeldfiguur in deze. Er is sprake van een open communicatie binnen alle geledingen. Openheid schept een veilig klimaat en sterker nog: vertrouwen. Daardoor kan men elkaar op dingen aanspreken. Het schoolgebouw dat voor het grootste deel uit glas bestaat, symboliseert deze grondhouding; zelfs de deuren zijn van glas. En je dan toch niet bekeken voelen...
11
Onderwijsinspectie De inspectie is belast met het toezicht op het onderwijs. In de wet is geregeld dat de inspectie toezicht houdt op de naleving van de wettelijke voorschriften, bekend blijft met de gang van zaken in het onderwijs en de ontwikkelingen van het onderwijs bevordert in overleg met het bevoegd gezag. Om een en ander te kunnen realiseren, bespreekt de inspecteur velerlei zaken met de schoolleiding. De inspecteur van onze school is mevrouw J. Nijrolder. Inspectie van het Onderwijs Toezicht VO Park Voorn 4 3544 AC Utrecht Postadres Postbus 2730 3500 GS Utrecht T 088 - 669 60 00 (alg.)
Overleg, inspraak en medezeggenschap De CSB kent een duidelijke overlegstructuur. Onderwijskundige zaken worden met de verschillende teams besproken. De formele afhandeling van onderwijskundige en organisatorische zaken vindt plaats in overleg met de Medezeggenschapsraad. Naast dit overleg vindt er regelmatig overleg plaats met de Ouderraad. Medezeggenschapsraad (MR) De Medezeggenschapsraad vormt het wettelijk overlegorgaan met bestuur en schoolleiding. De Medezeggenschapsraad is samengesteld uit alle geledingen van de school: personeel, ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen. De leden van de raad worden gekozen uit de geledingen. De raad vergadert enkele malen per jaar over voorgenomen besluiten van het bevoegd gezag van de school. De raad heeft advies- of instemmingsrecht over een aantal zaken, dat in het medezeggenschapsreglement omschreven is. De raad wisselt jaarlijks gedeeltelijk van samenstelling. Ouderraad (OR) De gedeelde verantwoordelijkheid met ouder(s)/verzorger(s) nemen wij serieus. De Ouderraad van de CSB behartigt bij bestuur en schoolleiding de belangen van ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen. Enkele leden van de Ouderraad maken deel uit van de Medezeggenschapsraad. Een lid van de schoolleiding woont de vergaderingen van de Ouderraad bij om een functioneel overleg te bevorderen. Het emailadres is
[email protected] Aan het begin van het schooljaar 2013/2014 bestaat de Ouderraad uit de volgende ouder(s)/verzorger(s): • • • •
Carina Post René Visser Audy Herfst Gijsbert Siertsema (vz)
• Gonneke Sargis • Nicole Cremers • Catrien Zijlstra
Informatieverstrekking In het geval dat ouders gescheiden van elkaar wonen, worden beide ouders door school geïnformeerd over gewichtige omstandigheden betreffende het kind. Beide ouders
12
ontvangen contactbrieven en contactmails, alsmede een uitnodiging voor ouderavonden. Ouders die gescheiden van elkaar wonen verplichten zich op hun beurt relevante informatie inzake adresgegevens, gezag, omgang met het kind etc. door te geven aan de school en deze informatie te onderbouwen met relevante documenten (bijv. een rechterlijke beschikking en het gedeelte van het ouderschapsplan waarin de omgang en de school(gang) beschreven worden). Ouders die geen ouderlijk gezag hebben, maar wel geïnformeerd willen worden, kunnen ons schriftelijk verzoeken om te worden geïnformeerd. Zij dienen dan wel aan te geven waarom zij willen worden geïnformeerd, een kopie van een geldig legitimatiebewijs mee te sturen, alsmede eventuele relevante informatie zoals een kopie van een rechterlijke beschikking en het gedeelte van het ouderschapsplan dat slaat op de schoolgang van het kind, en de omgangsafspraken. Als er geen strijd is met het belang van het kind, zal de verzoeker in ieder geval de schoolgids en algemene informatie over de school ontvangen. Of mogelijk uitgebreide informatie verstrekt zal worden, wordt per situatie bekeken. Leerlingenraad De leerlingen zijn vertegenwoordigd in een Leerlingenraad. Leerlingen zijn gebonden aan het leerlingenstatuut. In het statuut staat wat de rechten en plichten van de leerlingen zijn. Een van die rechten is bemoeienis met de besluitvorming. De leerlingen zijn daarom tevens georganiseerd in leerlingklankbordgroepen. Deze klankbordgroepen overleggen regelmatig met de teamleider van de afdeling. Het statuut ligt ter inzage bij de administratie en is te bekijken op de website van de CSB. Klachtencommissie In de school is een klachtenregeling opgesteld. Deze ligt op verschillende plekken in de school ter inzage. De school is aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie.
13
Aanmelding en toelating De CSB is aangesloten bij de kernprocedure van de stad Amsterdam. De plaatsing in een van de brugklassen gebeurt op advies van de basisschool. De docent van groep 8 geeft een zoveel mogelijk eenduidig advies op grond van het leerlingvolgsysteem van de school. De uitslag van de CITO is nadrukkelijk een tweede gegeven. Als er onduidelijkheid is over de mogelijkheden van een leerling op onze school, kan het nodig zijn dat een aanvullende test wordt afgelegd. Dit onderzoek vindt plaats in overleg met de docent van groep 8. Voor een persoonlijke kennismaking en aanmelding zijn ouder(s)/verzorger(s) en kinderen welkom op de open avonden in januari en februari. Bovendien wordt er een lesmiddag georganiseerd, speciaal voor leerlingen van groep 8. Hoewel inschrijving op andere dagen ook mogelijk is, zijn er speciale inschrijvingsmomenten gereserveerd. Buiten deze tijdstippen is, op afspraak, een gesprek mogelijk met de teamleider van de brugklassen. Uiterlijk eind april ontvangen de ouder(s)/verzorger(s) bericht over de definitieve beslissing tot plaatsing. De ingeschreven leerlingen krijgen een uitnodiging voor een kennismakingsmiddag in juni. De instroom, toelating en selectie van de leerlingen is volgens in de school omschreven regels vastgesteld. We vinden het belangrijk om de juiste leerweg, passend bij elke leerling, te vinden. Daarbij gaan we selectie niet uit de weg. Deze vindt zorgvuldig en gefaseerd plaats. Van elke leerling verwachten we inzet en motivatie. Van belang is dat een leerling inziet wat de gevolgen zijn van zijn gedrag. Ons onderwijs is slechts een onderdeel van de weg die een leerling aflegt naar volwassenheid. Volwassen zijn betekent zelfstandig kunnen zijn, met zicht op verantwoordelijkheid jegens anderen. Deze eigenschappen zijn belangrijk om later goed in de maatschappij te kunnen functioneren. Gedurende de schooltijd wordt daar aandacht aan besteed.
14
Heel belangrijk hierbij is: het kunnen maken van keuzes en zicht hebben op de gevolgen hiervan voor jezelf en anderen. In alle vakken zullen deze eigenschappen bevorderd moeten worden. We verwachten van onze leerlingen en van onszelf respect en wellevendheid. Respect voor een ander, respect voor de mening van een ander en elkaar vriendelijk behandelen vinden wij vanzelfsprekend.
Dit wordt niet alleen zichtbaar in de vakken die worden aangeboden, maar ook in de onderwerpen die bij deze vakken behandeld worden. De school zelf bepaalt het tempo waarin de lesstof wordt aangeboden en de moeilijkheidsgraad hierbij. Meer dan vroeger staat de lesstof dicht bij de leefwereld van de leerlingen. Ook wordt veel aandacht besteed aan het bijbrengen van vaardigheden, zoals spreekvaardigheid en presentatie. Op grond van de informatie bij de toelating wordt de leerling in een van de brugklassen geplaatst. Er zijn 3 soorten brugklassen • brugklassen met Mavo-niveau • brugklassen met Havo-niveau • brugklassen met Versnelde Mavo-niveau
Het decanaat Leerlingen oriënteren zich tijdens hun schoolloopbaan op hun toekomst. De decaan heeft daarvoor een programma ontwikkeld. Dit programma vangt aan in de tweede of derde klas en kan tot en met het examenjaar duren. Hierbij doorlopen de leerlingen een keuzeproces. De leerlingen krijgen daarbij begeleiding van hun mentor en de decaan. De oriëntatie vindt plaats op school. Er bestaan ook stages die de oriëntatie ondersteunen en er worden uitstapjes gemaakt naar mogelijke vervolgopleidingen. Uiteindelijk maakt de leerling met ondersteuning van mentor, decaan en ouder(s)/verzorger(s) een keuze voor een sector of profiel en voor een vervolgopleiding. Contact Met de decaan kan altijd een gesprek aangevraagd worden. De beschikbaarheidtijden staan vermeld op de site van de CSB en op de brievenbus bij de decaankamer. De decaan voor alle afdelingen is mw. drs. Ph. Cörvers.
Teamleider brugklassen de heer V. Renooy
De brugklas Het voortgezet onderwijs betekent voor de brugklassers in allerlei opzichten een nieuwe start waarnaar met spanning en enthousiasme wordt uitgekeken. Veel leerlingen moeten eerst wennen: elk uur een andere docent, geen eigen lokaal, nieuwe vakken en meer huiswerk. In de brugklas staat het onderwijs in het teken van de basisvorming. Alle brugklasleerlingen in Nederland volgen vrijwel hetzelfde programma.
Decaan mevrouw drs. Ph. Cörvers
Tweede klas en LOB (Loopbaanoriëntatie en begeleiding) In de loop van de maand februari maken alle leerlingen in de tweede klassen kennis met de decaan. De decaan komt bij elke klas in een mentorles en vertelt over hun loopbaanoriëntatie. Vooral de kinderen die in de Mavo-afdeling zitten, moeten al een beetje gaan nadenken over wat zij na het vierde jaar willen gaan doen, want zij moeten later in het jaar, naast een aantal verplichte vakken, 3 keuzevakken opgeven. Meer informatie hierover volgt op de voorlichtingsavond voor ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen.
15
Vanaf het tweede rapport werken alle tweede klassen in de mentorlessen aan opdrachten in een LOB-boekje. Stap voor stap gaan leerlingen nadenken over hun toekomst. Ze gaan iemand interviewen over zijn of haar beroep of ze kijken in de krant naar vacatures om te zien wat voor mensen er gevraagd worden op de arbeidsmarkt. Mavo (Middelbaar Algemeen Voortgezet Onderwijs) De opleiding duurt 4 jaar De eerste twee jaar zijn algemeen voorbereidende jaren. In het 3e jaar volgen de leerlingen vakken van het gemeenschappelijke deel, vakken die behoren bij de gekozen sector en vakken in het vrije deel. Na het 3e jaar wordt dit aantal vakken verdiept tot een sectorgericht pakket van 7 vakken. De vier sectoren waaruit de leerlingen kunnen kiezen zijn: • Economie • Zorg en Welzijn • Techniek • Landbouw Het gekozen vakkenpakket vormt een eenheid van vakken die de leerling gericht voorbereidt op het Middelbaar Beroeps Onderwijs (MBO). In de Mavo-afdeling is het schoolexamen gespreid over het 3e en 4e jaar. Het Centraal Schriftelijk Eindexamen vindt plaats aan het einde van het 4e jaar. Mavo 3 en LOB Vanaf november beginnen de leerlingen met de eerste studielessen over LOB. Tijdens de mentorlessen worden opdrachten gemaakt die te maken hebben met ieders sterke en zwakke kanten, iemands kijk op de beroepenwereld, de 4 sectoren in het MBO en de eindexamenpakketten. Zo langzamerhand zouden de leerlingen ook een beetje een idee moeten hebben in welke richting zij een vervolgopleiding zouden willen gaan
16
zoeken. Ook in de derde klas kunnen de leerlingen natuurlijk al naar de open dagen van de MBO-opleidingen zelf. Een van de hoogtepunten in de 3e klas Mavo is de beroepsoriënterende stage. Mavo 4 en LOB Voor de leerlingen in de eindexamenklas begint het einde van de opleiding al in zicht te komen. Leerlingen bezoeken open dagen en nemen een beslissing over hun vervolgopleiding. Vervolgens geven ze zich op bij een MBO-opleiding of stromen, onder voorwaarden, door naar Havo 4. De CSB biedt de mogelijkheid om het programma van de Mavo in een versneld tempo af te ronden. Dit programma is er voor leerlingen met ambitie en met de nodige zelfstandigheid. Ze hebben een goed Mavo-advies en een citoscore van 534. Het programma is zo opgesteld dat de leerling in de eerste twee jaar het programma tot en met Mavo 3 volgt. Het derde, tevens laatste, leerjaar volgt de leerling de reguliere eindexamenklas van de Mavo. Na het eindexamen zorgt een extra training voor een betere aansluiting met onze Havo. Als blijkt dat het te volgen programma te zwaar is voor de leerling, is er altijd de mogelijkheid om over te stappen naar het reguliere Mavo-programma. De schooltijden zijn de meeste dagen hetzelfde, namelijk van 8.30 uur tot 16.00 uur. De leerlingen krijgen les in een aparte ruimte waar ze zoveel mogelijk verblijven. De vaklessen vinden uiteraard plaats in de praktijklokalen. Er is een speciaal team van docenten voor deze groep leerlingen dat dit programma met de leerlingen doorneemt. Daarnaast is er een onderwijsassistent die het leerproces van de leerlingen volgt en stimuleert. Er is geen lesuitval, omdat er altijd iemand is die bij ziekte het programma kan overnemen.
Als ouder(s)/verzorger(s) kunt u via een webtoegang 24 uur per dag de resultaten van uw kind oproepen en ook absenties van uw kind inzien. Daarnaast ontvangt u per periode een schriftelijke rapportage over de voortgang van uw kind. Een onderdeel van de rapportage vormt het geven van feedback met betrekking tot welke punten van verbetering er zijn ten aanzien van de inhoud van het programma of de studiehouding van de leerling. Naast een gedegen leerplan biedt de CSB deze leerlingen geregeld extra activiteiten aan op sportief en cultureel gebied. De groep gaat dan samen met de begeleiders aan de slag om in goede sfeer het groepsgevoel te versterken. In het tweede leerjaar gaan de leerlingen een week naar het buitenland. In de toelatingsprocedure vindt een motivatiegesprek plaats met de toelatingscommissie. Hierin wordt onderzocht of uw zoon of dochter in aanmerking kan komen voor dit programma. De eigen bijdrage voor deze opleiding bedraagt jaarlijks € 360,-. Havo (Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs) De opleiding duurt 5 jaar In de loop van het 3e jaar kiezen de leerlingen een profiel, dat hun de gelegenheid geeft door te stromen naar een door hen gekozen richting in het Hoger Beroeps Onderwijs (HBO). Het gaat hierbij om de volgende profielen: • Cultuur & Maatschappij • Economie & Maatschappij • Natuur & Gezondheid • Natuur & Techniek De leerlingen volgen in Havo 4 en 5 de vakken uit het gemeenschappelijk deel, het profieldeel en uit de vrije ruimte. Is het diploma behaald, dan is de weg open naar het Hoger Beroeps Onderwijs, zoals de HEAO, HTS of de lerarenopleiding of, onder voorwaarden, naar de 5e klas Vwo.
Havo Top Met ingang van het schooljaar 2013-2014 starten we in de brugklas en in Havo 4 (voor de leerlingen met economie in hun pakket) met Havo Top. Hiermee willen we de leerlingen extra voorbereiden op een economische vervolgopleiding op het HBO. Dit doen wij door naast het reguliere lesprogramma economie extra modules aan te bieden. Voor de brugklas Havo zullen in november 2013 en maart 2014 twee modules worden aangeboden met respectievelijk de thema’s “geldkoffer” en “maatschappelijk verantwoord ondernemen”. In Havo 4 komen gastsprekers vertellen over de bedrijfstak waarin zij werkzaam zijn. Leerlingen worden getest op hun geschiktheid voor het ondernemerschap. Naast de beroepsoriënterende stage en een sollicitatietraining maken de leerlingen een praktische opdracht bij het vak economie. Na schooltijd volgen de leerlingen een uitgebreide Excelcursus. Het programma wordt afgesloten met bedrijfsbezoeken. Door dit programma in de Havo bovenbouw aan te bieden is onze school gecertificeerd als Vecon Business School. Dit is een onderdeel van de ondernemende school die wij willen zijn. De Vecon Business School kenmerkt zich door extra aandacht voor de economische aspecten van de maatschappij en voor talenten van leerlingen op het gebied van ondernemerschap en ondernemendheid. We starten met de Havo Top in de brugklas, hoewel dit voor het Vecon-programma niet vereist is. Wij kiezen hier als school voor om de leerlingen extra te motiveren en te stimuleren. We voegen voor de onderbouw extra modules toe, waarmee in de eerste klas wordt gestart.
In de Havo-afdeling is het schoolexamen gespreid over het 4e en 5e jaar. Het Centraal Schriftelijk Eindexamen vindt plaats aan het einde van het 5e jaar.
17
Vwo (Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs) De opleiding duurt 6 jaar De leerlingen krijgen de mogelijkheid zich breed te ontwikkelen om zich zo voor te bereiden op het Wetenschappelijk Onderwijs aan een universiteit. In de loop van het 3e jaar kiezen de leerlingen een profiel. Het gaat hierbij om de volgende profielen: • Cultuur & Maatschappij • Economie & Maatschappij • Natuur & Gezondheid • Natuur & Techniek
18
Waaruit bestaat het profielkeuzeprogramma? De leerlingen werken met behulp van een internetprogramma aan hun profielkeuze. Daarbij zoeken de leerlingen uit: • wat ze willen • wat ze kunnen • wat ze belangrijk vinden De mentor en decaan helpen hierbij. Vakdocenten geven informatie over hun vak(ken) in de tweede studiefase. Ze vertellen over inhoud en studielast, en met name over wat er van de leerlingen verwacht wordt als ze dat bepaalde vak kiezen.
De leerlingen kiezen tenslotte een profiel. De profielen bestaan uit vakken uit het gemeenschappelijk deel, het profieldeel en uit de vrije ruimte. Bij de eindrapportvergadering wordt gekeken of het gekozen profiel ook bij ieders talenten past.
In het 4e, 5e en 6e jaar volgen de leerlingen vakken van het verplichte gemeenschappelijk deel, het profieldeel en gekozen vakken in de vrije ruimte.
Studiekeuze Havo en Vwo Nadat de leerlingen een profiel hebben, kan een studie gekozen worden. Ook voor studiekeuze werken de leerlingen aan een internetprogramma. De eerste gesprekspartner van de CSB over studiekeuze is de mentor. De decaan organiseert de oriënterende activiteiten. Zij kan tips en suggesties geven en interesse- en geschiktheidtesten aanbieden en daarvan de uitslag bespreken. Daarnaast kan de decaan met leerlingen gesprekken voeren om de problemen en oplossingen bij het maken van keuzes te verhelderen.
Het schoolexamen van het Vwo is gespreid over het 4e, 5e en 6e jaar. Het Centraal Schriftelijk Eindexamen vindt plaats aan het einde van het 6e jaar.
Havo-leerlingen gaan op bezoek bij een HBO-opleiding die ze zelf uitkiezen. Ze krijgen bezoek op de CSB van HBO-studenten die vertellen over hun ervaringen in het studentenleven.
Profielkeuzeprogramma Havo en Vwo Tijdens de studielessen krijgen de leerlingen een profielkeuzeprogramma aangeboden dat zij samen met de mentor en/of decaan én zelfstandig thuis maken. Bij de afronding van dit programma maken de leerlingen een voorlopige profielkeuze. Dat betekent dat zij in de loop van de studielessen een idee krijgen over welk profiel zij willen gaan volgen en welke studie of welk beroep ze zouden kunnen doen na de CSB.
Vwo-leerlingen gaan op bezoek bij de Vrije Universiteit en de Universiteit van Amsterdam bij een door henzelf gekozen studie. Universiteitsstudenten komen op de CSB vertellen hoe ze het studentenleven ervaren.
De Hogeschool van Amsterdam geeft een profielkeuzeles aan de leerlingen van Havo 3. De leerlingen uit Vwo 3 hebben in de loop van het jaar een bèta-dag op de Technische Universiteit in Delft of op een andere universiteit. Die dag is bedoeld om de leerlingen een indruk te geven van een technische opleiding op universiteitsniveau.
Leerlingen van Havo 5 en Vwo 6 ronden hun keuzeproces af. Zij schrijven zich tijdig in bij de door hen gekozen vervolgopleiding.
Alle leerlingen van de hogere klassen worden gestimuleerd om open dagen van opleidingen te bezoeken en te gaan proefstuderen.
Overstap- en doorstroommogelijkheden Als dit voor een leerling mogelijk of wenselijk is, kan aan het eind van een schooljaar worden overgestapt naar een andere afdeling, bijvoorbeeld van Vwo 3 naar Havo 4. In uitzonderlijke gevallen kan een overstap ook plaatsvinden tijdens het schooljaar. Overleg tussen school en betrokkenen is in alle gevallen noodzakelijk. Mavo-gediplomeerden kunnen doorstromen naar Havo 4 en Havo-gediplomeerden naar Vwo 5. Goede resultaten en positieve adviezen zijn uiteraard voorwaarden voor succes. Ook over deze doorstroomroute vindt altijd overleg plaats. De exacte voorwaarden voor een overstap staan vermeld bij de overgangsnormen.
hbo- en universiteitsstudenten delen hun ervaringen met leerlingen
19
VAVO De CSB besteedt onder de volgende voorwaarden leerlingen uit aan het volwassenonderwijs (VAVO): • leerlingen die we kansrijk achten • leerlingen die minimaal 2 jaar voorafgaand aan het eindexamen op de CSB ingeschreven staan Wanneer krijgen leerlingen geen uitbestedingsovereenkomst: • leerlingen die voor de tweede keer of in twee opeenvolgende leerjaren blijven zitten • leerlingen die zelf naar het VAVO willen gaan, maar gewoon deel kunnen nemen aan het reguliere onderwijs • leerlingen die op 1 oktober van het volgende schooljaar 18 jaar zijn
20
21
LESSENTABEL ONDERBOUW
LESSENTABEL BOVENBOUW
B1
B2
M3/M3k
VM1
VM2
H3
V3
Levensbeschouwing
2
1
1
1
1
1
1
Levensbeschouwing
Nederlands
4
3
3
4
3
3
3
Nederlands
Dramatische Expressie
1
0,5
Frans
3
3
2
3
3
3
3
Frans
3
3
3
2
3
3
Duits
M4/M4k
H4/H4k
V4/V4k
1
1
4
3
3
3
3
2
2
3
3
2
4
3
2
3
3
3
Duits
4
3
2
3
3
3
4
Spaans
1
H5/H5k
V5/V5k
V6k
1
Engels
3
3
3
3
3
3
3
Engels
3
3
3
3
2
3
Geschiedenis
2
2
2
2
2
2
2
Geschiedenis
4
3
2
2
3
3
Aardrijkskunde
2
2
2
2
2
2
2
Aardrijkskunde
3
3
2
3
2
2
Wiskunde
4
3
3
4
3
3
3
Maatschappijleer
2
2
2
2
2
1
2
3
3
Wiskunde
4
2
2
2
Wiskunde A
3
3
2
3
3
Wiskunde B
3
3
3
4
3
3
3
Natuurkunde Scheikunde Biologie
2 2
3
Economie Tekenen
2
3
2 2
1
Culturele Kunstzinnige Vorming 1
2 2
3
2
2
Wiskunde C
1
1
Natuurkunde
4
3
2
3
3
3
Scheikunde
4
3
2
3
2
3
Biologie
3
3
2
3
3
3
3
3
2
3
3
2
2
2
3
3
3
3
3
2
1
Beeldende Vorming
2
2
2
Muziek
1
1
1
1
1
Economie
Techniek
1
1
1
1
1
Management & Organisatie
Studieles/mentorles
1
1
1
1
1
1
1
Tekenen
Lichamelijke Opvoeding
3
2
3
3
2
2
2
Culturele Kunstzinnige Vorming 1
2
Steunles
0,5
0,5
0,5
Muziek
3
Rekenen
0,5
Keuze werktijd * k = keuze
0,5
Studieles/mentorles 2
2
3
1
Rekenen Lichamelijke Opvoeding
3
1
1
1 2
4
4
1
1
1
1
2
1
2
1
1 2
2
* k = keuze
22
23
Beoordeling, toetsing en rapportage Op de CSB zijn alle vakken per trimester verplicht een aantal toetsen af te nemen. Deze toetsen kunnen bestaan uit repetities, schriftelijke overhoringen of luistertoetsen. Daarnaast maken leerlingen onder andere werkstukken en boekverslagen die deel uitmaken van het aantal toetsen dat meetelt voor het rapportcijfer. Het aantal te geven schriftelijke werken per periode is in de onderbouw: het aantal wekelijks te geven lesuren per vak plus1. Het schooljaar is verdeeld in drie perioden. Elke periode is gekoppeld aan een rapport.Vier maal per cursusjaar (3 rapporten, alsmede een tussenrapport na periode 2) worden de leerlingen en hun ouder(s)/verzorger(s) schriftelijk geïnformeerd over de behaalde studieresultaten. Aan de eerste twee rapporten is een oudergespreksavond (zgn. 10-minuten gesprek) gekoppeld.
Zij-instromers mogen niet doubleren in het jaar dat ze instromen. Doubleren in de brugklas is in principe niet mogelijk. De overgangsnormen worden ieder schooljaar apart gepubliceerd. Magister Ouders en leerlingen hebben de mogelijkheid om cijfers en absenties te bekijken in het online administratiepakket Magister. Zij ontvangen hiervoor een persoonlijke code en wachtwoord. Het recht van inzage in Magister vervalt voor de ouder(s)/ verzorger(s) zodra een kind 18 jaar wordt. Hij/zij is dan voor de wet volwassen en de ouder(s)/verzorger(s) hebben dan toestemming van hun kind nodig om zijn/haar cijfers in te zien. Op de website van de school staat een link naar Magister met uitgebreide uitleg over het programma. Voor vragen kan men contact opnemen met de administratie van de school.
De resultaten van de toetsen zijn essentieel om een oordeel te kunnen geven over de mogelijkheden van de leerlingen; inzet en houding worden daarbij meegewogen. De behaalde resultaten worden door de leerlingen zelf bijgehouden. De resultaten zijn van belang om zicht te krijgen op de mogelijkheden van de leerlingen om hen daardoor dat onderwijs te geven dat het beste bij hen past. Overgangsnormen Voor elk jaar bestaan er overgangsnormen. Zo wordt vastgesteld of een leerling kan worden bevorderd of niet. Het is echter niet zo dat alleen cijfers een rol spelen, ook adviezen en omstandigheden zijn van belang. Verder is het belangrijk te weten dat een leerling niet tweemaal in dezelfde klas mag blijven zitten. Ook tweemaal blijven zitten in twee opeenvolgende klassen van dezelfde afdeling is niet mogelijk.
24
Dit schooljaar worden de mogelijkheden van Magister verder uitgebreid en is het al mogelijk dat docenten cijfers kunnen invoeren en inzien via de smartphone-applicatie van Magister.
De leerling Leerlingbegeleiding Wij vinden het erg belangrijk dat iedere leerling goed begeleid wordt. Het kan hierbij gaan om aanpassingsproblemen, moeilijkheden in een bepaald vak, het maken van huiswerk, een verstoorde relatie tussen een leerling en één of meer medeleerlingen of tussen een leerling en een leraar. Het kan ook gaan om persoonlijke problemen of het kiezen van een vervolgstudie. In hun studieproces kunnen leerlingen, behalve door de vakdocenten, begeleid of ondersteund worden door: • klassenmentoren • remedial teaching, spellingslessen • Informatie- en Communicatie Technologie (ICT) • studielessen • faalangstreductietraining • klachtencommissie • vertrouwenspersonen • contactpersonen ambulante begeleiding • decaan
Remedial teacher Om zicht te krijgen op de moeilijkheden bij de spelling en op de mate waarin dyslectische verschijnselen zich voordoen bij leerlingen van onze brugklas, vindt er aan het begin van het schooljaar een Diataalonderzoek plaats waaraan alle brugklassers deelnemen. Leerlingen met specifiek dyslectische problemen krijgen gedurende het eerste schooljaar speciale hulp van de remedial teacher, mw. J. Grobbelaar. Taalbeleid op de CSB Teneinde onze leerlingen zo optimaal mogelijk te kunnen begeleiden, is er veel aandacht voor taal. Hierbij is het uitgangspunt dat taalarme leerlingen extra begeleiding krijgen in de vorm van woordenschatverwerving, leesstrategie en remedial teaching. Er is een taalteam geformeerd, bestaande uit docenten van verschillende vakken. In overleg met schoolleiding en zorgcoördinator geeft dit team invulling aan de doelstellingen.
Klassenmentoren Elke klas heeft een mentor. De mentor besteedt extra zorg aan de leerlingen van zijn/haar klas en behartigt zo nodig hun belangen. Hij/zij volgt de studieresultaten van de leerlingen en bespreekt deze met hen en, zo nodig, met de vakcollega. De mentor is de contactpersoon tussen de ouder(s)/verzorger(s) en de school. Van belang is dat ouder(s)/verzorger(s) de mentor op de hoogte stellen van bijzondere (gezins)omstandigheden die invloed kunnen hebben op het gedrag of de prestaties van de leerling. Soms doen zich bijzondere problemen voor bij leerlingen die buiten de mogelijkheden van het mentoraat vallen. De mentor kan dan de leerling en zijn/haar ouder(s)/ verzorger(s) in contact brengen met in- of externe begeleidingsinstanties.
25
Rekenen Om de rekenvaardigheden van leerlingen in het voortgezet onderwijs te verbeteren, moeten alle leerlingen een rekentoets afleggen als onderdeel van het examen. Leerlingen van de Havo en het Vwo worden getoetst op het referentieniveau 3F en leerlingen op de Mavo op referentieniveau 2F.
De CSB is van mening dat leerlingen in zijn algemeenheid in staat moeten zijn vlot en doelgericht om te gaan met: • de producten uit het Microsoft Office-pakket • een browser • een mailprogramma • specifiek toegepaste programma’s voor de lessen
De CSB wil dat leerlingen voldoen aan de wettelijke eisen die zijn gesteld aan de rekenvaardigheden. Daarbij willen we leerlingen een dusdanig niveau van rekenen aanleren, dat zij er merkbaar voordeel van hebben, zowel bij andere vakken met rekenvaardigheden als in hun dagelijkse leven. Alle leerlingen (met uitzondering van de leerlingen van de eindexamenklassen) worden gescreend en krijgen hetzij lessen, hetzij steunlessen aangeboden. Er is gekozen voor een digitale lesmethode waarmee leerlingen zelfstandig hun rekenvaardigheden kunnen oefenen en verbeteren. Ouder(s)/verzorger(s) kunnen de vorderingen van hun kind monitoren. Rekenen komt in de brugklassen als apart vak op het rapport.
Wij vinden dat de leerlingen tevens in staat moeten zijn: • hun bestanden op een goede manier te archiveren • voldoende snel en vaardig met het toetsenbord om te gaan • eenvoudige beheersbehandelingen op de pc uit te voeren • verantwoordelijk in de communicatie te handelen
Eindexamentraining Aan het eind van het schooljaar van de eindexamenklassen worden interne examentrainingen verzorgd. ICT De informatietechnologie speelt een grote rol in ons onderwijs en in de organisatie daarvan. De automatisering van veel administratieve ondersteuning neemt nog steeds toe. In de school is ICT daarom een apart onderdeel in de organisatie. De CSB ziet ICT als hulpmiddel voor het ontsluiten van kennisbronnen en voor de didactische situatie waarbij vakgebonden software gebruikt kan worden, en als communicatiemiddel (e-mail, digitale leeromgeving, website).
26
Systeembeheerder is de hr. R. Pol ICT-coördinator is de hr. O. Kroese Magister elo Op de CSB hebben docenten de mogelijkheid om de elektronische leeromgeving (elo) van Magister te gebruiken. Magister gebruiken wij op school als schooladministratiepakket, waarin docenten cijfers en absenties bijhouden. Magister biedt binnen haar pakket ook een elo aan. Zowel leerlingen als ouders hebben toegang tot deze omgeving via het internet, maar ook via de smartphone app. Leerlingen kunnen met behulp van de Magister elo: • huiswerk raadplegen • studiewijzers inzien • lesmateriaal vinden • mededelingen lezen • opdrachten maken en inleveren • feedback krijgen op ingeleverd werk • antwoordbladen downloaden • video’s bekijken • (proef)toetsen inzien en maken • een vraag stellen aan de docent of een medeleerling
De Magister elo ondersteunt het zelfstandig en actief leren van leerlingen. Er kunnen meerdere leerstijlen (en didactische werkvormen) worden aangeboden, zodat iedere leerling kan leren op de manier die hij/zij prettig vindt. De Magister elo zorgt er ook voor dat leerlingen en docenten altijd en overal in de gelegenheid zijn om te leren en met elkaar te communiceren. Leren is hierdoor minder afhankelijk van tijd en plaats. Om de Magister elo te gebruiken krijgen alle leerlingen een inlognaam en wachtwoord, waarmee ze toegang hebben tot de verschillende vakken. De leeromgeving wordt beheerd door de docenten van de betreffende vakken. Docenten kunnen lessen digitaal in de Magister elo voorbereiden en bewaren, zodat leerlingen deze kunnen inzien. Dit kan handig zijn voor de leerlingen die een les gemist hebben. Achterlopen of niet weten wat het huiswerk is, is niet meer nodig.
Studielessen Op school moeten leerlingen leren om doelmatig met de lesstof om te gaan. Daarom zijn er in de brugklas tot en met december 2 lesuren ingeroosterd voor de mentor en zijn/haar klas om met het leren studeren bezig te zijn. De leerlingen werken in die lessen de studielesmethode door die speciaal voor onze school ontwikkeld is. Met die studielesmethode leren ze niet alleen goed met de leertijd om te gaan en het werk in te delen, maar ook verschillende manieren om het huiswerk goed te kunnen leren. In de tweede klassen wordt de vervolgmethode van de studielessen in de klas doorgewerkt met de mentor. De leerlingen herhalen de technieken die ze in de brugklas hebben aangeleerd.
27
Faalangstreductietraining In de klassen 1 en 2 hebben leerlingen met faalangst de mogelijkheid deel te nemen aan een cursus faalangstreductietraining. De leerlingen worden daarop getest. Als leerlingen positief uit de test komen, kunnen ze (op vrijwillige basis) deelnemen aan de cursus van ongeveer 12 zittingen. De training staat onder leiding van gekwalificeerde docenten. Pesten op school Plagerijen komen overal voor, maar wanneer plagen tot pesten wordt, lijden leerlingen daaronder. Om aan te geven dat wij dat op school niet willen, nemen alle brugklasleerlingen deel aan een pestproject. In de schoolafspraken wordt ook op pesten gewezen. Van docenten, ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen wordt verwacht dat ze gevallen van pesten bij de mentor melden. We streven ernaar een pestvrije school te zijn.
Het Ouder- en Kindcentrum in Amsterdam Het Ouder- en Kindcentrum (OKC) is een centrum waar ouders en kinderen terecht kunnen voor vragen over opvoeden en opgroeien. Jeugdartsen, verpleegkundigen, opvoedadviseurs, preventiewerkers en andere deskundigen en hulpverleners werken samen met elkaar en met scholen om schoolgaande kinderen en hun ouder(s)/verzorger(s) te adviseren en te ondersteunen als het gaat om vragen over gezondheid, opvoeden en opgroeien. Voor schoolgaande kinderen en jongeren doen ze dit in de regel op school, maar ook kunnen ouders terecht bij het OKC-gebouw in de buurt. In alle stadsdelen in Amsterdam zijn Ouder- en Kindcentra. Meer informatie over het OKC, inclusief de adressen van de centra, is te vinden op website www.okc.amsterdam.nl
Zorgadviesteam (ZAT) Sommige leerlingen hebben bijzondere zorg nodig waarbij ook externe begeleiders zijn betrokken. Om die begeleiding in goede banen te kunnen leiden, is op school een ZAT samengesteld. De taak van het ZAT is het tezamen bespreken en verhelderen van gesignaleerde problemen van leerlingen en het kiezen van een geschikt begeleidingstraject ter oplossing. De mentor en/of teamleider melden in overleg met de ouder(s)/ verzorger(s) de leerling aan bij de zorgcoördinator van de school. De zorgcoördinator bespreekt de leerling in het ZAT, waarna de ouder(s)/verzorger(s) op de hoogte gebracht worden van het advies dat in het overleg gegeven wordt. Aan het ZAT-overleg nemen de volgende personen structureel deel: • zorgcoördinator van de school • leerplichtambtenaar • schoolmaatschappelijk werker van Spirit • toegangsmedewerker Bureau Jeugdzorg • schoolarts In voorkomende gevallen kunt u contact opnemen met de zorgcoördinator mw. E. ten Oever.
28
29
Klachtenprocedure en vertrouwenspersonen De school heeft als doelstelling klachten zoveel mogelijk te voorkomen. Mocht zich een klacht voordoen, dan wordt deze klacht op een effectieve manier behandeld. Het uitgangspunt is dat klachten in eerste instantie op een zo laag mogelijk niveau worden opgelost. Daarom adviseren wij eerst rechtstreeks diegene te benaderen tegen wie de klacht is gericht. Mocht dat niet lukken of niet het gewenste resultaat opleveren, dan vragen wij u de teamleider te benaderen. Als u prijs stelt op een officiële klachtafhandeling, dan dient dat schriftelijk te gebeuren. Zonodig kan een van de vertrouwenspersonen u daarbij adviseren. Indien het gaat om een klacht met een vertrouwelijk karakter of indien u van mening bent dat interne klachtbehandeling ongewenst is, is het ook mogelijk rechtstreeks de Landelijke Klachtencommissie te benaderen. In dat geval kan de externe vertrouwenspersoon u behulpzaam zijn. Zowel de schriftelijke klachten als de afhandeling daarvan worden geregistreerd. De afronding van de klacht geschiedt door een schriftelijke mededeling aan de klager, waarin wordt aangegeven wat de bevindingen zijn naar aanleiding van de ingediende klacht en hoe op de klacht zal worden gereageerd (conclusie). Indien de klacht door bemiddeling is opgelost, wordt aangegeven op welke wijze dat is geschied. Indien de klacht niet is afgehandeld door de schoolleiding, ontvangt de schoolleiding een afschrift van de schriftelijke mededeling.
30
Klachtencommissie Mocht de klacht door een klager worden ingetrokken, dan blijft een inhoudelijke beoordeling van de klacht achterwege. Indien de klager niet tevreden is over de afhandeling van zijn schriftelijke klacht volgens voornoemde procedure, dan heeft hij de mogelijkheid de klacht voor te leggen aan een klachtencommissie. De school is van mening dat klachten met betrekking tot seksuele intimidatie zodanig van aard zijn dat het voor een klager bezwaarlijk kan zijn deze klacht in te dienen en/of af te handelen volgens voornoemde procedure. De klager heeft aangaande deze klachten de mogelijkheid om de klacht rechtstreeks bij de voor dat doel in het leven geroepen klachtencommissie in te dienen. Ook in dat geval kan de externe vertrouwenspersoon u behulpzaam zijn. De keuze ligt echter bij de klager. Het moet voor de klager te allen tijde mogelijk zijn de klacht eerst intern te laten behandelen. Als sluitstuk van de interne klachtenbehandeling rapporteert de schoolleiding in ieder geval eenmaal per jaar aan het bevoegd gezag, de (G)MR en aan de klachtencommissie over de ingediende klachten en de wijze van afhandeling.
wederzijds respect en vertrouwen: daar draait het om
De school is aangesloten bij de Onafhankelijke Klachtencommissie Commissie Beroep VO/HBO: Postbus 123 2260 AC Leidschendam
Leerlingen kunnen in geval van problemen waar ze vertrouwelijke hulp bij nodig hebben, met de vertrouwenspersoon gaan praten. In de school kunnen ze daarbij een beroep doen op enkele personeelsleden die in de school bekend zijn als vertrouwenspersoon.
Landelijke klachtencommissie De wettelijke klachtenregeling is er voor het personeel, de leerlingen en de ouder(s)/verzorger(s).
De vertrouwenspersonen op de CSB bij de start van het schooljaar 2013/2014 zijn: mevrouw E. ten Oever, mevrouw S.Spiga en de heer drs. N. Martens.
Klachten kunnen bijvoorbeeld gaan over: • begeleiding en beoordeling van leerlingen • inrichting van de schoolorganisatie • intimidatie, seksueel of anders • discriminerend gedrag • agressie en geweld • pesten
De vertrouwenspersoon zal in principe vertrouwelijk omgaan met de informatie die de leerlingen met hem of haar bespreken. Als echter de veiligheid van de leerling in het geding is, is de vertrouwenspersoon verplicht de informatie te melden aan derden, zoals externe instanties of, in voorkomende gevallen, de ouder(s)/verzorger(s).
Algemeen secretaris: Mw. mr. A. C. Melis-Gröllers T 070 - 386 16 97 (van 09.30 - 15.00 uur) E
[email protected] Er is één website voor alle informatie over geschillen in het confessioneel en algemeen bijzonder onderwijs: www.gcbo.nl, de website van de Geschillencommissies Bijzonder Onderwijs. Op deze website vindt u informatie over de (klachten)procedures, de samenstelling van de commissies, de wet- en regelgeving en de jurisprudentie, bijvoorbeeld over welke stappen een ouder moet zetten voor het indienen van een klacht tegen de school. Vertrouwenspersonen Een vertrouwenspersoon is binnen de school: • meldpunt voor de meeste klachten over agressief gedrag, onheuse bejegening, onveilige situaties, intimidatie etc. • informatiebaken over de klachtenregeling voor het personeel, ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen • eerste opvang en schakel naar een externe vertrouwenspersoon
Voor specifieke problemen kan ook contact worden opgenomen met de schoolarts van de Jeugdgezondheidszorg van de GGD Amsterdam: 020 - 555 59 11. Indien nodig kan de vertrouwensinspecteur worden geraadpleegd. Het landelijke telefoonnummer van het meldpunt Vertrouwensinspecteurs is 0900 - 111 31 11. Externe vertrouwenspersoon Binnen de Stichting Ceder is mw. N. Ris (jeugdarts) de externe vertrouwenspersoon. Zij is bereikbaar onder telefoonnummer 020 - 555 57 12. Postadres: GGD-JGZ, Postbus 2200, 1000 CE Amsterdam E
[email protected] “CSB, een veilige school” Een folder met als titel: “CSB, een veilige school”, met als ondertitel “Wat te doen bij ongewenste intimiteiten, agressie en discriminatie?” is binnen de school voor iedereen beschikbaar en informeert leerlingen over het bestaan van vertrouwenspersonen die hen zonodig kunnen bijstaan.
31
Docenten Voor docenten is vakkennis de basis van het geven van goed onderwijs. Hierbij is betrokkenheid bij de leerlingen en hun prestatie van groot belang. Om het vakonderwijs tot zijn recht te laten komen, is overleg met leden van de vaksectie en aanverwante vaksecties belangrijk. De docent is de spil in het onderwijs en de begeleiding. Van docenten wordt daarom verwacht dat ze zich op de hoogte houden van de ontwikkelingen op: • vakgebied • algemeen onderwijskundig (pedagogisch) gebied • onderwijs organisatorisch gebied, betrekking hebbend op hun werk, bijvoorbeeld algemene vernieuwingen Om het onderwijs en de begeleiding goed tot hun recht te laten komen, wordt aan de volgende facetten van het dagelijks werk veel aandacht besteed: • De docent is betrokken bij de leerprestaties van de leerling. Hij/zij treedt hierbij stimulerend op en registreert de prestaties, zodat een beeld van de leerontwikkeling ontstaat. • De docent toont belangstelling voor de persoonlijke omstandigheden en vaardigheden van de individuele leerling en tracht de leerling in deze vaardigheden te stimuleren. • De docent draagt er zorg voor dat iedere leerling zich kan ontplooien op de wijze die bij hem of haar past. Hij stelt eisen aan de omgang van de leerling met betrekking tot: - medeleerlingen - docenten en ander personeel - leermiddelen - correctheid van werk - voortgang van het leerproces
Er wordt veel tijd en aandacht besteed aan de kwaliteit van de lessen en de vakontwikkeling van de docent
32
33
Aan het begin van het schooljaar 2013/2014 zijn de volgende docenten aan de CSB verbonden
• De docent stelt duidelijke eisen die gerelateerd zijn aan het doel van het onderwijs in een bepaalde periode. Over deze doelen wordt de leerling duidelijk geïnformeerd, bijvoorbeeld door middel van studiewijzers. • Indien daartoe aanleiding is, volgt de docent na- en bijscholing, zowel binnen de school als daar buiten, zoals georganiseerd door universiteiten, hogescholen, pedagogische studiecentra en vakverenigingen. • Vaksecties zorgen in onderling overleg voor de organisatie van de leerstof per trimester en per jaar. Dit wil zeggen dat in een klassenlaag bij een vak overleg is over welke stof er behandeld wordt en op welke manier, zodat de continuïteit bij overgang van de ene klas naar de volgende gewaarborgd is. Ook wordt op deze manier bij een tussentijdse overstap naar een andere afdeling de overgang vergemakkelijkt. • Via lessen studievaardigheden krijgen leerlingen methoden aangereikt om efficiënter te studeren. Docenten zijn op de hoogte van deze studievaardigheden en besteden hier in de les regelmatig aandacht aan. • De docenten die in een bepaalde laag lesgeven behoren bij een team. In basisteamvergaderingen bespreken de teams lopende zaken. Daarnaast worden er sectievergaderingen belegd, eventueel in combinatie met een vakgroepoverleg. • In themabijeenkomsten werken de teams aan onderwijs- kundige ontwikkelingen. • Docenten zijn enthousiast in het doceren van hun vak. Dit komt tot uitdrukking in het betrokken zijn bij de leerling, bij zijn/haar prestaties en bij de school.
34
Naam
Lestaak Afk Schoolemailadres
Mw. drs. H. Albers
EC
AL
[email protected]
Hr. J. van Andel
GS, LB, MA
AN
[email protected]
Mw. M. Aissaoui MA
FA
AS
[email protected]
Mw. I. Baidjoe
EN
BD
[email protected]
Mw. drs. J. ten Berge
NE
BG
[email protected]
Hr. A. de Boer
NE
BE
[email protected]
Hr. M. Bos
REK, WI
BM
[email protected]
Mw. M. Bosch
FA
BC
[email protected]
Mw. A. Botman
FA
BT
[email protected]
Hr. N. Broerse
AK, EC
BS
[email protected]
Mw. drs. Ph. Cörvers
BI
CR
[email protected]
Mw. D. Dowe
EN
DW
[email protected]
Hr. B. Dijkstra
BI
DK
[email protected]
Mw. M. Elands
DU
EL
[email protected]
Hr. W. Essink
LO
ES
[email protected]
Mw. drs. A. Falkenberg
DU
FB
[email protected]
Mw. A. de Geus
EN
GS
[email protected]
Hr. C. Groot
NA
GR
[email protected]
Mw. drs. A. Haacke
EN
HC
[email protected]
Mw. D. Hagen
TN
HA
[email protected]
Mw. V. Hamel
FA, NE
HM
[email protected]
Hr. M. Hammami
BI, WI
HI
[email protected]
Mw. M. Hanekroot
CKV, TE
HK
[email protected]
Hr. drs. G. Hensen
AK
HN
[email protected]
Hr. Ir. H. Hollander
WI
HL
[email protected]
Hr. M. Houwen
DU
HW
[email protected]
Mw. M. Klijn
FA
KN
[email protected]
Hr. O. Kroese
GS, MA
KE
[email protected]
Hr. L. van Kruining
NA, SK
KG
[email protected]
Hr. J. Langstraat
CKV, TE, TN
LS
[email protected]
Verkoop voor het Goede Doel
35
36
Naam
Lestaak Afk Schoolemailadres
Mw. M. Lijesen
LO
LI
[email protected]
Hr. drs. H. Ligthart
EC
LT
[email protected]
Hr. drs. S. Marrenga
EN
MA
[email protected]
Hr. drs. N. Martens
GS
MR
[email protected]
Mw. drs. C. Minderhout
WI
MI
[email protected]
Mw. L. Möhringer
NA
MO
[email protected]
Mw. E. Nusmeier
DU
NU
[email protected]
Mw. E. ten Oever
NE
OR
[email protected]
Mw. I. Oosterhof
CKV, TE
OH
[email protected]
Hr. P. Oosterling
REK, WI
OG
[email protected]
Mw. T. Pasma
EN
PM
[email protected]
Mw. A. Ramkisoensingh
WI
RA
[email protected]
Hr. V. Renooy
AK
RN
[email protected]
Mw. T. Richards
MU
RH
[email protected]
Mw. drs. F. Riem Vis
NE
RM
[email protected]
Hr. M. Roos
LO
RS
[email protected]
Mw. I. Sandvliet
EC, M&O
SV
[email protected]
Hr. E. Scholten
NA, SK
SH
[email protected]
Mw. A. Schuddebeurs
BI
SB
[email protected]
Mw. drs. A. Schutte
GS
SC
[email protected]
Mw. P. Smit
CKV, MU
SM
[email protected]
Mw. S. Spiga
NE
SG
[email protected]
Mw. I. Tiemessen
AK
TI
[email protected]
Mw. N. Tuinhout
NE
TU
[email protected]
Mw. A. van Tulder
FA
TD
[email protected]
Mw. H. Uslu
AK, GS
US
[email protected]
Hr. M. Vink
NE
VI
[email protected]
Hr. G. Vonk MEd
GS
VK
[email protected]
Hr. P. van Weering
EN, LO
WE
[email protected]
Hr. D. van Welie
NA, SK
WL
[email protected]
Mw. drs. G. Werps
SP
WP
[email protected]
Mw. M. Westerveen
DR, LB
WR
[email protected]
Mw. drs. C. v. Wijngaarden
LB
WG
[email protected]
Onderwijsondersteunend personeel De technisch onderwijsassistenten (TOA’s), conciërges, mediatheekmedewerkers, systeembeheerder, de medewerkers op de administratie en het secretariaat werken ondersteunend in het onderwijs- en begeleidingsproces. De werkzaamheden op ieders eigen terrein maken de organisatie van en het toezicht op het onderwijs en de begeleiding mogelijk. • Hoofd administratie: Hr. R. Owen
• Pedagogisch medewerker: Hr. M. Deekman
• Administratie: Mw. A. van Breenen, Mw. S. Titahena
• Systeembeheerder: Hr. R. Pol
• Secretariaat: Mw. A. de Jonge
• Technisch onderwijsassistent: Mw. M. Renard
• Telefoniste/receptioniste: Mw. M. Schipper
• Assistent techniek: Hr. S. Akele
• Hoofdconciërge: Hr. Th. van den Berg
• Onderwijsassistent: Mw. J. Verzijden
• Conciërges: Hr. D. Hazel, Hr. M. Mazouz
• Kantinebeheer: Mw. W. de Jager
• Mediathecarissen: Hr. drs. N. Sucur, Hr. drs. T. van Melle
• Websitebeheer: Mw. A. de Jonge
37
De leerling en het onderwijs We leven in een dynamische tijd. Jongeren verlangen van ons eigentijds onderwijs. Onderwijs dat eisen stelt, prikkelt en uitdaagt, dat aansluit op hun eigen manieren van leren en dat krachtig ondersteund wordt door de informatie- en communicatietechnologie die ze buiten het onderwijs dagelijks zelf gebruiken. Onderwijs dat is toegespitst op hun kennisbehoefte en capaciteiten. Het onderwijs op onze school speelt op die ontwikkelingen in om haar maatschappelijke taken te kunnen blijven vervullen: de zorg voor de overdracht van kennis en sociale vaardigheden, van normen en waarden en van culturele vorming. Het onderwijs van de 21e eeuw speelt in op de maatschappelijke diversiteit. Het doet recht aan verschillen in capaciteiten, aan verschillen in individuele voorkeuren en interesses en aan culturele verschillen. Naast gemeenschappelijkheid in het aanbod is er binnen het onderwijs op onze school voldoende ruimte voor diversiteit en individuele talentontwikkeling. Goed onderwijs biedt leerlingen kansen om hun talenten voluit te ontplooien met inachtneming van ieders individuele capaciteiten. In alle geledingen van onze school, Versnelde Mavo, Mavo, Havo en Vwo, wordt daarom vernieuwend onderwijs gerealiseerd.
38
De belangrijkste kenmerken van het onderwijs zijn daarbij: • De leerling leert actief en in toenemende mate zelfstandig Recente inzichten in hoe leerlingen leren, maken duidelijk dat actief en zelfstandig leren een hoger rendement oplevert dan een passieve en consumptieve houding. Daarnaast komt het actief leren tegemoet aan de behoefte aan zelfstandigheid van leerlingen in deze ontwikkelingsfase. Om actief en zelfstandig leren mogelijk te maken, is ‘leren leren’ een wezenlijk onderdeel van ons onderwijs. • De leerling leert samen met anderen Veel leerlingen leren graag samen met anderen. Wij stimuleren dat. Hierbij speelt de rendementsgedachte een rol. Het samen leren en werken biedt ook mogelijkheden tot het ontwikkelen en uitbreiden van sociale en communicatieve vaardigheden. Het kan leiden tot reële oefensituaties in het leren erkennen van en leren omgaan met verschillen tussen mensen. • De leerling leert in samenhang Het is voor leerlingen soms moeilijk de samenhang te zien tussen de verschillende vakken in het voortgezet onderwijs. ‘Leren in samenhang’ betekent onder andere dat docenten die relaties tussen de inhoud uit de verschillende vakken en leergebieden aanbrengen. Ze laten leerlingen werken vanuit het geheel naar het deel.
• •
De leerling oriënteert zich Het oriënterende karakter van de onder- en bovenbouw betekent onder andere dat leerlingen zicht krijgen op de mogelijkheden voor hun verdere (school)loopbaan, op de kenmerken van verschillende soorten arbeid en op de samenleving waarin ze leven. Een maatschappelijke stage is daarbij een verrijking voor leerlingen. Daartoe hoort ook de oriëntatie op waarden, normen en opvattingen in onze maatschappij. Onderwijs met een oriënterend karakter impliceert dat leerlingen leren keuzes te maken tussen de mogelijkheden die zij door hun oriëntatie ontdekken. Zij toetsen deze mogelijkheden aan de eigen interesses en ambities. De leerling leert in een uitdagende, veilige en gezonde leeromgeving Uiteraard behoren nieuwe, moderne leermiddelen (waaronder ICT) en een veilig en schoon gebouw deel uit te maken van de leeromgeving van een leerling. Maar er is meer. Leerlingen verkennen ook mogelijkheden en grenzen van zichzelf en anderen. Ze zoeken daarin ook uitdagingen en risico’s. De leeromgeving op onze school komt daaraan tegemoet en zorgt tegelijkertijd voor veiligheid: een klimaat dat prikkelt tot leren; contexten die realistisch en herken- baar zijn; een sfeer waarin fouten gemaakt mogen worden; conflicten die opgelost worden door met elkaar te praten en naar elkaar te luisteren en waarin gezond en verantwoordelijk gezag wordt gestimuleerd.
• De leerling leert in een doorlopende leerlijn Onderwijs wordt gekenmerkt door de zorg voor een doorlopende leerlijn over de breuken binnen het onderwijs- stelsel heen: van primair naar voortgezet onderwijs en van onderbouw naar bovenbouw. Dat hoeft niet altijd te betekenen dat de verschillen zo klein mogelijk worden gemaakt. Duidelijke overgangen bieden de leerling ook sterke mogelijkheden tot groeiende bewustwording van overgang en verandering. Ons onderwijs en onze begeleiding zijn er op gericht de leerling zo goed mogelijk over de breuklijnen heen te helpen en de groei-ervaring voor elke leerling tot een positieve te maken. Zo is het inbouwen van schoolexamens met de mogelijkheid van herkansing een belangrijk onderdeel voor de leerling die op weg is naar het eindexamen.
39
De dagelijkse onderwijspraktijk Dagindeling Bij het eerste belsignaal, om 08.25 uur, wordt de buitendeur gesloten en gaan de leerlingen naar de lokalen. Bij het tweede belsignaal, om 08.30 uur, beginnen de lessen. Telaatkomers worden alleen in de les toegelaten met een ‘te laat’ briefje, dat zij bij de balie ophalen. Leerlingen die te laat komen, moeten zich de volgende ochtend om 08.00 uur op school melden (zie ook de Regeling ziekmelding en absentie op pagina 56).
1e uur 2e uur
08.30 - 09.25 uur 09.25 - 10.15 uur
Pauze 3e uur 10.35 - 11.25 uur 4e uur 11.25 - 12.15 uur
In bepaalde gevallen, bijvoorbeeld als er rapportvergaderingen zijn, wordt er gewerkt met een 40-minuten rooster.
1e uur 08.30 - 09.15 uur 2e uur 09.15 - 09.55 uur Pauze 3e uur 10.15 - 10.55 uur 4e uur 10.55 - 11.35 uur 5e uur 11.35 - 12.15 uur Pauze 6e uur 12.50 - 13.30 uur 7e uur 13.30 - 14.10 uur 8e uur 14.10 - 14.50 uur
Pauze 5e uur 12.50 - 13.40 uur 6e uur 13.40 - 14.30 uur Pauze 7e uur 14.45 - 15.35 uur 8e uur 15.35 - 16.25 uur 9e uur 16.25 - 17.15 uur
40
Dagopening Elke dag in de school begint met een moment van bezinning. Iedere docent kan dit op zijn eigen manier invullen. Op deze wijze wordt de schooldag geplaatst in het leven van leerlingen dat meer omvat dan het schoolleven alleen.
Onderwijstijd Een leerling komt naar school voor het onderwijs. In de school organiseren we de schooldag zo dat leerlingen met hun onderwijs bezig zijn. Het onderwijs op onze school kent vaklessen en lessen waarin begeleiding centraal staat, zodanig dat in de onderbouw meer lessen van begeleiding zijn en in de bovenbouw de begeleiding een meer sturend karakter heeft en meer individueel is gericht. •
Leerlingen dienen in principe van 08.30 - 16.30 uur beschikbaar te zijn voor schoolzaken. Binnen deze uren, in enkele gevallen tot 17.15 uur, is voor iedere klas het lesrooster ingevuld. Hulp- en begeleidingsuren zijn in de schooldag opgenomen. Leerlingen die naar deze uren verwezen worden, zijn verplicht deze te volgen.
•
Het schoolleven bestaat gelukkig niet alleen uit het ontvangen en geven van lessen. Geen schoolweek is gelijk. Oriëntatiedagen op vervolgopleidingen en beroep, sportieve en culturele activiteiten, toetsen en cursussen, dragen bij aan een vormend en gevarieerd schoolprogramma. In het lesprogramma is rekening gehouden met het uitvallen van lessen ten behoeve van bovengenoemde activiteiten.
•
Begin- of einduren van een afwezige docent vervallen tenzij een opgegeven repetitie door een vervangende docent kan worden afgenomen. Een uitgevallen uur tijdens de lesdag wordt zo mogelijk gevuld door het verplaatsen van een eerste of laatste lesuur naar de vrijgekomen lestijd, waardoor in dat geval de lesdag korter wordt. De klassen 1 en 2 worden tijdens een uitgevallen lesuur opgevangen door een invaldocent of de pedagogisch medewerker. Vanaf klas 3 kunnen de leerlingen tijdens een tussenuur zelfstandig werken in de mediatheek.
Alle vooraf bekende dagelijkse roosterwijzigingen komen, voordat de klas of vakclustergroep naar huis gaat, op de centrale monitor in de hal te staan. Bij onverwachte afwezigheid van een docent wordt in de regel ‘s morgens vroeg de telefoonpiramide in werking gesteld van de klas of clustergroep die van de afwezige docent het eerste uur les zou hebben.
• Het lesrooster is niet het gehele schooljaar hetzelfde. Door bijvoorbeeld langdurige ziekte en vervanging van docenten kan het rooster veranderen. In de regel ontvangen de leerlingen enkele keren per jaar een voor hen aangepaste uitdraai van het rooster. Voor weken met veel bijzondere activiteiten krijgen zij ook een daarop aangepast rooster. De roosterwijzigingen worden dagelijks op de website gepubliceerd.
41
Schoolafspraken Bij de schoolafspraken staat bovenaan: Je aanvaardt een ander zoals hij is en respecteert zijn geloof, zijn achtergrond en zijn manier van leven. Respect betekent niet dat je tegen iemand opziet of iemand als voorbeeld neemt, maar dat je aanvaardt dat iemand anders is dan jij bent. Om iedereen een goede en veilige schoolomgeving te kunnen bieden, zijn de volgende schoolafspraken gemaakt, die jaarlijks in de jaargids worden opgenomen: 1. Je hebt altijd je schoolpasje bij je. Zonder pasje kun je geen toegang krijgen tot de school. 2. Vieringen, excursies, sportieve en culturele activiteiten zijn verplichte onderdelen van het schoolprogramma. 3. Je respecteert de dagopeningen en vieringen, ongeacht je eigen opvatting. 4. Klassendienst en schoolwacht hoort bij de klas. Van jou wordt ook verwacht dat je meehelpt de school en het schoolterrein netjes te houden. 5. Mobiele telefoons, in welke vorm dan ook, mogen niet in de les gebruikt worden noch zichtbaar zijn. Ook in de rest van het schoolgebouw mag er niet gebeld worden. Tijdens de les mogen ook geen elektronische agenda’s en geluidsdragers worden gebruikt of aan staan. Bij de eerste overtreding van deze regel neemt de docent het apparaat in en geeft deze bij de administratie af. Om 16.00 uur kun je je eigendom weer bij de administratie ophalen. Indien je om gewichtige redenen je telefoon aan moet hebben, vraag je daarvoor eerst toestemming aan de leerkracht. In bepaalde gevallen kan van deze regel afgeweken worden, namelijk indien, met toestemming van de docent, de smart- phone voor het onderwijsproces ingezet wordt. 6. Het meenemen van mobiele telefoons, geluidsdragers e.d. geschiedt geheel op eigen risico. Het in bewaring geven aan een docent maakt de school niet aansprakelijk. 7. In het schoolgebouw, op de sportvelden, op het schoolplein
42
bij de binnentuin en op een stuk van schoolplein oost mag je niet roken. 8. Tijdens de lessen mag je niet eten, drinken of snoepen. 9. Het meenemen en gebruiken van alcohol en drugs in en om de school is verboden. Overtreding van deze regel kan tot schorsing leiden. Handel in drugs leidt tot verwijdering. Dit geldt ook tijdens door de school georganiseerde reizen, evenementen e.d. 10. Het in bezit hebben en/of gebruik van vuurwerk en/of wapens wordt gemeld bij de politie en leidt, afhankelijk van de situatie, tot schorsing of verwijdering. 11. De schoolleiding behoudt zich het recht voor periodiek controle te verrichten op de inhoud van de kluisjes en de opdracht te geven jaszakken en tassen te legen. 12. De politie houdt steekproeven op school in het kader van controle op drugs, verboden wapenbezit en op andere veiligheidszaken. Daarbij kunnen honden worden ingezet. 13. Bij het vervallen van een les schuift het huiswerk automatisch op naar de volgende les. Dit geldt ook voor een repetitie of een schriftelijke overhoring (SO). 14. Als een docent nog niet aanwezig is bij het begin van de les, blijft de klas rustig in het lokaal of op de gang. Een vertegenwoordiger van de klas informeert bij de roostermaker. 15. Roosterwijzigingen worden zoveel mogelijk tijdig bekend gemaakt. Van jou wordt verwacht dat je je daar van op de hoogte stelt door op de monitor te kijken. Dagelijks worden roosterwijzigingen ook op de website geplaatst. 16. Pesten doe je niet. Kwetsen of opzettelijk pesten van anderen kan tot schorsing leiden en zelfs tot verwijdering. 17. Tijdens de lestijden moet het rustig in de gangen zijn. 18. Op de leerpleinen kun je in stilte werken, mits deze niet door een klas worden gebruikt.
19. In de pauzes mag je op de benedenverdieping en op het schoolplein verblijven. 20. Uit het oogpunt van veiligheid mag je je tijdens tussenuren of pauzes niet ophouden op de Buitenveldertselaan. 21. In en om de school is spelen om geld verboden. 22. De personeelskamer en de vaksectiekamers zijn voor het personeel; van jou wordt verwacht dat je dat respecteert. 23. In het klaslokaal mag je geen jas of pet dragen. 24. Het gebruik van software is storingsgevoelig. Je houdt je daarom aan de regels die voor PC-gebruik zijn opgesteld. 25. Fietsen en brommers moeten zijn voorzien van een deugdelijk slot. Ze mogen alleen worden gestald op de daarvoor bestemde plaatsen. De school kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade of diefstal. De schoolverzekering dekt dit risico niet. 26. Het is verstandig in jassen, regenkleding, gymkleding en bromfietshelmen je naam aan te brengen. De school kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade aan of vermissing of diefstal van kleding en boeken. 27. Als je schade veroorzaakt aan eigendommen van school, wordt de schade op jouw kosten hersteld. 28. Het gebruik van correctielak (bijv. Tipp-ex) is niet toegestaan. 29. Aan het eind van de schooldag verlaat je het gebouw. Het is niet toegestaan in of om de school rond te blijven hangen. 30. In algemene zin is ieder die deel uitmaakt van de CSB mede verantwoordelijk voor het in stand houden van een schoon leefmilieu in en rondom de school. 31. Het is in het kader van de privacywetgeving niet toegestaan zonder aankondiging vooraf te fotograferen of te filmen. De volgende tekst is een samenvatting van de site van Ius mentis (‘law and technology explained’): “Cameratoezicht en filmen met een aangebrachte (vaste) camera mag alleen als dat is aangekondigd. Met een handcamera mag je wel filmen (of fotograferen) op de openbare weg. In besloten ruimtes zijn de regels strenger, vanwege het grotere privacybelang van diegenen die je filmt. Ook voor school geldt dat elk opzettelijk filmen of fotograferen verboden is als je het niet aangekondigd hebt.”
43
Schoolwacht Wij vinden het belangrijk jonge mensen er van te doordringen en overtuigen dat toepassing van sociale vaardigheden onmisbaar is in een werk-/leefsituatie en het dagelijkse leven. Het project Schoolwacht kan enerzijds de verantwoordelijkheid en betrokkenheid van leerlingen bij de school vergroten, anderzijds leren leerlingen bepaalde sociale vaardigheden aan, die ze ook in hun toekomstige leven kunnen gebruiken. Leerlingen die het project goed hebben doorlopen krijgen aan het eind een certificaat. Coördinatoren van de schoolwacht zijn de heren De Boer en Hammami. Leerlingen uit de 3e klassen krijgen interne voorlichting. Het is de bedoeling dat zij drie keer per schooljaar één week in tweetallen in de pauzes surveilleren, zowel in als buiten school. Tijdens die surveillance moeten zij erop toezien dat leerlingen zich aan de regels houden, bijvoorbeeld dat ze hun afval in de daarvoor bestemde afvalbakken gooien. Wanneer zij constateren dat leerlingen zich niet aan de regels houden, moeten zij deze leerlingen daarop aanspreken. De leerlingen die dit gaan doen, worden begeleid door medewerkers van de school. De leerlingen leren dus om asociaal gedrag om te buigen in sociaal gedrag en hun medeleerlingen daar op te wijzen. Er is, overeenkomstig de opzet van het project, gekozen voor klas 3, omdat de onderbouwleerlingen nog te jong zijn. Schorsing en verwijdering Een teamleider kan, in overleg met de schoolleiding, een leerling gedurende een dag de les ontzeggen, of in geval van een zwaarwegend vergrijp, een dag schorsen. In geval van lesontzegging verblijft de leerling gedurende een door de teamleider bepaalde tijd in het opvanglokaal onder toezicht van de pedagogisch medewerker waar hij/zij zelfstandig kan werken aan de vakken die hij/zij mist. In geval van schorsing wordt het de leerling verboden zich in of rondom de school te bevinden gedurende de periode waarop hij/zij door de teamleider is geschorst. De rector kan een leerling maximaal 3 dagen
44
schorsen, tenzij in overleg met de leerplicht een langere periode noodzakelijk is. Te allen tijde zullen in geval van schorsing de leerplicht en de inspectie op de hoogte worden gebracht. In ernstige gevallen, ter beoordeling van de schoolleiding, of bij herhaling van gedragingen die al hebben geleid tot schorsing, kan een leerling definitief van school worden verwijderd. Het besluit tot definitieve verwijdering wordt de ouder(s)/verzorger(s) en de betrokken leerling schriftelijk en met opgave van redenen meegedeeld. Binnen 30 dagen na dagtekening kan aan het bestuur van de school schriftelijk om herziening worden verzocht. Afgezien daarvan kan de school overgaan tot het doen van aangifte bij de politie, indien daar aanleiding toe is. De rector beslist in gevallen waarin de regels en bepalingen niet voorzien. Contact De CSB is van mening dat contact met ouder(s)/verzorger(s) van leerlingen zeer belangrijk is. Naast ouderavonden en 10-minuten gesprekken zijn er diverse momenten waarop dit contact mogelijk is. De school stelt het op prijs als ouder(s)/ verzorger(s) hun betrokkenheid met de school laten blijken en geeft op diverse momenten aan dat het contact, hetzij telefonisch hetzij persoonlijk, gewaardeerd wordt. De mentoren en/of vakdocenten nemen contact op met ouder(s)/verzorger(s) als hier reden toe bestaat. Vanaf dit schooljaar loopt er een pilot in de Mavo-afdeling. Als de school van mening is dat de prestaties en resultaten van de leerling onvoldoende zijn en er een tekort aan contact is tussen de ouder(s)/verzorger(s) en school, kan dit leiden tot het laten ophalen van het rapport door de ouder(s)/ verzorger(s) op school. In de eerste maand van het nieuwe schooljaar (in september/ oktober voor de examenklassen) wordt per klassenlaag een ouderavond gehouden waarin het verloop van het schooljaar uiteengezet wordt. De ouder(s)/verzorger(s) zijn daardoor op de hoogte van wat zich gedurende een schooljaar gaat afspelen.
De 10 geboden van de CSB 1.
Je houding naar docenten, het onderwijsondersteunend personeel én elkaar is beleefd.
2.
Je bent op tijd aanwezig in de les.
3.
Aan het begin van de les liggen je boeken en huiswerk op tafel.
4.
Je gedraagt je rustig en je houdt je aan de aanwijzingen van elke medewerker.
5.
In het klaslokaal heb je je mobiele telefoon uit staan. In het schoolgebouw mag je niet bellen.
6.
Je werkt mee de school en de omgeving schoon en netjes te houden.
7.
Jassen en petten worden alleen op de gang of in de aula gedragen.
8.
Drinken, eten en snoep gebruik je in de pauzes.
9.
Gedurende een tussenuur verblijf je in d e aula, in de mediatheek, op het studieplein of op het schoolplein.
10. Wij helpen elkaar deze regels te handhaven.
45
Huiswerk In het schooljaar 2013/2014 starten we in klas 1, 2 en 3 met het noteren van het huiswerk in Magister. Wanneer een leerling niet in staat is geweest het huiswerk te maken of te leren, moet dit schriftelijk, met redenen omkleed, door de ouder(s)/verzorger(s) worden meegedeeld. Verjaardagen en andere voorzienbare gebeurtenissen worden niet als geldige reden geaccepteerd. Repetities (in beginsel niet meer dan één per dag) worden een week van tevoren opgegeven. Daarnaast kan een toets worden gegeven waarvoor geen directe voorbereiding noodzakelijk is. Schriftelijke overhoring van gewoon huiswerk is altijd mogelijk. Bij niet-verantwoorde afwezigheid vervalt het recht om werk in te halen en wordt het werk gewaardeerd met een 1,0. In geval van twijfel op dit punt beslist de schoolleiding. De CSB is vooralsnog geen voorstander van het inhuren van een particulier huiswerkinstituut. Behalve dat de school zich hierin uitdrukkelijk niet verantwoordelijk stelt voor de kwaliteit en dienstverlening van derden, meent zij dat een zekere mate van zelfstandigheid van de leerlingen en ouder(s)/verzorger(s) goed is. De school onderzoekt op dit moment hoe zij aan ouder(s)/verzorger(s) die zoeken naar ondersteuning op het gebied van planning en goed omgaan met huiswerk, een passende invulling kan bieden. Cursussen In de loop van het jaar worden diverse cursussen aangeboden, waarvoor de leerlingen zich kunnen inschrijven. Soms wordt voor een cursus een geringe bijdrage gevraagd. In het schooljaar 2013/2014 zal in principe de volgende cursus aangeboden worden: Sterrenwacht. In de sterrenkoepel van de school kunnen hemellichamen 10 tot 200 x vergroot worden gezien en gefotografeerd.
46
Kantine Het kantinebeleid is vooral gericht op een zo gezond mogelijk assortiment. De kantine is in principe altijd tijdens de pauzes geopend. Vanaf half 8 ’s morgens zijn er tegen een geringe vergoeding ontbijtjes verkrijgbaar. Tijdens de pauzes worden er o.a. broodjes gezond en warme pistoletjes met kaas aangeboden. Naast vruchtensap is er ook melk verkrijgbaar. Internationalisering In de opleiding vinden we het belangrijk dat leerlingen de gelegenheid krijgen in contact te komen met buitenlandse leeftijdgenoten. Europese verbanden en afhankelijkheden worden steeds sterker, waardoor jonge mensen die nu hun opleiding aan onze school volgen, in hun werkzame leven veelal internationaler gericht zijn dan nu al het geval is. Als school willen wij aan die ontwikkeling een bijdrage leveren. Dit doen we door middel van een aantal projecten.
Comeniusproject In het schooljaar 2011/2012 zijn wij begonnen met een nieuw internationaal project met als onderwerp ‘A human rights culture through information and education’. De doelstellingen van dit 2-jarige project zijn o.a. • het vergroten van interculturele kennis en begrip (internationale politiek, geschiedenis) • het ontwikkelen van interculturele communicatievaardigheden • het bestuderen van de artikelen van de mensenrechten vanuit verschillende internationale perspectieven • leren debatteren, samenwerken, onderzoek doen, organiseren en plannen in de Engelse taal • ervaring opdoen met een internationaal blog, e-twinning (informatietechnologie) Leerlingen uit de 2e klas Vwo en Havo hebben zich samen met leerlingen van scholen uit Italië, Duitsland en Frankrijk verdiept in diverse artikelen van de mensenrechten. Onrecht, conflicten en wreedheid vinden nog steeds plaats over de hele wereld, waarbij de mensenrechten op grote schaal worden geschonden. De bedoeling is dat de leerlingen leren zien waar sprake is van armoede, vooroordelen en discriminatie en hierover gaan discussiëren met de leerlingen van de andere scholen. Zij hebben een internationaal blog gemaakt waarop de leerlingen op basis van de uitgangspunten van de mensenrechten aan kunnen geven wat ze juist en niet juist vinden. Ze hebben een bezoek gebracht aan leerlingen in Florence en daar over de artikelen 1, 2 en 3 van de Mensenrechten gedebatteerd in het gemeentehuis en op de school posters gemaakt.
de sloppenwijken van Nairobi. Daarna hebben de leerlingen de film Lost in Afrika gezien. In mei 2013 zijn de leerlingen die zich met het Comeniusproject bezig gehouden hebben, naar Düsseldorf geweest. Dit was de laatste uitwisseling van dit project. Twee jaar lang is er gewerkt aan het bestuderen van diverse artikelen van de mensenrechten vanuit verschillende belevingswerelden en ervaringen, waarbij de leerlingen van de deelnemende scholen ideeën hebben uitgewisseld en gezamenlijk presentaties hebben gehouden, waardoor ze elkaar veel beter hebben leren kennen. Met name het bezoek aan het Friedensdorf International te Oberhausen en het verblijf tussen kinderen uit kansarme omgevingen heeft onze leerlingen geraakt. Het niet alleen in het Engels, maar ook in het Frans en Duits communiceren, heeft onze leerlingen verrijkt en levert ze ook vrienden op in Italië, Frankrijk en Duitsland. De CSB leerlingen zijn zich bewust geworden dat veel voor ons normale mensenrechten in andere delen van de wereld veel minder vanzelfsprekend zijn en dat er op dat gebied grote verschillen bestaan tussen de diverse volken. Deze grote levenservaring zal ze inspireren zich bezig te blijven houden met de rechten van de mens en bij een ieder die dat wil daarover te praten.
Leerlingen van de scholen uit Italië, Duitsland en Frankrijk zijn hier geweest om verder te werken aan andere artikelen. Gezamenlijk is een les gevolgd over Nederlands-Indië door een bezoek aan het Tropenmuseum. Ook hebben ze een gesprek gehad met de hoofdrolspeler Jacob uit een film over
47
Werkweken naar het buitenland In de loop van het jaar worden diverse werkweken aan de leerlingen aangeboden. In voorgaande jaren kregen de leerlingen de mogelijkheid mee te gaan op werkweken naar onder meer de Ardennen, Krakow, Istanbul, Barcelona, Praag en Berlijn. Waar we met de werkweken in het cursusjaar 2013/2014 heen zullen gaan, was nog niet definitief op het moment dat deze schoolgids gedrukt werd. Sport In de lessen lichamelijke opvoeding speelt de sportieve ontwikkeling een belangrijke rol, omdat het gedrag in de beoefening van de sport van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van de leerling. Naast de lessen worden de leerlingen gestimuleerd om individueel of in groepsverband deel te nemen aan sportwedstrijden. De school beschikt over 3 gymzalen en een fitnessruimte. In de fitnessruimte kunnen de kinderen tijdens de lessen LO onder begeleiding werken aan hun conditie.
Topscore Gewoon lekker met elkaar sporten, dat is Topscore. Na school, op de CSB, onder professionele begeleiding en met alle materialen, lokalen of veldjes die je maar nodig hebt. Topscore is daarom een feestje. En bovendien helemaal gratis. Iedere week doen meer dan 3500 jongeren uit Amsterdam mee aan een naschoolse sportactiviteit van Topscore. Op de CSB deden afgelopen jaar bijna 90 leerlingen mee. Niet omdat het moet, maar omdat het zo ontzettend leuk is om met anderen te sporten. Je krijgt 22 weken lang les van professionals en je speelt wedstrijden. Eerst tegen scholen in jouw stadsdeel, en daarna tegen heel Amsterdam. Dit noemen we de Topscore Finals. Hier wordt bepaald wie zich een jaar lang kampioen van Amsterdam mag noemen. De Topscore Finals worden altijd in de laatste weken voor de grote schoolvakantie gehouden. Bijzonder is dat de Topscore-activiteiten voor en door leerlingen worden georganiseerd. Naast het meedoen aan activiteiten kun je leren een training te verzorgen of een wedstrijd te begeleiden. Met daarbij de hulp van professionele trainers van de Amsterdamse topclubs, vrijwilligers van verenigingen uit de buurt en natuurlijk de gymleraren van jouw school. In het cursusjaar 2013/2014 kunnen de leerlingen op de CSB deelnemen aan basketbal, streetdance, badminton, judo en zelfverdediging. •
48
Basketbal Let’s shoot some hoops! Basketbal is show, muziek en spanning! Spelen met je vrienden is leuk, maar via Topscore kom je een stuk verder in deze sport. Je kunt na schooltijd met je vrienden op school basketballen en je krijgt les van ervaren trainers. Je leert hoe te dribbelen, hoe te passen en hoe te schieten. En dus word je al snel beter. Wedstrijden speel je met teams van vijf spelers en duren veertig minuten (zuivere speeltijd). Pas als je echt met een groep aan het
trainen bent, kom je er achter hoe moeilijk het is om met zijn allen een goed draaiend team te vormen. Individuele kwaliteit is belangrijk, maar de teamprestatie geeft de doorslag of je wint of verliest.
•
Streetdance Streetdance is een unieke sport. Een bekend onderdeel van Streetdance is Breakdance, met bewegingen als de windmill, flare, swipe en headspin. Terwijl Breakdance nu als dans of sport gezien wordt, werd het vroeger gebruikt als vechttechniek. Er waren in de jaren tachtig gangs die gingen breakdancen om territorium te winnen. De besten waren de machtigsten! Dit is een beter middel om strijd mee te voeren dan met geweld! Streetdance kom je ook vaak tegen in videoclips. In de dans zitten bewegingen verwerkt uit verschillende vecht- en danskunsten, zoals de traditionele Afrikaanse dans, de Braziliaanse vechtsport Capoeira, Chinese vechtsporten en dansen uit de ‘Native American Culture’. Leuk om hier elementen uit te ‘lenen’ en die te verwerken in je act. Vorig schooljaar zijn de meisjes van de CSB kampioen van Amsterdam geworden.
•
Badminton Je hebt vast wel eens badminton gespeeld op het strand, op straat of op de camping. Bij Topscore leer je hoe je echt goed kunt worden in deze snelle sport. Je leert hoe je de shuttle in het achterveld slaat, hoe je met een dropshot je tegen- stander verrast, en varieert met je service. Door het lichte racket en de shuttle is het een heel snelle sport. De shuttle kan topsnelheden halen van ruim 300 km per uur! Opletten dus, want voor je het weet zoeft de shuttle je voorbij. Of sla jij hem net zo hard weer terug?
• Judo Judo is een van oorsprong Japanse zelfverdedigingskunst die rond 1882 is ontworpen door Jigoro Kano.
49
Het woord betekent ‘zachte weg’ of ‘zachte manier’. Een beoefenaar van het judo heet een judoka. Judo heeft zich inmiddels ontwikkeld tot een vechtsport die wereldwijd beoefend wordt en tevens een Olympische sport is.
•
Zelfverdediging Bij zelfverdediging leer je je weren tegen een aanval van een of meerdere tegenstanders. In zelfverdediging worden ook cursussen gegeven, die vaak gebaseerd zijn op allround zelfverdedigingskunsten of vechtsporten zoals kungfu (wushu), jiujitsu, Aikido, Jeet Kune Do, Eskrima en karate. Het doel van zelfverdediging is om een eventuele aanval af te weren, het is dus geen aanvallende sport. Iedereen kan zelfverdediging leren. In feite is het zelfs zo, dat hoe zwakker iemand is, des te meer hij of zij baat heeft bij zelfverdediging.
Cultuur Cultuur is essentieel voor de samenleving en voor het individu, als symbool, als zingeving, als bron van vernieuwing of als bron van plezier. Cultuur is daarom essentieel voor het onderwijs. Ons onderwijs maakt leerlingen vertrouwd met de culturele verworvenheden van de maatschappij, waarin ze straks als verantwoordelijke burger zullen functioneren. Daarnaast wordt de leerlingen op verscheidene terreinen de mogelijkheid gegeven zich cultureel en expressief te ontwikkelen. Naast het reguliere onderwijsaanbod worden verscheidene culturele activiteiten voor de leerlingen georganiseerd, zoals toneelvoorstellingen, tentoonstellingen, muzikale optredens en het deelnemen aan cursussen met een culturele inhoud. Daarnaast bezoeken groepen leerlingen culturele voorstellingen buiten de school die tijdens de les zijn voorbereid. Voorts bezoeken de leerlingen in klassenverband musea, waarbij in de meeste gevallen het culturele aspect voorop staat. Alle culturele activiteiten staan beschreven in ons Cultuurplan.
Buitenschoolse activiteiten Binnen de CSB zijn expressievakken belangrijk. Naast muziek en tekenen is ook dramatische expressie in de brugklas verplicht. Tekenen en muziek kunnen als eindexamenvakken worden gekozen. Ook buiten het lesrooster spelen expressievakken een rol. Zo zijn er voor alle klassen speciale culturele activiteiten. Elk jaar tonen leerlingen en ook personeelsleden hun muzikale talenten op de muziekavond of tijdens lunchconcerten. Daarnaast is er een aparte avond, waarop de eindexamenkandidaten met muziek in hun pakket hun openbaar praktisch examen afleggen. Goede Doelen De CSB houdt gemiddeld een maal per twee jaar een Goede Doelenactie. Gedurende (een deel van) een dag worden diverse activiteiten georganiseerd met het doel geld op te halen voor een Goed Doel. In 2009 en 2011 hebben we een actiedag georganiseerd voor respectievelijk Going Global en Japthi. In 2013 was de opbrengst van onze succesvolle actiedag voor de Hand in Hand Community in Ghana.
Feesten Een paar keer per jaar worden schoolfeesten georganiseerd. De schoolfeesten worden in principe altijd op een externe locatie gehouden. Er zijn bovenbouwfeesten voor leerlingen vanaf de derde klas en onderbouwfeesten voor de eerste en tweede klassen. Daarnaast is het gebruikelijk dat de mentor met de eigen klas af en toe een gezellige avond organiseert, bijvoorbeeld een pakjesavond met Sinterklaas voor de onderbouwklassen, of een etentje, al dan niet in combinatie met een bioscoopbezoek, voor de bovenbouwklassen.
Overhandiging van de cheque aan de Hand in Hand Community
50
51
Mediatheek In de mediatheek zijn verschillende functies van het moderne onderwijs binnen één ruimte verenigd: (uitleen)bibliotheek en documentatiecentrum, studiehuis en computerzaal. In de mediatheek kunnen leerlingen boeken lenen en lezen, naslagwerken raadplegen, gebruik maken van de computers, printen, of rustig werken aan een van de tafels. De mediatheek is in principe van maandag t/m donderdag geopend van 08.30 - 17.00 uur. Op vrijdag is de mediatheek geopend van 08.30 - 14.45 uur. De combinatie van verschillende functies maakt het noodzakelijk dat er rust en orde heersen in de mediatheek. Voor de mediatheek gelden dezelfde regels als in het leslokaal. Naast de schoolregels gelden de volgende aanvullende regels voor de mediatheek: 1. Per lesuur worden niet meer leerlingen toegelaten dan er werkplekken (d.w.z. stoelen) beschikbaar zijn. 2. Boeken en computers worden alleen ter beschikking gesteld op vertoon van de eigen schoolpas en altijd op eigen naam. 3. Elke leerling die voor de duur van een of meer lesuren een computer wil gebruiken, meldt zich aan de balie van de mediatheek en ontvangt tegen inlevering van de eigen schoolpas een genummerd toegangsbewijs voor een van de beschikbare computers. 4. Per computer kunnen maximaal twee leerlingen worden toegelaten. De kaarthouder is verantwoordelijk voor het goed gebruik van de apparatuur. 5. De computers mogen alleen gebruikt worden voor school- doeleinden. Ze kunnen dus gebruikt worden om opdrachten te maken, informatie op te zoeken voor een bepaald vak, om verslagen te maken, etc. 6. Chatten, spelletjes of het bezoeken van ongewenste internetsites met racistische, gewelddadige, pornografische of anderszins verwerpelijke teksten of afbeeldingen is niet toegestaan.
52
7. Het versturen van ongewenste mail (onzin-, scheld- of andere vuilmailtjes of reclameboodschappen) aan personen in of buiten school is niet toegestaan. 8. Het invoeren van eigen software en het wijzigen van instellingen is streng verboden. 9. Het gebruik van een USB-stick is niet mogelijk. 10. In de pauzes zijn de computers slechts in beperkte mate beschikbaar voor spoedopdrachten. 11. Na beëindiging van het schoolwerk meldt de leerling zich opnieuw bij de dienstdoende mediathecaris. Het toegangs bewijs wordt ingenomen en de schoolpas wordt teruggegeven. 12. Bij wisseling van computer en bij langere onderbreking van computergebruik dient opnieuw te worden ingelogd aan de balie. 13. Het is niet toegestaan in de mediatheek te eten of te drinken.
Overtreding van deze huisregels leidt tot een tijdelijk of permanent toegangsverbod voor de mediatheek, opgelegd door de verantwoordelijke teamleider. Aangerichte schade dient te worden vergoed. Van alle bezoekers wordt verwacht dat zij bereid zijn mee te werken aan de handhaving van een prettige sfeer, door zoveel mogelijk stilte in acht te nemen en zich te houden aan de aanwijzingen van het personeel. Als algemene regel geldt dat uitsluitend leerlingen die staan ingeschreven op de CSB toegang hebben tot de mediatheek. Kopieën in kleur worden gemaakt in aanwezigheid van de mediathecaris. Eén pagina in kleur kost € 0,20, uitsluitend te betalen met een ‘tienstrippenkaart’ ter waarde van € 2,00 die onbeperkt geldig blijft. Zwart-wit kopieën kunnen worden gemaakt op het in de voorhal aanwezige kopieerapparaat tegen betaling van € 0,05 per kopie. Voor tweezijdig kopiëren geldt het dubbele tarief.
Elke leerling heeft een eigen unieke inlogcode om op het netwerk te komen. In de eigen omgeving heeft de leerling ook de mogelijkheid om documenten op de slaan. Computerlokalen Toegang tot de computerlokalen geschiedt alleen onder begeleiding van een docent. De lokalen worden gebruikt om naast het reguliere lesprogramma ook ICT te gebruiken als lesvorm. Internetgebruik door leerlingen is alleen toegestaan als de docent daartoe opdracht geeft. Ook printen geschiedt alleen na opdracht van de docent.
De uitleentermijn voor bibliotheekboeken bedraagt 4 weken; verlenging is mogelijk als het boek opnieuw wordt aangeboden. Een leerling mag maximaal 6 boeken voor verschillende vakken lenen. De boete bij te laat inleveren bedraagt € 0,20 per boek per week, met uitzondering van de vakantieperioden. Zoekgeraakte boeken dienen te worden vergoed. Toegang tot computers, printers en overige apparatuur voor leerlingen Een ieder die als leerling staat ingeschreven bij de centrale administratie van de CSB heeft toegang tot het computernetwerk. Het recht om gebruik te maken van het computernetwerk vervalt zodra iemand niet meer ingeschreven is op de CSB.
ict speelt een belangrijke rol in ons onderwijs
53
Overige punten Aanwijzingen van de mediatheekmedewerkers, systeembeheerder en docenten moeten onmiddellijk worden opgevolgd. De mediatheekmedewerkers en de systeembeheerder kunnen op alle computerschermen in de mediatheek meekijken of de computer goed gebruikt wordt. De systeembeheerder houdt ook de inhoud van de mappen op elke computer in de gaten. Bij overtreding van de hiervoor genoemde regels wordt ingegrepen en kan de leerling worden uitgesloten van computergebruik en kan hem of haar de toegang tot de mediatheek en de computerlokalen ontzegd worden. Activiteiten die tot doel of als gevolg hebben dat de goede werking van een computer of van het netwerk verstoord wordt, worden beschouwd als misbruik. De kosten die gemaakt moeten worden om de oorspronkelijke situatie weer te herstellen, zullen op de leerling worden verhaald. De leerling wordt van verder gebruik van computers en netwerk uitgesloten. CSB-website De school is actief op Facebook en heeft een eigen website: www.csb-amsterdam.nl. Ouder(s)/verzorger(s) en belangstellenden kunnen via deze site kennisnemen van wat er op onze school gaande is. U wordt op de hoogte gehouden van recente mededelingen, verzonden brieven en de (vakgerichte) activiteiten die de leerlingen ondernemen. Ook wijzigingen in het rooster worden dagelijks op de website vermeld. We vinden het belangrijk dat foto’s van leerlingen en docenten in hun werkomgeving op een juiste manier bijdragen aan het beeld van de school. Voordat wij foto’s en informatie op de site plaatsen, vindt een intensieve screening plaats. Mocht u van mening zijn dat foto’s of andere illustraties van uw kind in een schoolsituatie, bijv. in een les of tijdens een schoolactiviteit, geen plaats op de website moeten krijgen, dan verzoeken we u dat bij de rector kenbaar te maken.
54
Roken, alcohol en drugs In de maatschappij wordt de laatste jaren een voortdurende discussie gevoerd over een gezonde leefwijze. Het gebruik van genotsmiddelen als roken, alcohol en drugs neemt in deze discussie een centrale plaats in. In het kader van biologie-, maatschappijleer- en verzorgingslessen wordt aan de leerlingen voorlichting gegeven over roken, alcohol en drugs. Dat roken ongezond en zeer schadelijk is, is algemeen bekend. Dat roken op het totale schoolterrein niet toegestaan zou moeten worden, ligt dan ook voor de hand. De reden dat hiertoe nog niet is overgegaan, zit in het feit dat rokers dan de buurt in trekken (en daar overlast geven). In het schoolgebouw, op de sportvelden en op binnenplein west is roken niet toegestaan. Met ingang van dit cursusjaar zal tevens een stuk van het schoolplein aan de oostzijde rookvrij worden. Ten aanzien van alcohol geldt dat het gebruik en in bezit hebben van alcohol in en om het gebouw verboden is. Op schoolfeesten wordt voor leerlingen van 16 jaar en ouder alcohol geschonken. Ook het gebruik en in bezit hebben van drugs in en om het gebouw is verboden. Overtreding van deze regels leidt tot schorsing. Handel in drugs leidt tot verwijdering. Deze regels gelden ook bij door school georganiseerde reizen, evenementen e.d. De schoolafspraken zijn daar duidelijk over.
Kleding Van de leerlingen wordt verwacht dat zij goed en verzorgd de school bezoeken. Ieder is vrij in de keuze waarop hij of zij zich kleedt. De vrijheid wordt wel beperkt door de algemene opvatting van wat nog fatsoenlijk en passend is. We gaan ervan uit dat iemand met zijn kleding geen aanstoot geeft. De kleding mag niet de onderlinge communicatie belemmeren en mag het niet onmogelijk maken om de identiteit vast te stellen van hen die in de school verblijven.
55
Regeling ziekmelding en absentie Aan de controle op aanwezigheid van de leerlingen - ons absentiecontrolesysteem - besteden wij veel tijd en aandacht. Onze doelstelling is te werken aan het in stand houden en verbeteren van het werkklimaat waarin leerlingen en personeel optimaal tot hun recht kunnen komen. Door goede communicatie tussen ouder(s)/verzorger(s) en school kan er snel gehandeld worden als er iets mis dreigt te gaan. Onderstaande richtlijnen geven aan hoe te handelen in bepaalde situaties. • In alle gevallen van absentie moet de leerling een afwezig heidsverklaring inleveren. Deze is bij de administratie te verkrijgen of te downloaden via de website van de school. • Uw kind is ziek: u belt naar school tussen 08.00 en 09.00 uur. • Uw kind heeft een (medische) afspraak: geef uw kind - vooraf - het verwijsbriefje (indien van toepassing) mee naar school. • Verzoeken om een vrij dagdeel of vrije dagen dienen 6 weken van tevoren schriftelijk bij de teamleider te worden ingediend. Wij adviseren u vooraf telefonisch overleg te plegen. Vaak kunnen dan al afspraken worden gemaakt. Overigens zullen wij ons daarbij moeten houden aan de leerplichtwet en de richtlijnen ter zake van de gemeente. • Na de tweede bel is de leerling te laat, ook als er lichte problemen zijn met het openbaar vervoer. Wij verwachten dat leerlingen daar rekening mee houden. • Leerlingen die te laat komen, melden zich de volgende ochtend om 08.00 uur op school. Leerlingen die zich de volgende dag niet hebben gemeld, moeten zich die dag na hun laatste les melden in het opvanglokaal. • Het kan zijn dat uw kind een belangrijk deel van een les mist. In dat geval kan de docent besluiten uw kind de volgende lesdag een afwezigheidsverklaring te laten meenemen. Op deze wijze blijft u op de hoogte (van bijvoorbeeld een gemiste repetitie).
56
• Van herhaald te laat komen of herhaalde verwijdering uit de les wordt u op de hoogte gebracht. In bepaalde gevallen zal de leerplichtambtenaar worden ingeschakeld. Indien uw kind bij een repetitie, schriftelijke overhoring e.d. afwezig is zonder een in deze regeling aangegeven melding, dan wordt voor de gemiste repetitie, overhoring e.d. het cijfer 1 toegekend. Bij de brief die in genoemde gevallen naar u gezonden wordt, zal in het algemeen een overzicht van verzuim gevoegd worden. In dit overzicht worden afkortingen gebruikt. De verklaring van deze afkortingen is als volgt: AB = absent, (nog) niet verantwoord of door ouders gemeld AG = absenties goedgekeurd BV = boeken vergeten DA = doktersbezoek telefonisch gemeld, maar nog geen verzuimbrief ingeleverd DG = dokter, verzuimbrief ingeleverd HV = huiswerk vergeten NL = niet in de les toegelaten RT = remedial teaching SG = schorsing SU = straf uitgezeten (= ongeoorloofd) (voor AB = absent) TA = toets absent TL = te laat (en straf nog niet uitgezeten) TU = straf uitgezeten (= ongeoorloofd) (voor TL = te laat) UK = uit de klas verwijderd door slecht gedrag VG = verlof geoorloofd (bijzonder verlofbrief verplicht) ZG = ziek met brief, verzuimbrief ingeleverd ZK = ziek gemeld, telefonisch, maar nog geen verzuimbrief ingeleverd
De instelling van een leerling (houding van de leerling ten opzichte van docenten en medeleerlingen, inzet) heeft veel invloed op de resultaten van de leerling. In dit schooljaar starten we in de onderbouwafdeling met een pilot met de vermelding van de instelling op het rapport. De instelling zal worden uitgedrukt met een O(nvoldoende) of een V(oldoende).
Wij worden graag op de hoogte gehouden van zaken waardoor uw kind, tijdelijk, niet goed kan functioneren. Hiervoor kunt u contact opnemen met de mentor en/of de teamleider. Te denken valt hierbij aan gevallen van pesten en bijzondere gezins- of familieomstandigheden.
Verzuimbeleid Bij het verzuimbeleid is er een samenwerkingsverband tussen drie partijen: de school, een vaste jeugdarts van de GGD Amsterdam en de leerplichtambtenaar van de gemeente. De jeugdarts en de leerplichtambtenaar zijn beiden lid van het Zorgadviesteam (ZAT) van de school. In het geval van ziekte doet u als ouder een beroep op vrijstelling van het volgen van het lesprogramma voor uw kind. Bij frequent of langdurig ziekteverzuim laat de school zich adviseren door een jeugdarts. Dit gebeurt met zorg voor en in het belang van de leerling. De school signaleert het ziekteverzuim aan de hand van vastgestelde criteria: • meer dan 10 schooldagen achter elkaar ziek • meer dan 3 ziekmeldingen gedurende de laatste 8 schoolweken De ouders van de leerlingen die aan bovenstaande criteria voldoen, ontvangen hierover schriftelijk bericht. De verzuimstatus van de leerling wordt hieraan toegevoegd. Hierna volgt op korte termijn een uitnodiging aan de ouder(s)/verzorger(s) om samen met hun kind naar de GGD Amsterdam te komen voor een verplicht consult bij de jeugdarts. Halt Bij ongeoorloofd verzuim kan Bureau Leerplicht Plus besluiten proces verbaal op te maken en de leerling te verwijzen naar Halt. De criteria die hiervoor gehanteerd worden, zijn: • vanaf 12 keer te laat komen • vanaf 9 uur regulier verzuim binnen een periode, nl. van september t/m december en van januari tot de zomervakantie
57
Wat is er geregeld voor zieke leerlingen in Amsterdam? Wanneer een leerling door ziekte en/of ongeval langere tijd geen onderwijs op school kan volgen, kunnen ouder(s)/ verzorger(s) een beroep doen op ondersteuning. Aan deze voorzieningen zijn geen kosten verbonden. Wanneer een leerling langdurig ziek thuis is: Stichting Onderwijs aan Zieke Kinderen Thuis in Amsterdam www.huisonderwijsamsterdam.nl T 0299 - 37 42 42 Coördinator: mw. J.W. Taams Tijdens of na een opname in een niet-academisch ziekenhuis of revalidatiecentrum en bij alle vragen rondom ziekte en onderwijs: ABC Onderwijsadviseurs www.hetabc.nl T 020 - 799 00 10 Consulenten: mw. E. Hartogensis en dhr. E. Dirkmaat Wanneer een leerling behandeld wordt in een academisch ziekenhuis: Emma Kinderziekenhuis/AMC of V Umc: Educatieve Voorziening www.educatievevoorzieningamsterdam.nl T 020 - 566 89 52 Hoofd: mw. C.J. Hendriks
58
Leerplichtwet De leerplichtwet geeft de rector van de school de bevoegdheid om zonder goedkeuring van de leerplichtambtenaar extra verlof te verlenen wegens gewichtige omstandigheden. In het geval dat extra verlof wordt verleend, wordt duidelijk aangetekend dat de absentie als gevolg van het verlof volledig voor eigen risico is en niet op een later moment kan worden aangevoerd als een oorzaak van mindere prestaties. Als uw kind, om welke reden dan ook, te vaak afwezig is, wordt de leerplichtambtenaar hiervan op de hoogte gesteld. Als het om ziekte gaat, wordt de schoolarts ingeschakeld.
59
Examen Examenreglement Het examenreglement omvat procedurele en organisatorische regelingen ter uitvoering van het schoolonderzoek en het Centraal Schriftelijk Eindexamen alsmede enige inhoudelijke bepalingen. Dit examenreglement van de commissie ligt ter inzage op school. Programma van toetsing en afsluiting 2013/2014 (PTA) In het PTA wordt het schoolonderzoek geregeld. Elke eindexamenkandidaat ontvangt dit reglement vóór 1 oktober van het lopende cursusjaar. Behalve de data van de schoolexamens, is daarin ook de stofomschrijving van de schoolexamens te vinden, alsmede de weging. Voorts wordt zeer nadrukkelijk gewezen op diverse bepalingen, in het bijzonder op die artikelen, waarin wordt omschreven hoe gehandeld moet worden indien een kandidaat om welke reden dan ook is verhinderd deel te nemen aan een onderdeel van de schoolexamens. Commissie van beroep eindexamen Door het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen is bepaald, dat op iedere school voor voortgezet onderwijs een commissie van beroep moet zijn ingesteld. Bij deze commissie kan een eindexamenkandidaat die in strijd heeft gehandeld met de voorschriften zoals omschreven in het PTA en het examenreglement, in beroep gaan tegen een beslissing van de examencommissie. Het reglement van de commissie ligt ter inzage op school.
60
Financiën
Een school met goede slaagpercentages Een goede sfeer blijkt bevorderlijk te zijn voor het onderwijs. Hieronder vindt u een overzicht van de resultaten van de examens van de afgelopen jaren:
Mavo
Havo
Vwo
2007
87
94
78
2008
88
82
90
2009
82
82
90
2010
86
74
61
2011
86
88
75
2012
88
85
75
2013
85
90
79
Schoolgeld Het schoolgeldbedrag is een bedrag dat aan een leerjaar verbonden is. Onderdelen van het bedrag verschillen per leerling en zijn onder meer afhankelijk van de aard van jaarexcursies en andere activiteiten. In het schema verderop in deze schoolgids zijn de bedragen opgenomen. In de school geldt de gedragscode schoolkosten Voortgezet Onderwijs. Deze code is opgesteld door de ouderorganisaties NKO, Ouders en Coo en LOBO, de organisaties voor bestuur en management VOS/ABB, VBS, Besturenraad, Bond KBVO, VGS en content en de organisatie Schoolmanagers_VO. In de Medezeggenschapsraad van onze school is de gedragscode besproken. In dit hoofdstuk wordt informatie gegeven over de financiële aspecten van het schoolleven.
*) Omdat de vergoeding van de overheid lager is dan het gemiddelde boekenpakket dat een leerling nodig heeft, bekijkt de school kritisch of werkboeken voldoende gebruikt worden. Er zal een beperkt aantal werkboeken in de boekenlijst worden opgenomen. De volgende schoolbenodigdheden komen voor rekening van de ouder(s)/verzorger(s): atlassen, woordenboeken, rekenmachines, agenda’s, sportkleding, schriften, multomappen, snelhechters, pennen e.d. Aan ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen wordt een borgsom gevraagd voor het gebruik van het gratis lesmateriaal. In overleg met de Medezeggenschapsraad is dit bedrag bepaald op € 75,-.
Schoolboeken Scholen ontvangen van de overheid een vergoeding voor schoolboeken en lesmateriaal, dat specifiek voor een leerjaar door het schoolbestuur wordt voorgeschreven en noodzakelijk is voor het volgen van het onderwijsprogramma. Scholen stellen deze schoolboeken en het lesmateriaal gratis ter beschikking aan leerlingen. In principe zijn de volgende studieboeken en leermaterialen voor ouder(s)/verzorger(s) gratis in het voortgezet onderwijs: • leerboeken, werkboeken*), project- en tabellenboeken, examentrainingen en examenbundels, eigen leermateriaal van de school, bijbehorende cd’s en/of dvd’s die een leerling in dat leerjaar nodig heeft • de ontsluiting van digitaal leermateriaal (de kosten van licenties) die een leerling in dat leerjaar nodig heeft • lesmateriaal van extra (keuze)vakken • lesmateriaal voor leerlingen met een leesbeperking, zoals visueel gehandicapten en leerlingen met dyslexie
61
De borg wordt aan de boekenleverancier betaald. De boekenleverancier kan er voor kiezen het borgbedrag gedurende de volgende schooljaren te laten staan en pas terug te betalen als de ouder(s)/verzorger(s) geen boekenpakket meer via de leverancier bestellen. Via de website van de firma Van Dijk Educatie (http://www.vandijk.nl/webshop) bestellen leerlingen zelf hun boeken door het aanklikken van hun klas en vakkenpakket. De code die zij hierbij ontvangen, kunnen zij gedurende het schooljaar gebruiken voor het inzien van digitaal studiemateriaal. Ouderbijdrage Uitgaven aan het onderwijs komen in principe voor rekening van de overheid. Elke school ontvangt daarom een budget waaruit alles moet worden bekostigd: salarissen, exploitatie van schoolgebouw en inventaris. Daarnaast heeft iedere school uitgaven die niet door de overheid worden bekostigd en die ze tóch nodig vindt. Deze uitgaven zijn er vooral op gericht de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Ten behoeve van deze uitgaven is een financiële bijdrage van de ouder(s)/verzorger(s) onontbeerlijk. Mede dankzij deze vrijwillige ouderbijdrage kunnen wij in de practicumlokalen met modern materiaal werken en kunnen wij sportdagen en Kerst- en Paasvieringen organiseren. Ook de schoolpas van de leerlingen en de activiteiten van de ouderraad worden uit de ouderbijdrage
62
gefinancierd. De ouderraad heeft ten aanzien van de hoogte en de bestemming van de ouderbijdrage instemmingsrecht. In overleg met de ouderraad is de bijdrage voor het jaar 2013/2014 als volgt vastgesteld: minder dan € 15.000 van € 15.000 - € 30.000 van € 30.000 tot hoger
€ 40,€ 72,€ 145,-
De bedragen zijn per kind, onafhankelijk van het aantal kinderen per gezin dat op onze school zit. Een betalingsregeling is mogelijk. Tegemoetkoming studiekosten Er bestaat een rijksregeling voor het verstrekken van een bijdrage aan de ouder(s)/verzorger(s) die één of meer studerende kinderen, jonger dan 18 jaar, hebben. De aanvraag voor deze tegemoetkoming in de studiekosten en lesgeld moet in elk geval vóór 31 december van het betreffende cursusjaar worden toegezonden aan de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) in Groningen. Voor de voorwaarden om hiervoor in aanmerking te komen verwijzen wij naar de website van DUO: www.ib-groep.nl
Ongevallenverzekering Het bestuur heeft voor alle leerlingen van de school een collectieve verzekering afgesloten, die de kinderen aanvullend verzekert tegen ongevallen tijdens hun verblijf in of bij de school én tijdens hun gang naar school en terug naar huis. De verzekering geldt niet voor materiële schade, dus niet voor beschadiging aan fiets of scooters, brillen, kleding en andere eigendommen. Leerlingen die tijdens de gymles hun bril op willen houden, wordt dan ook aangeraden een bril met onbreekbare glazen aan te schaffen. Ook geldt de verzekering niet voor diefstal. De verzekering is van kracht op de dagen dat de school voor het geven van onderwijs geopend is van één uur voor de schooltijd tot één uur na de schooltijd. Dus niet op zon- en feestdagen, in de vakanties of op vrije dagen. De verzekering geldt ook tijdens excursies en schoolreizen binnen Nederland onder leiding van de docenten. De dekking betreft de kosten die niet onder uw eigen ziektekostenverzekering vallen (bijvoorbeeld eigen risico). De verzekerde bedragen zijn bij de administratie op te vragen. Het is dringend gewenst om alle gevallen van lichamelijk letsel, ook al zijn deze van lichte aard, binnen 48 uur aan de verzekeringsmaatschappij te melden. Eventuele vergoeding van schade geschiedt aan uzelf. U dient dus zelf voor betaling van nota’s zorg te dragen.
63
Schade Het uitgangspunt is dat de school niet aansprakelijk gesteld kan worden voor schade die ontstaat door diefstal of vernielingen van eigendommen van een leerling. Van de leerling wordt verwacht dat hij zorgvuldig met zijn spullen omgaat en deze niet onbeheerd achterlaat. We raden ook ten sterkste af waardevolle voorwerpen (bijv. muziekafspeelapparatuur, computerspelletjes, mobiele telefoons) mee naar school te nemen.
Overige kosten In het volgende schema zijn de bedragen opgenomen die wij in het schooljaar 2013/2014 in rekening zullen brengen. De kosten die hier staan vermeld, zijn de kosten die op het moment van het drukken van deze schoolgids bekend waren. Klas
De fietsploeg die op 27 maart 100 km lang de kou heeft getrotseerd voor het Goede Doel
Te betalen
Brugklassen € 85,-
tekenetui, Walibi, klassenuitje, materiaalkosten techniek en beeldende vorming, culturele activiteiten
Mavo 2 € 90,-
2 activiteiten, poldersport, jaarafsluiting, materiaalkosten techniek en beeldende vorming, culturele activiteiten
Versnelde Mavo 2, € 70,- Havo 2 en Vwo 2
2 activiteiten, poldersport, materiaalkosten techniek en tekenen, culturele activiteiten
Mavo 3
€ 50,-
activiteit, materiaalkosten, culturele activiteiten
Havo 3
€ 65,-
2 activiteiten, materiaalkosten, culturele activiteiten
Vwo 3
€ 60,-
2 activiteiten, materiaalkosten, culturele activiteiten
Mavo 4
€ 65,-
jaaropeningsactiviteit, klassenuitje, schoolafsluitende activiteit, culturele activiteiten
Havo 4 *
€ 55,-
2 activiteiten, culturele activiteiten
Vwo 4
€ 55,-
2 activiteiten, culturele activiteiten
Havo 5 *
€ 85,-
Rotterdam, culturele activiteiten
Vwo 5 *
€ 50,-
2 activiteiten, culturele activiteiten
Vwo 6 *
€ 80,-
Rotterdam, culturele activiteiten
* de kosten voor leerlingen die tekenen in hun pakket hebben zijn € 10,- hoger
De kosten voor het brugklaskamp en de reizen zullen apart in rekening gebracht worden. In principe gaat het daarbij om de volgende kosten: Brugklaskamp: Ardennen (M3): Düsseldorf (V3):
64
ca. € 170,- ca. € 280,- ca. € 210,-
Praag, Krakow (H4/V5): Berlijn (2 VM):
ca. € 470,ca. € 375,-
65
Vakantie cursus 2013/2014 Herfstvakantie
21 oktober t/m 25 oktober 2013
Kerstvakantie
23 december 2013 t/m 3 januari 2014
Voorjaarsvakantie
24 februari t/m 28 februari 2014
Paasvakantie
21 april t/m 5 mei 2014
Hemelvaart
29 en 30 mei 2014
Pinksteren
8 en 9 juni 2014
Zomervakantie
7 juli t/m 15 augustus 2014
(Volgens de regeling Noord-Nederland)
Schoolgids 2013/2014
66
67
De Cuserstraat 3, 1081 CK Amsterdam T 020 642 39 02 F 020 642 14 70 E
[email protected] I www.csb-amsterdam.nl
CSB Christelijke Scholengemeenschap B u i t e n v e l d e rt v o o r v w o, h av o e n m av o
