schoolgids Gerrit van der Veen College havo/vwo
2014 2015
schoolgids Gerrit van der Veen College 2014-2015
Inhoud Woord vooraf 5 1. Wat zijn wij voor een school? 6 Wat zijn wij voor een school? 6 De naamgever van de school 6 Onze visie 7 Burgerschapsvorming en maatschappelijke stage 8 Cultuurprofielschool 8 Bijzonder maar algemeen toegankelijk 9 Cito Volg- en Adviessysteem 9 Taalbeleid 9 Rekenbeleid 9 Samenwerking met DaMu vooropleidingen 10 Samenwerking met Muziekschool Amsterdam 11 Duidelijke afspraken en regels 11 Het schoolgebouw 12 Lestijden 12 2. Het onderwijs 15 Vier afdelingen, vier periodes 15 De eerste fase: leerjaar 1, 2 en 3 15 Lessentabel 2014-2015 16 De tweede fase: leerjaar 4, 5 en 6 17 Onderwijsrendement 17 3. Leerlingbegeleiding 19 De mentor 19 Afdelingsleider 19 Zorgstructuur en zorgcoördinator 19 Passend onderwijs 19 Huiswerkinstituut Amsterdam 20 Schoolarts, ziekte en schoolverzuim 20 Bureau Leerplicht Plus en Halt 21 Externe hulpverlening 21 Remedial Teaching, dyslexie, examenvrees- en faalangstreductietraining 21 Decanaat en keuzebegeleiding 23 Vertrouwensdocenten, vertrouwenspersonen en klachtenregeling 23 Begeleiding bij langdurige ziekte 23 4. Toelating 25 Toelating algemeen 25 Toelating tot het eerste leerjaar 25 Van de havo kansklas op het Sweelinck College naar 2 havo 25 Overige leerjaren 25
2
5. Rapportage en bevordering 27 Eerste fase 27 Tweede fase 27 Inzien van verzuim en resultaten op het internet 27 Bevorderingsnormen 27 6. Belangrijke commissies 28 Leerlingencommissies 28 Ouderraad 28 Medezeggenschap 28 7. Financiële en administratieve zaken 31 Schoolboeken 31 Kluisje 31 Vrijwillige bijdrage leermiddelen 31 Vrijwillige ouderbijdrage sociale en kunstactiviteiten 31 Reizen en werkweken 32 Verzekeringen 32 Schade/vermissing 33 Tegemoetkoming studiekosten 34 Scholierenvergoeding 34 8. Veiligheid, gedrag en verzuim 35 Inleiding 35 Gedragsregels 35 Schorsing en verwijdering 36 Verzuim 36 Vakantieverlof buiten de schoolvakanties 37 Buitengewoon verlof 38 9. ZAAM 39 ZAAM 39 Identiteit van ZAAM 39 10. Overige nuttige informatie en adressen 40 Inspectie 40 Klachtenregeling 40 Vertrouwenspersonen 40 Commissie van Beroep voor Examens 41 Overige adressen 42 11. Medewerkers 43 Onderwijsondersteunend personeel 43 Docenten 45
3
4
Woord vooraf In deze schoolgids vindt u informatie over het Gerrit van der Veen College; een school voor havo/vwo op interconfessionele grondslag, met een erkend cultuurprofiel. Naast het reguliere programma biedt onze school aan leerlingen met talent op het gebied van dans en muziek de mogelijkheid het behalen van het havo- of vwodiploma te combineren met het verder ontwikkelen van hun talent. Om dit te realiseren is er een nauwe samenwerking met de Nationale Balletacademie, Lucia Marthas Institute for Performing Arts en het Conservatorium van Amsterdam. Door deze samenwerking zijn wij de enige school met een DaMu-licentie in Amsterdam.
Het Gerrit van der Veen College is gehuisvest in een monumentaal gebouw in Amsterdam Zuid. We zijn een relatief kleine school: 900 leerlingen en 90 medewerkers. Door deze kleinschaligheid is persoonlijke aandacht en maatwerk mogelijk en staan we ervoor dat leerlingen en medewerkers zich bij ons op school gekend weten. Deze schoolgids verschijnt slechts beperkt in drukvorm: alleen de nieuwe brugklasleerlingen krijgen nog een papieren versie. De ervaring wijst uit dat er tussen de uitreiking van de schoolgids en het einde van het schooljaar zoveel binnen de school gebeurt dat we ervoor kozen alle relevante informatie over de school, steeds geactualiseerd, op onze website (www.gerritvdveen.nl) te plaatsen. Naast de schoolgids publiceren we op deze site ook o.a. alle brieven die wij aan de leerlingen meegeven, het jaarrooster, de roosters voor de toetsweken en de dagelijkse roosterwijzigingen. Ik vertrouw erop dat u alle voor u belangrijke informatie kunt terugvinden en hoop dat het voor alle betrokken ouders/ verzorgers, leerlingen en medewerkers een succesvol en goed schooljaar wordt. Ellen Veenemans Rector
5
1. Wat zijn wij voor een school? Wat zijn wij voor een school? Het Gerrit van der Veen College is een interconfessionele school voor havo en vwo. Wij onderscheiden ons doordat bij ons veel aandacht gegeven wordt aan kunstzinnige en culturele vorming. Kunst en cultuur vormen naar onze overtuiging een belangrijk en verrijkend onderdeel van de samenleving. Ook vinden wij kunst- en cultuureducatie een geschikt middel om leerlingen op een aansprekende en stimulerende manier vaardigheden bij te brengen die ook voor andere vakken van belang zijn. In klas 1 en 2 krijgen leerlingen les in vijf kunstvakken. Het betreft de vakken muziek, tekenen, handvaardigheid, drama en dans. In klas 3 kiezen zij voor een verdieping in één van deze vakken, met uitzondering van dans. Vanaf klas 4 kunnen leerlingen kiezen voor het examenvak drama, muziek of beeldende vorming. Naast de reguliere kunstlessen krijgen de leerlingen tal van culturele activiteiten aangeboden, zoals theater- en museumbezoek, activiteiten die een belangrijk onderdeel van het curriculum vormen en daarom voor alle leerlingen verplicht zijn. Voor elk leerjaar in de onderbouw worden bovendien kunstdagen georganiseerd. Naast de kunstzinnige en culturele vorming vinden wij het ook belangrijk om onze interconfessionele identiteit uit te dragen. Wij willen onze identiteit niet alleen vormgeven doordat wij levensbeschouwelijke vorming op de lessentabel hebben staan, maar ook doordat wij aandacht besteden aan
normen en waarden in de omgang met elkaar. De naamgever van de school: Gerrit-Jan van der Veen (1902-1944) Gerrit-Jan van der Veen was beeldend kunstenaar. In de oorlog weigerde hij lid te worden van de door de Duitsers gedomineerde Kultuurkamer. Hij werd zelfs leider van een actiegroep tegen deze kamer, met als gevolg dat hij gearresteerd werd. Na zijn vrijlating dook Van der Veen onder. De rest van de oorlogsjaren zwierf hij door Amsterdam, van het ene onderduikadres naar het andere. Hij was zeer actief in het verzet. Zo zette hij de Persoonsbewijs Centrale op, waar mensen een persoonsbewijs konden bestellen. Tijdens de oorlog hebben duizenden dankzij deze activiteiten de bezetters weten te ontlopen. De opbrengst ging naar kunstenaars die niet mochten werken. In Amsterdam was het voor de bezetters erg eenvoudig, mensen via de goed georganiseerde persoonsadministratie van Amsterdam op te sporen. Daarom besloten Van der Veen en enkele vertrouwelingen, het gebouw van het bevolkingsregister aan de Plantage Middenlaan op te blazen. Deze aanslag lukte gedeeltelijk. Een aantal vrienden, leden van de verzetsgroep, werd echter opgepakt. Van der Veen zelf wist uit handen van de Duitsers te blijven. In de vroege ochtend van dinsdag 2 mei 1944 ging hij samen met een paar andere verzetsstrijders naar de gevangenis aan de Weteringschans, waar zijn vrienden opgesloten zaten. Een bewaker, die in het complot zat, deed de poort open. Van der
6
Veen werd verrast door een waakhond, trok zijn pistool en schoot op de hond. Het schot alarmeerde de bewakers. In de chaos die daarna ontstond werd Van der Veen getroffen door twee kogels, die zijn benen verlamden. Hij wist nog wel te ontkomen, maar twee weken later werd hij op zijn onderduikadres alsnog opgepakt. Op 10 juni 1944 is van der Veen in de duinen bij Overveen gefusilleerd. Na de oorlog is de school – evenals de straat waarin de school staat – naar deze verzetsheld vernoemd. Op de Plantage Middenlaan staat een verzetsmonument dat aan Gerrit Jan van der Veen herinnert. De school heeft dit monument geadopteerd. Elk jaar leggen leerlingen van de eerste klas vlak voor de meivakantie een krans bij het monument. In de school is een aantal kunstwerken van deze kunstenaar te bewonderen. Gerrit Jan van der Veen heeft in 2003 postuum de Yad Vashem onderscheiding ontvangen uit
handen van de Israëlische ambassadeur voor zijn verdiensten als niet-Jood voor zijn Joodse medeburgers. Onze visie Wij streven naar: - Een lerende cultuur ter verbetering van de kwaliteit van de school. - Onderwijs dat activerend, waardevol en zingevend is, in een veilige omgeving. - Aandacht voor de emotionele, expressieve en sociale ontwikkeling van de leerling en het creatief en intellectueel denken stimuleren. - Een leerproces als een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van school, leerling enouders. - Het motiveren van leerlingen tot inzet voor een duurzame en sociale samenleving. - Het voldoen aan de eisen die gesteld worden vanuit het wettelijk- en kwaliteitskader en deverantwoording hiervan naar alle belanghebbenden.
7
Burgerschapsvorming en maatschappelijke stage Burgerschapsvorming houdt in dat de school haar leerlingen wil vormen tot verantwoordelijke en kritische wereldburgers. Uiteraard gebeurt dat binnen de schoolvakken, maar ook buiten de vakken om is er een groot aantal activiteiten waarin de burgerschapsvorming een plaats krijgt. Een aantal voorbeelden: – de jaarlijkse goede doelendag ‘Gerrit goes ...’, een jaarlijks evenement waar steeds een actueel goed doel voor uitgekozen wordt; – het pestprotocol wordt aan het begin van het jaar in elke klas besproken. Hierbij komt nadrukkelijk de manier waarop mensen met elkaar om dienen
te gaan aan de orde; – de maatschappelijke stage. Hierbij leren leerlingen vrijwilligerswerk te doen op vele niet commerciële terreinen. – in de onderbouw wordt aandacht besteed aan verslaving en aan gezonde voeding en een gezonde leefstijl – vertegenwoordigers van allerlei organisaties komen de school in om te vertellen over hun ervaringen (bij voorbeeld het Meldpunt Discriminatie) – er worden excursies georganiseerd, waarbij kennisgemaakt wordt met andere geloofsrichtingen en culturen - er worden excursies georganiseerd naar maatschappelijke instellingen (rechtbank, Tweede Kamer)
Maatschappelijke stage Als onderdeel van de burgerschapsvorming is een maatschappelijke stage een verplicht onderdeel in de opleiding van onze leerlingen - ook nu het bij wet niet meer verplicht is. Alle leerlingen zullen tijdens hun schoolcarrière invulling moeten geven aan minimaal 30 uur maatschappelijke stage, buiten lestijd. Er zijn lespakketten ontwikkeld om leerlingen de doelen van deze stage duidelijk te maken en hen enthousiast hun maatschappelijke stage te laten doen. Wij streven er naar om betrokken bij en dienstbaar aan de (lokale) gemeenschap te zijn. Cultuurprofielschool Het Gerrit van der Veen College is een officiële cultuurprofielschool en daar zijn we trots op. Door de inzet van onze cultuurprofielcommissie zullen we er voor zorgen het predicaat te behouden en zullen we de kunst in de school verder ontwikkelen en borgen. Culturele en
8
kunstzinnige activiteiten vormen dan ook een wezenlijk onderdeel van het curriculum. Bijzonder maar algemeen toegankelijk De school staat open voor leerlingen en personeelsleden, ongeacht godsdienst of levensovertuiging, die de levensbeschouwelijke en onderwijskundige visie van het Gerrit van der Veen College respecteren, zoals ook de school van haar kant respect en gastvrijheid toont voor leerlingen en ouders met hun overtuigingen en visies. Cito Volg- en Adviessysteem Om de leervorderingen van onze leerlingen te meten, gebruiken wij het Cito Volg- en Adviessysteem (Cito VAS). In de tweede week van het schooljaar maken alle 1e klas leerlingen de ‘nulmeting’ op de onderdelen Nederlands (leesvaardigheid, taalverzorging en woordenschat), Engels (leesvaardigheid en woordenschat) en rekenen. Omdat wij de opbrengst van ons onderwijs willen monitoren, herhalen wij deze toetsen in april. De uitkomsten van de toetsen kunnen een rol spelen bij bevordering naar havo dan wel vwo in de eerste klas. Het Cito VAS loopt door tot en met de derde klas. Ouders worden steeds ongeveer drie weken na afname op de hoogte gesteld over de behaalde resultaten. Taalbeleid Een goede beheersing van de Nederlandse taal wordt steeds belangrijker voor een succesvolle schoolcarrière. Veel leerlingen hebben moeite met het juist interpreteren van vragen en teksten, waardoor ze niet altijd kunnen laten zien dat ze de kennis in huis hebben. Verbetering van
de taalvaardigheid van leerlingen krijgt daarom structureel extra aandacht. In de brugklas ligt bij het vak Nederlands de focus op het aanleren van ‘leesstrategieën’. De vakdocenten volgen bovendien workshops om ook in hun eigen lessen een beroep te doen op de aangeleerde strategieën. Daarnaast leggen we ons toe op verbreding van de woordenschat van leerlingen. De brugklasleerlingen krijgen van ons een ‘Gerrits Woordenschatje’: een woordenboekje waarin we de zogenaamde ‘schooltaalwoorden’ hebben verzameld. Ook op de website kunt u dit woordenboekje vinden met de door leerlingen vervaardigde illustraties. Naast de woordenschatverwerving tijdens de lessen, bieden we de schooltaalwoorden ook op ludieke wijze aan tijdens onze jaarlijkse WoordWeek. Indien blijkt dat het taalniveau van de leerling achterblijft ten opzichte van het gewenste niveau, komt de leerling in aanmerking voor de steunles taal of Engels. Andere punten waarop het taalbeleid van het Gerrit van der Veen College zich richt, zijn de verbetering van de schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid van leerlingen en het verder scholen van docenten, met het oog op een steeds taalgerichter vakonderwijs. Ook zijn we bezig met een richtsnoer voor het opstellen van toetsen. Taalcoördinatoren zijn Hanneke Leerintveld en Lisette Cats. Rekenbeleid Rekenen speelt een belangrijke rol in onze samenleving. Uit onderzoek is gebleken dat in Nederland het rekenniveau de afgelopen jaren is verminderd. Om deze reden zijn er voor het onderwijs door de commissie Meijerink referentieniveaus
9
geformuleerd waardoor rekenen vanaf het schooljaar 2014/2015 definitief als examenvak en kernvak is ingevoerd. Alle leerlingen zullen een rekentoets afleggen als onderdeel van het eindexamen. Deze rekentoets is in het schooljaar 2013-2014 ingevoerd. Tot het schooljaar 2015-2016 telt het cijfer niet mee voor de exameneisen. Wel komt het cijfer op de cijferlijst. Onze evaluatie van de pilotrekentoets in het schooljaar 2012-2013 heeft geleid tot het besluit om de leerlingen in de voorexamenklassen middels extra rekenuren en toetsing intensief te begeleiden naar de eindtoets. Het gaat hier om leerlingen in 4 havo en 5 vwo. In deze leerjaren is de lessentabel van wiskunde uitgebreid met een lesuur. In 4 havo en 5 vwo krijgen alle groepen zodoende een bij wiskunde geïntegreerd lesuur rekenen gedurende het gehele schooljaar. In juni 2015 zal het rekenexamen worden afgenomen. In de 5 havo en 6 vwo worden clustergroepen samengesteld met die leerlingen die de toets in het voorexamenjaar niet hebben gehaald. Zij zullen deelnemen aan het herexamen rekenen dat begin april 2015 wordt afgenomen. Voor 4 havoleerlingen zonder wiskunde blijft er een apart vak “rekenen” met een rapportcijfer. Onze secties, zoals wiskunde en economie, werken met methodes die de lesstof voor rekenen, hebben afgestemd op de eerder genoemde referentieniveaus. De sectie wiskunde is belast met het implementeren van dit beleid en draagt zorg voor de lessen en toetsing. In de onderbouw zijn er geen specifieke
uren meer voor rekenen gereserveerd, omdat onze wiskundemethode in de behoefte van goed reken- en algebraonderwijs voorziet. De algehele coördinatie van het rekenbeleid is in handen van August Pinas van de sectie wiskunde.
Samenwerking met DaMu-vooropleidingen De school heeft een samenwerkingsverband met de vooropleidingen van - de Nationale Balletacademie - Lucia Marthas Institute for Performing Arts - het Conservatorium van Amsterdam Leerlingen van deze vooropleidingen (DaMu-leerlingen) volgen op het Gerrit van der Veen College hun opleiding havo of vwo. Zij hebben een aangepast rooster en kunnen zich daardoor intensief aan de vooropleiding dans of muziek wijden. Als enige school in Amsterdam zijn wij in het bezit van een DaMu-licentie, waardoor leerlingen van deze vooropleidingen dispensatie krijgen voor een aantal vakken en dans of muziek een vast onderdeel vormt van het examen en het diploma.
Onderbouw De DaMu-leerlingen zitten de eerste drie jaar van hun opleiding bij elkaar in de klas: 1B, 2B en 3B. Voor hen geldt een uitgestelde determinatie: pas aan het einde van het tweede leerjaar worden de leerlingen naar havo dan wel naar vwo bevorderd. Bovenbouw In de bovenbouw worden leerlingen, afhankelijk van het gekozen profiel, in verschillende klassen geplaatst. Voor deze leerlingen is er het DaMu Studiecentrum:
10
een thuisbasis ontwikkeld om het tegelijktijdig volgen van twee opleidingen zo aangenaam mogelijk te maken. Wanneer DaMu-leerlingen niet in staat zijn de reguliere lessen bij te wonen, kunnen zij hier aan zelfstudie doen met behulp van de Magister ELO. Daarnaast is er een coördinator aanwezig die de leerlingen ondersteunt bij het plannen en organiseren van schoolwerk. Door het gebruik van het DaMu Studiecentrum is het voor DaMu-leerlingen mogelijk om alle profielen te kiezen. Bij het profiel Cultuur&Maatschappij worden alle lessen klassikaal gegarandeerd, bij de overige profielen is de regel dat maximaal 10% van de lessen in het DaMu Studiecentrum opgevangen mag worden. Leerlingen van de Nationale Balletacademie hebben de eerste twee leerjaren balletles in de Agamemnonstraat, vanaf het derde leerjaar in de Jodenbreestraat. Leerlingen van de vooropleiding van Lucia Marthas Institute for Performing Arts (LMIPA) krijgen hun danslessen in de Rustenburgerstraat. Leerlingen van het Conservatorium van Amsterdam volgen de muzieklessen in het gebouw van het Conservatorium op de Oosterdokskade. Herman Lange onderhoudt als coördinator vooropleidingen het contact tussen alle betrokken partijen (school, vooropleidingen, ouders). Het DaMu Studiecentrum wordt gecoördineerd door Daan Fidder. Contactgegevens van de vooropleidingen vindt u in hoofdstuk 10: Overige nuttige informatie en adressen.
Samenwerking Muziekschool Amsterdam De lessen muziek van de reguliere leerlingen in klas vier en hoger worden gegeven in de Muziekschool Amsterdam aan de Bachstraat. Docenten van de muziekschool verzorgen daar de instrumentale en vocale lessen.
Duidelijke afspraken en regels Het is voor leerlingen prettig om te weten aan welke regels ze zich moeten houden en waar ze recht op hebben. De school heeft daarom heldere en eigenlijk ook vanzelfsprekende huisregels vastgesteld. Regels over de manier waarop leerlingen en medewerkers in de school met elkaar omgaan, maar bijvoorbeeld ook over
11
Het schoolgebouw Het Gerrit van der Veen College is gevestigd in een schitterend monument inAmsterdam-Zuid. Tot in de Tweede Wereldoorlog huisde in het gebouw aan de Euterpestraat (zo heette de straat vroeger) een Middelbare Meisjes School (MMS). In de oorlog hebben de Duitsers het pand in beslaggenomen en tot hoofdkwartier van de Sicherheitsdienst (SD) gemaakt. Na de Tweede Wereldoorlog werd het gebouw in gebruik genomen als ‘Gerrit van der Veen College’.
De school is goed bereikbaar met het openbaar vervoer. De haltes van de tramlijnen 5 en 24 liggen op 150 meter, het NS-station Amsterdam Zuid is in 10 minuten te belopen en buslijnen 15 en 65 hebben een halte op nog geen 5 minuten loopafstand. Gymnastiek wordt op locaties buiten de school verzorgd. De aula dient op doordeweekse schooldagen als kantine. De school heeft een grote achter- en voortuin, beide toegankelijk voor de leerlingen. Tijdens de schooljaren 2014-2015 en 20152016 zullen wij ook gebruik maken van vier lokalen in de Albrecht Durerstraat, om de hoek van onze school. Lestijden Het Gerrit van der Veen College kent een 50 minutenrooster. Wanneer dit nodig is, bijvoorbeeld ten tijde van rapportvergaderingen, wordt een 35 minutenrooster gebruikt.
foto Harry Meijer
de wijze waarop leerlingen beoordeeld worden op hun resultaten. De regels zijn van kracht “in en om school”. Dat wil zeggen dat deze ook van toepassing zijn op de omgang met de buurtbewoners en met de leerlingen van andere scholen.
Lesrooster
lesuur
50 min. rooster
verkort rooster (35 min.)
1e
8.30 - 9.20
8.30 - 9.05
2e
9.20 - 10.10
9.05 - 9.40
3e
10.10 - 11.00
9.40 - 10.15
pauze
pauze 11.00 - 11.25 25 min pauz
10.15 - 10.40 e5 min
4e
11.25 - 12.15
10.40 - 11.15
5e pauze
12.15 - 13.05
11.15 - 11.50
p13.05 - 13.30n
p11.50 - 12.15n
6e
13.30 - 14.20
12.15 - 12.50
7e
14.20 - 15.10
12.50 - 13.25
8e
15.10 - 16.00
13.25 - 14.00
9e
16.00 - 16.50
14.00 - 14.35
13
14
2. Het onderwijs Vier afdelingen, vier periodes De school kent vier afdelingen met elk een afdelingsleider: De leiding van de afdelingen is in handen van: • brugklas 1A, 1B, 1C, 2B, 3B, 2 en 3vwo: dhr. M. Velu • brugklas 1D, 1E, 2 en 3 havo: dhr. G. Bouwer • klas 4 en 5 havo: dhr. D. Renema • klas 4, 5 en 6 vwo: dhr. D. Barkey
Als blijkt dat het havo- niveau te hoog is, dan wordt de leerling bevorderd naar de tweede klas vmbo-tl. Het Gerrit van der Veen College heeft in deze een inspanningsverplichting bij het vinden van een school. Doubleren is in de eerste klas niet mogelijk. Slechts bij hoge uitzondering en op grond van sociaal-medische factoren kan een leerling het eerste schooljaar overdoen.
Het schooljaar is in vier periodes van 8 à 9 lesweken verdeeld. Aan het eind van elke periode vindt voor leerlingen van de eindexamenklassen een toetsweek plaats, waarin zij dossiertoetsen maken die meetellen voor het schoolexamen. Ouders en leerlingen kunnen op Magister de gemaakte vorderingen bijhouden. Drie keer per jaar zal er een cijferuitdraai worden verspreid. Tevens zal er drie keer per jaar een ouderspreekavond met mentoren of vakdocenten worden georganiseerd.
Vanaf het tweede leerjaar zijn er havo- en vwo klassen. De leerlingen hebben een vakkenpakket dat voor iedere leerling gelijk is. Aan het eind van klas 3 wordt de basisvorming voor alle vakken afgesloten. In bijzondere gevallen kan de school toestaan dat een leerling bevorderd wordt van 2 havo naar 3 vwo, of van 2 vwo naar 3 havo. Het derde leerjaar staat in het teken van de voorbereiding op de Tweede Fase, waarvoor een profielkeuze gemaakt dient te worden (zie verder onder tweede fase). In dit jaar zijn de studie- en keuzebegeleiding, alsmede de rol en de adviezen van de decaan belangrijk. Aan het einde van de 3e klas wordt aan de hand van de bevorderingsnormen vastgesteld of de leerling bevorderd kan worden van 3 havo naar 4 havo, en van 3 vwo naar 4 vwo. In bijzondere gevallen wordt een leerling bevorderd van 3 vwo naar 4 havo. Een overgang van 3 havo naar 4 vwo is niet mogelijk.
De eerste fase: leerjaar 1, 2 en 3 De school kent een eenjarige brugperiode. Dat wil zeggen dat de eerste klassen gemengd zijn: er zitten leerlingen in die op de basisschool òf een havo- advies hebben gekregen òf een vwo-advies of een gemengd advies. In het eerste leerjaar volgen alle leerlingen als klas dezelfde vakken (zie de lessentabel op de volgende pagina). Aan het eind van dit leerjaar wordt door de school bepaald of de leerling naar 2 havo of naar 2 vwo kan worden bevorderd. Dat gebeurt aan de hand van vastgestelde bevorderingsnormen, te vinden op onze website. Deze normen worden in september geëvalueerd en voor 1 oktober gewijzigd of opnieuw bekrachtigd.
15
Lessentabel Gerrit van der Veen College 2014-2015 Vak
1HV
2H
2V
3H
3V
4H
4V
5H
5V
6V
1DaMu
2DaMu
3DaMu
ne
4
3
3
3
3
4
3
3
3
3
4
3
3
fa
3
3
3
3
3
4
3
4
3
3
3
3
3
3
3
3
3
4
3
4
3
3
3
3 3
du en
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
gs
2
2
2
2
2
3
3
3
3
3
2
2
2
ak
2
2
2
2
2
3
2
3
3
3
2
2
2
bi
2
2
2
2
2
3
3
4
3
3
2
2
2
4
3
4 4
3
3
anw
2
ec wi
4
3
3
2
2
3
3
3
3
wa
4
3
3
4
4
wb
4
3
4
5
4
4
3
wc
4
ns
2
2
2
2
na
2
2
3
3
4
3
3
1
sk
2
2
3
3
3
3
3
1
ml
2
fil
1
2
2
ckv
1
1
1
1
1
2
2
lo
4
2
2
2
2
2
2
lv
1
1
1
1
1
2 2
2
2
te
1
1
1
2
2
½
ha
1
1
1
2
2
½
mu
1
1
1
2
2
1
da
1
1
1
th
1
2
2
2
2
kbv
4
4
2
2
2
kdr
4
4
2
2
2
kmu
4
4
2
2
2
kua
1
1
2
1
2
kunst module men
2
2
1
1
1
1
1
rek sv st_ta st_wi st_en
1 ½ ½ ½ ½
1
1
1
1
1 ½
½
½
1 ½
½
16
1
1
De tweede fase: leerjaar 4, 5 en 6 De tweede fase, vroeger “bovenbouw” genoemd, omvat het 4e en 5e leerjaar havo en het 4e, 5e en 6e leerjaar vwo. Alle leerlingen ontvangen voor 1 oktober het examenreglement en het programma van toetsing en afsluiting. De school biedt onderwijs in alle profielen aan, zowel op de havo als het vwo. Het is goed te beseffen dat het (school)examen al in de vierde klas begint. In dit leerjaar worden bepaalde onderdelen of vakken die op de examenlijst staan afgesloten met een beoordeling. Kenmerken van het onderwijs in de tweede fase op het Gerrit van der Veen College zijn: 1. een indeling in vier profielen: natuur & techniek, natuur & gezondheid, economie & maatschappij en cultuur & maatschappij. Vanaf de vierde klas kiezen de leerlingen één van de vier profielen. Een overstap gedurende de cursus van het ene profiel naar het andere is in principe niet mogelijk. Wisselen van een profiel of vak kan bij uitzondering in de vierde klas, voor de herfstvakantie, na overleg met en onderzoek van de afdelingsleider. Het onderwijs in elk profiel bestaat uit: a. een (voor alle leerlingen gelijk) gemeenschappelijk of verplicht deel, dat de volgende vakken bevat: Nederlands, Engels, lichamelijke opvoeding, een module kunst naar keuze, filosofie, maatschappijleer, culturele en kunst- zinnige vorming, en (voor het vwo) Algemene Natuurwetenschappen. De drie laatste vakken worden in de
vooreindexamenklassen afgesloten. Daarnaast bevat elk profiel een aantal profiel- specifieke en verplichte vakken. b. e en keuzedeel waarmee de leerling het profiel kan uitbreiden met één, twee of drie vakken, die hem of haar naast de profielvakken ook interesseren dan wel als nuttig ervaren worden. Alle vakken van het verplichte deel en van het keuzedeel zijn – met uitzondering van de kunstmodule en filosofie – zogenaamde schoolexamenvakken en tellen mee voor de examenuitslag. De overige vakken kennen naast een schoolexamen ook een centraal examen aan het einde van de examenklas. 2. nadruk op actief en zelfstandig leren door de leerling. Leerlingen doen in toenemende mate zelfstandig onderzoek, schrijven verslagen en werkstukken. Er wordt verder een groot beroep gedaan op de vaardigheid van het plannen en structureren van het schoolwerk. De leerlingen worden daarbij begeleid door de mentor. Onderwijsrendement Elk jaar brengt de Inspectie van het Onderwijs een kwaliteitskaart uit, die van elke school op het internet te vinden is. Zie www.onderwijsinspectie.nl. Het rendement is ook te zien op Vensters voor verantwoording (zie www.gerritvdveen.nl, over de school) Naast de kwaliteitskaart zijn op deze sites ook de in-, door- en uitstroomgegevens (IDU-gegevens) van het Gerrit van der Veen College te vinden.
17
18
3. Leerlingbegeleiding De mentor Zowel onderwijs als begeleiding zijn op het Gerrit van der Veen College gericht op het stimuleren van de ontwikkeling van de leerlingen en hun capaciteiten. Elke klas heeft een mentor, die de eerstverantwoordelijke is voor de begeleiding van de leerlingen. De mentor wordt daarin gesteund door de andere medewerkers van de school, waaronder een aantal medewerkers met deskundigheid op een specifiek terrein, zoals een remedial teacher en een decaan die de leerlingen begeleidt op het gebied van studieen beroepskeuze. Elke klas heeft een mentorles op het rooster staan, waarin noodzakelijke communicatie over allerlei schoolse zaken plaatsvindt, maar ook “leren leren” en het ontwikkelen van een actieve en zelfstandige studiehouding aan de orde komen. Daarnaast wordt in deze lessen aandacht geschonken aan de sociale en emotionele ontwikkeling van de leerlingen. De mentor is de eerste contactpersoon binnen de school voor de ouders, en de aangewezen persoon voor een gesprek over de resultaten. Wanneer ouders behoefte hebben aan meer overleg en een gesprek, dan kunnen zij (binnen kantoortijd) contact opnemen met de school om een afspraak met de mentor te maken. Afdelingsleider De school is in vier afdelingen opgesplitst, met elk een eigen afdelingsleider. Deze is verantwoordelijk voor de eerlingbegeleiding en het onderwijs in zijn of haar afdeling. Zorgstructuur en zorgcoördinator Eens in de zes weken vindt er overleg plaats tussen de zorgcoördinator en de
externe hulpverlening. Hiertoe behoren de schoolarts en verpleegkundige, de leerplichtambtenaar, een medewerker van bureau Jeugdzorg en een schoolmaatschappelijk werker. De zorgcoördinator is de persoon die dit overleg voorzit en alles wat er uit voortvloeit op gebied van in- en externe leerlingbegeleiding coördineert. De zorgcoördinator op het Gerrit van der Veen College is Sharon Jonker. Passend Onderwijs Op 1 augustus 2014 gaat de wet Passend Onderwijs in. Het doel van deze nieuwe wet is dat alle leerlingen een passende onderwijsplek krijgen. De essentie van het onderwijs blijft hetzelfde: iedere leerling uitdagen het beste uit zichzelf te halen. Uitgangspunt bij passend onderwijs is: regulier als het kan, speciaal als de onderwijsbehoefte van de leerling dit vraagt. Voor uitgebreide informatie over passend onderwijs kunt u op de site www. passendonderwijs.nl kijken. Vanaf volgend schooljaar krijgt de school een vast bedrag om alle leerlingen die dat nodig hebben extra ondersteuning te geven. De rugzakgelden komen hiermee te vervallen. Op dit moment zijn we bezig een omslag te maken om passend onderwijs zo goed mogelijk in te voeren. We richten ons daarbij op een bredere groep zorgleerlingen die in aanmerking komt voor extra begeleiding. We hebben daarvoor als methodiek het handelingsgericht werken ingevoerd, zoals het werken met klassenkaarten, groepsplannen, effectieve leerlingbesprekingen en ondersteuning van en scholing voor docenten.
19
Bij geschillen passend onderwijs Bij een geschil tussen school en ouder over toelating, verwijdering of het ontwikkelingsperspectief verdient het de voorkeur om onderstaande volgorde aan te houden: - Probeer met de school en de ouder(s) tot een oplossing te komen. - De school en/of de ouder(s) kunnen een onafhankelijk onderwijsconsulent inschakelen - Er kan door school of ouder(s) advies worden gevraagd aan het samenwerkingsverband. - De ouder kan een klacht indienen bij het schoolbestuur. Het schoolbestuur is aangesloten bij een landelijke klachtencommissie. - Er kan een beroep gedaan worden op de landelijke geschillencommissie passend onderwijs.
Huiswerkinstituut Amsterdam HIA speelt op twee momenten in het brugklasjaar een rol in het leren omgaan met huiswerk, planning en dergelijke. Tijdens 12 tijdelijke lesuren, verdeeld over de eerste en derde periode, leren de leerlingen leren. Deze lessen helpen de leerlingen grip te krijgen op hun leerproces. Er is aandacht voor het verbeteren van studievaardigheden, intrinsieke motivatie, zelfredzaamheid en het zelfbeeld van de leerlingen. Naast deze lessen biedt HIA huiswerkbegeleiding binnen de school. Na schooltijd kunnen leerlingen op school huiswerkbegeleiding krijgen gericht op het zelfstandig en met plezier Leren Leren. Elke leerling heeft een persoonlijk plan van aanpak gericht op het verbeteren van
eigen leerdoelen en aandachtsvakken. Het voordeel van huiswerkbegeleiding binnen de school is dat er goede afstemming is met docenten en mentoren. De leerlingen werken in kleine groepen van maximaal 7 leerlingen aan hun huiswerk. Er is door de kleine groepen veel ruimte voor persoonlijke aandacht. Aan de huiswerkbegeleiding zijn extra kosten verbonden.
Schoolarts, ziekte en schoolverzuim Leerlingen worden in de loop van het tweede schooljaar opgeroepen voor een kort onderzoek door de schoolarts en schoolverpleegkundige. Ook ouders zelf kunnen vragen of de schoolarts of schoolverpleegkundige naar hun kind wil kijken. Om onnodige schooluitval zoveel mogelijk te voorkomen is door de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) een aanpak ontwikkeld voor de bestrijding van schoolverzuim. Het Gerrit van der Veen werkt hieraan mee. Als een leerling meer dan tien aaneengesloten dagen verzuimt of meer dan drie maal in twee maanden ziek gemeld is, kunnen leerling en ouder/verzorger een uitnodiging van de schoolarts voor een gesprek krijgen. Er wordt dan gezocht naar mogelijke problemen die geleid hebben tot het ziekteverzuim, en naar oplossingen hiervoor. De bevindingen worden met inachtneming van de privacyregels globaal teruggekoppeld naar school. Zo nodig kan de school geadviseerd worden om een leerling extra te begeleiden. Als er niet gereageerd wordt op de oproep van de schoolarts, kan de school besluiten de leerplichtambtenaar in te schakelen.
20
Bureau Leerplicht Plus en Halt De school heeft regelmatig overleg met de leerplichtambtenaar. Bij ongeoorloofd verzuim kan Bureau Leerplicht Plus besluiten proces verbaal op te maken en de leerling te verwijzen naar Halt. De criteria die hiervoor gehanteerde worden zijn: - Vanaf 9 keer te laat komen. - Een week onafgebroken verzuim of maximaal 10 dagdelen. (Een dagdeel is één of meer lesuren op een ochtend of een middag) Er zijn twee absentieperiodes; de periode van september tot de kerstvakantie en vanaf januari tot de zomervakantie.
Externe hulpverlening Er is een schoolmaatschappelijk werker een dag per week op school aanwezig. Dit is Koos Hersbach. Leerlingen die problemen ondervinden in hun functioneren op school, kunnen door de mentor in contact gebracht worden met de maatschappelijk werker. Samen met de leerling en zo nodig met de mentor en/of ouders, wordt getracht het probleem op te lossen. Soms zijn één of enkele gesprekken genoeg, soms is verwijzing naar een instantie buiten school beter. Dit laatste in overleg met de leerling en ouders.
Remedial Teaching, dyslexie, examenvreestraining en faalangstreductietraining Aan de hand van een test wordt in de eerste klas vastgesteld of er bij leerlingen grote hiaten zitten in de taalvaardigheid en of er mogelijk sprake is van dyslexie. Dyslexie is een leesstoornis, waarvan veel
varianten bestaan. Dyslectische leerlingen hebben problemen bij lezen en spellen, die kunnen doorwerken in de resultaten van veel vakken. Bij niet al te grote problemen wordt hulp geboden door een in dyslexie gespecialiseerde docent van de school. Bij ernstige dyslexieproblemen is deskundige hulp van een extern bureau onontbeerlijk. Zie www.dyslexie.pagina.nl. Leerlingen, bij wie dyslexie is vastgesteld, krijgen een dyslexiekaart. Met deze kaart kunnen zij bij toetsen extra faciliteiten krijgen. Om voor deze faciliteiten in aanmerking te komen, is een officiële verklaring nodig, opgesteld door een erkende deskundige. Met deze verklaring kan de betreffende leerling bij het centraal examen en het schoolexamen extra faciliteiten krijgen. De aard van de beperking is bepalend voor de vorm waarin de leerling extra gefaciliteerd wordt. In de tweede fase vwo bestaat ook de mogelijkheid om vrijgesteld te worden van het volgen van een tweede moderne vreemde taal. Dyslectische leerlingen en leerlingen die ernstige lees- en schrijfproblemen blijken te hebben of vanwege hun anderstalige achtergrond een grote taalachterstand, worden bijgestaan door zogenaamde “dyslexiecoördinatoren”. Van deze docenten krijgen de ouders/verzorgers informatie en advies over vormen van begeleiding. De dyslexiecoördinatoren zijn Laura Hylkema en Sharon Jonker. Voor leerlingen die faalangstig zijn wordt een faalangstreductie- en examenvreestraining georganiseerd door Bas Rodermans en Loes Blankers.
21
22
Decanaat en keuzebegeleiding De decanen begeleiden de mentoren bij hun werk als loopbaanbegeleider. Mentoren zijn de eerst aangewezenen om leerlingen te coachen bij hun pakket-, profiel- of beroepskeuze. De decaan is de tweede lijns-functionaris, die door de mentor geraadpleegd kan worden. Hij is de specialist die leerlingen met complexe keuzeproblemen op verzoek van de mentor verder helpt en begeleidt bij het maken van keuzes en het nemen van beslissingen. Als hij dat noodzakelijk acht, kan de decaan contact leggen met externe instanties voor een test schoolgeschiktheid of beroepskeuze. De decaan kent uiteraard niet alle leerlingen persoonlijk. Bij een goed advies is daarom altijd de mentor betrokken. Ouders kunnen via de mentor contact opnemen met een van de decanen. Loes Blankers voor de onderbouw , Bert Menkveld voor de bovenbouw.
Vertrouwensdocenten Op het Gerrit van der Veen College zijn twee vertrouwensdocenten aangesteld, te weten Kim Gomez en Bert Menkveld. Vertrouwensdocenten luisteren, helpen zoeken naar oplossingen, geven informatie over hulpverlening en ondersteunen bij het eventueel indienen van een klacht. Zij kunnen leerlingen en personeelsleden verwijzen naar externe vertrouwenspersonen van ZAAM. ZAAM is aangesloten bij de landelijke klachtencommissie van de besturenraad PCO. Een klacht kan worden ingediend bij: Landelijke klachtencommissie Postbus 907, 2270 AX Voorburg
Vertrouwensdocenten en vertrouwenspersonen gaan vertrouwelijk om met de verstrekte informatie. Daarbij gelden wel de meldingsplicht van personeelsleden aan het bestuur en de aangifteplicht van het bestuur aan de politie, als het gaat om vermoedelijk strafbare feiten, seksuele intimidatie van personeelsleden ten opzichte van leerlingen.
Begeleiding bij langdurige ziekte Er zijn een aantal organisaties actief in Amsterdam, die leerlingen bij langdurige ziekte kunnen begeleiden:
Stichting Onderwijs aan Zieke Kinderen. Deze stichting begeleidt meer dan 90 jaar Amsterdamse scholieren, van basis-, speciaal en voortgezet onderwijs, die door ziekte of ongeval niet naar school kunnen gaan. De lessen thuis worden door docenten van de Stichting gegeven in overleg met de school. Er moet een medische indicatie zijn met de verwachting dat de leerling ten minste drie weken niet naar school kan. Voor informatie en aanmelding: Stichting Onderwijs aan Zieke Kinderen Thuis Mevr. J.W. Taams Grote Kerkstraat 35, 1135 BC Edam Telefoon/fax 0299 374242 Ondersteuning Onderwijs aan Zieke leerlingen Tijdens of na een opname in een niet-academisch ziekenhuis of revalidatiecentrum en bij alle andere vragen rondom ziekte en onderwijs kan men zich richten tot: Advies- en begeleidingscentrum ABC Dhr. E. Dirkmaat, Consulent ABC Telefoon 020 7990010
23
AZVU of Emma Kinderziekenhuis / AMC Wanneer een leerling behandeld wordt in een van deze ziekenhuizen, kun men zich richten tot: Educatieve Voorziening Mevr. C. Hendriks, hoofd Educatieve Voorziening AZVU en Emma Kinderziekenhuis / AMC Telefoon 020 5668952 Ouder- en Kind Centrum In het Ouder- en Kind Centrum (OKC) kunnen ouders en kinderen terecht met al hun vragen over opvoeden en opgroeien. Bij het OKC vind je onder andere opvoedingsadviseurs en jeugdgezondheidszorg, de diëtist en opvoedcursussen. Daarnaast geeft het OKC trainingen en workshops over bijvoorbeeld pesten op school, agressie en sociale vaardigheden. De OKC’ s zijn er voor ouders en kinderen. Er zijn meer dan 20 OKC’ s in Amsterdam, dus ook bij u in de buurt. U kunt er elke werkdag terecht. U kunt OKC medewerkers spreken bij ouderavonden voor de brugklas en themabijeenkomsten over opvoeden en opgroeien, en tienercursussen voor ouders. Daarnaast kunt u opvoedadvies krijgen op school, in het OKC, telefonisch of via de mail. www.amsterdam.nl/OKC
24
4. Toelating Toelating algemeen Het Gerrit van der Veen College is een school die openstaat voor ouders, leerlingen en medewerkers van verschillende levensbeschouwingen. Recht op de eigen christelijke levensbeschouwing en begrip voor de levensbeschouwing van de ander, zijn grondbeginselen van de school. Toelating is aan normen gebonden die zijn vastgelegd in deze schoolgids. De schoolleiding fungeert in wisselende samenstelling als toelatingscommissie, soms aangevuld met de decaan. Zij adviseert de rector bij de besluitvorming over toelating. Door de inschrijving binden de ouders/ verzorgers zich aan de regeling van het onderwijs, de maatregelen van orde die door bestuur, directie en management zijn of worden vastgesteld en de financiële verplichtingen die voor het volgen van onderwijs gelden.
Toelating tot het eerste leerjaar Een leerling uit groep 8 van de basisschool kan in de eerste klas geplaatst worden als hij voldoet aan de eisen, zoals die in de Kernprocedure van de Gemeente Amsterdam staan vermeld. Nadere informatie kan verkregen worden bij de conrector en is te vinden op het internet: www.onderwijs.amsterdam.nl (onder: Voortgezet onderwijs/Rechten en Plichten). In geval van overinschrijving is de school gedwongen om te loten. Uitgangspunt daarbij is dat de school streeft naar een gelijke verhouding tussen havo- en vwoleerlingen. Leerlingen van de Nationale Balletacademie, Lucia Marthas Institute for Performing Arts en de vooropleiding van het Conservatorium hebben voorrang bij plaatsing. Leerlingen die een broer of zus op school hebben in het jaar dat zij op school komen, hebben ook voorrang.
Van de havo kansklas op het Sweelinck College naar 2 havo De school kent een samenwerkingsverband met het Sweelinck College. Leerlingen in de havo kansklas van deze school kunnen in de tweede klas havo van het Gerrit van der Veen College instromen, als zij aan de voorwaarden voldoen en er voldoende ruimte is op het Gerrit van der Veen College. Overige leerjaren Bij toelating van leerlingen wordt rekening gehouden met de plaatsingsmogelijkheden van de school, met adviezen van de toeleverende school en met de motivatie van de leerling en zijn ouders om van school te veranderen. Ouders en leerlingen kunnen zich vanaf juni aanmelden en worden op een wachtlijst geplaatst. Pas in de laatste schoolweek, na de rapportvergaderingen, kan uitsluitsel gegeven worden over definitieve plaatsing. Tot een hoger leerjaar kan worden toegelaten de leerling die op grond van zijn diploma, getuigschrift, of gevolgd onderwijs, hiertoe gerechtigd is. In geen geval wordt de leerling geplaatst in een klas/afdeling afwijkend van de (bevorderings-) beslissing van de toeleverende school. De toelatingsvoorwaarden kunnen worden teruggevonden op onze website, onder Onderwijs.
26
5. Rapportage en bevordering Eerste fase In de eerste drie leerjaren krijgen de leerlingen drie keer per jaar een cijferuitdraai uit Magister mee. Voor alle vakken worden daarop de cijfers vermeld en het voorlopige resultaat. Aan het einde van het schooljaar krijgt de leerling een eindrapport. Het eindrapport bestaat uit het gemiddelde afgerond cijfer per vak. We werken met voortschrijdend gemiddelde. Per vak bepaalt de sectie de weging van de verschillende toetsen gedurende het schooljaar. Aan de hand van het eindrapportcijfer wordt de bevorderingsbeslissing genomen. De normen daarvoor staan op onze website. Het eindrapport bestaat uit gehele cijfers per vak op de schaal van 1 tot 10, de tussentijdse cijferlijsten kennen cijfers met één decimaal achter de komma. In december is er een oudermiddag/ avond waarop ouders met een mentor over de schoolprestaties en het (sociaal) functioneren van hun zoon of dochter kunnen spreken. Eind januari is er de mogelijkheid om vakdocenten te spreken
en in maart neemt de mentor contact op met de ouders indien dat noodzakelijk wordt geacht. Om onaangename verrassingen te voorkomen wordt ouders/verzorgers geadviseerd geregeld contact met de mentor op te nemen. Tweede fase Ook in 4 havo, 4 vwo en 5 vwo krijgen de leerlingen cijferuitdraaien mee naar huis, waarop steeds het voortschrijdend gemiddelde van de tot dan toe behaalde resultaten vanaf het begin van het schooljaar staan vermeld. Naast dit voortgangsrapport ontvangen de leerlingen een dossierkaart met daarop de beoordelingen van toetsen, praktische opdrachten, practica en handelingsdelen, die meetellen voor het schoolexamen. In de eindexamenklassen ontvangen de leerlingen geen voortgangsrapport meer. Om onaangename verrassingen te voorkomen wordt ouders/verzorgers geadviseerd geregeld contact met de mentor op te nemen en op Magister de cijfers te bekijken. Inzien van verzuim en resultaten op internet In het begin van het schooljaar ontvangen alle ouders een inlogcode waarmee men in kan loggen in ons schooladministratiesysteem: Magister. Leerlingen van 18 jaar of ouder kunnen een verzoek bij de administratie indienen om inzage van verzuim en resultaten door ouders via Magister te blokkeren. Bevorderingsnormen Raadpleeg voor de bevorderingsnormen de website, onder onderwijs/ toelatingsen bevorderingsnormen.
27
6. Belangrijke commissies Leerlingencommissies Op het Gerrit van der Veen College zijn een aantal leerlingencommissies actief: - de leerlingenraad, waarin leerlingen zitten die gekozen zijn door de leerlingen van het Gerrit van der Veen College. Regelmatig overlegt deze raad met de schoolleiding over praktische zaken en andere onderwerpen die de school aangaan. De leerlingenraad is daardoor een spreekbuis van de leerlingen, bedoeld om meningen en ideeën die bij de leerlingen leven op de juiste plaats kenbaar te maken; - klassenvertegenwoordigers: een leerling per klas, door de klas gekozen. De afdelingsleiders overleggen regelmatig met de klassenvertegenwoordigers van hun afdeling over het reilen en zeilen rondom de lessen; - het leerlingenparlement, waarin alle klassenvertegenwoordigers zitting hebben; zij overleggen tenminste tweemaal per jaar met de leerlingenraad; - de feestcommissie, die samen met de schoolleiding per jaar 3 feesten organiseert, één op school voor de onderbouw en twee buiten school: een kerstgala voor de bovenbouw en een eindfeest voor allen; - de commissie Licht en Geluid, die alle activiteiten in de aula van een passende verlichting en geluidsversterking voorziet; - de Kunstraad, denkt mee over de invulling van ons cultuurprofiel en ondersteunt bij de organisatie van culturele en kunstzinnige activiteiten.
Ouderraad De school kent een actieve ouderraad die ongeveer 6 keer per jaar bijeenkomt om samen met de directie actuele schoolzaken te bespreken. De raad bestaat uit 1 à 2 vertegenwoordigers per leerjaar. Op de eerste algemene ouderavond wordt ouders gevraagd zich beschikbaar te stellen. Wanneer (te) veel ouders zitting willen nemen in de raad volgen er verkiezingen. Om het contact met de ouders en de school te verstevigen werkt de ouderraad met klassenouders. De klassenouder is de verbinding tussen de ouders van de klas, ouderraad en school. De klassenouders worden jaarlijks gekozen. Meer informatie over de Ouderraad, zoals het reglement, vindt u op de website. Medezeggenschap Het Gerrit van der Veen College is één van de 22 scholen van ZAAM Interconfessioneel Voortgezet Onderwijs. ZAAM kent een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). Personeel, ouders en leerlingen zijn hierin vertegenwoordigd. Daarnaast heeft iedere school een Deelraad, bestaande uit een aantal personeelsleden, ouders en leerlingen van de school. Het Gerrit van der Veen College heeft een Deelraad waarin 3 docenten, 1 ondersteunend personeelslid, 2 ouders en 2 leerlingen vertegenwoordigd zijn. Omdat het begrip MR meer bekend is bij de achterban, kiest de deelraad van het Gerrit van der Veen College er voor om als zodanig naar buiten te treden. De zittingstermijn is 3 jaren en een lid kan maximaal 2 termijnen zitting hebben. Voorzitter van de MR is de Jan Geurts.
28
Secretaris: Raymond Kloos (vanuit de oudergeleding). Andere leden zijn: Corine van der Heide, Nienke Bakker en Herman Lange (personeelsgeleding), Ineke Kaliën (oudergeleding) en Kirsten Eeckhout en Francis Bruins (leerlinggeleding). De regelgeving staat vastgelegd in de WMS (wet medezeggenschap scholen) en staat verder uitgewerkt in de reglementen van ZAAM. In de praktijk bepaalt deze regelgeving echter niet de sfeer van de vergaderingen. Het dient als leidraad om een prettig overleg met de schoolleiding te bevorderen. Bovenal staat openheid en respect voor elkaars standpunten centraal en het streven in goed overleg tot overeenstemming te komen. De MR heeft een eigen pagina op de school website. Omdat de MR waarde hecht aan transparantie kunt u daar de agenda en notulen inzien of downloaden. De login gegevens zijn u verstrekt door de school. Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met de MR via het algemene adres
[email protected]. U kunt ook de leden afzonderlijk benaderen. Zie voor de contactgegevens de MR pagina op de school website.
29
30
7. Financiële en administratieve zaken Schoolboeken Schoolboeken worden door de school verstrekt. Schade of vermissing van schoolboeken wordt in rekening gebracht bij de ouder(s)/verzorger(s). Kluisje Op het Gerrit van der Veen College is voor iedere leerling een kluisje beschikbaar. Leerlingen kunnen een kluisje huren voor 10 euro per jaar. De schoolleiding heeft het recht om het gebruik van een kluisje te verbieden en om op gezette tijden de inhoud ervan te controleren. Onderling ruilen van kluisjes zonder toestemming van de conciërge en het delen van een kluisje samen met een ander is niet toegestaan. De politie kan ingeschakeld worden voor een steekproefsgewijze kluiscontrole.
Vrijwillige bijdrage leermiddelen Wij vragen aan alle ouder(s)/verzorgers een vrijwillige bijdrage per leerjaar voor leermiddelen die niet op de boekenlijst staan maar wel ge- en verbruikt worden. De bijdrage heeft betrekking op leermiddelen en materialen, die niet door de overheid vergoed worden maar door de school gratis verstrekt worden, zoals audio- en videomateriaal, software en werkmateriaal voor o.a. de vakken tekenen, handvaardigheid en muziek. Voor specificatie kunt u de tabel op de website raadplegen. Vrijwillige ouderbijdrage sociale en kunstactiviteiten De vrijwillige ouderbijdrage voor de sociale en kunstactiviteiten is per leerjaar anders. Zie hiervoor de website, over de school,
31
financiën, ouderbijdrage. Daarin kunt u zien waaraan het bedrag wordt besteed. De ouderbijdrage is een vrijwillige bijdrage. Wij hebben de bedragen vastgesteld met instemming van de oudergeleding van de MR. Aangezien het deelnemen aan buitenschoolse activiteiten op het Gerrit van der Veen College een wezenlijk onderdeel is van het schoolprogramma wordt een nadrukkelijk beroep op de ouders/verzorgers gedaan deze bijdrage aan de school te voldoen. Het afzien van betaling van dit bedrag kan uitsluiting van de leerling van de activiteiten waarvoor wij de extra betaling vragen, tot gevolg hebben. Bij leerlingen van de vooropleidingen brengen wij een ander bedrag in rekening. Ouders/verzorgers ontvangen voor de ouderbijdrages aan het begin van het schooljaar een rekening met een specificatie. Zie de tabel op de website. Reizen en werkweken Deze activiteiten vormen voor de leerlingen van de eerste, de derde en de vijfde klas een vast onderdeel van het schoolprogramma. Wij vinden het van belang dat alle leerlingen van het betreffende leerjaar hier aan deelnemen. De kosten daarvoor zijn niet opgenomen in de bijdrage leermiddelen of ouderbijdrage. Ouders krijgen voor deze reizen in principe twee maanden van tevoren een rekening thuis gestuurd. Betaling in termijnen behoort tot de mogelijkheden. Verzekeringen Alle leerlingen, ook als zij stage lopen, zijn tegen ongevallen verzekerd gedurende de schooltijd en één uur voor en na de schooltijd. Het betreft een aanvullende
verzekering op de ziektekostenverzekering. Mocht een leerling iets overkomen op weg van of naar huis, dan moet de school onmiddellijk daarvan op de hoogte gesteld worden. De verzekering geldt niet voor materiële schade, dus niet voor beschadigingen aan brillen, kleding en andere eigendommen. Als de leerling deelneemt aan een excursie of werkweek is een eigen deugdelijke ziektekostenverzekering en een W.A.verzekering verplicht. De school kent de volgende verzekeringen: W.A.-verzekering De school is alleen aansprakelijk voor schade die leerlingen tijdens de schooluren veroorzaken of oplopen indien de schade is ontstaan door: a. Een onrechtmatige daad van het bestuur (de school) of van één der personeelsleden; b. Indien de schade is ontstaan door schuld van één van de (mede)leerlingen, terwijl redelijkerwijs kan worden aangenomen, dat de toezichthoudende leerkracht het ongeval had kunnen voorkomen.
Collectieve Ongevallenverzekering Deze verzekering dekt het ongevallenrisico voor de verzekerden: a. Gedurende het verblijf in de schoolgebouwen of op de daarbij behorende terreinen tijdens de officiële schooluren, evenals tijdens het gaan van huis naar school en omgekeerd ten hoogste gedurende één uur voor en één uur na de schooltijd; b. Tijdens verblijf op sportvelden, in gymnastieklokalen, zwembaden e.d., mits in klassikaal of schoolverband en onder toezicht;
32
c. Tijdens (buitenlandse) schoolreizen, kampen, excursies in schoolverband, tijdens deelneming aan schoolsportwedstrijden e.d., mits en zolang de leerlingen onder toezicht staan. Er geldt steeds, dat alleen uitkering plaatsvindt, voor zover geen andere (eigen) verzekering uitkeert of vergoedt. Deze onderdelen betreffen dus een aanvullende verzekering. Wij adviseren om daarnaast ook zelf een ongevallenverzekering af te sluiten
Reisverzekering: Bij reizen vanwege werkweken (ook naar het buitenland) e.d. zijn de volgende risico’s (tot een zeker maximum) verzekerd: onvoorziene noodzakelijke uitgaven, medische kosten volgens Nederlands tarief, tandheelkundige hulp na ongeval,
verlies of beschadiging van bagage, overlijden door ongeval, blijvende invaliditeit door ongeval. Voor medische kosten geldt weer: voor zover geen andere verzekering uitkeert of vergoedt. N.B.: bij het opzettelijk toebrengen van schade en/of letsel keert de verzekering niet uit. De veroorzaker is altijd zelf aansprakelijk. Wij adviseren om daarnaast ook zelf een annuleringsverzekering en reisverzekering af te sluiten. Schade/vermissing Alle schade door een leerling toegebracht aan gebouw, meubilair, leermiddelen enz. moet door de leerling of de ouders worden vergoed. De school is niet aansprakelijk voor vermissing of beschadiging van fietsen, brommers, kledingstukken en andere eigendommen van de leerling.
33
In sommige gevallen kan een beroep worden gedaan op de eigen inboedelverzekering. Om vermissingen zoveel mogelijk te voorkomen wordt ouders aangeraden, de eigendommen van een naam of merkteken te voorzien. Fietsen en brommers moeten op slot worden gezet. Het gebruik van dure fietsen wordt afgeraden.
Tegemoetkoming studiekosten Ouders die schoolgaande kinderen hebben maken kosten. Ouders die onder een bepaalde inkomensgrens zitten, kunnen een tegemoetkoming in de schoolkosten krijgen. Afhankelijk van het (gezamenlijk) belastbaar inkomen kunnen
ouders een maximale, gedeeltelijke of geen tegemoetkoming krijgen. Nadere informatie bij DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs), telefoon 050-5997755, of www. duo.nl. Op deze website staat tevens veel informatie over mogelijkheden voor een tegemoetkoming in de studiekosten. Scholierenvergoeding De gemeente Amsterdam kent een vergoeding voor schoolkosten of voor kosten voor sportieve en culturele activiteiten (waaronder schoolreisjes en excursies), bedoeld voor Amsterdamse jongeren tot 18 jaar, van wie de ouders/ verzorgers een laag inkomen hebben. Informatie is te krijgen via: www. amsterdam.nl of 020-3463636.
34
8. Veiligheid, gedrag en verzuim Inleiding Iedere school heeft regels om de sfeer prettig te houden en om tot goede schoolresultaten te komen. Het Gerrit van der Veen College heeft een leerlingenstatuut waarin de rechten en plichten van de leerling geregeld worden. Het leerlingenstatuut kunt u op onze site vinden. Daarnaast zijn er “huisregels” van kracht, gedragsregels om leven en werken in een aangenaam klimaat mogelijk te maken. De regels zijn van kracht “in en om school”. Dat wil zeggen dat deze ook van toepassing zijn op de omgang met de buurtbewoners en met de leerlingen van andere scholen. De huisregels krijgt iedereen aan het begin van het schooljaar toegelicht. Gedragsregels Er is de school veel aan gelegen dat de sfeer zodanig is dat allen, zowel leerlingen als personeelsleden, zich daar beschermd en veilig voelen. Dat betekent dat respect voor elkaar en elkaars eigendommen als vanzelfsprekend geldt. Binnen het Gerrit van der Veen College en de andere scholen van ZAAM wordt nadrukkelijk aandacht besteed aan het voorkomen van seksuele intimidatie, agressie, geweld, discriminatie en racisme. Daarom is beleid ontwikkeld om dit soort intimidatie tegen te gaan. Zo wordt een bijdrage geleverd aan een aangenaam en veilig leef- en werkklimaat op de locaties, waarin respectvol met elkaar omgaan gewoon is. - Om de algemene sfeer in de school zo goed mogelijk te houden is het meenemen of uitnodigen van nietleerlingen in de school niet toegestaan. Jongeren van buiten de school kennen de regels niet en daarom kunnen er
zich vervelende incidenten voordoen. - Plezierig, beleefd en respectvol met elkaar omgaan, hoe divers het intellectueel niveau, de huidskleur of de sociale achtergrond ook is, maakt een harmonieuze en studieuze sfeer op school mogelijk. - Ook schreeuwen en rennen in school verstoort de goede sfeer. - Van de leerlingen wordt verwacht dat ze meehelpen om de goede sfeer te handhaven door geen gevaarlijke voorwerpen, wapens (waaronder ook zakmessen worden verstaan) en spuitbussen mee te nemen naar school. Deze zijn uitdrukkelijk verboden. - Ook het gebruik van vuurwerk en laserpennen zowel binnen als buiten de school is zo gevaarlijk dat aansteken of gebruiken, maar ook meenemen van deze zaken volstrekt verboden is. - Het meenemen van viltstiften naar school is niet toegestaan, omdat wij prettig willen werken in een schoon gebouw zonder graffiti. - Mobiele telefoontjes en geluidsapparatuur mogen alleen gebruikt worden en zichtbaar zijn in de gebieden die in de huisregels genoemd worden. De school aarzelt niet op te treden tegen leerlingen die zich niet aan de regels houden. Schorsing en melding aan de politie horen in een aantal gevallen bij de afgesproken procedure. Zo zal de school bij het plegen van een strafbaar feit en in geval van (een vermoeden van) crimineel gedrag contact opnemen met de politie, mogelijk gevolgd door een aangifte. De school kan, indien er gegronde redenen zijn, de kluisjes en tassen van leerlingen voor inspectie openen.
35
Roken is zo gevaarlijk voor de gezondheid, dat wij de wettelijke voorschriften die daarvoor gelden met betrekking tot openbare gebouwen volgen. Daarom is roken in de school en de achtertuin verboden. Vanzelfsprekend nemen leerlingen geen drugs en alcohol mee naar school en gebruiken zij die niet. Aan het begin van elk schooljaar worden de schoolregels aan alle leerlingen toegelicht. De school heeft een veiligheidscoördinator. Deze onderhoudt contacten met de politie, de buurt, scholen in de buurt en is voor de eigen school aanspreekpunt voor alles betreffende de veiligheid in en om school. De veiligheidscoördinator is Michel Velu. Schorsing en verwijdering De rector kan een leerling voor een periode van ten hoogste een week schorsen. Het besluit tot schorsing wordt schriftelijk en met opgave van redenen aan de leerling en de ouders/verzorgers meegedeeld. Het bevoegd gezag kan besluiten tot definitieve verwijdering van een leerling. Voordat een besluit daarover wordt genomen, worden de leerling en de ouders/verzorgers gehoord. Het besluit tot verwijdering wordt schriftelijk en met opgave van redenen aan de leerling en de ouders/verzorgers meegedeeld. Het bevoegd gezag heeft een inspanningsverplichting om voor de betreffende leerling een alternatieve oplossing te zoeken. Definitieve verwijdering van een leerplichtige leerling vindt plaats wanneer de leerling is ingeschreven bij een andere school of instituut. Tot die tijd wordt naar alternatieven voor opvang gezocht, i.s.m. de jeugdhulpverlening.
Verzuim De plicht tot leren begint in het vijfde levensjaar en eindigt na elf jaar onderwijs of na het behalen van een diploma. Elke leerplichtige leerling moet bij een school staan ingeschreven en is verplicht alle lessen en activiteiten bij te wonen. U als ouder bent hier verantwoordelijk voor. Alleen om zeer ernstige redenen kunnen lessen verzuimd worden. In het kader van het Protocol Leerplicht en Verzuim dat door alle besturen van Amsterdamse scholen is ondertekend, neemt de school passende maatregelen om ongeoorloofd verzuim terug te dringen. Zorgwekkend verzuim wordt aan de leerplichtambtenaar gemeld. De afspraken over ziekmelding en verzuim binnen het Gerrit van der Veen College op een rijtje: • Ziekmeldingen tussen 8.00 en 9.00 uur op de eerste dag van ziekte Dit kan telefonisch (020-5707655) of per mail (
[email protected]). • Wanneer uw kind weer naar school komt ontvangen we graag een betermelding. Uw kind kan dit ook zelf doen bij de absentenadministratie. • Medische afspraken minimaal 24 uur van te voren doorgeven. Wij verzoeken u echter deze afspraken beperkt onder schooltijd plaats te laten vinden. • Toetsen mogen alleen ingehaald worden als voor aanvang een afmelding is gedaan. Probeer uw kind de toets zo veel mogelijk met de klas samen te laten maken. • Als een leerling door een blessure de lessen LO niet kan volgen, is een brief
36
van de ouders vereist.
Leerlingen worden echter te allen tijde geacht bij de lessen LO aanwezig te zijn.
Een leerling die zich gedurende dag ziek wil melden, meldt zich bij de absentenadministratie. Een medewerker neemt contact op met ouders voor toestemming. Het is niet toegestaan zonder afmelding naar huis te gaan! Bij veelvuldig ziekteverzuim neemt de school, als onderdeel van ziekteverzuimproject M@ZL van GGD Amsterdam, contact op met de schoolarts. Deze roept de leerling op voor een verplicht consult. Onze school houdt streng toezicht op het te laat komen. De eerste twee keer dat een leerling te laat komt, zijn er geen consequenties aan verbonden, dit in verband met eventuele overmacht zoals vertragingen in het openbaar vervoer
of fietspech. Per keer daarna dient hij/ zij zich de volgende dag om 8.00 uur te melden. Bij een 3e, 6e of 9e keer te laat komen worden tevens de ouders per brief geïnformeerd. Bij de 9e keer ontvangt de leerplichtambtenaar een kopie van deze brief en kan deze besluiten passende maatregelen op te leggen. Bij het missen van een les zonder geldige reden, dient de leerling dit lesuur in te halen. De leerling werkt tijdens dit uur zelfstandig aan het gemiste vak. N.B. Op internet kunnen ouders in Magister de absenties bekijken. Hiervoor wordt een inlogcode verstrekt. Vakantieverlof buiten de schoolvakanties Vakantieverlof buiten de geplande data mag alleen worden verleend, als er een werkgeversverklaring voor één van de ouders kan worden getoond, waaruit blijkt dat de vakantie binnen de schoolvakanties onmogelijk is. U dient het verlof minimaal acht weken tevoren aan te vragen met
37
behulp van een aanvraagformulier van bureau Leerplicht. Het formulier kan worden opgehaald bij de conciërge. Het staat ook op de website en kan worden gedownload. Buitengewoon verlof Ook ander extra verlof kan alleen bij hoge uitzondering (bijv. medisch-sociale redenen) worden verleend. Verlof is in principe niet toegestaan aan het begin van een schooljaar. De leerplichtambtenaren zien scherp toe op de naleving hiervan. Wilt u in een dergelijk geval tijdig schriftelijk contact opnemen met de afdelingsleider.
38
9. ZAAM ZAAM Het Gerrit van der Veen College maakt deel uit van ZAAM Interconfessioneel Voortgezet Onderwijs. De stichting beheert 22 scholen voor voortgezet onderwijs in Zaandam, Amsterdam en Monnickendam. Samen met het Damstede College, Comenius Lyceum, Pieter Nieuwland College en Pascal College (in Zaandam) vormt het Gerrit van der Veen College de HAVO/VWO-groep van deze organisatie. De leiding van ZAAM berust bij het College van Bestuur.
Identiteit van ZAAM In de statuten van de ZAAM is de interconfessionele grondslag van het onderwijs op de scholen binnen de stichting opgenomen. De wortels van ZAAM liggen in de christelijke traditie. Van alle betrokkenen in de school wordt verwacht dat zij deze grondslag respecteren, zoals de school ook van haar kant respect en gastvrijheid toont voor leerlingen en ouders van andere (godsdienstige) overtuigingen en levensopvattingen. In het schoolplan van de scholen wordt de inspiratie van waar uit ZAAM werkt zodanig vorm gegeven dat alle betrokkenen zich daarin herkennen. Daarbij wordt binnen de scholen voldoende ruimte ingebouwd voor het vak levensbeschouwing. De uitwerking van de uitgangspunten in het lesgeven en de overige werkzaamheden op de scholen is een proces waaraan personeel en leerlingen op alle scholen en binnen alle locaties voortdurend aandacht besteden.
39
10. Overige nuttige informatie en adressen Inspectie Het adres van de onderwijsinspectie, waaronder de school ressorteert, is: Inspectie van het Onderwijs Kantoor Utrecht Park Voorn 4 Postbus 2730 3500 GS Utrecht Telefoon voor ouders en leerlingen: 0800 8051 Fax 030 6622091 Email
[email protected] Het centraal telefoonnummer voor de vertrouwensinspecteurs van de inspectie is: 0900 1113111 Klachtenregeling Het kan voorkomen dat er iets gebeurt op school waar ouders of leerlingen problemen mee hebben. Zij kunnen dan een klacht indienen. Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld onderwijskundige zaken, pedagogisch klimaat, leerkrachten of pesten. Allereerst kan de klacht besproken worden met degene tegen wie de klacht gericht is. Als dit geen positief effect heeft, kan de klacht worden besproken met de schoolleiding (directeur). Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en directie op de juiste wijze afgehandeld kunnen worden. Indien dat echter niet mogelijk is, gezien de aard van de klacht of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op de klachtenregeling van de Stichting ZAAM. De Klachtenregeling van ZAAM staat vermeld op http://www.zaam. nl/regelingen.html. Een exemplaar van
deze klachtenregeling ligt ter inzage bij de schoolleiding. De school is aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie Protestants-Christelijk Onderwijs, Postbus 82324, 2508 EH te Den Haag.
De klachtencommissie geeft advies over de klacht. Binnen 4 weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie zal het bevoegd gezag het besluit hierop kenbaar maken. De vertrouwenspersonen Voor een klacht tegen ongewenst gedrag (in het bijzonder seksuele intimidatie, racisme of een andere vorm van discriminatie, agressie of geweld) kan contact worden opgenomen met de mentor of de vertrouwensdocent. Om te kunnen spreken met iemand die verder van de school afstaat hebben we binnen ZAAM vertrouwenspersonen aangesteld. Deze zijn te bereiken via de coördinator voor klachten, de heer Frans Kaandorp, bereikbaar via f.kaandorp@ zaam.nl . Hij brengt je in contact met één van de vertrouwenspersonen. De vertrouwenspersoon gaat na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt. De vertrouwenspersoon kan ook behulpzaam zijn bij de afweging wel of geen klacht in te dienen. Wanneer er geen oplossing kan worden bereikt, kan de vertrouwenspersoon je begeleiden bij het indienen van een klacht bij de directeur of de landelijke klachtencommissie. Meer informatie over de verdere procedure is beschreven in de Klachtenregeling ZAAM.
40
Commissie van Beroep voor Examens Wanneer een leerling zich schuldig maakt aan onregelmatigheden ten aanzien van een examenonderdeel (zoals bijvoorbeeld het zonder geldige reden afwezig zijn bij een toets van het schoolexamen), kan de directeur maatregelen treffen. In het Eindexamenbesluit (een wettelijke regeling) staat dat de directeur van de school dan bijvoorbeeld het cijfer 1 kan toekennen, of deelname aan een toets kan ontzeggen.
exemplaar van de Regeling Beroep tegen Examenbeslissingen ligt ter inzage bij de schoolleiding.
Wanneer je het niet eens is met de maatregel die door de directeur is genomen, kan je in de eerste plaats bij de school zelf, bijvoorbeeld bij de examencommissie, bezwaar maken tegen de beslissing. Wanneer de beslissing daarna in stand wordt gehouden door de directeur, kan je tegen de beslissing in beroep gaan bij de Commissie van Beroep voor Examens van Stichting ZAAM. Van belang is: • dat je het beroep instelt binnen 5 werkdagen nadat de beslissing aan je bekend is gemaakt; • dat je het beroep schriftelijk instelt en in je beroep de redenen van je beroep beschrijft; • dat je het beroep stuurt naar de Commissie van Beroep voor Examens Stichting ZAAM, postbus 12426, 1100 AK Amsterdam. In de Regeling Beroep tegen Examenbeslissingen is precies beschreven hoe je beroep kunt instellen en hoe het beroep wordt behandeld door de Commissie van Beroep voor Examens. De Regeling beroep tegen Examenbeslissingen kun je vinden op de website van de school (link toevoegen). Een
41
Overige adressen: Nationale Balletacademie Jean-Yves Esquerre Adres: Jodenbreestraat 3 1011 NG Amsterdam Telefoon 020 5277643 Email
[email protected] Dependance leerjaar 1 en 2 Agamemnonstraat 44 1076 LW Amsterdam Telefoon 020 6732355 Fax 020 6757055 Conservatorium van Amsterdam Johannes Leertouwer Adres: Oosterdokskade 151 1011 DL Amsterdam Telefoon 020 5277550 Email
[email protected]
Schoolarts en schoolverpleegkundige Jet van der Jagt (schoolarts) Hannie van Yperen (schoolverpleegkundige) Adres: Schoolgezondheidszorg H. de Keijserstraat 14 1073 TH Amsterdam Telefoon 020 5555719 Fax 020 6645140 Assistente jeugdgezondheidszorg Mw. F. Snijders H. de Keijserstraat 14 1073 TH Amsterdam Telefoon 020 5555719
Lucia Marthas Institute for Performing Arts Melaisa Illis Adres: Rustenburgerstraat 436 1072 HK Amsterdam Telefoon 020 6761370 Fax 020 6707698 Email
[email protected] Leerplichtambtenaar Bart Hartong-van Ark Adres: Stadsdeelkantoor Zuid President Kennedylaan 923 Postbus 74019 1070 BA Amsterdam Telefoon 020 2524675
42
11. Medewerkers Medewerkers: Rector
mw. drs. E. (Ellen) Veenemans
Conrector
dhr. M. (Michel) Velu
Lid schoolleiding
mw. drs. Ch.H. (Gina) Martin (examensecretaris)
Afdelingsleiders dhr. M. (Michel) Velu dhr. G. (Gijs) Bouwer dhr. D.J. (Doeke Jan) Renema dhr. D. (Dick) Barkey
(1A, 1C, 2vwo, 3vwo en onderbouw DaMu) (1D, 1E, 2havo en 3havo) (bovenbouw havo) (bovenbouw vwo)
Docenten met speciale taken dhr. drs. H.T. (Herman) Lange (coördinator DaMu) dhr. B.J. (Bert) Menkveld (decaan bovenbouw) mw. drs. L. (Loes) Blankers (decaan onderbouw) mw. N. (Nienke) Bakker (kunstcoördinator) mw. A. (Anna) Boelens (kunstcoördinator) mw. S. (Sharon) Jonker (zorgcoördinator) mw. drs. L. (Laura) Hylkema (dyslexiecoördinator) dhr. S.J.J. (Bas) Rodermans (faalangstreductietraining) mw. drs. L. (Loes) Blankers (faalangstreductietraining) dhr. B.J. (Bert) Menkveld (vertrouwensdocent) mw. drs. K. (Kim) Gomez (vertrouwensdocent) dhr. D.H.J. (Daan) Fidder (coördinator DaMu Studiecentrum) Veiligheidscoördinator
dhr. M. (Michel) Velu
Mediatheek
mw. N. (Nienke) Bakker mw. A.A. (Astrid) Giskes
Technisch onderwijsassistent
mw. P.E.J.M. (Petra) Wilhelmus dhr. J. (Johan) Helling
Systeembeheer
dhr. J. (Jaap) Krop
Rooster
dhr. E.J. (Elbert) Booij
Absentiemedewerker
mw. L. (Lilian) van Iersel mw. C. (Carola) Muller van Moppes mw. G (Geesje) van Taarling
43
Conciërge
dhr. R. (Robert) Sekuur dhr. C.H.F. (Hille) van der Galiën
Onderwijsassistent
mw. B. (Barbara) Sadzak
Secretariaat
mw. S. (Sandra) Vaandering (website beheer) mw. M. (Marinette) Westerneng (financiën) mw. C. (Corina) Sieling
Leerplichtambtenaar
dhr. B. (Bart) Hartong-van Ark
Onderwijshulpverlening: Schoolmaatschappelijk werk Schoolarts Schoolverpleegkundige
dhr. K. (Koos) Hersbach mw. J. (Jet) van der Jagt mw. H. (Hanny) van Yperen
44
Lijst docenten Gerrit van der Veen College Docenten Gerrit van der Veen College Code
Naam
Vak
ALN
dhr. M. (Mursel) Alinpinar
Wiskunde
E-mailadres
BAK
mw. N. (Nienke) Bakker
BLK
mw. drs. E.T.M. (Loes) Blankers
Nederlands
BOE
mw. A. (Anna) Boelens
Theater
[email protected]
BOS
mw. C.A. (Chantal) Bosma-Schrijver
Geschiedenis
[email protected]
[email protected] [email protected] [email protected]
BOW
dhr. G. (Gijs) Bouwer
Biologie
[email protected]
BYD
dhr. D. (Dick) Barkey
Nederlands
[email protected]
CON
mw. G.H. (Guda) Conijn
Beeldende vorming
[email protected]
COR
dhr. H. (Has) Cornelissen
Natuur-/Scheikunde
[email protected]
CTS
mw. L.A.V. (Lisette) Cats MA
Nederlands
[email protected]
DAM
mw. E.A.A. (Eliza) Damen
Economie
[email protected]
DNG
mw. I.F.M. (Inger) van Dongen
Frans
[email protected]
DNK
mw. drs. L.U. (Laila) Donk
Engels
[email protected]
DRO
dhr. drs. L.G.J. (Luuck) Droste MA
Frans en Duits
[email protected]
EEE
dhr. E. (Elmar) van Ee MA
Geschiedenis
[email protected]
FID
dhr. D.H.J. (Daan) Fidder
Engels
[email protected]
FIE
mw. S. (Sjmoedla) Fiedler
CKV en beeldende vorming Engels
[email protected]
[email protected]
[email protected]
GMZ
mw. drs. K.C. (Kim) Gomez
GNT
mw. N. (Nine) Gantzert
GRN
dhr. H. (Hilbrand) Gringhuis
CKV en beeldende vorming Aardrijkskunde
GRT
dhr. J.H.H.M. (Jan) Geurts
Lichamelijke opvoeding
[email protected]
[email protected]
HEI
mw. G.C. (Corine) van der Heide MA
Aardrijkskunde
[email protected]
HEL
dhr. E.J.H. (Juul) Helms
[email protected]
HOB
mw. B. (Bianca) Hobrink
HOO
mw. drs. H. (Hanneke) van den Hooff
KUA en beeldende vorming Wiskunde en Natuur-/Scheikunde Economie
HYL
mw. drs. L. (Laura) Hylkema
Nederlands
[email protected]
JAN
dhr. drs. A. (Andre) Janssen
Engels
[email protected]
[email protected] [email protected]
JOH
mw. drs. K.A. (Kersti) Johnsson
Nederlands
[email protected]
JOK
mw. S. (Sharon) Jonker
Nederlands
[email protected]
KAP
mw. L. (Lisanne) Kapteyn
CKV en KUA
[email protected]
KHA
mw. T. (Touria) Khamlichi
Frans
[email protected]
KKO
dhr. dr. G. (Gideon) Koekoek
Natuurkunde
[email protected]
LAC
mw. K (Kirstin) Lackert
Duits
[email protected]
LAG
dhr. drs. H.T. (Herman) Lange
Duits
[email protected]
LEE
mw. H. (Hanneke) Leerintveld MA
Nederlands
[email protected]
LES
mw. M. (Magda) van Beek-Lesiak
Muziek
[email protected]
LOO
dhr. B. (Bert) Looman
Geschiedenis
[email protected]
45
MEK
dhr. B.J. (Bert) Menkveld
Duits
[email protected]
MID
dhr. drs. D.W. (Waldo) Middelbeek
Biologie
[email protected]
MWS
mw. K. (Karina) Meeuwse
[email protected]
NIE
dhr. drs. J.M. (Joop) Niekus
Levensbeschouwing en Geschiedenis Wiskunde
NIH
dhr. T. (Tim) Nieuwenhuis
Biologie
[email protected]
PCE
dhr. E. (Emil) Pepic
Maatschappijleer
[email protected]
[email protected]
PIN
dhr. A.J. (August) Pinas
Wiskunde
[email protected]
RAD
mw. drs. K. (Katarina) Radaic
Wiskunde
[email protected]
REN
dhr. D.J. (Doeke Jan) Renema
Aardrijkskunde
[email protected]
ROO
dhr. M. (Marcel) Rooda
Wiskunde
[email protected]
ROU
mw. F. (Floortje) Rous
Dans
[email protected]
ROZ
mw. A.M. (Anne-Marie) Rozing MA
Nederlands
[email protected]
RSB
dhr. S.J.J. (Bas) Rodermans
Lichamelijke opvoeding
[email protected]
RYN
dhr. J.J. (Jordy) Rijnbergen
[email protected] [email protected] [email protected]
SAH
dhr. drs. S.K. (Selef) Sahetapy
Scheikunde en Natuur-/Scheikunde Geschiedenis
SEV
dhr. J.A.W.M. (Jan) Severins
CKV en muziek
SGE
mw. drs. T. (Tinka) ter Schegget
Engels
[email protected]
SLU
dhr. drs. M.M. (Matthijn) Sluiter
Economie
[email protected]
SLY
mw. A. (Annelies) Slijpen
Lichamelijke opvoeding
[email protected]
SMA
mw. T. (Tes) Schillemans
Lichamelijke opvoeding
[email protected]
SPR
mw. drs. N. (Nienke) van Spreeuwel
Theater
[email protected]
TEU
dhr. drs. J.C.H. (Hans) Teuben
Scheikunde
[email protected]
TIM
mw. B. (Bianca) Timman
Engels
[email protected]
TUR
mw. S.T. (Seniz) Türkoglu
Duits
[email protected]
TYH
mw. M.A.H. (Marjolein) Tijhuis-ter Schure
Aardrijkskunde
[email protected]
VEE
mw. D. (Dienke) Veenstra
Frans en Nederlands
[email protected]
VLT
dhr. M.A. (Brakse) Vloet
Nederlands
[email protected]
VOS
mw. W. (Will) Vos
Frans
[email protected]
VRE
mw. drs. M. (Mandy) de Vree
Aardrijkskunde
[email protected]
VRM
mw. drs. E. (Eveline) Vermeulen
Nederlands
[email protected]
WAL
dhr. drs. H. (Henk) van der Waal
Filosofie en Nederlands
[email protected]
WEL
dhr. drs. T. (Tom) van der Wel
Maatschappijleer
[email protected]
WIL
dhr. S.D. (Samuel) Willemsen
Engels
[email protected]
WWL
mw. L. (Linde) Wiewel
Biologie
YAP
dhr. S. (Serkan) Yapici
Wiskunde
[email protected] [email protected]
YUK
dhr. drs. A. (Ahmet) Yuksel
Biologie
[email protected]
ZON
dhr. drs. C.H.J. (Kees) Zonneveld
Muziek
[email protected]
zie hiervoor ook de website: www.gerritvdveen.nl, over de school, medewerkers, docenten
46
Gerrit van der Veen College Gerrit van der Veenstraat 99 1077 DT Amsterdam Tel: 020 6799905 Fax: 020 6798836 website: www.gerritvdveen.nl email:
[email protected]
Ziekmelding leerlingen: tussen 8.00 en 9.00 uur uitsluitend bij de absentiemedewerkers mw. van Iersel, mw. Muller van Moppes en mw. van Taarling 020 5707655 /
[email protected]
Belangrijke data en vakantie Zie hiervoor de jaarplanning op onze website www.gerritvdveen.nl
47
48