Schoolgids 2015-2016
1 De Trekvogel, Heemradenlaan 26, 3401 GX IJsselstein, T 030-6887298, E
[email protected], www.trekvogel.nl
2
Voorwoord De basisschool is een stukje van ieders leven. Voor de kinderen, maar ook voor u als ouder. Jarenlang is er diezelfde weg van huis naar school en weer terug. In acht jaar vertrouwt u uw kind zo’n 7500 uur toe aan de zorg van de leerkrachten van de basisschool. Dit is een belangrijk deel van een kinderleven. Een basisschool kiest u dan ook met zorg. ‘De Trekvogel’ is in augustus 1990 gestart als nieuwe school in de wijk ‘Achterveld’. Wij zijn één van de vijftien basisscholen in IJsselstein, waarvan er vier openbaar zijn. Al deze scholen verschillen in meer of mindere mate van elkaar: bijvoorbeeld in werkwijzen, sfeer en resultaten.Al deze verschillen maakt het kiezen niet gemakkelijk. Belangrijk is dat u een school kiest waar u een prettig gevoel bij heeft. Waar de werkwijze, sfeer en kwaliteit u aanspreekt. Het motto van onze school is ‘ieder kind een talent’. Ons streven is om de kinderen hun talenten op alle gebieden te laten ontwikkelen. Het lezen van deze schoolgids kan u erbij helpen bewust een school te kiezen die bij u past. Aan deze schoolgids is gewerkt door ouders en leerkrachten en heeft instemming van de medezeggenschapsraad gekregen. Deze gids is bedoeld voor ouders, die nu hun kinderen op onze school hebben én voor ouders van toekomstige kinderen. In deze schoolgids vindt u gegevens over de uitgangspunten en de specifieke kenmerken van onze school. We hopen dat u onze schoolgids met plezier zult lezen en daarmee een goed beeld krijgt van de Trekvogel. U kunt aanvullende informatie vinden over basisonderwijs en passend onderwijs op www.5010.nl. op de website van de school: www.trekvogel.nl Wilt u graag sfeer proeven onder schooltijd? Dan bent u vanzelfsprekend van harte welkom voor een persoonlijk gesprek en rondleiding door de school. Vriendelijke groet, Sjoera Vrancken Directeur De Trekvogel
3
4
Inhoudsopgave Voorwoord.................................................................................................... 3 Inhoudsopgave............................................................................................... 5 1 De school................................................................................................... 7
Openbaar onderwijs................................................................................................7
2 Waar staat de school voor.............................................................................. 8 Gedragscode.........................................................................................................8 Goed Gedrag Gewoon doen........................................................................................8
3 Organisatie van de school............................................................................... 9 Stichting Robijn.................................................................................................... 10 Vrijstelling van onderwijs........................................................................................ 11 Sponsorbeleid...................................................................................................... 12
4 Organisatie van het onderwijs....................................................................... 13
Groep 1 en 2....................................................................................................... 13 Groep 3 t/m 8..................................................................................................... 14
5 Ondersteuning van leerlingen....................................................................... 18 Opvang van nieuwe leerlingen.................................................................................. 18 Leerlingvolgsysteem.............................................................................................. 18 Extra ondersteuning van leerlingen............................................................................ 18 Passend onderwijs................................................................................................. 19 Inpandige BSO...................................................................................................... 21
6 Het team................................................................................................. 22 Vervanging/verzuimbeleid....................................................................................... 22
7 Het contact met ouders............................................................................... 23 Medezeggenschapsraad........................................................................................... 23 Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad................................................................ 23 Klachtenregeling.................................................................................................. 24 Landelijke klachtencommissie.................................................................................. 25 Schoolverzekering................................................................................................. 25
8 Ontwikkeling onderwijs............................................................................... 26
Voortdurende verbetering van het onderwijs................................................................. 26 Contacten met andere onderwijsinstellingen................................................................. 26
9 Resultaten van het onderwijs........................................................................ 27
Cijfers over specifieke zorg...................................................................................... 27 Vorderingen basisvaardigheden................................................................................. 27 Doorstroom naar VO.............................................................................................. 27 Meer informatie over de resultaten van De Trekvogel...................................................... 28
Adressen.................................................................................................... 29
5
6
1 De school Elk kind, zonder onderscheid, is op onze school welkom. Als openbare school willen we graag een afspiegeling van de maatschappij zijn. Kinderen kunnen zo leren, om te gaan met verschillen. Een stelregel van onze openbare school: dat iemand anders is, kunnen we zien of horen. Belangrijk op onze school is, dat we kinderen ook leren dat iemand anders mag zijn. Dit zal tijdens het hele onderwijsproces op onze school op verschillende manieren onder de aandacht worden gebracht. Openbaar betekent dat we aandacht besteden aan verschillende wereldgodsdiensten zonder daarover een oordeel uit te spreken. Op deze manier worden de kinderen zo goed mogelijk voorbereid op het leven in een maatschappij die bestaat uit mensen met verschillende achtergronden.
Openbaar onderwijs Op een openbare school zijn alle kinderen welkom, ongeacht afkomst, godsdienst, achtergrond of levensovertuiging. De school is een afspiegeling van onze samenleving en gaat uit van verschillen tussen mensen. Het is een plek waar kinderen van jongs af leren begrip en respect te hebben voor ieders cultuur, mening en overtuigingen. Een openbare school heeft aandacht voor de verschillen tussen kinderen, zonder voorkeur voor één bepaalde levensovertuiging. Kinderen leren met, van en over elkaar. Zo ontwikkelen zij zich tot evenwichtige, karaktervolle en kritische wereldburgers die zelfstandig en verantwoordelijk zijn in een complexe maatschappij. Wilt u meer weten over openbaar onderwijs, kijkt u dan eens op de website van de Vereniging Openbaar Onderwijs www.voo.nl. Toelating Aan de toelating op onze school zijn geen bijzondere eisen verbonden. De belangrijkste voorwaarden waaronder een kind kan worden ingeschreven zijn: • De ouders onderschrijven onze visie op het onderwijs (Onze visie vindt u in hoofdstuk 2 van deze schoolgids). • Wij kunnen vaststellen dat we in staat zijn het onderwijs te bieden dat het kind nodig heeft. Dit stellen wij vast met behulp van informatie die wij over uw kind krijgen. Dit kan informatie zijn: • van een vorige school, peuterspeelzaal of kinderdagverblijf; • uit onze eigen observatie in de periode (vóór de vierde verjaardag) dat uw kind komt wennen op school; • uit het speciale intakeformulier 4- en 5-jarigen. Dit laatste formulier vult u altijd in, bij welke basisschool u uw kind ook inschrijft. Het is onderdeel van Passend Onderwijs, waarin alle basisscholen samenwerken om ieder kind het onderwijs te geven dat bij hem of haar past.
7
2 Waar staat de school voor Op OBS De Trekvogel kan iedereen zichzelf zijn, met respect voor elkaar, wordt ieder kind gezien, leren we van elkaar en met elkaar, laten we ieders talent stralen, vormt de cirkel van leerkracht – kinderen – ouders de kern, geloven we in waar we voor staan, in kennis, houding en gedrag, bieden we de kinderen een veilig en vertrouwd nest om te leren vliegen, slaan we onze vleugels uit om de wereld te ontdekken. De Trekvogel: Nieuwsgierig. Eerlijk. Samen. Talentvol.
Gedragscode Stichting Robijn heeft een gedragscode opgesteld om te zorgen voor een veilige school voor iedereen. Hierin staat hoe personeelsleden en hulpouders omgaan met elkaar en met de kinderen. Het bestuur van Stichting Robijn maakt zich sterk voor een prettig en professioneel werkklimaat voor personeel en leerlingen. Dit klimaat is gebaseerd op respect, verantwoordelijkheid en samenwerken. De drie basisregels voor de omgang met elkaar op school zijn hiervan afgeleid: Respect Iedereen in de wereld heeft het recht waardig en respectvol te leven. Met andere woorden: niet apart maar samen. Wij, de kinderen, ouders en leerkrachten, hebben respect voor elkaar, onze omgeving en ons zelf. Doe niets bij een ander wat je zelf niet wilt. Verantwoordelijkheid Verantwoordelijkheid is accepteren wat gedaan kan en moet worden en dat zo goed mogelijk doen. Wij, de kinderen, ouders en leerkrachten, zijn verantwoordelijk voor ons eigen gedrag en voor de afspraken die wij samen maken. Samenwerken Samenwerken is het werken aan een gemeenschappelijk doel. Wij, de kinderen, ouders, en leerkrachten, streven naar een goed evenwicht tussen geven en nemen met respect voor jezelf en de ander. Wilt u meer weten over de inhoud van de gedragscode, dan kunt u de gedragscode op school inkijken. U vindt hem ook op de website van Stichting Robijn www.stichtingrobijn.nl.
Goed Gedrag Gewoon doen Op onze school houden we de organisatie en regels zoveel mogelijk voor alle kinderen hetzelfde. Binnen de hoofdregel: ‘Goed Gedrag Gewoon Doen’ wordt er gewerkt met een tiental positief gestelde slogans. Deze hangen in iedere groep en zijn gekoppeld aan de posters van (www.kidstegengeweld.nl). Iedere eerste werkdag van de maand wordt de maandslogan met de kinderen besproken. Aan het begin van het schooljaar worden er in de eerste 8 weken aan de hand van “Goed van Start” in alle groepen de klassenregels opgemaakt. De kinderen hebben klassengesprekken waarin besproken wordt hoe ze willen dat er wordt omgegaan met elkaar en deze afspraken worden opgeschreven. Na de 8 weken gaan deze afspraken mee naar huis. Het uitgangspunt blijft: positief gedrag belonen. Hierbij wordt met kinderen samen gekeken welk gedrag sfeer- en taakbevorderend werkt en welke rol kinderen daar zelf in kunnen spelen. Bij bewust regelovertredend gedrag, worden in de groepen 4 t/m 8 de ‘bewustwordings-formulieren’ gebruikt. Hierbij wordt nauw samengewerkt tussen ouders, kind en leerkracht. In de groepen 1 t/m 3 wordt niet met formulieren gewerkt, maar wordt wel zoveel mogelijk met dezelfde systematiek qua woorden en handelingen gewerkt (denkstoel).
8
3 Organisatie van de school De Trekvogel is continu op zoek naar innovaties om het onderwijs uitdagender, relevanter en boeiender te maken. Voorbeelden hiervan zijn het structureel coöperatief leren, het oplossingsgericht werken en de Engelse lessen vanaf groep 1.
De Trekvogel is een school met een duidelijk motto: ‘ieder kind een talent’. Onze school werkt vanuit het principe, dat ieder kind naar school gaat om daar goed en boeiend onderwijs te ontvangen. Binnen ons onderwijs wordt voor alle kinderen gestreefd naar een zo optimaal mogelijke talentontwikkeling op het gebied van: • de verstandelijke ontwikkeling • de emotionele ontwikkeling • de creativiteit • de noodzakelijke kennis • de sociale-, culturele- en lichamelijke vaardigheden Voor goed onderwijs vinden wij in grote lijnen de volgende zaken noodzakelijk: 1. Een goed team: We blijven streven naar een zo divers mogelijk team (o.a. veel-weinig ervaring, jong-oud, specifieke specialismen), zodat iedereen vanuit een andere invalshoek naar hetzelfde ‘product’ onderwijs kan kijken. 2. Goede methoden en materialen: Voor alle vakken blijven we zoeken naar de methoden en materialen die aansluiten bij onze visie. Bij de aanschaf wordt vooral gelet op belangrijke uitgangspunten als begrip, differentiatie, zelfwerkzaamheid en samenwerken. 3. Een goed onderwijssysteem: De vakken lezen, taal en rekenen vormen de kern van ons onderwijs. Daarom leggen we ook de nadruk op deze vakken. In ons onderwijssysteem willen we veel aandacht besteden aan de zelfstandigheid van kinderen. Bij alle vakgebieden wordt rekening gehouden met het feit, dat kinderen een deel van de leerstof zelfstandig verwerken, dat er zelfontdekkend geleerd kan worden en dat niet per se alle kinderen dezelfde lesstof hoeven te doen. De zelfstandigheid wordt van het planbord bij de kleuters uiteindelijk uitgebouwd naar een weektaak in de midden/bovenbouw. De zelfstandigheid wordt op onze school ook gekoppeld aan zelfverantwoordelijkheid, een vaardigheid die noodzakelijk is voor het werken in het voortgezet onderwijs en voor het zich op een goede manier kunnen manifesteren in de maatschappij. Tijdens het zelfstandig werken van de kinderen observeert de leerkracht en geeft de leerkracht instructie aan kleine groepjes of individuele kinderen. Samenwerken is een belangrijke vaardigheid. Het lijkt steeds belangrijker te worden in onze huidige maatschappij. Reden voor de Trekvogel om in 2008 “structureel coöperatief leren” in te gaan voeren. Het structureel coöperatief leren is gebaseerd op de vier onderstaande principes, het zgn.G.I.P.S.- model.
9
Gelijke deelname Alle leerlingen nemen op een gelijke wijze deel aan de activiteit: Je kunt niet achteroverleunen of meeliften met een ander. Individuele aanspreekbaarheid Iedereen is op gelijke wijze aanspreekbaar voor het verloop en het resultaat. Iedereen heeft een actieve inbreng. Positieve Wederzijdse Afhankelijkheid Leerlingen moeten samenwerken om tot het beste resultaat te komen. Simultane Actie De activiteiten vinden gelijktijdig plaats; alle leerlingen zijn gelijktijdig actief bezig met het onderwerp o.a. door te luisteren naar en te praten met elkaar. Op de Trekvogel werken we regelmatig met jonge en oudere kinderen door elkaar heen. Het feit dat kinderen elkaar kennen is van groot belang voor een goed pedagogisch klimaat. Voorbeelden hiervan zijn: toneelvoorstellingen, talentenworkshops en crea-knutselcircuit. De kinderen krijgen bij het werken op onze school een bepaalde mate van vrijheid. Deze vrijheid wordt besproken aan de hand van duidelijke klassenregels die samen met de kinderen zijn opgesteld. Al deze groeps- en speelregels vallen onder onze hoofdregel: ‘Goed Gedrag Gewoon Doen’. Alle schoolen speelregels zijn positief gesteld. 4. Een goed systeem voor leerlingenzorg: Op onze school hebben sommige kinderen extra hulp nodig. Extra hulp, omdat zij het reguliere programma niet altijd kunnen volgen, maar ook extra hulp, omdat zij meer leerstof aan kunnen. Er is ook extra hulp voor het aanleren van vaardigheden voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. In overleg met ouders wordt er in sommige gevallen besloten om advies in te winnen bij externe instanties of een groot overleg te organiseren (een MDO). Hier meer over in hoofdstuk 5. 5. Een duidelijke organisatie met duidelijke regels: Op onze school houden we de organisatie en regels zoveel mogelijk voor alle kinderen hetzelfde. Binnen de hoofdregel: ‘Goed Gedrag Gewoon Doen’ wordt er gewerkt met een tiental positief gestelde slogans. Deze hangen in iedere groep en in de gangen en zijn gekoppeld aan de posters van (www.kidstegengeweld.nl). 6. Een goed contact met ouders: Wij willen graag een ‘open school’ zijn. Wij hechten veel waarde aan een goed contact met de ouders. We noemen het de ´cirkel ouder-kind-leerkracht´. We hebben elkaar nodig om tot het beste te komen voor het kind. De kinderen krijgen drie keer per jaar een rapport en daarbij is een 10 minutengesprek met ouders. U kunt ook altijd zelf een afspraak met de groepsleerkracht maken.
Stichting Robijn Stichting Robijn vormt het bevoegd gezag over 13 onderwijslocaties in Nieuwegein en IJsselstein. De stichting herbergt een grote verscheidenheid aan scholen, zoals scholen voor daltononderwijs, een jenaplanschool, een TOM school en een excellente school. Elke school straalt een eigen sfeer uit en heeft een school specifieke organisatie. De scholen maken daarbij gebruik van uiteenlopende pedagogische en didactische methoden. De stichting wil zowel kwantitatief als kwalitatief voorzien in de behoefte aan goed en pluriform openbaar basisonderwijs in de regio. Robijn is een open en ambitieuze organisatie, die haar medewerkers aantrekkingskracht, ontwikkelingsmogelijkheden en uitdagingen biedt. Wilt u meer informatie over Stichting Robijn. Bezoek dan eens onze website www.stichtingrobijn.nl. 10
Bestuur van Robijn Het bestuur van Robijn is eindverantwoordelijk voor de scholen op het gebied van onder andere financiën, huisvesting, personeelsbeleid en leeropbrengsten. Robijn wordt bestuurd door twee fulltime bestuurders, die verantwoording afleggen aan de Raad van Toezicht. De bestuurders worden ondersteund door een secretaresse, een personeelsfunctionaris, een beleidsmedewerker Huisvesting en ICT en een PR en communicatiefunctionaris. De scholen die onder de verantwoordelijkheid van Stichting Robijn vallen zijn: In Nieuwegein • De Krullevaar • Daltonschool de Meander • De Schakel • De Toonladder Galecop • De Toonladder Zuilenstein • Daltonschool UniQ • De Veldrakker • Ziezo • Jenaplanschool de Zuiderkroon In • • • •
IJsselstein Daltonschool de Tandem De Torenuil De Touwladder De Trekvogel
Dat deze scholen allen deel uitmaken van Stichting Robijn, wil niet zeggen dat zij allemaal hetzelfde zijn. In tegendeel! Robijn koestert de diversiteit aan scholen. Ze hebben ieder hun eigen gezicht en sfeer. Daarnaast zijn er natuurlijk ook veel overeenkomsten. Op • • • • • • • •
de scholen van Robijn: krijgen leerlingen goed en eigentijds onderwijs; luisteren en spreken we respectvol met kinderen; stemmen we lessen en leerstof zoveel mogelijk af op ieder kind; moedigen we leerlingen aan het uiterste uit zichzelf te halen en hun talenten te ontwikkelen; stimuleren we leerlingen om samen te leven in een prettige en veilige leeromgeving; houden we rekening met de maatschappelijke omgeving; stellen we hoge eisen aan bekwaamheden van leerkrachten; werken we voortdurend aan kwaliteit.
Stichting Robijn wil kinderen laten slagen voor het leven, niet alleen voor de toets.
Vrijstelling van onderwijs In de leerplichtwet staat dat kinderen vanaf vijf jaar verplicht zijn onderwijs te volgen. Vandaar dat zij alleen in bijzondere gevallen verlof kunnen krijgen. Onze school houdt zich vanzelfsprekend aan de wettelijke regels. De kinderen gaan iedere dag van 8.30u-14.00u naar school. De deuren van de school gaan ’s ochtends om 8.20u open. Vakantieverlof Uw kind kan alleen buiten de schoolvakanties vrij krijgen om op vakantie te gaan, als uw werkgever u geen vakantie kan geven tijdens de schoolvakanties. U heeft dan wel een verklaring van uw werkgever nodig. Bent u zelfstandig ondernemer en kunt u vanwege uw werk geen vakantie nemen tijdens een schoolvakantie, dan geldt deze regeling ook. Vakantieverlof mag niet langer dan 10 schooldagen duren en niet samenvallen met de eerste twee weken van het schooljaar. U kunt van de regeling één keer per schooljaar gebruik maken. 11
Gewichtige omstandigheden Als er belangrijke omstandigheden zijn waardoor uw kind niet naar school kan, dan kan het daar verlof voor krijgen. Onder belangrijke omstandigheden vallen bijvoorbeeld een bezoek aan de huisarts, een huwelijk van de een familielid in de eerste graad of de vervulling van plichten wegens godsdienst of levensovertuiging. Verlof dat korter dan 10 dagen duurt, vraagt u aan bij onze directeur. Voor een langere periode vraagt u het verlof rechtstreeks bij leerplichtambtenaar aan. Het van school houden zonder de vereiste toestemming is strafbaar en kan leiden tot een boete. In de leerplichtwet staat dat de school verzuim waarvoor geen toestemming gegeven was, moet melden. Wilt u meer informatie of een aanvraagformulier, neemt u dan even contact op met de directeur. Het formulier kunt u ook downloaden op onze website (http://www.trekvogel.nl/regelingen.html). 5-jarigen verlof Een kind mag op de dag dat het vier jaar wordt naar de basisschool. Het is dan nog niet leerplichtig. Met vijf jaar is uw kind gedeeltelijk leerplichtig. Dat betekent dat het maximaal twee halve schooldagen per week thuis mag blijven. Dit kunt u bijvoorbeeld doen als een hele schoolweek nog te vermoeiend is voor uw kind. Overlegt u hierover dan wel even met de leerkracht. Vanaf de 6e verjaardag is uw kind volledig leerplichtig.
Sponsorbeleid Net als alle andere scholen van Stichting Robijn houdt onze school zich aan het convenant ‘Scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring’ dat onder andere ondertekend is door de Vereniging Openbaar Onderwijs. In dit convenant staat beschreven wat scholen wel en niet mogen op het gebied van sponsoring. U kunt het convenant nalezen op de website van Stichting Robijn www.stichtingrobijn.nl.
Laptops worden ingezet in de groepen 3 t/m 8 voor de verdieping/herhaling van lesstof.
Tablets worden ingezet bij de kleuters en groep 3 voor de verdieping/herhaling van lesstof.
´Zoek iemand die´ een vorm van structureel coöperatief leren.
´Tweetal coach´ een vorm van structureel coöperatief leren.
12
4 Organisatie van het onderwijs Voor ieder vakgebied zullen we kort omschrijven welke methoden en/of uitgangspunten we hanteren. De vakgebieden en de methoden zijn volgens de richtlijnen van het ministerie en de inspectie beschreven in het schoolplan. Het schoolplan (2016-2020) wordt dit schooljaar opnieuw opgesteld. Ieder jaar wordt er ook een jaarplan opgesteld. Die is medio november ook te lezen op de website. We houden zoveel mogelijk rekening met de actualiteit. Toch ligt de leerstof voor een belangrijk deel vast in de moderne methoden die we gebruiken.
Groep 1 en 2 De aanpak in de groepen 1 en 2 verschilt enigszins van die in de andere groepen. Kleuters leren vooral tijdens hun spel. Wij spelen daarop in door te zorgen voor veel materialen waarvan de kinderen kunnen leren. We praten veel met de kinderen over allerlei onderwerpen. Hierdoor vergroten zij hun woordenschat en leren zij goed spreken. Dit is belangrijk voor het latere taal- en leesonderwijs. Bij de jongste kleuters (groep 1) gebeurt dit allemaal spelenderwijs, terwijl we bij de kinderen in groep 2 meer eisen stellen. Het werken bij kleuters gebeurt hoofdzakelijk in de vorm van projecten. Gedurende een bepaalde periode, die in lengte kan verschillen, wordt één onderwerp centraal gesteld. Rond dit onderwerp komt een veelheid van taal- reken-, en knutselactiviteiten aan bod. De thema’s die aan bod komen, staan niet volledig vast. Omdat de kleuters in principe minimaal twee jaar in dezelfde groep zitten, wordt gewerkt met een planning voor twee jaar. Ieder project wordt afgesloten met een bijeenkomst waarbij de kinderen laten zien en horen wat ze de afgelopen periode allemaal hebben geleerd. Deze data zijn te vinden op de jaarkalender. Door gebruik te maken van kaarten met foto’s, weten de kinderen wat er op een bepaalde dag allemaal aan de orde zal komen. Deze dagritmekaarten geven de kinderen structuur en dus houvast. Iedere ochtend wordt gestart met ‘spelinloop’. De kleuters kunnen dan als ze op school komen meteen gaan ‘werken’ of spelen. Tijdens de spelinloop bestaat de mogelijkheid om tot 8.30u vrijblijvend met uw kind een spelletje of een werkje te doen. Het werken in de groepen 1 en 2 gebeurt meestal vanuit de kring. De kring is een belangrijke vorm waar kinderen regelmatig in terugkeren. In de kring kunnen verschillende activiteiten plaatsvinden zoals: • Taalactiviteiten, daarbij kunt u denken aan vertellen, voorlezen, boekenkring, taalspelletjes, begrippen, luisteren • Rekenactiviteiten, daarbij kunt u denken aan tellen, ordenen, hoeveelheidbegrippen • Muzikale activiteiten, daarbij kunt u denken aan liedjes zingen, instrumenten bespelen, dansen • Expressieve activiteiten, daarbij kunt u denken aan toneelspelen, imiteren Bij het werken in de kring wordt gebruik gemaakt van ‘grote kring’ en ‘kleine kring’. Bij de ‘grote kring’ volgen alle kleuters de activiteit, bij de ‘kleine kring’ een specifieke groep (bijvoorbeeld alleen de oudste of de jongste kleuters). De structureel coöperatief werkvormen worden hierbij ingezet. In de kleuterbouw worden schooltelevisie-programma’s bekeken om met name de taal- en rekenactiviteiten te stimuleren. De klankkast is een vast onderdeel voor de kring. De klankkast is een laatjeskast met daarin allerlei taalspelletjes over woorden, zinnen, letters, rijmen enz. Voor elk thema zijn er andere activiteiten voor 13
in de laatjes. Het algemene doel van de klankkast is de ontwikkeling van het klankbewustzijn, een goede voorbereiding op het lezen in groep 3. Op dezelfde manier wordt er ook gewerkt met de rekenkast, waarbij kinderen meer kennis en begrip krijgen van cijfers en hoeveelheden. ‘Werken’ is op een spelende en ontdekkende manier bezig zijn met verschillende materialen (kennis- en inzichtbevorderend) zoals puzzels, (auditieve) taal- en rekenspelletjes. Deze ontwikkelingsmaterialen zijn er in iedere groep op verschillende niveaus. Ook in de hoeken wordt gewerkt. We kennen o.a. de bouwhoek, de huishoek, de teken- en schilderhoek en de lees/schrijfhoek. De materialen in deze hoeken zijn zeer gedifferentieerd en kunnen zelfstandig door de kinderen worden gehanteerd. De hoeken zijn erg belangrijk voor de sociale, emotionele, cognitieve en motorische ontwikkeling. Kinderen leren hier samenwerken, afspraken maken en opkomen voor zichzelf. In de kleutergroepen wordt gewerkt met tablets. De kinderen werken met verschillende computerprogramma’s (bijv. taal- en rekenactiviteiten, vormen en kleuren). De eerste stap naar zelfstandig werken wordt bij de kleuters gemaakt. Om de zelfstandigheid van de kinderen te vergroten, wordt gewerkt met het keuzebord en het planbord. Bij het kiezen van het werk gebruiken de kinderen hun eigen foto om aan te geven welk werk ze gaan doen. Als de kinderen klaar zijn, ruimen ze zelfstandig op en gaan ze zelfstandig een volgend werkje kiezen. De kinderen van groep 2 plannen een aantal taken. Als de leerkracht extra ondersteuning geeft aan een klein groepje kinderen kan de leerkracht niet gestoord worden (uitgestelde aandacht). De kinderen kunnen dit zien doordat er een Trekvogelknuffel bij het keuzebord staat. Een ander belangrijk element is ‘bewegen’. Iedere dag gaan de kinderen in het speellokaal en/of op het speelplein spelen. Buiten is het meestal vrij spel. Binnen zijn er afwisselend spel- en gymactiviteiten. De groepen 1 en 2 nemen ook deel aan het project ‘voor- en vroegschoolse educatie (VVE)’. Hierbij wordt gewerkt aan de ontwikkeling van kinderen in zijn algemeenheid en aan de taalontwikkeling in het bijzonder. Op de VVE-peuterspeelzaal wordt met het programma ‘Puk en Ko’ gewerkt. Dit sluit aan bij het programma ‘Ik en Ko’ van de basisschool. De thema’s sluiten op elkaar aan, zodat de herkenbaarheid voor kinderen zo groot mogelijk is. De kleuterleerkrachten zijn aanvullend geschoold om met dit programma te werken. Om vroegtijdig eventuele problemen met leren te kunnen signaleren, worden de kinderen gedurende de kleuterperiode enkele malen intensief geobserveerd, waarbij de ontwikkeling op verschillende terreinen wordt bekeken. Hiervoor maakt de school gebruik van het observatiesysteem ‘Kijkregistratie’. Door middel van deze observatielijsten en uitslagen van toetsen krijgen we een goed beeld van de ontwikkeling van de kinderen. Tijdens de ‘10-minuten-gesprekken’ wordt hierover met de ouders gesproken.
Groep 3 t/m 8 Op het bord of aan de hand van dagritmekaarten, wordt dagelijks aangegeven welke vakgebieden aan de orde zullen komen. Naast het zelfstandig verwerken van de leerstof, wordt bij alle vakken veel aandacht besteed aan het samenwerken van kinderen. Hierbij gaan we uit van het principe dat de kinderen veel van en met elkaar kunnen leren. Rekenen en wiskunde Onze school gebruikt sinds schooljaar 2014-2015 de methode ‘Alles Telt’. Met deze methode kan er goed gedifferentieerd gewerkt worden. In de groepen 1 t/m 4 wordt er gewerkt met Sprongen Vooruit. Op een speelse wijze, met bewegingen, oefenen aan hun getalbegrip. Vanaf groep 4 leren we de kinderen de tafels. Deze blijven we oefenen tot in groep 8. 14
Nederlandse taal Taal is de basis voor al het leren, zowel mondeling als schriftelijk. Daarom wordt veel tijd op onze school besteed aan taalonderwijs. Onze school gebruikt we de methode ‘Taaljournaal’. In deze methode wordt op een diverse manier aandacht besteed aan de verschillende onderdelen van taal: spreken, luisteren, lezen en schrijven. Hierbij kan gedacht worden aan het verwoorden van ideeën en gevoelens in verhalen, gedichten en toneelspel. Vanaf de kleutergroepen houden kinderen een boekenkring bij ons op school. Zo leren zij van jongs af aan zich te presenteren voor een groep. Vanaf de middenbouw houden de kinderen een nieuwskring en een spreekbeurt en worden er in de bovenbouw werkstukken gemaakt. Lezen Naast de aandacht voor het lezen in de taalmethode, wordt apart aandacht besteed aan de verschillende leesvormen. Voor het aanvankelijk technisch lezen wordt in groep 3 gebruik gemaakt van de versie van de methode ‘Veilig Leren Lezen’. Op een inzichtelijke manier leren de kinderen lezen. In de methode is ruimte voor snelle en langzame lezers. Ook wordt gebruik gemaakt van veel aanvullend materiaal om het aanvankelijk leesproces zo snel en goed mogelijk onder de knie te krijgen. Bij deze methode gebruiken we een computerprogramma op het digitale schoolbord. De kinderen van groep 3 gaan jaarlijks op bezoek bij de plaatselijke bibliotheek. Hier krijgen zij voorlichting over de bibliotheek in zijn algemeenheid en over geschikte leesboeken in het bijzonder. Voor de groepen 4 t/m 8 maken we bij het technisch lezen gebruik van de methode “Estafette”, een methode die gebaseerd is op de nieuwste inzichten op technisch leesgebied. De methode is opgezet volgens nieuwe AVI-niveaus en vormt een doorgaande lijn met Veilig Leren Lezen. Een belangrijk uitgangspunt is leesplezier. Er is blijvende aandacht voor leesontwikkeling, óók in groep 7 en 8. In deze methode wordt er in drie niveaus les gegeven, waardoor kinderen op hun eigen leesniveau oefenen. Bij Estafette maken we gebruik van het bijbehorende computerprogramma voor het digitale schoolbord. Boven op de gang staat een grote hoeveelheid leesboeken. Op de Trekvogel is een leescoördinator werkzaam: zij stimuleert de kinderen te blijven lezen door af en toe nieuwe boeken aan te schaffen en met de Kinderboekenweek een schrijfster uit te nodigen op school. In de Kinderboekenweek hebben we de Boekenbeurs, waarin de kinderen hun eigen boeken kunnen verkopen en andere boeken kunnen kopen. Voor studerend- en begrijpend lezen maken we gebruik van de methode ‘Nieuwsbegrip XL’. Dit is een methode met interactieve leeslessen aan de hand van de actualiteit Kinderen gaan hier in groepjes van 3 kinderen mee aan de slag. Belangrijk bij deze methode is het leren van leesstrategieën. Woordenschat is een belangrijk onderdeel in deze lessen. De woorden van de tekst hangen de hele week zichtbaar in de klas. Engels Vanaf schooljaar 2014-2015 geven we Engelse lessen vanaf groep 1. Dat doen we met behulp van de methode “Take it easy”. Deze methode is speciaal ontwikkeld voor het digibord en is hierdoor actueel en interactief. We zijn als school aangesloten bij het netwerk Buzzy Bee. Door dit netwerk hebben we contact met andere basisscholen en middelbare scholen waarin Engels een belangrijke rol speelt in hun onderwijs. Schrijven Voor het schrijven gebruiken we de methode: ‘Pennenstreken’. Deze methode past bij de letters die we 15
de kinderen in groep 3 aanleren. In groep 8 is deze methode gericht op het ontwikkelen van een eigen handschrift. Wereldoriëntatie Wij gebruiken de volgende methoden voor deze vakken: • Verkeer: Wegwijs • Aardrijkskunde: Meander • Geschiedenis: De Trek • Natuur en techniek: Naut en techniektorens Bij deze vakken maken we gebruik van mindmaps om de lesstof duidelijk in kaart te brengen. De kinderen krijgen vanaf groep 5 les uit de methoden Meander, Naut en de Trek. Hierbij maken we gebruik van de talenten van onze leerkrachten. De geschiedenis lessen in groep 7 & 8 worden bijvoorbeeld gegeven door een leerkracht die geschiedenis heeft gestudeerd. Daarnaast proberen we de mooie historie en omgeving van IJsselstein te betrekken in deze vakken. We zijn in het afsluitende jaar van het traject “scholen in Talent” van Kunst Centraal. Dit jaar maken we een doorgaande lijn voor de erfgoedlessen voor groep 1 t/m 8. Hierbij worden we ondersteund door een coach van Kunst Centraal. Expressievakken De creatieve vakken zijn in de groepen 1 en 2 geïntegreerd in het programma. In de groepen 3 t/m 8 worden de creatieve vakken apart aangeboden. Alle kinderen van groep 5 t/m 8 zijn op vrijdagmiddag door elkaar bezig met de creatievevakken. In circuitvorm werken zij een of twee weken aan een opdracht om vervolgens een andere opdracht te kiezen. In dit circuit zit een doorgaande lijn en komen vakken als drama, dans, literair, muziek, beeldende vorming en audio visiuele vorming voor. Dit zijn de vakgebieden waar het team de afgelopen twee jaar extra in geschoold is door ons traject van “scholen in talent”. Daarnaast organiseren we nog vier keer per jaar een talentenworkshop. Vier keer per jaar op woensdagmiddag kunnen kinderen zich inschrijven voor allerlei verschillende workshops die gegeven worden door externe personen, ouders en leerkrachten. Hierbij kunt u denken aan; omgaan met de hond, striptekenen, portretfotografie, Dansja & Dansfabriek dansles, BSO jungkids theaterles, armbandje rijgen, vogelinformatie, bezoek museum MIJ en onderzoek doen. Onze toneelvoorstellingen mogen hierbij niet ontbreken. Ieder groep maakt samen met een andere groep een toneelstuk en laat dat aan de hele school zien. Hierbij is het heel mooi om te zien hoe de kinderen samen tot een geweldig resultaat komen. Natuurlijk worden de ouders uitgenodigd om hiervan mee te komen genieten. Bewegingsonderwijs In de groepen 1 en 2 staat bewegingsonderwijs dagelijks op het rooster. Dit kan in het speellokaal van de school of op het kleuterplein uitgevoerd worden. Vanaf groep 3 gaan de groepen twee keer per week gymmen in de sportzaal van het Heem (vlak naast de school). Bij de lessen wordt er in verschillende vakken gewerkt, waarin er spelonderdelen en toestelonderdelen in één les aan bod komen. Dit schooljaar worden de gymlessen op dinsdag gegeven door de leerkrachten zelf e op donderdag door de sportcombinatiefunctionaris. De groepen 4 en 5 verwisselen gedurende een half jaar één gymles voor één zwemles per week in zwembad ‘de Hooghe Waerd’. Groep 5 zwemt het eerste half jaar; groep 4 het tweede half jaar. De kinderen worden met bussen naar het zwembad vervoerd. Het zwemmen is facultatief. Kinderen, die niet meedoen aan de zwemlessen blijven op school en ontvangen vervangende lesstof. Voor de kinderen die gaan zwemmen, wordt een bijdrage van € 51,- per schooljaar gevraagd voor het busvervoer. 16
Dammen In onze school is er op woensdagmiddag de gelegenheid om te (leren) dammen. Elke woensdag is er zowel voor beginners als voor gevorderden de mogelijkheid mee te doen aan een damcursus. Voor verdere informatie hierover kunt u bellen met: Bert Habets (030-6886423). Geestelijke stromingen en maatschappelijke verhoudingen We willen de kinderen zicht geven op de wijze waarop onze multiculturele samenleving in elkaar zit, op het functioneren van een moderne democratie. We besteden daarom binnen en buiten de methode aandacht aan geestelijke stromingen (verschillende godsdiensten), die in onze cultuur voorkomen, zonder daarover een oordeel uit te spreken. Het bijbrengen en hanteren van normen en waarden speelt een belangrijke rol. Daar waar dat kan wordt gebruik gemaakt van de op school aanwezige ervaringen van de kinderen zelf. In diverse methoden en kringgesprekken wordt aandacht besteed aan deze vakgebieden. Actief burgerschap en integratie De Directie Primair Onderwijs (OCW) verwoordt het begrip actief burgerschap als volgt: ‘Actief burgerschap is het kúnnen en wíllen deelnemen aan de samenleving. Burgerschap gaat over diversiteit, acceptatie en tolerantie. Het vraagt ook reflectie op het eigen handelen, een respectvolle houding en een bijdrage aan de zorg voor je omgeving’. De school bevordert de gedachte dat wij kinderen opleiden tot democratische, actieve wereldburgers. We willen de school groter laten zijn dan alleen het gebouw. Voorbeelden van actief burgerschap en integratie op onze school: • de kinderen hebben via zelfstandig werken, planborden met weektaak e.d. invloed op het programma. • door middel van o.a. kringgesprekken, groepsvergaderingen en digitale leerling vragenlijsten wordt gevraagd naar de meningen van kinderen. • de school is actief betrokken bij de wijk en de samenleving. Voorbeelden zijn: deelname aan een gezamenlijke verkeerscommissie, knijperacties om de wijk schoon te houden, deelnemen aan het buurtnetwerk. • Nieuwskringen en ik-doos • Kinderpostzegelactie groep 7 • Behandelen van de Anne Frankkrant voor groepen 7 en 8; • Bezoek van groep 8 aan kamp Amersfoort • Bijdrage aan de 4-mei herdenkings-viering in de gemeente met alle basisscholen in het kader van de regeling: ‘Adopteer een monument’; • Jaarlijkse actie voor een goed doel Sociaal-emotionele ontwikkeling Kinderen moeten leren omgaan met een maatschappij die verandert. Op dit moment worden andere vaardigheden van kinderen gevraagd dan vroeger. Telkens weer bedenken we op school: ‘Wat heeft een kind nu nodig om goed te kunnen functioneren in de maatschappij van de toekomst? Zijn er mogelijkheden om ons onderwijs zo aan te passen dat we een goede, positieve leer- en werkomgeving aan onze kinderen kunnen bieden?’ Voorbeelden van aanpassingen op de Trekvogel zijn: • oplossingsgericht werken (de kinderen leren hoe zij individueel en/of als groep de groepssfeer zelf voor een groot deel kunnen bepalen, waarbij we uitgaan van wat al goed gaat) • structureel coöperatief leren (samenwerkingsvormen) • zelf ontwikkelde lijn voor zelfstandig werken (zelfstandigheid) • invoeren beleid “Goed Gedrag, Gewoon Doen!” • tabletgebruik in de onderbouw • laptopgebruik in midden-en bovenbouw 17
5 Ondersteuning van leerlingen Opvang van nieuwe leerlingen Een kind vanaf de leeftijd van 3 jaar en 10 maanden mag op onze school 5 dagdelen (meestal ochtenden) komen wennen. Voor kinderen, die in de decembermaand of rond de grote vakantie jarig zijn, geldt een aparte regeling
Leerlingvolgsysteem Van iedere leerling wordt er een digitaal dossier bijgehouden. Hierin worden gegevens opgenomen over het gezin (inschrijfformulier), de gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen en toets- en rapportgegevens van de verschillende jaren. Voor een onderzoek kan op verzoek van bijvoorbeeld externe onderzoeksinstantie, de onderwijs-begeleidingsdienst of een speciale school voor basisonderwijs, een onderwijskundig rapport ingevuld moeten worden. Deze verslagen worden altijd met toestemming van de ouders ingevuld. Bij de overgang naar het voortgezet onderwijs of een andere basisschool worden onderwijskundige rapporten ingevuld.
Extra ondersteuning van leerlingen Voor de vakken rekenen, begrijpend lezen, lezen en spelling zijn er groepsplannen opgesteld. Voor kinderen die extra hulp nodig hebben, wordt een zgn. ‘individueel handelingsplan’ gemaakt. In een handelingsplan staat op welke wijze, met welke kinderen, voor welke onderdelen, met welke materialen, door welke leerkracht en op welke tijdstippen de extra hulp gegeven zal worden en wat dit voor resultaat moet opleveren. In de groepsplannen wordt gesproken over aanpak 1, 2 en 3. Kinderen in aanpak 1 hebben meer instructie en inoefening nodig dan de kinderen die in aanpak 3 zitten. Welke kinderen dit zijn, wordt bepaald aan de hand van observaties van de leerkracht en aan de hand van methode gebonden en onafhankelijke, landelijke toetsen. Voor de onafhankelijke toetsen maken we gebruik van het CITO-leerlingvolgsysteem (LVS). Hierbij worden jaarlijks in alle groepen enkele toetsen afgenomen: taal voor kleuters en ordenen (groep 2), de basisvaardigheden lezen, taal en rekenen (groepen 3 t/m 8). Met behulp van deze toetsen kunnen we zien hoe een kind, een groep en de gehele school er op een bepaald gebied voor staat en zich ontwikkelt. De resultaten van deze toetsen worden bijgevoegd bij het rapport. Het gehele proces van leerlingenzorg wordt gecoördineerd door een gespecialiseerde leerkracht: de intern begeleider (IB-er).Indien kinderen extra zorg nodig hebben op het gebied van leerresultaten en/of gedrag, wordt dit besproken in speciale IB-gesprekken en/of leerlingbesprekingen. Op onze school hanteren we het uitgangspunt, dat zoveel mogelijk van de extra hulp in de groep zelf plaatsvindt. Dit doen we om enerzijds zoveel mogelijk uitzonderingsposities voor de kinderen te voorkomen, anderzijds omdat de methoden in een aantal gevallen al voorzien in extra hulp. Kinderen leren op deze manier ook met en van elkaar. Soms kan ook besloten worden dat een kind voor een bepaald vak met een aangepast programma gaat werken. Aan de andere kant kan het zijn dat het kind de eindniveaus vroegtijdig heeft behaald. Dit
18
noemen we op school de begaafde kinderen. We hebben vorig jaar een werkgroep opgestart (waarin ook ouders bij aangesloten zijn) : De werkgroep gaat dit schooljaar aan de slag om een doorgaande lijn op te zetten. Op deze manier hebben we duidelijke afspraken en een schoolbrede aanpak. De Octoplus is daar een onderdeel van. Bij de Octoplus werken de “begaafde kinderen” anderhalf uur in de aula met onze specialist begaafden. De kinderen gaan in deze anderhalf uur aan de slag met creatieve denkvaardigheden. In sommige gevallen wordt in overleg met de ouders besloten om advies in te winnen bij externe instanties of een groot overleg met meerdere mensen te organiseren (een MDO). Als de hulp van school niet het gewenste resultaat heeft, kan in overleg met de ouders besloten worden om het kind een leerjaar over te laten doen. In principe gebeurt dit alleen als wij het tweede schooljaar meer resultaat verwachten van het kind.
Passend onderwijs Wat is passend onderwijs? Passend onderwijs is de manier waarop onderwijs aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, wordt georganiseerd. Dit varieert van extra begeleiding, aangepast lesmateriaal en hulpmiddelen op een reguliere school, tot onderwijs op een speciale school. Scholen werken met elkaar samen in samenwerkingsverbanden, waarbinnen zij onderling afspraken maken over hoe elke leerling onderwijs krijgt dat bij hem/haar past. Waarom is passend onderwijs ingevoerd? Passend onderwijs vervangt het systeem van de leerlinggebonden financiering (het rugzakje). Dit systeem werd steeds duurder doordat er meer leerlingen een rugzakje kregen. Daar komt bij dat het krijgen van een rugzakje een ingewikkeld proces was en er te veel kinderen thuis zaten. Het doel van passend onderwijs is het oplossen van deze problemen. Passend onderwijs voor alle leerlingen Passend onderwijs is er voor alle leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs, speciaal (voortgezet) onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. Vooral leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, krijgen er mee te maken. Ondersteuning kan nodig zijn vanwege een verstandelijke beperking of een chronische ziekte, maar ook vanwege een gedrags- of leerstoornis. Soms is het bij de start op school al duidelijk dat er extra ondersteuning nodig is, soms blijkt dat pas later. Het onderwijs aan blinde en slechtziende leerlingen (cluster 1) en aan kinderen met gehoorproblemen of een taalontwikkelingsstoornis (cluster 2) blijft landelijk georganiseerd. Voor alle andere leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, is het onderwijs georganiseerd in regionale samenwerkingsverbanden. Passend onderwijs vanaf 1 augustus 2014 Op 1 augustus 2014 is het passend onderwijs van start gegaan. Schoolbesturen hebben sindsdien zorgplicht en de samenwerkingsverbanden zijn financieel en organisatorisch verantwoordelijk voor de uitvoering van passend onderwijs. Wat doet een samenwerkingsverband? De belangrijkste taak van een samenwerkingsverband van scholen is het maken en uitvoeren van een ondersteuningsplan. Hierin staat hoe alle leerlingen een passende plek op een school binnen het samenwerkingsverband krijgen.
19
Wat is de zorgplicht? Schoolbesturen moeten ervoor zorgen dat iedere leerling die bij hen inschreven staat of zich aanmeldt een passende onderwijsplek krijgt. Zij moeten zorgvuldig onderzoeken wat het kind nodig heeft en dit eerst proberen zelf te realiseren. Als blijkt dat een school geen passende plek kan bieden, dan gaat de school samen met de ouders uitzoeken welke school passend is voor het kind. Bron: informatiegids voor ouders: Passend onderwijs in een notendop Zie ook http://www.steunpuntpassendonderwijs.nl/ Profi Pendi, het samenwerkingsverband waar onze school bij hoort Bij samenwerkingsverband Profi Pendi horen alle vestigingen van basisscholen en de scholen voor speciaal basisonderwijs in de gemeenten Houten, IJsselstein, Lopik, Nieuwegein en Vianen en de vestiging in Houten van de Berg en Boschschool voor speciaal onderwijs cluster 4. Daarnaast horen ook scholen voor speciaal onderwijs van cluster 3 en 4 die buiten het gebied van Profi Pendi gevestigd zijn tot het samenwerkingsverband. Deze scholen hebben ervoor gekozen aan het samenwerkingsverband deel te nemen, omdat er kinderen naar toe gaan die in onze regio wonen. Doelstelling van Profi Pendi Profi Pendi heeft als doel een samenhangend geheel van ondersteuningsvoorzieningen te realiseren, binnen en tussen de deelnemende scholen. Uitgangspunt hierbij is dat alle leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doormaken en dat leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben een zo passend mogelijke plaats in het onderwijs krijgen. Basisondersteuning op de scholen van Profi Pendi De ondersteuningsvoorzieningen die alle scholen moeten bieden, noemen we basisondersteuning. Voor deze basisondersteuning zijn ‘standaarden’ ontwikkeld door een werkgroep met vertegenwoordigers vanuit de basisscholen, de scholen voor speciaal basisonderwijs en deelnemende scholen voor cluster 3 en 4. Scholen die nog niet aan de basisondersteuning kunnen voldoen, hebben tot 1 augustus 2016 de tijd om zich hierin te ontwikkelen. Extra ondersteuning op de basisschool In het schoolondersteuningsprofiel beschrijven basisscholen welke ondersteuning zij hun leerlingen kunnen bieden. De kern ervan vormt de basisondersteuning. Binnen onze school is er op donderdag een logopediste aanwezig en op vrijdag een cesartherapeute. Kinderen worden onder schooltijd behandeld. Er zijn korte lijntjes met ouders en leerkrachten, waardoor de kinderen de juiste begeleiding ontvangen. Kinderen die ernstige dyslexie hebben, kunnen in aanmerking komen voor dyslexiebehandelingen. Die behandelaar komt dan wekelijks onder schooltijd op school het kind behandelen. Extra ondersteuning bij Profi Pendi Naast de basisondersteuning op de basisscholen, heeft Profi Pendi diverse mogelijkheden voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Binnen het samenwerkingsverband zijn daarvoor vier scholen voor speciaal basisonderwijs (SBO). Daarnaast is er binnen Profi Pendi de mogelijkheid om leerlingen te plaatsen op verschillende soorten scholen voor speciaal onderwijs (SO). Zorgplicht en het dekkend netwerk van voorzieningen Hoewel het uitgangspunt is dat kinderen dicht bij huis onderwijs volgen, zal dat niet altijd mogelijk zijn. Niet alle gespecialiseerde vormen van ondersteuning zijn aanwezig op de scholen in onze regio. Profi Pendi is wettelijk verplicht om ook een passende school te vinden voor kinderen die een ondersteuningsbehoefte hebben waaraan de scholen binnen de regio niet kunnen voldoen. Zij kan aan deze plicht voldoen doordat ook SO-scholen buiten de regio deelnemen aan het samenwerkingsverband. Voor leerlingen die naast specifieke onderwijsbehoeften ook vormen van jeugdzorg nodig hebben, zijn met de gemeenten in de regio afspraken gemaakt. De route naar extra ondersteuning – Multidisciplinair overleg (MDO) Als een kind extra ondersteuning nodig heeft wordt er een Multidisciplinair Overleg (MDO) gehouden. In dit overleg praten ouders, leerkracht, IB’er en externe deskundigen met elkaar over de ondersteunings20
behoefte van het kind. De externe deskundigen zijn hier de collegiaal consultant uit het onderwijsexpertisecentrum en een schoolmaatschappelijke werkende of andere specialist op het gebied van opvoeding en gezin. Samen met ouders en school zoeken zij een manier om het kind de benodigde ondersteuning te geven. Naar SBO of SO – toelaatbaarheidsverklaring Om onderwijs te mogen volgen op een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs, moet Profi Pendi de leerling toelaatbaar verklaren. Daaraan vooraf gaat altijd een MDO, waarin de deelnemers met elkaar vinden dat plaatsing op een SBO- of SO-school de beste ondersteuning biedt. Samenwerking met ouders De school en de ouders zijn in de eerste plaats samen verantwoordelijk voor een goede samenwerking bij het vinden van de juiste ondersteuning voor een kind. Ter ondersteuning hiervan heeft Profi Pendi in de standaarden voor de basisondersteuning een aantal voorwaarden benoemd voor constructieve samenwerking. Medezeggenschap en passend onderwijs Ouders en personeel van de scholen in het samenwerkingsverband hebben op twee niveaus medezeggenschap: • Advies over het schoolondersteuningsprofiel door de MR van de school; • Instemming met het ondersteuningsplan door de Ondersteuningsplanraad (OPR) van het samenwerkingsverband. Zie voor de actuele samenstelling van de OPR: profipendi.nl/opr.html. Samenwerkingsverband Profi Pendi heeft een ondersteuningsplan ‘in ontwikkeling’ gemaakt voor de periode 2014-2016. De OPR heeft met dit ondersteuningsplan ingestemd, onder het voorbehoud dat alle aanvullingen en wijzigingen aan de OPR worden voorgelegd en dat er voor de periode 2016-2020 een volwaardig ondersteuningsplan wordt gemaakt. Bron: Het ondersteuningsplan van Profi Pendi zie ook http://profipendi.nl/
Inpandige BSO In ons pand zit de BSO IJsselstein. Een van de aanbieders op BSO gebied. Zij verzorgen ook VSO (voorschoolse opvang). Meer informatie is te vinden op hun website http://bso-ijsselstein.nl/ . Andere BSO organisaties die kinderen van onze school ophalen zijn: • BSO Jungkids http://www.bso-jungkidz.com/ • BSO SKIJ http://www.skij.nl/ • BSO Kids Lodge http://www.kidslodge.nl/ijsselstein
21
6 Het team Het team van de Trekvogel bestaat uit 18 personen. In dit schema is te zien wie er welke dagen aanwezig is. Groep
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
1/2 A
Juf Lilian
Juf Anouk
Juf Lilian
Juf Lilian
Juf Lilian
1/2 B
Juf Fransjeska
Juf Fransjeska
Juf Fransjeska / juf Nathalie
Juf Nathalie
Juf Nathalie
3/4
Juf Nadia Ochtend Juf Susanne
Juf Nadia
Juf Ineke Ochtend Juf Susanne
Juf Ineke
Juf Ineke Ochtend Juf Susanne
5
Juf Bonny
Juf Bonny
Juf Bonny/ juf Susan
Juf Susan
Juf Susan
6
Juf Susanne
Juf Susanne
Juf Susanne
Juf Susanne
Juf Susanne
7
Juf Marion & juf Manon
Juf Marion & juf Manon
Juf Patricia
Juf Patricia
Juf Patricia
8
Juf Patricia
Juf Patricia
Juf Esther
Juf Esther
Juf Esther
IB
Juf Marion
Juf Marion
Juf Marion
Juf Marion
Directie
Juf Sjoera
Juf Sjoera
Conciërge
ochtend Meneer Rien
ochtend Meneer Rien
Administratie
Juf Sjoera ochtend Meneer Rien
Juf Cisca
Juf Sjoera
ochtend Meneer Rien Juf Cisca
Vervanging/verzuimbeleid Wij willen dat onze leerkrachten zich goed voelen in hun werk en zo min mogelijk ziek zijn. Daarom verdelen wij het werk zo gelijkmatig en overzichtelijk mogelijk. Is er toch iemand ziek, dan gaan wij meteen op zoek naar een vervanger. Het kan voorkomen dat er niet direct iemand beschikbaar is. Om ervoor te zorgen dat het onderwijs dan toch zo rustig mogelijk kan doorgaan, hebben de scholen van Stichting Robijn samen afgesproken wat zij in zo’n geval doen. Hiervan is een protocol gemaakt, dat u op school kunt opvragen als u het wilt lezen. U kunt het vervangingsprotocol ook vinden op de website van Stichting Robijn www.stichtingrobijn.nl.
22
7 Het contact met ouders Wij willen graag een ‘open school’ zijn. Wij hechten veel waarde aan een goed contact met de ouders. We noemen het de ´cirkel ouder-kind-leerkracht´. We hebben elkaar nodig om tot het beste te komen voor het kind. De kinderen krijgen drie keer per jaar een rapport en daarbij is een 10 minutengesprek met ouders. U kunt ook altijd zelf een afspraak met de groepsleerkracht maken. Om ouders zoveel mogelijk bij de school en bij het werken van hun kind te betrekken, organiseren wij aan de start van het schooljaar voor iedere groep een informatieavond. We willen graag gebruik maken van het talent van ouders. We hebben onder andere een werkgroep “begaafden” waarin ouders meewerken aan het opzetten van de doorgaande lijn voor begaafden. We hebben een Medezeggenschapsraad, Klasse!ouders, een PR groep en een paar keer per jaar wordt de school prachtig versierd door ouders. Daarnaast wordt er voor andere activiteiten de hulp van ouders zeer gewaardeerd.
Medezeggenschapsraad Onze school heeft een medezeggenschapsraad (MR) waarin ouders meepraten en mee beslissen over zaken die de school aangaan. De leden van de MR behartigen de belangen van de ouders, leerlingen en leerkrachten van de school. In de MR zitten evenveel ouders als leerkrachten. Het aantal is afhankelijk van het aantal leerlingen van de school. De totale MR bestaat op dit moment uit 3 ouders en 3 leerkrachten. De • • • • •
raad vergadert eens per 5 weken over alle zaken die de school aangaan, zoals: vakantierooster formatie groepsverdeling begrotingen jaarrekening
De vergaderingen van de MR zijn openbaar en dus voor alle ouders toegankelijk. Wat er in de MR-vergaderingen besproken wordt, kunt u nalezen in de notulen van de vergaderingen. De notulen zijn binnenkort te vinden op de website http://www.trekvogel.nl/mr.html. MR-leden hebben een zittingsperiode die is vastgesteld in het statuut. Als er een vacature is in de oudergeleding van de MR, dan worden er verkiezingen uitgeschreven. Zijn er meerdere ouders die zich kandidaat stellen voor deze taak, dan volgt er een schriftelijk stemming, waarbij alle ouders stemrecht hebben. Een vacature in de teamgeleding wordt door het team ingevuld. Ook daarvoor kan een verkiezing uitgeschreven worden. De MR heeft de vrijwillige ouderbijdrage voor dit schooljaar weer vastgesteld op € 25,- per kind. De factuur hiervoor wordt medio oktober meegegeven aan de kinderen.
Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad Gezamenlijk hebben de scholen van Stichting Robijn een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). De GMR praat en/of beslist mee over bovenschoolse zaken, zoals schooloverstijgende financiële zaken en bijvoorbeeld het vakantierooster. Van iedere school zitten er twee vertegenwoordigers in de GMR. Dit is altijd één ouder en één leerkracht. Meer informatie over medezeggenschap op school kunt u vinden op de website van onze school en op de website www.infowms.nl. 23
Klachtenregeling Ondanks al onze inspanning om de school zo goed mogelijk te laten functioneren, kan het zijn dat u ergens niet tevreden over bent. Dat horen we dan graag zo snel mogelijk van u, zodat we samen naar een oplossing kunnen zoeken. Komen we er met elkaar niet uit, dan spreken we af wie we vragen om te helpen bij de oplossing van het probleem. De scholen van Stichting Robijn hebben een klachtenregeling, waarin beschreven staat hoe we met klachten omgaan. Deze regeling ligt ter inzage op school, bij de schoolleiding en kunt u bovendien vinden op de website van Stichting Robijn (www.stichtingrobijn.nl). De klachtenregeling komt er in het kort op neer dat u eerst contact opneemt met de betrokken leerkracht als het gaat over iets dat in de klas is gebeurd. Mocht u na één of meer gesprekken, het gevoel hebben dat hun vraag of klacht niet goed beantwoord is, dan kunt u contact opnemen met de schoolleiding. De schoolleiding kan ook al eerder bij het gesprek met de leerkracht aanwezig zijn. U kunt ook direct met de schoolleiding contact opnemen om uitleg te krijgen over meer algemene schoolzaken die niet direct betrekking hebben op de klas of de leerkracht van het kind. We gaan er daarbij steeds van uit dat we, door met elkaar in gesprek te zijn en blijven, eventuele problemen samen kunnen oplossen. U kunt altijd een afspraak maken met de leerkracht van uw kind of met de directeur. Mochten zij uw klacht niet naar tevredenheid kunnen oplossen, dan kunt u contact opnemen met de contactpersoon van de school. De contactpersoon De contactpersoon is een personeelslid van de school dat speciaal is opgeleid om te helpen bij problemen van zowel kinderen als ouders/verzorgers of leerkrachten. De contactpersoon heeft de volgende taken: • het aanhoren van problemen en advies geven zonder partij te kiezen; • doorverwijzen naar het bestuur als een probleem op school niet opgelost kan worden met de leerkracht en/of de directie; • op een vertrouwelijke manier richting geven aan het oplossen van problemen en u de weg wijzen in het proces; Ook leerlingen kunnen met hun probleem naar de contactpersoon gaan. De contactpersoon helpt de leerling bij het oplossen van het probleem. Een leerling kan naar de contactpersoon gaan als hij een probleem heeft met: • de leerkracht; • met de ouders; • andere kinderen. De contactpersoon luistert in eerste instantie vooral naar het kind. Uiteraard is dit gesprek vertrouwelijk. Vervolgens wordt samen met de leerling gezocht naar een passende oplossing. Soms is het nodig om contact op te nemen met de ouders. Dit wordt vooraf besproken met het kind. De contactpersoon op de Trekvogel is Marion van Beem. Zij is meestal op maandag, dinsdag en donderdag aanwezig. Binnenlopen voor een afspraak kan altijd. Het is ook mogelijk om haar te mailen op
[email protected]. Anonieme klachten kunnen niet worden behandeld. De vertrouwenspersoon De externe vertrouwenspersoon is onafhankelijk van de school en Stichting Robijn. Deze vertrouwenspersoon is door het bestuur van Robijn benoemd. Als er een probleem is dat op school en binnen het bestuur niet kan worden opgelost, dan kunt u met uw klacht naar de vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon begeleidt u bij een verder procedure. Zij bemiddelt, adviseert, steunt, onderzoekt en verwijst. Als
24
de klager besluit een officiële klacht in te dienen, helpt de vertrouwenspersoon daarbij als dat nodig is. De vertrouwenspersoon is onafhankelijk en garandeert absolute vertrouwelijkheid. Klokkenluidersregeling en vertrouwenspersoon integriteit Als u een misstand vermoedt op onze school of binnen Stichting Robijn, dan kunt u dat melden bij het bestuur van Stichting Robijn, de Raad van Toezicht (als de misstand het bestuur betreft) of de vertrouwenspersoon integriteit. Het gaat hierbij om een op redelijke gronden vermoeden van een misstand bij Robijn, waarbij een maatschappelijk belang in het geding is. Op de website van Stichting Robijn (www.stichtingrobijn.nl) vindt u de volledige tekst van de klokkenluidersregeling. Onze externe vertrouwenspersoon is en vertrouwenspersoon integriteit is: Mevrouw H. de Jong Kleverparkweg 92 2023 CJ Haarlem telefoon: 06-25 02 45 55 e-mail:
[email protected] website: www.heleendejongadvies.nl
Landelijke Klachtencommissie onderwijs De school is voor de behandeling van klachten tevens aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie: “de Landelijke Klachtencommissie onderwijs (LKC)”. De LKC onderzoekt de klacht en beoordeelt (na een hoorzitting) of deze gegrond is. Vervolgens brengt zij advies uit aan het schoolbestuur en kan aan haar advies aanbevelingen verbinden. Het schoolbestuur neemt over de afhandeling van de klacht en het opvolgen van de aanbevelingen de uiteindelijke beslissing. Een klacht kan bij het schoolbestuur of rechtstreeks schriftelijk bij de LKC worden ingediend. De externe vertrouwenspersoon kan u daarbij behulpzaam zijn als u dat wilt. De LKC is te bereiken bij Onderwijsgeschillen, Postbus 85191, 3508 AD UTRECHT, telefoon 030-2809590, fax 030-2809591. Meer informatie vindt u ook op www.onderwijsgeschillen.nl of e-mail uw vraag naar
[email protected].
Schoolverzekering Alle kinderen zijn door het bestuur collectief verzekerd tegen ongevallen. Deze verzekering is van kracht op weg naar en van school, tijdens het verblijf op school en gedurende alle activiteiten die in schoolverband plaatsvinden zoals zwemmen en excursies. De verzekering dekt schade aan het eigen lichaam, veroorzaakt door een ongeval, dus geen schade aan brillen, fietsen of kleding Omgaan met ICT-middelen in school Op onze school maken leerlingen gebruik van ICT-middelen zoals computers, laptops en tablets. Dit zijn dure apparaten die de school veel geld kosten. Wij verwachten dan ook dat onze leerlingen daar zorgvuldig mee omgaan. Als een leerling schade veroorzaakt aan een apparaat, dan moet dit gerepareerd worden, of het apparaat moet worden vervangen. Voor de kosten daarvan bent u als ouder/verzorger aansprakelijk. Als u een aansprakelijkheidsverzekering heeft, kunt u die inschakelen voor de vergoeding van de kosten.
25
8 Ontwikkeling onderwijs Voortdurende verbetering van het onderwijs Om ervoor te zorgen dat ons onderwijs de nieuwste ontwikkelingen en inzichten volgt, plannen wij ieder schooljaar een aantal studiedagen in. Deze dagen worden bijvoorbeeld besteed aan het doorontwikkelen van het onderwijs, opbrengstgericht werken en het werken met moderne ICT-middelen. Eens per jaar organiseert Stichting Robijn een studiedag voor alle Robijnscholen, met een thema dat voor alle scholen leerzaam en interessant is.
Contacten met andere onderwijsinstellingen De school is natuurlijk geen op zichzelf staande organisatie. Wij nemen actief deel aan diverse overleggen met bijvoorbeeld het HBO waar we regelmatig stagiaires van in de klassen hebben, peuterspeelzalen en het speciaal onderwijs. Hieronder ziet u een overzicht van een aantal van deze contacten: • De directie neemt deel aan het directieoverleg van Stichting Robijn • De contacten met het speciaal onderwijs verlopen via de interne begeleider • De Hogeschool van Utrecht • De schoolbegeleidingsdienst • Middelbare scholen • Hogescholen en ROC’s • Met peuterspeelzalen is contact i.v.m. verspreiding van voorlichtingsmateriaal en deelname aan eventuele informatieavonden • Directeurenberaad IJsselstein • Kunst Centraal, traject Scholen in Talent • Museum MIJ, talentenworkshops • BSO’s, afstemming • Sportcombinatiefunctionarissen, verbeterplan gymonderwijs • Buurtscholen, De Brug & Opstap • Verkeerswerkgroep
26
9 Resultaten van het onderwijs Cijfers over specifieke zorg Overzicht externe verwijzingen sinds 2012 Aantal verwijzingen naar SBAO 2012-2013
0
2013-2014
0
2014-2015
1
2015-2016
1
Vorderingen basisvaardigheden Overzicht aantal zittenblijvers en versnellers sinds 2012 Zittenblijvers
Versnellers
2012-2013
1
0
2013-2014
1
0
2014-2015
0
0
Doorstroom naar VO Overzicht doorstroom naar het voortgezet onderwijs vwo
havo/ vwo
havo
2010-2011
5
7
2011-2012
8
3
2012-2013
5
5
2013-2014
4
1
2014-2015
4
havo/ v-t
vmbo
vmbo-t vmbo lager
1
11
PrO
overig
5 4
totaal 29
9
1
4
29
1
4
7
3
25
10
4
7
3
29
4
7
11
3
29
Wij volgen de resultaten van onze kinderen door gerichte observaties, door middel van methodegebonden- en onafhankelijke toetsen. De resultaten hiervan vindt u op het rapport en worden met u besproken tijdens de rapportgesprekken. In groep 8 doen de kinderen mee aan de CITO-eindtoets. Het doel en uitgangspunt is het maximale uit kinderen halen, zodat zij uit kunnen stromen naar het onderwijs dat bij hen past. In de praktijk blijkt dat de school hier goed in slaagt. De resultaten van de onafhankelijke (CITO-) toetsen worden door de groepsleerkrachten geanalyseerd en met de Intern Begeleider besproken. De uitslagen worden ook op de rapporten vermeld. Tevens worden de resultaten gemonitord door de inspectie. In september komen ouders en kinderen van groep 8 naar school voor de “inspiratie-gesprekken”. Tijdens deze gesprekken kunnen ouders en kinderen hun verwachtingen over het advies uitspreken en wordt er besproken waar het kind nog extra op kan letten of mee oefenen. In dit gesprek geeft de leerkracht geen advies! Komen kinderen in aanmerking voor LWOO (leerwegondersteuning) dan volgen er in oktober gesprekken met de ouders. 27
In januari krijgen de kinderen het advies mee. Dat advies wordt besproken met de ouders en de kinderen. In februari is de Eindcito toets. Ieder jaar bezoeken de kinderen van groep 8 het Anna van Rijn, locatie Albatros en het Cals College IJsselstein. De kinderen krijgen informatie over de verschillende VO scholen in de buurt en de open dagen. Op de informatieavond in september wordt ook een spreker van het Cals College IJsselstein uitgenodigd om informatie te geven over het VO.
Jaarlijks doen de kinderen van groep 7, als voorbereiding op de eindtoets, mee aan de entreetoets.
Meer informatie over de resultaten van De Trekvogel Op de website van de inspectie van het onderwijs en op www.scholenopdekaart.nl kunt u meer informatie vinden over de resultaten van onze school.
28
Adressen Centrum Jeugd en Gezin Kasteellaan 1 3401 AE IJsselstein 030-8802260 www.cjgijsselstein.nl
Stichting Robijn Postbus 474 3430 AL Nieuwegein 030-600 91 68
[email protected] www.stichtingrobijn.nl
Cesartherapeut Praktijk oefentherapie Cesar Jan van der Heydenweg 2 IJsselstein 030-6000202 http://paramedischcentrum.nl/specialismen/oefentherapie-cesar/
Vereniging Openbaar Onderwijs Postbus 60182 1320 AE Almere 036-533 15 00
[email protected] www.voo.nl
Dammen Bert Habets 030-6886423
Vertrouwenspersoon Mevrouw H. de Jong Kleverparkweg 92 2023 CJ Haarlem 06-25 02 45 55
[email protected] www.heleendejongadvies.nl
Inspectie van het onderwijs www. onderwijsinspectie.nl
[email protected] 088-6696000 vragen over onderwijs: 0800-8051 of 0800-5010
Landelijke Klachten Commissie Onderwijsgeschillen Postbus 85191 3508 AD UTRECHT 030-2809590
[email protected] www.onderwijsgeschillen.nl
Logopedie Logopediepraktijk Fangman Judith Koelman Galecopperzoom 2 3437 PJ Nieuwegein 06-26800714
Inspectie van het onderwijs Postbus 2730 3500 GS Utrecht 088-669 60 00 www.onderwijsinspectie.nl
OPDC De Wenteltrap De Wenteltrap Baden Powellweg 3, 3401 RR IJsselstein, Utrecht 030 6884656 http://www.opdc-dewenteltrap.nl
Leerplicht
[email protected] [email protected] Leerplicht ambtenaar: Anita Kersten Postbus 26 3400 AA IJsselstein
Schoolarts/jeugdverpleegkundige GGD- Midden-Nederland Postbus 624 3430 AP Nieuwegein 030-6305400 Schoolmaatschappelijk werk Thirza Voortman 030-6884656 (Ma, woe, don)
BSO IJsselstein (inpandig): BSO IJsselstein Heemradenlaan 28 030-6875007 Op verzoek zijn ook gegevens van andere BSO-aanbieders via school verkrijgbaar 29
Sporthal ‘t Heem Heemradenlaan 36 IJsselstein 030-6871170 Vereniging Openbaar Onderwijs V.O.O. Postbus 10241 1301 AE Almere 049-5626595
30