De Korenbloem 2 6021 LW Budel Tel.: 0495 491933 Email:
[email protected] Website: www.bsdeschatkist.nl
SCHOOLGIDS 2014-2015
2
INHOUDSOPGAVE:
1. De school:
Titelblad Inhoudsopgave Een woord vooraf
Bladzijde 1 2 5
Algemeen 1.1 Directie 1.2 De school 1.2.1 De situering van de school 1.3 Schoolgrootte 1.4 Modern kleurrijk gebouw
5 6 7 7 7
2. Waar staan we als school 2.1 2.1.1 2.1.2 2.2 2.3 2.3.1 2.3.2 2.4 2.5.1 2.5.2 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10
voor? Doelen van ons onderwijs Gerealiseerde doelen afgelopen jaar Gestelde doelen voor het komende jaar Zorg voor het kind Zorg voor kinderen met specifieke onderwijsbehoeften Zelfstandig werken Aanname van kinderen met een handicap Creatief onderwijs Computeronderwijs Excursies De relatie school en parochie Het klimaat van de school Veiligheid/ welzijn Sociaal - emotionele vaardigheden Burgerschap en integratie
3. De organisatie van de school: 3.1 Medezeggenschapsraad 3.2 Ouderraad 3.3 Geldelijke bijdragen van ouders 3.4 Schoolbegeleidingsdienst 3.5 Vergaderingen 3.6 Het schoolteam 3.7 Protocol vervanging bij ziekte 3.8 Directieberaad Cranendonck 3.9 Directieberaad DOSKOZOK
8 9 9 9 10 10 11 11 11 12 12 12 13 13 14 14 16 17 17 18 18 18 19 19 19
4. Ouders en school: 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
Ouderavonden/ informatieavonden Het rapport Dagelijkse contacten Open Dag Communicatiemiddelen Ouderbetrokkenheid
20 20 20 20 21 21
2
3
5. Ontwikkelingen: 5.1 5.1.1 5.1.2 5.2 5.3 5.4
Samenwerkingsverband Zorg voor jeugd Passend onderwijs ARBO Nascholing Basisontwikkeling in de onderbouw
23 25 28 30 30 31
6. De resultaten van ons onderwijs 6.1 Jaarverslag
32 33
7. Regelgeving, school- en 7.1 7.2 7.3 7.4 7.4.1 7.4.2 7.5
34 34 35 36 36 36 38
7.6 7.7
vakantietijden; overblijven: Aantal uren onderwijs Schooltijden en pauzes Vakanties en vrije dagen Lesuitval/ verzuim/ verlof Zieke leerlingen De wettekst inzake verlof Redenen voor vrijstelling van het onderwijs en de vervangende onderwijsactiviteiten Regels voor schorsing en verwijdering Beleid voor 4 jarigen
38 39
8. Diversen: 8.1 8.2 8.3 8.3.1 8.3.2 8.4 8.5 8.6 8.6.1 8.7 8.7.1 8.8 8.9 8.10 8.11 8.12 8.13 8.14 8.15
Schoolreizen + kamp Inloopregeling Overblijven Overblijfreglement Buitenschoolse opvang Ochtendpauze Verjaardag Gymnastiek Vervoer groep 7 en 8 naar de sporthal Gezondheidszorg Protocol bestrijding hoofdluis Verzekeringen Klachtenregeling Huiswerk Foto’s Sponsoring Fietskeuring, veilig op de fiets Pestprotocol Belangrijke data
40 40 40 40 41 41 42 42 42 43 45 45 45 47 47 47 47 48 48
3
4 9. Bijlagen:
Het kompas van Skozok voor schooljaar 2014-2018 Gegevens directie Gegevens miniteam 1-2 Gegevens miniteam 3-4 Gegevens miniteam 5-6 Gegevens miniteam 7-8 Gegevens ICT en kwaliteitsondersteuning Gegevens Onderwijsondersteunend personeel Gegevens Medezeggenschapsraad Gegevens Verkeerswerkgroep Gegevens Ouderraad Gegevens Overblijfkrachten
49 50 50 51 52 53 54 55 56 57 58 61
4
5
WOORD VOORAF Voor u ligt de schoolgids van basisschool de Schatkist. Deze gids wordt jaarlijks uitgereikt na te zijn vastgesteld door het bestuur van onze school en nadat de medezeggenschapsraad ermee heeft ingestemd. Tevens wordt de gids uitgereikt voor of na inschrijving van een leerling. Bovendien wordt hij digitaal verstrekt aan alle ouders. In deze gids staat in grote lijnen waar onze school voor staat en wat er op onze school allemaal gebeurt. Deze gids heeft een tweeledig doel: 1 Hij geeft informatie over de school voor het komende schooljaar. 2 Hij is een hulpmiddel voor een verantwoorde schoolkeuze van ouders. Voor meer informatie over de school nodigen wij u graag uit voor een persoonlijk gesprek. Namens het team van basisschool de Schatkist,
Huub Compen, directeur.
1.1 DIRECTIE Directeur: Huub Compen Dahliastraat 5 6026 CE Maarheeze Tel. 0495 592866 Email:
[email protected]
5
6
1.2 DE SCHOOL BS de Schatkist de Korenbloem 2 6021 LW Budel Tel: 491933 Website: www.bsdeschatkist.nl E-mail:
[email protected] 1) De naam ‘de Schatkist’ staat voor de gedachte dat elk kind een schat van mogelijkheden in zich bergt. De school wil een schat aan ontwikkelingsmogelijkheden bieden binnen een rijke leeromgeving. Vandaar dat de Schatkist een dubbele betekenis heeft, die betrekking heeft op zowel de leerling als de school. Basisschool de Schatkist maakt samen met 30 andere basisscholen en 1 speciale school voor basisonderwijs deel uit van: SKOZOK = Samen Koersen Op Zichtbare Onderwijskwaliteit Skozok Pastoor Jansenplein 21 5504 BS Veldhoven. Tel. 040 2531201 E mail:
[email protected] In school is veel informatie aanwezig over de leerlingen en het gezin waartoe zij behoren. Met die informatie gaan wij zorgvuldig om. Aan derden wordt geen informatie verstrekt over leerlingen zonder uitdrukkelijke toestemming van ouders/verzorgers. Uitzondering hierop zijn gevallen waarin de wet ons verplicht om informatie te verschaffen. Uiteraard hebben ouders/verzorgers altijd het recht om te informeren, welke gegevens wij hebben geregistreerd. Ouders/verzorgers kunnen desgewenst het dossier van het eigen kind inzien. Binnen ons bestuur is een en ander vastgelegd in het privacyreglement met betrekking tot verwerking van leerling gegevens en personeelsgegevens. Dit reglement is te vinden op de website van SKOzoK onder het tabblad “Ouders”. Missie: De SKOzoK scholen vormen een krachtige leeromgeving waarin kinderen en volwassenen uitgedaagd worden om in een positieve sfeer samen veel te leren. Visie: We verzorgen eigentijds, kwalitatief goed onderwijs, waar de mogelijkheden en interesses van het kind centraal staan. De leerling leert in dialoog met medeleerlingen, de leerkracht en de omgeving. We bieden een passend onderwijsarrangement aan zo dicht mogelijk bij de thuissituatie van het kind.
6
7 SKOzoK is een open en lerende omgeving voor de medewerkers waarin op professionele wijze wordt gewerkt. Dit houdt onder andere in dat we verantwoordelijkheid nemen, afspraken nakomen en voorbeeldgedrag belangrijk vinden en dat we elkaar hier op aanspreken. We hebben een actieve en duurzame samenwerkingsrelatie met ouders, ketenpartners en gemeenten. In onze organisatie proberen we de beschikbare middelen zo goed mogelijk in te zetten, zodat we een zo groot mogelijke opbrengst hebben. We beschikken over bruikbare managementinformatie zodat we kwaliteit en continuïteit kunnen garanderen.
Zie verder de bijlage: Het kompas van Skozok
1.2.1 SITUERING VAN DE SCHOOL De school ligt midden in een rustige, verkeersveilige woonwijk met veel speelvoorzieningen voor de kinderen. Wij mogen het predicaat “Verkeersveilige school” voeren. ( BVL predicaat)
1.3 SCHOOLGROOTTE In het schooljaar 2014-2015 zullen ongeveer 196 kinderen onze school bezoeken. Wij vinden dat onze school een wijkschool is, die in de wijk een sociale functie vervult. We zijn van mening dat de kinderen van gezinnen uit de wijk de mogelijkheid moeten krijgen op onze school geplaatst te worden. Maar ook kinderen uit andere wijken zijn natuurlijk van harte welkom. De school heeft een personele bezetting van 1 directeur en 13 onderwijskrachten in wisselende taakomvang. Bovendien heeft de school ondersteuning van een bovenschoolse ICT-er, twee bovenschoolse Kwaliteits-Ondersteuners, een vrijwilligster voor de gymlessen, een conciërge en een administratieve kracht. Naast deze personele bezetting functioneren een actieve ouder- en een medezeggenschapsraad. (zie verder bijlage)
1.4 MODERN KLEURRIJK GEBOUW De school is gehuisvest in een modern, kleurrijk gebouw dat bestaat uit 10 groepslokalen, 1 apart handenarbeidlokaal/ technieklokaal/ontdeklokaal 1 speelzaal 2 multifunctionele marktplaatsen. In deze ruimtes wordt o.a. aan dramatische expressie gedaan. In een ervan zijn er 26 computers op het internet aangesloten. een personeelskamer een multifunctioneel lokaal waar onder andere de overblijvers hun boterham kunnen eten. een keuken 5 toiletgroepen In elke klas zijn er minstens 3 computers beschikbaar voor de leerlingen.
7
8
2.WAAR STAAN WE ALS SCHOOL VOOR? Uitgangspunten op onderwijskundig gebied. We streven er naar dat we een school zijn waar met plezier veel van en met elkaar geleerd wordt. Elk kind is uniek en heeft eigen specifieke talenten in zich die we alle kansen willen geven om tot ontwikkeling te komen. We doen er alles aan om ons gebouw netjes, ordelijk en schoon te houden. Veel licht, een open sfeer en een goede beluchting zijn essentieel. De ruimtes zijn functioneel ingericht en worden periodiek Arbo-technisch gekeurd. Ons gebouw is tevens een plaats waar kinderen hun creatieve werken van de handenarbeid en tekenles en producten op het gebied van techniek kunnen laten zien. We leren onze kinderen om mede zorg te hebben voor ons gebouw en de schoolomgeving. Dit heeft een heel positief effect : samen verantwoordelijk willen zijn voor je eigen leef- leerwerkomgeving geeft binding. Met plezier leren kan daar waar je je veilig en geborgen voelt. Door uit te gaan van de verschillen van iedereen, door respectvol elkaar te accepteren met je sterke en minder sterken kanten, creëren we een veilig pedagogisch klimaat. Bij ons op school mag je fouten maken. Experimenteren mag; de slogan is: van proberen kun je leren. Als je iets nog niet kunt of beheerst, word je in de gelegenheid gesteld met vallen en opstaan je hierin verder te bekwamen. Hierin kun je rekenen op de hulp van een ander; de juf of meester of een medeleerling. Met en van elkaar leren krijgt binnen onze school vorm en inhoud op diverse manieren: In de verschillende miniteams leren we als begeleiders veel met en van elkaar. De deskundigheid van elke miniteamlid wordt ingezet om onze kinderen optimaal te begeleiden. Collega’s leren hierdoor veel van elkaar. Ook onze kinderen leren veel van elkaar. In de kleutergroepen werken we met heterogene groepen. Oudste en jongste kleuters werken samen. Hierdoor vindt natuurlijk leren plaats, zeker als we daarbij opmerken dat we de kinderen stimuleren elkaar te helpen. Samenwerkend leren geldt voor iedereen op onze school en dit vraagt van iedereen op school een coöperatieve houding. Samen weet en kun je meer dan alleen; samen sterk geldt ook voor leren. Zelfstandigheid en zelfsturing vinden we erg belangrijk. Leren is keuzes maken, besluiten nemen, afspraken maken met jezelf, zelf de regie van eigen leerproces in handen nemen. Al spelenderwijs worden de kleuters hiermee vertrouwd gemaakt. Hoe verder de leerling vordert in zijn/haar schoolloopbaan des te meer een appèl gedaan wordt op zelfsturing en zelfstandigheid. In groep 8 kunnen onze leerlingen doorgaans vrij zelfstandig leertaken oppakken, zodat ze toegerust zijn om met de juiste werkhouding het vervolgonderwijs te starten.
8
9
2.1 DOELEN VAN ONS ONDERWIJS Kerndoelen zijn beschrijvingen van onderwijsinhouden die elke Nederlandse basisschool in ieder geval aan de leerlingen moet aanbieden. In de Wet Primair Onderwijs wordt onder meer als uitgangspunt voor het onderwijs genoemd, dat dit onderwijs mede de basis legt voor het volgen van voortgezet onderwijs en afgestemd is op de voortgang in ontwikkeling van de leerling. Het basisonderwijs dient bij te dragen aan de ontwikkeling van de leerling met aandacht voor de levensbeschouwelijke waarden en dient gegeven te worden met eerbiediging van ieders godsdienst of levensbeschouwing. (De uitgangspunten van de WPO staan uitgebreider beschreven in het schoolplan.) Wij geven de kinderen het onderwijsaanbod dat in de kerndoelen staat aangegeven. We doen dat op zodanige wijze, dat elke leerling na het doorlopen van onze school in staat is de voor hem/haar best passende vorm van voortgezet onderwijs te gaan volgen.
2.1.1 Gerealiseerde doelen van het afgelopen jaar De streefdoelen van ons onderwijs op langere termijn beschrijven we in ons schoolplan. Wat dat concreet betekent voor de onderwijsvernieuwing in een bepaald jaar staat gedetailleerd omschreven in ons ontwikkelingsplan. In deze schoolgids sommen we de ontwikkelingsonderwerpen van het vorige schooljaar op en geven we tevens aan welke de ontwikkelingspunten voor het komende schooljaar zijn. Handelingsgericht werken: er is in de clusters 1-2, 3-4, 5-6 en 7-8 een start gemaakt met het handelingsgericht werken, in het bijzonder voor het vak rekenen en spelling. We hebben ons passend onderwijsaanbod meer afgestemd op de behoeften van het kind. De stimulerende en de belemmerende factoren en de onderwijsbehoeften van de leerlingen worden in beeld gebracht in de groepsoverzichten. Van hieruit worden de groepsplannen opgesteld voor de verschillende vakgebieden. We hebben de professionele cultuur door-ontwikkeld. Dat blijkt nu uit het feit dat leerkrachten elkaar ondersteunen in het opstellen van de groepsplannen. De nieuwe teamleden zijn volledig geïntegreerd. We hebben ons m.b.t. ICT verder verdiept in het werken met de Presenter van Prowise. Dit is een programma voor het digitale schoolbord. Ouders kunnen reageren op de bereikte resultaten via de oudergeleding van de MR. Op het gebied van de stroomlijning van het pedagogisch klimaat worden de MR - ouders en de overblijfcoördinatoren uitgenodigd actief mee te denken over de vormgeving.
2.1.2 Gestelde doelen voor het schooljaar 2014-2015.
In het kader van Handelingsgericht werken gaan we de module ‘Zien’ van Parnassys intensief gebruiken, om het pedagogisch klimaat en het sociaal welbevinden van kinderen in kaart te brengen. De groepen 1 en 2 werken met de module ‘Kijk’. We gaan de periodedoelen van de groepsplannen helder en transparant formuleren. Met Woorden In de Weer’ wordt vervolgd en uitgebouwd. De taalcoördinatoren zullen het traject bewaken middels evaluatievergaderingen
9
10
2.2 ZORG VOOR HET KIND De zorg wordt vormgegeven doordat de leerkrachten, stagiaires en leerlingen werken volgens het principe van het samenwerkend leren. Dit komt er eenvoudig gezegd op neer, dat meerdere leerkrachten, stagiaires en klassenassistenten in nauwe samenwerking met elkaar zorg dragen voor de ontwikkeling van het kind op school. De kinderen worden geplaatst in groepen van wisselende samenstelling. Dit zowel naar niveau als naar leeftijd. Als school delen we graag mee in het lief en leed van onze kinderen en ouders. We waarderen het dan ook zeer als we op de hoogte gehouden worden van geboortes, overlijdens enz., zodat we daar aandacht aan kunnen besteden.
2.3 ZORG VOOR KINDEREN MET SPECIFIEKE ONDERWIJSBEHOEFTEN Voor kinderen die extra zorg behoeven wordt structureel veel tijd en menskracht ingeruimd voor het geven van deskundige hulp. De speciaal geschoolde kwaliteitsondersteuner helpt mee ervoor te zorgen dat de geboden hulp op schoolniveau gecoördineerd wordt. Hiervoor is een zorgplan ontwikkeld dat, op aanvraag, op school ter inzage ligt. In dit plan staat vermeld hoe het leerlingvolgsysteem gebruikt wordt en hoe we werken met groepsplannen. Omdat steeds meer de ontwikkelingen van de leerlingen in een zogenaamd leerlingvolgsysteem worden vastgelegd, kunnen de vorderingen van de leerlingen, vanaf het moment dat deze instromen, nog nauwkeuriger worden gevolgd en kan, aan een leerling die dat nodig heeft, heel vroeg en adequaat hulp worden geboden. Zo worden de Cito-toetsen Taal en Rekenen voor Kleuters in groep 2 afgenomen. Onder andere aan de hand van de resultaten op deze toetsen, kijken we of kinderen aan de voorwaarden voldoen, die vereist zijn om door te kunnen stromen naar groep 3. Ook de sociaal-emotionele ontwikkeling wordt in beeld gebracht en speelt een rol in de beslissing om al of niet door te kunnen stromen naar de volgende groep. Onze focus in het begeleiden van kinderen richt zich op wat kinderen al wél kunnen. We streven naar het aanbieden van een ononderbroken ontwikkelingslijn. We zijn in principe geen voorstander van doubleren. Daar waar dat in ons leerstofjaarklassensysteem niet lukt, kan er bij wijze van grote uitzondering toch een jaar gedoubleerd worden. Een kind dat doubleert krijgt een aangepast programma waarmee voorkomen wordt dat het zaken moet leren die het al beheerst. Waar nuttig en mogelijk wordt er gebruik gemaakt van Computer Ondersteund Onderwijs (COO). Daartoe zijn er in school voldoende computers beschikbaar. Naast deze structurele maatregelen proberen we op groepsniveau, door middel van zelfstandig werken en samenwerkend leren ruimte te maken om leerlingen goed te kunnen helpen. We spreken in dit kader over de zorgbreedte van de school.
10
11
2.3.1 ZELFSTANDIG WERKEN Om leerlingen die extra zorg en instructie behoeven goed te kunnen helpen, alsook om tegemoet te kunnen komen aan kinderen die behoefte hebben aan verdieping en/of uitbreiding van het leerstofaanbod, proberen we op groepsniveau, middels zelfstandig werken en leren, ruimte te maken om in die behoefte te kunnen voorzien. In elke groep wordt iedere dag zelfstandig gewerkt. Zelfstandigheidvergroting bij kinderen vinden we belangrijk. We beginnen met het opbouwen van het zelfstandig werken al in de kleutergroepen, zodat er een doorgaande lijn gewaarborgd kan worden naar de bovenbouwgroepen. Werken met groepsplannen biedt ons de mogelijkheid de leerling zoveel mogelijk op maat te bedienen. Dit betekent dat er per dag minstens twee taken aan de kinderen voorgelegd worden en dat de kinderen vrij zijn de volgorde waarin de taken gemaakt worden te bepalen. De leerkracht is een tijd met een groepje leerlingen bezig en kan niet gestoord worden. Op deze manier wordt ook een beroep gedaan op het kunnen omgaan met uitgestelde aandacht. Ook aan vaardigheden als het leren plannen, het vergroten van de zelfstandigheid en het zelf problemen kunnen oplossen wordt op deze wijze aandacht geschonken. De omvang van de taken die zelfstandig gemaakt moeten worden groeit naarmate de leerling ouder wordt, als dat past bij zijn ontwikkeling. Evenzo mag de leerling steeds meer zonder toezicht met andere leerlingen werken, mits hij daartoe in staat is. in het kader van de afstemming op de leerbehoefte van de leerling is het groepsplan meer en meer leidraad voor de activiteiten van de leerlingen.
2.3.2 AANNAME VAN KINDEREN MET EEN HANDICAP We doen ons best om alle kinderen die bij ons aangemeld worden een leerrijke en veilige plek te bieden. Bij aanmelding van een kind dat veel extra zorg en aandacht vraagt, zullen we heel zorgvuldig te werk gaan. We proberen op basis van de juiste afwegingen tot een goede keuze te komen. In principe kan aanname plaats vinden als we een juiste afstemming kunnen vinden tussen wat een kind van ons vraagt en wat we als school kunnen bieden. We willen hierover met de ouders altijd open en constructief in gesprek gaan. Waar het zinvol is, wordt samen met de ouders een overeenkomst opgesteld waarin verwachtingen op grond van afspraken worden vastgelegd
2.4 CREATIEF ONDERWIJS Naast aandacht voor het bereiken van de doelstellingen die kennis betreffen, wordt aan de creatieve ontwikkeling de nodige zorg besteed. Ook aan tekenen en muziek wordt wekelijks aandacht besteed. Er zijn geregeld creatieve middagen en vieringen. Dans, muziek en toneel nemen dan een centrale plaats in. Tijdens het open podium of het theaterfestijn, eenmaal in de twee jaar, aan het einde van het schooljaar krijgen de leerlingen de gelegenheid zich creatief te uiten ten overstaan van ouders, familieleden, leerkrachten en andere belangstellenden. Traditioneel neemt groep 8 afscheid van de school door het opvoeren van een musical, het opvoeren van sketches of door middel van andere creatieve uitingen. Ook worden de kinderen jaarlijks meerdere malen in contact gebracht met diverse kunstvormen, waaronder dans en muziek, toneel en film. De organisatie hiervan berust bij de Kunstbalie In het komende schooljaar zullen er via de Marktplaats steeds vaker lokale en regionale cultuuruitingen in het onderwijs vertegenwoordigd zijn. Zie hiervoor het cultuureducatieplan.
11
12
Ouders ondersteunen bij de handenarbeid lessen
2.5.1 COMPUTERONDERWIJS Binnen het onderwijs is de computer niet meer weg te denken. Onze leerlingen gebruiken de computer dagelijks bij hun leeractiviteiten. We hebben daarbij de volgende doelstellingen: 1 Het ontwikkelen van kennis en vaardigheid inzake de verschillende ICTtoepassingen zoals PowerPoint, Word en Excel 2 Het beheersen van het toetsenbord, (Typecursus; de kosten zijn voor de deelnemer en de cursus is beschikbaar vanaf groep 6.) Het kunnen ophalen en opslaan van bestanden in de daartoe bestemde mappen. 3 Het kunnen toepassen met inzicht in en kennis van de diverse programma’s in de werkstukken. 4 Ervaring opdoen met en een houding bepalen tot aspecten van ICT. 5 Ondersteunend onderwijs; inoefenen van vaardigheden als rekenen, taal en lezen. In het ICT- ontwikkelingsplan staat gedetailleerd uitgewerkt wat onze plannen per schooljaar zijn.
2.5.2 EXCURSIES Systematisch betrekken we de buitenwereld bij de school. Het streven is om in elk leerjaar 3 leerrijke excursies voor de kinderen te plannen.
2.6 DE RELATIE SCHOOL EN PAROCHIE Ons onderwijs is erop gericht de kinderen op een systematische wijze te oriënteren op het terrein van geloof en godsdienst. We gebruiken de methode Leefstijl als bronnenboek. We brengen normen en waarden onder de aandacht in situaties die zich voor doen en die zich daar voor lenen. Rond de Kerkelijke feestdagen besteden we aandacht aan deze feesten. We verlenen de parochie gastvrijheid in de vorm van het beschikbaar stellen van lokalen, zodat zij de deelnemende kinderen kunnen voorbereiden op de eerste communie.
12
13
2.7 HET KLIMAAT VAN DE SCHOOL De sfeer waarin een kind opgroeit, vinden we belangrijk voor de ontwikkeling. We vinden het fijn als het kind zich thuis voelt op school. Een vriendelijk, veilig en gezond klimaat waarin orde en regelmaat hun plaats hebben, is aandachtspunt nummer één voor onze school. - Onze school is een rookvrije school. - In onze school heerst een klimaat waarbinnen aandacht voor elke leerling afzonderlijk is. - De kinderen kunnen in school met elkaar spelen en werken in een rustige, kindvriendelijke, omgeving waarin niet gepest wordt. Zie hiervoor het pestprotocol op onze website www.bsdeschatkist.nl
2.8 VEILIGHEID/ WELZIJN We vinden het van belang om kinderen voor te lichten over de gevolgen van roken, alcohol en drugs. Daarom worden in groep 8 lessen en een informatie avond over verslavingen, o.a. roken en drugs gegeven. Omdat onder meer voor de gezondheid van de kinderen op onze school niet gerookt wordt en we een actief anti- rookbeleid voeren zijn we in het bezit van het predicaat rookvrije school. We houden een wettelijk verplicht logboek van ongevallen bij.
.
De Schatkist is eveneens in het bezit van het Brabants Verkeersveiligheid Label (BVL). Dit label is een kwaliteitskeurmerk. Dat geeft aan dat onze verkeersopvoeding altijd van hoge kwaliteit is. We besteden veel aandacht aan de verkeersveiligheid rondom de school. Hiervoor is een permanente verkeerswerkgroep in het leven geroepen. Om de verkeersveiligheid voor leerlingen en ouders zo groot mogelijk te maken zijn er afspraken gemaakt: - Kinderen mogen vanaf een kwartier voor de aanvang van de school op de speelplaats komen. De ouders van groep 1 en 2 mogen hun kinderen naar de klas brengen. - De leerlingen mogen niet fietsen of steppen op de speelplaats en plaatsen lopend hun fiets in de fietsenstalling. Aanbevolen wordt om een label aan het fietsensleuteltje te hangen, met daarop de naam van de eigenaar. - Alleen die leerlingen die ver van school wonen mogen met de fiets komen. Ook de leerlingen van groep 7 en 8 die gym hebben komen op de dag waarop de gymlessen gegeven worden met de fiets.
13
14 - We vragen de ouders hun kinderen alleen indien dit echt noodzakelijk is met de auto naar school te brengen, dit i.v.m. de beperkte parkeergelegenheid en de veiligheid van de andere leerlingen. Hiervoor is het raadzaam gebruikt te maken van de kiss & go strook die gelegen is in de Akkerwinde. - Ouders fietsen met de leerlingen van groep 7 en 8 mee naar de gym. Er is altijd plaats voor ouders die mee willen fietsen. Dit kan aan de leerkrachten van groep 7 en 8 kenbaar gemaakt worden.
2.9 SOCIAAL-EMOTIONELE VAARDIGHEDEN Op de Schatkist benadrukken we dat de kinderen meer moeten leren dan alleen rekenen, schrijven, lezen etc. Ook de ontwikkeling van sociaal-emotionele vaardigheden vinden we erg belangrijk. Hiervoor proberen we als school een veilige en gedisciplineerde schoolomgeving te creëren, waar kinderen met respect worden benaderd. De kinderen leren hun medeleerlingen met hetzelfde respect tegemoet te treden. Hierbij zijn begrippen als eerlijkheid, zelfdiscipline en doorzettingsvermogen onderdeel van de traditioneel christelijke normen en waarden, die tijdens de lessen worden voorgeleefd. De school laat zich hierbij ondersteunen door de methode “Leefstijl”. Een methode voor groep 1 t/m 8 die zich richt op de emotionele ontwikkeling van kinderen en het verwerven van sociale vaardigheden. Indirect hebben immers een goede emotionele ontwikkeling en het beheersen van sociale vaardigheden ook invloed op de verstandelijke ontwikkeling.
2.10 BURGERSCHAP EN INTEGRATIE Burgerschap in de wet In artikel 8 van de WPO, artikel 17 van de WVO en artikel 11 van de WEC staat het volgende: a. het onderwijs gaat er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving b. het onderwijs is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie c. het onderwijs is er mede gericht op dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdsgenoten. Het wetsartikel met de opdracht het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie is op 1 februari 2006 in werking getreden. Het betreft een algemene oproep aan scholen. Scholen hebben de ruimte om op een eigen wijze invulling te geven aan deze opdracht. Burgerschap in de kerndoelen Veel kerndoelen zijn met burgerschap en integratie verbonden: direct, zijdelings of in voorwaardelijke sfeer. Voor het primair onderwijs gaat het voornamelijk over de volgende kerndoelen: 34. De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en anderen. Wij hanteren de methode Leefstijl waarin expliciet het omgaan met jezelf en anderen aan de orde komt. 35. De leerlingen leren zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument. Zie voor de invulling hiervan: 2.8
14
15
36.
37. 38.
39
De leerlingen leren hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en de rol van de burger. In de geschiedenislessen komt de inrichting van de Nederlandse en Europese staatsinrichting expliciet aan de orde. Leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen. Ook hiervoor hanteren we de methode Leefstijl. De leerlingen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen en ze leren respect op te brengen voor verschillen in opvattingen. In de geschiedenislessen en in de lessen Leefstijl komen de hoofdzaken over de geestelijke stromingen aan de orde. De leerlingen wordt getracht respect bij te brengen voor verschillen in opvattingen. De leerlingen leren met zorg omgaan met het milieu. Voortdurend maar met name aan de hand van de natuurkunde methode Leefwereld wordt de leerlingen respect voor het milieu en de natuur in het algemeen bijgebracht.
15
16
3. DE ORGANISATIE VAN DE SCHOOL Het werken in miniteams. Werken in het onderwijs vraagt steeds meer expertise, omdat onze kinderen in een veel complexere samenleving opgroeien dan bijvoorbeeld 50 jaar geleden. Het beeld van de juf of de meester van destijds was dat een onderwijzer de hele week een klas onderwijs gaf. Hij/zij vertelde wat de kinderen moesten doen en laten. De leerstof was bepalend, het leerstofaanbod per leerjaar was de maat. Tegenwoordig werken we naast het aanbod van de leerstof ook vanuit de vragen en behoeftes van het kind. We houden rekening met het verschil in leerstijlen. Het ene kind heeft veel uitleg / begeleiding nodig het andere minder. Zorg op maat en de groei naar optimale afstemming tussen vraag en aanbod maken dat in het onderwijs een steeds zwaarder beroep gedaan wordt op het vakmanschap van de begeleiders. Met het werken in miniteams, waarin we met een groep leerkrachten SAMEN de verantwoordelijkheid dragen over de begeleiding van onze kinderen, bundelen we onze expertise. Samen weten we als leerkrachten binnen een miniteam beter oplossingen te vinden dan wanneer je als leerkracht er alleen voor staat. Samen overleggen over begeleidingsvraagstukken maakt dat we een hogere begeleidingskwaliteit kunnen bieden aan onze kinderen. De professionele dialoog die voortdurend gevoerd wordt binnen het miniteam maakt dat de afstemming van ons handelen naar het kind op hoog niveau is. Daarnaast maakt het werken in miniteams het mogelijk dat kinderen de rijkdom ervaren om door meerdere begeleiders gestimuleerd te worden in hun ontwikkeling. De begeleiding van een kind is niet meer afhankelijk van een persoon maar is teamwork geworden. Samen zijn we in dezen sterker dan alleen.
3.1 MEDEZEGGENSCHAPSRAAD Wat is de Medezeggenschapsraad? Elke school is verplicht een medezeggenschapsraad te hebben. Voor een aantal duidelijk omschreven zaken moet het bevoegd gezag advies of instemming vragen aan de MR. De MR bestaat voor de helft uit ouders en voor de andere helft uit onderwijzend personeel. Bij de Schatkist zijn dat 3 ouders en 3 leerkrachten, conform het aantal leerlingen van de school. Ouders en leerkrachten die willen meebeslissen en meepraten over het beleid van de school, kunnen toetreden tot de medezeggenschapsraad of toehoren tijdens de vergaderingen waarbij de MR overlegt met de directie. Bij de Schatkist is de directeur, als adviseur, bij alle openbare vergaderingen aanwezig. Ouders die hun standpunt of situatie willen inbrengen in de MR kunnen de leden van de MR rechtstreeks aanspreken of mailen naar
[email protected] Wat mag de MR? De medezeggenschapsraad heeft drie soorten rechten: instemmingsrecht, adviesrecht en initiatiefrecht. Adviesrecht wil zeggen dat de directie het standpunt van de raad niet hoeft over te nemen, zij moet het echter wel serieus meenemen. Het instemmingsrecht gaat een stap verder: zonder instemming van de medezeggenschapsraad kan de directie geen besluit nemen.
16
17 Door het initiatiefrecht mag de raad zelf onderwerpen aandragen die een bijdrage kunnen leveren aan goed beleid. Bij de Schatkist heeft de MR er vooral voor gekozen beleidsvoorbereidend bezig te zijn. Waar houdt de MR zich mee bezig? De MR houdt zich onder andere bezig met: geldbesteding, het gebruik van gebouwen en nieuwbouw, vakanties en vrije dagen, ouderparticipatie, verbeteringen in het onderwijs, maar ook met doelstellingen (de grondslag), verandering van klassenindeling, nieuwe onderwijsmethodes, de invoering van ICT, de veiligheid op school en de samenwerking met andere (onderwijs)instellingen. Daarnaast moet de directie bij fusieplannen of ontslagbeleid altijd advies vragen aan de medezeggenschapsraad.
3.2 OUDERRAAD De ouderraad (OR) is een vertegenwoordiging van ouders, waarvan de kinderen leerlingen zijn op de Schatkist. De ouderraad heeft de vorm van een stichting. De statuten van de ouderraad zijn bij de secretaris opvraagbaar. De adressen van de leden van de ouderraad zijn opgenomen in de bijlage. De ouderraad stelt zich onder meer tot doel het bevorderen van de samenwerking tussen ouders/verzorgers en het team. Een van de OR- leden is coördinator van het overblijven. De school is verantwoordelijk voor de uitvoering van de overblijfregeling. Verder organiseert de OR samen met het team allerlei regelmatig terugkerende activiteiten zoals: een fancy fair, een kerstactiviteit, een lenteactiviteit etc.
3.3. GELDELIJKE BIJDRAGE VAN OUDERS Jaarlijkse Ouderbijdrage op BS DE Schatkist. Het onderwijs wordt betaald door het rijk. Er zijn echter activiteiten die buiten het gewone lesprogramma vallen, zoals festiviteiten en culturele activiteiten die door team en ouderraad van basisschool de Schatkist belangrijk worden gevonden en die niet door de overheid betaald worden. Daarom vraagt de ouderraad ( de wettelijke vertegenwoordigers, hierna te noemen ouders/ verzorgers) van iedere leerling die ingeschreven staat of wordt, jaarlijks een ouderbijdrage. De ouderraad beheert deze gelden. De hoogte van deze ouderbijdrage bedraagt € 25,00 per kind en is inclusief het schoolreisje en voor groep 8 een gedeelte van het schoolverlaterskamp. Aan het begin van het schooljaar zal er in het Journaaltje een verzoek komen om dit bedrag over te maken. De bijdrage dient voor 1 november op de rekening van de ouderraad (10.95.18.829)te zijn overgemaakt. Wilt u liever in termijnen betalen, dan kunt u daarvoor, contact op te nemen met de penningmeester van de ouderraad. De ouderbijdrage is vrijwillig. Wordt deze echter niet voldaan, dan kunnen we een aantal activiteiten niet uitvoeren. Wat betreft het schoolreisje, betekent dat, dat uw kind niet mee kan als de bijdrage niet is voldaan. Onze schoolcultuur is erop gericht om samen met plezier veel van en met elkaar te leren. Dit wordt aanzienlijk moeilijker zonder vrijwillige ouderbijdrage dan met. Uw bijdrage maakt het mogelijk dat we juist dat beetje extra kunnen doen bij diverse festiviteiten en het schooluitstapje. Ons uitgangspunt is de ouderbijdrage zo minimaal te laten zijn, zo goedkoop mogelijk een goed programma op te zetten. Voor niets gaat alleen de zon op.
17
18
De ouderraad besteedt de ouderbijdrage onder andere aan: • Festiviteiten zoals Sinterklaas, Kerst, Carnaval, Pasen, lichtjestocht, theaterfestijn, open podium, Schatkist dag, enz. • Culturele activiteiten, als bijvoorbeeld bezoek aan het prehistorisch dorp of museum. • Aanschaf van extra materialen of abonnementen (bijvoorbeeld extra biebpasje) • Grotere projecten, zoals bijvoorbeeld het herinrichten en aantrekkelijker maken van het schoolplein. De leerlingen van groep 8 hebben een meerdaags schoolkamp. Zij betalen hiervoor een nader vast te stellen bedrag extra. Mocht u nog vragen hebben n.a.v. deze informatie, neem dan contact op met de penningmeester van de OR of de directeur van de school. Mocht u problemen hebben met betalen van de ouderbijdrage, ga dan a.u.b. in overleg met de directeur om samen te zoeken naar een passende oplossing.
3.4 SCHOOLBEGELEIDINGSDIENST De vroegere schoolbegeleidingsdienst heette Giralis. Deze instelling heeft geen aan de school gerelateerde functie meer. De school kan Giralis wel consulteren indien nodig.
3.5 VERGADERINGEN We vergaderen minimaal 2 x per maand met het hele team. We kennen algemene teamvergaderingen, miniteamvergaderingen, het DIMI-overleg (= overleg tussen de directie en de miniteamleiders) en het DIRKO- overleg ( = Directie en Kwaliteits Ondersteuner) Tijdens de vergaderingen komen naast allerlei huishoudelijke onderwerpen vaak onderwijskundige veranderingsonderwerpen aan de orde: het concreet maken van het samenwerkend leren, het pedagogisch klimaat op school enz. In deze vergaderingen worden afspraken met elkaar gemaakt, die uiteindelijk weer terug te vinden zijn in de dagelijkse praktijk. Daarnaast zijn er ongeveer tweemaandelijks MR- en OR- vergaderingen. Agendapunten kunnen bij de voorzitters aangeleverd worden. Zie hiervoor de bijlage.
3.6 HET SCHOOLTEAM Het team bestaat uit
De directeur Groepsleerkrachten LIO-ers( =leraar in opleiding); het aantal is afhankelijk van het aanbod per jaar Stagiaires van het ROC, het Gilde, Fontys en de Kempel Administratieve kracht
De Schatkist is ook een gecertificeerde opleidingsschool. Dat betekent dat we als zodanig erkend zijn. We bieden jaarlijks praktijkvorming aan LIO- studenten en aan 1e, 2e en 3ejaarstudenten van de Fontys-Pabo in Eindhoven en de Kempel in Helmond. Eveneens bieden wij praktijkvorming aan studenten die in het Opleidingstraject Onderwijs Assistent zitten van het ROC. De Schatkist wordt op ICT gebied ondersteund door bovenschoolse ICT-ers, die op afroep beschikbaar zijn. Ook bovenschools is de kwaliteitsondersteuner. Deze ondersteunt de leerkrachten en 18
19 directie op allerlei gebieden, zoals het monitoren van groepsplannen en het aanvragen van indicaties. Een interieurverzorgster en medewerkers van Essential dragen zorg voor het schoonhouden van een gedeelte van het gebouw. Tevens is er voor twee ochtenden per week een vrijwilliger die zorg draagt voor veel huishoudelijke zaken, het tuinonderhoud en het bijhouden van de speelplaats.
3.7 PROTOCOL VERVANGING ZIEKTE BIJ LEERKRACHTEN De afgelopen jaren is het vinden van vervanging bij ziekte van leerkrachten in het basisonderwijs een probleem aan het worden. In de nabije toekomst zal dit probleem alleen nog maar groter worden vanwege de krapte op de arbeidsmarkt. Naast de kwantitatieve problemen speelt ook het kwalitatieve probleem, dat onder de schaars beschikbare vervangers vaak geen mensen voor de bovenbouwgroepen zijn. Om bovengenoemde problemen op te lossen is er door het schoolbestuur een centrale vervanger lijst opgesteld. Daarnaast is er op schoolniveau een gedetailleerd protocol uitgewerkt m.b.t. het beleid ziektevervanging. Zie ook 7.4 Het belangrijkste uitgangspunt van dit beleid is om zo veel mogelijk te voorkomen dat leerlingen naar huis gestuurd moeten worden. Indien er een groep onverhoopt toch naar huis gestuurd moet worden gebeurt e.e.a. volgens de richtlijnen van de inspectie met daarbij de volgende extra afspraken: - niet de eerste dag; getracht wordt dit binnen het miniteam op te lossen; - alleen in uiterste nood; - ouders worden schriftelijk op de hoogte gesteld; - het instellen van een telefoonboom; in voorkomend geval stellen we deze op de eerste dag van de ziekmelding vast; - voor leerlingen die geen opvang hebben zal binnen de school opvang geregeld worden. Het gedetailleerd Skozok- protocol is goedgekeurd door de MR en ligt op school ter inzage.
3.8 DIRECTIEBERAAD CRANENDONCK Het Directieberaad Cranendonck is een overkoepelend overleg tussen de directeuren van de basisscholen uit de Gemeente Cranendonck. Onderwerpen die van gemeenschappelijk en school overstijgend belang zijn komen hier aan de orde.
3.9 DIRECTIEBERAAD SKOZOK Het Directieberaad Skozok is het directieoverleg voor alle 31 scholen van SKOZOK (Samen Koersen Op Zichtbare Onderwijs Kwaliteit.) Hier wordt aandacht besteed aan beleidsvoorbereidende activiteiten en aan stroomlijning van diverse school overstijgende onderwerpen. Ook is er maandelijks het Regioberaad, een bijeenkomst van directeuren uit Cranendonck, Sterkstel en Leende. Hier worden school overstijgende zaken besproken die van belang zijn voor de regio.
19
20
4. OUDERS EN SCHOOL We willen investeren in partnerschap met ouders, waarbij het er om gaat, dat leerkrachten en ouders elkaar zien als gelijkwaardige partners, ieder vanuit hun eigen rol. De partners hoeven het niet altijd met elkaar eens te zijn, maar houden wel het gemeenschappelijk doel voor ogen: het belang van het kind. De vormgeving van dit partnerschap is voortdurend in ontwikkeling. Een goed contact tussen school en thuis is heel belangrijk. De school informeert u dan ook graag over algemene schoolzaken, gebeurtenissen, maar natuurlijk ook over het wel en wee van uw kind. U wordt geïnformeerd door middel van ouderavonden en informatieavonden, het rapport, de dagelijkse contacten, de open dag, het Journaaltje, de website en de hulpouders.
4.1 OUDERAVONDEN/ INFORMATIEAVONDEN In het begin van het schooljaar organiseert elke groep een informatieavond met uitzondering van groep 3. Groep 3 informeert de ouders van de toekomstige groep 3 leerlingen reeds vóór de zomervakantie (de leerlingen zitten op dat moment dus nog in groep 2). Op de informatieavond informeren de leerkrachten u over de gang van zaken in de betreffende leerjaren. Naast deze bijeenkomst bespreken de leerkrachten met de ouders in november december en in maart - april de leervorderingen van hun kind(eren). Waar nodig worden tevens ouderavonden in juni gehouden voor de kinderen van de groepen 1 en 2. Overleg na afspraak is altijd mogelijk. In groep 8 vinden voor kinderen en ouders speciale gesprekken plaats i.v.m. de schoolkeuze in het voortgezet onderwijs.
4.2 HET RAPPORT De kinderen van groep 3 t/m 8 krijgen drie keer per jaar een rapport nl. in december, maart en juni/ juli. Voor iedere leerling die de school verlaat, wordt door de directeur in samenwerking met de leerkrachten van de betreffende leerling en de KO- er een onderwijskundig rapport opgesteld. Dit rapport geeft aan wat het onderwijsaanbod van onze school geweest is en welke resultaten de leerling daarbij behaald heeft. Het rapport is met nadruk ook gericht aan het kind. De vormgeving en de inhoud van de rapportage is voortdurend in ontwikkeling.
4.3 DAGELIJKSE CONTACTEN Na schooltijd kunt u, na afspraak, altijd terecht bij een leerkracht. Een tijdig gesprek kan vaak moeilijkheden voorkomen.
4.4 OPEN DAG We zijn trots op wat er op BS De Schatkist gebeurt. We slagen er aardig in om samen met plezier veel van en met elkaar te leren. Dit mag gezien worden. Daarom zetten we dan ook 1 dagdeel per jaar de deuren open voor alle belangstellenden die onze school in bedrijf willen zien. Dit open- deur dagdeel is vaak voorafgaand aan de inschrijving van nieuwe leerlingen, zodat ook nieuwe ouders zich een beeld kunnen vormen van onze school in bedrijf. We vragen onze bezoekers om hun reacties / opmerkingen die ze n.a.v. het bezoek hebben, zodat we hieruit verbeterpunten kunnen halen.
20
21 Op woensdag 25 maart 2015 zal er een open dag georganiseerd worden, waarop iedereen die daar belang in stelt de school in bedrijf kan zien. Op deze dag zijn er leden van de MR en OR op school aanwezig om informatie te verstrekken over de betreffende geledingen.
4.5 COMMUNICATIEMIDDELEN Belangrijke communicatiemiddelen voor de school zijn: het Journaaltje; dit wordt per email verstrekt en staat ook op de website van de school. U kunt zich hiervoor aanmelden bij:
[email protected] de website; hier is veel informatie over de school te vinden. Zie www.bsdeschatkist.nl de PR commissie van de Schatkist. Deze staat onder leiding van mevrouw Toos Verspagen.
4.6 OUDERBETROKKENHEID We zien de ouders als partner in de opvoeding. Vandaar dat we proberen de ouders zo nauw mogelijk te betrekken bij de ontwikkeling van hun kind op school. Dit doen we o.a. door middel van de reguliere oudergesprekken maar ook door ouders uit te nodigen voor een gesprek als dat noodzakelijk is. Naast dat we een beroep op ouders doen om zitting te nemen in de MR en OR, wordt er regelmatig aan ouders gevraagd om bij activiteiten te assisteren. Middels een formulier van de Ouderraad kunt zich aan het begin van het schooljaar aanmelden als hulpouder. De ouderraad kiest uit haar leden één klassenouder per miniteam. Deze ouders zijn de directe contactpersonen voor de groep. Zij ondersteunen de leerkrachten bij activiteiten. Dat kan inhouden dat ze bijvoorbeeld meerdere tot zelfs alle ouders per groep mobiliseren om te ondersteunen, bijvoorbeeld bij het organiseren van het schoolverlaterkamp. Zo begeleiden hulpouders de leerlingen van groep 7 en 8 om veilig naar de gym te kunnen fietsen. Wij zien ouders als partners in het leren en stimuleren hun verbondenheid met de school. We verwachten dus betrokkenheid van ouders bij het leren van hun kinderen, maar ook bij de lerende organisatie die de school vormt. We maken graag gebruik van hun inbreng en expertise. Uitgangspunt is wederzijds respect en vertrouwen. De leerkracht respecteert de ouders in hun rol als opvoeder. De ouders respecteren het vakmanschap van de leerkracht. Ouders leveren een positieve bijdrage aan het leerproces van hun kinderen door: - voorwaardenscheppend gedrag (bijvoorbeeld op tijd naar bed, gezonde voeding) -
aanmoedigend gedrag (bijvoorbeeld belangstelling tonen, schoolinzet stimuleren)
-
ontwikkeling ondersteunend gedrag (bijvoorbeeld spelletjes doen, voorlezen, educatieve uitstapjes)
-
direct onderwijsondersteunend gedrag (bijvoorbeeld aanzetten tot leren, helpen met plannen)
-
positieve inbreng aan groeps- en schoolklimaat (bijvoorbeeld stimuleren van positief gedrag in de groep en op school).
21
22 Kortom partnerschap zowel voor de leerontwikkeling van het kind (didactisch partnerschap) als voor de wijze waarop leerlingen, ouders en school met elkaar omgaan (pedagogisch partnerschap). In het bijzonder vinden wij het van belang dat ouders de zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid van hun kind vergroten en dat zij sociale vaardigheden en moreel besef bij hun kind stimuleren. Wij ondersteunen en bevragen ouders in hoe zij hun rol in didactisch en pedagogisch partnerschap vorm willen en kunnen geven.
22
23
5. ONTWIKKELINGEN We leven in een dynamische maatschappij. Onophoudelijk doen zich op allerlei terreinen veranderingen voor. Wil het onderwijs kinderen voorbereiden op die maatschappij, dan zal de school de ontwikkelingen moeten volgen. Enkele velden waarbinnen het onderwijs duidelijk in ontwikkeling is zijn: HGW: groeien naar Handelingsgericht Werken; het werken met groepsplannen voor met name rekenen, lezen en taal. ICT: nascholing in het omgaan met en het gebruik van computers en software.
5.1 SAMENWERKINGSVERBAND In het kader van verbreding van zorg zijn enkele jaren geleden landelijk samenwerkingsverbanden geformeerd. Onze school was tot en met schooljaar 20142015 aangesloten bij het samenwerkingsverband Valkenswaard (SWV). Met de komst van de Wet Passend Onderwijs op 1 augustus 2014 gaat het SWV Valkenswaard verdwijnen. Passend Onderwijs brengt voor het Samenwerkingsverband, maar ook voor schoolbesturen, leerkrachten en ouders een aantal grote veranderingen met zich mee. Hieronder de belangrijkste punten uit de Wet Passend Onderwijs op een rij (bron: www.passendonderwijs.nl): School heeft zorgplicht
Ouders melden hun kind aan bij de school die hun voorkeur heeft. Binnen 6 tot 10 weken moet de school een zo passend mogelijk aanbod op de eigen, een andere reguliere of een speciale school binnen de regio regelen. De school heeft een zorgplicht.
De school regelt de extra ondersteuning in de klas of een plek op een andere school of de plaatsing in het speciaal onderwijs. Ouders hoeven dus niet meer zelf een ingewikkelde indicatieprocedure te doorlopen. De landelijke indicatiesystematiek wordt afgeschaft.
Het accent verschuift van het medisch labelen van kinderen, naar wat zij daadwerkelijk nodig hebben om onderwijs te kunnen volgen. De onderwijsbehoefte is dus vanaf nu het uitgangspunt. In de wet wordt dan ook expliciet gesproken van onderwijsondersteuning van leerlingen.
Scholen stellen een schoolondersteuningsprofiel op. Hierin geven zij aan welke onderwijsondersteuning ze aan leerlingen kunnen bieden.
Leraren worden opgeleid in het omgaan met verschillende soorten leerlingen in de klas. Hierdoor kunnen leerlingen zo veel mogelijk extra ondersteuning in de klas krijgen, in plaats van daarbuiten.
Samenwerken noodzakelijk
Kan de school waar de leerling is aangemeld niet zelf in de benodigde onderwijsondersteuning voorzien, dan is het de verantwoordelijkheid van de school om binnen het samenwerkingsverband een school te vinden die wel een passend aanbod kan doen. Is het niet haalbaar om de leerling binnen het regulier onderwijs te plaatsen, dan kan een aanbod op het (v) so worden gedaan. 23
24
Om deze samenwerking vorm te geven worden ca. 75 samenwerkingsverbanden geformeerd (in het primair onderwijs). Hierin werken regulier en speciaal onderwijs (cluster 3 en 4) samen, zowel in het primair als in het voortgezet onderwijs.
De samenwerkingsverbanden passend onderwijs worden verantwoordelijk voor de lichte en zware ondersteuning.
Samenwerkingsverbanden krijgen ook een eigen budget voor extra ondersteuning. Betalen en bepalen van onderwijsondersteuning komt hiermee in één hand.
Deze middelen worden (na een overgangsperiode) naar rato van het aantal leerlingen verdeeld over de samenwerkingsverbanden. Op die manier krijgt iedereen naar rato evenveel. Omdat dit anders is dan nu – op dit moment zijn de beschikbare middelen ongelijk verdeeld over het land – noemen we dit ‘de verevening’. Omdat de verevening tot herverdeel effecten leidt, is een overgangsregeling van 5 jaar geformuleerd.
Het totale aantal plekken in het speciaal onderwijs (ongeveer 70.000) blijft gelijk. Maar regionaal zullen door de verevening wel verschuivingen ontstaan.
Door regionale samenwerking is niet alleen betere samenwerking, expertiseuitwisseling en afstemming mogelijk tussen scholen onderling, maar ook tussen scholen en gemeenten.
Samenwerkingsverbanden kunnen aan scholen extra onderwijsondersteuning in de klas toekennen voor leerlingen die dat nodig hebben. Er is dus meer ruimte voor maatwerk.
Samenwerkingsverbanden stellen een ondersteuningsplan op waarin zij onder meer aangeven welk niveau van basisondersteuning zij bieden, hoe zij met elkaar een samenhangend geheel aan ondersteuningsvoorzieningen hebben gecreëerd, hoe de beschikbare middelen worden verdeeld, op welke wijze verwijzing naar het (v)so plaatsvindt en hoe zij ouders informeren.
Ouders en leraren hebben via de ondersteuningsplanraad instemmingsrecht op het beleid en de verdeling van het budget van het samenwerkingsverband.
Wanneer we als school extra ondersteuning rond zorg van leerlingen nodig hebben, kunnen we een beroep doen op het nieuwe Samenwerkingsverband. Via een soort 1-loket kunnen hulpvragen gesteld worden. Medewerkers van het Samenwerkingsverband bekijken samen met de school welke ondersteuningsbehoefte er ligt en welke ondersteuning door Samenwerkingsverband gefaciliteerd kan worden. De kwaliteitszorg op De Schatkist Vanaf schooljaar 2010-2011 wordt de ondersteuning op het gebied van zorg en kwaliteit verzorgd door de kwaliteitsondersteuner. De kwaliteitsondersteuning binnen het bestuur (SKOzoK) is gebundeld op gemeenschappelijk niveau. De Kwaliteits Ondersteuner heeft een bovenschoolse aanstelling. Hij/zij ondersteunt dus op meerdere scholen op groeps-, school- en gemeenschappelijk niveau. De taakinvulling van de kwaliteitsondersteuner ziet er in het kort als volgt uit:
24
25 De zorg in de klas/ groep: - Begeleiden/ coachen van leerkrachten bij het realiseren van algemeen en specifiek onderwijsaanbod voor alle kinderen. - Begeleiden/ coachen van leerkrachten bij het signaleren van ontwikkelings- of gedragsstoornissen. - Ondersteuning in de groep d.m.v. groepsbezoeken, aanvullende observaties, dataanalyses. Voorzien in ondersteuningsbehoefte van de leerkracht. De zorg in de school: - Ondersteuning bieden bij beoordelen van resultaten op schoolniveau en het leveren van een bijdrage aan de vertaalslag naar benodigde interventies. - Contacten met externen, bijvoorbeeld het zorg-adviesteam/ PCL (Permanente Commissie Leerlingenzorg). - Een bijdrage leveren op het gebied van informatie, scholing en deskundigheidsbevordering van leerkrachten. - Een bijdrage leveren aan de onderwijsontwikkeling binnen de school. De zorg op gemeenschappelijk niveau: - Ontwikkelen en coördineren van zorgbeleid. - Deelnemen aan netwerken. - Zorg dragen voor communicatie over onderwijskundige ontwikkelingen. Vrony Elschot en Lily Stienen verzorgen de kwaliteitsondersteuning op de Schatkist. Als u vragen heeft over de leerlingenzorg kunt u altijd bij hen terecht:
[email protected] en
[email protected].
5.1.1 ZORG VOOR JEUGD Als Schatkist zijn wij aangesloten op het signaleringssysteem ‘Zorg voor Jeugd’. Zorg voor Jeugd is bedoeld om problemen bij kinderen en jongeren in de leeftijd van 0 – 23 jaar in een vroegtijdig stadium te signaleren en vervolgens de coördinatie van zorg te organiseren. Op deze manier moeten risico’s met kinderen en jongeren worden voorkomen en kan in het belang van de jeugdige en zijn ouders/verzorgers hulp beter op elkaar worden afgestemd. Het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd is beschikbaar gesteld door de gemeente. De gemeente heeft vanuit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) namelijk de taak om problemen bij jeugdigen te signaleren en coördinatie van zorg te organiseren. Binnen onze organisatie kan een aantal mensen, waaronder de kwaliteitsondersteuner zorgsignalen afgeven naar Zorg voor Jeugd. Een dergelijk signaal geven zij alleen af, nadat zij de jeugdige en/of zijn ouders/verzorgers hierover hebben geïnformeerd. Bij het afgeven van een signaal wordt geen inhoudelijke informatie geregistreerd. In het systeem komt alleen te staan dat er zorgen zijn over een jeugdige. Als er twee of meer signalen in het systeem staan over dezelfde jeugdige, dan wordt automatisch een ketencoördinator aangewezen. Deze ketencoördinator is een professional van een hulpverleningsorganisatie. Hij/zij inventariseert wat er aan de hand is met de jeugdige en of het nodig is om in overleg met betrokken partijen een hulpverleningsplan op te stellen. Op www.zorgvoorjeugd.nu vindt u meer informatie over Zorg voor Jeugd. Jeugdmaatschappelijk werk Op 1 april 2011 is in Cranendonck jeugd maatschappelijk werk (JMW) van start gegaan. De doelgroep van het JMW betreft jeugdigen van 0-23 jaar bij wie sprake is van (dreigende) problemen in de thuissituatie en/of op school.
25
26 Het JMW wordt vooral vanuit de scholen ingezet maar is ook beschikbaar voor andere organisaties/verenigingen en natuurlijk de ouder(s) en de jeugdige zelf. Het JMW begeleidt de jeugdige en/of de ouder(s) met behulp van drie tot acht gesprekken al dan niet in de thuissituatie. Indien tijdens het traject blijkt dat er meer of andere hulp nodig is dan verwijst/begeleidt de JMW-er de ouder(s) en/of de jeugdige naar een passend hulpaanbod. Daarnaast neemt de JMW-er op verzoek deel aan interne zorg adviesteams van de scholen. Zij heeft hierin een consulterende en adviserende functie. Enkele voorbeelden van problemen waarbij het schoolmaatschappelijk werk hulp kan bieden: -
sociale vaardigheden;
-
pesten en gepest worden;
-
problemen in de thuissituatie;
-
problemen op school;
-
gescheiden ouders;
-
(rouw)verwerking;
-
verslaving;
-
depressieve gevoelens.
Iedereen kan telefonisch of via de mail contact opnemen met de JMW-er om aan te geven wat de zorgen zijn en samen te bespreken wat de JMW-er hierin kan betekenen. Contactgegevens JMW Cranendonck: Tineke Goudriaan;
[email protected] 0495 - 431 234. Zie verder : www.cjgcranendonck.nl
26
27
Centrum Jeugd en Gezin Wat is het CJG? Bij het CJG kan iedereen terecht met vragen over opvoeden en opgroeien. Het CJG is een samenwerkend netwerk van verschillende organisaties die met kinderen, jeugd en opvoeding te maken hebben, w.o. ook de scholen in Cranendonck. Ook bij deze organisaties kunt u terecht met vragen. Lokale organisaties zijn te herkennen aan bovenstaand logo op het pand. Opvoedvragen. Opvoeden en opgroeien is niet gemakkelijk en soms kunnen ouders en ook jongeren best wat hulp gebruiken. Iedere ouder twijfelt wel eens en in elk gezin speel er wel eens wat. Het is heel normaal om vragen te hebben en je kunt nu eenmaal niet alles weten. Over ‘nee’ zeggen, over zakgeld, over pubergedrag. Het CJG is er voor alle vragen, hoe onschuldig, klein of ingewikkeld ook. Het CJG heeft de wijsheid niet in pacht maar er werken wel professionals met veel ervaring op het gebied van opvoeden, opgroeien en onderwijs. Voor vrijwel elke vraag kan het CJG antwoorden aanreiken. Daarbij gaat het niet om goed of fout. Het gaat erom wat het beste werkt voor u en uw kind. Dat bepaalt u zelf. Maar, soms is een frisse blik van buitenaf precies wat u nodig heeft. Dat geldt ook voor als je jong bent en even niet weet wie of waar je om advies of een mening moet vragen. Voor wie is het CJG? Het CJG is er voor: kinderen jongeren tot 23 jaar ouders en verzorgers, ook toekomstige ouders; mensen die werken met kinderen, met jongeren of met ouders en verzorgers. Waar kunt u terecht? Als ouder en jongere kunt u zelf bepalen hoe u contact zoekt. Veel informatie en tips kunt u vinden op de CJG website voor ouders: www.cjgcranendonck.nl Voor jongeren komt er een speciaal voor hen ingerichte site. Verder is het CJG telefonisch en via e-mail bereikbaar of u bezoekt een van onze CJG locaties in Budel op De Dam of in Maarheeze aan de Hoge Weg. CJG / contactgegevens. Openingstijden en contactgegevens staan wekelijks in het colofon van het Gemeentenieuws in de Grenskoerier en op www.cranendonck.nl. 27
28
5.1.2 Passend onderwijs Met ingang van 1 augustus 2014 gaat Passend Onderwijs van start en houden de huidige samenwerkingsverbanden Weer Samen Naar School op te bestaan. Dit houdt in dat SKOzoK deel gaat uitmaken van een nieuw samenwerkingsverband Passend Onderwijs De Kempen 30-09. In dit nieuwe samenwerkingsverband (SWV) participeren schoolbesturen voor regulier basisonderwijs en speciaal (basis)onderwijs. Met passend Onderwijs streven we naar een passende onderwijsplek voor alle leerlingen. Ook voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Voor de meeste leerlingen zal er door de invoering van passend onderwijs in de dagelijkse praktijk weinig veranderen. Er verandert met name veel áchter de schermen: nieuwe samenwerkingspartners, andere procedures en herverdeling van budgetten. Zorgplicht Schoolbesturen krijgen vanaf 1 augustus 2014 zorgplicht. Dit betekent dat de scholen ervoor moeten zorgen dat iedere leerling, die bij de school staat ingeschreven of is aangemeld en die extra ondersteuning nodig heeft, een passend onderwijsaanbod krijgt. Bij de aanmelding van uw kind op onze school kijken we samen wat uw kind nodig heeft om zich optimaal te kunnen ontwikkelen. Wanneer extra ondersteuning nodig is, bekijken we of de school die ondersteuning zelf kan realiseren, eventueel met ondersteuning vanuit SKOzoK of het samenwerkingsverband. Mochten we de ondersteuning niet zelf kunnen bieden en blijkt dat uw kind het beste naar een andere school kan gaan wij in overleg met u, zorgen dat er een andere school gevonden wordt die wel een passend aanbod kan doen aan uw kind. Dit kan een andere basisschool zijn, maar ook een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. We gaan ervan uit dat we in gezamenlijkheid tot een passende oplossing komen voor uw kind. Het kan voorkomen dat dit niet lukt. In dat geval kunt u zich wenden tot verschillende commissies: o
o
Geschillencommissie Passend Onderwijs. Deze commissie beslecht geschillen in po, vo en (v)so, over toelating van leerlingen, die extra ondersteuning behoeven, de verwijdering van leerlingen en het ontwikkelingsperspectief. Bezwaaradviescommissie toelaatbaarheidsverklaring. Het samenwerkingsverband heeft een eigen bezwaaradviescommissie ingericht, waartoe ouders zich kunnen richten bij een bezwaar tegen een besluit over een toelaatbaarheidsverklaring. Bij deze bezwarencommissie kunnen ouders en/of scholen terecht alvorens een stap te zetten naar de genoemde Geschillencommissie Passend Onderwijs.
Voor meer informatie zie: www.geschillenpassendonderwijs.nl Ondersteuningsprofiel Alle scholen binnen SKOzoK hebben in 2013 een ondersteuningsprofiel opgesteld, waarin de school beschrijft welke basisondersteuning zij kan bieden. De medezeggenschapsraad heeft adviesrecht op het vaststellen van het ondersteuningsprofiel dat minimaal vierjaarlijks geactualiseerd wordt. Het ondersteuningsprofiel speelt een rol in het toelatingsbeleid van de school en is voor ouders een informatiebron die geraadpleegd kan worden als zij op zoek zijn naar een school voor hun kind. Voor nadere informatie over het ondersteuningsprofiel kunt u het beste contact opnemen met Vrony Elschot, onze kwaliteitsondersteuner; email:
[email protected].
28
29 Extra ondersteuning Het SWV wordt verantwoordelijk voor het arrangeren van extra die sommige leerlingen nodig hebben. Daarbij onderscheiden we lichte ondersteuning en zware ondersteuning. In onze regio is ervoor gekozen de lichte ondersteuning door de schoolbesturen zelf uit te laten voeren. Dat geeft ons de ruimte om lichte en preventieve arrangementen voor kinderen en of groepen zelf vorm te geven passend bij onze visie en werkwijze. Lichte Ondersteuning
Op onze school is een goede zorgstructuur aanwezig. De leerkracht probeert zoveel mogelijk maatwerk te bieden in de groep. De KO-er (KwaliteitsOndersteuner) ondersteunt de leerkracht hierbij. De onderwijsbehoeften van een kind kunnen zeer complex zijn, waardoor ons onderwijs onvoldoende aansluit bij wat uw kind nodig heeft. In die situaties neemt de KO-er in samenspraak met de ouders en leerkracht contact op met de Coördinator Passend Onderwijs van SKOzoK. De Coördinator Passend Onderwijs is verantwoordelijk voor het bepalen van arrangementen voor leerlingen die (lichte) ondersteuning nodig hebben. Een arrangement kan zeer divers zijn. Er kan een expert ingezet worden die de leerkracht helpt bij het realiseren van een passend onderwijsaanbod voor het kind. Ook kan er worden gekozen om een leerling te plaatsen op een school voor speciaal basisonderwijs. U als ouder wordt nauw betrokken bij het opstellen van het arrangement voor uw kind.
Zware ondersteuning In niet alle gevallen is lichte ondersteuning voldoende. Dan kan een arrangement zware ondersteuning aangevraagd worden bij het SWV De Kempen PO 30-09. De procedures hiervoor zijn in ontwikkeling en moeten voor 1 augustus 2014 helder zijn. Informatie hierover volgt. Leerlinggebonden financiering (LGF) De regeling van het rugzakje (LGF) komt te vervallen. De inhoud van het rugzakje, de middelen, blijven in onze regio grotendeels beschikbaar voor extra ondersteuning. In het SWV is afgesproken dat het rugzakje in het overgangsjaar 2014-2015 gehandhaafd wordt voor alle leerlingen die na 1-8-2014 nog een geldige beschikking cluster 3 of 4 hebben. In de loop van het schooljaar 2014-2015 wordt duidelijk hoe de toeleiding naar zware ondersteuning er vanaf 2015-2016 uit gaat zien en hoe deze arrangementen uitgevoerd gaan worden. LGF Cluster 1 en 2 Schoolbesturen speciaal onderwijs voor blinde en slechtziende en dove en slechthorende en spraak/taalgebrekkige leerlingen (cluster 1 en 2) vallen buiten de wet Passend Onderwijs. Met deze besturen zijn samenwerkingsafspraken gemaakt. Meer informatie cluster 1 zie www.visio.org Meer informatie cluster 2 zie www.taalbrug.nl Meer informatie nodig? De transitie naar de nieuwe Wet Passend Onderwijs is niet met ingang van het schooljaar 2014-2015 afgerond. De regering zal ook komend schooljaar nog vele aanpassingen en aanvullingen op de huidige wet bekend maken en de schoolbesturen moeten ten aanzien van verschillende thema’s nog verder beleid ontwikkelen.
29
30 Al deze ontwikkelingen worden op termijn opgenomen in de schoolgids. Echter beleidsontwikkeling zal sneller gaan dan bijstelling schoolgids, vandaar dat we u graag wijzen op belangrijke aanvullende informatiebronnen, te weten:
www.steunpuntpassendonderwijs.nl www.passendonderwijs.nl www.medezeggenschap-passendonderwijs.nl www.mensenrechten.nl www.onderwijsconsulenten.nl
5.2 ARBO De arbeidsomstandighedenwet is ook van toepassing op scholen. Dit houdt onder meer in dat er een arbeidsomstandigheden- en verzuimbeleid ontwikkeld moet worden, dat gebaseerd dient te zijn op een op schrift gestelde inventarisatie en evaluatie van de risico's die het werken in school voor de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van de betrokkenen met zich meebrengt. Er dient hierbij o.m. gedacht te worden aan: - beleid t.a.v. ziekteverzuim bv. Hoe kan ziekteverzuim bekort worden? - beleid t.a.v. hulpverlening bv. Hoe is de EHBO geregeld en hoe te handelen bij brand? - beleid t.a.v. veiligheid en gezondheid. Hoe wordt bv. de school voldoende en doelmatig verlicht en geventileerd? Het ARBO- beleid is in ontwikkeling. In school werken we jaarlijks aan een of meerdere onderdelen van het arbeidsomstandighedenbeleid. Zo wordt dit jaar een aantal leerkrachten bijgeschoold met betrekking tot het verlenen van EHBO en reanimatie. Dit jaar zullen de leerkrachten die zijn opgeleid tot bedrijfshulpverleners bijscholing volgen. Deze leerkrachten dragen o.m. zorg voor het goede verloop van de jaarlijkse ontruimingsoefening. Ze geven hun kennis door aan de collega-leerkrachten.
5.3 NASCHOLING Het onderwijs is voortdurend in verandering. Mensen die in het onderwijs werken moeten op die veranderingen inspelen. Er is nascholing nodig om op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen. Ook maatschappelijke ontwikkelingen zoals het toenemend belang van de informatietechnologie en innovaties van de overheid (bv. SWV) maken nascholing noodzakelijk. In onze school is zorgverbreding en deskundigheidsbevordering betreffende het gebruik van computersoftware binnen het onderwijs voortdurend onderwerp van nascholing. Als team pakken we de volgende nascholing / ontwikkeling op: - Project afstemming en de invoering van handelingsgericht werken in het kader van de wet op het Passend Onderwijs. - ICT: gebruik en verdere implementatie van het digibord en het programma Presenter van Prowise - Groeien in samenwerken / reflecteren / feedback / teamrollen. Daarnaast werkt elk teamlid aan zijn / haar persoonlijke ontwikkeling middels POP’s (Persoonlijke Ontwikkeling Plannen). De nascholing en de POP’s zijn onderwerp in de gesprekscyclus die de leidinggevende met het personeel heeft. ‘Samen’ is ons uitgangspunt: met plezier al werkend veel van en met elkaar leren. Een goede aanspreekcultuur, elkaar met respect feedback geven en vervolgens reflecteren op je werk zijn hierbij belangrijk. Er wordt aangesloten bij het nascholingsbeleid van SKOZOK.
30
31
5.4 BASISONTWIKKELING/ HGW IN DE ONDERBOUW Wij werken volgens het principe van de Basisontwikkeling. Bij het concept Basisontwikkeling gaat het om vijf kernactiviteiten van kinderen: spelen, construeren, rekenen, spreken/luisteren en lezen/schrijven. Deze kernactiviteiten zullen de kinderen in de loop van de onderbouw tot een steeds hoger niveau ontwikkelen. De activiteiten zijn altijd verbonden aan inhouden of thema’s die voor kinderen interessant en betekenisvol zijn. Naast deze interne kwaliteitsbewaking toetst de inspecteur van het Basisonderwijs regelmatig onze onderwijskwaliteit Voor de verdere uitwerking verwijzen we naar: www.onderwijsinspectie.nl. Zie aldaar het laatste rapport.
31
32
6. RESULTATEN VAN ONS ONDERWIJS Rapportcijfers, resultaten uit het leerlingvolgsysteem, de eindtoetsbasisonderwijs en de algemene indruk die door het leerkrachtenteam in de loop der jaren van een leerling is opgebouwd, zijn de ingrediënten waarop het schooladvies voortgezet onderwijs gestoeld wordt. De miniteamleider, de groepsleerkracht en de Kwaliteitsondersteuner gaan samen na op welke manier de leerling zo goed mogelijk begeleid kan worden. De kinderen in groep 2 t/m 8 worden daarvoor tweemaal per jaar methode-onafhankelijk getoetst. De resultaten worden door de computer verwerkt, waardoor we alle leerlingen gedurende hun schoolloopbaan kunnen volgen. Score CITO eindtoets: In 2014 was de Gemiddelde Standaardscore voor onze school 537,9. Dat betekent dat er gemiddeld 77% van de vragen goed beantwoord werd. De categorie scholen waartoe de onze behoort heeft een landelijk gemiddelde van 534,4 gehaald. We liggen dus iets boven dat landelijk gemiddelde. Uitstroom naar het speciaal onderwijs: In het schooljaar 2013-2014 is er 1 leerling uitgestroomd. Aantal leerlingen die speciale zorg ontvangen hebben: Hieronder vallen de leerlingen waarvoor externe hulp wordt ingeschakeld. Kinderen kunnen in aanmerking komen voor een Leerling Gebonden Financiering (LGF). Dit noemen ze een rugzakje. Het houdt in dat kinderen financiële ondersteuning krijgen in de vorm van ambulante begeleiding vanuit het speciaal onderwijs, extra uren om deze kinderen gerichte begeleiding te geven en aanschaf van specifieke materialen. Het rugzakje is bedoeld om binnen de mogelijkheden van de school, kinderen zoveel mogelijk op de eigen school te houden in plaats van hen te verwijzen naar het speciaal onderwijs. In het schooljaar 20142015 starten we met 2 leerlingen die een rugzakje hebben. Daarnaast zijn er leerlingen die op bepaalde gebieden extra begeleiding nodig hebben. Deze leerlingen rekenen we wel tot onze zorgleerlingen, maar niet tot de leerlingen die speciale zorg nodig hebben. Uitstroom naar het voortgezet onderwijs schooljaar 2013-2014: Naar het VWO gingen 10 leerlingen; Naar het HAVO gingen 8 leerlingen; Naar het MAVO gingen 2 leerlingen; Naar het Basis- en Kadergericht beroepsonderwijs gingen 6 leerlingen.
32
33 In schema:
Doorstoomgegevens leerlingen BO-VO
jaar
Type onderwijs
2006 -2007 2007- 2008 2008- 2009 2009- 2010 2010- 2011 2011- 2012 2012- 2013 2013- 2014
BK advies 13 8 4 3 1 8 4 6
GTH/MAVO advies 13 10 3 6 12 7 3 2
HAG advies 9 3 16 4 6 13 5 8
VWO advies 4 6 2 4 8 6 6 10
TOTAAL 39 27 25 17 27 34 18 26
Onze leerlingenzorg stopt niet meteen na het verlaten van de basisschool. We worden door het voortgezet onderwijs tot 3 jaar na het vertrek van onze leerlingen in kennis gesteld van hun vorderingen. Voor ons zijn deze gegevens tevens een belangrijke indicatie om te bepalen of ons schooladvies het juiste was.
6.1 JAARVERSLAG In 2013-2014 hebben we het volgende gerealiseerd 1. 2. 3. 4.
We hebben Het project We hebben We hebben gegeven.
ons verder ontwikkeld in het communiceren, zowel intern als extern. Handelings Gericht Werken ( HGW) afstemming hebben we voortgezet. gewerkt met Meer- en Hoogbegaafde leerlingen. in het kader van het Project Techniek VTB pro in elke bouw technieklessen
Ad 2. Project afstemming Als school participeerden we onder supervisie van het Samenwerkingsverband Valkenswaard in het project HGW / afstemming. De omslag die we hierdoor maken is dat niet de leerstof maar de ontwikkeling van het kind centraal staat. Voor het schooljaar 2013-2014 hebben we gewerkt met groepshandelingsplannen. Hierdoor is de leerkracht in staat een nog betere scan van de groep te maken, waardoor de individuele leerling nog beter op maat bediend kan worden. Ad 3. Het project werken met Meer- en Hoogbegaafde leerlingen. We bieden de meer- en hoogbegaafde leerlingen zoveel mogelijk passend onderwijs aanbieden. Daartoe zijn leerkrachten bijgeschoold. Ad 4. We hebben de technieklessen die in de vorige jaren ontwikkeld zijn, gegeven en aangepast aan de behoeftes per klas.
33
34
7.REGELINGEN, SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN EN HET OVERBLIJVEN. 7.1 AANTAL UREN ONDERWIJS De leerlingen moeten gedurende de basisschool 7520 uren maken. Elke groep maakt 940 lesuren per jaar. Dit leidt tot een evenredige verdeling van lesstof en werkdruk. De lesroosters zijn in elke groep zichtbaar aanwezig. Een en ander is verder uitgewerkt in het schoolplan.
7.2 SCHOOLTIJDEN EN PAUZES Vijf minuten voor aanvang van de lessen gaat de zoemer en mogen de kinderen van groep 3 t/m groep 8 het gebouw binnen gaan. Ze gaan dan door de hoofdingang naar binnen. De kinderen van groep 1 en 2 mogen vanaf 8.15 uur en 13.00 uur naar binnen lopen. De kinderen van groep 1 en 2 gebruiken de ingang aan de Akkerwinde en mogen door de ouders naar binnen worden gebracht. SCHOOLTIJDEN Maandag
08.30 uur tot 12.00 uur 13.15 uur tot 15.15 uur
Dinsdag
08.30 uur tot 12.00 uur 13.15 uur tot 15.15 uur
Woensdag
08.30 uur tot 12.15 uur Op woensdagmiddag zijn alle kinderen vrij van school.
Donderdag
08.30 uur tot 12.00 uur 13.15 uur tot 15.15 uur
Vrijdag
08.30 uur tot 12.15 uur Op vrijdagmiddag zijn alle kinderen vrij van school.
In de pauze kunnen de leerlingen onder toezicht vrij spelen op de speelplaats. Een kwartier voor aanvang is er toezicht op de speelplaats. Als er activiteiten buiten de schooltijden plaatsvinden ( bijvoorbeeld het bijwonen van een voorstelling in het kader van cultuuronderwijs) wordt die tijd mogelijk gecompenseerd op een ander tijdstip.
34
35
7.3 VAKANTIES EN VRIJE DAGEN De vakanties in Noord- Brabant en Limburg kennen niet overal dezelfde data. Dat komt omdat het voortgezet onderwijs in Limburg een eigen planning heeft en wij de planning van de Provincie Brabant moeten volgen. Hieronder de voor ons geldende data:
Vakantierooster 2014-2015
Herfstvakantie Kerstvakantie Carnavalsvakantie 2e Paasdag Koningsdag Meivakantie Bevrijdingsdag Hemelvaart 2e Pinksterdag Zomervakantie
20 t/m 24 oktober 2014 22 dec t/m 2 januari 2015 16 t/m 20 februari 2015 ma 6 april 2015 (valt in meivakantie) 27 april t/m 8 mei 2015 (valt in meivakantie) 14 & 15 mei 2015 ma 25 mei 2015 20 juli t/m 28 augustus 2015
35
36
7.4 LESUITVAL / VERZUIM / VERLOF We proberen lesuitval zoveel mogelijk te voorkomen door het inzetten van vervangers. Wanneer het niet lukt tijdig voor vervanging te zorgen wordt er intern naar een oplossing gezocht (Zie ook punt 3.7). De wet kent vrijstelling tot inschrijving bij leerplichtigen vanaf 5 jaar, als er sprake is van ongeschiktheid door lichamelijke of psychische oorzaken of van bezwaren tegen de missie en visie van de scholen die binnen redelijke afstand liggen. Voor onze school gelden ten aanzien van schoolverzuim de volgende afspraken: - We verzoeken de ouders afwezigheid van hun kind voor de aanvang van de lessen door te geven. - Bij verzuim van een dag - daarbij is te denken aan een bezoek aan de specialist, een bruiloft of iets dergelijks - verzoeken we de ouders dit te vragen en door te geven aan de minteamleider of zijn vervanger. - Bij verzuim voor meer dan een dag dienen de ouders contact op te nemen met de directeur. Voor het al of niet verlenen van verlof weegt de directeur het belang van de opgegeven reden af tegen het gegeven dat er onderwijs wordt gemist. Met andere woorden: Het verlenen van verlof is afhankelijk van het antwoord op de vraag: weegt het onderwijsbelang zwaarder of minder zwaar dan de opgegeven reden? Ook het gegeven dat de groepsleerkracht door verzuim van het kind geconfronteerd zal worden met leerachterstand, dus met extra werk, zal worden meegewogen. Wij willen alle ouders dringend verzoeken zich strikt aan het rooster van vakanties en vrije dagen te houden.
UW KIND IS LEERPLICHTIG VANAF 5 JAAR! De directeur kan verlof verlenen in geval van gewichtige omstandigheden. Maar die bevoegdheid is beperkt, want hij moet goedkeuring krijgen van de ambtenaar voor leerplichtzaken, als het verlof meer dan tien dagen per schooljaar betreft. Ongeoorloofd verzuim moet de directeur binnen drie dagen melden aan de betreffende ambtenaar. We hopen dan ook dat U zult meewerken om onaangenaamheden te voorkomen.
7.4.1 ZIEKE LEERLINGEN Als blijkt dat uw kind door ziekte niet naar school kan komen, dan is het van belang dat u dit aan de leerkracht kenbaar maakt. (Liefst een telefonische melding voor 8.30 uur.) Duurt dit langer dan een paar dagen, dan kan de leerkracht samen met u bekijken hoe het onderwijs aan uw kind toch voortgezet kan worden. Vanzelfsprekend is het continueren van het onderwijs belangrijk, omdat een zieke leerling dan actief blijft met wat bij het dagelijkse leven hoort namelijk: onderwijs.
7.4.2 DE WETTEKST INZAKE VERLOF 1. Vakantieverlof (art. 13 a) Een verzoek om vakantieverlof dient minimaal 8 weken van tevoren bij de directeur van de school te worden voorgelegd. Vakantieverlof wordt alleen verleend wanneer:
36
37 1. wegens de specifieke aard van het beroep van één van de ouders, voogden of verzorgers het slechts mogelijk is buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan; (een werkgeversverklaring kan opgevraagd worden door de directeur). Dit verlof: Mag hooguit één maal per schooljaar worden verleend; Mag niet langer duren dan 10 schooldagen; Mag niet plaatsvinden in de eerste twee weken van het schooljaar. 2. er gewichtige omstandigheden zijn;10 schooldagen per schooljaar of minder (art. 14 lid 1) Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden voor 10 schooldagen per schooljaar of minder dient vooraf of binnen twee dagen na het ontstaan van de verhindering aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Onder gewichtige omstandigheden wordt verstaan: omstandigheden die buiten de wil van de leerling of ouders zijn gelegen. Voorbeelden: Het voldoen aan een wettelijke verplichting, voor zover dit niet buiten de lesuren kan geschieden. Verhuizingen (ten hoogste één dag) Het bijwonen van een huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad (1 of ten hoogste 2 dagen) Ernstige ziekte van ouders of bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad (duur in overleg met de directeur). Overlijden van bloed - en aanverwanten in de 2e graad (ten hoogste 2 dagen), bloedof aanverwanten in de 3e of 4e graad ( 1 dag) Bij 25-, 40- en 50- jarig ambtsjubileum en het 12 1/2 -, 25-, 40-, 50- en 60-jarig huwelijksjubileum van ouders of grootouders (1 dag) Nb extra vakantie wordt niet als gewichtige omstandigheid aangemerkt. 3. Gewichtige omstandigheden meer dan 10 schooldagen per schooljaar (art. 14 lid 3) Een verzoek om extra verlof van gewichtige omstandigheden voor meer dan 10 schooldagen per schooljaar dient minimaal 4 weken tevoren via de directeur van de school bij de leerplichtambtenaar van de woongemeente te worden ingediend. Let wel: De directeur van de school is verplicht de leerplichtambtenaar mededeling te doen van ongeoorloofd schoolverzuim. Tegen die ouders die hun kinderen zonder toestemming van school houden zal proces-verbaal worden opgemaakt. De boete is 75 Euro per dag per kind.
37
38
7.5
REDENEN VOOR VRIJSTELLING VAN HET ONDERWIJS EN DE VERVANGENDE ONDERWIJSACTIVITEITEN
De leerlingen van onze school zijn wettelijk verplicht om deel te nemen aan alle voor hen bestemde onderwijsactiviteiten. Op verzoek van de ouders is het mogelijk dat de directeur een leerling vrijstelling verleent voor het volgen van het vak godsdienst/levensbeschouwing. Een dergelijk verzoek dient schriftelijk ingediend te worden bij de directeur van de school. Als de directeur deze vrijstelling verleent, geeft hij tevens aan welke onderwijsactiviteit voor de leerling in plaats komt van die waarvoor vrijstelling verleend wordt.
7.6 REGELS VOOR SCHORSING EN VERWIJDERING Als het nodig is tot deze zware maatregelen over te gaan, handelt de directeur volgens hetgeen opgenomen is in de wet op het Primair Onderwijs artikel 40. De beslissing tot verwijdering wordt altijd genomen door het schoolbestuur. Protocol schorsing Bij het nemen van de maatregel tot schorsing wordt het protocol schorsing en verwijdering van leerlingen in acht genomen. Daarin is het volgende bepaald : •
Het bovenschools management, als vertegenwoordiger van het bevoegd gezag van de school, wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd.
•
Voor zover mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling gewaarborgd kan worden.
•
De betrokken ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend. Ook de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van de leerling op de school komen in dit gesprek aan de orde.
•
Van de schorsing en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen.
•
Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan: o Het bovenschools management o De ambtenaar leerplichtzaken o
•
De inspectie onderwijs
Ouders kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag beslist uiterlijk binnen 14 dagen op het beroep.
38
39
7.7 BELEID VOOR 4 JARIGEN Een kind dat 4 jaar wordt mag naar de basisschool. Op onze school kan uw kind starten op de maandag na zijn/haar vierde verjaardag. Alle kinderen die vanaf 1 oktober t/m 30 april instromen hebben recht op 10 gewenningsdagdelen. De data worden door de ouders en de leerkracht in overleg gepland, te beginnen twee maanden voor de vierde verjaardag. Het aantal kinderen dat in miniteam 1-2 zit groeit in de loop van het schooljaar door tussentijdse instroom van leerlingen. Na 30 april nemen we geen nieuwe kleuters meer aan. Kinderen die na 30 april geboren zijn mogen dus pas in het nieuwe schooljaar instromen. Onze visie hierachter is dat de nieuwe kleuters die starten met zo’n belangrijke periode in hun leven, rust en structuur nodig hebben om zich geborgen en veilig te voelen. Die kunnen we op het laatst van het schooljaar minder goed bieden, omdat in deze periode allerlei activiteiten als afsluiting plaatsvinden. Vierjarigen die in oktober, november en december geboren zijn, de zo genaamde OND kinderen, horen gewoon bij de jaargroep. Deze kinderen worden extra goed gemonitord. Als op basis van goede argumenten blijkt dat het kind niet toe is aan doorstroming naar de volgende groep, wordt soms besloten om een extra kleuterjaar in te lassen. Bij deze keuze is altijd de totale ontwikkeling van het kind uitgangspunt; cognitief, sociaal en emotioneel. Uiteraard wordt uw mening als ouders altijd meegenomen in dit besluit. Praktische tips: U kunt de naam van uw kind het best op de fruithapjes en op de drinkbeker plakken. Dit kunt u ook doe IN de jassen, mutsen laarzen en sjaals. Fruitdagen: Iedere dinsdag en donderdag nemen de kinderen fruit mee naar school. Van de gemeente Cranendonck krijgen alle ouders van kinderen die 4 jaar worden in de maand februari een brochure over het basisonderwijs binnen de gemeente. Dit om de ouders te laten weten welke basisscholen er in de gemeente zijn. In deze brochure kunt u iets over de scholen lezen. Wij vinden het daarnaast belangrijk dat u de sfeer op school kunt proeven. Voor belangstellenden is er daarom op woensdag 25 maart 2015 een Open dag. De centrale inschrijvingen zijn op maandag 30 maart 2015, maar aanmelding en inschrijving van kinderen kan natuurlijk gedurende het hele schooljaar.
39
40
8. DIVERSEN 8.1 SCHOOLREIZEN EN KAMP De schoolreizen staan vermeld in de jaarplanning. ( zie bijlage) In verband met de oplopende kosten van de bussen wordt er gedacht over een andere invulling van de schoolreizen. Hoe hoog de kosten daarvan zullen zijn is nu nog niet te zeggen. Voor het schoolkamp van groep 8 wordt een bijdrage van rond de € 30,-- gevraagd. De schoolreisgelden worden geïnd in april of mei.
8.2 INLOOPREGELING Voor kinderen die de leeftijd van 3 jaar en 10 maanden bereikt hebben bestaat er de mogelijkheid kennis te maken met de school in bedrijf. Uw kind kan gedurende 10 dagdelen kennis komen maken met het onderwijs. Voor de exacte tijden hiervan kunt u het best een afspraak maken met de minteamleidster mevr. Toos Verspagen.
8.3 OVERBLIJVEN Tijdens de middagpauze kunnen de kinderen overblijven van 12.00 uur tot 13.00 uur onder toezicht van een of meerdere geschoolde en gekwalificeerde overblijfkrachten De overblijfkosten zijn: € 1,50 per kind per keer.
8.3.1 OVERBLIJFREGLEMENT Tijdens het overblijven zijn de volgende regels van kracht:
Met het overblijven worden de onderbouw groepen 0,1,2,3,4 tijdens het eten gesplitst van de bovenbouw groepen 5,6,7,8. Dit in verband met de grootte van de totale groep overblijvers. Vanaf 12.30 uur spelen de kinderen wel gezamenlijk op het grote schoolplein
Ouders van kinderen die willen overblijven, moeten dit melden bij de leerkracht, de overblijfkracht of bij de overblijfcoördinator. Met name geldt dit voor de kinderen in de onderbouw.
Bij regelmatig overblijven, kan volstaan worden met een eenmalige melding. Indien er, bij regelmatig overblijven, een keer géén gebruik wordt gemaakt van de overblijfregeling, dient dit tijdig en vooraf gemeld te worden bij de overblijfkracht of coördinator.
Tijdens de lunch krijgen de kinderen ranja, chocomel, Yogho of thee.
Ieder kind afzonderlijk moet een tas met een broodtrommel voorzien van zijn of haar naam bij zich hebben.
Wij zien liever geen snoep en koolzuurhoudende dranken tijdens het overblijven. (Zakje cup a soup kan wel.)
40
41
Het verloop van het overblijven is als volgt: 12.00 uur – 12.30 uur : gezamenlijke broodmaaltijd in het overblijflokaal 12.30 uur – 13.00 uur : de overblijvers spelen onder toezicht op de grote speelplaats, of in geval van een kleine groep, gaan ze gezamenlijk naar het park. Bij slecht weer mogen de kinderen in de grote ruimte. Dit ter beoordeling van de overblijfkrachten.
De speelmaterialen van de overblijvers worden in een aparte kast bewaard. Het beheer is in handen van de overblijfkrachten. Zij zien er ook op toe dat de kinderen op de juiste wijze met het materiaal omgaan.
Algemene gedragsregels overblijvers: – De overblijvers houden zich aan de aanwijzingen van de overblijfkracht(en). – Bij 2 waarschuwingen door de overblijfkrachten voor wangedrag wordt het gedrag genoteerd en zal de directie met de overblijfcoördinator van de ouderraad bepalen of en welke sanctie zij voor het betreffende kind zullen toepassen. – Ouders betalen het overblijfgeld contant. – Aan tafel gelden de gewone tafel- en gedragsregels, d.w.z. : samen beginnen en wachten tot iedereen klaar is. – De overblijfkracht bepaalt wie helpt met het opruimen van de tafel en het doen van de afwas. – De overblijver mag zonder toestemming de ruimte waarin de groep zich bevindt niet verlaten. – De afspraken en regels van de school moeten worden nageleefd.
Strippenkaartverkoop De verkoop van strippenkaarten is op maandag en vrijdag van 08.15 uur tot 08.45 uur. De kosten bedragen: 10 strippen voor € 15,-- ( + 1 gratis) 5 strippen voor € 7,50
8.3.2 BUITENSCHOOLSE OPVANG Vanaf 1 augustus zijn de scholen wettelijk verplicht er voor te zorgen dat er een goede aansluiting is tussen de tijd dat de kinderen op school zitten en de opvang buiten de gewone schooluren. Onze school heeft gezorgd voor een goede aansluiting door een overeenkomst met Klikkelstein te sluiten waarin de voor- en naschoolse opvang beschreven wordt. U dient zelf de inschrijving van uw kind bij de organisatie voor buitenschoolse opvang te regelen. Voor meer informatie, zie www.klikkelstein.nl
8.4 OCHTENDPAUZE De kinderen mogen voor de ochtendpauze iets te eten meebrengen: een boterham, een stukje fruit of iets dergelijks.(In groep 1 + 2 voorzien van naam.) Vriendelijk zouden wij U willen vragen Uw kind geen snoep mee naar school te geven.
41
42
8.5 VERJAARDAG Is uw kind jarig, dan mag het trakteren. De traktatie hoeft niet uit snoep te bestaan. Er zijn ook andere traktaties te bedenken. Laat het een kleinigheid zijn; het wordt zo gemakkelijk een opbieden tegen elkaar. Als uw kleuter jarig is mag u tot 10.00 uur in de groep van uw kind blijven. In verband met de privacy van de leerlingen mogen er geen video-opnames gemaakt worden. Foto’s mag wel, maar deze mogen niet zonder toestemming van de betrokken ouders op Facebook of andere sociale media geplaatst worden.
Gezonde traktaties
8.6 GYMNASTIEK Vanaf groep 3 hebben alle kinderen twee uur gymnastiek in sporthal “ Zuiderpoort”. De lessen worden door de leerkrachten gegeven, ondersteund door een gediplomeerde vakleerkracht, die zelf ook lessen in de diverse groepen geeft. Het gymrooster (inclusief reistijd)
GYMLESSEN Groep 3 en 4 5 en 6 7 en 8
Dag Do morgen Do morgen Ma middag
Tijd 8.30 uur-10.30 uur 10.00 uur – 12.00 uur 13.15 uur -15.15 uur
vervoer BUS BUS FIETS
De gymlessen zijn geclusterd om maximaal rendement te behalen. Er is zo minder tijd nodig om heen en weer te fietsen en om te kleden. Naast de gymlessen bewegen we ons buiten door middel van wandelingen, fietstochten enz. Gymspullen gaan steeds na iedere gymles mee naar huis om gewassen te worden. Voor groep 1 en 2: graag gymschoenen (voorzien van naam) met een witte stroeve zool en zonder veters! Deze gymschoenen blijven op school. Ook voor de leerlingen van groep 3 t/m 8 zijn schoenen met stroeve zolen verplicht verder gymmen de leerlingen in korte sportbroek en T-shirt. Wilt U er op toezien, dat de kinderen die gymles hebben aan het begin van de schooltijd op tijd aanwezig zijn?! Wanneer uw kind om de een of andere reden niet aan de gymles kan deelnemen, verzoeken wij U de leerkracht tijdig op de hoogte te stellen.
42
43
8.6.1 VERVOER GROEP 7 EN 8 NAAR DE SPORTHAL De groepen 7 en 8 gaan eenmaal per week met de fiets naar de sporthal voor de lessen lichamelijke opvoeding. De weg van de school naar de sporthal bedraagt ruim twee kilometer. Ook de veiligste route kent enkele gevaarlijke kruispunten. Omdat het geven van lichamelijke opvoeding in een goed geoutilleerde sporthal bij de vorming van onze kinderen hoort, vinden we dat de lessen in de sporthal ook voor de groepen 7 en 8 gegeven moeten worden. Om de route die we met de kinderen zullen moeten gaan fietsen zo veilig mogelijk te kunnen afleggen, vinden we het noodzakelijk om goede afspraken te maken. De afspraken: De kinderen maken gebruik van een degelijke goedgekeurde fiets. Dit wordt beoordeeld tijdens de jaarlijkse fietskeuring en ter plaatse extra door de leerkracht. Indien de fiets niet goedgekeurd is dienen de ouders voor vervangend vervoer te zorgen. Zie voor meer informatie paragraaf 8.14 Een groep wordt altijd door minstens twee volwassenen begeleid. Een begeleider fietst vooraan. Een begeleider fiets achteraan. Een eventuele derde begeleider fietst in het midden. Zowel voor- als achterin de groep fietst minstens een persoon met een veiligheidsvest.
8.7.GEZONDHEIDSZORG
Jeugdgezondheidszorg: een gezonde keuze voor alle leerlingen Onze school werkt samen met de GGD Brabant- Zuidoost, team Jeugdgezondheidszorg. Dit team bestaat uit een jeugdarts, jeugdverpleegkundige, assistente, logopedist en een psycholoog. Wat kunnen zij voor u en uw zoon of dochter betekenen in de periode dat hij of zij op de basisschool zit? Contactmomenten Tijdens de basisschoolperiode komen u en uw kind in groep 2 en in groep 7 in contact met de medewerkers van het team Jeugdgezondheidszorg. Het team Jeugdgezondheidszorg besteedt aandacht aan de lichamelijke, psychische en sociale ontwikkeling van uw kind. Afhankelijk van de leeftijd en ontwikkelingsfase ligt de nadruk steeds op andere gezondheidsaspecten, zoals groei, motoriek, leefstijl, spraak en taal, maar ook schoolverzuim en gedrag. Bij een onderzoek worden de resultaten altijd na afloop met u en/of uw kind besproken, zonodig aangevuld met advies. De ouders zijn bij een onderzoek aanwezig. 43
44 Zorgen bij zorgen Iedere ouder, verzorger of begeleider heeft wel eens vragen over de gezondheid of ontwikkeling van zijn of haar kind. Denk bijvoorbeeld aan groei- of gehoorproblemen, slaapen eetproblemen, moeilijk gedrag of vragen over de opvoeding. Alle ouders, leerlingen, maar ook de school kunnen met dit soort vragen altijd terecht bij medewerkers van de jeugdgezondheidszorg. Als de leerkracht of intern begeleider een gesprek of onderzoek aanvraagt, is wel de toestemming van de ouders nodig. Afhankelijk van de vraag of het probleem, bekijkt Jeugdgezondheidszorg of verder advies of onderzoek nodig is en door wie. Inentingen In het kalenderjaar dat uw kind 9 jaar wordt, krijgt het de laatste twee inentingen tegen DTP (difterie, tetanus, polio) en BMR (bof, mazelen en rodehond). U krijgt hiervoor een uitnodiging van de GGD. 12-Jarige meisjes krijgen een oproep voor de vaccinatie tegen baarmoederhalskanker (HPV). Een gezonde school De GGD ondersteunt de school bij het realiseren van een veilig, gezond en hygiënisch schoolklimaat, zoals het voorkomen en bestrijden van hoofdluis, uitvoeren van projecten over een gezonde leefstijl of het meten van en adviseren over een gezond binnenmilieu. ZAT team Vanaf 2011 is het verplicht op elke school een Zorg Advies Team te hebben ( ZAT) Dit team bestaat uit een Kwaliteitsondersteuner, een vertegenwoordiger van de GGD, een vertegenwoordiger van het Sociaal Maatschappelijk Werk (en een vertegenwoordiger van Jeugdzorg/WEG). Dit team probeert voor de zorgleerlingen de ontwikkelingsomstandigheden buiten school zo optimaal mogelijk de maken. Het team is dus vooral gericht op zorg buiten de school. Vragen, informatie en contact Hebt u vragen aan de jeugdverpleegkundige, jeugdarts of logopedist, neem dan gerust contact op met het team Jeugdgezondheidszorg: GGD Brabant- Zuidoost Postbus 810 5700 AV Helmond Contactgegevens JMW Cranendonck: Tineke Goudriaan;
[email protected]
44
45
8.7.1 PROTOCOL BESTRIJDING HOOFDLUIS Op school wordt gebruik gemaakt van een protocol bestrijding hoofdluis. De directeur ziet toe op de consequente uitvoering daarvan. De hulpverleners zorgen voor een werkgroep die ingezet wordt voor controlerende werkzaamheden. Hierbij wordt de privacy van de leerling in acht genomen. Na elke vakantie wordt er gecontroleerd. In verband met de controle is het gemakkelijker als de kinderen geen vlechtjes hebben. Ook liever geen gel gebruiken. We verzoeken de ouders thuis regelmatig te controleren op hoofdluis en indien er hoofdluis geconstateerd wordt dit op school te melden bij de leerkracht. Op maandag- en vrijdagmorgen zijn er bij de overblijfkrachten plastic luizenhoesjes te koop die over de jas getrokken kunnen worden. Zo’ n hoesje kost € 1,- per stuk Voor verder informatie, zie website: www.bsdeschatkist.nl
8.8 VERZEKERINGEN Uw kind is op school NIET verzekerd. Daar moet U zelf voor zorgen. Zorg er voor dat uw kind in elk geval verzekerd is tegen Wettelijke Aansprakelijkheid. Leerkrachten, hulpouders en overblijfkrachten zijn wel WA verzekerd.
8.9 KLACHTENREGELING Overal waar gewerkt wordt zijn wel eens misverstanden of worden er fouten gemaakt. Dat is op onze school niet anders. Ouders zijn altijd welkom bij de klassenleerkrachten om dergelijk zaken te bespreken en samen zal er dan naar een goede oplossing gezocht worden. Ons streven is dat elke leerkracht u altijd serieus neemt en goed naar u luistert om samen naar de beste oplossing te zoeken. Als dat niet naar wens verloopt, is het mogelijk om met vragen, problemen of klachten over het onderwijs, de aanpak van de kinderen of andere zaken naar de directeur te stappen. Deze zal proberen een dergelijk probleem in overleg met de ouders, de groepsleerkracht en eventuele andere betrokkenen zo snel mogelijk op te lossen. Als ouders niet tevreden zijn over de manier waarop een probleem of klacht wordt opgepakt, kunnen ze de zaak bespreken met contactpersonen betreffende klachten op onze school. Deze zijn door het bestuur van de school aangesteld om ervoor te zorgen dat klachten van kinderen of ouders altijd serieus worden genomen en op een passende manier worden afgehandeld. Elke ouder of elk kind kan een beroep op hen doen als er problemen zijn. het gesprek wordt vertrouwelijk behandeld en er worden geen stappen gezet zonder uw toestemming. De contactpersoon betreffende klachten gaat in overleg met u over wat er moet worden gedaan of wie er moet worden ingeschakeld om tot een goede oplossing te komen. Als dat nodig mocht zijn, wordt een klacht doorverwezen naar de externe vertrouwenspersonen van SKOZOK: Henk Karsmakers (m) en Adrie Verhoef (v). Zij gaan allereerst na of door bemiddeling een oplossing gevonden kan worden. Als u met een klacht bij hen komt, zullen zij in eerste instantie nagaan of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt. Lukt dat niet of is de klacht zo ernstig dat verder gaan noodzakelijk geacht wordt, dan kan de klacht doorverwezen worden naar de onafhankelijke klachtencommissie van de besturenorganisatie waarbij de school is aangesloten.
45
46 Ook is het mogelijk dat u zich rechtstreeks wendt tot de externe vertrouwenspersonen of tot de klachtencommissie. Dat laatste moet altijd schriftelijk gebeuren. De tekst van de klachtenregeling is op school aanwezig en te verkrijgen bij de directie en bij de contactpersonen inzake klachten. Samengevat: 1. Altijd eerst overleg met de klassenleerkracht. Bij onvoldoende resultaat naar 2. 2. Overleg met de directie. Bij onvoldoende resultaat naar 3. 3. Overleg met de contactpersoon betreffende klachten. Bij onvoldoende resultaat naar 4. 4. Inschakelen van de externe vertrouwenspersonen van SKOZOK. Bij onvoldoende resultaat naar 5. 5. Indienen van de klacht bij de klachtencommissie KBO. Bij het meldpunt vertrouwensinspecteur kunt U terecht voor advies en klachtmeldingen over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, fysiek geweld en psychisch geweld (zoals grove pesterijen). Vanaf 2005 is daaraan toegevoegd: signalen betreffende discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisering, extremisme en dergelijke. Interne contactpersoon: Vrony Elschot
[email protected] Externe vertrouwenspersonen: Henk Karsmakers (m): 06-11216536
[email protected] Adrie Verhoef (v): 06-13871709
[email protected] Secretariaat klachtencommissie: Landelijke Klachtencommissie KBO Postbus 82324, 2508 EH Den Haag . 070-3568114 Meldpunt vertrouwensinspecteur: 0900-1113111 Op werkdagen te bereiken van 08.00-17.00 uur.
46
47
8.10 HUISWERK De kinderen in de hogere groepen krijgen af en toe een beetje huiswerk. De schoolboeken mogen dan mee naar huis. In het bijzonder in groep 8 moet het huiswerk gezien worden als een stukje voorbereiding op het Voortgezet Onderwijs. Vanaf groep 6 moeten de leerlingen af en toe een proefwerk thuis leren. Naast dit huiswerk krijgen de kinderen allerlei opdrachten mee naar huis zoals het maken van spreekbeurten met behulp van PowerPoint enz.
8.11 FOTO'S Jaarlijks worden er door de fotocommissie bij diverse activiteiten vele foto’s gemaakt. Vaak kunnen ouders via ‘ Mijn Album ‘ foto’s bekijken en downloaden. Verder wordt er door de schoolfotograaf jaarlijks een klassenfoto en een portretfoto van de kinderen gemaakt. Ook deze foto's zullen geheel vrijblijvend te koop worden aangeboden.
8.12 SPONSORING In onze school is sponsoring een randverschijnsel. Als we met een sponsor in zee gaan dan houden we ons aan de volgende uitgangspunten: -
De sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. - De sponsoring mag de objectiviteit, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van ons onderwijs niet in gevaar brengen. - De sponsoring mag de onderwijsinhoud of continuïteit van ons onderwijs niet beïnvloeden. In het voorgaande schooljaar hebben we op een prettige manier samengewerkt met de firma Lammers Beton Weert in het kader van het promoten van het techniekonderwijs. Deze firma heeft een aantal aanpassingen in ons handenarbeidlokaal gerealiseerd.
8.13 FIETSKEURING, VEILIG OP DE FIETS
Op de 3e dinsdag aan het begin van ieder schooljaar, worden alle fietsen van groepen 3 tot en 8 gekeurd. Deze keuring vindt plaats door de verkeerswerkgroep en hulpouders onder professionele begeleiding en instructie van een fietsenmaker. Tijdens de fietskeuring worden fietsen goedgekeurd of afgekeurd. Als een fiets wordt afgekeurd, wordt er op een kaartje bij vermeld wat de reden is van de afkeuring. Een fiets die wordt goedgekeurd krijgt een “OK!” sticker. Voor groepen 3 tot en met 6 heeft de keuring een informatief karakter voor zowel de ouders als de leerling. Hoewel de school het belangrijk vindt dat alle leerlingen met een deugdelijke en vooral veilige fiets naar school komen, is de keuring voor deze groepen vrijblijvend. De kinderen van groep 7 en 8 worden verplicht om hun fiets op school te laten keuren. Deze kinderen moeten de fiets immers gebruiken als vervoermiddel naar de les lichamelijke opvoeding op 2 km afstand van de school. De school stelt het daarom als een vanzelfsprekende verplichting dat de kinderen gebruik maken van een goedgekeurde veilige fiets. Om deze procedure te kunnen volgen worden de fietsen van groep 7 en 8 op naam gekeurd.
47
48 Deze kinderen krijgen daarvoor een kaart die voorzien moet worden van naam en aan de fiets moet worden gehangen, voor de keuring. Als een fiets van een leerling van groep 7 of 8 wordt afgekeurd kunnen de mankementen door de ouders verholpen worden. De volgende dinsdagmiddag (4 e maandag) na de fietskeuring is er plaats voor een herkeuring. Als een fiets na de herkeuring wederom afgekeurd wordt, mag het kind niet met de fiets mee naar de sporthal. De fiets is immers niet veilig en de ouders moeten dan alternatief vervoer regelen. De leerling moet wél naar de les lichamelijke opvoeding.
8.14 PESTPROTOCOL Er is op school een pestprotocol aanwezig. Dit is op de website te lezen: www.bsdeschatkist.nl
8.15 BELANGRIJKE DATA Dag Maandag
Datum 8 september 20 t/m 24 oktober
Woensdag Ma t/m woe
3 december 1n de week van 15 dec 22 dec t/m 2 januari
Vrijdag Ma- vrij Ma di woe Maandag
21-22-23 april 13 februari 16 t/m 20 februari
11 maart 16 maart ma 6 april 27 april t/m 8 mei 14 & 15 mei
Ma-di-wo Maandag Dinsdag
22-23-24 juni
Woensdag Ma t/m do Vrijdag
15 juli In de week van 13 juli 17 juli
ma 25 mei
di 26 mei
20 juli t/m 28 augustus
Begin nieuw schooljaar Algemene informatie avond Herfstvakantie Rapporten mee naar huis Ouderavonden Kerstvakantie CITO eindtoets voor groep 8 Carnaval op school Carnavalsvakantie Rapport mee Ouderavonden 2e Paasdag Meivakantie Hemelvaart Schoolverlaterkamp 2e Pinksterdag Studiedag kinderen hele dag vrij Rapport mee naar huis Infoavond groep 3 Calamiteiten dag kinderen vrij Zomervakantie
48
49
9. BIJLAGEN Het kompas van Skozok voor schooljaar 2014-2018 Onze school valt onder het bestuur van de stichting SKOZOK: Samen Koersen Op Zichtbare Onderwijs Kwaliteit. De Stichting SKOZOK De stichting is ontstaan uit de fusie van een aantal schoolbesturen uit: Bergeijk, Cranendonck, Leende, Valkenswaard, Aalst-Waalre en één school voor speciaal basisonderwijs. Het KOMPAS van SKOzoK voor schooljaar 2014/15 In april 2014 is het nieuwe Koersplan voor de periode van 2014-2018 voor onze organisatie vastgesteld. Het Koersplan bevat onze strategie voor de komende jaren en dient als leidraad voor ons beleid. We richten ons hierbij op drie focuspunten: 1. Excellent in ‘leren leren’ 2. Samen ontwikkelen van de leergemeenschap 3. Slimmer organiseren Voor deze drie focuspunten hebben we hoofddoelen opgesteld, die we in de voorliggende beleidsperiode willen bereiken. De hoofddoelen worden ieder schooljaar concreet uitgewerkt in een jaarplan, dat we het Kompas noemen. In dit Kompas beschrijven we, naast de missie en visie, per focuspunt de doelstellingen voor onze organisatie voor het schooljaar 2014/2015. Voor nadere informatie: zie de website van Skozok: www.skozok.nl
49
50
Directie
Huub Compen Tel. 0495 592866 e-mail:
[email protected]
Directeur de Schatkist en de Boogurt
Miniteam 1-2
Toos Verspagen Tel: 491473 e-mail:
[email protected]
Bets Cox Tel: 493684 e-mail:
[email protected]
Loes Meeuws Tel: 003211 446302 e-mail:
[email protected]
Katrien Schonkeren Tel: 0032 497146302 e-mail:
[email protected]
Miniteamleidster Leerkracht groep 1-2 Lid van de MR namens de lkn Opleidingscoördinator
Leerkracht groep 1-2
Leerkracht groep 1-2
Leerkracht groep 1-2 alleen op ma
50
51
Miniteam 3-4
José Scholten Tel: 491248 e-mail:
[email protected]
Miniteamleidster 3-4 Leerkracht groep 3 op ma - do - vrij
Katrien Schonkeren Tel: 0032 497146302 e-mail:
[email protected]
Leerkracht groep 3 op di – woe - vrij
Eefje Derks Tel: 06-53814211 e-mail:
[email protected]
Denise Scheepstra Tel: 06-20905336 e-mail:
[email protected]
Leerkracht groep 4 Miniteamleidster BHV-er MR-lid namens de leerkrachten
Leerkracht groep 3 op donderdag Leerkracht groep 4 op di en woe
51
52
Miniteam 5-6
André Lamers Tel:06 30121743 e-mail:
[email protected]
Leerkracht groep 5 BHV-er MR lid namens de leerkrachten
Jolanda Scheepers Tel:040 2534514 e- mail:
[email protected]
Leerkracht groep 5 alleen op do
Jessy van Gestel tel:0495-497457 e- mail:
[email protected]
Leerkracht groep 6 woe-do-vrij BHV-er
Monique Verhagen Tel: 0653791882 e mail:
[email protected]
Leerkracht groep 6 ma-di BHV-er
52
53
Miniteam 7-8
Henk Kuipers Tel: 495297 e-mail:
[email protected]
Leerkracht groep 7 BHV-er
Els Mertens Tel: 003211 446643 e- mail:
[email protected]
Leerkracht groep 7 Lid van de ouderraad namens de leerkrachten
Martijn Jaspers Tel: 06-51928022 e-mail:
[email protected]
Leerkracht groep 8
53
54
ICT en Kwaliteitsondersteuning
Harry de Laat Tel: 0613748437 e-mail:
[email protected]
Senior Bovenschools ICT-er
Vrony Elschot Tel:499733 e-mail:
[email protected]
Kwaliteitsondersteuner
Lily Stienen Tel: 06-23394948 e-mail:
[email protected]
Kwaliteitsondersteuner
54
55
Onderwijs
Ondersteunend personeel
Jack van Leuken Tel: 494053
Conciërge voor 2 ochtenden in de week
Mien Sentjens
Interieurverzorgster
Saskia van der Straaten Tel: 497281 e mail:
[email protected]
Ondersteuning gymlessen gr 3 t/m 8
Ans van Veldhoven
Administratief medewerkster
55
56
MR Peter Geelen Tel: 0655156808 e mail:
[email protected]
Monique Verhagen Tel: 0653791882 e mail:
[email protected]
Eefje Derks Tel: 0653814211 e mail:
[email protected]
André Lamers Tel: 0630121743 e mail:
[email protected]
Richard op den Buijsch Tel: 0630663426 e mail:
[email protected]
Ilona hoorndijk Tel: 595098 e-mail:
[email protected]
Voorzitter lid namens de ouders
Lid namens de leerkrachten; secretaris
Lid namens de leerkrachten
Lid namens de leerkrachten
Lid namens de ouders
Lid namens de ouders
56
57
Verkeerswerkgroep
Geert Rademakers Tel: 496779 e-mail:
[email protected]
Lid namens de ouders
Jessy van Gestel Tel:0495-497457 e- mail:
[email protected]
Lid namens de leerkrachten
Yvonne van Velthoven - Aarts Tel: 492995 e-mail:
[email protected]
Lid namens de ouders
57
58 Ouderraad Judith Hompes Tel. 497016 e-mail:
[email protected]
Nancy van Meyl Tel: 496576 e- mail:
[email protected]
Brenda Geuzebroek Tel: 840871 e- mail:
[email protected]
Brenda van Erp Tel: 497670 e- mail:
[email protected]
Linda Christiaens Tel: 492762 e –mail:
[email protected]
Wendy van Meyl Tel: 496323 e- mail:
[email protected]
Voorzitter
Penningmeester
Secretaris
OR- lid
OR-lid
OR - lid
58
59
Loes Meeuws Tel: 003211 446302 e-mail:
[email protected]
Els Mertens Tel: 003211 446643 e-mail:
[email protected]
Tamara van Mierlo Tel: 494682 e mail:
[email protected]
Inge Kennis-Maas Tel: 499409 e mail:
[email protected]
Marielle Hompes Tel: 840385 e mail:
[email protected]
Lid namens de leerkrachten
Lid namens de leerkrachten
OR- lid
OR- lid
OR -lid
59
60
Nicole Szilágyi Tel: 491404 e mail:
[email protected]
OR- lid
Monique Drent Tel: 497270 e mail:
[email protected]
OR- lid
Kirsty van der Kruijs
[email protected] 06-12102450
OR-lid
Louise van der Kruijs
OR-hulp
60
61
Overblijfkrachten Hannie Timmermans Tel: 491203 e mail::
[email protected]
Coördinator
Marga Weegels
Overblijfkracht
Gonnie van Leuken
Overblijfkracht
Yvonne Vos
Overblijfkracht
Riet Soers
Overblijfkracht
Mariëlle Katouti Tel: 840460 e –mail:
[email protected]
Overblijfkracht
Yvonne Kaandorp
Oproepkracht overblijven
61
62
62