SCHOOLGIDS
(Basisschool Dr. A. Schweitzer en BS Nieuw Lotbroek)
2014 – 2015 1
SCHOOLGIDS
Schooljaar 2014/2015
naam school
Basisschool Hoensbroek-Zuid
adres school
Prinsenstraat 14 6433 GJ Hoensbroek
telefoon e-mail (voorlopig) homepage
045-5214497
[email protected] www.bshoensbroek-zuid.nl
directeur
dhr. W.Wetzelaer
Bevoegd gezag : Voorzitter College van Bestuur:
Onderwijsstichting MOVARE vacature drs. H.M.G. Linssen MES (lid) 045-5466950
[email protected] www.movare.nl
Algemeen toegangsnummer: E-mail: Website:
2
Inhoudsopgave
Titelblad
1.
Een woord vooraf
blz.
4
2.
Waar de school voor staat
blz.
8
3.
De organisatie van het onderwijs
blz. 12
4.
De zorg voor de kinderen
blz. 17
5.
De leraren
blz. 24
6.
De ouders
blz. 25
7.
De ontwikkeling van het onderwijs in de school
blz. 28
8.
De resultaten van het onderwijs
blz. 30
9.
Regeling school- en vakantietijden
blz. 32
10.
Namen en adressen
blz. 37
11.
Schoolbestuur
blz. 39
12.
Externe artikelen
blz. 46
13.
Jaarverslag en jaarplanning
blz. 47
3
1
EEN WOORD VOORAF
1.1
Waarom een schoolgids voor ouders?
Voor u ligt de schoolgids 2014-2015 van de basisschool Dr.A.Schweitzer/Nieuw Lotbroek. Deze gids is bedoeld om u ouders/verzorgers te informeren over onze school. Voor ouders/verzorgers, die staan voor de schoolkeuze van hun kind hopen we met deze gids een bondig informatieboekje geschreven te hebben dat zal helpen bij het maken van een weloverwogen keuze. Aan ouders/verzorgers waarvan de kinderen onze school reeds bezoeken, biedt de gids informatie over de schoolorganisatie, de wijze waarop we met kinderen omgaan en de ontwikkeling van het onderwijskundig beleid van de school. Deze gids geeft aan waar onze school voor staat, wat onze doelstellingen zijn en hoe wij deze willen realiseren. Daarnaast bieden wij u informatie over de wijze waarop wij werken aan het behoud en de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs op onze school. Vanaf 1 augustus 2014 vormt onze school een onderwijskundige eenheid met basisschool de Voeegelsjtang. De scholen staan ook onder dezelfde directie. Onze school zelf is sinds 1 augustus 2014 al een samenvoeging van de scholen Nieuw Lotbroek en Albert Schweitzer. De voorbereiding voor de bouw van een nieuw schoolgebouw is in volle gang en we hopen, dat deze gerealiseerd is in 2016. Dan gaan de scholen ook daadwerkelijk samenvoegen. Hebt u na het lezen van deze schoolgids vragen, dan horen we graag. Wat staat er in deze schoolgids? De wet stelt eisen aan de inhoud van de schoolgids. U kunt dan ook in iedere schoolgids minimaal de volgende informatie verwachten: - doelen en resultaten van het onderwijs - zorg voor leerlingen die extra aandacht nodig hebben - zorg voor het jonge kind - benutting van de verplichte onderwijstijd - geldelijke bijdrage van de ouders - rechten en plichten van de ouders, verzorgers, leerlingen en bevoegd gezag - het volgen van de leerresultaten en de dossiervorming - procedure schoolgids - sponsoring. Status van deze gids Deze gids is samengesteld door het schoolteam en vastgesteld door het schoolbestuur Movare. De medezeggenschapsraad heeft ermee ingestemd. 1.2
De school
Onze school is een MOVARE-school De naam MOVARE staat voor beweging en verandering. Het onderwijs is evenals de maatschappij in beweging. MOVARE richt die beweging op de kwaliteit van het onderwijs. Aanpak en werkwijze zijn vooruitstrevend en kenmerken zich door een hoog ambitieniveau, ondernemingszin en oog voor innovatie.
4
Onderwijsstichting MOVARE is het bevoegd gezag van 56 scholen met 65 locaties in 10 gemeenten. MOVARE kent katholiek, oecumenisch, protestants-christelijk, algemeen bijzonder en openbaar onderwijs. Met ca.13.000 leerlingen en ca. 1200 medewerkers is de stichting één van de grootste onderwijsinstellingen in Limburg. Organisatiestructuur MOVARE kent het Raad van Toezichtmodel met een statutair onderscheiden College van Bestuur en Raad van Toezicht. De scholen zijn verdeeld over vier regio’s, die worden aangestuurd door een regiomanager. Deze is de direct leidinggevende van de schooldirecteuren. Het bestuursbureau verricht ondersteunende diensten voor de diverse geledingen binnen de stichting. Onze regiomanager is dhr. Jos Feron. Missie van MOVARE MOVARE werkt vanuit de missie “Onderwijs op maat voor elk kind met aandacht voor autonomie en authenticiteit van elk mens in een respectvolle omgang met elkaar en de wereld waarin wij leven, met het oog op de leefbaarheid van de maatschappij van morgen”. Alle medewerkers geven hun activiteiten zodanig gestalte dat zij de kwaliteit van het onderwijs ten goede komen. Op deze manier leveren zij goed onderwijs voor de kinderen. Visie van MOVARE MOVARE biedt boeiend en passend onderwijs in een lerend perspectief en geeft invulling aan de rol van maatschappelijk ondernemer. Richting Onze basisschool is een algemeen christelijke school, maar het perspectief is dat de nieuwe organisatie, eenmaal in het nieuwe gebouw, denominatief Bijzonder Neutraal zal zijn. Dat wordt geleidelijk aan de invalshoek van het onderwijs. Een aantal waarden blijven centraal om goed onderwijs te realiseren en samen een schoolgemeenschap te vormen. Centrale waarden zijn gastvrijheid, respect, gelijkwaardigheid. Vanuit onze opdracht tot gastvrijheid zijn alle kinderen met hun eigen levensbeschouwelijke achtergrond welkom. Tijdens de lessen levensbeschouwing gaan we uit van verschillende levensbeschouwelijke opvattingen, met name de levensbeschouwelijke opvattingen, die de leerlingen kunnen delen met elkaar. Er zal dan ook aandacht zijn voor feesten uit de verschillende religieuze tradities. De voorbereiding op de sacramenten, Eerste Communie en Vormsel, vindt buiten de schooltijden op school plaats, onder de verantwoordelijkheid van de parochie die hierover contact opneemt met de ouders/verzorgers en de school. Onze school staat voor: • Iedereen is uniek, je hoeft niet perfect te zijn • Respect tonen voor elkaar, de omgeving en de natuur • Niemand leeft voor zichzelf • Gelijkwaardigheid t.o.v. alle medemensen • Eerlijkheid in alle handelen • Afwijzen van gewelddadig of agressief gedrag. Schoolgrootte Bij de start van het schooljaar 2014-2015 zitten er zo’n 290 leerlingen op onze school met in totaal 12 groepen Het aantal leerlingen loopt in de loop van het schooljaar op in de richting van de 310 leerlingen. De afgelopen jaren is het leerlingenaantal dalend. Dit is conform de verwachting binnen de regio.
5
1.3
Wie werken er in de school?
De samenstelling van het schoolteam Op onze school werken 21 personeelsleden. Het grootste deel is leerkracht waarvan een gedeelte fulltime werkt maar ook een deel parttime werken. Een aantal leerkrachten vervult ook andere taken, zoals de IB-er (Interne Begeleider). Naast de groepsleerkrachten werkt er ook een conciërge, klasse assistent en een administratief medewerker op onze school. Behalve het vaste personeel werkt er ook tijdelijk personeel, waaronder stagiaires en vrijwilligers. −
directeur
− − − − −
intern begeleider groepsleraar klassen assistent administratrice conciërge
belast met de eindverantwoording voor het onderwijs en de administratie verantwoordelijk voor de leerlingenzorg verantwoordelijk voor het onderwijs in de groep Ondersteunend in de verschillende groepen medeverantwoordelijk voor de administratie medeverantwoordelijk voor de huishoudelijke gang van zaken en het onderhoud
Interne begeleider Onze interne begeleider is verantwoordelijk voor de leerlingenzorg. Ze is tevens een belangrijke schakel tussen de schoolontwikkeling als gehele organisatie en de persoonlijke ontwikkeling van de teamleden. Zij begeleidt de leerkrachten bij het uitvoeren van de stappen die gerelateerd zijn aan de zorgroute voor de kinderen, volgt de voortgang en leidt de groeps- en leerlingenbesprekingen in school. De interne begeleiding van onze school richt zich namelijk op coaching van de leerkrachten bij zorgverbreding en het ondersteunen in de kwaliteitsbewaking van ons onderwijs. Zij speelt een verbindende rol naar externe begeleiding of zorg. Onderwijsondersteunend personeel Naast de mensen die het onderwijs verzorgen, zijn er mensen die zorgen voor de dagelijkse gang van zaken op onze school. De administratieve medewerker en de conciërge staan garant voor een goede afwikkeling van administratieve, huishoudelijke en technische zaken. Onze klassenassistente ondersteund in verschillende groepen. Stagiaires Ieder jaar wordt er op onze school een aantal stagiaires van verschillende opleidingen toegelaten. Deze stagiaires staan altijd onder de eindverantwoordelijkheid van de begeleidende leerkracht. Vervanging bij verlof en ziekte van teamleden Bij ziekte van een leerkracht komt er in principe een vervanger. De school probeert zoveel mogelijk gebruik te maken van vaste vervangsters. Dit omdat deze vervangers de school en de kinderen goed kennen. Wanneer er geen invalskracht beschikbaar is, wordt er intern naar een oplossing gezocht. Over het algemeen kan de afwezigheid van een leerkracht opgevangen worden. Compensatiedagen en Bapo Leerkrachten hebben een aantal compensatie(ADV)dagen per jaar. Er komt dan een andere leerkracht in de groep. Een enkele keer hebben leerkrachten onder schooltijd een dag buitengewoon verlof. In dergelijke gevallen komt er (net als bij ziekte) een vervangster in de klas. Een aantal leerkrachten maakt gebruik van hun recht op BAPO. Er komt dan een andere leerkracht in de groep.
6
De scholing van het team Onderwijs is altijd in beweging. Steeds zijn er nieuwe ontwikkelingen die voor ons belangrijk zijn. Wij proberen als team binnen deze ontwikkelingen onze keuzes te maken, passend binnen onze visie en missie, en hierop in te spelen. In de afgelopen jaren hebben we hiervoor, als team of individueel, vele studiedagen en cursussen gevolgd. We zullen dat ook in de toekomst blijven doen. De school zal zich de komende jaren richten op zorg, leesverbetering en techniek De individuele scholing sluit aan bij individuele wensen van leerkrachten en de behoefte aan meer specifieke deskundigheid van het team als geheel.
7
2
WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT
Missie van de school Binnen de kaders van de missie, visie en het strategisch beleidsplan van MOVARE formuleert elke school zijn eigen missie en visie. Het begrip missie heeft te maken met ons bestaansrecht. Waarom doen we wat we doen? Waarvoor staan we? Wat zijn onze waarden? Waarom zijn we er en wat willen we met ons onderwijs betekenen voor de buurt, de regio en de samenleving als totaliteit? Wij hebben de kern van onze missie in de volgende zin gegoten: M=met I=idealistische S=sterk S=sociale I=inspirerende E=educatie Met idealistische sterk sociale inspirerende educatie willen we kinderen kansen bieden zich naar eigen keuze zelf te ontwikkelen. We willen eruit halen wat er in zit en daarom is onze school dus ook gericht op resultaat. Tevens willen we het kind leren om in steeds meerdere mate zelfstandig te werken en eigen werk te plannen. Dit wordt opgebouwd vanaf groep 1 t/m 8. Verder vinden we het belangrijk om binnen ons onderwijs de uitgangspunten van “De lerende school” toe te passen. Hierdoor leggen we een stevige basis voor de verdere ontwikkeling van de aan onze zorgen toevertrouwde leerlingen. Die stevigheid ontstaat mede door de aandacht voor de totale ontwikkeling van het kind. Het gaat op onze school dus niet alleen om kennis (taal, rekenen, aardrijkskunde, geschiedenis etc.), maar ook om vaardigheden (gymnastiek, spel, dans, tekenen, handvaardigheid etc.) en gedrag (sociaal-emotionele ontwikkeling). De organisatie van het onderwijs richt zich dus op de eerste plaats op de realisatie van de doelen van het primair onderwijs, zoals geformuleerd door de wetgever. Nadere precisering van onze missie: Met kansen bedoelen we: Stimulering om de nodige basiskennis op te doen, dienend als instrument om verdere informatie te kunnen verwerven. Begeleiding bij de sociaal emotionele ontwikkeling en bewustwording van kansen om zo te leren zelf keuzes te kunnen maken voor het bereiken van geluk. Aanbrengen van gevoel voor normen en waarden, zoals in onze visie geformuleerd. Met eigen keuzes bedoelen we: Het bekend worden met eigen talenten, om vanuit die situatie zo bewust mogelijk keuzes te kunnen maken. Stimulering van de bewustwording van eigen mogelijkheden, die het kind het meeste aanspreken. Voldoende informatie geven om de keuzemogelijkheden zo breed mogelijk te maken. Het kind bekend maken met de te volgen weg naar de gemaakte keuze. Het kind zich zo veilig mogelijk te laten voelen, om van hieruit ook een vrije keuze te kunnen maken. Met zelf ontwikkelen doelen we op: Stimulering van zelfstandigheid. Het kunnen dragen van eigen verantwoordelijkheid. Het aangaan van steeds nieuwe uitdagingen. Essentieel bij onze missie is het dus om kinderen het gevoel te geven competent te zijn, zich autonoom te gaan voelen en in een onderlinge relatie van alle genoemde elementen te leren.
8
Visie Visie heeft te maken met beelden en verwachtingen richting toekomst. Waar gaat het heen? Waar gaan wij heen? Hoe zien we onszelf in de komende jaren? Welke kant willen wij als school opgaan? Wat willen we bereiken? Het gaat bij het formuleren van onze visie dus om: 1. Waar gaat het heen? 2. Waar gaan wij heen? 3. Wat is nodig om te bereiken waarvoor we willen gaan Ad 1: a. b. c. d. Ad 2:
Als wij de blik naar buiten richten, zijn de volgende ontwikkelingen voor onze school relevant: Moderne media spelen in de wereld van het kind een steeds prominentere rol. Opbrengstgerichtheid als belangrijk thema voor het hele onderwijsveld. Eigen verantwoordelijkheid in deze maatschappij gaat een belangrijkere rol spelen. Respect en tolerantie in deze steeds veranderende maatschappij.
Waar gaan we dus voor: Voor een stevige plek voor ICT in ons onderwijsaanbod. Met name het gebruik van zgn. smartboards of digiboards speelt in belangrijk toenemende mate een rol in het didactisch repertoire van leerkrachten. b. Voor het verbeteren van de leesprestaties van onze leerlingen. We doen dit door deel te nemen aan het leesverbeteringsproject van MOVARE. c. Kinderen d.m.v. een opbouwende lijn steeds meer verantwoordelijk maken voor hun eigen leerproces. d. In ruime mate aandacht geven aan verdraagzaamheid, samenwerking en gelijkwaardigheid, waarin we elkaar en elkaars werk en werkwijze leren respecteren en waarin het kind leert zichzelf te waarderen en te accepteren. In algemene zin willen we een school zijn die hoge verwachtingen waarmaakt. Een school waarin wij als schoolteam onze leerlingen ondersteunen om alles uit hun mogelijkheden te halen, mede door een eigentijds aanbod en een eigentijdse aanpak, waardoor bij alle belanghebbenden (kinderen, ouders, gemeente, stichting, inspectie) een positief beeld heerst. Die eigentijdsheid geven wij vorm door de structurele inzet van werkvormen m.b.t. meervoudige intelligentie, coöperatief leren en zgn. system tools. a.
Ad 3: a. b. c. d.
Wat is naar ons inzicht nodig om te bereiken waarvoor we willen gaan: Onderwijskundig leiderschap dat schoolontwikkeling en persoonlijke ontwikkeling stimuleert. Onderwijskundig leiderschap met specifieke aandacht voor personeelsontwikkeling door klassenconsultaties en een regelmatige gesprekscyclus. Kwaliteitszorg die systematisch en cyclisch van aard is Een pedagogisch-didactische aanpak die zich kenmerkt door: o activiteit en zelfstandigheid van leerlingen o het stellen van ambitieuze doelen o doelgerichte lesaanpak o doelgerichte jaarprogrammering o effectieve inzet van tijd o effectief klassenmanagement.
Het team heeft een aantal richtinggevende uitspraken vastgelegd om die uitgangspunten concreet gestalte te geven: Werken en leren op school moet plezier opleveren. Er moet veel interactie plaatsvinden tussen alle disciplines. Er moet openheid zijn naar elkaar, maar met grenzen naar privé. We willen een uitdagende omgeving creëren. We willen op onze school écht luisteren naar elkaar. Ik ben ik, jij bent jij en samen zijn we sterk. 9
Flexibiliteit is een kenmerk. We willen actief situaties leren begrijpen. Wij willen inspelen op verschillen tussen kinderen en maximaal tegemoet komen aan de drie basisbehoeften van kinderen: geloof in eigen kunnen (competentie), de drang zelfstandig te willen handelen (autonomie) en de behoefte aan waardering van anderen (relatie). Tevens willen wij de kinderen leren bewust te worden van zichzelf, opdat zij beseffen dat zij zelf keuzes moeten maken en invloed uit kunnen oefenen op het verloop van hun leven. Om dat waar te kunnen maken in de bijzondere situatie van onze school, streven wij naar een krachtige leeromgeving. Dat is een leeromgeving waarin kinderen uitgedaagd worden, leren van en met elkaar en leren in een passende zelfstandigheid te werken. We willen ons onderwijsprogramma niet beperken tot de schoolvakken, al blijft dit natuurlijk de kern van ons onderwijs. We zien de school als totale voorbereiding op de maatschappij, waarin de kinderen langzaam hun eigen verantwoordelijkheid moeten kunnen dragen. De kinderen leren niet alleen lezen, schrijven en rekenen, maar ze moeten ook weten wat er in de wereld aan de hand is. Onze school wil de kinderen niet alleen iets leren, maar ze ook laten bouwen aan zelfvertrouwen, zelfkennis en positief gedrag. Ook willen we de kinderen cultuur en kunst laten beleven door ze ermee in aanraking te brengen. We willen hen verantwoord leren omgaan met vrije tijd en hun keuzemogelijkheid daartoe zo groot mogelijk maken. Deze typering van onze opvatting kan men als “algemeen” beschouwen en zal in grote lijnen het uitgangspunt zijn voor de meeste basisscholen. Daarom geven we hier nog een aantal specifieke kenmerken van onze school: • We geven les vanuit een algemeen Christelijke levensvisie. Zie hoofdstuk 1 kopje “Richting”. • We schenken veel aandacht aan de relatie tussen school en gezin. Naast de gebruikelijke informatieve contacten op informatieavonden en via infobladen, nieuwsbrieven, schoolkrant, de rapportage van de resultaten van de leerlingen, enz. proberen we de ouders ook in belevende zin bij de school te betrekken door het organiseren van activiteiten, waarbij de ouders welkom zijn. Zo worden de ouders regelmatig uitgenodigd in de groepen 1 t/m 4 om een ochtend mee te draaien in de klas. Meestal n.a.v. het feit dat hun kind “zonnetje van de week” is. Dit houdt in dat één kind van de klas in een bepaalde week extra in de belangstelling staat. Voorts denken we ook specifiek aan jaarlijkse activiteiten zoals de tentoonstelling, de speurtocht, het kerstspel, de feestelijke jaarafsluiting, enz. • Cursussen, studiedagen en gezamenlijke activiteiten met ons schoolteam zorgen ervoor dat we goed op de hoogte blijven van de nieuwste ontwikkelingen binnen het onderwijs. • Het team realiseerde zich dat het onderwijs van deze tijd moet beantwoorden aan de voortdurende veranderingen, die in hoog tempo plaatsvinden. Dit stelt andere eisen aan mensen, dus ook aan onze “toekomstige volwassenen”. We formuleren hier kort wat kenmerken van onze huidige onderwijsbenadering: - De leerkracht krijgt i.p.v. een centrale, docerende rol steeds meer een coachende rol. - De leerlingen werken op steeds meer momenten zelfstandig en hebben meer invloed op hun programma via dag- week- en keuzetaken. - Er wordt veel gebruik gemaakt van coöperatieve werkvormen. - Er wordt ingespeeld op het principe van de meervoudige intelligentie, waardoor kinderen meer leermomenten hebben, waarbij ze gebruik kunnen maken van hun eigen, specifieke sterke kanten. - Er is een duidelijke rol van ICT in het dagprogramma, waarbij de kinderen gebruik kunnen maken van computers met aan methodieken gerelateerde software. 10
-
We maken in de groepen 1 t/m 8 gebruik van beamers en digitale schoolborden. Dit betekent dat in de lessen op een eenvoudige manier gebruik gemaakt kan worden van websites, software, filmpjes, muziekfragmenten, interactieve teksten, presentaties etc. Daarbij is het mogelijk om instructies die op het bord gemaakt zijn op te slaan en later weer op te roepen. Het gebruik van deze technologie vergroot de mogelijkheden om te leren en maakt leren leuker. Leren gaat immers vaak beter wanneer je de leerstof visualiseert. - Leerlingen leren gebruik te maken van zgn. “Visual tools”. Deze hulpmiddelen bieden extra mogelijkheden om verbanden te zien en complexe problemen beter te begrijpen. Voorbeelden van deze “tools” zijn: gedrags-patroongrafieken, relatiecirkels, denkdruppels, enz. In de lokalen hangen meestal verschillende voorbeelden. - De tools helpen ook om te veranderen van lineair denken naar systeemdenken. Het gaat daarbij om het zien van verbanden, oorzaak en gevolg, onderlinge relaties. Leerkrachten bieden kinderen steeds meer mogelijkheden om ook onderwerpen aan de orde te laten komen, die niet in de methodes zijn opgenomen. Er zijn grote vorderingen gemaakt om deze ideeën te realiseren in de dagelijkse lessituatie. We zien de resultaten dan ook in elke klas terug. Het team is zich ervan bewust, dat dit een voortdurend proces is van continu ontwikkelen en borgen. Onze school schenkt veel aandacht aan culturele activiteiten. Cultuureducatie heeft te maken met verschillende kunstuitingen: • Kunst: dans - muziek - literatuur - toneel - film - schilderkunst - beeldhouwkunst - fotografie - bouwkunst - architectuur - toegepaste kunst • Media-educatie: school TV - bioscoopbezoek - krant - website school • Cultureel erfgoed: monumenten - landschappen - archeologische vondsten bibliotheken - archieven - museale voorwerpen en het geheel van gewoonten, tradities, rituelen en gebruiken dat immaterieel of levend erfgoed wordt genoemd. Erfgoededucatie en omgevingsonderwijs zijn sterk verbonden met de vakken aardrijkskunde en geschiedenis. Zo komen in een cyclus van vier jaar alle disciplines aan bod in de verschillende groepen. Elke klas gaat in een schooljaar naar twee culturele activiteiten. Verder heeft onze school elk jaar een eigen (kunst)project. In een periode van 4-6 weken wordt gewerkt binnen een thema waarna er een tentoonstelling voor alle belangstellenden in onze school georganiseerd wordt. Er is dus jaarlijks veel aandacht voor kunstzinnige oriëntatie op o.a. het gebied van dans, toneel, muziek en film. Tevens hebben we pas gekozen voor een nieuwe wereldoriëntatie methode waar aandacht wordt besteed aan een stuk cultuureducatie. Onze school zet jaarlijks een relatief fors deel van de formatie in ten gunste van de zorgleerling. De hoofdverantwoordelijke interne begeleider werkt niet in een vaste groep en kan zich dus concentreren op ondersteuning en begeleiding van leerkrachten m.b.t. het bieden van zorg op alle zorgniveaus. Tevens is er komend jaar een taal/leesspecialist die begeleiding gaat bieden voor het leesverbetertraject, waarmee we zijn gestart.
11
3 3.1
DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS De organisatie van de school
Schoolorganisatie De organisatie van onze school is traditioneel te noemen. We volgen geen speciaal schoolmodel, zoals Jenaplan of Vrije School, maar hebben een aantal kenmerken van diverse schoolmodellen in onze organisatie verwerkt. In de uitgangspunten van de school heeft u hierover al kunnen lezen. Groepering De kinderen zijn verdeeld over 8 jaargroepen. Dat wil zeggen dat kinderen met min of meer gelijke leeftijd en ontwikkeling in dezelfde groep zitten. Daar waar nodig kunnen combinatiegroepen naast de normale groepen worden geformeerd. Plaatsing in een combinatiegroep gebeurt op basis van leerling kenmerken en in overleg met de betreffende ouder/verzorger. Groepsgrootte
Bij de start van het schooljaar 2014-2015 wordt er gestart met 12 groepen. De kleuters zijn verdeeld over 3 groepen, met een gemiddelde groepsgrootte van 25 kinderen. Na de herfstvakantie stromen er nieuwe kinderen in, die gelijkmatig over deze twee groepen verdeeld worden. Organisatie voor zorg voor leerlingen met specifieke behoeften Leerlingen die specifieke behoeften hebben worden zo goed mogelijk geholpen, zowel binnen de groep, en in sommige gevallen daarbuiten. Verdere informatie over dit onderwerp vindt u in hoofdstuk 4.5. Binnen de groepen wordt er gedifferentieerd gewerkt. Zo zijn er kinderen met een hoge instructiebehoefte, maar ook kinderen die al goed zelfstandig met de leerstof aan de slag kunnen gaan. Voor de kinderen die veel instructie (instructieafhankelijk) nodig hebben is tijdens het zelfstandig werken de leerkracht beschikbaar. Er wordt in een instructiegroep extra uitleg gegeven en ook de verwerking vindt in deze groep plaats. Voor kinderen die extra hulp nodig hebben is de juf of meester beschikbaar. Kinderen die geen begeleiding nodig hebben kunnen ervoor kiezen om zelfstandig te werken. Dit kan in een stilteruimte of samen met anderen in de samenwerkruimte. Toetsen In de klas wordt gewerkt met hedendaagse methodes. Bij rekenen en taal wordt regelmatig getoetst wat er in de klassen aan taal en rekenonderdelen behandeld is. Een toets is ook een uitstekend middel om te zien of kinderen deze onderdelen beheersen. Meestal gebeurt het maken van zo’n toets aan het einde van een blok, vaak klassikaal en in sommige gevallen individueel. Naar aanleiding van de resultaten van de toets wordt de kinderen extra hulp geboden voor de onderdelen waar ze op uitvallen. Kinderen die extra uitdaging nodig hebben kunnen verder geholpen worden door “plus” taken en extra uitdagende opdrachten. Binnen onze lessen wordt gebruik gemaakt van verschillende werkvormen zoals meervoudige intelligentie, coöperatieve werkvormen en boeiende tools zoals de mindmap en de gebeurtenisketting ed.
12
3.2
Activiteiten voor de kinderen
Activiteiten in de onderbouw Wanneer u in groep 1 een poosje zou kijken, kunt u wellicht het idee krijgen dat de kinderen daar alleen maar met spelletjes bezig zijn en dat ze er niets “leren”. Niets is echter minder waar. De kinderen van groep 1 leren vooral doordat ze spelen. Voorts wordt gericht gewerkt aan voorbereidend taal en voorbereidend rekenen door middel van de nieuwste methode “Schatkist” en aanvullende materialen. Binnen deze methode komen de volgende onderdelen aan de orde: mondelinge taalontwikkeling, woordenschatontwikkeling, beginnende geletterdheid, beginnende gecijferdheid, sociaal emotionele ontwikkeling. De groepsleraar zorgt ervoor, dat de kinderen op de juiste manier worden gestimuleerd om met bepaald ontwikkelingsmateriaal te werken en zo ervaringen op te doen en zich op hun eigen wijze te ontwikkelen. Er is veel aandacht voor bewegings- en expressie-activiteiten. In groep 2 wordt dit principe niet losgelaten, maar de sturing vanuit de leerkracht zal duidelijk en zeer gericht toenemen. We hebben deze informatie aangevuld in 4.4. Speciale aandacht voor het jonge kind en voor wat betreft de rapportage in 4.6. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school. 3.3 Basisvaardigheden (lezen, schrijven, taal en rekenen) De kinderen leren in groep 3 lezen middels de nieuwste methode “Veilig leren lezen” (2e maan-versie). Deze methode is in gebruik genomen in het schooljaar 2008-2009. Hierbij wordt gebruik gemaakt van alle door deze methode aanbevolen hulpmiddelen, alsook van bijbehorende computerprogramma’s. Groep 3 werkt ook met een interactief smartboard waardoor de lessen uitdagender en leerzamer worden voor de kinderen. De maanaanpak uit Veilig Leren Lezen vormt de basis en wordt gevolgd door leerlingen waarbij de leesontwikkeling op de gebruikelijke wijze verloopt. Aan verschillen tussen leerlingen wordt binnen de eigen groep tegemoetgekomen door te werken met verschillende manieren van aanpak: ster, raket, zon. Voor de zwakke lezers (risicolezers) is de sterlijn uitgewerkt Binnen deze lijn is er ruimte voor extra aandacht. Dat betekent meer tijd om de lesstof aan te bieden, meer mogelijkheden voor verlengde instructie en ruimte om te werken met één of twee niveaugroepen. Voor leerlingen die al snel een versnelling in hun leesontwikkeling weten te realiseren is er de raketaanpak die de kinderen meer uitdaging biedt. Daarnaast is er een aanpak voor leerlingen die aan het begin van het schooljaar al (bijna) alle letters kennen en al eenvoudige woorden kunnen lezen (zonaanpak). Het normale leesprogramma start in groep 3, met als doel dat er aan het einde van de basisschool een leeshouding is ontwikkeld die het kind in staat stelt verschillende teksten zelfstandig en op zijn/haar eigen niveau aan te pakken, te waarderen en te verwerken. Schrijven Het schrijven wordt aangeleerd met een drieledig doel, te weten: - Het aanleren van schrijven als technische vaardigheid - Het toepassen van de techniek als communicatiemiddel - Het toepassen van de techniek als middel tot expressie In het schooljaar 2009-2010 is de nieuwe schrijfmethode “Pennenstreken” in gebruik genomen. “Pennenstreken” is een schrijfmethode met een doorgaande lijn van groep 1 tot en met groep 8. Het kleuterdeel (voor groep 1 en 2) stimuleert het beginnend schrijven. In groep 3 en 4 vindt het aanvankelijk schrijven plaats. Hier staat het aanleren van de schrijfletters in kleine letters en in hoofdletters centraal. In de groepen 5 tot en met 8 wordt het schrijven verder geautomatiseerd, waarbij vanaf groep 6 ook het schrijven op tempo aan bod komt. De genoemde methode sluit uitstekend aan bij de doelstellingen en biedt de kinderen de gelegenheid hun eigen handschrift te ontwikkelen.
13
Taal Taal wordt door ons allereerst gezien als communicatiemiddel. Binnen deze heel algemene omschrijving is een aantal onderdelen apart te noemen. - Het luisteren en het spreken zijn de eerste aspecten middels welke we met taal bezig zijn. - Woordenschat. Hier gaat het om de kennis van woordbetekenissen, associaties, ideeën en beelden die aan het begrip verbonden zijn. - Taalbeschouwing. Hierbij wordt het inzicht in taal en taalgebruik uitgebreid en expliciet gemaakt. Doel is taal beter te laten gebruiken en taal van anderen beter te kunnen verstaan. - Stellen. Het kunnen schrijven van een verhaal of verschillende teksten zoals een brief/recept. Kinderen maken kennis met diverse tekstsoorten en oefenen hiermee. Hiermee zijn niet alle onderdelen van het taalonderwijs belicht, maar dat wij taal niet meer alleen zien (zoals vroeger vaak gebeurde) als foutloos schrijven, mag duidelijk zijn. De school werkt met de taalmethode “Taal op maat” en “Spelling op maat” inclusief het hieraan verbonden computerprogramma voor taal en spelling. De computer en digibord-software maken de lessen interactiever. In dit schooljaar zal de vernieuwde taal op maat/spelling op maat gefaseerd aangeschaft worden voor de groepen 4 t/m 6. Daarbij houdt de methode ook rekening met de niveauverschillen tussen de leerlingen; zo zijn er bijvoorbeeld verdiepingsbladen voor kinderen die al wat voorlopen op de rest en Maatwerkbladen voor de kinderen met een kleine achterstand. Maar ook voor de combinatiegroepen is de methode heel makkelijk toepasbaar. De taalmethode “Taal op maat” is thematisch van opzet en kent een vaste structuur met acht blokken per leerjaar. Ieder blok duurt vier weken en bestaat uit twee thema's. De opbouw van een thema is steeds dezelfde: allereerst is er de themaopening met een les spreken/ luisteren, dan zijn er twee lessen woordenschat, twee lessen taalbeschouwing, twee lessen stellen en een herhalingsles. In week twee zijn er na de herhalingsles twee opmaatlessen en in week 4 is er na de herhalingsles de toets, gevolgd door een differentiatieles (maatwerk, meerwerk of meesterwerk). Na vier blokken, waarin vier thema's aan de orde zijn gekomen is er een projectweek. Dit betekent dat er per leerjaar vier projectweken zijn, met uitzondering van groep vier. Deze groep heeft slechts twee projectweken. Voor “Taal op maat Spelling” zijn er per leerjaar acht blokken. Ieder blok duurt vier weken. Aan het einde van week vier is er een herhalingsles en/of toets. Er zijn 16 thema's die elk jaar op een andere manier terugkeren. De methode bestaat uit twee kernen: “Taal op maat Taal” (spreken en luisteren, woordenschatontwikkeling, taalbeschouwing, stellen) en “Taal op maat Spelling”. De lessen zijn afwisselend leerkrachtgebonden- en zelfstandig werkenlessen. De ondersteuning voor taalzwakke en NT2-leerlingen is geïntegreerd. De methode kent een geïntegreerde hulplijn waarin per les wordt aangegeven waar eventueel knelpunten te verwachten zijn bij kinderen die moeite hebben met taal. Voor de betere leerlingen zijn aparte taalkaarten ontwikkeld. Door middel van toetsen en een eenvoudig registratiesysteem kunnen de resultaten van de leerlingen gevolgd worden. Lezen Vanaf schooljaar 2014-2015 zal de school voor begrijpend lezen gebruik maken van de methode “Estafette” en “Lezen in Beeld”. De methode zal vanaf groep 4 gefaseerd worden ingevoerd. Nieuwe wetenschappelijke inzichten, het nieuwe AVI systeem, de nieuwe Cito-toets Technisch lezen hebben geleid tot nieuwe materialen en een andere manier van werken. Toch is “Estafette basis” meer dan inhoudelijke sterk. Leesplezier en leesuitdaging staan altijd voorop. Voor ons technisch lezen hebben we voor de groepen 4 t/m 8 ook een nieuwe methode gekozen en wel “Lezen in Beeld”. Deze methode leert kinderen leesstrategieën toe te passen, zodat ze alles kunnen lezen wat ze willen. Door het aanbieden van zes verschillende leesstrategieën (de zes leessleutels) leren kinderen elke tekst te openen. “Lezen in Beeld” zorgt voor heel veel afwisseling en uitdaging. 14
Rekenen Voor rekenen werken we vanaf dit schooljaar voor de groepen 3 t/m 8 met een nieuwe methode te weten “Reken zeker”. We hebben voor deze methode gekozen omdat er niet alleen wordt uitgegaan van sommen, verpakt in een context. De uitgangspunten zijn o.a. het werken met concreet materiaal, één strategie per rekenprobleem, per les één (nieuw) onderwerp. Deze methode besteedt veel aandacht aan basisvaardigheden en automatiseren. Elke les is er een instructie voor de hele groep. Differentiatie vindt plaats in de oefening en de opdrachten. De computer en digibord-software ontbreken ook bij deze methode niet. Engels Voor het onderwijs in de Engelse taal hebben we gekozen voor een methode, die ook inhoudelijk meer voorstelt dan alleen een speelse introductie. Hiertoe wordt vanaf schooljaar 2014-2015 gewerkt met een nieuwe methode, “Take it easy”. Deze wordt gebruikt in de groepen 7 en 8. Tevens zullen we de mogelijkheden gaan bekijken om de doorgaande lijn al vanaf de groepen 1 op een speelse manier aan te bieden Wereldoriënterende vakken Onder de noemer wereldoriëntatie vallen de vakgebieden geschiedenis, aardrijkskunde en natuur en techniek. Al deze gebieden beschrijven de wereld van het kind, of deze nu beperkt is tot de eigen, directe omgeving, of dat deze heel groot en wereldomvattend is. Het onderwijs in deze vakgebieden is er op gericht, het kind grip te laten krijgen op de dingen rondom hem/haar. Wij vinden het belangrijk dat bovengenoemde vakgebieden niet geheel los van elkaar, maar in meer of mindere mate met elkaar in relatie gebracht, worden behandeld. Wij hebben hiervoor in het schooljaar 2009-2010 de methodes Naut, Meander en Brandaan ingevoerd voor de groepen 3 tot en met 8. In deze splinternieuwe methodes worden de verschillende vakgebieden vertegenwoordigd door de drie personages Naut (natuur en techniek), Meander (aardrijkskunde) en Brandaan (geschiedenis), die de kinderen een duidelijk aanknopingspunt geven om zich te identificeren. De methodes bekijken de wereld vanuit het perspectief van een kind. Ook hier neemt de computer en digibord software een plaats in om de leerstof gevarieerd en uitdagend te maken. In 2011-2012 hebben we voor groep 3 “Veilig de Wereld in” aangeschaft. Dit sluit naadloos aan op de Veilig Leren Lezen methode. Verkeer Specifiek voor de verkeerslessen is in het schooljaar 2013-2014 de vernieuwde methode “Wijzer door het verkeer” in gebruik genomen op het cluster Albert Schweitzer. Het cluster Nieuw Lotbroek gebruikt de “Jeugdverkeerkeerskrant”. Verder doen de kinderen in groep 7 mee aan het theoretisch en praktisch landelijk verkeersexamen. Expressie activiteiten Naast de gebruikelijke expressie-activiteiten als tekenen, handvaardigheid, muziek en expressie in woord en gebaar, zoals die op de basisschool worden gegeven, besteden we door het jaar extra aandacht aan diverse vormen van expressie. Vanaf het schooljaar 2004-2005 zijn voor de expressievakken de methodes “Uit de kunst” en “Muziek in de basisschool” in gebruik. Dhr Guy Hoenen is als vakleerkracht muziek verbonden aan de school. Lichamelijke opvoeding De lichamelijke opvoeding is er onder meer op gericht de kinderen het plezier in het bewegen te laten behouden, dan wel dit te ontwikkelen. Verder is het van belang kinderen bepaalde vaardigheden en kennis bij te brengen betreffende het bewegen. De onderbouw maakt daartoe gebruik van onze eigen speelzaal. 15
De midden- en bovenbouw maken gebruik van de sporthal In de Biessen en de zaal bij het MFC. Omdat ook het bewegen niet op zich staat, maar meestal wordt gerelateerd aan een bepaalde sport, onderhouden we contacten met diverse sportverenigingen. Verder krijgen de kinderen tijdens het schooljaar allerlei proeflessen aangeboden die hun interesse voor verschillende sporten en bewegen moeten opwekken en bevorderen. In de groepen 1 en 2 vormt “Bewegingsonderwijs in het speellokaal” de bron voor de lessen, terwijl in de groepen 3 t/m 8 “Planmatig bewegingsonderwijs” als methode wordt gehanteerd. Levensbeschouwing Er wordt in informatieve zin lesgegeven over de inhoud van en verschillen tussen de diverse levensbeschouwingen. Er wordt voorts aandacht besteed aan de feestdagen uit de belevingswereld van de kinderen. Gemiddeld wordt er in de verschillende groepen een half uur per week levensbeschouwing gegeven. Sociaal Emotionele ontwikkeling De school besteedt in toenemende mate aandacht aan de sociaal emotionele ontwikkeling van de kinderen. Het is als onderdeel van de zorg een speerpunt in de nieuwe organisatie. In het schooljaar 2014-205 zal een werkgroep een geïntegreerd plan van aanpak ontwerpen voor Burgerschap, Levensbeschouwing, Sociaal –Emotionele Ontwikkeling. Met behulp van landelijke toetsen meten wij door de sociaal emotionele ontwikkeling van de kinderen. Dit wordt getoetst door EGGO(groepen 1 en 2) en Viseon. Viseon geeft een goed beeld over het welzijn van kinderen op school in relatie tot zichzelf, hun medeleerlingen en de leerkracht. In de groepen 3 en 4 vullen de leerkrachten deze lijst in. Vanaf groep 5 vullen hierbij ook de kinderen een lijst in. In de leerling lijst komen de aspecten zelfvertrouwen, werkhouding, relatie met de leerkracht, relatie met andere leerlingen en schoolbeeld aan bod. Vrijstelling tot deelnemen aan bepaalde onderwijsactiviteiten Indien bepaalde onderwijsactiviteiten strijdig zijn met de levensovertuiging of godsdienst van ouders en/of leerling, zal de directie vrijstelling tot deelname aan die onderwijsactiviteiten verlenen. Een verzoek daartoe kan ingediend worden bij de directeur van de school. Bij het verlenen van de vrijstelling zal tevens worden meegedeeld welke vervangende onderwijsactiviteiten worden aangeboden, afhankelijk van het tijdstip en de omvang van de vrijstelling.
4 16
DE ZORG VOOR DE KINDEREN
4.1 De instroom van nieuwe leerlingen De aanmelding van een kind op school, wordt in de regel voorafgegaan door een informatief gesprek.In het gesprek krijgen de ouders een beeld van de school door middel van een uitleg op basis van het schoolplan en door eventueel inzage in het plan zelf. De schoolkalender en de schoolgids zijn via onze website te downloaden. Ook kunt u aanmeldingsformulieren downloaden via onze website. In het gesprek informeert de school ook naar de beginsituatie van het kind. Hiertoe worden o.a. de gegevens van de Peuterspeelzaal gebruikt. De ouders wordt erop gewezen dat alle gegevens, die van belang zijn voor de verdere ontwikkeling van het kind op school, correct doorgegeven moeten worden. Zo zijn eventuele specifieke aandachtspunten onmiddellijk bij de school bekend. De school maakt vervolgens de afweging, of het kind in voldoende mate op onze school tot zijn recht kan komen. Vanaf dat moment kan de school de leerling inschrijven. Voor de definitieve toelating tot de school, dienen de ouders een inschrijfformulier in te vullen en te ondertekenen. Met de ondertekening verklaren de ouders zich akkoord met de grondslag, de werkwijze, regels en organisatie van de school, zoals beschreven in de schoolgids en het schoolplan. • Het kind mag op de dag dat het vier jaar wordt definitief instromen, mits het zindelijk is. Indien dit niet het geval is, verklaren de ouders zich schriftelijk akkoord verantwoordelijk te zijn voor de consequenties. Bedoeld wordt o.a. het noodzakelijk verschonen, enz. Dit behoort niet tot het takenpakket van de leerkrachten. • Als algemene leidraad voor de instroom geldt het volgende: Er worden jaarlijks instroomdata vastgesteld, die in de regel vallen op de eerste maandag van de maand waarin het kind vier jaar wordt. De dagen voor de verjaardag zijn de gewenningsdagen. Op die manier krijgt het kind de kans kennis te maken met het nieuwe dagritme. Aansluitend neemt het kind definitief zitting op zijn/haar verjaardag. Als niet alle kinderen geplaatst kunnen worden in groep 1 - 2, dan is de procedure als volgt: bij de wachtlijstkinderen hebben broertjes of zusjes voorrang en vervolgens wie het eerst is ingeschreven. •
Bij leerlingen, die tussentijds willen instromen om redenen, anders dan verhuizing, wordt altijd onderzoek gedaan. Dit onderzoek bestaat uit de volgende activiteiten: - Gesprek met de ouders door de directeur en/of intern begeleider om helder te krijgen wat de redenen zijn voor overplaatsing en een eerste beeld te krijgen van eventuele problematiek. - Informatie opvragen bij de basisschool waarvan de leerling afkomstig is. - Indien het om een zorgleerling gaat, wordt kennisgenomen van de bestaande documenten m.b.t. onderzoek, eerdere diagnose, reeds ondernomen behandeling, enz. met betrekking tot de problematiek van de leerling. - Vervolgens wordt een afweging gemaakt, in hoeverre de school kan voldoen aan de behoefte van de leerling. Aan de hand daarvan neemt de directeur samen met de IB-er en de betreffende leerkracht een beslissing over het al dan niet toelaten van de leerling.
4.2 Doorstroom naar de volgende groep Het besluit tot doorstroom naar een volgende groep is een besluit van de groepsleerkracht, dat met de ouders wordt besproken. Bij twijfel of verschil van mening wordt besloten door een schoolcommissie. Deze commissie bestaat uit: de leerkracht, de intern begeleider en de directeur van de school. Richtlijnen per groep: • Van groep 1 naar 2: Leerlingen, waarbij de reken- en taalvoorwaarden voldoende zijn stromen door. Er wordt o.a. gekeken naar de CITO uitslagen van de leerlingen, observatielijsten behorende bij de methode “Schatkist”, alsook naar de sociaal emotionele ontwikkeling zoals werk- en luisterhouding. 17
Indien de leerkracht twijfelt wordt de leerling ingebracht bij de commissie. Eventueel kan de schoolrijpheidstest afgenomen worden. • Van groep 2 naar 3: Aan de hand van de CITO uitslagen en de observatielijsten behorende bij de methode “Schatkist”, alsook naar de sociaal emotionele ontwikkeling zoals werk- en wordt een rapport opgesteld. Indien dit rapport onder de 80% norm komt kan de leerkracht de Pravoo schoolrijpheidstest afnemen. Geeft de test een positieve uitslag, dan stroomt het kind door. Met andere woorden, indien een kind positief in de CITO scoort en positief in de schoolrijpheid, stroomt het altijd door. Indien het kind negatief scoort, wordt het ingebracht bij de commissie, die vervolgens een bindende beslissing neemt. • Van groep 3 naar 4: Bij deze overgang geldt eveneens de 80% norm van de citoscores. Vervolgens mag de DMT-score, afgenomen in juni, niet lager zijn dan C. Indien het lager is dan de 80% norm en de DMT-score lager dan C, dan wordt het kind ingebracht bij de commissie, die vervolgens een bindende beslissing neemt. • Groep 4 tot en met 8: Voor alle verdere doorstroom geldt, dat er geen dalende lijn mag zitten in de eventuele ontwikkelingslijn van het kind. Indien dit wel het geval is, wordt het kind ingebracht bij de commissie. Zorgleerlingen, die al een aparte leerlijn hebben, stromen steeds door. 4.3 De uitstroom van de kinderen Leerlingen kunnen uitstromen naar het vervolgonderwijs vanaf groep 7, in verband met te geringe kansen voor verdere leermogelijkheden op de basisschool en/of gedragsproblematiek, die verdere ontplooiingskansen op de basisschool in de weg staan. Leerlingen uit groep 8 stromen uit, tenzij het gaat om een jonge leerling en er reëel uitzicht is op een voortgaande ontwikkeling op de basisschool. In die gevallen kan de basisschool met maximaal één jaar worden verlengd. Tussentijdse uitstromers krijgen behalve onderwijskundige informatie ook een advies mee van onze school. De nieuwe school ontvangt in de regel binnen de wettelijke termijn van acht dagen een onderwijskundig rapport. 4.4 Speciale aandacht voor het jonge kind Onze eerste opdracht bij de start van een vierjarige is er voor te zorgen, dat het kind zich veilig en op zijn gemak voelt en vervolgens went aan het nieuwe dagritme. Dan begint ook het onderwijsleerprogramma, dat voor de kleuter voornamelijk een spelbeleving is. Achter alle activiteiten zitten echter duidelijke doelen, die het jonge kind gericht voorbereiden op het feitelijke leren lezen, rekenen, enz. Voor de groepen 1 en 2 is het “observatiepakket van de methode Schatkist” de leidraad, waarbij de methode “Schatkist” wordt gebruikt aangevuld met extra materialen zoals de bijhorende reken- en taalmaterialen en “software” die aansluit bij de thema’s. Voorts zijn ook voor de groepen 1 t/m 4 digitale schoolborden en computers in de klas beschikbaar met op deze fase gerichte software. Voor het volgen van de sociaal-emotionele ontwikkeling gebruiken we als doorgaande lijn Viseon. Het volgen en registreren van de resultaten vindt plaats a.d.h.v. het zgn. “observatiepakket” van de methode Schatkist. De leerkracht kan hiermee vaststellen, of het kind zich voorspoedig ontwikkelt. Als dat niet het geval is, zal de leerkracht extra activiteiten voor het kind plannen. Deze richten zich specifiek op de geconstateerde ondersteuningsbehoefte. Indien de leerkracht bemerkt dat, ondanks de extra activiteiten, de resultaten van de ontwikkeling van een kind achterblijven, dan zal dit besproken worden met de intern begeleider. De intern begeleider en de leerkracht kunnen dan besluiten om voor de
18
leerling speciale maatregelen te nemen, zoals in het volgend gedeelte nader wordt uitgelegd. 4.5 De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften De ondersteuningsbehoeftes, die geconstateerd worden, kunnen zowel betrekking hebben op de leerprestaties als op de sociaal emotionele ontwikkeling van een kind. De intern begeleider zal eerst proberen de ondersteuningsbehoefte duidelijk te krijgen en dan voorstellen doen om deze op te lossen. De oplossing kan in beginsel gezocht worden in de eigen groep. Natuurlijk wordt u als ouder goed op de hoogte gehouden. Toch kan het zijn, dat deze aanpak onvoldoende is. Er is dan een uitgebreider onderzoek nodig. Hiervoor vragen wij u als ouder om toestemming. De intern begeleider kan advies vragen aan de schoolpsycholoog.Bij uitzonderlijk ernstige problemen zal er overgegaan worden tot diepgaand onderzoek. Hiervoor geeft u, als ouder, altijd toestemming. De uitslag van dit onderzoek zou kunnen resulteren in een advies om het kind te verwijzen naar een bepaalde vorm van speciaal onderwijs, omdat de gewone basisschool onvoldoende mogelijkheden heeft. In principe proberen we zoveel mogelijk kinderen op de basisschool passend onderwijs te bieden. Het is natuurlijk een voor de hand liggende zaak, dat de ouders bij de hele procedure betrokken blijven. Zowel de leerkracht, als de intern begeleider en eventueel later de schoolpsycholoog zullen u duidelijk op de hoogte stellen van hun bevindingen en u advies geven. Ouders hebben altijd recht op een afschrift van het onderzoeksverslag. Ze krijgen dit thuis gestuurd.
4.6
Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school
Zowel het eerste als het tweede rapport wordt toegelicht in een kort gesprek tijdens de oudergespreksavond. Op verzoek van de ouder of indien door de leerkracht noodzakelijk geacht, wordt ook het laatste rapport in een gesprek toegelicht. De kinderen worden gedurende hun hele schoolloopbaan getoetst m.b.v. landelijk erkende toetsen. De toetsen zijn ontwikkeld door het CITO. Hiermee wordt bereikt, dat de resultaten van de kinderen kunnen worden vergeleken met landelijke normen. De resultaten van de toetsen staan steeds in de rapporten vermeld. 4.7
De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs In het laatste leerjaar helpt de school u en uw kind bij de keuze van een school voor voortgezet onderwijs. Aan het begin van het schooljaar worden de ouders van de leerlingen van groep 8 uitgenodigd om een klassenavond bij te wonen. Behalve de inhoud van het leerprogramma voor dat jaar, wordt de ouders verteld wat er in de loop van het schooljaar ondernomen wordt om de doorstroming naar het vervolgonderwijs soepel te laten verlopen. Na ± 5 weken onderwijs in groep 8 wordt een eerste keer een volledige eindtoets basisonderwijs van een eerder jaar, afgenomen. De score, die hier uit gedestilleerd wordt, geeft een eerste, voorzichtige indicatie van de score, die mogelijk later in het schooljaar gehaald gaat worden. Deze toets geldt uitsluitend ter analysering van het te geven onderwijs. De toets geeft aan, welke onderdelen de komende maanden extra aandacht behoeven. Omdat hiervoor elk jaar dezelfde toets gebruikt wordt, is een objectief vergelijk met eerdere groepen mogelijk. Dan volgt rond de uitgiftedatum van het eerste rapport een klassenavond voor groep 8, waarvoor zowel ouders als leerlingen uitgenodigd worden. Zij ontvangen dan voorlichting over de doorstroommogelijkheden die er in de regio bestaan. Er wordt dan 19
vooral gewezen op het belang van het bezoeken van de door het voortgezet onderwijs georganiseerde Open dagen of zgn. mini-lesdagen. Tijdens de bespreking van het eerste uitgebreide rapport wordt meestal duidelijk naar welke kant de ontwikkeling van het kind wijst. Een eerste indicatie van het type school wordt dan gegeven. Ouders kunnen met deze indicatie rekening houden, als zij scholen willen bezoeken. Dan volgt, meestal in februari, de Eindtoets Basisonderwijs, oftewel de Cito-toets. Het rapport dat hierop volgt, kan een bevestiging geven van hetgeen tijdens een eerder gesprek ook al geconcludeerd werd. Ook kan dit een reden zijn om nogmaals een gesprek te arrangeren tussen ouders en school m.b.t. de definitieve schoolkeuze. Na deze beslissing verstrekt de school het gewenste aanmeldingsformulier en melden de ouders hun kind aan. De school verzorgt verder de administratieve afhandeling van de aanmelding, eventueel middels een mondelinge toelichting aan de toekomstige brugklasbegeleider of mentor. Als de leerlingen eenmaal het voortgezet onderwijs bezoeken, zijn er regelmatig contacten met de scholen voor voortgezet onderwijs over de vorderingen van onze leerlingen. Ook wordt door veel kinderen regelmatig nog even een bezoekje gebracht aan “hun” oude school. De kinderen op onze school verkrijgen een aantal vaardigheden die waardevol zijn voor hun vervolgopleiding. Dit zijn Planning en zelfsturing: een doorgaande lijn die vanaf groep 1 t/m groep 8 opgebouwd wordt, zorgt ervoor dat kinderen in steeds hogere mate verantwoording dragen voor hun eigen leerproces. Dit doen ze door samen met hun leerkracht taken te plannen en het gemaakte werk te evalueren (reflectie en zelfinzicht). 4.8 Systeem van leerlingenzorg Onze leerlingenzorg vindt plaats binnen de kaders van het rijksbeleid (Passend Onderwijs), het Zorgplan van het Samenwerkingsverband en het beleid van MOVARE inzake passend, boeiend en opbrengstgericht onderwijs. Wanneer we over leerlingenzorg spreken, bedoelen we de zorg voor álle leerlingen op onze school. We denken daarbij meer in termen van afstemming en minder in termen van hulpverlening. Om dit zo optimaal mogelijk te bereiken maken we sinds schooljaar 2010-2011 gebruik van de 1-zorgroute. Deze beschrijft in onderlinge afstemming de stappen en beslismomenten die cyclisch in de zorg aan leerlingen op groepsniveau, op schoolniveau en op het niveau van de bovenschoolse zorg in het samenwerkingsverband/regio gezet worden. Wat zijn de belangrijkste uitgangspunten en kenmerken van deze 1-zorgroute en onze leerlingenzorg? Voor meer info zie schoolplan op onze website. Wat verstaan wij onder adaptief onderwijs? Adaptief onderwijs voldoet aan de volgende principes: - De groepsleerkracht is verantwoordelijk voor het onderwijs aan alle leerlingen in zijn groep - Aan alle leerlingen worden dezelfde basale verwachtingen gesteld en zij krijgen zoveel mogelijk dezelfde basisleerstof aangeboden - De kinderen krijgen onderwijs met hun leeftijdsgenoten - Afstemming van het onderwijsaanbod op de leerling - De instructie dient van hoge kwaliteit te zijn - Er bestaat samenhang tussen het school- en klassenniveau - Uitval en verwijzing wordt mits mogelijk voorkomen. De genoemde principes worden als volgt vertaald in de zorgstructuur op groepsniveau: 1. De leerkracht streeft op het gebied van de instrumentele vaardigheden door de school vastgestelde minimumdoelen na, alsmede, indien mogelijk, aanvullende leerdoelen. 2. De leerkracht streeft beheersing van de instrumentele vaardigheden na, door middel van geplande en stapsgewijs uitgevoerde leeractiviteiten. 3. De leerkracht is op de hoogte van de mogelijkheden en de beperkingen van de leerlingen en laat het onderwijs hierop aansluiten. 4. De leerkracht varieert de instructie al naar gelang de behoefte van de leerlingen. 20
5. De leerkracht varieert de effectieve leertijd al naar gelang de behoefte van de leerlingen. 6. De leerkracht bevordert bij de leerlingen een betrokken, actieve en zelfstandige leerhouding. 7. De leerkracht bevordert het zelfvertrouwen en competentie-ervaring van leerlingen. 8. De leerkracht stimuleert dat leerlingen naar keuze materialen en situaties verkennen en onderzoeken, binnen door de school aangegeven marges. 9. De leerkracht streeft naar een gevarieerde manier van lesgeven. De genoemde principes worden als volgt vertaald in de zorgstructuur op schoolniveau: 1. De school hanteert een samenhangend systeem van leerlingenzorg. 2. De school voert beleid ten aanzien van integrale leerlingenzorg en deskundigheidsbevordering op basis van analyse en effectiviteit van het onderwijs. 3. De school hanteert bij onderwijsproblemen een vaste procedure die waarborgt dat leerlingen (of leerkrachten) tijdig en aangepaste hulp krijgen Procedure ten behoeve van de leerlingenzorg op groepsniveau: De signalering, analyse en verslaglegging 1. Aan het einde van het oude schooljaar of bij de start van het nieuwe schooljaar: 1.1 Er vindt een overdrachtsgesprek plaats. Hierin worden alle leerlingen Besproken, zowel op cognitieve als op sociaal emotionele ontwikkeling (middels de CITO resultaten en de leerlingenrapporten van het voorafgaande jaar). De leerkracht van de nieuwe groep maakt een nieuw groepsplan. De laatste resultaten worden door de vorige leerkracht in een groepsoverzicht verwerkt. 1.2 Uiterlijk in de derde schoolweek zal het groeps-, begeleidings- en handelingsplan starten. 2.
In november, februari en juni vinden er (tussen)evaluaties plaats van de groeps-, begeleidings- en handelingsplannen. 2.1 Door middel van een degelijke registratie van de methodegebonden resultaten, Cito toetsen en observaties en evaluatie van het huidige groepsplan wordt voor de komende periode gekeken welke leerlingen naast het reguliere aanbod extra ondersteuning en zorg behoeven. Dit wordt in een nieuw groepsplan beschreven. Er wordt hierbij gekeken naar het leerrendement van de leerling. 2.2 De leerkracht bespreekt de resultaten met de IB-er en maakt een nieuw groepsplan voor de komende periode. Tijdens deze groepsbespreking zal zowel de cognitieve als de sociaal emotionele ontwikkeling van alle leerlingen nader bekeken worden. Verder is het mogelijk dat individuele leerlingen nader kunnen worden bekeken tijdens een leerlingbespreking. Dit gebeurt altijd na overleg en met toestemming van ouders.
3
Na afname van de niet-methodegebonden toets: (februari en juni). 3.2 Door middel van degelijke bestudering van de Cito-toetsresultaten van februari en juni wordt geëvalueerd. Er wordt hierbij gekeken naar het leerrendement van de leerling en deze gegevens worden verwerkt in het groepsplan dat in bovenstaande maanden wordt opgesteld. 3.3 De leerkracht bespreekt de resultaten met de IB-er en maakt een nieuw groepsplan voor de komende periode. Tijdens deze groepsbespreking zal zowel de cognitieve als de sociaal emotionele ontwikkeling van alle leerlingen nader bekeken worden. Verder is het mogelijk dat individuele leerlingen nader worden bekeken tijdens een leerlingbespreking. Dit gebeurt altijd na overleg met en toestemming van de ouders/verzorgers.
4
Op enig moment gedurende het schooljaar of op aangeven van de ouder/verzorger:
21
4.2
4.3
4.4
Wanneer een ouder op enigerlei wijze problemen vermeldt die voor de betreffende leerling, de leerkracht, de groep of de school relevant zijn, dan is dit een signaal. De leerkracht tracht de signalen te analyseren, waarbij onder meer consultatie van collega-leerkracht(en), reflectie op het aangebodene, de wijze van aanbieding en een gesprek met de leerling(en) en ouder/ verzorger ten dienste staan. De leerkracht bespreekt de problematiek met de IB-er. Er wordt hierbij gekeken naar het leerrendement of sociaal emotionele ontwikkeling van de leerling. Zo nodig zullen we in overleg met ouders de hulpvraag voorleggen aan externen.
Groeps/leerlingbespreking Regelmatig bespreekt de leerkracht met de IB-er in een groepsbespreking de resultaten van alle leerlingen in algemene zin. De leerkracht kan een leerling inbrengen voor specifieke bespreking. Dit wordt besproken in aparte leerlingbesprekingen. De leerkracht schetst de gesignaleerde problematiek en overlegt met de IB-er over de te nemen stappen. Hieruit volgt specifiek intern handelen door de leerkracht. Dit handelen wordt beschreven in het groepsplan of individueel handelingsplan. Ook kan er besloten worden om externe expertise in te schakelen, zoals de schoolpsycholoog, logopedist, schoolmaatschappelijk werk, arts, enz. Opstellen van een groeps- of individueel handelingsplan In een groepsplan worden de ondersteuningsbehoeftes voor alle leerlingen voor een bepaalde periode opgenomen. Voor een leerling met zeer specifieke behoeftes wordt een individueel handelingsplan opgesteld. Een plan moet voldoen aan de volgende eisen: - De onderwijsbehoeftes moeten zo helder mogelijk zijn en opgesteld in termen die vrij zijn van een subjectieve interpretatie. - Het doel moet haalbaar zijn. - Het plan is aan een bepaalde periode gebonden en moet goed aangeven wie wat moet doen, waar dat gebeurt en wanneer. Voorts moet het plan door een vervanger kunnen worden gevolgd, dus moet het geïntegreerd zijn in het dagprogramma. Niet alleen de leerling-taak en de gebruikte methode moeten duidelijk zijn, maar vooral de leerkrachtactiviteit. - Leerlingen worden waar mogelijk betrokken bij het opstellen van een plan. - De evaluatie bevat niet alleen een productcomponent, maar ook een procescomponent. Verder moet ook het vervolg blijken uit de evaluatie. Bij het opstellen van een handelingsplan is het zeer raadzaam om uit te gaan van het SMART-principe: - Maak het plan Specifiek voor dit kind en dit probleem. - Zorg dat het beoogde Meetbaar is. - De te investeren tijd en energie moet voor allen Acceptabel zijn. - Ben in je doelstelling en planopbouw Realistisch. - Het plan moet Tijdsgebonden zijn. Een individueel handelingsplan is het mogelijke resultaat van een leerlingenbespreking met de IB-er of vloeit voort uit door de leerkracht gemaakte eigen analyses en evaluaties van het groepsplan. Dit wordt altijd met de IB-er besproken. Tevens bewaakt de IB-er de voortgang. Alvorens echter tot uitvoer van het individuele handelingsplan wordt overgegaan, is er eerst overleg met de ouders/verzorgers, die hun goedkeuring aan het plan dienen te geven. Een groepsplan en een individueel handelingsplan wordt in de zorgklapper van de groep gedaan.
22
5 DE LERAREN Kennismaking, specifiek met de leerkracht van uw kind, gebeurt op de algemene ouderavond bij het begin van het schooljaar, waar tevens aanvullende informatie gegeven wordt. Het is al lang niet meer zo, dat elke leerkracht vijf dagen per week in de klas staat. Al sinds 1985 hebben we te maken met arbeidsduurverkorting (ADV, BAPO enz.) en deeltijdbanen. Veel leraren werken dan ook een bepaald aantal uren, gedurende een bepaald aantal dagen. We hebben ervoor gezorgd dat er in elke groep nooit meer dan twee groepsleerkrachten staan. Behalve de groepsleerkracht hebben we al eerder de intern begeleider genoemd, die leerkrachten ondersteunt in hun vragen over kinderen die extra begeleid moeten worden bij leerproblemen. Tevens hebben we een leerkracht die zich gespecialiseerd heeft als lees/taalspecialist. In de komende jaren zal zij ons ondersteunen bij ons leesverbeterplan. De namen van deze mensen vindt u achter in deze gids. 5.1 Wijze van vervanging bij ziekte, ADV, studie, verlof, scholing In geval van afwezigheid van een leraar zijn er vaste afspraken binnen onze onderwijsstichting Movare. Er wordt altijd naar gestreefd om een afwezige leerkracht te vervangen. De school dient daarbij gebruik te maken van de vervangersbank waarbij de Stichting is aangesloten. De krapte op de arbeidsmarkt voor leerkrachten en wettelijke beperkingen voor Movare als werkgever maken het soms onmogelijk om vervanging te vinden. Binnen het schoolteam zijn er afspraken gemaakt, om in zo’n situatie de leerlingen in groepjes van 5/6 leerlingen te verdelen en toe te voegen aan andere groepen, waar ze dan werken aan een aangepaste taak. Op deze wijze proberen we te voorkomen, dat leerlingen naar huis gestuurd moeten worden. 5.2
De begeleiding en inzet van stagiaires van PABO’s en andere opleidingen. Onze school stelt ook elk jaar ruim plaatsen beschikbaar aan stagiaires van de PABO’s en MBO-vervolgopleidingen (administratief, ICT en onderwijsondersteunend). De stagiaires van de PABO’s en klassenassistenten vallen altijd onder de verantwoording van de leerkracht, die zich voor de begeleiding beschikbaar heeft gesteld. Soms worden hen zelfstandige taken opgedragen, meestal voor kleinere groepen of individuele leerlingen. Stagiaires die in hun vierde jaar zitten, zijn in principe gereed om zelfstandig te functioneren. Na een echte sollicitatieprocedure kunnen deze stagiaires voor een groot deel van het jaar benoemd worden, waarna ze zelfstandig kunnen functioneren op de stageschool. De leerkracht van de groep blijft echter ten allen tijde de eindverantwoording dragen. 5.3 Scholing van leraren In een tijd dat de ontwikkelingen in het onderwijs zich in een hoog tempo opvolgen, is het voor leraren zeer moeilijk “bij de tijd” te blijven. In de afgelopen schooljaren volgden onze leerkrachten studiedagen en cursussen rond de “1-zorgroute”. Dit om onze zorg op een andere manier in te richten dan voorheen. Onze leerkrachten kregen begeleiding in het opzetten van een goed zorgsysteem voor alle kinderen. Tevens hebben we studiedagen besteed aan het invoeren van Viseon, een meetinstrument voor sociaal emotioneel welbevinden. Door externe hulp hebben we ons geschoold om relaties binnen deze twee bovenstaande leerpunten te zien en dit in relatie te brengen met opbrengsten van het LOVS. In het komend schooljaar zullen we deze ontwikkelingen verder uitdiepen en borgen. Verder willen we ons de komende jaren focussen op het zogenaamde leesverbetertraject waarvoor we ook studiedagen en cursussen zullen volgen. Zie 4.9 systeem van leerlingenzorg. 23
6 DE OUDERS Het is voor onze school heel belangrijk dat er een goed contact is met de ouders. We proberen dit contact te stimuleren door de ouders zo nauw mogelijk te betrekken bij de school. Allereerst proberen we de ouders zo goed mogelijk te informeren over de voortgang van het onderwijs en de school. Voorts geven we de ouders de mogelijkheid om invloed te hebben op allerlei gebied, door deel te nemen aan werkgroepen, aan de medezeggenschapsraad, de ouderraad, enz. Tot slot zijn er mogelijkheden voor de ouders om inspraak te hebben of gebruik te maken van de klachtenprocedure. Voor ons blijft altijd voorop staan, dat de ouders verantwoordelijkheid over hun kind houden. De ouders zullen de feitelijke keuze altijd zelf maken. De taak van onze school is het kind zo goed mogelijk te begeleiden en advies te geven over de vervolgstappen. 6.1 Informatievoorziening aan ouders over het onderwijs en de school We proberen de ouders zo goed mogelijk te informeren over de school en haar activiteiten. Daartoe gebruiken we de volgende mogelijkheden: - Ouderavonden. Een aantal keren per jaar worden ouderavonden georganiseerd. Een vaste ouderavond is er altijd aan het begin van het schooljaar. De ouders worden dan op de hoogte gesteld van het jaarprogramma van de groep. Tegelijkertijd geven de ouderraad en de medezeggenschapsraad verslag van hun activiteiten en maken ze hun plannen voor het nieuwe schooljaar bekend. Ook is elk jaar een vaste ouderavond voor de informatie over de Cito-eindtoets. Twee keer per jaar zijn er de zgn. oudergespreksavonden, waarbij de leerkracht gedurende 10 minuten een toelichting geeft op het rapport. Tot slot kunnen er ook themaavonden worden georganiseerd voor bepaalde doelgroepen of voor de hele school en is er elk jaar in het kader van een project een tentoonstelling. De ouders kunnen daarbij de resultaten van alle kinderen in elke groep bekijken. - Schoolkalender. Bij de aanvang van het schooljaar wordt een schoolkalender samengesteld en op onze website geplaatst. Op deze kalender vindt u de schoolvakanties en vrije dagen, maar ook alle geplande activiteiten. - nieuwsbrief. Via deze brief worden ouders regelmatig geïnformeerd over de actuele zaken die spelen in de diverse klassen. - Informatiebrieven. Voor elke schoolvakantie en voor alle bijzondere activiteiten worden er informatiebrieven aan de kinderen meegegeven. Ook eventuele afwijkingen van de schooltijden, bijzondere activiteiten, schoolreizen en schoolkamp worden via deze informatiebrieven bij u aangekondigd. - Rapportage. Zoals eerder besproken krijgen de kinderen drie keer per schooljaar een rapport. Twee van deze rapporten worden u tijdens een gesprek toegelicht. Indien gewenst ook het derde. Indien er aanleiding voor is, kunnen er vervolggesprekken worden afgesproken. - Informeel contact. Natuurlijk is er buiten de geplande momenten voldoende ruimte voor een informeel contact. Voor de ouders van de jongste kleuters zijn de momenten ‘s morgens voor schooltijd heel geschikt. Als u uw kind in de klas brengt, kunt u altijd even bij de leerkracht vragen hoe de vorderingen van uw kind zijn. Zo’n contact kan aanleiding zijn om een afspraak te maken voor een uitgebreider gesprek. Uiteraard blijft het altijd mogelijk afspraken te maken met leerkrachten of met de schoolleiding als een situatie daartoe aanleiding geeft. Natuurlijk kan ook de leerkracht het initiatief voor zo’n contact nemen. - Vieringen en feesten. Bij bepaalde feesten en vieringen willen we de ouders graag betrekken. Het gaat dan om bijvoorbeeld de Kerst- en Sinterklaasviering, maar ook bij incidentele feesten
24
6.2 Inspraak, de medezeggenschapsraad Het is voor ouders mogelijk om invloed te hebben op de schoolorganisatie. Dit kan bijvoorbeeld door lid te worden van de medezeggenschapsraad. De medezeggenschapsraad bestaat uit maximaal vier ouders en vier personeelsleden. De medezeggenschapsraad geeft adviezen en neemt besluiten over onderwerpen die met het beleid van de school of het bestuur te maken hebben. Een medezeggenschapsraad heeft twee inspraakmogelijkheden: * Adviesrecht * Instemmingsrecht. Dit wordt verder geregeld middels een reglement. Dit reglement ligt ter inzage op school en is terug te vinden op onze website. Normaal gesproken bestaat het zittingsgedeelte van het oudergedeelte van de MR vier jaar. Jaarlijks kunnen MR leden aftreden. Bij het begin van het schooljaar kunnen geïnteresseerde ouders zich kandidaat stellen voor de medezeggenschapsraad. Op de eerste algemene ouderavond in de tweede week van het schooljaar vinden de verkiezingen plaats voor de beschikbare plaatsen. De medezeggenschapsraad is er ook voor incidentele problemen of initiatieven van ouders. Immers, de gekozen ouders vertegenwoordigen het totale ouderbestand. Er bestaat een geregeld contact tussen de medezeggenschapsraad enerzijds en de ouderraad of het schoolbestuur anderzijds, alsmede met de directeur van de school. Hij zal desgevraagd onderwerpen toelichten en advies uitbrengen aan de raad. De personeelsvertegenwoordigers worden door het personeel gekozen. Voor dit schooljaar zijn er geen aftredende MR leden. 6.3 Ouderraad Op de samenwerkende scholen is een oudervereniging actief. Zij organiseert een aantal activiteiten. Daarvoor vraagt de Ouderraad een vrijwillige bijdrage van alle ouders. De ouderbijdrage wordt o.a. besteed aan: Sinterklaasfeest, Kerstfeest, Carnaval, Paasfeest, e.d. De ouderbijdrage is vastgesteld op 15 euro per kind. Aan het begin van het schooljaar zult u daarover bericht ontvangen. Deelname aan de oudervereniging is altijd vrijwillig en daarmee de bijdrage ook. 6.4 Ouderhulp Bij de start van het schooljaar wordt er door de leerkrachten altijd gevraagd om ouderhulp. Ouderhulp wordt gevraagd voor diverse groepsgebonden activiteiten zoals groepslezen, taal- en rekenspelletjes, computeronderwijs, overblijven, enz. Ook voor activiteiten die niet beperkt blijven tot een groep, wordt ouderhulp gevraagd. We denken dan bijvoorbeeld aan de knutselavonden voor Carnaval, de Kerstmarkt, een rommelmarkt, enz. De meeste ouderhulp wordt gevraagd voor een vast moment in de week. De leerkracht heeft daar in zijn of haar programma uitdrukkelijk rekening mee gehouden. Als ouders zich afmelden voor de hulp, betekent dit voor de leerkracht dus een ernstige storing in het programma. Behalve de vaste ouderhulp is er ook nog de incidentele hulp. De leerkracht vraagt ouders om hulp bij bepaalde projecten, voor vervoer en als begeleiding van groepjes bij excursies, enz. Ook de ouderraad doet in de loop van het jaar soms een beroep op de ouders voor hulp. Het gaat dan om hulp bij de begeleiding van kinderen tijdens een dropping, speurtocht of spellendag. Ouders, die ons helpen als onderwijsondersteunende kracht in welke vorm dan ook, dienen de grondslag van onze school te respecteren. Ouders, die ondersteunende werkzaamheden verrichten doen dit onder verantwoording van de directie en het team en dienen de aanwijzingen van de directie en het team op te volgen.
25
6.5 Voor- en naschoolse opvang. Met ingang van 1 augustus 2007 is MOVARE verantwoordelijk voor de organisatie van voor- en naschoolse opvang voor de leerlingen. Hiervoor zijn met de aanbieders van voor- en naschoolse opvang (de zogenaamde ‘kindpartners’) afspraken gemaakt over onder meer de kwaliteit van de opvang, de prijs en de uitvoeringslocaties. Deze afspraken zijn vastgelegd in een convenant. Voor uw kind wordt opvang aangeboden door Humanitas op verschillende locaties. Voor verdere informatie kunt u contact opnemen via Telnr: 045-5711254 of op de website: www.kinderopvanghumanitas.nl 6.6 Sponsoring De school voert voorlopig een terughoudend beleid ten aanzien van de aanvaarding van materiële of geldelijke bijdragen. We doen het zeker niet, wanneer daar naar de leerlingen toe bepaalde verplichtingen aan verbonden zijn. We vermijden het vermelden van commerciële reclame via schoolpublicaties. 6.7 Klachtenprocedure We willen op alle mogelijke manieren ons best doen om het onderwijsprogramma en de organisatie daarvan zo goed mogelijk gestalte te geven. Toch kan het voorkomen, dat u als ouder teleurgesteld raakt over een bepaalde gang van zaken. Het is altijd het beste om de leerkracht van uw kind direct en open hierover te benaderen. Een goed gesprek kan vaak heel verhelderend werken en het probleem oplossen. Indien u echter het gevoel krijgt dat een kwestie niet oplosbaar is voor u en de leerkracht, dan kunt u een beroep doen op de directie. U kunt dan een afspraak maken met de directeur om de situatie te bespreken. Vaak kan de schoolleiding het geschil tussen u en de leerkracht met een aantal gesprekken oplossen. Indien u van mening bent, dat u niet juist benaderd wordt, dan kunt u een beroep doen op de wettelijk verplichte klachtenregeling. Onder de titel “Klachtenregeling voor een veilig schoolklimaat”, heeft het schoolbestuur een regeling getroffen voor de behandeling van klachten. U vindt hierin kort samengevat de volgende informatie: • De begripsbepalingen m.b.t. de klachtenregeling • De taken van de contactpersoon, de vertrouwenspersoon en de klachtencommissie. • Hoe u via een contactpersoon uw klacht kenbaar kunt maken bij de vertrouwenspersoon. U vindt de namen van de contactpersonen achter in deze gids. • De wijze waarop een klacht ingediend kan worden en kan worden beschreven. • De procedure van behandeling van de klacht. Middels een vooronderzoek en een hoorzitting komt de klachtencommissie tot een advies aan het bevoegd gezag. • De termijn en de wijze waarop het bevoegde gezag een beslissing neemt. Een afschrift van deze regeling kunt u van de directie zonder kosten ontvangen. U kunt ook de leden van de medezeggenschapsraad vragen om inzage. Voorts staat een exemplaar van de klachtenregeling vrij ter inzage bij de conciërge. 6.8 Schoolverzekering voor leerlingen Elk kind, dat op onze school staat ingeschreven, is voor een ernstig ongeval verzekerd door de school en brengt voor u geen kosten met zich mee. Deze verzekering betreft de volgende zaken: - een uitkering bij overlijden van € 2.500,- een uitkering bij blijvende invaliditeit van maximaal € 25.000,- geneeskundige kosten tot een maximum van € 1.000,- tandheelkundige hulp per element € 1.000,Deze verzekering kent geen eigen risico. De dekking van deze verzekering geldt vanaf een uur voor schooltijd tot een uur na schooltijd. Overige medische kosten vallen onder uw ziektekostenverzekering. Persoonlijke zaken als kleding, schrijfspullen, fietsen, enz. vallen niet onder deze verzekering. De volledige Polisvoorwaarden zijn in te zien bij de directie. Wettelijke aansprakelijkheid is geregeld door middel van uw eigen WA-verzekering.
26
7
DE ONTWIKKELING VAN HET ONDERWIJS IN DE SCHOOL
7.1 “De lerende school” Onze school heeft zich het gedachtegoed van de lerende school eigen gemaakt en geaccepteerd als nieuwe benadering voor de onderwijsleersituatie. De school heeft in de afgelopen jaren de kenmerken van dit gedachtegoed, dat uit Amerika is overgekomen, in toenemende mate ingevoerd in de dagelijkse praktijk. Kenmerkend is vooral dat kinderen aangesproken worden op hun eigen mogelijkheden en verantwoordelijkheden. In de praktijk komt dat erop neer dat kinderen steeds meer werken aan een dag- of weektaak waarbinnen ze zelf keuzes kunnen maken, zowel in tijdstip als naar onderwerp. Kinderen worden ook in de gelegenheid gesteld eigen onderwerpen voor bestudering te kiezen. In het onderwijsprogramma zullen ontwikkelingsmomenten voor het schoolteam worden opgenomen. 7.2 Activiteiten ter verbetering van de kwaliteit van ons onderwijs Ons schoolteam maakt jaarlijks een plan met activiteiten om gezamenlijk de kwaliteit van het onderwijs en daaraan gekoppelde voorwaarden te verbeteren. Na het planmatig uitvoeren van de beschreven activiteiten, toetst het team tijdens de jaarvergadering in hoeverre de SMART geformuleerde doelen zijn bereikt. Vervolgens worden hieraan de nieuwe voornemens voor het nieuwe schooljaar verbonden en in een nieuw jaarplan opgenomen. De activiteiten van afgelopen schooljaar hebben zich toegespitst op de volgende onderwerpen: Opbrengstgericht werken: We zijn gestart met het maken van groepsoverzichten en groepsplannen. We proberen de individuele onderwijsbehoeften zoveel mogelijk te clusteren en te verwerken in een groepsaanbod. Niet vanuit individuele handelingsplannen maar vanuit groepsplannen waarbij we streven naar hoge kwaliteit. Dit d.m.v. een goede verwerking van methodegebonden toetsen alsook Cito. Het team leert denken van reactief naar proactief. Ouders worden betrokken bij de zorg rondom hun kind. “De lerende school”. Tijdens het werken met de kinderen blijven de systeemtools een plaats in ons onderwijs innemen. Deskundigheidsbevordering. De activiteiten voor deskundigheidsbevordering hebben zich vooral gericht op het werken met de 1 zorgroute, het opstellen van groepsoverzichten en groepsplannen, het eigen maken van het LOVS, het werken met Viseon en de voorbereidingen voor het leesverbetertraject. Er is door een aantal leerkrachten een bijeenkomst voor het gebruik van het smartboard gevolgd. Verder hebben leerkrachten een middag informatie gehad over de methode “schatkist”. Voorts hebben alle groepsleerkrachten cursussen gevolgd i.v.m. het leesverbetertraject. Ook zijn er weer drie studiedagen georganiseerd met onze externe begeleider Pierre Wolters rondom de 1- zorgroute, het LOVS en Viseon. De onderbouw heeft verdere verdieping gehad in het werken met de thema’s van “Schatkist”. Het hele team heeft een aantal bijeenkomsten gevolgd om het programma Kurzweil te kunnen implementeren. Verder is er door een aantal leerkrachten een bijeenkomst gevolgd, waarbinnen informatie gegevens werd over het dyslexie-protocol. Eén leerkracht heeft het eerste jaar van haar opleiding “gedragsspecialist” afgerond. Schoolleiding en interne begeleiding. Het afgelopen schooljaar heeft de intern begeleider deelgenomen aan de bijeenkomsten van de netwerkgroep interne begeleiders van het samenwerkingsverband 5501. Tevens heeft ze deelgenomen aan het buurtnetwerk/ZAT en hebben de reguliere overlegmomenten met de maatschappelijk werkster plaatsgevonden. De schoolleiding heeft de regioberaden bijgewoond alsook de cursusdagen van het CPS rondom het leesverbetertraject en de studiedagen van BARDO. Voorts hebben schoolleiding en directie verder vormgegeven aan een nieuwe indeling van vergaderingen, hebben ze gewerkt aan nieuwe zorgformulieren en gefocust op handelings- en opbrengstgericht werken. Verder zijn ze bezig met het verder vormgeven van het OPP en de verslaggeving binnen DOTCOM. 27
Tijdens klassen- en zorgbezoeken is aandacht besteed aan het toepassen van het DIM model binnen het reguliere lesgeven. De methodieken. De groepen 4 t/m 8 hebben de nieuwe methode voor taal “Taal en spelling op maat” in gebruik genomen. De leerkrachten van de onderbouw zijn met de nieuwe methode “Schatkist” gestart. Vanaf dit schooljaar werken de groepen 3 t/m 8 met “Reken Zeker”. Om het sociaalemotionele aspect in kaart te brengen werken we met “Viseon”. Hiervoor zijn vastgestelde meetmomenten. De leerkracht in groep 7 neemt de CITO entreetoets af. De kinderen van groep 6 zullen in november de NSCCT afgenomen krijgen zoals ook afgelopen schooljaar is gebeurd. De school rapporteert de genoemde activiteiten met de geformuleerde doelstellingen jaarlijks in een document “Jaarverslag en evaluatie van de activiteiten voor verbetering van onze kwaliteit”. Dit document geeft verder een verslag van het leerlingenverloop, de leerlingenzorg, de leerling-activiteiten, het bezoek van de inspecteur en overige opbrengsten. Dit document ligt voor belangstellende ouders bij de directie ter inzage. 7.3 Ontwikkeling in relatie met scholen en omgeving Er wordt nog steeds gewerkt aan het fusietraject. Deze fusie zal resulteren in één school die plaats zal bieden aan alle leerlingen. De nieuwe school zal op de plek van de oude Dr.A.Schweitzerschool gebouwd gaan worden. De beslissing voor fusie was noodzakelijk door de jaarlijkse krimp van leerlingenaantallen binnen het Heerlense. De ouders van de betrokken basisscholen zullen d.m.v. fusienieuwsbrieven op gezette tijden op de hoogte gehouden worden van de stand van zaken en van alle nieuwe ontwikkelingen rondom de fusie. Verder zullen alle partijen, te weten leerkrachten, kinderen, ouders, ouderraden en medezeggenschapsraden participeren in het tot stand komen en vorm geven van deze nieuwe constructie. 7.4 Schoolbegeleiding Onze school is voortdurend in ontwikkeling. Bij sommige aspecten van deze ontwikkeling laten we ons ondersteunen door experts van buiten de school. Onderwijsstichting MOVARE beschikt over een team van medewerkers dat werkzaam is op het gebied van Onderwijsbegeleiding en Ontwikkeling (O&O) en dat verbonden is aan het bestuursbureau van MOVARE. Binnen dit team werken orthopedagogen, psychologen, logopedisten, psychologisch assistenten en onderwijsbegeleiders. Zij helpen ons bij vragen die te maken hebben met de zorg voor individuele leerlingen (consultatie en diagnostiek), het verder ontwikkelen van de zorgstructuur en het versterken van de kwaliteit van het onderwijs in de groepen (passend en boeiend onderwijs). Onze schoollogopediste wordt ingeschakeld bij taal- en/of spraakproblemen van leerlingen en speelt een rol binnen de ontwikkeling en het taalonderwijs en voorkomen van taalachterstanden. Deskundigen op het gebied van ICT ondersteunen bij het effectief leren omgaan met bijvoorbeeld digitale schoolborden etc. Tussen de Stichting Movare en de Universiteit Maastricht bestaat een nauwe samenwerking voor wat betreft alle ontwikkelingen rondom “Brein en Hersenen” en de gevolgen hiervan voor de leerprestaties van kinderen. Wij werken als school in tal van projecten mee om meer zicht te krijgen op het opnemen van leerstof door kinderen. We proberen de uitslagen en aanbevelingen die uit dit soort onderzoeken komen op te pakken en te vertalen naar de schoolpraktijk. Naast de stageplaatsen voor aankomende leraren zijn er op school ook studenten uit het middelbaar onderwijs t.b.v. zgn. “snuffelstages”. Tevens maakt de school gebruik van de diensten van het Kunstkeuzemenu. Het Kunstkeuzemenu laat kinderen kennis maken met diverse vormen van kunstuitingen en cultureel erfgoed in de basisschoolperiode. Elk jaar kunnen alle groepen een voorstelling bijwonen.
28
8
De resultaten van het onderwijs
Het blijft voor een school moeilijk om cijfers te geven die een indicatie vormen voor de resultaten van het onderwijs. Van veel groter belang achten wij de individuele ontwikkeling van het kind. Zoals eerder al is aangegeven, volgen wij de ontwikkeling van de kinderen door middel van het CITO-leerlingvolgsysteem. Dit systeem geeft ons al vroeg in de schoolloopbaan een goede indicatie over de mogelijkheden van het kind. Door het nauwkeurig volgen van de ontwikkeling van het kind, is het mogelijk om afwijking van de verwachte, individuele ontwikkelingslijn al zeer vroeg op te merken. Op deze manier kunnen wij heel goed inspelen op de behoeften van de leerling en u op tijd goed informeren over de ontwikkeling, zodat verrassingen zo veel mogelijk kunnen worden vermeden. Onze school maakt in alle groepen gebruik van het CITO-leerlingvolgsysteem. Dit betekent in de praktijk dat alle leerlingen twee keer per jaar getoetst worden op hun vaardigheid op alle leergebieden. De normering is een landelijke standaard. De resultaten worden uitgedrukt in een letter, waarbij de waardering A de hoogst scorende groep is, B de groep die scoort net tot ruim boven het gemiddelde, C net onder tot ruim onder het gemiddelde en D ruim onder het gemiddelde. E is de laagst scorende groep. De leerkracht zal regelmatig kijken welke extra ondersteuning kinderen nodig hebben om de volgende stap in hun ontwikkeling te kunnen maken (zie voorts hoofdstuk 4 “de zorg voor kinderen” in deze gids). Omdat het hierboven vooral gaat over de resultaten van de individuele leerlingen, volgt hier toch wat cijfermateriaal over de school als geheel. We willen hierbij benadrukken, dat cijfers over het aantal kinderen dat naar havo/vwo gaat, net zo min iets over de kwaliteit van de school zeggen, als de cijfers van verwijzing naar het speciaal onderwijs. De cijfers geven een beeld van de schoolbevolking en zelfs dat beeld is diffuus door de individuele verschillen. vmbo-basis vmbo-kader vmbotheoretisch havo vwo
vmbo-basis vmbo-kader vmbotheoretisch havo vwo
29
In het schooljaar 2010/2011 was de doorstroming naar het vervolgonderwijs op de Dr.A.Schweitzerschool als volgt: 7% naar de basis beroepsgerichte leerweg 13% naar de kader beroepsgerichte leerweg 33% naar de theoretische leerweg 27% naar de havo 20% naar het vwo
In het schooljaar 2011/2012 was de doorstroming op de Dr.A.Schweitzerschool naar het vervolgonderwijs als volgt: 5% naar de basis beroepsgerichte leerweg 43% naar de kader beroepsgerichte leerweg 26% naar de theoretische leerweg 21% naar de havo 5% naar het vwo
vmbo-basis vmbo-kader vmbotheoretisch havo vwo
vmbo-basis vmbo-kader vmbotheoretisch havo vwo
vmbo-basis vmbo-kader vmbotheoretisch havo vwo
In het schooljaar 2012/2013 was de doorstroming op de Dr.A.Schweitzerschool naar het vervolgonderwijs als volgt: 5% naar de basis beroepsgerichte leerweg 19% naar de kader beroepsgerichte leerweg 33% naar de theoretische leerweg 22% naar de havo 22% naar het vwo
In het schooljaar 2013/2014 was de doorstroming op de Dr.A.Schweitzerschool naar het vervolgonderwijs als volgt: 16% naar de basis beroepsgerichte leerweg 28% naar de kader beroepsgerichte leerweg 28% naar de theoretische leerweg 20% naar de havo 8% naar het vwo
In het schooljaar 2013/2014 was de doorstroming naar het vervolgonderwijs op b.s.nieuw Lotbroek als volgt: 19% naar de basis beroepsgerichte leerweg 38% naar de kader beroepsgerichte leerweg 13% naar de theoretische leerweg 24% naar de havo 6% naar het vwo
Tot slot. De leerlingen van groep 8 maken elk jaar een eindtoets basisonderwijs van het Cito. De scores van de kinderen worden dan opgeteld en gedeeld door het aantal deelnemende leerlingen. Zo geeft het Cito een zgn. schoolscore. De school kan zich op die manier vergelijken met het landelijke gemiddelde en met de score van het de afgelopen jaren. - De schoolscore van 2012 op de Dr.A.Schweitzerschool was 535,0 - De schoolscore van 2013 op de Dr.A.Schweitzerschool was 540,7 - De schoolscore van 2014 op de Dr.A.Schweitzerschool was 533,9 - De schoolscore van 2012 op b.s. nieuw Lotbroek was 534,4 - De schoolscore van 2013 op b.s. nieuw Lotbroek was 530,7 - De schoolscore van 2014 op b.s. nieuw Lotbroek was 530,0
30
9
REGELING SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN
De wijze waarop de verplichte onderwijstijd wordt benut. 9.1 Schooltijden De school hanteert een continu rooster. Alle leerlingen blijven tijdens de lunchpauze op school. De lestijden zijn: Maandag 8.30-12.00u 12.30-14.30u Dinsdag 8.30-12.00u 12.30-14.30u Woensdag 8.30-12.30u Donderdag 8.30-12.00u 12.30-14.30u Vrijdag 8.30-12.00u 12.30-14.30u NB de groepen 1 en 2 hebben 12.00u uit Ieder schooljaar stellen we voor elke groep een rooster vast, waarop de schoolvakken en de lestijden staan vermeld.
9.2 Regels voor aanvang en einde schooltijd De kinderen van de groepen 1 en 2 mogen vanaf 10 minuten voor aanvang van de ochtend door de ouder/verzorger naar de klas worden gebracht. De ouders van de kinderen van de groepen 1 kunnen nog bij hun kind blijven, totdat de bel van vijf voor half negen gaat. De ouders van de kinderen van de groepen 2 brengen hun kind tot aan de klas. Aan het einde van de ochtend en de middag mogen de ouders/verzorgers van de kinderen van de groepen 1 en 2 de kinderen op de speelplaats ophalen. 9.3 Regels in geval van schoolverzuim Voor elke basisschool bestaat er een registratieplicht van het schoolverzuim. Bij elke vorm van schoolverzuim wordt de datum van het verzuim en de reden ervan genoteerd. Voor schoolverlof dienen de ouders een schriftelijk verzoek voor verlof in te vullen. Dit wordt bewaard in het leerling dossier. Bij ziekte willen wij u vragen het kind, bij voorkeur telefonisch, vóór 8.30 uur op de betreffende dag af te melden. Een briefje meegeven aan een ander kind mag natuurlijk ook. Zijn er kinderen afwezig zonder afmelding, dan neemt de school vroeg in de ochtend contact op met de ouder/verzorger om de reden van de afwezigheid te achterhalen. In geval van ongeoorloofd verzuim wordt na drie opeenvolgende dagen (verplicht) melding gedaan aan de ambtenaar van de leerplicht. Deze ambtenaar zal dan contact met u opnemen. De school houdt door de jaren heen het schoolverzuim bij in de administratie. 9.4 Luizencontrole Elke dinsdag na de vakantie worden de kinderen gecontroleerd op aanwezigheid van neten en/of luizen. Indien luizen worden geconstateerd, dan worden de ouders van het betreffende kind telefonisch hiervan op de hoogte gesteld. Kinderen kunnen dan direct behandel moeten worden. Bij de drogist of apotheek kunt u hiervoor middelen kopen die gemakkelijk in het gebruik zijn. Denkt u eraan dat alle gezinsleden behandeld moeten worden. Ook kleding, jassen, beddengoed en knuffels moeten gewassen worden. 9.5 Vakantietijden en vrije dagen Voor alle scholen van Onderwijsstichting MOVARE - dus ook voor onze school - geldt de vakantieregeling Zuid- en Midden-Limburg, zoals deze is opgesteld door de regionale Initiatiefgroep Vakantieregeling 2014-2015 en vastgesteld door het College van Bestuur na verkregen positief advies van de GMR. 31
De vakantietijden voor het schooljaar 2014/2015 zien er als volgt uit: • Herfstvakantie 20.10.2014 t/m 24.10.2014 • Kerstvakantie 22.12.2014 t/m 02.01.2015 • Carnavalsvakantie 16.02.2015 t/m 20.02.2015 • Pasen 06.04.2015 • Meivakantie 27.04.2015 t/m 08.05.2015 • Hemelvaart 14.05.2015 t/m 15.05.2015 • Pinkstermaandag 25.05.2015 • Zomervakantie 20.07.2015 t/m 28.08.2015 • Studiedagen voor de hele school - 27.10.2014 - 23.02.2015 - 07.04.2015 - 29.06.2015 • Studiemiddagen voor de hele school - 17.07.2015 De vakantietijden voor dit schooljaar vindt u natuurlijk ook in de schoolkalender 2014-2015 op de website van onze school.
9.6
Regels voor vervroegde vakantie of verlate terugkomst en verlofregelingen voor kinderen inzake familieomstandigheden Uw kind is leerplichtig vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de maand dat het kind vijf jaar is geworden. Vanaf dat moment kan alleen verlof gekregen worden met toestemming van de schoolleiding. De schoolleiding is hierbij weer gebonden aan de Wet op de Leerplicht. Volgens deze wet kan alleen om zeer gewichtige redenen, zoals huwelijk, sterfgeval, ernstige ziekte, enz. verlof worden verleend. Een vakantie buiten de schoolvakanties kan alleen dán worden toegestaan, wanneer het voor de ouder/verzorger onmogelijk is om tijdens de schoolvakanties op vakantie te gaan. De werkgever moet dat aantonen. Daarnaast is een dergelijk verlof niet mogelijk gedurende de eerste twee weken van het schooljaar. Deze regels zijn wettelijk en voor iedere basisschool gelijk. De ouders dienen bij het verzuim zoals hierboven genoemd een aanvraagformulier in te vullen op de administratie. 9.7
Regeling schorsing en (voornemen tot) verwijdering van leerlingen en ontzegging toegang van ouders en verzorgers Het gedrag van een leerling kan zodanige vormen aannemen, dat het voortdurend een storing is voor de groep en de leerkracht. Soms kan het gedrag van een leerling zelfs een bedreiging of gevaar vormen voor medeleerlingen. We spreken dan van ernstige gedragsproblematiek. In zo’n situatie stelt de leerkracht de directeur op de hoogte van de situatie. In samenspraak met betrokken teamleden worden dan maatregelen besproken, die aan de ouders van de leerling door middel een gesprek worden medegedeeld. Indien de problematiek blijft, kan de directeur overgaan tot schorsing of zelfs verwijdering. Onderstaande tekst is een samenvatting van de notitie ‘Toelating, time-out, schorsing en verwijdering van leerlingen’. Deze notitie ligt voor u ter inzage op school. Desgewenst kunt u de notitie ook raadplegen via de website van MOVARE: www.movare.nl “Documenten” “Vastgesteld beleid”. Het kan voorkomen dat het College van Bestuur (als bevoegd gezag van de school) zich genoodzaakt ziet een leerling niet toe te laten tot een school of een leerling tijdens het schooljaar te schorsen of te verwijderen van de school. Hieronder leest u wat onder de termen ‘toelating’, ‘time-out’, ’schorsing’ en ‘verwijdering’ wordt verstaan en in welke gevallen deze maatregelen worden toegepast.
32
Toelating en weigering Toelating is de plaatsing van een leerling op de school. Van weigering is sprake wanneer de school het verzoek van de ouders afwijst hun kind op een bepaald tijdstip tot de school toe te laten.
Gronden voor weigering 1. Het niet in voldoende mate tegemoet kunnen komen aan de hulpvraag die de leerling stelt, tenzij het een speciale school voor basisonderwijs betreft en de permanente commissie leerlingenzorg van het samenwerkingsverband heeft bepaald dat plaatsing van de leerling op een speciale school voor basisonderwijs noodzakelijk is. 2. Geen huisvestingscapaciteit. 3. Op grond van specifiek beleid ter bevordering van evenwichtige leerlingstromen. 4. Voor zover het bijzonder onderwijs betreft: De grondslag wordt door de ouders niet overeenkomstig het toelatingsbeleid van de school gerespecteerd dan wel onderschreven, tenzij er niet binnen een redelijke afstand de mogelijkheid is om openbaar onderwijs te volgen. 5. Voor zover het een speciale school voor basisonderwijs betreft: Het feit dat de permanente commissie leerlingenzorg van het samenwerkingsverband niet heeft bepaald dat plaatsing van de leerling op een speciale school voor basisonderwijs noodzakelijk is. Time-out Van een time-out is sprake wanneer de leerling één dag of korter het recht op deelname aan het onderwijs wordt ontzegd. Een time-out zal normaal gesproken gedurende een schooldag worden opgelegd en enkel voor die betreffende schooldag gelden. Grond voor time-out Grond voor een time-out is ontoelaatbaar gedrag of een ernstig incident dat het in het belang van de leerling en/of de school noodzakelijk maakt dat de leerling voor de duur van maximaal één dag niet deelneemt aan de les of niet op school komt. Schorsing Van schorsing van een leerling is sprake wanneer de leerling tijdelijk het recht op deelname aan het onderwijs wordt ontzegd. Als dit maximaal één dag omvat, wordt het geen schorsing maar een time-out genoemd (zie hierboven). Gronden voor schorsing 1. Ernstig wangedrag van de leerling, waardoor de leerling een ernstige bedreiging vormt van de orde, rust en/of veiligheid op school. 2. Ernstig wangedrag van de ouder(s) van de leerling, waardoor de ouders een ernstige bedreiging vormen voor de orde, rust en/of veiligheid op school. 3. Een andere grond die het in het belang van de school en/of de school dringend noodzakelijk maakt dat de leerling tijdelijk niet deelneemt aan de les of niet op school komt.
Verwijdering Als blijkt dat meerdere schorsingsmaatregelen niet het beoogde effect hebben, dan kan verwijdering als corrigerende strafmaatregel worden toegepast. Het kan ook worden toegepast als maatregel naar aanleiding van een ernstige aangelegenheid.
33
Van verwijdering is sprake als het College van Bestuur besluit een leerling de verdere toegang tot de school te ontzeggen. Gronden voor verwijdering 1. Ernstig wangedrag van de leerling, waardoor de leerling een ernstige bedreiging vormt voor de orde, rust en/of veiligheid op school. 2. Ernstig wangedrag van de ouder(s) van de leerling, waardoor de ouders een ernstige bedreiging vormen voor de orde, rust en/of veiligheid op school. 3. Een onherstelbaar verstoorde relatie tussen school en leerling. 4. Het niet in voldoende mate tegemoet kunnen komen aan de hulpvraag die de leerling stelt. 9.8 Spreekuren Alle medewerkers van onze school zijn voor iedereen aanspreekbaar, maar u zult begrijpen, dat een gesprek met een leerkracht onder lestijd heel moeilijk gaat. Het is dus verstandig om, in geval u iemand wenst te spreken, een afspraak met de betreffende persoon te maken.
9.9 Maatschappelijk werk op school (MWS) Aan onze school is een schoolmaatschappelijk werkster verbonden. Door de inzet van schoolmaatschappelijk werk proberen we problemen te voorkomen door signalen in een vroeg stadium op te pakken. Deze signalen kunnen komen van leerkrachten, van de intern begeleider of van u als ouder. Het schoolmaatschappelijk werk is er niet alleen voor de grote problemen, maar ook voor de kleine vragen en twijfels. U kunt als ouder/opvoeder bij de maatschappelijk werkster terecht voor advies, ondersteuning/kortdurende hulpverlening of een verwijzing naar een andere instelling. Onze schoolmaatschappelijk werkster is aanwezig op donderdag één keer in de twee weken op de oneven dagen. Wilt u haar spreken dan kan dat door contact op te nemen met onze intern begeleider. Zij zal het dan verder voor u regelen.
10
NAMEN, ADRESSEN EN SCHOOLREGELS
10.1
Van de school
Teamleden: Directeur:
Wouter Wetzelaer
Groepsleerkrachten: groep 1 groep 2 groep 1-2 groep 3 groep 4 groep 4/5 groep 5 groep 6/7 groep 6 groep 7 groep 7/8 groep 8 Intern begeleider: Administratie: Conciërge/huishoudelijke dienst: 34
Heleen van der Wal/ Marie-José van Herten/Mia Mertens Andrea Stoelers/Rachelle de la Roy Marlies Snijder / Marion van Eijk/Mia Mertens Chantal Douven/Rachelle de la Roij Marion Debie/Hanny Verlind Wim van der Wal/Koert Ooosterbaan John Melssen/José Heiligers Angelique van der Wal/Hannie Verlind Paul Reumkens Franck Sevenheck Douwe Wand / vacature Monique Reinier/Kim Nüsser Mariëlle Mannens Sylvia Kempener/Gertie Mennens
Onderwijsassistente: College van Bestuur: Voorzitter Lid
Francis Doven
vacature dhr. Drs H.Linssen
Ouderraad: De bestaande ouderraden zullen tijdens een algemene ouderavond een nieuw bestuur samenstellen. U zult daarvoor een uitnodiging ontvangen aan het begin van het schooljaar
Medezeggenschapsraad: Leden: Door aftreden, fusie van de twee scholen, en door vrijwillig terugtreden zal in de loop van het schooljaar een nieuwe verkiezing worden uitgeschreven. Door middel van een nieuwsbrief wordt u daarvan in kennis gesteld.
10.2 Van externe personen Regionale Verwijzingscommissie (RVC) Gevestigd op Rolduc te Kerkrade, telefoon 045- 5466955 Schoolarts dr. Veronique Wijnands tel. 045-5630611 Logopediste mevr. I. Schulinck tel. 06-25599146 Vertrouwensinspecteur Via “Inspectie van het Onderwijs” : Postbus: 2730, 3500 GS Utrecht Bezoekadres: Park Voorn, 3544 AC Utrecht Telefoon: 030-6690600 10.3 Schoolregels dr. A. Schweitzerschool Wij streven naar een situatie waarbij kinderen zich thuis voelen op onze school, omdat wij van mening zijn dat een kind zich alleen dán het beste kan ontwikkelen. In het kader daarvan proberen we te zorgen voor een ongedwongen sfeer. Er is veel aandacht voor de gedragsregels. We hebben respect voor elkaar en het zuinig omgaan met de spullen van onszelf en van een ander, staan bij ons hoog in het vaandel. Gedragsregels moeten gerespecteerd worden. Bij overtreding wordt over het waarom van de regel gepraat. Het begrijpen van de regel staat namelijk voorop, niet de regel zelf. Straffen is een uiterste oplossing. Wij werken eraan om onze leerlingen te laten inzien dat straffen eigenlijk niet nodig zou moeten zijn. Kinderen dienen zich te houden aan de gedragscodes. Een belangrijk uitgangspunt daarbij is dat leerlingen met respect omgaan met elkaar en met elkaars spullen. Kinderen en ook volwassenen hoeven geen hinder of last van elkaar te ondervinden. Vandaar dat de school uitgaat van de zogenaamde Gouden regel “We gaan respectvol met elkaar om, 35
je mag elkaar niet storen, niet door je gedrag, je houding of door taalgebruik.” Indien er toch problemen ontstaan, dan gaan we er in eerste instantie van uit dat de leerlingen proberen het conflict uit te praten. Lukt dit niet dan schakelen zij een leerkracht in. Deze probeert te bemiddelen en hoort in ieder geval beide partijen. Er worden afspraken gemaakt. Indien men zich niet aan die afspraken houdt, dan zien we ons toch genoodzaakt om maatregelen te nemen. Schoppen of slaan is nóóit een oplossing en dat wordt dan ook niet geaccepteerd. We stellen voorop dat we geen voorstander zijn van strafmaatregelen, eigenlijk zouden zij niet eens nodig moeten zijn, maar wij vinden ook dat onze leerlingen moeten ervaren dat er consequenties volgen op het niet nakomen van de afspraken. De eventueel te nemen strafmaatregelen zijn vastgelegd in een stappenplan. Dit • • • • • •
36
stappenplan kan leiden tot de volgende situaties: Schorsing van de leerling. Ontzegging toegang ouder of verzorger. Aangifte bij de politie in geval van verbaal en/of fysiek geweld. Voornemen tot verwijdering van een leerling. Definitieve verwijdering van de leerling. Bezwaar en beroep.
11
SCHOOLBESTUUR
Onderwijsstichting MOVARE Onze school maakt deel uit van Onderwijsstichting MOVARE. Deze stichting telt op 01.08.2013 53 scholen, met in totaal 62 locaties, in de gemeenten Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld, Sittard-Geleen, Stein en Vaals. Dit zijn 49 ‘reguliere’ basisscholen, 3 basisscholen voor speciaal basisonderwijs en 1 school voor speciaal (voortgezet) onderwijs, met in totaal 12.310 leerlingen (teldatum 01.10.2012). MOVARE kent rooms-katholiek, oecumenisch, protestantschristelijk, algemeen bijzonder en openbaar onderwijs. Drie basisscholen bieden Jenaplanonderwijs aan en één basisschool werkt volgens het principe van het Freinetonderwijs. Missie MOVARE werkt vanuit de missie ‘Onderwijs op maat voor elk kind met aandacht voor de autonomie en authenticiteit van elk individu in een respectvolle omgang met elkaar en de wereld waarin wij leven met het oog op de leefbaarheid van de maatschappij van morgen’. Alle medewerkers geven hun activiteiten zodanig gestalte dat zij de kwaliteit van het onderwijs ten goede komen. Op deze manier leveren zij goed onderwijs voor de kinderen. Bestuur De stichting wordt bestuurd door een College van Bestuur. Het college is werkgever voor alle medewerkers van MOVARE en geeft leiding aan de regiodirecteuren en de medewerkers van het bestuursbureau. Het College van Bestuur bestaat uit een interim bestuursvoorzitter en drs. H.M.G. Linssen MES (lid). Regiodirecteur De scholen van MOVARE, en dus ook onze school, zijn ingedeeld in regio’s. De drie regiodirecteuren geven leiding aan de betreffende schooldirecties in die regio. Onze regiodirecteur is de heer J. Feron. Bereikbaarheid bestuursbureau Tel: 045-546 69 50 Fax: 045- 546 69 77 E-mail:
[email protected] Bezoekadres Heyendallaan 55b 6460 AA Kerkrade Postadres Postbus 12 6460 AA Kerkrade Voor actualiteiten en gegevens over de stichting verwijzen wij u naar de website www.movare.nl Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad MOVARE heeft een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). Deze geeft advies of verleent instemming over schooloverstijgende zaken (aangelegenheden die van gemeenschappelijk belang zijn voor alle scholen of voor de meerderheid van de scholen) met als doel de beleidsontwikkeling mede vorm te geven. Medezeggenschapszaken met betrekking tot individuele scholen worden behartigd door de Medezeggenschapsraden (MR-en) van de afzonderlijke scholen. De leden van de GMR hoeven geen lid te zijn van een Medezeggenschapsraad (MR), wel wordt van hen enige binding met een school uit de betreffende regio verwacht. Voor het GMR-reglement, zie www.movare.nl > GMR. Regio Heerlen Mevr. M.J. van Herten (personeelsgeleding) Mevr. L. Reubsaet (oudergeleding)
37
Live@Edu Onderwijsstichting MOVARE heeft ontwikkeling en innovatie hoog in het vaandel staan. Er wordt steeds meer gebruik gemaakt van nieuwe media. Om aan te sluiten aan de behoeften van kinderen hebben alle MOVARE-scholen de beschikking gekregen over Live@Edu. De kinderen van de groepen 5 tot en met 8 maken gebruik van dit online communicatieprogramma. Wat is Live@Edu? Live@Edu is meer dan alleen e-mail. Kinderen krijgen met hun e-mailaccount toegang tot: - E-mailbox met een omvang van 10 Gigabyte. - Online opslag voor persoonlijke documenten van 25 Gigabyte. - Chatmogelijkheden tussen leerlingen. - Online samenwerkingsgroepen waardoor leerlingen in het kader van projecten documenten kunnen delen met andere leerlingen. Is Live@Edu veilig? Ja. De hele omgeving van Live@Edu is afgesloten van reclame en ongewenste e-mail en afgestemd op de specifieke behoeften van de school. Het kan toch gebeuren dat uw zoon/dochter ongewenste e-mail ontvangt of op een website terecht komt die hij/zij eigenlijk niet wenst te bezoeken. Leerkrachten zijn bekend met Live@Edu, waardoor zij direct maatregelen kunnen nemen. Is er een protocol aanwezig? Ja. Dit protocol internet- en e-mailgebruik (mediaprotocol) kunt u bekijken via de website www.movare.nl documenten Live@Edu. Voor het gemak is in deze schoolgids een samenvatting van het mediaprotocol opgenomen. Moet ik toestemming geven? Ja. Uw zoon/dochter mag niet eerder gebruik maken van Live@Edu, voordat u door middel van een toestemmingsformulier toestemming heeft gegeven. Meer informatie Meer informatie vindt u op de website http://live.movare.nl
Samenvatting mediaprotocol voor leerlingen 1. Uitgangspunten Kinderen maken gebruik van Internet & E-maildiensten. De school heeft de verantwoordelijkheid om kinderen hier “wegwijs” in te maken. Kinderen dienen zich tevens aan de afspraken te houden over internetgebruik of het versturen van e-mail/chatberichten. 2. Afspraken a. Kinderen gebruiken internet op school voornamelijk voor lesdoeleinden. Indien kinderen “vrij” willen internetten, dient dit altijd in overleg met de leerkracht te gebeuren. Internet en e-mail op school zijn hoofdzakelijk bedoeld als ondersteuning van het leerproces. b. Bij het bezoeken van internet wordt van de kinderen verwacht dat gemaakte afspraken nagekomen worden. Dit wil zeggen dat websites, die geen verband houden met het leerproces, niet bezocht mogen worden zonder toestemming van de leerkracht. Bij het bezoeken van internetpagina’s / chatprogramma’s of e-mail, wordt altijd in overleg met de leerkracht besloten of privacygevoelige informatie wordt gegeven (denk hierbij aan NAW gegevens). 38
c. De school biedt kinderen tevens de mogelijkheid om verschillende zaken te printen. Het maken van een afdruk gebeurt altijd in overleg met de leerkracht. d. Het is niet toegestaan om bestanden te downloaden en/of te installeren op een computer van school. Schoolwebsite Ouder(s) /verzorger(s) dienen toestemming te geven of gegevens van hun zoon/dochter op de schoolwebsite gepubliceerd mogen worden. Deze toestemmingsverklaring wordt door de school bewaard en direct toegepast bij wel/geen akkoord. E-mail/chatten Kinderen ontvangen een e-mailadres van school. Hiermee kunnen zij berichten versturen en chatten met andere leerlingen. De inhoud van deze berichten hebben altijd te maken met het leerproces. Indien kinderen zich misdragen bij het versturen van e-mail/chatberichten heeft de leerkracht de mogelijkheid om de toegang tot e-mail te blokkeren. Mobiele telefoons / Mp3 spelers Het gebruik van mobiele telefoons /mp3 spelers op school is niet toegestaan. Het is mogelijk om een mobiele telefoon/mp3 speler te gebruiken bij onderwijsprojecten. De leerkracht zal dan aangeven dat dit is toegestaan. Veiligheid Fysieke veiligheid Op onze school wordt veel aandacht besteed aan de fysieke veiligheid van leerlingen en personeelsleden. Hieronder verstaan wij een goede huisvesting en een in alle opzichten veilige schoolomgeving. Het wettelijk kader is hiervoor maatgevend. Indien noodzakelijk, worden aanvullende maatregelen getroffen. Er is een ARBO/BHV-beleidsplan. Bedrijfshulpverleners zijn, na het volgen van een opleiding in staat tot het verlenen van bijstand zoals: • het verlenen van eerste hulp bij ongevallen. • het beperken en bestrijden van een beginnende brand. • het in noodsituaties alarmeren en evacueren van alle leerlingen, leerkrachten en andere mensen in het gebouw. • Het alarmeren van en samenwerken met de gemeentelijke of regionale brandweer en andere hulpverleningsorganisaties bij een beginnende brand of bij een ongeval. De bedrijfshulpverleners op school zijn: Sylvia Peters Heleen van der Wal Marlies Snijder Andrea Stoelers Franck Sevenheck John Melssen Kim Nusser
Sociale veiligheid Vanaf het najaar van 2004 is het verplicht om als school een plan te hebben, gericht op veiligheid. Dit is gemaakt om risico’s voor leerlingen en leerkrachten zo klein mogelijk te maken. Er is beleid ontwikkeld en doorgevoerd om incidenten te voorkomen, om gericht op incidenten te kunnen reageren en nazorg te realiseren. Het gaat hierbij om een veilige school onder meer op het gebied van pesten, agressie, discriminatie, vandalisme en bedreiging.
39
Ten aanzien van de sociale veiligheid bestaat er een aantal regels en afspraken: • Schoolregels en klassenregels opgesteld door leerkrachten en leerlingen. • De school heeft regels opgesteld t.a.v. conflicthantering. • De leerkracht bespreekt wekelijks met de kinderen problemen rondom sociale veiligheid • De school werkt met Viseon waarin de sociale veiligheid van het kind/de groep kan worden gemeten. • Ouders, die de schoolse activiteiten niet zelf kunnen bekostigen, kunnen op de administratie informatie ontvangen voor de gemeentelijke regeling voor tegemoetkoming in de kosten. Verder willen wij vermelden dat de school samenwerkt met Bureau Halt, politie en maatschappelijk werk. Regionale Aanpak Kindermishandeling (RAK) RAK (regionale aanpak kindermishandeling): volgend uit de Wet Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Als wij op school een vermoeden hebben dat een leerling mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld en/of kindermishandeling, dan zijn wij wettelijk verplicht om dit te melden. Wij handelen vervolgens conform de eveneens wettelijk vastgelegde Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Voor deze code en meer informatie verwijzen wij u naar: www.movare.nl Documenten Regeling klachtbehandeling Op grond van de Kwaliteitswet die in werking is getreden op 1 augustus 1998 zijn de schoolbesturen verplicht een klachtenregeling te hebben. Het klachtrecht heeft een belangrijke signaalfunctie met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs. Door de klachtenregeling ontvangen het bevoegd gezag en de school op eenvoudige wijze signalen die hen kunnen ondersteunen bij het verbeteren van het onderwijs en de goede gang van zaken op school. Met de regeling wordt een zorgvuldige behandeling van klachten beoogd, waarmee het belang van de betrokkenen wordt gediend, maar ook het belang van de school (een veilig schoolklimaat). Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze worden afgehandeld. Indien dat echter, gelet op de aard van de klacht, niet mogelijk is of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op deze klachtenregeling. U kunt de klachtenregeling downloaden via de website www.movare.nl. Klik in het menu op documenten en vervolgens op regelingen. Stappenplan klachtbehandeling Het stappenplan is de route die bij voorkeur wordt gevolgd bij de behandeling van een klacht opdat deze zo zorgvuldig en efficiënt mogelijk wordt opgelost. Degene tot wie u zich met een klacht wendt, zal u op dit stappenplan wijzen. Stap 1 De klager bespreekt zijn klacht zo mogelijk met degene tegen wie de klacht gericht is (bijv. een leerkracht). De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 2. Stap 2 De klager bespreekt zijn klacht met (een lid van) de schoolleiding. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 3. Stap 3 De klager wendt zich, via de schoolleiding of de schoolcontactpersoon, tot een van de vertrouwenspersonen. Deze gaat na of de klacht door bemiddeling tot een oplossing kan worden gebracht dan wel aanleiding geeft tot het indienen van een klacht hetzij 40
bij het bevoegd gezag hetzij bij de klachtencommissie. In het laatste geval, volg stap 4a respectievelijk 4b. Stap 4a De klager dient, al dan niet bijgestaan door een vertrouwenspersoon, een klacht in bij het College van Bestuur. Het College van Bestuur neemt de klacht in behandeling. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 4b. Stap 4b De klager dient, al dan niet bijgestaan door een gemachtigde, een klacht in bij de landelijke klachtencommissie. Deze onafhankelijke klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bevoegd gezag hierover. De klachtencommissie geeft advies over: a. het wel of niet ontvankelijk zijn van klager; b. het wel of niet gegrond zijn van de klacht; c. het nemen van maatregelen; d. overige door het bevoegd gezag te nemen besluiten. Stap 5 Binnen 4 weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie zal het bevoegd gezag het besluit hierop kenbaar maken aan: a. de klager b. de aangeklaagde c. de klachtencommissie d. de schooldirecteur e. de medezeggenschapsraad van de school f. de schoolcontactpersoon g. de vertrouwenspersonen Verwijsindex Waarom is er een Verwijsindex? De Verwijsindex valt binnen de wet op de Jeugdzorg en is daarom wettelijk bepaald door de overheid. De overheid heeft deze bepaling ingesteld naar aanleiding van voorvallen met kinderen en jongeren waarbij professionals van verschillende organisaties niet van elkaar wisten dat ze in hetzelfde gezin werkzaam waren. De Verwijsindex is onderdeel van het gemeentelijk jeugdbeleid. Uw kind in de Verwijsindex? De Verwijsindex is een systeem waarin leerkrachten, hulpverleners en begeleiders die met kinderen en jongeren werken, registreren wanneer zij zich zorgen maken over een kind of jongere. Hiervoor kunnen verschillende redenen zijn, er kunnen bijvoorbeeld problemen op school zijn of zorgen over de gezondheid of persoonlijke ontwikkeling van het kind. Het kan zijn dat meerdere organisaties tegelijkertijd hun hulp aanbieden. Het is belangrijk dat deze organisaties dit van elkaar weten, want dan kan de geboden hulp op elkaar afgestemd worden. Als er twee of meer registraties door verschillende organisaties zijn gemaakt over uw kind, ontstaat er een zogenaamde match. Registratie Alleen algemene gegevens, zoals het Burgerservicenummer, naam, adres en geboortedatum worden in de Verwijsindex opgenomen. De reden van registratie wordt niet vermeld. Als de school uw kind wil registreren in de Verwijsindex wordt u vooraf geïnformeerd. Samen met u en uw kind wordt dan bekeken welke hulp en ondersteuning het beste is. Wat zijn uw rechten? Over de registratie in de Verwijsindex wordt u vooraf geïnformeerd. De persoonsgegevens kunnen alleen ingezien worden door de school en de betrokken hulpverleners. 41
U kunt vragen welke persoonsgegevens zijn opgenomen en vragen om correctie van de persoonsgegevens. U kunt bezwaar aantekenen tegen opname van de persoonsgegevens van uw kind. Meer informatie? Voor de regio ParkstadLimburg (Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Onderbanken, Nuth, Simpelveld, Voerendaal) verwijzen we naar de website: www.verwijsindex-parkstad.nl. Buiten deze regio kunt u voor verdere informatie terecht bij de betreffende gemeente of de landelijke site: www.verwijsindex.nl Centrum Jeugd en Gezin Opvoeden en opgroeien is niet altijd even makkelijk. Soms is informatie of ondersteuning welkom of nodig. Het vinden van die informatie of hulp is soms moeilijk. Er zijn veel organisaties voor jeugdzorg en gezondheidszorg. Om u te helpen bij het vinden van de juiste informatie of ondersteuning is er in iedere gemeente één centraal punt voor alle vragen rondom opvoeden en opgroeien opgericht: het Centrum Jeugd en Gezin (CJG). Wie kan bij het CJG terecht? Het Centrum Jeugd en Gezin is er voor: (aanstaande) ouders en verzorgers van kinderen, jeugd en jongeren in de leeftijd van 0 tot 23 jaar, professionals die met kinderen, jeugdigen en hun ouders werken en vrijwilligers die met kinderen/jeugdigen werken (sport en vrije tijd). Partners Onder de paraplu van het Centrum Jeugd en Gezin vallen verschillende organisaties, zogenaamde ketenpartners. Samen met deze partners zorgt het Centrum Jeugd en Gezin voor de juiste informatie of hulp. Ook worden er activiteiten en cursussen georganiseerd. De partners van het Centrum Jeugd en Gezin zijn onder andere alle onderwijsstichtingen, organisaties in de jeugdgezondheidszorg, alle welzijnsorganisaties, peuterspeelzalen en kinderopvang. Meer informatie? Voor de regio Parkstad Limburg (Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Onderbanken, Nuth, Simpelveld, Voerendaal) verwijzen we naar de website: www.cjgparkstadlimburg.nl. Buiten deze regio kunt u voor verdere informatie terecht bij de betreffende gemeente. Schoolcontactpersonen Indien u een klacht heeft, kunt u dit melden bij onze schoolcontactpersonen: Dhr. D.Wand Mevr. MJ van Herten De schoolcontactpersoon zal aan de hand van het hierboven toegelichte stappenplan samen met u tot een oplossing proberen te komen. Vertrouwenspersonen MOVARE beschikt over twee vertrouwenspersonen. Mocht u naar aanleiding van een klacht niet tot een adequate oplossing komen met de schoolcontactpersoon, dan zal deze u doorverwijzen naar de onderstaande vertrouwenspersonen. De vertrouwenspersonen van MOVARE zijn: mevrouw C. Verschuren Op de Acker 21 6431 GJ Hoensbroek Tel: ma/wo/vr : 045-5719075 de heer W. Pieters Terlindenweg 18 6433 PC Hoensbroek Tel. 045-5216240 Deze personen kunt u benaderen via de contactpersonen 42
Landelijke klachtencommissie Per identiteit bestaat er een landelijke klachtencommissie. Alle MOVARE-scholen zijn op basis van hun identiteit aangesloten bij een van deze commissies. Onze school is aangesloten bij de onderstaande klachtencommissie. Het is van belang dat u eerst kennis neemt van de inhoud van de regeling klachtenbehandeling, alvorens u zich went tot een landelijke klachtencommissie. Landelijke Klachtencommissie voor het algemeen bijzonder onderwijs: Postbus 95572 2509 CN Den Haag Tel. 070 - 3315224 E-mail:
[email protected] Website: www.vbs.nl/home/belangenbehartiging/adressenoverzicht Termijn indienen klacht In de klachtenregeling is onder paragraaf 3, artikel 6; lid 2 de volgende passage opgenomen: De klacht dient binnen een jaar na de gedraging of beslissing te worden ingediend. De klachtencommissie kan beslissen niet-ontvankelijkheid vanwege termijnoverschrijding achterwege te laten indien zij van oordeel is dat, alle omstandigheden van het geval meewegend, de klager de klacht zo spoedig mogelijk als redelijkerwijs van hem verlangd kan worden, heeft ingediend.
43
12
EXTERNE ARTIKELEN
Jeugdgezondheidszorg voor leerlingen in het basisonderwijs Jeugdgezondheidszorg GGD Zuid Limburg De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD Zuid Limburg volgt de lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van alle kinderen van 4 tot 19 jaar. Wij nodigen uw kind regelmatig uit voor een gezondheidsonderzoek of een inenting. Ook met vragen over opgroeien en opvoeden of zorgen om uw kind kunt u altijd bij ons terecht. Het team JGZ werkt nauw samen school en met andere organisaties in het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Gezondheidsonderzoek Uw kind wordt uitgenodigd voor een onderzoek rond de leeftijd van 5 en 10 jaar. Tijdens het onderzoek kijken we bijvoorbeeld naar groei, motoriek, spraak en sociaalemotionele ontwikkeling. Door uw kind goed te volgen probeert de GGD eventuele problemen op tijd op te sporen en te helpen voorkomen. Als blijkt dat uw kind extra hulp of zorg nodig heeft, kijken we samen wat daarvoor nodig is. We werken hierin nauw samen met andere organisaties binnen het CJG. De onderzoeken vinden plaats in het CJG, op school of bij de GGD Zuid Limburg. Uw informatie is erg belangrijk U als ouder/verzorger kent uw kind vaak het beste. Om te weten of er dingen zijn waar we extra op moeten letten, vragen we u om van tevoren een vragenlijst in te vullen. Hierin komen allerlei gezondheidsaspecten aan bod. Uiteraard gaan we zorgvuldig om met alle persoonsgegevens van u en uw kind. Inentingen In het kalenderjaar dat uw kind 9 jaar wordt, krijgt het de laatste twee inentingen tegen DTP (difterie, tetanus, polio) en BMR (bof, mazelen, rodehond). Meisjes krijgen in het jaar dat ze 13 jaar worden bovendien de HPV-vaccinatie tegen baarmoederhalskanker. U ontvangt een oproep voor de gratis prikken. Deelname is niet verplicht. Vragen of zorgen? Heeft u vragen over de ontwikkeling of het gedrag van uw kind. Is er sprake van leerproblemen of andere problemen. Maakt u zich zorgen? Neem dan contact op met het Team JGZ. Wij helpen u graag! Contact Inge van Heugten, jeugdarts Sanne Welters,jeugdverpleegkundige Laura Holtus, jeugdverpleegkundige Marjo Gerards, doktersassistente Team Hoensbroek Aanwezig op: maandag, dinsdag en woensdag E:
[email protected] T: 045-8506691/ 045-5630611 www.ggdzl.nl/jeugdgezondheidszorg
44
13.1 Jaarverslag 2013-2014
Het betreft een geïntegreerd jaarverslag van de drie fusie scholen: Albert Schweitzer, Nieuw Lotbroek, Voeëgelsjtang De scholen hebben ongeveer dezelfde ontwikkeling doorgemaakt. Daar waar school specifieke opmerkingen te maken zijn, is dat ook gebeurd.
Onderwerp
Wie
verbeterdoel
Leerkrachten Groepen 4 t.m.6
Doel:
Leerstofaanbod Implementatie methode Begr. Lez. nieuwe methode
Hoe:
-ondersteuning door leverancier Heutink -overleg betrokken leerkrachten -aan de hand van een smartplan LVS
Evaluatie: De invoering is uitgesteld naar de aanvang van schooljaar 2014-2015 -Leerkrachten groepen 1 en 2 + I.B.
Doel
Implementatie afspraken taalbeleid voor kleuters vanuit de leidraad fusie beleidsplan
Hoe: - toepassen van afspraken uit het beleid -consultatie en coaching door IB Evaluatie: Implementatie is gebeurd vlgs planningsmatrix
Lkr groep 6
Doel: implementatie Blits methode studievaardigheden Hoe: overleg lk groep 6, 7 en 8 Evaluatie: invoering uitgesteld naar nieuwe schooljaar
-Leesspecialist + I.B. + Leerkrachten
45
Doel implementatie lees verbetertraject Movare Dit is een bestuur breed meerjarig project gericht op hogere opbrengsten in lezen Hoe -school specifiek plan van aanpak vlgs leesverbeterplan -begeleid vanuit stafmedewerkers Movare -interscholaire consultatie fusie scholen -consultatie op schoolniveau -streven naar aanleg woordenlijsten per
Leerjaar Evaluatie: - ieder trimester is een groepsconsultatie geweest door de leesspecialist. De zijn teambreed besproken. - Op bs A.S. is dit schooljaar Estafette ingevoerd. - door CPS is op de drie fusie scholen een nulmeting gehouden dmv consultatie. Dmv cursus en extra consultie wordt het startniveau gelijk gebracht. - De opbrengsten lezen laten een stijgende lijn zien.
Pedagogisch klimaat coördinator
Doel: Toepassen van respectprotocol en schoolregels. Hoe: -klassenregels maken en ondertekenen -bespreken op ouderavond -regelmatige schoolbijeenkomst van ll in Het kader van anti pest beleid -bespreken veiligheidsbeleid met ouders Evaluatie: - klassenregels zijn duidelijk aanwezig in de groepen en met ouders besproken - op bs Voeegelsjtang is een totaalplan veiligheidsbeleid geaccordeerd door de medezeggenschapsraad. -op bs Nieuw Lotbroek is het totaalplan Veiligheidsbeleid in behandeling bij de medezeggenschapsraad.
Didactisch handelen
IB + Alle leerkrachten
Leerkrachten en iber A.S
Doel verdere implementatie groepsplannen Hoe: groepsplannen worden voor een rapport periode gemaakt. Groepsplannen worden besproken en geëvalueerd met de interne begeleider Evaluatie: - er wordt gewerkt met een groepsplan technisch lezen en rekenen --Doel: groepsplannen verder door ontwikkelen. Hoe: groepsplannen, groepsoverzichten voor alle vakgebieden Evaluatie: formulieren zijn nu definitief vastgesteld. Twee maal per jaar worden groepsoverzichten, evaluaties, groepsplannen gemaakt en besproken.onderwijsbehoeftes worden helder en duidelijk geformuleerd neergezet. Idem voor OPP’s --
46
Coördinator Did. Ontwikk.
Doel: -Implementatie afspraken fusie werkgr. didaktiek Hoe: -afspraken uit fusie werkgroep uitrollen -collegiale consultatie Evaluatie: - Groepsbezoek door dir./ib-er/lvs aan de hand van kijkwijzer in alle groepen en bij alle leerkrachten. - gesprek met iedere lkr/ verstaglegging via bardo - aanbeveling inspectie = methode gehanteerd op bs de Vlieger. Daarmee aanvang gemaakt -Doel: - uniform logboek beheer Hoe: - afspraken maken over uniforme indeling afspraken maken over dagplanning 3x dit jaar bespreking in teamverband Evaluatie; - indelingsafspraken gemaakt - afspraken over dagplanning vast gelegd in besluitenlijst - 3 x coll. Uitwisseling/bespreking/aanbeveling
Lerend perspectief Team A.S.
doel: terugzien van Tools in alle groepen. Inzet tools voor de drie fusiescholen Hoe: meenemen van dit doel tijdens klassen en zorgbezoeken. Afspraken tijdens de werkgroep vergaderingen fusie over tools Evaluatie: tools worden ingezet binnen de verschillende groepen. Teambreed is afgesproken wat de doorgaande lijn wordt wat betreft de tools die gebruikt zullen gaan worden.
IB .
Doel structurering en verfijning van de zorg voor leerlingen
Leerlingenzorg
-
Hoe: -gerichte resultaatanalyse van opbrengsten -doorlopende lijn in het werken met groepsplannen -Groepsconsultatie middels kijkwijzer. -monitoring van kengetallen en evaluatie Van de zorgeffecten -passend aanbod verder ontwikkelen Vanuit fusiewerkgr. Zorg Evaluatie:
47
- inspectie bezoek in maart beoordeelde de Zorg als voldoende - aandacht houden voor goede diagnostiek bij HP
Kwaliteitszorg Alle leerkrachten
Doel verdere implementatie van kwaliteitszorg Hoe: - regelmatige groepsconsultatie door de directeur/ib-er/coördinator -schoolzelfevaluatie in kernteam en teamvergadering gericht op optimaliseren en bijsturen -schoolzelfevaluatie op fusie niveau -bespreking resultaten op groepsniveau d oor IB-Lk -jaarlijkse evaluatie opbrengsten RIA, het meetinstrument van de regio manager Evaluatie: - Inspectie bezoek geeft voldoende voor opbrengsten. - PCDA cyclus = op orde - intern kwaliteitsinstrument = op orde - externe visitatie door collegae=positief - interne collegiale visitatie = positief
Professionalisering Leerkrachten Ib-ers Leesspecialisten Directie
Doel professionalisering van leerkrachten op het onderwerp Techniek in relatie tot Wereldoriëntatie en Creativiteit Professionalisering op het gebied van Burgerschap Verdere professionalisering bij lezen door CPS Uitwerking/samenwerking beginnende geletterdheid voorschotbenadering binnen de o.b groepen fusiescholen
Hoe
externe begeleiding bij Fusie werkgroep cursus extern gezamenlijke onderbouwvergaderingen begeleiding door CPS
Evaluatie: Scholenbezoek door de werkgroep Techniek Werkgroep Burgerschap heeft plan ontwikkeld voor aanpak in nieuwe organisatie 48
onderbouw heeft deelgenomen aan scholing ikv Technisch Lezen Team Dr.A.Schweitzer
Cursussen door CPS uitgevoerd zijn gevolgd. Doel: verdere invoering van Kurzweil voor onze leeszwakke kinderen. Hoe: implementatie Kurzweil Cursusmomenten voor ouders en leerkrachten, ib-er over gebruik Kurzweil Evaluatie: dit verliep niet zoals gepland. Het scannen van de boeken voor Kurzweil door ouders verliep niet soepel. Te weinig scanouders. Dit is opnieuwe opgepakt en verloopt nu goed.
Integraal personeel beleid
Functioneringsgesprekken met medewerkers Groepsbezoeken en evaluatiegesprekken Toepassing van werken in Bardo Evaluatie: - dir – lkr gesprek na ieder groepsbezoek - dir – lkr gesprek ikv samenvoeging
Scholenfusie Projectgroep + Leerkrachten
Doel: komen tot afspraken over startpunt diverse onderwerpen per 1-8-2014. Dit schooljaar wordt (verder) gewerkt in Werkgroepen met als thema’s -zorg -lezen -taalbeleid kleuters -leerstofaanbod W.O./schrijven/creativiteit -burgerschap -cultuur Hoe: d.m.v. van werkgroepen bemand door lkr. van de betrokken scholen aan de hand van een smart plan De projectleider zal dit jaar teams breed het missie en visie traject op de rit zetten. Evaluatie: - in sept. ’13 werd een versnelde invoeging NL-AS bekend gemaakt alsmede nieuwe leidinggevende per 1-8-2014 E.e.a vergde meer praktische organisatie - visie traject is wel gestart in werkgroep Techniek en verwoord in de intentie verklaring van de participanten in het aanstaande bouwtraject
49
- visie traject wordt een van de start Onderwerpen nieuwe organisatie - In de loop van het schooljaar zijn afgerond naar gemeenschappelijk startpunt: Cultuur Burgerschap Schrijven Verkeer - andere werkgroepen zijn voortgaand en samenwerkend bezig met verdere ontwikkeling: lezen zorg taalbeleid kleuters
13.2
Jaarplan 2014-2015
Het jaarplan is een gemeenschappelijk plan van aanpak voor de fusie scholen Hoensbroek – Zuid Het jaarplan is tevens “voorlopig schoolplan” voor de periode van dit schooljaar. Voor de periode 2015-2019 moet een nieuw schoolplan worden geschreven.
Onderwerp
Wie
verbeterdoel
Leerkrachten Groepen 7,8
Doel:
Leerstofaanbod Implementatie nieuwe methode voor: Engels Rekenen Taal Begrijpend lezen De invoering van nieuwe methodes is t.m. groep 6 Hoe:
-ondersteuning door leverancier Heutink -overleg betrokken leerkrachten -aan de hand van een smartplan - implementatie overleg in bouwvergad.
------------
Leerkrachten groepen 1 en 2 + I.B.
Doel
Implementatie afspraken taalbeleid voor kleuters voortzetten volgens planningsmatrix
Hoe: - toepassen van afspraken uit het beleid -Consultatie en coachen -----------
Leesspecialist + I.B. + 50
Doel implementatie lees verbetertraject Movare voortzetten. Olv het CPS verder groeien naar streefdoel dmv cursus en coaching
leerkrachten
Hoe: -scholing van alle leerkrachten -school specifiek plan van aanpak -bgeleiding door CPS
coördinator
Doel: Toepassen van respectprotocol// klasregels+schoolregels
Pedagogisch klimaat
afstemmen Veiligheidsbeleid naar één definitieve versie voor de betrokken scholen. Tot ontwikkeling brengen van het beleid burgerschap Hoe: -klassenregels maken en ondertekenen -bespreken op ouderavond -regelmatige schoolbijeenkomst van ll - Veiligheidsbeleid in gesprek brengen in kernteam en mr - aanzet Burgerschap mbv pcda cyclus
Didactisch handelen IB + Alle leerkrachten
Doel verdere implementatie groepsplannen over de vakgebieden: tech. lezen//rekenen//spelling Hoe: groepsplannen worden voor een rapport periode gemaakt. Groepsplannen worden besproken en geëvalueerd met de interne begeleider
Coördinator Did. Ontwikkeling +
Doel
Borging van de resultaten die bereikt zijn in Boeiend Leren en Coöperatieve Werk vormen afstemming gebruik logboek
Interscholaire Werkgroep Didaktiek
Hoe: afstemmen in bouw overleg collegiaal uitwisselen en stimuleren
IB .
Doel: structurering en verfijning van de zorg voor leerlingenzorg
Leerlingenzorg
-
51
Hoe: -gerichte resultaatanalyse van opbrengsten -doorlopende lijn in het werken met groepsplannen -Groepsconsultatie middels kijkwijzer.
-monitoring van kengetallen en evaluatie van de zorgeffecten -passend aanbod ijken aan de norm van de inspectie -start implementatie referentie niveaus - periodiek invullen van de kwaliteitskaarten
Kwaliteitszorg Alle leerkrachten
Doel verdere implementatie van kwaliteitszorg Zorgen voor opbrengsten op minimaal inspectienorm Hoe: - regelmatige groepsconsultatie door de directeur/ib-er/coördinator -schoolzelfevaluatie in kernteam en teamvergadering gericht op optimaliseren en bijsturen -bespreking resultaten op groepsniveau d oor IB-Lk -jaarlijkse evaluatie opbrengsten RIA, het meetinstrument van de regio manager -ontwikkelingen vlgs pcda cyclus
Professionalisering Alle leerkrachten
Doel verdere professionalisering leerkrachten In lezen De ontwikkeling op het speerpunt Techniek.
Hoe cursus in het kader van lees verbeter traject Movare volgens aanbod CPS
Doel: verdere ontwikkeling van en reflectie op leerkracht competenties
Integraal personeel beleid
Hoe: dmv groepsconsultatie ahv kijkwijzer Stellen van competentie doelen op schoolniveau
Scholenfusie Leidinggevende + Kernteam + leerkrachten 52
Doel: - implementatie van de ontwikkelde start kwalificaties De accenten komen te liggen op: Techniek Lezen/Woordenschatontwikkeling SEO
Zorg - eerste aandachtspunten: Zorgaanpak in de groepen bespreken Initiëren visie traject SEO traject in het kader van het samen komen van groepen leerlingen Hoe: beleidsontwikkeling door nieuwe leiding gevende
53