Schoolgids Basisschool De Schans De school waarin iedereen wordt uitgedaagd om in een fijne sfeer samen boeiend te blijven leren
Borghaag 25
6228 EA Maastricht
043-3672778
www.bsdeschans.nl
Basisschool De Schans Borghaag 25 6228 EA Maastricht tel 043-3672778 E-mail adres:
[email protected] www.bsdeschans.nl
Managementteam Directeur
Dhr. M.J.D Houben
IB-er/MT-lid
Mevr. M. de Vries
Kunstproject Woningstichting Servatius i.s.m. BS De Schans
2
INHOUDSOPGAVE Voorwoord
pagina 4
Hoofdstuk 1 De school 1.1 Het schoolbestuur 1.2 Ontstaansgeschiedenis 1.3 De naam 1.4 Katholieke identiteit 1.5 Managementteam 1.6 Situering van de school 1.7 Schoolgrootte
pagina 5 5 7 7 7 8 8 8
Hoofdstuk 2 Waar onze school voor staat 2.1 Waar gaan wij bij ons onderwijs van uit? 2.2 Ons pedagogisch klimaat
9 9 9
Hoofdstuk 3 De organisatie van het onderwijs 3.1 De organisatie van de school 3.2 Schooltijden, pauzes, lestijden, verdeling onderwijstijd 3.3 De samenstelling van het personeel 3.4 De activiteiten voor kinderen 3.5 Speciale voorzieningen in het schoolgebouw
11 11 11 12 13 18
Hoofdstuk 4 De zorg voor kinderen 4.1 Toelating, verwijdering en schorsing van leerlingen 4.2 De zorg voor het jonge kind 4.3 Het volgen van de ontwikkeling van kinderen 4.4 Passend Onderwijs 4.5 Het Ondersteuningsprofiel 4.6 De begeleiding van de overgang van kinderen naar het v.o. 4.7 Arbozaken
19 19 21 21 23 24 25 26
Hoofdstuk 5 De leraren 5.1 Vervanging van leraren 5.2 De begeleiding en inzet van stagiaires van de Pabo 5.3 Scholing van leraren
26 26 26 26
Hoofdstuk 6 De ouders 6.1 Betrokkenheid van ouders 6.2 Informatievoorziening aan ouders 6.3 Ouderraad 6.4 Ouderbijdrage 6.5 Medezeggenschapsraad 6.6 Ouderparticipatie 6.7 Overblijfmogelijkheden 6.8 Leerplicht, gronden voor vrijstelling van de leerplicht en schoolverzuim 6.9 Contactpersoon /Klachtenregeling/ gedragscode 6.10 Verzekeringen 6.11 Medicijnverstrekking 6.12 Zieke kinderen 6.13 Sponsoring van het onderwijs
27 27 27 27 27 27 28 28 28 30 32 33 33 33
Hoofdstuk 7 De ontwikkeling van het onderwijs in onze school 7.1 Activiteiten die het onderwijs in school verbeteren 7.2 De relatie school en omgeving
34 34 34
Hoofdstuk 8 De resultaten van het onderwijs
36
3
VOORWOORD Waarom een schoolgids voor ouders? Een schoolgids dient ouders op een makkelijke en snelle manier duidelijk te maken wat ze van een school, in dit geval basisschool De Schans, mogen verwachten en wat die school voor hun kind kan betekenen en wat de school van de ouders mag verwachten. Gaat uw kind voor het eerst naar de basisschool of komt u pas in De Heeg wonen en weet u niet direct welke school te kiezen, dan kan zo’n schoolgids helpen om die keuze te maken die het beste bij uw kind past. Want elke school is anders, heeft zijn eigen sfeer, zijn eigen stijl van lesgeven en gaat op een bepaalde manier met kinderen om. De schoolgids is een hulpmiddel en naslagwerk. Om te beleven en voelen op welke wijze De Schans invulling geeft aan haar onderwijsvisie, nodigen wij u uit om onze school eens te bezoeken. In een informatief en open gesprek met de schoolleiding en een rondleiding door ons multifunctionele schoolgebouw leert u onze school beter kennen. De schoolgids bestaat uit 2 delen: de informatiekalender en de eigenlijke schoolgids. De informatiekalender wordt elk schooljaar vernieuwd, het schoolgidsgedeelte blijft een langere periode hetzelfde. Omdat onderwijs in beweging is en blijft, bekijken wij de twee delen van onze schoolgids steeds kritisch en brengen waar nodig wijzigingen aan. Ouders die zich aan het oriënteren zijn en ouders van onze huidige leerlingen ontvangen van de school jaarlijks een complete schoolgids. Wat staat er in deze schoolgids ? Zonder er een dik boekwerk van te willen maken, geven we u in deze gids o.a. informatie over: . hoe ons onderwijs georganiseerd is; . hoe de zorg voor de kinderen geregeld is; . wat van ouders verwacht wordt en wat de ouders van school mogen verwachten; . de resultaten van het onderwijs; . hoe ons aannamebeleid is; . de toelatingsprocedure van rugzakleerlingen; . kledingvoorschriften. Wie hebben aan de schoolgids gewerkt ? De inhoud van deze gids is grotendeels door de directie op papier gezet. Het spreekt vanzelf dat de leraren, medezeggenschapsraad en oudervereniging ook bij de samenstelling zijn betrokken. Samen maken zij de school immers tot wat zij nu is. Instemming van de Medezeggenschapsraad! De instemming van de medezeggenschapsraad is nodig bij het vaststellen of wijzigen van de schoolgids. Verzoek aan ouders om te reageren… Binnen onze school kunt u altijd terecht met vragen, opmerkingen of suggesties en dat geldt uiteraard ook voor deze schoolgids. Meer informatie via website school én www.scholenopdekaart.nl Voor meer informatie over onze school verwijzen we u tevens naar (www.bsdeschans.nl) en de website van de overheid (www.scholenopdekaart.nl)
onze
website
Graag wensen wij alle kinderen, ouders / verzorgers, leerkrachten en medewerkers van de school een fijne en leerzame schooltijd toe. Mocht u vragen of opmerkingen hebben, dan horen wij deze graag van u! Namens het team van basisschool De Schans, Marc Houben directeur
4
1 DE SCHOOL 1.1 Het schoolbestuur MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding, is het bevoegd gezag van 18 scholen voor basisonderwijs, 2 scholen voor speciaal basisonderwijs en 3 voorzieningen voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Binnen het speciaal onderwijs zijn er scholen voor zeer moeilijk lerende kinderen (REC 3), kinderen met gedragsproblematiek en kinderen met een stoornis in het autistisch spectrum (REC 4). Op onze scholen werken circa 800 personeelsleden voor circa 5400 leerlingen. Missie MosaLira biedt een veilige uitdagende leeromgeving waarin kinderen zich ontwikkelen tot verantwoordelijke en succesvolle medeburgers. Ouders zijn partners bij het onderwijs. Persoonlijke talenten, respect voor elkaar en een duurzame samenleving zijn voor MosaLira leidend. Hoofddoelstelling MosaLira streeft naar het behalen van maximale leeropbrengst voor ieder kind, waarbij in een waarde gerichte benadering de vorming en het welbevinden van het gehele kind centraal staat. MosaLira denkt dat haar hoofddoelstelling het meest effectief gerealiseerd kan worden door te werken aan de hieronder genoemde drie strategische doelstellingen. Visie Tevens heeft MosaLira in het strategisch programma 2015 voor elke strategische doelstelling haar visie geformuleerd wat in 2015 bereikt moet zijn: Beter benutten van haar breed onderwijsaanbod en goede kwaliteitszorg; Versterken van de professionele cultuur; Versterken van het persoonlijk meesterschap; Identiteit MosaLira is een waarden gestuurde stichting. De sturende waarden van de stichting en haar scholen geven richting aan het denken, voelen en handelen van alle betrokkenen, aan de wijze van besturen, aan de inhouden en de vormen van leren, onderwijs en opvoeding en aan de relatie met de ouders en andere opvoedingspartners en de samenleving. Het College van Bestuur van MosaLira heeft een commissie ‘Onderwijs en Identiteit’ in het leven geroepen die gevraagd en ongevraagd adviseert met betrekking tot levensbeschouwelijke zaken en die de levensbeschouwelijke oriëntatie van het onderwijs op alle scholen van MosaLira stimuleert, versterkt, begeleidt en ondersteunt. De commissie voert haar taak uit vanuit de aanname dat de levensbeschouwelijke oriëntatie van de stichting en haar scholen de basis en de toetssteen vormt voor een waarden gestuurde ontwikkeling. Het onderwijs binnen alle scholen van MosaLira wordt gegeven met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis van de gezamenlijkheid en de verscheidenheid van die waarden. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen katholieke, protestants-christelijke, interconfessionele, algemeen bijzondere, pedagogisch bijzondere of openbare scholen. Alle scholen van MosaLira formuleren de voor hen sturende waarden en beschrijven die in hun schoolondernemingsplannen en schoolgidsen. Ze geven daarbij aan op welke wijze zij zich verhouden tot hun levensbeschouwelijke grondslag, het wat en hoe van hun onderwijs en opvoeding, het wat en hoe van hun levensbeschouwelijke educatie en hoe zij de relatie vormgeven met ouders, andere opvoedingspartners, kerkgenootschappen en de samenleving. Dit geheel geeft een eigen kleur aan elke school, het bepaalt wie de school wil zijn, het geeft haar een eigen gezicht, het bepaalt haar identiteit.
5
De stichting Mosalira kent 2 organen: Het College van Bestuur; De Raad van Toezicht; Het College van Bestuur Het College van Bestuur is belast met het besturen van de stichting en komt alle taken en bevoegdheden toe die wettelijk het bestuur van de stichting toekomen, met uitzondering van de taken en bevoegdheden die in de statuten en de wet expliciet aan de Raad van Toezicht zijn toegekend. Het College van Bestuur is verantwoordelijk voor de eenheid van het totale beleid en schept op bestuursniveau waarborgen ter bescherming van en bevordering van de denominatieve identiteit respectievelijk het openbaar karakter van de stichting en van de onderscheiden onder zijn beheer staande scholen en overige voorzieningen. Het College van Bestuur heeft zijn werkzaamheden vastgelegd in het bestuursstatuut. Het College van Bestuur bestaat uit de volgende personen: Voorzitter : Dhr. T. van Mulken Lid : Dhr. D. Huntjens De Raad van Toezicht De Raad van Toezicht houdt toezicht op de verwezenlijking van de doelstelling van de stichting, de algemene gang van zaken binnen de stichting alsmede het functioneren van het College van Bestuur. De Raad van Toezicht heeft de taken en bevoegdheden van de Raad van Toezicht vastgelegd in het bestuursstatuut. De Raad van Toezicht bestaat uit de volgende personen: Voorzitter : Dhr. F. Groutars Lid : Mevr. M. Heijltjes Lid : Dhr. H. Manders Lid : Dhr. R. Wedler Lid : Mevr. M. Depondt Lid : Mevr. A. Boeijen Directeurenberaad De directeuren van de scholen ressorterend onder de stichting directeurenberaad. Dit is een overlegorgaan met een adviserende functie.
vormen
tezamen
het
De volgende scholen ressorteren onder het bevoegd gezag van MosaLira: Bs. St. Aloysius, Bs. Amby, Bs. Anne Frank, Bs. de Vlinderboom, UWC Primary, Bs. John F. Kennedy, Bs. De Lètterdoes, Bs. Het Mozaïek, Bs. De Maasköpkes, Bs. Manjefiek, Bs. Montessori Binnenstad, Bs. St. Oda, Bs. Petrus en Paulus, Bs. St. Pieter, Bs. de Schans, Bs. Scharn, Bs. ’t Spoor, Bs. Wyck, SBO De Opstap, SBO de Sprong, ZMLK Jan Baptist SO en VSO, Don Bosco SO en VSO diplomastroom, IvOO SO, VSO diplomastroom, VSO AD, JRK
Adresgegevens MosaLira MosaLira stichting voor leren, onderwijs en opvoeding Pastoor Habetsstraat 40a, 6217 KM Maastricht Telefoon : 043-35 40 133 e-mail :
[email protected] website : www.mosalira.nl
6
Stichting MosaLira, een logo, een naam:
Mosa: Oude naam van de rivier de Maas. Voortdurend in beweging, in alle richtingen gezien vanuit de observeerder, van links naar rechts, van rechts naar links, vanaf de brug; van voor naar achter, van achter naar voor, zelfs van beneden naar boven (naar de horizon) en dus ook zeker van boven naar beneden. Symbool voor beweging Lira: Latijnse benaming voor ‘door de ploeg opgeworpen aardrug tussen twee voren’. Maar ook in het dialect, de betekenis meester/leraar. Die meester trekt sporen in die voren en zaait. Een voortdurend groeiproces, waar je als leraar middenin staat. Want dat is leren toch? Het volgen van een spoor dat alsmaar verder groeit en bijdraagt tot innerlijke vorming.
1.2 Ontstaansgeschiedenis De Schans startte in augustus 1977 als de “katholieke school voor kleuteronderwijs en lager onderwijs De Heeg”. Er werd gestart met één kleutergroep en twee lagere-school-groepen, samen ongeveer 50 kinderen. De wijk was nog in opbouw en een schoolgebouw was er nog niet zodat de leerlingen dagelijks met bussen moesten worden vervoerd naar leegstaande klaslokalen in andere schoolgebouwen. De eerste twee maanden waren we te gast bij scholen in Heer en vervolgens “logeerden” we een maand of vier in een leegstaande school in Eckelrade. Eind januari 1978 vonden we eindelijk onderkomen in de wijk waar onze leerlingen woonden. We verhuisden naar semi-permanente lokalen aan de Heerderrein in de Heeg. Dit gebouw deelden we met de openbare basisschool “de Kring”. De definitieve huisvesting aan de Borghaag kwam gedeeltelijk gereed in augustus 1979, maar het zou nog tot januari 1980 duren voordat alle groepen hun intrek konden nemen in dit gebouw dat in mei van datzelfde jaar feestelijk werd geopend. De daaropvolgende jaren groeiden we qua leerlingaantal uit ons jasje en moesten we tijdelijke onderkomens zoeken in het buurtcentrum en noodlokalen. Inmiddels is het leerlingenaantal weer van een grootte dat we allemaal een plekje vinden in ons gebouw aan de Borghaag. Mik (buitenschoolse opvang) en Steps (peuterspeelzaal “De Wiekjes”) hebben ook een plek binnen onze school. 1.3 Naam van de school Zoals in het logo van de school tot uitdrukking komt willen we als school, kinderen de mogelijkheid bieden zich in onze armen te verschansen, bescherming en geborgenheid te zoeken zodat ze zich optimaal kunnen ontwikkelen. Tegelijkertijd willen we als een springschans de kinderen voorbereiden op hun sprong naar het voortgezet onderwijs. Reden genoeg om een school “de Schans” te noemen, temeer omdat het gebied waar nu de school staat in vroeger tijden, lang voor het ontstaan van “de Heeg”, in de volksmond de benaming “Sjans” had.
1.4 Katholieke identiteit De Schans is een katholieke basisschool. Met betrekking tot scholen op een confessionele grondslag, is er de laatste tijd veel veranderd in onze samenleving. Een aantal decennia geleden waren alle leerkrachten en leerlingen nog vanzelfsprekend praktiserend katholiek en de pastoor van de parochie was vaak ook de voorzitter van het schoolbestuur. Inmiddels zijn de verantwoordelijkheden van de school en de parochie duidelijk gescheiden. De school en de ouders bepalen samen waar de school voor staat, ook op levensbeschouwelijk vlak.
7
Onze levensbeschouwelijke en godsdienstige schoolvisie Vanaf de oprichting van de school in 1977 was al duidelijk dat een katholieke school zijn voor ons niet betekent dat alleen katholieke kinderen welkom zijn. We staan open voor ouders en kinderen van allerlei gezindtes. Respect voor elkaars opvattingen staat voorop. Daarom vinden we kennis van andere godsdiensten belangrijk: we willen kinderen laten zien dat mensen op heel verschillende manieren kunnen geloven en dat ieder mens respect verdient voor haar of zijn keuze. Zo proberen we als school een afspiegeling te zijn van de ons omringende samenleving. We willen in ons onderwijs specifiek aandacht besteden aan christelijk geloof. Zo vinden we het belangrijk dat kinderen in school kennis opdoen van het Christelijk geloof. We vieren dus de belangrijkste kerkelijke feesten (Kerstmis en Pasen), vertellen regelmatig een mooi Bijbelverhaal en werken samen met de parochie aan de communieviering en het vormsel. Aanvullend op wat er thuis gebeurt, willen we bezig zijn met de levensbeschouwelijke en godsdienstige vorming van de kinderen. Verder vinden we het belangrijk om met de kinderen te filosoferen over bepaalde levensthema’s (bijvoorbeeld rond lijden, doodgaan, afscheid nemen, verlangen, liefhebben e.d.) en bepaalde waarden uit te dragen. Dat zijn waarden als respect, vrijheid, eigen identiteit, bewustwording. Deze waarden zitten verweven in de manier waarop we in school met elkaar omgaan. 1.5 Managementteam Basisschool de Schans beschikt over een directeur, Marc Houben, die 6 dagdelen per week werkzaam is voor basisschool de Schans. Samen met de interne begeleider, Miranda de Vries, die op 4 dagdelen is vrijgeroosterd van haar lesgevende taak, vormt de directeur het managementteam.
1.6 Situering van de school Basisschool “de Schans” is één van de drie basisscholen in de Maastrichtse wijk “De Heeg”. Aan de Borghaag 25 liggen, het schoolgebouw, omringd door grote schoolpleinen, en de bijbehorende gymzaal. In het gebouw vallen de grote gemeenschappelijke ruimtes en brede gangen op, die het mogelijk maken om leerlingen, in de nabijheid van hun klas, individueel of in groepjes te laten werken. Deze grote ruimtes, met name de grote aula met podium, bieden ons verder de kans om geregeld podiumvieringen met de hele school te houden. In 2002 en 2008 werd de school grondig gerenoveerd. 1.7 Schoolgrootte De tijd dat we onze leerlingen niet konden herbergen in ons gebouw en gebruik moesten maken van noodlokalen ligt alweer ver achter ons. Het aantal leerlingen schommelt de laatste schooljaren rond de 110. In onze school kunnen wij dan ook veel individuele aandacht aan kinderen geven en streven we naar het formeren van kleine groepen. Als school zijn we er verder trots op dat we de leegstaande lokalen een perfecte, aan het onderwijs gerelateerde, herbestemming hebben kunnen geven. Zo heeft het Centre Ceramique in onze school een “steunpunt bieb” voor de wijk De Heeg ingericht en bieden we in dezelfde ruimte onderdak aan de Speel-o-theek van Trajekt. Ook verhuren we lokalen aan MIK (Maatwerk in Kinderopvang: BSO Nielson) en Steps (peuterspeelzaal “De Wiekjes”). Er werken zo’n 10 personeelsleden aan onze school, parttimers en fulltimers, in leeftijd variërend van twintigers tot zestigers.
Carnaval op school
8
2. WAAR ONZE SCHOOL VOOR STAAT Basisschool De Schans: De school waarin iedereen wordt uitgedaagd om in een fijne sfeer samen boeiend te blijven leren. 2.1 Waar gaan wij bij ons onderwijs van uit ? Onze kijk op opvoeding en onderwijs hebben we formeel vastgelegd in onze missie en visie, die u ook terug kunt vinden in ons “schoolondernemingsplan 2011-2015”. In onze missie staat dat Basisschool De Schans een Katholieke basisschool is, die openstaat voor ouders en kinderen van allerlei gezindtes. Een school waarin iedereen wordt uitgedaagd om in een fijne en rustige sfeer samen boeiend te blijven leren. Veiligheid, structuur, orde, regelmaat en respect voor elkaar zijn voor ons sleutelbegrippen. Wij vinden het belangrijk dat de leerlingen veel leren en zich op alle gebieden maximaal ontwikkelen. Daarom blijven leerkrachten en leerlingen zich voortdurend ontwikkelen, leren ze van en met elkaar, gebruikmakend van elkaars kwaliteiten en competenties én rekening houdend met en ruimtegevend aan het anders zijn van elkaar. Bij dit alles zien we ouders als belangrijke partners. In de visie van de school wordt geformuleerd dat Basisschool De Schans een school wil zijn waarin het goed toeven is, in een vertrouwde veilige omgeving met duidelijke regels en afspraken en waar we veel verwachten van leerlingen, op welk gebied dan ook. We willen dat kinderen veel leren en met plezier naar school gaan. En met dat leren bedoelen we naast het leren lezen, schrijven, spellen, rekenen en wereldoriëntatie ook het leren omgaan met elkaar, de wijze van communiceren, het kunnen samenwerken en voor zichzelf opkomen. We streven binnen onze jaargroepen naar een eigentijds leerstofaanbod dat voldoet aan de kerndoelen op cognitief, sociaal-emotioneel en cultureelmaatschappelijk gebied. Daarbij proberen we zoveel mogelijk aan te sluiten bij de behoeftes en interesses van onze leerlingen. De basisvakken taal,lezen,rekenen zien wij als voorwaarde tot echt schoolsucces en staan centraal. Wat wij voor ogen hebben is leerling-activerend onderwijs, waarbij zelfstandigheid, het nemen van eigen verantwoordelijkheid, samenwerking en adaptief onderwijs sleutelbegrippen zijn. Een zo optimaal mogelijk gebruik van ICT-middelen zien we daarbij als een voorwaarde. Creatieve en kunstzinnige vorming en het actief bezig zijn met sport vinden wij eveneens belangrijk. Soms gaat dat leren vanzelf, soms moet er een handje geholpen worden. Hoofdzaak is dat kinderen weten en voelen dat ze meetellen en serieus worden genomen. Als het gaat om het werken aan en het volgen van de ontwikkeling van kinderen zijn ouders een belangrijke partner in gesprekken en in aanpak. Leerkrachten ontwikkelen zich bij dit alles in een professionele cultuur.
2.2 Ons pedagogisch klimaat: veilige school en aanpak pesten, volgen sociaal-emotionele ontwikkeling en schoolregels Veilige school Op onze school streven we naar een veilig pedagogisch klimaat voor leerlingen en volwassenen. Naast fysieke veiligheid – heel belangrijk – gaat het ook om sociale veiligheid. Pas dan kan een mens tot ontwikkeling komen. We zorgen ervoor dat iedereen zichzelf kan zijn, we praten met elkaar, we helpen elkaar om te gaan met problemen en luisteren naar elkaar. Door kinderen te leren dat respect hebben voor elkaar ook betekent, dat je rekening houdt met anderen en dat je mensen respecteert zoals ze zijn, willen we bereiken dat kinderen zich veilig voelen op onze school. Tegen pesten treden we onmiddellijk op. Onze school heeft omgangsregels voor zowel kinderen als volwassenen die afgeleid zijn van de gedragscode van MosaLira. Onze school onderschrijft het “convenant veilige school”, dat in oktober 2009 door MosaLira is ondertekend. MosaLira heeft ervoor gekozen om een veiligheidsplan op bestuursniveau te formuleren en dit plan vervolgens, waar nodig geacht door de directeur van de school, te laten specificeren voor de individuele scholen in schoolveiligheidsplannen.
9
Pesten gebeurt helaas overal. Het is daarom zaak dat dit een blijvend aandachtspunt is. Wij: kinderen, ouders en team van de Schans staan voor een duidelijk en helder beleid waar alle betrokkenen op kunnen terugvallen in voorkomende gevallen. Natuurlijk is het beter om het pesten te voorkomen door het scheppen van een goed pedagogisch klimaat en daar gaat dan ook in eerste instantie de aandacht naar uit. De leerkrachten bevorderen deze ontwikkeling door het scheppen van een veilig klimaat in een prettige werksfeer in de klas en op het schoolplein. Alle betrokkenen dienen met respect met elkaar om te gaan. We besteden middels een methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling dan ook structureel aandacht aan de sociale talenten van kinderen. Het gaat dan om lessen over herkenbare situaties voor kinderen, over dagelijkse gebeurtenissen in het omgaan met elkaar. We hanteren bij die lessen inspirerende werkvormen met veel afwisseling: gesprekken, drama, (voor)lezen, creatief schrijven en tekenen. We volgen de sociaal-emotionele ontwikkeling van alle kinderen ook middels het instrument SCOL: Sociale Competentie Observatielijst. De groepsleerkracht en de leerling vullen tweemaal per jaar een gedragsobservatielijst in. De uitkomsten worden met elkaar vergeleken en besproken met kind en ouders/verzorgers en waar nodig wordt er planmatig aan verbeteringen gewerkt. Ons pedagogisch uitgangspunt is dat onze leerlingen met elkaar moeten leren omgaan en dat zij daarbij behoefte hebben aan duidelijke regels en afspraken voor iedereen. Dat proces verloopt meestal vanzelf goed, maar het kan ook voorkomen dat een kind in een enkel geval door andere kinderen wordt gepest. Dan kan een kind zodanig in de knoop komen met zijn schoolomgeving, dat de ongeschreven regels van de leerkracht niet meer voldoende de veiligheid bieden en daarmee de gewenste ontwikkeling onderbreken. In een dergelijk geval is het van groot belang dat de leerkracht onder ogen ziet, dat er een ernstig probleem in zijn of haar groep is. In een klimaat waarin het pesten gedoogd wordt, worden ook de pedagogische structuur en de veiligheid daarin ernstig aangetast. Voor een basisschool is dat een niet te accepteren en ongewenste situatie. Vandaar dat we in een Pestprotocol hebben beschreven hoe we het pestgedrag van kinderen in voorkomende gevallen aanpakken. Algemene schoolregels groeien vaak vanuit de praktijk, moeten soms aangescherpt of afgezwakt worden, maar ze dienen vooral zinvol te zijn. Hier volgen onze 10 gouden regels: 1. We komen op een rustige manier naar binnen en gedragen ons rustig in het gebouw. 2. We fietsen niet op het schoolplein. 3. We doen wat de juf, meester of andere volwassenen die op school helpen van ons vragen. 4. We blijven van elkaar en elkaars spullen af. 5. We gaan netjes en voorzichtig om met alle spullen en gebruiken ze waar ze voor dienen. 6. We pesten niet. 7. We vragen een leerkracht erbij als er ruzie is. 8. We lachen elkaar niet uit. 9. Wij noemen elkaar bij onze naam. 10.Wij zijn eerlijk tegen elkaar
Behalve algemene schoolregels zijn er ook regels per groep, bijv. met betrekking tot naar het toilet gaan of over het praten in de klas. Vanaf groep 1 raken de kinderen langzaam vertrouwd met deze regeltjes. Ze zijn nodig om het onderwijs ordelijk te laten verlopen en een schoolklimaat te creëren, dat kinderen en volwassenen aanspreekt.
10
3 DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 3.1 De organisatie van de school Onze school werkt niet vanuit een specifieke theoretische achtergrond, zoals bijvoorbeeld bij een Jenaplanschool of een Vrije School. We proberen onze leerlingen zoveel mogelijk op hun eigen instructie- en verwerkingsniveau aan te spreken middels het effectieve instructiemodel en de daaraan gekoppelde verlengde instructie. Voor de actuele situatie van de groepsindeling (namen van leraren gekoppeld aan groepen)verwijzen we naar onze jaarlijkse informatiekalender. De groepen worden onderverdeeld in twee bouwen: . de onderbouw groepen 1 t/m 4 . de bovenbouw groepen 5 t/m 8. Wij kiezen bij voldoende lokalen voor het verkleinen van de groepen én voor het toewijzen van bepaalde taken aan leraren. Ook bekijken we ieder jaar weer of de inzet van onderwijsassistenten en/of RT-ers tot de mogelijkheden behoort.
3.2 Schooltijden, pauzes, lestijden, verdeling onderwijstijd - Schooltijden, pauzes Voor alle groepen: · ’s morgens van · ’s middags van · ’s woensdags van
08:30 – 12:00 uur; 13:00 – 15:00 uur; 08:30 - 12:30 uur .
De groepen 1 t/m 4 hebben op vrijdagmiddag vrij. ’s Morgens is er voor alle groepen een kwartier pauze gepland. Voor de groepen 3 t/m 8 is dit van 10.15u-10.30u. Bij de kleuters is dit gekoppeld aan het vrije spel ’s ochtends. De leerlingen mogen vanaf 8.15 uur en 12:45 uur op het schoolplein. Vanaf die tijdstippen is er ook toezicht. Gezien de tijd die het kost, is afgesproken dat de ouders/ verzorgers vanaf groep 4 hun kinderen begeleiden tot op het schoolplein en dus niet mee naar binnen gaan. Ook vragen we de ouders/ verzorgers het schoolplein niet eerder dan 5 minuten voor het einde van de schooltijd op te lopen. Te laat komen is hinderlijk, met name voor uw eigen kind, en stoort de les. We vragen dus uw aandacht voor dit praktische puntje.
- Lestijden Leerlingen dienen in 8 leerjaren 7520 lesuren te krijgen wat neerkomt op een gemiddelde van 940 u. per jaar. In onze school is het zo geregeld dat leerlingen in de eerste vier leerjaren (groep 1 t/m 4) minstens 3520 uren les krijgen en in de laatste vier leerjaren (groep 5 t/m 8) minstens 4000 uren. Het aantal lesuren per week voor groep 1 t/m 4 is 24 uur. Het aantal lesuren per week voor groep 5 t/m 8 is 26 uur. Voor alle groepen geldt dat een lesdag niet langer dan 5½ lesuur mag duren.
11
- Verdeling onderwijstijd De verdeling van de beschikbare onderwijstijd over de verschillende leer- en vormingsgebieden is gedetailleerd omschreven. Voor de verschillende onderdelen in de groepen 3 t/m 8 is aangegeven hoeveel tijd er wekelijks aan moet worden besteed. Daarnaast is er per groep een lesrooster opgenomen waarin wordt aangegeven op welk tijdstip in de schoolweek bepaalde onderdelen aan bod komen.
Rekenen Aanv. Lezen Voortgezet Technisch Lezen (Avi-)lezen Begrijpend lezen Spelling Taal Schrijven Engels Aardrijkskunde Natuur en Techniek Geschiedenis Verkeer Informatieverwerking Zelfstandig werken Gymnastiek SEO Tekenen/ Handenarbeid Muziek Pauze
Gr. 3
Gr. 4
Gr. 5
Gr. 6
Gr. 7
Gr. 8
5,00 7,25
5,00
5,00
5,00
5,00
5,00
1,00
1,00
1,00
1,00
1,00
2,50
2,00 1,50 1,25 3.50 2,00
1,50 1,50 1,25 3,50 1,00
1,50 1,50 1,25 3,50 0.50
0,50
0,50 0,50
1,50 (3x 0,50) 1,50 0,50 1,50
1,50 (3 x 0,50) 1,50 0,50 1,50
0.75 1,00 0.75 0,50 0.75 2,50 (5 x 0,50) 1,50 0,50 1,25
1,00 1,00 1,00 0,50 0,75 2,50 (5 x 0,50) 1,50 0,50 1,25
2.00 1,25 3,50 0,50 0,50 1,00 1,00 1,00 0,75 1.00 2,50 (5 x 0,50) 1,50 0,50 1,25
2.00 1,50 3,50 0,50 0,50 1,00 1,00 1,00 0,50 1.00 2,50 (5 x 0,50) 1,50 0,50 1,25
0,50 1,25
0,50 1,25
0,50 1,25
0,50 1,25
0,50 1,25
0,50 1,25
24u.
24u.
26u.
26u.
26u.
26u.
2,00
Totaal 1,00 = 1 uur
0,50 = 30 minuten
0,25= 15 minuten
3.3 De samenstelling van het personeel Wie werken er allemaal in de school?
Het managementteam. Dit team bestaat uit de directeur en de interne begeleider. De directeur is belast met de algehele leiding van de school, de IB-er neemt met name de verantwoordelijkheid voor de leerlingenzorg voor haar rekening. De leraren We onderscheiden de volgende leraren: fulltime leraren en parttime leraren leraren met een extra taak, bijv. als bhv-er, leescoördinator, interne begeleider. schoolconciërge: houdt o.a. toezicht op het gebouw en speelplaats en staat bezoekers te woord. Stagiaires Jonge mensen die het vak van leerkracht of onderwijsassistent willen leren via hun opleiding aan de PABO of SPW zijn regelmatig bij ons te vinden.
12
3.4 De activiteiten voor kinderen. Voor elke groep is per leerjaar een bepaalde hoeveelheid leerstof vastgesteld. Deze leerstof wordt aangepast als de ontwikkelingen in het onderwijs daar aanleiding toe geven. Aan het begin van het schooljaar ontvangen ouders tijdens de zogenoemde kennismakings-/informatieavond meer informatie over de leerstof van het betreffende schooljaar.
Activiteiten in de kleutergroepen. Jongste en oudste kleuters zitten op De Schans vaker samen in een groep. Dat betekent dus dat kinderen van verschillende leeftijden in de eerste schooljaren met elkaar spelen, leren en werken. Kinderen zijn het ene jaar jongste en een ander jaar oudste kleuter in hun groep en leren zo om te gaan met verschillen tussen kinderen (bijv. in aanleg, interesse en mogelijkheden) en nog belangrijker: ze leren veel van elkaar. In onze kleutergroepen wordt gewerkt volgens de aanpak van “Speelplezier”. Binnen deze aanpak is er veel aandacht voor de taalontwikkeling van kinderen, voor voorbereidend rekenen, schrijven en lezen. Het spel loopt daarbij als een rode draad door het dagprogramma. Er is sprake van: een speel/ leeromgeving met vaste hoeken. Hierbij moet u bijvoorbeeld denken aan een atelier, bouwconstructiehoek en lees-, schrijf-, huis- en kwebbelhoek. er wordt gebruik gemaakt van werkkaarten en speelplannen tijdens het spelen/ werken; er wordt gewerkt met picto’s en woordvelden. Leerde het kind voorheen vooral door nadoen en minder door zelf op zoek te gaan naar oplossingen voor eigen werkprobleempjes, bij de aanpak volgens “Speelplezier” gaat het meer om het proces en niet zozeer om het product. Uw kind wordt door de leerkracht dus uitgedaagd om zelf na te denken en met eigen oplossingen te komen. Elk kind mag dat doen op zijn eigen niveau. De taak van de juf is om het kind dat er aan toe is, een stapje verder te helpen naar een volgend niveau. Onderzoek heeft aangetoond dat kinderen door middel van zelf ervaren en ontdekken meer leren. Vandaar o.a. de keuze om in de kleuterbouw op deze manier te gaan werken. Ook het spreken vormt een belangrijk onderdeel van de nieuwe manier van werken. Bij alle activiteiten worden kinderen uitgedaagd tot praten. Je zou verwachten dat het praten vooral gebeurt tijdens de praat -luisteractiviteiten in de kring en minder met een werkje aan de tafel. Bij de nieuwe manier van werken is dit absoluut niet het geval. Ook tijdens het werken worden kinderen voortdurend uitgenodigd om te praten over wat ze doen en hoe ze het doen. De begeleiding van de juf tijdens het werken bestaat dan ook vooral uit het stellen van de juiste vragen. Vragen die de kinderen aanzetten tot nadenken en praten. De in ons gebouw gehuisveste Peuterspeelzaal “De Wiekjes” werkt ook met het concept Speelplezier. Voor leerlingen die vanuit deze peuterspeelzaal instromen in onze basisschool is er dan ook sprake van een echt herkenbare doorgaande lijn in manier van werken en spelen. Onze schoolvakken in groep 3 t/m 8 Vooraf Basisschool De Schans vindt het belangrijk te werken aan de totale ontwikkeling van het kind. Taal, lezen en rekenen zijn de belangrijkste vakken. Het zijn de vaardigheden die de basis voor elke ander ontwikkeling vormen. Wij leggen dan ook veel nadruk op deze basisvakken en besteden er veel tijd aan. Echter ook wereldverkennende vakken vormen stevige ingrediënten in ons onderwijsaanbod. In de bovenbouw is er verder aandacht voor Engels en Studievaardigheden. Naast de aandacht voor al deze genoemde “leervakken” vinden wij het belangrijk tijd en energie te steken in het verzorgen van lessen m.b.t. de sociaal-emotionele ontwikkeling en de creatieve vakken. Bewegingsonderwijs staat bij onze school hoog in het vaandel: De Schans is een sportactieve school.
13
Lezen In onze school beginnen de meeste leerlingen met leren lezen in groep 3. In enkele maanden tijd leren de kinderen lezen. Vanaf groep 4 krijgen de kinderen ook te maken met het begrijpen en bestuderen van teksten. Dat wordt in de hogere groepen een steeds belangrijker leesonderdeel. Lezen doe je ook voor je plezier. Dat stimuleren we natuurlijk bij de kinderen. We doen dus aan leesbevordering. Vandaar dat de kinderen geregeld naar het in onze school gelegen Steunpunt van de Maastrichtse Stadsbieb mogen gaan. We zijn blij met deze uitgebreide bibliotheek in huis. We hebben namelijk niet alleen zeer veel boeken, maar ons boekenbestand is ook nog eens zeer eigentijds. Taal Natuurlijk is schrijven zonder fouten belangrijk. We besteden vanaf groep 3 dan ook voldoende aandacht aan de spelling van onze taal. Veel belangrijker is echter het goed onder woorden kunnen brengen van je mening, gedachten of gevoelens. En dat kan zowel mondeling als schriftelijk. Goed kunnen luisteren is een kunst. Wat bedoelt de ander en hoe antwoord ik daarop? Ons taalaanbod is heel breed. In het schooljaar 2011-2012 zijn we gestart met de nieuwe taalmethode “Taal in Beeld”. Sinds het schooljaar 2009-2010 besteden we bovendien extra aandacht aan woordenschatuitbreiding. Een goede woordenschat is van groot belang zowel bij taal als lezen. Woordkennis is een voorwaarde voor schoolsucces. Leerlingen met onvoldoende woordenschat kunnen niet alleen de lessen niet goed volgen; zij leren ook minder snel nieuwe woorden en begrippen bij. Als je als leerkracht de resultaten van je klas wilt verbeteren, zul je op zoek moeten naar nieuwe manieren om met woorden in de weer te gaan.
Rekenen Vroeger moest je vooral foutloos kunnen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Nu wordt de kinderen daarnaast vooral ook geleerd hoe ze problemen kunnen oplossen. Er wordt meer gewerkt aan het ontwikkelen van hun inzicht. Het optellen enz. is een middel geworden en geen doel. In groep 3 starten we vooral met het aanleren van de hoofdbewerkingen (optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen) om vervolgens in de hogere jaargroepen daarnaast ook aandacht te schenken aan meten, tijd en geld, breuken, procenten, kommagetallen, verhoudingen en het cijferend rekenen. Daar we in het echte dagelijkse leven vooral rekenen in een bepaalde context, besteden we ook veel tijd en aandacht aan het uitrekenen van zogenaamde redactiesommen. In het schooljaar 2012-2013 zijn we gestart met de vernieuwde versie van de methode “Wereld in Getallen.” Schrijven Vloei, kroontjespen en inktpotje waren vroeger soms een kwelling voor veel kinderen. Je maakt makkelijk vlekken in je schrift en de sierletters waren vaak een ramp om te maken. Nu beginnen de kinderen in groep 3 met een stabilo te schrijven. Soms krijgen ze een hulpmiddeltje om hun potlood of pen goed vast te kunnen houden. We willen dat de kinderen duidelijk leesbaar leren schrijven. In de hogere groepen oefenen we ook andere vormen van schrijven zoals het sierschrift en het creatief schrijven. Er wordt ook aandacht besteed aan het temposchrijven. Wereldoriënterende vakken In groep 1 t/m 4 worden onderwerpen behandeld uit de leefwereld van het kind. Dat kan bijv. een project zijn over Wonen of over de Lente. Over die onderwerpen wordt samen verteld, getekend, of zelfs geschreven. We halen voorwerpen in de klas of gaan naar buiten. We kijken in boekjes of naar de tv. Voor de leergebieden aardrijkskunde, geschiedenis en natuur- en techniekonderwijs gebruiken we aparte methodieken. De kinderen kunnen ook zelfstandig informatie zoeken in informatieboekjes of op internet.
14
Verkeer We leren de kinderen ook verkeersgedrag. Kennis van de verkeersregels is belangrijk, maar nog belangrijker is het gedrag in het verkeer. In groep 7 doen de leerlingen het theoretisch en praktisch verkeersexamen. Leerlingen van groep 7 en 8 brigadieren samen met ouders. Engels “Spreken is zilver, zwijgen is goud “, is een spreekwoord dat niet geldt voor Engels op school. Er wordt veel gepraat bij dit vak. Ook het luisteren speelt een grote rol. Een succes is altijd: het zingen en vertalen van Engelse songs. Werken met computers Alle scholen onder het bestuur beschikken over een netwerk, dus ook onze school. In elke groep zijn minstens twee werkstations aangesloten op het netwerk, zodat Kennisnet voor de leerlingen en de leraren bereikbaar is, er gemaild kan worden en gebruik kan worden gemaakt van de programma’s die leerlingen kunnen helpen en ondersteunen bij het leren. In de hal staat een groot computereiland. Onze school beschikt ook over een eigen website (www.bsdeschans.nl) en heeft in alle groepen de beschikking over smartboards. Daarnaast wordt in de groepen 1 / 2 gebruik gemaakt van een hele nieuwe uitvinding: de smart-table. We mogen dus wel stellen dat we op ICT-gebied mee voorop rijden. Godsdienstonderwijs Mooie verhalen voorlezen uit een kinderbijbel voorzien van mooie tekeningen of in hogere groepen praten over verschillende godsdiensten. Allemaal activiteiten die kinderen in contact brengen met geloven, met name het katholieke geloof. Ook geeft de school haar medewerking aan activiteiten vanuit de parochie, zoals de communieviering in groep 4 en het vormsel in groep 8. Creatieve vakken Zo maar lekker liedjes zingen, geconcentreerd tekenen of een beeldje van klei maken. Soms in de klas, soms in de hal, soms met een vakleerkracht, vaak met de eigen leerkracht. We maken hierbij vooral ook gebruik van gastlessen door gastdocenten welke bijvoorbeeld o.a. door Kumulus worden verzorgd. Voor Muziek gebruiken we daarnaast de methode “Muziek moet je doen” Bewegingsonderwijs Het ontwikkelen van de zintuigen en motoriek vindt vooral plaats in de groepen1-2. De kleuter leert verschillen tussen zaken te zien of te horen en past dit later toe bij het leren lezen. Het trainen van de motoriek b.v. tijdens spelactiviteiten is van wezenlijk belang voor het leren schrijven. Het ontdekken van de ruimte dient mede ter voorbereiding op rekenen en wereldoriëntatie. Het zal dan ook niet verwonderlijk zijn dat in de kleutergroepen veel tijd wordt besteed aan zintuiglijke en lichamelijke vorming. De kleuters bewegen vooral in de speelzaal en op het speciaal voor de kleuters ingerichte deel van ons speelplein. Vanaf groep 3 komt het bewegingsonderwijs aan bod tijdens 2 gymlessen van 3 kwartier in de sporthal aan de Borghaag. Er wordt gewerkt met het vakwerkplan van de gemeente. Ook schrijven we gedurende het schooljaar in op tal van sportactiviteiten. Deze worden onder schooltijd door een vakleerkracht aan de kinderen gegeven. Tevens nemen we deel aan enkele sporttoernooien. Deze toernooien vinden meestal plaats op een woensdagmiddag op een sportlocatie in Maastricht. Daarnaast worden er op ons schoolplein regelmatig ook na schooltijd sportactiviteiten georganiseerd voor de hele wijk. Sociaal-Emotionele Ontwikkeling Naast aandacht voor de cognitieve ontwikkeling is het zeer belangrijk dat we als school samen met ouders werken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van ieder kind en van een groep als geheel. We hanteren daarvoor de methode “Kinderen en hun sociale talenten”.
Burgerschapsvorming Scholen in het basis– en voortgezet onderwijs zijn bij wet verplicht een bijdrage te leveren aan de integratie van leerlingen in de Nederlandse samenleving. Actief burgerschap en sociale integratie dienen deel uit te maken van het onderwijsaanbod.
15
Concreet dienen leerlingen in het kader van burgerschapsvorming: Sociale gedragsregels te leren door op een respectvolle manier samen te leven; Te leren mee te doen in school: mee te praten en mee te beslissen; Kennis op te doen van de principes van onze democratie en daar meningen over te vormen; Een eigen levensovertuiging te leren vormen om vanuit een eigen identiteit te kunnen deelnemen aan de samenleving; Kennis te verwerven van en ontmoetingen te hebben met stromingen en mensen met andere overtuigingen; Bewustzijn te ontwikkelen van de eigen sociale omgeving en daar zorg voor te ontwikkelen Te leren wat het betekent om Europees en wereldburger te zijn. Bewustzijn te ontwikkelen van de seksuele diversiteit binnen onze samenleving.
Methodieken Onze school heeft haar methodieken de afgelopen jaren geheel vernieuwd. We werken met eigentijdse lesmethodes, waarbij we hebben gekozen voor methodes waarbij veel interactie plaatsvindt tussen leerkracht en leerlingen en tussen leerlingen onderling en daarnaast ook veel aandacht is voor zelfstandig werken. We werken met het effectieve instructiemodel. Na het ophalen van voorkennis volgt de uitleg en begeleide inoefening. Vervolgens wordt er zelfstandig gewerkt. Kinderen die bij het inoefenen nog wat meer moeite hadden krijgen op dat moment extra hulp en aandacht van de leerkracht (verlengde instructie). Kinderen die juist sneller met hun werk klaar zijn krijgen verdiepingsstof aangereikt. Zo is er dus extra aandacht voor de leerlingen die iets meer aankunnen en de kinderen die wat meer moeite hebben met de basisstof.
We hanteren in onze school de volgende methodieken: Vakgebied Technisch lezen Voortgezet technisch lezen Begrijpend lezen Studievaardigheden
Rekenen Taal Spelling Schrijven Geschiedenis Aardrijkskunde Natuur en Techniek Verkeer Engels Muziek Soc.-emot. ontwikkeling
Methode Veilig Leren Lezen Avi-niveauleesboekjes Estafette Nieuwsbegrip (aanvullend: Goed Gelezen) Ajodact Informatieverwerking ZIP Blits Wereld in getallen Taal in Beeld Spelling in Beeld Pennenstreken Bij de tijd Een Wereld van Verschil Wijzer door de Natuur Wijzer door het verkeer The Team Muziek moet je doen! Kinderen en hun sociale talenten
16
Jaargroep Groep 3 Groep 4 t/m 8 Groep 4 t/m 8 Groep 5 t/m 8
Groep 3 t/m 8 Groep 4 t/m 8 Groep 4 t/m 8 Groep 1 t/m 8 Groep 4 t/m 8 Groep 4 t/m 8 Groep 3 t/m 8 Groep 5 t/m 8 Groep 7 en 8 Groep 1 t/m 8 Groep 1 t/m 8
Aandacht voor woordenschatonderwijs:Met woorden in de weer: de woordmuur Andere activiteiten Voorbeelden:
Culturele activiteiten:
* bezoek aan een toneel- of muziekvoorstelling * bezoek aan een museum
Activiteiten rondom natuuronderwijs:
* bezoek aan de kinderboerderij * bezoek aan het Natuurhistorisch Museum * bezoek aan een natuurgebied * de natuur binnen de school halen * TV-lessen Nieuws uit de Natuur
Schoolreisjes Sporttoernooien en jaarlijkse sportdag, deelname aan diverse activiteiten in de Nationale Sportweek
Deelname aan acties als bijv.:
* inzamelen kleding en schoeisel * Jantje Beton Loterij
Podiumvieringen:
* opening schooljaar * opening Kinderboekenweek * voorleeswedstrijd * kerstontbijt * carnaval * schoolverlateravond / musical * jaarafsluiting * krant in de klas * De leerlingen sluiten hun basisschooltijd af met een week vol activiteiten op bijvoorbeeld een kampeerboerderij
Projecten: schoolverlaterkamp:
Paaseieren zoeken in de buurt
17
3.5 Speciale voorzieningen in het schoolgebouw Onze lokalen liggen samen in één gebouw. De aula is het middelpunt van het gebouw. Rondom deze aula liggen de meeste lokalen. In de aula staat een podium, waar meerdere malen per jaar podiumvieringen worden gehouden door school en peuterspeelzaal. Ook is er ruimte in de hal om leerlingen te laten werken aan bijv. projecten, weektaken en om samen coöperatief bezig te zijn. Tevens hebben we in een gedeelte van de hal, aangrenzend aan de klaslokalen, een computereiland aangelegd. De aula wordt ook gebruikt voor algemene ouderavonden. In ons gebouw zijn bovendien kleine ruimtes die gebruikt worden om met groepjes kinderen te werken, kinderen te toetsen en die dienst doen als vergader- en/of werkruimte. Ook is er een apart IB-lokaal waarin veel toetsen, boeken en extra materialen staan om kinderen met o.a. lees-, spelling- en/of rekenproblemen te helpen. In het gebouw is ook een speelzaal aanwezig, waarin met name de jongste kinderen van de school en de kinderen van Peuterspeelzaal De Wiekjes veel vertoeven. De speelzaal wordt incidenteel door de overige groepen gebruikt, bijv. tijdens danslessen, weerbaarheidprojecten, activiteiten van BSO Nielson, etc. Steunpunt bibliotheek / speel-o-theek In een van de lokalen van onze school is een afdeling van de stadsbibliotheek en een speel-o-theek gevestigd. Uw kind kan hier kinder- en jeugdboeken en spellen lenen. Hieraan zijn geen kosten verbonden, behalve wanneer het boek zoek raakt, beschadigd wordt of als het te laat wordt ingeleverd. In het boek staat aangegeven wanneer het terug moet zijn. De kinderen van groep 3 tot en met 8 kunnen elke dag, in overleg met hun eigen leerkracht, de boeken ruilen. Voor de kleuters zijn afzonderlijke tijden omdat zij samen met de leerkracht boeken ruilen.
MIK/Steps De school verhuurt meerdere lokalen aan MIK (buitenschoolse opvang “Nielson”) en Steps (peuterspeelzaal “De Wiekjes”). Voor de leerlingen die naar de buitenschoolse opvang gaan is dat wel zo gemakkelijk. De leerlingen die doorstromen van PSZ De Wiekjes naar De Schans zijn al een beetje bekend met het gebouw en de sfeer en kennen het speel-/werkconcept Speelplezier al. Er vindt regelmatig overleg plaats tussen het team van De schans en leidsters van de Peuterspeelzaal en de BSO.
18
4 DE ZORG VOOR KINDEREN Algemeen: Wij vinden het belangrijk dat uw kind graag naar school komt en de kans krijgt om zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen. Om dit te bereiken worden tal van voorwaarden geschapen waarin uw kind zich veilig en vertrouwd kan voelen. 4.1 Toelating, verwijdering en schorsing van leerlingen - Kleuters die 4 jaar worden Ouder(s)/ verzorger(s) die hun kind op onze school willen plaatsen of die zich alleen maar aan het oriënteren zijn, kunnen een afspraak maken met de directeur. In een gesprek kan hij/zij uw vragen beantwoorden en informatie geven. Tevens is er gelegenheid om de school te bezichtigen. Wanneer kinderen vier jaar zijn kunnen ze tot de basisschool worden toegelaten. In de twee maanden gelegen tussen de leeftijd van 3 jaar 10 maanden en 4 jaar, mag een kind maximaal 5 dagen naar school komen. Deze regeling is bedoeld om kinderen alvast aan de nieuwe situatie te laten wennen, alvorens ze definitief tot school worden toegelaten. Afspraken hierover worden door de betreffende leerkracht gemaakt. Voor aanmelding vindt er altijd eerst een gesprek plaats tussen de directie en de ouder(s)/verzorger(s). Er dient bij aanmelding een aanmeldingsformulier te worden ingevuld dat door minstens één van de ouders/verzorgers dient te worden ondertekend. Schoolspecifiek is bepaald dat de ouders/verzorgers, een maand voordat het kind vier jaar wordt, een bericht ontvangen in welke groep het kind wordt geplaatst. Tevens ontvangen de ouders de definitieve instroomdatum. Bij het kiezen van de instroomdatum wordt rekening gehouden met enkele “wendagen”: het kind mag voor de definitieve inschrijving al een paar keer komen kijken in de nieuwe klas. Dit gebeurt in overleg met de nieuwe leerkracht van het kind. Er is binnen ons schoolgebouw veel aandacht voor de overgang tussen voorschoolse en schoolse periode: de overgang van peuterspeelzaal/kinderdagverblijf naar de basisschool. Er wordt in onze school gestreefd naar intensieve samenwerking met Peuterspeelzaal De Wiekjes. Basisschool De Schans gebruikt bij de kleuters dan ook dezelfde methodiek als bij de peuters. De doorgaande lijn van het concept speelplezier is dus voor peuter en ouders heel herkenbaar. - Aanmelden van leerlingen voor andere groepen Ook nu kan er een afspraak gemaakt worden met de directeur, kan er informatie worden uitgewisseld en is er wederom gelegenheid om de school te bezichtigen. Wanneer ouders/verzorgers hun kind(eren) van een andere school op onze school willen overplaatsen wordt er altijd contact opgenomen met de vorige school. Mocht een leerling van zijn "oude" school een advies voor overplaatsing naar een speciale school voor basisonderwijs hebben meegekregen, dan nemen wij deze leerling niet aan omdat wij als gewone basisschool niet die zorg kunnen bieden die dit kind nodig heeft. Indien een leerling wel bij ons kan worden geplaatst (ook afhankelijk van de klassengrootte) dan dient de oude school een bewijs van uitschrijving en een onderwijskundig rapport aan ons te laten toekomen. Ouders ontvangen van de “oude” school een afschrift van dit onderwijskundig rapport. Bij de overgang van onze school naar een andere school zijn vanzelfsprekend dezelfde voorwaarden van toepassing. De beslissing over schorsing en verwijdering van leerlingen ligt bij het bevoegd gezag, nadat de school en eventueel de ouders/verzorgers hierover zijn gehoord. Indien een leerling om welke reden dan ook niet meer toegelaten kan worden tot onze school kan het bevoegd gezag overgaan tot verwijdering van deze leerling. Het bevoegd gezag dient wel alles in het werk te stellen een andere school bereid te vinden deze leerling op te nemen. Indien dit ondanks alle inspanningen niet lukt is het bevoegd gezag gerechtigd na 8 weken deze leerling toch van school te verwijderen. De regeling “Toelating, schorsing en verwijdering” ligt ter inzage op school.
19
- Wat meer schoolspecifieke regels bij aanname
Denominatie Onze school is een katholieke school, die al jaren een open toelatingsbeleid voert d.w.z. dat ook kinderen met een andere geloofsovertuiging welkom zijn, waarbij wel verwacht wordt dat ouders de grondslag van de school respecteren.
Kleding Er is de laatste jaren veel gepraat en geschreven over kledingvoorschriften in scholen. In 2003 kwam de minister van onderwijs zelfs met een schrijven, namelijk “Leidraad kleding op scholen”. Hiermee rekening houdend hebben we binnen onze school de volgende afspraken gemaakt: Kledingvoorschriften die niets met vrijheid van godsdienst of meningsuiting te maken hebben. - Het dragen van “bad- en strandkleding” is niet toegestaan. Een bekend voorbeeld hiervan is het naveltruitje. - In school worden geen baseballpetjes, caps en meer van dergelijke hoofddeksels gedragen. - Bij gymlessen dragen de leerlingen een T-shirt met korte of lange broek, dus geen turn en/ of balletpakjes. Uit het oogpunt van veiligheid mogen er geen armbandjes, horloges, oorbelletjes e.d. worden gedragen. Het gebruik van turnschoentjes wordt afgeraden, omdat de zool onvoldoende houvast biedt op de vloer van de hal. In de sporthal zijn sportschoenen met een zwarte zool verboden.
Kledingvoorschriften die met vrijheid van godsdienst te maken hebben. Voor zover het geloofsuitdrukking betreft, respecteren we het dragen van bepaalde kleding als het dragen van een hoofddoekje, mits de hygiëne en veiligheid niet in gevaar komen. Het dragen van een hoofddoekje, kruisje om de hals, sieraden e.d. tijdens een bewegingsles is dus om veiligheidsredenen niet toegestaan. Verder dienen de leerlingen zo gekleed te zijn dat een goede communicatie, m.n. de pedagogische niet wordt verhinderd. We denken dan aan bepaalde vormen van Islamitische kleding op basis van geloofsovertuiging. Kledingvoorschriften die te maken hebben met vrijheid van meningsuiting. Het zal bij kinderen tussen 4 en 12 jaar niet gauw voorkomen dat ze met hun kleding laten zien zich te willen identificeren met bepaalde politieke ideeën. We gaan ervan uit dat dit binnen onze schoolmuren niet van toepassing hoeft te zijn. Handhaving kledingvoorschriften Als er problemen zijn bij het naleven van deze kledingvoorschriften zullen we contact opnemen met de ouders en in overleg proberen tot een oplossing te komen. Als het niet lukt een oplossing te vinden, kan een schorsing als maatregel worden gehanteerd. Het spreekt vanzelf dat goed communiceren een veel betere oplossing is…
- Schorsing en verwijdering van leerlingen. Voor eventuele schorsing en verwijdering van leerlingen verwijzen we naar de notitie “Aanname –en verwijderingbeleid” zoals die door het Samenwerkingsverband voor de scholen in onze regio is vastgesteld en naar de INFO van april 2003 van de Bond Katholiek Primair Onderwijs. In die notities wordt vooral verwezen naar artikelen van de Wet op het Primair Onderwijs en hoe die artikelen geïnterpreteerd dienen te worden. We maken onderscheid tussen verwijdering als ordemaatregel en verwijdering/ advisering naar een sbo-school. Voor verwijdering als ordemaatregel is een wettelijk vastgestelde procedure. Er moet sprake zijn van ernstig wangedrag en een onherstelbaar verstoorde relatie tussen leerling en school en/of ouder en school. Voor verwijdering/ advisering naar een speciale school voor basisonderwijs geldt nog steeds dat deze alleen kan plaats vinden met toestemming van de ouders.
20
Over schorsing van leerlingen is in de Wet op het Primair Onderwijs niets geregeld, maar behoort wel tot de verantwoordelijkheid van het bestuur. Er is wel een aantal richtlijnen opgesteld die scholen kunnen helpen zorgvuldig te werk te gaan.: een schorsing is altijd voor een beperkte periode, nooit voor onbepaalde tijd. Schorsing vindt meestal plaats na overleg met de leerling, de ouders en de leraar. Het besluit tot schorsing wordt mondeling én schriftelijk meegedeeld aan de ouders. Bijv. door middel van huiswerk probeert de school te voorkomen dat de leerling een achterstand oploopt. Het schoolbestuur brengt de inspectie en de leerplichtambtenaar op de hoogte.
4.2 De zorg voor het jonge kind De basis voor schoolsucces wordt gelegd in de onderbouw. Daarom kiezen wij als school, indien mogelijk, voor kleine groepen in de onderbouw ( 1 t/m 4). Dit is uiteraard afhankelijk van formatieruimte en beschikbare lokalen. We streven voortdurend naar: het verlagen van de groepsgrootte en het verhogen van de eigen deskundigheid van de groepsleraar. Naast groepsverkleining is het geven van specifieke taken aan leraren een andere kwaliteitsimpuls. Zo is er een IB’er (=Interne Begeleider) voor de groepen 1 t/m 8. Op bepaalde tijden van de week is de IB-er van lesgeven vrijgeroosterd om haar taak goed te kunnen uitvoeren.
4.3 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in school - Tijdens het werk van alledag door de groepsleerkracht In de kleutergroepen maken de leerkrachten gebruik van het volgmodel van de methode Speelplezier voor het aanbod aan én de ontwikkeling van onze kleuters. Hierin wordt aangegeven wanneer een leerling op een bepaald onderdeel naar een volgend niveau kan. Naast deze notities volgt de leerkracht de ontwikkeling per kind in het kinderontwikkelboek, een soort portfolio met anekdotes, foto’s van activiteiten en producten, tekeningen, schrijfsels van het kind en notities van de leerkracht over wat het kind doet en zegt tijdens een activiteit. In de andere groepen observeren de leerkrachten behalve het gedrag ook de vorderingen bij lezen, taal, schrijven, rekenen en wereldverkenning door middel van toetsen, die ofwel bij de methode behoren, door de school zelf zijn samengesteld of behoren tot de methode onafhankelijke toetsen van met name het Cito.
- Gedurende het schooljaar door de IB-er (Intern Begeleider) en middels Cito-toetsen. Behalve door de groepsleerkracht wordt de ontwikkeling van het kind ook gevolgd door de IB’er en maken we gebruik van de methode-onafhankelijke toetsen van Cito. Deze toetsen van het “Centraal Instituut voor Toets Ontwikkeling” zijn landelijk genormeerde toetsen die tweemaal per jaar op vaste tijdstippen worden afgenomen. We kunnen door afname en verwerking van deze toetsen de ontwikkeling van de kinderen goed in kaart brengen en daarnaast elk kind op de diverse onderdelen vergelijken met het landelijk gemiddelde. Uiteraard ontstaat zo ook een totaalbeeld van onze school wat we met het landelijk gemiddelde kunnen vergelijken. De resultaten van de Cito toetsen worden vermeld op het rapport van uw kind. De niveau indeling is vastgesteld door de samenstellers van Cito en alle scholen die de Cito-toetsen gebruiken beoordelen deze op dezelfde manier. Cito onderscheidt de volgende niveaus: Niveau I : goed tot zeer goed Niveau II : ruim voldoende tot goed Niveau III : matig tot ruim voldoende Niveau IV : zwak tot matig Niveau V : zeer zwak tot zwak
21
We gebruiken de toetsen “Taal voor Kleuters” en “Rekenen” van het Cito. Daarnaast gebruiken we enkele toetsen behorend bij het dyslexieprotocol die de leesvoorwaarden en beginnende geletterdheid toetsen. Vanaf groep 3 worden de schoolvorderingen op het gebied van technisch en begrijpend lezen, spellen, woordenschat en rekenen regelmatig getoetst met Cito-toetsen. De resultaten van deze toetsen worden opgeslagen in de computer in het digitale Cito LOVS. Aan het eind van groep 7 worden de leerlingen getoetst op hun schoolvorderingen op het gebied van taal, rekenen, begrijpend lezen en informatieverwerking middels de Cito Entreetoets. De Eindtoets in groep 8 geeft informatie over de leercapaciteiten van de leerlingen in verband met de overgang naar het voortgezet onderwijs. Na iedere toetsperiode volgt een leerlingbespreking, de zogenaamde VoortgangsControleBespreking. Gekeken wordt naar de voortgang van de ontwikkeling van de leerlingen. Daar we voor iedere leerling passend onderwijs willen realiseren spreekt het voor zich dat we kijken naar en proberen tegemoet te komen aan zowel de snellere als tragere ontwikkeling van een kind. Dan wordt besproken voor welke leerlingen een handelingsplan of plan van aanpak moet worden opgesteld. Ouders worden hierbij betrokken. Na een aantal weken wordt gekeken of het plan resultaat heeft gehad. Soms blijkt deskundiger hulp noodzakelijk en doen we, met toestemming van ouders, een beroep op medewerkers van een schoolbegeleidingsdienst, een deskundige uit het SBO en/of wordt de leerling besproken in ons Zorgteam, waarin o.a. ook de logopedist, schoolarts en schoolmaatschappelijk werker zitting hebben.
- Verslag van de vorderingen door de groepsleerkracht Driemaal per jaar ontvangen de kinderen van groep 3 t/m 8 een verslag over hun vorderingen, het zogenaamde rapport. De rapporten worden uitgereikt in november, maart en in de laatste week van het schooljaar. Aan de hand van de eerste twee rapporten vinden er oudergesprekken plaats. Mochten de laatste rapportresultaten (laatste schoolweek) aanleiding geven tot een gesprek, dan neemt de leerkracht contact op met de ouders. Er worden geen cijfers gegeven, maar er wordt gewerkt met de begrippen: goed, ruim voldoende, voldoende en onvoldoende. Voor de ouders van de kinderen in groep 1 en 2 worden in de maanden november, maart en juni ook oudergesprekken gehouden. Een hulpmiddel daarbij zijn de observatielijst, het volgmodel en de groeiwijzer van uw kind. Het spreekt vanzelf dat ouders en leerkrachten elkaar buiten deze vaste tijdstippen vaker kunnen spreken, als zij dat nodig achten.
- Andere gegevens van de leerlingen Van iedere leerling wordt een leerlingendossier bijgehouden. Daarin worden gegevens opgenomen over het gezin, de leerlingbesprekingen, gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen en toets- en rapportgegevens van de verschillende jaren. - Onderwijskundig rapport Alle leerlingen die onze school verlaten krijgen een onderwijskundig rapport, dat wordt meegegeven voor of toegezonden aan de vervolgschool. Dit rapport, waarvan de ouders een kopie ontvangen, gaat vergezeld met een bewijs van uitschrijving.
22
4.4 Passend Onderwijs Vanaf 1 augustus 2014 is de Wet Passend Onderwijs van kracht. Schoolbesturen krijgen de zorgplicht voor alle leerlingen uit hun regio. Ouders melden hun kind aan bij de school van hun keuze en de school heeft de taak om het kind een passende onderwijsplek te bieden of met de ouders een passende plek te zoeken. Uitgangspunt daarbij is: Alle kinderen krijgen zo ‘passend mogelijk’ onderwijs, waarbij wordt gekeken naar de onderwijsbehoeften en talenten van de leerlingen. Kinderen gaan naar reguliere basisscholen en hebben een onderwijsplek nabij huis, tenzij speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs noodzakelijk is. Alle kinderen verdienen een plek in het onderwijs: geen thuiszitters. Hoe wordt dit georganiseerd? De school heeft de taak om een passende onderwijsplek te bieden. Op de eigen school of, als de leerling daar beter op zijn plaats is, op een andere school in het reguliere onderwijs of het (voortgezet) speciaal onderwijs. Iedere school heeft een ondersteuningsprofiel opgesteld. Dit profiel is bedoeld om aan te geven welke ondersteuning een school kan bieden. De school van aanmelding bekijkt of ze het kind een passende plek kan bieden. Kan de school uw kind niet toelaten, dan biedt ze binnen 6 weken een plek aan op een andere school waar het kind wel geplaatst kan worden. De school mag deze termijn 1 keer met maximaal 4 weken verlengen. Daarom is het van belang dat u uw kind minimaal 10 weken van te voren inschrijft bij de nieuwe school, zeker als het een verhuizing betreft. Voor onze school en schoolbestuur wordt gewerkt vanuit het Samenwerkingsverband (SWV) Passend Primair Onderwijs Maastricht en Heuvelland. In het SWV werken schoolbesturen samen met basisscholen in de regio, scholen voor speciaal basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs. Afstemming en samenwerking met jeugdhulp, peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en het voortgezet onderwijs worden hierbij meegenomen. Door deze wijziging verdwijnt het eerdere systeem van toekenning van (extra) zorg. Het rugzakje verdwijnt en er is een andere manier van verwijzen naar het speciaal onderwijs. Wat betekent dit voor kinderen met ondersteuningsbehoeften en voor kinderen die een rugzak hadden? Passend Onderwijs kijkt vooral naar de mogelijkheden van leerlingen en wat er nodig is om het onderwijs te geven dat daarbij past. Dat kan met extra ondersteuning in de klas of het inrichten van nieuwe voorzieningen, maar kan ook in het speciaal onderwijs plaatsvinden. Onderwijs op maat is nodig om elke leerling tot zijn recht te laten komen. Passend Onderwijs biedt deze ruimte. In het schoolondersteuningsprofiel stelt iedere school vast welke extra ondersteuning de school kan bieden, aanvullend op de basisondersteuning die alle scholen in het samenwerkingsverband bieden. In principe krijgt uw kind de extra onderwijsondersteuning die het nodig heeft onder verantwoordelijkheid van de eigen school. Voor de ouders is de leerkracht en de IB-er op school het eerste aanspreekpunt. Samen met u volgen zij de ontwikkeling van uw kind, en wanneer zich veranderingen voordoen, bespreekt u dit altijd eerst met hen. Pas als de school niet in staat is uw kind aan ondersteuning te bieden wat hij/zij nodig heeft, wordt gekeken naar opties buiten de school. In dat geval vindt allereerst een gesprek plaats met de ouders, waarbij gezamenlijk de mogelijkheden worden besproken. In sommige gevallen zal een andere persoon aansluiten om mee te kijken en een besluit te nemen. Deze zal de ouders begeleiden in het plaatsingstraject. Hoe dit traject in zijn werk gaat, kunt U bij de school opvragen. Ontwikkelingsperspectief Scholen zijn verplicht een ontwikkelingsperspectief op te stellen, wanneer kinderen de einddoelen van de basisschool niet halen. In een ontwikkelingsperspectief staat beschreven wat de verwachte uitstroombestemming van de leerling is en de onderbouwing daarvan. In het ontwikkelingsperspectief voor leerlingen in het basisonderwijs wordt ook beschreven welke ondersteuning en begeleiding de leerling nodig heeft en hoe die wordt aangeboden. Het ontwikkelingsperspectief wordt door de leerkracht en de Intern Begeleider opgesteld. Een belangrijke rol is ook weggelegd voor u als ouders/verzorgers: u kunt de school van informatie voorzien over de situatie thuis of eerdere begeleiding op een andere school. Het ontwikkelingsperspectief wordt in overleg met de ouders vastgesteld. Ook daarna wordt er regelmatig (tenminste jaarlijks) overleg gevoerd met ouders en de leerling. Als daar aanleiding voor is wordt het ontwikkelingsperspectief bijgesteld. Voor verdere informatie kunt u contact opnemen met de IB-er van school.
23
Het samenwerkingsverband Maastricht en Heuvelland heeft een website waarop u specifieke informatie kunt vinden: www.swvpomaastrichtheuvelland.nl. Algemene informatie over Passend Onderwijs kunt u vinden op een speciale site van het ministerie van Onderwijs: www.passendonderwijs.nl. en op www.steunpuntpassendonderwijs.nl, een site speciaal voor ouders.
4.5 Het ondersteuningsprofiel Het ondersteuningsprofiel is opgesteld in het kader van “Passend Onderwijs”. Scholen dienen een ondersteuningsprofiel op te stellen, waarin is opgenomen welke basis- en gespecialiseerde zorg de school kan bieden. In het ondersteuningsprofiel geven wij een beschrijving van wat wij op dit moment doen om kinderen met speciale onderwijsbehoeften op te vangen. Daarnaast richten wij ons op de toekomst en stellen ons de volgende vragen: Hoe kunnen wij omgaan met leerlingen met speciale onderwijsvragen en onder welke voorwaarden? Wat doen wij nu al goed en willen wij blijven doen? Wat kunnen wij absoluut niet, nu niet en in de toekomst niet? Welke nieuwe ontwikkelingen kunnen we inzetten? Welke nieuwe expertise kunnen wij ontwikkelen en welke hulp is daarbij nodig? Binnen welke kaders blijven wij bij de aanmelding van (zorg)leerlingen? Personele mogelijkheden Personele (on)mogelijkheden bepalen voor een groot deel hoe wij kinderen tegemoet kunnen komen in hun onderwijsbehoeften. De personele formatie hangt o.a. af van het aantal leerlingen, extra middelen en extra (onvoorziene) kosten. Op basisschool de Schans kiezen wij er bewust voor om zo veel als mogelijk ons personeel met kinderen aan het werk te hebben. In het schooljaar 2014-2015 ziet het “plaatje” op de Schans er als volgt uit: We werken met 2 enkelvoudige kleutergroepen, een enkelvoudige groep 3, een enkelvoudige groep 4. Daarnaast een combinatiegroep 5/6 en 7/8; De interne begeleider en de directeur hebben een ondersteunende rol in het zorgproces Parttime werken is ook in het onderwijs heel gewoon geworden. Ook enkele van onze leraren werken parttime. We streven naar niet meer dan twee leraren voor één groep. Ook t.a.v. personeel streven we uiteraard voortdurend naar kwaliteit. De leerkrachten werken immers dagelijks met de kinderen, u vertrouwt uw kind aan hen toe. De leerkrachten zorgen er verder voor dat de methodieken en leermiddelen zo optimaal mogelijk worden gebruikt. Er is dan ook veel tijd voor samenwerking en overleg en klassenconsultaties door collega’s en directie behoren evenals nascholing tot de vaste onderdelen van de jaarkalender.
Aanwezige competenties De leerkrachten van basisschool de Schans bieden in de groepen structuur in een ‘warme’ omgeving. Kinderen, soms met bijzondere onderwijsbehoeften, kunnen zich daardoor blijven ontwikkelen. Er is een grote bereidheid van alle medewerkers, ouders en kinderen om deze rijke leeromgeving in stand te houden en indien nodig en mogelijk aan te passen; Het delen in de zorg, door collegiale ondersteuning; Teamleden hebben een realistisch beeld van de mogelijkheden van ontwikkeling van kinderen, eigen competenties en vaardigheden en mogelijkheden in de omgeving; Verwachtingen van ouders naar de school en andersom worden duidelijk uitgesproken; De organisatie biedt een veilige omgeving, er is structuur (duidelijkheid) in de school; De school beschikt over een goede zorgstructuur, de cognitieve zorg is goed; Wij beschikken over een goed volgsysteem voor zowel de cognitieve als de sociale ontwikkeling; In de randvoorwaardelijke sfeer wordt de medewerking van ouders verwacht. Wij willen naar iedereen openheid en eerlijkheid in een zorgtraject uitstralen.
24
Wat kunnen wij wel? Op dit moment volgen ca. 110 kinderen onderwijs aan onze school. Ieder kind verdient de zorg die past bij de onderwijsbehoefte. Ons leerlingvolgsysteem voldoet aan de nieuwste eisen. Dankzij de inzet, betrokkenheid en kwaliteiten van het team kunnen wij op dit moment kinderen met de volgende aandachtspunten opvangen: Concentratieproblemen, lees/taalproblemen, taalachterstanden, meerbegaafdheid, kinderen met ADHD en kinderen met PDD/NOS (en belemmeringen in het autisme spectrum). Wat kunnen wij niet? Wij vinden, dat kinderen die wij op school welkom heten, recht hebben op goede begeleiding. Dit kunnen wij helaas voor een beperkte groep kinderen niet bieden. Wij denken hierbij op dit moment aan: Kinderen met zeer zware slechtziendheid en blinde kinderen. Kinderen met zeer zware slechthorendheid/doofheid, in combinatie met spraak/taalproblemen. Lage verstandelijke vermogens (zml), syndroom van Down. Wanneer kinderen gewetenloos handelen, extreem agressief gedrag vertonen, waardoor de veiligheid en of welbevinden van de omgeving (groep, leerkrachten e.d.) in gevaar komt. Kinderen met meervoudige zware problematieken. Noodzakelijk medisch handelen welke niet op of door school verzorgd kan worden. Wanneer er structurele 1 op 1 begeleiding nodig is. Teveel zorgleerlingen in eenzelfde groep. Kinderen met een reactieve hechtingsstoornis.
4.6 De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs We hebben hier een protocol voor opgesteld. Kort samengevat: We starten al met de voorbereidingen van de schoolkeuze door ouders en leerlingen in het oudergesprek van de Entreetoets eind groep 7 al op hoofdlijnen te informeren over een voorlopig schooladvies. De ouders worden in groep 8 tijdens een speciale ouderavond over het voortgezet onderwijs geïnformeerd. De leerlingen werken met behulp van een werkboekje tijdens lestijd aan het vergroten van hun kennis over het VO en de voorbereiding op de schoolkeuze. Via de school ontvangen de leerlingen en de ouders verder een scholengids, die informatie geeft over de verschillende schooltypes van voortgezet onderwijs in Maastricht en omgeving. Eind november, na het eerste rapport, volgt een tweede voorlopig advies. Eind januari worden de ouders uitgenodigd voor een individueel gesprek over de definitieve schoolkeuze. De ouders bezoeken zelf de open dagen met hun kind en melden het kind uiteindelijk via een digitale centrale aanmelding aan. De aanmelding gebeurt dus door de ouders. - Gegevens en procedure Acht jaar lang hebben we de kinderen in hun ontwikkeling gevolgd. Rapporten, toetsgegevens en andere notities en observaties helpen ons bij het opstellen van het schooladvies. Als wettelijke verplichting wordt de leerlingen een toets afgenomen. In onze school is dat de Centrale Eindtoets Basisonderwijs welke in april wordt afgenomen. Als school stellen wij van elke leerlingen een onderwijskundig rapport op en geven de gegevens uit ons Cito LOVS door naar het VO. De aangemelde leerlingen worden in de periode april-juni door de brugklascoördinator en de groepsleerkracht besproken. Tegelijk wordt gekeken hoe vroegere leerlingen van onze school zich in het voortgezet onderwijs hebben ontwikkeld. Het VO stuurt ons verder de rapporten van oud-leerlingen, zodat wij hun ontwikkeling ook na de basisschool kunnen blijven volgen. Wij volgen al onze schoolverlaters tenminste 3 jaar in het VO.
25
4.7 Arbozaken Via het invullen van controlelijsten wordt de “veiligheid” van onze school in kaart gebracht. Die aandachtsgebieden rondom veiligheid kunnen variëren van de kwaliteit van de verlichting tot het actief inspelen op schoolverzuim. Via deze controlelijsten wordt een plan van aanpak voor een bepaalde periode gemaakt en worden allerlei activiteiten uitgevoerd. Bijvoorbeeld: het aanbrengen van veiligheidsglas op plekken waar dat vereist is, het verschonen van zand in de zandbak of het opstellen van een pestprotocol. Veel is vastgelegd in protocollen of plannen: Pestprotocol: hoe gaan we binnen school om met pestgedrag. Ontruimingsplan: geregeld wordt er geoefend om bij een echte calamiteit ook adequaat te kunnen handelen Gedragscode: duidelijke regels stellen aan gedrag tussen volwassenen en leerlingen. Ongevallenregister: er wordt bijgehouden welke ongevallen zich binnen school hebben voorgedaan. Aandacht voor arbo is geen eenmalige activiteit, maar onderdeel geworden van ons doen en denken.
5 DE LERAREN 5.1 Vervanging van leraren De scholen onder MosaLira maken gebruik van een vaste groep vervangers en doen hun uiterste best ervoor te zorgen, dat bij ziekte of ander verlof van de leraar de kinderen te maken krijgen met een vervanger die bekend is met de werkwijze van de school en waarmee de kinderen vertrouwd zijn. MosaLira heeft een protocol opgesteld hoe elke school bij ziekte of verlof dient te handelen. Dit protocol is ter inzage in school aanwezig. 5.2 De begeleiding en inzet van stagiaires van de Pabo Er is een intensieve samenwerking tussen de Pabo enerzijds en stichting MosaLira anderzijds door het samen aangaan van opleidingstrajecten. Enkele scholen onder het bestuur fungeren als opleidingsscholen door de concentratie van een groot aantal studenten aan dezelfde school. Leraren krijgen er de taak bij van opleidingsdocent. Een nieuwe term in dit verband is werkplekleren en dat geldt niet alleen voor de stagiaires maar ook voor de ontvangende scholen.
5.3 Scholing van leraren “Je hele leven leren”, is een veelgehoorde kreet en geldt ook voor leraren. Scholing kan variëren van het invoeren van het dyslexieprotocol en invoeren nieuwe werkvormen tot deelname aan de zogenaamde kweekvijver voor aanstormend (management)talent. Er vindt in onze school dus zowel scholing plaats op individueel als schoolniveau.
Bij de ludieke opening van het schooljaar arriveerden de leerkrachten nog in vakantiestemming
26
6 DE OUDERS 6.1 Betrokkenheid van ouders Als kinderen een groot deel van de week in school doorbrengen is een goed contact tussen leraren en ouders een bijna vanzelfsprekende zaak. Soms is het goed om te weten wat er in school geleerd of gebeurd is. Andersom is het handig als de school weet hoe een kind thuis functioneert. Betrokken zijn betekent ook samenwerken en dat kan alleen maar positief zijn voor een goede (leer)ontwikkeling van de kinderen. 6.2 Informatievoorziening aan ouders Via de schoolgids, onze informatiekalender, de informatieavonden aan het begin van ieder schooljaar, de gezamenlijke informatiekrant van De Schans en PSZ De Wiekjes (’t Wawweleerke), de website en nieuwsbrieven informeren we de ouders over het onderwijs aan onze school. Verder zijn er de geplande oudergesprekken na elk rapport. Het komt vaak voor dat we met ouders aparte afspraken maken, bijv. bij extra zorg voor een leerling of wanneer zich een probleem voordoet. Ook vinden er veel “losse” gesprekjes plaats, bijvoorbeeld na schooltijd loopt een ouder binnen om bij de groepsleerkracht of de directie informatie te vragen. Over de opzet, inhoud en organisatie van ons onderwijs wordt regelmatig gesproken met de ouders binnen de medezeggenschapsraad en het bestuur van de ouderraad. 6.3 Ouderraad Door uw kind op onze school te plaatsen, bent u automatisch lid van de ouderraad. Het bestuur van de ouderraad heeft als doel: - het bevorderen van de samenwerking tussen school en ouders; - het ondersteunen en/of ontplooien van activiteiten die het verblijf van de kinderen op school duidelijk veraangenamen, maar waarvoor het ministerie geen geld beschikbaar stelt, zoals: schoolfeesten, sportactiviteiten, culturele activiteiten, buitenschoolse activiteiten, aanschaf van buitenspelmateriaal en nieuwe boeken voor de klassenbieb. 6.4.Ouderbijdrage De ouderbijdrage is een vrijwillige bijdrage, die wordt geïnd door de oudervereniging en jaarlijks – na instemming van de MR – wordt vastgesteld tijdens de algemene ledenvergadering. Voor het schooljaar 2014-2015 is de ouderbijdrage vastgesteld op € 28,00. De oudervereniging legt jaarlijks verantwoording af aan de algemene ledenvergadering over de jaarlijkse begroting/besteding van de ouderbijdragen. Hoe vrijwillig is deze bijdrage? Nadat uw kind op onze school is toegelaten - dit is niet afhankelijk van het betalen van de bijdrage - , wordt er door de oudervereniging aan u als lid contributie gevraagd voor extra activiteiten en andere zaken die niet tot het gewone onderwijs behoren. Mocht u de bijdrage niet of slechts gedeeltelijk betalen, dan kan de oudervereniging u uitsluiten van de activiteiten waarvoor niet betaald is. De school is wèl verplicht om uw kind deel te laten nemen aan het reguliere onderwijsprogramma. 6.5 Medezeggenschapsraad Iedere ouder kan meehelpen om onze school beter te laten functioneren. In de medezeggenschapsraad kunt u echt meepraten en meebeslissen. De medezeggenschapsraad van onze school, die uit ouders en leerkrachten bestaat, denkt namelijk mee over en beslist mee bij voorgenomen beslissingen en besluiten, bijvoorbeeld bij de verandering van schooltijden, het vaststellen van het schoolplan, het formatieplan, de vakantieregeling, enz. De “spelregels” van de MR liggen vast in de Wet Medezeggenschap Onderwijs. Uit de diverse Medezeggenschapsraden van de bij de stichting MosaLira aangesloten scholen wordt een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) geformeerd die als taak heeft de gang van zaken met en rond MosaLira te bespreken.
27
6.6 Ouderparticipatie Bij tal van schoolactiviteiten wordt hulp van ouders gevraagd: o.a. bij het vervoer van kinderen, bij groepswerk in de kleutergroepen, bij lezen, in de bieb, bij projecten in de klas. De hulp van ouders is ook gewenst bij tal van buitenschoolse activiteiten, zoals schoolreisjes, sportdagen, excursies en het schoolverlaterkamp. Naast deze losse hulp zijn er de geplande activiteiten door de oudervereniging: van hulp bij de sinterklaasviering tot hulp bij de ouderverkeersbrigade. Afspraken bij ondersteunende werkzaamheden door ouders zijn: ouders verbinden zich voor een bepaalde duur om bepaalde, met de school afgesproken, werkzaamheden te verrichten; de ouders werken onder verantwoordelijkheid van de groepsleerkracht; ouders worden op geen enkele wijze betrokken bij het geven van een waardering voor het werk van leerlingen; ouders zijn via het schoolbestuur verzekerd tegen wettelijke aansprakelijkheid. ouders dienen de privacy van leerlingen en volwassenen binnen school te waarborgen.
6.7 Overblijfmogelijkheden Onze school (formeel het bevoegd gezag) stelt leerlingen in de gelegenheid de middagpauze op school door te brengen.De kosten die hieruit voortvloeien zijn voor rekening van de ouders of verzorgers. De kinderen blijven over in het overblijflokaal in ons gebouw. De coördinatie van het overblijven ligt bij de schoolleiding, het toezicht gedurende het overblijven gebeurt door ouders, die op hun beurt worden aangestuurd door een overblijfcoördinator.
6.8 De leerplicht, gronden voor vrijstelling van de leerplicht en schoolverzuim. -Leerplicht In onze schoolkalender hebben wij de vakantiedagen en vrije dagen (welke met instemming van de MR zijn vastgesteld) genoteerd. Hier volgen de voornaamste regels die wij als school zelf of volgens de wet moeten uitvoeren bij leerlingen die onze school bezoeken: Schoolgewenning: Voor dat de nieuwe kleuters 4 jaar worden, mogen ze al een paar keer komen wennen op school. Deze ”wendagen” worden in overleg met de nieuwe leerkracht van het kind gepland. De ouders worden schriftelijk door de directie op de hoogte gesteld, wanneer ze deze wendagen mogen plannen. Toelatingsleeftijd: Op onze school is het regel dat een kind vanaf zijn vierde verjaardag naar school mag komen. Ondanks het feit dat de leerplicht pas vanaf 5 jaar geldt, vinden wij een regelmatig schoolbezoek, gezien een goede ontwikkeling van het kind, niet alleen wenselijk maar zelfs noodzakelijk. Leerplichtige leeftijd Vanaf het 5e jaar begint de leerplichtige leeftijd. Mocht u de schooldag voor uw kind te lang vinden, dan mag de schoolweek met vijf uur gekort worden. In overleg met de schoolleiding kunnen hier nog eens vijf uren aan toegevoegd worden. Vanaf het 6e jaar is dit niet meer mogelijk. De basisschool is er voor 4- tot 12-jarigen, maar wanneer kinderen meer tijd nodig hebben, mogen ze langer op de basisschool blijven. Het schooljaar waarin ze 14 jaar worden, moet volgens de wet het laatste jaar op de basisschool zijn.
28
-Gronden voor vrijstelling. De leerplichtwet noemt een aantal situaties op grond waarvan vrijstelling van de leerplichtwet bestaat: de school is gesloten of het onderwijs is geschorst; i.v.m. algemeen geldende voorschriften is het bezoeken van de school verboden; de leerling is bij wijze van tuchtmaatregel de toegang tot de school ontzegd; de leerling is wegens ziekte verhinderd de school te bezoeken; de leerling is wegens vervulling van godsdienstige of levensbeschouwelijke plichten verhinderd de school te bezoeken (recht op één dag); de leerling kan vanwege het specifieke beroep van een van de ouders slechts buiten de schoolvakanties met hen op vakantie gaan; de leerling is door andere gewichtige omstandigheden verhinderd de school te bezoeken. -Verlof en verzuimbeleid Achteraan in onze informatiekalender treft u twee verschillende aanvraagformulieren voor verlof aan. U kunt deze gebruiken bij de aanvraag voor verlof en ingevuld inleveren bij de schoolleiding. Extra formulieren zijn bij de directie van de school verkrijgbaar. In welke gevallen kunt U extra verlof aanvragen? De Leerplichtwet kent geen snipperdagen (bijvoorbeeld om een dag eerder met wintersport te gaan om de files voor te zijn), maar in bepaalde bijzondere omstandigheden kunt u wel extra verlof aanvragen. Extra verlof is mogelijk als de volgende omstandigheden zich voordoen: Huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad van het kind: maximaal 2 dagen; 12,5- of 25-jarig huwelijksjubileum van ouders: 1 dag; 25-, 40-, of 50-jarig ambtsjubileum van ouders of grootouders: 1 dag; Ernstige ziekte van ouders, bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad van het kind: duur in overleg met de directeur; Overlijden van bloed- of aanverwanten tot en met de 4e graad van het kind: duur in overleg met directeur; Verhuizing van gezin: 1 dag; Sommige religieuze feesten: in overleg met directeur; Extra verlof kunt u aanvragen bij de school of de leerplichtambtenaar. Om tijd te creëren voor overleg of een eventuele bezwaarprocedure, dient uw verlofaanvraag minimaal acht weken van tevoren bij de directeur van de school binnen te zijn. Dit geldt niet in het geval er sprake is van bijzondere omstandigheden. Bij de leerkracht/administratie zijn eventueel standaardformulieren verlofaanvragen te verkrijgen. De schooldirecteur is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor maximaal tien dagen in een schooljaar (aaneensluitend of bij elkaar opgeteld). De leerplichtambtenaar is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor meer dan tien dagen. Hij doet dit altijd in overleg met de schooldirecteur. Na ontvangst van uw ingevulde formulier, ontvangt u het formulier retour, voorzien van de vermelding van de directeur : akkoord, dan wel niet akkoord. Indien nodig neemt de directeur telefonisch contact met u op. Een kopie van de verlofaanvraag bewaren we in het leerling-dossier. De leerkracht vindt het verleende verlof terug op de maandelijkse absentielijst.
Vakantie onder schooltijd De Leerplichtwet stelt heel duidelijk dat vakantie onder schooltijd vrijwel onmogelijk is. Alleen als het gaat om een gezinsvakantie, die het gezin niet in de schoolvakantie kan opnemen door de specifieke aard van het beroep van (een van) de ouders, kan extra verlof worden verleend. Hierbij moet gedacht worden aan seizoensgebonden werkzaamheden in de agrarische sector en de horeca. In dat geval mag de schooldirecteur eenmaal per schooljaar het kind vrij geven (voor maximaal 10 schooldagen), zodat het gezin toch op vakantie kan. Het gaat daarbij om de enige gezinsvakantie in dat schooljaar. De verlofperiode mag overigens niet in de eerste twee weken van het schooljaar vallen. Op het aanvraagformulier is een werkgeversverklaring opgenomen.
Bijzondere talenten Sommige kinderen hebben bijzondere talenten op het gebied van sport of kunst. Als zij iets met hun talenten doen, kan het voorkomen dat zij hiervoor lessen moeten verzuimen. De Leerplichtwet biedt
29
hiervoor echter geen vrijstellingsmogelijkheid. Het is wel mogelijk hierover afspraken te maken met de schooldirecteur; hij kan vrijstelling geven van bepaalde onderwijsactiviteiten. Dit zijn structurele afspraken die jaarlijks bij het begin van het schooljaar worden gemaakt. Incidentele verzoeken om te mogen verzuimen vallen buiten deze regeling. Verplichtingen voor schooldirecteuren Schooldirecteuren hebben op basis van de Leerplichtwet de verplichting om ongeoorloofd schoolverzuim te melden aan de leerplichtambtenaar van de gemeente waar de betreffende leerling staat ingeschreven. Wanneer niet aan bovenstaande verplichtingen is voldaan, dan is er sprake van vermoedelijk ongeoorloofd schoolverzuim. Dit kan een proces-verbaal tot gevolg hebben.
-Schoolverzuim.
Moet uw kind om een of andere reden verzuimen, dan vragen wij u de school daarvan onmiddellijk in kennis te stellen. Indien dit niet gebeurt, zal de school met ú contact opnemen. Als school zijn wij bij wet verplicht alle verzuim bij te houden. Elke ochtend wordt geïnventariseerd welke leerlingen afwezig zijn. Indien een leerling niet is afgemeld wordt telefonisch contact opgenomen met ouders om de reden van het verzuim te achterhalen. Zonder geldige reden wordt de afwezigheid van een leerling als ongeoorloofd geregistreerd. Het verzuim dat ongeoorloofd is of waarvan het vermoeden bestaat dat het ongeoorloofd is, dient door ons te worden gemeld bij de ambtenaar van de leerplicht. Uiteraard nemen wij als school altijd eerst contact met u op om eventuele problemen te bespreken. In extreme gevallen zal de leerplichtambtenaar verbaliserend optreden. Ook bij herhaald te laat komen zullen wij als school contact met u opnemen. Ook herhaald te laat komen kan een reden zijn om contact op te nemen met de leerplicht- ambtenaar. Het heeft geen zin verlofaanvragen te doen waarvan u van tevoren weet dat er geen geldige reden voor is. De directie is verplicht te weigeren en wordt door dergelijke aanvragen vaak in verlegenheid gebracht. Door uw kind aan onze school in te schrijven, gaat u akkoord met deelname van uw kind aan alle schoolse en buitenschoolse activiteiten voor zover deze onder schooltijd vallen en in logisch verband staan met het lesgebeuren in school
6.9 Contactpersoon / Klachtenregeling / Gedragscode De contactpersoon Contactpersonen zijn personeelsleden van de school, zij praten over, horen van en zien onveilige situaties. De contactpersoon is voor iedereen die betrokken is bij de school aanspreekpunt met betrekking tot klachten over de schoolsituatie, bijvoorbeeld over pedagogisch klimaat, begeleiding van leerlingen, toepassing van een strafmaatregel, (cyber)pesten, intimidatie, roddels, discriminatie, agressie, een medewerker die zijn handen niet thuis kan houden, enzovoorts. Bij de behandeling van een klacht zet de contactpersoon de procedure in werking. De contactpersoon controleert en bewaakt of een klacht volgens de procedure juist wordt behandeld, maar bemiddelt niet tussen klager en aangeklaagde. Voor de procedure, zie het stappenplan in de klachtenregeling van MosaLira.
De contactpersoon voor onze school is juf Miranda de Vries
De klachtenregeling Door de klachtenregeling, die door de overheid verplicht is gesteld, krijgen ouders en leerlingen wettige mogelijkheden hun klachten aan de orde te stellen. Onze school wil stimuleren, dat ouders en leerlingen een passend gebruik maken van deze nieuwe wetgeving, omdat klachten door team en directie beschouwd worden als een hulpmiddel, een handreiking om een veilig schoolklimaat te behouden. Veiligheid op school in de praktijk van alle dag is voor kinderen, ouders en personeel van groot belang.
30
Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld onderwijskundige zaken, pedagogisch klimaat, leerkrachten, discriminerend gedrag, geweld, pesten of vermoedens van seksuele intimidatie. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en directie op de juiste wijze afgehandeld kunnen worden. Indien dat echter niet mogelijk is, gezien de aard van de klacht of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op de klachtenregeling. In het stappenplan is een en ander schematisch weergegeven. Voor het Reglement Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs zie: http://www.geschillencommissiesbijzonderonderwijs.nl/index.php/klachten of www.mosalira.nl. Een exemplaar van dit reglement ligt ter inzage bij de schoolleiding en een exemplaar bij de contactpersonen van de school. Voor de klachtenregeling van MosaLira zie: www.mosalira.nl. Een exemplaar van deze klachtenregeling ligt ter inzage bij de schoolleiding en een exemplaar bij de contactpersonen van de school.
Stap 1.
Stap 2.
Stap 3.
Stap 4.
Stap 5.
De klachtenregeling van MosaLira: het stappenplan De klager gaat met zijn klacht zo mogelijk in gesprek met degene tegen wie de klacht gericht is. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 2. De klager gaat met zijn klacht zo mogelijk in gesprek met de schoolleiding. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is. Indien niet, dan attendeert de schoolleiding de klager op de interne contactpersoon die de klager de weg wijst in de mogelijke klachtroutes. De klager kan, via de schoolleiding of de interne contactpersoon, een externe (bemiddelende) vertrouwenspersoon (laten) inschakelen om te bemiddelen tussen klager en aangeklaagde. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 4. De klager kan, al dan niet bijgestaan door een andere externe vertrouwenspersoon*, een klacht indienen bij het bestuur. Het bestuur neemt de klacht in behandeling. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 5. De klager kan, al dan niet bijgestaan door een vertrouwenspersoon, een klacht indienen bij de landelijke klachtencommissie. Deze onafhankelijke klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bevoegd gezag hierover. De klachtencommissie geeft advies over: a. de (niet-) ontvankelijkheid van de klacht; b. de (on-) gegrondheid van de klacht; c. het nemen van maatregelen; d. overige door het bevoegd gezag te nemen besluiten. Het indienen van een klacht bij de landelijke klachtencommissie moet binnen een jaar, gerekend vanaf de dag na die waarop de feiten waarop de klacht betrekking heeft moet hebben plaatsgevonden, dan wel vanaf de dag waarop de klager daarvan heeft kennis genomen. Binnen 4 weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie zal het bevoegd gezag het besluit hierop kenbaar maken aan: a. de klager b. de aangeklaagde c. klachtencommissie d. directie school e. onderwijsinspectie (*Deze vertrouwenspersoon is niet dezelfde persoon als de bemiddelend vertrouwenspersoon waarnaar verwezen wordt in stap 3.) Adres klachtencommissie Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs Ambtelijk secretaris dhr. Mr. H.N. Nentjes Postbus 82324 2508 EH DEN HAAG Tel. 070-392 55 08 Fax. 070-302 08 36
31
Meldplicht seksueel geweld Schoolleiding, contactpersonen en vertrouwenspersonen zullen een klacht van ouders/ leerlingen zorgvuldig behandelen. Bij klachten van ouders en leerlingen over de schoolsituatie, waarbij mogelijk sprake is van ontucht, aanranding of een ander zedendelict, is de school verplicht tot het doen van aangifte bij de officier van justitie.
De gedragscode Stichting MosaLira en onze school werken aan een veilige school: een school waar het voor iedereen prettig werken en leren is. Goede relaties tussen allen die in de school werken en afspraken over hoe je met elkaar omgaat, zijn daarbij heel belangrijk. Een school kan niet zonder afspraken. Voor kinderen kennen wij schoolregels en voor volwassenen is er een gedragscode opgesteld. Het naleven van de afspraken in deze gedragscode zal leiden tot een veilig, werkbaar en prettig schoolklimaat voor iedereen. Een schoolklimaat dat zich kenmerkt door veiligheid, acceptatie, respect en vertrouwen is een voorwaarde voor alle leden van de scholengemeenschap om optimale leer- en werkprestaties te kunnen leveren. Voorop staat dat iedereen op school gelijkwaardig is en dat er geen enkel onderscheid gemaakt wordt in de manier waarop we elkaar benaderen. Met ‘elkaar’ bedoelen we de relaties tussen leerlingen onderling, leerlingen en volwassenen en volwassenen onderling. Onder volwassenen verstaan wij ouders, personeel, stagiaires en vrijwilligers op school. Het doel van de Gedragscode van MosaLira is dat: Duidelijk is wat we van elkaar in school verwachten; Duidelijk is welk gedrag kan en welk gedrag niet kan; We elkaar kunnen aanspreken op het naleven van de afspraken; Het personeel van de school aan de ouders of verzorgers kan uitleggen hoe het omgaat met de leerlingen; Vóór er een problematische situatie ontstaat, duidelijk is hoe de regels zijn; Overtreding van de regels getoetst kan worden aan de Gedragscode; Bij overtreding de juiste maatregelen genomen kunnen worden. Voor personeel gelden de afspraken in de CAO PO onder het hoofdstuk “ordemaatregelen en disciplinaire maatregelen”. Op de scholen van MosaLira houdt men zich aan de volgende “Gouden Regels”: Wij werken aan een goed en veilig leer- en werkklimaat; Wij delen de taken en verantwoordelijkheden met alle betrokkenen op onze school; Wij werken in een open communicatie, waarbij zorgvuldigheid een leidraad is. We lossen problemen op door erover te praten; Wij nemen elkaar serieus en helpen elkaar waar dat nodig is; Wij hebben respect voor de persoonlijke levenssfeer van de ander; Wij zijn ons bewust van de kwetsbare en afhankelijke relatie tussen leerling en volwassene en tussen leerlingen en volwassenen onderling; Wij houden ons aan de Gedragscode, het mediaprotocol en privacyprotocol en spreken elkaar hierop aan wanneer dat niet wordt gedaan; Wij vertonen professioneel gedrag, gerelateerd aan schoolse activiteiten. De gedragscode met bijlagen ligt ter inzage op school of via de website van MosaLira (www.mosalira.nl) 6.10 Verzekeringen Onze school heeft allereerst een collectieve wettelijke aansprakelijkheidsverzekering gesloten, welke inhoudt: Wettelijke aansprakelijkheid van schoolbestuur, leerkrachten en overig personeel; Wettelijke aansprakelijkheid van leerkrachten en begeleiders tijdens schoolreisjes, excursies e.d., welke onder verantwoordelijkheid van het bestuur gemaakt worden; Wettelijke aansprakelijkheid van ouders die leerlingen in groepsverband begeleiden tijdens, van en naar school.
32
Deze verzekering treedt pas dan in werking als een beroep op een particulier afgesloten verzekering faalt. Deze verzekering dekt niet de aansprakelijkheid van schade aan goederen. Daarnaast is door school en ouderraad een ongevallenverzekering afgesloten voor alle leerlingen, die dekking geeft tijdens verblijf op school en alle “uitstapjes” waarin de leerlingen onder toezicht staan van de school. Basisschool De Schans en/of het bestuur van de Stichting “MosaLira” kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor verlies, diefstal en/of beschadigingen van eigendommen.
6.11 Medicijnverstrekking en medisch handelen Het komt regelmatig voor, dat een leerling ziek wordt of een ongeluk krijgt op school, waarbij de leerkracht direct bepaalt wat er moet gebeuren; vaak kan het verholpen worden met eenvoudige middelen. Ook krijgt de schoolleiding steeds vaker het verzoek van ouder(s)/verzorger(s) om hun kinderen de door een arts voorgeschreven medicijnen te laten toedienen of een medische handeling te laten verrichten. De schoolleiding aanvaardt met het verrichten van dergelijke handelingen een aantal verantwoordelijkheden en kan ervoor kiezen wel of geen medewerking aan het toedienen van medicijnen en het verrichten van medische handelingen te verlenen. Voor de individuele leerkracht geldt dat hij mag weigeren handelingen uit te voeren waarvoor hij zich niet bekwaam acht. Een en ander staat beschreven in het protocol medicijnverstrekking en medisch handelen van MosaLira, dat ter inzage ligt op school.
6.12 zieke leerling Als blijkt dat uw kind door ziekte het onderwijs niet (regelmatig) kan volgen, dan is het van belang dat u als ouders dit aan de leerkracht kenbaar maakt. De leerkracht kan dan samen met u bekijken hoe het onderwijs aan uw kind toch voortgezet kan worden. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van de deskundigheid van een Consulent Onderwijsondersteuning aan Zieke Leerlingen van de onderwijsbegeleidingsdienst: OZL in Midden- en Zuid- Limburg of van de Educatieve Voorziening van een academisch ziekenhuis. Vanzelfsprekend is het continueren van het onderwijs belangrijk omdat een zieke leerling dan actief blijft met wat bij het dagelijkse leven hoort namelijk: onderwijs. Hierdoor wordt voorkomen dat een leerling die ziek is achterstand oploopt, waarbij zelfs sprake zou kunnen zijn van doubleren. Als u meer wil weten over onderwijs aan zieke leerlingen dan kunt u informatie vragen aan de leerkracht van uw kind. Meer informatie en de bereikbaarheid van consulenten in uw regio kunt u vinden op de website van Ziezon, het landelijk netwerk Ziek Zijn & Onderwijs, www.ziezon.nl
6.13 Sponsoring van het onderwijs Het komt steeds vaker voor dat scholen op de een of andere manier gesponsord worden. Te denken valt aan het schenken van sporttenues, het drukken van het schoolblad of een bijdrage aan toestellen voor het schoolplein. Dat sponsoren van scholen is gebonden aan “spelregels”. Die spelregels zijn vastgelegd in een soort overeenkomst. Die overeenkomst is opgenomen in het zogenaamde Handboek van het bestuur en dus voor iedereen ter inzage beschikbaar.
Carnavalsviering: “Veer zien de ingelkes vaan Mestreech”
33
7 DE ONTWIKKELING VAN HET ONDERWIJS IN ONZE SCHOOL 7.1 Activiteiten die het onderwijs in school verbeteren
Het Schoolondernemingsplan 2011-2015 Iedere school onder het bestuur van MosaLira heeft voor de periode 2011-2015 een eigen ondernemingsplan gemaakt. U vindt ons plan op www.bsdeschans.nl Het plan beschrijft naast de missie en visie van MosaLira en De Schans de huidige onderwijskwaliteit van onze school, de geplande activiteiten voor de komende vier jaren en de wijze van aanpak. De hoofdaandachtspunten van MosaLira en ook van De Schans voor de periode 2011-2015 zijn:
het nog beter benutten van een breed onderwijsaanbod en goede kwaliteitszorg het versterken van de professionele cultuur versterken van het persoonlijk meesterschap
Het jaarplan Jaarlijks stellen we een Jaarplan op, waarin we beschrijven welke activiteiten in dat schooljaar ondernomen worden. Aan het einde van het schooljaar wordt door de leerkrachten en de directie het jaarplan geëvalueerd. Aan het begin van het schooljaar reiken we aan alle ouders een nieuwsbrief uit waarin de evaluatie van het voorgaande jaarplan en een beknopte beschrijving van het nieuwe jaarplan is opgenomen.
7.2
De relatie school en omgeving
Zoals reeds vermeld werken wij op het gebied van onderwijsontwikkelingen, professionalisering van directie en teams en ouderbetrokkenheid nauw samen met de andere scholen onder MosaLira. Contacten met de Pabo, het Centrum Natuur- en Milieu Educatie, het Centrum voor de Kunsten, Centrum Leerlingenzorg, het Bureau Jeugdgezondheidszorg, de GGD, de Stadsbieb, afdeling Onderwijs van de Gemeente, Trajekt (Schoolmaatschappelijk Werk) zijn wenselijk of nodig om het onderwijs aan onze school goed te kunnen verzorgen. Enkele vermelden we even apart: Onderwijsinspectie. De inspectie voor het basisonderwijs ziet via geregeld bezoek toe op de naleving van wettelijke voorschriften. De nadruk echter ligt vooral op het volgen van de ontwikkeling van onze school. De bevindingen worden besproken met team en bestuur
Buitenschoolse opvang en dagarrangementen Sedert 1 augustus 2007 bestaat voor het schoolbestuur de wettelijke verplichting tot het organiseren van een voorziening voor buitenschoolse opvang. Buitenschoolse opvang (BSO) is bedoeld om kinderen voor en na schooltijd en in de schoolvakanties (m.u.v. wettelijk erkende feestdagen) op te vangen. BSO is een gezamenlijke aangelegenheid van het schoolbestuur (stichting MosaLira) en de ouders. Binnen de stad Maastricht is door de gezamenlijke schoolbesturen besloten de buitenschoolse opvang uit te besteden aan erkende kinderopvangorganisaties. Voor onze school betekent dit dat er een samenwerkingsovereenkomst is gesloten met stichting “Meerwaarde In ‘n Kinderleven” (MIK). Op deze manier voldoet het schoolbestuur aan haar zorgplicht; de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de opvang ligt bij de opvangorganisatie zelf. Alle zaken rondom kwaliteit, personeel en huisvesting zijn dus een verantwoordelijkheid van de kinderopvangorganisatie. Ouders dienen zelf een overeenkomst met de eerder genoemde organisatie af te sluiten. Vanzelfsprekend staat het u als ouder vrij om voor een andere aanbieder van kinderopvang te kiezen. Voor adresgegevens van kinderopvangorganisaties in Maastricht verwijzen we u naar het register kinderopvang. Dit kunt u vinden op de website van de gemeente Maastricht: www.maastricht.nl (ga naar: kinderopvang en peuterspeelzalen, register kinderopvang).
34
Met dagarrangementen wordt een doorlopend en goed op elkaar aansluitend aanbod van onderwijs, opvang, welzijn en mogelijke activiteiten tussen 7.30 uur en 18.30 uur bedoeld. Doel van deze dagarrangementen is om de voor-, tussen- en naschoolse opvang beter op elkaar te laten aansluiten met name om werkende ouders met kind(eren) ondersteuning te bieden bij het combineren van zorg en werk. De mogelijkheden van dagarrangementen zullen in de naaste toekomst ook voor onze school verder uitgewerkt en ingevuld worden. Kinderopvang is goedkoper dan u denkt: werkende ouders hebben immers in bijna alle gevallen recht op een kinderopvangtoeslag. Ook indien u niet werkt, maar aan bepaalde voorwaarden voldoet, heeft u recht op deze toeslag. Voor nadere informatie over de kinderopvangtoeslag verwijzen we u naar de website van de belastingdienst: www.belastingdienst.nl (ga naar: privé; toeslagen; informatie over toeslagen; kinderopvangtoeslag).
BSO Nielson In ons schoolgebouw is ook BSO Nielson (MIK) gehuisvest. Opvang voor en na school, tijdens alle vrije dagen en vakanties van school. Van 07.30-18.30 uur. Voor alle basisschoolkinderen (4-13 jaar) in de wijk de Heeg en Eyldergaard. Nielson, de actieve buitenschoolse opvang in de Heeg: Zit in het gebouw van basisschool de Schans. Lekker centraal in de wijk en goed bereikbaar. Weet iedere keer weer te verrassen met gratis activiteiten en workshops, zoals koken, knutselen, sporten. Eigenlijk teveel om op te noemen. Neemt ook deel aan de activiteiten van Trajekt samen met de kinderen uit de buurt. Heeft drie groepen (4-5 jaar, 6-7 jaar en 8+) die ieder een eigen groepsruimte hebben met uitdagende speelhoeken passende bij hun leeftijd. Centraal gelegen tussen de ruimtes is een grote hoek met (bouw)kussens en een hoek met groot constructiemateriaal. Organiseert 2x per week speciale sport en spel activiteiten in de grote gymzaal. Om even lekker uit te razen. Is dagelijks te vinden op het grote speelplein. Met uitdagende plekken en een eigen multifunctionele ‘boomvlonder’ Maakt zwemles (diploma A) tijdens BSO tijd mogelijk. Lekker makkelijk toch! Daar kun je ook terecht vóór school, tijdens alle vakanties en voor een opvangprobleem van één dag. Ook als u normaal geen gebruik maakt van de BSO. MIK BSO Nielson heeft heel wat te bieden. Wilt u meer informatie of weten wat de kosten zijn? Neem dan contact op met onze afdeling Relatiebeheer 043 351 71 71 of kijk op de website www.mikkinderopvang.nl. U kunt ook altijd met het team van Nielson bellen om een afspraak te maken om zelf een keer te komen kijken bij de BSO en het echte Nielson gevoel te beleven. U bent van harte welkom. MIK BSO Nielson Borghaag 25 6228 EA Maastricht Tel. 043 367 13 78
[email protected] www.mik-kinderopvang.nl Naschoolse activiteiten & KIX In het kader van dagarrangementen worden er na schooltijd regelmatig activiteiten georganiseerd, waaraan leerlingen tegen een kleine vergoeding kunnen deelnemen. Via dit naschools aanbod kunnen kinderen kennis maken met allerlei activiteiten op het gebied van sport, spel, cultuur, creatieve vormgeving, natuur, techniek, theater, dans en muziek. Als deze activiteiten worden voor de hele stad Maastricht georganiseerd en gecoördineerd door stichting Kix. De activiteiten vinden altijd in of in de nabijheid van de school plaats, aansluitend aan de schooltijd. Het aanbod aan activiteiten is in te zien via de website van Kix. Via deze website kunnen ouders hun kind(eren) ook aanmelden voor activiteiten en de deelnemersbijdrage voldoen. Voor meer informatie verwijzen we u naar de website van Kix: www.kix-maastricht.nl
35
8 DE RESULTATEN VAN HET ONDERWIJS Om de leerontwikkeling van het kind goed te kunnen volgen, toetsen we de kinderen zeer regelmatig. Heel veel scholen gebruiken daarvoor het CITO Leerlingvolgsysteem. Als school kun je op deze manier proberen bij te sturen. Moeilijker bij te sturen is de sociaal-emotionele ontwikkeling. Dat vraagt veel tijd en vaak het inschakelen van allerlei hulpverlenende instanties als de Jeugdgezondheidszorg, Bureau Jeugdzorg, het RIAGG en Schoolmaatschappelijk Werk. We brengen de sociaal-emotionele ontwikkeling middels SCOL in beeld en gaan in iedere groep methodisch aan de slag met deze ontwikkeling. Het meten van de leerresultaten gebeurt op een aantal manieren: Het toetsen van de behandelde leerstof door middel van toetsen uit de methoden. De leraren houden deze resultaten bij. Het afnemen van landelijk genormeerde toetsen van het CITO Leerlingvolgsysteem. De resultaten hiervan worden bijgehouden in het Leerlingvolgsysteem. De scores kunnen variëren van I – V. Met deze toetsen kan niet alleen het individuele niveau maar ook het groepsniveau worden vastgesteld. Bij alle leerlingen van de groepen 7 wordt de CITO Entreetoets afgenomen. De resultaten geven al een indicatie aan voor het vervolgonderwijs en worden gebruikt om een schoolprofiel op te stellen. De resultaten voor TAAL, REKENEN en STUDIEVAARDIGHEDEN worden aangegeven in een schaal tot 100. Een landelijke vergelijking en evaluatie wordt zo dus mogelijk. Aan het einde van de basisschool worden alle leerlingen getoetst middels de Centrale Eindtoets. Deze toets geeft een goede voorspelling van het schoolsucces van de individuele leerlingen in het voortgezet onderwijs, maar is niet ontworpen voor het meten van de kwaliteit van het basisonderwijs. Toch worden basisscholen, als het om de resultaten gaat, beoordeeld aan de hand van de schoolscore van de Eindtoets (score tussen 500 en 550). Het doel heiligt soms de middelen… Elke leerling ontvangt na afloop een scoreformulier dat een indicatie geeft voor het type vervolgonderwijs. Scholen dienen zich ook t.a.v. de onderwijsinspectie aan de hand van o.a. de Cito Eindtoets GLGgegevens (de schoolscore die gecorrigeerd is voor het gemiddelde leerlinggewicht) te verantwoorden over hun (eind)resultaten. In onderstaande tabel kunt u onze resultaten zien, afgezet tegen het landelijk gemiddelde. De leerlingen van groep 8 van onze school scoorden dus de afgelopen 4 jaren boven het landelijk gemiddelde. schooljaar Gemiddelde score bs. de Schans Landelijk gemiddelde 2013-2014 535,7 534,6 2012-2013 539,0 534,8 2011-2012 536,2 535,3 2010-2011 537,3 535,3 Het schooladvies voor het vervolgonderwijs wordt opgesteld aan de hand van de gegevens over het functioneren van de leerling gedurende zijn verblijf aan onze school. Met gegevens bedoelen we: de vorderingen in de klas, de toetsresultaten van het leerlingvolgsysteem en de methodieken en uiteraard het sociaal-emotioneel functioneren van een leerling. De afgelopen 4 schooljaren kregen onze leerlingen de volgende schooladviezen: VMBO Basis Kaderberoepsgericht Gemengde leerweg Theoretische leerweg HAVO/VWO HAVO HAVO/VWO VWO Leerlingaantal
2010-2011 10
2011-2012 7 2 3 5
2012-2013 7 5 2
8
5 5 2 1
1 6 5
3 2 -
18
12
36
2013-2014 5 1 3 1 4 2 1 2
12
2 2 9
Omdat “Meten weten is” zouden we er goed aan doen kinderen niet alleen gedurende en vooral aan het eind van de basisschool te toetsen, maar ook aan het begin om later beter te kunnen weten of we ook het maximaal bereikbare uit een kind wisten te halen. Dan kun je ook iets zeggen over de inspanning die je als school geleverd hebt. Kinderen die van huis uit veel kansen hebben, scoren immers doorgaans hoger dan kinderen die mindere kansen hebben. Na de basisschool stromen onze leerlingen uit naar allerlei vormen van voortgezet onderwijs. Het belangrijkste is dat ieder kind op een school terecht komt die het beste past bij zijn of haar ontwikkelingsmogelijkheden. Onze ervaring met het vervolgonderwijs is, dat onze schooladviezen als reëel worden ervaren, waardoor leerlingen niet vroegtijdig afhaken maar eerder nog een stapje hoger kunnen zetten. Door middel van een jaarlijkse vragenlijst of een inspectiebezoek wordt de kwaliteit van een school op tal van gebieden in kaart gebracht, o.a. via verslagen op internet: www.onderwijsinspectie.nl . Ouders krijgen zo een beeld van de dingen waar de school mee bezig is en die de school nog moet verbeteren. In november 2010 bezocht de onderwijsinspectie onze school. De school kreeg n.a.v. dit bezoek een basisarrangement toegekend, hetgeen betekent dat er door de inspecteur daadwerkelijk geconstateerd is dat voldoende onderwijskwaliteit wordt geleverd. De verkregen adviezen, een school dient zich immers voortdurend te ontwikkelen, hebben we verwerkt in ons schoolondernemingsplan en jaarplan. Basisschool De Schans ziet ouders en leerlingen graag als haar klanten. We vinden het dan ook belangrijk de waardering en de mening van onze klanten regelmatig te peilen. Bij de meest recente peiling, in maart 2013, (kwaliteitsmeter Beekveld & Terpstra) waardeerden de ouders de kwaliteit van de school met een gemiddelde van 8,1. De leerlingen gaven de school gemiddeld eveneens een 8,1. De kwaliteit van een school, dus ook de onze, hangt af van een veelheid van factoren. Hoe de kwaliteit van onze school is, kunt u wellicht door de vele contacten zelf beoordelen.
Opening Nationale Sportweek.
37