Algemene administratie van de FISCALITEIT - Centrale diensten Directie I/5C Circulaire nr. Ci. D 28/609.136 (AAFisc Nr. 20/2011) dd 04.04.2011 Personenbelasting Jaarlijkse indexering Aanslagjaar 2009 Aanslagjaar 2010 Aanslagjaar 2011 Samenvattende tabel inzake PB. – Bedragen die gelden voor de aj. 2009, 2010 en 2011. Aan al de ambtenaren. Bijgaande tabellen bevatten een overzicht van de belangrijkste bedragen die in de fiscale wetgeving voorkomen en die van toepassing zijn voor de aj. 2009, 2010 en 2011.
de PB.
Die bedragen betreffen de vaststelling van de belastbare grondslag en de berekening van
De desbetreffende bepalingen zijn per onderwerp gerangschikt (b.v. inkomsten van onroerende goederen, inkomsten van roerende goederen en kapitalen, enz.), waarbij in de regel telkens de volgende gegevens zijn vermeld: -
verwijzingen naar het WIB 92 (behoudens andersluidende vermelding); korte omschrijving van de beoogde bepaling; (niet-geïndexeerd) basisbedrag dat in de wettelijke of reglementaire bepaling vermeld is; bedrag dat werkelijk van toepassing is voor respectievelijk aj. 2009, aj. 2010 en aj. 2011. Voor de Administrateur-generaal van de fiscaliteit d.d.: De Directeur, S. QUINTENS
Ci. D 28/609.136 Bijlage
CIRCULAIRE AAFisc Nr. 20/2011 Art. WIB 92 1.
Omschrijving
Revalorisatiecoëfficiënt (art. 1, KB/WIB 92):
526, § 1 en 16, § 4, eerste en tweede lid, oud
Woningaftrek: - basisbedrag: - verhoging:
526, § 1 en 16, § 5, oud
Maximumbedrag van het totale netto-inkomen voor de toekenning van de aanvullende woningaftrek:
Aj. 2010
Aj. 2011
3,75
3,88
3,87
3.000 € 250 €
4.439 € 370 €
4.638 € 387 €
4.638 € 387 €
23.500 €
31.130 €
32.530 €
32.530 €
1.250 €
1.660 €
1.730 €
1.730 €
125 €
170 €
170 €
170 €
125 €
170 €
170 €
170 €
3,75
3,88
3,87
37.500 €
49.680 €
51.920 €
51.920 €
125 € 250 €
170 € -
350 €
350 €
INKOMSTEN VAN ROERENDE GOEDEREN EN KAPITALEN Vrijgestelde schijf van: - inkomsten uit gewone Belgische spaardeposito’s: - dividenden uit erkende coöperatieve vennootschappen met uitzondering van de coöperatieve participatievennootschappen: - interesten en dividenden van vennootschappen met een sociaal oogmerk:
21, 5° 21, 6° 21, 10°
3.
Aj. 2009
INKOMSTEN VAN ONROERENDE GOEDEREN
13
2.
Basisbedrag
BEROEPSINKOMSTEN
32, tweede lid, 3°
Revalorisatiecoëfficiënt (art. 1, KB/WIB 92) voor de herkwalificatie van huurinkomsten die uit de vennootschap zijn verkregen door in art. 32, eerste lid, 1°, WIB 92 beoogde bedrijfsleiders:
37, tweede lid
Maximumbedrag van de inkomsten bedoeld in art. 17, § 1, 5°, WIB 92 die worden aangemerkt als roerende inkomsten:
38, § 1, eerste lid, 9°, c
Vrijgesteld bedrag van de vergoedingen als terugbetaling of betaling van reiskosten m.b.t. het woon-werkverkeer dat in bepaalde gevallen geldt:
38, § 1, eerste lid, 12°
Vrijgesteld bedrag van de vergoedingen van de vrijwilligers van de openbare brandweerkorpsen en van de Civiele Bescherming:
2.850 €
3.780 €
3.950 €
3.950 €
38, § 1, eerste lid, 13°
Vrijgesteld bedrag, per gepresteerd uur, van de inkomsten verkregen in het kader van een PWA-arbeidsovereenkomst:
4,10 €
4,10 €
4,10 €
4,10 €
38, § 1, eerste lid, 14°
Maximumbedrag van de vrijgestelde fietsvergoeding per km:
0,145 €
-
0,20 €
0,20 €
533 en 38, § 1, eerste lid, 17°, oud
Maximumbedrag van de tussenkomst van de werkgever in de door de werknemer betaalde aankoopprijs, beperkt tot 60 %, voor de aankoop van bepaald informaticamateriaal:
1.250 €
1.660 €
-
-
38, § 1, eerste lid, 17°
Maximumbedrag van de tussenkomst van de werkgever in de door de werknemer betaalde aankoopprijs voor de aankoop van bepaald informaticamateriaal: Grensbedrag van de brutobezoldigingen:
550 € 21.600 €
-
760 € 29.900 €
760 € 29.900 €
38, § 1, eerste lid, 23° en § 4, tweede lid, 2°
38, § 1, eerste lid, 24° 38/1, § 2, 5° 38/1, § 2, 6°
Forfaitaire onkostenvergoedingen toegekend wegens het leveren van artistieke prestaties en/of het produceren van artistieke werken: - vrijgesteld maximumbedrag per kalenderjaar: - maximumbedrag per dag en per opdrachtgever:
2.000 € 100 €
2.138,70 € 106,94 €
2.248,78 € 112,44 €
2.234,73 € 111,74 €
Vrijgesteld maximumbedrag van de niet-recurrente resultaatgebonden voordelen:
2.200 €
2.200 €
2.314 €
2.314 € (1)
5,91 €
-
5,91 €
5,91 €
1,09 €
-
1,09 €
1,09 €
100 €
-
100 €
100 €
10 €
-
10 €
10 €
125 € 250 €
-
125 € -
250 €
75 € 125 € 175 €
75 € 125 € 175 €
75 € 125 € 175 €
6.960 €
7.270 €
7.270 €
Maximumbedrag van de tussenkomst van de werkgever per maaltijdcheque: Minimumbedrag van de tussenkomst van de werknemer/bedrijfsleider per maaltijdcheque:
38/1, § 3, 4°
Maximumbedrag van het totaal van de sport- en cultuurcheques per werknemer/bedrijfsleider:
38/1, § 4, 2° 38/1, § 4, 6°
Maximale nominale waarde per eco-cheque: Maximumbedrag van het totaal van de eco-cheques per werknemer/bedrijfsleider:
51, vierde lid
52bis, 5°
Forfait voor verre verplaatsingen (art. 28, KB/WIB 92): afstand woonplaats van 75 tot 100 km: plaats van tewerkstelling van 101 tot 125 km: op 1 januari van het aj. meer dan 125 km: Maximumbedrag van de sommen betaald ten gunste van een collectieve voorziening voor kinderopvang die als beroepskosten in aanmerking kunnen worden genomen:
(1) Om pragmatische redenen werd beslist om het bedrag van 2.314 € toe te passen voor aj. 2011.
5.250 €
Art. WIB 92
Omschrijving
Basisbedrag
53, 14°
Maximumbedrag van de tussenkomst van de werkgever in de maaltijdcheque dat een sociaal voordeel vormt en dat aftrekbaar is als beroepskost (1):
1€
53, 22°
Maximumbedrag van de werkgeversbijdragen en -premies die zijn gestort in uitvoering van individuele aanvullende pensioentoezeggingen gesloten in het voordeel van werknemers:
1.525 €
66bis, derde lid
Forfaitair bepaalde beroepskosten voor woon-werkverplaatsingen met de fiets (per km):
67, §§ 1 en 2
Vrijgestelde winst per bijkomende personeelseenheid die in België wordt tewerkgesteld voor de uitvoer of voor de integrale kwaliteitszorg:
67ter
Vrijgestelde winst of baten per bijkomende in België tewerkgestelde personeelseenheid met een laag loon:
86, eerste lid
Toegelaten maximumbedrag van de persoonlijke beroepsinkomsten van de meewerkende echtgenoot: Maximumbedrag van het huwelijksquotiënt:
87, tweede lid en 88 4.
97, § 2
Aj. 2011
1€
1€
2.020 €
2.110 €
2.110 €
0,145 €
-
0,20 €
0,20 €
10.000 €
13.250 €
13.840 €
13.840 €
3.720 €
4.930 €
5.150 €
5.150 €
8.700 €
11.530 €
12.040 €
12.040 €
6.700 €
8.880 €
9.280 €
9.280 €
Vrijgesteld bedrag van prijzen en van gedurende twee jaar ontvangen subsidies:
2.500 €
3.310 €
3.460 €
3.460 €
Forfaitaire onkostenvergoedingen toegekend wegens het leveren van artistieke prestaties en/of het produceren van artistieke werken: - vrijgesteld maximumbedrag per kalenderjaar: - maximumbedrag per dag en per opdrachtgever:
2.000 € 100 €
2.138,70 € 106,94 €
2.248,78 € 112,44 €
2.234,73 € 111,74 €
25.000 €
33.120 €
34.610 €
34.610 €
25 € 250.000 €
30 € 331.200 €
30 € 346.100 €
30 € 346.100 €
2.450 € 5.000 €
3.250 € 6.620 €
3.390 € 6.920 €
3.390 € 6.920 €
11,20 €
11,20 €
11,20 €
6.700 €
8.880 €
9.280 €
9.280 €
4.260 € 4.095 € 15.220 € 15.385 € 870 €
6.400 € 6.150 € 22.870 € 23.120 € 1.310 €
6.690 € 6.430 € 23.900 € 24.160 € 1.370 €
6.690 € 6.430 € 23.900 € 24.160 € 1.370 €
870 € 2.240 € 5.020 € 8.120 € 3.100 €
1.310 € 3.370 € 7.540 € 12.200 € 4.660 €
1.370 € 3.520 € 7.880 € 12.750 € 4.870 €
1.370 € 3.520 € 7.880 € 12.750 € 4.870 €
325 €
490 €
510 €
510 €
1.740 € 870 €
2.610 € 1.310 €
2.730 € 1.370 €
2.730 € 1.370 €
AFTREKBARE BESTEDINGEN
104, 8°
Maximaal aftrekbaar bedrag van de uitgaven voor het onderhoud en de restauratie van beschermde onroerende goederen:
107 109
Aftrekbare giften: - minimumbedrag: - maximumbedrag:
112, § 1, 1° 112, § 1, 5°
Huisbediende: - minimumbedrag van de bezoldigingen: - maximumbedrag dat in aanmerking komt voor de aftrek:
113, § 2
Maximaal aftrekbaar bedrag van de uitgaven voor kinderoppas, per oppasdag en per kind (art. 61, KB/WIB 92): 6.
-
Aj. 2010
DIVERSE INKOMSTEN
90, 2°
5.
Aj. 2009
BEREKENING VAN DE BELASTING
126, § 2, eerste lid, 4°
131, eerste lid
Bedrag van de beroepsinkomsten van internationale ambtenaren enz. waarboven de gemeenschappelijke aanslag van echtgenoten en wettelijke samenwonenden niet wordt toegepast: Belastingvrije som: - basisbedragen: - grensbedragen van het belastbare inkomen:
131, tweede lid 132, eerste lid, 1° tot 5°
132, eerste lid, 6° 132, eerste lid, 7° 132, eerste lid, 8°
- toeslag voor gehandicapte belastingplichtige: - toeslag voor kinderen ten laste (2): - 1 kind: - 2 kinderen: - 3 kinderen: - 4 kinderen: - supplement per kind boven het vierde: - toeslag voor ieder kind ten laste (2) jonger dan 3 jaar voor wie geen uitgaven voor oppas worden afgetrokken: - toeslag voor iedere in art. 136, 2° of 3°, WIB 92 bedoelde persoon ten laste (2) van 65 jaar of ouder: - toeslag voor iedere andere persoon ten laste (2):
(1) Vanaf 1 februari 2009. (2) Zwaar gehandicapte personen ten laste worden voor twee gerekend. -2-
Art. WIB 92 133, eerste lid, 1°
133, eerste lid, 2°
134, § 3, tweede lid
Omschrijving
Basisbedrag
Toeslag op de belastingvrije som: - voor een belastingplichtige die alleen wordt belast en die één of meer kinderen ten laste heeft of aan wie bij toepassing van art. 132bis, WIB 92 de helft van de toeslagen op de belastingvrije som vermeld in art. 132, eerste lid, 1° tot 6°, WIB 92 wordt toegekend: - wanneer voor het jaar van huwelijk of verklaring van de wettelijke samenwoning een aanslag per belastingplichtige wordt gevestigd en voor zover de echtgenoot geen bestaansmiddelen heeft gehad die een bepaald nettobedrag overschrijden: Maximumbedrag van het belastingkrediet “kinderen”, per kind ten laste:
133, eerste lid, 2°, 136 Maximumbedrag van de nettobestaansmiddelen: en 140, tweede lid - algemene regel: 141 - kinderen ten laste van een belastingplichtige die alleen wordt belast: - gehandicapte kinderen ten laste van een belastingplichtige die alleen wordt belast: 142, tweede lid
Minimumbedrag van de aftrekbare kosten inzake bestaansmiddelen die bestaan in bezoldigingen van werknemers of in baten:
Aj. 2009
Aj. 2010
Aj. 2011
870 €
1.310 €
1.370 €
1.370 €
870 €
1.310 €
1.370 €
1.370 €
250 €
380 €
390 €
390 €
1.800 €
2.700 €
2.830 €
2.830 €
2.600 €
3.910 €
4.080 €
4.080 €
3.300 €
4.960 €
5.180 €
5.180 €
250 €
380 €
390 €
390 €
143, 3°
Maximumbedrag van de pensioenen, enz. van de in art. 136, 2° of 3°, WIB 92 bedoelde personen ten laste van 65 jaar of ouder die geen bestaansmiddelen zijn:
14.500 €
21.790 €
22.770 €
22.770 €
143, 6°
Maximumbedrag van de aan kinderen toegekende onderhoudsuitkeringen die geen bestaansmiddelen zijn:
1.800 €
2.700 €
2.830 €
2.830 €
143, 7°
Maximumbedrag van de bezoldigingen ontvangen door studenten in uitvoering van een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten die geen bestaansmiddelen zijn:
1.500 €
2.250 €
2.360 €
2.360 €
Maximumbedrag van de persoonlijke bijdragen en premies die betrekking hebben op de individuele voortzetting van een pensioentoezegging:
1.500 €
1.990 €
2.080 €
2.080 €
Maximumbedrag dat in aanmerking komt voor de vermindering voor het lange termijnsparen: - verwerving van werkgeversaandelen: 4bis - betalingen voor het pensioensparen (art. 63 , KB/WIB 92):
500 € 625 €
660 € 830 €
690 € 870 €
690 € 870 €
1.810 €
2.400 €
2.510 €
2.510 €
2.000 €
2.650 €
2.770 €
2.770 €
600 €
790 €
830 €
830 €
300 € 600 € 1.200 €
790 € -
830 € -
420 € 830 € 1.660 €
2.500 € 500 €
3.310 € 660 €
3.460 € 690 €
3.460 € 690 €
210 €
-
290 €
3.280 € 2.000 € 6.500 €
-
-
4.540 € 2.770 € 9.000 €
180 €
-
-
250 €
7.500 € 750 €
9.940 € 990 €
10.380 € 1.040 €
10.380 € 1.040 €
130 € 500 €
170 € -
690 €
690 €
3
145 , derde lid
7
145 , vierde lid 8 145 , tweede lid 21
Maximumbedrag van het totaal van de uitgaven voor PWA-cheques en voor dienstencheques dat in aanmerking komt voor de vermindering:
24
Maximumbedrag, per woning, van het totaal van de verschillende belastingverminderingen voor energiebesparende uitgaven: Verhoging van het maximumbedrag voor « zonne-energie »uitgaven:
145 , eerste lid
145 , § 1, vierde lid
24
145 , § 2, zevende lid Belastingvermindering, per woning, voor: - lage energiewoning: - passiefwoning: - nul energiewoning:
25
145 , derde lid, 3° 25 145 , zesde lid 27
Maximumbedrag van de belastingvermindering voor de verwerving van obligaties uitgegeven door het Startersfonds:
28
Maximumbedrag van de belastingvermindering voor de uitgaven voor de verwerving van een nieuwe elektrische: - vierwieler: - motorfiets of driewieler: - personenwagen, wagen voor dubbel gebruik of minibus:
145 , § 1, vierde lid 145
§ 1, derde lid § 1, vierde lid 28
Maximumbedrag van de belastingvermindering voor de uitgaven voor de installatie van een oplaadpunt voor elektrische voertuigen aan de buitenkant van een woning:
30
Belastingvermindering voor de uitgaven voor de vernieuwing van een via een sociaal verhuurkantoor verhuurde woning: - minimumbedrag van de totale kostprijs van de werken: - maximumbedrag van de belastingvermindering per woning:
145 , § 3, tweede lid
145
Belastingvermindering voor de uitgaven voor de vernieuwing van woningen gelegen in een zone voor positief grootstedelijk beleid: - minimumbedrag van de totale kostprijs van de werken: - maximumbedrag van de belastingvermindering per woning:
derde lid, 2° vierde lid 31
145 , vierde lid
Maximumbedrag, per woning, van de belastingvermindering voor uitgaven ter beveiliging tegen inbraak of brand:
-3-
-
Art. WIB 92 145
32
§ 1, tweede lid § 1, vierde lid 147
154, § 2
151
152
159
163
Omschrijving Belastingvermindering voor de inschrijving op aandelen van erkende ontwikkelingsfondsen: - minimumbedrag van de gestorte sommen: - maximumbedrag van de belastingvermindering: Maximale vermindering voor pensioenen en vervangingsinkomsten: - pensioenen en andere vervangingsinkomsten: - werkloosheidsuitkeringen: - voor een belastingplichtige die alleen wordt belast (1): - voor de echtgenoten samen (1): - ZIV-uitkeringen:
171, 4°, j en 172, derde lid
250 € 210 €
Grensbedragen van het belastbare inkomen die gelden inzake de belastingvermindering: - voor werkloosheidsuitkeringen (met uitzondering van die welke zijn toegekend aan werklozen van 58 jaar of ouder en een anciënniteitstoeslag bevatten): - voor pensioenen, andere vervangingsinkomsten, ZIV-uitkeringen en werkloosheidsuitkeringen die zijn toegekend aan werklozen van 58 jaar of ouder en een anciënniteitstoeslag bevatten:
Maximumbedrag van de afzonderlijk belastbare beroepsinkomsten betaald aan sportbeoefenaars van 26 jaar of ouder, en aan scheidsrechters, opleiders, trainers en begeleiders van sportbeoefenaars: Maximumbedrag van de afzonderlijk belastbare bezoldigingen betaald aan sportbeoefenaars van 16 jaar tot minder dan 26 jaar:
171, 5°, a
Grensbedrag inzake afzonderlijk belastbare opzeggingsvergoedingen:
177
Bonificaties verbonden aan de:
289bis, § 1
Maximumbedrag van het verrekenbaar belastingkrediet “investeringen”:
289ter, § 1, eerste lid, § 2, eerste lid, tweede lid, 1° tot 3°, vierde lid en vijfde lid
Belastingkrediet “lage activiteitsinkomsten”: - maximumbedrag van het totale netto-inkomen: - minimumbedrag van de activiteitsinkomsten: - maximumbedrag van het belastingkrediet: - voor de in art. 33, eerste lid, WIB 92 bedoelde meewerkende echtgenoten: - voor de andere belastingplichtigen: - grensbedragen van de activiteitsinkomsten voor de berekening van het bedrag van het belastingkrediet:
-
Aj. 2010
Aj. 2011
-
350 € 290 €
1.861,42 € 1.861,42 € 2.389,45 €
1.861,42 € 1.861,42 € 2.389,45 €
13.546,81 € 14.876,16 € 15.052,01 €
13.881,55 € 15.391,28 € 15.423,94 €
13.973,95 € 15.491,03 € 15.526,61 €
24.640 € - 19.740 € 4.900 € 39.480 € - 19.740 € 19.740 €
25.750 € - 20.630 € 5.120 € 41.260 € - 20.630 € 20.630 €
25.750 € - 20.630 € 5.120 € 41.260 € - 20.630 € 20.630 €
11,25 % 15 % 12,5 % 10 % 7,5 %
6,75 % 9% 7,5 % 6% 4,5 %
2,25 % 3% 2,5 % 2% 1,5 %
25 €
30 €
30 €
30 €
50.000 €
66.240 €
69.220 €
69.220 €
12.300 €
-
17.030 €
17.030 €
12.300 €
16.300 €
17.030 €
17.030 €
18.600 € - 14.900 € 3.700 € 29.800 € - 14.900 € 14.900 €
Belastingvermeerdering wegens gebrek aan VA: - globaal tarief: - voordelen verbonden aan de: - VA 1: - VA 2: - VA 3: - VA 4: - minimumbedrag:
Aj. 2009
1.781,29 € 1.781,29 € 2.079,88 € 2.286,58 €
1.344,57 € 1.344,57 € 1.344,57 € 1.569,96 € 1.725,98 €
Grenzen die gelden inzake de feitelijke vrijstelling, wanneer de inkomsten uitsluitend bestaan in: - pensioenen of vervangingsinkomsten: - werkloosheidsuitkeringen: - werkloosheidsuitkeringen (werklozen van 50 jaar of ouder): - ZIV-uitkeringen:
169, § 1, tweede lid en Eerste schijf van het kapitaal of de afkoopwaarde van een 515bis, zevende lid aanvullend pensioen voor de toepassing van het omzettingsstelsel: 171, 1°, i en 172, derde lid
Basisbedrag
615 €
810 €
850 €
850 €
7,5 % 6,25 % 5% 3,75 %
4,5 % 3,75 % 3% 2,25 %
1,5 % 1,25 % 1% 0,75 %
3.750 €
3.750 €
3.750 €
3.750 €
14.140 € 3.260 €
18.730 € 4.320 €
19.580 € 4.510 €
19.580 € 4.510 €
200 € 440 €
260 € 580 €
280 € 610 €
280 € 610 €
3.260 € 4.350 € 10.880 € 14.140 €
4.320 € 5.760 € 14.410 € 18.730 €
4.510 € 6.020 € 15.060 € 19.580 €
4.510 € 6.020 € 15.060 € 19.580 €
- VA 1: - VA 2: - VA 3: - VA 4:
(1) In afwijking van de art. 146 tot 153, WIB 92, worden de werkloosheidsuitkeringen die een anciënniteitstoeslag bevatten, voor de toepassing van die artikelen, gelijkgesteld met de andere vervangingsinkomsten indien: - die uitkeringen met anciënniteitstoeslag worden toegekend aan werklozen die vóór 1 januari 2004 58 jaar of ouder zijn (d.w.z. geboren zijn in 1945 of vroeger); - en die werklozen reeds vóór 1 januari 2004 het recht op die uitkeringen met anciënniteitstoeslag hebben bekomen. -4-
Art. WIB 92 7.
Omschrijving
Aj. 2009
Aj. 2010
Aj. 2011
INTERNET VOOR IEDEREEN
Art. 44, eerste lid, W 6.5.2009, art. 2, W 30.4.2010 en art. 3, § 2, KB 12.7.2009
8.
Basisbedrag
Maximumbedrag van het belastingkrediet voor de aankoop, van 1.5.2009 tot 31.12.2010, van een erkend pakket “Internet voor iedereen II”: - bij aankoop van een pakket met een desktop configuratie: - bij aankoop van een pakket met een desktop configuratie van het type nettop: - bij aankoop van een pakket met een laptop configuratie: - bij aankoop van een pakket met een draagbare configuratie van het type netbook:
102,69 €
-
102,69 €
102,69 €
73,29 € 104,79 €
-
73,29 € 104,79 €
73,29 € 104,79 €
81,69 €
-
81,69 €
81,69 €
2.500 €
2.500 €
-
-
50.000 €
50.000 €
50.000 €
50.000 €
200 € 250 € 300 € 125 € 5.500 € 17.250 € 18.500 € 21.000 € 22.000 € 23.000 €
200 € 5.500 € 21.000 € 23.000 €
250 € 300 € 5.500 € 22.000 € -
125 € 5.500 € 17.250 € 18.500 € -
VERMINDERINGEN INGEVOERD DOOR HET VLAAMSE EN HET WAALSE GEWEST
Art. 31, § 2, tweede lid, Vl.D 19.12.2003
Maximumbedrag van de bestedingen voor de inschrijving op aandelen van het ARKimedes-Fonds, die in aanmerking worden genomen voor het belastingkrediet:
Art. 8, § 3 en 9, § 3, Vl.D 19.5.2006
Maximumbedrag van de berekeningsgrondslag van de jaarlijkse of éénmalige belastingvermindering Winwinlening (per kredietgever):
Art. 2, § 1, 3° en 3, §§ 2, 3 en 3/1, Vl.D 30.6.2006, art. 8 en 9, Vl.D 23.5.2008, art. 20, Vl.D 19.12.2008 en art. 86 en 87, Vl.D 18.12.2009
Forfaitaire vermindering in de personenbelasting: - maximumbedragen van de vermindering:
Art. 3.1.8, § 2, Vl.D 27.3.2009
Maximumbedrag van de berekeningsgrondslag van de belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten (per kredietgever):
25.000 €
-
25.000 €
25.000 €
Art. 5, WD 3.4.2009
Maximumbedrag van de stortingen voor de inschrijving op obligaties uitgegeven door de “Caisse d’Investissement de Wallonie”, die in aanmerking worden genomen voor de belastingvermindering:
2.500 €
-
2.500 €
2.500 €
9. a)
- grensbedragen van de activiteitsinkomsten:
VOORDELEN VAN ALLE AARD (art. 36, tweede lid, WIB 92, art. 18, § 3, 1, 9 en 10, KB/WIB 92 en bijlage I, afdelingen I en III, KB/WIB 92) Renteloze lening of lening tegen verminderde rentevoet Aard van de lening
a) Hypothecaire leningen met vaste rentevoet: - waarvan de terugbetaling door een gemengde levensverzekering is gewaarborgd: - andere:
Jaar waarin de leningsovereenkomst is gesloten 2005 2006 2007 2008 2009 In aanmerking te nemen referentievoet 4,89 % 3,90 %
4,94 % 4,30 %
5,46 % 4,90 %
5,58 % 5,40 %
2010
4,69 % 3,92 %
5,19 % 4,30 %
Maandelijkse referte-indexen (Zie bijlage I, afdeling I, KB/WIB 92) b) Hypothecaire leningen met veranderlijke rentevoet:
BS 24.3.2006 BS 23.2.2007 BS 29.2.2008 BS 10.2.2009 blz. 16863 blz. 8822 blz. 12495 blz. 9043
c) Niet-hypothecaire leningen met vaste looptijd: - financiering wagen: - andere: Aard van de lening
Niet-hypothecaire leningen zonder welbepaalde looptijd: b)
0,22 0,29
0,21 0,31
Maandelijks lastenpercentage 0,24 0,25 0,36 0,36
BS 22.2.2010 blz. 12494
BS 11.2.2011 blz. 10658
0,22 0,32
0,20 0,30
Jaar waarin de ontlener over de geleende bedragen heeft beschikt 2008 2009 2010 In aanmerking te nemen referentievoet 11,20 % 10,30 % 9,00 %
Persoonlijk gebruik van een kosteloos ter beschikking gestelde PC of internetaansluiting Ter beschikking gesteld materiaal
Aj. 2009 180 € 60 €
- PC: - Internetaansluiting en internetabonnement:
-5-
Voordeel Aj. 2010 180 € 60 €
Aj. 2011 180 € 60 €
c)
Persoonlijk gebruik van een kosteloos ter beschikking gesteld voertuig Belastbare
Voordeel per afgelegde km
kracht in PK
Basisbedrag
Aj. 2009
Aj. 2010
4
0,1380 €
0,1682 €
0,1750 €
5
0,1620 €
0,1975 €
0,2054 €
6
0,1790 €
0,2182 €
0,2270 €
7
0,1980 €
0,2414 €
0,2511 €
8
0,2160 €
0,2633 €
0,2739 €
9
0,2350 €
0,2865 €
0,2980 €
10
0,2600 €
0,3169 €
0,3297 €
11
0,2850 €
0,3474 €
0,3614 €
12
0,3020 €
0,3681 €
0,3830 €
13
0,3210 €
0,3913 €
0,4071 €
14
0,3330 €
0,4059 €
0,4223 €
15
0,3470 €
0,4230 €
0,4401 €
16
0,3570 €
0,4352 €
0,4527 €
17
0,3640 €
0,4437 €
0,4616 €
18
0,3730 €
0,4547 €
0,4730 €
19 en meer
0,3800 €
0,4632 €
0,4819 €
Type brandstofvoorziening van de motor
Voordeel per g CO2 en per afgelegde km (CO2eur-coëfficiënt) Basisbedrag
Aj. 2011
Benzine, LPG of aardgas:
0,00210
0,00210
Diesel:
0,00230
0,00230
Minimumbedrag van het voordeel per afgelegde km Basisbedrag
Aj. 2011
0,10 €
0,10 €
Benzine/LPG/aardgas/diesel/elektriciteit: 10.
FORFAITAIRE KOSTEN AUTEURSRECHTEN (Art. 17, § 1, 5° en 22, § 3, WIB 92 – art. 4, 1°, KB/WIB 92) Basisbedragen Inkomen Forfaitaire kosten tot 10.000 € 50 % 10.000 tot 20.000 € 5.000 € tot 25 % boven 10.000 € Aj. 2009 Inkomen tot 13.250 € 13.250 tot 26.500 €
Forfaitaire kosten 50 % 6.625 € + 25 % boven 13.250 €
Aj. 2010 en 2011 Inkomen Forfaitaire kosten tot 13.840 € 50 % 13.840 tot 27.690 € 6.920 € + 25 % boven 13.840 €
11.
FORFAITAIRE BEROEPSKOSTEN
a)
Bezoldigingen van werknemers en baten (art. 51, tweede lid, 1° en 4°, en derde lid, WIB 92) Inkomen tot 3.750 € 3.750 tot 7.450 € 7.450 tot 12.400 € hoger dan 12.400 €
Inkomen tot 3.750 € 3.750 tot 7.450 € 7.450 tot 12.400 € hoger dan 12.400 € b)
Basisbedragen Forfaitaire kosten 27,2 % 1.020 € + 10 % boven 3.750 € 1.390 € + 5 % boven 7.450 € 1.637,50 € + 3 % boven 12.400 € met een maximum van 2.555 € Basisbedragen Forfaitaire kosten 28,7 % 1.076,25 € + 10 % boven 3.750 € 1.446,25 € + 5 % boven 7.450 € 1.693,75 € + 3 % boven 12.400 € met een maximum van 2.592,50 €
27,2 % 1.351,84 € + 10 % boven 4.970 € 1.841,84 € + 5 % boven 9.870 € 2.169,84 € + 3 % boven 16.430 € met een maximum van 3.380 €
tot 4.970 € 4.970 tot 9.870 € 9.870 tot 16.430 € hoger dan 16.430 €
Inkomen
Aj. 2010 en 2011 Forfaitaire kosten
tot 5.190 € 5.190 tot 10.310 € 10.310 tot 17.170 € hoger dan 17.170 €
28,7 % 1.489,53 € + 10 % boven 5.190 € 2.001,53 € + 5 % boven 10.310 € 2.344,53 € + 3 % boven 17.170 € met een maximum van 3.590 €
Bezoldigingen van bedrijfsleiders (art. 51, tweede lid, 2°, en derde lid, WIB 92) 5 % met een maximum van: 3 % met een maximum van:
c)
Aj. 2009 Forfaitaire kosten
Inkomen
Basisbedrag 2.555,00 € 2.592,50 € 1.555,50 €
Aj. 2009 3.380 € -
Aj. 2010 3.590 € -
Aj. 2011 2.150 €
Bezoldigingen van meewerkende echtgenoten (art. 51, tweede lid, 3°, en derde lid, WIB 92) 5 % met een maximum van:
Basisbedrag 2.555,00 € 2.592,50 €
Aj. 2009 3.380 € -6-
Aj. 2010 3.590 €
Aj. 2011 3.590 €
d)
Bezoldigingen van burgemeesters, schepenen en OCMW-voorzitters (51/39, Com.IB 92) Aj. 2009 5.800,52 € 3.480,31 €
- burgemeester: - schepen of OCMW-voorzitter: 12.
Aj. 2009 29,05 € 1.161,82 €
Aj. 2010 30,22 € 1.208,72 €
Landsbond der Christelijke Mutualiteiten: Landsbond van de Neutrale Ziekenfondsen: Nationaal Verbond van Socialistische Mutualiteiten: Landsbond van Liberale Mutualiteiten: Landsbond van de Onafhankelijke Ziekenfondsen: Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering: Kas der Geneeskundige Verzorging van de NMBS:
Aj. 2009 Algemene Zelfregeling standigen 0,00 € 0,00 € 0,00 € 0,00 € 3,00 € 3,00 € 3,00 € 3,00 € 3,00 € 3,00 € 0,00 € 0,00 € 18,00 €
andere investeringen:
b)
Aj. 2011 Algemene Zelfregeling standigen 0,00 € 0,00 € 0,00 € 0,00 € 3,00 € 3,00 € 0,00 € 0,00 € 3,00 € 3,00 € 0,00 € 0,00 € 18,00 €
Aj. 2009 3,5 %
Aj. 2010 5,5 %
Aj. 2011 3,5 %
13,5 % 20,5 %
15,5 % 22,5 %
13,5 % 13,5 % 20,5 %
22,5 %
20,5 %
22,5 % 12,5 %
20,5 % 10,5 %
20,5 % 10,5 %
Grenzen inzake overdracht (art. 72, tweede lid, WIB 92) Basisbedrag 620.000 € 2.480.000 €
15.
Aj. 2010 Algemene Zelfregeling standigen 0,00 € 0,00 € 0,00 € 0,00 € 3,00 € 3,00 € 3,00 € 3,00 € 3,00 € 3,00 € 0,00 € 0,00 € 18,00 €
INVESTERINGSAFTREK Percentages (art. 69 en 70, WIB 92)
Tijdperk van de investeringen: - Gewone aftrek: - Verhoogde aftrek: - octrooien, milieuvriendelijke investeringen voor onderzoek en ontwikkeling, energiebesparende investeringen, rookafzuigsystemen of verluchtingssystemen in horeca-inrichtingen: - oplaadstations voor elektrische voertuigen: - investeringen voor de beveiliging van de beroepslokalen en hun inhoud: - investeringen voor de beveiliging van de in art. 44bis, § 1, derde lid, WIB 92 bedoelde bedrijfsvoertuigen: - Gespreide aftrek: - milieuvriendelijke investeringen voor onderzoek en ontwikkeling:
-
Aj. 2011 30,22 € 1.208,72 €
PERSOONLIJKE BIJDRAGEN FINANCIELE VERANTWOORDELIJKHEID (ZIEKENFONDSEN)
Ziekenfonds
14. a)
Aj. 2011 6.173,04 € 3.703,82 €
GRENSBEDRAGEN VAN DE NIET-BELASTBARE VERGOEDINGEN VOOR VRIJWILLIGERSWERK Niet-belastbare vergoedingen Per dag Per jaar
13.
Aj. 2010 6.159,81 € 3.695,89 €
Aj. 2009 821.380 € 3.285.500 €
Aj. 2010 858.330 € 3.433.310 €
Aj. 2011 858.330 € 3.433.310 €
BASISBELASTING (art. 130, WIB 92) Basisbedragen Inkomen tot 5.705 € 5.705 tot 8.120 € 8.120 tot 13.530 € 13.530 tot 24.800 € hoger dan 24.800 €
Belasting 25 % 1.426,25 € + 30 % boven 5.705 € 2.150,75 € + 40 % boven 8.120 € 4.314,75 € + 45 % boven 13.530 € 9.386,25 € + 50 % boven 24.800 €
Aj. 2009 Inkomen tot 7.560 € 7.560 tot 10.760 € 10.760 tot 17.920 € 17.920 tot 32.860 € hoger dan 32.860 € 16.
Aj. 2010 en 2011
Belasting 25 % 1.890 € + 30 % boven 7.560 € 2.850 € + 40 % boven 10.760 € 5.714 € + 45 % boven 17.920 € 12.437 € + 50 % boven 32.860 €
Inkomen tot 7.900 € 7.900 tot 11.240 € 11.240 tot 18.730 € 18.730 tot 34.330 € hoger dan 34.330 €
Belasting 25 % 1.975 € + 30 % boven 7.900 € 2.977 € + 40 % boven 11.240 € 5.973 € + 45 % boven 18.730 € 12.993 € + 50 % boven 34.330 €
JAARLIJKSE INDEXATIE
Art. WIB 92 Indexeringscoëfficiënt geldend inzake - de algemene integrale indexatie: 178, § 2 178, § 3, 2° - de algemene, doch tijdelijk « bevroren », indexatie: - de gezondheidsindex m.b.t. de forfaitaire onkostenver178, § 4 goedingen voor artiesten: - de gezondheidsindex m.b.t. de niet-recurrente 178, § 6 resultaatgebonden voordelen: - de indexatie van de KI’s en de gewone woningaftrek: 518
Aj. 2009 1,5025 1,3248
Aj. 2010 1,5701 1,3844
Aj. 2011 1,5693 (1) 1,3836 (1)
120,27 / 112,47
126,46 / 112,47
125,67 / 112,47
111,15 / 105,71 1,5461
110,46 / 105,71 1,5453 (1)
105,71 / 105,71 1,4796
(1) De voor aj. 2010 geldende coëfficiënt blijft evenwel van toepassing voor aj. 2011 (cf. art.178, § 7, WIB 92). -7-
INTERESTEN, KAPITAALAFLOSSINGEN EN LEVENSVERZEKERINGSPREMIES I. OUD STELSEL A. IN AANMERKING TE NEMEN GRENZEN Art. WIB 92
Omschrijving
Basisbedrag
Aj. 2009
Aj. 2010
Aj. 2011
526, § 2 en 115, 2°, a, oud
Minimale totale kostprijs van de vernieuwingswerken:
19.800 €
26.230 €
27.410 €
27.410 €
In aanmerking te nemen bedragen inzake levensverzekeringspremies en kapitaalaflossingen: - 1ste inkomstenschijf (15 % + 6 % van de rest): - maximumbedrag:
1.250 € 1.500 €
1.660 € 1.990 €
1.730 € 2.080 €
1.730 € 2.080 €
6
526, § 2 en 145 , eerste lid, oud
B. VERHOOGDE VERMINDERING VOOR HET BOUWSPAREN 19 (kapitaalaflossingen en levensverzekeringspremies - art. 526, § 2, 145 , tweede lid, oud en 516, §§ 2 en 3, WIB 92) Datum van de lening van 1.1.1963 tot 30.4.1986 van 1.5.1986 tot 31.12.1988
1989 1990 1991 1992 1993 tot 1998 1999 2000 Basisbedrag 2001 2002 2003 2004
In aanmerking te nemen aanvangsbedrag Kapitaalaflossing Levensverzekering
Aard van de woning ( 1) Sociale woning (eigen) Middelgrote woning (eigen) Andere woning (eigen) Sociale woning (eigen) Middelgrote woning (eigen) Nieuwe middelgrote woning (eigen) Andere woning (eigen)
Woning (eigen) Woning (eigen) Woning (eigen) Woning (eigen) Woning (enige) Woning (enige) Woning (enige) Woning (enige) Woning (enige) Woning (enige) Woning (enige)
Totaliteit 49.578,70 € 9.915,74 € 49.578,70 € Nihil 49.578,70 € Totaliteit 49.578,70 € 9.915,74 € 49.578,70 € 49.578,70 € 49.578,70 € Nihil 49.578,70 € In aanmerking te nemen aanvangsbedrag naargelang het aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van de afsluiting van de lening 0 1 2 3 meer dan 3 49.578,70 € 52.057,64 € 54.536,58 € 59.494,45 € 64.452,32 € 51.115,64 € 53.668,95 € 56.222,25 € 61.353,65 € 66.460,25 € 52.875,69 € 55.528,15 € 58.180,61 € 63.460,74 € 68.740,87 € 54.536,58 € 57.263,40 € 59.990,23 € 65.443,89 € 70.872,76 € 54.536,58 € 57.263,40 € 59.990,23 € 65.443,89 € 70.872,76 € 55.057,15 € 57.808,77 € 60.560,39 € 66.063,62 € 71.566,86 € 55.652,10 € 58.453,29 € 61.229,70 € 66.782,52 € 72.360,12 € 50.000,00 € 52.500,00 € 55.000,00 € 60.000,00 € 65.000,00 € 57.570,00 € 60.440,00 € 63.320,00 € 69.080,00 € 74.830,00 € 58.990,00 € 61.930,00 € 64.880,00 € 70.780,00 € 76.680,00 € 59.960,00 € 62.950,00 € 65.950,00 € 71.950,00 € 77.940,00 € 60.910,00 € 63.960,00 € 67.000,00 € 73.090,00 € 79.180,00 €
C. VERMINDERING VOOR HET LANGE TERMIJNSPAREN 6 (kapitaalaflossingen - art. 526, § 2, 145 , tweede lid, oud, en 516, § 1, WIB 92) Datum van de lening
Aard van de woning
van 1.1.1963 tot 30.4.1986
Sociale woning (2) Middelgrote woning (2) Sociale woning (2) Middelgrote woning (2) Nieuwe middelgrote woning (2) Woning (2) Woning (2) Woning (2) Woning (2) Woning (3) Woning (3) Woning (3)
van 1.5.1986 tot 31.12.1988
1989 1990 1991 1992 1993 tot 1998 1999 2000 Basisbedrag 2001 2002 2003 2004
Woning (3) Woning (3) Woning (3) Woning (3)
In aanmerking te nemen aanvangsbedrag Totaliteit 9.915,74 € Totaliteit 9.915,74 € 49.578,70 € 49.578,70 € 51.115,64 € 52.875,69 € 54.536,58 € 54.536,58 € 55.057,15 € 55.652,10 € 50.000,00 € 57.570,00 € 58.990,00 € 59.960,00 € 60.910,00 €
(1) Wat de vóór 1.1.1993 aangegane leningen betreft, moet het gaan om de eigen woning van de belastingplichtige, d.w.z. de woning waarvoor de in art. 16, oud, WIB 92 bedoelde woningaftrek wordt verleend. Voor de vanaf 1.1.1993 aangegane leningen moet het gaan om een woning die bij het sluiten van de lening de enige woning van de belastingplichtige was. (2) Het moet gaan om een woning die niet de eigen woning van de belastingplichtige is, d.w.z. een woning waarvoor de in art. 16, oud, WIB 92 bedoelde woningaftrek niet kan worden verleend. (3) Het moet gaan om een woning die bij het sluiten van de lening niet de enige woning van de belastingplichtige was. -8-
D. BIJKOMENDE INTEREST VOOR HET BOUWEN OF VERWERVEN VAN EEN NIEUWE EN ENIGE WONING (art. 526, § 2 en art. 116, eerste lid, oud, WIB 92) Datum van de lening van 1.5.1986 tot 31.12.1989 1990 1991 1992 tot 1998 1999 2000 Basisbedrag 2001 2002 2003 2004
In aanmerking te nemen aanvangsbedrag van de lening naargelang het aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van de afsluiting van de lening 0 1 2 3 meer dan 3 64.452,32 € 59.494,45 € 54.536,58 € 52.057,64 € 49.578,70 € 66.460,25 € 61.353,65 € 56.222,25 € 53.668,95 € 51.115,64 € 68.740,87 € 63.460,74 € 58.180,61 € 55.528,15 € 52.875,69 € 70.872,76 € 65.443,89 € 59.990,23 € 57.263,40 € 54.536,58 € 71.566,86 € 66.063,62 € 60.560,39 € 57.808,77 € 55.057,15 € 72.360,12 € 66.782,52 € 61.229,70 € 58.453,29 € 55.652,10 € 65.000,00 € 60.000,00 € 55.000,00 € 52.500,00 € 50.000,00 € 74.830,00 € 69.080,00 € 63.320,00 € 60.440,00 € 57.570,00 € 76.680,00 € 70.780,00 € 64.880,00 € 61.930,00 € 58.990,00 € 77.940,00 € 71.950,00 € 65.950,00 € 62.950,00 € 59.960,00 € 79.180,00 € 73.090,00 € 67.000,00 € 63.960,00 € 60.910,00 €
E. BIJKOMENDE INTEREST VOOR HET VERNIEUWEN VAN EEN ENIGE EN MINIMUM 15 OF 20 JAAR (1) OUDE WONING (art. 526, § 2 en art. 116, eerste lid, oud, WIB 92) Datum van de lening van 1.5.1986 tot 31.12.1989 1990 1991 1992 tot 1998 1999 2000 Basisbedrag 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 en 2010
In aanmerking te nemen aanvangsbedrag van de lening naargelang het aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van de afsluiting van de lening 0 1 2 3 meer dan 3 26.028,82 € 26.846,87 € 27.764,07 € 28.631,70 € 28.904,38 € 29.226,65 € 26.250,00 € 30.220,00 € 30.970,00 € 31.480,00 € 31.980,00 € 32.650,00 € 33.560,00 € 34.160,00 € 34.780,00 € 36.340,00 €
24.789,35 € 25.557,82 € 26.450,24 € 27.268,29 € 27.516,18 € 27.838,44 € 25.000,00 € 28.780,00 € 29.490,00 € 29.980,00 € 30.460,00 € 31.090,00 € 31.960,00 € 32.530,00 € 33.120,00 € 34.610,00 €
27.268,29 € 28.111,13 € 29.077,91 € 29.995,12 € 30.267,80 € 30.614,85 € 27.500,00 € 31.660,00 € 32.440,00 € 32.980,00 € 33.500,00 € 34.200,00 € 35.150,00 € 35.780,00 € 36.430,00 € 38.070,00 €
32.226,16 € 33.217,73 € 34.382,83 € 35.448,77 € 35.771,04 € 36.192,45 € 32.500,00 € 37.420,00 € 38.340,00 € 38.970,00 € 39.590,00 € 40.420,00 € 41.540,00 € 42.290,00 € 43.060,00 € 44.990,00 €
29.747,22 € 30.664,43 € 31.730,37 € 32.721,95 € 33.019,42 € 33.391,26 € 30.000,00 € 34.540,00 € 35.390,00 € 35.970,00 € 36.550,00 € 37.310,00 € 38.350,00 € 39.040,00 € 39.740,00 € 41.530,00 €
II. NIEUW STELSEL A. IN AANMERKING TE NEMEN GRENZEN Art. WIB 92 115, eerste lid, 6° en 116, eerste en tweede lid
6
145 , eerste lid
Omschrijving
Basisbedrag
Maximum aftrekbaar bedrag van de interesten, kapitaalaflossingen en levensverzekeringspremies voor het verwerven of behouden van de in de E.E.R. gelegen enige en eigen woning: Verhoging van dat bedrag gedurende de eerste 10 jaren: Verhoging van dat bedrag wanneer de belastingplichtige 3 of meer dan 3 kinderen ten laste heeft op 1 januari van het jaar na het jaar van de afsluiting van de lening: Grensbedrag van de levensverzekeringspremies en kapitaalaflossingen dat in aanmerking komt voor de belastingvermindering voor het lange termijnsparen: - 1ste inkomstenschijf (15 % + 6 % van de rest): - maximumbedrag:
Aj. 2009
Aj. 2010
Aj. 2011
1.500 € 500 €
1.990 € 660 €
2.080 € 690 €
2.080 € 690 €
50 €
70 €
70 €
70 €
1.250 € 1.500 €
1.660 € 1.990 €
1.730 € 2.080 €
1.730 € 2.080 €
6
B. VERMINDERING VOOR HET LANGE TERMIJNSPAREN (kapitaalaflossingen - 145 , tweede lid, WIB 92) Aard van de woning In aanmerking te nemen aanvangsbedrag Datum van de lening 50.000 € Basisbedrag Woning (2) 62.190 € 2005 Woning (2) 63.920 € 2006 Woning (2) 65.060 € 2007 Woning (2) 66.240 € 2008 Woning (2) 69.220 € 2009 en 2010
(1) 20 jaar indien de lening is aangegaan in de periode van 1.5.1986 tot 31.10.1995; 15 jaar indien de lening na 31.10.1995 is aangegaan. (2) Het moet gaan om een in de E.E.R. gelegen woning die niet de enige en eigen woning is. -9-