SAMENSTELLEN WERVINGSRESERVE VOOR VRIJWILLIGE BRANDWEERLIEDEN

SAMENSTELLEN WERVINGSRESERVE VOOR VRIJWILLIGE BRANDWEERLIEDEN 1. Toelatings- en aanwervingsvoorwaarden 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

8. 9.

Onderdaan zijn van een land van de Europese Gemeenschap. Woonachtig zijn, uiterlijk zes maanden na het einde van de stage, in een straal van 3 kilometer rond de brandweerkazerne. Ten minste 18 jaar oud zijn bij de eerste dienstneming in een brandweerdienst. Ten minste 1,60 m groot zijn voor de mannelijke kandidaten en 1,55 m voor de vrouwelijke kandidaten (gemeten zonder schoeisel). Van goed zedelijk gedrag zijn en de burgerlijke en politieke rechten genieten. In orde zijn met de dienstplichtwetten of aan de wetten houdende het statuut van de gewetensbezwaarden voldoen. Lichamelijk geschikt bevonden zijn ingevolge een geneeskundig onderzoek, verricht door de officier-geneesheer van de dienst, of bij ontstentenis, door een door de gemeenteraad aangeduid geneesheer. De kandidaat : - mag geen enkel gebrek hebben, dat onverenigbaar is met de dienst - moet een normale gehoorscherpte hebben, gepaard aan een degelijke gesteldheid van de evenwichtsorganen. - mag geen neiging hebben tot duizeligheid. Slagen in de proeven inzake lichamelijke geschiktheid. Slagen voor de selectieproeven.

2. Taken De brandweerdienst is belast met de taken die hem opgedragen zijn krachtens de wetten en reglementen inzake brandbestrijding en de brandvoorkoming. De leden van de brandweerdienst mogen als zodanig niet worden ingezet voor andere taken, dan die welke vast gesteld zijn, namelijk de hulpverleningstaken opgelegd krachtens bijzondere wettelijke en reglementaire taken, bepaaldelijk: - de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening - het KB van 28 februari 1963 houdende algemeen reglement ter bescherming van de bevolking en de werknemers tegen het gevaar van ioniserende stralingen. - het Algemeen Reglement op de Arbeidsbescherming (Codex) - de wet van 31 december 1963 op de Civiele Bescherming en de taken in uitvoering daarvan omschreven in het KB van 23 juni 1971 - de prestaties die eventueel het voorwerp uitmaken van de door de Gouverneur goedgekeurde overeenkomsten met andere brandweerdiensten van de Gewestelijke Groep - de interventies voor hulpverlening, bepaald in het KB van 8 november 1967 - in algemene zin alle hulpverlening waar mensen of dieren in nood zijn, voor zover deze hulpverlening essentieel vallen binnen het raam van de organisatie van de hulpverlening, zoals bepaald bij artikel 135 van de nieuwe gemeentewet. - de taken opgesomd in de lijst, gevoegd bij het Ministerieel rondschrijven van 29 november 1967 en dit van 17 februari 1970 t.t.z.: 1) vervoer en zorgen aan een verstikte of aan een drenkeling: aanvoer van zuurstof 2) ontploffing 3) persoon die in een lift is ingesloten 4) op een dak gevluchte persoon (inzonderheid wanneer het om een zwakzinnige gaat) 5) bevrijding van een onder puin of afbraak bedolven persoon 6) bevrijding van een onder een voertuig (tram, vrachtwagen, enz...) geklemde persoon 7) dringend vervoer van een zieke en van een slachtoffer van een ongeval die zich op de openbare weg of op een openbare plaats bevindt. 8) bevrijding van een geëlektrocuteerd persoon

nota vrijwillige brandweerlieden

1

9) 10) 11) 12) 13) 14) 15) 16) 17) 18) 19) 20) 21)

22)

bevrijding van een rioolwerker (verstikking in riool) ophalen van een persoon uit put, kanaal, vijver enz... belemmering op de rijweg, met gevaar voor personen of goederen bevrijding van een persoon met een der ledematen geklemd in een machine. leegpompen van een kelder, ingevolge overstroming of lekkage aan de waterleiding die onder de openbare weg geïnstalleerd is. interventie in een gebouw bij lekkage van schadelijke gassen ontsnapping van stoom in een gebouw oververhitte verwarmingsketel luchtverversing van lokalen waar rook, gas, koudmakend mengsel is binnengedrongen interventie voor een vliegtuig dat in moeilijkheden verkeert. interventie bij overstroming of ramp neutralisering van een laag koolwaterstofverbindingen of zuur opsporen van een radioactieve bron, die gevaar voor de bevolking kan opleveren (onder de voorwaarden in gemeen overleg vast te stellen door de Minister van Binnenlandse Zaken en van Volksgezondheid, overeenkomstig de bepalingen van het K.B. van 25 februari 1963). onschadelijk maken of vernietiging (eventueel met medewerking van een imker) van wespenen bijennesten of -zwermen, die gevaar medebrengen voor personen.

-desgevallend kan in verband met internationale samenwerking de brandweerdienst geroepen worden voor hulpverlening aan de buurlanden Nederland of Frankrijk. (artikel 3 van het grondreglement voor de stedelijke brandweerdienst)

3. Examenprogramma Het examenprogramma bevat volgende onderdelen: A. Proeven inzake lichamelijke geschiktheid Het geheel van de proeven wordt gequoteerd op 100 punten; om te slagen moeten de kandidaten 60% van de punten hebben behaald op het geheel van de proeven en niet uitgesloten zijn voor de vier schiftende proeven. De examencommissie bepaalt de volgorde van de proeven; deze volgorde moet voor alle kandidaten dezelfde zijn. De proeven worden elk één keer afgenomen behoudens voor 'evenwicht', 'shuttle run' en 'beklimming van een autoladder' waar op vraag van de kandidaat een tweede poging wordt toegestaan In geval van twee pogingen geldt de best quotering. a) voorligsteun (push up) duur: 60 seconden uitgangspositie: het lichaam, dat op de handen en op de voeten steunt, vormt een rechte lijn van het hoofd tot de hielen terwijl de handen ongeveer op schouderbreedte staan met de vingers naar voor gericht en de armen gestrekt. uitvoering: tijdens de oefening blijft het lichaam een rechte lijn van hoofd tot de hielen vormen en moet de kin een zacht blokje van 20cm x 20cm x 5cm raken, onafgebroken armen buigen en volledige strekken. materiaal: * handteller * zacht blokje van 20cm x 20cm x 5cm dik * chronometer beoordeling: afhankelijk van het aantal herhalingen

aantal x minder dan 10 van 10 tot 12


punten 0 1

2

van 13 tot 14 van 15 tot 16 van 17 tot 19 van 20 tot 22 van 23 tot 24 van 25 tot 27 van 28 tot 29 30 meer dan 30

2 3 4 5 6 7 8 9 10

b) buigen van armen (pull up) uitgangspositie: gestrekte hang aan een horizontale baar, de handen in supinatie, d.w.z. de palm naar binnen. De baar wordt op zulkdanige hoogte geplaatste dat de voeten de grond niet raken. uitvoering: voor de goede werking is vereist dat de kin boven de baar uitkomt. Bij het uithangen moet het hoofd volledig onder de baar uitkomen. materiaal: * handteller * baar beoordeling: afhankelijk van het aantal herhalingen aantal x minder dan 2 2 3 4 5 6 7 8 9 10 meer dan 10

punten 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

c) evenwicht Vrije manier van opklimmen (bv. aan de hand van een bank die tegen de balk gezet wordt). uitgangspositie: in evenwicht op de balk voor de vertreklijn, de voeten naar voor gericht. uitvoering: éénmaal heen en weer gaan over een lengte van telkens 3,50m over een balk van 7 tot 10 cm breed, geplaatst op een hoogte van minimum 1,00m en maximum 1,20m. Over de balk stappen met gespreide armen, tot stilstand komen en achteruit of vooruit (na halve draai) terugkeren naar vertrekplaats zonder steun te zoeken met de handen. Vrije manier van afstappen (bv. door een sprong op een mat). Wanneer men gevallen is of gesteund heeft, wordt de proef beëindigd. De proef wordt gechronometreerd bij het geven van een signaal wanneer de kandidaat de uitgangspositie aangenomen heeft. De chronometer wordt stilgelegd nadat de kandidaat stilstaat in evenwicht met beide voeten over de vertreklijn. Op vraag van de kandidaat kan een tweede poging worden toegestaan. In geval van twee pogingen geldt de beste quotering. materiaal: * evenwichtsbalk * mat * chronometer beoordeling: afhankelijk van de tijd.


3

parcours in vanaf 25s minder dan 25s vallen of steunen

punten 5 10 uitschakeling

d) squat duur: 90 seconden uitgangspositie: lichaam gestrekt met de voeten op schouderbreedte. De baar wordt op de schouders gelegd. Met de hielen moet op een verhoging gestaan worden om een stabielere stand te verkrijgen. uitvoering: benen buigen en strekken (90° tussen boven- en onderbenen) met een olympische baar van 40kg op de schouders. materiaal: * handteller * olympische baar van 40kg * chronometer beoordeling: afhankelijk van het aantal herhalingen

aantal x minder dan 12 van 12 tot 13 van 14 tot 15 van 16 tot 17 van 18 tot 19 van 20 tot 21 van 22 tot 23 van 24 tot 25 van 26 tot 27 van 28 tot 29 30 en meer

punten 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

e) shuttle run (loopsnelheid) uitgangspositie: vertrek vanuit buiklig, armen gebogen, de handen achter de vertreklijn plat op de grond met de vingers naar voor gericht (het hoofd mag over de vertreklijn zijn). Eén been mag opgetrokken zijn. uitvoering: op het signaal lopen naar een lijn op 10m van de vertreklijn, een houten shuttle (klein cilindrisch blokje waarvan de afmetingen hieronder vermeld worden) opnemen, terug lopen en de shuttle neerzetten (niet gooien) achter de vertreklijn op een vooraf gemarkeerde plaats, een tweede shuttle ophalen neerzetten (niet gooien) achter de vertreklijn op de 2de vooraf gemarkeerde plaats. De tijd wordt gestopt, wanneer de tweede shuttle op de gemarkeerde plaats op de vertreklijn wordt neergezet. Men krijgt twee pogingen waarvan de beste telt. De proefpersoon dient te lopen binnen een breedtestrook van 1m, zodat een cirkelvormige baan bij het oprapen van de shuttle uitgesloten wordt. Op vraag van de kandidaat kan een tweede poging worden toegestaan. In geval van twee pogingen geldt de beste quotering. materiaal:

* een anti-slipmat of anti-slip sportvloer lengte: min 12m - breedte: min 1m * chronometer * materiaal om de begin- en eindplaatsen van de shuttle te markeren. * 2 houten shuttles: hoogte 7cm, diameter 6cm en gewicht ongeveer 100gr


4

beoordeling: afhankelijk van de tijd:

tijd in seconden meer dan 14,4 van 14,0 tot 14,3 van 13,6 tot 13,9 van 13,2 tot 13,5 van 12,8 tot 13,1 van 12,4 tot 12,7 van 12,0 tot 12,3 van 11,6 tot 11,9 van 11,2 tot 11,5 van 10,8 tot 11,1 10,7 of minder

punten 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 gewijzigd bij raadsbesluit dd.

7/6/2001

f) sit-up (rompkracht) duur: 60 seconden uitgangspositie: de uitgangspositie wordt ingenomen in zithouding met de romp rechtop, knieën gebogen in een hoek van ongeveer 90°, voeten geblokkeerd op de grond, armen gebogen met de vingertoppen achter de oren en de ellebogen tegen de knieën. uitvoering: vanuit de uitgangspositie komen tot ruglig waarbij de onderste helft van de rug de mat of vloer raakt (de rug blijft bol - controle op de goede uitvoering kan door de hand van de examinator onder de rug te leggen en deze te laten raken), waarna de romp terug wordt opgericht waarbij de ellebogen de knieschijf raken (= volledige sit-up). Het tellen gebeurt telkens de uitgangspositie wordt aangenomen (=zithouding). materiaal: * sportmat of anti-slip sportvloer * chronometer * handteller beoordeling: afhankelijk van het aantal herhalingen. aantal x minder dan 6 van 6 tot 8 van 9 tot 11 van 12 tot 14 van 15 tot 17 van 18 tot 20 van 21 tot 23 van 24 tot 26 van 27 tot 29 van 30 tot 32 33 en meer

punten 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

g) bent arm hang uitgangspositie: hang aan een horizontale baar, de handen in supinatie met de armen gebogen, de kin boven de baar. De kin mag de baar niet raken. De kandidaat wordt geholpen de beginpositie te bereiken. uitvoering: de tijd in hangpositie wordt gemeten tot op het moment dat de ogen onder de baar komen.


5

Het lichaam en de benen moeten gestrekt blijven. materiaal: * chronometer * baar beoordeling: afhankelijk van de tijd: aantal x minder dan 20 van 20 tot 22 van 23 tot 25 van 26 tot 28 van 29 tot 31 van 32 tot 35 van 36 tot 39 van 40 tot 43 van 44 tot 47 van 48 tot 51 52 en meer

punten 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

h) beklimmen van een autoladder De ladder staat vrij en heeft een helling van 70° en is 20m uitgeschoven. uitgangspositie: de start gebeurt vanaf de grond aan de voet van de ladder. De kandidaat houdt de armen langs het lichaam en raakt de ladder niet aan. uitvoering: de ladder trede per trede op en afgaan. Bij de uitvoering van deze proef moeten de veiligheidsnormen nageleefd worden. De tijd, vanaf het startsignaal, die nodig is voor het opgaan en het afgaan van de ladder tot beide voeten terug op de grond staan, wordt gemeten. Op vraag van de kandidaat kan een tweede poging worden toegestaan. In geval van twee pogingen geldt de beste quotering. materiaal: * autoladder van min. 20m * beveiligingsmaterieel * chronometer beoordeling: afhankelijk van de tijd. tijd in seconden meer dan 124 minder dan 124 tot 118 minder dan 118 tot 112 minder dan 112 tot 106 minder dan 106 tot 100 minder dan 100 tot 94 minder dan 94 tot 88 minder dan 88 tot 82 minder dan 82 tot 76 minder dan 76 tot 70 minder dan 70 tot 64 minder dan 64

punten uitgesloten 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

i) uithoudingstest uitgangspositie: staande achter de vertreklijn uitvoering: 2.400m lopend en/of wandelend afleggen materiaal: * vlak loopparcours * chronometer


6

beoordeling: afhankelijk van de tijd: tijd in minuten en seconden meer dan 13'30'" minder dan 13'30" tot 13' minder dan 13' tot 12'40"" minder dan 12'40" tot 12'20" minder dan 12'20" tot 12' minder dan 12' tot 11'30" minder dan 11'30" tot 11' minder dan 11' tot 10'30"" minder dan 10'30"tot 10' minder dan tot 10'tot 9'30" minder dan tot 9'30"

punten uitgesloten 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

j) zwemmen uitgangspositie: buiten het water aan de kant. uitvoering: 100m zwemmen in vrije slag, zonder rustpauze, het inspringen is vrij. De tijd die nodig is om deze afstand af te leggen wordt gemeten. De kandidaat wordt uitgeschakeld wanneer hij de 100m in meer dan 2'30" aflegt. materiaal: * zwembad van min. 25m * chronometer beoordeling: afhankelijk van de tijd:

150 en minder minder minder minder minder minder minder minder minder minder

tijd in seconden meer dan 150 tot 144 dan 144 tot 138 dan 138 tot 132 dan 132 tot 126 dan 126 tot 120 dan 120 tot 114 dan 114 tot 108 dan 108 tot 96 dan 96 tot 90 dan 90

punten uitgesloten 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

B. Selectieproeven onderdeel 1: schriftelijke proef (15/30): rapport over een onderwerp van algemene aard i.v.m. het beroep van brandweerman onderdeel 2: mondelinge proef (20/40): een interview om de maturiteit en de geschiktheid van de kandidaat te testen onderdeel 3: praktische proef (15/30): uitvoeren van een opdracht om de geschiktheid van de kandidaat te testen. Om als geslaagd te worden beschouwd moeten de kandidaten: - op elk van de onderdelen 1, 2 en 3 de helft van de punten behalen - over het totaal van de onderdelen 1, 2 en 3 minstens 60% van de punten behalen De geslaagde kandidaten worden opgenomen in een werfreserve voor de duur van 1 jaar; de geldigheidsduur van de wervingsreserve begint te lopen vanaf de eerste van de maand die volgend op het besluit van de gemeenteraad houdende samenstelling van de betreffende reserve.


7

4. Vergoeding 4.1. De vergoedingen van de prestaties van de vrijwilligers voor interventies worden berekend naar rato van de uren prestaties op basis van het gemiddelde van de wedden bepaald bij de weddenschaal van de overeenstemmende graad van het beroepspersoneel. Het uurloon wordt vastgesteld op 1/1976e van deze gemiddelde jaarlijkse brutobezoldiging. Elk begonnen uur wordt vergoed. De vergoeding is minstens gelijk aan de vergoeding voor twee prestatie-uren. De actuele uurvergoeding voor een brandweerman stagiair bedraagt 14,21 euro bruto.

4.2. Oefeningen 4.2.1. Voor iedere gezamenlijke oefening, theorie of les wordt een vergoeding toegekend die gelijk is aan deze vermeld onder §1 van dit artikel. 4.2.2. Voor de ploegoefeningen van de vrijdagavond, opgesomd in het reglement van inwendige orde, en de verplichte oefeningen voor de ambulanciers, wordt een vergoeding gegeven van één prestatie-uur. Vrijdagavond-oefeningen voor opgaande en afgaande ploeg van wacht: Voor beide acties is een vergoeding van één uur voorzien, dit in tegenstelling tot de andere oefeningen. Beide aanwezigheden geven recht op twee uur vergoeding. Eén aanwezigheid en één toegestane afwezigheid geven recht op één uur vergoeding. Twee toegestane afwezigheden geven geen recht op vergoeding. Eén aanwezigheid en één niet-toegestane afwezigheid geven geen recht op vergoeding. Eén toegestane afwezigheid en één niet-toegestane afwezigheid geven als gevolg dat één uur van de maandelijkse oefeningen wordt afgetrokken. Twee niet-toegestane afwezigheden hebben als gevolg dat twee uren worden afgetrokken van de vergoeding van de maandelijkse oefeningen. 4.2.3. De maandelijkse oefeningen worden vergoed met twee prestatie-uren. 4.2.4. Wie niet aanwezig is bij de naamafroeping voor de oefening en zich niet meldt nadien wordt als onwettig afwezig beschouwd en verliest zijn vergoeding voor deze oefening.

4.3. Dienst 100 (mits het behalen van een geldige badge 100) De ambulancediensten worden per rit als volgt vergoed: dagdienst

6.00u - 22.00u

nachtdienst weekenddienst

22.00u - 6.00u zaterdagavond 22.00u maandagmorgen 6.00u

vergoeding volgens uurvergoeding van de graad brandweerman (actueel 12,87 euro bruto) vergoeding dagdienst X 2 vergoeding dagdienst X 2

Elk begonnen halfuur wordt vergoed; de vergoeding bedraagt minstens één prestatie-uur.

4.4. Permanentiedienst De prestaties permantiedienst worden vergoed volgens de uurvergoeding van de graad van brandweerman.


8

4.5. Wachtdienst De prestaties voor de wachtdienst in het brandweerstation worden vergoed aan 50% van de uurvergoeding van de graad van brandweerman.

5. Solliciteren Solliciteren voor deze functie kan door een sollicitatiebrief te richten aan: college van burgemeester en schepenen van de stad Torhout Markt 1 8820 Torhout met volgende bijlagen: 1° uitgebreid curriculum vitae 2° alle nuttige stukken uiterlijk tegen 3 oktober 2011-06-24 de selectieproeven vinden plaats op zaterdag 22 oktober 2011

Voor meer informatie omtrent deze vacature kan contact worden opgenomen met de personeelsdienst (050/22 11 22) of de stedelijke brandweerdienst (050/21 14 02). Deze nota is ook consulteerbaar op de website www.torhout.be

Torhout, juni 2011 De personeelsdienst


9

SAMENSTELLEN WERVINGSRESERVE VOOR VRIJWILLIGE BRANDWEERLIEDEN

Recommend Documents