Samen werken voor een
MOOIER LIMBURG
Limburgse Natuur- en Milieu-organisaties
Een mooier Limburg, een
gezamenlijke inspanning!
Een gezonder, duurzamer en mooier Limburg ontstaat niet vanzelf. Dat komt er pas wanneer mensen elkaar willen ontmoeten, elkaar willen steunen en open willen staan voor elkaars belangen. Wanneer iedereen binnen de eigen mogelijkheden meedoet. In Limburg is dit meer dan ooit nodig. Om overeind te blijven als internationale, economische peiler en om de breed erkende natuurwaarden te behouden. Daarin is een hoofdrol weggelegd voor de provincie. Dus ook voor u
Limburgse natuur- en milieuorganisaties geloven in krachtenbundeling. Door de handen ineen te slaan. Maar ook door een hand uit te steken. Richting politiek, bedrijfsleven en maatschappelijke partners. Omdat ook zij baat hebben bij een duurzame leefomgeving. Daarom hebben die natuur- en mileuorganisaties hun denkbeelden gebundeld in een programma. Een oproep aan bestuurders. Dus ook aan u.
Limburgse natuur- en milieuorganisaties lopen niet weg voor hun verantwoordelijkheid. Samen werken aan een mooier Limburg begint met kennismaken. Vandaag. Met mensen die van hun provincie houden. Met vragen die regiobreed leven. En met ambities die om invulling vragen. In de wetenschap dat leefbaarheid niet onderhandelbaar
Limburgse natuur- en milieuorganisaties staan met beide benen in de maatschappij. Ze houden voeling met de achterban. Maar ook met het minder actieve deel van de provincie. Des te sprekender zijn de getuigenissen van die mensen. Vol trots, bezorgdheid, verbazing of verontwaardiging. Maar altijd oprecht. Ze treden op in deze brochure. Omdat ze houden van hun land. Omdat ze op zoek zijn naar
is, wel maakbaar. Door mensen. Door Limburgers. Dus ook door u.
mensen die hun zorgen serieus nemen. Omdat ze een appel doen op bestuurders en beslissers. Dus ook op u.
“Één enkel gebouw kan de
omgeving . . Frank Hovens, sociaal geograaf en historicus.
Als sociaal geograaf en historicus heeft Frank Hovens iets met cultuurlandschappen. Met lede ogen ziet hij aan hoe die landschappen worden aangetast. Her en der verschijnen gebouwen die volgens hem niet alleen een
belangrijk vast te stellen hoe een object van invloed is op zijn omgeving. In gesprekken over ruimtelijke kwaliteit merk je al gauw dat die in de subjectieve sfeer belanden. Je verzeilt al snel in een welles-nietesdiscussie over wat mooi is.
gebrek aan architectonische kwaliteit vertonen, maar die, erger nog, de visuele kwaliteit van de wijde omtrek aantasten.
Belangrijker lijkt mij echter de vraag welke invloed een object heeft op de visuele kwaliteit van zijn omgeving.”
Vuistregel “Er is een vuistregel die stelt dat wanneer een gebouw eenmaal staat dit niet meer verdwijnt. Als het al verdwijnt, komt er toch iets nieuws voor in de plaats. Dit inzicht moet ons besef vergroten van de effecten op de omgeving. Als wij het landschap aantasten, bederven we niet alleen de kwaliteit van onze eigen leefomgeving, maar ook die van de generaties die na ons komen.” Dominante objecten Onder andere aan de hand van een opname van Google Earth kon Frank Hovens aantonen hoezeer een nieuwe manege in het Zuid-Limburgse Ulestraten een enorm deel van het Plateau van Schimmert domineert. “Het is heel
Regie op niveau De verrommeling van het landschap manifesteert zich volgens Frank Hovens op twee manieren: “Enerzijds door de ontsierende rommel die je gewoon kunt opruimen. Deze is bij wijze van spreken mobiel. Daarnaast heb je de permanente verrommeling in de vorm van maneges, enorme schuren, bedrijventerreinen, kassen, hekwerken en dergelijke. Deze vormt de grootste bedreiging voor ruimtelijke kwaliteit. Dan staat verrommeling gelijk aan verspilling van ruimte. Dit moeten we een halt toeroepen. Door goede weten regelgeving te koppelen aan strikte handhaving. Van groot belang hierbij is dat een bovengemeentelijke overheid, zoals de provincie of het rijk, een regisserende rol krijgt. Op lokaal niveau lijkt het particuliere belang vaak meer aandacht te krijgen dan het collectieve belang. En schoonheid van het landschap reikt sowieso verder dan de gemeentelijke grenzen.”
. permanent “ aantasten Samen werken aan een:
• voorkomen dichtslibben buitengebied
duurzaam ruimtegebruik
• sanering of renovatie oude bedrijventerreinen • zuinig omspringen met resterende ruimte
“We moeten de
economie . . Henk Benjamins, voorzitter Limburgse Werkgevers Vereniging.
Het vinden van een balans, dat is de kern in de stellingname van Henk Benjamins. Hij is voorzitter van de LWV. Zelf spreekt hij liever van ‘Limburgse ondernemers’ “Werkgevers is een ouderwets woord”. Daarnaast is hij voorzitter van de Stichting Robur, waarmee bedrijven financiële steun verlenen aan projecten van Het Limburgs Landschap, zoals de aanplant van het Millenniumbos en de aankoop van de Maasplassen. “Wij moeten een balans zien te vinden tussen economische activiteit en ecologische ontwikkeling.” Geven en nemen “De schoorsteen moet wel blijven roken”, benadrukt de ondernemersvoorzitter. “Want het is ook weer zo dat zonder de steun vanuit het Limburgse bedrijfsleven er jaarlijks veel minder geld zou worden opgehaald voor Het Limburgs Landschap. Beide partijen hebben er belang bij, wat zeker aan ondernemerszijde blijkt uit een sterke steun over de hele linie voor natuurbescherming. En beide belangen moeten een beetje geven om daar elders weer meer voor terug te krijgen. Zo kijken we als Limburgse ondernemers bijvoorbeeld heel kritisch naar onze bedrijventerreinen en industrieparken. De bedoeling is om de bestaande locaties te opti-
maliseren in plaats van steeds maar nieuwe te ontwikkelen. Voor de goede balans is het dan soms nodig dat het landschap op de ene plaats iets afstaat ten gunste van de bedrijvigheid, waardoor het elders gespaard of zelfs verrijkt kan worden.” Goed rentmeesterschap Henk Benjamins brengt ook een ander, actueel argument in, namelijk dat van de krapte op de arbeidsmarkt: “In het maken van keuzen voor de werkplek speelt de kwaliteit van de leefomgeving een belangrijke rol. Als ik zou moeten kiezen voor wonen bijvoorbeeld in Zoetermeer of in MiddenLimburg, is het antwoord simpel. Ik woon dan ook zelf aan de rand van een natuurterrein van Het Limburgs Landschap. Als fervent paardrijder heb ik hier alles bij de hand! Goed rentmeesterschap in de natuurlijke omgeving is dus van cruciaal belang. Dat biedt meerwaarde aan de woonbeleving en in economische zin ook aan de huizenmarkt. Zo moet steeds een evenwicht worden gezocht, want we moeten wel mensen aan het werk kunnen houden om de schoorstenen van die huizen te laten roken en daardoor weer te kunnen investeren in de natuur.”
. én de “ ecologie dienen Samen werken aan een:
- natuur biedt aantrekkelijk vestigingsklimaat
balans tussen economie en ecologie
- investeren in natuur loont - natuur is geen sluitstuk in planvorming
“Contact met de
natuur . .
Paul en Huguette van Dooren, docentenechtpaar.
Waar je woont en werkt, moet je ook kunnen bijtanken, dus de natuur bij de hand hebben om bij te komen. Die filosofie brengen Paul en Huguette van Dooren dagelijks in de praktijk. Beiden zijn leraar (resp. Nederlands en Frans) aan de St. Ursula scholengemeenschap in Horn. Buiten schooltijd zijn ze zowat dagelijks te vinden in het Leudal, vlakbij hun Haelense woning. Groot feest De fascinatie, met name voor alle vormen van natuurlijk water, komt bij Paul vanuit zijn jeugd in Bunde. “Als jongetje heb ik eindeloze zomers beleefd in de bijzondere hellingbossen tussen Bunde en Elsloo. Daar heb je tal van kleine bronnen. De grijze, vette klei van de beekbodems leende zich fantastisch voor het bouwen van dijken. In en rond het water was allerlei leven te volgen, onder meer van salamanders, kikkers en vissen. In de buurt hadden we ook nog de Geul, het Julianakanaal en de Maas. Het was één groot feest.” Verrassende diepte Na hun studietijd in Utrecht kwamen Paul en Huguette in 1989 naar Haelen. “We waren blij dat we weer vlakbij de
Maas woonden. Ook nog met uitzicht op het Leudal. Dan kom je vanzelf uit aan de Leubeek, de Zelsterbeek en de Tungelroysebeek. Het bijzondere aan het Leudal is dat je in een vlak Midden-Limburgs landschap ineens 25 meter omlaag kunt kijken. In die verrassende diepte word je nog eens verrast door de bijzondere flora en door zoiets magisch als een ijsvogel. Voor letterlijke liefhebbers van de natuur, zoals wij, is het elke keer weer een fascinerende belevenis.” Contact maken Duurzaam waterbeheer is volgens de Van Doorens een goede zaak. “Het opnieuw laten meanderen van zo’n Tungelroysebeek is natuurlijk goed voor het oppervlakte- en grondwater, maar het is vooral landschappelijk heel interessant doordat de natuur meer ruimte krijgt. Net als door de Grens- en Zandmaasplannen. Deze leveren natuurgebieden op, zoals de Koningssteen bij Thorn, die een geweldige verrijking betekenen, maar ook praktisch voordeel voor de mens door de bescherming tegen hoogwater. In de nieuwe visies op landschap- en waterbeheer spreekt ons vooral aan dat we de natuur mogen ondervinden. Dat we erin mogen. Contact maken om bij te tanken. Heerlijk!”
. is nodig om “ bij te tanken Samen werken aan een:
• veilig wonen en werken
duurzaam waterbeheer
• verbetering oppervlakte- en grondwater • zorgen voor een natuurlijk waterbeheer
“We stammen allemaal af van
boeren . .
Jan Verreck, actief lid van een wildbeheereenheid.
De beste manier om een vreemde omgeving te leren kennen, is door het maken van flinke wandelingen. Dat is de ervaring van Jan Verreck. Van oorsprong uit het Zuid-Limburgse dorp Rimburg kwam hij na de mijnsluiting in 1973 voor zijn nieuwe werkkring terecht in Hunsel. Als verwoed wandelaar (“Ik ben ook te voet in Santiago de Compostela en in Venetië geweest”) en lid van een wildbeheereenheid kwam hij al snel in het buitengebied en zodoende ook in het Leudal. Karakteristiek paadje “Er is niets zo prachtig als in de rust van de natuur uitkomen bij een trotse fanzanthaan, een groepje patrijzen of een vlucht kievieten. Dat gebeurt vaak bij kleine landschapselementen. En het zijn juist die cultuurhistorische waarden in het buitengebied die dreigen te verdwijnen onder het geweld van de schaalvergroting in de landbouw. Ik heb overal op mijn wandelingen ver van huis gezien hoe het landschap zich kan handhaven, terwijl het hier naar de knoppen dreigde te gaan.
Boeren werden door economische motieven gedwongen om met steeds grotere machines te gaan werken, waarvoor kleine paadjes, heggen, bosjes, houtwallen en poelen plaats moesten maken. Ik maakte soms letterlijk mee dat ik een net ontdekt karakteristiek paadje enkele dagen later niet meer terug kon vinden. Gewoon verdwenen!” Dorp Omgevings Plan “Op mijn wandeltochten in en rond het Leudal heb ik diverse landbouwers leren kennen. We stammen allemaal van boeren af, dus we kunnen best met ze praten. Uit hun verhalen blijkt trouwens een grote betrokkenheid met het landschap. Ze verdienen er niet alleen hun brood, maar ze wonen er zelf ook en dat beseffen ze ook. Om te werken aan verbetering van het natuurlijk landschap hebben we mede vanuit onze lokale IKL-groep in samenwerking met de dorpsraden van de vijf Hunselse kernen gehoor gegeven aan een wens vanuit het provinciale reconstructieplan voor het platteland. We schrijven nu zelf een Dorp Omgevings Plan en het is best uniek om met invloed van eigen inwoners de leefbaarheid en het welzijn in deze omgeving te bevorderen. We hebben hiervoor ook een groepje jonge agrariërs ingeschakeld, die oog hebben voor behoud en herstel van natuurlijke waarden in het Leudal. Uiteraard wel in een noodzakelijke combinatie met intensieve landbouw.”
. dus we kunnen best met ze praten” Samen werken aan:
• meer groen rond de dorpen
landschapsbeheer
• zorg voor het cultuurlandschap • behoud van cultureel erfgoed
“Ho wacht
even . .
Henk Leenders, fietser en gepensioneerd landinrichter van het kadaster.
“Sinds mei van dit jaar ben ik met vervroegd pensioen en heb ik wat meer tijd om als fervent fietser de natuur in te trekken. Niet alleen rond mijn woonplaats Haelen, maar in het hele land en ook het buitenland.’ In zijn werk als landinrichter bij het kadaster heeft Henk Leenders veel te maken gehad met de wisselwerking tussen natuur, platteland en economische ontwikkelingen. ‘Vooral in het Leudal stel ik nu vast dat er veel is veranderd en niet allemaal ten goede.” Kwetsbaar gebied “Wat ik nog steeds als positief beleef, is de unieke verscheidenheid van landschappen in Nederland. Tegelijkertijd moet ik vaststellen dat we hier in het Leudal met een bijzonder kwetsbaar gebied te maken hebben. Het Leudal is klein, volledig ingesloten door dorpskernen en doorsneden door secundaire verbindingswegen tussen de kernen. In combinatie met de toenemende druk van economie en verkeer leidt dit tot een situatie waarin ik roep dat voorzichtigheid geboden is. Het Leudal is niet voor niets uitgeroepen tot Natura 2000-
.
Niet meer exploiteren
gebied. Het valt nu onder de Habitatrichtlijn, onder meer met de bijzondere beekdalen en de aanwezigheid van de kamsalamander en de bever. Dat vraagt dus om extra aandacht voor de flora en fauna in dit toch al kwetsbare gebied.” Zuinig met concessies “Die extra aandacht mis ik eerlijk gezegd in de visies die op verschillende bestuurlijke niveaus en in alle actuele discussies worden aangedragen. Deze worden veelal gedragen door de kennelijke behoefte om het platteland inclusief de natuurwaarden te exploiteren in plaats van te beschermen. Je hoort iedereen over mogelijkheden voor toerisme en recreatie. Ho, wacht even! Als we daar ongebreideld aan toegeven, gaat het fout. Grote natuurgebieden kunnen wat dat betreft misschien wat meer hebben, maar het Leudal is hiervoor veel te klein. Op een zonnige zondag moet je nu al in file over de paden lopen. Dit zou gedoseerd moeten worden. We moeten zuinig zijn met concessies in de Ecologische Hoofdstructuur. Als we hier de teugels laten vieren, maak je een of meerdere schakels zwak en dan werkt de hele ketting niet meer. We moeten goede alternatieven bedenken. Dat geldt ook voor de verwerving van gronden in deze gebieden. Lukt het niet om eigenaren uit te kopen, dan moeten we met creatieve oplossingen komen. Zo wordt er nu al gebruik gemaakt van natuurbeheerovereenkomsten en van kavelruilconstructies in het kader van de Reconstructie. Er valt vast nog meer te bedenken, ook ten aanzien van de financiering. Waar een wil is...”
beschermen!
“
Samen werken aan:
• toename van biodiversiteit
natuurherstel en versnelde realisatie Ecologische Hoofdstructuur EHS
• realisatie ecologische verbindingszones • beperking versnippering natuurbeheer
“We moeten de
koe . .
Henk Simons, directeur basisschool.
Henk Simons is directeur van basisschool De Achtbaan in Melick. Dit is een zogenaamde TOM-school, met Teamonderwijs Op Maat. Hiervan zijn er circa 35 in Nederland en dat moeten er volgens Henk veel meer worden. Daar-
Meer investeren “In het kader van natuur- en milieueducatie kunnen de leerlingen terecht in onze eigen schooltuin. We halen expertise van buiten naar binnen. Om met de negentiende-eeuwse
om ook is De Achtbaan een ‘open TOM-school’, wat wil zeggen dat geïnteresseerden uit het onderwijsveld een kijkje kunnen komen nemen.
pedagoog Jan Lighthart te spreken, halen we de koe in de klas. En we trekken de natuur in. De sociale component is heel belangrijk, maar we betrekken er wel alle relevante vakken bij, zoals biologie, aardrijkskunde en natuurkunde. Scholen en daarbij betrokken overheden zouden nog veel meer moeten investeren in natuur- en milieueducatie. Het vak zou minstens zoveel aandacht moeten krijgen als het huidige kunst- en cultuureducatie. Deze twee domeinen samen vormen een belangrijke bron voor betekenisvol leren.”
Betekenisvol leren Ook het Ministerie van Onderwijs wil het Teamonderwijs Op Maat bevorderen, omdat het een innovatieve vorm van geïntegreerd projectonderwijs is. Henk Simons: “Het gaat bij ons niet alleen om cognitieve processen, dus zeg maar lesjes draaien. Een van de belangrijke pijlers is dat we de kinderen met hoofd, hart en handen willen leren werken. Dat noemen wij betekenisvol leren. Door de kinderen in het hart te raken, stimuleer je ze bijvoorbeeld veel meer om gevoel te ontwikkelen voor natuur en milieu. Daarom gaan ze bij ons zelfstandig aan de slag met coöperatief plannen maken om zich te verdiepen in natuur en milieu.”
Natuurfreak Zelf noemt Henk Simons zich een natuurfreak. “Ik genoot niet alleen al op jonge leeftijd van de natuur, maar ik was er ook al vroeg actief in. Vanuit IKL ben ik verantwoordelijk geweest voor de eerste paddenpoel in Melick. Mijn hobby is biologisch tuinieren en ik doe aan actief faunabeheer in de Meinweg. Dat betekent dus dat ik jaag. Maar de kinderen weten ook wanneer ze een rups zien in de beukenhaag, dat meester Henk er iets over kan vertellen.”
. weer in de “ klas halen Samen werken aan:
• integraal onderdeel van provinciaal beleid
natuur- en milieueducatie
• meerjarige financiële ondersteuning • verankering in gemeentelijk beleid
Samenwerkende Limburgse Natuur- en Milieu-organisaties
De stichting Instandhouding Kleine Landschapselementen bevordert de zorg voor natuur en landschap in de Limburgse buitengebieden. We hebben daarbij oog voor de karakteristieke eigenschappen van de streek en de actieve betrokkenheid van bewoners bij het herstel van hun omgeving.
De Milieufederatie Limburg en de meer dan 100 bij haar STICHTING aangesloten organsiaties zetMILIEUFEDERATIE ten zich in voor natuur én een LIMBURG gezond leefmilieu in Limburg en de Euregio. Samen willen wij voor iedereen prettig wonen, werken en recreëren mogelijk maken voor nu en straks.
Stichting Instandhouding Kleine Lanschapselementen in Limburg Postbus 154, 6040 AD Roermond Tel.: 0475 386430 Fax: 0475 386459 Henk Schmitz Tel.: 0475 386433
[email protected] www.ikl-limburg.nl
Stichting Milieufederatie Limburg Het GroenHuis Godsweerderstraat 2 6041 GH Roermond Tel.: 0475 386410 Anke Lodder Tel.: 0475 386 412
[email protected] www.milieufederatielimburg.nl
Stichting het Limburgs Landschap is een particuliere organisatie die vanuit de Limburgse samenleving in 1931 werd opgericht. Ze beschermt waardevolle natuur met de erbij horende grote en kleine cultuurmonumenten. Alle natuurgebieden (60 stuks in heel Limburg) zijn gastvrij opengesteld.
Het Natuurhistorisch Genootschap is een vereniging die zich bezighoudt met natuuronderzoek in Limburg. De resultaten worden gepresenteerd in het Natuurhistorisch Maandblad, Limburgse Vogels of SOK Mededelingen (onderaardse) kalksteengroeven.
Stichting het Limburgs Landschap Postbus 4301, 5944 ZG Arcen Rijksstraatweg 1, 5943 AA Lomm Tel.: 077 - 473 75 75 Fax: 077 - 473 75 76 Edmond Staal Tel. 077-4737575 of 06-53-732802
[email protected] www.limburgs-landschap.nl
Natuurhistorisch Genootschap in Limburg Godsweerderstraat 2 6041 GH Roermond Tel.: 0475 386470 Dhr. H. Heijligers
[email protected] [email protected] www.nhgl.org
Staatsbosbeheer waarborgt de kwaliteit van een groene leefomgeving voor mens, plant en dier. Ook in de provincie Limburg. Naast terreinbeheerder is Staatsbosbheer ook gastheer en samenwerkingspartner. Voor de directe en indirecte buren. Staatsbosbeheer Spoorlaan 444 5038 CH Tilburg Tel.: 013-7074858 Phlip Bossenbroek
[email protected] www.staatsbosbeheer.nl
IVN draagt bij aan een duurzame ontwikkeling door burgers te betrekken bij natuur, milieu en landschap. In Limburg zorgen ruim 4.000 vrijwilligers en het IVN Consulentschap Limburg voor een verrassend aanbod aan milieu- en natuureducatie. IVN Consulentschap Limburg Godsweerderstraat 2 6041 GH Roermond Tel.: 0475 38 64 60 Ine van Huet Tel.: 047538 64 62 of 06-51746868
[email protected] www.ivn.nl
Natuurmonumenten is een vereniging van ruim 875.000 leden, met een gezamenlijk doel: samen zorgen voor de natuur in Nederland. Daarom verwerven en beheren we natuurgebieden – het zijn er inmiddels 344 met een gezamenlijke oppervlakte van 95.000 hectare. Natuurmonumenten werkt aan het vergroten van draagvlak voor natuur en landschap bij overheden, de politiek en de Nederlandse bevolking. Zij realiseert zich dat samenwerking met andere partijen nodig is om resultaat voor natuur en landschap te behalen. Vereniging Natuurmonumenten Regiokantoor Noord-Brabant en Limburg Postbus 494 5600 AL Eindhoven Tel.: 040 297 14 14 Lee Vos Tel.: 043 455 1517 of 06 54295176
[email protected] www.natuurmonumenten.nl
10-Puntenplan voor een Mooier Limburg
1
De Ecologische Hoofdstructuur (EHS) wordt zo snel mogelijk en via het meest effectieve spoor gerealiseerd. In 2010 is in ieder geval de bestaande achterstand ingehaald.
6
Herstel van verdroogde natuur wordt met hoge prioriteit aangepakt. Herstelplannen voor beken en vennen worden zo snel mogelijk uitgevoerd, evenals het Actieplan Verdrogingsbestrijding.
2
Ook buiten de EHS wordt natuur hersteld, ontwikkeld en veiliggesteld. Alle Limburgers kunnen in hun directe omgeving groen recreëren.
7
Het verrommelen en dichtslibben van het buitengebied wordt voorkomen. Bij bedrijventerreinen en woonwijken gaat inbreiden en opknappen vóór uitbreiden.
3
De actieve zorg voor onze Limburgse landschappen wordt bevorderd. De Provincie faciliteert (lokale) initiatieven. De bestaande subsidieregeling wordt toegesneden op de Limburgse situatie.
8
In heel Limburg is het grond- en oppervlaktewater op zo kort mogelijke termijn schoon. Afkoppeling (van neerslag) is de beleidslijn zowel bij het stedelijk waterbeheer als in het landelijk gebied.
4
5
De unieke landschappelijke kwaliteiten van het Nationaal Landschap Zuid-Limburg worden versterkt en voor de toekomst veiliggesteld. De Landschapsvisie Zuid-Limburg is uiterlijk in 2008 uitgewerkt in een programma voor investeringen en onderhoud. De inwoners worden daarbij maximaal betokken. Een veilig en mooi Maasdal wordt bereikt door rivierverruiming in combinatie met natuurontwikkeling met recreatief medegebruik. Er wordt niet gebouwd in het Maasdal.
9
10
Natuur- en Milieueducatie wordt een integraal onderdeel van meerdere thema’s van het provinciaal beleid, met name het gebiedsgericht beleid. De betrokkenheid van burgers bij hun omgeving wordt hierdoor vergroot. Energiebesparing, het gebruik en de productie van groene stroom worden gestimuleerd. De Provincie geeft zelf het goede voorbeeld.
Caris & Sak, Heerlen.