Samen met de Stad Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 1 van 40
INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING ........................................................................................................................... 3 2. WIJ WILLEN EEN OPEN EN ACTIEVE GEMEENTE...................................................... 6 2.1. Betrokken burgers en democratie.................................................................................... 6 2.2. Samenwerken en functioneren gemeente ........................................................................ 7 2.3. Diversiteit en integratie ................................................................................................... 9 2.4. Economie: stimuleer ondernemerschap en innovatie.................................................... 10 2.5. Sport: Delft in beweging ............................................................................................... 12 2.6. Kunst en cultuur ............................................................................................................ 13 3. WIJ WILLEN EEN GROENE GEMEENTE ...................................................................... 15 3.1. Stedelijke ontwikkeling................................................................................................. 15 3.2. Milieuvriendelijke mobiliteit: ruim baan voor fiets en OV........................................... 16 3.3. Versterk de groene ruimte en duurzaam waterbeheer ................................................... 19 3.4. Werk maken van dierenwelzijn..................................................................................... 21 3.5. Een schone gemeente: scheiden afval ........................................................................... 22 3.6. Klimaat- en energiebeleid dat het verschil maakt ......................................................... 23 4. WIJ WILLEN EEN LINKSE GEMEENTE ........................................................................ 25 4.1. Sociaal beleid: meedoen mogelijk maken, participatie ................................................. 25 4.2. Wijkgericht werken ....................................................................................................... 29 4.3. Zorg en Welzijn............................................................................................................. 31 4.4. Doelgroep gericht beleid: jong en oud .......................................................................... 32 4.5. Onderwijs: centrum voor brede ontplooiing ................................................................. 34 4.6. Wonen: een huis voor iedereen ..................................................................................... 36 4.7. Veiligheid: preventie voor repressie, huiselijk geweld ................................................. 38 4.8. Internationale solidariteit: denk mondiaal – handel lokaal ........................................... 40
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 2 van 40
1. INLEIDING Dit is het programma van GroenLinks Delft voor de raadsverkiezingen van 3 maart 2010. Het programma is de inzet van GroenLinks Delft voor de verkiezingen en is de basis voor eventuele deelname van GroenLinks aan het college van burgemeester en wethouders. Daarnaast is het de referentie voor de raadsleden in de komende raadsperiode. GroenLinks Delft staat voor een groene, sociale en open stad. Een stad waarin mensen met plezier wonen en werken. Waar participatie gestimuleerd wordt en waar zorg voor degenen die dat nodig hebben op orde is. Een stad waar groen wordt gekoesterd en waar op een duurzame wijze wordt omgegaan met onze leefomgeving. Groen, sociaal en open zijn voor ons de pijlers voor een duurzame stad, waarin voor iedereen de mogelijkheden geboden worden om zich te ontwikkelen en zijn eigen leven in te richten. Een stad waar creativiteit opbloeit en waar een ruim aanbod is van sport en cultuur. Een stad die aantrekkelijk is om samen te komen en uit te gaan. Een stad die leeft. Groen Groen maakt gelukkig! Het is prettig leven als er in Delft voldoende parken en speelplaatsen zijn. Rust, fijn wonen en schone lucht horen daarbij. Om die redenen kiest GroenLinks voor openbaar vervoer en fiets, voor schone energie, voor aanpak van fijnstof, voor milieuvriendelijke bedrijvigheid en voor compact bouwen binnen de bebouwde kom. Door slim beleid en innovatieve maatregelen kan onze stad duurzaam groeien. Sociaal Wij willen dat iedereen mee kan doen en optimale kansen heeft om zich te ontplooien en zijn leven zelf vorm te geven. GroenLinks streeft naar een solidaire samenleving, waarin welvaart en middelen eerlijk worden verdeeld. Wij streven naar participatie door betaald werk of vrijwilligerswerk van zoveel mogelijk mensen. Meedoen geeft zelfvertrouwen, inkomen, sociale contacten en draagt bij aan emancipatie. GroenLinks wil mensen sterker maken. Onze kinderen verdienen een goede start met goede kinderopvang en onderwijs dat achterstanden wegwerkt en talent ontwikkelt. Het is funest voor hun kansen als kinderen opgroeien in armoede. Armoede willen we bestrijden door participatie te bevorderen en met een ruimhartig anti-armoedebeleid. Open GroenLinks staat voor een open, ontspannen, pluriforme samenleving, waarin iedereen een zo groot mogelijke vrijheid heeft om zich te ontplooien zonder discriminatie, racisme, seksisme of andere vormen van onderdrukking. Individualisering als proces van emancipatie zien wij als een positieve ontwikkeling.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 3 van 40
Bij gelijke rechten en kansen hoort ook de plicht om de vrijheid van anderen te respecteren. Iedereen heeft de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van godsdienst. In onze diverse samenleving staat GroenLinks voor een ideaal van moderne gemeenschapszin. Dat betekent dat we ons verantwoordelijk voelen voor onze leefomgeving en dat we er ons bewust van zijn dat andere mensen er andere leefstijlen op na kunnen houden dan wijzelf. GroenLinks staat voor een democratie die verder gaat dan het stemhokje. Een democratie waarin mensen worden aangemoedigd om zich verantwoordelijk te voelen voor de inrichting van de eigen samenleving. Burgerzin en gemeenschapszin ontstaan als mensen de kans krijgen om te participeren. Daarom willen we ook dat de gemeente haar inwoners waar mogelijk betrekt bij het beleid en burgers meer zeggenschap geeft over de inrichting van hun wijk. De komende jaren staat Delft voor een aantal serieuze uitdagingen, waarop we in dit programma verder in zullen gaan. Spoorzone De ontwikkeling van de Spoorzone is van een omvang die verder gaat dan andere projecten in de stad. GroenLinks is van af het begin sterk voorstander van de spoortunnel geweest. Met de opzet van de nieuwe Spoorzone zal Delft een ander gezicht krijgen met een nieuw stadskantoor, een nieuw station, een nieuwe wijk, en een positieve impuls voor de wijken eromheen. GroenLinks vraagt alle betrokkenen om zo veel mogelijk voor duurzame oplossingen te kiezen. Aandachtspunten zijn het bewaken van de kosten, het vasthouden van de opleverdatum, de beheersing van de risico’s en een goed plan voor de bereikbaarheid tijdens de bouwfase maar ook daarna. Succesvolle ontwikkeling van de Spoorzone vraagt om goede communicatie met de omwonenden, en het betrekken van de stad bij het project. Economische crisis Net als iedereen maken ook wij ons zorgen over de impact die de economische crisis heeft op de werkgelegenheid in Delft. De uitgangspositie van Delft is niet ongunstig, maar we zullen alles op alles moeten zetten om voldoende kansen te scheppen. Vooral jongeren, oudere werknemers en laag opgeleiden behoren tot de risicogroepen. Door inzet op betere aansluiting van onderwijs en arbeidsmarkt, stimulering van ondernemerschap, versterking van Delft als kennisstad en ontwikkeling van duurzame en creatieve bedrijvigheid willen we zoveel mogelijk mensen aan het werk houden. Duurzame stad Een uitdaging waar we al jaren aan werken is het creëren van een groene en duurzame stad. Afgelopen periode zijn daarin belangrijke stappen gezet, zoals de oprichting van het warmtebedrijf, het inrichten van ecologische zones en het realiseren van de autoluwe binnenstad. De komende periode moet het klimaatplan versneld uitgevoerd worden. Delft draagt waar mogelijk bij aan internationale solidariteit, want juist daar waar de armoede het grootst is, zullen ook de gevolgen van klimaatverandering het meest gevoeld worden.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 4 van 40
Multiculturele stad In de landelijke politiek is veel aandacht voor integratie. Ook voor GroenLinks in Delft blijft dit een speerpunt. Delft is een multiculturele stad, waar op een ontspannen manier en met onderling respect met elkaar wordt samengeleefd. Dat willen we zo houden. Aandachtspunten zijn goed taalonderwijs, aandacht voor achterstanden in het onderwijs, emancipatie van vrouwen en voldoende kansen op de arbeidsmarkt voor allochtonen. GroenLinks zal zich daar sterk voor blijven maken. Om deze uitdagingen aan te kunnen is goede samenwerking tussen gemeente, maatschappelijk middenveld, ondernemers en burgers van essentieel belang. Wij zien in de stad partijen nog te vaak tegenover elkaar staan of langs elkaar heen werken. Ook de inzet en kennis van vrijwilligersorganisaties in de stad wordt nog onvoldoende benut. Bij deze aan alle lezers dan ook een uitnodiging om samen met ons de uitdaging aan te gaan.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 5 van 40
2. WIJ WILLEN EEN OPEN EN ACTIEVE GEMEENTE
2.1. Betrokken burgers en democratie GroenLinks streeft naar een ontspannen samenleving – een samenleving waarin alle inwoners de ruimte krijgen en mee kunnen doen. In zo'n samenleving voelen mensen zich betrokken bij Delft – door werk, wonen, studie, school of andere activiteiten. Betrokkenheid van burgers vereist interactieve plan- en besluitvorming. In de afgelopen jaren presenteerde het gemeentebestuur te vaak vrijwel vaststaande plannen waaraan burgers weinig konden veranderen. In Delft wordt te weinig gebruik gemaakt van interactieve besluitvorming, terwijl de instrumenten er wel voor zijn. Dat is jammer en moet anders. Het in een vroeg stadium betrekken van burgers bij de ontwikkeling van plannen vergroot het draagvlak en leidt vaak tot betere oplossingen. Inspraak houdt niet op na besluitvorming over een plan. De gemeente betrekt haar inwoners ook actief bij de uitvoering en handhaving. Wij verwachten van de gemeente dat deze open staat voor inbreng van haar burgers en deze inbreng ook actief vraagt. GroenLinks pleit voor beginspraak - inspraak in een zo vroeg mogelijk stadium. De overheid bepaalt niet als enige wat er in de stad gebeurt, maar geeft samen met haar burgers kleur aan de stad, zodat meer draagvlak voor plannen ontstaat en meer creativiteit om mee te denken. Daarbij moeten we leren vertrouwen op elkaar. Het is vooral leuk en leerzaam om, rekening houdend met de verschillende belangen, elkaars kennis te benutten voor een betere, mooiere stad. Programmapunten: 1. gemeentelijk beleid wordt zoveel mogelijk vooraf afgestemd met andere partijen in de stad die aan het beleid een bijdrage kunnen en willen leveren. 2. in ieder voorstel aan de raad en nota staat een paragraaf over de wijze waarop bij de totstandkoming gebruik is gemaakt van interactieve plan- en besluitvorming. 3. bewoners hebben vanaf het vroegste stadium inbreng bij de invulling van ruimtelijke plannen, en worden daarnaast actief betrokken bij uitvoering en handhaving. 4. plannen voor openbare gebouwen en verkeersknooppunten in de stad worden door mensen met een lichamelijke handicap getoets op de eisen voor toegankelijkheid en veiligheid- er komt een proef met gebruik van het internet voor het inspreken op nieuwe ruimtelijke plannen. 5. bewonersgroepen worden actief ondersteund bij projecten. 6. uitbreiden van referendumverordening tot onderwerpen op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling. Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 6 van 40
2.2. Samenwerken en functioneren gemeente Functioneren Gemeente Delft: samen sterker In het verleden is niet gekozen om op grote schaal gemeentelijke taken af te stoten, waardoor Delft ten opzichte van andere gemeenten een relatief grote gemeentelijke organisatie heeft. Voordeel is dat veel beleid integraal aangepakt kan worden. Nadeel van de relatief grote omvang is de complexiteit van de eigen organisatie. GroenLinks streeft naar versterking van het bestuur, meer transparantie, duidelijke doelstellingen en betere samenwerking. Door de Gemeente Delft zijn verschillende onderdelen op meer of minder afstand van de gemeente gezet. Van de vier grote culturele instellingen zijn DOK en theater de Veste zeer zelfstandig, maar zijn Stichting Erfgoed en de VAK nog sterk verbonden aan de gemeentelijke organisatie. In de praktijk blijken de laatste twee veel meer tijd en energie kwijt te zijn aan afstemming met de gemeente dan de eerste twee. Een ander nadeel is dat ze veel minder snel kunnen inspelen op ontwikkelingen in de stad. GroenLinks pleit er dan ook voor deze organisaties meer op afstand van de gemeente te zetten. Zij krijgen dan meer mogelijkheden om zelfstandig beleid te ontwikkelen. De gemeente blijft wel een belangrijke subsidiegever, maar maakt alleen op hoofdlijnen afspraken over doelstellingen. Ook voor Breed Welzijn Delft (BWD) geldt dat het wel een zelfstandige organisatie is, maar met maar zeer beperkte ruimte voor beleidsontwikkeling en wel gedetailleerde aansturing door de gemeente. Door als gemeente meer afstand te nemen kan de blik van de BWD meer op de stad gericht worden. Binnen de gemeente Delft zijn er ook andere onderdelen die mogelijk baat hebben bij een vorm van verzelfstandiging, bijvoorbeeld het zwembad Kerkpolder. De gemeente kan niet alles alleen. In Delft is een breed maatschappelijk middenveld actief met een groot aantal professionele organisaties en vrijwilligersorganisaties. Samenwerking tussen gemeente en deze voor de stad belangrijke organisaties kan beter. Het gaat vooral om de bereidheid om creatief mee te denken bij ambtenaren binnen diverse gemeentelijke diensten en om zaken los te laten. Dat betekent voortdurend kritisch omgaan met de eigen regels en kaders en los komen van het van bovenaf tot op detailniveau sturen op activiteiten. Daarbij kunnen bewoners, maar ook corporaties en andere organisaties in de stad serieus genomen worden als partners. De gemeente heeft een voorbeeldfunctie, als het gaat om uiteenlopende zaken als diversiteit en duurzaamheid. Als gemeente betrekt zij daar ook projectontwikkelaars, aannemers, en leveranciers bij. Burgers mogen bij vragen verwachten dat de gemeente binnen redelijke termijn met een antwoord komt. Belangrijk aandachtspunt voor ons is dat bezwaarschriften in de komende periode binnen de wettelijke termijnen afgehandeld worden.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 7 van 40
Regionale samenwerking De samenwerking in Stadsgewest Haaglanden wordt vanzelfsprekend doorgezet. Meer aandacht vraagt GroenLinks voor de samenwerking met buurgemeenten en in het bijzonder Rotterdam. Betere samenwerking in de regio biedt kansen op diverse gebieden, zoals: - opbouw kennisregio (samenwerking TU Delft, Erasmus Universiteit, SciencePort Holland; - aantrekken bedrijven (Technopolis Delft, Schieoevers). - uitbreiding warmtenet en verdere verduurzaming (samen inkopen); versterking van toerisme in de regio. Samenwerking is goed, maar wellicht niet voldoende om enkele specifiek Delftse ontwikkelingen het hoofd te bieden. We zien burgers verhuizen naar wijken die wel op Delft georiënteerd zijn, maar niet bij de stad horen. Dit geldt ook voor bedrijven met een Delftse klantenkring die verhuizen naar bedrijventerreinen net buiten Delft. Zelfs Combiwerk, een gemeentelijke onderneming, verhuist naar buiten Delft. GroenLinks pleit voor aanpassing van de bestuurlijke grenzen, zodat deze beter samenvallen met de realiteit. Financieel beleid De gemeente Delft heeft een duurzaam financieel beleid. Duurzaam in de zin van degelijk op de lange termijn en duurzaam omdat de gemeente bankiert bij duurzame financiële instellingen. Dit beleid heeft zijn vruchten al afgeworpen: er is geen geld verloren aan omvallende banken (IceSave) en er zijn duurzaamheidscriteria opgenomen in het Treasurystatuut van de gemeente. Door de kredietcrisis zal de komende raadsperiode bezuinigd moeten worden. Wat GroenLinks betreft geldt hier dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen. Toch zullen er pijnlijke keuzes gemaakt moeten worden. Ook voor GroenLinks. Toch zullen we proberen duurzame investeringen, in de brede zin van het woord, overeind te houden. Programmapunten: 1. een aantal gemeentelijke organisaties (met name Erfgoed Delft, de VAK en Breed Welzijn Delft) worden (verder) op afstand van de gemeente gezet. Daarbij mag het democratisch gehalte van die organisaties niet worden aangetast. Met name Breed Welzijn Delft dient in kleinschalige structuren zeggenschap te geven aan zijn doelgroepen om zo bij te dragen aan hun democratische vorming. 2. de gemeente biedt meer ruimte voor eigen initiatief en professionaliteit. De gemeente bevordert samenwerking in de stad. 3. gemeente toetst haar eigen functioneren aan de regels die zij oplegt aan andere partijen in de stad en vervult een voorbeeldfunctie op gebied van stageplaatsen, diversiteit en duurzaamheid. 4. acties gericht op verminderen van de regeldruk worden doorgezet. 5. meer aandacht voor begrijpelijk taalgebruik in gemeentelijke voorlichting en communicatie (bijv. bij de financiële winkel).
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 8 van 40
6. toegankelijkheid van gemeentelijke diensten wordt vergroot door minder formulieren en meer ruimte voor persoonlijk contact. 7. bij bezwaarschriften worden in de eerste plaats mediation vaardigheden ingezet; dat betekent snel, actief en gericht nagaan of er een andere mogelijkheid is een geschil op te lossen dan het doorlopen van de formele bezwaarschriftprocedure. 8. bezwaarschriften worden binnen de wettelijke termijnen afgehandeld en de beroepstermijnen worden correct gerespecteerd. 9. de gemeente streeft ernaar in overleg met buurgemeenten de bestuurlijke grenzen aan te passen aan de realiteit. 10. het democratisch gehalte van het maatschappelijk middenveld dient te worden bevorderd o.a. door het stellen van voorwaarden bij subsidieverlening.
2.3. Diversiteit en integratie Diversiteit GroenLinks staat voor een open, ontspannen, pluriforme samenleving, waarin iedereen een zo groot mogelijke vrijheid heeft om te participeren en zich te ontplooien zonder discriminatie, racisme, seksisme of andere vormen van onderdrukking en uitsluiting. Individualisering als proces van emancipatie zien wij als een positieve ontwikkeling. Bij gelijke rechten en kansen hoort ook de plicht om de vrijheid van anderen te respecteren. Iedereen heeft de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van godsdienst. In onze diverse samenleving staat GroenLinks voor een ideaal van moderne gemeenschapszin. Dat betekent dat we ons verantwoordelijk voelen voor onze omgeving en dat we er ons bewust van zijn dat andere mensen er andere leefstijlen op na kunnen houden dan wijzelf. Integratie In deze pluriforme samenleving is in het bijzonder aandacht nodig voor de positie van allochtonen. GroenLinks zet zich actief in voor het opheffen van achterstanden en het bevorderen van contacten tussen verschillende culturen. Programmapunten: 1. in Delft zijn gratis taalcursussen beschikbaar voor mensen met een taalachterstand. 2. door de gemeente worden culturele instellingen actief ondersteund om contact te bevorderen en isolement te voorkomen. 3. het streven is om het personeelsbestand van de gemeente en haar bestuur een afspiegeling te laten zijn van de bevolkingssamenstelling.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 9 van 40
4. Delft ondersteunt actief allochtone ondernemers in de stad daar waar zij ten aanzien van autochtonen een achterstand hebben.
2.4. Economie: stimuleer ondernemerschap en innovatie Duurzaamheid in economische ontwikkeling Ook de Delftse economie heeft te lijden onder de gevolgen van de kredietcrisis. De werkloosheid loopt op en de positie van starters op de arbeidsmarkt verslechtert. Ook wordt het steeds moeilijker stageplaatsen te vinden. Op het moment dat de economie weer aantrekt zullen alle arbeidskrachten weer nodig zijn en wreekt zich dat er nu onvoldoende plaatsen zijn. De gemeente speelt nu een actieve rol in het creëren van werkgelegenheid, onder andere door de opzet van werkgelegenheidsprojecten en de inzet van gesubsidieerd werk. Bij deze projecten speelt social return een belangrijke rol. Op deze manier wordt geprobeerd zo min mogelijk arbeidskrachten verloren te laten gaan; dat is goed voor de mensen en voor de economie. GroenLinks steunt deze lijn van harte. Om zo effectief mogelijk te kunnen werken aan de werkgelegenheid, is samenwerking noodzakelijk. Daarom is GroenLinks blij met de oprichting van de lokale SER. Eén van de functies van de lokale SER is om in te spelen op nationale en Europese stimuleringsmaatregelen. Die richten zich vooral op innovatieve bedrijven en dat is het soort bedrijven dat Delft graag wil hebben. Dit past ook goed in het streven van GroenLinks om vooral in te zetten op duurzaamheid: duurzame bedrijven die zich richten op de ontwikkeling van duurzame technologie. De aanwezigheid van de grote kennisinstituten, die zich juist op dit punt willen onderscheiden en de ontwikkeling van Technopolis / Science Port Holland biedt hiervoor een uitgelezen kans. Programma water Nederland staat wereldwijd bekend om zijn 'waterkennis' en veel van die kennis zit in Delft. De laatste jaren is gewerkt om Delft op de kaart te zetten als 'waterstad'. Door meer samenwerking tussen bedrijven, instituten, TU en de gemeente kan meer bereikt worden. Dit past ook goed in het thema duurzaamheid, waar Delft zich op wil profileren. GroenLinks steunt de keuze voor 'water' als herkenbaar Delftse expertise. Stimuleren maatschappelijk verantwoord ondernemen De Delftse economie transformeert steeds verder naar een diensten- en kenniseconomie. De productie- of maakeconomie verdwijnt steeds meer, zoals de recente sluiting van Calvé weer heeft aangetoond. Hiermee verdwijnt ook steeds meer arbeid voor mensen met een lager opleidingsniveau. Bij het aantrekken van werkgelegenheid dient dan ook nadrukkelijk gekeken te worden naar inspanningen die bedrijven voor deze mensen kunnen leveren. GroenLinks wil maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO), en als onderdeel daarvan sociaal ondernemen, stimuleren. Daar tegenover staat dat de gemeente ondernemers zoveel mogelijk ter wille is bij de ontwikkeling van hun bedrijf. Dit kan door, waar mogelijk, het vereenvoudigen van regels en vergunningen, terugdringen van administratieve lasten, betere communicatie en snellere dienstverlening.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 10 van 40
Toerisme Voor Delft is de toeristische economie erg belangrijk. Dit vraagt voordurend aandacht voor investeringen in de toeristische infrastructuur en een aantrekkelijke binnenstad. Op initiatief van ondernemers wordt er nu samen met de gemeente onderzoek gedaan naar het oprichten van een Bedrijveninvesteringszone (BIZ). Dit is een afgebakend gebied, waarin bedrijven een private organisatie oprichten (vereniging of stichting) om hun leefbaarheid, veiligheid en ruimtelijke kwaliteit gezamenlijk te kunnen beheersen en waarborgen. Ook de 'free-riders' problematiek kan hiermee aangepakt worden. Eventueel kan door de oprichting van een BIZ de toeristenbelasting vervallen. Voordeel is dat hier meer bedrijven aan mee kunnen doen dan alleen degenen die overnachtingen bieden (waar de toeristenbelasting op gebaseerd is). De hotelcapaciteit is de afgelopen jaren uitgebreid in Delft, maar er blijft nog wel behoefte aan een jongeren- en/of budgethotel. De passantenhaven in de Kolk heeft een belangrijke impuls gekregen door de komst van het havenkantoor met voorzieningen. De passantenhaven kan de komende jaren verder uitbreiden, zowel in de Kolk als in de Nieuwe Haven. Binnenstad Een aantrekkelijke binnenstad is gebaat bij een gevarieerd winkelaanbod. Bedrijven in de dienstverlening (makelaars, uitzendbureau's, banken) en gezondheidszorg (tandartsen, gezondheidscentra) dragen hier niet toe bij en dienen zoveel mogelijk verplaatst worden naar buiten het kernwinkelgebied. Door uitvoering van het Plan Binnenstad in samenwerking met bewoners en ondernemers krijgt het centrum een nieuwe impuls (bijv. in het voormalig postkantoor en rond de Paardenmarkt). Creatieve- en wijkeconomie Na het verhuizen van Bacinol naar de Hooikade, is er nog steeds behoefte aan ruimte voor startende bedrijfjes en ruimte waar ze kunnen doorgroeien. Te vaak wijken deze bedrijven nu uit naar Rotterdam of elders. De gemeente doet er alles aan deze bedrijven te behouden voor Delft door te zorgen voor voldoende ruimte waar ze zich kunnen vestigen. De gemeente stimuleert een bloeiende wijkeconomie, wat onder meer kansen biedt aan allochtoon ondernemerschap. Programmapunten: 1. verder werken aan een duurzame economie in Delft. 2. verder uitwerken en uitvoeren van het programma water. 3. onderzoek naar een BIZ stimuleren, eventueel in combinatie met het afschaffen van de de toeristenbelasting. 4. stimuleren wijkeconomie. 5. stimuleren maatschappelijk verantwoord en sociaal ondernemen. 6. jongeren- /budgethotel realiseren.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 11 van 40
7. dienstverlening aan bedrijven versnellen, procedures en vergunningen vereenvoudigen. 8. uitbreiden passantenhaven. 9. dienstverlenende bedrijven weren uit autoluwgebied binnenstad. 10. impuls voor noordelijke binnenstad. 11. uitbreiding van de mogelijkheden voor creatieve ondernemers.
2.5. Sport: Delft in beweging Mensen beleven plezier aan sport. Niet alleen doordat ze zich door regelmatig bewegen gezonder voelen. Ook doordat het lid zijn van een vereniging hun sociale netwerk vergroot. Veel mensen kunnen zelf de weg wel vinden naar commerciële sportaanbieders of reguliere sportverenigingen. GroenLinks vindt het belangrijk om die groepen mensen te stimuleren die minder bewegen, zoals jongeren, ouderen, chronisch zieken, niet-werkenden, mensen met overgewicht en mensen van nietNederlandse herkomst. De gemeente kan daar een belangrijke bijdrage aan leveren, in nauwe samenwerking met de sportverenigingen. Verder wil GroenLinks dat meer jongeren gaan sporten en dat het aantal jeugdleden van sportverenigingen toeneemt. Programmapunten: 1. alle leerlingen van basis- en voortgezet onderwijs krijgen een kennismakingsprogramma aangeboden bij de verschillende sportverenigingen in de gemeente. 2. meer scholen / buitenschoolse opvang gaan sport aanbieden als naschoolse activiteit (in samenwerking met een sportvereniging). 3. deelname van allochtone jongeren (met name meisjes) bij sportverenigingen bevorderen. 4. aan sportverenigingen wordt gevraagd om voor mensen met een lichamelijke of geestelijke beperking een aangepast sportaanbod te leveren. Ze krijgen daarbij hulp van ondersteunende instanties en de gemeente. 5. vrijwilligers van sportverenigingen krijgen vanuit de gemeente praktische ondersteuning bij de zakelijke kant van het runnen van hun vereniging. 6. gemeente zorgt voor kwalitatief goede sportvoorzieningen die ook ’s avonds veilig bereikbaar zijn met fiets of openbaar vervoer. 7. bij het (her)inrichten van wijken komen er voldoende sport- en spelmogelijkheden in de openbare ruimte.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 12 van 40
2.6. Kunst en cultuur Kunst en cultuur kunnen verrassen, stimuleren en inspireren; ze verrijken het leven. Een bloeiend kunstklimaat draagt bij aan een vitale en creatieve samenleving. Een samenleving die kritisch over zichzelf nadenkt om zich te kunnen vernieuwen en veranderen, kan niet zonder kunst die nieuwe perspectieven op de samenleving ontwikkelt. Vele Delftenaren zijn zelf actieve kunstbeoefenaars, en dat wil GroenLinks stimuleren. Het is van belang dat kunst zichtbaarder wordt in de samenleving door integratie met andere sectoren zoals wonen, werken, zorg en sport. Het ontwikkelen van culturele interesse begint bij de jeugd. Het is daarom van groot belang dat er plaats is voor actieve kunstbeoefening in de lesprogramma's op de lagere en middelbare scholen. Muziek-, drama-, teken- en schilderlessen maken deel uit van het lesprogramma. Geef kinderen de keuze om in plaats van gym dans te doen. De Brede School geeft ook mogelijkheden om met kunst in aanraking te komen. Wel is het zo dat het aanbod van de Brede School kwantitatief beperkt is. Hierdoor is de kans om voor een activiteit ingeloot te worden soms klein. GroenLinks pleit voor een verdere uitbreiding van het aanbod naar een meer vraaggestuurd aanbod. Delft heeft vier grote culturele instellingen ('de bende van vier'): DOK, theater de Veste, de VAK en Erfgoed Delft (o.m. Archief, Het Prinsenhof, Nusantara). Ze nemen echter geen gelijke positie in binnen de gemeentelijke organisatie. DOK en theater de Veste staan op afstand van de gemeente, de VAK en Erfgoed Delft zijn nog geheel gemeentelijke organisaties. GroenLinks pleit ervoor de relatie tussen de VAK en Erfgoed Delft met de gemeente meer in lijn te brengen met die van DOK en theater de Veste. Buiten de school speelt de VAK een belangrijke rol in de actieve kunstbeoefening. Uitgangspunt voor GroenLinks is dat de VAK voor iedereen toegankelijk moet zijn, onafhankelijk van het inkomen en de culturele achtergrond. Deelname van kinderen en tieners kan gestimuleerd worden door het beter bekend en bereikbaar maken van de cultuurregeling. GroenLinks pleit voor meer ruimte aan- en samenwerking tussen creatieve netwerken. Vrije Akademie, scholen, particuliere aanbieders van kunstzinnige vorming, De Nieuwe Academie, amateurverenigingen, galerieën, Sigarenfabriek, 38CC, World Art Delft, Theaternetwerk en anderen geven apart maar vooral samen de creatieve sector een dynamiek die bijdraagt aan het culturele klimaat van Delft. Lijm & Cultuur speelt een belangrijke rol in de culturele infrastructuur van Delft. Steeds meer kleinere en grotere gezelschappen en bedrijfjes op cultureel gebied vinden er onderdak. Met toevoeging van een volwaardig restaurant café en bereikbaarheid per watertaxi kan Lijm & Cultuur gaan leven als uitvoeringsplaats voor opvoeringen en evenementen en als thuisbasis en oefenruimte voor diverse (amateur)verenigingen. Bij Lijm & Cultuur wordt gewerkt aan het realiseren van een vlakke vloerzaal, een lang gekoesterde wens van GroenLinks.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 13 van 40
Een relatief nieuwe speler in het Delftse culturele veld is Werkplaats Spoorzone Delft (WeSD). Deze vereniging grijpt de bouw van de spoortunnel aan als katalysator voor kunst en cultuur in Delft. Daarmee speelt ze een heel belangrijke rol bij het creëren en behouden van draagvlak in Delft voor het Spoorzoneproject. De 'Delfts Blauwe Panden' die een tijd lang naast het station hebben gestaan, is één van hun vele projecten. GroenLinks is dan ook voor ondersteuning van WeSD zelf, bijvoorbeeld door een waarderingssubsidie, zodat ze door kunnen gaan met het organiseren van projecten. Bij het evenementenbeleid wordt vooral ingezet op kwalitatief hoogwaardige evenementen. Ze zijn belangrijk voor de levendigheid en aantrekkelijkheid van Delft. De gemeente heeft zeggenschap over welke evenementen waar plaats kunnen vinden in de stad. Programmapunten: 1. actieve kunstbeoefening op scholen stimuleren, bijvoorbeeld door in plaats van gymnastiek dans te mogen doen. 2. deelname stimuleren aan de cultuurregeling. 3. samenwerking stimuleren tussen de VAK en andere aanbieders van kunstlessen (particulieren, verenigingen, enz.). 4. uitbreiding expositieruimtes. 5. realiseren vlakke vloer-zaal. 6. ondersteuning van Werkplaats Spoorzone Delft (WeSD).
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 14 van 40
3. WIJ WILLEN EEN GROENE GEMEENTE 3.1. Stedelijke ontwikkeling Compacte stad Delft is een aantrekkelijke stad om te wonen, te werken en er een bezoek te brengen. GroenLinks wil dat zo houden. Het is een uitdaging om binnen de grenzen van de huidige stad ruimte te vinden om te groeien. Daarom kiest GroenLinks voor het idee van de Compacte Stad als uitgangspunt in het ruimtelijk beleid. Dat betekent dat meer woningen in de stad gebouwd worden, zodat de ruimte aan de randen van de stad open en groen blijft. GroenLinks ziet kansen voor extra woningen in Schieoevers en het Calve/DSM terrein. Bedrijven kunnen uitgeplaatst worden naar de rand van de stad (Harnaschpolder, Technopolis). Onze stad wordt omgeven door een aantal aantrekkelijke en waardevolle groene gebieden: Delftse Hout, Kerkpolder en Midden-Delfland. Bouwen in deze gebieden is voor GroenLinks onaanvaardbaar. De keuze voor de Compacte Stad betekent niet dat de stad helemaal volgebouwd wordt, maar dat er creatief met de schaarse ruimte wordt omgegaan. De aanwezigheid van voldoende groen, speel- en ontmoetingsruimte is erg belangrijk voor de leefbaarheid in de stad. Meervoudig ruimtegebruik is een belangrijk instrument in het zuinig omgaan met de ruimte. Wonen, werken en recreëren worden gecombineerd. Het Zuidpoortgebied is een goed voorbeeld. Hier zijn parkeervoorzieningen, winkels en woningen met tuinen op een goede manier samengebracht. Parkeergelegenheid dient zoveel mogelijk ondergronds of halfverdiept te worden aangelegd. Bij nieuwe ontwikkelingen, maar ook bij herstructurering. Spoorzone Een modelvoorbeeld van de Compacte Stad is het project Spoorzone Delft - de herontwikkeling van een groot gebied tussen de binnenstad en het westen van Delft. Een gebied waar veel hinder van het spoor is en dat doorsneden wordt door het spoorviaduct. In het nieuwe gebied komt een vervoersknooppunt met een spoortunnel van ruim 2 kilometer, een ondergronds treinstation, een ondergrondse fietsenstalling, een busstation en nieuwe tramhaltes. Maar ook worden een stadskantoor, 1500 woningen, enkele kantoren en een aantal belangrijke openbare plekken, waaronder een stadspark gerealiseerd. GroenLinks wil er veel bomen en struiken en een diervriendelijke inrichting van het park. Het Spoorzoneproject heeft veel invloed op de stad. Communicatie met de stad, bewoners, ondernemers en instellingen over het project vindt GroenLinks belangrijk. GroenLinks vindt dat de gemeente niet alleen via haar site, nieuwsbrieven en bijeenkomsten de Delftenaren moet informeren, maar de omwonenden ook professionele ondersteuning moet bieden tijdens het project, zodat de bewoners een volwaardige partner zijn in het project. Verder moet de stad nauw betrokken worden bij het project. GroenLinks is enthousiast over WeSD (Werkplaats Spoorzone Delft)
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 15 van 40
die een unieke samenwerking in gang zet tussen burgers en instellingen in Delft. Andere aandachtspunten binnen het project zijn het bewaken van de kosten, de beheersing van de risico’s en een goed plan voor de bereikbaarheid tijdens de bouwfase. Programmapunten: 1. zuinig en meervoudig ruimtegebruik is het uitgangspunt van ruimtelijke plannen. 2. bij ruimtelijke plannen wordt altijd naar duurzame oplossingen gestreefd. 3. bij verbouw of nieuwbouw geldt parkeren ondergronds, als dat technisch niet haalbaar is op eigen terrein (bijv. in de binnenstad). 4. experimenteren met 'autoloze' woningen op ontwikkellocaties in de binnenstad. 5. instellen adviescommissie openbare ruimte. 6. voorkeur voor hergebruik van gebouwen boven sloop. 7. wonen en werken wordt waar mogelijk in wijken gecombineerd. 8. van tevoren afspraken maken met projectontwikkelaars over herbestemming van leegstaande kantoorpanden als deze niet binnen een jaar verhuurd worden. 9. er komt ruimte voor aantrekkelijke en eigentijdse architectuur in goede samenspraak met omwonenden. 10. speelpleinen van scholen worden onderdeel van de openbare buitenspeelruimte. 11. er komt een kindertoets in ieder bestemmingsplan. 12. aandacht voor een groene en veilige openbare ruimte in de Spoorzone. 13. professionele ondersteuning voor de bewonersorganisaties in de Spoorzone. 14. structurele ondersteuning voor Werkplaats Spoorzone Delft. 15. plan voor de bereikbaarheid van Delft voor reizigers in het openbaar vervoer, voetgangers, fietsers en automobilisten gedurende het Spoorzoneproject. 16. op DSM-locatie een groene woonwijk realiseren in samenhang met de ontwikkelingen bij ’t Haantje.
3.2. Milieuvriendelijke mobiliteit: ruim baan voor fiets en OV De groei van onze mobiliteit is een nauwelijks te keren ontwikkeling. De nadelen van het toenemende autogebruik zijn steeds duidelijker zichtbaar. De grens van de beschikbare parkeerruimte lijkt bereikt. De groei van het verkeer leidt tot een
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 16 van 40
onveiliger leefomgeving, vooral voor kinderen. Langs veel wegen verslechtert de luchtkwaliteit. We hebben last van het permanente lawaai. Door de groei van het autoverkeer zal dit alleen nog maar toenemen. Buiten de bebouwde kom slibben de wegen steeds meer dicht. Dat is slecht voor de bereikbaarheid. Ook ons klimaat kan de verdere groei van het autoverkeer niet aan. Het autoverkeer is één van de belangrijkste veroorzakers van de klimaatcrisis. Iedere bewoner van Delft heeft recht op schone lucht. Daarom is er een Plan van Aanpak Luchtkwaliteit gemaakt, dat regelmatig wordt geactualiseerd. In de regio rijden steeds meer aardgasbussen. GroenLinks wil dat vrachtwagens die de winkels bevoorraden uit de binnenstad verdwijnen door invoering van een distributiesysteem met kleinere schonere voertuigen vanuit een distributiecentrum buiten de stad. GroenLinks ziet in nieuwe wegen en meer asfalt niet de oplossing voor het bereikbaarheidsprobleem. Het lokt nieuwe verkeersstromen uit. We blijven tegen de aanleg van de A4 Midden-Delfland. We weten dat het grootste deel van de verreden autokilometers in de stad bestaat uit kleine ritjes. De afstanden in Delft naar scholen en winkels zijn zo kort dat de meeste mensen hiervoor niet per se de auto hoeven te gebruiken. Met de fiets kan het ook, vaak zelfs sneller. De oplossing ligt daarom in het selectiever kiezen van het juiste vervoermiddel per bestemming en in gebruik van andere vervoermiddelen dan de auto voor woon-werkverkeer en voor winkel- en recreatief verkeer. Delft moet fietsstad nummer 1 worden en zich ook blijven inzetten voor een sterker openbaar vervoer. Programmapunten fiets: 1. voldoende gratis stallingplaatsen bij de stations en op populaire plaatsen in de binnenstad (zoveel mogelijk inpandig). 2. hoge kwaliteit doorgaande fietsverbindingen (ruim, gescheiden van autoverkeer, goed wegdek, voorrang, groene-golf-stoplichten) en zonder drempels en ander voortgang beperkende maatregelen. 3. Adequaat onderhoud en beheer (voorkomen wateroverlast, gladheid, etc.) van fietspaden, fietsstraten, fietsstroken en overige wegen waar fietsen gebruik van maken, zodat gebruikskwaliteit tenminste gelijkwaardig is aan parallelle autovoorzieningen. 4. fietsendiefstal aanpakken door controles met scanapparatuur. 5. goede stallingsplaatsen en omleidingsroutes voor fietsers bij werkzaamheden (o.a. Spoorzone, Sebastiaansbrug). 6. voldoende oplaadpunten voor elektrische fietsen en elektrische scooters. 7. voortzetten van de inrichting van snelle fietsroutes in de regio. 8. fietsbrug over Rijn-Schiekanaaleen fietsbrug over het Rijn-Schiekanaal bij Lijm en Cultuur en een combinatie van een fietstunnel onder het spoor en een fietsbrug ter hoogte van de Faradayweg.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 17 van 40
9. fietsroute station Delft-Zuid - TU-gebied v.v. optimaliseren
Programmapunten openbaar vervoer: 1. Station Delft-Zuid ontwikkelen tot volwaardig (Stedenbaan)station en eventueel hernoemen tot station Delft TU. 2. goede openbaar vervoersverbinding tussen station Delft-Zuid en het TU terrein en Technopolis. 3. kleinere, zuinige en schone bussen inzetten. 4. tramlijn 1 doortrekken tot station Delft-Zuid. 5. tramlijn 37 realiseren (Wateringse Veld – ziekenhuis – centrum – TU - Emerald). 6. Delft aansluiten op LightRail verbindingen in de regio. 7. verdubbeling spoor tussen Delft-Schiedam en Rijswijk – Hollands spoor. 8. GroenLinks Delft zal blijven bepleiten dat de frequentie van het busvervoer in Delft weer tenminste 15-minuten overdag en ’s avonds 30-minuten wordt.
Programmapunten auto: 1. autoluwe binnenstad uitbreiden. 2. lokaal Verkeer en Vervoerplan versneld uitvoeren. 3. huidige milieuzone uitbreiden. 4. kruisingen Provinciale weg en Kruithuisweg veiliger maken. 5. centrale parkeervoorziening langs Kruithuisweg voor TU, Technopolis en het centrum. 6. stimuleren alternatieve binnenstadsdienst voor bevoorrading winkels. 7. duidelijkere bewegwijzering in de hele stad. 8. Provincialeweg verdiepen / overkappen. 9. geen A4 Midden-Delfland. 10. kilometerbeprijzing en 80 km met trajectcontrole op A13.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 18 van 40
3.3. Versterk de groene ruimte en duurzaam waterbeheer Groene ruimte buiten de stad beschermen De laatste jaren is er veel gebouwd in Delft en is er veel groen verdwenen. Een gevolg van de keuze voor de Compacte Stad: het bouwen van meer woningen in de stad, zodat de ruimte aan de randen van de stad open en groen kan blijven. GroenLinks onderschrijft het concept van de Compacte Stad, maar vindt dat het buitengebied dan ook echt beschermd moet worden. Er mag niet geknabbeld worden aan de drie groengebieden aan de rand van Delft: Midden-Delfland, Kerkpolder en de Delftse Hout. GroenLinks wil de gebieden ook toegankelijker maken door verbeteren van de fiets- en wandelroutes, zodat de inwoners van Delft makkelijker en sneller naar het groen buiten de stad komen. De fiets- en wandelroutes moeten ook groener gemaakt worden. In het groengebied rondom de stad moet het autoverkeer beperkt worden. GroenLinks wil een autoluwe Delftse Hout, met concentratie van het autoparkeren aan de randen en transformatie van de oude parkeerplaatsen in natuur. Minder auto's in het gebied zal de kwaliteit van het recreatiegebied vergroten voor wandelaars, hardlopers en fietsers. Voorzieningen als toiletten, bewegwijzering en afvalbakken moeten verbeterd worden. GroenLinks vindt dat de grote grasvelden behouden moeten blijven en wil de Grote Plas niet groter maken. De Bieslandse Bovenpolder moet een open polder blijven met biologische veeteelt en plek voor weidevogels - dus geen extra wandelpaden en knotwilgen. Groen in de stad De keuze voor de Compacte Stad betekent niet dat Delft helemaal volgebouwd kan worden. GroenLinks wil dat het bestaande groen in bouwplannen zo veel mogelijk behouden blijft. Als dat écht niet kan, moet het groen gecompenseerd worden in de buurt of elders in de stad. Groen en bouwen – kan dat allebei? Ja, maar er moet wel creatief gezocht worden naar mogelijkheden voor extra (openbaar) groen. Door ontwerpers en bestuurders, maar ook door bewoners. GroenLinks wil meer groen in de binnenstad en wel een stadspark in de omgeving Yperstraat/Kruisstraat. Bij nieuwe ontwikkelingen kan volop rekening gehouden worden met mogelijkheden voor dieren (vogels, zoogdieren en amfibieën). Er moeten meer struiken geplant worden, waarin vogels kunnen schuilen en nestelen en waarvan ze de bessen kunnen eten. Zowel de inrichting als het beheer zijn daarbij belangrijk. GroenLinks vindt ook dat de gemeente bewoners moet stimuleren om hun tuin groener en natuurlijker in te richten: dus minder verharding, zoveel mogelijk planten en struiken voor vogels en andere dieren. Ook kan worden samengewerkt met woningcorporaties en verenigingen van eigenaren om gemeenschappelijke tuinen en plantsoenen groener en natuurlijker in te richten. Dubbel grondgebruik is in dit verband van groot belang. GroenLinks wil meer groene daken en tuinen op kantoren, woningen en parkeergarages. De overkluizing van wegen (denk aan de Provinciale weg) is ook iets waar we ons sterk voor maken. Ook andere functies dan parkeren kunnen onder de grond - bijvoorbeeld een zwembad.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 19 van 40
Groene speelruimte Kinderen spelen veel en graag. Gelukkig, want spelen is niet alleen leuk, het is ook belangrijk voor de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen. Spelen in een natuurlijke speeltuin brengt nog eens extra voordelen met zich mee. Het is avontuurlijker en inspirerender dan spelen in een traditionele speeltuin (met de standaard wipkippen, schommels en glijbaan) en het zorgt ervoor dat kinderen kennis kunnen maken met de natuur. Er is weinig ruimte waar kinderen kunnen spelen. Delft moet daarom actief plekken aanwijzen en inrichten waar kinderen vrijuit hun gang kunnen gaan. Een natuurlijke speeltuin kan verschillende vormen hebben: groot of klein en midden in een woonwijk of juist buiten de bebouwde omgeving. In 2009 is op initiatief van GroenLinks de eerste natuurspeeltuin van Delft ontworpen - de Hammenpoort. GroenLinks vindt dat iedere wijk een natuurlijke speelplek moet krijgen. Bomen in de stad De laatste jaren is er regelmatig ophef over de kap van bomen. Delftenaren zijn zo gehecht aan hun bomen, dat ze actie voeren om ze te behouden. En dan niet alleen voor prominente monumentale bomen, zoals de wilg bij de Oostpoort, of die op het Raam. Maar ze voeren zelfs actie voor ‘gewone’ straatbomen. Delftenaren zijn niet voor niets steeds meer begaan met de bomen in hun stad. Daar zijn veel goede redenen voor. Bomen verfraaien de straat en de wijk, ze vergroten de leefbaarheid, ze werken geluidsisolerend, ze beschermen bij hoge en lage temperaturen door schaduw en luwte, ze filteren stof en andere verontreinigingen uit de lucht, ze bieden huisvesting aan dieren en bomen in plaats van stenen zorgen voor opvang van water bij hevige regenval. Redenen genoeg waarom we bomen moeten koesteren! Het aantal bomen in plantsoenen en met name dicht tegen de grote wegen in Delft (A13, Kruithuisweg en Provinciale weg) moet wat GroenLinks betreft uitgebreid worden. Dit kan helpen bij het verbeteren van de luchtkwaliteit. Duurzaam waterbeheer Delft werkt hard aan een duurzaam waterbeheer. Steeds meer oevers worden natuurvriendelijk gemaakt. Op steeds meer plaatsen in de stad wordt regenwater niet meer geloosd op het riool, maar zakt het via doorlatende pijpen direct in de grond of wordt het afgevoerd naar het oppervlakte water. In particuliere tuinen neemt de hoeveel verhard oppervlak toe. De ecologische waarde neemt hierdoor af en ook verdwijnt hierdoor steeds meer regenwater in het riool. Het gebruik van waterdoorlatende bestrating kan in ieder geval het verdrogen van de grond tegengaan. Ook de gemeente zou dit waar mogelijk moeten toepassen. Door de klimaatverandering komt het steeds vaker voor dat er in korte tijd veel regen valt. Delft neemt al maatregelen om dit op te vangen, bijvoorbeeld door het zoveel mogelijk afkoppelen van regenwaterafvoer van het gewone riool. Wat ook helpt is het vasthouden van regenwater in vegetatiedaken of -gevels, waardoor het regenwater meteen gefilterd wordt. Programmapunten: 1. er komen tenminste 1000 bomen bij, bij voorkeur langs verkeersroutes en in woongebieden.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 20 van 40
2. aan het Kerkpoldergebied wordt meer natuurwaarde gegeven door de aanleg van milieuvriendelijke oevers van de sloten en het afsluiten van de Kerkpolderweg voor doorgaand verkeer. 3. bij de herinrichting van de Delftse Hout wordt de ruimte voor natuur vergroot, waarbij kritisch wordt gekeken naar het leefgebied van met name (water) vogels. 4. autoluwe Delftse Hout. 5. er komen recreatieve verbindingsroutes tussen de verschillende groengebieden rondom Delft. 6. aanleg van een groene promenade langs de Schie richting Midden-Delfland. 7. geveltuintjes en natuurlijk tuinieren worden gestimuleerd. 8. meer aandacht voor ecologie bij het beheer van het groen, om de biodiversiteit te vergroten. 9. aanleg van het park bij de Voorhofdreef. 10. stadsparken in de binnenstad (Yperstraat/Kruisstraat, Bacinol). 11. een natuurlijke speelplaats in elke Delftse wijk. 12. scholen krijgen hulp om het schoolplein en de omliggende buurt te vergroenen samen met de leerlingen. 13. natuureducatie: alle Delftse jeugd een keer in z’n schoolcarrière op excursie naar Midden Delfland. 14. uitbreiding capaciteit bij het vakteam Milieu met een beleidsmedewerker natuur. 15. aanleg van natuurvriendelijke oevers langs zoveel mogelijk watergangen. 16. waterdoorlatende bestrating toepassen waar mogelijk. 17. verbeteren bestekken groenonderhoud om ecologische waarden beter te behouden (overleg met natuurorganisaties). 18. waar mogelijk het toepassen van vegetatiedaken en -gevels stimuleren.
3.4. Werk maken van dierenwelzijn Dieren maken deel uit van onze dagelijkse leefomgeving. Veel inwoners van onze gemeente hebben een gezelschapsdier, zoals een hond of kat. In het buitengebied en op enkele plaatsen binnen de bebouwde kom op de kinderboerderijen bevinden zich ook landbouwhuisdieren, zoals varkens en koeien. De grootste groep dieren
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 21 van 40
wordt echter gevormd door in het wild levende dieren, zoals vogels, egels, muizen, vleermuizen, amfibieën. Dieren horen bij de samenleving. Zij dragen bij aan een kleurrijke en levendige gemeente. Ze verdienen onze aandacht en zorg. Dit geldt voor zowel huisdieren, als voor vrij en in het wild levende dieren. De gemeente moet nauw samenwerken met de lokale organisaties op het gebied van dierenwelzijn (van organisaties, zoals het Streekdierentehuis, de kinderboerderijen en de Vogel- en Egelopvang) en hun naamsbekendheid vergroten. Er moet ook een meldpunt komen waar inwoners met klachten of vragen over dierenwelzijn naar toe kunnen. Biologische landbouwbedrijven in de omgeving van Delft worden ondersteund (bijv. het vlees van de Bieslandhoeve). Het natuurlijke leefgebied van in het wild levende dieren wordt steeds meer ingeperkt door wegen en woningbouw. Wanneer de gemeente plannen ontwikkelt is het daarom belangrijk dat vooraf goed wordt beoordeeld of er mogelijke nadelige consequenties voor dieren zijn. Het Ecologieplan van de gemeente is daarbij van belang, om zonodig de ontwikkelaar tot compenserende maatregelen te verplichten. Bij nieuwbouw en verbouw wil GroenLinks meer aandacht voor bouwtechnische ecologische mogelijkheden, zoals sedumdaken en zwaluwdakpannen. Programmapunten: 1. meldpunt zorgen over dierenwelzijn. 2. uitvoering van de projecten uit het Ecologieplan. 3. meer aandacht voor de bouwtechnische ecologische mogelijkheden bij nieuwbouw en verbouw. 4. ondersteuning van aanbod en verkoop van biologisch geteelde streekproducten.
3.5. Een schone gemeente: scheiden afval Delftenaren vinden terecht dat de openbare ruimte schoon, heel en veilig moet zijn. Dat geldt voor de hele stad en in het bijzonder voor de binnenstad. Het draagt bij aan een prettig leefklimaat en voorkomt verloedering van de openbare ruimte. Het is een gedeelde verantwoordelijkheid van gemeente, burgers, bedrijven en bezoekers dat de stad schoon blijft. In Delft moet met name nog gewerkt worden aan het voorkomen en opruimen van zwerfafval en het tegengaan van verkeerd aanbieden van huisvuil of dumpen van grofvuil. Het is de taak van gemeente te zorgen voor voldoende prullenbakken die tijdig geleegd worden. De totale hoeveelheid huishoudelijk afval, zowel absoluut als per inwoner, neemt de laatste jaren langzaam af. GroenLinks bekijkt het afvalbeleid als eerste vanuit de milieu-invalshoek en als tweede vanuit de kosten. Het terugdringen van de totale hoeveelheid afval is altijd het beste en dient dan ook verder gestimuleerd te worden. Vervolgens dient het afval gescheiden te worden wanneer dat milieuwinst of
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 22 van 40
kostenvoordelen met zich mee brengt. Per afvalsoort kan dat voorscheiding (door de burger) of nascheiding (door de afvalverwerker) zijn. De landelijke verplichting om kunststoffen te scheiden begint in Delft vorm te krijgen. Voorkomen moet worden dat alle gemeenten uit de regio apart van elkaar eigen systemen gaan implementeren. Juist op het gebied van afval bieden schaalvoordelen ook kostenvoordelen. De regionale afvalinzamelaar Avalex dient die coördinerende rol te vervullen. In de loop van de tijd dienen zich ook nieuwe producten aan waarvoor gescheiden inzameling wenselijk is vanuit milieuoogpunt of vanuit kostenoogpunt. Denk bijvoorbeeld aan spaarlampen, waardoor gevaarlijke kwikverbindingen in het milieu komen. GroenLinks pleit ervoor dat Delft een proeftuin wordt voor het ontwikkelen van nieuwe inzamelsystemen voor nieuwe afvalstromen. Samenwerking met de TU ligt hierbij voor de hand. Tot slot kan gekeken worden of er nog kostenbesparingen mogelijk zijn door bijvoorbeeld het ophalen van groente tuin en fruit (gft) afval in het winterseizoen terug te brengen naar eens in de twee weken. Programmapunten: 1. strengere aanpak grofvuildumpers en vervuilers van de openbare ruimte. 2. invoering systeem voor gescheiden inzameling van kunststof, inclusief drankenkartons. 3. Delft sluit zich aan bij de lobby voor vergoeding van drankenkartoninzameling uit het landelijke afvalfonds. 4. Delft is proeftuin voor nieuwe inzamelsystemen voor nieuwe (en bestaande) afvalstromen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de inzameling van spaarlampen. 5. onderzoek naar het twee keer in de maand gft afval ophalen in de wintermaanden.
3.6. Klimaat- en energiebeleid dat het verschil maakt GroenLinks staat voor duurzaamheid. Dat betekent dat we het milieu zo min mogelijk belasten en zuinig zijn op de beschikbare bronnen. De gemeente Delft moet een krachtig beleid voeren op het gebied van energie, afval, klimaat en milieubewust handelen van burgers en bedrijven. De toenemende energievraag, de eindigheid van de voorraden fossiele brandstoffen, de stijgende energieprijzen en de klimaatverandering vragen om een ander energiebeleid. Vooral maatregelen die écht het verschil maken. Delft heeft daarom de afgelopen jaren een duidelijke ambitie geformuleerd. Er is in de afgelopen jaren al veel bereikt in Delft en de gemeentelijke organisatie doet het goed. Maar het moet zichtbaarder gemaakt worden om de rest van de stad mee te krijgen. Mensen, bedrijven en organisaties moeten bewust gemaakt worden en in beweging gebracht worden om hun gedrag te veranderen of zelf initiatieven te nemen. Delft streeft naar 15% CO2 reductie in 2012, 50% reductie
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 23 van 40
in 2030. Dat kan de gemeente alleen sámen met burgers, instellingen en ondernemers realiseren. In het beleid moeten we uitgaan van het terugdringen van het energiegebruik en het gebruiken van duurzame lokale bronnen. GroenLinks wil dat Delft streeft naar onafhankelijkheid van fossiele brandstoffen in 2050. Programmapunten: 1. gemeente maakt werk van haar voorbeeldfunctie. 2. isolatie bestaande bouw stimuleren en faciliteren. 3. hoge energie-prestatienormen toepassen bij bestaande bouw en nieuwbouw. 4. stimuleren van energiezuiniger maken van monumenten en regels versoepelen (zachte leningen, revolving fund). 5. financiële ondersteuning van energiebesparende maatregelen. 6. plaatsen van zonnepanelen vereenvoudigen: subsidie, faciliteren met weinig regels, kennis en advies, hulp bij zoeken financiële ondersteuning. 7. warmtebedrijf uitbreiden (afnemers + toevoer duurzame warmte - GFT-vergisting en rioolslib lokaal vergisten voor warmteopwekking warmtebedrijf). 8. bewoners ondersteunen bij overstap op groene stroom (gezamenlijke inkoop, participeren in windmolens op zee).
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 24 van 40
4. WIJ WILLEN EEN LINKSE GEMEENTE Alle inwoners van Delft moeten de kans krijgen om mee te doen in de samenleving. Ook Delft kent een tweedeling die leidt tot ongelijke kansen van verschillende groepen. De wereldwijde economische crisis zal de tweedeling tussen arm en rijk en tussen meedoen en uitsluiting alleen maar meer zichtbaar maken. Als mensen niet kunnen of mogen meedoen, dan zorgt dit ervoor dat zij minder kansen krijgen om zich te ontwikkelen en minder toegang hebben tot allerlei sociale en professionele netwerken. Dit kan leiden tot een sociaal isolement en een slechtere gezondheid. GroenLinks wil mensen niet afschrijven, maar ze een toekomst bieden. Risicogroepen met een hoge kans op sociale uitsluiting zijn: mensen met een geringe mate van psychisch welbevinden, mensen met een slechte gezondheid, mensen met een laag inkomen, mensen met een uitkering, mensen met schulden, huishoudens zonder betaald werk, mensen met een slechte beheersing van de Nederlandse taal, ouderen met een kleiner wordend sociaal netwerk, mensen die gediscrimineerd worden. Mensen die van generatie op generatie gevangen zijn in armoede worden gewoonlijk uitgesloten. Bij een combinatie van factoren neemt het risico toe. Ook het vermogen om op eigen kracht de situatie om te buigen neemt dan af. Voor het bevorderen van economische zelfstandigheid en zelfredzaamheid zien wij een mogelijke samenhang tussen de geldstromen voor de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, de Wet Werk en Bijstand en de Wet Integratie Jongeren. Gezamenlijke projecten op deze terreinen kunnen elkaar versterken in een integrale aanpak van problematiek die via armoede, schulden, problemen met werk en wonen en mogelijke verslaving of psychische problematiek leiden tot sociale uitsluiting en tweedeling in de samenleving. De wijkaanpak is voor de gemeente een middel om voor iedereen deelname aan de samenleving zo maximaal mogelijk te maken, vanuit de eigen woonomgeving.
4.1. Sociaal beleid: meedoen mogelijk maken, participatie Armoede bestrijden GroenLinks is solidair met mensen die in armoede leven. Voor mensen met weinig geld, laaggeletterdheid, slechte gezondheid en dergelijke is het moeilijk om aan het sociale leven deel te nemen. De positie van de allerarmsten kunnen we verbeteren. Daarvoor is voortzetting en uitbouw nodig van het integrale Delftse antiarmoedebeleid dat er voor zorgt dat de vele oorzaken op alle terreinen van de gemeente tegelijk aangepakt wordt. Zo kan de vicieuze cirkel waar de meest achtergestelden in zitten, soms al van generatie op generatie, doorbroken worden. Financiële drempels om maatschappelijk mee te doen moeten verdwijnen. Dit vraagt behoud van de ruimhartige actieve en sluitende inkomensondersteunende voorzieningen en minimaregelingen tot 130 procent van de bijstandsnorm. Het is funest voor hun kansen als kinderen opgroeien in armoede. De sociaal economische tweedeling willen wij in een zo vroeg mogelijk stadium aanpakken door bij kinderen Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 25 van 40
en scholen te beginnen. Dat kan door behoud en zoveel mogelijk uitbreiden van bestaande regelingen als cultuur-, schoolkosten-, sportregeling e.d.. Actieve voorlichting, informatie en ondersteuning door de Financiële Winkel van Delft helpt in het voorkomen en oplossen van schulden. Ondersteuning bij het aanvragen van voorzieningen, toelages en regelingen door de Formulierenbrigade wijst mensen de weg. Met een goed voorschottenbeleid hoeven mensen nooit lang zonder inkomsten komen te zitten. Er is bijzondere bijstand beschikbaar voor degenen die het nodig hebben. Dat kan wel beter toegankelijk worden gemaakt door voorlichting en door het schrappen van overbodige regelgeving en controles. De gemeente moet durven extra te investeren in het bestrijden en voorkomen van armoede, samen met huidige en nieuwe partners in het Pact tegen de Armoede. Regelmatig overleg met partners als de Voedselbank, Sociaal Raadslieden en Interkerkelijk Sociaal Fonds voorkomt dat mensen tussen wal en schip vallen. Wij zijn bezorgd om de steeds grotere aanspraak die wordt gedaan op de Voedselbank en om de noodzaak van een Stichting Urgente Noden. Voorkomen moet worden dat steeds weer nieuwe instanties voor oplossing van financiële problemen leiden tot versnippering van hulpverlening en toenemende bureaucratie. De gemeente moet proactief blijven, en niet pas in actie komen als mensen uit hun huis zijn gezet of diep in de schulden zitten. Dat vraagt om een gerichte benadering waarbij actief wordt gezocht naar stille armoede en zorgmijders en waarbij mensen persoonlijk worden aangeschreven of zo nodig opgezocht. De armoedetoets moet behouden blijven bij elk beleidsvoornemen van de gemeente, zodat duidelijk wordt wat de financiële consequenties zijn van de voorgenomen maatregelen voor kwetsbare groepen in de samenleving. Programmapunten: 1. gemeente ondersteunt particuliere initiatieven van vrijwilligersorganisaties voor budgethulp en ondersteuning bij financiële administratie. 2. er komt een bindend budgetadvies bij elke uitkeringsaanvraag en elk schuldhulpverleningstraject. 3. jaarlijks voert de gemeente een preventiecampagne. 4. een (kwetsbaar) huishouden met meerdere problemen krijgt, in aansluiting op het meldpunt Bezorgd en het Laatste Kans beleid, één verantwoordelijke zorgcoach. 5. minimaregelingen kunnen met een enkelvoudige, simpele procedure worden aangevraagd en worden meteen verstrekt (één aanvraagformulier voor alle regelingen; een snelloket). 6. het niet-gebruik van minimaregelingen wordt tegengegaan door gerichte communicatie naar doelgroepen en maatschappelijke instellingen, buurtgerichte activiteiten, thuisgesprekken en ondersteuning bij het invullen van formulieren.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 26 van 40
7. investeren in de professionaliteit en kennis van medewerkers van gemeentelijke diensten. 8. onderzoek naar en aanpassing van de effectiviteit van de Sociale Dienst door het samenvallen van meerdere taken, enerzijds het verstrekken van financiële middelen en anderzijds het activeren van cliënten. 9. gemeente installeert een onafhankelijke toetsingscommissie voor de mensenrechten, die bevordert dat de positie van de meest achtergestelden onder de meest kwetsbare inwoners van Delft wordt verbeterd. 10. Delft zal het ‘Europees Handvest van de Rechten van de Mens in de stad’ ondertekenen.
Participatie Armoede willen we, naast een ruimhartig anti-armoedebeleid, vooral bestrijden door sociaal-economische participatie te bevorderen: mensen ondersteunen bij het vinden van scholing, werk of een andere maatschappelijke activiteit. De Sociale Dienst levert daarbij maatwerk per persoon. Uitgangspunten zijn de verwachting naar elke klant van eigen actieve deelname en het stimuleren van eigen initiatieven voor activering en ontwikkeling. De Sociale Dienst stelt zich open voor eigen motivatie, wensen en afspraken van cliënten voor reïntegratietrajecten en neemt zoveel mogelijk van de bureaucratische belemmeringen voor de slaagkans van dergelijke trajecten weg. Wij willen de Sociale Dienst stimuleren om blijvend mee te veranderen met de maatschappelijke context. De gemeentelijke Sociale Dienst kan met een actieve naar buiten gerichte werkwijze een belangrijke centrale rol vervullen in netwerken en ketens rond sociaal beleid. Er kan zoveel mogelijk aangesloten worden op creatieve particuliere initiatieven voor reïntegratietrajecten in de stad. De gemeente dient actief te investeren in contacten en netwerken met werkgevers, bedrijven en instellingen voor het samen vinden en creëren van (leer)werkplekken. Mensen moeten vooral worden ondersteund om hun leven weer op orde te krijgen en een plek op de arbeidsmarkt te verwerven. Als rekening gehouden wordt met wat een cliënt wel kan, dan ontstaan er ook veel meer mogelijkheden voor de mensen zelf en voor de samenleving. Iemand die maar een paar uur per week kan werken, kan bijvoorbeeld getraind worden om vrijwilligerswerk te doen bij iemand die zorg nodig heeft. Cliënten aan de onderkant van de arbeidsmarkt worden zo alsnog bij de samenleving betrokken. Daarbij is respect nodig voor iedere individuele cliënt. Er dient aandacht, kennis en begrip te zijn voor mogelijkheden en onmogelijkheden van ouderen die geen gegevens durven te leveren, van psychiatriecliënten die moeite hebben vorm te geven aan hun eigen leven, van mensen met handicaps die niet in staat zijn als ieder ander te leven, voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 27 van 40
Programmapunten: 1. uitbreiding en extra ondersteuning van alfabetiseringscursussen voor iedereen die het nodig heeft. 2. integrale aanpak en nauwe samenwerking tussen Sociale Dienst en UWV WERKbedrijf, en indien van toepassing met de zorginstelling, om uitkeringsgerechtigden beter naar werk te begeleiden. 3. werkzoekende staat centraal en niet het aanbod van de instellingen. Afspraken passen bij zijn wensen en mogelijkheden. 4. meer mensen duurzaam aan het werk en minder mensen langdurig in de uitkering: via gerichte arbeidsbemiddeling of scholing. 5. elke cliënt moet direct aan de slag kunnen met werk of een opleidingstraject. 6. gemeente heeft eigen stageplekken en maakt met woningcorporaties, zorginstellingen en andere werkgevers afspraken over stageplaatsen en proefplaatsingen. Dit wordt zo nodig gerealiseerd met tijdelijke bijbetaling en begeleiding. 7. mensen die vanuit een uitkering een bedrijf willen beginnen, krijgen daarbij advies en financiële ondersteuning. 8. cliënten die bezig zijn met een scholingstraject en maatschappelijk activeringstraject worden ontheven van de sollicitatieplicht als deze een barrière vormt voor een goed verloop van het traject. 9. we stimuleren dat mensen met een uitkering zich actief voor anderen inzetten, bijvoorbeeld door hulp bij klusjes in huis en tuin, begeleiding bij artsbezoek en sociale activiteiten. 10. gemeente creëert participatiebanen voor mensen die (nog) niet toe zijn aan reïntegratie op de arbeidsmarkt: werk in buurten, onderwijs, zorg, welzijn, sport en openbare ruimte, tegen normaal loon, met normale secundaire arbeidsvoorwaarden. 11. gemeente creëert nieuwe werkgelegenheid in de persoonlijke dienstverlening door WWB-bestanden te koppelen aan Wmo-vragen, leerwerktrajecten en participatiebanen die bijdragen aan de leefbaarheid in de wijk. 12. er is goede kinderopvang voor vrouwen en mannen die willen deelnemen aan de arbeidsmarkt. 13. voor mensen die hulp nodig hebben bij het bestrijden van hun verslaving of bij het saneren van hun schulden worden die belemmeringen aangepakt naast het zoeken naar mogelijkheden om binnen de capaciteiten actief aan het maatschappelijk leven deel te nemen.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 28 van 40
14. mensen die geen kans maken op de arbeidsmarkt worden niet gedwongen om te reïntegreren in betaald werk. Het is acceptabel dat zij aan het maatschappelijk leven deelnemen door het aantoonbaar verrichten van maatschappelijk relevant vrijwilligerswerk of mantelzorg. 15. kritische aanbesteding van reïntegratietrajecten, bij een te laag rendement worden contracten met reïntegratiebedrijven niet verlengd. 16. recht op het nemen van een persoonsgebonden budget voor reïntegratietrajecten, met goede begeleiding in het opstellen van een eigen reïntegratieplan, zodat de verantwoordelijkheid en keuzevrijheid volledig bij de cliënt ligt. 17. reïntegratietrajecten worden voor een langere periode dan een jaar aanbesteed om bedrijven bewegingsruimte te geven om kwaliteit in trajecten te ontwikkelen.
4.2. Wijkgericht werken De wijk of buurt is dé plek waar mensen elkaar ontmoeten en samenleven. Voor de leefbaarheid en de veiligheid in een wijk is niet alleen de fysieke structuur belangrijk, maar ook de verbanden tussen de bewoners. Mensen vinden het belangrijk dat ze elkaar kunnen ontmoeten, elkaar kennen, invloed op hun omgeving kunnen uitoefenen en verantwoordelijkheid kunnen nemen. Wij vinden dat de gemeente randvoorwaarden moet creëren voor actief burgerschap; het deelnemen aan en verantwoordelijkheid nemen voor de eigen omgeving en daarmee het vorm geven aan sociale samenhang en solidariteit. Mensen die kwetsbaar zijn krijgen extra aandacht, door ze te betrekken en aan te spreken op hun mogelijkheden en ze te ondersteunen als ze het zelf niet redden. Het begrip “wijkaanpak” staat voor een middel voor de gemeente om voor iedereen deelname aan de samenleving zo maximaal mogelijk te maken, in en vanuit de eigen eigen woonomgeving, buurt of wijk. De wijkaanpak is voor GroenLinks een ‘groot project’ binnen de gemeente, dat verder gaat dan alleen de begrippen ‘schoon, heel en veilig’. De wijkaanpak is volgens ons nodig voor het tegengaan van tweedeling, voor het bevorderen van sociale samenhang en voor het samenwerken aan tevredenheid. Het welzijnswerk in de wijken kan daar ook aan bijdragen. Wij willen de lokale democratie op veel terreinen terug brengen naar de wijken. Wijkprogramma's worden door bewoners zelf samengesteld. Bewoners kunnen zelf beslissen na uitgebreide wijkschouwen hoe de wijkbudgetten besteed moeten worden. De budgetten zijn dan op maat aangepast aan behoeften, cultuur en dynamiek van de eigen buurt of wijk. De gemeente kan in de wijkaanpak activeren, mogelijk maken en vooral ruimte geven. Alle diensten en beleidsterreinen van de gemeente moeten daarin samenwerken. De wijkcoördinator moet meer bevoegdheden krijgen om door bewoners aangedragen projecten en initiatieven mogelijk te maken, waarvoor de verkokering in regels en beleid en in de ambtelijke structuur en cultuur doorbroken moet worden.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 29 van 40
Bewoners en organisaties in de stad worden samen betrokken om actief deel te nemen aan het verbeteren van de eigen leefomgeving. Particuliere initiatieven krijgen ruimte en worden beloond. In wijken is het mogelijk voor de samenwerking van bewoners en organisaties ‘regelvrije zones voor maatschappelijke ontwikkeling’ in te richten. Bijvoorbeeld gezamenlijke plannen van bewoners, reïntegratiebedrijven en corporaties voor schoonhouden van de woonomgeving mogen niet onmogelijk worden door gemeentelijke afspraken over afvalbeheer en groenvoorziening. Breed Welzijn Delft (BWD) kan als grote uitvoerder van het welzijnswerk een meer zelfstandige en onafhankelijke partner zijn in het aanvullen en ondersteunen van de wijkaanpak. De BWD kan in samenwerking met andere partners initiatieven van wijkbewoners ontwikkelen, ondersteunen en faciliteren. Uitvoering van de activiteiten hoort zoveel mogelijk in handen van bewoners en bezoekers zelf. De huidige rol en taken van de BWD zullen daarom herzien moeten worden. GroenLinks wil investeren in toename en effectiviteit van ontmoetingsplekken en ontplooiingsmogelijkheden. Dit kan leiden tot diverse voorbeelden van ontmoetingen: van parken en barbecueplaatsen tot wijk- en buurtfeesten of een activiteit als de Delftse Kleden. Buurthuizen zijn letterlijk ontmoetingsplaatsen waar veel activiteiten door bewoners zelf georganiseerd en uitgevoerd kunnen worden. De buurthuizen dienen daarom zo ruim mogelijk toegankelijk te zijn. Programmapunten: 1. Delftse wijkaanpak wordt vervuld vanuit de gedachte dat bewoners zoveel mogelijk zeggenschap hebben over hun eigen wijk. 2. beleid en regelgeving die deze gedachte in de weg staan worden herzien. 3. rol en taken van Breed Welzijn Delft worden herzien. 4. wijkcoördinatoren hebben een belangrijke centrale rol als trekker van projecten dwars door de gemeentelijke organisatie heen. 5. gemeente stimuleert en faciliteert contacten en organisatie van bewoners en integrale overleggen met instellingen, gemeentelijke diensten en organisaties in de wijk. 6. streven naar inzet van bewonersoverleggen als overleg en inspraakorgaan voor de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. 7. waar nodig bij tegengestelde belangen over leefbaarheid in een wijk kan externe bemiddeling ingeschakeld worden.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 30 van 40
4.3. Zorg en Welzijn Met de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) heeft de gemeente de regiefunctie gekregen en genomen over een sluitend aanbod van wonen, zorg en welzijn. De Wmo is gericht op meedoen, maatschappelijke participatie van alle Delftenaren. Alle bewoners van de stad moeten zich met zonodig enige aanpassing of ondersteuning zo goed mogelijk zelf kunnen redden en kunnen meedoen aan de samenleving. De gemeente is verantwoordelijk geworden voor voorzieningen en maatregelen waardoor die participatie mogelijk is. Daarmee is de gemeente ook verantwoordelijk geworden voor de preventie en aanpak van factoren die kunnen leiden tot maatschappelijke en sociale uitsluiting, anders dan alleen het voorzien van werk en inkomen. De gemeente krijgt in toenemende mate in het kader van de Wmo taken toebedeelt van het rijk zonder dat er de benodigde financiering tegenover staat. De overname van taken uit de AWBZ verzwaart de rol van de gemeente maar maakt het tegelijkertijd ook mogelijk om op lokaal niveau te sturen op activiteiten voor participatie van nieuwe doelgroepen. De Wmo is voor de gemeente een welkom en uitdagend middel om het beleid voor- en het bereik van deze nieuwe doelgroepen verder uit te breiden en te verbeteren. Doelgroepen voor de Wmo zijn in het bijzonder: mensen met een lichamelijke handicap en/of zintuiglijke beperking, mensen met een verstandelijke handicap, mensen met een psychische handicap en/of psychogeriatrische aandoening, chronisch zieken, kwetsbare ouderen en sociaal kwetsbare en dakloze personen. De regiefunctie van de gemeente naar partners in de stad op de gebieden wonen, zorg en welzijn, ook waar de gemeente zelf geen directe zeggenschap heeft: corporaties, GGZ, Perspektief, Brijder, BWD en anderen, richt zich op het faciliteren, activeren, in staat stellen en afstemmen van de activiteiten. Alle partners dragen bij aan beleidsontwikkeling en uitvoering op de gebieden waar men goed in is. De som van de deelnemende partners moet meer zijn dan de delen, om een sluitende ketenen netwerksamenwerking te bereiken. Organisaties en instellingen moeten de ruimte krijgen om deel te nemen aan- en te werken in ketens. Belemmeringen voor ketensamenwerking in subsidievoorwaarden, de aansturing en de wijze van verantwoording moeten uit de weg geruimd worden. Vrijwilligersorganisaties hebben een eigen plek nodig in de netwerken van instellingen. Deze organisaties dragen bij aan laagdrempelige en toegankelijke preventieve- en nazorgactiviteiten. Uitgangspunt van de Wmo is dat mensen zo lang mogelijk de regie over hun eigen leven moeten behouden, meedoen in de samenleving en betrokken zijn bij de buurt waar ze wonen en waar nodig snel toegang hebben tot voorzieningen. Maatschappelijke participatie begint in de eigen (woon)omgeving. De activiteiten in het kader van de Wmo zijn dan ook vooral wijkgericht en sluiten met de Delftse wijkaanpak goed aan op het eerste prestatieveld van de Wmo: het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten. Voor het mogelijk maken van maatschappelijke participatie van mensen met een beperking wordt vaak eerst een beroep gedaan op de omgeving van degene die
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 31 van 40
ondersteuning nodig heeft. Er wordt een toenemend beroep gedaan op mantelzorgers en vrijwilligers. De gemeente richt zich op versterking van de vrijwillige inzet van mensen en wanneer nodig op aanvulling en tijdelijke vervanging (respijtzorg) om de benodigde zorg te kunnen continueren. Gemeente en instellingen en organisaties in Delft staan voor de taak de meest kwetsbare groepen in de samenleving de benodigde ondersteuning te bieden. Maatschappelijke opvang is een kerntaak van de gemeente. Wij maken ons zorgen over de grip van de gemeente op de voorzieningen voor opvang van vrouwen, daklozen en verslaafden. Deze voorzieningen mogen niet door fusies verdwijnen in grootschalige instellingen. Op activiteiten voor specifieke doelgroepen kunnen diverse instellingen onderling samenwerken, zoals voor daklozen met psychiatrische problematiek. Het ruimhartig toekennen van een persoonsgeboden budget (pgb) voor benodigde zorg betekent keuzevrijheid. Zelf de regie over het eigen leven is immers het uitgangspunt van de Wmo. Veel mensen willen zelf kunnen kiezen door wie zij de zorg laten uitvoeren. Soms is dit een familielid, in andere gevallen betreft het een klein thuiszorgbureau dat dichter bij de cultuur van de klant staat dan de reguliere zorgaanbieders. Wanneer in zo’n geval een pgb wordt afgewezen, komt het voor dat een burger helemaal geen zorg accepteert. Programmapunten: 1. eigen initiatieven, die ertoe leiden dat het aanbod steeds meer op de vraag afgestemd wordt, krijgen de ruimte. 2. procedures voor aanvraag van voorzieningen en persoonsgebonden budgetten zijn zo eenvoudig mogelijk. 3. controle op besteding van geïndiceerde persoonsgebonden budgetten blijft minimaal. 4. gemeente ondersteunt particuliere initiatieven van vrijwilligersorganisaties voor op preventie gerichte opvoedingsondersteuning. 5. het opzetten, verstevigen en/of uitbreiden van een steunpunt Mantelzorg/respijtzorg. 6. in bestekken voor aanbesteding huishoudelijke zorg en ondersteunende begeleiding ook als eis de kwaliteitseisen en de arbeidsvoorwaarden beschrijven, zodat de prijs op het niveau van de CAO Thuiszorg uitkomt.
4.4. Doelgroep gericht beleid: jong en oud Delft is en blijft een fijne plek voor kinderen. Ze moeten zorgeloos kunnen opgroeien: in een goede sfeer thuis, met voldoende speel- en sportruimte in de buurt en mogelijkheden om mee te doen in allerlei verenigingen. We willen ze hiertoe alle ruimte geven, ze serieus nemen en steun bieden, maar ook grenzen stellen en onacceptabel gedrag corrigeren.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 32 van 40
Kinderopvang, peuterspeelzalen, onderwijs, zorg en vrijetijdsvoorzieningen dienen zodanig op elkaar aan te sluiten dat ze tegemoetkomen aan de basisbehoeften van kinderen en hun ouders/opvoeders. Hoe meer dit het geval is, des te beter voor welzijn en ontwikkeling van alle jeugdigen. Kinderen mogen er op rekenen dat de professionals die ze tegenkomen in opvang, onderwijs en allerlei buitenschoolse activiteiten in staat zijn te signaleren dat een kind problemen heeft en extra aandacht nodig heeft. Gespecialiseerde deskundigheid moet dan gemakkelijk ingeroepen kunnen worden om de reguliere voorziening te versterken of ondersteuning te bieden in de eigen leefomgeving. Iedereen komt wel eens met vragen te zitten over opgroeien en opvoeding. Hulp vragen en hulp krijgen moet vanzelfsprekender worden. De recent geopende zeven Centra voor Jeugd en Gezin (CJG) in de wijken dragen hier aan bij. Alle ouders, kinderen en jongeren kunnen direct bij het CJG terecht met vragen over groei, ontwikkeling, gezondheid, opvoeding en gedrag. Achter het CJG-loket werken alle mogelijke instellingen en organisaties samen die een bijdrage kunnen leveren aan advies en ondersteuning in de zorg voor kinderen en jeugdigen van 0 tot 23 jaar. GroenLinks wil de samenwerking tussen deze instellingen verder versterken in een netwerk waarin adequaat gehandeld en doorverwezen kan worden. In Delft worden jongeren serieus genomen. Het Jeugdbeleid is en wordt vanuit een positieve benadering beschreven en ontwikkeld samen met de jeugd. Jongeren weten zelf het best wat er leeft onder jongeren. Daarom moet de gemeente meer van hun deskundigheid gebruikmaken, hen uitdagen zich in te zetten voor de samenleving, de eigen buurt of projecten waar jongeren zelf baat bij hebben. We willen ze meer verantwoordelijkheid geven. Participatie kan een antwoord zijn op de klacht van jongeren ‘dat er niets te doen is in Delft en dat ze zich vervelen. Participatie vergroot ook de vrijheden van jongeren. Het jongerenplatform zal alle jongeren moeten aanspreken en kunnen vertegenwoordigen in gesprek met de gemeente en organisaties. Een goede manier om jongeren op een aansprekende creatieve manier te bereiken en te betrekken zijn de activiteiten van de Nieuwe Academie (dNA). Wij vinden dat de jongerencentra meer open moeten zijn met een aanbod aan activiteiten dat goed aansluit bij de wensen van de jongeren zelf. Onze samenleving is steeds meer geneigd om jongeren die op straat ‘hangen’ als een probleem te zien. Wij beschouwen flaneergedrag van jongeren op straat als een normaal verschijnsel dat te maken heeft met hun behoefte om elkaar te ontmoeten. Jongeren horen die gelegenheid ook te hebben; de publieke ruimte is er immers voor iedereen. Soms gaat het hanggedrag gepaard met overlast voor de omgeving en onwettig gedrag. Dan is ruimte bieden niet langer gepast en ingrijpen nodig. Niet alleen om de veiligheid in de wijk te verbeteren, maar ook om jongeren te leren hoe ze zich in de publieke ruimte moeten gedragen en om een verder afglijden in criminaliteit te voorkomen. De gemeente voert de recent de nieuwe Wet investeren In Jongeren (WIJ) uit. Deze wet is een nieuw instrument om de arbeidsparticipatie van jongeren te verhogen. Werk beschermt jongeren tegen sociale problemen als armoede, sociale uitsluiting, criminaliteit en integratieproblemen. De schaal van de stad Delft maakt het mogelijk om praktisch alle jongeren vanaf de middelbare school in beeld te hebben. Uitval kan
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 33 van 40
gemakkelijk voorkomen worden, maar er is wel een sluitend netwerk rond de jongeren voor nodig. De risico’s voor jongeren worden groter en vragen alert inspelen op veranderende en nieuwe omstandigheden. Belangrijk is dat jongeren op maat naar mogelijkheden en beperkingen begeleid worden naar leerwerktrajecten. De gemeente kan voor een win/win situatie werkgevers met subsidies betrekken bij het binnenhalen van- en het creëren van werkgelegenheid voor jonge stagiaires en werknemers. Ook voor ouderen is Delft een prettige stad om in te wonen. In 2013 is in iedere wijk een woonservicezone gerealiseerd. In iedere woonservicezone bevinden zich voorzieningen voor de dagelijkse boodschappen, een servicepunt en een activiteitencentrum binnen een beperkte straal. Het project ‘Ouderenproof’ is opgestart om met inbreng van ouderen de toegankelijkheid van de openbare ruimte te verbeteren. Wij willen dat dit project wordt uitgebreid naar permanente en verdergaande inbreng en betrokkenheid van ouderen met zaken in hun leefomgeving. Programmapunten: 1. sluitend netwerk van instellingen en organisaties achter de Centra voor Jeugd en Gezin. 2. ondersteuning voor maatjesprojecten voor tieners en jongeren. 3. jongerencentra zijn meer open met een aanbod aan activiteiten dat goed aansluit bij de wensen van de jongeren zelf. 4. ondersteuning voor op preventie gerichte projecten voor opvoedingsondersteuning. 5. werkgevers met subsidies betrekken bij het creëren van werkgelegenheid voor jonge stagiaires en werknemers. 6. kwijtschelding gemeentelijke belastingen en Hoogheemraadschapbijdrage voor buitenlandse studenten automatisch regelen. 7. uitbreiding van project ‘Ouderenproof’ naar permanente inbreng van ouderen
4.5. Onderwijs: centrum voor brede ontplooiing Onderwijs legt de fundamenten voor onze toekomst. Daarom is het belangrijk dat onderwijs àlle kinderen stimuleert om zich te ontwikkelen tot sociale, verantwoordelijke en zelfredzame burgers. Voor kinderen die opgroeien in een omgeving van armoede en achterstelling kan de school de weg zijn naar vooruitgang. In de praktijk blijkt echter dat juist deze kinderen verloren kunnen raken in ons onderwijssysteem.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 34 van 40
GroenLinks wil dat scholen de spil zijn in de zorg voor het kind. In de praktijk moeten hulpverleners “kind aan huis” zijn in de school, zodat het kind in zijn vertrouwde omgeving kan blijven. Ook voor ouders is de school een ontmoetingsplek. De school verleidt hen binnen te komen en biedt hen de ruimte over hun kind te praten, zich verder te ontwikkelen en van elkaar te leren. In of rond de school zijn ook de verschillende vormen van kinderopvang gevestigd. Er is opvang voor kinderen van 7.00 -19.00 uur mogelijk. Scholen kunnen zo uitgroeien tot een kindercentrum waar onderwijs, ondersteuning en vrije tijd samenkomen Kinderen in de puberteit zijn een kwetsbare groep. Dit is de leeftijd van spijbelen en voortijdig schoolverlaten. De ideaal van de “brede” basisschool, (een ruim aanbod van buitenschoolse activiteiten) moet doorgevoerd worden in het voortgezet onderwijs. Naast buitenschoolse ontplooiingsmogelijkheden en specifieke hulp, moet de school kinderen een haalbaar perspectief bieden, bv. door coaches, buddy’s, rolmodellen. Scholing is niet klaar met het behalen van een diploma. GroenLinks is voorstander van “een leven lang leren”. De meeste mensen vinden zelf hierin hun weg. Bepaalde groepen, zoals inburgeraars en mensen die tweede kans onderwijs willen volgen, verdienen hierbij stimulering en ondersteuning. Programmapunten: 1. alle scholen in basis en voortgezet onderwijs bieden een ruim vormingsaanbod, ook na schooltijd, in samenwerking met kindercentra. De gemeente stimuleert dat het VMBO zich ontwikkelt tot een brede school, de ingezette weg moet worden uitgebreid. 2. gemeente stimuleert dat iedereen die betrokken is bij de zorg rond een kind met elkaar in gesprek blijft en samen werkt. Het huidige zorgteam, waarin onderwijs en zorg samenwerken, moet ook op schoolniveau gaan werken. Alle disciplines moeten daarin samenwerken, zodat er één loket is voor alle hulp aan kinderen en hun ouders. 3. alle kinderen met een risico op een taalachterstand in het Nederlands nemen in 2011 deel aan voorschoolse educatie. De gemeente maakt met de scholen afspraken over de vroegschoolse educatie. 4. gemeente stimuleert de invoering van een leerlingvolgsysteem en een soepele overgang tussen primair en voortgezet onderwijs. 5. in Delft is een pilotproject van start gegaan “de Delftse kennisklas”, waarbij hoogbegaafde kinderen uit de bovenbouw op woensdag in DOK een speciaal programma volgen dat hen op hun niveau uitdaagt. GroenLinks wil dit project in vast beleid omzetten en verbreden naar de opvang van jongere kinderen uit de onderbouw. 6. ouders zijn vrij in de schoolkeuze voor hun kind. Het antwoord op het ontstaan van witte/zwarte scholen zoekt GroenLinks in kwalitatief hoog onderwijs, juist in
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 35 van 40
“moeilijke” buurten. Daarnaast maakt de gemeente afspraken met de scholen voor een vaste aanmelddatum voor het voortgezet onderwijs. 7. gemeente stimuleert scholen meer verbindingen aan te gaan met maatschappelijke instanties in hun omgeving; zo leert het kind de wereld kennen. De al bestaande contacten zoals met De Papaver, VAK, DOK en sportverenigingen worden ondersteund. 8. binnen de seksuele voorlichting die kinderen op school krijgen is er standaard aandacht voor de verscheidenheid van seksuele voorkeuren. 9. we willen educatie van volwassenen en tweedekansonderwijs bevorderen. Voor inburgeraars ligt het accent op (intensieve) cursussen Nederlands als tweede taal, met de mogelijkheid om door te stromen naar het beroepsonderwijs of naar de arbeidsmarkt. Samenwerking met het beroepsonderwijs is daarom noodzakelijk. 10. gemeente stimuleert dat ook migranten uit EU-landen vrijwillig deelnemen aan een inburgeringcursus. 11. gemeente zorgt voor aantrekkelijke multifunctionele schoolgebouwen in een veilige schoolomgeving. 12. gemeente zorgt dat elke buurt zijn eigen school heeft en verleidt scholen om zich daar te vestigen.
4.6. Wonen: een huis voor iedereen GroenLinks wil dat Delft een gewilde economisch en sociaal levendige aantrekkelijke woonstad blijft, met een mooie mix van bevolkingsgroepen kenmerkend voor een stad. In Harnaschpolder, de TU-wijk en in de Spoorzone wordt in grote projecten nieuwbouw gerealiseerd. Het beter op elkaar laten aansluiten van vraag en aanbod op de woningmarkt kan daarna alleen nog binnen de bestaande compacte bebouwing plaatsvinden door herstructurering en inbreiding. De helft van de woningvraag in Delft komt van de groep tot 35 jaar. Een groot deel van deze groep verlaat de stad omdat de woningen die nodig zijn er niet zijn. Veel aandacht zal gericht moeten zijn op het behoud van deze groep voor een gezonde creatieve stad. Nieuwbouw zal vooral moeten voldoen aan wensen van deze groep. Er is een gedifferentieerd aanbod van sociale nieuwbouwwoningen nodig, variërend van goedkope huurwoningen, duurdere huurwoningen en sociale koopwoningen. De doorstroommogelijkheden voor starters worden hierdoor verbeterd. Er zijn de komende jaren duizenden wooneenheden extra nodig voor de groeiende toestroom aan (buitenlandse) studenten van de TU en de nieuwe vestigingen van de Hogescholen. Het vinden en ontwikkelen van deze huisvesting vraagt creativiteit van de TU, de woningcorporaties en de gemeente. GroenLinks staat achter het plan tot
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 36 van 40
bouw en inrichting van een TU campus. Als nieuwe wijk van Delft kan deze campus voorzien worden van multifunctionele voorzieningen die ook toegankelijk zijn voor andere bewoners van de stad. Daarnaast kan de kamerverhuur door particulieren gestimuleerd worden. Ouderen moeten zo lang mogelijk zelfstandig en comfortabel kunnen wonen. Dat vereist geschikte woningen. De gemeente zou met de corporaties afspraken moeten maken over het aanpassen van woningen. Ook eigenaars/bewoners krijgen dan maatregelen aangeboden waaruit zij kunnen kiezen naar gelang de eigen wensen. Het gaat hierbij om prettig kunnen blijven wonen zonder grootschalige ingrepen. Voor ouderen met een zorgvraag en mensen met een beperking is een divers aanbod nodig van zorg/welzijn en woonvormen: we willen dat mensen hierbij veel keuzevrijheid hebben. Wij vinden het belangrijk dat de duurzaamheid van bestaande en nieuwe woningen wordt vergroot. Verbetering van bestaande woningen is goed voor het milieu en beperkt de energiekosten. Onderhoud, renovatie en sloop moet volgens duurzame methoden plaatsvinden. Nieuwbouw hoort energiezuinig of energieneutraal gebouwd te worden met gebruik van duurzame materialen. Programmapunten: 1. voor diverse groepen met diverse woonwensen worden meerdere alternatieve vormen van huisvesting aangeboden: • voor jongeren bijvoorbeeld verbouwde leegstaande kantoren en andere geschikte gebouwen, containerwoningen (‘spaceboxen’), groeiwoningen, kluswoningen en kamervilla’s; • voor mensen met een laag inkomen een divers aanbod aan koop- en huurconstructies, zoals Te Woon. Daarmee wordt ook de stap van huur naar koop verkleind; • collectief en individueel particulier opdrachtgeverschap wordt bevorderd; • casco bouw verdient de voorkeur; dat betekent dat gebouwen flexibel kunnen worden ingericht naar wens van gebruiker, ook als in de loop der tijd die wens verandert (levensloopbestendig gebruik); • uitbreiding van het aantal levensloopbestendige en nultredenwoningen voor ouderen; • uitbreiding van het aantal woningen voor grote gezinnen, woongroepen en families waarvan meer generaties bij elkaar willen wonen; • specifieke woningen voor allochtone ouderen. 2. de gemeente maakt prestatieafspraken met de woningcorporaties: • om ervoor te zorgen dat voor starters voldoende huur- en koopwoningen beschikbaar zijn; • om mee te werken aan de vergroting van de slaagkans van door de gemeenteraad vastgestelde doelgroepen; • om ervoor te zorgen dat de woningen die zij bouwen voor de vrije markt zoveel mogelijk de kloof dichten tussen huur- en koopwoningen. 3. instellen van een jaarlijkse woonmonitor waarmee de woonvisie en de prestatieafspraken met de corporaties worden gevolgd. Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 37 van 40
4. het aantal permanente woonruimten voor starters, waaronder studenten, groeit. Goede doorstroommogelijkheden voor pas-afgestudeerden. 5. de gemeente stelt startersleningen beschikbaar, waardoor koopwoningen bereikbaarder worden voor mensen met een lager inkomen en voor jongeren. 6. er komen regionale bouwproductieafspraken, die recht doen aan de woonbehoeften van Delftse woningzoekenden. Ongeveer 30% van alle nieuwe woningen wordt gebouwd in de sociale sector. 7. de wachttijd voor een sociale huurwoning moet korter zijn dan 1 jaar. Een de komende 4 jaar fors stijgende slaagkans is nodig om dit te bereiken. 8. het voornemen om 5000 goedkope huurwoningen te slopen of om te zetten naar duurdere woningen mag verwezenlijking van punt 7 niet in de weg staan. 9. stimuleren van kamerverhuur door particulieren aan studenten. 10. het wonen boven winkels in de binnenstad wordt verder gestimuleerd en financieel aantrekkelijk gemaakt. 11. bij de opzet van Harnaschpolder, TU Wijk en de Spoorzone en renovatie van Voorhof, Buitenhof en andere wijken mag de inrichting van het openbare gebied geen sluitpost zijn, omdat dit ten koste gaat van de leefbaarheid. Daarom wordt van te voren met de bewoners besproken hoe het openbare gebied er uit moet zien. 12. voor grote bouwprojecten worden de gevolgen voor de omgeving uitgebreid in beeld gebracht en maatregelen worden getroffen voor overlast aan verkeer, lucht en geluid.
4.7. Veiligheid: preventie voor repressie, huiselijk geweld GroenLinks vindt dat het uitgangspunt voor het beleid van de gemeente moet zijn dat iedereen zich veilig voelt in Delft. Het waarborgen van die veiligheid is een primaire taak van de overheid, maar de gemeente kan dat niet alleen af. Het is essentieel dat de gemeente samenwerkt met buurtbewoners, buurtvaders en moeders, wijkbeheerders, welzijnswerk, scholen, middenstand en natuurlijk de politie. De bevoegdheden van de burgemeester als hoofd van de politie zijn de afgelopen jaren sterk toegenomen. Veiligheidsrisicogebieden, gebiedsontzeggingen, samenscholingsverboden, cameratoezicht en het preventief huisverbod zijn daar voorbeelden van. Daarbij is de zorg voor veiligheid binnen de gemeenten verschoven van de politie naar toezichthouders en buitengewone opsporingsambtenaren. De invoering van de bestuurlijke strafbeschikking, dat als handhavingsmiddel ingezet kan worden in de openbare ruimte, zal de slagkracht van het lokaal bestuur verder kunnen versterken. Aan deze stille revolutie zit ook een keerzijde: de rechtsbescherming van de burger. De grens tussen een effectieve handhaving en de
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 38 van 40
persoonlijke levenssfeer dient stevig bewaakt te worden. GroenLinks is tegen maatregelen die indruisen tegen het recht van iedereen om zich vrij te bewegen in de publieke ruimte, zoals preventief fouilleren, het ophangen van camera’s en mosquito’s. We willen hiermee dan ook uiterst terughoudend omgaan. Inzet van het beleid moet zijn preventie, het actief op zoek gaan naar situaties die een risico vormen voor de veiligheid en deze samen met de betrokkenen aanpakken. De rol van de politie daarin is “bemiddelen / waarschuwen waar het kan, ingrijpen waar dat nodig is”. Naast de zorg voor veiligheid in de openbare ruimte heeft de gemeente ook een verantwoordelijkheid voor de veiligheid binnenshuis. Een op de vier vrouwen krijgt regelmatig te maken met geweld in de privé-sfeer, lees: mishandeling door de mannelijke partner. In de lijst van dodelijke slachtoffers als gevolg van een onnatuurlijke oorzaak staat huiselijk geweld, na verkeersongevallen, zelfs op de tweede plaats. Tijdig ingrijpen is hierbij geboden om de veiligheid van het slachtoffer en mogelijke kinderen te waarborgen. Programmapunten: 1. voor elke wijk een wijkveiligheidsplan. De gemeente inventariseert samen met bewoners, instellingen en bedrijven de verbeterpunten in de wijk en maakt met politie, woningcorporaties, bedrijfsleven, welzijnswerk, onderwijs en bewoners afspraken over wie welk probleem aanpakt. 2. politie gaat meer aandacht besteden aan geweld tegen vrouwen. In de aanpak van eerwraak, vrouwenbesnijdenis en gedwongen huwelijken wordt nauw samengewerkt met organisaties van migrantenvrouwen. 3. meer wijkagenten die de wijk en de buurtbewoners kennen. Wijkagenten zetten zich actief in om netwerken van bewoners, scholen, jeugdhulpverlening en politie en justitie tot stand te brengen waarin eventuele buurtproblemen kunnen worden opgelost. 4. cameratoezicht en preventief fouilleren, gebiedsontzeggingen en samenscholingsverboden worden slechts onder strikte voorwaarden toegepast; als laatste redmiddel in situaties waarin andere middelen falen. 5. handhavende diensten (politie en dienst Toezicht Openbare Ruimte) zijn divers van samenstelling met meer vrouwen, homo’s en migranten. 6. ontwikkelen van een actief gemeentelijk antidiscriminatiebeleid, o.a. richting scholen, sportclubs en horeca. Streng optreden door handhavende diensten tegen vormen van discriminatie en uitsluiting. 7. specifiek aandacht bij alle grote bouwprojecten in Delft voor de bereikbaarheid van alle wijken voor hulpdiensten, politie, ambulance en brandweer. 8. preventie blijft een speerpunt in het werk van politie en brandweer. De politie en brandweer geven voorlichting om mensen alert te maken op de veiligheid van hun
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 39 van 40
woning en leefomgeving. De gemeente ondersteunt politie en brandweer hier actief bij. 9. brandweer voert jaarlijkse controles uit op brandveiligheidsvoorschriften, in gelegenheden waar veel publiek komt (horeca, wijkcentra, onderwijsinstellingen en kindercentra).
4.8. Internationale solidariteit: denk mondiaal – handel lokaal Mondiale problematiek laat mensen niet onberoerd en GroenLinks wil die betrokkenheid graag omzetten in concrete acties. Burgers kunnen een concrete bijdrage leveren, enerzijds door projectsteun, maar anderzijds ook door betrokkenheid. Gemeenten en gemeenschappen in Nederland beschikken over kennis en ervaring die van grote waarde is voor gemeenten en gemeenschappen in ontwikkelingslanden. GroenLinks vindt dat de gemeente deze internationale samenwerking moet ondersteunen. Delft doet dat ook al jaren. Delft onderhoudt twee officiële stedenbandcontacten. De ene is met Pretoria (Zuid-Afrika), dat sinds de gemeentelijke herindeling in 2002 is opgegaan in de gemeente Tshwane. De andere is met Esteli(Nicaragua). De Stichting Delft-Mamelodi/Tshwane en de Stichting Stedenband Delft-Estelí ontvangen jaarlijks subsidie van de gemeente Delft voor de ondersteuning van de projecten in de betreffende steden en de activiteiten in Delft - activiteiten gericht op het vergroten van het draagvlak onder de Delftse bevolking. In de afgelopen collegeperiode is professionele ondersteuning van de stedenbandstructuren gerealiseerd. Delft heeft ook zogenaamde 'jumelages' met Freiberg, Aarau, Kfar Saba en Adapazari. De vriendschapsrelatie met Adapazari is een bijzondere, omdat veel van onze inwoners uit Turkije komen. GroenLinks wil meer aandacht voor remittances migranten die hun land van herkomst op allerlei wijzen ondersteunen - in Delft. GroenLinks blijft streven naar betrokkenheid van de gemeente met het Palestijnse Qualqilya, de met een muur afgesloten buurstad van het Israelische Kfar Saba. Programmapunten: 1. de stedenbandstructuren zijn van grote waarde en worden gecontinueerd. 2. Delft wordt millenniumgemeente. 3. de gemeente ondersteunt de campagne om van Delft een Fairtradegemeente te maken.
Programma 2010-2014 GroenLinks Delft
Pagina 40 van 40