PROGRAMMA 2014 - 2018
SAMEN WERKEN AAN EEN DUURZAAM EN SOCIAAL DELFT
WAT WIJ WILLEN IN HET KORT GroenLinks wil dat iedereen mee kan doen - door betaald werk of vrijwilligerswerk. Meedoen is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Die mensen die het op eigen kracht niet lukt, worden ondersteund door de gemeente. De zorg wil GroenLinks beter en dichter bij huis organiseren. Behoud van groen in en rond Delft en het vergroenen van Delft blijft voor GroenLinks een speerpunt. Evenals de inzet op een goede samenwerking tussen gemeente, maatschappelijk middenveld, ondernemers en burgers in Delft.
Inhoud
0. Inleiding 0.1 Een gemeente in moeilijke tijden 0.2 Vertrouwen in bewoners en transparant bestuur 1. GROENLinks is groen, ... 1.1 Energie en klimaat 1.2 Groen en water 1.3 Groene gebieden rond de stad 1.4 Stadslandbouw 1.5 Hergebruik van grondstoffen en afval 1.6 Groen werkt 1.7 Milieuvriendelijke mobiliteit 1.8 Een leefbare binnenstad 2. ... en GroenLINKS is links 2.1 Zorg en welzijn 2.2 Diversiteit en integratie 2.3 Wonen 2.4 Onderwijs 2.5 Kunst en cultuur 2.6 Sport 2.7 Veiligheid 2.8 Internationale solidariteit 3. Kandidatenlijst
4 4 5 7 7 8 8 9 9 10 10 11 12 12 15 15 17 18 19 19 20 21
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018
0. Inleiding 0.1
Een gemeente in moeilijke tijden
Door de aanhoudende economische crisis is ook de gemeente Delft gedwongen te bezuinigingen. Het Rijk kort ook op de gemeenten, de verliezen op grondexploitaties lopen sterk op en het Rijk heeft een groot aantal zorgtaken naar de gemeenten doorgeschoven zonder daar de volledige budgetten aan toe te voegen. De gemeente zal dus moeten proberen met minder geld toch de noodzakelijke voorzieningen te leveren. Dat gaat gepaard met moeilijke keuzen. GroenLinks wil zeker niet alles van waarde terugbrengen tot geld, maar de beperktere financiële middelen zullen ook de komende jaren helaas wel centraal staan. Dat dwingt ons na te denken over vragen als ‘hoe kunnen we de beschikbare middelen slimmer en duurzamer inzetten?’ en ‘wat doet de gemeente nog wel, en wat niet meer?’. GroenLinks hoopt ruimte te vinden door kritisch naar de regelgeving te kijken. Waar kunnen onnodige voorschriften geschrapt worden, zodat voorzieningen met méér creativiteit toch kunnen blijven draaien? De ambtelijke organisatie is al flink gekrompen; grote slagen zijn hier niet meer te halen. Door “slimmere” samenwerking tussen Stadsbeheer en Combiwerk kan de sociale werkvoorziening méér bijdragen. Door samenwerking met bedrijven en burgers kan het onderhoud van de openbare ruimte misschien goedkoper. Hoe dan ook vindt Groen Links het belangrijk dat maatschappelijke organisaties, burgers en bedrijven betrokken zijn bij de stad. Samen kunnen we dan oplossingen vinden. Gemeenten worden een regiegemeente; voorbeelden daarvan staan ook overal in dit Verkiezingsprogramma. Een regierol betekent daarbij volgens GroenLinks echter niet dat de gemeente problemen over de schutting gooit, maar echt luistert naar, en samenwerkt met partners (organisaties en burgers), en zich ook verantwoordelijk voelt voor de uitvoering. En dat de gemeente keuzes maakt. Daarnaast zal “het sociaal domein” door de decentralisaties van de zorg binnenkort het grootste deel van de begroting uitmaken. Daarmee zal de aandacht van de gemeente steeds meer op het 4
sociale domein gericht gaan worden; echter: inclusief bijbehorende extra financiële problematiek. Bovendien lijkt de verleiding dan groot om uit die zo grote pot met geld dan maar financiële problemen op andere beleidsterreinen op te lossen; een soort overheveling waar GroenLinks niet mee in zal stemmen. Groen Links wil (nú, maar ook als de economie weer aantrekt!) zo veel mogelijk investeren in energiebesparing, een groene economie en duurzaamheid. Daarvan profiteert ook een lokale economie. Groen Werkt! Groene werkgelegenheid maakt ‘groen’ ook ‘links’. Maar anderzijds hoort bij een duurzamere samenleving ook sociaal beleid; méér duurzaam welzijn kost immers soms ook méér financiële welvaart of investeringen op een wat langere termijn, die niet iedereen bij ongewijzigde omstandigheden kan opbrengen. Groen en sociaal hóren dus bij elkaar! Uitgangspunten voor de gemeentelijke begroting zijn voor GroenLinks: −− lastenverhoging boven het niveau van de inflatie moet zo veel mogelijk voorkomen worden; −− eerlijke verdeling van de lasten, waarbij de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen (wat binnen de gemeentelijke belastingen méér nadruk op de OZB zou kunnen betekenen) en de gebruiker / vervuiler betaalt (maar dat kan je ook omdraaien; bijvoorbeeld via minder Rioolheffing voor mensen met groene daken); −− kostendekkendheid van tarieven; −− liever geen subsidies, maar leningen of revolving funds waar gestimuleerd moet worden. Als we er niet omheen kunnen dat er bezuinigd moet worden, kiest GroenLinks niet voor de zogeheten kaasschaafmethode, die trouwens ook niet veel meer zal kunnen opleveren, want “het vet is zo langzamerhand overal wel van de botten”. Beter is het dan, om gerichte keuzes te maken, zodat op de plekken waar prioriteit gesteld wordt de kwaliteit overeind blijft. De gemeentelijke begrotingen voor de komende jaren zullen voor veel mensen allerlei effecten hebben. Door de veelheid van bezuinigingsmaatregelen is er echter weinig zicht op de vraag hoeveel mensen hoe en in welke mate worden geraakt; zeker waar mensen (“cumulatief”) met meerdere maatregelen tegelijk te
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 maken krijgen. GroenLinks pleit dan ook al langere tijd voor een (betere) monitoring van de maatschappelijke effecten van de bezuinigingen. In de rest van dit Verkiezingsprogramma geeft GroenLinks Delft aan waar het voor staat, wat het in deze moeilijke tijden wil bereiken en wat het wil voorkomen. Onze belangrijkste thema’s zijn daarbij ‘werk’, ‘zorg’, ‘schone energie’ en ‘groen’.
0.2
Vertrouwen in bewoners en transparant bestuur
een paragraaf over de wijze waarop bij de totstandkoming gebruik is gemaakt van interactieve plan- en besluitvorming. 3.
4. De gemeente staat uitnodigend naar initiatieven vanuit bewoners en ondernemers. Initiatieven die de moeite waard zijn worden vanuit de gemeente actief gefaciliteerd. 5.
Iedereen heeft gemakkelijk toegang tot gemeentelijke informatie. De informatie wordt vraaggericht en gemakkelijk vindbaar aangeboden. Mensen hoeven niet onnodig lang te zoeken naar informatie op de gemeentelijke website.
6.
Delft wil een open overheid zijn, die zowel data als stukken uit principe openbaar maakt.
7.
Bewoners worden gewezen op de beschikbaarheid van wijk en bewonersbudgetten en aangespoord hiervan gezamenlijk gebruik te maken.
Stad GroenLinks wil zorgen dat de inwoners blij zijn met hun gemeente. Men kan serieus meepraten, krijgt dienstverlening op maat en ziet een gemeente die transparant en integer werkt. Inwoners kunnen tijdig meepraten over belangrijke beslissingen in de gemeente en hebben dan ook daadwerkelijk invloed. Inwoners worden - in een zo vroeg mogelijk stadium - betrokken bij grote en kleine veranderingen in hun woonomgeving en altijd (online en via huis-aan-huis-kranten) op de hoogte gesteld van nieuwe ontwikkelingen. De gemeente betrekt bewoners niet “om gedoe te voorkomen”, maar omdat plannen daar aantoonbaar beter van worden. Dankzij initiatieven van bewoners en ondernemers komen er veel mooie dingen tot stand in Delft. De gemeente heeft een positieve grondhouding naar dergelijke initiatieven en onderzoekt actief hoe zij initiatieven kan stimuleren of ondersteunen. Het gemeentebestuur informeert de bewoners over wat er wel en niet is bereikt; en wat dat heeft gekost. Iedere wijk in Delft beschikt ook nu al over een wijk en bewonersbudget. Bewoners zijn hier echter vaak niet mee bekend. Concreet: 1.
Gemeentelijk beleid wordt vooraf afgestemd met andere partijen in de stad die aan het beleid een bijdrage kunnen en willen leveren.
2.
In ieder voorstel aan de raad en nota staat
Bewoners hebben vanaf het vroegste stadium inbreng bij de invulling van ruimtelijke plannen, en worden daarnaast actief betrokken bij uitvoering en handhaving.
Regio GroenLinks steunt de oprichting van de Metropoolregio: het samenwerkingsverband van 24 gemeenten in de regio Den Haag/Rotterdam dat het stadsgewest Haaglanden en de stadsregio Rotterdam gaat vervangen. De samenwerking richt zich volgens de huidige plannen op twee pijlers: bereikbaarheid (verkeer en vervoer) en economische ontwikkeling van de regio. GroenLinks vindt dat Delft zich bij de ontwikkeling van de Metropoolregio moet inzetten voor een visie op samenhangend beleid tussen groen en economie: groen loont! Een vergroende metropool is aantrekkelijker om te wonen en gezonder om in te leven en te sporten. De metropoolregio beschermt en bevordert daarom de ontwikkeling van de blauw groene slinger die door de regio loopt. Economische groei gaat niet ten koste van de groene ruimte; we passen het principe van de compacte stad toe en bouwen slim nabij OV-knooppunten en maken creatief gebruik van bestaande leegstand. Concreet: 1.
De Delftse delegaties in het bestuur van 5
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 de Metropoolregio raadplegen vooraf de gemeenteraad en krijgen daar mandaat en instructies mee. Achteraf leggen de delegaties verantwoording af. Hiermee is veiliggesteld dat de gemeenteraad geen zeggenschap kwijtraakt over lokale en regionale aangelegenheden.
6
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018
1. GROENLinks is groen, ...
Concreet: 1.
Zo veel mogelijk delen van de stad moeten worden aangesloten op de door de TU Delft ontwikkelde geothermiebron.
2.
Nieuwbouw en renovatieprojecten moeten voorbeelden van duurzaam bouwen worden. Ze zijn extreem energiezuinig én voldoen ook aan alle eisen op gebied van woonkwaliteit, zoals comfort, gezondheid, veiligheid, betaalbaarheid, toegankelijkheid en levensloopbestendigheid. Dit wordt niet gerealiseerd met subsidies, maar zoveel mogelijk met regelgeving. De gemeente ziet toe op de naleving van afgegeven milieuvergunningen en de energieprestaties van nieuwe gebouwen.
3.
Het programma om energetisch slechte woningen te verbeteren wordt voortgezet en uitgebreid. Dat bespaart energie, én daarmee dalen de woonlasten. Met woningcorporaties moet de gemeente scherpe energieprestatieafspraken maken over energiebesparende maatregelen en duurzame energieopwekking in de bestaande (vooral oudere) woningen.
4.
GroenLinks maakt zich sterk om de regels die duurzame initiatieven belemmeren te versoepelen.
5.
GroenLinks wil soepelere vergunningsverlening bij duurzame initiatieven en het verstrekken van zogenaamde ‘revolving funds’. Inzet moet zijn dat geen subsidies worden weggegeven, maar drempels worden verlaagd.
6.
GroenLinks wil dat de stad actief gaat meedoen om het doel van ‘Delft energieneutraal’ in 2050 te halen. De eerste stappen zijn gezet, onder meer door het sluiten van e-deals met bedrijven en organisaties en door het oprichten van de Energieraad. Om burgers meer te betrekken kunnen bijvoorbeeld duurzaamheidscafés georganiseerd worden. Een goed duurzaamheidscentrum helpt om burgers zoveel mogelijk te ontzorgen als zij duurzaamheidsmaatregelen willen nemen.
7.
Gemeente en woningcorporaties dienen voorlichting te geven aan huurders en woningeigenaren over het eenvoudig besparen van water en energie.
8.
De gemeente moet actief werk maken van energiebesparing bij bedrijven door voorlichting, handhaving en financiële prikkels: Ondernemers
Delft leefbaar en duurzaam 1.1
Energie en klimaat
De toenemende energievraag, de eindigheid van de voorraden fossiele brandstoffen, de stijgende energieprijzen, de klimaatverandering en wereldwijde klimaatcrisis vragen om een ander energiebeleid. Meer ambitie van de politiek is hiervoor nodig. Niet alleen van het kabinet, ook van gemeenten. En vooral maatregelen die écht het verschil maken. Delft heeft daarom de afgelopen jaren een duidelijk ambitie geformuleerd. Zij wil in 2050 klimaatneutraal zijn, en streeft naar een zo laag mogelijk energieverbruik, gebruik van duurzame energiebronnen en een zo gering mogelijke uitstoot van broeikasgassen. Dat kan de gemeente alleen sámen met burgers, instellingen en ondernemers realiseren. De komende vier jaar gaan we hiermee verder, met een breed scala aan concrete maatregelen. De gemeente maakt daarbij maximaal gebruik van de landelijke initiatieven (zoals het Convenant Energiebesparing Corporatiesector), en gaat daar waar mogelijk verder. Grote lijn is dat de burgers zelf op lange termijn naar duurzaam denken omschakelen. GroenLinks wil dat burgers en bedrijven zelf initiatieven nemen en dat de gemeente kleinschalige initiatieven steunt. Bestaande projecten, zoals het Delft Aardwarmte Project en de aansluiting van de wijk Harnaschpolder op de restwarmte van de AWZI, blijven we ondersteunen. Het beleid van de gemeente is gericht op steeds meer decentrale energieopwekking. Decentrale aanpak kan de lokale werkgelegenheid versterken, en vergroot de betrokkenheid van burgers en bedrijven. GroenLinks ziet een verband tussen duurzaamheid, economie en sociaal beleid. Investeren in isolatie, en reststoffenrecycling levert immers een impuls voor de lokale economie en werkgelegenheid! GroenLinks wil bijvoorbeeld dat de kenniseconomie in Delft zich ontwikkelt, maar dan wel als een groene kenniseconomie.
Energiebeleid
GroenLinks wil dat de gemeente méér werk maakt van energiebesparing; zelf, maar ook bij bedrijven en woningen, samen met partners en bewoners.
7
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 kunnen met vragen over energiebesparing, duurzame energie en duurzaam ondernemen terecht bij het Bedrijvenloket van de gemeente. 9.
De gemeente moet zelf het goede voorbeeld geven als het gaat om energiebesparing en toepassing van duurzame energie. Op gemeentelijke gebouwen, maar ook op scholen, sporthallen, zwembaden en installaties komen waar mogelijk zonnepanelen Voor eigen gebruik koopt de gemeente alleen groene stroom in. De straatverlichting wordt zuiniger met LEDverlichting. De gemeente gebruikt schone en zuinige auto’s.
10. De gemeente moet horecaondernemers met voorlichting, handhaving en financiële prikkels stimuleren tot het verduurzamen van methoden van terrasverwarming, en voor die verduurzaming criteria opstellen.
Delft aanpassen op de veranderingen in het klimaat Voor de leefbaarheid van de stad is het van belang om voor te sorteren op de klimaatverandering. Groen en water in de wijk voorkomen dat heftige regenbuien tot wateroverlast leiden en voorkomen hittestress in de zomer. GroenLinks wil dat de gemeente samen met eigenaren en met het Hoogheemraadschap per wijk actief invulling geeft aan een inrichting waarmee Delft voorbereid wordt op de klimaatverandering. Iedere ingreep in de openbare ruimte wordt hieraan getoetst. Een mooi voorbeeld voor andere wijken is de aanpak van Delft Zuidoost. Concreet: 1.
Nieuwe ruimtelijke plannen moeten voorbereid zijn op de veranderingen in het klimaat.
2.
Verdere verstening van de stad moet worden tegengegaan.
3.
Groene inrichting van tuinen en groene daken wordt gestimuleerd.
1.2
Groen en water
Groen en water zijn voor Delft van levensbelang. Ze zorgen voor een betere omgeving om te wonen, te werken en te recreëren, en vergroten de gezondheid. Aaneengesloten groen en waterverbindingen in en 8
buiten de stad vergroten de levenskansen voor planten en dieren. Ook voor de ontwikkeling van kinderen zijn groen en water heel belangrijk. Groen en water hebben zowel waarde voor de motorische ontwikkeling bij het spelen als een educatieve waarde. Ieder kind in Delft moet de mogelijkheid krijgen op te groeien met natuur in de directe nabijheid. Concreet: 1.
Verbindingen van groen en water zijn de belangrijkste wegen voor dieren en planten. Ze verbinden Delftse groene plekken met elkaar en de groene omgeving van Midden-Delfland en Delftse Hout. GroenLinks zet zich in om die verbindingen in de stad en van Delft met de omgeving te versterken.
2.
Voor onkruidbestrijding wordt geen gif gebruikt, vooruitlopend op het verbod hierop in 2018.
3.
Iedere wijk moet een natuurlijke speelplek hebben. Tijdelijke percelen zijn ook goed geschikt voor kindertuinen/schooltuinen.
4.
De Papaver blijft behouden als bezoekers en kenniscentrum voor natuur, milieu en duurzaamheid. Ook de kinderboerderijen en de waterspeeltuinen blijven behouden.
1.3
Groene gebieden rond de stad
De groene gebieden rond Delft, zoals Midden-Delfland en de Delftse Hout, zijn belangrijk voor het leefklimaat van Delft. GroenLinks beschouwt de Delftse Hout als recreatiegebied voor het beleven van rust en natuur. De natuur krijgt daar dus de ruimte. Het beheer en het onder de aandacht brengen van regionaal groen ziet GroenLinks als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de overheden in de regio. Concreet: 1.
Wandel en fietsverbindingen moeten in vorm, inrichting en aantal worden verbeterd. Het moet prettig en gemakkelijk zijn om in de groene gebieden te komen.
2.
De Delftse Hout moet autoluw worden. Er komen geen grootschalige nieuwe vormen van recreatie in de Delftse Hout.
3.
Het beheer van de groene gebieden rond de stad moet zoveel mogelijk belegd worden bij ondernemers uit het gebied, zoals bij de
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 zogeheten stadsboeren. De betrokkenheid van bewoners van de stad, in de vorm van zowel vrijwilligers als arbeidsplaatsen vormt daarbij een belangrijke randvoorwaarde.
1.4 Stadslandbouw
Daarnaast willen we overschakelen op een zogeheten ‘bio based economy’: terugschakelen van het gebruik van aardolie als primaire bron naar het gebruik van biomassa voor grondstoffen. Niet alleen omdat onze afhankelijkheid van de steeds schaarsere fossiele aardolie daardoor wordt verminderd, maar ook omdat hiermee ook het afvalprobleem minder wordt.
Stadslandbouw is een belangrijk middel om het verbouwen van duurzaam voedsel onder de aandacht te brengen van brede lagen van de bevolking. Door het telen in de directe nabijheid van de stad en op braakliggende percelen in de stad worden mensen in contact gebracht met de herkomst van het voedsel. Bovendien levert het een sociale bijdrage doordat vrijwilligers werkervaring opdoen, contacten leggen en gezond actief zijn. Door zelf aan de slag te gaan met het telen van groenten en fruit kunnen ook stadsbewoners met lage inkomens gezonder eten tegen lage kosten.
Concreet:
Daarnaast is het van belang dat voedselproducenten betere toegang krijgen tot de stedelijke markt, bijvoorbeeld via boerenmarkten of directe verkoop aan huis. Doordat er een aantal schakels van de tussenhandel tussenuit gehaald wordt, levert dit de boer hogere inkomsten op en krijgt de consument verser voedsel tegen een aantrekkelijke prijs. Concreet: 1.
1.5
De gemeente moet stadslandbouw en het aanleggen van gezamenlijke moestuinen bevorderen; bijvoorbeeld ook op door stagnerende ontwikkeling langdurig braakliggende gronden.
Hergebruik van grondstoffen en afval
Om ook in de toekomst een leefbare aarde te behouden, zullen we steeds meer in kringlopen moeten gaan denken. Een aantal grondstoffen zal op afzienbare termijn steeds schaarser worden. Het is nu al lonend om onze gebruikte goederen en resten niet meer als afval te beschouwen maar als een bron van grondstoffen. Daarom wil GroenLinks het burgers zo gemakkelijk mogelijk maken om hun afval te scheiden. We willen dit ook samen met onze buurgemeenten en partners oppakken.
1.
De gemeente gaat al haar producten, diensten en werk duurzaam, diervriendelijk en fair trade inkopen, met oog voor maatschappelijk verantwoord ondernemen. In 2018 is dit 100%.
2.
Op het gebied van hergebruik, bijvoorbeeld textielinzameling, is er in Delft nog veel te winnen. Dit kan gecombineerd worden met het creëren van werkgelegenheid. Gebruikte kleding kan opnieuw worden gebruikt; van vintage kleding tot poetskatoen. De gemeente moet hierin maatschappelijke ondernemingen ondersteunen.
3.
De gemeente zoekt nu uit wat er allemaal aan hergebruik in den lande plaatsvindt. GroenLinks wil dat de gemeente op basis van dat onderzoek een duidelijke ambitie formuleert, en in overleg gaat met innovatieve ondernemers en die de ruimte geeft om lokaal een bijdrage te leveren aan een méér circulaire economie.
4.
Kunststofrecycling kan beter. GroenLinks pleit voor méér inzamelingspunten, en een logischere bundeling van inzamelingspunten.
5.
Om méér zwerfafval te voorkomen, is GroenLinks vóór behoud van statiegeld op flessen.
6.
Gevaarlijk afval moet zo veel mogelijk teruggenomen worden via de partij die het produceert. De communicatie over innamepunten moet worden verbeterd.
7.
Alle normaal in huishoudens vrijkomende afvalstoffen die niet aan huis worden opgehaald moeten kunnen worden afgegeven op loopafstand. Dit geldt ook voor klein chemisch afval en grofvuil. Wat betreft klein chemisch afval moeten brancheorganisaties van winkeliers hier op worden aangesproken.
8.
Alle ingezameld grofvuil dient gescheiden te worden voor zover dit een positief milieurendement oplevert.
9
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018
1.6
Groen werkt
Voor GroenLinks is het duidelijk dat investeren in duurzaamheid werk creëert; bijvoorbeeld door het stimuleren van programma’s voor de isolatie van woningen, voor het plaatsen van zonnecellen en voor het verbeteren van de kringloop van grondstoffen. Daarmee versnellen we de overgang naar een duurzame economie, en werken we tegelijk aan de oplossing van de crisis. Door de crisis liggen veel bouwplannen stil. Door het stimuleren van tijdelijk ruimtegebruik kunnen lege ruimtes toch een nuttige invulling krijgen. Wij hechten aan het concept van de compacte stad, waarin zorgvuldig omgegaan wordt met bestaande gebouwen. Niet alleen nieuwbouw, maar ook renovatie en onderhoud creëren werkgelegenheid. GroenLinks onderschrijft de keuze voor de kenniseconomie, maar wil meer nadruk op het belang voor de stad. ‘Delft Kennisstad’ moet een bijdrage leveren aan de verduurzaming van onze gemeente, een schoner stadsklimaat en werkgelegenheid en welzijn van onze burgers. Concreet: 1.
Omdat investeren in duurzaamheid loont, dient de gemeente duurzame initiatieven en versterking van de kringloop-economie te stimuleren. De gemeente dient tijdelijk ruimtegebruik te stimuleren, nieuwbouw kritisch te beoordelen en renovatie en onderhoud méér te benadrukken.
2.
GroenLinks steunt de vorming van de Regionale Ontwikkelingsmaatschappij (ROM Zuidvleugel) per 1 januari 2014, maar onder de voorwaarde dat het investeringsfonds zich inderdaad zelf in stand houdt door inkomsten uit investeringen in kansrijke MKB-bedrijven in de regio.
3.
Verbinding tussen gebieden in de stad op het thema Delft Kennisstad moet worden gestimuleerd door het creëren van ontmoetingsplaatsen; bijvoorbeeld in het vervoersknooppunt Spoorzone.
4.
De ontwikkeling van de Technologie Innovatie Campus (TIC) moet worden gefocust op duurzame technologie. De ontwikkeling van de Biotech Campus Delft kan worden gebruikt als katalysator.
5.
Er moeten méér bedrijfsverzamelgebouwen worden gerealiseerd ten behoeve van ZZP-ers en
10
kleinschalige (creatieve) bedrijven. Daarbij kan gebruik worden gemaakt van bestaand vastgoed. 6.
1.7
Delft moet een proeftuin worden voor duurzame technologie in samenwerking met TU Delft en bedrijven.
Milieuvriendelijke mobiliteit
Voor noodzakelijk autogebruik is ruimte, maar GroenLinks denkt dat er ook mogelijkheden zijn, zeker in een compacte stad als Delft, om alternatieven te stimuleren. De afstanden in Delft naar scholen en winkels zijn zo kort dat de meeste mensen hiervoor niet per se de auto hoeven te gebruiken. Bovendien ontbreekt het in Delft simpelweg aan ruimte voor bredere wegen. Met de fiets kan het ook; vaak zelfs sneller. De oplossing ligt daarom in het selectiever kiezen van het juiste vervoermiddel per bestemming, en in gebruik van andere vervoermiddelen dan de auto voor woon-werkverkeer en voor winkel en recreatief verkeer. Ook ziet een groeiende groep mensen gelukkig in dat het hebben van een eigen auto niet noodzakelijk en zeker niet zaligmakend is. Zij delen een auto via autodeelprojecten of particulier. Met autodelen wordt het aantal auto’s in de straat verminderd, zodat er méér ruimte is voor spelen en groen. Bovendien kiezen autodelers vaker voor fiets en openbaar vervoer. Ook zou GroenLinks het toejuichen als er méér verhuurpunten komen van (elektrische) bakfietsen en dergelijke, zodat het vervoer van goederen door particulieren gemakkelijker wordt en geen reden meer is om een auto te bezitten. Concreet: 1.
GroenLinks wil dat de gemeente het fietsgebruik méér stimuleert. In de stad wordt de fiets het enige vervoermiddel dat je gegarandeerd van deur tot deur brengt. Met de fiets kun je overal komen en je kunt hem overal kwijt. Bij het nieuwe station moeten voldoende goede (bij voorkeur ondergrondse) stallingsvoorzieningen zijn, maar ook in de tussentijd moeten er bij het station voldoende voorzieningen zijn. De (gratis) stallingsmogelijkheden bij Biesieklette moeten beter bekend worden; met name die in Zuidpoort. Er wordt een Deltaplan Fietsparkeren opgesteld.
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 2.
3.
Bij de inrichting van wegen, ook in tijdelijke situaties, moet veel meer rekening worden gehouden met de doorstroming en de veiligheid van het fietsverkeer. Fietsmogelijkheden moeten niet meer het sluitstuk zijn, maar primair staan bij (her)ontwikkelingen, en er wordt een uitvoeringsprogramma opgesteld om alle achterstanden weg te werken. Planning, onderhoud en beheer moeten de gebruikskwaliteit van fietsvoorzieningen ten minste gelijkwaardig maken aan die van parallelle autovoorzieningen. Het (regionale) fietsnetwerk moet worden verbeterd en aangevuld; hierin ontbreken nog belangrijke schakels, zoals tussen Kruithuisweg en Abtswoudseweg en de verbindingen naar Rijswijk.
4.
Onderzocht moet worden of en waar het mogelijk en wenselijk is om fietsers minder lang te laten wachten voor verkeerslichten.
5.
In 2015 komt er een brug tussen de Schiehallen en Lijm en Cultuur. In dit kader streeft GroenLinks naar een integrale aanpak van de verbeterde bereikbaarheid van de Schiezone en station Delft Zuid, met onder andere een fietstunneltje onder station Delft Zuid.
6.
De treinverbinding tussen Den Haag en Rotterdam moet zo spoedig mogelijk viersporig worden; dat zal een stimulans zijn om méér met het openbaar vervoer te reizen.
7.
De gemeente moet maatwerkdistributie voor winkels en voor het ophalen van afval steunen.
8.
Via slim ruimtelijkeordeningsbeleid moet er toe bijgedragen worden dat onnodige mobiliteit voorkomen wordt; bijvoorbeeld door druk bezochte voorzieningen te realiseren bij OV-knooppunten.
9.
GroenLinks pleit voor het gebruik van kleinere bussen op de lijn door de binnenstad.
10. De gemeente moet autodelen actief onder de aandacht brengen, en onderzoeken op welke wijze dit verder kan worden gestimuleerd; bijvoorbeeld met goedkope vergunningen voor schone deelauto’s. 11. De gemeente moet een plan uitwerken om het aantal auto’s in de straat op termijn substantieel te verminderen en daarmee de leefkwaliteit flink te vergroten. Hierbij wordt onder andere gekeken naar autodelen, duurder maken van
parkeervergunningen en betere benutting van parkeergarages.
1.8
Een leefbare binnenstad
GroenLinks wil dat het autoluw-beleid consistent wordt doorgevoerd en uitgebreid. Dit draagt bij aan een goede, gastvrije sfeer; zowel voor toeristen als voor de inwoners van Delft. Wel moeten de problemen met de pollers opgelost worden. Concreet: 1.
De ontwikkeling van de autoluwe binnenstad moet worden doorgezet. Fase 5 van het oorspronkelijke plan wordt in gang gezet, met daarin een autoluwe Verwersdijk tot en met het Doelenplein.
2.
Touringcars moeten worden geweerd van de Nieuwe Langendijk; ook om stank en geluidsoverlast te voorkomen. Zij kunnen “laden en lossen” bij het Hampshire Hotel. De Nieuwe Langendijk wordt een mooie “rode loper” voor voetgangers en fietsers naar de binnenstad.
3.
De gemeente moet nauw samenwerken met ondernemers en bewoners om de aantrekkelijkheid van de binnenstad te vergroten. Onderdeel hiervan is het actief bestrijden van leegstand van winkels.
4.
GroenLinks ziet het Ondernemersfonds als een krachtige stimulans voor de samenwerking van ondernemers in een wijk c.q. in de stad. Na de eerste drie jaar verdient dit fonds een vervolg. Wel moet de communicatie en verantwoording naar ondernemers over wat er mee gebeurt duidelijker worden.
5.
GroenLinks staat achter het initiatief Het Prinsenkwartier: het pand waar museum Nusantara gevestigd was, wordt een centrum waar tentoonstellingen, lezingen en debatten worden gehouden en een kunstsuper wordt gehuisvest, als resultaat van een samenwerking van diverse partijen waarin de gemeente een faciliterende rol heeft gespeeld. Een dergelijke rol ziet GroenLinks ook voor de gemeente bij de ontwikkeling van kansenlocaties als de Gasthuisplaats en het Armamentarium.
11
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018
2. ... en GroenLINKS is links
Samen met de stad op zoek naar een nieuwe balans
Delft gezond en sociaal
De gemeente zoekt samen met vrijwilligersorganisaties naar een nieuwe balans en afstemming tussen informele en formele zorg, zodat de vrijwilligersinzet voor een sociale samenhang in Delft zo goed mogelijk kan worden benut.
2.1
Zorg en welzijn
Ondanks de bezuinigingen hebben gemeente, organisaties en burgers een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor een gezonde en sociale samenleving. GroenLinks wil dat iedereen naar eigen kunnen meedoet, op de arbeidsmarkt en in de samenleving. Want iedereen hoort erbij. Daarbij wordt uitgegaan van maatwerk op het gebied van inkomen en participatie. Ondanks de bezuinigingen staat GroenLinks voor behoud van de zekerheid van een bestaansminimum, welzijn en participatie door werk of vrijwilligerswerk. Iedere burger is een individu, en niet iedereen kan hetzelfde. Individueel maatwerk is daarom ons uitgangspunt. De vraag, zelfregie en zeggenschap van iedere burger staan bij ons voorop. Wij kiezen voor samenwerking tussen alle relevante partners (gemeente, organisaties, professionals, vrijwilligers, deelnemers en cliënten) om te komen tot een integrale benadering binnen zorg en welzijn. GroenLinks wil de doodgeslagen begrippen ‘solidair’ en ‘sociaal’ nieuw leven inblazen. Doen we dat niet, dan laten we te veel mensen aan hun lot over, ziet niemand naar hen om, is de grond weg onder je voeten en is meedoen onmogelijk geworden. Om een participatiesamenleving mogelijk te maken is er een stevige basis nodig in een moderne, brede verzorgingsstaat. GroenLinks streeft naar een participatiesamenleving waarbij we samen met burgers en organisaties willen opkomen voor een sociale Delftse samenleving, waarin kwetsbare burgers een vangnet geboden wordt en naar eigen vermogen kunnen deelnemen. Wij willen loslaten en ruimte geven, verbinden en ondersteuning bieden aan burgerinitiatieven en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Daarnaast zetten wij in op preventief werken en het waarborgen van kwaliteit van zorg en welzijn. Op deze manier streeft GroenLinks naar een gezonde en sociale samenleving. 12
Concreet: 1.
Bij beleidswijzigingen op het gebied van het sociaal domein (Participatiewet, Wmo en Jeugdwet) dient de inbreng van de belanghebbenden zichtbaar en in een vroeg stadium betrokken te worden. De SW-raad, het Panel Werk en Inkomen en de WMO-raad vormen daarin gezamenlijk een nieuw eenduidig adviesorgaan.
2.
Er is goede voorlichting nodig over de verandering in Delft en de gevolgen daarvan voor (groepen) bewoners.
Gemeentelijke regie bij een vraaggerichte en integrale aanpak De gemeente streeft naar een integrale aanpak van armoede, schulden, problemen met werk en wonen en verslaving of psychische problematiek door sociale wijkteams en een wijkgerichte aanpak. De domeinen zorg en welzijn worden geïntegreerd door het ontschotten en ontkokeren van de gemeentelijke organisatie en beleidsterreinen. De gemeente heeft de regie en stelt randvoorwaarden (zoals social return, samenwerking en resultaat) bij het verstrekken van subsidie of inkoop van zorg en welzijn. De gemeente faciliteert en beperkt regelgeving die een vraaggerichte en integrale aanpak in de weg staat. Daarbij heeft de gemeente vertrouwen in de deskundigheid en het ondernemerschap van organisaties; zij worden afgerekend op resultaten. Concreet: 1.
Voorkomen moet worden dat bezuinigingen op een beleidsterrein ten koste gaan van een ander beleidsterrein, waardoor het op de totale begroting geen besparing oplevert. (Zo is het goedkoper inkopen van groenvoorziening door de Afdeling Inkoop ten koste van Combiwerk gegaan; zoiets mag niet meer gebeuren!)
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 2.
3.
Het aantal professionele hulpverleners voor een cliënt of gezin wordt beperkt door één coördinerende hulpverlener; dat maakt de zorg niet alleen efficiënter, maar sluit bovendien beter aan bij de wensen van cliënten en mantelzorgers. Waar mogelijk wordt samengewerkt met omliggende gemeenten voor het delen van deskundigheid en om te komen tot efficiëntie (jeugdzorg, maatschappelijk werk, werkplein, aanbieden van werk, kleine doelgroepen met een specifieke hulpvraag, etc.).
somberheid en gevoel van eenzaamheid is minder zorg nodig.(Een goed voorbeeld hiervan is ‘Welzijn op recept’.) 8.
Gemeentelijke loketten moeten een klantgerichte ‘uitrukmentaliteit’ hebben; geen vraag zonder antwoord. Alert en snel reageren en afhandelen van hulpvragen voorkomt een toename van problematiek.
Kwaliteit van zorg en welzijn waarborgen
Zorg neemt de cliënt serieus, en gaat uit van wat iemand wél kan. En er moet aandacht komen voor preventie.
De overheveling van taken op het gebied van zorg en welzijn naar de gemeente gedurende de komende raadsperiode gaat gepaard met een forse bezuinigingsopdracht. GroenLinks zal er op toezien dat de kwaliteit van zorg en welzijn hierbij gewaarborgd blijft.
Concreet:
Concreet:
1.
Bij (her)indicaties wordt vooral gekeken naar wat iemand wél kan, en welke ondersteuning er voor nodig is om naar eigen kunnen te participeren.
1.
2.
Mensen met een beperking of chronische ziekte waarvan medisch kan worden vastgesteld dat er geen tot weinig verbetering in de zelfredzaamheid mogelijk is, krijgen langdurige ondersteuning, zonder dat steeds overdracht naar een andere, lichtere vorm van begeleiding of instelling verlangd wordt.
Bij de inkoop van zorg dient ingezet te worden op behoud van kwaliteit en continuïteit van zorg, zodat cliënten zo veel mogelijk zorg kunnen blijven ontvangen van voor hen vertrouwde hulpverleners. Het aantal grote reguliere zorgaanbieders dient beperkt te blijven.
2.
GroenLinks vindt het daarnaast belangrijk dat ook de kleine ondernemers, ZZP-ers en zorgboeren de zorg kunnen blijven leveren die door de cliënten gewenst wordt. De mogelijkheid van financiering met een persoonsgebonden budget dient hierbij te blijven bestaan.
3.
Kleinschalige innovatieve initiatieven moeten worden gestimuleerd en gefaciliteerd. Thuiszorgaanbieder Buurtzorg laat bijvoorbeeld zien dat betere zorg mogelijk is tegen lagere kosten.
4.
Thuiszorg mag niet vervangen worden door alleen schoonmakers: de signaalfunctie van de thuiszorg moet blijven.
5.
Als waarborg voor behoud van kwaliteit en waar nodig doelmatige bijsturing van beleid moet er een lokale WMO-kwaliteitsmonitor komen.
6.
Professionele, faciliterende en organisatorische ondersteuning is een randvoorwaarde voor veel vrijwilligerswerk.
7.
De huidige onafhankelijke sociaal-juridische advisering moet worden behouden.
Duurzame en preventieve zorg
3.
De zorgvrager heeft zo veel mogelijk zelf de regie in handen.
4.
Er is altijd een professional op de achtergrond als aanspreekpunt en voor signalering, die ondersteuning biedt zowel voor de cliënt als voor de vrijwilligers en mantelzorgers.
5.
Ouderen en mensen met een beperking moeten zelfstandig kunnen blijven wonen. De woonservicezones, met inbreng van Ouderenproof en cliëntenorganisaties, maken dit mogelijk. Op de woningmarkt moet hiervoor een diversiteit aan geschikte woonruimtes beschikbaar zijn. Ook buiten woonservicezones blijft thuiszorg gewoon bestaan.
6.
7.
De gemeente blijft uit preventief oogpunt een gezonde leefstijl en sport (met speciale aandacht voor kinderen!) bevorderen. Sport dient overigens tevens als middel tot sociale cohesie. Door welzijnsactiviteiten te bieden bij klachten als
13
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018
Sociaal werkgelegenheidsbeleid
4.
Ook het werkgelegenheidsbeleid van de gemeente heeft een sociale component: de gemeente heeft zelf een voorbeeldfunctie, en kan initiatieven stimuleren en faciliteren.
Mantelzorgers ontvangen een beloning in de vorm van een vaste belastingvrije onkostenvergoeding en erkenning voor de rol die de mantelzorger inneemt.
5.
GroenLinks wil fraude adequaat aanpakken, maar verder soepel en coulant omgaan met het persoonsgebonden budget.
6.
Mensen die vanwege hun individuele ziekte of omstandigheden niet als ieder ander aan de verplichtingen van een uitkering kunnen voldoen, krijgen bescherming tegen de sancties die daar op staan. In plaats van sanctie volgt een ‘niet pluis signaal’ aan de betrokken hulpverlener.
7.
Zelfstandige ondernemers zonder personeel (ZZP-ers) komen door de economische crisis in de knel. Ze vormen een nieuwe groep, die noodgedwongen een beroep doet op de gemeente voor een gedeeltelijke of tijdelijke uitkering. De financiële positie van ZZP-ers vraagt specifieke aandacht en aanpassing van regelgeving om hun bestaansminimum te waarborgen.
8.
De compensatie die verstrekt wordt door de Rijksoverheid aan groepen die specifiek getroffen worden door bezuinigingen of beleidswijzigingen door die zelfde Rijksoverheid, wordt uitsluitend ingezet ten gunste van de situatie van deze doelgroepen.
9.
Delft zal het ‘Europees Verdrag van de Rechten van de Mens in de stad’ ondertekenen.
Concreet: 1.
De gemeente vervult een voorbeeldfunctie wat betreft: o social return en maatschappelijk ondernemen; o een quotum van 5 % voor het inzetten van mensen met een arbeidshandicap of werklozen (5% regeling); o een voorrangsbeleid voor werklozen bij gelijke geschiktheid.
2.
3.
De gemeente stimuleert en faciliteert sociaal ondernemerschap dat tot doel heeft om mensen met een arbeidsbeperking een werkplek te bieden op commerciële basis. (Een goed voorbeeld hiervan is het ondernemerscentrum voor sociale economie H164 in Hengelo.) De gemeente stimuleert en faciliteert kleinschalige burgerinitiatieven; bijvoorbeeld: jongere senioren die oudere senioren helpen, of cliëntgestuurde projecten met GGZ-cliënten en dak en thuislozen voor dagbesteding en (vrijwilligers)werk.
Financieel-sociale ondersteuning GroenLinks blijft ook financieel solidair met de allerarmsten en meest hulpbehoevenden; voor hen blijft een fatsoenlijk financieel ondersteunend sociaal beleid gehandhaafd. Concreet: 1.
Het begrip ‘noodzakelijke kosten’ in de Bijzondere Bijstand moet ruimer worden geïnterpreteerd, zodat bijvoorbeeld ook mogelijkheden ontstaan voor gehandicaptenparkeerkaarten en eigen bijdragen.
2.
De draagkrachtgrens voor Bijzondere Bijstand wordt verhoogd naar 130% zodra landelijk beleid dit weer mogelijk maakt.
3.
De Aanvullende Verzekering voor mensen met een inkomen tot 130% van het sociaal minimum blijft behouden.
14
Participatie: iedereen hoort er bij GroenLinks maakt het mogelijk dat iedereen naar eigen kunnen meedoet, op de arbeidsmarkt en in de samenleving. Meedoen biedt mensen een zingeving, sociale contacten en de mogelijkheid van ontwikkeling. Voor mensen zonder betaald werk wordt daarom een ‘tegenprestatie’ gevraagd voor een uitkering in de vorm van dagbesteding of vrijwilligerswerk. Uitgangspunt bij het verwachten van zo’n ‘tegenprestatie’ is wat iemand wil en wat zijn of haar capaciteiten zijn. GroenLinks steunt de oprichting van het Werkbedrijf, een nieuwe organisatie waarbij het gemeentelijk onderdeel Combiwerk (sociale werkvoorziening) samengaat met de afdeling Werk van de gemeente. Het streven is dat werkzoekenden met een afstand tot de arbeidsmarkt zoveel mogelijk bij een reguliere
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 werkgever een plek kunnen vinden. Dit bevordert de sociale integratie en het gevoel van eigenwaarde. Het Werkbedrijf is verantwoordelijk voor de uitvoering van de Participatiewet. Concreet: 1.
Kwetsbare mensen die beperkt leerbaar zijn wordt een voor hen geschikte dagbesteding of werkplek voor lange duur aangeboden.
2.
Er moet worden geïnvesteerd in méér acceptatie van kwetsbare mensen, zodat zij beter mee kunnen doen aan sociale en culturele activiteiten en sport en voor meer werkplekken.
3.
‘Tegenprestaties’ mogen niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt van kwetsbare mensen zoals die bij Combiwerk.
4.
‘Tegenprestaties’ moeten méér worden ingezet in de zorg; bijvoorbeeld door hulp bij klusjes in huis en tuin, begeleiding bij artsbezoek en sociale activiteiten. Het instrument ‘tegenprestatie’ is niet alleen bedoeld voor laag gekwalificeerde activiteiten.
5.
Voor de participatie van mensen met een arbeidsbeperking die na herkeuring niet meer in aanmerking komen voor een Wajong-regeling en andere specifieke en kleine doelgroepen werkt de gemeente regionaal samen.
2.2
Diversiteit en integratie
GroenLinks staat voor een open samenleving, waarin iedereen een zo groot mogelijke vrijheid heeft om te participeren. Bij gelijke rechten en kansen hoort ook de plicht om de vrijheid van anderen te respecteren. Iedereen heeft de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van godsdienst. In onze diverse samenleving staat GroenLinks voor een ideaal van moderne gemeenschapszin. Dat betekent dat we ons verantwoordelijk voelen voor onze omgeving, en dat we er ons bewust van zijn dat andere mensen er andere leefstijlen op na kunnen houden dan wijzelf. In deze pluriforme samenleving is in het bijzonder aandacht nodig voor de positie van allochtonen. GroenLinks zet zich actief in voor het opheffen van achterstanden en het bevorderen van contacten tussen verschillende culturen.
Concreet: 1.
Door de gemeente worden immigrantenorganisaties actief ondersteund om achterstanden te verkleinen, contact te bevorderen en isolement te voorkomen.
2.
Het streven moet zijn om het personeelsbestand van de gemeente en haar bestuur een afspiegeling te laten zijn van de bevolkingssamenstelling.
2.3 Wonen Ondanks het beeld dat Delft al zo veel sociale huurwoningen zou hebben, is daar in de praktijk nog steeds een tekort aan. Een deel wordt inderdaad bewoond door mensen met wat hogere inkomens, maar van hun doorstroming naar duurdere woningen moet de oplossing niet verwacht worden; zo is inmiddels wel gebleken. Bovendien is hun vertrek in sommige eenzijdig bebouwde wijken vaak ook niet eens wenselijk. Wonen in een passende woning is een mensenrecht. Passend is een woning die sober kan zijn, maar wel aan minimumeisen voldoet. Bebouwd Delft moet niet verder groeien waar dit ten koste gaat van leefbaarheid en/of groen. In principe geldt dat trouwens voor de héle verstedelijkte regio. De niettemin noodzakelijke uitbreiding van de sociale woningvoorraad voor wie daar op aangewezen is en sociaal en/of economisch aan de stad gebonden is, vindt dan ook niet plaats ten koste van nu groene of openbare ruimten, maar door andere vormen van ruimtegebruik, flexibele inrichting van gebouwen, functieomzetting van bestaande gebouwen, omzetting van bestaande bouwvoornemens voor dure woningen in plannen voor sociale woningen en maatregelen elders in de nabije regio. De Spoorzone is één van de weinige locaties waar sociale woningbouw nog wél te overwegen is. De realiteit op de huidige woningmarkt, met zijn stagnatie en beperkte financiële mogelijkheden van consumenten en corporaties, maakt prioriteitstellingen en werkelijke keuzen des te belangrijker. Juist nu de woningmarkt „op slot zit” moet de politiek zijn verantwoordelijkheid en initiatieven nemen. Er zijn tal van mogelijkheden denkbaar waarmee 15
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 geëxperimenteerd kan worden, zoals: −−
grond voor woningbouw (ook aan corporaties en voor huurwoningen) in erfpacht uitgeven, waardoor de opdrachtgever voor de woningen minder hoeft te investeren en financieren;
−−
een stap verder: een actieve rol van de gemeente bij de financiering van te bouwen woningen;
−−
financiering uit de ruimte die vrijkomt door de besparing op uitkeringsgelden van werkloze bouwvakkers.
Delft is geen eiland. Voor het realiseren van onze uitgangspunten kan en moet worden samengewerkt in (metropool)regionaal verband; vooral binnen het huidige Haaglanden. Zo kan ook in regionaal verband worden onderzocht in hoeverre Europese (EFRO) gelden ingezet kunnen worden voor energiebesparing en bestrijding van zogeheten ‘energiearmoede’ (financiële problemen door steeds verder stijgende energielasten) onder huurders.
voorraad van vooral goedkope huurwoningen. Inkomensafhankelijke huurstijging is (als doublure naast de al bestaande Huurtoeslag én uitvoeringstechnisch) niet fraai, maar corrigeert huidige ontoereikendheden in de Huurtoeslagwet en helpt huren voor de laagste inkomens betaalbaar te houden. Wel moet onderdeel van de betreffende Prestatieafspraken met de corporaties zijn dat inkomensafhankelijke extra huurstijgingen ongedaan worden gemaakt na inkomensdaling of vertrek van de betreffende bewoners. Ook moet er naar worden gestreefd de laagste inkomens geen huurverhoging boven de inflatie te laten krijgen. 6.
Met de corporaties worden afspraken gemaakt over behoud en uitbreiding van de omvang van de voor lage en lage-middeninkomens betaalbare woningvoorraad. Naar huidig inzicht zijn in deze categorie 1.500 woningen méér nodig. Nader moet worden vastgesteld welke woningtypen in welke aantallen moeten worden gebouwd, met in acht name van punt 3. De gemeente biedt waar nodig de corporaties ondersteuning bij het leveren van de gewenste prestaties en zoekt andere wegen waar de corporaties niet kunnen leveren.
7.
Er dient flexibel te worden gebouwd: woningen die vergroot en verkleind kunnen worden, en waarvan de indeling aangepast kan worden.
8.
In herstructureringsgebieden moet worden onderzocht of wijkverbetering niet ook, of zelfs beter, te bereiken is door de buitenruimte en voorzieningen aan te pakken in plaats van door te slopen en nieuwe woningen te bouwen. Bij eventuele vervanging en verbetering in naoorlogse wijken staan duurzaamheid en sobere kwaliteitseisen voorop.
9.
Nieuwe voorzieningen voor mensen die veel zorg nodig hebben dienen dicht bij wijkcentra te komen; geen zorgzones los van wijkcentra. Voor ouderenhuisvesting worden gericht voor ouderen geschikte of geschikt te maken complexen in de buurt van voorzieningen opgeplust. Levensloopbestendig wonen vormt het beste scenario voor een toekomstgerichte, efficiënte en gegarandeerde zorg voor ouderen; al hangt daar een prijskaartje aan. Van redzaamheid door sociale netwerken en mantelzorgers moet niet te veel worden verwacht.
Openbare ruimte moet zodanig zijn ingericht dat sociaal contact wordt bevorderd. Concreet: 1.
Maatregelen moeten financieel verantwoord zijn; voor de gemeente, maar ook voor bewoners en andere partijen. De gemeente verleent in principe geen startersleningen meer, opdat starters niet opgezadeld worden met onverantwoorde schulden.
2.
De gemeente voert een actief beleid om leegstand van woningen en andere panden tegen te gaan. In dit kader wordt het wonen boven winkels in de binnenstad bevorderd.
3.
Het woningdistributiesysteem en het bouwprogramma moeten zodanig ingericht zijn of worden dat de wachttijd voor alle inkomensgroepen en woningtypen ongeveer gelijk is. Te Woon-woningen moeten worden toegewezen op basis van wachttijd; niet door loting. De wachttijd voor woningzoekenden moet worden teruggedrongen tot één jaar.
4.
Bij woningtoewijzing moet naar de totale woonlasten worden gekeken, en niet alleen naar de huur.
5.
Goedkope scheefheid is niet altijd even erg; en zeker niet in wijken met een eenzijdige
16
10. Onderzocht moet worden in hoeverre
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 mogelijkheden voor de verruiming van het aanbod aan studentenhuisvesting ook kunnen worden gebruikt voor huisvesting voor andere jongeren. “Campuscontracten” met huuropzegging na een half jaar zetten ongewenste extra druk op de “gewone” sociale-woningmarkt. Duwo en de andere corporaties blijven gehouden aan de prestatieafspraak om te zoeken naar mogelijkheden om de doorstroming uit studentenwoningen te verbeteren door te zorgen voor vervangend aanbod. Om de betreffende tekorten op te lossen kunnen ook overbodige kantoorruimten en eventuele vrijkomende verzorgingstehuizen in Delft en directe omgeving worden omgezet in huisvesting voor studenten en andere jongeren. Ook kan kamerverhuur door particulieren aan studenten worden gestimuleerd. Specifieke studentenhuisvesting verlicht overigens de druk op de woningmarkt voor andere jongeren. 11. De woningcorporaties moeten worden aangesproken op voldoende medezeggenschap van hun huurders, en moeten er voor zorgen dat ook de belangen van woningzoekenden in hun bestuur vertegenwoordigd worden.
verschillen in de openstelling van scholen, waaronder scholen met dagelijks dezelfde lestijden. Concreet: 1.
Op alle scholen is een zorg of ondersteuningsteam aanwezig, dat op wijkniveau samenwerkt met het jeugdmaatschappelijk werk, jeugdgezondheidszorg, jeugdzorg en de afdeling leerplichtzaken van de gemeente.
2.
Op de school zelf zorgen vakleerkrachten voor de kwaliteit van het bewegingsonderwijs en bewegingsconsulenten voor méér sport en spel. Het vroegere ‘schoolzwemmen’ (dat nu alleen nog plaatsvindt op onderwijsachterstandsscholen) zou in de vorm van bewegingsonderwijs terug moeten kunnen komen na schooltijd. De gemeente streeft naar minstens twee lesuren bewegingsonderwijs per week aan leerlingen gedurende de basisschoolleeftijd.
3.
Alle kinderen met een (risico op een) taalachterstand in het Nederlands nemen deel aan voorschoolse educatie op peuterspeelzalen, die betaalbaar moet zijn voor ouders uit alle inkomensklassen. Leerlingen die onvoldoende de Nederlandse taal beheersen ontvangen extra taalonderwijs in een schakelklas. De gemeente stimuleert experimenten met het toelaten van driejarige kwetsbare peuters tot het primair onderwijs.
4.
Ieder kind moet zich ten volle kunnen ontplooien. De gemeente stimuleert dat middelen voor techniek en wetenschap doelmatig in de scholen worden besteed. Voor meerbegaafde leerlingen komen er meer mogelijkheden die aansluiten op hun eigen ontwikkeling; bij voorkeur op school. GroenLinks wil dat de gemeente initiatieven uit de Delftse samenleving stimuleert en faciliteert zoals ‘HB 015 Platform voor hoogbegaafdheid in Delft’ en het pilotproject ‘De Delftse Kennisklas’ waarbij hoogbegaafde kinderen onder schooltijd een speciaal programma volgden in vast beleid wordt omzet.
5.
Het antwoord op het ontstaan van “witte” en “zwarte” scholen zoekt GroenLinks in kwalitatief hoog onderwijs; juist in “moeilijke” buurten. Een afspraak dat leerlingen niet voordat zij drie jaar oud zijn op een school kunnen worden aangemeld helpt mee aan het bieden van gelijke kansen op
2.4 Onderwijs Onderwijs legt de fundamenten voor onze toekomst. Daarom is het belangrijk dat onderwijs álle kinderen stimuleert om zich te ontwikkelen tot sociale, verantwoordelijke en zelfredzame burgers. Voor kinderen die opgroeien in een omgeving van armoede en achterstelling kan de school de weg zijn naar vooruitgang. De gemeente faciliteert het bestrijden van achterstanden in het onderwijs. Elke basisschool wordt in staat gesteld een ‘kindcentrum’ te worden waar onderwijs, ondersteuning en vrije tijd samenkomen. Naast een plek voor onderwijs, is er ook voorschoolse, tussenschoolse en naschoolse opvang, wordt er in het kader van passend onderwijs samengewerkt met welzijns, zorg en culturele instellingen en sportverenigingen; binnen en buiten reguliere schooltijden. Zo ontstaat een plek waar kinderen de hele dag terecht kunnen. Daarbij gaat men uit van een pedagogische aanpak voor 4 tot 12-jarigen. Zo mogelijk is in het kindcentrum een peuterspeelzaal aanwezig. De gemeente stimuleert experimenten met
17
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 toelating tot “populaire” scholen. 6.
Op alle scholen wordt voorlichting gegeven over seksuele diversiteit, (seksuele) weerbaarheid, pesten, zelfbeschikkingsrecht, (ook sociale) mensenrechten, racisme en discriminatie. De gemeente propageert de uitgangspunten van de ‘vreedzame school’: kinderen leren conflicten vreedzaam op te lossen. Ook kunnen scholen een belangrijke bijdrage leveren aan preventie en vroegsignalering van huwelijksdwang en mogelijke achterlating.
7.
We bestrijden laaggeletterdheid; zowel bij kinderen als bij volwassenen.
8.
We willen educatie van volwassenen en tweedekansonderwijs bevorderen. Voor inburgeraars ligt het accent op (intensieve) cursussen Nederlands als tweede taal, met de mogelijkheid om door te stromen naar het beroepsonderwijs of naar de arbeidsmarkt. Samenwerking met het beroepsonderwijs is daarom noodzakelijk.
9.
De gemeente stimuleert dat ook migranten uit EUlanden vrijwillig deelnemen aan taalcursussen.
10. De gemeente zorgt voor duurzame, aantrekkelijke en multifunctionele schoolgebouwen, met een gezond binnenmilieu in een veilige en groene schoolomgeving. Schoolpleinen worden groen ingericht, en zijn binnen en buiten schooltijd een aantrekkelijke en veilige speelplek voor kinderen. De gemeente stimuleert educatieve voorbeeldprojecten die passen in het gemeentelijk duurzaamheidsbeleid, zoals schooldaken of – muren voorzien van zonnepanelen of groene dakbedekking.
bijdragen aan een creatieve gemeente moeten niet (alleen) door de gemeente gestimuleerd worden omdat het toeristen trekt of omdat de ondernemers dan meer omzet genereren, maar vooral ook omdat het de stad bruisender, creatiever en leefbaarder maakt. Niet de winstgevendheid, maar de kwaliteit van initiatieven moet ondersteund worden. Kunst moet zichtbaar zijn in de samenleving door integratie met andere sectoren als wonen, werken, zorg en sport. Een sterke culturele sector levert een eigen bijdrage aan maatschappelijke vraagstukken. Het ontwikkelen van culturele interesse begint bij de jeugd. Er moet plaats zijn voor actieve kunstbeoefening en culturele vorming, zoals muziek-, drama-, teken- en schilderlessen op de lagere en middelbare scholen. Elke jongere moet in zijn schoolcarrière minstens een paar keer met kunst in aanraking komen. De gemeente stimuleert scholen verbindingen aan te gaan met culturele instanties en initiatieven in hun omgeving. De vele amateurverenigingen en voorzieningen vormen een onmisbaar element in de basisvoorzieningen van de stad. Daarnaast zijn er de vier grote culturele instellingen DOK, theater de Veste, de VAK en Erfgoed Delft (Prinsenhof), waar vele bewoners en bezoekers samenkomen. GroenLinks pleit voor meer ruimte voor, en samenwerking tussen de creatieve en culturele verenigingen, instellingen en netwerken. Vooral in samenwerking geven zij dynamiek aan het culturele klimaat van Delft. Een bloeiende culturele infrastructuur is in staat het door gemeentelijke bezuinigingen verschralende aanbod aan activiteiten op te vangen. Samenwerking van het Delftse culturele netwerk met de TU betrekt niet alleen stad en TU bij elkaar, maar maakt ook méér gezamenlijke activiteiten mogelijk.
Een bruisende gemeente met een divers aanbod van hoge kwaliteit voor iedereen, die optimaal gebruik maakt van creatieve energie vanuit de stad en die aandacht heeft voor cultuureducatie; dat is voor GroenLinks de ideale culturele stad. Delft wil naast de rijke historische cultuurstad ook een innovatieve broedplaats zijn die ook voor de eigen inwoners en de regio uitdagingen biedt.
Specifieke ondersteuning moet er zijn voor culturele initiatieven en spelers in het veld die bijdragen aan het creëren en behouden van draagvlak voor grote ontwikkelingen in de stad. Bijzonder voorbeeld is de Werkplaats Spoorzone Delft (WeSD), die de bouw van de spoortunnel aangrijpt als katalysator voor kunst en cultuur in Delft. Evenementen zijn belangrijk voor de levendigheid en aantrekkelijkheid van Delft. De bestaande diversiteit kan behouden blijven door het combineren in de uitvoering en het bieden van ruime ondersteuning in voorzieningen.
Initiatieven van de creatieve inwoners die willen
Een sterke lokale omroep besteedt via alle media
2.5
18
Kunst en cultuur
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 (radio, televisie, internet en social media) aandacht aan lokale culturele initiatieven en activiteiten, en brengt bewoners op de hoogte van de gemeentepolitiek. Als (open) podium voor lokale mediakunst, documentaires en kleine lokale dramaproducties sluit de omroep aan op het lokale netwerk.
7.
Er dient specifieke ondersteuning te zijn voor kleine en bijzondere culturele initiatieven.
8.
Er moet méér worden geïnvesteerd in de lokale omroep.
Daarnaast faciliteert en stimuleert de gemeente dat initiatieven vanuit burgers zelf de ruimte krijgen; bijvoorbeeld door:
2.6 Sport
−−
onbenut kapitaal zoals leegstaande panden en braakliggend terrein beschikbaar te stellen voor initiatiefnemers;
−−
uitkeringsgerechtigden die niet aan het werk kunnen meer ruimte te geven om een maatschappelijke bijdrage op cultureel terrein te leveren;
−−
te faciliteren dat initiatiefnemers en “aanhakers” elkaar kunnen vinden op een digitaal cultureel platform en op andere ontmoetingsplekken (cultuurnetwerk, cultuurcafé).
Dit zijn instrumenten die kosteloos of met zeer geringe middelen gerealiseerd kunnen worden. Concreet: 1.
Alle scholen in basis en voortgezet onderwijs bieden een ruim aanbod aan culturele vorming en actieve kunstbeoefening.
2.
Cultuureducatie en culturele activiteiten zijn toegankelijk en bereikbaar voor alle Delftenaren.
3.
De Vrije Akademie (VAK) moet voor iedereen toegankelijk blijven, onafhankelijk van het inkomen en de culturele achtergrond. Voor het stimuleren van deelname van kinderen en tieners is een beter bekende en bereikbare cultuurregeling onmisbaar.
4.
Museum de Prinsenhof wordt een financieel zelfstandige instelling, voor iedereen toegankelijk, onafhankelijk van het inkomen en de culturele achtergrond. De gemeente dient de zeggenschap te houden over de collectie en het gebouw, als erfgoed van de stad.
5.
6.
Sport is belangrijk voor mensen. Bewegen is gezond. Op sportverenigingen doen mensen sociale contacten op. Kinderen doen er spelenderwijs sociale vaardigheden op, en ze leren er samenwerken aan gezamenlijke positieve doelen. Sportverenigingen zijn belangrijk om mensen in contact te brengen met anderen; als actieve sporter of als vrijwilliger. De meer dan honderd Delftse sportverenigingen zijn erg belangrijk voor een gezond en sociaal Delft. De Sportraad Delft vervult daarbij een belangrijke rol bij het overleg tussen de sportverenigingen, gemeente en andere instanties. GroenLinks vindt het belangrijk dat voor iedereen de drempel laag is om lid te worden van een vereniging; ook voor mensen met een handicap, mensen van nietNederlandse afkomst, ouderen, enzovoorts. Daar wordt veel aan gedaan door de sportverenigingen en de gemeente, met steun van NOC/NSF en het Rijk; zowel door subsidie, als door het werk van de beweegcoach en de buurtsportcoaches. Met de inzet van de MVV-methodiek (maatschappelijk verantwoord verenigen) ontwikkelen sportverenigingen zich tot brede maatschappelijk verantwoorde verenigingen die op wijkniveau structureel verbindingen leggen tussen sport, cultuur, recreatie, onderwijs, welzijn, zorg en veiligheid. Concreet: 1.
De gemeente blijft de samenwerking van sportverenigingen zo veel mogelijk ondersteunen.
2.
De mogelijkheden voor vergoeding van lidmaatschaps en andere kosten voor mensen met een laag inkomen blijven gehandhaafd.
De gemeente stimuleert samenwerking tussen de VAK en andere aanbieders van kunstlessen (particulieren, verenigingen, enz.).
2.7 Veiligheid
Bij het evenementenbeleid wordt vooral ingezet op kwalitatief hoogwaardige evenementen.
Iedereen moet zich veilig voelen in Delft. Het waarborgen van die veiligheid is een primaire taak van 19
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018 de overheid, maar de gemeente kan dat niet alleen af. Het is essentieel dat de gemeente samenwerkt met buurtbewoners, buurtvaders en moeders, wijkbeheerders, welzijnswerk, scholen en middenstand, en natuurlijk de politie. De bevoegdheden van de burgemeester als hoofd van de politie zijn de afgelopen jaren sterk toegenomen. Veiligheidsrisicogebieden, gebiedsontzeggingen, samenscholingsverboden, cameratoezicht en het preventief huisverbod zijn daar voorbeelden van. Daarbij is de zorg voor veiligheid binnen de gemeenten verschoven van de politie naar toezichthouders en buitengewone opsporingsambtenaren. De invoering van de bestuurlijke strafbeschikking, die als handhavingsmiddel ingezet kan worden in de openbare ruimte, zal de slagkracht van het lokaal bestuur verder kunnen versterken. Aan deze stille revolutie zit ook een keerzijde: de rechtsbescherming van de burger. De grens tussen een effectieve handhaving en de persoonlijke levenssfeer dient stevig bewaakt te worden. GroenLinks is tegen maatregelen die indruisen tegen het recht van iedereen om zich vrij te bewegen in de publieke ruimte, zoals preventief fouilleren, of het ophangen van camera’s en mosquito’s. We willen hiermee dan ook uiterst terughoudend omgaan.
huwelijken wordt nauw samengewerkt met organisaties van migrantenvrouwen. 3.
Cameratoezicht en preventief fouilleren, gebiedsontzeggingen en samenscholingsverboden worden slechts onder strikte voorwaarden toegepast: als laatste redmiddel in situaties waarin andere middelen falen.
4.
Er dient een actief gemeentelijk antidiscriminatiebeleid te worden ontwikkeld, o.a. richting scholen, sportclubs en horeca. Tegen vormen van discriminatie en uitsluiting moet streng worden opgetreden door handhavende diensten.
5.
Preventie blijft een speerpunt in het werk van politie en brandweer. Politie en brandweer moeten voorlichting geven om mensen alert te maken op de veiligheid van hun woning en leefomgeving. De gemeente ondersteunt politie en brandweer hier actief bij.
2.8
Internationale solidariteit
Inzet van het beleid is preventie: het actief op zoek gaan naar situaties die een risico vormen voor de veiligheid, en deze samen met de betrokkenen aanpakken. De rol van de politie daarin is: bemiddelen of waarschuwen waar het kan, en ingrijpen waar dat nodig is.
Mondiale problematiek laat mensen niet onberoerd, en GroenLinks wil die betrokkenheid graag omzetten in concrete acties. Burgers kunnen een bijdrage leveren; enerzijds door projectsteun, maar anderzijds ook door betrokkenheid. Gemeenten en gemeenschappen in Nederland beschikken over kennis en ervaring die van grote waarde is voor gemeenten en gemeenschappen in ontwikkelingslanden. GroenLinks vindt dat de gemeente deze internationale samenwerking moet ondersteunen. Delft doet dat ook al jaren.
Naast de zorg voor veiligheid in de openbare ruimte heeft de gemeente ook een verantwoordelijkheid voor de veiligheid binnenshuis. Eén op de vier vrouwen krijgt regelmatig te maken met geweld in de privésfeer.
Delft onderhoudt officiële stedenbandcontacten met Mamelodi/Tshwane (Zuid-Afrika) en Estelí (Nicaragua), en zogeheten ‘jumelages’ met Freiberg, Aarau, Kfar Saba en Adapazari.
Concreet:
Concreet:
1.
1.
De stedenbandstructuren zijn van grote waarde, en worden gecontinueerd.
2.
GroenLinks blijft streven naar betrokkenheid van de gemeente met het Palestijnse Qualqily: de met een muur afgesloten buurstad van het Israëlische Kfar Saba.
3.
De gemeente Delft blijft een fair trade-gemeente, en ondersteunt waar mogelijk organisaties in de stad die actief zijn op dit gebied.
2.
20
Veiligheid is onderdeel van het Wijkplan. De gemeente inventariseert samen met bewoners, instellingen en bedrijven de verbeterpunten in de wijk en maakt met politie, woningcorporaties, bedrijfsleven, welzijnswerk, onderwijs en bewoners afspraken over wie welk probleem aanpakt. De politie gaat méér aandacht besteden aan geweld tegen vrouwen. In de aanpak van eerwraak, vrouwenbesnijdenis en gedwongen
GroenLinks Delft: Verkiezingsprogramma 2014 - 2018
3. Kandidatenlijst 1.
Fleur Norbruis
2.
Stephan Brandligt
3.
Ingrid Lips
4.
Frank van Vliet
5.
Sinan Özkaya
6.
Klaas Herrema
7.
Irene van Zeeland
8.
Dominique Bentvelsen
9.
Margreet de Wit
10. Enna Rörig 11. Michael Bentvelsen 12. Catherine Bij de Vaate 13. Tamim Wakili 14. Lucie Cunningham 15. Stijn van Liefland 16. Jurriaan Huisman 17. Gera Schäperclaus 18. Rens Beijer 19. Paul de Graaf 20. Corina Heuvelman 21. Geert Bergsma 22. Simone de Jonge 23. Wim Klapwijk 24. Marjoke Turkenburg 25. William van Treuren 26. John Stals 27. Tijn Noordenbos 28. Wim Bot 29. Rik Grashoff 30. Ron Witsenboer
21
VOLG ONS VIA... WWW.GROENLINKSDELFT.NL FACEBOOK.COM/GROENLINKSDELFT @GROENLINKSDELFT
Ontvangt u nog geen nieuwsbrief maar wilt u dat wel? Neem dan contact met ons op via
[email protected], stuur ons een bericht via facebook of twitter, of scan bovenstaande QR code