Ruimte voor Rotterdammers" Verkiezingsprogramma Rotterdam

Verkiezingsprogramma Rotterdam 2014-2018

“Ruimte voor Rotterdammers"


2


3


Voorwoord “De gemeente speelt een steeds grotere rol in uw leven. Daarom moet u ook een veel grotere rol in uw gemeente spelen. Dat begint met stemmen op 19 maart; stemmen op D66.” De gemeente wordt belangrijker, uw stem dus ook Voorjaar 2014 en u mag wéér naar de stembus. Gaat u weer stemmen? Veel mensen vragen zich af of gemeentepolitiek wel belangrijk is. Ik overtuig u er graag van dat u juist bij deze gemeenteraadsverkiezingen uw stem moet laten horen. Een ijzeren wet in de politiek is: alle politiek is lokaal. Als raadslid, wethouder en burgemeester heb ik gezien hoe dat werkt: de belangrijkste vraag moet steeds zijn ‘Wat betekent dit voorstel voor mensen in hun dagelijks leven, in hun directe omgeving?’. Voor D66 is het essentieel dat iedereen meepraat en meebeslist over de plannen die ons raken. Dat is een democratisch recht én, vinden wij, ook een democratische plicht. Het is in ieder geval de beste garantie voor politiek waarin de mens centraal staat. Dat is belangrijk, want er moeten indringende keuzes gemaakt worden. Hoe groot wordt de klas van uw kind komend jaar? Werken beroepsonderwijs en het lokale bedrijfsleven samen tegen jeugdwerkeloosheid? Worden zorg en ondersteuning van ouderen en gehandicapten op maat geleverd? Pakt uw gemeente nu eindelijk de leegstand aan van achterhaalde industrieterreinen en niet gebruikte beeldbepalende gebouwen? Geeft uw gemeente ruimte aan bewoners die samen zonnepanelen op hun daken laten plaatsen? Heeft u als bewoner zelf over dit alles iets te zeggen? De gemeente speelt een steeds grotere rol in uw leven. Daarom moet u ook een veel grotere rol in uw gemeente spelen. Dat begint met stemmen; stemmen op D66.· D66 werkt aan een samenleving die gebouwd is op vrije mensen die zich inspannen en ontplooien. Hierdoor wordt de samenleving als geheel sterker en rijker. Wij mensen zetten ons van nature niet alleen in voor onszelf, maar ook voor onze naasten, onze leefomgeving, de maatschappij en onze gezamenlijke toekomst. Daarom komt D66 op voor de kansen van iedereen, bijvoorbeeld via het onderwijs. Met een overheid die steunt, randvoorwaarden schept en waar nodig stuurt. D66 weet zeker dat de kracht van mensen onderling de belangrijkste maatschappelijke motor is. Wij vertrouwen op die kracht van mensen, individueel en samen. D66-politici hebben een kenmerkende stijl: we zijn duidelijk over wat we willen, we denken in mensen en niet in groepen, we beginnen bij u en niet bij de regels en houden altijd het oog op de toekomst. Wij zijn optimistisch maar weten ook dat we hard moeten werken om onze idealen te verwezenlijken. Gaat u zitten afwachten of u in de beste of in de slechtste gemeente van Nederland woont? Of gaat u er, samen met D66, voor zorgen dat uw gemeente de handschoen oppakt? U kunt het verschil maken. Zeker hier in Rotterdam, in uw eigen omgeving! Wacht niet af. Stem op 19 maart. Beter nog; stem D66! Alexander Pechtold

4


Inhoud Voorwoord .............................................................................................................................................. 3 Inleiding .................................................................................................................................................. 9 1.

Een sterke Rotterdamse economie zorgt voor meer werk ......................................................... 13 1.1

Innovatieve oplossingen voor de Rotterdamse arbeidsmarkt .............................................. 14

1.2

Nieuwe en duurzame bedrijvigheid ...................................................................................... 14

1.3

Internationalere binnenstad: meer bezoekers en meer bedrijfsleven ................................. 15

1.4

Een grote, innovatieve, bedrijvige en duurzame haven ........................................................ 15

1.4.1

Naar een duurzame haven ............................................................................................ 16

1.4.2

De haven als motor voor de werkgelegenheid ............................................................. 16

1.4.3

Naar een innovatieve haven ......................................................................................... 16

1.4.4

Internationaal denken en handelen om lokaal te groeien ............................................ 17

1.4.5

Een sterkere regionale functie ...................................................................................... 17

1.4.6

Streng zijn op veiligheid ................................................................................................ 17

1.5 2.

3.

4.

Weer aan het werk ................................................................................................................ 18

Een duurzame en groene stad ...................................................................................................... 20 2.1

Duurzaam schoon en duurzaam heel .................................................................................... 20

2.2

Minder CO2-‐uitstoot en klaar voor klimaatverandering ........................................................ 21

2.3

Schone lucht voor een gezond Rotterdam ............................................................................ 21

2.4

Minder energieverspilling ..................................................................................................... 22

2.5

Meer duurzame energie ........................................................................................................ 22

2.6

Meer doen met afval ............................................................................................................. 23

2.7

Een groene leefomgeving ...................................................................................................... 23

2.8

Ruimte voor Stadslandbouw ................................................................................................. 24

2.9

Betere afstemming werkzaamheden in en op de grond ....................................................... 24

Zorg voor elkaar ............................................................................................................................ 26 3.1

De nieuwe Rotterdamse zorgaanpak .................................................................................... 26

3.2

Minder sturing vanuit de overheid ....................................................................................... 27

3.3

Eén aanspreekpunt in zorgondersteuning ............................................................................ 27

3.4

Wmo inkomenstoets in plaats van eigen bijdrage ................................................................ 28

3.5

Gratis testen op soa en drugs ............................................................................................... 28

3.6

Aanpak huiselijk geweld en kleinschalige maatschappelijke opvang .................................... 28

3.7

Eenzaamheid ......................................................................................................................... 29

Onderwijs: eigen kracht voorop ................................................................................................... 31 5


4.1

5.

6.

7.

Biedt jonge kinderen optimale basis voor talentontplooiing ................................................ 31

4.1.1

Problemen met zwakke scholen oplossen .................................................................... 31

4.1.2

Combineer kinderopvang en voorscholen .................................................................... 32

4.1.3

Het Integraal Kind Centrum ........................................................................................... 32

4.1.4

Passend onderwijs voor elk kind gegarandeerd ............................................................ 32

4.2

Brede school behouden ........................................................................................................ 33

4.3

Meer aandacht voor talent ................................................................................................... 33

4.4

Voorkom voortijdig schooluitval: iedere jongere een startkwalificatie: ............................... 33

4.5

Een goede studiekeuze aanmoedigen met extra programma’s ............................................ 34

4.6

Internationalisering als kans ................................................................................................. 35

4.7

Versterken samenwerking tussen bedrijfsleven, wetenschap en overheid .......................... 35

4.8

Gerichte verantwoording in plaats van doorgeschoten bureaucratie .................................. 35

4.9

Naar een beter binnenklimaat in schoolgebouwen .............................................................. 36

4.10

Alleen leerlingenvervoer als het noodzakelijk is. .................................................................. 36

Een bloeiend kunstzinnig en cultureel leven ............................................................................... 38 5.1

Voorwaardenscheppend cultuurbeleid: ruimte voor ondernemerschap ............................. 38

5.2

Creëer een aantrekkelijk klimaat voor creatief ondernemers .............................................. 39

5.3

Geen verdere bezuiniging op het Cultuurplanbudget ........................................................... 39

5.4

Verdubbeling van het vrije innovatiebudget ......................................................................... 40

5.5

Transparante besluitvorming rondom het Cultuurplan ........................................................ 40

5.6

Investeer in een middelgroot podium voor livemuziek ........................................................ 40

5.7

Maak een bruisende binnenstad mogelijk ............................................................................ 40

5.8

Verken een nieuw Rotterdams Filmfonds ............................................................................. 41

5.9

Cultuureducatie in de vrije tijd zoveel mogelijk aan de markt overlaten ............................. 41

5.10

Kunst in de buitenruimte verdient aandacht ........................................................................ 42

5.11

Ondersteun kunst en cultuur in de wijk ................................................................................ 42

Sportstad: Rotterdammers in beweging ...................................................................................... 45 6.1

Sportverenigingen verdienen ondersteuning ....................................................................... 45

6.2

De sportleraar terug in het onderwijs ................................................................................... 46

6.3

Sportstimuleringsprogramma’s voortzetten ......................................................................... 46

6.4

Doorgaan met topsportontwikkeling en sportevenementenstad ........................................ 46

6.5

Verbindend en compact sportbeleid ..................................................................................... 47

Samen investeren in de stad ........................................................................................................ 49 7.1

Geef ruimte in ruimtelijke ordening ...................................................................................... 49 6


7.2

Intensiveer aanpak bepalende winkelstraten ....................................................................... 50

7.3

Pak leegstand aan: creëer nieuwe kansen ............................................................................ 50

7.4

Zet in op een vitale binnenstad ............................................................................................. 50

7.5

Nationaal Programma Kwaliteitssprong Rotterdam Zuid (NPRZ) ......................................... 51

7.6

Investeren langs de Rotte ..................................................................................................... 51

7.7

Groen in de stad .................................................................................................................... 51

7.8

De Kuip en het Stadionpark ................................................................................................... 51

7.9

Speculeer niet op grondexploitatie en stijgende grondprijzen ............................................. 52

8.

Een bereikbare stad met schone lucht ........................................................................................ 54 8.1

Meer aandacht voor de fiets ................................................................................................. 54

8.2

Schoon verkeer ..................................................................................................................... 55

8.3

Tachtig-‐kilometerzone op de ring en verkeersafwikkeling op de ring .................................. 55

8.4

De verkeersdruk en parkeerdruk verminderen ..................................................................... 55

8.5

Bereikbaar en dienstbaar blijven .......................................................................................... 56

8.6

Rotterdam/The Hague Airport: groei binnen grenzen .......................................................... 56

9.

De stad veiliger ............................................................................................................................. 59 9.1

Streven naar een geweldloos Rotterdam .............................................................................. 59

9.2

Veilig wonen, werken en leven ............................................................................................. 59

9.3

Verkeersveiligheid ................................................................................................................. 60

9.4

Van meer cameratoezicht naar slimmer cameratoezicht ..................................................... 60

9.5

Betrokkenheid van de Rotterdammer bij veiligheid ............................................................. 61

9.6

Aanpak georganiseerde criminaliteit .................................................................................... 61

9.7

Aandacht voor digitale veiligheid en cybercrime .................................................................. 62

9.8

Voorkomen van herhaling van strafbare feiten .................................................................... 62

9.9

Aanpak van het misbruik van subsidies en voorzieningen .................................................... 62

9.10

Legaliseren gereguleerde wietteelt ....................................................................................... 63

9.11

Nationale Politie: oog houden voor samenwerking .............................................................. 63

9.12

Duidelijkheid over en samenwerking met de BOA’s ............................................................. 63

10.

Financiën en organisatie op orde ............................................................................................. 65

10.1

Realistische keuzes voor noodzakelijke investeringen .......................................................... 65

10.2

Transparante en effectieve planning-‐ en controlcyclus ........................................................ 66

10.2.1

Sluitende structurele begroting met heldere doelstellingen ........................................ 66

10.2.2

Inzichtelijke financiële rapportages met tijdige informatie .......................................... 66

10.2.3

Risicomanagement ........................................................................................................ 66 7


10.2.4

Grondexploitatie op orde .............................................................................................. 67

10.2.5

Aandeelhouder: maatschappelijk rendement voorop .................................................. 67

10.2.6

Benut Investeringsfonds voor structurele investeringen .............................................. 67

10.2.7

Boetes naar algemene middelen ................................................................................... 67

10.3

Lasten omlaag: gebruiker betaalt als uitgangspunt .............................................................. 67

10.3.1

Woonlasten omlaag ...................................................................................................... 68

10.3.2

Redelijke tarieven voor parkeren .................................................................................. 68

10.3.3

Minder belastingen voor het MKB ................................................................................ 68

10.4

Slagvaardig en transparant bestuur ...................................................................................... 69

10.4.1

Goed open bestuur ....................................................................................................... 69

10.4.2

Nieuwe initiatieven van burgers en bedrijven .............................................................. 69

10.4.3

Kleinere vitale organisatie ............................................................................................. 70

10.4.4

Metropoolregio biedt kansen ....................................................................................... 70

Bijlage: programma’s voor gebiedscommissies ................................................................................... 71 Inleiding ............................................................................................................................................. 72 Centrum ............................................................................................................................................ 72 Noord ................................................................................................................................................ 74 Delfshaven ........................................................................................................................................ 75 Prins Alexander ................................................................................................................................. 77 Kralingen-‐Crooswijk .......................................................................................................................... 78 Overschie .......................................................................................................................................... 81 Hillegersberg – Schiebroek ................................................................................................................ 82 Feijenoord ......................................................................................................................................... 83 Charlois ............................................................................................................................................. 85 IJsselmonde ....................................................................................................................................... 86 Rozenburg ......................................................................................................................................... 87 Pernis ................................................................................................................................................ 88 Hoek van Holland .............................................................................................................................. 90 Hoogvliet ........................................................................................................................................... 91

8


Inleiding Rotterdam: de stad van mogelijkheden. Rotterdammers zijn trots op hun stad en dat is volkomen terecht. De stad is veerkrachtig, energiek en gericht op de toekomst. Alle Rotterdammers samen maken de stad tot een bruisend geheel. D66 voelt zich thuis in Rotterdam. Het is de stad waar mensen vooral veel dóen en waar inwoners zelf kansen creëren en pakken. D66 Rotterdam wil vooral mensen zelf aan zet laten en doet hiervoor voorstellen op verschillende gebieden, zoals economie, zorg, onderwijs, duurzaamheid en veiligheid. D66 Rotterdam kiest nadrukkelijk voor investeren in mensen en daagt Rotterdammers uit zoveel mogelijk hun eigen verantwoordelijkheid te nemen. Met die keuze vertrouwt D66 op de kracht van ruim 600.000 Rotterdammers. Zij hebben samen zoveel kennis en ideeën en kunnen daarmee kansen voor de stad creëren. Ruimte voor Rotterdammers dus. D66 Rotterdam wil de creativiteit van mensen volop inzetten voor de stad en voorwaarden creëren voor zelfstandigheid: goed onderwijs, ruimte om te ondernemen en kansen te pakken. De gemeente Rotterdam heeft een rol om de verbinding tussen initiatieven, investeringen en uitvoering te leggen. Rotterdam staat in de komende periode voor stevige uitdagingen. De Rotterdamse economie heeft bijvoorbeeld nieuwe impulsen nodig om het midden- en kleinbedrijf te versterken en meer werkgelegenheid te creëren. Rotterdam kan dat: met een sterke haven en veel kennisintensieve bedrijven hebben we een groot innovatief vermogen. D66 komt daarom met praktische maatregelen om de Rotterdamse economie en de haven te versterken. Verantwoord, duurzaam en groen staan voorop. Onze stad heeft nog een slag te slaan om de luchtkwaliteit en het leefklimaat te verbeteren. Daar heeft D66 Rotterdam periode al goede resultaten op behaald en blijft daar in de komende periode zwaar op inzetten. Op het gebied van zorg en welzijn krijgt de gemeente meer verantwoordelijkheden overgedragen van de rijksoverheid. Voor het uitvoeren van de daarbij horende taken is minder geld beschikbaar gesteld. D66 Rotterdam komt met concrete voorstellen om dit efficiënt en effectief te organiseren, met daarbij veel ruimte voor eigen keuzes van de burger, die deze zorg nodig heeft. De Rotterdammer moet niet afhankelijk worden van beperkte zorgvoorzieningen maar moet zoveel mogelijk zelf de regie houden. D66 wil met een nieuwe Rotterdamse zorgaanpak deze visie concreet in de stad realiseren. Voor de meest kwetsbare groep Rotterdammers moet de gemeente wel een goed vangnet bieden; niet iedereen kan zijn problemen volledig op eigen kracht oplossen. Rotterdam is een stad met veel getalenteerde jongeren. Zij moeten ruim baan krijgen om zich te ontwikkelen. Zeker omdat de concurrentie op de arbeidsmarkt steeds internationaler wordt. D66 Rotterdam focust op jonge kinderen. Zij moeten zich optimaal kunnen ontplooien en door er vroeg bij te zijn kunnen achterstanden voorkomen worden. Rotterdam is een prachtige stad met volop mogelijkheden om uit te gaan en van cultuur en evenementen te genieten. We hebben op het gebied van moderne dans, klassieke muziek en stedelijke evenementen de top in huis. Als tweede stad van Nederland willen wij ook experimentele vormen van kunst en cultuur

9


in huis houden en versterken. De gemeente Rotterdam moet daarom voor deze kunstvormen bij de Rijksoverheid aandringen om meer middelen. Nu gaan kunst- en cultuursubsidies vooral naar andere grote steden. Een rijke kunst en cultuursector is ook van belang voor een levendige binnenstad. Regelgeving moet de kwaliteit van het uitgaansleven in de binnenstad zo weinig mogelijk in de weg zitten. Rotterdam is sportstad nummer één en dat moet zo blijven. D66 zet in op uitbreiding van voorzieningen in de breedtesport. Sport is gezond en draagt bij aan sociale cohesie. Sport voor jongeren staat bij D66 hoog in het vaandel; ieder kind moet de kans krijgen om met verschillende sporten in aanraking te komen. Ook topsport is voor D66 Rotterdam van groot belang. D66 wil vooral dat de faciliteiten hiervoor op orde zijn. Een discussie is de mogelijkheid van een nieuw stadion en een stadionpark. D66 Rotterdam vindt dat een nieuw, mits voldragen plan, de ruimte moet krijgen om opnieuw beoordeeld te worden. Dit plan heeft draagvlak heeft bij de burgers, heeft een goede financiële onderbouwing en vereist een bescheiden inzet van de gemeente. In dit programma doet D66 Rotterdam daarvoor voorstellen. Rotterdam is de stad van de architectuur met de uitstraling van een metropool. D66 Rotterdam vindt dat de samenhang in bebouwing beter kan. Er moet meer aandacht komen voor een consistente stedenbouwkundige visie. D66 kijkt kritisch naar de verkeersdruk richting de binnenstad en wil samen met ondernemers en bewoners kijken naar haalbare oplossingen, zoals versterking van het openbaar vervoer en meer ruimte voor de fiets en andere alternatieve vervoermiddelen. Daarmee blijft Rotterdam een aantrekkelijke stad voor inwoners en toeristen. De Rotterdamse deelgemeentebesturen worden vervangen door gebiedscommissies. Dat levert een flinke bestuurlijke uitdaging op. D66 pleit voor een zo lokaal mogelijke benadering. Het is belangrijk om de Rotterdammer zo dicht mogelijk te betrekken bij besluitvorming. Daar waar de Rotterdammer meedenkt en meehelpt worden problemen efficiënter opgelost. Door bewoners ook zo vroeg mogelijk te betrekken in het besluitvormingsproces, voorkom je problemen en wordt gewerkt aan draagvlak. De overheid kan niet alle problemen van Rotterdammers oplossen. D66 wil dan ook veel ruimte creëren voor wat Rotterdammers zelf kunnen doen, voor zichzelf én hun omgeving. Ruimte maken voor Rotterdammers gaat volgens D66 verder dan alleen inspraak in gemeentelijke besluitvorming: participeren en eigen initiatief worden vanzelfsprekende onderdelen van alle thema’s die Rotterdammers aangaan. Mooie ideeën komen uit de stad zelf naar boven. Dat laten de ervaringen met de Stadsinitiatieven en de website MiddeninRotterdam.nl zien. De gemeente Rotterdam kende in de afgelopen periode veel financiële tegenvallers. Voor komende periode zet D66 Rotterdam in op een transparante sluitende begroting. D66 wil meer ruimte om te investeren in economie, duurzaamheid en onderwijs. Bezuinigingen zijn onontkoombaar en D66 maakt hierin heldere keuzes. Zo wil D66 Rotterdam mensen uit de bijstand helpen en inzetten op een kleinere, flexibelere gemeenteorganisatie. D66 is voorstander van samenwerken over de gemeentegrenzen heen. De huidige verbinding met de vierentwintig metropoolgemeenten biedt veel kansen op het gebied van werkgelegenheid, economische vooruitgang, duurzaamheid, onderwijs en arbeidsmarkt. Die samenwerking moet van onderaf tot stand komen. Kortom, er is de komende jaren werk aan de winkel voor Rotterdam. D66 gaat deze uitdaging wederom graag met u, bewoners, ondernemers en organisaties aan. Samen zetten we de schouders eronder om

10


Rotterdam meer dan ooit op de nationale en internationale kaart te zetten. We geven u ruimte voor initiatieven en versterken daarmee de stad voor de toekomst.

11


“Een sterke Rotterdamse economie zorgt voor meer werk” 12


1. Een sterke Rotterdamse economie zorgt voor meer werk Er is iets fundamenteels aan het veranderen in onze economie. De Rotterdamse economie is niet alleen lokaal of regionaal. Globalisering neemt in een hoog tempo toe, op de arbeidsmarkt wordt internationaal geconcurreerd en de inhoud van werk verandert snel. Met name het MKB heeft het moeilijk en dat terwijl het MKB de motor van de economie hoort te zijn. En hoewel het hard nodig is om nieuwe werkgelegenheid naar de stad en haven te trekken, is er sprake van een mismatch tussen werkzoekenden en vacatures: bestaande vacatures bij bedrijven zijn moeilijk vervulbaar. In tijden van steeds krimpende arbeidsmarkten en uitkeringen die onder druk komen, kan het niet zo zijn dat er Rotterdammers met een uitkering op de bank zitten terwijl elders in de stad vacatures niet vervuld kunnen worden. Met name de werkgelegenheid voor lager opgeleiden en jongeren, groepen die in Rotterdam sterk vertegenwoordigd zijn, is schaarser dan voor hoogopgeleiden en ouderen. D66 vraagt daarbij uitdrukkelijk aandacht voor jeugdwerkloosheid. De langdurige crisis en de aanhoudende problemen met werkgelegenheid betekenen dat traditionele standaardoplossingen niet meer werken. We zullen fundamenteel anders moeten kijken naar de economie. En dan moeten we de veranderingen in de economie niet alleen als crisis beschouwen. Dan liggen daar vooral ook kansen. Er komen bijvoorbeeld in de komende jaren over de hele wereld meer dan twee miljard koopkrachtiger consumenten bij. Daar kunnen kleine nieuwe bedrijfjes op inspelen door nieuwe producten en diensten aan te bieden. Er ontstaat een nieuwe economie met onderling lenen en delen, met ruilhandel en met dingen voor elkaar doen. Het is nodig om nieuwe kansen te zoeken en niet bij de pakken neer te gaan zitten. Als er plekken moeten worden benoemd waar het de komende 30 jaar in de wereld gaat gebeuren (de zogenaamde Hubs) dan hoort Rotterdam met zijn grote en innovatieve haven daar zeker bij. Dit moet worden uitgebuit. Dan kan zowel op het wereldniveau als op het kleine lokale niveau. De Rotterdammer heeft veel kennis en vaardigheden: zet jezelf veel meer als expert in en zoek de niches in de markt. Het is nodig om nieuwe kansen te zoeken en niet bij de pakken neer te gaan zitten. Rotterdam kan op dit ´kleine´ economische niveau weer kansenzones creëren waarin vrijhandel kan ontstaan en nieuwe verbindingen worden gecreëerd. Innovaties, ruimte voor Midden- en Kleinbedrijf (MKB) en het verkennen van de internationale markt zijn daarvoor de aangewezen richtingen.

D66 Rotterdam zet in op: • Verbinding van werk in de haven met werkzoekenden • Leid mensen op waar vacatures zijn • Ruimte geven aan het Midden- en Kleinbedrijf • Bijstandsgerechtigden zo snel mogelijk naar werk leiden.

13


1.1

Innovatieve oplossingen voor de Rotterdamse arbeidsmarkt

D66 ziet kansen om de economie te laten groeien en werkgelegenheid te creëren, hoewel het beeld voor de Rotterdamse arbeidsmarkt voor de korte termijn niet positief is. In de meeste traditionele sectoren daalt de werkgelegenheid. Daarnaast zien we echter arbeid verdwijnen naar lage lonenlanden. 40% van de MKB bedrijven heeft het moeilijk en zal zeer terughoudend zijn met het aannemen van personeel. De flexibilisering van arbeid neemt sterk toe: het aantal zzp’ers is de afgelopen jaren met ongeveer 35% gestegen, maar het aantal opdrachten neemt niet toe. Daarnaast is het zorgelijk dat een deel van de groei of stabilisering in werkgelegenheid te vinden is in sectoren die publiek worden gefinancierd. Hier wordt komende jaren door de overheid stevig bezuinigd, dus ook hier zal de daling van de werkgelegenheid doorzetten. Het UWV voorspelt 3% minder banen in de komende collegeperiode. D66 wil dat de gemeente ondernemers zoveel mogelijk betrekt bij het in dienst nemen van werkzoekenden uit Rotterdam. De Economische Verkenning Rotterdam geeft aan dat er werk te vinden is bij (para-) medische, informatica en technische beroepen. De sector zorg en welzijn is de meest stabiele groeisector. De sector groothandel/import-export begint te stabiliseren en de zakelijke dienstverlening is de grootste daler. In 2012 waren er ondanks de crisis 39.000 unieke vacatures in de regio. In de regio zullen de komende tijd ook ongeveer 72.000 mensen met pensioen gaan. Dit zal niet direct eenzelfde aantal vacatures opleveren, omdat een deel van deze banen zal verdwijnen, maar een ander deel zal wel degelijk opnieuw worden ingevuld. Dit betreft met name werkgelegenheid voor hoger opgeleiden. En Rotterdam kan voor die hoger opgeleiden zorgen: met een universiteit, drie hogescholen, veel internationale studenten en sinds kort ook een University College. De Rotterdamse regio heeft in samenwerking gekozen om drie clusters extra te ondersteunen: de Medical Delta, Clean Tech en Industrial Design / creatieve industrie. D66 steunt deze ontwikkeling. Daarnaast kan worden ingespeeld om delen van de Maakindustrie en ambachten terug naar de stad te halen. Niet in de traditionele vorm, maar aansluitend bij de nieuwe economische ontwikkelingen. Bijvoorbeeld door het toevoegen van waarde aan onderdelen en halfproducten (value added logistics) en het weer stimuleren van het leren van ambachten onder jongeren. Hier ligt een gezamenlijke opdracht voor het onderwijs, de gemeente en het bedrijfsleven. Ook in Rotterdam neemt de flexibilisering van de arbeidsmarkt toe. Steeds meer werknemers krijgen een tijdelijk contract of een contract op zzp-basis. Het aantal vaste uren per week wordt ook steeds meer vervangen door flexibilisering. Daarnaast is er een grote stroom van arbeiders uit andere landen die in Nederland werk zoeken in een krimpende arbeidsmarkt. D66 is voorstander van flexibilisering, maar uitwassen zoals illegale arbeid moeten worden voorkomen. Werknemers uit lagere lonenlanden zijn welkom in Rotterdam, maar problemen met huisvesting en illegaliteit moeten worden aangepakt. Misbruik van collectieve voorzieningen moet worden tegengegaan.

1.2

Nieuwe en duurzame bedrijvigheid

Er is ruimte voor bedrijvigheid, voor innovatie en er is ruimte voor nieuwe initiatieven. D66 wil inzetten op de kansen van de duurzame economie. Volgens de Economische Verkenning Rotterdam zijn er kansen op werk in die duurzame bedrijvigheid, zoals bij kennisintensieve bedrijven, energiebedrijven en mobiliteit.

14


1.3

Internationalere binnenstad: meer bezoekers en meer bedrijfsleven

Rotterdam heeft het imago van een werkstad, maar ook de toeristische sector biedt kansen. Door versterking van de binnenstad kan het aantal bezoekers worden vergroot. En een aantrekkelijker binnenstad zorgt ook voor een goed vestigingsklimaat voor het (inter-)nationale bedrijfsleven. Iets wat Rotterdam naar de mening van D66 nog veel te weinig uitbuit! Rotterdam heeft een centrum dat continu vernieuwt. Met de opening van een nieuw centraal station en de renovatie van de Westersingel krijgt Rotterdam een mooie gateway naar het centrum. Hetzelfde geldt voor de bouwplannen bij de Koopgoot, de Coolsingel, het stadhuis en de landmark “De Rotterdam” op de Kop van Zuid. Rotterdam is en wordt steeds meer een dynamische metropool, waar toeristen in de stad en op het water een aantrekkelijk verblijf hebben. Rotterdam heeft veel evenementen, zoals de Marathon en Rotterdam Unlimited. Dit is goed voor de economie: er worden veel bezoekers door aangetrokken, die gebruikmaken van de winkels en de horeca. Evenementen moeten wel goed worden afgestemd met de ondernemers, die daar niet alleen profijt van hebben, maar ook last, door afsluiting van delen van het centrum. D66 kiest voor een sterke binnenstad, die meer bezoekers moet aantrekken uit de eigen stad, maar ook uit de rest van het land en internationaal. Er moet geïnvesteerd worden in beleving, gezelligheid en unieke plekken in de stad, zoals de overdekte markt, een internationale Kashba en aantrekkelijke winkels in het topsegment. Er kan nog meer worden samengewerkt met culturele instellingen om het centrum nog aantrekkelijker te maken. D66 wil de samenhang tussen de grote toeristische attracties versterken, zoals de verbindingen tussen Blijdorp, de Euromast, het Museumkwartier, Spido en de binnenstad. Initiatieven van marktpartijen moeten worden gesteund om Rotterdam nog aantrekkelijker te maken, bijvoorbeeld door sneller vergunningen af te geven en mee te denken in plaats van alleen te beoordelen of te controleren. D66 kiest voor behoud van het unieke karakter van de winkelkernen in de deelgemeenten, maar kiest wel voor meer diversiteit in het winkelaanbod en meer creativiteit en beleving.

1.4

Een grote, innovatieve, bedrijvige en duurzame haven

De haven is van oudsher dé plek waar het geld wordt verdiend in Rotterdam. Langzaam verdwijnt de haven uit het stadsbeeld: grotere schepen met meer lading worden op grotere overslagterreinen buiten de stad bediend, zeker na de opening van de Tweede Maasvlakte. D66 wil meer inzet op het verbinden van stad en haven.

De belangrijkste issues daarbij zijn: − de haven internationaal blijven promoten om de bedrijfsterreinen rond de haven compleet te bezetten; − Matching van vacatures in de haven met Rotterdamse werkzoekenden; − Blijvende inzet op veiligheid, duurzaamheid en kwaliteit blijft hoogstnoodzakelijk (zoals de recente gebeurtenissen bij Odfjell helaas aantonen).

15


1.4.1 Naar een duurzame haven D66 wil het huidige beleid “duurzame haven” doorzetten. Initiatieven voor een schonere haven, schonere schepen, schonere doorvoer via de binnenvaart en vervoerssystemen worden gestimuleerd. D66 wil dit samen met het bedrijfsleven oppakken: initiatieven zoals schepen uitvoeren met andere nieuwe energiebronnen, zoals LNG, dat veel schoner is dan stookolie juichen we toe. D66 heeft voor de haven de volgende lange termijn ambities op het gebied van duurzaamheid: - Het realiseren van volledig hergebruik van restwarmte, bijvoorbeeld door het benutten van industriële restwarmte voor stedelijke toepassing en in de tuinbouw. Een concreet project is het realiseren van een ‘stoompijp’ in de Botlek. Andere plannen zijn het realiseren van smart grids voor elektriciteit, het uitbreiden van de capaciteit van het hoogspanningsnet voor efficiënt transport van stroom, het verhogen van de bijstook van biomassa in kolencentrales en het gebruiken van dakoppervlak voor de opwekking van zonne-energie. - Daarnaast pleit D66 Rotterdam ervoor dat de gemeente Rotterdam samen met andere internationale havens die hetzelfde achterland bedienen (zoals Bremen, Hamburg en Antwerpen) emissie-eisen gaat stellen aan de schepen die de havens aandoen. Alleen met een gezamenlijke Europese inspanning kan de scheepvaart echt schoner worden. Samenwerking voorkomt dat

rederijen andere havens gaan kiezen met minder strenge regels.

1.4.2 De haven als motor voor de werkgelegenheid In de haven is nog steeds veel werkgelegenheid. D66 wil dat de gemeente het initiatief neemt met marktpartijen en met Port of Rotterdam, Deltalinqs om de vacatures in de haven in kaart te brengen en snel te matchen met werkzoekenden die staan ingeschreven bij het UWV en de dienst Sociale Zaken. Een voorwaarde daarvoor is dat de werkzoekende optimaal zijn opgeleid. Het bedrijfsleven klaagt steen en been dat ze vacatures voor gespecialiseerde functies niet goed kunnen vervullen omdat de werkzoekenden niet aan de juiste kwalificaties voldoen. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor de scheepsbouw, waar men nauwelijks lassers kan vinden. D66 Rotterdam wil een actieve campagne in het Rotterdamse onderwijs om leerlingen bewust te maken van de toekomstkansen in de techniek. Hier ligt een zware verantwoordelijkheid voor het onderwijs. De band tussen onderwijs en haven moet sterker waardoor werkzoekenden en vacatures beter op elkaar worden afgestemd. D66 wil dat alle betrokkenen de handen ineen slaan om hier met oplossingen te komen. Ook werkzoekenden moeten beseffen dat zij niet stil kunnen blijven zitten als er wel werk voorhanden is.

1.4.3 Naar een innovatieve haven Om innovatie te stimuleren, aantrekkelijk te blijven voor talent en internationale bedrijven moeten we samenwerking faciliteren. D66 Rotterdam pleit voor verregaande samenwerking met de TU Delft en andere geïnteresseerd universiteiten, bijvoorbeeld een dependance op de RDM Campus. Innovatie in de chemie en maritieme techniek kan het beste in Rotterdam! Ook de Erasmus Universiteit, Inholland en de Hogeschool Rotterdam doen al gericht onderzoek naar concrete vragen uit het bedrijfsleven. De verkoop van kennis via valorisatie levert een belangrijke economische impuls op.

16


1.4.4 Internationaal denken en handelen om lokaal te groeien D66 Rotterdam maakt zich sterk om Europees samen te werken. Wet- en regelgeving op het gebied van milieu, veiligheid, arbeidswetgeving voor de haven en industrie moeten we regelen met Europa om concurrentie met andere havensteden te voorkomen. D66 Rotterdam wil het imago van de stad internationaal te versterken door actief bedrijfsleven aan te trekken. De Rotterdam Investment Agency (RIA) werkt hard aan het naar Rotterdam halen van toonaangevende internationale bedrijven. D66 wil dat deze functie wordt versterkt.

1.4.5 Een sterkere regionale functie Regionale samenwerking wordt versterkt nu Port of Rotterdam (voorheen Havenbedrijf Rotterdam) het beheer van havens in de regio zoals Dordrecht overneemt. D66 Rotterdam juicht deze ontwikkeling toe. Versterking van de regio is goed voor de lokale economie. Een nadeel van een haven in meerdere gemeentes is dat afwijkende lokale weten regelgeving slagvaardigheid in de weg kan staan. Klachten van bewoners botsen soms met strategische belangen. D66 Rotterdam pleit daarom voor drie zaken: -

-

-

Het oprichten van één loket voor alle weten regelgeving voor de haven en industrie. Alle betrokken partijen zoals de brandweer, Port of Rotterdam, de Veiligheidsregio, DCMR Milieudienst Rijnmond, gemeente Dordrecht en gemeente Rotterdam moeten samen bedrijven klantvriendelijk helpen om aan de regels te voldoen. En handhaven als blijkt dat een bedrijf zich niet aan de regels wil houden. Regionale samenwerking van de havengemeenten. Bestemmingsplannen worden afgestemd en besluitvorming moet verlopen via één omgevingsplan voor ruimtelijke én milieu- en natuurkaders. Dit betekent dat de politieke controle en sturing samen moet gebeuren. D66 Rotterdam wil daarom een gemeenschappelijke havencommissie waarin leden van de verschillende gemeenteraden zitting nemen. Zij moeten samen de stem van bewoners vertolken, om zo goed beleid te krijgen. Met het plaatsen van kleinere containerhavens in het achterland, zoals in Alphen aan den Rijn, kan de verkeerscongestie in de Rotterdamse regio worden verkleind. Dit draagt ook bij aan de verbetering van de luchtkwaliteit. Het overslaan van containers op andere plekken in ons land langs de rivieren zorgt voor spreiding van het vrachtverkeer.

De haven wil zelf graag versterking van de autonomie van Port of Rotterdam binnen de gemeentegrenzen van Rotterdam. D66 Rotterdam vindt echter dat er altijd een democratische legitimering moet blijven en wil dat die positie blijft liggen bij de Rotterdamse gemeenteraad. Port of Rotterdam mag wel meer ruimte krijgen om ondernemerschap te tonen, maar dan wel binnen duidelijke afspraken en heldere kaders waarbinnen milieu, omgeving en veiligheid wordt bewaakt.

1.4.6 Streng zijn op veiligheid De noodzakelijke ingreep van de overheid in het opereren van Odfjell Rotterdam toont aan dat onveilige situaties in de bedrijven bestaan. D66 Rotterdam schaart zich achter de conclusies van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid. De handhavingsorganisaties van de gemeente en de veiligheidsregio moeten meer bevoegdheden krijgen om bedrijven te inspecteren. De vergunningsverlenging, het toezicht en de handhaving in Rijnmond moeten nauw met elkaar samenwerken. Toezicht- en handhavingsinformatie moet centraal beschikbaar zijn voor belanghebbenden. De gemeente moet deze

17


informatie samen met het Rijk, de provincie en de Veiligheidsregio openbaar maken. D66 Rotterdam voorstander om de samenwerking tussen Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, de Veiligheidsregio ZuidHolland Zuid (Dordrecht) en de Veiligheidsregio Midden-West Brabant op het gebied van industriële veiligheid te versterken.

1.5

Weer aan het werk

Effectief armoedebeleid gaat primair uit van eigen verantwoordelijkheid en is vooral gericht op het voorkomen van nieuwe instroom. Het is van belang om mensen die langdurig afhankelijk zijn van een uitkering aansluiting te laten houden bij de maatschappij. D66 vindt dat de gemeente bijstandsgerechtigden mag vragen maatschappelijk nuttig werk te doen, zolang dit de zoektocht naar een baan niet in de weg staat. Bijstand moet wat D66 Rotterdam betreft dan ook: zoveel mogelijk tijdelijk zijn; In de eerste plaats toeleiden naar werk; Als dat niet mogelijk is een zinvolle maatschappelijke dagbesteding. Rotterdam weet zich voor vele uitdagingen gesteld. Het vitaal houden van onze samenleving is cruciaal in het bouwen aan een solide toekomst voor burgers en maatschappij. Dit betekent in de eerste plaats zoveel mogelijk mensen aan het werk krijgen of op een andere wijze actief betrekken bij de maatschappij. In het hokje geduwd worden als ‘bijstandsgerechtigde’, ‘een Rotterdammer met beperking’ en dat ‘de Rotterdammer niet iets kan betekenen voor Rotterdam’ weerleggen we. We betrekken bijstandsgerechtigde Rotterdammers bij de stad. De Rotterdammer kiest dan zelf wel voor een vorm van activering bijvoorbeeld in een of meer van de volgende zes trajecten: opleiding/stage, leer/werkproject, werk, vrijwilligerswerk, mantelzorg, dagbesteding. Het re-integratietraject wordt toegespitst op de specifieke situatie van de bijstandsgerechtigde: De Wajonger wordt een opleiding aangeboden, de 65-plusser wordt een zinvolle dagbesteding aangeboden. Bij de Bijzondere Bijstand geldt volgens D66 Rotterdam dat deze zoveel mogelijk in natura moet worden uitbetaald. De bijstandsgerechtigde Rotterdammer, die meedoet aan een van de zes trajecten, kan worden beloond met een regeling in natura. Dit vervangt het ingewikkelde systeem van bijzondere bijstandsregelingen door een eenvoudiger systeem. Dan kunnen ook de dure vrijstellingsregelingen opgeheven worden. Het ‘Brugboekje’, de handleiding om de ontvangers van Bijzondere Bijstand wegwijs te maken in het systeem, zal dus dan ook in de toekomst niet meer uitgegeven hoeven te worden. D66 is voorstander van het garanderen van noodhulp voor de meest kwetsbare Rotterdammers. Zij hebben soms behoefte aan noodhulp. De gemeente steunt hierbij op maatschappelijke partners om een laatste vangnet te bieden.

18


19


2. E en duurzame en groene stad Een duurzaam Rotterdam betekent een gezond Rotterdam, een groen Rotterdam en een Rotterdam dat voorbereid is op de toekomst. Duurzaamheid zit in het DNA van D66. D66 Rotterdam heeft de afgelopen periode veel ingezet op duurzaamheid in Rotterdam, door voort te bouwen op het Rotterdam Climate Initiative en successen te boeken met het ambitieuze programma ‘Investeren in Duurzame Groei’. Stilstaan is geen optie: centraal staat het verbeteren van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving en het vergroenen van de economie. Duurzame keuzes maken is nodig niet alleen voor een beter milieu, maar ook voor economische groei op langere termijn. D66 Rotterdam wil de afvalproductie en het energieverbruik verlagen door meer gebruik te maken van recycling, adaptief bouwen (aangepast bouwen) en het energiezuiniger maken van bestaande gebouwen. Dit kan de gemeente niet alleen, inwoners en organisaties in de stad zijn cruciale partners om dit te bereiken. Daarom ziet D66 Rotterdam de gemeente meer dan alleen als controleur en als vergunningverlener voor de wettelijke taken. De gemeente Rotterdam hoort initiatieven die bewoners, bedrijven of instellingen nemen, te stimuleren en te begeleiden met kennis en kunde. Grondstoffen worden schaarser en de prijzen ervan stijgen wereldwijd sterk. D66 Rotterdam wil zo veel mogelijk grondstoffen hergebruiken en invulling geven aan de zogenaamde circulaire economie. De circulaire economie is een economisch systeem dat bedoeld is om herbruikbaarheid van producten en grondstoffen te maximaliseren en waarde vernietiging te minimaliseren. Afval (bijvoorbeeld restwarmte, CO2 en plastic) is een grondstof. D66 wil dat Rotterdam, met zijn haven en logistiek, een positie krijgt als ‘grondstoffenrotonde’ van Europa. Rotterdam is dan met de haven het Europese logistieke spilpunt voor de handel en is daarnaast een plaats waar afval wordt verwerkt tot nieuwe producten. D66 Rotterdam zet in op: -‐ Verbeteren luchtkwaliteit: Extra maatregelen voor een gezond Rotterdam en om in 2015 te voldoen aan de wettelijke normen -‐ Minder CO2-uitstoot: In 2025 is de uitstoot met 50% teruggedrongen ten opzichte van het niveau van 1990 en is de stad volledig klimaatbestendig -‐ Circulaire economie: Europese positie opbouwen voor Rotterdam met de grondstoffenrotonde

2.1

-‐

Duurzaam schoon en duurzaam heel

Een aantrekkelijk stad is schoon heel en veilig. Dat zijn de basisvoorwaarden om er prettig te kunnen wonen en werken. Wij zien daar echter niet alleen een verantwoordelijkheid van de overheid. Rotterdammers zelf spelen ook een belangrijke rol. De stedelijke normen voor schoon en heel van de afgelopen jaren wil D66 Rotterdam handhaven. Op advies van de gebiedscommissies kunnen deze normen in specifieke gebieden naar boven aangepast worden. Om Rotterdam duurzaam schoon te houden is meer nodig dan het ophalen van vuilnis of het vegen van de straten. D66 Rotterdam wil een goede balans tussen preventieve en repressieve maatregelen. Dat vereist ook een goede interne afstemming binnen het gemeentelijk ambtenarenapparaat. Verder ondersteunt D66 Rotterdam de ingeslagen weg om met innovatieve werkmethoden de stad zo efficiënt mogelijk schoon te houden, zodat ook de kosten beheersbaar blijven. Wij vinden dat daarbij nog meer de

20


nadruk op een duurzame aanpak mag komen te liggen, bijvoorbeeld in termen van water- en energiegebruik. 2.1.1 Graffiti bestrijding Graffiti in de vorm van tags dragen bij aan een verloederd straatbeeld. D66 wil een effectieve bestrijding daarvan. De succesvolle samenwerking met corporaties in een aantal gebieden heeft geleid tot fors minder graffiti overlast. D66 wil dat die aanpak ook in andere delen van de stad wordt ingevoerd. 2.1.2 Weesfietsen eerder van straat D66 vindt dat weesfietsen, die niet gebruiksklaar zijn, al na twee maanden van straat verwijderd moeten kunnen worden. In Rotterdam wordt een fiets met drie gebreken een fietswrak genoemd. Een fiets die door de eigenaar is achtergelaten en niet meer wordt gebruikt, wordt een weesfiets genoemd. Het kan wel drie jaar duren voordat een weesfiets een fietswrak is geworden en op basis van de huidige regels mag worden verwijderd. Dat leidt tot ophoping van vuil en het innemen van de schaarse plekken waar mensen hun fietsen kunnen stallen. D66 wil deze problematiek actief tegengaan, zowel preventief als repressief

2.2

Minder CO 2 -uitstoot en klaar voor klimaatverandering

Met het Rotterdam Climate Initiative (RCI) loopt Rotterdam voorop in de aanpak van CO2-uitstoot. Voor D66 Rotterdam blijft de doelstelling van het RCI – 50% minder CO2 en de hele stad climate proof in 2025 – het uitgangspunt. Er zijn al veel goedlopende maatregelen om CO2 terug te dringen. Met name het afvangen en transporteren van CO2 biedt grote kansen. Door middel van het grootschalig opslaan van CO2 onder de zeebodem (het ROAD-project), kan Rotterdam zich ontwikkelen als ‘CO2-hub’. Met het project valt geld te verdienen aan het verwerken van deze grondstof vanuit heel Europa. Rotterdam is mede dankzij de inspanning van D66 een voorbeeldstad op het gebied van klimaatadaptatie (de stad aanpassen aan het klimaat). Dankzij voorbeelden als drijvend bouwen, groene daken, grootschalige waterbergingen en waterpleinen. Dit leidt ook tot nieuwe impulsen voor onze economie.

2.3

Schone lucht voor een gezond Rotterdam

Voor D66 is luchtkwaliteit een aanhoudend punt van zorg en dus aandacht. Rotterdammers overlijden gemiddeld 1,5 jaar eerder dan de gemiddelde Nederlander en dat is deels toe te schrijven aan luchtverontreiniging. In 2015 moet Rotterdam voldoen aan Europese normen op het gebied van luchtkwaliteit. Zonder extra maatregelen gaat dat niet lukken. D66 Rotterdam zet in eerste instantie in op aanpak bij de bron, zowel bij burgers, kleine bedrijven, fabrieken en verkeer en vervoer. Te denken valt aan fiscale maatregelen en het stimuleren van schone productieprocessen en elektrisch vervoer en fietsen. Voor zover deze bronmaatregelen onvoldoende zijn, pleit D66 Rotterdam waar nodig voor meer ingrijpende maatregelen zoals milieuzones om aan de normen te voldoen. De normen voor luchtkwaliteit die nu gelden zijn gebaseerd op verouderde kennis. De huidige normen zijn gebaseerd op de concentraties grotere vervuilingsdeeltjes, terwijl de gezondheidsschade veroorzaakt wordt door de kleinere deeltjes, die nu niet gemeten worden. D66 Rotterdam wil dat ook deze kleinere deeltjes gemeten gaan worden en dat de gemeente hiervoor zelf normen gaat stellen. Hierbij dient opnieuw een afweging gemaakt te worden tussen de economische gevolgen van deze normen en de gezondheidsschade. Naast het verbeteren van luchtkwaliteit is ook het terugdringen van geluidshinder voor D66 Rotterdam belangrijk. D66 Rotterdam wil de komende periode vooral werk maken van stil asfalt en gevelisolatie, zodat minder Rotterdammers overlast ervaren van het verkeer.

21


Voorbeeld: Duurzame zwembadverwarming door innovatief aanbesteden Een goed voorbeeld voor D66 Rotterdam is het duurzamer maken van zwembadverwarming. Dit levert op lange termijn geld op: met duurzamere technieken kan namelijk de energierekening fors omlaag. Op initiatief van D66 Rotterdam zette de gemeente de energierekening vijf jaar op het huidige prijsniveau vast. Marktpartijen mochten vervolgens binnen dat bedrag voorstellen doen voor een duurzame en goedkopere oplossing. Het verschil tussen de kosten van de gerealiseerde oplossing en de vastgezette rekening komt toe aan het bedrijf. Na de vastgestelde periode gaat de rekening ook voor de gemeente en belastingbetaler omlaag. Al die jaren wordt het milieu minder belast.

2.4

Minder energieverspilling

Het voorkomen van verspilling van energie bij bedrijfsleven en huishoudens is goed voor het milieu, maar zorgt ook voor een lagere energierekening. Kostenbesparing en duurzaamheid gaan hiermee hand in hand. In Rotterdam wordt verreweg de meeste energie gebruikt in de haven en de industrie. Het bedrijfsleven in de haven heeft zich door afspraken met de gemeente gecommitteerd aan energiebesparing. Er worden echter vanwege het relatief vrijblijvende karakter van deze afspraken nog te weinig resultaten geboekt. D66 Rotterdam is daarom voor robuustere maatregelen. De gemeente moet bedrijven stimuleren om energiebesparende maatregelen na te leven die zich binnen vijf jaar terugverdienen. Dat staat in de wet en de gemeente moet deze verplichting handhaven, vindt D66. Daarnaast kent Rotterdam energieverspillende woningen. Wat D66 Rotterdam betreft gaat de gemeente verder met de aanpak om bestaande, particuliere bouw via een garantiefonds te ondersteunen bij het realiseren van energiebesparingsmaatregelen, zoals: isolatie, dubbele beglazing, een nieuwe cv-ketel of eigen duurzame energieopwekking. Hierdoor kan de energierekening van Rotterdammers flink dalen en kunnen de woonlasten betaalbaar blijven. D66 Rotterdam pleit er voor om Rotterdam het voortouw te laten nemen in het Energieakkoord. De buitenverlichting in Rotterdam kan een stuk duurzamer. D66 Rotterdam is voor het toepassen van LED-verlichting om kosten te besparen en het milieu minder te belasten.

2.5

Meer duurzame energie

Naast het zuiniger omgaan met energie, zet D66 Rotterdam in op de duurzame opwekking van energie (met behulp van de zon, water, wind of andere duurzame technieken). Uitgangspunt daarbij is dat energie zo dicht mogelijk bij de afnemer wordt opgewekt. Het aandeel van lokaal en duurzame opgewekte energie in het totale aanbod van energie moet worden vergroot. Rotterdam draagt zo bij aan de realisatie van de Nederlandse doelstelling van 14% duurzame energie productie in 2020. Het bereiken van deze doelstelling vraagt grootschalige ingrepen, zoals de omschakeling bij de elektriciteitsproductie. Slimme netwerken dragen hieraan bij. D66 wil de netbeheerders stimuleren hierin te investeren door belemmeringen weg te nemen. Maar dit vraagt ook kleinschalige, lokale initiatieven; voor D66 Rotterdam vormt het bewonersinitiatief BLIJstroom in Blijdorp hierbij een goed voorbeeld. Bewoners slaan de

22


handen ineen, zij produceren en kopen gezamenlijk schone energie. Door dit initiatief als voorbeeld te nemen kan Rotterdam andere bewonersinitiatieven oproepen om met plannen te komen.

2.6

Meer doen met afval

Afval is voor D66 Rotterdam een grondstof. Iedere kilo afval die niet in de verbrandingsoven of op de stortplaats verdwijnt, biedt naast milieuwinst ook economische kansen. Door de nuttige afvalstoffen (kunststof, glas, papier) geschikt te maken voor een nieuw gebruik legt de gemeente de basis voor Rotterdam met een unieke positie in Europa als ‘grondstoffenrotonde’, een plek om grondstoffen te verzamelen, na te bewerken en weer te distribueren. Dankzij de haven kan Rotterdam hierin een centrale rol spelen. D66 Rotterdam wil bedrijven stimuleren en trekken naar Rotterdam die inhoud kunnen geven aan deze positie. D66 Rotterdam is daarom een groot voorstander van scheidingsmogelijkheden voor kunststof, naast de al bestaande scheiding aan de bron van glas, papier en kleding. Door zelf het goede voorbeeld te geven en zelf een leverancier aan de grondstoffenrotonde te zijn. Het voordeel is dat gescheiden kunststof geld oplevert, omdat ongescheiden huishoudelijk afval geld kost. Een hoger scheidingspercentage leidt daarom direct tot een lagere afvalstoffenheffing. De grondstoffenrotonde draait niet alleen om meer gangbare grondstoffen uit huishoudens, maar ook om grondstoffen zoals hout, fosfaten, (edele) metalen of minerale grondstoffen die gezamenlijk bekendstaan als 'zeldzame aarde' en nodig zijn voor de hightech industrie (smart phones, flatscreens, hybride auto’s, etc.). Afval dat nog wel in de afvalverwerking verbrand wordt, dient wat D66 Rotterdam betreft als nuttige brandstof. De warmte die bij de verbranding vrij komt, wordt hergebruikt in de stad, gebruikmakend van de warmtepijpleiding die afgelopen periode gerealiseerd is tussen de AVR (het afval- en energiebedrijf in Rotterdam) en de binnenstad. Daarnaast wil D66 Rotterdam invulling geven aan het principe van ‘de vervuiler betaalt’ en wil de mogelijkheden onderzoeken hoe de afvalstoffenheffing afhankelijk gemaakt kan worden van de aangeboden hoeveelheid restafval per huishouden met inachtneming van de praktische haalbaarheid.

2.7

Een groene leefomgeving

Mede dankzij D66 Rotterdam zijn er de afgelopen periode meer dan 6.000 bomen geplant in de stad. D66 Rotterdam wil structurele ruimte voor vergroening in het investeringsbudget van de gemeente. Bijvoorbeeld voor meer kleine parkjes, groene stroken en perken. D66 Rotterdam wil dat de gemeente de aanleg van groene daken, gevelmuren, moestuinen en de inrichting van tijdelijke groene ruimten stimuleert en mogelijk maakt. Momenteel worden hier kleine subsidies voor gegeven, zodat mensen gestimuleerd worden om hun eigen omgeving groener te maken. D66 Rotterdam wil dit voortzetten. Hoewel Rotterdam een groene stad is, is de verdeling van het groen over de wijken, en vooral de mogelijkheid om van groen te genieten, niet overal even goed. D66 Rotterdam pleit voor vergroening van stenige plekken en het sparen van groen bij onderhoud van de buitenruimte en de (her)ontwikkeling van gebouwen. Voor D66 Rotterdam is een belangrijk uitgangspunt hierbij dat dit samen met bewoners en ondernemers wordt vormgegeven. Niet alleen in de ontwerpfase, maar juist ook nadat de groene plekken ingericht en opgeleverd zijn. Een grotere betrokkenheid van bewoners zelf bij het beheer en onderhoud van de groene plekken leidt niet alleen tot een hoger kwaliteitsniveau van het openbaar groen, maar heeft nog tal van positieve sociale en economische effecten.

23


Ook voor reeds groene wijken geldt dat D66 Rotterdam graag ziet dat bewoners een grotere rol gaan spelen in het beheer en onderhoud. Toch zal er een substantiële taak voor de gemeentelijke overheid blijven als het gaat om het beheer en onderhoud van het groen in Rotterdam, vooral voor de wat grotere structuren. Wat D66 Rotterdam betreft een uitgelezen kans om niet alleen stedenbouwkundige afwegingen een rol te laten spelen bij de keuze voor de aanplant, maar ook ecologische. Slimme, op ecologische principes gestoelde aanplant kan leiden tot minder onderhoudskosten: planten houden elkaar in evenwicht en er ontstaan minder ziektes. En door bijvoorbeeld het aantal maaibeurten van gras te verminderen van 22 keer per jaar naar slechts een aantal keer (ecologisch beheer) krijgen niet alleen wilde bloemen een kans, maar levert dit ook direct een besparing op.” Bij overlast van dieren (muskusratten, duiven, ganzen, exoten) prefereert D66 Rotterdam humane bestrijdingsmanieren.

2.8

Ruimte voor Stadslandbouw

Stadslandbouw is een manier om de stad op een productieve manier groener te maken, sociale verbanden te versterken en een relatie te leggen tussen de stad en de omgeving. Stadslandbouw stimuleert bovendien de lokale economie. D66 Rotterdam koestert hierbij de particuliere initiatieven.

2.9

Betere afstemming werkzaamheden in en op de grond

D66 Rotterdam wil de spelregels voor werken in de openbare ruimte aanpassen. Nog te vaak werken de verantwoordelijken voor kabels, leidingen, riolering bestrating en inrichting van de openbare ruimte langs elkaar heen. Met als gevolg onnodige overlast voor bewoners en ondernemers en ondoelmatige besteding van (semi-)publieke middelen. De gemeente probeert zeer vroegtijdig de andere spelers te betrekken bij de onderhoudsplannen. Echter, een prikkel ontbreekt bij deze andere spelers. D66 Rotterdam wil meer prikkels voor verminderen overlast en doelmatiger besteding van middelen. Bijvoorbeeld dat de verwachte levensduur van de verharding mee gaat tellen voor de hoogte van de vergoedingen in de Schaderegeling Ingravingen Rotterdam

24


25


3. Zorg voor elkaar Rotterdammers zijn verantwoordelijk voor hun zorg en welzijn en moeten elkaar helpen waar het kan. Mensen moeten vooral kijken naar wat ze wel kunnen om zo zelfstandig mogelijk te leven. Voor de meest kwetsbare groep Rotterdammers, die hun zorg of hulp niet zelf kunnen regelen, moet de gemeente ondersteuning bieden. In de komende jaren staan er grote veranderingen in zorg en welzijn voor de deur. De gemeente wordt vanaf 2015 verantwoordelijk voor grote delen van de zorg en de rijksoverheid trekt zich terug. Deze decentralisatie via onder meer de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en Jeugdwet gaat gepaard met forse bezuinigingen. Hoe groot die bezuiniging zal zijn is nog niet volledig duidelijk, maar het is wel met zekerheid te zeggen dat de gemeente dezelfde zorgtaken moet uitvoeren met fors minder budget. Het wordt een uitdaging om de noodzakelijke zorg aan mensen te kunnen leveren. Dit vraagt om een nieuwe manier van werken en D66 Rotterdam wil deze kans aangrijpen om de zorg anders te organiseren. De nieuwe Rotterdamse zorgaanpak kenmerkt zich wat D66 Rotterdam betreft door: zorg voor en door mensen organiseren, dichtbij en zonder versnippering. Eén aanspreekpunt voor de meest kwetsbare groep met verschillende problemen hoort bij die aanpak.

D66 Rotterdam zet in op: - Een nieuw Rotterdamse zorgaanpak: meer ruimte voor zorgvrager en zorgverlener en één raad voor zorg en welzijn - Eén aanspreekpunt in ondersteuning van kwetsbare Rotterdammers - Terugkeer van lokale test op soa’s en drugs

3.1

De nieuwe Rotterdamse zorgaanpak

D66 Rotterdam vindt dat zorg meer moet zijn dan een vangnet. Waar mogelijk moet het een springplank bieden: ook bij degenen die hulp nodig hebben moet het uitgangspunt zijn wat men wél kan, in plaats van wat men níet kan. D66 is ervan overtuigd dat mensen die hulp nodig hebben beter af zijn als deze hulp hun leven niet overneemt. Om dit uitgangspunt te realiseren, wil D66 aan de slag met de nieuwe Rotterdamse zorgaanpak. Dat is mogelijk, want door decentralisatie kan Rotterdam zelf bepalen hoe de zorg wordt georganiseerd. In de Rotterdamse zorgaanpak moeten Rotterdammers ook in zorg keuzevrijheid hebben en zorgverleners moeten ruimte krijgen om hun beroep zo goed mogelijk uit te oefenen. De ondersteuning vanuit de zorg moet zoveel mogelijk tijdelijk van aard zijn en gericht zijn op meedoen in de samenleving. Ook zal de zorgvrager steeds meer een beroep doen op het eigen netwerk: vrienden, mantelzorgers, buren en vrijwilligers. Rotterdammers die geen sociaal netwerk hebben of met een chronische ziekte kampen hebben langdurig ondersteuning nodig. Daar moet de overheid extra hulp bieden, zodat niemand tussen wal en schip valt.

26


3.2

Minder sturing vanuit de overheid

D66 Rotterdam pleit voor minder sturing vanuit de overheid op het gebied van zorg, welzijn, buurt-, jongeren- en ouderenwerk. In plaats van directe sturing stelt de gemeente heldere kaders vast en stimuleert innovaties en initiatieven vanuit de samenleving. D66 Rotterdam stelt voor, bijvoorbeeld voor deel van het budget, eens in de vier jaar, conform het voorbeeld van het Cultuurplanproces, instellingen en particulieren met voorstellen op wijkniveau te laten komen binnen de door de gemeenteraad vastgestelde (budgettaire) uitgangspunten. Een onafhankelijke Raad voor Zorg en Welzijn, bestaande uit zorgprofessionals en cliëntvertegenwoordigers, toetst deze voorstellen. De gemeenteraad heeft vervolgens op basis van dit advies de laatste stem. Om goede resultaten te bereiken zal de gemeenteraad de effectiviteit van interventies beoordelen op basis van metingen. Via deze systematiek zullen er eerder innovatieve kruisbestuivingen ontstaan tussen bijvoorbeeld onderwijs, sport, cultuur, zorg en welzijn. Wanneer een zorgverlener niet levert wat er afgesproken is behoudt de gemeente altijd een stok achter de deur om in te grijpen en kan de overeenkomst met de zorgverlener worden beëindigd. De opzet met een Raad voor Zorg en Welzijn biedt meer ruimte aan (bestaande) innovaties in Rotterdam op het gebied van zorg en welzijn. Daarbij valt te denken aan het tuinmanconcept van Creatief Beheer. In die aanpak worden bijstandsgerechtigden niet in het Westland aan het werk gezet, maar gaan zij aan de slag met groen in hun eigen wijk en buurt aan de slag gaan. Ook zijn er boksscholen die zich op probleemjongeren richten. Jongeren leren daar niet alleen boksen voor hun toekomst, maar worden ook met huiswerk begeleid. Dat soort eigen kracht vanuit de samenleving wil D66 Rotterdam graag ondersteunen.

3.3

Eén aanspreekpunt in zorgondersteuning

D66 wil met de nieuwe zorgaanpak voor elkaar krijgen dat de zorgvrager en zorgverlener zelf de regie hebben over zorg en welzijn. Ook de meest kwetsbaren in onze samenleving moeten betrokken worden bij beslissingen die hen aangaan. Daarom zet D66 Rotterdam in op de organisatie van de zorg rondom diegene die zorg vraagt, of dat nou cliënt of patiënt heet. In sommige kwetsbare gezinnen is sprake van complexe situaties waarbij meerdere zorgverleners en organisaties betrokken zijn. Daarbij blijkt keer op keer dat organisaties in Rotterdam te veel verkokerd werken. Zorgdeskundigen weten niet van elkaar welke behandelingen er lopen. De patiënt ziet door de bomen het bos niet meer. Daarom vindt D66 Rotterdam een goede begeleiding door een onafhankelijke deskundige – zeker voor hen die dat echt nodig hebben - van groot belang. Deze zorgcoördinator kent in ieder geval de persoonlijke situatie van de zorgvrager en alle aanbieders in het veld. Op basis van zijn of haar wensen en mogelijkheden stelt de zorgvrager, waar nodig samen met de zorgcoördinator, een zorgplan op. Het netwerk van mantelzorgers en vrijwilligers speelt daarbij een belangrijke rol. Zo kunnen bijvoorbeeld de gescheiden werelden van verslavingszorg, schuldhulpverlening en toeleiding naar werk meer gekoppeld worden. Daarmee wordt armoedebestrijding effectiever. D66 Rotterdam pleit voor sterke organisatie van de zorg en welzijn per wijk. Dit zorgt voor samenhang in de aanpak en zorgprofessionals die elkaar en mensen in de wijk kennen. Een goed voorbeeld zijn ook de plekken waar verschillende zorgverleners samen werkruimtes delen. Zij lunchen daardoor bijvoorbeeld samen en zo komt op natuurlijke wijze kennisuitwisseling tot stand.

27


3.4

Wmo inkomenstoets in plaats van eigen bijdrage

De zorgkosten per inwoner van Rotterdam lopen op. Om toch minder uit te kunnen geven aan zorg wil D66 Rotterdam scherp kijken naar onnodige besteding van publiek geld. Momenteel kunnen vermogende Rotterdammers met een beperking bijvoorbeeld gebruik maken van een collectieve voorziening van de gemeenten. D66 vindt dat de gemeente Rotterdam samen met andere grote steden moet pleiten voor een inkomenstoets in de Wmo in plaats van de bureaucratische inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Iemand met een hoog inkomen kan de scootermobiel zelf betalen.

3.5

Gratis testen op soa en drugs

Jongeren in Rotterdam nemen vaak risico’s die hun zorg en welzijn kunnen raken. Een deel van deze groep is kwetsbaar en voorlichting over bijvoorbeeld seks en drugs vindt D66 van belang. D66 is een voorstander van de terugkeer van lokale testpunten voor onder andere soa’s en xtc-pillen omdat hier een preventieve werking vanuit gaat. Sinds afschaffing van deze testpunten is het aantal overlijdensgevallen als gevolg van slechte xtc-pillen landelijk gestegen. Niet alleen de mobiele testpunten zijn verdwenen, maar ook het vaste testpunt is in Rotterdam verdwenen. D66 Rotterdam wil dat deze terugkeren. Ook moeten jongeren gratis en laagdrempelig kunnen testen of ze een soa hebben om een verdere stijging van het aantal geslachtsziekten onder jongeren en alle gevolgen van dien op latere leeftijd te voorkomen. Wat D66 Rotterdam betreft start de voorlichting richting kinderen en jongeren over verschillende gezondheidsthema's op jongere leeftijd. Op aandringen van de D66-fractie is de afgelopen jaren ook alcoholvoorlichting gegeven aan jongere leeftijdscategorieën. Uit cijfers bleek namelijk dat de voorlichting te laat begon. Kinderen startten eerder met de consumptie van alcohol dan het moment waarop zij voorgelicht werden. Ook op andere gebieden is D66 voorstander van een zo vroeg mogelijke voorlichting. Te denken valt aan drugs, roken en seksualiteit.

3.6

Aanpak huiselijk geweld en kleinschalige maatschappelijke opvang

D66 Rotterdam vraagt aandacht voor de aanpak van huiselijk geweld. Vaak is er sprake van multiproblematiek en mensen die hierdoor worden geraakt zijn kwetsbaar. Huiselijk geweld is in de ogen van D66 Rotterdam geen veiligheidsprobleem, maar een sociaal probleem. Acuut ingrijpen is mogelijk te kiezen door uithuisplaatsing van het slachtoffer. Het vervolgtraject is een complete gezinsaanpak, waarbij één regisseur uit het wijkteam de zorg coördineert. Uiteraard zullen slachtoffers van huiselijk geweld opgevangen moeten worden. Dit kan het beste in kleinschalige opvang. Momenteel komen slachtoffers vaak terecht in centrale opvang en zitten ze daar nu soms 1,5 jaar. Via kleinschalige opvang kunnen slachtoffers het makkelijkst weer terugkeren in de maatschappij en haar of zijn leven weer oppakken. Dus centrale opvang zo klein mogelijk en meer doorstroomwoningen. Dit geldt ook voor verslaafden en daken thuislozenopvang. D66 Rotterdam is voorstander van het creëren van gebruikersruimten en het medisch verstrekken van harddrugs binnen een afkickprogramma. Het medisch verstrekken van drugs voorkomt veel criminaliteit. Door goede afstemming met omwonenden over de locatie kan overlast effectief worden vermeden. Door op de juiste plekken goede opvang te bieden met medische en psychische zorg, wordt de leefomgeving van mensen veiliger en verbetert het leven van verslaafden. Geestelijke gezondheidszorg moet toegankelijk zijn en blijven.

28


3.7

Eenzaamheid

D66 is zich bewust van het feit dat eenzaamheid van circa 80.000 Rotterdammers een groot probleem is ( Factsheet Eenzaamheid GDD Rotterdam 2011). In Rotterdam Rijnmond zijn meer eenzame mensen dan gemiddeld in Nederland. Het inzetten om mensen met elkaar te verbinden is van belang en rekening houdend dat voor vele mensen, ondanks de behoefte aan hulp, de drempel vanuit eenzaamheid nog hoog is en deze te verlagen. Het is een groot misverstand dat eenzaamheid alleen onder ouderen voorkomt. Het bewustzijn van het bestaan en het ook inzetten op andere leeftijdscategorieën maakt de kans op eenzaamheid op latere leeftijd kleiner. Bovendien kan en moet er zo meer aandacht uitgaan naar de economische omstandigheden. De factoren armoede en eenzaamheid blijken elkaar immers erg te versterken. D66 stelt dan ook daarom dat een interventie alleen effectief kan zijn als deze aansluit bij de achtergronden en het type van iemands eenzaamheidsgevoelens. Daarom wil D66 juist ook via de inzet van de zorg en welzijn per wijk, dichtbij de mensen. D66 staat voor maatwerk en vindt dat aandacht voor verschillende achtergronden van eenzaamheid, zodat mensen interventies en hulp krijgen die bij ze past.

29


“Onderwijs:

eigen kracht voorop”

30


4. Onderwijs: eigen kracht voorop D66 wil investeren in kwalitatief hoogwaardig onderwijs. Iedere Rotterdammer heeft het recht om zich te bekwamen en te kwalificeren voor een beroep om een zelfstandige positie in de maatschappij te kunnen innemen. Iedere jongere moet zich ook zelf tot het uiterste inspannen om een startkwalificatie te behalen. De jeugd zal in zichzelf moeten investeren en optimaal gebruik moeten maken van de mogelijkheden die het onderwijs biedt. De gemeente kan daar, zij het met bescheiden middelen, aan bijdragen. Rotterdam heeft veel getalenteerde jongeren: geef ze de ruimte en laat hen zelf keuzes maken hoe ze deze talenten willen ontwikkelen, maar wees ook realistisch wat betreft het toekomstperspectief van deze keuzes.

D66 Rotterdam zet in op: - Bij het jonge kind: veel aandacht voor taal- en rekenprogramma’s; daar waar nodig, focus op het wegwerken van achterstanden - Het opzetten van integrale kindcentra op een school op Noord en een school op Zuid - Het geven van ruimte voor bijzonder talent en ruimte voor excellentie - Het versterken van de mogelijkheden voor een internationale oriëntatie in beroeps- en hoger onderwijs - Het versterken van de kenniseconomie in de driehoek: onderwijs, bedrijfsleven en gemeente

4.1

Biedt jonge kinderen optimale basis voor talentontplooiing

D66 wil dat de focus wordt gelegd op een vernieuwende, verfrissende aanpak in het onderwijs. Voor D66 is de belangrijkste vraag: wat voegt het onderwijs toe aan het kind? Minder relevant is de focus op de organisatiestructuur. Die moet altijd ondergeschikt zijn aan de focus op de inhoud van het onderwijs. D66 Rotterdam wil dat het imago van het Rotterdamse onderwijs verschuift van probleemaanpak naar vernieuwend, topkwaliteit en ruimte voor experimenteren. D66 Rotterdam onderschrijft dat er nu een focus is op het Nationaal Programma Rotterdam-Zuid, maar vindt wel dat de daar ontwikkelde vernieuwingen snel moeten worden doorgezet naar het totaal van de stad. De aandacht dient niet alleen uit te gaan naar kinderen die in een achterstandssituatie zitten, maar ook naar de jeugd die gemiddeld of bovengemiddeld presteert. Beide groepen verdienen aandacht.

4.1.1

Problemen met zwakke scholen oplossen

D66 Rotterdam vindt aandacht voor zeer jonge kinderen zeer belangrijk. Vanaf 2 jaar moet er al worden gewerkt aan taalvaardigheid, spelen leervaardigheden om achterstanden die al op vroege leeftijd ontstaan zoveel mogelijk te voorkomen. D66 Rotterdam vindt het daarbij belangrijk dat taalachterstanden niet alleen op school worden aangepakt, maar ook dat ouders worden ondersteund in hun taalontwikkeling en die van hun kinderen, bijvoorbeeld zoals met de voorleesexpres waarbij vrijwilligers samen met ouders thuis voorlezen of taalcoaching door vrijwilligers. Het bestaan van zwakke scholen in het basisonderwijs is uit den boze. Dit moet volgens D66 Rotterdam op twee manieren worden aangepakt:

31


1. Er moet zwaar worden ingezet op het investeren in goede docenten en schoolleiders. De docent voor de klas en een goede schoolleider zijn de sleutel tot succes. Die rol en functie moet worden gewaardeerd en gerespecteerd. Er moet meer maatwerk (bij)scholing komen op basis van de vraag van de Rotterdamse docent. Wat die nodig heeft om het werk in de meest brede zin van het woord goed uit te voeren, staat centraal. De docent 2.0 is wat D66 betreft een hoog opgeleide docent die zowel qua vakkennis, kennis van pedagogiek en zorgstructuur in staat is om kinderen optimaal te begeleiden. Her- en bijscholing is noodzakelijk. Het Rotterdamse Hoger Onderwijs moet haar verantwoordelijkheid nemen hieraan bij te dragen. Die investering verdient zich later terug.

2. D66 kiest voor open en transparante aanmeldprocedures, zodat de vrije schoolkeuze voor ouders nooit in het geding komt. Alleen bij overinschrijving op een bepaalde school kunnen er wat D66 betreft extra eisen worden gesteld, waarbij de aanwezigheid van broertjes of zusjes op de school en de nabijheid van de school voor het kind de doorslag zouden moeten geven. We vinden dat de kinderen hoe dan ook naar de dichtstbijzijnde school in hun buurt moeten kunnen, omdat de leefwereld van kinderen op de basisschool primair in hun eigen buurt plaatsvindt. Andere selectiecriteria zijn wat D66 betreft uit den boze.

4.1.2

Combineer kinderopvang en voorscholen

D66 wil dat er meer combinaties gemaakt worden van kinderopvang en voorschool door kinderopvanginstellingen ook de voorschoolfunctie te laten vervullen. Hierbij stelt de gemeente eisen aan de pedagogische kwaliteit, naast het bestaande toezicht dat de GGD nu al uitvoert. Het huidige systeem van kinderopvang en peuterspeelzalen (voorscholen) in Nederland werkt segregatie op basis van sociaaleconomische klasse in de hand. Zowel de peuterspeelzaal kinderen als de peuters die naar de kinderopvang gaan zullen hiervan profiteren. De keuzevrijheid van ouders blijft voorop staan.

4.1.3

Het Integraal Kind Centrum

D66 wil extra aandacht voor de specifieke positie van het basisonderwijs in de wijken van Rotterdam. Daar waar er sprake is van multiproblematiek is D66 voorstander van het opzetten van Integrale Kind Centra) waar instanties samenwerken in een zo optimaal mogelijke zorgen begeleidingsstructuur. Het voorkomt dat verschillende instanties langs elkaar heen werken. D66 Rotterdam is voorstander van een experiment dat later in meerdere wijken kan worden uitgerold. We willen in Rotterdam de mogelijkheid onderzoeken van het opzetten van integrale leerzorgcentra voor kinderen waarbij basisonderwijs, opvang en zorg worden gecombineerd en geïntegreerd. D66 is voorstander van een één loketfunctie, dichtbij of op de school, waar de ouders terecht kunnen voor vragen of hulp.

4.1.4

Passend onderwijs voor elk kind gegarandeerd

Scholen zijn bezig met het in praktijk brengen van de wet op het passend onderwijs, waarbij de samenwerkende scholen worden verplicht elk kind dat extra ondersteuning nodig heeft een passend aanbod te bieden. Dat kan zijn extra voorzieningen in de eigen school of doorverwijzing naar het juiste aanbod speciaal onderwijs. Dit betekent dat de ouders niet meer zelf op zoek moeten naar passend onderwijs. De ouders worden uiteraard wel betrokken bij de keuze van de school en de aanpak voor hun

32


kind. D66 Rotterdam wil dat de gemeente kan garanderen dat er voor elk kind een passende school in Rotterdam is en vindt dat de gemeente moet bemiddelen als er knelpunten zijn.

4.2

Brede school behouden

4.3

Meer aandacht voor talent

D66 Rotterdam is groot voorstander van de brede school, omdat een brede ontwikkeling van kinderen hen ook helpt bij de ontwikkeling van de meer cognitieve vaardigheden. Wat D66 betreft blijft de brede school dan ook ‘breed’ en verengt het niet tot extra uren taal en rekenen. Wat D66 betreft bepalen scholen zelf naar welke extra kennis, vaardigheden en activiteiten de extra uren gaan en wat nodig is om de algemene ontwikkeling van kinderen te stimuleren. Dat kan betekenen dat op scholen met taal- en rekenachterstanden er extra taal- en rekenlessen worden gegeven, maar kan ook betekenen dat kinderen op scholen in sociaal kwetsbare wijken lessen in weerbaarheid krijgen. Ook sporten cultuur- en recreatieve activiteiten blijven wat D66 betreft een belangrijk onderdeel van de brede school. D66 is daarnaast voorstander van de terugkeer van de vakdocenten lichamelijke oefening, zodat op een zo hoog mogelijk niveau bewegingslessen kunnen worden gegeven en kinderen op zo jong mogelijk leeftijd op een positieve manier via school in contact komen met de verschillende sporten bewegingsvormen.

Door de aanwezigheid van de Erasmus Universiteit en het Erasmus Medisch Centrum heeft de stad veel excellente wetenschappers die nationaal en internationaal bijdragen aan innovaties. D66 vindt dat excellente, hoogbegaafde jongeren moeten worden gekoesterd en dat hiervoor programma’s moeten worden ontwikkeld, waardoor deze jongeren zich optimaal kunnen ontwikkelen. Ook Rotterdam moet zich hierop onderscheiden. Geef ruimte aan excellentie. Dit geldt ook voor jongeren die zich al vroeg specifiek willen bekwamen, bijvoorbeeld in sport of cultuur: dat hoeft niet steeds met grote subsidies gepaard te gaan. Creatief gebruik maken van de aanwezige kennis en slim organiseren zorgt ervoor dat elke jongere op z’n plaats komt. Naast het sturen op gemiddelde Cito-scores en gemiddelde eindscores in het voortgezet onderwijs vindt D66 het daarom belangrijk dat ook wordt gestuurd op het percentage bovengemiddeld presterende kinderen. Aandacht voor leerlingen met achterstanden mag en kan wat D66 betreft niet ten koste gaan van bovengemiddelde presterende leerlingen. E-learning kan daarbij een belangrijk hulpmiddel zijn en geeft een impuls aan innovatief onderwijs. D66 vindt dat Rotterdam voorloper moet worden om e-learning op een optimale manier in te zetten voor zowel excellentieprogramma’s als bij leerachterstanden. Het hoger onderwijs kan hiervoor ten behoeve van het basisonderwijs en voortgezet onderwijs extra initiatieven nemen.

4.4

Voorkom voortijdig schooluitval: iedere jongere een startkwalificatie:

D66 vindt dat iedere jongere een startkwalificatie moet hebben en vindt dat er op de scholen van voorschool tot en met beroepsonderwijs extra middelen moeten worden ingezet om taal- en rekenachterstanden en laaggeletterdheid aan te pakken. Het voortijdig schoolverlaten moeten worden tegengegaan. D66 is voorstander van experimenten zoals op de Hugo de Groot school waarbij naar Amerikaans voorbeeld hoge eisen worden gesteld aan de jongeren, maar waar ook extra mogelijkheden zijn om achterstanden weg te werken. D66 vindt dat de sociale voorhoede hier meer benut kan worden: zet sociale stijgers in als rolmodel. Doe dit in onderwijs, sport, bedrijfsleven en leg onderling de verbinding. Verbind succes aan bijna succes en doe niet mee aan negatieve stigmatisering.

33


Rotterdamse jongeren die op het vmbo zitten moeten zich optimaal kunnen voorbereiden op het beroepsonderwijs. D66 gelooft in de kracht van mensen op alle onderwijsniveaus en wil dat Rotterdam onderzoeksgebied wordt om het vmbo fundamenteel te vernieuwen en aan te passen aan de eisen van deze tijd. Bijvoorbeeld door individuele leerroutes samen te stellen en structureel aan de slag te gaan met tussentijdse toetsing. D66 vraagt aandacht voor de jongeren die in het beroepsonderwijs een niveau-1 of niveau-2-opleiding volgen. Deze jongeren dreigen in de grote concurrentieslag om banen het kind van de rekening te worden, omdat de banen naar mbo’ers met een niveau-3 of niveau-4-opleiding gaan. D66 gelooft in de kracht van mensen en vindt dat deze jongeren een zelfstandige volwaardige plaats in de samenleving verdienen. Ook dit onderwijs moet worden vernieuwd, uitgaande van een goede pedagogische en didactische setting. Verzuim en schooluitval is een relatief groot probleem in Rotterdam. Dat moet volgens D66 Rotterdam aan de bron wordt aangepakt. Dat betekent niet dat jongeren van straat worden geplukt of uit winkelcentra worden gehaald, maar dat de gemeente samenwerkt met scholen (waar verzuim als eerste zichtbaar is) om een zorgstructuur rondom kwetsbare leerlingen op te zetten. De school is wat D66 betreft de plek waar problemen op dit vlak als eerste worden gesignaleerd en worden aangepakt, eventueel in samenwerking met verschillende zorginstanties en Leerplicht Rotterdam. De docent heeft een belangrijke signalerende functie. Voor die leerlingen die zeer moeilijk meer de school in te krijgen zijn, mogen volgens D66 ook alternatieve en onconventionele vormen van opvang zoals bijvoorbeeld projecten die Albeda en Zadkine hebben ontwikkeld, worden gebruikt.

4.5

Een goede studiekeuze aanmoedigen met extra programma’s

Voor jongeren in het beroepsonderwijs moet bij de studiekeuze de vraag centraal staan waar de jongere echt goed in is en waar de kansen liggen op de arbeidsmarkt. Meer dan ooit is een goede voorbereiding op en aansluiting bij de vraag van het bedrijfsleven gewenst. De arbeidsmarkt is niet meer alleen lokaal of regionaal. Jongeren zullen zich breed, en dus ook internationaal moeten oriënteren. Er zijn nog veel kansen tot werk in de haven, in de ICT en bij het internationale bedrijfsleven. Met de komst van vakcolleges in het mbo staat de weg open voor een perfecte samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs. Rotterdam kan hier voorlopen op andere regio’s als het gaat om het bieden van maatwerk aan jongeren en bedrijven. Wat D66 betreft verbetert de samenwerking tussen Rotterdamse organisaties en de onderwijsinstellingen op het punt van stages. Stages vormen een essentieel onderdeel van het onderwijs, ze bereiden jongeren voor op de praktijk en bieden jongeren perspectief op de arbeidsmarkt. De lijnen kunnen korter en kansen kunnen beter worden benut. D66 wil dat er meer voorlichting komt over banenkansen bij de studiekeuze (bijvoorbeeld door gelijk aan een open dag een banenmarkt te koppelen), niet alleen aan kinderen, maar ook aan hun ouders. De voorlichtingsprogramma’s van het Nationaal Programma Rotterdam-Zuid zijn een mooi voorbeeld daarvan. Veel meer dan vroeger kiezen jongeren voor zelfstandig ondernemerschap. D66 Rotterdam wil dat de gemeente, de kennisinstellingen en beroepsonderwijs “het ondernemend denken en handelen” tot een van de kernen van het onderwijsprogramma maken.

34


4.6

Internationalisering als kans

De economie wordt steeds internationaler. Dit betekent dat jongeren die de arbeidsmarkt op gaan ook een internationale oriëntatie moeten krijgen. De meertaligheid van heel veel jongeren in Rotterdam is een extra kans als voorbereiding op een internationale carrière. Met vernieuwend en kwalitatief hoogwaardig onderwijs biedt Rotterdam jongeren de kans om zich ook internationaal op de arbeidsmarkt te kwalificeren. Onder andere door meertalig (veelal Engelstalig) onderwijs aan te bieden. Rotterdam is een zeer aantrekkelijke stad voor internationale studenten. Met de samenwerking met Delft heeft Rotterdam alle onderwijssoorten in huis. D66 vindt dat Rotterdam zich als aantrekkelijke studentenstad internationaal veel zwaarder op de kaart moet zetten. Rotterdam is een compacte stad, waar alle voorzieningen voor studenten aanwezig zijn. Het ontwikkelen van een studentenkwartier rond het Erasmus University College in de binnenstad moet worden versterkt. Een internationale student kan hier relatief goedkoop een kamer huren en ook de andere kosten zijn in vergelijking met andere wereldsteden zeer aanvaardbaar. De internationale student krijgt hier met de RDM-campus en de Rotterdam School of Management, alsmede het Erasmus Medisch Centrum kwalitatief zeer hoogwaardig onderwijs. Rotterdam telt hier internationaal mee.

4.7

Versterken samenwerking tussen bedrijfsleven, wetenschap en overheid

4.8

Gerichte verantwoording in plaats van doorgeschoten bureaucratie

D66 heeft in de afgelopen periode mede het initiatief genomen voor de oprichting van Tridelta. Dit is een samenwerkingsverband van de gemeenten Rotterdam, Delft en Leiden, een samenwerking van de EUR, TU Delft en de Universiteit Leiden, inclusief de medische faculteiten. Deze regio heeft zich hiermee goed op de kaart gezet op een aantal zeer onderscheidende wetenschappelijke innovaties: Clean Tech Delta, Medical Delta en Industrial Design. D66 Rotterdam vindt dat deze ontwikkeling moet worden doorgezet en moet worden versterkt met Europese middelen en publiek-private samenwerking. Samenwerking tussen de kennisinstellingen door middel van valorisatieprogramma’s (een waarde creërend samenwerkingsverband waarin kennisoverdracht centraal staat) en intensieve samenwerking tussen de instellingen onderling versterkt de stad zowel in economisch als in maatschappelijk opzicht. In de komende collegeperiode moet de gemeente zich blijven inzetten voor Rotterdam als innovatieve kennisstad. Het aantal concrete projecten mag worden uitgebreid.

Scholen worden enorm afgerekend op meetbare doelen. Daar waar scholen midden in de samenleving staan en waar extra middelen vaak juist nodig zijn om de doelen te bereiken, wordt de afrekencultuur als zeer beklemmend ervaren. De bureaucratie kost enorm veel tijd en geld en slokt een te groot deel van de budgetten in het onderwijs op. D66 vindt juist dat er gewerkt moet worden met Vensters van Verantwoording. Vensters van Verantwoording is een product van de VO-raad, waarbij alle cijfermatige informatie over scholen voor voortgezet onderwijs, wordt verzameld in één systeem. Hierin worden ook belangrijke initiatieven om de leeromgeving van het kind te versterken meegenomen. Meten is weten, maar is niet het enige dat telt. Wat D66 betreft hoeven scholen niet langer jaarlijks, maar eens in de vier jaar een aanvraag te doen voor programma’s zoals verlengde leertijd (brede school), de vakantieschool en andere verbeterprogramma’s. Als het aan D66 Rotterdam ligt krijgen scholen de ruimte om binnen en tussen deze programma’s

35


zelfstandig veranderingen toe te passen, mits het leidt tot beter onderwijs. Op deze manier wordt een hoop administratieve rompslomp voor scholen voorkomen.

4.9

Naar een beter binnenklimaat in schoolgebouwen

D66 vraagt specifiek aandacht voor het onderdeel huisvesting. Met name in een groot aantal scholen in het basisonderwijs is het binnenklimaat niet op orde. Rotterdam moet hier gaan investeren en middelen vrijmaken. Dit zal een belangrijk onderdeel op de onderwijshuisvestingsbegroting zijn. D66 adviseert om te komen tot een prioriteringsplan voor de aanpak van het binnenklimaat. Indien de gemeente moet investeren in nieuwbouw of verbouw, vindt D66 dat er ingezet moet worden op duurzaam bouwen, met veel aandacht voor zuinig omgaan met energie en het gebruik van duurzame materialen.

4.10

Alleen leerlingenvervoer als het noodzakelijk is.

D66 Rotterdam ziet niet overal de noodzaak om leerlingenvervoer te financieren. We zijn van mening dat het leerlingenvervoer noodzakelijk is voor kinderen met ziekte en handicap. Leerlingenvervoer is niet is noodzakelijk op basis van levensovertuiging. 36


“Een bloeiend kunstzinnig en cultureel leven”

37


4. Een bloeiend kunstzinnig en cultureel leven Voor een creatieve en levendige stad is een bloeiend kunstzinnig en cultureel aanbod van groot belang. Er moet ruimte zijn voor experimenten. Voor D66 Rotterdam zijn kunst en cultuur fundamentele bouwstenen van onze maatschappij. Zij zijn méér dan het bijproduct van onze samenleving; zij zijn een belangrijke voorwaarde om met elkaar te kunnen samenleven. Een bloeiend kunstzinnig en cultureel leven, waarin ruimte is voor expressie en experiment, is een belangrijke voorwaarde voor een creatieve en levendige stad. Rotterdammers vinden elkaar in de concertzaal of een museum, tijdens een schrijfcursus of muziekles, bij festivals en tijdens uitvoeringen van hun kinderen bij de lokale dans- of theaterschool. Kunst en cultuur nodigen uit om naar buiten te gaan en om samen de stad te beleven. Een rijk cultureel aanbod versterkt de internationale positie van Rotterdam, maakt de stad aantrekkelijk voor zowel bedrijven als toeristen en is daarmee ook economisch van belang. De gemeente voert een actief cultuurbeleid als aanvulling op de creativiteit en kunst en cultuur die zonder ondersteuning zijn weg vindt in de stad. Een belangrijk instrument is het toekennen van subsidies aan instellingen die van belang worden geacht voor de stad. Op stedelijk niveau wordt een breed palet aan instellingen die aanbod naar de stad brengen en in de stad ontwikkelen, financieel ondersteund. Dit zijn de theaters, musea, concertgebouwen, toneel- en dansgezelschappen, het orkest, de festivals, et cetera. Deze gezelschappen vormen de basis-infrastructuur voor de stad; deze instellingen verzorgen de ‘basisprogrammering’ voor de stad en haar inwoners.

D66 Rotterdam zet in op: -‐ Een breed ondersteunend, voorwaardenscheppend cultuurbeleid dat ondernemerschap in de kunst en cultuur stimuleert en niet in de weg zit -‐ Behoud van het Cultuurplanbudget en extra innovatiebudget in de vorm van projectsubsidies -‐ Versoepeling van geluidsnormen voor uitgaansgelegenheden in de binnenstad -‐ De realisatie van een middelgroot podium voor livemuziek

4.1

Voorwaardenscheppend cultuurbeleid: ruimte voor ondernemerschap

Volgens D66 Rotterdam zou de gemeente ernaar moeten streven de sector zoveel mogelijk zelfstandig te laten opereren, waarbij ondernemerschap het uitgangspunt is. D66 Rotterdam vindt financiële ondersteuning aan kunst en cultuur gerechtvaardigd, wanneer de markt niet kan voorzien in het aanbod en/of wanneer het aanbod bijdraagt aan een van de beleidsdoelstellingen van de gemeente. Wanneer de gemeente een ondernemende houding van culturele instellingen verlangt, moet ruimte geboden worden om dit ondernemerschap te kunnen uitoefenen. De gemeente dient zich als partner voor de culturele sector op te stellen, nieuwe initiatieven te ondersteunen en ondernemerschap in de sector niet in de weg te zitten met bureaucratie en regelgeving.

38


D66 Rotterdam streeft naar een minder sturend cultuurbeleid waarin de identiteit van de afzonderlijke instellingen centraal staat en waarin niet iedere instelling vereist is om op ieder beleidsterrein (zoals educatie, internationalisering en dergelijke) een bijdrage te leveren. Tegelijkertijd moeten culturele instellingen gestimuleerd worden zoveel mogelijk eigen inkomsten te genereren. Zij hebben een eigen verantwoordelijkheid om zich continu te vernieuwen, zich ondernemend op te stellen en aan te sluiten bij de markt.

4.2

Creëer een aantrekkelijk klimaat voor creatief ondernemers

Cultuurbeleid gaat volgens D66 Rotterdam te vaak over instellingen en organisaties en te weinig over de creatieve ondernemers in de stad: de beeldend kunstenaars, de musici, de dansers, de acteurs, de vormgevers. Deze individuen hebben ervoor gekozen om te wonen en te werken in Rotterdam. De gemeente heeft geen goede visie op het behoud van deze belangrijke groep innovators voor de stad en helaas zien we steeds vaker dat creatieve ondernemers wegtrekken uit Rotterdam om zich elders te vestigen. D66 vindt het belangrijk dat Rotterdam ruimte blijft bieden aan deze groep creatieve ondernemers, zodat studenten bij een van de creatieve opleidingen na hun studie ervoor kiezen in Rotterdam te blijven wonen en werken. D66 Rotterdam wil dat de gemeente voorziet in betaalbare werkplekken en presentatieplekken voor creatieve ondernemers. We denken hierbij aan infrastructuur voor muzikanten om te repeteren en op te treden, ateliers en tentoonstellingsruimten voor kunstenaars om hun werk te maken en te tonen en Voorbeeldproject: kunstbeurzen op Zuid De kunst- en cultuursector is altijd creatief geweest in het naar de hand zetten van de beschikbare ruimte. Waar kansen liggen worden deze met beide handen aangegrepen en dit gebeurt veelal in nauwe samenwerking. In navolging van het succes van kunstbeurzen Art Rotterdam en Object Rotterdam welke al een aantal jaar plaatsvonden in de Cruise Terminal op de Wilhelminapier startte in 2012 de RAW Art Fair: een alternatieve kunstbeurs voor jonge kunstenaars. RAW gebruikte de Fenixloodsen op Katendrecht als locatie, vlakbij Art en Object Rotterdam. In 2013 volgden ook Re:Rotterdam en Art at the Warehouse. De kunstbeurzen creëerden gezamenlijk een bruisend weekend en maakten van de verschillende verlaten loodsen op Katendrecht creatieve spots waar bezoekers met veel plezier naar kunst keken, maar ook wat dronken, aten en de omgeving verkenden. Dit soort evenementen geeft een enorme positieve impuls aan het imago van Katendrecht en laat zien wat er mogelijk is in de verlaten loodsen. De organisatoren vormen daarmee de voorhoede van een nieuwe economische impuls aan een gebied als Katendrecht. Dit soort waardecreatie juicht D66 Rotterdam van harte toe en D66 Rotterdam vindt ook dat de gemeente zoveel mogelijk moet stimuleren dat dit soort initiatieven de ruimte krijgt.

repetitieruimtes en podia voor theatermakers om voorstellingen te maken en te geven. Hetzelfde geldt voor evenementen en festivals. De huidige leegstand biedt kansen om voldoende plekken te creëren en daarmee ook de levendigheid in de stad en wijken te bevorderen.

4.3

Geen verdere bezuiniging op het Cultuurplanbudget

Met ingang van 2013 is, in lijn met bezuinigingen op andere terreinen, het cultuurbudget in Rotterdam verlaagd. Voor een aantal culturele instellingen is dit hard aangekomen, maar D66 is ervan overtuigd dat

39


de basis voor een sterke culturele sector behouden is gebleven. D66 Rotterdam is van mening dat de sector een extra bezuinigingsronde bespaard moet blijven en dat het huidige budget voor het Cultuurplan behouden moet blijven. Rotterdam ontvangt als tweede stad van Nederland relatief weinig landelijke cultuursubsidies. D66 vindt dat de gemeente hiervoor een sterkere lobby moet voeren in Den Haag. Dit extra geld kan ten goede komen aan instellingen in het Cultuurplan.

4.4

Verdubbeling van het vrije innovatiebudget

4.5

Transparante besluitvorming rondom het Cultuurplan

4.6

Investeer in een middelgroot podium voor livemuziek

4.7

Maak een bruisende binnenstad mogelijk

D66 Rotterdam acht een flexibel cultuurbeleid waarin ruimte is en blijft voor vernieuwing van groot belang voor het stimuleren van de innovatie in de culturele sector. De afgelopen periode is flink bezuinigd op vernieuwing en experiment. Nieuwe kansrijke initiatieven verdienen een steun in de rug en dragen bovendien bij aan de diversiteit van de sector als geheel. Deze vernieuwing zal wel altijd uit de sector zelf moeten komen. De gemeente volgt deze vernieuwing waar mogelijk en kan ook los van subsidies een rol spelen bij het creëren van een vruchtbaar cultureel klimaat. D66 Rotterdam pleit voor een verdubbeling van het vrije innovatiebudget (projectsubsidies) in de cultuurbegroting van 2,5 naar 5 miljoen euro.

D66 Rotterdam is van mening dat een transparante besluitvorming rondom het Cultuurplan, waarin de structurele subsidies voor culturele instellingen worden vastgesteld, van belang is. Het moet voor de culturele sector duidelijk zijn op basis waarvan keuzes gemaakt worden en de sector moet ook meer inspraak krijgen in de manier waarop dat proces verloopt. De Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur dient als adviesorgaan het voortouw te nemen om deze transparantie te vergroten. Bovendien moet de beoordeling van het functioneren van de RRKC zelf ook niet meer achter gesloten deuren plaatsvinden, maar door iedereen te raadplegen zijn.

Rotterdam mist een middelgroot podium voor livemuziek na het wegvallen van Watt. D66 Rotterdam is van mening dat gemeente de pop- en wereldmuzieksector moet behandelen als iedere andere sector; deze verdient dus ook serieuze ondersteuning. D66 Rotterdam is ook van mening dat er een livemuziekfaciliteit met een (of meer) middelgrote of grote zalen in Rotterdam zou moeten komen. Wanneer er vanuit de sector een goed (gezamenlijk) initiatief voor een nieuw podium genomen wordt zal de gemeente zich hierin (voor wat betreft de bouwontwikkeling en exploitatie) net als in andere podiumkunstsectoren als ondersteuner moet opstellen en hiervoor vooraf de nodige middelen moeten reserveren. Rotterdam is een diverse stad waarin (muziek)culturen op telkens andere en vernieuwende manieren met elkaar mixen. Een nieuw podium moet daarom niet gebonden zijn aan een bepaalde (muziek)stroming, maar hierin kunnen meebewegen. D66 pleit voor het vrijmaken van structureel extra geld binnen de cultuurbegroting voor een middelgroot muziekpodium.

Ook de komende jaren blijft Rotterdam investeren in een bruisende binnenstad, het hart van de stad waar alles samenkomt. Cultuur is hierin één van de speerpunten. Voor Rotterdammers en voor bezoekers van buitenaf is cultuur een van de belangrijkste redenen om naar het centrum te komen. Uit onderzoek blijkt dat ruim een derde van alle bezoekers aan Rotterdam komt voor cultuur. Zij bezoeken een theatervoorstelling, concert of museum. Ook de horeca en de winkels in de binnenstad profiteren

40


hiervan. Ook voor internationale bedrijven die zich willen vestigen in Rotterdam is een rijk cultureel leven van belang. Cultuur is een belangrijke aanjager van de Rotterdamse economie en daarom wil D66 de komende jaren blijven investeren in een bruisende binnenstad met een divers cultureel aanbod. Daarnaast ziet D66 Rotterdam de binnenstad als uitgaansgebied. Culturele instellingen, evenementen en het uitgaansleven moeten zich op dit moment houden aan zeer strenge geluidsnormen. In de binnenstad heeft dit de afgelopen jaren tot problemen geleid en diverse uitgaansgelegenheden zoals Corso en Watt hebben hierdoor hun deuren moeten sluiten. D66 Rotterdam wil de binnenstad aanwijzen als gebied waar minder strenge geluidsnormen gelden. D66 Rotterdam pleit er voor om op basis van een inventarisatie onder horecaondernemers een exacte regeling voor deze geluidsnormen vast te stellen. De laatste jaren zijn er steeds strengere veiligheidseisen aan evenementen en festivals gesteld en deze kosten worden bij de organisatoren neergelegd. Feitelijk is het budget voor evenementen en festivals hierdoor gekrompen. D66 wil dit gecorrigeerd zien ten behoeve van een levendige binnenstad. D66 pleit ervoor dat er een nadere studie komt naar de mogelijkheden om de kosten van veiligheid bij evenementen en festivals omlaag te brengen, dan wel te compenseren.

4.8

Verken een nieuw Rotterdams Filmfonds

4.9

Cultuureducatie in de vrije tijd zoveel mogelijk aan de markt overlaten

De Rotterdamse mediasector verdient volgens D66 Rotterdam een nieuwe impuls. D66 Rotterdam wil dat het nieuwe college verkent welke mogelijkheden er zijn om een Rotterdams Filmfonds op te richten, met twee uitgangspunten: het fonds moet na een eenmalige kapitaalinjectie zijn eigen financiering kunnen creëren; en filmproducenten die een lening van het fonds krijgen moeten een aanzienlijk deel van hun budget besteden in Rotterdam.

D66 Rotterdam vindt dat aanbod voor cultuureducatie in de vrije tijd grotendeels door ondernemers/freelancers verzorgd kan worden. Ondernemers en freelancers moeten meer kansen op deze markt krijgen, zelfs al gaat dit ten koste van de sterke positie van de Stichting Kunstzinnige Vorming Rotterdam. Wanneer financiële drempels voor kinderen en jongeren een reden zijn niet deel te nemen aan een culturele activiteit kunnen zij gebruikmaken van de voorzieningen die daarvoor in het leven geroepen zijn, zoals het Jeugdcultuurfonds. Een groot deel van het culturele leven vindt plaats zonder invloed van de overheid: kunst is per definitie een interactie tussen mensen en daar komt de overheid veelal niet aan te pas. Veel Rotterdammers zijn zelf actief als amateur in een vereniging of gezelschap. Ook het verenigingsleven moet op steun kunnen rekenen. De gemeente kan bij het amateurveld veelal volstaan met het bieden van een ondersteunend (vergunningen)beleid dat initiatieven niet in de weg zit. D66 Rotterdam noemt als punt van zorg de beschikbaarheid en betaalbaarheid van oefenruimtes, repetitieruimtes en presentatieplekken voor amateurs, die met name door het sluiten van wijklocaties sterk zijn afgenomen. D66 Rotterdam pleit ervoor dat de gemeente de amateurverenigingen faciliteert door zowel op wijk- als stedelijk niveau voldoende repetitie- en presentatieplekken in stand te houden.

41


4.10

Kunst in de buitenruimte verdient aandacht

4.11

Ondersteun kunst en cultuur in de wijk

De gemeente moet in nieuwbouw en herontwikkeling van zowel binnen- als buitenruimte kunst en cultuur meenemen in de plannen en letterlijk ruimte bieden aan kunst. Dit mag de gemeente ook verlangen van particuliere investeerders. D66 Rotterdam vindt het bovendien kapitaalvernietiging dat het onderhoud van kunst in de openbare ruimte op dit moment wordt verwaarloosd; D66 Rotterdam pleit voor een adequaat onderhoudsbudget voor kunstwerken.

In de nieuwe gebieden zal net als de afgelopen jaren in de deelgemeenten het geval was kunst en cultuur een rol spelen in de ontwikkeling van de wijk. Kleinschalige initiatieven die vaak door bewoners worden geïnitieerd mogen een steun in de rug van de gebiedsbesturen verwachten.

42


“Sportstad: Rotterdammers in beweging”

43


44


4. Sportstad: Rotterdammers in beweging In Rotterdam moeten mensen kunnen bewegen en sporten. Of mensen nu hardlopen rond de Kralingse Plas of lid zijn van een vereniging, sport levert individu én de samenleving veel op. Mensen voelen zich fit en gezond en zijn via hun sport onderdeel van een sociaal netwerk. Het heeft een belangrijke maatschappelijke waarde: sport verbindt en verbroedert, sportverenigingen zijn laagdrempelige organisaties waar alle lagen uit de samenleving elkaar ontmoeten. Het stimuleert vrijwilligerswerk en sociale verbanden in de wijk. Ook (top)sportevenementen hebben een duidelijke meerwaarde. Deze evenementen zorgen voor een economische impuls en voor landelijke en internationale uitstraling. Rotterdam staat bekend als sportgemeente, mede door grootschalige evenementen en een goede sportinfrastructuur. Tegelijkertijd loopt de deelname aan sport door Rotterdammers achter op het landelijk gemiddelde en ook op de andere grote steden. D66 Rotterdam wil daarom dat de gemeente meer doet dan alleen het aanbieden van sportaccommodaties. Sport moet gestimuleerd worden, vooral onder de jeugd. D66 Rotterdam beschouwt overgewicht onder de jeugd als een groot probleem en sport kan bijdragen aan de oplossing.

D66 Rotterdam zet in op: - Voortzetting van ondersteuning van sportverenigingen met speciale aandacht voor de jeugd; - Ieder kind in aanraking laten komen met verschillende sporten en verenigingen; - De sportleraar terug in het onderwijs; - Rotterdam Topsportstad nummer één: versterking van topsportverenigingen en evenementen.

4.1

Sportverenigingen verdienen ondersteuning

De vele sportverenigingen in Rotterdam zijn de basis van de sport: zonder vereniging is breedtesport niet mogelijk. D66 Rotterdam koestert het particuliere sportverenigingsleven, waar ook in maatschappelijk opzicht veel mooie initiatieven vandaan komen. D66 Rotterdam ziet dat juist deze verenigingen met weinig middelen veel kunnen bereiken. Succesvolle projecten zijn onder meer de oprichting van de schoolsportverenigingen en de ondersteuning van zogenaamde sportplusverenigingen. Door Rotterdam Sport Support en de gemeente Rotterdam wordt dit nu al inhoudelijk en financieel ondersteund. D66 Rotterdam vindt dat de initiatieven voortgezet moeten worden. Ook moeten verenigingen duidelijkheid krijgen over het gemeentelijk beleid. Onderhoud van accommodaties is aan prijswisselingen onderhevig geweest en dat zorgde voor veel onrust. Verenigingen moeten duidelijkheid krijgen want dan kunnen zij bouwen aan hun toekomst. Het belang van sportverenigingen voor het stimuleren van sport voor de jeugd is groot. Die rol wil D66 Rotterdam de komende jaren benadrukken. Alle Rotterdamse kinderen horen in aanraking komen met verschillende sporten en verenigingen, zodat zij zelf keuze kunnen maken voor een van de verenigingen in hun omgeving. D66 steunt sporten in elke vorm, of men nu voor individuele sport of voor sporten binnen een vereniging kiest. Vele Rotterdammers trekken nu al wekelijks de hardloopschoenen of skeelers aan om buiten te bewegen. De openbare ruimte is hier echter niet altijd voldoende op ingericht. Er zijn vele plekken in de stad waar kleine aanpassingen in de omgeving buiten sporten aantrekkelijker kan maken,

45


bijvoorbeeld door doorlopende routes te creëren, voor andere bestrating te kiezen of door het plaatsen van buitenfitnessapparatuur. Naast de individuele sportbeoefening is breedtesport niet mogelijk zonder de vele sportverenigingen die Rotterdam telt.

4.2

De sportleraar terug in het onderwijs

4.3

Sportstimuleringsprogramma’s voortzetten

Naast de verenigingen hoort sport ook thuis in het onderwijs. Sport is een van de terreinen waarop jonge kinderen kunnen leren, talenten kunnen ontdekken en zich verder kunnen ontplooien. D66 Rotterdam wil om deze reden de professionele sportleraar weer terug in het onderwijs. Door sportlessen zullen kinderen meer interesse hebben in een bepaalde sport en zo stromen zij door naar het verenigingsleven.

Bovenop deze initiatieven wil D66 Rotterdam extra sportstimuleringsprogramma’s voor mensen die niet makkelijk in contact komen met sport. De jeugd in Rotterdam heeft meer dan in de rest van Nederland te kampen met overgewicht (1 op de 4 jongeren). Het succesvolle project Lekker Fit zorgt ervoor dat de stijging van overgewicht een halt toe kan worden geroepen. D66 Rotterdam wil dit programma voortzetten en uitbreiden naar de andere delen van de stad.

Voorbeeld: Jeugdsportfonds Het is niet voor alle Rotterdamse gezinnen mogelijk om de kinderen lid te laten worden van een sportvereniging. Financiële middelen schieten in sommige gezinnen tekort om het lidmaatschap te voldoen of om sportkleding en andere benodigdheden te financieren. Voor de kinderen uit deze gezinnen is een heel directe financieringsmethode beschikbaar via het Jeugdsportfonds. Het Jeugdsportfonds speelt heel direct in op de behoefte van het kind. Wanneer een kind zelf aangeeft zich te willen aansluiten bij een tennisvereniging, basketbalvereniging of voetbalvereniging kan het gezin via een hulpverlener aanspraak maken op het Jeugdsportfonds. Wanneer het gezin aan de voorwaarden voldoet (een inkomen rond bijstandsniveau) betaalt het fonds direct de contributie aan de sportclub. Het kind kan vervolgens een jaar lang sporten. Deze hele directe methode van ondersteuning ondersteunt D66 Rotterdam van harte: het geld komt goed terecht en het kind wordt niet gestigmatiseerd.

4.4

Doorgaan met topsportontwikkeling en sportevenementenstad

Rotterdam heeft zich de afgelopen jaren ontwikkeld tot sportevenementenstad nummer één. De topsportevenementen kennen een sterke verbinding met sportontwikkeling en breedtesport. D66 Rotterdam wil, vanwege de economische impuls en de internationale uitstraling, de bestaande evenementen versterken en nieuwe evenementen binnenhalen. Voor D66 Rotterdam is het zonder meer van groot belang dat dit niet beperkt blijft tot de topsport. Topsport- en talentontwikkeling is een zaak van NOC*NSF, sportbonden en gemeenten. De gemeente spelen een belangrijke rol om de randvoorwaarden goed te regelen. D66 Rotterdam wil inzetten op versterking van de Rotterdamse topsportverenigingen en verder invulling geven aan talentontwikkeling via versterking van regionale talentencentra. De kracht van het bedrijfsleven moet daarbij, via publiek-private samenwerking, verder benut worden. Als er de komende jaren sprake is van uitbreiding van accommodaties (voorzieningen in het kader van de Stadionpark ontwikkeling), zoals een ijsbaan, een indooratletiekbaan of een 50-meterbad, moeten ze

46


vooral een functie hebben voor de breedtesport, maar topsport moet daarin ook mogelijk gemaakt kunnen worden.

4.5

Verbindend en compact sportbeleid

Sport kan nadrukkelijker een rol spelen om maatschappelijke problemen aan te pakken. Sport is geen panacee, maar kan wel beter benut worden bij het zoeken naar oplossingen voor problemen in de stad: sportorganisaties en sportverenigingen zijn laagdrempelige voorzieningen die kunnen helpen om met minder kosten bijdragen te bieden in het kader van bijvoorbeeld werkgelegenheid en jeugdzorg. Sportverenigingen verbinden jongeren en bieden hen een gevoel van saamhorigheid en verbinding. Sport is voor veel jongeren een uitlaatklep. D66 Rotterdam is er voorstander van de uitvoerende activiteiten van de gemeentelijke dienst Sport te verzelfstandigen zodat een compacte gemeentelijke dienst overblijft die puur op beleidsmatig en adviserend niveau opereert. De uitvoerende activiteiten kunnen worden ondergebracht in een nieuwe zelfstandige organisatie (Sportbedrijf), maar bepaalde onderdelen kunnen worden ondergebracht bij de twee bestaande Stichtingen Rotterdam Sportsupport en Rotterdam Topsport.

47


“Samen investeren in de stad”

48


4. Samen investeren in de stad De afgelopen jaren is er veel gedaan aan de buitenruimte in de stad: mede dankzij D66 is er veel groen bij gekomen en zijn straten opgeknapt. D66 Rotterdam wil blijven investeren in de ruimtelijke kwaliteit van de stad, ondanks dat er minder middelen beschikbaar zijn. Daarom is de samenwerking met bewoners, woningcorporaties en projectontwikkelaars steeds belangrijker. D66 ziet voor de corporaties niet alleen een rol om te bouwen en beheren, maar ook een rol in de sociale woonomgeving. Het project Hart van Zuid, een samenwerking tussen de gemeente en private partijen, is hiervan een mooi voorbeeld. D66 Rotterdam wil niet alleen meer samenwerking met partijen in de stad, ook bewoners moeten méér ruimte en vrijheid krijgen om de omgeving naar hun hand te zetten. Dat betekent een vraaggerichte overheid, die Rotterdammers die iets voor de stad willen, doen maximaal faciliteert.

D66 Rotterdam zet in op: -‐ Ontwikkeling van een op ruimtelijke kwaliteit gebaseerde visie op de stadsontwikkeling. Stel op basis daarvan kaders en geef daarbinnen maximale vrijheid voor bestemmingen -‐ Flexibele bestemmingsplannen: de functie of bestemming van een pand moet makkelijker gewijzigd, of flexibeler opgesteld worden -‐ Investeren in een bruisende binnenstad -‐ De Kuip: zorg dat de verantwoordelijke partijen met ten minste twee volwaardige alternatieven komen. Een variant voor iconische nieuwbouw en een variant voor renovatie, zodat Rotterdam een gefundeerd besluit kan nemen.

4.1

Geef ruimte in ruimtelijke ordening Na de oorlog is de ruimtelijke ontwikkeling in Rotterdam voornamelijk gericht op het opnieuw opbouwen van de stad. Dit ging gepaard met een sterke sturing vanuit de gemeentelijke overheid. De bouwproductie was hierbij zo'n beetje de belangrijkste indicator. Inmiddels is de wederopbouw vrijwel voltooid en zal er op een andere manier gekeken moeten worden naar de ruimtelijke ordening. Meer ruimte en minder sturing staat hierbij voor D66 centraal. Daarnaast zal ook gebiedsontwikkeling op een andere manier aangevlogen moeten worden. Grootschalige sloop- en nieuwbouw, zoals bijvoorbeeld in Nieuw Crooswijk, is niet alleen ineffectief gebleken, het is ook economisch niet meer haalbaar. D66 pleit voor organische ontwikkeling van gebieden, met daarbij passende kleinschalige en precieze ingrepen, primair gedreven vanuit de private of semi-publieke sector. D66 Rotterdam ziet kansen in flexibele bestemmingsplannen. Laat functies onbepaald, zodat Rotterdammers zelf een invulling kunnen geven aan het gebruik van hun gebouw of grond. Wel pleiten we ervoor om zowel ecologische als cultuurhistorische waarden te gaan verankeren in de bestemmingsplannen. Daarnaast zien wij mogelijkheden voor experimenten zoals regelvrije zones. D66 Rotterdam vindt het belangrijk dat er een consistente, op ruimtelijke kwaliteit gebaseerde visie op de stadsontwikkeling komt. Hieruit kunnen richtinggevende kaders afgeleid worden met betrekking tot de kwaliteit en inpassing van nieuwbouw. Deze visie en kaders zullen niet alleen met professionals worden opgesteld, maar juist met alle Rotterdammers.

49


Voorbeeld: behoud karakteristieke gebouwen in stadshavens. Langs alle oude stadshavens van Rotterdam zijn loodsen, vemen, opslagruimten, pakhuizen en andere havengerelateerde gebouwen verrezen. Deze gebouwen hebben een belangrijke rol gespeeld in de bloeiperioden van de stadshavens, maar staan nu als lege skeletten en halve ruines langs het water. Hier zitten wel erg mooie gebouwen tussen, maar in het verleden zijn deze vaak rigoureus weggehaald. Volgens D66 zitten hier karakteristieke gebouwen tussen, die een belangrijke cultuurhistorische waarde vertegenwoordigen. Wees behoedzaam met sloop van dit soort karakteristieke gebouwen.

4.2

Intensiveer aanpak bepalende winkelstraten

4.3

Pak leegstand aan: creëer nieuwe kansen

4.4

Zet in op een vitale binnenstad

Jarenlang trokken jonge gezinnen en hoogopgeleiden uit de stad om zich te vestigen in Vinexbuurten in naburige gemeenten. Deze trend lijkt – gelukkig – gekeerd. Mensen waarderen de levendigheid in de stad, de hoeveelheid voorzieningen, de cultuur. De oude stadswijken zijn schoner en veiliger geworden dan 15 jaar geleden en er wonen steeds meer mensen in de binnenstad. D66 vindt het van belang dat de volgende stap nu gezet wordt. De binnenstad moet verder verdichten, waarbij een breed aanbod aan woning en werk belangrijk is. Ook hier vindt D66 dat de functie of bestemming van een pand gemakkelijker gewijzigd moet kunnen worden, dit op basis van wensen van bewoners.

In Rotterdam staan veel panden leeg. Het gaat dan niet alleen om grote aantallen vierkante meters aan kantoren, maar ook om panden van de gemeente zelf. Gezien de huidige marktsituatie is het niet waarschijnlijk dat dergelijke panden snel een nieuwe eigenaar vinden. Wat D66 Rotterdam betreft is dit een uitgelezen kans om mensen te laten experimenteren met een nieuwe manier van het gebruiken van de bestaande ruimte. Naast het transformeren naar woningen kunnen dergelijke ruimten ook gebruikt worden door jonge ondernemers en creatieven om voor relatief weinig geld een plek te vinden om te werken in eigen stad. De leegstandsaanpak die de gemeente ruim twee jaar geleden samen met vastgoedeigenaren startte wordt door D66 Rotterdam ondersteund. Deze samenwerking zou geïntensiveerd moeten worden, ook om tijdelijk gebruik te bewerkstelligen. Bezwaren daartegen vanuit belasting- of bestemmingstechnisch oogpunt moeten door de gemeente zoveel mogelijk weggenomen worden, ook als dat betekent dat daarvoor gelobbyd moet worden bij de Rijksoverheid.

Voor D66 is de binnenstad het kloppend hart van de stad. Onderzoek laat zien dat iedere geïnvesteerde euro in de binnenstad zich meer dan tweemaal terugbetaalt. Als de binnenstad bruist, profiteert de hele stad daar van. D66 wil in de komende jaren nóg meer investeren in de binnenstad. De afgelopen periode is er mede dankzij D66 veel bereikt. Onder andere zijn de Meent, de Karel Doormanstraat, de Witte de Withstraat en het Schouwburgplein aangepakt en is er meer groen gekomen aan de kades langs de Maas. Hierdoor is de binnenstad een stuk mooier geworden. Het heeft zijn vruchten afgeworpen: er zijn

50


meer inwoners, bezoekers en werknemers in de binnenstad dan vier jaar geleden. Maar we zijn er nog lang niet. Door stevig te investeren in de buitenruimte en levendigheid, en ondernemers en projectontwikkelaars veel ruimte te geven, kan de binnenstad verder transformeren tot het échte centrum. Bij verdere investeringen en herinrichting van de binnenstad, moet er aandacht zijn voor integrale ontwerp- en inrichtingsplannen waarbij behalve groen ook kunst en design worden betrokken. Concreet betekent het dat in de aankomende vier jaar, onder andere de Coolsingel, het Stadhuisplein en de Binnenrotte flink opgeknapt moeten worden. Culturele instellingen en horeca moeten de ruimte krijgen om gezelligheid te creëren en de binnenstad nog bruisender te maken. Eventuele geluidsoverlast wordt in gezamenlijkheid met de gemeente opgepakt. Hoewel de nadruk ligt op versterken van de binnenstad houdt D66 Rotterdam oog voor de woon-, werken winkelkwaliteit van de wijken. Handhaven van kwaliteit van alle buurten en wijken blijft voor D66 belangrijk.

4.5

Nationaal Programma Kwaliteitssprong Rotterdam Zuid (NPRZ)

4.6

Investeren langs de Rotte

4.7

Groen in de stad

4.8

De Kuip en het Stadionpark

N.a.v. het rapport Deetman/Mans hebben de gemeente Rotterdam, het Rijk, woningcorporaties en de deelgemeenten op Zuid het convenant Nationaal Programma Kwaliteitssprong Rotterdam Zuid (NPRZ) afgesloten om in 7 achterstandswijken in Rotterdam-Zuid meer werk, betere scholing en opleiding, hogere inkomens en aantrekkelijker wonen te realiseren. Deze wijken moeten in 20 jaar hetzelfde niveau krijgen als het gemiddelde van de vier grote Nederlandse gemeenten. D66 Rotterdam vindt enerzijds dat dit project onverminderd moet doorgaan maar anderzijds dat extra investeringen in deze wijken niet ten koste mogen gaan van eveneens noodzakelijke investeringen in projecten in andere achterstandswijken elders in Rotterdam.

D66 Rotterdam wil dat er langs de Rotte een aantrekkelijke, doorlopende groene wandel- en fietsroute komt te liggen. Deze route zorgt ervoor dat Rotterdammers de stad uit kunnen richting de natuur en mensen van buitenaf gemakkelijk de stad in kunnen. Om dit te bereiken moeten er nog een aantal verbeteringen worden aangebracht. Hierbij wordt ook de Jonker Fransstraat meegenomen.

D66 Rotterdam wil de komende jaren blijven investeren in de vergroening van de stad (zie ook paragraaf duurzaamheid). Het eerder genoemde kader van ruimtelijke kwaliteit moet ook hier voor structuur en samenhang zorgen. Dit betekent: meer bomen en kleine parkjes, groene daken en wilde bermen. Niet altijd betekent meer groen ook meer kosten voor onderhoud. Bewoners willen vaak graag een rol spelen in het onderhoud van het groen in hun wijk. D66 wil dat de gemeente ze hier maximaal in ondersteunt. D66 wil daarnaast kijken naar mogelijkheden om bestaande industrieterreinen te verdichten en geef zoveel mogelijk ruimte terug aan de natuur.

De ontwikkeling van een nieuw of gerenoveerd stadion voor Feyenoord kan een belangrijke impuls vormen voor de gebiedsontwikkeling op Zuid en het Stadionpark, maar alleen als het nieuwe of gerenoveerde stadion een nadrukkelijke meerwaarde heeft voor de stad. En dat is meer dan alleen de voetbalprestaties van Feyenoord. De prestaties van onze grootste betaald voetbalorganisatie zijn uiteraard belangrijk voor onze stad en ons voetbalplezier, maar het is geen gemeentetaak om betaald voetbal te subsidiëren. Indien sprake is van aantoonbare en forse meerwaarde voor de stad in termen van economie, werkgelegenheid, breedtesport en onderwijs kan een gemeentelijke bijdrage aan de orde zijn.

51


Voor D66 is het in dat geval dan ook een voorwaarde dat het plan voor een nieuw of gerenoveerd stadion wordt ontwikkeld in samenwerking met bedrijfsleven, onderwijsinstellingen, sportverenigingen en andere maatschappelijke instellingen, omdat dat de partijen zijn die je nodig hebt om die maatschappelijke meerwaarde ook daadwerkelijk te realiseren. D66 wil dat de Kuip-directie minimaal twee volwaardige varianten uitwerkt, waaronder in ieder geval een iconische nieuwbouwvariant (inclusief voorstel voor de toekomst van de bestaande Kuip) en een renovatie-variant. Door de gemeenteraad wordt een onafhankelijke, deskundige Raad van Advies benoemd, en deze Raad beoordeelt of de volwaardige varianten aan de randvoorwaarden voldoen die de gemeente vooraf opstelt. Pas dan zal Rotterdam een gefundeerd besluit kunnen nemen naar welke variant de voorkeur uitgaat.

4.9

Speculeer niet op grondexploitatie en stijgende grondprijzen

Ruimte en stadsontwikkeling in Rotterdam zijn de laatste jaren ondergeschikt geworden aan de belangen van stadsfinanciën. Projecten worden vaak ontwikkeld vanuit een financieel perspectief, en bij de beslissingen zijn financiële overwegingen dan doorslaggevend. Hierdoor is de aandacht voor ruimtelijke opbouw, ruimtelijke samenhang en ruimtelijke kwaliteit van de stad naar de achtergrond geraakt. En hierdoor wordt de ruimtelijke ontwikkeling gevoelig voor economische crises. D66 pleit ervoor om bij de verdere ontwikkeling van de stad weer meer focus te krijgen op de ruimtelijke kwaliteit, de samenhang en de beleefbaarheid van de stad, onafhankelijker van de financiële motor die projectontwikkeling ook is. Gebruik stadsontwikkeling meer om de kwaliteit van de stad te verhogen. Gebruik stadsontwikkeling minder als (in economische tijden toch al haperende) financiële motor voor de stadsfinanciën. Wat D66 betreft mag winstoogmerk geen doel op zich zijn bij de uitgifte van grond door de gemeente. Ruimtelijke, kwalitatieve ontwikkeling mag dat wel zijn. Hanteer reële grondprijzen en stop met speculeren op grote waardestijging (zie ook paragraaf financiën).

Ontwikkeling van de Hofbogen: D66 Rotterdam vindt dat de gemeente een actieve rol moet spelen in de ontwikkeling van de Hofbogen. De Hofbogen is een beeldbepalend monument gelegen in een drietal wijken van Rotterdam. De afgelopen jaren heeft de strategie om te wachten op ontwikkeling vanuit de markt niet gewerkt. De kans bestaat dat verkrotting van het gebouw gaat bijdragen aan verloedering en overlast in de omliggende wijken. Dat moet worden voorkomen.

52


“Een bereikbare stad met schone lucht”

53


4. Een bereikbare stad met schone lucht Goede bereikbaarheid en afwikkeling van verkeersstromen is voor zowel de stad als de haven van groot belang. Rotterdam leeft van transport. D66 onderschrijft dat verbetering in de infrastructuur nodig is om de Rotterdamse economie te laten groeien. Samen met de omliggende gemeenten verzorgt Rotterdam de vervoersvoorzieningen voor meer dan anderhalf miljoen burgers. Zij wonen en werken in een stad met problemen met de luchtkwaliteit en dat is slecht voor de gezondheid. D66 kiest daarom voor schoner en duurzaam vervoer en wil vervuiling zoveel mogelijk tegengaan. Wat D66 Rotterdam betreft kan de Rotterdammer zelf kiezen welk vervoer hij kiest om van A naar B te gaan. Echter, D66 Rotterdam wil wel dat het kiezen voor milieuvriendelijk vervoer financieel aantrekkelijk wordt gemaakt. Het ontwikkelen van nieuwe duurzame vervoerssystemen, bijvoorbeeld elektrisch openbaar vervoer of duurzaam elektrisch vrachtvervoer, geeft een grote impuls aan de economie en met name de innovatieve kenniseconomie. D66 Rotterdam realiseert zich ook dat de economie onder druk staat en dat het Rotterdamse bedrijfsleven belang heeft bij een goede bereikbaarheid van het centrum, de winkelstraten en industrieterreinen. D66 Rotterdam wil daarom samen met ondernemers zoeken naar oplossingen om de verkeersdruk in het centrum te verminderen. Daarnaast wil D66 samen met bedrijven en instellingen kijken naar alternatieven voor het woon-werkverkeer. D66 wil alternatieve vormen van vervoer via het water stimuleren en nog zwaarder inzetten op het gebruik van het openbaar vervoer en de fiets. Met name de ring van Rotterdam heeft een grote filedruk en daardoor een te slechte luchtkwaliteit. Met de aanleg van nieuwe verbindingen en containervervoer via de binnenvaart en overslag op andere plaatsen, kan deze druk worden verminderd en worden gewerkt aan verbetering van de luchtkwaliteit. D66 Rotterdam zet in op: • Een goede bereikbaarheid van de stad en de haven • Een goede afwikkeling van verkeersstromen • Geluidsoverlast terugdringen en de luchtkwaliteit verbeteren • Parkeerdruk in de binnenstad verminderen • Meer aandacht voor openbaar vervoer, fiets en voetganger • Inzetten op verkeersveiligheid

4.1

Meer aandacht voor de fiets

De beste oplossing voor de verkeerproblematiek in de stad is dat meer Rotterdammers gebruik maken van de fiets. Het is gezond, schoon, goedkoop en kost relatief weinig ruimte voor stalling. D66 vindt dat de gemeente meer moet inzetten op goede stalling en beveiliging voor fietsen, zowel in het centrum, als de winkelcentra in de wijken. Forensenverkeer moet worden gestimuleerd om in de stad de fiets te

54


gebruiken. D66 is voorstander van het initiatief van de verkeersonderneming om dit bij bedrijven en instellingen te stimuleren met concrete plannen. D66 wil een fietsscan in Rotterdam laten uitvoeren, waarbij een team van fietsen verkeersdeskundigen komt met een lijst van aanbevelingen om Rotterdam stap voor stap fietsvriendelijker te maken. Die aanbevelingen kunnen betrekking hebben op bijvoorbeeld de specifiek fietsaspecten bij onderhoud en vervanging bestaande wegen en knooppunten, maar ook op nieuwe voorzieningen en infrastructuur.

4.2

Schoon verkeer

D66 wil dat de openbaar vervoermaatschappijen zoveel mogelijk met schone bussen rijden en gebruik maken van groene energie. De gemeente neemt, wat D66 betreft, zelf het voortouw door ook te gaan rijden met elektrische auto’s. Het aantal oplaadpunten moet daartoe worden uitgebreid en bewoners moeten via voorzieningen gestimuleerd worden om ook elektrisch te gaan rijden. Een parkeerplaats met laadpaal voor de deur is een goed voorbeeld. Ook de groene taxi’s zijn een goed voorbeeld van schoner vervoer in de stad. D66 wil met de taxibranche overleggen hoe het aandeel groene taxi’s fors kan stijgen: iedere nieuwe taxi in Rotterdam zou in principe een groene taxi moeten zijn. Het vrachtverkeer in en rond onze stad is van groot belang voor onze economie, maar levert per saldo ook veel vervuiling op. D66 wil met de sector kijken naar schoner vervoer. Onze oosterburen lopen hier in voorop in Europa. Duitse steden weren nu met succes oude zwaar vervuilende busjes en vrachtwagens uit hun centra. Rotterdam kan dit voorbeeld volgen.

4.3

Tachtig-kilometerzone op de ring en verkeersafwikkeling op de ring

D66 vindt dat de ring rond Rotterdam weer een tachtig-kilometerzone moet worden. Dit was op een aantal plekken het geval zoals bij Overschie op de A13. Dat is nu weer een honderd-kilometerzone. Dit leidt tot een aanzienlijke verslechtering van de luchtkwaliteit. D66 Rotterdam wil luchtkwaliteit samen met de andere grote steden weer bij de minister aan de orde stellen. De aanleg van de verbinding tussen de A13 en de A16, het doortrekken van de A4 en de aanleg van de Blankenburgtunnel leidt tot vermindering van de filedruk. D66 Rotterdam is voorstander van deze verbinding, maar onder de juiste voorwaarden. D66 Rotterdam vindt dat maatregelen genomen moeten worden om de geluidsoverlast zoveel mogelijk te beperken en de schade aan het milieu te compenseren door aanleg van groen op ander plekken.

4.4

De verkeersdruk en parkeerdruk verminderen

De verkeersdruk in het centrum kan worden tegengegaan door het openbaar vervoer te stimuleren. De P&R plaatsen en transferia worden al uitgebreid. D66 vindt dit een goede ontwikkeling voor het forensenverkeer. Dit beleid moet stevig worden doorgezet. Er kan bijvoorbeeld meer worden gedaan met de parkeerplaatsen van het Feyenoordstadion. Het autoparkeren in het centrum gebeurt wat ons betreft zoveel mogelijk in parkeergarages en zo weinig mogelijk op straat. Dit kan door het aantal parkeerplaatsen te beperken en de kosten voor parkeren in parkeerplaatsen in balans te brengen met de parkeergarages. D66 wil daarnaast dat de parkeergarages van overheidsgebouwen in de avond en het weekend toegankelijk zijn voor bezoekers en inwoners van de stad, het zogenaamde zwerfparkeren. D66 Rotterdam is voor een experiment met zogenaamde

55


'parklets', waarbij parkeerplaatsen voor horecagelegenheden tijdelijk omgebouwd kunnen worden tot terras, bijvoorbeeld bij bepaalde evenementen. D66 Rotterdam wil de Coolsingel open houden: deze verkeerader is te belangrijk voor de in- en doorstroom in de stad. Afsluiting zou zorgen voor een te grote druk op de omliggende wegen. D66 kiest voor extra beveiliging van de oversteekplaatsen op de Coolsingel. Specifieke aandacht is vereist voor de doorstroomroute 's-Gravendijkwal. Hier is de luchtkwaliteit erg slecht, de luchtkwaliteit voldoet niet aan de geldende normen en moet in 2015 zijn aangepakt. Ook voor het verbeteren van de luchtkwaliteit van andere doorgaande wegen in Rotterdam, zoals de Pleinweg, Statenweg, Schiekade/Schieweg, Laan op Zuid en Dorpsweg, zijn extra maatregelen waarschijnlijk noodzakelijk.

4.5

Bereikbaar en dienstbaar blijven

Rotterdam heeft regionale aantrekkingskracht en de ons omliggende gebieden hebben ons veel te bieden. Rotterdam moet zich als centrumgemeente goed verbinden met de omliggende gemeenten, maar ook voor de plaatsen in het Waterweg-Noordgebied, de Botlek en de Zuid-Hollandse eilanden. D66 wil dat onderzocht wordt welke mogelijkheden er zijn om ook daar de openbaar vervoersverbindingen te versterken. Het openbaar vervoer is in Rotterdam over het algemeen goed geregeld, maar er is nog ruimte voor verbetering, vooral ’s nachts en aan de randen van de stad. D66 vindt wel dat de openbaar vervoersverbindingen tussen de deelgemeenten op Zuid moeten worden verbeterd. Hetzelfde geldt voor verbindingen tussen Rotterdam Noord, Overschie, Schiebroek en Hillegersberg. D66 vindt dat Rotterdam uitgaansstad is en wil (met name in de nacht van vrijdag op zaterdag en van zaterdag op zondag) dat de stad hiervoor bereikbaar blijft. Dit kan door het OV minimaal tot 03.00 uur s nachts te laten rijden, of door de terugkeer van de BOB-bus. Toeristen die via Rotterdam Centraal Station de stad binnenkomen en de toeristische attracties willen bezoeken, worden nog steeds geconfronteerd met een zoektocht welke tram, metro of bus waar naar toe rijdt. D66 wil dat de service aan toeristen wordt verbeterd door betere bewegwijzering naar attracties als de Euromast, Blijdorp, Spido, Museumkwartier en het centrum. D66 is voor een goede openbaarvervoersverbinding naar Rotterdam- The Hague International Airport (bij de meeste Rotterdammers bekend als Zestienhoven). Nu is de reiziger afhankelijk van een buslijn (waarbij op meer dan 10 haltes moet worden gestopt) of de RandstadRail. D66 zou graag een rechtstreekse, hoogwaardige en frequente verbinding zien.

4.6

Rotterdam/The Hague Airport: groei binnen grenzen

Idealiter zou D66 Rotterdam kiezen voor een locatie waar er minder last is van geluidsoverlast. D66 Rotterdam realiseert zich ook dat verplaatsen van het vliegveld naar bijvoorbeeld de maasvlakte op korte termijn niet te realiseren is. Daarbij komt dat de huidige locatie niet ver gelegen is van de centra van Rotterdam, Den Haag, Delft en de wijdere regio zoals Zoetermeer, Gouda en Dordrecht.

56


D66 wil dat het profiel als zakelijk vliegveld behouden blijft. Daarmee draagt de luchthaven bij aan de aantrekkelijkheid van Rotterdam als vestigingsplaats van bedrijven. Echter, het economische belang van de uitbreiding van de luchthaven is beperkt, want het vliegverkeer gericht op toeristen is vooral uitgaand toeristenverkeer, dus Nederlanders die in het buitenland op vakantie gaan en terugkeren. Het aantal buitenlandse toeristen dat via Rotterdam ons land bezoekt is beperkt. Binnen de huidige geluidzone kan de luchthaven nog groeien, vooral als er stillere vliegtuigen gebruikt worden. Om vergroting van de geluidsoverlast en CO2-uitstoot te voorkomen is D66 geen voorstander van verruiming van de geluidzone.

57


58


5. De stad veiliger Veiligheid is een voorwaarde voor mensen om hun leven te leven zoals zij dat willen, om zichzelf te ontplooien. Om te genieten van alles wat Rotterdam te bieden heeft. Rotterdam moet veilig zijn voor iedereen. Of je nu jong of oud bent, Rotterdammer of toerist bent, in loondienst werkt of ondernemer bent. De overheid en de Rotterdammer kunnen samen optreden voor een veiligere omgeving. De overheid dient de taak van veiligheidshandhaver op zich te nemen. Daarbij zijn de bewoners en ondernemers in Rotterdam de belangrijkste schat aan informatie; zij weten waar de lokale veiligheidsrisico’s zich afspelen, maar kunnen ook aangeven waar ze zich veilig of juist onveilig bij voelen. Bovendien kunnen Rotterdammers helpen met toezicht houden in hun eigen buurt. Goed contact tussen de Rotterdammer en de wijkagent helpt risico’s sneller signaleren. Samen wordt gekeken hoe je de risico’s het best indamt.

D66-Rotterdam zet in op: -‐ Samenwerking op buurtniveau om criminaliteit en incidenten te voorkomen -‐ Meer vrijheid voor de Rotterdammer door afschaffing van betuttelende verboden -‐ Legalisering van gereguleerde wietteelt

5.1

Streven naar een geweldloos Rotterdam

D66 Rotterdam wil het aantal geweldsdelicten in Rotterdam terugdringen. Het is de taak van zowel de overheid als van de Rotterdammer zelf om het plegen van geweldsdelicten als overvallen, woninginbraken en straatroven zo onaantrekkelijk mogelijk te maken. Het risico om gepakt te worden moet zo groot zijn dat de opbrengst (de grootte van de mogelijke buit) daar niet tegen opweegt. Voor de overheid betekent dat de pakkans moet worden vergroot. De Rotterdammer kan zelf bijdragen door het risico om slachtoffer te worden te beperken, en een potentiële buit zo klein mogelijk maken. De overheid kan de burger hierbij helpen met voorlichting over veiligheidsrisico’s en preventieve maatregelen. De plek waar je je het meest veilig voelt is in je eigen buurt en vooral in je eigen huis. D66 Rotterdam vindt het belangrijk dat het aantal woninginbraken wordt teruggedrongen. De hulp van alerte buurtbewoners is van grote waarde voor het aantal aanhoudingen op heterdaad. Daarbij is meer voorlichting noodzakelijk om beter preventief te kunnen handelen. Zo wil D66 Rotterdam bijvoorbeeld dat de gemeente samen met de politie meer voorlichtingsavonden in de wijken organiseert. D66 Rotterdam wil dat het succesvolle project 'Buurt Bestuurt' wordt uitgebreid naar andere wijken van Rotterdam. Met 'Buurt Bestuurt' krijgen alle inwoners de mogelijkheid om mee te denken en mee te werken aan het verbeteren van de leefbaarheid en veiligheid in hun wijk.

5.2

Veilig wonen, werken en leven

Hoewel de objectieve veiligheid de afgelopen jaren is verbeterd, voelen mensen zich nog steeds wel eens onveilig in hun eigen buurt of leefomgeving. Dit komt vaak door verloedering en overlast. Hoe vuiler de omgeving en hoe meer overlast door anderen, hoe onveiliger mensen zich voelen. D66 Rotterdam wil dit

59


tegengaan door maatregelen te nemen voor een schoner Rotterdam; minder afval, grof vuil en graffiti. Daarnaast wil D66 Rotterdam zich inzetten voor de aanpak van drugsoverlast, geluidsoverlast en overlast gevende personen. D66 Rotterdam gelooft in lokale aanpak en wil de sociale controle zo veel mogelijk stimuleren. Op plekken die kwetsbaar zijn, zoals bijvoorbeeld het Centraal Station, wil D66 Rotterdam dat de gemeente gezamenlijk met de (Spoorweg)politie optreedt, zodat bijvoorbeeld drugsrunners hard aangepakt worden.Het aanpakken van overlast houdt echter niet in dat we de Rotterdammer op moeten zadelen met een pakket aan betuttelende maatregelen. Onzinnige verboden als het blafverbod, het verbod op asverstrooiing, of als straatartiest om op te treden, hebben geen enkele meerwaarde en beperken alleen de vrijheid van de Rotterdammer. Te meer omdat volgens D66 de algemene overlastbepalingen voldoende zijn om overlast te bestrijden.

5.3

Verkeersveiligheid

5.4

Van meer cameratoezicht naar slimmer cameratoezicht

D66 Rotterdam vraagt al enige jaren succesvol aandacht voor verkeersveiligheid: het aantal verkeersdoden en ernstige verkeerletsels per jaar. Daarom heeft D66 een apart plan voor verkeersveiligheid gerealiseerd dat wordt opgenomen in het nieuwe 5 jaar actieprogramma Veiligheid. D66 wil nu dat alle blackspots versneld aangepakt moeten worden. Ook vindt D66 Rotterdam dat fietsen veilig moet zijn en blijven. Daarom wil D66 met de scholen werken aan verkeersveiligheidsplannen. Daarmee wordt ook het fietsen door jongeren gestimuleerd. Dit betekent dat moet worden gewerkt aan de veiligheid: brede fietspaden, veilige oversteekplaatsen. Waar verkeerstechnisch mogelijk wil D66 dat in Rotterdam bromfietsen worden geweerd van het fietspad. Hetzelfde geldt voor voetgangers: D66 wil optimale veiligheid voor voetgangers en spelende kinderen. Dit betekent dus strengere en structurele handhaving van maximumsnelheden, ook in dertig kilometerzones en aanleggen in plaats van weghalen van veilige oversteekplaatsen. Ook zal een aparte strenge handhavinginzet moeten komen voor hard rijden en niet stoppen bij zebrapaden.

De effectiviteit van cameratoezicht staat of valt met de toepassing ervan. Het doel van de camera’s om onveiligheidsgevoelens weg te nemen en criminaliteit te verminderen wordt lang niet altijd bereikt. Hoewel in vooral uitgaansgebieden cameratoezicht zijn waarde heeft bewezen, raken de camera’s in het publieke domein tegelijkertijd de privacy van mensen. Dit geldt vooral als de camera’s in woongebieden hangen. D66 Rotterdam streeft naar een goede balans tussen de handhaving van de openbare orde en de opsporing van misdrijven aan de ene kant en het waarborgen van de privacy aan de andere kant. D66 Rotterdam wil dit bereiken door te gaan experimenteren met tijdelijk en mobiel cameratoezicht en dit in de raad te evalueren. Daarnaast vindt D66 Rotterdam dat er kritisch gekeken moet worden naar de noodzaak van bestaande camera’s. Overbodige camera’s moeten worden verwijderd. Het gebruik van kleine onbemande vliegtuigjes, de zogenaamde ‘drones’, door de overheid is een ontwikkeling die D66 Rotterdam op de voet volgt. Uiteraard moet de politie kunnen beschikken over de nieuwste technieken als het gaat om het bestrijden van criminaliteit. Het inzetten van drones kan echter ook de privacy van burgers raken. D66 Rotterdam vindt dat de inzet van drones te allen tijde proportioneel moet zijn en met voldoende wettelijke waarborgen omkleed.

60


5.5

Betrokkenheid van de Rotterdammer bij veiligheid

Rotterdammers, bedrijven en politie zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de bestrijding van criminaliteit en overlast. Met name voor bedrijven geldt dat zij verantwoordelijkheid dragen voor het nemen van preventieve maatregelen op hun eigen vakgebied, bijvoorbeeld door het beveiligen van een winkel of het beveiligen van privacygevoelige gegevens. D66 Rotterdam ziet hier ook kansen voor het vergroten van de brandveiligheid. D66 vindt dat Rotterdamse particulieren en Rotterdamse bedrijven meer bewust moeten worden gemaakt van de preventieve maatregelen die zij zelf kunnen treffen om hun omgeving brandveilig te maken. De brandweer is de aangewezen instantie die mensen via voorlichting kan stimuleren brandpreventieve maatregelen te nemen.

Voorbeeld: de wijkbrandweerman in IJsselmonde De Rotterdamse deelgemeente IJsselmonde heeft de primeur van de eerste wijkbrandweerman. De wijkbrandweerman controleert de wijk op brandonveilige situaties en is een aanspreekpunt voor bewoners die vragen hebben over brandveiligheid. Desgewenst controleert de wijkbrandweerman de huizen van bewoners op brandveiligheid. De overheid moet Rotterdammers actief gaan betrekken bij het opstellen van veiligheidsbeleid. Uit onderzoek blijkt dat buurtparticipatie een positieve bijdrage kan leveren aan de leefbaarheid van wijken. D66 Rotterdam wil dat mensen zich ook verantwoordelijk gaan voelen voor hun eigen wijk. Vervolgens mag van de Rotterdammer zelf verwacht worden dat zij initiatief neemt om de veiligheid in zijn wijk te waarborgen. De overheid moet dit stimuleren.

Voorbeeld: de wijkschouw Een goed voorbeeld is de ‘wijkschouw’ door bewoners. Tijdens deze schouw gaan bewoners samen met medewerkers van Stadsbeheer op pad om in hun eigen wijk te kijken wat er verbeterd kan worden aan de wijk. Het betrekken van bewoners bij de leefbaarheid en veiligheid in hun eigen wijk zorgt ervoor dat zij zich verantwoordelijk gaan voelen voor hun wijk.

5.6

Aanpak georganiseerde criminaliteit

Internationale drugshandel blijft de hoofdactiviteit van de meeste georganiseerde criminele groepen. Ongeveer driekwart van de georganiseerde criminaliteit is drugs gerelateerd. De handel in verdovende middelen wordt meer gevarieerd. Dat geldt onder andere voor de smokkelmethoden en voor de complexe handelsroutes. Georganiseerde criminele groepen maken daarbij steeds meer gebruik van legale commerciële transportmiddelen, zoals containers en vliegtuigen, maar ook van koeriers- en postdiensten. Volgens het Openbaar Ministerie is het smokkelen van drugs via de Rotterdamse haven toegenomen. Drugshandelaren zouden daarbij ook steeds agressiever te werk gaan. D66 Rotterdam wil dat de gemeente samenwerkt met haar partners binnen de overheid en het bedrijfsleven om het misbruik van zwakke plekken bij hun organisaties door groepen criminelen aan te pakken. Dat begint al bij het bewust maken van bedrijven en instellingen van dergelijke zwakke plekken in hun organisatie. De toegenomen drugssmokkel in de Rotterdamse haven is daarbij een belangrijk aandachtspunt. Vanwege

61


het grensoverschrijdende karakter van georganiseerde criminaliteit is een goede internationale samenwerking van groot belang. Na de handel in verdovende middelen vormt mensenhandel de tweede activiteit van criminele organisaties. De huidige economische situatie maakt slachtoffers nog kwetsbaarder. D66 Rotterdam streeft naar een grotere bewustwording van alle vormen van mensenhandel, zowel nationaal als internationaal. Binnen Rotterdam ziet D66 daarvoor kansen door (bepaalde) gemeenteambtenaren signalen van mensenhandel te leren herkennen.

5.7

Aandacht voor digitale veiligheid en cybercrime

5.8

Voorkomen van herhaling van strafbare feiten

5.9

Aanpak van het misbruik van subsidies en voorzieningen

Cybercrime is verworden tot een vorm van veelvoorkomende criminaliteit. Zowel het bedrijfsleven als de doorsnee internetgebruiker zijn echter onvoldoende voorbereid op aanvallen van cybercriminelen. Afgelopen jaar hebben onder andere de problemen rond DigiD en het internetbankieren naar aanleiding van DDoS-aanvallen, dit weer duidelijk gemaakt. Verder blijkt uit onderzoek van TNO dat cybercrime de Nederlandse samenleving jaarlijks minstens 10 miljard euro kost. D66 vindt dat digitale veiligheid een gedeelde verantwoordelijkheid is van de overheid en de Rotterdammer zelf. De overheid en het bedrijfsleven moeten zorg dragen voor de bescherming van de aan hen toevertrouwde digitale gegevens. Naast de overheid en het bedrijfsleven dragen ook particulieren verantwoordelijkheid om zorgvuldig met hun gegevens om te gaan. D66 Rotterdam pleit voor meer aandacht voor de beveiliging van computersystemen van de overheid en van bedrijven. Het verstrekken van voorlichting en het vergroten van het bewustzijn van de problematiek bij overheid, bedrijfsleven en particulieren moet daar een aanzet toe geven.

Iedereen is erbij gebaat dat daders van strafbare feiten niet weer de fout in gaan. Goede nazorg van exgedetineerden is belangrijk om recidive te verminderen. In Rotterdam wordt binnen het Veiligheidshuis samengewerkt tussen verschillende instanties om recidive te verminderen. Het Veiligheidshuis is een samenwerkingsverband van partners uit de bestuurlijke-, straf, civiele en zorgketen die werken aan de persoonsgerichte aanpak van overlast gevende personen en of verdachten van strafbare feiten. D66 Rotterdam wil ook het onderwijs betrekken in het Veiligheidshuis. Een goede samenwerking binnen het Veiligheidshuis kan er voor zorgen dat ex-gedetineerden beschikken over de noodzakelijke basisvoorzieningen, zoals huisvesting, inkomen en werk. Dit is noodzakelijk om er voor te zorgen dat exgedetineerden niet opnieuw de fout in gaan. Het begeleiden van mensen met een (harddrug)verslaving speelt hierbij een belangrijke rol. Verder wil D66 Rotterdam de ouders van verdachten en (ex)gedetineerden betrekken in het traject van strafoplegging en re-integratie.

Subsidies en voorzieningen zijn er voor mensen die het nodig hebben. Het geld hiervoor wordt geïnvesteerd om de kwaliteit van leven van alle Rotterdammers te verbeteren. D66 Rotterdam wil dat waar misbruik wordt gemaakt van dit systeem van subsidies en voorzieningen, er streng wordt opgetreden. Tegelijkertijd is het de taak van de overheid om ervoor te zorgen dat de fraudegevoeligheid van het systeem vermindert.

62


5.10

Legaliseren gereguleerde wietteelt

5.11

Nationale Politie: oog houden voor samenwerking

D66 Rotterdam wil toe naar een systeem van regulering van de wietteelt om deze uiteindelijk te legaliseren. Belangrijk daarbij is het gezondheidsvraagstuk. D66 wil dat de Rotterdamse coffeeshophouders uitsluitend worden bevoorraad door kwekers met een licentie, die aan een zeer professionele warencontrole onderhevig zijn. De aanvoer van wiet naar de coffeeshops moet gereguleerd worden om zo de banden met de (georganiseerde) criminaliteit af te snijden. Daarbij moeten coffeeshophouders weerbaar gemaakt worden tegenover criminelen.

De Nationale Politie bestaat op dit moment uit tien regionale eenheden en één landelijke eenheid. D66 Rotterdam ziet geen noodzaak om ook de omvang van de veiligheidsregio’s te veranderen door schaalvergroting. Er moet lokaal wel een goede mandaat worden afgegeven vanuit de Nationale Politie. Een goede samenwerking blijft van belang, ondanks dat de politie nu bezig is met de eigen reorganisatie. De burgemeester blijft verantwoordelijk voor het veiligheidsbeleid. D66 Rotterdam vindt dat de burgemeester hier ook regelmatig verantwoording over af moet leggen aan de raad en over de opstelling binnen de veiligheidsregio. Aangezien er nu één landelijk politiekorps is, zullen de regionale eenheden ook te maken krijgen met de landelijke doelstellingen. Er moet daarbij voldoende ruimte blijven voor prioriteiten en behoeften aan politiecapaciteit op lokaal niveau. D66 Rotterdam is van mening dat de lokale politiecapaciteit niet onder druk moet komen te staan door landelijke prioriteiten. Sterker nog: D66 Rotterdam wil dat de landelijke prioriteiten van de Nationale Politie gebaseerd zijn op alle lokale prioriteiten die vastgesteld zijn door de gemeenteraden.

5.12

Duidelijkheid over en samenwerking met de BOA’s

Uit onderzoek blijkt dat BOA’s (Buitengewoon Opsporingsambtenaren), bijvoorbeeld stadswachten, landelijk steeds meer taken van politiemensen overnemen. Er moet echter voor gewaakt worden, dat de politie zich hierdoor niet terug gaat trekken uit het publieke domein. D66 Rotterdam wil wel dat de politie en de BOA’s nauwer met elkaar gaan samenwerken, onder andere door beter informatie met elkaar uit te wisselen. Het geweldsmonopolie moet wel bij de politie blijven en D66 Rotterdam is dus tegen het bewapenen van BOA’s. D66 Rotterdam ziet voor BOA’s een taak weggelegd om te waken voor de leefbaarheid van de buurt en de straat. De BOA kan op die manier een aanspreekpunt zijn voor de wijk. D66 Rotterdam wil daarbij investeren in de communicatie van de BOA naar de Rotterdammer. Zo kan de BOA bijvoorbeeld worden ingezet om te bemiddelen bij burenruzies. De BOA kan daarnaast ook een belangrijke signalerende functie hebben voor de politie als het gaat om het signaleren van verdacht of crimineel gedrag. Ondanks de nauwere samenwerking tussen politie en de BOA’s, moet het wel voor iedereen duidelijk zijn wie politie is en wie BOA is. D66 Rotterdam wil dat er een duidelijk onderscheid is in functie en uniform tussen BOA en politie.

63


64


6. Financiën en organisatie op orde D66 Rotterdam wil de komende jaren gericht kunnen blijven investeren in de stad; in duurzaamheid, onderwijs en economie. Die ruimte was er in de afgelopen periode niet, want Rotterdam was door flinke financiële tegenvallers genoodzaakt om de grootste bezuinigingen in decennia door te voeren. De pijnlijke gevolgen van deze opgave worden ook in komende jaren gevoeld door alle Rotterdammers. D66 is hier dan ook realistisch over: de financiële positie van Rotterdam is niet rooskleurig. Keuzes zijn onontkoombaar om ruimte te maken voor investeringen in bijvoorbeeld duurzaamheid en infrastructuur. D66 wil in komende periode minder uitgeven aan de gemeentelijke organisatie en subsidies. Daarnaast wil D66 meer mensen aan het werk helpen en zo besparen op het aantal bijstandsuitkeringen. Verder kan de zorg beter georganiseerd worden. Daarnaast wil D66 de lokale lasten voor Rotterdammers omlaag hebben en de kwaliteit van dienstverlening versterken. Uitgangspunt daarbij is dat de gebruiker betaalt. Ons uitgangspunt bij die keuzes is het delen van welvaart en het belonen van prestaties. D66 staat voor een open en transparant bestuur van Rotterdam met een efficiënt werkende gemeenteorganisatie. De organisatie moet zich continu afvragen of activiteiten door de gemeente zelf gedaan moeten worden. De markt biedt vaak meer mogelijkheden om problemen effectiever op te lossen. En met particulier initiatief worden projecten veel meer gedragen door de Rotterdammers zelf. Die aanpak levert uiteindelijk besparingen op, waardoor nieuwe investeringen mogelijk worden.

D66 Rotterdam zet in op: -‐ Investeren in Rotterdam: in duurzaamheid, economie en onderwijs; -‐ Besparen op de gemeentelijke organisatie, op uitkeringen door meer mensen aan het werk te helpen en door het beter organiseren van zorg en welzijn; -‐ Transparante en sluitende begroting. Financiële risico’s beter beheersen; -‐ Lasten voor inwoners en bedrijven omlaag: betere dienstverlening en de gebruiker betaalt als uitgangspunt; -‐ De afvalstoffenheffing kan lager, zeker voor eenpersoonshuishoudens, en de belasting op luifels en reclame (precario) voor MKB kan verlaagd worden.

6.1

Realistische keuzes voor noodzakelijke investeringen

De gemeente investeert door de krappe financiële situatie te weinig in Rotterdam. Dit leidt tot knelpunten en verminderde economische groei. D66 vindt de blik op de lange termijn cruciaal en wil daarom dat er ca. 100 miljoen euro extra per jaar wordt vrijgemaakt voor de investeringsagenda van de stad. De gevolgen van uitblijvende investeringen zijn groot, zeker op lange termijn. Het gaat dan om het doorschuiven van bijvoorbeeld onderhoudskosten aan riolering, die op een later moment veel duurder uit vallen. Of het aanpakken van verkeersknooppunten. En denk daarbij ook aan het klimaatbestendig maken van de stad met een goede waterafvoer.

65


Om ruimte te maken zal er in komende jaren bezuinigd moeten worden. D66 Rotterdam wil lastenverzwaringen voorkomen. D66 Rotterdam kiest voor investeren in duurzaamheid, onderwijs en economie. Daarnaast wil D66 Rotterdam dat cultuur buiten schot blijft van verdere bezuinigingen. Het aantal mensen dat afhankelijk is van bijstand moet omlaag door mensen weer aan werk te helpen. Reintegratie moet soberder en effectiever worden ingezet om dit resultaat te bereiken en ook fraude moet worden aangepakt. Minder uitkeringen levert uiteindelijk besparingen op. De overheveling van zorgtaken naar gemeenten leidt tot een stijging in de uitgaven. D66 Rotterdam wil door een slimmere werkwijze - zorg dichterbij de Rotterdammer - geld besparen. Daarnaast kunnen er in komende jaren volgens D66 Rotterdam onnodige subsidies geschrapt worden. De hoofdvraag is: draagt de subsidie voldoende bij aan een maatschappelijk doel, dat anders niet zonder financiering van de overheid gerealiseerd zou kunnen worden? Effectiviteit en transparantie zijn daarbij erg belangrijk. D66 Rotterdam wil een disciplineafspraak maken om de gemeentefinanciën op orde te houden. Als er tekorten ontstaan op een beleidsterrein, dan moet het opgelost binnen het beleidsterrein zelf. Deze afspraak is ook toepasbaar op gemeentelijke diensten.

6.2

Transparante en effectieve planning- en controlcyclus

De afgelopen jaren is duidelijk geworden dat Rotterdam de interne financiële administratie en het risicobeleid niet op orde had. Het gevolg was dat er herhaaldelijke tussentijdse bezuinigingen waren wat onder meer leidde tot maatschappelijke onrust en onzekerheid. Daarnaast zijn de begrotingsdocumenten op dit moment onvoldoende inzichtelijk, waardoor de gemeenteraad onvoldoende effectief kan sturen. Daardoor is de wijze van besturen niet voldoende effectief en niet voldoende transparant. D66 wil dat er beter gestuurd wordt op de financiën in onze stad, zonder dat dit mag leiden tot meer bureaucratie. Een aantal instrumenten is daarvoor cruciaal.

6.2.1

Sluitende structurele begroting met heldere doelstellingen

De afgelopen jaren zijn structurele tekorten regelmatig opgevangen met incidentele middelen. Dit is niet transparant en leidt tot grotere blootstelling aan financiële risico's. D66 vindt dat de structurele begroting sluitend moet zijn. Daarnaast is het voor D66 Rotterdam onvoldoende wanneer er slechts inspanningsverplichtingen in de begroting zijn opgenomen. Wij willen dat er heldere en afrekenbare doelstellingen geformuleerd worden. De bedoeling daarvan is niet dat er hierover een afrekencultuur ontstaat, maar dat er helderheid komt over wat wel werkt en wat niet, zodat de gemeenteraad effectief kan bijsturen op het gevoerde beleid.

6.2.2

Inzichtelijke financiële rapportages met tijdige informatie

D66 Rotterdam wil dat de huidige rapportages inzichtelijker worden, niet alleen voor raadsleden, maar ook voor geïnteresseerde Rotterdammers. Dat kan door de financiële gegevens grotendeels via internet toegankelijk te maken, volgens de ideeën van 'open spending'. Laat Rotterdammers zelf via internet meekijken waar het geld naar toe gaat en invloed uitoefenen op de besteding. Verder wil D66 Rotterdam dat grote financiële afwijkingen snel openbaar worden gemaakt en daarmee niet te wachten tot een volgende periodieke rapportage.

6.2.3

Risicomanagement

D66 Rotterdam vindt dat Rotterdam de achterstand op het gebied van risicomanagement en risicobeleid zo snel mogelijk moet gaan inlopen. Ontwikkelingen rondom de reeds uitgevoerde decentralisatie en de bijstandsuitkeringen, hebben laten zien welke financiële narigheid kan ontstaan wanneer goed risicobeleid

66


ontbreekt. De komende jaren zullen er nog meer verantwoordelijkheden worden overgedragen naar gemeenten. In dat kader is het juist nu noodzakelijk om hierop verstandig beleid te voeren. Voor D66 is het daarom belangrijk dat risico's die gepaard gaan met de bijstandsuitkeringen, de grondexploitatie, het gemeentelijk vastgoed en de nieuwe decentralisaties expliciet worden behandeld in het nieuwe risicobeleid.

6.2.4

Grondexploitatie op orde

Grote risico’s zijn er ook bij de grondexploitatie. D66 Rotterdam wil dat hier beter op wordt gelet. Rotterdam heeft zich jarenlang te rijk gerekend. Inmiddels is er al meer dan tweehonderd miljoen euro op grond afgeboekt. Deels is dat verklaarbaar door verslechterde marktomstandigheden. Maar D66 wil dat de risico’s medio 2014 opnieuw worden doorgelicht volgens verschillende marktscenario’s. Ook wil D66 Rotterdam dat er niet zo maar grondposities door de gemeente worden ingenomen en dat vooral overlaat aan marktpartijen. Erfpacht is een achterhaald begrip, ook voor particulieren, en dat moet dus worden afgebouwd.

6.2.5

Aandeelhouder: maatschappelijk rendement voorop

Rotterdam is aandeelhouder in een waaier aan bedrijven, bijvoorbeeld het Havenbedrijf, waterbedrijf Evides, energieleverancier Eneco en de luchthaven Schiphol. Ook in komende periode moet kritisch bekeken worden of een participatie van de stad in een bedrijf het algemeen belang van de Rotterdammers blijft dienen met een duidelijk oog voor het rendement. Als dat niet het geval is dan kan een deelneming dus in principe verkocht worden, mits het een goede prijs oplevert.

6.2.6

Benut Investeringsfonds voor structurele investeringen

6.2.7

Boetes naar algemene middelen

D66 Rotterdam wil dat er beter wordt gelet op de reserves van de stad. Het Investeringsfonds Rotterdam (IFR) voor structurele investeringen is niet ingezet waarvoor het bedoeld is. Incidentele tegenvallers bij verstrekking van bijstandsuitkeringen werden bekostigd uit het fonds, dat is ontstaat uit de verkoop van onder meer AVR en Bouwfonds. Structurele investeringen blijven hierdoor fors achter: in 2012 bevatte het fonds nog 538 miljoen euro, eind 2014 zit er nog maar 327 miljoen euro in. Als er niet beter gelet wordt op het fonds dan kan het net zo goed overgeheveld worden naar de algemene reserve. Er moeten duidelijke afspraken gemaakt worden om het geld daadwerkelijk structureel te investeren in de stad, gekoppeld aan afspraken over een gezonde financiële huishouding.

D66 Rotterdam vindt dat baten als gevolg van boetes en naheffingen altijd naar de algemene middelen moeten. Dit voorkomt perverse prikkels bij diensten om zoveel mogelijk boetes uit te schrijven. Interne opbrengsten van diensten moeten in de begroting inzichtelijk worden gemaakt.

6.3

Lasten omlaag: gebruiker betaalt als uitgangspunt

De gemeente Rotterdam vraagt op verschillende manieren heffingen en belastingen voor diensten. Uitgangspunt daarbij voor D66 Rotterdam is kostendekkende en de best mogelijke dienstverlening, waarvoor de bewoner naar rato van gebruik betaalt. Over het algemeen kunnen volgens D66 de kosten voor Rotterdammers omlaag zonder dat dit de dienstverlening raakt.

67


6.3.1

Woonlasten omlaag

De woonlasten zijn in afgelopen jaar 5,7% gestegen. Dat is fors in een tijd waarin mensen sowieso al minder te besteden hebben. Een Rotterdams huishouden betaalt gemiddeld nu € 720 euro per jaar (peildatum 2013) aan woonlasten en daarmee stond Rotterdam in de top tien sterkste stijgers onder de grote gemeenten. D66 Rotterdam wil dat deze stijging tot stilstand komt. Deels kan dit bereikt worden door afvalinzameling en rioolonderhoud effectiever te organiseren; goedkoper en schoner waar het kan. Rotterdam kende in de afgelopen jaren dalende huizenprijzen. Ook ander vastgoed werd minder waard. De Onroerend Zaakbelasting (OZB) volgde in Rotterdam terecht deze trend. Daarnaast wil D66 Rotterdam een structurele hervorming van de woonlasten om zo de Rotterdammer minder te belasten. Concreet wil D66 Rotterdam een aantal dingen veranderen: 1. Toeslag in plaats van kwijtschelding. Voor een stijgend aantal van 50.000 Rotterdammers wordt de afvalstoffenheffing automatisch kwijtgescholden. D66 Rotterdam gelooft in het principe ‘de vervuiler betaalt’ en wil dat iedere Rotterdammer bijdraagt aan het verwerken van huisvuil. Gratis afvalverwerking bestaat niet. Tegelijkertijd sluit D66 Rotterdam niet de ogen voor de noodzaak van gedeeltelijke kwijtschelding indien mensen in financieel zwaar weer zitten. Een toeslag van maximaal 50% van het tarief biedt uitkomst. Het toekennen van de toeslag is uiteraard onderdeel van een bredere afweging in het kader van de bijzondere bijstand. 2. Kwijtschelding niet meer toerekenen aan afvalstoffenheffing. Nu worden de kosten voor de kwijtschelding verrekend in het tarief van Rotterdammers die wel betalen. D66 Rotterdam vindt dit niet eerlijk. Kwijtschelding is armoedebeleid en moet dan ook uit het armoedebudget gedekt worden. Hierdoor gaat de afvalstoffenheffing met tientallen euro’s omlaag. 3. Eenpersoons huishoudens horen minder te betalen dan gezinnen. Momenteel betaalt ieder huishouden hetzelfde tarief. De gemeente kijkt nu niet naar de hoeveelheid afval die iemand produceert of hoeveel personen bij elkaar wonen. De alleenstaande Rotterdammer betaalt hierdoor het hoogste tarief aan afvalstoffenheffing; 340 euro in 2013 van heel Nederland (gemiddelde 236 euro). Dit is niet in lijn met het voor D66 belangrijke principe ‘de vervuiler betaalt’. Daarom stelt D66 voor het tarief voor alleenstaanden te verlagen.

6.3.2

Redelijke tarieven voor parkeren

D66 Rotterdam is voor verantwoord autobezit. Je auto moet je ook in onze stad kwijt kunnen, maar in vergelijking met de andere grote steden zijn Rotterdammers spotgoedkoop uit voor hun parkeervergunning, slechts 5 euro en 30 cent per maand. Het stallen van een fiets in een fietstrommel is bijna net zo duur als een parkeervergunning voor de auto. In feite subsidieert de gemeente hiermee autobezit en betaalt de gebruiker geen redelijke vergoeding. D66 wil de eerdere onlogische halvering van parkeertarieven terugdraaien. Milieuvriendelijke auto’s komen voor een gedeeltelijke vrijstelling van tarieven van parkeervergunningen in aanmerking.

6.3.3

Minder belastingen voor het MKB

Kleine en middelgrote ondernemers moeten de vrijheid hebben om te ondernemen. Nu heft de gemeente belasting op buitenreclame en luifels van bedrijven en restaurants via de zogenaamde precariobelasting. Deze belasting hindert kleine ondernemers nu te veel. Tarieven voor kleine reclame-uitingen of een luifel moeten of verlaagd worden of worden afgeschaft. Door deze belasting te verlagen of af te schaffen wil D66 Rotterdam lokaal ondernemerschap stimuleren.

68


6.4

Slagvaardig en transparant bestuur

Het bestuur en de organisatie van de gemeente Rotterdam staan de komende jaren voor flinke uitdagingen. Enerzijds wordt het pakket aan verantwoordelijkheden voor de gemeente groter door decentralisatie vanuit het Rijk terwijl voor het uitvoeren van de daarvoor bijhorende taken anderzijds minder geld beschikbaar is. D66 Rotterdam staat voor een effectieve en efficiënte gemeente organisatie. Inwoners zijn aan zet om zelf initiatieven te ontplooien en openheid is het uitgangspunt. Het bestuur moet hier ruimte voor bieden.

6.4.1

Goed open bestuur

Goed bestuur is voor D66 Rotterdam van groot belang en het vertrouwen van de inwoners moet de gemeente constant verdienen door open en transparant te handelen. Het is niet meer dan normaal dat de Rotterdammer goed en vroegtijdig wordt geïnformeerd over te nemen besluiten. Dat vergroot de mogelijkheden tot inspraak. Open data kan er voor zorgen dat de Rotterdammer makkelijker en beter gebruik kan maken van de informatie die de gemeente heeft verzameld. Op het moment dat de gemeente vertrouwt op de kracht van mensen, moet de informatievoorziening optimaal zijn. D66 Rotterdam vindt dat gemeentelijke data zoveel mogelijk moet worden opengesteld, zodat ondernemers deze kunnen gebruiken voor het ontwikkelen van nieuwe diensten. Een beslismodel dat hiervoor is opgesteld, is een goed uitgangspunt om te bepalen of dit mogelijk is. Rotterdam moet ondersteuning bieden waar nodig en loslaten waar het kan. Samenwerking met ondernemers is van groot belang om zaken voor elkaar te krijgen voor de stad. En de gemeenten moet durven bouwen op professionele instellingen die ondersteuning kunnen bieden waar het moet. Bovenal zal de gemeente de Rotterdammer nodig hebben. Rotterdammers hebben veel potentie en kunnen heel veel zelf. Zo kunnen we de uitdagingen en de grote financiële opgaven aan.

6.4.2

Nieuwe initiatieven van burgers en bedrijven

Rotterdammers ontwikkelen vele interessante initiatieven op eigen kracht. Dat was bijvoorbeeld goed te zien aan de grote hoeveelheid projectvoorstellen die zijn opgehaald met het stadsinitiatief. Vele daarvan hadden een hoge kwaliteit. Dit systeem van genereren van ideeën en het uitwerken ervan moet nu naar de volgende fase. De initiatiefnemers creëren idealiter eerst zelf draagvlak en onderzoeken of een idee voldoende toegevoegde waarde oplevert. Dit geldt zowel voor de investering als de exploitatie. Daarna zoeken ze ook eigen financiering. Volgens D66 is het de rol van de gemeente om het ophalen van ideeën te stimuleren. Waar nodig kan de gemeente verbinding leggen met investeerders of mensen met verstand van zaken. De gemeente kan volgens D66 Rotterdam ook financieel bijdragen als er een groot maatschappelijk belang is gemoeid met de uitvoering van het initiatief. Daarnaast is er een ontwikkeling dat delen van onze samenleving meer en meer het initiatief naar zich toe trekken om bijvoorbeeld zelf hun zorg, (duurzame) energie, mobiliteit of kinderopvang te organiseren. D66 Rotterdam wil daarom meer ruimte maken voor de eigen initiatieven van haar inwoners en vindt dat de gemeente zich toe moet leggen op de taken waar zij echt toegevoegde waarde heeft. In die gevallen

69


waar bewoners niet in staat zijn om met eigen initiatieven te komen, moet de gemeente actief blijven. De gemeente kan volgens D66 Rotterdam ook helpen door bureaucratische knelpunten weg te nemen.

6.4.3

Kleinere vitale organisatie

D66 Rotterdam blijft ook in de komende jaren stevig inzetten op een flexibele gemeentelijke organisatie. Een extra bezuiniging van 10% op de gemeentelijke organisatie (personeel, huisvesting) in 2016 en 2017 haalbaar, mits de gemeenteraad het project prioriteit geeft. Dat is fors, maar wat door velen werd gezien als onrealistisch is nu werkelijkheid aan het worden: er zijn nu circa 2.450 ambtenaren minder (20% van het totaal) en dienstverlening is op peil. Door te bezuinigen op de organisatie ontstaat ruimte om te investeren. Het geld dat de bezuiniging oplevert (circa 11 miljoen op jaarbasis) kan geïnvesteerd worden in bijvoorbeeld nieuwe cofinancieringprojecten en initiatieven. D66 Rotterdam wil een vitale gemeenteorganisatie die zich als een maatschappelijk verantwoorde werkgever opstelt. D66 Rotterdam ziet de bezuinigingen als een kans voor vernieuwing. Door een flexibele schil in de organisatie te creëren kan de gemeente op tijdelijke basis gebruik maken van het talent waar Rotterdam over beschikt. D66 Rotterdam wil daarbij vaker een beroep doen op de vele kleine innovatieve, creatieve bedrijfjes die de stad heeft. Dat is nodig voor nieuwe, prikkelende ideeën voor de stad. Tegelijkertijd heeft de gemeente al veel talent in huis heeft en moet dit voor de stad behouden blijven, onder andere via het programma ‘ Kiezen voor kwaliteit’. Nieuw jong talent blijft de gemeente aan de stad binden via het bestaande traineeprogramma. Boventallige ambtenaren worden actief bemiddeld. D66 Rotterdam vindt ten slotte de binding van ambtenaren met Rotterdam een belangrijk punt. Een duidelijke band met de stad verhoogt de kwaliteit van het werk. Voor bepaalde functies, vooral in de wijk kan het een goed selectiecriterium zijn. In komende jaren moet opnieuw gekeken worden naar het aantal stadsdeelkantoren. Dat zijn er nu veertien, maar steeds meer dienstverlening verloopt elektronisch. Daarnaast is het interessant om te kijken naar dienstverlening door marktpartijen. Dan kunnen de stadskantoren verminderd worden in aantal, er kan worden gekeken naar flexibele openingstijden en de ruimte in het gebouw kan efficiënter worden ingezet.

6.4.4

Metropoolregio biedt kansen

D66 Rotterdam is een voorstander van samenwerken binnen de Metropoolregio Rotterdam – Den Haag. De huidige verbinding met de vierentwintig gemeenten biedt veel kansen op het gebied van werkgelegenheid, economische vooruitgang, duurzaamheid, onderwijs en arbeidsmarkt, het maken van afspraken over ruimte en infrastructuur. D66 kiest hier voor pragmatisch handelen en het voorkomen van onnodige bureaucratie. De metropoolregio wordt omarmd als het gaat om een stevige concurrentiepositie in internationaal verband en de kansen die Rotterdam zo hard nodig heeft.

70


71


Bijlage: programma’s voor gebiedscommissies Inleiding Komend jaar komt er een eind aan het deelgemeentebestel in Rotterdam en worden er gebiedscommissies gevormd. D66 Rotterdam is een voorstander van het zo dicht mogelijk op de burger organiseren van besluitvorming en inspraak. D66 ziet in dit nieuwe bestuursmodel belangrijke kansen hier vorm aan te geven. Een belangrijke voorwaarde daarbij is dat gebiedscommissies, Raad en College elkaar goed weten te vinden en bereid zijn elkaar als serieuze gesprekspartners te zien. De gebiedscommissies zullen hun invloed met name gaan ontleden aan het draagvlak dat ze creëren voor hun plannen onder de bewoners van hun gebied. Transitie en evaluatie De overgang naar dit nieuwe bestuursmodel zal niet vanzelf gaan. Partijen zullen elkaar opnieuw moeten vinden en er zal waarschijnlijk behoefte zijn aanpassingen te doen aan het model. D66 Rotterdam wil daarom dat in de komende raadsperiode een vaste commissie bestaande uit vertegenwoordigers uit de gebiedscommissies en de gemeenteraad wordt ingesteld die als taak heeft de Verordening op de gebiedscommissies 2014 te evalueren en daarover minimaal één keer per jaar te rapporteren aan de raad. Burgerparticipatie en bewonersinitiatieven Het ondersteunen van bewonersinitiatieven en het faciliteren van burgerparticipatie zijn twee belangrijke taken van de gebiedscommissies. Daarom zal in het gebiedsplan voorzien moeten zijn hoe bewonersparticipatie georganiseerd wordt. D66 Rotterdam wil goede ideeën van alle bewoners faciliteren en budgetteren. Daarbij is maatwerk van groot belang: de wijze waarop bewoners worden betrokken bij het maken van plannen en de uitvoering dient te worden afgestemd op de wijk, de doelgroep en het onderwerp Centrum Kracht in verscheidenheid voor bewoners, bezoekers én ondernemers Het centrum behoort niet alleen toe aan de mensen die er wonen, maar leeft in de harten van alle Rotterdammers. De stad kent de meeste jongeren en is ook de meest multiculturele stad. Inwoners met een andere huiskleur of geloof zijn niet weggestopt in buitenwijken maar leven, werken en ondernemen in het hart van de stad. Door de grote verscheidenheid aan gebieden die zich als trekpleister hebben ontwikkeld is er ruimte voor iedereen. De luxe uitstraling van de Meent, het alternatieve Maagd van Hollandkwartier, de studentikoze Oude Haven, het kunstzinnige Witte de Withkwartier, de uitdagende skatebaan aan de Blaak, het statige en ruige Scheepvaartkwartier aan de Maas, de beeldengalerij aan de Westersingel, de verrassende Oude en Nieuwe Binnenweg, de kleurrijke Kruiskade, de swingende hiphop aan de Delftsestraat, de Grote Markt, het Museumkwartier, de Groene Passage aan de Goudsesingel. Het centrum van Rotterdam vindt kracht in verscheidenheid. Een buitengewone buitenruimte De buitenruimte van het centrum is het uithangbord van de stad. Deze hoort er altijd goed uit te zien, zodat het daar voor iedereen fijn verblijven is. Schoon en heel is voor ons heel gewoon. Een verdere verlevendiging van het centrum is ontzettend belangrijk om de economie van Rotterdam te versterken. Een aantrekkelijke binnenstad zorgt voor een beter vestigingsklimaat voor mensen en bedrijven. Een stad moet in geleefd kunnen worden en dus krijgen ondernemers meer de ruimte, maar ook meer

72


verantwoordelijkheid. De verbinding van de eilanden die het centrum rijk is zal een speerpunt zijn voor de komende jaren. Als het aan D66 ligt, dan: - blijft ‘schoon en heel’ in het centrum van Rotterdam op topniveau; - Wijzen we horecagebieden aan, waar regels versoepeld kunnen worden, ondernemers meer verantwoordelijkheid krijgen en afspraken tussen ondernemers en bewoners er voor zorgen dat een levendige binnenstad mogelijk wordt en overlast tot een minimum beperkt kan worden; - verbinden we de belangrijke verblijfs-en uitgaansgebieden in het centrum van de stad "door routes te aantrekkelijker te maken en aan te geven; - worden kale plekken in de binnenstad omgevormd tot prettige verblijfruimtes; - wordt de buitenruimte waar mogelijk opgevrolijkt onder andere door speelse waterelementen. Minimaal moet maximaal We vertrouwen op de eigen kracht van de Rotterdammers. Drastische bezuinigingen op zorg en welzijn heeft er voor gezorgd dat hiervoor nog slechts minimale middelen beschikbaar zijn. Deze schaarse middelen moeten dan ook maximaal ingezet worden voor de meest kwetsbaren. Meer vanuit de vraag opereren en de stimulering van vrijwilligersnetwerken vond D66 niet alleen altijd al logischer maar het is nu ook bittere noodzaak. Als het aan D66 ligt, dan: - houden we de ‘basis op orde’: voorzieningen voor kwetsbare mensen, met een focus op kwetsbare jongeren en ouderen, blijven op peil; - zorgen we er voor dat het aantrekkelijk wordt voor onderwijsinstellingen van alle niveaus en culturele instellingen om zich zichtbaar in het centrum te vestigen; - zorgen ervoor dat ouderen zo lang mogelijk kunnen genieten van alles wat het centrum te bieden heeft; - realiseren we beveiligde parkeervoorzieningen voor rollators waar daar behoefte aan is; - worden vrijwilligersnetwerken en mantelzorgers in de wijk optimaal ondersteund; - staat de mens centraal bij welzijnswerk en niet de instituties. De buurt bestuurt Het nieuwe model van de gebiedscommissie biedt kansen voor een betere vertegenwoordiging van bewoners, ondernemers en bezoekers van het centrum. Het opknappen van de Witte de Withstraat afgelopen jaar is een goed voorbeeld voor de gemeente om de kwaliteit van de binnenstad verder te verhogen. Dit gebeurde door middel van een zeer gedegen participatietraject waarbij bewoners, ondernemers en bezoekers van het gebied het uiteindelijke plan hebben vastgesteld. Als het aan D66 ligt, dan: - worden alle inrichtingsplannen vorm gegeven door zowel bewoners, ondernemers als bezoekers te betrekken; - gaan we op zoek naar andere en betere manieren om inspraak te organiseren. D66 wil een pilot houden met een bewoners en ondernemers-‘jury’; - klinkt de stem van burger en ondernemer tot op het stadhuis en beïnvloedt de besluitvorming.

73


Noord Verbeteren van (fiets)infrastructuur De fietsverbindingen in Noord kunnen beter. Uit onderzoek blijkt dat bewoners behoefte hebben aan betere stallingmogelijkheden, veilige en comfortabele routes en niet teveel willen wachten bij verkeerslichten. D66 vindt het belangrijk om die punten op te lossen, zodat inwoners van Noord sneller de fiets zullen pakken in plaats van de auto. De parkeerdruk in Noord is op sommige plaatsen ontoelaatbaar hoog; initiatieven zoals deelauto’s en beter benutten van parkeergarages verdienen aandacht. Onderhoud van straten, fietspaden en trottoirs vergt in Noord continue aandacht. De straten in Blijdorp verdienen daarbij absolute prioriteit omdat deze einde levensduur zijn. Stimuleren van lokale bedrijvigheid D66 zet zich in voor de ontwikkeling van alle vormen van bedrijvigheid, van horeca en detailhandel tot stadstuindieren, cultuur en creatieve industrie zoals in de Katshoek en het Zomerhofkwartier. D66 vindt dat bewoners gefaciliteerd zouden moeten worden bij hun inbreng. Niet alleen bij de planvorming, maar juist ook bij de invulling. Als de woningcorporaties weer middelen hebben om rond Hofbogen te investeren, moet er ook samen met de bewoners geïnvesteerd worden in de Agniesebuurt en het Zomerhofkwartier. Actieve burgers kunnen een enorme boost vormen voor de ontwikkeling, levendigheid en aantrekkelijkheid van het gebied rond de Hofbogen. Geen afbreuk van initiatieven voor jeugdsport en -recreatie Sport draagt bij aan gezondheid, zelfvertrouwen, sociale vaardigheden, discipline en culturele integratie. Negatieve ontwikkelingen zoals overgewicht en criminaliteit verminderen. Er wordt nu op scholen, op pleinen en in buurthuizen in Noord gewerkt met programma’s vanuit gemeente, aangevuld door deelgemeente. D66 vindt het belangrijk dat er voldoende budget binnen de gemeentelijke begroting beschikbaar is om een breed scala aan vrijetijdsactiviteiten voor kinderen te organiseren in Noord. Het Van Maanenbad dient als openbaar zwembad open te blijven. Een aantrekkelijk cultureel klimaat op wijkniveau Noord is een gebied met veel kansen. Dat komt door de ligging, dicht bij het centrum, en door de diversiteit aan mensen die er wonen. Een aantrekkelijk cultureel klimaat maakt wonen in Noord niet alleen aantrekkelijker, het versterkt het onderlinge contact en zorgt ook voor een positieve uitstraling van het gebied, zie de creatieve industrie rond het Zwaanshals. D66 staat voor kleinschalige initiatieven die gericht zijn op de wijk. Verdere vergroening van straten en pleinen D66 wil verder gaan met het vergroenen van straten en pleinen. Vergroening draagt bij aan de leefbaarheid, de sociale veiligheid en maakt Noord een aantrekkelijker gebied om te wonen. Op een aantal plaatsen in Noord worden de normen die gesteld zijn aan de luchtkwaliteit overschreden, een gerichte aanpak helpt om de luchtkwaliteit te verbeteren. Een leefbare wijk, ook voor kwetsbare groepen Er wordt steeds meer nadruk gelegd op initiatief van bewoners voor zorg en ondersteuning. D66 wil dat bestaande en nieuwe initiatieven van bewoners om zich onbetaald in te zetten voor elkaar worden gestimuleerd en ondersteund. Met enige (professionele) ondersteuning kunnen burgers ook structureel het beheer van een wijkvoorziening op zich nemen, zoals het succesvol bewonersbeheer in het Klooster of van de voormalige educatieve tuinen langs de Gordelweg laat zien. Investeren in kindvriendelijke buitenruimte Er wonen veel kinderen in Noord. Niet iedereen heeft een eigen tuin waar kinderen in kunnen spelen en ravotten. D66 vindt het belangrijk dat er dicht bij huis op straten en pleinen leuk gespeeld kan worden: voor meisjes en jongens en voor jong en oud.

74


Sociale veiligheid Je veilig voelen in je huis en in je wijk is een basisvoorwaarde om te kunnen wonen, werken en je te ontwikkelen. Signalen van overlast en mogelijke criminaliteit moeten worden opgevangen en snel worden aangepakt of doorgegeven aan de politie. Daarnaast kan de gemeente het veiligheidsgevoel verbeteren door voldoende verlichting, een goed ingerichte buitenruimte en extra voorlichting.

Delfshaven Delfshaven is een gebied dat rijk is in haar verscheidenheid. Het weidse uitzicht over de rivier wordt gecombineerd met een stedelijke beleving van wijken die tegen het centrum aanliggen. Dat biedt voordelen en veel mensen voelen zich tot hiertoe aangetrokken. Het gaat echter ook gepaard met problemen. D66 Delfshaven zet zich in voor een prettige leefomgeving Velen in Delfshaven zetten zich met veel energie in voor het verbeteren van hun leefomgeving. Die kracht willen we benutten om het goede te versterken en de problemen aan te pakken met ambitie. Zo moet Delfshaven bij uitstek een gebied worden waar je met veel plezier woont en wilt blijven wonen. Waar je misschien werkt, maar zeker ruimte is voor recreatie. En vanzelfsprekend een goed onderhouden en veilig gebied. D66 Delfshaven staat voor een groener, gezonder en mooier Delfshaven Dit betekent ruimte voor nieuwe ontwikkelingen en waar ondernemingszin wordt gewaardeerd. Een gebied dat als aantrekkelijk wordt ervaren door haar inwoners en bezoekers. Een plek waar een groot deel van de bevolking betrokken kan zijn bij de eigen wijk en we samen werken aan een beter Delfshaven. Aandacht is nodig voor de luchtkwaliteit in Delfshaven. Met name rond de Gravendijkwal is dit een ernstig probleem. Speerpunten zijn: • Verdere vergroening in Delfshaven, met daarbij een grote rol voor initiatieven van bewoners en aandacht voor vergroening in de meest versteende wijken. • Ruimte voor recreatie in Delfshaven. Buiten leven en sporten kan ook in Delfshaven, zeker als beschikbare ruimte slimmer wordt ingericht. Bijvoorbeeld langs de Schie zijn nog vele te benutten kansen. • Ruimte voor kunst en cultuur, ook in relatie tot de openbare ruimte. • Verbeteren van de luchtkwaliteit, zeker op plekken waar normen overschreden worden, zoals rond de ‘s Gravendijkwal D66 Delfshaven staat voor een veilige woonomgeving Een prettige woonomgeving betekent ook een veilige woonomgeving. In een stedelijk gebied als Delfshaven is het stellen van normen en handhaven van regels noodzakelijk, maar dat mag niet doorslaan in betutteling. Ook de verkeersveiligheid laat nog de wensen over. D66 Delfshaven wil dat de onveilige kruispunten in Delfshaven aangepakt worden en dat de woonwijken kindvriendelijker worden ingericht. Speerpunten zijn: • Aanpak van (drugs)overlast en overbewoning

75


• Tegengaan van betutteling zoals het samenscholingsverbod en het verbod alcohol te drinken, bijvoorbeeld bij de buurtbarbecue • Verkeersveilige wijken door in woongebieden overal 30 km zones in te voeren D66 Delfhaven gaat op de eerste plaats uit van eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid Echter, D66 staat ook voor een overheid die de helpende hand biedt voor mensen die al dan niet tijdelijk niet zelfredzaam genoeg zijn. Juist in Delfshaven is een goede scholing, ondersteuning van gezinnen met meervoudige problematiek en een vangnet voor minder zelfredzamen van groot belang. Speerpunten zijn: • Toegang tot kwalitatief goede scholen met gekwalificeerde docenten in de eigen buurt • Aandacht voor een goede koppeling van zorg en welzijn, blijven investeren in het leggen van verbanden tussen de verschillende partijen die actief zijn in Delfshaven op het gebied van zorg en welzijn, waarbij verbinding met mantelzorg en vrijwilligerswerk worden gelegd. • Delfshavenaren worden serieus genomen in Delfshaven en krijgen de ruimte zich te ontwikkelen • Aandacht voor het bestrijden van sociaal isolement en huiselijk geweld De gebiedscommissie stelt zich betrokken op, communiceert met bewoners op basis van een open dialoog en betrekt hen nadrukkelijk bij beleid en uitvoering D66-ers die gekozen worden in de gebiedscommissie maken zich er hard voor dat zoveel mogelijk bewoners en ondernemers in Delfshaven gehoord worden bij het opstellen van plannen. Zij zorgen er voor dat de grootste ergernissen worden aangepakt en er volop ruimte is voor goede initiatieven van Delfshavenaren. Speerpunten zijn: • Vroegtijdig betrekken van betrokken bij nieuwe plannen • Ruimhartig informeren over mogelijkheden in te spreken of betrokken te zijn in Delfshaven • Goede terugkoppeling • Plannen worden afgestemd op de wijken met aandacht voor de verschillen tussen en binnen wijken van Delfshaven • Open houding en volop ruimte voor initiatieven van bewoners en ondernemers D66 Delfshaven maakt ruimte voor ondernemerschap Delfshaven is ook een deelgemeente waar ruimte is te ondernemen. Er is heel veel creativiteit in de deelgemeente, ook bij ondernemers en D66 wil die ondernemers de ruimte geven hun ideeën in Delfshaven te realiseren. Speerpunten zijn: • Het bestrijden van regelzucht

76


• Concentratie van winkels om in te spelen op de teruglopende vraag naar winkelruimte • Ruimhartige bestemmingsplannen die herbestemming snel en goedkoop mogelijk maken

Prins Alexander Aandacht voor buurten In de meeste buurten van Prins Alexander is het prettig wonen. Er is een gevarieerd aanbod aan woningen en veel scholen op loop- of fietsafstand. Dat willen we graag zo houden, onder andere door voorzieningen als speeltuinen in stand te houden en een buitenruimte die schoon en heel is. Dat neemt niet weg dat er buurten zijn die extra aandacht vragen, zoals de bloemkoolwijken in Zevenkamp en Oosterflank en het Ambachtsplein. Op Ambachtsplein spelen twee zaken. Als eerste dat het LCC wordt omgevormd tot de centrale jongerenvoorziening voor heel Prins Alexander. Daarnaast is er zoveel en al zolang overlast van hangjongeren en -ouderen dat er een stadsmarinier is ingezet. We hopen dat overlast snel verdwijnt, maar we sluiten niet uit dat er ook de komende periode veel aandacht voor Ambachtsplein nodig is. Ruimtelijke ontwikkelingen en duurzaamheid Mede door de financiële crisis en de onzekerheden rond de veiligheid rond de spoorlijn is er de afgelopen periode weinig gerealiseerd van de plannen rond het Alexandrium.

D66 Rotterdam zet in Prins Alexander in op: 1) Upgrade Station Alexander 2) Bovengrondse overgangen metro veiliger of ondergronds 3) Groene verbindingen van wijk naar wijk in het hele gebied 4) Meer aansprekende evenementen op het evenemententerrein Nesselande 5) Verplaatsing sloperijen langs het spoor

Daarnaast speelt de bereikbaarheid van Nesselande. De ontsluiting van deze wijk loopt via de Hoofdweg in Nieuwerkerk (Zuidplas). In heel Prins Alexander speelt verzakkingsproblematiek. Recent is gebleken dat de wegen in Prinsenland ernstig verzakt zijn. Ook de staat van de riolering en de duikers vraagt continue aandacht en dus geld. Wijkwelzijn: doelgroepenbeleid Drie groepen bewoners vragen om speciale aandacht: de schoolgaande jeugd, de ouderen en vrijwilligers. Voor de jongeren is een netwerk rond talentontwikkeling opgezet. Er is een mooi programma opgezet voor het schooljaar 2013/2014. De inzet is dat het netwerk een vervolg geeft aan dit programma, maar een steuntje in de rug van de lokale overheid blijft gewenst. In Prins Alexander is gestart met een pilot Woon-service-gebied. Voor de vele oudere inwoners in ons gebied biedt dit de kans langer in de eigen woning te blijven doordat voorzieningen in de buurt eenvoudig beschikbaar komen. Een mooi voorbeeld is de zorgwinkel.

77


Een derde groep is niet leeftijdgebonden: de vrijwilligers. We willen het vrijwilligerswerk stimuleren. Het is goed voor de sociale cohesie. Vrijwilligerswerk kan bestaan uit mantelzorg voor ouderen en sluit dus mooi bij het bovenstaande punt aan. Ook sportverenigingen zijn afhankelijk van de inzet van vrijwilligers.

Kralingen-Crooswijk Kralingen -Crooswijk heeft een grote verscheidenheid aan buurten, voorzieningen, bedrijven en instellingen. De centrale ligging en goede bereikbaarheid van Kralingen -Crooswijk, de hoogwaardige woonwijken en ( groen)voorzieningen als de Kralingse Plas en de aanwezigheid van in stellingen als de Erasmus universiteit Rotterdam, maken van Kralingen -Crooswijk een gebied waar het prettig wonen, werken en recreëren is. Maar er zijn in het gebied ook zaken die verbetering behoeven. De (her)ontwikkeling van Nieuw Crooswijk zal de komende jaren veel vragen van zowel bewoners en gemeente, de potentie van winkelstraten kan beter worden benut, de veiligheid blijft in sommige buurten nog achter bij het gemiddelde veiligheidsniveau in Kralingen-Crooswijk, er zijn nog teveel gevaarlijke kruisingen en initiatieven en evenementen op het gebied kunst & cultuur kunnen actiever worden gestimuleerd. Betrekken bewoners bij plannen en uitvoering Een belangrijke prioriteit van D66 is het actief consulteren en betrekken van bewoners bij het maken van plannen en de uitvoering waardoor bewoners echt een stem krijgen over hun eigen sociale en fysieke leefomgeving. De afgelopen jaren is de deelgemeente niet in alle gevallen in staat is geweest om bewoners en belanghebbenden actief en constructief bij het maken van plannen en de uitvoering te betrekken. Het nieuwe gebiedsbestuur geeft de kans om participatie opnieuw vorm te geven. Er zijn vele manieren om participatie en invloed te organiseren, zoals wijkreferenda, buurt enquêtes, Buurt Bestuurt, bewonersavonden, buurtgeld, een digitaal burgerpanel, etc. D66 gaat graag de uitdaging aan om deze middelen actief in te zetten. Daarbij is het van belang de participatiemiddelen af te stemmen op de wijk en doelgroep. Nieuw Crooswijk De (her)ontwikkeling van Nieuw Crooswijk heeft de afgelopen jaren veel vertraging opgelopen. De afgelopen jaren hebben gemeente, woningcorporatie en projectontwikkelaar veel energie gestoken in bijstelling van het woningbouwprogramma en nieuwe financiële afspraken over de uitvoering van het plan. D66 is blij dat er in de bijgestelde plannen meer ruimte is voor een flexibele aanpak en aandacht voor behoud van karakteristieke panden. De (her)ontwikkeling van Nieuw Crooswijk heeft de afgelopen jaren veel gevraagd van bewoners en ondernemers in het gebied. Dat zal de komende jaren zo blijven. D66 vindt dat investeringen in woningen en de openbare ruimte die lange tijd zijn uitgesteld, dienen de komende tijd snel te worden uitgevoerd. Daarnaast vindt D66 dat tijdelijk gebruik van braakliggende terreinen actiever dient te worden gestimuleerd. Door deze terreinen te gebruiken voor stadslandbouw, speelvoorzieningen, of tijdelijke winkels en atelierruimtes hebben deze meer waarde voor de buurt. Winkelstraten en horeca In Kralingen-Crooswijk zijn diverse winkelstraten en -centra aanwezig. In een aantal winkelstraten is sprake van leegstand en matige tot slechte staat van de openbare ruimte. D66 vindt dat levendige

78


winkelstraten en -centra een belangrijke bijdrage leveren aan de aantrekkelijkheid van de wijken. Om de potentie van de winkelstraten en -centra beter te benutten, dient te de gemeente belemmeringen voor ondernemers – waar mogelijk - weg te nemen, in samenwerking met vastgoedeigenaren tijdelijk ondernemerschap (pop up stores) te stimuleren en de kwaliteit van de openbare ruimte te verbeteren. D66 wil de Jonker Fransstraat, Vlietlaan en het winkelcentrum De Esch de komende jaren een flinke impuls geven. De Jonker Fransstraat de voornaamste verbinding tussen de Meent en Noordplein. Door aansluiting te zoeken bij de initiatieven en ontwikkelingen rond de Meent en Noordplein, kan de Jonker Fransstraat zich ontwikkelen tot levendige schakel tussen het Oude Noorden en het centrum. In het winkelgebied rond de Vlietlaan laat de verblijfskwaliteit op dit moment te wensen over. D66 streeft naar een snelle herinrichting van de openbare ruimte in dit gebied. In Kralingen-Crooswijk is een grote verscheidenheid aan horecavoorzieningen aanwezig. D66 vindt dat de aanwezigheid van horeca bijdraagt aan de verblijfskwaliteit in een buurt. Nieuwe horeca is welkom, maar het blijft daarbij belangrijk om in overleg met bewoners goede oplossingen te zoeken voor eventuele parkeeroverlast en geluidhinder. D66 vindt dat vooral rond Oostplein ruimte kan worden gegeven om het horecaconcentratiegebied verder te ontwikkelen. Veiligheid Kralingen-Crooswijk is een relatief veilig gebied, er zijn geen wijken die in de Rotterdamse veiligheidsindex als bedreigde of probleemwijken scoren. In Rubroek, Oud- en Nieuw Crooswijk blijft de veiligheidssituatie echter achter bij het gemiddelde van Kralingen-Crooswijk. D66 wil dat in deze wijken de samenwerking van bewoners, politie en stadsbeheer in onder meer de stuurgroepen Veilig in de wijk en Buurt Bestuurt wordt gecontinueerd en waar nodig geïntensiveerd, om het niveau ‘veilige wijk’ van de veiligheidsindex te brengen. D66 pleit voor terughoudendheid bij het toepassen van repressieve maatregelen. D66 is tegen de inzet van mosquito’s. Cameratoezicht mag alleen in uitzonderlijke gevallen mogen worden ingezet, als onderdeel van een breder pakket aan preventieve en repressieve maatregelen. Menselijk toezicht in de vorm van stadstoezicht en/of politie is daarbij onmisbaar. De inzet van stadstoezicht kan een bijdrage leveren aan de ervaren veiligheid in de wijk. De werkwijze van stadstoezicht moet daarbij klantvriendelijk, communicatief en oplossingsgericht zijn. Kunst en cultuur Kralingen-Crooswijk heeft een rijk cultureel aanbod. De aanwezigheid van kunst in de openbare ruimte, galeries en culturele evenementen leveren een belangrijke bijdrage een de kwaliteit van de wijken. D66 dat initiatieven en evenementen op het gebied kunst & cultuur in Kralingen-Crooswijk actiever dienen worden gestimuleerd. Evenementen in het Kralingse Bos (CHIO, Dragon Boat race) hebben laten zien dat er ruimte is voor evenementen, zonder dat deze tot onaanvaardbare overlast voor de omgeving leiden. D66 vindt dat er meer evenementen in Kralingen-Crooswijk kunnen worden toegelaten, mits de bezoekersstroom goed wordt geregeld (door bijvoorbeeld pendeldiensten) en de omgeving vroegtijdig wordt geïnformeerd. Kleinschalige initiatieven op het gebied van kunst en cultuur kunnen worden gestimuleerd door in samenwerking met vastgoedeigenaren (tijdelijk) cultureel ondernemerschap (pop up stores) de ruimte te geven in leegstaande panden. Verkeer en vervoer

79


Kralingen-Crooswijk is goed bereikbaar met auto, fiets en openbaar vervoer. De realisatie van de P+R voorziening Kralingse Zoom levert een belangrijke bijdrage aan het terugdringen van de parkeeroverlast in de omgeving van de metrostations Kralingse Zoom en Voorschoterlaan. De afgelopen jaren zijn enkele ‘hot spots’ aangepakt (bijvoorbeeld de kruising Boezemweg - Ammanplein). De verkeersveiligheid voor vooral fietsers en voetgangers laat op een aantal plekken in Kralingen-Crooswijk echter nog te wensen over. D66 streeft naar een snelle aanpak van andere ‘hot spots’, zodat de ongelukken met fietsers en voetgangers worden verminderd. Met name de kruisingen Abram van Rijckevorselweg-Burg. Oudlaan, Boezemsingel-Goudse rijweg en Zaagmolenbrug-Linker Rottekade dienen met voorrang te worden aangepakt. Vervoer over water met de Fast Ferry/waterbus kan een bijdrage leveren aan de verbindingen met openbaar vervoer vanuit Kralingen-Crooswijk met de Drechtsteden en Alblasserwaard. D66 streeft naar een aanlegplaats voor de Fast Ferry/waterbus ter hoogte van De Esch. Voorzieningen D66 is een voorstander van het behouden en versterken van belangrijke voorzieningen voor de buurt. Afgelopen jaren stonden o.a. speeltuinen, de kinderboerderij en de botanische tuin onder druk wegens mogelijke bezuinigingen. D66 vindt dat deze voorzieningen ontzien moeten worden bij verdere bezuinigingen en waar nodig versterkt moeten worden, zodat zij een toegevoegde waarde blijven voor de inwoners van Kralingen-Crooswijk. Ook Arboretum-Trompenburg, de buurtmoestuinen en het vernieuwde tennispark Kralingen zijn echt een toegevoegde waarde voor de buurt. D66 wil deze en andere waardevolle voorzieningen behouden en nieuwe ontwikkelingen een kans geven. D66 zet in Kralingen-Crooswijk in op: • Duidelijkheid geven aan bewoners en ondernemers in Nieuw Crooswijk wat er met hun woning gaat gebeuren. Tijdelijk gebruik van braakliggende terreinen in Nieuw Crooswijk stimuleren; • Actief consulteren en betrekken van bewoners bij het maken van plannen en de uitvoering waardoor bewoners echt een stem krijgen over hun eigen sociale en fysieke leefomgeving. • De potentie van de winkelstraten en -centra beter benutten, door belemmeringen voor ondernemers – waar mogelijk - weg te nemen, in samenwerking met vastgoed eigenaren tijdelijk ondernemerschap (pop up stores) te stimuleren en de kwaliteit van de openbare ruimte te verbeteren. D66 wil de Jonker Fransstraat, Vlietlaan en het winkelcentrum De Esch de komende jaren een flinke impuls geven; • Veilig in de wijk en Buurt Bestuurt in Rubroek en Crooswijk continueren en waar nodig intensiveren, om van deze wijken echt veilige wijken te maken; • Initiatieven en evenementen op het gebied kunst & cultuur in Kralingen-Crooswijk actiever stimuleren; • Snelle aanpak van de ‘hot spots’ Abram van Rijcke vorselweg-Burg. Oudlaan, Boezemsingel- Goudse rijweg en Zaagmolenbrug-Linker Rottekade; • Realisatie van een aanlegplaats voor de Fast Ferry/waterbus ter hoogte van De Esch.

80


• Behoud en versterking van belangrijke voorzieningen voor de buurt zoals de speeltuinen, de kinderboerderij, de botanische tuin, buurtmoestuinen, Arboretum-Trompenburg en tennispark Kralingen.

Overschie “D66 zet in op “De kracht van Overschie” De nieuwe gebiedscommissie is een kans voor bewoners, verenigingen, ondernemers en de politiek om samen met elkaar aan de toekomst van Overschie te werken. D66 is er klaar voor. Niet gehinderd door discussies over financiële middelen of bevoegdheden kunnen de gekozen leden van de gebiedscommissie Overschie aan de slag gaan. Voorop staat met de Overschiese bewoners te overleggen, de wijk in te gaan, de discussie aangaan, samenwerken, plannen maken zodat we allemaal trots kunnen zijn op onze wijk. Zo kent u ons al: Het Overschiese geluid en ideeën luid en duidelijk hoorbaar maken bij de gemeenteraad en daar samen met elkaar voor Overschie gaan. En dat is de belangrijkste taak van de gebiedscommissie: het adviseren van de gemeenteraad. D66 heeft een prima netwerk en zal dat ook maximaal blijven inzetten voor Overschie. Participatie: Voor en door Overschiese bewoners Overschie staat bekend om haar betrokken bewoners. Zij weten het beste wat er in hun wijk of straat speelt en hoe problemen kunnen worden opgelost. De afgelopen jaren heeft menig Overschiese inwoner ons al weten te vinden. Samen hebben we mooie resultaten weten te boeken. En ook anderen weten te overtuigen van die oplossingen. In de gebiedscommissie is dat nog belangrijker. D66 zet in op: • De wijk in! Met u om de tafel om over ideeën en oplossingen te praten. Wijkgesprekken in elke wijk voeren en als er problemen zijn: op locatie vergaderen. D66 wil dat de gebiedscommissie naar u toe komt • Maar ook samen met u naar de raad en onze fractie aan de Coolsingel om het Overschiese geluid te laten horen. • Burgerinitiatieven zoveel mogelijk aanmoedigen en ondersteunen. • De vele verenigingen en inwoners die zich actief in zetten voor Overschie blijven ondersteunen. • Burgerpanel uitbreiden en actiever inzetten. Groen, heel en gezond De kwaliteit van de woonomgeving is belangrijk voor bewoners en voor het imago van Overschie. Op onze oude dorpskern kunnen we trots zijn, maar niet alleen de dorpskern is mooi, ook onze buitengebieden en parken moeten we koesteren. D66 zet in op: • Terugkeer van de maximum snelheid van 80km op de A13 zodat de luchtkwaliteit verbetert. • Duurzame ontwikkeling, in overleg met agrariërs, van polder Schieveen en Schiezone. • Meer bomen planten op de plekken waar het kan en voor elke gekapte boom moeten er voortaan twee worden teruggeplant. • Ondersteunen van duurzame projecten. • Onderhoud van straten, stoepen, groenvoorzieningen en speelplaatsen op een hoog niveau houden. • Aanleg en onderhoud van Park16Hoven op een hoog ambitieniveau houden. • D66 blijft tegen de bochtafsnijding van de Delftse Schie en de brug achter de Grote Kerk. Economie, openbaar vervoer en verkeer De economie binnen het gebied komt nauwelijks ten gunste van bewoners en andersom: de bewoners spekken de lokale economie te weinig. Het ondernemersklimaat kan een oppepper gebruiken. Leegstaande gebouwen moeten zo snel mogelijk herontwikkeld worden zodat deze plekken in beweging blijven en niet verloederen. Leegstand van winkels moet voorkomen worden, nog sterker: het voorzieningenniveau moet sterk omhoog. Het is een groot gemis in Overschie

81


dat er geen directe OV- verbinding met Park16Hoven, Station Melanchtonweg en het Sint Franciscus Gasthuis is. D66 zit in op: • Een businessplatform met grote werkgevers in Overschie en omgeving om tot een investeringsagenda voor Overschie te komen. • Een zzp-bond en verzamelgebouw in Overschie dat als marktplaats voor ideeën kan dienen. • Herontwikkeling van de vele leegstaande schoolgebouwen, kerken, bedrijfspanden. • Pop-up stores in leegstaande winkels tot er een nieuwe huurder is. • De Baumannlaan en Abtsweg meer allure geven. • Meer toerisme naar de oude dorpskern trekken. • Aandringen op een goede verkeersaansluiting van Park16Hoven naar Overschie • OV-verbinding met het Sint Franciscus Gasthuis en Randstadrailstation Melanchtonweg. • Tegengaan van het sluipverkeer en de vele leswagens in Overschie. Sociaal en Cultureel We moeten zorgen voor goede voorzieningen op gebied van onderwijs en welzijn. Ook op het rijke verenigingsleven moeten we zuinig zijn en dit blijven ondersteunen, daarom is D66 ook voor het behouden van OverschieSportGratis in zijn huidige vorm en doorgaan van de ontwikkeling van de DaltonTalentCampus. D66 zet in op: • Evenementen, ook grote, moeten in Overschie mogelijk blijven. • Activiteiten van Overschiese verenigingen ondersteunen. • Een mantelzorgpunt waar mantelzorgers om steun, advies en hulp kunnen vragen als zij dat nodig hebben. • Voor- en naschoolse opvang met een gevarieerd activiteiten programma. • Sociale Wijkteams (jeugdzorg, wijkverpleging, huisartsen, maatschappelijk werk) oprichten zodat problemen snel gesignaleerd een aangepakt kunnen worden. • Blijven investeren in activiteiten voor ouderen om vereenzaming te voorkomen.

Hillegersberg – Schiebroek Vertegenwoordiging en belangenbehartiging Het is belangrijk dat de gebiedscommisie zich inzet voor heel Hillegersberg-Schiebroek. Elke wijk heeft zijn eigen specifieke aandachtspunten die niet uitgeruild mogen worden tegen aandachtspunten van een andere wijk. In Schiebroek Zuid dient de aandacht vooral te liggen op het sociale vlak en de wijkvernieuwing. In Schiebroek-Noord en Oud-Hillegersberg verdienen het winkelen voorzieningenniveau de nodige aandacht. In het Molenlaankwartier en Terbregge speelt de verkeerssituatie en de toekomstige A13/A16. In het Kleiwegkwartier enkele onoverzichtelijke kruispunten en stadsontwikkeling op langere termijn. In 110-Morgen de achterblijvende renovatie en woningbouw. Participatie De gebiedscommissie heeft onder andere tot taak om bewoners en belanghebbenden te betrekken bij de vorming en uitvoering van het beleid. Er moet veel tijd en aandacht worden besteed aan participatie, met name aan bewonersinitiatieven zoals bij het Koeienplein en Lupine. Directe participatie via bijvoorbeeld het Burgerpanel, kan verder worden uitgebouwd. Participatie is ook het zo lang mogelijk mee kunnen doen in de maatschappij. Het lokale welzijnswerk en sociaal werk dient veel oog te hebben voor wat hulpvragers zelf nog kunnen doen. Wanneer er hulp moet worden geboden, moet dit aansluiten op de werkelijke vragen en problemen van de mensen.

82


Informatie dient altijd voor iedereen goed vindbaar en makkelijk verkrijgbaar zijn. Duurzaamheid Duurzaamheid heeft betrekking op natuur en milieu, maar ook op lange termijnoplossingen. D66 maakt zich daarom hard voor meer natuurlijker oevers langs singels en vijvers, meer verschillende soorten vaste planten en het laten begroeien van kale boomspiegels. Het groenonderhoud kan vaak minder intensief, zodat natuurlijke ontwikkelingen kansen krijgen. Een en ander mag natuurlijk geen gevaar voor bijvoorbeeld verkeer opleveren. De ecologische structuur in de stadsdelen zou verder moeten worden uitgebreid. Door stukken openbaar groen in eigen beheer te geven wordt de betrokkenheid vergroot en kan achteruitgang worden voorkomen. D66 is vóór nieuwe ontwikkelingen, maar als er een groenbestemming in gevaar komt, dient deze wel gecompenseerd te worden. Stadslandbouw, zoals in Schiebroek, krijgt de ruimte. D66 wil dat de tuinen bij de Tsjaikofskilaan behouden blijven voor de huidige gebruikers en ook de voormalige educatieve tuin Berberisweg beschikbaar komt en betaalbaar wordt voor lokale initiatieven D66 wil dat natuur en milieueducatie voor alle schoolkinderen beschikbaar is. Verkeer en vervoer D66 waardeert de luchthaven als zakenvliegveld met diens goede relatie met de omgeving. D66 erkent dat bewoners van Schiebroek-Hillegersberg geluidshinder ervaren. D66 wil slechts uitbreiding van bestemmingen indien deze binnen de huidige geluidsnormen en openingstijden plaatsvinden. D66 wil dat minimaal het huidige OV-aanbod behouden blijft D66 zet zich in voor verkeersveiligheid voor fietsers en voetgangers. Doorpakken op de aanpassingen van de kruisingen kleiweg/uitweg en kleiweg/straatweg en verdere inzet op veilig verkeer in woonwijken. Handhaving op maximale snelheden. De verkeerssituatie op en de leefbaarheid langs het traject Molenlaan-Terbregseweg blijft de aandacht vragen. A13/A16 D66 wil dat de inpassing van het tracé gericht is op minimalisering van de uitstoot van geluid en fijnstof en op een zo goed mogelijke beeldkwaliteit. Het Terbregse Veld wordt een logische groene recreatieve verbinding tussen het Kralingse Bos en het Bergse Bos. In Schiebroek wordt maximaal ingezet op vermindering van geluidsoverlast door hoge schermen en geluidswallen en een ecologisch viaduct naar de Vlinderstrik. Het Schiebroekse Park moet zoveel mogelijk behouden blijven. Bij de tunnelmonden wil D66 extra aandacht voor het vrijkomen van fijnstof en overlast van licht.

Feijenoord Iedereen doet mee in Feijenoord In Feijenoord heeft iedereen gelijke kansen om te wonen, te leven, zich te ontwikkelen en om te adviseren over zaken die hem of haar aangaan. Er is blijvende aandacht voor de inclusieve samenleving en dus voor mindervaliden, ouderen, jongeren, allochtonen, autochtonen, kortweg er is aandacht voor iedereen. Feijenoord is een veilig, klimaatneutraal en duurzaam gebied

83


Feijenoord kent een grote diversiteit aan woonmogelijkheden met o.a. luxe appartementen op de Wilhelminapier, kleine huurwoningen in tuindorp Vreewijk, unieke maar nog kleinere en dicht op elkaar gebouwde wederopbouwhuizen in Bloemhof en etagewoningen in Hillesluis. Tussen al dat aanbod is er ook nog het nodige cultureel erfgoed aanwezig. Het is en blijft een grote uitdaging om de woonomgeving nu en in de toekomst schoon, heel en veilig te houden, waarbij er oog blijft voor het de historie van het gebied.

D66 Rotterdam zet in Feijenoord in op: • De overheid actief blijft bijdragen aan het schoon, heel en veilig houden van de woonomgeving door b.v. het straatmeubilair inclusief verlichting te onderhouden, door het schoonhouden van de singels in Vreewijk en Hillesluis en b.v. ook door het verstrekken van hondenpoepzakjes op plaatsen waar honden (moeten) worden uitgelaten • De overheid blijft bewoners actief betrekken bij het (opnieuw) vaststellen van plannen voor (her)inrichting van de eigen omgeving • De overheid draagt eraan bij dat er aandacht is en blijft voor het onderhouden of creëren van een aantrekkelijke buitenruimte voor mensen, dieren en planten die nu, in de komende jaren en over tientallen jaren in het gebied (moeten) leven of vertoeven • Er is en blijft aandacht voor het cultureel erfgoed in het gebied

Opzoomeren weer terug naar de straat In Feijenoord wonen veel mensen dicht op elkaar met alle voor- en nadelen van dien. Als veel mensen dicht op elkaar leven en intensief gebruik maken van de voorzieningen, wordt de omgeving sneller vuil en kapot. Om dit proces in de hand te houden is een actieve inzet van bewoners onontbeerlijk.

D66 Rotterdam zet in Feijenoord in op: • Mensen worden ervan worden doordrongen dat ze zelf verantwoordelijk zijn voor hun eigen straat en omgeving zodat ze zelf nog meer gaan meehelpen hun straat schoon, heel en veilig te houden

Welzijns- en opbouwwerk voor alle bewoners De laatste jaren leeft bij delen van de bevolking de indruk dat het welzijns- en opbouwwerk alleen nog maar beschikbaar is voor een beperkte groep bewoners. Waar nodig zullen bestaande en nieuwe organisaties die zijn betrokken bij de uitvoering van welzijns- en opbouwwerk, al dan niet in samenwerking met de overheid die indruk moeten wegnemen.

D66 Rotterdam zet in Feijenoord in op: • Iedere inwoner in Feijenoord het gevoel krijgt dat er ook welzijns- en opbouwwerk voor hem of haar beschikbaar is als hij of zij dat nodig heeft.

84


Charlois Iedereen doet mee in Charlois In Charlois heeft iedereen gelijke kansen om te wonen, te leven, zich te ontwikkelen en om mee te praten over zaken die hem of haar aangaan. Er is blijvende aandacht voor de inclusieve samenleving en dus voor mindervaliden, ouderen, jongeren, allochtonen, autochtonen, kortweg er is aandacht voor iedereen. Charlois is een veilig, klimaatneutraal en duurzaam gebied Charlois kent weinig diversiteit aan woonmogelijkheden met relatief veel kwalitatief lage woningen in het bijzonder in de oude wijken. Hierin moet de komende jaren in worden geïnvesteerd en juist dit biedt kansen om klimaatneutraal en duurzaam te integreren in het nationaal programma KSZ.

D66 Rotterdam zet in Charlois in op: • De overheid actief blijft bijdragen aan het schoon, heel en veilig houden van de woonomgeving door b.v. het straatmeubilair inclusief verlichting te onderhouden, en ook door de overlast van hondenpoep voortvarend aan te maken door en het beschikbaar stellen van hondenpoepzakjes op plaatsen waar honden (moeten) worden uitgelaten en het consequent handhaven op overtredingen • De overheid bewoners beter actief betrekt bij het (opnieuw) vaststellen van plannen voor (her)inrichting van de eigen omgeving • De overheid draagt eraan bij dat er aandacht is en blijft voor het onderhouden of creëren van een aantrekkelijke buitenruimte voor mensen, dieren en planten die nu, in de komende jaren en over tientallen jaren in het gebied (moeten) leven of vertoeven

Benutten eigen kracht van mensen In Charlois wonen veel mensen dicht op elkaar met alle voor- en nadelen van dien. Als veel mensen dicht op elkaar leven en intensief gebruik maken van de voorzieningen, wordt de omgeving sneller vuil en kapot. Om dit proces in de hand te houden is een actieve inzet van bewoners onontbeerlijk.

D66 Rotterdam zet in Charlois in op: • Mensen in hun kracht worden gezet en aangemoedigd zelf verantwoordelijk te dragen voor hun eigen straat en omgeving zodat ze zelf nog meer gaan meehelpen hun straat schoon, heel en veilig te houden daarbij krachtig ondersteund, en niet geleid, door de overheid.

Kwaliteitssprong ook echt gaan maken In Charlois (en ook Feijenoord) moet de Kwaliteitssprong ook echt gemaakt gaan worden. Dit kan alleen als er én middelen worden vrijgemaakt maar vooral ook door de burgers en ondernemers te betrekken en aan te moedigen om in de eigen woningen en buurt te investeren. Het nationaal programma KSZ moet ook vooral een programma door de burgers worden.

85


D66 Rotterdam zet in Charlois in op: • De overheid investeren in Charlois gaat stimuleren via burgers en ondernemers zelf, bijvoorbeeld door een co-financieringsregeling. • Er in Charlois vrije kavels beschikbaar gesteld worden waarop burgers hun eigen woning op kunnen bouwen met minimale welstandsvoorschriften.

IJsselmonde Iedereen doet mee in IJsselmonde In IJsselmonde heeft iedereen gelijke kansen om te wonen, te leven, zich te ontwikkelen en om te adviseren over zaken die hem of haar aangaan. Er is blijvende aandacht voor de inclusieve samenleving; iedereen van jong tot oud, met of zonder beperking, van welke afkomst dan ook telt mee, draagt bij en krijgt in ruil daarvoor de steun die men nodig heeft. IJsselmonde is een veilig, klimaatneutraal en duurzaam gebied IJsselmonde heeft een redelijk diverse woningvoorraad, waarbij vaak vooral grote verschillen zijn tussen de wijken onderling. Er zal op korte termijn moeten worden gekeken hoe de kwaliteit van de woningen in met name delen van Beverwaard en Lombardijen te verbeteren is. Het is en blijft een grote uitdaging om de woonomgeving nu en in de toekomst schoon, heel en veilig te houden, waarbij er oog blijft voor het historische karakter van bijvoorbeeld Oud-IJsselmonde.

D66 Rotterdam zet in IJsselmonde in op: • De overheid actief blijft bijdragen aan het schoon, heel en veilig houden van de woonomgeving door b.v. het straatmeubilair inclusief verlichting te onderhouden, door het openbaar groen vrij te houden van zwerfafval en b.v. ook door het verstrekken van hondenpoepzakjes op plaatsen waar honden (moeten) worden uitgelaten • De overheid blijft bewoners actief betrekken bij het (opnieuw) vaststellen van plannen voor (her)inrichting van de eigen omgeving • De overheid draagt eraan bij dat er aandacht is en blijft voor het onderhouden of creëren van een aantrekkelijke buitenruimte voor mensen, dieren en planten die nu, in de komende jaren en over tientallen jaren in het gebied (moeten) leven of vertoeven • Verkeerssituaties in IJsselmonde overzichtelijk en veilig zijn, en zoveel mogelijk hetzelfde ingericht (als de tram op de ene rotonde voorrang heeft, heeft hij het op een andere ook, bijvoorbeeld)

Samen wonen in prettige wijken In IJsselmonde wonen veel verschillende mensen samen in de wijken, en dat kan tot spanningen leiden. Netwerken van bewoners kunnen helpen om die spanningen te voorkomen of indien nodig te helpen oplossen.

86


D66 Rotterdam zet in IJsselmonde in op: • Mensen worden ervan worden doordrongen dat ze zelf verantwoordelijk zijn voor hun eigen straat en omgeving zodat ze zelf nog meer gaan meehelpen hun straat schoon, heel en veilig te houden, waarbij bijvoorbeeld ook aandacht is voor sneeuwruimen en het zijn van een ‘goede buur’ • Het contact tussen mensen op wijkniveau wordt versterkt, door bijvoorbeeld bewonersverenigingen te versterken en bewoners te faciliteren bij het opstellen van een wijkconvenant, waarin door bewoners zelf plannen worden gemaakt voor het prettig maken en houden van de buurt

Cultuur en sport in de buurt Het aanbod aan mogelijkheden om bezig te zijn met cultuur en sport moet worden uitgebreid, zodat sport en cultuur voor de bewoners van IJsselmonde makkelijk toegankelijk zijn.

D66 Rotterdam zet in IJsselmonde in op: • De Cultuurwerkplaats wordt voltooid, de cultuurscout blijft bestaan en nieuwe initiatieven gericht op amateurkunst en beleving van cultuur worden ontwikkeld • De kunst in de openbare ruimte goed onderhouden wordt en bewoners een wijkkunstwerk kunnen adopteren • Amateursport in IJsselmonde wordt ondersteund door aandacht voor het verenigingsleven en zo mogelijk het voorkomen van verschraling van het aanbod • (Op dit moment inactieve) bewoners worden gewezen op mogelijkheden om op een leuke manier in beweging te komen, zonder of met betrokkenheid van sportverenigingen

Rozenburg Milieu en duurzaamheid Door de ligging van het dorp Rozenburg te midden van havens, (snel)wegen en industrie, is de milieubelasting van geluid, fijn stof en veiligheidscontouren op het dorp groot. Om het woon - en leefklimaat in de buitenruimte te verbeteren is het nodig dat de geluid- , fijn stof - en veiligheidscontouren van infrastructuur en bedrijven worden verkleind. De gemeente Rotterdam kan dat niet op zichzelf, maar is daarvoor afhankelijk van de bedrijven en andere overheden. D66 wil dat de gemeente Rotterdam bij plannen en investeringen in de omgeving van Rozenburg, stimuleert dat de milieubelasting meer wordt verkleind dan de minimale (wettelijke) vereisten. Multifunctioneel centrum (MFC) De gemeente Rotterdam heeft de duurzame ambities voor het nieuwe multifunctioneel centrum (MFC) in Rozenburg voor een aanzienlijk deel moeten loslaten, omdat het budget de investeringen in duurzame materialen en voorzieningen in het MFC niet toelaat. Duurzame toepassingen vragen veelal een hogere aanvangsinvestering, maar verdienen zich op langere termijn terug. D66 streeft er daarom naar om de

87


duurzame ambities voor het MFC alsnog te realiseren. Dit kan door bijvoorbeeld de mogelijkheden voor alternatieve financieringsconstructies (bijvoorbeeld sponsoring) voor duurzame materialen en installaties in het MFC te onderzoeken. Blankenburgtunnel De realisatie van de Blankenburgtunnel zal grote invloed hebben op de leefkwaliteit in Rozenburg. Aan de ene kant zorgt de tunnel voor een snelle verbinding van Rozenburg met Maassluis, Vlaardingen en het Westland. Aan de andere kant zal de tunnel leiden tot vergroting van de druk op het milieu in Rozenburg. D66 wil dat de gemeente Rotterdam bij het rijk aandringt op een goede ruimtelijke inpassing van de tunnel en de toevoerwegen, en (aanvullende) maatregelen om de hinder van geluid en fijn stof verder terug te dringen dan de wettelijk toegestane belasting. In het besluit van het voor de Blankenburgtunnel is geen ruimte opgenomen voor een fietsen voetgangersverbinding. D66 vindt een voorziening voor fietsers en voetgangers in de Blankenburgtunnel een belangrijke meerwaarde hebben voor Rozenburg, omdat de route naar Vlaardingen daarmee wordt verkort en de bewoners voor de fietsen voetgangersverbinding met de noordoever van de Nieuwe Waterweg minder afhankelijk worden van de veerverbinding. Landtong Rozenburg Het project Landtong Rozenburg is volop in uitvoering en zal de komende jaren worden afgerond. De Landtong Rozenburg vormt een bijzonder natuur- en recreatiegebied, waar de inwoners en Rozenburg en de gehele regio de ruigheid van de elementen wind en water kan ervaren. In het project is (vooralsnog) geen horeca opgenomen. Een (kleinschalige) horecavestiging kan een bijdrage kan leveren aan het vergroten van het verblijfskwaliteit op de landtong. D66 ziet voor de ontwikkeling en exploitatie van een horecavoorziening op de landtong een rol weggelegd voor lokale partners als bijvoorbeeld de Ruitervereniging Rozenburg. D66 zet in Rozenburg in op: • Verbetering van de omgevingskwaliteit door verkleining van de geluid-, fijn stof- en veiligheidscontouren van infrastructuur en bedrijven; • Goede ruimtelijke inpassing van de Blankenburgtunnel, maatregelen om geluid en fijn stof van de tunnel te beperken en aanleg van fietsvoorzieningen in de tunnel; • Mogelijkheden om duurzaamheidsambities voor het MFC alsnog te realiseren onderzoeken; • Horeca op de Landtong Rozenburg stimuleren door lokale partners te zoeken voor exploitatie.

Pernis Milieu en duurzaamheid Door de ligging van het dorp Pernis te midden van havens, (snel)wegen en industrie, is de milieubelasting van geluid, fijn stof en veiligheidscontouren op het dorp groot. De gemeente Rotterdam is de afgelopen

88


jaren gestart met de ‘stad en milieu benadering’ waarmee woningbouw in gebieden met een hoge milieubelasting mogelijk wordt gemaakt, door maatregelen aan nieuwe woningen te nemen om hinder aan de binnenzijde te beperken. D66 vindt dat alleen maatregelen aan de woning zelf, niet voldoende zijn om de omgevingskwaliteit in Pernis te verbeteren. Om het woon-en leefklimaat in de buitenruimte te verbeteren is het nodig dat de geluid-, fijn stof- en veiligheidscontouren van infrastructuur en bedrijven worden verkleind. De gemeente Rotterdam kan dat niet op zichzelf, maar is daarvoor afhankelijk van de bedrijven en andere overheden. D66 wil dat de gemeente Rotterdam bij plannen en investeringen in de omgeving van Pernis, stimuleert dat de milieubelasting meer wordt verkleind dan de minimale (wettelijke) vereisten. Verkeer en vervoer Pernis is goed bereikbaar met de auto en het openbaar vervoer. De afgelopen jaren is volop geïnvesteerd in verbetering van de wegen in de omgeving van het dorp (o.a. verbreding A15), de bereikbaarheid per openbaar vervoer (metro, bus) is daarbij achtergebleven. De dienstregeling van Metro C (Capelle a/d IJssel - Spijkenisse) is in de afgelopen jaren versoberd in de avonduren en weekeinden. Metro C is van cruciaal belang voor de verbinding van Pernis met Hoogvliet en Schiedam/Rotterdam, mede omdat de sociale veiligheid van de fietsverbindingen via Beneluxtunnel en de Vondelingenweg in de avonduren lager ligt. D66 streeft naar verhoging van de frequentie van Metro C tussen Schiedam Centrum en De Akkers in de avonduren en weekeinden, zodat bereikbaarheid van het dorp per openbaar vervoer op in de daluren wordt verbeterd. Voorzieningen Om de maatschappelijke- en winkelvoorzieningen in Pernis te behouden, streeft de gemeente Rotterdam naar een verdere groei van Pernis tot 5000 inwoners. De groei moet vooral worden gerealiseerd door nieuwe woningbouw in het dorp. D66 vindt dat bevolkingsgroei in Pernis geen doel op zich is, maar dat ook op andere manieren kan worden gewerkt aan het behoud voorzieningen in het dorp. Door de bewoners, verenigingen en bedrijven (ook uit de omgeving) nadrukkelijker actief te betrekken bij de exploitatie (persoonlijke inzet, sponsoring, etc.), kunnen nieuwe manieren worden gevonden om voorzieningen ook in een kleine kern te behouden. D66 zet in Pernis in op: • Verbetering van de omgevingskwaliteit door verkleining van de geluid-, fijn stof- en veiligheidscontouren van infrastructuur en bedrijven; • Verhoging van de frequentie van Metro C tussen Schiedam Centrum en De Akkers in de avonduren en weekeinden; • Behoud van voorzieningen in het dorp door actieve betrokkenheid/inzet van bewoners, verenigingen en bedrijven.

89


Hoek van Holland Masterplan Hoek van Holland centrum Het centrum van Hoek van Holland heeft een impuls nodig, zodat het centrum aantrekkelijker wordt om te winkelen en te verblijven. De afgelopen jaren zijn voor het centrum van Hoek van Holland een masterplan en detailhandelsvisie opgesteld. De komende periode moeten de goede voornemens voor het centrum, die in deze stukken zijn beschreven, gestalte krijgen. Op dit moment werkt de gemeente Rotterdam aan voorstellen voor de herinrichting van de openbare ruimte van o.a. de Prins Hendrikstraat. D66 juicht de herinrichting van het centrum toe, maar vindt dat bij de uitvoering van het Masterplan naast de fysieke maatregelen, ook aandacht moet blijven voor het stimuleren van ondernemerschap in het centrum. Hoekse Lijn In 2017 zal de Hoekse Lijn worden aangesloten op het metronetwerk van Rotterdam en worden doorgetrokken naar het strand. De aansluiting van de Hoekse Lijn op het metronetwerk zorgt voor een verbetering van de verbinding van Hoek van Holland met het centrum van Rotterdam, het Erasmus Medisch Centrum en de universiteit. In de dienstregeling voor de Hoekse Lijn na aansluiting op het metro netwerk van Rotterdam, is in de daluren vooralsnog een frequentie van een metro per 20 minuten voorzien. D66 streeft naar verhoging van de frequentie van Metro B tussen Hoek van Holland en Schiedam Centrum de avonduren en weekeinden, zodat bereikbaarheid van het dorp en strand per openbaar vervoer vanaf 2017 ook in de daluren wordt verbeterd. Strand Hoek van Holland strand is de badplaats voor Rotterdam en de andere steden langs de noordelijke oever van de Nieuwe Maas en Nieuwe Waterweg. Het doortrekken van de Hoekse Lijn naar het strand en de ontwikkeling van de nieuwe wijk Kaap de Goede Hoek geven een impuls aan de verdere ontwikkeling van Hoek van Holland aan zee. Naast verbeteren van de bereikbaarheid en toevoegen van woningen, vindt D66 horeca van cruciaal belang voor de verbetering van de verblijfskwaliteit in de badplaats. D66 wil dat de gemeente Rotterdam de vestiging van (horeca rond het nieuwe metrostation en in Kaap de Goede hoek stimuleert, door bijvoorbeeld tijdelijke horeca (zoals in het Lloydkwartier en Tropicana) toe te staan. Veer naar Havengebied Sinds 2009 exploiteert de RET een ferryverbinding over water voor voetgangers en fietsers tussen de Berghaven in Hoek van Holland, de Tweede Maasvlakte en de Landtong. De ferry is op dit moment nog weinig aantrekkelijk voor woon-werkverkeer, doordat de vaartijden niet aansluiten op onregelmatige diensten in de haven, de frequentie laag ligt en doordat het natransport in het havengebied lastig is. De ontwikkeling van Maasvlakte 2 zorgt voor toename van de werkgelegenheid in het havengebied. D66 streeft naar uitbreiding van de veerdiensten vanuit Hoek van Holland naar Maasvlakte 2 en Europoort en verhoging van de frequentie. Daarmee wordt de verbinding tussen het dorp en het havengebied

90


verbeterd wordt de Hoek van Holland als woonplek voor werknemers van bedrijven in het havengebied aantrekkelijker. D66 zet in Hoek van Holland in op: • Bij de uitvoering van het Masterplan naast de fysieke maatregelen, ook aandacht moet blijven voor het stimuleren van ondernemerschap in het centrum; • Verhoging van de frequentie van de Hoekse Lijn in de daluren, na aansluiting op het metronetwerk van Rotterdam; • Horeca rond het nieuwe metrostation en in Kaap de Goede hoek stimuleren, door bijvoorbeeld tijdelijke horeca toe te staan; • Uitbreiding van de veerdiensten vanuit Hoek van Holland naar meer locaties in het havengebied en verhoging van de frequentie.

Hoogvliet Stedelijke vernieuwing De herstructurering van de oudere wijken van Hoogvliet heeft de afgelopen jaren flinke vertraging opgelopen door de crisis op de woningmark en de afnemende vraag naar kantoor en winkels. De programma’s voor de bouwplannen in o.a. Oudeland en Meeuwenplaat zijn naar beneden bijgeteld, versoberd en enkele jaren uitgesteld. Ondertussen zijn op verschillende plaatsen in Hoogvliet al woningen gesloopt en liggen terreinen braak, in afwachting van betere tijden. D66 vindt dat van uitstel geen afstel mag komen. Voor de bewoners van deze wijken is het van belang dat er perspectief blijft op de realisatie van de in het verleden beloofde ambities voor Hoogvliet. De bijstelling en versobering van de bouwplannen mag niet leiden tot plannen met (te) weinig kwaliteit en toekomstwaarde. Daarnaast vindt D66 dat de gemeente in samenwerking met bewoners en partners (corporaties, projectontwikkelaars) actief dient te zoeken naar tijdelijk invulling van de braakliggende terreinen, die meerwaarde heeft voor de omgeving. Daarbij kan gedacht aan bijvoorbeeld stadslandbouw, evenementen, etc. Zorg en welzijn De afgelopen jaren is, mede dankzij de inzet van D66, in Hoogvliet succesvol ingezet op de vernieuwing van de aanbesteding van diensten op het gebied van zorg en welzijn. Met de ‘Eigen Koers Hoogvliet’ heeft de gemeente Rotterdam op het gebied van welzijnswerk en huishoudelijke ondersteuning een andere manier van werken, waarbij bewoners vanuit hun eigen capaciteiten hun problemen, eventueel met hulp vanuit de omgeving, aanpakken. D66 wil de ingezette koerswijziging in het lokale welzijnswerk en huishoudelijke ondersteuning voortzetten. Veiligheid: De Buurt Bestuurt In alle wijken van Hoogvliet is de Buurt Bestuurt inmiddels actief. Met de Buurt Bestuurt bepalen bewoners samen met politie en stadsbeheer welke veiligheidsvraagstukken in hun buurt prioriteit krijgen en welke maatregelen nodig zijn om de veiligheid te vergroten. D66 wil de Buurt Bestuurt voortzetten.

91


D66 zet in Hoogvliet in op: • Perspectief blijft op de realisatie van de beloofde ambities voor Hoogvliet. De bijstelling en versobering van de bouwplannen in o.a. Oudeland en Meeuwenplaat mag niet leiden tot plannen met (te) weinig kwaliteit en toekomstwaarde; • Actief zoeken naar tijdelijk invulling van de braakliggende terreinen (bijvoorbeeld stadslandbouw) door de gemeente in samenwerking met bewoners en partners (corporaties, projectontwikkelaars); • Voortzetten van de ingezette koerswijziging in het lokale welzijnswerk en huishoudelijke ondersteuning (Eigen Koers Hoogvliet).

92

Ruimte voor Rotterdammers" Verkiezingsprogramma Rotterdam

Recommend Documents