Routekaart naar een klimaatneutraal Waalwijk
eindrapport
Sander van Cranenburgh Pieter Klep Vera Rovers
Rapportnummer: 0905A BuildDesk Benelux B.V., Delft Delft, 10 maart 2009
COLOFON
BuildDesk Benelux B.V. Delft Postbus 2960, 2601 CZ Delft Oude Delft 49, Delft Telefoon: 015 - 2150215 Telefax: 015 - 2150216 E-mail:
[email protected] Internet: www.builddesk.nl
Projectnummer: 80064 Projecttitel: Routekaart CO2-neutraal Waalwijk Opdrachtgever: Gemeente Waalwijk
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, elektronisch op geluidsband of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van BuildDesk Benelux BV.
Inhoudsopgave 1 Inleiding ....................................................................................................................2 1.1
Probleem
.........................................................................................................2
1.2
Aanpak probleem .................................................................................................3
2 Beleid overheden ........................................................................................................5 2.1
Rijk
.........................................................................................................5
2.2
Provincie
.........................................................................................................5
2.3
Andere gemeenten ...............................................................................................5
3 Varianten voor klimaatbeleid Waalwijk .......................................................................6 3.1
Energie besparen – duurzame energie produceren.....................................................6
3.2
CO2-, klimaat- of energieneutraal............................................................................6
3.3
Scenario’s
3.4
‘Zelf produceren’ of ‘kopen’ ....................................................................................9
3.5
Samenwerking .....................................................................................................9
.........................................................................................................7
4 Baten – lasten........................................................................................................... 11 4.1
Algemeen
4.2
SLoK-subsidie .................................................................................................... 11
....................................................................................................... 11
5 Ambities Waalwijk .................................................................................................... 12 6 Routekaart voor realisering ambities ........................................................................ 13 6.1
Methodiek
6.2
Inventarisatie .................................................................................................... 13
....................................................................................................... 13
6.3
Workshops ....................................................................................................... 14
6.4
De korte en lange termijn .................................................................................... 14
6.5
Hoe de routekaart te lezen................................................................................... 15
7 Aanbevelingen voor implementatie ........................................................................... 30
BuildDesk Benelux
1
1
Inleiding
1.1
Probleem De Westerse samenleving is sinds de industriële revolutie in toenemende mate afhankelijk geworden van energie. Ook landen zoals China en India ontwikkelen zich in een rap tempo naar een hogere levensstandaard waardoor de mondiale energievraag stijgt. Het overgrote deel van de benodigde energie is afkomstig van fossiele bronnen (olie, gas, steenkool). Deze fossiele energievoorziening kent een aantal onderling verweven problemen.
1.1.1
Klimaatverandering Het klimaatsysteem is zeer complex. Er is nog veel onbekend, maar er begint meer en meer consensus te ontstaan dat klimaatverandering optreedt als gevolg van menselijk handelen, met name door het gebruik van fossiele brandstoffen wat gepaard gaat met uitstoot van CO2. Het klimaatsysteem kan niet zonder CO2. Het broeikasgas CO2 draagt bij aan de omstandigheden die het leven op aarde mogelijk maken. Over de lange termijn gezien fluctueert het klimaat. Deze natuurlijke balans wordt momenteel verstoord doordat fossiele brandstoffen (koolstof) die zich in miljoenen jaren hebben opgebouwd, in een korte periode wordt verbrand. De onbalans in CO2 in de atmosfeer is nu al zo groot dat klimaatverandering niet meer is te vermijden. Er is een forse ingreep noodzakelijk om de verandering binnen de perken te houden. Daarnaast moet Nederland zich op die veranderingen gaan voorbereiden. Toestand van het klimaat In 2008 heeft het KNMI het rapport ‘Toestand van het klimaat’ gepubliceerd. Hierin wordt de huidige ontwikkeling van het klimaat bestudeerd. Een van de best illustrerende grafieken uit dit rapport is te zien in figuur 1. Hierin wordt de temperatuurontwikkeling over de periode 1901-2007 geïllustreerd aan de hand van een kleurcodering. De seizoenen zijn ingedeeld in vijf klassen: veel kouder dan normaal, kouder dan normaal, normaal, warmer dan normaal, veel warmer dan normaal. Voor ieder jaar en elk seizoen zijn op deze manier de afwijkingen weergegeven ten opzichte van het langjarig gemiddelde in het tijdvak 1961-1990. Met uitzondering van de winter van 2003 en 2006 en de herfst van 2003 en 2007 zijn alle seizoenen de afgelopen vijf jaar warmer dan normaal verlopen.
Figuur1temperatuurontwikkeling over de periode 1901-2007
BuildDesk Benelux
2
De herfstseizoenen van 2005 en 2006, de winter en de lente van 2007 waren de warmste sinds tenminste 1706. De zomer van 2003 was de warmste sinds 1947.
1.1.2
Eindigheid fossiele energiebronnen Naast het probleem van klimaatverandering is er een probleem rondom de beschikbaarheid van fossiele energie. Wat betreft olie zal de maximale productiecapaciteit binnen enkele jaren worden bereikt. Dit zou kunnen betekenen dat bij een economische opleving en toenemende vraag naar olie niet meer aan de vraag tegemoet kan worden gekomen. Ook voor aardgas lijkt deze situatie op relatief korte termijn bereikt te gaan worden. Daarnaast speelt voor fossiele brandstoffen dat de winning steeds moeilijker wordt, wat een opdrijvend effect heeft voor de energieprijzen. Inzetten op verduurzaming van onze energievoorziening is daarom noodzakelijk.
1.1.3
Zekerheid energielevering Onze samenleving is zeer afhankelijk van de beschikbaarheid van energie. Daarmee is ook het belang van de zekerheid van de energielevering zeer groot. Veel fossiele bronnen bevinden zich in politiek minder stabiele regio’s, waardoor deze energielevering in gevaar kan komen. Voorbeelden uit het recente verleden (Oekraine) laten zien welke gevolgen dit kan hebben. Het is van groot belang om deze afhankelijkheid te verkleinen.
1.1.4
Overige effecten Fossiele brandstoffen veroorzaken bij winning, verwerking en transport schade aan landschap en milieu. Verbranding van fossiele energie draagt bij aan verzuring (stikstofdioxide, zwaveldioxide) en aan fijnstofproblematiek.
1.2
Aanpak probleem
1.2.1
Taak lokale overheid Klimaatverandering is een mondiaal probleem. De vraag is nu: ‘moet en kan een lokale overheid überhaupt iets doen aan het probleem’? Het antwoord op die vraag is “Ja”. Veel activiteiten waarbij CO2 vrij komt, vinden hun oorsprong in lokale activiteiten. Gemeenten hebben op tal van terreinen grote invloed die kan worden aangewend om een veranderingsproces in gang te zetten. De invloed kan worden uitgeoefend via diverse rollen. Hierbij kan worden gedacht aan de rol van initiatiefnemer en leider, de rol van voorlichter en facilitator, de rol van vergunningverlener en handhaver en tot slot de voorbeeldrol van de gemeente.
1.2.2
Mitigatie Mitigatie is de term voor maatregelen waarmee wordt beoogd de broeikasgasemissie te verminderen. Mitigatie richt zich op de vermindering van de oorzaak van klimaatverandering. Mitigatie is feitelijk het aanpakken van de in 1.1 genoemde problemen.
BuildDesk Benelux
3
1.2.3
Adaptatie Adaptatie is het aanpassen aan klimaatverandering. Maatregelen om Nederland klimaatbestendig te maken worden adaptatiemaatregelen genoemd. Klimaatverandering is, zij het in beperkte mate, al een feit en zal in de toekomst nog verder toenemen. Het gevolg hiervan is een stijgende zeespiegel en extremere weersomstandigheden (hitte en neerslag). Nederland zal zich op die komende veranderingen moeten voorbereiden.
BuildDesk Benelux
4
2
Beleid overheden
2.1
Rijk Het Rijk heeft in het werkprogramma “Schoon en zuinig” haar klimaatambities uitgewerkt. Het Rijk heeft zich wat klimaatbeleid betreft voor 2020 drie doelen gesteld: Een jaarlijkse energiebesparing van 2%; Een aandeel van 20% duurzame energie; 30% broeikasgasreductie ten opzichte van 1990. In deze rapportage wordt het kabinetsbeleid gehanteerd als referentiesituatie. VNG heeft namens de gemeenten met het Rijk een klimaatakkoord gesloten waarin afspraken zijn gemaakt om uitvoering te geven aan het werkprogramma “Schoon en zuinig”.
2.2
Provincie Het IPO heeft namens de provincies recent een klimaatakkoord getekend met het Rijk. In dit akkoord zijn afspraken gemaakt over de specifieke rol van de provincie bij klimaatbeleid. Deze afspraken zijn evenals bij gemeenten gebaseerd op het programma “Schoon en zuinig”.
2.3
Andere gemeenten In Nederland heeft zich een koplopergroep gevormd in het kader van het traject routekaart CO2-neutrale gemeenten. Deze groep bestaat uit de gemeenten Apeldoorn, Heerhugowaard, Tilburg, Groningen en Den Haag. Deze gemeenten hebben met behulp van de routekaart hun ambities vastgesteld en werken momenteel aan vernieuwende aanpakken om deze ambities te realiseren. Het moge duidelijk zijn dat Waalwijk en Tilburg elkaar kunnen versterken wanneer zij samenwerken bij de realisatie van hun klimaatdoelen. Ook buurgemeenten houden zich bezig met de uitvoering van klimaatbeleid. In bijlage 7 zijn de ambities van omliggende gemeente te vinden. Enkele voorbeelden die in dit verband kunnen worden genoemd zijn: Tilburg: heeft een routekaart CO2-neutraal Tilburg en een Adaptatiescan laten opstellen. Op basis van ondermeer die rapporten is het Tilburgse Klimaatprogramma 2009 - 2012 geschreven. Goirle: heeft een routekaart voor een CO2-neutraal Goirle gelijktijdig met Waalwijk laten opstellen. Dongen: de duurzame uitbreiding en verbouwing van het gemeentehuis en woonwijk de Beljaart voorzien van een collectief warmte-koudeopslagsysteem.
BuildDesk Benelux
5
3
Varianten voor klimaatbeleid Waalwijk
3.1
Energie besparen – duurzame energie produceren Op de eerste plaats komt zoveel mogelijk energie besparen (1), vervolgens duurzame energie produceren(2). Beide zijn noodzakelijk. De trias energetica (figuur) kent nog een derde stap: fossiel zo efficiënt mogelijk. Met de eerste twee stappen (besparen en duurzame energieopwekking) moet worden getracht de derde stap te voorkomen.
3.2
CO2-, klimaat- of energieneutraal Omdat er verschillende termen in omloop zijn, is het belangrijk helder vast te leggen wat er verstaan wordt onder CO2-neutraal, klimaatneutraal en energieneutraal. De begrippen worden beschreven in oplopende ambitie.
3.2.1
CO2-neutraal Een CO2-neutrale gemeente stoot netto in een jaar geen CO2 uit om tegemoet te komen aan de lokale energievraag. Uitstoot kan eventueel worden gecompenseerd door elders opgewekte duurzame energie of andere compensatievormen zoals CO2-opslag in oude gasvelden of bosaanplant. De gemeente draagt dan nog in beperkte mate bij aan de klimaatverandering.
3.2.2
Klimaatneutraal Een klimaatneutrale gemeente is een CO2-neutrale gemeente die nog een stapje verder gaat. Een klimaatneutrale gemeente stoot in de eindsituatie netto in een jaar geen broeikasgassen (CO2, CH4, N2O, CFK’s) uit om tegemoet te komen aan de lokale energievraag. Uitstoot kan eventueel worden gecompenseerd. De gemeente draagt dan in het geheel niet bij aan de klimaatverandering. Meer uitleg over de overige broeikasgassen staat in bijlage 1.
3.2.3
Energieneutraal Een energieneutrale gemeente houdt zich niet bezig met het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen, maar richt zich op een nieuwe, duurzame energievoorziening. Dit betekent dat zij niet kan terugvallen op compensatiemaatregelen als klimaatbossen en CO2-afvang en CO2-opslag om de doelstelling te halen. Door zich expliciet met de energievoorziening bezig te houden, wordt ook impliciet aandacht besteedt aan CO2-reductie en duurzame energieproductie.
3.2.4
Praktijk Voor de doelstelling is een besluit over de ambitie van de gemeente van belang. Echter, in praktijk wordt vooral energiegebruik gemonitord en wordt daarmee vooral op CO2reductie ingezet. CO2 is verantwoordelijk voor 80% van het versterkte broeikaseffect. Zo is een CO2-neutrale stad dan ook voor 80% klimaatneutraal. Als Waalwijk ook deze laatste 20% erbij wil betrekken, dan moet zij ook de emissies van methaan, lachgas en fluorverbindingen reduceren.
BuildDesk Benelux
6
Om praktische redenen wordt in dit rapport gefocust op, en alleen gekeken naar, CO2neutraliteit, d.w.z. naar de CO2-uitstoot ten gevolge van energiegebruik. Er worden maatregelen gepresenteerd om energie te besparen en duurzame energie te realiseren. Maatregelen met betrekking tot de overige broeikasgassen zullen op een later tijdstip aan de orde komen. Waalwijk zal nu nog geen aandacht besteden aan de overige broeikasgassen.
3.3
Scenario’s Voor de ontwikkeling van de energievraag en de productiehoeveelheid van duurzame energie zijn drie scenario’s met oplopende ambitie ontwikkeld.
3.3.1
Referentie-scenario In dit scenario wordt uitgegaan van de ontwikkeling van de energievraag en duurzame energie op basis van gestelde klimaatdoelen van overheid, conform diverse verwachtingen op het vlak van energietechniek en de marktontwikkeling daarvan. Dit betekent dat het referentie-scenario niet gelijk is aan een “Business As Usual” ontwikkeling. In het referentie-scenario wordt er vanuit gegaan dat de doelstelling van het kabinet worden gerealiseerd (ten aanzien van aandeel duurzame energie en energiebesparing). Bij een “Business as Usual” scenario is het realistisch - op basis van historische trends - om aan te nemen dat de energievraag toeneemt.
3.3.2
Meer-scenario In het meer-scenario wordt beduidend meer ingezet op energiebesparing en opwekking van duurzame energie dan door het huidige kabinetsbeleid wordt voorgeschreven (referentie-scenario).
3.3.3
Extra-scenario In dit scenario wordt fors meer geïnvesteerd in energiebesparing én fors meer geïnvesteerd in duurzame energie. Bij dit scenario moet alles uit de kast gehaald worden. Er moet een heldere lange termijn ambitie zijn en bestuurlijke continuïteit.
BuildDesk Benelux
7
3.3.4
Resultaten voor Waalwijk De hiervoor genoemde scenario’s hebben voor Waalwijk de volgende resultaten opgeleverd.
Figuur 2: drie scenario’s voor Waalwijk
Tijdpad: A. Waalwijk CO2-neutraal rond 2029 in het Extra-scenario B. Waalwijk CO2-neutraal rond 2042 in het Meer-scenario Maatregelen m.b.t. duurzame energie: 1.
In 2009 wordt een biomassa-installatie in gebruik genomen in zowel het meer als extra-scenario.
2.
In 2016 wordt een nieuw windturbinepark gerealiseerd. Zonne-energie en warmtekoude opslag technieken worden nu steeds meer toegepast in zowel de woning- als de utiliteitsbouw. Ook uit asfalt wordt warmte gewonnen.
3.
In 2026 wordt een nieuw windturbinepark gerealiseerd. Ook worden de turbines van het Eco-park vervangen voor modernere varianten met hogere vermogens.
4.
In 2036 worden de turbines van het in 2016 gerealiseerde windturbinepark vervangen voor modernere varianten met hogere vermogens.
In de bijlagen 10 tot en met 12 is meer informatie te vinden over de uitgangspunten die bij de berekeningen zijn gehanteerd.
BuildDesk Benelux
8
3.3.5
Metafoor Een goede metafoor voor het kiezen van het scenario is de driebaans snelweg. De rechter rijstrook is meegaan met de rest; het kabinetsbeleid volgen. Op de middenstrook, het meer-scenario, wordt iets meer vaart gemaakt. Het extra-scenario is de linker rijstrook.
3.4
‘Zelf produceren’ of ‘kopen’ Wil de gemeente Waalwijk zelf investeren in energiebesparing en in een lokale duurzame energievoorziening of wil zij betalen voor compensatiemaatregelen elders of het importeren van groene stroom? Dat is de keuze tussen ‘zelf produceren’ en ‘kopen’. Hierbij moet goed voor ogen worden gehouden dat het “kopen” alleen mogelijk is zolang er ook duurzame energie gemaakt wordt. Als alle gemeenten kiezen voor het “kopen” dan is de productiecapaciteit zoals grootschalige windenergie op zee, snel uitverkocht. Uiteindelijk zal toch gekozen moeten worden voor het “zelf produceren”. Aangezien er niet alleen milieuvoordelen, maar vooral ook economische voordelen zijn aan het zelf maken, is het verstandig om er nu al mee te starten. Voor een volledig overzicht van voor- en nadelen bij deze principes wordt verwezen naar bijlage 2. Het is niet mogelijk om van de ene op de andere dag over te gaan op een “zelf produceren” situatie. Dat vergt een gedegen voorbereiding die begint met zaaien voordat er kan worden geoogst. Toch zijn er nu ook al kansen die moeten worden gegrepen. Alle nieuwe ontwikkelingen zijn kansen om zelf te produceren. Op korte termijn overschakelen naar een volledige “eigen productie” zal dan ook niet lukken. Waalwijk wil realistisch klimaatbeleid en kiest daarom voor een groeimodel naar “eigen productie”.
3.5
Samenwerking Klimaatbeleid is geen zaak voor de gemeente alleen. Klimaatbeleid vraagt om samenwerking. Niet alleen samenwerking tussen gemeente en diverse andere (lokale) publieke en private partijen, maar ook tussen gemeenten onderling.
3.5.1
Samenwerking tussen gemeenten Tilburg heeft als ambitie gekozen voor klimaatneutraal en klimaatbestendig door middel van het extra-scenario te bereiken in 2043. In Tilburg worden momenteel projecten voorbereid om deze ambitie te verwezenlijken. Een voorbeeld hiervan is het gemeenschappelijk duurzame energiedienstenbedrijf. Bij dergelijke ontwikkelingen kan Waalwijk aansluiten en samenwerken zodat niet elke gemeente opnieuw het wiel hoeft uit te vinden. Goirle kiest voor CO2-neutraal op basis van het meer-scenario. Gemeenten hebben elkaars steun nodig waar het gaat om langlopend omvangrijk beleid zoals klimaatbeleid. Waar dit synergie oplevert, kunnen projecten samen worden uitgevoerd.
BuildDesk Benelux
9
3.5.2
Samenwerking met andere partijen Een hoge ambitie kan alleen worden gerealiseerd in samenwerking met partijen uit vele sectoren van de samenleving. In de aanvangsfase kan de gemeente nog als trekker optreden, maar deze rol moet op wat langere termijn door andere partijen worden overgenomen. Op deze manier wordt klimaatbeleid breed gedragen en ligt het zwaartepunt niet alleen bij de gemeente. Een goed voorbeeld hierbij zijn de stijgende woonlasten als gevolg van de stijgende energieprijzen. Dit heeft direct invloed op de betaalbaarheid van het wonen. Dit is weer een primair belang voor woningcorporaties die betaalbare woningen aan hun klanten willen leveren.
Gemeenschappelijk Duurzame Energiedienstenbedrijf: Een grote versnelling van energiebesparing en duurzame energie op lokaal niveau komt pas goed op gang wanneer inwoners, bedrijven en woningcorporaties aantrekkelijke
Samenwerking met het bedrijfsleven kan ook grote kansen opleveren. In gemeente Waalwijk is Naber Plastics een groot energiegebruiker binnen de gemeente Waalwijk. Naber plastics wil graag investeren in alternatieve energiebronnen. De duurzame doelstelling van de gemeente kan hier goed samengaan met initiatieven uit het bedrijfsleven om de energievoorziening betaalbaar te houden. Naber Plastics heeft aangegeven te willen investeren in onderzoek naar toepassing van geothermie in gemeente Waalwijk waarmee een enorm CO2 reductiepotentieel op het gebied van warmte wordt verkregen.
aanbiedingen krijgen voor een fors energiepakket. Het aanbod moet gemakkelijk, compleet en betaalbaar zijn voor diverse doelgroepen. Zo’n aanbod is momenteel nog niet op de markt. Dit geeft ruimte aan nieuwe partijen die naast een commercieel doel ook werkelijk een maatschappelijk doel dienen. Wanneer inwoners en bedrijven ook nog medeaandeelhouder kunnen zijn van hun eigen lokale leverancier, wordt het aanbod nog aantrekkelijker en vermindert ook de weerstand tegen bijvoorbeeld de bouw van nieuwe windmolens binnen de gemeente. Zo ontstaat een Gemeenschappelijk Duurzame Energiediensten Bedrijf. (GDEB).
BuildDesk Benelux
10
4
Baten – lasten De maatschappelijke lange termijn effecten van reductiemaatregelen in het kader van klimaatverandering zijn niet eenvoudig te bepalen, vooral door de lange tijdshorizon. Dit geldt in het bijzonder voor de meer kwantitatieve economische gevolgen zoals: De (investerings)kosten van de benodigde maatregelen, omdat het in veel gevallen om min of meer innovatieve technologieën gaat waarvoor in veel gevallen nog (forse) prijsdoorbraken verwacht worden binnen de beschouwde tijdspanne. Een goed voorbeeld daarvan zijn zonnecellen (PV), brandstofcellen, warmtepompen, etc. Het effect van het in te zetten revolverende energiefonds dat ervoor zorgt dat de afnemer geen grote financieringsdrempel meer ervaart bij het kiezen voor vergaande energiebesparing of duurzame energie. De directe baten, omdat de diverse scenario’s ten aanzien van de (wereld-) energieprijsontwikkelingen sterk uiteenlopen. De indirecte baten, bijvoorbeeld door de (ook: economische) waarde van een beter binnenklimaat bij de toepassing van energiezuinige en/of meer duurzame verwarmings- en koeltechnieken of vermeden gezondheidskosten in verband met fijnstof. Ook worden klimaatmitigatie- en klimaatadaptatiemaatregelen in sommige gevallen gecombineerd. Plaatsing van zonnepanelen op platte daken (=lager fossiel energiegebruik) leidt bijvoorbeeld tot minder dakopwarming en daarmee tot minder oververhitting van het betreffende gebouw. Beter behoud van de sociale kwaliteit in een aantal wijken door het bereiken van lagere totale woonlasten als gevolg van vergaande energiebesparingsmaatregelen in bijvoorbeeld huurwoningen. Het effect dat de bewustwording van het energiegebruik naar verwachting leidt tot een lager energiegebruik. Meer werkgelegenheid.
4.1
Algemeen Saldering van de kosten en baten kan leiden tot netto kosten, maar mogelijk ook tot netto baten op de langere termijn. De verwachting is dat op een termijn van 25-30 jaar het saldo van baten en lasten positief is zodat energiegebruikers in steden met een vooruitstrevend klimaatbeleid beter af zijn dan energiegebruikers in steden die de komende jaren niet sterk inzetten op beperking van het energiegebruik en verhoging van het aandeel van duurzame energie.
4.2
SLoK-subsidie Waalwijk diende in december van 2008 een aanvraag in bij SenterNovem voor de Stimuleringsregeling Lokale Klimaatinitiatieven (SLoK). Het gevraagde uitkeringsbedrag betreft € 137.456,- en is bedoeld voor de cofinanciering (50/50) van vijftien projecten gerelateerd aan klimaatbeleid.
BuildDesk Benelux
11
5
Ambities Waalwijk Terugkoppelend naar de keuzemogelijkheden in hoofdstuk 3, kiest Waalwijk voor: Inzetten op in eerste plaats zoveel mogelijk energiebesparing en vervolgens zoveel mogelijk duurzame energie; Klimaatneutraliteit; Het Meer-scenario. Zoveel mogelijk zelf produceren en voor zover dit niet lukt (tijdelijk) een deel inkopen; Waar mogelijk samenwerking op regionaal niveau. Tilburg en Goirle en mogelijk andere gemeenten in Midden-Brabant. Daarnaast is samenwerking met andere partijen essentieel, andere partijen moeten trekkersrol zelfs over gaan nemen.
Waalwijk kiest met andere woorden voor een hoge ambitie. Voor het realiseren van deze ambitie is een 'routekaart' ontworpen volgens de methodiek die door de 'koplopergemeenten', waaronder Tilburg, is ontwikkeld. Met de routekaart wordt niet voor de komende 3 - 4 decennia precies vastgelegd wat er gedaan moet worden. Er wordt wel een perspectief geschetst dat richting geeft aan de keuzes die gemaakt gaan worden. De eerste jaren kunnen redelijk worden overzien. Daarvoor worden ook concrete acties in een actieprogramma aangegeven. Economische en technische ontwikkelingen, die nu nog niet kunnen worden voorspeld, zullen de acties gaan bepalen die in latere programma's zullen staan. Duidelijk is, dat er hard moet worden gewerkt om de hoge ambitie te realiseren.
BuildDesk Benelux
12
6
Routekaart voor realisering ambities De routekaart Waalwijk CO2-neutraal beschrijft een serie van activiteiten die de gemeente stap-voor-stap CO2-neutraal maken, gebaseerd op het meer-scenario. De activiteiten zijn zorgvuldig gekozen en in de tijd geplaatst qua uitvoering. Ze vertonen ook een grote samenhang. Het weglaten van een of meer activiteiten, bijvoorbeeld uit kostenoverwegingen, moet dus samengaan met het toevoegen van andere activiteiten die hetzelfde effect sorteren. Vindt deze compensatie niet plaats, dan bemoeilijkt dit de uitvoering van andere activiteiten en worden de tussendoelen en het einddoel later bereikt.
6.1
Methodiek CO2-neutraliteit vergt energiebesparing aan de ene kant en de opwekking van duurzame energie aan de andere kant. Zo kan de energievraag, resterend na besparingen, volledig worden ingevuld met duurzame energie en is een gemeente CO2-neutraal. Voor de berekeningen van de huidige en toekomstige energievraag van Waalwijk zijn verschillende aannames gedaan op basis van de aangeleverde gegevens. Hetzelfde geldt voor de mogelijkheden van de opwekking van duurzame energie binnen de gemeentegrenzen. Deze aannames zijn zichtbaar in figuur 2. Als gevolg van de aannames die ten grondslag liggen aan de berekeningen dienen de jaartallen indicatief gebruikt te worden en niet als absolute waarden.
6.2
Inventarisatie De huidige energievraag van de gemeente Waalwijk is bepaald aan de hand van statistische gegevens van de gemeente over het aantal inwoners, het aantal woningen, het aantal werknemers in verschillende sectoren en het aantal voertuigen. Waalwijk is verantwoordelijk voor ongeveer 0,30% van het Nederlandse energiegebruik. In Waalwijk woont ongeveer 0,29% van de Nederlandse bevolking. Hieruit kan geconcludeerd worden dat het Waalwijks energiegebruik per inwoner heel dicht in de buurt van het Nederlandse gemiddelde ligt.
Figuur 3: Verdeling energiegebruik Waalwijk in 2008
BuildDesk Benelux
13
In figuur 3 is zichtbaar waar de grootste CO2 emissies plaatsvinden. De belangrijkste zijn daarbij gelabeld. De niet gelabelde, meer ondergeschikte sectoren zijn: openbare verlichting, nieuwbouwwoningen, glastuinbouw, akkerbouw, veehouderij, nieuwbouw kantoren, bestaande kantoren, horeca, openbaar bestuur, onderwijs, gezondheid- en welzijnszorg, cultuur en recreatie, rioolpompen en gemalen en openbaar vervoer (bus).
6.3
Workshops In september en oktober 2008 heeft BuildDesk in opdracht van gemeente Waalwijk een workshop met interne betrokkenen en een workshop met extern betrokkenen georganiseerd. Deze workshops hadden de volgende uitkomsten.
6.3.1
Uitkomsten van de interne workshop De interne workshop is bijgewoond door ambtelijke vertegenwoordigers uit verschillende beleidsvelden. De belangrijkste uitkomst is dat er consensus is over de voorbeeldfunctie van de gemeente en dat zoveel mogelijk het ‘make’-principe nagestreefd moet worden. Vraagtekens werden gezet bij de financiële kant van het verhaal. Een hogere energieefficiëntie van een nieuwbouwwoning wordt nog niet verdisconteerd in een hogere grondprijs, met als gevolg dat de baten niet naar de partij gaan die de investering moet doen (de gemeente). Een uitgebreide verslaglegging van de interne workshop is te vinden in bijlage 5.
6.3.2
Uitkomst van de externe workshop De aanwezige partijen, bestaande uit bankwezen, projectontwikkelaars, woningcorporatie, provincie en lokaal bedrijfsleven, waren allen overtuigd van het nut en de noodzaak om energie te besparen en duurzame energie te realiseren. Door in Waalwijk de ambitie uit te spreken om klimaatneutraal te worden, ontstaat een aanpak met perspectief voor de lange termijn. Een van de aanwezigen uit het bedrijfsleven was zelfs bereid een zeer innovatieve techniek zoals geothermie te onderzoeken. Een uitgebreide verslaglegging van de externe workshop is te vinden in bijlage 6. Conclusie Alle aanwezige partijen waren overtuigd van het “moeten doen”, het moeten werken aan besparing en duurzame energieproductie. Samenwerking met de verschillende partijen binnen en buiten (bv. de overheid) de gemeente is hiervoor noodzakelijk. Belangrijk is dat we nu gaan aanpakken. Naar aanleiding van de opgestelde routekaart en deze bijeenkomst zal de gemeente het initiatief nemen voor het vervolgtraject op weg naar klimaatneutraliteit.
6.4
De korte en lange termijn De gemeente wenst voor de langere termijn veranderingen, een energietransitie, te bewerkstelligen. Door middel van het boeken van korte termijnsuccessen (2009-2012) stelt de gemeente het draagvlak bij de andere doelgroepen veilig voor lange termijn ingrepen. Daarnaast moeten de gemeente op korte termijn zorgen voor: Gunstige lokale randvoorwaarden (speciaal investeringsklimaat voor CO2-neutraal). Continue communicatie van een consistente visie voor de lange termijn, gericht op alle doelgroepen binnen de gemeente.
BuildDesk Benelux
14
Lokale duurzame alliantievorming per sector en waar nodig/mogelijk sectoroverschrijdend. Hiermee doorbreekt de gemeente de huidige status-quo waarbij naar elkaar gekeken en op elkaar gewacht wordt. Dit geeft een signaal naar alle stakeholders dat het nu menens is en dat zij zich kunnen richten naar de realisatie van lokale CO2-neutraliteit. Successen op de langere termijn zijn echter minstens net zo belangrijk als korte termijnsuccessen. Deze kunnen alleen plaatsvinden met een veel grotere mate van continuïteit, grip en verankering van de sturing op lokaal niveau. Deels door veel steviger gebruik te maken van wettelijke kaders, deels door slim een speelveld te creëren met marktpartijen op lokaal niveau waarmee lokaal slagkracht kan worden bewerkstelligd. Ook op organisatorisch en bestuurlijk vlak geldt dat robuuste oplossingen noodzakelijk zijn. De huidige structuur van lokaal bestuur met elke vier jaar een ander college van B&W en een nieuwe Raad dragen onvoldoende bij aan de voor dit traject benodigde continuïteit en lange termijn benadering. Er is een omgeving nodig waarbinnen het voor de gemeente zelf, burgers en bedrijven aantrekkelijk wordt en tevens langdurig aantrekkelijk blijft om investeringen te doen in energiebesparing en duurzame energieproductie. Voor ondernemers moet het aanlokkelijk zijn en blijven om met diensten op de (aanvankelijk wellicht: lokale) markt te komen die goed aansluiten op de bij de burgers en bedrijven aangewakkerde behoeften om concreet met energiebesparing en duurzame energie aan de slag te gaan. Zo versterken de ontwikkelingen elkaar en zal er elk jaar meer activiteit rond het onderwerp ‘energie’ gaan ontstaan. Binnen het project CO2-neutrale steden is nagedacht over hoe zo’n omgeving eruit zou kunnen zien. In de bijlagen 3 en 4 is daarover meer informatie te vinden.
6.5
Hoe de routekaart te lezen In de routekaart worden diverse typen maatregelen genoemd: Organisatorisch / institutioneel. Instrumenteel: regels, wetten,zaken op communicatiegebied die niet zelf zorgen voor meer CO2-neutraliteit,maar burgers en bedrijven aansporen om dat wel te doen. Technisch; N.B. De implementatie van technische maatregelen vergt vrijwel altijd ook een organisatorische inspanning en veelal ook een inspanning op het gebied van communicatie. De effectiviteit kan twee dimensies hebben: Bij organisatorische of instrumentele maatregelen geeft het aan welke impact van de maatregel wordt verwacht op een hele reeks van samenhangende en afhankelijke implementatiemaatregelen. Bij technische maatregelen is het de verhouding tussen de kosten van een maatregel en het effect hiervan op de schaal van 0 tot +++. Een dure maatregel die weinig effect heeft krijgt een 0, een goedkope maatregel die veel effect heeft een +++.
BuildDesk Benelux
15
+++
de Raad en directeuren
RVW: Randvoorwaarden (zie onder deze tabel)
Het college van B&W,
Effectiviteit
en snelle stappen op weg naar een energie-/CO2-neutrale
O
Wie
1.9%
Lokaal
Type: Organisatorisch, Instrumenteel, Technisch:
Wat & hoe Besluit het college van B&W en de Raad over het zetten van forse
Generiek / lokaal
Wanneer In 2009
= RVW 1 + consensus en draagvlak binnen
gemeente (waaronder financiële middelen en mensen en
gemeente
eventueel het opzetten van een “projectbureau” dat het hele traject gaat leiden). Maakt de gemeente een begin met het (verder) energiebewust
Lokaal
O
Het college van B&W
maken van het ambtelijke apparaat. Diverse afdelingen en
en de Raad,
diensten zullen immers de komende jaren te maken krijgen met
afdelingshoofden,
energieplannen in diverse vormen. In de SLoK-aanvraag zijn
directeuren
daarvoor de volgende projecten opgenomen: - verbeteren energieprestatie eigen gebouwen - verbeteren openbare verlichting - verduurzamen eigen wagenpark Ook de interne communicatie m.b.t. klimaatbeleid zal worden opgepakt. Onderzoekt de gemeente de mogelijkheden voor uitbreiding van
Lokaal
windenergie ter hoogte van het haven- en industrieterrein.
T
Gemeente, afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling
BuildDesk Benelux
16
++
consensus en draagvlak binnen gemeente
Worden vergunningen verleend voor een vergistingsinstallatie
Lokaal
T
Gemeente ism
met algenkweek voor een initiatief op het haven- en
(energie)project-
industrieterrein van Waalwijk.
ontwikkelaars en
++
= RVW 1, 10,
++
financiële middelen,
woningcorporaties Laat B&W de opgestelde roadmap in detail uitwerken tot een
Lokaal
O
Het college van B&W
draaiboek voor de komende vier jaar incl. een financieringsplan
positieve besluitvorming
en een communicatieplan. Komt de nadere studie gereed naar de geschiktheid van de diepe
over CO2-neutraal Generiek
T
Gemeente, afdeling
aardlagen (maximaal 3,5 km) voor de onttrekking van
civiele techniek,
geothermische energie (warmte) voor toepassing op het haven-
onderzoeksinstanties
+
RVW 1 + 9
++
= RVW 2, 14
+++
= RVW 8 + 14
en industrieterrein. Scherpt de gemeente de EPC- en EPL-eisen voor nieuwbouw
Lokaal
I
(woningen en kantoren) fors aan zodat deze in 2011-2012 veel
Het college van B&W en de Raad
zuiniger is dan volgens Rijksbeleid het geval zou zijn: 40% (woningen) en 30% (kantoren) zuiniger dan met de ’07-EPC van 0,8. Hiertoe wordt een energievisie uitgevoerd voor landgoed Driessen voor de fasen “Bibliotheek” en verder waarbij alle mogelijkheden inclusief de optie geothermie (diep en ondiep) in beeld gebracht worden. In 2010
Bereikt de gemeente een akkoord met de Rijksoverheid
Generiek,
(ministeries van EZ, VROM en Financiën) over het terugsluizen
lokaal
O
Gemeente, de Rijksoverheid
overlegtraject met
van een substantieel deel van de opbrengsten van de
(ministeries van EZ,
betrokken Ministeries
Energiebelasting naar energiegebruikers binnen de
VROM en Financiën)
zoals Financiën, EZ en
gemeentegrenzen met als expliciet doel stimuleren van
VROM
energiebesparing en duurzame energie (via investeringsbijdrage of via lokale terugleververgoeding voor duurzame energie). De precieze vorm van het lokaal duurzame energiefonds (LEF) is nog een keuze maar de essentie is dat het niet-rendabele deel van energiebesparing en duurzame energie, zowel voor particulieren (huurders en kopers) als voor woningcorporaties als voor bedrijven, uit het fonds kan worden gecompenseerd.
BuildDesk Benelux
17
Wordt door de gemeente het Gemeenschappelijk Duurzame
Lokaal
O
Het college van B&W
Energiedienstenbedrijf (GDEB) opgericht mogelijk in
en de Raad,
samenwerking met Tilburg. Dit ‘GDEB-nieuwe stijl’ is een ‘echt’
marktpartijen,
energiebedrijf dat alleen energie levert aan gebruikers binnen de
energiebedrijven
+++
= RVW 7
+
RVW 1
++
RVW 1,10
++
(verdieping) convenant
gemeentegrenzen (of wellicht ook in de direct aangrenzende gemeenten). Het GDEB stelt zich als taak om al het groene gas, groene elektriciteit, groene warmte en restwarmte in te kopen die binnen de gemeentegrenzen wordt opgewekt en te leveren aan afnemers binnen de gemeente. De aandeelhouders
1
hebben
daarbij eerste recht van koop. Het GDEB heeft geen winstbejag, winst wordt geïnvesteerd in de uitbouw van het bedrijf. De gemeente is zelf de eerste klant en launching customer van het GDEB ten behoeve van haar eigen gebouwen. Het GDEB maakt gebruik van de diensten van derden (zoals energiebedrijf Greenchoice die bijv. nu al voor de leden van de Windunie verricht2) voor het afhandelen van de facturering en voor de ‘programmaverantwoordelijkheid’ (m.n. het kunnen leveren van de gevraagde energie op elk moment van de dag). Komt de gemeente met een plan om gemeentelijke auto’s
Lokaal
T
energiezuiniger te maken, gemeentelijk alternatief wagenpark Is de vergistingsinstallatie met algenkweek gerealiseerd en in
en de Raad Lokaal
T
gebruik genomen. Maken de woningcorporaties op verzoek van de gemeente bekend
Het college van B&W Gemeente, Energieleverancier
Lokaal
hoe ze hun (bestaande) woningvoorraad de komende 10 jaar
O
Gemeente, woningcorporatie
tussen gemeente en
gemiddeld 50% zuiniger gaan maken door het treffen van
woningcorporaties =
maatregelen. Ze geven aan welke complexen wanneer aan de
RVW 4
beurt zijn en wat er daar concreet staat te gebeuren.
Aanvankelijk is de gemeente de enige of grootste aandeelhouder, in de tweede fase nemen burgers en bedrijven een steeds groter belang in het GDEB. De Windunie is een coöperatie die windmolens bezit en beheert en windstroom levert aan haar leden. Daartoe sloten de leden zich aan bij energie Greenchoice die de windstroom contracteert en er, administratief, voor zorgt dat de Windunie-leden deze stroom vervolgens kunnen afnemen van Greenchoice. 1
2
BuildDesk Benelux
18
Lanceert de gemeente een website (bijv. ‘waalwijkco2neutraal.nl’)
Lokaal
I
+
RVW 6
+
RVW 6
+
RVW 5
Het college van B&W
+/
draagvlak binnen gehele
aangeeft hoe de gemeentelijke gebouwen binnen 4 jaar 100%
en de Raad, provincie,
++/
gemeentelijke
gaan draaien op groene energie. De gemeente maakt actief beleid
gemeentelijke diensten
+++
organisatie.
waarop het doel, de activiteiten en de mogelijkheden voor
Het college van B&W en de Raad
burgers en bedrijven staan vermeld. Verspreidt de gemeente huis-aan-huis een krant of een boekje
Lokaal
I
waarin het de plannen voor CO2-neutraliteit bekend maakt.
Gemeentelijke diensten
Verduurzaamt de gemeente haar grondprijsbeleid.
Lokaal
I
Heeft de gemeente een volledig uitgewerkt plan klaar dat
Lokaal
T
Het college van B&W en de Raad
van haar voorbeeldfunctie. In elk geval worden alle daken (plat en schuin) die daar geschikt voor zijn, voorzien van
Onder RVW 1, 2, 4, 6, 8,
zonnepanelen. Verder komen er windturbines (ook kleinere, dicht
9, 10
bij bebouwing) op geschikte plaatsen zoals bij de gemeentewerf of nabij andere gemeentelijke gebouwen die op voldoende afstand van woonbebouwing liggen. Alle gebouwen worden voorzien van een fors isolatiepakket (incl. buitenisolatie) en warmteterugwinning om het verbruik van warmte met minimaal 50% terug te dringen. De bestaande gasketels worden vervangen door warmtepompen op gas of elektriciteit. De kantoorverlichting wordt volledig vervangen door nieuwste systemen met solar tubes (binnenvoeren van daglicht), lichtregeling, aanwezigheidsdetectie etc. Daar waar enigszins mogelijk, wordt zonwering toegepast die de zomerzon buiten houdt maar de winterzon toelaat. Bestaande koelinstallaties worden vervangen door warmte-koudeopslag in de ondergrond. Op de genoemde website vermeldt de gemeente telkens welke gebouwen reeds zijn aangepakt en wat daarvan de resultaten zijn. Komt de eindstudie gereed dat is opgestart in 2009 naar de
Generiek
T
Gemeente afdeling
geschiktheid van de diepe aardlagen (maximaal 3,5 km) voor de
civiele techniek,
onttrekking van geothermische energie (warmte) voor de
Provincie afdeling
verwarming van woningen en kantoren.
vergunningverlening
BuildDesk Benelux
19
RVW 1
onderzoeksinstanties
Wordt een onderzoek uitgevoerd naar het energie / warmte /
Lokaal
T
Gemeente,
koude gebruik van bedrijven in het Havengebied. Toekomstige
onderzoeksinstanties,
samenwerking op het gebied van warmte en koude wordt
bedrijven in het
onderzocht op haalbaarheid.
havengebied Lokaal
T
Winkeliers
+
RVW 1
+
lokaal of landelijk verbod
In 2011
Worden er in de lokale verlichtingswinkels geen gloeilampen meer
5%
verkocht en hebben deze winkels een groot assortiment van
op verkoop van
armaturen die zeer geschikt zijn voor spaarlampen en/of (de
gloeilampen zoals in
eerste) LED-lampen. Schept de gemeente ruimte voor kleine windturbines voor locaties
Australië Lokaal
O
die niet geschikt zijn voor grote molens maar waar kleinere
Het college van B&W
++
en de Raad
bouwvergunningen, financiering, draagvlak
molens wel zonder hinder voor derden inpasbaar zijn. De
burgers
gemeente schept een kader voor het verlenen van bouwvergunningen voor deze molens door in algemene zin aan te geven onder welke voorwaarden deze molens zijn toegestaan. Opstarten nieuwe aanbesteding om gemeentelijk GFT te vergisten
Lokaal
O
op de Gayonsesteeg.
Gemeente afdeling
+
RVW 1, 10
0/+
RVW 7
+
publiciteit- en
afvalbeheer ,Marktpartij nader vast te stellen ism gemeente
Begint de gemeente met de voorbereidingen benodigd voor het
Lokaal
O
installeren van openbare verlichting op zonne-energie en
Gemeentelijke diensten
kleinschalige windenergie. Volgens de planning wordt de verlichting op veel gebruikte locaties als eerste vervangen ter verbetering van de bewustwording van de burgers. Vindt de première plaats van een korte film die een beeld geeft
Generiek
I
SenterNovem
van de toekomst in die gemeente op energiegebied. Via artist’s
communicatiebeleid/-
impressions krijgt de toeschouwer een beeld van wat er zoal
plan, RVW 6
mogelijk is en welke plannen al concreet zijn.
BuildDesk Benelux
20
De film is ook te bekijken via de lokale ‘waalwijkco2neutraal’website. Wordt alle schooljeugd op school geconfronteerd met het
Generiek,
onderwerp energie. Immers, ‘wie de jeugd heeft, heeft de
lokaal
I
Ministerie van
++
Onderwijs Cultuur en
toekomst’. Alle basisscholen in de gemeente die er de komende
Wetenschappen,
15 jaar nog zullen staan, krijgen dan een dak vol zonnepalen en
scholen, SenterNovem
communicatiebeleid/plan, RVW 6
enkele mini-windmolens. Een duidelijk zichtbare opbrengstmeter laat zien wat de bijdrage is (geweest) van deze energiebronnen aan het verbruik op school. In het lespakket van alle groepen komt jaarlijks het onderwerp energiebesparing en duurzame energie uitgebreid aan bod. Worden, als het onderzoek uit 2009 positief uitvalt voor
Lokaal
T
Energieproject-
aardwarmtewinning (‘geothermie’), de eerste putten geslagen
ontwikkelaar,
voor het gebruik hiervan. De eerste woningen krijgen dit jaar al
vastgoedbeheerders
warmte uit deze bron die een temperatuur geeft van zo’n 80 tot
bestaande bouw,
85 °C. Een net met warmwaterleidingen verbindt de diverse
woningcorporaties,
bronnen met de afnemers van deze duurzame warmtebron. Vanaf
gemeente
+
onder RVW 9
+++
RVW 7 / 13
nu tot ongeveer 2025 komt een jaarlijks groeiend aantal woningen op het aardwarmtenet totdat uiteindelijk in 2020 25% van alle woningen hiervan gebruik maakt. Krijgt de eerste helft van alle energiegebruikers in de gemeente
Lokaal
een ‘slimme energiemeter’ voor elektriciteit, gas en, indien aan
Lokale GDEB met eindgebruikers
de orde, geleverde warmte. Hiermee zijn analyses mogelijk van het energiegebruik: dagpatronen, sluipverbruik, nachtgebruik voor de CV etc. Het bedrijf dat verantwoordelijk is voor de metingen, geeft aan elke verbruiker een gedetailleerd advies over besparingsmogelijkheden, o.a. door een vergelijking van het verbruik met de verbruiksverdeling in dezelfde straat of wijk. Uiteraard houdt men terdege rekening met privacygevoelige gegevens!
BuildDesk Benelux
T
21
Worden CV-ketels die nu nog geen hoog-rendement hebben (‘CR’
In 2012
Lokaal
T
Gemeente, lokale
en ‘VR’) niet meer vervangen door HR-ketels maar –eventueel
installateurs,
met investeringssteun- vervangen door warmtepompen
eindverbruikers/
(gasgestookt of elektrisch). Zo bouwen lokale installateurs steeds
bewoners/huurders/
meer ervaring op met de toepassing van deze voor hen vaak nog
eigenaren/woning-
nieuwe technieken.
corporaties
Komen steeds meer collega-gemeenten zich oriënteren op de
Generiek,
energietransitie (of: energierevolutie) die zich binnen deze
lokaal
O
SenterNovem,
++
RVW 12
++
succes van huidige
gemeenten
gemeenten
gemeente begint te voltrekken. Wordt het gemeentelijk GFT binnen de gemeente vergist.
Lokaal
T
Gemeente, Marktpartij
+
RWV 1, 10
+++
RVW 11
++
financiering,
nader vast te stellen ism gemeente Dwingt het ministerie van EZ de netbeheerders van gas en
Generiek
O
Ministerie EZ en
elektriciteit in de gemeente om in het net alle energie op te
netbeheerders,
nemen die burgers en bedrijven op enig moment aanbieden. Dit
SenterNovem
bevordert kleinschalige initiatieven op het gebied van duurzame energie (PV-systemen, kleine windmolens, opgewerkt biogas uit vergisters etc.) Het GDEB staat volledig open voor het opnemen van groene energie van burgers en bedrijven tegen een tevoren vastgesteld teruglevertarief conform de regeling die al jaren in Duitsland succesvol is. Opent de ‘Energiewinkel’ zijn deuren voor het publiek. De winkel
Lokaal
O
Marktpartij nader vast
geeft advies aan consumenten en aan het MKB. Verder verkoopt
te stellen ism
men vele soorten producten die een energiebesparing geven.
gemeente
kennisbundeling
Later krijgt de winkel ook een loket voor het GDEB. Klanten van het GDEB kopen energieproducten die tegen gunstige voorwaarden worden afbetaald via de energierekening. De kosten van het product vallen dan geheel of gedeeltelijk weg tegen de bereikte besparing. Zijn in achterstandswijken groepen gevormd die zich bezig
Lokaal
houden met de duurzaamheid (in brede zin) in de wijk.
BuildDesk Benelux
O
Gemeente, woningcorporaties
22
+
planmatige aanpak
Zijn voertuigen die in bezit zijn van of die ingebruik zijn van de
Lokaal
T
gemeente schoon en zeer energie zuinig.
Het college van B&W
+
RVW 1
++
RVW 7,
en de Raad
Komen er bij elke grote toegangsweg en op het NS-hoofdstation
Lokaal,
displays te staan waarop te zien is hoeveel groene energie er
Moni-
I
samenwerking met
door het GDEB wordt geleverd aan klanten en voor hoeveel de
toring
(provinciale)
gemeente als geheel voorziet in haar eigen energiebehoefte.
Gemeente in
communicatiebeleid
wegbeheerders, NS Vastgoed
Komt de gemeente met een aantrekkelijk en gratis computerspel
Generiek,
(à la ‘SimCity’) dat pubers en volwassenen uitdaagt om de eigen
Lokaal
I
SenterNovem
+
RVW 6 en communicatieplan
gemeente volledig duurzaam te krijgen. Het spel biedt aan de speler ook een handelingsperspectief zodat hij of zij de daad bij het woord kan voegen. Zijn er meerdere lokale installatiebedrijven die actief
Lokaal
T
energiebesparing en duurzame energie in productvorm
Lokale
+++
RVW 12
installatiebedrijven
aanbieden. Zij zien een markt ontstaan en spelen daarop in. Namen van bekende/grotere lokale installatiebedrijven die al in 2007 actief zijn. Zal de eerste fase van het fietsverbeterplan zijn uitgevoerd.
Lokaal
T
Gemeente
+
onder RVW 3
Begint de grootschalige toepassing van zonneboilers in de
Generiek,
T
Woningcorporaties,
+/+
RVW 12
bestaande bouw. Alle corporaties gaan op eengezinswoningen
Lokaal
plaatselijke
+
Fietsers (deels elektrisch op groene stroom) rijden nu over hoofdroutes van asfalt en krijgen telkens snel ‘groen’ bij verkeerslichten. Elektrische fietsen op groene stroom vergroten het comfort en maken het makkelijker om grotere afstanden te overbruggen. Deze fietsen worden snel goedkoper en zijn de grootste groeisector in de fietsenbranche. Een rit op de fiets gaat nu sneller dan de auto.
met een geschikt zongeoriënteerd dak projectmatig zonneboilers
installateurs
plaatsen. Particulieren ontvangen, straatgewijs, een aanbod inclusief financiering dat men feitelijk niet kan weigeren. Bij de plaatsing wordt steeds voldoende rekening gehouden met de latere komst van een grote hoeveelheid zonnepanelen.
BuildDesk Benelux
23
Door de grote schaal is dit een lucratieve markt voor installatiebedrijven. Ook verpleeg- en verzorgingshuizen met geschikte daken krijgen een aantrekkelijk aanbod voor een collectief zonneboilersysteem. Wordt het eerste deel van de openbare verlichting (op veel
Lokaal
T
Gemeente
0/+
RVW 7
Lokaal
T
Gemeente in
++
onder RVW 10
+
RVW 1, 2 en 7
+
RVW 1, 2 en 7
RVW 1, 2 en 7
gebruikte locaties) vervangen door verlichting op basis van zonne-energie en kleinschalige windenergie. Deze verandering heeft ook invloed op het bewustzijn van de burgers. Worden de eerste stukken weg aangelegd met warmteabsorberend asfalt. Deze warmte wordt gebruikt tbv.
samenwerking met
(regeneratie van) warmte-koude opslag.
wegenbouwers en (energie)projectontwikkelaars
Start de toepassing van zonnepanelen (PV) op bestaande
Lokaal
T
Gemeente ism
woningen en nieuwbouwwoningen; in de komende 10 jaar krijgt
(energie)project-
20% van alle bestaande woningen en 80% van alle geschikte
ontwikkelaars en
2
nieuwbouwwoningen 3,5 m aan zonnepalen. Wordt in de loop van de jaren al het beschikbare dakoppervlak in
woningcorporaties Lokaal
T
Gemeente ism
de bestaande en nieuwe utiliteitsbouw van PV voorzien. De
(energie)project-
komende 10 jaar wordt 1.5% per jaar van het beschikbare
ontwikkelaars en
dakoppervlak in de bestaande utiliteitsbouw bedekt met PV en
woningcorporaties
100% van de nieuwe utiliteitsbouw. Wordt vanaf nu elk jaar telkens 2% van de bestaande woningen
Lokaal
T
Installatiebedrijven
+
Lokaal
T
Energie-project-
+
en 100% van de geschikte nieuwbouwwoningen van 3,5 vierkante meter zonnecollectoren voorzien. Start de toepassing van warmtekoude-opslag (WKO) die 3% per jaar voorziet van warmte en uiteindelijk 30% van de bestaande
ontwikkelaars,
woningen zal bereiken. In 2013
Gaat de gemeente aandelen in het GDEB verkopen aan inwoners
woningcorporaties Lokaal
en bedrijven binnen de gemeente. Dit verschaft het GDEB eigen kapitaal om (met vreemd kapitaal) verdere investeringen te doen in duurzaam productievermogen.
BuildDesk Benelux
24
O
Gemeente met GDEB
+++
RVW 7
Hebben opgeleverde nieuwbouwwoningen, als gevolg van de in
Lokaal
I
Gemeente ism
++/
2008 door de gemeente aangescherpte lokale (EPC-) eisen, 40%
(energie)project-
+++
minder warmte nodig dan in 2007. De resterende warmtevraag
ontwikkelaars en GDEB
RVW 1 en 2
wordt grotendeels duurzaam opgewekt met warmtepompen op groene stroom. Deze stroom komt voor een deel van de 30 m2 aan zonnepanelen die standaard het dak vullen en voor het andere deel uit groene stroom. De EPL op alle nieuwbouwlocaties is minimaal 9,5. Minimaal 80% van de woningen heeft een dakvlak dat gericht is op de zon. Wordt samengewerkt op het gebied van energie / warmte / koude
Lokaal
T
Gemeente ism
door bedrijven in het Havengebied. Het havengebied wordt
(energie)project-
gerevitaliseerd.
ontwikkelaars en
+
RVW 1, 9, 11, 12
++
RVW 1 en 2
bedrijven in het havengebied Hebben nieuw opgeleverde kantoren, als gevolg van de in 2008
Lokaal
T
Gemeente ism
aangescherpte (EPC-) eisen, een 30% lager verbruik van warmte
vastgoedbeheerders, -
dan in andere gemeenten.
beleggers, projectontwikkelaars
Zal de tweede fase van het fietsverbeterplan zijn uitgevoerd. Een
Lokaal
T
Gemeente
++
onder RVW 3
Lokaal
T
Gemeente ism GDEB
+++
RVW 13
Beginnen steeds meer andere gemeenten het goede voorbeeld
Generiek,
O
SenterNovem, VNG
++
succes van huidige
volgen. Op allerlei plaatsen ontstaan lokale initiatieven die zich
Lokaal
rit op de fiets gaat nu beduidend sneller dan de auto. Meerdere gratis bewaakte stallingen geven de fietser een veiliger gevoel bij het achterlaten van hun vervoersmiddel. Hebben alle energiegebruikers in de gemeente een ‘slimme’ energiemeter voor elektriciteit, gas en, indien van toepassing, geleverde warmte. In 2014
richten op energiebesparing en duurzame energie.
BuildDesk Benelux
25
gemeenten
Begint het GDEB in woningen met een bouwjaar tot 2000
Lokaal
T
Lokale installateurs,
langzaam de vervanging van CV-ketels met een hoog rendement
eindverbruikers/
(HR) door gasgestookte warmtepompen of door micro-
bewoners/huurders/
warmtekrachtinstallaties. De micro-warmtekracht wordt gestuurd
eigenaren/woning-
door de warmtevraag omdat anders het elektrische rendement te
corporaties
++
RVW 12
0/+
bereidheid Waterschap
++
vergunningen en
laag is. Is ca 10% van de rioolpompen en gemalen vervangen door
Lokaal
T
modellen die 50% zuiniger zijn dan die van 2007.
Gemeente ism Zuiveringsschap (of Waterschap)
Starten de procedures om over 6 jaar een flink aantal grote
Generiek,
windmolens te realiseren die in een fors deel van de benodigde
lokaal
I
Het college van B&W en de Raad, provincie
bestemmingsplannen,
hoeveelheid duurzame elektriciteit gaan voorzien.
draagvlak bevolking en bestuur
In 2017
Komt er steeds meer buitenlandse aandacht voor de
Generiek,
10%
ontwikkelingen. Bedrijven vangen de bezoekers op en leiden ze
lokaal
O
Gemeenten
+/
succes van huidige
++
gemeenten
+++
parkeerbeleid
rond. Met deze dienst kunnen de bedrijven onder de bezoekers vervolgprojecten werven. Rijden de eerste volledig elektrische auto’s in de stad. Door de
Lokaal
I
speciale gratis parkeerplaatsen is het aantrekkelijk om hiermee
Gemeente ism lokale autodealers
stimulerend voor
naar het centrum te komen (o.a. Toyota Prius Plug In Hybrid is
elektrisch vervoer,
dan mainstream volgens fabrikant). Hebben opgeleverde nieuwbouwwoningen, als gevolg van de al in
elektrische auto’s Lokaal
I
Gemeente ism
2009 door de gemeente aangescherpte en vroegtijdig
(energie)project-
aangekondigde lokale (EPC-) eisen, 60% minder warmte nodig
ontwikkelaars en GDEB
+++
RVW 1 en 2
++
RVW 7, 12
dan in 2008. Warmtepompen op groene stroom zorgen voor groene warmte. De EPL op alle nieuwbouwlocaties is standaard 10 waardoor deze locaties, op jaarbasis, geen beslag meer leggen op fossiele energiebronnen. Begint de vervanging van HR-ketels door gasgestookte
Lokaal
T
Lokale installateurs,
warmtepompen en micro-warmtekracht op stoom te komen
eindverbruikers/
(respectievelijk 4% vervanging per jaar en 2% vervanging per
bewoners/huurders/
jaar).
eigenaren/woning-
BuildDesk Benelux
26
corporaties Is het fietsplan 100% gereed en is de fiets voor een groot publiek
Lokaal
T
Gemeente
++
onder RVW 3
Lokaal
T
Gemeente ism lokale
++
samenwerking met OV-
een geduchte concurrent geworden van de auto. Lokale fietsenwinkels leveren inmiddels meer fietsen met elektrische ondersteuning dan zonder deze voorziening. Wordt een eerste stap gezet in de forse uitbreiding en het schoner/zuiniger maken van het openbaar vervoer. Het aantal
OV-exploitant
exploitant
lijnen en de frequentie daarop gaat flink omhoog. Vlak daarna treft de gemeente al de eerste autobeperkende maatregelen voor het centrum. Wordt er in de komende 2 jaar een nieuw windmolenpark
Lokaal
T
Windproject-
+++
vergunningen, locaties,
gerealiseerd met 8 - 10 windmolens (2-3 MW per stuk, 60-80 m
ontwikkelaars ism
contracten,
ashoogte) om te voorzien in een fors deel van de vraag naar
gemeente
netaansluitingen
duurzame elektriciteit. In 2022
Wekt de stad al zoveel energie zelf op dat, op jaarbasis, in elk
30%
geval alle elektriciteit duurzaam wordt gemaakt. Komen er steeds meer elektrische vrachtauto´s in de stad. Deze
Lokaal
T
Alle stakeholders
+++
TUSSENDOEL 2020 STELLEN
Lokaal
I
Gemeente, lokale
++
mobiliteitsbeleid van de
bevoorraden vanuit distributiecentra buiten het centrum de
goederendistribu-
gemeente,
winkels en mogen als enige voertuigtype buiten de normale
teurs, TLN
beschikbaarheid
venstertijden in het winkelgebied komen. Zijn zonnepanelen concurrerend met elektriciteit uit fossiele
elektrische voertuigen Lokaal
T
Lokale installateurs,
energiebronnen. Alle woningen in de gemeente die nog geen
eindverbruikers/
zonnepanelen hadden, krijgen nu alsnog een grote hoeveelheid
bewoners/huurders/
(30-60 m2) zonnepanelen.
eigenaren/woning-
+++
RVW 12
+++
prijsdoorbraak zon-PV
corporaties Wordt door de verbeterde concurrentiepositie van zonnepanelen
Lokaal
T
Bedrijven en/of
bij alle bedrijven de hoeveelheid panelen aangevuld tot 2/3 van
parkmanagement-
het beschikbare dakoppervlak.
organisaties van bedrijventerreinen
BuildDesk Benelux
27
voor 2020
In 2025
Starten de procedures om over 5 jaar een flink aantal grote
Generiek,
windmolens te realiseren die in een fors deel van de benodigde
lokaal
I
Het college van B&W
+++
en de Raad, provincie
vergunningen en bestemmingsplannen,
hoeveelheid duurzame elektriciteit gaan voorzien.
draagvlak bevolking en bestuur
In 2027
In 2030
Krijgen woningen waar al 3.5 m2 aan panelen op lag, een
Lokaal
T
Lokale installateurs,
aanvulling totdat nagenoeg het gehele dak hiermee vol ligt.
eindverbruikers/
Zonne-energie is inmiddels zo voordelig dat ook oppervlakken op
bewoners/huurders/
het noorden en met gedeeltelijke beschaduwing in aanmerking
eigenaren/woning-
komen voor zonnepanelen.
corporaties
Wordt er in de komende 2 jaar een nieuw windmolenpark
Lokaal
T
gerealiseerd met 8 - 10 windmolens (2-3 MW per stuk, 60-80 m
Het college van B&W
+++
RVW 12, prijsdoorbraak zon-PV voor 2020
++
en de Raad
bouwvergunningen, financiering, draagvlak
ashoogte) om te voorzien in een fors deel van de vraag naar
burgers
duurzame elektriciteit. In 2032
Houdt een centraal computersysteem, een ‘energieserver’, de
Lokaal
T
GDEB ism
+++
RVW 7, diverse
65%
energiestromen in de gemeente in de gaten. Omdat er ook
netbeheerder en
technologische
opslagsystemen in het lokale net zijn ingebouwd (vliegwielen,
investeerders in
doorbraken in
brandstofcelsystemen met waterstofopslag), komt uitval van het
energieopslag-
voorafgaand decennium
elektriciteitsnet nauwelijks meer voor. Essentiële
voorzieningen
energiegebruikers kunnen dan blijven doordraaien doordat andere apparatuur automatisch en op afstand uitschakelbaar is. 2040
Worden dit jaar en volgend jaar de oude windmolens
Lokaal
afgeschreven en vervangen door grotere molens.
T
Het college van B&W en de Raad
++
bouwvergunningen, financiering, draagvlak burgers
2042
Gemeente Waalwijk CO2-neutraal
100%
Indien gelijksoortige maatregelen voor de overige broeikasgassen genomen worden, is Waalwijk in 2042 ook klimaatneutraal.
BuildDesk Benelux
28
Overzicht van randvoorwaarden voor de uitvoering van maatregelen die bijdragen aan CO2-neutraliteit: Nr
Randvoorwaarde
1
B&W- en Raadsbesluit waarmee substantiële financiële middelen (en evt.:
Type
2
B&W- en Raadsbesluit dat een steeds forsere EPC-verlaging en ≥80% zongerichte verkaveling voor projectmatige woning- en utiliteitsbouw voorschrijft
3
B&W- en Raadsbesluit m.b.t. ambitieus beleid ter bevordering van het gebruik van fiets en openbaarvervoer en/of belemmering van vervuilend (vracht-) autoverkeer
4
Harde afspraken (met boeteclausules) tussen gemeente en woningcorporaties over ambitie, uitvoeringstempo en financiering van energiebesparing en lokale duurzame energietoepassingen in de huursector
5
B&W- en Raadsbesluit m.b.t. OZB-korting en andere financiële instrumenten voor burgers en bedrijven die investeren in besparing en duurzame opwekking
6
Langdurige en indringende publiciteit (website, huis-aan-huisblad, advertenties, roadshow in de wijken, educatieve programma’s etc.) m.b.t. het streven naar CO2-neutraliteit en de totnogtoe bereikte resultaten
7
Een Gemeenschappelijk Duurzaam Energiebedrijf is operationeel
8
Akkoord met Rijk over terugsluizing van de opgebrachte EB in een lokaal energie-investeringsfonds (wel, niet of deels revolverend)
9
Met positief resultaat uitgevoerde onderzoeken van de technische, financiële en organisatorische haalbaarheid van specifieke energieopties
10
Er zijn partijen bereid om de voor duurzame energie-opties benodigde infrastructuur (m.n. leidingen voor warmte en koude) voor acceptabele kosten aan te leggen en te exploiteren
11
Voldoende draagvlak bij burgers en bedrijven voor de komst van zichtbare, hoorbare en/of ruikbare duurzame energie-opties (windmolens, biomassainstallaties)
12
In de vraag naar producten en projecten m.b.t. energiebesparing en duurzame energie kan goed en laagdrempelig worden voorzien door (lokale en regionale) installateurs/leveranciers
13
Via regelgeving of bereidwillige medewerking van de netbeheers (gas, elektriciteit) komen ‘slimme’ energiemeters sneller en gemeentebreed beschikbaar
14
Overheid verleent gemeenten de status ‘Experimentgemeente’
BuildDesk Benelux
29
Financieel
onderzoeken) en implementatie van de roadmap naar CO2-neutraliteit
Organisatorisch
Technisch
mensen) beschikbaar worden gesteld voor de verdere uitwerking (evt.:
7
Aanbevelingen voor implementatie De studie resulteert in een aantal duidelijke conclusies en aanbevelingen voor de deelnemende gemeenten en voor gemeenten die een dergelijk traject overwegen te volgen: Marketing van de plannen en de korte termijnresultaten is een belangrijk middel voor het creëren en houden van draagvlak voor CO2-neutraliteit. Lange termijnambities vragen, gezien de relatief korte politieke cyclustijd, om korte termijnsuccessen. Het doel hiervan is om een vliegwiel op gang te krijgen dat blijft doordraaien wanneer een volgend gemeentebestuur wat minder hoge ambities heeft op het gebied van energie en klimaat. Het is raadzaam een fasering aan te brengen en tussendoelen en mijlpalen te benoemen. Zo blijft het traject behapbaar en kan beter worden gevolgd of de uitvoering van dit beleid nog op koers ligt. Een belangrijke toegevoegde waarde van de gemeente is om mensen (die organisaties vertegenwoordigen) te verbinden en ze vervolgens te verleiden om concrete initiatieven mogelijk te helpen maken. Het verdient aanbeveling om bij meerinvesteringen in energiebesparing of duurzame energie goed te kijken of er wellicht meerdere doelen kunnen worden gediend en om daaraan een waarde toe te kennen. Voorbeelden zijn het bereiken van een beter binnenklimaat (door bijv. vloer- of wandverwarming toe te passen in combinatie met een warmtepomp) en het verminderen van de armoede door het verlagen van de energierekening door het realiseren van energiebesparing. CO2-neutraliteit kan dus een meersnijdend zwaard zijn. Een gemeente dient wel alert te zijn voor mogelijke conflicten met andere belangrijke beleidsdoelen (bijv. zongericht verkavelen kan botsen met sociale doelen). In de praktijk zal niet alles in het teken van het bereiken CO2-neutraliteit kunnen staan en zijn compromissen noodzakelijk. Door met een ‘kopgroep’ (die uit niet te veel gemeenten moet bestaan om geen tempo en slagkracht te verliezen) een verdere concrete invulling te geven aan het beleid tot CO2-neutraliteit, kan de weg worden gebaand voor ‘het peloton’ van andere gemeenten die een vergelijkbare weg koesteren maar die qua politiek draagvlak nu nog niet zo ver zijn. Meetbaarheid en monitoring van de bereikte resultaten is belangrijk om de doelgroepen enthousiast te houden voor het zetten van de volgende stappen die mogelijk ingrijpender zijn. Het resultaat kan worden uitgedrukt in een percentage van CO2-neutraliteit (eenheidscijfer t.o.v. heden) of in het aantal ‘eenheidshuisjes’ die in een bepaald jaar 100% CO2-neutraal zijn (zoals de grootte van nieuwe windparken ook altijd wordt uitgedrukt in het aantal huishoudens dat hiermee van elektriciteit kan worden voorzien). De bestaande woningbouw is cruciaal omdat het de grootste gemene deler is. Een kennis- en ervaringsuitwisselingsstructuur voor de op kop lopende gemeenten kan helpen om voortvarend met deze doelgroep aan de slag te gaan. Aanbeveling voor het Rijk: faciliteer de gemeenten bij het opzetten van het Lokale Energiefonds (LEF). Dit zou bijvoorbeeld uit de Energiebelasting kunnen komen van de lokale burgers en bedrijven. Actieve bestuurskracht is cruciaal, bestuur moet er echt ‘voor willen gaan’.
BuildDesk Benelux
30
Politieke behapbaarheid benadrukken, plan ‘verkopen’ aan de politiek, burgers en bedrijven (marketingdeskundigheid betrekken). Door per sector (-groep) te werken, kunnen wellicht sommige sectoren veel eerder neutraal zijn dan over 30 jaar. Het collectief wordt dan niet geremd door enkele sectoren (zoals verkeer en vervoer of de industrie) waar CO2-neutraliteit langer op zich laat wachten. Een gemeente moet steeds op scherpst van snede opereren, dat is zeer belangrijk voor het pakken van kansen. Tot slot is in de bijlagen 8 en 9 informatie opgenomen over succesfactoren voor CO2neutraliteit en leerpunten uit eerdere studies.
BuildDesk Benelux
31
BuildDesk Benelux
32