Rotterdamse Stijl Bomenstructuurvisie
omenstructuurvisie Rotterdam
Rotterdamse Stijl Bomenstructuurvisie
De bomenstructuurvisie werd gerealiseerd in het kader van het Groenjaar 2008 Opdrachtgever: gemeente Rotterdam In samenwerking met: dienst Stedenbouw + Volkshuisvesting en Gemeentewerken Rotterdam Projectgroep gemeente: Ingeborg Berger, Rokus van Dijk, Annemieke Fontein, Dave Geensen, Suzanne van der Horst, Erica Koning, Martin Looije, Gert Willem Mengerink, Johan Schot, Jos van de Vondervoort, Joop Zwiep veenenbos en bosch landschapsarchitecten Zijpendaalseweg 51 6814 CD ARNHEM Ontwerpteam: Jeroen Bosch, Annie Beugel, Stef van Campen, Arjan Kool Juli 2009
Colofon
Inhoud Voorwoord
09
Inleiding
10
Aanleiding Aanpak Status Leeswijzer
13
2 Betekenissen: tot nut en genoegen
19
Bomen als sfeermakers Bomen als bouwsteen Bomen en natuur Bomen en leefkwaliteit Bomen en luchtzuivering Bomen en het klimaat
3 Analyse: Rotterdam groenste stad?
Bomen als basis
27
47
Behouden, vernieuwen én toevoegen Boomrijk én bermrijk web van hoofdwegen Oevers en dijken groen aanzetten Stadsparken, stadspleinen en pleinen subcentra verschillend beplant Uiteenlopende singelbeplantingen
6 Randvoorwaarden: ruimte voor de boom
Waar staan de bomen dan? Lastige groeiomstandigheden Eenzijdig bomenbestand Inspirerende voorbeelden
4 Visie: meer bomen, mits gerichter én beter geplaatst
In het zicht Investeren in een aantrekkelijke hoofdstructuur Uitbouwen uiteenlopende wijken Laat bomen oud worden Meer kleur en fleur
5 Plan: versteviging en uitbreiding stedelijk netwerk
1 Samenvatting
93
Maak het bomen naar de zin Bomen situeren Bomen planten Bomen onderhouden
7 Het sortiment: meer variëteit en doelmatigheid 101
39
Welke boom waar? Accentlagen De juiste boom op de juiste plaats Hoofdstructuur en deelstructuur Uiteindelijke sortimentskeuze Overzichten
8 Waterkeringen, kades, watergangen en bomen 117
De Keur Beleid en regelgeving Gevolgen voor bomen Nader overleg
9 Bomen beter beschermd
10 Prioriteiten en uitvoering
129
Uitvoeringsstrategie
Bijlagen Monumentale bomen
123
Wetgeving en regelgeving Planontwikkeling Engineering
133
Kabels en leidingen Instrumentarium
Bronnen
138
Voorwoord Rotterdam werkt aan een aantrekkelijke woonstad. De inrichting van de openbare ruimte, met bomen als belangrijke succesfactor, levert daaraan een belangrijke bijdrage. Bomen geven kleur aan de stad en dragen bij aan een gezonde en natuurlijke leefomgeving. Bomen zijn onmisbaar in een duurzame stad. Dat vraagt om een zorgvuldig beleid én een heldere visie. De Rotterdamse Stijl streeft een hogere kwaliteit, eenduidigheid en herkenbaarheid van de openbare ruimte na. Een onderdeel van de Rotterdamse Stijl is de Bomenstructuurvisie. Een visie die beschrijft hoe bomen optimaal kunnen worden ingezet bij de inrichting van de openbare ruimte in de hoofdstructuur van de stad Daarnaast biedt de visie handvatten voor het duurzaam omgaan met bomen: de juiste boom op de juiste plek. Ook monumentale bomen en lanen krijgen extra aandacht. We willen de partners in de stad nadrukkelijk bij de implementatie van de Bomenstructuurvisie betrekken. De uitwerking van de Bomenstructuurvisie op het niveau van de stadsdeelstructuur is opgenomen in deel 3 van de Rotterdamse Stijl: Stadsdeelstructuur. Daarnaast liggen er belangrijke opgaven in samenwerking met de Waterschappen, de kabel- en leidingexploitanten en het Havenbedrijf Rotterdam. Rotterdam werkt hard aan een mooie stad met veel ruimte, groen en recreatieve voorzieningen. Een stad waar iedereen op een prettige manier kan wonen, werken, sporten en recreëren. De Bomenstructuurvisie helpt daarbij door te beschrijven hoe we het straatbeeld van Rotterdam nog aantrekkelijker kunnen maken. Een forse en belangrijke opgave waar we samen met partners in de stad de komende jaren aan zullen werken. Lucas Bolsius Wethouder Haven, Financiën, Buitenruimte en Organisatie
Voorwoord
9
Inleiding Aanleiding Rotterdam heeft de afgelopen jaren hard gewerkt aan de herinrichting van een flink aantal pleinen en parken. Daarmee zijn in de havenstad weliswaar een aantal bijzondere plekken ontstaan, algemeen wordt het inrichtingsniveau van de openbare ruimte nog als onvoldoende gekarakteriseerd. Rotterdam wordt nog immer met een zekere rauwheid geassocieerd: de stad staat niet als bekoorlijk of sfeervol bekend. De ene verbouwing van de stad is nog niet afgerond of de volgende dient zich al weer aan. Wil Rotterdam compleet worden dan moet het in de stad aangenaam wonen, werken én recreëren zijn. Een belangrijk middel om de stad te verrijken is het versterken van de kwaliteit van de openbare ruimte. Het groen én de bomen spelen daarin een essentiële rol. Sinds enkele jaren wordt er voor de stad als geheel gewerkt aan een verbetering van de kwaliteit van de buitenruimte. Het in 2008 gereed gekomen Handboek Rotterdamse Stijl geeft richtlijnen voor de wijze van inrichting van de hoofdstructuur van de stad. In het handboek komen de bomen tot nu toe beknopt aan bod. De behoefte aan een nadere uitwerking vormde, samen met het Groenjaar 2008, de aanleiding voor het opstellen van de bomenstructuurvisie.
Aanpak De visie schetst de gewenste bomenstructuur op het niveau van de stad en dan met name de straatbomen langs de hoofdwegen, de bomen langs de waterlopen, in de stadsparken en op de stadspleinen. Daarmee sluit de Bomenstructuurvisie aan bij het Rotterdamse Stijl. Omwille van het verkrijgen van
Inleiding
10
een completer beeld zijn in deze visie ook enkele onderdelen opgenomen, de singels bijvoorbeeld, die in de stadsdeelstructuur zijn verder uitgewerkt. De Bomenstructuurvisie doet tevens uitspraken over het toe te passen bomensortiment, op de hoofdstructuur als ook op de stadsdeelstrcutuur. De visie zet niet alleen ruimtelijk de lijnen voor de toekomst uit, ook de groeiplaatseisen, de sortimentskeuze en de juridische bescherming van bomen komen aan bod. Dit boekje behandelt de bomenstructuur en niet het groen. Een aantal onderdelen van de bomenstructuur van Rotterdam, zoals de bossen, bosschages en ecologisch beheerd groen, blijft buiten beschouwing. De her en der in de stad gelegen groengebieden, de recreatieterreinen aan de stadsrand als ook de beplantingen langs de Ruit, de ringweg rond de stad, zijn niet meegenomen. De meeste van deze gebieden zijn reeds in het uit 2005 stammende Groenplan Rotterdam opgenomen. De bomen in de haven vallen onder verantwoordelijkheid van het Havenbedrijf en staan daarom niet in deze visie. Ook de bomen in particuliere tuinen blijven – met uitzondering van het juridische kader – in deze visie achterwege.
Status Deze structuurvisie vormt op het gebied van de bomen zowel een inspirerende leidraad als ook een toetsingskader bij het ontwikkelen van ruimtelijke plannen voor de stad. De visie dient tevens als opmaat voor het opstellen van deelgemeentelijke groenvisies. Voor de Bomenstructuurvisie wordt dezelfde tijdshorizon als de recentelijk gereedgekomen Stadsvisie aangehouden: 2030. De visie zal door de gemeenteraad van Rotterdam worden vastgesteld. De belangrijkste ruimtelijke voorstellen voor de bomen zullen in het Handboek
Rotterdamse Stijl worden opgenomen. De in de visie opgenomen plannen in kaartbeeld en in de profielen als ook de randvoorwaarden in de omgang met bomen zijn kaderstellend. De voorstellen met betrekking tot het bomensortiment zijn adviserend van aard. Rotterdam kent reeds een Groenplan en een Bomenstructuurplan. Het eerste document draait om de parken en groengebieden. Het Bomenstructuurplan behandelt de verbetering van de bestaande beplantingen.
waarvan de volgorde bepaald kan worden voor de uitvoer van de ruimtelijke voorstellen in de stad.
Leeswijzer Wie snel wil weten waar de Bomenstructuurvisie over gaat leze hoofdstuk 1, waarin de inhoud van dit boekje beknopt wordt samengevat. De visie vervolgt in hoofdstuk 2 met de uiteenlopende betekenissen die bomen voor mens en natuur hebben. Aansluitend wordt in hoofdstuk 3 bekeken hoe het nu met de Rotterdamse bomen is gesteld. Waar staan ze, hoe zien de beplantingen eruit en hoe is het met hun conditie? De kern van het boekje wordt gevormd door de hoofdstukken 4 en 5. Hoofdstuk 4 formuleert de visie op de toekomst van de boombeplantingen, zowel ruimtelijk als wat betreft standplaatsfactoren, in de stad. In hoofdstuk 5 wordt de visie op de bomenstructuur naar een plan voor de hoofdstructuur vertaald. Hoofdstuk 6 staat stil bij een serie essentiële randvoorwaarden voor het verkrijgen van volwaardige volwassen én oude beplantingen. Hoofdstuk 7 behandelt het voor de uiteenlopende lijnen en plekken aan te bevelen bomensortiment. In hoofdstuk 8 wordt ingegaan op de eventuele beperkingen die bomen nabij watergangen en op waterkeringen kunnen ondervinden. In hoofdstuk 9 worden de mogelijkheden voor een betere juridische bescherming van bomen benoemd. Waarna het laatste hoofdstuk de criteria behandelt op basis
Inleiding
11
1 samenvatting
Samenvatting Velerlei betekenissen Bomen zijn voor de stedeling van cruciaal belang. Behalve dat bomen voor sfeer zorgen zijn ze een beproefd middel om de ruimtelijke opbouw van de stad te versterken. Bomen brengen natuur de stad in. De seizoenen zijn er aan afleesbaar. Middels kleur, geur en geluid beroeren ze onze zintuigen. Ook verschaffen bomen dieren leefruimte. Bomen op de hoofdstructuur van de stad hebben tevens een positief effect op het leefklimaat in de stad. Ze temperen de hitte en breken de wind. De bladeren zuiveren de lucht. In combinatie met groene bermen dempen bomen het geluid.
Bomen onzichtbaar Rotterdam is een groene stad. Van de vier grote steden heeft de havenstad per huishouden de meeste vierkante meters groen binnen de bebouwde kom. Het meeste groen ligt echter in de buitenwijken en langs de randen van de stad verstopt. De fraaie stadsparken en singels die de stad rijk is liggen grotendeels verscholen. Vooral op de hoofdstructuur ontbeert de stad aansprekende beplantingen, het autoverkeer domineert nu het straatbeeld.
Lastige groeiomstandigheden Daarnaast hebben bomen het in het Rotterdamse stadsmilieu niet gemakkelijk. Verhardingen rondom de stamvoet, vanwege de inklinking van de delta noodzakelijke tussentijdse ophogingen, beschadigingen veroorzaakt door
bouwwerkzaamheden en de aanleg van kabels en leidingen zijn er de oorzaak van dat te weinig bomen in de havenstad oud worden.
Eenzijdig bomenbestand Het bomensortiment op de hoofdstructuur, in hoofdzaak bestaand uit platanen en lindes, maakt kwetsbaar. Na de aanslag op het iepenbestand zijn de laatste jaren de kastanjes onderhevig aan ziekten en plagen. Een vanuit het zuiden van Europa oprukkende schimmelziekte kan het platanenbestand gaan bedreigen.
Belangrijkste openbare ruimtes met bomen verrijkt Rotterdam is een stad vol ongerijmdheden en contrasten. Uiteenlopende landschappelijke ondergronden, schoksgewijze ontwikkelingen en vernieuwingen hebben geleid tot een intrigerend maar vaak ook moeilijk te doorgronden stadsplan. De havenstad wordt vaak vergeleken met een verzameling scherven waardoorheen verschillende netwerken gevlochten zijn. De Bomenstructuurvisie bedenkt de stad met een forse groenimpuls. Ingezet wordt op aansprekende boombeplantingen in de gezichtsbepalende openbare ruimtes van de stad. De visie borduurt daarbij voort op bovengenoemd onderscheid. Op het niveau van de stad worden de belangrijkste lijnen en plekken benoemd en in samenhang met elkaar van bomen voorzien. Het betreft hier de hoofdwegen, rivieroevers, dijken, stadsparken en stadspleinen. Het resultaat is een stad die zowel leesbaarder als een stuk aantrekkelijker wordt. Voor de bomen op het niveau van de wijken en buurten worden de overeenkomsten en verschillen achterhaald en verder uitgebouwd waardoor de
1 Samenvatting
15
TIEN HOOFDPUNTEN BOMENSTRUCTUURVISIE ROTTERDAM
• Bomen inzetten om het leefklimaat, de milieukwaliteit en de stadsnatuur te verbeteren • Stevige boombeplantingen op de hoofdstructuur maken de stad groen • De hoofdwegen en rivieroevers lange, eenduidig beplante tracé’s geven • De extra boombeplantingen op de stadspleinen en pleinen in de subcentra onderling laten verschillen • De uiteenlopende beplantingstypologieën in de wijken uitbouwen • Met optimale ondergrondse en bovengrondse groeicondities worden bomen oud • Een gevarieerder bomensortiment brengt meer kleur, fleur en biodiversiteit in de stad • Waar dat maar mogelijk is staan bomen op de hoofdstructuur in grasbermen • Zorgvuldiger met monumentale en bijzondere bomen omgaan • Samen met de partners in de stad de Bomenstructuurvisie uitwerken en uitvoeren
verscheidenheid hierbinnen nog rijker wordt. In deze visie komen wat betreft de deelstructuur van de stad de ruimtelijke kenmerken van de singels als ook het bomensortiment langs de singels en de wegen aan bod.
Veelkleuriger bomenpalet Bij het sortiment wordt zowel omwille van het beeld, vanwege de spreiding van de risico’s met betrekking tot ziekten en plagen als ook om weerstand op te bouwen tegen de stedelijke dynamiek ingezet op een verruiming van het aantal boomsoorten. Daarbij gaat het tevens om een betere verdeling van de verschillende soorten over de stad. De belangrijkste openbare ruimtes van de stad krijgen wat boomsoorten en wijze van aanplant betreft elk eigen kenmerkende beplantingsbeelden. Door op de hoofdstructuur bomen met een stamomtrek van plus minus 35 centimeter aan te planten wordt meteen al een redelijk groen beeld bereikt.
monumentale bomen gaan uitgroeien. Ook op het gebied van de planontwikkeling en engineering valt zowel voor bestaande als voor nieuwe bomen winst te halen. Daarbij gaat het ondermeer om het strikt naleven van reeds vastgestelde ambtelijke werkmethoden, richtlijnen, spelregels en verordeningen.
Versneld uitvoeren Het verstevigen van de bomenstructuur van de stad wordt op twee manieren bereikt. Deels kan worden meegelift met lopende plannen, daarnaast wordt door het college van B&W jaarlijks gekeken of vanuit het het programma Rotterdamse Stijl extra projecten dienen te worden opgepakt die een aanlokkelijke groene stad sneller naderbij zullen brengen. Met voorrang wordt daarbij ingezet op de aanpak van de kaalste, meest boomloze lijnen en plekken.
Beter geplaatst én beschermd De bomenstructuurvisie zet niet alleen ruimtelijk de lijnen voor de toekomst uit, ook ten aanzien van de groeiplaatseisen en de bescherming van bomen worden noten gekraakt. Voor het verkrijgen van gezonde en oudere bomen dient de standplaats van een boom aan een serie randvoorwaarden te voldoen. Zowel ondergronds als bovengronds moet voldoende ruimte worden gereserveerd, waar mogelijk worden de bomen in gras gezet. De wet- en regelgeving moet meer scherpte krijgen: gericht op het beschermen van bomen. Alleen dan kan in Rotterdam het nu nog bescheiden areaal
1 Samenvatting visie inleiding
17
2 betekenissen tot nut en genoegen
Betekenissen: tot nut en genoegen Bomen kennen vele eigenschappen die het leven in de stad veraangenamen. Daarmee zijn ze voor velen van nut, ook vormen ze een bron van genoegen. Welke eigenschappen kunnen we geboomte zoal toedichten?
Bomen als sfeermakers Uiteenlopend onderzoek heeft uitgewezen dat groen en bomen een positieve invloed hebben op het welbevinden van mensen. Bomen dragen in sterke mate bij aan een sfeervolle openbare ruimte. Het feeërieke schouwspel waarin vanaf het vroege voorjaar bottende iepen de Amsterdamse grachten tooien is hiervan een prachtig voorbeeld. De platanen langs de boulevards in Parijs als ook de esplanaden in Barcelona, de lindes langs de alleëen in Berlijn hebben een vergelijkbare impact. In Rotterdam verschaffen de in de 19e eeuw aangelegde singels veel sfeer. Bomen geven uiteenlopende openbare ruimtes als straten, parken en pleinen veel meerwaarde. De ene keer bepaalt een bomendak het gezicht van een plein, een andere keer vormt één grote boom waarin je klimmen kunt het hoofdmoment van het plantsoen. In dit verband moet ook de cultuurhistorische betekenis genoemd worden die sommige bomen hebben. Denk daarbij met name aan bomen die geplant zijn ten tijde van een bijzondere gebeurtenis. Enkele bomen die het bombardement op Rotterdam overleefden spreken eveneens tot de verbeelding. Een aantrekkelijke buitenruimte zorgt er voor dat er een aangenamer en gezonder woonklimaat ontstaat. Bijkomend voordeel is dat zowel de financiële waarden als de WOZ- waarden van de woningen stijgen. Onderzoek wijst uit dat de aanleg van water aan de voorzijde of achterzijde van een woning tot een waardevermeerdering van het pand leidt. De aanwezigheid van een plant-
soen of park brengt eveneens waardevermeerdering met zich mee.
Bomen als bouwsteen Bomen zijn een beproefd middel om de ruimtelijke opbouw van de stad te bekrachtigen. Oude kernen, havens, dijken en rivierlopen, voormalige verdedigingswerken, nieuwe doorbraken, invalswegen, rondwegen of stadsentrees: met behulp van bomen is een verhaal te vertellen over de geschiedenis én de ruimtelijke opbouw van de stad. Bomen vormen een essentieel onderdeel in het ontwerp van de openbare ruimte. Met bomen begrens of geleed je de ruimte; beplantingen geven de stad mede vorm. Markante boombeplantingen kunnen helpen om je in het stedelijke netwerk te oriënteren. Dat kan een lommerrijke laan zijn, een groep bomen op een rotonde dan wel een enkele boom in het plantsoen. Hoe ouder bomen worden hoe meer deze herkenningspunten kunnen worden in de stad.
Bomen en natuur Twee keer per jaar prenten bomen ons de wisseling van de seizoenen in. Dit is het sterkst in de lente als het loof uitloopt en veel boomsoorten in bloei staan als ook in de herfst als de kronen zich in diverse kleuren tooien. Bomen kennen meer eigenschappen die onze zintuigen beroeren. Het ruisen van de wind door de boomkronen kan uitgroeien tot een machtig geluid; vooral populierenblad dat vettig van aard is en een buigzame steel heeft kan in samenspel met de wind flink wat geluid produceren. Ook de geuren die sommige boomsoorten verspreiden dienen te worden ver-
2 Betekenissen
21
Ecologische verbinding
Sfeermakers
De historie benadrukkend
De ruimtelijke opbouw bekrachtigend
De seizoenen beleefbaar
Luchtzuiverend
Hitte temperend, luwte gevend
Spelaanleiding
meld. In het voorjaar als de bladeren uitlopen en de meeste soorten bloeien ruikt het met name in de parken en plantsoenen aangenaam. Mede aan de hand van bomen leren kinderen de schoonheid en veelzijdigheid van de natuur ontdekken. Laag vertakte bomen vormen prima spelaanleidingen. Boomknoppen, bloesems en zaden trekken uiteenlopend dierenleven aan. Vogels profiteren weer van op bomen levende insecten. De boomkronen, boomholtes en schorsspleten bieden dieren beschutte plekken om in te schuilen, te rusten en zich voort te planten. Lijnvormige beplantingen, zoals lanen, worden met name door vleermuizen en vogels gebruikt als route tussen slaapplaats en foerageergebied. Boombeplantingen vormen voor een aantal diersoorten verbindende schakels tussen de stad en de ommelanden.
Mede met het oog op de temperatuurstijgingen in verband met de klimaatopwarming is het van essentieel belang om in de buitenruimte plekken te hebben waar de hitte getemperd wordt. Vooral in dichtbebouwde delen van de stad, waar de opwarming het sterkst zal zijn, geven bomen aan de buitenruimte extra meerwaarde en dragen ze bij aan de gezondheid van de bewoners.
Bomen en leefkwaliteit
Geluiddempend Bomen dragen in geringe mate bij aan de verstrooiing van geluid en dus aan de vermindering van geluidsoverlast. Groene bermen daarentegen hebben een veel groter geluiddempend effect. Vanuit het oogpunt van de vermindering van geluidsoverlast is de aanleg van bomen in open grond dus effectief.
Ook op andere wijzen verbeteren bomen het woongenot en de verblijfskwaliteit van Rotterdam. Hitte temperend In de zomer, als de kronen in blad staan, geven bomen verkoeling. Rotterdam kent grote oppervlakten aan verharding die als het heet is de warmte vasthouden. Extreme hitte veroorzaakt gezondheidsproblemen, vooral onder kinderen en ouderen. Rotterdam heeft het voordeel dicht bij zee te liggen en nogal wat open water binnen haar grenzen te hebben. Door de verdamping geven water en groen verkoeling. In de schaduw van een bladerdak is het flink koeler dan in de zon.
2 Betekenissen
24
Luwte gevend Bomen kennen nog een belangrijke eigenschap. Ze breken de wind, hetgeen in een stad als Rotterdam zeer welkom is. Vanwege de ligging nabij zee waait het in Rotterdam vaak en regelmatig ook hard. Op een aantal plaatsen in de stad versterkt de hoogbouw de luchtturbulentie nog eens. Zeker voor fietsers en wandelaars veraangenamen bomen als windbrekers het leefklimaat in de stad.
Bomen en luchtzuivering Bomen halen verontreinigingen uit de lucht. Denk daarbij aan fijnstof en hoge concentraties stikstofdioxide en ozon. Maar rijk mogen we ons op dit punt niet rekenen; het gaat om een klein gedeelte van de verontreinigingen. Wel is het zo dat hoe hoger de concentratie aan luchtvervuiling is hoe groter de opname door het groen. Een deel van de vervuiling verzamelt zich als stof op de bla-
deren, later wordt dit door regen weggespoeld. Vooral de grove stofdeeltjes worden zo opgevangen. De kleine deeltjes, die de meeste gezondheidsproblemen veroorzaken, worden er hoegenaamd niet uitgefilterd. Op drukke plekken, zoals bij stoplichten en op parkeerterreinen waar auto’s vervuiling uitstoten, dient de lucht voldoende in beweging te zijn. Te dicht op elkaar geplaatste kronen beperken dan de gewenste dynamiek. De laatste onderzoekingen wijzen uit dat boven de weg 3 meter afstand tussen volgroeide kronen voldoende ruimte voor de luchtcirculatie biedt. Bomen met een open kroonstructuur laten meer luchtcirculatie toe en zijn effectiever in het afvangen van vervuilde luchtdeeltjes. Daarnaast vangen naaldbomen vanwege hun kleverige naalden gemakkelijker geladen deeltjes fijnstof uit de lucht.
wateroverlast, extreme droogte én abrupte overgangen van de seizoenen. Ook bestaat er een gerede kans dat ze te maken zullen krijgen met nieuwe ziekten en plagen.
Bomen en het klimaat De toenemende uitstoot aan koolstofdioxide is een belangrijke veroorzaker van de opwarming van de aarde. Bomen nemen tijdens hun groei koolstofdioxide (CO2) op. De koolstof (C) gebruiken ze voor de groei van takken, bladeren en wortels. Hierbij komt zuurstof (O2) vrij. De netto opname van Rotterdamse bomen van koolstof is zeer gering en draagt niet fundamenteel bij aan het beperken van het CO2 gehalte in de stad. Het aantal bomen in de stad staat bovendien in geen verhouding tot de vervuiling. Het beperken van de uitstoot van koolstofdioxide aan de bron is in deze veel effectiever. En welk effect heeft de klimaatverandering op de bomen zelf? Zullen de stijgende temperaturen schade aan de bomen gaan toebrengen? Vooralsnog is er geen aanleiding om te veronderstellen dat de bomen die tot nu toe in de stad worden aangeplant zich niet kunnen aanpassen. Wel wordt verwacht dat bomen vaker te maken krijgen met extreme weersomstandigheden: stormen,
2 Betekenissen
25
3 analyse Rotterdam groenste stad?
Stadionweg
Abram van Rijckevorselweg
Vaanweg
's Gravendijkwal
Westzeedijk
Coolsingel
Maasboulevard
's Gravendijkwal
Boezemweg
Analyse: Rotterdam groenste stad? Waar staan de bomen dan? Van de vier grote steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht heeft de Maasstad per huishouden het hoogste aantal vierkante meters groen binnen de bebouwde kom. Een rondrit door de stad leert dat in praktisch elke straat bomen staan. Toch oogt Rotterdam niet erg groen. Dat komt vooral omdat de hoofdstructuur van de stad weinig aansprekende boombeplantingen kent. In het centrum bijvoorbeeld treffen we incidenteel wel enkele fraaie bomen aan, maar in veel straten en op de stadspleinen zijn de bebouwing en een verhard maaiveld dominant. De hoofdwegen van de stad verlangen, op enkele uitzonderingen na, nodig een stekere bomenstructuur. De lindebomen die bij veel van de hoofdwegen zijn toegepast staan er in de meeste gevallen niet goed bij. In Rotterdam gaan auto’s meestal voor bomen: in het wegbeeld is de verkeersdoorstroming bijna altijd dominant. Langs de oevers van de Maas is het groenbeeld niet veel beter. Hier en daar ligt een brok groen, de tussenliggende stukken zijn mager ingevuld. Rotterdam kent weliswaar verschillende stadsparken: het Park aan de Maas en het Museumpark, het Kralingse Bos en het Zuiderpark. Deels liggen deze parken perifeer, zoals het Kralingse Bos, maar vooral zijn ze door drukke verkeerswegen van de omgeving afgesneden. Ook de routes naar de parken toe zijn niet altijd aangenaam. Wat betreft de woonwijken zijn met name de dichtbebouwde buurten die in een ring om het centrum en de Kop van Zuid liggen relatief arm aan groen en bomen. De openbare ruimtes in deze stadswijken zijn veelal stenig ingericht. Daarentegen manifesteren de naoorlogse wijken, zowel binnen als buiten de Ruit, zich als zeer groen. Op alle maar denkbare schaalniveaus – tuin, straat,
plantsoen, park en groenstrook – bevinden zich veel bomen in deze wijken. Daarnaast staan er veel bomen in de groengebieden en op de recreatieterreinen net buiten de stad. Samenvattend kunnen we concluderen dat op de meest in het oog springende plekken in de stad - het centrum, de hoofdwegen, de stadspleinen en de oevers van de Maas - de bomen minder opvallen als ook ontbreken. En als de bomen er wel staan kennen ze, vooral als ze in verhardingen staan, veelal een matige kwaliteit waardoor ze maar weinig toekomstperspectief bezitten. Het merendeel der bomen bevindt zich in de woonwijken en groengebieden aan de randen van de stad.
Lastige groeiomstandigheden In steden hebben veel stadsbomen het niet gemakkelijk. Waar in een bos bomen gemakkelijk 100 jaar of ouder worden bereikt volgens de Bomenstichting 60% van de bomen in stedelijk gebied een gemiddelde leeftijd van 40 jaar. In Rotterdam geldt dit ook. Verhardingen en verdichtingen rondom de boomstam bijvoorbeeld beperken de beluchting en toevoer van regenwater. Vrijwel alle bomen in de stad profiteren wel van het grondwater; als gevolg van droogte sterven er nauwelijks bomen. Alleen nieuwe aanplant moet water worden gegeven. De ligging middenin de delta heeft ook minder prettige consequenties. De zandophogingen, die nodig zijn op de slappe ondergrond, vormen een ongelukkige voedingsbodem voor bomen. Daarnaast leiden de inklinkende bodems in praktisch alle delen van de stad, eens in de zoveel tijd, tot nieuwe ophogingen van 20 tot wel 50 centimeter. Een aantal boomsoorten kan daar slecht tegen. Niet alleen omdat dat dan de bestaande wortels worden verstikt, maar
3 Analyse
29
Uitsnede Rotterdam Zuid; het meeste groen aan de rand van de stad
Bree
Dordtselaan
Putsebocht
Groene Hilledijk
Lede
Bergambachtstraat
Spinozapark
Park De Twee Heuvels
Park De Twee Heuvels
Kastanjemineermot
Zoute wind
Eenzijdig bomenbestand: plataan, linde
In verhardingen
Bomen van de dezelfde leeftijd onder verschillende groeiomstandigheden
Inklinkende bodem
ook omdat door de verhoging van het maaiveld als ook de vervanging van de riolering de grondwaterspiegel tijdelijk stijgt. Gevolg hiervan is dat de wortels verdrinken waardoor de boom grote kans heeft om te sterven. Ten opzichte van dit meer algemene beeld zijn er tevens per plaats in de stad verschillende afwijkingen in zowel het oorspronkelijke als het opgebrachte bodemprofiel, die de groeiplaats van bomen beïnvloeden. Een eveneens veel voorkomende schadeoorzaak is de aantasting van boomwortels in verband met de aanleg van kabels en leidingen; met nieuwbouw als ook met de inrichting van de openbare ruimte noodzakelijke graverij in de nabij de boom gelegen ondergrond. De schades, zowel ondergronds als bovengronds, kunnen levensgevaarlijke situaties veroorzaken. Kwarrige bomen leiden tot takbreuk en erger. Het gevolg is dat de bomen in kwestie veelal vervangen worden. Jonge en oude bomen door elkaar hebben rafelige beplantingsbeelden tot gevolg die bijdragen aan de verdere fragmentatie van de stad. Grondverdichtingen, verhardingen, ophogingen, verdrinkingen, ondergrondse en bovengrondse beschadigingen leveren met name risico's op voor bomen in verharde profielen. Bomen in open grond hebben in het algemeen gunstiger groeicondities waardoor ze minder last hebben van verstoring. Duidelijk is dat willen we in Rotterdam oude én gezonde boombeplantingen krijgen er op velerlei fronten zekerheden moeten worden ingebouwd.
Eenzijdig bomenbestand Een rondgang door Rotterdam leert dat in de stad veel boomsoorten staan. Nader bekeken is er zeker op de hoofdstructuur van de stad een beperkt aantal soorten dat de boventoon voert. De grote hoeveelheid platanen die de stad
rijk is, doet vermoeden dat dit de meest voorkomende soort is. Dat is niet zo, dat is de minder in het oog springende linde. Beide boomsoorten vinden we veelal langs de hoofdwegen als ook langs de wijkontsluitingen van de stad. Van oudsher was de iep de meest gebruikte boom in Rotterdam. Iepen kunnen goed tegen zeewind, bovendien doen de bomen het goed in dynamische stedelijke omgevingen. Eerst door de Tweede Wereldoorlog en later door de iepziekte is deze voor de havenstad zo karakteristieke soort in de laatste decennia in aantal helaas sterk achteruit gegaan. De laatste jaren stabiliseert het aantal iepen, zelfs worden op bescheiden schaal weer nieuwe iepen aangeplant. Populieren en wilgen, de pionierssoorten van na de oorlog, worden de laatste decennia veelal door andere boomsoorten vervangen. Es en esdoorn komen we veel in de naoorlogse wijken tegen. Paardenkastanje en acacia maken de serie algemeen in de stad voorkomende bomen compleet. De kastanjes hebben het, vanwege de bloedingsziekte en de larve van de kastanjemineermot, momenteel zwaar. Het in hoofdzaak uit platanen en lindes bestaande sortiment op de hoofdstructuur maakt kwetsbaar. De uit het zuiden van Europa afkomstige schimmelziekte met de naam Massaria-Krankheit heeft de Rotterdamse platanen inmiddels bereikt. Wat leeftijdsopbouw betreft is het bomenbestand eveneens onevenwichtig. Door de oorlog als ook door de grote stedelijke expansie, in de tijd erna, kent Rotterdam weinig oude bomen. Stadsvernieuwingen, boomziekten, de inklinking van de bodem, de daarmee samenhangende ophogingen en de intensivering van de ondergrondse infrastructuur hebben eveneens op veel plaatsen flinke aanslagen op boombeplantingen gepleegd.
3 Analyse
33
Noordsingel
Tuindorp Vreewijk
Iepen op Noordereiland
Molenlaan
Koningin Emmaplein
Reconstructie Mathenesserlaan
Westzeedijk in Delfshaven
Aan de Kralingse Plas
Populieren langs de Droogdokweg, Heijplaat
Ringweg Ommoord
Inspirerende voorbeelden In Rotterdam zijn door de eeuwen heen, tot in de huidige tijd aan toe, fraaie beplantingen opgericht. Alleen zijn het er nog veel te weinig. Verspreid over de stad komen we ze tegen. Hollandse steden zijn al sinds eeuwen met bomen beplant. Ook de in de middeleeuwen aan de monding van de veenrivier de Rotte gebouwde havenstad kende boombeplantingen. Al was het alleen al omdat de bomen nut hadden als veevoer, timmerhout en brandhout. Op oude plattegronden zien we rijen bomen op de kades van de havens en de stadsvesten buitenom de stad. Voor een wandeling in de schaduw met zicht op de rivier kon men terecht op de Boompjes en de Oude Plantage. Langs enkele haveninsteken in de oude stad als ook rondom delen van het Noordereiland zien we dit karakteristieke Hollandse beeld nog enigszins terug. Ten tijde van de expansie van Rotterdam, anderhalve eeuw terug, gaf het waterproject van W.N. Rose, de directeur van Gemeentewerken, de stad een flinke groenimpuls. De verbetering van de waterhuishouding van Rotterdam ging gepaard met de aanleg van een serie lommerrijke singels die voor nieuwe aantrekkelijke woonomgevingen zorgden: Westersingel, Spoorsingel, Noordsingel, Crooswijkse Singel en Boezemsingel. In dezelfde tijd deden de eerste stadsparken hun intrede. Het Park aan de Maas van de hand van J.D. Zocher jr. stamt uit die tijd. De opvolger van Rose, G.J. de Jongh, zette de singelaanleg in de steeds verder uitdijende stad voort: Heemraadsingel, Essenburgsingel, Bergsingel, Hillevliet en Boezem. De met verschillende boomsoorten ingekleurde singels als ook de aanleg van bredere met bomen beplante wegen vormden het antwoord op het vertrek van welgestelde burgers naar
3 Analyse
36
omliggende gemeenten. Tot de meest recente stadsuitbreidingen aan toe is deze singelaanleg gecontinueerd. De door uiteenlopende beplantingen begeleide waterlopen vormen prachtige verborgen schatten in het stedelijk milieu. Rotterdam kent meerdere in de eerste helft van de 20e eeuw gebouwde tuindorpen. Deze buurten zijn op weldoordachte wijzen met groen dooraderd. Behalve dat de lage huizen veelal zowel een voortuin als een achtertuin kregen, zijn de straten, plantsoenen en singels met uiteenlopende boomsoorten versierd. Het bekendste tuindorp van Rotterdam, Vreewijk op Zuid, kent beplantingen in straten en plantsoenen om je hart aan op te halen. De wortels van het Kralingse Bos liggen ook in de 20e eeuw. Met het project is al in de jaren ’20 aangevangen, na de oorlog is het afgerond. De combinatie grote plas, verschillend geprofileerde oevers én uiteenlopende beplantingsbeelden levert een zeer attractieve openbare ruimte op. Om Rotterdam na de Tweede Wereldoorlog weer een groen aanzien te geven - het merendeel der stadsbomen was gerooid en opgestookt - zijn op veel plaatsen, van het centrum tot in de verste uithoeken van de stad, snelgroeiende soorten als populieren en wilgen aangeplant. Hier en daar treffen we nog restanten van deze tot grote omvang uitgegroeide bomen aan. Ook de verspreid over de stad gelegen lommerrijke lanen mogen niet onvermeld blijven. De kortgeleden gereconstrueerde Molenlaan in het Molenlaankwartier en de Mathenesserlaan in Middelland zijn hiervan goede voorbeelden. Ook de tuinsteden kennen fraai beplante wegen: de ringweg rond Ommoord en de Slinge door Zuidwijk bijvoorbeeld. De recentelijk aangelegde Laan op Zuid en het Delfshavense deel van de Westzeedijk mogen er ook wezen. De strak in het gelid staande bomenrijen én de groene middenbermen geven deze hoofdwegen een prachtig groen aanzien. Tot slot zijn daar de her en der in Rotterdam opduikende monumentale
bomen, meestal in de vorm van een of enkele exemplaren, soms ook in de vorm van een rij of een laan. Het gaat hierbij om oude bomen, bijzonder dikke bomen of dendrologisch interessante exemplaren. Bij de monumentale bomen wordt ook een aantal herdenkingsbomen geteld. Monumentale bomen zijn sfeermakers pur sang; ze kunnen het straatbeeld op indringende wijze verrijken. De rode beuk op de kop van het Koningin Emmaplein, aan de zuidzijde van de Westzeedijk, bijvoorbeeld vormen een sieraad voor de stad. Een lijst met bijzondere en monumentale bomen in de openbare ruimte van de havenstad is opgenomen in bijlage 1.
3 Analyse
37
4 visie meer bomen, mits gerichter én beter geplaatst
Stevige hoofdstructuur
Hoofdwegen in de bomen
Groene Maasoevers
Rotte en Schiekanaal; groene routes naar
Hoek van Holland
buiten
Dijken; groene route naar buiten
Stadsparken; groene oases
Stadspleinen; met bomen verrijkt
Subcentra; groeninjectie
Rozenburg
Visie: meer bomen, mits gerichter en beter geplaatst Bomen als basis
Investeren in een aantrekkelijke hoofdstructuur
Rotterdam wil meer zijn dan een rauwe havenstad. Wil de stad aan de rivier met meer dan nieuwe bouwprojecten, veel autoverkeer en winderige pleinen geassocieerd worden dan moet het er aangenaam wonen, werken én recreëren zijn. Voor zowel de stedelijke economie als voor het welzijn van de inwoners van de stad is dit een must. In dat licht bezien streeft Rotterdam terecht meer kwaliteit in de openbare ruimte na. Het groen vormt daarbinnen een essentieel onderdeel. Bomen vormen de basis, ze zijn voor de stedeling in veel opzichten van essentieel belang. In het licht van de klimaatopwarming van de aarde veraangenamen bomen het leefklimaat in de stad. Bomen temperen de hitte, tevens geven ze luwte. Bomen halen bovendien verontreinigingen uit de lucht. Ook stimuleren bomen het leven van dieren, vogels en insecten in de stad.
Rotterdam heeft een lastige plattegrond. De stad valt niet een twee drie te doorgronden. Verschillende landschappelijke ondergronden op de rechter en linker Maasoever, schoksgewijze ontwikkelingen als ook vernieuwingen hebben tot een intrigerende maar vaak ook moeilijk te lezen stadsopbouw geleid. Niet ten onrechte wordt Rotterdam vaak vergeleken met een mozaïek of een verzameling schotsen en scherven (de wijken en buurten) waardoorheen uiteenlopende netwerken (de wegenstrcutuur en het waterlopenstelsel) gevlochten zijn. De bomenstructuurvisie sluit zich bij dit onderscheid aan. Door de lange lijnen in de stad, zoals de brede hoofdwegen, rivieroevers en dijken, stevig in de bomen te zetten worden de schotsen als het ware aaneengeregen. Rotterdam wordt leesbaarder, de stad krijgt er meer samenhang door. Maar bovenal dienen de nieuwe boombeplantingen de routes door de stad als ook van de stad naar buiten en vice versa te veraangenamen. Onderling verschillende wegprofi elen markeren de positie in de stad. Rond de Ruit treffen we straks enkele typen lanen met brede grasbermen aan, meer naar binnen nemen de wegen het karakter van een groene boulevard aan. Ook de behandeling van de rivieroevers gaat verschillen: de langgerekte rechteroever vraagt om een andere beplantingstypologie als de archipel op de linkeroever. De uiteenlopende boombeplantingen zullen de stedeling en de bezoeker helpen om plekken te herkennen, de juiste weg te vinden. Ook een aantal belangrijke openbare ruimtes zoals de stadspleinen en de pleinen van de subcentra wordt met boombeplantingen verrijkt. Niet onbelangrijk voor zowel de levensvatbaarheid van de beplantingen als ook omwille van het groenbeeld komen de bomen, waar het maar kan, in een grasberm te staan.
In het zicht In hoofdstuk 2 zagen we dat Rotterdam de groenste grote stad van Nederland is. Op de plekken die er toe doen is dit niet te zien. Een oorzaak daarvan is dat de bomen voor een groot deel in de naoorlogse wijken en langs de randen van de stad te vinden zijn. Die bomen worden door veel Rotterdammers en zeker door de bezoekers van de stad niet gezien. Ze dragen weinig bij aan het beeld van de stad en daarmee aan de reputatie van Rotterdam. De Bomenstructuurvisie pleit niet voor het plaatsen van zo veel mogelijk extra bomen, maar voor het aanbrengen van aansprekende beplantingen op de juiste plekken. De bomen moeten naar die openbare ruimtes in de stad waar ze veel effect ressorteren.
4 Visie
41
Uitbouwen uiteenlopende wijken Wisselende stedenbouwkundige opvattingen hebben in Rotterdam geleid tot een boeiende caleidoscoop aan woonbuurten. In de vooroorlogse uitbreidingen op Zuid bepalen de ringpolders de verkavelingsstructuur van de stadswijken. De wijken zijn hier meer naar binnengekeerd dan de op veenontginningen gebouwde vooroorlogse uitbreidingen op de rechteroever. In de naoorlogse wijken heeft men zich weinig aangetrokken van de landschappelijke ondergrond. De uiteenlopende tuinsteden als ook de latere uitbreidingen liggen als schotsen in de groene rand van de stad. De bouw van een compleet nieuw stadscentrum met een grofmazig wegenpatroon, de stadsvernieuwing, maar ook de stukje bij beetje ontwikkelde buitendijks gelegen voormalige havengebieden hebben het stedelijk mozaïek van nieuwe fragmenten voorzien. De diversiteit aan stedenbouwkundige typologieën die de stad rijk is vormt een mooi gegeven. In Rotterdam is het nooit saai: elke wijk kent eigen karaktertrekken. Voorgesteld wordt om de bij de uiteenlopende wijken passende beplantingsbeelden te koesteren en verder op te poetsen. Terwijl de stadswijken worden gekleurd door klassieke beplantingscomposities op de buurtpleinen én romantisch ingerichte singels kenmerken de tuindorpen zich door lommerrijke plantsoenen én minimale boomaanplant langs de waterlopen. In de tuinsteden is juist weer de groene inbedding bestaande uit stevig beplante wijkstraten, parken en singels gezichtsbepalend. Zo kent elk tijdvak een eigen groenbeeld. Grofweg onderscheiden de wijken zich in de bomenstructuur van elkaar door
4 Visie
42
de hoeveelheden bomen in het straatbeeld, de verschillende ontwerpstijlen en beplantingsstramienen voor de beplantingen als ook door het uiteenlopende gebruik van het bomensortiment.
Laat bomen oud worden Willen bomen kunnen uitgroeien tot volwaardige oude exemplaren dan zal ten aanzien van de standplaatsen aan een serie randvoorwaarden moeten worden voldaan. Zowel bestaande als ook nieuwe boombeplantingen zullen leidend moeten zijn bij de planontwikkeling voor de hoofdwegen en de belangrijke plekken in de stad. Anders komen de bomen nooit tot volle wasdom, dan blijft het sprokkelen. De bovengrondse en ondergrondse ruimte, de inrichting van het maaiveld, de omgang met de in verband met zettingen van de ondergrond noodzakelijke ophogingen, het voorkomen van verdrinking door een hoge grondwaterstand, de bescherming tegen beschadigingen van de wortels en de stam. Op al deze punten moeten zekerheden worden ingebouwd, anders leggen bomen vroegtijdig het loodje. Voor het verkrijgen van oudere én gezonde boombeplantingen moet het daarom op alle fronten wat het ontwerp, de uitvoer én het beheer betreft kloppen. Daarbij dienen niet alleen bestaande beplantingen te worden behouden, ook moet geïnvesteerd worden in jonge bomen. Een aangescherpte wet- en regelgeving zal een betere bescherming van bomen garanderen (zie hoofdstuk 9). Gaandeweg wordt zo een evenwichtiger leeftijdsontwikkeling van de Rotterdamse bomenstructuur bereikt; uiteindelijk zal op de hoofdstructuur het merendeel van de bomen oud moeten zijn.
Meer kleur en fleur Om verschillende redenen is het zaak om een breder sortiment toe te gaan passen. Het geringe aantal boomsoorten dat Rotterdam door de jaren heen op de hoofdstructuur van de stad aanplantte maakt kwetsbaar voor boomziekten en insectenplagen. Enige decennia terug heeft de iepziekte stevige gaten geslagen in het bomenbestand, momenteel legt een flink aantal paardenkastanjes het loodje. De schimmelziekte Massaria heeft inmiddels de Rotterdamse platanen bereikt. Gezien het grote aantal platanen in de stad is voorzichtigheid geboden met betrekking tot grootschalige aanplant van nieuwe bomen van deze soort. Om verdere verspreiding van deze ziekte te voorkomen is extra aandacht in het beheer vereist. We zagen eerder dat het sortiment op de hoofdstructuur monotoon van aard is; lindes en platanen domineren het beeld. Een verbreding van het aantal boomsoorten zal de stedeling, met name in de lente en de herfst als de verschillen tussen de bomen het meest zichtbaar zijn, vaker verrassingen gaan bieden. Meer verscheidenheid aan soorten kan ook helpen bij de oriëntatie in de stad. Het in 2009 opgestelde Groenplan Rotterdam Centrum bijvoorbeeld koppelt een uiteenlopende boomsoorten aan telkens andere typen straten en plekken. Met een grotere variatie aan inheemse boomsoorten worden tevens meer verschillende dieren aangetrokken; een aantal diersoorten heeft voorkeur voor bepaalde boomsoorten.
4 Visie
43
Investeren in een aantrekkelijke hoofdstructuur
Uitbouwen uiteenlopende wijken
Meer kleur en fleur
Belangrijkste openbare ruimtes met bomen verrijkt
In het zicht
Laat bomen oud worden
5 plan versteviging en uitbreiding stedelijk netwerk
Plan: versteviging en uitbreiding stedelijk netwerk Behouden, vernieuwen én toevoegen Het Bomenstructuurplan uit 1999 en de evaluatie van het plan in 2006 zetten in op het behoud van de bestaande boombeplantingen. In het plan heeft het verbeteren van de standplaats de grootste prioriteit. Daarnaast wordt aandacht gevraagd voor de vervanging van populieren, wilgen als ook zieke iepen door andere boomsoorten. Voornoemde aanpak is nog steeds noodzakelijk, maar er is méér voor nodig om Rotterdam een groen imago te geven. De Bomenstructuurvisie zet daarom in op investeringen op een aantal belangrijke lijnen en plekken van de stad. Nieuwe boombeplantingen sieren straks zowel de hoofdwegen, de rivieroevers, de belangrijke pleinen van de stad én verschillende recreatieve routes naar buiten.
Boomrijk én bermrijk web van hoofdwegen Het reeds in het Handboek Rotterdamse Stijl gepresenteerde stelsel van brede hoofdwegen kent tentakels naar de randen van de stad, in en rond het centrum is het web dichter geweven. De hoofdwegen behoren tot de belangrijkste openbare ruimtes van de stad. Dagelijks bewegen zich vele mensen in auto’s, in de tram of per fiets over deze verkeersroutes. Voor het hoofdwegenstelsel is een set uiteenlopende principeprofielen uitgedacht. Van buiten naar binnen worden de wegen smaller en raken de wanden meer en meer bebouwd. Ingezet wordt op lange continue trajecten met heldere door de context gedefinieerde overgangen. Bijvoorbeeld op punten waar de tuinsteden aan de stadswijken grenzen wordt van profieltype gewisseld. Alle hoofdwegen worden met stevige en sfeervolle boomstructuren verrijkt.
Op elke hoofdweg staan in praktisch alle gevallen tenminste drie rijen bomen in het profiel, in de meeste gevallen zijn het vier bomenrijen. De uitzondering vormt de parkway waarin gewerkt wordt met boomgroepen. Waar maar mogelijk worden in de profielen grasbermen aangebracht. De open bermen onder de bomen staan garant voor een goede groei van de bomen. In de winter, als de bomen kaal zijn, houdt het gras de profielen groen. Waar grasbermen niet mogelijk zijn, en bomen dus in verhardingen komen te staan, dienen ondergronds voor een goede groei de nodige garanties te worden ingebouwd. Dit punt wordt nader uitgwerkt in hoofdstuk 6. Centrumboulevard De in het hart van de stad te reconstrueren centrumboulevards kennen levendige plinten in grotendeels gesloten bebouwingswanden. Tenminste vier rijen bomen sieren het straatbeeld. De Westblaak met een brede middenberm roept associaties op met een esplanade. De Coolsingel krijgt door extra rijen bomen, een luxe soort bestrating als ook het terugdringen van de invloed van het autoverkeer het karakter van een promenade. Stadsboulevard De dichter naar het centrum van de stad geprojecteerde stadsboulevards hebben veelal gesloten bebouwingswanden langszij. Het merendeel van deze hoofdwegen ligt in de stadswijken. Mede afhankelijk van de beschikbare ruimte krijgt dit type hoofdwegen minimaal twee en maximaal vier bomenrijen. Altijd is er sprake van een middenberm, in het ideale geval staan hierin twee rijen bomen. Indien er winkels in de plint aanwezig zijn komen de buitenste rijen bomen in de verharding te staan.
5 Plan
49
Parklane HOOFDWEGEN HOOFDWEGEN Stadsboulevard HOOFDWEGEN Parkway Groene hoofdwegen Parkway Parkway Waterboulevard Parklane Parklane Parklane Centrumboulevard Centrumboulevard
Stadsboulevard Stadsboulevard HOOFDWEGEN Stadsboulevard Stadsboulevard
Knooppunten Parkway Waterboulevard
WaterboulevardWaterboulevard
Parklane
Waterboulevard HOOFDWEGEN Parklane Centrumboulevard Centrumboulevard
Parkway
Centrumboulevard Parkway Stadsboulevard Knooppunten Verkeersknooppunt Knooppunten Parklane Knooppunten Waterboulevard Stadsboulevard Centrumboulevard Waterboulevard Knooppunten Centrumboulevard
Knooppunten
Waterboulevard Van deze voor Rotterdam gezichtsbepalende hoofdwegen ligt er een op de linkeroever (Maashaven Oostzijde/Hillelaan/Posthumalaan) en een op de rechteroever (Maasboulevard). Het herprofi leren van deze drukke verkeerswegen is geen sinecure. De boulevards dienen behalve als waterkering ook als wandelpromenade en als fi etsroute te worden ingericht. Meerdere rijen bomen in brede grasbermen moeten de dijken groener maken. De route langs het water wordt iets verlaagd aangelegd waardoor het autoverkeer minder storend aanwezig is. Parkway Het ruimste profi el in de serie hoofdwegen vinden we aan randen van de stad, zowel binnen als buiten de Ruit. Er staat maar weinig bebouwing langs deze wegen. De parkways kennen brede grasbermen zonder trottoirbanden. Losjes over de bermen in de hele profi el gestrooide individuele bomen en boomgroepen geven dit type hoofdwegen een luchtig uiterlijk.
bilist moet kiezen welke kant hij op moet, zijn in de beleving van een route van eminent belang. Nu zijn de pleinen vooral verkeerskundig ingericht, het groen ontbreekt hoegenaamd. Op een aantal van deze verkeersknooppunten moeten bomen het gezicht gaan bepalen. Andere knooppunten veranderen niet of krijgen een nieuw uiterlijk. Het Hofplein bijvoorbeeld behoudt de monumentale fontein. Zodoende ontstaat een interessante reeks uiteenlopende verkeersknopen. Daar waar de wegenspaghetti het grootst is - wat wegen bovengronds en kabels en leidingen ondergronds betreft – kan het beste gewerkt worden met losse bomen en boomgroepen. Deze verkeerspleinen vinden we vooral in de aansluitingen van de hoofdwegen op de Ruit. Op helder gedefi nieerde kruispunten, rotondes bijvoorbeeld, kunnen diverse monumentale boombeplantingen worden aangebracht. Soms zullen de groene invullingen van de verkeersknooppunten aansluiting moeten zoeken bij het aanpalende profi el van de hoofdweg, dan weer is de
Parklane De eveneens aan de buitenzijden van de stad gelegen parklanes zijn formeler van aard. Deels komt dit doordat deze hoofdwegen meer bebouwde wanden kennen als de parkways. Maar vooral zullen de drie tot vier bomenrijen in de grasbermen op termijn voor majestueuze lanen zorgen. Verkeersknooppunten Bij het herinrichten van de hoofdwegen worden de verkeerspleinen en rotondes ook meegenomen. Juist deze plekken in de stad, waar de automo-
5 Plan
51
45-60 m 45-60 m
m
40-60 m 40-60 m
30-70 m
GSiV16
NL
ASTRA
GSiV16
NL
ASTRA
30-50 m
45-60 m
Centrumboulevard
40-60 m
45-60 m 45-60 m
30-70 m
GSiV16
NL
ASTRA
30-50 m 30-50 m
40-60 m
30-50 m
45-60 m
GSiV16
NL
ASTRA
30-50 m
30-50 m 30-50 m 40-60 m
40-60 m
Stadsboulevard
30-50 m
30-50 m
40-60 m
40-60 m
Waterboulevard
GSiV16
NL
ASTRA
45-60 m 30-70 m
Parkway
30-70 m
1 5 Plan visie inleiding
40-60 m
53
40-60 m
Parklane 45-60 m
Marathonweg nu
Impressie Marathonweg als parklane
Verkeersknooppunt nabij Ruit met boomgroepen beplant
Boomgroepen en losse bomen
Verkeersknooppunt met monumentale boombeplanting
1 5 visie Plan inleiding
57 Expressief beeld
Rotterdam ligt middenin de Hollandse delta. Dwars door de stad loopt de Nieuwe Maas, de invloed van eb en vloed reikt tot de van Brienenoordbrug. Nu de werkhavens zich meer en meer richting zee verplaatsen, wordt het tijd om op beide oevers te gaan profiteren van dit machtige recreatieve potentieel. Daarbij nodigt de grotendeels gesloten oever van de rechteroever tot andere ontwerplossingen uit dan de door haveninsteken gelede linkeroever. Er vallen meer historische gegevens te verzilveren. De Rotte en het Schiekanaal zijn de uitgelezen objecten om lommerrijke fietsroutes langs te leggen. Enkele doorlopende oude polderdijken op Zuid lenen zich eveneens goed voor een bijzondere fietsroute. De verschillende in aanzet attractieve landschappelijke routes moeten het straks mogelijk maken om op een vlotte, als ook aantrekkelijke wijze, de stad te doorkruisen, als ook om naar de ommelanden rondom Rotterdam te peddelen. In hoofdstuk 8 worden de (eventuele) moeilijkheden die bomen op waterkeringen en op kades met zich meebrengen besproken.
profiel diverse malen. Uiteenlopende maten van de bebouwing tot aan de waterlijn, hoogteverschillen, maar ook bestaande beplantingen zijn daarbij bepalend. Brede promenades geven straks zowel de mogelijkheid om pal langs het water te lopen als de schaduw van de bomen op te zoeken. De archipel op Zuid, Noordereiland en de havens op Noord in het westelijke deel van de stad krijgen een ander profiel. Op de smalle kades staat hooguit een rij bomen, de koppen van de (schier)eilanden worden middels gazons met daarin stevige boombeplantingen verbijzonderd. Daarmee worden deze plekken voor het verpozen aan de waterkant aantrekkelijk gemaakt. De verschillende groene fronten van de meer westwaarts in en langs de zeehaven gelegen bebouwingskernen worden verder uitgebouwd. Uitgangspunt daarbij is telkens één groensfeer waarin het vrije zicht op de haven en de Nieuwe Waterweg centraal staat. Op Heijplaat zorgen bomenrijen voor spectaculaire contrasten met de erachter gelegen haven, in het even verderop gelegen Pernis geven boomgroepen diepte aan de waarneming. In Hoogvliet kleuren ondermeer wilgenstruwelen het hier aanwezige zoetwatergetijdengebied in. In Rozenburg wordt een veel transparanter beplantingsbeeld nagestreefd. De Koninging Emmaboulevard in Hoek van Holland blijft boomloos. Hier vormt het vrije zicht op de haveningang voor genoeg spektakel. Zo pal aan zee zullen bomen overigens ook nauwelijks aanslaan.
Maasoevers Langs de rechteroever komt de wandeling en fietstocht dicht langs het water te lopen. De Maasboulevard is eerder geschetst: meerdere rijen bomen in een strook gras scheiden hier straks de route voor het langzaam verkeer van het autoverkeer. Vanaf de Willemsbrug, waar de waterkering de stad inschiet, wisselt het
Oevers Rotte en Schiekanaal De vrij liggende routes langs de Rotte en het Schiekanaal van de stad naar buiten worden door uiteenlopende boombeplantingen begeleid. De fietstocht doorsnijdt de verschillende jaarringen van de stad: we gaan van het centrum, via stadswijken, langs tuindorpen, tuinsteden en recentere uitbreidingen naar het Groene Hart.
stedenbouwkundige omgeving leidend in het groenontwerp, ook kan het voorkomen dat voor een vormgeving wordt gekozen die losstaat van de omgeving.
Oevers en dijken groen aanzetten
5 Plan
59
Groene routes naar buiten
Rotte en Schiekanaal; routes met wisselnde groene oevers naar buiten
Maasoevers; lommerijke promenades op Noord, groene koppen op Zuid en westelijke deel Noord
Dijken op Zuid; groene langzaamverkeersroute door de stad naar buiten
Het brede nabij de waterkant geprojecteerde fi ets- en wandelpad is continu, de boombeplanting verschiet per wijktype van kleur. In de stadswijken staan de bomenrijen langs de kades, ter hoogte van de naoorlogse wijken begint een parkoever met boomgroepen om uiteindelijk buiten de stad in kades met hier en daar een (knot)wilg uit te monden. Dijken linkeroever Het rondje dijken op Zuid maakt het stelsel aan polders op het eiland IJsselmonde beter zichtbaar. Een sequentie van uiteenlopende profi elen met oude en nieuwe boombeplantingen op de taluds en onderaan de dijken benadrukt de landelijke idylle. Ook het achter de dijk gelegen Oud Charlois en het dijklint Oud IJsselmonde worden aangedaan. Enkele keren loopt het fi etspad langs een stukje van het hoofwegennet. Continu zijn de fi ets- en wandelroute en de taluds met bloemrijke bermen. De route over de dijk biedt aan de zuidrand van de stad verschillende verbindingen met de Oude Maas.
5 Plan
61
Lommerrijke promenades op noordelijke Maasoever
De Park
Westerkade
30-50 m
40-60 m
Lommerrijke promenades op noordelijke Maasoever
Willemskade
Maasboulevard
Maasboulevard nu
Impressie Maasboulevard voorzien van grastalud en nieuwe bomen
Archipel van kades en groene koppen op Zuid én westelijke havens van Noord
Beuk
Els
Grove Den
Treur wilg
Berk
Populier
Kop van Zuid Bruine beuk
Kers
Lloydkwartier Lijsterbes
Grauwe abeel
Es
Iep
Linde
Esdoorn
Italiaanse populier
Beuk
Bruine beuk
Eik
Els
Grove Den
Kers
Treur wilg
Berk
Lijsterbes
Valse Christusdoorn
Populier
Grauwe abeel
Wilg
Kastanje
Archipel van kades en groene koppen op Zuid én westelijke havens van Noord
Noordereiland
Charloisse Hoofd
Kop Noordereiland nu
Impressie kop Noordereiland met bomen beplant
Schiekanaal als lommerrijke route naar buiten; Aelbrechtskade
Linker Rottekade
Schiekanaal als lommerrijke route naar buiten; Aelbrechtskade
1 5 visie Plan inleiding
71 Rotte, Zaagmolenkade
Schiekanaal; Delfshavenseweg
Rotte, Zwaanshals
Delftse Schie
1 5 visie Plan inleiding
73 Rotte, Prinsemolenpad
Charloisse Lagedijk
Hordijk
Plomperstraat
Dijken op Zuid: groene langzaam verkeersroute door de stad naar buiten
e Lagedijk
aliaanse opulier
Brielselaan
1 Maashaven O.Z.
Kerkje Oud Charlois Beuk
Els
Grove Den
Treur wilg
Tussen Spuikade en Zuidhoek Berk
Populier
Oude Spoordijk
Charloisse Lagedijk
Noorder Kerkedijk
Dijken op Zuid: groene langzaam verkeersroute door de stad naar buiten
Hordijk
Plomperstraat
Oude Spoordijk
Brielselaan
Noorder Kerkedijk
Charloisse Lagedijk
Stadsparken, stadspleinen en pleinen subcentra verschillend beplant
Stadsparken verschillend beplant
Stadspleinen verschillend beplant en meer
Subcentra krachtiger groen
Stadsparken, stadspleinen en pleinen subcentra verschillend beplant Ten opzichte van de Rotterdamse stadsparken blijven de stadspleinen in kwaliteit fl ink achter. Het recentelijk herontworpen Afrikaanderplein op Zuid kent verschillende soorten boombeplantingen, voor het overige is het met de bomen op de pleinen karig gesteld. Ook de omgevingen van de zogenaamde subcentra als Zuidplein en Alexandrium zijn arm aan bomen. Mede vanwege het gebrek aan grote bomen, ontbreekt het de meeste Rotterdamse pleinen aan sfeer. De inzet is om de pleinen uiteenlopende karakters te geven; boombeplantingen kunnen daarin een substantiële bijdrage leveren. Stadsparken Het Park aan de Maas, het Museumpark, het Kralingse Bos en het Zuiderpark hebben allen een andere uitstraling. Ook op het gebied van de bomen kennen ze een verschillend profi el, hetgeen aantrekkelijk is. Het doel moet zijn om deze verscheidenhied bij reconstructies verder uit te bouwen. Het door de Zochers ontworpen Park bijvoorbeeld kent een compositie van glooiende gazons, slingerende waterpartijen en paden. Boomgroepen en individuele bomen completeren het parkontwerp. In Het Park groeien maar liefst 60 boomsoorten in 400 verschillende variëteiten. Het in voorbereiding zijnde herstelplan benadrukt de principes van het oorspronkelijke ontwerp. Bijzonder aan de Kralingse Plas zijn de uiteenlopende oevers: een park, een boulevard met erachter een boszoom, een natuuroever en een recreatiestrand wisselen elkaar af. Ook op het gebied van de bomen valt er het nodige te genieten. Vooral de forse beplantingen in de zoom creëren een echte
bossfeer. Een aankleding van de boulevard, de Plaszoom, met bomen zou de terugblik op de stad nog heftiger maken. Het Zuiderpark is van oorsprong een volkspark. In de randen van het park zijn voetbalvelden en volkstuinverenigingen genesteld. In dit recentelijk opgeknapte en daardoor meer opengebroken park is het bomenbestand mede aan de hand van enkele ruimtelijke ingrepen fl ink aangepakt. Jonge bomen verluchtigen er nu het hart. Stadspleinen Sommige pleinen lenen zich vanwege hun inrichting - het Schouwburgplein of gebruik als markt - de Binnenrotte - niet of slecht voor bomen. Andere pleinen kunnen dat tekort goed maken. In de Coolsingel bijvoorbeeld wordt de beplanting terecht even onderbroken om het stadhuis, dat het bombardement overleefde, te kunnen zien. Daarentegen mag het goed gebruikte Stadhuisplein juist weer wel met bomen worden verrijkt. Een formele beplanting, die het zicht op het neo-klassieke gebouw aan de oostzijde van de Coolsingel inkadert, verbetert daar de sfeer. De aan zuidzijde van het nieuwe stationsplein geplaatste bomen vormen een welkome aanvulling op de wat sfeerloze pleinenreeks. De bomen met laagvertakte stammen in verhoogde grasbakken geven een ander soort beplantingsbeeld dan tot nu toe bekend. Subcentra Ook de omgevingen van de subcentra - waaronder zich meerdere pleinen bevinden - kunnen een groeninjectie gebruiken. Deze voor de stedeling als ook voor bezoekers van buiten de stad vaak belangrijke plekken in de stad zijn nu in de meeste gevallen weinig uitnodigend.
5 Plan
77
Kralingse Zoom
Museumpark
Stadsparken uiteenlopend Zuiderpark
De Park
Schouwburgplein: skyline
Stadhuisplein: formele beplanting
5 Plan
Enkele stadspleinen in de Binnenrotte: vanwege de markt weinig bomen bomen
Plein 1940: zicht op beeld van Zadkine en Leuvehaven
Bomen op pleinen
Groeninjecties omgeving subcentra Bomen bij winkelcentra
Bomen op campussen
Verschillende krachtige eenduidige groene toevoegingen zullen de Kuip, het Zuidplein, het voorplein van vliegveld Zestienhoven, het Erasmus MC en Alexandrium elk een eigen aantrekkelijk gezicht moeten gaan geven. Op enkele plaatsen winnen de boombeplantingen aan kracht door deze met lanen in de omgeving te verbinden.
5 Plan
81
Uiteenlopende singelbeplantingen Alhoewel de singels niet tot de hoofdstructuur worden gerekend, maar tot de stadsdeelstructuur, worden ze hier toch behandeld. De waterlopen leiden weliswaar een wat verborgen bestaan, voor de identiteit van de uiteenlopende woonwijken van Rotterdam zijn ze van groot belang. De unieke verzameling singels die de havenstad rijk is omvat verschillende typologieën. In de in 2000 opgestelde ’ruimtelijke criteria voor Rotterdamse singelplannen’ worden verschillende singelfamilies onderscheiden: romantisch, eclectisch, de tuindorpidylle en de moderne stijl. Elke singelfamilie correspondeert met het tijdvak van aanleg en de daarbij passende stijlkenmerken. In deze bomenstructuurvisie worden daar nog een tweetal singelfamilies aan toegevoegd: ’terug naar de kleine maat’ in de wijken uit de jaren ’70-’85 en de ’landelijke idylle’ in de meest recente wijken. Bij de singels bepalen een heel aantal variabelen de diverse profielen. Denk aan de breedte van de ruimte, de hoogte en aard van de wanden, wel of geen wegen en paden in het profiel, een rechte of slingerende waterloop, de bruggen. Maar bovenal geven de uiteenlopende beplantingsplannen elke singelfamilie een ander aanzien. Ook wat betreft sortiment variëren de singels onderling aanzienlijk. Daarmee benadrukken ze nog eens deze door de tijd heen verschillende uitgedachte openbare ruimtes in de stad. De neiging bestaat langs de diverse singels extra bomen te planten. Bijvoorbeeld vanwege een herplantplicht voor een nabij de singel gepleegde bomenkap. Dergelijke goedbedoelde acties moeten ten sterkste worden ontraden; de zichtlijnen over de singels slibben er door dicht! Alleen als deze boombeplantingen passen in de beplantingsprincipes van de betreffende singel is de toevoeging toegestaan.
Romantische stijl Bij deze anderhalve eeuw terug naar een plan van W.N Rose aangelegde - aanvankelijk buiten de stad gelegen - singels vormen voorname panden de wanden. De veelal licht slingerende en in breedte variërende singels worden bovenaan het talud met een of twee bomenrijen begeleid. In de beplantingsplannen speelden de Zochers middels grote losjes langs de oevers geplante bomen een subtiel spel van licht en donker. Eclectische stijl De singels uit de periode van G.J. De Jongh zijn tegelijkertijd met de woonbebouwing ontworpen en aangelegd. Verschillende stedelijke ruimtes als boulevards en groene stadspleinen zijn met de singels mee ontworpen. Net als bij de romantische stijl staan er een of twee rijen bomen bovenaan de taluds. De aandacht in de losse beplanting is naar in vorm en kleur expressieve boomsoorten verschoven. Tuindorpidylle De singels in de tuindorpen uit de jaren ’20 en ’30 zijn veelal wat smaller, de bebouwing er langs ook een stuk lager. De lange rechtstanden kennen relatief steile taluds. De solitairen en korte bomenrijtjes contrasteren met de laagbouw langszij. Moderne stijl Onder deze noemer worden de singels in de naoorlogse wijken geschaard. In de wijken uit de jaren vijftig zijn de singelprofielen relatief smal. We treffen er bovenaan de rechte waterlopen rijen inheemse boomsoorten aan, op de taluds richting het water verluchtigen boomgroepen het tafereel.
5 Plan
83
Romantisch Eclectisch Eclectisch Tuindorp SINGELS
Singels
Romantisch Tuindorp SINGELS
Modern Romantisch Eclectisch SINGELS Modern Romantisch Eclectisch SINGELS Tuinstad Tuindorp Romantische stijl Romantisch Eclectisch Tuinstad Eclectische stijl
Tuindorp ’80 Eclectisch Modern Moderne stijl Tuindorp ’80 maat Terug naar‘70 de -kleine Nu Modern Landelijke idylle Tuindorp Tuinstad Nu Modern ‘70 Tuindorpidylle
Tuinstad Modern ‘70 - ’80 Tuinstad ‘70 - ’80 Nu Tuinstad ‘70 - ’80 Nu ‘70 - ’80 Nu Nu
In de serie tuinsteden die Rotterdam rijk is variëren de singelprofi elen sterk. In Pendrecht bijvoorbeeld treffen we enkele rechte waterlopen aan met bomenrijen bovenaan de grastaluds, in Zuidwijk, IJsselmonde en Ommoord maken de slingerende en in breedte variërende singels deel uit van parken en groenstroken. De bebouwing ligt vaak op afstand, bosschages en groepen inheemse bomen breken er de ruimte. Terug naar de kleine maat In reactie op het moderne bouwen werden vanaf het begin van de jaren ’70 veel kleinschalige wijken met in hoofdzaak laagbouw aangelegd. De singelprofi elen in deze wijken zijn relatief smal, de taluds zijn steil of zelfs als kademuur uitgevoerd. Laatstgenoemde singels doen nog het meest denken aan grachten. Om de zoveel honderd meter knikt de wetering. De bomenrijen staan bovenaan de steile oever. In deze tijdsperiode zijn er eveneens watergangen buitenom de buurten aangelegd. De taluds zijn daarbij veelal met bosplantsoen beplant. Langzaam maar zeker bepalen in deze beplantingen de toekomstbomen het beeld. Landelijke idylle De laatste uitbreidingen, zoals Nesselande en het in aanleg zijnde Park Zestienhoven kennen weer ruimere singelprofi elen. Voor het eerst is de beschoeiing afwezig langs het waterkant; de natuurvriendelijke oever doet zijn intrede. Ook grenzen aan een zijde van de singel soms achtertuinen aan het water. Landelijk aandoende beplantingen in de vorm van knotwilgen en dergelijke sieren de waterkant.
5 Plan
85
Romantische stijl
Boezemsingel
Eclectische stijl
5 Plan
87 Heemraadsingel
Tuindorpidylle
Vreewijk
Moderne stijl
5 Plan
89 Ommoord
Terug naar de kleine maat
Zevenkamp
Landelijke idylle
5 Plan
91 Nesselande