MCA
1
Basel II
Risicomanagement maakt prestatiemeting veelomvattend Drs. M.J. Vlaminckx Mark Vlaminckx is concerncontroller en lid van het Risk Management Team bij Interpolis. Daarnaast volgt hij de postdoctorale opleiding tot Register Controller aan de TIAS Business School Kennis van de (verbanden tussen de) begrippen Economic Capital, Economic Profit en Risk Adjusted Return On Capital maakt prestatiemeting veelomvattend, zeker in vergelijking met traditionele maatstaven als winst, omzet en kosten. Risicomanagement verrijkt prestatiemeting met nieuwe inzichten door nadrukkelijk ‘risico’ in de beschouwing mee te nemen. Het resultaat is inzicht in de werkelijke waardecreatie van de onderneming. De uitdaging voor controllers is management te voorzien van een vertaling van deze inzichten naar de business.
1. Inleiding Een aantal voorvallen (‘schandalen’) in het recente verleden heeft de vraag naar een gedegen beleid op het gebied van risicomanagement aangewakkerd. Het heeft geleid tot wetgeving die voor financiële instellingen bekendstaat als Basel II, Solvency II, en het Financieel Toetsingskader. Daarnaast vergroten Corporate Governance-codes de directe verantwoordelijkheid van directies om risicomanagement te ontwikkelen.
De begrippen Economic Capital (ECAP), Economic Profit (EP) en Risk Adjusted Return on Capital (RAROC) worden in paragraaf 2 uitgelegd. Paragraaf 3 laat de toegevoegde waarde zien die ontstaat als de traditionele maatstaven als winst, omzet en kosten gecombineerd worden met ECAP, EP en RAROC. Paragraaf 4 gaat in op de vertaalslag naar de praktijk. Paragraaf 5 schetst de uitdagingen voor de controller. Als referentiekader wordt steeds een schadeverzekeraar als uitgangspunt genomen. De concepten zijn echter universeel.
2. ECAP, EP en RAROC Binnen financiële instellingen onderscheiden we drie groepen belanghebbenden. Aandeelhouders eisen een rendement passend bij het vermogen dat zij ter beschikking stellen. Verschaffers van vreemd vermogen, toezichthouders en rating agencies zijn vooral geïnteresseerd in de ontwikkeling van de solvabiliteit. Het management is verantwoordelijk voor het optimaliseren van de waarde van de onderneming en balanceert hiermee tussen risico, rendement en kapitaal.1 In dit artikel staat deze laatste afweging centraal. De prestatiemaatstaven die inzicht geven in genoemde uitruil zijn ECAP, EP en RAROC. RAROC en EP worden als volgt gedefinieerd: RAROC =
Risk Adjusted Return Economic Capital
”
Risicomanagement draagt bij aan de continuïteit van financiële instellingen
”
Een andere, wellicht meer fundamentele reden, is het besef dat risicomanagement bijdraagt aan de continuïteit van financiële instellingen en dat risicomanagement op zichzelf waarde creëert. De kernvraag is: met welke risico’s verdient een financiële instelling haar geld?
12
Economic Profit = Risk Adjusted Return – Cost of Capital Deze begrippen worden in het vervolg van deze paragraaf verder toegelicht. 2.1 ECAP Een verzekeraar ‘handelt’ in risico’s. Verwachte uitkomsten van onzekerheden als schadeclaims en sterfte worden geschat. De klant wordt een prijs in rekening gebracht voor het overnemen van deze risico’s. De kans ontstaat dat de werkelijkheid afwijkt van de verwachte uitkomsten, met mogelijk negatieve gevolgen voor de verzekeraar. 1
Van andere belanghebbenden, zoals werknemers en klanten, wordt hier geabstraheerd.
Basel II
MCA Tijdschrift voor Organisaties in Control
2006
Het risico van ‘slechter dan verwachte uitkomsten’ is onvermijdelijk. Dit risico moet worden gemeten en beheerst. In beginsel wordt gekeken naar alle mogelijke gebeurtenissen voor de verzekeraar die slechter dan zijn verwacht, niet alleen naar de verzekeringsclaims. Een verzekeraar beschermt zich tegen deze risico’s door vermogen aan te houden. Om de vermogensbehoefte uit hoofde van de activiteiten te kunnen bepalen, is een eenduidig meetinstrument voor risico nodig. Dat wil zeggen een meetbare eenheid waardoor activiteiten met elkaar kunnen worden vergeleken. ECAP stelt een verzekeraar in staat risico’s te meten, onafhankelijk van het soort risico of op welke plek het risico zich voordoet. ECAP is de hoeveelheid vermogen dat een verzekeraar moet aanhouden om een slechte ontwikkeling in de risico’s te kunnen overleven en economisch solvabel te blijven. Twee begrippen spelen bij de bepaling van de omvang van het ECAP een rol: de risicohorizon en de corporate rating. De risicohorizon is een maat voor de tijdspanne waarbinnen het slechtst denkbare scenario plaatsvindt (worst case). Vaak wordt uitgegaan van een éénjaarshorizon. De gedachte is dat het management kan ingrijpen in het lopen van risico’s, en daarmee in solvabiliteit, binnen een jaar. Dit maakt het onnodig vermogen aan te houden voor worstcasescenario’s over een meerjarige horizon heen. De rating ambitie van een verzekeraar is een kwantitatieve risicomaatstaf, gebaseerd op de corporate rating en de bijbehorende faillissementskans. Wanneer een verzekeraar streeft naar een A-rating, dan moet de omvang van het ECAP dusdanig zijn dat de faillissementskans als gevolg van een worstcaseverlies gelijk is aan de faillissementskans van een obligatie met een A-rating (zie figuur 1). Een hoge ratingambitie impliceert dat veel vermogen moet worden aangehouden. De omvang van het ECAP wordt bepaald door het verschil tussen de verwachte uitkomst en de uitkomst in de worstcasesituatie. Een verzekeraar die zich wil indekken tegen worst cases corresponderend met een A-rating (ECAPA) hoeft minder vermogen aan te houden dan een verzekeraar die uitgaat van een AAArating (ECAPAAA). Het verlies als gevolg van een worst case die eens in de 2000 jaar voorvalt (corresponderend met een A-rating) is lager dan een verlies van eens in de 10.000 jaar (AAA).
Figuur 1. Relatie tussen de ratingambitie en het Economic Capital.
ECAP is een maatstaf voor het vermogen dat een verzekeraar nodig heeft om over een bepaalde risicohorizon de verzekeraar te beschermen tegen de risico’s die voortvloeien uit de activiteiten van de verzekeraar, gegeven een bepaalde ratingambitie. Om de omvang van het ECAP te bepalen worden risico’s geïdentificeerd, geclassificeerd en gekwantificeerd. Hierna kunnen de risico’s opgeteld worden, waarbij rekening moet worden gehouden met diversificatie. In de paragrafen 2.2 tot en met 2.4 wordt dit toegelicht. 2.2 Identificatie en classificatie Risico’s worden gelopen op een groot aantal gebieden. Zo is er het risico dat fraude wordt gepleegd of het risico dat een grote storm over Nederland trekt. Figuur 2 geeft een voorbeeld van een risicospectrum bij een verzekeraar. Het spectrum is opgedeeld in drie hoofdtypen van risico’s. Verzekeringsrisico’s, beleggingsrisico’s en niet-financiële risico’s. Verzekeringsrisico’s komen voort uit bijvoorbeeld de schade die een catastrofe teweegbrengt of een onverwacht
Figuur 2. Risicospectrum bij een verzekeraar.
13
MCA
1
Basel II
hoge c.q. lage sterfte van klanten. Beleggingsrisico’s zijn het gevolg van het uitzetten van gelden op de geld- en kapitaalmarkt. Hier wordt risico gelopen doordat partijen waarin belegd wordt failliet (dreigen te) gaan of dat de aandelenmarkten inzakken. Bij niet-financiële risico’s kan gedacht worden aan het wegvallen van een deel van de omzet of aan verliezen als gevolg van ontoereikende of falende interne processen en systemen, fouten door medewerkers of als gevolg van externe gebeurtenissen. 2.3 Kwantificering De risico’s zijn geïdentificeerd en geclassificeerd. Nu wordt de omvang van de risico’s gemeten. Belangrijk is dat per risicotype voldoende historische data aanwezig is om een betrouwbare schatting van het maximale verlies te geven. De methodiek die gebruikt wordt is afhankelijk van het risicotype. De omvang van het schaderisico wordt geschat
”
Om de omvang van risico’s te meten moet er voldoende historische data aanwezig zijn
”
door na te gaan hoe hoog de voorzieningen moeten zijn om een grote klap op te vangen waarna dit vergeleken wordt met de daadwerkelijke omvang van de voorzieningen. De omvang van het marktrisico wordt bepaald door, op basis van historische ontwikkelingen op de aandelenmarkten, te schatten wat de grootste klap op de kapitaalen aandelenmarkten voor het komende jaar zou kunnen zijn. Ook hier wordt het ECAP bepaald door het verschil tussen de winst in het verwachte scenario en die in het worstcasescenario.
2.4 Diversificatie De omvang van het ECAP per risico is een gevolg van aannamen met betrekking tot rating, risicohorizon, alsmede van de identificatie en kwantificering van de risico’s. Het ECAP op organisatieniveau wordt bepaald door het ECAP van de afzonderlijke risicotypen bij elkaar op te tellen. Bij het ‘optellen’ van deze vermogens doet zich een gunstig effect voor, dat bekendstaat als diversificatie. Diversificatie betekent dat rekening wordt gehouden met het feit dat de worstcasescenario’s per risicotype niet gelijk plaatsvinden. Dit heeft tot gevolg dat het aan te houden ECAP op organisatieniveau kleiner is dan de som van het ECAP per risicotype. De omvang van dit effect is afhankelijk van de correlatie tussen de verschillende risicotypen. RAROC wordt bepaald door de Risk Adjusted Return te delen door het ECAP. Hierboven is ECAP behandeld. Op de teller wordt nu ingegaan, de Risk Adjusted Return. 2.5 Risk Adjusted Return Op de traditionele winst- en verliesrekening (W&V) wordt een aantal aanpassingen gedaan om tot de Risk Adjusted Return (RAR) te komen. In figuur 3 volgt een voorbeeld bij een schadeverzekeraar. Aan de linkerkant van de figuur is de traditionele W&V te zien. Rechts de economische equivalent van deze. Bij de berekening van de RAR worden aannamen gemaakt voor wat betreft toekomstige kasstromen. Een schatting van de omvang van de schade wordt gemaakt op basis van historische data naar het claimgedrag van klanten. De claims worden contant gemaakt tegen de risicovrije rentevoet. Hierna worden deze opgeteld. De post CAT risk-correctie betreft een schatting van de schaden als gevolg van een grote storm.2 2
Voor zover deze inschattingen nog niet verwerkt zijn in de aannames over de verwachte claims. Overigens verdienen de zogenaamde catastroferisico’s bij een schadeverzekeraar extra aandacht. Het aan te houden ECAP voor dit risicotype is vaak (relatief) hoog.
Figuur 3. Traditionele en economische winst- en verliesrekening (bedragen x € mln.).
14
Basel II
MCA Tijdschrift voor Organisaties in Control
In de traditionele W&V is sprake van de post nagekomen resultaat. Dit is een resultaatcomponent als gevolg van een onjuiste inschatting van de voorzieningen voor schaden. In het voorbeeld blijkt dat er in het verleden te prudent is gereserveerd. Een deel van de voorziening valt vrij en zorgt voor een positief resultaat. In de economische W&V is geen sprake van nagekomen resultaten. Immers, de aanname is dat de schattingen juist zijn.3 In de traditionele W&V staat de post interest. Dit betreft de beleggingsopbrengsten die ontvangen worden door het beleggen van binnengekomen premies. Opbrengsten uit beleggingen zijn in een aantal posten in de economische W&V opgenomen: • de (risicovrije) beleggingsopbrengsten over het beleggen van de premies. Deze zijn verdisconteerd in de post NPV Schade. • de Capital Benefit. In een economisch raamwerk wordt aangenomen dat de omvang van het eigen vermogen van een organisatie gelijk is aan het ECAP. De beleggingsopbrengsten die voortkomen uit het risicovrij beleggen van dit ECAP, noemen we Capital Benefit. • de Excess Return. Een organisatie kan ervoor kiezen om haar ECAP (gedeeltelijk) in aandelen te beleggen. Het verwachte rendement ten opzichte van een risicovrije portefeuille neemt toe. Dit komt tot uiting in de Excess Return. Overigens neemt ook het risico toe. Dit zal tot uiting komen in een hoger aan te houden ECAP als gevolg van het lopen van marktrisico. De RAR in het voorbeeld bedraagt € 9 miljoen. Het verschil met het resultaat volgens de traditionele benadering is terug te voeren op een drietal punten. Allereerst gaat RAR uit van een levenslange visie op winst. De winstgevendheid van een polis wordt niet gedefinieerd als de winst in het eerste jaar, maar juist door alle kasstromen gedurende de hele levensduur van het product. RAR gaat uit van het rendement op het ECAP. De traditionele maatstaf bevat het rendement op het beschikbare vermogen.
”
RAR gaat uit van een levenslange visie op winst
”
Dit geeft geen goede weerspiegeling van het vermogen dat een bedrijf moet aanhouden aangezien met risico geen rekening wordt gehouden. Verder past RAR normalisaties toe voor bijvoorbeeld de te verwachten schaden en beleggingsopbrengsten. Op deze wijze bevat RAR geen elementen waarop het management geen invloed heeft, zoals resultaat uit productie die in het verleden gesloten is, schaden als gevolg van zware stormen of resultaat als gevolg van inzakkende of oplevende aandelenmarkten.
2006
2.6 Risk Adjusted Return On Capital Waar ECAP een maatstaf is voor het benodigde vermogen voor de risico’s en focust op de toereikendheid van het vermogen van het bedrijf, is RAROC een maatstaf voor de efficiency van het vermogen en bepaalt hoeveel verdiend wordt aan het lopen van risico. Met de aanname dat het ECAP ons voorbeeld € 160 miljoen bedraagt, kan de RAROC worden uitgerekend.
RAROC =
Risk Adjusted Return Economic Capital
=
€9 € 160
= 5,6%
Door het lopen van risico met een omvang van € 160 miljoen wordt een aan risico aangepast resultaat behaald van € 9 miljoen. De RAROC bedraagt 5,6%. 2.7 Economic Profit EP is een absolute maatstaf voor winst en is de werkelijke toegevoegde waarde voor de aandeelhouders. Aandeelhouders verwachten een minimaal rendement op hun belegging, wat ook wel de Cost of Capital (CoC) wordt genoemd. EP is de waarde die een activiteit toevoegt boven de CoC. In ons voorbeeld veronderstellen we dat de aandeelhouders een rendement eisen van 10%. Met behulp van de formule aan het begin van deze paragraaf volgt uit het voorbeeld een EP van – € 7 miljoen. Economic profit = Risk Adjusted Return – Cost of Capital = € 9 – € 16 = – € 7 mln De CoC is groter dan de RAR. Een negatieve EP is het gevolg. Dit betekent niet per definitie dat een boekhoudkundig verlies wordt gemaakt; wel dat de gemaakte winst onvoldoende is om de kosten voor het risico te dekken. RAROC kan worden gebruikt in relatieve zin om performance van business units te vergelijken of in absolute zin door de performance af te zetten tegen de CoC. Een RAROC boven de CoC voegt waarde toe voor aandeelhouders, terwijl een RAROC onder de CoC waarde vernietigt. RAROC is een relatieve maatstaf, terwijl EP een absolute maatstaf is.
3. ECAP, EP en RAROC naast de traditionele maatstaven ECAP, EP en RAROC maken prestatiemeting veelomvattend. Om te kunnen sturen op prestatiemaatstaven is van belang dat de relaties tussen de verschillende prestatiemaatstaven duidelijk zijn. Hieronder een voorbeeld om de relatie tussen de risicomaatstaven als ECAP, EP en RAROC 3
In het voorbeeld gaan we uit van een ex ante RAROC. Hiermee positioneren we RAROC als sturingsinstrument. RAROC kan ook ex post worden bepaald. Op deze wijze speelt RAROC een rol bij de verantwoording.
15
MCA
1
Basel II
en de traditionele maatstaven als winst, omzet en kosten te verduidelijken. Stelt u zich een verzekeraar voor met een grote agro-portefeuille. Deze verzekeraar kan ervoor kiezen een deel van zijn portefeuille te herverzekeren. Hierdoor wordt een stuk risico overgedragen aan de herverzekeraar. Hier moet wel een prijs, de herverzekeringspremie, voor worden betaald. In feite wordt een stuk winst (herverzekeringspremie) opgeofferd voor een lager risico. Is herverzekeren nu een goede keuze? Dit valt niet meteen te zeggen. Het verwachte verlies door een storm is kleiner door de herverzekeringsdekking. Dit betekent dat minder ECAP aangehouden hoeft te worden. In een jaar zonder storm is herverzekeringspremie betaald voor het afdekken van een risico dat zich niet heeft geopenbaard. Sturing alleen op winst vertelt niet de hele boodschap. Een hoge winst met een hoog risico is niet per definitie beter dan een lagere winst met een lager risico. Dit gaat ook op voor de overige traditionele maatstaven als omzet en kosten. Zo kan een sturing op omzet leiden tot het binnenhalen van slechte risico’s. Een sturing alleen op kosten kan leiden tot extra verliezen wanneer dit ten
”
Sturing alleen op winst vertelt niet de hele boodschap
”
koste gaat van preventie of schadelastbeheersing. De toegevoegde waarde van prestatiemeting op basis van ECAP, EP en RAROC zit in de introductie van een nieuwe dimensie bij het beoordelen van prestaties: risico.
4. Sturing op basis van ECAP, EP en RAROC ECAP geeft aan hoe hoog de minimale vermogensbuffer dient te zijn, uitgaande van een bepaalde risicohorizon en rating terwijl het eigen vermogen aangeeft over hoeveel vermogen de organisatie beschikt. Een organisatie loopt het gevaar insolvabel te raken wanneer het eigen vermogen lager is dan het ECAP. Omgedraaid is sprake van overkapitalisatie en wordt het aanwezige vermogen niet efficiënt ingezet. Idealiter is het ECAP gelijk aan het eigen vermogen. ECAP wordt op basis van risico’s toegedeeld naar eventuele business units. Binnen de units vindt een verdeling naar producten plaats. Voor ieder product wordt inzichtelijk welke bijdrage het levert aan het totale risico van de organisatie. Een RAROC-berekening maakt vervolgens inzichtelijk met welke risico’s (en dus producten) de organisatie haar geld verdient. RAROC ondersteunt bij beslissingen omtrent het beëindigen van activiteiten die waarde vernietigen, bij het opstarten van waardecreërende activiteiten of bij het overdragen van slecht geprijsde risico’s. Een prestatiemaatstaf is pas effectief wanneer deze gedrag beïnvloedt. Een voorbeeld laat zien hoe ECAP, EP en RAROC helpen bij besluitvorming omtrent beleidsbeslissingen. Een organisatie bestaat uit vijf business units: A, B, C, D en E. Het ECAP en de RAROC zijn weergegeven in figuur 4 (links). De horizontale as is een maat voor de omvang van het ECAP. Business unit C consumeert het meeste ECAP. De verticale as geeft de bijbehorende RAROC. De oppervlakte bepaalt de RAR. Aandeelhouders eisen een rendement van 10% op het kapitaal dat zij ter beschikking stellen. A en B halen deze eis niet. Hier wordt waarde vernietigd. Business units C, D en E hebben een positieve EP. Concluderen dat A en B op voorhand afgestoten moeten worden is niet per definitie juist. Het kan zijn dat A en B in grote mate bijdragen aan diversificatie. Ook kan het zijn dat zij een groot deel van de vaste kosten absorberen die anders
Figuur 3. Traditionele en economische winst- en verliesrekening (bedragen x € mln.).
16
Basel II
bij de andere business units vallen of dat A en B zorgen voor een hoge cross sell naar de andere business units. Op een aantal manieren kan de EP van de business units worden verhoogd. Dit kan door aan de risicokant (ECAP) maatregelen te nemen, aan de rendementskant (RAROC) of door een combinatie van beide.
MCA Tijdschrift voor Organisaties in Control
Een beleid gericht op geografische spreiding van risico’s of premiedifferentiatie op basis van schadefrequentie zijn voorbeelden van een strategie gericht op (selectieve) groei. Indien een verzekeraar over ruime financiële middelen beschikt, kunnen meer risico’s in portefeuille genomen worden. Dit kan door de premie te verlagen of door een marketingactie te initiëren.
Business unit A staat voor een agro-portefeuille Er is een aantal strategieën om het risico rendementsprofiel te verbeteren. Deze zijn te zien aan de rechterzijde in figuur 4. Afhankelijk van mogelijkheden om het risico of rendement te beïnvloeden, kan gekozen worden voor een strategie gericht op risicobeheersing, rendementsverbeterende maatregelen of (selectieve) groei.
De keuze van de strategie hangt af van het huidige risicoprofiel van de portefeuille, van de mogelijkheden om de omvang van het risico of rendement te beïnvloeden en van factoren als diversificatievoordelen, kostenallocaties en cross sell.
Een strategie gericht op risicobeheersing kan betekenen dat meer herverzekeringsdekking wordt ingekocht. Dit gaat ten koste van de winst maar het risico neemt af doordat de uitkeringen na een storm voor een deel door de herverzekeraar worden betaald. In de figuur betekent dit dat de lijn korter wordt en hoger komt te liggen.
5. Uitdagingen voor de controller
Het aanbrengen van sprinklerinstallaties of het periodiek inspecteren van de verzekerde objecten (preventie) zijn voorbeelden van rendementsverbeterende maatregelen. De RAROC neemt toe. De lijn in de figuur zal omhoog bewegen.
2006
Voor de controller ligt een aantal uitdagingen voor het oprapen. Het verzamelen van integere basisgegevens, modelontwikkeling en het opdoen van nieuwe inzichten zijn voorbeelden. Deze uitdagingen zorgen er niet voor dat de juiste beslissingen worden genomen. Hiervoor is een concrete vertaling van de theoretische concepten naar de praktische invulling noodzakelijk. Deze rol moet de controller zich eigen maken en is een grotere uitdaging dan de eerstgenoemde. MCA
Vinden in de hoogste versnelling Ga naar www.sduweb.nl voor een gratis proefabonnement of bel (070) 378 98 80. www.sduweb.nl Alle juridische informatie. Actueel en efficiënt. Met SduWeb heeft u toegang tot: Officiële publicaties Wet- en regelgeving Jurisprudentie Europese richtlijnen & verordeningen
Snel gevonden, tijd gewonnen! Met SduWeb vindt u vanaf nu uw complete juridische vakinformatie in de hoogste versnelling. Meer dan 250.000 documenten zijn direct beschikbaar en snel te vinden. • Efficiënt: direct zoeken in vier informatiebronnen • Toegankelijk: 24 uur per dag gebruiksvriendelijke toegang • Actueel: dagelijkse informatie-update • Compleet: meer dan 250.000 documenten raadpleegbaar
Alle documenten zijn met links aan elkaar verbonden. Makkelijker kan het niet!
17