Rekenkamercommissie Rapport Inhuur Externen
Januari 2013
Eindrapport Externe Inhuur door de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht
Den Haag, 4 juli 2012
Colofon Projectnummer: 35508
Auteurs:
Erwin van Rooijen Yermo Wever Yorick van den Berg Guy Monod de Froideville
B&A B.V. Prinses Margrietplantsoen 87 Postbus 829 2501 CV Den Haag t 070 - 3029500 f 070 - 3029501 e-mail:
[email protected] http: www.bagroep.nl
© Copyright B&A B.V. 2012. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. B&A is gevestigd in Den Haag, Arnhem en Amsterdam. 5-7-2012 10:09:00
Inhoudsopgave Samenvatting
5
1
7
Inleiding
1.1
Aanleiding en onderzoeksvraag
7
1.2
Doelstelling en onderzoeksvragen
7
1.3
Normenkader
1.4
Omgang met beschrijvende vragen
10
1.5
Onderzoeksopzet
11
1.6
Leeswijzer
12
2
9
Bevindingen beleid en afspraken
13
2.1
Inleiding
13
2.2
Beschrijving beleid en afspraken
13
2.2.1 2.2.2 2.2.3 2.3
Beleid en richtlijnen Afwegingen Sturingsmechanisme Toetsing beleid en afspraken aan het normenkader
13 16 16 17
2.3.1 Kwaliteit richtlijnen 2.3.2 Kwaliteit sturingsmechanisme 2.3.3 Informeren gemeenteraad 3 Praktijk
17 18 19 21
3.1
Inleiding
21
3.2
Beschrijving externe inhuur in de onderzoeksperiode
21
3.2.1 3.2.2 3.2.3 3.3
Kosten en duur externe inhuur Aard externe inhuur naar afdeling, functies en kennisterreinen Afwegingen bij externe inhuur Toetsing praktijk van de externe inhuur aan het normenkader
21 25 26 28
3.3.1 Naleving richtlijnen en afwegingskader 3.3.2 Verantwoordelijkheid en verantwoording 4 Resultaten
28 29 31
4.1
Inleiding
31
4.2
Toetsing aan het normenkader
31
4.2.1 Inhuur overeenkomstig het beleid 4.2.2 Effectiviteit van de inhuur 4.2.3 Efficiëntie van de inhuur 5 Conclusies
31 31 32 35
5.1
Inleiding
35
5.2
Beleid
35
5.3
Praktijk
35
5.4
Resultaat
36
5.5
Beantwoording van de centrale onderzoeksvraag
37
Bijlage 1: Bronnen
39
Geraadpleegde documenten
39
Inhoudsopgave 3
Respondenten
39
Bijlage 2: Procedure inhuur vanaf 1-1-2010
41
Bijlage 3: Uurtarieven externe inhuur
45
Bijlage 4: Geanonimiseerd overzicht inhuur 2009 en 2010
47
Inhoudsopgave 4
Samenvatting In deze samenvatting wordt de centrale onderzoeksvraag beantwoord.
Beantwoording centrale onderzoeksvraag De door de rekenkamercommissie geformuleerde onderzoeksvraag ten behoeve van dit onderzoek luidt: Hoe gaat de gemeente om met de inhuur van derden, voldoet deze inhuur aan beleidsmatig gestelde uitgangspunten betreffende doeltreffendheid, doelmatigheid, rechtmatigheid, zorgvuldigheid en transparantie en hoe wordt de gemeenteraad daarover geïnformeerd? Hieronder wordt het antwoord op de verschillende aspecten van de vraagstelling gegeven. Omgang met inhuur van derden Tot 2010 is weinig over het beleid en de richtlijnen vastgelegd, dat heeft achteraf plaatsgevonden. Vanaf 2010 is er een op schrift gestelde procedure voor de inhuur van derden. Bovendien zijn er ook expliciete doelstellingen over opgenomen in het huidige coalitieprogramma en is het beleid rondom externe inhuur ingebed in het totale personeelsbeleid. Het doel om de externe inhuur te beperken zoals dat in het coalitieprogramma is geformuleerd heeft in 2011 geleid tot een halvering van de inhuur. In die zin werpt het beleid in 2011 zijn vruchten af. De vraag is echter wel of dat komt door de procedure die is aangescherpt of omdat er gewoonweg minder vacatures zijn en budget beschikbaar is. Doeltreffendheid Uit het onderzoek komt het beeld naar voren dat externe inhuur door de gemeente Hendrik Ido Ambacht in de jaren 2009 en 2010 als tamelijk doeltreffend getypeerd kan worden. Uit de interne evaluaties van 88 procent van alle onderzochte cases blijkt dat de vooraf geformuleerde prestatieafspraken zijn gerealiseerd. Doelmatigheid Uit het onderzoek komt het beeld naar voren dat externe inhuur door de gemeente Hendrik Ido Ambacht in de jaren 2010 en 2011 als doelmatig getypeerd kan worden. In 2009 is er sprake van een overschrijding van het vooraf begrote budget, wel ligt aan de extra uitgaven een gemotiveerde aanvraag en goedkeuring door het college ten grondslag. Er is sprake van ‘redelijke’ en ‘realistische’ uurtarieven. Rechtmatigheid Er zijn geen aanwijzingen uit het onderzoek naar voren gekomen die erop duiden dat gemeente Hendrik Ido Ambacht op een niet rechtmatige wijze is omgegaan met het beleid en prakrijk rond de externe inhuur. De inhuur heeft plaatsgevonden op basis van contracten tussen gemeente en dienstverlener. Zorgvuldigheid De bestaande procedure is op de meeste aspecten zorgvuldig toegepast. Uitzondering daarop vormt het al dan niet volgen van het voorgeschreven selectieproces: het is niet
Samenvatting 5
na te gaan of dit altijd is gevolgd, uit de gesprekken blijkt dat er ruimte is om daar omheen te gaan. Over de vraag of de afwegingen voor externe inhuur altijd even zorgvuldig plaatsvinden, valt op te merken dat de afweging inhuur-interne oplossing in veel gevallen niet zichtbaar dan wel overtuigend is. Transparantie Hoewel de praktijk rond de externe inhuur op de meeste aspecten transparant is, zijn er twee punten waarop de transparantie te wensen overlaat: (1) de te hanteren criteria voor de afweging voor inhuur-interne oplossing; (2) in de dossiers is niet traceerbaar in hoeverre er conform de verplichte volgorde in het wervingsproces gehandeld wordt. Daarnaast wordt opgemerkt dat de raad tot nu toe niet of nauwelijks is geïnformeerd over de gemeentelijke werkwijze op dit terrein. De raad heeft het moeten doen met een aantal uitgesproken intenties waarin het streven om de externe inhuur te verminderen is verwoord.
Inhoudsopgave 6
1
Inleiding
1.1
Aanleiding en onderzoeksvraag
De rekenkamercommissie van de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht heeft door B&A een onderzoek laten uitvoeren naar de zogenoemde ‘externe inhuur’. Externe inhuur is gedefinieerd als arbeidscapaciteit, geleverd door personeel dat niet in dienst is van de gemeente en wordt uitgevoerd onder gezag en verantwoordelijkheid van de gemeente. Het onderwerp is mede door de fractievoorzitters van de raadsfracties van HendrikIdo-Ambacht aangedragen. Bovendien komt het onderwerp terug in het collegeakkoord van Hendrik-Ido-Ambacht waarin staat opgetekend: ‘Inhuur van personeel wordt fors teruggedrongen en kritisch beoordeeld op nut en noodzaak’. Het onderwerp past dan ook in de doelstelling van de rekenkamer Hendrik-Ido-Ambacht om onderzoek te doen naar de doelmatigheid, doeltreffendheid en rechtmatigheid van het gemeentelijk handelen. De rekenkamercommissie hanteert de volgende definitie van externe inhuur: Externe inhuur voorziet in (tijdelijk of structureel) benodigde arbeidscapaciteit, geleverd door personeel dat niet in dienst is van de gemeente en wordt uitgevoerd onder gezag en verantwoordelijkheid van de gemeente. Het gaat hierbij om zowel primaire als secundaire werkprocessen en projectmatige en niet-projectmatige inhuur. Om begripsverwarring te voorkomen is voor de afbakening van het onderzoek de externe inhuur nader gecategoriseerd: 1. Incidentele activiteiten voor reguliere werkprocessen. 2. Opdrachten voor interim-management. Dit betreft inhuur van tijdelijke leidinggevenden. 3. Projectmatige inhuur: tijdelijke opdrachten, projecten of het uitvoeren (uitbesteden) van specialistische opdrachten waarvoor de gemeente niet de capaciteit in huis heeft. Deze definitie komt overeen met de definitie die ook in onderzoeken van andere rekenkamers wordt gehanteerd.
1.2
Doelstelling en onderzoeksvragen
De rekenkamercommissie heeft de volgende probleemstelling geformuleerd ten behoeve van dit onderzoek: Hoe gaat de gemeente om met de inhuur van derden, voldoet deze inhuur aan beleidsmatig gestelde uitgangspunten betreffende doeltreffendheid, doelmatigheid, rechtmatigheid, zorgvuldigheid en transparantie en hoe wordt de gemeenteraad daarover geïnformeerd? Om tot beantwoording te komen van de probleemstelling zijn deelvragen opgesteld langs de lijnen de beleidscyclus: beleid en afspraken, praktijk en resultaat.
Inleiding 7
Beleid en afspraken Het beleid aangaande externe inhuur zoals dat binnen de gemeentelijke organisatie is afgesproken. Daarbij zijn de volgende beschrijvende deelvragen onderscheiden: Wat zijn de richtlijnen voor externe inhuur? Welke afwegingen gelden er om over te gaan tot externe inhuur? Welke sturingsmechanismen worden gehanteerd m.b.t. externe inhuur? Is er bijvoorbeeld een centraal “inkooppunt” binnen de gemeente, of wordt er gebruik gemaakt van een centraal punt binnen de Drechtsteden? En de volgende toetsende deelvragen: Zijn er richtlijnen voor de externe inhuur? Voorzien deze in uitgangspunten omtrent doelmatigheid, doeltreffendheid, zorgvuldigheid, rechtmatigheid en transparantie? Zijn er sturingsmechanismen die voorzien in een adequate sturing op de externe inhuur? Zijn er afspraken over de wijze waarop de gemeenteraad wordt geïnformeerd over externe inhuur en zo ja waar bestaan die uit? Praktijk De wijze waarop de inhuur daadwerkelijk plaatsvindt. Daarbij zijn de volgende beschrijvende deelvragen onderscheiden: Op welke afdelingen wordt gebruik gemaakt van externe inhuur? Voor welk soort functies/werkzaamheden zijn in de jaren 2009 en 2010 externen ingehuurd? Waarom werd gekozen voor externe inhuur i.p.v. inzet of werving van eigen personeel? Wat zijn de in de praktijk gehanteerde toetsingscriteria? Wordt er op bepaalde kennisterreinen structureel ingehuurd? Wat was de duur van externe inhuur in de jaren 2009 en 2010? Wat zijn de kosten van externe inhuur in 2009 en 2010? Hoe verhouden deze uitgaven zich t.o.v. de vaste personeelskosten? Hoe wordt kennisoverdracht naar de staande organisatie geregeld bij externe inhuur? Hoe komt de afweging tot stand om in te huren op een bepaald project? En de volgende toetsende vragen Worden de richtlijnen altijd nageleefd? Zo nee, waarom niet? Hoe en aan wie wordt verantwoording afgelegd en is dat conform afspraken? Vindt er een kwaliteitstoets plaats en is dat conform afspraken? Worden de sturingsmechanismen toegepast? Wordt de gemeenteraad geïnformeerd over de externe inhuur en verloopt dat volgens de afspraken die daarover zijn gemaakt? Resultaat De effectiviteit en de efficiëntie van de inhuur. Daarbij zijn de volgende toetsende deelvragen onderscheiden: Wordt overeenkomstig het beleid gehandeld? Is de inhuur van derden effectief geweest? Is de inhuur van derden efficiënt geweest, dat wil zeggen zijn de taken verricht door derden binnen het beschikbare budget uitgevoerd?
Inleiding 8
1.3
Normenkader
In het normenkader is opgenomen wat verwacht mag worden van het beleid en uitvoering op het betreffende beleidsterrein. Het normenkader bevat de aspecten van de toetsende deelvragen waaraan vervolgens normen zijn gekoppeld. Het normenkader vormt daarmee de meetlat waarlangs beleid en functioneren wordt beoordeeld. Op basis van de onderzoeksvragen is het volgende normenkader opgesteld, dat leidend is geweest voor de opzet van het onderzoek. Normenkader Aspect Beleid/afspraken
Normen
1. Zijn er richtlijnen voor de externe inhuur? 2. Voorzien de richtlijnen in de uitgangspunten omtrent doelmatigheid, doeltreffendheid, zorgvuldigheid, rechtmatigheid en transparantie?
3.
Afwegingen
4. Sturingsmechanisme I
5. Sturingsmechanisme II
Er zijn gedocumenteerde richtlijnen opgesteld en deze zijn bekend bij de opdrachtgevers In de richtlijnen worden tenminste de volgende uitgangspunten gehanteerd: – Een verhouding tussen vaste en flexibele formatie – Taken en werkzaamheden waarvoor extern ingehuurd mag worden – Beschikbaar budget voor externe inhuur (als afgeleide van de totale personeelsbudgetten) In de richtlijnen zijn duidelijke afwegingen opgenomen voor de externe inhuur: Vergelijking externe inhuur met interne inzet/werving eigen personeel op kwaliteit en kosten – Een aanbesteding met minimaal aantal aanbieders – Een maximale termijn voor de inhuur Er worden bij de inhuur en de keuze van externe partijen zowel vooraf als achteraf (evaluatie) kwaliteitscriteria toegepast. Deze criteria omvatten tenminste de volgende aspecten: – Aanbestedingsregels – Deskundigheid – Omzet – Maximaal tarief – Eerdere ervaringen – Raamcontract – Evaluatie op output o Evaluatie op outcome o Evaluatie op overdracht kennis Er zijn afspraken over periodieke (tenminste jaarlijks) verantwoording over de externe inhuur aan de ambtelijke top, het college en de gemeenteraad. Er is sprake van interne checks and balances waarbij er altijd sprake is van een check op de kwaliteit van de beslissing tot externe inhuur,
Inleiding 9
Aspect
Normen vooraf of achteraf. Het gehanteerde sturingsmechanisme wordt beoordeeld als voldoende door B&W en ambtelijke organisatie.
Praktijk 6. Naleving richtlijnen
7. Afwegingskader
8. Verantwoordelijkheid en verantwoording
Resultaat 9. Inhuur overeenkomstig beleid
10. Effectiviteit
11. Efficiëntie
1.4
De richtlijnen worden nageleefd bij alle onderzochte gevallen van externe inhuur. De afweging inhuur-intern is per geval uitgevoerd conform: – De richtlijnen – De kwaliteitscriteria Het is per geval duidelijk waar de verantwoordelijkheid voor de inhuur ligt Het systeem van interne checks and balances heeft gefunctioneerd Er is sprake van een periodieke (tenminste jaarlijks) verantwoording over de externe inhuur conform de gemaakte afspraken aan ambtelijke top, college en gemeenteraad. Per geval is de inhuur verlopen volgens de daarover gemaakte afspraken in beleidsplannen, richtlijnen en sturingsmechanismen. De inhuur heeft de beoogde output/outcome opgeleverd De kosten van de inhuur passen binnen het beschikbare vooraf vastgestelde budget en waren voordeliger dan interne inzet / werving eigen personeel
Omgang met beschrijvende vragen
Naast de deelvragen die in het normenkader kunnen worden geplaatst heeft de rekenkamercommissie vragen die voornamelijk inventariserend van aard zijn en die een beeld geven van de inhoud en omvang van de externe inhuur in Hendrik-IdoAmbacht. Het gaat dan met name om een reconstructie van de externe inhuur in de afgelopen 2 jaar.
De beschrijving van het beleid, de richtlijnen en het sturingsmechanisme De totale formatie, de beschikbare budgetten voor de externe inhuur en de uitgaven aan externe inhuur. Aantal gevallen van externe inhuur Aantal gevallen per afdeling/projectbureau Duur van de gevallen Afwegingstoets per geval Kosten van de inhuur per geval (totaal en per dag/dagdeel/uur) Hypothetische kosten interne oplossing per geval Vergelijking werkelijke kosten – hypothetische kosten Soort functie/werkzaamheden Functionaris verantwoordelijk voor de inhuur
Inleiding 10
1.5
Onderzoeksopzet
De onderzoeksopzet bestond uit de volgende stappen:
Hieronder worden deze stappen nader beschreven.
Stap 1 Startbijeenkomst In een startgesprek met de leden van de Rekenkamercommissie en de secretaris zijn de benodigde procesafspraken gemaakt over het verloop van het onderzoek, de beschikbaarheid van gegevens en de betrokkenheid van de leden van de Rekenkamercommissie. Ook het hiervoor gepresenteerde normenkader is in door de Rekenkamercommissie vastgesteld.
Stap 2 Dossieronderzoek In het dossieronderzoek is gekeken naar de relevante beleidsdocumenten waarin het gemeentelijk beleid met betrekking tot de externe inhuur is geëxpliciteerd. In bijlage 1 wordt een overzicht gegeven van deze documenten. Vervolgens is op ‘individueel dossierniveau’ een analyse van alle 78 ‘cases externe inhuur’ in 2009 (41 cases) en 2010 (37 cases) uitgevoerd. De reden voor de keuze voor deze twee peiljaren is tweeledig: 1. Aanvankelijk overwoog de Rekenkamercommissie om ook de jaren 2007 en 2008 in het onderzoek te betrekken. Hiervan is afgezien met het argument dat deze twee jaren precies de transitieperiode betroffen waarin, na een periode van bewuste centralisering van externe inhuur, weer werd gekoerst op decentralisering. 2. Het jaar 2011 is niet in het onderzoek meegenomen, omdat het onderzoek van start ging in 2011 en zodoende nog niet alle gegevens/dossiers beschikbaar waren1. Deze cases zijn uitgewerkt in ‘factsheets’ met daarin de volgende categorieën: werknaam van het dossier afdeling kennisgebied/beleidsdomein functie/werkzaamheden 1
Wel is begin 2012 de jaarrapportage inhuur 2011 beschikbaar gekomen. Op basis hiervan wordt in paragraaf 3.2 een vergelijking gemaakt van de totaalbedragen van 2007 tot en met 2011.
Inleiding 11
categorisering van de inhuur reden van de inhuur verlenging van de vervanging (aantal keer, duur, kosten) aanbestedingsregels kosten van de inhuur hypothetische kosten bij interne invulling afwegingstoets uitgevoerd evaluatie
Stap 3 Interviews In een interviewronde is dieper ingegaan op de bevindingen van de dossieranalyse. Er is gesproken met de volgende functionarissen van de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht: de controller de adviseur bedrijfsvoering afdelingshoofd BOR afdelingshoofd B&O afdelingshoofd Publiekszaken Van de interviews zijn verslagen gemaakt die zijn teruggekoppeld aan de respondenten.
Stap 4 Analyse en tussenrapportage Op basis van een eerste analyse van de bevindingen uit bovenstaande stappen is een tussenrapportage opgeleverd, die is besproken met de voltallige Rekenkamercommissie.
Stap 5 Aanvullende interviews Na de bespreking met de Rekenkamercommissie zijn er nog aanvullende interviews afgenomen met de wethouder en de gemeentesecretaris. Hiermee zijn de bevindingen nog eens gepositioneerd en geduid binnen het politiek bestuurlijke kader van de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht.
Stap 6 Concept eindrapportage en bestuurlijke hoor en wederhoor Vervolgens is de concept eindrapportage opgeleverd en besproken met de voltallige Rekenkamercommissie. Hierna heeft ambtelijke en bestuurlijke hoor en wederhoor plaatsgevonden.
Stap 7 Eindrapportage Na de bestuurlijke hoor en wederhoor is tenslotte de eindrapportage opgeleverd.
1.6
Leeswijzer
Het vervolg van deze rapportage is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op het beleid betreffende externe inhuur van de gemeente Hendrik-IdoAmbacht. In hoofdstuk 3 volgt de praktijk en in hoofdstuk 4 het resultaat. In hoofdstuk 5 worden de conclusies van het onderzoek geformuleerd.. In de bijlage vindt u een overzicht van de documenten die in de dossieranalyse zijn geraadpleegd alsmede een overzicht van de respondenten die zijn geïnterviewd.
Inleiding 12
2
Bevindingen beleid en afspraken
2.1
Inleiding
In dit hoofdstuk beschouwen we het gemeentelijk inhuurbeleid van Hendrik-IdoAmbacht. Gestart wordt met de beantwoording van de beschrijvende vragen in paragraaf 2.2. Vervolgens worden paragraaf 2.3 de toetsende vragen beantwoord aan de hand van het normenkader.
2.2
Beschrijving beleid en afspraken
2.2.1
Beleid en richtlijnen
Deelvraag –
Wat zijn de richtlijnen voor externe inhuur?
Bevindingen Hoewel dit onderzoek de jaren 2009 en 2010 betreft is het belangrijk naar de context vanaf 2007 te kijken omdat sprake is van een duidelijke ontwikkeling in beleid en praktijk. Zoals eerder bij de verantwoording van het dossieronderzoek reeds is aangegeven zijn er verschillende fasen te onderscheiden in het personeelsbeleid van de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht in relatie tot externe inhuur. In de onderzoeksjaren (2009 en 2010) die gekozen zijn voor dit onderzoek is een scheidslijn in beleid en richtlijnen aan te brengen: – Voor 2010: een reconstructie van het beleid – Vanaf 2010: een vastgesteld beleid Onderstaand worden het beleid en de richtlijnen ook met deze ‘knip’ weergegeven als antwoord op de vraag welke richtlijnen er gelden.
Beleid en richtlijnen tot 2010 Op basis van gesprekken met ambtenaren en met name de gemeentesecretaris blijkt dat in de jaren vanaf en voorafgaand aan 2007 sprake was van een periode waarin het beleid te typeren is als incrementeel, niet formeel vastgelegd en in ontwikkeling. Er is alleen een memo ‘Inzicht in personeelsbudgetten periode 2007 – 20142’ aangetroffen waarin melding wordt gemaakt van de kosten van de inhuur van derden, de definitie van externe inhuur en de budgetten waaruit de externe inhuur wordt bekostigd. Van een integrale visie op externe inhuur binnen het personeelsbeleid is tot de raadsperiode 2010-2014 geen sprake. Gezien het tijdstip waarop dit memo is verschenen kan vanuit gemeentewege ook worden gesproken van een reconstructie en vastlegging van beleid en richtlijnen omtrent externe inhuur achteraf. In het volgende schema uit het betreffende memo wordt aangegeven wat de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht in de periode tot 2010 onder inhuur van derden verstaat en of er structurele gelden tegenover staan.
2
Dit memo dateert van 16 mei 2011.
Bevindingen beleid en afspraken 13
Soorten inhuur
Gelden die er tegenover staan/rechtstreeks
voor invulling vacatures in bestaande formatie
er valt geld vrij in budget salarissen:
beschikbaar zijn vacaturegelden voor vervanging bestaande formatie wegens
wettelijke, gedeeltelijke tegemoetkoming van
zwangerschapsverlof
het UWV
voor vervanging bestaande formatie wegens
geen: er valt geen geld vrij in staat van
ziekte of andere bijzonder langdurige
personeel, omdat loonkosten te vervangen
afwezigheid
medewerker ‘doorlopen’
extra taken, omdat er tijdelijk meer werk is dan
Geen
in bestaande formatie beschikbaar is (extra klus/ambitie bestuur) extra inzet, omdat specifieke kennis niet in
geen
huis is.
Uit het memo kan het volgende beleid (inclusief richtlijnen) voor externe inhuur worden gereconstrueerd: – Er is geen specifiek budget voor externe inhuur. – Inhuur wordt in eerste instantie betaald uit het zogenaamde budget vacaturegelden: gelden die beschikbaar komen als er een vacature is in de vaste formatie en er dus voor een bepaalde functie in een periode geen salariskosten zijn. – De vacaturegelden kunnen worden ingezet voor tijdelijke vervanging door externen. – Omdat externe inhuur gemiddeld twee tot drie keer zo duur is, wordt de vacante functie gedeeltelijk of voor een kortere periode ingezet. – Inhuur bij ziekte, voor specifieke kennis of voor extra taken wordt voor zover mogelijk uit hetzelfde budget betaald. Hier staan echter geen vacaturegelden tegen over. Daarom zijn tot en met 2010 incidentele middelen voor dekking ingezet. De laatste richtlijn is in zichzelf verwarrend, maar moet als volgt worden geïnterpreteerd: er zijn geen structurele middelen voor dit type externe inhuur en incidentele middelen kunnen bij het college worden aangevraagd. Uit het memo en de gesprekken met de ambtelijke organisatie blijkt dat 2007 een bijzonder jaar was in verband met het zogenaamde moratorium in verband met de oprichting van het Service Centrum Dordrecht (SCD). In 2008 zijn met de oprichting van het SCD en de Gemeentelijke Belastingdienst Drechtsteden (GBD) ruim 33 formatieplaatsen op het gebied van financiën, belastingen, communicatie, personeel, inkoop, juridisch advies en facilitair overgeheveld. Een groot aantal vacatures mocht niet worden ingevuld tot het plaatsingsproces en de overgang van medewerkers was geregeld. In 2008 en 2009 was er sprake van datzelfde moratorium. Een groot aantal niet vervulde vacatures waaronder enkele moeilijk vervulbare functies, opstartproblemen van het SCD, het wegwerken van achterstanden en langdurige afwezigheid in verband met ziekte is om deze redenen met externe inhuur ingevuld. Doordat er in die periode veel discontinuïteit was en veel zaken niet op orde waren in de verschillende personeelsdossiers, vond er veel inhuur plaats om ‘gaten te dichten’, zoals de wethouder het terugblikkend op deze periode verklaart. In 2010 was er nog
Bevindingen beleid en afspraken 14
steeds een groot aantal moeilijk vervulbare vacatures, inhuur voor vervanging van cruciale managementfuncties en vervanging wegens ziekte3.
Beleid en richtlijnen vanaf 2010 Vanaf 2010 is sprake van een nieuw beleid, zoals dat is vastgelegd in het Coalitieprogramma 2010 – 2014 en in het document ‘Personeel & Organisatie 2011 – 2015; Het Huis van de toekomst’. In het Coalitieprogramma 2010-20144 is het volgende opgenomen over personeelsbeleid en externe inhuur: “We zetten in op een efficiënte en doelmatige bedrijfsvoering van onze gemeentelijke organisatie. De formatie moet passen bij de omvang en complexiteit van onze taken voor onze inwoners. Inhuur van personeel wordt fors teruggedrongen. Verzoeken voor inhuur zullen we onderwerpen aan een strikte afweging over de toegevoegde waarde ervan. Waar inhuur wel relevant en noodzakelijk is, zal in eerste instantie een verzoek uitgaan naar andere gemeenten binnen de Drechtsteden of een van de Drechtstedenorganisaties. Mocht dit niet tot resultaat leiden, dan zullen we via raamof mantelcontracten en slim aanbesteden, een scherpe prijs én excellente kwaliteit van inhuur eisen.” Samenvattend betekent dit dat er vanaf 2010 (na installatie van het college) een stevige ambitie is neergezet om de externe inhuur fors terug te dringen en zoveel mogelijk binnen de Drechtsteden tot een oplossing te komen. In het document ‘Personeel & Organisatie 2011 – 2015; Het Huis van de toekomst’ is deze ambitie verder uitgewerkt. Ten eerste wordt een uitspraak gedaan over de inrichting van het personele huis van de gemeente, waarbij een vaste kern, een flexibele schil en structureel uit te besteden taken worden onderscheiden. In de strategische notitie ‘Personeel & Organisatie 2011 – 2015’ wordt dit in onderstaand schema als volgt gevisualiseerd. Door gemeente uit te voeren taken Vaste kern Medewerkers met een vast dienstverband bij HIA
Flexibele schil Medewerkers met een tijdelijk
Structureel uitbesteden Werken
dienstverband bij HIA Medewerker die direct worden
Diensten
ingeleend/gedetacheerd/uitgewisseld via de regio. Trainees
Leveringen
Medewerkers, taken of diensten die d.m.v. kortlopende dvo’s met dochters van GRD worden ingehuurd, in principe de eerste periode van 5 jaar Medewerkers die worden ingehuurd via andere externe bureaus
3 4
Bron: ‘Memo Inzicht in personeelsbudgetten periode 2007 – 2014’. Pagina 28.
Bevindingen beleid en afspraken 15
Ten tweede wordt in paragraaf 9.5 van deze notitie het inhuurbeleid toegelicht. “Inhuur van personeel wordt kritisch beoordeeld op nut en noodzaak. Er moet voor inhuur uitdrukkelijk verband worden gelegd tussen aanwezige en gewenste interne kennis en kunde en in te huren expertise. Prestatieafspraken worden vastgelegd en geëvalueerd. Om kosten te besparen streven wij naar meer uitwisselingen met personeel uit de regio. Ook willen wij onderzoeken of meer inzet van eigen personeel bij tijdelijke taken mogelijk is door het instellen van een interne flexpool.” 2.2.2
Afwegingen
Deelvraag –
Welke afwegingen gelden er om over te gaan tot externe inhuur?
Bevindingen Tot 2010 zijn geen op schrift gestelde afwegingen voor externe inhuur aangetroffen, ook niet bij navraag onder de respondenten. Per 1 januari 2010 is een procedure inhuur5 van kracht (zie ook bijlage 2 voor een integrale weergave hiervan). In dat memo wordt nog geen afwegingskader (beslisboom) gepresenteerd voor externe inhuur. Wel wordt vanaf dat moment gewerkt met een format voor een aanvraag inhuur derden. Daarin worden de volgende eisen gesteld aan een aanvraag: – Nut/noodzaak – Functie – Prestatieafspraken – Gewenste periode – Aantal uren per week – Benodigd bedrag – Ten laste van welk budget 2.2.3
Sturingsmechanisme
Deelvraag –
Welke sturingsmechanismen worden gehanteerd m.b.t. externe inhuur? Is er bijvoorbeeld een centraal “inkooppunt” binnen de gemeente, of wordt er gebruik gemaakt van een centraal punt binnen de Drechtsteden?
Bevindingen Sturingsmechanismen komen meestal tot uitdrukking in procedures. Zoals eerder geconstateerd is tot 2010 geen procedure voor inhuur gedocumenteerd. Vanaf 2010 geldt een procedure waarin gestuurd wordt op proces, kosten, kwaliteit en verantwoording. In de procedure worden de volgende aspecten beschreven: – De aanvraag: eisen aan de aanvraag. – Besluit: wie de aanvragen bundelt (bedrijfsbureau) en het besluit neemt (directie). – De volgorde van het selectieproces: eerst Randstad waarmee een raamovereenkomst is gesloten, dan de arbeidspool Drechtsteden en als dat niet tot een geschikte invulling leidt een offerteproces conform het aanbestedingsbeleid Drechtsteden. Uiteraard gelden altijd de Europese en regionale aanbestedingsregels. – Het contract: wie het contract opstelt (afdelingshoofd), controle (bedrijfsbureau), ondertekening (directeur). – In dienst: regelen van praktische zaken als toegangspas, werkplek ed. 5
Memo ‘Procedure inhuur vanaf 1-1-2010’.
Bevindingen beleid en afspraken 16
– Facturering: controle urenbriefjes (afdelingshoofd), afhandeling facturen (werkverdeling tussen bedrijfsbureau en afdelingshoofd). – Budget: bewaking van het budget door het bedrijfsbureau. – Rapportage: financiële rapportage door het bedrijfsbureau, voortgangsgesprek en kwaliteitstoetsing door afdelingshoofd, kwalitatieve en kwantitatieve rapportage door het bedrijfsbureau. – Kosten: de inhuur vanwege vacatures is maximaal 125% van de vacaturegelden; per inhuur mogen de kosten niet hoger zijn dan 25% van het loon van de niet ingevulde vacature6; de inhuur vanwege langdurig zieken en bijzondere afwezigheid is maximaal 3% van de totale loonsom; de inhuur vanwege projecten en bijzondere specialismen is maximaal 1 jaar per situatie; daarnaast kunnen kosten van inhuur ook binnen een project worden bekostigd. In beantwoording op de onderzoeksvraag kan worden gesteld dat er vanaf 2010 een gedocumenteerde procedure is voor externe inhuur. Deze procedure voorziet in een sturing op proces, kosten, kwaliteit en verantwoording.
2.3
Toetsing beleid en afspraken aan het normenkader
2.3.1
Kwaliteit richtlijnen
Deelvragen – Zijn er richtlijnen voor de externe inhuur? – Voorzien deze in uitgangspunten omtrent doelmatigheid, doeltreffendheid, zorgvuldigheid, rechtmatigheid en transparantie?
Norm 1: Er zijn gedocumenteerde richtlijnen opgesteld en deze zijn bekend bij de opdrachtgevers. Ja, er zijn richtlijnen, maar deze zijn achteraf gedocumenteerd in de periode tot 2010 en pas vanaf 2010 vastgelegd in een procedure en een jaar later in personeelsbeleid. Dit werd bevestigd door de interviews met de afdelingshoofden, waarbij de richtlijnen ook niet in alle gevallen helder op het netvlies bleken te staan. In de hiervoor genoemde P&O nota 2011-2015 ‘Het Huis van de Toekomst’ worden de richtlijnen explicieter gemaakt. Het is de intentie om dit document ook op dit punt te laten ‘groeien’ en de richtlijnen verder te operationaliseren.
Norm 2: In de richtlijnen worden tenminste de volgende uitgangspunten gehanteerd: – Een verhouding tussen vaste en flexibele formatie. – Taken en werkzaamheden waarvoor extern ingehuurd mag worden. – Beschikbaar budget voor externe inhuur (als afgeleide van de totale personeelsbudgetten).
6
Dit betekent dat externe inhuur in beginsel voor een periode van 3-4 maanden mogelijk is.
Bevindingen beleid en afspraken 17
Ten dele. In de richtlijnen wordt sinds de vaststelling van het personeelsbeleid in 2011 onderscheid gemaakt tussen een vaste formatie (‘vaste kern’) en een flexibele formatie (‘flexibele schil’). Van een vaste verhouding in kwantitatieve zin is geen sprake. Tot en met 2010 gold dat externe inhuur vanuit de vacaturegelden bekostigd moesten worden en incidentele middelen. Vanaf 2011 kan er naast de vacaturegelden geen beroep meer worden gedaan op incidentele middelen voor externe inhuur. Daarmee ontstaat een verhouding tussen vaste en flexibele formatie, maar die is afhankelijk van de mate waarin er vacatures zijn en worden vervuld. Er is een budget voor de flexibele schil, waaronder ook medewerkers geworven via externe inhuur vallen, maar die worden daaruit niet gefinancierd. Er is geen afbakening van taken en werkzaamheden waarvoor extern ingehuurd mag worden.
Norm 3: In de richtlijnen zijn duidelijke afwegingen opgenomen voor de externe inhuur: – Vergelijking externe inhuur met interne inzet/werving eigen personeel op kwaliteit en kosten; – Een aanbesteding met minimaal aantal aanbieders; – Een maximale termijn voor de inhuur. Grotendeels. In de procedure sinds 2010 (daarvoor niet) wordt een verbinding gelegd tussen de kosten in externe inhuur en interne inzet, waarbij geldt dat per inhuur de kosten niet hoger mogen zijn dan 25% van het loon van de niet ingevulde vacature. Van een vergelijking op kwaliteit tussen interne inzet en externe inhuur blijkt uit de procedure niet meer dan dat een aanvraag gemotiveerd moet zijn. Het criterium voor externe inhuur is ‘aantoonbare meerwaarde voor de gemeente’. De criteria voor ‘aantoonbare meerwaarde’ moeten nog nader worden uitgewerkt. Er is een maximale termijn voor de inhuur (1 jaar). Tot slot is er een volgordelijke procedure voor de selectie van externen: uiteraard gelden eerst de Europese en regionale aanbestedingsregels, daarbinnen geldt de volgorde, eerst via Randstad, als dat niet leidt tot de gewenste kandidaat dan via de Arbeidspool en als dat ook niet tot het gewenste resultaat leidt, kunnen externen van elders worden ingehuurd. De omvang in euro’s is bepalend voor de wijze waarop wordt aanbesteed en hoeveel offertes worden opgevraagd. 2.3.2
Kwaliteit sturingsmechanisme
Deelvraag –
Zijn er sturingsmechanismen die voorzien in een adequate sturing op de externe inhuur?
Norm 1: Er worden bij de inhuur en de keuze van externe partijen zowel vooraf als achteraf (evaluatie) kwaliteitscriteria toegepast. Deze criteria omvatten tenminste de volgende aspecten: – Aanbestedingsregels – Deskundigheid – Omzet – Maximaal tarief – Eerdere ervaringen – Raamcontract
Bevindingen beleid en afspraken 18
– Evaluatie op output – Evaluatie op outcome – Evaluatie op overdracht kennis Deels, en vanaf 2010. Er gelden aanbestedingsregels, er is sprake een raamcontract (met Randstad), het beschikbare budget (duur en tarief) is per geval gekoppeld aan een maximumbedrag als afgeleide van het geld dat de gemeente kwijt zou zijn bij interne inzet. Er is een evaluatie op kwaliteit en kosten beschreven in de procedure, echter duidelijke criteria ten aanzien van bijvoorbeeld deskundigheid (bv. aantal jaar ervaring, opleidingsniveau), omzet (bv. minimaal 2 ton per jaar of bankgaranties), maximum tarief (bv. max. € 100,-/uur bij bepaalde functies), eerdere ervaringen (blijkend uit referenties) of gebaseerd op verwachte outcome (bv. prestaties, no cure no pay) en evaluatie op de overdracht van kennis ontbreken.
Norm 2: Er is sprake van interne checks and balances waarbij er altijd sprake is van een check op de kwaliteit van de beslissing tot externe inhuur, vooraf of achteraf. Ja, in de procedure vanaf 2010 is een duidelijke rolverdeling tussen afdelingshoofd, afdeling bedrijfsvoering en directie afgesproken, waarbij elk geval van inhuur langs elk van deze personen en afdelingen passeert ter goedkeuring vooraf en verantwoording achteraf. De afdelingshoofden dienen een aanvraag voor externe inhuur in bij de gemeentesecretaris. De gemeentesecretaris beslist vervolgens of de aanvraag gehonoreerd wordt en is hiervoor ook verantwoordelijk. Zoals één van de respondenten het verwoordde: “In feite is de gemeentesecretaris het centraal inkoopbureau”. Over de procedure voor 2010 is geen gedocumenteerde beschrijving beschikbaar. Ook de respondenten geven aan dat sinds de procedure voor 2010 is beschreven deze veel helderheid heeft verschaft wat betreft de inhuur van externen.
Norm 3: Het gehanteerde sturingsmechanisme wordt beoordeeld als voldoende door B&W en ambtelijke organisatie. Ja. De geïnterviewde wethouder is op zich tevreden over het sturingsmechanisme. Wel heeft hij behoefte aan meer standaardisering in de wijze waarop de afdelingshoofden zich verantwoorden aan de gemeentesecretaris. Daarvoor is nog meer sturing van de gemeentesecretaris nodig. De afdelingshoofden, zo gaven zij aan in de interviewronde, beschouwen het vigerende sturingsmechanisme als ‘voldoende’, hoewel een enkel afdelingshoofd wel iets meer eigen mandaat zou willen hebben. 2.3.3
Informeren gemeenteraad
Deelvraag: – Zijn er afspraken over de wijze waarop de gemeenteraad wordt geïnformeerd over externe inhuur en zo ja waar bestaan die uit?
Norm: Er zijn afspraken over periodieke (tenminste jaarlijks) verantwoording over de externe inhuur aan de ambtelijke top, het college en de gemeenteraad.
Bevindingen beleid en afspraken 19
Niet aan de raad. Er zijn afspraken over het afleggen van verantwoording over de externe inhuur, in jaarrapportages wordt verantwoording per individueel geval afgelegd aan de ambtelijke top en het college. In de procedure wordt niet gerapporteerd aan de gemeenteraad.
Bevindingen beleid en afspraken 20
3
Praktijk
3.1
Inleiding
In dit hoofdstuk is de gemeentelijke inhuurpraktijk van Hendrik-Ido-Ambacht aan de orde. Gestart wordt met de beantwoording van de beschrijvende vragen in paragraaf 3.2. Vervolgens worden paragraaf 3.3 de toetsende vragen beantwoord aan de hand van het normenkader.
3.2
Beschrijving externe inhuur in de onderzoeksperiode
3.2.1
Kosten en duur externe inhuur
Deelvragen – Wat zijn de kosten van externe inhuur in 2009 en 2010? – Hoe verhouden deze uitgaven zich t.o.v. de vaste personeelskosten? – Wat was de duur van externe inhuur in de jaren 2009 en 2010?
Bevindingen De onderzoeksperiode betreft 2009 en 2010, maar omdat ook van voorgaande jaren en het navolgend jaar gegevens beschikbaar zijn, zijn deze ook weergegeven. Uit de navolgende tabel blijkt dat de gemeente naar eigen inschatting7 sinds 2007 fors minder kosten maakt in verband met externe inhuur. In de onderzoeksjaren 2009 en 2010 zijn de kosten respectievelijk € 1.120.000 en € 1.092.000. In 2011 zijn de kosten (€ 523.000) fors lager. Dat laatste laat zich vooral verklaren door een afname van het budget vacaturegelden. Er zijn minder vacatures (ook door inkrimping van het personeelsbestand) waardoor er logischerwijs ook minder vacaturegelden zijn. Een tweede verklaring is dat vanaf 2011 de mogelijkheid om incidentele middelen aan te vragen voor externe inhuur niet meer bestaat is omdat deze middelen niet meer beschikbaar zijn. Tabel 3.1
Financieel overzicht voor de periode 2007 – 2011 op basis van memo inzicht personeelsbudgetten 2011
2010
2009
2008
2007
geschat
werkelijk
werkelijk
werkelijk
werkelijk
Inhuur derden ten laste van
€ 326.317
€ 727.000
€931.000
€ 941.000
€ 1.450.000
€ 302.000
€ 818.000
vacaturegelden Inhuur derden ten laste van transitiekosten
nvt
€ 345.000
€189.000
nvt
nvt
nvt
nvt
€ 1.120.000
€ 1.243.000
€ 2.268.000
(incidenteel) Inhuur derden naar flexibele schil
€ 27.000
Vorming flexibele schil
€ 73.000
€ 20.000
€ 523.000
€ 1.092.000
(uit formatie) Totaal kosten inhuur 7
Bron: ‘Memo Inzicht in personeelsbudgetten periode 2007 – 2014’.
Praktijk 21
Wanneer een overzicht wordt gereconstrueerd voor de jaren 2009, 2010 en 2011 op basis van de gegevens uit de kwantitatieve rapportage inhuur ontstaat het volgende beeld. Tabel 3.2
Financieel overzicht voor de periode 2009 – 2011 op basis van jaarrapportages inhuur 2011
2010
2009 2009
Uitgaven Inhuurkosten in
€ 326.317
€ 667.638
verband met vacatures Inhuurkosten in
€ 19.143
€ 220.064
gemaakt in de rapportage inhuur naar
verband met langdurig
deze categorieën
ziekten Inhuur in verband met
Er wordt geen financieel onderscheid
143.910
€ 184.467
€ 489.370
€ 1.072.169
bijzonder specialisme / specifieke kennis Totaal
€ 1.219.726
Uitgaven in relatie tot budgetten Beschikbaar
491.735 8
€ 771.695 9
€ 931.000 10
489.370
€ 727.178
€ 862.492
€0
€ 350.000
Geen budget
€0
€ 344.991
€ 357.234
+/+ € 2.365
+/+ € 49.526
-/- 288.726
vacaturebudget Uitgaven ten laste van het vacaturebudget Beschikbaar vooraf begroot budget transitiekosten Uitgaven ten laste van transitiekosten Verschil budget en uitgaven
Voor alle jaren is de aansluiting tussen de gegevens uit het memo en de jaarrapportages inhuur niet optimaal. Op basis van het dossieronderzoek, de verschillende jaarrapportages en financiële overzichten kan geen verklaring worden gevonden voor dit verschil. Wel zijn in de loop van 2009 extra middelen bij het college ten laste van het budget transitiekosten gemotiveerd aangevraagd en ook beschikbaar gesteld. En voor 2011 is dit verschil ruim € 33.000. Dit kan worden verklaard uit het feit dat de gegevens uit het memo een schatting betroffen halverwege 2011. Als de externe inhuur wordt afgezet tegen het salarisbudget blijkt het volgende: Tabel 3.3
Kosten inhuur afgezet tegen salarisbudget 2011
2010
2009
Begroot salarisbudget
5.646.050
€ 5.810.245
€ 5.451.452
Gerealiseerde kosten
€ 489.370
€ 1.072.169
€ 1.219.726
inhuur (o.b.v. jaarrapportages inhuur) 8
9
10
Niet meegenomen is het budget voor de flexibele schil waar ook de externe inhuur onder valt, in tabel 3.1 is dit budget wel opgenomen. Niet meegenomen is het saldo 2009 / zwangerschapsgelden, in tabel 3.1 is dit wel opgenomen. Omdat in de jaarrapportage 2009 het beschikbare budget niet is gerapporteerd, is gebruik gemaakt van het memo Inzicht personeelsbudgetten
Praktijk 22
Percentage inhuur
9%
18%
22%
Het bovenstaande overzicht laat duidelijk een dalende lijn zien waarmee wordt aangegeven dat kritisch wordt gekeken naar de kosten van inhuur. De totale kosten van inhuur van derden bedroeg in 2011 minder dan de helft van datgene wat in 2010 werd uitgegeven. Ook afgezet tegen het totale salarisbudget komt eenzelfde daling naar voren. In onderstaande tabellen (gebaseerd op jaarrapportages inhuur) wordt voor 2009, 2010 en 2011 een overzicht gegeven van de externe inhuur per afdeling. Hierbij wordt ook de verhouding van de kosten voor externe inhuur ten opzichte van het salarisbudget in kaart gebracht. Tabel 3.4
Externe inhuur 2009 per afdeling Afdeling
aantal
totale kosten
aantal
salaris
kosten inhuur
cases
inhuur
fte’s vaste
budget
in percentage
inhuur
formatie
van salarisbudget
Directie
geen
Bestuurszaken
19 (46%)
€ 539.049,-
24
€ 1.495.865,-
36%
Publiekszaken
16 (39%)
€ 533.215,-
21
€ 1.154.173,-
46%
3 (7%)
€ 79.721,-
18,2
€ 1.162.966,-
7%
3 (7%)
€ 67.741,-
24
€ 1.426.365,-
5%
41
€ 1.219.726,-
87,2
€ 5.239.369,-
23%
Beleid en Ontwikkeling Beheer Openbare ruimte Totaal
Tabel 3.5
Externe inhuur 2010 per afdeling Afdeling
aantal
totale kosten
aantal
salaris
kosten inhuur
cases
inhuur
fte’s vaste
budget
in percentage
inhuur
formatie
van salarisbudget
Directie
2 (5%)
€ 131.178
2
€ 212.447
62%
Bestuurszaken
17 (44%)
€ 552.532
26,3
€ 1.655.095
33%
Publiekszaken
14 (36%)
€ 363.844
24,1
€ 1.285.972
28%
Beleid en
2 (5%)
€ 23.964
19,2
€ 1.248.948
2%
4 (10%)
€ 54.028
23,9
€ 1.407.783
4%
95,5
€ 5.810.245
18%
Ontwikkeling Beheer Openbare ruimte
Correctie (saldo
-/- € 53.377
2009/zwangerschapsgelden) Totaal
39
€ 1.072.169
Praktijk 23
Tabel 3.6
Externe inhuur 2011 per afdeling Afdeling
aantal
totale kosten
aantal
salaris
kosten inhuur
cases
inhuur
fte’s vaste
budget
in percentage
inhuur
formatie
van salarisbudget
Directie
1 (5%)
€ 90.746
2
€ 203.500
Bestuurszaken
4 (21%)
€ 26.102
21,9
€ 1.414.750
45% 2%
Publiekszaken
7 (37%)
€ 229.727
25,8
€ 1.397.000
16%
Beleid en
2 (11%)
€ 100.595
19,8
€ 1.328.750
8%
6 (32%)
€ 42.200
22,1
€ 1.302.050
3%
20
€ 489.370
89,6
€ 5.442.550
9%
Ontwikkeling Beheer Openbare ruimte Totaal
Wanneer de inhuur per afdeling met elkaar wordt vergeleken, komt in 2009 en 2010 een vergelijkbaar beeld naar voren. Bijna de helft van alle cases externe inhuur heeft plaatsgevonden bij de afdeling Bestuurszaken, bijna tweevijfde binnen de afdeling Publiekszaken. Binnen de afdelingen Beleid en Ontwikkeling en Beheer en Openbare Ruimte heeft er in beide peiljaren veel minder externe inhuur plaatsgevonden. In verhouding tot het totale salarisbudget zijn de kosten voor externe inhuur in 2010 vijf procent lager dan in 2009 (van 23% naar 18%). Hoewel geen peiljaar in het onderzoek zien we in 2011 over de hele linie een sterke daling van de externe inhuur in vergelijking met 2009 en 2010. Navraag heeft geleerd dat deze opmerkelijke daling mede het gevolg is van het gemeentelijk beleid de externe inhuur zoveel mogelijk terug te brengen. Dit was mogelijk doordat het aantal vacatures substantieel is teruggebracht. Er is een grote inzet gepleegd op het invullen van vacatures en daarnaast heeft de economische situatie er voor gezorgd dat vacatures sneller konden worden vervuld. Wat betreft de duur van de externe inhuur is op basis van het dossieronderzoek bepaald hoe lang de periode van inhuur is geweest gemeten in weken. In tabel 3.5 is voor de jaren 2009 en 2010 de gemiddelde duur van de inhuur weergegeven. Tabel 3.7
Gemiddelde duur van de inhuur
Gemiddelde duur in
2010
2009
23
18
weken Kortste inhuur in weken
1
1
Langste inhuur in
52
52
23
23
weken Gemiddelde inzet in uren per week
De gemiddelde duur van de inhuur in weken is in 2010 toegenomen ten opzichte van 2009. Echter de gemiddelde inzet in uren per week is gelijk gebleven.
Praktijk 24
3.2.2
Aard externe inhuur naar afdeling, functies en kennisterreinen
Deelvragen – Op welke afdelingen wordt gebruik gemaakt van externe inhuur? – Voor welk soort functies/werkzaamheden zijn in de jaren 2009 en 2010 externen ingehuurd? – Wordt er op bepaalde kennisterreinen structureel ingehuurd?
Bevindingen Zoals uit eerdere tabellen (3.4 t/m 3.6) is gebleken, is er sprake van inhuur op alle afdelingen. De afdelingen met de meeste gevallen van inhuur zijn Bestuurszaken en Publiekszaken. Uit het dossieronderzoek over 2009 en 2010 blijkt dat per afdeling op de volgende functies, werkzaamheden en kennisterreinen ingehuurd wordt. Tabel 3.8
Aard van de inhuur naar afdeling, functies en kennisterreinen 2009 Functies Bestuurszaken
Werkzaamheden
Kennisterreinen
Hoofd bedrijfsvoering
Management
Bedrijfsvoering
Controller (SR) (4)
Planning en control
Financien
Juridisch controller (1)
Controller
Juridisch
(directie)secretaresse
Secretarieel
Algemeen
Medewerker communicatie
Beleid en advies
(Bestuurs)
Medewerker serviceplein
Front Office
communicatie
Adviseur jaarrekening
Openbare orde
Adviseur circulaires Adviseur (bestuurs)communicatie Beleidsadviseur Publiekszaken
Afdelingshoofd
Management
Bedrijfsvoering
Medewerker vergunningen
Beschikkingen
Vergunningen
(A+B) (4)
Archiveren
Frontoffice (balie)
Administratieve
Ondersteuning en
Mid-office
ondersteuning
aansturing mid- en
Senior medewerker
frontoffice
publiekszaken
Baliewerkzaamheden
Front/Mid Office medewerker Beleid en
Beleidsmedewerker
Beleid en advies
Zorg
Ontwikkeling
Adviseur
Begeleiding extern
Onderzoek
onderzoek
Sport
Beheer
Beleidsmedewerker
Beleid en advies
Groenvoorzieningen,
Openbare ruimte
Medewerker
Afhandelen
begraafplaatsen,
Ondersteuner
verzoeken en
zelfvoorzieningen en
meldingen bewoners,
sportvelden
onderzoek
Verkeersaangelegen-
Afhandelen
heden
telefonische
Algemeen (meldpunt)
meldingen
Praktijk 25
De tabel laat zien dat er door de verschillende afdelingen voor een divers pakket aan taken en kennisgebieden is ingehuurd, variërend van een afdelingshoofd (Bestuurszaken en Publiekszaken) tot secretariële ondersteuning en van algemene bedrijfsvoering tot verkeersaangelegenheden. Door Bestuurszaken is in 2009 met name ingehuurd op Planning en Control en Bestuurscommunicatie, bij Publiekszaken ligt een accent op medewerkers vergunningen en ondersteuning (o.a. front office werkzaamheden) en bij Beleid en ontwikkeling en Beheer Openbare Ruimte is beleidsadvies ingehuurd op specifieke kennisterreinen. Tabel 3.9
Aard van de inhuur naar afdeling, functies en kennisterreinen 2010 Functies Directie
Werkzaamheden
Kennisterreinen
Gemeentesecretaris
Gemeentesecretaris
Beleid en bestuur
Adviseur
Organisatieontwikkeling
Bestuur en
Afdelingshoofd
Management
Communicatie
Controllers / planning en
Planning en Control
Financieel beheer
control (3)
Baliewerkzaamheden
Planning en control
Servicemedewerker
Financieel beheer
Administratie
Bestuursadviseur
Communicatieadvies
Adviseur circulaires
Secretariële
Communicatieadviseur
ondersteuning
organisatie Bestuurszaken
Financieel adviseur Bestuurssecretaresse Publiekszaken
Afdelingshoofd
Management
Bedrijfsvoering
Medewerker Vergunningen
Handhaving/vergunningen
Handhaving
(5)
Administratie/Archiveren
Administratie
Administratieve
Baliewerkzaamheden
Jongerenoverlast
Oproepkracht
GBA
Wijk coördinator Baliemedewerker
Beleid en
Adviseur
Beleid en advies
Accommodatiebeleid
Ontwikkeling
Coördinator Projecten
Kwartiermaker
Aansturing en coördinatie
Beheer
Medewerker
Onderzoek en
Verkeer, speel en
Openbare
Administratieve
administratie
groenvoorzieningen
ruimte
ondersteuning
Administratieve
Parkeren
ondersteuning
Archiefbeheer
De bovenstaande tabel toont een beeld van de aard van inhuur naar afdeling, functies en kennisterreinen in 2010 dat in sterke mate vergelijkbaar is met de situatie in 2009. 3.2.3
Afwegingen bij externe inhuur
Deelvraag –
Waarom werd gekozen voor externe inhuur i.p.v. inzet of werving van eigen personeel?
Praktijk 26
– Hoe wordt kennisoverdracht naar de staande organisatie geregeld bij externe inhuur?
Bevindingen Tabel 3.10
Redenen voor de inhuur in 2009 en 2010 Redenen voor inhuur
2010
2009
17 (43%)
14 (34%)
Vervanging bij ziekte
2 (5%)
7 (17%)
Vervanging bij
1 (3%)
1 (2%)
16 (41%)
1 (2%)
Overig
7 (3%)
18 (43%)
Totaal
39
41
Niet ingevulde vacature
zwangerschap Bijzondere/specifieke kennis
De bovenstaande tabel laat de grondslag voor externe inhuur voor de jaren 2009 en 2010 zien. Daarbij is uitgegaan van de kwantitatieve en kwalitatieve rapportages inhuur 2009 en 2010. Er zijn met name verschillen op te tekenen op het gebied van ‘bijzondere kennis’ en de categorie ‘overig’. Het is van belang daarbij op te merken dat de rapportages over 2009 en 2010 anders van opzet zijn. In de jaarrapportage inhuur 2009 worden de uitgaven verantwoord en op afdelingsniveau het totaalbedrag uitgesplitst naar kosten ten laste van de vacaturegelden en kosten ten laste van transitiekosten. In de jaarrapportage 2010 is per geval van inhuur aangegeven of er sprake was van inhuur in verband met openstaande vacatures, langdurige ziekte of bijzondere specialismen/specifieke kennis, per geval aangegeven of de kosten ten laste van het vacaturebudget vallen, dan wel de transitiekosten. Dat maakt dat de in de tabel opgenomen aantallen over de jaren 2009 en 2010 in slechts beperkte mate vergelijkbaar zijn. In algemene zin kan worden geconcludeerd dat voor externe inhuur bij niet ingevulde vacatures de afweging helder is: er ligt een (uitvoerings)taak waarvoor wel formatie is maar geen inzetbare kracht(en). Hetzelfde geldt voor vervangingen bij (langdurige) ziekte en zwangerschapsverloven. Voor de overige gevallen van inhuur zijn de volgende afwegingen gesignaleerd: – Noodzaak aanvullende capaciteit (soms in verlengde van afspraken over beperking formatie) in verband met deadlines of achterstanden; – Inhuur specifieke deskundigheid/kennis die niet in huis is; – Achterstallig onderhoud (archiefwerkzaamheden, data-entry taken); – Oproepkrachten/vakantievervanging voor incidentele werkzaamheden. Uit de kwalitatieve rapportages valt niet op te maken hoe kennisoverdracht geregeld dan wel geborgd wordt. Er wordt verslag gedaan van de reden voor inhuur (nut/noodzaak), omschrijving van de taken, de geleverde prestaties en een oordeel over de kwaliteit van de geleverde diensten/prestaties. In een beperkt aantal gevallen heeft de inhuur geleid tot een dienstverband. Daar kan logischerwijs worden gesproken van kennisoverdracht.
Praktijk 27
3.3
Toetsing praktijk van de externe inhuur aan het normenkader
3.3.1
Naleving richtlijnen en afwegingskader
Deelvragen – –
Worden de richtlijnen altijd nageleefd? Zo nee, waarom niet? Vindt er een kwaliteitstoets plaats en is dat conform afspraken?
Norm
De richtlijnen worden nageleefd bij alle onderzochte gevallen van externe inhuur
Om tot beantwoording te komen, is een onderscheid gemaakt tussen de periode voor 2010 en de periode vanaf 2010.
Tot 2010 Ten dele. Voor de periode voor 2010 geldt dat de richtlijnen vooral budgettair van aard waren. Namelijk externe inhuur wordt betaald uit de vacaturegelden. Als er geen vacaturegelden tegenover staan (ziekte, specifieke kennis of extra taken) dan worden de kosten uit incidentele middelen gedekt. Er is sprake van financiering uit incidentele middelen (transitiekosten) van externe inhuur. Maar in tegenstelling tot navolgende jaren is per inhuur niet inzichtelijk gemaakt of de inhuur vanuit vacaturegelden of incidentele middelen is gefinancierd en wat daar de onderbouwing van is. Er zijn alleen totalen per afdeling beschikbaar gesteld. Er is een onderbouwing op aspecten als nut/noodzaak, de periode van inhuur, de omschrijving van de functie, de prestatieafspraken, de geleverde prestaties en de uitgaven. De onderbouwing van nut en noodzaak is niet altijd overtuigend. Bij een vervanging in verband met vacatures zou bijvoorbeeld een onderbouwing kunnen worden gegeven dat het niet is gelukt om de vacature te vervullen en dat daarom externe inhuur noodzakelijk is. Dit argument is echter nooit aangetroffen en ook zijn er geen andere argumenten die plausibel kunnen zijn (bijvoorbeeld een op handen zijnde organisatiewijziging) aangedragen. De onderbouwing van externe inhuur vanwege vacatures is daarom als mager te kwalificeren. Ziekte en zwangerschapsvervanging kunnen als legitieme redenen worden beschouwd. Maar zoals eerder geconstateerd heeft de gemeente geen expliciete criteria om nut en noodzaak van de inhuur te beoordelen. In die zin is gewerkt volgens de richtlijnen, maar de vraag is of die werkwijze als doeltreffend en doelmatig beschouwd kan worden. Het moratorium op het aannemen van personeel (en in het verlengde daarvan op inhuur) kan ook als richtlijn worden gezien. Zoals eerder aangegeven is daarvan afgeweken.
Vanaf 2010 Ten dele, maar beter dan 2009. Vanaf 2010 geldt er een beschreven procedure voor externe inhuur. Op basis daarvan is er een onderbouwing per geval van externe inhuur. De inhuur moet aantoonbare meerwaarde opleveren voor de gemeente. Maar wat daaronder verstaan moet worden, is punt van nadere uitwerking. Het verschil met 2009 is dat in 2010 per geval duidelijk wordt gemaakt of de inhuur betrekking heeft op een vervanging in verband met een vacature, ziekte of zwangerschap of vanwege specifieke kennis of specialismen. Echter op de indeling door de gemeente in deze categorieën (en kostengroepen) valt in een aantal gevallen het nodige af te dingen. Wat opvalt is dat over 2010 alle kosten van inhuur voor de afdelingen Beheer Openbare
Praktijk 28
Ruimte en Beleid en Ontwikkeling worden ‘geboekt’ op inhuur in verband met bijzonder specialisme / specifieke kennis, maar dat de kosten ten laste worden gebracht van het vacaturebudget. Bij tenminste een aantal gevallen van inhuur is het daarnaast twijfelachtig of er daadwerkelijk sprake is van ‘specifieke kennis’. Voorbeelden zijn het verzorgen van mailingen, het bijwerken van administratie en vervanging van een medewerker bij een meldpunt. Ook in 2010 is het opvallend dat er veel vacatures worden ingevuld (onder andere drie keer inhuur voor een planning en control(lers)functie) door externen. Niet terug te vinden is of het daadwerkelijk zo is dat het niet mogelijk was om daarvoor iemand te werven in vaste dienst. Zeker ook omdat een aantal personen die daarvoor ingehuurd wordt ook al een deel of bijna het gehele voorgaande jaar diensten verricht op de titel van diezelfde vacature. Temeer daar voor de daling van de inhuur in 2011 als verklaring is gegeven dat de gemeente een inspanning heeft geleverd om vacatures te vervullen. Bovendien is dit strijdig met de richtlijn dat per geval van de inhuur vanuit vacaturegelden de kosten niet hoger mogen zijn dan 25% van het loon van de niet ingevulde vacature. Deze richtlijn lijkt te worden omzeild door steeds voor een kortere periode in te huren en dan weer te verlengen. Verder is niet inzichtelijk of het selectieproces (toepassing Europese en regionale aanbestedingsregels, met de volgorde Randstad, Arbeidspool, externe inhuur elders) heeft plaatsgevonden en op welke wijze. In ieder geval wordt hier niet op verantwoord. Wel opvallend is dat het grootste deel van de inhuur in 2010 (21 van de 39 gevallen) noch via Randstad noch via de Arbeidspool verloopt. In 2011 is dat beeld niet veel anders, dan blijkt dat 9 van 21 gevallen te zijn. Ter vergelijking: in 2009 gold dat voor 28 van de 41 gevallen. De preferred providers kunnen gezamenlijk in ongeveer de helft van de ‘vraag’ voorzien.
Norm
De afweging inhuur-intern is per geval uitgevoerd conform: – De richtlijnen – De kwaliteitscriteria
Nee, in de meeste gevallen is een expliciete en onderbouwde afweging inhuur-intern afwezig. Er zijn uitzonderingen zoals bijvoorbeeld vervanging bij ziekte of zwangerschap. Hier wreekt zich het ontbreken van een inhoudelijk afwegingskader en het niet uitgewerkt zijn van het begrip aantoonbare meerwaarde. 3.3.2
Verantwoordelijkheid en verantwoording
Deelvragen – Hoe en aan wie wordt verantwoording afgelegd en is dat conform afspraken? – Worden de sturingsmechanismen toegepast? – Wordt de gemeenteraad geïnformeerd over de externe inhuur en verloopt dat volgens de afspraken die daarover zijn gemaakt?
Norm
Het is per geval duidelijk waar de verantwoordelijkheid voor de inhuur ligt
Ja, voor elk van de gevallen van externe inhuur in zowel 2009 als 2010 is duidelijk waar de verantwoordelijkheid ligt. Uit de dossieranalyse komt naar voren dat voor (bijna) elke inhuur het daartoe ontwikkelde format dat door de afdelingshoofden bij aanvraag moet worden ingediend bij de gemeentesecretaris wordt gehanteerd. De
Praktijk 29
prestatieafspraken worden vooraf helder en expliciet gedocumenteerd. Uit de dossieranalyse blijkt dat dit in de praktijk ook consequent gebeurt. De prestatieafspraken worden ‘aan de voorkant’ helder en expliciet geformuleerd en gedocumenteerd. De afdelingshoofden verantwoorden zich voor de externe inhuur aan de gemeentesecretaris. Wel heeft de wethouder aangegeven dat er op dit punt behoefte is aan meer standaardisering, omdat er in de huidige situatie nog te veel verschillen zijn in de wijze waarop deze verantwoording plaatsvindt.
Norm
Het systeem van interne checks and balances heeft gefunctioneerd
Grotendeels. Het systeem van aanvragen, toetsing en verantwoording in de ‘driehoek’ gemeentesecretaris, afdeling bedrijfsvoering en afdelingshoofden functioneert. Echter binnen die procedure bestaan op onderdelen veel vrijheidsgraden, met name waar het gaat om de voorgeschreven volgorde in de selectieprocedure. Na goedkeuring van de aanvraag door de gemeentesecretaris hebben afdelingshoofden, binnen het gemeentelijk aanbestedingsbeleid en het mandaatbesluit, veel ruimte om zelf te werven (ook wel enige ruimte, zo geven sommige respondenten aan, om, indien gewenst, om ‘mantelcontracten en first suppliers heen te gaan’; dit wordt in sommige gevallen ook geadstrueerd aan de hand van concrete casuïstiek). Dit roept het beeld op dat er ‘ontsnappingsroutes’ uit de procedure zijn. Uit de individuele dossiers wordt over het algemeen ook niet duidelijk in hoeverre er conform de hierboven genoemde volgorde in het selectieproces gewerkt wordt. Ook niet alle afdelingshoofden, zo bleek uit de interviews, zijn hiervan op de hoogte.
Norm
Er is sprake van een periodieke (tenminste jaarlijks) verantwoording over de externe inhuur conform de gemaakte afspraken aan ambtelijke top, college en gemeenteraad.
Grotendeels. Er is een jaarlijkse rapportage inhuur die aan het college en de ambtelijke top wordt gestuurd. Die rapportage bevat de elementen die vooraf zijn afgesproken. Op de kwaliteit van de verantwoording valt het nodige af te dingen, maar dat komt door het eerder geconstateerde gebrek aan uitwerking van kwaliteitscriteria voor inhuur. De gemeenteraad wordt niet via de jaarrapportages geïnformeerd over de inhuur. Het memo Inzicht in personeelsbudgetten periode 2007-2014 heeft ter inzage gelegen in de leesmap van de raad. Maar van een structurele verantwoording aan de raad is geen sprake.
Praktijk 30
4
Resultaten
4.1
Inleiding
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de resultaten van de externe inhuur door de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht. Voor dit deel van de bevindingen zijn logischerwijs alleen toetsende vragen opgesteld. Daarom vindt gelijk de toetsing aan het normenkader plaats.
4.2
Toetsing aan het normenkader
4.2.1
Inhuur overeenkomstig het beleid
Deelvraag – Wordt overeenkomstig het beleid gehandeld?
Norm
Per geval is de inhuur verlopen volgens de daarover gemaakte afspraken in beleidsplannen, richtlijnen en sturingsmechanismen.
Ten dele. Tot 2010 is weinig over het beleid en de richtlijnen vastgelegd, dat heeft achteraf plaatsgevonden. Ook is niet volledig navolgbaar of bepaalde aspecten van de richtlijnen worden toegepast. De vastlegging in de dossiers laat daarvoor op onderdelen te wensen over: niet aantoonbaar is in hoeverre er gehandeld wordt conform de verplichte volgorde in het selectieproces en het aanbestedingsbeleid van de Drechtsteden. Over de kwaliteit van de richtlijnen en de sturingsmechanismen zijn in hoofdstuk 3 de bevindingen gepresenteerd. De richtlijn vanaf 2010 dat per geval van de inhuur vanuit vacaturegelden de kosten niet hoger mogen zijn dan 25% van het loon van de niet ingevulde vacature wordt in een aantal gevallen (van 2009 tot en met 2011) evident niet gevolgd. Het doel om de externe inhuur te beperken zoals dat in het coalitieprogramma is geformuleerd heeft in 2011 geleid tot een halvering van de inhuur. In die zin werpt het beleid in 2011 zijn vruchten af. De vraag is echter wel of dat komt door de procedure die is aangescherpt of omdat er gewoonweg minder vacatures zijn en budget beschikbaar is. Er zijn geen aanwijzingen uit het onderzoek naar voren gekomen die erop duiden dat gemeente Hendrik Ido Ambacht op een niet rechtmatige wijze is omgegaan met het beleid en prakrijk rond de externe inhuur. De inhuur heeft plaatsgevonden op basis van contracten tussen gemeente en dienstverlener. Deze zijn volgens de dossiers en de accountantscontrole altijd rechtmatig geweest. 4.2.2
Effectiviteit van de inhuur
Deelvraag –
Is de inhuur van derden effectief geweest?
Norm
De inhuur heeft de beoogde output/outcome opgeleverd
Grotendeels. Bij bijna alle cases zijn de vooraf geëxpliciteerde prestatieafspraken geëvalueerd en expliciet in de dossiers opgenomen. Van de 41 cases in 2009 werden er in de evaluatie 36 als goed beoordeeld, 3 als matig (bij de afdeling Bestuurszaken)en
Resultaten 31
2 als slecht (bij de afdeling Publiekszaken). Van de 37 cases in 2010 werden er in de evaluatie 33 als goed beoordeeld, 3 als matig waarvan 2 bij de afdeling Bestuurszaken en 1 bij de afdeling Publiekszaken en 1 als slecht (bij de afdeling Bestuurszaken). Dat betekent dat van de in totaal 78 onderzochte cases er 69 bij de interne evaluaties als goed (‘prestatieafspraken gerealiseerd’) beoordeeld zijn. Dat is 88 procent. Het patroon dat naar voren komt bij als ‘onvoldoende’ beoordeelde inhuur is dat hier meestal in goed wederzijds overleg wordt uitgekomen, ook wat betreft de facturering bij voortijdige beëindiging van het contract. Er is hier verder geen patroon te ontdekken in het type functies of het bureau waar geworven is. 4.2.3
Efficiëntie van de inhuur
Deelvraag –
Is de inhuur van derden efficiënt geweest, dat wil zeggen zijn de taken verricht door derden binnen het beschikbare budget uitgevoerd?
Norm
De kosten van de inhuur passen binnen het beschikbare vooraf vastgestelde budget en waren voordeliger dan interne inzet / werving eigen personeel
In 2010 en 2011 wel, in 2009 niet. In navolgende tabel zijn de beschikbare budgetten weergegeven en de daadwerkelijke uitgaven. Tabel 4.1
Beschikbare budgetten en werkelijke uitgaven 2011
2010
2009
€ 491.735
€ 771.695
€ 931.000
Geen budget
€ 350.000
Geen budget
Flexibele schil
€ 73.000
€ 20.000
Niet van toepassing
Correctie saldo
Niet van toepassing
€ 53.377
Niet van toepassing
Totaal beschikbaar budget
€ 564.735
€ 1.195.072
€ 931.000
Werkelijke uitgaven
€ 489.370
€ 727.178
€ 862.492
Geen
€ 344.991
€ 357.234
€ 489.370
€ 1.072.169
€ 1.219.726
€ 2.365
€ 44.517
€ 68.508
Niet van toepassing
€ 5.009
€ 357.234-
€ 75.365
€ 122.903
€ 288.726288.726-
Vacaturegelden Incidentele middelen / transitiekosten
voorgaand jaar / zwangerschapsgelden
vacaturegelden Werkelijke uitgaven incidentele middelen / transitiekosten
Totaal werkelijke uitgaven Verschil budget en uitgaven vacaturegelden Verschil budget en uitgaven incidentele middelen transitiekosten Totaal verschil begroot budgetbudget-uitgaven
Resultaten 32
Samengevat betekent dit dat in 2009 de uitgaven aan externe inhuur hoger waren dat het beschikbare budget. In 2010 en 2011 wordt er minder uitgegeven aan externe inhuur dan dat er budget tegenover staat. Echter in een aantal individuele gevallen kan niet worden gesproken van efficiëntie. Zeker daar waar langdurig middels externe inhuur vacatures zijn vervuld (o.a. hoofd Publiekszaken en de functie van controller) is sprake van overschrijding van het budget voor de betreffende vacature. Deze ‘uitbijters’ vallen echter weg in het totaal van de externe inhuur. Het sturingsmechanisme volstaat in de praktijk niet om dit soort gevallen te voorkomen.
Resultaten 33
5
Conclusies
5.1
Inleiding
In dit hoofdstuk worden de conclusies van het onderzoek geformuleerd op de drie niveaus van het normenkader.
5.2
Beleid
Conclusie 1 In de loop van de onderzoeksperiode is door de gemeente het beleid ten aanzien van externe inhuur ontwikkeld en gedocumenteerd. De gemeente heeft tot doel om de inhuur van personeel fors terug te dringen, zo blijkt uit het Coalitieakkoord. Dat heeft geleid tot een (aangepaste) procedurebeschrijving en een format voor de aanvraag en verantwoording van externe inhuur. Sinds 2010 heeft de gemeente Hendrik-IdoAmbacht dan ook een vastgesteld en gedocumenteerd inhuurbeleid. De procedures zijn daar ook op afgestemd. De nota ‘Personeel en Organisatie 2011 – 2015; Huis van de Toekomst’ is een stap in de richting om de inhuur van externe expertise een meer expliciete en vastomlijnde plek te geven in het organisatie- en personeelsbeleid van de gemeente.
Conclusie 2 De richtlijnen voorzien in afwegingen wat betreft de keuze voor inhuur of interne oplossing, waarbij de kosten leidend zijn (per inhuur mogen de kosten niet hoger zijn dan 25% van het loon van de niet ingevulde vacature). Ook is aan de duur van de inhuur een maximum gesteld (1 jaar). En is er sprake van een volgordelijk selectieproces en een aanbesteding vanaf een bepaald bedrag met een minimaal aantal aanbieders.
Conclusie 3 In het afwegingskader ontbreken vooralsnog duidelijke criteria op basis waarvan het begrip ‘aantoonbare meerwaarde’ wordt geoperationaliseerd. Duidelijke criteria ten aanzien van bijvoorbeeld, deskundigheid (bv. aantal jaar ervaring, opleidingsniveau), omzet (bv. minimaal 2 ton per jaar of bankgaranties), maximum tarief (bv. max. € 100,/uur bij bepaalde functies), eerdere ervaringen (blijkend uit referenties) of gebaseerd op verwachte outcome (bv. prestaties, no cure no pay) ontbreken ook.
Conclusie 4 De gemeenteraad wordt in de procedure niet periodiek geïnformeerd over de externe inhuur. Het college en de ambtelijke top wel via jaarrapportages met een kwantitatief en een kwalitatief deel.
5.3
Praktijk
Conclusie 1 De richtlijnen die in de loop der tijd zich ontwikkeld hebben, worden ten dele nageleefd. Er is een onderbouwing van de externe inhuur op aspecten als nut/noodzaak, de periode van inhuur, de omschrijving van de functie, de prestatieafspraken, de geleverde afspraken en de kosten. De richtlijnen dat de inhuur niet meer dan 25% van het loon van de vacature mag bedragen is in meerdere gevallen niet nageleefd. Ook is niet na te gaan of en op welke wijze het selectieproces van externen (binnen aanbestedingsregels eerst via Randstad dan via de Arbeidspool en
Conclusies 35
dan externen van elders) heeft plaatsgevonden. In ieder geval verloopt de helft van de externe inhuur niet via de preferred providers.
Conclusie 2 Er is geen sprake van een expliciete en gedocumenteerde onderbouwing van de afweging inhuur-interne oplossing aanwezig. Uitzonderingen als ziekte en zwangerschap daargelaten. Echter de onderbouwing van nut en noodzaak is niet altijd overtuigend. Dat komt door het ontbreken van criteria op basis waarvan nut en noodzaak kunnen worden beoordeeld. In sommige gevallen is die evident, namelijk vervanging door ziekte of zwangerschapsverlof. Maar in de meeste gevallen gaat het om openstaande vacatures en in beperktere mate om specifieke kennis die niet in huis is. Met name op het punt van de openstaande vacatures valt op te merken dat niet is onderbouwd of het echt niet mogelijk of verstandig was om gewoon iemand aan te nemen. Het is daardoor voorgekomen dat hogere functies (afdelingshoofden, controller) langdurig via externe inhuur zijn ingevuld. Hier wreekt zich het ontbreken van een inhoudelijk afwegingskader daartoe.
Conclusie 3 De verantwoording van de inhuur verloopt zoals afgesproken, maar de procedure daartoe biedt op onderdelen veel vrijheidsgraden. Met name op het punt van het selectieproces en de preferred providers zijn ontsnappingsroutes aanwezig. Ook leidt de procedure van verantwoording niet altijd tot correctie als de richtlijnen niet worden nageleefd. Bijvoorbeeld waar het gaat om het overschrijden van de 25% norm voor het budget bij het inhuren bij openstaande vacatures. Het sturingsmechanisme verdient ook op dit punt een nadere aanscherping in de naleving.
5.4
Resultaat
Conclusie 1 Het doel om de externe inhuur te beperken zoals dat in het coalitieprogramma is geformuleerd heeft in 2011 geleid tot een halvering van de inhuur. In die zin werpt het beleid in 2011 zijn vruchten af. De vraag is echter wel of dat komt door de procedure die is aangescherpt of omdat er gewoonweg minder vacatures zijn en budget beschikbaar is. De inhuur door de afdeling Publiekszaken blijft in 2011 omvangrijk. Blijkbaar lukt het niet om de inhuur ten behoeve van deze afdeling substantieel terug te dringen. 11
Conclusie 2 De inhuur heeft de beoogde output en/of outcome opgeleverd. Van de 78 onderzochte cases zijn er 69 bij de interne evaluatie als goed (prestatieafspraken gerealiseerd) beoordeeld. Dat is 88 procent. Bij een onvoldoende beoordeelde inhuur wordt meestal in goed wederzijds overleg gekomen tot afspraken over facturering en beëindiging van het contract.
Conclusie 3 In 2009 waren de uitgaven aan externe inhuur hoger dan het vooraf begrote budget, wel ligt aan de extra uitgaven een gemotiveerde aanvraag en goedkeuring door het college ten grondslag. In 2010 en 2011 wordt er minder uitgegeven aan externe inhuur 11
De inhuur Directie is in percentage in 2010 en 2011 het hoogst. Als gevolg van de geringe omvang leidt een geval van inhuur tot een hoog percentage.
Conclusies 36
dan dat er budget tegenover staat. Echter in een aantal individuele gevallen kan niet worden gesproken van efficiëntie. Zeker daar waar langdurig middels externe inhuur vacatures zijn vervuld (o.a. hoofd Publiekszaken en de functie van controller) is sprake van overschrijding van het budget voor de betreffende vacature. Deze ‘uitbijters’ vallen echter weg in het totaal van de externe inhuur. Het sturingsmechanisme volstaat in de praktijk niet om dit soort gevallen te voorkomen.
5.5
Beantwoording van de centrale onderzoeksvraag
In deze laatste paragraaf keren we terug naar de door de rekenkamercommissie geformuleerde onderzoeksvraag ten behoeve van dit onderzoek: Hoe gaat de gemeente om met de inhuur van derden, voldoet deze inhuur aan beleidsmatig gestelde uitgangspunten betreffende doeltreffendheid, doelmatigheid, rechtmatigheid, zorgvuldigheid en transparantie en hoe wordt de gemeenteraad daarover geïnformeerd? Hieronder wordt op de genoemde criteria ingegaan. Doeltreffendheid Uit het onderzoek komt het beeld naar voren dat externe inhuur door de gemeente Hendrik Ido Ambacht in de jaren 2009 en 2010 als tamelijk doeltreffend getypeerd kan worden. Uit de interne evaluaties van 88 procent van alle onderzochte cases blijkt dat de vooraf geformuleerde prestatieafspraken zijn gerealiseerd. Doelmatigheid Uit het onderzoek komt het beeld naar voren dat externe inhuur door de gemeente Hendrik Ido Ambacht in de jaren 2010 en 2011 als doelmatig getypeerd kan worden. In 2009 is er sprake van een overschrijding van het begrote budget, wel ligt aan de extra uitgaven een gemotiveerde aanvraag en goedkeuring door het college ten grondslag. Er is sprake van ‘redelijke’ en ‘realistische’ uurtarieven. Rechtmatigheid Er zijn geen aanwijzingen uit het onderzoek naar voren gekomen die erop duiden dat gemeente Hendrik Ido Ambacht op een niet rechtmatige wijze is omgegaan met het beleid en prakrijk rond de externe inhuur. De inhuur heeft plaatsgevonden op basis van contracten tussen gemeente en dienstverlener. Zorgvuldigheid De bestaande procedure is op de meeste aspecten zorgvuldig toegepast. Uitzondering daarop vormt het al dan niet volgen van het voorgeschreven selectieproces: het is niet na te gaan of dit altijd is gevolgd, uit de gesprekken blijkt dat er ruimte is om daar omheen te gaan. Over de vraag of de afwegingen voor externe inhuur altijd even zorgvuldig plaatsvinden, valt op te merken dat de afweging inhuur-interne oplossing in veel gevallen niet zichtbaar dan wel overtuigend is. Transparantie Hoewel de praktijk rond de externe inhuur op de meeste aspecten transparant is, zijn er twee punten waarop de transparantie te wensen overlaat: (1) de te hanteren criteria voor de afweging voor inhuur-interne oplossing; (2) in de dossiers is niet
Conclusies 37
traceerbaar in hoeverre er conform de verplichte volgorde in het wervingsproces gehandeld wordt. Daarnaast wordt opgemerkt dat de raad tot nu toe niet of nauwelijks is geïnformeerd over de gemeentelijke werkwijze op dit terrein. De raad heeft het moeten doen met een aantal uitgesproken intenties waarin het streven om de externe inhuur te verminderen is verwoord.
Conclusies 38
Bijlage 1: Bronnen Geraadpleegde documenten – Jaarrapportages Inhuur 2009, 2010, 2011 – Alle individuele ‘dossiers inhuur’ 2009 en 2010 – Herkenbaar Inventief A antrekkelijk, Coalitieprogramma2010 – 2014 Hendrik-IdoAmbacht – Nota ‘Personeel &Organisatie 2011 – 2015; Het huis van de toekomst’ – Memo ‘Inzicht in personeelsbudgetten periode 2007 – 2014’ – Memo ‘Procedure inhuur vanaf 1-1-2010’
Respondenten Dhr. C. Conrad Dhr. D. Martens Dhr. W. van Oosterhout Dhr. G. van Strien Mw. G. Stolk Dhr. T. Stoop
-
Dhr. P. Westdijk
-
Hoofd Afdeling Publiekszaken Gemeentesecretaris Afdelingshoofd Beleid en Ontwikkeling Controller Adviseur bedrijfsvoering Wethouder Economie, Regio, de Volgerlanden, Noordoevers Afdelingshoofd Beheer Openbare Ruimte
Bijlage 1: Bronnen 39
Bijlage 2: Procedure inhuur vanaf 1-1-2010 Voor de inhuur van externen geldt een uitgebreide procedure. In onderstaand schema wordt de procedure met betrekking tot externe inhuur weergegeven zoals deze van kracht is per 1 januari 201012. Stap Contract
Wat Contract opstellen controleren ondertekenen verzenden en archivering
Actie door Afdelingshoofd overlegt met leverancier
Toelichting Let op de voorwaarden waaraan contract moet voldoen
Bedrijfsbureau controleert Directeur ondertekent
In dienst
Facturering
Invullen checklist om faciliteiten te regelen Ingehuurde medewerker moet klokken Digitale urenbriefjes controleren en goedkeuren. Ontvangst facturen via DigiFAC coderen en controleren tarief/contractafspraken controleren gewerkte uren en geleverde prestaties en goedkeuren accorderen betalen
Bedrijfsbureau zorgt voor verzending en archivering Afdelingshoofden
Toegangspas, werkplek, ICT toegang etc.
Bedrijfsbureau codeert en controleert Afdelingshoofd controleert de gewerkte uren en geleverde prestaties en keurt goed. Directeur bedrijfsvoering accordeert. SCD betaalt.
12
Bron: Memo ‘Procedure inhuur vanaf 1-1-2010.
Bijlage 2: Procedure inhuur vanaf 1-1-2010 41
Stap Budget
Rapportag es
Aanvraag
Wat Bewaking totaal budget inhuur en controle/melden overschrijding Europese aanbestedingsnorm voor 2b diensten. Opstellen financiële rapportage voor directie
Actie door Bedrijfsbureau
Toelichting Indien budgetoverschrijdin g nieuwe aanvraag afdelingshoofd
Bedrijfsbureau
Frequentie: maandelijks
Voortgangsgesprek met ingehuurde medewerker
Afdelingshoofden
Minimale frequentie: 2 maandelijks
Kwalitatieve rapportage per persoon
Afdelingshoofden
Opstellen totaal kwalitatieve en kwantitatieve rapportage Indienen aanvraag inhuur derden d.m.v. format per kwartaal of afzonderlijk directiebesluit.
Bedrijfsbureau
Bedrijfsbureau zet formats uit.
Afdelingshoofden aan bedrijfsbureau
Aanvragen voorbespreken met directeur bedrijfsvoering.
Besluit
Verzamelen aanvragen, adviseren over beschikbaar budget en maken directievoorstel voor de hele organisatie.
Bedrijfsbureau
Besluit over aanvragen.
Directie
Frequentie: in overleg. Format aanvraag inhuur derden. Eisen aanvraag: nut/noodzaak functie prestatieafspra ken gewenste periode aantal uren per week benodigd bedrag ten laste van welk budget
Bijlage 2: Procedure inhuur vanaf 1-1-2010 42
Stap Selectie
Wat 1. Randstad (Raamovereenkomst)
Actie door Aanvraag via bedrijfsbureau
Toelichting Randstad
2. Arbeidspool Drechtsteden
Aanmelden via bedrijfsbureau
3. Offertes inleners o.b.v. kwaliteit, prijs en beschikbaarheid. Conform aanbestedingsbeleid van de Drechtsteden.
Afdelingshoofden
Arbeidspool: alleen bij zgn. laagdrempelige functies op LBOniveau.
Bedrijfsbureau bewaakt grenzen aanbestedingsvorm
Bewaking inlenersaansprakelijkheid.
Aanbestedingsvorm: tot € 25.000,- : 1 offerte vervolgens tot € 125.000,- : min. 3 offertes vervolgens vanaf € 193.000,: Europees aanbesteden* Registratie van selectie gesprekken en bewaren offertes in verband met rechtmatigheid. Deze gegevens achteraf aanleveren bij bedrijfsbureau.
* Indien het inhuur voor vacatures betreft: achteraf melden. Indien het inhuur voor projecten betreft: vooraf Europees aanbesteden.
Bijlage 2: Procedure inhuur vanaf 1-1-2010 43
Bijlage 3: Uurtarieven externe inhuur Over de hele linie van de dossieranalyse komt het beeld naar voren van ‘redelijke’ en ‘realistische’ uurtarieven. Er zijn geen uurtarieven hoger dan € 225,- (de grens bij ministeries) in de dossiers gevonden. Het uitrekenen van het gemiddelde uurtarief heeft niet zoveel zin, omdat het om zeer gevarieerde functies gaat. Een paar voorbeelden; 2009 Vervanging Hoofd Financiën Vervanging Hoofd Afdeling Publiekzaken Vacature senior medewerker planning en control Front-office medewerker burgerzaken Vervanger medewerkster meldpunt Achterstallige werkzaamheden (verhuizen, archiveren)
uurtarief: uurtarief: uurtarief: uurtarief: uurtarief: uurtarief:
€ 122,50 € 125,€ 95,€ 50,€ 23,€ 15,-
uurtarief: uurtarief: uurtarief: uurtarief: uurtarief: uurtarief:
€ 125,€ 115,€ 96,€ 80.€ 30,€ 27,-
2010 Vervanging Hoofd Afdeling Bestuurszaken Senior Communicatieadviseur Vacature Controller Vervanging Bestuursadviseur Bestuurssecretaresse Inhaalslag begraafplaatsenadministratie
Bijlage 3: Uurtarieven externe inhuur 45
Bijlage 3: Uurtarieven externe inhuur 46
Bijlage 4: Geanonimiseerd overzicht inhuur 2009 en 2010 2009 Duur Afdeling
Functie
Werkzaamheden
Kennisgebieden
Startdatum
Einddatum
in
Ureninzet
weken
per week
Totale
Kosten
Reden
kosten
per uur
€
Ondersteuning en Beheer Openb ruimte
Medewerker
Advies
advies
01-01-2009
07-10-2009
40
8
extra
30.743
€ 92,50
Meldpunt Openbare Beheer Openb ruimte
Ondersteuning
Ondersteuning
ruimte
02-06-2009
30-09-2009
17
20
extra
€
5.915
€ 17,55
Beheer Openb ruimte
Senior beleidsmedewerker
beleid en advies
Voorzieningen
30-03-2009
30-09-2009
26
29
vacature
€
31.083
€ 40,50
Beleid en ontwikkeling
Begeleiden extern onderzoek
Onderzoek
Onderzoek
01-01-2009
31-12-2009
52
7
extra
€
42.202
€ 120,00
Beleid en ontwikkeling
Beleidsmedewerker
Beleid en advies
Sport
06-10-2009
31-12-2009
12
21
extra
€
20.469
€ 80,00
Beleid en ontwikkeling
Beleidsmedewerker
Beleid en advies
Zorg
01-01-2009
28-02-2009
8
26
vacature
€
17.050
€ 80,00
Bestuurszaken
jaarrekening
Ondersteuning
Financien
25-02-2009
26-02-2009
0
56
expertise
€
760
€ 95,00
extra werkzaamheden extra werkzaamheden Bestuurszaken
procesbeschrijving
Advies
Bestuurszaken
01-01-2009
18-11-2009
46
48
extra
€
63.381
€ 29,00
Bestuurszaken
juridische zaken
Ondersteuning
Juridisch
01-01-2009
31-08-2009
35
12
extra
€
14.834
€ 35,00
extra werkzaamheden mei en Bestuurszaken
september circulaire
Ondersteuning
Financien
extra
€
3.753
€ 93,00
Bestuurszaken
Communicatie adviseur
Beleid en advies
Communicatie
25-01-2009
28-02-2009
5
18
extra
€
7.752
€ 90,00
Bestuurszaken
hoofd bedrijfsvoering
afdeling
management
01-01-2009
31-12-2009
52
36
vacature
€
229.095
€ 122,50
Aansturing senior mw planning control en Bestuurszaken
controller
Controller
P&C
01-04-2009
31-12-2009
39
21
vacature
€
77.012
€ 95,00
Bestuurszaken
controller
Controller
P&C
12-08-2009
31-12-2009
20
23
vacature
€
44.281
€ 95,00
Bijlage 4: Geanonimiseerd overzicht inhuur 2009 en 2010 47
Duur Startdatum
Totale
Kosten
Reden
kosten
per uur
8
vacature
€
9.338
€ 95,00
13
10
vacature
€
12.666
€ 95,00
31-12-2009
4
23
vacature
€
8.500
€ 85,00
31-12-2009
17
18
vervanging
€
12.847
€ 42,00
21
ziekte
€
5.693
€ 24,00
ziekte
€
13.370
Einddatum
in
Ureninzet
weken
per week
Afdeling
Functie
Werkzaamheden
Kennisgebieden
Bestuurszaken
controller
Controller
P&C
01-10-2009
31-12-2009
13
Bestuurszaken
controller
Controller
P&C
01-10-2009
31-12-2009
Bestuurszaken
controller
Controller
P&C
01-12-2009
Bestuurszaken
medewerker serviceplein
Ondersteuning
Balie
01-09-2009
ondersteuning team Bestuurszaken
communicatie
Ondersteuning
Communicatie
12-10-2009
31-12-2009
11
Bestuurszaken
directiesecretaresse
Ondersteuning
Secretarieel
07-01-2009
31-03-2009
12
Bestuurszaken
adviseur bestuurscommunicatie
Beleid en advies
Communicatie
23-11-2009
08-12-2009
2
34
ziekte
€
7.661
€ 105,00
Bestuurszaken
adviseur bestuurscommunicatie
Beleid en advies
Communicatie
15-11-2009
31-12-2009
7
8
ziekte
€
5.320
€ 105,00
Bestuurszaken
vervanging secretaresse
Ondersteuning
Balie
03-09-2009
31-12-2009
17
14
zwangerschap
€
7.331
€ 30,00
Bestuurszaken
Beleidsadviseur
Beleid en advies
Bestuurszaken
Bestuurszaken
Communicatie ondersteuning
Ondersteuning
Communicatie
01-05-2009
30-09-2009
22
8
Publiekszaken
Administratie
Archiveren
Archiveren
09-06-2009
09-07-2009
4
24
Publiekszaken
Medewerker vergunningen
Ondersteuning
Vergunningen
01-01-2009
01-10-2009
39
Publiekszaken
Front Office medewerker
Ondersteuning
Balie
04-08-2009
02-09-2009
4
Publiekszaken
Front Office medewerker
Ondersteuning
Balie en administratie
27-08-2009
15-09-2009
Publiekszaken
Front Office medewerker
Ondersteuning
Backoffice
01-10-2009
Publiekszaken
Front Office medewerker
Ondersteuning
Backoffice
Publiekszaken
Medewerker vergunningen
Handhaving
Publiekszaken
Medewerker vergunningen
Handhaving Ondersteuning
Bestuurszaken 0
€
3.080
€
12.375
€ 75,00
extra
€
1.535
€ 15,00
34
extra
€
71.673
€ 53,50
46
extra
€
9.575
€ 50,00
3
25
extra
€
3.123
€ 46,00
31-10-2009
4
10
extra
€
729
€ 17,00
09-12-2009
31-12-2009
3
28
extra
€
2.030
€ 23,00
Vergunningen
01-01-2009
31-12-2009
52
35
vacature
€
157.285
€ 85,45
Vergunningen
01-01-2009
31-12-2009
52
29
vacature
€
101.554
€ 67,50
Balie
01-01-2009
30-06-2009
26
33
vacature
€
69.174
€ 81,00
Senior medewerkers Publiekszaken
publiekszaken (3)
Bijlage 4: Geanonimiseerd overzicht inhuur 2009 en 2010 48
Duur Totale
Kosten
Reden
kosten
per uur
35
vacature
€
17.935
€ 50,00
6
19
vacature
€
9.658
€ 81,00
28-02-2009
8
23
vacature
€
8.453
02-06-2009
02-09-2009
13
24
ziekte
€
37.421
€ 120,00
Communicatie
07-09-2009
30-09-2009
3
0
ziekte
Communicatie
21-10-2009
31-12-2009
10
31
ziekte
€
38.906
€ 125,00
Bouwzaken
01-07-2009
30-12-2009
26
11
€
4.164
Startdatum
Einddatum
in
Ureninzet
weken
per week
Afdeling
Functie
Werkzaamheden
Kennisgebieden
Publiekszaken
Front Office medewerker
Balie
Balie
20-04-2009
30-06-2009
10
Publiekszaken
Medewerker vergunningen
Ondersteuning
Vergunningen
01-01-2009
15-02-2009
Publiekszaken
Front Office medewerker
Ondersteuning
Balie
01-01-2009
Publiekszaken
Hoofd afdeling
Afdelingshoofd
Communicatie
Publiekszaken
Hoofd afdeling
Afdelingshoofd
Publiekszaken
Hoofd afdeling
Afdelingshoofd
Publiekszaken
Administratie
Archiveren
€ 44,00
€ 120,00
€ 15,00
2010 Duur Afdeling
Functie
Werkzaamheden
Kennisgebieden
Startdatum
Einddatum
in
Ureninzet
weken
per week
Medewerker
administratie
Verkeer
01-01-2010
30-06-2010
26
13
Speel- en Beh. Openbare Ruimte
Medewerker
Uitvoering
Totale
Kosten
kosten
per uur
specifieke
Onderzoek en Beh. Openbare Ruimte
Reden
groenvoorzieningen
kennis
€ 32.272
€ 100
specifieke 11-10-2010
24-10-2010
2
kennis
€ 3.293
specifieke Beh. Openbare Ruimte
Administratief
Administratie
Administratie
26-07-2010
08-08-2010
2
kennis
€ 948
specifieke Beh. Openbare Ruimte
Administratieve ondersteuning
Administratie
Parkeren
26-11-2010
10-12-2010
2
kennis
€ 1.885
specifieke Beleid en ontwikkeling
Adviseur
Beleid en advies
Accommodatiebeleid
14-01-2010
04-04-2010
11
7
kennis
€ 7.377
€ 92
specifieke Beleid en ontwikkeling
Coördinator Projecten
Kwartiermaker
Aansturing
17-05-2010
03-09-2010
16
kennis
Inhuur tbv mei en september Bestuurszaken
circulaire
€ 16.587
specifieke Financien
Financien
01-01-2010
31-12-2010
52
1
kennis
€ 3.892
€ 97
Bijlage 4: Geanonimiseerd overzicht inhuur 2009 en 2010 49
Duur Afdeling
Functie
Werkzaamheden
Kennisgebieden
Startdatum
Einddatum
in
Ureninzet
weken
per week
Reden
Totale
Kosten
kosten
per uur
specifieke Bestuurszaken
Adviseur
Financien
Financieel beheer
kennis
€ 1.950
specifieke Bestuurszaken
Adviseur
Financiën
Financieel beheer
Bestuurszaken
Afdelingshoofd bestuurszaken
Management
Bestuurszaken
Bestuurszaken
Controller
Controller
Bestuurszaken
Servicemedewerker
Balie
Bestuurszaken
Bestuurssecretaresse
Ondersteuning
kennis
€ 13.416
40
vacature
€ 63.562
vacature
€ 79.738
17
20
vacature
€ 15.506
03-12-2010
23
31
vacature
€ 20.856
€ 30
01-01-2010
31-03-2010
13
Planning en Control
01-03-2010
31-12-2010
44
Serviceplein
01-09-2010
31-12-2010
Secretarieel
28-06-2010
€ 125
Senior medewerker P&C / Bestuurszaken
Controller
Controller
Planning en Control
09-01-2010
31-12-2010
51
18
vacature/extra
€ 93.519
€ 100
Bestuurszaken
Controller
Controller
Planning en Control
01-01-2010
31-08-2010
35
30
vacature/extra
€ 101.716
€ 97
€ 17.840
€ 80
vervanging Bestuurszaken
Bestuursadviseur
Beleid en advies
Bestuurszaken
01-07-2010
31-10-2010
17
13
verlof vervanging
Bestuurszaken
Senior communicatie adviseur
Beleid en advies
Communicatie
17-05-2010
31-12-2010
33
26
ziekte/verlof
Directie
Gemeentesecretaris
Beleid en advies
Bestuursondersteuning
20-04-2010
31-12-2010
36
28
vacature
Publiekszaken
Oproepkracht front office
Medewerker
Balie
08-01-2010
31-12-2010
51
15
oproepkracht
€ 98.488
€ 115
€ 122.326
€ 120
€ 16.483
€ 21
€ 18.970
€ 27
€ 14.307
€ 24
specifieke Publiekszaken
Administratief
Administratie
Administratie
08-02-2010
30-09-2010
33
21
kennis specifieke
Publiekszaken
Vervanger meldpunt
Medewerker
Balie
01-01-2010
01-12-2010
48
12
kennis specifieke
Publiekszaken
Administratief
Administratie
GBA
€ 3.040
€ 38
Publiekszaken
Medewerker vergunningen
Medewerker
Vergunningen
01-01-2010
01-04-2010
13
39
kennis vacature
€ 43.862
€ 87
Publiekszaken
Medewerker handhaving
Medewerker
Handhaving
01-01-2010
01-03-2010
8
14
vacature
€ 8.310
€ 68
Bijlage 4: Geanonimiseerd overzicht inhuur 2009 en 2010 50
Duur in
Ureninzet
weken
per week
01-07-2010
26
19
vacature
€ 24.929
€ 50
01-04-2010
30-09-2010
26
31
vacature
€ 33.914
€ 43
Balie
01-02-2010
31-03-2010
8
23
vacature
€ 5.172
€ 27
Medewerker
Vergunningen
19-04-2010
30-06-2010
10
41
vacature
€ 25.414
€ 60
Wijkcoördinator
Wijkcoördinator
Jongerenoverlast
01-02-2010
01-04-2010
8
3
vacature
€ 2.172
€ 80
Medewerker handhaving
Medewerker
Handhaving
01-11-2010
24-12-2010
8
38
vacature
€ 18.833
€ 65
€ 138.393
€ 125
€ 10.045
€ 65
Afdeling
Functie
Werkzaamheden
Kennisgebieden
Startdatum
Publiekszaken
Medewerker handhaving
Medewerker
Handhaving
01-01-2010
Publiekszaken
Medewerker handhaving
Medewerker
Handhaving
Publiekszaken
Medewerker frontoffice
Medewerker
Publiekszaken
Medewerker vergunningen
Publiekszaken Publiekszaken
Einddatum
Reden
Totale
Kosten
kosten
per uur
vervanging Publiekszaken
Afdelingshoofd
Management
Bedrijfsvoering
01-01-2010
31-07-2010
30
37
ziekte vervanging
Publiekszaken
Medewerker
Frontoffice
Vergunningen APV
26-10-2010
17-12-2010
7
21
ziekte
Het ontbreken van gegevens betekent dat de betreffende gegevens niet uit het dossieronderzoek te achterhalen zijn.
Bijlage 4: Geanonimiseerd overzicht inhuur 2009 en 2010 51