reizen
Terug in de tijd De Italiaan Daniele Kihlgren heeft een liefde voor armoede. Dat zie en voel je overal om je heen als je een paar dagen onderdeel bent van Sextantio, een herberg - of beter gezegd: een belevenis - in een Italiaans bergdorpje.
1 | happinez
happinez | 2
reizen
‘Deze romantische man
heeft een passie: bijna verlaten dorpen nieuw leven inblazen.’
D
aniele Kihlgren komt met een beetje schuingebogen hoofd op ons af. In zijn rechterhand de riem voor de Engelse buldog. Hij belt en maakt gebaren ‘ik kom zo’. Maar hij komt niet ‘zo’, hij blijft bellen. En daarna nog een telefoontje. Wat dat betreft is hij - even generaliserend - een echte Italiaan. Verder wijst niets op zijn Italiaanse roots. Hij is lang, blond, heeft blauwe ogen en spreekt heel langzaam. Hij zoekt naar woorden om zijn gevoel goed te kunnen overbrengen. Het woord poverty valt geregeld tijdens ons gesprek, maar zoals hij het uitspreekt, langzaam, met een duidelijke r, wordt het opeens mooi, dan klinkt het als een nieuwe kunstvorm. Voor Daniele is dat ook zo.
Man met een passie Hij heeft uitgesproken ideeën over restauratie van het oude. “Daarmee wordt in Italië meestal het dure, het exclusieve, de kunst van de rijken bedoeld. Oude paleizen, schilderijen van grote meesters, pracht en praal, daar heeft iedereen geld voor over. Alsof dat, en alleen maar dat, Italië was. Maar voor mij is dit, dit oeroude bergdorp, net zo goed geschiedenis, net zo goed een kunstvorm, een levensstijl waarvoor wij ons best moeten doen om die te behouden. Heb jij gezien hoe
3 | happinez
afzichtelijk de nieuwe Zwitserse chaletbouwstijl is van de villa’s rondom het dorp verderop? Het aanzicht is totaal geruïneerd.” Het is onmiddellijk duidelijk. Deze romantische man heeft een passie en geeft alles wat hij heeft aan zijn projecten: bijna verlaten dorpen nieuw leven inblazen waardoor er weer een andere, nieuwe mini-economie ontstaat. Zijn verhaal begon in het dorp waar wij te gast zijn, Santo Stefano di Sessanio. Het ligt op 1251 meter hoogte in de regio Abruzzen, in de Apennijnen. Net als ik deed, zullen velen nu denken: waar liggen die ook alweer? De streek is bij ons nog niet zo bekend. Alle aandacht gaat naar het noordelijker gelegen Toscane of Umbrië, dat zijn de publiekstrekkers. De Abruzzen komen er dan een beetje bekaaid vanaf. Maar als je houdt van stilte en ruimte en authenticiteit, dan is het absoluut de moeite waard om naar Rome te vliegen en al anderhalf uur later in dit sprookjesdorp te arriveren. Net als Daniele deed, bijna tien jaar geleden. Hij was op zijn oude motor aan het toeren, verdwaalde, en belandde in het toen nog bijna verlaten dorpje Santo Stefano.
Er is in Sextantio geen roomservice, geen minibar, geen tv. Eigenaar Daniele: “Wie hier boekt krijgt geen overnachting in een hotel, maar een emotie.”
Warrig en onoverzichtelijk “Het was een dorp waar ongeveer 3000 mensen hebben gewoond. Toen ik onder de poorten door reed, leek het >
happinez | 4
reizen
Het bergdorp Santo Stefano di Sessanio behoorde tot een arm gebied. De huizen waren er klein en primitief, de straten donker en de dorpjes onoverzichtelijk.
‘Juist nu is er veel behoefte aan het authentieke. Dat je eet van de velden uit de buurt, drinkt van de druiven die hier groeien, geniet van de eenvoud en de bescherming van de oude muren.’ 5 | happinez
happinez | 6
reizen
Rifugio della Rocca Wie een bezoek aan Sextantio wil combineren met een ander uniek adres, zou kunnen reserveren bij Rifugio della Rocca. Wij sliepen daar twee nachten, het is vlak bij Santo Stefano. Dus het is ook leuk om daar een lunch of diner te gebruiken. De twee plekken zijn niet met elkaar te vergelijken. Het ene prachtig gerestaureerd en georganiseerd, het andere nog ruig en rommelig, door een constant tekort aan financiële middelen. Rifugio della Rocca is dus nog niet af, maar daardoor wel een bijzondere plek om te logeren en bovendien is de ligging onvergelijkbaar mooi. Op 1460 meter hoogte kijk je uit over de verlaten Apennijnen, verrassend en absoluut indrukwekkend. De lieve eigenaren Paolo en Susanna uit Rome zijn idealisten die een ander leven wilden leiden. Ze vertrokken uit de grote stad en in middels hebben ze vijf kinderen laten opgroeien daar boven op die berg. Tussendoor ontvangen ze gasten in hun huis. De weg omhoog is een beetje lastig, maar dat maakt een verblijf daar ook wel weer tot een avontuur. Echt iets anders. En de linzensoep is er heel goed. De wande ling van de Rifugio naar Santo Stefano is ‘amazing’, zoals de andere Amerikaanse gasten zeiden. Kijk op www.rifugiodellarocca.it en klik ook even op ‘activities and images’, dan krijg je een goede indruk van de mooie omgeving.
‘Waarom zou je die paar nachten dat je hier bent ’s avonds tv gaan kijken? Dat noem ik nu armoede.’
> totaal verlaten, ingestorte huizen... ik vond het onwaarschijnlijk. Want zoals dat voor zo veel dorpen in Europa geldt, verandert de sfeer langzaam maar zeker door verbouwingen, vernieuwingen. Zo gaat dat in ons moderne leven. Maar hier was helemaal niets gebeurd sinds de Eerste Wereldoorlog. Alles wat ik zag was oeroud, echt en authentiek. Een middeleeuwse burcht als een schoonheid op een eigen berg...” Het was liefde. Nog diezelfde dag werd zijn plan geboren: het herstellen van de oude huizen, de landerijen rondom opnieuw in cultuur brengen en oude, vergeten ambachten weer leven inblazen om op die manier een nieuw soort toerisme te creëren. Waardoor het dorp niet ten onder zou gaan door leegloop van het platteland. “Die trend begon al na de Eerste Wereldoorlog. De mensen in deze regio, de Abruzzen, leefden van de wolindustrie. Honderden herders passeerden het dorp in het najaar als ze terugkeerden uit de bergen. Na de oorlog veranderde de markt en mensen trokken weg, voornamelijk naar Amerika en Canada, en lieten alles achter. Het was een arm gebied, de huizen waren klein, primitief, als blokjes tegen elkaar aan geschakeld tegen de heuvel gebouwd. Warrig en onoverzichtelijk, smalle straatjes, donker en soms overkapt. En dat alles binnen middeleeuwse
muren die de dorpelingen beschermden tegen vijanden, maar ook tegen de kou.” Het is er allemaal nog. Daniele begon aan zijn meesterwerk. De grootste hobbel die hij daarbij moest nemen, was het achterhalen welk (stukje) huis van wie was. “Dat is hier een enorm probleem. De huizen lopen soms in elkaar over, of hebben meerdere eigenaren en soms is niets meer te achterhalen.” Die administratieve kant was - is nog steeds - zijn grootste frustratie. Maar bij dertig kamers is het hem inmiddels toch gelukt. De oude muren zijn hersteld en zo veel mogelijk intact gelaten. De vloeren kregen vloerverwarming, en natuurlijk zijn de badkamers inmiddels iets meer dan een gat in de muur. Maar verder is, of lijkt, alles zoals het was. De dikke muren, de kleine raampjes, het vuurtje dat brandt, de kaarsverlichting. Er is in Sextantio geen roomservice, geen minibar, geen tv. “Wie hier boekt krijgt geen overnachting in een hotel, maar een emotie,” zegt Daniele. “Waarom zou je die paar nachten dat je hier bent ’s avonds tv gaan kijken? Dat noem ik nu armoede.”
Alles homemade Hij moet weer verder, heeft een vergadering met de architect. We spreken af ’s avonds samen te eten in zijn restaurant >
De kamers kregen vloerverwarming en de badkamers zijn inmiddels iets meer dan een gat in de muur. 7 | happinez
happinez | 8
reizen
> aan de andere kant van het dorpje. Het is al aardedonker als we daar aankomen, de deur ligt iets hoger en potkaarsen aan beide kanten van de stoep wijzen de weg. Als de donkere kloosterdeur voor ons opengaat, kan ik een kinderlijk ohhh niet onderdrukken. De hoge ruimte is sober en stoer ingericht, maar door het gebruik van linnen en ontelbaar veel brandende kaarsen stap je in een ander leven. Ja, inderdaad, Daniele verkoopt emotie. Alles op tafel is homemade. Van het aardewerk, dat een oude pottenbakker speciaal voor Sextantio maakt, tot de wijnen, die van de omliggende landerijen komen, de linzen waar de omgeving zo trots op is, de salami en prosciutto. Maar ook de linnen tafellopers worden, net als de spreien op de bedden, op de eigen weefgetouwen gemaakt. “Wij hebben een enorme cultuur in Italië,” zegt Daniele. “Maar we hebben ook last van een idiote politiek, die denkt dat cultuur alles is behalve natuur en landschap. Ik heb het idee dat al het nieuwe - nieuwe gebouwen, nieuwe ontwikkelingen - tegen de originele omgeving ingaat. Het ruïneert alles. Terwijl ik geloof dat mensen, juist in deze tijd, veel behoefte hebben aan het authentieke. Dat je eet van de velden uit de buurt, drinkt van de druiven die hier groeien, geniet van de eenvoud en de bescherming van die oude muren. De geschiedenis van deze dorpen wordt ridicuul gemaakt, het was een manier van leven waarvoor de mensen zich zijn gaan schamen. Waarom? Italië vergeet ’t liever, want Italy is beauty. Armoede hoort er niet bij. Maar er zijn plekken in de bergen, zo mooi en warm, die verdienen weer liefde en aandacht. Mijn volgende project wordt nog spectaculairder, je zult er niets vinden van de twintigste eeuw.” Zijn Engelse buldog piept en wil naar buiten. Hij kijkt ons aan met zijn knappe hangwangen. Gekke combinatie eigenlijk, zo’n soms niet te volgen romantische ziel met zo’n
aards, van oorsprong vechthondje. “Deze hond is zo slecht behandeld, hij werd geslagen en vernederd door zijn baas. Niemand wilde hem en toen heb ik ’m maar meegenomen.” Door het donker lopen ze samen weg. De moderne koning Arthur, alhoewel, dat is misschien een beetje te veel van het goede. Een moderne Parsifal dan, een ridder in zijn eigen middeleeuwse legende. TEKST inez van oord fotografie mirjam bleeker
Sextantio Albergo Diffuso in het kort Santo Stefano di Sessanio ligt in het indrukwekkende heuvelland van de Abruzzen, op 1250 meter hoogte, ongeveer anderhalf uur rijden van Rome. Het dorp ligt boven op een heuvel in het Nationale Park Gran Sasso. Je kunt er mooie wandelingen maken en in de winter skiën. De kamers en junior suites van Sextantio zijn verspreid over de oorspron kelijke gebouwen. De manager Giovanni geeft je als gast een enorme sleutel mee, maar niemand doet de oude houten deuren op slot. In de kamers vind je lokaal geweven linnen, houten plafonds, Arte Povera (letterlijk ‘arme kunst’), meestal een antieke schouw en veel kaarsen, gecombineerd met moderne technologie. In het restaurant wordt voor namelijk gekookt volgens lokale recepten, met verse groenten en krui den van het omliggende boerenland. Prijzen vanaf € 200,- per nacht, maar voor wie alle kamers wil afhuren voor een evenement, yogaweek of - wat ook veel voorkomt - een huwelijk, gelden natuurlijk andere prijzen. www.sextantio.it Daniele heeft inmiddels tien verschillende dorpen onder handen. Een zeer bijzonder project in het zuiden is ook al geopend. Een hotel in de witte grotten en kelders van Sassi di Matera. Zelfde principe, maar anders qua sfeer. Heel wit en licht, terwijl Stefano juist donker en warm is. www.sassidimatera.com
happinez | 10