Reisverslag oktober 2012 07-10-2012 Het reisgezelschap, 7 t/m 22 oktober. Met drie bestuursleden van de stichting Vrienden van Otjiwarongo zijn we deze reis naar Namibië gaan maken. Even voorstellen: Theo Kwaks, penningmeester. O.a. voormalig facilitair directeur van een ziekenhuis. Dit is de 21ste keer dat Theo de reis naar Namibië maakt. Bij het begin van het Multi Purpose Help Centre (het hulpcentrum), heeft Theo 6 maanden in Otjiwarongo gewoond om het hele centrum op te zetten. Ben van Gorp, bestuurslid en voormalig huisarts in Vlijmen. Voor Ben is dit de eerste reis naar Otjiwarongo. Ben is onze medische specialist.
Marianne de Wild, secretaris. Nu in de Vut, heeft Marianne jaren gewerkt als sociaal cultureel werker en opbouwwerker. Daarnaast heeft ze ook een pedagogiek-opleiding. Het is haar derde reis naar Otjiwarongo. Eén keer eerder voor de stichting en één keer met de delegatie van de gemeenteraad
08-10-2012 Netshila Op onze eerste dag in Windhoek brengen we een bezoek aan “onze” student op de universiteit: Netshila. Hij is een jongen die van het hulpcentrum in Otjiwarongo komt. Zijn grootmoeder werkt als vrijwilliger bij de Home Based Care. Netshila is wees ten gevolge van de aids- epidemie. Gezien de cijfers die hij haalt is hij een echt talent. We krijgen een rondleiding door de universiteit waar ook zijn mentor/docent bij is. Netshila laat ons zijn slaapplaats zien. Een kamer die Figuur 1 Netshila, studeert op kosten van hij deelt met een andere student. Deze had juist bezoek. De jongens onze stichting. werden een beetje overvallen door zo’n vreemde delegatie die het kamertje kwam binnen vallen.
’s Avonds zijn we met Netshila en parlementslid Juliet Kavetuna gaan eten bij de Portugees. Juliet is voor Theo Kwaks, onze penningmeester, dé contactpersoon in Namibië. Bovendien begeleidt zij Netshila bij alles wat er rond zijn studie geregeld moet worden. Tijdens het eten vertellen we Netshila dat er in die container die onderweg is, ook een fiets voor hem zit. Jullie gaan mij een fiets geven?! Jazeker, tweedehands, maar een goede. We leggen hem uit hoe het met de container zit en hij is erg blij dat er ook aan hem gedacht is.
Figuur 2 Onze Juliet
Figuur 3 met z'n allen bij de Portugees.
09-10-2012 Afrikaans welkom
Op 9 oktober rijden we van Windhoek naar Otjiwarongo ( ongeveer 300 km) en in de namiddag gaan we even “hallo” zeggen bij het hulpcentrum. De eerste stappen van Ben in het centrum zijn natuurlijk op de foto gezet en binnen werden we Afrikaans hartelijk verwelkomd.
Speeltuin Naast het gebouw van het hulpcentrum is de Speeltuin, Officieel de Marianne Willems-Maas playground. Genoemd naar de overleden echtgenote van onze oud-burgemeester Henk Willems. De speeltuin zag er fleurig uit. Alle toestellen in felle kleuren opgeschilderd en de schommels voorzien van zitjes van autobanden i.p.v. de ijzeren zitjes die het eerst waren. Omdat het in de namiddag was, waren er bijna geen kinderen en was het hek op slot. Maar vier kleine jongetjes pasten blijkbaar door de spijlen van het hek en hadden de hele speeltuin voor zich zelf. Ze hadden de grootste lol.
Later in de week waren we op het juiste tijdstip in de speeltuin. Meer dan zestig kinderen van de lagere schoolleeftijd, bijna allemaal in schooluniform, hadden als een zwerm sprinkhanen de speeltuin bezet. Er was geen toestel onbezet. Er zaten minstens zes kinderen per wip, de schommels werden ook met meer kinderen gedeeld, zo ook met de zweefdraaimolen. Natuurlijk een paar foto’s genomen, maar met het kleine toestel kun je helaas alleen details en geen overzicht vastleggen. Wat ook niet op de foto komt is het gelach,het ge-ren en het gespeel van de kinderen. Heerlijk om mee te maken! Zoveel vrolijkheid. De planning is om met enige tussentijd steeds een nieuw speeltoestel bij te plaatsen.
10-10-2012. Drukke dag met veel afspraken en ontmoetingen. Het gaat vandaag echt op zijn Afrikaans. Er staan een aantal afspraken op de agenda, maar die gaan niet door of er komen andere mensen dan er op het lijstje stonden. Toch hebben we aan het eind van de dag het idee dat we wel veel gedaan hebben. Ook zijn er voor volgende week afspraken gemaakt. Eerst hebben we een vergadering met mensen waarvan wij hopen dat men een counterpart voor onze stichting zal gaan oprichten. Een stichting net als de onze, maar dan in Otjiwarongo zelf met mensen van daar. Dan is er beter en directer toezicht op projecten én men kan beter aangeven wat daar echt nodig is of het eerste nodig is. Het is dan ook de bedoeling dat er in Otjiwarongo ook geld ingezameld wordt. In een vergadering een week later wordt afgesproken dat Theo een opzet zal maken voor het opzetten van een counterpart aangeduid met de naam “friends of friends of Otjiwarongo”. Vervolgens is er een gesprek met o.a. Mike Chart van de Perivoli trust. Die blijkt zich sterk te maken voor de Pre-primaryschool. Om kleuters beter voor te bereiden op het onderwijs. Een soort VVE programma bij ons (voor ,en vroegschoolse educatie). Bovendien gebruiken zij kosteloos materiaal om kinderen dingen aan te leren i.p.v. duur schoolmateriaal. Marianne wordt uitgenodigd voor een workshop in de vooravond en zij weet Ben er van te overtuigen dat hij dit niet moet missen. Daar wordt ons de werkwijze van de stichting duidelijk Na deze meeting hebben we een gesprek met uitvoerders van de gemeente i.v.m. de noodzaak de scheuren in het gebouw van het hulpcentrum dicht te maken en alles weer eens te schilderen. Het onderhoud moet door de gemeente Otjiwarongo gedaan worden, maar als er een offerte opgevraagd wordt, kunnen we kijken wat we als stichting kunnen bijdragen. Met Monica rijden we naar “the informal settlement”. Wij vroegen ons al af wat dat zou zijn….maar natuurlijk…Blikjesdorp. Dit intussen tot drie grote woonwijken uitgegroeide gebied waar mensen allemaal een stukje grond hebben van 10 bij 10 meter. Daar bouwen ze, meestal met gebruik van die grote metalen drums, hutjes om in te wonen. Aan de binnenkant wat lappen of allerlei ander materiaal dat op de vuilnisbelt te vinden is. Uiteindelijk ziet het eruit of men er geiten of zo in houdt. Maar er wonen dus hele gezinnen in die onderkomens. Op het oudste gedeelte zie je ook dat mensen beginnen met stenen iets te bouwen. Dit zijn de belangrijkste gebieden voor het hulpcentrum en de Home Based Care. In de avond hebben we aan het diner een informeel gesprek met Agatha (de tijdelijk Ceo van de gemeente Otjiwarongo) en Petros (financiën).
figuur 4 Bouwsels in :"blikjesdorp"
Manfred, de eigenlijke Ceo van Otjiwarongo is ziek en wel zodanig dat men denkt dat hij niet terug zal kunnen komen in zijn functie. Nu doen andere managers om de beurt de functie van Ceo.
11-10-2012. Otjiwarongo drug counseling & information centre. Marianne heeft Petra Schauwenburg al op haar eerdere bezoeken ontmoet. Ze is een uit Zwitserland afkomstige vrouw en van huis uit pedagoge. Ze werkt met kinderen die drugsproblemen hebben en geeft daar ook voorlichting over. Dat zijn straatkinderen en dan moet je denken aan lijmsnuiven e.d. Een aantal kinderen van het hulpcentrum, die te ver weg wonen om iedere dag naar huis te lopen, hebben een slaapplaats bij het Joy-centre, een ander project voor straatkinderen. Petra werkt daar mee samen en begeleidt ook een aantal kinderen van het Joy-centre. Zo hebben de drie projecten onderling met elkaar te maken en de kinderen worden zo door een grotere groep volwassenen “gekend”. Daarnaast heeft Petra een soort “Foster Parentsplan”. Vnl. uit Oostenrijk adopteren mensen een kind dat daardoor hier begeleid en geholpen kan worden. Petra is een buitengewoon aardige vrouw die zeer begaan is met de kinderen en aan hun opvoeding en begeleiding zo veel mogelijk probeert bij te dragen. Het gevolg is wel dat de hoeveelheid werk haar aan het begraven is! Tijdens ons gesprek hier komt het natuurlijk op de problematiek van het Joy-centre, nu de oprichtster en leidster daarvan in juni van dit jaar is overleden. Monica en Petra maken van de gelegenheid gebruik over een aantal kinderen te spreken die weer op straat terecht gekomen zijn en hoe die weer “under control” te krijgen. Petra en Marianne hebben het over de methodiek van leren die je bij San people zou moeten gebruiken omdat door hun cultuur een aantal vaardigheden niet sterk aanwezig zijn.
11-10-2012. Staatsziekenhuis. Ben en Marianne hebben een gesprek met een manager van het staatsziekenhuis, Alex Ngula. Hij ging in op het grote belang van de Home Based Care. Die namen het ziekenhuis veel werk uit handen. Verzorging en aandacht kunnen ze in het ziekenhuis niet geven. Hij benoemde dat je niet kunt afgaan op het aantal cliënten dat een vrijwilliger heeft, maar moet kijken naar wat ze werkelijk doen en dat de relatie met de cliënt erg belangrijk is. Verder meldde hij dat er op de HIV/Aids afdeling nog maar één arts was i.p.v. 2. Ook een gebrek aan sociaal werkers en fysiotherapeuten werd genoemd. Eerst kwamen de doktoren nog van Cuba, de laatste tijd komen de doktoren uit Congo. Het zal nog even duren voor er in Namibië afgestudeerde artsen beschikbaar zijn. De meeste artsen gaan waarschijnlijk ook liever particulier werken i.p.v. in een staatsziekenhuis. We zijn even op de HIV/Aids afdeling geweest. Daar was het heel erg stil. De rest van het ziekenhuis hebben we niet te zien gekregen. De heer Ngula moest nodig naar een andere vergadering.
12-10-2012. Home Based Care Eindelijk was het zo ver! De ontmoeting met de vrijwilligers van de Home Based Care. Dit is een soort thuiszorgorganisatie, maar dan op het niveau van mantelzorg. Afrikaanse mantelzorg. De vrijwilligers zijn indertijd gerekruteerd uit een groep mensen die veel te maken hadden met mensen die Aids hadden en geen enkele verzorging kregen. Ze hebben een aantal basisverzorgingsvaardigheden aangeleerd gekregen. Het zijn mensen, nu meest vrouwen, die in Blikjesdorp zieken opzoeken, controleren of medicijnen ingenomen worden, gewoon praten met de patiënten en aandacht geven. Maar ook worden wonden verzorgd en aan de mensen die met de patiënt in de zelfde ruimte wonen uitgelegd hoe zij er me om moeten gaan. Medicijnen krijgen aidspatiënten gratis van de overheid. Maar wie ziek is en in zo’n (warm) hutje op een deken ligt heeft echt zorg nodig. Het geschonken incontinentiemateriaal komt hier goed van pas! In de vergadering van de vrijwilligers komt het meteen op het feit dat “B-pap” niet meer gratis verstrekt wordt. De organisatie die dat deed is er blijkbaar mee gestopt. (overal op de wereld nemen de fondsen af) “E-pap” is een versterkend soort voedsel dat aidspatiënten moeten eten omdat als ze dat niet doen, hun medicijnen averechts werken. Ze worden er dan zieker van. Gewoon eten is er niet en nu die gratis pap wegvalt, hebben ze dus niets meer te eten! Soms brengen vrijwilligers zelf wat brood mee, maar zelf hebben ze ook niet zo veel, dus….. De stichting laat offerte opvragen voor die E-pap en is voornemens die dan te gaan betalen. Een ander zeer gevoelig onderwerp is, dat door het teruglopen van het budget (ze krijgen een vrijwilligersvergoeding) voor de Home Based Care, er een aantal vrijwilligers zullen moeten afvallen. Alle huidige zorgverleners zullen daarom moeten solliciteren. Er wordt nog gesproken over de inhoud van de rugzakken met materiaal, dat de vrijwilligers nodig hebben voor hun werk. Ook daar loopt het geld voor terug. Wat er nu in zit is van het staatsziekenhuis. Soms wordt dat aangevuld op eigen kosten als voor bepaalde patiënten iets specifieks nodig is (denk aan specifieke wondverzorging) .
12-10-2012. Bezoeken met de Home Based Care Ben gaat met een paar vrijwilligers mee patiënten bezoeken. Theo en Marianne gaan niet mee naar binnen. Wij hebben mensen niets te bieden en het lijkt ons als zieke niet prettig om in zo’n situatie “bekeken” te worden. Het ene bezoek is heftiger dan het andere. Ondertussen buiten heb je wel een goed idee van hoe mensen leven en dat is echt heel moeilijk! Een vluchtelingenkamp is er een villawijk bij. Rapportage daarover laten we aan de dokter over.
Met de Thuiszorg op stap. Voor mij als voormalig huisarts het meest belangrijke onderdeel van de reis. Hoe ziek kan je zijn in blikjesdorp? De eerste visite met de dames van de thuiszorg laat eigenlijk alles zien wat er aan ellende te beleven valt. Bij bijna alle visites gaat het om mensen die aan Aids lijden. Zo ook bij deze visite bij een mevrouw van 36 jaar. Nu zijn de laatste jaren gelukkig goede medicijnen tegen aids voor iedereen die ze nodig heeft te krijgen, ook in Namibië; met die medicijnen is Aids in Nederland meestal een “chronische ziekte” geworden. Bij Aids krijg je makkelijk andere infecties, je weerstand wordt door het aids-virus aangetast. Het is begrijpelijk dat door slechte hygiëne en ondervoeding die weerstand er niet beter op wordt. Velen hebben hier dan ook b.v. TBC, dat had deze mevrouw gelukkig niet. Deze mevrouw lag in een kamertje van 3x3m, waar de deur de enige opening was waar licht door kwam. De vloer is aangestampte aarde. De huur die ze hiervoor moet betalen slokt bijna het hele gezinsinkomen op, daarom is haar zoon gestopt met leren en probeert wat te verdienen. Waar die zoon moet slapen werd me niet duidelijk. Een echtgenoot is er niet, dat komt hier erg vaak voor…. Terug naar de patiënte. Sterk vermagerd, ik schat ruim 40kg, ligt ze op wat doeken op de grond naast het bed, ik denk: om maar niet altijd op bed te hoeven liggen. Ze is verlamd aan de benen, en heeft ontstoken ogen. Onze thuiszorgmedewerkster praat wat met haar, en masseert de benen. I.v.m. ontsteking van de ogen is ze met haar naar het ziekenhuis geweest en ze zorgt nu voor de medicijnen. Naast haar staat een bakje dunne millie(=mais)pap, daar moet ze het die dag mee doen. De patiënte is duidelijk content met ons bezoek, misschien hoopt ze wel dingen die we niet waar kunnen maken… Via de mevrouw van de thuiszorg, onze vrijwilliger, vraag ik wat haar klachten zijn: “Honger, en pijn aan de benen, dat zijn de grootste problemen; ze wil eten en fysiotherapie en voegt hier nog aan toe: en incontinentiemateriaal. Kan ze eigenlijk nooit even naar buiten, in plaats van dat benauwde kamertje? “Ze had wel een rolstoel, maar die is kapot. Dus nee, nooit naar buiten”. Zou niet een keer een fysiotherapeut wat instructie kunnen geven hoe je zo’n patiënt kan helpen, vraag ik. Helaas heeft de fysiotherapeute van het ziekenhuis nooit tijd, is nooit voor advies bereikbaar, is het antwoord. Het is wat, denk ik; het leven heeft zo maar erg weinig te bieden. Wat kan onze thuiszorg, onze Home Based Care deze mevrouw bieden? Incontinentiemateriaal zit in de container, daar kunnen we nu iets mee. Ook komen er een paar rolstoelen, zo mogelijk gaat er één naar haar. Maar zoals zij, zijn er natuurlijk meer. Fysiotherapie? We gaan nog naar de privékliniek(= grote huisartspraktijk, waar ook een
fysiotherapeut werkt) Hopelijk kunnen we daar wat instructie voor onze vrijwilligers afspreken, tenslotte krijgt die praktijk van ons ook mooie zaken. En de honger? We gaan proberen om voor de patiënten met aids die zo afvallen, binnen onze thuiszorg een speciaal krachtvoer te kopen, E-pap geheten, waarmee deze mensen fors in gewicht kunnen aankomen, en met het verbeteren van de conditie gaat het met de Aids dan ook vaak weer stukken beter. Al met al kunnen we zo, op individueel nivo, toch wel belangrijke dingen doen. Hopelijk komt het verhaal over de E-pap voor deze mevrouw niet te laat. Gelukkig zag ik ook patiënten met wie het beter ging. Maar ze hadden ook niet allemáál aids. Ze leefden wel allen in voor ons amper voor te stellen omstandigheden en hadden allemaal honger. In het geval van Aids staan ze er vaak alleen voor. Wanneer je ziek wordt zijn er amper sociale voorzieningen, en je werk= inkomen ben je dan meestal kwijt. Voor veel patiënten is de thuiszorg, beter gezegd: die ene, zorgzame vrijwilliger, die regelmatig komt; diegene op wie je gewoon kan vertrouwen; waar je zorgen mee kunt delen; die adviezen geeft, wonden verzorgt, vervoer naar ziekenhuis regelt, eventueel zelfs het eigen brood met je deelt. Het klinkt allemaal misschien niet groots, maar de thuiszorg is in Otjiwarongo een niet meer weg te denken instelling, die zonder onze financiële steun ten dode is opgeschreven. Cijfers: in 2011 waren er 243 patiënten bij de thuiszorg ingeschreven, in april 2012 786, en eind september jl. waren dat er 920. Een snelle groei, ook door een actief beleid van de HBC. 12-10-2012. Rijbewijs Om de vrijwilligers van de Home Base Care naar hun klanten in Blikjesdorp te brengen én om patiënten van en naar het ziekenhuis te brengen, is een auto beschikbaar. Meestal rijdt de manager van het hulpcentrum, John Hinda de mensen naar waar ze moeten zijn. Als John er soms niet is, komt er iemand van de gemeente van Otjiwarongo. In de tijd dat in het centrum het melkpoeder project nog liep, was het veel drukker dan nu. Om die reden is John Hinda steeds vaker niet aanwezig. Het meest voor de hand liggend zal zijn als Monica de vrijwilligers en patiënten gaat rijden. Zij heeft echter geen rijbewijs. En het zelf betalen is wat aan de dure kant voor haar. De gemeente Otjiwarongo vindt dat als zij één medewerker een rijbewijs laten halen, ze dat een ander niet kunnen ontzeggen en dan zullen er veel meer aanvragen komen. Voor een functie waar een rijbewijs voor nodig is, komen alleen kandidaten in aanmerking, die al een rijbewijs hebben. Om een lang verhaal kort te maken: de stichting stuurt Monica op rijles! We wachten met spanning af!
16-10-2012. Mangetti, ziekenhuis "in the middle of nowhere". In het weekend hebben we eerst wat toeristisch rondgekeken in Ethosha. Aansluitend hebben Ben en Marianne Theo gevolgd op zijn reis naar Bushmanland voor de stichting San Rise. We bezochten een school met slaapverblijf. We waren bij de aannemer die de veterinaire grens, een hek dat dwars voorkomen dat dierziektes zich van
scholen bouwt, voorbij de door Namibië loopt en moet noord naar zuid verspreiden.
We sliepen in mooie guesthouses, hoorden veel over de situatie in Namibië. Over de branden, over het neergaan van de economie en over de verhoging van de belasting voor grondeigenaren (400%). En natuurlijk over de situatie van de San. We reden over harde, stoffige en waar mensen niet meer in verder toch nog gewoon in ronde houtvuur. We ontmoetten de bezochten het winkeltje met San gemaakt uit de schalen van
bobbelige wegen, zagen dorpjes geitenvellen rondlopen, maar hutjes wonen en koken op dominee en zijn vrouw en producten. Vooral kralenwerk struisvogeleieren.
Maar dan: Mangetti. Daar staat een dependance van het staatsziekenhuis. Zo’n 200 kilometer van Grootfonteijn, de bewoonde wereld. Dr. Melita heeft het erg druk. Ze is de enige arts en al 64 jaar oud. Bij de ingang zit een hele rij vrouwen te wachten. De meesten met een kind op schoot. Er zijn twee vrouwen in verpleegstersuniform bij. In het gesprek dat we met de dokter hebben blijkt dat de HIV/aidsproblematiek in tegenstelling tot de rest van Namibië waar het daalt, hier juist een stijgende lijn heeft. In de eerste plaats door de confrontatie van de San "teeners" met de grote wereld buiten hun dorpen. Voorlichting is aan hen niet besteed. Ze luisteren niet volgens de dokter. Bovendien blijkt dat meisjes en vrouwen nogal eens makkelijk slachtoffer van verkrachting zijn. Vooral voor mannen van andere (niet-San) stammen zijn ze een makkelijke prooi. Van oudsher kennen de San geen individueel bezit. Dat betekent dat ze ook de westerse waarde van geld en goederen niet kennen. Ze leven van de jacht en wat ze aan planten weten te vinden. Dat wordt gedeeld met de groep/familie. Is er veel, dan is er een feestmaal. Is er weinig, dan is er honger. Plannen en sparen zit er dus ook niet in. Deze mensen komen dan in aanraking met de wereld waar geld een zeer grote rol speelt.
Maar geld wordt niet verstandig gebruikt. Je kunt er zoveel mee kopen. Flessen van sterke drank heb ik in het dorp op verschillende plaatsen gezien. Het lijkt het zelfde verhaal van Aboriginals en Indianen. De dokter blijkt al twee jaar geen telefoon, geen fax en geen mail te hebben in het ziekenhuis. Daarvoor moet ze dus naar Grootfontein, dat 200 kilometer verder op ligt. Tot onze verbazing zien we in het dorp, blikkerend in de zon, met prikkeldraad afgezet, een solar-telecommunicatiepark. Al twee jaar stuk dus! Niemand komt het repareren. Op een ander gebouw blijkt de solar te zijn gestolen. En de dokter heeft het druk, druk, druk. Wie past er op de dokter?
17-10-2012 Terug in Otjiwarongo…geen container! Na alle moeite die we gedaan hebben om samen met de gemeente Heusden een volle container naar Otjiwarongo te sturen, waren we er natuurlijk op gebrand er op deze dag bij te zijn als de container in Otjiwarongo opengemaakt zou worden. Naast het hulpcentrum was een bijgebouwtje leeggemaakt om daarin alle voor het centrum bestemde goederen te kunnen plaatsen. Het staat binnen het hek van het centrum en kan ook op slot. Maar de gemeente Otjiwarongo had een loods bij de gemeentewerf beschikbaar gesteld om daar de spullen te kunnen opslaan tot het moment van overhandiging aan de organisaties die de goederen zouden gaan gebruiken. Douaneverplichtingen werden ook door de gemeente afgehandeld. Gepland was daarom dat het uitpakken van de container vandaag zou plaatsvinden. Helaas! Dat plan viel in het water. De boot met de container was later vertrokken dan beloofd door de maatschappij en zou pas aankomen als wij weer in het vliegtuig terug naar Nederland zaten. Hoe nu te handelen? Theo maakte een uitgebreide lijst van de spullen die in de container zaten met daarbij de begunstigden. Bij sommige overhandigingen wilden we graag een foto. Voor de website en de gevers in Nederland. Na terugkomst hebben we gehoord, dat de overhandiging heeft plaatsgevonden met de radio erbij en dat het in de kranten heeft gestaan. Ook hebben we een paar rechtstreekse bedankjes gehad. Echter, op de foto’s wachten we nog.
18-10-2012 Het Joy-centre Het Joy-centre is een opvang voor straatkinderen, gestart en uitgevoerd door Muriel Fisch. In het begin liet ze de kinderen in huis slapen en sliep ze zelf nog in de auto. Kinderen die op straat leven worden letterlijk daar van afgehaald. Over het algemeen zijn het verwaarloosde en misbruikte kinderen. Die zich in leven houden door te stelen en zich te prostitueren. Muriel Fisch deed dit werk vanuit haar Christelijk geloof. Het meeste van dit soort hulpverlening gebeurt vanuit kerken. Die zijn allemaal rijk vertegenwoordigd in de Namibische gemeenschap. De meeste van protestantse origine (Luthers, Nederlands Gereformeerd), Amerikaans aandoende Pinkstergemeenschappen of vermengingen van Christelijk geloof en volksgeloof vanuit de oude Afrikaanse traditie. Er staan dan ook veel kerkgebouwen in Otjiwarongo. Mevrouw Fisch wist op verschillende manieren geld in te zamelen voor haar project. Ook de stichting en de gemeente Heusden hebben haar meerdere malen gesponsord. Vnl. met spullen zoals bedden, matrassen en een wasmachine. Bij eerdere bezoeken was uitgelegd hoe ze met de kinderen werkte. Zij was de spil van alles, was het gezag en zorgde dat kinderen naar school gingen en diploma’s haalden. Het was opvang en voor een aantal kinderen was er een slaapplaats. Maar wel een hostel genaamd, want een weeshuis mag niet in Namibië. Het is ook niet zo, dat alle straatkinderen wees zijn. In die grote armoede is het niet zelden de eigen familie die de kinderen misbruikt en uitbuit. Er was binnen het Joy-centre een regime ontstaan waarbij het Christelijk geloof de inspiratiebron was en richtlijnen gaf voor hoe te leven. Daarbij was het regel dat de oudere kinderen voor de jongere zorgden. Ging een kind toch weer de straat op, dan bleven de andere het volgen en met hem/haar praten om het weer terug te halen. Een belangrijk signaal voor een kind om te weten: zij geven om mij! Ik hoor ergens bij. Vorig jaar maakten we kennis met Romano, die zijn levensverhaal vertelde en een mooi gedicht voorlas dat internationaal een prijs gewonnen had. Hij liet ons ook de fietsenwerkplaats zien naast het Joy-centre waar jongens fietsen repareerden en zo hun eigen inkomstenbron hadden, hoe klein ook. In juni 2012 komt Muriel Fisch vrij plotseling te overlijden. Omdat mevrouw Fisch eigenlijk het Joy-centre was, komt het voortbestaan van de opvang heftig onder druk te staan. Het eerste is natuurlijk de begrafenis die geregeld moest worden. De dagelijkse gang van zaken moet doorgang vinden. De oudste kinderen krijgen het druk. Bovendien waren er drie naar Windhoek gegaan om daar met een speciale cursus eindelijk hun "grade 12" af te maken, zodat er gestudeerd kon gaan worden. De problemen zijn gigantisch. Om te beginnen is het centrum niet geregistreerd. Voor dat kan gebeuren, moeten eerst allerlei voorzieningen getroffen worden op het gebied van hygiëne en brandveiligheid. Dat kost geld, dat er niet is. Ten tweede had mevrouw Fisch geen aparte financiële administratie voor het Joy-centre. Dat betekent dat alles op haar naam staat. En daar raakt men een erfeniskwestie. De dochter van mevrouw Fisch die een tijdje met haar gezin bij moeder heeft gewoond, is verhuisd. Maar de
zoon weigert dat. Deze claimt dat dit het huis van zijn moeder is en dus van hem. Al het geld dat voor de kinderen is gegeven en in het centrum gestopt, is niet aan de kinderen maar aan zijn moeder gegeven. Omdat de jongen nog steeds in het centrum woont, is de spanning te snijden. Er is ondertussen een stichting opgericht waar als bestuurslid in ieder geval een pastor in zit en Petra Schauenburg. Er is een sterke jonge vrouw gevonden, Mathilde, die de dagelijkse gang van zaken regelt. Petra heeft fondsen weten aan te boren om het centrum aan de eisen voor registratie te laten voldoen. Romano, als vertegenwoordiger van de kinderen, heeft namens die stichting een advocaat in Windhoek in de arm genomen voor de erfeniskwestie. Zijn eerste opdracht is brieven te krijgen van de geldgevers dat zij dat geld voor de kinderen hebben gegeven en niet voor mevrouw Fisch persoonlijk. John Hinda, manager van ons Hulpcentrum gaat hem met die brieven helpen. Daarna kan er ook een aanbeveling van de gemeente Otjiwarongo worden gegeven. Ook de gemeente wil graag dat de opvang behouden blijft. Maar ook hier zie je weer dat verantwoordelijkheid neer komt op een paar schouders die gewoonweg die druk niet aan zullen kunnen. Als er niet meer hulp komt waar werk aan gedelegeerd kan worden, dan gaan Romano en Petra ook door de knieën. En dat betekent dat de kinderen weer gewoon de straat op gaan…. Schoolgeld. Ieder kind in Namibië heeft recht op onderwijs. Daar moet schoolgeld voor betaald worden en kinderen moeten een uniform aan. Kun je als kind dat schoolgeld niet betalen, dan moet je met een volwassene naar de social worker van de “ministry of Gender equality and child welfare”. Deze doet dan de intake en beoordeelt of er werkelijk niet betaald kan worden, of b.v. maar een gedeelte. Criteria zijn: betreft het een wees of half wees. Heeft de familie die voor het kind verantwoordelijk is werk? Laag inkomen en/of uitkering? In een voorbeeld dat wij van de Paresis school kregen ging het om een meisje van wie de moeder overleden was, de vader werkloos en die werd opgevangen door haar grootmoeder. Die ontvangt een staatsuitkering van 400 Namibische dollars. Iets minder dan 40 euro. (per maand). De grootmoeder vangt ook nog twee andere kinderen op. Om die reden kunnen zij het schoolgeld niet betalen. De social worker vult een formulier in waarmee het kind naar de school kan gaan en dan geen schoolgeld hoeft te betalen. De school ontvangt dan ook niets, maar moet het kind wel toelaten. De klacht uit Otjiwarongo was, dat kinderen dan toch geweigerd werden. De scholen hebben nl. dat geld nodig om te kunnen blijven bestaan. Volgens dhr. Jacobs was het onzin, dat kinderen daarom geweigerd werden. Het klopt ook dat het op zijn school niet voorkomt, maar…. In tegenstelling tot Nederland zijn er in Namibië veel kinderen die een plaats op school moeten hebben. Het onafhankelijke bestuur van een school gaat over de toelating tot de
school. En als je nu kinderen kunt krijgen die wel betalen, zeg je tegen de kinderen die niet kunnen betalen (goed gekeurd door de social worker) dat er op deze school geen plaats meer is. Dat is de reden dat er soms toch schoolgeld betaald wordt, terwijl het kind recht heeft op vrijstelling. Dat geld komt dan van fondsen die willen dat ook deze kinderen onderwijs krijgen. Dan bestaat er nog de indruk dat, omdat men weet dat een formulier niet zal helpen bij bepaalde scholen, voor kinderen schoolgeld wordt betaald uit die fondsen en men het formulier niet eens meer gaat halen. Het lek zit natuurlijk ook in de wetgeving: wel bepalen dat iedereen naar school moet kunnen, maar de scholen daarvoor niet compenseren. Daarnaast is er nog een groot gebrek aan social workers, Van de drie van vorig jaar is er nu nog maar één. Als laatste was er ook nog een probleem tussen het ministry of Gender en het ministry of Education. Maar dat was verder niet helemaal duidelijk meer. De vraag is wat je als fonds moet doen: altijd eisen dat er een formulier is waaruit blijkt dat er geen geld voor het kind betaald kan worden? Dan is dat in ieder geval door een social worker gecheckt. Als er dan toch nog geld betaald moet worden voor een kind vanwege het gedrag van de school en je betaalt het dan ook, loop je dan niet het risico dat meer scholen kinderen gaan weigeren om zo toch geld binnen te krijgen? Toch maar dat risico nemen omdat je wilt dat kinderen naar school gaan? En tegelijkertijd het gedrag van scholen aan de kaak stellen? Ook hier weer zou een counterpart ons erg kunnen helpen. Die weten dan hoe het werkt in Namibië.
Reis Namibië Stichting Vrienden van Otjiwarongo d.d. 7 oktober t/m 22 oktober 2012. Behandelde zaken tijdens bezoek: 1. Project Drop-outs Cosdec. 2. Voeding tekort patiënten HBC, E-Pap 3. Counterpartner opstellen van basis plan en samenwerking met andere in Otjiwarongo opererende stichtingen. 4. Lijst voor container met uitgifte lijst op naam en verzoek om foto’s 5. Uitleg van medische apparatuur in container aan dr. Pretorius 6. Reductie HBC medewerkers 7. Eventuele verhuur van kamer in centrum aan Mike Chart in ruil voor activiteit in centrum of huurbedrag. 8. Aangemelde vrijwilliger inzetten voor naschoolse studie hulp. 9. Rijbewijs Monica 10. Schilderwerk binnenzijde centrum 11. Schoolgeld OVC 12. Voeding tijdens vakanties
1) Na gesprek met Monica en Mr. Jacobs besloten om het project in 2013 op te starten met een try-out voor 8 kinderen van het centrum. Deze beslissing is genomen daar de inschrijving deze maand, oktober, moet plaatsvinden. Indien van deze kinderen er zijn die wel hun overgangsexamen halen naar grade 11 dan vallen deze af voor het cosdec project. 4 kinderen zitten op de Paresis school en 4 op de Donates school. Zij allen zijn kinderen van het eerste uur op het centrum: Steven Hunibeb, Johannes Schanyengenga, Alfons Narib, Tracy Khaises, Alwine Geises, Fabiola Auches, Rebecca Mutenja and Alone Hameva. Met Monica is afgesproken dat zij nog contact opneemt met Mr. Jacobs en de Donates school, om te vragen of de juiste keuze is gemaakt met deze kinderen. De delegatie was van mening dat indien we nu de knoop niet doorhakken we wederom een jaar verliezen. Zodra bekend is wie naar Cosdec gaat en welke cursus hij of zij gaat volgen zal door Monica een korte beschrijving gemaakt worden van ieder kind met foto, welke wij kunnen gebruiken voor eventuele sponsoring. 2) Tot juni van dit jaar werd extra voedingssupplement in de vorm van B-pap gratis verstrekt door een organisatie genaamd Namibia Business Coalition on HIV/Aids. Echter dat is gestopt en nu blijkt dat er ernstige ondervoeding de kop opsteekt. De HBC schijnt uit eigen zak regelmatig brood mee te nemen voor hun patiënten maar dit is geen oplossing. Zeker HIV besmette patiënten die hun medicijnen moeten innemen lijden hieronder daar zonder goede voeding de medicijnen averechts werken. Besloten is om offerte op te vragen voor 50 patiënten. De eerste prijsindicatie is 5 euro per maand per patiënt. Er is bij een bevriende commerciële firma ook prijs opgevraagd met de hoop nog lager uit te komen. Het is aan de stichting of zij aan deze humanitaire hulp willen en kunnen voldoen. 3) Na een verwarrende en chaotische vergadering is besloten dat Theo een voorstel doet van een basis plan. Dit voorstel zal aan alle aanwezigen worden toegestuurd waarna zij hun feedback zullen geven. Daarna zal er een definitief uitgewerkt plan worden opgesteld. De grootste verwarring is ontstaan doordat er mensen van andere stichtingen ook op de vergadering aanwezig waren. Natuurlijk is het vooruitstrevend dat er een samenwerking met andere stichtingen zal komen die werkzaam zijn in Otjiwarongo maar dit is een eventueel vervolg op het basisplan van onze counter partner. Afgesproken is dat het basisplan binnen 3 weken naar eenieder is gestuurd, dat de feedback binnen 2 weken terug is en het definitieve plan wederom na 3 weken klaar is. Mike Chart zal daarna Aktie ondernemen om een vergadering te beleggen tussen alle actieve stichtingen in Otjiwarongo om tot een samen werking te komen. 4) Om reden dat de container helaas niet op tijd in Otjiwarongo is aangekomen, hebben we een lijst opgesteld met daarop de bestemming van belangrijkste zaken. Tevens is vermeld waarvan we een foto willen om de donateurs van die zaken te kunnen laten zien dat hun donatie is overgedragen. Met Jacobs van de Paresis school is besloten dat de lakens en slopen niet naar het hostel gaan daar hij deze niet zal gebruiken. Er is een zeer goede bestemming gevonden, het bejaarde centrum van Otjiwarongo. 5) Aan Dr. Pretorius is uitgelegd wat er in de container aan materialen voor hem bestemd kon zijn. Buiten de Echo apparatuur met toebehoren (hij gaat persoonlijk kijken wanneer alles uit de container is wat erbij hoort) is hij zeer verheugd met de couveuse, de massage tafels en injectie naalden. Als tegen prestatie zal hij de afgesproken korting voor consulten en apotheek op papier zetten die voor behandeling van onze kinderen gedaan worden. Tevens heeft Ben afgesproken dat er met regelmaat een bijscholingscursus gegeven gaat worden voor de HBC. Ook dit zal op papier bevestigd worden. 6) Ook de problemen met de HBC zijn aan de orde gekomen. De aangekondigde reductie van 11
7)
8)
9)
10)
11)
12)
HBC vrijwilligers naar 6 blijft een hekel punt. Zoals bekend is door het overlijden van Jafet het aantal teruggebracht naar 10 vrijwilligers. Na enkele goede gesprekken met Monica en John is gebleken dat van deze tien er twee absoluut niet functioneren. Het is dan ook onbegrijpelijk dat er niet eerder maatregelen zijn getroffen om deze twee te verwijderen uit de groep. Natuurlijk speelt de gevoeligheid hier een rol maar om daardoor meerdere vrijwilligers het dupe te laten worden is niet acceptabel. In de juiste zin staat het verwijderen van de twee niet functionerende los van de reductie. Indien we na deze verwijdering de reductie beoordelen, zijn we van mening dat de overgebleven goed functionerende vrijwilligers, indien zij de bereidheid hebben de financiële vergoeding voor 6 te verdelen over 8, zouden moeten kunnen aanblijven. Marianne zal deze problematiek met Hans v.d. Ven bespreken zodra zeker is dat de twee niet functionerende zijn verwijderd. Mike Chart heeft de vraag gesteld of er een mogelijkheid is een ruimte in het centrum te huren op basis van betalen in natura of een huurprijs. Om activiteiten te verrichten na schooltijd lijkt ons een goed voorstel. Dit is voorgelegd aan Agatha en John. Een dame die pas in Otjiwarongo is komen wonen i.v.m. de werkzaamheden van haar man heeft zich aangemeld als vrijwilligster voor onze counter partner maar ook voor werkzaamheden in het centrum . Daar de dame een goede opleiding heeft genoten, hopen we dat zij ingezet zal kunnen worden voor naschoolse studie ondersteuning in het centrum. Het is gebleken dat binnen afzienbare tijd John zal verdwijnen uit het centrum. Hierdoor zal Monica wederom de leiding van het centrum krijgen. Dit besluit is door de gemeente genomen. Daar Monica geen rijbewijs heeft, zal het vele problemen opleveren voor de toekomst. Het doen van boodschappen, assisteren van de HBC alsmede het bijwonen van vergaderingen bij de gemeente zullen veel problemen opleveren en ook tijdrovend worden zonder goed vervoer. Daar de hoop bestaat dat na verkoop van ambulance en spullen van het coffinproject er een tweedehands busjes gekocht kan worden, zou het goed zijn dat Monica haar rijbewijs haalt. De gemeente Otjiwarongo heeft momenteel de regel dat er niet betaald wordt voor het behalen van een rijbewijs is door de delegatie besloten de kosten voor haar rekening te nemen. Geschatte kosten ongeveer 300 euro. Wij zijn van mening dat om het centrum goed in stand te kunnen houden een rijbewijs voor Monica onontbeerlijk is. Het plan om de binnenzijde van het centrum te schilderen met medewerking van een schilder van de gemeente en de kinderen is wederom uitgesteld. Op de eerste plaats waren de scheuren in de muren nog steeds niet gerepareerd maar tevens vertelde de technische dienst van de gemeente ons dat zij niet in staat waren dit te doen en zij het dus zouden uitbesteden aan een schildersbedrijf. Om dat dan te doen met enige kinderen van het centrum zou lijken op kinderarbeid. Dat een bedrijf dat niet zou willen lijkt duidelijk. Besloten is een offerte op te vragen en met Agatha te bespreken wat de gemeente betaalt en wat de stichting bereid is te betalen. Immers de gemeente is verantwoordelijk voor het onderhoud. Bij meerdere instanties is gesproken over de schoolfees van onze OVC. Zoals bekend is er een wet die bepaalt dat OVC recht op onderwijs hebben en geen schoolfees behoeven te betalen indien zij aan een aantal voorwaarden voldoen. Na gesprekken hierover met Mr. Jacobs en Ministerie van Gender blijkt dat deze wet vol met uitwegen zit en zeer moeilijk uit te voeren is. Niet tegenstaande denken we dat het proberen de moeite waard kan zijn en zullen dit verder met Agatha en Monica blijven proberen. Het eten tijdens de vakantie periodes voor thuisblijvende OVC is besproken met Monica. Conclusie was dat huidige kosten voor 1 kind , 25 NAD per 5 dagen is. Voor de vakantie periode is besloten dat de stichting voor max. 30 kinderen 30x 25 NAD zal vergoeden per vakantie week, zijnde 750 NAD.
19-10-2012 De medische kliniek Aan het eind van ons bezoek kwamen we eindelijk in gesprek met de dokters van de medische kliniek voor wie de medische apparatuur bestemd was. Dr. Pretorius ontving ons en later sloot dr. Maas ook aan. Dr. Laubscher bleek een weekje met vakantie. Volgens onze dokter Ben was de kliniek het beste te karakteriseren als een huisartsenpraktijk Plus. De fysiotherapeut werkt met de kliniek samen en heeft in het zelfde gebouw de praktijk. In ruil voor de medische apparatuur kunnen kinderen van ons centrum hier tegen een laag tarief geholpen worden. Dat is beter dan het staatsziekenhuis. Alleen als het om HIV/aids gaat, is het staatsziekenhuis de aangewezen plaats. Let wel, de kinderen worden behandeld, maar de praktijk is geen ziekenhuis. Blij zijn ze met het echoapparaat van het Beatrixziekenhuis in Gorinchem, de behandeltafels en de couveuse. Ze doen daar nl. veel bevallingen. Een “broeikassie” noemen ze de couveuse in het Afrikaans. Ben bespreekt met dr. Pretorius de mogelijkheid van training voor de vrijwilligers van de Home Based Care. Over verzorging van wonden en mogelijk ook wat over massage en fysiotherapie. Bij het staatsziekenhuis is helemaal geen fysiotherapeut meer. Bij aidspatiënten is massage en fysiotherapie heel belangrijk. Voor het verlichten van de pijn. Dr. Pretorius en dr. Maas zijn hier heel positief over. Afspraken over de behandeling van de kinderen en de training voor vrijwilligers zullen op papier worden gezet. 19-10-2012 Oom Coen En dan helemaal op het einde van deze vrijdagmiddag gaan we nog een bezoek brengen aan bejaardencentrum. Een tehuis voor zeer oude ouderen. Ook weer een initiatief van gezamenlijke kerken. Het kost wel geld om hier te kunnen wonen. Dus je moet wel zelf wat geld hebben of familie die het voor je betaalt. De meeste kamers zijn voor alleenstaanden en een enkele kamer voor een echtpaar. Maar naast gewoon verzorging is er binnen het tehuis ook een afdeling voor mensen die ziek worden. Dan worden ze daar verzorgd. De directrice leidt ons rond en we gaan even in de eetzaal zitten praten. Dan komt er een oude, stram lopende man voorbij. Dat is een Nederlander zegt de directrice en roept “Oom Coen!. Hij komt meteen aangelopen, stram zoals echt oude mensen allemaal bewegen. Hij is zeer verheugd met “echte Nederlanders, echt Nederlands” te kunnen spreken. Hij is geboren in Haarlem…zegt hij, maar dan bedenkt hij zich dat we Nederlanders zijn en zegt: nou ja, eigenlijk Bergen. In zijn jonge tijd is hij bouwondernemer geweest in Congo. Wel twintig gebouwen heeft hij daar gebouwd. Tot het met Congo verkeerd ging en hij het land moest uitvluchten zonder iets mee te nemen. Echt alles kwijt!
Hij is in Zuid Afrika voor een handel in bouwmaterialen gaan werken. De overbekende Pupkewitz. Van daaruit is hij in Otjiwarongo terechtgekomen. We zijn onder de indruk van zijn verhaal, zoveel meegemaakt, maar ook van zijn geestig en opgewekt humeur. Oom Coen, we houden contact! De directrice laat ons de ziekenafdeling zien met haar kleine kamertjes. We zijn meteen overtuigd: de lakens van de zusters zullen hier zeer op hun plaats zijn! Dit tehuis heeft ook de capaciteit om de lakens te wassen. Twee weken geleden ontvingen we van haar een zeer dankbare mail. Zo blij, zo dankbaar!
Tot slot Je kunt niet alles zich op zo’n reis veel dingen waar denken. Namibië zelfstandige staat. gebruik van erg veel gemaakt. Zeker de bestrijding van problematiek. Het met relatief weinig De onderlinge groot en er is niet Figuur 5 Regeringsgebouw Windhoek
vertellen wat er voordoet. Er zijn je over na gaat is nog een jonge Er zijn, mede met allerlei fondsen, vorderingen op het gebied van de HIV/aids is een groot land inwoners. afstanden zijn zoiets als openbaar vervoer.
Nu wereldwijd een financiële crisis aan de gang is, zie je ook hier dat er neergang is. Projecten stoppen, omdat er geen financiering meer is. De werkloosheid is erg groot en voor hen, van wie bekend is dat men besmet is, is er helemaal geen kans meer op werk. De armoede zal nog verder toenemen en het verschil tussen arm en rijk ook. Wie bezit heeft, heeft sowieso bewaking nodig. Er komen weer verkiezingen aan. De verschillen tussen de te onderscheiden stammen zorgt hier en daar voor wrijving. De San worden steeds verder in het nauw gedreven. Ook al hebben ze een eigen ministerie van San Development. De blanke rijke mensen voelen zich onder druk gezet door de gigantische belastingverhoging. Komt er een functie van een blanke vrij, dan wordt de opvolger een zwarte Afrikaan. Zonder dat die opvolger dan dezelfde kwalificaties heeft. Meestal minder. De import in Namibië is veel en veel groter dan de export. Er is weinig waarvoor Namibië niet afhankelijk is van Zuid Afrika. Wat er nodig is, is vestiging van bedrijven die voor werkgelegenheid zorgen én dat het geld in het land zelf blijft. Voor nieuwe investeringen. Onderwijs en werk. Dat is wat er allereerst nodig is. Maar het zal op zijn Afrikaans moeten gaan. We hebben teveel bussen en vrachtwagens kapot op een parkeerterrein zien staan. Allen met een opschrift door wie en uit/door welk land ze geschonken waren.
Het brengen van kennis en kunde is belangrijker dan het brengen van spullen. (hoewel het soms erg welkom is) Dan investeer je in mensen. We hopen natuurlijk dat zij die kennis en kunde voor de opbouw van hun land zullen gebruiken. We hopen ook dat alle verschillende organisaties van buiten Afrika die het goed voor hebben met Afrika, steeds meer gaan samenwerken.